LAAGGELETTERDHEID IN HILLEGERSBERG-SCHIEBROEK
|
|
- Josephus Maes
- 6 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 LAAGGELETTERDHEID IN HILLEGERSBERG-SCHIEBROEK Uitgevoerd door: CINOP Advies Etil Kohnstamm Instituut Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA), Maastricht University DEZE FACTSHEETRAPPORTAGE IS ONTWIKKELD IN OPDRACHT VAN DE GEMEENTE ROTTERDAM.
2 NATIONALE FEITEN EN CIJFERS OVER LAAGGELETTERDHEID Wat is laaggeletterdheid? Laaggeletterdheid is een moeilijk begrip, want wanneer is iemand laaggeletterd en wanneer juist niet? Een definitie van laaggeletterdheid is als volgt: Laaggeletterdheid houdt in dat mensen moeite hebben met lezen, schrijven, en/of het gebruiken van schriftelijke en digitale informatie waardoor ze onvoldoende in staat zijn om zelfstandig te functioneren in de maatschappij, de eigen doelen te realiseren en zichzelf te ontplooien. Iemand is laaggeletterd met het taalniveau 1F (het niveau waarmee een kind de basisschool hoort te verlaten) of lager. Laaggeletterdheid is niet hetzelfde als analfabetisme, waarbij het gaat om mensen die helemaal niet kunnen lezen en schrijven. Vanaf 15 jarige leeftijd kunnen we spreken van laaggeletterdheid. Ook kan er sprake zijn van afname van lees- en schrijfvaardigheden op oudere leeftijd, waardoor iemand met een hogere opleiding op latere leeftijd laaggeletterd kan worden. Laaggeletterdheid wordt gemeten in het PIAAC-onderzoek. Dit is een internationaal onderzoek dat in 24 landen, waaronder ook Nederland, is gehouden om de competenties van volwassenen in de leeftijd van 16 tot 65 jaar te meten. Het PIAAC-onderzoek heeft als belangrijkste doel om de vaardigheden van lezen en schrijven, rekenen en het oplossen van problemen in technologierijke omgevingen van de bevolking te beoordelen. Eén van de onderdelen van het onderzoek is een taaltest in het Nederlands waarmee het geletterdheidsniveau van de respondenten in beeld wordt gebracht. Op basis van de behaalde scores op deze taaltest wordt afgeleid of iemand laaggeletterd is of niet. Niet alle laaggeletterden ervaren dat zij een probleem hebben met lezen, schrijven, rekenen of het gebruiken van informatie, en het merendeel van de laaggeletterden participeert op de arbeidsmarkt. Uit onderzoek blijkt echter dat laaggeletterden minder vaak betaald werk hebben, minder vaak maatschappelijk actief zijn, een lager inkomen hebben en vaker te maken hebben met gezondheidsproblemen. De arbeidsmarkt doet een sterk beroep op geletterdheid. Doordat werkgevers hogere eisen stellen, digitalisering en automatisering lopen laaggeletterden meer risico op (langdurige) werkloosheid en uitsluiting van de arbeidsmarkt, en zijn daardoor vaker aangewezen op een vervangend inkomen. Dit heeft gevolgen voor het sociaal beleid. Doel van deze factsheet Deze factsheet beschrijft de omvang en de kenmerken van laaggeletterdheid in het samengesteld gebied. Een vergelijk wordt gemaakt met de gemeente Rotterdam en de landelijke gegevens. Gemeenten, maar ook stadsgebieden, verschillen namelijk van elkaar wat betreft demografie en sociaaleconomische structuur, die van invloed zijn op de laaggeletterdheid van burgers. Hierdoor zijn de doelgroepen waaronder laaggeletterdheid veel voorkomt voor elke gemeente en regio weer anders samengesteld. In een vervolg zullen we onderzoeken hoe de verschillende kenmerken van laaggeletterdheid met elkaar interacteren en welke effecten ertoe leiden dat in uw gemeente het percentage laaggeletterden hoger of juist lager ligt dan landelijk. Ruim 1 op de 9 inwoners van 16 tot 65 jaar is in Nederland laaggeletterd. Laaggeletterdheid verschilt naar geslacht (percentage laaggeletterden per geslacht) Mannen zijn in het algemeen iets minder vaak laaggeletterd dan vrouwen. 22,9% 20,1% 6,5% 6, 12,6% 10,6% Uit het 16 tot 35 jaar 35 tot 55 jaar 55 tot 65 jaar Mannen Vrouwen Het hoogstbehaalde opleidingsniveau hangt nauw samen met laaggeletterdheid: - Geen startkwalificatie: 26,3% ( personen) - Middelbaar opgeleid: 9,2% ( personen) - Hoogopgeleid: 2,5% ( personen) Laaggeletterdheid GENERATIE verschilt naar generatie en herkomst Er zijn minder laaggeletterden onder autochtonen. Laaggeletterdheid komt relatief veel voor onder eerstegeneratie- en nietwesterse migranten. Nederland telt 10,9 miljoen inwoners van 16 tot 65 jaar. Hiervan zijn er ongeveer 1,3 miljoen laaggeletterd (11,9 procent), waarvan zeer laaggeletterd (2,8 procent). Daarnaast zijn inwoners analfabeet. 11,2% 12, Laaggeletterdheid verschilt naar leeftijd (percentage laaggeletterden per leeftijdsgroep) Ouderen zijn vaker laaggeletterd dan jongeren. Dit heeft te maken met het verlies van vaardigheden op hogere leeftijd en doordat ouderen minder vaak hoogopgeleid zijn. De laaggeletterdheid onder 16- tot 35-jarige mannen en vrouwen is ongeveer gelijk, maar als men ouder is neemt het sekseverschil in laaggeletterdheid toe. HERKOMST Pagina 2
3 LAAGGELETTERDHEID IN DE GEMEENTE ( *) Gemeente Rotterdam 21% Nederland 11,9% * Aantal laaggeletterden (90% betrouwbaarheidsinterval) Bron: ROA Laaggeletterdheid gebied lager dan gemeente Rotterdam en Nederland De laaggeletterdheid in gebied ligt in 2012 met van het aantal jarigen lager dan landelijk (11,9%). Ten opzichte van de gemeente Rotterdam (21%) is het aandeel laaggeletterden in gebied veel lager. Landelijk wordt er voor het inzichtelijk maken van regionale verschillen tussen gemeenten onderscheid gemaakt in een vijftal klassen: lager, enigzins lager, gemiddeld, enigzins hoger en hoger. De laaggeletterdheid van gebied Hillegersberg- Schiebroek kan op basis van deze indeling getypeerd worden als 'lager'. Typering van de laaggeletterdheid in gebied Relevante factoren voor regionale verschillen laaggeletterdheid Naast een indicatie van het aandeel laaggeletterden in het samengesteld gebied is het voor beleidsmakers ook interessant om te weten welke factoren tot verschillen in laaggeletterdheid tussen gemeenten en regio's leiden. Op basis van het landelijke PIAAC-onderzoek is bekend dat vier factoren een belangrijke rol spelen bij de verklaring van de regionale verschillen: 1. Leeftijd 2. Herkomst 3. Opleidingsniveau 4. Arbeidsmarktstatus In het vervolg gaan we voor deze factoren nader in op relevante regionale verschillen tussen gebied, de gemeente Rotterdam en Nederland. Oudere leeftijdsopbouw in dan landelijk De leeftijdsopbouw van de jarige bevolking in gebied verschilt met die van de gemeente Rotterdam en (in mindere mate) met die van Nederland. Het aandeel jarigen ligt in gebied lager dan landelijk, terwijl het aandeel jarigen juist hoger ligt. Ten opzichte van de gemeente Rotterdam heeft het gebied ook relatief weinig jarigen en relatief veel en jarigen in de bevolking. Een oudere leeftijdsopbouw van de bevolking heefte vaak een opwaarts effect op het percentage laaggeletterden. Desondanks kent een lager laaggeletterdheidspercentage dan landelijk, en dus ook lager dan de gemeente Rotterdam. Figuur 1. Leeftijdsopbouw van de bevolking van 16 tot 65 jaar, % 43% 36% 49% 41% 44% 19% 16% 20% lager enigszins lager gemiddeld enigszins hoger hoger 16 tot 35 jaar 35 tot 55 jaar 55 tot 65 jaar Gemeente Rotterdam Nederland Bron: ROA Bron: Gemeentelijke Basis Administratie (GBA), OBI, CBS Statline, bewerking Etil Pagina 3
4 VERSCHILLEN IN LAAGGELETTERDHEID Laaggeletterdheid verschilt bij migranten naar land van herkomst en het land van herkomst van de ouders. Eerstegeneratiemigranten zijn vaker laaggeletterd dan tweedegeneratiemigranten omdat zij in het buitenland zijn geboren en Nederlands niet hun moedertaal is. Niet-westerse migranten zijn vaker laaggeletterd dan westerse migranten doordat het onderwijsniveau in de westerse landen veelal hoger ligt dan in de minder ontwikkelde niet-westerse landen. Tussen gebieden bestaan er aanzienlijke verschillen in het aandeel migranten zowel naar generatie als naar herkomstland. Wel dient men rekening te houden met het feit dat grote steden zoals Rotterdam ook in trek zijn bij kennismigranten; dit drukt het gemiddeld percentage laaggeletterdheid enigszins. Aandeel migranten in iets hoger dan landelijk, maar veel lager dan in de gemeente Rotterdam Figuur 2 toont de samenstelling van de bevolking naar herkomst. Ten opzichte van Nederland wonen er in gebied relatief iets meer (nietwesterse) migranten. In de gemeente Rotterdam wonen er relatief aanzienlijk meer migranten. In gebied en de gemeente Rotterdam bedraagt het aandeel migranten respectievelijk 29% en 51%. In Nederland bedraagt het aandeel migranten 23%. De meerderheid van de migranten is eerstegeneratiemigrant. Dit geldt voor alle drie de regio's. In gebied Hillegersberg- Schiebroek gaat het om 16% van de bevolking, in de gemeente Rotterdam om 34% en in Nederland om 14%. Ondanks het hogere aandeel migranten in gebied ligt het percentage laaggeletterden lager dan in Nederland. Er zijn dus anderen redenen waarom het laaggeletterdheidspercentage in gebied laag ligt. Figuur 2. Percentage eerste- en tweedegeneratie migranten in de bevolking van 16 tot 65 jaar, gemiddelde Het percentage laaggeletterden is sterk afhankelijk van het aantal scholingsjaren. Vooral onder mensen zonder startkwalificatie (lager onderwijs, Vmbo en Mbo-1) komt laaggeletterdheid vaak voor (zie tabel 1). Tabel 1. Laaggeletterdheid naar hoogstbehaalde opleiding in Nederland (ecbo, 2013) LAAG MIDDELBAAR HOOG Lager onderwijs: Vmbo-bb-kb/Mbo-1: Vmbo-gl/tl: Mbo-2 of hoger: Havo/vwo: Hbo: Wo: 42,3% 24,4% 14,0% 9,2% 2,9% 2,3% 2,5% Weinig laagopgeleiden en veel hoogopgeleiden in In gebied ligt het aandeel inwoners zonder startkwalificatie (laagopgeleid) in de bevolking van 16 tot 65 jaar ruim onder dat van de gemeente Rotterdam en Nederland (zie figuur 3). Daarnaast hebben Rotterdam en Nederland relatief meer middelbaar opgeleiden in de bevolking. Hierdoor hebben Rotterdam en Nederland een kleiner aandeel hoogopgeleiden vergeleken met gebied Hillegersberg- Schiebroek. Omdat laaggeletterdheid vooral voorkomt onder laag- en middelbaar opgeleiden (en juist minder onder hoogopgeleiden), is dit een belangrijke factor voor het lagere laaggeletterdheidspercentage van gebied. Figuur 3. Verdeling van de bevolking van 16 tot 65 jaar naar opleidingsniveau op basis van de hoogstbehaalde opleiding, gemiddelde % 5% 6% 6% 28% 4% 6% 12% 9% 4% 6% 5% Gemeente Rotterdam Nederland Westerse migrant: 1e generatie Niet-westerse migrant: 1e generatie Westerse migrant: 2e generatie Niet-westerse migrant: 2e generatie 25% 41% 41% 36% 34% 36% 31% 28% 28% Laag Middelbaar Hoog Gemeente Rotterdam Nederland Bron: CBS (EBB), bewerking ROA Bron: CBS (EBB), bewerking ROA Pagina 4
5 LAAGGELETTERDHEID EN DE ARBEIDSMARKT Het percentage laaggeletterden verschilt per arbeidsmarktpositie. Gemeenten (en gebieden) met een relatief groot aandeel werkenden en/of studenten hebben in het algemeen een (iets) lager percentage laaggeletterden dan gemeenten met veel werklozen en inactieven. In gebied is het aandeel mensen dat werkt net iets kleiner dan in Nederland, maar wel groter dan in de gemeente Rotterdam (zie figuur 4). Wel zijn er verschillen in de verdeling naar werkenden in loondienst en zelfstandigen. Daarentegen ligt het aandeel studenten in gebied op het landelijk gemiddelde, maar is wel lager dan het aandeel studenten in heel Rotterdam. Het aandeel werklozen in de bevolking van 16 tot 65 jaar is in gebied met 4% gelijk aan dat van Nederland en lager dan dat van de gemeente Rotterdam (). In de industrie- en energiesector, de bouw, zorg & welzijn en handel & horeca zijn in Nederland relatief veel laaggeletterden werkzaam (zie figuur 5). Het percentage laaggeletterden ligt in deze sectoren boven het landelijk gemiddelde van alle sectoren (9%). Figuur 5. Percentage laaggeletterden per sector in Nederland (PIAAC, 2012) 13,9% 12, Figuur 4. Bevolking van 16 tot 65 jaar naar arbeidsmarktposities, gemiddelde % 9, 9,5% 8,6% 8,2% 6,5% 5,0% 80% 60% 40% 20% 20% 24% 21% 4% 4% 13% 13% 16% 12% 10% 22% 16% 22% 28% 31% 31% Industrie & Energie Bouw Zorg & Welzijn Handel & Horeca In gebied zijn relatief weinig mensen werkzaam in de sectoren bouw, industrie en energie. De sectorale verdeling van de arbeidsplaatsen in gebied wijkt hiermee af van de verdeling in de gemeente Rotterdam en Nederland (zie figuur 6). Zo zijn er met name meer personen werkzaam in de sectoren handel & horeca, zorg & welzijn, transport en overige dienstverlening en minder in het openbaar bestuur en de financiële en zakelijke dienstverlening. Dit dempt het percentage laaggeletterdheid enigszins. Figuur 6. Sectorale verdeling arbeidsplaatsen in 2014 Transport Overige dienstverlening F&Z Dienstverlenin g Openbaar bestuur 0% Gemeente Rotterdam Nederland 76% 1 Fulltime werk Parttime werk Zelfstandige Student Werkloos Overig inactief Gemeente Rotterdam 15% 54% 31% Bron: CBS (EBB), bewerking ROA (notabene, de indeling in categorieёn kan afwijken van de officiёle definitie van het CBS) Nederland 18% Bouw, industrie en energie 53% 29% Handel & horeca, zorg & welzijn, transport en ov. dienstverlening Openbaar bestuur en financiele & zakelijke dienstverlening Bron: Bedrijvenregister Zuid-Holland, OBI, LISA 2014, bewerking Etil Pagina 5
6 NIET-WERKENDE WERKZOEKENDEN ZONDER STARTKWALIFICATIE EN UITKERINGSGERECHTIGDEN Uitkeringsgerechtigden vormen een belangrijke doelgroep voor gemeenten omdat onder deze groep laaggeletterdheid relatief veel voorkomt. We vinden relatief veel laaggeletterden onder werklozen en inactieven. Een belangrijke doelgroep voor het aanpakken van laaggeletterdheid zijn de niet-werkende werkzoekenden zonder startkwalificatie (laagopgeleiden). De niet-werkende werkzoekenden bestaan uit WW ers, WWB ers en werkzoekenden zonder uitkering, voor zover ingeschreven als werkzoekende bij UWV. NIET-WERKENDE WERKZOEKENDEN waarvan zonder startkwalificatie 4 (NL: 42%) In gebied staan er in december niet-werkende werkzoekenden bij het UWV geregistreerd. Hiervan hebben niet-werkende werkzoekenden geen startkwalificatie, ofwel 47 procent van het totaal. In Nederland is dat 42 procent. In figuur 7 wordt het aantal niet-werkende werkzoekenden (NWW-ers) zonder en met een startkwalificatie uitgedrukt per inwoners van 16 tot 65 jaar. De cijfers zijn indicatief omdat het aantal niet-werkende werkzoekende in sterke mate wordt bepaald door registratieprocessen van UWV en gemeenten (personen kunnen meerdere keren zijn geteld). In gebied zijn er ten opzichte van Nederland relatief veel NWW-ers zonder en met een startkwalificatie. Ten opzichte van de gemeente Rotterdam doet het gebied het relatief goed; er zijn relatief weinig NWW-ers zonder en met een startkwalificatie. Figuur 7. Aantal niet-werkende werkzoekenden zonder en met een startkwalificatie, december 2015 (per inwoners van 16 tot 65 jaar) Zonder startkwalificatie Bron: UWV (zonder startkwalificatie: basisonderwijs, VMBO en MBO-1) Met de invoering van de Wet werk en zekerheid (Wwz) is er sinds juli 2015 een nieuwe WW-systematiek op basis van inkomstenverrekening. Deze systematiek heeft een structureel verhogend effect op het aantal lopende WW-uitkeringen. Omdat WWers zich ook moeten registreren als werkzoekende, leidt dit ook tot meer NWW-ers. In de tweede helft van 2015 is vooral het aantal NWW-ers met een startkwalificatie sterk toegenomen. 88 Met startkwalificatie Gemeente Rotterdam Nederland 53 Figuur 8 toont het aantal uitkeringsgerechtigden per inwoners van 16 tot 65 jaar naar type uitkering. Het aantal personen met een WW-uitkering ligt in gebied lager dan in de gemeente Rotterdam en Nederland (34 tegenover 41 en 39). Ook het aantal personen met een uitkering vanwege arbeidsongeschiktheid is in gebied relatief laag (51 tegenover 62 en 71). Wel heeft relatief veel werkzoekenden met een bijstandsuitkering: 58 per inwoners. Dit is hoger dan landelijk, maar aanzienlijk lager dan in de gemeente Rotterdam. Figuur 8. Aantal WW-, arbeidsongeschiktheids- (AO) en bijstandsuitkeringen, maart 2015 (per inwoners van 16 tot 65 jaar) Bron: CBS, bewerking Etil Figuur 9 laat zien welk deel van de inwoners in gebied en de gemeente Rotterdam moeite met taal ervaart. Hieruit blijkt dat 'slechts' van de inwoners in dit gebied moeite heeft met spreken en 11% met lezen en/of schrijven. Dit is ruim lager dan in heel Rotterdam (respectievelijk 13% en 19%). Opvallend is wel dat het percentage inwoners dat moeite heeft met lezen en/of schrijven hoger ligt dan het geschatte percentage laaggeletterden in gebied. Dit kan mogelijk verklaard worden door een verschil in onderzoeksmethodiek. Figuur 9. Percentage inwoners dat moeite heeft met spreken, lezen en/of schrijven en geschat percentage laaggeletterden Bron: OBI, ROA WW-uitkering AO-uitkering Bijstandsuitkering Gemeente Rotterdam Nederland 13% 11% % 21% Moeite met spreken Moeite met lezen/schrijven % laaggeletterden Gemeente Rotterdam Pagina 6
7 CONCLUSIES heeft het laagste percentage laaggeletterden van Rotterdam:. Dat is ook ruim onder het landelijk gemiddelde. Laaggelettterdheid hangt samen met achtergrondkenmerken als herkomst, leeftijd en opleidingsniveau. De woongebieden hebben een gunstige bevolkingssamenstelling met veel hoog opgeleiden. Daarnaast ligt het percentage eerste generatie niet-westerse inwoners met 12% onder het stedelijk gemiddelde. Wel heeft het woongebied een oudere bevolkingssamenstelling. Binnen deze groep zijn laaggeletterden oververtegenwoordigd. Laaggeletterden vormen geen uniforme groep. Niet alle laaggeletterden ervaren dan ook in dezelfde mate problemen op het gebied van taal: uit cijfers van de gemeente blijkt dat 4% van de inwoners van zelf aangeeft ondersteuning nodig met taal nodig te hebben, bijvoorbeeld bij de huisarts, op school of bij het gemeenteloket (Gemeente Rotterdam, 2015). Ook heeft een aanzienlijk deel van de laaggeletteren betaald werk. Wel vormen laaggeletterden een kwetsbare groep, bijvoorbeeld in het geval van verlies van werk of veranderingen in de thuissituatie: taal is een belangrijke voorwaarde voor zelfredzaamheid. Het Rotterdamse taalbeleid richt zich daarom op de samenhang tussen laaggeletterdheid en diverse sociale problemen. Taal wordt ingezet als middel om gezonder te kunnen leven, werk te kunnen vinden en te behouden en een bijdrage te leveren aan de Rotterdamse samenleving. Pagina 7
8 BRONNEN en METHODE Gebruikte bronnen De landelijke cijfers over laaggeletterdheid zijn afkomstig uit het PIAAC-onderzoek (Programme for the International Assesment of Adult Competencies) van de OESO. De schattingen van het percentage laaggeletterden op landelijk niveau zijn ontleend aan het onderzoek dat het ROA in opdracht van Stichting Lezen & Schrijven heeft uitgevoerd. Daarnaast is gebruik gemaakt van cijfers van het UWV, het CBS, LISA, de website Rotterdam in cijfers en het dienstencentrum Onderzoek en Business Intelligence (OBI) van de gemeente Rotterdam. Methode voor het bepalen van de regionale laaggeletterdheid De techniek van Kleinedomeinschatters wordt door het CBS en andere statistische bureaus gebruikt om voor eenheden met weinig data (bijvoorbeeld in een wijk) tot meer robuuste schattingen te komen. Zo wordt bijvoorbeeld de werkloosheid per gemeente geschat op basis van deze techniek. Binnen het huidige onderzoek naar laaggeletterdheid binnen de Rotterdamse gebieden, maakt deze methodiek gebruik van het feit dat laaggeletterdheid sterk samenhangt met kenmerken als opleidingsniveau, leeftijd en arbeidsmarktstatus. Via een model waarin maar liefst 18 voorspellers gewogen meegenomen worden, wordt allereerst een synthetische schatting van het percentage laaggeletterdheid per gebied gemaakt. Naast deze synthetische schatting wordt tevens gebruik gemaakt van daadwerkelijk gemeten gegevens van het geletterdheidsniveau van volwassenen in de Rotterdamse gebieden, namelijk uit het internationale PIAAC-onderzoek. Er is per gebied te weinig data beschikbaar om alléén van deze daadwerkelijke gegevens uit te gaan, maar ze zijn wél meegenomen als 19e voorspeller. Om tot de uiteindelijke berekening te komen is dus zowel de synthetische schatting als de daadwerkelijke data meegerekend om zo tot de best mogelijk betrouwbare schatting per gebied te komen. Gebiedsindeling Om het percentage laaggeletterden per gebied van Rotterdam op betrouwbare wijze te kunnen berekenen is een inwonertal van per gebied vereist. Hiertoe zijn een aantal gebieden samengevoegd. Ten eerste zijn de buurten Kop van Zuid en Kop van Zuid-Entrepot van wijk Feijenoord overgeheveld naar wijk Rotterdam Centrum. In tegenstelling tot de overige buurten van Feijenoord kan aan deze wijken een centrumfunctie worden toegeschreven. Ten tweede zijn de wijken Hoogvliet en IJsselmonde samengevoegd tot één gebied. Dit zijn wijken die in dezelfde naoorlogse periode zijn gebouwd. De wijken hebben veel gestapelde laagbouw. Tot slot zijn de wijken Overschie, Hoek van Holland, Pernis, en Rozenburg samengevoegd tot een gebied. Deze wijken zijn oude dorpen en hebben alle een geïsoleerde ligging aan de rand van de stad. De gedetailleerd gebiedsindeling is hieronder weergegeven. Deelgebieden gemeente Rotterdam Charlois Delfshaven Feijenoord IJsselmonde en Hoogvliet Kralingen-Crooswijk Noord Overschie, Pernis, Hoek van Holland en Rozenburg Prins Alexander Stadscentrum & Kop van Zuid CBS-wijken Charlois (incl. Eemhaven/Waalhaven/Waalhaven Zuid) Delfshaven (inclusief Nieuw Mathenesse) Feijenoord (excl. Kop van Zuid/Kop van Zuid-Entrepot) IJsselmonde/Hoogvliet Kralingen-Crooswijk Noord Overschie/Pernis/Hoek van Holland/Rozenburg (incl. overige buurten Haven- en industriegebieden) Prins Alexander Rotterdam Centrum (incl. Kop van Zuid/Kop van Zuid-Entrepot) Pagina 8
LAAGGELETTERDHEID IN HAAGSE HOUT
LAAGGELETTERDHEID IN HAAGSE HOUT Uitgevoerd door: CINOP Advies Etil Kohnstamm Instituut Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA), Maastricht University DEZE FACTSHEETRAPPORTAGE IS ONTWIKKELD
Nadere informatieLAAGGELETTERDHEID IN LAAK
LAAGGELETTERDHEID IN LAAK Uitgevoerd door: CINOP Advies Etil Kohnstamm Instituut Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA), Maastricht University DEZE FACTSHEETRAPPORTAGE IS ONTWIKKELD IN OPDRACHT
Nadere informatieLAAGGELETTERDHEID IN LEIDSCHENVEEN-YPENBURG
LAAGGELETTERDHEID IN LEIDSCHENVEEN-YPENBURG Uitgevoerd door: CINOP Advies Etil Kohnstamm Instituut Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA), Maastricht University DEZE FACTSHEETRAPPORTAGE IS
Nadere informatieLAAGGELETTERDHEID IN PRINS ALEXANDER
LAAGGELETTERDHEID IN PRINS ALEXANDER Uitgevoerd door: CINOP Advies Etil Kohnstamm Instituut Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA), Maastricht University DEZE FACTSHEETRAPPORTAGE IS ONTWIKKELD
Nadere informatieLAAGGELETTERDHEID IN OVERSCHIE, PERNIS, HOEK VAN HOLLAND EN ROZENBURG
LAAGGELETTERDHEID IN OVERSCHIE, PERNIS, HOEK VAN HOLLAND EN ROZENBURG Uitgevoerd door: CINOP Advies Etil Kohnstamm Instituut Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA), Maastricht University
Nadere informatieLAAGGELETTERDHEID IN FEIJENOORD
LAAGGELETTERDHEID IN FEIJENOORD (excl. Kop van Zuid en Kop van Zuid-Entrepot) Uitgevoerd door: CINOP Advies Etil Kohnstamm Instituut Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA), Maastricht University
Nadere informatieLAAGGELETTERDHEID IN KRALINGEN-CROOSWIJK
LAAGGELETTERDHEID IN KRALINGEN-CROOSWIJK Uitgevoerd door: CINOP Advies Etil Kohnstamm Instituut Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA), Maastricht University DEZE FACTSHEETRAPPORTAGE IS ONTWIKKELD
Nadere informatieLAAGGELETTERDHEID IN STADSCENTRUM, KOP VAN ZUID EN KOP VAN ZUID-ENTREPOT
LAAGGELETTERDHEID IN STADSCENTRUM, KOP VAN ZUID EN KOP VAN ZUID-ENTREPOT Uitgevoerd door: CINOP Advies Etil Kohnstamm Instituut Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA), Maastricht University
Nadere informatieLAAGGELETTERDHEID IN IJSSELMONDE EN HOOGVLIET
LAAGGELETTERDHEID IN IJSSELMONDE EN HOOGVLIET Uitgevoerd door: CINOP Advies Etil Kohnstamm Instituut Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA), Maastricht University DEZE FACTSHEETRAPPORTAGE
Nadere informatieLAAGGELETTERDHEID IN CHARLOIS
LAAGGELETTERDHEID IN CHARLOIS Uitgevoerd door: CINOP Advies Etil Kohnstamm Instituut Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA), Maastricht University DEZE FACTSHEETRAPPORTAGE IS ONTWIKKELD IN
Nadere informatieLAAGGELETTERDHEID IN NOORD
LAAGGELETTERDHEID IN NOORD Uitgevoerd door: CINOP Advies Etil Kohnstamm Instituut Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA), Maastricht University DEZE FACTSHEETRAPPORTAGE IS ONTWIKKELD IN OPDRACHT
Nadere informatieLAAGGELETTERDHEID IN DEN HAAG
LAAGGELETTERDHEID IN DEN HAAG Uitgevoerd door: CINOP Advies Etil Kohnstamm Instituut Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA), Maastricht University DEZE FACTSHEETRAPPORTAGE IS ONTWIKKELD IN
Nadere informatieLAAGGELETTERDHEID IN DELFSHAVEN
LAAGGELETTERDHEID IN DELFSHAVEN Uitgevoerd door: CINOP Advies Etil Kohnstamm Instituut Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA), Maastricht University DEZE FACTSHEETRAPPORTAGE IS ONTWIKKELD
Nadere informatieLAAGGELETTERDHEID IN ROTTERDAM
LAAGGELETTERDHEID IN ROTTERDAM Uitgevoerd door: CINOP Advies Etil Kohnstamm Instituut Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA), Maastricht University DEZE FACTSHEETRAPPORTAGE IS ONTWIKKELD
Nadere informatieREGIONALE LAAGGELETTERDHEID Gemeente Enschede
REGIONALE LAAGGELETTERDHEID Gemeente Enschede Uitgevoerd door: Etil Kohnstamm Instituut Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA), Universiteit Maastricht Datum: 22 september 2015 DEZE FACTSHEETRAPPORTAGE
Nadere informatieREGIONALE LAAGGELETTERDHEID Gemeente Smallingerland
REGIONALE LAAGGELETTERDHEID Gemeente Smallingerland Uitgevoerd door: Etil Kohnstamm Instituut Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA), Universiteit Maastricht Datum: 22 september 2015 DEZE
Nadere informatieREGIONALE LAAGGELETTERDHEID Gemeente Breda
REGIONALE LAAGGELETTERDHEID Gemeente Breda Uitgevoerd door: Etil Kohnstamm Instituut Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA), Universiteit Maastricht DEZE FACTSHEETRAPPORTAGE IS ONTWIKKELD
Nadere informatieResearchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA), Maastricht University
LAAGGELETTERDHEID IN DEN HAAG - CONCLUSIES Uitgevoerd door: CINOP Advies Etil Kohnstamm Instituut Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA), Maastricht University DEZE FACTSHEETRAPPORTAGE IS
Nadere informatieBevolking Ommoord. Aantal inwoners. Stand van het aantal inwoners op 1 januari
Bevolking Ommoord Aantal inwoners Stand van het aantal inwoners op 1 januari Buurt Ommoord Gebied Prins Alexander Gemeente Rotterdam 2009 24.147 90.312 587.161 2010 24.195 91.645 592.939 2011 24.504 92.640
Nadere informatieMonitor jeugdwerkloosheid in Rotterdam
rotterdam.nl/onderzoek Monitor jeugdwerkloosheid in Rotterdam Rapportage op wijkniveau, 31 september 2015 Onderzoek en Business Intelligence Rapportage monitor Jeugdwerkloosheid in Rotterdam Rapportage
Nadere informatieMonitor jeugdwerkloosheid in Rotterdam
rotterdam.nl/onderzoek Monitor jeugdwerkloosheid in Rotterdam Rapportage op wijkniveau, 31 maart 2015 Onderzoek en Business Intelligence Rapportage monitor Jeugdwerkloosheid in Rotterdam Rapportage op
Nadere informatieDoelgroepenanalyse Rotterdam Oude Noorden
Doelgroepenanalyse Rotterdam Oude Noorden Doelgroepen Iedereen is welkom bij Resto VanHarte. Maar mensen of groepen die sociaal geïsoleerd zijn of dreigen te raken krijgen onze speciale aandacht. Wij willen
Nadere informatieWerkloosheid in Helmond 2012 Samenvatting en conclusies
Werkloosheid in Helmond 2012 Samenvatting en conclusies Aanleiding Sinds 2006 publiceert de Gemeente Helmond jaarlijks gedetailleerde gegevens over de werkloosheid in Helmond. De werkloosheid in Helmond
Nadere informatieMonitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2015
1 Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2015 Fact sheet juni 20 De werkloosheid onder Amsterdamse jongeren is het afgelopen jaar sterk gedaald. Van de 3.00 Amsterdamse jongeren in de leeftijd van 15
Nadere informatieJongeren in Rotterdam en Nederland, 2007 en 2011. Vinodh Lalta, CBS-CvB
Jongeren in Rotterdam en Nederland, 2007 en 2011 Vinodh Lalta, CBS-CvB Centrum voor Beleidsstatistiek Commerciële afdeling van het CBS Maakt zelf geen statistieken, maar combineert en koppelt bestaande
Nadere informatieMonitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2014
1 Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2014 Fact sheet juni 2015 De werkloosheid onder Amsterdamse jongeren is voor het eerst sinds enkele jaren weer gedaald. Van de bijna 140.000 Amsterdamse jongeren
Nadere informatieJeugdwerkloosheid Amsterdam
Jeugdwerkloosheid Amsterdam 201-201 Factsheet maart 201 De afgelopen jaren heeft de gemeente Amsterdam fors ingezet op het terugdringen van de jeugdwerkloosheid. Nu de aanpak jeugdwerkloosheid is afgelopen
Nadere informatieMonitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2016
1 Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 20 Fact sheet april 20 De totale werkloosheid onder Amsterdamse jongeren is het afgelopen jaar vrijwel gelijk gebleven aan 2015. Van de 14.000 Amsterdamse jongeren
Nadere informatieFactsheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2014. Werkloosheid stijgt naar 24% Definities. Nummer 6 juni 2014
Nummer 6 juni 2014 Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2014 Factsheet Ondanks eerste tekenen dat de economie weer aantrekt blijft de werkloosheid. Negen procent van de Amsterdamse beroepsbevolking is werkloos
Nadere informatieWerkloosheid 50-plussers
Gemeente Amsterdam Werkloosheid 50-plussers Amsterdam, 2017 Factsheet maart 2018 Er zijn ruim 150.000 Amsterdammers in de leeftijd van 50 tot en met 64 jaar. Hiervan is 64% aan het werk. Ongeveer 6.200
Nadere informatieJeugdwerkloosheid. achtergronddocument
Jeugdwerkloosheid achtergronddocument Jeugdwerkloosheid In opdracht van: OJZ en Participatie Projectnummer: Idske de Jong Anne Huijzer Robert Selten Carine van Oosteren Bezoekadres: Oudezijds Voorburgwal
Nadere informatieMonitor jeugdwerkloosheid over. Achtergrondrapportage bij de factsheet Jeugdwerkloosheid. Onderzoek, Informatie en Statistiek
Monitor jeugdwerkloosheid over Achtergrondrapportage bij de factsheet Jeugdwerkloosheid In opdracht van: WPI en OJZ Projectnummer: (( Idske de Jong Bezoekadres: Oudezijds Voorburgwal, Postbus.0, AR Amsterdam
Nadere informatieLangdurige werkloosheid in Nederland
Langdurige werkloosheid in Nederland Robert de Vries In 25 waren er 483 duizend werklozen. Hiervan waren er 23 duizend 42 procent langdurig werkloos. Langdurige werkloosheid komt vooral voor bij ouderen.
Nadere informatieVeilig opgroeien in Leeuwarden Laaggeletterdheid in de provincie Fryslân Uitsplitsing per gemeente
Veilig opgroeien in Leeuwarden 2015 Laaggeletterdheid in de provincie Fryslân Uitsplitsing per gemeente Colofon Laaggeletterdheid Provincie Fryslân Opdrachtgever Provincie Fryslân Projectleiding Sjoerd
Nadere informatieFeitenkaart VVE-monitor Rotterdam 2013
Maart 2014 Feitenkaart VVE-monitor Rotterdam 2013 Onderzoek peuterspeelzalen en kinderdagverblijven Deze feitenkaart bevat de resultaten van de jaarlijkse Oktobertelling onder alle Rotterdamse peuterspeelzalen
Nadere informatieJeugdwerkloosheid Amsterdam over 2017
Gemeente Amsterdam Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 201 Factsheet maart 201 De totale werkloosheid onder Amsterdamse jongeren is het afgelopen jaar sterk gedaald ten opzichte van 201. Van de.000 Amsterdamse
Nadere informatieFeitenkaart VVE-monitor Rotterdam 2012 Onderzoek peuterspeelzalen en kinderdagverblijven
Feitenkaart VVE-monitor Rotterdam 2012 Onderzoek peuterspeelzalen en kinderdagverblijven 1 Onderzoek en Business Intelligence Deze feitenkaart bevat de resultaten van de jaarlijkse Oktobertelling onder
Nadere informatieJeugdwerkloosheid Nieuw-West
1 Jeugdwerkloosheid Factsheet september 2014 Er zijn in ruim 26.000 jongeren in de leeftijd van 15 tot 27 jaar (januari 2014). Veel jongeren volgen een opleiding of hebben een baan. De laatste jaren zijn
Nadere informatieECONOMISCHE MONITOR EDE 2015 I
ECONOMISCHE MONITOR EDE 2015 I In deze economische monitor vindt u cijfers over de werkgelegenheid en de arbeidsmarkt van de gemeente Ede. Van de arbeidsmarkt zijn gegevens opgenomen van de tweede helft
Nadere informatieMaandelijkse cijfers over de werkloze beroepsbevolking van het CBS en nietwerkende werkzoekenden van het UWV
16 februari 2012 Maandelijkse cijfers over de werkloze beroepsbevolking van het CBS en nietwerkende werkzoekenden van het UWV Samenvatting Het CBS (Centraal Bureau voor de Statistiek) en UWV publiceren
Nadere informatieFact sheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2013
Fact sheet nummer 9 juli 2013 Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2013 Er zijn in Amsterdam bijna 135.000 jongeren in de leeftijd van 15 tot 27 jaar (januari 2013). Veel jongeren volgen een opleiding of
Nadere informatiejeugdwerkloosheid Zuid Definities Fact sheet augustus 2014
1 Jeugdwerkloosheid Fact sheet augustus 2014 In wonen 21.500 jongeren in de leeftijd van 15 tot 27 jaar (januari 2014). Veel jongeren volgen een opleiding of hebben een baan, maar de laatste jaren zijn
Nadere informatiejeugdwerkloosheid Oost Definities Fact sheet augustus 2014
1 Jeugdwerkloosheid Fact sheet augustus 2014 Er zijn in bijna 21.500 jongeren in de leeftijd van 15 tot 27 jaar (januari 2014). De meeste jongeren volgen een opleiding of hebben een baan. De laatste jaren
Nadere informatieNieuwsflits Arbeidsmarkt. Januari 2013
Nieuwsflits Arbeidsmarkt Januari 2013 Inhoudsopgave WW-uitkeringen 2 Niet-werkende werkzoekenden geregistreerd bij UWV WERKbedrijf 4 Ingediende vacatures UWV 5 Ingediende ontslagaanvragen en verleende
Nadere informatieCentraal Bureau voor de Statistiek. Maandelijkse cijfers over de werklozen en niet-werkende werkzoekenden van het CBS en UWV.
17 maart 2011 Maandelijkse cijfers over de werklozen en niet-werkende werkzoekenden van het CBS en UWV Samenvatting Het CBS (Centraal Bureau voor de Statistiek) en UWV publiceren maandelijks in een gezamenlijk
Nadere informatieResearchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt Geletterdheid: waarom is het belangrijk en welke regio s blijven achter?
Geletterdheid: waarom is het belangrijk en welke regio s blijven achter? Rolf van der Velden Het PIAAC project Program for the International Assessment of Adult Competencies (PIAAC) van OECD. 24 landen;
Nadere informatiecentrum voor onderzoek en statistiek
centrum voor onderzoek en statistiek WONEN, LEVEN EN UITGAAN IN ROTTERDAM 1999 Resultaten uit de Vrijetijdsomnibus 1999 Projectnummer: 99-1412 drs. S.G. Rijpma, drs. P.A. de Graaf Centrum voor Onderzoek
Nadere informatieFactsheet Jongeren buiten beeld 2013
Factsheet Jongeren buiten beeld 2013 1. Aanleiding en afbakening Het ministerie van SZW heeft CBS gevraagd door het combineren van verschillende databestanden meer inzicht te geven in de omvang en kenmerken
Nadere informatiejeugdwerkloosheid 64% werklozen volgt opleiding 800 jongeren geregistreerd als werkloze
1 Jeugdwerkloosheid Fact sheet augustus 2014 Er zijn in ruim 15.000 jongeren in de leeftijd van 15 tot 27 jaar (januari 2014). Veel jongeren volgen een opleiding of hebben een baan. De laatste jaren zijn
Nadere informatieMonitor jeugdwerkloosheid over. Achtergrondrapportage bij de factsheet Jeugdwerkloosheid. Onderzoek, Informatie en Statistiek
Monitor jeugdwerkloosheid over Achtergrondrapportage bij de factsheet Jeugdwerkloosheid In opdracht van: WPI en OJZ Projectnummer: ()* Idske de Jong Francien Meester Bezoekadres: Oudezijds Voorburgwal
Nadere informatieBIJLAGEN. Jaarrapport integratie 2013
Jaarrapport integratie 2013 Willem Huijnk Mérove Gijsberts Jaco Dagevos BIJLAGEN Bijlage bij hoofdstuk 2... 2 Bijlage bij hoofdstuk 3... 8 Bijlage bij hoofdstuk 4... 11 Bijlage bij hoofdstuk 5... 14 Bijlage
Nadere informatieThemabijeenkomst regionale arbeidsmarkt. Elburg, Ermelo, Harderwijk, Nijkerk, Nunspeet, Oldebroek, Putten en Zeewolde
Themabijeenkomst regionale arbeidsmarkt Elburg, Ermelo, Harderwijk, Nijkerk, Nunspeet, Oldebroek, Putten en Zeewolde Aandachtspunten Even voorstellen: Willem van der Craats De werkgelegenheidsstructuur
Nadere informatie8. Werken en werkloos zijn
8. Werken en werkloos zijn In 22 is de arbeidsdeelname van allochtonen niet meer verder gestegen. Onder autochtonen is het aantal personen met werk nog wel licht toegenomen. De arbeidsdeelname onder Surinamers,
Nadere informatieApril 2012 Minder niet-werkende werkzoekenden (NWW) Aantal WW-uitkeringen opnieuw licht gedaald
April 2012 Minder niet-werkende werkzoekenden (NWW) - 471.100 werkzoekenden geregistreerd bij UWV WERKbedrijf - Daling jonge werkzoekenden - Vooral daling agrarische beroepen en technische/industriële
Nadere informatieCBS-berichten: Veranderingen in de arbeidsparticipatie in Nederland sinds 1970
CBS-berichten: Veranderingen in de arbeidsparticipatie in Nederland sinds 1970 Lian Kösters, Paul den Boer en Bob Lodder* Inleiding In dit artikel wordt de arbeidsparticipatie in Nederland tussen 1970
Nadere informatieErratum Jaarboek onderwijs 2008
Centraal Bureau voor de Statistiek Erratum 13 december 2007 Erratum Jaarboek onderwijs 2008 Ondanks de zorgvuldigheid waarmee deze publicatie is samengesteld, is een aantal zaken niet juist vermeld. Onze
Nadere informatieAlleenstaande moeders op de arbeidsmarkt
s op de arbeidsmarkt Moniek Coumans De arbeidsdeelname van alleenstaande moeders is lager dan die van moeders met een partner. Dit verschil hangt voor een belangrijk deel samen met een oververtegenwoordiging
Nadere informatieNieuwsflits Arbeidsmarkt. December 2012
Nieuwsflits Arbeidsmarkt December 2012 Inhoudsopgave WW-uitkeringen 2 Niet-werkende werkzoekenden geregistreerd bij UWV WERKbedrijf 4 Ingediende vacatures UWV 5 Ingediende ontslagaanvragen en verleende
Nadere informatieNEETs in Limburg: trends, spreiding, en duiding. NEETs in Limburg: trends, spreiding, en duiding
ROA NEETs in Limburg: trends, spreiding, en duiding NEETs in Limburg: trends, spreiding, en duiding ROA Fact Sheet ROA-F-2018/2 ROA-F-2018/2 Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt ROA Researchcentrum
Nadere informatieArbeidsmarkt MRA in 2014 in beeld
Arbeidsmarkt MRA in 201 in beeld Nieuwsbericht Onderzoek, Informatie en Statistiek, juli 201 De Economische Verkenningen Metropoolregio Amsterdam geven een beeld van de arbeidsmarktsituatie in de MRA tot
Nadere informatieWerktijden van de werkzame beroepsbevolking
Werktijden van de werkzame beroepsbevolking Ingrid Beckers Ruim de helft van de werkzame beroepsbevolking werkte in 22 op onregelmatige tijden. Werken in de avonduren en op zaterdag komt het meeste voor.
Nadere informatieMonitor lage inkomens DG Feijenoord Een analyse van de doelgroep van het armoedebeleid in de deelgemeente Feijenoord, gemeente Rotterdam
Monitor lage inkomens Een analyse van de doelgroep van het armoedebeleid in de deelgemeente Feijenoord, gemeente Rotterdam Frans Moors m.m.v. Paul de Graaf (COS) 2011 Sociale Zaken en Werkgelegenheid [SoZaWe],
Nadere informatieEvaluatierapport sloop- en terugkoopregeling Gemeente Rotterdam
Evaluatierapport sloop- en terugkoopregeling Gemeente Rotterdam Sarah Boer Özcan Erdem Onderzoek en Business Intelligence (OBI) Februari 2017 In opdracht van cluster Stadsontwikkeling- Ruimte en Wonen
Nadere informatie7. Deelname en slagen in het hoger onderwijs
7. Deelname en slagen in het hoger onderwijs Vergeleken met autochtonen is de participatie in het hoger onderwijs van niet-westerse allochtonen ruim twee keer zo laag. Tussen studiejaar 1995/ 96 en 21/
Nadere informatieNieuwsflits Arbeidsmarkt. Maart 2013
Nieuwsflits Arbeidsmarkt Maart 2013 Inhoudsopgave WW-uitkeringen 2 Niet-werkende werkzoekenden geregistreerd bij UWV WERKbedrijf 4 Ingediende vacatures UWV 5 Ingediende ontslagaanvragen en verleende ontslagvergunningen
Nadere informatieAantal werkzoekenden en WW-uitkeringen verder gestegen in februari
Februari 2009 Aantal werkzoekenden en WW-uitkeringen verder gestegen 2 Ingediende vacatures 5 Vraag en aanbod bij UWV WERKbedrijf 6 Verleende ontslagvergunningen 7 Statistische bijlage 8 Toelichting NWW
Nadere informatieInschatting van het risico op laaggeletterdheid per wijk Laaggeletterdheid in Gouda
Inschatting van het risico op laaggeletterdheid per wijk Laaggeletterdheid in Gouda ProBiblio, in opdracht van Bibliotheek Gouda 4 september 2016 2 COLOFON Inschatting van het risico op laaggeletterdheid
Nadere informatieSeptember Vrijwel evenveel WW-uitkeringen als in augustus
September 2012 Vrijwel evenveel WW-uitkeringen als in ustus - - 304.400 lopende WW-uitkeringen, bijna evenveel als in ustus en 21 procent meer dan een jaar geleden Aantal lopende WW-uitkeringen voor jongeren
Nadere informatieDe positie van etnische minderheden in cijfers
De positie van etnische minderheden in cijfers tabel b.. Omvang van de allochtone bevolking in Nederland naar herkomst (00 en prognose voor 00 en 0), aantallen x 00, per januari Bron: CBS, Allochtonen
Nadere informatieJongeren op de arbeidsmarkt
Jongeren op de arbeidsmarkt Tanja Traag In 23 was 11 procent van alle jongeren werkloos. Jongeren die geen onderwijs meer volgen, hebben een andere positie op de arbeidsmarkt dan jongeren die wel een opleiding
Nadere informatieMeerdere keren zonder werk
Meerdere keren zonder werk Antoinette van Poeijer Ontvangers van een - of bijstandsuikering en ers worden gestimuleerd (weer) aan de slag te gaan. In veel gevallen is dat succesvol. Er zijn echter ook
Nadere informatieAllochtonen op de arbeidsmarkt 2009-2010
FORUM Maart Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt 9-8e monitor: effecten van de economische crisis In steeg de totale werkloosheid in Nederland met % naar 26 duizend personen. Het werkloosheidspercentage
Nadere informatieNovember 2012 WW-uitkeringen bijna verdubbeld sinds begin crisis eind 2008 Niet-werkende werkzoekenden (NWW) met ruim 30.
November 2012 WW-uitkeringen bijna verdubbeld sinds begin crisis eind 2008-322.300 lopende WW-uitkeringen, 4 procent meer dan in ober - Veel meer uitkeringen voor jongeren (+13,4%) - Sterkste toename sectoren
Nadere informatieOktober 2012 WW-uitkeringen vooral toegenomen in seizoensgevoelige sectoren Meer dan een half miljoen niet-werkende werkzoekenden (NWW)
Oktober 2012 WW-uitkeringen vooral toegenomen in seizoensgevoelige sectoren - 309.900 lopende WW-uitkeringen, 1,8 procent meer dan in tember - Bovengemiddelde stijging lopende WW-uitkeringen horeca (+6,3%)
Nadere informatieFact sheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam. nummer 5 maart 2013
Fact sheet nummer 5 maart 2013 Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam Er zijn ruim 133.000 jongeren van 15 tot en met 26 jaar in Amsterdam (januari 2012). Met de meeste jongeren gaat het goed in het onderwijs
Nadere informatieMet een startkwalificatie betere kansen op de arbeidsmarkt
Met een startkwalificatie betere kansen op de arbeidsmarkt Ingrid Beckers en Tanja Traag Van alle jongeren die in 24 niet meer op school zaten, had 6 procent een startkwalificatie, wat inhoudt dat ze minimaal
Nadere informatieRapportage WW 50plus. Januari 2016
Rapportage WW 50plus Januari 2016 Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1 WW-uitkeringen 2 Toelichting WW/NWW/WBB 12 Colofon 13 Rapportage WW 50plus 1 WW-uitkeringen WW-uitkeringen 1 50-plus 2016 2015 2015 2014
Nadere informatieNieuwsflits Arbeidsmarkt. Oktober 2016
Nieuwsflits Arbeidsmarkt Oktober 2016 Inhoudsopgave WW-uitkeringen 2 Ingediende ontslagaanvragen en verleende ontslagvergunningen 6 Statistische bijlage 7 Toelichting NWW/WW/WBB 15 Colofon De Nieuwsflits
Nadere informatieCentraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkloosheid niet-westerse allochtonen in 2008 licht gedaald
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB09-013 17 februari 2009 9.30 uur Werkloosheid niet-westerse allochtonen in 2008 licht gedaald Minder sterke daling werkloosheid niet-westerse allochtonen
Nadere informatieNieuwsflits Arbeidsmarkt. November 2016
Nieuwsflits Arbeidsmarkt November 2016 Inhoudsopgave WW-uitkeringen 2 Ingediende ontslagaanvragen en verleende ontslagvergunningen 6 Statistische bijlage 7 Toelichting NWW/WW/WBB 15 Colofon De Nieuwsflits
Nadere informatieHuishoudens met inkomen naar belangrijkste bron
INKOMENSBRONNEN ROTTERDAM EN REGIO 2002 In de zomer van 2005 zijn de inkomensgegevens op gemeentelijk, deelgemeentelijk en buurtniveau uit het Regionaal Inkomens Onderzoek 2002 van het CBS beschikbaar
Nadere informatieInkomsten uit arbeid van vrouwen en hun partners
Inkomsten uit arbeid van vrouwen en hun s Karin Hagoort en Maaike Hersevoort In 24 verdienden samenwonende of gehuwde vrouwen van 25 tot 55 jaar ongeveer de helft van wat hun s verdienden. Naarmate het
Nadere informatieNieuwsflits Arbeidsmarkt. Januari 2017
Nieuwsflits Arbeidsmarkt Januari 2017 Inhoudsopgave WW-uitkeringen 2 Ingediende ontslagaanvragen en verleende ontslagvergunningen 6 Statistische bijlage 7 Toelichting NWW/WW/WBB 15 Colofon De Nieuwsflits
Nadere informatieFeitenkaart vve-monitor Rotterdam 2015
April 2016 Feitenkaart vve-monitor Rotterdam 2015 Onderzoek peuterspeelzalen en kinderdagverblijven 1 Deze feitenkaart bevat de resultaten van de jaarlijkse oktobertelling onder alle Rotterdamse peuterspeelzalen
Nadere informatieFORUM Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt: effecten van de economische crisis 2 e kwartaal 2009
FORUM Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt: effecten van de economische crisis 2 e kwartaal 29 Groei van werkloosheid onder zet door! In het 2 e kwartaal van 29 groeide de werkloosheid onder (niet-westers)
Nadere informatieMannen geven veel vaker leiding dan vrouwen
nen geven veel vaker leiding dan vrouwen Astrid Visschers en Saskia te Riele In 27 gaf 14 procent van de werkzame beroepsbevolking leiding aan of meer personen. Dit aandeel is de afgelopen jaren vrijwel
Nadere informatieJuli 2012 Bijna WW-uitkeringen Meer werkzoekenden (NWW) dan een jaar geleden
Juli 2012 Bijna 300.000 WW-uitkeringen - 298.000 lopende WW-uitkeringen - Aantal WW-uitkeringen gestegen ten opzichte van voorgaande maand (2,5%) - Ruim de helft meer WW-uitkeringen voor jongeren dan in
Nadere informatieMaart 2012 Niet-werkende werkzoekenden (NWW) gedaald Minder WW-uitkeringen
Maart 2012 Niet-werkende werkzoekenden (NWW) gedaald - 477.800 werkzoekenden geregistreerd bij UWV WERKbedrijf - Minder werkzoekenden van 35-45 jaar dan een jaar geleden - Toename werkzoekenden met (para)
Nadere informatieKerncijfers leefstijlmonitor seksuele gezondheid 2015
Kerncijfers leefstijlmonitor seksuele gezondheid 2015 Over welke cijfers hebben we het? In Nederland worden gegevens over de leefstijl van de bevolking verzameld door meerdere thema-instituten die elk
Nadere informatieRotterdamse schoolverlaters op achterstand
Relatief zwakke perspectieven voor lager opgeleiden Rotterdamse schoolverlaters op achterstand Arjen Edzes, Marten Middeldorp en Jouke van Dijk - Rijksuniversiteit Groningen. Schoolverlaters in Rotterdam
Nadere informatieNieuwsflits Arbeidsmarkt. Zeeland, maart 2016
Nieuwsflits Arbeidsmarkt Zeeland, maart 2016 Doorstroom van WW naar bijstand in grotere gemeenten hoger Het aantal mensen dat na afloop van de WW in de bijstand terecht komt groeide de afgelopen jaren.
Nadere informatieMei 2012 Minder niet-werkende werkzoekenden (NWW) Aantal WW-uitkeringen iets afgenomen
Mei 2012 Minder niet-werkende werkzoekenden (NWW) - 465.000 werkzoekenden geregistreerd bij UWV WERKbedrijf - Aantal jonge werkzoekenden met 5,6 procent afgenomen - Vooral daling werkzoekenden met korte
Nadere informatieNienke Miedema Programma Langer Thuis
Nienke Miedema Programma Langer Thuis Wat is de woningbehoefte van ouderen in Rotterdam? 2 Steeds meer ouderen Inwoners op 1 januari 2016 Gebied 65-74 jr 75-84 jr 85plus Bevolking Totaal totaal 65+ %65+
Nadere informatieArbeidsmarktanalyse HCA Noord-Brabant
Arbeidsmarktanalyse HCA Noord-Brabant Factsheetrapportage sector biobased economie De provincie Noord-Brabant heeft door Etil het onderzoek 'Arbeidsmarktanalyse HCA Noord-Brabant' laten uitvoeren. Om het
Nadere informatieAugustus 2012 Aantal WW-uitkeringen boven de Bijna werkzoekenden (NWW) meer dan in juli
Augustus 2012 Aantal WW-uitkeringen boven de 300.000 - Lopende WW-uitkeringen met 2 procent gestegen tot 304.000 - Aantal lopende uitkeringen in onderwijssector met 27 procent toegenomen - Uitkeringen
Nadere informatieAantal werkzoekenden en aantal WWuitkeringen
Juni 2009 Aantal werkzoekenden en WW-uitkeringen 2 Ingediende vacatures 5 Vraag en aanbod bij UWV WERKbedrijf 6 Ingediende ontslagaanvragen en verleende ontslagvergunningen 7 Statistische bijlage 8 Toelichting
Nadere informatieNiet-werkende werkzoekenden en uitkeringsgerechtigden
Niet-werkende werkzoekenden en uitkeringsgerechtigden Gemeente Enschede 2002-2006 Centrum voor Beleidsstatistiek Frank van der Linden, Daniëlle ter Haar Centraal Bureau voor de Statistiek Voorburg/Heerlen,
Nadere informatieArbeidsmarkt Achterhoek Februari 2013
Arbeidsmarkt Achterhoek Februari 2013 Inhoud Werkgelegenheid Vacatures Werkloosheid Bevolkingsontwikkeling Aandachtspunten komende jaren Activiteiten POA Achterhoek PAG 2 Structuur werkgelegenheid regio
Nadere informatieafdeling Beleidsonderzoek en Geo Informatie inkomen
101 inkomen 9 102 Inkomen 1) Inkomens van huishoudens Huishoudens in Hengelo hadden in 2007 een gemiddeld besteedbaar inkomen van 30.700 per jaar. Het gemiddeld besteedbaar inkomen van huishoudens in Hengelo
Nadere informatieVerwachte baanvindduren werkloze 45-plussers
Sociaaleconomische trends 213 Verwachte baanvindduren werkloze 45-plussers Harry Bierings en Bart Loog juli 213, 2 CBS Centraal Bureau voor de Statistiek Sociaaleconomische trends, juli 213, 2 1 De afgelopen
Nadere informatie