Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleidingen Informatica Bedrijfskundige Informatica Informatiedienstverlening en Management

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleidingen Informatica Bedrijfskundige Informatica Informatiedienstverlening en Management"

Transcriptie

1 Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleidingen Informatica Bedrijfskundige Informatica Informatiedienstverlening en Management Haagse Hogeschool Afdeling Informatica

2 Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleidingen Informatica Bedrijfskundige Informatica Informatiedienstverlening en Management Haagse Hogeschool Afdeling Informatica Hobéon Certificering BV Juli 2005 Auditteam: W.L.M. Blomen Dr. J. Bruinsma Drs. R.F. Stapert Ing. M. In t Veld J.W. Verhaar

3 INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING Bereik van de beoordeling Aanpak Beoordelingsprocedure en werkwijze Beslisregels Auditteam Deelnemers visitatie (gesprekspartners uit de drie opleidingen en hun varianten) Programma visitatie 7 2. BEVINDINGEN EN BEOORDELING 8 Onderwerp 1: Doelstellingen Opleiding 8 Facet 1.1. Domeinspecifieke Eisen 8 Facet 1.2. Niveau Bachelor 19 Facet 1.3. Oriëntatie HBO 24 Onderwerp 2: Programma 26 Facet 2.1. Eisen HBO 26 Facet 2.2. Relatie tussen Doelstellingen en Inhoud Programma 35 Facet 2.3. Samenhang Programma 40 Facet 2.4. Studielast 45 Facet 2.5. Instroom 49 Facet 2.6. Duur 53 Facet 2.7. Afstemming tussen Vormgeving en Inhoud 54 Facet 2.8. Beoordeling en Toetsing 60 Onderwerp 3: Inzet van Personeel 65 Facet 3.1. Eisen hbo 65 Facet 3.2. Kwantiteit Personeel 69 Facet 3.3. Kwaliteit Personeel 71 Onderwerp 4: Voorzieningen 75 Facet 4.1. Materiële Voorzieningen 75 Facet 4.2. Studiebegeleiding 77 Onderwerp 5: Interne Kwaliteitszorg 81 Facet 5.1. Evaluatie Resultaten 81 Facet 5.2. Maatregelen tot Verbetering 86 Facet 5.3. Betrekken van Medewerkers, Studenten, Alumni en Beroepenveld 88 Onderwerp 6: Resultaten 91 Facet 6.1. Gerealiseerd Niveau 91 Facet 6.2. Onderwijsrendement SAMENVATTEND OORDEEL Oordeelschema s I, BI, IDM Integraal oordeel/ advies aan NVAO 103 BIJLAGE I : Curricula vitae auditoren en onafhankelijkheidsverklaringen externe auditoren BIJLAGE II : Programma visitatie

4 1. INLEIDING 1.1. Bereik van de beoordeling De Haagse Hogeschool, in casu de Afdeling Informatica, verzorgt een aantal HBO bachelor opleidingen waaronder de opleidingen: Informatica, Bedrijfskundige Informatica en Informatiedienstverlening en Management. De opleiding Informatica 1 wordt uitgevoerd als voltijd-, als deeltijd- en als duale opleiding. De opleiding Bedrijfskundige Informatica 2 wordt uitgevoerd als voltijd- en als deeltijdopleiding. De opleiding Informatiedienstverlening en -Management 3 wordt uitgevoerd als voltijd- en deeltijdopleiding. Alle hierboven genoemde opleidingen zijn gehuisvest in het gebouw van de Haagse Hogeschool te Den Haag en, voor wat betreft de voltijd I-opleiding en de voltijd BI-opleiding ook in de nevenvestiging (de Academie voor ICT) te Zoetermeer Hobéon Certificering heeft als Visiterende en Beoordelende Instantie (VBI) de drie hierboven genoemde opleidingen beoordeeld. Deze beoordeling is gericht op een accreditatiebeslissing met betrekking tot de HBO bachelor opleidingen Informatica (voltijd, deeltijd en duaal): CROHO nr Bedrijfskundige Informatica (voltijd en deeltijd): CROHO nr Informatiedienstverlening en -Management (voltijd en deeltijd): CROHO nr De I-opleiding en de BI-opleiding zijn met ingang van studiejaar in opbouw als de resultante van de landelijke 'neutrale' conversie (in 2003) van de Informatica-opleidingen. In concreto zijn zij de voortzetting van de toenmalige opleiding Informatica & Informatiekunde (I&I) die in afbouw is en waar sinds het studiejaar geen studenten meer worden ingeschreven. Parallel aan deze conversie naar de I- en de BI-opleiding, heeft de Afdeling Informatica ook de onderwijskundige inrichting van deze twee opleidingen veranderd en wel volgens het concept competentiegericht leren met daarbij een groot accent op de beroepsgerichtheid via het integraal ontwerp van realistische projecten ('praktijkopgaven') De IDM-opleiding is in 2001 ingrijpend gewijzigd en -mede naar aanleiding van het rapport 'Focus op Kennis' 4 - eveneens competentiegericht opgebouwd. De Afdeling Informatica heeft deze onderwijskundige vernieuwing sinds 2003 in nauwe samenhang gebracht met de ontwikkelingen m.b.t. de I- en de BIopleiding, ten gevolge waarvan ook de IDM-opleiding een sterke beroepsgerichtheid heeft via het integraal ontwerp van realistische projecten De I-opleiding, de BI-opleiding en de IDM-opleiding worden gemeenschappelijk aangestuurd door het management van de Afdeling Informatica. 5 De Afdelingsmanager is eindverantwoordelijk voor de integrale kwaliteit van de opleidingen. Elke opleiding en elke opleidingsvariant wordt ontwikkeld, uitgevoerd en onderhouden door een team van docenten onder leiding van een Teamleider, die binnen het Afdelingsbeleidskader verantwoordelijk is voor de inhoudelijke onderwijskwaliteit en voor de personeelszorg. 1 In het vervolg kortheidshalve aangeduid als: I-opleiding. 2 In het vervolg kortheidshalve aangeduid als: BI-opleiding. 3 In het vervolg kortheidshalve aangeduid als: IDM-opleiding. 4 Focus op Kennis: het Nieuwe Beroeps- en Opleidingprofiel van de HBO-opleiding IDM. 5 Zie voor organigram: Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie 2.0 1

5 Er is één afzonderlijk team voor de deeltijdopleidingen Informatica en Bedrijfskundige Informatica en eveneens één afzonderlijk team voor de duale opleidingen. De voltijd I-opleiding en de voltijd BI-opleiding in Zoetermeer worden verzorgd door de respectieve Haagse teams. De nevenvestiging wordt aangestuurd door de teamleider BI. Met ingang van het studiejaar zal Zoetermeer een eigen teamleider krijgen. Afdeling Informatica: Teamindeling Team Informatica I (voltijd) Team Bedrijfskundige Informatica BI (voltijd) Team Technische Informatica TI (voltijd) Team Informatiedienstverlening en Management IDM (voltijd en deeltijd) Team Communication & Mulitmedia Design CMD (voltijd) Team Deeltijd (I en BI) Team Duaal (I en TI) De uitvoering en het onderhoud van de in bovenstaand overzicht opgenomen vijf opleidingen en hun varianten vinden plaats binnen één gemeenschappelijk kader met betrekking tot (i) de organisatie, (ii) het beleid, (iii) de onderwijskundige visie en -aanpak en (iv) de feitelijke uitvoering. In concreto betekent dit voor de I-opleiding, de BI-opleiding en de IDM-opleiding, dat de doelstellingen, de inhoud, de opbouw, de didactiek en de vormgeving van de respectieve opleidingsprogramma s maar ook bijvoorbeeld de methoden van toetsen en beoordelen, worden vastgesteld en geborgd op een wijze die voor alle drie de opleidingen en hun varianten gelijk is. Ook de wijze waarop bijvoorbeeld de relatie met het werkveld, de Inzet van Personeel, de Voorzieningen en de Interne Kwaliteitszorg zijn geregeld, is voor de drie opleidingen en hun respectieve varianten gelijk. De Afdeling Informatica van de Haagse Hogeschool heeft dan ook, in overleg met Hobéon Certificering, voor de betreffende drie opleidingen één Management Review opgesteld, die de basis vormde voor het onderzoek van Hobéon Certificering Het in beschreven Afdelingsregime geldt ook en onverkort voor de voltijd I-opleiding en de voltijd BI-opleiding in de nevenvestiging Zoetermeer. Sterker nog, deze Zoetermeerse I- en BI-opleiding zijn identiek aan de Haagse I- en BI-opleiding, wat betreft eindkwalificaties, doelstelling, inhoud, didactisch concept, programmatische opbouw, werkvormen en personele bezetting. Dat wil dus zeggen, dat vrijwel alle in het onderhavige rapport weergegeven kenmerken, bevindingen en oordelen inzake de voltijd I-opleiding en de voltijd BI-opleiding betrekking hebben op zowel de Haagse als de Zoetermeerse opleidingen. Waar het auditteam verschillen heeft geconstateerd, zijn deze in het rapport beschreven De constatering, dat de I-opleiding, de BI-opleiding en de IDM-opleiding binnen één gemeenschappelijk Afdelingskader worden aangestuurd, uitgevoerd en onderhouden, is voor Hobéon Certificering aanleiding geweest de drie opleidingen (inclusief de Zoetermeerse ) in één traject te beoordelen en zijn bevindingen in één rapport samen te vatten In het onderhavige rapport worden niettemin de drie opleidingen en -daar, waar betekenisvol- ook de onderscheiden varianten afzonderlijk zichtbaar gemaakt. Gelet op het in genoemde vèrstrekkende gemeenschappelijk Afdelingskader, zal dit onderscheid evenwel vooral de lay-out betreffen. Immers, bij één gemeenschappelijk kader voor de I-, de BI- en de IDM-opleiding is het mogelijk deze drie afzonderlijke opleidingen (en hun varianten) op één en dezelfde manier te beschrijven om daarna het accent te leggen op de inhoudelijke verschillen en -dus- op de beoordeling daarvan. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie 2.0 2

6 Het is vooral om dit laatste inhoudelijke aspect, dat in dit rapport is gekozen voor een zichtbaar onderscheid tussen de drie opleidingen en hun respectieve varianten. Tekstueel zullen de verschillen tussen de drie opleidingen dan ook vooral betrekking hebben op de inhoud van de opleidingen en ook -voorzover het de varianten betreft- op de specifieke deeltijdse en duale uitvoeringsaspecten Ter verduidelijking volgt hieronder het organigram van de Afdeling Informatica. Afdelingsraad Afdeling Informatica Opleidingscommissies Afdelingsbureau Examencommissie Unit Kwaliteitszorg Unit Student- en Examenzaken Unit Planning en Logistiek Unit Organisatieondersteuning Adviesgroep Opleidingsaanbod (AGO) Team Deeltijd Team Duaal Team Informatica Team Technische Informatica Team Bedrijfskundige Informatica Team Communication & Multimedia Design Team Informatiedienstverlening en -management Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie 2.0 3

7 1.2 Aanpak Beoordelingsprocedure en werkwijze Bij de beoordeling van de betreffende opleidingen (en hun respectieve varianten) is uitgegaan van het door de NVAO vastgestelde Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs. Daarin staan de onderwerpen en facetten vermeld waarop een VBI zich bij de beoordeling van een opleiding moet richten. Voorts zijn daarin opgenomen de criteria aan de hand waarvan een VBI moet bepalen, of de basiskwaliteit van de betreffende opleiding als voldoende kan worden beoordeeld. Om de beoordeling voor alle partijen inzichtelijk te maken, heeft Hobéon Certificering bovengenoemd Accreditatiekader nader uitgewerkt in een checklist ( Checklist Accreditatie HBO Bachelor ) waarin per facet de betreffende NVAO-criteria nader zijn gespecificeerd in zogeheten deelvragen. Voorafgaand aan het feitelijk accreditatie-onderzoek heeft Hobéon Certificering de Haagse Hogeschool en de Afdeling Informatica ervan op de hoogte gesteld, dat deze checklist bij de beoordeling van de hbo bachelor opleidingen I, BI en IDM gehanteerd zou worden De opleidingen Informatica, Bedrijfskundige Informatica en Informatiedienstverlening en Management hebben zich voor wat betreft beroepsprofiel, opleidingscompetenties en doelstelling tenminste gebaseerd op de respectieve landelijke beroepsprofielen en opleidingscompetenties zoals vastgesteld in het landelijk overleg tussen de betreffende opleidingen en het I-, BI- dan wel IDMberoepenveld (zie onder facet 1.1.: Domeinspecifieke eisen ). Het auditteam heeft deze drie opleidingsspecifieke referentiekaders beoordeeld en vastgesteld, dat zij in voldoende mate gespecificeerd zijn en passend voor de I-opleiding, respectievelijk BI-opleiding en IDMopleiding. Het auditteam heeft deze kaders in zijn beoordeling betrokken. Zie voorts onder facet De beoordelingsprocedure van Hobéon Certificering kent twee hoofdmomenten: Documentanalyse Het gaat hier om een analyse en beoordeling van de door de Afdeling Informatica aangeleverde schriftelijke informatie: (i) Management Review / Zelfevaluatie (2004) met betrekking tot de I-opleiding (voltijd, deeltijd en duaal), de BI-opleiding (voltijd en deeltijd) en de IDM-opleiding (voltijd en deeltijd), (ii) de in het kader van de interne sturingscyclus opgeleverde managementrapportages en (iii) de onderliggende documentatie die betrekking had op bijvoorbeeld: strategische keuzen en de positie in de markt, interne organisatie, de (systematiek van) interne kwaliteitszorg en de daarmee samenhangende verbetermaatregelen, ontwikkelingen in het beroepenveld, beroeps- en opleidingsprofielen, (validatie) eindkwalificaties, curricula en de interne en externe evaluatie daarvan, werkvormen, toetsing en beoordeling, kwantitatief en kwalitatief personeelsbeleid, instroombeleid, internationalisering, studiebegeleiding, rendement. Op basis van deze door de Afdeling Informatica aangeleverde documentatie, heeft het auditteam zich een beeld kunnen vormen van de primaire en secundaire processen van de drie betreffende opleidingen. Het auditteam heeft dit beeld getoetst aan zaken als: ambitieniveau, toekomstgerichtheid, innovatief vermogen, kwaliteitsbewaking via interne en externe evaluatie, arbeidsmarktrelevantie, resultaatgerichtheid, continuïteit, studenten- en docentenbelangen. Voorafgaand aan de visitatie (zie hieronder) werd het management van de Afdeling Informatica op de hoogte gesteld van de voorlopige bevindingen van het auditteam op basis van zijn documentanalyse. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie 2.0 4

8 Audit De audit was gericht op een actieve controle door middel van een tweedaagse visitatie 6, uitgevoerd door een auditteam waarvan deel uitmaakten één externe onafhankelijke deskundige met betrekking tot de drie domeinen die door de opleidingen worden bestreken, één student, één lead auditor en één auditor (onderwijsdeskundige), beiden vanuit Hobéon Certificering en één secretaris eveneens vanuit Hobéon Certificering. Onder controle moet hier worden verstaan, dat het auditteam op verschillende niveaus (management, coördinatie, examencommissie, docenten, studenten, staf) heeft getoetst (i) of de in de documentatie beschreven beleidsvoornemens en de daaraan gerelateerde uitvoeringsprocessen zijn geïmplementeerd in elk van de drie opleidingen en hun respectieve varianten en (ii) of de overige in de documentatie vervatte informatie verifieerbaar is. Deze verificatie door het auditteam geschiedde enerzijds door, zoals hierboven reeds is aangegeven, meerdere malen hetzelfde onderwerp met verschillende geledingen te bespreken en anderzijds aan de hand van additionele documentatie en -daar waar het de huisvesting en materiële voorzieningen betreft- door eigen waarneming. (Zowel de Haagse als de Zoetermeerse locatie zijn bezocht.) Hieronder volgen enkele voorbeelden van door het auditteam tijdens de visitatie geraadpleegde additionele documentatie: overzichten van de samenstelling van de werkveld-gremia waarmee de drie opleidingen overleg voeren; verslagen van die bijeenkomsten met het voor elke opleiding relevante werkveld; overzicht CV s van (gast)docenten; netwerkoverzicht docenten; verslagen van de functioneringsgesprekken met docenten; verslagen van docentevaluaties; verslagen van studievoortgangsgesprekken met studenten; detailbeschrijving van modules detailbeschrijving van cases en de daaraan gekoppelde (praktijk)opdrachten; portfolio s van studenten en de (schriftelijke weergave van de) beoordeling daarvan door docenten; de zogeheten leercontracten van deeltijd- en duale studenten; stageverslagen en -beoordelingen; overzicht van IT-hardware en software waarover de opleidingen beschikken; overzicht van de door de opleidingen gebruikte literatuur; de beroepsproducten die I-, BI- en IDM-studenten gedurende hun opleiding opleveren; de eindproducten van I-, BI- en IDM-studenten; Aldus had het auditteam voldoende instrumenten om zich op gedetailleerd niveau op de hoogte te stellen van inhoud, opzet, uitvoering en resultaten van de programma s van de I-opleiding, de BI-opleiding en de IDM-opleiding en van de daarmee samenhangende personele, organisatorische, ruimtelijke en materiële voorzieningen (zowel in Den Haag als in Zoetermeer). Het auditteam heeft op deze wijze alle in het NVAO Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs vermelde facetten beoordeeld op basis waarvan een samenvattend oordeel per onderwerp werd gegeven. Een en ander werd vastgelegd in een concept-rapport dat aan de Afdeling Informatica (en de betreffende drie opleidingen) werd voorgelegd voor een toets op eventuele feitelijke onjuistheden. Het voorliggend rapport is de weergave van het oordeel van het auditteam met daarbij de gronden waarop dat oordeel is gebaseerd. 6 Visitatie heeft plaatsgevonden op 27 augustus 2004 en op 14 september Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie 2.0 5

9 Beslisregels Met als uitgangspunt de Beslisregels Accreditatie zoals vastgelegd in het NVAO-Accreditatiekader 7 heeft Hobéon Certificering de volgende beslisregels toegepast. A. De scores op de per onderwerp gerubriceerde facetten leiden tot een score op het betreffende onderwerp en wel volgens de regels onder C. B. Binnen de beoordeling van een facet is er ruimte voor een eigen afweging van het auditteam: uitvoering/praktijk weegt zwaarder dan beleid/theorie; (beter een goed functionerende regeling die slecht is opgeschreven dan omgekeerd); primaire processen wegen zwaarder dan secundaire. C. Van facetten naar onderwerp. Hier geldt het volgende: een onderwerp krijgt de score voldoende indien alle facetten tenminste voldoende hebben gescoord of indien één facet onvoldoende en de overige tenminste voldoende hebben gescoord, mits er een acceptabel verbeterplan beschikbaar is voor het facet met de score onvoldoende ; een onderwerp krijgt de score onvoldoende indien één facet onvoldoende heeft gescoord en er geen acceptabel verbeterplan voor dit facet beschikbaar is; een onderwerp krijgt de score onvoldoende indien meer dan één facet onvoldoende heeft gescoord, ongeacht of er voor die facetten acceptabele verbeterplannen zijn. D. Indien voor een onderwerp een hogere score dan voldoende gerechtvaardigd is, dan wordt dat met inachtneming van de regels onder E, als extra aantekening vermeld. E. Met betrekking tot de extra aantekening geldt het volgende: een onderwerp krijgt de extra aantekening goed indien alle facetten van dat onderwerp goed hebben gescoord of indien één facet voldoende en de overige facetten goed of excellent hebben gescoord; 8 een onderwerp krijgt de extra aantekening excellent als alle facetten van dat onderwerp excellent hebben gescoord of indien één facet goed en de overige facetten excellent hebben gescoord; een onderwerp krijgt geen extra aantekening indien één van de facetten van dat onderwerp onvoldoende heeft gescoord. 7 Volgens de NVAO-Beslisregels Accreditatie kan een Onderwerp uitsluitend onvoldoende of voldoende scoren; een Facet kan volgens diezelfde regels onvoldoende, voldoende, goed of excellent scoren. 8 In het NVAO-Accreditatiekader worden bij Onderwerp 2 ( Programma ) acht Facetten onderscheiden. Eén van die Facetten (Facet 2.6.) betreft de duur van de opleiding. Het daarbij behorende criterium (240 ECTS) is evenwel geen (kwaliteits)criterium, maar een formele vereiste waaraan het programma van een opleiding a priori moet voldoen, wil die opleiding überhaupt in aanmerking kunnen komen voor een HBO Bachelor accreditatieonderzoek. Duur is dus van een andere orde dan -bijvoorbeeld- Rendement of Kwaliteit Personeel. Bij de beslissing of het Onderwerp Programma een extra aantekening goed dan wel excellent verdient, wordt het Facet Duur dan ook buiten beschouwing gelaten. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie 2.0 6

10 Auditteam Het auditteam was als volgt samengesteld: Voorzitter: Wienke Blomen directeur Hobéon Certificering. Leden: Dr. Jan Bruinsma werkvelddeskundige; Vendormanager Europe bij de ING Groep (OPS&IT) ; Joost Verhaar student-lid; alumnus Haagse Hogeschool, Bestuurskunde / Overheidsmanagement, Drs. Robert F. Stapert thans student aan de universiteit van Amsterdam: Sociologie; onderwijsdeskundige; senior adviseur Hobéon Certificering. Secretaris: Drs. Robert F. Stapert Ing. Martijn in t Veld senior adviseur Hobéon Certificering; adviseur Hobéon Certificering. Bij het samenstellen van het auditteam heeft Hobéon Certificering er zorg voor gedragen, dat de voor de beoordeling van de I-opleiding, de BI-opleiding en de IDM-opleiding noodzakelijke expertise aanwezig is. Enerzijds expertise met betrekking tot de onderwijskundige aspecten (i.c. het primaire proces, de ondersteunende processen en de organisatorische context) en anderzijds expertise met betrekking tot de inhoudelijke aspecten (i.c. het I-programma, het BI-programma en het IDM-programma in relatie tot de specifieke subdomeinen in het brede Informatica-domein). De werkvelddeskundige, Bruinsma, heeft zich in zijn beoordeling van elk van de drie opleidingen met name gericht op de kwaliteit, actualiteit en relevantie van (i) het richtinggevend domeinspecifieke kader, (ii) de eindkwalificaties, (iii) de programma-inhoud en (iv) de interactie tussen opleiding en werkveld. Bovendien heeft hij de kwaliteit van het personeel en het gerealiseerde niveau beoordeeld. Bruinsma heeft op grond van zijn brede Informatica-ervaring en zijn positie in het werkveld een goed zicht op het totaal aan ICTontwikkelingen en de daaruit voortvloeiende eisen die vanuit de verschillende deelgebieden in het werkveld gesteld worden aan (Bedrijfskundige) Informatici en Informatiemanagers. De deskundige onderwijs, Stapert, heeft zich vooral gericht op de kwaliteit van de processen die direct en indirect de uitvoering van het programma raken. Stapert heeft in zijn vorige en huidige functie een aanmerkelijke ervaring opgebouwd die hem in staat stelt de programma-opbouw, het onderwijsproces en de organisatorische context waarbinnen de uitvoering plaatsvindt, te beoordelen in het perspectief van de eisen die aan HBO-opleidingen gesteld worden. Voor de curricula vitae: zie Bijlage I Deelnemers visitatie (gesprekspartners uit de drie opleidingen en hun varianten) Het auditteam heeft tijdens de visitatie gesprekken gevoerd met vertegenwoordigers vanuit de verschillende geledingen van de drie opleidingen: management, coördinatoren, docenten, studenten en staf. Voor een volledig overzicht van de deelnemers aan de visitatie: zie Bijlage II Programma visitatie Zie Bijlage II. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie 2.0 7

11 2. BEVINDINGEN EN BEOORDELING Onderwerp 1: Doelstellingen Opleiding Dit onderwerp kent drie facetten: 1. domeinspecifieke eisen; 2. niveau bachelor; 3. oriëntatie HBO. Facet 1.1. Domeinspecifieke Eisen Criterium Het facet Domeinspecifieke Eisen van het onderwerp Doelstellingen Opleiding is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: Sluiten de eindkwalificaties van de opleiding aan bij de eisen die door (buitenlandse) vakgenoten en de beroepspraktijk gesteld worden aan een opleiding in het betreffende domein (vakgebied/discipline en/of beroepspraktijk)? Bevindingen A. De I-opleiding A.1. De basis voor de eindkwalificaties van de I-opleiding wordt, zo heeft het auditteam kunnen constateren, gevormd door het landelijk overeengekomen I-beroepsprofiel en de daarvan afgeleide beroepscompetenties van de Informaticus. Het hiervan afgeleide I-opleidingsprofiel is mede gebaseerd op de informatica-competenties zoals vastgesteld door het NGI. Het I-beroepsprofiel en de I-beroepscompetenties zijn in 2000 opgesteld door het zogeheten HBO-I Platform, waarin (o.a.) alle Informatica-opleidingen zijn vertegenwoordigd. Het I-profiel 9 is door het beroepenveld gevalideerd: het HBO-I Platform heeft een veertigtal toonaangevende nationaal en internationaal opererende bedrijven en organisaties (binnen en buiten de IT-sector) geraadpleegd en deze hebben zich positief uitgesproken over het ontwerp van het HBO-I Platform. A.2. Het I-profiel is geformuleerd in termen van de kernactiviteiten van een Informaticus: het doen van onderzoek m.b.t. de architectuur van informatiesystemen, softwaresystemen of computersystemen; advisering gericht op optimale inzet van deze systemen in een gebruiksomgeving; het ontwerpen en bouwen van informatiesystemen en/of softwaresystemen; het implementeren, beheren en onderhouden van informatiesystemen en softwaresystemen; het beheren en onderhouden van informatiesystemen en/of softwaresystemen. Aan de hand daarvan wordt een twaalftal I-beroepscompetenties onderscheiden die betrekking hebben op bijvoorbeeld: (i) informatieanalyse, (ii) proces- en systeemspecificaties, (iii) informatiesysteem- en softwaresyteemontwerpen, (iv) exploitatie en beheer van informatie- en softwaresystemen, maar ook op (v) het inrichten van onderzoek-, ontwikkel- en beheertrajecten binnen een multidisciplinaire setting en -meer in het algemeen- op (vi) het functioneren binnen een beheerorganisatie. 9 En de profielen van de andere Informatica opleidingen, zoals bijvoorbeeld Bedrijfskundige Informatica BI. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie 2.0 8

12 Elk van de hierboven bedoelde I-beroepscompetenties is nader uitgewerkt in (in totaal) ca 40 deelcompetenties, waarbij vijf complexiteitsniveaus worden onderscheiden. Op die wijze is de I-opleiding erin geslaagd ook de competenties van een beginnend HBO-Informaticus te identificeren. Het auditteam heeft na bestudering van het voltijd-, het deeltijd- en het duale opleidingsprogramma, vastgesteld dat dit I-Opleidingsprofiel richtinggevend is voor het onderwijs van èn de voltijd- èn de deeltijd- èn de duale Informatica-opleiding. A.3. Dat de I-opleiding het landelijk overeengekomen beroepsprofiel en de daarvan afgeleide competenties als uitgangspunt voor haar onderwijs hanteert, blijkt uit het Haagse Opleidingsprofiel Informatica, waarin de landelijk overeengekomen competenties nader zijn verfijnd in een groot aantal beroepstaken met behulp waarvan het totale palet van de werkzaamheden van een Informaticus goed in beeld wordt gebracht. Bijvoorbeeld het vaststellen dan wel bepalen van de: informatie-architectuur; architectuur van de technische infrastructuur; ontwikkelstandaarden; standaarden m.b.t. applicatie- en databasebouw; normen voor systeemgebruik; investeringen en kosten. In het Ontwerp Programma Informatica is een competentiematrix opgenomen waarin alle beroepstaken van de Informaticus zijn opgenomen met daarbij telkens de aanduiding van (i) het programma-thema waaronder de betreffende taak valt, (ii) het complexiteitsniveau en (iii) de relatie met het (specifiek) programmaonderdeel. Samenvattend: zowel uit het I-Opleidingsprofiel als uit het Ontwerp Programma Informatica blijkt, dat de I-opleiding de landelijk overeengekomen beroepscompetenties op genoegzame wijze in haar eindkwalificaties en in haar programma-ontwerp heeft geïncorporeerd. A.4. Belangrijk in dit verband is de constatering van het auditteam, dat de I-opleiding een duidelijke keuze heeft gemaakt door haar onderwijs met name te richten op software engineering. Dit spoort met de ontwikkelingen in het beroep van de Informaticus op HBO-niveau waarbij de nadruk niet meer ligt op het werken met specifieke programmeertalen maar op de achterliggende architecturen en basisprincipes. De HBO-Informaticus ontwerpt en bouwt hoogwaardige software. Het auditteam ondersteunt dan ook deze keuze van de I-opleiding. Bovendien -en het auditteam acht dit een goede zaak- blijkt uit het Ontwerp Programma Informatica, dat het programma niet alleen gericht is op software engineering maar ook op een andere belangrijke ontwikkeling in het beroep van de Informaticus van wie namelijk in toenemende mate wordt verwacht dat hij complexe systemen kan beheren en onderhouden. Het auditteam heeft na bestudering van het voltijd-, het deeltijd- en het duale opleidingsprogramma, vastgesteld dat het "Ontwerp Programma Informatica" onverkort van toepassing is op èn de voltijd èn de deeltijd- èn de duale I-opleiding. 10 En de profielen van de andere Informatica opleidingen, zoals bijvoorbeeld Informatica. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie 2.0 9

13 A.5. Het Opleidingsprofiel Informatica is in 2003 aan de Beroepenveldcommissie voorgelegd, wat medio 2004 aantoonbaar heeft geleid tot een nadere aanpassing. Zo is thans in het Informatica-profiel de bedrijfseconomische competentie aangescherpt (het kunnen vaststellen van kosten en baten, het schatten van de levensduur). Gelet op de samenstelling van het HBO-I Platform en de validering door het werkveld, concludeert het auditteam, dat de I-opleiding voldoet aan de eis, dat zij met collega-instellingen èn met het werkveld haar eindkwalificaties opstelt. Vervolgens heeft zij haar nadere uitwerking daarvan in 2003 getoetst aan de visie van haar Beroepenveldcommissie, hetgeen tot aanpassingen heeft geleid die vervolgens door die Beroepenveldcommissie in mei 2004 zijn geaccordeerd. Daarmee is ook op opleidingsniveau de inbreng van het werkveld gerealiseerd. Conclusie: De voltijd-, de deeltijd- en de duale I-opleiding richten zich aantoonbaar op eindkwalificaties die overeenkomen met de eisen die door I-vakgenoten/collega-opleidingen èn door het beroepenveld (landelijk en regionaal ) worden gesteld. A.6. De I-opleiding leidt op tot bijvoorbeeld de volgende functies: Analist; Beheerder ICT-infrastructuur; Database Specialist; Hoofd ICT-afdeling; ICT-consultant; Software Engineer; Support Engineer; Systeemontwerper. Duidelijk functies die een hoog kennisniveau vooronderstellen. Iets wat, zo heeft het auditteam geconstateerd, ook uit de eindkwalificaties blijkt. A.7. Internationalisering De I-opleiding leidt professionals op die internationaal inzetbaar zijn. Vandaar de keuze voor internationaal aanvaarde methoden en technieken zoals: UML als modelleringstaal, Unified Process als systeemontwikkelingsmethode, ITIL als procesmatige inrichting van het beheerproces. Voorts wordt gebruik gemaakt van Engelstalige vakliteratuur en zijn de praktijkopgaven voor studenten deels afkomstig van internationaal opererende bedrijven. Met betrekking tot de stages en afstudeerprojecten geldt als beleid dat deze, waar mogelijk, plaatsvinden in internationaal werkende organisaties. Het auditteam constateert voorts, dat internationale samenwerking binnen de I-opleidingsstrategie (nog) geen substantiële plaats heeft. De prioriteiten van de opleiding liggen elders: o.a. bij de verdere uitwerking van het opleidingsprogramma en bij het competentiegericht maken van het onderwijs. Het auditteam kan zich vinden in de gekozen prioriteitstelling en hecht voorlopig meer gewicht aan de opleidingsinspanningen gericht op de interne kwaliteitszorg dan aan acties richting buitenlandse partners. Temeer, daar in onderwijsinhoudelijk opzicht de internationale dimensie voldoende aandacht krijgt. De Afdeling Informatica heeft overigens aangegeven, dat zij in het studiejaar haar internationaliseringsbeleid met betrekking tot o.a. de I-opleiding nader zal uitwerken richting internationale samenwerking en internationale stages. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

14 A.8. De I-opleiding te Zoetermeer Het in A.3. genoemde Haagse Opleidingsprofiel Informatica is richtinggevend voor de I-opleiding te Zoetermeer. Bovendien is ook het in A.4. genoemde Ontwerp Programma Informatica onverkort op deze opleiding van toepassing. De hierboven beschreven bevindingen van het auditteam hebben dan ook betrekking op zowel de I-opleiding (voltijd, deeltijd en duaal) in Den Haag als de voltijd I-opleiding te Zoetermeer. Zie overigens ook de Inleiding, en B. De BI-Opleiding B.1. De basis voor de eindkwalificaties van de BI-opleiding wordt, zo heeft het auditteam kunnen constateren, gevormd door het landelijk overeengekomen BI-beroepsprofiel en de daarvan afgeleide beroepscompetenties van de Bedrijfskundige Informaticus. Het hiervan afgeleide BI-opleidingsprofiel is mede gebaseerd op de informatica-competenties zoals vastgesteld door het NGI. B.2. Het BI-beroepsprofiel en de BI-beroepscompetenties zijn in 2000 opgesteld door het zogeheten HBO-I Platform, waarin (o.a.) alle Informatica-opleidingen zijn vertegenwoordigd. Het BI-profiel 10 is door het beroepenveld gevalideerd: het HBO-I Platform heeft een veertigtal toonaangevende nationaal en internationaal opererende bedrijven en organisaties (binnen en buiten de IT-sector) geraadpleegd en deze hebben zich positief uitgesproken over het ontwerp van het HBO-I Platform. Het BI-profiel is geformuleerd in termen van de kernactiviteiten van een BI er: analyse van bedrijfs-processen en informatiesystemen gericht op optimalisering van deze processen en systemen; beleidsadvisering gericht op optimale inzet van ICT ten behoeve van de bedrijfsvoering; ontwerpen van bedrijfsprocessen en de daarbij behorende informatiesystemen; organiseren, implementeren en monitoren van bedrijfsprocessen en de daarbij behorende informatiesystemen; ICT-service management: het in een veranderende organisatie adequaat reageren op de gevolgen voor bedrijfsprocessen van de implementatie van informatiesystemen. Aan de hand daarvan wordt een twaalftal BI-beroepscompetenties onderscheiden. Bijvoorbeeld: de Bedrijfskundige Informaticus kan (i) bedrijfsprocessen analyseren, (ii) een informatie-analyse uitvoeren, (iii) op basis van ICT-ontwikkelingen voorstellen doen voor verbetering en innovatie van bedrijfsprocessen, (iv) een specificatie van bedrijfsprocessen opstellen en vertalen naar de specificaties van een informatiesysteem, (v) een bedrijfskundig informatiesysteem ontwerpen, bouwen en implementeren en de exploitatie en het beheer ervan vormgeven en uitvoeren, (vi) beoordelen of, en in welke mate, nieuwe ontwikkelingen financieel, organisatorisch, cultureel en juridisch haalbaar en aanvaardbaar zijn, (vii) in een multidisciplinaire omgeving een onderzoek-, ontwikkel- en beheertraject inrichten, (viii) in een multidisciplinaire omgeving methoden selecteren en toepassen op de gebieden: bedrijfsprocesanalyse, informatie-analyse en beleidsformulering. Elk van de hierboven bedoelde BI-beroepscompetenties is nader uitgewerkt in (totaal) ca 40 eindkwalificaties geformuleerd in termen van deelcompetenties, waarbij vijf complexiteitsniveaus worden onderscheiden. Op die wijze is de BI-opleiding erin geslaagd ook de competenties van een beginnend HBO-Bedrijfskundig Informaticus te identificeren. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

15 Het auditteam heeft na bestudering van het voltijd-en het deeltijd opleidingsprogramma, vastgesteld dat dit BI-Opleidingsprofiel richtinggevend is voor het onderwijs van èn de voltijd- èn de deeltijd BI- opleiding. B.3. Dat de BI-opleiding het landelijk overeengekomen beroepsprofiel en de daarvan afgeleide competenties als uitgangspunt voor haar onderwijs hanteert, blijkt uit het Haagse Opleidingsprofiel Bedrijfskundige Informatica, waarin de landelijk overeengekomen competenties nader in beroepstaken zijn verfijnd in een groot aantal beroepstaken met behulp waarvan het totale palet van de werkzaamheden van een Bedrijfskundig Informaticus goed in beeld wordt gebracht. Bijvoorbeeld: probleemanalyse m.b.t. informatievoorziening; opstellen informatiebeleid en -plan; vaststellen informatie-architectuur; ontwerpen functionele- en programmaspecificaties t.b.v. informatiesysteem; bepalen van de invoeringsstrategie. In het Ontwerp Programma Bedrijfskundige Informatica is een competentiematrix opgenomen waarin alle beroepstaken van de Bedrijfskundig Informaticus zijn opgenomen met daarbij telkens de aanduiding van het complexiteitsniveau en de relatie met het (specifiek) programma-onderdeel. Samenvattend: zowel uit het BI-Opleidingsprofiel als uit het Ontwerp Programma Bedrijfskundig Informatica blijkt, dat de BI-opleiding de landelijk overeengekomen beroepscompetenties op genoegzame wijze in haar eindkwalificaties en in haar programma-ontwerp heeft geïncorporeerd. B.4. Belangrijk in dit verband is de constatering van het auditteam, dat de BI-opleiding een duidelijke keuze heeft gemaakt door haar onderwijs ook en expliciet te richten op ICT-implementatievraagstukken (business alignment) en ICT service-management (bedrijfsprocessen van het front-office) waar in de markt groeiende aandacht voor is. Het auditteam ondersteunt deze keuze. Bovendien blijkt uit het Ontwerp Programma Bedrijfskundige Informatica -en het auditteam is daar positief over- dat BI-opleiding zich ook richt een andere belangrijke ontwikkeling in het beroep van de Bedrijfsinformaticus (hierna BI er genoemd) van wie namelijk in toenemende mate wordt verwacht, dat hij zijn klanten kan adviseren over de bedrijfseconomische aspecten van ICT-investeringen. Het auditteam heeft na bestudering van het voltijd- en het deeltijd opleidingsprogramma, vastgesteld dat dit "Ontwerp Programma Bedrijfskundige Informatica" richtinggevend is voor het onderwijs van èn de voltijd- èn de deeltijd BI- opleiding. B.5. Het Opleidingsprofiel Bedrijfskundige Informatica is in 2003 aan de Beroepenveldcommissie voorgelegd, wat in 2004 aantoonbaar heeft geleid tot een nadere aanpassing. Zo is thans in het BI-profiel, zoals dat ook in het I-profiel is gebeurd, de bedrijfseconomische competentie aangescherpt. Voorts zijn, zoals hierboven reeds is aangegeven, de aspecten business alignment en service-management sterker aangezet. Gelet op de samenstelling van het HBO-I Platform en de validering door het werkveld, concludeert het auditteam, dat de BI-opleiding voldoet aan de eis dat zij met collega-instellingen en met het werkveld haar eindkwalificaties opstelt. Vervolgens heeft zij haar nadere uitwerking daarvan in 2003 getoetst aan de visie van haar Beroepenveldcommissie, hetgeen tot aanpassingen heeft geleid die vervolgens door die Beroepenveldcommissie in mei 2004 zijn geaccordeerd. Daarmee is ook op opleidingsniveau de inbreng van het werkveld gerealiseerd. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

16 Conclusie: De BI-opleiding richt zich aantoonbaar op eindkwalificaties die overeenkomen met de eisen die door BI-vakgenoten/collega-opleidingen en door het beroepenveld (landelijk en regionaal ) worden gesteld. B.6. De BI-opleiding leidt professionals op die als architect van de informatiehuishouding een brug moet slaan tussen management en techniek. Deze positionering van de BI er vraagt om een beroepskwalificatie op hoog niveau. De eindkwalificaties laten daar ook, zo heeft het auditteam geconstateerd, geen misverstand over bestaan. Voorbeelden van functies zijn: Informatie-Analist; Data Architect; Functioneel Ontwerper; E-business Adviseur; Change Manager. B.7. Internationalisering De BI-opleiding leidt professionals op die internationaal inzetbaar zijn. Vandaar de keuze voor internationaal aanvaarde methoden en technieken zoals: UML als modelleringstaal, United Process als systeemontwikkelingsmethode, ITIL als procesmatige inrichting van het beheersproces. Voorts wordt gebruik gemaakt van Engelstalige vakliteratuur en zijn de praktijkopgaven voor studenten deels afkomstig van internationaal opererende bedrijven. Met betrekking tot de stages en afstudeerprojecten geldt als beleid (zie ook de I-opleiding) dat deze, waar mogelijk, plaatsvinden in internationaal werkende organisaties. Het auditteam constateert voorts, dat internationale samenwerking binnen de BI-opleidingsstrategie (nog) geen substantiële plaats heeft. De prioriteiten van de opleiding liggen elders: o.a. bij de verdere uitwerking van het opleidingsprogramma en bij het competentiegericht maken van het onderwijs. Het auditteam kan zich vinden in de gekozen prioriteitstelling en hecht voorlopig meer gewicht aan de opleidingsinspanningen gericht op de interne kwaliteitszorg dan aan acties richting buitenlandse partners. Temeer, daar in onderwijsinhoudelijk opzicht de internationale dimensie voldoende aandacht krijgt. De Afdeling Informatica heeft overigens aangegeven, dat zij in het studiejaar haar internationaliseringsbeleid met betrekking tot o.a. de BI-opleiding nader zal uitwerken richting internationale samenwerking en internationale stages. B.8. De BI-opleiding te Zoetermeer Het in B.3. genoemde Haagse Opleidingsprofiel Bedrijfskundige Informatica is richtinggevend voor de BIopleiding te Zoetermeer. Bovendien is ook het in A.4. genoemde Ontwerp Programma Bedrijfskundige Informatica onverkort op deze opleiding van toepassing. De hierboven beschreven bevindingen van het auditteam hebben dan ook betrekking op zowel de BI-opleiding (voltijd en deeltijd) in Den Haag als de voltijd BI-opleiding te Zoetermeer. Zie ook de Inleiding, en Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

17 DE IDM-OPLEIDING C.1. De basis voor de eindkwalificaties van de opleiding IDM wordt, zo heeft het auditteam kunnen constateren, gevormd door het landelijk samen met het IDM-werkveld opgestelde (en door de HBO-raad geaccordeerde) rapport Focus op kennis, Bij dit ontwerp waren alle IDM-opleidingen betrokken: het zogeheten Landelijk Overleg IDM-Opleidingen - LOI. C.2. Het IDM-profiel is geformuleerd in termen van de kernactiviteiten van een IDM er, activiteiten die alle rond ïnformatie (beter kennis ) gegroepeerd zijn: externe kennis binnen een organisatie brengen op basis van informatiebehoefte-analyse; het genereren/ontwikkelen van nieuwe kennis in samenwerking met domeindeskundigen; het distribueren van kennis: het toegankelijk maken en overdragen van kennis; het exploiteren van kennis door de inzet van informatiesystemen; het verrichten van onderzoek en het opstellen van adviezen m.b.t. kennismanagement. Aan de hand daarvan wordt een dertiental IDM-beroepscompetenties onderscheiden. Bijvoorbeeld: (i) het onderzoeken van de informatiebehoefte en op basis daarvan selecteren en evalueren van (inter)nationale informatiebronnen en -kanalen, (ii) het ontwikkelen van zoekstrategieën en het uitvoeren van complexe zoekacties, (iii) het ontwikkelen, het selecteren en het in samenwerking met domeindeskundigen onderhouden van hulpmiddelen om kennis te structureren en te classificeren, (iii) het uitvoeren van documentmining processen en het rapporteren over de resultaten ervan, (iv) het adviseren over de toepassing van hulpmiddelen op het gebied van ontologieën en metadata, (v) het ontwerpen, implementeren, beheren en evalueren van fysieke of virtuele collecties, (vi) het ontwikkelen, implementeren en evalueren van ontsluitingssystemen, (vii) het adviseren over ontwerpen, ontwikkelen, implementeren en evalueren van diverse ICT toepassingen voor het gebruik van documentaire informatie (o.a. Intranet, Website, Contentmanagementsystemen, DIS en MMIS) in de context van verschillende bedrijfsprocessen, (viii) beleidsontwikkeling m.b.t. documentaire informatievoorziening met inachtneming van de organisatiestructuur en -cultuur en de juridische en ethische randvoorwaarden. Alle dertien beroepscompetenties zijn in het programma gegroepeeerd rond de thema's: Information Research; Documentaire Database Design; Contentmanagement; Storage and Retrieval; Intranet; Informatiemanagement. Vervolgens zijn de IDM-beroepscompetenties nader uitgewerkt in termen van deelcompetenties, waarbij telkens vijf complexiteitsniveaus worden onderscheiden. Op die wijze is de IDM-opleiding erin geslaagd ook de competenties van een beginnend HBO-IDM er te identificeren. Het auditteam heeft na bestudering van het voltijd-en het deeltijd opleidingsprogramma, vastgesteld dat dit IDM-Opleidingsprofiel richtinggevend is voor het onderwijs van èn de voltijd- èn de deeltijd IDM- opleiding. C.3. Dat de IDM-opleiding het landelijk overeengekomen beroepsprofiel en de daarvan afgeleide competenties als uitgangspunt voor haar onderwijs hanteert, blijkt uit het Haagse Opleidingsprofiel Informatiedienstverlening en Management waarin de landelijk overeengekomen competenties nader in beroepstaken zijn verfijnd in een groot aantal beroepstaken met behulp waarvan het totale palet van de werkzaamheden van een IDM er goed in beeld wordt gebracht. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

18 Bijvoorbeeld: het ontwikkelen van zoekstrategieën; het uitvoeren van documentmining processen; het ontwikkelen, implementeren en evalueren van ontsluitingssystemen; het selecteren van hard- en software t.b.v. informatiediensten; adviseren over het ontwerpen, ontwikkelen, implementeren en evalueren van ICT-toepassingen (zoals: Intranet, Website, Contentmanagementsystemen, DIS en MMIS) voor het gebruik van documentaire informatie in de context van verschillende bedrijfsprocessen. In het Ontwerp Programma Informatiedienstverlening en -Management zijn alle beroepstaken van een IDM er opgenomen met daarbij telkens de aanduiding van het complexiteitsniveau en de relatie met een (specifiek) programma-onderdeel. Samenvattend: uit het IDM-Opleidingsprofiel en uit het Ontwerp Programma Informatiedienstverlening en - Management blijkt, dat de IDM-opleiding de landelijk overeengekomen beroepscompetenties op genoegzame wijze in haar eindkwalificaties en in haar programma-ontwerp heeft geïncorporeerd. C.4. Belangrijk in dit verband is de constatering van het auditteam, dat de IDM-opleiding een duidelijke -en naar het oordeel van het auditteam terechte- keuze heeft gemaakt door haar onderwijs ook en expliciet te richten op bijvoorbeeld: storage en retrieval, toegespitst op ongestructureerde informatie en visuele informatie; documentmining records management. Bovendien -en het auditteam is daar positief over- blijkt uit het Ontwerp Programma Informatiedienstverlening en -Management, dat de opleiding óók op andere belangrijke ontwikkelingen binnen het IDM-domein is gericht: de opkomst van digital libraries; de steeds centralere rol van internet en intranet in de informatiebemiddeling; information literacy. Het auditteam heeft na bestudering van het voltijd-en het deeltijd opleidingsprogramma, vastgesteld dat dit "Ontwerp Programma Informatiedienstverlening en -Management" van toepassing is op èn de voltijd- èn de deeltijd IDM-opleiding. C.5. Het Opleidingsprofiel IDM is in 2003 aan de Beroepenveldcommissie voorgelegd, wat in 2004 aantoonbaar heeft geleid tot een nadere aanpassing. Zo is thans in het IDM-profiel de brede competentie met betrekking tot kennismanagement geconcretiseerd naar informatiemanagement en wordt in elke competentie het talige karakter van het IDM-vak geëxpliciteerd en daarbij gaat het dan met name om Engels. Gelet op de samenstelling van het Landelijk Overleg IDM-Opleidingen (LOI) en de validering door het werkveld, concludeert het auditteam dat de IDM-opleiding voldoet aan de eis dat zij met collega-instellingen en met het werkveld haar eindkwalificaties opstelt. Vervolgens heeft zij haar nadere uitwerking daarvan in 2003 getoetst aan de visie van haar Beroepenveldcommissie hetgeen tot aanpassingen heeft geleid die vervolgens door die Beroepenveldcommissie in mei 2004 zijn geaccordeerd. Daarmee is ook op opleidingsniveau de inbreng van het werkveld gerealiseerd. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

19 Conclusie: De IDM-opleiding richt zich aantoonbaar op eindkwalificaties die overeenkomen met de eisen die door IDM-vakgenoten/collega-opleidingen en door het beroepenveld (landelijk en regionaal ) worden gesteld. C.6. De IDM-opleiding leidt studenten op voor functies als: Informatie Adviseur; Coördinator Kenniscentrum; Informatiemanager; Information Researcher; Desk Researcher; Bibliothecaris. Functies die een hoog kennisniveau vergen. De eindkwalificaties, zo heeft het auditteam geconstateerd, laten dit ook duidelijk zien. C.7. Internationalisering Internationale oriëntatie is inherent aan het IDM-vakgebied. Veel gespecialiseerde vakliteratuur is uitsluitend in het Engels beschikbaar. Jaarlijks worden gastcolleges verzorgd door een specialist van de Syracuse University (VS). Met betrekking tot de stages en afstudeerprojecten geldt als beleid (zie ook de I- en de BI-opleiding) dat deze, waar mogelijk, plaatsvinden in internationaal werkende organisaties. Het auditteam constateert voorts, dat internationale samenwerking binnen de IDM-opleidingsstrategie (nog) geen substantiële plaats heeft. De prioriteiten van de opleiding liggen elders: o.a. bij de verdere uitwerking van het opleidingsprogramma en bij het competentiegericht maken van het onderwijs. Het auditteam kan zich vinden in de gekozen prioriteitstelling en hecht voorlopig meer gewicht aan de opleidingsinspanningen gericht op de interne kwaliteitszorg dan aan acties richting buitenlandse partners. Temeer, daar in onderwijsinhoudelijk opzicht de internationale dimensie meer dan voldoende aandacht krijgt. De Afdeling Informatica heeft overigens aangegeven, dat zij in het studiejaar haar internationaliseringsbeleid met betrekking tot o.a. de IDM-opleiding nader zal uitwerken richting internationale samenwerking en internationale stages. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

20 Oordeel: goed Het oordeel 'goed' geldt voor zowel de I-opleiding als voor de BI-opleiding en de IDM-opleiding. Weliswaar onderscheiden de domeinspecifieke eisen zich inhoudelijk van elkaar, maar hun reikwijdte en hun niveau alsmede de wijze waarop zij als richtsnoer en als programmatisch referentiekader worden gebruikt, is voor de drie opleidingen en hun respectieve varianten gelijk. Uit de hierboven uitvoerig beschreven 'Bevindingen' blijkt voorts, dat de I-opleiding en de BI-opleiding in de locatie Zoetermeer geheel overeenkomen met hun Haagse pendanten, daar waar het gaat om de "Domeinspecifieke Eisen". Dat is ook niet verwonderlijk, gelet op de observatie zoals beschreven in de Inleiding, en In het hiernavolgende wordt elke opleiding afzonderlijk gepresenteerd, maar tekstueel zal de motivering van het oordeel van het auditteam gelijk zijn, omdat de bevindingen m.b.t. de drie opleidingen niet van elkaar verschillen. (Zie ook: Inleiding, ) De I-opleiding Voor de I-opleiding (voltijd, deeltijd en duaal) kwalificeert het auditteam dit facet als goed en wel op grond van de volgende observaties: de eindkwalificaties van de I-opleiding sluiten aan bij de eisen die op landelijk niveau door vakgenoten binnen het I-domein worden gesteld aan HBO Informatica-opleidingen; de eindkwalificaties sluiten aan bij de eisen die op landelijk niveau door de I-beroepspraktijk aan de betreffende opleidingen worden gesteld; de hierboven bedoelde op landelijk niveau overeengekomen en door het Informatica werkveld gevalideerde eindkwalificaties zijn, naar het oordeel van het auditteam, een goede afspiegeling van de ontwikkelingen binnen het Informatica domein; de hierboven bedoelde I-eindkwalificaties doen recht aan de eisen die samenhangen met het hoge functieniveau waarop de Informaticus geacht wordt te opereren; de hierboven bedoelde eindkwalificaties zijn telkens op vijf niveaus beschreven, waardoor ook de kwalificaties waarover een beginnende Informaticus dient te beschikken, herkenbaar in de opleidingsdoelstellingen zijn opgenomen; de nadere inkleuring en uitwerking van de Haagse I-eindkwalificaties 11 zijn, gelet op de ontwikkelingen binnen het I-domein, zeer actueel en valide; deze "Haagse" kwalificaties zijn tot stand gekomen in samenwerking met de Informatica Beroepenveldcommissie, die qua samenstelling een goede afspiegeling is van het I-werkveld, zowel wat betreft deskundigheid en ervaring als wat betreft hun positie (beginnende beroepsbeoefenaren èn ervaren professionals op managementniveau). 11 "Haagse" verwijst in dit verband niet naar de locatie Den Haag, maar naar de I-opleiding zoals die door de Haagse Hogeschool wordt verzorgd in zowel Den Haag als Zoetermeer. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

21 De BI-opleiding Voor de I-opleiding (voltijd en deeltijd) kwalificeert het auditteam dit facet als goed en wel op grond van de volgende observaties: de eindkwalificaties van de BI-opleiding sluiten aan bij de eisen die op landelijk niveau door vakgenoten binnen het BI-domein worden gesteld aan HBO Bedrijfskundige Informatica-opleidingen; de eindkwalificaties sluiten aan bij de eisen die op landelijk niveau door de BI-beroepspraktijk aan de betreffende opleidingen worden gesteld; de hierboven bedoelde op landelijk niveau overeengekomen en door het BI-werkveld gevalideerde eindkwalificaties zijn, naar het oordeel van het auditteam, een goede afspiegeling van de ontwikkelingen binnen het BI-domein; de hierboven bedoelde BI-eindkwalificaties doen recht aan de eisen die samenhangen met het hoge functieniveau waarop de Bedrijfskundig Informaticus geacht wordt te opereren; de hierboven bedoelde eindkwalificaties zijn telkens op vijf niveaus beschreven, waardoor ook de kwalificaties waarover een beginnende Bedrijfskundig Informaticus dient te beschikken, herkenbaar in de opleidingsdoelstellingen zijn opgenomen; de nadere inkleuring en uitwerking van de Haagse BI-eindkwalificaties 12 zijn, gelet op de ontwikkelingen binnen het BI-domein, zeer actueel en valide; deze "Haagse" kwalificaties zijn tot stand gekomen in samenwerking met de Beroepenveldcommissie "Bedrijfskundige Informatica", die qua samenstelling een goede afspiegeling is van het BI-werkveld, zowel wat betreft deskundigheid en ervaring als wat betreft hun positie (beginnende beroepsbeoefenaren èn ervaren professionals op managementniveau). De IDM-opleiding Voor de IDM-opleiding (voltijd en deeltijd) kwalificeert het auditteam dit facet als goed en wel op grond van de volgende observaties: de eindkwalificaties van de IDM-opleiding sluiten aan bij de eisen die op landelijk niveau door vakgenoten binnen het IDM-domein worden gesteld aan HBO IDM-opleidingen; de eindkwalificaties sluiten aan bij de eisen die op landelijk niveau door de IDM-beroepspraktijk aan de betreffende opleidingen worden gesteld; de hierboven bedoelde op landelijk niveau overeengekomen en door het werkveld gevalideerde eindkwalificaties zijn, naar het oordeel van het auditteam, een goede afspiegeling van de ontwikkelingen binnen het IDM-domein; de hierboven bedoelde IDM-eindkwalificaties doen recht aan het hoge functieniveau waarop de IDM'er geacht wordt te opereren; de hierboven bedoelde eindkwalificaties zijn telkens op vijf niveaus beschreven, waardoor ook de kwalificaties waarover een beginnende IDM'er dient te beschikken, herkenbaar in de opleidingsdoelstellingen zijn opgenomen; de nadere inkleuring en uitwerking van de Haagse IDM-eindkwalificaties zijn, gelet op de ontwikkelingen binnen het IDM-domein, zeer actueel en valide; deze "Haagse' kwalificaties zijn tot stand gekomen in samenwerking met de Beroepenveldcommissie, "Informatiedienstverlening en -Management", die qua samenstelling een goede afspiegeling is van het betreffende werkveld, zowel wat betreft deskundigheid en ervaring als wat betreft hun positie (beginnende beroepsbeoefenaren èn ervaren professionals op managementniveau). 12 "Haagse" verwijst in dit verband niet naar de locatie Den Haag, maar naar de BI-opleiding zoals die door de Haagse Hogeschool wordt verzorgd in zowel Den Haag als Zoetermeer. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

22 Facet 1.2. Niveau Bachelor Criterium Het facet Niveau Bachelor van het onderwerp Doelstellingen Opleiding is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: Sluiten de eindkwalificaties van de opleiding aan bij algemene, internationaal geaccepteerde beschrijvingen van de kwalificaties van een Bachelor? Bevindingen De I-opleiding Het auditteam heeft de eindkwalificaties van de I-opleiding geanalyseerd om te bepalen of deze kwalificaties beantwoorden aan het niveau bachelor zoals weergegeven in de zogeheten Dublin Descriptoren. In de Dublin Descriptoren worden de volgende dimensies onderscheiden, bij elk waarvan hieronder een beschrijving wordt gegeven in relatie tot de respectieve eindkwalificaties. Voor zover het opleidingsoverstijgende kwalificaties betreft, zijn de I-kwalificaties aantoonbaar gebaseerd op de 10 generieke kwalificaties zoals door de commissie Franssen vastgelegd in haar rapport Prikkelen, presteren en profileren. Bij zijn analyse heeft het auditteam zich gebaseerd op het Opleidingsprofiel Informatica (zie facet 1.1, A.3) en het Ontwerp Programma Informatica (zie facet 1.1, A.4). Deze analyse leert het volgende: Kennis en inzicht De bijzondere (beroepsspecifieke) eindkwalificaties zijn voor de voltijd-, de deeltijd- en de duale I-opleiding geformuleerd in beroepsspecifieke competenties en wel zodanig dat zij niet kunnen worden verworven zonder gedegen kennis van en inzicht in bijvoorbeeld: proces- en informatieanalyse; software tools en gedistribueerde systemen; methoden en technieken voor de ontwikkeling van (complexe) systemen; computersystemen en netwerken. Toepassen Kennis en inzicht De beroepsspecifieke competenties van de voltijd-, de deeltijd- en de duale I-opleiding zijn onderverdeeld in deelcompetenties, alle expliciet gericht op professionele toepassing van kennis en inzicht. Een toepassing die de studenten via het maken van de in de I-eindkwalificaties genoemde beroepsproducten moeten demonstreren. Bijvoorbeeld: analyse rapporten (system requirements, use cases, class diagrams); ontwerp rapporten (sequence diagrams, transition diagrams, GUI design, database design); applicatie software (programmatuur); systeemdocumentatie (installatie-, gebruikers- en beheerhandleidingen); dataware houses; ICT dienstencatalogus; implementatieplannen; informatie-analyse rapport (managementinformatie). Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

23 Oordeelsvorming Zowel de generieke hbo competenties (cie. Franssen) als de beroepsspecifieke competenties behelzen het hele spectrum van (1) probleemsignalering/-formulering, (2) beleidsontwikkeling, (3) beleidsuitvoering en (4) evaluatie. De daarmee verband houdende vaardigheden zijn expliciet gericht op het maken van keuzen in de beroepsuitoefening op tactisch en operationeel niveau. Dit vooronderstelt, dat de student in staat is problemen te analyseren en mogelijke oplossingsstrategieën tegen elkaar af te wegen en daarna te evalueren. Dit wordt in de opleidingscompetenties van de voltijd-, de deeltijd- en de duale I-opleiding zichtbaar gemaakt, zowel in het Opleidingsprofiel Informatica (zie facet 1.1, A.3) als in het Ontwerp Programma Informatica alsmede in de afzonderlijke blokbeschrijvingen. Voorts wordt, zo constateert het auditteam op basis van de programmabeschrijving van de voltijd-, de deeltijd- en de duale I-opleiding, in alle drie opleidingsvarianten expliciet aandacht besteed aan het ontwikkelen van het vermogen van de student tot reflectie op het beroep. Communicatie In de eindkwalificaties waar de voltijd-, de deeltijd- en de duale I-opleiding zich op richten, is communicatie als onderdeel van het professioneel handelen nadrukkelijk een leerdoel en ook als onderdeel van de door de student te verwerven competenties expliciet beschreven. Blijkens de blokhandleidingen waarin telkens de leerdoelen zijn aangegeven, komt het element communicatie prominent aan de orde. Deels in termen van kennis met betrekking tot communicatieprocessen en -patronen binnen organisaties en bedrijven, maar vooral als onderdeel van de eigen performance als Informaticus die in teamverband opereert en voor wie professionele communicatie een wezenlijke succesfactor is. Leervaardigheden Voor de voltijd-, de deeltijd- en de duale I-opleiding geldt, dat de te verwerven competenties een aantal metavaardigheden van de studenten veronderstellen die expliciet op het eigen leren zijn gericht opdat de student in staat is zich verder als professional te ontwikkelen en vervolgstudies op een hoger niveau te doorlopen. Deze metavaardigheden staan in de I-eindkwalificaties vermeld in termen van de eigen ontwikkeling als professional. De I-opleiding te Zoetermeer Gelet op het gestelde bij facet 1.1 onder A.8, zijn de hierboven beschreven bevindingen ook van toepassing op de I-opleiding te Zoetermeer. De BI-opleiding Het auditteam heeft de eindkwalificaties van de BI-opleiding geanalyseerd om te bepalen of deze kwalificaties beantwoorden aan het niveau bachelor zoals weergegeven in de zogeheten Dublin Descriptoren. In de Dublin Descriptoren worden de volgende dimensies onderscheiden, bij elk waarvan hieronder een beschrijving wordt gegeven in relatie tot de respectieve eindkwalificaties. Voor zover het opleidingsoverstijgende kwalificaties betreft, zijn de BI-kwalificaties aantoonbaar gebaseerd op de 10 generieke kwalificaties zoals door de commissie Franssen vastgelegd in haar rapport Prikkelen, presteren en profileren. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

24 Bij zijn analyse heeft het auditteam zich gebaseerd op het Opleidingsprofiel BI" (zie facet 1.1, B.3) en het Ontwerp Programma BI (zie facet 1.1, B.4). Deze analyse leert het volgende: Kennis en inzicht De bijzondere (beroepsspecifieke) eindkwalificaties zijn voor de voltijd- en de deeltijd BI-opleiding geformuleerd in beroepsspecifieke competenties en wel zodanig dat zij niet kunnen worden verworven zonder gedegen kennis en inzicht in bijvoorbeeld: analyse bedrijfsprocessen; interactie tussen bedrijfsprocessen en interne en externe omgeving; informatieanalyse; ICT-ontwikkelingen; architectuur en beheer van informatiesystemen. Toepassen kennis en inzicht De beroepsspecifieke competenties zijn onderverdeeld in deelcompetenties, alle expliciet gericht op professionele toepassing van kennis en inzicht. Een toepassing die de studenten via het maken van de in de eindkwalificaties genoemde beroepsproducten moeten demonstreren. Bijvoorbeeld: business case; bedrijfsprocessen-model; E-commerce internet applicatie t.b.v. MKB; digitaal loket; adviesrapport m.b.t. ICT-servicemanagement; adviesrapport m.b.t. innovaties op het gebied van informatie-architectuur, -planning en -beveiliging. Oordeelsvorming Zowel de generieke hbo competenties (cie. Franssen) als de beroepsspecifieke competenties behelzen het hele spectrum van (1) probleemsignalering/-formulering, (2) beleidsontwikkeling, (3) beleidsuitvoering en (4) evaluatie. De daarmee verband houdende vaardigheden zijn expliciet gericht op het maken van keuzen in de beroepsuitoefening op tactisch en operationeel niveau. Dit vooronderstelt dat de student in staat is problemen te analyseren en mogelijke oplossingsstrategieën tegen elkaar af te wegen en daarna te evalueren. Dit wordt in de opleidingscompetenties van de voltijd- en de deeltijd BI-opleiding zichtbaar gemaakt, zowel in het Opleidingsprofiel Bedrijfskundige Informatica (zie facet 1.1, B.3) als in het Ontwerp Programma Informatica alsmede in de afzonderlijke blokbeschrijvingen. Voorts wordt, zo constateert het auditteam op basis van de programmabeschrijving van de voltijd-en de deeltijd BI-opleiding, in beide opleidingsvarianten expliciet aandacht besteed aan het ontwikkelen van het vermogen van de student tot reflectie op het beroep. Communicatie In de eindkwalificaties waar de voltijd- en de deeltijd BI-opleiding zich op richten, is communicatie als onderdeel van het professioneel handelen nadrukkelijk een leerdoel en ook als onderdeel van de door de student te verwerven competenties expliciet beschreven. Blijkens de blokhandleidingen waarin telkens de leerdoelen zijn aangegeven, komt het element communicatie prominent aan de orde. Deels in termen van kennis met betrekking tot communicatieprocessen en -patronen binnen organisaties en bedrijven, maar vooral als onderdeel van de eigen performance als Bedrijfskundig Informaticus die in teamverband opereert en voor wie professionele communicatie een wezenlijke succesfactor is. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

25 Leervaardigheden Voor de voltijd- en de deeltijd BI-opleiding geldt, dat de te verwerven competenties een aantal metavaardigheden van de studenten veronderstellen die expliciet op het eigen leren zijn gericht opdat de student in staat is zich verder als professional te ontwikkelen en vervolgstudies op een hoger niveau te doorlopen. Deze metavaardigheden staan in de BI-eindkwalificaties vermeld in termen van de eigen ontwikkeling als professional. De BI-opleiding te Zoetermeer Gelet op het gestelde bij facet 1.1 onder B.8, zijn de hierboven beschreven bevindingen ook van toepassing op de BI-opleiding te Zoetermeer. De IDM-opleiding Het auditteam heeft de eindkwalificaties van de IDM-opleiding geanalyseerd om te bepalen of deze kwalificaties beantwoorden aan het niveau bachelor zoals weergegeven in de zogeheten Dublin Descriptoren. In de Dublin Descriptoren worden de volgende dimensies onderscheiden, bij elk waarvan hieronder een beschrijving wordt gegeven in relatie tot de respectieve eindkwalificaties. Voor zover het opleidingsoverstijgende kwalificaties betreft, zijn de IDM-kwalificaties aantoonbaar gebaseerd op de 10 generieke kwalificaties zoals door de commissie Franssen vastgelegd in haar rapport Prikkelen, presteren en profileren. Bij zijn analyse heeft het auditteam zich gebaseerd op het Opleidingsprofiel Informatiedienstverlening en - Management (zie facet 1.1, C.3) en het Ontwerp Programma Informatiedienstverlening en - Management (zie facet 1.1, C.4). Deze analyse leert het volgende: Kennis en inzicht De bijzondere (beroepsspecifieke) eindkwalificaties zijn voor de voltijd- en de deeltijd IDM-opleiding geformuleerd in beroepsspecifieke competenties en wel zodanig dat zij niet kunnen worden verworven zonder gedegen kennis van en inzicht in bijvoorbeeld: methoden van informatiebehoefte-analyse; internationale informatiebronnen en -kanalen; documentmining processen; records management; ontwikkelen, implementeren en evalueren van ontsluitingssystemen; ICT toepassingen m.b.t documentaire informatie. Toepassen kennis en inzicht De beroepsspecifieke competenties zijn onderverdeeld in deelcompetenties, alle expliciet gericht op professionele toepassing van kennis en inzicht. Een toepassing die de studenten via het maken van de in de eindkwalificaties genoemde beroepsproducten moeten demonstreren. Bijvoorbeeld: informatiegids met database m.b.t. een specifiek domein (Thema: Information research); prototype data bases in Adlib en in MS Access (Thema: Documentaire database design); adviesnota m.b.t. beheer van digitaal archief; prototype digitaal archief t.b.v. consultancy projecten (Thema: Contentmanagement); prototype van een thesaurus als kennissysteem m.b.t. een specifiek domein (Thema: Storage & retrieval) digitaal platform, bijvoorbeeld om nieuwsinhoudelijke informatie beschikbaar te maken (Thema: Intranet / Multimediamanagement). Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

26 Oordeelsvorming Zowel de generieke hbo competenties (cie. Franssen) als de beroepsspecifieke competenties behelzen het hele spectrum van (1) probleemsignalering/-formulering, (2) beleidsontwikkeling, (3) beleidsuitvoering en (4) evaluatie. De daarmee verband houdende vaardigheden zijn expliciet gericht op het maken van keuzen in de beroepsuitoefening op tactisch en operationeel niveau. Dit vooronderstelt dat de student in staat is problemen te analyseren en mogelijke oplossingsstrategieën tegen elkaar af te wegen en daarna te evalueren. Dit wordt in de opleidingscompetenties van de voltijd- en de deeltijd IDM-opleiding zichtbaar gemaakt, zowel in het Opleidingsprofiel Informatiedienstverlening en -Management (zie facet 1.1, C.3) als in het Ontwerp Programma Informatiedienstverlening en -Management alsmede in de afzonderlijke blokbeschrijvingen. Voorts wordt, zo constateert het auditteam op basis van de programmabeschrijving van de voltijd-en de deeltijd IDM-opleiding, in beide opleidingsvarianten expliciet aandacht besteed aan het ontwikkelen van het vermogen van de student tot reflectie op het beroep. Communicatie In de eindkwalificaties waar de voltijd- en de deeltijd IDM- opleiding zich op richten, is communicatie als onderdeel van het professioneel handelen nadrukkelijk een leerdoel en als onderdeel van de door de student te verwerven competenties expliciet beschreven. Blijkens de blokhandleidingen waarin telkens de leerdoelen zijn aangegeven, komt het element communicatie prominent aan de orde. Deels in termen van kennis met betrekking tot communicatieprocessen en -patronen binnen organisaties en bedrijven, maar vooral als onderdeel van de eigen performance als IDM er die in teamverband opereert en voor wie professionele communicatie een wezenlijke succesfactor is. Leervaardigheden Voor de voltijd- en de deeltijd IDM-opleiding geldt, dat de te verwerven competenties een aantal metavaardigheden van de studenten veronderstellen die expliciet op het eigen leren zijn gericht opdat de student in staat is zich verder als professional te ontwikkelen en vervolgstudies op een hoger niveau te doorlopen. Deze metavaardigheden staan in de IDM-eindkwalificaties vermeld in termen van de eigen ontwikkeling als professional. Oordeel: voldoende De I-opleiding, de BI-opleiding en de IDM-opleiding Het auditteam kwalificeert dit facet voor alle drie de opleidingen (inclusief de "Zoetermeerse") en hun respectieve varianten als voldoende en wel op grond van de volgende observatie: de eindkwalificaties van de I-opleiding, de BI-opleiding en de IDM-opleiding bevatten alle elementen waar de Dublin Descriptoren betrekking op hebben en met een diepgang die overeenkomt met het niveau waar de Dublin Descriptoren naar verwijzen. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

27 Facet 1.3. Oriëntatie HBO Criteria Het facet Oriëntatie HBO van het onderwerp Doelstellingen Opleiding is beoordeeld aan de hand van de volgende NVAO-criteria: Zijn de eindkwalificaties van de opleiding mede ontleend aan de door (of in samenspraak met) het relevante beroepenveld opgestelde beroepsprofielen en/of beroepscompetenties? Sluiten de eindkwalificaties van de opleiding aan bij het niveau van een beginnend beroepsbeoefenaar in het relevante beroepenveld waarvoor de betreffende opleiding vereist of dienstig is? Bevindingen Oriëntatie hbo kent twee dimensies. Hoger onderwijs enerzijds, beroepsonderwijs anderzijds. De I-opleiding, de BI-opleiding en de IDM-opleiding Hoger Onderwijs A.1. Het beroepsprofiel en de daarmee samenhangende eindkwalificaties van de voltijd-, de deeltijd en de duale I-opleiding, de voltijd- en de deeltijd BI-opleiding, de voltijd- en de deeltijd IDM-opleiding beschrijven een hoog niveau van beroepsuitoefening (zie bij facet 1.1 onder A.6, B.6 en C.6) en sluiten aantoonbaar aan (zie onder facet 1.2.) bij de beschrijving van het bachelor niveau in de Dublin Descriptoren. Daarmee is aangegeven dat de drie opleidingen en hun respectieve varianten gerekend kunnen worden tot het hoger onderwijs. A.2. Gelet op het gestelde bij facet 1.1 onder A.8 en B.8 is het bovenstaande ook van toepassing op de I-opleiding en de BI-opleiding te Zoetermeer. Beroepsonderwijs A.3. Zowel de landelijk overeengekomen kwalificaties als de specifiek Haagse eindkwalificaties van de voltijd-, de deeltijd en de duale I-opleiding, de voltijd- en de deeltijd BI-opleiding, de voltijd- en de deeltijd IDM-opleiding zijn geformuleerd in termen van competenties die aantoonbaar (zie bij facet 1.1) in samenspraak met de respectieve beroepenvelden zijn opgesteld en gevalideerd: landelijk en (via de respectieve Beroepenveldcommissies) regionaal. Daarmee is op het niveau van de opleidingsdoelstellingen van de drie opleidingen en hun respectieve varianten de oriëntatie op het voor de Informaticus, respectievelijk de Bedrijfskundig Informaticus en de IDM'er relevante werkveld geborgd. A.4. Gelet op het gestelde bij facet 1.1 onder A.8 en B.8 is het bovenstaande ook van toepassing op de I-opleiding en de BI-opleiding te Zoetermeer. A.5. Voor het overige wordt de Oriëntatie HBO zichtbaar gemaakt in de programma's van de drie opleidingen en hun respectieve varianten. Zie daarvoor de bevindingen onder facet 2.1. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

28 Oordeel: voldoende De I-opleiding, de BI-opleiding en de IDM-opleiding Het auditteam kwalificeert dit facet voor de drie opleidingen en hun respectieve varianten als voldoende en wel op grond van de volgende observaties: de eindkwalificaties van de drie opleidingen zijn mede ontleend zijn aan de door de respectieve beroepenvelden opgestelde beroepsprofielen Informatica, Bedrijfskundige Informatica en Informatiedienstverlening en -Management. (Zie onder facet 1.1.) in de van deze beroepsprofielen afgeleide opleidingsspecifieke kwalificaties wordt ook het niveau van de beginnende beroepsbeoefenaar (Informaticus, BI er, IDM er) geformuleerd. SAMENVATTEND OORDEEL DOELSTELLINGEN OPLEIDING : VOLDOENDE De I-opleiding, de BI-opleiding en de IDM-opleiding Het auditteam beoordeelt het Onderwerp Doelstellingen Opleiding voor de I- Opleiding, de BI-opleiding en de IDM-opleiding (inclusief hun varianten) als voldoende. De drie opleidingen hebben goed zicht op de ontwikkelingen in hun respectieve werkvelden. De drie opleidingen hebben hun werkveldinzicht qua bereik, thematiek en diepgang adequaat vertaald naar opleidingsdoelstellingen waarbij elke opleiding het voor haar relevante werkveld uitdrukkelijk heeft betrokken, zowel landelijk als regionaal. Dit oordeel is ook van toepassing op de voltijd I-opleiding en de voltijd BI-opleiding in de nevenvestiging Zoetermeer. Immers voor wat betreft alle facetten van dit onderwerp, zijn deze Zoetermeerse opleidingen identiek aan de I-opleiding, respectievelijk de BI-opleiding in de hoofdvestiging Den Haag. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

29 Onderwerp 2: Programma Dit onderwerp kent acht facetten: 1.eisen HBO; 2. relatie tussen doelstellingen en inhoud; 3. samenhang programma; 4. studielast; 5. instroom; 6. duur; 7. afstemming tussen vormgeving en inhoud; 8. beoordeling en toetsing. Facet 2.1. Eisen HBO Criteria Het facet Eisen HBO van het onderwerp Programma is beoordeeld aan de hand van de volgende NVAOcriteria: Vindt kennisontwikkeling van studenten plaats via vakliteratuur, aan de beroepspraktijk ontwikkeld studiemateriaal en via interactie met de beroepspraktijk en/of (toegepast) onderzoek? Heeft het programma aantoonbare verbanden met actuele ontwikkelingen in het vakgebied / de discipline? Waarborgt het programma de ontwikkeling van beroepsvaardigheden en heeft het aantoonbare verbanden met de actuele beroepspraktijk? Bevindingen De bevindingen van het auditteam worden hieronder per afzonderlijke opleiding en per variant gepresenteerd. Uit de beschrijving zal evenwel blijken, dat de structuur van de drie opleidingen alsmede de direct daarmee samenhangende onderwijskundige voorzieningen met betrekking tot de relatie tussen het binnenschools en het buitenschools programma, onderling niet verschillen. Dat is de resultante van het feit, dat het in de Inleiding ( ) beschreven gemeenschappelijk Afdelingskader inderdaad richtinggevend blijkt te zijn voor de onder de Afdeling vallende opleidingen, dus ook voor de drie onderhavige opleidingen. Een en ander leidt ertoe dat de bevindingen van het auditteam met betrekking tot de afzonderlijke opleidingen grotendeels overeenkomen. Iets wat ook uit de tekst zal blijken. En voorzover het de onderscheiden varianten binnen één opleiding betreft: het auditteam heeft geconstateerd, dat varianten binnen één opleiding niet zozeer verschillen in inhoud als wel in uitvoering. De I-opleiding: voltijd (Den Haag en Zoetermeer) De programmabeschrijving van de voltijd I-opleiding laat zien, dat de opleidingsstructuur veel openingen biedt naar de beroepspraktijk. Het curriculum van de I-opleiding kent een opbouw in blokken van elk 10 weken. Elk blok ingericht rond een zogeheten beroepstaak. Deze heeft de vorm van een praktijkopdracht die aan het betreffende I-beroepenveld is ontleend dan wel rechtstreeks door het beroepenveld wordt ingebracht. Dat laatste is met name het geval gedurende de stage (twee blokken in het 3 e jaar) en in de afstudeerfase (twee blokken in het 4 e jaar). Zie voor beroepstaken: facet 1.1. A.1. Vanaf het 1 e blok in de propedeuse onderscheidt de I-opleiding zich weliswaar inhoudelijk van de BIopleiding en de IDM-opleiding, maar qua programmatische opbouw en vormgeving zijn zij alle drie gelijk. De thematische opbouw 13 en de daaraan gerelateerde projecten zijn ook in die fase (fase na het 1 e propedeuseblok) van de opleiding het leidende beginsel. 13 Het gaat hier om programma-thema s als: Database Application, Web Services, Open Source versus Microsoft, Application Service Provider, Business to Business. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

30 Ook hier heeft het auditteam kunnen constateren dat de projecten gericht zijn op het maken van reële beroepsproducten. Bijvoorbeeld: een Website, Website met database koppeling, Applicatie met database koppeling, Geïmplementeerde Applicaties, Ontwerp van een of meer componenten van een informatiesysteem, maar ook Analyse- en Ontwerp-rapportages, Testrapporten, Functionele specificaties. (Zie voorts onder facet 1.2.) Overigens komen in de hoofdfase van de I-opleiding de opdrachten veelal in samenwerking met het beroepenveld tot stand. Zie onder A.3. A.2. Voorts kent de I-opleiding, zoals hierboven reeds is aangegeven, een stageperiode van 20 weken die plaatsvindt in het 3 e jaar. De werkzaamheden die een student tijdens de stage verricht, de te verwachten output en de begeleiding door de stagebiedende organisatie en de opleiding, worden bepaald door èn de betreffende organisatie èn de I-opleiding die daartoe samen met de student bindende afspraken maken, die vervolgens worden neergelegd in een stage-overeenkomst. Op deze wijze bewaakt de opleiding de opleidingsrelevantie van de stagewerkzaamheden. A.3. De afstudeerfase van de I-opleiding is gewijd aan een nadere specialisatie en aan de afstudeeropdracht (20 weken) die door de student wordt uitgevoerd binnen het bedrijf of de organisatie in opdracht waarvan de student zijn eindwerkstuk/beroepsproduct maakt. De afstudeeropdracht komt overigens mede tot stand in samenspraak met de opleiding, die daarbij niet alleen toetst of de opdracht relevant is voor de betreffende organisatie, maar ook of zij voldoende reikwijdte, complexiteit en diepgang heeft in het perspectief van de te verwerven eindkwalificaties op HBO-niveau. De externe opdrachtgever is bij de beoordeling van de afstudeeropdracht betrokken. Die beoordeling richt zich op de uitvoering door de student (zijn functioneren en professioneel handelen) en op het uiteindelijk resultaat: het eindproduct. Voor voorbeelden van afstudeeropdrachten: zie facet 6.1. A.4. De interactie tussen I-opleidingen en I-beroepspraktijk vindt ook plaats via bijeenkomsten met de Beroepenveldcommissie die, zoals reeds eerder opgemerkt, qua samenstelling een goede afspiegeling is van het betreffende werkveld, zowel wat betreft deskundigheid en ervaring als wat betreft hun positie (beginnende beroepsbeoefenaren èn ervaren professionals op managementniveau). Uit de verslaglegging blijkt, dat het in deze commissie vertegenwoordigde beroepenveld een belangrijke rol speelt in de opleiding via het inbrengen van actuele voor de opleiding relevante werkveldontwikkelingen. Iets waar de opleiding aantoonbaar gebruik van maakt, zo kon het auditteam constateren bij het inzien van de projectopdrachten en het ondersteunend studiemateriaal. De projectopdrachten hebben een grote realiteitswaarde en zijn inderdaad geënt op de actuele taken van een Informaticus. Al naargelang de opleiding vordert neemt ook de complexiteit van deze opdrachten toe. Van (in het 1e jaar) het ontwikkelen van een applicatie voor een muziekwinkel met registratie- en zoekmogelijkheden tot (in het 4e jaar) advies m.b.t. het koppelen van bestaande informatiesystemen t.b.v. Enterprice Application Integration en het vervolgens softwarematig uitvoeren van die koppeling. A.5. Het auditteam heeft ook inzage gehad in de door de drie opleidingen gehanteerde vakliteratuur die overigens voor een belangrijk deel (ca 25 %) Engelstalig is. Naar het oordeel van het auditteam is de gebruikte literatuur relevant en zeer wel passend binnen het HBO-niveau. 14 Het gaat hier om thema s als: E-business, ICT-management, Business Intelligence en ICT Assessment & Infomation Economics. 15 Het gaat hier om thema s als: Information Research, Documentaire Database Design, Content Management, Storage & Retrieval van Informatie, Informatiemanagement, Intranet. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

31 A.6. Samenvattend is het auditteam van oordeel, dat de opleiding voldoende op het I-werkveld is georiënteerd: het binnenschools programma is systematisch gericht op reële beroepstaken en beroepsproducten, terwijl het buitenschools programma (stage en afstuderen) enerzijds een substantieel onderdeel van de opleiding vormt en anderzijds ook inhoudelijk in de opleiding is verankerd. De I-opleiding creëert op deze wijze voldoende mogelijkheden voor de student om zichzelf te scholen (en geschoold te worden) in interactie met de beroepspraktijk. Opmerking: Het inzetten van gastdocenten is naar het oordeel van het auditteam een effectief en aantrekkelijk middel om de interactie tussen opleiding en werkveld op een vanzelfsprekende wijze binnen het programma te brengen. Bovendien, zo weet het auditteam, stellen studenten de inbreng van gastdocenten zeer op prijs. De voltijd I-opleiding maakt evenwel geen gebruik van gastdocenten, reden voor het auditteam de I-opleiding (beter nog: de Afdeling Informatica) te adviseren zulks wèl te doen. De I-opleiding: deeltijd A.7. Voor de deeltijdvariant van de I-opleiding geldt, dat studenten zo snel mogelijk tijdens de opleiding in een relevante functie werkzaam (moeten) zijn. A.8. De deeltijdopleiding kent dezelfde thematisch opbouw als de voltijdopleiding. Het verschil met de voltijdopleiding ligt vooral in het feit, dat de deeltijdopleiding werkt volgens het principe Werkend Leren. Dat houdt in, dat de deeltijdstudent, elk halfjaar zijn opleidingsplan ( leercontract ) opstelt. Daarin geeft hij aan wanneer en op welke wijze hij de opleidingsopdrachten en beroepsproducten zal uitvoeren binnen de organisatie waar hij werkt. De daarmee verbandhoudende werkzaamheden worden in een zogeheten ICTmatrix geplaatst, opdat alle beroepstaken die in de voltijdopleiding aan de orde komen, ook door de deeltijdstudent worden uitgevoerd. Op basis hiervan krijgen de student, de werkgever en de I-opleiding zicht op de eisen en randvoorwaarden m.b.t. het verwerven van de beoogde beroepsspecifieke en HBOgenerieke competenties zoals die ook gelden voor de voltijd I-opleiding. Het auditteam heeft inzage gehad in deze leercontracten en concludeert, dat deze zeer specifiek beschrijven wat de student geacht wordt aan taken te verrichten en tot welke producten dat moet leiden waarbij telkens is aangegeven hoe de betreffende taken zich verhouden tot de eindkwalificaties / competenties. A.9. Het binnenschools leertraject was blijkens het (overgangs)curriculum 2002 opgebouwd uit modulen, maar sinds 2004 kent ook de deeltijdopleiding een blokkenstructuur om een goede afstemming op het buitenschools leertraject (en vice versa) mogelijk te maken, zowel inhoudelijk als in termen van planning. A.10. Samenvattend is het auditteam van oordeel, dat de deeltijd I-opleiding er in voldoende mate in is geslaagd de buitenschoolse werkzaamheden van de student opleidingsrelevant te maken zodat de student tijdens zijn werk inderdaad de vereiste I-competenties op HBO-niveau kan verwerven. Anders gezegd, het principe Werkend Leren krijgt een adequate vertaling naar de I-opleidingspraktijk. Opmerking: Een andere belangrijke factor die de interactie tussen beroepenveld en de deeltijdopleiding bevordert, is het feit dat de docenten aan de deeltijdopleiding veelal zelf in de beroepspraktijk werkzaam zijn. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

32 De I-opleiding: duaal A.11. Voor de duale variant van de I-opleiding geldt, dat de student na zijn aanmelding een tripartiete onderwijsarbeidsovereenkomst aangaat met een werkgever en de hogeschool. Teneinde de (context van de) duale werkplek te beoordelen op geschiktheid als leeromgeving, wordt deze door de opleiding beoordeeld aan de hand van een specifiek voor dit doel ontworpen accreditatieprocedure. Bij een positief resultaat wordt bedoelde overeenkomst gesloten en kan de student de opleiding volgen. A.12. Ook de duale opleiding kent dezelfde thematisch opbouw als de voltijdopleiding. Het verschil met de voltijdopleiding ligt vooral in het feit, dat de duale opleiding werkt volgens het principe Werkend Leren. Dat houdt in, dat de duale student in het kader van de onderwijsarbeidsovereenkomst, elk halfjaar zijn eigen leerplan opstelt en dat vervolgens vastlegt in een leercontract. Daarin geeft hij aan wanneer en op welke wijze hij de opleidingsopdrachten en beroepsproducten zal uitvoeren binnen de organisatie waar hij werkt. De daarmee verbandhoudende werkzaamheden worden in een zogeheten ICT-matrix geplaatst, opdat alle beroepstaken die in de voltijdopleiding aan de orde komen, ook door de duale student worden uitgevoerd. In feite fungeert bij de duale opleiding de ICT-matrix als een hulpmiddel voor het classificeren van werk en werkomgeving in het ICT-werkveld. Op basis hiervan bepalen de student, de werkgever en de I-opleiding de eisen en randvoorwaarden die m.b.t. het verwerven van de beoogde beroepsspecifieke en HBO-generieke competenties zoals die ook gelden voor de voltijd I-opleiding. Het auditteam heeft ook inzage gehad in deze (duale) leercontracten en concludeert, dat deze zeer specifiek beschrijven wat de student geacht wordt aan taken te verrichten en tot welke producten dat moet leiden waarbij telkens is aangegeven hoe de betreffende taken zich verhouden tot de eindkwalificaties / competenties. A.13. Het binnenschools leertraject van de duale opleiding is modulair opgebouwd om een goede afstemming op het buitenschools leertraject (en vice versa) mogelijk te maken, zowel inhoudelijk als in termen van planning. A.14 Samenvattend is het auditteam van oordeel, dat ook de duale I-opleiding er in voldoende mate in is geslaagd de buitenschoolse werkzaamheden van de student opleidingsrelevant te maken zodat de student tijdens zijn werk inderdaad de vereiste I-competenties op HBO-niveau kan verwerven. Anders gezegd, ook bij de duale variant krijgt het principe Werkend Leren een adequate vertaling naar de opleidingspraktijk. De BI-opleiding: voltijd (Den Haag en Zoetermeer) De programmabeschrijving van de BI-opleiding laat zien dat de opleidingsstructuur van veel openingen biedt naar de beroepspraktijk. Het curriculum van de BI-opleiding kent een opbouw in blokken van elk 10 weken. Elk blok is ingericht rond een zogeheten beroepstaak. Deze heeft de vorm van een praktijkopdracht die aan BI-beroepenveld is ontleend dan wel rechtstreeks door het beroepenveld wordt ingebracht. Dat laatste is met name het geval gedurende de stage (twee blokken in het 3 e jaar) en in de afstudeerfase (twee blokken in het 4 e jaar). Zie voor beroepstaken facet 1.1. B.1. Vanaf het 1 e blok in de propedeuse onderscheidt de BI-opleiding zich weliswaar inhoudelijk van de I-opleiding en de IDM-opleiding, maar qua programmatische vormgeving zijn zij gelijk. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

33 De thematische opbouw 14 en de daaraan gerelateerde projecten zijn ook in die fase ( fase na het 1 e propedeuseblok) van de BI- opleiding het leidende beginsel. Ook hier heeft het auditteam kunnen constateren dat de projecten gericht zijn op het maken van reële beroepsproducten. Bijvoorbeeld: (i) businessplan, (ii) werkend prototype van SLA-generator, (iii) ICTdienstencatalogus. (Zie ook onder facet 1.2.) Overigens komen in de hoofdfase van de BI-opleiding de opdrachten veelal in samenwerking met het beroepenveld tot stand. Zie onder B.3. B.2. Voorts kent de BI-opleiding, zoals hierboven reeds is aangegeven, een stageperiode van 20 weken die plaatsvindt in het 3 e jaar. De werkzaamheden die een student tijdens de stage verricht, de te verwachten output en de begeleiding door de stagebiedende organisatie en de opleiding, worden bepaald door èn de betreffende organisatie èn de BI-opleiding die daartoe samen met de student bindende afspraken maken, die vervolgens worden neergelegd in een stage-overeenkomst. Op deze wijze bewaakt de opleiding de opleidingsrelevantie van de stagewerkzaamheden. B.3. De afstudeerfase van de BI-opleiding is gewijd aan een nadere specialisatie en aan de afstudeeropdracht (20 weken) die door de student wordt uitgevoerd binnen het bedrijf of de organisatie in opdracht waarvan de student zijn eindwerkstuk/beroepsproduct maakt. De afstudeeropdracht komt overigens mede tot stand in samenspraak met de opleiding, die daarbij niet alleen toetst of de opdracht relevant is voor de betreffende organisatie, maar ook of zij voldoende reikwijdte, complexiteit en diepgang heeft in het perspectief van de te verwerven eindkwalificaties op HBO-niveau. De externe opdrachtgever is bij de beoordeling van de afstudeeropdracht betrokken. Die beoordeling richt zich op de uitvoering door de student (zijn functioneren en professioneel handelen) en op het uiteindelijk resultaat (het eindproduct ). Zie voor voorbeelden van afstudeeropdrachten: facet 6.1. B.4. De interactie tussen de BI-opleiding en de BI-beroepspraktijk vindt ook plaats via bijeenkomsten met de Beroepenveldcommissie die, zoals reeds eerder opgemerkt, qua samenstelling een goede afspiegeling is van het betreffende werkveld, zowel wat betreft deskundigheid en ervaring als wat betreft hun positie (beginnende beroepsbeoefenaren èn ervaren professionals op managementniveau). Uit de verslaglegging blijkt, dat het in deze commissie vertegenwoordigde beroepenveld een belangrijke rol speelt in de opleiding via het inbrengen van actuele voor de opleiding relevante werkveldontwikkelingen. Iets waar de opleiding aantoonbaar gebruik van maakt, zo kon het auditteam constateren bij het inzien van de projectopdrachten en het ondersteunend studiemateriaal. De projectopdrachten hebben een grote realiteitswaarde en zijn inderdaad geënt op de actuele taken van een Bedrijfskundig Informaticus. Al naargelang de opleiding vordert neemt ook de complexiteit van deze opdrachten toe. Van (in het 1e jaar) businessplan voor een eigen onderneming tot (in het 4e jaar) advies m.b.t. informatiebeleid waarbij een product- of service-innovatie wordt doorgevoerd. B.5. Het auditteam heeft ook inzage gehad in de door de drie opleidingen gehanteerde vakliteratuur die overigens voor een belangrijk deel (ca 25 %) Engelstalig is. Naar het oordeel van het auditteam is de gebruikte literatuur relevant en zeer wel passend binnen het hbo niveau. B.6. Samenvattend is het auditteam van oordeel, dat de opleiding voldoende op het BI-werkveld is georiënteerd: het binnenschools programma is systematisch gericht op reële beroepstaken en beroepsproducten, terwijl het buitenschools programma (stage en afstuderen) enerzijds een substantieel onderdeel van de opleiding vormt en anderzijds ook inhoudelijk in de opleiding is verankerd. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

34 De BI-opleiding creëert op deze wijze voldoende mogelijkheden voor de student om zichzelf te scholen (en geschoold te worden) in interactie met de beroepspraktijk. Opmerking: Anders dan de I-opleiding, maakt de BI-opleiding wel gebruik van gastdocenten. De afgelopen twee jaren werden gastdocenten ingezet op onderwerpen zoals: 'Outsourcing', 'Modelleren van Bedrijfsprocessen', 'ICT-ondersteuning bij logistieke processen', 'Ondernemersschap en Innovatie'. Het auditteam beveelt overigens aan frequenter dan tot op heden gebruik te maken van de expertise van gastdocenten. De BI-opleiding: deeltijd B.7. Voor de deeltijdvariant van de BI-opleiding geldt, dat studenten zo snel mogelijk tijdens de opleiding in een relevante functie werkzaam (moeten) zijn. B.8. De deeltijdopleiding kent dezelfde thematisch opbouw als de voltijdopleiding. Het verschil met de voltijdopleiding ligt vooral in het feit, dat de deeltijdopleiding werkt volgens het principe Werkend Leren. Dat houdt in, dat de deeltijdstudent elk halfjaar zijn opleidingsplan ( leercontract )opstelt. Daarin geeft hij aan wanneer en op welke wijze hij de opleidingsopdrachten en beroepsproducten zal uitvoeren binnen de organisatie waar hij werkt. De daarmee verbandhoudende werkzaamheden worden in een zogeheten ICT-matrix geplaatst, opdat alle beroepstaken die in de voltijdopleiding aan de orde komen, ook door de deeltijdstudent worden uitgevoerd. Op basis hiervan krijgen de student, de werkgever en de I-opleiding zicht op de eisen en randvoorwaarden m.b.t. het verwerven van de beoogde beroepsspecifieke en HBO-generieke competenties zoals die ook gelden voor de voltijd BI-opleiding. Het auditteam heeft ook inzage gehad in deze BI-leercontracten en concludeert, dat zij (evenals bij de deeltijd I-opleiding) zeer specifiek beschrijven wat de student geacht wordt aan taken te verrichten en tot welke producten dat moet leiden waarbij telkens is aangegeven hoe de betreffende taken zich verhouden tot de eindkwalificaties / competenties. B.9. Het binnenschools leertraject was blijkens het (overgangs)curriculum 2002 opgebouwd uit modulen, maar sinds 2004 kent ook de deeltijdopleiding een blokkenstructuur om een goede afstemming op het buitenschools leertraject (en vice versa) mogelijk te maken, zowel inhoudelijk als in termen van planning. B.10. Samenvattend is het auditteam van oordeel, dat de BI-opleiding er in voldoende mate in is geslaagd de buitenschoolse werkzaamheden van de student opleidingsrelevant te maken, zodat de student tijdens zijn werk inderdaad de vereiste BI-competenties op HBO-niveau kan verwerven. Anders gezegd, het principe Werkend Leren krijgt een adequate vertaling naar de BI-opleidingspraktijk. Opmerking: Een andere belangrijke factor die de interactie tussen beroepenveld en de deeltijdopleiding bevordert, is het feit dat de docenten aan de deeltijdopleiding veelal zelf in de beroepsprakijk werkzaam zijn. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

35 De IDM-opleiding: voltijd De programmabeschrijving van de IDM-opleiding laat zien, dat de opleidingsstructuur veel openingen biedt naar de beroepspraktijk. Het curriculum van de IDM-opleiding kent een opbouw in blokken van elk 10 weken. Elk blok is ingericht rond een zogeheten beroepstaak. Deze heeft de vorm van een praktijkopdracht die aan het IDM-beroepenveld is ontleend dan wel rechtstreeks door het beroepenveld wordt ingebracht. Dat laatste is met name het geval gedurende de stage (twee blokken in het 3 e jaar) en in de afstudeerfase (twee blokken in het 4 e jaar). Zie voor beroepstaken: facet 1.1. C.1. Vanaf het 1 e blok in de propedeuse onderscheiden de IDM-opleiding, de BI-opleiding en de I-opleiding zich weliswaar inhoudelijk van elkaar, maar qua programmatische vormgeving zijn zij gelijk. De thematische opbouw 15 en de daaraan gerelateerde projecten zijn ook in die fase (fase na het 1 e propedeuseblok) van de drie opleidingen het leidende beginsel. Ook hier heeft het auditteam kunnen constateren, dat de projecten gericht zijn op het maken van reële beroepsproducten. Bijvoorbeeld: (i) prototype van een documentaire database, (ii) document managementsysteem, (iii) virtuele kantooromgeving met digital library, (iv) multimediale-intranetsite, (v) ontwerp kenniscentrum. Overigens komen in de hoofdfase van de drie opleidingen de opdrachten veelal in samenwerking met het beroepenveld tot stand. Zie onder C.3. C.2. Voorts kent de voltijd IDM-opleiding, zoals hierboven reeds is aangegeven, een stageperiode van 20 weken die plaatsvindt in het 3 e jaar. De werkzaamheden die een student tijdens de stage verricht, de te verwachten output en de begeleiding door de stagebiedende organisatie en de opleiding, worden bepaald door èn de betreffende organisatie èn de IDM-opleiding die daartoe samen met de student bindende afspraken maken, die vervolgens worden neergelegd in een stage-overeenkomst. Op deze wijze bewaakt de opleiding de opleidingsrelevantie van de stagewerkzaamheden. C.3. De afstudeerfase van de IDM-opleiding is gewijd aan een nadere specialisatie en aan de afstudeeropdracht (20 weken) die door de student wordt uitgevoerd binnen het bedrijf of de organisatie in opdracht waarvan de student zijn eindwerkstuk/beroepsproduct maakt. De afstudeeropdracht komt overigens mede tot stand in samenspraak met de opleiding, die daarbij niet alleen toetst of de opdracht relevant is voor de betreffende organisatie, maar ook of zij voldoende reikwijdte, complexiteit en diepgang heeft in het perspectief van de te verwerven eindkwalificaties op HBO-niveau. De externe opdrachtgever is bij de beoordeling van de afstudeeropdracht betrokken. Die beoordeling richt zich op de uitvoering door de student (zijn functioneren en professioneel handelen) en op het uiteindelijk resultaat (het eindproduct ). Zie voor enkele voorbeelden van afstudeeropdrachten: facet 6.1. C.4. De interactie tussen de IDM-opleiding en de IDM-beroepspraktijk vindt ook plaats via bijeenkomsten met de Beroepenveldcommissie die, zoals reeds eerder opgemerkt, qua samenstelling een goede afspiegeling is van het betreffende werkveld, zowel wat betreft deskundigheid en ervaring als wat betreft hun positie (beginnende beroepsbeoefenaren èn ervaren professionals op managementniveau). Uit de verslaglegging blijkt, dat het in deze commissie vertegenwoordigde beroepenveld een belangrijke rol speelt in de opleiding via het inbrengen van actuele voor de opleiding relevante werkveldontwikkelingen. Iets waar de opleiding aantoonbaar gebruik van maakt, zo kon het auditteam constateren bij het inzien van de projectopdrachten en het ondersteunend studiemateriaal. De projectopdrachten hebben een grote realiteitswaarde en zijn inderdaad geënt op de actuele taken van een IDM er. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

36 Al naargelang de opleiding vordert neemt ook de complexiteit van deze opdrachten toe. Van (in het 1e jaar) samenstelling informatiegids met eenvoudige database tot (in het 4e jaar) prototype van een systeem voor documentleverantie met een bibliografische verantwoording. C.5. Het auditteam heeft ook inzage gehad in de door de drie opleidingen gehanteerde vakliteratuur die overigens voor een belangrijk deel (ca 25 %) Engelstalig is. Naar het oordeel van het auditteam is de gebruikte literatuur relevant en en zeer wel passend binnen het hbo niveau. C.6. Samenvattend is het auditteam van oordeel, dat de opleiding voldoende op het IDM-werkveld is georiënteerd: het binnenschools programma is systematisch gericht reële beroepstaken en beroepsproducten, terwijl het buitenschools programma (stage en afstuderen) enerzijds een substantieel onderdeel van de opleiding vormt en anderzijds ook inhoudelijk in de opleiding is verankerd. De IDMopleiding creëert op deze wijze voldoende mogelijkheden voor de student om zichzelf te scholen (en geschoold te worden) in interactie met de beroepspraktijk. Opmerking: de IDM-opleiding maakt veelvuldig gebruik van gastdocenten. De afgelopen twee jaren werden ca 15 gastdocenten ingezet in het kader van o.a.: (i) Documentaire database design t.b.v. Gemeente Archief Rotterdam, (ii) Contentmanagement in samenwerking met de Vereniging van Openbare Bibliotheken, (iii) Ontwerp Digitaal Archief, (iv) Virtueel Kantoor, (v) Ontwerp Digitaal Platform. De IDM-opleiding: deeltijd C.7. Voor de deeltijdvariant van de IDM-opleiding geldt, dat studenten zo snel mogelijk tijdens de opleiding in een relevante functie werkzaam (moeten) zijn. De opleiding (in casu de Afdeling Informatica) toetst aan de hand van een door de student op te stellen portfolio of de werkplek van de student qua niveau en qua mogelijkheden voldoet aan de eisen die de opleiding dienaangaande stelt. De opleiding hanteert daarbij een binnen de Afdeling geldend gemeenschappelijk toetskader. Op basis van zijn analyse van dit toetskader alsmede op basis van de studentportfolio s, waar het auditteam inzage in heeft gehad, concludeert het auditteam, dat de IDM-opleiding erin geslaagd is de werkplek van de deeltijdstudent uitdrukkelijk ook als een leerwerkplek te laten functioneren: uit de portfolio s blijkt, dat de studenten inderdaad binnen de context van hun werk de opleidingsgestuurde opdrachten (kunnen) uitvoeren. Het auditteam meldt dit expliciet, omdat de deeltijd IDM-opleiding nog niet werkt volgens het principe van Werkend Leren (waarin de relatie tussen binnen- en buitenschools leren stevig is verankerd) zoals dat wel bij de deeltijd I-opleiding, bij de duale I-opleiding en bij de deeltijd BI-opleiding het geval is. C.8. Het binnenschools leertraject van de deeltijdopleiding is modulair opgebouwd om een goede afstemming op het buitenschools leertraject (en vice versa) mogelijk te maken, zowel inhoudelijk als in termen van planning. C.9. Het auditteam is van oordeel, dat de IDM-opleiding er in voldoende mate in is geslaagd de buitenschoolse werkzaamheden van de student opleidingsrelevant te maken, zodat de student tijdens zijn werk inderdaad de vereiste IDM-competenties op HBO-niveau kan verwerven. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

37 Oordeel: voldoende De I-opleiding, de BI-opleiding en de IDM-opleiding Het auditteam kwalificeert voor de drie opleidingen en hun respectieve varianten dit facet als voldoende op grond van de volgende observaties: het programma van de voltijd opleidingen I, BI en IDM biedt via de op praktijkopdrachten gerichte blokkenstructuur en via de stages en de afstudeerfase voldoende mogelijkheden aan de student om zijn kennis te ontwikkelen in interactie met het beroepenveld; de respectieve opleidingsprogramma s zijn aantoonbaar ontworpen in samenspraak met het voor de betreffende opleiding relevante beroepenveld; de gebruikte vakliteratuur en het studiemateriaal zijn exemplarisch voor de state of the art in de onderscheiden I-, BI en IDM-domeinen; de programma s voor de deeltijd I-, BI- en IDM-opleiding en het programma van de duale I-opleiding staan aantoonbaar en rechtstreeks in verband met de praktijkervaring van de deeltijd-, respectievelijk duale student. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

38 Facet 2.2. Relatie tussen Doelstellingen en Inhoud Programma Criteria Het facet Relatie tussen Doelstellingen en Inhoud Programma van het onderwerp Programma is beoordeeld aan de hand van de volgende NVAO-criteria: Is het programma een adequate concretisering van de eindkwalificaties qua niveau, oriëntatie en domeinspecifieke eisen? Zijn de eindkwalificaties adequaat vertaald in leerdoelen van (onderdelen van) het programma? Biedt de inhoud van het programma studenten de mogelijkheid om de geformuleerde eindkwalificaties te bereiken? Bevindingen De bevindingen van het auditteam worden hieronder per afzonderlijke opleiding en per variant gepresenteerd. Uit de beschrijving zal evenwel blijken, dat de wijze waarop de drie opleidingen de relatie tussen programmadoelstellingen en inhoud alsmede de direct daarmee samenhangende onderwijskundige voorzieningen met betrekking tot de relatie tussen het binnenschools en het buitenschools programma, op gelijke wijze hebben geborgd. Dat is de resultante van het feit, dat het in de Inleiding ( ) beschreven gemeenschappelijk Afdelingskader inderdaad richtinggevend blijkt te zijn voor de onder de Afdeling vallende opleidingen, dus ook voor de drie onderhavige opleidingen. Een en ander leidt ertoe dat de bevindingen van het auditteam met betrekking tot de afzonderlijke opleidingen grotendeels overeenkomen. Iets wat ook uit de tekst zal blijken. De I-opleiding: voltijd (Den Haag en Zoetermeer) De samen met het beroepenveld opgestelde eindkwalificaties van de I-opleiding zijn uitvoerig gedocumenteerd. Deze documentatie bevat o.a. een onderliggende beschrijving van de beroepsspecifieke ontwikkelingen die wijzen naar: een toenemend accent op kennis van de ICT-architectuur; basisprincipes van informatiesystemen en programmeertalen; bedrijfseconomische implicaties van de inzet van ICT. Het onderwijsprogramma sluit hier goed bij aan. Uit de opzet van de blokken waaruit het programma is opgebouwd wordt dit aantoonbaar. De beschrijving van de onderscheiden blokken volgt telkens een vast format met de volgende onderdelen: thema, studiepunten, verwijzing naar gedetailleerde Blokwijzer, te raadplegen literatuur, positionering binnen het programma, ingangseisen, de te verwerven competenties, praktijkopgave, inhoud, didactische aanpak/werkwijze en de wijze van toetsen en beoordelen. Elk blok -en dit geldt ook voor de buitenschoolse blokken, te weten de stage en de afstudeeropdracht- is gericht op een concreet leerdoel (het verwerven van een of meer deelcompetenties) en ook op het maken van een beroepsproduct, individueel of in groepsverband. Zie onder facet 1.2. en 2.1. Voor afstudeeropdrachten zie facet 6.1. Voorbeelden daarvan werden het auditteam getoond. Op basis daarvan is het auditteam van mening dat de eisen waaraan deze beroepsproducten (moeten) voldoen, expliciet anticiperen op die welke in het I-beroepenveld worden gesteld. Daarmee wordt in het I-programma een direct en zichtbaar verband gelegd tussen de inhoud, het niveau en de oriëntatie van het programma enerzijds en de I-eindkwalificaties anderzijds. Dit geldt ook voor de stage en de afstudeeropdracht die beide als buitenschools onderwijsblok op vergelijkbare wijze een verband leggen met de eindkwalificaties. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

39 Doordat de output van de blokken wordt geformuleerd in termen van een door de student (individueel of in groepsverband) op te leveren beroepsproduct en voorts rechtstreeks is ontleend aan een concreet leerdoel, is de vraag of -en zo ja in welke mate- een student het betreffende leerdoel heeft gerealiseerd goed verifieerbaar, zo bleek het auditteam tijdens de visitatie. De vormgeving van de blokken gaat uit van een leeromgeving waarin het leerproces van de student centraal staat en waarbij de kennis, verworven via ondersteunende modules, door de student in stelling moet worden gebracht wil hij de praktijkopdrachten met succes kunnen uitvoeren. Onderdelen van dit leerproces zijn voorts zelfreflectie en zelfregulatie die de student inzicht geven in zijn eigen leerproces en leerstijl. Op die wijze worden studenten in staat gesteld hun eigen leerproces te sturen. Het totale programma van de I-opleiding is zodanig opgezet dat studenten ook deze competenties stap voor stap kunnen verwerven. (Zie voor deze concentrische opbouw: facet 2.3.) Bieden inhoud en vormgeving van de afzonderlijke blokken de studenten de gelegenheid om de vereiste deelcompetenties te verwerven, de wijze waarop vervolgens de blokken in een in complexiteit opklimmende reeks in het totale programma zijn gepositioneerd, maakt het de student mogelijk alle eindkwalificaties op het vereiste niveau te verwerven. Samengevat: op basis van zijn analyse van de blokbeschrijvingen (inclusief de buitenschoolse ) en na raadpleging van een aantal onderliggende zogeheten Blokwijzers, is het auditteam van oordeel dat de opleiding erin is geslaagd telkens een zichtbaar verband te leggen tussen de onderscheiden eindkwalificaties / (deel)competenties en de leerdoelen op blokniveau. De I-opleiding: deeltijd Analyse van het deeltijd I- programma laat zien, dat het hierboven gestelde ook op deze variant van toepassing is: het deeltijd I-programma (inclusief het buitenschools programma) is beschreven volgens dezelfde systematiek als die van de voltijdopleiding. Bovendien blijkt uit de leercontracten, dat elke door de student buitenschools te verrichten taak expliciet in verband staat met een (of meer) programmadoelstelling(en). Dit stelde het auditteam in staat te constateren, dat ook bij deze variant telkens een zichtbaar verband bestaat tussen de eindkwalificaties / (deel) competenties en de onderwijsblokken. (Zie ook de bevindingen bij facet 2.1. onder de A.7 t/m A.10.) De I-opleiding: duaal Analyse van het duale I- programma levert hetzelfde beeld op als bij de deeltijdopleiding: het duale I-programma (inclusief het buitenschools programma) is beschreven volgens dezelfde systematiek als die van de voltijdopleiding. Bovendien blijkt uit de leercontracten, dat elke door de student buitenschools te verrichten taak expliciet in verband staat met een (of meer) programmadoelstelling(en). Dit stelde het auditteam in staat te constateren, dat ook bij deze variant telkens een zichtbaar verband bestaat tussen de eindkwalificaties / (deel) competenties en de onderwijsblokken. (Zie ook de bevindingen bij facet 2.1. onder de A.11 t/m A.14.) Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

40 De BI-opleiding: voltijd (Den Haag en Zoetermeer) De samen met het beroepenveld opgestelde eindkwalificaties van de BI-opleiding zijn uitvoerig gedocumenteerd. Deze documentatie bevat o.a. een onderliggende beschrijving van de beroepsspecifieke ontwikkelingen die wijzen naar: toenemend accent op kennis van ICT implementatievraagstukken; groeiende behoefte bij organisaties aan hoogwaardig ICT service-management. Het onderwijsprogramma sluit hier goed bij aan. Uit de opzet van de blokken waaruit het programma is opgebouwd wordt dit aantoonbaar. De beschrijving van de onderscheiden blokken volgt telkens een vast format met de volgende onderdelen: thema, studiepunten, verwijzing naar gedetailleerde Blokwijzer, te raadplegen literatuur, positionering binnen het programma, ingangseisen, de te verwerven competenties, praktijkopgave, inhoud, didactische aanpak/werkwijze en de wijze van toetsen en beoordelen. Elk blok -en dit geldt ook voor de buitenschoolse blokken, te weten de stage en de afstudeeropdracht- is gericht op een concreet leerdoel (het verwerven van een of meer deelcompetenties) en ook op het maken van een beroepsproduct, individueel of in groepsverband. Zie onder facet 1.2. en 2.1. Voor afstudeeropdrachten zie facet 6.1. Voorbeelden daarvan werden het auditteam getoond. Op basis daarvan is het auditteam van mening dat de eisen waaraan deze beroepsproducten (moeten) voldoen, expliciet anticiperen op die welke in het BI-beroepenveld worden gesteld. Daarmee wordt in het BI-programma een direct en zichtbaar verband gelegd tussen de inhoud, het niveau en de oriëntatie van het programma enerzijds en de BI-eindkwalificaties anderzijds. Dit geldt ook voor de stage en de afstudeeropdracht die beide als buitenschools onderwijsblok op vergelijkbare wijze een verband leggen met de eindkwalificaties. Doordat de output van de blokken wordt geformuleerd in termen van een door de student (individueel of in groepsverband) op te leveren beroepsproduct en voorts rechtstreeks is ontleend aan een concreet leerdoel, is de vraag of -en zo ja in welke mate- een student het betreffende leerdoel heeft gerealiseerd goed verifieerbaar, zo bleek het auditteam tijdens de visitatie. De vormgeving van de blokken gaat uit van een leeromgeving waarin het leerproces van de student centraal staat en waarbij de kennis, verworven via ondersteunende modules, door de student in stelling moet worden gebracht wil hij de praktijkopdrachten met succes kunnen uitvoeren. Onderdelen van dit leerproces zijn voorts zelfreflectie en zelfregulatie die de student inzicht geven in zijn eigen leerproces en leerstijl. Op die wijze worden studenten in staat gesteld hun eigen leerproces te sturen. Het totale BI-programma is zodanig opgezet dat studenten ook deze competenties stap voor stap kunnen verwerven. (Zie voor deze concentrische opbouw: facet 2.3.) Bieden inhoud en vormgeving van de afzonderlijke blokken de studenten de gelegenheid om de vereiste deelcompetenties te verwerven, de wijze waarop vervolgens de blokken in een in complexiteit opklimmende reeks in het totale programma zijn gepositioneerd, maakt het de student mogelijk alle eindkwalificaties op het vereiste niveau te verwerven. Samengevat: op basis van zijn analyse van de blokbeschrijvingen (inclusief de buitenschoolse ) en na raadpleging van een aantal onderliggende zogeheten Blokwijzers, is het auditteam van oordeel dat de opleiding erin is geslaagd telkens een zichtbaar verband te leggen tussen de onderscheiden eindkwalificaties / (deel)competenties en de leerdoelen op blokniveau. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

41 De BI-opleiding: deeltijd Analyse van het deeltijd BI- programma laat zien, dat het hierboven gestelde ook op deze variant van toepassing is: het deeltijd BI-programma (inclusief het buitenschools programma) is beschreven volgens dezelfde systematiek als die van de voltijdopleiding. Bovendien blijkt uit de leercontracten, dat elke door de student buitenschools te verrichten taak expliciet in verband staat met een (of meer) programmadoelstelling(en). Dit stelde het auditteam in staat te constateren, dat ook bij deze variant telkens een zichtbaar verband bestaat tussen de eindkwalificaties / (deel) competenties en de onderwijsblokken. (Zie ook de bevindingen bij facet 2.1. onder de B.7 t/m B.10.) De IDM-opleiding: voltijd De samen met het beroepenveld opgestelde eindkwalificaties van de IDM-opleiding zijn uitvoerig gedocumenteerd. Deze documentatie bevat o.a. een onderliggende beschrijving van de beroepsspecifieke ontwikkelingen die wijzen naar: toenemend accent op kennis van storage en retrieval toegespitst op ongestructureerde informatie en visuele informatie; documentmining; records management. Het onderwijsprogramma sluit hier goed bij aan. Uit de opzet van de blokken waaruit het programma is opgebouwd wordt dit aantoonbaar. De beschrijving van de onderscheiden blokken volgt telkens een vast format met de volgende onderdelen: thema, studiepunten, verwijzing naar gedetailleerde Blokwijzer, te raadplegen literatuur, positionering binnen het programma, ingangseisen, de te verwerven competenties, praktijkopgave, inhoud, didactische aanpak/werkwijze en de wijze van toetsen en beoordelen. Elk blok -en dit geldt ook voor de buitenschoolse blokken, te weten de stage en de afstudeeropdracht- is gericht op een concreet leerdoel (het verwerven van een of meer deelcompetenties) en ook op het maken van een beroepsproduct, individueel of in groepsverband. Zie onder facet 1.2. en 2.1. Voor afstudeeropdrachten zie facet 6.1. Voorbeelden daarvan werden het auditteam getoond. Op basis daarvan is het auditteam van mening dat de eisen waaraan deze beroepsproducten (moeten) voldoen, expliciet anticiperen op die welke in het IDM-beroepenveld worden gesteld. Daarmee wordt in het IDM-programma een direct en zichtbaar verband gelegd tussen inhoud, niveau en oriëntatie van het programma enerzijds en de IDM-eindkwalificaties anderzijds. Dit geldt ook voor de stage en de afstudeeropdracht die beide als buitenschools onderwijsblok op vergelijkbare wijze een verband leggen met de eindkwalificaties. Doordat de output van de blokken wordt geformuleerd in termen van een door de student (individueel of in groepsverband) op te leveren beroepsproduct en voorts rechtstreeks is ontleend aan een concreet leerdoel, is de vraag of -en zo ja in welke mate- een student het betreffende leerdoel heeft gerealiseerd goed verifieerbaar, zo bleek het auditteam tijdens de visitatie. De vormgeving van de blokken gaat uit van een leeromgeving waarin het leerproces van de student centraal staat en waarbij de kennis, verworven via ondersteunende modules, door de student in stelling moet worden gebracht wil hij de praktijkopdrachten met succes kunnen uitvoeren. Onderdelen van dit leerproces zijn voorts zelfreflectie en zelfregulatie die de student inzicht geven in zijn eigen leerproces en leerstijl. Op die wijze worden studenten in staat gesteld hun eigen leerproces te sturen. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

42 Het totale IDM-programma is zodanig opgezet dat studenten ook deze competenties stap voor stap kunnen verwerven. (Zie voor deze concentrische opbouw: facet 2.3.) Bieden inhoud en vormgeving van de afzonderlijke blokken de studenten de gelegenheid om de vereiste deelcompetenties te verwerven, de wijze waarop vervolgens de blokken in een in complexiteit opklimmende reeks in het totale programma zijn gepositioneerd, maakt het de student mogelijk alle eindkwalificaties op het vereiste niveau te verwerven. Samengevat: op basis van zijn analyse van de blokbeschrijvingen (inclusief de buitenschoolse ) en na raadpleging van een aantal onderliggende zogeheten Blokwijzers, is het auditteam van oordeel dat de opleiding erin is geslaagd telkens een zichtbaar verband te leggen tussen de onderscheiden eindkwalificaties / (deel)competenties en de leerdoelen op blokniveau. De IDM-opleiding: deeltijd Analyse van het deeltijd IDM-programma laat zien, dat het hierboven gestelde ook op deze variant van toepassing is: het deeltijd IDM-programma (inclusief het buitenschools programma) is beschreven volgens dezelfde systematiek als die van de voltijdopleiding. Bovendien blijkt uit de portfolio s dat elke door de student buitenschools te verrichten taak expliciet in verband staat met een (of meer) programmadoelstelling(en). Dit stelde het auditteam in staat te constateren, dat ook bij deze variant telkens een zichtbaar verband bestaat tussen de eindkwalificaties / (deel) competenties en de onderwijsblokken. (Zie ook de bevindingen bij facet 2.1. onder de C.7.) Oordeel: voldoende De I-opleiding, de BI-opleiding en de IDM-opleiding Het auditteam kwalificeert voor de drie opleidingen en hun respectieve varianten dit facet als voldoende op grond van de volgende observaties: de blokken van de respectieve programma s zijn telkens opgebouwd rond een praktijkopdracht gericht op een leerdoel dat per blok is gedefinieerd in termen die rechtstreeks zijn ontleend aan de onderscheiden I-, BI- en IDM- eindkwalificaties; het bovenstaande geldt ook voor de buitenschoolse blokken (stage en afstudeerfase); deze blokken, zo blijkt uit de gespecificeerde stage- en afstudeeropdrachten, zijn aantoonbaar afgeleid van de eindkwalificaties waarop de respectieve opleidingen zijn gericht; binnen het programma van alle drie de opleidingen nemen de leerdoelen en de praktijkopdrachten in complexiteit toe om tenslotte in de afstudeerfase een niveau te bereiken dat naar het oordeel van het auditteam ontegenzeggelijk HBO-niveau is. Zie ook onder facet 6.1. voor de deeltijd- en de duale I-opleiding alsmede voor de deeltijd BI-opleiding geldt, dat via gespecificeerde leercontracten de doelstellingen van het buitenschools programma rechtstreeks zijn ontleend aan de respectieve programmadoelstellingen; Blijkens de studentportfolio s van deeltijd IDM-studenten staan ook in de deeltijd IDM-opleiding de buitenschoolse opdrachten telkens in een rechtstreeks verband met de opleidingsdoelstellingen. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

43 Facet 2.3. Samenhang Programma Criterium Het facet Samenhang Programma van het onderwerp Programma is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: Is het studieprogramma inhoudelijk samenhangend? Bevindingen De bevindingen van het auditteam worden hieronder per afzonderlijke opleiding en per variant gepresenteerd. Uit de beschrijving zal evenwel blijken, dat de wijze waarop de drie opleidingen de programmatische samenhang hebben geborgd onderling overeenkomt. Dit geldt ook voor de direct daarmee verbandhoudende onderwijskundige voorzieningen met betrekking tot de relatie tussen het binnenschools en het buitenschools programma. Dat is de resultante van het feit, dat het in de Inleiding ( ) beschreven gemeenschappelijk Afdelingskader inderdaad richtinggevend blijkt te zijn voor de onder de Afdeling vallende opleidingen, dus ook voor de drie onderhavige opleidingen. Een en ander leidt ertoe dat de bevindingen van het auditteam met betrekking tot de afzonderlijke opleidingen grotendeels overeenkomen. Iets wat ook uit de tekst zal blijken. De I-opleiding: voltijd (Den Haag en Zoetermeer) De voor de I-opleiding geldende generieke HBO-competenties en specifieke beroeps-competenties zijn aantoonbaar ontleend aan het landelijk vastgestelde I-beroepsprofiel. De eisen die aan een Informaticus worden gesteld, zijn in dat profiel beschreven in onderling samenhangende deelcompetenties. Het auditteam is daar positief over. Uit de programmabeschrijving blijkt, dat de zogeheten beroepstaken die in het Ontwerp Programma Informatica gedetailleerd zijn beschreven, het dragend beginsel zijn van het I-programma. In feite vormen de beroepstaken de thema s van de blokken. Dankzij deze (thematische) structuur heeft de I-opleiding een instrument om de onderlinge samenhang tussen de onderscheiden (aan deelcompetenties gekoppelde) programma-onderdelen te realiseren. Daardoor wordt de horizontale samenhang bevorderd. De onderscheiden competenties komen, dankzij de concentrische programma-opbouw telkens opnieuw aan bod, wat de verticale samenhang tussen de programma-onderdelen versterkt. Niet alleen in de programmabeschrijving van de I-opleiding maar ook in de detailinformatie op blok-niveau waar het auditteam inzage in heeft gehad, wordt de samenhang zichtbaar gemaakt. En wel als volgt: de blokken waaruit het programma is opgebouwd, zijn qua inhoud en thematiek telkens en expliciet ontleend aan bepaalde specifieke deelcompetenties zoals beschreven in de I-eindkwalificaties; kernelement in de vormgeving van elk blok is een sterke interactie tussen theorie en praktijk: de zogeheten integrale praktijkleerlijn die wordt ondersteund door theoretische- en trainingsleerlijnen; Deze leerlijnen versterken de verticale samenhang. (Zie voor een nadere beschrijving van deze leerlijnen: facet 2.7.); de blokken zijn aantoonbaar gericht op het maken van beroepsproducten, hetgeen impliceert dat studenten leren kennis en vaardigheden uit verschillende deelgebieden te integreren; de blokken zijn zodanig ontworpen en in het programma gepositioneerd dat zij ten opzichte van elkaar een anticiperende dan wel verdiepende functie hebben in het leerproces van de student; Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

44 de begeleiding door docenten is (ondermeer) gericht op het bewaken van de samenhang in de individuele leerroute van de student: de studieloopbaanbegeleidende leerlijn gericht op zelfreflectie door studenten en zelfsturing; alle blokken tezamen bestrijken alle deelcompetenties zoals opgenomen in de I-eindkwalificaties. De I-opleiding: deeltijd Voor de deeltijdvariant geldt het bovenstaande evenzeer. De samenhang tussen praktijk en het binnenschools programma wordt geborgd via de (zorgvuldige) wijze waarop het leercontract nader wordt ingevuld. Ook het principe van Werkend Leren draagt hier bijzonder aan bij. Zie onder facet 2.1. Na inzage van de leercontracten heeft het auditteam kunnen constateren, dat bij de deeltijdvariant de samenhang tussen het buitenschools en het binnenschools deel van de opleiding versterkt wordt doordat het buitenschools deel ondermeer wordt ingericht met behulp van concrete en nauwkeurig beschreven opdrachten aan studenten. De aard van de opdrachten sluit telkens rechtstreeks aan op de fase waarin het binnenschools curriculum zich op dat moment bevindt. De studenten kunnen hierbij hun eigen werkomgeving gebruiken om deze opdrachten uit te voeren. Overigens kunnen deeltijdstudenten er in voorkomende gevallen ook voor kiezen om niet extern (op de werkplek) maar intern volgens het principe van werkend leren praktijkopdrachten uit te voeren. Dat deeltijdstudenten daar voor kunnen kiezen, acht het auditteam een vorm van flexibiliteit die recht doet aan het feit, dat het voor een deeltijdstudent niet altijd mogelijk is binnen zijn werksetting opleidingsrelevante opdrachten uit te voeren. In die gevallen is er geen sprake van een leercontract, maar geldt het Persoonlijk Ontwikkelingsplan (POP) van de student als richtinggevend. De I-opleiding: duaal Voor de duale variant geldt hetgeen bij de deeltijdopleiding staat vermeld: ook hier wordt de samenhang tussen praktijk en het binnenschools programma geborgd via de (zorgvuldige) wijze waarop de werkplek van de duale student wordt getoetst en vervolgens via het leercontract nader wordt ingevuld. Ook het consequent doorgevoerde principe van Werkend Leren draagt hier bijzonder aan bij. Zie onder facet 2.1. Na inzage van de leercontracten heeft het auditteam ook bij de duale variant kunnen constateren dat de samenhang tussen het buitenschools en het binnenschools deel van de opleiding versterkt doordat het buitenschools deel ondermeer wordt ingericht met behulp van concrete en nauwkeurig beschreven opdrachten aan studenten. De aard van de opdrachten sluit telkens rechtstreeks aan op de fase waarin het binnenschools curriculum zich op dat moment bevindt. De duale studenten gebruiken hierbij hun eigen werkomgeving om deze opdrachten uit te voeren. De BI-opleiding: voltijd (Den Haag en Zoetermeer) De voor de BI-opleiding geldende generieke HBO-competenties en specifieke beroepscompetenties zijn aantoonbaar ontleend aan het landelijk vastgestelde BI-beroepsprofiel. De eisen die aan een Bedrijfskundig Informaticus worden gesteld, zijn in dat profiel beschreven in onderling samenhangende deelcompetenties. Het auditteam is daar positief over. Uit de programmabeschrijving blijkt, dat de zogeheten beroepstaken die in het Ontwerp Programma Bedrijfskundige Informatica gedetailleerd zijn beschreven, het dragend beginsel zijn van het programma. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

45 In feite vormen de beroepstaken de thema s van de blokken. Dankzij deze (thematische) structuur heeft de BI-opleiding een instrument om de onderlinge samenhang tussen de onderscheiden (aan deelcompetenties gekoppelde) programmaonderdelen te realiseren. Daardoor wordt de horizontale samenhang bevorderd. De onderscheiden competenties komen, dankzij de concentrische programmaopbouw telkens opnieuw aan bod, wat de verticale samenhang tussen de programmaonderdelen versterkt. Niet alleen in de programmabeschrijving van de BI-opleiding maar ook in de detailinformatie op blok-niveau waarover het auditteam tijdens de visitatie kon beschikken, wordt de samenhang zichtbaar gemaakt. En wel als volgt: de blokken waaruit het BI-programma is opgebouwd, zijn qua inhoud en thematiek telkens en expliciet ontleend aan bepaalde specifieke deelcompetenties zoals beschreven in de BI-eindkwalificaties; kernelement in de vormgeving van elk blok is een sterke interactie tussen theorie en praktijk: de zogeheten integrale praktijkleerlijn die wordt ondersteund door theoretische- en trainingsleerlijnen; Deze leerlijnen versterken de verticale samenhang. (Zie voor een nadere beschrijving van deze leerlijnen: facet 2.7.); de blokken zijn aantoonbaar gericht op het maken van beroepsproducten, hetgeen impliceert dat studenten leren kennis en vaardigheden uit verschillende deelgebieden te integreren; de blokken zijn zodanig ontworpen en in het programma gepositioneerd dat zij ten opzichte van elkaar een anticiperende dan wel verdiepende functie hebben in het leerproces van de student; de begeleiding door docenten is (ondermeer) gericht op het bewaken van de samenhang in de individuele leerroute van de student: de studieloopbaanbegeleidende leerlijn gericht op zelfreflectie door studenten en zelfsturing; alle blokken tezamen bestrijken alle deelcompetenties zoals opgenomen in de BI-eindkwalificaties. De BI-opleiding: deeltijd Voor de deeltijdvariant geldt het bovenstaande evenzeer. De samenhang tussen praktijk en het binnenschools programma wordt geborgd via de (zorgvuldige) wijze waarop het leercontract wordt ingevuld. Ook het principe van Werkend Leren draagt hier bijzonder aan bij. Zie ook onder facet 2.1. Na inzage van de leercontracten heeft het auditteam kunnen constateren dat bij de deeltijdvariant de samenhang tussen het buitenschools en het binnenschools deel van de opleiding versterkt wordt doordat het buitenschools deel ondermeer wordt ingericht met behulp van concrete en nauwkeurig beschreven opdrachten aan studenten. De aard van de opdrachten sluit telkens rechtstreeks aan op de fase waarin het binnenschools curriculum zich op dat moment bevindt. De studenten kunnen hierbij hun eigen werkomgeving gebruiken om deze opdrachten uit te voeren. Overigens kunnen deeltijdstudenten er in voorkomende gevallen ook voor kiezen om niet extern (op de werkplek) maar intern volgens het principe van werkend leren praktijkopdrachten uit te voeren. Dat deeltijdstudenten daar voor kunnen kiezen, acht het auditteam een vorm van flexibiliteit die recht doet aan het feit, dat het voor een deeltijdstudent niet altijd mogelijk is binnen zijn werksetting opleidingsrelevante opdrachten uit te voeren. In die gevallen is er geen sprake van een leercontract, maar is het Persoonlijk Ontwikkelingsplan (POP) van de student richtinggevend. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

46 De IDM-opleiding: voltijd De voor de IDM-opleiding geldende generieke HBO-competenties en specifieke beroepscompetenties zijn aantoonbaar ontleend aan het landelijk vastgestelde IDM-beroepsprofiel. De eisen die aan een IDM er worden gesteld, zijn in dat profiel beschreven in onderling samenhangende deelcompetenties. Het auditteam is daar positief over. Uit de programmabeschrijving blijkt, dat de zogeheten beroepstaken die in het Ontwerp Programma Informatiedienstverlening en -Management gedetailleerd zijn beschreven, het dragend beginsel zijn van het programma. In feite vormen de beroepstaken de thema s van de blokken. Dankzij deze (thematische) structuur heeft de IDM-opleiding een instrument om de onderlinge samenhang tussen de onderscheiden (aan deelcompetenties gekoppelde) programma-onderdelen te realiseren. Daardoor wordt de horizontale samenhang bevorderd. De onderscheiden competenties komen, dankzij de concentrische programma-opbouw telkens opnieuw aan bod, wat de verticale samenhang tussen de programmaonderdelen versterkt. Niet alleen in de programmabeschrijving van de IDM-opleiding maar ook in de detailinformatie op blokniveau waarover het auditteam tijdens de visitatie kon beschikken, wordt de samenhang zichtbaar gemaakt: de blokken waaruit het IDM-programma is opgebouwd, zijn qua inhoud en thematiek telkens en expliciet ontleend aan bepaalde specifieke deelcompetenties zoals beschreven in de IDMeindkwalificaties; kernelement in de vormgeving van elk blok is een sterke interactie tussen theorie en praktijk: de zogeheten integrale praktijkleerlijn die wordt ondersteund door theoretische- en trainingsleerlijnen; Deze leerlijnen versterken de verticale samenhang. (Zie ook: facet 2.7.); de blokken zijn aantoonbaar gericht op het maken van beroepsproducten, hetgeen impliceert dat studenten leren kennis en vaardigheden uit verschillende deelgebieden te integreren; de blokken zijn zodanig ontworpen en in het programma gepositioneerd dat zij ten opzichte van elkaar een anticiperende dan wel verdiepende functie hebben in het leerproces van de student; de begeleiding door docenten is (ondermeer) gericht op het bewaken van de samenhang in de individuele leerroute van de student: de studieloopbaanbegeleidende leerlijn gericht op zelfreflectie door studenten en zelfsturing; alle blokken tezamen bestrijken alle deelcompetenties zoals opgenomen in de IDM-eindkwalificaties. De IDM-opleiding: deeltijd Voor de deeltijdvariant geldt het bovenstaande evenzeer. De samenhang tussen praktijk en het binnenschools programma wordt geborgd via de (zorgvuldige) wijze waarop de werkplek van de deeltijdstudent wordt getoetst. Na inzage van de studentportfolio s heeft het auditteam kunnen constateren, dat bij de deeltijdvariant de samenhang tussen het buitenschools en het binnenschools deel van de opleiding geborgd is doordat het buitenschools deel ondermeer wordt ingericht met behulp van opleidingsgestuurde opdrachten aan studenten. De aard van de opdrachten sluit telkens rechtstreeks aan bij de opleidingsdoelstellingen. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

47 Oordeel: goed De I-opleiding, de BI-opleiding en de IDM-opleiding Het auditteam kwalificeert de samenhang van het programma van de drie opleidingen en hun respectieve varianten als goed en wel op grond van de volgende observaties m.b.t. elk van de drie opleidingen: de relatie tussen de leerdoelen van elk blok en de praktijkopdracht die het hart van elk blok vormt, is helder en logisch; de thematische, rond beroepstaken gedefinieerde opbouw van de respectieve programma s wordt gedurende de gehele opleiding (I, BI en IDM) consequent doorgevoerd waardoor de horizontale samenhang tussen de ondersteunende modules binnen één blok wordt bevorderd; de cyclische ordening (leerdoelen en opdrachten komen telkens in een toenemend mate van complexiteit terug) maakt de verticale samenhang tussen de onderscheiden blokken manifest; het werkend leren als didactisch principe wordt consequent toegepast waardoor ook de samenhang tussen het binnenschools en buitenschools leren is gewaarborgd; bij de deeltijd I-opleiding, bij de duale I-opleiding en bij de deeltijd BI-opleiding wordt de samenhang tussen buitenschools en binnenschools leren goed geborgd via de 'leercontracten', waarin de leertaken en opdrachten nauwkeurig staan omschreven. Leertaken en opdrachten sluiten telkens rechtstreeks aan op de fase waarin het binnenschools curriculum zich op dat moment bevindt; Bij de deeltijd IDM-opleiding wordt de samenhang tussen buitenschools en binnenschools leren aantoonbaar het auditteam verwijst in dit verband naar de door hem ingeziene studentportfolio s geborgd doordat de door de student uit te voeren opdrachten telkens rechtstreeks in relatie staan tot de opleidingsdoelstellingen. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

48 Facet 2.4. Studielast Criterium Het facet Studielast van het onderwerp Programma is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAOcriterium: Is het programma studeerbaar doordat factoren die betrekking hebben op dat programma en die de studievoortgang belemmeren, zoveel mogelijk worden weggenomen? Bevindingen De bevindingen van het auditteam worden hieronder per afzonderlijke opleiding en per variant gepresenteerd. Uit de beschrijving zal evenwel blijken, dat de wijze waarop de drie opleidingen de studeerbaarheid hebben geregeld onderling overeenkomt. Dit geldt ook voor de direct daarmee verbandhoudende onderwijskundige voorzieningen met betrekking tot de relatie tussen het binnenschools en het buitenschools programma. Dat is de resultante van het feit, dat het in de Inleiding ( ) beschreven gemeenschappelijk Afdelingskader inderdaad richtinggevend blijkt te zijn voor de onder de Afdeling vallende opleidingen, dus ook voor de drie onderhavige opleidingen. Een en ander leidt ertoe dat de bevindingen van het auditteam met betrekking tot de afzonderlijke opleidingen grotendeels overeenkomen. Iets wat ook uit de tekst zal blijken. De I-opleiding: voltijd (Den Haag en Zoetermeer) In het I-programma is de studielast per module vastgesteld in termen van studiepunten (ECTS) en hij is evenwichtig over het programma gespreid, zo laat analyse van het programma zien. Per onderwijsblok (elk semester kent twee blokken) wordt het onderwijsproces geëvalueerd door studenten en docenten. De studielast is één van de onderdelen die daarbij aan de orde komen, waarbij telkens wordt nagegaan of de formele studielast overeenkomt met de feitelijke studielast dan wel daar structureel van afwijkt. Doel van deze evaluatie is vast te stellen of er op programmaniveau herschikkende maatregelen moeten worden genomen. Studenten geven aan (ook tijdens de visitatie en via het zogeheten hogeschoolbrede Studenttevredenheidsonderzoek), dat zij de studielast niet als een probleem ervaren. De genoemde blokevaluaties laten hetzelfde beeld zien. Evaluatie van de studielast vindt ook plaats via gesprekken met individuele studenten in het kader van de studieloopbaanontwikkeling. Bij die gesprekken, zo blijkt uit de studievoortgangverslagen waar het auditteam inzage in heeft gehad, wordt telkens nagegaan of de studievoortgang voldoende dan wel onvoldoende is. Bij onvoldoende voortgang worden samen met de student de belemmerende factoren geïdentificeerd en wordt een traject afgesproken om de studievoortgang te optimaliseren. Overigens blijkt uit de betreffende verslagen, uit het Studenttevredenheidsonderzoek en uit de gesprekken met studenten tijdens de visitatie, dat de studeerbaarheid door de studenten positief wordt beoordeeld. De spreiding van de studielast is ten gevolge van de blokkenstructuur (4 blokken per jaar) evenwichtig, ook naar het oordeel van studenten. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

49 De I-opleiding: deeltijd Ook bij de deeltijdopleiding is de studielast gedefinieerd in ECTS. De gemiddelde studielast per week bedraagt 20 uur (maximaal 25 uur), inclusief de over twee avonden verspreide, acht binnenschoolse contacturen. De studielast is over vier blokken verspreid en wordt na elk blok geëvalueerd. Uit deze evaluaties blijkt, dat de studielast door de deeltijdstudenten niet als te hoog wordt beoordeeld. Ook over de spreiding van de studielast zijn deze studenten tevreden, zo blijkt niet alleen uit de blokevaluaties maar ook uit het hogeschoolbrede Studenttevredenheidsonderzoek. Een beeld dat tijdens de visitatie in de gesprekken met deeltijdstudenten werd bevestigd. Evaluatie van de studielast vindt ook plaats via gesprekken met individuele studenten in het kader van de studieloopbaanontwikkeling. Bij die gesprekken, zo blijkt uit de studievoortgangverslagen waar het auditteam inzage in heeft gehad, wordt telkens nagegaan of de studievoortgang voldoende dan wel onvoldoende is. Bij onvoldoende voortgang worden samen met de student de belemmerende factoren geïdentificeerd en wordt een traject afgesproken om de studievoortgang te optimaliseren. Overigens blijkt uit de betreffende verslagen, uit het Studenttevredenheidsonderzoek en uit de gesprekken met studenten tijdens de visitatie, dat de studeerbaarheid door de studenten positief wordt beoordeeld. De I-opleiding: duaal Het bovenstaande is ook van toepassing op de duale I-opleiding. Daar zij overigens aan toegevoegd, dat de spreiding van de studielast tussen binnenschools en buitenschools programma voldoende in balans is: 60% van de studielast heeft betrekking op het binnenschools, 40% op het buitenschools programma. De BI-opleiding: voltijd (Den Haag en Zoetermeer) In het BI-programma is de studielast per module vastgesteld in termen van studiepunten (ECTS) en hij is evenwichtig over het programma gespreid, zo laat analyse van het programma zien. Per onderwijsblok (elk semester kent twee blokken) wordt het onderwijsproces geëvalueerd door studenten en docenten. De studielast is één van de onderdelen die daarbij aan de orde komen, waarbij telkens wordt nagegaan of de formele studielast overeenkomt met de feitelijke studielast dan wel daar structureel van afwijkt. Doel van deze evaluatie is vast te stellen of er op programmaniveau herschikkende maatregelen moeten worden genomen. Studenten geven aan (ook tijdens de visitatie en via het zogeheten hogeschoolbrede Studenttevredenheidsonderzoek), dat zij de studielast niet als een probleem ervaren. De genoemde blokevaluaties laten hetzelfde beeld zien. Evaluatie van de studielast vindt ook plaats via gesprekken met individuele studenten in het kader van de studieloopbaanontwikkeling. Bij die gesprekken, zo blijkt uit de studievoortgangverslagen waar het auditteam inzage in heeft gehad, wordt telkens nagegaan of de studievoortgang voldoende dan wel onvoldoende is. Bij onvoldoende voortgang worden samen met de student de belemmerende factoren geïdentificeerd en wordt een traject afgesproken om de studievoortgang te optimaliseren. Overigens blijkt uit de betreffende verslagen, uit het Studenttevredenheidsonderzoek en uit de gesprekken met studenten tijdens de visitatie, dat de studeerbaarheid door de studenten positief wordt beoordeeld. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

50 De spreiding van de studielast is ten gevolge van de blokkenstructuur (4 blokken per jaar) evenwichtig, ook naar het oordeel van studenten. De BI-opleiding: deeltijd Ook bij de deeltijdopleiding is de studielast gedefinieerd in ECTS. De gemiddelde studielast per week bedraagt 20 uur (maximaal 25 uur), inclusief de over twee avonden verspreide, acht binnenschoolse contacturen. De studielast is over vier blokken verspreid en wordt na elk blok geëvalueerd. Uit deze evaluaties blijkt, dat de studielast door de deeltijdstudenten niet als te hoog wordt beoordeeld. Ook over de spreiding van de studielast zijn deze studenten tevreden, zo blijkt niet alleen uit de blokevaluaties maar ook uit het hogeschoolbrede Studenttevredenheidsonderzoek. Een beeld dat tijdens de visitatie in de gesprekken met deeltijdstudenten werd bevestigd. Evaluatie van de studielast vindt ook plaats via gesprekken met individuele studenten in het kader van de studieloopbaanontwikkeling. Bij die gesprekken, zo blijkt uit de studievoortgangverslagen waar het auditteam inzage in heeft gehad, wordt telkens nagegaan of de studievoortgang voldoende dan wel onvoldoende is. Bij onvoldoende voortgang worden samen met de student de belemmerende factoren geïdentificeerd en wordt een traject afgesproken om de studievoortgang te optimaliseren. Overigens blijkt uit de betreffende verslagen, uit het Studenttevredenheidsonderzoek en uit de gesprekken met studenten tijdens de visitatie, dat de studeerbaarheid door de studenten positief wordt beoordeeld. De IDM-opleiding: voltijd In het IDM-programma is de studielast per module vastgesteld in termen van studiepunten (ECTS) en hij is evenwichtig over het programma gespreid, zo laat analyse van het programma zien. Per onderwijsblok (elk semester kent twee blokken) wordt het onderwijsproces geëvalueerd door studenten en docenten. De studielast is één van de onderdelen die daarbij aan de orde komen, waarbij telkens wordt nagegaan of de formele studielast overeenkomt met de feitelijke studielast dan wel daar structureel van afwijkt. Doel van deze evaluatie is vast te stellen of er op programmaniveau herschikkende maatregelen moeten worden genomen. Studenten geven aan (ook tijdens de visitatie en via het zogeheten hogeschoolbrede Studenttevredenheidsonderzoek), dat zij de studielast niet als een probleem ervaren. De genoemde blokevaluaties laten hetzelfde beeld zien. Evaluatie van de studielast vindt ook plaats via gesprekken met individuele studenten in het kader van de studieloopbaanontwikkeling. Bij die gesprekken, zo blijkt uit de studievoortgangverslagen waar het auditteam inzage in heeft gehad, wordt telkens nagegaan of de studievoortgang voldoende dan wel onvoldoende is. Bij onvoldoende voortgang worden samen met de student de belemmerende factoren geïdentificeerd en wordt een traject afgesproken om de studievoortgang te optimaliseren. Overigens blijkt uit de betreffende verslagen, uit het Studenttevredenheidsonderzoek en uit de gesprekken met studenten tijdens de visitatie, dat de studeerbaarheid door de studenten positief wordt beoordeeld. De spreiding van de studielast is ten gevolge van de blokkenstructuur (4 blokken per jaar) evenwichtig, ook naar het oordeel van studenten. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

51 De IDM-opleiding: deeltijd Ook bij de deeltijdopleiding is de studielast gedefinieerd in ECTS. De gemiddelde studielast per week bedraagt 20 uur (maximaal 25 uur), inclusief de over twee avonden verspreide, acht binnenschoolse contacturen. De studielast is over vier blokken verspreid en wordt na elk blok geëvalueerd. Uit deze evaluaties blijkt, dat de studielast door de deeltijdstudenten niet als te hoog wordt beoordeeld. Ook over de spreiding van de studielast zijn deze studenten tevreden, zo blijkt niet alleen uit de blokevaluaties maar ook uit het hogeschoolbrede Studenttevredenheidsonderzoek. Een beeld dat tijdens de visitatie in de gesprekken met deeltijdstudenten werd bevestigd. Evaluatie van de studielast vindt ook plaats via gesprekken met individuele studenten in het kader van de studieloopbaanontwikkeling. Bij die gesprekken, zo blijkt uit de studievoortgangverslagen waar het auditteam inzage in heeft gehad, wordt telkens nagegaan of de studievoortgang voldoende dan wel onvoldoende is. Bij onvoldoende voortgang worden samen met de student de belemmerende factoren geïdentificeerd en wordt een traject afgesproken om de studievoortgang te optimaliseren. Overigens blijkt uit de betreffende verslagen, uit het Studenttevredenheidsonderzoek en uit de gesprekken met studenten tijdens de visitatie, dat de studeerbaarheid door de studenten positief wordt beoordeeld. Oordeel: voldoende De I-opleiding, de BI-opleiding en de IDM-opleiding Het auditteam beoordeelt dit facet voor de drie opleidingen en hun respectieve varianten als voldoende op grond van de volgende observaties: de studielast is evenwichtig gespreid door de hele opleiding (I, BI en IDM) heen; de formele studielast wordt jaarlijks geëvalueerd en uit deze evaluaties blijkt dat de formele studielast niet structureel afwijkt van de feitelijk studielast; de blokevaluaties geven aan, dat de studielast door de studenten van de I-opleiding, de BI-opleiding en de IDM-opleiding positief worden beoordeeld; dit geldt ook voor de studenten van de drie deeltijdvarianten en van de duale I-variant; hetzelfde geldt voor de beoordeling van de studenten over de studeerbaarheid van de drie opleidingen en hun respectieve varianten; in het kader van de studieloopbaanbegeleiding worden in die gevallen waar sprake is van individuele problemen met betrekking tot de studielast, in overleg met de betreffende student remediërende maatregelen getroffen. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

52 Facet 2.5. Instroom Criterium Het facet Instroom van het onderwerp Programma is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAOcriterium: Sluit het programma qua vorm en inhoud aan bij de kwalificaties van de instromende studenten: vwo, havo, middenkaderopleiding of specialistenopleiding (WEB) of daarmee vergelijkbare kwalificaties, blijkend uit een toelatingsonderzoek? Bevindingen De I-opleiding: voltijd (Den Haag en Zoetermeer) Aan instromende studenten worden geen nadere profieleisen gesteld. Uitgangspunt is dat de student met havo, ongeacht zijn profiel, voldoende abstractie- en probleemoplossend vermogen heeft om de I-opleiding te kunnen volgen. Om niettemin de aansluiting tussen havo en de opleidingen te optimaliseren kennen de opleidingen de volgende voorzieningen: de studenten kunnen zich in het eerste jaar breder oriënteren dan alleen op de opleiding van hun keuze. Het eerste blok van de propedeuse is voor de I-, de BI- en de IDM-opleiding gemeenschappelijk; dit gemeenschappelijke 1 e blok (de 1 e onderwijsperiode) is voorts zodanig opgezet dat eventuele kennistekorten snel kunnen worden opgespoord en (individueel dan wel in groepsverband) kunnen worden weggewerkt; onder alle instromende studenten wordt een test Nederlandse taalbeheersing afgenomen. Bij onvoldoende score wordt de betreffende student een cursus Nederlands aangeboden; in de 3 e onderwijsperiode van het 1 e jaar kiezen studenten een blok uit een andere dan hun eigen opleiding. Een eventuele overstap van de ene naar de andere opleiding is daardoor zonder enige vertraging mogelijk. Voor de instromende studenten uit verwante MBO-opleidingen is een versnelde leerroute mogelijk. Voor deze instroom is een specifiek curriculum opgesteld dat weliswaar leidt tot dezelfde eindkwalificaties als de reguliere opleidingen, maar in termen van studiebegeleiding en programma-inrichting tegemoetkomt aan de noodzaak het zelfstandig werken en denken bij deze studenten te ontwikkelen. Voorts worden samen met het regionale MBO de studieresultaten van ingestroomde MBO ers geanalyseerd om te bezien waar in de aansluiting tussen het MBO en het HBO programma verbeteringen nodig zijn. In het kader van het zogeheten Innovatiearrangement Beroepskolom 2003 neemt de I-opleidingen deel aan het project ICT-Continué waarmee beoogd wordt één doorlopende (MBO-HBO) ICT-leerlijn te realiseren te beginnen in de locatie Zoetermeer. De I-opleiding: deeltijd Voor deeltijdstudenten geldt sinds 2003 een intake assessment procedure die kan leiden tot vrijstellingen. Voor deeltijdstudenten die toelating tot het 1 e jaar wensen, wordt op basis van een CV en op basis van (andere) bewijsstukken m.b.t. opleiding en/of ervaring, besloten of de student kan worden toegelaten en of hij in aanmerking komt voor eventuele vrijstellingen op onderdelen. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

53 Voor deeltijdstudenten die toegelaten wensen te worden tot een hoger studiejaar, vindt de intake plaats op basis van een beoordeling (door twee assessoren) van een door de betreffende student in te dienen portfolio. Naar het oordeel van het auditteam is de door de opleiding gehanteerde assessment procedure voor beide categorieën studenten systematisch en nauwkeurig opgezet en duidelijk gericht op maatwerk. De I-opleiding: duaal Voor duale studenten geldt een intake assessment procedure die kan leiden tot vrijstellingen. Deze intake assessment is gebaseerd op een beoordeling (door twee assessoren) van een door de student in te dienen portfolio. Naar het oordeel van het auditteam is de door de opleiding gehanteerde assessment procedure systematisch en nauwkeurig opgezet en duidelijk gericht op maatwerk. De BI-opleiding: voltijd (Den Haag en Zoetermeer) Aan instromende studenten worden geen nadere profieleisen gesteld. Uitgangspunt is dat de student met havo, ongeacht zijn profiel, voldoende abstractie- en probleemoplossend vermogen heeft om de BI-opleiding te kunnen volgen. Om niettemin de aansluiting tussen havo en de opleidingen te optimaliseren kennen de opleidingen de volgende voorzieningen: de studenten kunnen zich in het eerste jaar breder oriënteren dan alleen op de opleiding van hun keuze. Het eerste blok van de propedeuse is voor de I-, de BI- en de IDM-opleiding gemeenschappelijk; dit gemeenschappelijke 1 e blok (de 1 e onderwijsperiode) is voorts zodanig opgezet dat eventuele kennistekorten snel kunnen worden opgespoord en (individueel dan wel in groepsverband) kunnen worden weggewerkt; onder alle instromende studenten wordt een test Nederlandse taalbeheersing afgenomen. Bij onvoldoende score wordt de betreffende student een cursus Nederlands aangeboden; in de 3 e onderwijsperiode van het 1 e jaar kiezen studenten een blok uit een andere dan hun eigen opleiding. Een eventuele overstap van de ene naar de andere opleiding is daardoor zonder enige vertraging mogelijk. Voor de instromende studenten uit verwante MBO-opleidingen is een versnelde leerroute mogelijk. Voor deze instroom is een specifiek curriculum opgesteld dat weliswaar leidt tot dezelfde eindkwalificaties als de reguliere opleidingen, maar in termen van studiebegeleiding en programma-inrichting tegemoetkomt aan de noodzaak het zelfstandig werken en denken bij deze studenten te ontwikkelen. Voorts worden samen met het regionale MBO de studieresultaten van ingestroomde MBO ers geanalyseerd om te bezien waar in de aansluiting tussen het MBO en het HBO programma verbeteringen nodig zijn. In het kader van het zogeheten Innovatiearrangement Beroepskolom 2003 neemt de BI-opleiding deel aan het project ICT-Continué waarmee beoogd wordt één doorlopende (MBO-HBO) ICT-leerlijn te realiseren te beginnen in de locatie Zoetermeer. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

54 De BI-opleiding: deeltijd Voor deeltijdstudenten geldt sinds 2003 een intake assessment procedure die kan leiden tot vrijstellingen. Voor deeltijdstudenten die toelating tot het 1 e jaar wensen, wordt op basis van een CV en op basis van (andere) bewijsstukken m.b.t. opleiding en/of ervaring, besloten of de student kan worden toegelaten en of hij in aanmerking komt voor eventuele vrijstellingen op onderdelen. Voor deeltijdstudenten die toegelaten wensen te worden tot een hoger studiejaar, vindt de intake plaats op basis van een beoordeling (door twee assessoren) van een door de betreffende student in te dienen portfolio. Naar het oordeel van het auditteam is de door de opleiding gehanteerde assessment procedure voor beide categorieën studenten systematisch en nauwkeurig opgezet en duidelijk gericht op maatwerk. De IDM-opleiding: voltijd Aan instromende studenten worden geen nadere profieleisen gesteld. Uitgangspunt is dat de student met havo, ongeacht zijn profiel, voldoende abstractie- en probleemoplossend vermogen heeft om de IDM opleiding te kunnen volgen. Om niettemin de aansluiting tussen havo en de opleidingen te optimaliseren kennen de opleidingen de volgende voorzieningen: de studenten kunnen zich in het eerste jaar breder oriënteren dan alleen op de opleiding van hun keuze. Het eerste blok van de propedeuse is voor de I-, de BI- en de IDM-opleiding gemeenschappelijk; dit gemeenschappelijke 1 e blok (de 1 e onderwijsperiode) is voorts zodanig opgezet dat eventuele kennistekorten snel kunnen worden opgespoord en (individueel dan wel in groepsverband) kunnen worden weggewerkt; onder alle instromende studenten wordt een test Nederlandse taalbeheersing afgenomen. Bij onvoldoende score wordt de betreffende student een cursus Nederlands aangeboden; in de 3 e onderwijsperiode van het 1 e jaar kiezen studenten een blok uit een andere dan hun eigen opleiding. Een eventuele overstap van de ene naar de andere opleiding is daardoor zonder enige vertraging mogelijk. Voor de instromende studenten uit het MBO (dat overigens geen aan IDM verwante opleiding kent) kan op individuele basis een specifieke leerroute worden uitgezet. Voorts worden samen met het regionale MBO de studieresultaten van ingestroomde MBO ers geanalyseerd om te bezien waar in de aansluiting tussen het MBO en het HBO programma verbeteringen nodig zijn. De IDM-opleiding: deeltijd Voor deeltijdstudenten geldt sinds 2003 een intake assessment procedure die kan leiden tot vrijstellingen. Voor deeltijdstudenten die toelating tot het 1 e jaar wensen, wordt op basis van een CV en op basis van (andere) bewijsstukken m.b.t. opleiding en/of ervaring, besloten of de student kan worden toegelaten en of hij in aanmerking komt voor eventuele vrijstellingen op onderdelen. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

55 Voor deeltijdstudenten die toegelaten wensen te worden tot een hoger studiejaar, vindt de intake plaats op basis van een beoordeling (door twee assessoren) van een door de betreffende student in te dienen portfolio. Naar het oordeel van het auditteam is de door de opleiding gehanteerde assessment procedure voor beide categorieën studenten systematisch en nauwkeurig opgezet en duidelijk gericht op maatwerk. Oordeel: voldoende De I-opleiding, de BI-opleiding en de IDM-opleiding Het auditteam kwalificeert het facet instroom voor de drie opleidingen en hun respectieve varianten als voldoende op grond van de volgende observaties: de inrichting van het 1 e onderwijsblok is aantoonbaar opgezet om studenten hun eventuele deficiënties snel te laten ontdekken en mogelijk weg te werken; voor instromende studenten uit verwante MBO-opleidingen kennen de opleidingen een versnelde leerroute met een op de behoefte van MBO ers toegesneden studiebegeleiding en programmainrichting; de intake assessment bij deeltijd en duale studenten wordt professioneel aangepakt. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

56 Facet 2.6. Duur Criterium Het facet Duur van het onderwerp Programma is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAOcriterium 16 : Voldoet de opleiding aan de formele eisen m.b.t. de omvang van het opleidingsprogramma van 240 ECTS-studiepunten? Bevindingen De I-opleiding, De BI-opleiding en de IDM-opleiding Het totale aantal studiepunten van het I-programma (voltijd, deeltijd en duaal) BI-programma (voltijd en deeltijd) IDM-programma (voltijd en deeltijd) bedraagt per variant 240 ECTS. Daarmee voldoen de drie opleidingen alsmede hun respectieve varianten aan de formele, kwantitatieve eis die aan HBO bachelor opleidingen wordt gesteld. Oordeel: voldoende De I-opleiding, de BI-opleiding en de IDM-opleiding Het auditteam heeft geconstateerd dat de drie opleidingen en hun respectieve varianten elk een omvang hebben van 240 ECTS, reden dit facet als voldoende te kwalificeren. 16 In feite gaat het hier niet om een criterium, maar om een formele vereiste. Zie de voetnoot bij beslisregel E. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

57 Facet 2.7. Afstemming tussen Vormgeving en Inhoud Criteria Het facet Afstemming tussen Vormgeving en Inhoud van het onderwerp Programma is beoordeeld aan de hand van de volgende NVAO-criteria: Is het didactisch concept in lijn met de doelstellingen? Sluiten de werkvormen aan bij het didactisch concept? Bevindingen De bevindingen van het auditteam worden hieronder per afzonderlijke opleiding en per variant gepresenteerd. Uit de beschrijving zal evenwel blijken, dat de wijze waarop de drie opleidingen de afstemming tussen vormgeving en inhoud hebben geborgd, gelijk is. Dat is de resultante van het feit, dat het in de Inleiding ( ) beschreven gemeenschappelijk Afdelingskader inderdaad richtinggevend blijkt te zijn voor de onder de Afdeling vallende opleidingen, dus ook voor de drie onderhavige opleidingen. Een en ander leidt ertoe dat de bevindingen van het auditteam met betrekking tot de afzonderlijke opleidingen grotendeels overeenkomen. Iets wat ook uit de tekst zal blijken. De I-opleiding: voltijd (Den Haag en Zoetermeer) Analyse van het I-programma laat zien, dat de opleiding een helder en effectief didactisch concept hanteert. Een en ander is goed uitgewerkt in het Opleidingskader van de Afdeling Informatica en in het Ontwerp Programmma Informatica. Het concept laat zich alsvolgt samenvatten. werkend leren: het onderwijs is gericht op het verwerven van competenties door het uitvoeren van beroepstaken; zelfregie van de student: het onderwijs gaat uit van het leren leren concept; zelfstandig leren: het onderwijs bevordert systematische zelfreflectie door de student op basis van door de opleiding te verschaffen feedback. Deze noties sluiten rechtstreeks aan bij de (deel)competenties die sterk de nadruk leggen op (i) leren leren in een professionele context, (ii) resultaatgericht handelen, (iii) self-assessment, (iv) teamwork, (v) eigen verantwoordelijkheid en (vi) zelf-initiatief. Analyse van het I-programma (het leerplan, de per blok geldende deelleerplannen en -voor het buitenschools curriculum- de stageovereenkomsten) laat voorts zien, dat bovenstaand didactisch concept inderdaad in praktijk wordt gebracht en dat de werkvormen direct daarop aansluiten. Al naargelang het gaat om kennis, inzicht, vaardigheden en attitude wordt een keuze gemaakt uit bijvoorbeeld: hoor- en werkcolleges, practica en zelfstandig werken (individueel en zeer nadrukkelijk ook in groepsverband binnen de Informatica en, daar waar relevant, samen met de BI-opleiding). Daarbij stelt elke student zijn eigen persoonlijk ontwikkelplan op. Het auditteam heeft tijdens de visitatie inzage gehad in enige van deze plannen. Zij geven een goede indruk van de wijze waarop studenten zich committeren aan de eisen van de betreffende opleiding en aan hun eigen route daarbinnen. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

58 Het onderwijsprogramma kent een aantal verschillende leerlijnen met elk haar eigen werkvormen: de integrale praktijkleerlijn via aan de praktijk ontleende opdrachten, stage- en afstudeeropdrachten; de theoretische leerlijn via theoretische, probleemgestuurde en methodische opdrachten; deze leerlijn is bedoeld als ondersteuning van de integrale praktijkleerlijn; de trainingsleerlijn via het ontwikkelen van algemene en beroepsspecifieke vaardigheden; ook deze leerlijn ondersteunt de integrale praktijkleerlijn; de studieloopbaanbegeleidende leerlijn gericht op zelfreflectie door studenten en zelfsturing. Naarmate de opleiding vordert, neemt de complexiteit van de opdrachten (en dus ook van de te maken beroepsproducten) toe en wordt bovendien in toenemende mate een beroep gedaan op het zelf-initiatief van de student. Deze aanpak kent een sterke interactie tussen de studenten onderling en tussen de student en de docenten. Docenten spelen daarbij een informerende, stimulerende, beoordelende, adviserende en - waar nodig- sturende rol. De I-opleiding: deeltijd Voor de voor de deeltijdvariant wordt hetzelfde didactisch concept gehanteerd. In de uitvoering zijn er niettemin enkele verschillen die samenhangen met het feit dat de deeltijdstudenten gedurende een groot deel van hun opleiding in de praktijk werkzaam zijn. Werk, reflectie en opleiding staan in nauwe relatie tot elkaar. Door middel van het Leercontract wordt vastgelegd hoe de deeltijdstudent in zijn eigen werksituatie de vereiste (deel)competenties verwerft. Over de aard, de relevantie en de mate van concreetheid van deze leercontracten heeft het auditteam zich reeds eerder in dit rapport positief uitgesproken. De competentieontwikkeling op de werkplek wordt zorgvuldig door de opleiding gemonitord en expliciet beoordeeld. Via het binnenschools programma worden deze studenten in staat gesteld hun praktijkervaringen en vraagstellingen in te brengen. Een en ander is concreet en tot in detail beschreven in: Handboek Werkend Leren, Werkend Leren: Handleiding, Taken en Rollen van Docentbegeleiders. Voor deeltijdstudenten die ervoor kiezen om niet extern (zie onder facet 2.3), maar intern praktijkopdrachten uit te voeren, geldt dat zij in hun POP aangeven hoe zij de vereiste (deel)competenties verwerven. Uit het deeltijdprogramma blijkt, dat deze sterke interactie is in de opleiding is verankerd. Iets wat door studenten wordt bevestigd. De I-opleiding: duaal De duale variant hanteert eveneens hetzelfde didactisch concept als de voltijdopleiding. In de uitvoering zijn er niettemin enkele verschillen die samenhangen met het feit dat de duale studenten gedurende een groot deel van hun opleiding in de praktijk werkzaam zijn. Werk, reflectie en opleiding staan in nauwe relatie tot elkaar. Door middel van een Leercontract wordt vastgelegd hoe de duale student in zijn eigen werksituatie de vereiste (deel)competenties verwerft. Over de aard, de relevantie en de mate van concreetheid van deze leercontracten heeft het auditteam zich reeds eerder in dit rapport positief uitgesproken. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

59 De werkplek wordt zorgvuldig getoetst. Deze toetsing is van belang om de samenhang tussen vormgeving en inhoud te waarborgen en leidt, bij een positieve uitkomst, tot accreditatie van de werkplek volgens de criteria en procedures die helder staan beschreven in de nota Accreditatie Bedrijven en Werkplekken. Als een werkplek op de in deze nota beschreven wijze door de Afdeling wordt geaccrediteerd, dan is goed geborgd dat de werkplek en de begeleiding voldoende potentieel hebben voor de competentie-ontwikkeling van de duale student. De competentieontwikkeling op de werkplek wordt voorts systematisch door de opleiding gemonitord en expliciet beoordeeld en wel aan de hand van (i) door de student in te dienen procesverslagen, (ii) evaluatieformulieren en (iii) assessment van het studentportfolio. Met behulp van de werkplektoetsing en dankzij het systematisch monitoren van de competentieontwikkeling wordt inderdaad bewerkstelligd, dat de werkplek en het binnenschools programma in sterke interactie met elkaar staan. Enerzijds relevante input (vraagstellingen) door de student vanuit zijn werkervaring, anderzijds input vanuit het binnenschools programma om de student in staat te stellen (de tools te leveren) op zijn werkervaring te reflecteren. Een en ander is concreet en tot in detail beschreven in: Handboek Duaal voor de Werkplek, Handboek Werkend Leren, Werkend Leren: Handleiding en Taken en Rollen van Docentbegeleiders. Uit het duale programma blijkt, dat deze sterke interactie in de opleiding is verankerd. Iets wat door studenten wordt bevestigd. De BI-opleiding: voltijd (Den Haag en Zoetermeer) Analyse van het BI-programma laat zien, dat de opleiding een helder en effectief didactisch concept hanteert. Een en ander is goed uitgewerkt in het Opleidingskader van de Afdeling Informatica en in het Ontwerp Programma Bedrijfskundige Informatica. Het concept laat zich alsvolgt samenvatten. werkend leren: het onderwijs is gericht op het verwerven van competenties door het uitvoeren van beroepstaken; zelfregie van de student: het onderwijs gaat uit van het leren leren concept; zelfstandig leren: het onderwijs bevordert systematische zelfreflectie door de student op basis van door de opleiding te verschaffen feedback. Deze noties sluiten rechtstreeks aan bij de (deel)competenties die sterk de nadruk leggen op (i) leren leren in een professionele context, (ii) resultaatgericht handelen, (iii) self-assessment, (iv) teamwork, (v) eigen verantwoordelijkheid en (vi) zelf-initiatief. Analyse van het BI-programma (het leerplan, de per blok geldende deelleerplannen en -voor het buitenschools curriculum- de stageovereenkomsten) laat voorts zien, dat bovenstaand didactisch concept inderdaad in praktijk wordt gebracht en dat de werkvormen direct daarop aansluiten. Al naargelang het gaat om kennis, inzicht, vaardigheden en attitude wordt een keuze gemaakt uit bijvoorbeeld: hoor- en werkcolleges, practica en zelfstandig werken (individueel en zeer nadrukkelijk ook in groepsverband binnen de Informatica en, daar waar relevant, samen met de I-opleiding). Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

60 Daarbij stelt elke student zijn eigen persoonlijk ontwikkelplan op. Het auditteam heeft tijdens de visitatie inzage gehad in enige van deze plannen. Zij geven een goede indruk van de wijze waarop studenten zich committeren aan de eisen van de betreffende opleiding en aan hun eigen route daarbinnen. Het onderwijsprogramma kent een aantal verschillende leerlijnen met elk haar eigen werkvormen: de integrale praktijkleerlijn via aan de praktijk ontleende opdrachten, stage- en afstudeeropdrachten; de theoretische leerlijn via theoretische, probleemgestuurde en methodische opdrachten; deze leerlijn is bedoeld als ondersteuning van de integrale praktijkleerlijn; de trainingsleerlijn via het ontwikkelen van algemene en beroepsspecifieke vaardigheden; ook deze leerlijn ondersteunt de integrale praktijkleerlijn; de studieloopbaanbegeleidende leerlijn gericht op zelfreflectie door studenten en zelfsturing. Naarmate de opleiding vordert, neemt de complexiteit van de opdrachten (en dus ook van de te maken beroepsproducten) toe en wordt bovendien in toenemende mate een beroep gedaan op het zelf-initiatief van de student. Deze aanpak kent een sterke interactie tussen de studenten onderling en tussen de student en de docenten. Docenten spelen daarbij een informerende, stimulerende, beoordelende, adviserende en - waar nodig- sturende rol. De BI-opleiding: deeltijd Bij de deeltijdopleiding wordt hetzelfde didactisch concept gehanteerd. In de uitvoering zijn er niettemin enkele verschillen die samenhangen met het feit dat de deeltijdstudenten gedurende een groot deel van hun opleiding in de praktijk werkzaam zijn. Werk, reflectie en opleiding staan in nauwe relatie tot elkaar. Door middel van een Leercontract wordt vastgelegd hoe de deeltijdstudent in zijn eigen werksituatie de vereiste (deel)competenties verwerft. Over de aard, de relevantie en de mate van concreetheid van deze leercontracten heeft het auditteam zich reeds eerder in dit rapport positief uitgesproken. De competentieontwikkeling op de werkplek wordt zorgvuldig door de opleiding gemonitord en expliciet beoordeeld. Via het binnenschools programma worden deze studenten in staat gesteld hun praktijkervaringen en vraagstellingen in te brengen. Een en ander is concreet en tot in detail beschreven in: Handboek Werkend Leren, Werkend Leren Handleiding, Taken en Rollen van Docentbegeleiders. Voor deeltijdstudenten die ervoor kiezen om niet extern (zie onder facet 2.3), maar intern praktijkopdrachten uit te voeren, geldt dat zij in hun POP aangeven hoe zij de vereiste (deel)competenties verwerven. Uit het deeltijdprogramma blijkt, dat deze sterke interactie is in de opleiding is verankerd. Iets wat door studenten wordt bevestigd. De IDM-opleiding: voltijd Analyse van het IDM-programma laat zien, dat de opleiding een helder en effectief didactisch concept hanteert. Een en ander is goed uitgewerkt in het Opleidingskader van de Afdeling Informatica en in het Ontwerp Programma Informatiedienstverlening en -Management. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

61 Het concept laat zich alsvolgt samenvatten. werkend leren: het onderwijs is gericht op het verwerven van competenties door het uitvoeren van beroepstaken; zelfregie van de student: het onderwijs gaat uit van het leren leren concept; zelfstandig leren: het onderwijs bevordert systematische zelfreflectie door de student op basis van door de opleiding te verschaffen feedback. Deze noties sluiten rechtstreeks aan bij de (deel)competenties die sterk de nadruk leggen op (i) leren leren in een professionele context, (ii) resultaatgericht handelen, (iii) self-assessment, (iv) teamwork, (v) eigen verantwoordelijkheid en (vi) zelf-initiatief. Analyse van het IDM-programma (het leerplan, de per blok geldende deelleerplannen en -voor het buitenschools curriculum- de stageovereenkomsten) laat voorts zien, dat bovenstaand didactisch concept inderdaad in praktijk wordt gebracht en dat de werkvormen direct daarop aansluiten. Al naargelang het gaat om kennis, inzicht, vaardigheden en attitude wordt een keuze gemaakt uit bijvoorbeeld: hoor- en werkcolleges, practica en zelfstandig werken, individueel en zeer nadrukkelijk ook in groepsverband. Daarbij stelt elke student zijn eigen persoonlijk ontwikkelplan op. Het auditteam heeft tijdens de visitatie inzage gehad in enige van deze plannen. Zij geven een goede indruk van de wijze waarop studenten zich committeren aan de eisen van de betreffende opleiding en aan hun eigen route daarbinnen. Het onderwijsprogramma kent een aantal verschillende leerlijnen met elk haar eigen werkvormen: de integrale praktijkleerlijn via aan de praktijk ontleende opdrachten, stage- en afstudeeropdrachten; de theoretische leerlijn via theoretische, probleemgestuurde en methodische opdrachten; deze leerlijn is bedoeld als ondersteuning van de integrale praktijkleerlijn; de trainingsleerlijn via het ontwikkelen van algemene en beroepsspecifieke vaardigheden; ook deze leerlijn ondersteunt de integrale praktijkleerlijn; de studieloopbaanbegeleidende leerlijn gericht op zelfreflectie door studenten en zelfsturing. Naarmate de opleiding vordert, neemt de complexiteit van de opdrachten (en dus ook van de te maken beroepsproducten) toe en wordt bovendien in toenemende mate een beroep gedaan op het zelf-initiatief van de student. Deze aanpak kent een sterke interactie tussen de studenten onderling en tussen de student en de docenten. Docenten spelen daarbij een informerende, stimulerende, beoordelende, adviserende en - waar nodig- sturende rol. De IDM-opleiding: deeltijd Bij de deeltijdopleiding wordt hetzelfde didactisch concept gehanteerd. In de uitvoering zijn er niettemin enkele verschillen die samenhangen met het feit dat de deeltijdstudenten gedurende een groot deel van hun opleiding in de praktijk werkzaam zijn. Werk, reflectie en opleiding staan in nauwe relatie tot elkaar. Na inzage van de studentportfolio s en van de POP s van de deeltijdstudenten heeft het auditteam kunnen constateren, dat bij de deeltijdvariant de samenhang tussen het buitenschools en het binnenschools deel van de opleiding geborgd is doordat het buitenschools deel ondermeer wordt ingericht met behulp van opleidingsgestuurde opdrachten aan studenten. De aard van de opdrachten sluit telkens rechtstreeks aan bij de opleidingsdoelstellingen. Uit het deeltijdprogramma zelf blijkt, dat deze sterke interactie in de opleiding is verankerd. Iets wat door studenten wordt bevestigd. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

62 Oordeel: goed De I-opleiding, de BI-opleiding en de IDM-opleiding Voor de drie opleidingen en hun respectieve varianten kwalificeert het auditteam dit facet als goed op basis van de volgende observaties: het didactisch concept is herkenbaar ontleend aan de doelstellingen van de drie opleidingen. In die doelstellingen staat centraal het verwerven van (algemene en beroepsspecifieke) competenties terwijl in het didactisch concept het werkend leren het Leitmotiv is; de leercontracten waarvan binnen de deeltijd I-opleiding, de duale I-opleiding en de deeltijd BIopleiding gebruik wordt gemaakt, zijn zodanig concreet uitgewerkt dat zij het buitenschools leren structuren op een wijze die volledig recht doet aan het didactisch principe van 'Werkend Leren'; bij de deeltijd IDM-opleiding wordt het buitenschools leren aantoonbaar het auditteam verwijst in dit verband naar de door hem ingeziene studentportfolio s gestructureerd op een wijze analoog aan die bij de deeltijd I-opleiding en de deeltijd BI-opleiding; de werkvormen van de onderscheiden leerlijnen zijn in overeenstemming met het didactisch concept. Zo kent de integrale praktijkleerlijn (didactisch concept: werkend leren ) als werkvorm het individueel en in groepsverband uitvoeren van praktijkopdrachten. De theoretische leerlijn en de trainingsleerlijn (didactisch concept: zelf regie) kennen als werkvorm individuele studie en oefensessies met de docent als informatiebron. De leerlijn studieloopbaan begeleiding (didactisch concept: zelfstandig leren) kent als werkvorm individuele groepssessies met de docent als begeleider. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

63 Facet 2.8. Beoordeling en Toetsing Criterium Het facet Beoordeling en Toetsing van het onderwerp Programma is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: Wordt door de beoordelingen, toetsingen en examens adequaat getoetst of de studenten de leerdoelen van (onderdelen van) het programma hebben gerealiseerd? Bevindingen De bevindingen van het auditteam worden hieronder per afzonderlijke opleiding en per variant gepresenteerd. Uit de beschrijving zal evenwel blijken, dat de wijze waarop de drie opleidingen vorm geven aan het facet 'Beoordelen en Toetsen', gelijk is. Dat is de resultante van het feit, dat het in de Inleiding ( ) beschreven gemeenschappelijk Afdelingskader inderdaad richtinggevend blijkt te zijn voor de onder de Afdeling vallende opleidingen, dus ook voor de drie onderhavige opleidingen. Een en ander leidt ertoe dat de bevindingen van het auditteam met betrekking tot de afzonderlijke opleidingen grotendeels overeenkomen. Iets wat ook uit de tekst zal blijken. De I-opleiding: voltijd (Den Haag en Zoetermeer) De huidige praktijk Voor wat betreft de huidige situatie heeft het auditteam geconstateerd, dat de vigerende praktijk voldoende is. In dat opzicht sluit het auditteam zich aan bij het oordeel van de visitatiecommissie en de inspectie, omdat ook nu reeds de toetsen en de daaraan gekoppelde beoordelingsmodellen door docentteams worden opgesteld, iets wat de technische kwaliteit en validiteit van de toetsen alsmede de consistentie van het beoordelingsproces alleen maar ten goede komt. Blijkens studentenonderzoek sluiten de studenten zich bij dit oordeel aan. Een beeld dat tijdens de visitatie in de gesprekken met studenten werd bevestigd. Beoordeling en toetsing van door de student geleverde prestaties tijdens hun stage en afstuderen vinden plaats in samenspraak met de betreffende werkorganisatie, in casu de bedrijfscoach. Het toetsbeleid voorziet in een goed uitgewerkte klachtenregeling voor studenten. De voor beoordeling en toetsing geldende vereisten, criteria, procedures en planning staan helder aangegeven in de studiegids en in de blokbeschrijvingen van de opleiding. Het systeem van beoordeling en toetsing en de implementatie ervan worden in het kader van de periodieke review van het kwaliteitssysteem, geëvalueerd. Bij deze evaluatie zijn ook de studenten betrokken. Studenten zijn -zo geven zij aan- tevreden zowel over de informatievoorziening inzake beoordeling en toetsing als over de feitelijke uitvoering ervan. De nabije toekomst De Afdeling Informatica heeft haar toetsbeleid in 2004 vastgelegd enerzijds om het toetsen en beoordelen aan te passen aan het competentiegerichte karakter van alle onder de Afdeling vallende opleidingen (w.o. de I-opleiding) en anderzijds om de kwaliteit van het toetsen en beoordelen beter dan voorheen te borgen. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

64 Niet dat de kwaliteit van toetsen en beoordelen tot op heden kwalitatief onder de maat was -het oordeel van zowel de visitatiecommissie als de inspectie was positief-, maar de borging van de kwaliteit ervan was niet professioneel geregeld omdat de systematiek en methodiek van toetsen en beoordelen niet voldoende waren vastgelegd. Dat is nu wel het geval. In de nota Toetsbeleid van de Afdeling Informatica zijn voor alle onder de Afdeling vallende opleidingen de volgende zaken vastgelegd: uitgangspunten van toetsen; functie en doel van toetsen; het proces van toetsen; het beoordelingsplan; rollen en verantwoordelijkheden. Al deze aspecten van het toetsen en beoordelen zijn uitvoerig en, naar het oordeel van het auditteam, adequaat beschreven. Een aantal zaken verdient het hier genoemd te worden: werkveld wordt systematisch betrokken bij de toetsing; formatieve toetsing wordt in het programma verankerd; elke opleiding binnen de Afdeling Informatica heeft een toetscoördinator en een toetscommissie belast met het beoordelen of de toetsen beantwoorden aan de in het Toetshandboek vastgestelde criteria; de toetscoördinatoren van de opleidingen zijn lid van de examencommisssie van de Afdeling; het toets- en beoordelingsproces wordt jaarlijks door de examencommissie geëvalueerd. Belangrijk in dit verband is dat de Afdeling een procedure heeft vastgelegd om de (technische) kwaliteit van toetsen te bevorderen. Het in 2004 vastgestelde toetsbeleid behelst in feite een concreet uitgewerkt verbeterplan met de implementatie waarvan thans een begin is gemaakt. De I-opleiding: deeltijd en duaal De bevindingen van het auditteam met betrekking tot de voltijd I-opleiding zijn ook en onverkort van toepassing op de deeltijd- en duale I-opleiding, met dien verstande dat daar waar sprake is van stage, werkplek moet worden gelezen. De BI-opleiding: voltijd (Den Haag en Zoetermeer) De huidige praktijk Voor wat betreft de huidige situatie heeft het auditteam ook bij de Bi-opleiding geconstateerd, dat de vigerende praktijk voldoende is. In dat opzicht sluit het auditteam zich aan bij het oordeel van de visitatiecommissie en de inspectie, omdat ook nu reeds de toetsen en de daaraan gekoppelde beoordelingsmodellen door docentteams worden opgesteld, iets wat de technische kwaliteit en validiteit van de toetsen alsmede de consistentie van het beoordelingsproces alleen maar ten goede komt. Blijkens studentenonderzoek sluiten de studenten zich bij dit oordeel aan. Een beeld dat tijdens de visitatie in de gesprekken met studenten werd bevestigd. Beoordeling en toetsing van door de student geleverde prestaties tijdens hun stage en afstuderen vinden plaats in samenspraak met de betreffende werkorganisatie, in casu de bedrijfscoach. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

65 Het toetsbeleid voorziet in een goed uitgewerkte klachtenregeling voor studenten. De voor beoordeling en toetsing geldende vereisten, criteria, procedures en planning staan helder aangegeven in de studiegids en de blokbeschrijvingen van de opleiding. Het systeem van beoordeling en toetsing en de implementatie ervan worden in het kader van de periodieke review van het kwaliteitssysteem, geëvalueerd. Bij deze evaluatie zijn ook de studenten betrokken. Studenten zijn -zo geven zij aan- tevreden zowel over de informatievoorziening inzake beoordeling en toetsing als over de feitelijke uitvoering ervan De nabije toekomst De Afdeling Informatica heeft haar toetsbeleid in 2004 vastgelegd enerzijds om het toetsen en beoordelen aan te passen aan het competentiegerichte karakter van alle onder de Afdeling vallende opleidingen (w.o. de BI-opleiding) en anderzijds om de kwaliteit van het toetsen en beoordelen beter dan voorheen te borgen. Niet dat de kwaliteit van toetsen en beoordelen tot op heden kwalitatief onder de maat was -het oordeel van zowel de visitatiecommissie als de inspectie was positief-, maar de borging van de kwaliteit ervan was niet professioneel geregeld omdat de systematiek en methodiek van toetsen en beoordelen niet voldoende waren vastgelegd. Dat is nu wel het geval. In de nota Toetsbeleid van de Afdeling Informatica zijn voor alle onder de Afdeling vallende opleidingen de volgende zaken vastgelegd: uitgangspunten van toetsen; functie en doel van toetsen; het proces van toetsen; het beoordelingsplan; rollen en verantwoordelijkheden. Al deze aspecten van het toetsen en beoordelen zijn uitvoerig en, naar het oordeel van het auditteam, adequaat beschreven. Een aantal zaken verdient het hier genoemd te worden: werkveld wordt systematisch betrokken bij de toetsing; formatieve toetsing wordt in het programma verankerd; elke opleiding binnen de Afdeling Informatica heeft een toetscoördinator en een toetscommissie belast met het beoordelen of de toetsen beantwoorden aan de in het Toetshandboek vastgestelde criteria; de toetscoördinatoren van de opleidingen zijn lid van de examencommisssie van de Afdeling; het toets- en beoordelingsproces wordt jaarlijks door de examencommissie geëvalueerd. Belangrijk in dit verband is dat de Afdeling een procedure heeft vastgelegd om de (technische) kwaliteit van toetsen te bevorderen. Het in 2004 vastgestelde toetsbeleid behelst in feite een concreet uitgewerkt verbeterplan met de implementatie waarvan thans een begin is gemaakt. De BI-opleiding: deeltijd De bevindingen van het auditteam met betrekking tot de voltijd BI-opleiding zijn ook en onverkort van toepassing op de deeltijd BI-opleiding, met dien verstande dat daar waar sprake is van stage, werkplek moet worden gelezen. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

66 De IDM-opleiding: voltijd De huidige praktijk Voor wat betreft de huidige situatie heeft het auditteam geconstateerd, dat de vigerende praktijk voldoende is. In dat opzicht sluit het auditteam zich aan bij het oordeel van de visitatiecommissie en de inspectie, omdat ook nu reeds de toetsen en de daaraan gekoppelde beoordelingsmodellen door docentteams worden opgesteld, iets wat de technische kwaliteit en validiteit van de toetsen alsmede de consistentie van het beoordelingsproces alleen maar ten goede komt. Blijkens studentenonderzoek sluiten de studenten zich bij dit oordeel aan. Een beeld dat tijdens de visitatie in de gesprekken met studenten werd bevestigd. Beoordeling en toetsing van door de student geleverde prestaties tijdens hun stage en afstuderen vinden plaats in samenspraak met de betreffende werkorganisatie, in casu de bedrijfscoach. Het toetsbeleid voorziet in een goed uitgewerkte klachtenregeling voor studenten. De voor beoordeling en toetsing geldende vereisten, criteria, procedures en planning staan helder aangegeven in de studiegids en in de blokbeschrijvingen van de opleiding. Het systeem van beoordeling en toetsing en de implementatie ervan worden in het kader van de periodieke review van het kwaliteitssysteem geëvalueerd. Bij deze evaluatie zijn ook de studenten betrokken. Studenten zijn -zo geven zij aan- tevreden zowel over de informatievoorziening inzake beoordeling en toetsing als over de feitelijke uitvoering ervan. De nabije toekomst De Afdeling Informatica heeft haar toetsbeleid in 2004 vastgelegd enerzijds om het toetsen en beoordelen aan te passen aan het competentiegerichte karakter van alle onder de Afdeling vallende opleidingen (w.o. de IDM-opleiding) en anderzijds om de kwaliteit van het toetsen en beoordelen beter dan voorheen te borgen. Niet dat de kwaliteit van toetsen en beoordelen tot op heden kwalitatief onder de maat was -het oordeel van zowel de visitatiecommissie als de inspectie was positief-, maar de borging van de kwaliteit ervan was niet professioneel geregeld omdat de systematiek en methodiek van toetsen en beoordelen niet voldoende waren vastgelegd. Dat is nu wel het geval. In de nota Toetsbeleid van de Afdeling Informatica zijn voor alle onder de Afdeling vallende opleidingen de volgende zaken vastgelegd: uitgangspunten van toetsen; functie en doel van toetsen; het proces van toetsen; het beoordelingsplan; rollen en verantwoordelijkheden. Al deze aspecten van het toetsen en beoordelen zijn uitvoerig en, naar het oordeel van het auditteam, adequaat beschreven. Een aantal zaken verdient het hier genoemd te worden: werkveld wordt systematisch betrokken bij de toetsing; formatieve toetsing wordt in het programma verankerd; elke opleiding binnen de Afdeling Informatica heeft een toetscoördinator en een toetscommissie belast met het beoordelen of de toetsen beantwoorden aan de in het Toetshandboek vastgestelde criteria; de toetscoördinatoren van de opleidingen zijn lid van de examencommisssie van de Afdeling; het toets- en beoordelingsproces wordt jaarlijks door de examencommissie geëvalueerd. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

67 Belangrijk in dit verband is dat de Afdeling een procedure heeft vastgelegd om de (technische) kwaliteit van toetsen te bevorderen. Het in 2004 vastgestelde toetsbeleid behelst in feite een concreet uitgewerkt verbeterplan met de implementatie waarvan thans een begin is gemaakt. De IDM-opleiding: deeltijd De bevindingen van het auditteam met betrekking tot de voltijd IDM-opleiding zijn ook en onverkort van toepassing op de deeltijd IDM-opleiding, met dien verstande dat daar waar sprake is van stage, werkplek moet worden gelezen. Oordeel: voldoende De I-opleiding, de BI-opleiding en de IDM-opleiding Het auditteam kwalificeert dit facet voor alle drie de opleidingen en hun respectieve varianten als voldoende op grond van de volgende observaties: de huidige praktijk van toetsen en beoordelen wordt op een gestructureerde en gecontroleerde wijze uitgevoerd in teamverband, wat aantoonbaar de consistentie van het toetsen en beoordelen bevordert; de Afdeling Informatica heeft ten behoeve van de betreffende opleidingen een goed gemotiveerd en uitgewerkt plan vastgesteld om de borging van de kwaliteit van toetsen en beoordelen te versterken en de technische kwaliteit ervan, met name daar waar het gaat om het toetsen van competenties, te verhogen. SAMENVATTEND OORDEEL PROGRAMMA : VOLDOENDE De I-opleiding, de BI-opleiding en de IDM-opleiding Naar het oordeel van het auditteam zijn het I-programma, het BI-programma en het IDM-programma (inclusief hun varianten) werkelijk programma s op HBO-niveau en qua oriëntatie duidelijk gericht op de drie respectieve werkvelden. De inrichting via de onderscheiden leerlijnen en de gerichtheid op beroepstaken blijken een voldoende waarborg voor de interne samenhang van de programma s. Ook waar het gaat om de samenhang tussen het buitenschools en binnenschools leren, dankzij bijvoorbeeld de goed gestructureerde leercontracten bij de deeltijd I-opleiding, de deeltijd BI-opleiding en de duale I-opleiding. Het positieve oordeel is ook van toepassing op de voltijd I-opleiding en de voltijd BI-opleiding in de nevenvestiging Zoetermeer. Immers het programma van de Zoetermeerse opleidingen is voor wat betreft alle binnen het onderwerp Programma aan de orde zijnde facetten, identiek aan de voltijd I-opleiding, respectievelijk de voltijd BI-opleiding in de hoofdvestiging Den Haag. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

68 Onderwerp 3: Inzet van Personeel Het derde onderwerp bestaat uit drie facetten: 1. eisen HBO; 2. kwantiteit personeel; 3. kwaliteit personeel. Facet 3.1. Eisen hbo Criterium Het facet Eisen HBO van het onderwerp Inzet Personeel is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: Wordt het onderwijs voor een belangrijk deel verzorgd door personeel dat een verbinding legt tussen de opleiding en de beroepspraktijk? Bevindingen De I-opleiding: voltijd, deeltijd en duaal De docenten van de voltijdopleiding en haar varianten hebben, zo concludeert het auditteam op basis van de netwerkoverzichten waar het auditteam inzage in heeft gehad en de mondelinge verstrekte additionele informatie tijdens de visitatie, voldoende contacten met de beroepspraktijk. (Enkele voorbeelden: KPN, ING, Yacht, CMG, ASZ, DTO, Ordina, CMG Logica, Coillis, Hoogendoorn Group.) Bovendien heeft het overgrote deel van het docentencorps een ruim professioneel netwerk binnen bedrijven in de regio via de stagebegeleiding, de afstudeerplaatsen en de duale leer/werkplekken. Zij blijven daardoor goed op de hoogte van de (jongste) ontwikkelingen in het werkveld. Uit studentonderzoek blijkt dat studenten over de werkveldkennis van hun docenten tevreden zijn. Een beeld dat tijdens de visitatie in de gesprekken met studenten werd bevestigd. Voor de deeltijdvariant van de I-opleiding geldt voorts, dat ca 50% van de docenten naast hun docentfunctie ook werkzaam zijn in het I-domein. De opleiding (i.c. de Afdeling Informatica) is evenwel van oordeel, dat het netwerk waarover zij beschikt, efficiënter en -vooral- effectiever moet worden gebruikt teneinde op programmaniveau de inbreng van de beroepspraktijk te structureren. Daartoe is een verbeterplan vastgesteld Plan van aanpak externe inbreng en legitimering. Kernpunten daarvan zijn: docenten van de opleiding stellen hun eigen POP op waarin externe oriëntatie een integraal onderdeel is zodat dit element in de jaarlijkse functionerings gesprekken een vast onderwerp is; de externe relaties van docenten worden met name beoordeeld op hun effect op het programma s; op het niveau van de Afdeling Informatica wordt een vorm van relatiemanagement en -beheer geïntroduceerd. Thans wordt geen gebruik gemaakt van gastdocenten. Daarmee laat de opleiding (dit geldt met name de voltijdopleiding en de duale opleiding) een belangrijk instrument om de interactie met het beroepenveld in het binnenschools programma een vanzelfsprekende plaats te geven onbenut. Het auditteam heeft daar reeds eerder in dit rapport gewag van gemaakt. Het management van de Afdeling Informatica heeft tijdens de visitatie te kennen gegeven de inzet van gastdocenten bij de voltijd- en de duale I-opleiding te bevorderen. Voorts heeft de Afdeling Informatica reeds een aannamebeleid in gang gezet dat erop gericht is personeel met specifieke deskundigheid aan te trekken voor korte periodes teneinde (zie ) de externe gerichtheid te optimaliseren. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

69 De begeleiding in het kader van de afstudeeropdracht tijdens het 4 e studiejaar vindt plaats door docenten in samenwerking met vertegenwoordigers uit de organisaties waar de student zijn opdracht uitvoert. Deze contacten met de zogeheten externe opdrachtgevers zijn eveneens een belangrijk middel waarmee een substantiële verbinding wordt gelegd tussen opleiding en werkveld. Samenvattend is het auditteam van oordeel dat de docenten hun vakdeskundigheid dankzij hun externe relaties voldoende op peil houden, maar dat de verbinding tussen werkveld en programma nog niet voldoende gestructureerd plaatsvindt. De BI-opleiding: voltijd en deeltijd De docenten van de BI-opleiding (voltijd en deeltijd) hebben, zo concludeert het auditteam op basis van de netwerkoverzichten waar het auditteam inzage in heeft gehad en de mondelinge verstrekte additionele informatie tijdens de visitatie, voldoende contacten met de beroepspraktijk. (Enkele voorbeelden: KPN, ING, Yacht, CMG, ASZ, DTO, Logica CMG, ICT & E-business OHRA, ICT Etam Retail Services.) Bovendien heeft het overgrote deel van het docentencorps een ruim professioneel netwerk binnen bedrijven in de regio via de stagebegeleiding, de afstudeerplaatsen en (voor de deeltijdopleiding) de werkplekken. Zij blijven daardoor goed op de hoogte van de (jongste) ontwikkelingen in het werkveld. Uit studentonderzoek blijkt dat studenten over de werkveldkennis van hun docenten tevreden zijn. Een beeld dat tijdens de visitatie in de gesprekken met studenten werd bevestigd. Voor de deeltijd BI-opleiding geldt voorts, dat ca 50% van de docenten naast hun docentfunctie ook werkzaam zijn in het BI-domein. De opleiding is evenwel van oordeel, dat het netwerk waarover zij beschikt, efficiënter en -vooral- effectiever moet worden gebruikt teneinde op programmaniveau de inbreng van de beroepspraktijk te structureren. Daartoe is een verbeterplan vastgesteld Plan van aanpak externe inbreng en legitimering. Kernpunten daarvan zijn: docenten van de opleiding stellen hun eigen POP op waarin externe oriëntatie een integraal onderdeel is zodat dit element in de jaarlijkse functionerings gesprekken een vast onderwerp is; de externe relaties van docenten worden met name beoordeeld op hun effect op het programma s; op het niveau van de Afdeling Informatica wordt een vorm van relatiemanagement en -beheer geïntroduceerd. Thans wordt een beperkt aantal gastdocenten ingezet. De opleiding streeft er naar dit aantal uit te breiden. Voorts heeft de Afdeling Informatica reeds een aannamebeleid in gang gezet dat erop gericht is personeel met specifieke deskundigheid aan te trekken voor korte periodes teneinde (zie ) de externe gerichtheid te optimaliseren. De begeleiding in het kader van de afstudeeropdracht tijdens het 4 e studiejaar vindt plaats door docenten in samenwerking met vertegenwoordigers uit de organisaties waar de student zijn opdracht uitvoert. Deze contacten met de zogeheten externe opdrachtgevers zijn eveneens een belangrijk middel waarmee een substantiële verbinding wordt gelegd tussen opleiding en werkveld. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

70 Samenvattend is het auditteam van oordeel dat de docenten hun vakdeskundigheid dankzij hun externe relaties voldoende op peil houden, maar dat de verbinding tussen werkveld en programma nog niet voldoende gestructureerd plaatsvindt. De IDM-opleiding: voltijd en deeltijd De docenten van de IDM-opleiding (voltijd en deeltijd) hebben, zo concludeert het auditteam op basis van de netwerkoverzichten waar het auditteam inzage in heeft gehad en de mondelinge verstrekte additionele informatie tijdens de visitatie, voldoende contacten met de beroepspraktijk. (Enkele voorbeelden: KPN, ING, Yacht, CMG, ASZ, DTO, Gemeente Archief Rotterdam, Vereniging van Openbare Bibliotheken, KbenP ICT, Inspectie Gezondheidszorg, Stichting BIN - Beste Idee van Nederland, Celt Consultancy, Infolook, De Brauw Blackstone Westbroek Advocaten) Bovendien heeft het overgrote deel van het docentencorps een ruim professioneel netwerk binnen bedrijven in de regio via de stagebegeleiding, de afstudeerplaatsen en (voor de deeltijdopleiding) de werkplekken. Zij blijven daardoor goed op de hoogte van de (jongste) ontwikkelingen in het werkveld. Uit studentonderzoek blijkt dat studenten over de werkveldkennis van hun docenten tevreden zijn. Een beeld dat tijdens de visitatie in de gesprekken met studenten werd bevestigd. De opleiding is evenwel van oordeel, dat het netwerk waarover zij beschikt, efficiënter en -vooral- effectiever moet worden gebruikt teneinde op programmaniveau de inbreng van de beroepspraktijk te structureren. Daartoe is een verbeterplan vastgesteld Plan van aanpak externe inbreng en legitimering. Kernpunten daarvan zijn: docenten van de opleiding stellen hun eigen POP op waarin externe oriëntatie een integraal onderdeel is zodat dit element in de jaarlijkse functionerings gesprekken een vast onderwerp is; de externe relaties van docenten worden met name beoordeeld op hun effect op het programma s; op het niveau van de Afdeling Informatica wordt een vorm van relatiemanagement en -beheer geïntroduceerd. Thans worden gastdocenten ingezet; meer dan bijvoorbeeld in de BI-opleiding. De opleiding heeft daar goede ervaringen mee zal haar beleid wat dit betreft continueren. Voorts heeft de Afdeling Informatica reeds een aannamebeleid in gang gezet dat erop gericht is personeel met specifieke deskundigheid aan te trekken voor korte periodes teneinde (zie ) de externe gerichtheid te optimaliseren. De begeleiding in het kader van de afstudeeropdracht tijdens het 4 e studiejaar vindt plaats door docenten in samenwerking met vertegenwoordigers uit de organisaties waar de student zijn opdracht uitvoert. Deze contacten met de zoge heten externe opdrachtgevers zijn eveneens een belangrijk middel waarmee een substantiële verbinding wordt gelegd tussen opleiding en werkveld. Samenvattend is het auditteam van oordeel dat de docenten hun vakdeskundigheid dankzij hun externe relaties voldoende op peil houden, maar dat de verbinding tussen werkveld en programma nog niet voldoende gestructureerd plaatsvindt. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

71 Oordeel: voldoende De I-opleiding, de BI-opleiding en de IDM-opleiding Het auditteam kwalificeert dit facet voor de drie opleidingen en hun respectieve varianten als voldoende en wel op grond van de volgende observaties: de docenten van de drie opleidingen hebben (en onderhouden) voldoende contacten met het beroepenveld in de respectieve domeinen en maken daar ook aantoonbaar gebruik van; een belangrijk deel van de docenten van de deeltijd I- en de deeltijd BI-opleiding is eveneens werkzaam in de beroepspraktijk; de drie opleidingen (in casu de Afdeling Informatica) hebben een vertrouwenwekkend plan uitgestippeld (zie ) om de efficiency en de effectiviteit van het professioneel netwerk te verhogen waardoor de inbreng vanuit het beroepenveld meer structuur krijgt; Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

72 Facet 3.2. Kwantiteit Personeel Criterium Het facet Kwantiteit Personeel van het onderwerp Inzet van Personeel is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: Wordt er voldoende personeel ingezet om de opleiding met de gewenste kwaliteit te verzorgen? Bevindingen De Afdeling Informatica Door de schaalgrootte van de Afdeling Informatica (ca 3000 studenten in 2000) enerzijds en de doorgaans brede inzetbaarheid van docenten anderzijds waren de afgelopen jaren onderwijsvraag en beschikbare docentcapaciteit met elkaar in evenwicht. Vanaf 2001 is de instroom echter vrijwel gehalveerd. Om die reden is de toenmalige formatie reeds met 20% teruggebracht tot 135 fte. In de periode zal de formatie verder worden verminderd tot ca 100 fte Bij de I-opleiding leidt de formatievermindering op Afdelingsniveau niet tot kwantitatieve problemen. Voor de voltijdopleiding wordt 16 FTE ingezet. (Het betreft hier zowel de in opbouw zijnde I-opleiding als de in afbouw zijnde Informatica-onderdelen van de I&I-opleiding.) Dat betekent, gelet op het totaal aantal studenten in zowel de locatie Den Haag als Zoetermeer, een docent-student ratio van: 1:23. Dat is in vergelijking met andere HBO I-opleidingen een gunstige ratio. Het auditteam is dan ook van oordeel, dat de Afdeling Informatica voldoende personeel inzet om de voltijd I-opleiding te verzorgen. Voor de deeltijdopleiding wordt 8 FTE ingezet, hetgeen in feite neerkomt op eveneens een docent-student ratio van 1:23. Daarmee wijkt de deeltijd I-opleiding in gunstige zin af van het landelijk beeld voor deeltijd Informatica opleidingen. Het auditteam is van oordeel, dat de Afdeling Informatica voldoende personeel inzet om de deeltijd I-opleiding te verzorgen. Voor de duale opleiding wordt 8 FTE ingezet, wat neerkomt op een ratio van 1:15. ook hier is sprake van een gunstige ratio. Het auditteam is van oordeel, dat de Afdeling Informatica voldoende personeel inzet om de duale I-opleiding te verzorgen Ook bij de BI-opleiding leidt de formatievermindering op Afdelingsniveau niet tot kwantitatieve problemen. Voor de voltijdopleiding wordt 15 FTE ingezet. (Het betreft hier zowel de in opbouw zijnde BI-opleiding als de in afbouw zijnde BI-onderdelen van de I&I-opleiding.) Dat betekent, gelet op het totaal aantal studenten in zowel de locatie Den Haag als Zoetermeer, een docent-student ratio van: 1:23. Dat is in vergelijking met andere HBO BI-opleidingen een gunstige ratio. Het auditteam is dan ook van oordeel, dat de Afdeling Informatica voldoende personeel inzet om de voltijd BI-opleiding te verzorgen. Voor de deeltijdopleiding wordt 8 FTE ingezet, hetgeen in feite neerkomt op een docent-student ratio van 1:23. Daarmee wijkt de deeltijd BI-opleiding in gunstige zin af van het landelijk beeld voor deeltijd BIopleidingen. Het auditteam is van oordeel, dat de Afdeling Informatica voldoende personeel inzet om de deeltijd BI-opleiding te verzorgen. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

73 Ook bij de IDM-opleiding leidt de formatievermindering op Afdelingsniveau niet tot kwantitatieve problemen. Voor de voltijdopleiding en de deeltijd IDM-opleiding samen wordt 6 FTE ingezet. Dat betekent, gelet op het totaal aantal studenten wederom een docent-student ratio van: 1:23. Dat is in vergelijking met verwante HBO-opleidingen een gunstige ratio. Het auditteam is dan ook van oordeel, dat de Afdeling Informatica voldoende personeel inzet om de voltijd en de deeltijd IDM-opleiding te verzorgen Het auditteam is weliswaar van mening, dat de drie opleidingen voldoende personeel inzetten om de respectieve opleidingen te verzorgen, maar constateert óók, dat de personeelsopbouw in termen van leeftijdsopbouw onevenwichtig is: circa een kwart van het totaal aantal docenten -en dat geldt voor alle drie de opleidingen- is ouder dan 55 jaar. Daarmee wil het auditteam niet aangeven, dat docenten ouder dan 55 jaar per definitie niet meer zouden voldoen, maar wèl dat er op redelijk korte termijn op bepaalde gebieden gaandeweg een tekort aan expertise dreigt te ontstaan. De Afdeling Informatica is zich volledig bewust van deze situatie. Blijkens het Plan voor Formatievermindering zal deelname aan regelingen voor vervroegd uittreden actief worden gestimuleerd, waardoor ruimte ontstaat (jonge) docenten met een tijdelijke aanstelling in vitale rollen en op sleutelposities te kunnen behouden. Tevens zal daardoor financiële ruimte ontstaan om professionals uit het werkveld bij de onderwijsuitvoering te betrekken. De Afdeling Informatica heeft een formatiescenario uitgewerkt voor de periode tot 2009, waarbij wordt uitgegaan van stabilisatie van het instroomniveau van 2004 en vervolgens een stijging van 5% per jaar. Dit (voorzichtige) scenario biedt voldoende perspectief om de formatie in kwantitatief opzicht met de onderwijsvraag in evenwicht te houden. In kwalitatief opzicht wordt blijkens het Plan voor Competentieontwikkeling hoge prioriteit gegeven aan vakinhoudelijke deskundigheidsbevordering en (o.a. via collectieve scholing) aan de bevordering van de deskundigheid in relatie tot de nieuwe rol van docenten. Daartoe is een budget gereserveerd van 2,5 % van de totale personeelslasten en voorts een additioneel budget van voor scholing op het gebied van Werkend Leren. Het auditteam is daar positief over. Oordeel: voldoende De I-opleiding, de BI-opleiding en de IDM-opleiding Het auditteam kwalificeert voor de drie opleidingen en hun respectieve varianten dit facet als voldoende. Gelet op de huidige kwantitatieve formatie, wordt voldoende personeel ingezet op de drie opleidingen volledig te verzorgen. Bij het in gang gezette beleid en het daarbij behorende uitvoeringsscenario alsmede gelet op het Plan van Aanpak Competentie-ontwikkeling, wordt niet alleen voldoende personeel ingezet om de betreffende opleidingen te verzorgen maar ook om deze opleidingen met de gewenste kwaliteit (zie en facet 3.1. en 3.3.) te verzorgen. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

74 Facet 3.3. Kwaliteit Personeel Criterium Het facet Kwaliteit Personeel van het onderwerp Inzet van Personeel is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: Is het personeel gekwalificeerd voor de inhoudelijke, onderwijskundige en organisatorische realisatie van het programma? Bevindingen De bevindingen van het auditteam worden hieronder per afzonderlijke opleiding gepresenteerd. Uit de beschrijving zal evenwel blijken, dat de wijze waarop de drie opleidingen het facet ' kwaliteit personeel' hebben geborgd, gelijk is. Dat is de resultante van het feit, dat het in de Inleiding ( ) beschreven gemeenschappelijk Afdelingskader inderdaad richtinggevend blijkt te zijn voor de onder de Afdeling vallende opleidingen, dus ook voor de drie onderhavige opleidingen. Een en ander leidt ertoe dat de bevindingen van het auditteam met betrekking tot de afzonderlijke opleidingen grotendeels overeenkomen. Iets wat ook uit de tekst zal blijken. De I-opleiding: voltijd, deeltijd en duaal De documentatie met betrekking tot het personeelsbeleid ( Strategisch Personeelsplan, Plan van Aanpak Competentieontwikkeling ) alsmede de gesprekken gevoerd met het management hebben het auditteam de overtuiging gegeven, dat de opleiding in haar aannamebeleid (met name i.h.k. van vervanging van uittredend personeel) voldoende kwaliteitseisen stelt aan haar personeel en dan niet alleen in termen van opleiding maar ook en vooral in termen van competenties en werkervaring. Deze eisen hebben betrekking op vakinhoudelijke, onderwijskundige en/of organisatorische expertise, maar ook en uitdrukkelijk op de beroepservaring. Deze eisen zijn rechtstreeks ontleend aan de doelstellingen en de vormgeving van het opleidingsprogramma. Ook blijkt uit bovengenoemde documenten, dat de opleiding veel zorg besteedt aan de deskundigheidsbevordering van haar docenten, die overigens (zo blijkt uit hun CV s, waar het auditteam inzage in heeft gehad) qua opleidingsniveau, ICT-achtergrond en -kennis, voldoende geëquipeerd zijn voor de uitvoering van het I-programma. Beginnende docenten wordt via actieve participatie binnen het opleidingsteam de mogelijkheid geboden om (met name) in onderwijskundig opzicht te worden begeleid. Elke beginnende docent wordt geacht van deze mogelijkheid gebruik te maken. Een en ander is evenwel niet vastgelegd waardoor deze coaching nog te zeer een vrijblijvend karakter heeft. Het auditteam heeft de opleiding in overweging gegeven de coaching van beginnende docenten te systematiseren. In de jaarlijkse functioneringsgesprekken wordt niet alleen het functioneren van de betreffende docent aan de orde gesteld maar ook worden zijn scholingsbehoeften geïdentificeerd. Scholing moet in dit verband breed worden opgevat. Trainingen, deelname aan symposia, studiebezoeken e.d. vallen er ook onder. Het betreft hier scholing toegesneden op de individuele docent. Na elk functioneringsgesprek worden de scholingsafspraken schriftelijk vastgelegd. De opleiding hanteert een procedure die studenten betrekt bij de evaluatie van docenten. Deze evaluaties vinden viermaal per jaar (via de blokevaluaties) plaats. Ook op die wijze verkrijgt de opleiding inzicht in de kwaliteit van zijn personeel. Uit deze evaluaties blijkt overigens dat het oordeel van de studenten over de vakkennis van docenten positief is. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

75 Dit blijkt ook uit het zogeheten Studenttevredenheidsonderzoek. Een beeld dat tijdens de visitatie in de gesprekken met studenten werd bevestigd Mede op basis van (i) de functioneringsgesprekken en (ii) de competentiematrix (waarin de beschikbare expertise en de benodigde expertise met elkaar in verband worden gebracht om tijdig hiaten op te sporen) zal het Plan van Aanpak Competentieontwikkeling nader worden ingevuld waardoor de deskundigheidsbevordering van docenten meer structuur krijgt dan tot op heden het geval is. De BI-opleiding: voltijd en deeltijd De documentatie met betrekking tot het personeelsbeleid ( Strategisch Personeelsplan, Plan van Aanpak Competentieontwikkeling ) alsmede de gesprekken gevoerd met het management hebben het auditteam de overtuiging gegeven dat de opleiding in haar aannamebeleid (met name i.h.k. van vervanging van uittredend personeel) voldoende kwaliteitseisen stelt aan haar personeel en dan niet alleen in termen van opleiding maar ook en vooral in termen van competenties en werkervaring. Deze eisen hebben betrekking op vakinhoudelijke, onderwijskundige en/of organisatorische expertise, maar ook en uitdrukkelijk op de beroepservaring. Deze eisen zijn rechtstreeks ontleend aan de doelstellingen en de vormgeving van het opleidingsprogramma. Ook blijkt uit bovengenoemde documenten, dat de opleiding veel zorg besteedt aan de deskundigheidsbevordering van haar docenten, die overigens (zo blijkt uit hun CV s, waar het auditteam inzage in heeft gehad) qua opleidingsniveau, Bedrijfskundige & ICT-achtergrond en -kennis, voldoende geëquipeerd zijn voor de uitvoering van het BI-programma. Beginnende docenten wordt via actieve participatie binnen het opleidingsteam de mogelijkheid geboden om (met name) in onderwijskundig opzicht te worden begeleid. Elke beginnende docent wordt geacht van deze mogelijkheid gebruik te maken. Een en ander is evenwel niet vastgelegd waardoor deze coaching nog te zeer een vrijblijvend karakter heeft. Het auditteam heeft de opleiding in overweging gegeven de coaching van beginnende docenten te systematiseren. In de jaarlijkse functioneringsgesprekken wordt niet alleen het functioneren van de betreffende docent aan de orde gesteld maar ook worden zijn scholingsbehoeften geïdentificeerd. Scholing moet in dit verband breed worden opgevat. Trainingen, deelname aan symposia, studiebezoeken e.d. vallen er ook onder. Het betreft hier scholing toegesneden op de individuele docent. Na elk functioneringsgesprek worden de scholingsafspraken schriftelijk vastgelegd. De opleiding hanteert een procedure die studenten betrekt bij de evaluatie van docenten. Deze evaluaties vinden viermaal per jaar (via de blokevaluaties) plaats. Ook op die wijze verkrijgt de opleiding inzicht in de kwaliteit van zijn personeel. Uit deze evaluaties blijkt overigens dat het oordeel van de studenten over de vakkennis van docenten positief is. Dit blijkt ook uit het zogeheten Studenttevredenheidsonderzoek. Een beeld dat tijdens de visitatie in de gesprekken met studenten werd bevestigd. Mede op basis van (i) de functioneringsgesprekken en (ii) de competentiematrix (waarin de beschikbare expertise en de benodigde expertise met elkaar in verband worden gebracht om tijdig hiaten op te sporen) zal het Plan van Aanpak Competentieontwikkeling nader worden ingevuld waardoor de deskundigheidsbevordering van docenten meer structuur krijgt dan tot op heden het geval is. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

76 De IDM-opleiding: voltijd en deeltijd De documentatie met betrekking tot het personeelsbeleid ( Strategisch Personeelsplan, Plan van Aanpak Competentieontwikkeling ) alsmede de gesprekken gevoerd met het management hebben het auditteam de overtuiging gegeven dat de opleiding in haar aannamebeleid (met name i.h.k. van vervanging van uittredend personeel) voldoende kwaliteitseisen stelt aan haar personeel en dan niet alleen in termen van opleiding maar ook en vooral in termen van competenties en werkervaring. Deze eisen hebben betrekking op vakinhoudelijke, onderwijskundige en/of organisatorische expertise, maar ook en uitdrukkelijk op de beroepservaring. Deze eisen zijn rechtstreeks ontleend aan de doelstellingen en de vormgeving van het opleidingsprogramma. Ook blijkt uit bovengenoemde documenten, dat de opleiding veel zorg besteedt aan de deskundigheidsbevordering van haar docenten, die overigens (zo blijkt uit hun CV s, waar het auditteam inzage in heeft gehad) qua opleidingsniveau, Informatiemanagement & ICT-achtergrond en -kennis, voldoende geëquipeerd zijn voor de uitvoering van het IDM-programma. Beginnende docenten wordt via actieve participatie binnen het opleidingsteam de mogelijkheid geboden om (met name) in onderwijskundig opzicht te worden begeleid. Elke beginnende docent wordt geacht van deze mogelijkheid gebruik te maken. Een en ander is evenwel niet vastgelegd waardoor deze coaching nog te zeer een vrijblijvend karakter heeft. Het auditteam heeft de opleiding in overweging gegeven de coaching van beginnende docenten te systematiseren. In de jaarlijkse functioneringsgesprekken wordt niet alleen het functionere n van de betreffende docent aan de orde gesteld maar ook worden zijn scholingsbehoeften geïdentificeerd. Scholing moet in dit verband breed worden opgevat. Trainingen, deelname aan symposia, studiebezoeken e.d. vallen er ook onder. Het betreft hier scholing toegesneden op de individuele docent. Na elk functioneringsgesprek worden de scholingsafspraken schriftelijk vastgelegd. De opleiding hanteert een procedure die studenten betrekt bij de evaluatie van docenten. Deze evaluaties vinden viermaal per jaar (via de blokevaluaties) plaats. Ook op die wijze verkrijgt de opleiding inzicht in de kwaliteit van zijn personeel. Uit deze evaluaties blijkt overigens dat het oordeel van de studenten over de vakkennis van docenten positief is. Dit blijkt ook uit het zogeheten Studenttevredenheidsonderzoek. Een beeld dat tijdens de visitatie in de gesprekken met studenten werd bevestigd Mede op basis van (i) de functioneringsgesprekken en (ii) de competentiematrix (waarin de beschikbare expertise en de benodigde expertise met elkaar in verband worden gebracht om tijdig hiaten op te sporen) zal het Plan van Aanpak Competentieontwikkeling nader worden ingevuld waardoor de deskundigheidsbevordering van docenten meer structuur krijgt dan tot op heden het geval is. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

77 Oordeel: voldoende De I-opleiding, de BI-opleiding en de IDM-opleiding Het auditteam kwalificeert dit facet voor de drie opleidingen en hun respectieve varianten als voldoende en wel op grond van de volgende observaties: qua vakdeskundigheid en inzicht in de respectieve werkveldontwikkelingen zijn de docenten voldoende geëquipeerd om de respectieve opleidingen adequaat te verzorgen; met betrekking tot de nieuwe rolopvatting van docenten is in 2003 een aanvang gemaakt met een collectieve scholing op het gebied van competentie-onderwijs en de implicaties daarvan voor de onderwijskundige competenties van docenten; zowel de bevordering van de werkvelddeskundigheid als van de onderwijskundige deskundigheid wordt met kracht en planmatig aangepakt. SAMENVATTEND OORDEEL INZET VAN PERSONEEL : VOLDOENDE De I-opleiding, de BI-opleiding en de IDM-opleiding Het auditteam kwalificeert voor de drie opleidingen en hun respectieve varianten de Inzet van Personeel als voldoende. Kwalitatief en kwantitatief is de inzet van personeel op een niveau dat het verzorgen van de opleidingen met de gewenste kwaliteit mogelijk maakt. Dit oordeel is ook van toepassing op de voltijd I-opleiding en de voltijd BI-opleiding in de nevenvestiging Zoetermeer. Immers in termen van personeelsbeleid, kwantitatieve en kwalitatieve inzet personeel en de daarmee samenhangende voorzieningen, is de nevenvestiging Zoetermeer een integraal onderdeel van de Afdeling Informatica in de hoofdvestiging Den Haag. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

78 Onderwerp 4: Voorzieningen Het vierde onderwerp bestaat uit twee facetten: 1. materiële voorzieningen; 2. studiebegeleiding. Facet 4.1. Materiële Voorzieningen Criterium Het facet Materiële Voorzieningen van het onderwerp Voorzieningen is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: Zijn de huisvesting en de materiële voorzieningen toereikend om het programma te realiseren? Bevindingen Locatie Den Haag De hieronder beschreven bevindingen hebben betrekking op de I-, de BI- en de IDM-opleiding en hun respectieve varianten. 1. De Afdeling Informatica is gehuisvest in een nieuw (1996) en ruim gebouw. Docenten en studenten zijn, zo bleek tijdens de visitatie, tevreden over de huisvesting en de materiële voorzieningen en dat is, naar het oordeel van het auditteam, volkomen terecht. 2. De beschikbaarheid van PC s is ruim voldoende en de standaard ICT-applicaties zijn up to date, zo blijkt uit het uitvoerige overzicht "Afdelingsspecifieke software" dat de Afdeling Informatica aan het auditteam ter beschikking heeft gesteld, maar ook uit eigen waarneming. Tevens zijn er voor studenten de volgende voorzieningen: (i) projectruimtes met PC op het Hogeschoolnetwerk, (ii) netwerk aansluiting in lokalen voor laptops, (iii) digitale leeromgeving (Blackboard), (iv) een multimedia lab, een usability lab en het cisco-lab. 3. De Afdeling heeft plannen in vergevorderd stadium om de fysieke leeromgeving zodanig aan te passen dat de beroepsgerichtheid van de opleidingen zoveel mogelijk tot uiting komt: Het opzetten van een studie-/werklandschap voor IDM-studenten, vernieuwing van het multimedia lab, een studie-/ werklandschap voor duale studenten een algemeen studie-/werklandschap voor groepen studenten. 4. De huisvesting en de materiële voorzieningen zijn, naar het oordeel van auditteam, goed. Een oordeel dat door de studenten wordt gedeeld, zo bleek tijdens de visitatie in de gesprekken die het auditteam met de studenten van de drie opleidingen heeft gevoerd. Locatie Zoetermeer 5.1. De voltijd I-opleiding en de voltijd BI-opleiding die -ook- in de nevenvestiging Zoetermeer (Academie voor ICT) worden uitgevoerd, zijn gehuisvest in het voormalige IBM-hoofdkantoor. Het kantoor-concept van het gebouw en zijn inrichting in kantoorruimtes, zijn (vrijwel) volledig gehandhaafd. Anders gezegd, de fysieke omgeving waarin de studenten hun opleiding volgen, draagt alle kenmerken van de professionele ambiance waarin zij in de toekomst werkzaam zullen zijn. De Zoetermeerse studenten zijn over de huisvesting dan ook zeer te spreken, zo bleek tijdens de visitatie in het gesprek dat een deel van het auditteam met enkele hunner ter plekke heeft gevoerd De locatie Zoetermeer kent dezelfde voorzieningen als die welke bij de locatie Den Haag in 2. zijn genoemd De locatie Zoetermeer heeft een breedband verbinding met de locatie Den Haag. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

79 Oordeel: goed De I-opleiding, de BI-opleiding en de IDM-opleiding Het auditteam kwalificeert dit facet voor de drie de opleidingen en hun respectieve varianten zondermeer als goed. De ruime en goed ingerichte huisvesting, de moderne materiële voorzieningen en de hogeschoolbrede & opleidingsspecifieke ICT-infrastructuur (hardware en software) zijn zowel in Den Haag (I, BI en IDM) als in Zoetermeer (I en BI) zeer wel toereikend om de betreffende opleidingen te realiseren. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

80 Facet 4.2. Studiebegeleiding Criteria Het facet Studiebegeleiding van het onderwerp Voorzieningen is beoordeeld aan de hand van de volgende NVAO-criteria: Zijn de studiebegeleiding en de informatie-voorziening aan de studenten adequaat met het oog op de studievoortgang? Sluiten de studiebegeleiding en de informatievoorziening aan de studenten aan bij de behoefte van de studenten? Bevindingen De bevindingen van het auditteam worden hieronder per afzonderlijke opleiding gepresenteerd. Uit de beschrijving zal evenwel blijken, dat de wijze waarop de drie opleidingen de studiebegeleiding hebben georganiseerd, gelijk is. Dat is de resultante van het feit, dat het in de Inleiding ( ) beschreven gemeenschappelijk Afdelingskader inderdaad richtinggevend blijkt te zijn voor de onder de Afdeling vallende opleidingen, dus ook voor de drie onderhavige opleidingen. Een en ander leidt ertoe dat de bevindingen van het auditteam met betrekking tot de afzonderlijke opleidingen grotendeels overeenkomen. Iets wat ook uit de tekst zal blijken. De I-opleiding: voltijd 1. De opleiding kent een goed uitgewerkt en (naar het oordeel van docenten en studenten) effectief systeem van studentbegeleiding en studieloopbaanbegeleiding (SLB). Dit systeem is uitvoerig gedocumenteerd in de studiegids en de implementatie ervan is naar het oordeel van het auditteam adequaat, hetgeen door studenten wordt bevestigd. Dit geldt ook voor de informatievoorziening. Daar zijn studenten positief over. (Zie echter hieronder bij 5.) 2. Studiebegeleiding vindt plaats o.a. via (i) intakegesprekken, (ii) individuele voortgangsgesprekken met studenten, (iii) halfjaarlijkse gesprekken met de klassenvertegenwoordigers waarvan de resultaten via intranet bekend worden gemaakt, (iv) intensieve coaching van studenten met studievertraging. 3. Studiebegeleiding in de afstudeerfase heeft de vorm van consultancy bij de afstudeeropdrachten. In feite is er dus sprake van een SLB-traject dat voorziet in een studentontwikkelingstraject met daarin een in intensiteit afnemende begeleiding en toenemende student-zelfregie. 4. De studiebegeleiding levert gegevens op die worden vastgelegd in de vorm van statuslijsten (studentvolgsysteem) waarmee studievertraging en de oorzaken daarvan tijdig in kaart worden gebracht naar aanleiding waarvan -indien nodig- op de student toegesneden remediërende trajecten worden afgesproken. 5. Het bovenstaande is ook van toepassing op de studiebegeleiding in de nevenvestiging Zoetermeer. Echter over de informatievoorziening zijn de studenten aldaar niet tevreden. Iets wat gelet op de kleinschaligheid (samen met de BI-opleiding: 60 studenten) bevreemding wekt. De Afdeling Informatica heeft in haar Jaarplan 2004 maatregelen aangekondigd om de situatie met betrekking tot de informatievoorziening binnen de locatie Zoetermeer te verbeteren. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

81 De I-opleiding: deeltijd Tot 2004 kende de deeltijdopleiding een studiebegeleiding met de volgende kenmerken: na een eerste kennismakingsgesprek is de studiebegeleiding in de eerste twee jaar opgebouwd rondom gesprekken in het kader van het Bindend Studie Advies - BSA; daarna (vanaf het begin van het 3e studiejaar) ligt het initiatief voor contact voornamelijk bij de deeltijdstudent zelf; de opleiding neemt, echter, wèl het initiatief in die gevallen waarin de student dermate achterop dreigt te raken dat de modulen die hij nog zou moeten volgen, niet meer gegeven worden. In die gevallen wordt samen met de student een zodanige planning afgesproken, dat de 'leerstof' van die modulen en de daaraan gekoppelde opdrachten alsnog aan de student worden aangeboden. Vanaf september 2004 is de deeltijdopleiding gestart om het op de voltijdblokken gebaseerde I-programma aan te bieden. Hierbij wordt studieloopbaanbegeleiding ingevuld zoals dat ook in voltijd I-opleiding plaatsvindt. De I-opleiding: duaal De studiebegeleiding bij de duale I-opleiding komt overeen met die bij de voltijdopleiding, met dien verstande dat de docent-coach die aan elke student wordt toegewezen, in het kader van het 'leercontract' de begeleiding óók uitvoert in samenspraak met de organisatie waar de duale student werkt. Naar het oordeel van het auditteam biedt het 'leercontract' de organisatie waar de duale student werkt (zijn leertaken uitvoert), een helder kader waarbinnen samen met de opleiding de begeleiding van de student plaatsvindt. De BI-opleiding: voltijd 1. De opleiding kent een goed uitgewerkt en (naar het oordeel van docenten en studenten) effectief systeem van studentbegeleiding en studieloopbaanbegeleiding (SLB). Dit systeem is uitvoerig gedocumenteerd in de studiegids en de implementatie ervan is naar het oordeel van het auditteam adequaat, hetgeen door studenten wordt bevestigd. Dit geldt ook voor de informatievoorziening. Daar zijn studenten positief over. (Zie echter hieronder bij 5.) 2. Studiebegeleiding vindt plaats o.a. via (i) intakegesprekken, (ii) individuele voortgangsgesprekken met studenten, (iii) halfjaarlijkse gesprekken met de klassenvertegenwoordigers waarvan de resultaten via intranet bekend worden gemaakt, (iv) intensieve coaching van studenten met studievertraging. 3. Studiebegeleiding in de afstudeerfase heeft de vorm van consultancy bij de afstudeeropdrachten. In feite is er dus sprake van een SLB-traject dat voorziet in een studentontwikkelingstraject met daarin een in intensiteit afnemende begeleiding en toenemende student-zelfregie. 4. De studiebegeleiding levert gegevens op die worden vastgelegd in de vorm van statuslijsten (studentvolgsysteem) waarmee studievertraging en de oorzaken daarvan tijdig in kaart worden gebracht naar aanleiding waarvan -indien nodig- op de student toegesneden remediërende trajecten worden afgesproken. 5. Het bovenstaande is ook van toepassing op de studiebegeleiding in de nevenvestiging Zoetermeer. Echter over de informatievoorziening zijn de studenten aldaar niet tevreden. Iets wat gelet op de kleinschaligheid (samen met de I-opleiding: 60 studenten) bevreemding wekt. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

82 De Afdeling Informatica heeft in haar Jaarplan 2004 maatregelen aangekondigd om de situatie met betrekking tot de informatievoorziening binnen de locatie Zoetermeer te verbeteren. De BI-opleiding: deeltijd Tot 2004 kende de deeltijdopleiding een studiebegeleiding met de volgende kenmerken: na een eerste kennismakingsgesprek is de studiebegeleiding in de eerste twee jaar opgebouwd rondom gesprekken in het kader van het Bindend Studie Advies - BSA; daarna (vanaf het begin van het 3e studiejaar) ligt het initiatief voor contact voornamelijk bij de deeltijdstudent zelf; de opleiding neemt, echter, wèl het initiatief in die gevallen waarin de student dermate achterop dreigt te raken dat de modulen die hij nog zou moeten volgen, niet meer gegeven worden. In die gevallen wordt samen met de student een zodanige planning afgesproken, dat de 'leerstof' van die modulen en de daaraan gekoppelde opdrachten alsnog aan de student worden aangeboden; Vanaf september 2004 is de deeltijdopleiding gestart om het op de voltijdblokken gebaseerde BIprogramma aan te bieden. Hierbij wordt studieloopbaanbegeleiding ingevuld zoals dat ook in voltijd BIopleiding plaatsvindt. De IDM-opleiding: voltijd 1. De opleiding kent een goed uitgewerkt en (naar het oordeel van docenten en studenten) effectief systeem van studentbegeleiding en studieloopbaanbegeleiding (SLB). Dit systeem is uitvoerig gedocumenteerd in de studiegids en de implementatie ervan is naar het oordeel van het auditteam adequaat, hetgeen door studenten wordt bevestigd. Dit geldt ook voor de informatievoorziening. Daar zijn studenten positief over. 2. Studiebegeleiding vindt plaats o.a. via (i) intakegesprekken, (ii) individuele voortgangsgesprekken met studenten, (iii) halfjaarlijkse gesprekken met de klassenvertegenwoordigers waarvan de resultaten via intranet bekend worden gemaakt, (iv) intensieve coaching van studenten met studievertraging. 3. Studiebegeleiding in de afstudeerfase heeft de vorm van consultancy bij de afstudeeropdrachten. In feite is er dus sprake van een SLB-traject dat voorziet in een studentontwikkelingstraject met daarin een in intensiteit afnemende begeleiding en toenemende student-zelfregie. 4. De studiebegeleiding levert gegevens op die worden vastgelegd in de vorm van statuslijsten (studentvolgsysteem) waarmee studievertraging en de oorzaken daarvan tijdig in kaart worden gebracht naar aanleiding waarvan -indien nodig- op de student toegesneden remediërende trajecten worden afgesproken. De IDM-opleiding: deeltijd De studiebegeleiding bij de deeltijd IDM-opleiding is op dezelfde wijze gestructureerd en zij wordt op dezelfde wijze uitgevoerd als bij de voltijdopleiding. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

83 Oordeel: voldoende De I-opleiding, de BI-opleiding en de IDM-opleiding Het auditteam kwalificeert dit facet voor de drie opleidingen en hun respectieve varianten als voldoende. De opleidingen (i.c. de Afdeling Informatica) beschikken zowel in Den Haag als in Zoetermeer over toereikende ruimtelijke en materiële voorzieningen. Voorts is de studiebegeleiding -ook naar het oordeel van studenten- effectief. Studenten zijn daar -en naar het oordeel van het auditteam: terecht- positief over. Dit geldt voor alle drie de opleidingen en hun respectieve varianten. De bij de duale I-opleiding gehanteerde 'leercontracten' vormen een helder kader waarbinnen de opleiding en de organisaties waar de duale studenten werken, gezamenlijk de studentbegeleiding vormgeven. Weliswaar wordt binnen de locatie Zoetermeer de informatievoorziening door de studenten als onvoldoende beoordeeld, maar de Afdeling Informatica heeft wat dit betreft een geloofwaardig verbetertraject ingezet. SAMENVATTEND OORDEEL VOORZIENINGEN : VOLDOENDE 1. Het auditteam kwalificeert voor de drie opleidingen en hun respectieve varianten de voorzieningen in de hoofdvestiging Den Haag en in de nevenvestiging Zoetermeer als voldoende. Met de kanttekening, dat de informatievoorziening naar de studenten van locatie Zoetermeer verbeterd moet worden. Iets wat blijkens het jaarplan 2004 van de Afdeling Informatica ook ter hand wordt genomen. 2. Conform de Beslisregels Accreditatie zoals vastgelegd in het NVAO Accreditatiekader, kan een Onderwerp niet hoger scoren dan voldoende. Het auditteam beoordeelt evenwel één facet van het Onderwerp Voorzieningen als goed en één facet als voldoende. Dit rechtvaardigt een kwalificatie goed voor dit onderwerp. (Zie onder D en E.) Reden voor het auditteam deze kwalificatie als extra aantekening aan zijn oordeel over dit onderwerp toe te voegen. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

84 Onderwerp 5: Interne Kwaliteitszorg Het vijfde onderwerp bestaat uit drie facetten: 1. evaluatie resultaten; 2. maatregelen tot verbetering; 3. betrekken van medewerkers, studenten, alumni en beroepenveld. Facet 5.1. Evaluatie Resultaten Criterium Het facet Evaluatie Resultaten van het onderwerp Interne Kwaliteitszorg is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: Wordt de opleiding periodiek geëvalueerd, mede aan de hand van toetsbare streefdoelen? Bevindingen De bevindingen van het auditteam worden hieronder per afzonderlijke opleiding gepresenteerd. Uit de beschrijving zal evenwel blijken, dat de wijze waarop de drie opleidingen interne kwaliteitszorg hebben georganiseerd, gelijk is. Dat is de resultante van het feit, dat het in de Inleiding ( ) beschreven gemeenschappelijk Afdelingskader inderdaad richtinggevend blijkt te zijn voor de onder de Afdeling vallende opleidingen, dus ook voor de drie onderhavige opleidingen. Een en ander leidt ertoe dat de bevindingen van het auditteam met betrekking tot de afzonderlijke opleidingen grotendeels overeenkomen. Iets wat ook uit de tekst zal blijken. De I-opleiding: voltijd, deeltijd en duaal De interne kwaliteitszorg binnen de Afdeling Informatica kent sinds december 2002 een vernieuwde systematiek die aansluit op het kwaliteitszorgsysteem van de Haagse Hogeschool. De kerncomponenten daarvan zijn de systematische uitvoering van de PDCA-cyclus. Het kwaliteitszorgsysteem en met name de procedure waarlangs dit systeem wordt uitgevoerd zijn vastgelegd in het Protocol Beleidscyclus. De verbeterplannen met de daaraan gekoppelde streefdoelen zijn vastgelegd in het Jaarplan Overigens zijn de streefdoelen ook vastgelegd in de jaarlijkse Managementovereenkomst tussen de Afdeling Informatica en de Hogeschool. Die streefdoelen zijn helder en concreet geformuleerd. Over de realisering ervan rapporteert de Afdeling viermaal per jaar aan het management van de Hogeschool. Daarnaast maakt de Afdeling Informatica gebruik van hogeschoolbrede standaardonderzoeken (Kompas, Reflector) naar de tevredenheid van studenten, respectievelijk docenten en eigen Afdelingsonderzoek: (i) Signalement (per onderwijsblok en per jaar) en (ii) tweejaarlijkse alumni-enquêtes. De uitkomsten van deze onderzoeken, maar ook en vooral de resultaten van de blok-evaluaties door studenten en docenten vormen een wezenlijke bijdrage tot het definiëren en uitvoeren van verbetermaatregelen. Die verbetermaatregelen zijn geformuleerd in streefdoelen die naar het oordeel van het auditteam voldoend concreet geformuleerd zijn zodat de realisering ervan goed meetbaar is. Voorbeelden van verbeterplannen zijn: organisatie en kwaliteitsborging van toetsen en beoordelen, aanpassingen in het programma van het gemeenschappelijk blok in de propedeuse, structurering professioneel netwerk docenten, informatievoorziening aan studenten van de locatie Zoetermeer, deskundigheidsbevordering docenten, rendement, formatieopbouw, aansluiting MBO-HBO, fysieke leeromgeving. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

85 Uit de verslagen van de bijeenkomsten met de respectieve Beroepenveldcommissies blijkt, dat ook het werkveld een belangrijke bijdrage levert aan het ontdekken van zwakke punten en aan de mogelijke oplossing ervan. Dit heeft aantoonbaar tot aanpassingen in het programma geleid: zie onder facet 1.1. Voorts zijn de bedrijfsmentoren/coaches bij de evaluatie van de opleiding betrokken. De Afdeling Informatica heeft besloten om de jaarlijkse evaluaties van de uitvoering van het Jaarplan meer het karakter te geven van een Management Review. De management review heeft het bereik en de ordening die de NVAO hanteert in haar Accreditatie Kader en verschaft samen met de Afdelingsplannen een helder beeld van de sterke & zwakke punten en van de plannen tot verbetering. De management review van juni 2004 en de onderliggende bewijsstukken en verbeterplannen vormden het startpunt voor het door Hobéon Certificering uitgevoerde onderzoek. De opleiding draagt er zorg voor dat de verbetermaatregelen bekend zijn bij tenminste de docenten, de studenten en de Beroepenveldcommissie. Dit bleek het auditteam uit de tijdens de visitatie gevoerde gesprekken en uit de verslagen van de bijeenkomsten met de Beroepenveldcommissie. Een kwaliteitszorgsysteem kent een klachtenregeling waarin de procedure van klachtindiening en - afhandeling is beschreven. Met ingang van het cursusjaar is een klachtenregeling voor de nieuwe instroom ingevoerd. Deze, naar het oordeel van het auditteam goed uitgewerkte, klachtenregeling is vanaf het cursusjaar toegankelijk voor alle studenten en medewerkers van de Afdeling Informatica. Uit de jaarlijkse programma-evaluatie en uit de wijze waarop de opleiding het beroepenveld en alumni daarbij betrekt, blijkt dat zij de optimalisering van de opleidingskwaliteit serieus neemt. De BI-opleiding: voltijd en deeltijd De interne kwaliteitszorg binnen de Afdeling Informatica kent sinds december 2002 een vernieuwde systematiek die aansluit op het kwaliteitszorgsysteem van de Haagse Hogeschool. De kerncomponenten daarvan zijn de systematische uitvoering van de PDCA-cyclus. Het kwaliteitszorgsysteem en met name de procedure waarlangs dit systeem wordt uitgevoerd zijn vastgelegd in het Protocol Beleidscyclus. De verbeterplannen met de daaraan gekoppelde streefdoelen zijn vastgelegd in het Jaarplan Overigens zijn de streefdoelen ook vastgelegd in de jaarlijkse Managementovereenkomst tussen de Afdeling Informatica en de Hogeschool. Die streefdoelen zijn helder en concreet geformuleerd. Over de realisering ervan rapporteert de Afdeling viermaal per jaar aan het management van de Hogeschool. Daarnaast maakt de Afdeling Informatica gebruik van hogeschoolbrede standaardonderzoeken (Kompas, Reflector) naar de tevredenheid van studenten, respectievelijk docenten en eigen Afdelingsonderzoek: (i) Signalement (per onderwijsblok en per jaar) en (ii) tweejaarlijkse alumni-enquêtes. De uitkomsten van deze onderzoeken, maar ook en vooral de resultaten van de blok-evaluaties door studenten en docenten vormen een wezenlijke bijdrage tot het definiëren en uitvoeren van verbetermaatregelen. Die verbetermaatregelen zijn geformuleerd in streefdoelen die naar het oordeel van het auditteam voldoend concreet geformuleerd zijn zodat de realisering ervan goed meetbaar is. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

86 De verbeterplannen hebben betrekking op zaken als: organisatie en kwaliteitsborging van toetsen en beoordelen ; aanpassingen in het programma van het gemeenschappelijk blok in de propedeuse; structurering professioneel netwerk docenten; informatievoorziening aan studenten van de locatie Zoetermeer; deskundigheidsbevordering docenten; rendement; formatieopbouw; aansluiting MBO-HBO; fysieke leeromgeving. Uit de verslagen van de bijeenkomsten met de respectieve Beroepenveldcommissies blijkt, dat ook het werkveld een belangrijke bijdrage levert aan het ontdekken van zwakke punten en aan de mogelijke oplossing ervan. Dit heeft aantoonbaar tot aanpassingen in het programma geleid: zie onder facet 1.1. Voorts zijn de bedrijfsmentoren/coaches bij de evaluatie van de opleiding betrokken. De Afdeling Informatica heeft besloten om de jaarlijkse evaluaties van de uitvoering van het Jaarplan meer het karakter te geven van een Management Review. De management review heeft het bereik en de ordening die de NVAO hanteert in haar Accreditatie Kader en verschaft samen met de Afdelingsplannen een helder beeld van de sterke & zwakke punten en van de plannen tot verbetering. De management review van juni 2004 en de onderliggende bewijsstukken en verbeterplannen vormden het startpunt voor het door Hobéon Certificering uitgevoerde onderzoek. De opleiding draagt er zorg voor dat de verbetermaatregelen bekend zijn bij tenminste de docenten, de studenten en de Beroepenveldcommissie. Dit bleek het auditteam uit de tijdens de visitatie gevoerde gesprekken en uit de verslagen van de bijeenkomsten met de Beroepenveldcommissie. Een kwaliteitszorgsysteem kent een klachtenregeling waarin de procedure van klachtindiening en - afhandeling is beschreven. Met ingang van het cursusjaar is een klachtenregeling voor de nieuwe instroom ingevoerd. Deze, naar het oordeel van het auditteam goed uitgewerkte, klachtenregeling is vanaf het cursusjaar toegankelijk voor alle studenten en medewerkers van de Afdeling Informatica. Uit de jaarlijkse programma-evaluatie en uit de wijze waarop de opleiding het beroepenveld en alumni daarbij betrekt, blijkt dat zij de optimalisering van de opleidingskwaliteit serieus neemt. De IDM-opleiding: voltijd en deeltijd De interne kwaliteitszorg binnen de Afdeling Informatica kent sinds december 2002 een vernieuwde systematiek die aansluit op het kwaliteitszorgsysteem van de Haagse Hogeschool. De kerncomponenten daarvan zijn de systematische uitvoering van de PDCA-cyclus. Het kwaliteitszorgsysteem en met name de procedure waarlangs dit systeem wordt uitgevoerd zijn vastgelegd in het Protocol Beleidscyclus. De verbeterplannen met de daaraan gekoppelde streefdoelen zijn vastgelegd in het Jaarplan Overigens zijn de streefdoelen ook vastgelegd in de jaarlijkse Managementovereenkomst tussen de Afdeling Informatica en de Hogeschool. Die streefdoelen zijn helder en concreet geformuleerd. Over de realisering ervan rapporteert de Afdeling viermaal per jaar aan het management van de Hogeschool. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

87 Daarnaast maakt de Afdeling Informatica gebruik van hogeschoolbrede standaardonderzoeken (Kompas, Reflector) naar de tevredenheid van studenten, respectievelijk docenten en eigen Afdelingsonderzoek: (i) Signalement (per onderwijsblok en per jaar) en (ii) tweejaarlijkse alumni-enquêtes. De uitkomsten van deze onderzoeken, maar ook en vooral de resultaten van de blok-evaluaties door studenten en docenten vormen een wezenlijke bijdrage tot het definiëren en uitvoeren van verbetermaatregelen. Die verbetermaatregelen zijn geformuleerd in streefdoelen die naar het oordeel van het auditteam voldoend concreet geformuleerd zijn zodat de realisering ervan goed meetbaar is. Voorbeelden van verbeterplannen zijn: organisatie en kwaliteitsborging van toetsen en beoordelen, aanpassingen in het programma van het gemeenschappelijk blok in de propedeuse, structurering professioneel netwerk docenten, deskundigheidsbevordering docenten, rendement, formatieopbouw, fysieke leeromgeving Uit de verslagen van de bijeenkomsten met de respectieve Beroepenveldcommissies blijkt, dat ook het werkveld een belangrijke bijdrage levert aan het ontdekken van zwakke punten en aan de mogelijke oplossing ervan. Dit heeft aantoonbaar tot aanpassingen in het programma geleid: zie onder facet 1.1. Voorts zijn de bedrijfsmentoren/coaches bij de evaluatie van de opleiding betrokken. De Afdeling Informatica heeft besloten om de jaarlijkse evaluaties van de uitvoering van het Jaarplan meer het karakter te geven van een Management Review. De management review heeft het bereik en de ordening die de NVAO hanteert in haar Accreditatie Kader en verschaft samen met de Afdelingsplannen een helder beeld van de sterke & zwakke punten en van de plannen tot verbetering. De management review van juni 2004 en de onderliggende bewijsstukken en verbeterplannen vormden het startpunt voor het door Hobéon Certificering uitgevoerde onderzoek. De opleiding draagt er zorg voor dat de verbetermaatregelen bekend zijn bij tenminste de docenten, de studenten en de Beroepenveldcommissie. Dit bleek het auditteam uit de tijdens de visitatie gevoerde gesprekken en uit de verslagen van de bijeenkomsten met de Beroepenveldcommissie. Een kwaliteitszorgsysteem kent een klachtenregeling waarin de procedure van klachtindiening en - afhandeling is beschreven. Met ingang van het cursusjaar is een klachtenregeling voor de nieuwe instroom ingevoerd. Deze, naar het oordeel van het auditteam goed uitgewerkte, klachtenregeling is vanaf het cursusjaar toegankelijk voor alle studenten en medewerkers van de Afdeling Informatica. Uit de jaarlijkse programma-evaluatie en uit de wijze waarop de opleiding het beroepenveld en alumni daarbij betrekt, blijkt dat zij de optimalisering van de opleidingskwaliteit serieus neemt. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

88 Oordeel: goed De I-opleiding, de BI-opleiding en de IDM-opleiding Het auditteam kwalificeert dit facet voor de drie opleidingen en hun respectieve varianten als goed. En wel op grond van de volgende observaties: het door de Afdeling Informatica gehanteerde kwaliteitszorgsysteem is goed en uitvoerig gedocumenteerd; de implementatie van het systeem vindt controleerbaar plaats via Afdelingsspecifieke procedures vastgelegd in het Protocol Beleidscyclus ; in de managementovereenkomst tussen de Afdeling en de Hogeschool staan de streefdoelen concreet aangegeven zowel op Afdelingsniveau als op opleidingsniveau; in het jaarplan 2004 staan de verbeterplannen (in relatie tot de managementovereenkomst) aangegeven op een heldere wijze wat betreft: beoogd resultaat, planning, probleemeigenaar en condities; de streefdoelen worden periodiek (per kwartaal/onderwijsblok, per jaar en tweejaarlijks) geëvalueerd. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

89 Facet 5.2. Maatregelen tot Verbetering Criterium Het facet Maatregelen tot Verbetering van het onderwerp Interne Kwaliteitszorg is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: Vormen de uitkomsten van periodieke evaluaties van de opleiding de basis voor aantoonbare verbetermaatregelen die bijdragen aan de realisatie van de streefdoelen? Bevindingen Zie ook de inleiding bij facet 5.1. De I-opleiding: voltijd, deeltijd en duaal Uit de thans voorhanden zijnde management review 2004, het Jaarplan 2004, de managementovereenkomst 2004 en het Protocol Beleidscyclus waarin de planning en procedures beschreven staan waarlangs verbetermaatregelen moeten worden uitgevoerd, blijkt dat evaluaties inderdaad leiden tot het vaststellen van verbetermaatregelen. Met daarbij een duidelijk geformuleerde output. Bijvoorbeeld met betrekking tot de kwantiteit van de instroom; EVC-procedure; participatie in het lectoraat Informatie, Techniek en Samenleving; contractactiviteiten. Voorbeelden van verbetermaatregelen zijn ook genoemd onder facet 5.1. : (i) organisatie en kwaliteitsborging van toetsen en beoordelen, (ii) aanpassingen in het programma van het gemeenschappelijk blok in de propedeuse, (iii) structurering professioneel netwerk docenten, (iv) informatievoorziening aan studenten van de locatie Zoetermeer, (v) deskundigheidsbevordering docenten, (vi) rendement: zie onder facet 6.2, (vii) formatieopbouw, (viii) aansluiting MBO-HBO. Over de effecten van deze en andere verbetermaatregelen valt nog weinig te zeggen, maar het auditteam is onder de indruk van de inzet waarmee de implementatie van deze maatregelen wordt aangepakt. Voor het overige wordt verwezen naar de analyse onder facet 5.1. Ook hier geldt dat het auditteam voldoende vertrouwen heeft dat de opleiding (in casu de Afdeling Informatica) de verbetermaatregelen met kracht ter hand zullen nemen. De BI-opleiding: voltijd en deeltijd Uit de thans voorhanden zijnde management review 2004, het Jaarplan 2004, de managementovereenkomst 2004 en het Protocol Beleidscyclus waarin de planning en procedures beschreven staan waarlangs verbetermaatregelen moeten worden uitgevoerd, blijkt dat evaluaties inderdaad leiden tot het vaststellen van verbetermaatregelen. Met daarbij een duidelijk geformuleerde output. Bijvoorbeeld met betrekking tot de kwantiteit van de instroom; EVC-procedure; participatie in het lectoraat Informatie, Techniek en Samenleving; contractactiviteiten. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

90 Voorbeelden van verbetermaatregelen zijn ook genoemd onder facet 5.1. : (i) organisatie en kwaliteitsborging van toetsen en beoordelen, (ii) aanpassingen in het programma van het gemeenschappelijk blok in de propedeuse, (iii) structurering professioneel netwerk docenten, (iv) informatievoorziening aan studenten van de locatie Zoetermeer, (v) deskundigheidsbevordering docenten, (vi) rendement: zie onder facet 6.2, (vii) formatieopbouw, (viii) aansluiting MBO-HBO. Over de effecten van deze en andere verbetermaatregelen valt nog weinig te zeggen, maar het auditteam is onder de indruk van de inzet waarmee de implementatie van deze maatregelen wordt aangepakt. Voor het overige wordt verwezen naar de analyse onder facet 5.1. Ook hier geldt dat het auditteam voldoende vertrouwen heeft dat de opleiding (in casu de Afdeling Informatica) de verbetermaatregelen met kracht ter hand zullen nemen. De IDM-opleiding: voltijd en deeltijd Uit de thans voorhanden zijnde management review 2004, het Jaarplan 2004, de managementovereenkomst 2004 en het Protocol Beleidscyclus waarin de planning en procedures beschreven staan waarlangs verbetermaatregelen moeten worden uitgevoerd, blijkt dat evaluaties inderdaad leiden tot het vaststellen van verbetermaatregelen. Met daarbij een duidelijk geformuleerde output. Bijvoorbeeld met betrekking tot de kwantiteit van de instroom; EVC-procedure; participatie in het lectoraat Informatie, Techniek en Samenleving; contractactiviteiten. Voorbeelden van verbetermaatregelen zijn ook genoemd onder facet 5.1. : (i) organisatie en kwaliteitsborging van toetsen en beoordelen, (ii) aanpassingen in het programma van het gemeenschappelijk blok in de propedeuse, (iii) structurering professioneel netwerk docenten, (iv) deskundigheidsbevordering docenten, (v) rendement: zie onder facet 6.2, (vii) formatieopbouw. Over de effecten van deze en andere verbetermaatregelen valt nog weinig te zeggen, maar het auditteam is onder de indruk van de inzet waarmee de implementatie van deze maatregelen wordt aangepakt. Voor het overige wordt verwezen naar de analyse onder facet 5.1. Ook hier geldt dat het auditteam voldoende vertrouwen heeft dat de opleiding (in casu de Afdeling Informatica) de verbetermaatregelen met kracht ter hand zullen nemen. Oordeel: voldoende De I-opleiding, de BI-opleiding en de IDM-opleiding Het auditteam kwalificeert dit facet voor de drie opleidingen en hun respectieve varianten als voldoende en wel op grond van de volgende observatie: de uitkomsten van de periodieke (kwartaal, jaarlijks, tweejaarlijks) evaluaties worden aantoonbaar vertaald in concrete verbetermaatregelen waarvan de implementatie volgens procedures, vastgelegd in het Protocol Beleidscyclus, wordt gemonitord. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

91 Facet 5.3. Betrekken van Medewerkers, Studenten, Alumni en Beroepenveld Criterium Het facet Betrekken van Medewerkers, Studenten, Alumni en Beroepenveld van het onderwerp Interne Kwaliteitszorg is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: Zijn -en zo ja op welke wijze- medewerkers, studenten, alumni en het afnemend beroepenveld actief betrokken bij de interne kwaliteitszorg van de opleiding? Bevindingen Zie ook de inleiding bij facet 5.1. De I-opleiding: voltijd, deeltijd en duaal Zoals uit de bevindingen onder facet 5.1. blijkt zijn docenten, studenten, het beroepenveld (Beroepenveldcommissie, bedrijfsmentoren/coaches, alumni) actief betrokken bij de evaluatie van de opleiding. Studenten en docenten via de blok- en modulenevaluaties, maar ook via hogeschoolbrede onderzoeken als Reflector en Kompas. Voorts kent de Afdeling Informatica een eigen onderzoek (Signalement) waar studenten naar hun oordeel wordt gevraagd met betrekking tot vele aspecten van de opleidingen: informatieverschaffing, inhoud en samenhang, uitvoerbaarheid,practica, toetsing, studiebegeleiding, ondersteunende diensten enzovoorts. De Beroepenveldcommissie wordt via de periodieke bijeenkomsten bij de evaluatie betrokken, met name op specifieke inhoudelijke programma-onderdelen. De bedrijfsmentoren van afstudeerprojecten wordt tweejaarlijks gevraagd hun oordeel over de opleiding te geven. Via tweejaarlijkse enquêtes wordt ook naar het oordeel van alumni gevraagd. Sterk punt is dat de opleidingen (in casu de Afdeling Informatica) de onderscheiden stakeholders op zeer systematische wijze bij de evaluaties betrekt en telkens in de Jaarplannen worden opgenomen waardoor zij ook een structureel karakter hebben. De BI-opleiding: voltijd en deeltijd Zoals uit de bevindingen onder facet 5.1. blijkt zijn docenten, studenten, het beroepenveld (Beroepenveldcommissies, bedrijfsmentoren/coaches, alumni) actief betrokken bij de evaluatie van de opleiding. Studenten en docenten via de blok- en modulenevaluaties, maar ook via hogeschoolbrede onderzoeken als Reflector en Kompas. Voorts kent de Afdeling Informatica een eigen onderzoek (Signalement) waar studenten naar hun oordeel wordt gevraagd met betrekking tot vele aspecten van de opleidingen: informatieverschaffing, inhoud en samenhang, uitvoerbaarheid,practica, toetsing, studiebegeleiding, ondersteunende diensten enzovoorts. De Beroepenveldcommissie wordt via de periodieke bijeenkomsten bij de evaluatie betrokken, met name op specifieke inhoudelijke programma-onderdelen. De bedrijfsmentoren van afstudeerprojecten wordt tweejaarlijks gevraagd hun oordeel over de opleiding te geven. Via tweejaarlijkse enquêtes wordt ook naar het oordeel van alumni gevraagd. Sterk punt is dat de opleidingen (in casu de Afdeling Informatica) de onderscheiden stakeholders op zeer systematische wijze bij de evaluaties betrekt en telkens in de Jaarplannen worden opgenomen waardoor zij ook een structureel karakter hebben. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

92 De IDM-opleiding: voltijd en deeltijd Zoals uit de bevindingen onder facet 5.1. blijkt zijn docenten, studenten, het beroepenveld (Beroepenveldcommissies, bedrijfsmentoren/coaches, alumni) actief betrokken bij de evaluatie van de opleiding. Studenten en docenten via de blok- en modulenevaluaties, maar ook via hogeschoolbrede onderzoeken als Reflector en Kompas. Voorts kent de Afdeling Informatica een eigen onderzoek (Signalement) waar studenten naar hun oordeel wordt gevraagd met betrekking tot vele aspecten van de opleidingen: informatieverschaffing, inhoud en samenhang, uitvoerbaarheid,practica, toetsing, studiebegeleiding, ondersteunende diensten enzovoorts. De Beroepenveldcommissies wordt via de periodieke bijeenkomsten bij de evaluatie betrokken, met name op specifieke inhoudelijke programma-onderdelen. De bedrijfsmentoren van afstudeerprojecten wordt tweejaarlijks gevraagd hun oordeel over de opleiding te geven. Via tweejaarlijkse enquêtes wordt ook naar het oordeel van alumni gevraagd. Sterk punt is dat de opleidingen (in casu de Afdeling Informatica) de onderscheiden stakeholders op zeer systematische wijze bij de evaluaties betrekt en telkens in de Jaarplannen worden opgenomen waardoor zij ook een structureel karakter hebben. Oordeel: goed De I-opleiding, de BI-opleiding en de IDM-opleiding Het auditteam kwalificeert dit facet voor de drie opleidingen en hun respectieve varianten als goed. De bevindingen zoals hierboven vermeld (met name de frequentie waarmee en de systematische wijze waarop de stakeholders bij de evaluaties worden betrokken), zijn voor het auditteam reden om tot dit oordeel te komen. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

93 SAMENVATTEND OORDEEL INTERNE KWALITEITSZORG : VOLDOENDE De I-opleiding, de BI-opleiding en de IDM-opleiding 1. Het auditteam kwalificeert Interne Kwaliteitszorg voor alle drie de opleidingen en hun respectieve varianten als voldoende. Het kwaliteitszorgsysteem zit prima in elkaar en wordt ook systematisch (!) uitgevoerd in samenwerking met studenten, docenten, het werkveld en alumni. Het systeem leidt aantoonbaar tot concrete verbetermaatregelen met meetbare doelstellingen waarvan de realisering, volgens heldere procedures, wordt gemonitord. Dit oordeel is ook van toepassing op de voltijd I-opleiding en de voltijd BI-opleiding in de nevenvestiging Zoetermeer. Immers voor deze opleidingen geldt hetzelfde regiem als in de hoofdvestiging Den Haag. 2. Conform de Beslisregels Accreditatie zoals vastgelegd in het NVAO Accreditatiekader, kan een Onderwerp niet hoger scoren dan voldoende. Het auditteam beoordeelt evenwel twee facetten van het Onderwerp Interne Kwaliteitszorg als goed en één facet als voldoende. Dit rechtvaardigt een kwalificatie goed voor dit onderwerp. (Zie onder D en E.) Reden voor het auditteam deze kwalificatie als extra aantekening aan zijn oordeel over dit onderwerp toe te voegen. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

94 Onderwerp 6: Resultaten Het zesde onderwerp bestaat uit twee facetten: 1. gerealiseerd niveau; 2. onderwijsrendement. Facet 6.1. Gerealiseerd Niveau Criterium Het facet Gerealiseerd Niveau van het onderwerp Resultaten is beoordeeld aan de hand van het volgende NVAO-criterium: Zijn de gerealiseerde eindkwalificaties qua niveau, oriëntatie en domeinspecifieke eisen in overeenstemming met de nagestreefde eindkwalificaties? Bevindingen De I-opleiding: voltijd, deeltijd en duaal Om een antwoord te krijgen op de vraag of de feitelijk gerealiseerde eindkwalificaties overeenkomen met de nagestreefde, is het auditteam nagegaan of, en zo ja hoe, de opleiding het beroepenveld daarbij betrekt en tot welke conclusie dat heeft geleid. De opleidingen hebben daar een goed beeld van op grond van de informatie die zij via enquêtes van alumni verkrijgen. Voorts worden vertegenwoordigers uit de organisaties waar de studenten werken, gevraagd naar hun oordeel over het niveau van de bij hen werkende studenten. Immers de bedrijfsmentor/coach is rechtstreeks betrokken bij de beoordeling van de opdrachten die de student binnen diens bedrijf / organisatie uitvoert. Tenslotte zijn aan het einde van de opleiding vertegenwoordigers uit het beroepenveld betrokken bij de beoordeling van de afstudeeropdrachten die door de studenten zijn uitgevoerd. Aldus maakt de opleiding gebruik van voldoende bronnen om informatie over het gerealiseerde (eind)niveau te verkrijgen. Die informatie laat zien, dat voor de I-opleiding het beroepenveld het gerealiseerde niveau als voldoende beschouwt in relatie tot de eisen die het stelt aan de algemene en beroepsspecifieke competenties van een beginnend Informaticus op HBO-niveau. Alumni-onderzoek bevestigt dit beeld. De afstudeerwerkstukken 17 waar het auditteam zelf inzage in heeft gehad, zijn wat betreft probleemstelling van voldoende diepgang en complexiteit en voor het realiseren ervan dienen de afstudeerders te beschikken over een kennisniveau en analytisch vermogen dat normaliter van HBO abituriënten mag en moet worden geëist. 17 Enkele voorbeelden van afstudeerwerkstukken waar het auditteam inzage in heeft gehad: (i) "NOKIA Horizon Manager" als beheerapplicatie bij ING/ITC, (ii) Interface to the Cheetah Digital Signal Processing Power (t.b.v. Nato C3 Agency), (iii) Ontwikkeling van een gestructureerde testcultuur voor de afdeling software-ontwikkeling (t.b.v.centric IT Solutions - BU Werk, Inkomen en Zorg), (iv) Analyse technische scheepsrelaties (t.b.v. Spliethoff, A'dam). Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

95 De BI-opleiding: voltijd en deeltijd Om een antwoord te krijgen op de vraag of de feitelijk gerealiseerde eindkwalificaties overeenkomen met de nagestreefde, is het auditteam nagegaan of, en zo ja hoe, de opleiding het beroepenveld daarbij betrekt en tot welke conclusie dat heeft geleid. De opleidingen hebben daar een goed beeld van op grond van de informatie die zij via enquêtes van alumni verkrijgen. Voorts worden vertegenwoordigers uit de organisaties waar de studenten werken, gevraagd naar hun oordeel over het niveau van de bij hen werkende studenten. Immers de bedrijfsmentor/coach is rechtstreeks betrokken bij de beoordeling van de opdrachten die de student binnen diens bedrijf / organisatie uitvoert. Tenslotte zijn aan het einde van de opleiding vertegenwoordigers uit het beroepenveld betrokken bij de beoordeling van de afstudeeropdrachten die door de studenten zijn uitgevoerd. Aldus maakt de opleiding gebruik van voldoende bronnen om informatie over het gerealiseerde (eind)niveau te verkrijgen. Die informatie laat zien, dat voor de BI-opleiding het beroepenveld het gerealiseerde niveau als voldoende beschouwt in relatie tot de eisen die het stelt aan de algemene en beroepsspecifieke competenties van een beginnend Bedrijfskundig Informaticus op HBO-niveau. Alumnionderzoek bevestigt dit beeld. De afstudeerwerkstukken 18 waar het auditteam zelf inzage in heeft gehad, zijn wat betreft probleemstelling van voldoende diepgang en complexiteit en voor het realiseren ervan dienen de afstudeerders te beschikken over een kennisniveau en analytisch vermogen dat normaliter van HBO abituriënten mag en moet worden geëist. De IDM-Opleiding voltijd en deeltijd Om een antwoord te krijgen op de vraag of de feitelijk gerealiseerde eindkwalificaties overeenkomen met de nagestreefde, is het auditteam nagegaan of, en zo ja hoe, de opleiding het beroepenveld daarbij betrekt en tot welke conclusie dat heeft geleid. De opleidingen hebben daar een goed beeld van op grond van de informatie die zij via enquêtes van alumni verkrijgen. Voorts worden vertegenwoordigers uit de organisaties waar de studenten werken, gevraagd naar hun oordeel over het niveau van de bij hen werkende studenten. Immers de bedrijfsmentor/coach is rechtstreeks betrokken bij de beoordeling van de opdrachten die de student binnen diens bedrijf / organisatie uitvoert. Tenslotte zijn aan het einde van de opleiding vertegenwoordigers uit het beroepenveld betrokken bij de beoordeling van de afstudeeropdrachten die door de studenten zijn uitgevoerd. Aldus maakt de opleiding gebruik van voldoende bronnen om informatie over het gerealiseerde (eind)niveau te verkrijgen. 18 Voorbeelden van afstudeerwerkstukken waar het auditteam inzage in heeft gehad: (i) Analysis of a Communication Interface (t.b.v. Ordina), (ii) Continuïteitsplan ICT-infrastructuur (t.b.v. TU Delft), (iii) Ontwerp Managementsysteem gebaseerd op een Data Warehouse en OLAP-reporting ( t.b.v. Mproof BV), (iv) Uitbesteding Beheer ICT-infrastructuur (t.b.v. A&O Service). Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

96 Die informatie laat zien, dat voor de IDM-opleiding het beroepenveld het gerealiseerde niveau als voldoende beschouwt in relatie tot de eisen die het stelt aan de algemene en beroepsspecifieke competenties van een beginnend IDM er op HBO-niveau. Alumni-onderzoek bevestigt dit beeld. De afstudeerwerkstukken 19 waar het auditteam zelf inzage in heeft gehad, zijn wat betreft probleemstelling van voldoende diepgang en complexiteit en voor het realiseren ervan dienen de afstudeerders te beschikken over een kennisniveau en analytisch vermogen dat normaliter van HBO abituriënten mag en moet worden geëist. Oordeel: voldoende De I-opleiding, de BI-opleiding en de IDM-opleiding Het auditteam kwalificeert dit facet voor de drie opleidingen en hun varianten als voldoende. Eigen waarneming van afstudeerwerkstukken en de gegevens die de opleidingen hebben overlegd met betrekking tot de visie van het beroepenveld op de kwaliteit van de afgestudeerden, hebben tot dit oordeel geleid. 19 Voorbeeld van afstudeerwerkstukken waar het auditteam inzage in heeft gehad: (i) Het verbeteren van de zoekstructuur (t.b.v. KvK Haaglanden), (ii) Opzet Marketing Database (t.b.v. ING), (iii) Opzet Projectdocumentatiesysteem (t.b.v. Bouwbedrijf Waning), (iv) Productontwikkleng binnen DIV (t.b.v. Tweede Kamer). Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

97 Facet 6.2. Onderwijsrendement Criteria Het facet Onderwijsrendement van het onderwerp Resultaten is beoordeeld aan de hand van de volgende NVAO-criteria: Zijn er, al dan niet in samenspraak met verwante opleidingen, streefcijfers geformuleerd in vergelijking met andere relevante opleidingen? Voldoet het onderwijsrendement aan deze streefcijfers? Bevindingen De I-opleiding, de BI-opleiding en de IDM-opleiding De Afdeling Informatica heeft de volgende streefcijfers vastgesteld voor al haar opleidingen dus ook voor de I-opleiding, de BI-opleiding en de IDM-opleiding: Propedeuserendement 50% na een jaar; 65% na twee jaar. Hoofdfase rendement: 95% Totaal opleidingsrendement: ca 60%. Geen van de onder de Afdeling Informatica ressorterende opleidingen haalt deze streefnorm. Het propedeuse rendement voor de voltijd en duale varianten schommelt rond de 50%. Voor deeltijdse varianten: varieert het van 9% (I-opleiding) tot 82% (IDM-opleiding). Hoofdfase rendement van de drie opleidingen schommelt rond de 50%. Het Haagse beeld wijkt niet af van het landelijke beeld. De Afdeling Informatica heeft blijkens haar Jaarplan 2004 ervoor gekozen het rendement voor al haar opleidingen stap voor stap te verbeteren. Daartoe zijn een aantal acties gestart met betrekking tot: een pilot Tutoring gericht op intensivering van de studiebegeleiding in het eerste jaar, implementatie van het principe Werkend Leren, de centrale rol van beroepstaken binnen het programma van de opleidingen, aanpassingen binnen het gemeenschappelijke 1 e blok in de propedeuse, Actieplan Nieuw Elan gericht op het invoeren van probleemgerichte kwaliteitsmeting bij studenten (en docenten). Het auditteam beschouwt evenwel het onderwijsrendement niet als een geïsoleerde waarde. Dat betekent overigens niet dat de opleidingen zich bij het huidige rendementsniveau moet neerleggen. Iets wat zij, zo blijkt uit bijvoorbeeld de intensivering van de studentbegeleiding ook niet doen. Daarbij kiest, zoals gezegd, de Afdeling voor een en dat is, naar het oordeel van het auditteam, terecht stapsgewijze rendementsverbetering, waarbij telken jare de lat iets hoger wordt gelegd. Anders gezegd: niet het halen van de norm als zodanig, maar het zichtbaar streven naar rendementsverbetering is voor het auditteam de grondslag voor zijn beoordeling. Oordeel: voldoende De I-opleiding, de BI-opleiding en de IDM-opleiding Het auditteam kwalificeert dit facet voor de drie opleidingen en hun respectieve varianten als voldoende en wel omdat de opleidingen (i.c. de Afdeling Informatica) concrete maatregelen treffen om de rendementen te verbeteren daarbij een duidelijke streefnorm hanterend. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

98 SAMENVATTEND OORDEEL RESULTATEN : VOLDOENDE DeI-opleiding, de BI-opleiding en de IDM-opleiding Het auditteam kwalificeert het Onderwerp Resultaten als voldoende voor de drie opleidingen en hun respectieve varianten. Het gerealiseerde niveau komt aantoonbaar overeen met het niveau dat wordt nagestreefd; De verbetering van het rendement heeft grote prioriteit en wordt via concrete maatregelen ter hand genomen teneinde de door de Afdeling gehanteerde streefcijfers te realiseren. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

99 3. SAMENVATTEND OORDEEL 3.1 Oordeelschema De in hoofdstuk 2 beschreven beoordeling geven we hieronder schematisch weer: HBO BACHELOR OPLEIDING Informatica, voltijd Onderwerp / Facet Oordeel 1. Doelstellingen Opleiding V 1.1. Domeinspecifieke Eisen G 1.2. Niveau Bachelor V 1.3. Oriëntatie HBO V 2. Programma V 2.1. Eisen HBO V 2.2. Relatie Doelstellingen en Inhoud Programma V 2.3. Samenhang Programma G 2.4. Studielast V 2.5. Instroom V 2.6. Duur V 2.7. Afstemming tussen Vormgeving en Inhoud G 2.8. Beoordeling en Toetsing V 3. Inzet van Personeel V 3.1. Eisen HBO V 3.2. Kwantiteit Personeel V 3.3. Kwaliteit Personeel V 4. Voorzieningen V Materiële Voorzieningen G 4.2. Studiebegeleiding V 5. Interne Kwaliteitszorg V Evaluatie Resultaten G 5.2. Maatregelen tot Verbetering V 5.3. Betrekken van Medewerkers, Studenten, Alumni en Beroepenveld G 6. Resultaten V 6.1. Gerealiseerd Niveau V 6.2. Onderwijsrendement V Samenvattend oordeel V 20 Extra aantekening: goed 21 Extra aantekening: goed Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

100 Oordeelschema De in hoofdstuk 2 beschreven beoordeling geven we hieronder schematisch weer: HBO BACHELOR OPLEIDING Informatica, deeltijd Onderwerp / Facet Oordeel 1. Doelstellingen Opleiding V 1.1. Domeinspecifieke Eisen G 1.2. Niveau Bachelor V 1.3. Oriëntatie HBO V 2. Programma V 2.1. Eisen HBO V 2.2. Relatie Doelstellingen en Inhoud Programma V 2.3. Samenhang Programma G 2.4. Studielast V 2.5. Instroom V 2.6. Duur V 2.7. Afstemming tussen Vormgeving en Inhoud G 2.8. Beoordeling en Toetsing V 3. Inzet van Personeel V 3.1. Eisen HBO V 3.2. Kwantiteit Personeel V 3.3. Kwaliteit Personeel V 4. Voorzieningen V Materiële Voorzieningen G 4.2. Studiebegeleiding V 5. Interne Kwaliteitszorg V Evaluatie Resultaten G 5.2. Maatregelen tot Verbetering V 5.3. Betrekken van Medewerkers, Studenten, Alumni en Beroepenveld G 6. Resultaten V 6.1. Gerealiseerd Niveau V 6.2. Onderwijsrendement V Samenvattend oordeel V 22 Extra aantekening: goed 23 Extra aantekening: goed Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

101 Oordeelschema De in hoofdstuk 2 beschreven beoordeling geven we hieronder schematisch weer: HBO BACHELOR OPLEIDING Informatica, duaal Onderwerp / Facet Oordeel 1. Doelstellingen Opleiding V 1.1. Domeinspecifieke Eisen G 1.2. Niveau Bachelor V 1.3. Oriëntatie HBO V 2. Programma V 2.1. Eisen HBO V 2.2. Relatie Doelstellingen en Inhoud Programma V 2.3. Samenhang Programma G 2.4. Studielast V 2.5. Instroom V 2.6. Duur V 2.7. Afstemming tussen Vormgeving en Inhoud G 2.8. Beoordeling en Toetsing V 3. Inzet van Personeel V 3.1. Eisen HBO V 3.2. Kwantiteit Personeel V 3.3. Kwaliteit Personeel V 4. Voorzieningen V Materiële Voorzieningen G 4.2. Studiebegeleiding V 5. Interne Kwaliteitszorg V Evaluatie Resultaten G 5.2. Maatregelen tot Verbetering V 5.3. Betrekken van Medewerkers, Studenten, Alumni en Beroepenveld G 6. Resultaten V 6.1. Gerealiseerd Niveau V 6.2. Onderwijsrendement V Samenvattend oordeel V 24 Extra aantekening: goed 25 Extra aantekening: goed Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

102 Oordeelschema De in hoofdstuk 2 beschreven beoordeling geven we hieronder schematisch weer: HBO BACHELOR OPLEIDING Bedrijfskundige Informatica, voltijd Onderwerp / Facet Oordeel 1. Doelstellingen Opleiding V 1.1. Domeinspecifieke Eisen G 1.2. Niveau Bachelor V 1.3. Oriëntatie HBO V 2. Programma V 2.1. Eisen HBO V 2.2. Relatie Doelstellingen en Inhoud Programma V 2.3. Samenhang Programma G 2.4. Studielast V 2.5. Instroom V 2.6. Duur V 2.7. Afstemming tussen Vormgeving en Inhoud G 2.8. Beoordeling en Toetsing V 3. Inzet van Personeel V 3.1. Eisen HBO V 3.2. Kwantiteit Personeel V 3.3. Kwaliteit Personeel V 4. Voorzieningen V Materiële Voorzieningen G 4.2. Studiebegeleiding V 5. Interne Kwaliteitszorg V Evaluatie Resultaten G 5.2. Maatregelen tot Verbetering V 5.3. Betrekken van Medewerkers, Studenten, Alumni en Beroepenveld G 6. Resultaten V 6.1. Gerealiseerd Niveau V 6.2. Onderwijsrendement V Samenvattend oordeel V 26 Extra aantekening: goed 27 Extra aantekening: goed Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

103 Oordeelschema De in hoofdstuk 2 beschreven beoordeling geven we hieronder schematisch weer: HBO BACHELOR OPLEIDING Bedrijfskundige Informatica, deeltijd Onderwerp / Facet Oordeel 1. Doelstellingen Opleiding V 1.1. Domeinspecifieke Eisen G 1.2. Niveau Bachelor V 1.3. Oriëntatie HBO V 2. Programma V 2.1. Eisen HBO V 2.2. Relatie Doelstellingen en Inhoud Programma V 2.3. Samenhang Programma G 2.4. Studielast V 2.5. Instroom V 2.6. Duur V 2.7. Afstemming tussen Vormgeving en Inhoud G 2.8. Beoordeling en Toetsing V 3. Inzet van Personeel V 3.1. Eisen HBO V 3.2. Kwantiteit Personeel V 3.3. Kwaliteit Personeel V 4. Voorzieningen V Materiële Voorzieningen G 4.2. Studiebegeleiding V 5. Interne Kwaliteitszorg V Evaluatie Resultaten G 5.2. Maatregelen tot Verbetering V 5.3. Betrekken van Medewerkers, Studenten, Alumni en Beroepenveld G 6. Resultaten V 6.1. Gerealiseerd Niveau V 6.2. Onderwijsrendement V Samenvattend oordeel V 28 Extra aantekening: goed 29 Extra aantekening: goed Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

104 Oordeelschema De in hoofdstuk 2 beschreven beoordeling geven we hieronder schematisch weer: HBO BACHELOR OPLEIDING Informatiedienstverlening en Management, voltijd Onderwerp / Facet Oordeel 1. Doelstellingen Opleiding V 1.1. Domeinspecifieke Eisen G 1.2. Niveau Bachelor V 1.3. Oriëntatie HBO V 2. Programma V 2.1. Eisen HBO V 2.2. Relatie Doelstellingen en Inhoud Programma V 2.3. Samenhang Programma G 2.4. Studielast V 2.5. Instroom V 2.6. Duur V 2.7. Afstemming tussen Vormgeving en Inhoud G 2.8. Beoordeling en Toetsing V 3. Inzet van Personeel V 3.1. Eisen HBO V 3.2. Kwantiteit Personeel V 3.3. Kwaliteit Personeel V 4. Voorzieningen V Materiële Voorzieningen G 4.2. Studiebegeleiding V 5. Interne Kwaliteitszorg V Evaluatie Resultaten G 5.2. Maatregelen tot Verbetering V 5.3. Betrekken van Medewerkers, Studenten, Alumni en Beroepenveld G 6. Resultaten V 6.1. Gerealiseerd Niveau V 6.2. Onderwijsrendement V Samenvattend oordeel V 30 Extra aantekening: goed 31 Extra aantekening: goed Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

105 Oordeelschema De in hoofdstuk 2 beschreven beoordeling geven we hieronder schematisch weer: HBO BACHELOR OPLEIDING Informatiedienstverlening en Management, deeltijd Onderwerp / Facet Oordeel 1. Doelstellingen Opleiding V 1.1. Domeinspecifieke Eisen G 1.2. Niveau Bachelor V 1.3. Oriëntatie HBO V 2. Programma V 2.1. Eisen HBO V 2.2. Relatie Doelstellingen en Inhoud Programma V 2.3. Samenhang Programma G 2.4. Studielast V 2.5. Instroom V 2.6. Duur V 2.7. Afstemming tussen Vormgeving en Inhoud G 2.8. Beoordeling en Toetsing V 3. Inzet van Personeel V 3.1. Eisen HBO V 3.2. Kwantiteit Personeel V 3.3. Kwaliteit Personeel V 4. Voorzieningen V Materiële Voorzieningen G 4.2. Studiebegeleiding V 5. Interne Kwaliteitszorg V Evaluatie Resultaten G 5.2. Maatregelen tot Verbetering V 5.3. Betrekken van Medewerkers, Studenten, Alumni en Beroepenveld G 6. Resultaten V 6.1. Gerealiseerd Niveau V 6.2. Onderwijsrendement V Samenvattend oordeel V 32 Extra aantekening: goed 33 Extra aantekening: goed Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

106 3.2 Integraal oordeel/ advies aan NVAO Op basis van zijn bevindingen met betrekking tot alle in het NVAO Accreditatiekader vermelde onderwerpen en facetten, concludeert het auditteam dat de drie hieronder vermelde door de Haagse Hogeschool, in casu de Afdeling Informatica, verzorgde HBO bachelor opleidingen en hun respectieve varianten in aanmerking komen voor accreditatie voor de NVAO: Informatica (voltijd, deeltijd en duaal) in de hoofdvestiging Den Haag, Informatica (voltijd) in de nevenvestiging Zoetermeer, Bedrijfskundige Informatica (voltijd en deeltijd) in de hoofdvestiging Den Haag, Bedrijfskundige Informatica (voltijd) in de nevenvestiging Zoetermeer, Informatiedienstverlening en -Management (voltijd en deeltijd) in de hoofdvestiging Den Haag Conform de Beslisregels Accreditatie zoals vastgelegd in het NVAO Accreditatiekader, kan een Onderwerp niet hoger scoren dan voldoende. Het auditteam beoordeelt evenwel één facet van het onderwerp Voorzieningen als goed en één facet als voldoende. Bovendien kwalificeert het auditteam twee facetten van het onderwerp Interne Kwaliteitszorg als goed en één facet als voldoende. Dit rechtvaardigt een kwalificatie goed voor de twee genoemde onderwerpen. (Zie onder D en E.) Reden voor het auditteam de kwalificatie goed als extra aantekening aan zijn eindoordeel over de opleidingen Informatica, Bedrijfskundige Informatica en Informatiedienstverlening en -Management toe te voegen en wel met betrekking tot de onderwerpen: Voorzieningen; Interne Kwaliteitszorg. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

107 BIJLAGE I: Curricula Vitae auditoren en onafhankelijkheidsverklaring externe auditor CURRICULA VITAE Wienke L.M. Blomen Wienke Blomen, directeur van Hobéon Certificering, is sinds 1976 actief in het hoger (beroeps)onderwijs op het gebied van bestuur, strategie en organisatie. Van 1976 tot 1992 in diverse functies bij de HBO-Raad, waaronder die van hoofd van een van de adviesgroepen en plv. secretaris-directeur, en sinds 1992 als senioradviseur en later directeur en mede-eigenaar van de Hobéon Groep BV. Sinds 1996 is hij tevens werkzaam in de certificering van bedrijven in de monumentenzorg, in het hoger onderwijs en in de sector kunst en cultuur. Jan Bruinsma Dr. Jan Bruinsma is na zijn Wis- en Natuurkunde studie werkzaam geweest aan De Vrije Universiteit ( ) in de theoretische kernfysica. Naast deze onderzoekstaak was hij verantwoordelijk voor de automatisering van het Natuurkundig Laboratorium. Van 1977 tot 1987 werkte hij bij Rijkswaterstaat in de civiele techniek (maritieme constructies, duinverdediging en slibbeweging) en bij de Dienst Informatie Verwerking (Geïntegreerde Applicatiesystemen). In de periode was hij werkzaam bij de Postbank (vanaf 1992: NMB-Postbank) als manager bij diverse IT afdelingen (System Management, Automatisering, Systeemontwikkeling, Applicatieontwikkeling. De afgelopen tien jaar vervulde hij diverse functies bij de ING Groep: Hoofd Automatiseringcentrum (325 IT-professionals), Hoofd Systems Development (750 IT-professionals), Hoofd General Affairs (65 professionals), Vendormanager Europe. Bruinsma is thans binnen de ING verantwoordelijk voor alle providers op het gebied van Information Research en Consultancy & Advies. ING voert zelf geen research uit, maar maakt gebruik van externe bureaus zoals McKinsey, IDC, Boston Consulting Group en Gartner. Het gaat hier om grote hoeveelheden interne en externe informatie. Bruinsma is dan ook eveneens verantwoordelijk voor de retrieval- en selectiesystemen. Voorts is hij belast met het (laten) opstellen van businessplannen en business cases voor verschillende divisies van ING met betrekking tot nieuwe producten en/of diensten. Tenslotte is hij verantwoordelijk voor de 'traditionele' IT- en Webtechnologie en draagt hij er zorg voor, dat ING optimaal gebruik maakt van de nieuwe ontwikkelingen op dit gebied. In de periode daarvóór was Bruinsma binnen de ING verantwoordelijk voor Informatiemanagement, Architectuur, Consultancy en Project- & Procesmanagement. Joost Verhaar Verhaar heeft van 1998 tot 2002 de HBO (duale) opleiding Bestuurkunde/Overheidsmanagement gevolgd aan de Haagse Hogeschool. Tijdens zijn studie was hij als junior adviseur werkzaam bij Hobéon Management Consult in de periode Na succesvolle afronding van zijn HBO opleiding is hij gestart met de (voltijd) studie Sociologie aan de Universiteit van Amsterdam; afstudeerrichting Arbeid, Organisatie & Beleid. Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

108 Robert F. Stapert Drs. Robert F. Stapert is in 1975 afgestudeerd aan de Katholieke Universiteit Nijmegen (Nederlandse Taal- en Letterkunde / Algemene Taalwetenschappen). Tot 1981 was hij als docent werkzaam in Suriname. Nadien is hij in uiteenlopende functies betrokken geweest bij de ontwikkeling van het HBO (met name de lerarenopleidingen basisonderwijs en voortgezet onderwijs, de implementatie van het HBO Informatica Stimuleringsplan en de HBO fusie operatie). Vanaf 1992 tot 2001 heeft hij in enkele Oost-Europese landen als long-term expert de uitvoering begeleid van EU Phare programma s gericht op innovatie van het middelbaar beroepsonderwijs en de introductie van hoger beroepsonderwijs. Van 2001 tot 2005 was hij intensief betrokken bij het management en de coördinatie van het landelijk AXIS programma gericht op een brede invoering van techniek in het Nederlands basisonderwijs en de PABO s. Thans is hij vooral werkzaam in het kader van de accreditatie-onderzoeken die door Hobéon Certificering worden uitgevoerd. Martijn in t Veld Ing. Martijn in 't Veld volgde de opleiding Bouwkunde met als afstudeeronderwerp kwaliteitszorg. Na zijn studie was hij werkzaam voor Hillen & Roosen, een middelgroot aannemersbedrijf. Bij deze organisatie heeft hij alle voorkomende taken binnen de functie KAM (Kwaliteit, Arbo en Milieu) -coördinator vervuld. Sinds juli 2004 is Martijn werkzaam bij de Hobéon Groep in een tweezijdige functie. Hij is als kwaliteitscoördinator werkzaam binnen de organisatie van Hobéon en daarnaast is hij auditor bij hogescholen en bij bouwbedrijven (voor de ERB regeling). Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

109 ONAFHANKELIJKHEIDSVERKLARINGEN Hobéon Certificering Eindrapport Accreditatie HHS I / BI / IDM versie

Besluit. College van Bestuur. Hogeschool van Amsterdam. Postbus AX AMSTERDAM

Besluit. College van Bestuur. Hogeschool van Amsterdam. Postbus AX AMSTERDAM College van Bestuur Hogeschool van Amsterdam Postbus 931 1000 AX AMSTERDAM Besluit Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Media,

Nadere informatie

Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Chemie van de Hogeschool Drenthe

Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Chemie van de Hogeschool Drenthe College van Bestuur Hogeschool Drenthe Postbus 2080 7801 CB EMMEN Besluit Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Chemie van de Hogeschool

Nadere informatie

Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Bouwkunde van de Haagse Hogeschool

Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Bouwkunde van de Haagse Hogeschool College van bestuur Haagse Hogeschool Postbus 13336 2501 EH DEN HAAG Besluit Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Bouwkunde van

Nadere informatie

Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding Facility Management voltijd, deeltijd en duaal

Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding Facility Management voltijd, deeltijd en duaal Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding Facility Management voltijd, deeltijd en duaal Saxion Hogeschool IJselland Instituut Hospitality & Facility Management Rapport ten behoeve van

Nadere informatie

Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding Ruimtelijke Ordening en Planologie voltijd en deeltijd

Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding Ruimtelijke Ordening en Planologie voltijd en deeltijd Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding Ruimtelijke Ordening en Planologie voltijd en deeltijd Saxion Hogeschool IJselland Instituut Ruimtelijke Ordening en Milieu Rapport ten behoeve

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding. Informatica, voltijd - deeltijd - duaal

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding. Informatica, voltijd - deeltijd - duaal Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Informatica, voltijd - deeltijd - duaal Hogeschool van Utrecht Faculteit Natuur en Techniek - FNT Instituut voor Innovatie, Industrie en Informatica Adviesrapport

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding. Technische Informatica, voltijd

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding. Technische Informatica, voltijd Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Technische Informatica, voltijd Hogeschool van Utrecht Faculteit Natuur en Techniek - FNT Instituut voor Innovatie, Industrie en Informatica Adviesrapport

Nadere informatie

Teamscan op accreditatiewaardigheid

Teamscan op accreditatiewaardigheid Teamscan op accreditatiewaardigheid De Teamscan accreditatiewaardigheid (in vervolg: scan) geeft inzicht in hoe het opleidingsteam ervoor staat met betrekking tot de opleidingsaccreditatie. De scan bestaat

Nadere informatie

Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding Facility Management FM voltijd en deeltijd. Haagse Hogeschool

Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding Facility Management FM voltijd en deeltijd. Haagse Hogeschool Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding Facility Management FM voltijd en deeltijd Haagse Hogeschool Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding Facility Management

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Informatica voltijd. Hogeschool Leiden

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Informatica voltijd. Hogeschool Leiden Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Informatica voltijd Hogeschool Leiden Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30 66 870 I www.hobeon.nl E info@hobeon.nl Adviesrapport

Nadere informatie

Saxion Hogeschool IJselland Instituut Informatica en Informatiemanagement

Saxion Hogeschool IJselland Instituut Informatica en Informatiemanagement Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding Bedrijfskundige Informatica voltijd en deeltijd (Croho 34404) En Informatiedienstverlening en -management voltijd en deeltijd (Croho 34649) Saxion

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Lifestyle Adviseur voltijd - deeltijd. Hogeschool Hanzesteden

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Lifestyle Adviseur voltijd - deeltijd. Hogeschool Hanzesteden Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Lifestyle Adviseur voltijd - deeltijd Hogeschool Hanzesteden Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30 66 870 I www.hobeon.nl E

Nadere informatie

Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding Algemene Operationele Technologie Voltijd Deeltijd - Duaal

Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding Algemene Operationele Technologie Voltijd Deeltijd - Duaal Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding Algemene Operationele Technologie Voltijd Deeltijd - Duaal Hogeschool van Utrecht Faculteit Natuur en Techniek Instituut voor Innovatie, Industrie

Nadere informatie

Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding Personeel & Arbeid P&A, voltijd en deeltijd

Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding Personeel & Arbeid P&A, voltijd en deeltijd Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding Personeel & Arbeid P&A, voltijd en deeltijd Haagse Hogeschool Afdeling Management & Human Resources Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding. Werktuigbouwkunde - WtB voltijd - duaal

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding. Werktuigbouwkunde - WtB voltijd - duaal Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Werktuigbouwkunde - WtB voltijd - duaal Hogeschool van Utrecht Faculteit Natuur en Techniek Instituut voor Innovatie, Industrie en Informatica Adviesrapport

Nadere informatie

Besluit. College van Bestuur van de. Hogeschool INHOLLAND. Postbus CN DEN HAAG

Besluit. College van Bestuur van de. Hogeschool INHOLLAND. Postbus CN DEN HAAG College van Bestuur van de Hogeschool INHOLLAND Postbus 95597 2509 CN DEN HAAG Besluit Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van de aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Facility

Nadere informatie

Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag Toets nieuwe opleiding hbo-bachelor Game Architecture and Design van de NHTV

Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag Toets nieuwe opleiding hbo-bachelor Game Architecture and Design van de NHTV College van bestuur NHTV Internationale Hogeschool Breda Postbus 3917 4800 DX BREDA Besluit Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag Toets nieuwe opleiding hbo-bachelor Game Architecture

Nadere informatie

Besluit. Raad van bestuur. Saxion Hogescholen. Postbus KB ENSCHEDE

Besluit. Raad van bestuur. Saxion Hogescholen. Postbus KB ENSCHEDE Raad van bestuur Saxion Hogescholen Postbus 70000 7500 KB ENSCHEDE Besluit Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Informatiedienstverlening

Nadere informatie

Adviesrapport Toets Nieuwe Opleiding Accreditatie HBO bachelor opleiding. Informatica deeltijd. Hogeschool E3

Adviesrapport Toets Nieuwe Opleiding Accreditatie HBO bachelor opleiding. Informatica deeltijd. Hogeschool E3 Adviesrapport Toets Nieuwe Opleiding Accreditatie HBO bachelor opleiding Informatica deeltijd Hogeschool E3 Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30 66 870 I www.hobeon.nl E info@hobeon.nl

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Bedrijfskundige Informatica voltijd. Saxion Hogescholen

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Bedrijfskundige Informatica voltijd. Saxion Hogescholen Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Bedrijfskundige Informatica voltijd Saxion Hogescholen Adviesrapport ten behoeve van Accreditatie HBO bachelor opleiding Bedrijfskundige Informatica voltijd

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding VORMGEVING. ArtEZ Hogeschool voor de Kunsten Arnhem, Enschede, Zwolle

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding VORMGEVING. ArtEZ Hogeschool voor de Kunsten Arnhem, Enschede, Zwolle Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding VORMGEVING ArtEZ Hogeschool voor de Kunsten Arnhem, Enschede, Zwolle Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding VORMGEVING voltijd - deeltijd CROHO:

Nadere informatie

Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding Personeel en Arbeid P&A Voltijd en deeltijd

Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding Personeel en Arbeid P&A Voltijd en deeltijd Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding Personeel en Arbeid P&A Voltijd en deeltijd Hogeschool van Utrecht Faculteit Sociaal Agogische Opleidingen Rapport ten behoeve van Accreditatie

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Personeelsmanagement deeltijd - afstandsonderwijs. Hogeschool NTI

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Personeelsmanagement deeltijd - afstandsonderwijs. Hogeschool NTI Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Personeelsmanagement deeltijd - afstandsonderwijs Hogeschool NTI Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30 66 870 I www.hobeon.nl

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Communication & Multimedia Design voltijd - deeltijd - duaal. De Haagse Hogeschool

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Communication & Multimedia Design voltijd - deeltijd - duaal. De Haagse Hogeschool Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Communication & Multimedia Design voltijd - deeltijd - duaal De Haagse Hogeschool Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30 66

Nadere informatie

Adviesrapport Toets Nieuwe Opleiding HBO Bachelor opleiding Bedrijfskundige Informatica deeltijd

Adviesrapport Toets Nieuwe Opleiding HBO Bachelor opleiding Bedrijfskundige Informatica deeltijd Adviesrapport Toets Nieuwe Opleiding HBO Bachelor opleiding Bedrijfskundige Informatica deeltijd Hogeschool voor Management en Documentaire Informatievoorziening Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070)

Nadere informatie

Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding Sociaal Pedagogische Hulpverlening SPH, voltijd, deeltijd, duaal

Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding Sociaal Pedagogische Hulpverlening SPH, voltijd, deeltijd, duaal Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding Sociaal Pedagogische Hulpverlening SPH, voltijd, deeltijd, duaal Haagse Hogeschool Afdeling Sociaal Pedagogische Hulpverlening Rapport ten behoeve

Nadere informatie

Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding

Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding Bouwkunde - BK, voltijd, deeltijd Hogeschool van Amsterdam Instituut Bouwkunde en Civiele Techniek Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Bio-Informatica voltijd. Hogeschool Leiden

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Bio-Informatica voltijd. Hogeschool Leiden Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Bio-Informatica voltijd Hogeschool Leiden Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30 66 870 I www.hobeon.nl E info@hobeon.nl Adviesrapport

Nadere informatie

Besluit. College van Bestuur van de Hanzehogeschool Groningen Postbus 30030 9700 RM GRONINGEN

Besluit. College van Bestuur van de Hanzehogeschool Groningen Postbus 30030 9700 RM GRONINGEN College van Bestuur van de Hanzehogeschool Groningen Postbus 30030 9700 RM GRONINGEN Besluit datum 19 januari 2005 onderwerp Definitief besluit accreditatie hbo-bachelor Bouwkunde ons kenmerk NVAO/20050113/CT

Nadere informatie

Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding

Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding Civiele Techniek - CT, voltijd Hogeschool van Amsterdam Instituut Bouwkunde en Civiele Techniek Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Culturele en Maatschappelijke Vorming voltijd - deeltijd - duaal. Hogeschool Utrecht

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Culturele en Maatschappelijke Vorming voltijd - deeltijd - duaal. Hogeschool Utrecht Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Culturele en Maatschappelijke Vorming voltijd - deeltijd - duaal Hogeschool Utrecht Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30 66

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Sociaal Juridische Dienstverlening voltijd - deeltijd. Hogeschool Leiden

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Sociaal Juridische Dienstverlening voltijd - deeltijd. Hogeschool Leiden Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Sociaal Juridische Dienstverlening voltijd - deeltijd Hogeschool Leiden Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30 66 870 I www.hobeon.nl

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Accountancy voltijd en deeltijd. Haagse Hogeschool

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Accountancy voltijd en deeltijd. Haagse Hogeschool Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Accountancy voltijd en deeltijd Haagse Hogeschool Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30 66 870 I www.hobeon.nl E info@hobeon.nl

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Werktuigbouwkunde Voltijd. Academie Life Science, Engineering & Design Saxion Hogeschool Enschede

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Werktuigbouwkunde Voltijd. Academie Life Science, Engineering & Design Saxion Hogeschool Enschede Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Werktuigbouwkunde Voltijd Academie Life Science, Engineering & Design Saxion Hogeschool Enschede Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Werktuigbouwkunde

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Informatica voltijd. Saxion Hogescholen

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Informatica voltijd. Saxion Hogescholen Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Informatica voltijd Saxion Hogescholen Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Informatica voltijd CROHO nr.34479 Saxion Hogescholen Hobéon Certificering

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Informatie en communicatie technologie deeltijd. Hogeschool NOVI

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Informatie en communicatie technologie deeltijd. Hogeschool NOVI Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Informatie en communicatie technologie deeltijd Hogeschool NOVI Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30 66 870 I www.hobeon.nl

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Sociaal Juridische Dienstverlening voltijd - deeltijd. Hogeschool Utrecht

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Sociaal Juridische Dienstverlening voltijd - deeltijd. Hogeschool Utrecht Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Sociaal Juridische Dienstverlening voltijd - deeltijd Hogeschool Utrecht Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30 66 870 I www.hobeon.nl

Nadere informatie

Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding Bouwkunde voltijd (Croho 34263) Civiele Techniek voltijd (Croho 34279)

Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding Bouwkunde voltijd (Croho 34263) Civiele Techniek voltijd (Croho 34279) Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding Bouwkunde voltijd (Croho 34263) Civiele Techniek voltijd (Croho 34279) Saxion Hogeschool Enschede Instituut Bouwkunde en Civiele Techniek Rapport

Nadere informatie

Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs [hbo-bachelor]: uitwerking voor Associate degree-programma s tijdens de pilotfase

Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs [hbo-bachelor]: uitwerking voor Associate degree-programma s tijdens de pilotfase Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs [hbo-bachelor]: uitwerking voor Associate degree-programma s tijdens de pilotfase 11 februari 2008 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Accreditatiekader, toegespitst

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Logistiek en Technische Vervoerskunde voltijd - duaal

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Logistiek en Technische Vervoerskunde voltijd - duaal Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Logistiek en Technische Vervoerskunde voltijd - duaal School of Agriculture & Technology Hogeschool INHOLLAND Delft Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag

Nadere informatie

Adviesrapport Toets Nieuwe Opleiding HBO Bachelor opleiding Bedrijfskunde deeltijd duaal. Nationale Handels Academie

Adviesrapport Toets Nieuwe Opleiding HBO Bachelor opleiding Bedrijfskunde deeltijd duaal. Nationale Handels Academie Adviesrapport Toets Nieuwe Opleiding HBO Bachelor opleiding Bedrijfskunde deeltijd duaal Nationale Handels Academie Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30 66 870 I www.hobeon.nl

Nadere informatie

RAPPORT TEN BEHOEVE VAN ACCREDITATIE HBO BACHELOR OPLEIDING SOCIAAL PEDAGOGISCHE HULPVERLENING SPH VOLTIJD EN DEELTIJD

RAPPORT TEN BEHOEVE VAN ACCREDITATIE HBO BACHELOR OPLEIDING SOCIAAL PEDAGOGISCHE HULPVERLENING SPH VOLTIJD EN DEELTIJD RAPPORT TEN BEHOEVE VAN ACCREDITATIE HBO BACHELOR OPLEIDING SOCIAAL PEDAGOGISCHE HULPVERLENING SPH VOLTIJD EN DEELTIJD Hogeschool van Utrecht Faculteit Sociaal Agogische Opleidingen RAPPORT TEN BEHOEVE

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Maatschappelijk Werk en Dienstverlening voltijd - deeltijd - duaal. Hogeschool Utrecht

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Maatschappelijk Werk en Dienstverlening voltijd - deeltijd - duaal. Hogeschool Utrecht Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Maatschappelijk Werk en Dienstverlening voltijd - deeltijd - duaal Hogeschool Utrecht Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Technische Informatica voltijd - deeltijd - duaal. Haagse Hogeschool

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Technische Informatica voltijd - deeltijd - duaal. Haagse Hogeschool Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Technische Informatica voltijd - deeltijd - duaal Haagse Hogeschool Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30 66 870 I www.hobeon.nl

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Management in de Zorg deeltijd voltijd/duaal. Haagse Hogeschool

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Management in de Zorg deeltijd voltijd/duaal. Haagse Hogeschool Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Management in de Zorg deeltijd voltijd/duaal Haagse Hogeschool Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30 66 870 I www.hobeon.nl

Nadere informatie

Besluit. Aan het Bestuur van de Leidse Onderwijsinstellingen (LOI) Postbus CA LEIDERDORP

Besluit. Aan het Bestuur van de Leidse Onderwijsinstellingen (LOI) Postbus CA LEIDERDORP Aan het Bestuur van de Leidse Onderwijsinstellingen (LOI) Postbus 4200 2350 CA LEIDERDORP Besluit Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bacheloropleiding Bedrijfskundige Informatica, deeltijd. Hogeschool NTI

Adviesrapport Accreditatie HBO bacheloropleiding Bedrijfskundige Informatica, deeltijd. Hogeschool NTI Adviesrapport Accreditatie HBO bacheloropleiding Bedrijfskundige Informatica, deeltijd Hogeschool NTI Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30 66 870 I www.hobeon.nl E info@hobeon.nl

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleidingen Milieukunde en Milieutechnologie voltijd / deeltijd. Saxion Hogeschool Deventer

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleidingen Milieukunde en Milieutechnologie voltijd / deeltijd. Saxion Hogeschool Deventer Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleidingen Milieukunde en Milieutechnologie voltijd / deeltijd Saxion Hogeschool Deventer Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30 66 870

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding. Bouwtechnische Bedrijfskunde BtB Voltijd, duaal. Hogeschool Utrecht HU

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding. Bouwtechnische Bedrijfskunde BtB Voltijd, duaal. Hogeschool Utrecht HU Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Bouwtechnische Bedrijfskunde BtB Voltijd, duaal Hogeschool Utrecht HU Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Bouwtechnische Bedrijfskunde BtB

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding DOCENT BEELDENDE KUNST EN VORMGEVING. ArtEZ Hogeschool voor de Kunsten Arnhem, Zwolle

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding DOCENT BEELDENDE KUNST EN VORMGEVING. ArtEZ Hogeschool voor de Kunsten Arnhem, Zwolle Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding DOCENT BEELDENDE KUNST EN VORMGEVING ArtEZ Hogeschool voor de Kunsten Arnhem, Zwolle Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding DOCENT BEELDENDE

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Verkeer en Logistiek deeltijd. Hogeschool NOVI

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Verkeer en Logistiek deeltijd. Hogeschool NOVI Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Verkeer en Logistiek deeltijd Hogeschool NOVI Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Verkeer en Logistiek deeltijd CROHO nr. 30100 Hogeschool

Nadere informatie

Concept Beoordelingskader voor het bijzondere kenmerk residentieel onderwijs

Concept Beoordelingskader voor het bijzondere kenmerk residentieel onderwijs Concept Beoordelingskader voor het bijzondere kenmerk residentieel onderwijs 2 december 2008 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Beoordelingskader 4 pagina 2 1 Inleiding Dit beoordelingskader bevat een aantal facetten

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding AUTONOME BEELDENDE KUNST. ArtEZ Hogeschool voor de Kunsten Arnhem, Enschede, Zwolle

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding AUTONOME BEELDENDE KUNST. ArtEZ Hogeschool voor de Kunsten Arnhem, Enschede, Zwolle Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding AUTONOME BEELDENDE KUNST ArtEZ Hogeschool voor de Kunsten Arnhem, Enschede, Zwolle Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding AUTONOME BEELDENDE

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Communicatie voltijd - deeltijd. Haagse Hogeschool

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Communicatie voltijd - deeltijd. Haagse Hogeschool Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Communicatie voltijd - deeltijd Haagse Hogeschool Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30 66 870 I www.hobeon.nl E info@hobeon.nl

Nadere informatie

Besluit. College van bestuur. Hogeschool Leiden. Postbus 382 2300 AJ LEIDEN

Besluit. College van bestuur. Hogeschool Leiden. Postbus 382 2300 AJ LEIDEN College van bestuur Hogeschool Leiden Postbus 382 2300 AJ LEIDEN Besluit Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Personeel en Arbeid

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor. Opleiding tot Fysiotherapeut, voltijd Hogeschool van Amsterdam

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor. Opleiding tot Fysiotherapeut, voltijd Hogeschool van Amsterdam Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor Opleiding tot Fysiotherapeut, voltijd Hogeschool van Amsterdam Amsterdamse Hogeschool voor Paramedische Opleidingen Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor Opleiding

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding. Bedrijfskunde deeltijd. Hogeschool NOVI

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding. Bedrijfskunde deeltijd. Hogeschool NOVI Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Bedrijfskunde deeltijd Hogeschool NOVI Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30 66 870 I www.hobeon.nl E info@hobeon.nl Adviesrapport

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor. Opleiding voor Ergotherapie, voltijd. Hogeschool van Amsterdam

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor. Opleiding voor Ergotherapie, voltijd. Hogeschool van Amsterdam Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor Opleiding voor Ergotherapie, voltijd Hogeschool van Amsterdam Amsterdamse Hogeschool voor Paramedische Opleidingen Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor Opleiding

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Management in Zorg en Maatschappelijke Dienstverlening deeltijd.

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Management in Zorg en Maatschappelijke Dienstverlening deeltijd. Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Management in Zorg en Maatschappelijke Dienstverlening deeltijd Hogeschool Leiden Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30 66 870

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Hoger Hotelonderwijs voltijd deeltijd - duaal. Saxion Hogeschool Deventer

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Hoger Hotelonderwijs voltijd deeltijd - duaal. Saxion Hogeschool Deventer Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Hoger Hotelonderwijs voltijd deeltijd - duaal Saxion Hogeschool Deventer Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30 66 870 I www.hobeon.nl

Nadere informatie

Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleidingen Communicatie, deeltijd en duaal

Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleidingen Communicatie, deeltijd en duaal Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleidingen Communicatie, deeltijd en duaal Hogeschool van Amsterdam Instituut Deeltijd HEAO en Instituut Co-op HEAO Rapport ten behoeve van Accreditatie

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Bouwtechnische Bedrijfskunde voltijd. Saxion Hogeschool Enschede

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Bouwtechnische Bedrijfskunde voltijd. Saxion Hogeschool Enschede Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Bouwtechnische Bedrijfskunde voltijd Saxion Hogeschool Enschede Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Bouwtechnische bedrijfskunde voltijd

Nadere informatie

Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding Opleiding Civiele Techniek - voltijd. Haagse Hogeschool Afdeling Engineering

Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding Opleiding Civiele Techniek - voltijd. Haagse Hogeschool Afdeling Engineering Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding Opleiding Civiele Techniek - voltijd Haagse Hogeschool Afdeling Engineering Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding Opleiding

Nadere informatie

Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor-opleiding Communicatiesystemen Voltijd, deeltijd

Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor-opleiding Communicatiesystemen Voltijd, deeltijd Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor-opleiding Communicatiesystemen Voltijd, deeltijd Hogeschool van Utrecht Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor-opleiding Communicatiesystemen

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Chemische Technologie voltijd. Haagse Hogeschool

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Chemische Technologie voltijd. Haagse Hogeschool Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Chemische Technologie voltijd Haagse Hogeschool Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Chemische Technologie voltijd CROHO nr. 34275 Haagse

Nadere informatie

BOKS HBO-ICT NIOC 2013 5 APRIL 2013 MISCHA BECKERS

BOKS HBO-ICT NIOC 2013 5 APRIL 2013 MISCHA BECKERS BOKS HBO-ICT NIOC 2013 5 APRIL 2013 MISCHA BECKERS INHOUD Body of knowledge and skills (BoKS) HBO-i domeinbeschrijving Curriculumontwikkeling 3 BODY OF KNOWLEDGE AND SKILLS verantwoording veel hogescholen

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Maatschappelijk Werk en Dienstverlening voltijd / deeltijd. Haagse Hogeschool / TH Rijswijk

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Maatschappelijk Werk en Dienstverlening voltijd / deeltijd. Haagse Hogeschool / TH Rijswijk Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Maatschappelijk Werk en Dienstverlening voltijd / deeltijd Haagse Hogeschool / TH Rijswijk Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070)

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO postinitiële Master opleiding Managing Human Resources deeltijd. Hogeschool Saxion, Deventer

Adviesrapport Accreditatie HBO postinitiële Master opleiding Managing Human Resources deeltijd. Hogeschool Saxion, Deventer Adviesrapport Accreditatie HBO postinitiële Master opleiding Managing Human Resources deeltijd Hogeschool Saxion, Deventer Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30 66 870 I www.hobeon.nl

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding HBO-Rechten voltijd - deeltijd - duaal. De Haagse Hogeschool

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding HBO-Rechten voltijd - deeltijd - duaal. De Haagse Hogeschool Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding HBO-Rechten voltijd - deeltijd - duaal De Haagse Hogeschool Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30 66 870 I www.hobeon.nl E

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Management, Economie en Recht, deeltijd. Hogeschool NTI

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Management, Economie en Recht, deeltijd. Hogeschool NTI Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Management, Economie en Recht, deeltijd Hogeschool NTI Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30 66 870 I www.hobeon.nl E info@hobeon.nl

Nadere informatie

Rapport ten behoeve van accreditatie hbo bachelor opleiding Sociaal Pedagogische Hulpverlening Voltijd en deeltijd

Rapport ten behoeve van accreditatie hbo bachelor opleiding Sociaal Pedagogische Hulpverlening Voltijd en deeltijd Rapport ten behoeve van accreditatie hbo bachelor opleiding Sociaal Pedagogische Hulpverlening Voltijd en deeltijd Hogeschool Leiden Cluster Zorg en Welzijn Rapport ten behoeve van accreditatie hbo bachelor

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding HBO-Rechten voltijd - deeltijd. Hogeschool Utrecht

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding HBO-Rechten voltijd - deeltijd. Hogeschool Utrecht Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding HBO-Rechten voltijd - deeltijd Hogeschool Utrecht Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30 66 870 I www.hobeon.nl E info@hobeon.nl

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Technische Natuurkunde voltijd. Saxion Hogeschool Enschede

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Technische Natuurkunde voltijd. Saxion Hogeschool Enschede Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Technische Natuurkunde voltijd Saxion Hogeschool Enschede Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30 66 870 I www.hobeon.nl E info@hobeon.nl

Nadere informatie

Besluit. College van Bestuur Hogeschool Rotterdam Postbus HA ROTTERDAM

Besluit. College van Bestuur Hogeschool Rotterdam Postbus HA ROTTERDAM College van Bestuur Hogeschool Rotterdam Postbus 25035 3001 HA ROTTERDAM Besluit Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Bouwkunde

Nadere informatie

Besluit. College van bestuur. Hanzehogeschool Groningen. Postbus 30030 9700 RM GRONINGEN

Besluit. College van bestuur. Hanzehogeschool Groningen. Postbus 30030 9700 RM GRONINGEN College van bestuur Hanzehogeschool Groningen Postbus 30030 9700 RM GRONINGEN Besluit Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Facility

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Sociaal Juridische Dienstverlening voltijd - deeltijd. Hogeschool van Amsterdam

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Sociaal Juridische Dienstverlening voltijd - deeltijd. Hogeschool van Amsterdam Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Sociaal Juridische Dienstverlening voltijd - deeltijd Hogeschool van Amsterdam Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Sociaal Juridische Dienstverlening

Nadere informatie

Besluit. College van Bestuur Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Postbus EJ ARNHEM

Besluit. College van Bestuur Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Postbus EJ ARNHEM College van Bestuur Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Postbus 5375 6802 EJ ARNHEM Besluit Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie hbo bacheloropleiding Bestuurskunde/Overheidsmanagement voltijd - deeltijd - duaal. De Haagse Hogeschool

Adviesrapport Accreditatie hbo bacheloropleiding Bestuurskunde/Overheidsmanagement voltijd - deeltijd - duaal. De Haagse Hogeschool Adviesrapport Accreditatie hbo bacheloropleiding Bestuurskunde/Overheidsmanagement voltijd - deeltijd - duaal De Haagse Hogeschool Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30 66 870

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Ondernemerschap Voltijd-deeltijd-duaal. Hogeschool Saxion Next

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Ondernemerschap Voltijd-deeltijd-duaal. Hogeschool Saxion Next Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Ondernemerschap Voltijd-deeltijd-duaal Hogeschool Saxion Next Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30 66 870 I www.hobeon.nl E

Nadere informatie

Handreiking aanvraag Toets Nieuwe Opleiding Nederland

Handreiking aanvraag Toets Nieuwe Opleiding Nederland Handreiking aanvraag Toets Nieuwe Opleiding Nederland 17 december 2015 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Wanneer een Toets Nieuwe Opleiding? 4 3 Werkwijze Toets Nieuwe Opleiding 5 4 Aanvraagdossier ten behoeve van

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Maatschappelijk Werk en Dienstverlening voltijd - deeltijd - duaal. Hogeschool INHOLLAND

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Maatschappelijk Werk en Dienstverlening voltijd - deeltijd - duaal. Hogeschool INHOLLAND Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Maatschappelijk Werk en Dienstverlening voltijd - deeltijd - duaal Hogeschool INHOLLAND Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Archeologisch Onderzoeksassistent voltijd. Hogeschool Saxion Next

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Archeologisch Onderzoeksassistent voltijd. Hogeschool Saxion Next Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Archeologisch Onderzoeksassistent voltijd Hogeschool Saxion Next Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30 66 870 I www.hobeon.nl

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Bouwtechnische Bedrijfskunde voltijd - deeltijd. Hogeschool van Amsterdam

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Bouwtechnische Bedrijfskunde voltijd - deeltijd. Hogeschool van Amsterdam Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Bouwtechnische Bedrijfskunde voltijd - deeltijd Hogeschool van Amsterdam Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30 66 870 I www.hobeon.nl

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie hbo bacheloropleiding voor Management, Economie en Recht voltijd - deeltijd - compact. Saxion

Adviesrapport Accreditatie hbo bacheloropleiding voor Management, Economie en Recht voltijd - deeltijd - compact. Saxion Adviesrapport Accreditatie hbo bacheloropleiding voor Management, Economie en Recht voltijd - deeltijd - compact Saxion Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30 66 870 I www.hobeon.nl

Nadere informatie

Functieprofiel: Manager Functiecode: 0202

Functieprofiel: Manager Functiecode: 0202 Functieprofiel: Manager Functiecode: 0202 Doel Zorgdragen voor de vorming van beleid voor de eigen functionele discipline, alsmede zorgdragen voor de organisatorische en personele aansturing van een of

Nadere informatie

BEOORDELINGSKADER EN -PROCEDURE VOOR DE CERTIFICERING VAN BEDRIJFSOPLEIDINGEN TOURMANAGER

BEOORDELINGSKADER EN -PROCEDURE VOOR DE CERTIFICERING VAN BEDRIJFSOPLEIDINGEN TOURMANAGER BEOORDELINGSKADER EN -PROCEDURE VOOR DE CERTIFICERING VAN BEDRIJFSOPLEIDINGEN TOURMANAGER 1. INLEIDING Het certificeringsonderzoek voor de aanbieders van opleidingen voor tourmanager heeft de vorm van

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Human Technology voltijd. De Haagse Hogeschool

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Human Technology voltijd. De Haagse Hogeschool Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Human Technology voltijd De Haagse Hogeschool Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30 66 870 I www.hobeon.nl E info@hobeon.nl

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Industrieel Product Ontwerpen voltijd. Saxion Hogeschool Enschede

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Industrieel Product Ontwerpen voltijd. Saxion Hogeschool Enschede Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Industrieel Product Ontwerpen voltijd Saxion Hogeschool Enschede Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30 66 870 I www.hobeon.nl

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Bedrijfseconomie voltijd en deeltijd. Haagse Hogeschool

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Bedrijfseconomie voltijd en deeltijd. Haagse Hogeschool Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Bedrijfseconomie voltijd en deeltijd Haagse Hogeschool Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30 66 870 I www.hobeon.nl E info@hobeon.nl

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Personeel & Arbeid voltijd en deeltijd. Hogeschool Leiden Cluster Management & Bedrijf

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Personeel & Arbeid voltijd en deeltijd. Hogeschool Leiden Cluster Management & Bedrijf Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Personeel & Arbeid voltijd en deeltijd Hogeschool Leiden Cluster Management & Bedrijf Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Personeel & Arbeid

Nadere informatie

luit Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Human Resource Management van de Saxion Hogeschool

luit Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Human Resource Management van de Saxion Hogeschool m a o v nederlands - ulaamse accreditatieorganisatie luit Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding hbo-bachelor Human Resource Management van de Saxion Hogeschool datum 31

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheidskunde voltijd - deeltijd. Hogeschool Utrecht

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheidskunde voltijd - deeltijd. Hogeschool Utrecht Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Integrale Veiligheidskunde voltijd - deeltijd Hogeschool Utrecht Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30 66 870 I www.hobeon.nl

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bacheloropleiding HBO-Rechten voltijd - deeltijd. Hogeschool van Amsterdam

Adviesrapport Accreditatie HBO bacheloropleiding HBO-Rechten voltijd - deeltijd. Hogeschool van Amsterdam Adviesrapport Accreditatie HBO bacheloropleiding HBO-Rechten voltijd - deeltijd Hogeschool van Amsterdam Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30 66 870 I www.hobeon.nl E info@hobeon.nl

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding. Film en Televisie voltijd. Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding. Film en Televisie voltijd. Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Film en Televisie voltijd Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Film en Televisie voltijd Amsterdamse

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Logistiek en Economie voltijd. Hogeschool van Amsterdam

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Logistiek en Economie voltijd. Hogeschool van Amsterdam Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Logistiek en Economie voltijd Hogeschool van Amsterdam Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30 66 870 I www.hobeon.nl E info@hobeon.nl

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Communicatie deeltijd - afstandsonderwijs. Hogeschool NTI

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Communicatie deeltijd - afstandsonderwijs. Hogeschool NTI Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding Communicatie deeltijd - afstandsonderwijs Hogeschool NTI Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30 66 870 I www.hobeon.nl E info@hobeon.nl

Nadere informatie

Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding Sociaal Pedagogische Hulpverlening voltijd en deeltijd

Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding Sociaal Pedagogische Hulpverlening voltijd en deeltijd Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding Sociaal Pedagogische Hulpverlening voltijd en deeltijd Saxion Hogescholen, Enschede Rapport ten behoeve van Accreditatie hbo bachelor opleiding

Nadere informatie

Adviesrapport Toets Nieuwe Opleiding HBO Bachelor opleidingen Social Work CMV en SPH deeltijd - afstandsonderwijs. Hogeschool NTI

Adviesrapport Toets Nieuwe Opleiding HBO Bachelor opleidingen Social Work CMV en SPH deeltijd - afstandsonderwijs. Hogeschool NTI Adviesrapport Toets Nieuwe Opleiding HBO Bachelor opleidingen Social Work CMV en SPH deeltijd - afstandsonderwijs Hogeschool NTI Adviesrapport Toets Nieuwe Opleiding HBO Bachelor opleidingen Social Work

Nadere informatie

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding SPD Bedrijfsadministratie deeltijd. Hogeschool Saxion Next / Saxion Hogeschool Enschede

Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding SPD Bedrijfsadministratie deeltijd. Hogeschool Saxion Next / Saxion Hogeschool Enschede Adviesrapport Accreditatie HBO bachelor opleiding SPD Bedrijfsadministratie deeltijd Hogeschool Saxion Next / Saxion Hogeschool Enschede Scheveningseweg 46 2517 KV Den Haag T (070) 30 66 800 F (070) 30

Nadere informatie