Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 24 Huurwaardekapitalisatie

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 24 Huurwaardekapitalisatie"

Transcriptie

1 Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 24 Huurwaardekapitalisatie Waardepeildatum 1 januari 2016

2 Colofon Taxatiewijzer Kapitalisatiefactor, waardepeildatum 1 januari 2016 Deze taxatiewijzer is een uitgave van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten. Copyright Vereniging van Nederlandse Gemeenten 2016 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en / of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of worden opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten. Dit verbod betreft tevens de gehele of gedeeltelijke bewerking. Uitgevers en samenstellers verklaren dat deze uitgave op zorgvuldige wijze en naar beste weten is samengesteld, evenwel kunnen uitgever en samenstellers op geen enkele wijze instaan voor de juistheid of volledigheid van de informatie. Uitgever en samenstellers aanvaarden dan ook geen enkele aansprakelijkheid voor schade, van welke aard ook, die het gevolg is van handelingen en / of beslissingen die gebaseerd zijn op de in deze uitgave opgenomen informatie. Gebruikers van de in deze uitgave opgenomen informatie wordt met nadruk aangeraden deze informatie niet geïsoleerd te gebruiken, maar tevens af te gaan op hun professionele kennis en ervaring en de te gebruiken informatie te allen tijde te controleren. Taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie Pagina 2

3 VOORWOORD Voor u ligt de landelijke taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie naar waardepeildatum 1 januari Deze taxatiewijzer is in opdracht van de VNG tot stand gekomen in de Taxatietechnische Kerngroep. Daarin hebben deelgenomen de VNG, de Waarderingskamer, de gemeenten Amsterdam, Den Haag, Rotterdam, Belastingsamenwerking gemeenten & Hoogheemraadschap Utrecht (Bghu), GB Twente en de taxatiebedrijven Antea Group, GeoTax, SMQ, Invast Hotels, KONDAR, Ortec Finance, Van Ameyde Waarderingen, Thorbecke, TOG Nederland, en Wiberg Taxaties. Het Taxatie Overleg (TO) van de Landelijke Vereniging Lokale Belastingen (LLVB) heeft een inhoudelijke bijdrage geleverd via de Werkgroep Kapitalisatiefactor. De werkgroep heeft samen met de producent de taxatiewijzer Kapitalisatiefactor 2015 geëvalueerd en gezamenlijk een aantal verbeteringen besproken. Deze verbeteringen hebben bijgedragen aan deze taxatiewijzer. In de werkgroep Kapitalisatiefactor hebben deelgenomen de Waarderingskamer, de gemeenten Rotterdam, Den Haag, Utrecht, Leeuwarden, GR Cocensus (o.a. Haarlem, Haarlemmermeer), Hilversum, Almere en Amsterdam. De taxatiewijzer is ten opzichte van vorig jaar op een aantal onderdelen aangevuld, wij verwijzen hiervoor naar bladzijde 4, Wijzigingen ten opzichte van de Taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie, waardepeildatum 1 januari 2015 versie 1.0. We vertrouwen erop dat de verbeteringen in deze taxatiewijzer er toe bijdragen dat WOZ taxaties voor de courante niet woning verder kunnen worden geprofessionaliseerd. Taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie Pagina 3

4 Wijzigingen ten opzichte van de Taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie, waardepeildatum 1 januari 2015, versie 1.0 Onderstaand wordt een overzicht gegeven van de inhoudelijke (niet-redactionele) verschillen in de hoofdstukken ten opzichte van de Taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie, waardepeildatum 1 januari 2015 versie 1.0. Hoofdstuk Onderwerp Wijziging Risico-opslag op vastgoed Risico-opslagen aangepast naar 2016 Bijlage 2 Onderhoudskosten Diverse tabellen aangepast naar 2016 Bijlage 3 Herbouwkosten Diverse tabellen aangepast naar 2016 Bijlage 4 Overzicht tabel kosten koper Tabel aangepast naar 2016 Taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie Pagina 4

5 INHOUDSOPGAVE 1 STREKKING VAN DEZE TAXATIEWIJZER Algemeen Specifieke aandachtspunten taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie Van beleggingstransactie naar waarde in het economische verkeer Marktanalyse Stappen toepassen kapitalisatie bruto huur DE BRUTO HUURWAARDE Getaxeerde markthuurwaarde Incentives en de invloed op de huurwaarde DE BRUTO KAPITALISATIEFACTOR Opbouw van de bruto kapitalisatiefactor (bottom-up) Het Netto Aanvangsrendement (NAR) Exploitatielasten Correctie kosten koper BIJLAGE 1 - ALGEMENE BESCHRIJVING BIJLAGE 2 - OVERZICHT EXPLOITATIEKOSTEN EN VERZEKERINGSPREMIES BIJLAGE 3 - OVERZICHT HERBOUWWAARDEN BIJLAGE 4 - OVERZICHT KOSTEN VOOR DE KOPER BIJLAGE 5 - REKENBLAD HUURWAARDEKAPITALISATIE MONITOR BIJLAGE 6 - REKENBLAD CONTANTE WAARDEBEREKENING BIJLAGE 7 - VEREENVOUDIGD REKENMODEL BIJLAGE 8 - OVERZICHT INCENTIVE BEREKENING BIJLAGE 9 - REKENBLAD VERKOOPTRANSACTIE BIJLAGE 10 - VERKLARENDE WOORDENLIJST Taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie Pagina 5

6 1 Strekking van deze taxatiewijzer 1.1 Algemeen De taxatiewijzer die voor u ligt, omvat een omschrijving van de methodiek, kengetallen en parameters. Ook vindt u een rekenblad. De combinatie hiervan dient als hulpmiddel om de huurwaardekapitalisatiemethode (HWK-methode) te kunnen toepassen. De kengetallen en parameters zijn normgetallen. De gebruiker kan hiervan afwijken en een motivering aangeven. Het is van belang dat gemeenten, en de voor hen werkende taxateurs, deze kengetallen en parameters via het proces Permanente Marktanalyse (PMA) controleren en nader onderbouwen met lokale en/of regionale transactieprijzen van soortgelijke nietwoningen. De kengetallen en parameters hebben vooral betrekking op het bepalen van de kapitalisatiefactor. Hiervoor zijn landelijke kengetallen bruikbaar. Voor het bepalen van de markthuurwaarde moet de gemeente zelf (mogelijk in samenwerking met andere gemeenten) lokale of regionale marktanalyse (laten) uitvoeren. Ten aanzien van het bepalen van de getaxeerde huurwaarde richt deze wijzer zich alleen op de methodiek om incentives zoals huurkortingen en huurvrije perioden in de getaxeerde huurwaarde te betrekken. Op dit moment is het nog niet mogelijk om alle gegevens (die gebruikt worden om op de in deze taxatiewijzer beschreven wijze de kapitalisatiefactor te berekenen) vast te leggen in de WOZ-administratie, of om deze gegevens uit te wisselen tussen de verschillende applicaties. Met de Waarderingskamer vindt overleg plaats over de vraag welke gegevens per getaxeerd object moeten worden vastgelegd, de definitie van deze gegevens en de manier waarop deze gegevens uitgewisseld kunnen worden. 1.2 Specifieke aandachtspunten taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie Uitgangspunten Wet WOZ In het kader van de Wet WOZ wordt conform artikel 17, het 2 e lid, de waarde van een onroerende zaak gesteld op de waarde in het economische verkeer indien de volle en onbezwaarde eigendom kan worden overgedragen en de verkrijger de zaak in de staat waarin die zich bevindt, onmiddellijk en in volle omvang in gebruik zou kunnen nemen. Eén van de methoden voor het bepalen van de waarde in het economische verkeer van nietwoningen is "een methode van kapitalisatie van de bruto huurwaarde" (Uitvoeringsregeling instructie waardebepaling Wet waardering onroerende zaken). Voor het bepalen van de bruto huurwaarde wordt aangesloten bij gerealiseerde markthuurprijzen rondom de waardepeildatum. Een belangrijke informatiebron zijn de nieuwe huurcontracten die min of meer rondom de waardepeildatum zijn afgesloten. Bij de taxatie van de WOZ-waarde wordt uitgegaan van de bruto huurprijs zoals deze door de huurder wordt betaald. Dit is dus de huurprijs inclusief de kosten voor beheer en exploitatie van het pand maar zonder de te betalen servicekosten. Om de getaxeerde huurwaarde te kunnen omzetten in een waarde in het economische verkeer, wordt de getaxeerde (bruto) huurwaarde vermenigvuldigd met een kapitalisatiefactor. Taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie Pagina 6

7 Voor het bepalen van de kapitalisatiefactor moet conform de Waarderingsinstructie aansluiting worden gezocht bij verkooptransacties die voldoen aan de ficties zoals genoemd in artikel 17, tweede lid, van de Wet WOZ. Hierin staat dat het onbezwaarde eigendom moet kunnen worden overgedragen en de verkrijger de zaak onmiddellijk en in volle omvang in gebruik neemt, rekening houdend met de staat waarin de zaak zich bevindt. Een verduidelijking van de voorgaande omschrijving luidt als volgt: De transactie van de onroerende zaak moet tot stand zijn gekomen tussen twee onafhankelijk van elkaar opererende partijen. Het volle eigendom moet worden geleverd, waarbij moet worden gelet op eventuele bijzondere omstandigheden (erfpacht, recht van opstal, vruchtgebruik, en dergelijke) Ook moet erop worden gelet of de transactie een levering is ten behoeve van een eigenaar, die de zaak in eigen gebruik gaat nemen. Een laatste punt van belang is de datum van de levering. De juridische levering moet plaatsvinden rond de betreffende waardepeildatum. Transacties die aan deze voorwaarden voldoen zijn WOZ-conform. Ook transacties waarvan duidelijk wordt aangegeven met welke van de hiervoor genoemde aspecten rekening is gehouden en welke correctie daarvoor is toegepast, kunnen worden gebruikt om een kapitalisatiefactor te bepalen 1. De gerealiseerde transacties worden gedeeld door ofwel de gerealiseerde huur rondom de datum verkoop of, als deze niet beschikbaar is, de getaxeerde huurwaarde op de datum van levering. De formule is dan als volgt: Kapitalisatiefactor (K.F.) = verkoopwaarde t=1 bruto jaarhuur t=1 In de praktijk komt het weinig voor dat transacties voldoen aan alle WOZ-ficties. De beschikbare verkoopprijzen betreffen bijvoorbeeld beleggingstransacties in verhuurde staat, al dan niet met de verplichting tot het betalen van erfpachtcanon. De gerealiseerde bruto aanvangsrendementen zijn dus niet direct bruikbaar voor de bepaling van een WOZconforme kapitalisatiefactor. Vanwege het gebrek aan WOZ-conforme transacties kan voor het onderbouwen van een kapitalisatiefactor wel aangesloten worden bij beleggingstransacties. Het standpunt in dezen is dat kopers voor eigen gebruik minimaal de uitgangspunten van een belegger zullen volgen. Om de kapitalisatiefactor te herleiden uit een beleggingsverkoop koop in verhuurde staat en deze bruikbaar te maken voor de WOZ, dient de koopsom geschoond te worden van de specifieke huurderomstandigheden en de specifieke huurvoorwaarden (side-letters). Verder is van belang dat de betaalde jaarhuur van het verkochte pand niet in onredelijke verhouding staat tot de markthuur. Zie voor de verdere behandeling het hoofdstuk 1.3 dat ziet op de wijze waarop een beleggingstransactie moet worden omgevormd naar een waarde in het economische verkeer. In dit verband wordt met klem verwezen naar de Tip: Wat is de strekking van artikel 17 Wet WOZ bij de waardering van CNW S van de Waarderingskamer. 1 Taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie Pagina 7

8 1.3 Van beleggingstransactie naar waarde in het economische verkeer Inleiding In voorgaande uitgaven van deze taxatiewijzer is het uitgangspunt punt altijd geweest dat de beleggingstransactie kon worden gebruikt voor de waardebepaling van een vastgoed ten behoeve van de WOZ-waarde. Tot april 2014 werd deze opvatting gesteund door jurisprudentie van uit de Rechtbank en het Gerechtshof. De Hoge Raad heeft echter een duidelijke streep door deze gedachte gezet. In haar arrest van 25- april 2014 geeft zij aan dat artikel 17, lid 2, van de Wet WOZ met zich mee brengt dat voor de bepaling van de WOZ-waarde niet kan worden aangesloten bij verkoopprijzen van transacties waarbij de prijsvorming is beïnvloed door bestaande huurcontracten 2. Het gevolg zou, volgens dit arrest, voor identieke beleggingspanden inhouden dat de WOZwaarden van gelijke objecten van elkaar verschillen alleen omdat de strekking van de lopende huurovereenkomsten onderling verschilt. Of omdat het ene pand wel verhuurd en het andere pand niet verhuurd is. Het is overigens niet zo dat de bedoelde verkoopprijzen geheel buiten beschouwing moeten worden gelaten. Volgens hetzelfde arrest bestaat namelijk de mogelijkheid dat aan die verkoopprijzen marktgegevens kunnen worden ontleend die van nut kunnen zijn bij de vaststelling van de waarde met toepassing van de waarderingsvoorschriften 3 De vraag is welke nuttige marktgegevens uit de verkoopprijs van een verkooptransactie kunnen worden gehaald, waarbij de prijsvorming door de bestaande huurovereenkomsten is bepaald.. Een handvat hiertoe is onlangs gegeven door de Rechtbank Den Haag 4. In haar overweging geeft de Rechtbank aan dat zijn, een verrekening van de transactieprijs met een kraag berekening vermindert waardoor uiting word gegeven aan de waarde in het economische verkeer zoals in artikel 17 lid wordt bedoeld. In bijlage 9, Rekenblad verkooptransacties onder punt 5 van deze taxatiewijzer, zullen wij op dit onderwerp terug komen Aan welke eisen voldoet een WOZ conforme markttransactie Voor dat er nuttige gegevens uit een beleggingstransactie kan worden gehaald is het raadzaam om eerst te beoordelen welke voorwaarden aan een transactie worden gesteld waardoor de transactie WOZ-conform wordt genoemd. Volgens de waarderingskamer zijn dat de hieronder kernachtig weergegeven voorwaarden 5 : 1. Het moet gaan om een verkoop tussen twee onafhankelijke partijen, 2. De volle en onbezwaarde eigendom van de onroerende zaak zou kunnen worden overgedragen en de verkrijger de zaak in de staat waarin het zich bevindt onmiddellijk en in volle omvang in gebruik zou kunnen nemen (waarderingsvoorschriften) 3. Een verkoop rond de waarde peildatum. Nu de voorwaarden van een zogenaamde WOZ-conforme transactieprijs bekend zijn moet worden beoordeeld wanneer een transactieprijs voldoet aan de omschrijving van een beleggingstransactie. Een beleggingstransactie voldoet in de meeste gevallen niet aan alle van de bovenstaande opsomming van de waarderingskamer ECLI:NL:HR:2014:982,Uitspraak,Hoge Raad, onder ECLI:NL:HR:2014:982,Uitspraak,Hoge Raad, onder ECLI:NL:RBDHA:2015:9512 onder 10 5 Tip: Wat is de strekking van artikel 17 Wet WOZ bij de waardering CNW s Taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie Pagina 8

9 De definitie van een beleggingstransactie is behalve in het Red Book (Rics Appraisal and Valuation Standards) al haast onvindbaar. De definitie die door het RICS (Royal Institution of Chartered Surveyors) wordt gehanteerd is in het leven geroepen om (vrij vertaald) een standaard van integriteit, helderheid en objectiviteit te waarborgen ten aanzien van de taxatierapportage te waarborgen. Bij een beleggingstransactie worden de voordelen en prestaties van het vastgoed afgezet tegen de eigen prestaties van de koper. Deze uitgangspunten kunnen voor een specifieke en bepaalde groep gegadigden afwijken van de uitgangspunten die onder algemene omstandigheden voor een vastgoed zouden gelden 6. De prestaties van het vastgoed moet in dit kader worden gelezen als een subjectieve beoordeling van technische, functionele en economische 7 (niet limitatief) voordelen dat het vastgoed heeft voor een koper. De hiervoor genoemde technische, functionele, economische prestaties kunnen voor bepaalde gegadigden van elkaar verschillen. Deze verschillen moeten voor het uitvoeren van de Wet WOZ worden geobjectiveerd. Een beginnend bedrijf zal bijvoorbeeld meer nadruk leggen op de economische prestatie (lage huur) van het vastgoed terwijl een gerenommeerd bedrijf meer nadruk zal kunnen leggen op bijvoorbeeld de symbolische prestatie (bijzondere architectuur) van een vastgoed. We zien nu ook de relatie met de uitspraak van de Hoge Raad. Identieke panden worden verkocht maar in vergelijking tot elkaar bestaan er verschillende uitgangspunten ten aanzien van de geambieerde, bovengenoemde, prestaties. Onderliggende huurovereenkomst(en) kunnen daardoor, ten opzichte van elkaar, verschillen. Het gevolg hiervan zou, bij het gebruik van de eigen beleggingstransactie, een verschillende WOZ-waarde betekenen voor identieke beleggingspanden Probleem en oplossing Probleem. Transacties van commercieel vastgoed brengen vrijwel alleen beleggingstransactie met een beleggingswaarde voort. Deze transactie in verhuurde staat, waarbij de individuele vastgoed prestaties een rol hebben gespeelt in de prijs vorming, bepalen feitelijk de markt in dit segment. Het gebruik van deze gerealiseerde beleggingstransacties, als onderbouwing voor de WOZ waarde, word als onzeker gezien omdat deze transacties overwegend in verhuurde staat tot stand komen. Hierdoor voldoet een dergelijke transactie voor als nog niet aan de waarderingsvoorschriften. Oplossing. Al een aantal jaren kan gebruik worden gemaakt van een berekeningswijze om de beleggingstransactie te corrigeren tot een ondersteunend getal voor de waardebepaling. De recente uitspraak van de Hoge Raad heeft dat, ook zo bedoeld in haar arrest van 25 april Dit is een positieve wending voor de waardering van commercieel vastgoed in het kader van de Wet WOZ. Het geeft aan dat gebruik kan worden gemaakt van referenties die in Red Book RICS, 6 april Afstemming organisatie en vastgoed ir. Jackie de Vries, dr. ir Theo van der Voordt en ir. Monique Arkesteijn MBA (blz e alinea) Taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie Pagina 9

10 verhuurde staat zijn verkocht mits er, in kwantitatieve zin, met de waarderingsvoorschriften rekening wordt gehouden. Bij de analyse van deze beleggingstransactie moet dan ook rekening worden gehouden met een overdracht van het volle en onbezwaarde eigendom (overdrachtsfictie) en een verkrijger die de zaak direct in gebruik kan nemen (verkrijgingsfictie). Concreet betekend dit dat er bij de analyse van het transactiecijfer inzicht wordt gegeven in de invloed die de prijsbepalende huuropbrengst en de geobjectiveerde (vastgoed) prestatie hebben op de transactiewaarde (zie ook bijlage 9, Rekenblad verkooptransacties onder punt 5 van deze taxatiewijzer). De nadruk op een juiste naleving van de analyse-stappen zoals die in deze taxatiewijzer worden voorgesteld blijkt meer dan ooit van groot belang. Met die beschreven werkwijze wordt rekening gehouden met het specifieke karakter van een beleggingstransactie en met de veronderstelling dat de waarde van een dergelijke transactie verschillend kan zijn van de marktwaarde op moment van taxatie. Redenen waarom de begrippen beleggingswaarde en marktwaarde van elkaar kunnen verschillen liggen onder meer in een unieke kans een bepaald vastgoed aan te kopen, een specifiek ontwikkelingsplan voor een gebouw, fiscaal voordeel of omdat een bepaald vastgoed op management-technische gronden beter in een portefeuille past en er een betere risicospreiding ontstaat. Voorgaande redenen zijn niet limitatief en zijn mede bepalend voor de beleggingswaarde. De marktwaarde wordt geschat door bovenstaande redenen zo goed als mogelijk te objectiveren. Bovendien wordt bij een WOZ-waardebepaling de marktwaarde geschat op het moment van de waarde peildatum. Een beleggingswaarde is de waarde die een vastgoed voor de belegger heeft, vaak over een langere periode. Ook de Waarderingskamer in haar tip: Welke transacties mogen worden gebruikt voor de onderlinge vergelijking? 8 geeft aan dat het niet noodzakelijk is dat de transactie voldoet aan alle ficties. Als van een afwijkende transactie gebruik wordt gemaakt moet het waardeverschil voor een ieder, gekwantificeerd inzichtelijk worden gemaakt, zodat duidelijk wordt wat de invloed van de ficties op de transactiewaarde is geweest. Er is nu een vertaling gemaakt van de beleggingstransactie naar een transactie waaraan de WOZ praktijk nuttige (WOZ-conforme) informatie kan ontlenen. De voornoemde en uitgangspunten leidden in het verleden vrijwel in alle gevallen tot het afkeuren van een kapitalisatiefactor verkregen uit een gerealiseerde beleggingstransactie Vraagbaak derde herziende druk 25 juni 2008, vraag 219 Taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie Pagina 10

11 1.4 Marktanalyse Inleiding. Omdat er de laatste jaren steeds minder transacties voorhanden zijn, wordt er vaker (min of meer gedwongen) over de gemeentegrens gekeken om verkoop- en/of huurtransacties te vinden waarmee WOZ-waarden kunnen worden onderbouwd. Om deze transactiegegevens zo goed mogelijk en bovendien eenduidig te kunnen gebruiken is een rekenblad ontwikkeld met verschillende analysemogelijkheden. Met behulp van dit rekenblad kan men op relatief eenvoudige wijze verkooptransacties analyseren en daar verschillende analytische gegevens uit abstraheren. Het rekenblad (zie ook bijlage 8) is via het WOZ-datacenter te downloaden. Er is nog niet veel geschreven over de (markt)analyse van courante niet-woningen voor de Wet WOZ. In de Waarderingsinstructie jaarlijkse waardebepaling staan richtlijnen voor het verzamelen, verifiëren en registreren van marktgegevens. Waarom houden we een marktanalyse? Er zijn een groot aantal redenen waarom er een marktanalyse wordt gehouden. Hieronder staan een aantal redenen. Deze zijn niet limitatief. - Om een beeld van de markt te krijgen. - Om kengetallen te kunnen herleiden. - Om objectkenmerken te kunnen controleren. - Om getaxeerde objecten te kunnen benchmarken met de markt. - Om contact te houden met de markt. - Om een trendvoorspelling te kunnen maken. - Om publicaties te kunnen maken. Het is om een aantal redenen goed om de analyse op een eenduidige manier uit te voeren, namelijk: - Bij de analyse van verkooptransacties wordt dezelfde taal gesproken, dit verbetert de onderlinge communicatie (tussen gemeenten); - Bij onderlinge uitwisseling kan worden vertrouwd op gelijke analyse input; - Onderbouwingen van objecten kunnen intergemeentelijk worden uitgewisseld. Analyse op de zelfde manier. Alle gemeenten moeten een bepaalde routine ontwikkelen in het verzamelen, controleren en registreren van marktinformatie. Bij het verzamelen van de van huurprijsgegevens worden naar objecten die recent zijn verhuurd inlichtingenformulieren verstuurd. Bij verkooptransacties wordt via het Kadaster en onder meer makelaarsinformatie informatie verzameld over recent verkochte objecten. Het verifiëren en controleren van de verzamelde gegevens houdt in dat de ingewonnen informatie moet worden beoordeeld. Hierbij worden de gerealiseerde marktprijzen vergeleken met de vastgestelde WOZ-waarden en/of met de taxatieopbouw bij een huurgegeven. Daarnaast moeten de ingewonnen gegevens op kenmerken worden gecontroleerd en worden afgezet tegen geregistreerde objectkenmerken. Al deze binnen gekomen gegevens worden geregistreerd. Het resultaat van het systematisch verzamelen, controleren en registreren is een schat aan marktgegevens die geanalyseerd kan worden. Het geheel aan gescreende marktgegevens moet leiden tot richtlijnen voor het bepalen van de huurwaarden en handvatten voor het bepalen van kapitalisatiefactoren, die zijn onderbouwd met de geanalyseerde marktgegevens. In het verlengde hiervan wordt geregistreerd of de uitkomst van de analyse een goede weerspiegeling is van het marktniveau. Als dit niet het geval is moet de oorzaak hiervan worden aangegeven. Dit kan Taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie Pagina 11

12 bijvoorbeeld een bijzondere ligging zijn, een specifieke onderhoudssituatie, en/of specifieke objectkenmerken met een waardebeïnvloedende factor (asbest, bodemverontreiniging). De grote lijnen van de marktanalyse betreffen een aantal onderwerpen, die hieronder worden toegelicht. Voorraadanalyse In de voorraadanalyse wordt onderzocht wat de voorraad van de verschillende typen vastgoed is op de waardepeildatum. De verhouding tussen vraag en aanbod is hierbij van groot belang. Deze verhouding zegt iets over de opnameniveaus die in een bepaalde omgeving worden gerealiseerd. Relevante transacties kunnen hier worden genoemd en omschreven. Leegstandanalyse In de leegstandanalyse wordt onderzocht in hoerverre er leegstand is in een bepaalde omgeving en hoe zich dat heeft ontwikkeld ten opzichte van de vorige beschouwingsperiode. Als deze verschillen zijn geduid, kan er naar de oorzaken worden gezocht. Is er op een locatie bijvoorbeeld nieuwbouw opgeleverd of is de kwaliteit van een bepaalde omgeving achteruit gegaan? Hiermee kan vervolgens rekening worden gehouden. Aanbod versus opname analyse Hier wordt een analyse gemaakt van de verhouding tussen vraag en aanbod per type vastgoed. Er kan concreet naar het aangeboden volume worden gekeken dat direct iets zegt over de marktomstandigheden. Ligt een bepaald gebied of bepaald type vastgoed positief in de markt of is er juist een negatief beeld? In de waardebepaling kan hier vervolgens rekening mee worden gehouden. Analyse aangaande de incentives In de huurinlichtingenformulieren dient een vraag te worden opgenomen over huurkortingen en eventuele investeringen die de verhuurder doet bij het aangaan van de overeenkomst (incentives). De laatste jaren ligt er veel nadruk op dit aspect. Door te achterhalen in welke gebieden incentives voorkomen, kunnen we daar in de waardebepaling specifiek rekening mee houden. Analyse huurwaarde ontwikkeling Als er meer duidelijkheid is op de voorgaande punten, kan de invloed hiervan op de gerealiseerde huurwaarden worden bepaald. Het één heeft namelijk met het ander te maken. Als eenvoudig voorbeeld nemen we een middelgrote productieruimte. Wanneer de voorraad is afgenomen door een verandering in de opname, zal dit positieve gevolgen hebben op de leegstand van dit type vastgoed. De aanbod-opnameanalyse kan bovenstaande bevestigen. Wanneer de incentives in dit voorbeeld buiten beschouwing worden gelaten, kan worden aangenomen dat de huurwaarde een opwaartse trend zal laten zien. Analyse van de verkooptransactie Uit gerealiseerde verkooptransacties kunnen prijzen per vierkante meter worden herleid. Deze kunnen worden gebruikt bij het bepalen van de WOZ-waarden. Hierbij moet aandacht worden besteed. aan de waarderingsficties ex artikel 17, tweede lid, Wet WOZ. Het is nuttig minimaal de leveringsakte te downloaden. Analyse ontwikkeling kapitalisatiefactor De ontwikkeling van de kapitalisatiefactor zal voor een groot deel afhangen van de ontwikkelingen van de aanvangsrendementen. Aspecten die invloed hebben op het aanvangsrendement zijn risico s die een koper voor het te verwerven vastgoed heeft ingeschat. We maken hierbij onderscheid tussen het risicovrije deel van het aanvangsrendement en het risicodragende deel ervan. Het risicodragende deel ziet op de Taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie Pagina 12

13 risico s voor type vastgoed, type huurder, economische risico s en risico op leegstand, terwijl het risicovrije deel van het aanvangsrendement ziet op de rendementen op de jongste 10- jarige staatslening op de waardepeildatum. Het lijkt duidelijk dat als de aanvangsrendementen afnemen, er een stevige opname is, weinig leegstand en een gunstige ontwikkeling van de huurwaarde (direct rendement). Analyse WOZ-waardeontwikkeling Hiermee wordt inzicht verschaft in een trendmatige ontwikkeling van de WOZ-waarde over een langere periode, bijvoorbeeld 5 jaar. Analyse van de risicogebieden Binnen dit kader kan er een analyse worden gemaakt van de eventuele black spots die er kunnen zijn binnen een gemeente. Het kan gaan om gebieden waar geen huurtransacties tot stand zijn gekomen of geen verkooptransacties hebben plaatsgevonden. Er kan ook worden gedacht aan een analyse van de leegstand. Conclusie In de conclusie worden alle deelanalyses samengevat Taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie Pagina 13

14 1.5 Stappen toepassen kapitalisatie bruto huur Hoewel de kapitalisatiefactor primair wordt herleid uit verkoopcijfers, is het niet voor elk type courante niet-woning en voor elke gemeente (regio) mogelijk tot een betrouwbare kapitalisatiefactor te komen. Daarom biedt deze taxatiewijzer een alternatieve methode om de kapitalisatiefactor te berekenen. Door beide benaderingen toe te passen kan de gemeente een betrouwbare kapitalisatiefactor berekenen en onderbouwen. De wijze waarop in deze taxatiewijzer de kapitalisatiefactor wordt opgebouwd, kan worden aangeduid als een zogeheten bottom-up-methode. Dat wil zeggen dat de taxateur met behulp van deze taxatiewijzer van onderaan de bruto kapitalisatiefactor opbouwt en bepaalt. Hierbij geldt het Netto Aanvangsrendement (NAR) als belangrijk uitgangspunt. Hieronder wordt een kort stappenplan besproken. Stap 1 Stel de bruto jaarhuurwaarde vast. Corrigeer de bruto jaarhuurwaarde eventueel met kortingen in verband met incentives (huurkorting, huurvrije periode, etc.). Gebruik hiervoor het rekenmodel (bijlage 5). Verminder deze (geschatte, gecorrigeerde) bruto huur met de geschatte exploitatiekosten (onderhoud, vaste lasten, beheerkosten). Gebruik hiervoor het rekenmodel (bijlage 5). De uitkomst hiervan is de netto jaarhuurwaarde. Stap 2 Bepaal het percentage Netto Aanvangsrendement (NAR). Gebruik hiervoor het rekenmodel (bijlage 5). Het NAR geeft aan welk rendement rond de waardepeildatum in de markt wordt verwacht voor investeringen in onroerend goed. Het is opgebouwd uit een basisrente verhoogd met een risico-opslag. Deze risico-opslag geeft de invloed weer van de algemene risico's bij investeren in onroerend goed. De som van deze twee percentages vormt het NAR. Deel het getal 1 door dit NAR en vermenigvuldig de uitkomst weer met 100%. Bijvoorbeeld een NAR van 8% leidt tot een netto kapitalisatiefactor 12,5 (1/8 * 100). Gebruik hiervoor het rekenmodel (bijlage 5). De uitkomst hiervan is de netto kapitalisatiefactor, dus de factor waarmee de netto jaarhuurwaarde wordt vermenigvuldigd voor het bepalen van een gekapitaliseerde huurwaarde. Vermenigvuldig de berekende netto jaarhuurwaarde met de netto kapitalisatiefactor. U krijgt dan een waarde inclusief kosten koper (k.k.). De kosten koper moeten nog verrekend worden door de uitkomst WOZ-waarde inclusief k.k. te delen door (1+k.k.%). U heeft nu de uiteindelijke WOZ-waarde berekend (exclusief k.k.). Gebruik hiervoor het rekenmodel (bijlage 5). Door hierop de bruto jaarhuurwaarde te delen heeft u de bruto kapitalisatiefactor bepaald. Gebruik hiervoor het rekenmodel (bijlage 5). Taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie Pagina 14

15 2 De bruto huurwaarde 2.1 Getaxeerde markthuurwaarde Bij het taxeren volgens de huurwaardekapitalisatiemethode, zoals omschreven in deze taxatiewijzer, wordt de getaxeerde markthuurwaarde gekapitaliseerd met de berekende kapitalisatiefactor. Op basis van de Uitvoeringsregeling instructie waardebepaling Wet waardering onroerende zaken wordt hierbij uitgegaan van de bruto (markt)huur. De getaxeerde bruto markthuurwaarde is het bedrag dat de huurder redelijkerwijs verschuldigd is aan de verhuurder als tegenprestatie voor het uitsluitende gebruik van het vastgoed. Hierbij moet worden uitgegaan van enerzijds de voor het soort vastgoed gebruikelijke voorwaarden en condities en anderzijds van de huurprijzen die voor soortgelijke onroerende zaken gebruikelijk worden betaald per de datum van de waardebepaling. Het gaat om de bruto- huurwaarde inclusief de vergoeding voor exploitatiekosten, zoals onderhoud, vaste lasten en beheerkosten. De feitelijke huurprijs is het bedrag dat op basis van de overeenkomst tussen huurder en verhuurder op een bepaald moment als vergoeding van het gebruik van de onroerende zaak wordt betaald. De feitelijke huurprijs kan afwijken van de actuele markthuurwaarde op een bepaald moment. Bijvoorbeeld omdat de huurovereenkomst op een ander moment (dan de waardepeildatum) is gesloten. Voor het bepalen van de bruto huurwaarde moet bij voorkeur worden aangesloten bij markthuurprijzen zoals deze rondom de waardepeildatum tot stand komen bij het sluiten van nieuwe huurcontracten, met voorbijgaan aan verlenging van bestaande overeenkomsten. U taxeert de bruto huurwaarde daarom in beginsel door vergelijking met huurprijzen die rond de waardepeildatum zijn overeengekomen voor vergelijkbare objecten. Let er bij het analyseren van de huurgegevens voor op dat er investeringen kunnen zijn gedaan door, óf de eigenaar óf de huurder. Deze investeringen hebben in een aantal gevallen invloed op de door u te taxeren bruto huurwaarde. Op verschillende momenten kunt u te maken krijgen met investeringen in een gebouw die invloed kunnen hebben op de bruto huurwaarde. Voorbeelden hiervan kunnen zijn, het tegengaan van het verouderingsproces, of een casco opgeleverd bedrijfsgebouw dat nog niet in gebruik kan worden genomen. Het is overigens belangrijk om onderscheid te maken tussen investeringen en incentives. Binnen het voorbeeld van veroudering kan het zijn dat de verhuurbaarheid minder wordt. Om deze veroudering tegen te gaan zal een vastgoed eigenaar investeringen doen om de geldende markthuurprijs te kunnen blijven ontvangen voor nu en een bepaalde toekomstige periode. De brutohuur zal door deze investering geen extra huurverhogende waarde hebben. Wanneer binnen het voorbeeld van casco-oplevering de gebruiker investeringen doet, moet worden beoordeeld in hoeverre de investering een huurwaardeverhogend effect heeft. Hieronder worden deze twee situaties belicht. De verhuurder investeert: Als de verhuurder de investeringen doet, kan dat zijn met de bedoeling het niveau van het object zodanig te verbeteren dat het weer aantrekkelijk wordt voor een gebruiker om zich in dit pand te vestigen - of zich niet elders te vestigen. Indien er geen vermeerdering van de huurprijs is vastgelegd en/of de getaxeerde huurwaarde aansluit op die van vergelijkbare objecten, rekening houdend met de objectkenmerken, wordt de investering niet in de huurwaarde verrekend. Uit vergelijking met onderbouwende marktgegevens, rekening Taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie Pagina 15

16 houdend met de objectkenmerken, moet blijken of een investering van de verhuurder moet leiden tot een correctie van de te taxeren huurwaarde. De huurder investeert: Als de huurder na het aangaan van de huurovereenkomst, al dan niet in samenspraak met de verhuurder, besluit in het gebouw te investeren, kan dit gevolgen hebben voor de te taxeren huurwaarde. Het standpunt voor deze aanname is dat het vastgoed moet worden getaxeerd. Het vastgoed is in dit voorbeeld een gebouw dat is verbeterd. Uit een vergelijking met gerealiseerde marktgegevens, rekening houdend met de objectkenmerken, moet blijken of een investering van de huurder een correctie van de te taxeren huurwaarde tot gevolg moet hebben. Ondanks dat de verbetering door de gebruiker is aangebracht telt de waarde van deze verbetering mee voor de huurwaardebepaling. (Zie ook de tip van de waarderingskamer met betrekking tot dit onderwerp) 10 Overigens dient de verrekening van deze investeringen plaats te vinden door de waarde ervan te delen op overeengekomen huur periode. Let hierbij op dat het de huurperiode betreft zonder rekening te houden met de optie periode 11 Reden hiervoor is dat het niet zeker is of de huurder gebruik zal maken van de optie om de huurtermijn te verlengen. Hieronder worden nog een aantal (niet limitatieve) voorbeelden van investeringen gegeven en beschreven hoe hiermee om te gaan in de bepaling van bruto huurwaarde. Regulier onderhoud: Investeringen die betrekking hebben op regulier onderhoud (schilderwerk, vervanging ketel, verhelpen lekkage) worden buiten beschouwing gelaten. Dit komt tot uiting in de kwalificatiecijfers voor kwaliteit, doelmatigheid en onderhoud. En daarmee in de kapitalisatiefactor. Casco huren: Een object is kaal opgeleverd en de verhuurder/huurder doen in dit geval vaak investeringen.(bijvoorbeeld kabelgoten, tussenwanden, scheidingswanden, afwerken vloeren en wanden, toilet e.d.). De vuistregel is dan dat er van de investeringen 60% bij de huurwaarde kan worden opgeteld. 60% omdat het niet altijd duidelijk is welke bedragen precies betrekking hebben op de onroerende zaak en welke op de roerende zaken. Als het wel duidelijk is welke investeringen er zijn gedaan en het wel duidelijk is of het betrekking heeft gehad op onroerende of roerende zaken kan, mits gemotiveerd, van de vuistregel worden afgeweken. Let ook hier weer op het delen van de investeringswaarde op de looptijd van de huurperiode exclusief de optie periode. Turn-key: Hiermee worden bedoeld compleet ingericht onroerende zaken naar gemiddelde huurderswensen, inclusief bekabeling, internet en telecommunicatie. Vloerbedekking en soms ook meubels zitten vaak ook in deze overeenkomst. De kosten van vloerbedekking en meubilair moeten uit de huur gehaald worden, omdat deze als roerend aan te merken zijn. Specifieke, door de gebruiker aangebrachte, investeringen: Voorbeelden zijn investeringen door een visboer in tegels en koelcel, koeling bij een groenteboer, cafetaria met automatiekopstelling, et cetera. Omdat het pand vaak na het verlaten van de gebruiker weer in de oude staat moet worden opgeleverd, worden deze investeringen (marginaal) voor 10 tot 20% bij de huurwaarde opgeteld. Het niet meenemen van deze vaak zeer specifieke investering lijkt geen goed uitgangspunt, er bestaat altijd een kans dat er een visboer of groenteboer voor het pand gevonden kan worden. Het zou dan niet redelijk zijn om de hele investering buiten aanmerking te laten ECLI:NL:RBGEL:2014:758 Taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie Pagina 16

17 2.2 Incentives en de invloed op de huurwaarde Incentives zijn beloningen die eigenaren geven aan huurders op het moment dat een nieuwe huurovereenkomst wordt gesloten (of een huurovereenkomst wordt verlengd). De bedoeling is om een nieuwe huurder aan te trekken of bestaande huurders vast te houden. Incentives uiten zich in huurvrije perioden (meest voorkomend), huurkortingen (een korting op de huur) Daarnaast kan een vastgoed eigenaar bijdragen aan specifieke investeringen in een gebouw die door de huurder kunnen worden uitgevoerd. Een investeringsbijdrage kan als een beloning worden gezien als de beloning wordt uitgegeven aan roerende zaken (in brede zin: computers, bureaus maar ook beloningen die geen relatie hebben met het gehuurde). Als de investering wordt uitgegeven aan aanpassingen in het gebouw (bijv. scheidingswanden, kabelgoten, verlaagde plafond e.d.) zijn deze aanpassingen in principe waarde verhogend maar valt de beloning (investeringsbijdrage) zo ongeveer weg tegen de waardevermeerdering van de investering. Als deze investeringsbijdrage door de verhuurder wordt betaald is dit in principe niet (huur)waarde verhogend, omdat de huursom die de huurder betaalt afhankelijk is van deze investering. Indien de investering van aanpassingen in het gebouw door de huurder wordt betaald is dit (deels) (huur)waarde verhogend. Immers, als de verhuurder deze investering had gedaan, zou hij dit hebben verdisconteerd in de huur. Er is een directe relatie tussen het drieluik: leegstand, aanbod en incentives. Naarmate de leegstand en het aanbod groter worden of hoog zijn, neemt het volume aan incentives toe. Incentives hebben invloed op de WOZ-waarde. Natuurlijk is deze invloed groter naarmate de omvang van de gegeven incentives groter wordt. Een huurvrije periode van een maand zal geen significante invloed hebben op de WOZ-waarde. Een huurvrije periode van twee jaar zal een sterke invloed hebben op de WOZ-waarde. De incentives, zoals huurvrije perioden en huurkortingen, leiden tot kasstroomverliezen. Dat betekent dat de huurder minder betaalt en de verhuurder minder ontvangt dan de huurprijs die formeel in het huurcontract is overeengekomen. De invloed van deze kasstroomverliezen kan op twee manieren in de berekening van de waarde tot uitdrukking worden gebracht: 1. korten op de bruto jaarhuurwaarde; 2. incentives opnemen in de berekening van de kapitalisatiefactor. Ten aanzien van WOZ-taxaties is ervoor gekozen de eerste methode toe te passen. In deze taxatiewijzer (rekenmodel in bijlage 5) wordt wel als extra onderbouwing toegelicht dat beide benaderingen tot dezelfde uitkomst (WOZ-waarde) leiden. Werkwijze bij berekening van een incentive op de bruto jaarhuurwaarde Incentives worden, in een berekening volgens de netto contante waarde (DCF), contant gemaakt. In het rekenmodel (bijlage 5) worden de kasstromen over een tijdreeks van 10 jaar, per jaar weergegeven. Aangenomen wordt dat na deze periode van 10 jaar weer een nieuwe huurovereenkomst wordt afgesloten. De uitkomst van de contant gemaakte incentive wordt gekort op de bruto jaarhuurwaarde, die gebruikt wordt bij de WOZ-taxatie. Huurkortingen worden niet contant gemaakt en direct in de huurwaarde gekort (als percentage). De gebruiker van de HWK-monitor moet dit percentage zelf van de ingevoerde huurwaarde aftrekken. Het bedrag dat in mindering wordt gebracht op de bruto huurwaarde, die overeenkomt met de uitkomsten van de marktanalyse vindt u in het rekenmodel (bijlage 5) onder Correctie Taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie Pagina 17

18 korting. Het gaat hier dus alleen om huurvrije perioden. De incentives worden bij deze methodiek dus niet in de kapitalisatiefactor verrekend. De periode van 10 jaar komt voort uit de gedachte dat een huurovereenkomst in de meest voorkomende gevallen voor een periode van 10 jaar wordt aangegaan. Tegenwoordig is deze periode van 10 jaar echter niet meer zo vanzelfsprekend. De 10 jaar durende huurovereenkomst komt nog altijd veel voor, maar in een markt waar de verhouding tussen vraag en aanbod in onbalans is geraakt, komen relatief vaker overeenkomsten met kortere looptijden voor. Dit hoeft voor de berekeningswijze van de incentive niet veel uit te maken. Het vertrekpunt is dat de berekening altijd van een 10-jarige overeenkomst uitgaat. Maar hoe kan een overeenkomst van 3 jaar of van 12 jaar vergelijkbaar worden gemaakt met een overeenkomst van 10 jaar? De oplossing hiervoor is eenvoudig. Dit betekent voor een huurovereenkomst met een looptijd van 3 jaar en een huurvrije periode van 2 maanden dat de berekening als volgt kan worden opgezet: De overeenkomst van 3 jaar geeft een incentive van 2 maanden. Deze overeenkomst zal bij een looptijd van 10 jaar (10 jaar / 3 jaar * 2 incentive maanden) 6,67 maanden aan incentives moeten hebben. Hetzelfde voorbeeld maar dan bij een overeenkomst van 12 jaar geeft een uitkomst van (10 jaar / 12 jaar * 2 incentive maanden) 1,67 maanden aan. De formule voor het berekenen van incentives die slaan op verschillende contractlooptijden ziet er als volgt uit: 10 contractjaren / aantal contractjaren * aantal maanden incentive. Incentives opnemen in berekening kapitalisatiefactor leidt tot dezelfde WOZ-waarde De tweede manier om incentives tot uitdrukking te brengen in de WOZ-waarde is deze opnemen in de kapitalisatiefactor. Door de "huurverliezen" als gevolg van de incentives mee te nemen in de berekening van de exploitatiekosten, ontstaat een lagere kapitalisatiefactor. Deze lagere kapitalisatiefactor wordt vanzelfsprekend toegepast op een hogere huurwaarde (namelijk de bruto huurwaarde zonder aftrek van de incentive). Net als bij de werkwijze bij berekening "korting" op de bruto jaarhuurwaarde, worden de huurvrije perioden in een berekening volgens de netto contante waarde (DCF), contant gemaakt. In het rekenmodel (bijlage 5) kunnen beide berekeningen zichtbaar worden gemaakt.. Huurkortingen worden niet contant gemaakt en direct in de huurwaarde gekort (als percentage). De gebruiker van de HWK-monitor moet dit percentage zelf van de ingevoerde huurwaarde aftrekken. De berekening waarbij de incentives in de kapitalisatiefactor worden verwerkt geldt als een alternatieve onderbouwing van de WOZ-waarde berekend. Ook hier wordt rekening gehouden met de "korting" op de bruto jaarhuurwaarde. In beide gevallen dient dezelfde DCF als onderbouwing van de berekening. Bij het verrekenen van de incentives in de WOZ-waarde moet worden gewaakt voor een dubbeltelling. Deze dubbele correctie kan ontstaan doordat de incentive zowel in de huurwaarde als in de kapitalisatiefactor. De bovenstaande waarschuwing geldt voor het geval er naast het verrekenen van de huurvrije periode als correctie in de huur ook nog een correctie in de BAR/NAR wordt verrekend. De bruto kapitalisatiefactor wordt hier namelijk door beïnvloed. Hieronder volgt een kleine uitleg. Als er bij de berekening van de bruto kapitalisatiefactor wordt uitgegaan van de verrekening van In de huur wordt de bruto kapitalisatiefactor berekend door de WOZ-waarde te relateren aan de bruto markthuurwaarde na correctie met de incentive. Als de incentive echter wordt verrekend in de BAR/NAR wordt de bruto kapitalisatiefactor berekend door de Taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie Pagina 18

19 WOZ-waarde te relateren aan de bruto markthuur met inbegrip van de betreffende incentive. Deze korting zal 0 zijn omdat de korting is verrekend in de exploitatie (in de BAR/NAR ) van het object. Als incentives het argument vormen om de WOZ-waarde aan te passen moet er goed op worden gelet dat een keuze moet worden gemaakt of dit in de huur of in de exploitatie ( BAR/NAR ) moet gebeuren. 3 De bruto kapitalisatiefactor 3.1 Opbouw van de bruto kapitalisatiefactor (bottom-up) De bruto kapitalisatiefactor wordt berekend vanuit het netto aanvangsrendement, de exploitatiekosten en de kosten voor koper. Het netto aanvangsrendement bestaat uit de componenten: 1 basisrente; 2 opslagrisico. De exploitatielasten bestaan uit de componenten: 1. onderhoudskosten; 2. vaste Lasten; 3. beheerskosten; 4. leegstandsrisico; 5. huurverliezen (indien van toepassing). Ten slotte is nog van belang de correctie voor kosten koper (k.k.). 3.2 Het Netto Aanvangsrendement (NAR) In beginsel wordt er voor de bepaling van het netto aanvangsrendement uitgegaan van een risicovrij rendement plus een opslag. Daarvoor dient een risicovrij rendement bepaald te worden. Deze wordt gevonden in de rente op de jongste 10-jarige staatsleningen die door o.a. De Nederlandse Bank (DNB) wordt gepubliceerd Basisrente Voor het bepalen van het risicovrije rendement wordt aangesloten bij de rendementen op staatsleningen op 1 januari van het betreffende jaar. De basisrente voor 1 januari 2016 is vastgesteld op 0.79% (Bron: DNB, jongste tienjarige staatslening) Risico-opslag op vastgoed Vastgoedbeleggingen hebben een lager risicoprofiel dan aandelen, maar een hoger risico dan staatsleningen. Omdat dit laatste als basisrendement geldt, en als risico vrij wordt gezien, moet er nog een risicodragend rendement bepaald worden. Met andere woorden, Taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie Pagina 19

20 het extra risico, dat zich uit in een risico-opslag bovenop het basisrendement. Deze risicoopslag dekt onder meer de risico s die samenhangen met de kans op leegstand (frictieleegstand), de eventuele instabiliteit van de huurder, het type vastgoed, de locatie, onbekende economische risico en dergelijke. Bij de analyse van verkooptransacties zijn de meeste elementen die bij de opbouw van de kapitalisatiefactor een rol spelen, zoals exploitatielasten, rendementen op staatsleningen en actuele huurwaarden betrekkelijk eenvoudig uit de markt te herleiden. Dit kan aan de hand van publicaties, huurovereenkomsten en andere beschikbare gegevens ten aanzien van de betrokken transactie. De risico-opslag wordt bepaald door verkooptransacties te analyseren. Het opslagrisico wordt dan berekend door de basisrente af te trekken van een gerealiseerde NAR. Risico opslagen voor de categorieën kantoren, winkels en bedrijven zijn onder te verdelen in bandbreedtes en zijn opgebouwd naar het voorbeeld van de DTZ Nederland Compleet - series. Hierin worden de aanvangsrendementen uitgebeeld, onderverdeelt naar de landelijke geografische gebieden Noord, Oost, Zuid en West. Uit marktanalyse blijkt dat de risicoopslagen voor de vermelde categorieën gemiddeld toenemen naarmate de kwaliteit van de locatie en van het vastgoed afnemen. Het beleggingsrisico op vastgoed wordt daardoor hoger. Wellicht ten overvloede wordt hier nog een keer met klem gewezen op de invloed van specifieke locale omstandigheden. Onderstaand schema is niet meer dan een indicatie. Er moet altijd locaal marktonderzoek worden gedaan om deze cijfers te vergelijken met locale en/of regionale transactieprijzen. Immers, de plaatselijke markt en objectspecifieke zaken kunnen aanleiding zijn tot een andere uitkomst te komen. Tabel risico-opslag waarde peildatum 1 januari 2016 Type Kantoren Bandbreedte beste locaties Bandbreedte overige locaties Noord NAR 6,98% 9,90% 7,65% 11,25% Basis rendement 0,79% 0,79% 0,79% 0,79% Risico-opslag 6,19% 9,11% 6,86% 10,46% Oost NAR 6,84% 9,45% 7,65% 11,25% Basis rendement 0,79% 0,79% 0,79% 0,79% Risico-opslag 6,05% 8,66% 6,86% 10,46% Zuid NAR 6,21% 9,00% 7,65% 10,80% Basis rendement 0,79% 0,79% 0,79% 0,79% Risico-opslag 5,42% 8,21% 6,86% 10,01% West NAR 4,50% 7,20% 6,08% 10,80% Basis rendement 0,79% 0,79% 0,79% 0,79% Risico-opslag 3,71% 6,41% 5,29% 10,01% Bron: DNB, DTZ zadelhof, Factsheets Nederland december 2015, FGH, regionale raportages juli 2015 Taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie Pagina 20

21 Tabel risico-opslag waarde peildatum 1 januari 2016 Type Winkels Bandbreedte beste locaties Bandbreedte overige locaties Noord NAR 4,75% 7,75% 5,75% 8,50% Basis rendement 0,79% 0,79% 0,79% 0,79% Risico-opslag 3,96% 6,96% 4,96% 7,71% Oost NAR 5,25% 7,25% 6,25% 8,25% Basis rendement 0,79% 0,79% 0,79% 0,79% Risico-opslag 4,46% 6,46% 5,46% 7,46% Zuid NAR 5,00% 7,00% 6,00% 8,00% Basis rendement 0,79% 0,79% 0,79% 0,79% Risico-opslag 4,21% 6,21% 5,21% 7,21% West NAR 4,50% 7,00% 5,50% 8,00% Basis rendement 0,79% 0,79% 0,79% 0,79% Risico-opslag 3,71% 6,21% 4,71% 7,21% Bron: DNB, FGH: regionale raportages juli 2015 Tabel risico-opslag waarde peildatum 1 januari 2016 Type Bedrijven Bandbreedte beste locaties Bandbreedte overige locaties Noord NAR 7,20% 9,90% 8,78% 11,70% Basis rendement 0,79% 0,79% 0,79% 0,79% Risico-opslag 6,41% 9,11% 7,99% 10,91% Oost NAR 6,30% 9,90% 8,78% 11,70% Basis rendement 0,79% 0,79% 0,79% 0,79% Risico-opslag 5,51% 9,11% 7,99% 10,91% Zuid NAR 5,22% 7,65% 6,75% 9,90% Basis rendement 0,79% 0,79% 0,79% 0,79% Risico-opslag 4,43% 6,86% 5,96% 9,11% West NAR 5,22% 7,65% 6,30% 9,45% Basis rendement 0,79% 0,79% 0,79% 0,79% Risico-opslag 4,43% 6,86% 5,51% 8,66% Bron: DNB, DTZ zadelhof, nederland compleet januari 2015, FGH, regionale raportages juli Exploitatielasten Exploitatielasten zijn structurele uitgaven voor rekening van de eigenaar. Uitgangspunt is een waarde voor een eigenaar die de zaak koopt en zelf in gebruik neemt. Maar een eigenaar die voor eigen gebruik aankoopt, zal in een concurrerende markt nooit minder kunnen betalen dan een eigenaar die aankoopt voor de verhuur. Hierna volgen de kostenonderdelen die deel uitmaken van de exploitatiekosten zoals ze worden gehanteerd in de kapitalisatieberekening Onderhoudskosten (Zie de matrix onderhoudskosten) Onderhoudskosten als percentage van de herbouwwaarde Taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie Pagina 21

22 Voor het bepalen van de onderhoudskosten wordt uitgegaan van de herbouwwaarde zoals in de markt wordt gehanteerd voor het oprichten van een gebouw dat overeenkomt met het te taxeren pand. Bronnen voor het bepalen van de herbouwwaarde zijn onder meer door de betreffende gemeente geanalyseerde marktinformatie, Reed Business, DACE prijzenboekje en Vastgoed Taxatiewijzer. Bij de inschatting van de onderhoudskosten moet voor ogen worden gehouden dat het gaat om de instandhoudingskosten en nadrukkelijk niet om groot of achterstallig onderhoud. Op het moment dat met deze kosten rekening moet worden gehouden, zal een kapitaalscorrectie worden toegepast. Zie voor de herbouwwaarde en onderhoudskosten de bijlage in de taxatiewijzer. In dit overzicht staan de meest voorkomende kosten vermeld. Hiervan kan worden afgeweken op het moment dat een individueel geval daarom vraagt. De onderhoudskosten worden in het rekenmodel berekend vanuit de herbouwwaarde maar om wiskundige redenen getoond als een percentage van de jaarhuurwaarde Vaste lasten (Zie de matrix vaste lasten) Verzekeringen en belastingen als percentage van de herbouwwaarde Voor het bepalen van de verzekeringspremie wordt uitgegaan van de herbouwwaarde zoals in de markt wordt gehanteerd voor het oprichten van een gebouw dat overeenkomt met het te taxeren pand. Bronnen voor het bepalen van de herbouwwaarde zijn onder meer de door de betreffende gemeente geanalyseerde marktinformatie, Reed Business, DACE prijzenboekje e.d. Voor het bepalen van belastingen moet naast de herbouwwaarde van het te taxeren object ook de grondwaarde worden meegenomen. Deze kan worden achterhaald door het analyseren van marktinformatie, maar ook de betreffende gemeente kan worden geraadpleegd. Zij hebben informatie over gronduitgifteprijzen. Ga overigens bij het berekenen van de belastingen uit van alleen het gedeelte voor de eigenaar. De overige locale belastingen als riool en eventueel reinigingsrechten moeten nog worden opgeteld bij de post onroerende zaakbelastingen. Bronnen die kunnen worden geraadpleegd voor het bepalen van rioolrechten zijn naast de betreffende gemeente de Vastgoed Taxatiewijzer., Zie voor de herbouwwaarde en verzekeringspremie de bijlage in de taxatiewijzer. In dit overzicht staan de gemiddelde premies in promille weergegeven binnen de bandbreedten tot 10 miljoen en vanaf 10 miljoen. De promillages waarmee de verzekeringspremies worden berekend zijn per archetype vastgesteld, hiervan kan worden afgeweken op het moment dat een individueel geval daarom vraagt. Lokale belastingen kunnen het best bij de betreffende gemeente worden opgevraagd. In de KF Monitor wordt bij de berekening van de vaste lasten uitgegaan van een vast percentage van 0.45% van de herbouwwaarde. Dit percentage weerspiegelt de exploitatiekosten voor de onderdelen OZB, riool en watersysteemheffing Kosten voor beheer Hieronder worden verstaan de vergoedingen die professionele beheerders voor het beheren van bedrijven en kantoren in rekening brengen. Voor activiteiten die betrekking hebben op de serviceverlening (servicekosten) en verhuur worden de beheerders meestal afzonderlijk betaald. Beheervergoedingen zijn niet zonder meer in eenheidsprijzen of percentages van de huur uit te drukken, maar zijn afhankelijk van de complexiteit, het aantal verhuurbare eenheden, hoogte van de huur, bemiddeling bij verhuurcontracten, et cetera. Taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie Pagina 22

23 De hieronder benoemde percentages zijn niet meer dan gemiddelden zoals deze door professionele beheerders worden gehanteerd en zijn exclusief BTW. Het administratieve beheer zoals dat voor beleggingspanden wordt berekend, is niet in het onderstaande overzicht opgenomen, omdat dit alleen voor beleggingspanden geldt en in de Wet WOZ niet wordt uitgegaan van de beleggingswaarde. Kantoren voor kantoren met een hoog huurniveau 1.5% tot 2,5% van de bruto huur. voor kantoren met een laag huurniveau 1.5% tot 3% van de bruto huur. bij grote kantoorobjecten met een of meerdere huurders alleen het technische beheer afhankelijk van het huurniveau, 1% tot 1,5% van de bruto huur. Winkelpanden voor winkelstrips en winkelcentra, afhankelijk van het huurniveau, 2% tot 3.5% van de bruto huur. voor individuele winkels op de betere locaties (A en B) met veelal een hoog huurniveau, 1% tot 2.5% van de bruto huur. bij alleen technisch beheer, afhankelijk van het huurniveau, 1% tot 1,5% van de bruto huur. Bedrijfspanden voor bedrijfspanden afhankelijk van het huurniveau 2% tot 3% van de bruto huur. bij alleen technisch beheer 1% tot 1,5% van de bruto huur Bron: Vastgoed Taxatiewijzer Koëter vastgoed adviseurs. Taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie Pagina 23

24 3.3.4 Leegstandsrisico Inleiding Bij het bepalen van de WOZ-waarde voor courante niet-woningen speelt leegstand een steeds grotere rol in de waardebepaling. Zowel bij kantoren als bij winkels neemt de leegstand toe, terwijl de verwachting bestaat dat ook op langere termijn de behoefte aan de deze ruimten niet (meer) zal stijgen. Voor bedrijfsruimten is de situatie iets minder ongunstig. In deze paragraaf wordt op de diverse aspecten rond leegstand ingegaan. Soorten leegstand In de markt worden in het algemeen drie typen leegstand onderscheiden, namelijk: Frictieleegstand, leegstand samenhangend met het wisselen van gebruikers/huurders; Aanvangsleegstand, leegstand wanneer een nieuw object nog in gebruik genomen moet worden; Structurele leegstand, leegstand van structurele aard, omdat er geen vraag is naar het desbetreffende object; vaak, zeker in de huidige markt is deze vorm van leegstand langdurig wanneer het een periode van 2 jaar overtreft. Zoals hierboven al uiteen gezet, wordt er bij de waardebepaling, niet alleen in het kader van de WOZ-taxatie, onderscheid gemaakt tussen frictieleegstand en aanvangsleegstand enerzijds en structurele leegstand anderzijds. In de regel kan er voor de typen frictie en aanvangsleegstand van worden uitgegaan dat een periode van 6 maanden op een huurovereenkomst van tien jaar (5%) door de markt als wenselijk of gezond wordt gezien. Bij de bepaling van de kapitalisatiefactor wordt frictieleegstand en aanvangsleegstand meegenomen in de generieke "risico-opslag", dat samenhangt met investeren in onroerend goed. Immers, deze vormen van leegstand komen niet voor bij andere investeringsvormen. De (verwachte) structurele leegstand moet bij de waardebepaling afzonderlijk worden ingeschat. Het is deze vorm van leegstand die in de huidige markt sterk oploopt. Het is ook deze structurele leegstand die aan de orde is in de maatschappelijke discussie over de leegstand van kantoor- en winkelvastgoed. Indien een pand structureel leeg staat, kan dit verschillende oorzaken hebben, namelijk: vraag en aanbod op deze locatie; mate van structurele leegstand op deze locatie (veel structurele leegstand maakt de locatie minder aantrekkelijk); voorzieningenniveau, bereikbaarheid, uitstraling, mate van gedateerdheid, et cetera. in vergelijking met concurrerende locaties; het kwaliteitsniveau (onderhoudsniveau, voorzieningenniveau, ligging, uitstraling, mate van gedateerdheid, etc.) van het desbetreffende pand. Leegstand in de waardebepaling. Door het inschatten van het leegstandsrisico wordt met name de structurele leegstand verdisconteerd in de kapitalisatiefactor en daarmee in de (WOZ-)waarde. De andere typen leegstand zijn al in het algemene vastgoedbeleggingsrisico tot uitdrukking gekomen, met name in de risico-opslag. Het leegstandsrisico dat wordt geschat voor een WOZ-taxatie moet overeenkomen met het "objectieve leegstandsrisico". Wat dit betreft wijkt de WOZtaxatie af van bijvoorbeeld een taxatie van de beleggingswaarde. Het "objectieve leegstandsrisico" ziet op het gemiddelde leegstandsrisico van dit type pand op deze locatie, terwijl het leegstandsrisico bij de bepaling van de beleggingswaarde betrekking heeft op een afzonderlijk pand. Het verschil blijkt duidelijk uit een voorbeeld. Op een kantoorlocatie staan allemaal panden met vergelijkbare kenmerken (uitstraling, grootte, Taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie Pagina 24

25 etc.), waarbij de helft van die panden leeg staat en de verwachting is dat daar de komende vijf jaar geen verandering in komt. Het objectieve leegstandsrisico voor al die panden zal gelijk zijn (50%) en dus zal de WOZ-waarde gelijk zijn. Per individueel pand zal echter het leegstandsrisico bij de leegstaande panden veel hoger zijn dan 50% (met een lage beleggingswaarde als gevolg), terwijl bij de verhuurde panden het leegstandsrisico lager is dan 50%. Voor verhuurde panden zal dus meestal de beleggingswaarde hoger zijn dan de WOZ-waarde, terwijl voor leegstaande panden de beleggingswaarde juist meestal lager zal zijn dan de WOZ-waarde. Natuurlijk zullen in de praktijk niet alle panden op een bepaalde locatie volledig met elkaar vergelijkbaar zijn. Ook de kenmerken van de panden wat betreft leeftijd, uitstraling, grootte et cetera. zullen invloed hebben op de "objectieve verhuurbaarheid". In de markt wordt daarbij wel het onderscheid gemaakt tussen "kansarm", "kanshebbend" en "kansrijk". Deze verschillen tussen panden in "objectieve verhuurbaarheid" zullen ook meegewogen worden in het bepalen van het objectieve leegstandsrisico en daarmee in de objectieve WOZwaarde. In de praktijk zullen dus niet alle panden op één locatie voor de WOZ getaxeerd worden met een gelijk leegstandsrisico, zie daarvoor ook de uitspraak van het Gerechtshof Arnhem/ Leeuwarden 12. In deze uitspraak geeft het Gerechtshof aan dat het objectieve risico op leegstand moet worden beoordeeld binnen een groep van vergelijkbare objecten. Dit betekend dat er binnen een locatie verschillende groepen kunnen worden geformeerd waar tussen het objectieve risico op leegstand verschillend is. De onderlinge verschillen in leegstandsrisico hangen samen met objectieve kenmerken van de getaxeerde panden die de verhuurbaarheid beïnvloeden zoals een zichtlocatie, aantal etages, staat van onderhoud, kwaliteit van een object enzovoort.. Gemiddeld zal het leegstandsrisico op een locatie in beginsel wel overeenkomen met de feitelijk geconstateerde leegstand op die locatie. Wanneer het (objectieve) leegstandsrisico voor een bepaald pand of voor een bepaalde locatie laag is (dus bijvoorbeeld voor courante panden, met een courante grootte op een "toplocatie"), zal het verschil tussen beleggingswaarde en WOZ-waarde gering zijn, maar in een gebied of voor een categorie panden met een hoger leegstandsrisico ("kansarm") zullen deze verschillen oplopen. Het gebruik van het "objectief leegstandsrisico" als uitgangspunt bij de WOZ-taxatie, hangt samen met de waarderingsvoorschriften (leeg en niet verhuurd). Dit uitgangspunt geldt voor alle panden op de waardepeildatum. Het objectieve karakter van de WOZ-taxaties leidt ertoe dat twee identieke naast elkaar gelegen kantoorpanden voor de WOZ dezelfde waarde hebben, ook wanneer het ene pand op de waardepeildatum verhuurd is en de andere leeg staat. Het "objectieve leegstandsrisico" zal in het algemeen worden uitgedrukt in het aantal maanden dat naar verwachting een dergelijk pand op deze locatie leeg zal staan in bijvoorbeeld de komende tien jaar. Om een goed beeld te krijgen van dit "objectieve leegstandsrisico" is de feitelijke leegstand op de waardepeildatum op de desbetreffende locatie een goede indicatie. Wanneer op de waardepeildatum op een bepaalde locatie nagenoeg alle kantoorpanden verhuurd zijn, zal het (objectieve) leegstandsrisico laag zijn (ook voor het enige pand op die locatie dat op de waardepeildatum toevallig leeg staat). Overigens wil een hoge feitelijke leegstand op de waardepeildatum niet altijd zeggen dat het "objectieve leegstandsrisico" ook hoog is. Immers de feitelijke leegstand kan het gevolg zijn van het feit dat op de locatie veel panden net zijn opgeleverd en er nog sprake is van (kortdurende) frictieleegstand. Overigens is het niet de taxateur die bepaalt hoe groot de daling van de WOZ-waarde is als gevolg van het leegstandsrisico, maar de markt. Immers, de bij de taxatie gebruikte huurwaarde en de kapitalisatiefactor worden uit de markt afgeleid. Wanneer bij transacties ECLI:NL:GHARL:2015:2102 Taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie Pagina 25

26 van verhuurde en van onverhuurde kantoorpanden nog steeds aanzienlijke prijzen worden betaald, dan is de daling van de marktwaarde dus nog beperkt. Het is niet zozeer de WOZtaxateur die ervoor zorgt dat de WOZ-waarden hoog blijven, maar de betrokken marktpartijen. Pas wanneer deze marktpartijen in verkooptransacties tot lagere verkoopprijzen komen, kan geconstateerd worden dat het hogere leegstandsrisico heeft geleid tot een lagere marktwaarde. Zolang marktpartijen zelf de verkoopprijzen en dus de marktwaarde hoog houden, kan de WOZ niet komen tot een lagere waarde Huurverliezen (indien van toepassing) Huurverliezen zijn niet in alle gevallen op te nemen als een exploitatielast. Alleen in de gevallen dat er is gekozen voor de verrekening van de incentive in de BAR/NAR zal er een percentage voor huurverliezen zichtbaar worden. 3.4 Correctie kosten koper Als de WOZ-waarde via een bottom-up methode wordt bepaald, moet gecorrigeerd worden vanwege kosten koper. Dit zijn de kosten die een koper moet maken om het eigendom van de onroerende zaak te verwerven. Deze kosten bestaan uit overdrachtsbelasting of omzetbelasting, makelaarskosten en notariskosten Notariskosten en makelaarskosten Voor wat betreft de WOZ-waarde wordt er bij het bepalen van de kosten koper van uitgegaan dat altijd een notaris wordt ingeschakeld voor het opmaken van de transportakte. Er wordt nadrukkelijk niet van uitgegaan dat er een makelaar wordt ingeschakeld. De kosten zijn degressief en afhankelijk van de hoogte van de koopsom en dus van de WOZ-waarde Overdrachtsbelasting versus omzetbelasting Er kunnen zich twee situaties voordoen waarbij rekening dient te worden gehouden met fiscale consequenties bij aan- en verkoop van onroerende zaken. Er is sprake van overdrachtsbelasting óf er is sprake van omzetbelasting (BTW). Het gaat hier uitsluitend om de belasting die betrekking heeft op het vastgoedobject. Deze houdt geen verband met de BTW-positie van de eigenaar of huurder. Immers, er wordt uitgegaan van overdracht van een leeg en ontruimd pand aan nieuwe eigenaren en gebruikers Overdrachtsbelasting Overdrachtsbelasting bedraagt 6% van de koopsom, of, zo die hoger ligt, van de verkoopwaarde. Overdrachtsbelasting wordt in mindering gebracht op de WOZ-waarde omdat de WOZ-waarde de verkoopwaarde representeert. Overdrachtsbelasting wordt geheven over transacties van bestaande bouwwerken Omzetbelasting (BTW) Als gevolg van het bepaalde in art. 11, eerste lid aanhef en letter a, Wet op de omzetbelasting 1968, kan een onroerende zaak, indien deze meer dan twee jaar in gebruik is, vrij van omzetbelasting worden geleverd. In dat geval wordt overdrachtsbelasting geheven over de aankoopprijs. Taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie Pagina 26

27 Bij nieuwe courante niet-woningen wordt alleen omzetbelasting betaald indien er een (fictieve) transactie plaatsvindt binnen twee jaar na eerste ingebruikname. Volgens de jurisprudentie betekent dit dat in deze periode de omzetbelasting (BTW) wel een waardebepalende factor is voor de WOZ-waarde. Daarom zal de WOZ-waarde in deze periode bepaald moeten worden inclusief BTW. In dit verband verwijzen wij naar het volgende arrest van de Hoge Raad van 21 december 2013, nr. 11/04417, LJN: BY6825 en nr. 11/04396, LJN: BY6824, waarin de uitspraak van het Gerechtshof wordt bevestigd. In deze laatste uitspraak zijn de volgende rechtsoverwegingen van belang: "4.8. Belanghebbenden zijn ondernemer voor de toepassing van de Wet op de omzetbelasting 1968 (hierna: Wet OB 1968). De distributieloodsen zijn door belanghebbenden verworven overeenkomstig artikel 11, eerste lid, onderdeel a, in verbinding met artikel 15 van de Wet OB 1968 met toepassing van het recht op aftrek van voorbelasting, zodat geen omzetbelasting op de koopprijs drukt. Belanghebbenden gebruiken de distributieloodsen voor belaste prestaties in de zin van de Wet OB Voor zover de distributieloodsen worden verhuurd, geschiedt zulks overeenkomstig artikel 11, eerste lid, onderdeel b, ten 5, van de Wet OB 1968 in de belaste sfeer, zodat de ter zake van de koopprijs afgetrokken voorbelasting onaangetast blijft en niet alsnog omzetbelasting op de koopprijs drukt Voor de toepassing van de Wet OB 1968 zijn belanghebbenden en de huurders van de distributieloodsen ondernemers die met omzetbelasting belaste prestaties verrichten. Dit betekent dat geen omzetbelasting op de koopprijzen of op de huurprijzen drukt. Bij de aankoop van de distributieloodsen maakt de aan belanghebbenden in rekening gebrachte omzetbelasting deel uit van de prijzen, die belanghebbenden ter verkrijging van de distributieloodsen slechts bereid zijn gebleken te betalen in de wetenschap dat op haar met gebruikmaking van haar recht op aftrek van voorbelasting die omzetbelasting niet drukt. Aannemelijk is dat ook andere marktpartijen die de distributieloodsen zouden willen verwerven dezelfde terughoudendheid in die bereidheid zouden tonen. De ratio van het stelsel van de omzetbelasting is, dat op de bedrijfsvoering van ondernemers geen omzetbelasting drukt voor zover zij belaste prestaties verrichten. Voor deze ondernemers gelden prijzen exclusief omzetbelasting als waarde in het economisch verkeer. Uit de arresten van de Hoge Raad van 30 oktober 1991, nr , BNB 1992/3, en van 30 oktober 1991, nr , BNB 1992/4, bevestigd in het arrest van de Hoge Raad van 8 augustus 2003, nr , LJN AI0924, BNB 2003/347, volgt echter, dat de waardering naar de waarde in het economische verkeer van de distributieloodsen in de eerste twee jaar na ingebruikname dient plaats te vinden inclusief omzetbelasting. Het Hof ziet, anders dan belanghebbenden betogen, geen reden van deze vaste jurisprudentie af te wijken, aangezien, gelet op de ratio van artikel 17, tweede lid, van de Wet WOZ, moet worden uitgegaan van de waarde in het economische verkeer, zijnde een objectieve waarde. De Hoge Raad bevestigt aldus de vaste lijn in de jurisprudentie dat de waardering naar de waarde in het economische verkeer moet worden bepaald ongeacht de persoonlijke omstandigheden van de belastingplichtige, in de eerste twee jaar na de eerste ingebruikname bovendien inclusief omzetbelasting. NB, Bij het bepalen van de tweejaarsperiode (eerste twee jaar na eerste ingebruikname) is de toestandsdatum van belang (en niet de waardepeildatum). De waarde in het economische verkeer is de prijs die de meest biedende gegadigde bereid is te betalen bij een verkoop van de desbetreffende onroerende zaak na de beste voorbereiding en rondom de waardepeildatum. Transacties van onroerende zaken zijn in beginsel vrijgesteld van de heffing van omzetbelasting. Bij gewone transacties van onroerende zaken speelt omzetbelasting geen rol. Bij niet-woningen die al langer dan twee Taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie Pagina 27

28 jaar in gebruik zijn, wordt daarom de waarde in het economische verkeer bepaald, uitgaande van een verkoopprijs die niet is onderworpen aan de heffing van omzetbelasting. De hierboven bedoelde waarde is niet gelijk aan de prijs (zoals die op de markt tot stand komt) die bij belaste levering zou worden verkregen verminderd met de verschuldigde omzetbelasting. In die prijs zit namelijk ook een element van niet-aftrekbare omzetbelasting. Partijen die de omzetbelasting niet, of slechts gedeeltelijk, in aftrek kunnen brengen, zullen immers een extra bedrag over hebben voor het feit dat de levering bij verkoop vrij is van omzetbelasting. De te analyseren transacties vermelden de koopsommen exclusief de wettelijke transactiekosten (hierna k.k.). Wanneer uitgegaan wordt van de in het Kadaster vermelde transactieprijzen, zal de uitkomst van de analyse resulteren in een gemiddelde kapitalisatiefactor k.k. Eventuele omrekeningen zijn dan overbodig. Op de regel dat transacties van onroerende zaken niet zijn onderworpen aan de heffing van omzetbelasting, bestaat één belangrijke uitzondering, namelijk de verkoop van een nieuw vervaardigde onroerende zaak (nieuwbouwobject). Deze uitzondering geldt tot twee jaar na de eerste ingebruikname van het gebouw. Daarna is over (volgende) transacties in beginsel geen omzetbelasting meer verschuldigd. Voor de bepaling van de waarde in het economische verkeer van een onroerende zaak mogen subjectieve elementen geen rol spelen. Voor de bepaling van de waarde in het economisch verkeer van een niet-woning die op de waardepeildatum minder dan twee jaar geleden in gebruik genomen is moet, net als bij nieuwbouwwoningen, uitgegaan worden van een transactieprijs inclusief de te betalen omzetbelasting. Hoewel onder omstandigheden ook transacties van onroerende zaken ouder dan twee jaar belast kunnen zijn met omzetbelasting, geldt voor de waardebepaling in het kader van de Wet WOZ dat alleen gekeken wordt naar de tweejaarsperiode. Binnen de tweejaarsperiode wordt getaxeerd inclusief omzetbelasting en daarna wordt getaxeerd uitgaande van een transactie die niet is belast met omzetbelasting. De invloed van de omzetbelasting zal verdisconteerd zijn in de kapitalisatiefactor. Toepassing van deze kapitalisatiefactor op een huurwaarde exclusief BTW leidt dan tot een waarde die gebaseerd is op een transactie onderworpen aan overdrachtsbelasting. Wanneer bij het bepalen van de kapitalisatiefactor wordt aangesloten op verkoopgegevens onderworpen aan overdrachtsbelasting en huurgegevens exclusief BTW behoeft de uit de marktgegevens afgeleide huurwaarde en kapitalisatiefactor niet gecorrigeerd te worden met de BTW. In andere gevallen (bijvoorbeeld bij taxatie van een object in de tweejaarsperiode - of bij het gebruik maken van een verkoopprijs onderworpen aan omzetbelasting - is correctie wel nodig. Bronnen: Vraagbaak waardebepaling in het kader van de Wet WOZ 3 e herziene druk. Hoge Raad 30 oktober 1991, nr , Belastingblad 1992, blz Taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie Pagina 28

29 Bijlage 1 - Algemene beschrijving Bij deze taxatiewijzer hoort het rekenblad HWK-monitor. Met dit rekenblad kan de kapitalisatiefactor worden bepaald en kan worden berekend wat de invloed is van eventuele incentives op de getaxeerde huurwaarde. Het rekenblad wordt per jaar vernieuwd. De belangrijkste wijzigingen ten opzichte van de vorige waardepeildatum worden in het blad versie beheer weergegeven. Wijze van berekenen invloed incentives op WOZ-waarde Het rekenblad biedt twee methoden om de invloed van incentives op de WOZ-waardebepaling te berekenen. Bij de eerste methode verrekenen we de incentives in de getaxeerde huurwaarde. Deze methodiek wordt in beginsel toegepast bij de WOZ-waardering. Op deze manier wordt deze invloed op de huurwaarde zuiverder in beeld gebracht dan in de benadering die vroeger (waardepeildatum 1 januari 2009 en eerder) werd toegepast. De tweede methode is als nadere onderbouwing beschikbaar. Deze toont aan dat het verdisconteren van de incentives in de kapitalisatiefactor tot dezelfde WOZ-waarde leidt. In eerdere edities (waardepeildatum 2009 en eerder) van de taxatiewijzers kapitalisatiefactor werd er van uitgegaan dat de incentives die in de markt worden gegeven, in zijn geheel op de bruto huur in mindering moesten worden gebracht, waarbij deze incentives werden verrekend met de te betalen huur. Gedurende een periode van tien jaar. Bij een incentive bestaande uit 12 maanden huurvrije periode werd de periode van 12 maanden gedeeld op 120 maanden en werd er daarom 10% van de bruto huur afgetrokken. De aldus verkregen "bruto huurwaarde" werd verder gebruikt om bijvoorbeeld de exploitatiekosten te berekenen en om de netto huurwaarde te bepalen. In de nieuwere versies wordt de invloed van de incentives contant gemaakt via de DCF-methode over een periode van 10-jaar. Voor de resterende periode wordt uitgegaan van de volledige "huurprijs". Contant maken van de gegeven incentives Het bedrag waarmee de bruto huurwaarde moet worden verminderd, wordt bepaald op basis van de contante waarde van "de door de incentives gemiste kasstromen". Bij de berekening wordt een rentevoet gehanteerd over een tijdreeks van 10-jaar. De uitkomst wordt uitgedrukt in een percentage van de totale kasstromen.. Overigens is het rekenblad (bijlage 5) zodanig ingericht dat de berekening geheel automatisch gaat. De gebruiker, hoeft alleen in te vullen hoeveel maanden er incentives (huurvrije periode) worden gegeven. De gemaakte keuze wordt vervolgens direct in het rekenblad verwerkt, waardoor de uitkomsten dadelijk zichtbaar zijn. Taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie Pagina 29

30 De herbouwwaarde als uitgangspunt voor kostenraming en uitgedrukt als percentage van de jaarhuur Vanuit de praktijk bestaat de wens de exploitatiekosten (bijvoorbeeld onderhoud) te baseren op de herbouwwaarde. Het praktijkvoorbeeld is de situatie waarbij voor twee identieke gebouwen met verschillende jaarhuurprijzen verschillende onderhoudskosten werden berekend, terwijl de panden qua onderhoudskosten gelijk zijn. Deze ongelijkheid wordt voorkomen door dezelfde herbouwwaarde als uitgangspunt te nemen. Doordat de gebruiker kan kiezen uit archetypen, krijgen gelijke gebouwen gelijke exploitatiekosten ten aanzien van het onderhoud. Wel wordt de mogelijkheid geboden om met een cijfermatige aanduiding de kwaliteit, ligging en onderhoud te benoemen waarmee de herbouwwaarde kan variëren. Het lijkt redelijk te veronderstellen dat bij een object met een mindere staat van onderhoud hogere onderhoudskosten in de taxatie moeten worden meegenomen. Het inzichtelijk maken van verzekeringen op basis van herbouwwaarde en uitgedrukt als percentage van de jaarhuur Het argument om de onderhoudskosten te baseren op de herbouwwaarde geldt evenzeer voor het schatten van de kosten voor bijvoorbeeld de opstalverzekering. Ook hier is het van belang de kosten op een eenduidige wijze vast te stellen, waarbij gelijke gevallen gelijk worden behandeld en niet worden beïnvloed door de hoogte van de individueel betaalde huurprijs. De netto contante waardeberekening Met behulp van dit rekenblad kan meteen een controle worden uitgevoerd op basis van de netto contante waarde. In deze waardeberekening wordt namelijk getoond welke kasstromen er zijn binnen een tijdreeks van 10-jaar. Deze kasstromen bestaan enerzijds uit de jaarlijkse huuropbrengst van een gebouw, anderzijds worden de jaarlijkse kosten als kasstromen zichtbaar, zodat er een netto kasstroom overblijft. De netto kasstroom wordt contant gemaakt met behulp van een rentevoet. De rentevoet bestaat uit het netto aanvangsrendement plus een ophoging voor te verwachten groei. Het zal duidelijk zijn dat het bepalen van de rentevoet (risico-opslag) vanuit verkooptransacties onontbeerlijk is, hierdoor houdt de rentevoet aansluiting op de markt. Taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie Pagina 30

31 Bijlage 2 - Overzicht exploitatiekosten en verzekeringspremies Algemene beschrijving van de werking van de matrix overzichten onderhoudskosten en verzekeringspremies De matrix is ingedeeld in kolommen en regels. Bij de kolom Omschrijving kan de gewenste omschrijving van het object worden gezocht. Vervolgens wordt in de kolom ernaast gezocht naar de gewenste bijzonderheid die past bij de eerder gekozen omschrijving. Uit de horizontale rij wordt berekend wat de kosten zijn van dit type gebouw. De kolom totaal is gevuld met de som van alle kosten in de horizontale rij. Hiervan kan worden afgeweken als een van de betrokken kostensoorten niet van toepassing is. In dat geval kan worden gekozen voor een optelling van de specifieke kosten die voor het gebouw gelden. Deze werkwijze geldt voor de gebouwtypen kantoor, winkel en bedrijf. Om de berekening van de kapitalisatiefactor zuiver te houden, worden deze kosten vervolgens uitgedrukt in een percentage van de huur. Door deze werkwijze wordt voorkomen dat voor gelijke gebouwen verschillende bedragen worden gehanteerd voor onderhoud en verzekeringen. De onderstaande onderhoudskosten zijn gebaseerd op een neutrale onderhoudssituatie. Het zijn de meest voorkomende kosten per gebouwtype, per vierkante meter bruto vloeroppervlak (BVO). Op het moment dat er kosten worden gemaakt die zien op achterstallig onderhoud moeten deze in de waardering worden verwerkt als een kapitaalscorrectie. Deze mogen niet in de exploitatiekosten worden opgenomen. Hieronder wordt per kostencomponent getracht een meer gedetailleerde uitleg te geven over het rekenblad. De onderstaande matrix is aangepast naar waardepeildatum 1 januari Dit houdt in dat de individuele kostensoorten opnieuw zijn beoordeeld door de Vastgoed Taxatiewijzer 2015 als uitgangspunt te nemen en deze te indexeren met 1,00% Taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie Pagina 31

32 Omschrijving standaard basis cv installatie mechanische ventilati topkoeling airconditioning Totaal p/m2 per jaar Verzekeringen Onderhoudskosten en verzekeringen Kantoren < 10 mio > 10 mio Grachtenpand 5,20 0,77 0,81 1,14 0,00 7,97 0, ,00485 Grachtenpand 6,55 0,77 0,81 1,14 0,00 9,33 0, ,00485 monumentaal 8,29 0,78 1,10 1,58 0,00 11,82 0, ,00485 monumentaal 7,87 0,82 0,93 1,32 0,00 11,01 0, ,00485 eigentijds 6,85 0,78 1,10 1,58 3,50 13,89 0, ,00474 eigentijds 4,67 0,78 1,10 1,58 3,50 11,70 0, ,00474 eigentijds 8,03 0,78 1,10 1,58 3,50 15,08 0, ,00474 eigentijds 5,67 0,78 1,10 1,58 3,50 12,71 0, ,00474 eigentijds 6,16 0,78 1,10 1,58 3,50 13,20 0, ,00474 eigentijds 3,80 0,78 1,10 1,58 3,50 10,82 0, ,00474 eigentijds 7,00 0,78 1,10 1,58 3,50 14,04 0, ,00474 eigentijds 3,98 0,78 1,10 1,58 3,50 11,01 0, ,00474 eigentijds 2,17 0,58 0,40 0,59 1,79 5,56 0, ,00474 middelhoog jaren ' 70 5,67 0,61 0,58 0,88 2,07 9,87 0, ,00474 middelhoog jaren ' 70 2,70 0,61 0,58 0,88 2,07 6,88 0, ,00474 middelhoog jaren ' 70 5,70 0,61 0,58 0,88 2,07 9,90 0, ,00474 middelhoog jaren ' 70 3,83 0,61 0,58 0,88 2,07 8,02 0, ,00474 laagbouw 4,76 0,61 0,58 0,88 2,07 8,95 0, ,00474 laagbouw 2,98 0,61 0,58 0,88 2,07 7,16 0, ,00474 laagbouw 5,08 0,61 0,58 0,88 2,07 9,28 0, ,00474 laagbouw 5,84 0,61 0,58 0,88 2,07 10,04 0, ,00474 laagbouw 4,86 0,61 0,58 0,88 2,07 9,05 0, ,00474 middelhoogbouw 4,19 0,58 0,42 0,67 1,86 7,77 0, ,00474 middelhoogbouw 2,40 0,58 0,42 0,67 1,86 5,97 0, ,00474 middelhoogbouw 4,56 0,58 0,42 0,67 1,86 8,14 0, ,00474 middelhoogbouw 5,40 0,58 0,42 0,67 1,86 8,98 0, ,00474 middelhoogbouw 4,32 0,58 0,42 0,67 1,86 7,90 0, ,00474 hoogbouw 2,26 0,54 0,36 0,59 1,77 5,55 0, ,00474 hoogbouw 3,54 0,54 0,36 0,59 1,77 6,84 0, ,00474 hoogbouw 4,76 0,54 0,36 0,59 1,77 8,07 0, ,00474 hoogbouw 4,51 0,54 0,36 0,59 1,77 7,82 0, ,00474 optioneel Eenheid Bedrag p/st Hydrofoor, stuksprijzen in kosten opnemen als m2 prijs stuks 494 Tractielift, stuksprijzen in kosten opnemen als m2 prijs bij laagbouw stuks Tractielift, stuksprijzen in kosten opnemen als m2 prijs bij middelhoogbouw stuks Tractielift, stuksprijzen in kosten opnemen als m2 prijs bij hoogbouw stuks Hydraulische lift, stuksprijzen in kosten opnemen als m2 prijs bij laagbouw stuks Hydraulische lift, stuksprijzen in kosten opnemen als m2 prijs bij middelhoogbouw stuks Gevelonderhoud instalatie, stuksprijzen in kosten opnemen als m2 prijs stuks Bron: Vastgoed Taxatiewijzer Koëter vastgoed adviseurs.. Taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie Pagina 32

33 Omschrijving standaard basis cv installatie mechanische ventilatie topkoeling sprinkler installatie Totaal p/m2 per jaar Verzekeringen Onderhoudskosten en verzekeringen Winkel < 10 mio > 10 mio individuele winkel (winkelstraat) ouder 5,44 1,69 0,00 0,00 3,00 10,19 0,005 0,005 individuele winkel (winkelstraat) recent 4,82 1,49 0,00 0,00 3,00 9,37 0,005 0,005 winkel in centrum, niet overdekt, ouder 6,62 1,49 0,00 0,00 3,00 11,18 0,006 0,005 winkel in centrum, niet overdekt, recent 6,38 1,21 0,00 0,00 3,00 10,65 0,006 0,005 winkel in centrum, overdekt, ouder 4,39 1,06 0,00 0,00 3,00 8,50 0,006 0,005 winkel in centrum, overdekt, recenter 4,88 1,21 0,00 0,00 3,00 9,14 0,006 0,005 kiosk 5,90 126,83 0,00 0,00 3,00 136,54 0,006 0,005 solitaire supermarkt 5,26 0,89 0,00 0,00 3,00 9,20 0,005 0,005 grootschalige detailhandelsunit 4,53 0,00 0,00 0,00 3,00 7,58 0,006 0,005 grootschalige detailhandelsunit 2,26 0,00 0,00 0,00 3,00 5,29 0,006 0,005 perifere grootschalige detailhandelsunit 4,31 0,00 0,00 0,00 3,00 7,35 0,006 0,005 perifere grootschalige detailhandelsunit 2,15 0,00 0,00 0,00 3,00 5,18 0,006 0,005 café/bar 4,08 0,97 0,28 3,16 3,00 11,56 0,007 0,006 restaurant 4,08 0,97 0,28 3,16 3,00 11,56 0,007 0,006 theater/bioscoop 2,44 0,61 0,36 0,78 3,00 7,23 0,006 0,005 dancing/discotheek 2,92 0,54 0,32 0,66 3,00 7,48 0,011 0,009 Optioneel voor heater's hieronder Eenheid Bedrag p/m2 directgestookt 1e bouwlaag per m/2 0,40 indirect gestookt 1e bouwlaag per m/2 0,52 directgestookt 2e bouwlaag per m/2 0,20 indirect gestookt 2e bouwlaag per m/2 0,26 optioneel Eenheid Bedrag p/st Hydrofoor per st 494 Tractielift per st Hydraulische lift per st roltrap/ trap per st Gevelonderhoud instalatie per st Bron: Vastgoed Taxatiewijzer, Koëter vastgoed adviseurs Taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie Pagina 33

34 Omschrijving standaard basis direct/heater indirect/heater indirect/stralingspanelen sprinkler installatie Totaal p/m2 per jaar Verzekeringen Onderhoudskosten en verzekeringen Bedrijven < 10 mio > 10 mio kleinschalig 5,23 0,46 0,76 0,61 3,00 10,42 0,006 0,005 kleinschalig 4,89 0,46 0,46 0,61 3,00 9,78 0,006 0,005 kleinschalig 4,89 0,46 0,76 0,61 3,00 10,08 0,006 0,005 middenschalig 3,52 0,41 0,52 0,48 3,00 8,28 0,006 0,005 middenschalig 3,78 0,41 0,52 0,48 3,00 8,54 0,006 0,005 middenschalig 4,97 0,41 0,52 0,48 3,00 9,74 0,006 0,005 grootschalig 3,13 0,25 0,41 0,30 3,00 7,29 0,006 0,005 grootschalig 3,20 0,25 0,41 0,30 3,00 7,36 0,006 0,005 grootschalig 4,09 0,43 0,45 0,30 3,00 8,57 0,006 0,005 klein tot grootschalig 3,01 0,00 0,00 0,00 3,00 6,05 0,006 0,005 combinatiegebouw 3,19 0,43 0,47 0,34 3,00 7,73 0,006 0,005 bedrijfsverzamelgebouw 3,17 0,46 0,76 0,61 3,00 8,35 0,005 0,005 distributiecentrum 4,02 0,40 0,45 0,34 3,00 8,56 0,005 0,005 distributiecentrum 4,96 0,28 0,41 0,30 3,00 9,15 0,005 0,005 garagebedrijf 3,75 0,43 0,47 0,00 3,00 7,96 0,005 0,005 optioneel Eenheid Bedrag p/st Tractielift per st Hydraulische lift per st Bron: Vastgoed Taxatiewijzer, Koëter vastgoed adviseurs Taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie Pagina 34

35 Hoofd gebruik Arche type Materiaal gebruik Herbouw min m2 Herbouw max m2 Bijlage 3 - Overzicht herbouwwaarden In deze bijlage vindt u de herbouwwaarde in bandbreedtes van minimaal naar maximaal. In de kolom Hoofd gebruik kan een keuze worden gemaakt voor het type vastgoed dat moet worden getaxeerd. In de kolom Archetype moet daar vervolgens een nadere omschrijving bij worden gevonden, die nog verder kan worden verfijnd door gebruik te maken van de kolom Materiaal gebruik.. Het eindigt bij de minimale en maximale herbouwwaarde die overigens automatisch in de berekening van het rekenblad wordt verwerkt. In het rekenblad kunnen de onderstaande keuzes worden gemaakt. De keuze wordt specifiek gemaakt voor het te taxeren object door de toekenning van een cijfer voor kwaliteit, ligging en onderhoud van het gebouw. Bij het aanpassen van deze cijfers zal ook de herbouwwaarde wijzigen.. De onderstaande matrix is aangepast naar waardepeildatum 1 januari 2016 Dit houdt in dat de individuele kostensoorten opnieuw zijn beoordeeld door de Vastgoed Taxatiewijzer 2015 als uitgangspunt te nemen en deze te indexeren met 1.00% Herbouwwaarden kantoor Kantoor monumentaal kantoor metselwerk Kantoor monumentaal kantoor gestucadoord en geschilderd Kantoor kantoor villa (monumentaal) metselwerk Kantoor kantoor villa (monumentaal) gestucadoord en geschilderd Kantoor kantoor villa (eigentijds) metselwerk, houten kozijnen Kantoor kantoor villa (eigentijds) metselwerk, aluminium kozijnen Kantoor kantoor villa (eigentijds) isolatiestucwerk, houten kozijnen Kantoor kantoor villa (eigentijds) isolatiestucwerk, aluminium kozijnen Kantoor kantoor villa (eigentijds) natuursteen, houten kozijnen Kantoor kantoor villa (eigentijds) natuursteen, aluminium kozijnen Kantoor kantoor villa (eigentijds) metaal Kantoor kantoor villa (eigentijds) beton Kantoor middelhoog (eigentijds) metselwerk Kantoor middelhoog jaren zestig-zeventig metselwerk, houten kozijnen Kantoor middelhoog jaren zestig-zeventig metselwerk, aluminium kozijnen Kantoor middelhoog jaren zestig-zeventig beton, houten kozijnen Kantoor middelhoog jaren zestig-zeventig beton, aluminium kozijnen Kantoor laagbouw metselwerk Kantoor laagbouw vliesgevels Kantoor laagbouw natuursteen Kantoor laagbouw beton Kantoor laagbouw metaal Kantoor middelhoogbouw metselwerk Kantoor middelhoogbouw vliesgevels Kantoor middelhoogbouw natuursteen Kantoor middelhoogbouw beton Kantoor middelhoogbouw metaal Kantoor hoogbouw vliesgevels Kantoor hoogbouw natuursteen Kantoor hoogbouw beton Kantoor hoogbouw metaal Bron: Vastgoed Taxatiewijzer, Koëter vastgoed adviseurs Taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie Pagina 35

36 Hoofd gebruik Arche type Materiaal gebruik Herbouw min m2 Herbouw max m2 Hoofd gebruik Arche type Materiaal gebruik Herbouw min m2 Herbouw max m2 Herbouwwaarden Bedrijven Bedrijf kleinschalig metselwerk Bedrijf kleinschalig metaal Bedrijf kleinschalig metselwerk/metaal Bedrijf middenschalig metselwerk Bedrijf middenschalig metaal Bedrijf middenschalig metselwerk/metaal Bedrijf grootschalig metselwerk Bedrijf grootschalig metaal Bedrijf grootschalig metselwerk/metaal Bedrijf klein tot grootschalig gevels en dak metaal, ongeïsoleerd Bedrijf combinatiebouw met showroom,/s N.v.t Bedrijf bedrijfsverzamelgebouw N.v.t Bedrijf distributiecentrum kleinschalig Bedrijf distributiecentrum grootschalig Bedrijf garagebedrijf met showroom en kan.v.t Bron: Vastgoed Taxatiewijzer, Koëter vastgoed adviseurs Herbouwwaarden Winkels Winkel individuele winkel (winkelstraat) outraditioneel gemetselde gevels, Winkel individuele winkel (winkelstraat) rectraditioneel gemetselde gevels, Winkel winkel in centrum, niet overdekt, o gemetseldegevel Winkel winkel in centrum, niet overdekt, regemetseldegevel Winkel winkel in centrum, overdekt, ouder gemetseldegevel Winkel winkel in centrum, overdekt, recen gemetseldegevel Winkel kiosk aluminium met glas gevels Winkel solitaire supermarkt gemetselde gevels Winkel grootschalige detailhandelsunit (m Metalen gevelbekleding Winkel grootschalige detailhandelsunit (m Metalen gevelbekleding Winkel perifere grootschalige detailhandelsmetalen gevelbekleding Winkel perifere grootschalige detailhandelsmetalen gevelbekleding Winkel café/bar gemetseldegevel Winkel restaurant gemetseldegevel Winkel theater/bioscoop aluminium vliezgevels Winkel dancing/discotheek geen nadere omschrijving Bron: Vastgoed Taxatiewijzer, Koëter vastgoed adviseurs Taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie Pagina 36

37 Bijlage 4 - Overzicht kosten voor de koper Hierna is een tabel opgenomen van kosten koper zoals genoemd in de Vastgoed Taxatiewijzer, Koeter vastgoed adviseurs. Koopsom in Overzicht kosten voor de koper Overdrachtsb Transport K.K. totaal in elasting in kosten in K.K. in % ,0% ,5% ,4% ,4% ,4% ,3% ,3% ,3% ,3% ,3% ,3% ,3% ,2% ,2% ,2% ,2% ,2% ,2% ,1% ,1% ,1% ,1% ,1% ,1% ,1% Bron: Vastgoed Taxatiewijzer Exploitatiekosten 2015: KOETER, Vastgoed adviseurs online en REV Taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie Pagina 37

38 Bijlage 5 - Rekenblad Huurwaardekapitalisatie monitor Belangrijk! Standaard beveiligingsniveau van gemiddeld of hoger in acht nemen. Mocht u nog steeds problemen ervaren met het functioneren van het rekenblad, kiest u dan voor een laag beveiligingsniveau.. Het komt wel eens voor dat een computer niet in staat is om de bron te identificeren, waardoor het rekenblad als onveilig wordt gekenmerkt. Excel 2003:. Kies voor EXTRA MACRO BEVEILIGING, kies het gewenste beveiligingsniveau. Excel 2007: via Opties Microsoft Office- beveiligingsopties en inhoud vullen. Excel 2010 Via Opties naar Formules en daar rechtsboven de Iteratieve berekening inschakelen, zoals in onderstaande screenshot aangegeven. (NB: zo niet, dan krijgt u een kringverwijzing en werkt het rekenblad niet) Taxatiewijzer Huurwaardekapitalisatie Pagina 38

Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 24 Huurwaardekapitalisatie

Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 24 Huurwaardekapitalisatie Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 24 Huurwaardekapitalisatie Waardepeildatum 1 januari 2014 Colofon Taxatiewijzer Kapitalisatiefactor, waardepeildatum 1 januari 2014 Deze taxatiewijzer is een uitgave van

Nadere informatie

Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 24 Huurwaardekapitalisatie

Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 24 Huurwaardekapitalisatie Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 24 Huurwaardekapitalisatie Waardepeildatum 1 januari 2012 Colofon Taxatiewijzer Kapitalisatiefactor, waardepeildatum 1 januari 2012 Deze taxatiewijzer is een uitgave van

Nadere informatie

Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 24 Huurwaardekapitalisatie

Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 24 Huurwaardekapitalisatie Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 24 Huurwaardekapitalisatie Waardepeildatum 1 januari 2015 Colofon Taxatiewijzer Kapitalisatiefactor, waardepeildatum 1 januari 2015 Deze taxatiewijzer is een uitgave van

Nadere informatie

Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 24 Huurwaardekapitalisatie

Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 24 Huurwaardekapitalisatie Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 24 Huurwaardekapitalisatie Waardepeildatum 1 januari 2013 Colofon Taxatiewijzer Kapitalisatiefactor, waardepeildatum 1 januari 2013 Deze taxatiewijzer is een uitgave van

Nadere informatie

Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 24 Huurwaardekapitalisatie

Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 24 Huurwaardekapitalisatie Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 24 Huurwaardekapitalisatie Waardepeildatum 1 januari 2011 Colofon Taxatiewijzer Kapitalisatiefactor, waardepeildatum 1 januari 2011 Deze taxatiewijzer is een uitgave van

Nadere informatie

Taxatiewijzer Kapitalisatiefactor

Taxatiewijzer Kapitalisatiefactor Taxatiewijzer Kapitalisatiefactor Waardepeildatum 1 januari 2007 Colofon Taxatiewijzer Kapitalisatiefactor, waardepeildatum 1 januari 2007 Deze taxatiewijzer is een uitgave van de Vereniging van Nederlandse

Nadere informatie

Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 24 Huurwaardekapitalisatie

Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 24 Huurwaardekapitalisatie Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 24 Huurwaardekapitalisatie Waardepeildatum 1 januari 2010 Colofon Taxatiewijzer Kapitalisatiefactor, waardepeildatum 1 januari 2010 Deze taxatiewijzer is een uitgave van

Nadere informatie

Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 24 Kapitalisatiefactor

Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 24 Kapitalisatiefactor Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 24 Kapitalisatiefactor Waardepeildatum 1 januari 2008 Colofon Taxatiewijzer Kapitalisatiefactor, waardepeildatum 1 januari 2008 Deze taxatiewijzer is een uitgave van de

Nadere informatie

Onderzoek WOZ-taxaties grote kantoorobjecten

Onderzoek WOZ-taxaties grote kantoorobjecten WAARDERINGSKAMER NOTITIE Betreft: Onderzoek WOZ-taxaties grote kantoorobjecten Datum: 23 november 2010 Bijlage(n): - 1. Inleiding De Waarderingskamer houdt toezicht op de uitvoering van de Wet waardering

Nadere informatie

ECLI:NL:RBAMS:2016:8488

ECLI:NL:RBAMS:2016:8488 ECLI:NL:RBAMS:2016:8488 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 28-11-2016 Datum publicatie 04-01-2017 Zaaknummer AWB - 16 _ 264 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht

Nadere informatie

Wethouder van Financiën en Stadsbeheer

Wethouder van Financiën en Stadsbeheer Wethouder van Financiën en Stadsbeheer Sander Dekker Gemeente Den Haag Retouradres: Postbus 12600, 2500 DJ Den Haag De voorzitter van de Commissie Bestuur De voorzitter van de Commissie Ruimte Uw brief

Nadere informatie

WAARDERINGSKAMER NOTITIE. Betreft: Marktanalyse, taxeren en kwaliteitscontrole van WOZ-taxaties van woningen bij weinig marktinformatie

WAARDERINGSKAMER NOTITIE. Betreft: Marktanalyse, taxeren en kwaliteitscontrole van WOZ-taxaties van woningen bij weinig marktinformatie WAARDERINGSKAMER NOTITIE Betreft: Marktanalyse, taxeren en kwaliteitscontrole van WOZ-taxaties van woningen bij weinig marktinformatie Datum: Versie 25 mei 2009 Bijlage(n): 1. Inleiding De kredietcrisis

Nadere informatie

Vorige vastgestelde WOZ-waarde (waardepeildatum )

Vorige vastgestelde WOZ-waarde (waardepeildatum ) Locatie woning Huisnummer 339 1019 LG Taxatieverslag Woningen WOZ-objectnummer 036300495439 Dagtekening taxatieverslag 21-09-2016 Waardepeildatum 01-01-2016 Toestandspeildatum 01-01-2016 Vastgestelde WOZ-waarde

Nadere informatie

Taxatieverslag Woningen

Taxatieverslag Woningen Locatie woning Da Costastraat 94 H 1053 ZS Taxatieverslag Woningen WOZ-objectnummer 036300072828 Dagtekening taxatieverslag 03-09-2015 Waardepeildatum 01-01-2015 Toestandspeildatum 01-01-2015 Vastgestelde

Nadere informatie

Model taxatieverslag woningen dat is opgenomen in de bijlage bij deze regeling.

Model taxatieverslag woningen dat is opgenomen in de bijlage bij deze regeling. Artikel Het in bijlage 4 van de Uitvoeringsregeling instructie waardebepaling Wet waardering onroerende zaken opgenomen Model taxatieverslag woningen wordt vervangen door het Model taxatieverslag woningen

Nadere informatie

Taxatieverslag Woningen

Taxatieverslag Woningen Locatie woning Waldenlaan Huisnummer 31 1093 NH Taxatieverslag Woningen WOZ objectnummer 036302647535 Dagtekening taxatieverslag 30 12 2016 Waardepeildatum 01 01 2016 Toestandspeildatum 01 01 2016 Vastgestelde

Nadere informatie

Hoe wordt de WOZ-waarde vastgesteld?

Hoe wordt de WOZ-waarde vastgesteld? In dit document vindt u antwoorden op onderstaande vragen 1. Hoe wordt de WOZ-waarde vastgesteld? 2. Waarvoor wordt de WOZ-waarde gebruikt? 3. Taxatieverslag 4. Hoe wordt de waarde van mijn pand vastgesteld

Nadere informatie

ECLI:NL:RBARN:2012:BX0442

ECLI:NL:RBARN:2012:BX0442 ECLI:NL:RBARN:2012:BX0442 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 03-07-2012 Datum publicatie 05-07-2012 Zaaknummer AWB 11/5490 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

WAARDERINGSKAMER NOTITIE. Betreft: Uitbreiding codelijst in domein 65.22 en commentaar 65.23. Datum: 27 maart 2007 Bijlage(n): 2

WAARDERINGSKAMER NOTITIE. Betreft: Uitbreiding codelijst in domein 65.22 en commentaar 65.23. Datum: 27 maart 2007 Bijlage(n): 2 WAARDERINGSKAMER NOTITIE Betreft: Uitbreiding codelijst in domein 65.22 en commentaar 65.23 Datum: 27 maart 2007 Bijlage(n): 2 1. Inleiding In het Gegevenswoordenboek WOZ zijn in het domein van het gegevensnummer

Nadere informatie

Model Taxatieverslag Woningen

Model Taxatieverslag Woningen Model Taxatieverslag Woningen Locatie woning Straatnaam Huisnummer Postcode Woonplaats * 1 Foto getaxeerde woning WOZ-objectnummer Waardepeildatum 1 januari 20.. Toestandspeildatum 1 januari 20.. Vastgestelde

Nadere informatie

Taxatieverslag Woning

Taxatieverslag Woning Taxatieverslag Woning Locatie woning Boostenstraat Huisnummer 35 6412 ZS WOZ-Objectnummer 91700075954 Toestandspeildatum: 01-01-2016 Indien sprake is van een aan- of verbouwing in 2016 is de toestandspeildatum

Nadere informatie

Notitie harmonisatie huurtarieven gemeentelijke buurthuizen 2017

Notitie harmonisatie huurtarieven gemeentelijke buurthuizen 2017 Notitie harmonisatie huurtarieven gemeentelijke buurthuizen 2017 Inleiding Bij de vaststelling van de uniforme subsidieregeling voor sociaal-culturele voorzieningen in 2015 is aangegeven dat bij de evaluatie

Nadere informatie

Taxatie-instructie Koopstart

Taxatie-instructie Koopstart Taxatie-instructie Koopstart 1 december 2018 1. Inleiding Deze instructie is bestemd voor de situatie dat de woningcorporatie of projectontwikkelaar eigenaar is van de grond en ten behoeve van Koopstart

Nadere informatie

TOETSTERMEN TOETSMATRIJS PRAKTIJKTOETS. Bedrijfsmatig Vastgoed

TOETSTERMEN TOETSMATRIJS PRAKTIJKTOETS. Bedrijfsmatig Vastgoed TOETSTERMEN TOETSMATRIJS PRAKTIJKTOETS Bedrijfsmatig Vastgoed Opzet van de praktijktoets De Praktijktoets Bedrijfsmatig Vastgoed bestaat uit twee toetsonderdelen en vindt plaats op twee afzonderlijke toetsmomenten/-dagen.

Nadere informatie

Taxatie-instructie Koopgarant

Taxatie-instructie Koopgarant Taxatie-instructie Koopgarant 1 december 2018 Inleiding Deze taxatie-instructie is met name afgestemd op de situatie dat de woningcorporatie of ontwikkelaar eigenaar is van de grond en ten behoeve van

Nadere informatie

1. Inleiding. 2. Oordeel uitvoering van de Wet WOZ WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Gemeente/

1. Inleiding. 2. Oordeel uitvoering van de Wet WOZ WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Gemeente/ WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN Gemeente/ Rotterdam uitvoeringsorganisatie: Datum: 18 september 2014 Datum rapport: 21 november 2014 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van

Nadere informatie

Taxatieverslag Woning

Taxatieverslag Woning Taxatieverslag Woning Locatie woning Huisnummer 59 3533 JH Locatieomschrijving WOZ-Objectnummer 34400086775 Waardepeildatum: 01-01-2017 Toestandspeildatum: 01-01-2017 Indien sprake is van een aan- of verbouwing

Nadere informatie

Tuchtcollege van de Stichting Nederlands Register Vastgoed Taxateurs (NRVT)

Tuchtcollege van de Stichting Nederlands Register Vastgoed Taxateurs (NRVT) Dossiernummer: 20180910 Datum: 24 januari 2019 UITSPRAAK Tuchtcollege van de Stichting Nederlands Register Vastgoed Taxateurs (NRVT) Partijen: A, wonende te Z, klager, tegen: B MSc MSRE RT, gevestigd te

Nadere informatie

Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 13 Leidraad Havengebonden en Industriële objecten op basis van de (markt)situatie in Rotterdam

Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 13 Leidraad Havengebonden en Industriële objecten op basis van de (markt)situatie in Rotterdam Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 13 Leidraad Havengebonden en Industriële objecten op basis van de (markt)situatie in Rotterdam Waardepeildatum 1 januari 2011 Colofon Leidraad Havengebonden en Industriële

Nadere informatie

Vastgoed en WOZ-waarde

Vastgoed en WOZ-waarde Weekblad voor Fiscaal Recht, Vastgoed en WOZ-waarde Klik hier om het document te openen in een browser venster Vindplaats: WFR 2015/1394 Bijgewerkt tot: 17-11-2015 Auteur: Drs. J.E. van den Berg en G.H.T.

Nadere informatie

WOZ, WAW, BTW, en andere actualiteiten

WOZ, WAW, BTW, en andere actualiteiten WOZ, WAW, BTW, en andere actualiteiten WAARDERINGSKAMER mr. J.G.E.Gieskes Programma Feiten over de WOZ Uitgangspunten WOZ-waardering Werken aan winst Omzetbelasting Informeel contact Randvoorwaarden van

Nadere informatie

Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 13 Havengebonden en Industriële objecten

Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 13 Havengebonden en Industriële objecten Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 13 Havengebonden en Industriële objecten Waardepeildatum 1 januari 2012 Colofon Taxatiewijzer Havengebonden en Industriële objecten, waardepeildatum 1 januari 2012 Deze

Nadere informatie

De waarde van een supermarkt

De waarde van een supermarkt De waarde van een supermarkt Maarten H.L. van Lit RT 20 mei 2011 LMBS retail B.V. Maarten van Lit directeur makelaar sinds 1990 9 jaar Van Boxtel & Partners Winkels 9 jaar DTZ Zadelhoff Retail specialisaties:

Nadere informatie

ECLI:NL:RBALK:2009:BJ1161

ECLI:NL:RBALK:2009:BJ1161 ECLI:NL:RBALK:2009:BJ1161 Instantie Rechtbank Alkmaar Datum uitspraak 12-06-2009 Datum publicatie 01-07-2009 Zaaknummer 08/1112 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht Eerste

Nadere informatie

Gemeentelijk WOZ-rapport

Gemeentelijk WOZ-rapport Gemeentelijk WOZ-rapport Adres Adres 8 en woonplaats KLEISTAD Gemeente Wijk Centrum Vogelenbuurt Bouwkundig Objectstatus Object in gebruik Bouwjaar(klasse) 1978 Inhoud (m3) 340 bruto Gebruiksoppervlak

Nadere informatie

Taxatie-instructie Koopgarant

Taxatie-instructie Koopgarant Taxatie-instructie Koopgarant 1 juni 2019 Inleiding Deze taxatie-instructie is met name afgestemd op de situatie dat de woningcorporatie of projectontwikkelaar eigenaar is van de grond en ten behoeve van

Nadere informatie

ALGEMENE VERGADERING VAN AANDEELHOUDERS MOGELIJK BOD OP AANDELEN/CERTIFICATEN GROOTHANDELSGEBOUWEN N.V.

ALGEMENE VERGADERING VAN AANDEELHOUDERS MOGELIJK BOD OP AANDELEN/CERTIFICATEN GROOTHANDELSGEBOUWEN N.V. ALGEMENE VERGADERING VAN AANDEELHOUDERS MOGELIJK BOD OP AANDELEN/CERTIFICATEN GROOTHANDELSGEBOUWEN N.V. Rotterdam, 22 april 2016 MOGELIJK BOD OP AANDELEN/CERTIFICATEN GROOTHANDELSGEBOUWEN N.V. 30 maart

Nadere informatie

Uitspraak. Viditax (FutD), FutD GERECHTSHOF ARNHEM - LEEUWARDEN. locatie Arnhem nummer: 16/00615 uitspraakdatum: 8 augustus 2017

Uitspraak. Viditax (FutD), FutD GERECHTSHOF ARNHEM - LEEUWARDEN. locatie Arnhem nummer: 16/00615 uitspraakdatum: 8 augustus 2017 ECLI:NL:GHARL:2017:6778 Instantie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Datum uitspraak 08-08-2017 Datum publicatie 18-08-2017 Zaaknummer 16/00615 Formele relaties Eerste aanleg: ECLI:NL:RBGEL:2016:2203, Bekrachtiging/bevestiging

Nadere informatie

College VU Amsterdam. Taxeren van kantoren. drs. E.F. Halter MRICS ehalter@dtz.nl 030 252 4545

College VU Amsterdam. Taxeren van kantoren. drs. E.F. Halter MRICS ehalter@dtz.nl 030 252 4545 College VU Amsterdam Taxeren van kantoren drs. E.F. Halter MRICS ehalter@dtz.nl 030 252 4545 1 Taxeren 2 1. Theorie 2. Praktijk 1. Theorie 3 1. Theorie 1a. Theorie Wat is waarde? 4 1b. Doel 1c. Waardebegrip

Nadere informatie

ons kenmerk bijlage(n) datum 08.5550 RK 21 november 2008

ons kenmerk bijlage(n) datum 08.5550 RK 21 november 2008 Nyenrode Real Estate Center de heer prof.dr. T.M. Berkhout MRE MRICS de heer prof.dr. A.C. Hordijk Straatweg 25 3621 BG Breukelen ons kenmerk bijlage(n) datum 08.5550 RK 21 november 2008 betreft: Reactie

Nadere informatie

Reglement WOZ Vastgesteld september 2015

Reglement WOZ Vastgesteld september 2015 Reglement WOZ Vastgesteld september 2015 Postbus 42530 3006 DA Rotterdam 010 212 46 85 info@nrvt.nl www.nrvt.nl 2/9 Reglement werkkamer WOZ Overwegende dat in het kader van de Wet waardering onroerende

Nadere informatie

Werkinstructie taxatierapport voor Bijzonder Beheer

Werkinstructie taxatierapport voor Bijzonder Beheer Werkinstructie taxatierapport voor Bijzonder Beheer Introductie Vanaf 1 januari 2011 is het verplicht voor NHG zaken om ook taxaties in het kader van Bijzonder Beheer te laten valideren. Het is dan ook

Nadere informatie

ECLI:NL:RBGRO:2006:AZ9227

ECLI:NL:RBGRO:2006:AZ9227 ECLI:NL:RBGRO:2006:AZ9227 Instantie Rechtbank Groningen Datum uitspraak 20-11-2006 Datum publicatie 23-02-2007 Zaaknummer AWB 06/372 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht

Nadere informatie

Taxatie-instructie Koopgarant

Taxatie-instructie Koopgarant Taxatie-instructie Koopgarant 1 oktober 2016 1. Inleiding Deze taxatie-instructie is met name afgestemd op de situatie dat de woningcorporatie of ontwikkelaar eigenaar is van de grond en ten behoeve van

Nadere informatie

ECLI:NL:RBOBR:2017:2214

ECLI:NL:RBOBR:2017:2214 ECLI:NL:RBOBR:2017:2214 Instantie Datum uitspraak 18-04-2017 Datum publicatie 06-06-2017 Zaaknummer 16_2772 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Oost-Brabant Belastingrecht Eerste

Nadere informatie

TE GEBRUIKEN WAARDEBEGRIPPEN BIJ TAXATIE VAN ONROEREND GOED; januari 2001

TE GEBRUIKEN WAARDEBEGRIPPEN BIJ TAXATIE VAN ONROEREND GOED; januari 2001 TE GEBRUIKEN WAARDEBEGRIPPEN BIJ TAXATIE VAN ONROEREND GOED; januari 2001 Inleiding Dit overzicht behandelt voornamelijk de definiëring van de meest voorkomende waardebegrippen, voor zover het gebruik

Nadere informatie

MARKTWAARDE EN BIJZONDERE UITGANGSPUNTEN

MARKTWAARDE EN BIJZONDERE UITGANGSPUNTEN MARKTWAARDE EN BIJZONDERE UITGANGSPUNTEN De komst van de EVS en de introductie van de nieuwe taxatiemodellen hebben er in 2016 toe geleid dat er meer eenduidigheid is gebracht bij het gebruik van de begrippen

Nadere informatie

!"#$%&'()$*+),-'%."/*0#)1.2*3..4%.1*56* 5*7.8)."-*596:*

!#$%&'()$*+),-'%./*0#)1.2*3..4%.1*56* 5*7.8).-*596:* !"#$%&'()$+),-'%."/0#)1.23..4%.156 57.8)."-596: ;.."#.8+),-'%."/0#)1.? 9##:"&51&;&5(?..5("&//&@-4/&/##%$#;;&5A"-4#%5..;21)$=#51&",-4/#;&51&/#$(&5? '&5(".@&@-::-5:-50#)1.5.,-49&('&5(");&59&(B#@C&"/?

Nadere informatie

Taxatie-instructie Koopstart

Taxatie-instructie Koopstart Taxatie-instructie Koopstart 25 september 2017 1. Inleiding Deze instructie is bestemd voor de situatie dat de woningcorporatie of projectontwikkelaar eigenaar is van de grond en ten behoeve van Koopstart

Nadere informatie

ECLI:NL:RBAMS:2016:8771

ECLI:NL:RBAMS:2016:8771 ECLI:NL:RBAMS:2016:8771 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 23-12-2016 Datum publicatie 08-02-2017 Zaaknummer AMS 16 /805 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

Huurwaardebepaling gemeente Tilburg. 9 april 2015 Marion Bakker

Huurwaardebepaling gemeente Tilburg. 9 april 2015 Marion Bakker Huurwaardebepaling gemeente Tilburg 9 april 2015 Marion Bakker Portefeuille team Gebouwen Ca. 186 permanente gebouwen Ca. 400.000 m² bruto vloeroppervlak Ca. 30 miljoen huurinkomsten per jaar Ca. 437 miljoen

Nadere informatie

Beoordelingsprotocol objectkenmerken

Beoordelingsprotocol objectkenmerken WAARDERINGSKAMER NOTITIE Betreft: Beoordelingsprotocol objectkenmerken Datum: 7 augustus 2018 Bijlage(n): - BEOORDELINGSPROTOCOL OBJECTKENMERKEN Inleiding De juiste registratie van alle gegevens over een

Nadere informatie

Voorwaarden en Tarieven AWHoreca Makelaars

Voorwaarden en Tarieven AWHoreca Makelaars Van toepassing op (opdrachten tot-) dienstverlening, adviezen en taxaties (per 1 februari 2011) De teksten van de Voorwaarden NVM voor professionele opdrachtgevers (februari 2011 vastgesteld) zijn van

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Leidschendam-Voorburg uitvoeringsorganisatie: Datum: 30 september 2016.

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Leidschendam-Voorburg uitvoeringsorganisatie: Datum: 30 september 2016. WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ Leidschendam-Voorburg uitvoeringsorganisatie: Datum: 30 september 2016 Datum rapport: 13 oktober 2016 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van

Nadere informatie

Voor het uitvoeringsbesluit inkomstenbelasting geldt dat onderscheid moet worden gemaakt tussen:

Voor het uitvoeringsbesluit inkomstenbelasting geldt dat onderscheid moet worden gemaakt tussen: Voor het uitvoeringsbesluit inkomstenbelasting geldt dat onderscheid moet worden gemaakt tussen: a) Tekst van artikel 17a van het uitvoeringsbesluit in de periode t/m 2010 (inclusief toelichting). b) Tekst

Nadere informatie

Raadsvoorstel 15 december 2011 AB11.01086 RV2011-122

Raadsvoorstel 15 december 2011 AB11.01086 RV2011-122 Raadsvergadering d.d. Casenummer Raadsvoorstelnummer Raadsvoorstel 15 december 2011 AB11.01086 RV2011-122 Gemeente Bussum Vaststellen tarieven onroerende-zaakbelastingen 2012 Brinklaan 35 Postbus 6000

Nadere informatie

Q&A Handboek Marktwaardering

Q&A Handboek Marktwaardering Q&A Handboek Marktwaardering Jaarrekening... 1 Oppervlakte... 1 Complex... 2 Splitsing daeb/niet daeb... 2 Model BOG/MOG... 2 Model parkeren... 2 Objectgegevens... 3 Mutatiekans... 3 Eindwaarde... 4 Contante

Nadere informatie

Vrijblijvende objectinformatie Winkel-/kantoorruimte met magazijn Javastraat 41a te Den Haag

Vrijblijvende objectinformatie Winkel-/kantoorruimte met magazijn Javastraat 41a te Den Haag Vrijblijvende objectinformatie Winkel- e/o kantoorruimte met magazijn 1 Stand en ligging : onderhavige winkel-/kantoorruimte met magazijn is gelegen aan één van de uitvalwegen van Den Haag, de Javastraat,

Nadere informatie

Vrijblijvende objectinformatie bedrijfsruimte met kantoor Henricuskade 59a Bedrijventerrein Henricushof te Den Haag/Ypenburg

Vrijblijvende objectinformatie bedrijfsruimte met kantoor Henricuskade 59a Bedrijventerrein Henricushof te Den Haag/Ypenburg Vrijblijvende objectinformatie Bedrijfsruimte met kantoor 1 Algemeen : gelegen in het uiterst representatief en kleinschalig bedrijventerrein Henricushof te Ypenburg in een rijtje van diverse bedrijfsunits

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Bernheze uitvoeringsorganisatie: Datum: 13 juli Gemeente/

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Bernheze uitvoeringsorganisatie: Datum: 13 juli Gemeente/ WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN Gemeente/ Bernheze uitvoeringsorganisatie: Datum: 13 juli 2015 Datum rapport: 14 september 2015 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons

Nadere informatie

Voorbeeldstraat 1 17-12-2014

Voorbeeldstraat 1 17-12-2014 Voorbeeldstraat 1 17-12-2014 Pagina 1/11 Inhoudsopgave 1. Huidige situatie 2. Rendementsverloop 3. Toelichting Box 3 heffing 3.1 Oude methode: Box 3 heffing 3.2 Nieuwe methode: Box 3 heffing 4. Uw huidige

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARN:2007:AZ6619

ECLI:NL:GHARN:2007:AZ6619 ECLI:NL:GHARN:2007:AZ6619 Instantie Gerechtshof Arnhem Datum uitspraak 04-01-2007 Datum publicatie 19-01-2007 Zaaknummer 06-00066 Rechtsgebieden Belastingrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Lisse uitvoeringsorganisatie: Datum: 16 september Gemeente/ Datum rapport: 3 oktober 2016

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Lisse uitvoeringsorganisatie: Datum: 16 september Gemeente/ Datum rapport: 3 oktober 2016 WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ Lisse uitvoeringsorganisatie: Datum: 16 september 2016 Datum rapport: 3 oktober 2016 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons onderzoek

Nadere informatie

Vrijblijvende objectinformatie. gerenoveerde winkelruimte Keizerstraat 149 te Den Haag. gerenoveerde winkelruimte

Vrijblijvende objectinformatie. gerenoveerde winkelruimte Keizerstraat 149 te Den Haag. gerenoveerde winkelruimte Vrijblijvende objectinformatie 1 Stand en ligging : onderhavige volledig intern gerenoveerde winkelruimte is gelegen aan het drukke gedeelte van de Keizerstraat, in de directe nabijheid van landelijke

Nadere informatie

Vrijblijvende objectinformatie hoekwinkel/showroom + opslagruimte Scheveningen-Haven Schokkerweg 22 te Den Haag

Vrijblijvende objectinformatie hoekwinkel/showroom + opslagruimte Scheveningen-Haven Schokkerweg 22 te Den Haag Vrijblijvende objectinformatie 1 Algemeen : het betreft hier een zelfstandige hoekwinkel/showroom met opslagruimte/magazijn in de kelder onder een woonflat gesitueerd. Stand en ligging : onderhavig object

Nadere informatie

De invloed van de WOZ in de corporatiemarkt.

De invloed van de WOZ in de corporatiemarkt. De invloed van de WOZ in de corporatiemarkt. STELLING De WOZ waarde geeft een goed beeld van de marktwaarde van uw objecten Groen of Rood (neutraal bestaat niet!) 2 BsGW stelt zich voor Wie zijn we en

Nadere informatie

TARIEFKAART ANNEXUM BEHEER BV

TARIEFKAART ANNEXUM BEHEER BV TARIEFKAART ANNEXUM BEHEER BV Ten behoeve van het portfolio, property management in opdracht van diverse beleggingsinstellingen, wordt door Annexum Beheer BV een standaard tariefkaart gehanteerd voor te

Nadere informatie

Beoordelingsprotocol objectkenmerken

Beoordelingsprotocol objectkenmerken WAARDERINGSKAMER NOTITIE Betreft: Beoordelingsprotocol objectkenmerken Datum: 7 februari 2014 Bijlage(n): - BEOORDELINGSPROTOCOL OBJECTKENMERKEN Inleiding De juiste registratie van alle gegevens over een

Nadere informatie

Vrijblijvende objectinformatie bedrijfsruimte met kantoor Henricuskade 61a Bedrijventerrein Henricushof te Den Haag/Ypenburg

Vrijblijvende objectinformatie bedrijfsruimte met kantoor Henricuskade 61a Bedrijventerrein Henricushof te Den Haag/Ypenburg Vrijblijvende objectinformatie Bedrijfsruimte met kantoor 1 Algemeen : gelegen in het uiterst representatief en kleinschalig bedrijventerrein Henricushof te Ypenburg in een rijtje van diverse bedrijfsunits

Nadere informatie

23 mei 2017 geactualiseerd op 19 juni 2017 (concept) 7 augustus 2017 (definitief)

23 mei 2017 geactualiseerd op 19 juni 2017 (concept) 7 augustus 2017 (definitief) WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ Sint Anthonis uitvoeringsorganisatie: Datum: 23 mei 2017 en 19 juni 2017 Datum rapport: 23 mei 2017 geactualiseerd op 19 juni 2017 (concept) 7 augustus 2017 (definitief)

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Weesp uitvoeringsorganisatie: Datum: 20 september Gemeente/ Datum rapport: 5 oktober 2018

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Weesp uitvoeringsorganisatie: Datum: 20 september Gemeente/ Datum rapport: 5 oktober 2018 WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ Weesp uitvoeringsorganisatie: Datum: 20 september 2018 Datum rapport: 5 oktober 2018 1. Inleiding De Waarderingskamer houdt toezicht op de uitvoering van de Wet

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Stichtse Vecht uitvoeringsorganisatie: Datum: 24 augustus Gemeente/

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Stichtse Vecht uitvoeringsorganisatie: Datum: 24 augustus Gemeente/ WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ Stichtse Vecht uitvoeringsorganisatie: Datum: 24 augustus 2017 Datum rapport: 15 september 2017 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons

Nadere informatie

Onderwerp: exitstrategie De Meerlanden. Datum: mei 2013 (concept)

Onderwerp: exitstrategie De Meerlanden. Datum: mei 2013 (concept) Onderwerp: exitstrategie De Meerlanden Datum: mei 2013 (concept) 1. Vraagstelling: Door de commissie Ruimte is gevraagd een exitstrategie De Meerlanden uit te werken d.w.z. 1. verkoop aandelen De Meerlanden

Nadere informatie

Vrijblijvende objectinformatie bedrijfsruimte op begane grond Henricuskade 59a Bedrijventerrein Henricushof te Den Haag/Ypenburg

Vrijblijvende objectinformatie bedrijfsruimte op begane grond Henricuskade 59a Bedrijventerrein Henricushof te Den Haag/Ypenburg Vrijblijvende objectinformatie Bedrijfsruimte op begane grond 1 Algemeen : gelegen in het uiterst representatief en kleinschalig bedrijventerrein Henricushof te Ypenburg in een rijtje van diverse bedrijfsunits

Nadere informatie

KANTOORRUIMTE. Piazza Center 102 4204 BT Gorinchem

KANTOORRUIMTE. Piazza Center 102 4204 BT Gorinchem blad 2 Inhoud 1. Algemene informatie... 3 1.1. Algemene omschrijving... 3 1.2. Adresgegevens... 3 1.3. Indeling bedrijfsobject... 3 1.4. Omschrijving ruimte... 4 1.5. Ligging... 4 1.6. Bereikbaarheid en

Nadere informatie

Betreft Een op een mooie hoek gelegen bedrijfs- kantoorruimte gebouwd in 2000 met een totale b.v.o van het object is 136m²

Betreft Een op een mooie hoek gelegen bedrijfs- kantoorruimte gebouwd in 2000 met een totale b.v.o van het object is 136m² TE HUUR/ TE KOOP Aploniastraat 88 te Rotterdam Betreft Een op een mooie hoek gelegen bedrijfs- kantoorruimte gebouwd in 2000 met een totale b.v.o van het object is 136m² Indicatieve oppervlakte en indeling

Nadere informatie

Snelder Zijlstra Bedrijfsmakelaars

Snelder Zijlstra Bedrijfsmakelaars Voorwaarden en tarieven Snelder Zijlstra Inhoud Voorwaarden pag. 2 Tarieven algemeen pag. 3 Tarieven Snelder Zijlstra pag. 4 t/m 6 Snelder Zijlstra v.o.f. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd

Nadere informatie

van 500.000,- tot 3.000.000,- : 10.000,- + 1,75% over het meerdere boven 500.000,-

van 500.000,- tot 3.000.000,- : 10.000,- + 1,75% over het meerdere boven 500.000,- Tarieven Voorzover niet schriftelijk (o.a. e-mail) anders is overeengekomen zijn onderstaande standaard tarieven voor de dienstverlening van Valkering & Co. van toepassing. VII. Tarieven voor dienstverlening

Nadere informatie

MARKTWAARDE EN BIJZONDERE UITGANGSPUNTEN

MARKTWAARDE EN BIJZONDERE UITGANGSPUNTEN MARKTWAARDE EN BIJZONDERE UITGANGSPUNTEN De komst van de EVS en de introductie van de nieuwe taxatiemodellen vragen om aandacht voor het gebruik van de begrippen marktwaarde en marktwaarde met bijzondere

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Epe/Gemeente Apeldoorn uitvoeringsorganisatie: Datum: 18 december 2014.

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Epe/Gemeente Apeldoorn uitvoeringsorganisatie: Datum: 18 december 2014. WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN Gemeente/ Epe/Gemeente Apeldoorn uitvoeringsorganisatie: Datum: 18 december 2014 Datum rapport: 2 februari 2015 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Oude IJsselstreek uitvoeringsorganisatie: Datum: 5 juni Gemeente/

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Oude IJsselstreek uitvoeringsorganisatie: Datum: 5 juni Gemeente/ WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN Gemeente/ Oude IJsselstreek uitvoeringsorganisatie: Datum: 5 juni 2013 Datum rapport: 15 juli 2013 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons

Nadere informatie

Vrijblijvende objectinformatie Winkelruimte Prinsestraat 74 te Den Haag. Vrijblijvende objectinformatie Winkelruimte Prinsestraat 74 te Den Haag

Vrijblijvende objectinformatie Winkelruimte Prinsestraat 74 te Den Haag. Vrijblijvende objectinformatie Winkelruimte Prinsestraat 74 te Den Haag Vrijblijvende objectinformatie 1 Algemeen: : het betreft hier winkelruimte die door verhuurder in het recente verleden geheel is gerenoveerd en intern luxe is afgewerkt. Stand en ligging : onderhavige

Nadere informatie

TMI taxatie rapport - overzicht

TMI taxatie rapport - overzicht TMI taxatie rapport - overzicht IPD Type VVO stuks huur/m2 % huur Waarde kantoren 3.940 150 86,64% 591.000 parkeren binnen 30 450 1,98% 13.500 overige ruimtes 913 85 11,38% 77.605 Totaal 4.853 30 140 100%

Nadere informatie

WOZ-waardering NSW-landgoederen ingrijpend gewijzigd

WOZ-waardering NSW-landgoederen ingrijpend gewijzigd WOZ-waardering NSW-landgoederen ingrijpend gewijzigd De voorschriften voor het bepalen van de WOZwaarden van landgoederen die gerangschikt zijn onder de Natuurschoonwet 1928 (NSW) zijn gewijzigd. Dit valt

Nadere informatie

Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Datum: 3 september 2008. Datum rapport: 8 september 2008

Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Datum: 3 september 2008. Datum rapport: 8 september 2008 WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN Gemeente: Nijmegen Datum: 3 september 2008 Datum rapport: 8 september 2008 Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van de ter plaatse die de Waarderingskamer

Nadere informatie

Erfbelasting. Toepassing van artikel 10 van de Successiewet 1956

Erfbelasting. Toepassing van artikel 10 van de Successiewet 1956 Erfbelasting. Toepassing van artikel 10 van de Successiewet 1956 Belastingdienst/Landelijk Kantoor Belastingregio s, Brieven en beleidsbesluiten Besluit van 4 april 2012, nr. BLKB2012/103M, Staatscourant

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Texel uitvoeringsorganisatie: Datum: 27 september Gemeente/ Datum rapport: 9 oktober 2017

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Texel uitvoeringsorganisatie: Datum: 27 september Gemeente/ Datum rapport: 9 oktober 2017 WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ Texel uitvoeringsorganisatie: Datum: 27 september 2017 Datum rapport: 9 oktober 2017 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons onderzoek

Nadere informatie

Vrijblijvende objectinformatie kleinschalige winkelruimte Denneweg 33 te Den Haag. Vrijblijvende objectinformatie kleinschalige winkelruimte

Vrijblijvende objectinformatie kleinschalige winkelruimte Denneweg 33 te Den Haag. Vrijblijvende objectinformatie kleinschalige winkelruimte Vrijblijvende objectinformatie 1 Algemeen : het betreft hier een met toilet op de begane grond. Stand en ligging : het winkelpand is gelegen in het Buurtschap 2005 aan de Denneweg. In het verlengde van

Nadere informatie

Kostprijsdekkende huur Gemeentelijk vastgoed 20/10/2012 1

Kostprijsdekkende huur Gemeentelijk vastgoed 20/10/2012 1 Kostprijsdekkende huur Gemeentelijk vastgoed 1 WELKOM Opening Utrecht: Arthur van Loon: adviseur vastgoedfinanciën portefeuillemanagement 2 Huur definities en begrippen Huurprijs: Wikipedia: De vergoeding

Nadere informatie

Vrijblijvende objectinformatie winkel-/praktijkruimte Stille Veerkade 17 te Den Haag. Vrijblijvende objectinformatie winkel-/praktijkruimte

Vrijblijvende objectinformatie winkel-/praktijkruimte Stille Veerkade 17 te Den Haag. Vrijblijvende objectinformatie winkel-/praktijkruimte Vrijblijvende objectinformatie 1 Algemeen : het betreft hier een voormalige praktijkruimte voor Chinese massages en alternatieve geneeswijzen. Derhalve zijn er in dit object diverse praktijkruimten/behandelkamers

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Westvoorne uitvoeringsorganisatie: Datum: 12 november Gemeente/

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Westvoorne uitvoeringsorganisatie: Datum: 12 november Gemeente/ WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN EN Gemeente/ Westvoorne uitvoeringsorganisatie: Datum: 12 november 2018 Datum rapport: 4 december 2018 1. Inleiding De Waarderingskamer houdt toezicht op de uitvoering van

Nadere informatie

Wat is uw huis waard? DE WAARDE VAN UW ONROERENDE ZAAK

Wat is uw huis waard? DE WAARDE VAN UW ONROERENDE ZAAK Wat is uw huis waard? BELASTING 2005 DE WAARDE VAN UW ONROERENDE ZAAK inleiding Als eigenaar of gebruiker van een woning of een bedrijfspand betaalt u onroerende zaakbelasting, kortweg OZB. De hoogte van

Nadere informatie

Vrijblijvende objectinformatie winkel-/kantoor-/praktijkruimte Javastraat 281 te Den Haag

Vrijblijvende objectinformatie winkel-/kantoor-/praktijkruimte Javastraat 281 te Den Haag Vrijblijvende objectinformatie 1 Algemeen : het betreft hier een turn-key met kelder, achtertuin en achterom. De ruimte is volledig zelfstandig met eigen voordeur. Thans wordt de ruimte gebruikt door een

Nadere informatie

Vrijblijvende objectinformatie winkel-/kantoor-/praktijkruimte Frederikstraat 951 te Den Haag

Vrijblijvende objectinformatie winkel-/kantoor-/praktijkruimte Frederikstraat 951 te Den Haag 1 Algemeen : het betreft hier een. Thans is de winkelruimte nog in gebruik bij Avenir Vastgoed, die de ruimte eind september 2018 leeg en ontruimd kan opleveren. De is recentelijk intern en extern gerenoveerd

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Vaals uitvoeringsorganisatie: Datum: 13 juni Gemeente/ Datum rapport: 25 juni 2013

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Vaals uitvoeringsorganisatie: Datum: 13 juni Gemeente/ Datum rapport: 25 juni 2013 WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN Gemeente/ Vaals uitvoeringsorganisatie: Datum: 13 juni 2013 Datum rapport: 25 juni 2013 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave van ons onderzoek

Nadere informatie

Vrijblijvende objectinformatie opslagruimte Zoutkeetsingel 140c te Den Haag. Vrijblijvende objectinformatie opslagruimte. Zoutkeetsingel 140c

Vrijblijvende objectinformatie opslagruimte Zoutkeetsingel 140c te Den Haag. Vrijblijvende objectinformatie opslagruimte. Zoutkeetsingel 140c 1 Algemeen : het betreft hier een kleinschalige binnenstedelijke bedrijfsruimte die bij uitstek geschikt is voor op- en overslag van goederen. Autobedrijven of geluid producerende productie zijn niet wenselijk

Nadere informatie

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Valkenswaard uitvoeringsorganisatie: Datum: 16 september Gemeente/

1. Inleiding WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Valkenswaard uitvoeringsorganisatie: Datum: 16 september Gemeente/ WAARDERINGSKAMER RAPPORT VAN BEVINDINGEN Gemeente/ Valkenswaard uitvoeringsorganisatie: Datum: 16 september 2015 Datum rapport: 22 september 2015 1. Inleiding Dit rapport van bevindingen is de weergave

Nadere informatie

Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 13 Havengebonden en Industriële objecten

Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 13 Havengebonden en Industriële objecten Taxatiewijzer en kengetallen DEEL 13 Havengebonden en Industriële objecten Waardepeildatum 1 januari 2009 Colofon Taxatiewijzer Havengebonden en Industriële objecten, waardepeildatum 1 januari 2009 Deze

Nadere informatie

Projectinformatie. Hoofdweg 667. Hoofddorp

Projectinformatie. Hoofdweg 667. Hoofddorp Projectinformatie Hoofdweg 667 Hoofddorp VRIJBLIJVENDE PROJECTINFORMATIE Object Te huur, diverse recent vernieuwde kantoorunits gelegen aan de Hoofdweg 667 te Hoofddorp. Locatie Het object ligt aan de

Nadere informatie

Veluwezoom 15. Veluwezoom 15, Almere-Stad Almere. Huurprijs: 105,- per vierkante meter per jaar

Veluwezoom 15. Veluwezoom 15, Almere-Stad Almere. Huurprijs: 105,- per vierkante meter per jaar Veluwezoom 15 Huurprijs: 105,- per vierkante meter per jaar Algemene Informatie TE HUUR: MARKANTE, MODERNE KANTOORRUIMTE OP ZICHTLOCATIE A6 Te huur aangeboden enkele verdiepingen in een zeer compleet en

Nadere informatie