Blijf uit mijn buurt! Het rechterlijk gebieds- of

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Blijf uit mijn buurt! Het rechterlijk gebieds- of"

Transcriptie

1 Blijf uit mijn buurt! Het rechterlijk gebieds- of contactverbod en/of de meldplicht Een onderzoek naar de toegevoegde waarde van de nieuwe maatregel in het Wetboek van Strafrecht Fatma Göcürücü 19 juli 2013

2 Blijf uit mijn buurt! Het rechterlijk gebieds- of contactverbod en/of de meldplicht Een onderzoek naar de toegevoegde waarde van de nieuwe maatregel in het Wetboek van Strafrecht Door Fatma Göcürücü (ANR: ) Masterscriptie Rechtsgeleerdheid, accentprogramma strafrecht In het openbaar te verdedigen ten overstaan van de Examencommissie van de Faculteit Rechtswetenschappen van de Universiteit van Tilburg mr. dr. J.W. Ouwerkerk en mr. B. van der Vorm Op 19 juli 2013 om 14:00 uur

3 Voorwoord Voorwoord Voor u ligt mijn masterscriptie die is geschreven ter afronding van mijn studie Rechtsgeleerdheid aan de Universiteit van Tilburg. In deze scriptie wordt verslag gedaan van het onderzoek op welke onderdelen de inzet van het rechterlijk gebieds- of contactverbod en/of de meldplicht kan bijdragen aan het terugdringen van afkeurenswaardig gedrag ten opzichte van de bestaande vrijheidsbeperkende instrumenten. De bevindingen van dit onderzoek zijn verwerkt in deze scriptie. Gedurende mijn afstuderen heb ik met plezier aan mijn scriptie gewerkt. Graag zou ik hierbij van de gelegenheid gebruik willen maken om een aantal personen te bedanken. Allereerst gaat mijn dank uit naar mr. dr. J.W. Ouwerkerk voor de begeleiding en opbouwende kritieken tijdens het schrijven van mijn scriptie. Zonder haar was deze scriptie niet in deze hoedanigheid tot stand gekomen. Ik heb van haar juiste hulp gekregen en ze heeft mij uitgedaagd in het schrijven van een goede scriptie. Tevens wil ik haar bedanken voor het prettige contact gedurende mijn afstuderen. Daarnaast wil ik mr. B. van der Vorm bedanken voor de bereidheid om deel uit te maken van de examencommissie. Tot slot wil ik mijn ouders, familie en vrienden bedanken voor het vertrouwen dat zij in mij hebben gehad. Zonder hun steun, begrip en motivatie was ik nooit zo ver gekomen. Ik wens u plezier bij het lezen van mijn scriptie! Fatma Göcürücü s-hertogenbosch, 19 juli 2013

4 Inhoudsopgave Inhoudsopgave Lijst van afkortingen 1 1 Inleiding De probleembeschrijving De centrale vraagstelling Het onderzoeksdoel Opbouw scriptie Het strafrechtelijk sanctiestelsel Inleiding Het tweesporenstelsel Strafrechtelijke sancties Buitengerechtelijke afdoening Conclusie Bestaande vrijheidsbeperkende instrumenten in de vorm van een gebieds- of contactverbod en/of meldplicht Inleiding Bestaande instrumenten ter preventie Bevoegdheden van de burgemeester ter preventie Bevoegdheden van de Officier van Justitie ter preventie Bestaande instrumenten als bijzondere voorwaarden Bijzondere voorwaarden voorafgaand aan berechting Bijzondere voorwaarden na berechting De overige bestaande instrumenten Samenvatting & conclusie De nieuwe vrijheidsbeperkende maatregel (het rechterlijk gebieds- of contactverbod en/of de meldplicht) Inleiding...32

5 Inhoudsopgave 4.2 De aanleiding en doelstelling van het rechterlijk gebieds- of contactverbod en/of de meldplicht De nieuwe bevoegdheden van de rechter Inhoud van de maatregel De nieuwe maatregel Direct uitvoerbaarheid Handhaving Vervangende hechtenis Rechtsbescherming (Super)snelrecht Conclusie De toegevoegde waarde van het rechterlijk gebieds- of contactverbod en/of de meldplicht Inleiding Analyse Analyse preventieve instrumenten van de burgemeester vs het rechterlijk gebieds- of contactverbod en/of de meldplicht Analyse preventieve instrumenten van de OvJ vs het rechterlijk gebieds- of contactverbod en/of de meldplicht Analyse bijzondere voorwaarden vs het rechterlijk gebieds- of contactverbod en/of de meldplicht Analyse het rechterlijke bevel tot handhaving van de openbare orde vs het rechterlijk gebieds- of contactverbod en/of de meldplicht Analyse onrechtmatige daad vs het rechterlijk gebieds- of contactverbod en/of de meldplicht Conclusie Samenvatting & conclusie Inleiding Conclusie Evaluatie & visie Inleiding...54

6 Inhoudsopgave 7.2 Evaluatie Visie Literatuurlijst...56

7 Lijst van afkortingen Lijst van afkortingen APV Gemw HR ISD KBB LJN MvT NJ NOvA Nr. OM OvJ RvdR Rb. TBS Vrz. WMBVEO Wth WvSr WvSv Algemene Plaatselijke Verordening Gemeenwet Hoge Raad Inrichting Stelselmatige Daders Korpsbeheerdersberaad Landelijk Jurisprudentie Nummer Memorie van toelichting Nederlandse Jurisprudentie Nederlandse Orde van Advocaten Nummer Openbaar Ministerie Officier van Justitie Raad voor de Rechtspraak Rechtbank Terbeschikkingstelling Voorzieningenrechter Wet Maatregelen Bestrijding Voetbalvandalisme en Ernstige Overlast Wet tijdelijk huisverbod Wetboek van Strafrecht Wetboek van Strafvordering 1

8 Inleiding 1 Inleiding In 1886 trad het Wetboek van Strafrecht (hierna: WvSr) in werking. Het WvSr bevatte een simpel sanctiestelsel. Er konden vrijheidstraffen en geldboetes worden opgelegd. Vrijheidstraf was de hoofdregel, de geldboete was de uitzondering en combinaties waren niet mogelijk. Nu is het WvSr drastisch veranderd. Vrijheidsstraffen kunnen voorwaardelijk, onvoorwaardelijk of in combinatie worden opgelegd. Daarnaast zijn er taakstraffen, strafrechtelijke maatregelen en afdoeningen buiten de rechter om mogelijk, te weten de strafbeschikking of het (on)voorwaardelijke sepot. Ook worden straffen in Nederland vaak met bijzondere voorwaarden aangevuld. Het is duidelijk dat het terrein van de sanctietoepassing voortdurend in beweging is. Er wordt nieuwe wetgeving ingevoerd of het is in voorbereiding. Verschillende gedachten spelen hierbij een rol. In de negentiende eeuw stonden vergelding en afschrikking centraal. Nu speelt individualisering meer een rol. Straffen op maat, meer toesnijden op de persoon van de dader en op de aard van het gepleegde feit spelen heden ten dage belangrijke factoren. 1 Dit onderzoek wordt uitgevoerd in het kader van de invoering van een nieuwe wet, namelijk De wijziging van het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering in verband met de invoering van een rechterlijke vrijheidsbeperkende maatregel oftewel het rechterlijk gebieds- of contactverbod en/of de meldplicht. Deze wet is op 1 april 2012 in werking getreden. In dit hoofdstuk wordt in 1.2 de probleemstelling van het onderzoek behandeld. Vervolgens volgt uit de probleemstelling de centrale vraagstelling. Deze is beschreven in 1.3. Daarna wordt het doel van het onderzoek in 1.4 behandeld en tot slot wordt de opbouw van het onderzoek in 1.5 besproken. 1.1 De probleembeschrijving Zoals uit het voorgaande blijkt, is het Nederlands sanctiestelsel de laatste jaren sterk in beweging geweest. Er hebben nogal wat veranderingen plaatsgevonden in het strafrecht en vooral in het sanctiestelsel. De Tweede Kamer is van mening dat de criminaliteit is toegenomen en mede hierdoor is volgens hen het strafklimaat verzwaard. Er zijn volgens hen diverse signalen dat de complexiteit van het sanctiestelsel is toegenomen en de inzichtelijkheid is afgenomen. Dit is volgens de Tweede Kamer af te leiden doordat op verschillende terreinen nieuwe wetgeving in werking is getreden of dat het in voorbereiding is. 2 Voormalig minister Hirsch Ballin van Justitie heeft een wetsvoorstel ingediend. Het wetsvoorstel heeft betrekking op een wijziging van het WvSr en het Wetboek van Strafvordering (hierna: WvSv) in verband met de invoering van een rechterlijke 1 Nota sancties in perspectief. Beleidsnota inzake de heroriëntatie op de toepassing van vrijheidstraffen en vrijheidsbeperkende straffen bij volwassenen. 2 Kamerstukken II 2000/01, , nr. 1, p. 1. 2

9 Inleiding vrijheidsbeperkende maatregel (rechterlijk gebieds- of contactverbod). 3 Het wetsvoorstel werd op 8 november 2010 ingediend en op 15 november 2011 aangenomen door de Eerste Kamer en op 1 april 2012 in werking getreden. 4 De Tweede Kamer geeft in de Memorie van Toelichting (hierna: MvT) aan dat de nieuwe wet aan de rechter meer mogelijkheden moet geven om effectief en op de situatie toegesneden maatregelen te treffen in reactie op een strafbaar feit. Volgens de MvT krijgen strafrechters straks de bevoegdheid om een gebiedsverbod, contactverbod of een meldplicht als maatregel op te leggen ten behoeve van het voorkomen van herhaling van strafbare feiten of belastend gedrag jegens personen. De Tweede Kamer wijst in de MvT op dat: Het belang van dit wetsvoorstel is dat de strafrechter een algemene bevoegdheid krijgt om met een specifieke maatregel het afgekeurde gedrag te doen ophouden, wanneer door het plegen van het strafbaar feit de rechtsorde is geschokt en de leefomgeving van burgers of slachtoffers en getuigen bescherming behoeft. 5 Volgens de MvT kan het gaan om: [ ] relatief lichte feiten, zoals vernielingen van straatmeubilair, het ingooien van winkelruiten, het toebrengen van andere schade aan winkels of bij woningen, of in de buurt van stadions en uitgaanscentra, alsook overtredingen van de algemene plaatselijke verordening (APV) zoals hinderlijk gedrag op of aan de weg of openlijk drankgebruik. Tevens kan het gaan om een verdachte van een strafbaar feit, bijvoorbeeld eenvoudige mishandeling, die ernstig belastend gedrag jegens het slachtoffer of een getuige vertoont. 6 Met betrekking tot de nieuwe wet heeft op 20 april 2011 een debat in de Tweede Kamer plaatsgevonden en aan de orde was het rechterlijk gebieds- of contactverbod en/of de meldplicht. Één van de meest in het oog springende uitspraken werd gedaan door Ard van der Steur (VVD). Om Ard van der Steur te citeren: [ ] dit wetsvoorstel is een aanvulling op het instrumentarium waarvan iedereen vindt, zou moeten vinden, dat het nuttig is. Maar is dit wel het geval? Ook heeft Hero Brinkman (PVV) zich uitgelaten over de nieuwe wet. Om Hero Brinkman te citeren: De PVV ziet de meerwaarde niet van dit wetsvoorstel ten opzichte van hetgeen al mogelijk is met bestuursrecht. De genoemde maatregelen kunnen al worden opgelegd via het bestuursrecht. 7 Wat is dan inderdaad de meerwaarde van de nieuwe wet als de maatregel al opgelegd kan worden via een andere weg? Tot slot heeft de Raad van State in zijn advies d.d. 29 juli 2010 ook opgemerkt met betrekking tot de maatregel in relatie tot al bestaande instrumenten dat het wenselijk is om het wetsvoorstel aan te passen. De Raad meent dat: [ ] onvoldoende is aangegeven waarin de meerwaarde van het onderhavige wetsvoorstel ligt ten opzichte van de bestaande of voorgestelde bestuursrechtelijke, civielrechtelijke en strafrechtelijke interventies [ ]. 8 Kortom, is het nu echter de vraag of de nieuwe wet oftewel het rechterlijk gebieds- of 3 Rechterlijk gebieds- of contactverbod < 4 Idem. 5 Kamerstukken II 2010/11, , nr. 3, p Kamerstukken II 2010/11, , nr. 3, p Rechterlijk gebieds- of contactverbod. Debat in de Tweede Kamer op 20 april 2011, < 8 Kamerstukken II 2010/11, , nr. 4, p. 3. 3

10 Inleiding contactverbod en/of de meldplicht een toegevoegde waarde heeft ten opzichte van de bestaande vrijheidsbeperkende instrumenten. 1.2 De centrale vraagstelling Naar aanleiding van het probleem in 1.1 is tot de volgende centrale vraagstelling gekomen, die luidt als volgt: Op welke onderdelen kan de inzet van het rechterlijk gebieds- of contactverbod en/of de meldplicht bijdragen aan het terugdringen van afkeurenswaardig gedrag ten opzichte van de bestaande vrijheidsbeperkende instrumenten? 1.3 Het onderzoeksdoel De nieuwe wet Wijziging van het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering in verband met de invoering van een rechterlijke vrijheidsbeperkende maatregel (rechterlijk gebieds- of contactverbod) staat in dit onderzoek centraal. De doelstelling van dit onderzoek is om te kijken wat de nieuwe maatregel toevoegt aan het huidige instrumentarium van sancties of wat het zou moeten of kunnen toevoegen. In het onderzoek wordt aandacht besteed op welke onderdelen de inzet van het rechterlijk gebiedsof contactverbod en/of de meldplicht kan bijdragen aan het terugdringen van afkeurenswaardig gedrag ten opzichte van de bestaande vrijheidsbeperkende instrumenten. Om het doel van dit onderzoek te kunnen bereiken, wordt eerst een analyse van het huidige strafrechtelijke instrumentarium gemaakt. Ook wordt er gekeken of hetgeen met deze nieuwe wet bereikt wil worden al mogelijk is in het Nederlands rechtssysteem. Er vindt een beschrijving van de huidige bestuursrechtelijke, strafrechtelijke en civielrechtelijke instrumenten plaats. De verschillen tussen de bestaande vrijheidsbeperkende instrumenten en het rechterlijk gebieds- of contactverbod en/of de meldplicht en de samenhang ofwel de verhouding tot elkaar worden uiteengezet. Op basis van het voorgaande wordt de conclusie getrokken of het rechterlijk gebieds- of contactverbod en/of de meldplicht gelet op andere bestaande vrijheidsbeperkende instrumenten een toegevoegde waarde heeft om het afkeurenswaardig gedrag terug te dringen. 1.4 Opbouw scriptie Dit onderzoek is als volgt opgebouwd: In hoofdstuk 2 wordt gekeken naar de opbouw van het huidige strafrechtelijke sanctiestelsel. Daarbij ligt de nadruk op aspecten als kenmerken en doelstellingen van het stelsel. Het doel is om een beeld te geven van het strafrechtelijke sanctiestelsel. Tevens wordt in dit hoofdstuk een link gelegd met de nieuwe maatregel. 4

11 Inleiding Vervolgens wordt in hoofdstuk 3 aandacht besteed aan bestaande vrijheidsbeperkende instrumenten die mogelijk hetzelfde invulling hebben als het rechterlijk gebieds- of contactverbod en/of de meldplicht. Hoofdstuk 4 is gewijd aan de beweegredenen tot het invoeren van de nieuwe maatregel. De aanleiding tot het rechterlijk gebieds- of contactverbod en/of de meldplicht en de inhoud van de nieuwe maatregel wordt in dit hoofdstuk besproken. In hoofdstuk 5 wordt gekeken op welke onderdelen het rechterlijk gebieds- of contactverbod en/of de meldplicht ten opzichte van de bestaande vrijheidsbeperkende instrumenten meerwaarde heeft. De verschillen en samenhang van deze instrumenten worden in dit hoofdstuk in kaart gebracht. Hoofdstuk 6 bevat een analyse van de in de vorige hoofdstukken beschreven onderzoeksgegevens. Daarbij zal een oordeel over de toegevoegde waarde van het rechterlijk gebieds- of contactverbod en/of de meldplicht worden gegeven. Kortom, de eindconclusie. Verder wordt in hoofdstuk 7 een nabeschouwing gegeven op het onderzoek. In dit hoofdstuk wordt teruggeblikt op het onderzoek en geef ik mijn mening over het onderwerp van dit onderzoek. Tot slot in hoofdstuk 8 de verantwoording van dit onderzoek door middel van een literatuurlijst. 5

12 Het strafrechtelijk sanctiestelsel 2 Het strafrechtelijk sanctiestelsel 2.1 Inleiding Door de invoering van de nieuwe maatregel heeft het rechterlijk gebieds- of contactverbod en/of de meldplicht een nieuwe plaats in het WvSr gekregen, te weten: vierde afdeling van Titel IIa van het eerste boek van het WvSr. 9 Aangezien het gaat om een verandering van het strafrechtelijke sanctiestelsel is het nuttig om allereerst de hoofdlijnen van het wettelijke sanctiestelsel in het kort te bespreken. Het is de bedoeling geweest om duidelijk te maken wat de hoofdlijnen van het strafrechtelijke sanctiestelsel zijn. In dit hoofdstuk wordt in 2.2 het tweesporenstelsel beschreven. Hierbij komt de indeling van het huidige strafrechtelijke sanctiestelsel aan bod. De strafrechtelijke sancties in het WvSr worden in 2.3 besproken. Vervolgens wordt in 2.4 de buitengerechtelijke afdoening behandeld. In de paragrafen wordt ook een link gelegd met de nieuwe maatregel. Tot slot in 2.5 de conclusie met betrekking tot dit hoofdstuk. 2.2 Het tweesporenstelsel In het sanctiestelsel wordt een tweedeling gemaakt door het onderscheid tussen straffen en maatregelen. Dit wordt het tweesporenstelsel genoemd. 10 De strafrechter heeft aldus bij het opleggen van een sanctie de mogelijkheid om te kiezen tussen een straf of een maatregel. Tevens is een combinatie van straf en maatregel mogelijk. 11 De verschillen tussen deze twee sancties worden hierna besproken. Het onderscheid tussen straffen en maatregelen is terug te voeren op het verschil in rechtsgrond. De rechtsgrond voor de straf is een andere dan de rechtsgrond voor de maatregel. De rechtsgrond voor de straf is de verwijtbaarheid. Door straf op te leggen wordt iemand zijn gedrag verweten. De straf heeft aldus als doel leedtoevoeging. Verder wordt er bij het opleggen van straf gekeken naar het evenredigheidsverband. Bij de straf is er een evenredigheid tussen delict en straf. Hieruit kan geconcludeerd worden dat op zwaardere delicten zwaardere straf staat en op lichtere delicten een lichtere straf. Een ander verschil in rechtsgrond is het beginsel geen straf zonder schuld. 12 Dit betekent als iemand geen schuld of als iemand geen verwijt kan worden toegerekend dan mag er niet gestraft worden. Straf komt aldus pas in beeld als er verwijtbaar is misdaan Kamerstukken II 2010/11, , nr. 3, p Mevis 1997, p Het Nederlandse strafrecht kent ook een onderscheid in misdrijven en overtredingen. Boek 2 van het Wetboek van Strafrecht heet misdrijven en in Boek 3 van het Wetboek van Strafrecht staan de overtredingen. Verder worden ernstige feiten gekwalificeerd als misdrijven en deze worden behandeld door de strafrechter. De minder ernstige feiten worden als overtredingen gekwalificeerd en door de kantonrechter behandeld. In het Nederlands strafrechtsysteem wordt verder ook een onderscheid gemaakt tussen jeugdstrafrecht en het volwassenenstrafrecht. Voor de jeugdigen is een aparte regeling gekozen, omdat het meer een pedagogische opvoedkundige karakter heeft. Titel VIIIA Bijzonder bepalingen voor jeugdige personen artikelen 77a-77hh van het Wetboek van Strafrecht zijn hierbij van belang. 12 HR 14 februari 1916, NJ 1996, Mevis 1997, p. 8 en 9; Mevis 2009, p

13 Het strafrechtelijk sanctiestelsel Bij de maatregel geldt de grondslag van verwijtbaarheid niet. Een maatregel is niet gericht op leedtoevoeging. Bij de maatregel spelen doelen als de bescherming of de beveiliging van de maatschappij, het opheffen van een ongewenste situatie en het herstel in de oude situatie een rol. Tevens geldt het beginsel geen straf zonder schuld ook niet. Derhalve zijn er maatregelen die kunnen worden opgelegd ondanks sprake is van een verwijt van een strafbaar feit. Een ander verschil heeft betrekking op de evenredigheid tussen delict en de op te leggen sanctie. De maatregel staat minder in evenredigheidsverband met de ernst van het delict. De hiervoor bij de straf beschreven evenredigheidsverband bestaat bij de maatregel niet. Samengevat is de grondslag voor straf het delict en bij de maatregel is het delict een aanleiding. 14 Naast het onderscheid in rechtsgrond bestaat er ook onderscheid tussen straf en maatregel in doelstelling. De straf heeft namelijk twee doelen: vergelding en preventie. Er wordt gestraft om het aangerichte kwaad te vergelden en te voorkomen dat herhaling optreedt. Dit laatste heeft een preventief karakter. Hierbij wordt een onderscheid gemaakt in speciale en generale preventie. 15 De speciale preventie heeft betrekking op het voorkomen van het opnieuw plegen van strafbare feiten. De straf vanuit deze preventie is gerechtvaardigd indien het voorkomt dat de veroordeelde opnieuw feiten gaat plegen en hem helpt niet te recidiveren. Voorts heeft generale preventie betrekking op het voorkomen van criminaliteit in de samenleving. De straf in deze visie is gerechtvaardigd vanwege het doel van de straf. De dreiging van een feit met een straf en de oplegging daarvan heeft een schrikkend effect en voorkomt op deze manier criminaliteit in de samenleving. 16 Voor de maatregelen geldt de grondslag van vergelding niet. Bij de maatregel is zoals hiervoor vermeld de bescherming oftewel beveiliging van de maatschappij, het opheffen van een ongewenste situatie en het herstel in de oude situatie van belang. 17 De nieuwe wet heeft de vorm gekregen van een maatregel. Bekeken vanuit het rechterlijk gebieds- of contactverbod en/of de meldplicht kan aangegeven worden dat het strafbare feit (het delict) de aanleiding is om een dergelijk verbod te overwegen. Dit is zoals eerder aangegeven de grondslag voor de maatregel. Tevens is hiervoor vermeld dat het evenredigheidsverband niet relevant is bij de maatregel. Dit blijkt ook uit de nieuwe maatregel. Hierbij is de ernst van het strafbare feit niet bepalend voor de duur en inhoud van de maatregel. Bij het rechterlijk gebieds- of contactverbod en/of de meldplicht wordt de inhoud en duur bepaald door het maatschappelijk belang om de geschonden rechtsorde te herstellen. 18 Dit geeft aan dat de nieuwe maatregel niet gericht is op vergelding, maar gericht is op de beveiliging van de maatschappij of de voorkoming van strafbare feiten. 19 Nu duidelijk is geworden hoe het strafrechtelijke sanctiestelsel is ingedeeld en wat de doelen daarvan zijn, wordt in de volgende paragraaf een overzicht gegeven van de straffen en maatregelen die het WvSr kent. 14 Mevis 1997, p. 8 en 9; Mevis 2009, p Mevis 2009, p Mevis 2009, p. 150 en Kelk 2010, p Kamerstukken II 2010/11, , nr. 3, p Kamerstukken II 2010/11, , nr. 3, p. 7. 7

14 Het strafrechtelijk sanctiestelsel 2.3 Strafrechtelijke sancties Artikel 9 van het WvSr geeft een opsomming van de straffen. In dit artikel is een verschil gemaakt tussen hoofdstraffen en bijkomende straffen. Het WvSr kent op grond van artikel 9, eerste lid, onder sub a, van het WvSr de volgende hoofdstraffen: gevangenisstraf; hechtenis; taakstraf; geldboete. De hoofdstraffen bestaan uit twee vrijheidsbenemende straffen, een taakstraf en een vermogensstraf. De volgorde van de opsomming heeft een bepaalde reden. Het geeft een aanwijzing in de zwaarte van straf. De straf die hoger staat in de opsomming wordt als de zwaarste straf opgevat. 20 Verder heeft de strafrechter niet de vrijheid om een keuze te maken uit de straffen van artikel 9 van het WvSr. Voor ieder delict is in de delictsomschrijving de hoofdstrafsoort aangegeven. De delictsomschrijving bevat tevens een strafmaximum. 21 Voorts bepaalt het derde lid van artikel 9 van het WvSr dat een combinatie van straffen mogelijk is. Deze combinatie houdt in dat naast een gevangenisstraf, hechtenis of een taakstraf een geldboete opgelegd kan worden. Behalve het onderscheid in hoofdstraffen kent het WvSr op grond van artikel 9, eerste lid, onder sub b, van het WvSr ook een onderscheid in bijkomende straffen. Het WvSr kent de volgende bijkomende straffen: ontzetting van bepaalde rechten; verbeurdverklaring; openbaarmaking van de rechterlijke uitspraak. Het vijfde lid van dit artikel bepaalt dat bijkomende straffen zowel afzonderlijk als in combinatie met hoofdstraffen kunnen worden opgelegd. Indien een strafrechter afziet van het opleggen van een straf in artikel 9 van het WvSr heeft hij 22 de mogelijkheid tot het opleggen van een maatregel. De maatregelen zijn opgenomen in Titel IIa van het WvSr. Het WvSr kent de volgende maatregelen: onttrekking aan het verkeer; ontneming van het wederrechtelijk verkregen voordeel; schadevergoeding; plaatsing in een psychiatrisch ziekenhuis; terbeschikkingstelling (TBS); plaatsing in een inrichting voor stelselmatige daders (ISD); oplegging vrijheidsbeperkende maatregel. De strafrechter heeft de mogelijkheid om naast een straf ook een maatregel op te leggen. Een combinatie is aldus mogelijk. De laatste maatregel in de opsomming de oplegging 20 Mevis 2009, p. 782 en Mevis 2009, p Voor de leesbaarheid van het onderzoek is hij geschreven waar bedoeld wordt hij of zij. 8

15 Het strafrechtelijk sanctiestelsel vrijheidsbeperkende maatregel heeft betrekking op dit onderzoek. Deze wet is op 1 april 2012 in werking getreden. Bekeken vanuit het rechterlijk gebieds- of contactverbod en/of de meldplicht kan aangegeven worden dat deze zelfstandig of in combinatie met een andere straf of maatregel opgelegd kan worden. 23 Een aparte bespreking van de hoofdstraffen, bijkomende straffen en de maatregelen worden in dit onderzoek verder buiten beschouwing gelaten. Het doel is geweest om slechts de straffen en de maatregelen in het strafrechtssysteem in kaart te brengen en te laten zien waar de nieuwe maatregel een plaats heeft gekregen. Wel wordt de nieuwe maatregel in hoofdstuk 4 uitvoerig behandeld. 2.4 Buitengerechtelijke afdoening In het Nederlandse strafrechtssysteem is het ook mogelijk dat een strafbaar feit buiten de rechter om wordt afgedaan. Dit wordt de buitengerechtelijke afdoening genoemd. De buitengerechtelijke afdoening neemt ook een plaats in het strafrechtssysteem en mede hierdoor wordt het hier kort besproken. Het Openbaar Ministerie (hierna: OM) heeft de mogelijkheid om een strafbeschikking uit te vaardigen of een strafzaak (voorwaardelijk) te seponeren. Deze twee mogelijkheden zijn vormen van buitengerechtelijke afdoeningen. De officier van justitie (hierna: OvJ) kan in plaats van de strafzaak aan de rechter ter berechting voor te leggen de zaak zelf afdoen. Dit ingevolge artikel 257a, eerste lid, van het WvSv. Deze mogelijkheid staat open indien de OvJ vaststelt dat een overtreding is begaan of een misdrijf waarop gevangenisstraf is gesteld van maximaal zes jaren. Verder staat in het tweede lid van dit artikel de straffen en de maatregelen opgesomd die bij een strafbeschikking opgelegd kunnen worden. Deze zijn een taakstraf, geldboete, onttrekking aan het verkeer, schadevergoeding en ontzegging van de bevoegdheid tot het besturen van motorrijtuigen. Naast de strafbeschikking van het OM is er ook de politiestrafbeschikking. De politie krijgt hiermee de bevoegdheid om voor bepaalde overtredingen een strafbeschikking uit te vaardigen. 24 De OvJ heeft naast zijn bevoegdheid tot het geven van een strafbeschikking ook de mogelijkheid om te besluiten om niet te vervolgen. Dit wordt een sepot genoemd. Artikel 167, tweede lid, van het WvSv bepaalt dat van vervolging afgezien kan worden op gronden aan het algemeen belang ontleend. Net als bij de strafbeschikking heeft de politie ook de mogelijkheid om na een aangifte geen onderzoek in te stellen. In een dergelijk geval maakt de politie ook gebruik van sepot, namelijk politiesepot. Aan een sepot kunnen ook voorwaarden worden verbonden. Dit wordt het voorwaardelijk sepot genoemd. Wanneer er niet aan de voorwaarden worden gehouden, kan alsnog tot vervolging worden overgegaan Kamerstukken II 2010/11, , nr. 3, p Openbaar Ministerie Strafbeschikking < 25 Openbaar Ministerie Officier van Justitie < 9

16 Het strafrechtelijk sanctiestelsel Bekeken vanuit het rechterlijk gebieds- of contactverbod en/of de meldplicht kan aangegeven worden dat de nieuwe maatregel alleen een bevoegdheid schept voor de strafrechter. Voor de OvJ of de politie bestaat de mogelijkheid tot het opleggen van een rechterlijk gebieds- of contactverbod en/of meldplicht niet. Wel heeft de OvJ de bevoegdheid om een gedragsaanwijzing in de vorm van een gebieds- of contactverbod en/of een meldplicht op te leggen. Deze wordt in hoofdstuk 3 behandeld. 2.5 Conclusie Dit onderzoek wordt uitgevoerd in het kader van de invoering van een nieuwe maatregel, namelijk het rechterlijk gebieds- of contactverbod en/of de meldplicht. Deze maatregel heeft een nieuwe plaats gekregen in het WvSr. Aangezien het gaat om een nieuwe sanctie is in dit hoofdstuk allereerst de inrichting van het strafrechtelijke sanctiestelsel besproken. De belangrijkste kenmerken van het huidige strafrechtelijke sanctiestelsel zijn aan bod gekomen. Hierbij is tevens een link gelegd met de nieuwe maatregel. Uit dit hoofdstuk is gebleken dat het strafrecht een tweesporen systeem van sancties kent, namelijk in straffen en maatregelen. Deze verschillen van elkaar zowel in rechtsgrond als in doelstelling. De nieuwe sanctie heeft de vorm gekregen van een maatregel. Dit blijkt ook uit het feit dat de nieuwe maatregel gericht is op de bescherming of de beveiliging van de maatschappij of de voorkoming van strafbare feiten. 26 Tevens uit het feit dat het strafbare feit bij de nieuwe maatregel de aanleiding is om een verbod te overwegen. Verder is in dit hoofdstuk duidelijk geworden dat artikel 9 van het WvSr de straffen bepaalt en Titel IIA van het WvSr de maatregelen. De nieuwe maatregel is opgenomen in Titel IIA van het WvSr. Voorts is uit dit hoofdstuk gebleken dat de buitengerechtelijke afdoening een eigen plaats inneemt in het strafrechtssysteem. Hierbij is naar voren gekomen dat de OvJ of de politie niet de mogelijk heeft om een rechterlijk gebieds- of contactverbod en/of meldplicht op te leggen. Deze bevoegdheid is exclusief opgedragen aan de strafrechter. Om een antwoord te kunnen geven op de centrale vraagstelling van dit onderzoek is het noodzakelijk om alvorens de nieuwe maatregel te bespreken, aandacht te besteden aan bestaande vrijheidsbeperkende instrumenten in de vorm van een gebieds- of contactverbod en/of meldplicht. Het volgende hoofdstuk wordt hieraan toegewijd. Dit is van belang om de nieuwe maatregel met de bestaande vrijheidsbeperkende instrumenten te vergelijken. 26 Kamerstukken II 2010/11, , nr. 3, p

17 Bestaande vrijheidsbeperkende instrumenten in de vorm van een gebieds- of contactverbod en/of meldplicht 3 Bestaande vrijheidsbeperkende instrumenten in de 3.1 Inleiding vorm van een gebieds- of contactverbod en/of meldplicht In de inleiding van dit onderzoek is aangegeven dat er gedachtewisseling is geweest over het invoeren van het rechterlijk gebieds- of contactverbod en/of de meldplicht. Verschillende politieke partijen en instanties zijn van mening dat de regering onvoldoende is ingegaan op de meerwaarde van de nieuwe maatregel ten opzichte van hetgeen al mogelijk is met andere bestaande vrijheidsbeperkende instrumenten. 27 In het kader van dit onderzoek is het van belang om het rechterlijk gebieds- of contactverbod en/of de meldplicht te vergelijken met de bestaande vrijheidsbeperkende instrumenten. Alvorens een vergelijking te maken, wordt in dit hoofdstuk de bestaande vrijheidsbeperkende instrumenten behandeld. In dit hoofdstuk wordt in 3.2 de bestaande vrijheidsbeperkende instrumenten die opgelegd kunnen worden ter preventie door de burgemeester en de OvJ besproken. Vervolgens komen de bijzondere voorwaarden bij de schorsing van de voorlopige hechtenis, bij de voorwaardelijke veroordeling en bij de voorwaardelijke invrijheidsstelling in 3.3 aan bod. Daarna worden in 3.4 de overige bestaande vrijheidsbeperkende instrumenten besproken. Tot slot wordt in 3.5 conclusie getrokken met betrekking tot dit hoofdstuk. 3.2 Bestaande instrumenten ter preventie De burgemeester en de OvJ beschikken over preventieve instrumenten om de openbare orde te handhaven, herhalingen van ordeverstorend gedrag en strafbaar gedrag te voorkomen. Deze preventieve instrumenten in de vorm van een gebieds- of contactverbod en/of meldplicht worden in deze paragraaf verder uitgewerkt Bevoegdheden van de burgemeester ter preventie De burgemeester heeft in de Gemeentewet (hierna: Gemw) in Hoofdstuk XI luidend als De bevoegdheid van de burgemeester een aantal bevoegdheden gekregen om de leefomgeving van burgers, slachtoffers of getuigen te beschermen en tegen ordeverstoorders op te treden. Op grond van artikel 172 van de Gemw heeft hij de algemene bevoegdheid om de openbare orde te handhaven. 28 Uit de MvT blijkt dat de handhaving van de openbare orde bestaat uit het feitelijk herstellen en bewaren van de openbare orde. 29 De preventieve bestuurlijke bevoegdheden van de burgemeester om de openbare orde te handhaven worden gegeven in de vorm van een gebiedsverbod en/of meldplicht. Het betreft hierbij de maatregelen uit de artikelen 172, derde lid, van de Gemw, 172a van de Gemw, 27 Kamerstukken II 2010/11, , nr. 4, p Muller e.a. 2008, p Kamerstukken II 1985/86, , nr. 3, p

18 Bestaande vrijheidsbeperkende instrumenten in de vorm van een gebieds- of contactverbod en/of meldplicht 172b van de Gemw, 175 van de Gemw en 176 van de Gemw. Deze worden hieronder verder uitgewerkt. Gebiedsverbod op grond van artikel 172, derde lid, van de Gemw In de media verschijnen vaak berichten over de toepassing van gebiedsverboden door de burgemeester. Het gebiedsverbod houdt in een verbod om zich op een bepaald moment op een bepaalde plaats te bevinden of zich te houden aan het volgen van een bepaald aangewezen route. Artikel 172, derde lid, van de Gemw geeft de burgemeester de bevoegdheid om een dergelijk verbod op te leggen en het artikellid luidt als volgt: [ ] 3. De burgemeester is bevoegd bij verstoring van openbare orde of bij ernstige vrees voor het ontstaan daarvan, de bevelen te geven die noodzakelijk te achten zijn voor de handhaving van de openbare orde. [ ] Zo heeft een vader op grond van het voornoemde artikel een gebiedsverbod rondom de school van zijn kinderen opgelegd gekregen. De reden hiervoor was dat de vader zich gewelddadig droeg bij het ophalen van zijn kinderen bij zijn ex-vrouw. Mede hierdoor heeft de vader de openbare orde verstoord en een gebiedsverbod opgelegd gekregen. 30 Ook komt het voor dat hangjongeren een gebiedsverbod opgelegd kunnen krijgen. In Den- Helder dreigt voor 27 hangjongeren een gebiedsverbod voor een winkelcentrum. 31 De meest geruchtmakende zaak is dat van de Eindhovense pedoseksueel. De burgemeester legt op grond van het voornoemde artikel aan een pedofiel een gebiedsverbod op. Volgens de burgemeester is hier sprake van een dreigende overtreding van wettelijke voorschriften die betrekking hebben op de openbare orde. Tevens bestaat volgens de burgemeester de vrees dat de pedofiel terug zal vallen in zijn gedrag en weer zedendelicten zal plegen en dat er grote maatschappelijke onrust zal ontstaan en mede hierdoor de ernstige vrees bestaat voor het ontstaan van oproerige beweging, ernstige geweldpleging en andere ernstige wanordelijkheden. Aldus om de openbare orde te handhaven heeft de burgemeester de pedofiel een gebiedsverbod opgelegd. 32 Uit het bovenstaande zijn de voorwaarden voor het opleggen van een gebiedsverbod al naar voren gekomen. Dit verbod kan gegeven worden bij verstoringen van de openbare orde of bij ernstige vrees voor het ontstaan daarvan. Het bevel moet noodzakelijk zijn voor de handhaving van de openbare orde. Dat betekent dat er pas gebruik kan worden gemaakt van deze bevoegdheid wanneer een situatie is ontstaan waarin direct ingrijpen ter voorkoming of beëindiging van ordeverstoring noodzakelijk is. Er moet aldus sprake zijn van een dreigende schending van de openbare orde. 33 Voorts moet er sprake zijn van ernstige vrees van verstoring van de openbare orde gedurende de duur van het verbod binnen het aangewezen 30 Rb. Assen 31 juli 2012, LJN BX Gebiedsverbod dreigt voor 27 hangjongeren winkelcentrum Julianadorp < 32 Vzr. Rb. s-hertogenbosch 27 oktober 2009, LJN BK1271 (Pedoseksueel Eindhoven I). 33 Rb. Utrecht 3 december 2009, LJN BK

19 Bestaande vrijheidsbeperkende instrumenten in de vorm van een gebieds- of contactverbod en/of meldplicht gebied. Tot slot moet er sprake zijn van een plotseling actueel opkomend of zich concreet voordoend gevaar voor de openbare orde of van een situatie waarin sprake is van een concrete dreiging. 34 Het artikel verschaft de burgemeester de lichte bevelsbevoegdheid. Het wordt een lichte bevelsbevoegdheid genoemd, omdat de burgemeester niet mag afwijken van de Grondwet of andere voorschriften. 35 Deze bevoegdheid heeft een aanvullend karakter. Dit geeft aan dat de burgemeester kan optreden zonder dat een wettelijk voorschrift is overtreden dat effect heeft op de openbare orde. 36 De burgemeester kan aldus van zijn bevoegdheid in het derde lid gebruik maken indien geschreven normen van lid 2 van dit artikel ontbreken, maar de burgemeester het nodig acht om in te grijpen. 37 Uit het voorgaande is duidelijk geworden wat de inhoud van het verbod is en in welke gevallen de burgemeester het verbod kan toepassen. Tevens is de doelstelling van de lichte bevelsbevoegdheid naar voren gekomen. De doelstelling van de lichte bevelsbevoegdheid is een dreigende ordeverstoring te voorkomen, de orde te bewaren of te herstellen. 38 De bevoegdheid uit het voornoemde artikel heeft een preventief karakter en is derhalve niet gericht op bestraffing. 39 Het preventieve karakter bestaat er uit dat de bevoegdheid wordt gegeven in situaties waarbij wordt gevreesd voor verstoring van de openbare orde. Gebiedsverbod op grond van de Algemene Plaatselijke Verordening Naast de bevoegdheid van artikel 172, derde lid, van de Gemw kan de burgemeester een preventieve maatregel in de vorm van een gebiedsverbod ook opleggen op grond van de Algemene Plaatselijke Verordening (hierna: APV). Indien een APV een regeling bevat met betrekking tot het opleggen van een gebiedsverbod dan dient de burgemeester daarvan gebruik te maken en is de toepassing van artikel 172, derde lid, van de Gemw onrechtmatig. De burgemeester kan aldus de bevoegdheid in het derde lid niet gebruiken wanneer de APV oplossing biedt. Zo is in gemeente Rotterdam op grond van artikel 172, derde lid, van de Gemw een gebiedsverbod opgelegd aan een ordeverstoorder. Het verbod was noodzakelijk voor de handhaving van de openbare orde om een einde te maken aan het ordeverstorend gedrag van de verdachte. De overlast bestond uit bedelen, het slapen en het doen van behoeften in portieken van buurtbewoners en zo gekleed zijn dat zijn geslachtsdelen ontbloot waren. De overlast leverde ernstige vrees op in de zin van artikel 172, derde lid, van de Gemw. Echter, heeft de gemeente Rotterdam een APV waarin een regeling is met betrekking tot het opleggen van een gebiedsverbod. De Hoge Raad heeft in deze zaak geoordeeld dat wanneer in een gemeente een verordening geldt waarin is geregeld dat de burgemeester een gebiedsverbod kan opleggen, deze regeling toegepast dient te worden en artikel 172, 34 Rb. Rotterdam 31 december 2009, LJN BK Cammelbeeck e.a 2009, p Handelingen II 1990/91, nr. 52, p. 161 en Muller e.a. 2007, p Muller e.a. 2008, p Muller e.a. 2007, p. 47; Muller e.a. 2008, p

20 Bestaande vrijheidsbeperkende instrumenten in de vorm van een gebieds- of contactverbod en/of meldplicht derde lid, van de Gemw geen grondslag biedt voor het opleggen van een gebiedsverbod. De gemeente Rotterdam kende een dergelijke regeling en deze diende toegepast te worden. 40 Dit alles geeft aan dat naast een wet op nationaal niveau ook een regeling op gemeentelijk niveau een verbod kan bevatten met betrekking tot gebiedsverboden en tevens wanneer een gemeente een dergelijk verbod in een APV heeft geregeld deze voorrang heeft op het hiervoor genoemde artikel. Gebieds- of groepsverbod en/of meldplicht op grond van artikel 172a van de Gemw De Wet Maatregelen Bestrijding Voetbalvandalisme en Ernstige overlast (hierna: WMBVEO) heeft geleid tot de invoering van dit artikel. Op grond van dit artikel heeft de burgemeester de bevoegdheid om voetbalvandalisme en ernstig overlast aan te pakken. 41 De doelstelling van de WMBVEO is om de preventieve instrumenten van de overheid om deze gedragingen te voorkomen, te versterken. 42 Artikel 172a van de Gemw luidt als volgt: 1. Onverminderd artikel 172, derde lid, en hetgeen bij gemeentelijke verordening is bepaald omtrent de bevoegdheid van de burgemeester om bevelen te geven ter handhaving van de openbare orde, kan de burgemeester aan een persoon die herhaaldelijk individueel of groepsgewijs de openbare orde heeft verstoord of bij groepsgewijze verstoring van de openbare orde een leidende rol heeft gehad, bij ernstige vrees voor verdere verstoring van de openbare orde een bevel geven: a. zich niet te bevinden in of in de omgeving van een of meer bepaalde objecten binnen de gemeente, dan wel in een of meer bepaalde delen van de gemeente; b. zich niet in een of meer bepaalde delen van de gemeente op een voor het publiek toegankelijke plaats zonder redelijk doel met meer dan drie andere personen in groepsverband op te houden; of c. zich op bepaalde tijdstippen te melden op bepaalde plaatsen, al dan niet in een andere gemeente.[...] Op grond van dit artikel kan de burgemeester een gebiedsverbod, een groepsverbod en/of een meldplicht opleggen. Het gebiedsverbod is omschreven is sub a van lid 1. Door het gebiedsverbod krijgt de ordeverstoorder een verbod om zich gedurende bepaalde tijdstippen in een bepaalde straat of een gedeelte van een wijk te bevinden. 43 Sub b van lid 1 van artikel 172a van de Gemw bevat het groepsverbod. De personen van een groep mogen onderling wel contact met elkaar hebben, maar mogen zich niet meer in een groep van meer dan drie personen op bepaalde plaatsen ophouden. 44 Verder is het groepsverbod niet gericht tegen de groep, maar tegen een of meer individuen in de groep. 45 De meldplicht is tot slot omschreven in sub c van het voornoemde artikel. Het melden kan inhouden dat een ordeverstoorder zich moet melden op een vast tijdstip op een politiebureau. Verder is een 40 HR 11 maarr 2008, LJN BB Wet voetbalvandalisme en overlast < 42 Kamerstukken II 2007/08, , nr. 3, p Kamerstukken II 2007/08, , nr. 3, p. 12; Handreiking Wet MBVEO 2010, p Handreiking Wet MBVEO 2010, p Kamerstukken II 2007/08, , nr. 3, p

21 Bestaande vrijheidsbeperkende instrumenten in de vorm van een gebieds- of contactverbod en/of meldplicht meldplicht altijd gekoppeld aan een gebiedsverbod en kan niet zelfstandig worden opgelegd. De meldplicht heeft als doel de effectuering van het gebiedsverbod te versterken. 46 Deze verboden kunnen gegeven worden aan een individueel persoon of een persoon die groepsgewijs de openbare orde herhaaldelijk heeft verstoord of bij groepsgewijze verstoring van de openbare orde een leidende rol heeft gehad. De verboden kunnen worden opgelegd indien sprake is van een herhaaldelijke openbare orde verstoring en ernstige vrees bestaat voor verdere verstoring van de openbare orde. Wel moet deze vrees blijken uit concrete aanwijzingen. 47 Zo heeft de burgemeester van Amsterdam aan een hooligan een groepsverbod en meldplicht op grond van het voornoemde artikel opgelegd. De hooligan heeft deel uitgemaakt van een groep die herhaaldelijk de openbare orde heeft verstoord. Volgens de burgemeester is er sprake van ernstige vrees voor herhaling en mede hierdoor is er overgegaan tot het opleggen van de verboden. 48 Ook heeft de burgemeester van Utrecht een overlastveroorzaker op grond van dit artikel een gebiedsverbod opgelegd. De verdachte veroorzaakte herhaaldelijk ernstige openbare ordeverstoringen, zoals luidruchtig rondhangen, lastig vallen van voorbijgangers, met scooters op plaatsen rijden waar dat niet mag en gedrag vertonen dat leidt tot ruzie. In deze zaak is de voorzieningenrechter van oordeel dat er herhaaldelijk sprake is geweest van verstoring van de openbare orde en toepassing van artikel 172a van de Gemw rechtmatig is. 49 Uit het voorgaande is gebleken dat tot toepassing van artikel 172a van de Gemw wordt overgegaan indien sprake is van herhaaldelijk ordeverstoring en tevens vrees bestaat voor verdere verstoring. Het preventieve karakter van deze verboden bestaan er dus uit dat de bevoegdheid wordt gegeven in situaties waarbij wordt gevreesd voor herhaling van ordeverstorend gedrag. 50 De burgemeester kan aldus op grond van artikel 172a van de Gemw door middel van een preventief bestuurlijk bevel in de vorm van een gebiedsverbod, groepsverbod en/of meldplicht voorkomen dat ordeverstorend gedrag opnieuw plaatsvindt. Gebiedsverbod op grond van artikel 172b van de Gemw De WMBVEO heeft niet alleen geleid tot de invoering van artikel 172a van de Gemw, maar ook tot de invoering van artikel 172b van de Gemw. Dit artikel is gericht op overlastveroorzakende twaalfminners. Het artikel luidt als volgt: 1. De burgemeester kan aan een persoon die het gezag uitoefent over een minderjarige die herhaaldelijk groepsgewijs de openbare orde heeft verstoord en de leeftijd van twaalf jaren nog niet heeft bereikt, bij ernstige vrees voor verdere verstoring van de openbare orde een bevel geven zorg te dragen: a. dat de minderjarige zich niet bevindt in of in de omgeving van een of meer 46 Kamerstukken II 2007/08, , nr. 3, p Handreiking Wet MBVEO 2010, p Rb. Amsterdam 3 april 2012, LJN BW Vzr. Rb. Utrecht 18 mei 2011, LJN BQ5186; Vrz. Rb. Breda 20 mei 2011, LJN BQ Kamerstukken II 2007/08, , nr. 3, p

22 Bestaande vrijheidsbeperkende instrumenten in de vorm van een gebieds- of contactverbod en/of meldplicht bepaalde objecten binnen de gemeente, dan wel in een of meer bepaalde delen van de gemeente, tenzij de minderjarige wordt begeleid door een persoon die het gezag over hem uitoefent of door een andere meerderjarige als bedoeld in het derde lid; of b. dat de minderjarige zich op bepaalde dagen gedurende een aangegeven tijdvak tussen 8 uur s avonds en 6 uur s ochtends niet bevindt op voor het publiek toegankelijke plaatsen, tenzij de minderjarige wordt begeleid door een persoon die het gezag over hem uitoefent of door een andere meerderjarige als bedoeld in het derde lid.[ ] Het artikel geeft de burgemeester de bevoegdheid om een preventieve maatregel te treffen jegens de ouders/verzorgers van twaalfminners. Door het bevel dienen de ouders/verzorgers zorg te dragen dat twaalfminners niet op bepaalde plekken in de gemeente komen, tenzij de minderjarige wordt begeleid. Daarnaast geeft dit artikel de mogelijkheid om een bevel te geven aan ouders/verzorgers van twaalfminners om ervoor te zorgen dat de minderjarige op bepaalde dagen gedurende een tijdsvak tussen uur en uur niet komt voor het publiek toegankelijke plaatsen. Hierbij geldt ook dat de minderjarige dit alleen mag als hij wordt begeleid door zijn ouders/verzorgers. 51 Om dit bevel te kunnen krijgen moet de minderjarige wel herhaaldelijk groepsgewijs de openbare orde hebben verstoord en moet er ernstige vrees voor verdere verstoring van de openbare orde zijn. Volgens de Circulaire Burgemeesterbevel twaalfminner is het doel van het artikel om verdere verstoringen van de openbare orde door twaalfminners die herhaaldelijk de openbare orde hebben verstoord tegen te gaan. 52 Het preventieve karakter bestaat er aldus uit dat het bevel wordt gegeven in situaties waarbij ernstige vrees voor herhaling van verdere verstoring van de openbare orde bestaat. 53 Gebiedsverboden op grond van artikelen 175 en 176 van de Gemw De burgemeester kan op grond van deze artikelen ook de orde handhaven en gevaar beperken door middel van een noodbevel of noodverordening in de vorm van een gebiedsverbod. De burgemeester kan deze bevelen geven indien sprake is van oproerige beweging, van andere ernstige wanordelijkheden of van rampen of van ernstige vrees voor het ontstaan daarvan. 54 Artikel 175 van de Gemw luidt als volgt: 1. In geval van oproerige beweging, van andere ernstige wanordelijkheden of van rampen, dan wel van ernstige vrees voor het ontstaan daarvan, is de burgemeester bevoegd alle bevelen te geven die hij ter handhaving van de openbare orde of ter beperking van gevaar nodig acht. Daarbij kan van andere dan bij de Grondwet gestelde voorschriften worden afgeweken.[ ] 51 Artikel 172b lid 1 sub a en b Gemw. 52 Circulaire Burgemeestersbevel twaalfminners; artikel 172b Gemw. 53 Artikel 172b lid 1 Gemw. 54 Artikel 175 lid 1 Gemw. 16

23 Bestaande vrijheidsbeperkende instrumenten in de vorm van een gebieds- of contactverbod en/of meldplicht Voorts luidt artikel 176 van de Gemeente als volgt: 1. Wanneer een omstandigheid als bedoeld in artikel 175, eerste lid, zich voordoet, kan de burgemeester algemeen verbindende voorschriften geven die ter handhaving van de openbare orde of ter beperking van gevaar nodig zijn. Daarbij kan van andere dan bij de Grondwet gestelde voorschriften worden afgeweken. Hij maakt deze voorschriften bekend op een door hem te bepalen wijze. [ ] Ter illustratie het geval in gemeente Amsterdam. De burgmeester heeft een noodbevel aan supporters van FC Utrecht gegeven. Zij moesten Amsterdam verlaten en teruggaan naar Utrecht. De aanleiding tot het overgaan van het verbod was dat er sprake was van ernstige vrees voor het ontstaan van ernstige wanordelijkheden. De supporters van Utrecht hebben kwetsende liederen gezongen die tevens ook discriminerend waren. Ook is de wedstrijd gekwalificeerd als een risicowedstrijd. Dit alles in achtnemend is de burgemeester van Amsterdam tot de conclusie gekomen dat er de vrees bestaat voor ernstige wanordelijkheden en is overgegaan tot het opleggen van een noodbevel om de openbare orde te handhaven. 55 Het is duidelijk geworden dat de noodbevoegdheden van de artikelen 175 en 176 van de Gemw de burgemeester bevoegdheden geven tegen noodsituaties die een ernstige inbreuk maken op de openbare orde. 56 Het preventieve karakter bestaat er aldus uit dat de noodbevelen van artikelen 175 en 176 van de Gemw worden gegeven in noodsituaties waarbij gevreesd wordt voor oproerige beweging, van andere ernstige wanordelijkheden of van rampen, of van ernstige vrees voor het ontstaan daarvan. De burgemeester kan dan middels een preventief bestuurlijk bevel voorkomen dat de openbare orde wordt verstoord of gevaar wordt beperkt. Bij de artikelen 175 en 176 van de Gemw is het nog belangrijk om aan te geven dat het noodbevel van artikel 175 van de Gemw zich richt op één of enkele personen. Is er sprake van een onbepaald aantal personen dan is een verordening van artikel 176 van de Gemw van toepassing. Op grond van dit artikel kan de burgemeester in noodsituaties regels geven in de vorm van een noodverordening die nodig zijn om de openbare orde te handhaven. 57 Huis- of contactverbod op grond van de Wet tijdelijk huisverbod De burgemeester krijgt met deze wet de bevoegdheid om op te treden in situaties van directe dreiging van huiselijk geweld zonder dat strafbare feiten zijn gepleegd. Het doel van deze wet is om (verdere escalatie van) huiselijk geweld te voorkomen. 58 De burgemeester kan op grond van artikel 2 van de Wet tijdelijk huisverbod (hierna: Wth) een huisverbod opleggen. Het artikel luidt als volgt: 55 Rb. Amsterdam 26 juni 2012, LJN BW Muller e.a 2008, p. 100; Tekst en Commentaar Gemeentewet, Provinciewet, Noodbevelen bij: Gemeentewet artikel 175 (noodbevelen). 57 Dölle en Elzinga 2004, p Schreijenberg e.a. 2010, p

3.2.1 Aard en karakter van de gedragsaanwijzing

3.2.1 Aard en karakter van de gedragsaanwijzing 3.2 De bevoegdheid van de officier van justitie tot het geven van een gedragsaanwijzing 3.2.1 Aard en karakter van de gedragsaanwijzing Zoals in het voorgaande aan de orde kwam, kunnen bepaalde tot ernstige

Nadere informatie

Besluit van de burgemeester d.d. 16 november 2010, houdende vaststelling van de beleidsregels bestrijding voetbalvandalisme en ernstige overlast

Besluit van de burgemeester d.d. 16 november 2010, houdende vaststelling van de beleidsregels bestrijding voetbalvandalisme en ernstige overlast Besluit van de burgemeester d.d. 16 november 2010, houdende vaststelling van de beleidsregels bestrijding voetbalvandalisme en ernstige overlast De burgemeester van Twenterand; Gelet op de artikelen 172a

Nadere informatie

Beleidsregel Wet maatregelen bestrijding voetbalvandalisme en ernstige overlast (Wet MBVEO)

Beleidsregel Wet maatregelen bestrijding voetbalvandalisme en ernstige overlast (Wet MBVEO) / Bijlage 3.2 Beleidsregel Wet maatregelen bestrijding voetbalvandalisme en ernstige overlast (Wet MBVEO) 7 juni 2012 Inhoudsopgave Artikel 1 Bevoegdheden op grond van artikel 172a Gemeentewet 2 Artikel

Nadere informatie

PREVENTIEVE DWANGSOM BIJ OVERLASTGEVEND GEDRAG

PREVENTIEVE DWANGSOM BIJ OVERLASTGEVEND GEDRAG PREVENTIEVE DWANGSOM BIJ OVERLASTGEVEND GEDRAG Doel van de beleidsregel preventieve dwangsom bij overlastgevend gedrag. Met deze preventieve dwangsom wordt getracht het gedrag van overlastgevende personen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 32 551 Wijziging van het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering in verband met de invoering van een rechterlijke vrijheidsbeperkende

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Bevoegdheid en rollen

Hoofdstuk 1 Bevoegdheid en rollen Bekendmaking Rectificatie vaststelling beleid De burgemeester van Heemskerk maakt bekend een verbeterde versie van de Beleidsregel Gebiedsverboden Heemskerk vast te stellen. De daarin opgenomen verwijzingen

Nadere informatie

Beleidsregel gebiedsverboden Heemskerk

Beleidsregel gebiedsverboden Heemskerk I gemeente Beleidsregel gebiedsverboden Heemskerk 24 augustus 2016 BIVO/2016/ IIIII IIIIII IH IIIII H IIIII IIIII IIII IIIIII IIII IIIIII III IIII Z020FDB2B1B Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Bevoegdheid en rollen

Nadere informatie

Voetbalwet - de maatregelen: Gebiedsontzegging (max jaar) Groepsverbod Meldingsplicht. Bevoegdheid van burgemeester en OvJ

Voetbalwet - de maatregelen: Gebiedsontzegging (max jaar) Groepsverbod Meldingsplicht. Bevoegdheid van burgemeester en OvJ Voetbalwet Voetbalwet Parool Mei 2008 - Na vijftien jaar heen en weer praten is het langverbeide voetbalwetje bedoeld om relschoppers uit de omgeving van stadions te weren vrijdag door het kabinet goedgekeurd.

Nadere informatie

Gemeentelijke handhaving en strafrecht

Gemeentelijke handhaving en strafrecht Gemeentelijke handhaving en strafrecht Prof. mr.dr. A.R. Hartmann Erasmus Universiteit Rotterdam d.d. 14 april 2011 Museum Boijmans Van Beuningen Rotterdam Overzicht: 1 Inleiding 2 Strafrechtelijke afdoening

Nadere informatie

Handreiking Wet maatregelen bestrijding voetbalvandalisme en ernstige overlast

Handreiking Wet maatregelen bestrijding voetbalvandalisme en ernstige overlast Handreiking Wet maatregelen bestrijding voetbalvandalisme en ernstige overlast Nieuwe bevoegdheden voor de aanpak van (voetbalgerelateerde) overlast van groepen en individuen Handreiking Wet maatregelen

Nadere informatie

Algemene bepalingen. Transactie DDD. Na titel VIII wordt een titel ingevoegd, luidende: TITEL VIIIA BIJZONDERE BEPALINGEN VOOR JEUGDIGEN.

Algemene bepalingen. Transactie DDD. Na titel VIII wordt een titel ingevoegd, luidende: TITEL VIIIA BIJZONDERE BEPALINGEN VOOR JEUGDIGEN. DDD Na titel VIII wordt een titel ingevoegd, luidende: TITEL VIIIA BIJZONDERE BEPALINGEN VOOR JEUGDIGEN Algemene bepalingen Artikel 79a Ten aanzien van degene die ten tijde van het begaan van een strafbaar

Nadere informatie

Wetsvoorstel maatregelen. overlast (31 467) Ministerie van Justitie

Wetsvoorstel maatregelen. overlast (31 467) Ministerie van Justitie Ministerie van Justitie Voorlichtingsbijeenkomsten CCV i.s.m. BZK en Justitie Zwolle, Eindhoven, A dam en R dam mei juni 2009 Wetsvoorstel maatregelen bestrijding voetbalvandalisme en ernstige overlast

Nadere informatie

De burgemeester: De baas over veiligheid in de gemeente?

De burgemeester: De baas over veiligheid in de gemeente? De burgemeester: De baas over veiligheid in de gemeente? Inleiding De burgemeester is als eenhoofdig bestuursorgaan belast met de handhaving van de openbare orde en veiligheid De burgemeester krijgt steeds

Nadere informatie

Beleidsregel Preventiemaatregelen overlast en openbare orde. Gelezen het voorstel van Veiligheid, Vergunningen en Handhaving Team Veiligheid

Beleidsregel Preventiemaatregelen overlast en openbare orde. Gelezen het voorstel van Veiligheid, Vergunningen en Handhaving Team Veiligheid GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Hoorn. Nr. 117026 24 augustus 2016 Beleidsregel Preventiemaatregelen overlast en openbare orde Zaaknummer: 1341852 Gelezen het voorstel van Veiligheid, Vergunningen

Nadere informatie

ARRESTANTENVERZORGING. Juridische aspecten De politie Het strafproces Verzorging Ethiek

ARRESTANTENVERZORGING. Juridische aspecten De politie Het strafproces Verzorging Ethiek ARRESTANTENVERZORGING Juridische aspecten De politie Het strafproces Verzorging Ethiek januari 2013 Doel van het strafproces / strafvordering = het nemen van strafvorderlijke beslissingen Bestaat uit =

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 32 551 Wijziging van het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering in verband met de invoering van een rechterlijke vrijheidsbeperkende

Nadere informatie

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje Nassau, enz. enz. enz.

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering in verband met de invoering van een rechterlijke vrijheidsbeperkende maatregel (rechterlijk gebieds of contactverbod) Wij Beatrix,

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Aanwijzing bestrijding voetbalvandalisme en voetbalgerelateerd geweld

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Aanwijzing bestrijding voetbalvandalisme en voetbalgerelateerd geweld STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 41059 20 november 2015 Aanwijzing bestrijding voetbalvandalisme en voetbalgerelateerd geweld Rechtskarakter: Aanwijzing

Nadere informatie

Oplegnotitie Tussentijdse wijziging van de Algemene Plaatselijke Verordening voor de Gemeente Brunssum Gemeenteblad nr. 64

Oplegnotitie Tussentijdse wijziging van de Algemene Plaatselijke Verordening voor de Gemeente Brunssum Gemeenteblad nr. 64 Oplegnotitie Tussentijdse wijziging van de Algemene Plaatselijke Verordening voor de Gemeente Brunssum Gemeenteblad nr. 64 Rol van de raad De raad krijgt dit raadsvoorstel voorgelegd omdat de raad op grond

Nadere informatie

Beleidsregel Toepassing Wet Maatregelen Bestrijding Voetbalvandalisme en Ernstige Overlast gemeente Delft (kenmerk )

Beleidsregel Toepassing Wet Maatregelen Bestrijding Voetbalvandalisme en Ernstige Overlast gemeente Delft (kenmerk ) Beleidsregel Toepassing Wet Maatregelen Bestrijding Voetbalvandalisme en Ernstige Overlast gemeente Delft (kenmerk 1184923) De burgemeester van de gemeente Delft; overwegende dat het ten behoeve van de

Nadere informatie

Overwegende, dat op 1 september 2010 de Wet maatregelen bestrijding voetbalvandalisme en ernstige overlast (Wet Mbveo) in werking is getreden;

Overwegende, dat op 1 september 2010 de Wet maatregelen bestrijding voetbalvandalisme en ernstige overlast (Wet Mbveo) in werking is getreden; BESLUIT DE BURGEMEESTER VAN BRONCKHORST; Overwegende, dat op 1 september 2010 de Wet maatregelen bestrijding voetbalvandalisme en ernstige overlast (Wet Mbveo) in werking is getreden; Overwegende, dat

Nadere informatie

Verordening Eindhoven inzake bestuurlijke ophouding

Verordening Eindhoven inzake bestuurlijke ophouding gemeente Eindhoven Dienst Algemene en Publiekszaken Sector Advisering en Ondersteuning Raadsbijlage nummer 96 lnboeknummer OOM002455 Beslisdatum BTW 9 mei 2000 Dossiernummer 020.107 Raadsbij lage Voorstel

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/jenv]

Nadere informatie

Richtlijn voor strafvordering Arbeidsomstandighedenwet 1998

Richtlijn voor strafvordering Arbeidsomstandighedenwet 1998 JU Richtlijn voor strafvordering Arbeidsomstandighedenwet 1998 Categorie: Strafvordering Rechtskarakter: Aanwijzing i.d.z.v. artikel 130 lid 4 Wet RO Afzender: College van procureurs-generaal Adressaat:

Nadere informatie

Beleidsregels "Preventiemaatregelen overlast en openbare orde" Hilversum 2018

Beleidsregels Preventiemaatregelen overlast en openbare orde Hilversum 2018 Beleidsregels "Preventiemaatregelen overlast en openbare orde" Hilversum 2018 De burgemeester van de gemeente Hilversum, gelet op de Algemene Plaatselijke Verordening Hilversum 2010; de Gemeentewet, in

Nadere informatie

Q & A Wet middelenonderzoek bij geweldplegers

Q & A Wet middelenonderzoek bij geweldplegers Q & A Wet middelenonderzoek bij geweldplegers Wat is het doel van de Wet middelenonderzoek bij geweldplegers? Met de Wet middelenonderzoek bij geweldplegers wil het kabinet het geweld onder invloed van

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 18101 18 november 2010 Wijziging van het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering in verband met de invoering

Nadere informatie

Inhoudsopgave. 3 Materieel strafrecht: opzet en schuld Inleiding 45

Inhoudsopgave. 3 Materieel strafrecht: opzet en schuld Inleiding 45 Inhoudsopgave 1 Algemene inleiding: wat is strafrecht? 15 1.1 Inleiding 15 1.2 Strafrecht: begripsvorming 16 1.2.1 Materieel en formeel strafrecht 16 1.2.2 Commuun en bijzonder strafrecht 17 1.2.3 Wat

Nadere informatie

Beleidsregel Preventiemaatregelen overlast en openbare orde Medemblik 2016

Beleidsregel Preventiemaatregelen overlast en openbare orde Medemblik 2016 Beleidsregel Preventiemaatregelen overlast en openbare orde Medemblik 2016 Gemeente Medemblik Zaaknummer Z-16-69886 De burgemeester van de gemeente Medemblik, gelezen het voorstel van november 2016; gelet

Nadere informatie

Grondtrekken van het Nederlandse strafrecht

Grondtrekken van het Nederlandse strafrecht Grondtrekken van het Nederlandse strafrecht Mr. J. Kronenberg Mr. B. de Wilde Vijfde druk Kluwer a Kluwer business Deventer - 2012 Inhoudsopgave Voorwoord 13 Aanbevolen literatuur 15 Afkortingenlijst 17

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag > Retouradres Postbus 20011 2500 EA Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Directoraat-generaal Veiligheid Bestuurlijke Aanpak Schedeldoekshaven 200

Nadere informatie

B E L A N G E N B E H A R T I G I N G L E D E N O M / Z M K W A L I T E I T R E C H T S P R A A K

B E L A N G E N B E H A R T I G I N G L E D E N O M / Z M K W A L I T E I T R E C H T S P R A A K Nederlandse Vereniging voor Rechtspraak De minister van Justitie Mr. E.M.H. Hirsch Ballin Postbus 20301 2500 GH Den Haag Datum: 29 januari 2010 Ons kenmerk: B2.1.9./1760/RO Uw kenmerk: 5627635/09/6 Onderwerp:

Nadere informatie

Rechterlijk gebieds- of contactverbod mogelijk vanaf

Rechterlijk gebieds- of contactverbod mogelijk vanaf Regelingen en voorzieningen CODE 6.5.3.214 Rechterlijk gebieds- of contactverbod mogelijk vanaf 1.4.2012 tekst bronnen Wijziging van het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering in verband

Nadere informatie

Titel II. Straffen. 1. Algemeen. Artikel 1:11

Titel II. Straffen. 1. Algemeen. Artikel 1:11 Titel II Straffen 1. Algemeen Artikel 1:11 1. De straffen zijn: a. de hoofdstraffen: 1. gevangenisstraf; 2. hechtenis; 3. taakstraf; 4. geldboete. b. de bijkomende straffen: 1. ontzetting van bepaalde

Nadere informatie

34300 VI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Veiligheid en Justitie (VI) voor het jaar 2016

34300 VI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Veiligheid en Justitie (VI) voor het jaar 2016 34300 VI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Veiligheid en Justitie (VI) voor het jaar 2016 Nr. 75 Brief van de minister van Veiligheid en Justitie Aan de Voorzitter van de Tweede

Nadere informatie

Samenvatting Maatschappijwetenschappen Hoofdstuk Criminaliteit en Rechtsstaat

Samenvatting Maatschappijwetenschappen Hoofdstuk Criminaliteit en Rechtsstaat Samenvatting Maatschappijwetenschappen Hoofdstuk 6 + 7 Criminaliteit en Rechtsstaat Samenvatting door een scholier 1300 woorden 3 november 2010 2,3 2 keer beoordeeld Vak Maatschappijwetenschappen Hoofdstuk

Nadere informatie

Instrumentenkoffer: bestuurlijke en strafrechtelijke instrumenten

Instrumentenkoffer: bestuurlijke en strafrechtelijke instrumenten Instrumentenkoffer: bestuurlijke en strafrechtelijke instrumenten Lichte bevelsbevoegdheid BM 172 lid 3 Gemeentewet 184SR Noodbevel BM 175 Gemeentewet 184 SR Noodverordening BM 176 Gemeentewet 443 SR Voorschriften

Nadere informatie

De oplegging van het gebiedsverbod en de meldplicht bij vandalisme Een problematische samenloop van bevoegdheden

De oplegging van het gebiedsverbod en de meldplicht bij vandalisme Een problematische samenloop van bevoegdheden De oplegging van het gebiedsverbod en de meldplicht bij vandalisme Een problematische samenloop van bevoegdheden Auteur: ANR: Afstudeerrichting: Scriptiebegeleidster: Tweede lezer: Datum en tijdstip: Kimberley

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Voorwoord / 5. Lijst van gebruikte afkortingen / 13. Het materiële strafrecht. 1. Inleiding / 17

Inhoudsopgave. Voorwoord / 5. Lijst van gebruikte afkortingen / 13. Het materiële strafrecht. 1. Inleiding / 17 Inhoudsopgave Voorwoord / 5 Lijst van gebruikte afkortingen / 13 Deel I Het materiële strafrecht 1. Inleiding / 17 2. Straffen / 19 2.1 Hoofdstraffen ex artikel 9 Sr / 19 2.2 Bijkomende straffen / 20 3.

Nadere informatie

Stelselwijziging Jeugd. Factsheet. De uitvoering van het jeugdstrafrecht. Na inwerkingtreding van de Jeugdwet

Stelselwijziging Jeugd. Factsheet. De uitvoering van het jeugdstrafrecht. Na inwerkingtreding van de Jeugdwet Stelselwijziging Jeugd Factsheet De uitvoering van het jeugdstrafrecht Na inwerkingtreding van de Jeugdwet Inleiding Deze factsheet heeft betrekking op de uitvoering van het jeugdstrafrecht na de invoering

Nadere informatie

6 Berechting. M. Brouwers en A.Th.J. Eggen

6 Berechting. M. Brouwers en A.Th.J. Eggen 6 Berechting M. Brouwers en A.Th.J. Eggen In deed de rechter 102.000 misdrijfzaken 1 af. Dat is 23% minder dan in. In meer dan de helft van de zaken gaat het om vermogensmisdrijven (35%) of gewelds- en

Nadere informatie

Beleidsregel Wet Maatregelen Bestrijding Voetbalvandalisme en Ernstige Overlast (wet MBVEO) gemeente Heerenveen

Beleidsregel Wet Maatregelen Bestrijding Voetbalvandalisme en Ernstige Overlast (wet MBVEO) gemeente Heerenveen GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Heerenveen. Nr. 18266 17 februari 2016 Beleidsregel Wet Maatregelen Bestrijding Voetbalvandalisme en Ernstige Overlast (wet MBVEO) gemeente Heerenveen De burgemeester

Nadere informatie

Toetsmatrijs BOA OV Module 4 Rechtskennis 24 mei 2017

Toetsmatrijs BOA OV Module 4 Rechtskennis 24 mei 2017 walificatiedossier: BOA OV Module 4 Meer strafrecht Toetsvorm: 20 Gesloten vragen Toetsduur: 45 minuten Cesuur: 68% Onderwerp Begrip/Artikel Toetsterm I. Het functioneren binnen en als onderdeel van de

Nadere informatie

De uitvoering van het jeugdstrafrecht

De uitvoering van het jeugdstrafrecht Stelselwijziging Jeugd Factsheet De uitvoering van het jeugdstrafrecht Na inwerkingtreding van de Jeugdwet De uitvoering van het jeugdstrafrecht 1 De uitvoering van het jeugdstrafrecht 2 Inleiding Deze

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 32 169 Wijziging van het Wetboek van Strafrecht in verband met het beperken van de mogelijkheden om een taakstraf op te leggen voor ernstige zeden-

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van het Wetboek van Strafrecht, het Wetboek van Strafvordering en de Wet dieren met het oog op de versterking van het instrumentarium ten behoeve van de opsporing, vervolging en bestuursrechtelijke

Nadere informatie

Aangenomen en overgenomen amendementen

Aangenomen en overgenomen amendementen Overzicht van stemmingen in de Tweede Kamer afdeling Inhoudelijke Ondersteuning aan De leden van de vaste commissie voor Veiligheid en Justitie datum 3 februari 2015 Betreffende wetsvoorstel: 33882 Wijziging

Nadere informatie

Stelselwijziging Jeugd. Factsheet. De uitvoering van het jeugdstrafrecht. Na inwerkingtreding van de Jeugdwet

Stelselwijziging Jeugd. Factsheet. De uitvoering van het jeugdstrafrecht. Na inwerkingtreding van de Jeugdwet Stelselwijziging Jeugd Factsheet De uitvoering van het jeugdstrafrecht Na inwerkingtreding van de Jeugdwet Inleiding Dit memo heeft betrekking op de uitvoering van het jeugdstrafrecht na de invoering

Nadere informatie

Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving

Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving ϕ Ministerie van Justitie Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving Directie Juridische en Operationele Aangelegenheden Postadres: Postbus 2030, 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede

Nadere informatie

Wet Maatregel Wie bevoegd? In welke gevallen? Wetboek van

Wet Maatregel Wie bevoegd? In welke gevallen? Wetboek van Bijlage 1 Wet Maatregel Wie bevoegd? In welke gevallen? Wetboek van Officier van justitie Strafvordering Toepassing bijzondere opsporingsbevoegdheden: o.m. observatie, infiltratie en stelselmatige informatieinwinning

Nadere informatie

Bijlage 1 De Anti-Social Behaviour Order in Engeland en Wales

Bijlage 1 De Anti-Social Behaviour Order in Engeland en Wales Bijlage 1 De Anti-Social Behaviour Order in Engeland en Wales De Anti-Social Behaviour Order (ASBO) in Engeland en Wales is omschreven in de Crime and Disorder Act 1998 (hoofdstuk 37, onderdeel 1.1) getiteld

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2008 421 Wet van 9 oktober 2008, houdende regels strekkende tot het opleggen van een tijdelijk huisverbod aan personen van wie een ernstige dreiging

Nadere informatie

Vervolging. N.E. de Heer-de Lange

Vervolging. N.E. de Heer-de Lange 6 Vervolging N.E. de Heer-de Lange Dit hoofdstuk beschrijft de fase van vervolging. Hierbij gaat het om de verdachten die worden vervolgd, de strafbare feiten die de basis vormen voor hun strafzaken, en

Nadere informatie

No.W03.13.0354/II 's-gravenhage, 6 december 2013

No.W03.13.0354/II 's-gravenhage, 6 december 2013 ... No.W03.13.0354/II 's-gravenhage, 6 december 2013 Bij Kabinetsmissive van 3 oktober 2013, no.13.002060, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Minister van Veiligheid en Justitie, mede namens de

Nadere informatie

Beleidsregels "Preventiemaatregelen overlast en openbare orde"

Beleidsregels Preventiemaatregelen overlast en openbare orde GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Montfoort Nr. 49416 28 maart 2017 Beleidsregels "Preventiemaatregelen overlast en openbare orde" De burgemeester van de gemeente Montfoort, gelet op de Algemene

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

BB.nr d.d

BB.nr d.d houdens advies van de commissie BB.nr. 12.069 d.d. 2-10-2012 Onderwerp Algemene beleidsregel en mandaatbesluit Burgemeester inzake gebiedsontzeggingen 2012 Besluit:B 1. Vast te stellen bijgaande Algemene

Nadere informatie

Berechting. A.Th.J. Eggen

Berechting. A.Th.J. Eggen 6 Berechting A.Th.J. Eggen Jaarlijks behandelt de rechter in eerste aanleg circa 130.000 strafzaken tegen verdachten van misdrijven. Ruim 80% van de zaken wordt afgedaan door de politierechter. Het aandeel

Nadere informatie

Beleidsregels Preventiemaatregelen overlast en openbare orde

Beleidsregels Preventiemaatregelen overlast en openbare orde Zaak: 381372 Gemeente * ** IJsselstein Beleidsregels Preventiemaatregelen overlast en openbare orde De burgemeester van de gemeente IJsselstein, gelet op de Algemene Plaatselijke Verordening 2016; de Gemeentewet,

Nadere informatie

Concept wetsvoorstel MEMORIE VAN TOELICHTING ALGEMEEN

Concept wetsvoorstel MEMORIE VAN TOELICHTING ALGEMEEN Concept wetsvoorstel Wijziging van het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering in verband met de invoering van een rechterlijke vrijheidsbeperkende maatregel (rechterlijk gebieds- of contactverbod).

Nadere informatie

ECLI:NL:RBOVE:2017:2237

ECLI:NL:RBOVE:2017:2237 ECLI:NL:RBOVE:2017:2237 Instantie Rechtbank Overijssel Datum uitspraak 26-04-2017 Datum publicatie 31-05-2017 Zaaknummer 08/910083-15 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Raadkamer

Nadere informatie

Berechting. Z.C. Driessen en R.F. Meijer

Berechting. Z.C. Driessen en R.F. Meijer 6 Berechting Z.C. Driessen en R.F. Meijer In 2015 deed de rechter 102.000 misdrijfzaken af, 20% minder dan in 2007 en 5% meer dan in 2014. Vermogensmisdrijven en gewelds- en seksuele misdrijven vormden

Nadere informatie

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 26 maart 2013 in de zaak tegen: thans gedetineerd in de.

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 26 maart 2013 in de zaak tegen: thans gedetineerd in de. vonnis RECHTBANK NOORD-HOLLAND Afdeling Publiekrecht, Sectie Straf Locatie Schiphol Meervoudige strafkamer Parketnummer: Uitspraakdatum: 8 april 2013 Tegenspraak Strafvonnis Dit vonnis is gewezen naar

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 101 Wijziging van de Gemeentewet in verband met de invoering van een bestuurlijke boete voor overtreding van een aantal voorschriften bepaald

Nadere informatie

Criminaliteit. en rechtsspraak

Criminaliteit. en rechtsspraak Criminaliteit en rechtsspraak Praktisch: Leerboek blz. 128 t/m 143 Start 18 oktober 2018 Klaar 6 december 2018 Voortgangstoets (weging 2,5%) 13 december Leerstof en toetsen WEEK 42: 15-19 okt Thema Criminaliteit

Nadere informatie

Eindexamen havo maatschappijwetenschappen 2013-I

Eindexamen havo maatschappijwetenschappen 2013-I Opgave 1 Persoonsgerichte aanpak van hooligans Bij deze opgave horen de teksten 1 tot en met 3. Inleiding De overheid richt zich al een aantal jaren op het bestrijden van overlast als onderdeel van het

Nadere informatie

Raadsvoorstel. Datum raadsvergadering : 18 december 2014 Agendanummer : Datum : 29 oktober 2014

Raadsvoorstel. Datum raadsvergadering : 18 december 2014 Agendanummer : Datum : 29 oktober 2014 Raadsvoorstel Datum raadsvergadering : 18 december 2014 Agendanummer : Datum : 29 oktober 2014 Onderwerp Wijziging Algemene plaatselijke verordening Urk 2008 Aan de leden van de raad, Voorgesteld besluit

Nadere informatie

Berechting. M. Brouwers en A.Th.J. Eggen

Berechting. M. Brouwers en A.Th.J. Eggen 6 Berechting M. Brouwers en A.Th.J. Eggen In 2010 deed de rechter 106.000 strafzaken tegen verdachten van misdrijven af. Dat is 16% minder dan in het voorgaande jaar. In bijna drie kwart van de behandelde

Nadere informatie

Aangenomen en overgenomen amendementen

Aangenomen en overgenomen amendementen Overzicht van stemmingen in de Tweede Kamer afdeling Inhoudelijke Ondersteuning aan De leden van de vaste commissie voor Veiligheid en Justitie Betreffende wetsvoorstel: 34126 Wijziging van het Wetboek

Nadere informatie

1. In artikel 126nba, eerste lid, onderdeel d, wordt het woord verwerkt telkens vervangen door : opgeslagen.

1. In artikel 126nba, eerste lid, onderdeel d, wordt het woord verwerkt telkens vervangen door : opgeslagen. 34 372 Wijziging van het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering in verband met de verbetering en versterking van de opsporing en vervolging van computercriminaliteit (computercriminaliteit

Nadere informatie

Criminaliteit en rechtshandhaving 2013. Ontwikkelingen en samenhangen Samenvatting

Criminaliteit en rechtshandhaving 2013. Ontwikkelingen en samenhangen Samenvatting Criminaliteit en rechtshandhaving Ontwikkelingen en samenhangen Samenvatting In de jaarlijkse publicatie Criminaliteit en rechtshandhaving bundelen het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), het Wetenschappelijk

Nadere informatie

Beleidsregel. Sluiting van voor het publiek toegankelijke gebouwen

Beleidsregel. Sluiting van voor het publiek toegankelijke gebouwen Beleidsregel Sluiting van voor het publiek toegankelijke gebouwen De aanpak van ondermijning OPENBARE ORDE EN VEILIGHEID Concernstaf, Openbare orde & veiligheid Inhoudsopgave De beleidsregel 2 Bijlage

Nadere informatie

Rotterdam, 7 juli 2009.

Rotterdam, 7 juli 2009. Rotterdam, 7 juli 2009. Onderwerp: Vaststellen van de beleidsregel inzake het beperken van overlast door jongeren; Opnemen van artikel 2.4.4a Algemene Plaatselijke Verordening: Mosquito op openbare plaatsen.

Nadere informatie

Datum 23 februari 2012 Onderwerp Beantwoording Kamervragen over de voorlopige hechtenis van dhr. R.

Datum 23 februari 2012 Onderwerp Beantwoording Kamervragen over de voorlopige hechtenis van dhr. R. 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den

Nadere informatie

Voorstel van wet. Artikel 1

Voorstel van wet. Artikel 1 Regels strekkende tot het opleggen van een tijdelijk huisverbod aan personen van wie een ernstige dreiging van huiselijk geweld uitgaat (Wet tijdelijk huisverbod) Voorstel van wet Wij Beatrix, bij de gratie

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 29 279 Rechtsstaat en Rechtsorde Nr. 129 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

Algemene toelichting. Hoofdstuk 2 Herstellend traject

Algemene toelichting. Hoofdstuk 2 Herstellend traject Algemene toelichting Hoofdstuk 2 Herstellend traject In een herstellend traject zijn verschillende stappen te onderscheiden. Indien de aard van de overtreding hiertoe aanleiding geeft, kan het college

Nadere informatie

ECLI:NL:RBUTR:2011:BT1675

ECLI:NL:RBUTR:2011:BT1675 ECLI:NL:RBUTR:2011:BT1675 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 07-09-2011 Datum publicatie 15-09-2011 Zaaknummer 16-600572-11 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste

Nadere informatie

5 Vervolging. M. Brouwers en A.Th.J. Eggen

5 Vervolging. M. Brouwers en A.Th.J. Eggen 5 Vervolging M. Brouwers en A.Th.J. Eggen In 2012 werden 218.000 misdrijfzaken bij het Openbaar Ministerie (OM) ingeschreven. Dit is een daling van 18% ten opzichte van 2005. In 2010 was het aantal ingeschreven

Nadere informatie

Toelichting. Algemene toelichting. Hoofdstuk 2 Herstellend traject

Toelichting. Algemene toelichting. Hoofdstuk 2 Herstellend traject Toelichting Algemene toelichting Hoofdstuk 2 Herstellend traject In een herstellend traject zijn verschillende stappen te onderscheiden. Stap 1: aanwijzing, artikel 1.65 lid 1 Wet kinderopvang Het college

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Voorwoord 13. Aanbevolen literatuur 15. Afkortingenlijst 17. Hoofdstuk 1 Inleiding 19

Inhoudsopgave. Voorwoord 13. Aanbevolen literatuur 15. Afkortingenlijst 17. Hoofdstuk 1 Inleiding 19 Inhoudsopgave Voorwoord 13 Aanbevolen literatuur 15 Afkortingenlijst 17 Hoofdstuk 1 Inleiding 19 1.1 Eerste kennismaking 19 1.2 Plaats van het strafrecht 19 1.3 Doelen van straffen 22 1.4 Materieel strafrecht,

Nadere informatie

Opgave 3 De burger als rechter

Opgave 3 De burger als rechter Opgave 3 De burger als rechter Bij deze opgave horen tekst 5 en de tabellen 2 en 3 uit het bronnenboekje. Inleiding Hoe behoren volgens het Nederlandse publiek veroordeelde plegers van misdrijven gestraft

Nadere informatie

Voorwoord. Lawbooks Grondslagen van Recht ( ) Beste student(e),

Voorwoord. Lawbooks Grondslagen van Recht ( ) Beste student(e), Grondslagen van Recht Week 3 2018 2019 Voorwoord Beste student(e), Voor je ligt de samenvatting van de stof van Hoofdstuk 14 van het boek Hoofdlijnen, dat voorgeschreven wordt in week 3. Aanvankelijk hebben

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 31 mei 2010 Betreft Dierenmishandeling in Batenburg

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 31 mei 2010 Betreft Dierenmishandeling in Batenburg > Retouradres Postbus 20401 2500 EK DEN HAAG De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Prins Clauslaan 8 2595 AJ DEN HAAG Postbus 20401 2500 EK DEN HAAG www.minlnv.nl

Nadere informatie

ECLI:NL:PHR:2014:1700 Parket bij de Hoge Raad Datum conclusie Datum publicatie Zaaknummer 12/04833

ECLI:NL:PHR:2014:1700 Parket bij de Hoge Raad Datum conclusie Datum publicatie Zaaknummer 12/04833 ECLI:NL:PHR:2014:1700 Instantie Parket bij de Hoge Raad Datum conclusie 01-07-2014 Datum publicatie 26-09-2014 Zaaknummer 12/04833 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken - Inhoudsindicatie

Nadere informatie

Berechting. R.F. Meijer en A.Th.J. Eggen

Berechting. R.F. Meijer en A.Th.J. Eggen 6 Berechting R.F. Meijer en A.Th.J. Eggen In 2013 deed de rechter 93.000 misdrijfzaken af. Dat is 27% minder dan in 2007. In meer dan de helft van de zaken ging het om vermogensmisdrijven (37%) of gewelds-

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2007 575 Wet van 20 december 2007, tot wijziging van het Wetboek van Strafrecht, het Wetboek van Strafvordering en de Wet op de jeugdzorg met het

Nadere informatie

Gemeente Bergeijk - Mandaatbesluit gebiedsontzegging 2018

Gemeente Bergeijk - Mandaatbesluit gebiedsontzegging 2018 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Bergeijk Nr. 279816 24 december 2018 Gemeente Bergeijk - Mandaatbesluit gebiedsontzegging 2018 De burgemeester van Bergeijk, Besluit: De ambtenaar van de

Nadere informatie

Burgemeester 24 mei 2012 Gemeenteblad BELEIDSREGEL AANPAK STRUCTURELE JEUGDOVERLAST HELMOND 2012

Burgemeester 24 mei 2012 Gemeenteblad BELEIDSREGEL AANPAK STRUCTURELE JEUGDOVERLAST HELMOND 2012 Jaar: 2012 Nummer: 44 Besluit: Burgemeester 24 mei 2012 Gemeenteblad BELEIDSREGEL AANPAK STRUCTURELE JEUGDOVERLAST HELMOND 2012 De burgemeester van Helmond, besluit vast te stellen de Beleidsregel aanpak

Nadere informatie

De gevolgen van een strafrechtelijke afdoening voor de verblijfsrechtelijke positie van jongeren

De gevolgen van een strafrechtelijke afdoening voor de verblijfsrechtelijke positie van jongeren De gevolgen van een strafrechtelijke afdoening voor de verblijfsrechtelijke positie van jongeren Dit document beoogt de strafrechtelijke consequenties voor de verblijfsrechtelijke positie van een vreemdeling

Nadere informatie

https://www.rechtspraak.nl/sitecollectiondocuments/orientatiepunten-en-afspraken-lovs.pdf 2

https://www.rechtspraak.nl/sitecollectiondocuments/orientatiepunten-en-afspraken-lovs.pdf 2 34 846 Voorstel van wet van het lid Markuszower tot wijziging van het Wetboek van Strafrecht in verband met de invoering van minimumstraffen bij bepaalde gewelds- en zedendelicten (Wet hoge minimumstraffen)

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 2491 14 maart 2011 Rectificatie Aanwijzing OM-afdoening Op 1 maart 2011 is de Aanwijzing OM-afdoening (2011A001) in werking

Nadere informatie

Van afdeling: WH Ter inzage gelegde stukken / bijlagen: Behandelend ambtenaar: M Wierenga Telefoonnummer: (0223)

Van afdeling: WH Ter inzage gelegde stukken / bijlagen: Behandelend ambtenaar: M Wierenga Telefoonnummer: (0223) gemeente Den Helder Raadsvoorstel Registratienummer: Portefeuillehouder: Burgemeester Van afdeling: WH Ter inzage gelegde stukken / bijlagen: Behandelend ambtenaar: M Wierenga Telefoonnummer: (0223) 67

Nadere informatie

Rapport. Oordeel. Op basis van het onderzoek vindt de Nationale ombudsman de klacht over het Openbaar Ministerie gegrond.

Rapport. Oordeel. Op basis van het onderzoek vindt de Nationale ombudsman de klacht over het Openbaar Ministerie gegrond. Rapport Een onderzoek naar klachten over het niet eerder seponeren van een strafzaak en over het doorsturen van een verzoek om schadevergoeding naar de rechtbank. Oordeel Op basis van het onderzoek vindt

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Sector straf- en sanctierecht Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag

Nadere informatie

Hebben goedgevonden en verstaan: ARTIKEL I

Hebben goedgevonden en verstaan: ARTIKEL I Besluit van, houdende wijziging van het Besluit justitiële en strafvorderlijke gegevens in verband met de implementatie van de richtlijn 2011/93/EU van het Europees Parlement en de Raad ter bestrijding

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 35 116 Wijziging van het Wetboek van Strafvordering en de Overleveringswet ter implementatie van richtlijn nr. 2016/800/EU van het Europees Parlement

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2014 2015 33 662 Wijziging van de Wet bescherming persoonsgegevens en enige andere wetten in verband met de invoering van een meldplicht bij de doorbreking

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal erste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2003 2004 28 980 Wijziging van het Wetboek van Strafrecht, het Wetboek van Strafvordering en de Penitentiaire beginselenwet (plaatsing in een inrichting voor

Nadere informatie

Slachtofferhulp. concept wetsvoorstel betreffende hétieggen van conservatoir beslag door de staat voor slachtoffers van misdrijven.

Slachtofferhulp. concept wetsvoorstel betreffende hétieggen van conservatoir beslag door de staat voor slachtoffers van misdrijven. ~,tl~ 3 / Nootailfafiltoor 7: ~.,1 e d 1ff 0 Postbus 14208 3508 SH Utrecht Pallas Athertedreef 27 3561 PE Utrecht 03023401 16 F 030 231 76 55 info@s~achtofferhuip.fli w www.s}achtofferhulp.ni / Ministerie

Nadere informatie