Toelichting. op het. In de eindexamenklassen zijn er geen V-toetsen. Daarom hebben de eindexamenklassen ook geen PTB.

Transcriptie

1 Toelichting op het Programma van Toetsing en Afsluiting Programma van Toetsing en Beoordeling Het PTA / PTB zijn twee verschillende belangrijke documenten. Het PTB geeft per vak de globale indeling van de stof aan en het minimum aantal V- toetsen en hun weging. V-toetsen bepalen mede de rapportcijfers die bepalend zijn bij de vraag of je al dan niet kan worden bevorderd naar het volgende leerjaar. In de eindexamenklassen zijn er geen V-toetsen. Daarom hebben de eindexamenklassen ook geen PTB. Het PTA bevat de eisen die voor de verschillende vakken v.w.b. het schoolexamen aan je gesteld worden dit schooljaar. Het PTA gaat over hoe het voortschrijdend schoolexamencijfer (VSE) tot stand komt. Elk jaar worden de specifiek voor dat schooljaar geldende PTA s en PTB s voor 1 oktober geplaatst op & PTB Op de cijferlijst bij het diploma worden de cijfers van de vakken met een centraal examen voor de helft bepaald door de schoolexamencijfers en voor de helft door de centrale schriftelijke eindexamens. Van de vakken met alleen een schoolexamen is het schoolexamencijfer (SE-cijfer) tevens het eindcijfer. In het PTA vind je informatie over: - verschil tussen PTA en PTB; - berekening rapportcijfers; - data toetsperioden en toetsweken; - herkansingen; - het definitief verklaren van SE- en PO-cijfers; - bij de SE s van welke vakken het gebruik van binas/biodata en de grafische rekenmachine is toegestaan; - bevorderingsnormen en zak- / slaagregels; - de rekentoets

2 In het PTA vind je per vak: - of het vak ook een centraal eindexamen heeft; - hoeveel SE-toetsen, PO s en handelingsdelen er in totaal (in H4 en H5 of in V4, V5 en V6) moeten worden gedaan; - - de verhouding SE- : PO-cijfers bij de bepaling van het V.S.E (voortschrijdend schoolexamencijfer; - specifieke informatie over de SE s, PO s en handelingsdelen: - wanneer welk SE wordt afgenomen; - wat de stof is van het SE; - hoe lang het SE duurt; - voor hoeveel % het SE meetelt in het eindexamencijfer; - bijzonderheden bij de afname van het SE - of een PO in de klas gemaakt wordt of niet; - hoeveel SLU (studielasturen = klokuren aan studietijd) er voor een PO wordt gerekend; - wanneer het PO uiterlijk moet worden ingeleverd; - hoe het gemiddelde van de SE-cijfers en het gemiddelde van de POcijfers moeten worden berekend; - hoe het V.S.E. moet worden berekend. Informatie over voortgangstoetsen (V-toetsen) in H4, V4 en V5, die mede het rapportcijfer, en daarmee de overgang naar het volgende leerjaar bepalen, vind je bij elk vak onder PTB (Programma van Toetsing en Beoordeling). Het schoolexamen in de tweede fase havo en vwo 1. Vakken met een schoolexamen en/of een centraal examen De onderstaande vakken hebben zowel een schoolexamen als een centraal examen; deze vakken worden allemaal in periode 5 van het eindexamenjaar afgesloten. Aardrijkskunde Biologie Duits Economie Engels Frans Geschiedenis Grieks (alleen vwo) Kunst beeldende vormgeving (incl. Kunst Algemeen met CE) Kunst muziek (Incl. Kunst Algemeen met CE) Latijn (alleen vwo) Maatschappijwetenschappen Management & Organisatie Natuurkunde

3 Nederlands Scheikunde Wiskunde A Wiskunde B Wiskunde C (alleen vwo) Onderstaande vakken hebben alleen een schoolexamen. Algemene Natuurwetenschappen: wordt afgesloten in: havo 5 vwo 5 Levensoriëntatie (schooleigen vak): wordt afgesloten in: havo 4 vwo 5 Maatschappijleer: wordt afgesloten in: havo 5 vwo 5 Culturele en Kunstzinnige Vorming: wordt afgesloten in: havo 5 vwo 6 Informatica: wordt afgesloten in: havo 5 vwo 6 Klassieke Culturele vorming: wordt afgesloten in: vwo 6 Lichamelijke Opvoeding: wordt afgesloten in: havo 5 vwo 6 Natuur, Leven en Technologie: wordt afgesloten in: havo 5 vwo 6 2. Examendossier In het laatste jaar van je opleiding wordt in mei/juni het centraal examen afgenomen. Voordat je aan het centraal examen deelneemt, moet je voor elk vak alle onderdelen van het schoolexamen afgerond hebben. De verzameling van alle onderdelen van het schoolexamen en de daarbij behorende beoordelingen noemen we het examendossier. Deze onderdelen krijg je voor een deel mee naar huis. Het is je plicht en verantwoordelijkheid deze examenstukken zorgvuldig thuis te bewaren tot na het centraal examen! Het schoolexamen kent vier verschillende toetsvormen: - SE- toetsen: schoolexamentoetsen. Zij worden beoordeeld met een cijfer voor het schoolexamen en tellen ook mee voor de overgang naar een volgend leerjaar. Het niveau van deze toetsen is zodanig dat dit ook het eindniveau is dat je bereikt moet hebben. Aan het eind van elk semester kan er één SE-toets uit dat voorbije semester worden herkanst. (Zie 8: Organisatie van Toetsing; zie PTA, Belangrijke informatie: Herkansingsregeling) - Praktische opdrachten: Deze bepalen samen met de SE-toetsen het cijfer voor het schoolexamen en tellen ook mee voor de overgang naar een volgend leerjaar. - Handelingsdelen: opdrachten die naar behoren gedaan moeten zijn. Handelingsdelen tellen ook me voor je overgang naar een volgend leerjaar. - Het profielwerkstuk: een uitgebreide praktische opdracht waarvoor je een cijfer krijgt. Dit cijfer maakt deel uit van het combinatiecijfer. (Zie paragraaf 6 hieronder). Aan het profielwerkstuk werk je in de vooreindexamenklas en in de eindexamenklas. - Praktische opdrachten worden zelfstandig uitgevoerd door de leerlingen en bevatten een onderzoek, een practicum, een technisch ontwerp, een literatuurstudie, een gegevensanalyse of anderszins. Van tevoren krijg je van je docent de criteria waarop het werkstuk beoordeeld wordt. Als je een praktische opdracht te laat inlevert, gaat dit ten koste van een herkansing!

4 - Handelingsdelen zijn activiteiten die verricht moeten worden en naar behoren gedaan moeten zijn. Je docent vertelt je wat dit naar behoren inhoudt. - Handelingsdelen en praktische opdrachten mogen niet herkanst worden. De vakken CKV en LO kennen handelingsdelen. De moderne vreemde talen hebben geen praktische opdrachten. 3. Regeling praktische opdrachten en handelingsdelen Voor praktische opdrachten en handelingsdelen is de volgende regeling met betrekking tot inleveren en afsluiten van toepassing: 1. Een praktische opdracht (PO) / handelingsdeel (HD) is gebonden aan een periode. 2. Bij een grotere praktische opdracht/handelingsdeel (10 SLU of meer) wordt tussentijds een voortgangscontrole gehouden. 3. Er is een uiterste inleverdatum (bij een PO: zie voorblad). Wanneer je de PO of het HD ruimschoots voor deze datum inlevert, kan de docent de PO of het HD globaal beoordelen en aanwijzingen voor verbeteringen geven. De PO krijgt uiteindelijk een cijfer, het handelingsdeel moet naar behoren zijn. 4. Verbeteringen kunnen aangebracht worden voor de uiterste inleverdatum. Het maximale cijfer dat na de aangebrachte verbeteringen behaald kan worden, is een 7. Een handelingsdeel dat geen cijfer krijgt, moet naar behoren zijn. Wanneer een handelingsdeel nog niet naar behoren is, dient de leerling na schooltijd hieraan te werken met het doel zo spoedig mogelijk het werk naar behoren af te ronden. De vakdocent ziet erop toe dat dit gebeurt 5. Houdt een leerling zich niet aan de uiterste inleverdatum, dan vervalt het recht op verbetering van de praktische opdracht. Wat het handelingsdeel betreft, zie punt 4 hierboven. 6. Houdt een leerling zich niet aan de uiterste inleverdatum, dan krijgt hij nog één keer een kans om de praktische opdracht in te leveren. De docent bepaalt in samenspraak met de leerling de datum. Deze extra kans gaat echter ten koste van een herkansing. 7. Ontbreekt na het verlenen van uitstel op de nieuw afgesproken datum de praktische opdracht, dan kan geen cijfer toegekend worden. Bij ontbreken van enig resultaat kan de leerling uiteindelijk niet slagen, bijzondere omstandigheden daargelaten. 8. Een leerling dient alle handelingsdelen naar behoren afgerond te hebben vóór deelname aan het centraal examen. 9. Herkansen van een praktische opdracht/handelingsdeel is niet mogelijk. 4. Profielwerkstuk Het profielwerkstuk heeft op één vak of meer vakken betrekking. Het vak of de vakken waarop het werkstuk betrekking heeft, moet of moeten uiteraard onderdeel uitmaken van je vakkenpakket. Er moet altijd ten minste één groot vak betrokken zijn. Een groot vak heeft op de havo een omvang van minimaal 320 uur en op het vwo minimaal 400 uur. Dit betekent ook dat je door een docent van dit vak begeleid en beoordeeld wordt. Met het profielwerkstuk, waaraan je 80 studielasturen hoort te besteden, rond je je studie in een profiel af. In de laatste maanden van H4 of V5 kies je het onderwerp en op welk(e) vak(ken) je profielwerkstuk betrekking zal hebben. Je maakt tevens een

5 planning voor de informatieverwerving en -verwerking en afspraken met je begeleider. Je rondt het profielwerkstuk af in de eindexamenklas. Voor het profielwerkstuk krijg je een cijfer. Dit cijfer maakt deel uit van het combinatiecijfer. (Zie paragraaf 6). Herkansen is niet mogelijk. 5. V- toetsen Naast SE-toetsen, die beschreven staan in het PTA, hebben H4, V4 en V5 ook voortgangstoetsen (V-toetsen). Deze staan in het PTB (Programma van Toetsing en Beoordeling) vermeld en zijn van grote betekenis. Zij worden tussen de toetsweken door afgenomen en worden met een cijfer beoordeeld. Deze cijfers tellen weliswaar niet mee voor het schoolexamen, maar wel voor het rapport en dus voor de overgang naar het volgende leerjaar. In H4 en V4 worden de rapportcijfers, op grond waarvan je al dan niet wordt bevorderd naar het volgende leerjaar, voor 50% bepaald door je schoolexamenresultaten tot dan toe en voor 50% door het gemiddelde van je V-toetsen. In V5 is dat = 66,6% (SE s en PO s) en 33,3% (V-toetsen) Kunst beeldende vormgeving vormt een uitzondering hierop. Van deze verhouding kunnen vakdocenten in overleg met de schoolleiding afwijken. Natuurlijk word je hier dan wel ruim van tevoren over geïnformeerd. 6. Combinatiecijfer De afgeronde eindcijfers van de vakken maatschappijleer en ANW worden gemiddeld tot één zogenaamd combinatiecijfer. Voor de bevorderingsnorm en de zak- / slaagregeling telt het combinatiecijfer mee in de berekeningen. Daarnaast geldt dat, om te kunnen worden bevorderd, de cijfers van de afzonderlijke onderdelen van het combinatiecijfer elk niet lager dan 4 mogen zijn. Op de eindlijst aan het eind van de eindexamenklas omvat het combinatiecijfer ook het resultaat van het Profielwerkstuk. 7. Organisatie van toetsing H4, V4 en V5 SE-toetsen worden in H4, V4 en V5 afgenomen in toetsperioden. Elk vak heeft maximaal 2 SE-toetsen: 1 in het eerste semester en 1 in het tweede semester. De meeste vakken hebben hun SE-toetsen in toetsperiode 3 en 6. In toetsperioden 1, 2, 4, en 5 staan weinig SE-toetsen gepland. Deze toetsperioden duren dan ook maar één of twee dagen. Wanneer de toetsperioden precies zijn, vind je in het gedeelte Algemene Informatie aan het begin van het PTA/PTB. In welke toetsperiode een bepaald vak de SE-toetsen heeft, kun je vinden in het PTA bij de informatie over de afzonderlijke vakken. H5 en V6 SE-toetsen worden in H5 en V6 afgenomen in drie toetsweken. Wanneer deze toetsweken precies zijn, vind je in het gedeelte Algemene Informatie aan het begin van het PTA. In welke toetsweek een bepaald vak een SE-toets heeft,

6 kun je vinden in het PTA bij de informatie over de afzonderlijke vakken. De meeste vakken hebben in het examenjaar 3 SE-toetsen verdeeld over de drie toetsweken. Sommige vakken hebben maar 2 SE-toetsen terwijl de moderne vreemde talen (DU, EN en FA) er meer dan drie hebben. Op de vind je ook het SE-overzicht waarin je in één oogopslag ziet welk leerjaar in welke toetsperiode of toetsweek voor welk vak een SE-toets heeft. Herkansingen Gedetailleerde informatie over de herkansingsregeling vind je in het gedeelte Algemene Informatie aan het begin van de PTA/B s van de verschillende leerjaren. Nakijktermijn Op Hofstad Lyceum zijn docenten behoudens uitzonderlijke omstandigheden gehouden aan de volgende nakijktermijnen: - schriftelijke overhoringen cijfers in Magister binnen één week - proefwerken / V-toetsen cijfers in Magister binnen twee weken - PO s / werkstukken cijfers in Magister binnen drie weken Wanneer SE s moeten zijn nagekeken staat per toetsperiode en toetsweek vermeld in de jaaragenda. Deze termijn bedraagt doorgaans ongeveer 10 dagen. Definitieve SE- en PO-cijfers Op een gegeven moment in het jaar worden behaalde SE- en PO-cijfers definitief verklaard. Dat betekent dat die cijfers definitief zijn vastgesteld en niet meer ter discussie staan. Als je het niet eens bent met een bepaald cijfer, moet je dus niet te lang wachten met er bezwaar tegen te maken. In het PTA/PTB vind je onder Algemene Informatie de data waarop de SE- en POcijfers behaald in het eerste semester en die behaald in het tweede semester van het schooljaar definitief worden verklaard. 8. Rapporten H4, V4 en V5 In periode 2, 4 en 6 krijg je, als je in H4, V4 of V5 zit, een rapport. Je krijgt dus in totaal 3 rapporten. Op het rapport staan de cijfers voor de SE-toetsen en praktische opdrachten en een beoordeling van de handelingsdelen (allemaal onderdelen van het schoolexamen). Verder worden ook de voortgangstoetsen op het rapport vermeld. Vanaf het tweede rapport staan de gemiddelde cijfers voor de verschillende categorieën tot dan toe ook op het rapport vermeld. Zo kun je precies zien hoe je ervoor staat. H5 en V6 In H5 en V6 krijg je na elke van de drie toetsweken een rapport met de resultaten van deze toetsweken en de cijfers van alle tot dan toe behaalde SE s en PO s. 9. Bevorderingsnorm en zak- / slaagregels De bevorderingsnormen in de bovenbouw zijn gebaseerd op de wettelijk vastgestelde zak- / slaagregels die gelden bij het eindexamen. Je vindt ze in het gedeelte Algemene

7 Informatie aan het begin van de PTA/B s van de verschillende leerjaren. 10. Studiebegeleiding Iedere leerling heeft een mentor. Hij/zij bekijkt hoe zelfstandig je in de verschillende vakken werkt en of en zo ja, waar er knelpunten zijn. Hij/zij gaat na in welke situatie je studieresultaten tot stand komen en hoe het met je studie gaat. Verder bespreekt hij/zij met je welke betekenis de resultaten hebben voor je toekomst. We gaan bij de begeleiding uit van de zelfstandigheid van de leerlingen. Dit betekent voor jou dat jij in eerste instantie je eigen zaken regelt en zelf overzicht houdt over je eigen bezigheden. Als het duidelijk is dat je daarmee moeite hebt, bieden we hulp. De school biedt je een structuur, waarbinnen je leert je zelfstandigheid te vergroten. Er zijn een paar vaste gespreksmomenten in het jaar, die deels gekoppeld zijn aan de cijferrapportages (rapporten). Onderwerpen van gesprek zijn de eisen die aan je gesteld worden dit jaar, de studievoortgang, de profielkeus, jouw wensen met betrekking tot je studiebegeleiding. Wanneer er behoefte is aan meer gesprekken, kun jij of je mentor daartoe het initiatief nemen. Schroom niet om naar je mentor te stappen als je vragen hebt of hulp nodig hebt. Tot slot Als er vragen zijn over het PTA, PTB of over andere zaken met betrekking tot het onderwijs en de organisatie daarvan, neem dan contact op met je mentor en/of de afdelingsleider. We wensen je veel succes met je studie toe en hopen dat je aan het eind van dit jaar kunt worden bevorderd naar het volgende leerjaar of als in je eindexamenjaar zit dat dit schooljaar voor jou eindigt met de diploma-uitreiking! De schoolleiding