kinderopvang in kaart

Transcriptie

1 kinderopvang in kaart Provincie West-Vlaanderen 2010

2 KINDEROPVANG IN KAART Provincie West-Vlaanderen 2010

3 Voorwoord Kind en Gezin wil, samen met zijn partners, voor elk kind, waar en hoe het ook geboren is of opgroeit, zo veel mogelijk kansen creëren. 1 Kinderopvang is niet meer weg te denken uit onze samenleving en is een belangrijke schakel in het creëren van kansen voor alle kinderen. Kinderopvang heeft niet langer enkel een economische en pedagogische peiler maar bouwt terecht sterk aan de sociale peiler: kansen creëren voor alle kinderen. Kinderen zijn immers onze toekomst en verdienen onze aandacht. Het rapport Kinderopvang in kaart: West-Vlaanderen geeft een overzicht van het formele West- Vlaamse kinderopvanglandschap en enkele andere relevante factoren. Het dossier is opgebouwd aan de hand van kaartmateriaal en gedetailleerde cijfergegevens op gemeenteniveau. Het geeft een antwoord op enkele essentiële vragen rond het kinderopvanglandschap en dit op het niveau van elke gemeente in West-Vlaanderen. Hoeveel voorschoolse opvangplaatsen zijn er in een gemeente? Kunnen ouders kinderopvang vinden waar ze volgens hun inkomen betalen? Hoeveel buitenschoolse kinderopvangplaatsen zijn er beschikbaar? Hoeveel geboortes in kansarme gezinnen zijn er? Om een gefundeerd beleid te voeren is het kennen van de omgeving zeer belangrijk. Ik hoop dat dit rapport u als lokaal bestuur kan ondersteunen in het uitwerken of evalueren van een lokaal beleid kinderopvang en eveneens extra informatie zal leveren voor andere beleidsdomeinen waar kinderopvang een belangrijke factor is. Dit prachtige rapport is een initiatief van onze consulenten lokaal beleid kinderopvang, Ann Vercauteren en Roeland Vanlerberghe. Maar dit resultaat was er niet zonder de samenwerking met enerzijds Hilde Coudenys en Inge Caestecker van het Steunpunt Sociale Planning van de provincie West-Vlaanderen en anderzijds Mark Willems, interprovinciaal coördinator Sociale Planning. Mijn oprechte dank voor de ondersteuning en medewerking aan dit project. Mij rest enkel u veel leesgenot te wensen Inge Duchateau Provinciaal afdelingshoofd West-Vlaanderen 1 (KIND EN GEZIN), Missie. internet, 2 augustus 2010 Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 2

4 Inhoudstafel Voorwoord... 2 Inhoudstafel... 3 Inleiding... 6 Deel I: Demografische en socio-economische gegevens Demografisch Aantal inwoners en bevolkingsdichtheid Aantal kinderen Aantal kinderen van 0 t.e.m. 2 jaar Aantal kinderen van 3 t.e.m. 11 jaar Aantal schoolgaande kinderen dat in de gemeente school loopt t.o.v. aantal kinderen (3 t.e.m. 11 jaar) wonende in de gemeente A. Schoolgaande kinderen in het kleuteronderwijs (3 t.e.m. 5 jaar) B. Schoolgaande kinderen in het lager onderwijs (6 t.e.m. 11 jaar) Kleuterparticipatie Geboortes Aantal geboortes Geboortes in kansarme gezinnen Taalsituatie in het gezin Overzicht taalsituatie in het gezin A. Taalsituatie gezin is Nederlands B. Taalsituatie gezin is niet-nederlands Overzicht taal dienstverlening (communicatietaal met het gezin) A. Taal dienstverlening is Nederlands B. Taal dienstverlening is niet-nederlands Nationaliteit van het gezin Overzicht nationaliteit van het kind bij geboorte A. Nationaliteit van het kind bij de geboorte is Belg B. Nationaliteit van het kind bij de geboorte is niet-belg Overzicht nationaliteit van de moeder bij haar geboorte (origine van de moeder). 22 A. Nationaliteit van de moeder bij haar geboorte is Belg B. Nationaliteit van de moeder bij haar geboorte is niet-belg Socio-economisch Werkzaamheidsgraad - Werkgelegenheidsgraad Werkzaamheidsgraad voor alle inwoners van 18 t.e.m. 64 jaar Werkzaamheidsgraad vrouwen van 25 t.e.m. 44 jaar Werkzaamheidsgraad mannen van 25 t.e.m. 44 jaar Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 3

5 Werkgelegenheidsgraad Werkloosheidsgraad Werkloosheidsgraad voor alle inwoners van 18 t.e.m. 64 jaar Werkloosheidsgraad vrouwen van 25 t.e.m. 44 jaar Werkloosheidsgraad mannen van 25 t.e.m. 44 jaar Eenoudergezinnen Aantal kinderen met alleenstaande ouder Aantal alleenstaande oudergezinnen Overzicht van verschillende soorten huishoudens met kinderen volgens de LIPROtypologie met koppeling naar werkzaamheidsgraad Kinderen (0 t.e.m. 2 jaar) en de socio-economische positie van de ouders Kinderen (3 t.e.m. 5 jaar) en de socio-economische positie van de ouders Kinderen (6 t.e.m. 11 jaar) en de socio-economische positie van de ouders Inkomen Gemiddeld netto belastbaar inkomen Overzicht van het aantal personen met kinderen onder de 15 jaar ten laste die recht hebben op de voorkeursregeling van de ziekteverzekering Regionale en lokale verschillen in socio-economische positie van 50- t.e.m. 64-jarigen per gemeente (actief op de arbeidsmarkt) Mobiliteit Inkomende pendel: de gemeente is de werkplaats Uitgaande pendel: de gemeente is de woonplaats Deel II: Kinderopvang Algemeen Aantal voorzieningen per type in West-Vlaanderen Aantal plaatsen per type voorziening in West-Vlaanderen Plaatsen voor kinderen tussen 0-3 jaar (voorschoolse opvang) Aantal opvangplaatsen 0-3 jaar per 100 kinderen Aantal voorschoolse plaatsen per type voorziening Aantal voorschoolse plaatsen bij Zelfstandige onthaalouders (ZOO) Aantal voorschoolse plaatsen bij Diensten voor onthaalouders (DVO) Aantal voorschoolse plaatsen bij Zefstandige kinderdagverblijven (ZKDV) Aantal voorschoolse plaatsen bij Erkende kinderdagverblijven (KDV) Aantal voorschoolse plaatsen bij Lokale diensten voor buurtgerichte kinderopvang (LODI) Aantal plaatsen inclusieve opvang bij KDV Aantal occasionele plaatsen Aantal flexibele urenpakketten Verhouding groepsopvang versus gezinsopvang Algemene verhouding in West-Vlaanderen Aantal plaatsen gezinsopvang t.o.v. het totale opvangaanbod... 54

6 4.7. Verhouding erkende versus zelfstandige sector Algemene verhouding in West-Vlaanderen Aantal plaatsen erkende en gesubsidieerde sector t.o.v. het totale opvangaanbod Inkomensgerelateerde opvang in erkende en zelfstandige sector Aantal plaatsen IKG (zelfstandige sector) Aantal plaatsen IKG t.a.v. alle plaatsen in zelfstandige sector Aantal inkomensgerelateerde plaatsen (zelfstandige en erkende sector) Plaatsen voor kinderen tussen 3-12 jaar (buitenschoolse opvang) Aantal buitenschoolse opvangplaatsen per 100 kinderen wonend in de gemeente Aantal buitenschoolse opvangplaatsen t.o.v. het aantal schoolgaande kinderen in de gemeente Aantal buitenschoolse plaatsen per type voorziening Aantal buitenschoolse plaatsen bij IBO Aantal buitenschoolse plaatsen bij ZBO Aantal buitenschoolse plaatsen bij BOKDV Aantal buitenschoolse plaatsen bij LODI Verhouding erkende versus zelfstandige sector in West-Vlaanderen Aantal plaatsen inclusieve opvang bij IBO Aantal plaatsen occasionele opvang bij IBO Aantal flexibele urenpakketten bij IBO Vergelijking tussen de provincies Aantal voorzieningen (per type) 0-12 jaar in Vlaanderen Aantal voorschoolse voorzieningen per type per zorgregio Aantal buitenschoolse voorzieningen per type per zorgregio Aantal opvangplaatsen per type 0-12 jaar in Vlaanderen Plaatsen voorschoolse opvang Plaatsen buitenschoolse opvang Aantal zelfstandige plaatsen per type 0-12 jaar t.o.v. het totaal aantal zelfstandige plaatsen in Vlaanderen Aantal erkende plaatsen per type 0-12 jaar in Vlaanderen Aantal IKG-plaatsen 0-3 jaar in Vlaanderen Aantal inkomensgerelateerde plaatsen 0-3 jaar in Vlaanderen Bibliografie Bijlage I: Tabellen Bijlage II: Lijst gemeenten - kleinstedelijke zorgregio Bijlage III: Lijst afkortingen Bijlage IV: Sociaaleconomische typologie van de gemeenten

7 Inleiding In Vlaanderen zijn er heel wat gegevens beschikbaar met betrekking tot kinderopvang. In het rapport Kinderopvang in kaart willen we cijfermateriaal m.b.t. kinderopvang bundelen alsook relevante gegevens die de nood aan kinderopvang kunnen beïnvloeden. We beperken ons louter tot de feitelijke cijfermatige toestand die o.a. als basis kan dienen bij de opmaak van een lokaal sociaal beleidsplan, bij het schrijven van adviezen m.b.t. kinderopvang of bij ad-hoc-vragen vanuit het werkveld. Daarbij richten we ons tot lokale besturen, het lokaal overleg kinderopvang en (potentiële) aanbieders van kinderopvang in de gemeente. Het rapport is opgebouwd aan de hand van kaartmateriaal en gedetailleerde cijfergegevens. Steeds werd gezocht naar het recentste cijfermateriaal dat voor alle gemeenten beschikbaar is. Gevolg hiervan is dat data uit verschillende jaartallen gebruikt wordt. Het databestand werd opgemaakt door de cel sociale planning van de provincie West-Vlaanderen. Bij de keuze van gegevens en de cartografische voorstelling stemden de verschillende provinciale cellen sociale planning en Kind en Gezin interprovinciaal af om ook een vergelijking tussen de provincies mogelijk te maken. In bijlage wordt een socio-economische typologie toegevoegd, gekend als de Dexia-typologie. Dit maakt het voor lokale besturen mogelijk om een vergelijking te maken met gemeenten met een gelijkaardig socio-economisch profiel. Inhoudelijk overzicht Het rapport bestaat uit drie delen. Een eerste deel bevat relevante demografische en socioeconomische gegevens op gemeentelijk niveau. Deze gegevens werden opgenomen omdat ze een invloed kunnen uitoefenen op de nood aan kinderopvang die ouders ervaren. Deel twee geeft de cijfers weer over het aanbod kinderopvang in West-Vlaanderen per gemeente op 1 januari Daarbij wordt een onderscheid gemaakt tussen voorschoolse opvang en buitenschoolse opvang. Ook de verschillende opvangvormen worden in kaart gebracht. In het derde deel wordt een vergelijking gemaakt tussen de vijf provincies van het Vlaams Gewest. Leeswijzer De kaarten in deel 1 en 2 geven telkens een overzicht van de provincie West-Vlaanderen. De kaarten in deel 3 geven een overzicht van het Vlaams Gewest. Om praktische redenen worden in dit laatste deel de kaarten weergegeven op niveau van de decretaal bepaalde kleinstedelijke zorgregio s. Op elke kaart wordt telkens de bron van de gegevens en het jaartal vermeld. De cijfers die gebruikt worden om de kaarten op te maken worden in tabelvorm als bijlage toegevoegd. De kaarten zijn telkens op dezelfde manier opgebouwd. Enerzijds worden de absolute aantallen voorgesteld door cirkels of taartdiagrammen. Hoe groter de cirkel of taart, hoe groter de aantallen. Anderzijds worden deze cijfers telkens vergeleken met een andere variabele. De kleur van elke gemeente of zorggebied geeft de afwijking weer t.o.v. het provinciale of Vlaamse gemiddelde. Naast de Dexia-typologie en de tabellen wordt ook een lijst met afkortingen en een lijst met de gemeenten per kleinstedelijke zorgregio als bijlage toegevoegd. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 6

8 Deel I: Demografische en socio-economische gegevens Deel I: Demografische en socio-economische gegevens 1. Demografisch 1.1. Aantal inwoners en bevolkingsdichtheid De exacte bevolkingsomvang is vrijwel nooit voor honderd procent volledig vast te stellen. Dit houdt verband met het feit dat tijdelijke inwoners (zoals bijvoorbeeld illegalen) meestal niet worden meegeteld. Het aantal inwoners van een gemeente is sterk afhankelijk van de oppervlakte waarover een gemeente zich uitstrekt en zegt op zich niet zoveel. Toch is het inwonersaantal van groot belang bij de totstandkoming van het beleid. Men houdt bijvoorbeeld rekening met het aantal inwoners bij de erkenning als centrumstad en de bepaling van het aantal gemeenteraadsleden. De bevolkingsdichtheid geeft de verhouding weer tussen het aantal inwoners en de oppervlakte van een bepaald gebied. Deze verhouding wordt uitgedrukt in het aantal inwoners per vierkante kilometer. Tabel 1, 2 De provincie West-Vlaanderen telde op 1 januari inwoners, verdeeld over 64 gemeenten. Er zijn 4 centrumsteden (Brugge, Kortrijk, Oostende, Roeselare) die elk meer dan inwoners tellen. Koploper is Brugge met inwoners. In 22 gemeenten worden er Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 7

9 Deel I: Demografische en socio-economische gegevens minder dan inwoners geteld, waarvan 6 gemeenten het bevolkingsaantal van 5000 niet overschrijden. Mesen is met 997 inwoners de kleinste gemeente wat bevolkingsaantal in absolute waarden betreft. De bevolkingsdichtheid in West-Vlaanderen ligt lager dan het Vlaamse gemiddelde. 48 gemeenten liggen, wat de bevolkingsdichtheid betreft, onder het Vlaamse gemiddelde. Vooral de Westhoek is dun bevolkt, met uitzondering van Ieper. Lo-Reninge kent met 53 inwoners per km² het laagst aantal van de provincie. Drie gemeenten in Zuid-West-Vlaanderen (Kuurne, Izegem, Menen) en drie kustgemeenten (Oostende, Bredene, Blankenberge) zijn dichter bevolkt. In Oostende wonen de meeste inwoners per km² (1835 inw/km²) Aantal kinderen Kaarten en geven een overzicht van het aantal kinderen jonger dan drie jaar en het aantal kinderen van 3 t.e.m. 11 jaar per 100 inwoners. Omdat de absolute aantallen op zich niet zo veel zeggen wordt ook het aandeel kinderen t.o.v. de totale bevolking in de kaart opgenomen Aantal kinderen van 0 t.e.m. 2 jaar Tabel 3 Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 8

10 Deel I: Demografische en socio-economische gegevens De gemiddelde West-Vlaamse waarden liggen net iets onder de Vlaamse waarden. In de gemeenten Dentergem, Vleteren, Wielsbeke, Alveringem en Wingene is het aandeel kinderen van 0 t.e.m. 2 jaar het grootst. In alle kustgemeenten, met uitzondering van Bredene, is het aandeel kinderen van 0 t.e.m. 2 jaar lager dan het West-Vlaamse gemiddelde. Koksijde, Knokke-Heist, De Haan, Middelkerke, Blankenberge en Nieuwpoort scoren zelfs veel lager dan gemiddeld. In absolute aantallen scoren de vier centrumsteden het hoogst. Ook in de steden Waregem, Ieper en Menen wonen er meer dan 1000 kinderen van 0 t.e.m. 2 jaar. Mesen, Spiere-Helkijn en Zuienkerke tellen in absolute aantallen het minste 0- t.e.m. 2-jarigen Aantal kinderen van 3 t.e.m. 11 jaar Tabel 4 Ook bij deze leeftijdscategorie liggen de gemiddelde waarden in West-Vlaanderen onder het Vlaamse gemiddelde. In absolute aantallen scoort Brugge opnieuw het hoogst, gevolgd door de andere centrumsteden. Het minst aantal 3- t.e.m 11-jarigen wordt geteld in Mesen, Spiere-Helkijn en Zuienkerke. Als we de verhouding t.o.v. de totale bevolking bekijken staat Spiere-Helkijn, gevolgd door Alveringem, bovenaan de lijst. Met een aandeel van respectievelijk 12,5% en 11,9% 3- t.e.m 11- jarigen scoren deze gemeenten veel hoger dan het West-Vlaamse gemiddelde. Opvallend ook is dat de Westhoek, met uitzondering van Ieper, een hoger aandeel kinderen heeft t.o.v. de totale Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 9

11 Deel I: Demografische en socio-economische gegevens bevolking. Opnieuw zien we dat er in de kustregio, met uitzondering van Bredene, een veel kleiner aandeel is binnen deze leeftijdsgroep t.o.v. het West-Vlaamse gemiddelde Aantal schoolgaande kinderen dat in de gemeente school loopt t.o.v. aantal kinderen (3 t.e.m. 11 jaar) wonende in de gemeente Het departement Onderwijs voert ieder jaar op 1 februari een telling uit van het aantal leerlingen en studenten. Voor dit rapport beperken we ons tot de resultaten van de telling voor de kinderen uit het kleuteronderwijs en het lager onderwijs. 2 De zogenaamde februaritelling maakt het mogelijk de index te berekenen van het aantal kinderen dat in de gemeente school loopt t.o.v. het aantal kinderen wonend in de gemeente. We geven achtereenvolgens kinderen uit het kleuteronderwijs (3 t.e.m 5 jaar) en het lager onderwijs (6 t.e.m 11 jaar) weer. Gemeenten met een index hoger dan 1 trekken heel wat schoolgaande kinderen uit andere gemeenten aan. Gemeenten met een index lager dan 1 verliezen leerlingen aan andere gemeenten. A. Schoolgaande kinderen in het kleuteronderwijs (3 t.e.m. 5 jaar). Tabel 5 2 (VLAAMS MINISTERIE VAN ONDERWIJS EN VORMING), Statistisch jaarboek van het Vlaams Onderwijs internet, 2 augustus Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 10

12 Deel I: Demografische en socio-economische gegevens We zien dat zowel Vlaanderen als West-Vlaanderen een positieve index van 1,01 hebben. Er zijn meer kleuters die naar school komen in de gemeenten t.o.v. het aantal kleuters die wonen en ingeschreven zijn in het onderwijs in die gemeente. De grensgemeenten Mesen en Spiere-Helkijn oefenen een sterke aantrekkingskracht uit op kleuters die wonen in naburige (Vlaamse èn Waalse) gemeenten. Ook in Lo-Reninge is deze aantrekkingskracht (in iets mindere mate) aanwezig. Anderzijds zijn er in Zuienkerke, Alveringem, Pittem, Wielsbeke, Damme, Ichtegem en Zonnebeke veel kleuters die in een andere gemeente dan de eigen gemeente naar school gaan. B. Schoolgaande kinderen in het lager onderwijs (6 t.e.m. 11 jaar). Tabel 6 In tegenstelling tot het aantal schoolgaande kinderen in het kleuteronderwijs zijn er voor het aantal schoolgaande kinderen in het lager onderwijs veel meer afwijkingen t.o.v. het gemiddelde. Er zijn m.a.w. meer kinderen die in een andere gemeente naar de lagere school gaan dan waar ze wonen. Ook in het lager onderwijs oefenen de grensgemeenten Mesen en Spiere-Helkijn een sterke aantrekkingskracht uit op inwoners van naburige gemeenten. Opvallend is dat ook Koksijde veel hoger scoort dan het gemiddelde. In Zuienkerke ligt de verhouding veel lager dan het gemiddelde. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 11

13 Deel I: Demografische en socio-economische gegevens Kleuterparticipatie De deelname van kleuters aan het onderwijs is in Vlaanderen zeer hoog in vergelijking met andere landen. Toch is er een groep kinderen die niet aan het kleuteronderwijs participeert. Sommige kinderen zijn niet in een school ingeschreven, anderen zijn dat wel maar lopen onregelmatig school. 3 Kind en Gezin informeert en motiveert ouders over het belang van kleuteronderwijs en volgt op welke kinderen niet ingeschreven zijn als kleuter tegen de leeftijd van 3 jaar. Kinderen die onregelmatig school lopen worden door het CLB opgevolgd. Het overgrote deel van de groep kinderen die niet zijn ingeschreven of onregelmatig school lopen, komt uit kansarme gezinnen. Tabel 7 Het aantal kinderen op kleuterleeftijd dat niet ingeschreven is in een kleuterschool is in West- Vlaanderen met 0,9% lager dan het Vlaamse gemiddelde (1,5%). M.a.w. in West-Vlaanderen worden er verhoudingsgewijs meer kinderen van 3, 4 en 5 jaar ingeschreven. In het oosten van de provincie liggen de scores van een aantal gemeenten lager dan het gemiddelde wat wil zeggen dat er meer kinderen worden ingeschreven in het kleuteronderwijs. In deze gemeenten (met uitzondering van Tielt) zijn zelfs alle kinderen geboren in 2004, 2005 en 2006 ingeschreven in het kleuteronderwijs. 3 (VLAAMS MINISTERIE VAN ONDERWIJS EN VORMING), Kleuterparticipatie. internet, 2 augustus 2010 Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 12

14 Deel I: Demografische en socio-economische gegevens In een aantal kust- en grensgemeenten worden verhoudingsgewijs minder kinderen ingeschreven in het kleuteronderwijs. Zo scoren Koksijde, De Panne en De Haan hoger dan gemiddeld en Mesen, Spiere-Helkijn, Heuvelland en Wervik veel hoger dan gemiddeld Geboortes Aantal geboortes Het officiële geboortecijfer omvat alleen de geboortes bij de Belgische bevolking en bij de buitenlandse bevolking die geregistreerd is in het vreemdelingenregister. Tabel 8 In West-Vlaanderen worden gemiddeld minder kinderen geboren dan in Vlaanderen. Vleteren, Spiere-Helkijn, Zonnebeke en Wielsbeke kennen het hoogst aantal geboortes per 1000 inwoners in de gemeente. Ook in de Westhoek, met uitzondering van Veurne, Ieper en Heuvelland ligt het aantal geboortes hoger dan het gemiddelde. Vooral de kustgemeenten, en in het bijzonder Knokke-Heist, Koksijde en De Haan scoren veel lager dan het gemiddelde. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 13

15 Deel I: Demografische en socio-economische gegevens Geboortes in kansarme gezinnen Tabel 9 Deze kaart geeft het aantal geboortes weer in gezinnen, die zich, volgens een door Kind en Gezin ontwikkeld meetinstrument, bevinden in een toestand van kansarmoede. 4 Dit cijfer wordt gerelateerd aan het totaal aantal geboorten binnen dezelfde tijdspanne van drie jaar. Kind en Gezin beschikt over een databank met de geboortes die geregistreerd worden via contacten in de kraamklinieken en via de huisbezoeken. In tegenstelling tot het officiële geboortecijfer uit punt , worden hier alle geboortes geregistreerd, ongeacht het verblijfsstatuut van de ouders. Naast geboortes bij de Belgische en buitenlandse bevolking worden dus ook de geboortes bij illegalen en asielzoekers geregistreerd. Om de complexe realiteit volledig te vatten hanteren we, om de geboortes in kansarme gezinnen weer te geven, een gemiddelde van de registratiegegevens van Kind en Gezin over de jaren De regioteamleden van Kind en Gezin staan in voor het aanleveren van de registratiegegevens. Hiertoe toetsen zij elk gezin, waarin zich een geboorte voordoet, af aan zes vooropgestelde criteria. Deze zijn afgeleid van de door Kind en Gezin gehanteerde definitie van kansarmoede. Meer concreet zijn de gehanteerde criteria het maandinkomen van het gezin, de arbeidssituatie van de 4 De definitie omschrijft kansarmoede als volgt: Kansarmoede is een toestand waarbij mensen beknot worden in hun kansen om voldoende deel te hebben aan maatschappelijk hooggewaarde goederen, zoals onderwijs, arbeid, huisvesting. Het gaat hierbij niet om een eenmalig feit, maar om een duurzame toestand die zich voordoet op verschillende terreinen, zowel materiële als immateriële. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 14

16 Deel I: Demografische en socio-economische gegevens ouders, de opleiding van de ouders, de huisvesting, de ontwikkeling van de kinderen en de gezondheid. Kansarmoede heeft steeds betrekking op verschillende levensdomeinen. Wanneer een gezin aan drie of meer van de zes criteria beantwoordt, wordt het als kansarm beschouwd. 6,2% van het aantal geboortes in West-Vlaanderen zijn geboortes in kansarme gezinnen. In Menen wordt het hoogst aantal geboorten in kansarme gezinnen geregistreerd (24,16%), gevolgd door Blankenberge, Nieuwpoort, De Panne, Oostende en Mesen. Deze gemeenten scoren veel hoger dan het gemiddelde in West-Vlaanderen. Hierbij dient opgemerkt te worden dat voor kleine gemeenten zoals bijvoorbeeld Mesen de verhoudingen in de waarnemingen beperkt zijn. Doordat het hier zeer kleine aantallen betreft, kan de registratie een vertekend beeld geven. In het oosten van de provincie worden er minder geboorten in kansarme gezinnen geregistreerd dan het provinciaal gemiddelde Taalsituatie in het gezin De taalontwikkeling is een belangrijk gegeven in de ontwikkeling van jonge kinderen. Taalkennis of het gebrek eraan is een belangrijk element bij (kans)armoede en met het oog op latere onderwijsresultaten Overzicht taalsituatie in het gezin Taal moeder-kind is de opvoedingstaal waarin het kind in zijn thuismilieu hoofdzakelijk wordt grootgebracht. Wanneer meerdere talen gesproken worden, wordt een afweging gemaakt in de richting van de taal die overwegend gesproken wordt. 4 Jonge kinderen die thuis een andere taal spreken dan het Nederlands, worden geconfronteerd met grotere uitdagingen om het later op school, op de arbeidsmarkt, enz. goed te doen. Deze gegevens worden door de regioteamleden van Kind en Gezin tijdens contacten in de kraamklinieken en via de huisbezoeken geregistreerd. 4 (KIND EN GEZIN, 2009) Gemeentelijke Kindrapporten. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 15

17 Deel I: Demografische en socio-economische gegevens A. Taalsituatie gezin is Nederlands Tabel 10 In West-Vlaanderen ligt het percentage geboortes waarbij de taal die de moeder tegen haar kind spreekt het Nederlands is, een stuk hoger dan het Vlaamse gemiddelde. In de meeste gemeenten ligt het percentage rond het provinciaal gemiddelde of zelfs iets hoger in het centrum van de provincie. In een aantal gemeenten die aan Wallonië grenzen liggen deze percentages echter veel lager dan het gemiddelde (Spiere-Helkijn, Mesen en Menen). Ook Oostende en Dentergem scoren veel lager dan het gemiddelde. Knokke-Heist, Kuurne, Koksijde, Harelbeke, Blankenberge en Waregem scoren lager dan gemiddeld. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 16

18 Deel I: Demografische en socio-economische gegevens B. Taalsituatie gezin is niet-nederlands Tabel 10 Deze kaart toont de omgekeerde situatie t.o.v. de vorige kaart. Voor de geboortes waarbij de taal moeder kind niet het Nederlands is, wordt nu per gemeente getoond om welke andere talen het precies gaat: Frans, Engels, Duits enerzijds of andere talen anderzijds. In West-Vlaanderen ligt het percentage gezinnen waar de moeder bij de geboorte Frans, Duits, Engels of een andere taal spreekt met 9,16% een stuk onder het Vlaamse gemiddelde van 21,5%. In Spiere-Helkijn ligt het percentage gezinnen waar de moeder bij de geboorte Frans, Engels of Duits tegen het pasgeboren kind spreekt boven de 50%. Ook in een aantal andere gemeenten die grenzen aan Wallonië is het percentage veel hoger dan gemiddeld, met name in Mesen, Menen en Kortrijk. Verder wordt in Oostende en Dentergem gemiddeld veel meer een andere taal dan het Nederlands gesproken. In Zuienkerke, Kortemark, Vleteren, Hooglede en Pittem is de taal die gesproken wordt in gezinnen waar geboorten geregistreerd worden exclusief het Nederlands. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 17

19 Deel I: Demografische en socio-economische gegevens Overzicht taal dienstverlening (communicatietaal met het gezin) Taal dienstverlening is de taal die voldoende en effectieve communicatie mogelijk maakt, zodat de dienstverlening zo optimaal mogelijk kan gerealiseerd worden. Dit is de taal die het gezin overwegend zal gebruiken in zijn contacten met Kind en Gezin. 5 Deze gegevens worden door de regioteamleden van Kind en Gezin tijdens contacten in de kraamklinieken en via de huisbezoeken geregistreerd. A. Taal dienstverlening is Nederlands Tabel 11 Het totaal aantal geboortes met een gekende taalsituatie (zie punt ) kan verschillen met het totaal aantal geboortes met een gekende taal voor de dienstverlening. Dit kan soms mee leiden tot kleine verschillen. In West-Vlaanderen zien we echter dat voor 95,08% van de gezinnen het Nederlands de taal van de dienstverlening is. Deze score ligt hoger dan het Vlaamse gemiddelde. 5 (KIND EN GEZIN, 2009) Gemeentelijke kindrapporten. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 18

20 Deel I: Demografische en socio-economische gegevens B. Taal dienstverlening is niet-nederlands Tabel 11 Deze kaart toont de omgekeerde situatie t.o.v. de vorige kaart. Voor de geboortes waarbij de taal van de dienstverlening niet het Nederlands is, wordt nu per gemeente getoond om welke andere talen het precies gaat: Frans, Engels, Duits enerzijds of andere talen anderzijds. In West- Vlaanderen komt deze situatie minder dan gemiddeld voor. Afwijkingen van het provinciaal gemiddelde situeren zich vooral in grensgemeenten Nationaliteit van het gezin Slechts een beperkt aantal kinderen onder de twaalf jaar in het Vlaams Gewest heeft niet de Belgische nationaliteit. Hierbij moet worden opgemerkt dat het nationaliteitscriterium van het kind niet erg geschikt is om de personen van vreemde herkomst zichtbaar te maken, gezien de mogelijkheden om de Belgische nationaliteit te verkrijgen. Een beter criterium is de nationaliteit van de moeder bij haar geboorte of de origine van de moeder van het kind. Tabel 13 en 15 geven respectievelijk een overzicht van de origine van de kinderen en van de moeders van deze kinderen voor de geboortes in 2009 in het Vlaams Gewest. Naast de kinderen en moeders van Belgische origine worden, per tabel, negen verschillende categorieën onderscheiden. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 19

21 Deel I: Demografische en socio-economische gegevens Overzicht nationaliteit van het kind bij geboorte A. Nationaliteit van het kind bij de geboorte is Belg Tabel 12, 13 97,03% van de kinderen dat in West-Vlaanderen geboren wordt, heeft de Belgische nationaliteit. Het Vlaamse gemiddelde ligt, met 93,1%, een stuk lager. We merken opnieuw op dat in West- Vlaanderen de percentages in een aantal grensgemeenten (Kortrijk, Menen, Mesen en Heuvelland) veel lager liggen dan het provinciale gemiddelde. Dit is ook in de kustgemeenten Oostende en Nieuwpoort het geval. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 20

22 Deel I: Demografische en socio-economische gegevens B. Nationaliteit van het kind bij de geboorte is niet-belg Tabel 12, 13 Deze kaart toont de omgekeerde situatie t.o.v. de vorige kaart. Hier kan je tevens zien welke nationaliteiten de niet-belgische kinderen bij hun geboorte hebben: de Nederlandse, Franse, Duitse of andere. Als we de absolute cijfers bekijken, zien we dat de meeste kinderen met een andere nationaliteit in Oostende worden geboren, gevolgd door Kortrijk. In Menen en Heuvelland worden het meeste aantal kinderen met de Franse nationaliteit geboren. In 2009 worden in 22 gemeenten bij geboortes enkel kinderen met een Belgische nationaliteit geregistreerd. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 21

23 Deel I: Demografische en socio-economische gegevens Overzicht nationaliteit van de moeder bij haar geboorte (origine van de moeder) A. Nationaliteit van de moeder bij haar geboorte is Belg Tabel 14, 15 In West-Vlaanderen hebben gemiddeld veel meer moeders bij geboorte de Belgische nationaliteit dan in de rest van Vlaanderen. De meeste gemeenten hebben waarden die rond het gemiddelde liggen of erboven. Uit de registratie blijkt dat in vijf gemeenten (Zuienkerke, Koekelare, Vleteren, Spiere-Helkijn en Pittem) alle moeders bij hun geboorte de Belgische nationaliteit hadden. Een aantal gemeenten ligt onder het provinciale gemiddelde. In vijf gemeenten hebben veel minder dan gemiddeld moeders de Belgische nationaliteit (kustgemeenten Oostende en Knokke-Heist en grensgemeenten Kortrijk, Menen en Mesen). Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 22

24 Deel I: Demografische en socio-economische gegevens B. Nationaliteit van de moeder bij haar geboorte is niet-belg Tabel 14, 15 Deze kaart toont de omgekeerde situatie t.o.v. de vorige kaart. Het gemiddelde voor West- Vlaanderen ligt met 9,43% een heel stuk onder het Vlaamse gemiddelde (21,5%). Op deze kaart kan men zien welke nationaliteiten de niet-belgische moeders hebben: de Nederlandse, Franse, Duitse of andere. We stellen vast dat in die gemeenten waar er geboorten met een niet-belgische nationaliteit voorkomen het voornamelijk de andere nationaliteit betreft. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 23

25 Deel I: Demografische en socio-economische gegevens 2. Socio-economisch 2.1. Werkzaamheidsgraad - Werkgelegenheidsgraad Werkzaamheidsgraad voor alle inwoners van 18 t.e.m. 64 jaar De werkzaamheidsgraad wordt berekend als het aandeel werkenden in de bevolking op arbeidsleeftijd en toont zo de mate waarin de bevolking aan het werk is. In dit rapport wordt de werkzaamheidsgraad berekend voor alle 18- t.e.m. 64-jarigen, voor de vrouwen en de mannen van deze leeftijd. 6 Het gaat om jaargemiddelden, gegevens van het jaar De tabel geeft zowel de totale bevolking van 18 t.e.m. 64 jaar als het aantal werkenden in dezelfde leeftijdsgroep weer. Hieruit wordt de werkzaamheidsgraad berekend. Tabel 16 De werkzaamheidsgraad in West-Vlaanderen ligt iets boven het Vlaamse gemiddelde (71,6% t.o.v. 70,1%). Wat de provincie betreft zien we dat de kuststreek, met uitzondering van Brugge, gekenmerkt wordt door een lagere werkzaamheidsgraad, net zoals een aantal grensgemeenten ten zuiden van de provincie, met name Mesen, Menen en Kortrijk. 6 (STEUNPUNT WERK EN SOCIALE ECONOMIE) internet, 2 augustus 2010 Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 24

26 Deel I: Demografische en socio-economische gegevens 17 gemeenten, als het ware de middengordel van de provincie, hebben een hogere werkzaamheidsgraad dan het provinciale gemiddelde Werkzaamheidsgraad vrouwen van 25 t.e.m. 44 jaar De werkzaamheidsgraad van de vrouwen geeft het totaal aantal werkende vrouwen weer per 100 vrouwen op arbeidsleeftijd. Het gaat om de bevolkingsgroep van 25 t.e.m. 44 jaar, omdat vrouwen in deze leeftijdscategorie - indien ze moeder zijn - doorgaans jonge kinderen hebben. Tabel 17 Ook de werkzaamheidsgraad van vrouwen ligt in West-Vlaanderen een kleine 4% boven het Vlaamse gemiddelde van 80,8%. We zien terug een lagere tewerkstellingsgraad in de kustgemeenten en in een aantal aantal grensgemeenten ten zuiden van de provincie, met name Mesen, Menen en Kortrijk. In 20 gemeenten is de tewerkstellingsgraad hoger dan het provinciaal gemiddelde. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 25

27 Deel I: Demografische en socio-economische gegevens Werkzaamheidsgraad mannen van 25 t.e.m. 44 jaar De werkzaamheidsgraad van de mannen geeft het totaal aantal werkende mannen weer per 100 mannen op arbeidsleeftijd. Het gaat om de bevolkingsgroep van 25 t.e.m. 44 jaar, omdat mannen in deze leeftijdscategorie - indien ze vader zijn - doorgaans jonge kinderen hebben. Tabel 18 De werkzaamheidsgraad bij de mannen in onze provincie ligt iets boven het Vlaamse gemiddelde en ligt globaal gezien hoger dan deze bij de vrouwen. 27 gemeenten scoren hoger dan het provinciale gemiddelde. We zien hier terug een (veel) lagere tewerkstellingsgraad in alle kustgemeenten. Terug zien we ten zuiden van de provincie een aantal gemeenten waar de tewerkstellingsgraad lager is Mesen, Menen en Kortrijk maar ook in Heuvelland. In het oosten van de provincie scoren ook Beernem en Ruiselede lager dan het gemiddelde. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 26

28 Deel I: Demografische en socio-economische gegevens Werkgelegenheidsgraad De werkgelegenheidsgraad geeft het totaal aantal jobs weer per 100 inwoners op arbeidsleeftijd (bevolking van 15 t.e.m. 64 jaar oud). Deze indicator geeft dus weer in welke mate het aantal jobs in de gemeente zich verhoudt tot de in de gemeente wonende bevolking op arbeidsleeftijd. Het totaal aantal jobs is de som van de loontrekkende jobs en de jobs voor zelfstandigen en helpers. Het gaat om het jaargemiddelde. 7 Tabel 19 De werkgelegenheidsgraad in West-Vlaanderen ligt 5% boven het Vlaamse gemiddelde. We bemerken vooral in de meeste grote steden in de provincie een hoge werkgelegenheidsgraad. Maar ook kleinere gemeenten zoals Kuurne en Wielsbeke hebben een werkgelegenheidsgraad die veel hoger ligt dan het provinciale gemiddelde. De gemeenten met de laagste werkgelegenheidsgraad zijn hoofdzakelijk kleinere gemeenten, die slechts voor een klein gedeelte van de eigen actieve bevolking werkgelegenheid kunnen verschaffen. Mesen en Bredene zijn hierin uitschieters met een veel lager aantal jobs per 100 inwoners tussen 15 en 64 jaar dan gemiddeld. 7 (PROVINCIE VLAAMS BRABANT, 2010). Omgevingsanalyse voor een sociaal beleid in Vlaams-Brabant Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 27

29 Deel I: Demografische en socio-economische gegevens 2.2. Werkloosheidsgraad Alle cijfers i.v.m. werkloosheid zijn gebaseerd op het aantal niet-werkende werkzoekenden (NWWZ) in de beroepsbevolking. De groep van NWWZ bestaat uit de uitkeringsgerechtigde volledig werklozen, de schoolverlaters in wachttijd, de vrij ingeschrevenen niet-werkende werkzoekenden en andere verplicht ingeschreven niet-werkende werkzoekenden (onder andere OCMW). Het gaat telkens om jaargemiddelden. 8 De kaarten onder 2.2. tonen aan dat een lage werkloosheidsgraad meestal samengaat met een hoge werkzaamheidsgraad (kaarten onder 2.1.) Werkloosheidsgraad voor alle inwoners van 18 t.e.m. 64 jaar De werkloosheidsgraad geeft het aandeel niet-werkende werkzoekenden van 18 t.e.m. 64 jaar in de beroepsbevolking (aanbod van werkende en niet-werkende arbeidskrachten op de arbeidsmarkt) weer. 9 Tabel 20 8 (STEUNPUNT WERK EN SOCIALE ECONOMIE), internet, 2 augustus (STEUNPUNT WERK EN SOCIALE ECONOMIE), internet, 2 augustus 2010 Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 28

30 Deel I: Demografische en socio-economische gegevens In de tabel wordt de werkloosheidsgraad weergegeven als resultaat van de verhouding aantal NWWZ t.o.v. de beroepsbevolking In en wordt een onderverdeling naar geslacht gemaakt. De werkloosheidsgraad in West-Vlaanderen ligt lager dan het Vlaamse gemiddelde. Een groot gebied ten oosten en het centrum van de provincie wordt gekenmerkt door een lage werkloosheidsgraad. Minder gunstig is de situatie in een aantal kustgemeenten en in enkele gemeenten aan de Franse grens of de grens met Wallonië Werkloosheidsgraad vrouwen van 25 t.e.m. 44 jaar De werkloosheidsgraad van vrouwen van 25 t.e.m. 44 jaar per gemeente is de verhouding tussen het aantal niet-werkende werkzoekende vrouwen van 25 t.e.m. 44 jaar en de vrouwelijke beroepsbevolking (de werkende en de niet-werkende werkzoekenden) van 25 t.e.m. 44 jaar. Het gaat om de bevolkingsgroep van 25 t.e.m. 44 jaar, omdat vrouwen in deze leeftijdscategorie - indien ze moeder zijn - doorgaans jonge kinderen hebben. Tabel 21 Ook wat de werkloosheidsgraad voor vrouwen betreft scoort West-Vlaanderen onder het Vlaamse gemiddelde. Bijkomend scoren heel wat gemeenten in West-Vlaanderen (voornamelijk de middenstrook van de provincie) lager dan het provinciale gemiddelde. Dit duidt op minder Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 29

31 Deel I: Demografische en socio-economische gegevens werkloosheid bij vrouwen uit deze leeftijdscategorie dan gemiddeld. Daarentegen zien we in het noorden van de provincie, in een aantal kustgemeenten en ten zuiden van de provincie, in een aantal grensgemeenten meer werkloze vrouwen dan het gemiddelde Werkloosheidsgraad mannen van 25 t.e.m. 44 jaar De werkloosheidsgraad van de mannen van 25 t.e.m. 44 jaar per gemeente is de verhouding tussen het aantal niet-werkende werkzoekende mannen van 25 t.e.m. 44 jaar en de mannelijke beroepsbevolking (de werkende en de niet-werkende werkzoekenden) van 25 t.e.m. 44 jaar. Het gaat om de bevolkingsgroep van 25 t.e.m. 44 jaar, omdat mannen in deze leeftijdscategorie - indien ze vader zijn - doorgaans jonge kinderen hebben. Tabel 22 Ook bij de mannen zijn dezelfde trends waar te nemen. De werkloosheidsgraad scoort ook hier onder het Vlaamse gemiddelde. We zien echter dat in alle kustgemeenten een groter aandeel werkloze mannen t.o.v. het provinciale gemiddelde. Net zoals bij de vrouwen scoren een aantal grensgemeenten in het zuiden van de provincie (veel) hoger dan gemiddeld. In iets meer gemeenten dan bij worden scores opgetekend die lager liggen dan het gemiddelde. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 30

32 Deel I: Demografische en socio-economische gegevens 2.3. Eenoudergezinnen Aantal kinderen met alleenstaande ouder Tabel 23 Deze kaart geeft, per gemeente, het aantal kinderen van 0 t.e.m. 17 jaar met een alleenstaande ouder weer. Alleenstaande oudergezinnen zijn gezinnen die samengesteld zijn uit één referentiepersoon en een onbeperkt aantal (stief)kinderen. Deze gegevens worden daarnaast t.o.v. het totaal aantal kinderen van 0 t.e.m. 17 jaar in de gemeente geplaatst. Meerdere kinderen per alleenstaande ouder worden elk apart geteld. In 2007 behoort 13,9% van de kinderen jonger dan 18 jaar tot een eenoudergezin. West- Vlaanderen ligt met 14% op dit Vlaamse gemiddelde. De gemeenten Kortrijk, Lendelede, Ardooie en Waregem ten zuidoosten van de provincie scoren veel hoger dan gemiddeld. Dentergem, Ruiselede en Ichtegem scoren dan weer veel lager dan het provinciale gemiddelde. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 31

33 Deel I: Demografische en socio-economische gegevens Aantal alleenstaande oudergezinnen Tabel 24 Deze kaart geeft het aantal alleenstaanden met kinderen van 0 t.e.m. 17 jaar per gemeente weer. Deze gegevens worden daarnaast t.o.v. het totaal aantal gezinnen met kinderen van 0 t.e.m. 17 jaar in de gemeente geplaatst. Opvallend bij deze gegevens is het hoog aantal alleenstaanden in de kustgemeenten. Alle kustgemeenten hebben een hoog percentage alleenstaanden met kinderen. Enkel Kortrijk, Mesen, Menen en Spiere-Helkijn hebben hetzelfde cijfer. Oostende en Blankenberge halen het hoogste percentage. Lo-Reninge en Lendelede hebben procentueel gezien het kleinste aandeel alleenstaanden met kinderen Overzicht van verschillende soorten huishoudens met kinderen volgens de LIPROtypologie met koppeling naar werkzaamheidsgraad LIPRO staat voor LIfestyle PROjections en is een internationaal gehanteerde typologie die verschillende soorten huishoudens van mekaar onderscheidt en definieert. In onderstaande kaarten gaan we uit van de situatie van het kind. We kiezen voor volgende onderverdeling: kinderen bij een koppel en kinderen bij een alleenstaande ouder. Om de link te maken naar werkzaamheidsgraad werden deze beide groepen nog eens opgedeeld in: kinderen bij een koppel waar twee ouders werken, kinderen bij een koppel waar een ouder werkt, kinderen bij een koppel Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 32

34 Deel I: Demografische en socio-economische gegevens zonder werkende ouder, kinderen bij een alleenstaande ouder met werk en kinderen bij een alleenstaande ouder zonder werk. In onderstaande kaarten geven de kleuren van de gemeenten het percentage kinderen bij (een) ouder(s) met werk weer. Voor alle leeftijdscategorieën (0 t.e.m. 2, 3 t.e.m. 5 en 6 t.e.m. 11 jaar) scoort West-Vlaanderen boven het Vlaamse gemiddelde. Dat wil zeggen dat het aandeel kinderen bij (een) ouder(s) met werk verhoudingsgewijs hoger is in West-Vlaanderen dan in Vlaanderen. De taartdiagrammen geven het totale aantal kinderen weer, dus niet enkel kinderen bij (een) ouder(s) met werk. De onderscheiden categorieën zijn het aandeel kinderen bij koppel waar twee ouders werken, bij koppel waar een ouder werkt, bij koppel zonder werkende ouder, bij alleenstaande ouders met werk en bij alleenstaande ouders zonder werk. Ook in de tabel vinden we deze data terug Kinderen (0 t.e.m. 2 jaar) en de socio-economische positie van de ouders Tabel 25 Knokke-Heist, Oostende, Koksijde en Spiere-Helkijn scoren veel lager dan het provinciale gemiddelde. In deze gemeenten zijn er verhoudingsgewijs minder kinderen waarvan de ouders werk hebben t.o.v. het totaal aantal kinderen van 0 t.e.m. 2 jaar. Vleteren, Pittem, Dentergem, Zwevegem en Ruiselede scoren dan weer veel hoger dan gemiddeld. Opvallend is dat er in drie kleinere gemeenten (Ruiselede, Mesen en Hooglede) geen kinderen zijn waarvan de ouders (koppels en alleenstaanden) niet werken. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 33

35 Deel I: Demografische en socio-economische gegevens Kinderen (3 t.e.m. 5 jaar) en de socio-economische positie van de ouders Tabel 26 Er zijn vier kustgemeenten die veel lager scoren dan het provinciale gemiddelde; Koksijde, Oostende, Zuienkerke en Knokke-Heist. Ruiselede en Lo-Reninge scoren veel hoger dan gemiddeld. We zien opnieuw dat de gemeenten rond Ruiselede en in het zuiden van de provincie een hogere score halen dan het gemiddelde. Ook binnen deze leeftijdscategorie zijn er in een aantal kleinere gemeenten (Mesen, Lendelede, Pittem en Ruiselede) geen kinderen waarvan de ouders (koppels en alleenstaanden) niet werken. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 34

36 Deel I: Demografische en socio-economische gegevens Kinderen (6 t.e.m. 11 jaar) en de socio-economische positie van de ouders Tabel 27 5 van de 10 kustgemeenten scoren opnieuw veel lager dan gemiddeld. Ook ten zuiden van de provincie behalen een aantal gemeenten een score die onder het gemiddelde ligt. Opvallend is dat Vleteren binnen de leeftijdscategorie 0 t.e.m. 2 jaar veel hoger dan gemiddeld scoort, maar binnen deze leeftijdscategorie een score behaalt die veel lager ligt dan het gemiddelde. Pittem en Deerlijk scoren veel hoger dan gemiddeld. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 35

37 Deel I: Demografische en socio-economische gegevens 2.5. Inkomen Gemiddeld netto belastbaar inkomen Het totaal belastbaar netto-inkomen bestaat uit alle netto-inkomsten min de aftrekbare uitgaven. De netto-inkomsten zijn afkomstig uit volgende categorieën: onroerende goederen, roerende goederen en kapitalen, bedrijfsinkomsten en diverse inkomsten. Opgelet: belastingplichtigen, die omwille van hun inkomen of van hun gezinslasten niet belastbaar zijn, komen in de statistiek niet voor. 10 Tabel 28 Het gemiddeld netto belastbaar inkomen per inwoner ligt in West-Vlaanderen onder het Vlaamse gemiddelde ( t.o.v euro per inwoner). Knokke-Heist en Koksijde zijn de rijkste gemeenten, waar het gemiddeld netto belastbaar inkomen per inwoner meer dan euro bedraagt (respectievelijk en euro). Vooral in de regio rond Brugge liggen de gemiddelde inkomens hoger dan het provinciaal gemiddelde. In vijf gemeenten in de Westhoek ligt het gemiddeld inkomen per persoon veel lager dan het provinciaal gemiddelde (Mesen, Vleteren, Lo-Reninge, Heuvelland en Alveringem). Ook in de rest 10 (STUDIEDIENST VAN DE VLAAMSE REGERING) Dataset Totaal belastbaar netto-inkomen. internet, 2 augustus Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 36

38 Deel I: Demografische en socio-economische gegevens van de regio, met uitzondering van Ieper, ligt het gemiddeld inkomen per persoon lager dan het provinciaal gemiddelde Overzicht van het aantal personen met kinderen onder de 15 jaar ten laste die recht hebben op de voorkeursregeling van de ziekteverzekering De voorkeursregeling in de ziekteverzekering maakt de gezondheidszorg goedkoper voor bepaalde personen waarvan het belastbaar bruto gezinsinkomen op jaarbasis een bepaald bedrag niet mag overschrijden en behoren tot één van de volgende categorieën: weduwen/weduwnaars, invaliden, gepensioneerden, wezen, leefloners, langdurig werklozen ouder dan 50 jaar, gehandicapte kinderen met verhoogde kinderbijslag. Tabel 29 Het percentage kinderen (0 t.e.m. 14 jaar) dat recht heeft op een voorkeursregeling in de ziekteverzekering is een goede maat voor armoede en inkomensongelijkheid. In 2008 ligt dit percentage in West-Vlaanderen onder het Vlaamse gemiddelde. Oostende, Kortrijk, Menen en Blankenberge hebben procentueel het hoogste aandeel kinderen met recht op een voorkeurstarief in de ziekteverzekering t.o.v. het totaal aantal 0- tot 14-jarigen. In deze vier gemeenten heeft 8% van alle kinderen recht op een voorkeurstarief in de ziekteverzekering. In Oostende is dat zelfs 14,3%. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 37

39 Deel I: Demografische en socio-economische gegevens 2.6. Regionale en lokale verschillen in socio-economische positie van 50- t.e.m. 64- jarigen per gemeente (actief op de arbeidsmarkt) Grootouders worden steeds minder bij de kinderopvang betrokken. Hun beschikbaarheid wordt kleiner, dit kan onder meer verklaard worden door de hogere arbeidsparticipatie. 11 De grootte van de cirkel duidt aan hoeveel 50- t.e.m. 64-jarigen er actief zijn op de arbeidsmarkt in een gemeente. Daarnaast wordt in kleur ook de verhouding weergegeven tussen het totaal aantal 50- t.e.m. 64-jarigen actief op de arbeidsmarkt t.o.v. de totale bevolking 50- t.e.m. 64- jarigen in een gemeente. Tabel 30 In de vier centrumsteden oefenen (in absolute waarden) het meest 50- t.e.m. 64-jarigen een beroepsactiviteit uit. Interessanter is de werkzaamheidsgraad van de 50-plussers t.o.v. de totale bevolking 50- t.e.m. 64-jarigen. Eens de leeftijd van 50 jaar bereikt, daalt de werkzaamheidsgraad. In vier gemeenten zijn er verhoudingsgewijs minder dan 50% van de 50- t.e.m. 64-jarigen actief op de arbeidsmarkt. Het betreft Middelkerke, De Panne, Nieuwpoort en Mesen. Ook de andere kustgemeenten, grensgemeenten Avelgem, Zwevegem, Menen en Wervik en de gemeenten Ingelmunster en Houthulst scoren lager dan gemiddeld. 11 (HEDEBOUW & PEETERMANS) Het gebruik van opvang voor kinderen jonger dan 3 jaar in het Vlaams Gewest. Steunpunt Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, 2009 Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 38

40 Deel I: Demografische en socio-economische gegevens De hoogste activiteitsgraad voor 50- t.e.m. 64-jarigen tekenen we op in kleinere gemeenten (Zuienkerke, Lo-Reninge, Damme en Pittem). Deze scoren veel hoger dan het gemiddelde Mobiliteit Inkomende pendel: de gemeente is de werkplaats De inkomende pendelintensiteit is de mate waarin een gemeente inwoners van andere gemeenten aantrekt om te komen werken. Deze indicator wordt berekend als het aandeel van de loontrekkenden dat vanuit een andere gemeente komt werken in gemeente X t.o.v. het totaal aantal loontrekkenden dat woont in die gemeente X. 12 Tabel 31 De grootte van de cirkel toont aan hoeveel loontrekkenden er werken in de gemeente, maar die niet in de gemeente wonen. Brugge, Kortrijk, Roeselare, Oostende, Waregem en Ieper tellen in absolute waarden elk meer dan loontrekkenden die werken in de gemeente maar er niet wonen. Er kan gesteld worden dat deze gemeenten een aantrekkingskracht uitoefenen op loontrekkenden van buiten de gemeente. 12 (STEUNPUNT WERK EN SOCIALE ECONOMIE), Arbeidsmarktflits. internet, 2 augustus Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 39

41 Deel I: Demografische en socio-economische gegevens De kaart toont ook aan wat de verhouding is tussen het aantal loontrekkenden dat werkt in de gemeente, maar er niet woont, t.o.v. het aantal loontrekkenden wonend in de gemeente. West- Vlaanderen ligt onder het Vlaamse gemiddelde. Opmerkelijk is dan dat in Wielsbeke, Kuurne, Kortrijk en Veurne er meer loontrekkenden komen werken in de gemeente dan dat er loontrekkenden wonen in de gemeente Uitgaande pendel: de gemeente is de woonplaats De uitgaande pendel bepaalt hoeveel werkende inwoners uit een gemeente elders werkzaam zijn. Deze indicator wordt berekend als het aandeel loontrekkende inwoners uit een gemeente X dat in een andere gemeente gaat werken t.o.v. de totale loontrekkende bevolking in gemeente X. 13 Tabel 32 De uitgaande gemeentelijke pendelintensiteit is in alle grotere steden laag. Dit betekent dat de bewoners in die steden vaak een job hebben in hun eigen gemeente. In de vier West-Vlaamse centrumsteden, alsook in Ieper, Knokke-Heist en Veurne ligt de uitgaande pendelintensiteit onder de 65%. Vooral kleinere gemeenten hebben een grote uitgaande pendel. Inwoners van deze gemeenten zijn voor hun werkzaamheid in sterke mate afhankelijk van het jobaanbod in andere gemeenten 13 (STEUNPUNT WERK EN SOCIALE ECONOMIE) Arbeidsmarktflits. internet, 2 augustus Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 40

42 Deel II: Kinderopvang Deel II: Kinderopvang 3. Algemeen Een van de kernopdrachten van Kind en Gezin is het instaan voor de regie van de kinderopvang in Vlaanderen en Brussel. Kind en Gezin organiseert zelf geen kinderopvang, maar geeft een attest van toezicht of een erkenning aan de opvang die aan de wettelijke voorwaarden voldoet. Ouders die hun kind(eren) buitenshuis laten opvangen, kunnen een beroep doen op een waaier van opvangmogelijkheden. Hierbij bestaat een onderscheid tussen informele en formele kinderopvang. Informele opvang is de opvang door grootouders, familie, vrienden of kennissen en de opvang die plaatsvindt in het thuismilieu van het kind (huispersoneel, au pair, babysit, ). Deze opvang valt buiten de bevoegdheid van Kind en Gezin. In de formele opvang bestaat er een grote diversiteit van opvangvormen. 14 Enerzijds is er een onderscheid maken tussen erkende (en gesubsidieerde) opvang en zelfstandige opvang met een attest van toezicht van Kind en Gezin. Beide opvangvormen moeten voldoen aan wettelijke voorwaarden. Er is een verschil in de wijze van financiering alsook de wijze waarop een erkenning of een attest van toezicht wordt verkregen. Een ander belangrijk verschil is dat bij de erkende kinderopvanginitiatieven de prijs afhankelijk is van het inkomen van de ouders (dagopvang) of binnen bepaalde grenzen ligt (buitenschoolse opvang). In de zelfstandige sector kunnen initiatieven de keuze maken om met een vaste kostprijs of voor voorschoolse opvang inkomensgerelateerd (IKG) te werken. Anderzijds kan er een onderscheid worden gemaakt tussen gezinsopvang en groepsopvang. Groepsopvang is opvang aangeboden in groep. De opvang gaat door in lokalen die specifiek voor de opvang zijn ingericht. Gezinsopvang wordt georganiseerd in een huiselijke omgeving, meestal bij de onthaalouder thuis. Erkende (en gesubsidieerde) opvang Zelfstandige opvang Gezinsopvang - diensten voor onthaalouders - zelfstandige onthaalouders Groepsopvang - erkende kinderdagverblijven - initiatieven voor buitenschoolse opvang - lokale diensten voor buurtgerichte opvang - zelfstandige kinderdagverblijven - zelfstandige buitenschoolse opvanginitiatieven 14 De verschillende initiatieven die in dit en de volgende hoofdstukken aan bod komen worden kort toegelicht. Voor meer informatie kunt u terecht op de website van Kind en Gezin ( Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 41

43 Deel II: Kinderopvang Diensten voor onthaalouders (DVO) Onthaalouders die aangesloten zijn bij een dienst voor onthaalouders, vangen kinderen in gezinsverband op in hun woning. Aangesloten onthaalouders vangen voornamelijk nietschoolgaande kinderen op en mogen maximaal acht kinderen tegelijk en gemiddeld vier kinderen voltijds. Om het totaal aantal plaatsen te bepalen wordt logischerwijs een gemiddelde van vier kindjes per onthaalmoeder in rekening gebracht. De prijs voor de opvang is wettelijk geregeld en houdt rekening met het inkomen. Onthaalouders moeten voldoen aan een aantal minimale voorwaarden om zich te kunnen aansluiten bij een dienst voor onthaalouders. Een dienst voor onthaalouders bestaat minstens uit 50 plaatsen en is door Kind en Gezin erkend. Dit betekent dat de werking van deze voorzieningstypes moet voldoen aan wettelijke voorwaarden. De dienst selecteert en begeleidt de onthaalouders en brengt hen in contact met ouders. Zelfstandige onthaalouders (ZOO) Zelfstandige onthaalouders vangen in hun woning kinderen op in gezinsverband. Ze werken autonoom en bepalen dus zelf op welke uren en momenten ze open zijn. Zelfstandige onthaalouders vangen voornamelijk niet-schoolgaande kinderen op en mogen maximaal zeven kinderen tegelijkertijd opvangen. Zelfstandige onthaalouders kunnen hun prijs vrij bepalen of een prijs vragen die rekening houdt met het inkomen. Wettelijk gezien moeten deze onthaalouders hun opvangactiviteit alleen maar melden aan Kind en Gezin, maar de meesten kiezen ervoor om een attest van toezicht van Kind en Gezin te verkrijgen. Dat betekent dat ze moeten voldoen aan een aantal voorwaarden inzake de omgang met kinderen en ouders, veiligheid en gezondheid en inrichting van de ruimten. Erkende kinderdagverblijven (KDV) Erkende kinderdagverblijven vangen kinderen in groepsverband op. Hierbij wordt een onderscheid gemaakt tussen enerzijds de crèches, die kinderen opvangen vanaf 0 maanden en anderzijds een beperkt aantal peutertuinen voor kinderen vanaf 18 maanden tot wanneer ze naar de kleuterschool gaan. Kinderdagverblijven hebben een hoofdvestigingsplaats met een minimumcapaciteit van 23 plaatsen en kunnen daarnaast kleine vestigingsplaatsen van minstens 14 plaatsen realiseren. Peutertuinen hebben een minimumcapaciteit van 20 plaatsen. De prijs voor de opvang is wettelijk geregeld en houdt rekening met het inkomen. Een KDV wordt erkend door Kind en Gezin. Dit betekent dat de werking van deze voorzieningstypes voldoet aan de wettelijke voorwaarden. Kinderdagverblijven kunnen ook buitenschoolse opvang in aparte lokalen van een erkend kinderdagverblijf (BOKDV) aanbieden. Deze opvang gebeurt in aparte lokalen. De prijs wordt door de opvangvoorziening bepaald. De capaciteit van het buitenschoolse aanbod over de verschillende vestigingsplaatsen samen bedraagt maximaal twee derde van de totale door Kind en Gezin erkende capaciteit van het kinderdagverblijf, en bedraagt minimaal 8 plaatsen per vestigingsplaats. Initiatieven voor buitenschoolse opvang (IBO) Een initiatief buitenschoolse opvang (IBO) organiseert opvang in groepsverband, specifiek en exclusief gericht op de buitenschoolse opvang voor kinderen uit de basisschool. Een IBO heeft een minimumcapaciteit van 21 kindplaatsen en kan een werking op verschillende vestigingsplaatsen Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 42

44 Deel II: Kinderopvang met een minimumcapaciteit van acht kindplaatsen organiseren. De prijs voor de opvang ligt binnen bepaalde grenzen. Een IBO wordt erkend door Kind en Gezin. Dit betekent dat de werking van deze voorzieningstypes voldoet aan de wettelijke voorwaarden. Lokale diensten voor buurtgerichte opvang (LODI) Een lokale dienst voor buurtgerichte kinderopvang (LODI) realiseert een toegankelijke kinderopvang die laagdrempelig is en respect heeft voor diversiteit. Ze heeft een specifieke werking die het gebruik van kinderopvang door kwetsbare gezinnen bevordert. Ze vangen vooral kinderen op die vaak, om allerlei redenen, niet in de reguliere opvang worden opgevangen. In de specifieke werking staan een buurtgerichte inbedding en de participatie van de doelgroep centraal. Een LODI kan zowel voor- (LODI VS) als buitenschoolse (LODI BS) opvang aanbieden en heeft een minimumcapaciteit van tien plaatsen. Kenmerkend is ook de tewerkstelling van doelgroepmedewerkers, personen die moeilijk hun plaats vinden op de reguliere arbeidsmarkt. Voor de opvang van een baby of peuter betaalt ouder er een prijs die wettelijk geregeld is en rekening houdt met het inkomen. Voor de opvang van een schoolgaand kind wordt een prijs gevraagd die binnen bepaalde grenzen ligt. Een lokale dienst moet aan wettelijke voorwaarden voldoen om toestemming te krijgen van Kind en Gezin. Zelfstandige kinderdagverblijven (ZKDV) en zelfstandig buitenschoolse opvanginitiatieven (ZBO) Zelfstandige kinderdagverblijven bieden opvang in groepsverband aan. Ze werken autonoom en bepalen dus zelf op welke uren en momenten ze open zijn. Zelfstandige kinderdagverblijven hebben een capaciteit van minstens acht plaatsen. ZKDV s vangen kinderen op van 0 t.e.m. 12 jaar. Wanneer de opvang specifiek en exclusief gericht is op buitenschoolse opvang (voor en na de schooluren en tijdens de vakantiedagen) voor kinderen uit de basisschool spreken we van een zelfstandig buitenschools opvanginitiatief (ZBO). Zelfstandige kinderdagverblijven kunnen hun prijs vrij bepalen of een prijs vragen die rekening houdt met het inkomen. Een zelfstandig buitenschools opvanginitiatief bepaalt de prijs zelf. Wettelijk gezien moeten deze initiatieven hun opvangactiviteit alleen maar melden aan Kind en Gezin, maar de meesten kiezen ervoor om een attest van toezicht van Kind en Gezin te verkrijgen. Dat betekent dat ze moeten voldoen aan een aantal voorwaarden inzake de omgang met kinderen en ouders, veiligheid en gezondheid en inrichting van de ruimten. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 43

45 Deel II: Kinderopvang 3.1. Aantal voorzieningen per type in West-Vlaanderen Het taartdiagram geeft een overzicht van het aantal formele opvangvoorzieningen in de provincie West-Vlaanderen per type met een erkenning of een attest van toezicht. Kenmerkend in het voor- en buitenschoolse opvangaanbod voor West-Vlaanderen is het groot aantal zelfstandige opvangvoorzieningen dat 80% van het totale aanbod uitmaakt. Ongeveer de helft van de voorzieningen biedt gezinsopvang aan (51%). Bij dit overzicht dient opgemerkt te worden dat voor de DVO enkel de administratieve zetel werd meegeteld. Het aantal plaatsen in het volgende punt (zie 3.2.) geeft een duidelijker beeld van de situatie. Het hoog percentage voorschoolse voorzieningen toont aan dat ook in de voorschoolse kinderopvang de zelfstandige sector zeer goed vertegenwoordigd is. Zelfstandig onthaalouders vertegenwoordigen met 53,9% meer dan de helft van het totaal aantal voorzieningen. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 44

46 Deel II: Kinderopvang Bij de buitenschoolse voorzieningen is de erkende (en gesubsidieerde) sector nadrukkelijk aanwezig (77,2% van het totaal aantal buitenschoolse voorzieningen). In dit overzicht vinden we enkel groepsopvang terug. In de praktijk is het mogelijk dat ook zelfstandig onthaalouders of diensten voor opvanggezinnen buitenschoolse opvang aanbieden. Deze cijfers kunnen echter niet afzonderlijk weergegeven worden Aantal plaatsen per type voorziening in West-Vlaanderen Het taartdiagram geeft een overzicht van het aantal formele opvangplaatsen in de provincie West- Vlaanderen per type met een erkenning of een attest van toezicht. De formele kinderopvangvoorzieningen zijn samen verantwoordelijk voor opvangplaatsen in West- Vlaanderen. De 38 DVO s in West-Vlaanderen hebben met 6327 de meeste plaatsen. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 45

47 Deel II: Kinderopvang 56% van de voorschoolse opvangplaatsen vinden we terug in de gezinsopvang (ZOO en DVO). De erkende sector is verantwoordelijk voor iets meer dan de helft van het aantal opvangplaatsen in West-Vlaanderen (52,4%) De erkende (en gesubsidieerde) sector heeft met 86,3% van het totale aanbod de meeste buitenschoolse opvangplaatsen. Ook hier wordt enkel groepsopvang weergegeven (zie opmerking 3.1.) Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 46

48 Deel II: Kinderopvang 4. Plaatsen voor kinderen tussen 0-3 jaar (voorschoolse opvang) Volgende initiatieven bieden voorschoolse opvang aan: ZOO, DVO, ZKDV, KDV en LODI VS 4.1. Aantal opvangplaatsen 0-3 jaar per 100 kinderen Tabel 33 Bij de analyse van het aantal formele opvangplaatsen voor kinderen onder de drie jaar valt op dat het Vlaamse gemiddelde met 38,1% boven de Barcelona-norm ligt. 15 West-Vlaanderen scoort met 47,1% een stuk hoger dan het Vlaamse gemiddelde. Een mogelijke verklaring kan gevonden worden in het groot aantal zelfstandig onthaalouders in West-Vlaanderen. Het hoogste aantal formele plaatsen in de voorschoolse opvang t.o.v. het aantal kinderen tussen 0 en 3 jaar wonend in de gemeente, vinden we voor West-Vlaanderen terug in Kuurne. Hier zijn 67,1 plaatsen voor 100 kinderen tussen 0 en 3 jaar wonend in de gemeente. In absolute waarden gaat het over 228 plaatsen. Ook Deerlijk en Tielt scoren met respectievelijk 61,5% en 59,9% veel hoger dan het gemiddelde. 15 Europese richtlijn die stelt dat er tegen 2010 voor 33% van de kinderen onder de 3 jaar een plaats beschikbaar moet zijn in de opvang buiten de familie Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 47

49 Deel II: Kinderopvang Vier gemeenten halen de Barcelonanorm van 33% niet; met name Bredene, Houthulst, Zwevegem en Oostende. De taartdiagrammen geven per gemeente het aandeel weer dat elk type van formele voorschoolse opvang inneemt in het opvanglandschap in de gemeenten. Op kaart 4.1. wordt een globaal overzicht weergegeven van alle types formele voorschoolse opvang. Volgende punten gaan dieper in op de verschillende types opvangplaatsen Aantal voorschoolse plaatsen per type voorziening Aantal voorschoolse plaatsen bij Zelfstandige onthaalouders (ZOO) Tabel 34 Deze kaart toont de verhouding tussen het aantal opvangplaatsen bij een ZOO en het totaal aantal opvangplaatsen in de gemeente. Vervolgens wordt dit cijfer vergeleken met het provinciaal gemiddelde. In West-Vlaanderen zijn er verhoudingsgewijs veel zelfstandige onthaalouders werkzaam. Met 16,6% plaatsen t.o.v. alle plaatsen (formele) voorschoolse opvang zit West-Vlaanderen een stuk boven de Vlaamse waarde van 9%. Ledegem heeft met een score van 59% het hoogste aantal plaatsen bij zelfstandige onthaalouders t.o.v. het totaal aantal opvangplaatsen in de gemeente. Ook Vleteren, Ardooie, Moorslede, Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 48

50 Deel II: Kinderopvang Anzegem, Zonnebeke en Lendelede behalen scores die veel hoger liggen dan het provinciaal gemiddelde. In vijf gemeenten zijn er geen opvangplaatsen bij Zelfstandige onthaalouders; met name in Koekelaere, Kortemark, Mesen, Spiere-Helkijn en De Panne Aantal voorschoolse plaatsen bij Diensten voor onthaalouders (DVO) Tabel 35 Deze kaart geeft de verhouding weer tussen het aantal voorschoolse opvangplaatsen bij een DVO en het totaal aantal voorschoolse opvangplaatsen in de gemeente. Vervolgens wordt dit cijfer vergeleken met het provinciale gemiddelde. In vergelijking met Vlaanderen wordt er in West-Vlaanderen een kleiner aandeel plaatsen via DVO gerealiseerd (39,4% in West-Vlaanderen t.o.v 41,8% in Vlaanderen). Provinciale uitschieter is Spiere-Helkijn dat met 12,7% veel lager dan het provinciaal gemiddelde scoort. Een ander uiterste is Mesen waar er enkel voorschoolse opvangplaatsen via een DVO zijn. Ook Bredene scoort met 96% veel hoger dan het provinciale gemiddelde. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 49

51 Deel II: Kinderopvang Aantal voorschoolse plaatsen bij Zefstandige kinderdagverblijven (ZKDV) Tabel 36 Deze kaart toont de verhouding tussen het aantal voorschoolse opvangplaatsen bij een ZKDV en het totaal aantal voorschoolse opvangplaatsen in de gemeente. Vervolgens wordt dit cijfer vergeleken met het provinciaal gemiddelde. West-Vlaanderen zit verhoudingsgewijs met 31% voorschoolse opvangplaatsen bij ZKDV iets boven de Vlaamse waarde van 30%. In 11 West-Vlaamse gemeenten zijn er geen plaatsen bij een ZKDV. Vooral in de Westhoek zijn er minder voorschoolse opvangplaatsen bij ZKDV s dan het provinciale gemiddelde. Anderzijds zijn er acht gemeenten waar het aantal plaatsen bij ZKDV s meer dan de helft van het totaal aantal plaatsen uitmaakt. In Ruislede en Langemark-Poelkapelle zijn zelfs meer dan 60% van het totaal aantal plaatsen, plaatsen bij een ZKDV. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 50

52 Deel II: Kinderopvang Aantal voorschoolse plaatsen bij Erkende kinderdagverblijven (KDV) Tabel 37 Deze kaart geeft de verhouding weer tussen het aantal voorschoolse opvangplaatsen bij een KDV en het totaal aantal voorschoolse opvangplaatsen in de gemeente. Vervolgens wordt dit cijfer vergeleken met het provinciaal gemiddelde. West-Vlaanderen zit verhoudingsgewijs met 12,7% voorschoolse opvangplaatsen in KDV onder het Vlaamse gemiddelde van 19%. In heel wat West-Vlaamse gemeenten zijn er geen plaatsen bij een KDV (gemeenten in blauw ingekleurd). In twee gemeenten (Spiere-Helkijn en Blankenberge) zijn meer dan de helft van de plaatsen, plaatsen in een KDV. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 51

53 Deel II: Kinderopvang Aantal voorschoolse plaatsen bij Lokale diensten voor buurtgerichte kinderopvang (LODI) Tabel 38 Deze kaart toont de verhouding tussen het aantal voorschoolse opvangplaatsen bij een Lokale dienst voor buurtgerichte kinderopvang en het totaal aantal voorschoolse opvangplaatsen in de gemeente. Vervolgens wordt dit cijfer vergeleken met het provinciaal gemiddelde. Er zijn in Vlaanderen en West-Vlaanderen weinig plaatsen voor voorschoolse opvang bij lokale diensten. Slechts in vijf gemeenten zijn er lokale diensten actief. Het aantal plaatsen is beperkt als we de verhouding bekijken t.o.v. de totale aantallen. In Kuurne betreft het 4,6% van het totale aanbod, in Brugge slechts 0,8% 4.3. Aantal plaatsen inclusieve opvang bij KDV Ook voor kinderen met een specifieke zorgbehoefte moet de kinderopvang toegankelijker worden. Organiserende besturen van erkende kinderdagverblijven kunnen van Kind en Gezin een financiële ondersteuning krijgen voor de structurele uitbouw van inclusieve opvangplaatsen. Ook heel wat voorzieningen gaan in op individuele vragen. De verdeling van het aantal individuele en structurele goedgekeurde aanvragen in 2008 geeft aan dat 26% van de aanvragen voor structurele plaatsen werd goedgekeurd en 74% voor individuele aanvragen. Enkel de structurele aanbod werd in dit rapport opgenomen. Het individuele aanbod is sterk variërend en hangt af van de vraag. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 52

54 Deel II: Kinderopvang In vijf gemeenten worden structurele plaatsen voor inclusieve opvang bij een KDV voorzien: Brugge (5 plaatsen), Lo-Reninge (3 plaatsen), Kortrijk (11 plaatsen), Hooglede (4 plaatsen), Roeselare (12 plaatsen) Aantal occasionele plaatsen Erkende kinderdagverblijven en initiatieven voor buitenschoolse opvang kunnen de toestemming krijgen voor bijkomende plaatsen om kinderen occasioneel op te vangen. Occasionele kinderopvang is opvang om één van de volgende redenen: de ouder werkt niet en start met een opleiding of vindt plots werk, de ouder heeft een sollicitatiegesprek, er is een acute crisis in het gezin, het gezin heeft behoefte aan een korte draaglastvermindering, het is om sociale en/of pedagogische redenen noodzakelijk dat het kind overdag buiten het gezin wordt opgevangen. Deze plaatsen zijn niet bedoeld om kinderen structureel op te vangen. De duur van de occasionele opvang is per kind beperkt tot maximaal zes maanden. In vier gemeenten is er occasionele opvang voorzien: Kortrijk (11 plaatsen), Diksmuide (6 plaatsen), Blankenberge (4 plaatsen) en Oostende (3 plaatsen) Aantal flexibele urenpakketten Flexibele opvang is de opvang van kinderen buiten de openingstijden van het basisaanbod. Deze opvang start minstens vanaf 6.30 uur of eindigt ten vroegste om uur. Ook kunnen er extra dagen boven het minimumaantal openingsdagen voor het basisaanbod georganiseerd worden. In de realiteit blijkt dat ook heel wat onthaalouders flexibele opvang aanbieden. In dit hoofdstuk beperken we ons echter tot erkende kinderdagverblijven en in hoofdstuk 5 tot de initiatieven voor buitenschoolse kinderopvang die extra gesubsidieerde urenpakketten ontvangen. In West-Vlaanderen zijn er in negen gemeenten erkende kinderdagverblijven die hiervoor subsidies ontvangen. Het betreft volgende gemeenten met tussen haakjes het aantal urenpakketten aangeduid: Brugge (70), Oostende (30), Kortrijk (20), Ieper (6), Tielt (6), Harelbeke (4), Diksmuide (3), Veurne (3) en Waregem (3) Verhouding groepsopvang versus gezinsopvang Voorzieningstypes die onder de voorschoolse groepsopvang vallen zijn: erkende kinderdagverblijven, zelfstandige kinderdagverblijven, lokale diensten buurtgerichte kinderopvang. Voorzieningstypes die onder de voorschoolse gezinsopvang ressorteren, zijn: onthaalouders aangesloten bij een dienst voor onthaalouders en zelfstandige onthaalouders. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 53

55 Deel II: Kinderopvang Algemene verhouding in West-Vlaanderen Tabel Aantal plaatsen gezinsopvang t.o.v. het totale opvangaanbod Tabel 40 Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 54

56 Deel II: Kinderopvang Deze kaart geeft het percentage gezinsopvang van kinderen van 0 tot 3 jaar weer op gemeentelijk niveau. Gemeenten waar geen groepsopvang aanwezig is, bieden logischerwijs enkel gezinsopvang en halen zeer hoge percentages. Dit is het geval voor de kleinere gemeenten Damme, Zuienkerke, Mesen, Zonnebeke, Vleteren, Lendelede, Bredene, Ichtegem en Alveringem. Spiere-Helkijn, Knokke-Heist, Wingene en Torhout vallen op door hun laag percentage gezinsopvang Verhouding erkende versus zelfstandige sector De zelfstandige sector bestaat uit zelfstandige onthaalouders en zelfstandige kinderdagverblijven, onder de erkende (en gesubsidieerde) sector vallen diensten voor opvanggezinnen, erkende kinderdagverblijven en lokale diensten voor buurtgerichte kinderopvang Algemene verhouding in West-Vlaanderen Tabel 41 Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 55

57 Deel II: Kinderopvang Aantal plaatsen erkende en gesubsidieerde sector t.o.v. het totale opvangaanbod A. Plaatsen erkende sector Tabel 41 Het taartdiagram onder toont dat in West-Vlaanderen 47,6% van alle voorschoolse opvang zelfstandig is en 52,4% erkend. In West-Vlaanderen zijn er beduidend minder plaatsen in de erkende sector dan in Vlaanderen (61%). Opvallend is, als we de kaart voor West-Vlaanderen bekijken, het hoger aanbod erkende voorschoolse opvang in het noorden van West-Vlaanderen. In het zuidoosten van de provincie zijn dan weer verhoudingsgewijs minder plaatsen in de erkende sector. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 56

58 Deel II: Kinderopvang B. Plaatsen zelfstandige sector Tabel 41 Deze kaart geeft het omgekeerde beeld van vorige kaart (4.7.2.A) weer Inkomensgerelateerde opvang in erkende en zelfstandige sector Aantal plaatsen IKG (zelfstandige sector) Tabel 42 geeft een overzicht van het aantal plaatsen in de zelfstandige sector dat werkt onder het systeem van inkomensgerelateerde kinderopvangopvang (IKG). Per gemeente kan afgelezen worden of er een zelfstandig initiatief is dat IKG-plaatsen aanbiedt. Slechts in drie gemeenten zijn er zelfstandig onthaalouders die inkomensgerelateerd werken. Bij de zelfstandig kinderdagverblijven zijn er 39 gemeenten die een inkomensgerelateerd aanbod binnen de zelfstandige sector hebben. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 57

59 Deel II: Kinderopvang Aantal plaatsen IKG t.a.v. alle plaatsen in zelfstandige sector Tabel 43 Deze kaart geeft de verhouding weer tussen het aantal IKG-plaatsen in de zelfstandige sector en het totaal aantal plaatsen in de zelfstandige sector. In een aantal gemeenten zijn er zeer veel plaatsen IKG in de zelfstandige voorschoolse opvang. Uitschieter is Kortemark waar eind 2009 alle plaatsen in de zelfstandige sector IKG-plaatsen waren. Andere gemeenten die veel meer IKGplaatsen dan gemiddeld hebben, zijn Gistel, Torhout, Veurne, Izegem en Knokke-Heist. In 24 gemeenten zijn er binnen de zelfstandige sector geen IKG-plaatsen (blauw gekleurde gemeenten). Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 58

60 Deel II: Kinderopvang Aantal inkomensgerelateerde plaatsen (zelfstandige en erkende sector) Tabel 44 Deze kaart geeft een overzicht van het aantal inkomensgerelateerde plaatsen, in de zelfstandige en erkende sector, t.o.v. het totaal aantal formele plaatsen in de voorschoolse kinderopvang per gemeente. Een aantal gemeenten ten zuidoosten van de provincie hebben gemiddeld veel minder inkomensgerelateerde plaatsen t.o.v. het totaal aantal plaatsen in de voorschoolse opvang. In Spiere-Helkijn, Kortemark en Mesen zijn er enkel inkomensgerelateerde plaatsen zowel in de zelfstandige als in de erkende sector. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 59

61 Deel II: Kinderopvang 5. Plaatsen voor kinderen tussen 3-12 jaar (buitenschoolse opvang) Kinderen uit de basisschool kunnen terecht in de buitenschoolse opvang. Volgende initiatieven bieden buitenschoolse opvang aan: IBO s, BOKDV, ZBO en LODI. De opvang in scholen, vrijetijdsactiviteiten, opvang van schoolgaande kinderen bij onthaalouders zijn niet vervat in onderstaande kaartjes en bijhorende tabellen Aantal buitenschoolse opvangplaatsen per 100 kinderen wonend in de gemeente Deze kaart geeft het aantal buitenschoolse plaatsen per type voorziening weer. Daarnaast wordt het percentage buitenschoolse plaatsen per gemeente telkens vergeleken met het totaal aantal kinderen van 3 t.e.m. 11 jaar wonend in de gemeente. Tabel 45 In West-Vlaanderen zijn er gemiddeld 5,9 formele plaatsen buitenschoolse opvang per 100 kinderen van 3 t.e.m. 11 jaar wonend in de gemeente. In Vlaanderen ligt dit percentage iets lager, namelijk 5,3%. Het hoogste aantal formele plaatsen in de buitenschoolse opvang t.o.v. het aantal kinderen van 3 t.e.m. 11 jaar wonend in de gemeente vinden we voor West-Vlaanderen terug in Damme. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 60

62 Deel II: Kinderopvang Hier zijn 17,8 plaatsen per 100 kinderen van 3 t.e.m. 11 jaar beschikbaar. Daarna volgen Dentergem en Hooglede met respectievelijk 15,3% en 14,6%. In acht West-Vlaamse gemeenten, voornamelijk in het zuiden van de provincie, vinden we geen formele buitenschoolse opvang terug: Zuienkerke, Mesen, Heuvelland, Avelgem, Zwevegem, Spiere-Helkijn, Ruiselede en Wielsbeke. In absolute cijfers vinden we in Brugge het grootst aantal buitenschoolse opvangplaatsen terug, namelijk 499, wat slechts neerkomt op 5 plaatsen per 100 kinderen van 3 t.e.m. 11 jaar. De verschillende segmenten van de taartdiagrammen geven het aandeel weer dat elk type van formele buitenschoolse opvang inneemt in het opvanglandschap in West-Vlaanderen. Deze kaart geeft een overzicht weer van alle types formele buitenschoolse opvang. De volgende kaarten geven een overzicht weer per type opvangplaats. Het overgrote deel van de formele buitenschoolse opvangplaatsen wordt in West-Vlaanderen gerealiseerd door IBO s (81,7%) Aantal buitenschoolse opvangplaatsen t.o.v. het aantal schoolgaande kinderen in de gemeente Tabel 46 Deze kaart geeft terug het aantal formele buitenschoolse plaatsen per type voorziening weer. Het totaal aantal formele buitenschoolse plaatsen per gemeente wordt hier echter telkens afgezet t.o.v. het totaal aantal kinderen van 3 t.e.m. 11 jaar dat in de desbetreffende gemeente naar school gaat. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 61

63 Deel II: Kinderopvang In West-Vlaanderen zijn er gemiddeld 5,4 plaatsen voor 100 kinderen van 3 t.e.m. 11 jaar schoolgaand in de gemeente. Vlaanderen scoort met 4,9% iets lager. Net zoals bij de vorige kaart heeft Damme het grootst aantal formele buitenschoolse plaatsen t.o.v. de kinderen van 3 t.e.m. 11 jaar schoolgaand in de gemeente Aantal buitenschoolse plaatsen per type voorziening Aantal buitenschoolse plaatsen bij IBO Tabel 47 In West-Vlaanderen is gemiddeld 81,7% van alle formele buitenschoolse opvangplaatsen een IBOplaats. Dit is iets lager dan het Vlaamse gemiddelde van 85,4%. In 31 West-Vlaamse gemeenten zijn alle formele buitenschoolse opvangplaatsen IBO-plaatsen. In 19 West-Vlaamse gemeenten zijn er geen IBO-plaatsen. Deze gemeenten situeren zich vooral in het zuiden van de provincie. Kortrijk heeft met 309 plaatsen het grootste aantal plaatsen bij IBO s. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 62

64 Deel II: Kinderopvang Aantal buitenschoolse plaatsen bij ZBO Tabel 48 12,6% van alle formele plaatsen in de buitenschoolse opvang in West-Vlaanderen zijn ZBOplaatsen. In Vlaanderen is dit slechts 10,7%. In 18 West-Vlaamse gemeenten, hoofdzakelijk gelegen tussen de centrumsteden Roeselare en Kortrijk, vinden we ZBO-plaatsen terug. In zeven gemeenten zijn alle formele plaatsen buitenschoolse opvang ZBO-plaatsen namelijk in Harelbeke, Lendelede, Waregem, Ingelmunster, Ledegem, Moorslede en Nieuwpoort. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 63

65 Deel II: Kinderopvang Aantal buitenschoolse plaatsen bij BOKDV Tabel 49 In West-Vlaanderen is gemiddeld 4,6% van de formele buitenschoolse opvangplaatsen, een plaats in aparte lokalen van kinderdagverblijven. In Vlaanderen is dit 3,4%. Deze opvangplaatsen worden gerealiseerd in zeven gemeenten namelijk Menen, Deerlijk, Diksmuide, Knokke-Heist, Izegem, Veurne en Brugge. In de eerste vier gemeenten van deze opsomming wordt alle formele buitenschoolse opvang gerealiseerd door BOKDV s. In Izegem zijn 44,4% van alle formele plaatsen buitenschoolse opvang BOKDV-plaatsen. In Veurne is dit 23% en in Brugge 14%. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 64

66 Deel II: Kinderopvang Aantal buitenschoolse plaatsen bij LODI Tabel 50 Slechts 1,1% van alle formele buitenschoolse opvangplaatsen is in West-Vlaanderen een plaats bij lokale diensten voor buurtgerichte buitenschoolse kinderopvang. In Vlaanderen ligt dit percentage met 0,5% nog lager. Kortrijk, Brugge en Kuurne tellen respectievelijk 10, 35 en 21 buitenschoolse LODI-plaatsen. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 65

67 Deel II: Kinderopvang 5.4. Verhouding erkende versus zelfstandige sector in West-Vlaanderen Verhouding erkende vs zelfstandige sector (buitenschoolse opvang) West-Vlaanderen Zelfstandige sector 6,90% Erkende sector 93,10% Tabel 51 Het taartdiagram geeft een overzicht van de verhouding tussen de erkende en zelfstandige buitenschoolse opvang in de provincie West-Vlaanderen. Kenmerkend in het formele buitenschoolse opvangaanbod is het groot aantal erkende opvangvoorzieningen dat 93,1% van het totale formele aanbod uitmaakt. Dit percentage wordt vooral door de IBO s gerealiseerd. Slechts 6,9% van de buitenschoolse opvang wordt gerealiseerd door ZBO s Aantal plaatsen inclusieve opvang bij IBO Ook in de buitenschoolse opvang kunnen organiserende besturen van erkende kinderdagverblijven van Kind en Gezin een financiële ondersteuning krijgen voor de opvang van kinderen met een specifieke zorgbehoefte (zie 4.3.). Enkel de structurele plaatsen worden in dit rapport opgenomen. In West-Vlaanderen is er enkel in het IBO in Ichtegem een structureel aanbod inclusieve buitenschoolse opvang. Het gaat hier om zeven plaatsen voor kinderen met een specifieke zorgbehoefte Aantal plaatsen occasionele opvang bij IBO Net zoals in de voorschoolse opvang kunnen ook in de buitenschoolse opvang kinderen om welbepaalde redenen (zie 4.4.) occasioneel worden opgevangen. In zes gemeenten in West-Vlaanderen is er buitenschoolse occasionele opvang voorzien: Blankenberge (5 plaatsen), De Panne (4 plaatsen), Kortrijk (10 plaatsen), Oostende (8 plaatsen), Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 66

68 Deel II: Kinderopvang Poperinge (4 plaatsen) en Tielt (3 plaatsen). Deze plaatsen worden in West-Vlaanderen overal in IBO s gerealiseerd Aantal flexibele urenpakketten bij IBO Flexibele opvang is de opvang van kinderen buiten de openingstijden van het basisaanbod (zie 4.5.). In de realiteit blijkt dat ook heel wat onthaalouders flexibele opvang aanbieden. In dit hoofdstuk beperken we ons echter tot de initiatieven voor buitenschoolse kinderopvang die extra gesubsidieerde urenpakketten ontvangen. In tien gemeenten in West-Vlaanderen zijn er initiatieven voor buitenschoolse kinderopvang die hiervoor subsidies ontvangen. Het betreft volgende gemeenten, met tussen haakjes aangeduid het aantal urenpaketten: Roeselare (20), Kortrijk (6), Tielt (4), Blankenberge (4), Wervik (3), Poperinge (3), Brugge (3), Torhout (2), Damme (1) en Ardooie (1). Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 67

69 Deel II: Kinderopvang 6. Vergelijking tussen de provincies 6.1. Aantal voorzieningen (per type) 0-12 jaar in Vlaanderen Aantal voorschoolse voorzieningen per type per zorgregio A Aantal voorschoolse voorzieningen: DVO Tabel 52 Deze kaart geeft het aantal administratieve zetels van diensten voor onthaalouders weer op het niveau van de kleinstedelijke zorgregio s. Dit aantal zegt echter niets over het aantal plaatsen bij de DVO s of over de woonplaats van de onthaalouder waar de plaatsen van de dienst effectief gerealiseerd worden. Een DVO met vestigingsplaats in kleinstedelijke zorgregio Ieper bijvoorbeeld, kan plaatsen realiseren in kleinstedelijke zorgregio Poperinge. In Vlaanderen is 6,8% van de voorzieningen die voorschoolse opvang aanbieden, een administratieve zetel van DVO s. We zien dat vooral in de provincies Limburg en Antwerpen het percentage DVO s veel hoger is dan het Vlaamse gemiddelde, bijvoorbeeld kleinstedelijke zorgregio Bree met 33% DVO s t.o.v. het totaal aantal voorschoolse voorzieningen. In de andere provincies ligt het percentage DVO s rond of iets onder de Vlaamse waarde. In kleinstedelijke zorgregio s Poperinge, Ronse en Geraardsbergen zijn geen administratieve zetels van DVO s gevestigd. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 68

70 Deel II: Kinderopvang B Aantal voorschoolse voorzieningen KDV Tabel 52 Kaart B geeft een overzicht van het aantal erkende kinderdagverblijven en de verhouding t.o.v. het totaal aantal voorschoolse voorzieningen. In Vlaanderen is 10,8% van de voorzieningen die voorschoolse opvang aanbieden een KDV. We zien vooral een hoger percentage KDV s dan het Vlaamse gemiddelde in de provincie Limburg (vb. kleinstedelijke zorgregio Bree met 33%) en een lager percentage in de provincie West-Vlaanderen (vb. kleinstedelijke zorgregio Poperinge waar geen KDV s zijn). Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 69

71 Deel II: Kinderopvang C Aantal voorschoolse voorzieningen ZKDV Tabel 52 42,8% van de voorzieningen die voorschoolse opvang aanbieden in Vlaanderen is een ZKDV. In de provincie Antwerpen zien we veel kleinstedelijke zorgregio s met een hoger of veel hoger aandeel ZKDV s dan het Vlaamse gemiddelde (vb. kleinstedelijke zorgregio Boom met 66%). In de provincie West-Vlaanderen is het aandeel ZKDV s in de verschillende kleinstedelijke zorgregio s gemiddeld of lager dan het Vlaamse gemiddelde. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 70

72 Deel II: Kinderopvang D Aantal voorschoolse voorzieningen ZOO Tabel 52 Kaart D geeft een overzicht van het aantal zelfstandige onthaalouders en de verhouding t.o.v. het totaal aantal voorschoolse voorzieningen. In Vlaanderen is 39% van de voorzieningen die voorschoolse opvang aanbieden een ZOO. In West-Vlaanderen zien we een aandeel zelfstandige onthaalouders dat hoger is dan het gemiddelde, bijvoorbeeld kleinstedelijke zorgregio Poperinge met 90%. In Limburg, met uitzondering van kleinstedelijke zorgregio Maaseik, en in Antwerpen is het aandeel ZOO s heel wat kleiner. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 71

73 Deel II: Kinderopvang E Aantal voorschoolse voorzieningen LODI Tabel 52 In Vlaanderen zijn er 15 lokale diensten voor voorschoolse opvang. Kleinstedelijke zorgregio s Brugge, Roeselare, Aalst, Hasselt en Sint-Niklaas hebben elk één LODI. In kleinstedelijke zorgregio s Gent, Kortrijk en Antwerpen zijn er respectievelijk twee, drie en vijf. In de andere kleinstedelijke zorgregio s zijn er geen LODI s voor voorschoolse opvang. In eerste instantie werden middelen voorzien voor LODI s besteed aan aanvragen uit centrumsteden. Pas nadien kwamen ook andere gemeenten in aanmerking. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 72

74 Deel II: Kinderopvang Aantal buitenschoolse voorzieningen per type per zorgregio A Aantal buitenschoolse voorzieningen IBO Tabel 53 Kaart A geeft een overzicht van het aantal initiatieven voor buitenschoolse opvang. Daarnaast wordt het aandeel IBO s weergegeven t.o.v. het totaal aantal buitenschoolse voorzieningen. De vestigingsplaatsen van een IBO worden in dit overzicht niet aanzien als een aparte IBO. In Vlaanderen is 64,2% van de voorzieningen die buitenschoolse opvang aanbieden een IBO. De kleinstedelijke zorgregio s in de provincie Antwerpen hebben verhoudingsgewijs een gemiddeld of hoger aandeel IBO s. In de provincies West-Vlaanderen en Vlaams-Brabant zijn er heel wat kleinstedelijke zorgregio s met een lager aandeel IBO s. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 73

75 Deel II: Kinderopvang B Aantal buitenschoolse voorzieningen BOKDV Tabel 53 Deze kaart toont dat er in Vlaanderen niet veel buitenschoolse opvangvoorzieningen in aparte lokalen van kinderdagverblijven aanwezig zijn. In Vlaanderen neemt het aantal BOKDV s slechts 9,6% in van het totaal aantal buitenschoolse voorzieningen. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 74

76 Deel II: Kinderopvang C Aantal buitenschoolse voorzieningen ZBO Tabel 53 24% van de voorzieningen die buitenschoolse opvang aanbieden in Vlaanderen is een ZBO. De kleinstedelijke zorggebieden met een groot aandeel ZBO s vinden we vooral terug in Vlaams- Brabant en West-Vlaanderen. In de provincie Antwerpen en Oost-Vlaanderen vinden we verhoudingsgewijs minder ZBO s terug. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 75

77 Deel II: Kinderopvang D Aantal buitenschoolse voorzieningen LODI Tabel 53 Vlaanderen telt acht lokale diensten voor buitenschoolse opvang. Kleinstedelijke zorgregio Kortrijk heeft twee lokale diensten voor buitenschoolse opvang. Kleinstedelijke zorgregio s Gent, Mechelen, Leuven, Brugge, Hasselt en Genk hebben er telkens één. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 76

78 Deel II: Kinderopvang 6.2. Aantal opvangplaatsen per type 0-12 jaar in Vlaanderen Plaatsen voorschoolse opvang Tabel 54 Deze kaart geeft een overzicht van het aantal plaatsen per type opvangvoorziening in de voorschoolse opvang. Daarnaast wordt het percentage voorschoolse opvang t.o.v. het totaal aantal kinderen van 0 t.e.m. 2 jaar geplaatst. In Vlaanderen zijn 38,1 voorschoolse plaatsen beschikbaar per 100 kinderen van 0 t.e.m. 2 jaar. We merken dat vooral de provincie West-Vlaanderen en het westen van de provincie Oost- Vlaanderen een hoger tot veel hoger percentage opvangplaatsen, t.o.v. het totaal aantal kinderen van 0 t.e.m. 2 jaar, hebben dan het Vlaamse gemiddelde. Dit in tegenstelling tot de provincie Limburg dat een lager percentage voorschoolse plaatsen heeft. De verschillende segmenten van de taartdiagrammen geven het aandeel weer dat elk type van opvangplaatsen inneemt in het voorschoolse opvanglandschap in Vlaanderen. Deze kaart geeft een overzicht weer van alle types. De volgende kaarten geven een overzicht weer per type opvangplaats. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 77

79 Deel II: Kinderopvang A Aantal voorschoolse opvangplaatsen bij DVO Tabel 55 41,8% van de voorschoolse opvangplaatsen in Vlaanderen wordt gerealiseerd door diensten voor onthaalouders. Vooral de provincie Limburg scoort hoger tot veel hoger dan dit Vlaamse gemiddelde. De kleinstedelijke zorgregio s in de provincies Vlaams-Brabant en het oosten van West-Vlaanderen hebben hoofdzakelijk een lager aandeel voorschoolse opvangplaatsen bij DVO s. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 78

80 Deel II: Kinderopvang B Aantal voorschoolse opvangplaatsen bij KDV Tabel 55 19% van alle voorschoolse opvangplaatsen in Vlaanderen wordt gerealiseerd door erkende kinderdagverblijven. In drie kleinstedelijke zorgregio s in Vlaanderen zijn geen KDV s aanwezig: Bilzen, Maaseik en Poperinge. De kleinstedelijke zorgregio s in de provincie Vlaams-Brabant hebben een aandeel voorschoolse opvangplaatsen bij KDV s dat gemiddeld of hoger is dan het Vlaamse gemiddelde. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 79

81 Deel II: Kinderopvang C Aantal voorschoolse opvangplaatsen bij ZKDV Tabel 55 In Vlaanderen wordt 30% van alle voorschoolse opvangplaatsen gerealiseerd door zelfstandige kinderdagverblijven. Enkel in kleinstedelijke zorgregio Bree, in de provincie Limburg, zijn er geen opvangplaatsen bij dit voorzieningstype. In de provincie Limburg is het aantal voorschoolse opvangplaatsen bij ZKDV s in alle kleinstedelijke zorgregio s, met uitzondering van Lommel, lager dan het Vlaamse gemiddelde. Daarnaast is ook het verschil tussen het oosten en het westen van de provincie West-Vlaanderen opmerkelijk. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 80

82 Deel II: Kinderopvang D Aantal voorschoolse opvangplaatsen bij ZOO Tabel 55 Deze kaart toont dat 9% van de voorschoolse opvangplaatsen in Vlaanderen wordt gerealiseerd door zelfstandige onthaalouders. In kleinstedelijke zorgregio Tongeren, in de provincie Limburg, zijn er geen opvangplaatsen bij ZOO s. Alle kleinstedelijke zorgregio s in de provincie Limburg hebben een lager percentage opvangplaatsen bij ZOO s dan het Vlaamse gemiddelde. Heel wat kleinstedelijke zorgregio s in de provincie West-Vlaanderen scoren hoger dan het Vlaamse gemiddelde. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 81

83 Deel II: Kinderopvang E Aantal voorschoolse opvangplaatsen bij LODI Tabel 55 In Vlaanderen is slechts 0,3% van alle voorschoolse opvangplaatsen, een plaats bij lokale diensten voor buurtgerichte voorschoolse opvang. Dit beperkt aantal plaatsen vinden we terug in de kleinstedelijke zorgregio s Brugge, Roeselare, Kortrijk, Gent, Aalst, Hasselt en Sint-Niklaas en Antwerpen. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 82

84 Deel II: Kinderopvang Plaatsen buitenschoolse opvang Plaatsen buitenschoolse opvang t.o.v. totaal aantal kinderen 3-11 jaar Tabel 56 Deze kaart geeft het aantal formele buitenschoolse plaatsen per type voorziening weer. Daarnaast wordt het percentage buitenschoolse plaatsen per zorgregio telkens afgezet t.o.v. het totaal aantal kinderen van 3 t.e.m. 11 jaar. In Vlaanderen zijn er gemiddeld 5,3 formele buitenschoolse opvangplaatsen per 100 kinderen van 3 t.e.m. 11 jaar of plaatsen in totaal. Opvallend is de provincie Limburg, waar het aandeel buitenschoolse opvangplaatsen in alle kleinstedelijke zorgregio s hoger is dan het Vlaamse gemiddelde. De verschillende segmenten van de taartdiagrammen geven het aandeel weer dat elk type van opvangplaatsen inneemt in het buitenschoolse opvanglandschap in Vlaanderen. Deze kaart geeft een overzicht weer van alle types. De volgende kaarten geven een overzicht weer per type opvangplaats. Het overgrote deel van de buitenschoolse opvangplaatsen wordt in Vlaanderen gerealiseerd door IBO s. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 83

85 Deel II: Kinderopvang Plaatsen buitenschoolse opvang t.o.v. totaal aantal leerlingen basisonderwijs schoolgaand in de zorgregio Tabel 57 Deze kaart geeft terug het aantal buitenschoolse plaatsen per type voorziening weer. Het percentage buitenschoolse plaatsen per zorgregio wordt hier echter weergegeven t.o.v. het totaal aantal leerlingen van het basisonderwijs dat in de desbetreffende zorgregio naar school gaat. In Vlaanderen maken in de buitenschoolse opvang gemiddeld 2,2 kinderen gebruik van één opvangplaats. In Vlaanderen zijn er gemiddeld 4,9 plaatsen per 100 leerlingen die in Vlaanderen ingeschreven zijn in het basisonderwijs. Opvallend is het lager aandeel buitenschoolse plaatsen in de kleinstedelijke zorgregio s in het zuiden van Oost-Vlaanderen en in de provincie Vlaams-Brabant. De taartdiagrammen op deze kaart zijn identiek met de vorige kaart. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 84

86 Deel II: Kinderopvang A Aantal buienschoolse opvangplaatsen bij IBO Tabel 58 85,4% van alle buitenschoolse opvangplaatsen in Vlaanderen wordt gerealiseerd door initiatieven buitenschoolse opvang. In heel wat kleinstedelijke zorgregio s wordt het volledige buitenschoolse opvangaanbod door IBO s gerealiseerd. In kleinstedelijke zorgregio s Knokke-Heist, Ronse en Tervuren zijn geen opvangplaatsen bij IBO s. De kaart toont dat er geen opmerkelijke verschillen zijn tussen de provincies. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 85

87 Deel II: Kinderopvang B Aantal buitenschoolse opvangplaatsen BOKDV Tabel 58 Deze kaart toont aan dat er in Vlaanderen slechts 3,4% van het totaal aantal buitenschoolse opvangplaatsen in aparte lokalen van erkende kinderdagverblijven wordt gerealiseerd. Voor Vlaanderen gaat het over 20 kleinstedelijke zorgregio s. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 86

88 Deel II: Kinderopvang C Aantal buitenschoolse opvangplaatsen ZBO Tabel 58 In Vlaanderen is 10,7% van het totaal aantal buitenschoolse opvangplaatsen, een plaats bij een zelfstandige buitenschoolse kinderopvangvoorziening. In heel wat andere kleinstedelijke zorgregio s zijn geen ZBO s. In de provincies Oost-Vlaanderen en Antwerpen hebben de meeste kleinstedelijke zorgregio s een lager aandeel opvangplaatsen bij ZBO s t.o.v. het totaal aantal buitenschoolse opvangplaatsen dan het Vlaamse gemiddelde. In de provincie Vlaams-Brabant is het aandeel ZBOplaatsen gemiddeld of hoger dan het Vlaamse gemiddelde. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 87

89 Deel II: Kinderopvang D Aantal buitenschoolse opvangplaatsen LODI Tabel 58 Vlaanderen telt 166 buitenschoolse opvangplaatsen bij lokale diensten voor buitenschoolse opvang. Deze plaatsen zijn goed voor 0,5% van het totale buitenschoolse opvangaanbod. De kleinstedelijke zorgregio s die in het bruin aangeduid zijn op de kaart hebben buitenschoolse opvangplaatsen bij LODI s. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 88

90 Deel II: Kinderopvang 6.3. Aantal zelfstandige plaatsen per type 0-12 jaar t.o.v. het totaal aantal zelfstandige plaatsen in Vlaanderen De volgende kaarten geven een overzicht van het aantal zelfstandige opvangplaatsen per type per kleinstedelijke zorgregio, zowel voor de voor- als buitenschoolse opvang. In vorige kaartjes werden deze opvangplaatsen weergegeven t.o.v. het totaal aantal voor- of buitenschoolse opvangplaatsen. In dit punt geven we de verhouding weer t.o.v. het totaal aantal zelfstandige plaatsen. 6.3 A Aantal zelfstandige opvangplaatsen ZKDV Tabel 59 69,1% van alle zelfstandige opvangplaatsen wordt gerealiseerd door ZKDV s. We zien een groot verschil tussen de provincies West-Vlaanderen en Antwerpen. In West-Vlaanderen is het aandeel ZKDV s in heel wat kleinstedelijke zorgregio s lager dan het Vlaamse gemiddelde. De kleinstedelijke zorgregio s in de provincie Antwerpen scoren hoofdzakelijk hoger dan het Vlaamse gemiddelde. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 89

91 Deel II: Kinderopvang 6.3 B Aantal zelfstandige opvangplaatsen ZOO Tabel 59 20,7% van alle zelfstandige opvangplaatsen wordt gerealiseerd door ZOO s. Het aandeel ZOO s t.o.v. het totaal aantal zelfstandige plaatsen is in de provincie Antwerpen en Limburg lager dan het Vlaamse gemiddelde en in de provincie West-Vlaanderen hoofdzakelijk hoger. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 90

92 Deel II: Kinderopvang 6.3 C Aantal zelfstandige opvangplaatsen ZBO Tabel 59 10,2% van alle zelfstandige opvangplaatsen wordt gerealiseerd door ZBO s. Wie zien dat vooral in de provincie Limburg met uitzondering van het oosten van de provincie, het aandeel ZBO s t.o.v. het totaal aantal zelfstandige plaatsen hoger is dan het Vlaamse gemiddelde. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 91

93 Deel II: Kinderopvang 6.4. Aantal erkende plaatsen per type 0-12 jaar in Vlaanderen Onderstaande kaartjes geven een overzicht van het aantal erkende opvangplaatsen per type per kleinstedelijke zorgregio, zowel voor de voor- als buitenschoolse opvang. In vorige kaarten werden deze opvangplaatsen t.o.v. het totaal aantal voor- of buitenschoolse opvangplaatsen afgezet. Hier geven we de verhouding weer t.o.v. het totaal aantal erkende plaatsen. 6.4 A Aantal erkende opvangplaatsen DVO Tabel 60 42,7% van alle erkende opvangplaatsen wordt gerealiseerd door DVO s. We zien geen opvallende verschillen tussen de verschillende provincies in het aandeel opvangplaatsen bij DVO s t.o.v. het totaal aantal erkende plaatsen. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 92

94 Deel II: Kinderopvang 6.4 B Aantal erkende opvangplaatsen KDV Tabel 60 19,3% van alle erkende opvangplaatsen wordt gerealiseerd door KDV s. Vooral de kleinstedelijke zorgregio s in de provincie Vlaams-Brabant hebben een hoger percentage KDV-plaatsen t.o.v. het totaal aantal erkende plaatsen in vergelijking met het Vlaamse gemiddelde. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 93

95 Deel II: Kinderopvang 6.4 C Aantal erkende opvangplaatsen BOKDV Tabel 60 Slechts 1,5% van alle erkende opvangplaatsen is een BOKDV-plaats. De provincie West-Vlaanderen telt het grootste aantal kleinstedelijke zorgregio s met een aanbod BOKDV-plaatsen. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 94

96 Deel II: Kinderopvang 6.4 D Aantal erkende opvangplaatsen IBO Tabel 60 36% van alle erkende opvangplaatsen wordt gerealiseerd door IBO s. Vooral de kleinstedelijke zorgregio s in de provincie Limburg en in het oosten van de provincie Antwerpen hebben een hoger percentage IBO-plaatsen t.o.v. het totaal aantal erkende plaatsen in vergelijking met het Vlaamse gemiddelde. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 95

97 Deel II: Kinderopvang 6.4 E Aantal erkende opvangplaatsen LODI Tabel 60 Slechts 0,5% van alle erkende opvangplaatsen wordt gerealiseerd door LODI s. We zien geen opvallende verschillen tussen de verschillende provincies in het aandeel opvangplaatsen bij LODI s t.o.v. het totaal aantal erkende plaatsen. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 96

98 Deel II: Kinderopvang 6.5. Aantal IKG-plaatsen 0-3 jaar in Vlaanderen Tabel 61 Deze kaart toont aan dat bijna alle IKG-plaatsen gerealiseerd worden bij zelfstandige kinderdagverblijven. In heel wat kleinstedelijke zorgregio s zijn er geen zelfstandige onthaalouders die met het IKG-systeem werken. In Vlaanderen is 23,2% van alle zelfstandige voorschoolse opvangplaatsen inkomensgerelateerd. We zien dat vooral de provincie West-Vlaanderen, met uitzondering van kleinstedelijke zorgregio s Tielt en Poperinge, een hoger tot veel hoger percentage haalt dan het Vlaamse gemiddelde. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 97

99 Deel II: Kinderopvang 6.6. Aantal inkomensgerelateerde plaatsen 0-3 jaar in Vlaanderen Tabel 62 Deze kaart geeft een overzicht van alle voorschoolse plaatsen waar ouders de ouderbijdrage volgens inkomen kunnen betalen. Daarnaast wordt ook telkens weergegeven hoe deze inkomensgerelateerde plaatsen verdeeld zijn over de verschillende types voorzieningen en worden deze plaatsen afgezet t.o.v. het totaal aantal voorschoolse plaatsen. In Vlaanderen is 69,8% van alle voorschoolse plaatsen inkomensgerelateerd. We zien dat vooral de provincie Limburg een hoger tot veel hoger percentage haalt dan het Vlaamse gemiddelde. De inkomensgerelateerde plaatsen worden in Limburg vooral aangeboden door DVO s. Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 98

100 Bibliografie Bibliografie HEDEBOUW, G., & PEETERMANS, A. (sd). Opgeroepen op augustus 2, 2010, van Website van Steunpunt WVG: df KIND EN GEZIN. (2009). Gemeentelijke kindrapporten. Kind en Gezin. KIND EN GEZIN. (sd). Keuzepagina ouders professionals. Opgeroepen op augustus 2, 2010, van PROVINCIE VLAAMS BRABANT. (2010). Omgevingsanalyse voor een sociaal beleid in Vlaams Brabant Vlaams-Brabant: Provincie Vlaams Brabant. STEUNPUNT WERK EN SOCIALE ECONOMIE. (sd). Arbeidsmarktflits. Opgeroepen op augustus 2, 2010, van Steunpunt WSE: STEUNPUNT WERK EN SOCIALE ECONOMIE. (sd). Steunpunt WSE. Opgeroepen op augustus 2, 2010, van Steunpunt WSE: STUDIEDIENST VAN DE VLAAMSE REGERING. (sd). Dataset totaal belastbaar netto-inkomen. Opgeroepen op augustus 2, 2010, van Studiedienst van de Vlaamse Regering: VLAAMS MINISTERIE VAN ONDERWIJS EN VORMING. (sd). Home - Site kleuterparticipatie. Opgeroepen op augustus 2, 2010, van Site kleuterparticipatie: VLAAMS MINISTERIE VAN ONDERWIJS EN VORMING. (sd). Statistisch jaarboek Opgeroepen op augustus 2, 2010, van Startpagina statistieken: Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 99

101 Bijlage I: Tabellen Bijlage I: Tabellen Tabel 1: Aantal inwoners (kaart 1.1.) Tabel 2: Bevolkingsdichtheid (kaart 1.1.) Tabel 3: Aantal kinderen van 0 tot 2 jaar per gemeente (kaart ) Tabel 4: Aantal kinderen van 3 tot 11 jaar per gemeente (kaart ) Tabel 5: Leerlingenstroom kleuteronderwijs (kaart A) Tabel 6: Leerlingenstroom lager onderwijs (kaart B) Tabel 7: Kinderen op kleuterleeftijd niet ingeschreven in een kleuterschool (kaart ) Tabel 8: Aantal geboortes (kaart ) Tabel 9: Geboortes in kansarme gezinnen (kaart ) Tabel 10: Taalsituatie in het gezin (kaart A en B) Tabel 11: Overzicht taaldienstverlening (kaart A en B) Tabel 12: Nationaliteit van het kind bij geboorte (Kaart A en B) Tabel 13: Nationaliteit van het kind bij geboorte (overzicht) Tabel 14: Nationaliteit van de moeder bij geboorte (kaart A en B) Tabel 15: Nationaliteit van de moeder bij geboorte (overzicht) Tabel 16: Werkzaamheidsgraad voor inwoners van 18 t.e.m. 64 jaar (kaart ) Tabel 17: Werkzaamheidsgraad vrouwen van 25 t.e.m. 44 jaar (kaart ) Tabel 18: Werkzaamheidsgraad werkende mannen van 25 t.e.m. 44 jaar (kaart ) Tabel 19: Werkgelegenheidsgraad (kaart ) Tabel 20: Werkloosheidsgraad voor alle inwoners van 18 t.e.m. 64 jaar (kaart ) Tabel 21: Werkloze vrouwen van 25 t.e.m. 44 jaar (kaart ) Tabel 22: Werkloze mannen van 25 t.e.m. 44 jaar (kaart ) Tabel 23: Kinderen van 0 t.e.m. 17 jaar met alleenstaande ouders (kaart ) Tabel 24: Alleenstaande oudergezinnen (kaart ) Tabel 25: Kinderen (0 t.e.m. 2 jaar) volgens de socio-economische positie en werkzaamheid van de ouder(s) (kaart ) Tabel 26: Kinderen (3 t.e.m. 5 jaar) volgens de socio-economische positie en werkzaamheid van de ouder(s) (kaart ) Tabel 27: Kinderen (6 t.e.m. 11 jaar) volgens de socio-economische positie en werkzaamheid van de ouder(s) (kaart ) Tabel 28: Gemiddeld netto belastbaar inkomen (kaart ) Tabel 29: Kinderen (0 t.e.m. 14 jaar) met recht op een voorkeurtarief in de ziekteverzekering (kaart ) Tabel 30: jarigen actief op de arbeidsmarkt (kaart 2.6.) Tabel 31: Inkomende pendel: de gemeente als werkplaats (kaart ) Tabel 32: Uitgaande pendel: de gemeente is de woonplaats (kaart ) Tabel 33: Plaatsen voorschoolse opvang (kaart 4.1.) Tabel 34: Aantal voorschoolse plaatsen bij zelfstandige onthaalouders (kaart ) Tabel 35: Aantal voorschoolse plaatsen bij diensten voor onthaalouders (kaart ) Tabel 36: Aantal voorschoolse plaatsen bij zelfstandige kinderdagverblijven (kaart ) Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 100

102 Bijlage I: Tabellen Tabel 37: Aantal voorschoolse plaatsen bij erkende kinderdagverblijven (kaart ) Tabel 38: Aantal voorschoolse plaatsen bij diensten voor buurtgerichte kinderopvang (kaart ) Tabel 39: Algemene verhouding voorschoolse groepsopvang / gezinsopvang (kaart ) Tabel 40: Aantal plaatsen gezinsopvang t.o.v. het totale opvangaanbod (kaart ) Tabel 41: Verhouding voorschoolse erkende / zelfstandige sector (kaart , A en B) Tabel 42: Plaatsen IKG (4.8.1.) Tabel 43: Aantal plaatsen IKG t.a.v. alle plaatsen in de zelfstandige sector (kaart ) Tabel 44: Aantal inkomensgerelateerde plaatsen (kaart ) Tabel 45: Aantal buitenschoolse opvangplaatsen per 100 kinderen wonende in de gemeente (kaart 5.1.) Tabel 46: Aantal buitenschoolse opvangplaatsen t.o.v. het aantal schoolgaande kinderen (kaart 5.2.) Tabel 47: Aantal buitenschoolse plaatsen bij IBO (kaart ) Tabel 48: Aantal buitenschoolse plaatsen bij ZBO (kaart ) Tabel 49: Aantal buitenschoolse plaatsen bij BOKDV (kaart ) Tabel 50: Aantal buitenschoolse plaatsen bij LODI (kaart ) Tabel 51: Verhouding erkende versus zelfstandige sector (kaart 5.4.) Tabel 52: Aantal voorschoolse voorzieningen per type (kaart A, B, C, D en E) Tabel 53: Aantal buitenschoolse voorzieningen per type (kaart A, B, C en D) Tabel 54: Plaatsen voorschoolse opvang (kaart ) Tabel 55: Plaatsen voorschoolse opvang per type (kaart A, B, C, D en E) Tabel 56: Plaatsen buitenschoolse opvang t.o.v. totaal aantal kinderen 3-11 jaar (kaart ) Tabel 57: Plaatsen buitenschoolse opvang t.o.v. totaal aantal leerlingen basis onderwijs schoolgaand in de zorgregio (kaart ) Tabel 58: Aantal buitenschoolse opvangplaatsen per type (kaart A, B, C en D) Tabel 59: Aantal zelfstandige plaatsen (kaart 6.3. A, B, C) Tabel 60: Aantal erkende plaatsen (6.4. A, B, C, D en E) Tabel 61: Aantal IKG-plaatsen (kaart 6.5.) Tabel 62: Aantal inkomensgerelateerde plaatsen (kaart 6.6.) Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 101

103 Bijlage I: Tabellen Tabel 1: Aantal inwoners (kaart 1.1.) Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 102

104 Bijlage I: Tabellen Tabel 2: Bevolkingsdichtheid (kaart 1.1.) Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 103

105 Bijlage I: Tabellen Tabel 3: Aantal kinderen van 0 tot 2 jaar per gemeente (kaart ) Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 104

106 Bijlage I: Tabellen Tabel 4: Aantal kinderen van 3 tot 11 jaar per gemeente (kaart ) Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 105

107 Bijlage I: Tabellen Tabel 5: Leerlingenstroom kleuteronderwijs (kaart A) Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 106

108 Bijlage I: Tabellen Tabel 6: Leerlingenstroom lager onderwijs (kaart B) Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 107

109 Bijlage I: Tabellen Tabel 7: Kinderen op kleuterleeftijd niet ingeschreven in een kleuterschool (kaart ) Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 108

110 Bijlage I: Tabellen Tabel 8: Aantal geboortes (kaart ) Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 109

111 Bijlage I: Tabellen Tabel 9: Geboortes in kansarme gezinnen (kaart ) Gemeente geboorten in KA totaal aantal geboorten indicator (in %) rang Alveringem ,5 16 Anzegem ,6 60 Ardooie ,1 40 Avelgem ,4 34 Beernem ,2 37 Blankenberge ,9 2 Bredene ,1 39 Brugge ,2 38 Damme ,2 46 De Haan ,4 18 De Panne ,9 4 Deerlijk ,1 64 Dentergem ,6 61 Diksmuide ,2 22 Gistel ,4 19 Harelbeke ,0 47 Heuvelland ,3 21 Hooglede ,4 62 Houthulst ,4 45 Ichtegem ,3 12 Ieper ,5 8 Ingelmunster ,4 33 Izegem ,8 49 Jabbeke ,0 56 Knokke-Heist ,2 7 Koekelare ,0 26 Koksijde ,6 15 Kortemark ,5 31 Kortrijk ,5 11 Kuurne ,5 44 Langemark-Poelkapelle ,4 32 Ledegem ,5 52 Lendelede ,2 55 Lichtervelde ,7 43 Lo-Reninge ,7 29 Menen ,2 1 Mesen ,4 6 Meulebeke ,8 58 Middelkerke ,7 17 Moorslede ,3 35 Nieuwpoort ,1 3 Oostende ,1 5 Oostkamp ,9 48 Oostrozebeke ,0 57 Oudenburg ,7 51 Pittem ,3 53 Poperinge ,9 13 Roeselare ,9 14 Ruiselede ,7 59 Spiere-Helkijn ,7 50 Staden ,7 28 Tielt ,1 23 Torhout ,1 10 Veurne ,4 20 Vleteren ,1 24 Waregem ,2 36 Wervik ,0 9 Wevelgem ,0 27 Wielsbeke ,7 30 Wingene ,1 25 Zedelgem ,8 42 Zonnebeke ,0 41 Zuienkerke ,1 63 Zwevegem ,3 54 West-Vlaanderen ,2 Gemiddelde van West-Vlaamse gemeenten 5,4 standaardafwijking: 3,9 Bron: K&G Verwerking: Provinciale Steunpunten Sociale Planning Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 110

112 Bijlage I: Tabellen Tabel 10: Taalsituatie in het gezin (kaart A en B) Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 111

113 Bijlage I: Tabellen Tabel 11: Overzicht taaldienstverlening (kaart A en B) Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 112

114 Bijlage I: Tabellen Tabel 12: Nationaliteit van het kind bij geboorte (Kaart A en B) Gemeente Nationaliteit = BE Nationaliteit = som van NL-FR- D en andere Totaal aantal geboorten - aantal onbekenden indicator (in %) nationaliteit = BE indicator (in %) Nationaliteit = som van NL-FR-D en andere rang Alveringem ,44 5,56 25 Anzegem ,69 1,31 59 Ardooie ,24 4,76 32 Avelgem ,40 8,60 19 Beernem ,59 2,41 54 Blankenberge ,22 12,78 9 Bredene ,12 4,88 30 Brugge ,14 10,86 15 Damme ,51 3,49 44 De Haan ,41 4,59 34 De Panne ,31 7,69 23 Deerlijk ,53 2,47 53 Dentergem ,02 13,98 7 Diksmuide ,09 1,91 56 Gistel ,88 4,12 36 Harelbeke ,35 12,65 10 Heuvelland ,18 6,82 24 Hooglede ,92 2,08 55 Houthulst ,35 1,65 57 Ichtegem ,30 3,70 39 Ieper ,15 7,85 22 Ingelmunster ,79 5,21 27 Izegem ,95 4,05 37 Jabbeke ,97 3,03 47 Knokke-Heist ,21 19,79 4 Koekelare ,00 0,00 60 Koksijde ,52 11,48 13 Kortemark ,46 2,54 52 Kortrijk ,34 21,66 2 Kuurne ,92 14,08 6 Langemark-Poelkapelle ,40 4,60 33 Ledegem ,70 3,30 45 Lendelede ,55 1,45 58 Lichtervelde ,70 4,30 35 Lo-Reninge ,77 3,23 46 Menen ,61 21,39 3 Mesen ,82 18,18 5 Meulebeke ,35 8,65 18 Middelkerke ,19 11,81 12 Moorslede ,03 3,97 38 Nieuwpoort ,11 7,89 21 Oostende ,70 24,30 1 Oostkamp ,44 5,56 25 Oostrozebeke ,79 9,21 17 Oudenburg ,43 3,57 40 Pittem ,00 0,00 60 Poperinge ,49 3,51 42 Roeselare ,02 10,98 14 Ruiselede ,49 3,51 42 Spiere-Helkijn ,00 0,00 60 Staden ,83 5,17 28 Tielt ,80 12,20 11 Torhout ,33 2,67 51 Veurne ,97 3,03 47 Vleteren ,00 0,00 60 Waregem ,90 13,10 8 Wervik ,90 8,10 20 Wevelgem ,88 5,12 29 Wielsbeke ,92 10,08 16 Wingene ,13 2,87 50 Zedelgem ,09 2,91 49 Zonnebeke ,45 3,55 41 Zuienkerke ,00 0,00 60 Zwevegem ,12 4,88 30 West-Vlaanderen ,57 9,43 gemiddelde van de west-vlaamse gemeenten 93,30 6,7 standaardafwijking: 5,6 5,6 Bron: K&G gegevens 2009 Verwerking: Provinciale Steunpunten Sociale Planning Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 113

115 Bijlage I: Tabellen Tabel 13: Nationaliteit van het kind bij geboorte (overzicht) Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 114

116 Bijlage I: Tabellen Tabel 14: Nationaliteit van de moeder bij geboorte (kaart A en B) Gemeente Nationaliteit = BE Nationaliteit = som van NL-FR- D en andere Totaal aantal geboorten - aantal onbekenden indicator (in %) nationaliteit = BE indicator (in %) Nationaliteit = som van NL-FR-D en andere Alveringem ,44 5,56 25 Anzegem ,69 1,31 59 Ardooie ,24 4,76 32 Avelgem ,40 8,60 19 Beernem ,59 2,41 54 Blankenberge ,22 12,78 9 Bredene ,12 4,88 30 Brugge ,14 10,86 15 Damme ,51 3,49 44 De Haan ,41 4,59 34 De Panne ,31 7,69 23 Deerlijk ,53 2,47 53 Dentergem ,02 13,98 7 Diksmuide ,09 1,91 56 Gistel ,88 4,12 36 Harelbeke ,35 12,65 10 Heuvelland ,18 6,82 24 Hooglede ,92 2,08 55 Houthulst ,35 1,65 57 Ichtegem ,30 3,70 39 Ieper ,15 7,85 22 Ingelmunster ,79 5,21 27 Izegem ,95 4,05 37 Jabbeke ,97 3,03 47 Knokke-Heist ,21 19,79 4 Koekelare ,00 0,00 60 Koksijde ,52 11,48 13 Kortemark ,46 2,54 52 Kortrijk ,34 21,66 2 Kuurne ,92 14,08 6 Langemark-Poelkapelle ,40 4,60 33 Ledegem ,70 3,30 45 Lendelede ,55 1,45 58 Lichtervelde ,70 4,30 35 Lo-Reninge ,77 3,23 46 Menen ,61 21,39 3 Mesen ,82 18,18 5 Meulebeke ,35 8,65 18 Middelkerke ,19 11,81 12 Moorslede ,03 3,97 38 Nieuwpoort ,11 7,89 21 Oostende ,70 24,30 1 Oostkamp ,44 5,56 25 Oostrozebeke ,79 9,21 17 Oudenburg ,43 3,57 40 Pittem ,00 0,00 60 Poperinge ,49 3,51 42 Roeselare ,02 10,98 14 Ruiselede ,49 3,51 42 Spiere-Helkijn ,00 0,00 60 Staden ,83 5,17 28 Tielt ,80 12,20 11 Torhout ,33 2,67 51 Veurne ,97 3,03 47 Vleteren ,00 0,00 60 Waregem ,90 13,10 8 Wervik ,90 8,10 20 Wevelgem ,88 5,12 29 Wielsbeke ,92 10,08 16 Wingene ,13 2,87 50 Zedelgem ,09 2,91 49 Zonnebeke ,45 3,55 41 Zuienkerke ,00 0,00 60 Zwevegem ,12 4,88 30 West-Vlaanderen ,57 9,43 gemiddelde van de west-vlaamse gemeenten 93,30 6,7 standaardafwijking: 5,6 5,6 Bron: K&G gegevens 2009 Verwerking: Provinciale Steunpunten Sociale Planning rang Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 115

117 Bijlage I: Tabellen Tabel 15: Nationaliteit van de moeder bij geboorte (overzicht) Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 116

118 Bijlage I: Tabellen Tabel 16: Werkzaamheidsgraad voor inwoners van 18 t.e.m. 64 jaar (kaart ) Gemeente Totaal aantal werkers (18-64) per gemeente Totale bevolking (18-64) per gemeente indicator (in %) rang Alveringem ,3 7 Anzegem ,5 20 Ardooie ,4 23 Avelgem ,4 48 Beernem ,9 17 Blankenberge ,2 60 Bredene ,6 53 Brugge ,2 51 Damme ,2 39 De Haan ,6 56 De Panne ,3 61 Deerlijk ,6 19 Dentergem ,6 5 Diksmuide ,3 26 Gistel ,2 41 Harelbeke ,4 35 Heuvelland ,6 46 Hooglede ,1 11 Houthulst ,5 22 Ichtegem ,4 34 Ieper ,9 52 Ingelmunster ,6 18 Izegem ,2 43 Jabbeke ,2 27 Knokke-Heist ,6 57 Koekelare ,1 28 Koksijde ,1 64 Kortemark ,4 36 Kortrijk ,9 54 Kuurne ,9 30 Langemark-Poelkapelle ,2 10 Ledegem ,5 14 Lendelede ,4 25 Lichtervelde ,5 3 Lo-Reninge ,0 12 Menen ,7 55 Mesen ,1 63 Meulebeke ,7 13 Middelkerke ,3 59 Moorslede ,3 37 Nieuwpoort ,3 58 Oostende ,2 62 Oostkamp ,8 31 Oostrozebeke ,4 15 Oudenburg ,4 49 Pittem ,8 2 Poperinge ,6 33 Roeselare ,1 44 Ruiselede ,7 4 Spiere-Helkijn ,3 38 Staden ,4 6 Tielt ,5 21 Torhout ,6 32 Veurne ,8 45 Vleteren ,9 50 Waregem ,2 42 Wervik ,5 47 Wevelgem ,4 24 Wielsbeke ,3 16 Wingene ,8 1 Zedelgem ,0 29 Zonnebeke ,3 8 Zuienkerke ,3 9 Zwevegem ,2 40 West-Vlaanderen ,6 gemiddelde van de West-vlaamse gemeenten 72,7 standaardafwijking: 4,0 Bron: Steunpunt WSE 2008 en Ecodata Verwerking: Provinciale Steunpunten Sociale Planning Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 117

119 Bijlage I: Tabellen Tabel 17: Werkzaamheidsgraad vrouwen van 25 t.e.m. 44 jaar (kaart ) Gemeente Aantal werkende vrouwen tussen Totaal aantal vrouwen tussen 25 en 44 indicator (in %) rang Alveringem ,1 33 Anzegem ,5 3 Ardooie ,5 30 Avelgem ,5 31 Beernem ,9 7 Blankenberge ,6 58 Bredene ,5 53 Brugge ,4 52 Damme ,5 48 De Haan ,6 55 De Panne ,7 62 Deerlijk ,1 5 Dentergem ,6 2 Diksmuide ,3 42 Gistel ,6 47 Harelbeke ,0 35 Heuvelland ,5 51 Hooglede ,9 6 Houthulst ,1 44 Ichtegem ,5 49 Ieper ,0 50 Ingelmunster ,4 21 Izegem ,5 29 Jabbeke ,3 32 Knokke-Heist ,0 61 Koekelare ,3 43 Koksijde ,9 60 Kortemark ,7 27 Kortrijk ,6 54 Kuurne ,8 9 Langemark-Poelkapelle ,4 14 Ledegem ,7 28 Lendelede ,8 1 Lichtervelde ,7 11 Lo-Reninge ,3 22 Menen ,1 56 Mesen ,9 64 Meulebeke ,9 24 Middelkerke ,2 57 Moorslede ,8 26 Nieuwpoort ,4 59 Oostende ,0 63 Oostkamp ,9 8 Oostrozebeke ,9 17 Oudenburg ,0 34 Pittem ,5 4 Poperinge ,5 20 Roeselare ,5 41 Ruiselede ,8 46 Spiere-Helkijn ,7 19 Staden ,5 12 Tielt ,9 25 Torhout ,5 39 Veurne ,5 40 Vleteren ,0 45 Waregem ,0 36 Wervik ,8 38 Wevelgem ,9 18 Wielsbeke ,2 23 Wingene ,3 15 Zedelgem ,0 16 Zonnebeke ,8 10 Zuienkerke ,0 37 Zwevegem ,5 13 West-Vlaanderen ,6 gemiddelde West-Vlaamse gemeenten 85,2 standaardafwijking: 4,4 Bron: Steunpunt WSE en ADSEI 2008 Verwerking: Provinciale Steunpunten Sociale Planning Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 118

120 Bijlage I: Tabellen Tabel 18: Werkzaamheidsgraad werkende mannen van 25 t.e.m. 44 jaar (kaart ) Gemeente Aantal werkende mannen tussen Totaal aantal mannen tussen indicator (in %) rang Alveringem ,5 25 Anzegem ,8 15 Ardooie ,8 16 Avelgem ,1 48 Beernem ,8 49 Blankenberge ,4 58 Bredene ,3 54 Brugge ,8 56 Damme ,6 41 De Haan ,5 53 De Panne ,8 62 Deerlijk ,5 9 Dentergem ,5 22 Diksmuide ,7 8 Gistel ,8 17 Harelbeke ,0 30 Heuvelland ,0 51 Hooglede ,9 7 Houthulst ,5 24 Ichtegem ,5 21 Ieper ,2 46 Ingelmunster ,5 23 Izegem ,6 36 Jabbeke ,5 38 Knokke-Heist ,4 60 Koekelare ,5 42 Koksijde ,3 61 Kortemark ,8 32 Kortrijk ,0 55 Kuurne ,3 28 Langemark-Poelkapelle ,4 26 Ledegem ,5 5 Lendelede ,6 3 Lichtervelde ,4 11 Lo-Reninge ,4 27 Menen ,7 52 Mesen ,6 64 Meulebeke ,0 6 Middelkerke ,6 59 Moorslede ,2 13 Nieuwpoort ,7 57 Oostende ,5 63 Oostkamp ,8 31 Oostrozebeke ,2 14 Oudenburg ,6 35 Pittem ,7 2 Poperinge ,7 33 Roeselare ,1 43 Ruiselede ,6 50 Spiere-Helkijn ,9 40 Staden ,3 12 Tielt ,7 18 Torhout ,5 37 Veurne ,5 44 Vleteren ,1 47 Waregem ,0 39 Wervik ,3 29 Wevelgem ,7 19 Wielsbeke ,4 10 Wingene ,8 1 Zedelgem ,6 34 Zonnebeke ,6 4 Zuienkerke ,5 45 Zwevegem ,6 20 West-Vlaanderen ,6 gemiddelde van de gemeenten 91,6 standaardafwijking: 3,5 Bron: Steunpunt WSE en ADSEI 2008 Verwerking: Provinciale Steunpunten Sociale Planning Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 119

121 Bijlage I: Tabellen Tabel 19: Werkgelegenheidsgraad (kaart ) Gemeente Totaal aantal jobs Totaal bevolking indicator (in %) rang Alveringem ,9 53 Anzegem ,6 38 Ardooie ,4 11 Avelgem ,8 28 Beernem ,2 34 Blankenberge ,1 58 Bredene ,1 63 Brugge ,3 6 Damme ,0 42 De Haan ,2 50 De Panne ,0 40 Deerlijk ,6 18 Dentergem ,3 45 Diksmuide ,3 20 Gistel ,4 55 Harelbeke ,5 36 Heuvelland ,0 43 Hooglede ,6 10 Houthulst ,9 47 Ichtegem ,0 62 Ieper ,4 8 Ingelmunster ,8 21 Izegem ,8 13 Jabbeke ,3 49 Knokke-Heist ,0 19 Koekelare ,1 59 Koksijde ,5 39 Kortemark ,7 33 Kortrijk ,1 2 Kuurne ,9 4 Langemark-Poelkapelle ,4 26 Ledegem ,4 56 Lendelede ,1 29 Lichtervelde ,5 37 Lo-Reninge ,6 16 Menen ,8 22 Mesen ,3 64 Meulebeke ,6 32 Middelkerke ,8 54 Moorslede ,1 48 Nieuwpoort ,4 17 Oostende ,3 12 Oostkamp ,8 41 Oostrozebeke ,2 25 Oudenburg ,4 57 Pittem ,1 15 Poperinge ,3 27 Roeselare ,9 5 Ruiselede ,5 30 Spiere-Helkijn ,0 35 Staden ,5 14 Tielt ,0 9 Torhout ,5 24 Veurne ,3 3 Vleteren ,9 60 Waregem ,6 7 Wervik ,6 61 Wevelgem ,1 31 Wielsbeke ,4 1 Wingene ,9 44 Zedelgem ,7 23 Zonnebeke ,8 46 Zuienkerke ,0 52 Zwevegem ,3 51 West-Vlaanderen ,3 gemiddelde van de gemeenten 62,3 standaardafwijking: 19,2 Bron: Steunpunt WSE en ADSEI 2007 Verwerking: Provinciale Steunpunten Sociale Planning Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 120

122 Bijlage I: Tabellen Tabel 20: Werkloosheidsgraad voor alle inwoners van 18 t.e.m. 64 jaar (kaart ) Gemeente NWWZ per gemeente Totale bevolking (18-64) per gemeente indicator (in %) rang Alveringem ,6 46 Anzegem ,7 41 Ardooie ,3 57 Avelgem ,7 14 Beernem ,3 56 Blankenberge ,7 1 Bredene ,4 11 Brugge ,7 15 Damme ,5 52 De Haan ,5 9 De Panne ,3 3 Deerlijk ,6 50 Dentergem ,7 39 Diksmuide ,9 36 Gistel ,5 18 Harelbeke ,5 19 Heuvelland ,2 30 Hooglede ,1 62 Houthulst ,1 31 Ichtegem ,2 29 Ieper ,1 13 Ingelmunster ,1 33 Izegem ,3 25 Jabbeke ,4 55 Knokke-Heist ,5 20 Koekelare ,2 27 Koksijde ,7 16 Kortemark ,7 43 Kortrijk ,8 7 Kuurne ,4 22 Langemark-Poelkapelle ,8 37 Ledegem ,5 51 Lendelede ,7 38 Lichtervelde ,1 61 Lo-Reninge ,5 54 Menen ,1 6 Mesen ,3 5 Meulebeke ,6 47 Middelkerke ,4 10 Moorslede ,6 49 Nieuwpoort ,5 8 Oostende ,4 2 Oostkamp ,6 45 Oostrozebeke ,2 60 Oudenburg ,1 32 Pittem ,3 59 Poperinge ,4 21 Roeselare ,5 17 Ruiselede ,3 58 Spiere-Helkijn ,6 4 Staden ,8 64 Tielt ,7 40 Torhout ,2 28 Veurne ,3 26 Vleteren ,7 42 Waregem ,3 24 Wervik ,3 12 Wevelgem ,0 34 Wielsbeke ,3 23 Wingene ,0 63 Zedelgem ,7 44 Zonnebeke ,5 53 Zuienkerke ,6 48 Zwevegem ,9 35 West-Vlaanderen ,7 gemiddelde van de gemeenten 3,3 standaardafwijking: 1,1 Bron: Arvastat gegevens 2009, ADSEI gegevens 2008 Verwerking: Provinciale Steunpunten Sociale Planning Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 121

123 Bijlage I: Tabellen Tabel 21: Werkloze vrouwen van 25 t.e.m. 44 jaar (kaart ) Gemeente NWWZ vrouwen tussen Totaal aantal vrouwen tussen 25 en 44 indicator (in %) rang Alveringem ,1 58 Anzegem ,5 45 Ardooie ,7 40 Avelgem ,2 15 Beernem ,4 57 Blankenberge ,0 1 Bredene ,7 17 Brugge ,7 30 Damme ,7 39 De Haan ,9 5 De Panne ,6 3 Deerlijk ,3 50 Dentergem ,0 54 Diksmuide ,6 43 Gistel ,3 23 Harelbeke ,4 20 Heuvelland ,6 18 Hooglede ,6 61 Houthulst ,4 49 Ichtegem ,5 33 Ieper ,1 13 Ingelmunster ,4 21 Izegem ,8 29 Jabbeke ,2 53 Knokke-Heist ,6 14 Koekelare ,9 26 Koksijde ,6 10 Kortemark ,3 51 Kortrijk ,7 12 Kuurne ,4 35 Langemark-Poelkapelle ,0 37 Ledegem ,4 48 Lendelede ,4 34 Lichtervelde ,9 60 Lo-Reninge ,5 63 Menen ,3 8 Mesen ,4 2 Meulebeke ,7 41 Middelkerke ,8 9 Moorslede ,2 52 Nieuwpoort ,6 6 Oostende ,2 4 Oostkamp ,5 47 Oostrozebeke ,0 59 Oudenburg ,7 31 Pittem ,9 55 Poperinge ,9 16 Roeselare ,8 28 Ruiselede ,4 56 Spiere-Helkijn ,5 7 Staden ,6 62 Tielt ,7 38 Torhout ,3 22 Veurne ,8 27 Vleteren ,5 46 Waregem ,5 19 Wervik ,5 11 Wevelgem ,5 32 Wielsbeke ,9 25 Wingene ,2 64 Zedelgem ,6 42 Zonnebeke ,6 44 Zuienkerke ,0 24 Zwevegem ,1 36 West-Vlaanderen ,6 gemiddelde gemeenten 9,2 standaardafwijking: 2,9 Bron: Arvastat gegevens 2009, ADSEI gegevens 2008 Verwerking: Provinciale Steunpunten Sociale Planning Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 122

124 Bijlage I: Tabellen Tabel 22: Werkloze mannen van 25 t.e.m. 44 jaar (kaart ) Gemeente NWWZ mannen tussen Totaal aantal mannen tussen 25 en 44 indicator (in %) rang Alveringem ,9 32 Anzegem ,3 52 Ardooie ,6 59 Avelgem ,7 22 Beernem ,4 48 Blankenberge ,9 1 Bredene ,6 11 Brugge ,8 15 Damme ,8 33 De Haan ,0 7 De Panne ,8 3 Deerlijk ,3 53 Dentergem ,7 44 Diksmuide ,7 36 Gistel ,3 18 Harelbeke ,8 21 Heuvelland ,2 25 Hooglede ,8 57 Houthulst ,2 26 Ichtegem ,1 28 Ieper ,1 13 Ingelmunster ,4 49 Izegem ,1 27 Jabbeke ,4 50 Knokke-Heist ,9 14 Koekelare ,0 31 Koksijde ,7 10 Kortemark ,3 39 Kortrijk ,8 8 Kuurne ,4 17 Langemark-Poelkapelle ,1 55 Ledegem ,2 54 Lendelede ,6 45 Lichtervelde ,7 58 Lo-Reninge ,8 34 Menen ,5 12 Mesen ,7 4 Meulebeke ,3 51 Middelkerke ,5 6 Moorslede ,9 41 Nieuwpoort ,3 5 Oostende ,3 2 Oostkamp ,5 47 Oostrozebeke ,3 62 Oudenburg ,2 24 Pittem ,4 61 Poperinge ,4 23 Roeselare ,2 19 Ruiselede ,1 56 Spiere-Helkijn ,7 9 Staden ,8 64 Tielt ,4 38 Torhout ,0 30 Veurne ,0 20 Vleteren ,9 42 Waregem ,0 29 Wervik ,1 16 Wevelgem ,7 35 Wielsbeke ,5 37 Wingene ,5 60 Zedelgem ,7 43 Zonnebeke ,0 63 Zuienkerke ,6 46 Zwevegem ,3 40 West-Vlaanderen ,7 gemiddelde van de gemeenten 6,8 standaardafwijking: 3,4 Bron: Arvastat gegevens 2009, ADSEI gegevens 2008 Verwerking: Provinciale Steunpunten Sociale Planning Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 123

125 Bijlage I: Tabellen Tabel 23: Kinderen van 0 t.e.m. 17 jaar met alleenstaande ouders (kaart ) Gemeente aantal kinderen bij alleenstaande ouders totaal aantal kinderen tussen 0-17 jaar indicator (in %) rang Alveringem ,6 30 Anzegem ,6 11 Ardooie ,5 4 Avelgem ,4 6 Beernem ,0 5 Blankenberge ,3 15 Bredene ,1 21 Brugge ,6 29 Damme ,8 8 De Haan ,1 56 De Panne ,0 35 Deerlijk ,5 58 Dentergem ,7 64 Diksmuide ,2 44 Gistel ,1 59 Harelbeke ,1 34 Heuvelland ,7 9 Hooglede ,5 24 Houthulst ,1 55 Ichtegem ,7 62 Ieper ,3 16 Ingelmunster ,4 51 Izegem ,5 40 Jabbeke ,5 60 Knokke-Heist ,4 25 Koekelare ,3 20 Koksijde ,4 52 Kortemark ,0 46 Kortrijk ,8 1 Kuurne ,9 22 Langemark-Poelkapelle ,5 32 Ledegem ,6 38 Lendelede ,2 2 Lichtervelde ,5 33 Lo-Reninge ,6 10 Menen ,9 7 Mesen ,9 23 Meulebeke ,6 19 Middelkerke ,4 42 Moorslede ,4 53 Nieuwpoort ,9 36 Oostende ,8 57 Oostkamp ,5 49 Oostrozebeke ,8 18 Oudenburg ,5 50 Pittem ,2 12 Poperinge ,6 39 Roeselare ,0 45 Ruiselede ,2 63 Spiere-Helkijn ,4 41 Staden ,9 47 Tielt ,8 48 Torhout ,9 13 Veurne ,2 43 Vleteren ,3 26 Waregem ,2 3 Wervik ,6 31 Wevelgem ,0 17 Wielsbeke ,7 37 Wingene ,9 28 Zedelgem ,4 14 Zonnebeke ,5 61 Zuienkerke ,9 27 Zwevegem ,3 54 West-Vlaanderen ,0 Vlaams Gewest gemiddelde der West-Vlaamse gemeenten 13,0 standaardafwijking: 3,4 Bron: Kind en gezin, GKR Verwerking: Provinciale Steunpunten Sociale Planning Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 124

126 Bijlage I: Tabellen Tabel 24: Alleenstaande oudergezinnen (kaart ) Gemeente aantal alleenstaande oudergezinnen totaal aantal gezinnen met kinderen indicator (in %) rang Alveringem ,5 34 Anzegem ,4 62 Ardooie ,2 42 Avelgem ,7 16 Beernem ,8 44 Blankenberge ,1 2 Bredene ,4 14 Brugge ,6 8 Damme ,6 32 De Haan ,0 10 De Panne ,6 3 Deerlijk ,2 41 Dentergem ,5 60 Diksmuide ,7 21 Gistel ,1 19 Harelbeke ,0 29 Heuvelland ,2 23 Hooglede ,8 48 Houthulst ,1 56 Ichtegem ,6 31 Ieper ,5 17 Ingelmunster ,0 58 Izegem ,2 24 Jabbeke ,6 51 Knokke-Heist ,6 6 Koekelare ,5 26 Koksijde ,2 9 Kortemark ,1 55 Kortrijk ,3 12 Kuurne ,4 27 Langemark-Poelkapelle ,0 43 Ledegem ,0 57 Lendelede ,0 63 Lichtervelde ,8 45 Lo-Reninge ,0 64 Menen ,2 13 Mesen ,0 4 Meulebeke ,8 46 Middelkerke ,4 11 Moorslede ,6 33 Nieuwpoort ,0 5 Oostende ,0 1 Oostkamp ,1 37 Oostrozebeke ,1 54 Oudenburg ,9 38 Pittem ,2 53 Poperinge ,1 28 Roeselare ,9 15 Ruiselede ,7 49 Spiere-Helkijn ,0 7 Staden ,4 52 Tielt ,6 25 Torhout ,9 20 Veurne ,2 18 Vleteren ,7 30 Waregem ,2 36 Wervik ,6 22 Wevelgem ,5 35 Wielsbeke ,8 47 Wingene ,7 59 Zedelgem ,3 40 Zonnebeke ,4 61 Zuienkerke ,6 50 Zwevegem ,3 39 West-Vlaanderen ,4 Vlaams Gewest gemiddelde der West-Vlaamse gemeenten 16,8 standaardafwijking: 4,3 Bron: SVR, PLS, 2006 Verwerking: Provinciale Steunpunten Sociale Planning Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 125

127 Bijlage I: Tabellen Tabel 25: Kinderen (0 t.e.m. 2 jaar) volgens de socio-economische positie en werkzaamheid van de ouder(s) (kaart ) Gemeente Beide 1 ouder ouders werkt werken Geen ouder werkt alleenst aande werkt alleens aantal taande werkt niet kinderen ouder(s) met werk a a nta l kinde re n bij oude r(s) zonder werk totaal aantal kinderen % beide ouders werken % 1 ouder werkt % % geen ouder werkt alleens taande werkt % alleens taande werkt niet % aantal kinderen ouder(s) met werk % a a nta l kinde re n bij oude r(s) zonde r we rk Alveringem ,5 21,4 0,0 2,0 1,0 96,9 1,0 Anzegem ,8 9,8 0,4 2,4 1,1 96,0 1,6 Ardooie ,7 15,5 0,9 3,2 0,0 95,4 0,9 Avelgem ,3 16,8 0,7 3,4 1,4 94,5 2,1 Beernem ,1 11,0 0,5 2,3 0,5 95,4 0,9 Blankenberge ,5 19,7 2,2 9,4 2,4 90,6 4,6 Bredene ,4 20,1 2,6 7,3 0,4 93,8 3,1 Brugge ,2 15,5 0,9 5,9 1,1 93,7 2,1 Damme ,5 19,5 0,7 1,7 0,7 94,6 1,3 De Haan ,5 18,1 0,0 7,3 2,2 90,9 2,2 De Panne ,6 21,1 2,0 10,8 2,4 90,4 4,4 Deerlijk ,0 12,4 0,6 2,7 0,6 95,2 1,2 Dentergem ,0 14,7 0,0 6,1 0,7 97,8 0,7 Diksmuide ,3 19,9 1,6 3,9 1,0 94,1 2,7 Gistel ,5 15,9 0,6 4,3 0,6 95,7 1,2 Harelbeke ,4 18,1 0,3 3,5 0,3 96,0 0,5 Heuvelland ,5 16,7 3,2 1,6 2,0 90,8 5,2 Hooglede ,5 11,7 0,0 1,3 0,0 94,6 0,0 Houthulst ,1 18,0 1,8 2,8 0,7 94,0 2,5 Ichtegem ,0 17,1 0,5 4,5 0,5 95,5 1,0 Ieper ,1 17,5 1,2 4,4 1,4 93,0 2,6 Ingelmunster ,9 12,2 0,7 2,6 1,3 94,7 2,0 Izegem ,5 14,5 0,6 4,0 0,6 95,0 1,2 Jabbeke ,0 11,2 0,5 3,5 0,5 94,7 1,1 Knokke-Heist ,4 16,4 3,0 5,8 1,5 84,6 4,6 Koekelare ,2 14,2 0,9 2,8 2,3 92,2 3,2 Koksijde ,6 15,8 1,0 6,9 0,5 88,4 1,5 Kortemark ,3 14,8 1,3 3,5 0,6 91,5 1,9 Kortrijk ,4 19,0 2,2 6,6 2,2 92,1 4,4 Kuurne ,4 11,0 1,1 3,8 2,2 94,2 3,3 Langemark-Poelkapelle ,6 15,0 0,8 4,1 0,8 94,7 1,5 Ledegem ,5 13,5 0,7 3,5 1,7 95,5 2,4 Lendelede ,7 15,3 0,0 1,3 1,3 97,3 1,3 Lichtervelde ,1 10,6 0,7 1,5 0,7 94,1 1,5 Lo-Reninge ,3 7,4 1,9 1,9 0,0 92,6 1,9 Menen ,5 20,1 1,0 6,9 2,5 93,4 3,4 Mesen ,9 29,4 0,0 11,8 0,0 94,1 0,0 Meulebeke ,6 15,7 1,2 2,0 1,2 93,3 2,3 Middelkerke ,4 17,0 1,9 7,8 0,5 92,2 2,4 Moorslede ,6 13,8 0,8 2,3 0,8 92,7 1,5 Nieuwpoort ,6 23,5 2,7 5,9 0,8 91,0 3,5 Oostende ,6 20,8 3,6 11,6 3,0 88,0 6,6 Oostkamp ,2 10,3 0,8 2,5 0,3 96,0 1,1 Oostrozebeke ,6 11,0 0,8 1,5 0,8 93,2 1,5 Oudenburg ,9 15,4 0,8 2,9 0,8 94,2 1,7 Pittem ,4 15,6 1,0 5,0 1,0 98,0 2,0 Poperinge ,8 17,3 0,7 5,0 1,3 94,0 2,0 Roeselare ,3 15,7 1,2 4,1 2,0 94,1 3,2 Ruiselede ,4 15,3 0,0 1,1 0,0 97,7 0,0 Spiere-Helkijn ,5 14,1 2,6 5,1 2,6 89,7 5,1 Staden ,6 10,8 1,9 2,2 0,0 95,6 1,9 Tielt ,5 18,9 0,4 5,1 0,8 95,5 1,1 Torhout ,7 12,5 1,0 5,8 1,2 93,0 2,1 Veurne ,4 18,0 1,2 2,1 1,8 92,5 3,0 Vleteren ,5 20,0 1,7 1,7 0,0 98,3 1,7 Waregem ,5 15,0 1,8 2,6 1,2 93,1 3,0 Wervik ,6 18,8 1,6 4,9 1,6 93,3 3,3 Wevelgem ,8 15,9 1,2 3,1 1,0 94,7 2,1 Wielsbeke ,2 16,3 0,7 2,7 0,7 95,2 1,4 Wingene ,3 13,9 0,4 2,5 0,4 96,6 0,9 Zedelgem ,0 12,6 0,3 2,8 0,8 94,5 1,1 Zonnebeke ,4 13,6 0,6 2,5 0,6 95,5 1,1 Zuienkerke ,2 17,8 2,7 2,7 0,0 91,8 2,7 Zwevegem ,6 13,8 0,6 1,4 0,3 97,8 0,8 West-Vlaanderen ,7 16,1 1,2 4,7 1,2 93,5 2,5 Gemiddelde voor de West-Vlaamse gemeenten 74,0 15,9 1,1 4,1 1,0 93,9 2,1 standaardafwijking: 6,8 3,7 0,9 2,5 0,7 2,5 1,3 Bron: KSZ, gegevens 2005 Verwerking: Provinciale Steunpunten Sociale Planning Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 126

128 Bijlage I: Tabellen Tabel 26: Kinderen (3 t.e.m. 5 jaar) volgens de socio-economische positie en werkzaamheid van de ouder(s) (kaart ) Gemeente Beide 1 ouder ouders werkt werken Geen ouder werkt alleens taande werkt alleens taande werkt niet aantal kinderen ouder(s) met werk a a nta l kinde re n bij oude r(s) zonde r we rk totaal aantal kinderen % beide ouders werken % % % 1 geen ouder ouder werkt werkt alleens taande werkt % alleens taande werkt niet % aantal kinderen ouder(s) met werk % a a nta l kinde re n bij oude r(s) zonde r we rk Alveringem ,5 19,5 0,0 6,2 1,0 96,2 1,0 Anzegem ,4 12,1 0,4 4,5 0,8 98,0 1,2 Ardooie ,5 13,7 0,8 6,0 0,8 95,2 1,6 Avelgem ,1 16,0 0,7 4,6 0,7 96,7 1,3 Beernem ,5 10,6 0,5 4,5 0,5 97,6 0,9 Blankenberge ,3 16,8 1,5 17,1 3,9 90,2 5,4 Bredene ,8 16,9 1,3 8,5 2,0 94,1 3,3 Brugge ,2 15,1 1,0 10,7 2,1 95,0 3,1 Damme ,7 15,9 0,6 5,0 0,6 95,6 1,3 De Haan ,6 14,4 0,7 10,9 0,7 93,0 1,4 De Panne ,2 16,9 0,8 13,2 1,5 93,2 2,3 Deerlijk ,5 10,6 0,5 4,8 0,5 96,8 1,1 Dentergem ,9 15,3 0,7 5,2 0,7 97,4 1,3 Diksmuide ,9 19,7 0,8 4,3 1,2 95,9 2,0 Gistel ,8 14,8 0,5 9,2 0,5 96,8 1,1 Harelbeke ,0 14,7 1,2 6,2 1,4 94,8 2,6 Heuvelland ,1 16,2 1,5 7,9 0,8 96,2 2,3 Hooglede ,5 9,5 0,6 3,8 0,6 96,8 1,3 Houthulst ,2 17,9 1,3 6,1 0,6 96,2 1,9 Ichtegem ,0 15,9 0,5 5,6 0,5 93,5 1,0 Ieper ,8 14,3 0,9 8,1 1,1 96,1 2,0 Ingelmunster ,2 12,2 0,6 7,6 1,2 93,9 1,8 Izegem ,5 11,9 0,7 9,1 1,3 94,5 2,1 Jabbeke ,0 12,6 1,1 3,5 1,1 96,1 2,2 Knokke-Heist ,6 20,9 1,9 9,2 1,9 91,7 3,8 Koekelare ,4 13,4 0,9 3,9 0,9 95,7 1,7 Koksijde ,6 15,5 1,5 13,3 1,2 91,4 2,7 Kortemark ,1 14,8 0,6 4,8 1,7 93,7 2,3 Kortrijk ,9 19,0 2,1 10,0 2,2 93,9 4,3 Kuurne ,5 12,6 0,5 7,5 2,1 94,6 2,6 Langemark-Poelkapelle ,8 14,8 1,4 3,5 0,7 95,1 2,1 Ledegem ,5 10,7 0,7 3,9 1,8 96,1 2,5 Lendelede ,9 14,1 0,0 5,1 0,0 96,2 0,0 Lichtervelde ,2 10,3 0,7 4,3 0,7 95,7 1,4 Lo-Reninge ,6 9,0 1,5 3,0 0,0 98,5 1,5 Menen ,4 20,2 1,6 8,7 4,2 92,3 5,8 Mesen ,4 14,3 0,0 14,3 0,0 100,0 0,0 Meulebeke ,0 15,4 1,6 3,5 0,0 95,9 1,6 Middelkerke ,5 18,0 1,2 11,2 1,4 93,7 2,6 Moorslede ,0 12,7 0,6 6,2 0,6 96,9 1,2 Nieuwpoort ,0 23,3 0,8 12,1 2,1 95,4 2,9 Oostende ,5 18,1 3,7 17,5 4,5 88,1 8,3 Oostkamp ,1 10,7 0,7 6,2 0,3 97,0 1,0 Oostrozebeke ,6 14,0 0,0 4,1 2,6 93,7 2,6 Oudenburg ,8 15,7 1,5 7,1 1,9 93,6 3,4 Pittem ,8 10,5 0,0 7,9 0,0 98,2 0,0 Poperinge ,9 17,0 0,3 5,5 1,7 95,4 2,0 Roeselare ,0 14,0 0,9 7,8 2,0 94,8 2,9 Ruiselede ,0 10,4 0,0 4,2 0,0 98,6 0,0 Spiere-Helkijn ,7 19,4 2,2 8,6 0,0 95,7 2,2 Staden ,5 12,7 0,6 4,8 0,6 96,0 1,1 Tielt ,2 14,6 0,4 7,0 0,7 96,8 1,1 Torhout ,3 13,4 1,8 5,9 0,4 93,7 2,2 Veurne ,3 12,5 1,3 8,1 1,8 94,8 3,1 Vleteren ,7 11,6 0,0 5,4 1,8 94,6 1,8 Waregem ,5 16,2 1,4 6,4 1,4 95,0 2,8 Wervik ,5 15,5 1,3 9,2 2,0 94,2 3,2 Wevelgem ,5 11,8 1,4 7,9 1,8 94,2 3,3 Wielsbeke ,9 18,8 0,6 4,7 0,6 96,5 1,2 Wingene ,3 13,1 0,0 4,8 0,8 97,1 0,8 Zedelgem ,6 11,4 0,3 5,5 1,0 95,4 1,3 Zonnebeke ,1 13,4 0,5 4,5 0,5 95,0 0,9 Zuienkerke ,0 17,5 2,1 4,1 0,0 87,6 2,1 Zwevegem ,4 13,3 0,5 5,9 0,9 97,7 1,5 West-Vlaanderen ,6 15,1 1,1 8,0 1,6 94,7 2,7 Gemiddelde voor de West-Vlaamse gemeenten 73,5 14,7 0,9 7,0 1,2 95,2 2,1 standaardafwijking: 6,7 3,0 0,7 3,2 0,9 2,2 1,4 Bron: KSZ, gegevens 2005 Verwerking: Provinciale Steunpunten Sociale Planning Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 127

129 Bijlage I: Tabellen Tabel 27: Kinderen (6 t.e.m. 11 jaar) volgens de socio-economische positie en werkzaamheid van de ouder(s) (kaart ) Gemeente Beide 1 ouder ouders werkt werken Geen ouder werkt alleenst aande werkt alleens taande werkt niet aantal kinderen ouder(s) met werk a a nta l kinde re n bij oude r(s) zonde r we rk totaal aantal kinderen % beide ouders werken % % % 1 geen ouder ouder werkt werkt alleenst aande werkt % alleenst aande werkt niet % aantal kinderen ouder(s) met werk % a a nta l kinde re n bij oude r(s) zonde r we rk Alveringem ,1 18,1 0,0 7,0 2,3 96,1 2,3 Anzegem ,3 11,4 0,5 5,9 1,5 96,7 2,0 Ardooie ,2 14,0 0,3 7,2 2,0 96,4 2,3 Avelgem ,0 16,2 1,8 11,0 1,5 95,2 3,3 Beernem ,2 11,8 0,5 7,9 0,7 96,9 1,2 Blankenberge ,9 17,4 2,4 17,2 3,4 91,5 5,8 Bredene ,2 20,2 1,6 13,7 2,1 95,1 3,7 Brugge ,3 14,4 1,1 14,4 2,3 95,1 3,4 Damme ,2 16,9 1,0 7,9 0,6 97,0 1,6 De Haan ,8 14,2 0,7 13,2 2,2 94,2 2,9 De Panne ,0 19,0 2,0 17,6 3,0 92,6 5,0 Deerlijk ,4 11,5 0,0 8,6 1,0 98,5 1,0 Dentergem ,6 13,0 0,7 4,3 1,0 96,9 1,7 Diksmuide ,5 16,1 0,8 10,7 1,1 96,3 1,9 Gistel ,9 18,3 1,9 8,1 2,3 95,3 4,2 Harelbeke ,5 15,5 1,3 8,5 1,1 95,5 2,3 Heuvelland ,3 17,7 1,3 8,5 1,0 95,5 2,3 Hooglede ,4 10,6 1,2 8,5 0,7 97,4 1,8 Houthulst ,3 16,0 1,3 4,9 2,6 95,1 3,9 Ichtegem ,3 18,4 0,6 9,4 2,0 94,2 2,7 Ieper ,4 14,0 1,0 11,6 1,5 96,1 2,5 Ingelmunster ,3 11,0 0,3 7,4 1,8 96,7 2,1 Izegem ,1 14,9 0,5 9,8 1,8 95,8 2,3 Jabbeke ,3 11,8 0,9 6,6 0,6 95,7 1,5 Knokke-Heist ,5 20,1 1,4 15,1 2,4 92,7 3,9 Koekelare ,5 17,4 1,6 8,2 3,0 94,1 4,6 Koksijde ,2 16,7 1,2 15,7 1,6 94,6 2,7 Kortemark ,8 13,6 0,7 6,4 1,3 95,8 2,1 Kortrijk ,7 16,8 2,0 11,8 2,5 94,3 4,5 Kuurne ,3 13,4 0,8 9,1 1,5 95,8 2,3 Langemark-Poelkapelle ,1 12,8 0,7 7,0 1,0 96,9 1,7 Ledegem ,0 14,6 0,0 5,8 0,7 97,3 0,7 Lendelede ,7 10,8 0,0 7,0 0,6 96,5 0,6 Lichtervelde ,5 9,5 0,9 7,8 0,9 96,9 1,9 Lo-Reninge ,0 12,2 0,7 3,6 0,0 97,8 0,7 Menen ,2 19,2 1,4 13,1 3,1 94,5 4,5 Mesen ,2 19,3 0,0 14,0 0,0 96,5 0,0 Meulebeke ,5 14,0 0,5 8,1 0,5 97,6 1,0 Middelkerke ,6 19,7 1,5 11,3 2,3 94,6 3,8 Moorslede ,2 14,6 0,3 7,8 0,6 97,6 0,9 Nieuwpoort ,7 18,8 2,5 13,1 2,6 92,6 5,1 Oostende ,0 18,2 2,6 21,1 4,4 91,3 7,0 Oostkamp ,3 11,2 0,7 10,1 0,9 96,6 1,5 Oostrozebeke ,6 14,4 0,0 5,4 3,4 94,4 3,4 Oudenburg ,0 17,7 1,8 10,6 1,7 95,3 3,5 Pittem ,4 12,5 0,0 7,9 0,8 98,8 0,8 Poperinge ,1 13,9 0,9 10,4 1,5 96,4 2,5 Roeselare ,3 13,0 0,9 11,2 2,1 95,6 3,0 Ruiselede ,1 12,5 0,0 9,1 0,6 97,7 0,6 Spiere-Helkijn ,9 14,9 1,2 15,5 1,2 95,2 2,4 Staden ,9 12,4 0,6 6,5 0,7 96,8 1,4 Tielt ,4 14,2 0,2 8,8 1,3 97,4 1,5 Torhout ,6 11,9 0,8 10,3 1,2 95,7 2,0 Veurne ,7 12,6 1,0 10,1 1,4 96,4 2,3 Vleteren ,8 11,7 0,0 8,2 0,8 92,6 0,8 Waregem ,6 15,9 1,6 9,7 1,2 96,2 2,8 Wervik ,3 15,1 1,1 10,0 2,0 95,4 3,1 Wevelgem ,5 13,3 1,2 8,0 1,8 95,8 3,0 Wielsbeke ,1 15,7 1,3 7,1 1,0 95,9 2,4 Wingene ,0 14,5 0,5 7,6 1,3 97,0 1,8 Zedelgem ,9 10,9 0,7 8,0 1,1 95,8 1,8 Zonnebeke ,7 12,4 0,6 5,8 1,1 95,9 1,7 Zuienkerke ,0 12,2 1,1 6,6 0,0 97,8 1,1 Zwevegem ,5 14,0 0,8 8,0 0,9 97,5 1,8 West-Vlaanderen ,7 15,0 1,1 10,8 1,8 95,4 3,0 Gemiddelde voor de West-Vlaamse gemeenten 71,5 14,7 0,9 9,5 1,5 95,8 2,5 standaardafwijking: 6,6 2,7 0,6 3,4 0,9 1,6 1,4 Bron: KSZ, gegevens 2005 Verwerking: Provinciale Steunpunten Sociale Planning Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 128

130 Bijlage I: Tabellen Tabel 28: Gemiddeld netto belastbaar inkomen (kaart ) Gemeente indicator (absoluut cijfer) rang Alveringem Anzegem Ardooie Avelgem Beernem Blankenberge Bredene Brugge Damme De Haan De Panne Deerlijk Dentergem Diksmuide Gistel Harelbeke Heuvelland Hooglede Houthulst Ichtegem Ieper Ingelmunster Izegem Jabbeke Knokke-Heist Koekelare Koksijde Kortemark Kortrijk Kuurne Langemark-Poelkapelle Ledegem Lendelede Lichtervelde Lo-Reninge Menen Mesen Meulebeke Middelkerke Moorslede Nieuwpoort Oostende Oostkamp Oostrozebeke Oudenburg Pittem Poperinge Roeselare Ruiselede Spiere-Helkijn Staden Tielt Torhout Veurne Vleteren Waregem Wervik Wevelgem Wielsbeke Wingene Zedelgem Zonnebeke Zuienkerke Zwevegem West-Vlaanderen Vlaams Gewest gemiddelde: standaardafwijking: Bron: ADSEI inkomens 2007, aanslagjaar 2008 Verwerking: Provinciale Steunpunten Sociale Planning Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 129

131 Bijlage I: Tabellen Tabel 29: Kinderen (0 t.e.m. 14 jaar) met recht op een voorkeurtarief in de ziekteverzekering (kaart ) Woonplaats totaal aantal individuen (0-14) dat recht heeft op de voorkeurregeling Totaal aantal 0-14-jarigen indicator (in %) rang Alveringem ,2 49 Anzegem ,2 62 Ardooie ,6 57 Avelgem ,4 35 Beernem ,3 59 Blankenberge ,3 4 Bredene ,6 7 Brugge ,0 27 Damme ,3 61 De Haan ,0 13 De Panne ,8 5 Deerlijk ,0 51 Dentergem ,6 33 Diksmuide ,4 21 Gistel ,3 24 Harelbeke ,4 22 Heuvelland ,4 46 Hooglede ,0 52 Houthulst ,0 29 Ichtegem ,4 10 Ieper ,7 17 Ingelmunster ,6 32 Izegem ,4 20 Jabbeke ,2 63 Knokke-Heist ,6 43 Koekelare ,0 26 Koksijde ,5 19 Kortemark ,8 15 Kortrijk ,5 2 Kuurne ,4 23 Langemark-Poelkapelle ,6 42 Ledegem ,2 37 Lendelede ,8 14 Lichtervelde ,3 60 Lo-Reninge ,8 56 Menen ,8 3 Mesen ,5 9 Meulebeke ,0 40 Middelkerke ,1 12 Moorslede ,2 50 Nieuwpoort ,3 11 Oostende ,3 1 Oostkamp ,0 53 Oostrozebeke ,4 58 Oudenburg ,2 48 Pittem ,4 45 Poperinge ,9 30 Roeselare ,6 8 Ruiselede ,1 64 Spiere-Helkijn ,6 6 Staden ,1 38 Tielt ,3 36 Torhout ,0 28 Veurne ,7 31 Vleteren ,9 41 Waregem ,7 16 Wervik ,6 18 Wevelgem ,0 25 Wielsbeke ,5 34 Wingene ,0 39 Zedelgem ,4 47 Zonnebeke ,9 55 Zuienkerke ,5 44 Zwevegem ,9 54 West-Vlaanderen ,7 Gemiddelde voor de west-vlaamse gemeenten 4,8 standaardafwijking: 2,1 Bron: SVR, PLS, 1/1/ ADSEI, 1/1/2008 Verwerking: Provinciale Steunpunten Sociale Planning Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 130

132 Bijlage I: Tabellen Tabel 30: jarigen actief op de arbeidsmarkt (kaart 2.6.) Gemeente jarigen actief op de arbeidsmarkt totaal aantal 50-64jarigen indicator (in %) rang Alveringem ,0 5 Anzegem ,6 40 Ardooie ,1 13 Avelgem ,8 53 Beernem ,4 10 Blankenberge ,0 60 Bredene ,7 54 Brugge ,5 20 Damme ,2 3 De Haan ,8 56 De Panne ,4 63 Deerlijk ,4 42 Dentergem ,9 17 Diksmuide ,1 14 Gistel ,5 32 Harelbeke ,2 43 Heuvelland ,6 19 Hooglede ,2 12 Houthulst ,4 49 Ichtegem ,9 36 Ieper ,3 33 Ingelmunster ,2 50 Izegem ,8 48 Jabbeke ,8 9 Knokke-Heist ,0 52 Koekelare ,7 23 Koksijde ,5 59 Kortemark ,1 44 Kortrijk ,7 31 Kuurne ,0 46 Langemark-Poelkapelle ,7 28 Ledegem ,9 27 Lendelede ,8 22 Lichtervelde ,4 11 Lo-Reninge ,7 2 Menen ,3 57 Mesen ,5 61 Meulebeke ,4 24 Middelkerke ,1 64 Moorslede ,9 37 Nieuwpoort ,9 62 Oostende ,4 58 Oostkamp ,7 38 Oostrozebeke ,6 39 Oudenburg ,9 47 Pittem ,0 4 Poperinge ,2 25 Roeselare ,9 35 Ruiselede ,8 6 Spiere-Helkijn ,1 45 Staden ,9 15 Tielt ,2 7 Torhout ,1 21 Veurne ,8 8 Vleteren ,9 16 Waregem ,1 26 Wervik ,0 51 Wevelgem ,7 29 Wielsbeke ,2 34 Wingene ,6 18 Zedelgem ,7 30 Zonnebeke ,4 41 Zuienkerke ,9 1 Zwevegem ,9 55 West-Vlaanderen ,7 gemiddelde der West-Vlaamse gemeenten 56,4 standaardafwijking: 3,7 Bron: KSZ - gegevens op 01/01/007 Verwerking: Provinciale Steunpunten Sociale Planning Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 131

133 Bijlage I: Tabellen Tabel 31: Inkomende pendel: de gemeente als werkplaats (kaart ) Werkplaats Aantal loontrekkenden werkend in de gemeente, die niet in de gemeente wonen totaal aantal loontrekkenden wonend in de gemeente indicator (in %) rang Alveringem ,6 62 Anzegem ,3 39 Ardooie ,2 7 Avelgem ,2 25 Beernem ,7 38 Blankenberge ,8 56 Bredene ,3 64 Brugge ,5 11 Damme ,4 36 De Haan ,8 45 De Panne ,1 31 Deerlijk ,8 17 Dentergem ,7 47 Diksmuide ,4 30 Gistel ,7 50 Harelbeke ,5 29 Heuvelland ,5 42 Hooglede ,2 5 Houthulst ,5 52 Ichtegem ,2 63 Ieper ,6 9 Ingelmunster ,7 20 Izegem ,2 18 Jabbeke ,4 43 Knokke-Heist ,4 27 Koekelare ,7 60 Koksijde ,5 33 Kortemark ,9 41 Kortrijk ,7 3 Kuurne ,3 2 Langemark-Poelkapelle ,9 26 Ledegem ,4 55 Lendelede ,1 23 Lichtervelde ,4 37 Lo-Reninge ,4 19 Menen ,3 24 Mesen ,4 61 Meulebeke ,9 40 Middelkerke ,3 53 Moorslede ,8 48 Nieuwpoort ,8 12 Oostende ,5 14 Oostkamp ,9 35 Oostrozebeke ,2 22 Oudenburg ,3 49 Pittem ,5 13 Poperinge ,9 44 Roeselare ,5 8 Ruiselede ,1 34 Spiere-Helkijn ,1 16 Staden ,2 15 Tielt ,1 10 Torhout ,7 32 Veurne ,2 4 Vleteren ,4 59 Waregem ,2 6 Wervik ,5 58 Wevelgem ,6 28 Wielsbeke ,7 1 Wingene ,0 54 Zedelgem ,9 21 Zonnebeke ,4 46 Zuienkerke ,9 57 Zwevegem ,1 51 West-Vlaanderen ,2 Gemiddelde voor de west-vlaamse gemeenten 53,4 standaardafwijking: 26,6 Bron: steunpunt WSE Verwerking: Provinciale Steunpunten Sociale Planning Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 132

134 Bijlage I: Tabellen Tabel 32: Uitgaande pendel: de gemeente is de woonplaats (kaart ) Woonplaats Aantal loontrekkenden wondend in de gemeente, die niet in de gemeente werken totaal aantal loontrekkenden wonend in de gemeente indicator (in %) rang Alveringem ,1 8 Anzegem ,4 27 Ardooie ,4 41 Avelgem ,8 34 Beernem ,7 36 Blankenberge ,2 50 Bredene ,6 6 Brugge ,5 64 Damme ,6 10 De Haan ,6 37 De Panne ,3 49 Deerlijk ,4 26 Dentergem ,6 18 Diksmuide ,2 52 Gistel ,9 11 Harelbeke ,3 24 Heuvelland ,5 14 Hooglede ,2 38 Houthulst ,1 31 Ichtegem ,6 9 Ieper ,8 62 Ingelmunster ,2 30 Izegem ,9 54 Jabbeke ,9 5 Knokke-Heist ,8 59 Koekelare ,6 19 Koksijde ,5 48 Kortemark ,2 46 Kortrijk ,2 58 Kuurne ,1 33 Langemark-Poelkapelle ,1 22 Ledegem ,6 12 Lendelede ,5 13 Lichtervelde ,6 21 Lo-Reninge ,7 40 Menen ,5 51 Mesen ,7 1 Meulebeke ,2 42 Middelkerke ,1 43 Moorslede ,9 20 Nieuwpoort ,3 53 Oostende ,4 63 Oostkamp ,1 15 Oostrozebeke ,5 25 Oudenburg ,3 7 Pittem ,6 23 Poperinge ,6 56 Roeselare ,3 61 Ruiselede ,0 17 Spiere-Helkijn ,4 3 Staden ,9 44 Tielt ,8 57 Torhout ,1 47 Veurne ,4 60 Vleteren ,1 4 Waregem ,6 55 Wervik ,3 28 Wevelgem ,1 39 Wielsbeke ,5 45 Wingene ,2 35 Zedelgem ,1 32 Zonnebeke ,0 16 Zuienkerke ,7 2 Zwevegem ,2 29 West-Vlaanderen ,9% Gemiddelde voor de west-vlaamse gemeenten 74,6 standaardafwijking: 11,4 Bron: steunpunt WSE Verwerking: Provinciale Steunpunten Sociale Planning Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 133

135 Bijlage I: Tabellen Tabel 33: Plaatsen voorschoolse opvang (kaart 4.1.) Gemeente Opvangplaatsen 0-3 jaar Totaal aantal kinderen 0-3 jaar indicator (in %) rang Alveringem ,0 38 Anzegem ,7 52 Ardooie ,4 4 Avelgem ,1 36 Beernem ,0 10 Blankenberge ,8 40 Bredene ,4 64 Brugge ,7 12 Damme ,5 53 De Haan ,2 55 De Panne ,8 60 Deerlijk ,5 2 Dentergem ,0 57 Diksmuide ,7 32 Gistel ,7 47 Harelbeke ,7 17 Heuvelland ,9 51 Hooglede ,5 8 Houthulst ,0 63 Ichtegem ,8 58 Ieper ,1 30 Ingelmunster ,6 15 Izegem ,8 14 Jabbeke ,4 27 Knokke-Heist ,5 29 Koekelare ,1 35 Koksijde ,7 41 Kortemark ,7 49 Kortrijk ,7 24 Kuurne ,1 1 Langemark-Poelkapelle ,1 59 Ledegem ,9 23 Lendelede ,5 7 Lichtervelde ,3 22 Lo-Reninge ,9 31 Menen ,5 34 Mesen ,3 5 Meulebeke ,9 21 Middelkerke ,2 50 Moorslede ,2 54 Nieuwpoort ,9 6 Oostende ,9 61 Oostkamp ,9 39 Oostrozebeke ,1 48 Oudenburg ,3 42 Pittem ,3 45 Poperinge ,5 44 Roeselare ,6 16 Ruiselede ,3 9 Spiere-Helkijn ,9 46 Staden ,7 11 Tielt ,9 3 Torhout ,8 25 Veurne ,1 13 Vleteren ,9 37 Waregem ,3 20 Wervik ,5 33 Wevelgem ,0 18 Wielsbeke ,4 26 Wingene ,1 28 Zedelgem ,8 19 Zonnebeke ,4 56 Zuienkerke ,3 43 Zwevegem ,3 62 West-Vlaanderen ,1 gemiddelde West-Vlaamse gemeenten 46,3 standaardafwijking: 8,6 Bron: Kind en Gezin, Verwerking: Provinciale Steunpunten Sociale Planning Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 134

136 Bijlage I: Tabellen Tabel 34: Aantal voorschoolse plaatsen bij zelfstandige onthaalouders (kaart ) Gemeente Opvangplaatsen Totaal aantal voorschoolse opvangplaatsen indicator (in %) rang Alveringem ,0 8 Anzegem ,0 5 Ardooie ,2 3 Avelgem ,7 16 Beernem ,0 47 Blankenberge ,8 21 Bredene ,0 59 Brugge ,1 56 Damme ,3 36 De Haan ,6 19 De Panne ,0 60 Deerlijk ,4 23 Dentergem ,2 11 Diksmuide ,0 50 Gistel ,1 57 Harelbeke ,9 37 Heuvelland ,2 30 Hooglede ,0 26 Houthulst ,5 54 Ichtegem ,7 22 Ieper ,8 31 Ingelmunster ,6 34 Izegem ,4 33 Jabbeke ,8 46 Knokke-Heist ,5 51 Koekelare ,0 60 Koksijde ,1 58 Kortemark ,0 60 Kortrijk ,9 48 Kuurne ,4 17 Langemark-Poelkapelle ,9 35 Ledegem ,0 1 Lendelede ,2 7 Lichtervelde ,6 13 Lo-Reninge ,5 15 Menen ,6 53 Mesen ,0 60 Meulebeke ,2 39 Middelkerke ,3 43 Moorslede ,7 4 Nieuwpoort ,9 10 Oostende ,4 42 Oostkamp ,2 25 Oostrozebeke ,5 27 Oudenburg ,4 20 Pittem ,5 49 Poperinge ,2 9 Roeselare ,9 40 Ruiselede ,8 52 Spiere-Helkijn ,0 60 Staden ,5 28 Tielt ,9 18 Torhout ,7 55 Veurne ,8 44 Vleteren ,6 2 Waregem ,3 29 Wervik ,6 41 Wevelgem ,4 24 Wielsbeke ,8 38 Wingene ,9 45 Zedelgem ,0 12 Zonnebeke ,8 6 Zuienkerke ,8 32 Zwevegem ,9 14 West-Vlaanderen ,6 gemiddelde van de gemeenten 19,0 standaardafwijking: 12,3 Bron: Kind en Gezin, Verwerking: Provinciale Steunpunten Sociale Planning Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 135

137 Bijlage I: Tabellen Tabel 35: Aantal voorschoolse plaatsen bij diensten voor onthaalouders (kaart ) Gemeente Opvangplaatsen Totaal aantal voorschoolse opvangplaatsen indicator (in %) rang Alveringem ,0 11 Anzegem ,7 50 Ardooie ,6 59 Avelgem ,2 49 Beernem ,9 36 Blankenberge ,2 63 Bredene ,0 2 Brugge ,3 39 Damme ,7 5 De Haan ,3 48 De Panne ,7 3 Deerlijk ,0 45 Dentergem ,6 42 Diksmuide ,0 25 Gistel ,1 13 Harelbeke ,7 38 Heuvelland ,0 26 Hooglede ,1 30 Houthulst ,3 19 Ichtegem ,3 8 Ieper ,8 24 Ingelmunster ,9 28 Izegem ,2 20 Jabbeke ,2 16 Knokke-Heist ,1 60 Koekelare ,2 34 Koksijde ,1 6 Kortemark ,4 4 Kortrijk ,4 55 Kuurne ,0 40 Langemark-Poelkapelle ,0 56 Ledegem ,4 44 Lendelede ,8 12 Lichtervelde ,2 37 Lo-Reninge ,9 31 Menen ,1 27 Mesen ,0 1 Meulebeke ,3 29 Middelkerke ,1 10 Moorslede ,7 41 Nieuwpoort ,9 51 Oostende ,7 32 Oostkamp ,3 62 Oostrozebeke ,4 15 Oudenburg ,5 33 Pittem ,1 9 Poperinge ,4 18 Roeselare ,5 54 Ruiselede ,7 46 Spiere-Helkijn ,7 64 Staden ,9 22 Tielt ,4 61 Torhout ,7 52 Veurne ,8 23 Vleteren ,4 21 Waregem ,4 53 Wervik ,0 17 Wevelgem ,7 47 Wielsbeke ,9 43 Wingene ,8 58 Zedelgem ,4 57 Zonnebeke ,2 14 Zuienkerke ,2 7 Zwevegem ,9 35 West-Vlaanderen ,4 gemiddelde van de gemeenten 46,0 standaardafwijking: 21,3 Bron: Kind en Gezin, Verwerking: Provinciale Steunpunten Sociale Planning Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 136

138 Bijlage I: Tabellen Tabel 36: Aantal voorschoolse plaatsen bij zelfstandige kinderdagverblijven (kaart ) Gemeente Opvangplaatsen Totaal aantal voorschoolse opvangplaatsen indicator (in %) rang Alveringem ,0 54 Anzegem ,3 23 Ardooie ,2 17 Avelgem ,0 12 Beernem ,2 8 Blankenberge ,9 51 Bredene ,0 54 Brugge ,8 14 Damme ,0 54 De Haan ,1 11 De Panne ,3 45 Deerlijk ,4 32 Dentergem ,2 18 Diksmuide ,3 52 Gistel ,9 29 Harelbeke ,2 35 Heuvelland ,8 26 Hooglede ,9 39 Houthulst ,2 19 Ichtegem ,0 54 Ieper ,7 47 Ingelmunster ,5 15 Izegem ,7 49 Jabbeke ,0 33 Knokke-Heist ,0 36 Koekelare ,8 4 Koksijde ,8 46 Kortemark ,6 44 Kortrijk ,0 16 Kuurne ,3 21 Langemark-Poelkapelle ,2 2 Ledegem ,7 50 Lendelede ,0 54 Lichtervelde ,2 24 Lo-Reninge ,0 54 Menen ,3 30 Mesen ,0 54 Meulebeke ,6 13 Middelkerke ,6 41 Moorslede ,5 37 Nieuwpoort ,9 22 Oostende ,7 43 Oostkamp ,5 3 Oostrozebeke ,1 40 Oudenburg ,1 25 Pittem ,4 42 Poperinge ,4 48 Roeselare ,6 9 Ruiselede ,5 1 Spiere-Helkijn ,0 54 Staden ,6 38 Tielt ,1 31 Torhout ,4 5 Veurne ,5 53 Vleteren ,0 54 Waregem ,8 20 Wervik ,4 34 Wevelgem ,0 10 Wielsbeke ,3 6 Wingene ,5 7 Zedelgem ,6 27 Zonnebeke ,0 54 Zuienkerke ,0 54 Zwevegem ,2 28 West-Vlaanderen ,0 gemiddelde van de gemeenten 26,1 standaardafwijking: 18,3 Bron: Kind en Gezin, Verwerking: provincie West-Vlaanderen - Steunpunt Sociale Planning Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 137

139 Bijlage I: Tabellen Tabel 37: Aantal voorschoolse plaatsen bij erkende kinderdagverblijven (kaart ) Gemeente Opvangplaatsen Totaal aantal voorschoolse opvangplaatsen indicator (in %) rang Alveringem ,0 23 Anzegem ,0 23 Ardooie ,0 23 Avelgem ,0 23 Beernem ,0 23 Blankenberge ,1 2 Bredene ,0 23 Brugge ,0 11 Damme ,0 23 De Haan ,0 23 De Panne ,0 23 Deerlijk ,6 21 Dentergem ,0 23 Diksmuide ,7 4 Gistel ,0 23 Harelbeke ,2 10 Heuvelland ,0 23 Hooglede ,1 18 Houthulst ,0 23 Ichtegem ,0 23 Ieper ,7 14 Ingelmunster ,0 23 Izegem ,8 17 Jabbeke ,0 23 Knokke-Heist ,4 3 Koekelare ,0 23 Koksijde ,0 23 Kortemark ,0 23 Kortrijk ,8 8 Kuurne ,0 23 Langemark-Poelkapelle ,0 23 Ledegem ,0 23 Lendelede ,0 23 Lichtervelde ,0 23 Lo-Reninge ,6 7 Menen ,0 15 Mesen ,0 23 Meulebeke ,0 23 Middelkerke ,0 23 Moorslede ,0 23 Nieuwpoort ,3 22 Oostende ,2 5 Oostkamp ,0 23 Oostrozebeke ,0 23 Oudenburg ,0 23 Pittem ,0 23 Poperinge ,0 23 Roeselare ,0 20 Ruiselede ,0 23 Spiere-Helkijn ,3 1 Staden ,0 23 Tielt ,6 9 Torhout ,2 19 Veurne ,9 6 Vleteren ,0 23 Waregem ,5 12 Wervik ,0 23 Wevelgem ,0 23 Wielsbeke ,0 23 Wingene ,7 13 Zedelgem ,9 16 Zonnebeke ,0 23 Zuienkerke ,0 23 Zwevegem ,0 23 West-Vlaanderen ,7 gemiddelde van de gemeenten 8,7 standaardafwijking: 15,7 Bron: Kind en Gezin, Verwerking: Provinciale Steunpunten Sociale Planning Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 138

140 Bijlage I: Tabellen Tabel 38: Aantal voorschoolse plaatsen bij diensten voor buurtgerichte kinderopvang (kaart ) Gemeente Opvangplaatsen Totaal aantal voorschoolse opvangplaatsen indicator (in %) rang Alveringem ,0 6 Anzegem ,0 6 Ardooie ,0 6 Avelgem ,0 6 Beernem ,0 6 Blankenberge ,0 6 Bredene ,0 6 Brugge ,8 5 Damme ,0 6 De Haan ,0 6 De Panne ,0 6 Deerlijk ,6 1 Dentergem ,0 6 Diksmuide ,0 6 Gistel ,0 6 Harelbeke ,0 6 Heuvelland ,0 6 Hooglede ,0 6 Houthulst ,0 6 Ichtegem ,0 6 Ieper ,0 6 Ingelmunster ,0 6 Izegem ,0 6 Jabbeke ,0 6 Knokke-Heist ,0 6 Koekelare ,0 6 Koksijde ,0 6 Kortemark ,0 6 Kortrijk ,9 4 Kuurne ,4 2 Langemark-Poelkapelle ,0 6 Ledegem ,0 6 Lendelede ,0 6 Lichtervelde ,0 6 Lo-Reninge ,0 6 Menen ,0 6 Mesen ,0 6 Meulebeke ,0 6 Middelkerke ,0 6 Moorslede ,0 6 Nieuwpoort ,0 6 Oostende ,0 6 Oostkamp ,0 6 Oostrozebeke ,0 6 Oudenburg ,0 6 Pittem ,0 6 Poperinge ,0 6 Roeselare ,0 3 Ruiselede ,0 6 Spiere-Helkijn ,0 6 Staden ,0 6 Tielt ,0 6 Torhout ,0 6 Veurne ,0 6 Vleteren ,0 6 Waregem ,0 6 Wervik ,0 6 Wevelgem ,0 6 Wielsbeke ,0 6 Wingene ,0 6 Zedelgem ,0 6 Zonnebeke ,0 6 Zuienkerke ,0 6 Zwevegem ,0 6 West-Vlaanderen ,3 gemiddelde van de gemeenten 0,2 standaardafwijking: 0,8 Bron: Kind en Gezin, Verwerking: Provinciale Steunpunten Sociale Planning Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 139

141 Bijlage I: Tabellen Tabel 39: Algemene verhouding voorschoolse groepsopvang / gezinsopvang (kaart ) Gemeente Gezinsopvang Groepsopvang Totaal aantal indicator (gezinsopvang) indicator (groepsopvang) rang Alveringem ,0 0,0 56 Anzegem ,0 25,0 45 Ardooie ,6 21,4 50 Avelgem ,7 33,3 35 Beernem ,7 58,3 11 Blankenberge ,0 30,0 40 Bredene ,0 0,0 56 Brugge ,0 73,0 5 Damme ,0 0,0 56 De Haan ,4 28,6 43 De Panne ,0 50,0 18 Deerlijk ,3 46,7 20 Dentergem ,5 37,5 30 Diksmuide ,5 37,5 29 Gistel ,3 66,7 7 Harelbeke ,6 52,4 17 Heuvelland ,0 40,0 26 Hooglede ,0 30,0 40 Houthulst ,3 66,7 7 Ichtegem ,0 0,0 56 Ieper ,3 21,7 49 Ingelmunster ,1 42,9 22 Izegem ,9 16,1 53 Jabbeke ,1 42,9 23 Knokke-Heist ,5 54,5 14 Koekelare ,0 75,0 3 Koksijde ,7 33,3 33 Kortemark ,0 100,0 1 Kortrijk ,3 53,7 16 Kuurne ,5 37,5 30 Langemark-Poelkapelle ,0 60,0 10 Ledegem ,8 6,3 55 Lendelede ,0 0,0 56 Lichtervelde ,0 25,0 45 Lo-Reninge ,0 20,0 51 Menen ,8 56,3 12 Mesen Meulebeke ,0 50,0 18 Middelkerke ,7 33,3 34 Moorslede ,8 18,2 52 Nieuwpoort ,7 33,3 35 Oostende ,9 42,1 24 Oostkamp ,5 45,5 21 Oostrozebeke ,0 25,0 45 Oudenburg ,7 33,3 35 Pittem ,7 33,3 35 Poperinge ,2 11,8 54 Roeselare ,6 54,4 15 Ruiselede ,0 75,0 4 Spiere-Helkijn ,0 100,0 1 Staden ,0 30,0 40 Tielt ,2 31,8 39 Torhout ,6 71,4 6 Veurne ,9 23,1 48 Vleteren ,0 0,0 56 Waregem ,8 41,2 25 Wervik ,0 40,0 26 Wevelgem ,0 40,0 26 Wielsbeke ,4 55,6 13 Wingene ,3 66,7 7 Zedelgem ,4 34,6 32 Zonnebeke ,0 0,0 56 Zuienkerke ,0 0,0 56 Zwevegem ,4 28,6 43 West-Vlaanderen ,8 41,2 gemiddelde van de gemeenten 61,7 37,5 standaardafwijking: 23,4 23,4 Bron: Kind en Gezin, Verwerking: Provinciale Steunpunten Sociale Planning Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 140

142 Bijlage I: Tabellen Tabel 40: Aantal plaatsen gezinsopvang t.o.v. het totale opvangaanbod (kaart ) Gemeente Aantal plaatsen in gezinsopvang Totaal aantal opvangplaatsen indicator (in %) rang Alveringem ,0 1 Anzegem ,7 31 Ardooie ,8 35 Avelgem ,0 43 Beernem ,8 49 Blankenberge ,0 55 Bredene ,0 1 Brugge ,4 53 Damme ,0 1 De Haan ,9 45 De Panne ,7 13 Deerlijk ,4 41 Dentergem ,8 34 Diksmuide ,0 39 Gistel ,1 25 Harelbeke ,6 46 Heuvelland ,2 27 Hooglede ,1 28 Houthulst ,8 33 Ichtegem ,0 1 Ieper ,6 23 Ingelmunster ,5 36 Izegem ,5 19 Jabbeke ,0 22 Knokke-Heist ,6 63 Koekelare ,2 54 Koksijde ,2 12 Kortemark ,4 14 Kortrijk ,3 60 Kuurne ,3 37 Langemark-Poelkapelle ,8 57 Ledegem ,3 10 Lendelede ,0 1 Lichtervelde ,8 30 Lo-Reninge ,4 24 Menen ,7 44 Mesen ,0 1 Meulebeke ,4 38 Middelkerke ,4 16 Moorslede ,5 20 Nieuwpoort ,8 40 Oostende ,1 42 Oostkamp ,5 56 Oostrozebeke ,9 17 Oudenburg ,9 29 Pittem ,6 15 Poperinge ,6 11 Roeselare ,4 59 Ruiselede ,5 58 Spiere-Helkijn ,7 64 Staden ,4 18 Tielt ,3 52 Torhout ,5 61 Veurne ,6 32 Vleteren ,0 1 Waregem ,7 50 Wervik ,6 21 Wevelgem ,0 47 Wielsbeke ,7 51 Wingene ,8 62 Zedelgem ,5 48 Zonnebeke ,0 1 Zuienkerke ,0 1 Zwevegem ,8 26 West-Vlaanderen ,0 gemiddelde van de gemeenten 65,0 standaardafwijking: 21,5 Bron: Kind en Gezin, Verwerking: Provinciale Steunpunten Sociale Planning Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 141

143 Bijlage I: Tabellen Tabel 41: Verhouding voorschoolse erkende / zelfstandige sector (kaart , A en B) Gemeente erkende sector zelfstandige sector Totaal indicator aantal (erkende sector) indicator (zelfstandige sector) rang Alveringem ,0 34,0 46 Anzegem ,7 72,3 4 Ardooie ,6 79,4 2 Avelgem ,2 71,8 5 Beernem ,9 60,1 20 Blankenberge ,2 31,8 47 Bredene ,0 4,0 62 Brugge ,1 43,9 33 Damme ,7 15,3 59 De Haan ,3 71,7 6 De Panne ,7 13,3 61 Deerlijk ,1 52,9 29 Dentergem ,6 65,4 11 Diksmuide ,7 16,3 58 Gistel ,1 36,9 43 Harelbeke ,9 42,1 37 Heuvelland ,0 53,0 28 Hooglede ,2 42,8 34 Houthulst ,3 42,7 35 Ichtegem ,3 23,7 54 Ieper ,5 31,5 48 Ingelmunster ,9 55,1 26 Izegem ,9 27,1 52 Jabbeke ,2 39,8 39 Knokke-Heist ,5 35,5 45 Koekelare ,2 58,8 22 Koksijde ,1 16,9 56 Kortemark ,4 14,6 60 Kortrijk ,1 47,9 30 Kuurne ,4 60,6 19 Langemark-Poelkapelle ,0 77,0 3 Ledegem ,4 67,6 9 Lendelede ,8 36,2 44 Lichtervelde ,2 61,8 15 Lo-Reninge ,5 27,5 50 Menen ,1 37,9 41 Mesen ,0 0,0 63 Meulebeke ,3 55,7 25 Middelkerke ,1 27,9 49 Moorslede ,7 65,3 12 Nieuwpoort ,2 63,8 13 Oostende ,9 27,1 51 Oostkamp ,3 82,7 1 Oostrozebeke ,4 39,6 40 Oudenburg ,5 57,5 23 Pittem ,1 24,9 53 Poperinge ,4 42,6 36 Roeselare ,5 62,5 14 Ruiselede ,7 69,3 8 Spiere-Helkijn ,0 0,0 63 Staden ,9 45,1 31 Tielt ,0 56,0 24 Torhout ,9 61,1 18 Veurne ,7 16,3 57 Vleteren ,4 44,6 32 Waregem ,9 55,1 27 Wervik ,0 40,0 38 Wevelgem ,7 71,3 7 Wielsbeke ,9 67,1 10 Wingene ,5 61,5 17 Zedelgem ,3 61,7 16 Zonnebeke ,2 37,8 42 Zuienkerke ,2 18,8 55 Zwevegem ,9 60,1 21 West-Vlaanderen ,4 47,6 gemiddelde van de gemeenten 54,9 45,1 standaardafwijking: 20,5 20,5 Bron: Kind en Gezin, Verwerking: Provinciale Steunpunten Sociale Planning Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 142

144 Bijlage I: Tabellen Tabel 42: Plaatsen IKG (4.8.1.) Gemeente Zelfstandig kinderdagverblijf Zelfstandig onthaalouder Totaal aantal indicator (ZKDV) indicator (ZOO) rang Alveringem ,0 0,0 4 Anzegem ,0 0,0 4 Ardooie ,0 0,0 4 Avelgem ,0 0,0 4 Beernem ,0 0,0 4 Blankenberge ,0 0,0 4 Bredene ,0 0,0 4 Brugge ,0 0,0 4 Damme ,0 0,0 4 De Haan ,0 0,0 4 De Panne ,0 0,0 4 Deerlijk ,0 0,0 4 Dentergem ,0 0,0 4 Diksmuide ,0 0,0 4 Gistel ,0 0,0 4 Harelbeke ,0 0,0 4 Heuvelland ,0 0,0 4 Hooglede ,0 0,0 4 Houthulst ,0 0,0 4 Ichtegem ,0 0,0 4 Ieper ,0 0,0 4 Ingelmunster ,0 0,0 4 Izegem ,0 0,0 4 Jabbeke ,0 0,0 4 Knokke-Heist ,9 18,1 2 Koekelare ,0 0,0 4 Koksijde ,0 0,0 4 Kortemark ,0 0,0 4 Kortrijk ,0 0,0 4 Kuurne ,0 0,0 4 Langemark-Poelkapelle ,0 0,0 4 Ledegem ,0 0,0 4 Lendelede ,0 0,0 4 Lichtervelde ,0 0,0 4 Lo-Reninge ,0 0,0 4 Menen ,0 0,0 4 Mesen ,0 0,0 4 Meulebeke ,0 0,0 4 Middelkerke ,0 0,0 4 Moorslede ,0 0,0 4 Nieuwpoort ,0 0,0 4 Oostende ,0 0,0 4 Oostkamp ,0 0,0 4 Oostrozebeke ,0 0,0 4 Oudenburg ,0 0,0 4 Pittem ,0 0,0 4 Poperinge ,0 0,0 4 Roeselare ,0 0,0 4 Ruiselede ,0 0,0 4 Spiere-Helkijn ,0 0,0 4 Staden ,0 0,0 4 Tielt ,0 0,0 4 Torhout ,0 0,0 4 Veurne ,0 0,0 4 Vleteren ,0 100,0 1 Waregem ,0 0,0 4 Wervik ,0 0,0 4 Wevelgem ,0 0,0 4 Wielsbeke ,0 0,0 4 Wingene ,0 0,0 4 Zedelgem ,3 15,7 3 Zonnebeke ,0 0,0 4 Zuienkerke ,0 0,0 4 Zwevegem ,0 0,0 4 West-Vlaanderen ,7 1,3 Vlaams Gewest gemiddelde van de gemeenten 60,4 2,1 standaardafwijking: 48,5 12,7 Bron: Kind en Gezin, Verwerking: Provinciale Steunpunten Sociale Planning Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 143

145 Bijlage I: Tabellen Tabel 43: Aantal plaatsen IKG t.a.v. alle plaatsen in de zelfstandige sector (kaart ) Gemeente Aantal plaatsen IKG Totaal aantal plaatsen in zelfstandige sector indicator (in %) rang Alveringem ,0 41 Anzegem ,0 41 Ardooie ,8 32 Avelgem ,7 35 Beernem ,6 9 Blankenberge ,0 25 Bredene 0 5 0,0 41 Brugge ,7 13 Damme ,0 41 De Haan ,7 7 De Panne ,0 41 Deerlijk ,0 41 Dentergem ,0 41 Diksmuide ,0 41 Gistel ,2 2 Harelbeke ,5 36 Heuvelland ,8 10 Hooglede ,5 33 Houthulst ,5 14 Ichtegem ,0 41 Ieper ,9 37 Ingelmunster ,9 5 Izegem ,3 34 Jabbeke ,3 28 Knokke-Heist ,2 6 Koekelare ,8 8 Koksijde ,9 4 Kortemark ,0 1 Kortrijk ,8 23 Kuurne ,0 41 Langemark-Poelkapelle ,4 24 Ledegem ,0 41 Lendelede ,0 41 Lichtervelde ,7 31 Lo-Reninge ,0 41 Menen ,7 30 Mesen 0 0 0,0 41 Meulebeke ,0 41 Middelkerke ,8 12 Moorslede ,9 29 Nieuwpoort ,5 20 Oostende ,0 19 Oostkamp ,4 18 Oostrozebeke ,0 41 Oudenburg ,6 11 Pittem ,0 41 Poperinge ,0 41 Roeselare ,2 15 Ruiselede ,0 41 Spiere-Helkijn 0 0 0,0 41 Staden ,0 39 Tielt ,7 27 Torhout ,2 3 Veurne ,0 41 Vleteren ,0 25 Waregem ,4 17 Wervik ,8 21 Wevelgem ,0 16 Wielsbeke ,0 41 Wingene ,4 38 Zedelgem ,9 22 Zonnebeke ,0 41 Zuienkerke 0 7 0,0 41 Zwevegem ,4 40 West-Vlaanderen ,4 Vlaams Gewest gemiddelde van de gemeenten 26,3 standaardafwijking: 27,4 Bron: Kind en Gezin, Verwerking: Provinciale Steunpunten Sociale Planning Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 144

146 Bijlage I: Tabellen Tabel 44: Aantal inkomensgerelateerde plaatsen (kaart ) Gemeente Zelfstandig kinderdagverblijf T o taal aantal Zelfstandig onthaalouder DVO EKDV inko mensgerelat eerde plaatsen totaal aantal %ZKDV %ZOO %DVO %EKDV %totaal plaatsen VS Alveringem ,00 0,00 65,97 0,00 65,97 23 Anzegem ,00 0,00 27,67 0,00 27,67 23 Ardooie ,75 0,00 20,63 0,00 36,38 23 Avelgem ,96 0,00 28,24 0,00 40,20 23 Beernem ,64 0,00 39,85 0,00 77,49 23 Blankenberge ,94 0,00 17,17 51,06 76,17 2 Bredene ,00 0,00 96,00 0,00 96,00 23 Brugge ,14 0,00 36,27 19,04 78,45 11 Damme ,00 0,00 84,68 0,00 84,68 23 De Haan ,07 0,00 28,33 0,00 75,40 23 De Panne ,00 0,00 86,72 0,00 86,72 23 Deerlijk ,00 0,00 31,97 10,57 42,54 21 Dentergem ,00 0,00 34,60 0,00 34,60 23 Diksmuide ,00 0,00 48,00 35,67 83,67 4 Gistel ,04 0,00 63,06 0,00 97,10 23 Harelbeke ,51 0,00 37,74 20,21 64,45 10 Heuvelland ,77 0,00 46,99 0,00 79,76 23 Hooglede ,36 0,00 44,10 13,06 65,52 18 Houthulst ,40 0,00 57,33 0,00 79,73 23 Ichtegem ,00 0,00 76,27 0,00 76,27 23 Ieper ,69 0,00 50,81 17,68 73,17 14 Ingelmunster ,54 0,00 44,85 0,00 83,40 23 Izegem ,96 0,00 57,17 15,78 77,91 17 Jabbeke ,66 0,00 60,23 0,00 69,89 23 Knokke-Heist ,14 4,44 19,11 45,39 89,08 3 Koekelare ,49 0,00 41,21 0,00 78,70 23 Koksijde ,82 0,00 83,10 0,00 95,92 23 Kortemark ,62 0,00 85,38 0,00 100,00 23 Kortrijk ,74 0,00 24,37 26,85 65,96 8 Kuurne ,00 0,00 34,96 0,00 34,96 23 Langemark-Poelkapelle ,65 0,00 22,97 0,00 45,63 23 Ledegem ,00 0,00 32,36 0,00 32,36 23 Lendelede ,00 0,00 63,77 0,00 63,77 23 Lichtervelde ,81 0,00 38,21 0,00 51,02 23 Lo-Reninge ,00 0,00 42,94 29,59 72,53 7 Menen ,22 0,00 46,13 16,01 70,36 15 Mesen ,00 0,00 100,00 0,00 100,00 23 Meulebeke ,00 0,00 44,26 0,00 44,26 23 Middelkerke ,58 0,00 72,08 0,00 87,66 23 Moorslede ,61 0,00 34,73 0,00 50,34 23 Nieuwpoort ,60 0,00 26,88 9,31 60,78 22 Oostende ,21 0,00 42,73 30,16 85,10 5 Oostkamp ,54 0,00 17,27 0,00 54,82 23 Oostrozebeke ,00 0,00 60,38 0,00 60,38 23 Oudenburg ,08 0,00 42,54 0,00 75,62 23 Pittem ,00 0,00 75,07 0,00 75,07 23 Poperinge ,00 0,00 57,42 0,00 57,42 23 Roeselare ,64 0,00 25,51 11,01 69,16 20 Ruiselede ,00 0,00 30,73 0,00 30,73 23 Spiere-Helkijn ,00 0,00 12,74 87,26 100,00 1 Staden ,30 0,00 54,86 0,00 61,16 23 Tielt ,85 0,00 18,39 25,63 57,87 9 Torhout ,63 0,00 26,73 12,16 88,52 19 Veurne ,00 0,00 53,78 29,88 83,65 6 Vleteren ,00 11,15 55,42 0,00 66,56 23 Waregem ,03 0,00 26,35 18,55 69,93 12 Wervik ,15 0,00 59,96 0,00 75,11 23 Wevelgem ,09 0,00 28,68 0,00 65,78 23 Wielsbeke ,00 0,00 32,89 0,00 32,89 23 Wingene ,84 0,00 20,84 17,68 47,37 13 Zedelgem ,18 3,56 22,45 15,89 61,09 16 Zonnebeke ,00 0,00 62,19 0,00 62,19 23 Zuienkerke ,00 0,00 81,21 0,00 81,21 23 Zwevegem ,04 0,00 39,91 0,00 47,95 23 West-Vlaanderen ## ,17 0,21 39,41 12,66 68,44 Gemiddelde voor de west-vlaamse gemeenten 12,55 0,30 46,02 8,73 67,59 standaardafwijking: 13,93 1,54 21,32 15,75 18,94 Bron: Kind en Gezin, Verwerking: Provinciale Steunpunten Sociale Planning rang Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 145

147 Bijlage I: Tabellen Tabel 45: Aantal buitenschoolse opvangplaatsen per 100 kinderen wonende in de gemeente (kaart 5.1.) Gemeente Aantal opvangpla atsen Aantal kinderen 3-12 jaar indicator (in %) rang Alveringem ,4 48 Anzegem ,5 19 Ardooie ,2 23 Avelgem ,0 57 Beernem ,8 7 Blankenberge ,9 46 Bredene ,0 25 Brugge ,0 34 Damme ,8 1 De Haan ,1 28 De Panne ,1 15 Deerlijk ,4 52 Dentergem ,3 2 Diksmuide ,3 49 Gistel ,0 33 Harelbeke ,9 55 Heuvelland ,0 57 Hooglede ,6 3 Houthulst ,8 11 Ichtegem ,9 17 Ieper ,6 39 Ingelmunster ,3 41 Izegem ,6 44 Jabbeke ,9 10 Knokke-Heist ,5 47 Koekelare ,8 8 Koksijde ,3 21 Kortemark ,6 38 Kortrijk ,9 29 Kuurne ,2 42 Langemark-Poelkapelle ,0 6 Ledegem ,5 50 Lendelede ,1 16 Lichtervelde ,7 37 Lo-Reninge ,2 5 Menen ,9 54 Mesen ,0 57 Meulebeke ,3 27 Middelkerke ,5 31 Moorslede ,5 51 Nieuwpoort ,9 36 Oostende ,8 26 Oostkamp ,8 13 Oostrozebeke ,8 18 Oudenburg ,1 43 Pittem ,4 40 Poperinge ,2 32 Roeselare ,0 35 Ruiselede ,0 57 Spiere-Helkijn ,0 57 Staden ,4 14 Tielt ,0 20 Torhout ,3 4 Veurne ,8 12 Vleteren ,3 22 Waregem ,6 56 Wervik ,0 24 Wevelgem ,0 45 Wielsbeke ,0 57 Wingene ,8 30 Zedelgem ,2 53 Zonnebeke ,9 9 Zuienkerke ,0 57 Zwevegem ,0 57 West-Vlaanderen ,9 gemiddelde van de gemeenten 6,4 standaardafwijking: 4,9 Bron: Kind en Gezin, Verwerking: Provinciale Steunpunten Sociale Planning Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 146

148 Bijlage I: Tabellen Tabel 46: Aantal buitenschoolse opvangplaatsen t.o.v. het aantal schoolgaande kinderen (kaart 5.2.) Gemeente Aantal buitenschoolse opvangplaatsen aantal kinderen dat in de gemeente school lopen indicator (in %) rang Alveringem ,8 46 Anzegem ,5 18 Ardooie ,8 21 Avelgem ,0 57 Beernem ,0 8 Blankenberge ,5 47 Bredene ,5 23 Brugge ,1 39 Damme ,3 1 De Haan ,4 26 De Panne ,2 14 Deerlijk ,1 53 Dentergem ,4 4 Diksmuide ,2 49 Gistel ,3 38 Harelbeke ,9 54 Heuvelland ,0 57 Hooglede ,9 5 Houthulst ,9 6 Ichtegem ,3 11 Ieper ,9 42 Ingelmunster ,1 41 Izegem ,4 44 Jabbeke ,4 10 Knokke-Heist ,4 48 Koekelare ,6 12 Koksijde ,8 25 Kortemark ,7 33 Kortrijk ,6 36 Kuurne ,8 43 Langemark-Poelkapelle ,4 3 Ledegem ,5 50 Lendelede ,4 19 Lichtervelde ,2 32 Lo-Reninge ,8 9 Menen ,9 55 Mesen ,0 57 Meulebeke ,8 29 Middelkerke ,3 27 Moorslede ,4 51 Nieuwpoort ,4 37 Oostende ,7 30 Oostkamp ,6 7 Oostrozebeke ,9 17 Oudenburg ,7 34 Pittem ,3 31 Poperinge ,7 35 Roeselare ,1 40 Ruiselede ,0 57 Spiere-Helkijn ,0 57 Staden ,6 16 Tielt ,9 20 Torhout ,6 13 Veurne ,8 15 Vleteren ,5 24 Waregem ,5 56 Wervik ,8 22 Wevelgem ,2 45 Wielsbeke ,0 57 Wingene ,9 28 Zedelgem ,3 52 Zonnebeke ,7 2 Zuienkerke ,0 57 Zwevegem ,0 57 West-Vlaanderen ,4 Vlaams Gewest gemiddelde van de gemeente 6,2 standaardafwijking: 4,9 Bron: Kind en Gezin, Verwerking: Provinciale Steunpunten Sociale Planning Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 147

149 Bijlage I: Tabellen Tabel 47: Aantal buitenschoolse plaatsen bij IBO (kaart ) Gemeente Aantal plaatsen IBO Totaal aantal plaatsen buitenschoolse opvang indicator (in %) rang Alveringem ,0 1 Anzegem ,0 1 Ardooie ,0 1 Avelgem 0 0 0,0 46 Beernem ,0 1 Blankenberge ,0 1 Bredene ,0 1 Brugge ,5 43 Damme ,8 34 De Haan ,0 1 De Panne ,0 1 Deerlijk ,0 46 Dentergem ,0 1 Diksmuide ,0 46 Gistel ,0 1 Harelbeke ,0 46 Heuvelland 0 0 0,0 46 Hooglede ,0 1 Houthulst ,0 1 Ichtegem ,0 1 Ieper ,0 40 Ingelmunster ,0 46 Izegem ,6 45 Jabbeke ,0 1 Knokke-Heist ,0 46 Koekelare ,0 1 Koksijde ,0 1 Kortemark ,0 1 Kortrijk ,0 37 Kuurne ,1 44 Langemark-Poelkapelle ,0 1 Ledegem ,0 46 Lendelede ,0 46 Lichtervelde ,0 1 Lo-Reninge ,0 1 Menen ,0 46 Mesen 0 0 0,0 46 Meulebeke ,0 1 Middelkerke ,0 1 Moorslede ,0 46 Nieuwpoort ,0 46 Oostende ,1 42 Oostkamp ,0 32 Oostrozebeke ,0 1 Oudenburg ,0 1 Pittem ,0 1 Poperinge ,2 39 Roeselare ,3 41 Ruiselede 0 0 0,0 46 Spiere-Helkijn 0 0 0,0 46 Staden ,0 1 Tielt ,7 33 Torhout ,0 1 Veurne ,0 38 Vleteren ,0 1 Waregem ,0 46 Wervik ,4 35 Wevelgem ,7 36 Wielsbeke 0 0 0,0 46 Wingene ,0 1 Zedelgem ,0 1 Zonnebeke ,0 1 Zuienkerke 0 0 0,0 46 Zwevegem 0 0 0,0 46 West-Vlaanderen ,7 gemiddelde van de gemeente 64,6 standaardafwijking: 43,6 Bron: Kind en Gezin, Verwerking: Provinciale Steunpunten Sociale Planning Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 148

150 Bijlage I: Tabellen Tabel 48: Aantal buitenschoolse plaatsen bij ZBO (kaart ) Gemeente aantal plaatsen ZKBO Totaal aantal plaatsen buitenschoolse opvang indicator (in %) rang Alveringem ,0 19 Anzegem ,0 19 Ardooie ,0 19 Avelgem 0 0 0,0 19 Beernem ,0 19 Blankenberge ,0 19 Bredene ,0 19 Brugge ,4 12 Damme ,2 16 De Haan ,0 19 De Panne ,0 19 Deerlijk ,0 19 Dentergem ,0 19 Diksmuide ,0 19 Gistel ,0 19 Harelbeke ,0 1 Heuvelland 0 0 0,0 19 Hooglede ,0 19 Houthulst ,0 19 Ichtegem ,0 19 Ieper ,0 10 Ingelmunster ,0 1 Izegem ,0 19 Jabbeke ,0 19 Knokke-Heist ,0 19 Koekelare ,0 19 Koksijde ,0 19 Kortemark ,0 19 Kortrijk ,4 13 Kuurne ,0 19 Langemark-Poelkapelle ,0 19 Ledegem ,0 1 Lendelede ,0 1 Lichtervelde ,0 19 Lo-Reninge ,0 19 Menen ,0 19 Mesen 0 0 0,0 19 Meulebeke ,0 19 Middelkerke ,0 19 Moorslede ,0 1 Nieuwpoort ,0 1 Oostende ,9 8 Oostkamp ,0 18 Oostrozebeke ,0 19 Oudenburg ,0 19 Pittem ,0 19 Poperinge ,8 11 Roeselare ,7 9 Ruiselede 0 0 0,0 19 Spiere-Helkijn 0 0 0,0 19 Staden ,0 19 Tielt ,3 17 Torhout ,0 19 Veurne ,0 19 Vleteren ,0 19 Waregem ,0 1 Wervik ,6 15 Wevelgem ,3 14 Wielsbeke 0 0 0,0 19 Wingene ,0 19 Zedelgem ,0 19 Zonnebeke ,0 19 Zuienkerke 0 0 0,0 19 Zwevegem 0 0 0,0 19 West-Vlaanderen ,6 gemiddelde van de gemeenten 14,6 standaardafwijking: 31,2 Bron: Kind en Gezin, Verwerking: Provinciale Steunpunten Sociale Planning Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 149

151 Bijlage I: Tabellen Tabel 49: Aantal buitenschoolse plaatsen bij BOKDV (kaart ) Gemeente Aantal plaatsen BOKDV Totaal aantal plaatsen buitenschoolse opvang indicator (in %) rang Alveringem ,0 8 Anzegem ,0 8 Ardooie ,0 8 Avelgem 0 0 0,0 8 Beernem ,0 8 Blankenberge ,0 8 Bredene ,0 8 Brugge ,0 7 Damme ,0 8 De Haan ,0 8 De Panne ,0 8 Deerlijk ,0 1 Dentergem ,0 8 Diksmuide ,0 1 Gistel ,0 8 Harelbeke ,0 8 Heuvelland 0 0 0,0 8 Hooglede ,0 8 Houthulst ,0 8 Ichtegem ,0 8 Ieper ,0 8 Ingelmunster ,0 8 Izegem ,4 5 Jabbeke ,0 8 Knokke-Heist ,0 1 Koekelare ,0 8 Koksijde ,0 8 Kortemark ,0 8 Kortrijk ,0 8 Kuurne ,0 8 Langemark-Poelkapelle ,0 8 Ledegem ,0 8 Lendelede ,0 8 Lichtervelde ,0 8 Lo-Reninge ,0 8 Menen ,0 1 Mesen 0 0 0,0 8 Meulebeke ,0 8 Middelkerke ,0 8 Moorslede ,0 8 Nieuwpoort ,0 8 Oostende ,0 8 Oostkamp ,0 8 Oostrozebeke ,0 8 Oudenburg ,0 8 Pittem ,0 8 Poperinge ,0 8 Roeselare ,0 8 Ruiselede 0 0 0,0 8 Spiere-Helkijn 0 0 0,0 8 Staden ,0 8 Tielt ,0 8 Torhout ,0 8 Veurne ,0 6 Vleteren ,0 8 Waregem ,0 8 Wervik ,0 8 Wevelgem ,0 8 Wielsbeke 0 0 0,0 8 Wingene ,0 8 Zedelgem ,0 8 Zonnebeke ,0 8 Zuienkerke 0 0 0,0 8 Zwevegem 0 0 0,0 8 West-Vlaanderen ,6 gemiddelde van de gemeenten 7,5 standaardafwijking: 24,7 Bron: Kind en Gezin, Verwerking: provincie West-Vlaanderen - Steunpunt Sociale Planning Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 150

152 Bijlage I: Tabellen Tabel 50: Aantal buitenschoolse plaatsen bij LODI (kaart ) Gemeente Aantal plaatsen LDBKO BS Totaal aantal plaatsen buitenschoolse opvang indicator (in %) rang Alveringem ,0 4 Anzegem ,0 4 Ardooie ,0 4 Avelgem 0 0 0,0 4 Beernem ,0 4 Blankenberge ,0 4 Bredene ,0 4 Brugge ,0 2 Damme ,0 4 De Haan ,0 4 De Panne ,0 4 Deerlijk ,0 4 Dentergem ,0 4 Diksmuide ,0 4 Gistel ,0 4 Harelbeke ,0 4 Heuvelland 0 0 0,0 4 Hooglede ,0 4 Houthulst ,0 4 Ichtegem ,0 4 Ieper ,0 4 Ingelmunster ,0 4 Izegem ,0 4 Jabbeke ,0 4 Knokke-Heist ,0 4 Koekelare ,0 4 Koksijde ,0 4 Kortemark ,0 4 Kortrijk ,6 3 Kuurne ,9 1 Langemark-Poelkapelle ,0 4 Ledegem ,0 4 Lendelede ,0 4 Lichtervelde ,0 4 Lo-Reninge ,0 4 Menen ,0 4 Mesen 0 0 0,0 4 Meulebeke ,0 4 Middelkerke ,0 4 Moorslede ,0 4 Nieuwpoort ,0 4 Oostende ,0 4 Oostkamp ,0 4 Oostrozebeke ,0 4 Oudenburg ,0 4 Pittem ,0 4 Poperinge ,0 4 Roeselare ,0 4 Ruiselede 0 0 0,0 4 Spiere-Helkijn 0 0 0,0 4 Staden ,0 4 Tielt ,0 4 Torhout ,0 4 Veurne ,0 4 Vleteren ,0 4 Waregem ,0 4 Wervik ,0 4 Wevelgem ,0 4 Wielsbeke 0 0 0,0 4 Wingene ,0 4 Zedelgem ,0 4 Zonnebeke ,0 4 Zuienkerke 0 0 0,0 4 Zwevegem 0 0 0,0 4 West-Vlaanderen ,1 gemiddelde van de gemeenten 0,8 standaardafwijking: 5,4 Bron: Kind en Gezin, Verwerking: Provinciale Steunpunten Sociale Planning Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 151

153 Bijlage I: Tabellen Tabel 51: Verhouding erkende versus zelfstandige sector (kaart 5.4.) Gemeente erkende sector zelfstandige sector Totaal aantal indicator (erkende sector) indicator (zelfstandige sector) rang Alveringem ,0 0,0 19 Anzegem ,0 0,0 19 Ardooie ,0 0,0 19 Avelgem ,0 0,0 19 Beernem ,0 0,0 19 Blankenberge ,0 0,0 19 Bredene ,0 0,0 19 Brugge ,3 41,7 16 Damme ,3 66,7 10 De Haan ,0 0,0 19 De Panne ,0 0,0 19 Deerlijk ,0 0,0 19 Dentergem ,0 0,0 19 Diksmuide ,0 0,0 19 Gistel ,0 0,0 19 Harelbeke ,0 100,0 1 Heuvelland ,0 0,0 19 Hooglede ,0 0,0 19 Houthulst ,0 0,0 19 Ichtegem ,0 0,0 19 Ieper ,0 50,0 13 Ingelmunster ,0 100,0 1 Izegem ,0 0,0 19 Jabbeke ,0 0,0 19 Knokke-Heist ,0 0,0 19 Koekelare ,0 0,0 19 Koksijde ,0 0,0 19 Kortemark ,0 0,0 19 Kortrijk ,0 40,0 17 Kuurne ,0 0,0 19 Langemark-Poelkapelle ,0 0,0 19 Ledegem ,0 100,0 1 Lendelede ,0 100,0 1 Lichtervelde ,0 0,0 19 Lo-Reninge ,0 0,0 19 Menen ,0 0,0 19 Mesen ,0 0,0 19 Meulebeke ,0 0,0 19 Middelkerke ,0 0,0 19 Moorslede ,0 100,0 1 Nieuwpoort ,0 100,0 1 Oostende ,0 75,0 8 Oostkamp ,0 50,0 15 Oostrozebeke ,0 0,0 19 Oudenburg ,0 0,0 19 Pittem ,0 0,0 19 Poperinge ,0 50,0 11 Roeselare ,0 75,0 9 Ruiselede ,0 0,0 19 Spiere-Helkijn ,0 0,0 19 Staden ,0 0,0 19 Tielt ,7 33,3 18 Torhout ,0 0,0 19 Veurne ,0 0,0 19 Vleteren ,0 0,0 19 Waregem ,0 100,0 1 Wervik ,0 50,0 11 Wevelgem ,0 50,0 13 Wielsbeke ,0 0,0 19 Wingene ,0 0,0 19 Zedelgem ,0 0,0 19 Zonnebeke ,0 0,0 19 Zuienkerke ,0 0,0 19 Zwevegem ,0 0,0 19 West-Vlaanderen ,5 33,5 gemiddelde van de gemeenten 64,3 20,0 standaardafwijking: 43,5 34,7 Bron: Kind en Gezin, Verwerking: Provinciale Steunpunten Sociale Planning Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 152

154 Bijlage I: Tabellen Tabel 52: Aantal voorschoolse voorzieningen per type (kaart A, B, C, D en E) Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 153

155 Bijlage I: Tabellen Tabel 53: Aantal buitenschoolse voorzieningen per type (kaart A, B, C en D) Zorgregio IBO BOKDV ZBO LODI BS totaal aantal plaatsen BS %IBO % BOKDV % ZBO %LODI BS AALST AARSCHOT ANTWERPEN ASSE BEVEREN BILZEN BLANKENBERGE BOOM BRASSCHAAT BREE BRUGGE DEINZE DENDERMONDE DIEST DIKSMUIDE EEKLO GEEL GENK GENT GERAARDSBERGEN HALLE HASSELT HERENTALS HOOGSTRATEN IEPER IZEGEM KNOKKE-HEIST KORTRIJK LEUVEN LIER LOKEREN LOMMEL MAASEIK MAASMECHELEN MECHELEN MENEN MOL MORTSEL NEERPELT NINOVE OOSTENDE OUDENAARDE POPERINGE ROESELARE RONSE SCHILDE SINT-NIKLAAS SINT-TRUIDEN TERVUREN TIELT TIENEN TONGEREN TORHOUT TURNHOUT VEURNE VILVOORDE WAREGEM WETTEREN ZOTTEGEM Vlaanderen Gemiddelde voor de kleinstedelijke zorgregio's 67,8 8,6 20,7 1,2 standaardafwijking: 27,7 17,6 23,1 3,9 Bron: K&G 2009 Verwerking: Provinciale Steunpunten Sociale Planning Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 154

156 Bijlage I: Tabellen Tabel 54: Plaatsen voorschoolse opvang (kaart ) Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 155

157 Bijlage I: Tabellen Tabel 55: Plaatsen voorschoolse opvang per type (kaart A, B, C, D en E) Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 156

158 Bijlage I: Tabellen Tabel 56: Plaatsen buitenschoolse opvang t.o.v. totaal aantal kinderen 3-11 jaar (kaart ) Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 157

159 Bijlage I: Tabellen Tabel 57: Plaatsen buitenschoolse opvang t.o.v. totaal aantal leerlingen basis onderwijs schoolgaand in de zorgregio (kaart ) Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 158

160 Bijlage I: Tabellen Tabel 58: Aantal buitenschoolse opvangplaatsen per type (kaart A, B, C en D) Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 159

161 Bijlage I: Tabellen Tabel 59: Aantal zelfstandige plaatsen (kaart 6.3. A, 6.3. B, 6.3. C) Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 160

162 Bijlage I: Tabellen Tabel 60: Aantal erkende plaatsen (kaart 6.4. A, 6.4. B, 6.4. C, 6.4. D en 6.4. E) Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 161

163 Bijlage I: Tabellen Tabel 61: Aantal IKG-plaatsen (kaart 6.5.) Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 162

164 Bijlage I: Tabellen Tabel 62: Aantal inkomensgerelateerde plaatsen (kaart 6.6.) Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 163

165 Bijlage II: Lijst gemeenten kleinstedelijke zorgregio Bijlage II: Lijst gemeenten - kleinstedelijke zorgregio (Naar leeswijzer) Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 164

166 Bijlage III: Lijst afkortingen Bijlage III: Lijst afkortingen (Naar leeswijzer) ADSEI BOKDV DVO IBO IKG K&G KDV LODI ZBO ZKDV ZOO Algemene Directie Statistiek en Economische informatie Buitenschoolse opvang in aparte lokalen van kinderdagverblijven Dienst voor Onthaalouders Initiatief voor buitenschoolse opvang Inkomensgerelateerde opvang, specifieke vorm van zelfstandige plaatsen Kind en Gezin (erkend en gesubsidieerd) kinderdagverblijf Lokale Dienst voor Buurtgerichte opvang Zelfstandig buitenschools opvanginitiatief Zelfstandig kinderdagverblijf Zelfstandig onthaalouder Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 165

167 Bijlage IV:Sociaaleconomische typologie van de gemeenten Bijlage IV: Sociaaleconomische typologie van de gemeenten 16 (Naar leeswijzer) 1. Waarom deze typologie? Gemeenten vertonen onderling sterke sociaaleconomische, culturele en financiële verschillen. Om de diversiteit van gemeenten in kaart te brengen werd in 2007 door Dexia een typologie ontwikkeld. Hierin worden gemeenten met een vergelijkbare sociaaleconomische omgeving onder gebracht in zo homogeen mogelijke klassen. Dit geeft lokale besturen de mogelijkheid om zich te vergelijken met gelijkaardige gemeenten Meer dan 150 variabelen 17 werden verzameld om het grondgebied, de bevolking en de economische activiteit van de 589 Belgische gemeenten onderling te kunnen vergelijken. Na statistische analyse bekomt men 16 clusters van gemeenten op voor Vlaanderen, 14 voor Wallonië en 5 voor Brussel. 2. Overzicht: de 16 clusters van de Vlaamse gemeenten, ondergebracht in 6 subgroepen. Woongemeenten: hoog inkomensniveau en lage centrumfunctie - cluster V2: in landelijke zones - cluster V1: in de stadsrand - cluster V10: agglomeratiegemeenten met tertiaire activiteiten - cluster V11: residentiële randgemeenten met hoge inkomens Landelijke gemeenten (of verstedelijkte plattelandsgemeenten): erg lage verstedelijking - cluster V9: kleine landbouwgemeenten - cluster V3: erg landelijke gemeenten met een sterke vergrijzing - cluster V12: landelijke of verstedelijkte plattelandsgemeenten met een sterke demografische groei Gemeenten met een concentratie van economische activiteit: grote economische, vooral industriële activiteit - cluster V4: landelijke en landbouwgemeenten met industriële activiteit 16 Voor een volledig overzicht van de statistische methode die werd toegepast, de gedetailleerde beschrijving van de resultaten per regio en vergelijking tussen regio s verwijzen we naar de volledige studie Sociaaleconomische typologie van de gemeenten. Deze is terug te vinden op de website van Dexia, rubriek Public Finance > Dossiers en publicaties > publicaties > Specifieke dossiers) 17 Deze variabelen zijn afkomstig uit officiële statistische bronnen (NIS, ECODATA, regionale statistische diensten, ) Kinderopvang in kaart West-Vlaanderen (2010) 166

168 - cluster V13: verstedelijkte plattelandsgemeenten met industriële activiteit en demografische groei - cluster V8: steden en agglomeratiegemeenten met een industrieel karakter Semistedelijke of agglomeratiegemeenten: stedelijk of semistedelijk karakter met lage centrumfunctie en economische activiteit en laag inkomensniveau - cluster V6: weinig verstedelijkte gemeenten met demografische achteruitgang - cluster V7: sterk verstedelijkte gemeenten met lage inkomens Centrumgemeenten: grote aantrekkingkracht en centrumfunctie - cluster V5: middelgrote steden - cluster V14: regionale steden - cluster V15: grote en regionale steden hoofdplaatsen Toeristische gemeenten - cluster V16: kustgemeente 3. Kaart: de 16 clusters van de Vlaamse gemeenten