Re-integratieverordening 2009 ALGEMEEN

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Re-integratieverordening 2009 ALGEMEEN"

Transcriptie

1 Re-integratieverordening 2009 ALGEMEEN Artikel 1 Begrippen 1. WWB:de Wet werk en bijstand 2. IOAW: de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers 3. IOAZ: de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen 4. Wsw: de Wet sociale werkvoorziening 5. Anw: de Algemene nabestaandenwet 6. College: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Boxtel 7. Raad: de gemeenteraad van de gemeente Boxtel 8. Uitkeringsgerechtigde: persoon jonger dan 65 jaar die een uitkering ontvangt ingevolge de WWB, de Ioaw of de Ioaz ter voorziening in de algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan 9. Niet-uitkeringsgerechtigde: persoon als bedoeld in artikel 6 onder a van de WWB en beschikbaar beschikbaar voor de arbeidsmarkt voor tenminste 16 uur per week 10. (Vervallen per ) 11. Belanghebbende: persoon behorend tot de doelgroep van het gemeentelijk re-integratiebeleid 12. Alleenstaande ouder: de uitkeringsgerechtigde alleenstaande ouder met de zorg voor een kind in de leeftijd tot 12 jaar 13. Voorziening: voorziening als bedoeld in artikel 7 eerste lid onder a van de WWB 14. Algemeen geaccepteerde arbeid: iedere vorm van betaalde arbeid, niet zijnde werk op grond van de Wsw en werk dat gewetensbezwaren oproept 15. Duurzame arbeid: algemeen geaccepteerde arbeid die over een periode van zes maanden wordt verricht en geen gesubsidieerde arbeid is 16. Re-integratietraject: het geheel van activiteiten gericht op het verkrijgen van betaalde arbeid aangeboden door de gemeente, dan wel, ingeval van arbeidsactivering op het verbeteren van de kwaliteiten van de belanghebbende als voortraject van een re-integratietraject 17. Werkstage: het verrichten van onbetaalde werkzaamheden gedurende een vooraf afgesproken periode als onderdeel van een traject naar uitstroom naar betaald werk met als doel het opdoen van kennis en vaardigheden door belanghebbende 18. Participatieplaats: onbeloonde additionele werkzaamheden conform art 10 a WWB, artikel 38 IOAW en artikel 38 IOAZ. Artikel 2 (Vervallen per ) BELEID EN FINANCIËN Artikel 3 - Taak gemeente 1. Het college biedt aan personen uit de doelgroep ondersteuning bij de arbeidsinschakeling en, voor zover het college dat noodzakelijk acht, een voorziening gericht op die arbeidsinschakeling. 2. Het college stelt vast welke voorziening gelet op de mogelijkheden en capaciteiten van de belanghebbende, het meest doelmatig is met het oog op arbeidsinschakeling uitgaande van de kortste weg naar duurzame arbeid. 3. Het college draagt zorg voor voldoende diversiteit in het aanbod aan ondersteuning en voorzieningen en bevordert de beschikbaarheid van flankerende voorzieningen die belemmeringen voor toetreding tot de arbeidsmarkt kunnen opheffen. 4. De voorzieningen die het college in het kader van ondersteuning bij arbeidsinschakeling voor een persoon uit de doelgroep inzet, worden vastgelegd in een beschikking. Artikel 4 - Beleidsvaststelling en verantwoording 1. De raad stelt ieder jaar de kaders voor het re-integratiebeleid vast. Dat geschiedt in de Programmabegroting. In de Programmabegroting geeft het college op basis van het beschikbare budget aan op welke wijze het komende jaar wordt voorzien in de ondersteuning bij de arbeidsinschakeling en welke voorzieningen in welke mate worden ingezet voor de doelgroep. 2. Het college zendt eenmaal per jaar aan de raad een verslag, de Programmarekening, conform artikel 77 WWB over de doeltreffendheid en de effecten van het beleid.

2 RECHTEN EN PLICHTEN Artikel 5 - Aanspraak op ondersteuning 1. De belanghebbende kan aanspraak maken op ondersteuning bij arbeidsinschakeling en op de naar het oordeel van het college noodzakelijk geachte voorziening gericht op arbeidsinschakeling. 2. Het college doet een aanbod dat past binnen de criteria die gesteld zijn in deze verordening, de op grond van deze verordening vastgestelde beleidsregels en de in artikel 4 genoemde Programmabegroting. 3. Geen recht op ondersteuning bestaat indien sprake is van een voorliggende voorziening welke naar mening van het college in voldoende mate bijdraagt aan de arbeidsinschakeling van de belanghebbende. Artikel 6 - Verplichtingen van belanghebbenden 1. De uitkeringsgerechtigde is verplicht naar vermogen algemeen geaccepteerde arbeid te verkrijgen en deze te aanvaarden. 2. De uitkeringsgerechtigde aan wie een voorziening in het kader van deze verordening wordt aangeboden, is verplicht gebruik te maken van deze voorziening, uitgezonderd de voorziening schuldhulpverlening conform artikel 18 van deze verordening. 3. De belanghebbende die deelneemt of moet deelnemen aan een voorziening, is gehouden aan de verplichtingen die voortvloeien uit de WWB, de Wet structuur uitvoering werk en inkomen en deze verordening, alsmede aan de verplichtingen die het college aan de aangeboden voorziening heeft verbonden. 4. Indien een uitkeringsgerechtigde die deelneemt of moet deelnemen aan een voorziening niet voldoet aan het gestelde in het derde lid, kan het college de uitkering verlagen conform hetgeen hierover in de Afstemmingsverordening is bepaald. 5. Indien een niet-uitkeringsgerechtigde of Anw-gerechtigde niet voldoet aan het gestelde in het derde lid, kan het college besluiten om gedurende 12 maanden geen nieuwe voorziening gericht op arbeidsinschakeling aan te bieden. De 12 maanden gaan in na datum van het besluit om het eerste traject te beëindigen. Artikel 7 - Criteria ontheffing tot arbeidsplicht 1. Het college kan, met inachtneming van artikel 9 tweede en vierde lid en artikel 9a van de WWB en artikel 37a en 38 van de Ioaw en Ioaz, bepalen dat aan de uitkeringsgerechtigde, geheel of gedeeltelijk, ontheffing wordt verleend van de in artikel 6 eerste lid en tweede lid van deze verordening genoemde verplichtingen. 2. Bij de bepaling van dringende redenen als rechtsgrond voor een gehele of gedeeltelijke ontheffing van de plicht tot arbeidsinschakeling als bedoeld in artikel 9 tweede lid WWB, dient het college aan te geven in hoeverre sociale, medische of psychische aspecten een belemmering vormen voor de nakoming door de uitkeringsgerechtigde van de plicht tot arbeidsinschakeling. Bij de beoordeling hiervan kan het college een deskundigenadvies inwinnen. 3. Een uitkeringsgerechtigde van 57½ jaar of ouder wordt ontheven van de plicht tot arbeidsinschakeling indien het college uit een individuele beoordeling concludeert dat de afstand tot de arbeidsmarkt niet meer te overbruggen is. 4. Voor alle uitkeringsgerechtigden geldt dat de ontheffing van de plicht tot arbeidsinschakeling voor een door het college vast te stellen periode van ten hoogste 12 maanden wordt verleend. 5. Op basis van een herbeoordeling kan het college besluiten een ontheffing na afloop van de vastgestelde periode te verlengen. De verlening wordt voor een door het college vast te stellen periode van ten hoogste 12 maanden verleend. 6. Het college kan in beleidsregels nadere criteria voor ontheffing vaststellen. VOORZIENINGEN Artikel 8 - Voorzieningen gericht op arbeidsinschakeling 1. De voorzieningen gericht op arbeidsinschakeling zijn onder te verdelen in ondersteuning bij arbeidsinschakeling, werkervaring en arbeidsactivering. Scholing, schuldhulpverlening en kinderopvang kunnen deel uit maken van deze voorzieningen. 2. Het college kan aan ondernemingen waarbij een belanghebbende algemeen geaccepteerde arbeid heeft aanvaard, niet zijnde een voorziening als bedoeld in artikel 12, voorzieningen bieden gericht op nazorg. 3. Het college kan voordat besloten wordt tot een re-integratietraject en/of de inzet van voorzieningen

3 een onderzoek (laten) doen naar de mogelijkheden van de belanghebbende en naar de geschiktheid voor de belanghebbende van de voorzieningen of andere vormen van begeleiding. 4. Het college kan, in aanvulling op de verplichtingen die voortvloeien uit de WWB en deze verordening, aan een voorziening nadere verplichtingen verbinden die verband houden met aard en doel van de voorziening. 5. Het college kan een voorziening beëindigen indien: a. de belanghebbende die aan een voorziening deelneemt zijn verplichting als bedoeld in artikel 6 van deze verordening, dan wel in artikel 9 en 9a van de WWB niet nakomt; b. de belanghebbende die aan voorziening deelneemt niet meer tot de doelgroep als genoemd in artikel 2 behoort; c. de belanghebbende die deelneemt aan een voorziening neveninkomsten heeft, die naar het oordeel van het college betekenen dat ook zonder voorziening een plaats is te vinden of te behouden op de arbeidsmarkt; d. naar het oordeel van het college de voorziening onvoldoende bijdraagt aan een snelle arbeidsinschakeling; e. het college een andere voorziening geschikter acht voor belanghebbende, gelet op het gestelde in artikel 9 eerste en tweede lid van deze verordening. 6. het college kan voor de uitvoering van voorzieningen afspraken maken met derden, waaronder werkgevers en re-integratiebedrijven. Artikel 9 - Afweging meest geschikte voorziening 1. Bij de afweging welke voorziening het meest geschikt is wordt rekening gehouden met de Individuele mogelijkheden van de belanghebbende in verband met gezondheid en belastbaarheid. 2. Het college houdt bij de afweging welke voorziening het meest geschikt is rekening met de zorgtaak van alleenstaande ouders voor hun kinderen. 3. De alleenstaande ouder kan pas deelnemen aan een voorziening zoals bedoeld in artikel 8 van deze verordening indien een door het college noodzakelijk geachte kinderopvangvoorziening beschikbaar is. 4. De alleenstaande ouder heeft een inspanningsverplichting ten aanzien van het verkrijgen van adequate kinderopvang. Artikel 10 - Budgetten 1. De budgettaire ruimte voor voorzieningen gericht op arbeidsinschakeling bestaat uit het werkdeel van het Fonds Werk en Inkomen na aftrek van de kosten voor gesubsidieerde arbeid in verband met de uitvoering van artikel 19 van deze verordening alsook van de overige verplichtingen voor het betreffende jaar. 2. Het college kan een maximum verbinden aan de kosten die de gemeente voor een nietuitkerings- Gerechtigde of ANW-gerechtigde voor haar rekening neemt in het kader van ondersteuning bij arbeidsinschakeling. WERKERVARING Artikel 11 - Werkstage 1. Het college kan aan de doelgroep genoemd in artikel 2, een werkstage aanbieden. 2. Het doel van de werkstage is het opdoen van kennis en vaardigheden ten behoeve van het functioneren in een arbeidsrelatie. 3. De werkstage kent een maximale duur van drie maanden. In het geval het een jongere betreft is eenmalige verlenging met ten hoogste drie maanden toegestaan. 4. De belanghebbende verricht de stagewerkzaamheden onbetaald. 5. Het college plaatst de persoon alleen indien dit naar het oordeel van het college de concurrentieverhoudingen niet onverantwoord beïnvloedt en indien geen verdringing van regulier of gesubsidieerd werk plaatsvindt. 6. In een schriftelijke overeenkomst tussen werkgever, stagiair en college worden tenminste vastgelegd: o het (leer) doel van de stage; o de stagewerkzaamheden die de belanghebbende gaat verrichten; o de begin- en einddatum van de stage alsmede het aantal uren per week o indien aan de orde: afspraken over onkostenvergoedingen, verzekeringen en dergelijke; o de wijze waarop en door wie de begeleiding, terugkoppeling en rapportage plaatsvinden.

4 Artikel 12 - Detacheringsbanen 1. Het college kan aan belanghebbende een tijdelijk dienstverband aanbieden, gericht op arbeidsinschakeling. 2. De werknemer wordt voor het verrichten van arbeid gedetacheerd bij een uitvoerder. De detachering wordt vastgelegd in een schriftelijke overeenkomst tussen zowel werkgever en inlenende organisatie als tussen werknemer en inlenende organisatie. 3. Plaatsing geschiedt alleen indien, naar het oordeel van het college, door die plaatsing de concurrentieverhoudingen niet onverantwoord worden beïnvloed en geen verdringing plaatsvindt. 4. Het college verzoekt indien mogelijk de werkgever een verklaring van het betrokken medezeggenschapsorgaan te overleggen waaruit blijkt dat dit orgaan akkoord gaat met de detacheringsplaats. 5. Het college kan een organisatie aanwijzen die in opdracht van, of namens de gemeente, het werkgeverschap voor de banen bedoeld in het eerste lid uitvoert. Deze organisatie kan een te reintegreren persoon een individuele privaatrechtelijke arbeidsovereenkomst aanbieden. 6. Het college stelt nadere regels vast ten aanzien van de detacheringsbanen. Daarbij gaat het onder meer om de duur en omvang van de banen, de hoogte van de werkgeversbijdragen, de arbeidsvoorwaarden, rechten en plichten. Artikel 13 - Loonkostensubsidie 1. Het college kan aan ondernemingen waarbij een uitkeringsgerechtigde, die door het Werkbedrijf UWV als niet-bemiddelbaar wordt beschouwd en algemeen geaccepteerde arbeid heeft aanvaard, niet zijnde een voorziening als bedoeld in artikel 12, een loonkostensubsidie verstrekken om duurzame uitstroom te bevorderen. 2. Het college kan aan ondernemingen waarbij een belanghebbende algemeen geaccepteerde arbeid heeft aanvaard aansluitend op een voorziening als bedoeld als in artikel 12, een loonkostensubsidie verstrekken om duurzame uitstroom uit gesubsidieerd werk te bevorderen. 3. De loonkostensubsidie wordt verstrekt ter compensatie van extra begeleidingskosten ten behoeve van de uitkeringsgerechtigde / belanghebbende en geringere productiviteit. 4. De loonkostensubsidie bedraagt 50 % van de totale loonkosten op basis van het wettelijk minimum loon, wat op datum van indiensttreding van toepassing is, wordt verstrekt voor de maximale duur van 1 jaar na aanvang van het dienstverband van uitkeringsgerechtigde / belanghebbende indien een dienstverband van minimaal 6 maanden wordt aangegaan. 5. Het college stelt ten aanzien van de verstrekking van de loonkostensubsidie nadere regels vast voor wat betreft de hoogte en duur van de loonkostensubsidie, de voorwaarden waaronder de loonkostensubsidie wordt verstrekt en andere mogelijke uitvoeringsaspecten. 6. Bij alle bepalingen betreffende loonkostensubsidie dient rekening gehouden te worden met de bepalingen van de Europese verordening 2204 / ARBEIDSACTIVERING Artikel 14 - Arbeidsactivering 1. Het college kan uitkeringsgerechtigden die tijdelijk geheel of gedeeltelijk ontheven zijn van de verplichtingen op grond van artikel 7 eerste lid van deze verordening, een traject aanbieden gericht op het verbeteren van kwaliteiten van de uitkeringsgerechtigde als voortraject van een re-integratietraject. 2. De afspraken die het college maakt met de uitkeringsgerechtigde die deelneemt aan een traject gericht op arbeidsactivering, zoals het doel, de inhoud, de wijze van begeleiding en de duur van het traject, worden vastgelegd in een traject. 3. Het college kan een traject gericht op arbeidsactivering beëindigen als: a. een uitkeringsgerechtigde die deelneemt niet meer tot de doelgroep als genoemd in artikel 2 behoort; b. het traject naar het oordeel van het college onvoldoende bijdraagt aan het behalen van de in het traject omschreven doelstelling; in dat geval spant het college zich in om een ander passend traject op arbeidsactivering aan te bieden dan wel een andere vorm van ondersteuning te bieden; c. de uitkeringsgerechtigde zich naar het oordeel van het college onvoldoende inspant om het traject conform de in het trajectplan gemaakte afspraken uit te voeren. 4. Bij beëindiging van een traject gericht op arbeidsactivering op grond van het derde lid sub c van dit artikel kan het college de uitkeringsgerechtigde voor een bepaalde periode uitsluiten van deelname aan (onderdelen van) het traject gericht op arbeidsactivering. De periode van uitsluiting bedraagt ten hoogste twaalf maanden. 5. Wanneer het college gebruik maakt van de bevoegdheid als bedoeld in het vierde lid, houdt het

5 college rekening met de afwegingscriteria zoals gesteld in artikel 2 tweede lid en artikel 6 van de Afstemmingsverordening. Het gebruik van deze bevoegdheid laat onverlet dat het college op grond van de Afstemmingsverordening nog een afzonderlijk maatregelenbesluit kan nemen. Artikel 15 - Participatieplaats 1. Het college kan uitkeringsgerechtigden additionele arbeid laten verrichten voor wie de kans op inschakeling in het arbeidsproces gering is en die daardoor vooralsnog niet bemiddelbaar is op de arbeidsmarkt. 2. Bij een participatieplaats zijn de bepalingen van artikel 10 a WWB, artikel 38 IOAW en artikel 38 IOAZ van toepassing. VRIJLATING, VERGOEDINGEN EN SCHULDHULPVERLENING Artikel 16- (Vervallen per ) Artikel 17 - Vergoeding onkosten Het college stelt nadere regels ten aanzien van de verstrekking van onkostenvergoedingen voor verwervingskosten in verband met deelname aan een re-integratietraject, dan wel behoud van arbeid gedurende de eerste 6 maanden van een dienstverband na een re-integratietraject. Artikel 18 Schuldhulpverlening 1. Indien de belanghebbende problematische schulden heeft die een traject gericht op arbeidsinschakeling dan wel gericht op arbeidsperspectief in de weg staan, kan het college gelijktijdig met voornoemde trajecten, ook besluiten een schuldhulpverleningstraject te starten. 2. Schuldhulpverlening is daarmee aan te merken als een voorziening van artikel 8, wat echter vanwege het sterk hulpverlenende karakter niet afdwingbaar opgenomen kan worden in een traject, en het niet accepteren van deze voorziening als onderdeel van een traject valt daarom niet onder de werking van de Afstemmingsverordening. 3. Schuldhulpverlening als trajectonderdeel kan alleen afgedwongen worden indien een gerechtelijk vonnis deze voorziening dwingend voorschrijft. REGELINGEN IN VERBAND MET DE WIJZIGINGEN IN DE WWB EN INTREKKING VAN DE WIJ 2012 Artikel 18 a - Wijziging betekenis begrippen. (toegevoegd per ) 1. Waar in deze verordening de begrippen alleenstaande, alleenstaande ouder en gezin worden gebruikt, hebben deze vanaf de datum van de inwerkingtreding van de wetswijziging dezelfde betekenis als in artikel 4 van de wet. 2. Waar in deze verordening wordt gesproken van gehuwde(n) of gehuwdennorm hebben deze begrippen vanaf de datum van de inwerkingtreding van de wetswijziging dezelfde betekenis als gezin, bedoeld in artikel 4, respectievelijk gezinsnorm, bedoeld in artikel 21, eerste lid, van de wet. Artikel 18 b - Afwijkende bepalingen voor jongeren. (toegevoegd per ) In afwijking van hetgeen in deze verordening is bepaald, kunnen de volgende voorzieningen bedoeld in artikel 9, eerste lid, onderdeel b van de wet niet worden ingezet voor de arbeidsinschakeling van belanghebbenden jonger dan 27 jaar: a. onbeloonde additionele arbeid als bedoeld in artikel 10a van de wet; b. de voorzieningen bedoeld in artikel 31, vijfde lid van de wet. OVERIGE BEPALINGEN Artikel 19 - Overgangsbepalingen gesubsidieerde arbeid 1. Het college draagt zorg voor de uitvoering van de vóór 1 januari 2004 aangegane dienstbetrekkingen als bedoeld in artikel 4 van de Wet inschakeling werkzoekenden, en stimuleert de uitstroom. 2. Het college draagt zorg voor de subsidiëring van de vóór 1 januari 2004 aangegane dienstbetrekkingen als bedoeld in artikel 6 van het Besluit In- en Doorstroombanen, en stimuleert de uitstroom. De hoogte van de subsidie wordt door het college vastgesteld. 3. De dienstbetrekkingen genoemd in het eerste en tweede lid zijn, vanaf het moment van inwerkingtreding van de WWB, voorzieningen in de zin van de WWB. Het college kan nadere voorwaarden stellen aan de subsidieverstrekking.

6 Artikel 20 - Onvoorziene omstandigheden en hardheidsclausule Het college kan afwijken van de bepalingen in deze verordening, indien toepassing daarvan tot onbillijkheden van overwegende aard leidt. Artikel 21 - Intrekking eerdere verordening De eerder op 15 december 2005 vastgestelde Reïntegratieverordening onder besluitnummer en de wijziging van artikel 16 onder besluitnummer vastgesteld op 29 maart 2007, worden ingetrokken. Artikel 22 - Citeertitel Deze verordening wordt aangehaald als Re-integratieverordening Artikel 23 - Inwerkingtreding Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na publicatie en werkt terug tot 1 april Toelichting bij de verordening ALGEMENE TOELICHTING (toegevoegd per ) Achtergrond Vermoedelijk treedt op de wetswijziging Wet tot wijziging van de Wet werk en bijstand en samenvoeging van die wet met de Wet investeren in jongeren gericht op bevordering van deelname aan de arbeidsmarkt en vergroting van de eigen verantwoordelijkheid van uitkeringsgerechtigden (kortweg: Wet Aanscherping WWB) in werking. Uitgangspunten van deze wetswijziging zijn: Grotere nadruk op eigen verantwoordelijkheid burger in de voorziening in het bestaan; Versterking van het activerende karakter en de vangnetfunctie van de Wet werk en bijstand (WWB); Aanscherping van de verplichtingen voor bijstandsgerechtigden; Beperking van de doelgroep voor het gemeentelijk minimabeleid. Deze uitgangspunten leiden ertoe dat het wettelijk bijstandsregime substantieel van inhoud verandert. Zo gaat voor jongeren een wettelijke zoektijd van vier weken gelden en hebben zij, anders dan onder het regime van de Wet investeren in jongeren (WIJ), geen recht meer hebben op een werkleeraanbod, maar op begeleiding bij de vormgeving van hun eigen verantwoordelijkheid op weg naar economische zelfstandigheid. Een belangrijke wijziging in de regelgeving betreft voorts het afschaffen van de bijstand voor inwonende meerderjarige kinderen en ouders en de creatie van een toets op het huishoudinkomen. Voorts worden enkele nieuwe verplichtingen in de WWB opgenomen en wordt de doelgroep voor het minimabeleid beperkt tot de groep minima met een inkomen tot 110% van de bijstandsnorm. Daarnaast is een verordeningsplicht gecreëerd voor de maatschappelijke participatie van kinderen. Consequenties voor gemeentelijk beleid Mede vanwege intrekking van de WIJ per de datum van inwerkingtreding van de wetswijziging hebben de genoemde ontwikkelingen aanzienlijke consequenties voor het gemeentelijk beleid. Deze consequenties kunnen als volgt worden gecategoriseerd: De WIJ-verordeningen vervallen per de datum van inwerkingtreding van de wetswijziging. Doordat de WIJ wordt ingetrokken, vervallen de daarop gebaseerde verordeningen eveneens per de datum van inwerkingtreding van de wetswijziging 1. Jongeren vallen door de wetswijziging voortaan onder het WWB-regime (overgangssituaties daargelaten). Dit roept de vraag op of de huidige WWB-verordeningen adequaat voorzien in het regeltechnisch kader 1 Intrekking van een regeling brengt mee dat de op die regeling gebaseerde uitvoeringsregelingen van rechtswege vervallen, tenzij voor die regelingen een nieuwe wettelijke grondslag in het leven wordt geroepen (zie Aanwijzingen voor de Regelgeving, A. 243). Uitvoeringsregelingen van een ingetrokken wet behoeven dus niet uitdrukkelijk te worden ingetrokken (zie ook A. 227).

7 voor jongeren, of dat in die verordeningen nog aanpassingen nodig zijn. Dit is een vraag van regeltechnische maar ook van beleidsinhoudelijke aard; Door herdefiniëring van de leefvormen die als afzonderlijk bijstandssubject voor bijstand in aanmerking komen alsmede de totstandkoming van de huishoudtoets wordt de kring van rechthebbenden kleiner, hebben meerderjarige kinderen en ouders nog slechts gezamenlijk recht op bijstand en treffen misdragingen van deze belanghebbenden het gezamenlijk inkomen. Dit heeft gevolgen voor het gemeentelijk toeslagenbeleid, het maatregelenbeleid en het minimabeleid en roept de vraag op welke aanpassingen aan de verordeningen noodzakelijk en/of gewenst zijn; De nieuwe verplichtingen voor bijstandsgerechtigden hebben gevolgen voor het maatregelenbeleid en het re-integratiebeleid en roepen evenzeer de vraag op welke aanpassingen aan de verordeningen noodzakelijk en/of gewenst zijn; De normering van gemeentelijk minimabeleid tot maximaal 110% van de bijstandsnorm kan gevolgen hebben voor de doelgroepomschrijving in de verordening langdurigheidstoeslag De normering kan tevens consequenties hebben voor andere delen van het minimabeleid. Waarom een Raadsbesluit met tijdelijke regels? De wetswijziging leidt, zoals gezegd, tot de noodzaak om het gemeentelijk beleid op tal van terreinen te heroverwegen. Gelet op de zeer korte invoeringstermijn is het echter uitermate lastig om reeds voor de datum van inwerkingtreding van de wetswijziging dit indringende heroverwegingsproces adequaat te hebben afgerond én vormgegeven. Daarbij komt dat de aanscherping van de WWB per de datum van inwerkingtreding van de wetswijziging niet op zichzelf staat maar een stap is in een proces dat in 2012 vermoedelijk tot nog een aantal wijzigingen in de WWB zal leiden die nopen tot wijziging van het gemeentelijk beleid. Gedacht moet ondermeer worden aan het wetsvoorstel Toevoeging van de eis tot beheersing van de Nederlandse taal aan de Wet werk en bijstand (w.o ), de plannen van het kabinet betreffende Aanpak fraude (Handhavingsprogramma ) en uiteraard de Wet werken naar vermogen. Mede gelet op de uitvoeringstechnische complicaties die kunnen optreden als op beleidsmatig vlak keuzes worden gemaakt die tot aanpassingen in de uitvoeringspraktijk leiden, is een keus om de overgang naar de nieuwe WWB per 2012 zoveel mogelijk beleids- en uitvoeringsarm te laten plaatsvinden een logische. Met beleidsarm wordt bedoeld dat het huidige gemeentelijk beleid zoveel mogelijk in stand wordt gelaten dan wel dat slechts het minimaal noodzakelijke aan nieuw of gewijzigd beleid wordt vastgesteld. Een en ander in afwachting van een diepgaander integrale heroverweging in Onder uitvoeringsarm wordt verstaan dat daar waar noodzakelijke aanpassingen in het beleid plaatsvinden, dit op de minst belastende wijze voor wat betreft de uitvoering plaatsvindt. Bij deze uitgangspunten past dat thans niet alle WWB-verordeningen separaat worden gewijzigd en in een bestuurlijk wijzigingstraject worden geplaatst, maar dat slechts daar waar dat strikt noodzakelijk is aanpassingen aan de verordeningen plaatsvinden die middels één Raadsbesluit worden geëffectueerd. Met het thans voorliggende Raadsbesluit wordt dat beoogd. Wat is de status van het tijdelijk Raadsbesluit? Het Raadsbesluit heeft formeel gezien het karakter van een wijzigingsverordening, dwz. zij brengt met haar vaststelling door de gemeenteraad een wijziging in de inhoud en betekenis van een aantal verordeningen teweeg. Met de term besluit wordt in dit Raadsbesluit overigens niet gedoeld op het begrip besluit, bedoeld in artikel 1:3 van de Algemene wet bestuursrecht. Dit Raadsbesluit bevat algemeen verbindende voorschriften. Het Raadsbesluit is tijdelijk van aard, d.w.z. gericht op het faciliteren van de met de genoemde wetswijziging minimaal noodzakelijke aanpassingen in de gemeentelijke verordeningen. De intentie is erop gericht om in 2012 het gemeentelijk bijstandsbeleid integraal te heroverwegen. De verwachting is dat dit in 2012 zal leiden tot een inhoudelijke aanpassing van de betreffende verordeningen. In dit Raadsbesluit wordt geen gebruik gemaakt van een zgn. horizonbepaling, die de duur van de verordening vaststelt op een concrete periode (bijv. tot 1 januari 2013). De ontwikkelingen binnen de sociale zekerheid zijn nog te ongewis om met zekerheid te kunnen vaststellen dat een integrale heroverweging van het lokale sociale zekerheidsbeleid voor een bepaalde datum is afgerond. Bij de vormgeving van dit Raadsbesluit is ernaar gestreefd om zoveel mogelijk recht te doen aan de Aanwijzingen voor de decentrale regelgeving van de VNG.

8 Gelijkstellingsbepaling In dit Raadsbesluit wordt bij elke te wijzigen verordening een bepaling voorgesteld die regelt dat de begrippen alleenstaande, alleenstaande ouder en gezin per de datum van inwerkingtreding van de wetswijziging in die verordening dezelfde betekenis hebben als in de gewijzigde WWB. Uit een oogpunt van duidelijkheid is dit opgenomen. Vervolgens is bepaald dat voor gehuwden en gehuwdennorm moet worden gelezen en gezin resp. gezinsnorm, om daarmee te verduidelijken dat onder het nieuwe regime niet meer de gehuwden maar het gezin de norm is waarmee gewerkt moet worden. Geen voorstel voor aanpassing Verordening Cliëntenparticipatie en Handhavingsverordening Hoewel het denkbaar is dat door intrekking van de WIJ ook de Verordening Cliëntenparticipatie en de Handhavingsverordening worden geraakt, worden binnen het kader van dit Raadsbesluit voor die verordeningen geen wijzigingsbesluiten genomen. Voor de Verordening Cliëntenparticipatie geldt dat het intrekken van de WIJ er op zichzelf niet toe leidt dat er een wijziging plaatsvindt in de wijze waarop jongeren betrokken zijn bij de uitvoering van de wet en deelnemen aan cliëntenparticipatie. Wel moeten er formeel gesproken enkele tekstuele aanpassingen plaatsvinden, nu de WIJ per de datum van inwerkingtreding van de wetswijziging ingetrokken wordt. Omdat het belang daarvan gering is en de verordening weinig algemeen verbindend voorschriften bevat maar meer het karakter van een interne reglementering heeft, is het verantwoord om met aanpassing te wachten tot invoering van de Wet werken naar vermogen, die ingrijpende consequenties kan hebben op het gemeentelijk cliëntenbestand. Met betrekking tot de handhaving van de WIJ geldt dat er geen afwijkende regeling gold ten opzichte van de handhaving van de WWB. Omdat er slechts enkele algemeen verbindende voorschriften voorkomen en deze inhoudelijk geen wijziging ondergaan als gevolg van intrekking van de WIJ, is het evenzeer verantwoord om eerst in 2012 tot een herziening van de verordening over te gaan. De wetgever heeft in het wetsvoorstel overgangsrecht opgenomen in artikel 78. Cliënten die op de dag voor inwerkingtreding van de wetswijziging al uitkering ontvangen kunnen de uitkering op basis van de huidige norm behouden tot uiterlijk Per moeten alle uitkeringen omgezet zijn naar de nieuwe wet en daarbij behoren-de normen, rechten en plichten. Dat betekent ook, dat de bestaande gemeentelijke verordeningen van toepassing blijven zoals ze golden op de dag voor de inwerkingtreding van de wetswijziging voor cliënten die onder het overgangsrecht van artikel 78 onderdeel s en t van de wet vallen voor de duur dat het overgangsrecht van toepassing is. Een overgangsbepaling in de verordening is daarom niet nodig ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING Artikel 1 - Begrippen In de verordening zijn de verschillende doelgroepen afzonderlijk gedefinieerd. Daarnaast wordt gesproken over belanghebbende. Met belanghebbende wordt iedereen die behoort tot een van de doelgroepen van het gemeentelijk re-integratiebeleid bedoeld. Voor de definiëring van algemeen geaccepteerde arbeid is aangesloten bij hetgeen in de wet staat. Het is vanzelfsprekend dat het dient te gaan om legale arbeid waarvoor de werknemer minimaal het wettelijk minimum loon krijgt. Over het algemeen zal gelden dat aan gewetensbezwaren (strikt persoonlijke omstandigheden) slechts betekenis zal worden gehecht voor zover deze zwaarwegend zijn en een onvermijdelijk conflict opleveren met het te verrichten werk (RvS 1984/12 en RvS 1998/105). Een beroep op dergelijke gronden werd erkend in een zaak waarin een islamitische vrouw niet als enige vrouw werkzaam hoefde te zijn met een of meer mannen en in een casus waarin godsdienstig bezwaar bestond tegen het werk op zondag. Ten aanzien van duurzame arbeid is uitgegaan van de algemeen gebruikelijke termijn van zes maanden. Het risico op terugval is in de eerste zes maanden het grootst. Bovendien is dit een redelijke termijn voor het maken van prestatieafspraken met re-integratiebedrijven. Voor het overige spreekt dit artikel voor zich. Artikel 2 (Vervallen per )

9 Artikel 3 - Taak gemeente In het eerste lid is de opdracht aan het college vormgegeven conform artikel 7 WWB. Het college stelt allereerst vast of iemand op eigen kracht aan het werk kan komen, of dat ze verdergaande ondersteuning in de vorm van een voorziening biedt. Het tweede lid bepaalt dat het college vaststelt voor welke voorziening belanghebbende in aanmerking komt. Uitgangspunt is dat die voorziening wordt aangeboden die, naar het oordeel van het college, voor belanghebbende de kortste weg naar duurzame arbeid inhoudt. Hieruit blijkt ook dat het college bij het bepalen of, en zo ja welke voorziening wordt ingezet, altijd individueel maatwerk dient te geven. Overigens kan de kortste weg naar werk ook zijn de weg die gevolgd moet worden om zich als starter conform het Bijstandsbesluit zelfstandigen 2004 te kwalificeren Het derde lid geeft het college de specifieke opdracht een zodanig aanbod van voorzieningen te realiseren, dat bij de samenstelling van een re-integratietraject rekening kan worden gehouden met verschillen tussen personen. Een breed aanbod maakt het tevens mogelijk in te spelen op de budgettaire (on)mogelijkheden van de gemeente. In het vierde lid is bepaald dat het besluit over de toekenning van een of meer voorzieningen (het traject) dient te worden vastgelegd in een beschikking aan de belanghebbende. Ten aanzien van uitkeringsgerechtigden is genoemd besluit gekoppeld aan de verstrekking van de uitkering (besluit tot toekenning of herziening van de uitkering). Ten aanzien van niet-uitkeringsgerechtigden en Anw-gerechtigde dient de melding bij de gemeente voor ondersteuning bij arbeidsinschakeling te worden beschouwd als aanvraag die de gemeente door middel van een beschikking afhandelt. Indien de gemeente een voorziening niet noodzakelijk acht wordt ook dit besluit middels een beschikking aan de belanghebbende kenbaar gemaakt. Het traject is hiermede onderdeel van het besluit tot toekenning, voortzetting of herziening van de bijstand, en bij het niet nakomen van die verplichtingen kan het college een maatregel opleggen conform de Afstemmingsverordening. Omdat het traject een eenzijdige rechtshandeling is (CRvB, 23 september 2003) is een door zowel het college als de belanghebbende te ondertekenen trajectplan niet langer noodzakelijk, in tegenstelling tot de verplichting zoals die was genoemd in de Algemene bijstandswet. Dit betekent eveneens een forse administratieve lastenverlichting, immers het trajectplan hoeft niet langer heen en weer gestuurd te worden en men hoeft niet langer te wachten op ondertekening om een traject in te zetten. De beschikking volstaat immers. Artikel 4 - Beleidsvaststelling en verantwoording De gemeenteraad stelt de beleidskaders voor het bijstandsbeleid vast. Het gaat daarbij om de missie en hoofdlijnen van het beleid. De concrete invulling van deze kaders en de budgettaire mogelijkheden en implicaties worden jaarlijks vastgelegd in de Programmabegroting. De verantwoording van het college aan de raad vindt conform artikel 77 van de WWB plaats. Dit gebeurt in de Programmarekening en gaat dan met name over de doeltreffendheid en de effecten van het beleid. Artikel 5 - Aanspraak op ondersteuning De in het eerste lid genoemde aanspraak op ondersteuning en op de naar het oordeel van het college noodzakelijk geachte voorzieningen, is reeds in de WWB (artikel 10) zelf geregeld. Vanuit het oogpunt van kenbaarheid en consistentie is ervoor gekozen een algemene bepaling hierover op te nemen. Bij de aanspraak op ondersteuning gaat het niet om een recht op een specifieke voorziening maar om het recht om door de gemeente geholpen te worden bij re-integratie. De aanspraak op ondersteuning geldt ook voor personen aan wie de gemeente tijdelijk een ontheffing heeft verleend, niet-uitkeringsgerechtigden en personen met een ANW-uitkering. Het is aan de gemeente om te bepalen of ondersteuning richting arbeidsinschakeling noodzakelijk is. Vervolgens bepaalt de gemeente uit welke elementen deze ondersteuning bestaat. In het tweede lid wordt de koppeling gelegd tussen de algemene aanspraak van de belanghebbende en de criteria die de gemeente hanteert bij het aanbieden van voorzieningen. De criteria zijn vastgelegd in deze verordening, de op basis van de verordening vastgestelde beleidsregels. Het derde lid bepaalt dat de gemeente geen ondersteuning biedt indien sprake is van een voorliggende voorziening. Hierbij dient men bijvoorbeeld te denken aan re-integratieactiviteiten die het Werkbedrijf UWV voor belanghebbende inkoopt, dan wel ondersteuning die belanghebbende

10 krijgt van uitzendbureaus, een (voormalig) werkgever enz. Daarnaast kan sprake zijn van een voorliggende voorziening in termen van bekostiging van een bepaalde activiteit; zo dient de gemeente, indien aan de orde, zoveel mogelijk gebruik te maken van de mogelijkheden van de Wet studiefinanciering en de Algemene wet bijzondere ziektekosten. Mochten deze voorzieningen onvoldoende bijdragen aan de re-integratie van belanghebbende dan kan de gemeente besluiten middelen uit het re-integratiebudget in te zetten. Artikel 6 - Verplichtingen van de belanghebbende Vanuit het oogpunt van kenbaarheid en consistentie zijn de verplichtingen zoals die in de WWB staan nogmaals vermeld. Deze verplichtingen gelden vanaf de melding, dus al voordat het recht op bijstand is vastgesteld. Helder is dat de belanghebbende geen nadere eisen kan stellen aan regulier werk ten aanzien van de aard, omvang en beloning. Dat neemt niet weg dat het werkloosheidsrisico van de belanghebbende steeds een centraal criterium vormt bij de beoordeling van de algemeen te accepteren arbeid. Naar mate de vooruitzichten op ander en beter aansluitend werk voor de belanghebbende groter zijn, zal eerder rekening worden gehouden met aspecten als opleidingsniveau en vorig beroep als ook afstand tot het werk. Uiteraard spelen in deze belangenafweging ook de omstandigheden op de regionale arbeidsmarkt, de persoonlijke omstandigheden, de gezinssituatie en fysieke belemmeringen. De concrete invulling van de verplichtingen wordt daarom zoveel mogelijk afgestemd op het individu en door het college in een beschikking gespecificeerd. Vanuit re-integratie is schuldhulpverlening aan te merken als een voorziening, die het totale traject en de arbeidsacceptatie ten goede kan komen. Schuldhulpverlening kent echter een sterk element van hulpverlening. Vanuit hulpverlening heeft dwang vaak een averechtse werking en zou deze voorziening van meet af aan gedoemd zijn te mislukken. Daarom wordt bij deze voorziening afgezien van een verplichtend gebruik en valt dan ook buiten de werking van de Afstemmingsverordening. Het vierde lid legt de verbinding met de Afstemmingsverordening. De Afstemmingsverordening regelt het opleggen van een maatregel indien de uitkeringsgerechtigde niet aan zijn verplichtingen voldoet. Deze maatregel bestaat uit het verlagen van de uitkering met een bepaald percentage. Omdat voor personen zonder uitkering en Anw-gerechtigden het verlagen van de uitkering als maatregel niet mogelijk is, is in het vijfde lid bepaald dat in die gevallen er geen nieuw gemeentelijk aanbod in de vorm van voorzieningen gericht op arbeidsinschakeling gedaan zal worden gedurende 1 jaar na datum besluit om het eerdere traject te beëindigen. Artikel 7 - Criteria ontheffing plicht tot arbeidsinschakeling Het eerste lid bepaalt dat het college de uitkeringsgerechtigde tijdelijk kan ontheffen van de verplichting om algemeen geaccepteerde arbeid te aanvaarden alsmede van de verplichting gebruik te maken van de voorzieningen gericht op arbeidsinschakeling. Ontheffing wordt alleen verleend als de persoonlijke omstandigheden van de uitkeringsgerechtigde dit rechtvaardigen. Het tweede lid geeft aan welke aspecten meegewogen dienen te worden om te bepalen of sprake is van een dringende reden op grond waarvan het college ontheffing kan verlenen. Ontheffing dient uitsluitend bij wijze van uitzondering te worden verleend. Medische of psychische belemmeringen zijn als zodanig geen reden voor een ontheffing. Op basis van deskundig (medisch/arbeidskundig) onderzoek dient te worden vastgesteld in hoeverre de belanghebbende in staat is tot werken. Het als gevolg van een deskundigenonderzoek ondergaan van een medische behandeling om de belemmeringen op te heffen, wordt niet als verplichting opgelegd. Het is mogelijk uitsluitend ontheffing van de verplichting tot aanvaarding van algemeen geaccepteerde arbeid te verlenen, maar de uitkeringsgerechtigde wel te verplichten om gebruik te maken van de door het college aangeboden voorzieningen. Andersom is niet mogelijk. In lid 3 wordt gesproken over een 57 ½ jarige. Bij een 57 ½ jarige dient eenmalig vastgesteld te worden of de afstand tot de arbeidsmarkt nog te overbruggen gezien de belemmeringen van de cliënt enerzijds en de voorzieningen anderzijds. Zijn de belemmeringen niet meer op te heffen met voorzieningen, dan is er geen mogelijkheid meer om tot arbeidsinschakeling te komen. Indien er sprake is van een ontheffing is deze altijd tijdelijk voor de maximale duur van 12 maanden. Dit geldt ook voor de 57 ½ jarigen. Bij de heroverweging moet gekeken worden of omstandigheden dermate zijn gewijzigd dat middels inzet van voorzieningen arbeidsinschakeling weer mogelijk is. Na 12 maanden moet er een heroverweging zijn. Dan is weer ontheffing mogelijk voor de maximale termijn van 12 maanden. In lid 6 staat dat er via nadere beleidsregels ontheffingen verleend kunnen worden. Daarbij moet gedacht worden aan specifieke groepen zoals bijvoorbeeld mantelzorgers en personen die extern verpleegd worden

11 In deze verordening zijn geen bepalingen meer opgenomen over ontheffing van de arbeidsplicht voor alleenstaande ouders met kinderen jonger dan 5 jaar, omdat dit vanaf wettelijk is geregeld in artikel 9 a van de WWB. Artikel 8 - Voorzieningen gericht op arbeidsinschakeling In het eerste lid is een globale onderverdeling gemaakt naar type voorziening en de mogelijkheid tot scholing als onderdeel van een traject. Kinderopvang wordt niet als afzonderlijke voorziening genoemd omdat voorzieningen in de regel uit het werkdeel van het Fonds Werk en Inkomen worden bekostigd (zie artikel 10 van deze verordening). Kinderopvang kan uiteraard wel onderdeel van een traject zijn. Voor het overige wordt verwezen naar de mogelijkheden die de Wet kinderopvang (Wk) biedt. De Wk regelt de (bekostiging) van kinderopvang voor een aantal wettelijke doelgroepen, waaronder personen in een gemeentelijk re-integratietraject. Voorts is in het tweede lid de mogelijkheid tot nazorg geregeld, waarbij het uitsluitend gaat om begeleiding in de eerste maanden nadat belanghebbende betaald werk heeft gekregen (jobcoaching). Dit wordt alleen toegepast indien en voor zover dit voor het slagen van het traject om duurzaam aan het werk te zijn noodzakelijk is. Deze noodzaak is ter beoordeling van het college en maakt onderdeel uit van het traject. Het derde lid geeft aan dat het college de mogelijkheid heeft eerst te onderzoeken of een bepaalde voorziening gericht op arbeidsinschakeling past bij de (on)mogelijkheden van de cliënt. Het gaat om een nadere diagnosestelling teneinde te komen tot een voor cliënt passend traject. Aan het toekennen van een voorziening kan het college nadere verplichtingen verbinden, aldus het vierde lid. Deze dienen altijd een relatie te hebben met aard en doel van de voorziening. In het vijfde lid is geregeld in welke gevallen een voorziening wordt beëindigd. De reden hiervoor kan gelegen zijn in (de inspanningen van) de belanghebbende zelf alsook in het (te geringe) rendement dat de voorziening voor deze belanghebbende oplevert. Het zesde lid regelt de bevoegdheid van het college de uitvoering van voorzieningen in te kopen bij derden en met deze derden te komen tot uitvoeringsafspraken. Dit ligt in het verlengde van de wet Structuur uitvoering Werk en Inkomen die stelt dat re-integratieactiviteiten door private bedrijven dienen te worden uitgevoerd. Artikel 9 - Afweging meest geschikte voorziening Het vaststellen van de meest geschikte voorziening is maatwerk. Diverse aspecten maken deel uit van die individuele afweging, zoals een re-integratieadvies van het Werkbedrijf UWV, de motivatie en capaciteiten van belanghebbende, de arbeidsmarktrelevantie van een voorziening, de beschikbaarheid van voorzieningen en financiële middelen. Een voorziening gericht op arbeid wordt alleen toegekend als duurzame arbeidsinschakeling zonder voorziening niet mogelijk is. Bij het beoordelen van de persoonlijke mogelijkheden wegen niet zozeer aspecten als opleiding en werkervaring mee (zie ook de toelichting op artikel 7 van deze verordening), als wel de gezondheid en belastbaarheid van de belanghebbende. Ten aanzien van de alleenstaande ouder geldt dat de gemeente rekening dient te houden met diens zorgtaken. Het beschikbaar zijn van adequate kinderopvang is in dit verband een noodzakelijke voorwaarde. De gemeente heeft een inspanningsverplichting ten aanzien van het creëren van voldoende kinderopvangmogelijkheden binnen de gemeente. Dit neemt niet weg dat de alleenstaande ouder een eigen verantwoordelijkheid heeft voor wat betreft het verkrijgen van kinderopvang. Dit strookt met de uitgangspunten van de Wet kinderopvang (Wk) waarbij ouders een belangrijke rol krijgen toebedeeld waar het gaat om het regelen en bekostigen van kinderopvang. Ook is het mogelijk dat kinderopvang onderdeel is van een voorziening gericht op arbeidsinschakeling (zie artikel 8). Artikel 10 - Budgetten De WWB stelt dat het ontbreken van financiële middelen alléén geen reden kan zijn voor de afwijzing van een aanvraag voor een voorziening; indien een bepaalde voorziening noodzakelijk is voor de arbeidsinschakeling van belanghebbende, dient het college hierin te voorzien. Concreet is voor voorzieningen als bedoeld in deze verordening het werkdeel van het Fonds Werk en Inkomen beschikbaar, na aftrek van de middelen die nodig zijn om de oude In- en Doorstroombanen en dienstverbanden op grond van de Wet Inschakeling Werkzoekenden te bekostigen. Om te voorkomen dat dit budget wordt overschreden, zal jaarlijks via de Programmabegroting (artikel 4 van deze verordening) aangegeven worden hoe het reintegratiebudget wordt ingezet. Door het schuiven tussen voorzieningen kan indien noodzakelijk

12 budgettaire ruimte worden gecreëerd voor voorzieningen die het meest noodzakelijk zijn en kan het college inspelen op een verwachte toe- of afname van het aantal personen dat een beroep zal doen op ondersteuning bij arbeidsinschakeling. In het tweede lid is bepaald dat het college een maximum kan verbinden aan de gemeentelijke bijdrage aan de arbeidsinschakeling van niet-uitkeringsgerechtigden en personen met een ANWuitkering. Indien de kosten van een voorziening hoger zijn dan dit maximum, dient een eigen bijdrage te worden betaald. Artikel 11 - Werkstage De werkstage is voor alle doelgroepen bedoeld. Bij uitkeringsgerechtigden valt de werkstage onder de noemer werken met behoud van uitkering. Dit instrument is bij uitstek geschikt als proefplaatsing voordat een daaropvolgend dienstverband plaatsvindt. Een werkstage heeft tot doel dat belanghebbende werkervaring in een bepaalde richting en/of werknemersvaardigheden opdoet om zo zijn positie op de arbeidsmarkt te versterken. De werkstage is dus overwegend gericht op het uitbreiden van de kennis en vaardigheden van de belanghebbende. Afspraken tussen gemeente, werkgever en belanghebbende over begeleiding, doel, inhoud, duur en voorwaarden van de werkstage dienen te worden vastgelegd in een overeenkomst. Er is géén sprake van een reguliere arbeidsovereenkomst. Ten aanzien van de doelgroep jongeren staat de mogelijkheid open de werkstage eenmalig met maximaal drie maanden te verlengen; dit in verband om de sluitende aanpak van jeugdwerkloosheid in overeenstemming met het landelijk beleid te brengen. Artikel 12 - Detacheringsbanen Dit artikel voorziet in de mogelijkheid tot het realiseren van gesubsidieerde banen. Personen worden via een detacheringconstructie bij een uitvoerder (de organisatie of het bedrijf waar de werknemer gedetacheerd is) te werk gesteld. Het college werkt de details via beleidsregels uit (zesde lid). Omdat het om gesubsidieerd werk gaat dient de gemeente zich ervan te vergewissen dat de plaatsing niet leidt tot verdringing van reguliere banen of concurrentievervalsing. Het vierde lid regelt dat het college de werkgever verzoekt om een verklaring waarin het medezeggenschapsorgaan bevestigt dat geen verdringing plaats vindt. Tevens kan het college bij het Werkbedrijf UWV nagaan of recentelijk ontslagen hebben plaatsgevonden. Of sprake is van concurrentievervalsing is moeilijker vast te stellen. Een indicatie hiervoor kan het aandeel gesubsidieerde arbeidskrachten in het totale personeelsbestand van een organisatie zijn. Indien daar aanleiding toe is zal het college nader onderzoek (laten) verrichten en zo nodig regels vaststellen. Artikel 13 - Loonkostensubsidie De loonkostensubsidie moet werkgevers prikkelen om uitkeringsgerechtigden aan te nemen, die een traject hebben doorlopen en/of door het Werkbedrijf UWV oorspronkelijk als niet-bemiddelbaar waren aangemerkt. Om voor deze personen ook duurzame uitstroom te bereiken is vaak een langere begeleiding nodig dan de gebruikelijke nazorg. Ook zal de productiviteit van deze personen niet op hetzelfde peil liggen en ook daarin voorziet de subsidie financieel. In het tweede lid wordt gesproken over belanghebbende, omdat het hier personen betreft, die gesubsidieerd werk verrichten en dus geen uitkering (meer) hebben. Omdat gesubsidieerd werk uit het werkdeel betaald wordt, heeft de gemeente belang bij doorstroming naar regulier werk vanuit gesubsidieerd werk. Ook voor deze overgang kan het nodig zijn om nog kosten voor begeleiding en lagere productiviteit te compenseren middels een subsidie. Zowel bij uitstroom uit de uitkering naar regulier werk als uitstroom uit gesubsidieerd werk naar regulier werk kan deze subsidie een voorziening zijn om het doel, regulier werk, te realiseren door de werkgever een subsidie te verstrekken. Deze regeling is dan ook analoog aan het verstrekken van een premie aan de (voormalig) uitkeringsgerechtigde met betrekking tot de momenten waarop een uitstroompremie wordt verstrekt. De hoogte en duur van een subsidie mag de gemeente vanuit de WWB zelf vaststellen. Anderzijds wordt de beleidsvrijheid wel beperkt door Europese regelgeving, verordening 2204 /2002, die spreekt over de maximale duur van 1 jaar en maximaal 50 % van de totale loonkosten. Deze beperking is ingegeven vanuit het oogpunt van voorkoming van ongeoorloofde staatssteun. De subsidie is 50 % van de totale loonkosten op basis van het wettelijk minimum loon en daarmee blijven we binnen de EU-regelgeving. Ook wordt dan voor iedereen hetzelfde bedrag aangehouden, hetgeen uitvoering en informatieverstrekking eenvoudig houdt. Bovendien is de beloning vaak op of net boven wettelijk minimum loon.

Gezien het voorstel inzake tijdelijke regels aanscherping Wet werk en bijstand (Gem. blad Afd. A 2011, no. );

Gezien het voorstel inzake tijdelijke regels aanscherping Wet werk en bijstand (Gem. blad Afd. A 2011, no. ); 2011, no. < no. > De Raad der gemeente Stein; Gezien het voorstel inzake tijdelijke regels aanscherping Wet werk en bijstand (Gem. blad Afd. A 2011, no. ); gelet op artikel 147, eerste lid, van de Gemeentewet

Nadere informatie

ALGEMENE TOELICHTING. 1 Intrekking van een regeling brengt mee dat de op die regeling gebaseerde uitvoeringsregelingen van

ALGEMENE TOELICHTING. 1 Intrekking van een regeling brengt mee dat de op die regeling gebaseerde uitvoeringsregelingen van ALGEMENE TOELICHTING Achtergrond Op 1 januari 2012 treedt de Wet tot wijziging van de Wet werk en bijstand en samenvoeging van die wet met de Wet investeren in jongeren gericht op bevordering van deelname

Nadere informatie

: Tijdelijke regels aanscherping Wet werk en bijstand

: Tijdelijke regels aanscherping Wet werk en bijstand Nummer : 10-13.2011 Onderwerp : Tijdelijke regels aanscherping Wet werk en bijstand Korte inhoud : Voorgesteld wordt om, middels tijdelijke regels, de noodzakelijke aanpassingen aan het gemeentelijk beleid

Nadere informatie

ONTWERP-RAADSVOORSTEL VAN BenW AAN DE RAAD VOOR 22 december 2012

ONTWERP-RAADSVOORSTEL VAN BenW AAN DE RAAD VOOR 22 december 2012 ONTWERP-RAADSVOORSTEL VAN BenW AAN DE RAAD VOOR 22 december 2012 OPSTELLER VOORSTEL: R. Cuperus AFDELING: W-wys PORTEFEUILLEHOUDER: S. Boorsma Agendapunt: No. /'09 Dokkum,.. november 2011 ONDERWERP: Tijdelijk

Nadere informatie

Algemene toelichting. Bijlage 1: Raadsbesluit tijdelijke regels Aanscherping Wet werk en bijstand

Algemene toelichting. Bijlage 1: Raadsbesluit tijdelijke regels Aanscherping Wet werk en bijstand Algemene toelichting Achtergrond Op voorwaarde dat ook de Eerste Kamer met het wetsvoorstel instemt, treedt op 1 januari 2012 in werking de Wet tot wijziging van de Wet werk en bijstand en samenvoeging

Nadere informatie

RAADSBESLUIT TIJDELIJKE REGELS AANSCHERPING WET WERK EN BIJSTAND

RAADSBESLUIT TIJDELIJKE REGELS AANSCHERPING WET WERK EN BIJSTAND RAADSBESLUIT TIJDELIJKE REGELS AANSCHERPING WET WERK EN BIJSTAND De raad van de gemeente Ermelo / Harderwijk / Zeewolde gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van < naam > d.d. < datum >;;

Nadere informatie

Tijdelijke verordening aanscherping Wet werk en bijstand gemeente Zeewolde 2012.

Tijdelijke verordening aanscherping Wet werk en bijstand gemeente Zeewolde 2012. CVDR Officiële uitgave van Zeewolde. Nr. CVDR145860_1 21 november 2017 Tijdelijke verordening aanscherping Wet werk en bijstand gemeente Zeewolde De raad van de gemeente Zeewolde, gelezen het voorstel

Nadere informatie

Raadsvoorstel Reg. nr : Ag nr. : 12 Datum :

Raadsvoorstel Reg. nr : Ag nr. : 12 Datum : Raadsvoorstel Reg. nr : 0910120 Ag nr. : 12 Onderwerp Vaststelling Re-integratieverordening 2009 Status besluitvormend Voorstel 1. De Re-integratie verordening 2009 vast te stellen. Inleiding Op 29 december

Nadere informatie

Onderwerp: Raadsbesluit Tijdelijke regels aanscherping WWB Te besluiten om: vast te stellen de Tijdelijke regels aanscherping WWB 2012

Onderwerp: Raadsbesluit Tijdelijke regels aanscherping WWB Te besluiten om: vast te stellen de Tijdelijke regels aanscherping WWB 2012 Raadsvoorstel GEMEENTERAAD Voorstel 27 december 2011 Agendanummer : A. Bok Datum Samenleving raadsvergadering : 9-2-2012 Dienstverlening Registratienummer : 2012000078 Onderwerp: Raadsbesluit Tijdelijke

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen De raad van de gemeente Oldebroek; Re-integratieverordening WWB, IOAW en IOAZ 2012 kenmerk 98182 gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 10 april 2012; gelet op de artikelen 7 en 8 en 10

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 10 januari 2012, nummer 109541

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 10 januari 2012, nummer 109541 De raad van de gemeente Albrandswaard; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 10 januari 2012, nummer 109541 artikel 147, eerste lid, van de Gemeentewet en artikel 8, van

Nadere informatie

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 26 augustus 2010;

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 26 augustus 2010; CVDR Officiële uitgave van Eemsmond. Nr. CVDR63088_1 11 oktober 2016 Re-integratieverordening 2010 De raad van de gemeente Eemsmond; Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

ALGEMENE TOELICHTING. 1 Intrekking van een regeling brengt mee dat de op die regeling gebaseerde uitvoeringsregelingen van

ALGEMENE TOELICHTING. 1 Intrekking van een regeling brengt mee dat de op die regeling gebaseerde uitvoeringsregelingen van ALGEMENE TOELICHTING Achtergrond Op 1 januari 2012 treedt de Wet tot wijziging van de Wet werk en bijstand en samenvoeging van die wet met de Wet investeren in jongeren gericht op bevordering van deelname

Nadere informatie

REÏNTEGRATIEVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND RIJSWIJK 2005

REÏNTEGRATIEVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND RIJSWIJK 2005 -1.833.52 REÏNTEGRATIEVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND RIJSWIJK 2005 HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1. Begripsomschrijvingen In deze verordening wordt verstaan onder: a. de wet : de WWB b. WWB:

Nadere informatie

Reïntegratieverordening Wet werk en bijstand 2004

Reïntegratieverordening Wet werk en bijstand 2004 RAADSBESLUlT De raad van de gemeente Papendrecht; gelezen het voorstel van het college d.d. 18 juni 12004; nummer 041 12004; gelet op anikei 147, eerste lid van de Gemeentewet, de anikelen 7 en 8 en 10

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Verordening Re-integratie WWB, IOAW en IOAZ 2011 Gemeente Lemsterland. Opdracht aan het college. Aanspraak op ondersteuning.

Inhoudsopgave. Verordening Re-integratie WWB, IOAW en IOAZ 2011 Gemeente Lemsterland. Opdracht aan het college. Aanspraak op ondersteuning. Verordening Re-integratie WWB, IOAW en IOAZ 2011 Gemeente Lemsterland Inhoudsopgave Artikel 1: Artikel 2: Artikel 3: Artikel 4: Artikel 5: Artikel 6: Artikel 7: Artikel 8: Artikel 8a: Artikel 9: Artikel

Nadere informatie

gelet op artikel 147, eerste lid en artikel 108, tweede lid Gemeentewet, en artikel 8 van de Wet werk en bijstand;

gelet op artikel 147, eerste lid en artikel 108, tweede lid Gemeentewet, en artikel 8 van de Wet werk en bijstand; De raad van de gemeente Mill en Sint Hubert; Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 17 januari 2012; Gehoord de commissie Samenlevingszaken en Bestuur van 7 februari 2012; gelet op artikel

Nadere informatie

RAADSBESLUIT TIJDELIJKE REGELS AANSCHERPING WET WERK EN BIJSTAND

RAADSBESLUIT TIJDELIJKE REGELS AANSCHERPING WET WERK EN BIJSTAND RAADSBESLUIT TIJDELIJKE REGELS AANSCHERPING WET WERK EN BIJSTAND officiële titel Raadsbesluit tijdelijke regels Aanscherping Wet werk en bijstand gemeente Heerenveen citeertitel Raadsbesluit tijdelijke

Nadere informatie

Raadsvoorstel agendapunt

Raadsvoorstel agendapunt Raadsvoorstel agendapunt Aan de raad van de gemeente IJsselstein Raadsstuknummer : 2011/31354 Datum: 22 november 2011 Programma : Economie, Werk en Inkomen Blad : 1 van 6 Cluster : Samenleving Portefeuillehouder

Nadere informatie

Tijdelijke regels aanscherping Wet Werk en Bijstand

Tijdelijke regels aanscherping Wet Werk en Bijstand CVDR Officiële uitgave van Epe. Nr. CVDR140715_1 4 juli 2017 Tijdelijke regels aanscherping Wet Werk en Bijstand Raadsbesluit 2012 registratienummer: 2012-00428 DE RAAD DER GEMEENTE EPE gelezen het voorstel

Nadere informatie

Artikel 2 Uitvoering De uitvoering van deze verordening berust bij het college van burgemeester en wethouders.

Artikel 2 Uitvoering De uitvoering van deze verordening berust bij het college van burgemeester en wethouders. Verordening langdurigheidstoeslag 2009 I. Algemene bepalingen Artikel 1 Begrippen In deze verordening wordt verstaan onder: a. De wet: de Wet werk en bijstand b. Referteperiode: een periode van 36 maanden

Nadere informatie

Re-integratieverordening Participatiewet WIHW 2017 gemeente Oud-Beijerland. Artikel 2. Verplichtingen van de persoon uit de doelgroep

Re-integratieverordening Participatiewet WIHW 2017 gemeente Oud-Beijerland. Artikel 2. Verplichtingen van de persoon uit de doelgroep GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Oud-Beijerland Nr. 157294 14 september 2017 Re-integratieverordening Participatiewet WIHW 2017 gemeente Oud-Beijerland Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel

Nadere informatie

VERORDENING TIJDELIJKE REGELS AANSCHERPING WET WERK EN BIJSTAND HELMOND 2012

VERORDENING TIJDELIJKE REGELS AANSCHERPING WET WERK EN BIJSTAND HELMOND 2012 Jaar: 2012 Nummer: 3 Besluit: Gemeenteraad 10 januari 2012 Gemeenteblad VERORDENING TIJDELIJKE REGELS AANSCHERPING WET WERK EN BIJSTAND HELMOND 2012 De raad van de gemeente Helmond; gezien het voorstel

Nadere informatie

Tijdelijke regels aanscherping Wet Werk en Bijstand. Commissie Bestuur. Commissie Ruimte. Commissie Sociaal. Informerende Commissie.

Tijdelijke regels aanscherping Wet Werk en Bijstand. Commissie Bestuur. Commissie Ruimte. Commissie Sociaal. Informerende Commissie. Raad VOORBLAD Onderwerp Tijdelijke regels aanscherping Wet Werk en Bijstand Agendering 0 Commissie Bestuur x Gemeenteraad 0 Commissie Ruimte 0 Lijst ingekomen stukken x Commissie Sociaal 0 Informerende

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 5 oktober, nr. ;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 5 oktober, nr. ; DE RAAD DER GEMEENTE HAREN, gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 5 oktober, nr. ; gelet op artikel 147, eerste lid van de Gemeentewet, de artikelen 7 en 8 en 10, tweede

Nadere informatie

CVDR. Nr. CVDR205676_1

CVDR. Nr. CVDR205676_1 CVDR Officiële uitgave van Onderbanken. Nr. CVDR205676_1 8 mei 2018 Verordening tijdelijke regels aanscherping Wet werk en bijstand Onderbanken 2012 De raad van de gemeente Onderbanken Gezien het voorstel

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders van 17 januari 2012;

gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders van 17 januari 2012; De Raad van de gemeente Sint Anthonis; gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders van 17 januari 2012; Gelet op gelet op het bepaalde in artikel 108 en 147, eerste lid van de Gemeentewet

Nadere informatie

Gezien het voorstel inzake Gewijzigde WWB-verordeningen na aanscherping WWB (Gem. blad Afd. A 2012, no. );

Gezien het voorstel inzake Gewijzigde WWB-verordeningen na aanscherping WWB (Gem. blad Afd. A 2012, no. ); 2012, no. < no. > De Raad der gemeente Stein; Gezien het voorstel inzake Gewijzigde WWB-verordeningen na aanscherping WWB (Gem. blad Afd. A 2012, no. ); Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

RE-INTEGRATIEVERORDENING PARTICIPATIEWET 2015

RE-INTEGRATIEVERORDENING PARTICIPATIEWET 2015 RE-INTEGRATIEVERORDENING PARTICIPATIEWET 2015 De raad van de gemeente Grootegast; gelezen het voorstel van het college van ; Gezien het advies van de Wmo-adviesraad d.d. gelet op de artikelen 8a, eerste

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 22 november 2011,

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 22 november 2011, de raad van de gemeente Roosendaal, gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 22 november 2011, gelet op artikel 8, eerste lid, onder a van de Wet werk en bijstand, gezien het advies van

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 27 januari 2012, nr. 12.01.12.;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 27 januari 2012, nr. 12.01.12.; Nr. 12 De raad van de gemeente Marum; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 27 januari 2012, nr. 12.01.12.; overwegende, dat intrekking van de Wet investeren in jongeren en wijziging

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen De Raad van de gemeente Culemborg, gelezen het voorstel van het College van Burgemeester en Wethouders d.d. 10 april 2012 gelet op artikel 147, eerste lid van de Gemeentewet, de artikelen 7 en 8 en 10

Nadere informatie

Re-integratieverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ 2015

Re-integratieverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ 2015 Re-integratieverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ 2015 ================================================================================== De raad van de gemeente (naam gemeente) ; gelezen het voorstel

Nadere informatie

Re-integratieverordening Wet werk en bijstand 2009

Re-integratieverordening Wet werk en bijstand 2009 Re-integratieverordening Wet werk en bijstand 2009 Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie gemeente Heemskerk Officiële naam regeling Re-integratieverordening Wet werk en

Nadere informatie

RAADSBESLUIT TIJDELIJKE REGELS AANSCHERPING WET WERK EN BIJSTAND

RAADSBESLUIT TIJDELIJKE REGELS AANSCHERPING WET WERK EN BIJSTAND RAADSBESLUIT TIJDELIJKE REGELS AANSCHERPING WET WERK EN BIJSTAND officiële titel citeertitel wettelijke grondslag Raadsbesluit tijdelijke regels Aanscherping Wet werk en bijstand Raadsbesluit tijdelijke

Nadere informatie

DE WIJZIGINGSVERORDENING TIJDELIJKE REGELS AANSCHERPING WET WERK EN BIJSTAND

DE WIJZIGINGSVERORDENING TIJDELIJKE REGELS AANSCHERPING WET WERK EN BIJSTAND DE WIJZIGINGSVERORDENING TIJDELIJKE REGELS AANSCHERPING WET WERK EN BIJSTAND Officiële titel De wijzigingsverordening tijdelijke regels Aanscherping Wet werk en bijstand Citeertitel De wijzigingsverordening

Nadere informatie

c. IOAZ: Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen.

c. IOAZ: Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen. De raad van de gemeente Doetinchem; gelet op artikel 147, eerste lid van de Gemeentewet, de artikelen 7, 8 en 10, tweede lid van de Wet werk en bijstand (Wwb), de artikelen 34, 35 en 36 van de Wet inkomensvoorziening

Nadere informatie

Re-integratieverordening WWB, IOAW en IOAZ gemeente Lemsterland. gezien het voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d.

Re-integratieverordening WWB, IOAW en IOAZ gemeente Lemsterland. gezien het voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d. Re-integratieverordening WWB, IOAW en IOAZ gemeente Lemsterland. De raad van de gemeente Lemsterland; gezien het voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d. 6 december 2010; gelet op de artikelen 7, 8,

Nadere informatie

VERORDENING RE-INTEGRATIE WET WERK EN BIJSTAND 2012 Pag.1/8

VERORDENING RE-INTEGRATIE WET WERK EN BIJSTAND 2012 Pag.1/8 VERORDENING RE-INTEGRATIE WET WERK EN BIJSTAND 2012 Pag.1/8 HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1 Definities 1. In deze verordening wordt verstaan onder: a. WWB: Wet werk en bijstand; b. IOAW: Wet

Nadere informatie

Re-integratieverordening Participatiewet Deurne 2015

Re-integratieverordening Participatiewet Deurne 2015 CVDR Officiële uitgave van Deurne. Nr. CVDR358167_1 28 september 2018 Re-integratieverordening Participatiewet Deurne 2015 DE RAAD DER GEMEENTE DEURNE gezien het voorstel van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

Re-integratieverordening Participatiewet 2015, gemeente Zundert

Re-integratieverordening Participatiewet 2015, gemeente Zundert CVDR Officiële uitgave van Zundert. Nr. CVDR347843_1 14 november 2017 Re-integratieverordening Participatiewet 2015, gemeente Zundert De raad van de gemeente Zundert; Gelezen het voorstel van het college

Nadere informatie

1. Inleiding Per januari 2012 is de nieuwe Wet Werk en Bijstand van kracht geworden. Om die reden moeten gemeenten een nieuwe verordening opstellen.

1. Inleiding Per januari 2012 is de nieuwe Wet Werk en Bijstand van kracht geworden. Om die reden moeten gemeenten een nieuwe verordening opstellen. ALGEMENE TOELICHTING 1. Inleiding Per januari 2012 is de nieuwe Wet Werk en Bijstand van kracht geworden. Om die reden moeten gemeenten een nieuwe verordening opstellen. De Wet Werk en Bijstand stelt de

Nadere informatie

RE-INTEGRATIEVERORDENING WWB, IOAW EN IOAZ 2012

RE-INTEGRATIEVERORDENING WWB, IOAW EN IOAZ 2012 RE-INTEGRATIEVERORDENING WWB, IOAW EN IOAZ 2012 Verordening, vastgesteld bij Raadsbesluit van 29 maart 2012, nummer R2012.0012 A, gepubliceerd 18 april 2012, in werking getreden met ingang van 19 april

Nadere informatie

Re-integratieverordening Wet werk en bijstand Gemeente Ede 2012

Re-integratieverordening Wet werk en bijstand Gemeente Ede 2012 Re-integratieverordening Wet werk en bijstand Gemeente Ede 2012 De raad van de gemeente Ede; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 20-12-2011; gelet op artikel 147, eerste

Nadere informatie

Reïntegratieverordening. werk en bijstand

Reïntegratieverordening. werk en bijstand Reïntegratieverordening werk en bijstand Midden-Delfland, augustus 2004 1 De Raad van de gemeente Midden-Delfland, Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 15 oktober 2004,

Nadere informatie

Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van Echt-Susteren d.d.

Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van Echt-Susteren d.d. De raad van de gemeente Echt-Susteren, Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van Echt-Susteren d.d. Gelet op het bepaalde in de Wet werk en bijstand (WWB), de Wet inkomensvoorziening oudere

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 10 november 2014;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 10 november 2014; DE RAAD VAN DE GEMEENTE HAREN, gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 10 november 2014; gelet op de artikelen 8a, eerste lid, aanhef en onder a, c, d en e, en tweede lid, en 10b, vierde

Nadere informatie

vast te stellen de hierna volgende Verordening tegenprestatie Alkmaar 2015 Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

vast te stellen de hierna volgende Verordening tegenprestatie Alkmaar 2015 Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Alkmaar. Nr. 1818 8 januari 2015 Verordening tegenprestatie Alkmaar 2015 De raad van de gemeente Alkmaar; gelezen het voorstel de stuurgroep fusie; gelet op

Nadere informatie

RAADSBESLUIT. gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d ;

RAADSBESLUIT. gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d ; RAADSBESLUIT Onderwerp: Dagtekening: nummer: 1e wijziging van de Re-integratieverordening WWB, IOAW en IOAZ Asten 2010 1 februari 2011.. De raad van de gemeente Asten; gezien het voorstel van het college

Nadere informatie

VERORDENING TEGENPRESENTATIE PARTICIPATIEWET, IOAW EN IOAZ 2015

VERORDENING TEGENPRESENTATIE PARTICIPATIEWET, IOAW EN IOAZ 2015 VERORDENING TEGENPRESENTATIE PARTICIPATIEWET, IOAW EN IOAZ 2015 Artikel 1. Begrippen In deze verordening wordt verstaan onder: a) uitkeringsgerechtigden: personen die een uitkering ontvangen op grond van

Nadere informatie

werknemers als bedoeld in artikel 10, tweede lid van WWB. Re-integratieverordening

werknemers als bedoeld in artikel 10, tweede lid van WWB. Re-integratieverordening Re-integratieverordening 2012 Hoofdstuk 1 Artikel 1 Algemene bepalingen Begripsomschrijvingen 1 Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde

Nadere informatie

Re-integratieverordening wet werk en bijstand Gouda 2010

Re-integratieverordening wet werk en bijstand Gouda 2010 Bijlage 3 regeling nummer 11.1.7 Re-integratieverordening wet werk en bijstand Gouda 2010 vastgesteld 2009 bekendgemaakt 2009 inwerkingtreding 1 januari 2010 laatste wijziging - pagina 2 nr. 11.1.7 De

Nadere informatie

Tijdelijke regels aanscherping W et werk en bijstand 201 2

Tijdelijke regels aanscherping W et werk en bijstand 201 2 blad 1 van 8 2 0 11 / 3 2 38 4 Tijdelijke regels aanscherping W et werk en bijstand 201 2 HOOFDSTUK 1 ALGEMENE ENE BEPALINGEN Artikel 1. Begripsbepalingen In deze regeling wordt verstaan onder: a. de wet:

Nadere informatie

Re-integratie verordening Gemeente Nieuwkoop 2014

Re-integratie verordening Gemeente Nieuwkoop 2014 CVDR Officiële uitgave van Nieuwkoop. Nr. CVDR321427_1 4 juli 2016 Re-integratie verordening Gemeente Nieuwkoop 2014 De gemeenteraad van de gemeente Nieuwkoop, gelezen het voorstel van het college van

Nadere informatie

CVDR. Nr. CVDR80772_3. Participatieverordening Hoofdstuk 1 ALGEMENE BEPALINGEN

CVDR. Nr. CVDR80772_3. Participatieverordening Hoofdstuk 1 ALGEMENE BEPALINGEN CVDR Officiële uitgave van Ooststellingwerf. Nr. CVDR80772_3 12 juni 2018 Participatieverordening 2010 De raad van de gemeente Ooststellingwerf;nr. B.4gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

B E S L U I T : vast te stellen de navolgende Re-integratieverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Waterland 2015.

B E S L U I T : vast te stellen de navolgende Re-integratieverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Waterland 2015. Nummer: 337-20 Portefeuillehouder: drs. L. Bromet Onderwerp: Re-integratieverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Waterland 2015 De raad van de gemeente Waterland, gelezen het voorstel van burgemeester

Nadere informatie

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Castricum 2015

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Castricum 2015 Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Castricum 2015 De raad van de gemeente Castricum; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 28 oktober [nummer]; gelet op

Nadere informatie

Gemeente Bergen op Zoom - Re-integratieverordening Participatiewet

Gemeente Bergen op Zoom - Re-integratieverordening Participatiewet GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Bergen op Zoom. Nr. 78160 24 december 2014 Gemeente Bergen op Zoom - Re-integratieverordening Participatiewet De raad van de gemeente Bergen op Zoom overwegende

Nadere informatie

Nr Houten, 7 februari 2012

Nr Houten, 7 februari 2012 Raadsvoorstel Nr. 2012-010 Houten, 7 februari 2012 Onderwerp: Verordeningen Wet werk en bijstand aangepast op de wet aanscherping WWB Beslispunten: 1. De vier gewijzigde verordeningen en de nieuwe verordening

Nadere informatie

Zundertse Regelgeving Wetstechnische informatie

Zundertse Regelgeving Wetstechnische informatie Zundertse Regelgeving Wetstechnische informatie Rubriek: Maatschappelijke zorg en welzijn Naam regeling: Re-integratieverordening Participatiewet 2015, gemeente Zundert Citeertitel: Re-integratieverordening

Nadere informatie

Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 1 van 2

Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 1 van 2 03-Intern - 8200 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 1 van 2 03-Intern - 8200 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 2 van 2 Premie verordening Gemeente Culemborg Stadswinkel Afdeling Werk en inkomen 2010 De raad

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Raadsbesluit De raad van de gemeente Heerde; gelezen het voorstel van het college d.d. 31 maart en 14 april 2009; gelet op artikel 7 en 8, lid 1 onderdeel a van de Wet werk en bijstand; besluit vast te

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 12 april 2011;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 12 april 2011; CVDR Officiële uitgave van Gemert-Bakel. Nr. CVDR105399_2 1 mei 2018 Re-integratieverordening Wwb, Ioaw, Ioaz DE RAAD VAN DE GEMEENTE GEMERT-BAKEL; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d.

Nadere informatie

Verordening Re-integratie Participatiewet gemeente Oldebroek

Verordening Re-integratie Participatiewet gemeente Oldebroek Verordening Re-integratie Participatiewet gemeente Oldebroek Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen Artikel 1. Begrippen In deze verordening wordt verstaan onder: 1. doelgroep: personen als bedoeld in artikel

Nadere informatie

*Z C* Beslispunten 1. Aan u wordt voorgesteld de Reintegratieverordening Goeree-Overflakkee met ingang van 1 januari 2013 vast te stellen.

*Z C* Beslispunten 1. Aan u wordt voorgesteld de Reintegratieverordening Goeree-Overflakkee met ingang van 1 januari 2013 vast te stellen. Gemeenteraad van Goeree-Overflakkee Postbus 1 3240 AA MIDDELHARNIS *Z010136663C* Registratienummer : Z -13-03423/417 Agendanummer : Portefeuillehouder :Ter behandeling bij Raadsvergadering : 21 maart opsteller

Nadere informatie

gelezen ons besluit dd. 28 april 2009 betreffende het reïntegratiebeleid in het kader van de wet werk en bijstand, ioaw en ioaz,

gelezen ons besluit dd. 28 april 2009 betreffende het reïntegratiebeleid in het kader van de wet werk en bijstand, ioaw en ioaz, Beleidsregels reïntegratie Wwb gemeente Tiel 2009 Het college van burgemeester en wethouders van Tiel, gelet op de artikelen 7 en 8 en 10 tweede lid van de Wet werk en bijstand, de artikelen 34, 35 en

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van 13 december 2011, No. B

gelezen het voorstel van het college van 13 december 2011, No. B De raad van de gemeente Dronten, gelezen het voorstel van het college van 13 december 2011, No. B11.002068 gelet op artikel 147, eerste lid van de Gemeentewet en artikel 8 van de Wet werk en bijstand;

Nadere informatie

VERORDENING TEGENPRESTATIE PARTICIPATIEWET, IOAW EN IOAZ 2015

VERORDENING TEGENPRESTATIE PARTICIPATIEWET, IOAW EN IOAZ 2015 VERORDENING TEGENPRESTATIE PARTICIPATIEWET, IOAW EN IOAZ 2015 DE RAAD VAN DE GEMEENTE TEN BOER gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 26 mei 2015 nr. TB 15.5037761; gelet op artikel 8a,

Nadere informatie

De raad van de gemeente Schiermonnikoog,

De raad van de gemeente Schiermonnikoog, De raad van de gemeente Schiermonnikoog, Gelet op artikel 8a, eerste lid, onderdeel b, van de Participatiewet, artikel 35, eerste lid, onderdeel e van de Wet Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk

Nadere informatie

03.0. Verordeningen Wet werk en bijstand aangepast op de wet aanscherping WWB

03.0. Verordeningen Wet werk en bijstand aangepast op de wet aanscherping WWB 03.0. Verordeningen Wet werk en bijstand aangepast op de wet aanscherping WWB Inhoudsopgave 03.0. Verordeningen Wet werk en bijstand aangepast op de wet aanscherping WWB... 2 Raadsvoorstel Verordeningen

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Onderwerp Datum 26 oktober 2012 Re-integratieverordening Wet werk en bijstand gemeente Venray 2013 Pagina 1 van 6 De raad van Venray, gelezen het advies van de Cliëntenraad WWB van 16 oktober 2012, gelezen

Nadere informatie

Premieverordening 2012

Premieverordening 2012 Premieverordening 2012 De raad van de gemeente Hengelo, gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 22 november 2012, gelet op de Wet werk en bijstand (WWB), de Wet inkomensvoorziening oudere

Nadere informatie

besluit vast te stellen de Bijlage van de gemeente Wijchen bij de Verordening tegenprestatie

besluit vast te stellen de Bijlage van de gemeente Wijchen bij de Verordening tegenprestatie Het Algemeen Bestuur van de Modulaire Gemeenschappelijke Regeling Rijk van Nijmegen (MGR), gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van de gemeente Wijchen van 6 januari 2015; gelet op artikel

Nadere informatie

Verordening Re-integratie en activering Lansingerland 2013

Verordening Re-integratie en activering Lansingerland 2013 CVDR Officiële uitgave van Lansingerland. Nr. CVDR327366_1 30 oktober 2018 Verordening Re-integratie en activering Lansingerland 2013 Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen Artikel 1. Begripsomschrijvingen In

Nadere informatie

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ 2015

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ 2015 Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ 2015 Definitieve versie 30-10-2014 Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ 2015 De raad van de gemeente Montferland; Gelezen het

Nadere informatie

Toelichting. Artikelsgewijs

Toelichting. Artikelsgewijs Toelichting Algemeen Deze verordening regelt de ondersteuning die de gemeente biedt bij de arbeidsinschakeling van werklozen die horen tot de doelgroep. De opdracht om die ondersteuning te bieden is geregeld

Nadere informatie

Re-integratieverordening Wet werk en bijstand 2012

Re-integratieverordening Wet werk en bijstand 2012 CVDR Officiële uitgave van Neder-Betuwe. Nr. CVDR232092_2 22 mei 2018 Re-integratieverordening Wet werk en bijstand 2012 De raad van de gemeente Neder Betuwe, gelezen het voorstel van het college van burgemeester

Nadere informatie

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Peel en Maas

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Peel en Maas Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Peel en Maas DE RAAD VAN DE GEMEENTE PEEL EN MAAS Gelet op het raadsvoorstel (2016-087 07) Gelet op het bepaalde in artikel 147 en 149

Nadere informatie

gelezen ons besluit dd. 12 juli 2004 nr. A9 betreffende het reïntegratiebeleid in het kader van de wet werk en bijstand,

gelezen ons besluit dd. 12 juli 2004 nr. A9 betreffende het reïntegratiebeleid in het kader van de wet werk en bijstand, Beleidsregels reïntegratie Wwb gemeente Tiel 2004 Het college van burgemeester en wethouders van Tiel, gelet op de artikelen 7 en 8 en 10 tweede lid van de Wet werk en bijstand, de artikelen 34, 35 en

Nadere informatie

Uitvoeringsbesluit Reïntegratieverordening Wet Werk en Bijstand

Uitvoeringsbesluit Reïntegratieverordening Wet Werk en Bijstand Uitvoeringsbesluit Reïntegratieverordening Wet Werk en Bijstand Paragraaf 1 Algemene Bepalingen Artikel 1 Begripsomschrijvingen In dit besluit wordt verstaan onder: a. uitkeringsgerechtigden: personen

Nadere informatie

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving) Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie gemeente Heerhugowaard Officiële naam regeling verordening tegenprestatie gemeente Heerhugowaard 2015 Citeertitel Verordening Tegenprestatie

Nadere informatie

Reïntegratieverordening Wet werk en bijstand

Reïntegratieverordening Wet werk en bijstand NO: De raad van de gemeente Hoogeveen, gelezen het voorstel van het college van... ; gelet op de Wet werk en bijstand; gezien het advies van de raadscommissie Samenleving; overwegende dat op grond van

Nadere informatie

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Rijssen-Holten 2015

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Rijssen-Holten 2015 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Rijssen-Holten. Nr. 83916 31 december 2014 Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Rijssen-Holten 2015 Overwegingen: - dat per 1 januari

Nadere informatie

De Verordening tegenprestatie Participatiewet IOAW en IOAZ Waddinxveen 2015.;

De Verordening tegenprestatie Participatiewet IOAW en IOAZ Waddinxveen 2015.; GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Waddinxveen. Nr. 81579 24 december 2014 Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ Waddinxveen 2015 De raad van de gemeente Waddinxveen gelezen

Nadere informatie

Re-integratieverordening Wet werk en bijstand 2013

Re-integratieverordening Wet werk en bijstand 2013 CVDR Officiële uitgave van Echt-Susteren. Nr. CVDR275097_2 25 november 2015 Re-integratieverordening Wet werk en bijstand 2013 De raad van de gemeente Echt-Susteren, gezien het voorstel van burgemeester

Nadere informatie

Medewerkers met een gesubsidieerde baan krijgen een leer-werkplan om goed te functioneren op de werkplek. Beide plannen zijn maatwerk.

Medewerkers met een gesubsidieerde baan krijgen een leer-werkplan om goed te functioneren op de werkplek. Beide plannen zijn maatwerk. Re-integratieverordening WerkSaam Westfriesland Inleiding WerkSaam ondersteunt cliënten en gesubsidieerde medewerkers in hun re-integratie naar werk. Op basis van de verschillende wetten ondersteunt WerkSaam

Nadere informatie

NADERE REGELS RE-INTEGRATIEVERORDENING WWB, IOAW EN IOAZ HELMOND 2010

NADERE REGELS RE-INTEGRATIEVERORDENING WWB, IOAW EN IOAZ HELMOND 2010 Jaar: 2010 Nummer: 65 Besluit: B&W 29 juni 2010 Gemeenteblad NADERE REGELS RE-INTEGRATIEVERORDENING WWB, IOAW EN IOAZ HELMOND 2010 Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Helmond; gelet

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD 2004 nr. 150

GEMEENTEBLAD 2004 nr. 150 GEMEENTEBLAD 2004 nr. 150 De raad van de gemeente Maassluis; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 17 augustus 2004, bijlagennummer I ; gelet op artikel 149, eerste lid van de Gemeentewet,

Nadere informatie

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Venray 2017

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Venray 2017 Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Venray 2017 De raad van de gemeente Venray; gelet op artikel 8, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Participatiewet en artikel 35

Nadere informatie

Het college van burgemeester en wethouders van gemeente Grave,

Het college van burgemeester en wethouders van gemeente Grave, Het college van burgemeester en wethouders van gemeente Grave, gelet op de artikelen 7, 8a en 10 van de Participatiewet, de artikelen 34, 35 en 36 van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk

Nadere informatie

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ 2015 gemeente Midden-Drenthe

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ 2015 gemeente Midden-Drenthe De raad van de gemeente Midden-Drenthe; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 11 november 2014; gelet op artikel 8a, eerste lid, aanhef en onder b, van de Participatiewet, artikel 35

Nadere informatie

Onderwerp: Vaststelling van de Verordening Re-integratie WWB, IOAW en IOAZ 2011.

Onderwerp: Vaststelling van de Verordening Re-integratie WWB, IOAW en IOAZ 2011. Gemeente Boxmeer Onderwerp: Vaststelling van de Verordening Re-integratie WWB, IOAW en IOAZ 2011. Nummer: 6g. De Raad van de gemeente Boxmeer; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 19

Nadere informatie

Re-integratieverordening WWB, IOAW en IOAZ 2013

Re-integratieverordening WWB, IOAW en IOAZ 2013 Re-integratieverordening WWB, IOAW en IOAZ 2013 Paragraaf 1. Algemene bepalingen Artikel 1. Begripsbepalingen 1. Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en niet nader worden omschreven,

Nadere informatie

Verordening tegenprestatie Participatiewet gemeente Haarlem (versie ) De raad van de gemeente Haarlem;

Verordening tegenprestatie Participatiewet gemeente Haarlem (versie ) De raad van de gemeente Haarlem; Verordening tegenprestatie Participatiewet gemeente Haarlem (versie 10-09-2014) De raad van de gemeente Haarlem; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van [datum en nummer]; gelet op artikel

Nadere informatie

Afstemmingsverordening WWB, IOAW, IOAZ en Bbz gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 12 maart 2013;

Afstemmingsverordening WWB, IOAW, IOAZ en Bbz gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 12 maart 2013; CVDR Officiële uitgave van Gemert-Bakel. Nr. CVDR309242_1 1 mei 2018 Afstemmingsverordening WWB, IOAW, IOAZ en Bbz 2013 De raad van de gemeente Gemert-Bakel; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

Re-integratieverordening Participatiewet 2015 per (Aanpassing artikel 8)

Re-integratieverordening Participatiewet 2015 per (Aanpassing artikel 8) GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Haaren Nr. 52858 3 april 2017 Re-integratieverordening Participatiewet 2015 per 1-1-2017 (Aanpassing artikel 8) De raad van de gemeente Haaren; in zijn vergadering

Nadere informatie

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Heerenveen 2015

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Heerenveen 2015 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Heerenveen. Nr. 82635 29 december 2014 Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Heerenveen 2015 De raad van de gemeente Heerenveen;

Nadere informatie

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving) Datum uitwerkingtreding

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving) Datum uitwerkingtreding Beleidsregels Participatieverordening 2015 Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Gemeente Sint-Michielsgestel Officiële naam regeling Beleidsregels Participatieverordening

Nadere informatie

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van,

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van, Verordening tegenprestatie Participatiewet 2015 De raad van de gemeente Tiel, Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van, Gelet op artikel 8a, eerste lid, onderdeel b, van

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college burgemeester en wethouders van (datum),

gelezen het voorstel van het college burgemeester en wethouders van (datum), De Raad van de gemeente Heerenveen; gelezen het voorstel van het college burgemeester en wethouders van (datum), gelet op artikel 108, tweede lid jo. artikel 147, eerste lid van de Gemeentewet, gelet op

Nadere informatie