Circulaire 2017/C/26 betreffende de BTW vrijstelling ten aanzien van de prestaties verricht door zorgkundigen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Circulaire 2017/C/26 betreffende de BTW vrijstelling ten aanzien van de prestaties verricht door zorgkundigen"

Transcriptie

1 Home > Recente wijzigingen > Circulaire 2017/C/26 betreffende de BTW vrijstelling ten aanzien van de prestaties verricht door zor... Circulaire 2017/C/26 betreffende de BTW vrijstelling ten aanzien van de prestaties verricht door zorgkundigen Deze circulaire is bedoeld als toelichting op de toepassing van de BTW vrijstelling ten aanzien van de prestaties verricht door zorgkundigen zorgkundigen ; vrijstelling van artikel 44, 1, 2, van het BTW Wetboek FOD Financiën, Algemene Administratie van de Fiscaliteit Belasting over de toegevoegde waarde Overeenkomstig artikel 44, 1, 2, van het BTW Wetboek zijn de diensten die door zorgkundigen worden verricht in de uitoefening van hun geregelde werkzaamheid vrijgesteld van de BTW. Onder zorgkundige wordt verstaan de persoon die specifiek is opgeleid om de verpleegkundige onder zijn/haar toezicht bij te staan inzake zorgverstrekking, gezondheidsopvoeding en logistiek, in het kader van de door de verpleegkundige gecoördineerde activiteiten binnen een gestructureerde equipe (z. artikel 59 van de gecoördineerde wet van betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen). De zorgkundige werkt in de ouderenzorg, een ziekenhuis, de thuisverpleging of de geestelijke gezondheidszorg (psychiatrische verzorgingstehuizen). De taak van een zorgkundige bestaat voornamelijk uit de opvolging van de persoonlijke hygiëne, hulp bij aan en uitkleden, klaarzetten/toedienen van medicatie en algemene opvolging van de patiënt. De activiteiten die zorgkundigen wettelijk onder toezicht van de verpleegkundige mogen uitoefenen worden opgesomd in de bijlage bij het koninklijk besluit van tot vaststelling van de verpleegkundige activiteiten die de zorgkundige kan uitvoeren en de voorwaarden waaronder de zorgkundige deze handelingen kan stellen. Een zorgkundige moet zich laten registreren bij het 'Agentschap Zorg en Gezondheid' of 'la Fédération Wallonie Bruxelles', of 'der Deutschsprachigen Gemeinschaft'. Na registratie krijgt de zorgkundige een visum van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid. Dat visum is verplicht om te mogen werken als zorgkundige. De aandacht wordt er op gevestigd dat zorgkundigen steeds werken onder toezicht van een verpleegkundige. In dit verband dient dan eerst te worden nagegaan of de zorgkundige daadwerkelijk zelfstandig optreedt. In bevestigend geval kan deze zich beroepen op de vrijstelling bedoeld in artikel 44, 1, 2, voornoemd. Voorwaarde voor de toepassing van deze vrijstelling is evenwel dat het gaat om zorgkundigen als bedoeld hiervoor en dat deze erkend zijn door de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid. Jerry SERLIPPENS Adviseur Interne ref.:

2

3 Circulaire 2017/C/28 betreffende Entrepots - Wijzigingen ingevolge het nieuwe Douanewetboek van de Unie publiek douane-entrepot; particulier douane-entrepot; vergunning; administratie; gebruikelijke behandeling FOD Financiën, Algemene Administratie van Douane en Accijnzen Inhoudstafel I. Nieuwe wettelijke bepalingen... 2 II. Wijzigingen van toepassing vanaf 1 mei III. Overgangsmaatregelen inzake de vergunningen douane-entrepots. 5 IV. Herbeoordeling van de vergunningen... 7 V. Nieuwe aanvragen... 8 VI. Verlenen van de vergunning... 9 VII. Administratie VIII. Bijzondere toelichtingen Overbrenging van goederen tussen verschillende plaatsen in het douanegebied van de Unie Overdracht van rechten en plichten van de regeling Verantwoordelijkheden van de houder van de vergunning of de regeling Zekerheidstelling Gebruik van equivalente goederen Gebruikelijke behandelingen Detailhandel Vergunning waarbij meer dan één lidstaat is betrokken Nummering en identificatie van de types douane-entrepot

4 10. Bijzonderheden inzake het bepalen van de douanewaarde van goederen na opslag in een douane-entrepot IX. Slotbepalingen Inhoud Bijlagen I. Nieuwe wettelijke bepalingen 1. Artikelen 201 t/m 225 en 237 t/m 249 van Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en van de Raad van 9 oktober 2013 tot vaststelling van het douanewetboek van de Unie (PBEU L 269 van 10 oktober 2013), hierna Douanewetboek van de Unie genoemd (DWU). 2. Artikelen 169, 171, 177 t/m 183, 201 t/m 203 van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 2015/2446 van de Commissie van 28 juli 2015 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en de Raad met nadere regels betreffende een aantal bepalingen van het douanewetboek van de Unie (PBEU L 343 van 29 december 2015), hierna gedelegeerde handelingen van het douanewetboek van de Unie genoemd (DA). 3. Artikelen 260 t/m 264 en 267 t/m 269 van de Uitvoeringsverordening (EU) nr. 2015/2447 van de Commissie van 24 november 2015 houdende nadere uitvoeringsvoorschriften voor enkele bepalingen van Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van het douanewetboek van de Unie (PBEU L 343 van 29 december 2015), hierna uitvoeringshandelingen van het douanewetboek van de Unie genoemd (IA). 4. Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 2016/341 van 17 december 2015 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en van de Raad met overgangsregels voor enkele bepalingen van het douanewetboek van de Unie voor de gevallen waarin de relevante elektronische systemen nog niet operationeel zijn, en tot wijziging van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 2015/2446, hierna Gedelegeerde Overgangsverordening genoemd (TDA). In bijlage 1 is een overzicht van de desbetreffende artikelen per titel bijgevoegd. 2

5 Voor bijkomende commentaren en richtlijnen kan de Guidance Special Procedures - title VII UCC van de Europese Commissie worden geraadpleegd. Nieuwe definities Het DWU geeft nieuwe definities van: - houder van de regeling ( art. 5, 35) DWU): a) de persoon die de douaneaangifte doet, of voor wiens rekening die aangifte wordt gedaan, of b) de persoon aan wie de uit een douaneregeling voortvloeiende rechten en plichten zijn overgedragen. - publiek douane-entrepot type I (art. 1, 32) van de DA): een publiek douane-entrepot waar de verantwoordelijkheden zoals bedoeld in artikel 242, lid 1, van het wetboek, berusten bij de houder van de vergunning en de houder van de regeling; - publiek douane-entrepot type II (art. 1, 33) van de DA): een publiek douane-entrepot waar de verantwoordelijkheden zoals bedoeld in artikel 242, lid 2, van het wetboek, berusten bij de houder van de regeling; - publiek douane-entrepot type III (art. 1, 11) van de IA): een douane-entrepot dat door de douaneautoriteiten wordt beheerd; - particulier douane-entrepot (art. 240, lid 2 van het DWU): een douane-entrepot gebruikt voor opslag van goederen door de houder van een vergunning douane-entrepot. Deze definities hebben de hierna vermelde wijzigingen tot gevolg. II. Wijzigingen van toepassing vanaf 1 mei De verschillende types van douane-entrepot uit het Communautair Douanewetboek van 1992 worden ondergebracht onder de nieuwe types binnen het DWU. Douane-entrepot type A wordt publiek douane-entrepot type I 3

6 Douane-entrepot type B wordt publiek douane-entrepot type II Douane-entrepot type F wordt publiek douane-entrepot type III De huidige types particulier entrepot C, D en E verdwijnen en worden vervangen door één algemene categorie, met name het particulier entrepot. Goederen kunnen enkel onder de regeling douane-entrepot worden opgeslagen in door de douaneautoriteiten goedgekeurde en onder toezicht staande ruimtes of andere locaties. De mogelijkheid om inrichtingen voor douane-entrepots niet goed te keuren, zoals tot nu het geval was voor de types E wordt uitgesloten. 6. Dit betekent dat de bestaande vergunningen douane-entrepot moeten worden gelezen als vergunningen douane-entrepot onder de nieuwe benaming en de desbetreffende bepalingen inzake het DWU, DA, IA van toepassing zijn (zie ook verder naar de bepalingen inzake de overgangsmaatregelen). 7. Door het verdwijnen van het entrepot type D en E met D procedures zal het niet meer mogelijk zijn om de douanewaarde te hanteren berekend op het moment van de inslag in het entrepot en gebruik te maken van de automatische vereenvoudiging (domiciliëring) bij uitslag uit het entrepot. 8. Het verdwijnen van de types entrepot heeft ook gevolgen voor de te vermelden regeling bij de aangifte voor plaatsing onder de regeling douane-entrepot. Vanaf 1 mei 2016 dient een aangifte regeling J te worden ingediend of dient de plaatsing onder de vorm van inschrijving in de administratie, al of niet met aanvullende aangifte te gebeuren. 9. Overeenkomstig art. 223, lid 2a van het DWU is vanaf 1 mei 2016 het gebruik van equivalente goederen mogelijk onder de regeling douaneentrepot. 10. De gebruikelijke handelingen toegestaan in een douane-entrepot overeenkomstig artikel 220 van het DWU werden uitgebreid. 11. De verkoop op afstand, daaronder begrepen via het internet is toegestaan overeenkomstig artikel 201 van de DA. 4

7 III. Overgangsmaatregelen inzake de vergunningen douane-entrepots 12. De overgangsmaatregelen van toepassing inzake douane-entrepots zijn opgenomen in de artikelen 250, 251 en 254 van de DA en artikel 349 van de IA. Art. 250 DA Herbeoordeling van op 1 mei 2016 reeds van kracht zijnde vergunningen 1. Op basis van Verordening (EEG) nr. 2913/92 of Verordening (EEG) nr. 2454/93 verleende vergunningen die geldig zijn op 1 mei 2016 en waarvan de geldigheidsduur niet beperkt is, worden herbeoordeeld. 2. Art. 251 DA Geldigheid van op 1 mei 2016 reeds van kracht zijnde vergunningen 1. Op basis van Verordening (EEG) nr. 2913/92 of Verordening (EEG) nr. 2454/93 verleende vergunningen die geldig zijn op 1 mei 2016, blijven geldig als volgt: (a) in het geval van vergunningen met een beperkte geldigheidsduur: tot het verstrijken van die duur of tot 1 mei 2019, indien deze datum eerder valt; (b) in het geval van alle andere vergunningen: totdat de vergunning wordt herbeoordeeld overeenkomstig artikel 250, lid 1. (c).. Art. 254 DA Gebruik van op 1 mei 2016 reeds van kracht zijnde vergunningen en beschikkingen Wanneer een beschikking of een vergunning na 1 mei 2016 geldig blijft overeenkomstig de artikelen 251 tot en met 253, zijn de voorwaarden waaronder die beschikking of vergunning wordt toegepast, vanaf 1 mei 5

8 2016, die welke zijn vastgesteld in de overeenkomstige bepalingen van het wetboek, Uitvoeringsverordening (EU) nr. 2015/2447 van de Commissie houdende nadere uitvoeringsvoorschriften voor enkele bepalingen van Verordening (EU) nr. 952/2013 (1) en deze verordening zoals aangegeven in de concordantietabel in bijlage Uit voorgaande artikelen kan worden afgeleid dat de bestaande voor 1 mei 2016 afgegeven vergunningen douane-entrepot blijven gelden tot de vergunning wordt herbeoordeeld. De voorwaarden waaronder de vergunning wordt toegepast zijn echter de voorwaarden volgens de nieuwe wetgeving. Alle vergunningen douane-entrepot dienen te worden herbeoordeeld ten laatste op 1 mei Art. 349 IA Overgangsbepalingen voor goederen die onder bepaalde douaneregelingen zijn geplaatst die niet vóór 1 mei 2016 zijn aangezuiverd 1. Wanneer goederen vóór 1 mei 2016 onder de volgende douaneregelingen werden geplaatst en de regeling vóór die datum niet is aangezuiverd, wordt de regeling aangezuiverd overeenkomstig de desbetreffende bepalingen van het wetboek, Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 2015/2446 en deze verordening: a) ; b) douane-entrepot van het type A, B, C, E en F; c)..; d). 2. Wanneer goederen vóór 1 mei 2016 onder de volgende douaneregelingen werden geplaatst en de regeling vóór die datum niet is aangezuiverd, wordt de regeling aangezuiverd overeenkomstig de desbetreffende bepalingen van Verordening (EEG) nr. 2913/92 en Verordening (EEG) nr. 2454/93: a) douane-entrepot van het type D; b).; c) ; 6

9 d)... De regeling douane-entrepot van het type D wordt echter met ingang van 1 januari 2019 aangezuiverd overeenkomstig de desbetreffende bepalingen van het wetboek, Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 2015/2446 en deze verordening Uit voorgaand artikel kan worden afgeleid dat inzake de aanzuivering een uitzondering wordt gemaakt voor wat betreft de douaneentrepots type D en dat de goederen ingeslagen in het entrepot voor 1 mei 2016 nog onder de bepalingen van het wetboek van 1992 vallen. 15. Uit praktisch oogpunt en om geen problemen te ondervinden met het onderscheid tussen goederen ingeslagen voor 1 mei en na 1 mei 2016 zullen de vergunningen douane-entrepot D of E met D procedures ambtshalve gesplitst worden in 2 vergunningen: - vergunning douane-entrepot blijft bestaan en - vergunning domiciliëring vrij verkeer met globalisatie. De ambtshalve toegekende vergunning domiciliëring vrij verkeer is geldig tot aan de herbeoordeling. 16. De vrijstelling van kennisgeving die in de oude wetgeving op basis van art. 266 lid 1, b (CTW) standaard was voorzien bij entrepot type D (en E+D) kan behouden blijven tot aan de herbeoordeling van de vergunning EIDR (domiciliëring) in toepassing van artikel 250 (1) van de DA. 17. Vanaf de herbeoordeling van de vergunning zullen twee nieuwe aparte vergunningen worden afgegeven, één voor het douane-entrepot en één voor EIDR volgens de nieuwe wettelijke bepalingen. IV. Herbeoordeling van de vergunningen 18. Zoals hiervoor bepaald dienen alle vergunningen douane-entrepots te worden herbeoordeeld voor 1 mei

10 Dit betekent dat alle vergunningen dienen te worden aangepast aan de nieuwe wettelijke bepalingen. Een verzoek van de vergunninghouder is daartoe niet noodzakelijk. Het is echter aangeraden de vergunninghouder te verzoeken of zij de vergunning verder wensen te gebruiken of zij verkiezen om een nieuwe aanvraag voor de vergunning in te dienen. Na de herbeoordeling dient de bestaande vergunning in alle gevallen te worden ingetrokken. Van zodra alle betrokken informatie aanwezig is en aan de nieuwe overeenkomstige voorwaarde is voldaan, kan de nieuwe vergunning worden afgeleverd overeenkomstig de in het DWU, DA en IA desbetreffende bepalingen. V. Nieuwe aanvragen 19. Nieuwe aanvragen douane-entrepots overeenkomstig art. 211, lid b) van het DWU dienen overeenkomstig art. 22 van de TDA te worden in gediend en verleend met gebruikmaking van het formulier in bijlage 12 van de gelijknamige Verordening (bijlage 2). De aanvragen dienen, naar gelang het geval te worden ingediend bij de Regionale of de Centrale Component KLAMA. Art. 22 TDA Formulieren voor aanvragen en vergunningen voor bijzondere regelingen 1. Tot de datum van de uitrol van het DWU-systeem Douanebeschikkingen zoals bedoeld in de bijlage bij Uitvoeringsbesluit nr. 2014/255/EU worden aanvragen voor een vergunning zoals bedoeld in artikel 211, lid 1, van het wetboek, wanneer deze niet gebaseerd zijn op een douaneaangifte en wanneer deze worden gedaan met andere middelen dan elektronische gegevensverwerkingstechnieken, ingediend met behulp van het formulier in bijlage 12 bij deze verordening. 2. Wanneer de douaneautoriteiten die bevoegd zijn om op de in lid 1 bedoelde aanvraag te beschikken, besluiten de vergunning te verlenen, doen zij dit met behulp van het formulier in bijlage 12. 8

11 VI. Verlenen van de vergunning 20. Overeenkomstig art. 211, lid 1, b) van het DWU is een vergunning van de douaneautoriteiten vereist voor het beheer van opslagruimten voor opslag in een douane-entrepot tenzij de opslagruimte wordt beheerd door de douaneautoriteiten zelf. Een model van de vergunning is bijgevoegd in bijlage 3. De voorwaarden waaronder het beheer van opslagruimten is toegestaan, worden in de vergunning vastgesteld. Een vergunning met terugwerkende kracht kan niet worden verleend voor het beheer van een opslagruimte voor het douane-entrepot van goederen (art. 211, lid 2, g) van het DWU). 21. De voormelde vergunning wordt slechts verleend aan personen die aan elk van de volgende voorwaarden voldoen: Art. 211, lid 3 DWU a) zij zijn in het douanegebied van de Unie gevestigd; b) zij bieden de nodige waarborgen voor het goede gebruik van de regeling; een geautoriseerd marktdeelnemer voor douanevereenvoudigingen wordt geacht aan deze voorwaarde te voldoen voor zover bij het verlenen van de in artikel 38, lid 2, onder a), bedoelde vergunning rekening is gehouden met relevante activiteiten voor de betreffende bijzondere regeling; c) zij stellen zekerheid overeenkomstig artikel 89, indien een douaneschuld kan ontstaan of andere heffingen verschuldigd kunnen worden voor de onder een bijzondere regeling geplaatste goederen; d).. 4. Tenzij anders is bepaald en ter aanvulling van lid 3, wordt de in lid 1 bedoelde vergunning slechts verleend indien aan elk van de volgende voorwaarden is voldaan: a) de douaneautoriteiten kunnen douanetoezicht uitoefenen zonder administratieve maatregelen te hoeven nemen die niet in verhouding staan tot de betrokken economische behoeften; b).. 9

12 Voor het verlenen van de vergunning zijn de algemene bepalingen inzake het verlenen en het beheer van een beschikking overeenkomstig artikel 22 t/m 32 van het DWU van toepassing. 23. Met uitzondering voor wat vergunningen douane-entrepots betreft die slechts voor één lidstaat gelden, dient overeenkomstig art. 171, lid 1 van de DA de bevoegde douaneautoriteit een beschikking te verlenen en deze aan de aanvrager mee te delen uiterlijk 60 dagen nadat de aanvraag is aanvaard. 24. Het verlenen van de vergunning behoort tot de bevoegdheid van, naargelang het geval, de Regionale of de Centrale Component van de dienst KLAMA. VII. Administratie Art. 214 DWU 1. Behalve voor de regeling douanevervoer of indien anders is bepaald, voeren de houder van de vergunning, de houder van de regeling en eenieder die activiteiten uitoefent in verband met hetzij de opslag, bewerking of verwerking van de goederen, hetzij de koop of verkoop van goederen in een vrije zone, een passende administratie in een door de douaneautoriteiten goedgekeurde vorm. Aan de hand van de informatie en de gegevens in die administratie moeten de douaneautoriteiten in staat zijn toezicht uit te oefenen op de regeling, met name wat de identificatie, de douanestatus en het overbrengen van de onder de regeling geplaatste goederen betreft. 2. Een geautoriseerd marktdeelnemer voor douanevereenvoudigingen wordt geacht aan de in lid 1 vastgestelde voorwaarde te voldoen voor zover zijn administratie passend is met het oog op de betrokken bijzondere regeling. 25. De houder van een vergunning of de houder van de regeling douane-entrepot dient een administratie te houden in een door de douane goedgekeurde vorm. Deze administratie dient minstens de gegevens te bevatten zoals opgenomen in art. 178 DA. 10

13 26. Wie dient de administratie te houden? - Voor de particuliere entrepots zal de administratie worden gehouden door de houder van de vergunning, die tevens houder van de regeling is; - Voor de douane-entrepots type I wordt de administratie gehouden door de houder van de vergunning; - Voor de douane-entrepots type II dient de administratie te worden gehouden door de houder van de regeling. 27. De administratie dient op elk ogenblik de aanwezige voorraad van de onder de entrepotregeling geplaatste goederen te tonen en dient te worden aangepast onmiddellijk na elke goederenbeweging en ten laatste op het ogenblik van het verlaten van de opslagruimte. 28. Eenzelfde opslagruimte kan als meer dan één type entrepot worden goedgekeurd, voor zover het douanetoezicht is gewaarborgd. Zo dient bijvoorbeeld rekening te worden gehouden met voorgaande verschillen in verantwoordelijkheid en dient de goederenvoorraad te kunnen worden onderscheiden. Art. 178 DA vermeldt wat de administratie moet bevatten: De in artikel 214, lid 1 van het DWU bedoelde administratie bevat het volgende: a) in voorkomend geval, de verwijzing naar de vergunning die vereist is om de goederen onder een bijzondere regeling te plaatsen; b) het MRN of, waar dit niet bestaat, een ander nummer of een andere code ter identificatie van de douaneaangiften waarmee de goederen onder de bijzondere regeling zijn geplaatst en, wanneer de aanzuivering van de regeling is gebeurd overeenkomstig artikel 215, lid 1, van het wetboek, informatie over de wijze waarop dat is gebeurd; c) gegevens aan de hand waarvan andere douanedocumenten dan douaneaangiften ondubbelzinnig kunnen worden geïdentificeerd, evenals alle andere documenten die van belang zijn voor het plaatsen van goederen onder een bijzondere regeling en alle andere documenten die van belang zijn voor de aanzuivering van de desbetreffende regeling; d) bijzonderheden over merktekens, nummers, aantal en soort van de colli, de hoeveelheid en de gebruikelijke handelsomschrijving of technische beschrijving van de goederen en, eventueel, de op de containers aangebrachte merktekens aan de hand waarvan de goederen 11

14 kunnen worden geïdentificeerd; e) plaats van de goederen en informatie over iedere overbrenging; f) douanestatus van de goederen; g) gegevens over gebruikelijke behandelingen en, in voorkomend geval, de nieuwe tariefindeling die uit deze gebruikelijke behandelingen voortvloeit; h)...; i)..; j) wanneer artikel 86, lid 1, van het wetboek van toepassing is, de kosten voor opslag of gebruikelijke behandelingen; k) ; l) gegevens aan de hand waarvan het douanetoezicht en controles op het gebruik van equivalente goederen kunnen worden uitgeoefend overeenkomstig artikel 223 van het wetboek; m) wanneer een gescheiden boekhouding moet worden gevoerd, informatie over het soort goederen, de douanestatus en, in voorkomend geval, de oorsprong van de goederen; n)..; o) ; p) in voorkomend geval, de gegevens van een eventuele overdracht van rechten en plichten overeenkomstig artikel 218 van het wetboek; q) wanneer de administratie geen deel uitmaakt van de hoofdboekhouding voor douanedoeleinden, een verwijzing naar die hoofdboekhouding voor douanedoeleinden; r) aanvullende informatie voor bijzondere gevallen, op verzoek van de douaneautoriteiten om gerechtvaardigde redenen De douaneautoriteiten kunnen toestaan dat sommige van de in de leden 1 en 2 bedoelde gegevens niet moeten worden verstrekt wanneer dit geen nadelige invloed heeft op het douanetoezicht en de controle op het gebruik van een bijzondere regeling. 12

15 4.. VIII. Bijzondere toelichtingen 1. Overbrenging van goederen tussen verschillende plaatsen in het douanegebied van de Unie 29. Overeenkomstig artikel 219 van het DWU kunnen goederen onder de regeling douane-entrepot tussen verschillende plaatsen binnen het douanegebied van de Unie worden vervoerd. 30. In artikel 179, lid 3 en 4 van de DA en 267 van de IA zijn bijzonderheden in verband met de overbrenging vermeld. Art. 179, lid 3 DA 3. Goederen die onder de regeling douane-entrepot zijn geplaatst, kunnen binnen het douanegebied van de Unie worden overgebracht zonder andere dan de in artikel 178, lid 1, onder e), bedoelde douaneformaliteiten, als volgt: a) tussen verschillende opslagruimten die zijn aangewezen in dezelfde vergunning; b) van het douanekantoor van plaatsing naar de opslagruimte, of c) van de opslagruimte naar het douanekantoor van uitgang of ieder ander douanekantoor vermeld in de in artikel 211, lid 1, van het wetboek bedoelde vergunning voor een bijzondere regeling, dat gemachtigd is om goederen vrij te geven voor een volgende douaneregeling of de aangifte tot wederuitvoer in ontvangst te nemen met het oog op de aanzuivering van de bijzondere regeling. Een overbrenging onder de regeling douane-entrepot eindigt binnen 30 dagen nadat de goederen uit het douane-entrepot zijn uitgeslagen. Op verzoek van de vergunninghouder kunnen de douaneautoriteiten de termijn van 30 dagen verlengen. 4. Wanneer goederen onder een regeling douane-entrepot worden overgebracht van de opslagruimte naar het douanekantoor van uitgang, 13

16 bevat de in artikel 214, lid 1, van het wetboek bedoelde administratie informatie over de uitgang van de goederen binnen 100 dagen nadat de goederen uit het douane-entrepot zijn uitgeslagen. Op verzoek van de vergunninghouder kunnen de douaneautoriteiten de termijn van 100 dagen verlengen. Art. 267 IA Verkeer van goederen onder een bijzondere regeling 1. De overbrenging van goederen naar het douanekantoor van uitgang met het oog op de aanzuivering van de bijzondere regeling, met uitzondering van de regeling bijzondere bestemming en passieve veredeling, door de goederen buiten het douanegebied van de Unie te brengen, wordt verricht onder dekking van de aangifte tot wederuitvoer Voor iedere overbrenging die niet onder de leden 1, 2 en 3, valt zijn geen andere douaneformaliteiten vereist dan het voeren van een administratie zoals bedoeld in artikel 214 van het wetboek. 5. Wanneer de overbrenging van goederen in overeenstemming met de leden 1 of 3 plaatsvindt, blijven de goederen onder de bijzondere regeling totdat zij het douanegebied van de Unie hebben verlaten. 31. Goederen kunnen binnen het douanegebied van de Unie worden overgebracht zonder andere formaliteiten dan de inschrijving van de nodige informatie over iedere overbrenging in de administratie van de vergunninghouder, behalve in het geval van overbrenging naar het douanekantoor van uitgang met het oog op de aanzuivering van de regeling douane-entrepot, waarbij de goederen buiten het douanegebied van de Unie worden gebracht onder dekking van de aangifte tot wederuitvoer. De goederen blijven onder de regeling douane-entrepot totdat zij het douanegebied van de Unie hebben verlaten. 32. Inzake de overdracht tussen vergunninghouders is artikel 179, lid 3, c) van de DA van toepassing, waarbij de goederen worden overgebracht naar een andere vergunninghouder vallende onder de bevoegdheid van een ander douanekantoor, vermeld in de desbetreffende vergunning en gemachtigd om de goederen vrij te geven voor een volgende douane- 14

17 regeling, hier de regeling douane-entrepot. Dit kantoor kan ook gelegen zijn in een andere lidstaat. 33. De goederen kunnen onder de regeling douane-entrepot worden overgebracht zonder verdere douaneformaliteiten, maar de eerste vergunninghouder dient de nodige informatie in te schrijven in zijn administratie. 34. De aanzuivering van de regeling douane-entrepot zal gebeuren door de plaatsing van de goederen onder de 2 de regeling douane-entrepot, voor zover: - In het geval van gebruik van vereenvoudigde procedures, de tweede vergunninghouder een bevestiging zendt aan de eerste vergunninghouder met bevestiging van de datum waarop hij de goederen onder de regeling heeft geplaatst. De houder van de eerste vergunning behoudt deze bevestiging van de ontvangst in zijn administratie als bewijs van aanzuivering van de regeling. ( MRN nummer of een intern referentie nummer gebruikt bij inschrijving in de administratie ). - In het geval van gebruik van een standaard aangifte zendt de tweede vergunninghouder informatie inzake de MRN en de datum van plaatsing onder de regeling naar de eerste vergunninghouder die deze informatie inschrijft in zijn administratie. 35. Bijzonderheden inzake de overbrenging dienen te worden vermeld in de desbetreffende vergunningen. 2. Overdracht van rechten en plichten van de regeling Art. 218 DWU De rechten en plichten van de houder van een regeling betreffende goederen die onder een andere bijzondere regeling dan douanevervoer zijn geplaatst, kunnen volledig of gedeeltelijk worden overgedragen aan een andere persoon die voldoet aan de voorwaarden van de betrokken regeling. 36. In toepassing van artikel 266 van de IA is het aan de douane autoriteiten om te beslissen of een overdracht van rechten en plichten zoals hiervoor bedoeld kan plaatsvinden en stelt de douane de voorwaarden vast waaronder de overdracht is toegestaan. 15

18 Art. 266 IA De bevoegde douaneautoriteit beslist of een overdracht van rechten en plichten zoals bedoeld in artikel 218 van het wetboek kan plaatsvinden. Indien een dergelijke overdracht kan plaatsvinden, stelt de bevoegde douaneautoriteit de voorwaarden vast waaronder de overdracht is toegestaan. 37. De nodige vermeldingen inzake de overdracht dienen in de vergunning te worden vermeld en de gegevens inzake de overdracht dienen in de administratie van de vergunninghouder te worden ingeschreven overeenkomstig artikel 178 van de DA. 3. Verantwoordelijkheden van de houder van de vergunning of de regeling Art. 242 DWU 1. De houder van de vergunning en de houder van de regeling zijn ervoor verantwoordelijk dat: a) goederen onder de regeling douane-entrepot niet aan het douanetoezicht worden onttrokken; en b) de verplichtingen worden nagekomen die voortvloeien uit de opslag van goederen die zich onder de regeling douane-entrepots bevinden. 2. In afwijking van lid 1 kan indien de vergunning een publiek douaneentrepot betreft, in die vergunning worden bepaald dat de in lid 1, onder a) of b), bedoelde verantwoordelijkheden uitsluitend bij de houder van de regeling berusten. 3. De houder van de regeling is gehouden tot de verplichtingen die voortvloeien uit de plaatsing van de goederen onder de regeling douaneentrepot. 38. Vermits bij het particulier entrepot de houder van de vergunning en de houder van de regeling dezelfde persoon zijn, liggen de verantwoordelijkheden overeenkomstig dit artikel volledig bij de vergunninghouder particulier douane-entrepot. 39. Art. 1, 32 van de DA definieert het publiek douane-entrepot type I als het publiek entrepot waar de verantwoordelijkheden zoals bedoeld in artikel 242, lid 1 van het wetboek berusten bij de houder van de 16

19 vergunning en de houder van de regeling. 40. Art. 1, 33 van de DA definieert het publiek douane-entrepot type II als het publiek entrepot waar de verantwoordelijkheden zoals bedoeld in art. 242, lid 2 van het wetboek berusten bij de houder van de regeling. Art. 242, lid 2 van het wetboek is een afwijking van lid 1 van dit artikel en bepaalt dat voor wat betreft een publiek entrepot in de vergunning kan worden bepaald dat de in lid 1, onder a) of b) bedoelde verantwoordelijkheden uitsluitend bij de houder van de regeling berusten. Dit artikel sluit niet uit dat de onder lid 1 bedoelde verantwoordelijkheden ook bij de houder van de vergunning kunnen berusten. De wetgeving geeft hierbij de keuze, maar deze verantwoordelijkheden dienen wel vooraf door de douaneautoriteiten te worden bepaald en in de vergunning te worden opgenomen. De houder van de regeling is steeds gehouden tot de verplichtingen die voortvloeien uit de plaatsing van de goederen onder de regeling douaneentrepot. 41. In toepassing van artikel 211, lid 3 van het DWU (zie hiervoor) is de houder van de vergunning gehouden tot het stellen van een zekerheid overeenkomstig artikel 89 indien een douaneschuld kan ontstaan of ander heffingen verschuldigd kunnen worden voor de onder een bijzondere regeling geplaatste goederen. Voor de opslag in een douane-entrepot is een borgstelling noodzakelijk voor het beheer van de opslagruimten waaruit volgt dat de vergunninghouder gehouden is tot het stellen van de borg. 42. Artikel 89, lid 4 van het DWU verbiedt het stellen van twee keer zekerheidsstelling voor bepaalde goederen, waardoor er geen zekerheid kan worden gevraagd van zowel de houder van de vergunning, als de houder van de regeling. Voor de publiek entrepots type II zal dus een borg worden gevraagd van de houder van de vergunning en niet van de houder van de regeling. 43. In toepassing van het voorgaande wordt bepaald dat voor wat betreft de publiek entrepots type II de verantwoordelijkheid overeenkomstig het bepaalde in artikel 242, lid 1, onder a) van het wetboek vermelde verantwoordelijkheid berust bij de houder van de vergunning en de onder b) vermelde verantwoordelijkheid bij de houder van de regeling. Dit onderscheid geeft de mogelijkheid om de verantwoordelijkheid te verdelen in enerzijds het beheer van de vergunning, het verschaffen van de opslaglocatie en het toezicht op de beveiliging ervan en anderzijds de 17

20 verplichtingen die voorvloeien uit de plaatsing, opslag en aanzuivering van de opgeslagen goederen. Bijkomende informatie inzake de bepalingen opgenomen in het hiervoor vermelde lid 1, a en b zullen nog worden gegeven na bijkomende toelichtingen gegeven in de guidances door de Europese Commissie. 4. Zekerheidstelling 44. Vergunningen voor bijzondere regelingen die voor 1 mei 2016 werden afgegeven en die na 1 mei blijven voortbestaan zullen wat zekerheidstelling betreft niet worden aangepast tot aan de herbeoordeling, tot het afleveren van een nieuwe vergunning of, dat spreekt voor zich en is altijd van toepassing, ingeval de douane oordeelt dat er een verhoogd risico optreedt. Zekerheidsstelling voor vergunningen voor bijzondere regelingen van na 1 mei 2016 zullen volgens de nieuwe regels worden bepaald. Vanaf dan zal trouwens in elke vergunning het bedrag van de te stellen zekerheid worden vermeld. Bovendien zal, indien een vergunninghouder (aangever) wenst gebruik te maken van de doorlopende zekerheid, een specifieke vergunning worden afgegeven die het gebruik van het systeem van doorlopende zekerheid toestaat. 45. Vermits enkel het beheer van het douane-entrepot het stellen van een zekerheid vereist, kan enkel zekerheid door de vergunninghouder douane-entrepot worden geëist. De zekerheid dient te worden gesteld vooraleer de vergunning voor het beheer van de opslagruimte voor opslag in het douane-entrepot wordt afgegeven. (zie ook 41 tot 43 hiervoor). 5. Gebruik van equivalente goederen 46. Overeenkomstig art. 223, lid 2a van het DWU, art. 169 van de DA en art. 268 en 269 van de IA is vanaf 1 mei 2016 het gebruik van equivalente goederen mogelijk onder de regeling douane-entrepot. Art. 223 DWU 1. Equivalente goederen zijn Uniegoederen die in plaats van de onder een bijzondere regeling geplaatste goederen worden opgeslagen, gebruikt of verwerkt. 18

21 Tenzij anders is bepaald, moeten equivalente goederen onder dezelfde achtcijfercode van de gecombineerde nomenclatuur zijn ingedeeld en dezelfde handelskwaliteit en technische kenmerken hebben als de goederen die zij vervangen. 2. Op voorwaarde dat de goede werking van de regeling, met name wat het douanetoezicht betreft, is verzekerd, kunnen de douaneautoriteiten op aanvraag vergunning verlenen voor het volgende: a) het gebruik van equivalente goederen onder een regeling douaneentrepot, in een vrije zone, onder een regeling bijzondere bestemming en onder een veredelingsregeling; b). c).. d). Een geautoriseerd marktdeelnemer voor douanevereenvoudigingen wordt geacht te voldoen aan de voorwaarde dat het goed functioneren van de regeling is verzekerd, voor zover in de in artikel 38, lid 2, onder a), bedoelde vergunning rekening is gehouden met de activiteit in het kader van het gebruik van equivalente goederen voor de betrokken regeling. 3. Het gebruik van equivalente goederen wordt niet toegestaan in de volgende gevallen: a) indien uitsluitend gebruikelijke behandelingen als omschreven in artikel 220 worden verricht in het kader van de regeling actieve veredeling; b)... c) indien dit zou leiden tot een onbillijk voordeel op het vlak van invoerrechten of waarvoor in Uniewetgeving is voorzien 4. Art.169 DA Vergunning voor het gebruik van equivalente goederen 1. Voor de verlening van een vergunning overeenkomstig artikel 223, lid 2, van het wetboek is het niet van belang of het systematisch gebruik van equivalente goederen betreft of niet. 19

22 2. Er wordt geen vergunning verleend voor het gebruik van equivalente goederen zoals bedoeld in artikel 223, lid 1, eerste alinea, van het wetboek wanneer de onder de bijzondere regeling geplaatste goederen onderworpen zouden zijn aan een voorlopig of definitief antidumpingrecht, een compenserend recht, een vrijwaringsmaatregel of een aanvullend recht dat voortvloeit uit een schorsing van concessies indien zij werden aangegeven voor het vrije verkeer Er wordt geen vergunning verleend voor het gebruik van equivalente goederen onder de regeling douane-entrepot wanneer de onder de regeling douane-entrepot geplaatste niet-uniegoederen in bijlage opgenomen goederen zijn. 5. Er wordt geen vergunning verleend voor het gebruik van equivalente goederen voor goederen of producten die genetisch zijn gewijzigd of elementen bevatten die een genetische wijziging hebben ondergaan In afwijking van artikel 223, lid 1, derde alinea, van het wetboek zijn op de in bijlage bedoelde goederen de in die bijlage vastgestelde bijzondere bepalingen van toepassing Het gebruik van equivalente goederen en de desbetreffende formaliteiten dienen in de vergunning douane-entrepot te worden opgenomen. Het gebruik van equivalente goederen is niet toegestaan wanneer de onder de regeling douane-entrepot geplaatste niet-uniegoederen gevoelige goederen zijn, zoals opgenomen in bijlage van de DA (zie bijlage 4). 48. Bijzondere bepalingen inzake equivalente goederen zijn van toepassing voor goederen opgenomen in bijlage van de DA (bijlage 5). Art. 268 IA Formaliteiten voor het gebruik van equivalente goederen 1. Het gebruik van equivalente goederen is niet onderworpen aan de formaliteiten voor de plaatsing van goederen onder een bijzondere regeling. 2. Equivalente goederen kunnen samen met andere Unie- of niet- Uniegoederen worden opgeslagen. In dergelijke gevallen kunnen de douaneautoriteiten specifieke methoden vaststellen om de equivalente 20

23 goederen te identificeren om ze van andere Uniegoederen of niet- Uniegoederen te onderscheiden. Wanneer het onmogelijk is of slechts tegen buitensporige kosten mogelijk zou zijn om elk soort goederen te allen tijde vast te stellen, wordt in de boekhouding onderscheid gemaakt naar het soort goederen, de douanestatus en, indien van toepassing, de oorsprong van de goederen. 3.. a). b).. c) Equivalente goederen kunnen onder de regeling douane-entrepot worden geplaatst samen met andere Unie-goederen of niet-uniegoederen. In dergelijk geval kan een boekhoudkundig onderscheid noodzakelijk zijn. Het gebruik van equivalente goederen onder de regeling douane-entrepot kan ook worden gecombineerd met actieve veredeling of bijzondere bestemming voor zover er boekhoudkundig onderscheid met betrekking tot de verschillende regelingen wordt gemaakt. Een voorbeeld van het gebruik van equivalente goederen in een douane-entrepot wordt bijgevoegd in bijlage Wanneer Uniegoederen samen met niet-uniegoederen worden opgeslagen in een opslagruimte onder de regeling douane- entrepot en het onmogelijk is of slechts tegen buitensporige kosten mogelijk zou zijn om te allen tijde elk soort goederen te identificeren, wordt in de vergunning bepaald dat een gescheiden boekhouding wordt gevoerd voor elk soort goederen, de douanestatus en, in voorkomend geval, de oorsprong van de goederen. Art. 269 IA Status van equivalente goederen 1. In geval van de regeling douane-entrepot en tijdelijke invoer worden de equivalente goederen niet-uniegoederen en de goederen die zij vervangen Uniegoederen op het tijdstip van de vrijgave ervan voor de volgende douaneregeling, waarbij de regeling wordt aangezuiverd, of op het tijdstip waarop de equivalente goederen het douanegebied van de Unie hebben verlaten

24 3. Art. 177 DA Opslag van Uniegoederen met niet-uniegoederen in een opslagruimte Wanneer Uniegoederen samen met niet-uniegoederen worden opgeslagen in een opslagruimte onder de regeling douane-entrepot en het onmogelijk is of slechts tegen buitensporige kosten mogelijk zou zijn om te allen tijde elk soort goederen te identificeren, wordt in de vergunning zoals bedoeld in artikel 211, lid 1, onder b), van het wetboek bepaald dat een gescheiden boekhouding wordt gevoerd voor elk soort goederen, de douanestatus en, in voorkomend geval, de oorsprong van de goederen. 6. Gebruikelijke behandelingen Art. 220 DWU Goederen die onder een regeling douane-entrepot, onder een veredelingsregeling of in een vrije zone zijn geplaatst, kunnen gebruikelijke behandelingen ondergaan om ze in goede staat te bewaren, ter verbetering van de presentatie of handelskwaliteit of ter voorbereiding van de distributie of wederverkoop. 51. De gebruikelijke behandelingen toegestaan in een douane-entrepot zijn opgenomen in bijlage van de DA (bijlage 7). 52. Vergunningen douane-entrepot kunnen ook worden afgegeven in het geval waar de voorziene gebruikelijke behandelingen in het entrepot belangrijker zijn dan de eigenlijke opslag van goederen. De toepassing van gebruikelijke behandelingen dient opgenomen te worden in de vergunning, maar de behandelingen dienen niet telkens te worden goedgekeurd door de douane. ( nieuw) 53. Overeenkomstig artikel 241 van het DWU kan worden toegestaan dat goederen in het kader van de regeling actieve veredeling of de regeling bijzondere bestemming, op de voor de desbetreffende regeling vastgestelde voorwaarden in een douane-entrepot worden veredeld. De goederen worden evenwel geacht zich niet onder de regeling douaneentrepot te bevinden. Art. 241 DWU 22

25 1. Bij een economische behoefte en op voorwaarde dat het douanetoezicht niet wordt gehinderd, kunnen de douaneautoriteiten toestaan dat goederen in het kader van de regeling actieve veredeling of de regeling bijzondere bestemming, op de voor de desbetreffende regeling vastgestelde voorwaarden, in een douane-entrepot worden veredeld. 2. De in lid 1 bedoelde goederen worden geacht zich niet onder de regeling douane-entrepot te bevinden. 7. Detailhandel Art. 201 DA Er wordt vergunning verleend voor het beheer van een opslagruimte voor het douane-entrepot van goederen op voorwaarde dat de opslagruimte niet wordt gebruikt voor de detailhandel, tenzij goederen in het klein worden verkocht in een van de volgende situaties: (a) met vrijstelling van invoerrechten aan reizigers naar of van landen of gebieden buiten het douanegebied van de Unie; (b) met vrijstelling van invoerrechten aan leden van internationale organisaties; (c) met vrijstelling van invoerrechten aan NAVO-strijdkrachten; (d) met vrijstelling van invoerrechten in het kader van diplomatieke of consulaire overeenkomsten; (e) op afstand, daaronder begrepen via het internet. 54. Voor de vergunningen douane-entrepot waar goederen worden verkocht op afstand zoals opgenomen onder e) hiervoor dient te worden inbegrepen de verkoop via internet, mail of telefoon en voor zover de goederen worden geleverd aan de koper of geadresseerde op een andere locatie dan het douane-entrepot zelf. In België bestaan douane-entrepots op basis van (a), (b), (c) en (d) hiervoor, maar met strikte voorwaarden, bijvoorbeeld inzake diplomatieke en andere gelijkaardige regelingen of inzake reizigersvrijstellingen. 23

26 8. Vergunning waarbij meer dan één lidstaat is betrokken 55. De benaming grensoverschrijdende vergunning douane-entrepot wordt in het DWU vervangen door vergunning waarbij meer dan één lidstaat is betrokken. De algemene regels inzake het nemen van een beschikking voor het verlenen van de vergunning zijn van toepassing. Voor vergunningen waarbij meer dan één lidstaat is betrokken zijn in de IA specifieke bepalingen opgenomen inzake de raadpleging tussen de douaneautoriteiten. Voor het verlenen van dergelijke vergunningen is uitsluitend de Centrale Component KLAMA bevoegd. Het is belangrijk te vermelden dat het niet instemmen met een aanvraag telkens grondig moet worden gemotiveerd en er in geen geval sprake kan zijn van het niet beantwoorden van een aanvraag of van een weigering zonder motivatie. 56. Vergunningen waarbij meer dan één lidstaat is betrokken kunnen worden afgegeven voor zowel een particulier als voor publieke douaneentrepots, behalve publiek entrepot type III. Art. 260 IA Raadplegingsprocedure tussen douaneautoriteiten 1. Wanneer een aanvraag is ingediend voor een vergunning zoals bedoeld in artikel 211, lid 1, van het wetboek en meer dan één lidstaat is betrokken, zijn de artikelen 10 en 14 van deze verordening en de leden 2 tot en met 5 van dit artikel toepassing, tenzij de beschikkingsbevoegde douaneautoriteit van mening is dat de voorwaarden voor een dergelijke vergunning niet zijn vervuld. NL Publicatieblad van de Europese Unie L 343/ De beschikkingsbevoegde douaneautoriteit zendt de aanvraag en de ontwerpvergunning uiterlijk 30 dagen na de datum van aanvaarding van de aanvraag aan de andere betrokken douaneautoriteiten. 3. Een vergunning waarbij meer dan een lidstaat is betrokken zal niet worden afgegeven zonder voorafgaande overeenstemming van de betrokken douaneautoriteiten over de ontwerpvergunning. 4. De andere betrokken douaneautoriteiten delen hun eventuele bezwaren of hun instemming mee binnen 30 dagen na de datum waarop de ontwerpvergunning is meegedeeld. Eventuele bezwaren moeten naar behoren worden gemotiveerd. 24

27 Wanneer er binnen deze termijn bezwaren worden geuit en er binnen 60 dagen na de datum waarop de ontwerpvergunning is meegedeeld geen overeenstemming is bereikt, wordt de vergunning niet verleend ten aanzien van die elementen waarop de bezwaren betrekking hadden. 5. Indien de andere betrokken douaneautoriteiten binnen 30 dagen na de datum waarop de ontwerpvergunning is meegedeeld, geen bezwaren hebben geuit, worden zij geacht hun instemming te hebben gegeven. Art. 261 IA (in toepassing van artikel 22 van het DWU) Gevallen waarin de raadplegingsprocedure niet is vereist 1. In de volgende gevallen geeft de bevoegde douaneautoriteit een beschikking op een aanvraag af zonder raadpleging van de andere betrokken douaneautoriteiten zoals bedoeld in artikel 260 van deze verordening: a) een vergunning waarbij meer dan één lidstaat betrokken is, wordt: I) vernieuwd, II) gering gewijzigd, III) geannuleerd, IV) geschorst, V) ingetrokken; b) twee of meer van de betrokken lidstaten hebben hierover overeenstemming bereikt; c) de enige activiteit waarbij verschillende lidstaten betrokken zijn, is een handeling waarbij het douanekantoor van plaatsing en het douanekantoor van aanzuivering niet dezelfde zijn; d) een aanvraag voor een vergunning voor tijdelijke invoer waarbij meer dan één lidstaat is betrokken, is gedaan op basis van een douaneaangifte op het standaardformulier. In dergelijke gevallen stelt de douaneautoriteit die de beschikking heeft gegeven de gegevens van de vergunning aan de andere betrokken douaneautoriteiten ter beschikking. 2. In de volgende gevallen geeft de bevoegde douaneautoriteit een beschikking op een aanvraag af zonder raadpleging van de andere betrokken douaneautoriteiten zoals bedoeld in artikel 260 van deze verordening en zonder de gegevens van de vergunning aan de andere betrokken douaneautoriteiten ter beschikking te stellen in overeenstemming met lid 1: 25

28 a) wanneer een ATA- of CPD-carnet wordt gebruikt; b) wanneer een vergunning voor tijdelijke invoer wordt verleend door vrijgave van de goederen voor de desbetreffende douaneregeling in overeenstemming met artikel 262 van deze verordening; c) wanneer twee of meer van de betrokken lidstaten hierover overeenstemming hebben bereikt; d) wanneer de enige activiteit waarbij verschillende lidstaten zijn betrokken, uit de overbrenging van de goederen bestaat. Art. 14 IA Raadpleging tussen de douaneautoriteiten 1. Wanneer een beschikkingsbevoegde douaneautoriteit een douaneautoriteit van een andere betrokken lidstaat moet raadplegen over de vervulling van de vereiste voorwaarden en criteria om een gunstige beschikking te nemen, vindt deze raadpleging plaats binnen de voor de betreffende beschikking voorgeschreven termijn. De beschikkingsbevoegde douaneautoriteit stelt een raadplegingstermijn vast die aanvangt vanaf de datum waarop deze douaneautoriteit de voorwaarden en criteria meedeelt die door de geraadpleegde douaneautoriteit moeten worden onderzocht. Wanneer de geraadpleegde douaneautoriteit na het in de eerste alinea bedoelde onderzoek vaststelt dat de aanvrager niet aan een of meer voorwaarden en criteria voldoet om een gunstige beschikking te kunnen nemen, bezorgt zij haar resultaten, naar behoren gedocumenteerd en met argumenten onderbouwd, aan de beschikkingsbevoegde douaneautoriteit. 2. De overeenkomstig lid 1 vastgestelde raadplegingstermijn kan in elk van de volgende gevallen door de beschikkingsbevoegde douaneautoriteit worden verlengd: a) wanneer gelet op de aard van de te verrichten onderzoeken de geraadpleegde autoriteit om meer tijd verzoekt; b) wanneer de aanvrager aanpassingen uitvoert om te garanderen dat wordt voldaan aan de voorwaarden en criteria zoals bedoeld in lid 1, en deze meedeelt aan de beschikkingsbevoegde douaneautoriteit, die de geraadpleegde douaneautoriteit daarvan vervolgens in kennis stelt. 3. Wanneer de geraadpleegde douaneautoriteit niet antwoordt binnen de overeenkomstig de leden 1 en 2 vastgestelde raadplegingstermijn, wordt aan de voorwaarden en criteria waarvoor de raadpleging heeft 26

29 plaatsgevonden, geacht te zijn voldaan. 4. De in de leden 1 en 2 vastgelegde raadplegingsprocedure kan ook worden toegepast voor de herziening van en het toezicht op een beschikking. 9. Nummering en identificatie van de types douane-entrepot 57. Elke vergunning douane-entrepot krijgt een individueel vergunningsnummer, die bovenaan de vergunning zal worden vermeld. 58. Het in vak 18 van de vergunning te vermelden identificatienummer is samengesteld uit de letter die het type entrepot weergeeft, het individueel volgnummer en de letter van de dienst van afgifte. De letters voor het type entrepot zijn de volgende: U voor een particulier entrepot R voor een publiek entrepot type I S voor een publiek entrepot type II Door de Centrale Component KLAMA zullen nieuwe nummerreeksen in voormelde zin worden voorzien. 59. Vermits voor het entrepot van het type III de oprichting bij ministerieel besluit wordt bepaald en geen vergunning is vereist, is geen individueel vergunningsnummer voorgeschreven. 10. Bijzonderheden inzake het bepalen van de douanewaarde van goederen na opslag in een douane-entrepot Art. 128 IA 1. De transactiewaarde van de goederen die zijn verkocht voor uitvoer naar het douanegebied van de Unie, wordt bepaald op het tijdstip van aanvaarding van de douaneaangifte op basis van de verkoop die onmiddellijk voordat de goederen het douanegebied zijn binnengebracht, heeft plaatsgevonden. 2. Wanneer de goederen voor uitvoer naar het douanegebied van de Unie worden verkocht niet voordat zij dat douanegebied zijn 27

DOUANE & ACCIJNZEN WELKOM. DWU: Douanewetboek van de Unie BIENVENUE. Werner Rens

DOUANE & ACCIJNZEN WELKOM. DWU: Douanewetboek van de Unie BIENVENUE. Werner Rens DOUANE & ACCIJNZEN WELKOM DWU: Douanewetboek van de Unie BIENVENUE Werner Rens NIEUWE WETGEVING & OVERGANGSBEPALINGEN STRUCTUUR DWU BTI, WAARDE, RTO, GOEDGEKEURDE PLAATS AEO BIJZONDERE REGELINGEN VEREENVOUDIGDE

Nadere informatie

BIJLAGEN. bij de. Gedelegeerde Verordening van de Commissie

BIJLAGEN. bij de. Gedelegeerde Verordening van de Commissie EUROPESE COMMISSIE Brussel, 8.4.2016 C(2016) 2002 final ANNEXES 1 to 2 BIJLAGEN bij de Gedelegeerde Verordening van de Commissie houdende rectificatie van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/341 tot aanvulling

Nadere informatie

Volledige naam, adres en EORI-nummer van de aanvrager. De aanvrager is degene aan wie de vergunning moet worden afgegeven.

Volledige naam, adres en EORI-nummer van de aanvrager. De aanvrager is degene aan wie de vergunning moet worden afgegeven. TOELICHTING 1. Aanvrager Volledige naam, adres en EORI-nummer van de aanvrager. De aanvrager is degene aan wie de vergunning moet worden afgegeven. 2. Douaneregeling Vermeld de douaneregeling waaronder

Nadere informatie

EIDR GEWIJZIGDE WETGEVING INZAKE VERGUNNINGEN VEREENVOUDIGING

EIDR GEWIJZIGDE WETGEVING INZAKE VERGUNNINGEN VEREENVOUDIGING EIDR GEWIJZIGDE WETGEVING INZAKE VERGUNNINGEN VEREENVOUDIGING AGENDA 1. Definitie + aanvraag 2. Gewijzigde voorwaarden vergunningen EiDR 3. Alternatieven EiDR 4. Bespreking bestaande vergunningen en mogelijke

Nadere informatie

Nieuwe DWU herbeoordeling vergunningen

Nieuwe DWU herbeoordeling vergunningen Nieuwe DWU herbeoordeling vergunningen Hasselt, 29 maart 2017 1 Plan van Aanpak Regio Hasselt Afdelingshoofd Rudi Lodewijks 2 DWU Verordening (EU) Nr. 952/2013 van het Europees Parlement en van de Raad

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE LIJST VAN AFKORTINGEN INLEIDING...1

INHOUDSOPGAVE LIJST VAN AFKORTINGEN INLEIDING...1 INHOUDSOPGAVE LIJST VAN AFKORTINGEN... v INLEIDING...1 1. INLEIDING DOUANERECHT...3 1.1. Algemeen...3 1.1.1. Vrijhandelszone...3 1.1.2. Tariefunie...4 1.1.3. Douane-unie...4 1.2. Wetgeving...5 1.3. Heffingen

Nadere informatie

Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad, tot vaststelling van het communautair douanewetboek (CDW) Titel I. Algemene bepalingen

Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad, tot vaststelling van het communautair douanewetboek (CDW) Titel I. Algemene bepalingen INHOUDSOPGAVE CDW Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad, tot vaststelling van het communautair douanewetboek (CDW) Titel I. Algemene bepalingen Hoofdstuk 1. Toepassingsgebied en basisdefinities Artikel

Nadere informatie

AANGENOMEN TEKSTEN Voorlopige uitgave

AANGENOMEN TEKSTEN Voorlopige uitgave Europees Parlement 2014-2019 AANGENOMEN TEKSTEN Voorlopige uitgave P8_TA-PROV(2019)0047 Douanewetboek van de Unie: opname van de Italiaanse gemeente Campione d'italia en de Italiaanse wateren van het meer

Nadere informatie

Het nieuwe DouaneWetboek van de Unie (DWU): Wat gaat er veranderen?

Het nieuwe DouaneWetboek van de Unie (DWU): Wat gaat er veranderen? Het nieuwe DouaneWetboek van de Unie (DWU): Wat gaat er veranderen? Wat is er zo belangrijk aan 1 mei 2016? Het Douanewetboek van de Unie (DWU): in principe betreft dit een grote herziening van de huidige

Nadere informatie

Het Douanewetboek van de Unie

Het Douanewetboek van de Unie Het Douanewetboek van de Unie "the day after" Douanecongres 2016 Harry Mulder 13 oktober 2016 Inhoud Actuele wetgeving Overgangsbepalingen Richtsnoeren Werk in uitvoering Aandachtspunten 13 oktober 2016

Nadere informatie

EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL BELASTINGEN EN DOUANE-UNIE

EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL BELASTINGEN EN DOUANE-UNIE EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL BELASTINGEN EN DOUANE-UNIE Brussel, 11 september 2018 KENNISGEVING AAN BELANGHEBBENDEN TERUGTREKKING VAN HET VERENIGD KONINKRIJK EN EU-REGELS OP HET GEBIED VAN DE

Nadere informatie

Amendement 1 Anneleen Van Bossuyt namens de Commissie interne markt en consumentenbescherming AMENDEMENTEN VAN HET EUROPEES PARLEMENT *

Amendement 1 Anneleen Van Bossuyt namens de Commissie interne markt en consumentenbescherming AMENDEMENTEN VAN HET EUROPEES PARLEMENT * 23.1.2019 A8-0368/1 Amendement 1 Anneleen Van Bossuyt namens de Commissie interne markt en consumentenbescherming Verslag A8-0368/2018 Jasenko Selimovic Douanewetboek van de Unie: opname van de Italiaanse

Nadere informatie

Mededeling nr. 18. Kolenbelasting. Douane Belastingdienst

Mededeling nr. 18. Kolenbelasting. Douane Belastingdienst Douane Belastingdienst Mededeling 26 maart 2013 Mededeling nr. 18 Kolenbelasting DO 118-1Z*1FD 18.1 Inleiding Met ingang van 1 januari 2008 is onder de naam kolen belasting een nieuwe belasting ingesteld

Nadere informatie

Het DWU, overpeinzingen en verbazingen

Het DWU, overpeinzingen en verbazingen Het DWU, overpeinzingen en verbazingen Prof. Walter de Wit Hoogleraar Internationaal en Europees Douanerecht, Erasmus Universiteit Rotterdam Partner Global Trade bij EY walter.de.wit@nl.ey.com Inhoud presentatie

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie VERORDENINGEN

Publicatieblad van de Europese Unie VERORDENINGEN L 181/2 VERORDENINGEN GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2019/1143 VAN DE COMMISSIE van 14 maart 2019 tot wijziging van Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/2446 wat betreft de aangifte van bepaalde zendingen

Nadere informatie

Aanvraag Vergunning douane-entrepot. 1 Gebruiksaanwijzing. 2 Gegevens aanvraag. Douane. Over dit formulier Over dit formulier

Aanvraag Vergunning douane-entrepot. 1 Gebruiksaanwijzing. 2 Gegevens aanvraag. Douane. Over dit formulier Over dit formulier Douane Aanvraag Vergunning douane-entrepot 1 Gebruiksaanwijzing Over dit formulier Over dit formulier Met dit formulier vraagt u een Vergunning douane-entrepot aan. De vergunning geeft u toestemming om

Nadere informatie

Codes nationale regelingen

Codes nationale regelingen VAN TOEPASSING OP 28/02/2018 s nationale regelingen Voorafgaande opmerkingen 1) Volgens de Uniewetgeving dienen zowel de Uniecodes als de nationale codes vermeld te worden in vak 37, 2 de deelvak. Dit

Nadere informatie

Bouwstenen van de douanetechniek. Jan Norbruis Douane

Bouwstenen van de douanetechniek. Jan Norbruis Douane Bouwstenen van de douanetechniek Jan Norbruis Douane Het Douanewetboek van de Unie en de Vrije zone type II op Schiphol Douane Nederland DLK/VT&I/CDW 18 februari 2016 Even opfrissen de Vrije Zone type

Nadere informatie

Douane Wetboek van de Unie. Dennis Heijnen Beleidsadviseur Internationale Handel

Douane Wetboek van de Unie. Dennis Heijnen Beleidsadviseur Internationale Handel Douane Wetboek van de Unie Dennis Heijnen Beleidsadviseur Internationale Handel Inhoud Wat komt er op ons af? Wat zijn belangrijke wijzigingen (op hoofdlijnen)? Overzetten vergunningen Hoe nu verder? Wat

Nadere informatie

(de bank/borgmaatschappijen hebben de keuze of zij enkel het totaalbedrag opnemen of dat zij dit uitsplitsen per douaneregeling/vergunning)

(de bank/borgmaatschappijen hebben de keuze of zij enkel het totaalbedrag opnemen of dat zij dit uitsplitsen per douaneregeling/vergunning) AKTE VAN BORGTOCHT NO. 1 De ondergetekende,.... gevestigd te...., mede kantoorhoudende te...., stelt zich borg en verbindt zich hoofdelijk bij het kantoor van zekerheidstelling van

Nadere informatie

Douane Wetboek van de Unie. Dennis Heijnen Beleidsadviseur Internationale Handel

Douane Wetboek van de Unie. Dennis Heijnen Beleidsadviseur Internationale Handel Douane Wetboek van de Unie Dennis Heijnen Beleidsadviseur Internationale Handel Douane in de Europese Unie Inhoud Wat komt er op ons af? Wat zijn belangrijke wijzigingen (op hoofdlijnen)? Overzetten vergunningen

Nadere informatie

Regionale werkgroep van het Nationaal Forum 9 mei 2017

Regionale werkgroep van het Nationaal Forum 9 mei 2017 Regionale werkgroep van het Nationaal Forum 9 mei 2017 Thierry Piraux Operations Bergen 1 DOUANEACTUALITEIT Douane-entrepots AEO Systeem REX Archivering DV1 Doorlopende zekerheid LP/LLP 2 Douane-entrepots

Nadere informatie

Nationaal forum D&A. Werkgroep Uitgaan van goederen 17 februari Dorothy Cardoen NF Werkgroep Uitgaan van goederen

Nationaal forum D&A. Werkgroep Uitgaan van goederen 17 februari Dorothy Cardoen NF Werkgroep Uitgaan van goederen Nationaal forum D&A Werkgroep Uitgaan van goederen 17 februari 2017 1 Bericht van uitgang Kantoor van uitgang informeert het kantoor van uitvoer Artikel 333 IA 2447/2015 Uiterlijk de werkdag volgend op

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie

Publicatieblad van de Europese Unie 4.5.2005 L 117/13 VERORDENING (EG) Nr. 648/2005 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 13 april 2005 houdende wijziging van Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad tot vaststelling van het communautair

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 19.7.2016 COM(2016) 477 final 2016/0229 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD houdende wijziging van Verordening (EU) nr. 952/2013 tot vaststelling

Nadere informatie

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 291,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 291, L 343/558 Publicatieblad van de Europese Unie 29.12.2015 UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2015/2447 VAN DE COMMISSIE van 24 november 2015 houdende nadere uitvoeringsvoorschriften voor enkele bepalingen van

Nadere informatie

Nationaal forum D&A. Werkgroep Uitgaan van goederen 28 april Dorothy Cardoen NF Werkgroep Uitgaan van goederen

Nationaal forum D&A. Werkgroep Uitgaan van goederen 28 april Dorothy Cardoen NF Werkgroep Uitgaan van goederen Nationaal forum D&A Werkgroep Uitgaan van goederen 28 april 2017 1 Alternatief bewijs Alternatief bewijs van uitgang (uitvoer) Artikel 335 IA 2447/2015 Alternatief bewijs van zuivering (transit) Artikel

Nadere informatie

Bunkergeleidedocument

Bunkergeleidedocument Bunkergeleidedocument 1. Volgnummer: 2. Vergunning erkend bunkeraar 2.1. Vergunningsnummer: 2.2. Naam: 2.3. Adres en huisnummer: 2.4. Postcode en gemeente: 3. Douanestatus en douaneaangifte van de minerale

Nadere informatie

BASISREGELING ACTIEVE VEREDELING

BASISREGELING ACTIEVE VEREDELING Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Afdeling Marktordening Prinses Beatrixlaan 2 2505 AL Den Haag Postbus 93119 2509 AC Den Haag www.rvo.nl T regelgeving 088-6026850

Nadere informatie

Uw bericht van Uw kenmerk Ons kenmerk Bijlage(n) D.C. 239.308

Uw bericht van Uw kenmerk Ons kenmerk Bijlage(n) D.C. 239.308 Federale Overheidsdienst FINANCIEN Brussel, 15 juni 2009 BELASTINGEN EN INVORDERING correspondentieadres Dienst Invordering en Geschillen North Galaxy Toren A, Koning Albert II laan 33, bus 37 te 1030

Nadere informatie

1. AANGIFTE IN DE GIP 2 2. CONTROLES 2 3. VERVOER NAAR SCHEEPSBEVOORRADER 3 4. ERKENNINGSVOORWAARDEN VOOR SCHEEPSBEVOORRADER 3

1. AANGIFTE IN DE GIP 2 2. CONTROLES 2 3. VERVOER NAAR SCHEEPSBEVOORRADER 3 4. ERKENNINGSVOORWAARDEN VOOR SCHEEPSBEVOORRADER 3 SCHEEPSBEVOORRADER 1. AANGIFTE IN DE GIP 2 2. CONTROLES 2 3. VERVOER NAAR SCHEEPSBEVOORRADER 3 4. ERKENNINGSVOORWAARDEN VOOR SCHEEPSBEVOORRADER 3 5. VOORWAARDEN VOOR INSLAG, OPSLAG EN UITSLAG 4 5.1. INSLAGVOORWAARDEN

Nadere informatie

Nota naar aanleiding van het verslag. Inhoudsopgave

Nota naar aanleiding van het verslag. Inhoudsopgave 34 409 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten in verband met het van toepassing worden van Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en van de Raad van 9 oktober 2013

Nadere informatie

Algemene Administratie van de DOUANE en ACCIJNZEN

Algemene Administratie van de DOUANE en ACCIJNZEN Algemene Administratie van de DOUANE en ACCIJNZEN Dienst voor Operationele Expertise en Ondersteuning - Expertise Wet- en Regelgeving - Afdeling Douanewetgeving Vergelijking van de vakken van het Enig

Nadere informatie

Op de vereenvoudigde aangiften te vermelden gegevenselementen van bijlage B van de DWU DA

Op de vereenvoudigde aangiften te vermelden gegevenselementen van bijlage B van de DWU DA Algemene administratie van de DOUANE en ACCIJNZEN Dienst voor Operationele Expertise en Ondersteuning - Expertise Wet- en Regelgeving - Afdeling Douanewetgeving Op de vereenvoudigde aangiften te vermelden

Nadere informatie

DIRECTE VERTEGENWOORDIGING

DIRECTE VERTEGENWOORDIGING Overeenkomst/machtiging voor het optreden als direct vertegenwoordiger met financiële faciliteiten Ondergetekenden, Opdrachtgever / Direct vertegenwoordigde Bedrijfsnaam :... Adres :... Postcode, Plaats

Nadere informatie

BASISREGELING ACTIEVE VEREDELING ZUIVEL

BASISREGELING ACTIEVE VEREDELING ZUIVEL Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Afdeling Marktordening Prinses Beatrixlaan 2 2595 AL Den Haag Postbus 93119 2509 AC Den Haag www.rvo.nl T regelgeving 088-0424242

Nadere informatie

BASISREGELING TERUGKERENDE GOEDEREN ALLE SECTOREN

BASISREGELING TERUGKERENDE GOEDEREN ALLE SECTOREN Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Afdeling Marktordening Prinses Beatrixlaan 2 2505 AL Den Haag Postbus 93119 2509 AC Den Haag www.rvo.nl T regelgeving 088-6026850

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 8.5.2018 COM(2018) 259 final 2018/0123 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD houdende wijziging van Verordening (EU) nr. 952/2013 tot vaststelling

Nadere informatie

Vakopleiding Declarant online. Douaneaangifte (art 5 lid 12 DWU) Douaneregelingen (art 5 lid 16 DWU) Toelichting Enig Document

Vakopleiding Declarant online. Douaneaangifte (art 5 lid 12 DWU) Douaneregelingen (art 5 lid 16 DWU) Toelichting Enig Document Vakopleiding Declarant online Toelichting Enig Document Douaneaangifte (art 5 lid 12 DWU) handeling waarbij een persoon in de voorgeschreven vorm en op de voorgeschreven wijze het voornemen kenbaar maakt

Nadere informatie

DOUANEWETBOEK VAN DE UNIE

DOUANEWETBOEK VAN DE UNIE DOUANEWETBOEK VAN DE UNIE Teksten van V(EU) 2013/952 (tot vaststelling van het douanewetboek van de Unie), van V(EU)2015/2446 (gedelegeerde verordening tot aanvulling van het douanewetboek) en V(EU)2015/2447

Nadere informatie

RICHTLIJN (EU) 2018/1910 VAN DE RAAD

RICHTLIJN (EU) 2018/1910 VAN DE RAAD 7.12.2018 L 311/3 RICHTLIJNEN RICHTLIJN (EU) 2018/1910 VAN DE RAAD van 4 december 2018 tot wijziging van Richtlijn 2006/112/EG wat betreft de harmonisatie en vereenvoudiging van bepaalde regels in het

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie L 277/23

Publicatieblad van de Europese Unie L 277/23 18.10.2008 Publicatieblad van de Europese Unie L 277/23 VERORDENING (EG) Nr. 1024/2008 VAN DE COMMISSIE van 17 oktober 2008 tot vaststelling van gedetailleerde maatregelen ter uitvoering van Verordening

Nadere informatie

CIRCULAIRE. Regeling actieve veredeling. nummer : 10/2009. datum : 3 februari 2009. : Zie inhoudsopgave

CIRCULAIRE. Regeling actieve veredeling. nummer : 10/2009. datum : 3 februari 2009. : Zie inhoudsopgave CIRCULAIRE EIEREN VLEES VEE nummer : 10/2009 datum : 3 februari 2009 onderwerp bijlagen : Regeling actieve veredeling : Zie inhoudsopgave Regeling actieve veredeling Met circulaire nr. 3/2005 van 18 januari

Nadere informatie

Het bijvoegsel 6 moet met alle voorbehoud gelezen worden : dit bijvoegsel moet nog vervolledigd en verfijnd worden.

Het bijvoegsel 6 moet met alle voorbehoud gelezen worden : dit bijvoegsel moet nog vervolledigd en verfijnd worden. CODES VOOR NATIONALE DOCUMENTEN, CERTIFICATEN EN VERGUNNINGEN TE VERMELDEN IN VAK 44 Voorafgaande opmerking Het bijvoegsel 6 moet met alle voorbehoud gelezen worden : dit bijvoegsel moet nog vervolledigd

Nadere informatie

1. Douane en accijnzen - algemeen

1. Douane en accijnzen - algemeen 1. Douane en accijnzen - algemeen Algemene wet van 18 juli 1977 inzake douane en accijnzen................ 3 Hoofdstuk I. Definities, douaneschuld en boeking, algemene bepalingen..... 3 Afdeling I. Definities...................

Nadere informatie

BASISREGELING ACTIEVE VEREDELING SECTOR VEE VLEES EN EIEREN

BASISREGELING ACTIEVE VEREDELING SECTOR VEE VLEES EN EIEREN Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Afdeling Marktordening Prinses Beatrixlaan 2 2595 AL Den Haag Postbus 93119 2509 AC Den Haag www.rvo.nl T 088-0424242 BASISREGELING

Nadere informatie

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN 30.7.2018 L 192/1 II (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2018/1063 VN DE COMMISSIE van 16 mei 2018 houdende wijziging en rectificatie van Gedelegeerde Verordening (EU)

Nadere informatie

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen 2001R0993 NL 01.04.2002 001.006 1 Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen B VERORDENING (EG) Nr. 993/2001 VAN DE COMMISSIE van

Nadere informatie

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen 2001R1207 NL 18.02.2008 002.002 1 Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen B M1 VERORDENING (EG) Nr. 1207/2001 VAN DE RAAD van

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen C 269/1. (Mededelingen) COMMISSIE AANWIJZINGEN

Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen C 269/1. (Mededelingen) COMMISSIE AANWIJZINGEN 24.9.2001 C 269/1 I (Mededelingen) COMMISSIE AANWIJZINGEN in verband met titel III Economische douaneregelingen van Verordening (EEG) nr. 2454/93 van de Commissie van 2 juli 1993 houdende enkele bepalingen

Nadere informatie

Circulaire 2019/C/18 betreffende de belastingplicht van erkende ondernemingsloketten

Circulaire 2019/C/18 betreffende de belastingplicht van erkende ondernemingsloketten Circulaire 2019/C/18 betreffende de belastingplicht van erkende ondernemingsloketten Erkende ondernemingslokketten verrichten zowel taken van openbare dienst of van algemeen belang als een aantal adviserende

Nadere informatie

VAK 44 BIJZONDERE VERMELDINGEN

VAK 44 BIJZONDERE VERMELDINGEN INHOUDSTAFEL ALGEMEEN... 3 INSTUREN... 4 DE COMMUNAUTAIRE BIJZONDERE VERMELDINGEN... 5 DE COMMUNAUTAIRE BIJZONDERE VERMELDINGEN VALLENDE ONDER DE ALGEMENE CATEGORIE... 6 VOORBEELD... 6 INSTUREN... 6 PRINTEN...

Nadere informatie

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 17.12.2015 C(2015) 9248 final GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE van 17.12.2015 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement

Nadere informatie

(Wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

(Wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN 29.12.2017 L 348/1 I (Wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN VERORDENING (EU) 2017/2454 VAN DE RAAD van 5 december 2017 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 904/2010 van de Raad betreffende de administratieve

Nadere informatie

RAAD VA DE EUROPESE U IE, Brussel, 8 juli 2011 (18.07) (OR. en) 12667/11 Interinstitutioneel dossier: 2011/0111 (C S)

RAAD VA DE EUROPESE U IE, Brussel, 8 juli 2011 (18.07) (OR. en) 12667/11 Interinstitutioneel dossier: 2011/0111 (C S) RAAD VA DE EUROPESE U IE, Brussel, 8 juli 2011 (18.07) (OR. en) 12667/11 Interinstitutioneel dossier: 2011/0111 (C S) POSEIDOM 11 POSEICA 11 POSEIMA 10 REGIO 55 I ST 351 UD 181 OTA van: aan: Betreft: het

Nadere informatie

INHOUD DEEL I TECHNISCHE UITLEG... 8 I. WETTELIJKE BEPALINGEN... 9 II. ALGEMENE BEPALINGEN... 10

INHOUD DEEL I TECHNISCHE UITLEG... 8 I. WETTELIJKE BEPALINGEN... 9 II. ALGEMENE BEPALINGEN... 10 INHOUD DEEL I TECHNISCHE UITLEG... 8 I. WETTELIJKE BEPALINGEN... 9 II. ALGEMENE BEPALINGEN... 10 III. VERSCHULDIGDHEID EN BETALING VAN DE ACCIJNZEN... 14 1. AANGIFTE... 14 1.1 VORM EN GEBRUIK... 14 1.1.1.

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 32 415 (R1915) Bepalingen omtrent de verlening van visa voor de toegang tot de landen van het Koninkrijk (Rijksvisumwet) Nr. 2 VOORSTEL VAN RIJKSWET

Nadere informatie

PUBLIC 15564/02 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 januari 2003 (OR. en) LIMITE UD 143 NT 22

PUBLIC 15564/02 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 januari 2003 (OR. en) LIMITE UD 143 NT 22 Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 20 januari 2003 (OR. en) PUBLIC 15564/02 LIMITE UD 143 NT 22 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Besluit van het Comité Douanesamenwerking

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie d.d BIJLAGE III

Publicatieblad van de Europese Unie d.d BIJLAGE III BIJLAGE III Instructies en toelichtingen http://www.emis.vito.be Publicatieblad van de Europese Unie d.d. 19-06-2006 1. De administratieve instantie van afgifte geeft elk certificaat een uniek nummer.

Nadere informatie

Art. 3. Elke belastingplichtige, gehouden tot het indienen

Art. 3. Elke belastingplichtige, gehouden tot het indienen K.B. nr. 10 KONINKLIJK BESLUIT NR. 10 VAN 29 DECEMBER 1992, MET BETREKKING TOT DE UITOEFENINGSMODALITEITEN VAN DE KEUZEN, BEDOELD IN DE ARTIKELEN 15, 5, DERDE LID EN 25TER, 1, TWEEDE LID, 2, TWEEDE LID,

Nadere informatie

Federale Overheidsdienst FINANCIEN

Federale Overheidsdienst FINANCIEN Federale Overheidsdienst FINANCIEN BELASTINGEN EN INVORDERING Administratie der Douane en Accijnzen DOUANEPROCEDURES OVERGANGSMAATREGELEN NCTS D.I. 521.103 D.D 247.252 Bijlage één schema Brussel, 26 juni

Nadere informatie

Federale Overheidsdienst FINANCIEN

Federale Overheidsdienst FINANCIEN Federale Overheidsdienst FINANCIEN BELASTINGEN EN INVORDERING Administratie der Douane en Accijnzen DOUANEPROCEDURES BTW-EENHEID D.I. 580.11 D.D. 277.999 Brussel, 7 november 2007. Omdeling door de gewestelijke

Nadere informatie

VERORDENINGEN. (Voor de EER relevante tekst)

VERORDENINGEN. (Voor de EER relevante tekst) L 162/12 27.6.2015 VERORDENINGEN GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2015/1011 VAN DE COMMISSIE van 24 april 2015 tot aanvulling van Verordening (EG) nr. 273/2004 van het Europees Parlement en de Raad inzake

Nadere informatie

Informatieblad Vertegenwoordiging 1

Informatieblad Vertegenwoordiging 1 Informatieblad Vertegenwoordiging Op dit informatieblad staan veelgestelde vragen over vertegenwoordiging 1 Algemeen 2 Bijzondere verplichtingen/verantwoordelijkheden partijen 3 Machtiging en opdracht

Nadere informatie

5814/17 CS/bb DGG 3B. Raad van de Europese Unie. Brussel, 16 februari 2017 (OR. en) 5814/17. Interinstitutioneel dossier: 2016/0330 (NLE) UD 16 SPG 7

5814/17 CS/bb DGG 3B. Raad van de Europese Unie. Brussel, 16 februari 2017 (OR. en) 5814/17. Interinstitutioneel dossier: 2016/0330 (NLE) UD 16 SPG 7 Raad van de Europese Unie Brussel, 16 februari 2017 (OR. en) 5814/17 Interinstitutioneel dossier: 2016/0330 (NLE) UD 16 SPG 7 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Overeenkomst in de vorm

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 21 december 2015 (OR. en) 15515/15 UD 263 DELACT 178 BEGELEIDENDE NOTA van: ingekomen: 17 december 2015 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur,

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie. (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

Publicatieblad van de Europese Unie. (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN 15.3.2016 L 69/1 II (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2016/341 VAN DE COMMISSIE van 17 december 2015 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees

Nadere informatie

(van toepassing vanaf ) HOOFDSTUK I. - Definities.

(van toepassing vanaf ) HOOFDSTUK I. - Definities. Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 21 januari 1999 betreffende het verlaagd tarief van de successierechten in geval van overdracht van kleine en middelgrote ondernemingen (van toepassing

Nadere informatie

Directe vertegenwoordiging. en aangiften met bijzondere verplichtingen

Directe vertegenwoordiging. en aangiften met bijzondere verplichtingen Directe vertegenwoordiging en aangiften met bijzondere verplichtingen 1234567 Directe vertegenwoordiging en aangiften met bijzondere verplichtingen Inhoud 1 Directe vertegenwoordiging 3 1.1 Inleiding 3

Nadere informatie

ZEEVAARTBUNKERPROCEDURE 2019 AGENDA

ZEEVAARTBUNKERPROCEDURE 2019 AGENDA ZEEVAARTBUNKERPROCEDURE 2019 Antwerpen, 9 April 2019 AGENDA Welkom Noodzaak wijziging Overgangsmaatregelen Werkwijze Zeevaartbunkerprocedure 2019 Toelichting NL Douane Vragen NL of BE Douane 1 NOODZAAK

Nadere informatie

gezien het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2003) 452) 1,

gezien het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2003) 452) 1, P5_TA(2004)0281 Communautair douanewetboek ***I Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad houdende wijziging van Verordening

Nadere informatie

Vertegenwoordiging bij douaneaangiften

Vertegenwoordiging bij douaneaangiften Vertegenwoordiging bij douaneaangiften Bent u importeur, exporteur of heeft u een vergunning voor een economische douaneregeling en wilt u uw aangifteproces uitbesteden aan een douaneagent? Wat kan deze

Nadere informatie

Publicatie KB omtrent zorgkundige

Publicatie KB omtrent zorgkundige Publicatie KB omtrent zorgkundige Op 3 februari 2006 verscheen in het Staatsblad het KB van 12 januari 2006 omtrent de verpleegkundige activiteiten die zorgkundigen mogen uitvoeren en de voorwaarden waaronder

Nadere informatie

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, inzonderheid op artikel

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, inzonderheid op artikel 5. 12. 83 Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen Nr. L 339/ 19 VERORDENING (EEG) Nr. van 14 november 1983 3351/83 VAN DE RAAD betreffende de regeling ter vergemakkelijking van de afgifte van certificaten

Nadere informatie

12848/1/18 REV 1 CS/srl/sht ECOMP.2.B

12848/1/18 REV 1 CS/srl/sht ECOMP.2.B Raad van de Europese Unie Brussel, 26 november 2018 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0251 (CNS) 12848/1/18 REV 1 FISC 397 ECOFIN 881 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: RICHTLIJN

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst) L 171/100 26.6.2019 UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2019/1084 VAN DE COMMISSIE van 25 juni 2019 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 142/2011 wat betreft de harmonisatie van de lijst van erkende of geregistreerde

Nadere informatie

Hoofdstuk 3 Verboden en beperkingen / 101. Hoofdstuk 4 Vrije zones en vrije entrepots / 109

Hoofdstuk 3 Verboden en beperkingen / 101. Hoofdstuk 4 Vrije zones en vrije entrepots / 109 INHOUD Voorwoord / 5 Algemene douanewet / 13 Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen / 16 Afdeling 1.1 Toepassingsgebied en basisdefinities / 16 Afdeling 1.2 Diverse algemene bepalingen betreffende met name rechten

Nadere informatie

Vertegenwoordiging bij douaneaangiften

Vertegenwoordiging bij douaneaangiften Informatieblad Maart 2013 Vertegenwoordiging bij douaneaangiften Inhoudsopgave 1 Waarom dit informatieblad 1 2 Vertegenwoordiging in hoofdlijnen 1 3 U bent belanghebbende (importeur, exporteur of vergunninghouder)

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 27 mei 2002 (OR. en) 8697/02 UD 33

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 27 mei 2002 (OR. en) 8697/02 UD 33 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 27 mei 2002 (OR. en) 8697/02 UD 33 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Verordening van de Raad betreffende tijdelijke schorsing van de autonome rechten

Nadere informatie

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 16.5.2018 C(2018) 2794 final GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE van 16.5.2018 houdende wijziging en rectificatie van Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/2446

Nadere informatie

Seminarie UCC. 18 april 2016

Seminarie UCC. 18 april 2016 Seminarie UCC 18 april 2016 Oei Bronnen CRSNP VEA VIL Portilog Douanecongres Documentatie op website federale overheid Bronnen Logicus Nationaal forum UPS Informatie via klanten Clustermeetings (industrie,

Nadere informatie

Regeling tot wijziging van de Algemene douaneregeling en de Uitvoeringsbeschikking omzetbelasting 1968

Regeling tot wijziging van de Algemene douaneregeling en de Uitvoeringsbeschikking omzetbelasting 1968 Regeling tot wijziging van de Algemene douaneregeling en de Uitvoeringsbeschikking omzetbelasting 1968 1 Regeling tot wijziging van de Algemene douaneregeling en de Uitvoeringsbeschikking omzetbelasting

Nadere informatie

DG CONTROLEBELEID. Directie Plantenbescherming en Veiligheid van de Plantaardige Productie

DG CONTROLEBELEID. Directie Plantenbescherming en Veiligheid van de Plantaardige Productie DG CONTROLEBELEID Directie Plantenbescherming en Veiligheid van de Plantaardige Productie NIEUWE PROCEDURE VOOR FYTOSANITAIRE INVOERCONTROLE Sinds 1 januari 2005 is de wetgeving over de fytosanitaire invoercontroles

Nadere informatie

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen 2012R0028 NL 25.06.2012 001.001 1 Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen B VERORDENING (EU) Nr. 28/2012 VAN DE COMMISSIE van

Nadere informatie

BTW BIJ IN- en UITVOER. Marja van den Oetelaar/Samatha Speelman

BTW BIJ IN- en UITVOER. Marja van den Oetelaar/Samatha Speelman BTW BIJ IN- en UITVOER Marja van den Oetelaar/Samatha Speelman Douaneschuld Douaneschuld ontstaat: - Invoer (in vrije verkeer brengen) - Onttrekking aan het douanetoezicht - Niet voldoen aan verplichtingen

Nadere informatie

Voorstel voor een. VERORDENING (EU) Nr. VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een. VERORDENING (EU) Nr. VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Voorstel voor een Brussel, 6.10.2010 COM(2010) 544 definitief 2010/0272 (COD) C7-0316/10 VERORDENING (EU) Nr. VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot intrekking van Verordening (EG)

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst) 27.6.2015 L 162/33 UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2015/1013 VAN DE COMMISSIE van 25 juni 2015 tot vaststelling van voorschriften met betrekking tot Verordening (EG) nr. 273/2004 van het Europees Parlement

Nadere informatie

VERORDENINGEN. (Voor de EER relevante tekst)

VERORDENINGEN. (Voor de EER relevante tekst) L 340/6 20.12.2017 VERORDENINGEN UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2017/2382 VAN DE COMMISSIE van 14 december 2017 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen met betrekking tot standaardformulieren, templates

Nadere informatie

(Wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

(Wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN 10.10.2013 Publicatieblad van de Europese Unie L 269/1 I (Wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN VERORDENING (EU) Nr. 952/2013 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN VAN DE RAAD van 9 oktober 2013 tot vaststelling

Nadere informatie

AMENDEMENTEN NL In verscheidenheid verenigd NL 2014/0177(COD) Ontwerpverslag Jarosław Wałęsa (PE v01-00)

AMENDEMENTEN NL In verscheidenheid verenigd NL 2014/0177(COD) Ontwerpverslag Jarosław Wałęsa (PE v01-00) EUROPEES PARLEMENT 2014-2019 Commissie internationale handel 15.12.2014 2014/0177(COD) AMENDEMENTEN 1-16 Ontwerpverslag (PE541.634v01-00) Een gemeenschappelijke regeling voor de invoer van textielproducten

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 10.3.2016 COM(2016) 133 final 2016/0073 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het namens de Europese Unie in te nemen standpunt in de Gemengde Commissie die

Nadere informatie

Verbruiksbelasting van alcoholvrije dranken

Verbruiksbelasting van alcoholvrije dranken Informatieblad November 2012 Verbruiksbelasting van alcoholvrije dranken Informatie bij het gebruik van een Vergunning inrichting voor de opslag van alcoholvrije dranken en een Vergunning inrichting voor

Nadere informatie

WG BINNENBRENGEN. Nationaal Forum 24 februari 2017

WG BINNENBRENGEN. Nationaal Forum 24 februari 2017 WG BINNENBRENGEN Nationaal Forum 24 februari 2017 VERGADERING 14/02/2017 ANALYSE INKOMEND PROCES - Analyse ENS volgt later (rekening houden met MRN) - Aangifte TO zal moeten refereren naar MRN ENS - Basis

Nadere informatie

Verbruiksbelasting van alcoholvrije dranken

Verbruiksbelasting van alcoholvrije dranken Douane Belastingdienst Informatieblad April 2018 Verbruiksbelasting van alcoholvrije dranken Informatie bij het gebruik van een Vergunning inrichting voor de opslag van alcoholvrije dranken en een Vergunning

Nadere informatie

Federale Overheidsdienst FINANCIEN

Federale Overheidsdienst FINANCIEN Federale Overheidsdienst FINANCIEN BELASTINGEN EN INVORDERING Administratie der Douane en Accijnzen DOUANEPROCEDURES NCTS BEËINDIGING VAN DE REGELING COMMU- NAUTAIR/GEMEENSCHAPPELIJK DOUANE- VERVOER ALTERNATIEF

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 27 OKTOBER 2015 P.14.1783.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.14.1783.N I BELGISCHE STAAT, fod Financiën, vertegenwoordigd door de minister van Financiën, met kantoor te 1000 Brussel, Wetstraat

Nadere informatie

PE-CONS 56/1/16 REV 1 NL

PE-CONS 56/1/16 REV 1 NL EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT DE RAAD Straatsburg, 15 februari 2017 (OR. en) 2016/0218 (COD) LEX 1718 PE-CONS 56/1/16 REV 1 COWEB 151 WTO 354 CODEC 1855 VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN

Nadere informatie

Voor de delegaties gaat hierbij de tekst van de bovengenoemde verordening, zoals die op 28 april 2010 is overeengekomen door het Coreper.

Voor de delegaties gaat hierbij de tekst van de bovengenoemde verordening, zoals die op 28 april 2010 is overeengekomen door het Coreper. RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 28 april 2010 (07.05) (OR. en) 9109/10 Interinstitutioneel dossier: 2009/0125 (CNS) POSEIMA 3 POSEICAN 3 POSEIDOM 3 REGIO 36 UD 117 NOTA van: het secretariaat-generaal

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2008 2009 32 031 Wijziging van de Wet op de accijns in verband met Richtlijn nr. 2008/118/EG van de Raad van 16 december 2008 (PbEU L 9) (Implementatie horizontale

Nadere informatie