EVALUATIE FLEXWERKEN ds+v

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "EVALUATIE FLEXWERKEN ds+v"

Transcriptie

1 . EVALUATIE FLEXWERKEN ds+v G.H. van der Wilt en J.M. Reijnen Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) juni 2006 In opdracht van de directie van de ds+v

2 Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) Auteurs: G.H. van der Wilt en J.M. Reijnen Project: Prijs: 10,- Adres: Goudsesingel 78, 3011 KD Rotterdam Postbus 21323, 3001 AH Rotterdam Telefoon: (010) Telefax: (010) Website: 2

3 INHOUD Samenvatting en conclusies 5 1 Inleiding Onderzoeksvragen en opzet Respons Leeswijzer 8 2 Flexwerken Aantal flexwerkers en gebruik flexwerkplekken Inrichting afdeling en tijdsbesteding aan flexwerkplekken Gebruik en vindbaarheid flexwerkplekken Tevredenheid en mening over flexwerkomstandigheden Betrokkenheid bij het proces 12 3 Positieve en negatieve aspecten van het flexwerken Positieve aspecten flexwerken Negatieve aspecten flexwerkplekken Perceptie ten opzichte van het gebruik van flexwerkplekken 16 4 Werkplekmeting ds+v: algemene vragen 19 Bijlagen 4.1 Aanwezigheid Favoriete werkplek Beleving van het werk en de werkomgeving Beleving werkproces Waardering werkomgeving Waardering voorzieningen Belang en ervaring privacy en hinder Algemene waardering werkomgeving 26 3

4 4

5 Samenvatting en conclusies Deze rapportage doet verslag van een evaluatieonderzoek naar het flexwerken bij de ds+v van de gemeente Rotterdam. Een flexwerkplek is gedefinieerd als een werkplek die niet is toegewezen aan een vast persoon. Binnen de dienst wordt door verscheidene afdelingen al geruime tijd in mindere of meerdere mate geflexwerkt. Aan de hand van een internetenquête onder alle medewerkers van de ds+v is gekeken hoe men tegen het concept flexwerken aankijkt, hoe flexwerken wordt ervaren door flexwerkers en, meer algemeen, hoe men het werk en de werkomgeving beleeft. De respons op de vragenlijst, die aan medewerkers (zowel met een vaste, tijdelijke als andersoortige aanstelling) is verstuurd, bedroeg na ongeveer drie weken veldwerk 45 procent (560 respondenten). Flexwerkers staan neutraal tegenover het flexwerken. Een meerderheid ziet geen duidelijke voordelen. Men vindt het gebruik van flexwerkplekken (vooralsnog) geen verbetering ten opzichte van vaste werkplekken. Als het zou kunnen, zouden de meeste flexwerkers op dit moment kiezen voor een vaste werkplek; wel in een kantoortuin. Medewerkers met een vaste werkplek zouden daarentegen kiezen voor een vaste werkplek in een werkkamer. Problemen met ICT (aanloggen van apparatuur), het verplicht opruimen van het bureau en het instellen van de werkplek zijn voor flexwerkers de meest negatieve aspecten van het flexwerken. Positieve aspecten van flexwerken zijn regelmatig bij andere collega s zitten, meer uitwisseling van kennis en ervaring en ook (weer) het verplicht opruimen van het bureau. Vergeleken met flexwerkers hebben medewerkers met een vaste werkplek over het algemeen een negatiever beeld van het flexwerken. Een meerderheid van alle medewerkers vindt de ds+v niet goed ingericht op het gebruik van flexwerkplekken. Om te achterhalen of flexwerkers hun werkplek op een andere manier ervaren dan medewerkers met een vaste werkplek zijn beide groepen ondervraagd over hun werkomgeving. Daaruit blijkt dat er nauwelijks verschillen bestaan tussen flexwerkers en medewerkers met een vaste werkplek ten aanzien van bepaalde inrichtingsaspecten, functionele aspecten, ergonomische aspecten, en psychologische aspecten. Men is even tevreden of ontevreden over deze aspecten; bijvoorbeeld over de mogelijkheden om geconcentreerd te werken en ongestoord te telefoneren. Uitzonderingen zijn de archiefruimte, de bereikbaarheid en de bureaus. Vergeleken met medewerkers met een vaste werkplek is een groter aandeel flexwerkers ontevreden over de afstand tot de archiefkasten, het gebruiksgemak van de archiefkasten en de hoeveelheid persoonlijke archiefruimte. Ook over de eigen telefonische bereikbaarheid en de fysieke bereikbaarheid en vindbaarheid zijn flexwerkers vaker ontevreden dan medewerkers met een vaste werkplek. Over het instellen, het comfort en de vormgeving van de bureaus daarentegen zijn flexwerkers vaker tevreden dan medewerkers met een vaste werkplek. Behalve naar de werkomgeving zijn flexwerkers en medewerkers met een vaste werkplek ook ondervraagd over hun aanwezigheid op de afdeling en hun werkzaamheden. Daaruit blijkt dat vergeleken met medewerkers met een vaste werkplek flexwerkers minder vaak op de eigen afdeling aanwezig zijn, terwijl de arbeidstijd vergelijkbaar is. Ook zijn ze vaker per week drie uur of langer van de werkplek afwezig. Naar activiteiten vergeleken besteden flexwerkers minder tijd aan computerwerk en iets meer tijd aan formeel en informeel overleg. Minder vaak dan medewerkers met een vaste werkplek hebben ze te maken met vertrouwelijke gegevens of moeten ze vertrouwelijke gesprekken voeren. Bovenstaande zou kunnen verklaren waarom 5

6 meer flexwerkers dan medewerkers met een vaste werkplek van mening zijn dat hun werk zich niet zo goed leent voor het gebruik van flexwerkplekken. Flexwerkers gebruiken gemiddeld 2,3 verschillende werkplekken per week. Per dag is men gemiddeld 2,3 minuten kwijt aan het vinden van een werkplek en 2,7 minuten voor het instellen van de werkplek. Maar er zijn er ook die daar tot 30 minuten per dag aan besteden. Een kwart van alle flexwerkers houdt meer keren per maand een aantal dagen achter elkaar de werkplek bezet door niet uit te loggen of door spullen achter te laten. Drie procent zegt dat het vaak voorkomt dat er op de eigen afdeling geen werkplek te vinden is. Meer dan de helft van de medewerkers vindt meestal de werkplek die hij/of zij wil, gaat niet vroeger naar zijn werk om van een werkplek verzekerd te zijn en/of laat altijd een schoon en leeg bureau achter. Niet alle flexwerkers beschikken over de materialen die nodig zijn om van een flexwerkplek gebruik te kunnen maken. Van alle flexwerkers zegt 17 procent niet over een flexkoffer, een flextrolley (verrijdbaar ladenblok met kapstok) of een traditioneel ladenblok (bedoeld voor een vaste werkplek) te beschikken. Nog eens 17 procent heeft uitsluitend een traditioneel ladenblok. De rest heeft wel de beschikking over een flexkoffer en/of een flextrolley al dan niet in combinatie met een traditioneel ladenblok. Ook hebben niet alle flexwerkers de mogelijkheid om hun persoonlijke spullen een plek te geven. Van alle flexwerkers beschikt 23 procent noch over een locker, noch over een bergruimte voor persoonlijke spullen. 27 Procent heeft of een locker of een bergruimte voor persoonlijke spullen. De helft van de flexwerkers beschikt over beide. Deze uitkomsten kunnen verklaren waarom 32 procent van alle flexwerkers vindt dat hun afdeling juist slecht tot heel slecht is ingericht voor flexwerken. Belangrijk voor de invoering van het gebruik van flexwerkplekken is dat medewerkers daarbij betrokken zijn gedurende het gehele proces. De huidige flexwerkers geven aan dat het belangrijk is dat medewerkers betrokken worden bij de keuze voor het flexwerken en bij de uitwerking van het concept, dat er rekening wordt gehouden met de inbreng van ideeën van medewerkers (ook na de invoering) en dat er gedurende het proces goed wordt geïnformeerd. Driekwart van alle flexwerkers geeft overigens aan voldoende betrokken en geïnformeerd te zijn tijdens de invoering en uitwerking van het flexwerken. De betrokkenheid bij de keuze voor het flexwerken en bij de uitwerking van het concept hadden echter beter gekund. Daar heeft ongeveer een derde mee te maken gehad. Concluderend kan gesteld worden dat het flexwerken bij de ds+v nog geen doorslaand succes is. Niet iedere flexwerker beschikt over de benodigde materialen zoals een flexkoffer of een locker. Ontevredenheid bestaat over de archiefkasten en over de telefonische en de fysieke bereikbaarheid. Flexwerkers ervaren problemen met ICT (aanloggen van apparatuur) op dit moment als meest negatieve punt van het flexwerken. Voor de verdere invoering van flexwerkplekken is het vanzelfsprekend van belang bovenstaande problemen op te lossen, maar ook om toekomstige flexwerkers zo vroeg mogelijk bij het proces te betrekken. 6

7 1 Inleiding Door de afdelingen van de Rotterdamse dienst ds+v die in Europoint gehuisvest zijn wordt al geruime tijd in mindere of meerdere mate geflexwerkt. Een flexwerkplek is gedefinieerd als een werkplek die niet is toegewezen aan een vast persoon. In opdracht van de Directie van de ds+v heeft het Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) middels een internetenquête onder het volledige personeel van de ds+v een evaluatie verricht van dit flexwerken, waarin onder andere is gekeken hoe medewerkers tegenover het flexwerken staan en hoe het flexwerken wordt ervaren. 1.1 Onderzoeksvragen en opzet Bij dit onderzoek is er voor gekozen de dataverzameling via een internetenquête te laten verlopen onder alle medewerkers van de ds+v. De medewerkers hebben via een met hyperlink naar de vragenlijst het verzoek gekregen deze in te vullen. De vragenlijst is in twee delen gesplitst. Een deel is alleen voorgelegd aan flexwerkers. Daarbij gaat het om de volgende onderzoeksvragen: Hoeveel tijd besteden flexwerkers aan het vinden en instellen van de werkplek? Over welke flexmaterialen beschikken flexwerkers en hoe tevreden zijn ze daarover? Hoe beleven flexwerkers de flexwerkomstandigheden? In welke mate zijn flexwerkers betrokken geweest bij de invoering van het flexwerken en hoe belangrijk vindt men dat? Het andere deel gaat meer algemeen over de werkzaamheden en de beleving van de werkomgeving. Deze vragen zijn niet alleen voorgelegd aan flexwerkers, maar ter controle ook aan medewerkers met een vaste werkplek. Onderzoeksvragen die in dit deel aan bod komen zijn: Hoeveel tijd zijn flexwerkers en medewerkers met een vaste werkplek aanwezig op de afdeling? Hoe besteden flexwerkers en medewerkers met een vaste werkplek hun tijd en wat is hun favoriete werkplek? Hoe beleven flexwerkers en medewerkers met een vaste werkplek de werkomgeving? Hoe kijken flexwerkers en medewerkers met een vaste werkplek tegen flexwerken aan? 1.2 Respons In de tweede week van mei is een aankondiging voor het onderzoek met een korte toelichting en een hyperlink naar de vragenlijst verstuurd naar alle medewerkers van de ds+v. Het gaat in totaal om medewerkers met een vaste, tijdelijke of andersoortige aanstelling. De respondenten zouden in eerste instantie twee weken de tijd hebben om de vragenlijst in te vullen, maar vanwege de tegenvallende respons is er voor gekozen na twee weken een rappèl te sturen. Na de uiteindelijke sluiting van het veldwerk hadden 550 medewerkers van de ds+v de 7

8 vragenlijst ingevuld, wat neerkomt op een respons van 44 procent. Nog eens 10 medewerkers hebben het scherm met de vragenlijst wel geopend, maar geen of slechts enkele vragen ingevuld. Worden deze bij de respons opgeteld dan wordt de totale respons 45 procent. Een overzicht van enkele persoonskenmerken van de respondenten (zoals geslacht, leeftijd, aantal dienstjaren en soort aanstelling) is opgenomen in de bijlage. 1.3 Leeswijzer Deze rapportage is als volgt opgebouwd. In het tweede hoofdstuk wordt ingegaan op het flexwerken. Aan diegenen die hebben aangegeven te flexwerken is onder andere gevraagd hoeveel tijd ze kwijt zijn met het vinden en het instellen van een flexwerkplek, op welke dagdelen het moeilijk is een flexwerkplek te vinden, hoe tevreden ze zijn over de flexmaterialen en in hoeverre ze betrokken waren bij de invoering en uitwerking van het flexwerken. In hoofdstuk drie wordt vervolgens kort stilgestaan bij de negatieve en positieve aspecten van het flexwerken. Ook de perceptie van de medewerkers ten opzichte van het flexwerken komt aan bod. De vragen hierover zijn weer door alle medewerkers beantwoord. Het vierde hoofdstuk tenslotte gaat in op de algemene vragen over de werkplek, die zijn gesteld aan zowel medewerkers met een flexwerkplek als medewerkers met een vaste werkplek. Gevraagd is onder andere hoe men het werk en de werkomgeving beleeft en waardeert en hoe tevreden men is over voorzieningen en bereikbaarheid. Deze rapportage kent tevens een aantal bijlagen. In bijlage I is een overzicht opgenomen van een aantal persoonskenmerken van de respondenten, uitgesplitst naar flexwerkers en medewerkers met een vaste werkplek. In bijlage II is de vragenlijst letterlijk overgenomen. 8

9 2 Flexwerken In dit hoofdstuk wordt ingegaan op het flexwerken binnen de ds+v aan de hand van de antwoorden van die medewerkers van de ds+v die hebben aangegeven een flexwerkplek (een werkplek die niet is toegewezen aan een vast persoon) te hebben. Aan de hand van een aantal vragen, stellingen en uitspraken wordt onder andere gekeken hoeveel tijd men kwijt is voor het vinden en instellen van een werkplek, hoe tevreden men is over flexmaterialen en in hoeverre de medewerkers betrokken waren bij de invoering en uitwerking van het flexwerken op hun afdeling. 2.1 Aantal flexwerkers en gebruik flexwerkplekken Van alle ondervraagde ds+v-medewerkers geeft 46 procent aan een flexwerkplek te hebben en 54 procent een vaste werkplek. De resultaten die in de rest van dit hoofdstuk besproken worden hebben betrekking op die 46 procent (225 respondenten). Tweederde van de flexwerkers is te vinden bij de afdelingen Stedenbouw (24%), Verkeer en Vervoer (22%) en Toezicht gebouwen, handhaving (20%). De overige flexwerkers zijn verdeeld over de afdelingen BPM (8%), ISB (7%), Wonen (6%), Communicatie (4%), Vergunningen (4%), ICT+H (2%), CIC (1%), Ruimtelijke ordening (1%) en het Programmabureau (1%). Zoals uit figuur 2.1 valt op te maken vormen ontwerpers met 30 procent de grootste groep flexwerkers. Inspecteurs, beleidsmedewerkers, projectleiders/opdrachtleiders en ondersteunend personeel vormen samen precies de helft van alle flexwerkers. Van de overige flexwerkers is 8 procent manager, 1 procent onderzoeker en heeft 12 procent een andere functie. Figuur 2.1 Percentage flexwerkers naar functie 12% 1% 8% 10% 11% 29% 16% ontwerper inspecteur beleidsmedewerker projectleider/opdrachtleider ondersteuner management onderzoeker anders,namelijk 13% 9

10 2.1.1 Inrichting afdeling en tijdsbesteding aan flexwerkplekken Van alle flexwerkers geeft 40 procent aan dat hun afdeling goed is ingericht op het gebruik van flexwerkplekken. Volgens 4 procent is hun afdeling zelfs heel goed ingericht. Een kwart van de flexwerkers is van mening dat hun afdeling niet goed, maar ook niet slecht is ingericht voor flexwerken, nog eens 25 procent vindt dat de werkplek slecht is ingericht en 7 procent tenslotte vindt dat de werkplek heel slecht is ingericht voor het werken met flexwerkplekken. Gemiddeld zijn flexwerkers 2,3 minuten per dag kwijt aan het vinden van een werkplek. Maar er zijn er ook die tot 30 minuten per dag kwijt zijn aan het vinden van een werkplek. 68 Procent van alle flexwerkers is tussen de 0 en 7,3 minuten per dag kwijt aan het vinden van een werkplek en 95 procent van alle flexwerkers tussen de 0 en 12,3 minuten. Voor het instellen van het meubilair bij de flexwerkplek is men gemiddeld 2,7 minuten per dag kwijt. Ook hier zitten er tussen die tot 30 minuten kwijt zijn aan het instellen van het meubilair bij hun flexwerkplek. 95 Procent van alle flexwerkers is gemiddeld tussen de 0 en 10,7 minuten kwijt aan het instellen van het meubilair. Zie tabel 2.1 voor een compleet overzicht. Tabel 2.1 Aantal minuten kwijt aan min. max. gem. standaard afwijking 68% tussen 95% tussen vinden werkplek ,3 5,0 0 en 7,3 minuten 0 en 12,3 minuten instellen meubilair ,7 4,0 0 en 6,7 minuten 0 en 10,7 minuten Gebruik en vindbaarheid flexwerkplekken Gemiddeld gebruiken flexwerkers 2,3 flexwerkplekken per week, met een maximum van 7. Daarbij komt het volgens 54 procent van de flexwerkers nooit voor dat ze op hun eigen afdeling geen flexwerkplek kunnen vinden. Volgens 30 procent gebeurt dit wel eens, maar zelden (minder dan één keer per maand). 13 Procent geeft aan dat het soms gebeurt (meer dan eens per maand) dat ze geen flexwerkplek kunnen vinden op hun eigen afdeling en 3 procent zegt dat het vaak voorkomt 1 (minstens eens per week). Van alle flexwerkers houdt 25 procent meer dan eens per maand een flexwerkplek een aantal dagen achter elkaar bezet, door bijvoorbeeld niet uit te loggen of door spullen achter te laten. Iets meer dan één op de tien flexwerkers doet dat ook wel eens, maar zelden. Het grootste deel van de flexwerkers (64%) geeft echter aan nooit een flexwerkplek bezet te houden. Hoewel 64 procent dus aangeeft nooit een flexwerkplek bezet te houden, treft slechts 28 procent bij het zoeken naar een werkplek altijd een leeg bureau (clean desk) aan. Volgens 45 procent gebeurt dat wel vaak (meerdere keren per week), 17 procent treft soms een leeg bureau aan en 10 procent treft nooit een leeg bureau aan. 1 De flexwerkers die aangaven dat het vaak voorkomt dat ze geen flexwerkplek op hun eigen afdeling kunnen vinden is gevraagd op welke dagdelen ze doorgaans geen flexwerkplek kunnen vinden. Aangezien het echter om slechts 6 respondenten gaat, is het niet zinnig deze vraag te beantwoorden. 10

11 2.2 Tevredenheid en mening over flexwerkomstandigheden Als het goed is hebben flexwerkers de beschikking over een flexkoffer of een flextrolley of een verrijdbaar ladenblok. Er blijken echter ook medewerkers te zijn die over meer dan één van bovengenoemde flexmaterialen beschikken. Tabel geeft een overzicht. Tabel Beschikbaarheid van flexmaterialen bij flexwerkers* aantal percentage -flexkoffer 81 36% -flextrolley (verrijdbaar ladenblok met kapstok) 17 8% -verrijdbaar ladenblok (traditioneel) 39 17% -flexkoffer én flextrolley 3 1% - flexkoffer én verrijdbaar ladenblok 9 4% - flextrolley én verrijdbaar ladenblok 3 1% - flexkoffer én flextrolley én verrijdbaar ladenblok 33 15% - geen van bovengenoemde 39 17% totaal % * de aantallen flexwerkers die over de genoemde flexmaterialen beschikken zijn te klein om uitspraken te doen over de tevredenheid over die materialen. Behalve de bovengenoemde flexmaterialen is ook gevraagd naar de beschikbaarheid van een locker en bergruimte voor persoonlijke spullen. Uit tabel valt op te maken dat de helft van alle flexwerkers over zowel een locker als bergruimte voor persoonlijke spullen beschikt; 9 procent beschikt alleen over een locker en 18 procent heeft geen locker maar wel bergruimte voor persoonlijke spullen. Bijna een kwart van de flexwerkers geeft aan over geen van beide te beschikken. Tabel Beschikbaarheid locker en bergruimte persoonlijke spullen bij flexwerkers* aantal percentage - locker 21 9% - bergruimte voor persoonlijke spullen 41 18% - locker en bergruimte voor persoonlijke spullen % - geen van beide 51 23% totaal % * de aantallen flexwerkers die over de genoemde materialen beschikken zijn te klein om uitspraken te doen over de tevredenheid over die materialen. Gevraagd is te reageren op een aantal stellingen die betrekking hebben op de flexwerkomstandigheden (tabel 2.3). Daaruit blijkt dat de meeste flexwerkers als ze op kantoor komen de werkplek vinden die ze graag willen. Ook laten de meeste flexwerkers altijd een schoon en leeg bureau achter als ze weggaan. Een overzicht van vrije werkplekken wordt niet echt gemist. Verder blijkt dat de meeste flexwerkers niet vroeger naar hun werk gaan om van een vaste werkplek verzekerd te zijn en ook niet naar een andere afdeling gaan als ze op hun eigen afdeling geen werkplek kunnen vinden. Ondanks de positieve tendens bij de eerste vijf stellingen is meer dan de helft van de flexwerkers het oneens met de stelling dat flexibele werkplekken een verbetering zijn ten opzichte van vaste werkplekken. 11

12 Tabel 2.3 In welke mate ben je het eens met de volgende uitspraken? - als ik op kantoor kom, vind ik meestal de werkplek die ik graag wil 3,6 - ik laat altijd een schoon en leeg bureau achter 4,0 - ik ga vroeg naar mijn werk om van een werkplek verzekerd te zijn 2,5 - ik mis een overzicht van vrije werkplekken 2,5 - als ik geen werkplek vind op mijn eigen afdeling, ga ik naar een andere afdeling 2,7 - ik vind flexibele werkplekken een verbetering ten opzichte van vaste werkplekken 2,5 1= helemaal mee oneens, 2= mee oneens, 3= niet eens/niet oneens, 4= mee eens, 5= helemaal mee eens 2.3 Betrokkenheid bij het proces De flexwerkers is gevraagd hoe belangrijk ze een aantal aspecten vinden die betrekking hebben op de invoering en uitwerking van het flexwerken op hun afdeling. Uit tabel 2.4 blijkt dat rekening houden met de inbreng van medewerkers en de mogelijkheid voor medewerkers om na de invoering nog ideeën en suggesties in te brengen het belangrijkste worden gevonden (4,2 op een schaal van 1 tot 5). Betrokken zijn bij de uitwerking van het concept scoort met een 3,6 het laagst, maar neigt dus nog wel naar belangrijk toe. Tabel 2.4 Hoe belangrijk is het? - dat er rekening wordt gehouden met de inbreng van medewerkers 4,2 - om na de invoering nog gelegenheid te hebben om ideeën voor verbetering in te brengen? 4,2 - om gelegenheid te hebben voor het inbrengen van ideeën en suggesties? 4,1 - om voldoende geïnformeerd te worden gedurende het proces? 4,1 - om betrokken te zijn bij de keuze voor flexwerken? 4,0 - om betrokken te zijn geweest bij de uitwerking van het concept? 3,6 1= zeer onbelangrijk, 2= onbelangrijk, 3= neutraal, 4= belangrijk, 5= zeer belangrijk Uit tabel 2.5 blijkt dat twee derde van de flexwerkers niet betrokken is geweest bij de keuze voor het flexwerken en dat 70 procent niet betrokken is geweest bij de uitwerking van het concept, terwijl beide aspecten voor de flexwerkers wel van (redelijk) belang zijn. Wel was een meerderheid betrokken bij de verschillende vormen van inbreng van de medewerkers, die door flexwerkers ook belangrijk worden gevonden. De informatieverschaffing tijdens het proces scoort het hoogst: 76 procent van de flexwerkers geeft aan (deels) voldoende te zijn geïnformeerd. 12

13 Tabel 2.5 In hoeverre was je bij de invoering en uitwerking van het flexwerken betrokken? ja deels nee - ben je betrokken geweest bij de keuze voor flexwerken? 18% 17% 65% - ben je betrokken geweest bij de uitwerking van het concept? 10% 20% 70% - was er gelegenheid voor het inbrengen van ideeën en suggesties? 28% 37% 35% - is er rekening gehouden met de inbreng van medewerkers? 23% 40% 37% - is er na de invoering nog gelegenheid geweest voor het inbrengen van 26% 37% 37% ideeën voor verbetering? - ben je voldoende geïnformeerd tijdens het proces? 37% 39% 24% 13

14 14

15 3 Positieve en negatieve aspecten van het flexwerken Aan alle respondenten, dus ook aan degenen die niet flexwerken, is gevraagd wat volgens hen de meest positieve en de meest negatieve aspecten van het flexwerken zijn. Hieronder zal kort op de beantwoording van deze vraag ingegaan worden, waarbij een onderscheid wordt gemaakt tussen flexwerkers (ervaring) en medewerkers met een vaste werkplek (perceptie). Vervolgens is ook gevraagd hoe ze tegenover flexwerken staan. 3.1 Positieve aspecten flexwerken Regelmatig bij andere collega s zitten wordt door zowel flexwerkers als medewerkers met een vaste werkplek als het meest positieve aspect van flexwerken gezien. Een betere werksfeer heeft dit echter niet tot gevolg: in totaal is slechts 8 procent namelijk van mening dat een betere werksfeer een positief aspect is van het gebruik van flexwerkplekken. Het verplicht opruimen van het bureau, meer uitwisseling van kennis en ervaring en de ruimere inrichting wordt door ongeveer één op de drie medewerkers als een positief aspect gezien. Het grootste verschil tussen flexwerkers en medewerkers met een vaste werkplek is te vinden bij de keuze in het soort werkplekken: één op de drie medewerkers met een vaste werkplek vindt dat een positief aspect, bij de flexwerkers zijn dat er één op de vijf. Over het algemeen zijn de verschillen tussen flexwerkers en medewerkers met een vaste werkplek bij de positieve aspecten veel kleiner dan bij de negatieve aspecten (paragraaf 3.2). Tabel 3.1 Wat zijn volgens jou de meeste positieve aspecten van flexwerkplekken? positief volgens flexwerkplek vaste werkplek totaal* - regelmatig bij andere collega s zitten 42% 43% 43% - verplicht opruimen van het bureau 36% 31% 33% - meer uitwisseling van kennis en ervaring 34% 27% 30% - ruimere inrichting 29% 32% 30% - keuze in soort werkplekken 19% 33% 27% - betere werksfeer 10% 6% 8% - anders, namelijk 12% 14% 13% * percentages tellen op tot meer dan 100 procent, omdat meerdere antwoorden gegeven konden worden 3.2 Negatieve aspecten flexwerkplekken Het instellen van de werkplek is volgens twee op de vijf medewerkers van de ds+v het meest negatieve aspect van het gebruik van flexwerkplekken, gevolgd door het verplaatsen van persoonsgebonden voorzieningen (aangepaste stoel, muis) en het verplicht opruimen van het bureau (beiden volgens 35%). Iets minder dan één op de drie medewerkers vindt problemen met de ICT het meest negatieve aspect van het gebruik van flexwerkplekken, ongeveer een kwart vindt de bereikbaarheid of het verplaatsen van de flexkoffer/flextrolley/ladenblok het meest negatieve aspect, één op de vijf medewerkers vindt dat problemen met het archief een negatief aspect vormen en 14 procent tenslotte vindt het gebrek aan overzicht van vrije 15

16 werkplekken een negatief aspect van het gebruik van flexwerkplekken. Wat opvalt is dat medewerkers met een vaste werkplek andere negatieve punten zien dan medewerkers met een flexwerkplek. Volgens de eerst genoemde groep zijn het instellen van de werkplek en het verplaatsen van persoonsgebonden voorzieningen de meest negatieve aspecten van flexwerken, terwijl flexwerkers zelf problemen met de ICT en het verplicht opruimen van het bureau als meest negatieve punten van flexwerken ervaren. Wat daarnaast ook nog opvalt is dat de medewerkers met een vaste werkplek negatiever zijn dan de flexwerkers. Alleen het beeld van medewerkers met een vaste werkplek met betrekking tot problemen met de ICT en het verplaatsen van flexkoffer/flextrolley en ladenblok is rooskleuriger dan dat van de flexwerkers. Deze verschillen kunnen waarschijnlijk geheel verklaard worden door de ervaring van flexwerkers enerzijds en de perceptie (gebaseerd op van horen zeggen, verwachtingen en vooroordelen) van medewerkers met een vaste werkplek anderzijds. Tabel 3.2 Wat zijn volgens jou de meeste negatieve aspecten van flexwerkplekken? negatief volgens flexwerkplek* vaste werkplek* totaal** - problemen met ICT (inloggen apparatuur) 37% 24% 30% - verplicht opruimen van het bureau 32% 37% 35% - instellen werkplek (bureaustoel, computer) 30% 48% 40% - verplaatsen van persoonsgeboden voorzieningen 28% 42% 35% - verplaatsen van flexkoffer/flextrolley/ladenblok 26% 22% 24% - bereikbaarheid 22% 29% 26% - problemen met het archief 18% 22% 20% - gebrek aan overzicht van vrije werkplekken 8% 19% 14% - anders, namelijk 39% 23% 30% * percentages gaan in enkele gevallen over kleine absolute aantallen en zijn daardoor slechts indicatief ** percentages tellen op tot meer dan 100 procent, omdat meerdere antwoorden gegeven konden worden 3.3 Perceptie ten opzichte van het gebruik van flexwerkplekken Zonder uitzondering zijn medewerkers die gebruik maken van een flexwerkplek positiever in de beantwoording van de stellingen over flexwerkplekken dan medewerkers met een vaste werkplek. Dat wil niet zeggen dat flexwerkers het eens zijn met de stellingen. Sterker nog, met uitzondering van de eerste stelling (ik sta positief tegenover het gebruik van flexwerkplekken), scoren alle stellingen bij flexwerkers lager dan een 3,0. Het minst eens zijn flexwerkers het met de stelling dat de organisatie goed is ingericht op het gebruik van flexwerkplekken. Medewerkers met een vaste werkplek zijn het oneens met de stelling dat hun werk zich goed leent voor het gebruik van flexwerkplekken. Zie ook tabel

17 Tabel 3.3 Hoe sta je tegenover flexwerkplekken? Flexwerkplek Vaste werkplek Totaal - ik sta positief tegenover het gebruik van flexwerkplekken 3,0 2,6 2,8 - flexwerkplekken hebben meer voor- dan nadelen 2,7 2,5 2,6 - mijn werk leent zich goed voor het gebruik van flexwerkplekken 2,9 1,9 2,4 - gebruik van flexwerkplekken bevordert de sfeer op de afdeling 2,8 2,4 2,5 - de organisatie is goed ingericht op gebruik van flexwerkplekken 2,4 2,3 2,3 - flexwerkplekken bevorderen de uitwisseling van kennis/ervaring 2,8 2,6 2,7 1= helemaal mee oneens, 2= mee oneens, 3= niet eens/niet oneens, 4= mee eens, 5= helemaal mee eens 17

18 18

19 4 Werkplekmeting ds+v: algemene vragen In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de antwoorden op de algemene vragen over werken bij de ds+v. Het gaat dan vooral om stellingen over het werk en de werkplek en over voorzieningen ter ondersteuning van het werk. De resultaten zijn uitgesplitst naar medewerkers met een vaste werkplek en medewerkers met een flexwerkplek. 4.1 Aanwezigheid Aan de medewerkers is allereerst gevraagd uit hoeveel uur hun dienstverband bestaat en hoeveel uren en dagen ze per week gemiddeld binnen het gebouw op de eigen afdeling aanwezig zijn. Daaruit blijkt dat er geen verschil bestaat tussen het aantal uren dienstverband en het hebben van een flexwerkplek of een vaste werkplek: 17 á 18 procent werkt minder dan 32 uur per week en 82 á 83 procent 32 uur of meer per week. Wel bestaan er grote verschillen bij het aantal uur dat men per week gemiddeld op de eigen afdeling aanwezig is. Zo is 76 procent van de medewerkers met een flexwerkplek gemiddeld minder dan 32 uur per week op de eigen afdeling aanwezig. Van de medewerkers met een vaste werkplek is dit 42 procent. Ook het aantal dagen dat men gemiddeld op de eigen afdeling aanwezig is, verschilt enigszins naar soort werkplek. Zo zijn flexwerkers meer dan medewerkers met een vaste werkplek gemiddeld 4 dagen per week op de eigen afdeling en zijn medewerkers met een vaste werkplek meer dan flexwerkers gemiddeld 5 dagen op de eigen afdeling aanwezig. Zie voor een totaalbeeld tabel 4.1. Tabel 4.1 Duur dienstverband en aantal uren en dagen aanwezig op eigen afdeling Flexwerkplek Vaste werkplek Totaal Aantal uren dienstverband - minder dan 32 uur per week 18% 17% 18% - 32 uur of meer per week 82% 83% 82% Gemiddeld aantal uren op eigen afdeling - minder dan 32 uur per week 76% 42% 58% - 32 uur of meer per week 24% 58% 42% Gemiddeld aantal dagen op eigen afdeling - 1 dag 0% 1% 0% - 2 dagen 3% 1% 2% - 3 dagen 12% 13% 13% - 4 dagen 40% 31% 35% - 5 dagen 44% 52% 48% - anders 1% 3% 2% Totaal 100% 100% 100% Vervolgens is gevraagd welke dagdelen men doorgaans op de eigen afdeling aanwezig is. Daaruit blijkt dat, zonder uitzondering, tijdens de ochtenden de meeste medewerkers (zowel met als zonder vaste werkplek) op hun eigen afdeling aanwezig zijn. Van alle werkdagen zijn op vrijdag doorgaans de minste medewerkers op hun eigen afdeling. 19

20 Uit tabel 4.2 komt ook naar voren dat medewerkers met een vaste werkplek zonder uitzondering van dag of dagdeel doorgaans vaker aanwezig zijn op de eigen afdeling dan medewerkers met een flexwerkplek. De verschillen tussen medewerkers met een flexwerkplek en medewerkers met een vaste werkplek zijn tijdens de ochtenden niet erg groot (niet meer dan 6%), maar tijdens de middagen zijn de verschillen groter. Het grootste verschil is terug te vinden op de maandagmiddag, wanneer 88 procent van de medewerkers met een vaste werkplek doorgaans op de eigen afdeling aanwezig is, terwijl van de medewerkers met een flexwerkplek dan 74 procent doorgaans aanwezig is. Tabel 4.2 Dagdelen doorgaans aanwezig op de eigen afdeling Flexwerkplek Vaste werkplek Totaal ochtend middag ochtend middag ochtend middag Maandag 88% 74% 93% 88% 91% 82% Dinsdag 87% 79% 93% 90% 90% 85% Woensdag 77% 66% 79% 76% 78% 72% Donderdag 84% 74% 90% 83% 87% 79% Vrijdag 68% 55% 73% 66% 71% 61% Ruim driekwart van de medewerkers met een flexwerkplek geeft aan wel eens langer dan 3 uur van de werkplek af te zijn. Bij medewerkers met een vaste werkplek is dat 49 procent. Tabel 4.3 laat zien dat de frequentie waarin dat gebeurt enigszins verschilt tussen de twee groepen medewerkers: flexwerkers zijn wat vaker 2 tot 4 keer per week 3 uur of langer van hun werkplek weg, medewerkers met een vaste werkplek zijn vaker één keer per week of een enkele keer per maand langer dan 3 uur weg. Overigens zijn deze percentages gebaseerd op kleine absolute aantallen en daarom slechts indicatief. Tabel 4.3 Hoe vaak per week ben je langer dan 3 uur van je werkplek? Flexwerkplek Vaste werkplek Totaal - 1 keer per week / enkele keren per maand 36% 42% 38% - 2 tot 4 keer per week 58% 51% 55% - 5 of meer keer per week 6% 7% 7% Totaal 100% 100% 100% 4.2 Favoriete werkplek In totaal wordt bijna de helft van de werktijd van alle medewerkers besteed aan computerwerk. Hier is ook het grootste verschil tussen flexwerkers en medewerkers met een vaste werkplek terug te vinden bij: flexwerkers besteden 43 procent van hun tijd aan computerwerk en medewerkers met een vaste werkplek 51 procent. Medewerkers met een vaste werkplek besteden daar naast ook (iets) meer tijd aan telefoneren en andere werkzaamheden, flexwerkers besteden (iets) meer tijd aan tekentafelwerk en formeel- en informeel overleg. In tabel 4.4 staan de gemiddelde tijden die per activiteit besteed worden, voor zowel flexwerkers, medewerkers met een vaste werkplek en totaal. 20

21 Tabel 4.4 Gemiddelde tijdsbesteding per activiteit Flexwerkplek Vaste werkplek Totaal - computerwerk 43% 51% 47% - leeswerk 11% 11% 11% - tekentafelwerk 4% 3% 4% - telefoneren 9% 10% 10% - formeel overleggen 17% 15% 16% - informeel overleggen 11% 9% 10% - printen, kopiëren 6% 7% 7% - anders 11% 13% 13% Totaal 112% 119% 118% Voor vrijwel alle activiteiten van de medewerkers geniet een vaste werkplek de voorkeur. Uitzonderingen hierop zijn, logischerwijs, de formele vergaderruimte voor formeel overleg en de printer-, kopieerruimte voor printen en kopiëren. Bij de medewerkers met een flexwerkplek valt op dat een flexibele werkplek voor geen van alle activiteiten wordt aangegeven als voorkeursplek. De voorkeur gaat daarentegen uit naar een vaste werkplek in een kantoortuin, terwijl bij de medewerkers met een vaste werkplek de voorkeur steevast uitgaat naar een vaste werkplek in een werkkamer. Daarnaast gaat de voorkeur van flexwerkers voor leeswerk uit naar een stiltewerkplek, voor (in-)formeel overleg naar de formele- dan wel informele ruimte en voor printen en kopiëren naar de printer-, kopieerruimte. Zie ook tabel 4.5. Tabel 4.5 Voorkeurswerkplek flexwerkers en medewerkers met een vaste werkplek medewerkers met een flexwerkplek medewerkers met een vaste werkplek - computerwerk kantoortuin, vaste werkplek werkkamer, vaste werkplek - leeswerk stiltewerkplek werkkamer, vaste werkplek - tekentafelwerk kantoortuin, vaste werkplek werkkamer, vaste werkplek - telefoneren kantoortuin, vaste werkplek werkkamer, vaste werkplek - formeel overleggen formele vergaderruimte formele vergaderruimte - informeel overleggen informele hoek werkkamer, vaste werkplek - printen, kopiëren printer-, kopieerruimte printer-, kopieerruimte 4.3 Beleving van het werk en de werkomgeving In een volgend blok vragen is een aantal stellingen en uitspraken aan de medewerkers voorgelegd over de beleving van verschillende aspecten van het werk zelf en van de werkomgeving Beleving werkproces De medewerkers is gevraagd hoeveel vrijheid ze hebben om zelf te beslissen over een vijftal aspecten rondom het werk. Het enige verschil tussen flexwerkers en medewerkers met een vaste werkplek zit in de vrijheid om zelf te beslissen over de werkplek. Deze is hoger bij flexwerkers, maar komt niet in de buurt van heel veel vrijheid. Waarschijnlijk heeft dat te maken 21

22 met de werkelijke mogelijkheden om de werkplek te kiezen. Als je niet als eerste binnenkomt, is de keuze voor een werkplek immers niet altijd meer mogelijk. Tabel 4.6 Hoe vrij ben je om zelf te beslissen over? Flexwerkplek Vaste werkplek Totaal - werktijden (wanneer je werkt) 3,7 3,6 3,6 - werkplek (waar je werkt) 3,3 2,5 2,9 - werkwijze (manier waarop je werkt) 3,8 3,8 3,8 - werkplanning (wanneer je wat doet) 3,9 3,8 3,8 - thuiswerken 2,1 2,1 2,1 1= heel weinig vrijheid, 2= weinig vrijheid, 3= neutraal, 4= veel vrijheid, 5= heel veel vrijheid Ook is een drietal uitspraken voorgelegd over de werkzaamheden zelf. Medewerkers met een vaste werkplek geven iets vaker dan medewerkers met een flexwerkplek aan dat hun werk een hoge mate van concentratie vereist. Over het algemeen is men het er ook wel mee eens dat men vaak te maken heeft met vertrouwelijke gegevens. Over het voeren van vertrouwelijke gesprekken is men neutraal. Flexwerkers en medewerkers met een vaste werkplek ontlopen elkaar hier niet zo heel veel. Tabel 4.7 In welke mate ben je het met de volgende uitspraken eens? Flexwerkplek Vaste werkplek Totaal - mijn werk vereist een hoge mate van concentratie 4,1 4,3 4,2 - in mijn werk heb ik vaak te maken met vertrouwelijke gegevens 3,3 3,7 3,5 - in mijn werk moet ik vaak vertrouwelijke gesprekken voeren 2,8 3,1 3,0 1= helemaal mee oneens, 2= mee oneens, 3= niet eens/niet oneens, 4= mee eens, 5= helemaal mee eens Waardering werkomgeving Over de esthetische aspecten van de werkomgeving is men over het algemeen vrij neutraal, waarbij opvalt dat er nauwelijks verschillen bestaan tussen flexwerkers en medewerkers met een vaste werkplek (tabel 4.8). Het meest tevreden is men nog over het uitzicht vanaf de werkplekken, waarbij flexwerkers (die waarschijnlijk vaak van uitzicht wisselen) iets tevredener zijn dan medewerkers met een vaste werkplek. Tabel 4.8 Hoe tevreden ben je over de esthetische aspecten van je werkomgeving? Flexwerkplek Vaste werkplek Totaal - indeling van het kantoor 3,1 3,0 3,0 - materiaalgebruik van de inrichting 3,2 3,2 3,2 - kleurgebruik in het interieur 3,1 3,0 3,0 - aankleding (kunst, planten, etc.) van de inrichting 2,8 2,8 2,8 - uitzicht vanaf de werkplekken 3,5 3,2 3,3 - architectuur als geheel 2,8 2,8 2,8 1= zeer ontevreden, 2= ontevreden, 3= neutraal, 4= tevreden, 5= zeer tevreden 22

23 Over de ergonomische aspecten van de werkplek is men over het algemeen wat positiever dan over de esthetische aspecten. Over de afstand tot andere werkplekken en de aanpasbaarheid van de werkplek aan specifieke taken is men nog wel vrij neutraal, maar bij de overige aspecten neigen de antwoorden naar tevreden (tabel 4.9). Evenals bij de esthetische aspecten bestaan er ook bij de ergonomische aspecten van de werkplek nauwelijks verschillen tussen flexwerkers en medewerkers met een vaste werkplek: het grootste verschil is terug te vinden bij de verstelbaarheid van het bureau: respectievelijk een 3,7 (flexwerkers) en een 3,0 (vaste werkplek). De aanpasbaarheid van de werkplek aan specifieke taken krijgt de laagste score, zowel bij flexwerkers als bij medewerkers met een vaste werkplek. Bij medewerkers met een vaste werkplek is dit niet zo verwonderlijk, maar blijkbaar vinden ook medewerkers met een flexibele werkplek het lastig de keuze voor een werkplek aan te passen aan specifieke taken. Tabel 4.9 Hoe tevreden ben je over de ergonomische aspecten van je werkplek? Flexwerkplek Vaste werkplek Totaal - grootte van de werkplek 3,5 3,3 3,4 - afstand tot andere werkplekken 3,3 3,1 3,2 - aanpasbaarheid van de werkplek aan specifieke taken 3,1 2,9 3,0 - oppervlakte van het bureau 3,5 3,4 3,5 - verstelbaarheid van het bureau 3,7 3,0 3,3 - vormgeving van het bureau 3,6 3,2 3,4 - comfort van het bureau 3,6 3,2 3,4 - positie van het beeldscherm, toetsenbord en muis 3,5 3,5 3,5 - grootte van het beeldscherm 3,5 3,6 3,6 - verstelbaarheid van de bureaustoel 3,8 3,8 3,8 - comfort van de bureaustoel 3,7 3,8 3,7 1= zeer ontevreden, 2= ontevreden, 3= neutraal, 4= tevreden, 5= zeer tevreden 4.4 Waardering voorzieningen Vervolgens is gevraagd naar een aantal, zowel persoonlijke als algemene, voorzieningen en de bereikbaarheid van en voor collega s. Over het papieren archief, zowel voor gemeenschappelijk als voor persoonlijk gebruik, is men vrij neutraal. Wederom bestaan er slechts geringe verschillen tussen flexwerkers en medewerkers met een vaste werkplek. Flexwerkers zijn het minst tevreden over de hoeveelheid persoonlijke archiefruimte en het gebruiksgemak van het gemeenschappelijke archief. De aspecten met betrekking tot het persoonlijke archief scoren bij medewerkers met een vaste werkplek hoger dan bij flexwerkers en daardoor ook hoger dan gemiddeld. Zie tabel

24 Tabel 4.10 Hoe tevreden ben je over het papieren archief? Flexwerkplek Vaste werkplek Totaal - hoeveelheid archiefruimte voor gemeenschappelijk gebruik 3,2 3,2 3,2 - afstand tot archief voor gemeenschappelijk gebruik 3,3 3,3 3,3 - gebruiksgemak archief voor gemeenschappelijk gebruik 2,9 3,1 3,0 - hoeveelheid persoonlijke archiefruimte 2,8 3,2 3,0 - afstand tot persoonlijke archief 3,2 3,5 3,3 - gebruiksgemak persoonlijke archief 3,0 3,4 3,2 1= zeer ontevreden, 2= ontevreden, 3= neutraal, 4= tevreden, 5= zeer tevreden Ook over de voorzieningen, zoals ruimten voor formeel overleg, mogelijkheden om met vertrouwelijke informatie om te gaan en de mogelijkheden om ongestoord te telefoneren, bestaat er erg veel overeenstemming tussen flexwerkers en medewerkers met een vaste werkplek (tabel 4.11). Over het algemeen is men vrij neutraal over de genoemde voorzieningen. De beschikbaarheid van ruimten voor formeel overleg met meer of minder dan 8 mensen springt er qua waardering iets bovenuit. Wat echter het meest opvalt is dat zowel flexwerkers als medewerkers met een vaste werkplek redelijk ontevreden zijn over de mogelijkheden om geconcentreerd te werken en ongestoord te telefoneren. Dit hangt waarschijnlijk samen met de hoeveelheid hinder die men tijdens het werk ervaart (tabel 4.14). In combinatie met het belang dat men hecht aan het niet afgeleid kunnen worden (zowel door geluid als door de fysieke omgeving, tabel 4.13) vormt deze constatering een belangrijk aandachtspunt. Tabel 4.11 Hoe tevreden ben je over de volgende functionele voorzieningen? Flexwerkplek Vaste werkplek Totaal - beschikbaarheid ruimten formeel overleg > 8 mensen 3,5 3,4 3,4 - beschikbaarheid ruimten formeel overleg < 8 mensen 3,5 3,4 3,5 - beschikbaarheid van projectruimten/atelier 3,1 3,2 3,2 - mogelijkheden om informeel te overleggen 3,2 3,2 3,2 - mogelijkheden om met vertrouwelijke informatie om te gaan 3,2 3,3 3,2 - mogelijkheden om vertrouwelijke gesprekken te voeren 3,1 3,1 3,1 - mogelijkheden om geconcentreerd te werken 2,7 2,8 2,8 - mogelijkheden om ongestoord te telefoneren 2,5 2,6 2,6 1= zeer ontevreden, 2= ontevreden, 3= neutraal, 4= tevreden, 5= zeer tevreden Medewerkers met een vaste werkplek zijn over het algemeen iets tevedener over hun eigen telefonische en fysieke bereikbaarheid dan collega s met een flexwerkplek. Daarnaast vinden medewerkers zichzelf beter telefonisch bereikbaar voor collega s dan collega s voor hen bereikbaar zijn. En hoewel het verschil miniem is, is het merendeel het er ook over eens dat ze beter bereikbaar zijn voor collega s dan voor externen. 24

25 Tabel 4.12 Hoe tevreden ben je over de volgende aspecten van bereikbaarheid? Flexwerkplek Vaste werkplek Totaal - telefonische bereikbaarheid van collega s 3,0 3,0 3,0 - fysieke bereikbaarheid (vindbaarheid) van collega s 3,2 3,3 3,2 - je eigen telefonische bereikbaarheid 3,4 3,7 3,5 - je eigen bereikbaarheid (vindbaarheid) voor externen 3,3 3,6 3,4 1= zeer ontevreden, 2= ontevreden, 3= neutraal, 4= tevreden, 5= zeer tevreden 4.5 Belang en ervaring privacy en hinder Flexwerkers en medewerkers met een vaste werkplek hebben verschillende opvattingen wat betreft het belang van aspecten die van invloed zijn op de uitvoering van hun werk. Het belangrijkste vinden flexwerkers dat ze niet afgeleid kunnen worden door geluid (3,9 op een schaal van 1 tot 5). Voor medewerkers met een vaste werkplek is juist het hebben van een vaste werkplek het belangrijkste aspect bij de uitvoering van hun werk (4,0). Op de tweede plaats komt bij flexwerkers het gebruik van een persoonlijke archiefruimte, medewerkers met een vaste werkplek vinden het niet afgeleid kunnen worden door geluid het op een na belangrijkste aspect met betrekking tot de uitvoering van hun werk. Op plaats drie tenslotte staat bij zowel flexwerkers als medewerkers met een vaste werkplek het niet afgeleid kunnen worden door de fysieke omgeving. Het niet gezien kunnen worden (de visuele privacy) is voor beide groepen het minst belangrijk. Zie tabel 4.13 voor een compleet overzicht. Tabel 4.13 Hoe belangrijk vindt je de volgende psychologische aspecten voor de uitvoering van je werk? Flexwerkplek Vaste werkplek Totaal - niet afgeleid kunnen worden door geluid 3,9 4,0 3,9 - niet afgeleid kunnen worden door fysieke omgeving 3,6 3,9 3,7 - niet gehoord kunnen worden (auditieve privacy) 3,1 3,3 3,2 - niet gezien kunnen worden (visuele privacy) 2,4 2,7 2,5 - het hebben van een vaste werkplek 3,5 4,3 4,0 - persoonlijke attributen op de werkplek 2,7 3,1 2,9 - het gebruik van een gemeenschappelijke archiefruimte 3,3 3,1 3,2 - het gebruik van een persoonlijke archiefruimte 3,7 3,4 3,6 1= heel onbelangrijk, 2= onbelangrijk, 3= neutraal, 4= belangrijk, 5= heel belangrijk Alle medewerkers geven dus aan dat ze het belangrijk vinden om niet afgeleid te kunnen worden door geluid of door de fysieke omgeving. Uit tabel 4.14 blijkt echter dat zowel flexwerkers als medewerkers met een vaste werkplek wel (enige) hinder ondervinden van zowel geluidsoverlast als visuele afleiding. Over visuele afleiding is men neutraal. De mate van privacy die door de medewerkers ervaren wordt zit dicht tegen weinig aan. Dit geldt zowel voor de auditieve als de visuele privacy. Medewerkers met een vaste werkplek zijn hier iets positiever over dan flexwerkers, maar met een 2,6 gemiddeld zitten ze nog wel tussen neutraal en weinig in. 25

26 Tabel 4.14 Ervaringen privacy en hinder Flexwerkplek Vaste werkplek Totaal Welke mate van privacy ervaar je? - auditieve privacy (niet gehoord willen worden) 2,3 2,6 2,4 - visuele privacy (niet gezien willen worden) 2,3 2,6 2,5 In hoeverre ondervind je hinder van de volgende aspecten? - geluidsoverlast / lawaai 3,4 3,3 3,4 - visuele afleiding 3,0 3,0 3,0 1= heel weinig, 2= weinig, 3= neutraal, 4= veel, 5= heel veel 4.6 Algemene waardering werkomgeving De waardering van de medewerkers van de ds+v over de werkomgeving binnen de dienst houdt (nog) te wensen over. Zoals uit tabel 4.15 valt op te maken is men het slechts met drie van de zeven stellingen eens, of in ieder geval niet oneens. De communicatie met collega s scoort het hoogste. Flexwerkers scoren hierin iets hoger dan medewerkers met een vaste werkplek, waarschijnlijk omdat flexwerkers regelmatig bij andere collega s zitten en daardoor met meer verschillende collega s communiceren dan medewerkers die een vaste werkplek hebben. Over de aansluiting van de werkomgeving bij de werkprocessen en de prettige sfeer op de werkomgeving is men neutraal. De meeste winst zou, afgaand op de mening van de medewerkers, behaald kunnen worden door de werkomgeving nog inspirerender en stimulerender te maken. Tabel 4.15 In welke mate ben je het eens met de volgende uitspraken? Flexwerkplek Vaste werkplek Totaal - de werkomgeving sluit goed aan bij de werkprocessen 3,0 3,0 3,0 - de werkomgeving stimuleert tot het leveren van kwaliteit 2,6 2,7 2,7 - de werkomgeving biedt een prettige sfeer 3,1 3,0 3,0 - de werkomgeving stimuleert de communicatie met collega s 3,5 3,2 3,4 - de werkomgeving werkt inspirerend 2,5 2,6 2,5 - de werkomgeving stimuleert mijn productiviteit 2,5 2,6 2,6 - de werkomgeving draagt bij aan mijn algehele welzijn 2,6 2,6 2,6 1= helemaal mee oneens, 2= mee oneens, 3= niet eens/niet oneens, 4= mee eens, 5= helemaal mee eens 26

27 Bijlagen 27

28 28

29 BIJLAGE I RESPONSOVERZICHT NAAR PERSOONSKENMERKEN flexwerkplek vaste werkplek totaal Geslacht - man 67% 60% 63% - vrouw 33% 40% 37% Leeftijd - jonger dan 24 jaar 3% 2% 2% - 24 tot 35 jaar 33% 22% 27% - 35 tot 45 jaar 27% 21% 24% - 45 tot 55 jaar 25% 37% 32% - 55 jaar en ouder 12% 18% 15% Aantal dienstjaren bij de ds+v Rotterdam - minder dan 1 jaar 9% 8% 8% - 1 tot 2 jaar 9% 6% 8% - 2 tot 5 jaar 25% 18% 21% - 5 tot 10 jaar 24% 18% 20% - 10 jaar en langer 33% 50% 43% Soort aanstelling - vaste aanstelling 88% 91% 90% - tijdelijke aanstelling 8% 5% 6% - anders 4% 4% 4% Op welke afdeling werk je - directie / directiesecretariaat 0% 6% 3% - P & O 0% 3% 2% - ICT+H 2% 5% 4% - financiën 0% 6% 3% - ISB 7% 2% 4% - CIC 1% 0% 1% - communicatie 4% 1% 2% - accountmanagement 0% 1% 1% - huursubsidie 0% 0% 0% - stedenbouw 24% 10% 16% - verkeer en vervoer 22% 2% 11% - ruimtelijke ordening 1% 10% 6% - COS 0% 5% 3% - toezicht gebouwen (handhaving) 20% 6% 12% - wonen 6% 3% 4% - vergunningen 4% 28% 17% - BPM 8% 5% 7% - programmabureau 1% 5% 3% - anders 0% 2% 1% Wat voor soort functie heb je - ondersteuner 10% 30% 21% - beleidsmedewerker 13% 11% 12% - ontwerper 29% 3% 15% - onderzoeker 1% 3% 2% - inspecteur 16% 5% 10% - projectleider / opdrachtleider 11% 6% 8% - management 8% 10% 9% - anders 12% 32% 23% totaal 100% 100% 100% 29

30 30

31 BIJLAGE II DE VRAGENLIJST Wilt u het antwoord dat voor u van toepassing is aankruisen ( ). Als u meerdere antwoorden mag geven op een vraag, is dit bij de vraag aangegeven. Let goed op doorverwijzingen. Soms kunt u één of meerdere vragen overslaan als die niet voor u van toepassing zijn. Manier van werken 1. Uit hoeveel uur per week bestaat je dienstverband? uur per week 2. Hoeveel uur per week ben je gemiddeld binnen het gebouw op je eigen afdeling aanwezig? 3. Hoeveel dagen per week ben je gemiddeld binnen het gebouw op je eigen afdeling aanwezig? uur per week dagen per week 4. Welke dagdelen ben je doorgaans op je eigen afdeling aanwezig? ochtend middag maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag 5. Op wat voor soort werkplek werk je? kantoortuin, vaste werkplek kantoortuin, flexibele werkplek (werk)kamer, vaste werkplek (werk)kamer, flexibele werkplek balie anders, namelijk 6. Hoeveel procent van je werktijd besteed je aan de volgende taken en welke plek heeft daarbij als dat zou kunnen je voorkeur? (graag het totaal op 100% laten uitkomen, werkplektypen staan in de tabel onder de vraag) percentage voorkeur-plek per week computerwerk % leeswerk % tekentafelwerk % telefoneren % formeel overleggen (vergaderen) % informeel overleggen % archiveren, printen, kopiëren, faxen % anders, namelijk % totaal 100 % (zie tabel onder) 31

Openingstijden Stadswinkels 2008

Openingstijden Stadswinkels 2008 Openingstijden Stadswinkels 2008 Openingstijden Stadswinkels 2008 René van Duin & Maaike Dujardin Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) december 2008 In opdracht van Publiekszaken afdeling Beleid

Nadere informatie

Minder verhuisbewegingen wordt ook gewenst door de directeuren en medewerkers, maar de

Minder verhuisbewegingen wordt ook gewenst door de directeuren en medewerkers, maar de Renovatie en innovatie? Een onderzoek naar het gebruik en de beleving van twee Haagse locaties van het ministerie van LNV Auteurs: M. Maarleveld, D.J.M. van der Voordt Center for People and Buildings Samenvatting

Nadere informatie

Samenvatting Doel en werkwijze Respondenten

Samenvatting Doel en werkwijze Respondenten Sporen naar de nieuwe huisvesting Een onderzoek naar het gebruik en beleving van drie locaties van de belastingdienst-oost. Auteurs: L. Groot, A.M. Hartjes, M. Maarleveld Center for People and Buildings,

Nadere informatie

COLLIERS INTERNATIONAL OFFICE REVIEW 2014

COLLIERS INTERNATIONAL OFFICE REVIEW 2014 1 Kosten, bereikbaarheid, aantal parkeerplaatsen en het imago van het bedrijf zijn veelal de factoren die vastgoedbeslissers bij de keuze voor een kantoorpand meenemen en het zijn allemaal factoren die

Nadere informatie

Van B tot Z De beleving van de huisvesting van het ministerie van Buitenlandse Zaken in Den Haag geëvalueerd

Van B tot Z De beleving van de huisvesting van het ministerie van Buitenlandse Zaken in Den Haag geëvalueerd Van B tot Z De beleving van de huisvesting van het ministerie van Buitenlandse Zaken in Den Haag geëvalueerd L. Groot, ir. L.E.M. Mascini & ir. L. Volker Center for People and Buildings, Delft - februari

Nadere informatie

Gemeente Roosendaal. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 26 juni 2017

Gemeente Roosendaal. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 26 juni 2017 Gemeente Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2016 Onderzoeksrapportage 26 juni 2017 DATUM 26 juni 2017 Dimensus Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda info@dimensus.nl www.dimensus.nl (076) 515

Nadere informatie

Gemeente Moerdijk. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 20 juni 2017

Gemeente Moerdijk. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 20 juni 2017 Gemeente Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2016 Onderzoeksrapportage 20 juni 2017 DATUM 20 juni 2017 Dimensus Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda info@dimensus.nl www.dimensus.nl (076) 515

Nadere informatie

Samenwerkende gemeenten West- Brabant: gemeente Moerdijk

Samenwerkende gemeenten West- Brabant: gemeente Moerdijk Samenwerkende gemeenten West- Brabant: gemeente Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2015 Definitieve rapportage 4 augustus 2016 DATUM 4 augustus 2016 TITEL Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2015 ONDERTITEL

Nadere informatie

Over de informatie en participatie tijdens de voorbereiding en implementatie van het concept is de meerderheid tevreden. Tweederde is goed bekend met

Over de informatie en participatie tijdens de voorbereiding en implementatie van het concept is de meerderheid tevreden. Tweederde is goed bekend met Flexen in Forum Flex Een onderzoek naar de beleving van een innovatief kantoorconcept voor het Centrum voor Facilitaire Dienstverlening van de Belastingsdienst in Utrecht Auteurs: L. Volker, D.J.M. van

Nadere informatie

HNW Er wordt veel over geschreven HNW Feiten en Cijfers. Het Nieuwe Werken. Integrale Vormgeving. Probleemstelling. efficiëntie

HNW Er wordt veel over geschreven HNW Feiten en Cijfers. Het Nieuwe Werken. Integrale Vormgeving. Probleemstelling. efficiëntie Het Nieuwe Werken Effecten op bedrijfsdoelstellingen HNW Er wordt veel over geschreven HNW Feiten en Cijfers Merle Blok Het Nieuwe Werken Het Nieuwe Werken is een visie op een manier van werken die optimaal

Nadere informatie

Klanttevredenheid consultatiebureaus Careyn

Klanttevredenheid consultatiebureaus Careyn Klanttevredenheid consultatiebureaus Careyn Klanten van Careyn over het consultatiebureau Inhoud: 1. Conclusies 2. Algemene dienstverlening 3. Het inloopspreekuur 4. Telefonische dienstverlening 5. Persoonlijk

Nadere informatie

ONDERNEMERS EN INTERNETPANEL OVER DE WINKELOPENINGSTIJDEN IN PURMEREND

ONDERNEMERS EN INTERNETPANEL OVER DE WINKELOPENINGSTIJDEN IN PURMEREND ONDERNEMERS EN INTERNETPANEL OVER DE WINKELOPENINGSTIJDEN IN PURMEREND Ondernemers en internetpanel over de winkelopeningstijden in Purmerend In opdracht van: Afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling Patty Laan

Nadere informatie

Dienstverlening Amsterdam-Noord

Dienstverlening Amsterdam-Noord Dienstverlening Amsterdam-Noord tweede meting bewonerspanel Projectnummer: 9151 In opdracht van stadsdeel Amsterdam-Noord Rogier van der Groep Esther Jakobs Oudezijds Voorburgwal 300 Postbus 658 1012 GL

Nadere informatie

Leerlingtevredenheidsonderzoek

Leerlingtevredenheidsonderzoek Rapportage Leerlingtevredenheidsonderzoek De Meentschool - Afdeling SO In opdracht van Contactpersoon De Meentschool - Afdeling SO de heer A. Bosscher Utrecht, juni 2015 DUO Onderwijsonderzoek drs. Vincent

Nadere informatie

Evaluatie hinder bij wegwerkzaamheden

Evaluatie hinder bij wegwerkzaamheden Evaluatie hinder bij wegwerkzaamheden Projectnummer: 10203 In opdracht van: Dienst Infrastructuur, Verkeer en Vervoer drs. Merijn Heijnen dr. Willem Bosveld Oudezijds Voorburgwal 300 Postbus 658 1012 GL

Nadere informatie

FORMELE GESPREKKEN, REGELDRUK EN REGELRUIMTE. Analyse op basis van het Personeels- en Mobiliteitsonderzoek mei 2016

FORMELE GESPREKKEN, REGELDRUK EN REGELRUIMTE. Analyse op basis van het Personeels- en Mobiliteitsonderzoek mei 2016 ARBEIDSMARKTPLATFORM PO. Van en voor werkgevers en werknemers FORMELE GESPREKKEN, REGELDRUK EN REGELRUIMTE Analyse op basis van het Personeels- en Mobiliteitsonderzoek 2014 mei 2016 1 Arbeidsmarktplatform

Nadere informatie

Overlast park Lepelenburg

Overlast park Lepelenburg Overlast park Lepelenburg 1-meting oktober 2014 www.onderzoek.utrecht.nl Colofon Uitgave Afdeling Onderzoek Gemeente Utrecht Postbus 16200 3500 CE Utrecht 030 286 1350 onderzoek@utrecht.nl in opdracht

Nadere informatie

Medewerkerstevredenheidsonderzoek Fictivia 2008.V.

Medewerkerstevredenheidsonderzoek Fictivia 2008.V. Medewerkerstevredenheidsonderzoek Fictivia 2008.V. Opdrachtgever: Uitvoerder: Plaats: Versie: Fictivia B.V. Junior Consult Groningen Fictief 1 Inhoudsopgave Inleiding 3 Directieoverzicht 4 Leiderschap.7

Nadere informatie

Dit werk is gelicenseerd onder een Creative Commons Naamsvermelding-GeenAfgeleideWerken 3.0 Unported licentie. Resultaten SJBN Enquête 2012

Dit werk is gelicenseerd onder een Creative Commons Naamsvermelding-GeenAfgeleideWerken 3.0 Unported licentie. Resultaten SJBN Enquête 2012 Dit werk is gelicenseerd onder een Creative Commons Naamsvermelding-GeenAfgeleideWerken 3.0 Unported licentie Resultaten SJBN Enquête 2012 Inhoudsopgave Achtergrond Resultaten enquête Steekproef Algehele

Nadere informatie

Werkbelevingsonderzoek 2013

Werkbelevingsonderzoek 2013 Werkbelevingsonderzoek 2013 voorbeeldrapport Den Haag, 17 september 2014 Ipso Facto beleidsonderzoek Raamweg 21, Postbus 82042, 2508EA Den Haag. Telefoon 070-3260456. Reg.K.v.K. Den Haag: 546.221.31. BTW-nummer:

Nadere informatie

Peiling Bibliotheek Olst-Wijhe Oktober 2018

Peiling Bibliotheek Olst-Wijhe Oktober 2018 Peiling Bibliotheek - Oktober 2018 Resultaten Inleiding De gemeenteraad van - heeft in 2014 een besluit genomen over de toekomst van het bibliotheekwerk in - tot en met 2020. Daarbij is onder andere gekozen

Nadere informatie

Drechtstedendinsdag 2015

Drechtstedendinsdag 2015 Drechtstedendinsdag 2015 UITKOMSTEN ENQUÊTE INRICHTING EN FUNCTIONEREN Inhoud 1. Conclusies 2. Drechtstedendinsdag in het algemeen 3. Themabijeenkomsten 4. Gezamenlijke maaltijd 5. Regionaal fractieoverleg

Nadere informatie

Organisatiegericht huisvesten

Organisatiegericht huisvesten Organisatiegericht huisvesten Ervaringen van de Belastingdienst Hans Pieter Stekelenburg Belastingdienst/Centrum voor facilitaire dienstverlening 19 september 2006 Onderwerpen Inleiding Organisatiegericht

Nadere informatie

Gescheiden gft inzameling Nesselande

Gescheiden gft inzameling Nesselande rotterdam.nl/onderzoek Gescheiden gft inzameling Nesselande Onderzoek en Business Intelligence Gescheiden gft inzameling Nesselande Een evaluatie M. van Rhee Onderzoek en Business Intelligence (OBI) 13

Nadere informatie

Zorgbarometer 7: Flexwerkers

Zorgbarometer 7: Flexwerkers Zorgbarometer 7: Flexwerkers Onderzoek naar de positie van flexwerkers in de zorg Uitgevoerd door D. Langeveld, MSc Den Dolder, mei 2012 Pagina 2 Het auteursrecht op dit rapport berust bij ADV Market Research

Nadere informatie

Evenementen in Hoek van Holland - 2009

Evenementen in Hoek van Holland - 2009 Evenementen in Hoek van Holland - 2009 Evenementen in Hoek van Holland - 2009 René van Duin & Maaike Dujardin Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) december 2009 In opdracht van deelgemeente Hoek

Nadere informatie

Fiets in de metro. Martijn Epskamp. Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) maart In opdracht van de Stadsregio

Fiets in de metro. Martijn Epskamp. Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) maart In opdracht van de Stadsregio Fiets in de metro Fiets in de metro Martijn Epskamp Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) maart 2008 In opdracht van de Stadsregio Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) Auteur: Martijn Epskamp

Nadere informatie

KOOPZONDAGEN De mening van burgers en ondernemers

KOOPZONDAGEN De mening van burgers en ondernemers KOOPZONDAGEN De mening van burgers en ondernemers Opdrachtnemer: Bureau O&S Heerlen Opdrachtgever: Bureau Economie Januari 2013 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding 3 2. Onderzoeksvragen 3 3. Onderzoeksopzet 3 4.

Nadere informatie

Klanttevredenheid marktkooplieden - 2008

Klanttevredenheid marktkooplieden - 2008 Klanttevredenheid marktkooplieden - 2008 Klanttevredenheid marktkooplieden - 2008 Maaike Dujardin Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) februari 2009 In opdracht van Stadstoezicht afdeling B&O Centrum

Nadere informatie

STRAATENQUÊTE MASTERPLAN LIJNBAANHOVEN

STRAATENQUÊTE MASTERPLAN LIJNBAANHOVEN STRAATENQUÊTE MASTERPLAN LIJNBAANHOVEN Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) In opdracht van ds+v Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) Auteur: Project: 07-2610 Prijs: Adres: Goudsesingel 78,

Nadere informatie

Rust en ruimte op de werkplek

Rust en ruimte op de werkplek Rust en ruimte op de werkplek Regiobijeenkomst over Rust en Ruimte Iris de Been 7 december 2011 2 Drie centrale vragen 1. Hoe belangrijk zijn Rust en Ruimte op de werkvloer? 2. Hoe verhouden Rust en Ruimte

Nadere informatie

Nationaal Medewerkerstevredenheidsonderzoek

Nationaal Medewerkerstevredenheidsonderzoek Nationaal Medewerkerstevredenheidsonderzoek uitgevoerd door Maart 2009 Nationaal Medewerkerstevredenheidsonderzoek uitgevoerd door: Almere Staete Radioweg 6a 1324 KW ALMERE Tel. (036) 5300402 E-mail: info@trendview.nl

Nadere informatie

Parkeeronderzoek De Biezen. Resultaten bewonersenquête

Parkeeronderzoek De Biezen. Resultaten bewonersenquête Parkeeronderzoek De Biezen Resultaten bewonersenquête Gemeente Nijmegen Afdeling Onderzoek en Statistiek Januari 2005 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 2 1.1 Achtergrond en doel onderzoek... 2 1.2 Vraagstellingen

Nadere informatie

BURGERPANEL OIRSCHOT PEILING 4 2015 DIENSTVERLENING

BURGERPANEL OIRSCHOT PEILING 4 2015 DIENSTVERLENING BURGERPANEL OIRSCHOT PEILING 4 2015 DIENSTVERLENING Gemeente Oirschot Oktober 2015 Colofon Uitgave: Research 2Evolve Tesselschadelaan 15A 1217 LG Hilversum Tel: (035) 623 27 89 info@research2evolve.nl

Nadere informatie

Opdrachtgevers & Netwerkpartners

Opdrachtgevers & Netwerkpartners Opdrachtgevers & Netwerkpartners van Synthese Mate van tevredenheid [Externe versie] Rapportage 2017 Ronald De Meyer Laura Beurskens-Claessens Februari 2018 2 2018 Praktikon Behoudens de in of krachtens

Nadere informatie

Tilburg en Kunst. Onderzoek Jongerenpanel Tilburg. Onderzoek uitgevoerd in opdracht van: Gemeente Tilburg. DIMENSUS beleidsonderzoek November 2013

Tilburg en Kunst. Onderzoek Jongerenpanel Tilburg. Onderzoek uitgevoerd in opdracht van: Gemeente Tilburg. DIMENSUS beleidsonderzoek November 2013 Tilburg en Kunst Onderzoek Jongerenpanel Tilburg Onderzoek uitgevoerd in opdracht van: Gemeente Tilburg DIMENSUS beleidsonderzoek November 2013 Projectnummer 529 1 Inhoud Samenvatting 3 Inleiding 5 1 Jongeren

Nadere informatie

Moerdük. ge meente. o 80% ervaart de geboden ondersteuning als nuttig RAADSINFORMAT EBRIEF

Moerdük. ge meente. o 80% ervaart de geboden ondersteuning als nuttig RAADSINFORMAT EBRIEF ge meente Moerdük RAADSINFORMAT EBRIEF Van Col van en wethouders Aan de leden van de qemeenteraad Onderuverp Nummer griffie Zaaknummer Documentnummer 7 g ð69 v2q 3q3 Cliëntervaringsonderzoek Wet maatschappelijke

Nadere informatie

Tevredenheid WWB-klanten 2013. Dienst SoZaWe NW Fryslân

Tevredenheid WWB-klanten 2013. Dienst SoZaWe NW Fryslân Tevredenheid WWB-klanten 2013 Dienst SoZaWe NW Fryslân COLOFON Samenstelling Andrew Britt Annelieke van den Heuvel Naomi Meys Vormgeving binnenwerk SGBO Benchmarking Druk SGBO Benchmarking Maart 2014 SGBO

Nadere informatie

Ervaren overlast door omwonenden en parkbezoekers van het Wilhelminapark

Ervaren overlast door omwonenden en parkbezoekers van het Wilhelminapark Ervaren overlast door omwonenden en parkbezoekers van het Wilhelminapark Utrecht.nl/onderzoek Colofon uitgave Afdeling Onderzoek Gemeente Utrecht Postbus 16200 3500 CE Utrecht 030 286 1350 onderzoek@utrecht.nl

Nadere informatie

KLANTTEVREDENHEIDSONDERZOEK SCHOONMAAKDIENST GEMEENTE HAREN

KLANTTEVREDENHEIDSONDERZOEK SCHOONMAAKDIENST GEMEENTE HAREN KLANTTEVREDENHEIDSONDERZOEK SCHOONMAAKDIENST GEMEENTE HAREN Klanttevredenheidsonderzoek Schoonmaakdienst gemeente Haren Colofon Opdrachtgever Gemeente Haren Datum December 2016 Auteurs Tessa Schoot Uiterkamp

Nadere informatie

Clientervaringsonderzoek Wmo & Jeugd

Clientervaringsonderzoek Wmo & Jeugd Clientervaringsonderzoek Wmo & Jeugd Inhoudsopgave Samenvatting 3 1. Inleiding 4 1.1 Doelgroep 4 1.2 Methode 4 1.3 Respons 4 2. Resultaten Wmo 5 2.1 Contact en toegankelijkheid van hulp of ondersteuning

Nadere informatie

Klanttevredenheidsonderzoek Wmo 2012 Wmo-hulpmiddelen onder de loep. Gemeente Ubbergen Juni 2013

Klanttevredenheidsonderzoek Wmo 2012 Wmo-hulpmiddelen onder de loep. Gemeente Ubbergen Juni 2013 Klanttevredenheidsonderzoek Wmo 2012 Wmo-hulpmiddelen onder de loep Gemeente Ubbergen Juni 2013 Colofon Uitgave I&O Research BV Zuiderval 70 7543 EZ Enschede tel. (053) 4825000 Rapportnummer 2013/033 Datum

Nadere informatie

Voorwoord. Uitkomsten enquête 19-06-2011

Voorwoord. Uitkomsten enquête 19-06-2011 Voorwoord In mijn scriptie De oorlog om ICT-talent heb ik onderzoek gedaan of Het Nieuwe Werken als (gedeeltelijke) oplossing kon dienen voor de aankomende vergrijzing. Hiervoor werd de volgende onderzoeksvraag

Nadere informatie

koopzondagen 2012 def KOOPZONDAGEN EN KOOPAVONDEN DE MENING VAN DE BURGER

koopzondagen 2012 def KOOPZONDAGEN EN KOOPAVONDEN DE MENING VAN DE BURGER koopzondagen 2012 def KOOPZONDAGEN EN KOOPAVONDEN DE MENING VAN DE BURGER Oktober 2012 2 Opdrachtnemer: Opdrachtgever: Team Financieel Advies, Onderzoek & Statistiek Camiel De Bruijn Ard Costongs Economie

Nadere informatie

Klanttevredenheid Gemeentewinkel Zwijndrecht 2014

Klanttevredenheid Gemeentewinkel Zwijndrecht 2014 Klanttevredenheid Gemeentewinkel Zwijndrecht 2014 Inhoud 1. Conclusies en aanbevelingen 2. Dienstverlening Gemeentewinkel 3. Contact met de gemeente 4. Wensen en behoeften De gemeente Zwijndrecht heeft

Nadere informatie

Onderzoek Inwonerspanel: Geinbeat (Cityplaza) Festival

Onderzoek Inwonerspanel: Geinbeat (Cityplaza) Festival 1 (12) Onderzoek Inwonerspanel: Auteur Tineke Brouwers Respons onderzoek Op 26 maart kregen de panelleden van 18 jaar en ouder (1.155 personen) een e-mail met de vraag of zij digitaal een vragenlijst over

Nadere informatie

Werkdruk in het onderwijs

Werkdruk in het onderwijs Rapportage Werkdruk in het primair en voortgezet onderwijs DUO ONDERWIJSONDERZOEK drs. Vincent van Grinsven dr. Eric Elphick drs. Liesbeth van der Woud Maart 2012 tel: 030-2631080 fax: 030-2616944 email:

Nadere informatie

Het beeld van zorggebruikers over de Inspectie voor de Gezondheidszorg. De Inspectie voor de Gezondheidszorg

Het beeld van zorggebruikers over de Inspectie voor de Gezondheidszorg. De Inspectie voor de Gezondheidszorg Dit factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Anne Brabers, Margreet Reitsma en Roland Friele. Het beeld van zorggebruikers over de Inspectie voor de Gezondheidszorg.

Nadere informatie

Cliëntervaringsonderzoek Wmo

Cliëntervaringsonderzoek Wmo Cliëntervaringsonderzoek Wmo WIJ-gebieden 2017 Laura de Jong Marjolein Kolstein Oktober 2018 Inge de Vries www.oisgroningen.nl Inhoud Samenvatting... 2 2.9 Tot slot... 20 Bijlage 1: de WIJ-gebieden...

Nadere informatie

CLIëNTTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2011, van brief tot conclusie!!

CLIëNTTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2011, van brief tot conclusie!! CLIëNTTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2011, van brief tot conclusie!! De brief: Het Venster F.D. Rooseveltlaan 18 Postbus 2157 5600 CD Eindhoven Eindhoven, 29 november 2011 Betreft: Enquete cliënttevredenheid Beste

Nadere informatie

Imago Rotterdamse festivals

Imago Rotterdamse festivals Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) november 2010 In opdracht van Rotterdam Festivals Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) Auteurs: Annemarie Reijnen Project: 10-3331 Adres: Blaak 34, 3011

Nadere informatie

WINKELOPENINGSTIJDEN OP ZONDAG IN PURMEREND

WINKELOPENINGSTIJDEN OP ZONDAG IN PURMEREND WINKELOPENINGSTIJDEN OP ZONDAG IN PURMEREND 2013 Winkelopeningstijden op zondag in Purmerend 2013 Onderzoek onder het internetpanel In opdracht van Team Economie Jeroen van der Weerd Uitgevoerd door Team

Nadere informatie

Gemeente Nederweert. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 30 juni 2017

Gemeente Nederweert. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 30 juni 2017 Gemeente Nederweert Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2016 Onderzoeksrapportage 30 juni 2017 DATUM 30 juni 2017 Dimensus Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda info@dimensus.nl www.dimensus.nl

Nadere informatie

BURGERPANEL EEMNES PEILING 1 2014 ZONDAGSOPENSTELLING & WINKELAANBOD

BURGERPANEL EEMNES PEILING 1 2014 ZONDAGSOPENSTELLING & WINKELAANBOD BURGERPANEL EEMNES PEILING 1 2014 ZONDAGSOPENSTELLING & WINKELAANBOD Gemeente Eemnes Juni/Juli 2014 Colofon Uitgave: Research 2Evolve Tesselschadelaan 15A 1217 LG Hilversum Tel: (035) 623 27 89 info@research2evolve.nl

Nadere informatie

Het Nieuwe Werken bij SSR. 1 oktober 2013, Sarike Verbiest & Merle Blok

Het Nieuwe Werken bij SSR. 1 oktober 2013, Sarike Verbiest & Merle Blok Het Nieuwe Werken bij SSR 1 oktober 2013, & Merle Blok Inhoud 3-4 Toelichting op TNO onderzoek 5 Wat is HNW? 6 7 Steekproef 8-9 Conclusies 10-27 In hoeverre maken medewerkers gebruik van HNW mogelijkheden?

Nadere informatie

TEVREDEN WERKEN IN HET PRIMAIR ONDERWIJS. Onderzoek naar de tevredenheid en werkbeleving van personeel in het primair onderwijs.

TEVREDEN WERKEN IN HET PRIMAIR ONDERWIJS. Onderzoek naar de tevredenheid en werkbeleving van personeel in het primair onderwijs. ARBEIDSMARKTPLATFORM PO. Van en voor werkgevers en werknemers TEVREDEN WERKEN IN HET PRIMAIR ONDERWIJS Onderzoek naar de tevredenheid en werkbeleving van personeel in het primair onderwijs april 2016 1

Nadere informatie

Interactief bestuur. Omnibus 2017

Interactief bestuur. Omnibus 2017 Interactief bestuur Omnibus 2017 Afdeling Onderzoek & Statistiek Januari 2018 Samenvatting In het najaar van 2017 is door de afdeling Onderzoek & Statistiek van de gemeente s-hertogenbosch weer het tweejaarlijks

Nadere informatie

Online onderzoek Uw werknemers

Online onderzoek Uw werknemers Toelichting Online onderzoek In dit bestand vindt u een inspirerende voorbeeldvragenlijst voor een werknemertevredenheid onderzoek! De vragenlijst is bedoeld als hulpmiddel bij het opstellen van uw eigen

Nadere informatie

Is jouw maand ook altijd iets te lang? Onderzoek Jongerenpanel Tilburg

Is jouw maand ook altijd iets te lang? Onderzoek Jongerenpanel Tilburg Is jouw maand ook altijd iets te lang? Onderzoek Jongerenpanel Tilburg Onderzoek uitgevoerd in opdracht van: Gemeente Tilburg DIMENSUS beleidsonderzoek December 2012 Projectnummer 507 Inhoudsopgave Samenvatting

Nadere informatie

Evaluatie Back to Basics: De Nieuwe Koers

Evaluatie Back to Basics: De Nieuwe Koers Evaluatie Back to Basics: De Nieuwe Koers nderzoek uitgevoerd in opdracht van: Gemeente Goirle DIMENSUS beleidsonderzoek April 2012 Projectnummer 488 Het onderzoek De gemeente Goirle is eind april 2010

Nadere informatie

Opinie project riolering Lijnbaan

Opinie project riolering Lijnbaan Opinie project riolering Lijnbaan Inhoud: 1. Conclusies 2. Figuren en tabellen Stadsbeheer van de gemeente Dordrecht is verantwoordelijk voor een goede uitvoering van rioolvervanging en herinrichtingsprojecten.

Nadere informatie

Jongeren & hun financiële verwachtingen

Jongeren & hun financiële verwachtingen Nibud, februari Jongeren & hun financiële verwachtingen Anna van der Schors Daisy van der Burg Nibud in samenwerking met het 1V Jongerenpanel van EenVandaag Inhoudsopgave 1 Onderzoeksopzet Het Nibud doet

Nadere informatie

Omgekeerd Inzamelen. Datum: 11 augustus 2014. Versie 3.0. drs. S. Buitinga & de heer R. Sival, BSc. Mevr M. Stam

Omgekeerd Inzamelen. Datum: 11 augustus 2014. Versie 3.0. drs. S. Buitinga & de heer R. Sival, BSc. Mevr M. Stam Omgekeerd Inzamelen Datum: 11 augustus 2014 Versie 3.0 Uitgevoerd door: Auteurs: Opdrachtgever: Newcom Research & Consultancy B.V. drs. S. Buitinga & de heer R. Sival, BSc. Gemeente Woerden Mevr M. Stam

Nadere informatie

Gemeente Alphen-Chaam

Gemeente Alphen-Chaam Gemeente Alphen-Chaam Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2014 23 oktober 2015 DATUM 23 oktober 2015 TITEL Wmo-klanttevredenheidsonderzoek over 2014 ONDERTITEL OPDRACHTGEVER AUTEUR(S) Gemeente Alphen-Chaam

Nadere informatie

Rapportage Mediagebruik Rotterdamse Ambtenaren

Rapportage Mediagebruik Rotterdamse Ambtenaren Rapportage Mediagebruik Rotterdamse Ambtenaren Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) november 2005 In opdracht van de Afdeling Concerncommunicatie van de Directie Algemene Zaken van de Bestuursdienst

Nadere informatie

INFORMATIEVOORZIENING URENAFTREK DOOR ZELFSTANDIGEN VANUIT WW

INFORMATIEVOORZIENING URENAFTREK DOOR ZELFSTANDIGEN VANUIT WW INFORMATIEVOORZIENING URENAFTREK DOOR ZELFSTANDIGEN VANUIT WW INFORMATIEVOORZIENING URENAFTREK DOOR ZELFSTANDIGEN VANUIT WW - eindrapport - drs. L.F. Heuts drs. R.C. van Waveren Amsterdam, december 2009

Nadere informatie

EFFECTIVITEITSONDERZOEK PROFESSIONAL ORGANIZING. NBPO Oktober 2012- Oktober 2014

EFFECTIVITEITSONDERZOEK PROFESSIONAL ORGANIZING. NBPO Oktober 2012- Oktober 2014 EFFECTIVITEITSONDERZOEK PROFESSIONAL ORGANIZING NBPO Oktober 2012- Oktober 2014 Colofon Uitgave: Research 2Evolve Tesselschadelaan 15A 1217 LG Hilversum Tel: (035) 623 27 89 info@research2evolve.nl www.research2evolve.nl

Nadere informatie

Onderzoek Passend Onderwijs

Onderzoek Passend Onderwijs Rapportage Onderzoek passend onderwijs In samenwerking met: Algemeen Dagblad Contactpersoon: Ellen van Gaalen Utrecht, augustus 2015 DUO Onderwijsonderzoek drs. Liesbeth van der Woud drs. Tanya Beliaeva

Nadere informatie

HET LEIDERDORPPANEL OVER...

HET LEIDERDORPPANEL OVER... HET LEIDERDORPPANEL OVER... Resultaten peiling 13: Meedenken en meedoen in de openbare ruimte april 2015 Inleiding Deze nieuwsbrief beschrijft de resultaten van de 13 e peiling met het burgerpanel van

Nadere informatie

Gedragscode Defensie. Draagvlakmeting. Ministerie van Defensie. Defensie Personele Diensten Gedragswetenschappen

Gedragscode Defensie. Draagvlakmeting. Ministerie van Defensie. Defensie Personele Diensten Gedragswetenschappen Bezoekadres: Van Alkemadelaan 357 Postadres: MPC 58 A Postbus 90701 2509 LS Den Haag Nederland www.cdc.nl Draagvlakmeting TNS NIPO: Drs. Anneloes Klaassen Lisanne van Thiel GW: Drs. Amber Vos +31 (070)

Nadere informatie

Coffeeshop in de buurt Ervaringen van direct omwonenden

Coffeeshop in de buurt Ervaringen van direct omwonenden Coffeeshop in de buurt Ervaringen van direct omwonenden De gemeente Dordrecht zet zich in om overlast in het algemeen, en van coffeeshops in het bijzonder, te verminderen. Dordrecht telt in totaal acht

Nadere informatie

Cliëntervaringsonderzoek Wmo

Cliëntervaringsonderzoek Wmo Cliëntervaringsonderzoek Wmo Gemeente Ten Boer Laura de Jong Marjolein Kolstein Oktober 2018 Inge de Vries www.oisgroningen.nl Inhoud Inhoud... 1 2.8 Effect van de ondersteuning... 11 3. Conclusie... 13

Nadere informatie

Evaluatie-onderzoek Arbeidsinspectie

Evaluatie-onderzoek Arbeidsinspectie Evaluatie-onderzoek Onderzoek onder geïnspecteerden naar de beleving van het contact met Rijksinspecties. Hoofdrapport September 2011 G1911 Colofon In 2008 heeft de Inspectieraad aan het programma InternetSpiegel

Nadere informatie

Loopbanen in het onderwijs? Analyse van de loopbaanontwikkeling van onderwijspersoneel

Loopbanen in het onderwijs? Analyse van de loopbaanontwikkeling van onderwijspersoneel Loopbanen in het onderwijs? Analyse van de loopbaanontwikkeling van onderwijs 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Resultaten Karin Jettinghoff en Jo Scheeren, SBO Januari 2010 2 1. Inleiding Tot voor kort

Nadere informatie

De dienstverlening van Westerpark

De dienstverlening van Westerpark De dienstverlening van Westerpark Vanaf eind mei 2009 konden bewoners en ondernemers van Westerpark zich aanmelden bij het nieuw opgerichte digitale bewonerspanel. In deze rapportage wordt verslag gedaan

Nadere informatie

Waar staat je gemeente. Gemeente Enschede

Waar staat je gemeente. Gemeente Enschede Waar staat je gemeente Gemeente Enschede Inhoudsopgave Sheetnummer Samenvatting 3 Burgerpeiling Waar staat je gemeente & respons 4 Woon & leefomgeving Waardering & sociale samenhang 5 Veiligheid en overlast

Nadere informatie

Openingstijden Stadskantoor. Afdeling O&S Gemeente s-hertogenbosch

Openingstijden Stadskantoor. Afdeling O&S Gemeente s-hertogenbosch Openingstijden Stadskantoor Afdeling O&S Gemeente s-hertogenbosch Afdeling Onderzoek & Statistiek April 2013 2 Samenvatting De afdeling Burgerzaken wil graag weten of de huidige openingstijden van het

Nadere informatie

Samenvatting en conclusies

Samenvatting en conclusies Samenvatting en conclusies Inleiding In het kader van de Monitor en evaluatie Tweede Fase HAVO / VWO heeft het ITS voor het Ministerie van OCenW, directie voortgezet onderwijs, onderzoek gedaan in het

Nadere informatie

Evaluatie betaald parkeren Noorderplantsoenbuurt en Oranjebuurt

Evaluatie betaald parkeren Noorderplantsoenbuurt en Oranjebuurt B A S I S V O O R B E L E I D Evaluatie betaald parkeren Noorderplantsoenbuurt en Oranjebuurt Evaluatie betaald parkeren Noorderplantsoenbuurt en Oranjebuurt Erik van der Werff Onderzoek en Statistiek

Nadere informatie

Hoofdstuk 6. Bezoek burgerzaken

Hoofdstuk 6. Bezoek burgerzaken Hoofdstuk 6. Bezoek burgerzaken Samenvatting Burgerzaken is op werkdagen dagelijks open van 8.30 tot 16.00 uur, donderdag doorlopend van 8.30 tot 20.00 uur en op zaterdagochtend. Voor de bezoekuren in

Nadere informatie

RAPPORT TEVREDENHEID CLIËNTEN WMO

RAPPORT TEVREDENHEID CLIËNTEN WMO RAPPORT TEVREDENHEID CLIËNTEN WMO Emmen 1 INDEX Index...2 Inleiding...3 1 Samenvatting...4 2 Verantwoording en achtergrondgegevens...5 3 Toegang tot de ondersteuning...7 4 Hulp bij het huishouden...9 5

Nadere informatie

Rapportage Kindertevredenheidsonderzoek BSO. Datum: mei 2018

Rapportage Kindertevredenheidsonderzoek BSO. Datum: mei 2018 Rapportage Soort rapportage: Schngsrapportage Datum: mei 2018 Opdrachtgever: Schng GOO Dit rapport is opgesteld door DUO Onderwijsonderzoek & Advies in opdracht van Stichting GOO. DUO Onderwijsonderzoek

Nadere informatie

Eindrapportage Huurderstevredenheidonderzoek 2015 uitsplitsing naar kernen. Van goed naar beter

Eindrapportage Huurderstevredenheidonderzoek 2015 uitsplitsing naar kernen. Van goed naar beter Eindrapportage Huurderstevredenheidonderzoek 2015 uitsplitsing naar kernen Van goed naar beter 23-11-2015 Inhoudsopgave Werkwijze 3 Resultaten huurderstevredenheidonderzoek per kern 4 - Over de respondent

Nadere informatie

Toezichthouders in de wijk

Toezichthouders in de wijk Toezichthouders in de wijk Hoe ervaren inwoners uit Dordrecht, Hendrik-Ido-Ambacht en Zwijndrecht de aanwezigheid van Toezichthouders? Inhoud: 1 Conclusies 2 Bekendheid 3 Effect 4 Waardering taken Hondengerelateerde

Nadere informatie

Grafiek 26.1a Het vóórkomen van verschillende vormen van discriminatie in Leiden volgens Leidenaren, in procenten 50% 18% 19% 17% 29%

Grafiek 26.1a Het vóórkomen van verschillende vormen van discriminatie in Leiden volgens Leidenaren, in procenten 50% 18% 19% 17% 29% 26 DISCRIMINATIE In dit hoofdstuk wordt ingegaan op het vóórkomen en melden van discriminatie in Leiden en de bekendheid van en het contact met het Bureau Discriminatiezaken. Daarnaast komt aan de orde

Nadere informatie

Boodschappenservice Binnenstad Amsterdam

Boodschappenservice Binnenstad Amsterdam Boodschappenservice Binnenstad Amsterdam Draagvlakmeting Projectnummer: 10063 In opdracht van: Ingenieursbureau Amsterdam (IBA) Rogier van der Groep Willem Bosveld Oudezijds Voorburgwal 300 Postbus 658

Nadere informatie

Onderzoek naar arbeidsbeleving in combinatie met Het Nieuwe Werken gerelateerd aan nadere krapte op de arbeidsmarkt

Onderzoek naar arbeidsbeleving in combinatie met Het Nieuwe Werken gerelateerd aan nadere krapte op de arbeidsmarkt Onderzoek naar arbeidsbeleving in combinatie met Het Nieuwe Werken gerelateerd aan nadere krapte op de arbeidsmarkt ALGEMENE INFORMATIE Ik ben een man / vrouw Mijn leeftijd is tussen 20 30 jr / 30 40 jr

Nadere informatie

Onderzoek klanttevredenheid Archief Eemland

Onderzoek klanttevredenheid Archief Eemland Onderzoek klanttevredenheid Archief Eemland Gemeente Amersfoort Dymphna Meijneken, Marlies Visser 9 april 2015 De meeste mensen die Archief Eemland bezoeken komen om archiefdocumenten in te zien en voor

Nadere informatie

RAPPORT BURGERPANEL BUSSUM PEILING 1 2013 DE GEMEENTELIJKE WEBSITE WWW.BUSSUM.NL. GEMEENTE BUSSUM Januari 2013

RAPPORT BURGERPANEL BUSSUM PEILING 1 2013 DE GEMEENTELIJKE WEBSITE WWW.BUSSUM.NL. GEMEENTE BUSSUM Januari 2013 RAPPORT BURGERPANEL BUSSUM PEILING 1 2013 DE GEMEENTELIJKE WEBSITE WWW.BUSSUM.NL GEMEENTE BUSSUM Januari 2013 Colofon Uitgave: Research 2Evolve Noorderweg 2 1221 AA Bussum Tel: (035) 623 27 89 info@research2evolve.nl

Nadere informatie

Feiten en cijfers. Studenttevredenheids onderzoek juni 2008

Feiten en cijfers. Studenttevredenheids onderzoek juni 2008 Feiten en cijfers Studenttevredenheids onderzoek 2008 juni 2008 Feiten en cijfers 2 Studenttevreden heids - onderzoek 2008 Inleiding In maart 2008 hebben 27 hogescholen dezelfde vragenlijst voorgelegd

Nadere informatie

Opel Insignia Onderzoek onder leaserijders November 2008

Opel Insignia Onderzoek onder leaserijders November 2008 Opel Insignia Onderzoek onder leaserijders November 2008 Belangrijkste uitkomsten Van de leaserijders maakt 71% nooit gebruik van het openbaar vervoer voor het werk. Bij een mogelijkheid voor een nieuwe

Nadere informatie

Stadjers over fietsen in Groningen. Een Stadspanelonderzoek

Stadjers over fietsen in Groningen. Een Stadspanelonderzoek B A S I S V O O R B E L E I D Stadjers over fietsen in Groningen Een Stadspanelonderzoek Onderzoek en Statistiek Groningen heeft als kernactiviteiten instrumentontwikkeling voor en uitvoering van beleidsgericht

Nadere informatie

Resultaten leden-enquête

Resultaten leden-enquête Resultaten leden-enquête Tussen 8 september en november 0 hebben personen de enquête ingevuld. De respondenten kregen vragen in verschillende vragen voorgeschoteld die hieronder uitgesplitst zijn in verschillende

Nadere informatie

Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking Geeke Waverijn, Mieke Rijken

Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking Geeke Waverijn, Mieke Rijken Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking, G. Waverijn & M. Rijken, NIVEL, januari

Nadere informatie

Nederlanders aan het woord

Nederlanders aan het woord Nederlanders aan het woord Veteranen en de Nederlandse Veteranendag 2014 Trends, Onderzoek en Statistiek (TOS) Directie Communicatie Documentnummer: TOS-14-066a Belangrijkste inzichten Nederlander hecht

Nadere informatie

NMT. NMT: Patiëntenenquête 2012. resultaten van tandarts: drs. FH Ferguson, Rijnsburg NMT. Nederlandse Maatschappij tot bevordering der Tandheelkunde

NMT. NMT: Patiëntenenquête 2012. resultaten van tandarts: drs. FH Ferguson, Rijnsburg NMT. Nederlandse Maatschappij tot bevordering der Tandheelkunde NMT Nederlandse Maatschappij tot bevordering der Tandheelkunde NMT: Patiëntenenquête 2012 resultaten van tandarts: drs. FH Ferguson, Rijnsburg NMT Onderzoek & Informatievoorziening Nieuwegein Juli 2012

Nadere informatie

Rapportage BMKO Panelonderzoek Internetgebruik op de BSO. april 2009. Drs. M. Jongsma R. H. Rijnks BSc. Paterswolde, april 2009

Rapportage BMKO Panelonderzoek Internetgebruik op de BSO. april 2009. Drs. M. Jongsma R. H. Rijnks BSc. Paterswolde, april 2009 Rapportage BMKO Panelonderzoek Internetgebruik op de BSO april 2009 Drs. M. Jongsma R. H. Rijnks BSc Paterswolde, april 2009 Postbus 312 9700 AH Groningen Pr. Irenelaan 1a 9765 AL Paterswolde telefoon:

Nadere informatie

Ervaringen van vrijwilligers

Ervaringen van vrijwilligers Ervaringen van vrijwilligers Synthese [Externe versie] Ronald De Meyer Laura Beurskens-Claessens Augustus 2017 2017 Praktikon Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen

Nadere informatie

Klantenpanel RVO.nl Resultaten peiling 44: Bio-energie Oktober 2017

Klantenpanel RVO.nl Resultaten peiling 44: Bio-energie Oktober 2017 Klantenpanel RVO.nl Resultaten peiling 44: Bio-energie Oktober 2017 1. Inleiding 1.1 Aanleiding RVO.nl stimuleert het opwekken van bio-energie in opdracht van het ministerie van Economische Zaken, onder

Nadere informatie