Het hoofdbehandelaarschap revisited: van normen naar concrete invulling *

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Het hoofdbehandelaarschap revisited: van normen naar concrete invulling *"

Transcriptie

1 ARTIKELEN Het hoofdbehandelaarschap revisited: van normen naar concrete invulling * Mr. A.M. Vermaas, mr. A.J. Verbout & mr. A.M. Franse ** 1. Inleiding Het begrip hoofdbehandelaar heeft de afgelopen jaren een heel aantal pennen in beweging gezet. 1 In 2006 publiceerde de Inspectie voor de Gezondheidszorg (verder te noemen: IGZ) een inventariserend onderzoek naar het hoofdbehandelaarschap bij in het ziekenhuis opgenomen patiënten. De conclusie luidde dat het hoofdbehandelaarschap onvoldoende was geregeld en dat heldere afspraken over wie waarvoor verantwoordelijk is, veelal ontbraken. Volgens de IGZ biedt een goede invulling van het hoofdbehandelaarschap een betere garantie voor juiste en passende zorg. Het mes snijdt aan twee kanten: betere kwaliteit van zorg tegen een betere prijs. Sinds de publicatie van de KNMG-Handreiking Verantwoordelijkheidsverdeling voor samenwerking in de zorg in zijn door de IGZ tientallen rapporten gepubliceerd waarin tekortkomingen met betrekking tot de verdeling van verantwoordelijkheden in de zorg werden vastgesteld. 3 In dezelfde periode heeft de tuchtrechter zich veelvuldig uitgesproken over klachten met betrekking tot verantwoordelijkheidsverdeling tussen zorgaanbieders. Met de introductie van de KNMG-Handreiking werd beoogd dat duidelijkheid over wie waarvoor verantwoordelijk is, van ideaalbeeld naar werkelijkheid zou transformeren. Hierin wordt niet uitgegaan van het begrip hoofdbehandelaar, maar van een normenkader voor een adequate verdeling van verantwoordelijkheden waarbij zorg wordt gedragen voor een goede afstemming en regie van alsmaar complexere zorgtrajecten. Als sprake is van een hoofdbehandelaar, rust volgens de Handreiking op die zorgverlener de eindverantwoordelijkheid. 4 In 2010 werd gesteld dat de uitvoering van de KNMG-Handreiking nog een hele klus zou zijn aangezien de praktijk ver af zou staan van de gewenste situatie, te weten duidelijkheid * De tekst van dit artikel werd afgesloten op 30 september ** Albert Vermaas is Hoofd Juridische Zaken van het Universitair Medisch Centrum Utrecht. Arne Verbout en Alexia Franse zijn beiden werkzaam in de sectie Juridische Zaken van het Universitair Medisch Centrum Utrecht. 1 Zie noot A.J.G.M. Janssen onder CTG 1 april 2008, GJ 2008/83 en MC 2013/26, MC 2013/27 en MC 2013/28, waarin een serie over verantwoordelijkheidsverdeling is opgenomen. 2 De KNMG-handreiking is te vinden op onder de zoekterm hoofdbehandelaar. 4 KNMG-Handreiking Verantwoordelijkheidsverdeling voor samenwerking in de zorg, 2010, p Tijdschrift voor Gezondheidsrecht 2014 (38) 1

2 Het hoofdbehandelaarschap revisited: van normen naar concrete invulling over wie verantwoordelijk is voor wat. 5 In 2012 wierp Kastelein, naar aanleiding van een oordeel van het Centraal Tuchtcollege (verder te noemen: CTG) waarin (nogmaals) geoordeeld werd dat op de hoofdbehandelaar de plicht rust regie te voeren, af te stemmen, te coördineren en te fungeren als centraal aanspreekpunt, de vraag op of de verantwoordelijkheden die aan een hoofdbehandelaar worden toegedicht wel in één persoon zijn te verenigen. 6 Door de ondertekenaars van de KNMG-Handreiking werd afgesproken dat de implementatie medio 2013 voltooid zou moeten zijn. Met dat doel voor ogen is het nuttig de (tuchtrechtelijke) ontwikkelingen op het gebied van de verantwoordelijkheden van de hoofdbehandelaar nader te bekijken. Ingegaan wordt op de vigerende toetsingskaders ten aanzien van de verantwoordelijkheden van de hoofdbehandelaar. Steeds staat de vraag centraal welke eisen mogen worden gesteld aan de verantwoordelijkheid van de individuele beroepsbeoefenaar voor de samenwerking met andere behandelaars en de hoofdbehandelaar. 2. Hoofdbehandelaarschap vanuit perspectief van kwaliteit en veiligheid De wettelijke basis voor de plicht voor zorgaanbieders om verantwoorde zorg te leveren, is te vinden in de Kwaliteitswet zorginstellingen uit Dit brengt met zich dat adequate afspraken dienen te worden gemaakt over de verdeling van verantwoordelijkheden. Als het wetsvoorstel Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz) door de Eerste Kamer wordt aangenomen, zal de Kwaliteitswet worden ingetrokken en worden vervangen door de Wkkgz. 8 In dit wetsvoorstel wordt zorgaanbieders opgelegd om goede zorg te leveren. Goede zorg wordt daarin omschreven als zorg van goede kwaliteit en van een goed niveau. 9 Het begrip hoofdbehandelaar is inhoudelijk niet bij wet gedefinieerd. Dat betekent echter niet dat de wetgever over (eind)verantwoordelijkheden van behandelaars in de zorg in het geheel zwijgt. In de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek (WHW), die alleen van toepassing is op academische ziekenhuizen, is in artikel bepaald: onverminderd de verantwoordelijkheid van de raad van bestuur berust de verantwoordelijkheid voor de geneeskundige behandeling en verzorging der patiënten bij de hoofden van de desbetreffende afdelingen. Deze bepaling ziet vooral op de beleidsmatige verantwoordelijkheid van een medisch afdelingshoofd en is ondergeschikt aan de verantwoordelijkheden die op de hulpverlener rusten ex artikel 7: BW. In de Wet bijzondere opnemingen in psychiatrische ziekenhuizen (Wet Bopz) is in het kader van dwangopnemingen een voorwaardelijke 5 A.W. Wind en A.J. Gercama, Verantwoordelijk samenwerken in de eerstelijn. Van ideaalbeeld naar werkelijkheid, NTvG 2010/4, p W.R. Kastelein, Verantwoordelijkheid van de hoofdbehandelaar, TvGR 2012, p Art. 2 e.v. Kwaliteitswet zorginstellingen. Zie ook art. 40 Wet BIG. 8 Het wetsvoorstel (32 402) is op 4 juli 2013 door de Tweede Kamer aangenomen. 9 Zie voor een nadere uitwerking art. 2 lid 2 wetsvoorstel Wkkgz. Tijdschrift voor Gezondheidsrecht 2014 (38) 1 5

3 Mr. A.M. Vermaas, mr. A.J. Verbout & mr. A.M. Franse machtiging voorbehouden aan een psychiater en ook de zelfbindingsmachtiging tendeert in die richting. 10 Voor beroepsbeoefenaren die niet in een instelling werken, stelt artikel 40 Wet BIG het aanbieden van verantwoorde zorg verplicht. De IGZ heeft in 2007 de verplichtingen van de hoofdbehandelaar vertaald in aandachtspunten. 11 De hierna volgende tien eisen zijn volgens de IGZ voorwaarden om te kunnen spreken van een verantwoorde regeling voor de samenwerking tussen medisch specialisten. 1. De hoofdbehandelaar is altijd een medisch specialist. 2. Iedere opgenomen patiënt heeft een bij naam bekende medisch specialist als hoofdbehandelaar. 3. De inbreng van onder supervisie gestelde personen dient voldoende op ervaring te zijn afgestemd. 4. Het besluitvormingsproces in multidisciplinair verband dient helder te zijn. 5. Er dient sprake te zijn van eenduidige afspraken over termijnen waarbinnen (spoed)consulten worden uitgevoerd. 6. Voorzien dient te zijn in een procedure hoe te handelen bij verschil van inzichten. 7. Beëindiging van medebehandeling en consulentschap dient helder te zijn. 8. Bij overdracht van verantwoordelijkheid dienen duidelijke instructies te worden gegeven. 9. In het patiëntendossier dienen bij de behandeling betrokken personen en hun aandeel daarin te zijn opgenomen. 10. Afspraken over de status van adviezen dienen aanwezig te zijn. In 2008 heeft het CTG een richtinggevende uitspraak gedaan, waarin uitvoerig werd beschreven welke verantwoordelijkheden aan de hoofdbehandelaar worden toegeschreven. 12 In deze uitspraak is (evenals in de KNMG-Handreiking) geen algemene norm geformuleerd wie als hoofdbehandelaar moet worden gezien, maar wordt wel concreet beschreven welke eisen aan een goede invulling van het hoofdbehandelaarschap mogen worden gesteld. Daarmee is gepoogd een kader te geven waaraan de hoofdbehandelaar kan worden getoetst. Het CTG neemt als uitgangspunt dat de hoofdbehandelaar, naast de zorg die hij als specialist dient te betrachten, belast is met de regie van de behandeling van de patiënt door hemzelf en andere specialismen en zorgverleners tijdens het hele behandelingstraject. Dit traject bestaat uit de pre-, per- en postoperatieve fase. Regie houdt volgens het CTG kort gezegd in het algemeen in dat de hoofdbehandelaar ervoor zorgt dat de verrichtingen van alle betrokkenen bij de behandeling van de patiënt op elkaar zijn afgestemd en gecoördineerd, en dat hij tijdens het gehele behandeltraject voor hen allen het centrale aanspreekpunt is. Daarnaast houdt het in dat hij voor de patiënt ten aanzien van informatie over de behandeling het centrale aanspreekpunt vormt. Het CTG beschrijft ver- 10 Ingevolge art. 36 lid 1 Wet Bopz draagt de geneesheer-directeur (gedefinieerd in art. 1 lid 3 Wet Bopz) ervoor zorg dat een voor de behandeling verantwoordelijke persoon zorg draagt voor een behandelingsplan ex art. 38 lid 1 Wet Bopz. De geneesheer-directeur moet onder omstandigheden een psychiater zijn (HR 27 januari 2012, ECLI:NL:HR:2012:BV2028, JVggz 2012/1). 11 D. Joeloemsingh, Heldere afspraken. Verantwoordelijkheidstoedeling voorwaarde voor verantwoorde zorg, MC 2007/5, p. 204 e.v. 12 CTG 1 april 2008, GJ 2008/83 (m.nt A.J.G.M. Janssen). 6 Tijdschrift voor Gezondheidsrecht 2014 (38) 1

4 Het hoofdbehandelaarschap revisited: van normen naar concrete invulling volgens voor het eerst concreet wat deze regievoering in het bijzonder zou moeten inhouden. 13 Een hoofdbehandelaar dient: door adequate communicatie en organisatie voorwaarden te scheppen voor het verantwoord uitvoeren van een operatie; specialisten in staat stellen een deskundige bijdrage te leveren aan een behandeling; alert te zijn op aspecten van een behandeling die mede liggen op andere vakgebieden dan het zijne en zich daarover te laten informeren; te toetsen of de bijdragen van specialisten met elkaar in verhouding zijn en passen binnen het behandelplan; in overleg met andere specialisten erop toe te zien dat in alle fasen van het behandelingstraject dossiervoering plaatsvindt; de patiënt voldoende op de hoogte te houden van het beloop van de behandeling en vragen tijdig en adequaat te beantwoorden. Onderstreept wordt ten slotte dat de hoofdbehandelaar voor de uitvoering van zijn regiefunctie niet verantwoordelijk is voor de door andere specialisten tijdens het behandelingstraject uitgevoerde verrichtingen die zijn gelegen buiten het terrein waarop de hoofdbehandelaar als specialist werkzaam is. Voor die verrichtingen blijven de andere specialisten zelf verantwoordelijk. 14 De KNMG-Handreiking, die door diverse organisaties wordt onderschreven en die ziet op situaties waarin meerdere zorgverleners zijn betrokken, 15 beoogt randvoorwaarden voor het kunnen bieden van verantwoorde zorg door zorgverleners te expliciteren en te verduidelijken. Hiertoe zijn aandachtspunten geformuleerd voor samenwerking in de zorg, zodat voor patiënten duidelijk is wie hun aanspreekpunt is, wie verantwoordelijk is voor zorg en wie coördinator is van de zorg. 16 De KNMG-Handreiking is door de IGZ gekwalificeerd als veldnorm en derhalve als zodanig onderdeel van de professionele standaard ex artikel 7:453 BW. 17 Het niet voldoende naleven van veldnormen en de daaruit voortvloeiende aandachtspunten kan (conform het door de IGZ gehanteerde toetsingskader) aanleiding geven tot maatregelen. In de Wet uitbreiding bestuurlijke handhaving volksgezondheidswetgeving (Wubhv) zijn de bevoegdheden verder uitgewerkt. 18 De KNMG-Handreiking is echter geen spoorboekje dat precies aangeeft wie waarvoor verantwoordelijk is, maar geeft primair een normenkader voor hetgeen op zijn minst geregeld dient te worden. Dat betekent dat zorgaanbieders zelf de praktische invulling ter hand dienen te nemen. 19 Door de Nederlandse Federatie voor Universitair Medische Centra (NFU) is daartoe een poging gedaan door een praktische Handreiking Hoofdbehandelaarschap in een Universitair Medisch Centrum op te stellen. 20 Daarnaast zijn door diverse zorgaanbieders aandoenings- 13 R.o R.o Zie KNMG-Handreiking Verantwoordelijkheidsverdeling voor samenwerking in de zorg, 2010, p Zie ook E.W.M. Meulemans, Handreiking of handboei?, TvGR 2010, p Zie H. Maassen en B. Crul, De patiënt staat nu echt centraal, MC 2010/4, p Het door de IGZ verplicht gestelde geaccrediteerd veiligheidsmanagementsysteem (VMS) conform de Nederlands Technische Afspraak 8009 is daarbij eveneens als veldnorm te beschouwen, waarop actief wordt toegezien. 19 Zie noot A.J.G.M. Janssen onder CTG 1 april 2008, GJ 2008/ Deze handreiking werd vastgesteld in Tijdschrift voor Gezondheidsrecht 2014 (38) 1 7

5 Mr. A.M. Vermaas, mr. A.J. Verbout & mr. A.M. Franse gerichte zorgpaden opgesteld waarin de (deel)verantwoordelijkheden en taken van de verschillende hulpverleners expliciet zijn uitgeschreven. Dergelijke zorgpaden zijn te beschouwen als protocollen die een externe werking kunnen hebben Tuchtrechtelijke ontwikkelingen na invoering KNMG-Handreiking 2010 De KNMG-Handreiking is primair gebaseerd op de tuchtrechtelijke jurisprudentie tot en met De verdere invulling van het hoofdbehandelaarschap na 2010 wordt grotendeels gevormd door veldnormen en tuchtrechtelijke jurisprudentie. 22 In deze paragraaf beschouwen we de jurisprudentie van het CTG vanaf 2010 en gaan we, voor zover relevant, in op uitspraken van de regionale tuchtcolleges in dezelfde periode. Tuchtcolleges hebben zich veelvuldig uitgelaten over het hoofdbehandelaarschap. De algemene criteria, zoals geformuleerd door het CTG in 2008, worden in latere jurisprudentie regelmatig aangehaald en als leidraad gebruikt. 23 Samengevat kan worden gesteld dat de hoofdbehandelaar een spin in het web dient te zijn. 24 Wat opvalt, is dat de tuchtcolleges waarde hechten aan duidelijkheid omtrent het hoofdbehandelaarschap. In diverse uitspraken wordt in de overweging of beoordeling benoemd dat een aangesproken behandelaar de hoofdbehandelaar is. 25 Hoewel de verantwoordelijkheden die dit voor de hoofdbehandelaar met zich brengt lang niet in al deze uitspraken nader worden uitgewerkt, toont dit wel aan dat het begrip hoofdbehandelaar nog steeds tuchtrechtelijke betekenis heeft. Kennelijk gaat de tuchtrechter ervan uit dat de positie van de hoofdbehandelaar ingevuld dient te zijn. Daarnaast blijkt dat een arts geen afwachtende houding kan aannemen als in de instelling waar hij werkzaam is geen of onvoldoende afspraken op het gebied van het verdelen van verantwoordelijkheid zijn gemaakt. Het CTG is van oordeel dat zelfs wanneer de hoofdbehandelaar door zijn eigen instelling mogelijk in de situatie is gebracht waarin deze zijn 21 N. Huiskes en G. Schrijvers, Het zorgpadenboek, Amsterdam: Uitgeverij Thoeris 2010, p. 20. Zie ook HR 2 maart 2001, ECLI:NL:HR:2001:AB0377, NJ 2001/ Zie ook W.R. Kastelein & E.W.M. Meulemans, Kroniek rechtspraak tuchtrecht, TvGR 2012, p Zie bijv. RTG Eindhoven 10 april 2012, ECLI:NL:TGZREIN:2012:YG1898, CTG 17 april 2012, GJ 2012/65, CTG 17 april 2012, TvGR 2012/26 en RTG s-gravenhage 19 juni 2012, ECLI:NL:TGZRSGR:2012:YG Zie CTG 17 april 2012, GJ 2012/65 en CTG 17 april 2012, TvGR 2012/ Zie o.a. CTG 1 september 2011, ECLI:NL:TGZCTG:2011:YG1374, CTG 24 juli 2012, ECLI:NL:TGZCTG: 2012:YG2257, RTG Groningen 26 maart 2013, ECLI:NL:TGZRGRO:2013:9, RTG Zwolle 5 juli 2013, ECLI:NL:TGZRZWO:2013:6, CTG 13 augustus 2013, ECLI:NL:TGZCTG:2013:45, CTG 10 september 2013, ECLI:NL:TGZCTG:2013:108. Zie ook RTG s-gravenhage 21 juli 2009, 2008T046b, waarin een patiënt gezien werd door vijf specialisten in een periode van vier maanden en voor de betrokkenen onduidelijk was wie hun hoofdbehandelaar was. Het tuchtcollege oordeelde dat van de aangesproken arts gevergd mocht worden dat hij zich met een andere specialist zou verstaan om te overleggen wie als coördinator/hoofdbehandelaar zou optreden, aangezien het ziektebeeld van patiënt meer op zijn terrein lag dan dat van de andere specialist. 8 Tijdschrift voor Gezondheidsrecht 2014 (38) 1

6 Het hoofdbehandelaarschap revisited: van normen naar concrete invulling verplichtingen als hoofdbehandelaar niet goed kan nakomen, een deel van de verantwoordelijkheid voor de organisatie van zorg op hem rust. 26 De hoofdbehandelaar kan er redelijkerwijs van uitgaan dat wanneer een andere arts een behandeling uitvoert en medebehandelaar is geworden, deze ook de controle van de therapie ter hand dient te nemen en betrokken partijen hierover dient te informeren. Een arts dient ten minste zelf initiatief te nemen om afspraken te maken met de hoofdbehandelaar (of de desbetreffende afdeling). 27 Daarentegen is het tuchtcollege van oordeel dat de arts als hoofdbehandelaar de verantwoordelijkheid heeft ervoor te zorgen dat bij een patiënt geen misverstand bestaat over zijn operateur. 28 Onder regievoering valt ook de verantwoordelijkheid voor het medicatiebeleid van een patiënt. Het CTG vat deze regiefunctie zo ruim op, dat zelfs wanneer de hoofdbehandelaar geen medicus maar GZ-psycholoog is, het hoofdbehandelaarschap met zich brengt dat deze zich niet kan onttrekken aan alle verantwoordelijkheid op dat punt, aangezien een hoofdbehandelaar verantwoordelijk is voor het behandelingstraject en de voortgang daarvan. 29 Deze opvatting laat zien dat het hoofdbehandelaarschap wordt aangemerkt als een belangrijke, niet te miskennen positie. Het hoofdbehandelaarschap strekt er tevens toe dat ook nadat een behandelaar niet meer betrokken is bij de behandeling, deze medeverantwoordelijk blijft voor de zorg van de patiënt, overeenkomstig het door hem opgestelde behandelplan. Uit een uitspraak van het CTG over een gynaecoloog die als hoofdbehandelaar was aangemerkt en de begeleiding van de bevalling overdroeg aan een collega gynaecoloog, is op te maken dat de hoofdbehandelaar ook na die overdracht medeverantwoordelijk blijft voor het opgestelde behandelplan. 30 In een zaak waarin een patiënt met een rechterlijke machtiging werd ontslagen, kreeg de psychiater die hoofdbehandelaar van patiënt was een maatregel opgelegd door het CTG. Hoewel op grond van de Wet Bopz de geneesheer-directeur de verantwoordelijkheid draagt om tot verlof of ontslag te besluiten, blijft de hoofdbehandelaar naar het oordeel van het CTG verantwoordelijk voor de regie over de gang van zaken rondom dit ontslag. 31 In zijn uitspraak van 6 januari heeft het CTG overwogen dat de algehele verantwoordelijkheid voor een operatie, inclusief de anesthesie, bij de operateur ligt. Naar wij aannemen beschouwde het tuchtcollege de operateur als hoofdbehandelaar. Bij brief van de voorzitter van het CTG van 1 november is het tuchtcollege teruggekomen op 26 CTG 17 april 2012, GJ 2012/65. Zie ook commentaar S. Broersen en A.C. Hendriks in MC 2012/33-34, p RTG s-gravenhage 19 juni 2012, ECLI:NL:TGZRSGR:2012:YG2141 en RTG s-gravenhage 19 juni 2012, ECLI:NL:TGZRSGR:2012:YG CTG 24 juli 2012, ECLI:NL:TGZCTG:2012:YG CTG 26 maart 2013, ECLI:NL:TGZCTG:2013:YG CTG 12 mei 2011, ECLI:NL:TGZCTG:2011:YG CTG 22 januari 2013, ECLI:NL:TGZCTG:2013:YG2618, TvGR 2013/15 en art. 45 lid 1 Wet Bopz. 32 CTG 6 januari 2011, ECLI:NL:TGZCTG:2011:YG Zie o.a. TvGR 2012, p. 48. Tijdschrift voor Gezondheidsrecht 2014 (38) 1 9

7 Mr. A.M. Vermaas, mr. A.J. Verbout & mr. A.M. Franse deze overweging en wordt expliciet benoemd dat de hoofdbehandelaar de verantwoordelijkheid voor de regie over de operatie draagt, maar dat deze regie zeker niet hetzelfde is als het dragen van een algehele verantwoordelijkheid. Van belang is ten slotte de vaste jurisprudentie betreffende de tuchtrechtelijke verantwoordelijkheden van arts-assistenten in opleiding. In het begin van de opleiding ligt een groot deel van de verantwoordelijkheid voor het handelen van de arts-assistent bij de opleider dan wel de supervisor, waar de tuchtrechtelijke verwijtbaarheid gedurende de opleiding steeds meer verschuift naar de arts-assistent en de supervisor gezamenlijk, om aan het einde van de opleiding volledig op de schouders van de arts-assistent te rusten. 34 Deze verantwoordelijkheidsverdeling is van belang voor instellingen waar arts-assistenten de verantwoordelijkheden voor de regie van de behandeling krijgen toegewezen (zoals het LUMC). 35 De afwezigheid van een hoofdbehandelaar zijnde een medisch specialist laat onverlet dat de verantwoordelijkheid voor de regie op het gehele behandelingstraject gedurende een deel van de opleiding namelijk deels of geheel bij de supervisor ligt. Niet valt in te zien waarom dat niet voor regie-gerelateerde taken zou gelden. 4. Hoofdbehandelaarschap vanuit bekostigingsperspectief Vanuit het bekostigingsperspectief is duidelijkheid over wie verantwoordelijk is voor het stellen van een diagnose en de daarmee samenhangende bevoegdheid tot het openen en sluiten van de geleverde zorgproducten (DOT s) cruciaal. 36 Dat geldt zowel in de geestelijke gezondheidszorg als in de somatisch medisch specialistische zorg. Voor zorgaanbieders die medisch specialistische zorg leveren is de hoofdbehandelaar, zijnde een medisch specialist, verantwoordelijk voor de beoordeling van de desbetreffende prestatie. Volgens beleidsregels en declaratiebepalingen van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) is de hoofdbehandelaar de zorgaanbieder die in reactie op de zorgvraag van de patiënt bij de patiënt de diagnose stelt en die verantwoordelijk is voor de behandeling. 37 Voorts is voor multidisciplinaire zorg specifiek benoemd dat de hoofdbehandelaar verantwoordelijk is. Vanuit het perspectief van de bekostiging zijn definities geformuleerd voor de hoofdbehandelaar in het Besluit zorgverzekering, tariefbeschikkingen en DBC-spelregels van de NZa. 38 Aan het begrip hoofdbehandelaar wordt in de bekostigingssystematiek derhalve een relevante betekenis toegekend. In de algemene leveringsvoorwaarden 2012, zoals overeengekomen tussen de Consumentenbond en GGZ Nederland, wordt verwezen naar de KNMG-Handreiking en de daaruit voortvloeiende norm dat de hoofdbehandelaar ervoor zorg dient te dragen dat voor de patiënt duidelijk is wie wat doet. 39 Onderdeel van het juridisch kader zijn voorts de contractuele afspraken die door zorgaanbieders met zorgverzekeraars worden gemaakt. Door- 34 CTG 6 juni 2013, ECLI:NL:TGZCTG:2013:YG2966 en CTG 6 juni 2013, GJ 2013/ R. Roos, D. Engberts en J. Tamsma, Regievoerend arts biedt houvast, MC 2011/28, p Het DOT-traject, om het declaratiesysteem voor ziekenhuizen te verbeteren, is op 1 januari 2012 in werking getreden. 37 Zie bijv. Regeling medisch specialistische zorg, NR/CU-228, art De grondslag voor bevoegdheden van de NZa is terug te vinden in art. 37 e.v. Wmg. 39 Zie Algemene leveringsvoorwaarden geestelijke gezondheidszorg juni Tijdschrift voor Gezondheidsrecht 2014 (38) 1

8 Het hoofdbehandelaarschap revisited: van normen naar concrete invulling gaans zal daarin een verplichting van de zorgaanbieder jegens de verzekeraar (en daarmee ook jegens diens verzekerden) zijn opgenomen dat de zorgaanbieder zich houdt aan onder meer de door de IGZ gestelde kwaliteitseisen en veldnormen afkomstig van de beroepsgroep. Zorgverzekeraar Multizorg verwijst bijvoorbeeld expliciet naar de KNMG-Handreiking in de contracten die zij met zorgaanbieders voor 2012 heeft afgesloten. GGZ-zorgaanbieder Europsyche kwam in problemen omdat zij niet voldeed aan de door de zorgverzekeraar in de polisvoorwaarden gestelde eis dat een medisch specialist als hoofdbehandelaar zou optreden. De betrokken verzekeraar weigerde vervolgens de ingediende declaraties te betalen, hetgeen tot het faillissement van Europsyche leidde. Het consultatiedocument dat de IGZ naar aanleiding van die zaak uitbracht had als conclusie dat sprake was van onvoldoende invulling van de concrete verantwoordelijkheden van de hoofdbehandelaar. 40 Teneinde in die lacune te voorzien is recent de veldnorm Hoofdbehandelaarschap GGZ Nederland tot stand gekomen. 41 Expliciet is daarin bepaald dat er een hoofdbehandelaar dient te zijn die verantwoordelijk is voor het stellen van de diagnose. Vanuit het perspectief van kwaliteit en veiligheid zijn de meest in het oog springende verschillen met IGZ-criteria uit 2007: de voorwaarde dat een hoofdbehandelaar een medisch specialist moet zijn, de plicht van de GGZ-hoofdbehandelaar zich te vergewissen van de bevoegdheid en bekwaamheid van medebehandelaars en de eis in de veldnorm dat hoofdbehandelaar en medebehandelaar elkaar in persoonlijk contact dienen te treffen. Voorts maakt de veldnorm, in tegenstelling tot de IGZ-eisen, geen melding van een interne geschillenregeling bij verschillen van inzicht tussen hoofd- en (mede)behandelaars. 5. Beschouwing Sinds de publicatie van de KNMG-Handreiking is de discussie over de invulling van een goede verdeling van verantwoordelijkheden in de zorg niet tot stilstand gekomen. Uit de door het veld opgestelde nadere invulling van de taken van de hoofdbehandelaar valt op dat hierover nog verschillend wordt gedacht. Naast de borging van kwaliteit en veiligheid heeft bij de concrete invulling van het hoofdbehandelaarschap ook het bekostigingsperspectief zijn intrede gedaan. In het bijzonder is ten behoeve van de GGZ een veldnorm ontwikkeld die de toegang tot de meest geschikte hoofdbehandelaar specifiek invult. Zowel laatstgenoemde norm als de IGZ-eisen uit 2007 en de declaratieregels van de NZa hanteren als maatstaf dat sprake dient te zijn van een hoofdbehandelaar, waarbij de IGZ voor de klinisch medisch specialistische zorg stelt dat alleen een medisch specialist die rol kan vervullen. We hebben in paragraaf 3 gezien dat zowel vóór als na de invoering van de KNMG- Handreiking die niet de positie van een hoofdbehandelaar als zodanig tot norm heeft verheven de tuchtrechter grote waarde hecht aan de positie van een hoofdbehandelaar. Het vaststellen wie hoofdbehandelaar is, blijft derhalve ook na de invoering van de KNMG- Handreiking vanuit juridisch perspectief noodzakelijk. In de tuchtrechtelijke jurisprudentie zijn voorts geen grote verschuivingen waar te nemen ten opzichte van de criteria die gebaseerd zijn op de welbekende uitspraak van het CTG uit In enkele uitspraken gaat 40 Hoofdbehandelaarschap in de tweedelijns GGZ, IGZ: Bijlage bij brief minister van VWS aan de Tweede Kamer van 2 juli 2013, Kamerstukken II 2012/13, , nr Tijdschrift voor Gezondheidsrecht 2014 (38) 1 11

9 Mr. A.M. Vermaas, mr. A.J. Verbout & mr. A.M. Franse de tuchtrechter echter verder dan strikt genomen uit de IGZ-criteria is af te leiden (zie bijvoorbeeld de in noot 30 vermelde uitspraak CTG 12 mei 2011). Geëxpliciteerd is bijvoorbeeld dat de arts geen afwachtende houding kan aannemen als een instelling onvoldoende afspraken op het gebied van het verdelen van verantwoordelijkheid heeft gemaakt. Tevens moet niet uit het oog worden verloren dat een supervisor verantwoordelijk kan worden gehouden voor alle taken van een arts-assistent, dus ook als de regierol tot die taken behoort. De IGZ-eisen uit 2007 over het klinisch hoofdbehandelaarschap komen op relevante punten niet overeen met de recente op het consultatiedocument van de IGZ gestoelde veldnorm in de GGZ. Dat maakt het er voor de praktijk niet eenvoudiger op. Voor instellingen en individuele zorgverleners zou een eenduidig stelsel van criteria zeer behulpzaam zijn. Hoewel het huidige normenkader (KNMG-Handreiking) in combinatie met de IGZ-criteria voor klinisch medisch specialistische zorg (2007) en de GGZ (2013) de eisen die gesteld worden aan het hoofdbehandelaarschap in toenemende mate duidelijk maken, is nog onvoldoende sprake van een coherent stelsel van criteria op dat gebied. Het voorgaande laat onverlet dat besturen van instellingen en beroepsbeoefenaren, aangesloten bij de koepelorganisaties van de partijen die de KNMG-Handreiking hebben omarmd, aangesproken kunnen worden op de concrete resultaten van implementatie van de Handreiking voor eind Gelet op de verplichting verantwoorde zorg te leveren, dienen alle betrokken zorgverleners schriftelijk een verantwoordelijkheidsverdeling voor de behandeltrajecten vast te leggen. Zij hebben daarin de mogelijkheid dat zo in te richten dat, wanneer wordt tegemoetgekomen aan het normenkader van de KNMG-Handreiking, dit de individuele zorgverlener bij de tuchtrechter zal helpen. Het slechts verwijzen naar de normen in de KNMG-Handreiking is onvoldoende. Concreet zal op patiëntniveau moeten kunnen worden aangetoond hoe behandelaren en de instellingen waarin zij werkzaam zijn de verdeling van verantwoordelijkheden precies hebben ingevuld. De voorspelling uit 2010 dat na de invoering van de KNMG-Handreiking concretisering hiervan nog een hele klus zou gaan worden, heeft derhalve weinig aan actuele waarde ingeboet. 12 Tijdschrift voor Gezondheidsrecht 2014 (38) 1

Workshop voor Aon. Esther Pans. Ontwikkelingen in het medisch tuchtrecht met gevolgen voor het aansprakelijkheidsrecht. Donderdag 14 maart 2013

Workshop voor Aon. Esther Pans. Ontwikkelingen in het medisch tuchtrecht met gevolgen voor het aansprakelijkheidsrecht. Donderdag 14 maart 2013 Workshop voor Aon Ontwikkelingen in het medisch tuchtrecht met gevolgen voor het aansprakelijkheidsrecht Esther Pans Donderdag 14 maart 2013 Medische aansprakelijkheid: Hoofdbehandelaarschap Kernvraag:

Nadere informatie

Oktober Verantwoordelijkheidsverdeling in de zorg

Oktober Verantwoordelijkheidsverdeling in de zorg Oktober 2018 Verantwoordelijkheidsverdeling in de zorg Verantwoordelijkheidsverdeling in de zorg 1. Inleiding De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (hierna: de inspectie) ziet toe op de naleving van een

Nadere informatie

Consultatiedocument Hoofdbehandelaarschap in de tweedelijns GGZ. Utrecht, november 2012

Consultatiedocument Hoofdbehandelaarschap in de tweedelijns GGZ. Utrecht, november 2012 Consultatiedocument Hoofdbehandelaarschap in de tweedelijns GGZ Utrecht, november 2012 Consultatiedocument Hoofdbehandelaarschap in de tweedelijns GGZ november 2012 Inhoud 1 Inleiding 5 1.1 Aanleiding

Nadere informatie

Standpunt NVGzP inzake hoofdbehandelaarschap in de specialistische

Standpunt NVGzP inzake hoofdbehandelaarschap in de specialistische Standpunt NVGzP inzake hoofdbehandelaarschap in de specialistische GGZ In april van dit jaar publiceerde de Inspectie voor de Gezondheidszorg een concept-advies over het hoofdbehandelaarschap in de specialistische

Nadere informatie

Leg hoofdbehandelaarschap bij de psychiater

Leg hoofdbehandelaarschap bij de psychiater Leg hoofdbehandelaarschap bij de psychiater Publica tie Jaargan g Rubrie k Auteur Pagina' s Nr. 26-27 juni 2013 2013 Medisch Contact Artikelen Chris Vleugels 1448-1450 Regie in gespecialiseerde ggz hoort

Nadere informatie

Grenzen aan verantwoordelijkheid. Symposium taakherschikking 1 oktober 2015 Mr. Diederik van Meersbergen KNMG

Grenzen aan verantwoordelijkheid. Symposium taakherschikking 1 oktober 2015 Mr. Diederik van Meersbergen KNMG Grenzen aan verantwoordelijkheid Symposium taakherschikking 1 oktober 2015 Mr. Diederik van Meersbergen KNMG Waar ga ik het over hebben? Wat is de juridische context? Wat betekent dit voor Zelfstandige

Nadere informatie

Handreiking verantwoordelijkheid en aansprakelijkheid bij integrale geboortezorg

Handreiking verantwoordelijkheid en aansprakelijkheid bij integrale geboortezorg Handreiking verantwoordelijkheid en aansprakelijkheid bij integrale geboortezorg AAN College Perinatale Zorg VAN J.J. Rijken, advocaat DATUM 14 april 2016 ONS KENMERK 265914 Samenvatting Deze Handreiking

Nadere informatie

Samenwerken en verantwoordelijkheid bij taakherschikking. Mr. Diederik van Meersbergen KNMG

Samenwerken en verantwoordelijkheid bij taakherschikking. Mr. Diederik van Meersbergen KNMG Samenwerken en verantwoordelijkheid bij taakherschikking Mr. Diederik van Meersbergen KNMG Casus herhaalreceptuur RTC Zwolle 13 december 2012 LJN YG2496 - pte. heeft constitutioneel eczeem - bezoekt HA

Nadere informatie

Hij draagt in deze hoedanigheid zorg voor:

Hij draagt in deze hoedanigheid zorg voor: Inleiding Patiënten worden in het ziekenhuis regelmatig door meerdere medisch specialisten tegelijk behandeld. In het verleden is verschillende malen geconstateerd dat de onderlinge verantwoordelijkheden

Nadere informatie

JURIDISCHE RELEVANTIE PROTOCOLLEN/RICHTLIJNEN IN DE ZORG

JURIDISCHE RELEVANTIE PROTOCOLLEN/RICHTLIJNEN IN DE ZORG JURIDISCHE RELEVANTIE PROTOCOLLEN/RICHTLIJNEN IN DE ZORG KICK-PROTOCOLLENDAG 2017 VILANS, UTRECHT 16 JUNI 2017 MR. FRÉ DE VRIES, ( JURIST, DOCENT EN VERPLEEGKUNDIGE) ONDERWERPEN WORKSHOP Wettelijke basis

Nadere informatie

De medisch-specialist als hoofdbehandelaar en diens aansprakelijkheid

De medisch-specialist als hoofdbehandelaar en diens aansprakelijkheid De medisch-specialist als hoofdbehandelaar en diens aansprakelijkheid Kan de hoofdbehandelaar tuchtrechtelijk aansprakelijk worden gesteld voor fouten gemaakt in de uitoefening van zijn taken als hoofdbehandelaar

Nadere informatie

Hoofdbehandelaarschap, taakherschikking en kwaliteit van zorg. Mr. F. Lijffijt en mr. P. Dalhuisen. 1. Inleiding

Hoofdbehandelaarschap, taakherschikking en kwaliteit van zorg. Mr. F. Lijffijt en mr. P. Dalhuisen. 1. Inleiding Hoofdbehandelaarschap, taakherschikking en kwaliteit van zorg Mr. F. Lijffijt en mr. P. Dalhuisen 1. Inleiding Hoofdbehandelaarschap is onlosmakelijk verbonden met de kwaliteit van zorg, waaraan Joep Hubben

Nadere informatie

Regiebehandelaar & Kwaliteitsstatuut

Regiebehandelaar & Kwaliteitsstatuut Regiebehandelaar & Kwaliteitsstatuut Niet meer Insurance Based werken? Joost Walraven, Klinisch Psycholoog / Manager Zorg Hoofddocent management KP-opleiding blog.walraven@gmail.com NVGzP 25 juni 2015

Nadere informatie

C E N T R A A L T U C H T C O L L E G E

C E N T R A A L T U C H T C O L L E G E C2017.142 C E N T R A A L T U C H T C O L L E G E voor de Gezondheidszorg Beslissing in de zaak onder nummer C2017.142 van: A., wonende te B., appellante, klaagster in eerste aanleg, tegen C., specialist

Nadere informatie

PROFESSIONEEL STATUUT AERREA B.V.

PROFESSIONEEL STATUUT AERREA B.V. PROFESSIONEEL STATUUT AERREA B.V. Met dit professioneel statuut wordt een nadere invulling gegeven aan de eis van de Kwaliteitswet zorginstellingen waarin de instelling wordt verplicht om te voorzien in

Nadere informatie

Juridisch kader en nieuwe ontwikkelingen in regelgeving NVMDL 24 maart 2017

Juridisch kader en nieuwe ontwikkelingen in regelgeving NVMDL 24 maart 2017 Juridisch kader en nieuwe ontwikkelingen in regelgeving NVMDL 24 maart 2017 drs. B.W.H. (Belinda) van de Lagemaat Senior adviseur Federatie Medisch Specialisten Beleidscontext van taakherschikking Taakherschikking

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG. Datum 12 juni 2012 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG. Datum 12 juni 2012 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX DEN HAAG T 070 340 79 11 F 070 340

Nadere informatie

BELEIDSREGEL BR/CU-5094

BELEIDSREGEL BR/CU-5094 BELEIDSREGEL Dyslexiezorg Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) beleidsregels vast met betrekking

Nadere informatie

Van hoofdbehandelaarschap naar Kwaliteitsstatuut

Van hoofdbehandelaarschap naar Kwaliteitsstatuut Van hoofdbehandelaarschap naar Kwaliteitsstatuut Jaap van der Pol en Peter van Drunen NedKad, 9 oktober 2015 HOOFDBEHANDELAARSCHAP - GESCHIEDENIS Aanleiding: Europsyche-affaire 2012 maart 2013: Inspectie,

Nadere informatie

De disfunctionerende hulpverlener. Behoeft de dokter behandeling?

De disfunctionerende hulpverlener. Behoeft de dokter behandeling? Samenvatting najaarsvergadering, 4 november 2005 De disfunctionerende hulpverlener. Behoeft de dokter behandeling? mr. E.W.M. Meulemans, advocaat bij Nysingh advocaten notarissen in Zwolle Het disfunctioneren

Nadere informatie

NADERE REGEL NR/CU-531

NADERE REGEL NR/CU-531 NADERE REGEL Tijdelijke regeling dyslexiezorg Gelet op de artikelen 37, 38, 62 en 68 van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), heeft de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) de volgende regeling vastgesteld:

Nadere informatie

Psychiatrie en somatiek erkennen noodzaak tot samenwerking bij psychiatrische patiënten met somatische comorbiditeit

Psychiatrie en somatiek erkennen noodzaak tot samenwerking bij psychiatrische patiënten met somatische comorbiditeit Psychiatrie en somatiek erkennen noodzaak tot samenwerking bij psychiatrische patiënten met somatische comorbiditeit De Inspectie voor de Gezondheidszorg heeft in 2012 tot begin 2013 een thematoezicht

Nadere informatie

Verslag inspectiebezoek afdeling Spoedeisende hulp Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC) 15 juli 2016; 14:00 uur Leiden

Verslag inspectiebezoek afdeling Spoedeisende hulp Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC) 15 juli 2016; 14:00 uur Leiden Omschrijving Instelling Datum/tijd Plaats VGR Verslag inspectiebezoek afdeling Spoedeisende hulp Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC) 15 juli 2016; 14:00 uur Leiden 1011015 Stadsplateau 1 3521 AZ

Nadere informatie

MODELINSTRUCTIE AIOS EN ANIOS WERKZAAM IN EEN ZORGINSTELLING

MODELINSTRUCTIE AIOS EN ANIOS WERKZAAM IN EEN ZORGINSTELLING MODELINSTRUCTIE AIOS EN ANIOS WERKZAAM IN EEN ZORGINSTELLING JANUARI 2017 2 WOORD VOORAF In 2006 is de Modelinstructie arts al dan niet in opleiding tot medisch specialist werkzaam in ziekenhuizen tot

Nadere informatie

BELEIDSREGEL BR/CU-5066

BELEIDSREGEL BR/CU-5066 BELEIDSREGEL Afschrijvingskosten dubieuze debiteuren curatieve GGZ Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder b, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit

Nadere informatie

Verslag inspectiebezoek afdeling Spoedeisende Hulp (SEH) Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC)

Verslag inspectiebezoek afdeling Spoedeisende Hulp (SEH) Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC) Stadsplateau 1 3521 AZ Utrecht Postbus 2518 6401 DA Heerlen T 088 120 50 00 F 088 120 50 01 www.igz.nl Omschrijving Verslag inspectiebezoek afdeling Spoedeisende Hulp (SEH) Instelling Leids Universitair

Nadere informatie

NADERE REGEL NR/CU-540

NADERE REGEL NR/CU-540 NADERE REGEL Tijdelijke regeling dyslexiezorg Gelet op de artikelen 37, 38, 62 en 68 van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), heeft de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) de volgende regeling vastgesteld:

Nadere informatie

Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg

Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg stand van zaken 1. Inleiding 2. Monitor NIVEL 2.1 Geen daling aantal klachten 2.2 Veel verschillende klachtentrajecten 2.3 Klachtenfunctionaris en beleidsadvisering

Nadere informatie

Hoofdbehandelaarschap GGZ als noodgreep

Hoofdbehandelaarschap GGZ als noodgreep Hoofdbehandelaarschap GGZ als noodgreep Advies Commissie HBS GGZ 18 mei 2015 De opdracht Formuleer toetsbare norm voor inhoud en invulling hoofdbehandelaarschap (HBS) in de gggz en sggz; Inclusief verantwoordelijkheden

Nadere informatie

Aandoening Indicatie Eerste Consult (intake) Behandeling. Spataderen Niet medisch noodzakelijk Verzekerde zorg* Niet verzekerde zorg

Aandoening Indicatie Eerste Consult (intake) Behandeling. Spataderen Niet medisch noodzakelijk Verzekerde zorg* Niet verzekerde zorg Welkom bij de Mauritsklinieken. Om u vooraf zo volledig mogelijk te informeren over de kosten en procedures van het zorgtraject dat u bij de Mauritsklinieken doorloopt, hebben wij voor u een overzicht

Nadere informatie

Klachtrecht: terug naar de bedoeling

Klachtrecht: terug naar de bedoeling Klachtrecht: terug naar de bedoeling MR H.C.B. (HILDE) VAN DER MEER NAJAARSVERGADERING VERENIGING VOOR GEZONDHEIDSRECHT 6 NOVEMBER 2015 Opbouw Inleidende beschouwing klachtrecht Doelstellingen klachtrecht

Nadere informatie

Circulairenummer Inlichtingen bij Doorkiesnummer Den Haag, 2007-05-IGZ IGZ-loket 088 120 5000 22 november 2007

Circulairenummer Inlichtingen bij Doorkiesnummer Den Haag, 2007-05-IGZ IGZ-loket 088 120 5000 22 november 2007 Bezoekadres Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag Postadres Postbus 16119 2500 BC Den Haag Telefoon (070) 340 79 11 Telefax (070) 340 51 40 www.igz.nl Internet Circulairenummer Inlichtingen bij Doorkiesnummer

Nadere informatie

1. Inleiding en uitgangspunten professioneel statuut Fivoor

1. Inleiding en uitgangspunten professioneel statuut Fivoor Professioneel statuut Fivoor Versie: 19 december 2017 1. Inleiding en uitgangspunten professioneel statuut Fivoor Het Professioneel Statuut Fivoor (PSF) heeft tot doel duidelijkheid te bieden over de taken,

Nadere informatie

Bijlage 1 Wegnemen van belemmeringen voor taakherschikking in de bekostiging Registratie

Bijlage 1 Wegnemen van belemmeringen voor taakherschikking in de bekostiging Registratie Bijlage 1 De leden van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport hebben mij een aantal schriftelijke vragen gesteld naar aanleiding van mijn brief van 9 oktober 2012 inzake de kabinetsreactie

Nadere informatie

Deze beleidsregel is van toepassing op Zintuiglijk gehandicaptenzorg als omschreven bij of krachtens de Zorgverzekeringswet (Zvw).

Deze beleidsregel is van toepassing op Zintuiglijk gehandicaptenzorg als omschreven bij of krachtens de Zorgverzekeringswet (Zvw). BELEIDSREGEL Prestaties en tarieven Zintuiglijk gehandicaptenzorg Ingevolge artikel 57, eerste lid, onderdeel b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit

Nadere informatie

Relevante wet- en regelgeving die vandaag aan de orde komt in deze presentatie

Relevante wet- en regelgeving die vandaag aan de orde komt in deze presentatie Presentatie W&T thema Bopz op 9 mei 2016 Opzet: Korte uiteenzetting presentatie Goede zorg aan onze (psychogeriatrische) ouderen Persoonlijke kennistoets deelnemers Presentatie waarin antwoorden volgen

Nadere informatie

ANONIEM BINDEND ADVIES

ANONIEM BINDEND ADVIES ANONIEM BINDEND ADVIES Partijen : A te B, tegen ONVZ Ziektekostenverzekeraar N.V. en ONVZ Aanvullende Verzekering N.V., beide te Houten Zaak : Geneeskundige zorg, gespecialiseerde geestelijke gezondheidszorg

Nadere informatie

BELEIDSREGEL AL/BR-0021

BELEIDSREGEL AL/BR-0021 BELEIDSREGEL Verpleging in de thuissituatie, noodzakelijk in verband met medisch specialistische zorg Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg

Nadere informatie

Professioneel statuut Albert Schweitzer ziekenhuis. Doel

Professioneel statuut Albert Schweitzer ziekenhuis. Doel Professioneel statuut Albert Schweitzer ziekenhuis Doel Met dit professioneel statuut wordt samenwerking binnen de afdeling psychiatrie van het Albert Schweitzer ziekenhuis en het multidisciplinair overleg

Nadere informatie

PROFESSIONEEL STATUUT GGZON

PROFESSIONEEL STATUUT GGZON PROFESSIONEEL STATUUT GGZON Doel Met dit professioneel statuut wordt een nadere invulling gegeven aan de eis van de Kwaliteitswet Zorginstellingen waarin de instelling wordt verplicht om te voorzien in

Nadere informatie

GB-GGZ: Veelgestelde vragen

GB-GGZ: Veelgestelde vragen GB-GGZ: Veelgestelde vragen Auteur: B.V. Vicino Noord-Holland Noord Datum: 1-1-2017 Inhoudsopgave 1 AANMELDING... 3 1.1 Wat gebeurt er na mijn aanmelding?... 3 1.2 Met wie heb ik een intakegesprek? Hoe

Nadere informatie

BELEIDSREGEL BR/REG Beschikbaarheidbijdrage ambtshalve

BELEIDSREGEL BR/REG Beschikbaarheidbijdrage ambtshalve BELEIDSREGEL Beschikbaarheidbijdrage ambtshalve Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) beleidsregels

Nadere informatie

Medico-legale aspecten bekwaamverklaringen Mr. Vivienne Schelfhout, Directeur Opleiding, Wetenschap & Innovatie

Medico-legale aspecten bekwaamverklaringen Mr. Vivienne Schelfhout, Directeur Opleiding, Wetenschap & Innovatie Medico-legale aspecten bekwaamverklaringen Mr. Vivienne Schelfhout, Directeur Opleiding, Wetenschap & Innovatie 7 maart 2017 Hoe werkt de Federatie? Agenda Raad Opleiding Platform europa Patiëntveiligheid

Nadere informatie

Veranderingen in de GGZ 2014

Veranderingen in de GGZ 2014 Wijzigingen en aandachtspunten bij het inkoopproces Informatiebijeenkomst voor NIP leden Bas Wijffels Senior-beleidmedewerker Bekostiging NIP Onderwerpen van vanavond? Inhoudelijke veranderingen in de

Nadere informatie

Professioneel statuut GGZ Veenendaal

Professioneel statuut GGZ Veenendaal Professioneel statuut GGZ Veenendaal Doel Met dit professioneel statuut wordt een nadere invulling gegeven aan de eis van de Kwaliteitswet zorginstellingen waarin de instelling wordt verplicht om te voorzien

Nadere informatie

OVEREENKOMST HUISARTSENZORG IN GECLUSTERDE WOONZORGVOORZIENINGEN

OVEREENKOMST HUISARTSENZORG IN GECLUSTERDE WOONZORGVOORZIENINGEN OVEREENKOMST HUISARTSENZORG IN GECLUSTERDE WOONZORGVOORZIENINGEN DE ONDERGETEKENDEN: 1. Geclusterde Woonzorgvoorziening, geregistreerd bij de Kamer van Koophandel onder nummer, statutair gevestigd en kantoorhoudende

Nadere informatie

Update klacht- en tuchtrecht mr. Hilde van der Meer KNMG

Update klacht- en tuchtrecht mr. Hilde van der Meer KNMG 2016 mr. Hilde van der Meer KNMG Disclosure belangen Hilde van der Meer (potentiële) belangenverstrengeling Geen Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven Sponsoring of onderzoeksgeld

Nadere informatie

Besluit ontheffing zorgspecifieke concentratietoets

Besluit ontheffing zorgspecifieke concentratietoets Besluit ontheffing zorgspecifieke concentratietoets Betreft: Stichting Cruciaal christelijke GGZ en de activiteiten van Stichting In de Bres Zorggroep, Stichting In de Bres tweedelijns specialistische

Nadere informatie

BELEIDSREGEL AL/BR Overheveling GGZ budget AWBZ-Zvw

BELEIDSREGEL AL/BR Overheveling GGZ budget AWBZ-Zvw BELEIDSREGEL Overheveling GGZ budget AWBZ-Zvw Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) beleidsregels

Nadere informatie

Professioneel statuut Parnassia Groep

Professioneel statuut Parnassia Groep Doel Met dit professioneel statuut wordt een nadere invulling gegeven aan de eis van de Kwaliteitswet zorginstellingen waarin de instelling wordt verplicht om te voorzien in een duidelijke verantwoordelijkheidstoedeling

Nadere informatie

Toetsingskader Toezicht op zorgnetwerken rond cliënten in de thuissituatie

Toetsingskader Toezicht op zorgnetwerken rond cliënten in de thuissituatie zorg Toetsingskader Toezicht op zorgnetwerken rond cliënten in de thuissituatie 1. Inleiding De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd in oprichting ziet toe op de naleving van een groot aantal wettelijke-

Nadere informatie

Instructie supervisie a(n)ios werkzaam in het LUMC

Instructie supervisie a(n)ios werkzaam in het LUMC Inleiding In het Leids Universitair Medisch centrum (LUMC) worden artsen opgeleid tot medisch specialist (aios). De aard van de opleiding brengt met zich mee dat een belangrijk deel van de opleiding van

Nadere informatie

ANONIEM BINDEND ADVIES

ANONIEM BINDEND ADVIES ANONIEM BINDEND ADVIES Partijen : A te B tegen C te D en E te F Zaak : Geestelijke gezondheidszorg, eerstelijns psychologische zorg, vereiste BIG-registratie zorgverlener Zaaknummer : 2010.01505 Zittingsdatum

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 14 januari 2019 Betreft kwaliteitskader spoedzorgketen

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 14 januari 2019 Betreft kwaliteitskader spoedzorgketen > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag www.rijksoverheid.nl Bijlage(n)

Nadere informatie

REGELING NR/CU-214. Beheersmodel honoraria vrijgevestigd medisch specialisten

REGELING NR/CU-214. Beheersmodel honoraria vrijgevestigd medisch specialisten REGELING Beheersmodel honoraria vrijgevestigd medisch specialisten Gelet op de artikelen 36, derde lid, 37, 38, derde lid, 39, tweede lid en 62 jo. 68 van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), heeft

Nadere informatie

(BELEIDSREGEL AIOS ALS EERSTE BEHANDELAAR/OPERATEUR)

(BELEIDSREGEL AIOS ALS EERSTE BEHANDELAAR/OPERATEUR) Koninklijke Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst MEDISCH SPECIALISTEN REGISTRATIE COMMISSIE Besluit van 3 maart 2006 houdende de vaststelling van de beleidsregel die de MSRC bij de

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 2 juli 2013 Betreft Hoofdbehandelaarschap GGZ

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 2 juli 2013 Betreft Hoofdbehandelaarschap GGZ > Retouradres De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Rijnstraat 50 2515 XP Den Haag T 070 340 79 11 F 070 340 78 34 www.rijksoverheid.nl Kenmerk

Nadere informatie

GGZ Brain Dynamics Groningen kwaliteitsstatuut

GGZ Brain Dynamics Groningen kwaliteitsstatuut Doel Met dit kwaliteitsstatuut wordt een nadere invulling gegeven aan de eis van de Kwaliteitswet zorginstellingen waarin de instelling wordt verplicht om te voorzien in een duidelijke verantwoordelijkheidstoedeling

Nadere informatie

Gelet op artikel 37 Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg) stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) de volgende regeling vast.

Gelet op artikel 37 Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg) stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) de volgende regeling vast. NADERE REGEL NR/CU-201 Declaratiebepalingen DBC-bedragen en overige bedragen medisch specialistische zorg door of vanwege de zorginstelling Gelet op artikel 37 Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg) stelt

Nadere informatie

Ontwikkelingen in het tuchtrecht

Ontwikkelingen in het tuchtrecht Ontwikkelingen in het tuchtrecht De praktische gevolgen voor bedrijfsartsen: bedreiging of kans? mr Hilde van der Meer KNMG NVAB Kring Zuid-West 26 november 2009 THEMA S 1. Modernisering tuchtrecht 2.

Nadere informatie

Helderheid over verantwoordelijkheid

Helderheid over verantwoordelijkheid Helderheid over verantwoordelijkheid Verantwoordelijkheid voor medische zorg in relatie tot verantwoorde zorg Helderheid over verantwoordelijkheid Multidisciplinaire zorg en multidisciplinaire samen werkings

Nadere informatie

BELEIDSREGEL BR/CU Verrichtingenlijst ten behoeve van DBC s

BELEIDSREGEL BR/CU Verrichtingenlijst ten behoeve van DBC s BELEIDSREGEL BR/CU-2020 Verrichtingenlijst ten behoeve van DBC s Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit

Nadere informatie

Perceelbeschrijving Generalistische Basis Geestelijke Gezondheidszorg Jeugd [GBGGZ] 2016

Perceelbeschrijving Generalistische Basis Geestelijke Gezondheidszorg Jeugd [GBGGZ] 2016 Perceelbeschrijving Generalistische Basis Geestelijke Gezondheidszorg Jeugd [GBGGZ] 2016 Samenwerkende gemeenten regio West-Friesland Drechterland, Enkhuizen, Hoorn, Koggenland, Medemblik, Opmeer, Stede

Nadere informatie

Toezicht op netwerkzorg aan kwetsbare ouderen in de wijk

Toezicht op netwerkzorg aan kwetsbare ouderen in de wijk Toezicht op netwerkzorg aan kwetsbare ouderen in de wijk Het zorglandschap verandert Patiënten met complexe zorgvraag blijven thuis wonen zorg, behandeling en ondersteuning rond de patiënt thuis georganiseerd

Nadere informatie

Besluit beschikbaarheidbijdrage WMG van 24 augustus 2012.

Besluit beschikbaarheidbijdrage WMG van 24 augustus 2012. BELEIDSREGEL Beschikbaarheidbijdrage Cure - ambtshalve Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) beleidsregels

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 7 van de Wet marktordening gezondheidszorg;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 7 van de Wet marktordening gezondheidszorg; STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 16992 23 juni 2015 Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 16 juni 2015, kenmerk 776212-137548-MC,

Nadere informatie

Zorginkoopbeleid 2018

Zorginkoopbeleid 2018 Zorginkoopbeleid 2018 Radiotherapeutische instellingen Samengesteld op 30 maart 2017 Zorginkoopbeleid 2018 Radiotherapeutische instellingen Inhoud 1. Inleiding... 2 2. Strategie... 2 2.1 Algemeen... 2

Nadere informatie

OVEREENKOMST NZa en DBC-Onderhoud inzake DIS (uitwerking artikel 7.9 convenant NZa, CVZ en DBC-Onderhoud)

OVEREENKOMST NZa en DBC-Onderhoud inzake DIS (uitwerking artikel 7.9 convenant NZa, CVZ en DBC-Onderhoud) OVEREENKOMST NZa en DBC-Onderhoud inzake DIS (uitwerking artikel 7.9 convenant NZa, CVZ en DBC-Onderhoud) Partijen: de rechtspersoon naar publiekrecht Nederlandse Zorgautoriteit, gevestigd te Utrecht,

Nadere informatie

Leidraad wijziging acuut zorgaanbod Midden-Nederland

Leidraad wijziging acuut zorgaanbod Midden-Nederland Leidraad wijziging acuut zorgaanbod Midden-Nederland APRIL 2015 1. Inleiding Het doel van het Regionaal Overleg Acute Zorgketen (ROAZ) is het borgen en optimaliseren van de beschikbaarheid, de bereikbaarheid

Nadere informatie

BELEIDSREGEL BR/CU-5047

BELEIDSREGEL BR/CU-5047 BELEIDSREGEL DBC-TARIFERING BEHANDELING EN VERBLIJF IN DE CURATIEVE GEESTELIJKE GEZONDHEIDSZORG Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg),

Nadere informatie

BELEIDSREGEL BR/CU-5059

BELEIDSREGEL BR/CU-5059 BELEIDSREGEL Voorschotten en rentevergoeding onderhanden DBC's GGZ Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit

Nadere informatie

ANONIEM BINDEND ADVIES

ANONIEM BINDEND ADVIES ANONIEM BINDEND ADVIES Partijen : A te B, tegen C te D en E te F Zaak : Geestelijke gezondheidszorg Zaaknummer : 2009.02144 Zittingsdatum : 23 juni 2010 1/6 Geschillencommissie Zorgverzekeringen (prof.

Nadere informatie

Juridisch kader aansprakelijkheid Integrale Geboortezorg Organisaties

Juridisch kader aansprakelijkheid Integrale Geboortezorg Organisaties Juridisch kader aansprakelijkheid Integrale Geboortezorg Organisaties CPZ Titia Hollman, juridisch adviseur april 2019 Inhoudsopgave 1. Inleiding...3 2. Juridisch kader civielrechtelijke aansprakelijkheid...3

Nadere informatie

ANONIEM BINDEND ADVIES

ANONIEM BINDEND ADVIES ANONIEM BINDEND ADVIES Partijen : A te B vertegenwoordigd door G, tegen C te D en E te F Zaak : Geestelijke gezondheidszorg, eerstelijns psychotherapie, vereiste BIG-registratie zorgverlener Zaaknummer

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 29 248 Invoering Diagnose Behandeling Combinaties (DBCs) Nr. 239 Ontvangen ter Griffie op 2 oktober 2012. Het besluit tot het doen van een aanwijzing

Nadere informatie

Professioneel statuut GBGGZ. tantelouise Ookthuis

Professioneel statuut GBGGZ. tantelouise Ookthuis Professioneel statuut GBGGZ tantelouise Ookthuis 1 Inhoud Doel... 3 1. Inleiding... 3 2. Uitgangspunten en definities... 3 3. Juridische kaders... 4 4. Verantwoordelijkheden, bevoegdheden en onderlinge

Nadere informatie

BELEIDSREGEL AL/BR-0040

BELEIDSREGEL AL/BR-0040 BELEIDSREGEL Verpleging in de thuissituatie, noodzakelijk in verband met medisch specialistische zorg Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg

Nadere informatie

Gelet op artikel 21b, eerste lid, van de Wet op de rechterlijke organisatie; De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van

Gelet op artikel 21b, eerste lid, van de Wet op de rechterlijke organisatie; De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van Besluit van houdende aanwijzing van zittingsplaatsen van rechtbanken en gerechtshoven (Besluit zittingsplaatsen gerechten) Op de voordracht van Onze Minister van Veiligheid en Justitie van 2012, nr., Gelet

Nadere informatie

Strafrecht als waarborg voor kwaliteit van zorg?

Strafrecht als waarborg voor kwaliteit van zorg? Strafrecht als waarborg voor kwaliteit van zorg? een benadering vanuit de gezondheidsrechtelijke praktijk mr. W.R. Kastelein, advocaat/partner Nysingh advocaten-notarissen N.V. te Zwolle tel. 038-425 9155

Nadere informatie

3.1 Algemeen gegevensbeheer code (AGB-code) Unieke code die aan iedere zorgaanbieder wordt toegekend, waarmee deze kan worden geïdentificeerd.

3.1 Algemeen gegevensbeheer code (AGB-code) Unieke code die aan iedere zorgaanbieder wordt toegekend, waarmee deze kan worden geïdentificeerd. BELEIDSREGEL Macrobeheersinstrument verpleging en verzorging 2016 Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder d van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit

Nadere informatie

Behandeld door Telefoonnummer adres Kenmerk / Treeknormen GGZ 22 december 2016

Behandeld door Telefoonnummer  adres Kenmerk / Treeknormen GGZ 22 december 2016 De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Postbus 20350 2500 EJ DEN HAAG Newtonlaan 1-41 3584 BX Utrecht Postbus 3017 3502 GA Utrecht T 030 296 81 11 F 030 296 82 96 E info@nza.nl I www.nza.nl

Nadere informatie

BELEIDSREGEL BR/CU-5052

BELEIDSREGEL BR/CU-5052 BELEIDSREGEL BELEIDSREGEL OVERGANG CURATIEVE GGZ NAAR ZVW EN INVOERING DBC S Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse

Nadere informatie

BELEIDSREGEL BR/CU-7013

BELEIDSREGEL BR/CU-7013 BELEIDSREGEL BR/CU-7013 Eerstelijns psychologische zorg Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef, en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa)

Nadere informatie

Informatie voor cliënten van vrijgevestigde psychologen en psychotherapeuten (2013)

Informatie voor cliënten van vrijgevestigde psychologen en psychotherapeuten (2013) Informatie voor cliënten van vrijgevestigde psychologen en psychotherapeuten (2013) Als u in behandeling gaat bij een vrijgevestigd gz-psycholoog, psychotherapeut of klinisch psycholoog is het belangrijk

Nadere informatie

Modelovereenkomst Huisartsengroep - Verzorgingshuis 2009

Modelovereenkomst Huisartsengroep - Verzorgingshuis 2009 Modelovereenkomst Huisartsengroep - Verzorgingshuis 2009 De ondergetekenden: De huisartsen Naam adres AGB Naam adres AGB Etc. die tezamen deelnemen aan: De huisartsengroep: (naam) Hierna te noemen "de

Nadere informatie

Verklarende woordenlijst

Verklarende woordenlijst Verklarende woordenlijst bij toetsingskader voor instellingen waar mensen verblijven die niet thuis kunnen wonen Utrecht, maart 2017 Behandeling Handelingen en interventies van medische, gedragswetenschappelijke

Nadere informatie

BELEIDSREGEL BR/REG-18126

BELEIDSREGEL BR/REG-18126 BELEIDSREGEL Beleidsregel prestatiebeschrijvingen voor ergotherapie Gelet op artikel 57, eerste lid, onderdelen b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 11 maart 2014 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 11 maart 2014 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Rijnstraat 50 2515 XP DEN HAAG T 070 340 79 11 F 070 340 78

Nadere informatie

Kenmerk Datum vaststelling Datum inwerkingtreding Geldig tot TB/REG juni januari 2017

Kenmerk Datum vaststelling Datum inwerkingtreding Geldig tot TB/REG juni januari 2017 TARIEFBESCHIKKING Generalistische basis-ggz Kenmerk Datum vaststelling Datum inwerkingtreding Geldig tot TB/REG-17613-01 28 juni 2016 1 januari 2017 De Nederlandse Zorgautoriteit heeft met inachtneming

Nadere informatie

Professioneel Statuut De Skuul

Professioneel Statuut De Skuul Professioneel Statuut De Skuul Inhoud 1 Inleiding en doel... 3 1.1 Inleiding... 3 1.2 Doel... 3 2 Uitgangspunten... 4 2.1 Kernwaarden... 4 2.2 Beleidsuitgangspunten... 4 2.3 Relatie met het Kwaliteitsstatuut

Nadere informatie

Voorschotten en rentevergoeding onderhanden DBC's GGZ

Voorschotten en rentevergoeding onderhanden DBC's GGZ BELEIDSREGEL Voorschotten en rentevergoeding onderhanden DBC's GGZ Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder b, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit

Nadere informatie

Op al deze eisen dient u een antwoord in te vullen in de daarvoor bestemde kolom.

Op al deze eisen dient u een antwoord in te vullen in de daarvoor bestemde kolom. Aanmeldingscriteria De regio West Brabant Oost (WBO) heeft de volgende eisen geformuleerd, waaraan een zorg aanbieder dient te voldoen om ambulante jeugdhulp te kunnen leveren aan jeugdigen uit de regio

Nadere informatie

Beleidsregel Verpleging in de thuissituatie, noodzakelijk in verband met medisch specialistische zorg

Beleidsregel Verpleging in de thuissituatie, noodzakelijk in verband met medisch specialistische zorg Beleidsregel Verpleging in de thuissituatie, noodzakelijk in verband met medisch specialistische zorg Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 2 september 2013 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 2 september 2013 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 2008 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Rijn straat 50 255 XP DEN HAAG T 070 340 79 F 070 340 78 34

Nadere informatie

De verschillen tussen Eerstelijns én Tweedelijns

De verschillen tussen Eerstelijns én Tweedelijns De verschillen tussen Eerstelijns én Tweedelijns & In de Bres biedt 'Eerstelijns Kortdurende Hulp' en 'Tweedelijns Specialistische Zorg', maar wat is het verschil? In Nederland ziet de zorgstructuur er

Nadere informatie

Beleidsregel Macrobeheersinstrument verpleging en verzorging 2018

Beleidsregel Macrobeheersinstrument verpleging en verzorging 2018 Beleidsregel Beleidsregel Macrobeheersinstrument verpleging en verzorging 2018 Gelet op artikel 57, eerste lid, aanhef en onder d van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit

Nadere informatie

Reglement Geestelijke gezondheidszorg (GGZ)

Reglement Geestelijke gezondheidszorg (GGZ) Reglement Geestelijke gezondheidszorg (GGZ) geldig vanaf 1 januari 2016 575.774.000.000.1550 Pagina 1 van 10 INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE...2 Reglement GGZ 2016...3 1.1. Het Reglement Geestelijke gezondheidszorg

Nadere informatie

PROFESSIONEEL STATUUT VOOR DE ACADEMISCH MEDISCH SPECIALIST

PROFESSIONEEL STATUUT VOOR DE ACADEMISCH MEDISCH SPECIALIST PROFESSIONEEL STATUUT VOOR DE ACADEMISCH MEDISCH SPECIALIST Overwegende dat: 1. het academisch ziekenhuis op grond van wet en regelgeving, waaronder de WHW, als instelling onder meer taken heeft op het

Nadere informatie

Datum 13 november 2017 Betreft Kamervragen van het Kamerlid Kooiman (SP) over toestemmingsvereisten zorgverzekeraars

Datum 13 november 2017 Betreft Kamervragen van het Kamerlid Kooiman (SP) over toestemmingsvereisten zorgverzekeraars > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 2008 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 25 VX Den Haag T 070 340 79 F 070 340 78 34

Nadere informatie

BELEIDSREGEL BR/CU 2148 EERSTELIJNSDIAGNOSTIEK

BELEIDSREGEL BR/CU 2148 EERSTELIJNSDIAGNOSTIEK BELEIDSREGEL BR/CU 2148 EERSTELIJNSDIAGNOSTIEK Op grond van artikel 57, eerste lid, onderdeel en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg) stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) beleidsregels

Nadere informatie