Onderwerp Financieel beeld Transitie Jeugdhulp regio Nijmegen en Mandaatregeling subsidie regionale jeugdhulp

Transcriptie

1 Collegevoorstel Openbaar Onderwerp Financieel beeld Transitie Jeugdhulp regio Nijmegen en Mandaatregeling subsidie regionale jeugdhulp Programma / Programmanummer Zorg & Welzijn / 1051 BW-nummer Portefeuillehouder B. Frings Samenvatting Op basis van de vastgestelde beleidsnota over de transities Jeugd en AWBZ Kracht door Verbinding, het Subsidie en Inkoopmodel en de meicirculaire 2015 hebben we verdere uitwerkingen gedaan om te komen tot het definitieve financiële beeld van de Transitie Jeugd in In de bijgaande notitie is opgenomen hoeveel middelen we voor welke doeleinden willen begroten. Er wordt onderscheid gemaakt in zorgmiddelen (basisbudget), reservering voor het landelijke arrangement, uitvoeringskosten, innovatie en risicoreservering. Via de stadsbegroting worden de bijbehorende bedragen definitief vastgesteld. Daarnaast willen we via dit voorstel regelen dat de gemeente Nijmegen het mandaat krijgt om voor alle gemeenten in de regio Nijmegen gezamenlijk de subsidies van de regionale jeugdhulp (Blok C) te verlenen en vast te stellen. Directie/afdeling, ambtenaar, telefoonnr. MO10, Rik Verdellen, 9134 Datum ambtelijk voorstel 2 september 2014 Registratienummer Paraaf akkoord Datum Ter besluitvorming door het college 1. De Notitie Financieel beeld Transitie Jeugd regio Nijmegen vast te stellen, inclusief de beslispunten op pagina Brief aan de Raad inzake de Notitie Financieel beeld Transitie Jeugd regio Nijmegen vast te stellen. 3. De mandaatregeling subsidie regionale jeugdhulp vast te stellen. Beleidsadviseur E.J.L. Verdellen Alleen ter besluitvorming door het College Actief informeren van de Raad Besluit B&W d.d. 9 september 2014 X Conform advies Aanhouden Anders, nl. nummer: 3.5 Bestuursagenda Paraaf akkoord Datum Gemeentesecretaris Portefeuillehouder Voorstel aan het College van BenW Financieel beeld transitie jeugd en mandaatregeling subsidie (2)

2 Collegevoorstel 1. Probleemstelling Alle Nederlandse gemeenten krijgen de komende jaren te maken met grote veranderingen in het domein van welzijn, ondersteuning en zorg. Naast de verschuiving van de AWBZ-taak begeleiding naar de Wmo en de decentralisatie van de Jeugdzorg naar de gemeenten, legt het rijk ook forse bezuinigingsopgaven op in het hele sociale domein. Om de nieuwe taken goed te organiseren, moeten gemeenten de ondersteuning en zorg stevig hervormen. Deze opgave maakt het wenselijk en noodzakelijk om intensief samen te werken in de regio. In de Jeugdwet 2015 en de nieuwe wet voor de Wmo 2015 krijgen gemeenten de beleidsruimte om vernieuwende en samenhangende ondersteuningsarrangementen vorm te geven. De negen gemeenten van de regio Nijmegen (Druten, Beuningen, Wijchen, Nijmegen, Heumen, Groesbeek, Ubbergen, Millingen aan de Rijn, Mook en Middelaar) werken intensief samen aan het vormgeven van deze complexe opgave en het realiseren van de regionale ambities, zoals vastgesteld in de regionale beleidsnota Kracht door verbinding en het Regionaal Transitiearrangement Jeugd. De uitgangspunten voor het contracteren van de AWBZ- en Jeugdzorgaanbieders zijn vastgesteld via het Inkoop en subsidiemodel. De inkoop en subsidie is officieel gestart op 3 juni na definitieve vaststelling van het model en publicatie van de bestekken. De planning is dat de contractering op 31 oktober afgerond wordt. In de bijgevoegde Notitie Financieel beeld Transitie Jeugd regio Nijmegen is opgenomen voor welke doeleinden we de middelen vanuit het gedecentraliseerde Jeugd-budget willen begroten. We hebben daarvoor de definitieve macrobudgetten vanuit de meicirculaire als uitgangspunt gebruikt. Een belangrijke onderlegger voor het toekennen van budgetten aan zorgvormen (en vervolgens aan instellingen) is het Regionaal Transitiearrangement Jeugd. Hierin is afgesproken welk percentage aan budgetgarantie er per zorgvorm wordt gehanteerd. De notitie maakt onderscheid in zorgbudgetten (basisbudget), reservering voor het landelijke transitiearrangement, uitvoeringskosten, innovatie en risicoreservering. De basisbudgetten voor de individuele instellingen zijn inmiddels gepubliceerd op het aanbestedingsplatform CTM (onder voorbehoud vaststelling stadsbegroting), zodat de instellingen weten waar ze aan toe zijn. De budgetten zijn gebaseerd op de uitgangspunten in het Regionaal Transitiearrangement Jeugd. Via de stadsbegroting worden de bijbehorende bedragen definitief begroot en vastgesteld. In deze notitie gaat het vooral om de onderliggende uitgangspunten, zodat een goede inhoudelijke voorbereiding op de stadsbegroting gedaan kan worden. We bieden de notitie ter informatie aan uw raad aan. We denken hiermee voldoende recht te doen aan het budgetrecht van de raad. Via de stadsbegroting zullen ook de bedragen voor de Wmo vastgesteld. De samenhang met Jeugd zal in de stadsbegroting tot uiting komen. Daarnaast willen we via dit voorstel regelen dat de gemeente Nijmegen het mandaat krijgt om voor alle gemeenten in de regio Nijmegen gezamenlijk de subsidies van de regionale jeugdhulp (Blok C) te verlenen en vast te stellen. 2. Juridische aspecten De juridische basis voor dit voorstel wordt hoofdzakelijk ingegeven door de in februari 2014 aangenomen Jeugdwet 2015 en deels door de nieuwe Wmo Doelstelling Vaststellen van de Notitie Financieel beeld Transitie Jeugd regio Nijmegen.

3 Collegevoorstel Vervolgvel 2 Vaststellen van de mandaatregeling subsidie regionale jeugdhulp. 4. Argumenten Ad beslispunt: Vaststellen van de Notitie Financieel beeld Transitie Jeugd regio Nijmegen. In de Notitie Financieel beeld worden een aantal concrete voorstellen gedaan: REGIONAAL (voorbereid in PFO-verband): 1. Vaststellen van de financiële verdeling over de sectoren (zorgvormen) Jeugd en Opvoedhulp, Jeugd-GGz en Jeugd-(L)VG, zowel regionaal als voor de gemeenten Nijmegen. 2a. Definitief vaststellen van het toepassen van de disclaimer uit het Regionaal Transitie Arrangement Jeugd : toekennen garantie aan de instellingen mits het door het Rijk beschikbaar gestelde budget toereikend is, door 1,4 miljoen minder toe te kennen aan de sector Jeugd- (L)VG dan waar de sector op basis van de berekening van garantiepercentages en de uitvraag op uitkomt. 2b. Vaststellen van het toepassen van regionale verevening op voorhand door een aanvullend tekort van 0,2 mln toe te voegen aan het budget voor de sector Jeugd-LVG. Dit bedrag wordt betaald door de gemeente Nijmegen. 3. Vaststellen van een regionaal innovatiebudget van 2% voor de regionale C-taken. LOKAAL: 4. Vaststellen van een lokaal Nijmeegs risicofonds voor B- en C-taken van 3% van het totale macrobudget jeugd. 5. Vaststellen van een lokaal innovatiebudget van 6,5% van het totale macrobudget Jeugd voor de lokale B-taken. Ad beslispunt: Vaststellen van de mandaatregeling subsidie regionale jeugdhulp. Uit praktisch oogpunt willen we de subsidieverlening voor Blok C taken niet als 9 afzonderlijke gemeenten (colleges) in de regio doen maar het college van B&W van de gemeente Nijmegen mandateren om te fungeren als postbus voor alle subsidieaanvragen en namens de colleges van de regiogemeenten besluiten te nemen op de subsidieaanvragen. Hiertoe dienen de regiogemeenten een mandaat te verlenen aan het college van B&W van de gemeente Nijmegen op grond van artikel 10:5 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Het betreft geen algemeen mandaat maar alleen voor dit bepaalde geval tot maximaal het beschikbaar gestelde budget (lid 2). Omdat er geen algemene subsidieverordening of specifieke deelverordening is op basis waarvan de subsidie voor Jeugd-taken in blok C verleend kan worden en het genoemde bedrag ook niet is opgenomen in de gemeentebegroting 2015, zijn de colleges niet bevoegd hierover te besluiten, maar de gemeenteraden vanwege het budgetrecht (artikel 189 Gemeentewet). Ook verlenen de colleges van de regiogemeenten een mandaat aan het college van B&W van Nijmegen om, namens hen te beslissen op bezwaarschriften die betrekking hebben op de subsidieverlening of -vaststelling voor Blok C taken. Alvorens de gemeente Nijmegen subsidies gaat verlenen of afwijzen, zal het voorgenomen besluit in het regionaal Portefeuillehoudersoverleg worden afgestemd. Ons college dient deze mandaatregeling vast te stellen, omdat de gemeente Nijmegen middelen gaat verwerven van de regiogemeenten en deze via subsidies gaat verlenen namens 9 gemeenten.

4 Collegevoorstel Vervolgvel 3 5. Financiën In deze notitie worden uitgangspunten voor de financiën vastgesteld en kunnen definitieve afspraken met de instellingen gemaakt worden. Met deze uitgangspunten blijven we binnen de rijksbudgetten. Via de stadsbegroting worden de bijbehorende bedragen definitief begroot en vastgesteld. 6. Communicatie De instellingen worden geïnformeerd over de uitkomsten van de college- en raadsbesluiten. Ook zullen cliëntenraden en Wmo-raden nader geïnformeerd worden. We zullen de Notitie financieel beeld na vaststelling publiceren via de website Zaken die specifiek voor instellingen bestemd zijn, zoals budgetten, publiceren we op het aanbestedingsplatform CTM 7. Uitvoering en evaluatie Via de stadsbegroting worden de bijbehorende bedragen definitief begroot en vastgesteld. Definitieve bedragen voor zorg, risicoreservering en innovatie worden na dit besluit gepubliceerd op het aanbestedingsplatform CTM onder voorbehoud van vaststelling door de stadsbegroting. 8. Risico De decentralisatie van de AWBZ jeugdzorg brengt een aantal risico s met zich mee, zowel inhoudelijk als financieel. Er kan sprake zijn van een dusdanig hoge zorgvraag dat de beschikbaar gestelde middelen niet afdoende zijn. We hebben een redelijk hoge risicoreservering, maar we kunnen niet met zekerheid zeggen dat dit afdoende is. Een risico is de inschrijving van de diverse aanbieders op de bestekken. We hebben uitgangspunten vastgelegd in het Regionaal Transitiearrangement Jeugd, maar instellingen kunnen daar naar eigen keuze van afwijken (bijv. met als consequentie dat er te weinig belangstellenden zijn voor een bepaald perceel). We hebben dan een aantal terugvalopties die we op dit moment aan het uitwerken zijn. Tot slot is de planning een risico. We liggen nu op schema, maar dienen de planning zo goed als mogelijk te volgen, om alle zaken gereed te hebben op de ingangsdatum 1 januari Vertraging in de besluitvorming kan betekenen dat contracten of subsidiebeschikkingen niet op tijd rondkomen. Bijlage(n): Notitie Financieel beeld Transitie Jeugd regio Nijmegen

5 Maatschappelijke Ontwikkeling Beleidsontwikkeling Gemeenteraad van Nijmegen Postbus HG Nijmegen Korte Nieuwstraat PP Nijmegen Telefoon Telefax (024) gemeente@nijmegen.nl Postbus HG Nijmegen Datum 9 september 2014 Ons kenmerk MO10/ Contactpersoon Rik Verdellen Onderwerp Financieel beeld Transitie Jeugdhulp regio Nijmegen en Mandaatregeling subsidie regionale jeugdhulp Datum uw brief - Direct telefoonnummer (024) Geachte leden van de raad, Alle Nederlandse gemeenten krijgen de komende jaren te maken met grote veranderingen in het domein van welzijn, ondersteuning en zorg. Naast de verschuiving van de AWBZ-taak begeleiding naar de Wmo en de decentralisatie van de Jeugdzorg naar de gemeenten, legt het rijk ook forse bezuinigingsopgaven op in het hele sociale domein. Om de nieuwe taken goed te organiseren, moeten gemeenten de ondersteuning en zorg stevig hervormen. Deze opgave maakt het wenselijk en noodzakelijk om intensief samen te werken in de regio. In de Jeugdwet 2015 en de nieuwe wet voor de Wmo 2015 krijgen gemeenten de beleidsruimte om vernieuwende en samenhangende ondersteuningsarrangementen vorm te geven. De negen gemeenten van de regio Nijmegen (Druten, Beuningen, Wijchen, Nijmegen, Heumen, Groesbeek, Ubbergen, Millingen aan de Rijn, Mook en Middelaar) werken intensief samen aan het vormgeven van deze complexe opgave, o.a. via het gezamenlijke inkoop en subsidiemodel. Wij bieden u de Notitie Financieel beeld Transitie Jeugd regio Nijmegen aan. Hierin is opgenomen voor welke doeleinden we de middelen vanuit het gedecentraliseerde Jeugd-budget willen begroten. We hebben daarvoor de definitieve macrobudgetten vanuit de meicirculaire 2014 als uitgangspunt gebruikt. Een belangrijke onderlegger voor het toekennen van budgetten aan zorgvormen (en vervolgens aan instellingen) is het Regionaal Transitiearrangement Jeugd. Hierin is afgesproken welk percentage aan budgetgarantie er per zorgvorm wordt gehanteerd. De notitie maakt onderscheid in zorgbudgetten (basisbudget), reservering voor het landelijke transitiearrangement, uitvoeringskosten, innovatie en risicoreservering. De basisbudgetten voor de individuele instellingen zijn inmiddels gepubliceerd op het aanbestedingsplatform CTM (onder voorbehoud vaststelling stadsbegroting), zodat de instellingen weten waar ze aan toe zijn. De budgetten zijn gebaseerd op de uitgangspunten in het Regionaal Transitiearrangement Jeugd. Hiermee hebben we voldaan aan de eis van de staatssecretarissen Teeven en Van Rijn om de budgetten per instelling voor 1 augustus bekend te maken. Brief aan de raad notitie financieel beeld

6 Gemeente Nijmegen Maatschappelijke Ontwikkeling Beleidsontwikkeling Vervolgvel 1 Via de stadsbegroting worden de bijbehorende bedragen definitief begroot en vastgesteld. In deze notitie gaat het vooral om de onderliggende uitgangspunten, zodat een goede inhoudelijke voorbereiding op de stadsbegroting gedaan kan worden. We bieden de notitie ter informatie aan uw raad aan. We denken hiermee voldoende recht te doen aan het budgetrecht van de raad. Via de stadsbegroting zullen ook de bedragen voor de Wmo vastgesteld. De samenhang met Jeugd zal in de stadsbegroting tot uiting komen. Wij hopen u hiermee in voldoende mate geïnformeerd te hebben. Hoogachtend, college van Burgemeester en Wethouders van Nijmegen, De Burgemeester, De Gemeentesecretaris, drs. H.M.F. Bruls drs. B. van der Ploeg Brief aan de raad notitie financieel beeld

7 Notitie Financieel beeld Transitie Jeugd t.b.v. besluitvorming in colleges en ter informatie voor de gemeenteraden De 9 samenwerkende gemeenten in de regio Nijmegen: Nijmegen, Druten, Wijchen, Beuningen, Millingen aan de Rijn, Ubbergen, Groesbeek, Mook en Middelaar, Heumen 28 augustus 2014

8 Oplegger: samenvatting van de besluiten In deze notitie wordt het financiële beeld Jeugd geschetst en toegelicht. Bij vaststelling van deze notitie worden de hieronder genoemde besluiten vastgesteld. De notitie wordt in alle individuele colleges in de regio vastgesteld en ter informatie aan de gemeenteraden aangeboden. De gemeenteraden stellen bij de vaststelling van hun begroting de onderliggende bedragen vast. In deze notitie geeft het college aan hoe zij het macrobudget Jeugd verdeelt over de verschillende sectoren (zorgvormen) en hoe de bedragen tot stand zijn gekomen. REGIONAAL 1 : 1 Vaststellen van de financiële verdeling over de sectoren (zorgvormen) Jeugd en Opvoedhulp, Jeugd-GGz en Jeugd-(L)VG, zowel regionaal als voor de gemeenten Nijmegen. 2a Definitief vaststellen van het toepassen van de disclaimer uit het Regionaal Transitie Arrangement Jeugd: toekennen garantie aan de instelligen mits het door het Rijk beschikbaar gestelde budget toereikend is, door 1,4 miljoen minder toe te kennen aan de sector Jeugd-(L)VG dan waar de sector op basis van de berekening van garantiepercentages en de uitvraag op uitkomt. 2b Vaststellen van het toepassen van regionale verevening op voorhand door een aanvullend tekort van 0,2 mln toe te voegen aan het budget voor de sector Jeugd-(L)VG. Dit bedrag wordt betaald door de gemeente Nijmegen. 3 Vaststellen van een regionaal innovatiebudget van 2% voor de regionale C-taken. LOKAAL: 4 Vaststellen van een lokaal Nijmeegs risicofonds voor B- en C-taken van 3% van het totale macrobudget jeugd.. 5 Vaststellen van een lokaal innovatiebudget van 6,5% van het totale macrobudget Jeugd voor de lokale B- taken. 1 Alle besluiten zijn een lokale bevoegdheid van individuele colleges en raden, maar de besluiten onder het kopje regionaal hebben een regionale impact en zijn eerst in het regionale Portefeuillehoudersoverleg afgestemd. 2

9 Inleiding De negen gemeenten van de regio Nijmegen werken intensief samen aan het vormgeven van de transities Jeugd en AWBZ. De ingangsdatum hiervoor is, zoals u weet, 1 januari De voorbereiding kent vele facetten en is er op gericht uit om de regionale ambities, zoals vastgesteld in de regionale beleidsnota Kracht door verbinding en het Regionaal Transitiearrangement Jeugd, te realiseren. Op 3 juni hebben wij de definitieve uitgangspunten van het Inkoop- en subsidiemodel vastgesteld op basis waarvan de regiogemeenten de nieuwe taken gaan contracteren. Voor Jeugd betekent dit dat er taken worden ingekocht en taken worden gesubsidieerd. Dit is vastgelegd in het bekende blokkenschema (voor Jeugd): CONTRACTEREN REGIONAAL BLOK B 1. Belevingsgerichte dagbesteding, dagbehandeling, kortdurend verblijf en vervoer jeugd; 2. Ambulante trajecten (begeleiding, hulp en behandeling, observatie en diagnostiek) jeugd; LOKAAL BLOK A Geen taken vanuit transitie BLOK C 1. Pleegzorg en (semi)residentiele zorg voor jeugd 2. Jeugdbescherming en jeugdreclassering LOKAAL REGIONAAL UITVOEREN Deze notitie gaat over het financiële beeld. Het definitieve macrobudget is gepresenteerd in de meicirculaire Het budget valt hoger uit dan in de voorlopige ramingen in december In de tussentijd zijn een aantal zaken nader uitgewerkt en aangepast, zoals bijvoorbeeld: - verdere specificering en (zo goed als mogelijk) toepassen van het woonplaatsbeginsel; - vaststelling van de Wet langdurige zorg (Wlz), waardoor nader is bepaald welke zorgvormen, ZZP's en grondslagen in de (licht) verstandelijk gehandicaptenzorg onder de Jeugdwet komen te vallen en welke onder de Wlz komen te vallen; - Persoonsgebonden budgetten (PGB's) zijn nader in beeld gebracht; - correcties in de GGz-zorg, o.a. toevoeging van budgetten ouder-kind-zorg; - correcties met betrekking tot voogdij; - toevoeging van een uitvoeringsbudget voor gemeenten. Dit alles heeft geleid tot een macrobudget Jeugd voor de regio Nijmegen van 70,2 mln. Volgens het Rijk bedraagt de Rijksbezuiniging 2015 ten opzichte van 2014 niet 4%, maar 3%. Dit is een landelijk gemiddelde. Of dit voor Nijmegen ook geldt, weten we niet precies. Het Rijk heeft het macrobudget bepaald op basis van uitvraaggegevens van: - Jeugd en Opvoedhulp via de begroting 2014; - Jeugd-(L)VG via de realisatiegegevens 2013; - Jeugd-GGz via facturering Recentere data waren er op het moment van berekening van het macrobudget niet. Onder andere de Jeugd-GGz werkt op basis van declaraties na het afsluiten van DBC's (Diagnose Behandel Combinaties), waarin hun behandelingen kunnen worden geregistreerd en gedeclareerd. Zorgverzekeraars hadden pas begin 2014 de realisatie 2012 in voldoende mate in beeld. Berekening budgetten Budgetten worden berekend per sector, per blok, per perceel en uiteindelijk per aanbieder. De regio Nijmegen berekent de budgetten als volgt: - Het macrobudget is het uitgangspunt. Meer is er niet!. Het kent een uitsplitsing naar sector: Jeugd en Opvoedhulp, Jeugd-GGz en Jeugd-(L)VG. 3

10 - De regionale uitvraag aan de instellingen vormt het startpunt. Deze worden allereerst per sector weergegeven. - We berekenen de RTA-garanties over de regionale uitvraag. Dit vormt het basis-budget. Dit wordt in deze memo per sector en per perceel (gemeente) weergegeven. - Er gaan uitvoeringsbudget en reservering landelijk arrangement van het totale macrobudget af. - Er blijft dan een bedrag over voor innovatiefonds en risicofonds. In deze notitie worden hiervoor een aantal voorstellen voor gedaan. Voor 1 augustus worden de minimale budgetten gecommuniceerd per instelling, per perceel en per blok. Staatssecretaris Van Rijn heeft eind juni aangegeven dat gemeenten uiterlijk 1 augustus de minimale budgetten per aanbieder bekend dienen te maken. De minimale budgetten zijn gebaseerd op de garantiepercentages uit het RTA minus het innovatiebudget. Dit doen we via een Nota van Inlichtingen gekoppeld aan het CTM-systeem (aanbestedingsplatform). Percentages RTA-garanties Het RTA vormt het uitgangspunt voor de toekenning van de budgetten. We hebben de garantiepercentages genomen en op basis daarvan het 'basis-budget' berekend. De garantie-percentages uit het RTA zijn: zorgvorm percentage blok persoonlijke verzorging, logeren (kdv), dagbesteding, dagbehandeling, incl. vervoer 80% B1 ambulante Jeugd en Opvoedhulp, ambulante Jeugd-(L)VG, observatie en diagnostiek 80% B2 ambulante Jeugd-GGz, observatie en diagnostiek Jeugd-GGz 85% B2 (semi)residentiele/ intramurale zorg 85% C1 pleegzorg 90% C1 jeugdbescherming en jeugdreclassering 92% C2 Op basis van budgetten en volumes kan gesteld worden dat we gemiddeld rond 83% budget garanderen voor de zorginstellingen in de regio. Uitvraag We gaan uit van de uitvraag bij onze eigen instellingen obv bovengenoemde jaartallen. In het Regionaal Transitie Arrangement (RTA) in oktober 2013 hebben we een eerste uitvraag gepresenteerd. In de aanloop naar de besluitvorming rond het definitieve macrobudget hebben ook wij, net als het Rijk, onze eigen uitvraag nader verfijnd. We hebben in goed overleg met de instellingen een update van de uitvraag laten doen door bureau Andersson Elffers Felix (AEF). We presenteren nu een uitvraag die niet geheel aansluit bij het macrobudget voor de regio Nijmegen, maar waar we het wel mee moeten doen. Voor de sectoren Jeugd en Opvoedhulp en Jeugd-GGz komt de uitvraag nagenoeg overeen met het macrobudget voor de regio Nijmegen. Algemeen financieel beeld Jeugd regionaal Budget Uitvraag Garantie Resteert JeugdLVG (AWBZ) 12,48 16,42 14,18-1,71 PGB's 7,64 10,05 7,33 0,31 Subtotaal 20,11 26,47 21,51-1,40 Jeugd en opvoedhulp (Provinciaal) 26,03 27,19 23,30 2,73 Toegang 0,79 0,80 0,64 0,15 Jeugdhulp BJZ 1,19 1,21 0,97 0,23 AMHK 0,93 0,94 0,75 0,17 Subtotaal 28,94 30,14 25,66 3,28 Jeugd GGZ (Zvw) 17,09 15,13 12,86 4,24 Landelijke afspraken (3,76%) 2,67 2,67 2,67 0,00 Uitvoeringsbudget 1,40 1,40 1,40 0,00 Innovatiebudget/Risicoreservering 6,12 Totaal 70,21 75,81 64,10 0,00 4

11 Algemeen financieel beeld Jeugd gemeente Nijmegen Budget Uitvraag Garantie Resteert JeugdLVG (AWBZ) 11,40 13,81 11,40 0,00 Jeugd en opvoedhulp (Provinciaal) 18,60 18,70 15,97 2,64 Jeugd GGZ (Zvw) 8,90 7,99 6,79 2,11 Landelijke afspraken (3,76%) 1,51 1,51 1,51 0,00 Uitvoeringsbudget 0,82 0,82 0,82 0,00 Schommelfonds/Risicoreservering: -4,74 Totaal 41,24 42,83 36,29 0,00 Toelichting op de tabel Jeugd (L)VG Jeugd (L)VG bestaat uit Zorg in Natura. Het zijn de volgende bouwstenen: - Geïntegreerde dagbesteding op school/kinderopvang B - Gezinshuis C - Weekend en vakantieopvang - Behandelgroep 24 uurs open in de wijk - Dagbehandeling locatie, Medisch Kleuterdagverblijf (MKD) - Beschermd wonen (L)VG - Kortdurend Verblijf (specialistisch) (regionaal) - 3-leefmilieus voorzieningen (L)VG - Deeltijd-dagbehandeling locatie, onderwijs/kinderopvang - Begeleiding - Persoonlijke verzorging - Observatie en diagnostiek PGB s Jeugd (L)VG zijn apart weergegeven. Het betreft gegevens van de daadwerkelijke uitvraag die gedaan is vanuit Vektis, ondersteund door de gegevens van het CAK. Afwijking Jeugd-(L)VG Voor de sector Jeugd-(L)VG is de uitvraag hoger dan het macrobudget. Dit heeft met een aantal factoren te maken: discrepanties tussen Jeugdwet-producten t.o.v. Wlz-producten (definities), onvoldoende voortgang in het opschonen van het woonplaatsbeginsel en mogelijk een dubbeling tussen PGB s en Zorg in Natura. Bureau AEF en de financiële afdeling van Nijmegen heeft het uiterste geprobeerd om nagenoeg sluitende gegevens te krijgen, maar het is niet gelukt om de tekorten helemaal te dichten. Op regionaal niveau bedraagt het tekort 1,4 miljoen op basis van de toepassing van de RTA-garanties. Aan rijksmiddelen hebben we op dit onderdeel 20,11 miljoen ontvangen. Volgens de RTA-garantie moeten we een bedrag van 21,51 beschikbaar stellen. Omdat er onzekerheden zijn ten aan zien van de juistheid van de uitvraag kiezen we ervoor om maximaal het Rijksbudget beschikbaar te stellen. We hanteren dus feitelijk de disclaimer uit het RTA: toekennen garantie mits het door het Rijk beschikbaar gestelde budget toereikend is. Hierover heeft de wethouder Zorg en Welzijn als voorzitter van het regionaal bestuursteam een gesprek gevoerd met de grootste RTA-partijen uit de sector, Pluryn, Driestroom, s Heerenloo, RIBW en Kleur, om deze kwestie toe te lichten. On het toekennen van de 20,11 miljoen helemaal sluitend te krijgen hebben we op voorhand moeten verevenen. Dit komt doordat de gemeente Beuningen onvoldoende middelen heeft om de bijdrage aan het toekennen van de 20,11 te kunnen leveren. Er is afgesproken dat de gemeente Nijmegen deze verevening toepast vanuit haar budget. Besluiten: - Definitief vaststellen van het toepassen van de disclaimer uit het Regionaal Transitie Arrangement Jeugd: toekennen garantie aan de instellingen mits het door het Rijk beschikbaar gestelde budget toereikend is, door 1,4 miljoen minder toe te kennen aan de sector Jeugd-(L)VG dan waar de sector op basis van de berekening van garantiepercentages en de uitvraag op uitkomt. - Vaststellen van het toepassen van regionale verevening op voorhand door een aanvullend tekort van 0,2 mln toe te voegen aan het budget voor de sector Jeugd-(L)VG. Dit bedrag wordt betaald door de gemeente Nijmegen. Jeugd en Opvoedhulp J&O bestaat uit de volgende bouwstenen: 5

12 - Ambulante jeugd en opvoedhulp B - Observatie en diagnostiek - Geïntegreerde dagbesteding op school/ Kinderopvang - Medisch Kleuterdagverblijf (MKD) - (deeltijd)dagbehandeling - Observatie en diagnostiek - Pleegzorg C - Gezinshuis, leerhuis, fasehuis, kamertraining, behandelgroep 24 uurs open in de wijk - Behandelgroep 24 uurs op terrein - JeugdzorgPlus (gesloten) - Spoedopvang ikv spoedeisende hulp J&O - Jeugdbescherming - Jeugdreclassering Toegang: Dit budget is oorspronkelijk afkomstig van het budget Bureau Jeugdzorg voor de indicatiestelling. Deze hebben we op nul gezet. Dit budget is afgezonderd voor versterking van het voorveld (lokale toegangspoort) en is lokaal beschikbaar. Jeugdhulp BJz: Dit budget is oorspronkelijk afkomstig van het budget Bureau Jeugdzorg voor vroeghulp, dranghulp, raadsmeldingen en spoeddienst. Dit wordt voor 80% gefinancierd aan het BJz via de subsidie behorend bij het Transitieplan. AMHK: Dit budget is oorspronkelijk afkomstig van het budget Bureau Jeugdzorg voor AMK en zorgmeldingen. Dit wordt voor 80% gefinancierd aan het BJz via de subsidie behorend bij het Transitieplan. Jeugd GGz Jeugd GGz bestaat uit de volgende bouwstenen: - Ambulante behandeling B (basis GGz en Specialistische GGZ) - Observatie en diagnostiek - Beschermd wonen J-GGz C - Opname / langdurige klinische opname GGz / psychiatrie. - Spoedopvang / crisis klinisch GGz De producten in het domein Jeugd-GGz hebben een budgetgarantie van 85%. Binnen de Jeugd-GGz blijven we werken met diagnosebehandelcombinaties (DBC s). De regiogemeenten zullen de registratie en declaratie-systematiek (Vecozo) hanteren. Uitvoeringsbudget en reservering landelijk arrangement Er is sprake van een ophoging van de reservering voor het landelijke arrangement van 2,2% naar 3,76%. Dit verschilt dus met de aanname van december In het landelijk arrangement zijn voorzieningen opgenomen die (grotendeels) op landelijk niveau zeer specialistische functies verzorgen. Bijvoorbeeld de autisme-zorg van het LeoKannerhuis of gesloten opname van tienermoeders tijdens zwangerschap of met pasgeboren kind van Intermetzo. Ook over Academische centra kinder en jeugdpsychiatrie zijn afspraken gemaakt. Wanneer een kind uit onze regio gebruikt maakt van de voorzieningen, krijgen we een factuur. Het advies is om dit percentage over te nemen, zeker omdat wij enkele van deze voorzieningen in de buurt hebben. Doorgaans levert nabijheid een hogere verwijzing van kinderen op. We hanteren het door het Rijk en de VNG geadviseerde uitvoeringsbudget van 2%. Dit is voor inrichtingskosten van het gemeentelijke apparaat ten behoeve van de transitie Jeugd. Risicoreservering Definitie Risicoreservering Risicoreservering, ofwel het risicofonds is bedoeld voor onvoorziene uitgaven in Het is van belang om een goede definitie hiervan te geven, ofwel een goede inschatting van de risico s te doen. Dat is op dit moment slechts in globale zin mogelijk. Er ligt een landelijk advies van VNG/G32 dat stelt dat iedere gemeente ongeveer 1,5% tot 2% aan risicoreservering zou moeten doen. Wat zijn de risico s? - Er kunnen zich partijen melden waar wij geen contract mee hebben, maar die wel zorgcontinuiteit voor cliënten dienen te leveren. Dit kan ook al in de aanloop naar 2015 gebeuren nadat dit voorstel is vastgesteld. We zullen dan een contract met hen aan moeten gaan. We kunnen dit wel beperken tot de zittende cliënten (waarvoor de zorgcontinuiteit geldt). - Een bekend risico is het gegeven dat de uitgaven van bepaalde GGz-hulp (o.a. dyslexiezorg) gestegen is ten opzichte van de uitvraag I.v.m. zorgcontinuiteit dienen wij toch te zorgen voor doorlopende trajecten in Er kunnen zich risico s voordoen van verwijzingen waar wij geen invloed op hebben, maar die wel moeten, bijv. door kinderrechters, huisartsen en medisch specialisten. Wij dienen dan wettelijk de zorg te leveren. 6

13 - Er is een risico m.b.t. het landelijke arrangement. Hiervoor reserveren we 3,67%, maar een aantal van deze voorzieningen staat in onze regio, o.a. LeoKannerhuis en Academisch Centrum Karakter. Er maken relatief veel kinderen uit onze regio gebruik van. - Er is een risico van een mogelijk stijgende vraag naar zorg als gevolg van de transities. In ons omringende landen (Duitsland, Denemarken) is gebleken dat bij de decentralisatie naar de gemeente de nabijheid ervoor gezorgd heeft dat de vraag is gestegen. - Tot slot is er het risico van de afwijking in de uitvraag in de sector Jeugd-(L)VG. Er wordt minder geld toegekend dan waar men op basis van de berekeningen op uit komt. Dit is een risico. Er kunnen hierdoor trajecten voor kinderen in de knel komen. Het (L)VG tekort is niet op voorhand op te lossen omdat het tekort veroorzaakt wordt door de macrobudgetten van enkele individuele gemeenten in de regio. Omdat de (L)VG ongeveer voor de helft bestaat uit regionale zorg (blok C), stellen we toch voor om ook voor Nijmegen op voorhand rekening te houden voor onzekerheid in de sector Jeugd-(L)VG. Het risicofonds is een lokale reservering. Middelen worden pas uitgekeerd nadat is aangetoond dat men aanspraak op deze middelen kan maken. Vanzelfsprekend gebeurt dit in onderling overleg. Daarnaast is in het Regionale PFO afgesproken dat het risicofonds een lokale bevoegdheid betreft. Hierover wordt niets regionaal afgesproken. Advies over de opbouw risicofonds: 3 scenario s Het advies is door de regionale werkgroep voorbereid, maar zal lokaal worden ingevuld. Hieronder wordt het advies uitgewerkt voor de gemeente Nijmegen. We stellen voor om 3% voor risicoreservering op te nemen in de begroting. Landelijk wordt geadviseerd om 1,5% a 2% aan risicoreservering te doen in het algemeen. Omdat we in de regio Nijmegen nog additioneel te maken hebben met een lacune in de uitvraag in de sector Jeugd-(L)VG dat enkele aanvullende risico s met zich meebrengt, stellen we voor om het risicofonds op te hogen naar 3%. Voor- en nadelen We stellen voor niet te veel af te wijken van het landelijk advies van 1,5% a 2%. We willen niet onverantwoord veel middelen aan het zorgsysteem onttrekken. We willen ook niet afwijken van de afspraken die in het RTA zijn gemaakt. Hierin is de intentie uitgesproken om 92% van de middelen in het zorgsysteem te laten. Instellingen zijn bezig met hun begrotingen en bijbehorende ontslagprocedures en rekenen op de gemeente. Er blijven zodoende meer zorgproffesionals aan het werk, waardoor er een zachtere landing komt per 1 januari Het aantal cliënten gaat bij de start in januari nog niet direct afnemen, want sociale (wijk)teams hebben tijd nodig om op te starten. Als het zorglandschap daarentegen wel onevenredig wordt uitgedund ontstaan er problemen met de zorgcontinuiteit en zullen er onverantwoorde wachtlijsten en wellicht schrijnende situaties ontstaan. Een risico van een lage risicoreservering is dat we de problemen die ontstaan wellicht niet allemaal kunnen opvangen vanuit het fonds. Eventueel dient er een beroep gedaan te worden op de algemene reserve van de gemeente. Er gaat sprake zijn van lokale verschillen in de opbouw van het risicofonds. Dit kan risico s voor Nijmegen met zich meebrengen in het kader van de verevening. Beuningen kan namelijk geen middelen aan het risicofonds en het innovatiebudget toevoegen omdat zij daarvoor onvoldoende middelen heeft. Besluit: Vaststellen van een lokaal Nijmeegs risicofonds voor B- en C-taken van 3% van het totale macrobudget jeugd. Innovatiebudget Definitie innovatiebudget Het innovatiebudget zal aangewend dienen te worden voor vernieuwingen die de gemeenten aan de zorginstellingen vragen en die bijdragen aan de doelen zoals gesteld in de Nota Kracht door Verbinding. Natuurlijk vragen we dit sowieso aan instellingen, maar het budget kan helpen bij het versnellen van dit proces. 7

14 Instellingen kunnen innovatievoorstellen indienen. Wij zullen deze voorstellen beoordelen op inhoudelijke kwaliteit, toegevoegde waarde (waarde creatie) en betaalbaarheid. Hiermee bedoelen wij dat wij in de plannen terug willen zien wat de waarde is die leveranciers met het initiatief toevoegen aan de keten van de jeugdhulp en aansluiting op de lokale toegangspoort. Per zorgsoort wordt beschreven waar wij de innovatie op toegespitst zouden willen zien. Andere innovatieve ideeën die de maatschappelijke doelstellingen ook halen mogen uiteraard worden ingeschreven. Het proces van toekenning van middelen zal in een aparte Nota van Inlichtingen worden gepubliceerd. Het streven is om de innovatiemiddelen tegelijkertijd met het reguliere inkoopcontract of subsidiecontract vast te leggen. Inhoud Ambulante zorg / dagbehandeling (B): De innovaties moeten zich richten op integrale samenwerking en minder hulpverleners in gezinnen. De effectiviteit van de behandelingen etc. De innovaties moeten zich richten een verkorting van de behandelduur of een betere, efficiëntere in-dooruitstroom van cliënten Jeugd GGZ (B): De innovaties moeten zich richten op preventieve activiteiten en vormen van zorg. Waardoor minder DBC s of bijvoorbeeld jeugd-basis GGZ activiteiten worden opgestart. Jeugdzorg residentieel (C): De innovaties moeten zich richten op een verschuiving van zware naar lichtere vormen van zorg. Dit kan zowel verticaal als horizontaal plaatsvinden. Hiermee bedoelt de regio dat door samenwerking binnen de keten (verticaal) sneller kan worden afgeschaald en samenwerking binnen de horizontale keten (vb (L)VG/ Jeugdzorg) de efficiëntie kan worden gezocht. Pleegzorg (C): De innovaties moeten zich richten op een toename van het aantal pleeggezinnen in de regio en daardoor een verschuiving van het aantal cliënten dat van zwaardere vormen gebruik maakt. Ook kan gekeken worden naar vormen van lichtere tijdelijke pleegzorg obv vrijwilligers (bijv. meeleefgezinnen). JB / JR / AMHK (C) : De innovaties moeten zich richten op een effectieve inzet van mensen en middelen waardoor kinderen sneller beter geholpen worden. De innovaties gaan uit van een betere aansluiting op het voorveld (bijv. via dranghulpverlening) waardoor het aantal maatregelen kan worden verminderd. In het PFO is afgesproken dat we gezamenlijk besluiten om 2% innovatie voor C-taken op te nemen. Hierover hebben we onderling overeenstemming bereikt. Dit is een lager percentage dan het voorstel voor de B-taken. Dit is overigens gerechtvaardigd, omdat de basis-garanties in de residentiele zorg, pleegzorg en JB en JR veel hoger zijn, respectievelijk 85%, 90% en 92%. Daarnaast willen we de innovatie vooral terugzien in de wijkgerichte, ambulante producten en aanpak (B blok). De Hoogte van het lokale innovatiebudget bedraagt in Nijmegen 6,5% van ons totale budget. Besluit: Vaststellen van een regionaal innovatiebudget van 2% voor de regionale C-taken. Vaststellen van een lokaal innovatiebudget van 6,5% voor de lokale B-taken. 8

15 Resumerend Wanneer we alle besluiten optellen en de Nijmeegse besluiten toepassen, komen we op het volgende plaatje uit (afgeronde percentages): 2% 3% 3,5% 2% 6,5% basis-garantie landelijke reservering uitvoeringsbudget risicofonds regionale innovatie lokale innovatie 83% Budgetten Nijmegen risicoreservering en innovatie Risicofonds 3,0% 1,24 mln Innovatie regionaal 2,0% 0,82 mln Innovatie lokaal 6,5% 2,68 mln Totaal 4,74 mln 9

16 Bijlage Vertaling naar de Blokken B en C In de toelichting op de tabel is al aangegeven hoe de Jeugd en Opvoedhulp, Jeugd-(L)VG en Jeugd- GGz is verdeeld over de blokken B en C. Financieel levert dat het volgende beeld op: Regionaal beeld LOKAAL BLOK A Geen taken vanuit transitie CONTRACTEREN REGIONAAL BLOK B 1. Belevingsgerichte dagbesteding, dagbehandeling, kortdurend verblijf en vervoer jeugd Ambulante trajecten (begeleiding, hulp en behandeling, observatie en diagnostiek) jeugd BLOK C 1. Pleegzorg en (semi)residentiele zorg voor jeugd Jeugdbescherming en jeugdreclassering LOKAAL REGIONAAL UITVOEREN PGB s Dit is exclusief toegangstaken jeugdhulp, AMHK, drang BJz, afdracht landelijk arrangement, uitvoeringskosten gemeente, innovatiebudget 10