VENTILATIE IN DE ICU

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "VENTILATIE IN DE ICU"

Transcriptie

1 VENTILATIE IN DE ICU Dr. Jan Heerman, AZ Maria Middelares, Gent Introductie Geen mens kan leven zonder zuurstof. Deze zuurstof wordt doorheen het lichaam getransporteerd door het hart en is voornamelijk gebonden aan het hemoglobine in het bloed. De binding van de zuurstof op het hemoglobine gebeurt onder invloed van de partiële zuurstofspanning in het bloed, bepaald door een alveolo-arteriële gradiënt in de longen ter hoogte van de alveoli. Diezelfde zuurstofmoleculen zullen ter hoogte van vergelijkbare capillairen in de diverse organen van de mens onder invloed van een gradiënt (passief dus) het hemoglobine loslaten, en deelnemen aan de Krebscyclus. Deze cyclus laat de mens toe om uit een molecule glucose 38 molecules ATP (adenosinetrifosfaat) aan te maken. Bij gebrek aan zuurstof daalt dit rendement naar 2 moleculen ATP per molecule glucose. Niet alleen bijzonder ongunstig, maar tevens ontstaat er lactaat (melkzuur). Dit laatste heeft een negatieve invloed op de werking van onder andere de spieren en kan derhalve de hypoxemie nog verhogen. Sommige organen zijn meer gevoelig aan hypoxemie dan andere. Zo is zeer goed geweten dat een hypoxemie van reeds drie minuten, indien ernstig genoeg, vrij ernstige hersenschade tot gevolg kan hebben. Ook het hart kan niet om met ernstige zuurstoftekorten. Andere organen kunnen dan weer tijdelijk overschakelen op een anaeroob metabolisme, met weliswaar de accumulatie van toxische metabolieten en een beduidend lager rendement. Talloze aandoeningen, die frequent voorkomen op de dienst intensieve zorgen, geven aanleiding tot een gestoorde opname van de zuurstof in het bloed. Niet zelden dient in dergelijke situaties een beroep gedaan te worden op kunstmatige ventilatie al dan niet invasief om de hypoxemie van de patiënt op te lossen. De longen staan evenwel niet alleen in voor de opname van zuurstof, zij staan tevens in voor de afgave van CO 2 (koolstofdioxide). Deze molecule behoort tot de groep van de volatiele zuren in ons lichaam. Bij een accumulatie van deze molecule kan er een respiratoire acidose ontstaan. Normaal wordt de CO 2 op basis van een alveolo-arteriële gradiënt afgegeven ter hoogt van de alveole. Vervolgens wordt deze CO 2 uitgeademd.

2 Indien de longen niet in staat zijn om zuurstof op te nemen of koolstofdioxide af te geven, ontstaat een potentieel levensbedreigende situatie die op de ICU meestal wordt opgelost door middel van kunstmatige ventilatie. 1. Fysiologie van het respiratoir falen op de ICU A. Het zuurstoftransport Zuurstof, een elementair deel van de omgevingslucht, wordt ingeademd via de bovenste luchtwegen. Aldaar wordt de lucht verwarmd en bevochtigd. Vervolgens gaat het vanuit de trachea richting de verschillende bronchi, bronchioli en uiteindelijke alveoli. Ter hoogte van de alveoli wordt de zuurstof opgenomen in het bloed op basis van de alveolo-arteriële gradiënt. Naarmate men zuurstofreacties gaat meten verder verwijderd van de atmosfeer, daalt de zuurstofreactie verder. Met als gevolg dat de zuurstofreactie op alveolair niveau makkelijk 19% kan zijn. In het bloed wordt zuurstof bijna onmiddellijk gebonden op het hemoglobine en zo wordt het via het linker hart getransporteerd naar het arteriële systeem. Vanuit de aorta gaat het naar de arteriën, vervolgens de arteriolen, en uiteindelijk de capillairen. Op die plaats wordt zuurstof weer losgekoppeld van het hemoglobine op basis van de gradiënt in zuurstofspanning tussen het arteriële bloed en de omgeving. Dit koppelen en lossen van zuurstof aan hemoglobine wordt beschreven door de zuurstofdissociatiecurve. Het belang van hemoglobine wordt dramatisch duidelijk wanneer men de formule voor de hoeveelheid opgeloste zuurstof bekijkt. O 2 concentratie (Ca O 2 )(ml O 2 / 100 ml bloed) = [1.39xHbxO 2 sat/100]+0.003xpo 2 In deze formule wordt duidelijk dat zelfs indien de po zou zijn, er zo goed als geen zuurstof wordt getransporteerd als het hemoglobine nul zou zijn. Het binden en loskoppelen van zuurstof aan hemoglobine in functie van de po 2 van het bloed, wordt beschreven in de onderstaande figuur. De saturatie of SpO 2 drukt de verzadiging van het hemoglobine met zuurstof uit. Veranderingen van temperatuur, ph en het gehalte dihydrophosphoglyceraat kunnen de curve verschuiven. Hierdoor kan acidose en koorts een ernstige weefselhypoxie geven.

3 Figuur 1: Zuurstofdissociatiecurve B. Het CO 2 transport Een groot deel van het CO 2 wordt naar de longen getransporteerd op het hemoglobine. Dit hemoglobine neemt het CO 2 onmiddellijk op na afgave van de O 2. Het overige CO 2 in het bloed staat in evenwicht met bicarbonaat. Deze conversie wordt geaccelereerd door het carboanhydrase. Ter hoogte van de perifere weefsels wordt door het bloed CO 2 opgenomen. Dit wordt deels omgezet naar bicarbonaat. Het carboanhydrase komt voor in het cytosol van de cel, gesecreteerd in het plasma, gebonden aan membranen en in het mitochondrion. Na transport via het veneuze bloed naar de longen wordt, via equilibratie van de paco 2 in het bloed en de alveolaire CO 2 spanning, het CO 2 afgestaan aan de alveole en vervolgens uitgeademd. Hoe lager de alveolaire CO 2 spanning, hoe groter de alveoloarteriële gradiënt en hoe meer CO 2 wordt geëlimineerd. C. Pneumonie Bij een pneumonie is er een infectie ter hoogte van de alveolen. Dit geeft aanleiding tot een exsudaat. Dit exsudaat bestaat uit een inflammatoire cocktail die kan worden omgezet naar etter. De patiënt zal uiteraard proberen deze sputa te evacueren door te hoesten, doch de aanwezigheid van deze secreten in de alveoli gaat de gasuitwisseling aldaar bemoeilijken, deels omwille van het vergroten van de diffusie-afstand, deels omwille van het optreden van atelectase door proppen in de lagere luchtwegen. Hierdoor zullen een aantal alveolen niet meer worden geventileerd. Als bescherming tegen deze hypoxische

4 niet-geventileerde alveolen reageert de pulmonale bloedsomloop met de hypoxische vasoconstrictie. Hierdoor zal er minder bloed door niet-geventileerde alveolen passeren. Daardoor zal de po 2 van het arteriële bloed niet al te sterk gaan dalen. D. ARDS Figuur 2: RX Thorax van een pneumonie: gelokaliseerd probleem Bij het ARDS is er een vermindering van de productie van surfactant. Hierdoor stijgt de oppervlaktespanning in de alveolen drastisch. Tengevolge hiervan treedt er makkelijker een atelectase op. Tevens geeft deze plotse daling van de oppervlaktespanning aanleiding tot het niet zeldzaam optreden van een uitgesproken transsudaat. Dit zal naast de talrijke diffuse zones van atelectasen de gasuitwisseling verder bemoeilijken. Daar waar de gevolgen van een pneumonie meestal gebonden zijn aan een bepaalde lokalisatie in de longen, de infectiehaard, zijn de gevolgen van een ARDS meer gegeneraliseerd verspreid in de longen (matglasbeeld, diffuse infiltraten ). Deze gegeneraliseerde verspreiding in de longen wijst wellicht op een meer systemische oorzaak.

5 Figuur 3: RX Thorax van een ARDS: meer gegeneraliseerd probleem E. Cardiogeen longoedeem Bij het cardiogeen longoedeem is er sprake van een transsudaat. Het vocht is uit de longbloedvaten in de alveolen gelopen door toedoen van een verhoogde hydrostatische druk in de alveolaire haarvaten. Er bestaat in principe een evenwicht tussen de colloidoncotische druk en de hydrostatische druk in de longbloedvaten en het interstitium van de longen. Indien de balans minimaal overhelt, kan het overtollig vocht nog verwijderd worden via lymfekanalen. Maar wanneer de hydrostatische druk relatief abrupt oploopt, bijvoorbeeld bij een hypertensieve opstoot of bij een acuut hartfalen, dan zal het vocht de alveolen instromen en de gasuitwisseling bemoeilijken. Figuur 4: Formule die het evenwicht beschrijft tussen vocht in de bloedbaan en het interstitium

6 Figuur 5: RX Thorax van longoedeem: bilaterale verdichting voornamelijk basaal en forse hili F. COPD/asthma Bij een COPD-opstoot of een astma-aanval zal voornamelijk de luchtwegobstructie ter hoogte van de bronchiolen op de voorgrond treden. Gedurende deze episodes is er sprake van bronchospasme. Dit is eigenlijk een vernauwing van de bronchi door hyperreactiviteit. Deze kan worden uitgelokt door talloze factoren. Door het vernauwen van deze luchtwegen ontstaat er een verlengd expirium (verlengde duur van de uitademing) en mogelijks airtrapping indien de inspiratie terug begint voor het einde van de expiratie. Het gevolg is hyperinflatie van de thorax en minder goede ventilatie van de alveolen. Dit leidt in eerste instantie tot een oplopende CO 2 spanning alveolair met mogelijks het ontstaan van respiratoire acidose. Vervolgens zal deze verminderde ventilatie alveolair ook aanleiding geven tot een dalende po 2 alveolair en arterieel. Figuur 6: RX Thorax: typische hyperinflatie bij COPD

7 G. Emfyseem Bij emfyseem is er een aantasting van het bindweefsel van de longen. Hierdoor daalt de hoeveelheid alveolen waar nog gasuitwisseling gebeurt. Wanneer de totale oppervlakte waar gasuitwisseling plaats heeft daalt, zal dat voornamelijk een invloed hebben op de partiële CO 2 -spanning. In dit geval zal er CO 2 -retentie zijn met metabole compensatie. Door de verminderde elasticiteit van de longen secundair aan de aantasting van het interstitium, daalt de compliantie van de longen. H. Hoge luchtwegobstructie Bij een hoge luchtwegobstructie zal er inspiratoire stridor zijn. Tevens zal er vaak door onvolledige expiratie wat hyperinflatie van de thorax aanwezig zijn. I. Pleuravochtstorting Een pleuravochtuitstorting wordt gekenmerkt door een daling van de vitale capaciteit. Doordat de thorax deels gevuld is met pleuravocht zal er mogelijks partiële atelectase van de long zijn en een gedaald getijvolume. De patiënt zal dit proberen te compenseren door de ademhalingsfrequentie op te drijven. 2. Ventilatiemodi 1. In grote lijnen wordt klassiek een onderscheid gemaakt tussen volumegestuurde ventilatie en drukgestuurde ventilatie. Bij de volumegestuurde ventilatie (volume controlled ventilation) wordt een bepaald volume, een frequentie, een i/e verhouding en een PEEP niveau ingesteld. Deze instellingen in combinatie met de ontvanger, de patiënt dus, zullen een beademingsdruk genereren. Deze druk wordt gekenmerkt door een piekdruk en een plateaudruk. Algemeen wordt aangenomen dat de piekdruk het gevolg is van de weerstand in de grotere luchtwegen en dat de plateaudruk de druk in de alveole representeert. Voornamelijk deze laatste zal eventueel alveolaire schade aanrichten indien hij onaangepast hoog is.

8 Bij drukgestuurde ventilatie (pressure controlled ventilation) wordt een inspiratoire druk, een frequentie, een i/e ratio en een PEEP ingesteld. Deze instellingen zullen dan een minuut en getijvolume genereren afhankelijk van de compliantie en de weerstand van de luchtwegen van de patiënt. Dit volume kan vrij sterk schommelen en een adequaat minuutvolume is niet gegarandeerd. Volgens sommigen is drukgestuurde ventilatie dan ook onveilig omwille van deze niet-gegarandeerde volumina. Een alarm met een adequate ondergrens met betrekking tot het minuutvolume is dan ook zeker op zijn plaats in een dergelijke setting. Onderstaande tabel geeft enkele ventilatievormen die dagelijks worden gebruikt weer. Ieder bedrijf heeft zijn eigen naamgeving, en hierdoor ontstaat niet zelden verwarring in de dagelijkse praktijk. De CPAP op een Evita van Dräger, de pressure support bij Siemens en Maquet, etc. Drukgestuurde ventilatievormen Volumegestuurde ventilatievormen pressure control SIMV pressure control pressure support/cpap BIPAP Bilevel Smartcare volume control SIMV volume control volume support IPPV PRVC NIV Druk Flow Compliantie Figuur 7: Curves voor volumegecontroleerde ventilatie en drukgecontroleerde ventilatie

9 2. Hieronder volgt een overzicht, geenszins exhaustief, van enkele ventilatiemodi. Pressure control ventilatie: In deze modus worden de volgende zaken ingesteld: PEEP, inspiratoire druk, frequentie, i/e ratio. Dit genereert een bepaald tidal en minuutvolume als resultante van de compliantie en weerstand in de luchtwegen van de patiënt. Volume control ventilatie: Hierbij worden PEEP, getijvolume, frequentie en i/e verhouding ingesteld. De compliantie en weerstand geven aanleiding tot een bepaalde weerstand en plateaudruk. SIMV volume control: Dit is een modus waarbij de patiënt de ventilator zelf kan triggeren en activeren, maar waarbij ook een bepaald aantal keren een bepaald volume wordt toegediend, gesynchroniseerd met de inspanningen van de patiënt om adem te halen. Hierbij wordt uiteraard een trigger en pressure support niveau ingesteld, maar tevens ook een frequentie van de mandatoire teugen, een volume van die teugen en een i/e ratio. Strikt genomen is dit geen zuivere volumegestuurde ademhaling daar de pressure support modus een drukgestuurde beademingsmodus is. SIMV pressure control: Ook hier kan de patiënt zelf de ventilator activeren en zal er een vooraf bepaald aantal teugen worden toegediend, gesynchroniseerd met de inspanningen van de patiënt. Bij deze ventilatiewijze worden pressure support niveau, triggergevoeligheid, inspiratoire druk, frequentie en i/e ratio van de mandatoire teugen ingesteld. Het resulterende minuutvolume is functie van de compliantie, weerstand en het aantal keer dat de ventilator wordt getriggerd. Dit is een zuiver drukgestuurde modus. BIPAP (Draeger): Bij deze modus wordt de inspiratoire druk, pressure support niveau, triggerniveau, PEEP, frequentie en i/e ratio bepaald door de operator. Doch de patiënt kan een aantal keren de ventilator zelf triggeren. Daarenboven kan de patiënt met autoflow zelf telkens ademhalingsbewegingen doen tijdens in- of expiratie, dit dankzij het openstaan van de expiratoire klep.

10 Bilevel (Covidien): Sterk vergelijkbaar met BIPAP. Pressure support: Bij deze ventilatievorm wordt er een inspiratoire druk en een triggersensitiviteit ingesteld. De ventilator zal een inspiratie initiëren van zodra de trigger bereikt wordt. De trigger is een bepaalde negatieve druk of een bepaalde flow richting patiënt. Voor een goede patiënt-ventilator interactie is het belangrijk te werken met een goed gevoelige trigger en een snelle processor zodat er geen inadequate vertraging is tussen de trigger en de geleverde druk. Wanneer de flow gegenereerd door de ventilator onder een bepaald niveau zakt, dan stopt de toediening van positieve inspiratoire druk en begint de expiratie. CPAP: Continuous Positive Airway Pressure: Blijvend PEEP niveau waarboven de patiënt vrij kan ademen. CPAP/ASB (Draeger): Cfr pressure support CPAP/ASB smartcare (Draeger): Pressure support ventilatie met een geautomatiseerd weaningsprotocol. Op basis van een aantal parameters zoals tidal volume, ademfrequentie, end-tidal CO 2 wordt de hoeveelheid pressure support progressief afgebouwd tot de patiënt weaningsklaar is. Dit wordt vervolgens ook aangegeven door de ventilator. Volume support: Bij deze ventilatievorm zal er na activatie van de trigger door de inspanning van de patiënt een vooraf bepaald volume worden toegediend. PRVC: Pressure regulated volume controlled ventilation: ademhalingsfrequentie, teugvolume en inspiratieduur worden vooraf ingesteld. Een eerste ademhaling wordt uitgevoerd met een druk van 5cmH 2 O. Aan de hand van deze teug wordt compliantie bepaald. Vervolgens wordt de druk berekend die nodig is om het vooraf ingestelde

11 teugvolume te bereiken. Bij elke volgende ademhaling wordt de inspiratiedruk afgestemd op de compliantie-meting van de voorafgaande ademhaling. Indien het gemeten teugvolume met de ingestelde waarde overeenkomt, blijft het drukniveau constant, anders past de druk zich aan. ASV: Adaptive support ventilation (Hamilton Medical): Teug na teug wordt geëvalueerd. Op basis van deze evaluatie van de longmechanica, worden teugvolume en frequentie geoptimaliseerd. Het doel is om de optimale verhouding teugvolume en frequentie te vinden door het aanpassen van de verplichte frequentie en de inspiratoire druk. In principe is dit dus een drukgestuurde ventilatiemodus. Bilevel+PAV: Proportional assist ventilation (Covidien): Tevens een geassisteerde ventilatiemodus waarbij een aantal parameters (compliantie, weerstand, frequentie, teugvolume,...) worden gebruikt in een vergelijking om de hoeveelheid assist te bepalen. Op deze manier zou ook deze modus bijdragen tot het bespoedigen van het weanen. Oscillatieventilatie: Bij deze vorm van ventilatie wordt een vrij hoge hoeveelheid PEEP aangewend met daarboven oscillaties van een membraan die de kleine hoeveelheden lucht heen en weer laten bewegen. Deze volumeverplaatsingen zijn zeer beperkt, desalniettemin slaagt men er meestal wel in de oxygenatie te handhaven. De kans is wel reëel dat de CO 2 -spanning wat begint op te lopen. Ook deze vorm van ventilatie is drukgestuurd. NIV: Niet-invasieve ventilatie: In principe drukgecontroleerde ventilatie. Ingesteld wordt een inspiratoire druk, een PEEP niveau en een FiO 2. Inspiratie wordt gestart na triggering van de patiënt. Deze patiënten moeten bewust zijn, anders is deze ventilatievorm potentieel gevaarlijk. Immers er is geen bescherming tegen aspiratie.

12 3. Pathologie en ventilatie op de ICU A. Hypoxemie Men kan hypoxemie uiteraard bestrijden door de FiO 2 op te drijven. In bepaalde ziektebeelden zal men evenwel ook een beroep doen op hogere PEEP-niveaus en grotere minuutvolumes al dan niet door het opdrijven van de inspiratoire druk of het tidal volume. B. Hypercarbie Dit wordt in principe aangepakt door de alveolaire ventilatie op te drijven. Men kan dit doen door het verhogen van de ademhalingsfrequentie, het teugvolume of de resultante: het ademminuutvolume. Bij een drukgestuurde ventilatie kan dit gebeuren door de inspiratoire druk te verhogen. Men moet wel in acht nemen dat CO 2 -retentie pas schadelijk wordt als de ph van het bloed begint te dalen of in het geval er intracraniële hypertensie is. De vraag stelt zich dan ook of een doorgedreven ventilatie met eventuele ventilatorgeïnduceerde longschade niet beter vermeden wordt dan wel rigide te streven naar een normocapnie (permissieve hypercapnie). C. Pneumonie Bij een pneumonie treedt de overvloedige aanwezigheid van sputa vaak op de voorgrond. Deze secreten dient de patiënt te evacueren uit de luchtwegen, ophoesten van sputa of expectoreren. Toenemende respiratoire distress zal aanleiding geven tot meer moeizame evacuatie en uiteindelijk zal de patiënt uitgeput raken. Het gebruik van NIV in deze context bemoeilijkt het ophoesten en maakt het aspireren onmogelijk. Ook al lijkt het initieel een goede oplossing in afwachting van het aanslaan van de anti-infectieuze therapie, meestal zal de patiënt toch moeten worden geïntubeerd en conventioneel geventileerd. In dit geval zal men indien mogelijk eerst kiezen voor een volumegestuurde modus. Immers, dit garandeert de toediening van een bepaald volume aan de patiënt. Hierbij dient men vooral aandacht te besteden aan de plateaudruk. Deze laatste is immers veel meer een weergave van de actuele drukken in de alveole dan de piekdruk. Deze is vooral een weergave van de weerstand in de grotere luchtwegen. Doch, indien de beademingsdrukken te hoog

13 oplopen, kan er worden overgeschakeld op drukgestuurde ventilatie. Hierbij dient men vooral te letten op de eventueel te beperkte volumina die worden toegediend. D. ARDS Bij het ARDS treedt de alveolaire atelectase op de voorgrond. Dit geeft aanleiding tot verhoogde beademingsdrukken en repetitief openen en sluiten van de alveolen. Dit samen met de verhoogde beademingsdrukken zal aanleiding geven tot ventilatiegeassocieerde longschade. Om atelectasevorming te verhinderen zal de PEEP op een bepaald niveau worden ingesteld, boven het lage inflectiepunt van een statische PV-loop. Er zijn reeds een aantal ventilatoren die ons in staat stellen om dit punt te bepalen. Tevens zal men ervoor zorgen dat de inspiratoire druk het bovenste inflectiepunt van die curve niet overschrijdt, dit om overrekken van de alveolen te voorkomen daar dit ook aanleiding zal geven tot longschade. Met andere woorden, door ventilatiedrukken, PEEP en inspiratoire druk, te hanteren tussen lager en bovenste inflectiepunt van een statische PV-loop wordt een longprotectieve ventilatie gehanteerd. Indien nodig zal men oplopende CO 2 accepteren als dit eveneens kadert in een longprotectieve ventilatie. Immers, frequenties boven de 20/min zijn potentieel beschadigend. Voor een volumegestuurde ventilatiemodus raadt het ARDS network teugvolumina van 6-8 ml/kg aan om ventilatorgeassocieerde longschade te vermijden. Indien de permissieve hypercapnie zou aanleiding geven tot een dalende ph, kan gebruik worden gemaakt van bicarbonaat om de respiratoire acidose te corrigeren. Het ARDS netwerk heeft een protocol voorgesteld waarin ze PEEP en FiO 2 koppelen aan elkaar, om zo gradueel te kunnen afbouwen. Het vroegtijdig appliceren van verstuiving met betamimetica heeft eveneens een bewezen impact op de mortaliteit en de morbiditeit van deze aandoening. Men kan proberen bij een ARDS met niet invasieve ventilatie. Niet alle ARDS-vormen zijn immers zo uitgesproken dat er onmiddellijk moet worden geïntubeerd. Doch bij toenemende hypoxemie zal er meestal ook toenemende angst en afnemende coöperatie zijn. In dat geval wordt een intubatie met een longprotectieve ventilatiestrategie noodwendig.

14 Figuur 8: LIP: lager inflectiepunt, UIP: bovenste inflectiepunt; ventilatiedrukken tussen deze twee punten, i.e. 7 en ongeveer 20 cmh 2 O zullen longprotectief zijn. E. Cardiogeen longoedeem In deze situatie zal de applicatie van CPAP reeds een hele oplossing zijn. Immers door het starten van de positieve druk in de luchtwegen worden de alveolen beter opengehouden en treedt er een afterload reductie van de linker ventrikel op. Het gevolg hiervan is dat de forward failure van deze kamer deels teniet wordt gedaan en dat de hydrostatische druk in de pulmonaire alveolen daalt. Samen met de verhoogde alveolaire druk wordt de extravasatie van vocht uit de pulmonale vaten op die manier tegengewerkt. Tevens zal men zo nodig de arteriële druk in de systeemcirculatie doen zakken door intraveneuze medicatie. Het opheffen van de hypoxemie zal daarenboven de sympathische stress wegnemen en reeds vanzelf voor een groot deel de arteriële hypertensie tenietdoen. Meestal kan men zich bij deze patiënten redden met niet-invasieve ventilatie, vasodilatatoren en diuretica. Vaak volstaat zelfs alleen CPAP. F. COPD exacerbatie Bij deze patiënten dient men rekening te houden met hyperinflatie van de thorax. Sowieso hebben deze patiënten reeds in normale omstandigheden een hyperinflatie, doch wanneer

15 er door respiratoire distress tachypnoe ontstaat bij een patiënt met een verlengd inspirium, is de kans op airtrapping en auto-peep reëel. Bij spontaan ademende patiënten kan men proberen door NIV en CPAP toe te passen de auto-peep op te heffen. Eens de hypoxemie op deze wijze wordt gecorrigeerd, worden ze rustiger en vertraagt de ademhaling spontaan. Als dit niet lukt en een intubatie nodig is, zal men ervoor zorgen traag te beademen met relatief grote volumina. Uiteraard is het gebruik van bronchodilatatoren hier uiterst geschikt. Eventueel kan men deze vernevelen met een Aeroneb pro omdat de micropartikels die men zo creëert dieper penetreren en beter toekomen op de plaats waar hun actie noodzakelijk is. Het bepalen van het niveau van de auto-peep doet men door een expiratoire hold uit te voeren. Indien het drukniveau begint op te lopen boven het PEEP-niveau is er sprake van auto-peep. Men wacht dan tot er een stabiel niveau optreedt. Dat is het niveau van de auto-peep. Men doet er dan goed aan om het niveau van de PEEP net iets hoger te zetten. Op deze wijze worden de luchtwegen opengehouden, kan er minder airtrapping optreden en wordt verdere hyperinflatie van de thorax tegengegaan. Figuur 9: Tijdens de expiratoire pauze gaat de druk spontaan omhoog tot een niveau PEEPi zijnde de intrinsieke PEEP of auto-peep. Er wordt bij deze patiënten dus gestreefd naar een korte inspiratieduur, een lage ademhalingsfrequentie en iets hogere teugvolumes. Vele COPD-patiënten leven met een chronische hypoxemie en zijn voor hun ventilatoire drive afhankelijk geworden van de ph van het cerebrospinaal vocht. Het abrupt corrigeren van de chronische hypercarbie en het

16 veroorzaken van een metabole alkalose kan potentiële weaningsmoeilijkheden opleveren. Met andere woorden, CO 2 -retentie wordt maar in die mate gecorrigeerd dat overte respiratoire acidose wordt vermeden. G. Emfyseem Bij deze patiënten met een aantasting van het interstitium en een beperking van de gasuitwisselingsoppervlakte zal het belangrijk zijn om hyperinflatie te vermijden. Vermijd te hoge PEEP niveaus omdat dit de reeds zwaar belaste rechterventrikel kan doen decompenseren, zeker samen met systemische hypotensie. Tevens zal men eerder met kleinere teugvolumina werken en een hogere frequentie. H. Hoge luchtwegobstructies Deze moeten zo snel mogelijk worden opgeheven. Bij onmogelijkheid om dit te doen, kan men een Minitrach canule plaatsen of een spoedtracheotomie uitvoeren. Eventueel kan men wat tijd winnen door met NIV en PEEP de luchtwegobstructie wat te bypassen en eventuele airtrapping op te heffen door vroegtijdige collaps te verhinderen. I. Pleuravochtuitstorting Uiteraard wordt deze best gedraineerd indien ze aan de basis ligt van enige vorm van respiratoire distress. Zelfs indien er geen distress is kan men opteren om ze op te heffen via pleurapunctie. Immers een pleuravochtuitstorting kan aanleiding geven tot atelectase en pulmonaire infectie. Indien men de respiratoire distress dient te verlichten alvorens een punctie mogelijk is, kan men opteren voor NIV of invasieve ventilatie met beperkte teugvolumes en hogere frequenties. Besluit Deze tekst is opgesteld in een poging enkele frequente ventilatoire dilemma s in de ICU naar voor te brengen. Deze lijst is geenszins exhaustief. Dit zou overigens veel te ver leiden. Er wordt gebruik gemaakt van een aantal onderverdelingen vanuit een didactisch

17 oogpunt. Maar deze onderverdelingen zijn eerder arbitrair en in de dagelijkse praktijk komen zeer vaak mengvormen voor. Zo zullen vele ARDS patiënten tevens te kampen hebben met bronchoconstrictie, en vele patiënten met een acuut longoedeem hebben tevens een pneumonie. De ventilatiestrategie zal aldus patiënt per patiënt moeten worden aangepast, niet zelden door voorzichtige trial and error op basis van bepaalde fysiopathologische eigenschappen, instellingen, bloedgassen en klinische reactie!

College. Beademing 1. Opleiding Intensive Care Fontys Hogescholen. Hans Verberne Teamleider Intensive care Docent respiratie/beademing

College. Beademing 1. Opleiding Intensive Care Fontys Hogescholen. Hans Verberne Teamleider Intensive care Docent respiratie/beademing College Beademing 1 Opleiding Intensive Care Fontys Hogescholen Hans Verberne Teamleider Intensive care Docent respiratie/beademing Beademing Kunst of Kunde? Respiratie Functie van de ademhaling en longen

Nadere informatie

Inhoud. 3 Respiratoire insufficiëntie Klinische symptomen Hypoxemie en hypoxie...42

Inhoud. 3 Respiratoire insufficiëntie Klinische symptomen Hypoxemie en hypoxie...42 Inhoud 1 Geschiedenis van mechanische beademing.... 1 1.1 Evolutie van de apparatuur.... 2 1.1.1 Negatieve drukbeademing... 2 1.1.2 Positieve drukbeademing.... 2 1.2 Evolutie van de behandeling.... 3 2

Nadere informatie

Zuurbase evenwicht. dr Bart Bohy http://www.medics4medics.com

Zuurbase evenwicht. dr Bart Bohy http://www.medics4medics.com Zuurbase evenwicht 1 Zuren 2 Base 3 4 5 6 7 oxygenatie / ventilatie 8 9 Arteriële bloedgaswaarden Oxygenatie PaO2: 80-100mmH2O SaO2: 95-100% Ventilatie: PaCO2: 35-45mmHg Zuur-base status ph: 7.35-7.45

Nadere informatie

Beademing in de praktijk!

Beademing in de praktijk! Beademing in de praktijk! Marieke Vostermans-Breuer IC-verpleegkundige &! Ventilation Practitioner 10 Februari 2017 "Back to Basics" 1 Inleiding Afgelopen decennia Evidence Based Mechanische beademing

Nadere informatie

Bloedgassen. Homeostase. Ronald Broek

Bloedgassen. Homeostase. Ronald Broek Bloedgassen Homeostase Ronald Broek Verstoring Homeostase Ziekte/Trauma/vergiftiging. Geeft zuur-base en bloedgasstoornissen. Oorzaken zuur-base verschuiving Longemfyseem. Nierinsufficientie Grote chirurgische

Nadere informatie

Respiratie Functie en bouw van de luchtwegen. Een uitingsvorm van het gebruik van de hulpademhalingsspieren is neusvleugelen.

Respiratie Functie en bouw van de luchtwegen. Een uitingsvorm van het gebruik van de hulpademhalingsspieren is neusvleugelen. Respiratie 2 Functie en bouw van de luchtwegen FHV2009 / Cxx54 3+4 / Anatomie & Fysiologie - Respiratie en digestivus 1 Het uitwisselingsproces van O 2 en CO 2 tussen de cellen en de bloedbaan vindt eerder

Nadere informatie

Nonivasieve Beademingsvormen. Marcel Tinnevelt Ventilation Practitioner

Nonivasieve Beademingsvormen. Marcel Tinnevelt Ventilation Practitioner Nonivasieve Beademingsvormen Marcel Tinnevelt Ventilation Practitioner 19 - Herberg Tubepleisters Non invasieve beademing Canule zorg Om de non invasieve beademingsvormen te begrijpen eerst basis beademingsvormen

Nadere informatie

Mechanische ventilatie

Mechanische ventilatie Published on Medics4medics.com (http://www.medics4medics.com) Home > Advanced life support > Mechanische ventilatie Videos KUNSTMATIGE http://www.medics4medics.com/sites/default/files/styles/thumb/public/video_embed_field_thumbnails/youtube/texsxox3ke4.jpg?itok=sn0pdhlv

Nadere informatie

Beademen Met de juiste drukken moet het lukken?! Lennart Immerzeel Ventilation Practitioner Reinier de Graaf, Delft

Beademen Met de juiste drukken moet het lukken?! Lennart Immerzeel Ventilation Practitioner Reinier de Graaf, Delft Beademen Met de juiste drukken moet het lukken! Lennart Immerzeel Ventilation Practitioner Reinier de Graaf, Delft Beademingsdrukken plateau CO2 inspiratoir PEEPe alveolair abdominaal max oesophagus peak

Nadere informatie

Respiratoire complicaties bij thoraxchirurgie. Bart van Silfhout Ventilation Practitioner

Respiratoire complicaties bij thoraxchirurgie. Bart van Silfhout Ventilation Practitioner Respiratoire complicaties bij thoraxchirurgie Bart van Silfhout Ventilation Practitioner Doel & inhoud Het uitwisselen van ideeën, kennis en gedachten en vooral een leuke voordracht!!! Gasuitwisseling

Nadere informatie

De kwantitatieve meeting is bv. bij de Corpuls 3 of de Corpuls 08/16 in de hoofdstroom en bij de Lifepak 12 in de sidestream.

De kwantitatieve meeting is bv. bij de Corpuls 3 of de Corpuls 08/16 in de hoofdstroom en bij de Lifepak 12 in de sidestream. 4.6. CO 2 en capnografie: Het afblazen van CO 2 is naast de oxygenatie de tweede component van de ventilatie en kan op verschillende manieren gemeten worden. Alleen kwalitatief bijvoorbeeld via de Easycap

Nadere informatie

Non-invasieve beademing op MC MC Congres 2018

Non-invasieve beademing op MC MC Congres 2018 Non-invasieve beademing op MC MC Congres 2018 Ton Haans Verpleegkundig Specialist IC Ria Hanenberg MC Verpleegkundige Ton.Haans@radboudumc.nl Ria.Hanenberg@radboudumc.nl Inhoud workshop Inleiding Respiratie

Nadere informatie

MECHANISCHE VENTILATIE. Bart Bohy, M.D., M.S.

MECHANISCHE VENTILATIE. Bart Bohy, M.D., M.S. MECHANISCHE VENTILATIE Bart Bohy, M.D., M.S. Woord vooraf Inhoudsopgave 1 Principes van beademing 1.1 Enkele begripsomschrijvingen... 7 1.1.1 Tidal Volume... 8 1.1.2 Ademfrequentie... 8 1.1.3 Minuutvolume...

Nadere informatie

Oorzaken shock. Hypovolemie Compressie van hart en vaten (tamponade) Cardiogene shock (hartfalen) Sepsis Neurogeen (verlies autonome bezenuwing)

Oorzaken shock. Hypovolemie Compressie van hart en vaten (tamponade) Cardiogene shock (hartfalen) Sepsis Neurogeen (verlies autonome bezenuwing) Oorzaken shock Hypovolemie Compressie van hart en vaten (tamponade) Cardiogene shock (hartfalen) Sepsis Neurogeen (verlies autonome bezenuwing) Diagnose Klinische omstandigheden Klinisch onderzoek Hemodynamisch

Nadere informatie

Back to basics. Recruteren. 10 februari Lann Jacobs 1

Back to basics. Recruteren. 10 februari Lann Jacobs 1 Back to basics Recruteren 10 februari 20117 Lann Jacobs 1 Recruteren?? Werven, halen, aantrekken In dienst roepen 10 februari 2017 Lann Jacobs 2 Alveoli Geschat aantal op 300-500 miljoen Geschat oppervlakte

Nadere informatie

MECHANICAL VENTILATION. A. Neyrinck, MD Department of Anesthesiology University Hospitals Leuven

MECHANICAL VENTILATION. A. Neyrinck, MD Department of Anesthesiology University Hospitals Leuven MECHANICAL VENTILATION A. Neyrinck, MD Department of Anesthesiology University Hospitals Leuven arne.neyrinck@uzleuven.be INDICATIE FUNCTIE VAN HET RESPIRATOIR STELSEL het doel van het respiratoir stelsel

Nadere informatie

Thorax trauma. Casus GM. Demeyer I. OLV Ziekenhuis Aalst. 8 dec 2012 Met eigen middelen naar spoedgevallen > uren: stamp van paard op de borst

Thorax trauma. Casus GM. Demeyer I. OLV Ziekenhuis Aalst. 8 dec 2012 Met eigen middelen naar spoedgevallen > uren: stamp van paard op de borst 1 Thorax trauma Demeyer I. OLV Ziekenhuis Aalst Casus GM 8 dec 2012 Met eigen middelen naar spoedgevallen > uren: stamp van paard op de borst Blanco voorgeschiedenis 1 GM, man, 3/5/1951 Observatie: Zweet

Nadere informatie

Beademen. Sandra de Boer van Kammen Ventilation Practitioner a.vankammen@erasmusmc.nl Refereeravond HAGA 17-06-2014

Beademen. Sandra de Boer van Kammen Ventilation Practitioner a.vankammen@erasmusmc.nl Refereeravond HAGA 17-06-2014 Beademen Sandra de Boer van Kammen Ventilation Practitioner a.vankammen@erasmusmc.nl Refereeravond HAGA 17-06-2014 Programma VILI Resultaten onderzoeken VP ers Erasmus MC Hoe goed te beademen Curves NAVA

Nadere informatie

Non-Invasieve Beademing

Non-Invasieve Beademing Non-Invasieve Beademing cursus Pulmonologie Hans Verberne Teamleider Intensive care Non - invasieve Beademing Wat is het? Wanneer? Waarom? Hoe? Waar? Beademing Mechanische Ventilatie Beademingsindicaties

Nadere informatie

Tussentoets Long (TT-2) Hart en Long 8WA03. Woensdag 3 april 2013 8.45-10.30

Tussentoets Long (TT-2) Hart en Long 8WA03. Woensdag 3 april 2013 8.45-10.30 Tussentoets Long (TT-2) Hart en Long 8WA03 Woensdag 3 april 2013 8.45-10.30 Faculteit Biomedische Technologie BSc opleiding Medische Wetenschappen en Technologie Verantwoordelijk docent: C. Bouten Coördinator

Nadere informatie

Long protectief beademen (samenvatting van het onderzoek)

Long protectief beademen (samenvatting van het onderzoek) Pagina 8 Long protectief beademen (samenvatting van het onderzoek) Onderzoeksvraag Wordt er binnen de IC van het St. Antonius Ziekenhuis protectief beademd volgens de geldende evidenced based richtlijnen?

Nadere informatie

Ventilatie en oxygenatie

Ventilatie en oxygenatie Published on Medics4medics.com (http://www.medics4medics.com) Home > Pneumologie > Ventilatie en oxygenatie Videos VIDEO http://www.medics4medics.com/sites/default/files/styles/thumb/public/video_embed_field_thumbnails/youtube/vniitxul0za.jpg?itok=9ih5sl2s

Nadere informatie

Anatomie en Fysiologie

Anatomie en Fysiologie Anatomie en Fysiologie Dolf Weller - Ventilation Practitioner Maasstad Ziekenhuis 10 februari 2017 B2B, Anatomie en Fysiologie, Dolf Weller, Ventilation Practitioner 1 Inhoud Regulatie ademhaling Anatomie

Nadere informatie

Adequaat zuurstofgebruik in verschillende pathologieën, inclusief palliatie. Medische aspecten van BiPAP bij acuut respiratoir falen

Adequaat zuurstofgebruik in verschillende pathologieën, inclusief palliatie. Medische aspecten van BiPAP bij acuut respiratoir falen Adequaat zuurstofgebruik in verschillende pathologieën, inclusief palliatie Medische aspecten van BiPAP bij acuut respiratoir falen B. Buyse Dienst Longziekten Centrum voor Slaapmonitoring en Thuisventilatie

Nadere informatie

Morbide obesitas. BMI= body mass index kg / m 2 Normaal te zwaar > 30 obesitas > 40 morbide obesitas

Morbide obesitas. BMI= body mass index kg / m 2 Normaal te zwaar > 30 obesitas > 40 morbide obesitas Morbide obesitas BMI= body mass index kg / m 2 Normaal 18-25 25-30 te zwaar > 30 obesitas > 40 morbide obesitas Relatief risico voor overlijden als functie van BMI=body mass index Eigen schuld? Schuld?

Nadere informatie

Thema 4.2.1: Anatomie en fysiologie van de thorax, longen en het respiratoirsysteem

Thema 4.2.1: Anatomie en fysiologie van de thorax, longen en het respiratoirsysteem Take-home toets Thema 4.2.1: Anatomie en fysiologie van de thorax, longen en het respiratoirsysteem 1. Welke van de onderstaande spieren speelt (spelen) een rol bij de ademhaling? a. diafragmaspieren b.

Nadere informatie

Respiratie 3. Functie en bouw van de luchtwegen

Respiratie 3. Functie en bouw van de luchtwegen Respiratie 3 Functie en bouw van de luchtwegen FHV2009 / Cxx54 5+6 / Anatomie & Fysiologie - Respiratie en digestivus 1 De totale dode ruimte is in rust kleiner dan bij inspanning. De anatomische dode

Nadere informatie

ECLS: Goede en minder goede indicaties. Diederik van Dijk

ECLS: Goede en minder goede indicaties. Diederik van Dijk ECLS: Goede en minder goede indicaties Diederik van Dijk Extra Corporeal Life Support Bloedsomloop en ademhaling uit de muur Extra Corporeal Life Support De ultieme vorm van life support Maar ken uw beperkingen!

Nadere informatie

Bij een metabole acidose is er een daling van de ph en het bicarbonaatgehalte. Compensatoir kan het CO2 gehalte in het bloed dalen.

Bij een metabole acidose is er een daling van de ph en het bicarbonaatgehalte. Compensatoir kan het CO2 gehalte in het bloed dalen. ZUUR BASE EVENWICHT Afwijkingen in het zuur base evenwicht worden onderverdeeld in respiratoire en metabole acidose, respiratoire en metabole alkalose en gemengde aandoeningen. 1.1 Respiratoire acidose

Nadere informatie

Ontslagprocedure patiënt met thuisventilatie

Ontslagprocedure patiënt met thuisventilatie Ontslagprocedure patiënt met thuisventilatie Bouduin Stef CNM 7 juni 2012 Ontslag met thuisbeademing Wat is (thuis)beademing? Wanneer thuisbeademing? Soorten thuisbeademing Ontslagplanning bij: niet-invasieve

Nadere informatie

Reanimatie van de pasgeborene

Reanimatie van de pasgeborene Reanimatie van de pasgeborene Anne Debeer, neonatale intensieve zorgen, UZ Leuven Katleen Plaskie, neonatale intensieve zorgen, St Augustinus Wilrijk Luc Cornette, neonatale intensieve zorgen, AZ St-Jan

Nadere informatie

bloedgassen Snelle interpretatie

bloedgassen Snelle interpretatie bloedgassen Snelle interpretatie Wat is de Ph Het aantal waterstofionen (H+) geteld per ml water. Hoeveel waterstofionen komen er bij een reactie vrij of gaan er verloren en/of hoeveel waterstofionen worden

Nadere informatie

Re-expansie oedeem MDO Linsie Stuart

Re-expansie oedeem MDO Linsie Stuart Re-expansie oedeem MDO 11-02-2019 Linsie Stuart Pleuravocht Normaal 0,3 ml/kg aanwezig in pleuraholte Balans van microvasculaire filtratie (productie) en pleuravocht klaring (lymfatische drainage pariëtale

Nadere informatie

Basisprincipes van mechanische ventilatie. Philippe Meersseman, MD Medical Intensive Care Unit General Internal Medicine University Hospitals Leuven

Basisprincipes van mechanische ventilatie. Philippe Meersseman, MD Medical Intensive Care Unit General Internal Medicine University Hospitals Leuven Basisprincipes van mechanische ventilatie Philippe Meersseman, MD Medical Intensive Care Unit General Internal Medicine University Hospitals Leuven Use different types of ventilation modi Avoid complications

Nadere informatie

Ergometrie: interpretatie. Strategie. Volgorde. Fietsergometrie: Interpretatie op Tijdbasis. Waarom alle variabelen als functie van de tijd?

Ergometrie: interpretatie. Strategie. Volgorde. Fietsergometrie: Interpretatie op Tijdbasis. Waarom alle variabelen als functie van de tijd? Ergometrie: interpretatie Fietsergometrie: Interpretatie op Tijdbasis NVALT Assistentendag Juni 11 j.g.vanden.aardweg@mca.nl Hart-Long Centrum Medisch Centrum Alkmaar 1 2 Strategie 1. Logische en consequente

Nadere informatie

Mechanische beademing bij ARDS Het belang van recruteer manoeuvres. Fellowonderwijs Intensive Care UMC St Radboud

Mechanische beademing bij ARDS Het belang van recruteer manoeuvres. Fellowonderwijs Intensive Care UMC St Radboud Mechanische beademing bij ARDS Het belang van recruteer manoeuvres Fellowonderwijs Intensive Care UMC St Radboud Beademing geassocieerde schade Schade aan surfactant producerende Type-II alveolaire cellen

Nadere informatie

Bloedgasanalyse. Doelstelling. Bloedgasanalyse. 4 mei 2004 Blad 1. Sacha Schellaars IC centrum UMC Utrecht. Zuur base evenwicht Oxygenatie

Bloedgasanalyse. Doelstelling. Bloedgasanalyse. 4 mei 2004 Blad 1. Sacha Schellaars IC centrum UMC Utrecht. Zuur base evenwicht Oxygenatie Bloedgasanalyse Sacha Schellaars IC centrum UMC Utrecht Doelstelling De student kan de 4 stoornissen in het zuurbase evenwicht benoemen. De student kan compensatiemechanismen herkennen en benoemen. De

Nadere informatie

Curves & Loops: Lees de ventilator

Curves & Loops: Lees de ventilator Curves & Loops: Lees de ventilator T. Schepens, UZ Gent, Gent en Universiteit Antwerpen, Wilrijk D. Wildemeersch, UZ Antwerpen, Edegem Een beademingstoestel of ventilator is veel meer dan een instrument

Nadere informatie

Koffie Nog maar 1u 25 min.

Koffie Nog maar 1u 25 min. Koffie Nog maar 1u 25 min. 1 Anatomie en Fysiologie Dolf Weller - Ventilation Practitioner Maasstad Ziekenhuis Back 2 Basic 2018 2 Inhoud Regulatie ademhaling Anatomie luchtwegen/longen Diffusie/perfusie

Nadere informatie

ZUURBASE. Praktisch bekeken

ZUURBASE. Praktisch bekeken ZUURBASE Praktisch bekeken Bloedgasafwijkingen en Electrolytstoornissen Enerzijds handteken van ziekte (hulp in diagnose) Anderzijds mogelijk (urgente) pathologie op zich (? nood aan behandeling) BEHANDELING

Nadere informatie

Beademing van patiënten met ARDS. MMM Beademing 2018 J.G. van der Hoeven

Beademing van patiënten met ARDS. MMM Beademing 2018 J.G. van der Hoeven Beademing van patiënten met ARDS MMM Beademing 2018 J.G. van der Hoeven Inhomogene long Buik Hyperinflatie Normale gas/weefsel ratio Afgenomen gas/weefsel ratio Geen gas = volledige collaps of volledig

Nadere informatie

MyAirvo bij COPD: Hoge flow in combinatie met optimale bevochtiging, een ideale combinatie? Hoe werkt het: Theorie en Praktijk

MyAirvo bij COPD: Hoge flow in combinatie met optimale bevochtiging, een ideale combinatie? Hoe werkt het: Theorie en Praktijk MyAirvo bij COPD: Hoge flow in combinatie met optimale bevochtiging, een ideale combinatie? Hoe werkt het: Theorie en Praktijk K. Cové BDM Ventilation & Respiratory Care Agenda COPD in het kort MyAivo

Nadere informatie

Thuisaspiratie. Stef Bouduin Centrum voor Neurofysiologische Monitoring UZ Gent Thuisbeadmingsverpleegkundige. 6 december 2012

Thuisaspiratie. Stef Bouduin Centrum voor Neurofysiologische Monitoring UZ Gent Thuisbeadmingsverpleegkundige. 6 december 2012 Thuisaspiratie Stef Bouduin Centrum voor Neurofysiologische Monitoring UZ Gent Thuisbeadmingsverpleegkundige 6 december 2012 Thuisaspiratie via canule Inleiding Fysiologie van hoesten Wanneer aspireren?

Nadere informatie

Medische protocollencommissie Intensive

Medische protocollencommissie Intensive Titel Beademing van volwassen IC-patiënten Datum vaststelling: 11-18 Datum revisie: 11-1 Verantwoording: Bron document: Doelgroep: Medische protocollencommissie Intensive Literatuurstudie Artsen Intensive

Nadere informatie

Respiratie NExCOB scholing december 2015 Ton Haans Verpleegkundig specialist

Respiratie NExCOB scholing december 2015 Ton Haans Verpleegkundig specialist Respiratie NExCOB scholing 15 16 december 2015 Ton Haans Verpleegkundig specialist Ton.Haans@radboudumc.nl Inhoud Bouw en functie van de longen; Diffusie Ventilatie Perfusie Doderuimte ventilatie en shunting

Nadere informatie

Ademweg en ademhaling

Ademweg en ademhaling Ademweg en ademhaling Module acute zorg Hans ter Haar voor UMCU 2009 (A)irway Controle en zo nodig vrijmaken van de ademweg met inachtneming van bescherming cervicale wervelkolom (CWK) Praat de patiënt?

Nadere informatie

Ventilatoire Beperking van de Inspanning 1

Ventilatoire Beperking van de Inspanning 1 Ventilatoire Beperking van de Inspanning 1 Dyspnoe bij inspanning is één van de belangrijkste klachten van patiënten met een longziekte. Het inspanningsonderzoek kan dan ook een belangrijke rol spelen

Nadere informatie

Resultaat : alveoli worden opengeblazen door CPAP waardoor er terug beter zuurstof kan worden opgenomen in de longen. CPAP verhoogt de po2.

Resultaat : alveoli worden opengeblazen door CPAP waardoor er terug beter zuurstof kan worden opgenomen in de longen. CPAP verhoogt de po2. Pulmodyne O2 MAX TRIO : IMMEDIATE CPAP VENTILATION in pré-hospitaal settings zoals ambulance en spoedgevallen bij bewust, spontaan ademende patiënten met acuut longoedeem, COPD en congestief hartfalen

Nadere informatie

En dan is er nog ECMO! WES symposium 2007 Rondom beademing. José Groenewold ECMO coördinator Intensive care kinderen

En dan is er nog ECMO! WES symposium 2007 Rondom beademing. José Groenewold ECMO coördinator Intensive care kinderen En dan is er nog ECMO! WES symposium 2007 Rondom beademing José Groenewold ECMO coördinator Intensive care kinderen Intensive care kinderen: 4 ECMO plaatsen, ongeveer 35 ECMO patiёnten per jaar Sinds 1991

Nadere informatie

Mythe: Zuurstof is gevaarlijk bij COPD

Mythe: Zuurstof is gevaarlijk bij COPD Mythe: Zuurstof is gevaarlijk bij COPD Dr Leo Heunks longarts-intensivist afd intensive care April, 211 Programma Regulatie van de ademhaling Effect O2 tijdens AE-COPD Oorzaken hypercapnie tijdens AE-COPD

Nadere informatie

Les 15 Ademhaling 2. Ademhalingsstimulatie

Les 15 Ademhaling 2. Ademhalingsstimulatie Les 15 Ademhaling 2 Ademhalingstimulatie,cyanose, stridor, dyspnoe, hoesten, hyperventilatie ANZN 1e leerjaar - Les 15 - Matthieu Berenbroek, 2000-2011 1 Ademhalingsstimulatie Ventilatiebehoefte wordt

Nadere informatie

vwo gaswisseling en ademhaling 2010

vwo gaswisseling en ademhaling 2010 vwo gaswisseling en ademhaling 2010 Machinale kunstmatige beademing Machinale kunstmatige beademing wordt toegepast als een patiënt, bijvoorbeeld tijdens of na narcose, niet zelf kan ademhalen. De principes

Nadere informatie

Patiënten Dit protocol is van toepassing op alle volwassen patiënten die langer dan 48 uur beademd worden.

Patiënten Dit protocol is van toepassing op alle volwassen patiënten die langer dan 48 uur beademd worden. Ontwenning van de beademing Datum vaststelling: Datum revisie: Verantwoording: Doelgroep: Bron: Februari 2014 Februari 2016 Protocollencommissie IC Artsen IC Literatuurstudie Inleiding Dit protocol beschrijft

Nadere informatie

Invoering van een beademingsprotocol verkort de beademingsduur

Invoering van een beademingsprotocol verkort de beademingsduur Invoering van een beademingsprotocol verkort de beademingsduur Ben de Boer Ventilation Practitioner i.o. Mw. Y van Zwol,verpleegkundig manager Dhr. R.M. Determann en Mw A. Tacx, medisch begeleider Westfriesgasthuis

Nadere informatie

Workshop beademing astma/copd. J.G. van der Hoeven NVIC Mechanische Beademingsdagen 2010

Workshop beademing astma/copd. J.G. van der Hoeven NVIC Mechanische Beademingsdagen 2010 Workshop beademing astma/copd J.G. van der Hoeven NVIC Mechanische Beademingsdagen 2010 1 Patiënt (1) Man, 24 jaar Intrinsiek asthma Onregelmatig gebruik van medicatie Reeds eenmaal eerder beademd Zeer

Nadere informatie

HET ADEMHALINGSSTELSEL

HET ADEMHALINGSSTELSEL HET ADEMHALINGSSTELSEL ANATOMIE EN FYSIOLOGIE Functies van het ademhalingsstelsel De functies van het ademhalings-stelsel Gasuitwisseling tussen bloed en lucht Verplaatsen van lucht van en naar de uitwisselingsoppervlakken

Nadere informatie

ACUTE RESPIRATOIRE INSUFFICIËNTIE

ACUTE RESPIRATOIRE INSUFFICIËNTIE ACUTE RESPIRATOIRE INSUFFICIËNTIE Dr Erwin DHONDT & Dringende Geneeskundige Hulpverlening Centraal Hospitaal van de Basis Koningin Astrid, Brussel DEFENSIE KULEUVEN RESPIRATOIR SYSTEEM: componenten LONGEN

Nadere informatie

Ernstige pneumococcen pneumonie. MMM beademing 2018 J.G. van der Hoeven

Ernstige pneumococcen pneumonie. MMM beademing 2018 J.G. van der Hoeven Ernstige pneumococcen pneumonie MMM beademing 2018 J.G. van der Hoeven Case record Man, 69 Blanco voorgeschiedenis Griepachtige symptomen gedurende 8-10 D Opgenomen EH ziekenhuis elders - ernstige pneumococcen

Nadere informatie

PiCCO Volumetrische Parameters. Mark van Iperen, anesthesioloog-intensivist

PiCCO Volumetrische Parameters. Mark van Iperen, anesthesioloog-intensivist PiCCO Volumetrische Parameters Mark van Iperen, anesthesioloog-intensivist Oxygen delivery Global oxygenation ScvO 2 Oxygen consumption Cardiac output Arterial oxygen content Stroke volume Heart rate Oxygenation

Nadere informatie

Ynlieding fan ien beademings protokol bekoartje de beademings lingte

Ynlieding fan ien beademings protokol bekoartje de beademings lingte Ynlieding fan ien beademings protokol bekoartje de beademings lingte Ben de Boer Ventilation Practitioner i.o. Mw. Y van Zwol,verpleegkundig manager Dhr. R.M. Determann en Mw A. Tacx, medisch begeleider

Nadere informatie

Interpretatie van arteriële bloedgassen

Interpretatie van arteriële bloedgassen Interpretatie van arteriële bloedgassen Prof. Dr. Walter Vincken, Diensthoofd Pneumologie en Slaaplabo Volwassenen, AZ VU Brussel, België Inhoud: Inleiding A. Hypercapnie B. Hypoxemie C. Hypocapnie D.

Nadere informatie

PPHN pathofysiologie en ontwikkelingen. Robin van der Lee Kinderarts neonatoloog AMC

PPHN pathofysiologie en ontwikkelingen. Robin van der Lee Kinderarts neonatoloog AMC PPHN pathofysiologie en ontwikkelingen Robin van der Lee Kinderarts neonatoloog AMC Q s Hoe zit de pathofysiologie in elkaar? Waarom is dit ziektebeeld zo uitdagend? Wat zijn de ontwikkelingen de laatste

Nadere informatie

Dr. L. Van Looy Dienst Intensieve Zorg AZ Sint-Augustinus Antwerpen

Dr. L. Van Looy Dienst Intensieve Zorg AZ Sint-Augustinus Antwerpen 1e Jaar gespecialiseerde verpleegkunde voor intensieve zorg en dringende hulpverlening. Kunstmatige beademing Dr. L. Van Looy Dienst Intensieve Zorg AZ Sint-Augustinus Antwerpen L. Van Looy Ventilatie

Nadere informatie

NIV bij exacerbatie COPD

NIV bij exacerbatie COPD NIV bij exacerbatie COPD Petra Vos, longarts Guido Reijnen, longarts i.o. Rijnstate Ziekenhuis Arnhem Doelen Voor welke patient is NIV op afdeling geindiceerd? Voor welke patient NIV op IC? Wie krijgt

Nadere informatie

Verdrinking: oorzaken, proces en gevolgen

Verdrinking: oorzaken, proces en gevolgen Verdrinking: oorzaken, proces en gevolgen A. Oorzaken van verdrinking Primair Onderdompeling Bewustzijnsverlies Verdrinking Secundair Bewustzijnsverlies Onderdompeling Verdrinking 75 % 25% 1. Primaire

Nadere informatie

Respiratoir falen Pathofysiologie en behandeling

Respiratoir falen Pathofysiologie en behandeling Respiratoir falen Pathofysiologie en behandeling Dr. Nicolas Müller Anesthesie en reanimatie Urgentiegeneeskunde en Intensieve zorgen AZ St. Jan Brugge Oostende, campus St. Jan Leerdoelen Ademhaling: anatomie

Nadere informatie

PATIËNTEN INFORMATIE. Bloedvergiftiging. of sepsis

PATIËNTEN INFORMATIE. Bloedvergiftiging. of sepsis PATIËNTEN INFORMATIE Bloedvergiftiging of sepsis 2 PATIËNTENINFORMATIE Inleiding De arts heeft u verteld dat u of uw naaste een bloedvergiftiging heeft, ook wel sepsis genoemd. Een sepsis is een complexe

Nadere informatie

SAMENVATTING ONDERWIJSDAG PRESHOPITALE ZORG 2-4-2015

SAMENVATTING ONDERWIJSDAG PRESHOPITALE ZORG 2-4-2015 SAMENVATTING ONDERWIJSDAG PRESHOPITALE ZORG 2-4-2015 ZIROP SBAR I-GEL CPAP- FLOWSAFE T-POD VACUUM MATRAS LUNGULTRASOUND (CAT) TOURNIQUETTE (CAT) ZiROP Afspraken (convenant) tussen OLVG (en andere ketenpartners)

Nadere informatie

Chronische beademing in NL ALS en CTB Groningen

Chronische beademing in NL ALS en CTB Groningen Programma Inleiding (Peter Wijkstra, longarts) Chronische beademing in NL ALS en CTB Groningen Zorgtraject ALS (Hans van der Aa, Verpleegkundig specialist) Poliklinische intake, opname en ontslag Long

Nadere informatie

Hoogteziekte. PHC cursus 1-6 april 2018 Stichting Kilimanjaro Paramaribo, Suriname

Hoogteziekte. PHC cursus 1-6 april 2018 Stichting Kilimanjaro Paramaribo, Suriname Hoogteziekte PHC cursus 1-6 april 2018 Stichting Kilimanjaro Paramaribo, Suriname Hoe hoog is hoog? High altitude : 1500-3000m Very high altitude : 3000-5000m Extreme altitude : above 5000m Death zone

Nadere informatie

Achtereenvolgens zullen we bij de bespreking van de farmacokinetiek het distributievolume, de clearance van een medicament, de verdeling van een

Achtereenvolgens zullen we bij de bespreking van de farmacokinetiek het distributievolume, de clearance van een medicament, de verdeling van een 1 2 Achtereenvolgens zullen we bij de bespreking van de farmacokinetiek het distributievolume, de clearance van een medicament, de verdeling van een medicament tussen plasma en weefsels en de effecten

Nadere informatie

PiCCO Volumetrische Parameters. Mark van Iperen, anesthesioloog-intensivist

PiCCO Volumetrische Parameters. Mark van Iperen, anesthesioloog-intensivist PiCCO Volumetrische Parameters Mark van Iperen, anesthesioloog-intensivist Global oxygenation Oxygen delivery Oxygen consumption Cardiac output Arterial oxygen content Stroke volume Heart rate Oxygenation

Nadere informatie

ASTMA,COPD, ADEMHALING TREFWOORDEN:

ASTMA,COPD, ADEMHALING TREFWOORDEN: ASTMA,COPD, ADEMHALING TREFWOORDEN: ZUURSTOFSPANNING, KOOLZUURSPANNING, ZUURGRAAD EN DE ONDERLINGE RELATIE In het bloed zijn zuurstof en koolzuurgas opgelost. De hoeveelheid opgeloste zuurstof in het bloed

Nadere informatie

NPPV. Eline van der Ven Vervolgopleiding intensive care verpleegkundige Leittext NPPV

NPPV. Eline van der Ven Vervolgopleiding intensive care verpleegkundige Leittext NPPV NPPV Inleiding NPPV bestaat inmiddels meer dan 50 jaar en in de laatste jaren is het materiaal sterk verbeterd. Ook zijn er steeds meer beademingsapparaten die afgestemd zijn op de toepassing van NPPV.

Nadere informatie

Beademingsvormen. Waar praten we over? (en wat is het beste voor de patiënt?)

Beademingsvormen. Waar praten we over? (en wat is het beste voor de patiënt?) Beademingsvormen Waar praten we over? (en wat is het beste voor de patiënt?) Wim van der Leij IC verpleegkundige UMCG Werkgroep Respiratie Ventilation Practitioner NAVANAVANA ASVASVAS Onderwerp Spraakverwarring

Nadere informatie

POSTOPERATIEVE VERWIKKELINGEN. Dr. Ives Hubloue Dienst Intensieve Geneeskunde Academisch Ziekenhuis V.U.B.

POSTOPERATIEVE VERWIKKELINGEN. Dr. Ives Hubloue Dienst Intensieve Geneeskunde Academisch Ziekenhuis V.U.B. POSTOPERATIEVE VERWIKKELINGEN Dr. Ives Hubloue Dienst Intensieve Geneeskunde Academisch Ziekenhuis V.U.B. POSTOPERATIEVE VERWIKKELINGEN Pulmonale verwikkelingen Cardiovasculaire verwikkelingen Renale

Nadere informatie

Respiratoire insufficiëntie

Respiratoire insufficiëntie Respiratoire insufficiëntie pathofysiologie & behandeling Prof Dr Marc Sabbe Dienst Urgentiegeneeskunde Departement Public Health and Primary Care Doel: Ademhaling Oxygenatie = respiratie => respiratoir

Nadere informatie

Hoge-flow zuurstoftoediening Feiten en fabels van de high flow

Hoge-flow zuurstoftoediening Feiten en fabels van de high flow Hoge-flow zuurstoftoediening Feiten en fabels van de high flow Herhalingscursus kinderartsen 12 april 2018 Nele Bongaerts, kinderarts-fellow kinderic Indeling Synoniemen Definities Apparaat Geboorte van

Nadere informatie

In deze brochure vindt u informatie over COPD, en over hoe u er best mee kunt omgaan.

In deze brochure vindt u informatie over COPD, en over hoe u er best mee kunt omgaan. Welkom Geachte mevrouw Geachte heer In deze brochure vindt u informatie over COPD, en over hoe u er best mee kunt omgaan. Heeft u na het lezen van deze brochure nog bijkomende vragen, opmerkingen of wensen,

Nadere informatie

Overzicht Airway Clearance Technieken. Dr Lianne van der Giessen

Overzicht Airway Clearance Technieken. Dr Lianne van der Giessen Overzicht Airway Clearance Technieken Dr Lianne van der Giessen Behandeling voor sputumevacuatie Verneveling Airway Clearance Techniques (ACT) Sport Airway Clearance Technieken (ACT) 90% van de patienten

Nadere informatie

NVZF Jaarcongres 2011 Inspanningstesten en hun klinische betekenis bij COPD

NVZF Jaarcongres 2011 Inspanningstesten en hun klinische betekenis bij COPD NVZF Jaarcongres 2011 Inspanningstesten en hun klinische betekenis bij COPD dr. A.J. van t Hul Schoondonck-centrum voor Longrevalidatie Brabantlaan 1 4817 JW Breda 076-533 14 54 a.vanthul@rcbreda.nl Basis

Nadere informatie

To breathe or not to breathe

To breathe or not to breathe To breathe or not to breathe Dhr. Kurt Planckaert Dhr. Karel Decaluwé Spoedopname az groeninge Kortrijk To breathe or not to breathe? 2 1 Casus Zaterdagmorgen, 07u35 Oproep via het Hc-112 West-Vlaanderen,

Nadere informatie

Ik ben zo benauwd. Titia Klemmeier/Josien Bleeker

Ik ben zo benauwd. Titia Klemmeier/Josien Bleeker Ik ben zo benauwd Titia Klemmeier/Josien Bleeker dyspneu ademnood kortademigheid benauwdheid Bemoeilijkte ademhaling Programma Inventarisatie leerdoelen Kennis over de praktijk? Alarmsymptomen Achtergrond

Nadere informatie

Bloedgassen en Zuur-Base Evenwicht. M.J. Nouwen anesthesioloog i.o. St. Antonius Ziekenhuis Nieuwegein

Bloedgassen en Zuur-Base Evenwicht. M.J. Nouwen anesthesioloog i.o. St. Antonius Ziekenhuis Nieuwegein Bloedgassen en Zuur-Base Evenwicht M.J. Nouwen anesthesioloog i.o. St. Antonius Ziekenhuis Nieuwegein Inhoud Componenten bloedgas Belang zuur-base evenwicht Scheikunde Fysiologie Oefenstof Componenten

Nadere informatie

Ademhalingsondersteuning

Ademhalingsondersteuning LONGGENEESKUNDE Ademhalingsondersteuning Non Invasive Positive Pressure Ventilation (NPPV) BEHANDELING Ademhalingsondersteuning U of uw familielid/naaste heeft tijdelijk ondersteuning van de ademhaling

Nadere informatie

Cees Roelofs Photography. BPD na de IC. behandeling volgens de nieuwe richtlijn. Eerste post IC/ HC symposium Dordrecht, dd 31 mei 2013 A.C.M.

Cees Roelofs Photography. BPD na de IC. behandeling volgens de nieuwe richtlijn. Eerste post IC/ HC symposium Dordrecht, dd 31 mei 2013 A.C.M. Cees Roelofs Photography BPD na de IC behandeling volgens de nieuwe richtlijn Eerste post IC/ HC symposium Dordrecht, dd 31 mei 2013 A.C.M.Dassel Beleid na overplaatsing van de NICU Wijze toedienen druk/

Nadere informatie

OPTIFLOW IN EEN ALGEMEEN ZIEKENHUIS, JA OF NEE GIJS VOS, PEDIATRISCHE INTENSIVE CARE MUMC+

OPTIFLOW IN EEN ALGEMEEN ZIEKENHUIS, JA OF NEE GIJS VOS, PEDIATRISCHE INTENSIVE CARE MUMC+ GIJS VOS, PEDIATRISCHE INTENSIVE CARE MUMC+ GIJS VOS, PEDIATRISCHE INTENSIVE CARE MUMC+ Wie gebruikt op dit moment Optiflow? Wie overweegt om te gaan starten met Optiflow? GIJS VOS, PEDIATRISCHE INTENSIVE

Nadere informatie

Casuïstiek. stiek ROIG Intensive Care 27 mei Afdeling Intensive Care Volwassenen

Casuïstiek. stiek ROIG Intensive Care 27 mei Afdeling Intensive Care Volwassenen Casuïstiek stiek ROIG Intensive Care 27 mei 2015 Afdeling Intensive Care Volwassenen Casus 1 U wordt geroepen als onderdeel van het spoedinterventieteam bij een 73 jarige patiënte die ruim tien jaar geleden

Nadere informatie

Longrecruitment met behulp van de P/V Tool

Longrecruitment met behulp van de P/V Tool 14 december 2017 Longrecruitment met behulp van de Recruteren en instellen van de optimale PEEP op de Intensive Care van Ziekenhuis Amstelland Mark van den Brink, Ventilation Practitioner Afbeelding: Hamilton

Nadere informatie

Obesitas op de recovery

Obesitas op de recovery Obesitas op de recovery Marlous Huijzer AIOS anesthesiologie UMC Utrecht Inzichten Toegenomen arbeid hart en longen Verhoogde kans metabool syndroom Verhoogde kans op DVT of longembolie Obesitas hypoventilatie

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle   holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/28727 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Vonderen, Jeroen Johannes van Title: Physiological measurements of transition

Nadere informatie

TUSSENTOETS. Inleiding Inspanningsfysiologie Donderdag 1 oktober 2009, uur. Vakcode: Algemene Informatie

TUSSENTOETS. Inleiding Inspanningsfysiologie Donderdag 1 oktober 2009, uur. Vakcode: Algemene Informatie TUSSENTOETS Inleiding Inspanningsfysiologie 2009 Donderdag 1 oktober 2009, 11.00-12.45 uur Vakcode: 900115 Docent: K. Gerrits Algemene Informatie Dit tentamen bestaat uit 30 meerkeuze vragen en 3 open

Nadere informatie

Beademing. Module basis bewaking. Hans ter Haar voor UMCU 2009

Beademing. Module basis bewaking. Hans ter Haar voor UMCU 2009 Beademing Module basis bewaking Hans ter Haar voor UMCU 2009 Casus mw de Groot. HF 135/min, RR 159/83, sat 89% met VM 40%, temperatuur 38,8 o C ph 7.24, pco 2 51 (6.8), po 2 56 (7.4), sat 85% X thorax;

Nadere informatie

Cufflek test op IC. Max Rooijakkers, keuzecoassistent IC

Cufflek test op IC. Max Rooijakkers, keuzecoassistent IC Cufflek test op IC Max Rooijakkers, keuzecoassistent IC 08-12-2017 Casus 68-jarige patiënt Geïntubeerd vanwege bedreigde ademweg bij (peri-)tonsillaire en parafaryngeale abcessen Op OK draineren abcessen,

Nadere informatie

Neo-T E-learning Deel 1

Neo-T E-learning Deel 1 201v1 Inhoud e-learning Neo-T E-learning Deel 1! Werking NEO-T! NEO-T tijdens reanimatie! NEO-T Scenario s! Maximale PIP druk! De Neo-T: Wat is een NEO-T! Wordt gebruikt bij de beademing van een pasgeborene

Nadere informatie

biologie vwo 2018-I Hoogteziekte

biologie vwo 2018-I Hoogteziekte Hoogteziekte Wandelen en klimmen hoog in de bergen is niet zonder risico s. Een daarvan is hoogteziekte. Zonder adequaat handelen kan hoogteziekte een dodelijke afloop hebben. Naarmate je hoger komt neemt

Nadere informatie

Longziekten en respiratoire revalidatie. Prof Dr W. Janssens

Longziekten en respiratoire revalidatie. Prof Dr W. Janssens Longziekten en respiratoire revalidatie Prof Dr W. Janssens Definitie Respiratoire revalidatie is gericht op patienten met chronische longaandoeningen met klachten en gereduceerde activiteiten van het

Nadere informatie

Kinderfysiotherapeutische (on)mogelijkheden bij zuigelingen met CF. L. van der Giessen, kinderfysiotherapeute

Kinderfysiotherapeutische (on)mogelijkheden bij zuigelingen met CF. L. van der Giessen, kinderfysiotherapeute Kinderfysiotherapeutische (on)mogelijkheden bij zuigelingen met CF L. van der Giessen, kinderfysiotherapeute Kinderfysiotherapeutische (on)mogelijkheden bij zuigelingen met CF Dr Lianne van der Giessen

Nadere informatie

Opname en ontslag bij COPD

Opname en ontslag bij COPD Opname en ontslag bij COPD Inleiding U bent opgenomen op de afdeling Longziekten met COPD-gerelateerde klachten. In deze brochure krijgt u informatie over de aandoening maar ook over de behandeling tijdens

Nadere informatie

Gasvormige medische zuurstof Messer Belgium. Samenvatting van de productkenmerken

Gasvormige medische zuurstof Messer Belgium. Samenvatting van de productkenmerken Gasvormige medische zuurstof Messer Belgium, 100 %, medicinaal gas, samengeperst Pagina 1 / 5 Gasvormige medische zuurstof Messer Belgium 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Samenvatting van de productkenmerken

Nadere informatie