Betreffend:Techniek (financiele beoordeling), Sport & Bewegen, sloopkosten, tijdelijke voorzieningen en terrein

Transcriptie

1 Notitie Project Betreft : G0378 : Beoordeling bijkomende plandelen deeluitmakend van de aanvraag van de RSG Ter Apel 16 december 2016 inclusief aanvullende onderbouwing gymzaal d.d. 15 februari 2017 Betreffend:Techniek (financiele beoordeling), Sport & Bewegen, sloopkosten, tijdelijke voorzieningen en terrein Datum : 21 februari 2017 L.S., Op 16 december 2016 is door de RSG Ter Apel een aanvraag gedaan voor vernieuwbouw. De hoofdbestanddelen van deze aanvraag zijn beoordeeld in de hoofdnotitie d.d. 1 februari 2017, aangepast 21 februari Onderhavige notitie gaat in de op de bijkomende bestanddelen: 1. Techniek; 2. Sport & Bewegen; 3. Sloopkosten; 4. Tijdelijke voorzieningen; 5. Terreininrichting. Voor de betreffende plandelen is geen begroting of gedetailleerde beschrijving geleverd. Beoordeling vind overeenkomstig de overige plandelen plaats aan de hand van de volgende vragen: 1. Is de gemeente verantwoordelijk voor de betreffende onderwijsinstelling; 2. Voldoet de aanvraag aan de eisen zoals deze zijn vastgelegd in de Verordening Onderwijshuisvesting van de gemeente Vlagtwedde (verder: Verordening); 3. Is de noodzaak voldoende onderbouwd; 4. Is de gekozen oplossing te beschouwen als doelmatig; 5. Is de begroting realistisch; 6. Is het tijdspad passend bij het plan. Is de gemeente verantwoordelijk voor de betreffende onderwijsinstelling Zie hoofdnotitie. Voldoet de aanvraag aan de eisen zoals deze zijn vastgelegd in de Verordening Onderwijshuisvesting van de gemeente Vlagtwedde (verder: Verordening) Zie hoofdnotitie Is de noodzaak voldoende onderbouwd Ten aanzien van de onderdelen is helder dat deze deel zijn van de totale aanvraag. Is de gekozen oplossing te beschouwen als doelmatig Techniek

2 Zie hoofdnotitie Gymzaal De RSG heeft op termijn behoefte aan de capaciteit van 2,5 gymzaal. Op dit moment maakt de school gebruik van 2 velden in de sporthal. De 3 e gymzaal is onderdeel van de huidige RSG. Op dit moment is het logisch te kiezen voor ontwikkeling van een gymzaal op de locatie van de RSG. In de bestaande sporthal is onvoldoende ruimte aanwezig om te voldoen aan de vraag naar sportruimte van de RSG en ontwikkeling op een andere locatie dan de RSG binnen het gevraagde tijdspad is risicovol voor de gemeente. Wordt het tijdspad op een alternatieve locatie niet gehaald, dan zal de gemeente een tijdelijke voorziening moeten realiseren. De RSG is gevraagd om de oorspronkelijke aanvraag verder uit te werken. De oorspronkelijke aanvraag bood onvoldoende houvast om tot beoordeling te komen. Dit heeft geresulteerd in een aanvulling op de oorspronkelijke aanvraag met verdere onderbouwing (onderbouwing d.d. 15 februari 2017). Bijzonderheden:! De RSG wil de eisen van het KVLO aanhouden en een hal aanbieden die geschikt is voor klimonderwijs en balsporten op competitieniveau (zie notitie Lindhorst d.d. 15 februari 2017). Hiervoor is extra vrije hoogte nodig en een aantal extra m2 vloeroppervlak. De meerkosten zijn net separaat inzichtelijk gemaakt door de RSG.! De RSG is gerechtigd eventuele meerkosten voor de hal te dragen. Op basis van het programma worden de meerkosten voor de extra ruimte/hoogte geraamd op Over de hoogte van de meerkosten is overeenstemming tussen Lindhorst en Beishuizen P&C.! De gymzaal zal deels moeten worden voorzien van nieuwe inrichting. Alleen de losse inrichting is te verhuizen. Gezien het feit, dat de gemeente verantwoordelijk is voor het aanbieden van de sportvoorziening, zijn deze kosten meegenomen in het budget. Samengevat:! De noodzaak voor een gymlokaal is door de RSG aangetoond.! De verantwoordelijkheid om de sportvoorziening te leveren ligt bij de gemeente.! De RSG heeft aangegeven een bijdrage te willen leveren om een zaal te krijgen die past bij haar ambitieniveau. Sloopkosten / Tijdelijke voorzieningen Sloopkosten en tijdelijke voorzieningen zijn onvermijdelijk onderdeel van het plan. De gekozen fasering beperkt de noodzaak voor tijdelijke huisvesting. Bij verdere planuitwerking is het aan de RSG om met binnen de gedane aannames tot een voor de RSG werkbare oplossing te komen. Terreininrichting (en interne verhuizingen) Als de vervangende nieuwbouw voor een school voor voortgezet speciaal onderwijs plaatsvindt op dezelfde plaats, moet het desbetreffende terrein, nadat de bouw is afgerond, worden hersteld en moeten de leerlingen verhuizen naar een tijdelijke,

3 vervangende locatie. Deze kosten horen te worden meegenomen in de aanvraag. De genormeerde vergoeding voor deze kosten is gebaseerd op een vast bedrag per vierkante meter bruto vloeroppervlakte. De vergoeding voor een school voor voortgezet speciaal onderwijs wordt vastgesteld op basis van /m2 BVO. Het huidige plan geeft een ambitieuze uitwerking weer. Wellicht is deze te realiseren indien de RSG in staat is om de aanvullende middelen vanuit andere fondsen te betrekken. Deze verantwoordelijkeheid ligt bij de RSG. Binnen het geadviseerde kostenkader moet het mogelijk zijn om tot een kwalitatief volwaardige uitwerking te komen. Is de begroting realistisch Techniek De begroting van het plandeel techniek is op detailniveau beschouwd omdat er een specifiek uitgewerkt plan ligt, wat in architectuur aansluit op de bestaande bebouwing. De functie van dit campusdeel is zeer specifiek gericht op techniek. Dit maakt dergelijke gebouwdelen duurder dan andere gebouwdelen. Vloerbelasting, toegankelijkheid met voertuigen, verdiepingshoogte, ventilatie-eisen en akoestiek zijn bijvoorbeeld kostenverhogende factoren. Daarnaast betreft de uitbreiding van 422 m 2 een relatief kleine uitbreiding in vergelijking met de nieuwbouw van m 2. Ook hierdoor zijn de bouwkosten per vierkantemeter hoger. De bouwkosten voor techniek zijn beoordeeld op basis van de door Basalt samengestelde bouwkostenraming d.d. 16 november De kosten zijn vergeleken met de kosten zoals deze zijn weergegeven in het Kwaliteitskader Voortgezet Onderwijs. Een vergelijking met de normkosten zoals vastgesteld met de VNG-norm onderwijshuisvesting is niet gemaakt omdat deze normen niet realistisch zijn 1. Om een vergelijking te kunnen maken tussen normkosten en werkelijke plankosten is de volgende benadering gekozen: 1: De normkosten zijn bepaald op basis van de vierkantemeters van het plan en de normkosten zoals beschreven in het Kwaliteitskader VO. 2: De normkosten zijn vervolgens aangevuld met specifieke posten:! Sloopkosten;! Aanpassing in bestaand;! Correctie voor kleinschaligheid;! Kosten vanwege aansluiting in bestaande architectuur;! Prijsindexatie. Met deze correcties zijn is de kostenopgave van RSG Ter Apel vergelijkbaar gemaakt met de normatieve kosten. Hierbij moet worden opgemerkt, dat er altijd een bandbreedte van 1 Bron: Schoolgebouwen primair en voortgezet onderwijs in de praktijk gecheckt, Algemene Rekenkamer, 26 januari 2016 paragraaf

4 5-10% tussen normen en kosten die minder grijpbaar te maken is. Het verschil tussen de ingediende begroting en de berekende normkosten bedraagt incl. BTW, zijnde 7,8%. Verklaring van dit verschil kan gevonden worden in een aantal posten: 1. Er is 5% opgenomen voor nadere planuitwerking en 5 % voor onvoorzien. Gezien de mate waarin de plannen zijn uitgewerkt, lijkt het gerechtvaardigd om taakstelend te werken met 5% onvoorzien voor de uitvoeringsfase. De post nadere planuitwerking is niet onderbouwd en eventuele uitwerkingswensen lijken dan ook te moeten worden gevonden in compensatie elders. Aanpassing: -/ Een aantal kleinere posten hoeven wellicht niet te worden benut: -/ (ex BTW) advies bouwfysica en diversen. 3. De post projectmanagement, directievoering en toezicht bedraagt (ex BTW) en komt daarmee op 4,7% van de aanneemsom. Dit lijkt gezien de complexiteit en looptijd van het project bovengemiddeld (26 weken/6 u/week, 95/uur komt op ca ). Dit geeft een optimalisatie van -/ Met inachtneming van genoemde opmerkingen en uitgangspunten is het advies om voor dit plandeel een budget van incl. 21 % BTW als taakstellend mee te geven aan het RSG. Gymzaal! De kostenraming voor de gymzaal zijn door Lindhorst bepaald op basis van referentieprijzen uit de markt. Deze benadering wordt gedeeld. Lindhorst heeft synergievoordelen ingecalculeerd vanwege een gelijktijdige bouw met de techniekhal. Dit voordeel is optimistisch ingeschat. Voorstel is om toe te rekenen aan synergievoordelen omdat anders te grote risico s in de aanvangsfase van het totaalproject worden gebracht.! NB: het Kwaliteitskader Onderwijshuisvesting VO geeft onvoldoende houvast voor het bepalen van een kostenkader voor een sportvoorzieningen.! De bouw van deze gymzaal loopt mee met de bouw van de Techniekhal. Dit resulteert in een efficiënt bouwproces. Per saldo bedraagt de investering in de sportzaal voor de gemeente (incl. 21% BTW): Stichtingskosten incl. BTW : Synergievoordelen : -/ Eigen bijdrage RSG Ter Apel : -/ Te dekken door gemeente Ter Apel : Samengevat! De gevraagde investering voor de gemeente bedraagt per saldo: ! Mocht na prijsvorming blijken, dat de synergievoordelen de overstijgen, dan is het advies om dit voordeel aan de RSG te laten vervallen. Advies is om de kosten voor deze gymzaal mee te nemen in de totaalinvestering.

5 Sloopkosten / Tijdelijke voorzieningen De sloopkosten zijn niet onderbouwd. Gebruikelijk zijn sloopkosten incl. bouwrijp maken van 25/m2. Voor m2 komt dit op: In de begroting van Basalt is nog een post van excl. BTW en staartkosten opgenomen voor grondwerk. Dit betreft wellicht een post dit in samenhang met de sloopkosten moet worden gezien. Dit houdt in, dat er binnen de begroting naar verwachting ruimte zit om tijdelijke voorzieningen te treffen om installaties in de lucht te houden. Dit is echter een aanname. Het lijkt verstandig deze post verder uit te werken. Dit mede ook omdat onafhankelijk van het bouwheerschap uiteindelijk het risico voor overschrijding van de bouwkosten geheel of gedeeltelijk voor rekening van de gemeente zal komen. Terreininrichting (en interne verhuizingen) Ten aanzien van terreininrichting en interne verhuizing is bij de beoordeling gerekend met de totale ruimtebehoefte (8.998 m2 BVO). Deze levert gecombineerd met de normvergoeding een acceptabele vergoeding van: 472,395. Hierbij moet worden opgemerkt, dat niet het totale terrein behoeft te worden ingericht (delen rondom zorg en welzijn, Techniek blijven ongewijzigd. De keuze is arbitrair, maar het lijkt redelijk om aan te nemen, dat 75% van het terrein te gevolge van de bouwwerkzaamheden dient te worden heringericht. Dit betekent een afslag op de acceptabele vergoeding, waarmee de acceptabele investering op incl. BTW komt. Het hogere investeringsniveau wordt met name ingegeven door het ambitieniveau van de RSG. Dit ambitieniveau wordt ondersteund door Rijksbeleid (bijv. Het is aan de RSG om middels fondsenwerving te komen tot maximalisatie van het uitvoeringsniveau van het schoolplein en de directe omgeving. Hierbij moet worden opgemerkt, dat de school ook de meerkosten in exploitatie dient te dragen. NB: naast deze investering, zijn ook investeringen nodig in de openbare ruimte. Deze verantwoordelijkheid ligt bij de gemeente. Bij nadere planuitwerking moet de grens tussen openbaar en niet-openbaar terrein nog worden bepaald. Is het tijdspad passend bij het plan. Zie hoofdnotitie voor de beoordeling van de hoofdlijnen van het plan. Samenvatting en advies Vertouwend hiermee de bouwaanvraag van de RSG te hebben voorzien van commentaar en advies, Met vriendelijke groet, Namens Beishuizen P&C Drs. ing. Minze Beishuizen Projectmanager Groningen 21 januari 2017

6