Figuren. Macro-economie voor economen. Blok 1. Woordenlijst

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Figuren. Macro-economie voor economen. Blok 1. Woordenlijst"

Transcriptie

1 1 Figuren Macro-economie voor economen Blok 1 + Woordenlijst Prof.dr. A.B.T.M. van schaik Najaar 2006 fig_woord.doc

2 2 Trend en conjunctuur (syllabus Van Schaik, blz. 16) Feitelijke (uiteraard fictieve) waarden van Y Y Jaren Conjunctuur Jaren Bij deze gegevens is de formule op blz. 16 (log van de trendmatige output): ^ l ny t = 4, , 0288t, waarin t = 1, 2, 3,,30 De trendmatige groeivoet is dus (afgerond) 2,9%. In de figuur (conjunctuur) staat lny lny t ^ t

3 3 De Wet van Okun Deze beschrijft het verband tussen de verandering van het werkloosheidspercentage (veru) en de groeivoet van het BBP (g): veru = 0,5*( g 2,88) veru g veru g ,0 2, ,58 4, ,48 3, ,88 1, ,34 5, ,27-1, ,75 4, ,04 2, ,66 4, ,62 1, ,98 4, ,70 4, ,87 4, ,12 5, ,03 2, ,27 3, ,73 1, ,45 3, ,50-2, ,83 4, ,08 0, ,14 2, ,70 4, ,80 1, ,30 5, ,02 0, ,51 3, ,02 0, ,12 3, ,98 4,85 Topjaren: 2011, 2020, Daljaren: 2014, VERU G

4 4 23 Y L = 1 A K α MPK Arme landen Rijke landen K

5 5 p. 13 α = L K A L Y 0 < α < 1 25 L K δ L Y s L K > 0 L K < 0 L K * L K

6 6 27 Y L 3 K L 0,5 K 0,1 L K 0,3 L 0, K L Zweden Nederland Steady State

7 7 28 * L K δ * L Y MPK δ max * = L C 0 * = L C * L K indien MPK = δ

8 8 C 32 a + b (Y-T) dc MPC = = b d( Y T ) a C APC = Y T Y T

9 9 33 r c d c 1 d I

10 10 34 r S = S I I, S S = aanbod financiële middelen I = vraag financiële middelen

11 11 Y 39 Y L Y W P P 0,50 2 0, L Y Arbeidsmarkt Goederenmarkt

12 12 W P 41 MPL gefixeerd 0,50 reëel loon 0, L U = 300

13 13 46 r S r I + NCO NCO ε NCO NX

14 14 50 P LRAS AS AD Y

15 15 Woordenlijst Macro-economie, blok 1, algemene economie, feb, uvt, tilburg Voor hoofdstukken en/of pagina's waar de termen worden gebruikt en nader worden uitgelegd verwijzen we naar de index van het boek van Mankiw. Accelerator model of inventories Model waarbij investeringen in voorraden afhankelijk zijn van mutaties in de productie Accommodating policy Accommoderend beleid; beleid dat ervoor zorgt dat de verstorende effecten van een schok gecompenseerd worden Accounting profit Winst die toevalt aan de eigenaren van een onderneming nadat alle productiefactoren, m.u.v. de factor kapitaal, hun factorbeloning hebben ontvangen Adaptive expectations Adaptieve verwachtingen; benadering van de economische werkelijkheid die ervan uitgaat dat economische subjecten hun verwachting met betrekking tot een bepaalde variabele baseren op gegevens omtrent die variabele uit het verleden. Adverse selection Ongunstig selectieproces, veroorzaakt door asymmetrische informatie, waarbij uiteindelijk alleen de 'slechten' in de markt overblijven Aggregate demand Totale, geaggregeerde, macro-economische vraag Aggregate demand curve Geaggregeerde vraagcurve; curve die het (negatieve) verband weergeeft tussen het prijsniveau en de totale vraag Aggregate demand externality Invloed van een prijsverandering van één ondernemer op de vraag waarmee alle andere ondernemers worden geconfronteerd Aggregate supply Macro-economisch, geaggregeerd aanbod Aggregate supply curve Geaggregeerde aanbodcurve; curve die het (positieve) verband weergeeft tussen het prijsniveau en het totale aanbod Aggregate supply and demand model Geaggregeerd vraag- en aanbodmodel, waarin vraag en aanbod met elkaar geconfronteerd worden Altruism between generations Onzelfzuchtigheid; het ontlenen van nut aan nut van anderen Animal spirits Afwisselende optimistische en pessimistische visie van ondernemers op de toestand van de economie, welke volgens sommige economen bepalend is voor de investeringen

16 16 Appreciation of a currency Appreciatie; toename van de waarde van een valuta ten opzichte van andere valuta in een systeem van flexibele wisselkoersen Arbitrage Profiteren van prijsverschillen op twee verschillende markten, voor een bepaald goed of vermogensactivum op een bepaald moment Automatic stabilizers Beleidsinstrument dat ervoor zorgt dat de omvang van economische fluctuaties automatisch gereduceerd wordt (zonder dat het beleid daarvoor gewijzigd hoeft te worden) Autonomous consumption Autonome consumptie; consumptie die plaatsvindt onafhankelijk van endogene variabelen (bijv. het inkomen) Average propensity to consume (APC) Gemiddelde consumptiequote; verhouding tussen consumptie en inkomen (C/Y) Balanced budget Evenwichtig budget; budget waarin ontvangsten en uitgaven aan elkaar gelijk zijn Balance-sheet Balans; overzicht op een bepaald moment van bezittingen (assets) en schulden (liabilities) Banking system Bankwezen Baumol-Tobin model of cash-management Optimale kasvoorraadtheorie van Baumol-Tobin, waarin de optimale kasvoorraad positief afhankelijk is van de totale uitgaven en de transactiekosten en negatief afhankelijk is van de gederfde interestopbrengsten (de kosten verbonden aan het aanhouden van geld) Bequest Legaat, erfenis Bond market Obligatiemarkt Bonds Obligaties Borrowing constraint Kredietrestrictie; identiteit die de beperkte mogelijkheid tot kredietopname weergeeft Bretton Woods system Internationaal wisselkoersregime in de periode met vaste wisselkoersen, waarin de U.S.$ als sleutelvaluta gekoppeld was aan het goud en voor de overige valuta's een vaste koers t.o.v. de U.S.$ gehandhaafd diende te worden Budget constraint Budgetrestrictie; identiteit die aangeeft hoeveel er maximaal besteed kan worden, gegeven de hoogte van het inkomen Budget deficit Begrotingstekort; verschil tussen uitgaven en inkomsten

17 17 Budget surplus Begrotingsoverschot; verschil tussen inkomsten en uitgaven Business cycle Conjunctuurgolf; conjunctuurbeweging; op- en neergaande beweging van de economische bedrijvigheid Business fixed investment Investeringen in vaste activa door bedrijven Capital Kapitaal; financieel en fysiek kapitaal Capital account Kapitaalrekening; deelbalans van de betalingsbalans Capital accumulation Kapitaalaccumulatie; accumulatie van fysiek kapitaal Capital budgeting Budgetbeleid waarbij vermogenseffecten van overheidsontvangsten en uitgaven worden meegenomen Capital demand Vraag naar kapitaal (fysiek of financieel) Capital stock, steady state level of Omvang van de kapitaalgoederenvoorraad in de stationaire situatie van het evenwicht op lange termijn Central Bank Centrale bank; vaak afgekort in de V.S. als FED (Federal Reserve System) Classical dichotomy Klassieke dichotomie; gedachtenconstructie waarin de nominale en reële sfeer van een economie van elkaar gescheiden worden; in deze constructie zijn nominale variabelen niet van invloed op reële variabelen Classical economic theory Klassieke theorie; theorie die gebaseerd is op de veronderstelling dat lonen en prijzen de markten op elk moment ruimen en dat geld 'neutraal' is, d.w.z. geen invloed heeft op de reële sfeer van de economie Classical economists Klassieken; economen die de klassieke theorie aanhangen Closed economy Gesloten economie; economie zonder internationale handelsbetrekkingen Cobb-Douglas production function Cobb-Douglas productiefunctie; productiefunctie van de vorm: F(K,L) = AK á L 1-á. Hierin symboliseren K de kapitaalgoederenvoorraad, L de hoeveelheid arbeid, A de stand van de techniek en á een productieparameter Commodity money Geld met intrinsieke waarde (bijv. een gouden munt) Competition (perfect) Concurrentie (volledige); marktsituatie met veel concurrerende ondernemers die ieder afzonderlijk geen invloed uit kunnen oefenen op marktprijzen Constant returns to scale Constante meerproductie bij schaalvergroting; kenmerk van een productiefunctie dat inhoudt dat wanneer men alle inputs met een bepaald

18 18 percentage toe laat nemen, de productie ook met dat zelfde percentage toeneemt Constraint Restrictie Consumer Consument Consumer confidence Vertrouwen van de consument Consumer Price Index (CPI) Consumentenprijsindex; maatstaf voor prijsniveau die aangeeft met hoeveel de prijs van een bepaald pakket consumentengoederen is veranderd ten opzichte van het basisjaar Consumption Consumptie Consumption function Consumptiefunctie; vergelijking die het verband weergeeft tussen de consumptie en zijn verklarende factoren Contingent liability Voorwaardelijke, geclausuleerde verplichting Coordination failure Mislukken van coördinatie, wat leidt tot een suboptimale uitkomst van marktprocessen die door de individuele beslissers niet is beoogd Corporate income tax Vennootschapsbelasting Cost of Capital Vermogenskostenvoet Cost of living Kosten van levensonderhoud Cost-push inflation Inflatie resulterend uit negatieve aanbodschokken Countercyclical real wage Anticyclisch reëel loon; reëel loon dat zich in tegengestelde richting van productie, inkomen en werkgelegenheid ontwikkelt en dus stijgt ten tijde van een recessie en daalt ten tijde van herstel Crowding-out Verdringen van de ene vraagcomponent door de andere Currency Valuta Currency-deposit-ratio Verhouding tussen chartaal en giraal geld Current account Lopende rekening als deelbalans van de betalingsbalans Cyclical unemployment Cyclische werkloosheid; werkloosheid ten gevolge van economische fluctuaties op korte termijn, afwijking van het werkloosheidspercentage van het natuurlijk werkloosheidspercentage Debt, government Overheidsschuld

19 Debt-deflation theory Schuld-deflatie theorie; theorie waarin een onverwachte prijsdaling een reële vermogensoverdracht van schuldenaren naar schuldeisers impliceert, met als gevolg dat de macro-economische vraag inkrimpt Debt-GNP ratio Schuldquote; verhouding van schuld ten opzichte van het BNP Deflation Deflatie; verschijnsel van voortdurend dalende prijzen Demand Vraag Demand curve Vraagcurve; curve die het (negatieve) verband weergeeft tussen de gevraagde hoeveelheid en de prijzen, waarbij alle overige variabelen constant worden gehouden Demand deposits Girale tegoeden Demand-pull inflation Inflatie resulterend uit (positieve) vraagschokken Deposit insurance Deposito verzekering; verzekering van girale tegoeden Depreciation, of capital Afschrijving van kapitaal Depreciation, of a currency Depreciatie; waardevermindering van een valuta ten opzichte van andere valuta in een systeem van flexibele wisselkoersen Devaluation of a currency Devaluatie; officiële waardevermindering door de Centrale Bank van een valuta ten opzichte van andere valuta in een systeem van vaste wisselkoersen Diminishing marginal product Afnemende meerproductie; dalend grensproduct; eigenschap van een productiefunctie die inhoudt dat naarmate men de inzet van één productiefactor verder toe laat nemen, waarbij de inzet van andere productiefactoren constant wordt gehouden, de extra productie die hiervan het gevolg is telkens kleiner zal worden Discounting Disconteren; contant maken; het vergelijkbaar maken van een huidige waarde met een waarde in de toekomst Discount rate Discontotarief van de Centrale Bank; tarief waartegen de Centrale Bank leningen afsluit met Algemene Banken Disinflation Daling van het percentage waarmee prijzen toenemen Disposable income Beschikbaar inkomen Dissaving Ontsparen Dominated asset Vermogensactivum met inferieur rendement ten opzichte van een ander vermogensactivum in elke denkbare, onzekere, toekomstige situatie Double coincidence of wants 19

20 20 Situatie waarin op hetzelfde moment twee individuen elk dat goed bezitten dat de ander graag wil aanschaffen Economic disturbance Verstoring; schok in de reële economie Economic fluctuations Fluctuaties; op- en neergaande beweging van economische variabelen Economic forecasting Voorspellen van economische variabelen Economic growth Economische groei; groei van de productie; groei van de arbeidsproductiviteit Economic policy (Macro-) economisch beleid Economic profit Economische overwinst; winst die toevalt aan de eigenaren van een onderneming nadat alle productiefactoren hun beloning hebben ontvangen Efficiency of labor Kwaliteitsindex van arbeid; variabele in het Solow groeimodel die gezondheid, opleiding, vaardigheden en kennis van de beroepsbevolking meet Efficiency units of labor Maatstaf voor de naar kwaliteit gewogen hoeveelheid beschikbare arbeidsuren in een economie Efficiency wage theory Theorie over reële loonstarheid en werkloosheid, die stelt dat bedrijven de arbeidsproductiviteit en de winsten op kunnen voeren door een hoger reëel loon vast te stellen dan het reële (evenwichtige) loon waarbij de arbeidsmarkt wordt geruimd. Het gevolg is dat er (wacht-) werkloosheid ontstaat Elasticity Elasticiteit; verhouding tussen de procentuele verandering van de gevolgvariabele en de oorzaakvariabele Employment Werkgelegenheid Endogenous variable Endogene variabele; variabele die door het model verklaard wordt Equilibrium of supply and demand Evenwicht tussen vraag en aanbod Ex ante real interest rate Ex ante, geanticipeerde reële rentevoet; de nominale rentevoet minus de verwachte inflatie Excess reserves Overschot-reserves; extra reserves van banken boven op de door de Centrale Bank vereiste reserve-omvang Exchange rate Wisselkoers; prijs van de binnenlandse valuta uitgedrukt in een buitenlandse valuta (Angelsaksische notatie) Exchange-rate system Wisselkoersregime

21 21 Exchange-rate union Een groep van landen die afgesproken hebben de wisselkoersfluctuaties binnen een bepaalde marge te houden Exogenous variable Exogene variabele; variabele die in een model als gegeven wordt beschouwd en dus onafhankelijk is van de oplossing van het model; variabele die buiten het model om wordt bepaald Expectations Verwachtingen Exports Uitvoer Ex post real interest rate Ex post, gerealiseerde reële rentevoet; nominale rentevoet minus de gerealiseerde inflatiegraad Externality Extern effect; neveneffect van een economische handeling, dat niet met die handeling wordt beoogd Factor demand Vraag naar een productiefactor Factor prices Factorbeloningsvoeten Factor of production Productiefactor; input die gebruikt wordt in een productieproces (bijv. arbeid en kapitaal) Fiat money Fiduciair geld; geld zonder intrinsieke waarde, dat geaccepteerd wordt op basis van vertrouwen Financial intermediation Financiële intermediatie; proces van indirecte financiering waarbij de financiële intermediairs de financiële middelen doorsluizen van overschothuishoudingen naar tekorthuishoudingen Financial markets Financiële markten; markten waar fondsen van overschothuishoudingen naar tekorthuishoudingen worden overgeheveld Financing constraint Beperking aan de hoeveelheid middelen die geleend kan worden Firm Onderneming Fiscal policy Budgettair beleid; begrotingspolitiek Fisher effect Stelling dat de nominale rente naast de reële rente wordt bepaald door de verwachte inflatie Fixed exchange rate Vaste wisselkoers, die in stand gehouden wordt door de aan- en verkoop van valuta door een Centrale Bank Flexible prices

22 22 Flexibele prijzen; prijzen die ervoor zorgen dat een (eventueel nieuw) evenwicht onmiddellijk wordt bereikt Floating exchange rate Flexibele, vrije, zwevende wisselkoers, die zich aanpast aan veranderende marktomstandigheden Flow-variable Stroom variabele; variabele gemeten als hoeveelheid per tijdseenheid Fluctuations Fluctuaties Forecasting Voorspellen Fractional-reserve banking Systeem waarbij het bankwezen tegenover aangegane verplichtingen (deposito's) slechts een beperkte hoeveelheid reserves heeft staan Frictional unemployment Frictiewerkloosheid; werkloosheid die een min of meer onvermijdelijk gevolg is van het naar een nieuwe baan gaan zoeken door een werknemer Function Functie; relatie tussen een afhankelijke en een onafhankelijke variabele GDP, Gross Domestic Product Bruto Binnenlands Product (BBP) General Equilibrium model Algemeen evenwichtsmodel; model waarin alle markten in de economie gelijktijdig in evenwicht zijn GNP, Gross National Product Bruto Nationaal Product (BNP) Golden rule level of capital accumulation Gouden groeiregel; regel die aangeeft wanneer op het pad van evenwichtige groei in het neoklassieke groeimodel de consumptie per hoofd maximaal is Gold Standard Gouden Standaard; monetair regime waaronder de valuta's direct in goud omwisselbaar/convertibel zijn Goods market Goederenmarkt Government budget constraint Budgetrestrictie van de overheid (zie budget constraint) Government budget deficit Begrotingstekort van de overheid Government debt Overheidsschuld Government purchases Overheidsaankopen; aankoop van goederen en diensten door de overheid Government purchases multiplier Multiplicator van de overheidsbestedingen; verandering in het totale inkomen ten gevolge van een dollar extra overheidsbestedingen Government spending

23 23 Overheidsuitgaven Great Depression De Grote Depressie; depressie in de jaren dertig Growth Groei High-powered money Basisgeldhoeveelheid; chartaal geld plus bankreserves Human Capital Menselijk kapitaal Hyperinflation Hyperinflatie; extreem hoge inflatie Hysteresis theory Theorie die stelt dat het tijdspad van een variabele bepalend is voor haar eindwaarde; padafhankelijkheid van een economische variabele Identification problem Identificatieprobleem; probleem van het identificeren van een verband tussen twee variabelen in een situatie waarin de betreffende variabelen op meer dan één manier aan elkaar gerelateerd zijn Imperfect information Imperfecte, onvolledige informatie Imports Importen Import quota Wettelijke restricties met betrekking tot het invoervolume Imputed value Toegerekende waarde; schatting van de waarde van een goed dat niet op de markt verkocht wordt en waar dus geen marktprijs voor bestaat Income Inkomen Income distribution Inkomensverdeling Income effect Inkomenseffect Income velocity of money (Inkomens-) omloopsnelheid van het geld Indexation for inflation Correctie voor inflatie, bijvoorbeeld prijscompensatie in de lonen Indifference curve Indifferentiecurve; verband tussen twee variabelen dat weergeeft welke combinatie van variabelen eenzelfde niveau van voldoening geeft Infinite geometric series Oneindige meetkundige reeksen Inflation Inflatie; verschijnsel van voortdurend stijgende prijzen Inflation, expected

24 24 Verwachte inflatie Inflation tax Seigniorage; opbrengsten voor de overheid die ontstaan door geldschepping Inside lag 'Interne vertraging'; tijd die verstrijkt tussen het moment dat een schok de economie treft en het moment dat beleidsmakers reageren op die schok Insiders in labor force Dat deel van de beroepsbevolking dat een baan heeft en dus invloed kan uitoefenen in de loononderhandelingen Interest rate Interestvoet; rentevoet Interest rate, nominal Nominale rentevoet; rentevoet die niet gecorrigeerd is voor inflatie Interest rate, real Reële rentevoet; voor inflatie gecorrigeerde nominale rentevoet Intertemporal budget constraint Intertemporele budgetrestrictie; budgetrestrictie die van toepassing is op bestedingen en inkomens in meer dan één periode Intertemporal choice Intertemporele keuze Inventories Voorraden Inventory investment Investeringen in voorraden Investment Investeringen Investment function Investeringsfunctie; verband tussen het investeringsniveau en de verklarende variabelen IS-curve Curve die het (negatieve) verband weergeeft tussen productieniveaus en rentevoeten waarbij er inkomensevenwicht heerst IS-LM-model Geaggregeerd vraagmodel dat, bij gegeven prijspeil, via interactie tussen het geld- en inkomensevenwicht de determinanten van het totale inkomen weergeeft Keynesian model Keynesiaans model; model dat gebaseerd is op de veronderstelling dat de markten niet (onmiddellijk) ruimen en dat de productie en werkgelegenheid mede door de geaggregeerde vraag worden bepaald (dit in tegenstelling tot het klassieke model) Labor Arbeid Labor-augmenting technological progress Arbeidsbesparende technologische ontwikkeling Labor demand

25 Vraag naar arbeid Labor force Beroepsbevolking; die groep uit de bevolking die een baan heeft of op zoek is naar een baan Labor-force participation rate Arbeidsparticipatiegraad; deelnemingspercentage; percentage van de volwassen bevolking dat deel uitmaakt van de beroepsbevolking Labor hoarding Verschijnsel dat ondernemingen een interne arbeidsreserve aanhouden Labor supply Aanbod van arbeid Labor unions Vakbonden Lag Vertraging Large open economy Grote, open economie; een economie die door zijn grootte een substantiële invloed kan uitoefenen op wereldmarkten Law of one price Stelling dat overal ter wereld een goed even duur is, waarbij uiteraard rekening wordt gehouden met een verschil in valutagrondslag Life-cycle hypothesis Levenscyclustheorie; consumptietheorie die sparen opvat als een vermogenstransfer van de periode uit het leven waarin het inkomen hoog is naar de periode waarin het inkomen laag is Life-cycle model Levenscyclusmodel; model waarin de 'life-cycle hypothesis' wordt toegepast Liquid assets Liquide activa; activa die snel, in grote bedragen en zonder veel kosten in geld omzetbaar zijn Liquidity creation in the banking system Geldschepping door banken Liquidity constraint Liquiditeitsrestrictie; zie ook borrowing constraint Liquidity preference Liquiditeitsvoorkeur LM-curve Curve die het (positieve) verband weergeeft tussen productieniveaus en rentevoeten waarbij de geldmarkt in evenwicht is Loanable funds theory Leenfondsentheorie Long run vs. short run Lange termijn versus korte termijn Lucas critique Lucas' kritiek op econometrische modellen; volgens de Lucas kritiek wordt er bij de analyse van toekomstig beleid niet voldoende rekening gehouden met de effecten van beleidswijzigingen op de verwachtingen van economische subjecten; volgens deze kritiek zijn econometrische modellen dan ook niet bruikbaar voor beleidsanalyse omdat gewijzigde verwachtingen ten gevolge van een beleidsverandering ertoe kunnen 25

26 26 leiden dat de structuur (bijvoorbeeld parameters) van het model verandert M1 Maatstaf voor de geldhoeveelheid: Chartaal + giraal geld M2 M1 + spaartegoeden M3 M2 + termijndeposito's Marginal product of capital (MPK) Marginaal product/grensproduct van kapitaal; toename van productie die resulteert wanneer de kapitaalgoederenvoorraad met één eenheid stijgt Marginal product of labor (MPL) Marginaal product/grensproduct van arbeid; toename van productie die resulteert wanneer de hoeveelheid arbeid met één eenheid stijgt Marginal product of land Marginaal product/grensproduct van grond; toename van productie die resulteert wanneer de hoeveelheid grond met één eenheid stijgt Marginal propensity to consume (MPC) Marginale consumptieneiging; marginale consumptiequote; toename van de consumptie ten gevolge van één dollar meer beschikbaar inkomen Marginal rate of substitution Marginale substitutieverhouding; verhouding die aangeeft hoeveel van het éne goed een consument wil opofferen in ruil voor een eenheid van het andere goed Market-clearing Ruiming van de markt Market prices Marktprijzen Menu costs Menukosten; 'technische' kosten van prijsaanpassing Model Model; vereenvoudigde weergave van de werkelijkheid waarbij de interactie van variabelen centraal staat Monetarism Monetarisme; doctrine waarin de economische fluctuaties primair worden veroorzaakt door het geldaanbod, hetgeen impliceert dat een stabiele geldhoeveelheid zal leiden tot stabiliteit van de economische activiteit Monetary base Basisgeldhoeveelheid; chartaal geld plus bankreserves Monetary neutrality Neutraliteit van geld; stelling dat een wijziging van het geldaanbod geen gevolgen heeft voor de reële economie Monetary policy Monetair beleid; beleid van de Centrale Bank met betrekking tot het aanbod van geld Monetary system, international Internationaal monetair stelsel

27 27 Monetary transmission mechanism Monetair transmissiemechanisme; wijze waarop de monetaire sfeer inwerkt op de reële sfeer van de economie Money Geld Money demand function Geldvraagfunctie; relatie die het verband weergeeft tussen de vraag naar geld en de verklarende factoren Money market Geldmarkt; markt waar schuldtitels met een looptijd van korter dan één jaar worden verhandeld Money multiplier Geldscheppingsmultiplicator; ratio die de verandering van de geldhoeveelheid relateert aan een gegeven verandering van de basisgeldhoeveelheid Money supply Geldaanbod Moral hazard Het eventueel vertonen van niet-integer gedrag in een situatie waar sprake is van gebrek aan controle of asymmetrische informatie National income Nationaal inkomen National income accounts Nationale Rekeningen National saving Nationale besparingen; som van particuliere besparingen en besparingen van de overheid National spending Nationale bestedingen Natural rate Natuurlijk niveau; niveau van een economische variabele waar de economie op lange termijn naar toe tendeert Natural rate of output Natuurlijke productie Natural rate of unemployment Natuurlijk werkloosheidspercentage; werkloosheidspercentage bij normale bezetting van het productie-apparaat (op lange termijn) Neoclassical model of investment Model waarin de omvang van de investeringen bepaald wordt door de afwijking van het marginaal product van kapitaal van de vermogenskostenvoet Net exports Netto uitvoer; saldo van uitvoer en invoer Net investment Netto investeringen; bruto investeringen verminderd met de afschrijvingen; verandering van de kapitaalgoederenvoorraad Net National Product Netto Nationaal Product (NNP); Bruto Nationaal Product verminderd met de afschrijvingen New classical economics

28 28 Nieuw-klassieke economische theorie, die de economische fluctuaties verklaart onder de handhaving van de veronderstellingen van het klassieke model New Keynesian economics Nieuw-Keynesiaanse economische theorie, die de economische fluctuaties verklaart uit het bestaan van micro-economische marktimperfecties zoals starre lonen en prijzen Nominal interest rate Nominale rentevoet Normal good Normaal goed; goed waarvan men meer consumeert naarmate het inkomen stijgt Okun's Law Wet van Okun; negatief verband tussen werkloosheid en het reële BNP; wet volgens welke een afname van de werkloosheid met één procentpunt gepaard gaat met een additionele toename van het reële BNP met ongeveer twee procentpunten (voor de Verenigde Staten) Open economy, large Grote, open economie; economie die door zijn grootte een substantiële invloed kan uitoefenen op wereldmarkten (bijvoorbeeld de Verenigde Staten) Open economy, small Kleine, open economie; economie die zo klein is dat hij geen substantiële invloed kan uitoefenen op wereldmarkten (bijvoorbeeld Nederland) Open-market operations (OMO) Openmarkt operatie; aan- of verkoop van schatkistpapier door de Centrale Bank met het doel de geldhoeveelheid te beïnvloeden Optimization of consumption Optimalisering van het consumptieplan Output Productie; output Outside lag 'Externe vertraging'; tijd die verstrijkt tussen het moment dat beleid geïmplementeerd wordt en het moment dat het beleid effectief wordt Outsiders in the labor force Dat deel van de beroepsbevolking dat geen baan heeft en dus geen invloed kan uitoefenen op de loononderhandelingen Permanent-income hypothesis Permanente inkomenshypothese; consumptietheorie volgens welke consumenten op basis van hun permanente inkomen consumeren en waarbij sparen en lenen tijdelijke variaties in het inkomen opvangen om zo de consumptie door de tijd heen stabiel te houden Phillips curve Curve die een negatief verband tussen inflatie en werkloosheid weergeeft Pigou effect Het effect van een mutatie in de reële geldhoeveelheid op de consumptieve bestedingen Population growth

29 29 Bevolkingsgroei Portfolio theory of money demand Portefeuillebenadering van de geldvraag Precautionary saving Sparen op basis van het voorzorgsmotief Present value Contante waarde Price indices Prijsindexcijfers; indexcijfers die mutaties in het prijsniveau weergeven (bijvoorbeeld de Laspeyres en Paasche prijsindex) Price level Prijspeil Prices Prijzen Prices, flexible Flexibele prijzen Price stickiness Prijsstarheid Private saving Particuliere besparingen; het verschil tussen het beschikbare inkomen en de consumptieve bestedingen Procyclical real wage Procyclische reële loonontwikkeling; loonontwikkeling die in dezelfde richting gaat als de productie, het inkomen en de werkgelegenheid Producer Price Index (PPI) Producentenprijsindexcijfer Production function Productiefunctie; verband tussen de inzet van productiefactoren en de omvang van de productie Profit Winst; opbrengsten minus kosten Public policy Overheidsbeleid Public saving Overheidsbesparingen; publieke besparingen Purchasing Power Parity (PPP) Koopkrachtpariteitstheorie; doctrine volgens welke identieke goederen in ieder land even duur zullen zijn; dit impliceert dat nominale wisselkoersen de verschillen in binnenlandse prijzen weerspiegelen Quantity-equation Kwantiteitsvergelijking; vergelijking die het verband weergeeft tussen de geldhoeveelheid (M), de omloopsnelheid van het geld (V), het prijsniveau (P) en de transactiehoeveelheid (T): MV = PT Quantity theory of money Kwantiteitstheorie; doctrine die benadrukt dat wijzigingen in de geldhoeveelheid leiden tot wijzigingen in het nominale inkomen Quota Restricties met betrekking tot volumina

30 Random walk Zwalkgedrag; verschijnsel dat de waarden van een variabele door de tijd heen geen correlatie vertonen; onvoorspelbaar gedrag van een variabele Rational expectations Rationele verwachtingen; benadering van de economische werkelijkheid die ervan uitgaat dat economische subjecten alle beschikbare informatie gebruiken bij het vormen van verwachtingen; benadering die ervan uitgaat dat er geen systematische voorspelfouten worden gemaakt Real business cycle theory Reële conjunctuurtheorie; theorie volgens welke economische fluctuaties kunnen worden verklaard door reële veranderingen in de economie, zoals de technologische ontwikkeling, en waarbij nominale variabelen geen rol spelen Real cost of capital Reële vermogenskostenvoet; vermogenskostenvoet gecorrigeerd voor inflatie Real exchange rate Reële wisselkoers; relatieve prijs van de goederen van twee landen (uitgedrukt in één valuta); ook wel met de term ruilvoet aangeduid Real interest rate Reële rentevoet; nominale rentevoet gecorrigeerd voor inflatie Real money balances Reële kassen Real rental price of capital Reële huurprijs van kapitaal Real wage Reëel loon; nominaal loon gecorrigeerd voor inflatie Recession Recessie; periode met een aanhoudende daling van de groei van het reële inkomen Rental price of capital Huurprijs van kapitaal Reserve-deposit ratio Verhouding tussen bancaire reserves en girale tegoeden Reserve requirements Kasreserveverplichtingen van banken, opgelegd door de Centrale Bank Reserves Geld dat is aangetrokken door uitgifte van deposito's, maar nog niet is gebruikt voor het verstrekken van leningen Residential investment Investeringen in woningen Returns to scale Meerproductie/meeropbrengsten bij schaalvergroting Revaluation of a currency Revaluatie; officiële waardevermeerdering van een valuta ten opzichte van andere valuta in een systeem van vaste wisselkoersen Revenue Opbrengst Ricardian equivalence theory 30

31 31 Theorie van Ricardo waarin financiering van de overheidsbestedingen via belastingheffing hetzelfde effect heeft op de economie als financiering middels een emissie van obligaties, omdat rationele subjecten weten dat de emissie van obligaties in het heden gepaard zal gaan met belastingheffing in de toekomst Risk aversion Risico aversie; afkeer van risico Saving Besparingen Saving rate Spaarquote; verhouding tussen besparingen en het inkomen Sectoral shift Verschuiving van de ene sector naar de andere Seigniorage Opbrengsten voor de overheid die ontstaan door geldschepping Short run vs. long run Korte termijn versus lange termijn Small open economy Kleine, open economie; economie die zo klein is dat hij geen substantiële invloed kan uitoefenen op wereldmarkten Social Security System Sociaal zekerheidsstelsel Solow growth model Groeimodel van Solow; model dat illustreert hoe besparingen, bevolkingsgroei en technologische ontwikkeling het niveau en de groei van de productie bepalen Stabilization policy Stabilisatiebeleid Stagflation Stagflatie; combinatie van inflatie en stagnerende economische groei Standards of living Levensstandaard Steady state Stationaire situatie op lange termijn waarbij sleutelvariabelen geen veranderingen meer ondergaan, omdat ze hun lange termijn evenwichtige waarde hebben aangenomen Sticky vs. flexible prices Starre prijzen versus flexibele prijzen Sticky-price model Model met starre prijzen; model waarin prijzen zich slechts langzaam aanpassen in de richting van hun evenwichtige waarde Sticky-wage model Model met starre lonen; model waarin de lonen zich slechts langzaam aanpassen in de richting van hun evenwichtige waarde Stock market Aandelenmarkt Stock-out avoidance

32 32 Aanhouden van een extra voorraad goederen om bij onverwacht hoge omzetten geen 'nee' te hoeven verkopen Stocks Aandelen; voorraden Substitution effect Substitutie-effect Supply Aanbod Supply curve Aanbodcurve; (positief) verband tussen aangeboden hoeveelheid en prijzen, waarbij alle andere economische variabelen constant worden gehouden Tariffs Tarieven; invoerrechten Tax laws Belastingwetgeving Tax multiplier Belastingmultiplicator; verandering in het inkomen die resulteert wanneer de belastingen met één dollar toenemen Tax reduction Belastingverlaging Tax smoothing Stabiliseren van de belastingdruk Technical progress Technologische vooruitgang Terms of trade Ruilvoet; reciproque van de concurrentiepositie Theory of liquidity preference Liquiditeitsvoorkeurtheorie Time inconsistency Neiging van de beleidsmakers om, nadat het publiek op grond van het aangekondigd beleid haar verwachtingen heeft gevormd, een ander beleid te voeren dan dat wat aangekondigd was Tobin's q Verhouding tussen marktwaarde en vervangingswaarde van het geïnvesteerde kapitaal Total factor productivity Totale factorproductiviteit; maatstaf voor de stand van de techniek Trade deficit Tekort op de lopende rekening van de betalingsbalans Transaction theory of money demand Geldvraag op basis van het transactiemotief Transaction velocity of money (Transactie-) omloopsnelheid van het geld Transfer payments Inkomensoverdrachten; betalingen aan economische subjecten waar geen directe tegenprestatie tegenover staat Transitory income Tijdelijk inkomen dat afwijkt van het normale inkomen

33 33 Underground economy Verborgen economische circuit; zwartgeldcircuit Unemployment Werkloosheid Unemployment rate Werkloosheidspercentage; percentage van de beroepsbevolking dat geen baan heeft Unions, labor Vakbonden Value-added Toegevoegde waarde Velocity of money Omloopsnelheid van het geld Wage rigidity Loonstarheid Wages Lonen Wait unemployment Werkloosheid die ontstaat door een tekort aan arbeidsplaatsen Wealth redistribution Vermogensherverdeling Worker-misperception model Geaggregeerd aanbodmodel waarin centraal staat dat werknemers het algemeen prijspeil niet altijd correct waarnemen Work in process Onderhanden werk World interest rate Wereldrentevoet c:\dictaat\woorden.doc

Macro-economie (ES-250) Verklarende Woordenlijst

Macro-economie (ES-250) Verklarende Woordenlijst Macro-economie (ES-250) Verklarende Woordenlijst Dit zijn de definities van de kernbegrippen uit Mankiw (2009) die je moet kennen voor het examen voor ES-250 Macro-economie. Hoofdstuk 1 Inflatie: Een toename

Nadere informatie

Macro-economie examenvragen

Macro-economie examenvragen Macro-economie examenvragen Deel II 1. Indien de reële productie en het arbeidsaandeel constant blijven, dan kan het aantal tewerkgestelde personen van het ene jaar op het andere slechts toenemen indien.

Nadere informatie

DEEL 1: Antwoordformulier voor de meerkeuzevragen, vragen 1 tot en met 9 (9 vragen van 2 punten = 18 punten)

DEEL 1: Antwoordformulier voor de meerkeuzevragen, vragen 1 tot en met 9 (9 vragen van 2 punten = 18 punten) VERSIE DEEL : Antwoordformulier voor de meerkeuzevragen, vragen tot en met 9 (9 vragen van 2 punten = 8 punten). Veronderstel een economie waar drie goederen worden geproduceerd. Alles wat in een jaar

Nadere informatie

DEEL 1: Antwoordformulier voor de meerkeuzevragen, vragen 1 tot en met 9 (9 vragen van 2 punten = 18 punten)

DEEL 1: Antwoordformulier voor de meerkeuzevragen, vragen 1 tot en met 9 (9 vragen van 2 punten = 18 punten) DEEL 1: Antwoordformulier voor de meerkeuzevragen, vragen 1 tot en met 9 (9 vragen van 2 punten = 18 punten) 1. De grafiek hieronder geeft de participatiegraad voor Nederland, de V.S. en de 12 kernlanden

Nadere informatie

DEEL 1: Antwoordformulier voor de meerkeuzevragen, vragen 1 tot en met 9 (9 vragen van 2 punten = 18 punten)

DEEL 1: Antwoordformulier voor de meerkeuzevragen, vragen 1 tot en met 9 (9 vragen van 2 punten = 18 punten) VERSIE 1 DEEL 1: Antwoordformulier voor de meerkeuzevragen, vragen 1 tot en met 9 (9 vragen van 2 punten = 18 punten) 1. Veronderstel een economie waar drie goederen worden geproduceerd. Alles wat in een

Nadere informatie

Macro-economische gegevens

Macro-economische gegevens Macro-economische gegevens In de handreikingen en de opgaves voor de werkstukken die je voor deze cursus moet maken, zal je kennismaken met enkele belangrijke bronnen voor macro-economische gegevens. De

Nadere informatie

: Macro-economie voor Bedrijfseconomie

: Macro-economie voor Bedrijfseconomie TENTAMEN inclusief antwoorden Vaknaam : Macro-economie voor Bedrijfseconomie Vakcode : 330091 Datum tentamen : donderdag 16 mei 2013 Duur tentamen : 3 uur Docent : Dr. B.J.A.M. van Groezen ANR : 649627

Nadere informatie

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE VRIJDAG 16 DECEMBER UUR

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE VRIJDAG 16 DECEMBER UUR SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE VRIJDAG 16 DECEMBER 2016 15.30-17.00 UUR SPD Bedrijfsadministratie Algemene economie vrijdag 16 december 2016 B / 12 2016 NGO-ENS B / 12 Opgave

Nadere informatie

Economie (TEW) - Formule blad

Economie (TEW) - Formule blad Economie Formuleblad Hoofdstuk 1. Marginaal product van arbeid = de toename in de productie van een goed bij inzet van één extra eenheid arbeid. MPL = X/ L of MPL = dx/dl Hoofdstuk 2. Prijselasticiteit

Nadere informatie

20.1 Wat is economische groei?!

20.1 Wat is economische groei?! 20.1 Wat is economische groei? Om te beoordelen of er geproduceerd is, moet het BBP worden gecorrigeerd voor de inflatie. BBP is de totale product door binnenlandse sectoren. We vinden dan de toename van

Nadere informatie

4. Welke uitspraak is fout? In het Solow-groeimodel leidt technologische achteruitgang tot:

4. Welke uitspraak is fout? In het Solow-groeimodel leidt technologische achteruitgang tot: Proefexamen Inleiding tot de Algemene Economie Prof. dr. Jan Bouckaert Prof. dr. André Van Poeck 12-15 december 2014 1. Stel dat het bruto nationaal inkomen 200 miljard euro bedraagt. Hoeveel bedraagt

Nadere informatie

Macro-economische gegevens

Macro-economische gegevens Macro-economische gegevens Luc Hens 9 februari 2015 In de handreikingen en de opgaves voor de werkstukken die je voor deze cursus moet maken, zal je kennismaken met enkele belangrijke bronnen voor macro-economische

Nadere informatie

Proefexamen Inleiding tot de Algemene Economie. Prof. Dr. Jan Bouckaert december 2015

Proefexamen Inleiding tot de Algemene Economie. Prof. Dr. Jan Bouckaert december 2015 Proefexamen Inleiding tot de Algemene Economie Prof. Dr. Jan Bouckaert 11-14 december 2015 1. Wat wordt niet meegerekend in het netto nationaal inkomen (nni) van België? A. Lonen van Belgische grensarbeiders

Nadere informatie

Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)!

Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)! Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)! Vragen aangeduid met een * toetsen in het bijzonder het inzicht en toepassingsvermogen. Deze vragenreeksen zijn vrij beschikbaar.

Nadere informatie

Samenvatting Economie Conjunctuur en economische beleid

Samenvatting Economie Conjunctuur en economische beleid Samenvatting Economie Conjunctuur en economische beleid Samenvatting door Marise 1679 woorden 6 maart 2017 6,7 11 keer beoordeeld Vak Methode Economie Praktische economie Economie Conjunctuur en economisch

Nadere informatie

DEEL 1: Antwoordformulier voor de meerkeuzevragen, vragen 1 tot en met 6 (6 vragen van 3 punten = 18 punten)

DEEL 1: Antwoordformulier voor de meerkeuzevragen, vragen 1 tot en met 6 (6 vragen van 3 punten = 18 punten) VERSIE 1 DEEL 1: Antwoordformulier voor de meerkeuzevragen, vragen 1 tot en met 6 (6 vragen van 3 punten = 18 punten) 1. Zijn de volgende stellingen waar of niet waar? I. Voorraadinvesteringen kunnen negatief

Nadere informatie

Domein GTST havo. 1) Gezinnen, bedrijven, overheid en buitenland; of anders geformuleerd: (C + I + O + E M)

Domein GTST havo. 1) Gezinnen, bedrijven, overheid en buitenland; of anders geformuleerd: (C + I + O + E M) 1) Geef de omschrijving van trendmatige groei. 2) Wat houdt conjunctuurgolf in? 3) Noem 5 conjunctuurindicatoren. 4) Leg uit waarom bij hoogconjunctuur de bedrijfswinsten zullen stijgen. 5) Leg uit waarom

Nadere informatie

Samenvatting Economie Toetsweek 2

Samenvatting Economie Toetsweek 2 Samenvatting Economie Toetsweek 2 Samenvatting door E. 1301 woorden 3 december 2016 10 1 keer beoordeeld Vak Economie VERKOOPWAARDE 2000 INKOOPWAARDE: (INTERMEDIAIR VERBRUIK) GRONDSTOFFEN 1100 DIENSTEN

Nadere informatie

Macro-economie voor AEO (225P05) Voortgangstoets

Macro-economie voor AEO (225P05) Voortgangstoets Faculteit Economie en Bedrijfskunde Universiteit van Amsterdam Macro-economie voor AEO (225P05) Voortgangstoets December 2008 1. Zorg dat er niets op je tafel ligt behalve deze vragenbundel (plus een lijst

Nadere informatie

Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)!

Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)! Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)! Vragen aangeduid met een * toetsen in het bijzonder het inzicht en toepassingsvermogen. Deze vragenreeksen zijn vrij beschikbaar.

Nadere informatie

Propedeusecursus Macro-economie (6011P0025) Proeftentamen 2

Propedeusecursus Macro-economie (6011P0025) Proeftentamen 2 Faculteit Economie en Bedrijfskunde Universiteit van Amsterdam Propedeusecursus Macro-economie (6011P0025) Proeftentamen 2 Lente 2013 1. Zorg dat er niets op je tafel ligt behalve deze vragenbundel (plus

Nadere informatie

Internationale macro-economische gegevens

Internationale macro-economische gegevens Internationale macro-economische gegevens Luc Hens 24 januari 2017 In de bijlages en de opgaven voor de werkstukken die je voor deze cursus moet maken, zal je kennismaken met enkele belangrijke bronnen

Nadere informatie

Welvaart en groei. 1) Leg uit wat welvaart inhoudt. 1) De mate waarin mensen in hun behoefte kunnen voorzien. 2) Waarmee wordt welvaart gemeten?

Welvaart en groei. 1) Leg uit wat welvaart inhoudt. 1) De mate waarin mensen in hun behoefte kunnen voorzien. 2) Waarmee wordt welvaart gemeten? 1) Leg uit wat welvaart inhoudt. 2) Waarmee wordt welvaart gemeten? 3) Wat zijn negatief externe effecten? 4) Waarom is deze maatstaf niet goed genoeg? Licht toe. 1) De mate waarin mensen in hun behoefte

Nadere informatie

Macroeconomie Hoofdstuk 1 t/m 6 en 9 t/m 12

Macroeconomie Hoofdstuk 1 t/m 6 en 9 t/m 12 Macroeconomie Hoofdstuk 1 t/m 6 en 9 t/m 12 Inflation rate: meet hoe snel prijzen stijgen employmentrate: meet deel van de beroepsbevolking zonder werk Real GDP: meet de totale inkomen van iedereen in

Nadere informatie

In economische termen is geld de voorraad bezittingen die direct voor handen is om transacties te doen. Geld heeft drie functies:

In economische termen is geld de voorraad bezittingen die direct voor handen is om transacties te doen. Geld heeft drie functies: Hoofdstuk 4 Monetair beleid gaat over de nationale munt, valuta en bankieren. Monetair beleid wordt bepaald door de centrale bank. Fiscaal beleid gaat over overheidsuitgaven en belastingheffing. Samen

Nadere informatie

Ga indien nodig naar het toilet voor je aan het examen begint. Tijdens het examen mag je het lokaal niet verlaten.

Ga indien nodig naar het toilet voor je aan het examen begint. Tijdens het examen mag je het lokaal niet verlaten. Voornaam ACHTERNAAM: Studentennummer: Omcirkel de correcte richting (WS = werkstudent): 1 Ba HI 1 Ba TEW 1 Ba TEW WS 2 Ba HI 2 Ba TEW 2 Ba TEW WS 3 Ba HI 3 Ba TEW 3 Ba TEW WS andere Scores: 1 2 3 4 Tot.

Nadere informatie

MACRO-VRAAG EN MACRO-AANBOD

MACRO-VRAAG EN MACRO-AANBOD pdf18 MACRO-VRAAG EN MACRO-AANBOD De macro-vraaglijn of geaggregeerde vraaglijn geeft het verband weer tussen het algemeen prijspeil en de gevraagde hoeveelheid binnenlands product. De macro-vraaglijn

Nadere informatie

Module 8 havo 5. Hoofdstuk 1 conjunctuurbeweging

Module 8 havo 5. Hoofdstuk 1 conjunctuurbeweging Module 8 havo 5 Hoofdstuk 1 conjunctuurbeweging Economische conjunctuur hoogconjunctuur Reëel binnenlands product groeit procentueel sterker dan gemiddeld. laagconjunctuur Reëel binnenlands product groeit

Nadere informatie

Algemene Economie II: Definities van kernbegrippen

Algemene Economie II: Definities van kernbegrippen Algemene Economie II: Definities van kernbegrippen Van de kernbegrippen met een sterretje (*) moet je de definities studeren voor vraag 1 van het schriftelijke examen. Je vindt de verklarende woordenlijst

Nadere informatie

methode, indexen en (grond)prijzen

methode, indexen en (grond)prijzen Bijlage I methode, indexen en (grond)prijzen koopen vrije sector huuren sociale huuren functie methode grondprijs 2013 index grondprijs 2014 eenheid opmerking excl. btw bron index excl. btw inclusief particuliere

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 5: Verdienen en Uitgeven

Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 5: Verdienen en Uitgeven Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 5: Verdienen en Uitgeven Samenvatting door D. 1403 woorden 18 januari 2014 7 3 keer beoordeeld Vak Economie Conjunctuurbeweging/Conjunctuur: Het patroon van het stijgen

Nadere informatie

UIT theorie ASAD

UIT theorie ASAD Uitleg theorie AS-AD model. Het AS-AD model is een theoretisch model over de werking van de economie. Het model is een samenvoeging van de theorie van Keynes met de oude klassieke modellen. In verschijningsvorm

Nadere informatie

Groep Wegingsfactor Prijsverandering Partieel prijsindexcijfer Woning 40% +10% 110 Voeding 30% -10% 90 Kleding 20% +20% 120 Diversen 10% +15% 115

Groep Wegingsfactor Prijsverandering Partieel prijsindexcijfer Woning 40% +10% 110 Voeding 30% -10% 90 Kleding 20% +20% 120 Diversen 10% +15% 115 Samenvatting door M. 1480 woorden 6 januari 2014 7,2 17 keer beoordeeld Vak Methode Economie Praktische economie Tijd is geld De ECB leent geld uit aan de banken. Ze rekenen daar reporente voor. Banken

Nadere informatie

Domein Goede Tijden, Slechte Tijden

Domein Goede Tijden, Slechte Tijden Domein Goede Tijden, Slechte Tijden Zie steeds de eenvoud!! havo Frans Etman Hoog- of laagconjunctuur Het Centraal Bureau van de Statistiek (CBS) heeft 2 filmpjes gemaakt over de indicatoren van de economie.

Nadere informatie

Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)!

Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)! Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)! Vragen aangeduid met een * toetsen in het bijzonder het inzicht en toepassingsvermogen. Deze vragenreeksen zijn vrij beschikbaar.

Nadere informatie

Modellen. Hoofdstuk 3

Modellen. Hoofdstuk 3 Modellen Hoofdstuk 3 Keynes in model Vereenvoudigde weergave van de economische werkelijkheid met geaggregeerde grootheden. Economische modellen worden gebruikt voor voorspellingen en daarop wordt overheidsbeleid

Nadere informatie

Uitleg theorie AS-AD model. MEV Wat betekent AS-AD. Aggregated demand: de macro-economische vraag.

Uitleg theorie AS-AD model. MEV Wat betekent AS-AD. Aggregated demand: de macro-economische vraag. Uitleg theorie AS-AD model. Het AS-AD model is een theoretisch model over de werking van de economie. Het model is daarmee een macro-economisch model. Het model maakt sterk gebruik van het marktmodel uit

Nadere informatie

bruto inkomen (per persoon)

bruto inkomen (per persoon) Opgave 1 Lorenzcurve en economische kringloop Definities: Bruto inkomen Loon/pensioen, interest, winst/dividend, huur/pacht Netto inkomen Bruto inkomen inkomstenbelasting (IB) Netto besteedbaar inkomen

Nadere informatie

6 Geaggregeerde vraag en geaggregeerd aanbod

6 Geaggregeerde vraag en geaggregeerd aanbod 6 Geaggregeerde vraag en geaggregeerd aanbod Opgave 1 a Noem vier factoren die bij een gegeven prijsniveau tot een verandering van de Effectieve Vraag kunnen leiden. b Met welke (macro-economische) instrumenten

Nadere informatie

1. Leg uit dat het sparen door gezinnen een voorbeeld is van ruilen in de tijd. 2. Leg uit waarom investeren door bedrijven als ruilen over de tijd beschouwd kan worden. 3. Wat is intertemporele substitutie?

Nadere informatie

Samenvatting Economie Inkomen Hoofdstuk 1 t/m 3

Samenvatting Economie Inkomen Hoofdstuk 1 t/m 3 Samenvatting Economie Inkomen Hoofdstuk 1 t/m 3 Samenvatting door een scholier 1203 woorden 17 januari 2005 6,1 90 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting economie lesbrief: inkomen. Hoofdstuk 1: de

Nadere informatie

6,3 ECONOMIE. Samenvatting door een scholier 4680 woorden 25 januari keer beoordeeld. Lesbrief Globalisering INFLATIE

6,3 ECONOMIE. Samenvatting door een scholier 4680 woorden 25 januari keer beoordeeld. Lesbrief Globalisering INFLATIE Samenvatting door een scholier 4680 woorden 25 januari 2011 6,3 17 keer beoordeeld Vak Economie ECONOMIE Lesbrief Globalisering INFLATIE Soort Oorzaken OPLOSSINGEN Vraag Bestedingsinflatie Door de oplevende

Nadere informatie

Bruto binnenlands product

Bruto binnenlands product Bruto binnenlands product Binnenlands = nationaal Productie bedrijven Individuele goederen Omzet Inkoop van grond- en hulpstoffen - Bruto toegevoegde waarde Afschrijvingen- Netto toegevoegde waarde = Beloningen

Nadere informatie

Macro-economie voor AEO (225P05) Tentamen 1

Macro-economie voor AEO (225P05) Tentamen 1 Faculteit Economie en Bedrijfskunde Universiteit van Amsterdam Macro-economie voor AEO (225P05) Tentamen 1 Januari 2009 1. Zorg dat er niets op je tafel ligt behalve deze vragenbundel (plus lijsten met

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 19 en 20: Inkomensverdeling en conjuntuur

Samenvatting Economie Hoofdstuk 19 en 20: Inkomensverdeling en conjuntuur Samenvatting Economie Hoofdstuk 19 en 20: Inkomensverdeling en conjuntuur Samenvatting door een scholier 1286 woorden 9 januari 2013 6,8 4 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent 19.1 Personele inkomensverdeling

Nadere informatie

Inleiding tot de economie Test december 2008 H17 tem H25 VERBETERING 1

Inleiding tot de economie Test december 2008 H17 tem H25 VERBETERING 1 Inleiding tot de economie Test december 2008 H17 tem H25 VERBETERING 1 Vraag 1 Bin. Munt/Buit. munt Hoeveelheid buitenlandse munt Beschouw bovenstaande grafiek met op de Y-as de hoeveelheid binnenlandse

Nadere informatie

Eindexamen vwo economie II

Eindexamen vwo economie II Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 Een antwoord waaruit blijkt dat de particuliere

Nadere informatie

Proefexamen Macro-economie: verbetering

Proefexamen Macro-economie: verbetering Proefexamen Macro-economie: verbetering Deel 1: Drie open vragen op telkens 6 punten. 1. H9 a) Leid wiskundig de Philipscurve af uit de prijszettingsrelatie op de arbeidsmarkt. Verklaar de gebruikte symbolen.

Nadere informatie

Domein Goede Tijden, Slechte Tijden

Domein Goede Tijden, Slechte Tijden Domein Goede Tijden, Slechte Tijden Zie steeds de eenvoud!! vwo Frans Etman Hoog- of laagconjunctuur Het Centraal Bureau van de Statistiek (CBS) heeft 2 filmpjes gemaakt over de indicatoren van de economie.

Nadere informatie

Eindexamen vwo economie 2013-I

Eindexamen vwo economie 2013-I Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 Een antwoord waaruit

Nadere informatie

Economische effecten van een verlaging van de administratieve lasten

Economische effecten van een verlaging van de administratieve lasten CPB Notitie Datum : 7 april 2004 Aan : Projectdirectie Administratieve Lasten Economische effecten van een verlaging van de administratieve lasten 1 Inleiding Het kabinet heeft in het regeerakkoord het

Nadere informatie

Statistisch Magazine Internationale economische ontwikkelingen in de periode 2010 tot en met 2012

Statistisch Magazine Internationale economische ontwikkelingen in de periode 2010 tot en met 2012 Internationale economische ontwikkelingen in de periode 2010 tot en met 2012 Inleiding Lorette Ford De economische ontwikkeling van een land kan door middel van drie belangrijke economische indicatoren

Nadere informatie

Vraag Antwoord Scores

Vraag Antwoord Scores Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 Rek in het arbeidsaanbod 1 maximumscore 2 Doordat het aanbod van

Nadere informatie

Vraag Antwoord Scores

Vraag Antwoord Scores Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 Zakelijk boeren 1 maximumscore 1 A, B, D, E, F, H Opmerking

Nadere informatie

H2 Te veel geld maakt ongelukkig

H2 Te veel geld maakt ongelukkig Samenvatting door M. 940 woorden 15 november 2012 3.3 2 keer beoordeeld Vak Methode Economie Index H2 Te veel geld maakt ongelukkig 2.1 introductie De oorzaak van hyperinflatie is bijna altijd dezelfde:

Nadere informatie

1. De productiemogelijkhedencurve van een land verschuift naar boven. Waardoor kan dit verklaard worden?

1. De productiemogelijkhedencurve van een land verschuift naar boven. Waardoor kan dit verklaard worden? 1. De productiemogelijkhedencurve van een land verschuift naar boven. Waardoor kan dit verklaard worden?. een daling van het aantal werklozen B. een toename van de emigratie uit het betreffende land. de

Nadere informatie

Macro-economie. Oefenpakket ECONOMIE & BEDRIJFSKUNDE, JAAR 1

Macro-economie. Oefenpakket ECONOMIE & BEDRIJFSKUNDE, JAAR 1 Macro-economie Oefenpakket ECONOMIE & BEDRIJFSKUNDE, JAAR 1 JoHo Samenvattingen Hoe te verkrijgen? JoHo biedt een compleet pakket samenvattingen aan. In dé studentenwinkels van Nederland vind je bijvoorbeeld

Nadere informatie

Ruilen over de tijd (havo)

Ruilen over de tijd (havo) 1. Leg uit dat het sparen door gezinnen een voorbeeld is van ruilen in de tijd. 2. Leg uit waarom investeren door bedrijven als ruilen over de tijd beschouwd kan worden. 3. Wat is intertemporele substitutie?

Nadere informatie

Human Action voor Pensioenfondsen. Heiko de Boer

Human Action voor Pensioenfondsen. Heiko de Boer Human Action voor Pensioenfondsen Heiko de Boer Agenda Historie Oostenrijkse Economische School 4 kenmerken Subjectieve Waarde Geld ABCT (Austrian Business Cycle Theory) Pensioen vs Fractional Banking

Nadere informatie

ALGEMENE ECONOMIE /03

ALGEMENE ECONOMIE /03 HBO Algemene economie Raymond Reinhardt 3R Business Development raymond.reinhardt@3r-bdc.com 3R 1 M Productiefactoren: alle middelen die gebruikt worden bij het produceren: NOKIA: natuur, ondernemen, kapitaal,

Nadere informatie

Inhoud. 1 Inleiding. Markt of overheid. 1 wat is economie? 11 Productiefactoren 11 Schaarste en welvaart 12 2

Inhoud. 1 Inleiding. Markt of overheid. 1 wat is economie? 11 Productiefactoren 11 Schaarste en welvaart 12 2 Inhoud 1 Inleiding 1 wat is economie? 11 Productiefactoren 11 Schaarste en welvaart 12 2 modellen 12 2 Markt of overheid 1 de vraag 14 Prijzen en gevraagde hoeveelheid 14 D De vraagfunctie 14 D Verschuiving

Nadere informatie

EconomieeenInleiding. 1: Wereldreis. o Voorbeelden: VS, EU, Japan 2: Overzicht

EconomieeenInleiding. 1: Wereldreis. o Voorbeelden: VS, EU, Japan 2: Overzicht EconomieeenInleiding 1: Wereldreis o Voorbeelden: VS, EU, Japan 2: Overzicht o Wat is macro-economie? o Concepten, variabelen o Overzicht boek = structuur cursus en lessen #1 1 Op wereldreis Inleiding

Nadere informatie

Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Woensdag 26 mei 13.30 16.30 uur

Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Woensdag 26 mei 13.30 16.30 uur Economische wetenschappen 1 en recht Examen VWO Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Woensdag 26 mei 13.30 16.30 uur 19 99 Dit examen bestaat uit 34 vragen. Voor elk vraagnummer is aangegeven

Nadere informatie

UIT theorie Fisher

UIT theorie Fisher De econoom Fisher. Fisher was een econoom die zijn theorie over de werking van geld lang voor de depressie in de jaren 30 van vorige eeuw publiceerde (the purchasing power of money 1911). Dit was een uitbreiding

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 16,17,18

Samenvatting Economie Hoofdstuk 16,17,18 Samenvatting Economie Hoofdstuk 16,17,18 Samenvatting door Suzanne 4057 woorden 20 september 2017 4,2 7 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Economie samenvatting hoofdstuk 16,17,18 Paragraaf 16.1

Nadere informatie

Economische conjunctuur

Economische conjunctuur Economische conjunctuur hoogconjunctuur Reëel binnenlands product groeit procentueel sterker dan gemiddeld. Ontstaat door veel vraag naar producten Trend (Gemiddelde groei over groot aantal jaren) laagconjunctuur

Nadere informatie

Propedeusecursus Macro-economie (6011P0125) Proeftussentoets

Propedeusecursus Macro-economie (6011P0125) Proeftussentoets Faculteit Economie en Bedrijfskunde Universiteit van Amsterdam Propedeusecursus Macro-economie (6011P0125) Proeftussentoets Lente 2013 1. Zorg dat er niets op je tafel ligt behalve deze vragenbundel (plus

Nadere informatie

Economie. Boekje Conjunctuur Samenvattingen + overige voorbereiding voor de toets. Inhoud:

Economie. Boekje Conjunctuur Samenvattingen + overige voorbereiding voor de toets. Inhoud: Boekje Conjunctuur Samenvattingen + overige voorbereiding voor de toets Economie Inhoud: Wat? blz. h1 & h2 samengevat 2 h3 samengevat 3 h4 samengevat 4 wat moet weten 5 Begrippen 6 & 7 Links 7 Test je

Nadere informatie

Inhoud. Hoofdstuk 1 Macro-economie en macro-economische vraagstukken 3

Inhoud. Hoofdstuk 1 Macro-economie en macro-economische vraagstukken 3 Inhoud Woord vooraf xix Deel 1 Algemene inleiding 1 Hoofdstuk 1 Macro-economie en macro-economische vraagstukken 3 1.1. Wat is macro-economie? 3 1.2. Macro-economische grootheden en verbanden 5 1.2.1.

Nadere informatie

Macro-economie (6011P0125) Proeftentamen 1

Macro-economie (6011P0125) Proeftentamen 1 Faculteit Economie en Bedrijfskunde Universiteit van Amsterdam Macro-economie (6011P0125) Proeftentamen 1 Lente 2013 1. Zorg dat er niets op je tafel ligt behalve deze vragenbundel (plus een blad met antwoordmogelijkheden

Nadere informatie

Geld en prijzen op de lange termijn

Geld en prijzen op de lange termijn Geld en prijzen op de lange termijn De geldvoorraad in de eurozone Cijfers over de geldvoorraad in de eurozone vind je in Europan Central Bank, Economic Bulletin, tabel 5.. Tabel geeft de opsplitsing van

Nadere informatie

Handel (tastbare goederen) 61 35 + 26 Diensten (transport, toerisme, ) 5 4 + 1 Primaire inkomens (rente, dividend, ) 11 3 + 8

Handel (tastbare goederen) 61 35 + 26 Diensten (transport, toerisme, ) 5 4 + 1 Primaire inkomens (rente, dividend, ) 11 3 + 8 betalingsbalans Zweden behoort tot de EU maar (nog) niet tot de EMU. Dat maakt Zweden een leuk land voor opgaven over wisselkoersen, waarbij een vrij zwevende kroon overgaat naar een kroon met een vaste

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 17 t/m 23

Samenvatting Economie Hoofdstuk 17 t/m 23 Samenvatting Economie Hoofdstuk 17 t/m 23 Samenvatting door H. 1617 woorden 18 november 2012 6,5 9 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Hfd 17 Het Bruto Binnenlands Product (blz 24 & 25) 17.1 Een

Nadere informatie

Eco samenvatting H16 t/m H23

Eco samenvatting H16 t/m H23 Eco samenvatting H16 t/m H23 Hoofdstuk 16: Beleggen Beleggen houd in dat je geld vastzet in een beleggingsobject in de hoop hier een financieel voordeel uit te halen (een nadeel is ook een reëel mogelijkheid)

Nadere informatie

Macro-economie voor AEO (225P05) Proeftentamen 1

Macro-economie voor AEO (225P05) Proeftentamen 1 Faculteit Economie en Bedrijfskunde Universiteit van Amsterdam Macro-economie voor AEO (225P05) Proeftentamen 1 November 2008 1. Zorg dat er niets op je tafel ligt behalve deze vragenbundel (plus lijsten

Nadere informatie

rrte Un iversiteit am ste rd a m Faculteit der Economische Wetenschappen en Bedrijfskunde Afdeling Algemene Econom ie Uitslag vrrye Universiteit

rrte Un iversiteit am ste rd a m Faculteit der Economische Wetenschappen en Bedrijfskunde Afdeling Algemene Econom ie Uitslag vrrye Universiteit rrte Un iversiteit am ste rd a m Faculteit der Economische Wetenschappen en Bedrijfskunde Afdeling Algemene Econom ie Tentamen Opleiding Vakcode Datum Tttd Tijdsduur Onderdelen Waardering Uitslag Opmerking

Nadere informatie

HOOFDSTUK 21: DE VRAAGZIJDE DE REELE SFEER

HOOFDSTUK 21: DE VRAAGZIJDE DE REELE SFEER 1 HOOFDSTUK 21: DE VRGZIJDE DE REELE SFEER Uitgangspunt: J. M. Keynes Bestaan van werkloosheid en niet benutte productiecapaciteit productie kan stijgen zonder dat de prijzen van de productiefactoren stijgen

Nadere informatie

Keuzeonderwerp. Keynesiaans model. Gesloten /open economie zonder/met overheid met arbeidsmarkt. fransetman.nl

Keuzeonderwerp. Keynesiaans model. Gesloten /open economie zonder/met overheid met arbeidsmarkt. fransetman.nl Keuzeonderwerp Keynesiaans model Gesloten /open economie zonder/met overheid met arbeidsmarkt Vraag op de goederenmarkt Alleen gezinnen en bedrijven kopen op de goederenmarkt. C = 0,6 Y Aa = 4 mln mensen

Nadere informatie

INHOUDSTAFEL OVERZICHT

INHOUDSTAFEL OVERZICHT INHOUD - V INHOUDSTAFEL OVERZICHT XV HOOFDSTUK 1 : HET ECONOMISCH PROBLEEM EN DE WELVAART 1 1.1. Concept economie 2 1.2. Wetenschap 2 1.3. Welvaart 2 1.4. Behoeften, behoeftenbevrediging 7 1.5. Het economische

Nadere informatie

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE DINSDAG 4 OKTOBER UUR

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE DINSDAG 4 OKTOBER UUR SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE DINSDAG 4 OKTOBER 2016 09.00 10.30 UUR SPD Bedrijfsadministratie Algemene economie Dinsdag 4 oktober 2016 B / 11 2016 NGO-ENS B / 11 Opgave 1

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk

Samenvatting Economie Hoofdstuk Samenvatting Economie Hoofdstuk 21 22 23 Samenvatting door E. 2523 woorden 12 juli 2013 5,7 10 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Economie hoofdstuk 21 22 23 Havo 4 en 5 Hoofdstuk 21: Conjuctuur

Nadere informatie

Samenvatting Economie Lesbrief Modellen

Samenvatting Economie Lesbrief Modellen Samenvatting Economie Lesbrief Modellen Samenvatting door een scholier 1385 woorden 6 mei 2006 6,2 13 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO H. 1, Crisis. Conjunctuurtheorie = theorie over crisis met

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 6

Samenvatting Economie Hoofdstuk 6 Samenvatting Economie Hoofdstuk 6 Samenvatting door een scholier 2139 woorden 16 oktober 2005 7,4 25 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Paragraaf 1 Micro-economie: als we de productie door 1

Nadere informatie

Samenvatting. (Summary in Dutch)

Samenvatting. (Summary in Dutch) (Summary in Dutch) Inflatie is de stijging van het algemeen prijspeil. De jaren 70 en 80 van de vorige eeuw waren periodes van relatief hoge inflatiecijfers in West-Europa, terwijl lage inflatie en deflatie

Nadere informatie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 6: Geld en geldtheorie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 6: Geld en geldtheorie Samenvatting Economie Hoofdstuk 6: Geld en g Samenvatting door een scholier 1227 woorden 13 februari 2005 6,9 25 keer beoordeeld Vak Methode Economie Kern van de economie Hoofdstuk 6: Geld en g 6.1: De

Nadere informatie

Geld en prijzen op de lange termijn

Geld en prijzen op de lange termijn Geld en prijzen op de lange termijn De geldvoorraad in de eurozone Cijfers over de geldvoorraad in de eurozone vind je in Europan Central Bank, Monthly Bulletin, tabel 2.3. Tabel 2.C geeft de opsplitsing

Nadere informatie

Begrippenlijst Economie H10 geld en geldschepping

Begrippenlijst Economie H10 geld en geldschepping Begrippenlijst Economie H10 geld en geldschep Begrippenlijst door V. 902 woorden 8 juni 2013 3 2 keer beoordeeld Vak Methode Economie Kern van de economie Begrippenlijst economie hoofdstuk 10 10.1 geld

Nadere informatie

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE 22 JUNI UUR UUR

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE 22 JUNI UUR UUR SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE 22 JUNI 2015 14.45 UUR 16.15 UUR SPD Bedrijfsadministratie Algemene Economie 22 juni 2015 B / 11 2015 NGO - ENS B / 11 Opgave 1 (21 punten) Vraag

Nadere informatie

Eindexamen economie vwo II

Eindexamen economie vwo II Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 Voorbeelden van een

Nadere informatie

Eindexamen economie 1-2 vwo 2003-I

Eindexamen economie 1-2 vwo 2003-I 4 Antwoordmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 Een voorbeeld van een juiste berekening

Nadere informatie

- door geld op een spaarrekening te zetten (meestal direct opeisbaar, laag risico, lage rente)

- door geld op een spaarrekening te zetten (meestal direct opeisbaar, laag risico, lage rente) Samenvatting door een scholier 2461 woorden 12 maart 2017 4,4 4 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Eco samenvatting H16 t/m H23 Hoofdstuk 16: Beleggen Beleggen houd in dat je geld vastzet in

Nadere informatie

H2: Economisch denken

H2: Economisch denken H2: Economisch denken 1 : Produceren Produceren: Het voortbrengen van goederen en diensten met behulp van de productiefactoren door bedrijven en de overheid. Alleen bedrijven en de overheid kunnen produceren

Nadere informatie

Om een zo duidelijk mogelijk verslag te maken, hebben we de vragen onderverdeeld in 4 categorieën.

Om een zo duidelijk mogelijk verslag te maken, hebben we de vragen onderverdeeld in 4 categorieën. Beste leerling, Dit document bevat het examenverslag voor leerlingen van het vak economie havo, eerste tijdvak (2019). In dit examenverslag proberen we een zo goed mogelijk antwoord te geven op de volgende

Nadere informatie

Keynesiaanse modellen hebben betrekking op de korte termijn, klassieke modellen op de lange termijn.

Keynesiaanse modellen hebben betrekking op de korte termijn, klassieke modellen op de lange termijn. Samenvatting door E. 2316 woorden 27 april 2013 9 2 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Economie Hoofdstuk 8: Een model van een economie 8.1 Verschillende modellen Macro-economische modellen kunnen

Nadere informatie

Domein E: Ruilen over de tijd. fransetman.nl

Domein E: Ruilen over de tijd. fransetman.nl Domein E: Ruilen over de tijd Rente : prijs van tijd Nu lenen: een lagere rente Nu sparen: een hogere rente Individuele prijs van tijd: het ongemak dat je ervaart Algemene prijs van tijd: de rente die

Nadere informatie

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE MAANDAG 27 JUNI UUR

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE MAANDAG 27 JUNI UUR SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE MAANDAG 27 JUNI 2016 15.30 17.00 UUR SPD Bedrijfsadministratie ALGEMENE ECONOMIE Maandag 27 juni 2016 B / 9 2016 NGO-ENS B / 9 Opgave 1 (20 punten)

Nadere informatie

Om een zo duidelijk mogelijk verslag te maken, hebben we de vragen onderverdeeld in 4 categorieën.

Om een zo duidelijk mogelijk verslag te maken, hebben we de vragen onderverdeeld in 4 categorieën. Beste leerling, Dit document bevat het examenverslag voor leerlingen van het vak economie vwo, eerste tijdvak (2019). In dit examenverslag proberen we een zo goed mogelijk antwoord te geven op de volgende

Nadere informatie