Effectafstanden Model-Risicokaart

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Effectafstanden Model-Risicokaart"

Transcriptie

1 Effectafstanden Model-Risicokaart Opdrachtgever: december 2002 Ministerie van BZK L12 Ingenieurs/adviesbureau SAVE Postbus GL Apeldoorn Tel: Fax:

2 Inhoud pag. 1 Inleiding en doel 3 2 Relevante uitgangspunten Doel van de effectafstanden Het begrip effectafstand Inhoud van de methodiek Te onderscheiden objecten Te onderscheiden stoffen Randvoorwaarden 5 3 Voorstel voor methodiek Schadecriteria voor effectafstanden Giftige stoffen Explosieve en brandgevaarlijke stoffen Representatieve scenario's Effectscenario s giftige stoffen Effectscenario s brandgevaarlijke stoffen Meteoconditie Bijzondere situaties en beperkingen Interpretatie effectafstanden Presentatie effectafstanden Criteria ondergrenzen 15 4 Samenvatting voorstellen Voorgestelde relatie voor effectafstanden giftige stof Voorgestelde relatie voor effectafstanden brandbare stoffen en explosieve stoffen Bijzondere situaties en beperkingen Voorgestelde criteria voor ondergrenshoeveelheden 20 Bijlage 1 Berekende effectafstanden 21 Bijlage 2 Effectafstanden ondergrenshoeveelheden 25 Bijlage 3 Begrippenlijst 27 Bijlage 4 Effectafstandstabellen transport L12 2

3 1 Inleiding en doel Ten behoeve van de Model-Risicokaart en het ontwerp-registratiebesluit externe veiligheid (Register) is door SAVE in opdracht van BZK een methodiek voor het bepalen van effectafstanden voor letaliteit en gezondheidsschade ontwikkeld. De methodiek dient invulling te geven aan: - een criterialijst met (ondergrenzen voor) hoeveelheden gevaarlijke stoffen plus aanduiding van de omstandigheid waarbij opname in het Register en op de Risicokaart nodig is. Deze lijst heeft betrekking op de in het Registratiebesluit onder punten n in art.2, lid 1 genoemde inrichtingen.; - een tabel of rekenmodule met gebruiksaanwijzing, waarmee de voor de Model- Risicokaart maatgevende effectafstanden kunnen worden bepaald. Dit betreft effectafstanden voor de effecten zoals genoemd in het Registratiebesluit onder punt b. in art.1, lid 1. Dit rapport geeft een beschrijving van de voorgestelde methodiek met uitgangspunten en overwegingen die een rol hebben gespeeld. Het rapport is opgesteld door Ingenieurs/adviesbureau SAVE onder begeleiding van een begeleidingscommissie met deskundigen van de ministeries van BZK, SZW, VROM en V&W, van provincies, het VNG, GGD'en Brabant/Zeeland en het RIVM. Het rapport is ook voor commentaar voorgelegd aan het Ministerie van EZ en aan het Staatstoezicht op de mijnen. De opzet van het rapport is als volgt: - in hoofdstuk 2 wordt een overzicht gegeven van de relevant geachte uitgangspunten; - in hoofdstuk 3 wordt de voorgestelde methodiek puntsgewijs besproken en met voorbeelden toegelicht; - in hoofdstuk 4 wordt een samenvatting van de methodiek gegeven L12 3

4 2 Relevante uitgangspunten De uitgangspunten worden besproken aan de hand van de volgende onderwerpen: - doel van de effectafstanden, waarvoor worden ze gebruikt; - het begrip effectafstanden, wat wordt er onder verstaan; - inhoud van de methodiek (te onderscheiden stoffen/stofcategorieën, installaties); - randvoorwaarden (samenhang Registratiebesluit en Model-Risicokaart). 2.1 Doel van de effectafstanden Het primaire doel van de effectafstanden is om bij de risico-communicatie aan de hand van de Model-Risicokaart en het Register de burger een kwantitatieve indicatie te geven van de mogelijke gevaarseffecten van risicovolle situaties. De burger wordt door middel van de Model-Risicokaart en de effectafstanden geïnformeerd over de aanwezige plaatsen/activiteiten met gevaarlijke stoffen en met risico's voor de omgeving (externe veiligheid). Hierbij wordt een globaal beeld van de aard en omvang van mogelijke schade-effecten gegeven ter informatie van burgers en gemeentebesturen. De effectafstanden zoals in dit document beschreven zijn niet bedoeld voor operationeel gebruik ten tijde van een ongeval. De operationele diensten zullen in de praktijk hun optreden en inzet baseren op situatie-specifieke informatie. Effectafstanden zijn feitelijk afhankelijk van concrete ongevalsituaties en zullen per geval verschillend zijn. De hier afgeleide effectafstanden worden als indicatief voor de betreffende hoeveelheden gevaarlijke stoffen in bedrijven of bij het transport. 2.2 Het begrip effectafstand De effectafstand heeft betrekking op het gevolg van explosie, brand of het vrijkomen en blootgesteld worden aan toxische stoffen, hitte of drukbelasting of aan scherfwerking en is gedefinieerd als de afstand vanaf de grens van de inrichting, vanaf de transportroute of buisleiding tot waar: - dodelijke slachtoffers kunnen vallen; - schade aan de lichamelijke gezondheid kan optreden, welke binnen 24 uur na het voorval leidt tot opname in een ziekenhuis ter behandeling of ter observatie (gewond). Opgemerkt wordt dat effectafstand niet verward mag worden met het begrip risicozone of risicoafstand. In deze laatste twee begrippen wordt de kans van optreden in het schadescenario(ongeval) meegewogen. Dit is bij effectafstanden nadrukkelijk niet het geval L12 4

5 2.3 Inhoud van de methodiek Te onderscheiden objecten De effectafstanden hebben betrekking op stationaire installaties en op het transport van gevaarlijke stoffen. Het uitgangspunt is dat de effectafstanden zijn gekoppeld aan installaties en aan de aanwezige stof. Voor het transport zijn de effectafstanden gekoppeld aan de transporteenheden (spoorketelwagen, tankauto, pijpleiding, schip) waarin het transport plaatsvindt en aan de aanwezige stof Te onderscheiden stoffen Bij de installaties op inrichtingen zal veelal sprake zijn van specifieke stoffen. In die situaties kunnen de effectafstanden worden betrokken op de aanwezige stoffen. In het geval van op- en overslagbedrijven en bij het vervoer van gevaarlijke stoffen zal veelal sprake zijn van een mogelijke variëteit van stoffen. In die situaties ligt het voor de hand om met voorbeeldstoffen voor te onderscheiden stofcategorieën te werken zoals die worden toegepast bij de risicoberekeningen voor het vervoer van gevaarlijke stoffen (conform CPR18 en IPO-RBM). Voor de hand ligt het om voor het transport(spoor, weg, water en pijpleiding) de categorie-indeling over te nemen zoals die thans wordt toegepast voor de risicoberekeningen bij het transport (conform CPR18 en IPO-RBM). 2.4 Randvoorwaarden Bij het opstellen van de criteria en de effectafstanden is er een aantal randvoorwaarden die bij de praktische uitwerking van belang zijn: - de samenhang Model-Risicokaart en het Registratiebesluit externe veiligheid. Volgens het Registratiebesluit zal per inrichting een effectafstand voor dodelijk letsel en een effectafstand voor gewond worden aangegeven. In het Registratiebesluit worden voor een aantal groepen van installaties al ondergrenzen genoemd. De ondergrenzen voor overige installaties die in het Registratiebesluit worden gespecificeerd en op grond van effectafstanden kunnen worden opgenomen, dienen hiermee zoveel mogelijk in evenwicht te zijn; - de praktische uitvoerbaarheid. De keuze van de ondergrens voor op te nemen installaties mag er niet (onbedoeld) toe leiden dat het aantal installaties (onbeheersbaar) groot wordt. Te denken valt hier bijvoorbeeld aan kleine propaantanks voor huishoudelijk gebruik, koelsystemen in supermarkten e.d. die nu effectief zijn uitgezonderd en niet via effectafstanden alsnog dienen te worden aangewezen; L12 5

6 - de samenhang met bestaande methoden/modellen. De methodiek dient waar mogelijk aan te sluiten bij tot dusver geaccepteerde methodieken en daarvan alleen gemotiveerd van af te wijken, indien methoden onvolledig zijn of redelijkerwijs niet toegepast kunnen worden L12 6

7 3 Voorstel voor methodiek Achtereenvolgens worden hierna behandeld de voorstellen voor: - schadecriteria voor effectafstanden; - representatieve scenario's; - presentatievormen; - criteria voor ondergrenzen voor hoeveelheden. 3.1 Schadecriteria voor effectafstanden Giftige stoffen In de afgelopen jaren zijn diverse systemen voor de beschrijving van effectafstanden in Nederland toegepast, waaronder: - het schadescenarioboek (1988 en 1994); - het DCMR gasmeetplan - CPR18 Richtlijn voor kwantitatieve risicoanalyse (2000). Op dit moment is de situatie dat bij operationele acties in geval van calamiteiten gebruik wordt gemaakt van het systeem van de interventiewaarden. Bij DCMR wordt thans in de praktijk bij een ongeval met gevaarlijke stof uitgegaan van de alarmeringsgrenswaarde(agw) die eventueel wordt gecorrigeerd als mensen minder dan één uur zijn blootgesteld. De interventiewaarden zijn betrokken op een blootstelling van één uur en betreffen concentraties waarboven sprake is van: - lichte, snel reversibele effecten, dit is de Voorlichtingsrichtwaarde (VRW); - irreversibele of ernstige effecten, dit is de Alarmeringsgrenswaarde (AGW); - mogelijke sterfte, dit is de Levensbedreigende waarde (LBW). In CPR18 worden generieke scenario s beschreven ten behoeve van risicoanalyses. Hierbij worden dosis-effectrelaties (zogenoemde probitfuncties) gegeven voor letaal letsel voor het berekenen van overlijdensrisico s. De effectafstanden voor letaal letsel worden betrokken op 1% letaliteit (overlijdenskans van 0,01 bij blootstelling). In het schadescenarioboek is uitgegaan van zogenoemde 50% effectconcentraties; dus bijvoorbeeld de concentratie waarbij verwacht wordt dat 50% van de blootgestelden gewond is. Uitgangspunten daarbij is een blootstellingtijd van 10 minuten. De effectconcentraties in het schadescenarioboek zijn afgeleid voor letaal, gewond (reversibel letsel) en onveilig (ernstige irritatie) L12 7

8 Zoals te verwachten is liggen de interventiewaarden gemiddeld lager dan de grenswaarden van het schadescenarioboek. In tabel 3.1 is een globaal beeld gegeven van de gemiddelde verhouding tussen deze waarden. Grensconcentratie letaal schadescenarioboek LBW interventiewaarde Gewond schadescenarioboek onveilig schadescenarioboek AGW interventiewaarde VRW interventiewaarde Gemiddelde verhouding tot AGW 75 7,7 4,4 1,2 1 0,1 Tabel 3.1: Gemiddelde verhouding tussen effectconcentraties(genormeerd op de AGW) Voor het optreden van hulpverleningsdiensten (redding, gewondenverzorging) wordt primair het gebied dat begrensd wordt door de AGW-waarde (concentratie waarboven irreversibele of andere ernstige gezondheidsschade kan optreden) van belang geacht. Deze definitie van de AGW sluit goed aan bij de het begrip 'schade aan de lichamelijke gezondheid' zoals gedefinieerd in het Registratiebesluit onder punt b onder 2 e in art.1, lid 1(schade aan lichamelijke gezondheid). Omdat deze waarde betrokken is op standaard één uur blootstelling dient bij toepassing ten behoeve van het gebruik voor effectafstanden hieraan nader aandacht gegeven te worden. In par. 3.2 wordt daarom aandacht besteed aan de invloed van de bronduur van de scenario s op de berekende effectafstanden. Het gebied waarbinnen dodelijk letsel als gevolg van blootstelling aan toxische stoffen kan optreden wordt begrensd door de LBW-waarde. Ook deze is betrokken op één uur blootstelling. Voor dodelijk letsel wordt, zoals hiervoor al is vermeld, in de praktijk bij de bepaling van de externe veiligheid (zie CPR18) gebruik gemaakt de zogenoemde dosis-effectrelaties. De effectafstand voor dodelijk letsel wordt daarbij betrokken op de dosis die overeenkomt met 1% letaliteit. Het toepassen van de het criterium 1% letaliteit voor de effectafstand van dodelijk letsel heeft als praktisch voordeel dat het aansluit bij het criterium dat in veiligheidsrapporten en in het ontwerp-besluit Milieukwaliteitseisen externe veiligheid voor dodelijk letsel wordt gebruikt en waarbij via de dosis-effectrelatie automatisch voorzien wordt in het effect van de blootstellingtijd. Voorgesteld wordt om de effectafstanden voor dodelijk letsel en voor schade aan de lichamelijke gezondheid te baseren op 1% letaliteit op basis van de dosiseffectrelatie en respectievelijk op de AGW L12 8

9 3.1.2 Explosieve en brandgevaarlijke stoffen Voor letselschade door brand- en explosie-effecten zijn in CPR16 schademodellen gegeven die een goede basis bieden voor grenswaarden voor belasting. Explosieve stoffen Voor explosie (piek overdruk) van massa-explosief materiaal (klasse 1.1 en 1.5) kan het onveilige gebied gerelateerd worden aan ruitbreuk. Dit is het niveau van circa 0,03 bar piekoverdruk. Het gebied levensbedreigend zou kunnen worden gerelateerd aan het niveau van matige schade aan gebouwen circa 0,1 bar piekoverdruk. Voor brand bij massa-brandgevaarlijk materiaal (klasse 1.3) wordt voorgesteld uit te gaan van de belastingsgrenzen voor brand van 10 kw/m 2 en 3 kw/m 2. Uit berekeningen blijkt dat dit nagenoeg vergelijkbare afstanden oplevert als die voor piekoverdruk bij materiaal van klasse 1.1 en 1.5. Voor scherfwerking (munitie)(klasse 1,2) blijkt dat de effectafstanden voor schadelijk volgens de NAVO richtlijn 1 voor hoeveelheden van circa 1000 kg een vergelijkbaar resultaat geeft als de effectafstandsrelatie voor 0,03 bar piekoverdruk. Voor grotere massa s levert het criterium 0,03 bar overdruk een grotere effectafstand dan de relatie voor schadelijk bij scherfwerking volgens de NAVO richtlijn, voor massa s kleiner dan 1000 kg is het omgekeerde het geval. Binnen het interval van 50 kg tot 5000 kg zijn de onderlinge verschillen in berekende effectafstanden binnen 40%. Voor 1% letaliteit als gevolg van scherfwerking bij klasse 1.2 explosief materiaal is er geen algemeen gehanteerde relatie bekend. Gegeven het relatief beperkte verschil in effectafstanden voor de mogelijke schade-effecten door piekoverdruk, scherfwerking en massabrand is het minder zinvol om naar gedetailleerde grenswaarden te streven en wordt voorgesteld voor de explosieve stoffen twee algemene indicatieve relaties te hanteren voor respectievelijk letaal en schadelijk, uitgaande van de relaties voor piekoverdruk(voor klasse 1.1 en 1.5). Brandgevaarlijke stoffen Voor letselschade door warmtestraling kan direct gebruik gemaakt worden van de dosiseffectrelaties volgens CPR16. De keuze van een belastingniveau wordt hier mede bepaald door het uitgangspunt ten aanzien van de blootstellingstijd. Algemeen wordt uitgegaan van blootstellingtijden van maximaal 20 seconden. Omdat de effectafstanden een algemeen en indicatief karakter hebben en geen situatiespecifiek karakter zoals in par. 2.1 al is aangegeven, wordt voorgesteld om aan te sluiten bij de waarden die ook al in het kader van ondermeer toetsing van bedrijfsbrandweervoorzieningen worden gebruikt: - criterium voor dodelijk letsel: 10 kw/m 2 1 X = 68*M 0,18 : X is effectafstand in meters, M is explosieve massa in kg L12 9

10 - criterium voor gewond: 3 kw/m 2. Deze niveaus zijn representatief voor 1% kans op letsel volgens CPR18 bij een blootstellingduur van circa 20 seconden.(zie bijlage 2) Het niveau gewond is hier gerelateerd aan het mogelijk optreden van 1 e of 2 e graads brandwonden. Opgemerkt wordt dat voor zeer korte blootstellingtijden zoals bij kleinere BLEVE s de belastingswaarden hoger zijn afhankelijk van de brandduur van de vuurbal. Daarom kunnen voor deze situaties beter tijdsafhankelijke dosiseffectrelaties worden gebruikt. Voor gesteld wordt om de effectafstanden voor dodelijk letsel en voor schade aan de lichamelijke gezondheid bij massa-explosieve stoffen door piekoverdruk te baseren op respectievelijk de grenswaarden van 0,1 bar en 0,03 bar overdruk. Deze waarden zijn in overeenstemming met waarden die worden genoemd in CPR16. Voorgesteld wordt om voor de effectafstanden voor dodelijk letsel en voor schade aan de lichamelijke gezondheid als gevolg van scherfwerking bij explosieve materialen(klasse 1.2 ) geen aparte criteria te hanteren omdat de effectafstanden hiervoor in het algemeen vergelijkbaar of kleiner zijn dan die voor letselschade door piekoverdruk bij massa-explosieve stoffen Voorgesteld wordt om voor de effectafstanden voor dodelijk letsel en voor schade aan de lichamelijke gezondheid door warmtestraling als criteria te kiezen de stralingsniveaus van 10 en respectievelijk 3 kw/m 2. Voor zeer korte blootstellingtijden (BLEVE s) wordt voorgesteld de effectafstanden te bepalen met de dosis-effectrelaties voor overlijden en voor 1 e graads brandwonden vanwege het effect van de korte duur van de vuurbelasting. 3.2 Representatieve scenario's De uiteindelijke effectafstanden zullen zeer worden bepaald door de keuze van representatieve scenario's. Twee factoren zijn hier vooral van belang: - de verscheidenheid in effectscenario's (omvang, duur); - de verscheidenheid in weerssituaties Effectscenario s giftige stoffen Gegeven het doel van de effectafstanden, het geven van een indicatie van mogelijke afstanden ter informatie aan bestuurders en burgers, is het voorstel om te kiezen voor scenario's die representatief zijn voor het gevaar maar niet noodzakelijkerwijs MCA s behoeven te zijn. Voor installaties met giftige stoffen zou bijvoorkeur uitgegaan kunnen worden van een 'gemiddeld' representatief scenario L12 10

11 De generieke scenario's voor de kwantitatieve risicoanalyse volgens CPR18 zijn lekkage(10 mm gat) of volledig falen (instantaan vrijkomen of vrijkomen in 10 minuten). Globaal kan worden gesteld dat voor de meeste toxische stoffen geldt dat de berekende effectafstand toeneemt naarmate een gegeven hoeveelheid in een kortere tijd vrijkomt De voorbeeldberekeningen (zie bijlage 1, tabellen 1 t/m 3) laten zien hoe de berekende effectafstand wordt beïnvloed door de keuze van de bronduur bij een gelijke totaal uitgestroomde hoeveelheid. Als representatieve uitstromingstijden voor het leegstromen van installaties is uitgegaan van 10 tot 30 minuten. De voorbeeldberekeningen zijn uitgevoerd voor drie stoffen(ammoniak, chloor en ethyleenoxide) met duidelijk verschillende dosis-effectrelaties en AGW s. De berekeningen laten zien dat bij toepassing van de 1% letaliteitconcentratie het effect van de bronduur op de effectafstanden relatief beperkt blijft omdat de dosiseffectrelatie ook de invloed van de blootstellingtijd mee weegt. Bij toepassing van de AGW(die vast betrokken is op één uur blootstelling) is het effect van de bronduur op de berekende effectafstanden iets groter. Uit de voorbeeldberekeningen blijkt ook dat de berekende effectafstanden zich met een relatief eenvoudige relatie als functie van de uitgestroomde hoeveelheid, de bronduur(=stromingstijd) en de gehanteerde grensconcentratie laten benaderen (zie kolommen 5 en 6 in tabellen 1 t/m 3 in bijlage 1): X =0,78 * (M/T) 0,6 / C 0,67 hierin is: X : effectafstand (m) M : uitstroomhoeveelheid (kg) T : dampbronduur (s) C : effectconcentratie (kg/m3) Tenslotte is het van belang voor niet kokende vloeistoffen een correctie voor de bronsterkte (kg/s) te maken. Immers naarmate de verzadigde dampspanning van een vloeistof lager is zal de dampbronsterkte ook lager zijn. Voorgesteld wordt om hiervoor de bronsterkte ten opzichte van gassen (100% dampvorming) te corrigeren met een factor analoog aan een correctie die ook wordt toegepast CPR18 bij de zogenoemde subselectie: correctiefactor f Pd = Pd/3 (voor 0,1 < Pd < 3) hierin is: Pd : verzadigingsdampdruk in bara voor Pd > 3 : fpd = 1 (volledige verdamping) voor Pd < 0,1: fpd = 0,033 Samenvattend Voorgesteld wordt om voor giftige stoffen de effectafstanden te baseren op scenario s met een uitstromingstijd van 10 minuten of van 30 minuten(nog te kiezen door de werkgroep). Geadviseerd wordt om op grond van praktische overwegin L12 11

12 gen bij stationaire installaties te kiezen voor 10 minuten uitstroming, omdat dit scenario direct aansluit bij de generieke scenario s volgens CPR18. Hiermee worden de effectafstanden voor de AGW wel conservatief ingeschat, maar gegeven het indicatieve karakter van de effectafstanden en ook de voorgestelde keuze van een gemiddelde meteosituatie(d5, zie hierna) wordt dit acceptabel geacht. Ten behoeve van niet-kokende vloeistoffen wordt voorgesteld de dampbronsterkten (dus niet de uitstroomhoeveelheden) te corrigeren met een factor analoog aan de correctie die in CPR18 voor het dampgenererend vermogen wordt gedaan Effectscenario s brandgevaarlijke stoffen Voor brandgevaarlijke stoffen wordt voorgesteld scenario s te kiezen die het meest bepalend zijn voor deze categorie van stoffen: - voor onder druk vloeibaar gemaakte brandbare gassen is het scenario BLEVE het meest kenmerkend; - voor brandbare vloeistoffen is het scenario plasbrand het meest kanmerkend. Voor deze scenario s zijn aan de hand van berekeningen voor verschillende waarden van brongroottes( inhoud BLEVE, plasoppervlak) en met toepassing van de in par genoemde letselcriteria de afgeleid die zijn vermeld in hoofdstuk 4. Voor installaties met onder druk vloeibaar gemaakte brandbare gassen wordt voorgesteld uit te gaan van het BLEVE scenario, omdat dit feitelijk het risico voor de omgeving representeert Meteoconditie Bij effectafstanden voor giftige stoffen is de te hanteren meteoconditie een belangrijke parameter. Grofweg kan worden gesteld dat het verschil tussen de te kiezen condities een range in berekende effectafstanden voor een scenario betekent van circa een orde van grootte (factor 10). Voorgesteld wordt op dit punt om een 'gemiddelde'representatieve conditie als basis te kiezen: weersklasse D5 (neutraal weer, 5 m/s) Bijzondere situaties en beperkingen Op grond van praktische overwegingen is gestreefd naar een relatief eenvoudige generieke methodiek. Dit leidt er toe dat voor het overgrote deel van voorkomende situaties de methodiek direct toepasbaar is, maar dat voor een (klein) aantal specifieke situaties dit niet het geval is. Dit betreft met name de modellering van de dampbronterm. Voorbeelden hiervan zijn bijvoorbeeld grote gekoelde opslag (chloor, LNG) L12 12

13 Uitgangspunt bij de bepaling van effectafstanden voor deze bijzondere situaties blijft : - een uitstromingsscenario dat equivalent is met het scenario continue uitstroming; - meteoconditie D5. De methodiek kent ten aanzien van de reikwijdte van de te berekenen effectafstanden de beperking dat de verspreidingsberekeningen binnen redelijke grenzen betrouwbaar zijn tot een afstand van circa 10 km. In het bijzonder bij de berekening op basis van de AGW s kunnen afstanden berekend worden die (veel) groter zijn dan 10 km. Op grond van grote ongevallen uit het verleden bekend lijkt 10 km ongeveer een bovengrens voor het schadegebied. 2 Het verdient aanbeveling om in geval van berekende effectafstanden groter dan 10 km de rekenresultaten te presenteren met de omschrijving mogelijk groter dan 10 km. Voor installaties met brandgevaarlijke vloeistoffen wordt voorgesteld uit te gaan van het scenario plasbrand dat wordt gekoppeld aan het tankputoppervlak. Voor het transport van brandbare vloeistoffen wordt uitgegaan van plasoppervlakken van 1500 m 2 bij het wegtransport en 600 m 2 bij het spoortransport, het transport over het water en bij het buisleidingtransport(conform CPR18). Voor het transport toxische stoffen over de weg en over het spoor wordt voorgesteld uit te gaan van de uitstomingsbronsterkten behorende bij het generieke scenario voor continue uitstroming conform CPR18. Voor het transport over het water wordt voorgesteld uit te gaan van het generieke scenario continue grote uitstroming en voor het transport per pijpleiding van het generieke scenario continue uitstroming bij leidingbreuk. 3.3 Interpretatie effectafstanden Door de grote verscheidenheid aan mogelijke situaties in de werkelijkheid(verscheidenheid in weerssituaties en uitstromingsscenario s) zijn de te berekenen effectafstanden op te vatten als indicaties voor representatieve afstanden. Voor installaties met toxische stoffen wordt het spreidingsgebied van de effectafstanden in de praktijk ruwweg geschat op een factor 10. Hierbij moet bedacht worden dat door de toepassing van de AGW en 1% letaliteit in feite gebruik wordt gemaakt van ondergrenzen waarboven de bijbehorende effecten optreden en waarbij rekening gehouden is met de meest kwetsbare groepen onder de bevolking ten aanzien van gezondheidsschade. 2 Bij de ramp in Bhopal(1969), waarbij in korte tijd een grote hoeveelheid (circa 40 ton) zeer giftig methyl isocyanaat vrijkwam besloeg het schadegebied een wind afwaartse lengte van circa 2 km voor dodelijk letsel en circa 8 km voor schadelijke effecten L12 13

14 Gesteld kan worden dat als gevolg van de voorstelde keuzes effectafstanden worden verkregen die representatief zijn voor majeure uitstromingen bij overigens gemiddelde omstandigheden. 3.4 Presentatie effectafstanden Vanwege het gebruik ten behoeve van mogelijk vele stoffen en vele soorten installaties verdient het aanbeveling om een presentatiewijze na te streven die relatief eenvoudig is maar toch een voldoende goede benadering biedt voor de berekende afstanden. In par.3.2 is al aangegeven dat de effectafstanden giftige stoffen zich goed laten beschrijven door een eenvoudige relatie als functie van: - de installatie inhoud (= uitgestroomde hoeveelheid); - de bronduur (= uitstromingstijd); - de grensconcentratie ( 1% letaliteitconcentratie of AGW). In tabel 3.1 is een voorbeeld gegeven van een effectafstandentabel. In de tabel zijn voor verschillende hoeveelheden de effectafstanden gegeven als functie van de grensconcentratie. De tabel is algemeen toepasbaar voor zowel 1% letaliteit als voor AGW. Hoeveelheid Concentratie (kg/m3) (kg) 1,0E-06 2,0E-06 5,0E-06 1,0E-05 2,0E-05 5,0E-05 1,0E-04 2,0E-04 5,0E-04 1,0E-03 afstanden in meters > >10000 > >10000 > >10000 >10000 > >10000 >10000 >10000 > >10000 >10000 >10000 >10000 > Figuur 3.1 Voorbeeldtabel effectafstanden voor giftige stoffen als functie van installatie-inhoud en grensconcentratie bij aangenomen uitstroomtijd van 600 seconden Voor BLEVE, plasbrand en explosieve stof kunnen op soortgelijke wijze tabellen worden gegenereerd aan de hand van de afgeleide relaties. In figuur 3.2 is een voorbeeld gegeven voor het BLEVE scenario L12 14

15 Massa 1% letaal 1e graads brandwonden kg effectafstanden in meters Figuur 3.2 Voorbeeldtabel effectafstanden voor brandbare gassen als functie van installatie-inhoud bij aangenomen verbrandingswarmte van 4,7E7 J/kg 3.5 Criteria ondergrenzen De effectafstanden en de Model-Risicokaart moeten betrekking hebben op objecten (installaties/activiteiten) met gevaarlijke stoffen die uitgaan boven de wijdverbreide, kleinschalige toepassingen van gevaarlijke stoffen in kleine systemen zoals kleine LPG-tanks (autotank) en kleine koelsystemen (supermarkten e.d). In de praktijk is de 'ondergrensproblematiek' vooral relevant voor (systemen met) tot vloeistof verdicht brandbaar gas (LPG-tanks) en ammoniakkoelinstallaties. Voor de hoeveelheid waarboven installaties geregistreerd moeten worden kan in algemene zin als criterium worden gehanteerd dat een vorm van schade niet verder dan een gegeven afstand mag reiken. In bijlage 2 zijn voor zowel giftige stoffen als voor brandbare stoffen ter indicatie enkele effectafstanden berekend voor levensbedreigend letsel en voor schade aan de lichamelijke gezondheid. Giftige stoffen(ammoniak) Uit de resultaten in bijlage 2 (tabel 2) blijkt dat de hoeveelheid van 200 kg die in het Registratiebesluit gehanteerd wordt voor ammoniak bij benadering overeenkomt met het criterium LBW op circa 70 m en AGW op 200m. Hierbij moet bedacht worden dat de LBW en AGW waarden relatief pessimistisch zijn vanwege de aangehouden bronduur van 10 minuten. Hantering van het criterium schadelijk voor de lichamelijke gezondheid op 50 m voor toxische stoffen zal volgens de resultaten in bijlage 2 leiden tot een hoeveelheidcriterium voor ammoniak dat significant lager ligt dan 200 kg. In dat geval worden dermate kleine hoeveelheden gevonden dat ook zeer kleine systemen hieraan zullen voldoen. In het Registratiebesluit wordt de waarde van 200 kg gehanteerd voor ammoniakkoelsystemen L12 15

16 Voorgesteld wordt om voor installaties met toxische stoffen de ondergrenshoeveelheden af te leiden van 200 kg grenswaarde van ammoniak. Deze waarde wordt ook praktisch hanteerbaar geacht omdat daarmee de zeer kleine systemen die in zeer grote aantallen voorkomen buiten de registratie vallen. Hierbij kan met een eenvoudige relatie rekening worden gehouden met verschillen in effectconcentratie (AGW) en in dampgenererend vermogen bij omgevingstemperatuur voor specifieke stoffen: Qm = Constante * Cgr / f Pd hierin is Qm : de ondergrenshoeveelheid stof in kg f Pd : correctiefactor voor dampgenererend vermogen (f Pd is maximaal 1 en minimaal 1/30, zie relatie in par. 3.2) Cgr : is de AGW-waarde (mg/m 3 ) Constante = 2: bij een ondergrens van 200 kg ammoniak met AGW = 100 mg/m3). Het resultaat van de toepassing van deze regel is in de onderstaande tabel voor een aantal stoffen gegeven. Stof Pd(bara) fpd AGW(mg/m3) Ondergrens(kg) Ammoniak*) > acrylonitril 0,12 0, Chloor*) > formaldehyde(37%) 0,002 0, fluorwaterstof 1 0, chloorwaterstof(37%) 0,12 0, *) als tot vloeistof verdicht gas Door toepassing van deze relatie wordt ook gewaarborgd dat voor de ondergrenshoeveelheden van verschillende stoffen vergelijkbare effectafstanden worden gevonden. In bijlage 2, tabel 2 wordt dit geïllustreerd. Brandbare gassen Voor propaan lijkt een hoeveelheid van circa 1000 kg aan het criterium schadelijk voor de lichamelijke gezondheid op circa 100m te voldoen (zie tabel 1 bijlage 2). Voor installaties met propaan wordt in het Registratiebesluit een ondergrens van 150l (circa 70 kg) genoemd met als voorwaarde dat het individueel risico van 10-6 per jaar buiten de inrichting ligt in een omgeving met meer met meer dan twee woningen per ha. Dit houdt globaal in dat installaties die op minder dan circa 20 m van de terreingrens staan onder dit criterium kunnen vallen. Opgemerkt wordt dat deze ondergrens vooralsnog zeer laag lijkt.een waarde van circa 1000 kg voldoet beter aan het criterium levensbedreigend op circa 50 m. Hierbij dient te worden opgemerkt dat ook al bij deze een ondergrens van 1000 kg waarschijnlijk de registratie een praktisch probleem kan worden vanwege het grote aantal installaties L12 16

17 Brandbare vloeistoffen Voor installaties met brandgevaarlijke vloeistoffen is de ondergrens niet uitsluitend afhankelijk van de hoeveelheid maar ook van het representatieve plasoppervlak. Een plasoppervlak van circa 700 m 2 levert een 1% letaliteitafstand van circa 50 m. Een tankputoppervlak van 700m 2 komt, rekeninghoudend met een minimale putdiepte van 0,3 m overeen met een tankinhoud van circa 200 m 3. Vanwege de praktische benadering om zoveel mogelijk samenhang te betrachten met de publicaties van CPR 9 (vloeibare aardolieproducten), is het aan te bevelen om aan te sluiten bij de ondergrens van CPR 9-2, ofwel de bovengrens van CPR 9-6, zijnde 150 m 3. Voor gesteld wordt om een dergelijke waarde als ondergrens voor bovengrondse installaties van K1, K2 en K3 stoffen te hanteren. Voorgesteld wordt om in aansluiting met het concept-registratiebesluit de ondergrens voor ammoniak te stellen op 200 kg. Dit komt globaal overeen met een AGW- effectafstand van circa 100 m tot 200 m, indien de weerklasse D5 wordt gehanteerd. Voorgesteld wordt om voor andere toxische stoffen de ondergrens af te leiden van die voor ammoniak rekeninghoudend met het dampgenererend vermogen(maximale dampdruk bij omgevingstemperatuur) en de AGW. Voorgesteld wordt om voor brandbare gassen 1000 kg en voor brandbare vloeistoffen 150 m3 als ondergrens te kiezen uitgaande van het scenario BLEVE voor brandbaar gas en plasbrand voor brandbare vloeistof. Opgemerkt wordt dat de waarde van 1000 kg groter is dan de waarde genoemd in het Registratiebesluit. De verwachting is echter dat ook al bij een ondergrens van 1000 kg praktische problemen bij de registratie vanwege het aantal installaties niet zijn uit te sluiten L12 17

18 4 Samenvatting voorstellen 4.1 Voorgestelde relatie voor effectafstanden giftige stof Effectafstanden baseren op het scenario uitstroming in 10 minuten, bij weerklasse D5 en oppervlakteruwheid Z 0 = 1 m: X =0,78 * (fpd * M/T) 0,6 / C 0,67 hierin is: X : effectafstand (m) fpd: correctie voor verdamping fpd = Pd / 3 hierin is: Pd : verzadigingsdampdruk bij 20 0 C in bara Voor Pd > 3: fpd =3 Voor Pd < 0,1: fpd = 0,033 M : uitstroomhoeveelheid (kg) T : uitstroomduur(s) C : effectconcentratie (kg/m3) Effectconcentraties baseren op : - 1% letaliteit op basis van dosis-effectrelatie voor dodelijk letsel - AGW voor schade aan de lichamelijke gezondheid - bij transport zijn wordt het generieke scenario grote uitstroming gehanteerd met uitstromingstijd 30 minuten - bij spoortransport van giftige vloeistoffen vindt voor fpd nog extra correctie plaats met factor 0,4(=600/1500) voor kleinere plas. 4.2 Voorgestelde relatie voor effectafstanden brandbare stoffen en explosieve stoffen - Effectafstanden voor brandbare tot vloeistof verdichte gassen baseren op scenario BLEVE - Effectafstanden voor brandbare vloeistoffen baseren op scenario plasbrand ter grootte van tankput / opvangbak Schadeafstanden baseren op: - 10 kw/m 2 voor dodelijk letsel bij brand - 3 kw/m 2 voor schade aan de lichamelijke gezondheid bij brand. - Schadegrenzen bij BLEVE baseren op dosis-effectrelaties voor sterfte en voor 1 e graads brandwonden - 0,1 baro voor dodelijk letsel door piekoverdruk bij explosie - 0,03 baro voor schade aan de lichamelijke gezondheid door piekoverdruk(ruitbreuk) L12 18

19 BLEVE X letaal =0,00012 * Hc 0,54 * M 0,5 en X schadelijk =0,0002 * Hc 0,54 * M 0,5 hierin is: X letaal : effectafstand (m) voor 1% letaliteit X schadelijk : effectafstand (m) voor schade aan lichamelijke gezondheid M : uitstroomhoeveelheid (kg) Hc: verbrandingswarmte (J/kg) relatie gebaseerd op Pv=15 bar Plasbrand X letaal =1,8 * Dpl, voor 10 kw/m2 X schadelijk = 2,8 * Dpl, voor 3 kw/m2 hierin is: X letaal : effectafstand (m) voor 1% letaliteit X schadelijk : effectafstand (m) voor schade aan lichamelijke gezondheid Dpl : plasdiameter (m) relaties gebaseerd op Hc = 4,6E7 J/kg Massa explosie X letaal = 13 * (M) 1/3,voor 0,1 bar overdruk X schadelijk = 32 * (M) 1/3,voor 0,03 bar overdruk hierin is: X letaal : effectafstand (m) voor 1% letaliteit X schadelijk : effectafstand (m) voor schade aan lichamelijke gezondheid M : explosieve massa in (kg). PRK Bijzondere situaties en beperkingen Uitgangspunt bij de bepaling van effectafstanden voor bijzondere situaties zoals gekoelde opslag van chloor, LNG e.d. blijft dat: - uitgegaan wordt van een uitstromingsscenario dat equivalent is met het scenario continue uitstroming; - uitgegaan wordt van een meteoconditie D5. Voor installaties met brandgevaarlijke vloeistoffen wordt voorgesteld uit te gaan van het scenario plasbrand dat wordt gekoppeld aan het tankputoppervlak. Voor het transport van brandbare vloeistoffen wordt uitgegaan van plasoppervlakken van 1500 m 2 bij het wegtransport en 600 m 2 bij het spoortransport, het transport over het water en bij het buisleidingtransport(conform CPR18). Voor het transport toxische stoffen over de weg en over het spoor wordt voorgesteld uit te gaan van de uitstomingsbronsterkten behorende bij het generieke scenario voor continue uitstroming conform CPR L12 19

20 Voor het transport over het water wordt voorgesteld uit te gaan van het generieke scenario continue grote uitstroming en voor het transport per pijpleiding van het generieke scenario leidingbreuk. Het verdient aanbeveling om in geval van berekende effectafstanden groter dan 10 km de rekenresultaten te presenteren met de omschrijving mogelijk groter dan 10 km. 4.3 Voorgestelde criteria voor ondergrenshoeveelheden Ondergrenzen baseren op effectafstanden voor letaal letsel in de range van 50 tot 100 m. Dit leidt tot: voor brandbaar vloeibaar gas: 1000 kg voor brandbare vloeistof: 150 m3 voor giftige stoffen wordt de ondergrenshoeveelheid worden bepaaldop basis van effectconcentratie(agw) en het dampgenererend vermogen van de stof: Qm = Constante * Cgr / fpd hierin is Qm : de ondergrenshoeveelheid stof in kg fpd : correctiefactor voor dampgenererend vermogen (fpd is maximaal 1 en minimaal 0,033, zie relatie in par. 3.2) Cgr : is de AGW-waarde (mg/m3) Constante = 2: bij een ondergrens van 200 kg voor ammoniak met AGW = 100 mg/m3) L12 20

21 Bijlage 1 Berekende effectafstanden In deze bijlage zijn voor drie giftige stoffen voorbeeldberekeningen gepresenteerd waarbij de berekende effectafstanden volgens de dispersieberekening (met SAVEII) zijn vergeleken met die volgens voorgestelde generieke relatie voor de effectafstand. In de tabellen zijn de hoeveelheden en de uitstroomtijden gevarieerd L12 21

22 stofnaam: ammoniak initiele entrainment 1:10 (kg/kg) probitcoeff a:(kg/m3, s) 7,94 probitcoeff b: 1 probitcoeff n: 2 installatie inhoud (kg) bronduur(s) bron(kg/s) conc 1% let.(kg/m3) X(D5) (m) X(D5) (m) M T C Disp.ber. 0,78 x (M/T)^0,6 / C^0, ,33E-01 2,93E ,0E ,11E-01 1,69E ,5E ,67E+00 2,93E ,3E ,56E-01 1,69E ,9E ,33E+00 2,93E ,0E ,11E+00 1,69E ,0E ,33E+00 2,93E ,4E ,78E+00 1,69E ,0E ,67E+01 2,93E ,1E ,56E+00 1,69E ,6E+02 installatie inhoud (kg) bronduur(s) bron(kg/s) AGW(kg/m3) X(D5) (m) X(D5) (m) M T C Disp.ber. 0,78 x (M/T)^0,6 / C^0, ,33E-01 1,00E ,9E ,11E-01 1,00E ,0E ,67E+00 1,00E ,1E ,56E-01 1,00E ,6E ,33E+00 1,00E ,7E ,11E+00 1,00E ,0E ,33E+00 1,00E ,3E ,78E+00 1,00E ,9E ,67E+01 1,00E ,0E ,56E+00 1,00E ,0E L12 22

23 stofnaam: chloor initiele entrainment 1:10 (kg/kg) probitcoeff a:(kg/m3, s) 10,6 probitcoeff b: 0,5 probitcoeff n: 2,75 installatie inhoud (kg) bronduur(s) bron(kg/s) conc 1% let.(kg/m3) X(D5) (m) X(D5) (m) M T C Disp.ber. 0,78 x (M/T)^0,6 / C^0, ,33E-01 3,06E ,1E ,11E-01 2,05E ,2E ,67E+00 3,06E ,4E ,56E-01 2,05E ,6E ,33E+00 3,06E ,6E ,11E+00 2,05E ,5E ,33E+00 3,06E ,3E ,78E+00 2,05E ,3E ,67E+01 3,06E ,6E ,56E+00 2,05E ,5E+02 installatie inhoud (kg) bronduur(s) bron(kg/s) AGW(kg/m3) X(D5) (m) X(D5) (m) M T C Disp.ber. 0,78 x (M/T)^0,6 / C^0, ,33E-01 1,00E ,0E ,11E-01 1,00E ,7E ,67E+00 1,00E ,4E ,56E-01 1,00E ,2E ,33E+00 1,00E ,6E ,11E+00 1,00E ,9E ,33E+00 1,00E ,2E ,78E+00 1,00E ,2E ,67E+01 1,00E ,4E ,56E+00 1,00E ,9E L12 23

24 stofnaam: ehtyleenoxide initiele entrainment 1:10 (kg/kg) probitcoeff a:(kg/m3, s) 2,92 probitcoeff b: 1 probitcoeff n: 1 installatie inhoud (kg) bronduur(s) bron(kg/s) conc 1% let.(kg/m3) X(D5) (m) X(D5) (m) M T C Disp.ber. 0,78 x (M/T)^0,6 / C^0, ,33E-01 1,30E ,5E ,11E-01 4,33E ,7E ,67E+00 1,30E ,1E ,56E-01 4,33E ,8E ,33E+00 1,30E ,4E ,11E+00 4,33E ,5E ,33E+00 1,30E ,4E ,78E+00 4,33E ,6E ,67E+01 1,30E ,6E ,56E+00 4,33E ,9E+02 installatie inhoud (kg) bronduur(s) bron(kg/s) AGW(kg/m3) X(D5) (m) X(D5) (m) M T C Disp.ber. 0,78 x (M/T)^0,6 / C^0, ,33E-01 1,00E ,9E ,11E-01 1,00E ,0E ,67E+00 1,00E ,1E ,56E-01 1,00E ,6E ,33E+00 1,00E ,7E ,11E+00 1,00E ,0E ,33E+00 1,00E ,3E ,78E+00 1,00E ,9E ,67E+01 1,00E ,0E ,56E+00 1,00E ,0E L12 24

25 Bijlage 2 Effectafstanden ondergrenshoeveelheden Massa 1% letaal 1e graads brandwonden kg effectafstanden in meters Tabel B2.1 Effectafstanden voor BLEVE (bij Pd = 15 bar, Hc = 4,7E7 J/kg diameter (m) 10 kw/m2 3kW/m2 effectafstanden in meters NB: 3 kw/m2 is criterium gewond, 10 kw/m2 is criterium letaal Tabel B2.2 Effectafstanden brandbare vloeistoffen L12 25

26 De grenswaarden zijn genormeerd op de hoeveelheid van 200 kg ammoniak de correctie voor het dampgenererend vermogen en voor de AGW: M = Constante * C / fpd hierin is: M : de hoeveelheid stof in kg; fpd : de dampdrukcorrectie (fpd is maximaal 1 en minimaal 1/30) (zie relatie par. 3.2); C : is de AGW-waarde (mg/m 3 ); Constante: =2, gebaseerd op een ondergrens van 200 kg voor ammoniak. En q = fpd * M / T Hierin is: q = de dampbronsterkte (kg/s) M : de hoeveelheid stof in kg; fpd : de dampdrukcorrectie (fpd is maximaal 1 en minimaal 1/30) (zie relatie par. 3.2); T : de uitstroomtijd (600 seconden). Tabel B2.3 Effectafstanden(X) voor grenswaardehoeveelheden bij verschillende stoffen betrokken op AGW(bovenste tabel) en op LBW(onderste tabel) concentraties L12 26

27 Bijlage 3 Begrippenlijst AGW : alarmeringsgrenswaarde, concentratie waarboven bij één uur blootstelling zich irreversibele of ernstige gezondheidseffecten voordoen BLEVE : boiling liquid expanding vapour explosion Effectconcentratie:concentratie waarop de effectafstand wordt betrokken IPO-RBM: MCA: Interprovinciaal Overleg- Risicoberekeningmethodiek Maximum credible accident LBW : levensbedreigende waarde, concentratie waarboven bij één uur blootstelling dodelijk letsel optreedt MCA: maximum credible accident Scenario: beschrijving van het vrijkomen van gevaarlijke stof aan de hand van hoeveelheid en uitstroomduur VRW: Voorlichtingsrichtwaarde, concentratie van een stof die met grote waarschijnlijkheid door het merendeel van de blootgestelde bevolking hinderlijk wordt waargenomen of waarboven lichte, snel reversibele gezondheidsklachten mogelijk zijn bij een blootstelling van één uur Weerklasse: beschrijving van weerssituatie aan de hand van windsnelheid en atmosferische stabiliteit: D5 is neutraal weer bij 5 m/s windsnelheid L12 27

28 Bijlage 4 Effectafstandstabellen transport De effectafstanden voor het transport zijn bepaald op basis van de scenario s zoals die in CPR18 en IPO-RBM zijn gedefinieerd voor grote uitstroming (circa 30 minuten). Voor het transport van brandbaar gas over de weg en per spoor is het scenario BLEVE gehanteerd, zoals dat ook bij inrichtingen is gedaan. Voor het transport van brandbaar gas per schip en per buisleiding is uitgegaan van het scenario grote continue uitstroming met vertraagde ontsteking(flash fire). Voor het transport van vloeistoffen per spoor is uitgegaan van een plasoppervlak van 600 m2. De tabellen zijn gepresenteerd voor de stoffen/stofcategorieën zoals in CPR18 en IPO-RBM genoemd L12 28

29 Tabel B4.1 Effectafstanden in meters voor transport over de weg Tabel B4.2 Effectafstanden in meters voor transport over het spoor Tabel B4.3 Effectafstanden in meters voor transport over het binnenwater L12 29

30 Tabel B4.4 Effectafstanden in meters voor transport per buisleiding L12 30

Gevarenkaart nr. 0 Algemene toelichting op het gebruik van de gevarenkaarten

Gevarenkaart nr. 0 Algemene toelichting op het gebruik van de gevarenkaarten Inleiding Met behulp van de gevarenkaarten 1 tot en met 10 kunnen op een generieke wijze (indicatieve) risico- en effectafstanden worden bepaald ten behoeve van de Risicokaart. Deze afstanden kunnen worden

Nadere informatie

...2...3...3...6...7...7...7...8...9...9 Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid, Directie Brandweer pagina 2 van 10 !!"#$% " &' ( ) *&+ *,)-" "$ #% # %.$" $.$ $ " *&+ *,) -"","#/ " " " + % 0 % 12 ) %%#. "

Nadere informatie

Risicoanalyse biogasinstallatie rwzi Harderwijk

Risicoanalyse biogasinstallatie rwzi Harderwijk Adviesgroep AVIV BV Langestraat 11 7511 HA Enschede Risicoanalyse biogasinstallatie rwzi Harderwijk Project : 163158 Datum : 23 november 2016 Auteur : ir. G.A.M. Golbach Opdrachtgever: IMD BV t.a.v. W.

Nadere informatie

Rapportnummer: 2012/Polyplus/01

Rapportnummer: 2012/Polyplus/01 UMEO milieuadvies Wilhelminastraat 98 7462 CJ Rijssen Project: QRA Polyplus, Assen Opdrachtgever: Gemeente Assen Rapportnummer: 2012/Polyplus/01 Status: definitief Auteur: ing. H. Hiltjesdam Telefoon:

Nadere informatie

Risicoanalyse Biovergister

Risicoanalyse Biovergister projectnr. 201182 - CA50 revisie 03 1 december 2009 Save Postbus 321 7400 AH Deventer Opdrachtgever HoST B.V. Postbus 920 7550 AX Hengelo OV datum vrijgave beschrijving revisie 03 goedkeuring vrijgave

Nadere informatie

Kwantitatieve risico analyse Baanplant / van Son en Koot Dongenseweg 3 A Kaatsheuvel

Kwantitatieve risico analyse Baanplant / van Son en Koot Dongenseweg 3 A Kaatsheuvel Kwantitatieve risico analyse Baanplant / van Son en Koot Dongenseweg 3 A Kaatsheuvel Kwantitatieve risico analyse Baanplant van Son en Koot 110311.docx Pagina 1 van 15 Opdrachtgever: Mevr. Ing. Verhagen-Boeren

Nadere informatie

Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond

Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond IP Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond Postadres Postbus 9154 3007 AD Rotterdam Directie Risico- en Crisisbeheersing Bezoekadres Telefoon Telefax E-Mail Ons kenmerk Betreft Datum Behandeld door Wilhelminakade

Nadere informatie

Externe Veiligheid en Bedrijven

Externe Veiligheid en Bedrijven Provincie Noord-Brabant A a n v u l l e n d o n d e r z o e k E x t e r n e V e i l i g h e i d M o e r d i j k s e H o e k Externe Veiligheid en Bedrijven Aanvulling resultaten Externe Veiligheid (Module

Nadere informatie

MILIEUADVIES. Gemeente Woerden College van burgemeester en wethouders B. Wouda en C. Roodhart WOE1513.T001

MILIEUADVIES. Gemeente Woerden College van burgemeester en wethouders B. Wouda en C. Roodhart WOE1513.T001 MILIEUADVIES aan t.a.v. van Gemeente Woerden College van burgemeester en wethouders B. Wouda en C. Roodhart datum 1 februari 2016 kenmerk WOE1513.T001 onderwerp Notitie gevaarlijke stoffen rijksweg A12

Nadere informatie

QRA H 2 refuelling station Air Liquide

QRA H 2 refuelling station Air Liquide Parlevinkerstraat 29 1951 AR Velsen-Noord Postbus 43 1950 AA Velsen-Noord Telefoon 0251 26 24 64 Fax 0251 26 24 99 velsen@tebodin.com www.tebodin.com www.tebodin.nl Opdrachtgever: Air Liquide Project:

Nadere informatie

BEOORDELING Exter n e v e i l i g h e i d B e s t e m m i n g s p l a n Z u i d - W e s t, L e i d e r d o r p 2 1 d e c e m b e r

BEOORDELING Exter n e v e i l i g h e i d B e s t e m m i n g s p l a n Z u i d - W e s t, L e i d e r d o r p 2 1 d e c e m b e r BEOORDELING Exter n e v e i l i g h e i d B e s t e m m i n g s p l a n Z u i d - W e s t, L e i d e r d o r p 2 1 d e c e m b e r 2 0 1 2 1 Externe veiligheid Voor externe veiligheid zijn een aantal bronnen

Nadere informatie

Consequentieonderzoek probitrelatie benzylchloride

Consequentieonderzoek probitrelatie benzylchloride Consequentieonderzoek probitrelatie benzylchloride Project : 091625-Benzylchloride Datum : 15 februari 2010 Auteur : ir. G.A.M. Golbach Opdrachtgever: RIVM / CEV Postbus 1 3720 BA Bilthoven Adviesgroep

Nadere informatie

Intern memo. Projectgroep bestemmingsplan Youri Egorovweg. Archief afdeling Ruimte en Wonen. Gert-Jan van de Bovenkamp

Intern memo. Projectgroep bestemmingsplan Youri Egorovweg. Archief afdeling Ruimte en Wonen. Gert-Jan van de Bovenkamp Intern memo Dienst Stedelijke Ontwikkeling G.J. v.d. Bovenkamp Telefoon (036) 036 5484027 Fax (036) 036 539955 E-mail gjvdbovenkamp@almere.nl www.almere.nl Aan Projectgroep bestemmingsplan Youri Egorovweg

Nadere informatie

Risicoanalyse Avia tankstation. Drievogelstraat in Kerkrade. Adviseurs voor de externe veiligheid

Risicoanalyse Avia tankstation. Drievogelstraat in Kerkrade. Adviseurs voor de externe veiligheid Adviseurs voor de externe veiligheid AVIV BV Langestraat 11 7511 HA Enschede Risicoanalyse Avia tankstation Drievogelstraat in Kerkrade Status : notitie Project : 071207 Datum : 17 september 2008 Projectdoc.

Nadere informatie

Risicoanalyse propaantank Veerdam 1. in Aalst (gemeente Zaltbommel)

Risicoanalyse propaantank Veerdam 1. in Aalst (gemeente Zaltbommel) Adviesgroep AVIV BV Langestraat 11 7511 HA Enschede Risicoanalyse propaantank Veerdam 1 in Aalst (gemeente Zaltbommel) Project : 111923 Datum : 23 april 2014 Auteur : ir. G.A.M. Golbach ing. A.M. op den

Nadere informatie

Risicoanalyse LPG-tankstation Nieuwe Hemweg te Amsterdam

Risicoanalyse LPG-tankstation Nieuwe Hemweg te Amsterdam Risicoanalyse LPG-tankstation Nieuwe Hemweg te Amsterdam Project : 091658 Datum : 7 oktober 2009 Auteur : ir. G.A.M. Golbach Opdrachtgever: Haven Amsterdam Sector Infrastructuur en Milieu Postbus 19406

Nadere informatie

Intern memo. Projectteam Uitwerkingsplan Almere Poort - Duin 1e fase. Archief afdeling Ruimte en Wonen. Gert-Jan van de Bovenkamp

Intern memo. Projectteam Uitwerkingsplan Almere Poort - Duin 1e fase. Archief afdeling Ruimte en Wonen. Gert-Jan van de Bovenkamp Intern memo Dienst Stedelijke Ontwikkeling G.J. v.d. Bovenkamp Telefoon (036) 036 5484027 Fax (036) 036 539955 E-mail gjvdbovenkamp@almere.nl www.almere.nl Aan Projectteam Uitwerkingsplan Almere Poort

Nadere informatie

Advies: 1. In te stemmen met RIB 15R en deze verzenden aan de raad. NEE. wethouder de Weger. Van: B. Wouda Tel nr: 8621 Nummer: 15A.

Advies: 1. In te stemmen met RIB 15R en deze verzenden aan de raad. NEE. wethouder de Weger. Van: B. Wouda Tel nr: 8621 Nummer: 15A. VOORSTEL AAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS & Raadsinformatiebrief Van: B. Wouda Tel nr: 8621 Nummer: 15A.01378 Datum: 14 december 2015 Tekenstukken: Nee Bijlagen: 1 Afschrift aan: N.a.v. (evt. briefnrs.):

Nadere informatie

Modellering gascilinders uit Handleiding Risicoberekeningen BEVI concept versie 1.4

Modellering gascilinders uit Handleiding Risicoberekeningen BEVI concept versie 1.4 Modellering gascilinders uit Handleiding Risicoberekeningen BEVI concept versie 1.4 Datum: 18 januari 2008 Uitvoerder: Centrum Externe Veiligheid (cev@rivm.nl) Gascilinders zijn verwijderd uit de nieuwe

Nadere informatie

memo betreft: Quickscan externe veiligheid woontoren Bètaplein Leiden (120728)

memo betreft: Quickscan externe veiligheid woontoren Bètaplein Leiden (120728) memo aan: van: Green Real Estate BV Bas Hermsen c.c.: datum: 12 juni 2015 betreft: Quickscan externe veiligheid woontoren Bètaplein Leiden (120728) 1. Aanleiding De ontwikkeling in het plangebied voorziet

Nadere informatie

HOE EFFECTIEF ZIJN DE VERSCHILLENDE HANDELINGSPERSPECTIEVEN?

HOE EFFECTIEF ZIJN DE VERSCHILLENDE HANDELINGSPERSPECTIEVEN? HOE EFFECTIEF ZIJN DE VERSCHILLENDE HANDELINGSPERSPECTIEVEN? Ingrediënten voor zelfredzaamheid bij grootschalige incidenten met gevaarlijke stoffen Inge Trijssenaar DISCLOSURE BELANGEN SPREKER (potentiële)

Nadere informatie

Planlocatie Nuland Oost te Nuland

Planlocatie Nuland Oost te Nuland Planlocatie Nuland Oost te Nuland Risico-inventarisatie Externe Veiligheid Definitief In opdracht van: Gemeente Maasdonk Grontmij Nederland B.V. Arnhem, 31 januari 2011 Verantwoording Titel : Planlocatie

Nadere informatie

Externe Veiligheid beheersverordening Prins Hendrikpark te Baarn

Externe Veiligheid beheersverordening Prins Hendrikpark te Baarn Externe Veiligheid beheersverordening Prins Hendrikpark te Baarn Opdrachtgever : Gemeente Baarn, mevrouw E. Nelissen Adviseur : Servicebureau Gemeenten Auteur : de heer R. Polman Projectnummer : SB G/POLR/541886

Nadere informatie

Externe veiligheidsparagraaf. Bestemmingsplan Skoatterwald

Externe veiligheidsparagraaf. Bestemmingsplan Skoatterwald Externe veiligheidsparagraaf Bestemmingsplan Skoatterwald Toetsingskader Externe veiligheid gaat om het beperken van de kans op en het effect van een ernstig ongeval voor de omgeving door: - het gebruik,

Nadere informatie

Vervoer van gevaarlijke stoffen Programma Hoogfrequent Spoorvervoer

Vervoer van gevaarlijke stoffen Programma Hoogfrequent Spoorvervoer Vervoer van gevaarlijke stoffen Programma Hoogfrequent Spoorvervoer Deze folder gaat over het vervoer van gevaarlijke stoffen over het spoor en de mogelijke gevolgen daarvan voor de omgeving. Vervoer van

Nadere informatie

: Aanvullende risicoberekening DOW-propeenleiding bij Hoogvliet Oudeland

: Aanvullende risicoberekening DOW-propeenleiding bij Hoogvliet Oudeland Notitie : Aanvullende risicoberekening DOW-propeenleiding bij Hoogvliet Oudeland Aan : Gemeentewerken Rotterdam, P. Bruijkers Van : Ingenieursbureau SAVE/Oranjewoud, L. Janssen Ref.nr. : 040167a-P15 Datum

Nadere informatie

Notitie. 1 Inleiding. 2 Ligging van het plangebied

Notitie. 1 Inleiding. 2 Ligging van het plangebied Notitie Datum: 5 december 2014 Project: Woningbouw op voormalige RWZI Uw kenmerk: - Locatie: Sassenheim Ons kenmerk: V070983aa.00003.pvv Betreft: Beoordeling externe veiligheid Versie: 01_001 1 Inleiding

Nadere informatie

Herstructurering Biedermeier Mariaberg te Maastricht Quickscan externe veiligheid. Datum 19 december 2012 Referentie 20122015-04

Herstructurering Biedermeier Mariaberg te Maastricht Quickscan externe veiligheid. Datum 19 december 2012 Referentie 20122015-04 Herstructurering Biedermeier Mariaberg te Maastricht Quickscan externe veiligheid Datum 19 december 2012 Referentie 20122015-04 Referentie 20122015-04 Rapporttitel Herstructurering Biedermeier Mariaberg

Nadere informatie

Brandweer Amsterdam-Amstelland

Brandweer Amsterdam-Amstelland Brandweer Amsterdam-Amstelland Behulpzaam Deskundig Daadkrachtig Brandweeradvies Externe Veiligheid Speelboot in IJ-haven in Amsterdam Referentie: 0000019/RoEv-2013 Datum: 5 juni 2013 Behandeld door: C.

Nadere informatie

QRA Tankbouw Rootselaar Nijkerk

QRA Tankbouw Rootselaar Nijkerk QRA Tankbouw Rootselaar Nijkerk QRA-berekening in het kader van landelijk steunpunt QRA DCMR Milieudienst Rijnmond 's-gravelandseweg 565 Postbus 843 3100 AV Schiedam Telefoon (010) 2468 000 Fax (010) 2468

Nadere informatie

Kwantitatieve risicoanalyse ROBO Gascentrale B.V.

Kwantitatieve risicoanalyse ROBO Gascentrale B.V. Kwantitatieve risicoanalyse ROBO Gascentrale B.V. projectnr. 189308 090372 - DD69 revisie 03 31 maart 09 Save Postbus 321 7400 AH Deventer (0570) 66 39 93 Opdrachtgever ROBO Gascentrale B.V. Gildenstraat

Nadere informatie

Kazernelaan te Weert Quickscan externe veiligheid. Datum 2 december 2011 Referentie

Kazernelaan te Weert Quickscan externe veiligheid. Datum 2 december 2011 Referentie Kazernelaan te Weert Quickscan externe veiligheid Datum 2 december 2011 Referentie 20112051-01 Referentie 20112051-01 Rapporttitel Kazernelaan te Weert Quickscan externe veiligheid Datum 2 december 2011

Nadere informatie

Intern memo. Projectteam bestemmingsplan Staatsliedenwijk. Archief afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling & Mobilliteit. Gert-Jan van de Bovenkamp

Intern memo. Projectteam bestemmingsplan Staatsliedenwijk. Archief afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling & Mobilliteit. Gert-Jan van de Bovenkamp Intern memo Dienst Stedelijke Ontwikkeling G.J. v.d. Bovenkamp Telefoon (036) 036 5484027 Fax (036) 036 539955 E-mail gjvdbovenkamp@almere.nl www.almere.nl Aan Projectteam bestemmingsplan Staatsliedenwijk

Nadere informatie

Beleidsvisie Externe Veiligheid

Beleidsvisie Externe Veiligheid Beleidsvisie Externe Veiligheid Bijlagen Lijst van Begrippen Kaarten Gemeente Tilburg Dienst Beleidsontwikkeling Afdeling Milieu Postbus 717 5000 AS TILBURG Datum vrijgave Beschrijving revisie goedkeuring

Nadere informatie

Kwantitatieve risicoanalyse propaanopslag Camping 't Wisentbos

Kwantitatieve risicoanalyse propaanopslag Camping 't Wisentbos Kwantitatieve risicoanalyse propaanopslag Camping 't Wisentbos projectnr. 232050 100522 - HB49 revisie 00 18 juni 2010 Save Postbus 321 7400 AH Deventer (0570) 663 993 Opdrachtgever Gemeente Dronten Afdeling

Nadere informatie

Gevarenkaart nr. 1 Brandbare en oxiderende gassen

Gevarenkaart nr. 1 Brandbare en oxiderende gassen Toepassingsgebied en definities Gevarenkaart nr. 1 NB. Achtergrondinformatie m.b.t. de motivatie en verantwoording van keuzes en uitgangspunten voor deze gevarenkaart is opgenomen in het Achtergronddocument,

Nadere informatie

Quickscan externe veiligheid t.b.v. bestemmingsplan De Hoven, De Werven en De Gouwen

Quickscan externe veiligheid t.b.v. bestemmingsplan De Hoven, De Werven en De Gouwen Intern memo Dienst Stedelijke Ontwikkeling G.J. v.d. Bovenkamp Telefoon (036) 036 5484027 Fax (036) 036 539955 E-mail gjvdbovenkamp@almere.nl www.almere.nl Aan Projectteam bestemmingsplan De Hoven, De

Nadere informatie

Risicoanalyse Marco Gas te Bakel

Risicoanalyse Marco Gas te Bakel Risicoanalyse Marco Gas te Bakel Project : 091659 Datum : 29 januari 2010 Auteur : ir. G.A.M. Golbach Opdrachtgever: De Visser Postbus 105 8200 AC Lelystad Adviesgroep AVIV BV Langestraat 11 7511 HA Enschede

Nadere informatie

Risicoanalyse Truckparking Maat te Alblasserdam

Risicoanalyse Truckparking Maat te Alblasserdam Adviesgroep AVIV BV Langestraat 11 7511 HA Enschede Risicoanalyse Truckparking Maat te Alblasserdam Project : 132436 Datum : 9 september 2013 Auteurs : Ing. A.M. op den Dries Ing. A.J.H. Schulenberg Ir.

Nadere informatie

Risicoanalyse BOL SuperTank te Bunschoten

Risicoanalyse BOL SuperTank te Bunschoten Adviesgroep AVIV BV Langestraat 11 7511 HA Enschede Risicoanalyse BOL SuperTank te Bunschoten Project : 163226 Datum : 21 november 2016 Auteur : ir. G.A.M. Golbach Opdrachtgever: FMA-Nillesen t.a.v. H.

Nadere informatie

Warmtecontouren - conventionele modellen gebruik van contouren -

Warmtecontouren - conventionele modellen gebruik van contouren - Warmtecontouren - conventionele modellen - + - gebruik van contouren - d.d. 3 april 2014 Roel Steenbergen Rene Sloof Waar hebben wij het over Warmtecontouren bij brand Conventionele modellen Wat zijn de

Nadere informatie

Aanwijzingsgetal Maat voor het gevaar dat een installatie kan opleveren, ongeacht de locatie ervan

Aanwijzingsgetal Maat voor het gevaar dat een installatie kan opleveren, ongeacht de locatie ervan VNCW CONSULTANTS www.vncw-consultants.nl Definities gevaarlijke stoffen en veiligheid. 1% letaliteitsafstand De afstand tot de locatie waar een onbeschermde persoon een kans van 1% op overlijden heeft,

Nadere informatie

Ontwerpen en externe veiligheid. oostkracht10.nl Milieu & veiligheid

Ontwerpen en externe veiligheid. oostkracht10.nl Milieu & veiligheid Ontwerpen en externe veiligheid oostkracht10.nl Milieu & veiligheid Voorstellen Nancy Oberijé Consultant milieu en veiligheid Oostkracht 10 B.V. nancy@oostkracht10.nl 06 51 11 90 78 Deventer Ontwerpen

Nadere informatie

Advies externe veiligheid ten behoeve van het concept-ontwerp bestemmingsplan Stationsgebied CAN in Amsterdam.

Advies externe veiligheid ten behoeve van het concept-ontwerp bestemmingsplan Stationsgebied CAN in Amsterdam. Onze referentie - Datum 19 april 2010 Telefoon 020-5556467 Uw referentie - Onderwerp Advies externe veiligheid conceptbestemmingsplan Stationsgebied CAN Fax 020-5556862 Uw brief van 24 maart 2010 behandelend

Nadere informatie

Kwantitatieve Risico Analyse (QRA)

Kwantitatieve Risico Analyse (QRA) Kwantitatieve Risico Analyse (QRA) Onderzoek naar de effecten van de DPO leiding op het plangebied gemeente Ede QRA Gemeente Ede januari 2010 concept Kwantitatieve Risico Analyse (QRA) Onderzoek naar de

Nadere informatie

Bijlage 1: Begrippenlijst

Bijlage 1: Begrippenlijst Bijlage 1: Begrippenlijst Afstanden Afstanden tussen gevaarlijke activiteiten en objecten buiten de inrichting. Gevarenzones c.q. zoneindeling binnen de inrichting, zoals voor gas- of stofontploffingsgevaar,

Nadere informatie

14011 lil 07. 1 8 FEB. 20U SÏ3 OiH. loi'i. Omgevingsadvisering. m M mm» m «a^ Brabant > Zuidoost veiligheidsregio

14011 lil 07. 1 8 FEB. 20U SÏ3 OiH. loi'i. Omgevingsadvisering. m M mm» m «a^ Brabant > Zuidoost veiligheidsregio m M mm» m «a^ Brabant > Zuidoost veiligheidsregio 14011 lil 07 1 8 FEB. 20U SÏ3 OiH. loi'i Retouradres, Postbus 242, 5600 AE Eindhoven College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Helmond H.

Nadere informatie

Externe Veiligheid. Bestemmingsplan Aldi Zwaanplein

Externe Veiligheid. Bestemmingsplan Aldi Zwaanplein Externe Veiligheid Bestemmingsplan Aldi Zwaanplein Opdrachtgever: Aldi Roermond BV Dhr. O. Lebon Postbus 1335 6040 KH Roermond Betreft: Projectnummer: Externe veiligheid Bestemmingsplan Aldi Zwaanplein

Nadere informatie

QRA LPG tankstation De Staart

QRA LPG tankstation De Staart QRA LPG tankstation De Staart Een kwantitatieve risicoanalyse van het LPG tankstation De Staart te Houten Externe Veiligheid Gemeente Houten april 2006 Concept QRA LPG tankstation De Staart Een kwantitatieve

Nadere informatie

QRA propaanopslag Overberg

QRA propaanopslag Overberg QRA propaanopslag Overberg Externe Veiligheid Milieudienst Zuidoost-Utrecht Februari 2012 Definitief QRA propaanopslag Overberg Externe Veiligheid dossier : BA9581 registratienummer : versie : definitief

Nadere informatie

Risicoanalyse transport gevaarlijke stoffen A1 en spoor Amersfoort-Deventer t.b.v woningbouwplan Bijenvlucht te Hoevelaken

Risicoanalyse transport gevaarlijke stoffen A1 en spoor Amersfoort-Deventer t.b.v woningbouwplan Bijenvlucht te Hoevelaken Risicoanalyse transport gevaarlijke stoffen A1 en spoor Amersfoort-Deventer t.b.v woningbouwplan Bijenvlucht te Hoevelaken Bezoekadres Oostzeestraat 2 Deventer Postadres 1 ste Weerdsweg 96 7412 WV Deventer

Nadere informatie

Quickscan externe veiligheid

Quickscan externe veiligheid projectnr. 161911 Auteur Drs. M. de Jonge Opdrachtgever Provincie Zeeland Directie Ruimte, Milieu en Water Projectbureau Zwakke Schakels Postbus 165 4330 AD Middelburg datum vrijgave beschrijving goedkeuring

Nadere informatie

Madewater en Westmade te Monster externe veiligheid. Concept

Madewater en Westmade te Monster externe veiligheid. Concept Madewater en Westmade te Monster externe veiligheid Rapportnummer O 15571-1-RA-001 d.d. 8 april 2015 Madewater en Westmade te Monster externe veiligheid opdrachtgever Gemeente Westland (Gemeentekantoor

Nadere informatie

Groepsrisico LPG-tankstation foodcourt De Vrolijkheid te Zwolle

Groepsrisico LPG-tankstation foodcourt De Vrolijkheid te Zwolle Adviesgroep AVIV BV Langestraat 11 7511 HA Enschede Groepsrisico LPG-tankstation foodcourt De Vrolijkheid te Zwolle Project : 132517 Datum : 6 november 2013 Auteur : ir. G.A.M. Golbach Opdrachtgever: BJZ.nu

Nadere informatie

Zuid-Limburg. In de bijlage treft u een onderbouwing van de door ons voorgestelde maatregelen aan.

Zuid-Limburg. In de bijlage treft u een onderbouwing van de door ons voorgestelde maatregelen aan. Zuid-Limburg BRANDWEER Gemeente Brunssum Dienst beleid en strategie t.a.v. Dhr. L. Hennus Postbus 250 6440 AG Brunssum Postbus 35 6269 ZG Margraten Tel: (088) 4507205, Fax:(088) 4507202 Datum Kenmerk Bijlagen

Nadere informatie

Quickscan externe veiligheid Centrum Vught e.o. Kwalitatieve beschouwing relevante risicobronnen

Quickscan externe veiligheid Centrum Vught e.o. Kwalitatieve beschouwing relevante risicobronnen Kwalitatieve beschouwing relevante risicobronnen revisie 00 maart 2011 Auteur: Tom van der Linde Save Postbus 321 7400 AH Deventer Opdrachtgever Gemeente Vught datum vrijgave beschrijving revisie 04 goedkeuring

Nadere informatie

Externe Veiligheid haalbaarheidstoets Stationsstraat short stay appartementen

Externe Veiligheid haalbaarheidstoets Stationsstraat short stay appartementen Externe Veiligheid haalbaarheidstoets Stationsstraat 10-27 short stay appartementen Opdrachtgever : Gemeente Amersfoort, de heer E. Harsevoort Adviseur : Servicebureau Gemeenten Auteur : de heer R. Polman

Nadere informatie

Risicoanalyse directe bunkering LNG Amerikahaven

Risicoanalyse directe bunkering LNG Amerikahaven Adviesgroep AVIV BV Langestraat 11 7511 HA Enschede Risicoanalyse directe bunkering LNG Amerikahaven Project : 132556 Datum : 3 oktober 2013 Auteur : ir. G.A.M. Golbach Opdrachtgever: Havenbedrijf Amsterdam

Nadere informatie

Wat is ARIE? Hoe werkt de webapplicatie ARIE aanwijzing? Ga naar www.rivm.nl/arie, u krijgt dan het volgende scherm:

Wat is ARIE? Hoe werkt de webapplicatie ARIE aanwijzing? Ga naar www.rivm.nl/arie, u krijgt dan het volgende scherm: Wat is ARIE? Bedrijven die vallen onder de ARIE-regeling hebben veel gevaarlijke stoffen in huis, maar de effecten van een ongeval met een gevaarlijke stof blijven binnen de poort. Dit betekent dat vooral

Nadere informatie

In voorliggende notitie wordt ingegaan op het aspect groepsrisico vanwege de K1-vloeistofleiding van de DPO (Defensie Pijpleidingen Organisatie).

In voorliggende notitie wordt ingegaan op het aspect groepsrisico vanwege de K1-vloeistofleiding van de DPO (Defensie Pijpleidingen Organisatie). Notitie Referentienummer Datum Kenmerk GM-04 2 november 31 Betreft DPO buisleiding - DELA 1 Inleiding Dela heeft Grontmij opdracht verleend voor het voorbereiden van een bestemmingplan voor een uitvaartfaciliteit

Nadere informatie

Consequentieonderzoek probitrelatie fluorine

Consequentieonderzoek probitrelatie fluorine Consequentieonderzoek probitrelatie fluorine Project : 091625-Fluorine Datum : 15 februari 2010 Auteur : ir. G.A.M. Golbach Opdrachtgever: RIVM / CEV Postbus 1 3720 BA Bilthoven Adviesgroep AVIV BV Langestraat

Nadere informatie

Onderzoek externe veiligheid deel B: Verantwoordingsplicht groepsrisico

Onderzoek externe veiligheid deel B: Verantwoordingsplicht groepsrisico Onderzoek externe veiligheid deel B: Verantwoordingsplicht groepsrisico projectnr. 184809 revisie 0.1 januari 2009 Auteur ing. A. van Elk Opdrachtgever Gemeente Venray T.a.v. de heer J. Roerink Postbus

Nadere informatie

Voor u ligt het rampbestrijdingsplan voor Vivochem B.V. (Vivochem), Darwin 5 te Almelo.

Voor u ligt het rampbestrijdingsplan voor Vivochem B.V. (Vivochem), Darwin 5 te Almelo. Bestuurlijk Voor u ligt het rampbestrijdingsplan voor Vivochem B.V. (Vivochem), Darwin 5 te Almelo. In dit hoofdstuk wordt het kader geschetst waarbinnen de diverse plannen plaatsvinden die in geval van

Nadere informatie

Stappenplan groepsrisicoberekening LPG-tankstations (LPG-tankauto niet voorzien van hittewerende coating)

Stappenplan groepsrisicoberekening LPG-tankstations (LPG-tankauto niet voorzien van hittewerende coating) Stappenplan groepsrisicoberekening LPG-tankstations (LPG-tankauto niet voorzien van hittewerende coating) Opdrachtgever: Diverse gemeenten Datum: 6 juni 2008 Briefnummer: n.v.t. Uitvoerder: Centrum Externe

Nadere informatie

Verantwoording groepsrisico Hogedruk aardgastransportleidingen. Bestemmingsplan 'Bedrijventerrein 2013' d.d. 14 november 2012

Verantwoording groepsrisico Hogedruk aardgastransportleidingen. Bestemmingsplan 'Bedrijventerrein 2013' d.d. 14 november 2012 Verantwoording groepsrisico Hogedruk aardgastransportleidingen Bestemmingsplan 'Bedrijventerrein 2013' d.d. 14 november 2012 Inhoudsopgave 1 1 Aanleiding In en in de nabijheid van het bestemmingsplangebied

Nadere informatie

Onderzoek externe veiligheid Sportpark Van den Wildenberg

Onderzoek externe veiligheid Sportpark Van den Wildenberg Sportpark Van den Wildenberg projectnr. 196264 revisie 01 juli 2009 Auteur ing. F.A.M. (Frank) Kriellaars Opdrachtgever Gemeente Goirle Postbus 17 5050 AA Goirle datum vrijgave beschrijving revisie 01

Nadere informatie

Groepsrisico LPG-tankstation Tamoil Rijn 1. in Den Haag

Groepsrisico LPG-tankstation Tamoil Rijn 1. in Den Haag Adviesgroep AVIV BV Langestraat 11 7511 HA Enschede Groepsrisico LPG-tankstation Tamoil Rijn 1 in Den Haag Project : 132561 Datum : 26 november 2013 Auteurs : ing. A.M. op den Dries ir. G.A.M. Golbach

Nadere informatie

HANDBOEK RISICOBEREKENINGEN GEPLANDE WIJZIGINGEN

HANDBOEK RISICOBEREKENINGEN GEPLANDE WIJZIGINGEN HANDBOEK RISICOBEREKENINGEN GEPLANDE WIJZIGINGEN Document ter voorbereiding van de update voorzien op 1/04/2019 Het Handboek Risicoberekeningen gaat op 1/04/2019 een grondige update krijgen. Dit document

Nadere informatie

Advies externe veiligheid

Advies externe veiligheid Extern Advies Bevoegd gezag : Gemeente Marum Datum : 29-06-2015 Kenmerk VTH/DMS : Liza-nummer : 39409 Aan : Mevr. M. van der Zee Van : Patrick van Lennep Collegiale toetser : K. Stijkel Onderwerp / Locatie

Nadere informatie

Externe veiligheid Bestemmingsplan Koningin Julianaplein. Datum 17 juli 2012 Referentie

Externe veiligheid Bestemmingsplan Koningin Julianaplein. Datum 17 juli 2012 Referentie Externe veiligheid Bestemmingsplan Koningin Julianaplein Datum 17 juli 2012 Referentie 20121117-02 Referentie 20121117-02 Rapporttitel Externe veiligheid Bestemmingsplan Koningin Julianaplein Datum 17

Nadere informatie

Onderzoek externe veiligheid plangebied Afrikastraat te Ittervoort. Datum 7 december 2009 Referentie 20091936-02

Onderzoek externe veiligheid plangebied Afrikastraat te Ittervoort. Datum 7 december 2009 Referentie 20091936-02 Onderzoek externe veiligheid plangebied Afrikastraat te Ittervoort Datum Referentie 20091936-02 Referentie 20091936-02 Rapporttitel Onderzoek externe veiligheid plangebied Afrikastraat te Ittervoort Datum

Nadere informatie

Welkom. Kennissessie. Vervoer van gevaarlijke stoffen: Externe Veiligheid

Welkom. Kennissessie. Vervoer van gevaarlijke stoffen: Externe Veiligheid Welkom Kennissessie Vervoer van gevaarlijke stoffen: Externe Veiligheid Project: PHS Meteren - Boxtel Eigenaar: Rolf Wiemer 19 mei 2016 Status: Definitief Inhoud Wat is externe veiligheid? Begrippen externe

Nadere informatie

BP Vijverdalseweg te Maastricht Quickscan externe veiligheid. Datum 29 maart 2012 Referentie

BP Vijverdalseweg te Maastricht Quickscan externe veiligheid. Datum 29 maart 2012 Referentie BP Vijverdalseweg te Maastricht Quickscan externe veiligheid Datum 29 maart 2012 Referentie 20120273-04 Referentie 20120273-04 Rapporttitel BP Vijverdalseweg te Maastricht Quickscan externe veiligheid

Nadere informatie

PROVINCIAAL BLAD. Bekendmaking van het besluit van 6 juli 2016 zaaknummer tot vaststelling van een regeling

PROVINCIAAL BLAD. Bekendmaking van het besluit van 6 juli 2016 zaaknummer tot vaststelling van een regeling PROVINCIAAL BLAD Officiële uitgave van provincie Gelderland. Nr. 4165 19 juli 2016 Beleidsregels omgevingsveiligheid provincie Gelderland Bekendmaking van het besluit van 6 juli 2016 zaaknummer 2014-015978

Nadere informatie

RUD Utrecht. Toetsing plaatsgebonden risico (PR) en verantwoording groepsrisico (GR) Bestemmingsplan Paardenveld de Kade

RUD Utrecht. Toetsing plaatsgebonden risico (PR) en verantwoording groepsrisico (GR) Bestemmingsplan Paardenveld de Kade RUD Utrecht Toetsing plaatsgebonden risico (PR) en verantwoording groepsrisico (GR) Bestemmingsplan Paardenveld de Kade Auteur : J. van Berkel Datum : 17 december 2014 RUD Utrecht Archimedeslaan 6 3584

Nadere informatie

KWANTITATIEVE RISICOANALYSE LPG-TANKSTATION EKELSCHOT NABIJ PLAN "BRUISEND DORPSHART"

KWANTITATIEVE RISICOANALYSE LPG-TANKSTATION EKELSCHOT NABIJ PLAN BRUISEND DORPSHART KWANTITATIEVE RISICOANALYSE LPG-TANKSTATION EKELSCHOT NABIJ PLAN "BRUISEND DORPSHART" GEMEENTE LOON OP ZAND 21 maart 2011 075407302.B - Definitief D01011.000504.0100 Inhoud 1 Inleiding 2 1.1 Aanleiding

Nadere informatie

Milieu I Management I Advies Postbus 5 6267 ZG Cadier en Keer Tel. 043 407 09 71 Fax. 043 407 09 72. Datum: 29 januari 2015

Milieu I Management I Advies Postbus 5 6267 ZG Cadier en Keer Tel. 043 407 09 71 Fax. 043 407 09 72. Datum: 29 januari 2015 Opdrachtgever: PlanROS Contactpersoon: Dhr. S. Peters Uitgevoerd door: Contactpersoon: WINDMILL Milieu I Management I Advies Postbus 5 6267 ZG Cadier en Keer Tel. 043 407 09 71 Fax. 043 407 09 72 ing.

Nadere informatie

Risicoanalyse Marco Gas te Bakel

Risicoanalyse Marco Gas te Bakel Adviesgroep AVIV BV Langestraat 11 7511 HA Enschede Risicoanalyse Marco Gas te Bakel Project : 091659 Datum : 16 september 2013 Auteur : ir. G.A.M. Golbach Opdrachtgever: De Visser t.a.v. C. Weststeijn

Nadere informatie

Geachte heer Heijnen,

Geachte heer Heijnen, Gemeente Maastricht t.a.v. dhr. Heijnen Postbus 1992 6201 BZ MAASTRICHT Postbus 35 6269 ZG Margraten Telefoon (088) 450 74 50 Fax (088) 450 74 51 info@brwzl.nl www.brwzl.nl Datum 17 oktober 2016 Telefoon

Nadere informatie

Rapport. Plaatsgebonden risico en Groepsrisico LPG-tankstation Laan der Verenigde Naties

Rapport. Plaatsgebonden risico en Groepsrisico LPG-tankstation Laan der Verenigde Naties Rapport Dossier Zaaknummer Z-17-319859 Kenmerk Opsteller de heer M. Jongerius/ mevrouw S. van den Bergh Datum 27 september 2017 Onderwerp Plaatsgebonden en Groepsrisico LPG-tankstation, Laan der VN, Dordrecht

Nadere informatie

oktober 2000 Auteur(s) J.M. Ham SJ. Elbers Projectnummer 31630 Trefwoorden - schadeafstanden - transportroutes - letaal letsel - niet letaal letsel

oktober 2000 Auteur(s) J.M. Ham SJ. Elbers Projectnummer 31630 Trefwoorden - schadeafstanden - transportroutes - letaal letsel - niet letaal letsel TNO-MEP-R 2000/363 TNO Milieu, Energie en Procesinnovatie Overzicht schadeafstanden transportroutes gevaarlijke stoffen in de provincie Zeeland TNO-MEP Business Park E.T.V. Laan van Westenenk 501 Postbus

Nadere informatie

Vakblad voor externe - en fysieke veiligheid, risicobeleid, en risicocommunicatie

Vakblad voor externe - en fysieke veiligheid, risicobeleid, en risicocommunicatie Ruimtelijke veiligheid en risicobeleid Jrg 3 Nr 9 Inhoud: t is stil aan de overkant Redactie column, Peter Hermens De handhaver hoeft niet populair te zijn Column Ben Ale Rubriek: In reactie op... Ira

Nadere informatie

QUICKSCAN EXTERNE VEILIGHEID LAAGWAALDERWEG TE OUDESCHILD

QUICKSCAN EXTERNE VEILIGHEID LAAGWAALDERWEG TE OUDESCHILD QUICKSCAN EXTERNE VEILIGHEID LAAGWAALDERWEG TE OUDESCHILD quickscan externe veiligheid Laagwaalderweg te Oudeschild Opdrachtgever Buro SRO Rapportnummer 3192.007 Versienummer Status D1 Eindrapportage Datum

Nadere informatie

Midden- en West-Brabant. Behandeld door H Killaars Telefoon (076) 5296778 E-mail Harry killaars@brandweermwbnl Onderwerp Koolhoven Buiten 2010 Tilburg

Midden- en West-Brabant. Behandeld door H Killaars Telefoon (076) 5296778 E-mail Harry killaars@brandweermwbnl Onderwerp Koolhoven Buiten 2010 Tilburg Midden- en West-Brabant BRANDWEER ^^ BURG i '-^'&iui/7 Gemeente Tilburg ostbak college van Burgemeester erfwethouders JVLO ( C? ^ / ^ Postbus 9157 ) LJocümer;' 5 LL Tilburg Afdeling Risicobeheersing I

Nadere informatie

'ÓFMEENTEniJS5EN-HOLIfcN - 3 JULI 2014. a. -, ZAAKNR. DOC. NR. AFD. ONTV. KOPIE. Datum

'ÓFMEENTEniJS5EN-HOLIfcN - 3 JULI 2014. a. -, ZAAKNR. DOC. NR. AFD. ONTV. KOPIE. Datum BRANDWEER^ TWENTE adres Lansinkesweg 59 Hengelo Postbus 1400, 7500 BK Enschede 'ÓFMEENTEniJS5EN-HOLIfcN I postadres Postbus 1400 7500 BK Enschede College B&W gemeente Rijssen-Holten Afdeling Wonen en Ondernemen

Nadere informatie

Risicoberekening vervoer gevaarlijke stoffen Randweg Zundert

Risicoberekening vervoer gevaarlijke stoffen Randweg Zundert Risicoberekening vervoer gevaarlijke stoffen projectnr. 196747 revisie 00 december 2010 Opdrachtgever Gemeente Zundert datum vrijgave beschrijving revisie 00 goedkeuring vrijgave December 2010 Menno de

Nadere informatie

Externe Veiligheid Planontwikkeling Nieuw Hofvliet

Externe Veiligheid Planontwikkeling Nieuw Hofvliet Princetonlaan 6 Postbus 80015 3508 TA UTRECHT TNO-rapport TNO-034-UT-2010-00272_RPT-ML www.tno.nl T 088 866 20 61 F 088 866 20 50 Externe Veiligheid Planontwikkeling Nieuw Hofvliet Datum Januari 2010 Auteur(s)

Nadere informatie

Risicoanalyse van het transport van gevaarlijke stoffen over de Oude Maas. Voor de ontwikkeling van "De Elementen" in Spijkenisse

Risicoanalyse van het transport van gevaarlijke stoffen over de Oude Maas. Voor de ontwikkeling van De Elementen in Spijkenisse Risicoanalyse van het transport van gevaarlijke stoffen over de Oude Maas Voor de ontwikkeling van "De Elementen" in Spijkenisse Risicoanalyse van het transport van gevaarlijke stoffen over de Oude Maas

Nadere informatie

Samenvatting. Adviesvragen

Samenvatting. Adviesvragen Samenvatting Adviesvragen Gevaarlijke stoffen die tijdens een calamiteit vrijkomen in de lucht kunnen de gezondheid van mensen in het omringende gebied bedreigen. Zulke gassen of dampen kunnen ontsnappen

Nadere informatie

Risico-inventarisatie Gebiedsontwikkeling Poelkampen Zandwinlocatie

Risico-inventarisatie Gebiedsontwikkeling Poelkampen Zandwinlocatie Risico-inventarisatie Gebiedsontwikkeling Poelkampen Zandwinlocatie Externe veiligheid Definitief In opdracht van: Vos Zand en Grind BV Grontmij Nederland B.V. De Bilt, 20 juli 2012 Inhoudsopgave 1 Inleiding...

Nadere informatie

Brandweer Amsterdam-Amstelland

Brandweer Amsterdam-Amstelland Brandweer Amsterdam-Amstelland Behulpzaam Deskundig Daadkrachtig Advies Externe Veiligheid bestemmingsplan Mahler in Amsterdam Zuid Referentie: 0000059/RoEv-2012 Datum: 4 december 2012 Behandeld door:

Nadere informatie

Kennistafel RRGS Risicokaart Instructie PGS-15 V0.2 d.d. 13 april 2018

Kennistafel RRGS Risicokaart Instructie PGS-15 V0.2 d.d. 13 april 2018 Kennistafel RRGS Risicokaart RRGS VERBETERSLAG PGS-15 2018 CAS nummer Invoerapplicatie RRGS: https://www.risicokaartinvoer.nl/ Inlog: Gebruikersnaam: Wachtwoord: NB als je wilt oefenen, gebruik dan de

Nadere informatie

Brabantse afspraken invoer RRGS

Brabantse afspraken invoer RRGS Brabantse afspraken invoer RRGS Versie 2.1 September 2011 BRABANTSE AFSPRAKEN INVOER RRGS versie 2.0 Brabantse Afspraken Invoer RRGS versie 2.0 4/17 Inhoudsopgave 1 INLEIDING... 3 2 GENERIEKE AFSPRAKEN...

Nadere informatie

Externe veiligheid en 20 woningen Noordwolderweg te Bedum

Externe veiligheid en 20 woningen Noordwolderweg te Bedum Steunpunt externe veiligheid Groningen Externe veiligheid en 20 woningen Noordwolderweg te Bedum Opdrachtgever: Gemeente Bedum Dhr. S. Bergsma Opgesteld door: P. van Lennep Steunpunt externe veiligheid

Nadere informatie

Stappenplan groepsrisicoberekening LPGtankstations

Stappenplan groepsrisicoberekening LPGtankstations Stappenplan groepsrisicoberekening LPG-tankstations Opdrachtgever: Diverse gemeenten Datum: 22 mei 2007 Briefnummer: n.v.t. Uitvoerder: Centrum Externe Veiligheid (cev@rivm.nl) Gewijzigde status van dit

Nadere informatie

Consequentieonderzoek probitrelatie borontrichloride

Consequentieonderzoek probitrelatie borontrichloride Consequentieonderzoek probitrelatie borontrichloride Project : 091625-Borontrichloride Datum : 15 februari 2010 Auteur : ir. G.A.M. Golbach Opdrachtgever: RIVM / CEV Postbus 1 3720 BA Bilthoven Adviesgroep

Nadere informatie

EV rapportage N983 - Rondweg Aduard

EV rapportage N983 - Rondweg Aduard EV rapportage N983 - Rondweg Aduard Opdrachtgever: J. Snijders Provincie Groningen Opgesteld door: K.T Stijkel, 4552 Steunpunt externe veiligheid Groningen Datum: april 2012 1 Inleiding Steunpunt externe

Nadere informatie

Het PR en de hoogte van het GR dient berekend te worden. In onderhavig onderzoek is hiervoor gebruik gemaakt van het rekenmodel Safeti-NL [2].

Het PR en de hoogte van het GR dient berekend te worden. In onderhavig onderzoek is hiervoor gebruik gemaakt van het rekenmodel Safeti-NL [2]. Notitie HASKONINGDHV NEDERLAND B.V. RUIMTE & MOBILITEIT Aan : mevrouw M. Willems - van Gils (Gemeente Gemert-Bakel) Van : mevrouw L. Sprangers (Royal HaskoningDHV) Datum : 11 maart 2013 Kopie : de heer

Nadere informatie

Kwantificering van gewonden ten gevolge van ongevallen met gevaarlijke stoffen

Kwantificering van gewonden ten gevolge van ongevallen met gevaarlijke stoffen 0 16-3-2011 12:08 Titel van de presentatie Kwantificering van gewonden ten gevolge van ongevallen met gevaarlijke stoffen Inge Trijssenaar Nils Rosmuller Inhoud kwantificering van gewonden ten gevolge

Nadere informatie

Externe Veiligheid. Bedrijventerrein Laarberg. Kwantitatieve risicoberekening aardgastransportleidingen. december 2013 concept

Externe Veiligheid. Bedrijventerrein Laarberg. Kwantitatieve risicoberekening aardgastransportleidingen. december 2013 concept Externe Veiligheid Bedrijventerrein Laarberg Kwantitatieve risicoberekening aardgastransportleidingen december 2013 concept Externe Veiligheid Bedrijventerrein Laarberg Kwantitatieve risicoberekening aardgastransportleidingen

Nadere informatie