Gemeentelijk rapport Ieper. Seniorenbehoeftenonderzoek WOAS

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Gemeentelijk rapport Ieper. Seniorenbehoeftenonderzoek WOAS"

Transcriptie

1 Gemeentelijk rapport Ieper Seniorenbehoeftenonderzoek WOAS

2 Inhoud Situering... 2 Methodologie... 3 Beschrijving van de steekproef Bespreking van de resultaten Thema 1: Woonsituatie en buurt... 7 ONAANGEPASTHEID VAN DE WONING... 7 BUURTBETROKKENHEID VERHUISGENEIGDHEID AANGEPASTHEID VAN DE WIJK Thema 2: Gezondheid, zorg en hulpverlening OBJECTIEVE GEZONDHEID POTENTIEEL HULPNETWERK ZORGAFHANKELIJKHEID Thema 3: Welbevinden UITGEBREIDHEID VAN HET NETWERK EENZAAMHEID NEGATIEVE STEMMINGSSTOORNISSEN ERVAREN PROBLEMEN ONVEILIGHEIDSGEVOEL OUDERDOMSBEELD Thema 4: Maatschappelijke participatie REDEN PENSIONERING MATE VAN GEMIS VAN BEROEPSACTIVITEITEN PARTICIPATIE ACTIVITEITSGRAAD MOTIEVEN LID WORDEN VAN VERENIGING PARTICIPATIEGRAAD SENIORENVERENIGINGEN BELEMMERINGEN BIJWONEN ACTIVITEITEN SENIORENVERENIGINGEN BIJWONEN CULTURELE EVENEMENTEN BELEIDSPARTICIPATIE Samenvatting

3 Situering Het Vlaamse Parlement keurde op 21 april 2004 het decreet houdende 'de stimulering van een inclusief Vlaams ouderenbeleid en de beleidsparticipatie van ouderen' goed. Via dit decreet wil men de participatie van ouderen aan het lokale beleid stimuleren, vandaar de naam 'het participatiedecreet'. Gemeenten op hun beurt worden gestimuleerd om een ouderenbeleidsplan op te stellen. Hiervoor zijn reeds heel wat gemeenten aan de slag gegaan. Daarvoor hebben zij echter cijfermateriaal nodig dat niet voor handen was. Het West-Vlaams Overleg Adviesraden van Senioren (WOAS) en het provinciebestuur West- constateerden dat de gemeenten en de seniorenadviesraden vragende partij waren voor ondersteuning bij de opmaak van een ouderenbeleidsplan. Als antwoord hierop werd een ouderenbehoeftenonderzoek ontwikkeld door de Vrije Universiteit Brussel, samen met de provincie West-. De vragenlijst omvat vele thema's zoals huisvesting, buurtkenmerken, mobiliteit, eenzaamheid, onveiligheid, hulpverlening, gezondheid, maatschappelijke participatie,... waarop een lokaal bestuur haar beleid dan zou kunnen baseren. Alvorens noden te kunnen oplossen, moet men ze immers eerst kennen. De data werd verzameld door een uniek systeem van peer-research. Dat betekent dat de enquêtes verzameld werden door 'peers' of leeftijdsgenoten van de respondenten. Voor dit ouderenbehoeftenonderzoek betekent dit dat de data verkregen werd via gestandaardiseerde vragenlijsten, die afgenomen werden bij ouderen en waar de enquêteurs bovendien zelf senior waren. Het resultaat van dit ouderenbehoeftenonderzoek is een zeer ruime Vlaamse dataset, die op verschillende niveaus bruikbaar is, namelijk op gemeentelijk, provinciaal en Vlaams niveau. Binnen elke gemeente realiseerde men een proportioneel gestratificeerde steekproef, zowel naar leeftijd als naar geslacht. Wanneer de enquêteurs bij één van hun respondenten geen gehoor kregen, kregen zij een gelijkaardig vervangadres toegewezen opdat de representativiteit gewaarborgd zou blijven. Met andere woorden, de cijfers zijn steeds representatief op gemeentelijk niveau. Het rapport dat voorligt gaat in op de beschikbare gemeentelijke gegevens. De gemeente wordt vergeleken met West- en. Voor West- en wordt een benchmark gebruikt. Dit is een steekproef van de beschikbare West-Vlaamse en Vlaamse data. Er wordt telkens een jaar lang gewerkt met dezelfde West-Vlaamse en Vlaamse steekproef, daarna wordt een nieuwe steekproef genomen zodat de nieuwe gegevens van nieuw ingestapte gemeenten eveneens worden opgenomen. Naast de geografische vergelijking ( West- en ) wordt de gemeente ook vergeleken met gemeenten in die enerzijds een gelijkaardige vergrijzingsgraad kennen (voor Ieper is dit Vergrijzingsklasse=4 = het aandeel ouderen in de bevolking is hoger dan 23,58%) en anderzijds een gelijkaardige bevolkingsdichtheid hebben (voor Ieper is dit Dichtheidsklasse=2 = bevolkingsdichtheid ligt tussen 249 en 377 inwoners per km²). 2

4 Methodologie Het seniorenbehoeftenonderzoek heeft tot doelstelling te peilen naar de behoeften van de senioren. De behoeften van senioren zijn echter niet éénduidig vast te stellen door middel van een eenvoudige meting. Daarom wordt in het onderzoek gebruik gemaakt van meerdere dimensies, die samen een beeld geven van de behoeften van senioren. Elke dimensie wordt op haar beurt gemeten aan de hand van subdimensies. Een subdimensie kan nog verder opgesplitst worden in items die gemeten worden aan de hand van vragen. De opsplitsing van subdimensies naar items is niet bij alle dimensies het geval. Bijgevolg komt elke subdimensie of elk item (indien verdere opsplitsing) overeen met één vraag(onderdeel) uit de vragenlijst. Dit meetmodel werd ontwikkeld door de firma Kpiware. Onderstaande figuur geeft het meetmodel weer. In totaal werden 22 dimensies geconstrueerd. Dat betekent dat niet alle vragen uit de vragenlijst vervat zijn in een dimensie. De vragen werden namelijk enkel samengevoegd tot een dimensie indien dit statistisch correct was. Dit gemeentelijk rapport beperkt zich tot de bespreking van de 22 dimensies. Wanneer bij de vergelijking van de gemeente met de benchmarks de verschillen in scores meer dan 0,2 bedragen, spreken we van significante verschillen. 3

5 Beschrijving van de steekproef... In een eerste deel van de analyse wordt de steekproef besproken. De steekproef werd zo getrokken dat het aandeel mannen en vrouwen in de steekproef overeenkomt met het werkelijke aandeel in de bevolking. Ook naar leeftijd werden de verhoudingen in de populatie gerespecteerd. Hieronder wordt een overzicht gegeven van de socio-demografische kenmerken van de respondenten. De categorie 'missing' zijn de respondenten die de betreffende vraag niet ingevuld hebben. In Ieper werden in totaal 543 ouderen bevraagd. v05 Geslacht Count: Percentage: man % vrouw % MISSING: % TOTAL: % 43,8% van de respondenten zijn mannen, 55,6% van de respondenten zijn vrouwen. v04klas Leeftijdsklasse Count: Percentage: 60_ % 70_ % % MISSING: % TOTAL: % 45,9% van het totaal aantal respondenten is tussen de 60 en de 69 jaar oud. 36,5% is tussen de 70 en de 79 jaar oud en 17,7% is ouder dan 80. v06 Opleiding Count: Percentage: geen afgeronde opleiding % lager onderwijs % lager beroepsonderwijs % lager technisch onderwijs % lagere humaniora % hoger beroepsonderwijs % hoger technisch onderwijs % hogere humaniora % hoger niet-universitair onderwijs % universitair onderwijs % MISSING: % TOTAL: % Een derde persoonskenmerk van de respondent is het opleidingsniveau. Het grootste deel (39,6%) van de respondenten heeft enkele een diploma lager onderwijs. 3,5% van de respondenten heeft geen afgeronde opleiding genoten. Verder heeft 11,4% lager beroepsonderwijs gevolgd en 12,7% lager technisch. Een kleine minderheid van de respondenten heeft hogere studies genoten: 7,7% in het hoger niet-universitair en 3,0% aan de universiteit. 4

6 Een lage opleidingsgraad van de senioren betekent geenszins dat deze groep enkel laaggeschoolde jobs uitgeoefend heeft. Vooreerst was, op het moment dat de ondervraagde groep naar school ging, de leerplicht enkel tot 12 jaar. In de tweede plaats was de doorgroeikans binnen de bedrijven zeer groot: de job die men uitvoerde stond veel minder in relatie tot het behaalde diploma dan wat nu het geval is. v07 Burgerlijke staat Count: Percentage: gehuwd % nooit gehuwd % gescheiden % samenwonend % weduw(e) naar % kloosterling(e) % MISSING: % TOTAL: % 65,8%, een overgrote meerderheid dus, van de respondenten is gehuwd. 22,1% is weduwe/ weduwnaar. Verder is 3,7% gescheiden, 4,6% is nooit gehuwd, 2,6% woont samen en 0,9% is kloosterling(e). Op basis van de aangeduide burgerlijke staat werden de respondenten onderverdeeld in 2 klassen, namelijk met of zonder partner. v07klas Partner Count: Percentage: partner % geen partner % MISSING: % TOTAL: % 68,3% van de respondenten heeft een partner, 30,4% van de respondenten heeft geen partner (en 1,3% heeft niet of foutief op deze vraag geantwoord = Missing). v08klas Kinderen Count: Percentage: geen kinderen % Kinderen % MISSING: % TOTAL: % 14,2% van de respondenten heeft geen kinderen in leven, 84,4% wel. v75klas Inkomensklasse Count: Percentage: % % > % MISSING: % TOTAL: % 30,2% van de respondenten heeft een maandinkomen (netto beschikbaar inkomen van het gezin) onder de 1000 euro. 27,6% heeft een inkomen tussen de 1000 en de 1499 euro per maand en 20,1% van de respondenten heeft een inkomen dat de 1500 euro per maand overstijgt. Merk op dat 120 respondenten, wat goed is voor 22,1% van het totaal aantal respondenten, niet op deze vraag geantwoord heeft. Naast het werkelijke inkomen werd ook gevraagd of de respondenten vonden of ze al dan niet kunnen rondkomen met hun inkomen (subjectieve beoordeling). 5

7 v76klas Rondkomen met het inkomen Count: Percentage: moeilijker rondkomen % makkelijker rondkomen % MISSING: % TOTAL: % We zien op de tabel dat 53,2% van de respondenten aangeeft eerder makkelijk rond te komen met zijn/haar inkomen, terwijl 32,2% aangeeft eerder moeilijk met zijn/ haar inkomen rond te komen. Merk hierbij eveneens op dat 14,6% van de respondenten niet op deze vraag heeft geantwoord. Tot slot van deze steekproefbeschrijving worden een aantal kenmerken met elkaar gecombineerd. Enkel de respondenten die geantwoord hebben op beide kenmerken worden weergegeven in de tabel. man vrouw TOTAL: Dimension2: v05 Geslacht Dimension1: v04klas Leeftijdsklasse Count = Fij % within Dimension1 Count = Fij % within Dimension1 Count = F0j % within Dimension2 % within Dimension1 60_69 70_ TOTAL: % % % 100.0% % % % 100.0% % % % 100.0% % % % 100.0% 44,1% van het totaal aantal respondenten zijn mannen, terwijl 55,9% vrouwen zijn. Op bovenstaande tabel zien we ook dat, terwijl in de leeftijdscategorie de verhouding tussen mannen en vrouwen nog in balans is (47,4% mannen tegenover 52,6% vrouwen), deze balans naarmate de leeftijd vordert steeds meer in het voordeel van de vrouwen overhelt. We zien dit het duidelijkst in de leeftijdscategorie 80+. In deze categorie zijn slechts 35,4% mannen tegenover 64,6% vrouwen. partner geen partner TOTAL: Dimension2: v07klas Partner Dimension1: v04klas Leeftijdsklasse Count = Fij % within Dimension1 Count = Fij % within Dimension1 Count = F0j % within Dimension2 % within Dimension1 60_69 70_ TOTAL: % % % 100.0% % % % 100.0% % % % 100.0% % % % 100.0% 69,2% van de respondenten heeft een partner, 30,8% niet. Naarmate de leeftijd vordert, stijgt het aantal respondenten zonder partner (van 19,0% in de leeftijdscategorie tot 57,0% bij de 80 plussers) >1500 TOTAL: Dimension2: v75klas Inkomensklasse Dimension1: v04klas Leeftijdsklasse Count = Fij % within Dimension1 Count = Fij % within Dimension1 Count = Fij % within Dimension1 Count = F0j % within Dimension2 % within Dimension1 60_69 70_ TOTAL: % % % % 100.0% % % % % 100.0% % % 5 7.2% % 100.0% % % % % 100.0% Uit deze tabel kunnen we afleiden dat leeftijd en inkomen gerelateerd zijn. Hoe ouder de respondenten, hoe hoger de kans op een laag inkomen. 6

8 Bespreking van de resultaten... Thema 1: Woonsituatie en buurt Binnen dit thema werden de scores berekend voor 3 dimensies, namelijk buurtbetrokkenheid, verhuisgeneigdheid en aangepastheid van de wijk. ONAANGEPASTHEID VAN DE WONING Deze dimensie wordt gemeten aan de hand van vraag 15 uit de vragenlijst waarin de ouderen een reeks onaangepastheden aan de woning werd voorgelegd en hen werd gevraagd: Welke uitspraken zijn van toepassing op uw woning?. Men kon 5 mogelijke antwoorden geven gaande van helemaal niet van toepassing tot helemaal van toepassing. Gemiddelde score Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse=2 Onaangepastheid van de woning Hoe hoger de score, hoe onaangepaster de woning van de respondenten. Ieper scoort voor onaangepastheid van de woning 1,6. Dit wil zeg dat ze hun woning over het algemeen goed aangepast vinden. Als scores meer dan 0,2 van elkaar afwijken kunnen we spreken over een significant verschil. Als we vergelijken met de andere populaties dan zien we dat de senioren uit Ieper hun woning beter aangepast vinden dan de gemiddelde senior uit West-,, een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad en een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid. Welke items scoren het hoogst? Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse=2 Woning is te groot Woning is te klein Woning verkeert in slechte staat/slecht onderhouden Ik moet trappen doen om de woning te betreden ,00 De drempels zijn te hoog Er zijn trappen in de woning Ik moet trappen doen om naar het toilet te gaan Woning is te duur Woning is inbraakgevoelig Woning is weinig gerieflijk Woning is te gehorig Woning is moeilijk warm te stoken Er is onvoldoende comfort in de woning De wijk bevalt niet Afstand tot de voorzieningen is te groot Afstand tot de kinderen is te groot

9 We zien dat de volgende gebreken het vaakst voorkomen aan de woningen van de senioren uit Ieper: er zijn trappen in de woning (4,0), woning is te groot (2,3), afstand tot de voorzieningen is te groot (2,1) en afstand tot de kinderen is te groot (2,1). Minder problemen worden er ervaren met: ik moet trappen doen om naar het toilet te gaan (0,7), de drempels zijn te hoog (0,8), de wijk bevalt niet (0,9) en de woning is weinig gerieflijk (1,1). Uit de tabel kunnen we verder afleiden dat Ieper in vergelijking met West- lager (wat duidt op minder onaangepastheid) scoort voor: de drempels zijn te hoog, er zijn trappen in de woning, woning is te duur, woning is inbraakgevoelig, woning is weinig gerieflijk, woning is moeilijk warm te stoken, er is onvoldoende comfort in de woning en afstand tot de voorzieningen is te groot. De senioren uit Ieper geven in vergelijking met de gemiddelde senior uit een lagere score (wat wijst op minder onaangepastheid) voor volgende items: de drempels zijn te hoog, er zijn trappen in de woning, ik moet trappen doen om naar het toilet te gaan, woning is te duur, woning is inbraakgevoelig, woning is weinig gerieflijk, woning is moeilijk warm te stoken en afstand tot de voorzieningen is te groot. In vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad geven de senioren uit Ieper een lagere score (wat duidt op minder onaangepastheid) voor volgende items: woning is te groot, ik moet trappen doen om de woning te betreden, de drempels zijn te hoog, er zijn trappen in de woning, ik moet trappen doen om naar het toilet te gaan, woning is te duur, woning is inbraakgevoelig, woning is weinig gerieflijk, woning is te gehorig, woning is moeilijk warm te stoken, de wijk bevalt niet en afstand tot de voorzieningen is te groot. In vergelijking met de senioren uit een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid, geven de senioren uit Ieper een lagere score (wat wijst op minder onaangepastheid) voor woning is te groot, ik moet trappen doen om de woning te betreden, de drempels zijn te hoog, er zijn trappen in de woning, ik moet trappen doen om naar het toilet te gaan, woning is te duur, woning is inbraakgevoelig, woning is weinig gerieflijk, woning is moeilijk warm te stoken, er is onvoldoende comfort in de woning, de wijk bevalt niet en afstand toot de voorzieningen is te groot. 8

10 Welke kenmerken van de respondenten zorgen voor significante verschillen tussen senioren? De senioren tussen 60 en 69 vinden in vergelijking met de senioren die ouder zijn vaker dat hun woning inbraakgevoelig is en te gehorig is. De senioren tussen 60 en 69 vinden in vergelijking met de senioren die ouder zijn wel minder vaak dat hun woning in slechte staat verkeert/ slecht onderhouden is. De 80-plussers vinden in vergelijking met de senioren die jonger zijn vaker dat hun woning in slechte staat verkeert/ slecht onderhouden is, maar minder vaak dat hun woning te gehorig is. Senioren met kinderen hebben vaker trappen in de woning en vinden de afstand tot de kinderen vaker te groot dan de senioren zonder kinderen. 9

11 Senioren met een inkomen onder 1000 euro per maand vinden vaker dat hun woning in slechte staat verkeert/ slecht onderhouden is en dat er onvoldoende comfort in de woning is dan de senioren die meer verdienen. De senioren met een maandinkomen onder de 1000 euro hebben in vergelijking met de senioren die meer verdienen wel minder trappen in hun woning. De senioren met een inkomen boven de 1500 euro per maand hebben in vergelijking met de senioren die minder verdienen dan weer minder vaak problemen met volgende onaangepastheden in hun woning: woning verkeert in slechte staat/ slecht onderhouden, ik moet trappen doen om naar het toilet te gaan, woning is moeilijk warm te stoken en er is onvoldoende comfort in de woning. 10

12 Senioren die menen moeilijker rond te komen hebben in vergelijking met de senioren die menen makkelijker rond te komen vaker problemen met volgende onaangepastheden aan hun woning: woning is te duur, woning is te gehorig en woning is moeilijk warm te stoken. 11

13 Welke items hebben een grote impact? Het laatste onderdeel van de analyse van een dimensie betreft de impact van de items op de dimensie. Bij deze oefening gaan we na welke onderscheiden items een hoge impact hebben op de dimensie. Items die een hoge impact hebben en een lage score behalen, kunnen wijzen op elementen waar bij voorkeur aan gewerkt kan worden. De items die een hogere score (wat duidt op meer onaangepastheid) kregen dan de gemiddelde beoordeling voor voorzieningen zijn (boven de rode horizontale streep, in de groene zone): er zijn trappen in de woning, afstand tot de kinderen is te groot, afstand tot de voorzieningen is te groot, woning is te gehorig, woning is te groot, woning is te gehorig, er is onvoldoende comfort in de woning, ik moet trappen doen om de woning te betreden en woning is inbraakgevoelig. Bovendien hebben al deze items een grote impact op het concept onaangepastheid van de woning. Door iets aan deze zaken te wijzigen kan de onaangepastheid van de woningen dus gevoelig verbeterd worden. 12

14 BUURTBETROKKENHEID De dimensie buurtbetrokkenheid wordt gemeten aan de hand van de volgende 7 vragen. Hoe vaak hebt u contact met mensen die in uw wijk wonen? (vraag 20); Hoe ervaart u dit contact? (vraag 21); Hoe prettig vindt u het over het algemeen om in u wijk te wonen? (vraag 23); Hoe betrokken voelt u zich bij hetgeen in uw wijk gebeurt? (vraag 24); Hoe vaak gaat u op bezoek bij/ ontvangt u bezoek van / hebt u telefonisch contact met buren of mensen uit de wijk? (vraag 32 nr 7); Hoe tevreden bent u over de contacten met de buren of mensen uit de wijk? (vraag 33 nr 9); Vindt u dat er in uw wijk voldoende wordt georganiseerd voor mensen, ouder dan 60 jaar? (vraag 27). Gemiddelde score Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse=2 Buurtbetrokkenheid Hoe hoger de score, hoe meer de senioren betrokken zijn op hun buurt. We zien met een score van 6,6 op een maximum van 10 dat de senioren uit Ieper zich niet heel veel, maar zeker ook niet weinig betrokken voelen bij hun buurt. Wanneer de scores tussen regio s meer dan 0,2 van elkaar afwijken kunnen we spreken van een significant verschil. Als we het cijfer van Ieper nu vergelijken met West-,, een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad en een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid, kunnen we vaststellen dat de score van Ieper nooit meer dan 0,2 van de andere regio s afwijkt. Met andere woorden: de senioren uit Ieper voelen zich ongeveer evenveel betrokken bij hun buurt dan de gemiddelde senior uit West-,, een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad en een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid. Welke items scoren het hoogst? Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse=2 Frequentie contact in de wijk Ervaring contact in de wijk Prettig wonen in de wijk Wijkbetrokkenheid Bezoek buren/mensen in de wijk Tevreden contact buren Activiteiten in de wijk Op bovenstaande tabel en onderstaande figuur kunnen we zien dat de ervaring contact in de wijk (7,8) en de tevredenheid over de contacten met de buren (7,9) het hoogst beoordeeld werden door de respondenten (groene bollen op de figuur hieronder, hoogste scores op de tabel hierboven). Volgende items werden het minst hoog beoordeeld door de respondenten: bezoek buren/ mensen in de wijk (5,1) en wijkbetrokkenheid (4,4). Met andere woorden, de senioren uit Ieper voelen zich iets minder betrokken bij hun wijk en zijn iets minder tevreden over het bezoek buren en mensen in de wijk. 13

15 In vergelijking met de gemiddelde senior uit West-, zijn de senioren uit Ieper meer tevreden over de activiteiten in de wijk. De senioren uit Ieper zijn in vergelijking met de gemiddelde senior uit minder tevreden over het bezoek van buren/ mensen in de wijk en ze voelen zich ook iets minder bij de wijk betrokken. In vergelijking met de gemiddelde senior uit, zijn de senioren uit Ieper wel meer tevreden over het contact met de buren en zijn ze ook meer tevreden over de activiteiten in de wijk. Op onderstaande figuur kunnen we zien dat de senioren uit Ieper in vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad minder tevreden zijn met het bezoek van buren/ mensen in de wijk, maar meer tevreden met de frequentie van contact in de wijk, tevreden contact buren, en activiteiten in de wijk. In vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid tenslotte, zij de senioren uit Ieper meer tevreden met de activiteiten in de wijk, maar minder tevreden over het bezoek van buren/ mensen in de wijk en ze voelen zich ook iets minder betrokken bij hun wijk. 14

16 Welke kenmerken van de respondenten zorgen voor significante verschillen tussen senioren? In een volgend deeltje van de analyse gaan we na welke kenmerken van de respondenten significante verschillen geven bij de beoordelingen. Voor de volgende kenmerken van de respondenten wordt de significantie nagegaan: geslacht, leeftijd, het samenwonen met een partner, het hebben van kinderen, het gezamenlijk nettomaandinkomen, het subjectief aanvoelen van rondkomen met het inkomen. Enkel de significante, aldus de reële, verschillen worden hieronder besproken. 80-plussers voelen zich minder betrokken bij hun wijk dan de senioren die jonger zijn. Senioren met een partner zijn meer tevreden over de frequentie van het contact in de wijk en voelen zich ook meer betrokken bij hun wijk dan de senioren zonder partner. 15

17 Senioren die menen makkelijker rond te komen zijn meer tevreden over de ervaring van contact in de wijk en vinden het prettiger wonen in de wijk dan de senioren die menen moeilijker rond te komen. Welke items hebben een grote impact? Het laatste onderdeel van de analyse van een dimensie betreft de impact van de items op de dimensie. Bij deze oefening gaan we na welke onderscheiden items een hoge impact hebben op de dimensie. Items die een hoge impact hebben en een lage score behalen, kunnen wijzen op elementen waar bij voorkeur aan gewerkt kan worden. Dit diagram laat zien dat 4 van de 7 items van buurtbetrokkenheid een hogere score halen dan de gemiddelde dimensiescore voor Ieper (ze bevinden zich boven de rode lijn, in de groene zone). Deze items worden met andere woorden het meest positief beoordeeld door de respondenten. Deze factoren blijken eveneens een grote impact te hebben op de beoordeling van de buurtbetrokkenheid (rechts van de zwarte verticale lijn). Dit betekent dat deze items belangrijk geacht worden in functie van de buurtbetrokkenheid. 3 van de 7 items hebben een lagere score dan de dimensiescore (ze staan onder de rode lijn, in de rode zone). Het bezoek buren/mensen in de wijk en wijkbetrokkenheid hebben naast hun lage score ook nog eens een grote impact. Dit betekent dat deze twee items minder positief beoordeeld worden door de senioren, maar dat ze wel belangrijk zijn in functie van de buurtbetrokkenheid. Bijgevolg is het belangrijk om deze zaken te stimuleren, om zo de buurtbetrokkenheid te vergroten. Het item activiteiten in de wijk werd eveneens minder positief beoordeeld, maar heeft maar een matige invloed op de buurtbetrokkenheid. 16

18 VERHUISGENEIGDHEID Om de verhuisgeneigdheid van de ouderen te meten, vroegen we aan de respondenten: Hoe staat u ten opzichte van de volgende mogelijkheden?, waarna 6 woonvormen gegeven worden. De respondenten konden steeds kiezen uit vijf antwoordmogelijkheden: uiterst negatief, eerder negatief, noch negatief noch positief, eerder positief en uiterst positief. Dit is vraag 17 uit de vragenlijst. Gemiddelde score Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse=2 Verhuisgeneigdheid Hoe hoger de score, hoe meer de senioren geneigd zijn te verhuizen. Met een score van 1,3 (op een maximum van 10) geven de senioren uit Ieper aan dat ze helemaal niet zo geneigd zijn om te verhuizen. Als we vergelijken met de andere regio s zien we dat de senioren uit Ieper minder geneigd zijn om te verhuizen dan de gemiddelde senior uit en een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad. De verhuisgeneigdheid van de senioren uit Ieper verschilt niet significant van die van de gemiddelde senior uit West- en een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid. Welke items scoren het hoogst? Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse=2 Aangepaste woonvorm Rusthuis/RVT Aangepaste bejaardenwoning Kinderen Samenwonen senioren Serviceflat De senioren uit Ieper zijn het meest geneigd zijn om te verhuizen naar een serviceflat (2,0) en naar een aangepaste woonvorm (1,6). De senioren uit Ieper zijn minder geneigd om te verhuizen naar een rusthuis/ RVT (1,0) of in te trekken bij hun kinderen (0,8). 17

19 De senioren uit Ieper zijn in vergelijking met de gemiddelde senior uit West- minder geneigd om te verhuizen naar een serviceflat. In vergelijking met de gemiddelde senior uit zijn de senioren uit Ieper minder geneigd om te verhuizen naar een serviceflat, om in te trekken bij hun kinderen en om te verhuizen naar een aangepaste woonvorm. 18

20 In vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad, zijn de senioren uit Ieper minder geneigd om te verhuizen naar een aangepaste woonvorm, een rusthuis/ RVT, aangepaste bejaardenwoning, hun kinderen, een serviceflat en woonvorm waar senioren samenwonen. In vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid tenslotte zijn de senioren uit Ieper minder geneigd om in te trekken bij hun kinderen en te verhuizen naar een serviceflat. Welke kenmerken van de respondenten zorgen voor significante verschillen tussen senioren? De senioren tussen 60 en 69 zijn in vergelijking met de senioren die ouder zijn minder geneigd om in te trekken bij hun kinderen. De 80- plussers zijn in vergelijking met de senioren die jonger zijn meer geneigd om te verhuizen naar een rusthuis/ RVT. Senioren met een inkomen boven de 1500 euro per maand zijn in vergelijking met de senioren die minder verdienen meer geneigd om te verhuizen naar een serviceflat. 19

21 Welke items hebben een grote impact? Deze scores leren ons dat de verhuisgeneigdheid van de senioren over het algemeen betrekkelijk laag is. Op het diagram kunnen we ook nog aflezen dat 3 van de 6 items van verhuisgeneigdheid een hogere score halen dan de gemiddelde dimensiescore van Ieper ( serviceflat, aangepast bejaardenwoning en aangepaste woonvorm ). Er zijn dan ook 3 items die minder dan gemiddeld scoren, zijnde: rusthuis/rvt, samenwonen senioren, en kinderen. De interpretatie van het impactdiagram is afhankelijk van het gewenste ouderenbeleid in de gemeente. Wanneer het beleid ernaar streeft om ouderen zo lang mogelijk te laten wonen in hun huidige woning, dan is de erg lage mate van verhuisgeneigdheid bij de senioren een goede zaak. Is het beleid daarentegen gericht op de verhuizing van de senioren naar woningen die aangepast zijn aan hun noden, dan moet er gewerkt worden in functie van een verhoging van de verhuisgeneigdheid. Wil men de verhuisgeneigdheid bij de senioren vergroten, dan moet men op alle 6 items inzetten. Ook de 3 items die het hoogst scoren ( serviceflat, aangepaste bejaardenwoning en aangepaste woonvorm ) hebben een zodanig lage score dat de bereidheid te verhuizen naar 1 van deze mogelijkheden ook nog vergroot kan worden. Tenslotte toont het diagram ons dat inwonen bij de kinderen de kleinste impact heeft, waardoor werken naar dit item toe het minst effect zal opleveren, met andere woorden voor de kleinste verhoging van verhuisgeneigdheid zal zorgen. 20

22 AANGEPASTHEID VAN DE WIJK Deze dimensie wordt gemeten aan de hand van vraag 26 uit de vragenlijst waarin de ouderen een reeks voorzieningen worden voorgelegd en hen wordt gevraagd: Welke van de onderstaande voorzieningen zijn onvoldoende aanwezig in uw wijk?. Men kon antwoorden met ja of neen. Gemiddelde score Aangepastheid van de wijk Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse= Hoe hoger de score, hoe meer de senioren menen dat de wijk aangepast is aan hen of hoe meer de senioren vinden dat er geen voorzieningen ontbreken in hun wijk. We zien met een score van 8,6 dat de senioren uit Ieper hun wijk zeer goed aangepast vinden. De senioren uit Ieper vinden hun wijk zelfs beter aangepast dan de gemiddelde senior uit West-,, een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad en een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid. Welke items scoren het hoogst? De dimensie 'Aangepastheid van de wijk' werd gemeten aan de hand van 24 items. Deze 24 items werden samengevoegd tot 3 subdimensies. Voor elk van deze subdimensies staat hieronder de score op 10. Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse=2 Ontspanning en cultuur Basisvoorzieningen Mobiliteitscomfort vanuit de wijk De senioren uit Ieper zijn het meest tevreden over de voorzieningen die betrekking hebben op ontspanning en cultuur (8,7). Basisvoorzieningen (8,6) staan op de tweede plaats en het mobiliteitscomfort vanuit de wijk (8,5) sluit het rijtje af. We zien dat Ieper voor de 3 subdimensies van aangepastheid van de wijk steeds significant hoger scoort dan West- en. 21

23 In vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad en de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid, geven de senioren uit Ieper een hogere score aan de drie subdimensies van aangepastheid van de wijk. In de volgende tabel wordt de score op 10 weergegeven voor alle items, gerangschikt per subdimensie. Ontspanning en cultuur Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse=2 Theater Cinema Zwembad Sporthal Bibliotheek Dienstencentrum Buurt-wijkcentrum Basisvoorzieningen Kruidenierszaak Bank Kapper Apotheek Huisarts Slager Bakker Mobiele winkel Postkantoor Kerk Café Mobiliteitscomfort vanuit de wijk Rustbanken Openbare toiletten Openbaar vervoer Bushalte Groen/park Oversteekplaatsen Per subdimensie volgt hieronder de visuele voorstelling van de scores. 22

24 1. Ontspanning en Cultuur In vergelijking met de gemiddelde senior uit West- en, zijn de senioren uit Ieper meer tevreden over de aanwezigheid van alle voorzieningen die betrekking hebben op ontspanning en cultuur. In vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad en de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid, zijn de senioren uit Ieper meer tevreden over de aanwezigheid van alle voorzieningen die betrekking hebben op ontspanning en cultuur. 23

25 2. Basisvoorzieningen In vergelijking met de gemiddelde senior uit West- en, zijn de senioren uit Ieper meer tevreden over de aanwezigheid van alle basisvoorzieningen, met uitzondering van het item een apotheek waarvoor er geen significant verschil bestaat tussen Ieper en West- of. In vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad en de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid zijn de senioren uit Ieper meer tevreden over de aanwezigheid van alle basisvoorzieningen. 24

26 3. Mobiliteitscomfort vanuit de wijk In vergelijking met de gemiddelde senior uit West- en zijn de senioren uit Ieper meer tevreden met de aanwezigheid van alle voorzieningen die betrekking hebben op mobiliteitscomfort vanuit de wijk. In vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad en de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid zijn de senioren uit Ieper meer tevreden met de aanwezigheid van alle voorzieningen die betrekking hebben op mobiliteitscomfort vanuit de wijk. 25

27 Op deze figuur kunnen we zien dat de senioren uit Ieper vooral tevreden zijn over de aanwezigheid van de kerk (9,3), een buurt-wijkcentrum (9,3), het café (9,2), groen/ park (9,0), een bibliotheek (9,0) en een kapper (9,0). Iets minder tevreden zijn ze over de aanwezigheid van openbare toiletten (7,2), een kruidenierszaak (7,6), een postkantoor (7,8), een cinema (7,9), een bank (7,9) en rustbanken (8,1). Welke kenmerken van de respondenten zorgen voor significante verschillen tussen senioren? De senioren tussen 60 en 69 zijn in vergelijking met de senioren die ouder zijn minder tevreden over de aanwezigheid van een theater en een cinema, maar meer tevreden met de aanwezigheid van een slager en rustbanken. De senioren tussen 70 en 79 zijn meer tevreden over de aanwezigheid van een postkantoor, maar minder tevreden met de aanwezigheid van een kruidenierszaak en rustbanken. 26

28 Vrouwen zijn in vergelijking met mannen meer tevreden over de aanwezigheid van een café. Mannen zijn in vergelijking met vrouwen meer tevreden over de aanwezigheid van een bushalte. Senioren met een partner zijn in vergelijking met de senioren zonder partner meer tevreden over de aanwezigheid van een sporthal. 27

29 Senioren zonder kinderen zijn in vergelijking met de senioren met kinderen meer tevreden over de aanwezigheid van een zwembad, een dienstencentrum, een buurt-wijkcentrum, een bank en een slager. Senioren met een inkomen boven de 1500 euro per maand zijn in vergelijking met de senioren die minder verdienen meer tevreden over de aanwezigheid van een kruidenierszaak, een bank, een café, een bushalte en oversteekplaatsen. 28

30 Senioren die menen makkelijker rond te komen zijn in vergelijking met de senioren die menen moeilijker rond te komen meer tevreden over de aanwezigheid van het openbaar vervoer, een bushalte en oversteekplaatsen. 29

31 Welke items hebben een grote impact? De voorzieningen die een lagere score (onder de horizontale streep, in de rode zone) kregen dan de gemiddelde beoordeling van voorzieningen zijn: oversteekplaatsen, rustbanken, een slager, een theater, een zwembad, een apotheek, een cinema, een bank, een kruidenierszaak, een postkantoor en openbare toiletten. Bovendien hebben al deze items een grote impact op de algemene tevredenheid met betrekking tot de voorzieningen. Door iets aan deze zaken te wijzigen kan de algemene tevredenheid dus ten goede beïnvloed worden. 30

32 Thema 2: Gezondheid, zorg en hulpverlening Binnen dit thema werden de scores berekend voor 3 dimensies, namelijk objectieve gezondheid, potentieel hulpnetwerk en zorgafhankelijkheid. OBJECTIEVE GEZONDHEID Om de objectieve gezondheid en met name het lichamelijk functioneren van ouderen in kaart te brengen, werd gebruik gemaakt van de MOS-schaal (Medical Outcome Scale). De ouderen moeten voor 7 activiteiten aangeven of men al dan niet beperkingen ervaart als gevolg van gezondheidsproblemen. Vraag 34 uit de vragenlijst klinkt als volgt: Heeft uw gezondheidstoestand u beperkt in de volgende activiteiten?. Gemiddelde score Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse=2 Objectieve gezondheid Hoe hoger de score, hoe minder de senioren zich beperkt voelen in het uitvoeren van activiteiten als gevolg van gezondheidsproblemen. We zien met een score van 6,7 op 10 dat de senioren uit Ieper zich niet zo erg beperkt voelen in het uitvoeren van activiteiten. De senioren uit Ieper voelen zich wel iets meer beperkt door gezondheidsproblemen dan de gemiddelde senior uit West-, een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad en een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid. In vergelijking met de gemiddelde senior uit merken we evenwel geen significant verschil op. Welke items scoren het hoogst? Zeer inspannende activiteiten Minder inspannende activiteiten Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse= Een heuvel of trap Buigen, tillen of bukken Een blokje stappen Persoonlijke hygiëne Huishoudelijke karweitjes Op bovenstaande tabel en onderstaande figuur kunnen we vaststellen dat de senioren uit Ieper vooral problemen ervaren bij zeer inspannende activiteiten (4,2) en bij het buigen, tillen of bukken (5,8). Veel minder problemen worden er ervaren met huishoudelijke karweitjes (8,1) en het onderhouden van hun persoonlijke hygiëne (8,7). 31

33 De senioren uit Ieper ervaren in vergelijking met de gemiddelde senior uit West- meer beperkingen bij volgende activiteiten: zeer inspannende activiteiten, minder inspannende activiteiten, een heuvel of trap en buigen, tillen of bukken. De objectieve gezondheid van de senioren uit Ieper verschilt niet significant van de objectieve gezondheid van de gemiddelde senior uit. In vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad, voelen de senioren uit Ieper zich vaker beperkt door gezondheidsproblemen bij het uitvoeren van volgende activiteiten: zeer inspannende activiteiten, minder inspannende activiteiten, een heuvel of trap, buigen, tillen of bukken. De senioren uit Ieper ervaren in vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid meer beperkingen bij het uitoefenen van volgende activiteiten: zeer inspannende activiteiten, minder inspannende activiteiten, een heuvel of trap, buigen, tillen of bukken, een blokje stappen en huishoudelijke karweitjes. 32

34 Welke kenmerken van de respondenten zorgen voor significante verschillen tussen senioren? Leeftijd speelt bij objectieve gezondheid van senioren een overduidelijke rol. Jongere senioren ervaren minder beperkingen en scoren dan ook significant hoger voor alle items dan senioren van boven de plussers scoren op hun beurt dan weer lager voor alle items. Mannen ervaren in vergelijking met vrouwen minder beperkingen bij het uitoefenen van volgende activiteiten: zeer inspannende activiteiten, minder inspannende activiteiten, een heuvel of trap, buigen, tillen of bukken en een blokje stappen. 33

35 Senioren zonder partner voelen zich in vergelijking met de senioren met een partner meer belemmerd door hun gezondheid bij het uitoefenen van volgende activiteiten: minder inspannende activiteiten, een heuvel of trap, buigen, tillen of bukken, een blokje stappen, hun persoonlijke hygiëne (onderhouden) en huishoudelijke karweitjes. Senioren met een inkomen onder de 1000 euro per maand ervaren significant meer belemmeringen bij het uitoefenen van volgende activiteiten: minder inspannende activiteiten, een blokje stappen en hun persoonlijke hygiëne (onderhouden). De senioren met een inkomen boven de 1500 euro per maand ervaren in vergelijking met de senioren die minder verdienen dan weer minder beperkingen bij: minder inspannende activiteiten, een heuvel of trap, een blokje stappen, hun persoonlijke hygiëne (onderhouden) en huishoudelijke karweitjes. De senioren die menen makkelijker rond te komen ervaren minder beperkingen bij zeer inspannende activiteiten, minder inspannende activiteiten, een heuvel of trap, buigen, tillen of bukken en een blokje stappen dan de senioren die menen moeilijker rond te komen. 34

36 POTENTIEEL HULPNETWERK Om het potentieel hulpnetwerk van de ouderen te kunnen meten, vroegen we aan hen: Stel dat u voor een bepaalde tijd de activiteiten die u gewoonlijk doet in het huishouden niet zou kunnen uitvoeren, op wie kan u dan een beroep doen?. Daarna volgen 9 mogelijkheden. Men kon antwoorden met ja of neen. Dit is vraag 36 uit de vragenlijst. Gemiddelde score Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse=2 Potentieel hulpnetwerk Hoe hoger de score, hoe meer de senioren beroep kunnen doen op mensen voor huishoudelijke hulp. We kunnen zien dat Ieper voor het potentieel hulpnetwerk 4,7 scoort op een maximum van 10. Deze score is hoger dan al de andere regio s waarmee hier vergeleken wordt. Met andere woorden: de senioren uit Ieper denken meer te kunnen rekenen op mensen voor huishoudelijke hulp dan de gemiddelde senioren uit West-,, een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad en een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid. Welke items scoren het hoogst? Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse=2 echtgenoot/partner dochter zoon schoondochter schoonzoon kleinkind/achterkleinkind zus of broer ander familielid buur

37 Op bovenstaande figuur kunnen we zien dat de senioren uit Ieper het meest denken beroep te kunnen doen voor hulp in het huishouden op hun partner (6,5), hun dochter (6,4) en hun zoon (5,3). Ze denken wel minder te kunnen rekenen op de hulp van een ander familielid (3,0), zus of broer (3,8) en hun (achter)kleinkind (3,8). In vergelijking met de gemiddelde senior uit West- en de gemiddelde senior uit, denken de senioren uit Ieper meer te kunnen rekenen op de huishoudelijke hulp van alle hier vermelde personen. 36

38 In vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad en de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid, denken de senioren uit Ieper ook meer te kunnen rekenen op de huishoudelijke hulp van alle hier vermelde personen. Welke kenmerken van de respondenten zorgen voor significante verschillen tussen senioren? De senioren tussen 60 en 69 denken in vergelijking met de senioren die ouder zijn meer te kunnen rekenen op de huishoudelijke hulp van hun partner, hun zoon en hun zus of broer. De 80-plussers denken dan weer minder te kunnen rekenen op de huishoudelijke hulp van hun partner en hun buur dan de senioren die jonger zijn. Mannen denken meer te kunnen rekenen op de huishoudelijke hulp van hun partner en hun zoon dan vrouwen. Senioren met een partner denken meer te kunnen rekenen op de huishoudelijke hulp van hun partner, hun dochter, hun zoon, hun schoondochter, hun schoonzoon, hun (achter)kleinkind, hun zus of broer, een ander familielid en hun buur dan senioren met een partner. 37

39 Senioren zonder kinderen denken in vergelijking met de senioren met kinderen meer beroep te kunnen doen op de huishoudelijke hulp van hun zus of broer, een ander familielid en hun buur, maar ze denken minder beroep te kunnen doen op de huishoudelijke hulp van hun dochter, hun zoon, hun schoondochter en hun schoonzoon. De senioren met een inkomen onder de 1000 euro per maand denken in vergelijking met de senioren die meer verdienen minder te kunnen rekenen op de huishoudelijke hulp van hun partner, hun zus of broer en hun buur. De senioren met een inkomen tussen 1000 en 1499 euro per maand denken dan weer significant meer te kunnen rekenen op de huishoudelijke hulp van hun partner, hun dochter en hun zoon. De senioren met een inkomen boven de 1500 euro denken meer te kunnen rekenen op de huishoudelijke hulp van hun partner dan de senioren die minder verdienen. Senioren die menen moeilijker rond te komen denken meer te kunnen rekenen op de huishoudelijke hulp van hun zoon dan de senioren die menen makkelijker rond te komen. 38

40 ZORGAFHANKELIJKHEID Vraag 37 uit de vragenlijst peilt naar de hulp die de oudere nodig heeft bij zijn/haar persoonlijke verzorging, het huishouden en zijn/haar persoonlijke verplaatsingen. De ouderen konden antwoorden met ja of neen. Gemiddelde score Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse=2 Zorgafhankelijkheid Hoe hoger de score, hoe minder zorgafhankelijk de senioren zijn, of hoe minder hulp de senioren nodig hebben. We zien met een score van 8,1 dat de senioren uit Ieper niet zo zorgafhankelijk zijn. Ze zijn wel iets meer afhankelijk van zorg dan de gemiddelde senior uit West-. In vergelijking met de gemiddelde senior uit, een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid en een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid, merken we dan weer geen significant verschil op. Welke items scoren het hoogst? Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse=2 Persoonlijke verzorging Huishouden Persoonlijke verplaatsing We zien dat de senioren uit Ieper het minst hulp nodig hebben bij hun persoonlijke verzorging (8,7) en het meest bij het huishouden (7,5). Ook al geven de ouderen uit Ieper met een score van 7,5 aan dat ze voor het huishouden ook eerder geen hulp nodig hebben. 39

41 In vergelijking met de gemiddelde senior uit West-, hebben de senioren uit Ieper meer hulp nodig bij hun persoonlijke verzorging, het huishouden en hun persoonlijke verplaatsing. De senioren uit Ieper verschillen qua zorgafhankelijkheid niet significant van de gemiddelde senior uit. De senioren uit Ieper verschillen qua zorgafhankelijkheid niet significant van de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad en een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid. Welke kenmerken van de respondenten zorgen voor significante verschillen tussen senioren? De senioren tussen 60 en 69 hebben in vergelijking met de senioren die ouder zijn minder hulp nodig bij hun persoonlijke verzorging, het huishouden en hun persoonlijke verplaatsing. De senioren die ouder zijn dan 80 hebben dan weer meer hulp nodig bij hun persoonlijke verzorging, het huishouden en hun persoonlijke verplaatsing. 40

42 Mannen hebben in vergelijking met vrouwen minder hulp nodig bij hun persoonlijke verplaatsingen. Senioren met een partner hebben in vergelijking met de senioren zonder partner minder hulp nodig bij hun persoonlijke verzorging, het huishouden en hun persoonlijke verplaatsing. Senioren met kinderen hebben in vergelijking met de senioren zonder partner minder hulp nodig bij hun persoonlijke verzorging. Senioren met een inkomen onder de 1000 euro per maand hebben in vergelijking met de senioren die meer verdienen meer hulp nodig bij hun persoonlijke verzorging en hun persoonlijke verplaatsing. De senioren met een inkomen boven de 1500 euro hebben in vergelijking met de senioren die minder verdienen dan weer minder hulp nodig bij hun persoonlijke verzorging, het huishouden en hun persoonlijke verplaatsing. De senioren die menen moeilijker rond te komen hebben meer hulp nodig bij hun persoonlijke verzorging, het huishouden en hun persoonlijke verplaatsing dan de senioren die menen makkelijker rond te komen. 41

43 Thema 3: Welbevinden Binnen dit thema werden de scores berekend voor 7 dimensies, namelijk uitgebreidheid van het netwerk, eenzaamheid, negatieve psychologische beleving, negatieve stemmingsstoornissen, ervaren problemen, onveiligheidsgevoel en ouderdomsbeeld. UITGEBREIDHEID VAN HET NETWERK Om de uitgebreidheid van het netwerk van ouderen te meten, werd hen de volgende vraag gesteld: Hoe vaak gaat u op bezoek bij / ontvangt u bezoek van / hebt u telefonisch contact met?. Daarna worden 7 groepen van mensen voorgesteld. De ouderen konden telkens kiezen uit 6 antwoordmogelijkheden: nooit, minder dan 1 maal per maand, maandelijks, 1 à 2 maal per week, (bijna) dagelijks en niet van toepassing. Dit is vraag 32 uit de vragenlijst. Gemiddelde score Uitgebreidheid van het netwerk Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse= Hoe hoger de score, hoe meer contact de senioren hebben met mensen. Ieper scoort voor de uitgebreidheid van het netwerk 4,8 op een maximum van 10. Dit wil zeggen dat de senioren uit Ieper niet veel, maar ook niet weinig contact hebben met andere mensen. De score van de senioren uit Ieper is significant lager dan die van West-,, een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad en een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid. Met andere woorden: de senioren uit Ieper hebben minder contact met mensen dan de gemiddelde senioren uit West-,, een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad en gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid. Welke items scoren het hoogst? Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse=2 Kinderen/schoonkinderen Kleinkinderen Broers/zussen Ouders Andere familieleden Vrienden/kennissen Buren/mensen uit de wijk Op onderstaande figuur en bovenstaande tabel kunnen we zien dat de senioren uit Ieper het vaakst contact hebben met hun (schoon)kinderen (7,9) en hun kleinkinderen (7,0). Veel minder contact hebben ze met hun ouders (1,3) en andere familieleden (3,1). 42

44 In vergelijking met de gemiddelde senior uit West-, hebben de senioren uit Ieper minder contact met hun broers/ zussen, hun ouders en andere familieleden. In vergelijking met de gemiddelde senior uit, hebben de senioren uit Ieper minder contact met hun broers/ zussen, hun ouders, andere familieleden, vrienden/ kennissen en buren/ mensen uit de wijk. Op onderstaande figuur kunnen we vaststellen dat de senioren uit Ieper in vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad meer contact hebben met hun kleinkinderen, maar minder contact met hun broers/ zussen, hun ouders, andere familieleden en buren/ mensen uit de wijk. In vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid, hebben de senioren uit Ieper significant minder contact met hun (schoon)kinderen, hun kleinkinderen, hun broers/ zussen, hun ouders, andere familieleden, vrienden/ kennissen en buren/ mensen uit de wijk. 43

45 Welke kenmerken van de respondenten zorgen voor significante verschillen tussen senioren? De senioren tussen 60 en 69 hebben in vergelijking met de senioren die ouder zijn meer contact met hun hun kleinkinderen, hun broers/ zussen en hun ouders. Senioren tussen 70 en 79 hebben significant minder contact met hun ouders. 80- plussers hebben in vergelijking met de senioren die jonger zijn dan weer significant minder contact met hun kleinkinderen, hun broers/ zussen en hun ouders. De senioren met een partner hebben in vergelijking met de senioren zonder partner meer contact met hun ouders. 44

46 Senioren met een inkomen boven de 1500 euro per maand hebben in vergelijking met de senioren die minder verdienen meer contact met hun broers/ zussen en met vrienden/ kennissen. 45

47 EENZAAMHEID De eerste 10 items van vraag 31 uit de vragenlijst werden gebruikt om de dimensie eenzaamheid te construeren. Enkele voorbeelden zijn: Ik mis een echt goede vriend of vriendin ; Ik mis gezelligheid om mij heen ; Ik voel me vaak in de steek gelaten. De respondenten konden kiezen uit vijf antwoordmogelijkheden, namelijk helemaal oneens, mee oneens, noch mee oneens / noch mee eens, mee eens en helemaal mee eens. Gemiddelde score Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse=2 Eenzaamheid Hoe hoger de score, hoe meer de senioren zich eenzaam voelen. Bij de verwerking van de gegevens werd ervoor gezorgd dat de scores op alle vragen (of ze nu positief of negatief gesteld werden) op eenzelfde manier geïnterpreteerd kunnen worden. We zien dat Ieper voor eenzaamheid 3,0 scoort. Dit wil zeggen dat de senioren uit Ieper niet zo eenzaam zijn. Hierin verschillen de senioren uit Ieper niet significant van de gemiddelde senior uit West-,, een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad en een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid. Welke items scoren het hoogst? Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse=2 Dagelijkse problemen Goede vriend/-in Leegte Narigheid Gezelligheid Kenniskring Vertrouwen Verbondenheid Mis mensen In de steek gelaten

48 We zien op bovenstaande figuur en tabel dat de senioren uit Ieper vooral vertrouwen (3,9) missen. Ze missen ook steun bij dagelijkse problemen (3,5) en verbondenheid (3,4) (hoe hoger de score, hoe eenzamer). De senioren uit Ieper missen minder mensen (2,7). Ze hebben minder last van een gevoel van leegte (2,6) en ze voelen zich ook minder in de steek gelaten (2,1). De senioren uit Ieper missen in vergelijking met de gemiddelde senior uit West- vaker een goede vriend(in). In vergelijking met de gemiddelde senior uit, voelen de senioren uit Ieper zich iets meer in de steek gelaten. 47

49 Op bovenstaander figuur kunnen we vaststellen dat de senioren uit Ieper in vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad minder last hebben van een gevoel van narigheid en ook minder mensen missen. In vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid tenslotte, missen de senioren uit Ieper vaker een goede vriend(in) en hebben ze ook vaker een te beperkte kenniskring. Welke kenmerken van de respondenten zorgen voor significante verschillen tussen senioren? In alle onderstaande tabellen wijst een rode S op minder eenzaamheidsgevoelens en een groene S op meer eenzaamheidsgevoelens. Senioren tussen 60 en 69 missen in vergelijking met de senioren die ouder zijn meer steun bij dagelijkse problemen. De senioren tussen 60 en 69 missen ook vaker verbondenheid. De 80-plussers missen in vergelijking met de senioren die jonger zijn dan weer minder steun bij dagelijks problemen. Vrouwen voelen zich in vergelijking met mannen vaker in de steek gelaten. Mannen hebben dan weer vaker last van een gevoel van narigheid dan vrouwen. 48

50 Senioren zonder partner ervaren vaker volgende problemen met betrekking tot eenzaamheid dan de senioren met een partner: missen van een goede vriend(in), last hebben van een gevoel van leegte, het missen van gezelligheid, een te beperkte kenniskring hebben, mensen missen en zich in de steek gelaten voelen. Senioren met een inkomen onder 1000 euro per maand hebben in vergelijking met de senioren die meer verdienen vaker last van volgende eenzaamheidsgevoelens: missen van een goede vriend(in), last hebben van een gevoel van leegte, het missen van gezelligheid, een te beperkte kenniskring hebben, mensen missen en zich in de steek gelaten voelen. De senioren met een maandinkomen boven de 1500 euro hebben in vergelijking met de senioren die minder verdienen dan weer minder vaak problemen met volgende eenzaamheidsgevoelens: missen van een goede vriend(in), last hebben van een gevoel van leegte, het missen van gezelligheid, een te beperkte kenniskring hebben, mensen missen en zich in de steek gelaten voelen. De senioren die menen moeilijker rond te komen hebben in vergelijking met de senioren die menen makkelijker rond te komen vaker last van volgende eenzaamheidsgevoelens: missen van een goede vriend(in), last hebben van een gevoel van leegte, het missen van gezelligheid, vertrouwen missen, verbondenheid missen, een te beperkte kenniskring hebben, mensen missen en zich in de steek gelaten voelen. 49

51 NEGATIEVE STEMMINGSSTOORNISSEN Deze dimensie wordt gemeten aan de hand van de items 11 tem 17 van vraag 31 uit de vragenlijst. Enkele voorbeelden zijn: Ik voelde mij de laatste tijd vaak nerveus en Ik voelde mij de laatste tijd neerslachtig en somber. De respondenten konden kiezen uit vijf antwoordmogelijkheden, namelijk helemaal oneens, mee oneens, noch mee oneens / noch mee eens, mee eens en helemaal mee eens. Gemiddelde score Negatieve stemmingsstoornissen Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse= Hoe hoger de score, hoe meer de senioren negatieve stemmingsstoornissen ervaren. Bij de verwerking van de gegevens werd ervoor gezorgd dat de scores op alle vragen (of ze nu positief of negatief gesteld werden) op eenzelfde manier geïnterpreteerd kunnen worden. Ieper scoort voor negatieve stemmingsstoornissen een 2,7. Dit wil dus zeggen dat gemiddeld genomen de senioren uit Ieper weinig problemen ervaren met negatieve stemmingsstoornissen. De senioren uit Ieper ervaren wel meer negatieve stemmingsstoornissen dan de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid. Als we vergelijken met de gemiddelde senior uit West-, een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad, dan merken we evenwel geen significant verschil op. Welke items scoren het hoogst? Ik voelde mij de laatste tijd vaak nerveus Ik voelde mij de laatste tijd kalm en rustig Ik voelde mij de laatste tijd neerslachtig en somber Ik voelde mij de laatste tijd zo somber dat niets mij kon opvrolijken Ik voelde mij onlangs helemaal van slag omdat ik kritiek kreeg Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse= De laatste tijd verveel ik me vaak Mijn gezondheid beperkt mij vaak in mijn sociale activiteiten Op bovenstaande tabel en onderstaande figuur zien we dat de senioren uit Ieper het meest last hebben van hun gezondheid die hen beperkt in hun deelname aan sociale activiteiten (3,4) en een gebrek aan kalmte en rust (4,1). Ze hebben dan weer heel wat minder last van kritiek waardoor ze helemaal van slag waren (1,8) en somberheid zodat niets hen meer kon opvrolijken (1,8). 50

52 In vergelijking met de gemiddelde senior uit West- en de gemiddelde senior uit, voelden de senioren uit Ieper zich de laatste tijd vaker nerveus. Op onderstaande figuur kunnen we zien dat de senioren uit Ieper in vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad zich de laatste tijd vaker nerveus voelden en zich vaker beperkt voelden door hun gezondheid in hun deelname aan sociale activiteiten. In vergelijking met de gemiddelde senior uit ene gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad, voelden de senioren uit Ieper zich de laatste tijd wel vaker kalm en rustig. In vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid, hebben de senioren uit Ieper vaker last van volgende negatieve stemmingsstoornissen: ik voelde mij de laatste tijd vaak nerveus, ik voelde mij de laatste tijd neerslachtig en somber en mijn gezondheid beperkt mij vaak in mij sociale activiteiten. 51

53 Welke kenmerken van de respondenten zorgen voor significante verschillen tussen senioren? In alle onderstaande tabellen wijst een rode S op minder negatieve stemmingsstoornissen en een groene S op meer negatieve stemmingsstoornissen. De senioren tussen 60 en 69 hebben in vergelijking met de senioren die ouder zijn minder vaak problemen met volgende negatieve stemmingsstoornissen: ik voelde mij de laatste tijd vaak nerveus, ik voelde mij de laatste tijd neerslachtig en somber, de laatste tijd verveel ik me vaak en mijn gezondheid beperkt mij vaak in mijn sociale activiteiten. De 80-plussers hebben in vergelijking met de senioren die jonger zijn dan weer vaker problemen met volgende negatieve stemmingsstoornissen: ik voelde mij de laatste tijd neerslachtig en somber, de laatste tijd verveel ik me vaak en mijn gezondheid beperkt mij vaak in mijn sociale activiteiten. 52

54 Vrouwen voelden zich de laatste tijd minder kalm en rustig dan mannen. Senioren zonder partner ervaren alle hier vermelde negatieve stemmingsstoornissen vaker dan de senioren met een partner. De senioren met een inkomen onder de 1000 euro per maand ervaren vaker alle hier vermelde negatieve stemmingsstoornissen dan de senioren die meer verdienen. De senioren met een inkomen boven de 1500 euro per maand ervaren in vergelijking met de senioren die minder verdienen dan weer significant minder vaak alle hier vermelde negatieve stemmingsstoornissen. 53

55 Senioren die menen makkelijker rond te komen ervaren in vergelijking met de senioren die menen moeilijker rond te komen minder vaak volgende negatieve stemmingsstoornissen: ik voelde mij de laatste tijd vaak nerveus, ik voelde mij de laatste tijd neerslachtig en somber, ik voelde mij de laatste tijd zo somber dat niets mij kon opvrolijken, ik voelde mij onlangs helemaal van slag omdat ik kritiek kreeg, de laatste tijd verveel ik me vaak en mijn gezondheid beperkt mij vaak in mijn sociale activiteiten. 54

56 ERVAREN PROBLEMEN Om te peilen naar de mate waarin ouderen problemen ervaren, werd de respondenten het volgende gevraagd: In welke mate hebt u met onderstaande problemen zelf te maken/te maken gehad? (vraag 45, items 1 tem 11 en items 13 tem 14). Vervolgens worden 13 verschillende problemen opgesomd. De respondenten konden antwoorden of ze hier nooit, zelden, soms of vaak last van hebben/hadden. Gemiddelde score Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse=2 Ervaren problemen Hoe hoger de score, hoe meer problemen de senioren ervaren. De senioren uit Ieper scoren voor ervaren problemen 2,4 op een maximum van 10. Dit betekent dat de senioren uit Ieper eerder weinig problemen ervaren. Als we vergelijken met de andere populaties, dan zien we dat de senioren uit Ieper minder problemen ervaren dan de gemiddelde senior uit, een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad en een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid. Wat betreft de ervaring van problemen verschillen de senioren uit Ieper niet significant van de gemiddelde senior uit West-. Welke items scoren het hoogst? De dimensie 'Ervaren problemen' werd gemeten aan de hand van 13 items. Deze 13 items werden samengevoegd tot 3 subdimensies. Voor elk van deze subdimensies staat hieronder de score op 10. Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse=2 Kwetsbaarheid Maatschappelijke participatie gericht op onmiddellijke omgeving Onveiligheid De senioren uit Ieper ervaren het meest problemen met betrekking tot onveiligheid (3,0). Problemen in verband met met de maatschappelijke participatie gericht op de onmiddellijke omgeving (2,1) en problemen met betrekking tot kwetsbaarheid (2,1) worden minder door de senioren uit Ieper ervaren. De senioren uit Ieper ervaren in vergelijking met de gemiddelde senior uit minder problemen met betrekking tot maatschappelijke participatie gericht op de onmiddellijke omgeving en onveiligheid. We zien geen significant verschil wat betreft ervaren problemen tussen de gemiddelde senior uit Ieper en de gemiddelde senior uit West-. 55

57 De senioren uit Ieper ervaren in vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad en de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid minder problemen met betrekking tot maatschappelijke participatie gericht op de onmiddellijke omgeving en onveiligheid In de volgende tabel wordt de score op 10 weergegeven voor alle items, gerangschikt per subdimensie. Kwetsbaarheid hulpbehoevendheid/afhankelijkheid van derden Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse= gebrek aan zorg vervoersproblemen gezondheidsproblemen eenzaamheid/vereenzaming financiële problemen huisvestingsproblemen Maatschappelijke participatie gericht op onmiddellijke omgeving gebrek aan informatie en voorlichting onvoldoende gezelligheids-en ontspanningsmogelijkheden in de wijk onvoldoende inspraakmogelijkheden Onveiligheid onveiligheid in het verkeer angst voor roof, diefstal of inbraak van de woning angst te worden lastig gevallen op straat Per subdimensie volgt hieronder de visuele voorstelling van de scores. 56

58 1. Kwetsbaarheid In vergelijking met de gemiddelde senior uit West-, ervaren de senioren uit Ieper meer problemen met hulpbehoevendheid/ afhankelijkheid van derden en gezondheidsproblemen. De senioren uit Ieper ervaren in vergelijking met de gemiddelde senior uit West- wel minder financiële problemen. De senioren uit Ieper ervaren in vergelijking met de gemiddelde senior uit minder vaak financiële problemen, maar vaker gezondheidsproblemen. 57

59 In vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad, ervaren de senioren uit Ieper minder financiële problemen. In vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid, ervaren de senioren uit Ieper vaker gezondheidsproblemen en ook vaker huisvestingsproblemen. 2. Maatschappelijke participatie gericht op de onmiddellijke omgeving De senioren uit Ieper ervaren in vergelijking met de gemiddelde senior uit West- minder problemen met onvoldoende gezelligheids- en ontspanningsmogelijkheden in de wijk. In vergelijking met de gemiddelde senior uit ervaren de senioren uit Ieper volgende problemen minder vaak: gebrek aan informatie en voorlichting, onvoldoende gezelligheids- en ontspanningsmogelijkheden in de wijk en onvoldoende inspraakmogelijkheden. In vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad en de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid, ervaren de senioren uit Ieper minder vaak volgende problemen: : gebrek aan informatie en voorlichting, onvoldoende gezelligheids- en ontspanningsmogelijkheden in de wijk en onvoldoende inspraakmogelijkheden. 58

60 3. Onveiligheid De senioren uit Ieper ervaren in vergelijking met de gemiddelde senior uit West- vaker onveiligheid in het verkeer. In vergelijking met de gemiddelde senior uit, ervaren de senioren uit Ieper vaker problemen met onveiligheid in het verkeer maar ze ervaren minder vaak problemen met angst voor roof, diefstal of inbraak in de woning en angst te worden lastig gevallen op straat. In vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad en de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid, ervaren de senioren uit Ieper volgende problemen minder vaak: angst voor roof, diefstal of inbraak in de woning en angst te worden lastig gevallen op straat. 59

61 Op deze figuur kunnen we zien dat de senioren uit Ieper het meest problemen ervaren met hun gezondheid (5,3), onveiligheid in het verkeer (3,3), angst voor roof/ diefstal/ inbraak in de woning (3,1) en angst te worden lastig gevallen op straat (2,6). Ze hebben heel wat minder ervaring met huisvestingsproblemen (0,7), een gebrek aan zorg (1,0), vervoersproblemen (1,5) en financiële problemen (1,6). Welke kenmerken van de respondenten zorgen voor significante verschillen tussen senioren? De senioren tussen 60 en 69 ervaren in vergelijking met de senioren die ouder zijn minder vaak problemen met hulpbehoevendheid/ afhankelijkheid van derden, een gebrek aan zorg, vervoersproblemen, gezondheidsproblemen en eenzaamheid/ vereenzaming. De 80- plussers ervaren in vergelijking met de senioren die jonger zijn minder angst voor roof, diefstal of inbraak van de woning, maar meer problemen met hulpbehoevendheid/ afhankelijkheid van derden, gezondheidsproblemen en problemen met eenzaamheid/ vereenzaming. 60

62 Vrouwen ervaren in vergelijking met mannen vaker volgende problemen: gezondheidsproblemen, eenzaamheid/ vereenzaming, angst voor roof, diefstal of inbraak van de woning en angst te worden lastig gevallen op straat. Senioren zonder partner ervaren in vergelijking met de senioren met een partner volgende problemen vaker: hulpbehoevendheid/ afhankelijkheid van derden, gebrek aan zorg, vervoersproblemen, gezondheidsproblemen, huisvestingsproblemen en onvoldoende gezelligheids- en ontspanningsmogelijkheden in de wijk. De senioren met kinderen ervaren minder problemen met eenzaamheid/ vereenzaming dan de senioren zonder kinderen. 61

63 hulpbehoevendheid/ afhankelijkheid van derden, vervoersproblemen, eenzaamheid/ vereenzaming, financiële problemen en onvoldoende gezelligheids- en ontspanningsmogelijkheden in de wijk. Senioren met een inkomen onder de 1000 euro per maand ervaren in vergelijking met de senioren die meer verdienen vaker problemen met eenzaamheid/ vereenzaming, financiële problemen en onvoldoende gezelligheids- en ontspanningmogelijkheden in de wijk. De senioren met een inkomen boven de 1500 euro per maand ervaren in vergelijking met de senioren die minder verdienen minder vaak volgende problemen: De senioren die menen moeilijker rond te komen ervaren in vergelijking met de senioren die menen makkelijker rond te komen vaker volgende problemen: gezondheidsproblemen, eenzaamheid/ vereenzaming, financiële problemen, onvoldoende gezelligheids- en ontspanningsmogelijkheden in de wijk en angst te worden lastig gevallen op straat. 62

64 ONVEILIGHEIDSGEVOEL Om het onveiligheidsgevoel van de ouderen te meten, kregen de respondenten acht uitspraken voorgeschoteld (vraag 29: In hoeverre bent u het eens met de volgende uitspraken? ). Enkele voorbeelden zijn: Het is vandaag de dag te onveilig om s avonds op straat te komen en s Avonds en s nachts doe ik de deur niet open als er gebeld wordt. De respondenten konden steeds kiezen uit vijf antwoordmogelijkheden: helemaal oneens, mee oneens, noch mee oneens / noch mee eens, mee eens en helemaal mee eens. Gemiddelde score Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse=2 Onveiligheidsgevoel Hoe hoger de score, hoe meer de senioren zich onveilig voelen. We zien met een score van 6,3 dat de senioren uit Ieper zich niet helemaal veilig, maar ook niet helemaal onveilig voelen. De senioren uit Ieper voelen zich iets onveiliger dan de gemiddelde senior uit West-, en een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid. In vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad merken we evenwel geen significant verschil op. Welke items scoren het hoogst? Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse=2 onveilig s' avonds op straat onveilig kinderen op straat Schrik overval extra voorzichtigheid s' avonds straten onveiliger s' nachts bellen aan deur alarmsysteem huisbewaking tijdens vakantie

65 De senioren uit Ieper vinden het onveilig voor kinderen op straat (7,0) en ze zijn ook niet geneigd de deur te open als er s nachts aangebeld wordt (7,2). Ze hebben minder schrik voor een overval (3,8) en ze voelen zich niet zo onveilig s avonds op straat (5,7). De senioren uit Ieper ervaren in vergelijking met de gemiddelde senior uit West- vaker volgende onveiligheidsgevoelens: het onveilig vinden s avonds op straat, het onveilig vinden voor kinderen op straat, extra voorzichtigheid s avonds noodzakelijk vinden en niet geneigd zijn de deur te openen als er s nachts aangebeld wordt. In vergelijking met de gemiddelde senior uit, ervaren de senioren uit Ieper vaker volgende onveiligheidsgevoelens: het onveilig vinden s avonds op straat, het onveilig vinden voor kinderen op straat, extra voorzichtigheid s avonds noodzakelijk vinden, de straten onveiliger vinden, een alarmsysteem nodig vinden en niet geneigd zijn de deur te openen als er s nachts aangebeld wordt. 64

66 Op bovenstaande figuur kunnen we ook vaststellen dat de senioren uit Ieper in vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad minder schrik hebben voor een overval en huisbewaking tijdens de vakantie minder noodzakelijk vinden. In vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad, vinden de senioren uit Ieper het wel onveiliger voor kinderen op straat en zijn ze minder geneigd de deur te openen als er s nachts aangebeld wordt. In vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid tenslotte, ervaren de senioren uit Ieper vaker volgende onveiligheidsgevoelens: het onveilig vinden s avonds op straat, het onveilig vinden voor kinderen op straat, extra voorzichtigheid s avonds noodzakelijk vinden, de straten onveiliger vinden en niet geneigd zijn de deur te openen als er s nachts aangebeld wordt. Welke kenmerken van de respondenten zorgen voor significante verschillen tussen senioren? De senioren tussen 70 en 79 vinden het minder onveilig voor kinderen op straat en vinden extra voorzichtigheid s avonds minder noodzakelijk dan de senioren die ouder en jonger zijn. De 80-plussers vinden het dan weer onveiliger s avonds op straat, hebben meer schrik voor een overval en zijn minder geneigd de deur te openen als er s nachts aangebeld wordt dan de senioren die jonger zijn. Vrouwen ervaren in vergelijking met mannen vaker volgende onveiligheidsgevoelens: het onveilig s avonds op straat vinden, schrik hebben voor een overval, extra voorzichtigheid s avonds noodzakelijk vinden, de straten onveiliger vinden en minder geneigd zijn de deur te openen als er s nachts aangebeld wordt. De senioren met een partner ervaren volgende onveiligheidsgevoelens minder vaak dan de senioren zonder partner: het onveilig s avonds op straat vinden, schrik hebben voor een overval, extra voorzichtigheid s avonds noodzakelijk vinden en niet geneigd zijn de deur te openen als er s nachts aangebeld wordt. 65

67 Senioren zonder kinderen hebben in vergelijking met de senioren met kinderen meer schrik voor een overval en zijn minder geneigd de deur te openen als er s nachts aangebeld wordt. De senioren met een inkomen onder de 1000 euro per maand hebben in vergelijking met de senioren die meer verdienen vaker last van volgende onveiligheidsgevoelens: het onveilig vinden s avonds op straat, schrik voor een overval hebben, de straten onveiliger vinden, niet geneigd zijn de deur te openen als er s nachts aangebeld wordt en huisbewaking tijdens de vakantie noodzakelijk vinden. De senioren met een inkomen boven de 1500 euro per maand hebben in vergelijking met de senioren die minder verdienen dan weer minder last van volgende onveiligheidsgevoelens: het onveilig vinden s avonds op straat, schrik voor een overval hebben, extra voorzichtigheid s avonds noodzakelijk vinden, de straten onveiliger vinden, niet geneigd zijn de deur te openen als er s nachts aangebeld wordt en huisbewaking tijdens de vakantie noodzakelijk vinden. De senioren die menen moeilijker rond te komen vinden het onveiliger s avonds op straat, hebben meer schrik voor een overval, vinden de straten onveiliger, vinden een alarmsysteem noodzakelijker en vinden huisbewaking tijdens de vakantie meer nodig dan de senioren die menen makkelijker rond te komen. 66

68 OUDERDOMSBEELD Om het ouderdomsbeeld bij ouderen na te gaan werd hun mening gevraagd over 11 uitspraken. Deze uitspraken peilen naar het idee dat ouderen hebben over de maatschappelijke visie op oud worden of ouderen en naar het gevoel van de ouderen of ze al dan niet gediscrimineerd worden omwille van hun leeftijd. Deze uitspraken gaan over medezeggenschap van ouderen, het al dan niet meer meetellen en de benadeling van ouderen in de samenleving. Dit is vraag 44 uit de vragenlijst. De respondenten konden telkens kiezen uit vijf antwoordmogelijkheden, namelijk helemaal oneens, mee oneens, noch mee oneens / noch mee eens, mee eens en helemaal mee eens. Gemiddelde score Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse=2 Ouderdomsbeeld Hoe hoger de score, hoe meer discriminatie de senioren menen te ervaren omwille van hun leeftijd en hoe negatiever hun ouderdomsbeeld in de maatschappij is. De gemiddelde score voor het ouderdomsbeeld in Ieper is 5,4. Dit wil zeggen dat de senioren uit Ieper niet veel, maar ook niet weinig discriminatie ervaren omwille van hun leeftijd. Deze score verschilt niet van de regio s waarmee hier vergeleken wordt. Welke items scoren het hoogst? Als de tijden slechter worden, zijn het algauw de ouderen die aan het kortste eind trekken Ouderen vormen een aparte groep in de maatschappij met eigen belangen De samenleving is vooral gericht op jongeren met de belangen van ouderen wordt er weinig rekening gehouden Sommige mensen doen alsof ik de maatschappij niets meer te bieden heb nu ik ouder ben Ik heb het gevoel dat ouderen tegenwoordig niet meer meetellen Over wat er voor ouderen gebeurt zouden ouderen veel meer te vertellen moeten hebben Sinds ik ouder ben merk ik regelmatig dat men me niet meer serieus neemt Ik heb het gevoel dat ouderen worden achtergesteld of benadeeld ten opzichte van andere groepen mensen Ik heb er moeite mee om tot de ouderen te behoren De ouderen van nu hebben het moeilijker dan de ouderen van vroeger Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse=

69 Waarschuwing: Omwille van de leesbaarheid van de grafieken, worden de stellingen symbolisch verkort voorgesteld als volgt: NR1 = Als de tijden slechter worden, zijn het algauw de ouderen die aan het kortste eind trekken NR2 = Ouderen vormen een aparte groep in de maatschappij met eigen belangen NR3 = De samenleving is vooral gericht op jongeren met de belangen van ouderen wordt er weinig rekening gehouden NR4 = Sommige mensen doen alsof ik de maatschappij niets meer te bieden heb nu ik ouder ben NR5 = Ik heb het gevoel dat ouderen tegenwoordig niet meer meetellen NR6 = Over wat er voor ouderen gebeurt zouden ouderen veel meer te vertellen moeten hebben NR7 = Sinds ik ouder ben merk ik regelmatig dat men me niet meer serieus neemt NR8 = Ik heb het gevoel dat ouderen worden achtergesteld of benadeeld ten opzichte van andere groepen mensen NR9 = Ik heb er moeite mee om tot de ouderen te behoren NR10 = De ouderen van nu hebben het moeilijker dan de ouderen van vroeger Als we de figuur hierboven bestuderen, zien we dat de senioren uit Ieper de hoogste score gaven aan (wat wijst op een negatiever ouderdomsbeeld): als de tijden slechter worden, zijn het algauw de ouderen die aan het kortste eind trekken (6,2), over wat er voor ouderen gebeurt zouden ouderen veel meer te vertellen moeten hebben (6,6) en ouderen vormen een aparte groep in de maatschappij met eigen belangen (6,7). Items die een lagere score kregen waren: de ouderen van nu hebben het moeilijker dan de ouderen van vroeger (3,6), sinds ik ouder ben merk ik regelmatig dat men me niet meer serieus neemt (4,7) en ik heb er moeite mee om tot de ouderen te behoren (4,8). 68

70 In vergelijking met de gemiddelde senior uit West- en de gemiddelde senior uit, hebben de senioren uit Ieper er meer moeite mee om tot de ouderen te behoren. De senioren uit Ieper hebben in vergelijking met de gemiddelde senior uit wel minder de indruk dat als tijden slechter worden, het algauw de ouderen zijn die aan het kortste eind trekken en ook minder de indruk dat over wat er voor ouderen gebeurt, de ouderen veel meer te vertellen zouden moeten hebben. 69

71 De senioren uit Ieper hebben in vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad minder de indruk dat als tijden slechter worden, het algauw de ouderen zijn die aan het kortste eind trekken, minder de indruk dat over wat er voor ouderen gebeurt, de ouderen veel meer te vertellen zouden moeten hebben en ook minder het gevoel dat ouderen worden achtergesteld of benadeeld ten opzichte van andere groepen mensen. In vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid, hebben de senioren uit Ieper minder de indruk dat over wat er voor ouderen gebeurt, de ouderen veel meer te vertellen zouden moeten hebben, maar ze hebben wel meer de indruk dat sinds ze ouder zijn ze regelmatig niet meer serieus worden genomen en ze hebben er ook meer moeite mee om tot de ouderen te behoren. Welke kenmerken van de respondenten zorgen voor significante verschillen tussen senioren? De senioren tussen 60 en 69 merken in vergelijking met de senioren die ouder zijn minder vaak dat sinds ze ouder zijn, ze regelmatig niet meer serieus worden genomen. De senioren tussen 60 en 69 hebben er wel meer moeite mee om tot de ouderen te behoren. De 80-plussers hebben in vergelijking met de senioren die jonger zijn dan weer minder moeite mee om tot de ouderen te behoren. Vrouwen vinden in vergelijking met mannen vaker dat ouderen een aparte groep vormen in de maatschappij met eigen belangen. Senioren zonder partner vinden in vergelijking met de senioren met een partner vaker dat als tijden slechter worden, het algauw de ouderen zijn die aan het kortste eind trekken en ze vinden ook vaker dat de samenleving vooral gericht op jongeren en dat met de belangen van ouderen weinig rekening gehouden wordt. 70

72 De senioren zonder kinderen vinden dat over wat er voor ouderen gebeurt, de ouderen veel meer te vertellen zouden moeten hebben dan de senioren met kinderen. De senioren met een inkomen onder de 1000 euro per maand hebben vaker het gevoel dat ouderen tegenwoordig niet meer meetellen, merken vaker dat sinds ze ouder zijn, ze vaker niet meer serieus genomen worden, hebben meer de indruk dat ouderen worden achtergesteld of benadeeld ten opzichte van andere groepen mensen en hebben meer de indruk dat de ouderen van nu het moeilijker hebben dan de ouderen van vroeger. De senioren met een inkomen boven de 1500 euro per maand hebben dan weer minder de indruk dat als tijden slechter worden, het algauw de ouderen zijn die aan het kortste eind trekken, dat sinds ze ouder zijn, ze regelmatig niet meer serieus worden genomen en dat de ouderen worden achtergesteld of benadeeld ten opzichte van andere groepen mensen. De senioren die menen moeilijker rond te komen hebben in vergelijking met de senioren die menen makkelijker rond te komen meer de indruk dat als tijden slechter worden, het algauw de ouderen zijn die aan het kortste eind trekken, dat de samenleving vooral gericht is op jongeren en dat met de belangen van ouderen weinig rekening wordt gehouden, dat sommige mensen doen alsof ze in de maatschappij niets meer te betekenen hebben nu ze ouder zijn, dat ouderen tegenwoordig niet meer meetellen, dat over wat er voor ouderen gebeurt, de ouderen veel meer te vertellen zouden moeten hebben, dat sinds ze ouder zijn, ze merken dat ze regelmatig niet meer serieus worden genomen, dat ouderen worden achtergesteld of benadeeld ten opzichte van andere groepen mensen, dat de ouderen van nu het moeilijker hebben dan de ouderen van vroeger en ze hebben er ook meer moeite mee om tot de ouderen te behoren. 71

73 Thema 4: Maatschappelijke participatie Binnen dit thema werden de scores berekend voor 9 dimensies, namelijk reden van pensionering, mate van gemis van beroepsactiviteiten, participatie, activiteitsgraad, motieven lid worden van vereniging, participatiegraad seniorenverenigingen, belemmeringen bijwonen activiteiten seniorenverenigingen, bijwonen culturele evenementen en politieke participatie. REDEN PENSIONERING In de vragenlijst peilt vraag 78 naar de motieven van de ouderen om op pensioen te gaan. In totaal worden 10 mogelijke redenen (items 2 tem 4 en items 6 tem 12) samengevoegd tot de dimensie. Aan de respondenten werd gevraagd: Hoe belangrijk waren de volgende factoren bij uw beslissing om op brugpensioen/vervroegd pensioen of pensioen te gaan?. De ouderen konden telkens antwoorden met helemaal niet belangrijk, eerder onbelangrijk, noch belangrijk/noch onbelangrijk, eerder belangrijk of zeer belangrijk. Gemiddelde score Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse=2 Reden pensionering Hoe hoger de score, hoe meer redenen van expliciet belang waren voor de senioren om op (vervroegd) pensioen te gaan. Ieper scoort voor reden pensionering 1,5 op een maximum van 10. Dit betekent dat de senioren uit Ieper niet veel concrete redenen, buiten het bereiken van de pensioensleeftijd, hadden om op (vervroegd) pensioen te gaan. Als we vergelijken met de andere regio s, dan merken we op dat de senioren uit Ieper minder concrete redenen hadden om op (vervroegd) pensioen te gaan dan de gemiddelde senior uit West-,, een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad en een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid. Welke items scoren het hoogst? De dimensie 'Reden pensionering' werd gemeten aan de hand van 10 items. Deze 10 items werden samengevoegd tot 2 subdimensies. Voor elk van deze subdimensies staat hieronder de score op 10. Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse=2 Immateriële redenen Financieel We zien dat de senioren uit Ieper meer financiële redenen aanhalen om op vervroegd pensioen te gaan dan immateriële. De senioren uit Ieper halen in vergelijking met de gemiddelde senior uit West- en minder financiële redenen en ook minder immateriële redenen aan om op (vervroegd) pensioen te gaan. 72

74 De senioren uit Ieper halen in vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad en de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid minder financiële redenen en ook minder immateriële redenen aan om op (vervroegd) pensioen te gaan. In de volgende tabel wordt de score op 10 weergegeven voor alle items, gerangschikt per subdimensie. Immateriële redenen Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse=2 ontevredenheid met de jobinhoud ontevredenheid met de werkomstandigheden ik was al een tijd werkloos opnemen van zorgtaken gebrek aan vrije tijd omdat vele mensen uit omgeving op bepaalde leeftijd op pensioen gaan omdat partner met pensioen ging Financieel ik had genoeg financiële middelen om te stoppen met werken het financieel verschil tussen verder werken en stoppen was te klein om plaats te maken voor jongeren Per subdimensie volgt hieronder de visuele voorstelling van de scores. 1. Immateriële redenen Op onderstaande figuur kunnen we zien dat de senioren uit Ieper in vergelijking met de gemiddelde senior uit West- en de gemiddelde senior uit volgende redenen minder aanhalen op om op (vervroegd) pensioen te gaan: ontevredenheid met de jobinhoud, ontevredenheid met de werkomstandigheden, opnemen van zorgtaken en gebrek aan vrije tijd. 73

75 In vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad en de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid, halen de senioren uit Ieper volgende redenen minder vaak aan om op (vervroegd) pensioen te gaan: ontevredenheid met de jobinhoud, ontevredenheid met de werkomstandigheden, opnemen van zorgtaken, gebrek aan vrije tijd, omdat vele mensen uit de omgeving op een bepaalde leeftijd op pensioen gaan en omdat partner met pensioen ging. 74

76 2. Financiële redenen In vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad, halen de senioren uit Ieper minder vaak volgende financiële redenen aan om op (vervroegd) pensioen te gaan: ik had genoeg financiële middelen om te stoppen met werken en het financieel verschil tussen verder werken en stoppen was te klein. In vergelijking met de gemiddelde senior uit, halen de senioren uit Ieper volgende redenen minder vaak aan om op (vervroegd) pensioen te gaan: ik had genoeg financiële middelen om te stoppen met werken, het financieel verschil tussen verder werken en stoppen was te klein en om plaats te maken voor jongeren. In vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad en de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid, halen de senioren uit Ieper volgende redenen minder vaak aan om op (vervroegd) pensioen te gaan: ik had genoeg financiële middelen om te stoppen met werken, het financieel verschil tussen verder werken en stoppen was te klein en om plaats te maken voor jongeren. Op onderstaande figuur kunnen we zien dat de items die het vaakst aangehaald werden door de senioren uit Ieper als reden om op (vervroegd) pensioen te gaan de volgende zijn: om plaats te maken voor jongeren (2,1), het financieel verschil tussen verder werken en stoppen was te klein (1,8) en ik had genoeg financiële middelen om te stoppen met werken (1,7). Het minst vaak werden volgende redenen aangehaald: ontevredenheid met de jobinhoud (0,7), ik was al een tijd werkloos (0,8) en ontevredenheid met de werkomstandigheden (0,9). 75

77 Welke kenmerken van de respondenten zorgen voor significante verschillen tussen senioren? De senioren tussen 60 en 69 geven in vergelijking met de senioren die ouder zijn vaker als reden voor hun (vervroegd) pensioen op dat ze genoeg financiële middelen hadden om te stoppen met werken. De 80- plussers halen in vergelijking met de senioren die jonger zijn volgende redenen dan weer minder vaak aan om op (vervroegd) pensioen te gaan: opnemen van zorgtaken, ik had genoeg financiële middelen om te stoppen met werken en het financieel verschil tussen verder werken en stoppen was te klein. Vrouwen halen in vergelijking met mannen het feit dat hun partner met pensioen ging vaker aan als reden om zelf op (vervroegd) pensioen te gaan. Mannen zeggen dan weer vaker dan vrouwen dat ze op (vervroegd) pensioen gingen omdat ze ontevreden waren met de jobinhoud, het financieel verschil tussen verder werken en stoppen was te klein en om plaats te maken voor jongeren. 76

78 Senioren met een partner halen een gebrek aan vrije tijd vaker aan als reden om op (vervroegd) pensioen te gaan dan de senioren zonder partner. De senioren die menen makkelijker rond te komen halen een gebrek aan vrije tijd en het feit dat ze genoeg financiële middelen hadden om te stoppen met werken vaker aan als redenen om op (vervroegd) pensioen te gaan dan de senioren die menen moeilijker rond te komen. 77

79 MATE VAN GEMIS VAN BEROEPSACTIVITEITEN Deze dimensie wordt gemeten aan de hand van vraag 79 uit de vragenlijst. De volgende vraag werd aan de ouderen gesteld: In welke mate mist u de volgende dingen in uw leven nu u gepensioneerd bent?. De respondenten konden om te antwoorden op de 6 items telkens kiezen tussen: helemaal niet, weinig, niet veel/niet weinig, veel of zeer veel. Gemiddelde score Mate van gemis van beroepsactiviteiten Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse= Hoe hoger de score, hoe meer de senioren de beroepsactiviteiten missen. Algemeen kunnen we stellen dat de senioren uit Ieper hun beroepsactiviteiten niet zo erg missen (een score van 2,4 op een maximum van 10). De senioren uit Ieper missen hun beroepsactiviteiten zelfs significant minder dan de gemiddelde senior uit West-,, een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad en een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid. Welke items scoren het hoogst? Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse=2 de beroepsbezigheden de dagelijkse routine het verschil tussen nettoloon en het pensioenbedrag het gevoel nuttig te zijn de contacten met de collega's de contacten met klanten en zakenpartners De senioren uit Ieper missen vooral het verschil tussen het nettoloon en het pensioenbedrag (3,7) en de contacten met de collega s (3,3). Minder missen ze de dagelijkse routine (1,4) en de beroepsbezigheden (1,8). 78

80 In vergelijking met de gemiddelde senior uit West- missen de senioren uit Ieper meer de contacten met de collega s, maar minder de beroepsbezigheden, de dagelijkse routine, het verschil tussen het nettoloon en het pensioenbedrag, het gevoel nuttig te zijn en de contacten met klanten en zakenpartners. De senioren uit Ieper missen in vergelijking met de gemiddelde senior uit minder de beroepsbezigheden, de dagelijkse routine, het verschil tussen het nettoloon en het pensioenbedrag en het gevoel nuttig te zijn. 79

81 De senioren uit Ieper missen in vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad meer de contacten met de collega s, maar minder de beroepsbezigheden, de dagelijkse routine, het verschil tussen het nettoloon en het pensioenbedrag en het gevoel nuttig te zijn. In vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid tenslotte, missen de senioren uit Ieper minder de beroepsbezigheden, de dagelijkse routine, het verschil tussen het nettoloon en het pensioenbedrag, het gevoel nuttig te zijn en de contacten met de klanten en zakenpartners. Welke kenmerken van de respondenten zorgen voor significante verschillen tussen senioren? De senioren tussen 60 en 69 missen in vergelijking met de senioren die ouder zijn meer het gevoel nuttig te zijn en de contacten met de collega s. De senioren tussen 70 en 79 missen in vergelijking met de senioren die jonger zijn minder vaak de contacten met de collega s en het gevoel nuttig te zijn. De senioren zonder partner missen in vergelijking met de senioren met een partner vaker de dagelijkse routine. De senioren die menen makkelijker rond te komen missen in vergelijking met de senioren die menen moeilijker rond te komen minder vaak hun beroepsbezigheden en het verschil tussen het nettoloon en het pensioenbedrag. Merk op dat de subjectieve beoordeling van het inkomen voor significante verschillen tussen de senioren zorgt, terwijl het inkomen op zich geen invloed lijkt te hebben. 80

82 PARTICIPATIE Vraag 47 uit de vragenlijst peilt naar de participatie van ouderen in 22 verschillende verenigingen. De volgende vraag werd voorgelegd aan de respondenten: In welke mate bent u lid van volgende verenigingen?. De ouderen konden telkens kiezen uit vier antwoordmogelijkheden: nooit lid geweest, vroeger lid geweest, lid of bestuurslid. Gemiddelde score Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse=2 Participatie Hoe hoger de score, hoe meer de senioren lid zijn van verenigingen. We kunnen zien in Ieper met een score van 0,9 op een maximum van 10, dat niet veel senioren lid zijn van een vereniging. Hierin verschillen de senioren uit Ieper niet van de gemiddelde senior uit West-,, een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad en een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid. Welke items scoren het hoogst? Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse=2 Natuurvereniging Fanclub Vereniging die gehandicapten, helpt Vereniging voor kunstbeoefening Hobbyclub Vrouwenbeweging Socio-culturele vereniging Sportclub Politieke vereniging Religieuze vereniging Wijk- of buurtcomité Vereniging voor internat. Vrede Vakbond, Gemeentelijke adviesraad/ Gezinsvereniging Groepering in een plaatselijk café Het Rode Kruis, Vereniging voor gepensioneerden De witte comités Zelfhulpgroep Jeugdbeweging We kunnen op bovenstaande tabel en onderstaande figuur zien dat de senioren uit Ieper vaker lid zijn van een gezinsvereniging (1,2), een vakbond (1,3), een vereniging die gehandicapten helpt (1,4), een vrouwenbeweging (1,4), een socio-culturele vereniging (1,4) en vooral van een vereniging voor gepensioneerden (4,0). Ze zijn minder vaak lid van de witte comités (0,0), een zelfhulpgroep (0,0), een fanclub (0,1), een jeugdbeweging (0,1), een wijk- of buurtcomité (0,2) en een gemeentelijke adviesraad (0,3). 81

83 Welke kenmerken van de respondenten zorgen voor significante verschillen tussen senioren? Senioren tussen de 60 en de 69 zijn vaker lid van een vereniging voor kunstbeoefening, een sportclub en een gezinsvereniging. Ze (senioren tussen 60 en 69) zijn wel minder vaak lid van een vereniging die gehandicapten helpt en een vereniging voor gepensioneerden. Senioren tussen de 70 en de 79 zijn vaker lid van een vereniging voor gepensioneerden, maar minder vaak lid van een vereniging voor kunstbeoefening, een sportclub en een jeugdbeweging. 80-plussers tenslotte zijn minder vaak lid van een fanclub, een vrouwenbeweging, een sportclub, een politieke vereniging, een gezinsvereniging en een groepering in een plaatselijk café. 82

84 Vrouwen zijn vaker dan mannen lid van een vrouwenbeweging en een vereniging voor gepensioneerden. Mannen zijn dan weer vaker dan vrouwen lid van een fanclub, een gemeentelijke adviesraad en een groepering in een plaatselijk café. Senioren met een partner zijn in vergelijking met de senioren zonder partner vaker lid van een socioculturele vereniging, een sportclub, een politieke vereniging, een gezinsvereniging en een jeugdbeweging. 83

85 Senioren met kinderen zijn in vergelijking met de senioren zonder kinderen vaker lid van een wijk- of buurtcomité, een gezinsvereniging en een jeugdbeweging. 84

86 Senioren met een maandinkomen onder de 1000 euro zijn in vergelijking met de senioren die meer verdienen minder vaak lid van een vereniging voor kunstbeoefening, een socio-culturele vereniging, een politieke vereniging, een religieuze vereniging, een vereniging voor internationale vrede, een gemeentelijke adviesraad, een gezinsvereniging en een jeugdbeweging. De senioren met een inkomen boven de 1500 euro per maand zijn in vergelijking met de senioren die minder verdienen minder vaak lid van een vereniging voor gepensioneerden, maar vaker lid van een natuurvereniging, een vereniging voor kunstbeoefening, een socio-culturele vereniging, een politieke vereniging, een religieuze vereniging, een vereniging voor internationale vrede, een gemeentelijke adviesraad en een gezinsvereniging. De senioren die menen moeilijker rond te komen zijn in vergelijking met de senioren die menen makkelijker rond te komen minder vaak lid van een natuurvereniging, een vereniging voor kunstbeoefening, een sportclub, een gemeentelijke adviesraad en een gezinsvereniging. 85

87 86

88 ACTIVITEITSGRAAD Deze dimensie wordt gemeten aan de hand van de volgende vraag: Hoe vaak beoefent u volgende activiteiten? (vraag 46). Vervolgens worden allerlei activiteiten opgesomd. De items 1 en 6 tem 15 vormen samen deze dimensie. De vijf antwoordmogelijkheden zijn: nooit, zelden, ongeveer maandelijks, ongeveer wekelijks en meer dan 1 maal per week. Gemiddelde score Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse=2 Activiteitsgraad Hoe hoger de score, hoe vaker de senioren activiteiten beoefenen. We zien dat de senioren uit Ieper met een score van 3,1 iets minder actief zijn dan de gemiddelde senior uit West-,, een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad en een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid. Welke items scoren het hoogst? De dimensie 'Activiteitsgraad' werd gemeten aan de hand van 11 items. Deze 11 items werden samengevoegd tot 3 subdimensies. Voor elk van deze subdimensies staat hieronder de score op 10. Activiteiten ifv ontspanning en ontmoeting Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse= Activiteiten ifv zelfrealisatie Doe-het-zelf activiteiten We zien dat de senioren uit Ieper het vaakst activiteiten beoefenen in functie van ontspanningen en ontmoeting (4,4) en het minst vaak activiteiten beoefenen in functie van zelfrealisatie (1,8). In vergelijking met de gemiddelde senior uit West-, beoefenen de senioren uit Ieper minder activiteiten in functie van ontspanning en ontmoeting en ook minder doe-hetzelf activiteiten. In vergelijking met de gemiddelde senior uit, beoefenen de senioren uit Ieper minder activiteiten in functie van ontspanning en ontmoeting, minder activiteiten in functie van zelfrealisatie en ook minder doe-het-zelf activiteiten. 87

89 In vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad, beoefenen de senioren uit Ieper minder activiteiten in functie van ontspanning en ontmoeting, minder activiteiten in functie van zelfrealisatie en ook minder doe-het-zelf activiteiten. De senioren uit Ieper beoefenen in vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid minder doe-het-zelf activiteiten. In de volgende tabel wordt de score op 10 weergegeven voor alle items, gerangschikt per subdimensie. Activiteiten ifv ontspanning en ontmoeting op café of uit eten gaan (ook brasserie en tearoom) Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse= reizen en uitstapjes maken winkelen voor genoegen luisteren naar radio of muziek wandelen of fietsen Activiteiten ifv zelfrealisatie een opleiding of cursus volgen een computer of het internet gebruiken naar toneel, film, sport en cultuurevenementen gaan boeken lezen Doe-het-zelf activiteiten tuinieren herstellingen in huis Per subdimensie volgt hieronder de visuele voorstelling van de scores. 88

90 1. Activiteiten in functie van ontspanning en ontmoeting De senioren uit Ieper beoefenen in vergelijking met de gemiddelde senior uit West- volgende activiteiten in functie van ontspanning minder vaak: op café of uit eten gaan, reizen en uitstapjes maken, luisteren naar radio of muziek en wandelen of fietsen. In vergelijking met de gemiddelde senior uit, beoefenen de senioren uit Ieper dan weer significant minder vaak volgende activiteiten: op café of uit eten gaan, reizen en uitstapjes maken, winkelen voor genoegen en luisteren naar radio of muziek. De senioren uit Ieper beoefenen in vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad minder vaak volgende activiteiten in functie van ontspanning en ontmoeting : op café of uit eten gaan, reizen en uitstapjes maken, winkelen voor genoegen en wandelen of fietsen. In vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid, gaan de senioren uit Ieper minder op café of uit eten, winkelen ze minder voor genoegen en wandelen of fietsen ze ook minder. 89

91 2. Activiteiten in functie van zelfrealisatie De senioren uit Ieper gebruiken minder vaak een computer of het internet en gaan ook minder vaak naar toneel, sport en cultuurevenementen dan de gemiddelde senior uit West-. In vergelijking met de gemiddelde senior uit, beoefenen de senioren uit Ieper volgende activiteiten in functie van zelfrealisatie minder: een computer of het internet gebruiken, naar toneel, film, sport en cultuurevenementen gaan en boeken lezen. In vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad, beoefenen de senioren uit Ieper volgende activiteiten in functie van zelfrealisatie minder: een computer of het internet gebruiken, naar toneel, film, sport en cultuurevenementen gaan en boeken lezen. De senioren uit Ieper gebruiken minder vaak een computer of het internet en gaan ook minder vaak naar toneel, sport en cultuurevenementen dan de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid. 90

92 3. Doe-het-zelf activiteiten De senioren uit Ieper tuinieren minder en doen ook minder herstellingen in huis dan de gemiddelde senior uit West- en de gemiddelde senior uit. De senioren uit Ieper doen minder vaak herstellingen in huis dan de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad. In vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid beoefenen de senioren uit Ieper minder vaak volgende doe-het-zelf activiteiten : tuinieren en herstellingen in huis. 91

93 Senioren uit Ieper beoefenen het vaakst volgende activiteiten: luisteren naar radio of muziek (7,1), wandelen of fietsen (5,6) en tuinieren (4,3). Het minst vaak volgen ze een opleiding of cursus (1,0), gebruiken ze een computer of het internet (1,2) en gaan ze naar toneel, film, sport en cultuurevenementen (1,5). Welke kenmerken van de respondenten zorgen voor significante verschillen tussen senioren? De senioren tussen 60 en 69 zijn duidelijk veel actiever dan de senioren die ouder zijn. Ze beoefenen alle hier vermelde activiteiten significant vaker (met uitzondering van het item boeken lezen ). De senioren tussen 70 en 79 beoefenen volgende activiteiten minder vaak: luisteren naar radio of muziek, wandelen of fietsen, een computer of het internet gebruiken en naar toneel, film, sport en cultuurevenementen gaan. De 80- plussers beoefenen dan weer alle activiteiten (met uitzondering van de items luisteren naar radio of muziek en boeken lezen ) significant minder vaak. Mannen beoefenen in vergelijking met vrouwen vaker volgende activiteiten: wandelen of fietsen, een computer of het internet gebruiken, naar toneel, film, sport en cultuurevenementen gaan, tuinieren en herstellingen in huis. Senioren met een partner beoefenen in vergelijking met de senioren zonder partner vaker volgende activiteiten: op café of uit eten gaan, reizen en uitstapjes maken, winkelen voor genoegen, wandelen of fietsen, een computer of het internet gebruiken, naar toneel, film, sport en cultuurevenementen gaan, tuinieren en herstellingen in huis. 92

94 Senioren met kinderen tuinieren vaker en doen vaker herstellingen in huis dan de senioren zonder kinderen. Senioren met een inkomen onder de 1000 euro per maand beoefenen alle activiteiten, met uitzondering van tuinieren, minder vaak dan de senioren die meer verdienen. De senioren met een inkomen boven de 1500 euro per maand beoefenen dan alle activiteiten, met uitzondering van de items winkelen voor genoegen en luisteren naar radio of muziek, vaker dan de senioren die minder verdienen. Senioren die menen makkelijker rond te komen beoefenen vaker volgende activiteiten dan de senioren die menen moeilijker rond te komen: op café of uit eten gaan, reizen en uitstapjes maken, luisteren naar radio of muziek, wandelen of fietsen, een opleiding of een cursus volgen, een computer of het internet gebruiken, naar toneel, film, sport en cultuurevenementen gaan, boeken lezen en tuinieren. 93

95 MOTIEVEN LID WORDEN VAN VERENIGING Om te peilen naar de motieven van ouderen om lid te worden van een ouderenvereniging, werd het volgende gevraagd aan de respondenten: Hoe belangrijk waren onderstaande redenen voor u om lid te worden van een vereniging van ouderen? (vraag 51, items 1 tem 8). De ouderen konden telkens antwoorden met helemaal niet belangrijk, eerder onbelangrijk, noch belangrijk/noch onbelangrijk, eerder belangrijk of zeer belangrijk. De onderstaande scores hebben betrekking op alle ouderen die aangeven lid te zijn van een ouderenvereniging (vraag 50). Voor de gemeente Ieper betreft dit 37.38% van de ouderen in de steekproef. Het gemiddelde voor de deelnemende gemeenten van West- ligt op 34.07%. Gemiddelde score Motieven lid worden van vereniging Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse= Hoe hoger de score, hoe explicieter de keuze van de senioren om lid te worden van een ouderenvereniging. De gemiddelde score voor Ieper bedraagt 6,5. Dit cijfer betekent dat de senioren uit Ieper, die lid zijn van een seniorenvereniging (37,4%), wel degelijk concrete redenen hadden om lid te worden van een seniorenvereniging. De senioren uit Ieper hadden zelfs meer concrete redenen om lid te worden dan de gemiddelde senior uit West-,, een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad en een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid. Welke items scoren het hoogst? De dimensie 'Motieven lid worden van vereniging' werd gemeten aan de hand van 8 items. Deze 8 items werden samengevoegd tot 2 subdimensies. Voor elk van deze subdimensies staat hieronder de score op 10. Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse=2 Verbondenheid Gezelligheid en ontmoeting We zien dat de senioren uit Ieper vaker lid worden van een vereniging voor de gezelligheid en ontmoeting (7,5) dan voor de verbondenheid met de organisatie (5,6). Op bovenstaande figuur kunnen we zien dat de senioren uit Ieper vaker lid worden van een seniorenvereniging vanuit de verbondenheid met de organisatie dan de gemiddelde senior uit West- en de gemiddelde senior uit. 94

96 In vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad, worden de senioren uit Ieper vaker lid van een seniorenvereniging voor de verbondenheid en voor de gezelligheid en ontmoeting. De senioren uit Ieper worden in vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid vaker lid worden van een seniorenvereniging vanuit de verbondenheid met de organisatie. In de volgende tabel wordt de score op 10 weergegeven voor alle items, gerangschikt per subdimensie. Verbondenheid voor hulp en ondersteuning van de bond Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse= zelf iets voor ouderen willen doen belangenbehartiging steunen van het idee/doelen van de bond gevraagd lid te worden vanwege partner Gezelligheid en ontmoeting vanwege de gezelligheid omdat je er andere mensen ontmoet Per subdimensie volgt hieronder de visuele voorstelling van de scores. 1. Verbondenheid Op onderstaande figuur kunnen we zien dat de senioren uit Ieper in vergelijking met de gemiddelde senior uit West- en de gemiddelde senior uit vaker lid worden van een vereniging vanuit volgende motieven: voor hulp en ondersteuning van de bond, zelf iets voor ouderen willen doen, belangenbehartiging, steunen van het idee/ doelen van de bond, gevraagd lid te worden en vanwege de partner. 95

97 De senioren uit Ieper worden in vergelijking met de gemiddelde senior uit West- en de gemiddelde senior uit vaker lid van een vereniging vanuit volgende motieven: voor hulp en ondersteuning van de bond, zelf iets voor ouderen willen doen, belangenbehartiging, steunen van het idee/ doelen van de bond, gevraagd lid te worden en vanwege de partner. 96

98 2. Gezelligheid en ontmoeting Wat betreft de motieven die betrekking hebben op gezelligheid en ontmoeting om lid te worden van een seniorenvereniging, kunnen we op bovenstaande figuur vaststellen dat de senioren uit Ieper niet significant afwijken van de gemiddelde senior uit West- en de gemiddelde senior uit. De senioren uit Ieper worden vaker lid van een seniorenvereniging omdat je er andere mensen ontmoet dan de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad. De senioren uit Ieper verschillen niet significant van de gemiddelde senior uit een gemeente wat betreft hun motieven die te maken hebben met gezelligheid en ontmoeting om lid te worden van een seniorenvereniging. Op onderstaande figuur kunnen we zien dat de senioren uit Ieper vooral lid worden van een vereniging omdat men er andere mensen ontmoet (7,7) en vanwege de gezelligheid (7,3). Ze worden minder vaak lid van een vereniging vanwege hun partner (4,2) en om hun belangen te behartigen (5,1). 97

99 Welke kenmerken van de respondenten zorgen voor significante verschillen tussen senioren? De senioren tussen 70 en 79 worden minder vaak lid van een seniorenvereniging omdat je er andere mensen ontmoet dan de senioren die ouder en jonger zijn. Vrouwen worden vaker lid van een seniorenvereniging omdat je er andere mensen ontmoet dan mannen. 98

100 PARTICIPATIEGRAAD SENIORENVERENIGINGEN Deze dimensie wordt gemeten aan de hand van de volgende vraag: Aan welke van de onderstaande activiteiten neemt u gewoonlijk deel? (vraag 53, items 1 tem 14 en 16 tem 21). De ouderen konden antwoorden met nooit, af en toe of regelmatig. Gemiddelde score Participatiegraad seniorenverenigingen Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse= Hoe hoger de score, hoe meer de senioren deelnemen aan de activiteiten van de seniorenverenigingen. We zien met een score van 2,7 op 10 dat de senioren uit Ieper die lid zijn van een seniorenvereniging (37.38% van de senioren uit Ieper), niet zo heel vaak deelnemen aan activiteiten van die seniorenvereniging. De senioren uit Ieper die lid zijn van een seniorenvereniging, nemen wel significant vaker deel aan activiteiten van die seniorenvereniging dan de gemiddelde senior uit West-,, een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad en een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid. De senioren uit Ieper gaan het vaakst naar feesten/ koffietafels/ ontspanning en animatie (6,7), ledenvergaderingen (5,3), dag of halve dag uitstappen (5,2), gespreksnamiddagen (3,7) en ze lezen ook vaak het ledenblad/ bestuursblad (4,1). Het minst vaak gaan ze naar sociale acties (0,7), toneel- en zangactiviteiten (1,0), praktische cursussen (1,0), lessenreeksen (1,3) en hobby-ateliers (1,5). 99

101 Welke items scoren het hoogst? Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse=2 ledenvergadering functie in het bestuur/bestuursvergadering feesten, koffietafels, ontspanning en animatie gespreksnamiddagen bezinningsnamiddagen/religieuze vieringen praktische cursussen lessenreeksen vrijwilligerswerk sociale acties geleide bezoeken bijwonen van toneel, film, concerten sportactiviteiten hobby-atelier toneel- en zangactiviteiten dag of halvedag uitstappen gemeenschappelijke activiteiten met andere bonden Bedevaarten vakanties in het binnenland vakanties in het buitenland het ledenblad/bestuursblad In vergelijking met de gemiddelde senior uit West-, gaan de senioren uit Ieper vaker naar: ledenvergaderingen, bestuursvergaderingen, feesten, koffietafels, ontspanning en animatie, bezinningsnamiddagen/ religieuze vieringen, praktische cursussen, lessenreeksen, vrijwilligerswerk, geleide bezoeken, sportactiviteiten, hobby-ateliers, dag of halvedag uitstappen, gemeenschappelijke activiteiten met andere bonden en bedevaarten. In vergelijking met de gemiddelde senior uit, gaan de senioren uit Ieper minder vaak naar toneel, film, concerten en vakanties in het binnenland, maar vaker naar ledenvergaderingen, bestuursvergaderingen, feesten, koffietafels, ontspanning en animatie, gespreksnamiddagen, bezinningsnamiddagen/ religieuze vieringen, praktische cursussen, lessenreeksen, vrijwilligerswerk, geleide bezoeken, sportactiviteiten, hobbyateliers, dag of halvedag uitstappen, gemeenschappelijke activiteiten met andere bonden, bedevaarten, vakanties in het buitenland en ze lezen ook vaker het ledenblad/ bestuursblad. De senioren uit Ieper gaan in vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad minder vaak naar gespreksnamiddagen, toneel, film, concerten en vakanties in het binnenland, maar vaker naar ledenvergaderingen, bestuursvergaderingen, feesten, koffietafels, ontspanning en animatie, praktische cursussen, lessenreeksen, vrijwilligerswerk, sociale acties, sportactiviteiten, hobbyateliers, dag of halvedag uitstappen, gemeenschappelijke activiteiten met andere bonden, bedevaarten, vakanties in het buitenland en ze lezen ook vaker het ledenblad/ bestuursblad. De senioren uit Ieper gaan in vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid minder vaak naar toneel, film, concerten en vakanties in het binnenland maar vaker naar ledenvergaderingen, bestuursvergaderingen, feesten, koffietafels, ontspanning en animatie, gespreksnamiddagen, bezinningsnamiddagen/ religieuze vieringen, praktische cursussen, lessenreeksen, vrijwilligerswerk, sociale acties, geleide bezoeken, sportactiviteiten, hobby-ateliers, dagof halvedag uitstappen, gemeenschappelijke activiteiten met andere bonden, vakanties in het buitenland en ze lezen ook vaker het ledenblad/ bestuursblad. 100

102 Welke kenmerken van de respondenten zorgen voor significante verschillen tussen senioren? De senioren tussen 60 en 69 gaan in vergelijking met de senioren die ouder zijn minder vaak naar ledenvergaderingen en bezinningsnamiddagen/ religieuze vieringen, maar vaker naar praktische cursussen, lessenreeksen, geleide bezoeken, sportactiviteiten, dag of halvedag uitstappen en vakanties in het buitenland. De senioren tussen 70 en 79 gaan vaker naar feesten, koffietafels, ontspanning en animatie. De 80-plussers tenslotte gaan in vergelijking met de senioren die jonger zijn minder vaak naar geleide bezoeken, sportactiviteiten, hobbyateliers, dag of halvedag uitstappen en vakanties in het buitenland. Vrouwen gaan in vergelijking met mannen vaker naar lessenreeksen en sociale acties. 101

103 Senioren met kinderen gaan in vergelijking met de senioren zonder kinderen vaker naar gemeenschappelijke activiteiten met andere bonden. Senioren met een inkomen onder de 1000 euro per maand gaan in vergelijking met de senioren die meer verdienen minder vaak naar geleide bezoeken. De senioren met een inkomen boven de 1500 euro per maand gaan in vergelijking met de senioren die minder verdienen vaker naar toneel, film, concerten. 102

104 BELEMMERINGEN BIJWONEN ACTIVITEITEN SENIORENVERENIGINGEN Vraag 55 uit de vragenlijst peilt naar de belemmeringen die ouderen ondervinden voor het bijwonen van activiteiten van seniorenverenigingen. De volgende vraag werd voorgelegd aan de respondenten: Kunt u aangeven hoe belangrijk onderstaande redenen voor u zijn om de activiteiten, bijeenkomsten en/of vergaderingen van de vereniging voor ouderen niet vaker te bezoeken?. De ouderen konden op de 13 items telkens antwoorden met helemaal niet belangrijk, eerder onbelangrijk, noch belangrijk/noch onbelangrijk, eerder belangrijk of zeer belangrijk. Gemiddelde score Belemmeringen bijwonen activiteiten seniorenverenigingen Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse= Hoe hoger de score, hoe meer belemmeringen de senioren ervaren om de activiteiten van de seniorenverenigingen vaker bij te wonen. We zien met een score van 2,9 dat de senioren uit Ieper die lid zijn van een seniorenvereniging relatief weinig belemmeringen ervaren om aan activiteiten van die seniorenvereniging deel te nemen. De senioren uit Ieper ervaren in vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad en een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid zelf iets minder belemmeringen. In vergelijking met de gemiddelde senior uit West- en de gemiddelde senior uit, merken we dan weer geen significant verschil op. Welke items scoren het hoogst? De dimensie 'Belemmeringen bijwonen activiteiten seniorenverenigingen' werd gemeten aan de hand van 13 items. Deze 13 items werden samengevoegd tot 2 subdimensies. Voor elk van deze subdimensies staat hieronder de score op 10. Organisatie specifieke belemmeringen Persoonsgebonden belemmeringen Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse= We zien dat de organisatiespecifieke belemmeringen (3,0) iets meer spelen dan de persoonsgebonden belemmeringen (2,8). De senioren uit Ieper ervaren in vergelijking met de gemiddelde senior uit West- minder organisatiespecifieke belemmeringen. Wat betreft de ervaring van belemmeringen in hun deelname aan activiteiten van seniorenverenigingen, zien we geen significant verschil tussen de senioren uit Ieper en de gemiddelde senior uit. 103

105 De senioren uit Ieper ervaren in vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad en de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid, minder organisatiespecifieke belemmeringen en ook minder persoonsgebonden belemmeringen. In de volgende tabel wordt de score op 10 weergegeven voor alle items, gerangschikt per subdimensie. Organisatie specifieke belemmeringen Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse=2 activiteiten spreken niet aan geen interesse sfeer spreekt niet aan/niet gezellig niet op de hoogte heb ik nooit gedaan activiteiten zijn vaak 's avonds Persoonsgebonden belemmeringen gezondheidsproblemen vervoersproblemen geen tijd zorg voor iemand niemand om mee samen te gaan te duur angst om op straat te komen Per subdimensie volgt hieronder de visuele voorstelling van de scores. 1. Organisatiespecifieke belemmeringen Op onderstaande figuur kunnen we zien dat de senioren uit Ieper in vergelijking met de gemiddelde senior uit West- zich minder belemmerd voelen in hun deelname aan activiteiten van seniorenverenigingen door volgende zaken: geen interesse, sfeer spreekt niet aan/ niet gezellig, niet op de hoogte en activiteiten zijn vaak s avonds. De senioren uit Ieper ervaren in vergelijking met de gemiddelde senior uit volgende organisatiespecifieke belemmeringen minder vaak: geen interesse, niet op de hoogte, heb ik nooit gedaan en activiteiten zijn vaak s avonds. 104

106 In vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad, ervaren de senioren uit Ieper volgende organisatiespecifieke belemmeringen minder vaak: geen interesse, sfeer spreekt niet aan/ niet gezellig, niet op de hoogte, heb ik nooit gedaan en activiteiten zijn vaak s avonds. De senioren uit Ieper voelen zich in vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid minder belemmerd in hun deelname aan activiteiten van hun seniorenvereniging doordat de sfeer niet aanspreekt/ het niet gezellig is, doordat ze niet op de hoogte zijn en doordat ze het nog nooit gedaan hebben. 105

107 2. Persoonsgebonden belemmeringen De senioren uit Ieper voelen zich minder belemmerd in hun deelname aan activiteiten van hun seniorenvereniging door vervoersproblemen en doordat de activiteiten te duur zouden zijn dan de gemiddelde senior uit West-. In vergelijking met de gemiddelde senior uit, ervaren de senioren uit Ieper volgende zaken minder als een persoonsgebonden belemmering in hun deelname aan activiteiten van hun seniorenvereniging: te duur en angst om op straat te komen. 106

108 De senioren uit Ieper ervaren in vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad volgende zaken minder vaak als een belemmering in hun deelname aan activiteiten van hun seniorenvereniging: vervoersproblemen, geen tijd, zorg voor iemand, niemand om mee samen te gaan, te duur en angst om op straat te komen. In vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid tenslotte, voelen de senioren uit Ieper zich minder belemmerd in hun deelname aan activiteiten van seniorenverenigingen door: vervoersproblemen, zorg voor iemand, niemand om mee samen te gaan, te duur en angst om op straat te komen. Op bovenstaande figuur kunnen we zien dat de senioren uit Ieper zich het meest belemmerd voelen in hun deelname aan activiteiten van seniorenverenigingen door: gezondheidsproblemen (4,2), activiteiten spreken niet aan (3,5), geen interesse (3,3) en activiteiten zijn vaak s avonds (3,0). Ze voelen zich minder belemmerd door: niet op de hoogte (2,6), heb ik nooit gedaan (2,6), angst om op straat te komen (2,5) en te duur (2,2). Welke kenmerken van de respondenten zorgen voor significante verschillen tussen senioren? De senioren tussen 60 en 69 voelen zich vaker belemmerd in hun deelname aan activiteiten van seniorenverenigingen door geen tijd en het feit dat ze het nog nooit gedaan hebben. De senioren tussen 60 en 69 voelen zich in vergelijking met de senioren die ouder zijn dan weer minder belemmerd door gezondheidsproblemen en vervoersproblemen. De 80-plussers voelen zich in vergelijking met de senioren die jonger zijn dan weer minder belemmerd door een gebrek aan tijd, maar meer belemmerd door gezondheidsproblemen en vervoersproblemen. 107

109 Vrouwen voelen zich in vergelijking met mannen vaker belemmerd in hun deelname aan activiteiten van seniorenverenigingen door volgende zaken: activiteiten zijn vaak s avonds, zorg voor iemand, niemand om mee samen te gaan en angst om op straat te komen. Senioren zonder partner ervaren volgende zaken minder vaak als een belemmering in hun deelname aan activiteiten van seniorenverenigingen: geen tijd en de zorg voor iemand. Senioren met kinderen voelen zich vaker belemmerd in hun deelname aan activiteiten van een seniorenvereniging door een gebrek aan tijd en doordat de activiteiten vaak s avonds zijn dan de senioren zonder kinderen. 108

110 De senioren met een inkomen onder 1000 euro per maand voelen zich in vergelijking met de senioren die meer verdienen minder vaak belemmerd in hun deelname aan activiteiten van seniorenverenigingen door volgende zaken: activiteiten spreken niet aan en geen tijd. De senioren met een maandinkomen boven de 1500 euro per maand ervaren geen interesse vaker als een belemmering, maar gezondheidsproblemen minder vaak. 109

111 BIJWONEN CULTURELE EVENEMENTEN De mate waarin ouderen culturele evenementen bijwonen, wordt gemeten aan de hand van vraag 73 (items 1 tem 4, 8 tem 12, 14 tem 15 en 18 tem 20). De vraag klinkt als volgt: Hoe vaak woont u onderstaande culturele evenementen bij?. De ouderen konden kiezen uit vijf antwoordmogelijkheden: nooit, één keer per jaar, meerdere keren per jaar, één keer per maand of meerdere keren per maand. Gemiddelde score Bijwonen culturele evenementen Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse= Hoe hoger de score, hoe meer de senioren culturele evenementen bijwonen. We zien dat Ieper een score van 0,4 op een maximum van 10 haalt. De score is laag. Met andere woorden: er worden zeer weinig culturele evenementen bijgewoond door de senioren uit Ieper. De senioren Ieper wonen zelfs minder culturele evenementen bij dan de gemiddelde senior uit en een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad. Als we de senioren uit Ieper wat betreft het bijwonen van culturele evenementen vergelijking met de gemiddelde senior uit West- en een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid, dan merken we geen significant verschil op. Welke items scoren het hoogst? De dimensie 'Bijwonen culturele evenementen' werd gemeten aan de hand van 14 items. Deze 14 items werden samengevoegd tot 3 subdimensies. Voor elk van deze subdimensies staat hieronder de score op 10. Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse=2 theater muziek Kunst Op bovenstaande tabel kunnen we zien dat de senioren uit Ieper het vaakst evenementen bezoeken waar er kunst (0,5) op het programma staan. Iets minder bezoeken ze culturele evenementen met muziek (0,4) en theater (0,4). De senioren uit Ieper verschillen niet significant van de gemiddelde senior uit West- wat betreft het bijwonen van culturele evenementen. In vergelijking met de gemiddelde senior uit, wonen de senioren uit Ieper minder culturele evenementen bij waar theater op het programma staat. 110

112 De senioren uit Ieper wonen in vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad significant minder culturele evenementen bij waar er theater en muziek op het programma staat. De senioren uit Ieper verschillen niet significant van de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid wat betreft het bijwonen van culturele evenementen. In de volgende tabel wordt de score op 10 weergegeven voor alle items, gerangschikt per subdimensie. theater Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse=2 klassiek theater hedendaags theater comedy cabaret muziek klassieke muziek folk/wereldmuziek kleinkunst vlaamse muziek jazz opera operette Kunst kunst met educatieve functie klassieke kunsten hedendaagse kunst Uit deze tabel kunnen we afleiden dat de scores van Ieper op de verschillende items niet of nauwelijks afwijken van de andere benchmarks. De scores zijn ook overal laag. Op onderstaande figuur is ook nog af te lezen dat de senioren uit Ieper het vaakst gaan naar klassiek theater (0,5), Vlaamse muziek (0,6), klassieke kunsten (0,6) en klassieke muziek (0,7). Evenementen waar jazz (0,2), opera (0,2), cabaret (0,3) en folk/wereldmuziek (0,3) op het programma staat, worden minder door de senioren uit Ieper bezocht 111

113 Welke kenmerken van de respondenten zorgen voor significante verschillen tussen senioren? De senioren tussen 60 en 69 wonen in vergelijking met de senioren die ouder zijn vaker volgende culturele evenementen bij: comedy en klassiek kunsten. De 80-plussers wonen in vergelijking met de senioren die jonger zijn dan minder vaak volgende culturele evenementen bij: comedy, klassieke muziek, folk/ wereldmuziek, jazz, opera, operette, klassieke kunsten en hedendaagse kunst. 112

114 Senioren met kinderen gaan in vergelijking met de senioren zonder kinderen vaker naar volgende culturele evenementen: hedendaags theater, comedy, folk/ wereldmuziek, Vlaamse muziek, jazz en opera. Senioren met een maandinkomen onder de 1000 euro gaan in vergelijking met de senioren die meer verdienen minder vaak naar klassiek theater, klassiek muziek, folk/ wereldmuziek, kleinkunst, opera en klassieke kunsten. De senioren met een maandinkomen tussen de 1000 en de 1499 euro per maand gaan minder vaak naar kunst met een educatieve functie en klassieke kunsten. De senioren met een inkomen boven de 1500 euro per maand gaan in vergelijking met de senioren die minder verdienen vaker naar klassiek theater, hedendaags theater, comedy, klassiek muziek, kleinkunst, opera, kunst met een educatieve functie, klassieke kunsten en hedendaagse kunst. Senioren die menen makkelijker rond te komen gaan in vergelijking met de senioren die menen moeilijker rond te komen vaker naar kunst met een educatieve functie en klassieke kunsten. 113

115 BELEIDSPARTICIPATIE Deze dimensie wordt gemeten door middel van de volgende vraag: Zou u kunnen aangeven hoe u vindt dat het feitelijk gesteld is met de invloed van ouderen met betrekking tot? (vraag 63). Vervolgens worden acht items weergegeven, bijvoorbeeld het gemeentebeleid, het beleid van thuiszorginstellingen, het OCMW-beleid, De respondenten konden kiezen uit vijf antwoordcategorieën: heel slecht, eerder slecht, noch slecht/noch goed, eerder goed of heel goed. Wanneer ouderen ervaren dat ze invloed hebben op beleidsdomeinen kan dat een aanzet zijn om politiek geëngageerd te blijven/worden. Gemiddelde score Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse=2 Beleidsparticipatie Hoe hoger de score, hoe meer de senioren menen dat ouderen invloed hebben op beleidsdomeinen. Met een score van 5,7 hebben de senioren uit Ieper de indruk dat ouderen niet veel, maar zeker ook niet weinig invloed hebben op het beleid. De senioren uit Ieper hebben meer de indruk dat ouderen invloed hebben op het beleid dan de gemiddelde senior uit en de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad. In vergelijking met de gemiddelde senior uit West- en de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid, merken we geen verschil op. Welke items scoren het hoogst? het beleid van sociale huisvestingsmaatschappijen Gemeente Ieper West- Vergrijzingsklasse=4 Dichtheidsklasse= het gemeentelijk beleid gemeentelijke raden het beleid van organisaties en instellingen in de gezondheidszorg het beleid van thuiszorginstellingen het beleid van organisaties die activiteiten voor ouderen organiseren de inrichting van hun wijk OCMW beleid

116 Op bovenstaande figuur kunnen we zien dat de senioren uit Ieper vooral de indruk hebben dat ouderen invloed hebben op het beleid van organisaties die activiteiten voor ouderen organiseren (6,4) en het beleid van thuiszorginstellingen (6,1). Ze hebben iets minder het gevoel dat ouderen invloed hebben op de het gemeentelijk beleid (5,4) en het beleid van sociale huisvestingsmaatschappijen (5,0). In vergelijking met de gemiddelde senior uit West-, hebben de senioren uit Ieper meer de indruk dat ouderen invloed hebben op het beleid van organisaties en instellingen in de gezondheidszorg, maar minder invloed hebben op het OCMW beleid. De senioren uit Ieper hebben in vergelijking met de gemiddelde senior uit, meer de indruk dat ouderen invloed hebben op het beleid van sociale huisvestingsmaatschappij, het gemeentelijk beleid, de gemeentelijke raden, het beleid van organisaties en instellingen in de gezondheidszorg, het beleid van thuiszorginstellingen, het beleid van organisaties die activiteiten voor ouderen organiseren en de inrichting van hun wijk. Op onderstaande figuur kunnen we zien dat de senioren uit Ieper in vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde vergrijzingsgraad meer de indruk hebben dat ouderen invloed hebben op het gemeentelijk beleid, het beleid van organisaties en instellingen in de gezondheidszorg, het beleid van thuiszorginstellingen, het beleid van organisaties die activiteiten voor ouderen organiseren en de inrichting van hun wijk. In vergelijking met de gemiddelde senior uit een gemeente met eenzelfde bevolkingsdichtheid hebben de senioren uit Ieper meer de indruk dat ouderen invloed hebben op het beleid van organisaties die activiteiten voor ouderen organiseren. 115

117 Welke kenmerken van de respondenten zorgen voor significante verschillen tussen senioren? Senioren met een inkomen onder 1000 euro per maand hebben in vergelijking met de senioren die ouder zijn minder de indruk dat ouderen invloed hebben op het gemeentelijk beleid en de gemeentelijke raden. De senioren met een inkomen boven de 1500 euro per maand hebben in vergelijking met de senioren die minder verdienen meer de indruk dat ouderen invloed hebben op de gemeentelijke raden. Senioren met kinderen hebben in vergelijking met de senioren zonder kinderen minder de indruk dat senioren invloed hebben op het beleid van sociale huisvestingsmaatschappijen, het gemeentelijk beleid, de gemeentelijke raden en het OCMW beleid. 116

Gemeentelijk rapport Houthulst. Seniorenbehoeftenonderzoek WOAS

Gemeentelijk rapport Houthulst. Seniorenbehoeftenonderzoek WOAS Gemeentelijk rapport Houthulst Seniorenbehoeftenonderzoek WOAS Inhoud Situering... 2 Methodologie... 3 Beschrijving van de steekproef...... 4 Bespreking van de resultaten...... 7 Thema 1: Woonsituatie

Nadere informatie

Gemeentelijk rapport Kortrijk. Seniorenbehoeftenonderzoek WOAS

Gemeentelijk rapport Kortrijk. Seniorenbehoeftenonderzoek WOAS Gemeentelijk rapport Kortrijk Seniorenbehoeftenonderzoek WOAS Inhoud Situering... 2 Methodologie... 3 Beschrijving van de steekproef...... 4 Bespreking van de resultaten...... 7 Thema 1: Woonsituatie en

Nadere informatie

Gemeentelijk rapport Wervik. Seniorenbehoeftenonderzoek WOAS

Gemeentelijk rapport Wervik. Seniorenbehoeftenonderzoek WOAS Gemeentelijk rapport Wervik Seniorenbehoeftenonderzoek WOAS Inhoud Situering... 2 Methodologie... 3 Beschrijving van de steekproef...... 4 Bespreking van de resultaten...... 7 Thema 1: Woonsituatie en

Nadere informatie

Gemeentelijk rapport Hooglede. Seniorenbehoeftenonderzoek WOAS

Gemeentelijk rapport Hooglede. Seniorenbehoeftenonderzoek WOAS Gemeentelijk rapport Hooglede Seniorenbehoeftenonderzoek WOAS Inhoud Situering... 2 Methodologie... 3 Beschrijving van de steekproef...... 4 Bespreking van de resultaten...... 7 Thema 1: Woonsituatie en

Nadere informatie

Gemeentelijk rapport Bredene. Seniorenbehoeftenonderzoek WOAS

Gemeentelijk rapport Bredene. Seniorenbehoeftenonderzoek WOAS Gemeentelijk rapport Bredene Seniorenbehoeftenonderzoek WOAS Inhoud Situering... 2 Methodologie... 3 Beschrijving van de steekproef...... 4 Bespreking van de resultaten...... 7 Thema 1: Woonsituatie en

Nadere informatie

Gemeentelijk rapport Anzegem. Seniorenbehoeftenonderzoek WOAS

Gemeentelijk rapport Anzegem. Seniorenbehoeftenonderzoek WOAS Gemeentelijk rapport Anzegem Seniorenbehoeftenonderzoek WOAS Inhoud Situering... 2 Methodologie... 3 Beschrijving van de steekproef...... 4 Bespreking van de resultaten...... 8 Thema 1: Woonsituatie en

Nadere informatie

Gemeentelijk rapport Moorslede. Seniorenbehoeftenonderzoek WOAS

Gemeentelijk rapport Moorslede. Seniorenbehoeftenonderzoek WOAS Gemeentelijk rapport Moorslede Seniorenbehoeftenonderzoek WOAS Inhoud Situering... 2 Methodologie... 3 Beschrijving van de steekproef...... 4 Bespreking van de resultaten...... 7 Thema 1: Woonsituatie

Nadere informatie

Gemeentelijk rapport Diksmuide. Seniorenbehoeftenonderzoek WOAS

Gemeentelijk rapport Diksmuide. Seniorenbehoeftenonderzoek WOAS Gemeentelijk rapport Diksmuide Seniorenbehoeftenonderzoek WOAS Inhoud Situering... 2 Methodologie... 3 Beschrijving van de steekproef...... 4 Bespreking van de resultaten...... 8 Thema 1: Woonsituatie

Nadere informatie

Gemeentelijk rapport Veurne. Seniorenbehoeftenonderzoek WOAS

Gemeentelijk rapport Veurne. Seniorenbehoeftenonderzoek WOAS Gemeentelijk rapport Veurne Seniorenbehoeftenonderzoek WOAS Inhoud Situering... 2 Methodologie... 3 Beschrijving van de steekproef...... 4 Bespreking van de resultaten...... 8 Thema 1: Woonsituatie en

Nadere informatie

Situering BM West-Vlaanderen BM Vlaanderen Koekelare BM Vergrijzingsklasse=3 Koekelare BM Dichtheidsklasse=1

Situering BM West-Vlaanderen BM Vlaanderen Koekelare BM Vergrijzingsklasse=3 Koekelare BM Dichtheidsklasse=1 Inhoud Situering... 2 Methodologie... 3 Beschrijving van de steekproef...... 4 Bespreking van de resultaten...... 7 Thema 1: Woonsituatie en buurt... 7 ONAANGEPASTHEID VAN DE WONING... 7 BUURTBETROKKENHEID...

Nadere informatie

Gemeentelijk rapport Roeselare. Seniorenbehoeftenonderzoek WOAS

Gemeentelijk rapport Roeselare. Seniorenbehoeftenonderzoek WOAS Gemeentelijk rapport Roeselare Seniorenbehoeftenonderzoek WOAS Inhoud Situering... 2 Methodologie... 3 Beschrijving van de steekproef...... 4 Bespreking van de resultaten...... 7 Thema 1: Woonsituatie

Nadere informatie

Gemeentelijk rapport Ardooie. Seniorenbehoeftenonderzoek WOAS

Gemeentelijk rapport Ardooie. Seniorenbehoeftenonderzoek WOAS Gemeentelijk rapport Ardooie Seniorenbehoeftenonderzoek WOAS Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 0 Situering... 2 Methodologie... 3 Beschrijving van de steekproef...... 4 Bespreking van de resultaten......

Nadere informatie

1. Situering Methodologie Beschrijving van de steekproef Bespreking van de resultaten... 7 Thema 1: Woonsituatie en buurt...

1. Situering Methodologie Beschrijving van de steekproef Bespreking van de resultaten... 7 Thema 1: Woonsituatie en buurt... Inhoudsopgave 1. Situering... 2 2. Methodologie... 2 3. Beschrijving van de steekproef...... 3 4. Bespreking van de resultaten...... 7 Thema 1: Woonsituatie en buurt... 7 BUURTBETROKKENHEID... 7 VERHUISGENEIGDHEID...

Nadere informatie

RAPPORT OUDERENBEHOEFTEONDERZOEK DE PINTE

RAPPORT OUDERENBEHOEFTEONDERZOEK DE PINTE RAPPORT OUDERENBEHOEFTEONDERZOEK DE PINTE Inhoudstafel Situering en methodologie... 5 Situering... 5 Methodologie... 5 Meten van behoeften... 6 Beschrijving van de steekproef...... 7 Thema 1: Woonsituatie

Nadere informatie

Gemeentelijk rapport Brugge. Seniorenbehoeftenonderzoek WOAS

Gemeentelijk rapport Brugge. Seniorenbehoeftenonderzoek WOAS Gemeentelijk rapport Brugge Seniorenbehoeftenonderzoek WOAS Inhoud Situering... 2 Methodologie... 3 Beschrijving van de steekproef... 4 Bespreking van de resultaten...... 7 Thema 1: Woonsituatie en buurt...

Nadere informatie

Gemeentelijk rapport Zwevegem. Seniorenbehoeftenonderzoek WOAS

Gemeentelijk rapport Zwevegem. Seniorenbehoeftenonderzoek WOAS Gemeentelijk rapport Zwevegem Seniorenbehoeftenonderzoek WOAS Inhoudsopgave 1. Situering... 2 2. Methodologie... 2 3. Beschrijving van de steekproef...... 3 4. Bespreking van de resultaten...... 7 Thema

Nadere informatie

Seniorenbehoeftenonderzoek Gemeentelijk rapport Deerlijk 2012

Seniorenbehoeftenonderzoek Gemeentelijk rapport Deerlijk 2012 Seniorenbehoeftenonderzoek Gemeentelijk rapport Deerlijk 2012 WOAS 2 Inhoudstafel Situering... 5 Methodologie... 6 1. Dataverzameling... 6 2. Steekproef... 6 3. Meetmodel... 6 4. Schaalconstructies...

Nadere informatie

Seniorenbehoeftenonderzoek Gemeentelijk rapport Jabbeke 2011

Seniorenbehoeftenonderzoek Gemeentelijk rapport Jabbeke 2011 Seniorenbehoeftenonderzoek Gemeentelijk rapport 2011 WOAS 1 2 Inhoudstafel Situering... 5 Methodologie... 6 1. Dataverzameling... 6 2. Steekproef... 6 3. Meetmodel... 6 4. Schaalconstructies... 7 5. Significantieniveau...

Nadere informatie

Seniorenbehoeftenonderzoek Gemeentelijk rapport Knokke-Heist 2012 WOAS

Seniorenbehoeftenonderzoek Gemeentelijk rapport Knokke-Heist 2012 WOAS Seniorenbehoeftenonderzoek Gemeentelijk rapport 2012 WOAS 1 Inhoudsopgave Situering... 4 Methodologie... 5 1. Dataverzameling... 5 2. Steekproef... 5 3. Meetmodel... 5 4. Schaalconstructies... 6 5. Significantieniveau...

Nadere informatie

Rapport Lokaal behoefteonderzoek Limburg

Rapport Lokaal behoefteonderzoek Limburg Rapport Lokaal behoefteonderzoek Resultaten van het ouderenbehoefteonderzoek ter ondersteuning van het lokaal ouderenbeleid Dominique Verté Nico De Witte Liesbeth De Donder Tine Buffel Sarah Dury An-Sofie

Nadere informatie

Inhoudstafel Inleiding: Achtergrond... 7 Thema 1: Woonsituatie en buurt... 19

Inhoudstafel Inleiding: Achtergrond... 7 Thema 1: Woonsituatie en buurt... 19 Ouderenbehoeftenonderzoek Gemeentelijk rapport Ieper 2018 1 Inhoudstafel Inleiding: Achtergrond... 7 1 Situering... 7 2 Methodologie... 8 2.1 Dataverzameling... 8 2.2 Steekproef... 8 3 Beschrijving van

Nadere informatie

Inleiding: Achtergrond... 6 Thema 1: Woonsituatie en buurt... 24

Inleiding: Achtergrond... 6 Thema 1: Woonsituatie en buurt... 24 Seniorenbehoeftenonderzoek Regionale analyse West-Vlaanderen 2015 Inhoudstafel Inleiding: Achtergrond... 6 1 Situering... 6 2 Methodologie... 8 2.1 Dataverzameling... 8 2.2 Steekproef... 8 2.3 Meetmodel...

Nadere informatie

Inhoudstafel Inleiding: Achtergrond... 7 Thema 1: Woonsituatie en buurt... 24

Inhoudstafel Inleiding: Achtergrond... 7 Thema 1: Woonsituatie en buurt... 24 Seniorenbehoeftenonderzoek Gemeentelijk rapport Oostende 2014 1 Inhoudstafel Inleiding: Achtergrond... 7 1 Situering... 7 2 Methodologie... 8 2.1 Dataverzameling... 8 2.2 Steekproef... 8 3 Beschrijving

Nadere informatie

Lokaal behoefteonderzoek bij de Genkse 60-plussers

Lokaal behoefteonderzoek bij de Genkse 60-plussers Lokaal behoefteonderzoek bij de Genkse 60-plussers 1 1 SAMENVATTING RESULTATEN 2011-2012 Lokaal behoefteonderzoek Genk 2 3 Beste 6 jaar geleden organiseerden we een eerste grootschalig onderzoek bij de

Nadere informatie

Behoefteonderzoek senioren Jabbeke. Prof. Dr. D. Verté, N. De Witte, L. De Donder, T. Buffel, S. Dury

Behoefteonderzoek senioren Jabbeke. Prof. Dr. D. Verté, N. De Witte, L. De Donder, T. Buffel, S. Dury Behoefteonderzoek senioren 2011 Jabbeke 2011 Prof. Dr. D. Verté, N. De Witte, L. De Donder, T. Buffel, S. Dury Onderzoeksgroep Agogische wetenschappen, Vrije Universiteit Brussel. Situering van het project

Nadere informatie

Ouderen behoefteonderzoek. Brussel. 2/jun/09

Ouderen behoefteonderzoek. Brussel. 2/jun/09 Ouderen behoefteonderzoek Brussel 2/jun/09 Prof. Dr. D. Verté, N. De Witte, L. De Donder, T. Buffel, S. Dury Onderzoeksgroep Agogische Wetenschappen Vrije Universiteit Brussel Situering van het project

Nadere informatie

Seniorenbehoefteonderzoek Turnhout 2012

Seniorenbehoefteonderzoek Turnhout 2012 Seniorenbehoefteonderzoek Turnhout 2012 in opdracht van Stad en OCMW in samenwerking met VUB Doelstelling van het onderzoek Wat zijn de noden en behoeften van de Turnhoutse senioren (omgevingsanalyse)

Nadere informatie

Naam vrijwillige huisbezoeker Naam respondent. Postcode huisbezoek. 1. Wat is uw geboortedatum? (Vul in a.u.b.) 2. Geslacht? (Vul in a.u.b.

Naam vrijwillige huisbezoeker Naam respondent. Postcode huisbezoek. 1. Wat is uw geboortedatum? (Vul in a.u.b.) 2. Geslacht? (Vul in a.u.b. Naam vrijwillige huisbezoeker Naam respondent Datum huisbezoek Postcode huisbezoek..../... /... (DD/MM/JJJJ) 1. Wat is uw geboortedatum? (Vul in a.u.b.)... DD/MM/JJJJ 2. Geslacht? (Vul in a.u.b.) Man Vrouw

Nadere informatie

Seniorenbehoefteonderzoek Turnhout 2012

Seniorenbehoefteonderzoek Turnhout 2012 Seniorenbehoefteonderzoek Turnhout 2012 in opdracht van Stad en OCMW in samenwerking met VUB Doelstelling van het onderzoek Wat zijn de noden en behoeften van de Turnhoutse senioren (omgevingsanalyse)

Nadere informatie

Inhoud. III. Zorgvraag 224

Inhoud. III. Zorgvraag 224 Inhoud Deel 3: Oplijsting van de zorgvraag... 225 Deel 3.1 Ouderenbehoefteonderzoek... 226 1. Ouderenbehoefteonderzoek... 226 1.1 Situering... 226 1.2 Dataverzamelingsmethode... 227 1.3 Ouderenbehoefteonderzoek

Nadere informatie

Active Ageing. Actief ouder worden. KBO Wanroij. 14 november 2012 Prof. dr. M.J.M. Kardol VU Brussel

Active Ageing. Actief ouder worden. KBO Wanroij. 14 november 2012 Prof. dr. M.J.M. Kardol VU Brussel Active Ageing Actief ouder worden KBO Wanroij 14 november 2012 Prof. dr. M.J.M. Kardol VU Brussel KBO Wanroij: actief ouder worden (1) 1. Aan het eind van deze eeuw worden mensen meer dan 125 jaar oud.

Nadere informatie

Resultaten voor Brussels Gewest Lichamelijke Activiteit Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Brussels Gewest Lichamelijke Activiteit Gezondheidsenquête, België, 1997 6.3.1. Inleiding Recente onderzoeken hebben toegelaten aan te tonen dat lichamelijke activiteiten een wezenlijke impact hebben op de gezondheidstoestand en dat ze van groot belang zijn op het vlak van

Nadere informatie

Inleiding Analyse van de respons... 4

Inleiding Analyse van de respons... 4 1 Inhoud Inleiding... 3 1. Analyse van de respons... 4 2. Kenmerken van de respondenten... 5 2.1 Geslacht... 5 2.2 Leeftijd... 5 2.3 Huishoudtype... 6 2.4 Type woning... 6 3. Kwetsbaarheidsscore... 7 3.1

Nadere informatie

VERDELING VAN PERSONEN VOLGENS RIJBEWIJSBEZIT (VANAF 6 JAAR)

VERDELING VAN PERSONEN VOLGENS RIJBEWIJSBEZIT (VANAF 6 JAAR) 3 RIJBEWIJSBEZIT TABEL 1 VERDELING VAN PERSONEN VOLGENS RIJBEWIJSBEZIT (VANAF 6 JAAR) Cumulative Cumulative RYBEWYS Frequency Percent Frequency Percent ƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒ

Nadere informatie

s-gravendeel Behoefteonderzoek Senioren Presentatie resultaten 22 februari 2017 Prof. dr. M.J.M. Kardol VU Brussel

s-gravendeel Behoefteonderzoek Senioren Presentatie resultaten 22 februari 2017 Prof. dr. M.J.M. Kardol VU Brussel s-gravendeel Behoefteonderzoek Senioren Presentatie resultaten 22 februari 2017 Prof. dr. M.J.M. Kardol VU Brussel Opzet van het onderzoek Respons: 267 60-plussers mannen 60-69 jaar ondervertegenwoordigd

Nadere informatie

Inleiding. Belgian Ageing Studies

Inleiding. Belgian Ageing Studies 1 Inhoud Inleiding... 3 1. Analyse van de respons... 4 2. Kenmerken van de respondenten... 5 2.1 Geslacht... 5 2.2 Leeftijd... 5 2.3 Huishoudtype... 6 2.4 Type woning... 6 3. heidsscore... 7 3.1 De totale

Nadere informatie

Eerste, tweede, derde en vierde kwartaal 2013

Eerste, tweede, derde en vierde kwartaal 2013 Eerste, tweede, derde en vierde kwartaal 2013 Bioscoopbezoekers bekeken Bereik, bezoekfrequentie en marktaandeel per leeftijdscategorie Bereik, bezoekfrequentie en marktaandeel per stedelijkheid v/d woongemeente

Nadere informatie

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Lichamelijke Activiteit Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Lichamelijke Activiteit Gezondheidsenquête, België, 1997 6.3.1. Inleiding Recente onderzoeken hebben toegelaten aan te tonen dat lichamelijke activiteiten een wezenlijke impact hebben op de gezondheidstoestand en dat ze van groot belang zijn op het vlak van

Nadere informatie

Inleiding. Alvast een oprecht dankwoord aan iedereen die dit onderzoek op welke wijze dan ook heeft mogelijk gemaakt! Belgian Ageing Studies

Inleiding. Alvast een oprecht dankwoord aan iedereen die dit onderzoek op welke wijze dan ook heeft mogelijk gemaakt! Belgian Ageing Studies 1 Inhoud Inleiding... 3 1. Analyse van de respons... 4 2. Kenmerken van de respondenten... 5 2.1 Geslacht... 5 2.2 Leeftijd... 5 2.3 Huishoudtype... 6 2.4 Type woning... 6 3. heidsscore... 7 3.1 De totale

Nadere informatie

Inleiding. Belgian Ageing Studies

Inleiding. Belgian Ageing Studies 1 Inhoud Inleiding... 3 1. Analyse van de respons... 4 2. Kenmerken van de respondenten... 5 2.1 Geslacht... 5 2.2 Leeftijd... 5 2.3 Huishoudtype... 6 2.4 Type woning... 6 3. Kwetsbaarheidsscore... 7 3.1

Nadere informatie

Campagne Eenzaamheid Bond zonder Naam

Campagne Eenzaamheid Bond zonder Naam Campagne Eenzaamheid Bond zonder Naam Leen Heylen, CELLO, Universiteit Antwerpen Thomas More Kempen Het begrip eenzaamheid Eenzaamheid is een pijnlijke, negatieve ervaring die zijn oorsprong vindt in een

Nadere informatie

Omgevingscomponent Conclusie kwetsbaarheid naar huishoudtype Naar woningtype Totale kwetsbaarheidsscore...

Omgevingscomponent Conclusie kwetsbaarheid naar huishoudtype Naar woningtype Totale kwetsbaarheidsscore... 1 Inhoud Inleiding... 4 1. Analyse van de respons... 5 2. Kenmerken van de respondenten... 6 2.1 Deelgemeente... 6 2.2 Geslacht... 6 2.3 Leeftijd... 7 2.4 Huishoudtype... 7 2.5 Type woning... 8 3. Kwetsbaarheidsscore...

Nadere informatie

Resultaten voor Brussels Gewest Ongevallen Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Brussels Gewest Ongevallen Gezondheidsenquête, België, 1997 6.10.1. Inleiding De term ongeval kan gedefinieerd worden als 'elk onverwacht en plots voorval dat schade berokkent of gevaar oplevert (dood, blessures,...) of als ' een voorval dat onafhankelijk van de

Nadere informatie

GGD Amsterdam Eenzaamheid in Beeld

GGD Amsterdam Eenzaamheid in Beeld GGD Amsterdam Eenzaamheid in Beeld Samenvatting Eén op de acht volwassen Amsterdammers voelt zich ernstig. Dat is meer dan gemiddeld in Nederland. In vergelijking met voorgaande jaren voelen steeds meer

Nadere informatie

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Beperkingen Gezondheidsenquëte, België, 1997

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Beperkingen Gezondheidsenquëte, België, 1997 5.3.1. Inleiding. Er is een duidelijke verschuiving gekomen in het ervaren van de gezondheid door de bevolking. Dit is mede een gevolg van de relatie tussen de demografische en de epidemiologische transitie

Nadere informatie

Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten

Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten Gemeente s-hertogenbosch, afdeling Onderzoek & Statistiek, februari 2019 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. Vrijwilligerswerk... 4 3. Mantelzorg... 8

Nadere informatie

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Sociale Gezondheid Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Sociale Gezondheid Gezondheidsenquête, België, 1997 5.8.1. Inleiding De WHO heeft in haar omschrijving het begrip gezondheid uitgebreid met de dimensie sociale gezondheid en deze op één lijn gesteld met de lichamelijke en psychische gezondheid. Zowel de

Nadere informatie

Resultaten voor België Ongevallen Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor België Ongevallen Gezondheidsenquête, België, 1997 6.10.1. Inleiding De term ongeval kan gedefinieerd worden als 'elk onverwacht en plots voorval dat schade berokkent of gevaar oplevert (dood, blessures,...) of als ' een voorval dat onafhankelijk van de

Nadere informatie

Cliëntervaringsonderzoek Wmo 2016

Cliëntervaringsonderzoek Wmo 2016 Cliëntervaringsonderzoek Wmo 2016 Afdeling: Maatschappelijke ontwikkeling Auteur : Nick Elshof Datum: 04-08-2017 Inhoudsopgave Inleiding... 3 Samenvatting... 4 Algemene informatie geleverde ondersteuning...

Nadere informatie

Studiepopulatie. Gezondheidsenquête, België, 1997.

Studiepopulatie. Gezondheidsenquête, België, 1997. In deze paragraaf worden een aantal kenmerken van de steekproef besproken. Het gaat om de volgende socio-demografische karakteristieken : verblijfplaats : per regio en per provincie; geslacht en leeftijd;

Nadere informatie

Groepskenmerken Aantal cliënten 103 Gemiddelde leeftijd 52 (Dit is gebaseerd op 42 cliënten) 56 Mannen, 47 Vrouwen en 0 niet ingevuld

Groepskenmerken Aantal cliënten 103 Gemiddelde leeftijd 52 (Dit is gebaseerd op 42 cliënten) 56 Mannen, 47 Vrouwen en 0 niet ingevuld Verslag Kwaliteit van Leven vragenlijst Vertrouwelijk verslag In opdracht van Floww International Periode 23--202 tot en met 0-2-204 De gebruikte vragenlijst heeft in de kern de Nederlandse vertaling van

Nadere informatie

4. Resultaten. 4.1 Levensverwachting naar geslacht en opleidingsniveau

4. Resultaten. 4.1 Levensverwachting naar geslacht en opleidingsniveau 4. Het doel van deze studie is de verschillen in gezondheidsverwachting naar een socio-economisch gradiënt, met name naar het hoogst bereikte diploma, te beschrijven. Specifieke gegevens in enkel mortaliteit

Nadere informatie

Inleiding. Bespreking pagina 1

Inleiding. Bespreking pagina 1 6.3.1. Inleiding Recente onderzoeken hebben toegelaten aan te tonen dat lichamelijke activiteiten een wezenlijke impact hebben op de gezondheidstoestand en dat ze van groot belang zijn op het vlak van

Nadere informatie

Werkbelevingsonderzoek 2013

Werkbelevingsonderzoek 2013 Werkbelevingsonderzoek 2013 voorbeeldrapport Den Haag, 17 september 2014 Ipso Facto beleidsonderzoek Raamweg 21, Postbus 82042, 2508EA Den Haag. Telefoon 070-3260456. Reg.K.v.K. Den Haag: 546.221.31. BTW-nummer:

Nadere informatie

Doe mee! 3 maart 2011

Doe mee! 3 maart 2011 Over ouderen en maatschappelijke participatie 3 maart 2011 Dominique Verté, Sarah Dury, Liesbeth De Donder, Tine Buffel, Nico De Witte In samenwerking met 2 Inleiding 3 1. Inleiding Doel De mate en de

Nadere informatie

Evaluatie van het project Mantelluisteren academiejaar 2012-2013

Evaluatie van het project Mantelluisteren academiejaar 2012-2013 Evaluatie van het project Mantelluisteren academiejaar 212-21 In academiejaar 212-21 namen 5 mantelzorgers en 5 studenten 1 ste bachelor verpleegkunde (Howest, Brugge) deel aan het project Mantelluisten.

Nadere informatie

Leeswijzer rapporten

Leeswijzer rapporten Leeswijzer rapporten Naar aanleiding van de lokale verkiezingen legt ACV Openbare Diensten de noden van het personeel van de gemeenten, OCMW s, provincies en intercommunales op tafel. We brengen de arbeidstevredenheid

Nadere informatie

Hoe goed of slecht beleeft men de EOT-regeling? Hoe evolueert deze beleving in de eerste 30 maanden?

Hoe goed of slecht beleeft men de EOT-regeling? Hoe evolueert deze beleving in de eerste 30 maanden? Hoe goed of slecht beleeft men de EOT-regeling? Hoe evolueert deze beleving in de eerste 30 maanden? Auteur: Ruben Brondeel i.s.m. Prof. A. Buysse Onderzoeksvraag Tijdens het proces van een echtscheiding

Nadere informatie

Jongeren & hun financiële verwachtingen

Jongeren & hun financiële verwachtingen Nibud, februari Jongeren & hun financiële verwachtingen Anna van der Schors Daisy van der Burg Nibud in samenwerking met het 1V Jongerenpanel van EenVandaag Inhoudsopgave 1 Onderzoeksopzet Het Nibud doet

Nadere informatie

Cliënttevredenheidsonderzoek Wmo 2014-2015

Cliënttevredenheidsonderzoek Wmo 2014-2015 Cliënttevredenheidsonderzoek Wmo 2014-2015 Afdeling: Maatschappelijke ontwikkeling Auteur : Nick Elshof Datum: 25-09-2015 Inhoudsopgave Inleiding... 3 Samenvatting... 4 Verantwoording en achtergrond...

Nadere informatie

FACTS & FIGURES Trends in museum- en tentoonstellingsbezoek ( ) Mathijs De Baere

FACTS & FIGURES Trends in museum- en tentoonstellingsbezoek ( ) Mathijs De Baere Inleiding In deze fiche zal het museum- en tentoonstellingsbezoek van de Vlamingen in kaart gebracht worden op basis van de participatiesurveygegevens van 2004 (n=2849), 2009 (n=3144) en 2014 (n=3965).

Nadere informatie

De competentieportfolio van de Vlaamse zelfstandige ondernemer: maatstaf voor de duurzaamheid van de ondernemersloopbaan

De competentieportfolio van de Vlaamse zelfstandige ondernemer: maatstaf voor de duurzaamheid van de ondernemersloopbaan Loopbanen De competentieportfolio van de Vlaamse zelfstandige ondernemer: maatstaf voor de duurzaamheid van de ondernemersloopbaan Penne, K., & Bourdeaudhui, R. (2015). De competentieportfolio van de Vlaamse

Nadere informatie

Ruimte voor ouderen. Vergrijzing aan de kust. 20/06/2017 Ruimte voor ouderen 1

Ruimte voor ouderen. Vergrijzing aan de kust. 20/06/2017 Ruimte voor ouderen 1 Ruimte voor ouderen Vergrijzing aan de kust 20/06/2017 Ruimte voor ouderen 1 Ruimte voor ouderen Beleidsinstrument => kwaliteit en inplanting van ouderenwoningen te optimaliseren Ontwikkeld door Stad en

Nadere informatie

MANTELZORG IN VLAANDEREN

MANTELZORG IN VLAANDEREN MANTELZORG IN VLAANDEREN CBGS Vlaamse wetenschappelijke instelling Markiesstraat 1 1000 Brussel In de loop van 2003 organiseerde het Centrum voor Bevolkings- en Gezinsstudie een onderzoek rond het thema

Nadere informatie

Inleiding. Belgian Ageing Studies

Inleiding. Belgian Ageing Studies 1 Inhoud Inleiding... 3 1. Analyse van de respons... 4 2. Kenmerken van de respondenten... 5 2.1 Geslacht... 5 2.2 Leeftijd... 5 2.3 Huishoudtype... 6 2.4 Type woning... 6 3. Kwetsbaarheidsscore... 7 2.1

Nadere informatie

SCHRIFTELIJKE VRAGENLIJST BEVRAGING VOORZITTERS LOKALE OUDERENADVIESRADEN

SCHRIFTELIJKE VRAGENLIJST BEVRAGING VOORZITTERS LOKALE OUDERENADVIESRADEN SCHRIFTELIJKE VRAGENLIJST BEVRAGING VOORZITTERS LOKALE OUDERENADVIESRADEN Januari 2010 Els Messelis & Gaby Jennes GEMEENTE:........................... PROVINCIE:........................... Inleiding en

Nadere informatie

Generation What? 1 : Vertrouwen in de instellingen

Generation What? 1 : Vertrouwen in de instellingen Generation What? 1 : Vertrouwen in de instellingen Inleiding De mate van vertrouwen van burgers in de overheid en maatschappelijke instellingen werd al vaker de toetssteen van de democratie genoemd: daalt

Nadere informatie

Rapportage Ervaringsonderzoek WOT's

Rapportage Ervaringsonderzoek WOT's Rapportage Ervaringsonderzoek WOT's Versie 5.0.0 Drs. J.J. Laninga December 2015 www.triqs.nl Voorwoord Met genoegen bieden wij u hierbij de rapportage aan over het uitgevoerde ervaringsonderzoek naar

Nadere informatie

Het leven in Brussel: wel of wee?

Het leven in Brussel: wel of wee? Het leven in Brussel: wel of wee? Een onderzoek naar het gevoel van leefbaarheid en veiligheid bij de Nederlandstalige inwoners van de Stad Brussel Els Ampe Brussels volksvertegenwoordiger Brussel, 7 oktober

Nadere informatie

Resultaten voor Brussels Gewest Beperkingen Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Brussels Gewest Beperkingen Gezondheidsenquête, België, 1997 5.3.1. Inleiding. Er is een duidelijke verschuiving gekomen in het ervaren van de gezondheid door de bevolking. Dit is mede een gevolg van de relatie tussen de demografische en de epidemiologische transitie

Nadere informatie

Preventief huisbezoek 75+

Preventief huisbezoek 75+ Hollandsspoor 37 3994 VT Houten Postbus 209 3990 GA Houten tel. 030-7001500 info@vanhoutenenco.nl www.vanhoutenenco.nl Preventief huisbezoek 75+ Houten Noord-West de ERVEN en het OUDE DORP 'van Houten&co'

Nadere informatie

Cliëntenonderzoek Wet maatschappelijke ondersteuning Gemeente Zutphen 2015

Cliëntenonderzoek Wet maatschappelijke ondersteuning Gemeente Zutphen 2015 Cliëntenonderzoek Wet maatschappelijke ondersteuning Gemeente Zutphen 2015 Gemeente Deventer Team Kennis en Verkenning Jaap Barink Juni 2015 Inhoud Samenvatting... 4 Inleiding... 6 1. Indienen melding...

Nadere informatie

Onderzoek Zondagopenstelling Gemeente Borger-Odoorn

Onderzoek Zondagopenstelling Gemeente Borger-Odoorn Onderzoek Zondagopenstelling Gemeente Borger-Odoorn Oktober 2015 2 Management Summary Inleiding Ongeveer een jaar geleden heeft de gemeenteraad van Borger-Odoorn besloten om de winkels in haar gemeente

Nadere informatie

Gezondheidsenquête, België Inleiding. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu.

Gezondheidsenquête, België Inleiding. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. Inleiding Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. Inleiding 1. Context De vergrijzing van de bevolking in onze samenleving is een heuse uitdaging op het gebied van

Nadere informatie

Resultaten voor Brussels Gewest Gezondheidsklachten Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Brussels Gewest Gezondheidsklachten Gezondheidsenquête, België, 1997 5.4.1. Inleiding De meerwaarde van een gezondheidsenquête in vergelijking met de traditioneel verzamelde gezondheidsinformatie bestaat er o.a. uit dat ook gepeild wordt naar klachten waarvoor niet persé

Nadere informatie

Sociale kracht in Houten Burgerpeiling 2014

Sociale kracht in Houten Burgerpeiling 2014 in Houten Burgerpeiling 2014 Onderzoek uitgevoerd in opdracht van: Gemeente Houten Projectnummer 598 / 2015 Samenvatting Goede score voor Sociale Kracht in Houten Houten scoort over het algemeen goed als

Nadere informatie

Nationaal geluksonderzoek. Deel 3: opvoeding en onderwijs

Nationaal geluksonderzoek. Deel 3: opvoeding en onderwijs Nationaal geluksonderzoek. Deel 3: opvoeding en onderwijs TECHNISCH RAPPORT 30 augustus 2018 Dit document is een technisch rapport van het onderzoek naar het verband tussen kenmerken van de jeugdjaren

Nadere informatie

Inleiding Resultaten bevraging sleutelpersonen Vergelijkend wijkenonderzoek Zwevegem (2007)

Inleiding Resultaten bevraging sleutelpersonen Vergelijkend wijkenonderzoek Zwevegem (2007) Inleiding Resultaten bevraging sleutelpersonen Vergelijkend wijkenonderzoek Zwevegem (2007) 1 2 Inleiding Het verwerven van een inzicht in de leefomgeving van de burgers vraagt meer dan een kwantitatieve

Nadere informatie

SENIORENBELEID te VORSELAAR

SENIORENBELEID te VORSELAAR SENIORENBELEID te VORSELAAR Inleiding In het voorjaar 2015 werd het ouderenbehoefteonderzoek in Vorselaar afgerond. Bedoeling is dat de resultaten worden ontleed en als eindresultaat een seniorenbeleidsplan

Nadere informatie

Doelgroep VoZs. Vlaamse Ouderen Zorg Studie. Screening. 8 regio s. Cijfers niet veralgemenen naar alle ouderen!

Doelgroep VoZs. Vlaamse Ouderen Zorg Studie. Screening. 8 regio s. Cijfers niet veralgemenen naar alle ouderen! Doelgroep VoZs VoZs bevraagt kwetsbare die thuiszorg gebruiken Vlaamse Ouderen Zorg Studie Bram Vermeulen Bert Emmers Prof. dr. Anja Declercq, -behoefte en tevredenheid Studiedag SWVG Leuven, 2 december

Nadere informatie

kinesitherapeut in de sector van de gezondheidszorg Executivee summary - Juni 2013

kinesitherapeut in de sector van de gezondheidszorg Executivee summary - Juni 2013 Het beroep van loontrekkende kinesitherapeut in de sector van de gezondheidszorg Executivee summary - Juni 2013 1 COLOFON Opdrachtgever van de studie: FOD Volksgezondheid, Cel Planning Gezondheidsberoepen

Nadere informatie

OMNIBUSONDERZOEK NOORD- KENNEMERLAND 2005 PSYCHISCHE GEZONDHEID

OMNIBUSONDERZOEK NOORD- KENNEMERLAND 2005 PSYCHISCHE GEZONDHEID OMNIBUSONDERZOEK NOORD- KENNEMERLAND 2005 PSYCHISCHE GEZONDHEID Gemeente Alkmaar afdeling Onderzoek en Statistiek februari 2006 auteur: Monique van Diest afdeling Onderzoek en Statistiek gemeente Alkmaar

Nadere informatie

1 Algemene Gezondheid

1 Algemene Gezondheid 1 Algemene Gezondheid Gezondheid in Friesland In de uitwerking van het thema algemene wordt inzicht gegeven in de manier waarop de Friese bevolking van 19 jaar en ouder haar beoordeelt. Ook wordt kwaliteit

Nadere informatie

Behoeftenonderzoek sociaal beleid in Boortmeerbeek. Samenvatting

Behoeftenonderzoek sociaal beleid in Boortmeerbeek. Samenvatting Behoeftenonderzoek sociaal beleid in Boortmeerbeek Samenvatting Het sociaal behoeftenonderzoek werd uitgevoerd door GfK Significant aan de hand van een vragenlijst. Deze werd opgebouwd rond de volgende

Nadere informatie

FACTS & FIGURES Participatie aan erfgoedactiviteiten Mathijs De Baere

FACTS & FIGURES Participatie aan erfgoedactiviteiten Mathijs De Baere Inleiding Erfgoed is een brede en overkoepelende term waarbinnen roerend, onroerend en immaterieel erfgoed wordt onderscheiden. Deze drie categorieën zijn in de praktijk sterk verweven met elkaar, maar

Nadere informatie

Inleiding. Alvast een oprecht dankwoord aan het OCMW en iedereen die dit onderzoek op welke wijze dan ook mogelijk maakte! Belgian Ageing Studies

Inleiding. Alvast een oprecht dankwoord aan het OCMW en iedereen die dit onderzoek op welke wijze dan ook mogelijk maakte! Belgian Ageing Studies 1 Inhoud Inleiding... 3 1. Analyse van de respons... 4 2. Kenmerken van de respondenten... 4 2.1 Geslacht... 4 2.2 Leeftijd... 5 2.3 Huishoudtype... 5 2.4 Type woning... 6 3. heidsscore... 6 3.1 De totale

Nadere informatie

5 Starters op de markt voor koopwoningen

5 Starters op de markt voor koopwoningen 5 Starters op de markt voor koopwoningen In het derde kwartaal van 2008 is een aantal aanvullende vragen gesteld aan personen die op dit moment een woning huren en zich oriënteren op een koopwoning. Dit

Nadere informatie

Belg tevreden over arts Transparantie en kostprijs blijven pijnpunt

Belg tevreden over arts Transparantie en kostprijs blijven pijnpunt Belg tevreden over arts Transparantie en kostprijs blijven pijnpunt Bijlage Naar aanleiding van het vijftigjarig bestaan van de ziekte- en invaliditeitsverzekering heeft CM de tevredenheid van de Belgen

Nadere informatie

Onderzoek woon-, welzijn- en zorgbehoeften in Sterksel en Gerwen WELKOM. Korte toelichting op project 1 e resultaten Discussie in kleine groepjes

Onderzoek woon-, welzijn- en zorgbehoeften in Sterksel en Gerwen WELKOM. Korte toelichting op project 1 e resultaten Discussie in kleine groepjes Onderzoek woon-, welzijn- en zorgbehoeften in Sterksel en Gerwen WELKOM Korte toelichting op project 1 e resultaten Discussie in kleine groepjes Toelichting op project Waarom Doelstellingen: Daadwerkelijke

Nadere informatie

Huishoudens die niet gecontacteerd konden worden

Huishoudens die niet gecontacteerd konden worden 4.2. Participatiegraad Om de vooropgestelde steekproef van 10.000 personen te realiseren, werden 35.023 huishoudens geselecteerd op basis van het Nationaal Register. Met 11.568 huishoudens werd gepoogd

Nadere informatie

FinQ Monitor van financieel bewustzijn en financiële vaardigheden van Nederlanders. Auteurs Jorn Lingsma Lisa Jager

FinQ Monitor van financieel bewustzijn en financiële vaardigheden van Nederlanders. Auteurs Jorn Lingsma Lisa Jager FinQ 2018 Monitor van financieel bewustzijn en financiële vaardigheden van Nederlanders Auteurs Jorn Lingsma Lisa Jager 14-1-2019 Projectnummer B3433 Achtergrond van de FinQ monitor Nederlanders in staat

Nadere informatie

5. Discussie. 5.1 Informatieve waarde van de basisgegevens

5. Discussie. 5.1 Informatieve waarde van de basisgegevens 5. 5.1 Informatieve waarde van de basisgegevens Relevante conclusies voor het beleid zijn pas mogelijk als de basisgegevens waaruit de samengestelde indicator berekend werd voldoende recent zijn. In deze

Nadere informatie

De gegevens die worden gebruikt door de benchmark worden door de gemeente zelf aangeleverd. De burgerpeiling levert een deel van deze gegevens aan.

De gegevens die worden gebruikt door de benchmark worden door de gemeente zelf aangeleverd. De burgerpeiling levert een deel van deze gegevens aan. Burgerpeiling 2013 Eind 2013 is onder 2000 inwoners van de gemeente Noordoostpolder een enquete verspreid ten behoeve van de benchmark waarstaatjegemeente.nl. De enquete vormt een onderdeel van de benchmark.

Nadere informatie

GLOBAAL RAPPORT ONDERZOEK BIJ RVT/ROB Deel 2: Bevindingen uit de bevraging van de familieleden van bewoners 2001

GLOBAAL RAPPORT ONDERZOEK BIJ RVT/ROB Deel 2: Bevindingen uit de bevraging van de familieleden van bewoners 2001 MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN, VOLKSGEZONDHEID EN LEEFMILIEU WETENSCHAPPELIJK INSTITUUT VOLKSGEZONDHEID Afdeling Epidemiologie Web site: www.iph.fgov.be/epidemio/ GLOBAAL RAPPORT ONDERZOEK BIJ RVT/ROB Deel

Nadere informatie

4.2. Evaluatie van de respons op de postenquêtes. In dit deel gaan we in op de respons op instellingsniveau en op respondentenniveau.

4.2. Evaluatie van de respons op de postenquêtes. In dit deel gaan we in op de respons op instellingsniveau en op respondentenniveau. 4.2. Evaluatie van de respons op de postenquêtes 4.2.1. Algemeen In dit deel gaan we in op de respons op instellingsniveau en op respondentenniveau. Instellingsniveau (vragenlijst coördinator) provincie,

Nadere informatie

Gezondheidsenquête, België Gezondheidstoestand. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu.

Gezondheidsenquête, België Gezondheidstoestand. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. Gezondheidstoestand Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. . Inhoudstafel Inhoudstafel... 13 Gezondheidsindicatoren...15 1. Subjectieve gezondheid... 15 2. Chronische

Nadere informatie

EénVandaag en Nibud onderzoeken armoede

EénVandaag en Nibud onderzoeken armoede EénVandaag en Nibud onderzoeken armoede Doel Armoede is geen eenduidig begrip. Armoede wordt vaak gemeten via een inkomensgrens: iedereen met een inkomen beneden die grens is arm, iedereen er boven is

Nadere informatie

Behoefteonderzoek senioren Mill en Sint Hubert

Behoefteonderzoek senioren Mill en Sint Hubert Behoefteonderzoek senioren Mill en Sint Hubert In opdracht van de gemeente Mill en Sint Hubert 19 december 2012 Prof. dr. M.J.M. Kardol Onderzoeksbegeleider Vrije Universiteit Brussel Vrije Universiteit

Nadere informatie

Armoedebeleving. College voor de Rechten van de Mens. GfK [April 2017] GfK May 17, 2017 Armoedebeleving 0

Armoedebeleving. College voor de Rechten van de Mens. GfK [April 2017] GfK May 17, 2017 Armoedebeleving 0 Armoedebeleving College voor de Rechten van de Mens GfK [April 2017] GfK May 17, 2017 Armoedebeleving 0 Management Summary GfK May 17, 2017 Armoedebeleving 1 Management summary Doelstelling onderzoek Kenmerken

Nadere informatie