In het hierna volgende deel zullen aan de hand van de indeling van de afspraken in het convenant bij elk onderdeel conclusies worden getrokken.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "In het hierna volgende deel zullen aan de hand van de indeling van de afspraken in het convenant bij elk onderdeel conclusies worden getrokken."

Transcriptie

1 Conclusies getrokken door de Stichting van de Arbeid en het kabinet op grond van de evaluatie van het Convenant inzake arbeidspensioenen 1. Inleiding en samenvatting Op 9 december 1997 hebben de Stichting van de Arbeid en het toenmalige kabinet het Convenant inzake arbeidspensioenen, over kostenbeheersing, modernisering en toegankelijkheid van pensioenregelingen, afgesloten. Op basis van de onlangs gereedgekomen evaluatieonderzoeken stellen beide convenantspartijen naar genoegen vast dat de doelstellingen van het convenant gehaald zijn. Eén van de afspraken uit het convenant is dat de stijging van de structurele lasten als gevolg van modernisering van de pensioenregelingen binnen de regeling gecompenseerd moet worden, zodanig dat (ten aanzien van vijf nader genoemde factoren) op macroniveau ten hoogste van gelijkblijvende lasten sprake is. Uit het in opdracht van de partijen door de Pensioen- en Verzekeringskamer uitgevoerde onderzoek naar deze afspraak is gebleken dat de structurele lasten tijdens de looptijd van het convenant licht zijn gedaald. Bij de 102 bij de evaluatie betrokken pensioenfondsen is sprake van een daling van de structurele lasten van 0,24 procentpunt van de totale salarissom van alle bij de meting betrokken pensioenfondsen. Daarmee is de mogelijkheid die het kabinet op grond van het convenant had om eventueel bij een gebleken lastenstijging de fiscale behandeling van pensioenen terug te brengen naar middelloonregelingen komen te vervallen. Ook ten aanzien van de meer kwalitatieve doelstellingen stellen de convenantspartijen vast dat decentrale partijen betrokken bij pensioenregelingen gehoor hebben gegeven aan de oproep tot modernisering, kostenbeheersing en het vergroten van de toegankelijkheid van pensioenregelingen zoals verwoord in het convenant. In het convenant is vastgelegd dat de partijen naar aanleiding van het convenant met elkaar in overleg treden om te bezien of hernieuwde afspraken op het terrein van arbeidspensioenen wenselijk zijn. De Stichting van de Arbeid en het kabinet stellen evenwel vast dat de vraag of hernieuwde afspraken wenselijk zijn, op dit moment nog niet beantwoord kan worden. Daarvoor is het wenselijk dat de Sociaal-Economische Raad (SER) zijn advies aan het kabinet over de nieuwe Pensioenwet afgerond heeft en er zicht is op de wijze waarop het kabinet omgaat met dit advies. Daarnaast is van belang dat de Stichting van de Arbeid op dit moment hernieuwde aanbevelingen voorbereidt op het terrein van de arbeidspensioenen. Ook deze aanbevelingen en de wijze waarop het kabinet reageert op deze aanbevelingen zijn van belang bij de overweging al dan niet een nieuw convenant te sluiten. Partijen stellen voor deze ontwikkelingen af te wachten alvorens met elkaar in overleg te treden. In het hierna volgende deel zullen aan de hand van de indeling van de afspraken in het convenant bij elk onderdeel conclusies worden getrokken. 2. Financiering oudedagsvoorziening In paragraaf 2 van het convenant verplicht de overheid zich tot het voeren van een beleid gericht op het behoud van een volwaardig AOW-basispensioen. Dit beleid moet er mede toe 1

2 leiden dat in de toekomst de koppeling van de AOW aan de lonen conform de WKA mogelijk blijft. Partijen constateren dat gedurende de looptijd van het convenant de AOW volledig op basis van de WKA gekoppeld is geweest aan de lonen. Partijen stellen daarnaast vast dat met de door het kabinet genomen maatregelen ten aanzien van het financieringssysteem van de AOW en de voorgestelde beleidsinzet ten aanzien van arbeidsparticipatie, met name van ouderen, een volwaardig basispensioen ook in de toekomst in voldoende mate gewaarborgd is. Voor zover het de financiering van de AOW betreft, gaat het hierbij om reeds bij het afsluiten van het convenant voorgenomen maatregelen ten behoeve van het vergroten van het draagvlak door maximering van de AOW-premie en de vorming van het Spaarfonds AOW, welke inmiddels hun beslag in wetgeving hebben gekregen. Voor zover het de arbeidsparticipatie betreft, kan gewezen worden op het Kabinetsstandpunt Bevordering Arbeidsdeelname Oudere Werknemers en de Aanbevelingen en suggesties uit het SER-advies Bevordering arbeidsdeelname ouderen van de Stichting van de Arbeid, beide uit In paragraaf 6, participatiebevorderend ouderenbeleid, zal hier nader op worden ingegaan. Hoewel de arbeidsparticipatie van ouderen stijgend is, realiseren de convenantspartijen zich dat, om dit nog verder te verbeteren, hier blijvend aandacht voor nodig is. 3. Beheersing van de lasten van de aanvullende pensioenregelingen. In het Convenant inzake arbeidspensioenen verplichten sociale partners zich om de ontwikkeling van de totale pensioenlasten te beheersen. Naast exogene factoren, zoals de ontwikkeling van de inflatie, de rendementen van geïnvesteerde premies, en vergrijzing en het langlevenrisico, onderkennen partijen meer beleidsmatige, endogene factoren die de pensioenlasten kunnen doen stijgen, zoals wijzigingen van de pensioenregelingen met het oog op modernisering. Exogene factoren Ten aanzien van de exogene factoren is afgesproken dat sociale partners er zorg voor dragen dat eventuele institutionele belemmeringen om tot noodzakelijke beleidsaanpassingen te komen, worden verwijderd. Hierbij is verwezen naar aanbeveling 19 van de Aanbevelingen gericht op vernieuwing van pensioenregelingen van de Stichting van de Arbeid van mei In aanbeveling 19 wordt gepleit voor: integratie van besluitvorming over de loonontwikkeling en over de inhoud van pensioenregelingen; het ontdoen van de pensioenregelingen van automatismen ter zaken van de zogeheten backservice, zoals het niet meenemen van alle individuele salarisstijgingen, het ontdoen van de regeling van onvoorwaardelijke toezeggingen terzake indexatie- of toeslagbeleid en het niet langer automatisch volgen van de AOW bij de franchise; het hanteren van een expliciete kostendoelstelling bij de vernieuwing van pensioenregelingen; het vergroten van de inspanningen om met deskundige hulp het beleggingsbeleid te optimaliseren; 2

3 het door partijen aan besturen van pensioenfondsen opdragen van het regelmatig (bijvoorbeeld eens in de vijf jaar) uitvoeren van een grondige verkenning van de kostenontwikkeling uit hoofde van de pensioenregeling. Ten aanzien van het ontdoen van automatismen terzake van de zogeheten backservice merken partijen op dat op het einde van de evaluatieperiode blijkt dat slechts een klein deel van de actieve deelnemers valt onder een eindloonregeling die geen enkele beperking kent en dus een zuivere eindloonregeling is: 6%. Ten opzichte van de start van het convenant is dit percentage licht gedaald: op was dit 8%. Deze ontwikkeling beoordelen de convenantspartijen als positief en in lijn met het convenant. Partijen constateren voorts naar tevredenheid dat het aantal regelingen met een onvoorwaardelijke toezegging ten aanzien indexatie of toeslagverlening van opgebouwde aanspraken of ingegane pensioenen erg laag is en tijdens de looptijd van het convenant verder is gedaald. Per kenden 1,4% van de gepensioneerden een onvoorwaardelijk geïndexeerd pensioen, per is dit nog slechts 0,9%. Ook het aantal actieve deelnemers met een middelloonregeling met een onvoorwaardelijke indexatie van de opgebouwde aanspraken, is gedurende de looptijd van het convenant gedaald van ruim 11% per naar ruim 9% per Ook het aantal actieve deelnemers dat valt onder een regeling waarbij de franchise (via een bepaalde formule) gebaseerd is op de AOW en de stijging van de AOW ook automatisch wordt gevolgd, is gedaald van ruim 45% op naar een kleine 39% per Naast franchises die gebaseerd worden op de AOW en de ontwikkeling van de AOW ook automatisch volgen, zijn er beleidsmatige vastgestelde franchises. Het aantal beleidsmatige vastgestelde franchises dat bij de indexatie de ontwikkeling van de AOW volgt, is ook afgenomen, van bijna 27% van de actieve deelnemers in 1998 naar 23% van de actieve deelnemers per Convenantspartijen stellen vast dat daarmee de beleidsruimte voor fondsen in de convenantspartijen in lijn met de afspraken is toegenomen. Uit de evaluatieonderzoeken blijkt dat het aantal pensioenfondsen dat deskundige hulp gebruikt bij het beleggingsbeleid in de convenantsperiode is gestegen. Bij de 102 bij de Meetwijzer onderzochte fondsen is het aantal ALM-studies in de convenantsperiode sterk gestegen. Bezien over een periode van 5 jaar is het aantal ALM-studies door fondsen uitgevoerd fors toegenomen. Van in , tot in Gedurende het totaal van deze jaren heeft bovendien ruim 86% van de onderzochte fondsen één of meer ALM-studies uitgevoerd. Partijen concluderen op basis van bovenstaande dat de doelstelling van het convenant ten aanzien van de exogene factoren er zorg voor dragen dat eventuele institutionele belemmeringen om tot noodzakelijke beleidsaanpassingen te komen, worden verwijderd, in voldoende mate bereikt is. Endogene factoren Ten aanzien van de beheersing van de lastenontwikkeling als gevolg van de endogene factoren is afgesproken dat de sociale partners er zorg voor dragen dat ten aanzien van de met vijf specifiek genoemde factoren samenhangende lastenontwikkeling binnen de regeling wordt opgevangen. Dit moet zodanig plaatsvinden dat er per saldo sprake is van ten hoogste gelijkblijvende pensioenlasten op macro niveau. 3

4 Partijen constateren naar tevredenheid dat uit het door de Pensioen- en Verzekeringskamer in opdracht van de convenantspartijen uitgevoerde evaluatieonderzoek blijkt dat deze doelstelling gehaald is. Uit de kostenmeting bij de 102 grootste pensioenfondsen blijkt dat sprake is van een structurele daling van 0,24 procentpunt van de totale salarissom van alle bij de meting betrokken pensioenfondsen. Daarmee is de structurele lastenontwikkeling gebleven binnen de afspraak om de lasten ten aanzien van de vijf factoren op macroniveau ten hoogste gelijk te laten blijven. De mogelijkheid die het kabinet op grond van het convenant had om eventueel bij een gebleken lastenstijging de fiscale behandeling van pensioenen terug te brengen naar middelloonregelingen, is op grond van deze ontwikkeling komen te vervallen. 4. Betere toegang tot de aanvullende pensioenregelingen In het convenant doen het kabinet en de Stichting van de Arbeid een beroep op werkgevers en werknemers om daar waar nog geen sprake is van een aanvullende pensioenregeling of toegangsdrempels in de regeling zijn opgenomen, tot afspraken te komen over het slechten van deze drempels en het totstandkomen van aanvullende pensioenregelingen. Daarbij wordt verwezen naar aanbeveling 9 en 10 van de Aanbevelingen gericht op vernieuwing van pensioenregelingen van de Stichting van de Arbeid. Daarin wordt opgeroepen om zoveel mogelijk flexibele werknemers met een flexibel contract en eventuele uitgesloten specifieke beroepsgroepen tot de regeling toe te laten. Ook wordt in overweging gegeven minimumleeftijdsgrenzen met betrekking tot deelname aan de regeling af te schaffen. Uit de evaluatie van de SER blijkt dat het aantal actieve deelnemers dat valt onder een regeling waarbij geen enkele specifieke groep wordt uitgesloten, onveranderd hoog is gebleven (per gold dit voor 93,8%, per voor 93,9%). Het aantal fondsen met een wachttijd is laag, en is tijdens de looptijd van het convenant licht gedaald. Bestond er per voor 3,7% van de actieve deelnemers een wachttijd, per is dit gedaald tot 3,3%. Ten opzichte van 1998 is het aantal actieve deelnemers voor wie geen toetredingsleeftijd geldt, aanzienlijk toegenomen. Van 31% per naar 54% per De convenantspartijen concluderen dat de oproep in het convenant in belangrijke mate opgevolgd is. 5. Privatisering van het FVP In het convenant heeft het kabinet zich tot een inspanning verplicht om de aan het parlement voorgelegde privatisering van het FVP te volbrengen. In 1998 is het FVP aan de sociale partners overgedragen. Partijen stellen vast dat het kabinet daarmee zijn verplichting uit het convenant heeft volbracht. 6. Participatie bevorderend ouderenbeleid In het convenant hebben partijen vastgelegd groot belang te hechten aan een beleid gericht op het bevorderen van de participatie van ouderen. De aandacht is nogmaals gevestigd op de aanbevelingen van de Stichting van de Arbeid over een participatie bevorderend ouderenbeleid. 4

5 Voorts schrijven partijen ernaar te streven eventuele knelpunten wat betreft arbeidspensioenen in relatie tot participatie van ouderen, uit de weg te ruimen. In dit kader kan gewezen worden op het in 2000 vastgestelde kabinetsstandpunt ten aanzien van de arbeidsparticipatie van ouderen Bevordering Arbeidsdeelname Oudere Werknemers. In deze beleidsnotitie wijst het kabinet op de noodzaak om de arbeidsparticipatie van oudere werknemers te laten stijgen, onder andere om voldoende financieel draagvlak voor de sociale zekerheid en de te verwachten oplopende kosten in de zorg te kunnen behouden. Vastgelegd is dat een jaarlijkse stijging van de arbeidsparticipatie van de groep jarigen van 0,75 procentpunt per jaar zal worden nagestreefd. Daartoe zijn op vele fronten veranderingen nodig, zowel op decentraal niveau in de bedrijfsorganisaties, als in de regelingen via welke de oudere werknemers de arbeidsmarkt verlaten. Naast zaken als het geven van financiële stimulansen voor werkgevers en het herzien van de arbeidsverplichtingen voor oudere werklozen noemt het kabinet specifiek op het terrein van pensioenen een drietal doelstellingen: Als werknemers een stap terug willen doen in hun loopbaan, mogen bij een eindloonregeling pensioenrechten over de verstreken periode niet verloren gaan. Door een recht te creëren op een zogenaamde knipbepaling, die overigens al in veel pensioenregelingen is ingevoerd, kan dit worden gerealiseerd. Het kabinet wil dat op termijn alle VUT-regelingen omgezet worden in meer actuarieel neutrale prepensioenregelingen. Daardoor worden de kosten voor het vervroegd uittreden meer bij het individu gelegd en wordt het aantrekkelijker om langer te blijven doorwerken. Om die reden zullen VUT-regelingen vanaf 2009 alleen nog fiscaal gefacilieerd worden voorzover het om regelingen gaat ter begeleiding van een overgang van VUT naar prepensioen. Vanaf 2022 zouden ook deze regelingen niet langer fiscaal gefacilieerd worden. Voorts roept het kabinet sociale partners op de pensioenopbouw bij arbeidsongeschiktheid dusdanig aan te passen, dat reïntegratie niet ontmoedigd wordt omdat pensioenopbouw daarbij verslechterd. In 2000 heeft Stichting van de Arbeid Aanbevelingen en suggesties uit het SER-advies Bevordering arbeidsdeelname ouderen het licht doen zien. Hierin wordt de noodzaak van verhoging van de arbeidsparticipatie van ouderen onderstreept. Beleid dient gericht te zijn op normalisering van de arbeidsmarktpositie van ouderen. Daartoe worden twee hoofdsporen van beleid onderscheiden. Ten eerste voortzetting en ontwikkeling van een adequaat leeftijdsbewust personeelsbeleid binnen ondernemingen. Ten tweede verbetering van de incentivestructuur van arbeidsvoorwaardelijke- en uittredingsregelingen. In dat kader is omzetting van VUT-regelingen in flexibele pensioenregelingen van groot belang. Partijen constateren dat het proces van omzetting van VUT in prepensioenregelingen inmiddels in gang is gezet op decentraal niveau. Ook kan worden vastgesteld dat de sociale partners zich geschaard hebben achter de oproep van het kabinet reïntegratiebelemmerende aspecten uit pensioenregelingen te halen. Onlangs hebben zij deze oproep aan hun achterban verscherpt herhaald. Deze oproep zal vóór 2002 geëvalueerd worden. Partijen concluderen dat er ten aanzien van de arbeidsparticipatie van ouderen veel in gang gezet is, maar realiseren zich dat op dit punt nog veel bereikt moet worden. 7. De Verplichtstelling 5

6 Het door het kabinet in de nota Flexibilisering en verplichtstelling in de pensioensector vastgelegde uitgangspunt om de verplichtstelling te handhaven, is in het convenant door partijen bevestigd. Dit uitgangspunt is inmiddels ook vastgelegd in een herziene Wet verplichte deelneming in een bedrijftakpensioenfonds (Wet Bpf). Tevens zijn in 1998 een aantal nieuwe vrijstellingsgronden geïntroduceerd, zoals vrijstelling in verband met concernvorming, in verband met een eigen cao, en in verband met onvoldoende beleggingsrendement. Bij deze laatste vrijstelling gaat het alleen om vrijstelling van de verplichte uitvoering van de regeling bij het fonds, de regeling zelf blijft verplicht gelden. Partijen stellen vast dat het kabinet hiermee de inzet van het convenant waargemaakt heeft. 8. Afbakening werkterrein pensioenfondsen en verzekeraars. In het convenant constateren partijen dat er steeds meer individuele keuzes binnen pensioenregelingen komen. Dat maakt een heldere taakafbakening tussen de diverse pensioenuitvoerders noodzakelijk. Uitgangspunt daarbij is dat pensioenfondsen zich beperken tot producten waarbij sprake is van collectieve elementen en daarmee verbonden solidariteit. Inmiddels heeft het parlement de mede op basis van advisering van de Stichting van de Arbeid uit 1999 vormgegeven Regeling taakafbakening pensioenfondsen vastgesteld. Hierin zijn regels ten aanzien van vrijwillige voortzetting van pensioenopbouw na ontslag, en ten aanzien van vrijwillige voorzieningen vastgelegd. Vrijwillige voortzetting is gemaximeerd in duur. Vrijwillige voorzieningen zijn alleen mogelijk als aan één of meerdere van een aantal in de regeling genoemde solidariteitscriteria wordt voldaan. Voorts is in dit kader in de Wet Bpf de verplichting tot het hanteren van een doorsneepremie ingevoerd. In de nieuwe Pensioenwet zullen nog enkele overige punten geregeld worden. Partijen stellen vast dat het kabinet hiermee in voldoende mate heeft voldaan aan de toezegging deze afbakening met behulp van wetgeving te regelen. 9. Modernisering pensioenregelingen In de inleiding van het convenant stellen partijen vast dat modernisering van de pensioenregelingen met het oog op veranderingen in de samenleving zoals het tweeverdienerschap, het toenemend aantal alleenstaanden en de veranderende arbeidspatronen, één van de redenen voor het sluiten van het convenant is. Ten aanzien van afspraken hierover wordt in paragraaf 9.3 verwezen naar de aanbevelingen 7 tot en met 19 uit de Aanbevelingen gericht op vernieuwing van pensioenregelingen van de Stichting van de Arbeid uit In het onderzoek zoals uitgevoerd door de SER-pensioencommissie worden deze afspraken geëvalueerd. Uit deze evaluatie blijkt dat de franchise in de convenantsperiode in structurele zin voor de 102 onderzochte fondsen uit de Pensioenmeetwijzer gemiddeld met 1300 gulden is gedaald. Indien alleen rekening wordt gehouden met de 33 fondsen die de franchise structureel verlaagd hebben, dan bedraagt de gemiddelde daling zelfs circa 5200 gulden. Bij deze 33 fondsen is ongeveer een kwart van het aantal actieven aangesloten. Partijen constateren dat bij regelingen die hun franchise hebben aangepast, deze fors verlaagd is. In hoeverre bij de fondsen die geen structurele wijziging in hun franchise hebben aangebracht, sprake is van een relatief hoge of 6

7 lage franchise kan op grond van deze gegevens niet vastgesteld worden. De convenantspartijen achten het zinvol hier een nader onderzoek naar uit te voeren. Het aantal regelingen met een flexibele pensioenleeftijd is aanzienlijk toegenomen. In 1998 gold voor ruim 54% van de actieve deelnemers de mogelijkheid eerder of later met pensioen te gaan. Per is dit opgelopen tot iets meer dan 81%. Deze wijziging is in lijn met de aanbevelingen uit het convenant. Ook stellen partijen vast dat tijdens de looptijd van het convenant het aantal CAO s met afspraken over omzetting van VUT in prepensioen gestegen is van 15% in 1997 naar 66% in 1998, hoewel uit het onderzoek niet afgeleid kan worden of het om studie-afspraken gaat of om concrete afspraken die uitgewerkt zijn of die nog uitgewerkt moeten worden. Wel is bekend dat actuariële neutraliteit (de uitkering is afhankelijk van de mate van vervroeging of uitstel) bij de afspraken een grote rol speelt. De partijen vinden deze ontwikkeling in lijn met de afspraak in het convenant, maar constateren tegelijkertijd dat er nog veel gebeuren moet. Het aantal regelingen waarbij toeslagen of andere flexibele beloningselementen worden meegenomen is, conform de oproep in de aanbevelingen van de sociale partners waar in het convenant naar verwezen is, gestegen. Partijen vinden dit, gegeven de toenemende flexibilisering van beloning een gewenste ontwikkeling. Partijen stellen vast dat de mogelijkheden om op vrijwillige basis de risicodekking van nabestaandenpensioen, invaliditeitspensioen en opbouw van ouderdomspensioen voort te zetten, ruim zijn. Dat geldt voor vrijwel alle actieve deelnemers ingeval van ouderschapsverlof. Maar ook bij andere vormen van verlof kunnen de mogelijkheden voor vrijwillige voortzetting gunstig genoemd worden. Zo is bij onbetaald verlof voor driekwart van de deelnemers voortzetting mogelijk ten aanzien van risicodekking van nabestaandenpensioen, invaliditeitspensioen en het ouderdomspensioen. Hoewel de onderzoeksgegevens een vergelijking tussen het begin van het convenant en het einde niet mogelijk maken, concluderen de convenantspartijen dat in belangrijke mate voldaan is aan de doelstelling die afgesproken is in het convenant. In de periode heeft een forse herbezinning op het nabestaandenpensioen plaatsgehad. Met name het aantal deelnemers dat valt onder een regeling met een nabestaandenpensioen op opbouwbasis (waarbij ontslagaanspraken worden meegegeven), is fors afgenomen, van 95% naar ruim 64%. Het aantal regelingen dat in het geheel geen nabestaandenpensioen kent is gestegen van 4% naar 8%. Het aantal deelnemers dat valt onder een vrijwillige regeling, ten opzichte van het aantal verplichte regelingen, is gestegen van ruim 3% naar ruim 5%. Het aantal deelnemers dat valt onder een regeling waarbij het nabestaandenpensioen conform artikel 2b PSW omgeruild kan worden in een ouderdomspensioen is tijdens de convenantsperiode gestegen van 22% naar 43%. Ook hier concluderen partijen dat de afspraken uit het convenant in belangrijke mate gerealiseerd zijn. Partijen stellen op basis van bovenstaande vast dat de pensioenregelingen gedurende de looptijd in belangrijke mate vernieuwd en gemoderniseerd zijn. 1 juni

5. Kostenbeheersing. 5.1 Inleiding

5. Kostenbeheersing. 5.1 Inleiding 35 5. Kostenbeheersing 5.1 Inleiding Een andere doelstelling van het Convenant inzake de arbeidspensioenen is het realiseren van kostenbeheersing in de arbeidspensioenregelingen in het kader van een verantwoord

Nadere informatie

Overzicht en kerncijfers pensioenregelingen Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Baksteenindustrie

Overzicht en kerncijfers pensioenregelingen Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Baksteenindustrie Overzicht en kerncijfers pensioenregelingen Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Baksteenindustrie Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Baksteenindustrie (BPF Baksteen) is opgericht op 1-4-1957.

Nadere informatie

Nieuwe pensioenregeling vanaf 1 januari 2015. Jan Raaijmakers Aad van der Tak Michel Stok Voorzitter Manager Pensioenfonds Extern actuarieel adviseur

Nieuwe pensioenregeling vanaf 1 januari 2015. Jan Raaijmakers Aad van der Tak Michel Stok Voorzitter Manager Pensioenfonds Extern actuarieel adviseur Nieuwe pensioenregeling vanaf 1 januari 2015 Jan Raaijmakers Aad van der Tak Michel Stok Voorzitter Manager Pensioenfonds Extern actuarieel adviseur Agenda 1. Rol klankbordgroep 2. Waarom een nieuwe pensioenregeling?

Nadere informatie

Advies van de Raad voor het Overheidspersoneelsbeleid inzake Werken aan Zekerheid

Advies van de Raad voor het Overheidspersoneelsbeleid inzake Werken aan Zekerheid Advies van de Raad voor het Overheidspersoneelsbeleid inzake Werken aan Zekerheid Advies nummer 11 's-gravenhage, 29 juli 1997 ROP-advies nr. 11, blad 2 1. Inleiding Bij brief van 17 september 1996 hebben

Nadere informatie

Sociaal-Economische Raad Werkgroep Evaluatieonderzoek Convenant Arbeidspensioenen RAPPORT EVALUATIEONDERZOEK CONVENANT ARBEIDSPENSIOENEN

Sociaal-Economische Raad Werkgroep Evaluatieonderzoek Convenant Arbeidspensioenen RAPPORT EVALUATIEONDERZOEK CONVENANT ARBEIDSPENSIOENEN Sociaal- Economische Raad Bezuidenhoutsweg 60 Postbus 90405 2509 LK Den Haag Tel: 070 3 499 499 Fax: 070 3 832 535 Internet: http://www.ser.nl Sociaal-Economische Raad Werkgroep Evaluatieonderzoek Convenant

Nadere informatie

4. Toegankelijkheid. 4.1 Inleiding

4. Toegankelijkheid. 4.1 Inleiding 30 4. Toegankelijkheid 4.1 Inleiding Naar aanleiding van de resultaten van een onderzoek naar de witte vlekken op pensioengebied 31 constateren de convenantspartijen dat de noodzaak blijft bestaan om de

Nadere informatie

Het uitgangspunt bij de totstandkoming van de nieuwe pensioenregeling was: te komen tot een nieuwe, betaalbare en duurzame pensioenregeling voor AZL.

Het uitgangspunt bij de totstandkoming van de nieuwe pensioenregeling was: te komen tot een nieuwe, betaalbare en duurzame pensioenregeling voor AZL. AZL NV Pensioenregeling met ingang van 2013 Het uitgangspunt bij de totstandkoming van de nieuwe pensioenregeling was: te komen tot een nieuwe, betaalbare en duurzame pensioenregeling voor AZL. We kunnen

Nadere informatie

S A M E N V A T T I N G

S A M E N V A T T I N G 5 6 Samenvatting Adviesaanvraag Op 28 mei 2004 heeft de raad een adviesaanvraag van de Tweede Kamer ontvangen over het ouderenbeleid op middellange en lange termijn. Het advies is bedoeld voor de themacommissie

Nadere informatie

3.4. Verplichtstelling en maximale hoogte van het pensioen

3.4. Verplichtstelling en maximale hoogte van het pensioen Bij een eindloonregeling bouwt u veel meer pensioen op als u gedurende uw werkzame leven behoorlijk carrière maakt (lees salarisstijgingen ontvangt). Want u ontvangt het pensioen over uw laatste en dus

Nadere informatie

AANVULLENDE PENSIOENREGELING

AANVULLENDE PENSIOENREGELING AANVULLENDE PENSIOENREGELING Stichting Bedrijfspensioenfonds voor de Agrarische en Voedselvoorzieningshandel Uw pensioen is onze zorg. Inleiding Voor u ligt de brochure over de aanvullende pensioenregelingen

Nadere informatie

Een nadere analyse van de ontwikkeling van de franchise in de periode

Een nadere analyse van de ontwikkeling van de franchise in de periode Een nadere analyse van de ontwikkeling van de franchise in de periode 1998-2001 Uitgevoerd door het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Den Haag, september 2003 Inleiding In juni 2001 is de

Nadere informatie

Toelichting principe CAO akkoord ten aanzien van pensioen in de Koopvaardij 24, 26 EN 27 NOVEMBER 2014

Toelichting principe CAO akkoord ten aanzien van pensioen in de Koopvaardij 24, 26 EN 27 NOVEMBER 2014 Toelichting principe CAO akkoord ten aanzien van pensioen in de Koopvaardij 24, 26 EN 27 NOVEMBER 2014 Opmerkingen vooraf / disclaimer / contactinformatie Mercer heeft de presentatie gemaakt voor de achterban

Nadere informatie

Informatiebijeenkomsten maart 2006. Werknemers geboren vanaf 1950 t/m 1952

Informatiebijeenkomsten maart 2006. Werknemers geboren vanaf 1950 t/m 1952 Informatiebijeenkomsten maart 2006 Werknemers geboren vanaf 1950 t/m 1952 1 Agenda Waarom een nieuwe pensioenregeling? Algemene informatie over uw pensioen Gevolgen nieuwe regeling Overig (o.a. extra rechten,

Nadere informatie

REGLEMENT AANVULLINGSREGELINGEN PER 1 JANUARI 2006 STICHTING BEDRIJFSTAKPENSIOENFONDS VOOR DE HANDEL IN BOUWMATERIALEN

REGLEMENT AANVULLINGSREGELINGEN PER 1 JANUARI 2006 STICHTING BEDRIJFSTAKPENSIOENFONDS VOOR DE HANDEL IN BOUWMATERIALEN REGLEMENT AANVULLINGSREGELINGEN PER 1 JANUARI 2006 STICHTING BEDRIJFSTAKPENSIOENFONDS VOOR DE HANDEL IN BOUWMATERIALEN Februari 2011 HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1.1 Inleidende bepalingen 1.

Nadere informatie

Rapport. AWVN Pensioenbenchmark 2015

Rapport. AWVN Pensioenbenchmark 2015 Rapport AWVN Pensioenbenchmark 2015 1 Inhoudsopgave Inleiding... 4 Totaal... 5 Bedrijfstakpensioenfondsen... 8 Ondernemingspensioenfondsen... 11 Opdrachtgever: AWVN Samensteller: Ian Lendering Telefoon:

Nadere informatie

Collectieve Arbeidsovereenkomst over pensioenen. Tronox Pigments (Holland) B.V. Rotterdam-Botlek

Collectieve Arbeidsovereenkomst over pensioenen. Tronox Pigments (Holland) B.V. Rotterdam-Botlek Collectieve Arbeidsovereenkomst over pensioenen Voor de werknemers in dienst van Tronox Pigments (Holland) B.V. te Rotterdam-Botlek Looptijd 1 januari 2015 t/m 31 december 2019 Tronox Pigments (Holland)

Nadere informatie

PENSIOENREGLEMENT V OVERGANGSREGELING VOOR DEELNEMERS GEBOREN OP OF NA 1 JANUARI 1950

PENSIOENREGLEMENT V OVERGANGSREGELING VOOR DEELNEMERS GEBOREN OP OF NA 1 JANUARI 1950 PENSIOENREGLEMENT V OVERGANGSREGELING VOOR DEELNEMERS GEBOREN OP OF NA 1 JANUARI 1950 STICHTING BEDRIJFSTAKPENSIOENFONDS VOOR HET BEROEPSVERVOER OVER DE WEG GELDEND VANAF 1 JANUARI 2006 April 2015 OVERGANGSREGELING

Nadere informatie

Veranderingen in de Pensioenwereld

Veranderingen in de Pensioenwereld Veranderingen in de Pensioenwereld Veranderingen in de Pensioenwereld staan voor de deur U hebt er vast al van gehoord, de pensioenwereld gaat de komende tijd drastische veranderingen doormaken. Zowel

Nadere informatie

Pensioenkaart van Nederland Stand van zaken 1999 en vergelijking met de Pensioenkaart van Nederland van 1987 SAMENVATTING EN CONCLUSIES

Pensioenkaart van Nederland Stand van zaken 1999 en vergelijking met de Pensioenkaart van Nederland van 1987 SAMENVATTING EN CONCLUSIES Pensioenkaart van Nederland Stand van zaken 1999 en vergelijking met de Pensioenkaart van Nederland van 1987 SAMENVATTING EN CONCLUSIES SAMENVATTING EN CONCLUSIES In opdracht van de Sociaal-Economische

Nadere informatie

Uitvoeringsreglement Stichting Bedrijfstakpensioenfonds Waterbouw

Uitvoeringsreglement Stichting Bedrijfstakpensioenfonds Waterbouw Uitvoeringsreglement Stichting Bedrijfstakpensioenfonds Waterbouw Artikel 1 Definities De begripsomschrijvingen zoals opgenomen in het Pensioenreglement Stichting Bedrijfstakpensioenfonds Waterbouw (hierna:

Nadere informatie

ONDERWERP PRESENTATIE IS EEN STELSELWIJZIGING IN BELANG VAN U ALS DEELNEMER? GENOEMDE ONTWIKKELINGEN / PROBLEMEN OM ONS PENSIOEN STELSEL TE WIJZIGEN

ONDERWERP PRESENTATIE IS EEN STELSELWIJZIGING IN BELANG VAN U ALS DEELNEMER? GENOEMDE ONTWIKKELINGEN / PROBLEMEN OM ONS PENSIOEN STELSEL TE WIJZIGEN ONDERWERP PRESENTATIE IS EEN STELSELWIJZIGING IN BELANG VAN U ALS DEELNEMER? GENOEMDE ONTWIKKELINGEN / PROBLEMEN OM ONS PENSIOEN STELSEL TE WIJZIGEN 1 GEVOLGEN DEMOGRAFISCHE ONTWIKKELINGEN 2 REKENRENTE,

Nadere informatie

S A M E N V A T T I N G

S A M E N V A T T I N G 5 6 Samenvatting Dit advies bevat een reactie op: De adviesaanvraag van de staatssecretaris van SZW van 25 mei 2005 over het wegnemen van belemmeringen voor doorwerken na 65 jaar. Naast een algemene vraag

Nadere informatie

De meest gestelde vragen over het pensioenakkoord van de Stichting van de Arbeid (StvdA).

De meest gestelde vragen over het pensioenakkoord van de Stichting van de Arbeid (StvdA). CB 10115 AB 10066 CBAC 10163 WP 10074 De meest gestelde vragen over het pensioenakkoord van de Stichting van de Arbeid (StvdA). 1. Wanneer gaat de AOW-leeftijd omhoog? 2. Blijft de hoogte van de AOW-uitkering

Nadere informatie

Bedrijfstakpensioenfonds voor de Bitumineuze- en Kunststof Dakbedekkingsbedrijven

Bedrijfstakpensioenfonds voor de Bitumineuze- en Kunststof Dakbedekkingsbedrijven 6b Bitumineuze- en Kunststof Dakbedekkingsbedrijven (Bpf-Bikudak) 65 P E N S I O E N R E G E L I N G U T A - W E R K N E M E R S Jaarboek Pensioen- en bedrijfstakeigen regelingen in de sector bouwnijverheid

Nadere informatie

Versobering van de fiscale pensioenopbouw

Versobering van de fiscale pensioenopbouw Versobering van de fiscale pensioenopbouw 1. Hoofdlijnen van het wetsvoorstel Als het aan het kabinet ligt, dan wordt het Witteveenkader op drie manieren aangepast: verhoging van de pensioenrichtleeftijd,

Nadere informatie

Overzicht vragen gesteld tijdens inloopsessies met betrekking tot de nieuwe pensioenregeling

Overzicht vragen gesteld tijdens inloopsessies met betrekking tot de nieuwe pensioenregeling Overzicht vragen gesteld tijdens inloopsessies met betrekking tot de nieuwe pensioenregeling 1. Waarom wordt het nieuwe pensioenreglement pas later uitgereikt? Antwoord: De pensioenregeling is gebaseerd

Nadere informatie

Vroegpensioen en verlofsparen in transitie

Vroegpensioen en verlofsparen in transitie Hoofdstuktitel Vanaf 1 januari 2006 schrapt de Wet aanpassing fiscale behandeling VUT/Prepensioen en introductie levensloopregeling (Wet VPL) de belastingvoordelen voor VUT en prepensioenregelingen. Tegelijkertijd

Nadere informatie

Onderhandelingsresultaat SCO en VSO inzake toekomst ABP-pensioen en financiële

Onderhandelingsresultaat SCO en VSO inzake toekomst ABP-pensioen en financiële Onderhandelingsresultaat SCO en VSO inzake toekomst ABP-pensioen en financiële positie ABP. Algemene uitgangspunten Partijen zijn het eens over het streven naar een structurele pensioenregeling die voldoet

Nadere informatie

Update! WIJZIGINGEN PENSIOENREGELING PER 1 JANUARI 2015. bpfhibin.nl

Update! WIJZIGINGEN PENSIOENREGELING PER 1 JANUARI 2015. bpfhibin.nl Update! bpfhibin.nl stichting bedrijfstakpensioenfonds voor de handel in bouwmaterialen December 2014 Kunt u uw werknemers uitleggen wat er per 1 januari 2015 is veranderd aan hun pensioen? WIJZIGINGEN

Nadere informatie

PENSIOENREGLEMENT V OVERGANGSREGELING VOOR DEELNEMERS GEBOREN OP OF NA 1 JANUARI 1950

PENSIOENREGLEMENT V OVERGANGSREGELING VOOR DEELNEMERS GEBOREN OP OF NA 1 JANUARI 1950 PENSIOENREGLEMENT V OVERGANGSREGELING VOOR DEELNEMERS GEBOREN OP OF NA 1 JANUARI 1950 STICHTING BEDRIJFSTAKPENSIOENFONDS VOOR HET BEROEPSVERVOER OVER DE WEG GELDEND VANAF 1 JANUARI 2006 Januari 2018 OVERGANGSREGELING

Nadere informatie

Aanpassing pensioenregeling een must. Presentatie: Marcel Brussee / voorzitter SPH Kees Lekkerkerker / directeur HRM

Aanpassing pensioenregeling een must. Presentatie: Marcel Brussee / voorzitter SPH Kees Lekkerkerker / directeur HRM Aanpassing pensioenregeling een must Presentatie: Marcel Brussee / voorzitter SPH Kees Lekkerkerker / directeur HRM 1 Aanpassing pensioenregeling een must Inhoud Marcel Brussee: Achtergrond wijzigingen

Nadere informatie

17 mei 2001 Publicatienr. 05/01

17 mei 2001 Publicatienr. 05/01 Moderne en betaalbare pensioenen voor alle werknemers Geactualiseerde agenda met aanbevelingen voor het decentrale pensioenoverleg voor de komende jaren 17 mei 2001 Publicatienr. 05/01 INHOUDSOPGAVE 1.

Nadere informatie

Informatiebijeenkomsten maart 2006. Werknemers geboren vóór 1950

Informatiebijeenkomsten maart 2006. Werknemers geboren vóór 1950 Informatiebijeenkomsten maart 2006 Werknemers geboren vóór 1950 1 Agenda Waarom een nieuwe pensioenregeling? Algemene informatie over uw pensioen Gevolgen nieuwe regeling Overig (o.a. extra rechten, partnerpensioen)

Nadere informatie

Advies van de Raad voor het Overheidspersoneelsbeleid inzake Taakafbakening pensioenfondsen

Advies van de Raad voor het Overheidspersoneelsbeleid inzake Taakafbakening pensioenfondsen Advies van de Raad voor het Overheidspersoneelsbeleid inzake Taakafbakening pensioenfondsen Advies nummer 12 's-gravenhage, 18 maart 1998 1 Advies van de Raad voor het overheidspersoneelsbeleid inzake

Nadere informatie

Regeling taakafbakening pensioenfondsen

Regeling taakafbakening pensioenfondsen FI, SZW Regeling taakafbakening pensioenfondsen Regeling van de Minister van Financiën en de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 20 december 2000, houdende nadere afbakening van de

Nadere informatie

de pensioengerechtigde leeftijd of bij eerder overlijden, zoals aanspraken op ouderdomsen nabestaandenpensioen en pré-pensioen.

de pensioengerechtigde leeftijd of bij eerder overlijden, zoals aanspraken op ouderdomsen nabestaandenpensioen en pré-pensioen. de pensioengerechtigde leeftijd of bij eerder overlijden, zoals aanspraken op ouderdomsen nabestaandenpensioen en pré-pensioen. De hierna opgenomen bepalingen worden niet alleen toegepast op formeel overeengekomen

Nadere informatie

WAT U ALS WERKNEMER WILT WETEN OVER DE ABP-PENSIOENREGELING

WAT U ALS WERKNEMER WILT WETEN OVER DE ABP-PENSIOENREGELING WAT U ALS WERKNEMER WILT WETEN OVER DE ABP-PENSIOENREGELING 1- Waarom heeft het ABP een herstelplan opgesteld? ABP is, evenals vele andere pensioenfondsen, zwaar geraakt door de crisis op de financiële

Nadere informatie

Geen verandering voor u. U kunt de beleggingsmogelijkheden voor uw werknemers beperken.

Geen verandering voor u. U kunt de beleggingsmogelijkheden voor uw werknemers beperken. De verschillen tussen het Zwitserleven Privilege BedrijfsPensioen GarantieKapitaal met RendementsCorrectie en het Zwitserleven Exclusief Pensioen Voor een vernieuwde overeenkomst, met een ingangsdatum

Nadere informatie

PRINCIPE-AKKOORD PENSIOEN VOOR DE TECHNIEK

PRINCIPE-AKKOORD PENSIOEN VOOR DE TECHNIEK PRINCIPE-AKKOORD PENSIOEN VOOR DE TECHNIEK Werknemers- en werkgevers-organisaties in de Metaal en Techniek en Metalektro, samenwerkend in de Stichting Vakraad Metaal en Techniek en de Stichting Raad van

Nadere informatie

Pensioenovereenkomst. (Stichting pensioenfonds HaskoningDHV) HRM Nederland Pensioenovereenkomst 19 juni 2015 HRNL_BC1041_AGR20150619_F1.

Pensioenovereenkomst. (Stichting pensioenfonds HaskoningDHV) HRM Nederland Pensioenovereenkomst 19 juni 2015 HRNL_BC1041_AGR20150619_F1. Pensioenovereenkomst (Stichting pensioenfonds HaskoningDHV) Werkgever en werknemer gaan met elkaar een pensioenovereenkomst aan zoals hierna verwoord. De pensioenregeling is een Collective Defined Contribution

Nadere informatie

Pensioenreglement Stichting Pensioenfonds (versiedatum: ) 25

Pensioenreglement Stichting Pensioenfonds (versiedatum: ) 25 2016 Overgangsbepaling B bij artikel 7.5 Opbouw aanspraak op ouderdomspensioen vanaf 1 januari 2006 voor deelnemer geboren vóór 1 januari 1950, die: a. recht heeft gehad op een bijzondere uitkering als

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Ford Nederland Pensioenreglement

Stichting Pensioenfonds Ford Nederland Pensioenreglement Bijlage B Overzicht maximum pensioengevend salaris, grenssalaris, franchise en maximum uitkeringsloon WIA: Datum Maximum pensioengevend salaris Grenssalaris Franchise Maximum uitkeringsloon WIA 1 januari

Nadere informatie

Grondslagen StiPP verklaring financiële en actuariële gelijkwaardigheid 2016

Grondslagen StiPP verklaring financiële en actuariële gelijkwaardigheid 2016 Grondslagen StiPP verklaring financiële en actuariële gelijkwaardigheid 2016 Inleiding Als, conform artikel 2 of artikel 6 van het Vrijstellings- en boetebesluit Wet Bpf 2000, vrijstelling kan worden verkregen,

Nadere informatie

Oudedagregelingen. 6b.19 6b.20 6b.21 6b.22 6b.23 6b.24 6b.25 6b.26 6b.27 6b.28 6b.29. 6b.30 6b.31. 6b.32. 6b.33 6b.34 6b.35

Oudedagregelingen. 6b.19 6b.20 6b.21 6b.22 6b.23 6b.24 6b.25 6b.26 6b.27 6b.28 6b.29. 6b.30 6b.31. 6b.32. 6b.33 6b.34 6b.35 64 6b.19 6b.20 6b.21 6b.22 6b.23 6b.24 6b.25 6b.26 6b.27 6b.28 6b.29 6b.30 6b.31 6b.32 6b.33 6b.34 6b.35 Deelnemers 66 Premies 66 Ouderdomspensioen 67 Vervroegd pensioen 67 Uitruil ouderdomspensioen in

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Allianz Nederland. Waardeoverdracht uit dienst

Stichting Pensioenfonds Allianz Nederland. Waardeoverdracht uit dienst Stichting Pensioenfonds Allianz Nederland Waardeoverdracht uit dienst Inleiding... 3 1. Veranderen van baan en uw pensioen... 4 1.1. U treedt uit dienst... 4 1.2. Recht op waardeoverdracht... 4 1.3. Redenen

Nadere informatie

Voorbeeld adviesrapport collectieve pensioenregeling

Voorbeeld adviesrapport collectieve pensioenregeling beeld adviesrapport collectieve pensioenregeling Inhoudsopgave Inleiding... 3 Pensioensystemen... 4 Algemeen... 4 Middelloonregeling... 4 Eindloonregeling... 5 Beschikbare premieregeling... 5 Uitgangspunten

Nadere informatie

Bedrijfstakpensioenfonds voor de Bitumineuze- en Kunststof Dakbedekkingsbedrijven (Bpf-Bitumen)

Bedrijfstakpensioenfonds voor de Bitumineuze- en Kunststof Dakbedekkingsbedrijven (Bpf-Bitumen) 6a Bedrijfstakpensioenfonds voor de Bitumineuze- en Kunststof 53 P e n s i o e n Jaarboek Pensioen- en bedrijfstakeigen regelingen bouwnijverheid 2009 P e n s i o e n 54 Jaarboek 2009 6a.1 Algemeen Het

Nadere informatie

Aanvullend reglement Extra Pensioenopbouw Boven de Salarisgrens 2015

Aanvullend reglement Extra Pensioenopbouw Boven de Salarisgrens 2015 Aanvullend reglement 1 Aanvullend reglement Extra Pensioenopbouw Boven de Salarisgrens 2015 20150324 Reglement Pensioenopbouw Extra pensioenopbouw Boven de Salarisgrens 2015 Aanvullend reglement 2 Voorwoord

Nadere informatie

REGLEMENT AANVULLEND PENSIOEN STICHTING PENSIOENFONDS ALLIANCE

REGLEMENT AANVULLEND PENSIOEN STICHTING PENSIOENFONDS ALLIANCE REGLEMENT AANVULLEND PENSIOEN STICHTING PENSIOENFONDS ALLIANCE 1 INHOUDSOPGAVE REGLEMENT AANVULLEND PENSIOEN BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN... 3 ARTIKEL 1. AANSPRAKEN... 3 ARTIKEL 2. VARIABEL PENSIOENGEVEND SALARIS...

Nadere informatie

KPMG Meijburg & Co ABCD. Wetsvoorstel Witteveen 2015

KPMG Meijburg & Co ABCD. Wetsvoorstel Witteveen 2015 Wetsvoorstel Witteveen 2015 Het wetsvoorstel Witteveen 2015 is op 15 april 2013 ingediend bij de Tweede Kamer. Het betreft de verlaging van de maximumopbouw- en premiepercentages voor pensioenen en de

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1997 1998 25 694 Pensioenregelingen Nr. 1 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

Verslag Mandema Update mei 2014

Verslag Mandema Update mei 2014 Verslag Mandema Update mei 2014 Terwijl de leden van de Eerste Kamer zich op 20 mei jl. bogen over de Wet verlaging maximumopbouw- en premiepercentages pensioen, kregen onze relaties te horen wat de consequenties

Nadere informatie

Notitie. 11 juni 2010. Datum. Onderwerp De meest gestelde vragen over het principe-akkoord AOW-pensioen. 1 Gemiddelde op basis van het verleden

Notitie. 11 juni 2010. Datum. Onderwerp De meest gestelde vragen over het principe-akkoord AOW-pensioen. 1 Gemiddelde op basis van het verleden Notitie Datum 11 juni 2010 Onderwerp De meest gestelde vragen over het principe-akkoord AOW-pensioen 1. Waarover gaat dit raadgevend referendum? De FNV heeft samen met de andere vakcentrales afspraken

Nadere informatie

Waardeoverdracht. bij indiensttreding. Wat is waardeoverdracht? Is waardeoverdracht. verstandig? Goed om te weten. Een nieuwe baan.

Waardeoverdracht. bij indiensttreding. Wat is waardeoverdracht? Is waardeoverdracht. verstandig? Goed om te weten. Een nieuwe baan. Waardeoverdracht bij indiensttreding Meer weten? www.kpnpensioen.nl Wat is waardeoverdracht? 4 Zoek en vind 11 Een nieuwe baan 3 Is waardeoverdracht verstandig? Goed om te weten 6 Zo vraagt u aan 10 9

Nadere informatie

Hierna een overzicht van de overeengekomen aanpassingen per artikel in de CAO Banken.

Hierna een overzicht van de overeengekomen aanpassingen per artikel in de CAO Banken. Tekstuele aanpassingen pensioenartikelen CAO Banken 2019-2020 Op 7 maart 2019 zijn cao-partijen een aantal tekstuele aanpassingen overeengekomen met betrekking tot de pensioenartikelen in de CAO Banken

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1999 2000 26 711 Wijziging van de Pensioen- en spaarfondsenwet en enige andere wetten (recht van keuze voor ouderdomspensioen in plaats van nabestaandenpensioen

Nadere informatie

Aangenaam Wij zijn TrueBlue. Een goed pensioen voor bedrijven binnen én buiten de digitale sector

Aangenaam Wij zijn TrueBlue. Een goed pensioen voor bedrijven binnen én buiten de digitale sector Aangenaam Wij zijn TrueBlue. Een goed pensioen voor bedrijven binnen én buiten de digitale sector April 2018 Werkgevers kunnen kiezen bij TrueBlue Middelloonregeling of beschikbare premieregeling Een goed

Nadere informatie

Aangenaam Wij zijn TrueBlue. Een goed pensioen voor bedrijven binnen én buiten de digitale sector

Aangenaam Wij zijn TrueBlue. Een goed pensioen voor bedrijven binnen én buiten de digitale sector Aangenaam Wij zijn TrueBlue. Een goed pensioen voor bedrijven binnen én buiten de digitale sector Oktober 2016 Werkgevers kunnen kiezen bij TrueBlue Middelloonregeling of Beschikbare premieregeling Een

Nadere informatie

Brochure. Uw pensioen in de Groothandel in Eieren

Brochure. Uw pensioen in de Groothandel in Eieren Brochure Uw pensioen in de Groothandel in Eieren Inleiding Voor u ligt de brochure van het Bedrijfspensioenfonds voor de Agrarische en Voedselvoorzieningshandel (Bpf AVH). Bpf AVH verzorgt al 50 jaar de

Nadere informatie

Actualiteiten pensioenen. Marcel van de Grift Senior pensioenadviseur

Actualiteiten pensioenen. Marcel van de Grift Senior pensioenadviseur Actualiteiten pensioenen Marcel van de Grift Senior pensioenadviseur 1. Algemeen 2. Rol OR 3. Pensioenregelingen Agenda 4. Fiscale wijzigingen 2015 (rol OR bij compensatiemaatregelen) 5. Pensioenuitvoerders

Nadere informatie

Pensioenbijeenkomst voor werknemers en werkgevers. 29 juni 2016

Pensioenbijeenkomst voor werknemers en werkgevers. 29 juni 2016 Pensioenbijeenkomst voor werknemers en werkgevers 29 juni 2016 De pensioenregeling op hoofdlijnen De pensioenregeling op hoofdlijnen Algemeen over pensioen Hoe bouwt u pensioen op? Wat krijgt u straks?

Nadere informatie

Akkoord. Cao voor TNT Express

Akkoord. Cao voor TNT Express Cao voor TNT Express Datum Cao voor TNT Express 8 juni 2010 Inhoudsopgave 1 Cao voor TNT Express 2 1.1 Werkingssfeer en looptijd 2 1.2 Salarisaanpassing en eenmalige uitkering 3 1.3 Ontvlechting van cao

Nadere informatie

Toelichting Uniform Pensioenoverzicht

Toelichting Uniform Pensioenoverzicht Toelichting Uniform Pensioenoverzicht Wat u moet weten over uw pensioen Op het Uniform Pensioenoverzicht staan de bedragen die u ontvangt bij pensionering

Nadere informatie

Grondslagen StiPP verklaring financiële en actuariële gelijkwaardigheid 2017

Grondslagen StiPP verklaring financiële en actuariële gelijkwaardigheid 2017 Grondslagen StiPP verklaring financiële en actuariële gelijkwaardigheid 2017 Inleiding Als, conform artikel 2 of artikel 6 van het Vrijstellings- en boetebesluit Wet Bpf 2000, vrijstelling kan worden verkregen,

Nadere informatie

Pensioenbijeenkomst Abvakabo FNV Het pensioen van nu en de toekomst in zicht November 2010. Welkom

Pensioenbijeenkomst Abvakabo FNV Het pensioen van nu en de toekomst in zicht November 2010. Welkom Pensioenbijeenkomst Abvakabo FNV Het pensioen van nu en de toekomst in zicht November 2010 Welkom Waar willen wij het met elkaar over hebben? Pensioen anno 2010 Stand van Zaken AOW en Pensioenakkoord 4

Nadere informatie

Pensioenregeling 2015 en nieuw FTK

Pensioenregeling 2015 en nieuw FTK Pensioenregeling 2015 en nieuw FTK Gevolgen voor jouw pensioen bij PPF APG Henk Bruins Actuarieel adviseur PPF APG Informatiebijeenkomsten 28-30 oktober Agenda 1. Witteveen 2: versobering toekomstige pensioenopbouw

Nadere informatie

Pensioen Flash 2010 nr. 3

Pensioen Flash 2010 nr. 3 Team Pensioenen & Pensioenfondsen, 4 november 2010 Wetsvoorstel Pensioenregister Arbeidscontract mag automatisch eindigen bij ingang pensioen Behoud arbeidsongeschiktheids- en nabestaandenpensioen bij

Nadere informatie

3. Werknemers die niet deelnemen aan de pensioenregeling van de werkgever

3. Werknemers die niet deelnemen aan de pensioenregeling van de werkgever 3. Werknemers die niet deelnemen aan de pensioenregeling van de werkgever 3.1 Inleiding Er kunnen verschillende redenen zijn waarom een werknemer niet deelneemt aan de pensioenregeling van zijn werkgever.

Nadere informatie

Uw kenmerk uw brief van Ons kenmerk Datum Bestuursbureau december 2015 Bpf Koopvaardij

Uw kenmerk uw brief van Ons kenmerk Datum Bestuursbureau december 2015 Bpf Koopvaardij Behandeld door Bestuursbureau Bpf Koopvaardij Aan de aangesloten werkgevers bij Bpf Koopvaardij Doorkiesnummer 088 007 9891 Bij beantwoording ons kenmerk vermelden Uw kenmerk uw brief van Ons kenmerk Datum

Nadere informatie

Stroomdiagram (pensioen)regelingen. Welke pensioenrechten heb ik?

Stroomdiagram (pensioen)regelingen. Welke pensioenrechten heb ik? Stroomdiagram (pensioen)regelingen Welke pensioenrechten heb ik? Doorloop eerst dit schema om vast te stellen of er bijzondere omstandigheden van toepassing zijn in uw geval. Klik daarna op de onderstreepte

Nadere informatie

Kemira Rotterdam B.V.

Kemira Rotterdam B.V. Kemira Rotterdam B.V. Collectieve arbeidsovereenkomst over pensioenen 2014-2018 Pagina 1 van 9 COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST OVER PENSIOENEN Ondergetekenden: Kemira Rotterdam B.V. te Botlek-Rotterdam

Nadere informatie

Collectieve pensioenen bij verzekeraars: ruim 900.000 deelnemers

Collectieve pensioenen bij verzekeraars: ruim 900.000 deelnemers Collectieve pensioenen bij verzekeraars: ruim 900.000 deelnemers Pensioenen staan volop in de belangstelling. Meestal richten de schijnwerpers zich op de pensioenfondsen. Verzekeraars bieden echter ook

Nadere informatie

Veranderingen in de premie en kosten

Veranderingen in de premie en kosten De verschillen tussen het Zwitserleven Privilege BedrijfsPensioen met OverrenteAandeel en het Zwitserleven i-pensioen met RendementsCorrectie Vast (marktwaardecorrectie) Voor een vernieuwde overeenkomst,

Nadere informatie

Aanvulling 3 op het Pensioenreglement 2011

Aanvulling 3 op het Pensioenreglement 2011 Aanvulling 3 op het Pensioenreglement 2011 Het Pensioenreglement 2011 geldend voor werknemers voor wie op 31 juli 2011 het pensioenreglement 2008 van toepassing is dan wel in dienst getreden op of na 1

Nadere informatie

PENSIOEN 2.0 REGIOBIJEENKOMSTEN FEBRUARI EN MAART 2011

PENSIOEN 2.0 REGIOBIJEENKOMSTEN FEBRUARI EN MAART 2011 PENSIOEN 2.0 REGIOBIJEENKOMSTEN FEBRUARI EN MAART 2011 KORTE TERUGBLIK Kabinet Balkenende gevallen: sociale partners pakken kansen Het pensioen is van sociale partners samen, dus moeten wij ook samen naar

Nadere informatie

Eén nieuw pensioen voor de Techniek

Eén nieuw pensioen voor de Techniek Afspraken zorgen voor stabiele premie, beschermen lagere inkomens en stimuleren arbeidsmobiliteit Eén nieuw pensioen voor de Techniek Schiphol/Rijswijk, 26 september 2014 - Werknemers en werkgevers in

Nadere informatie

Een nieuwe baan. Uw toekomst uitgestippeld

Een nieuwe baan. Uw toekomst uitgestippeld Een nieuwe baan Uw toekomst uitgestippeld Inhoud Uw nieuwe baan en StiPP 2 Verandert er iets aan mijn pensioen? 4 Niet elke pensioenregeling is hetzelfde 6 StiPP is er voor u! 8 Uw nieuwe baan en StiPP

Nadere informatie

1 Privatisering van het ABP

1 Privatisering van het ABP 1 Privatisering van het ABP 1 Wat waren de consequenties van de privatisering van het ABP? De pensioenregeling voor het overheidspersoneel was geregeld in de Algemene burgerlijke pensioenwet. Omdat het

Nadere informatie

Enquête premie & indexatie

Enquête premie & indexatie Enquête premie & indexatie Op verzoek van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en het Centraal Planbureau houdt de Nederlandsche Bank een enquête naar de ontwikkeling van pensioenpremie

Nadere informatie

Pensioenactualiteiten

Pensioenactualiteiten Pensioenactualiteiten Medezeggenschap Waterbedrijven, Waterschappen, Netwerkbedrijven 16-05-2013 Agenda Dekkingsgraad en financiële positie fonds Wijzigingen in 2012 Ontwikkelingen en gevolgen voor ABP

Nadere informatie

Uitvoeringsrichtlijn betreffende de Flexibiliseringmogelijkheden

Uitvoeringsrichtlijn betreffende de Flexibiliseringmogelijkheden Uitvoeringsrichtlijn betreffende de Flexibiliseringmogelijkheden Naar deze uitvoeringsrichtlijn wordt verwezen in Paragraaf A.IV van het pensioenreglement van het Fonds 1. De definities en toelichtingen

Nadere informatie

Toelichting. Uniform Pensioenoverzicht 2015. Uitkeringsovereenkomst

Toelichting. Uniform Pensioenoverzicht 2015. Uitkeringsovereenkomst Toelichting Uniform Pensioenoverzicht 2015 Uitkeringsovereenkomst Actieve deelnemer Wat heeft u aan het Uniform Pensioenoverzicht? Het Uniform Pensioenoverzicht geeft inzicht in uw inkomen dat u van Hagee

Nadere informatie

Bedrijfstakpensioenfonds voor de Bitumineuze- en Kunststof Dakbedekkingsbedrijven

Bedrijfstakpensioenfonds voor de Bitumineuze- en Kunststof Dakbedekkingsbedrijven 6b Bitumineuze- en Kunststof Dakbedekkingsbedrijven (Bpf-Bitumen) 65 P e n s i o e n r e g e l i n g u t a - w e r k n e m e r s Jaarboek Pensioen- en bedrijfstakeigen regelingen bouwnijverheid 2009 P

Nadere informatie

Pensioennieuws is een uitgave van het Bedrijfstakpensioenfonds voor de Baksteenindustrie en het Vroegpensioenfonds voor de Baksteenindustrie

Pensioennieuws is een uitgave van het Bedrijfstakpensioenfonds voor de Baksteenindustrie en het Vroegpensioenfonds voor de Baksteenindustrie Pensioennieuws December 2014 Nummer 17 Pensioennieuws is een uitgave van het Bedrijfstakpensioenfonds voor de Baksteenindustrie en het Vroegpensioenfonds voor de Baksteenindustrie Het Baksteenpensioenfonds

Nadere informatie

Toelichting Uniform Pensioenoverzicht Uitkeringsovereenkomst

Toelichting Uniform Pensioenoverzicht Uitkeringsovereenkomst Toelichting Uniform Pensioenoverzicht Uitkeringsovereenkomst Wat u moet weten over uw pensioen Het Uniform Pensioenoverzicht geeft u duidelijkheid over wat u krijgt bij pensionering en arbeidsongeschiktheid.

Nadere informatie

Het Individueel Aanvullend Pensioen (IAP)

Het Individueel Aanvullend Pensioen (IAP) Het Individueel Aanvullend Pensioen (IAP) Waarom een Individueel Aanvullend Pensioen? Met ingang van 2006 is de wetgeving met betrekking tot VUT, prepensioen en levensloop aangepast. Als gevolg daarvan

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1999 2000 25 694 Pensioenregelingen Nr. 7 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

Zicht op de indexatiekwaliteit van pensioenregelingen

Zicht op de indexatiekwaliteit van pensioenregelingen Prijsstijgingen kunnen een negatieve invloed hebben op de koopkracht. Ook op de koopkracht van pensioenen. Veel Nederlandse pensioenfondsen streven er daarom naar de pensioenen elk jaar te verhogen, of

Nadere informatie

Toeslagverlening. Versie

Toeslagverlening. Versie Toeslagverlening Versie 23-02-2017 Versie 23-02-2017 Toeslagverlening Waarom toeslagverlening? Toeslag is een manier om te zorgen dat de pensioenen hun koopkracht behouden. Toeslag wordt ook wel indexatie

Nadere informatie

De verlenging van uw contract

De verlenging van uw contract De verschillen tussen het Zwitserleven Privilege BedrijfsPensioen met OverrenteAandeel en het Zwitserleven i-pensioen met RendementsCorrectie Vast (marktwaardecorrectie) beide op basis van middelloon Voor

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1a 2513 AA s-gravenhage

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1a 2513 AA s-gravenhage Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1a 2513 AA s-gravenhage Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 Telefoon

Nadere informatie

STICHTING PENSIOENFONDS VAN DE METALEKTRO AANVULLEND REGLEMENT. Pensioenopbouw boven de Salarisgrens (hoog) voor het personeel van <naam onderneming>

STICHTING PENSIOENFONDS VAN DE METALEKTRO AANVULLEND REGLEMENT. Pensioenopbouw boven de Salarisgrens (hoog) voor het personeel van <naam onderneming> STICHTING PENSIOENFONDS VAN DE METALEKTRO AANVULLEND REGLEMENT Pensioenopbouw boven de Salarisgrens (hoog) voor het personeel van gevestigd te Legenda Blauw = invullen

Nadere informatie

DE PENSIOENMEETWIJZER:

DE PENSIOENMEETWIJZER: DE PENSIOENMEETWIJZER: DE PENSIOENKOSTENONTWIKKELING OVER DE PERIODE 1/1/1998 1/1/2001 9 februari 2001 1. Inleiding en conclusie Op 9 december 1997 ondertekenden de Staat der Nederlanden en de Stichting

Nadere informatie

STICHTING BEDRIJFSPENSIOENFONDS VOOR DE AGRARISCHE EN VOEDSELVOORZIENINGSHANDEL. Postbus GC Rijswijk.

STICHTING BEDRIJFSPENSIOENFONDS VOOR DE AGRARISCHE EN VOEDSELVOORZIENINGSHANDEL. Postbus GC Rijswijk. STICHTING BEDRIJFSPENSIOENFONDS VOOR DE AGRARISCHE EN VOEDSELVOORZIENINGSHANDEL Verrijn Stuartlaan 1E 2288 EK Rijswijk Telefoon: 070-3381020 Fax : 070-3503531 Postbus 3144 2280 GC Rijswijk www.bpfavh.nl

Nadere informatie

Aanvullend reglement Pensioenopbouw boven Salarisgrens (hoog)

Aanvullend reglement Pensioenopbouw boven Salarisgrens (hoog) Aanvullend reglement 2017 Pensioenopbouw boven Salarisgrens (hoog) Aanvullend reglement 2 Inhoudsopgave Voorwoord 3 1. Definities 4 2. Algemeen 5 3. Deelname 5 4. Vaststelling Aanvullende pensioengrondslag

Nadere informatie

Bedrijfstakpensioenfonds voor de Bitumineuze- en Kunststof Dakbedek- kingsbedrijven (Bpf-Bitumen)

Bedrijfstakpensioenfonds voor de Bitumineuze- en Kunststof Dakbedek- kingsbedrijven (Bpf-Bitumen) Bedrijfstakpensioenfonds voor de Bitumineuze- en Kunststof Dakbedek- kingsbedrijven (Bpf-Bitumen) 7a 7.1 Algemeen 60 7.2 Deelnemers 62 7.3 Premies 62 7.4 Ouderdomspensioen 63 7.5 Vervroegd pensioen 63

Nadere informatie

WAT SPEELT ER ROND UW PENSIOEN BIJ SPUN?

WAT SPEELT ER ROND UW PENSIOEN BIJ SPUN? WAT SPEELT ER ROND UW PENSIOEN BIJ SPUN? Bijeenkomst voor pensioengerechtigden Dick Vis, voorzitter Stichting Pensioenfonds Urenco Nederland 20 september 2016 Agenda 1. Samenvatting jaarverslag 2015 2.

Nadere informatie

2) Waarom heeft SNP i.l. gekozen voor aansluiting bij het Bedrijfstakpensioenfonds voor de landbouw (hierna: BPL Pensioen) gekozen?

2) Waarom heeft SNP i.l. gekozen voor aansluiting bij het Bedrijfstakpensioenfonds voor de landbouw (hierna: BPL Pensioen) gekozen? Vragen en antwoorden naar aanleiding van de gestelde vragen tijdens de Informatiebijeenkomsten van Stichting Norit Pensioenfonds in liquidatie d.d. 26 en 27 september 2018 Algemeen 1) Wat is de overweging

Nadere informatie

Aandachtspuntenlijst reglementen (Brf)

Aandachtspuntenlijst reglementen (Brf) Aandachtspuntenlijst reglementen (Brf) Art 28 WvB. Dit reglement betreft een: (versie augustus 2012) A. Verplichte WvB artikelen Datum

Nadere informatie

REGLEMENT AANVULLEND PENSIOEN STICHTING PENSIOENFONDS ALLIANCE

REGLEMENT AANVULLEND PENSIOEN STICHTING PENSIOENFONDS ALLIANCE REGLEMENT AANVULLEND PENSIOEN STICHTING PENSIOENFONDS ALLIANCE 1 INHOUDSOPGAVE REGLEMENT AANVULLEND PENSIOEN Inhoudsopgave BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN... 3 ARTIKEL 1. AANSPRAKEN... 3 ARTIKEL 2. VARIABEL PENSIOENGEVEND

Nadere informatie