Manipulaties en mobilisaties bij schouderklachten
|
|
- Christian van der Pol
- 6 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Stimulus (2005) 24:126 2 DOI /BF CAPITA SELECTA Manipulaties en mobilisaties bij schouderklachten Gert Bergman Jan Winters Klaas Groenier Jan Pool Betty Meyboom-de Jong Klaas Postema Geert van der Heijden Abstract De NHG-Standaard onderkent de mogelijkheid dat schouderklachten veroorzaakt worden door functiestoornissen van de schoudergordel. De bewijslast dat manuele therapie een effectieve behandeling is voor deze functiestoornissen is nog beperkt. Door middel van een gerandomiseerd klinisch onderzoek werd de effectiviteit van manuele therapie onderzocht als aanvulling op de behandeling conform de NHGstandaard. Patie nten waren in behandeling voor schouderklachten en een functiestoornis van de schoudergordel. Negenenzeventig patie nten werden toegewezen aan manipulaties en mobilisaties van de schoudergordel in aanvulling op huisartsbehandeling conform de Standaard Schouderklachten en 71 aan alleen de huisartsbehandeling. De manuele therapie bestond alleen uit manipulatie en mobilisatietechnieken van de schoudergordel (max. 6 behandelingen in 12 weken). Er waren vier effectmetingen gepland in een periode van een jaar. Na twaalf weken werd wel een significant verschil gevonden in het herstelpercentage, ernst van de belangrijkste klacht en schouderpijn. In de follow-upperiode bleef het herstelpercentage hoger bij degenen die met manuele therapie behandeld waren. Een significant verschil werd aangetoond in het ervaren herstelpercentage na 52 weken en de ernst van de belangrijkste klacht was significant lager na 26 en 52 weken. Concluderend, manuele therapie van functiestoornissen van de schoudergordel, aanvullend op de behandeling conform de NHG-standaard, bespoedigt het herstel van Gert Bergman (*) Disciplinegroep Huisartsgeneeskunde, Universitair Medisch Centrum Groningen; Centrum voor Revalidatie, Universitair Medisch Centrum Groningen. schouderklachten en zorgt voor een blijvende reductie van de symptomen van schouderklachten. Inleiding Schouderklachten vormen een omvangrijk probleem. In de algemene bevolking heeft een op de vijf mensen last van schouderklachten (Picavet e.a., 2000). In de huisartspraktijk is de incidentie van schouderklachten 10 tot 25 per 1000 per jaar (Van der Windt e.a., 1995). Hieruit blijkt dat een groot percentage van de patie nten geen medische hulp zoekt. Schouderklachten kunnen langdurig aanhouden en vaak terugkomen. Uit onderzoek in de eerste lijn blijkt dat na zes weken 50 procent van de patie nten geen klachten meer heeft. Na een jaar ondervindt 40 procent van de patie nt nog klachten in het dagelijks leven (Van der Windt e.a., 1996; Winters e.a., 1999c). Schouderklachten worden gedefinieerd als pijn in rust of bij het bewegen van de bovenarm in een deel van het gebied dat loopt van de basis van de nek tot aan de elleboog. Pijn staat meestal centraal, ook al zijn er aandoeningen die zich alleen kenmerken door een bewegingsbeperking van de schouder. Ze hinderen vaak het dagelijks functioneren en zijn soms invaliderend voor de patie nt. De oorzaak kan een licht trauma zijn of overbelasting maar meestal is er geen aanwijsbare oorzaak (Sobel e.a., 2002). De schouderklachten kunnen ook het gevolg zijn van een ernstig trauma (zoals een fractuur, ruptuur of een luxatie), een systeemziekte (bijv. reumatoı de artritis) of het gevolg zijn van referred pain vanuit een inwendig orgaan (bijv. myocard infarct). Bij een aanzienlijk percentage kunnen functiestoornissen van de structuren van de cervicothoracale wervelkolom en
2 Stimulus (2005) 24: de aangrenzende ribben (schoudergordel) zich uiten als of mede oorzaak zijn van schouderklachten. worden door functiestoornissen van de schoudergordel, wordt er geen therapeutisch advies gegeven. [B> Er is slechts beperkt wetenschappelijk bewijs voor de behandeling van deze functiestoornissen. <B] Behandeling van schouderklachten De behandeling van schouderklachten vindt in het algemeen plaats in de eerstelijnsgezondheidszorg. Het Nederlands Huisartsgenootschap (NHG) heeft een evidencebased richtlijn ontwikkeld voor de behandeling van schouderklachten, een stapsgewijze en tijdsgebonden aanpak (zie kader 1) (Winters e.a., 1999a). 1 NHG-Standaard Schouderklachten Stap 1 Voorlichting over oorzaak en beloop en adviezen over aanpassingen dagelijkse activiteiten en omgaan met pijn Aanvullende behandeling met paracetamol of ontstekingsremmers Stap 2 (na twee weken) Bij verbetering met 1-2 weken medicatie verlengen Bij onvoldoende verbetering: intra-articulaire injectie met corticosteroı den (max. drie herhalingen) Stap 3 (na 6 weken) Bij duidelijke beperkingen in dagelijks functioneren: fysio- of oefentherapeut Heroverweeg de diagnose schouderklachten bij persisterende klachten die niet goed reageren op behandeling Er zijn verschillende therapeutische mogelijkheden voor schouderklachten, zoals blijkt uit de NHG-Standaard. In systematische reviews worden resultaten van verschillende onderzoeken gecombineerd en wordt er een uitspraak gedaan over de effectiviteit van behandelmogelijkheden voor schouderklachten in de eerstelijn. [A> Voor behandeling met analgetica of ontstekingsremmers en intra-articulaire injecties met corticosteroı den is er een redelijk bewijs op de korte termijn, maar effecten op de lange termijn zijn nog niet aangetoond. <A] Het bewijs voor behandeling met ontstekingsremmers en injecties met corticosteroı den is zeker op de lange termijn beperkt. Deze behandeling kan daarentegen op de korte termijn wetenschappelijk onderbouwd worden. [A> Het gebruik van fysische applicaties, zoals ultrageluid-, laser-, en elektrotherapie, en massage wordt vanwege ineffectiviteit niet meer aanbevolen voor de behandeling van schouderklachten. <A] [B> Oefentherapie kan helpen bij disfunctioneren in het dagelijks leven. <B] Deze systematische reviews laten zien dat sommige veel toegepaste behandelmogelijkheden voor de fysiotherapeut in de behandeling van schouderklachten niet berusten op wetenschappelijk onderzoek. Alhoewel deze richtlijn onderkent dat schouderklachten veroorzaakt kunnen Schoudergordel Schouderklachten komen in 40 tot 50 procent van de gevallen in combinatie met functiestoornissen van de schoudergordel voor (Picavet e.a., 2000). De schoudergordel wordt gedefinieerd als de cervicothoracale wervelkolom en aangrenzende ribben. In observationeel onderzoek werd al vastgesteld dat er een directe relatie bestaat tussen bewegingen van de bovenarm en rotaties van de onderste cervicale en bovenste thoracale wervels (Stenvers en Overbeek, 1978). Bij een volledige anteflexie van de arm wordt een rotatie gezien van de wervellichamen van de cervicothoracale overgang naar de geanteflexeerde zijde. Ook werd met fysisch-diagnostisch onderzoek bij 20 procent van de patie nten met schouderklachten geen oorzaak in het glenohumerale gewricht vastgesteld. Nader (manueelgeneeskundig) onderzoek van de schoudergordel leverde echter wel afwijkingen op (Sobel e.a., 1995). Deze bevindingen sluiten aan bij de aangetoonde biomechanische relatie van schouder en schoudergordel. Uit een Zweeds onderzoek bleek dat een beperkte mobiliteit van de cervicothoracale wervelkolom bij personen zonder klachten de kans op het ontwikkelen van nek- en schouderklachten verdrievoudigde (Norlander e.a., 1997). Ook lieten dezelfde onderzoekers zien dat de mobiliteit van de cervicothoracale wervelkolom bij 84 procent van alle patiënten met schouderklachten beperkt was (Norlander e.a., 1998; Norlander e.a., 1996). [C> Op grond van deze gegevens is het aannemelijk dat een beperkte mobiliteit van de cervicothoracale wervelkolom een rol speelt bij het ontstaan van klachten in het schoudergewricht. <C] Het wetenschappelijk bewijs voor een effectieve behandeling van deze functiestoornissen door middel van manuele therapie is nog niet eenduidig aangetoond. Uit een gerandomiseerd klinisch onderzoek bleek dat patie nten met schouderklachten op basis van functiestoornissen van de schoudergordel meer baat hadden bij manuele therapie dan bij fysiotherapie (Winters e.a., 1997). [B> Na anderhalf jaar waren deze effecten niet meer aantoonbaar (Winters e.a., 1999b). <B] Onderzoeksvraag Voorgaande overwegingen leidden tot de vraag of manipulaties en mobilisaties van de schoudergordel een meerwaarde kunnen hebben bij patiënten, bij wie sprake is
3 128 Stimulus (2005) 24:126 2 van schouderklachten op basis van glenohumerale functiestoornissen als functiestoornissen van de schoudergordel. Dit leidde uiteindelijk tot de volgende onderzoeksvraag: Is manuele therapie, aanvullend op de reguliere behandeling conform de NHG-Standaard Schouderklachten, effectief in de behandeling van patie nten met schouderklachten als ook pijn en/of functiestoornissen van de schoudergordel worden gevonden? Het onderzoek werd uitgevoerd bij de disciplinegroep Huisartsgeneeskunde en het Centrum voor Revalidatie van het Universitair Medisch Centrum Groningen en is gesubsidieerd door de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (nr ) en het fonds De Drie Lichten. De resultaten zijn reeds gerapporteerd in de Annals of Internal Medicine (Bergman e.a., 2004). Onderzoeksopzet Een gerandomiseerd klinisch onderzoek werd uitgevoerd (Bergman e.a., 2002). Vijftig huisartsen in Groningen en omstreken vroegen nieuwe patie nten met schouderklachten om deel te nemen. De belangrijkste selectiecriteria waren schouderklachten, functiestoornis van de schoudergordel, achttien jaar of ouder en geen consultatie of behandeling in de voorafgaande drie maanden. Er was geen beperking in duur van de klachten voor het eerste consult bij de huisarts. Deze criteria werden geverifieerd aan de hand van een anamnese en een fysiek-diagnostisch onderzoek van de schouder en schoudergordel. De patie nten werden op basis van toeval (randomisatie) toegewezen aan manipulaties en mobilisaties van de schoudergordel in aanvulling op de huisartsbehandelding conform de Standaard Schouderklachten of aan alleen dezelfde huisartsbehandeling. De manipulatieve behandeling bestond uit specifieke manipulaties (low-amplitude, high-velocity thrust technieken) en mobilisaties (high-amplitude, low-velocity thrust technieken) gericht op het verbeteren van de functionaliteit van het gewricht en het verminderen van bewegingsbeperkingen op segmentaal niveau van de wervelkolom. De manuele technieken werden toegepast op basis van de uitgangspunten van Stichting Opleiding Manuele Therapie te Amersfoort. Kader 2 geeft een overzicht van de technieken zoals die met behulp van de participerende manueel therapeuten werden geselecteerd en gestandaardiseerd. De manueel therapeut bepaalde de keuze van de bij de behandeling toegepaste technieken op basis van de locatie van de functiestoornis en de voorkeur voor specifieke technieken. Binnen de grenzen van het protocol kon de behandeling aangepast worden aan de specifieke klachten van de patie nt. Er waren maximaal zes behandelsessies toegestaan in een periode van twaalf weken. 2 Protocol manuele behandeltechnieken Manipulatietechnieken 1. CWK-manipulatie 1. C0/1 tractiemanipulatie 2. C1/7 manipulatie volgens mitnehmer in zit of lig, eventueel met tractie 2. Hoog ThWK-manipulatie 1. Nelson, pistoolgreep in ruglig (C7 t/m Th7) 2. in zij-lig met gegenhalter 3. 1e ribmanipulatie 1. in rug-lig met gegenhalter op eerste rib 2. gemodificeerde Nelson met impuls op aanhechting eerste rib 4. 2e/3e ribmanipulatie 1. in rug-lig met gegenhalter op 2e respectievelijk 3e rib Mobilisatietechnieken 1. CWK-mobilisatie 1. segmentale mobilisatie in uitgangshouding manipulatie 2. Hoog ThWK-mobilisatie 1. segmentale mobilisaties in lipstick met gegenhalter of met gegenhalter in zij-lig 3. 1e ribmobilisatie 1. in rug-lig met gegenhalter op eerste rib in zit met mobilisatie loodrecht op eerste rib met eventueel het hoofd in rotatie/lateroflexie 4. 2e/3e ribmobilisatie 1. in rug-lig in uitgangshouding manipulatie 2. in buik-ligmobilisatie met kruisgreep Behalve een voormeting, werden er vier effectmetingen uitgevoerd: voor de korte termijn na zes weken (in de interventieperiode), na twaalf weken (aan het eind van interventieperiode) en voor de lange termijn na 26 en 52 weken. De volgende effectmaten werden gebruikt. 1. Het ervaren herstel: de patie nt gaf aan of er sprake was van volledig herstel van de schouderklachten. Zo niet, dan werd aangegeven in hoeverre de klachten verbeterd dan wel verslechterd waren op een 7-puntsschaal. 2. De ernst van de belangrijkste klacht: de patie nt gaf aan welke activiteit de meeste klachten veroorzaakte. Vervolgens werd op een 11-puntsschaal (0 (geen last) tot 10 (onmogelijk)) aangegeven hoe deze activiteit uitgevoerd kon worden (Beurskens e.a., 1999).
4 Stimulus (2005) 24: Schouderpijn: de patie nt gaf op een 4-puntsschaal aan wat de mate van pijn was in rust, bij bewegen, bij nachtelijke pijn, de mate van slaapproblemen door pijn, bij liggen op de pijnlijke schouder en de mate van uitstraling. Daarnaast werd op een 11-puntsschaal de algemene mate van pijn aangegeven. Door de 11-puntsschaal te transformeren naar een 4-puntsschaal ontstaat een somscore die loopt van 7 (geen pijn) tot 28 (zeer hevige pijn) (Winters e.a., 1996). 4. Functionele beperking: de patie nt geeft aan in hoeverre de schouderklachten hinderlijk zijn bij het uitvoeren van zestien verschillende activiteiten. De scores op deze zestien items werden gestandaardiseerd tot een score van 0 (geen beperking) tot 100 (hevige beperking) (Van der Heijden e.a., 2000). 5. De kwaliteit van leven: de patiënten gaven aan in hoeverre zij problemen hadden met lopen, zelfzorg, uitvoeren van dagelijkse activiteiten, pijn hebben, angstig of somber waren, en de algemene gezondheidsstatus in vergelijking met een jaar geleden. De scores werden omgerekend tot een score van 0 tot 1 (Brooks, 1996). De analyse van deze gegevens werd uitgevoerd aan de hand van een protocol volgens het intention-to-treatprincipe Intention-to-treat Analyse waarbij alle personen die aan een groep zijn toegewezen meedoen in de analyse van de uitkomstvariabelen, ook als men uitvalt.. effectmaat scoorden patie nten die manuele therapie hadden geloot gemiddeld een half punt hoger. In de effectmetingen na zes en twaalf weken was er een consistent verschil in uitkomstmaten in het voordeel van de patie nten die met aanvullende manipulaties en mobilisaties behandeld waren, maar op de zes weken-meting was geen van deze verschillen statistisch significant (zie tabel 2). Na twaalf weken werd er echter een significant verschil gevonden in het percentage patie nten dat rapporteerde volledig hersteld of zeer veel verbeterd te zijn. Daarnaast was er een significant verschil tussen groepen voor de gemiddelde verbetering in de ernst van de belangrijkste klacht en schouderpijn in het voordeel van patie n- ten die met aanvullende manipulaties en mobilisaties waren behandeld. In de follow-upperiode (26 weken en 52 weken) bleef het percentage patie nten dat rapporteerde volledig hersteld of zeer veel verbeterd te zijn hoger bij degenen die met aanvullende manipulaties en mobilisaties waren behandeld. Een significant verschil werd aangetoond in het ervaren herstelpercentage na 52 weken. De ernst van de belangrijkste klacht was na 26 en 52 weken significant lager bij patie nten die met aanvullende manipulaties en mobilisaties waren behandeld. De resultaten van schouderpijn en functionele beperking waren consistent in het voordeel van de patie nten die met aanvullende manipulaties en mobilisaties waren behandeld, maar alleen de resultaten van functionele beperking haalden statistische significantie na 26 weken. Resultaten Van de 388 patie nten die de huisarts voor deelname had aangemeld, deden er uiteindelijk 150 mee aan het gerandomiseerde onderzoek (zie het stroomdiagram in figuur 1). Van hen werden 71 patie nten alleen door hun huisarts behandeld en 79 patie nten kregen naast hun reguliere behandeling via de huisarts ook een behandeling van een manueel therapeut. De patie nten consulteerden hun huisarts gemiddeld 2,4 maal met daarin een klein irrelevant verschil tussen beide groepen. Patie nten in de interventiegroep werden gemiddeld in 3,8 sessies met aanvullende manipulaties en mobilisaties behandeld. Beide groepen waren in hoge mate vergelijkbaar met betrekking tot demografische karakteristieken, prognostische indicatoren en scores op de voormeting van de uitkomstmaten (zie tabel 1). De gemiddelde leeftijd van de totale populatie was iets onder de vijftig jaar, ongeveer de helft was vrouw, ongeveer een derde had langer dan drie maanden klachten, en driekwart van de populatie had recidiverende klachten. Meer dan 60 procent heeft in het verleden ook nekklachten gehad. De scores op de effectmaten waren in hoge mate vergelijkbaar, behalve voor de ernst van de belangrijkste klacht. Op deze Beschouwing De behandeling van schouderklachten vindt doorgaans in de huisartspraktijk plaats. De huidige Standaard Schouderklachten biedt veel patie nten een efficie nte behandeling, maar voorkomt niet dat een groot percentage op de lange termijn klachten blijft houden. Uit verschillende onderzoeken blijkt dat functiestoornissen van de schoudergordel hiervoor een oorzaak kunnen zijn. In de manueel-therapiepraktijken worden deze meestal op grond van empirische ervaring behandeld met gerichte manipulaties en mobilisaties. Het wetenschappelijk bewijs hiervoor is echter niet overtuigend. Daarom wordt er ook geen therapeutisch advies voor behandeling door een manueel therapeut gegeven. De resultaten in dit onderzoek demonstreren dat manipulaties en mobilisaties van de schoudergordel, aanvullend op de behandeling van de huisarts conform de Standaard Schouderklachten, het herstel van schouderklachten bespoedigen bij patie nten met schouderklachten en een functiestoornis van de schoudergordel. Uit de langetermijnanalyse blijkt dat aanvullende manuele therapie zorgt voor een blijvende reductie van symptomen
5 0 Stimulus (2005) 24:126 2 Figuur 1 Stroomdiagram van de patie nten in het onderzoek. van schouderklachten, zoals pijn en beperking. Deze bevindingen sluiten aan bij eerder onderzoek in de eerste lijn, waarin werd geconcludeerd dat manuele therapie effectiever was dan fysiotherapie bij patie nten met schouderklachten die berustten op functiestoornissen van de structuren van de schoudergordel (Winters e.a., 1997). Sterke en zwakke aspecten Het huidige onderzoek is het eerste dat zich specifiek richt op patie nten met schouderklachten e n een functiestoornis van de schoudergordel. De onderzoeksopzet sluit aan bij de dagelijkse praktijk van huisartsen en fysio/manueeltherapeuten: in eerste instantie behandelt de huisarts de patie nten voor symptomen, daarna verwijst deze zo nodig naar een manueel therapeut. We hebben gekozen voor een geprotocolleerde manuele therapie, waarbij de focus lag op manipulatie- en mobilisatietechnieken met als doel het opheffen van specifieke functiestoornissen. Andere behandelmodaliteiten, zoals voorlichting, adviezen, massage, oefentherapie en fysische applicaties, vormden geen onderdeel van het protocol en werden nadrukkelijk ontmoedigd. Op deze manier kon het contrast met fysiotherapie zo groot mogelijk blijven. Immers, een verwijzing naar fysiotherapie na zes weken is ook een optie in de NHG-Standaard Schouderklachten. De mogelijkheid dat huisartsen hun beleid bij patie nten die manuele therapie hebben geloot zouden aanpassen door ze niet naar een fysiotherapeut te verwijzen, hebben we ondervangen door de huisartsen te
6 Stimulus (2005) 24: Tabel 1 Patie ntkarakteristieken en beginwaarden van de effectmaten per groep variabele HA (n = 71) HA+MT (n = 79) gemiddelde leeftijd in jaren 47,8 ± 11,8 48,4 ± 12,4 [gemiddelde ±SD] vrouw [n(%)] 37 (52) 42 (51) dominante zijde aangedaan [n(%)] 45 (63) acute klachten [n(%)] 19 (28) 27 (35) gemiddelde duur voor consultatie [n (%)] 1. < 6 weken 28 (39) 28 (35) weken 22 (32) 25 (32) weken 11 (15) 10 () 1. > 26 weken 10 (14) 16 (20) eerder episodes van schouderklachten [n(%)] 1. geen 18 (25) 18 (23) 1. 1 episode 14 (21) 18 (23) episodes 27 (20) 27 (34) 1. > 5 episodes 12 (17) 16 (20) eerdere episodes van nekklachten [n 43 (61) 50 (63) (%)] behandelvoorkeur manuele therapie [n(%)] 1. negatief 4 (6) 4 (5) 1. geen voorkeur 42 (59) 57 (72) 1. positief 25 (35) 18 (23) ernst belangrijkste klacht 6,4 ± 2,1 6,9 ± 1,9 [gemiddelde ±SD] schouderpijn [gemiddelde ±SD] 17,9 ± 4,3 17,8 ± 4,7 schouderbeperkingen [gemiddelde 60,7 ± 29,0 58,6 ± 28,0 ±SD] kwaliteit van leven [gemiddelde ±SD] 0,68 ± 0,18 0,69 ± 0,19 HA: huisartsbehandeling conform de NHG-Standaard Schouderklachten. MT: manipulaties en mobilisaties van functiestoornissen van de schoudergordel. SD: standaarddeviatie. blinderen voor de toegewezen interventie. Zodoende is het gelukt een hoge mate van vergelijkbaarheid in de behandeling van huisartsen te behouden. De werving van patiënten bleef achter bij onze verwachtingen. Er zijn uiteindelijk 150 van de geplande 250 patiënten geı ncludeerd. Desondanks zijn we erin geslaagd om het vooraf gedefinieerde klinisch relevante verschil van 20 procent in het ervaren herstel aan te tonen. We kunnen betrouwbare resultaten presenteren door een laag percentage afvallers, weinig missende metingen en een lager herstelpercentage in de controlegroep dan vooraf verwacht. Het gevolg van deze kleinere onderzoekspopulatie is wel minder precieze schattingen van het effect. Tabel 2 Gemiddelde verbetering op effectmaten per groep effectmaat HA (n = 71) MT (n = 79) groepsverschil (95% BI)* ervaren herstel [n/n (%)] hersteld na 6 weken 10/71 (14) 16/79 (20) 6 ( 6,2 tot 18,1) hersteld na 12 weken 15/71 (21) 34/79 (43) 22 (6,9 tot 35,4) hersteld na 26 weken 25/71 (35) 32/79 (41) 5 ( 10,1 tot 20,2) hersteld na 52 weken 25/71 (35) 41/79 (52) 17 (0 tot 31,4) gemiddelde verbetering (±SD) in de ernst van de belangrijkste klacht 6 weken 2,2 ± 3,2 3,1 ± 3,0 0,9 ( 0,1 tot 1,9) 12 weken 2,9 ± 3,4 4,4 ± 3,0 1,5 (0,5 tot 2,5) 26 weken 3,5 ± 3,3 4,7 ± 3,1 1,2 (0,2 tot 2,2) 52 weken 3,6 ± 3,4 5,0 ± 2,9 1,4 (0,4 tot 2,4) gemiddelde verbetering (±SD) in schouderpijn 6 weken 2,8 ± 4,4 3,6 ± 4,5 0,8 ( 0,6 tot 2,3) 12 weken 3,7 ± 5,2 5,7 ± 5,1 2,0 (0,3 tot 3,7) 26 weken 5,2 ± 5,5 5,9 ± 5,3 0,7 ( 1,0 tot 2,5) 52 weken 5,5 ± 5,5 6,7 ± 5,4 1,2 ( 0,5 tot 3,0) gemiddelde verbetering (±SD) in schouderbeperkingen 6 weken 11,3 ± 30,0 16,8 ± 21,3 5,5 ( 2,9 tot,8) 12 weken 18,2 ± 32,4 26,6 ± 32,3 8,5 ( 2,0 tot 18,9) 26 weken 20,3 ± 35,9 33,0 ± 34,6 12,7 (1,3 tot 24,1) HA: huisarts behandeling conform de NHG-Standaard Schouderklachten. MT: manipulaties en mobilisaties van functiestoornissen van de schoudergordel. SD: standaarddeviatie. BI: betrouwbaarheidsinterval 95% Betrouwbaarheidsinterval Het interval waarvan met 95% zekerheid gezegd kan worden dat dit het daadwerkelijke populatiegemiddelde bevat. Praktische consequenties Het huidige onderzoek is gericht op patie nten met schouderklachten én een functiestoornis van de schoudergordel en de effectiviteit van manipulaties en mobilisaties van de schoudergordel bij deze patie nten. Uit onderzoek blijkt dat deze patie nten langdurig klachten houden en daarnaast vaak recidiverende klachten hebben. De resultaten van dit onderzoek onderbouwen de behandeling van functiestoornissen door middel van manipulaties en mobilisaties. Op basis van een kritische onderbouwing van de resultaten, bevelen wij de volgende aanpassing van de huidige NHG-Standaard Schouderklachten aan: het diagnosticeren van functieonderzoek dient een belangrijkere plaats te krijgen. Met andere woorden: het fysisch-diagnostisch onderzoek van de schoudergordel
7 2 Stimulus (2005) 24:126 2 moet bij alle patie nten met schouderklachten worden uitgevoerd en niet alleen bij patie nten bij wie geen stoornis in het glenohumerale gewricht gelokaliseerd kan worden. Het fysisch-diagnostisch onderzoek dient te bestaan uit evaluatie van de mobiliteit en ervaren pijn bij actieve cervicale rotatie, flexie-extensie en lateroflexie. Bij patie nten met schouderklachten en een functiestoornis van de schoudergordel wordt aanbevolen te verwijzen naar een manueel therapeut voor manipulaties en mobilisaties van de schoudergordel na een afdoende behandeling van de acute symptomen van schouderpijn. De manueel therapeut krijgt de aanbeveling zich te richten op het opheffen van functiestoornissen van de schoudergordel. De in kader 2 genoemde manipulatieen mobilisatietechnieken zouden hierbij de bouwstenen van de behandeling moeten zijn. Mobilisatietechnieken kunnen hierbij als voorbereiding dienen voor de manipulatie. Bij patie nten met hevige pijnklachten is het raadzaam om naar de huisarts terug te verwijzen voor behandeling met ontstekingsremmers of injecties met corticosteroı den. Verder zouden gerichte adviezen, instructies en oefentherapie kunnen bijdragen aan de effectiviteit van de behandeling, hoewel een eenduidig wetenschappelijk bewijs hiervoor ontbreekt. Naast vele andere vragen die nog beantwoord moeten worden in de behandeling van schouderklachten, dienen de resultaten van wetenschappelijk onderzoek hierin duidelijkheid te scheppen. Dankbetuiging De auteurs willen alle deelnemende patie nten, huisartsen en manueel therapeuten hartelijk danken voor hun deelname aan dit onderzoek, evenals de onderzoeksassistenten Jettie Nomden en Anton Slagers. Literatuur Bergman GJ, Winters JC, Heijden GJ van der, Postema K, Meyboom-de Jong B. Groningen Manipulation Study. The effect of manipulation of the structures of the shoulder girdle as additional treatment for symptom relief and for prevention of chronicity or recurrence of shoulder symptoms. Design of a randomized controlled trial within a comprehensive prognostic cohort study. J Manipulative Physiol Ther 2002;25: Bergman GJD, Winters JC, Groenier KH, Pool JJM, Meyboom-de Jong B, Postema K e.a. Manipulative therapy in addition to usual medical care for patients with shoulder pain and dysfunction. A randomized, controlled trial. Ann Intern Med 2004;141: Beurskens AJ, Vet HC de, Koke AJ, Lindeman E, Heijden GJ van der, Regtop W e.a. A patient-specific approach for measuring functional status in low back pain. J Manipulative Physiol Ther 1999;22: Brooks R. EuroQol: the current state of play. Health Policy 1996;37: Heijden GJ van der, Leffers P, Bouter LM. Shoulder disability questionnaire. Design and responsiveness of a functional status measure. J Clin Epidemiol 2000;53: Norlander S, Aste-Norlander U, Nordgren B, Sahlstedt B. Mobility in the cervico-thoracic motion segment: an indicative factor of musculo-skeletal neck-shoulder pain. Scand J Rehabil Med 1996;28: Norlander S, Gustavsson BA, Lindell J, Nordgren B. Reduced mobility in the cervico-thoracic motion segment a risk factor for musculoskeletal neck-shoulder pain: a two-year prospective follow-up study. Scand J Rehabil Med 1997;29: Norlander S, Nordgren B. Clinical symptoms related to musculoskeletal neck-shoulder pain and mobility in the cervico-thoracic spine. Scand J Rehabil Med 1998;30: Picavet HS, Gils HW van, Schouten JS. Klachten van het bewegingsapparaat in de Nederlandse bevolking: prevalenties, consequenties en risicogroepen. RIVM Report No , Sobel JS, Winters JC, Arendzen JH, Groenier K, Meyboom-de Jong B. Schouderklachten in de huisartspraktijk. Huisarts Wet 1995;38: Sobel JS, Winters JC, Groenier KH, Arendzen JH, Meyboom-de Jong B. Kenmerken van schouderklachten in de huisartspraktijk. Huisarts Wet 2002;39: Stenvers JD, Overbeek WJ. Bestaat bij de frozen shoulder toch ook een benige beperking? Ned Tijdschr Geneeskd 1978;122 (30): Windt DA van der, Koes BW, Boeke AJ, Deville W, Jong BA de, Bouter LM. Shoulder disorders in general practice: prognostic indicators of outcome. Br J Gen Pract 1996;46: Windt DA van der, Koes BW, Jong BA de, Bouter LM. Shoulder disorders in general practice: incidence, patient characteristics, and management. Ann Rheum Dis 1995;54: Winters JC, Jong AC de, Windt DAWM van der, Jonquiere M, Winter AF de, Heijden GJMG van der e.a. NHG-Standaard Schouderklachten (versie 1999). Huisarts Wet 1999a;42: Winters JC, Jorritsma W, Groenier KH, Sobel JS, Meyboom-de Jong B, Arendzen HJ. Treatment of shoulder complaints in general practice: long term results of a randomised, single blind study comparing physiotherapy, manipulation, and corticosteroid injection. BMJ 1999b;318:95-6. Winters JC, Sobel JS, Groenier KH, Arendzen HJ, Meyboom-de Jong B. Comparison of physiotherapy, manipulation, and corticosteroid injection for treating shoulder complaints in general practice: randomised, single blind study. BMJ 1997;314:20-5. Winters JC, Sobel JS, Groenier KH, Arendzen JH, Meyboom-de Jong B. The long-term course of shoulder complaints: a prospective study in general practice. Rheumatology 1999c;38: Winters JC, Sobel JS, Groenier KH, Arendzen JH, Meyboom-de Jong B. A shoulder pain score: a comprehensive questionnaire for assessing pain in patients with shoulder complaints. Scand J Rehabil Med 1996;28:163-7.
Aanvullende manuele therapie bij patiënten met schouderklachten
Huisarts en Wetenschap (2005) 48:358 364 DOI 10.1007/BF03084266 ONDERZOEK Aanvullende manuele therapie bij patiënten met schouderklachten Een gerandomiseerd effectonderzoek Gert Bergman Jan Winters Klaas
Nadere informatieAanvullende manuele therapie bij patiënten met schouderklachten
Onderzoek Aanvullende manuele therapie bij patiënten met schouderklachten Een gerandomiseerd effectonderzoek Gert Bergman, Jan Winters, Klaas Groenier, Jan Pool, Betty Meyboom-de Jong, Klaas Postema, Geert
Nadere informatieDe waarde van echografisch diagnostisch onderzoek. Marc Weyts, huisarts-echografist April 2018
De waarde van echografisch diagnostisch onderzoek Marc Weyts, huisarts-echografist April 2018 Geen Geen Geen Geen NHG standaard schouderklachten (2 e heriene versie 2008) Eenvoudig, pragmatisch en stapsgewijs
Nadere informatieHuisarts of hometrainer?
Huisarts of hometrainer? In het literatuuroverzicht werden zes studies opgenomen. Vier studies onderzochten het effect van training op ziekteverzuim, drie daarvan bestudeerden tevens de effecten op klachten
Nadere informatieFactsheet Manuele therapie en therapeutische mogelijkheden bij zuigelingen (0-1 jaar)
1/4 Manuele therapie en therapeutische mogelijkheden bij zuigelingen (0-1 jaar) Auteurs F. Driehuis, MSc, FT Prof. dr. M.W.G. Nijhuis - van der Sanden, KFT E. R. I. C. Saedt, MT B. H. van der Woude, MT
Nadere informatieWhiplash en duizeligheid: een paar apart Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp
Whiplash en duizeligheid: een paar apart Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp Wat te vewachten? 1. Praktijkervaring en registratie 2. Whiplash-trial 3. Prognostische factoren 1. Patiëntgegevens 1998 2003 Praktijk
Nadere informatieUitgebreide toelichting van het meetinstrument
Uitgebreide toelichting van het meetinstrument Shoulder Disability Questionnaire (SDQ) 29 december 2010 Review: 1) Pijn Kennis Centrum Maastricht 2) S Düsedau, R Erkens, B Dijcks 3) S Joeris Invoer: E
Nadere informatieFysiotherapie na acceleratie deceleratie trauma. Fysiotherapie na acceleratie deceleratie trauma. Fysiotherapie na acceleratie deceleratie trauma
Hans Allaart Fysiotherapeut Sport Fysiotherapeut Orthopedische Manueel Th. Dryneedling Hans Allaart Fysiotherapeut Sport Fysiotherapeut Orthopedische Manueel Th. Dryneedling Fysiotherapie na acceleratie
Nadere informatieNekklachten in de eerste lijn; hoe zit dat met predictie modellen? Arianne Verhagen Afd Huisartsgeneeskunde, Erasmus MC, Rotterdam
Nekklachten in de eerste lijn; hoe zit dat met predictie modellen? Arianne Verhagen Afd Huisartsgeneeskunde, Erasmus MC, Rotterdam Opzet presentatie Inleiding / epidemiologie Diagnostiek Behandeling Predictie
Nadere informatieCOMPRESSIE- of TRACTIETHERAPIE bij ASPECIFIEKE NEKPIJN: WAT HELPT?
Paramedisch OnderzoekCentrum POC COMPRESSIE- of TRACTIETHERAPIE bij ASPECIFIEKE NEKPIJN: WAT HELPT? Prof.dr. Rob Oostendorp Ann Pattyn MSc Dr. Wendy Scholten-Peeters Prof.dr. William Duquet Fysiotherapie
Nadere informatiehoofdstuk 1 doelstellingen hoofdstuk 2 diagnosen
Dit proefschrift gaat over moeheid bij mensen die dit als belangrijkste klacht presenteren tijdens een bezoek aan de huisarts. In hoofdstuk 1 wordt het onderwerp moeheid in de huisartspraktijk kort geïntroduceerd,
Nadere informatieONDERZOEK Corticosteroïdinjecties of fysiotherapie voor de pijnlijke, stijve schouder?
Corticosteroïdinjecties of fysiotherapie voor de pijnlijke, stijve schouder? Een gerandomiseerd onderzoek in de huisartspraktijk DANIËLLE VAN DER WINDT, BART KOES, JOAN BOEKE, WALTER DEVILLÉ, BARELD DE
Nadere informatieNVAB Richtlijn Klachten aan Arm, Nek of Schouder. Werk en KANS. 11-5-2015 Hoge School Leiden. Dr. Leo. A.M. Elders
NVAB Richtlijn Klachten aan Arm, Nek of Schouder 1 11-5-2015 Hoge School Leiden Dr. Leo. A.M. Elders Werk en KANS Tel: 06-55741585 E-mail: info@nvka.nl Inhoud presentatie Schouderklachten /SAPS Epidemiologie
Nadere informatieIs intra-articulair hyaluronzuur nuttig bij de behandeling van cuffscheuren in de schouder?
Is intra-articulair hyaluronzuur nuttig bij de behandeling van cuffscheuren in de schouder? Dr. P. Verspeelt Fysische geneeskunde en Revalidatie 15 november 2014 Wat is hyaluronzuur? 2 suikermolecules
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting 200 NEDERLANDSE SAMENVATTING Duizeligheid is een veel voorkomend probleem bij ouderen. Tot 30% van de thuiswonende ouderen van 65 jaar en ouder ervaart enige vorm van duizeligheid.
Nadere informatieverschillen tussen acute en chronische klachten
Het beloop en de prognose van schouderklachten: verschillen tussen acute en chronische klachten Mikel-Wing Lun Reilingh, Ton Kuijpers, Annemieke Tanja-Harfterkamp, Daniëlle van der Windt Inleiding Men
Nadere informatie25 jaar whiplash in Nederland
25 jaar whiplash in Nederland Vanuit een fysiotherapeutisch perspectief Maarten Schmitt M.Sc 1 2 Fysiotherapeut & manueeltherapeut Hoofd van de Divisie Onderwijs Stichting Opleidingen Musculoskeletale
Nadere informatieManueel therapie. Wat is Manueel therapie?
Manueel therapie Fysio De Kolk Sociaal Medisch Centrum De Kolk E.G.M. Bos en R.H.F. Eggink Zuideinde 80 1511 GH Oostzaan Telefoon: 075-684 5573 E-mail: info@fysiodekolk.nl Manueel therapie Wat is Manueel
Nadere informatieUitgebreide toelichting van het meetinstrument. Global Perceived Effect (GPE)
Uitgebreide toelichting van het meetinstrument Global Perceived Effect (GPE) 31-03-2014 Review: R.A.H.M. Swinkels Invoer: E. van Engelen 1 Algemene gegevens Het meetinstrument heeft betrekking op de volgende
Nadere informatieToetsstation. Schouderklachten
Toetsstation Schouderklachten Algemene gegevens Classificatiecode(s) L08, L92 Doelstelling Toetsen of de kandidaat in staat is de gegevens te verzamelen die nodig zijn voor de diagnostiek bij een patiënt
Nadere informatieSCHOUDERKLACHTEN HUISARTS- OPLEIDING. Versie maart 2001. Docentendeel
SCHOUDERKLACHTEN Versie maart 2001 Docentendeel HUISARTS- OPLEIDING Algemene gegevens Dit onderwijsprogramma is ontwikkeld door de staf van de afdeling Huisartsopleiding van de Vrije Universiteit ten behoeve
Nadere informatieSamenvatting*en*conclusies* *
Samenvatting*en*conclusies* * Kwaliteitscontrole-in-vaatchirurgie.-Samenvattinginhetnederlands. Inditproefschriftstaankwaliteitvanzorgenkwaliteitscontrolebinnende vaatchirurgie zowel vanuit het perspectief
Nadere informatieOnderzoeksdesigns. Ellen Tromp, epidemioloog St Antonius ziekenhuis
Onderzoeksdesigns Ellen Tromp, epidemioloog St Antonius ziekenhuis Inhoud Inleiding Wetenschappelijk bewijs Opdracht Verschillende onderzoekdesigns De drie componenten van evidence-based practice Wetenschappelijk
Nadere informatieAspecifieke schouderklachten: geen effectiviteit van de gangbare behandelingen; literatuurstudie
Zoekstrategie. De cochrane-database voor systematische reviews, de Cochrane Database of Abstracts of Reviews of Effects (DARE), en het Cochrane Central Register of Controlled Trials (CENTRAL) werden doorzocht
Nadere informatieWERKT DE WEBCARE INTERVENTIE?
WERKT DE WEBCARE INTERVENTIE? Onderwerp: Hoe lees ik een wetenschappelijk artikel? Marjolein Snaterse, docent/onderzoeker Faculteit Gezondheid, Hogeschool van Amsterdam TOCH MAAR WEER: EVIDENCE BASED PRACTICE
Nadere informatieHeupklachten. Prof. Sita Bierma-Zeinstra Hoogleraar Artrose en gerelateerde aandoeningen
Heupklachten Prof. Sita Bierma-Zeinstra Hoogleraar Artrose en gerelateerde aandoeningen Dept of General Practice / Dept of Orthopedics Erasmus MC University Medical Center Rotterdam Heupklachten Prevalentie
Nadere informatieGebruik van PROMs individueel versus groepsniveau. Riekie de Vet
Gebruik van PROMs individueel versus groepsniveau Riekie de Vet Klinimetrie: meten in de geneeskunde Het meten van symptomen, diagnostiek, uitkomsten van behandelingen, gezondheidsstatus en bijvoorbeeld
Nadere informatieNekpijnklachten: oorzaak en behandeling Manuele therapie bij nekpijnklachten
Nekpijnklachten: oorzaak en behandeling Manuele therapie bij nekpijnklachten www.peter-goossens.be www.stefaniestaete.nl Peter Goossens Master na Master of science Manuele Therapie VUB Skillsdocent Master-opleiding
Nadere informatie1 Patiënten met schoudersyndromen in de huisarts- en fysiotherapiepraktijk
1 Patiënten met schoudersyndromen in de huisarts- en fysiotherapiepraktijk Margit Kooijman, Ilse Swinkels, Christel van Dijk, Dinny de Bakker en Cindy Veenhof Samenvatting» Schouderklachten komen vaak
Nadere informatieIs de behandeling van lage rugklachten door middel van tractie evidence based? Dr Peter Verspeelt Fysische geneeskunde en revalidatie 24 oktober 2015
Is de behandeling van lage rugklachten door middel van tractie evidence based? Dr Peter Verspeelt Fysische geneeskunde en revalidatie 24 oktober 2015 Wat is de invloed van tractie op een lumbale
Nadere informatiePatient gegevens. Patiënt gegevens. Bakker, Sanne Adres: Spaarne 153
Patient gegevens Patiënt gegevens Naam: Bakker, Sanne Adres: Spaarne 153 Postcode: 2011CG Haarlem Geboortedatum: 5-6-1996 Leeftijd: 20 Geslacht: V Telefoon: 0616287075 Telefoon mobiel: Telefoon werk: Email:
Nadere informatieCRITICAL APPRAISED TOPIC Schouderluxatie. Merel Trijzelaar Onderwijsdag 6 mei 2014
CRITICAL APPRAISED TOPIC Schouderluxatie Merel Trijzelaar Onderwijsdag 6 mei 2014 INLEIDING 50% van alle gewrichtsluxaties op de SEH 95-97% anterieure luxatie 65% van de ziekenhuizen hebben een protocol
Nadere informatieBack on Track: eerste ervaringen met geprotocolleerde pijnrevalidatie in de eerste lijn. Reni van Erp, MSc
Back on Track: eerste ervaringen met geprotocolleerde pijnrevalidatie in de eerste lijn. Reni van Erp, MSc Disclosure slide Companies No relations Research funding CZ Fonds Provincie Limburg Adelante epartment
Nadere informatieSummary & Samenvatting. Samenvatting
Samenvatting De meeste studies na rampen richten zich op de psychische problemen van getroffenen zoals post-traumatische stress stoornis (PTSS), depressie en angst. Naast deze gezondheidsgevolgen van psychische
Nadere informatieAcute Low Back Pain Screenings Questionnaire (ALBPSQ)
Acute Low Back Pain Screenings Questionnaire (ALBPSQ) S.J. Linton en K. Halldén, 1996 Instructie DOEL(GROEP): Prognostische en inventariserende vragenlijst De Acute Low Back Pain Screening Questionnaire
Nadere informatieOpleiding Orthopedische Manuele Therapie. 18 april 2013
Opleiding Orthopedische Manuele Therapie 18 april 2013 Opleiding Orthopedische Manuele Therapie Is Orthopedische Manuele Therapie nog Orthopedische Manuele Therapie? Zijn de huidige paradigma shifts wenselijk?
Nadere informatieEvidence based richtlijnontwikkeling (EBRO) training voor patiënten. Ton Kuijpers, Epidemioloog
Evidence based richtlijnontwikkeling (EBRO) training voor patiënten Ton Kuijpers, Epidemioloog Guru based medicine Inhoud Voorbeeld van een wetenschappelijk onderzoeksdesign (RCT) Mate van bewijs Conclusies
Nadere informatieHoofdstuk 1 is de algemene inleiding van dit proefschrift. Samenvattend, depressie is een veelvoorkomende stoornis met een grote impact op zowel het
Samenvatting Hoofdstuk 1 is de algemene inleiding van dit proefschrift. Samenvattend, depressie is een veelvoorkomende stoornis met een grote impact op zowel het individu als op populatieniveau. Effectieve
Nadere informatieInhoud. inleiding de schouder 1 9. Redactie 1 0. Auteurs 1 1. Voorwoord 1 6
Redactie 1 0 Auteurs 1 1 Voorwoord 1 6 inleiding de schouder 1 9 1 Patiënten met schoudersyndromen in de huisarts- en fysiotherapiepraktijk 2 1 Inleiding 2 2 Patiënten met schoudersyndromen in de huisartspraktijk
Nadere informatiehttp://www.psychfysio.nl/nieuws/6_04_1.html Jelle Heisen Anamnese
http://www.psychfysio.nl/nieuws/6_04_1.html Jelle Heisen Anamnese Wat is de hulpvraag in termen van ICF en gerelateerd aan het functioneren van de patiënt in zijn / haar context? 1 inventarisatie concrete
Nadere informatieHet meetinstrument heeft betrekking op de volgende categorieën Lichaamsregio Bovenste extremiteit
Uitgebreide toelichting van het meetinstrument Shoulder Function Assessment (SFA) maart 2014 Review: Emonts W Invoer: Bokhorst ML 1 Algemene gegevens Het meetinstrument heeft betrekking op de volgende
Nadere informatieFormulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een artikel over een interventieonderzoek (bij voorkeur een RCT)
Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een artikel over een interventieonderzoek (bij voorkeur een RCT) Behorend bij: Evidence-based logopedie, hoofdstuk 4 1 Toelichting bij de criteria voor
Nadere informatieLichamelijk onderzoek
Hoofdstuk 3 Lichamelijk onderzoek Het lichamelijk onderzoek omvat de volgende onderdelen: -- inspectie in rust -- passief en actief uitgevoerd onderzoek naar de beweeglijkheid van de cervicale wervelkolom,
Nadere informatie(2016.1) Schouder: Secundair Impingement-syndroom
(2016.1) Schouder: Secundair Impingement-syndroom Instituut: Sportrevalidatie Hilversum Verwijzer: Alle verwijzers Periode: 1-1-2016 t/m 31-12-2017 Fysiotherapeut: Alle fysiotherapeuten Inleiding Dit rapport
Nadere informatieScoringslijst voor de praktijk
Stichting Verenigde Universitaire Huisartsopleidingen Domus Medica, Postbus 20072, 3502 LB UTRECHT tel. (030) 280 60 90; fax (030) 280 60 99 internet: www.svuh.nl Scoringslijst voor de praktijk 2. SCHOUDERKLACHTEN
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Addendum A 173 Nederlandse samenvatting Het doel van het onderzoek beschreven in dit proefschrift was om de rol van twee belangrijke risicofactoren voor psychotische stoornissen te onderzoeken in de Ultra
Nadere informatieSamenvatting SAMENVATTING Hoofdstuk 1 is de algemene introductie over de inhoud van dit proefschrift. Depressie en angststoornissen zijn de meest voorkomende psychische stoornissen en brengen een grote
Nadere informatieChronisch-functionele klachten: één syndroom?
Schouderklachten in de huisartspraktijk. Huisarts Wet 1995;38:342-7. 8 Norlander S, Gustavsson BA, Lindell J, Nordgren B. Reduced mobility in the cervico-thoracic motion segment-a risk factor for musculoskeletal
Nadere informatieConclusies Orthopedie
Conclusies Orthopedie Grote interdokter variatie, bij vrijwel gelijke incidentie GC Marne is bovengemiddeld duur voor Z&Z : 8% duurder Hoge kosten orthopedie wordt veroorzaakt door: 34% meer verwijzingen
Nadere informatieFysiotherapie en Benigne Pijn: Welke vraag?
Fysiotherapie en Benigne Pijn: Welke vraag? Prof. dr. Rob A.B. Oostendorp Nederlands Paramedisch Instituut Amersfoort UMC St Radboud, Nijmegen Werkgroep Onderzoek Kwaliteit AANDACHTSPUNTEN doel conventionele
Nadere informatieAcute Low Back Pain Screening Questionnaire (ALBPSQ) S.J. Linton & K. Halldén (1996)
Acute Low Back Pain Screening Questionnaire (ALBPSQ) S.J. Linton & K. Halldén (1996) DOEL(GROEP): Inventariserende vragenlijst De Acute Low Back Pain Screening Questionnaire (ALBPSQ) is een biopsychosociaal
Nadere informatieParamedisch OnderzoekCentrum
Manueeltherapeutische classificaties voor lage-rugpijn: uitdaging voor de toekomst. Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp Prof.dr. Janusz Bromboszcz Opbouw Relevantie van classificaties voor MT Profielen KNGF-richtlijn
Nadere informatieVerdiepingsmodule. Vaardigheid schouderonderzoek. Schoudersklachten: Vaardigheid schouderonderzoek. 1. Toelichting. 2. Doel, doelgroep en tijdsduur
Schoudersklachten: 1. Toelichting Deze verdiepingsmodule is gebaseerd op de NHG Standaard van oktober 2008 (tweede herziening). De anatomie van de schouder is globaal wel bekend bij de huisarts. Veelal
Nadere informatieLezing : Frozen Shoulder Voorstel Fysiotherapeutische behandelrichtlijn bij Capsulitis Adhaesiva
Lezing : Frozen Shoulder Voorstel Fysiotherapeutische behandelrichtlijn bij Capsulitis Adhaesiva H.M. Vermeulen, R. Schuitemaker, K.M.C. Hekman, D.H. van der Burg, F. Struyf. De SNN- Praktijkrichtlijn
Nadere informatieWhitepaper aspecifieke lage rugpijn. Martijn Groot, orthopedisch manueel therapeut Daniel Righard, master manueel therapeut i.o.
Whitepaper aspecifieke lage rugpijn Martijn Groot, orthopedisch manueel therapeut Daniel Righard, master manueel therapeut i.o. (co-writer) Inhoud Inleiding De praktijk Het trainingsprogramma De ervaringen
Nadere informatieFysiotherapeutische behandeling van de frozen shoulder: de Leidse visie
Fysiotherapeutische behandeling van de frozen shoulder: de Leidse visie Dr. Eric Vermeulen Kinesi-, fysio- en manueeltherapeut, wetenschappelijk medewerker Dienst Fysiotherapie Werkdefinitie Frozen Shoulder
Nadere informatieSamenvatting in Nederlands
* Samenvatting in Nederlands Samenvatting in Nederlands Dit proefschrift is gebaseerd op gegevens verkregen uit het FuPro-CVA onderzoek (Functionele Prognose bij een cerebrovasculair accident (of beroerte)).
Nadere informatiePOSTKLINISCH FYSIOTHERAPEUTISCH REVALIDATIEPROTOCOL HEMI-/TOTALE SCHOUDERPROTHESE (TSP)
VERSIE JANUARI 2017 POSTKLINISCH FYSIOTHERAPEUTISCH REVALIDATIEPROTOCOL HEMI-/TOTALE SCHOUDERPROTHESE (TSP) 1. Doel Het op eenduidige wijze uitvoering geven aan de postklinische fysiotherapeutische behandeling
Nadere informatiePOSTKLINISCH FYSIOTHERAPEUTISCH REVALIDATIEPROTOCOL NA REVERSED SCHOUDERPROTHESE (RSP)
VERSIE 2017 POSTKLINISCH FYSIOTHERAPEUTISCH REVALIDATIEPROTOCOL NA REVERSED SCHOUDERPROTHESE (RSP) 1. Doel Het op eenduidige wijze uitvoering geven aan de postklinische fysiotherapeutische behandeling
Nadere informatieScoringslijst voor de praktijk
Stichting Verenigde Universitaire Huisartsopleidingen Domus Medica, Postbus 20072, 3502 LB UTRECHT tel. (030) 280 60 90; fax (030) 280 60 99 internet: www.svuh.nl Scoringslijst voor de praktijk 1. INJECTIE
Nadere informatieONDERZOEK Het beloop van schouderaandoeningen in de huisartspraktijk
Het beloop van schouderaandoeningen in de huisartspraktijk D.A.W.M. VAN DER WINDT B.W. KOES A.J.P. BOEKE ET AL. all der V indt DAWN!, Koes BW. Boeke AJP, Din ille W, De Jong BA. flouter L.NI. Viet beloop
Nadere informatieBiopsychosociaal model
Biopsychosociaal model binnen de behandeling van whiplash-patiënten Wendy Peeters, MScMT Dr. Arianne Verhagen Prof. dr. Rob Oostendorp 1 23-03-2001 Doel presentatie State of the art wetenschappelijke evidentie
Nadere informatieMigraine met aura. Migraine 31-1-2013. Tension-type headache: 1 jaar prevalentie Tension-Type Headache. flimpje 1. filmpje 2.
Hoofdpijn: classificatie en behandeling Waarom is het kunnen classificeren van hoofdpijn van belang voor de FT/MT februari 2013 René Castien, manueel therapeut, Master SPT, PhD i.o. Regelmatig voorkomend
Nadere informatiee-exercise bij knie en heup artrose
e-exercise bij knie en heup artrose Ontwikkeling, evaluatie en implementatie Corelien Kloek (TiU, NIVEL, UMCU, HU) Daniël Bossen (HvA), Joost Dekker (VUmc), Dinny de Bakker (TiU, NIVEL), Cindy Veenhof
Nadere informatieSummery. Effectiviteit van een interventieprogramma op arm-, schouder- en nekklachten bij beeldschermwerkers
ummery amenvatting Effectiviteit van een interventieprogramma op arm-, schouder- en nekklachten bij beeldschermwerkers 207 Algemene introductie Werkgerelateerde arm-, schouder- en nekklachten zijn al eeuwen
Nadere informatieEén op de vijf patiënten vindt oefentherapeut zonder verwijzing Factsheet Landelijke Informatievoorziening Paramedische Zorg, maart 2009
Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL De gegevens mogen met bronvermelding (Margit K Kooijman, Ilse CS Swinkels, Chantal J Leemrijse. Eén op de vijf patiënten vindt oefentherapeut zonder verwijzing.
Nadere informatievoer eventueel de ULTT uit voor de plexus brachialis en n. medianus (uitsluittest)
Diagnostisch proces Anamnese/lichamelijk onderzoek screenen op rode vlaggen rode vlaggen: vermoeden van ernstige pathologie (nekpijn graad IV) geen rode vlaggen huisarts of verwijzend specialist Vaststellen
Nadere informatieEBM. Domein arts. Overwegingen bij domein arts
EBM Wetenschappelijke uitkomsten uit klinisch relevant prognostisch, diagnostisch en therapeutisch onderzoek. Kennis, ervaring, persoonlijke waarden en verwachtingen van de dokter zelf. De individuele
Nadere informatieCover Page. Author: Smelt, Antonette Title: Treatment of migraine : from clinical trial to general practice Issue Date: 2014-05-14
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/25761 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Smelt, Antonette Title: Treatment of migraine : from clinical trial to general
Nadere informatieSubstantial Clinical Important Benefit van de CMS en SST!! Toepassing van schoudervragenlijsten bij patiënten van het Schoudernetwerk Twente
Substantial Clinical Important Benefit van de CMS en SST!! Toepassing van schoudervragenlijsten bij patiënten van het Schoudernetwerk Twente Donald van der Burg Onderzoek naar responsiviteit van de CMS/SST
Nadere informatieHeleen Boven Voorzitter HNN Eerste lijn, manueeltherapeut Tweede lijn, diagnostisch fysiotherapeut hoofdpijncentrum MZH Lid werkgroep Hoofdpijn
Heleen Boven Voorzitter HNN Eerste lijn, manueeltherapeut Tweede lijn, diagnostisch fysiotherapeut hoofdpijncentrum MZH Lid werkgroep Hoofdpijn eerste lijn MZH De twee hoofd vragen: Waarom de nek behandelen
Nadere informatieRichtlijn Nekpijn. Jasper Bier
Richtlijn Nekpijn Jasper Bier Inhoud Doelstellingen en uitgangspunten richtlijn De richtlijn Indeling van patiënten, subgroepen en diagnostiek Een casus Interventies en behandelprofielen Waarom deze richtlijn
Nadere informatieRichtlijn verwijsbeleid bij schouderklachten. E. van Merode, M. Duineveld, I. van Vliet, I. Rijken
Richtlijn verwijsbeleid bij schouderklachten E. van Merode, M. Duineveld, I. van Vliet, I. Rijken Inleiding De incidentie van schouderklachten in de Nederlandse huisartsenpraktijk bedraagt ongeveer 29-30
Nadere informatieSomatisch onvoldoende verklaarde lichamelijke klachten: De richtlijn
Somatisch onvoldoende verklaarde lichamelijke klachten: De richtlijn Ingrid Arnold LUMC Public Health en Eerstelijnsgeneeskunde Huisarts te Leiderdorp Dokter, ik ben zo moe. Vermoeidheid Hoofdpijn Buikklachten
Nadere informatieBehandeling van een trigger finger. Loes van Boxmeer & Emma Wassenaar
Behandeling van een trigger finger Loes van Boxmeer & Emma Wassenaar Overzicht Inleiding PICO Zoekstrategie & Flowchart Artikelen Chirurgie Anatomie Open vs percutaan Conclusie Inleiding Klinische symptomen
Nadere informatiePsychologische behandeling voor SOLK-patiënten door de POH-GGZ: resultaten van een rct
Psychologische behandeling voor SOLK-patiënten door de POH-GGZ: resultaten van een rct Kate Sitnikova 8 november 2018 Amsterdam UMC Locatie VUmc Afdeling Huisartsgeneeskunde & Ouderengeneeskunde Sheet
Nadere informatieNiets aan de hand toch
Niets aan de hand toch (Kinder-) Manuele Therapie Psychologie Nek- en hoofdpijn bij kinderen en jongeren met NAH Presentatie BAW 'Niets aan de hand toch' Opbouw van de Presentatie Verzoek aan jullie Vraagstelling
Nadere informatiebehandeling volgens de KNGF-richtlijn bij mensen met artrose aan de heup en/of knie.
Samenvatting De primaire doelstelling van het onderzoek was het onderzoeken van de lange termijn effectiviteit van oefentherapie en de rol die therapietrouw hierbij speelt bij patiënten met artrose aan
Nadere informatiePatiënten die rechtstreeks bij de fysiotherapeut komen behalen vaker de behandeldoelen.
Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL De gegevens mogen met bronvermelding (Ilse CS Swinkels, Margit K Kooijman, Chantal J Leemrijse. Patiënten die rechtstreeks bij de fysiotherapeut komen behalen
Nadere informatieImpingement Protocol
Impingement Protocol Etiologie Rode vlaggen Anamnese en onderzoek Evidence based behandelrichtlijn SIS Discussie Groene Hart SchouderWerkgroep 16 juni 2010 etiologie Botstructuur Glenohumerale instabiliteit
Nadere informatieOntspanning met de Occiflex
Ontspanning met de Occiflex Nekpijn.. dr. Jan-Paul van Wingerden Bestuurder SJC Behandelprofiel A Nekpijn Prognose en beloop Nekpijn is wereldwijd de op drie na grootste categorie van klachten van het
Nadere informatieGEZONDHEID SUBSTANTIEEL VERBETERD
RESULTATEN ANALYSE 2014 GEZONDHEID SUBSTANTIEEL VERBETERD De Rughuis Methode heeft aangetoond dat de gezondheidstoestand en kwaliteit van leven bij patiënten met chronische rugklachten enorm kan toenemen.
Nadere informatieInleiding Methodologie Master MBRT Hogeschool INHOLLAND 27 november Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp
Inleiding Methodologie Master Hogeschool INHOLLAND 27 november 2003 Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp WAT GAAN WE DOEN? Inleiding op Evidence-based Practice (EBP) Diagnostisch onderzoek onderzoek Interventieonderzoek
Nadere informatieIs cognitive gedragstherapie voor het chronisch vermoeidheidssyndroom ook effectief als groepstherapie?
Nijmeegs Kenniscentrum Is cognitive gedragstherapie voor het chronisch vermoeidheidssyndroom ook effectief als groepstherapie? Jan-Frederic Wiborg, Jose van Bussel, Agaat van Dijk, Gijs Bleijenberg, Hans
Nadere informatieHOOFD /HALS / NEKPIJNKLACHTEN STATE OF THE ART
HOOFD /HALS / NEKPIJNKLACHTEN STATE OF THE ART drs. John Bos Literatuur KNGF Richtlijn Nekpijn. KNGF 2016. (red. Bier JD, Scholten Peeters G.G.M., Staal JB et al) Neck Pain: Clinical Practice Guidelines
Nadere informatieSamenvatting. Effectiviteit van geïsoleerde lage-rugtraining
Samenvatting In dit proefschrift zijn drie delen te onderscheiden. In het eerste deel wordt in drie gerandomiseerde, gecontroleerde studies (trials) de effectiviteit van geïsoleerde lagerugtraining onderzocht
Nadere informatieHet klinisch effect van AOT: Onderzoek in de praktijk. Jennie Wakker
Het klinisch effect van AOT: Onderzoek in de praktijk Jennie Wakker Symposium AOT: werkt het? Is het bewezen? AOS, Arnhem, 14 maart 2009 Titel The clinical effectiveness of breathing and relaxation therapy:
Nadere informatieMyofasciaal Pijn Syndroom een analyse voor (para)medici
\ MPS en Dry Needling - 1 Myofasciaal Pijn Syndroom een analyse voor (para)medici Frank Timmermans, fysiotherapeut en manueel therapeut Uplands Physiotherapy Clinic, Penticton, B.C. Canada Inhoud presentatie
Nadere informatieNEDERLANDSE SAMENVATTING
NEDERLANDSE SAMENVATTING 154 NEDERLANDSE SAMENVATTING NEDERLANDSE SAMENVATTING 155 SAMENVATTING Achtergrond Hoewel het lumbosacraal radiculair syndroom (LSRS) zo lang bestaat als de geschiedenis van onze
Nadere informatieHevige pijn ter hoogte van de schoudertop als gevolg van een forse schouderduw, bij een 23-jarige topvoetballer
9 2 Hevige pijn ter hoogte van de schoudertop als gevolg van een forse schouderduw, bij een 23-jarige topvoetballer Dos Winkel en Koos van Nugteren Introductie Het verhaal van een topvoetballer met acute
Nadere informatieHypnotherapie als behandeling van het Prikkelbaredarmsyndroom
Hypnotherapie als behandeling van het Prikkelbaredarmsyndroom Een pilot studie naar de behandeling door PDS-therapeuten Methode studiepopulatie 285 patiënten (leeftijd 18-65 jaar, 74% vrouw), gediagnosticeerd
Nadere informatieSamenvatting Beloop van beperkingen in activiteiten bij oudere patiënten met artrose van heup of knie
Beloop van beperkingen in activiteiten bij oudere patiënten met artrose van heup of knie Zoals beschreven in hoofdstuk 1, is artrose een chronische ziekte die vaak voorkomt bij ouderen en in het bijzonder
Nadere informatiehoofdstuk 2 hoofdstuk 3
Om de herkenning van patiënten met depressieve stoornis in de eerste lijn te verbeteren wordt wel screening aanbevolen. Voorts worden pakketinterventies aanbevolen om de kwaliteit van zorg en de resultaten
Nadere informatieCHAPTER. Samenvatting
CHAPTER 9 Samenvatting CHAPTER 9 Klachten aan pols en hand komen veel voor; bij 9 tot 12.5% van de Nederlandse volwassenen. Niet alle mensen bezoeken de huisarts voor pols- of handklachten. De huisarts
Nadere informatieCorticosteroïdinjecties, fysiotherapie of een afwachtend beleid voor patiënten met een epicondylitis lateralis?
Onderzoek Corticosteroïdinjecties, fysiotherapie of een afwachtend beleid voor patiënten met een epicondylitis lateralis? Een gerandomiseerd onderzoek in de eerste lijn Nynke Smidt, Daniëlle van der Windt,
Nadere informatieRuggespraak. Ruggespraak. Presentatie Ariette Sanders - Netwerkbijeenkomst Platform Gedeelde Besluitvorming - Maart 2013 RUGPIJN? agenda.
agenda Ruggespraak Kennismaking Achtergrond van het onderzoek Methode Resultaten Discussie Conclusie A.R.J. Sanders1, W.Verheul2, T.Magneé2, H.M.Pieters, P. Verhaak2, N.J. de Wit1,, J.M. Bensing2 RUGPIJN?
Nadere informatie)DFWVKHHW- +HWDDQGHHOYDQFKURQLVFKH]RUJLQGHH[WUDPXUDOHI\VLRWKHUDSLH
)DFWVKHHW- +HWDDGHHOYDFKURLVFKH]RUJLGHH[WUDPXUDOHI\VLRWKHUDSLH De huidige regering heeft het voornemen om de aanspraken op fysiotherapeutische zorg (verder) te beperken. Verschillende maatregelen worden
Nadere informatieDe effecten en kosten van manuele. fysiotherapie en behandeling door de huisarts bij nekklachten.
Onderzoek De effecten en kosten van manuele therapie, fysiotherapie en behandeling door de huisarts bij nekklachten Een gerandomiseerd klinisch experiment Jan Lucas Hoving, Ingeborg Korthals-de Bos, Henrica
Nadere informatieSamenvatting Hoofdstuk 1 Hoofdstuk 2 hoofdstuk 3
Vallen komt in alle leeftijdsgroepen voor, maar vormt vooral bij ouderen een groot gezondheidsprobleem. Onder een val wordt verstaan een gebeurtenis waarbij de betrokkene onbedoeld op de grond of een lager
Nadere informatieEchografie van de schouder door de reumatoloog: toy or tool?
Echografie van de schouder door de reumatoloog: toy or tool? Henk Martens, reumatoloog Sint Maartenskliniek Nijmegen 29-11-2013 inleiding echografie in de reumatologie/door de reumatoloog echogeleide interventies
Nadere informatie