Monitor Leefbaarheid. beheergebied hostel Blekerstraat Almere. Tweemeting, Onderzoek uitgevoerd in opdracht van: Gemeente Almere

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Monitor Leefbaarheid. beheergebied hostel Blekerstraat Almere. Tweemeting, Onderzoek uitgevoerd in opdracht van: Gemeente Almere"

Transcriptie

1 Monitor Leefbaarheid beheergebied hostel Blekerstraat Almere Tweemeting, 2014 Onderzoek uitgevoerd in opdracht van: Gemeente Almere DIMENSUS beleidsonderzoek September 2014 Projectnummer 580

2 Leeswijzer Voor u ligt de rapportage over de laatste meting naar leefbaarheid en veiligheid in het beheergebied rondom het hostel aan de Blekerstraat in Almere. In de rapportage is de mening verwoord van de bewoners en ondernemers die hebben meegedaan aan het onderzoek. Omdat de werkwijze en de vragenlijst exact gelijk zijn aan die van de vorige twee metingen, kunnen ontwikkelingen en trends zichtbaar worden gemaakt. Omdat het hostel is gevestigd in het centrum van Almere, waar de overlast van uitgaan, zwervers en drugs meer dan elders in de stad wordt ervaren, is de beleving van de overlast die in het onderzoek wordt gemeten niet allemaal toe te rekenen aan of te isoleren van het hostel. Voor bewoners is het ook moeilijk dit onderscheid te maken. Daarnaast moet worden aangetekend dat het beheergebied een groot gebied is rondom het hostel, waardoor bij voorbaat kan worden vastgesteld dat een deel van de overlast buiten de invloedssfeer van het hostel ligt. Het rapport bevat ook objectieve gegevens, de cijfers van overlast en misdrijven van de politie en de gemeente. Ook uit deze cijfers is het aandeel meldingen dat kan worden toegeschreven aan het hostel niet vast te stellen omdat dit niet wordt geregistreerd. Door meerdere identieke metingen in de tijd uit te voeren waarbij op dezelfde manier de beleving van bewoners en ondernemers en de objectieve cijfers van de gemeente en politie worden geïnventariseerd, kunnen de gevolgen van het hostel op de leefbaarheid en veiligheid in het beheergebied desalniettemin goed in beeld worden gebracht. Bovendien zijn na elke meting vervolggesprekken gevoerd met direct betrokkenen om de uitkomsten te duiden. Op deze manier kan de relatie met het hostel wel degelijk worden gelegd. 2

3 Inhoud Samenvatting 5 Inleiding 9 1 Het beheergebied De buurt De leefbaarheid en veiligheid in de buurt 11 2 Woonbeleving Oordeel over het wonen in de buurt De ontwikkeling van de buurt 16 3 Leefbaarheid Medeverantwoordelijkheid voor de leefbaarheid Mate van overlast Meest storende vormen van overlast Veroorzakers en plekken van overlast Meldingen van overlast Aandacht van gemeente voor problemen in de buurt 26 4 Veiligheid Onveiligheidsgevoelens Plekken waar men zich niet prettig of niet veilig voelt Slachtoffers van delicten Meldingen bij de politie Bekendheid van de wijkagent Functioneren van de wijkagent of de politie 35 5 De opvangvoorziening Bekendheid met en mening over het hostel De beheergroep Het beheerplan Gevolgen van het hostel voor de leefbaarheid en veiligheid 41 6 Ondernemers Leefbaarheid in de buurt Overlast in de buurt Gevoelens van onveiligheid Functioneren van politie en gemeente De woonvoorziening 48 7 Verwachtingen direct betrokkenen 49 3

4 Bijlagen : Bijlage 1 Responsoverzicht 53 Bijlage 2 Gesprekspartners 55 Bijlage 3 Vragenlijsten 57 4

5 Samenvatting Eind 2012 is aan de Blekerstraat in Almere een hostel voor verslaafde dak- en thuislozen geopend. Omdat het hostel de leefbaarheid en veiligheid in de buurt niet negatief mag schaden, worden leefbaarheidsonderzoeken uitgevoerd. De nulmeting heeft in 2011 plaatsgevonden, circa een jaar vóór opening van het hostel. De eerste effecten zijn gemeten met de eenmeting in mei/juni De tweemeting heeft precies een jaar later plaatsgevonden (mei/juni 2014). Voor het onderzoek worden enquêtes uitgezet onder buurtbewoners en ondernemers, worden cijfers van incidenten en misdrijven opgevraagd bij de politie en worden gesprekken gevoerd met sleutelpersonen. In 2014 hebben 142 bewoners en 35 ondernemers meegewerkt aan het onderzoek. Dit betekent dat een vijfde van de bewoners en een kwart van de ondernemers hun mening hebben gegeven. In de omgeving van het hostel staan uitsluitend flatwoningen, er zijn verschillende hofjes en er is weinig groen. Er wonen relatief veel 65-plussers en weinig gezinnen met kinderen. Op basis van stadsonderzoeken in Almere is bekend dat de woonomgeving op een groot aantal aspecten negatiever wordt beoordeeld dan gemiddeld in Almere. Vooral verkeersoverlast, overlast van groepen jongeren, horecaoverlast, dronken mensen op straat en geluidsoverlast worden in dit gebied meer dan gemiddeld ervaren. Woonbeleving De bewoners geven voor het wonen in de buurt gemiddeld een 6,8. Dit cijfer ligt iets hoger dan bij de eenmeting (6,6), maar nog wel iets lager dan bij de nulmeting (7,0). Vergeleken met de eenmeting zijn de bewoners minder negatief over de ontwikkeling die de buurt het afgelopen jaar heeft ondergaan. Gaf in 2013 nog bijna de helft van de bewoners aan dat de buurt erop achteruit was gegaan, nu is dit aandeel gedaald tot bijna een derde. Het hostel en de overlast hiervan worden onder andere als oorzaak gezien van de achteruitgang. Ook over de toekomst is men minder somber dan een jaar geleden: 28% gaat uit van achteruitgang van de buurt, in 2013 was dat nog 40% en bij de nulmeting zelfs 57%. Naast het hostel wijzen veel bewoners op de algehele verloedering van de buurt door rommel, zwerfvuil, leegstaande winkels en dergelijke maar ook door te weinig aandacht/geld van de gemeente voor de buurt. Leefbaarheid Bijna de helft van de bewoners voelt zich medeverantwoordelijk voor de buurt (47%) en nog eens ruim een derde deels (38%).Er is dus zeker betrokkenheid bij de buurt. Hierin is vergeleken met eerdere metingen niet veel veranderd. Overlast in de buurt Bewoners ervaren in de buurt vooral overlast door rommel op straat (41% zegt dat dit vaak voorkomt), wildplassen (37%), overlast van groepen jongeren (32%), gebruik van drugs op straat (27%) dronken mensen op straat (24%), geluidsoverlast (niet door verkeer) (24%) en handel in drugs op straat (21%). Bij de eenmeting was nog sprake van een stijging van de overlast ten opzichte van het jaar daarvoor, nu lijkt de overlast juist te zijn afgenomen: minder bewoners ervaren overlast door 5

6 omwonenden, groepen jongeren, dronken mensen op straat en verslaafden en ook minder handel in en gebruik van drugs, vandalisme, rommel en geluidsoverlast. Jongeren zijn nog steeds de belangrijkste veroorzakers van de overlast. Drugsverslaafden worden door één op de vijf bewoners als veroorzaker gezien. Vergeleken met 2013 worden drugsverslaafden, alcoholverslaafden, dak- en thuislozen en andere buurtbewoners minder vaak gezien als veroorzakers van de overlast. De overlast concentreert zich niet op bepaalde plekken. Meldingen bij de gemeente Circa één op de vijf bewoners heeft naar eigen zeggen het afgelopen jaar wel eens een klacht of melding van overlast ingediend bij de gemeente. Gemiddeld zijn er bij de gemeente voor het hele Beheergebied circa vijf meldingen per maand geregistreerd. Dit betreft vooral meldingen over dumpingen en onveilige situaties. Vergeleken met de vorige metingen is het aantal meldingen bij de gemeente weliswaar toegenomen, maar de meeste meldingen komen niet uit de directe omgeving van het hostel en zijn daar naar verwachting ook niet aan gerelateerd. Aandacht van gemeente voor problemen in de buurt Ruim de helft van de bewoners (56%) vindt dat de gemeente voldoende tot veel aandacht heeft voor de problemen in de buurt, 44% vindt van niet. Bewoners zijn daarmee duidelijk positiever over de aandacht van de gemeente voor de problemen in de buurt dan bij de twee voorgaande metingen. Veiligheid Onveiligheidsgevoelens Bewoners voelen zich s avonds het meest onveilig, zowel in de eigen woning als in de buurt. Zo voelt 14% zich s avonds in de buurt vaak tot altijd onveilig en 28% soms. Vergeleken met de vorige meting voelen bewoners zich in de buurt echter iets veiliger, maar in de eigen woning juist niet. Kwetsbare locaties Als gekeken wordt naar de kwetsbare plekken in het beheerplan, dan laat de meting van 2014 voor alle kwetsbare plekken een daling zien van het aandeel bewoners dat zich hier wel eens onveilig voelt. Er zijn geen plekken die er echt uitspringen. Het zijn vooral drugsverslaafden en jongeren die zorgen voor het gevoel van onveiligheid. Alcoholverslaafden en dak- en thuislozen worden nu minder vaak genoemd dan in Ook wordt minder vaak gewezen op te weinig licht. Wellicht dat de extra verlichting die is aangebracht bij het hostel hieraan heeft bijgedragen. Ook bij het hostel voelen bewoners zich minder vaak onveilig dan een jaar geleden. Zo voelt nu één op de tien bewoners zich vaak of soms onveilig tegenover een kwart bij de eenmeting. Slachtofferschap en meldingen Eén op de tien bewoners is het afgelopen jaar geconfronteerd met vernieling aan de auto, vandalisme of fietsendiefstal. Vergeleken met vorig jaar zijn beduidend minder bewoners het slachtoffer geweest van vandalisme en/of van (poging) tot inbraak. Eén op de vijf bewoners heeft een melding van overlast of aangifte gedaan bij de politie. Dit is ook lager dan bij de voorgaande metingen. 6

7 Het aantal meldingen dat bij de politie is geregistreerd over veiligheid, leefbaarheid en maatschappelijke integriteit bedraagt 284 in 2011, 261 in 2012, 284 in 2013 en 135 tot en met 22 juli Het aantal meldingen over veiligheid schommelt tussen de jaren. Het laatste half jaar zijn in verhouding meer meldingen binnen gekomen over diefstal uit of vanaf een motorvoertuig. Het aantal mishandelingen is juist gedaald nadat vorig jaar sprake was van een stijging. Het aantal meldingen dat betrekking heeft op leefbaarheid lijkt te dalen. Dit betreft vooral meldingen over diefstal bij bedrijven of instellingen en vernielingen aan de openbare ruimte. Het aantal meldingen over drugshandel en alcohol blijft, evenals voorgaande jaren, beperkt. De wijkagent De wijkagent geniet iets meer bekendheid dan bij de vorige metingen. Nu kent bijna één op de vijf respondenten de wijkagent, tegenover 13% bij de vorige metingen. Over de aandacht die de politie heeft voor de problemen in de buurt laten respondenten zich nu veel positiever uit dan bij de voorgaande metingen. Zes op de tien respondenten vinden dit nu (ruim) voldoende, tegenover 42% bij de eenmeting en 36% bij de nulmeting. De opvangvoorziening Bekendheid met en mening over het hostel Vrijwel iedereen kent het hostel. De respondenten zijn bij iedere meting positiever: zo is het aandeel bewoners dat positief is gestegen van 29% bij de nulmeting naar 52% nu, terwijl het aandeel dat negatief is over het hostel, is gedaald van 36% naar 11%. Sociale motieven voeren de boventoon bij respondenten die een hostel een goede maatregel vinden. Bewoners die negatief zijn, hebben vooral moeite met de plek in een woonwijk bij een winkelcentrum. Enkele respondenten wijzen op verminderde waarde of moeilijkere verkoopbaarheid van hun woningen. De beheergroep en het beheerplan De helft van de bewoners vindt het goed dat de Beheergroep bestaat. Vaker dan voorheen hebben bewoners geen mening over het nut van de Beheergroep of voor de bijdrage van de Beheergroep aan de verbetering van de leefomgeving. De overige respondenten zijn echter veelal positief. Bijna de helft van de respondenten weet ook dat er een beheerplan is en deze mensen vinden het veelal goed dat een dergelijk plan er is. Gevolgen van de komst van het hostel Ondanks dat meer respondenten ervan uitgaan dat de buurt waar het hostel is gevestigd achteruit (26%) zal gaan dan vooruit (15%) zijn respondenten veel positiever hierover, dan bij de twee voorgaande metingen. Bij de nulmeting ging twee derde uit van een achteruitgang en bij de eenmeting ruim een derde. Respondenten die verwachten dat de buurt erop vooruit gaat wijzen op het pand dat nu veel mooier is dan voorheen en op het toezicht dat is toegenomen. Als de bewoners concreet wordt gevraagd naar de ervaren gevolgen voor de leefbaarheid en veiligheid in de buurt, dan 17% tot 28% van de bewoners aan dat de overlast is toegenomen en dat het onveiliger is geworden. Vergeleken met de verwachtingen bij de nulmeting en de ervaren overlast een jaar geleden, ervaren nu minder respondenten overlast door het hostel. Dit geldt zowel voor overlast door drugsverslaafden als door dealers als voor de overlast in het winkelcentrum. Daarnaast voelen respondenten zich minder onveilig. 7

8 Ondernemers Driekwart van de ondernemers vindt de buurt prettig en de helft van de ondernemers voelt zich zelden of nooit onveilig. Anders dan de bewoners, zijn de ondernemers juist iets negatiever over de buurt dan vorig jaar. De leegstand, achterstallig onderhoud en het hostel worden als negatieve punten naar voren gebracht. Een kwart tot een derde van de ondernemers ervaart vaak of soms overlast van buitenslapers en drugsgebruikers en een kwart ook van groepen jongeren. Daarnaast geeft een kwart aan dat mensen in het winkelcentrum wel eens lastig worden gevallen. Alcohol- en drugsverslaafden en jongeren zorgen volgens de ondernemers vooral voor de overlast. Ondanks het feit dat ondernemers de buurt iets minder prettig vinden dan vorig jaar, ervaren ze minder overlast. Ondernemers zijn minder vaak het slachtoffer geweest van vandalisme en criminaliteit dan vorig jaar. Men kent de wijkagent steeds beter en is ook positiever over de aandacht van de politie en de gemeente voor de buurt. Vergeleken met de bewoners zijn ondernemers iets sceptischer over het hostel. Hierin is niet veel veranderd. Gesprekken met betrokkenen Uit de gesprekken met betrokkenen bij het hostel komt naar voren dat de situatie vergeleken met een jaar geleden is verbeterd. Er is meer rust en meer onderling vertrouwen. De communicatie tussen professionals en de communicatie naar buurtbewoners is sterk verbeterd. Er wordt serieuzer met meldingen omgegaan, er zijn duidelijkere protocollen en er wordt strenger op gehandhaafd. De bewaking van het hostel loopt vaker buiten in de buurt om te controleren of alles goed loopt. Ook hebben zij meer contact met buurtbewoners en ondernemers in de buurt. Het nieuwe voorportaal werkt goed. Hierdoor is er veel minder geluidsoverlast. Ook lijkt een andere oriëntatie van de camera bij de onderdoorgang naar de Olsgracht preventief te werken. Ook zijn de betrokkenen positief over het overleg dat eens in de vier weken plaatsvindt en waarbij de situatie van de hostelbewoners wordt bekeken. Op deze manier worden de problemen binnenshuis gehouden en dat is ook de bedoeling. Communicatie naar de buurt wordt heel belangrijk gevonden. Zo heeft de informatieavond prima gewerkt, heeft een nieuwjaarsborrel plaatsgevonden en staat een buurtbarbecue op de planning. Op deze manier hoopt het hostel meer informele contacten te krijgen met de buurt, waardoor de drempel om iets te melden ook lager wordt. Van belang is het vertrouwen dat er nu is vast te houden. Dit betekent alert blijven op de situatie en handhaven indien nodig. Terugkoppeling naar de melders speelt hierbij ook een belangrijke rol. 8

9 Inleiding Om ervoor te zorgen dat verslaafde dak- en thuislozen in Almere een rustiger en gezonder bestaan kunnen leiden en dat de overlast die deze groep veroorzaakt in de stad wordt teruggebracht, is eind 2012 aan de Blekerstraat in Almere een hostel geopend. Het hostel biedt ruimte aan 29 cliënten. Om de inbedding van het hostel in de buurt zo goed mogelijk te laten verlopen, is een uitgebreid communicatietraject opgezet naar en met de bewoners in de directe omgeving. Na een informatieronde is een oproep gedaan aan de bewoners om een beheergroep te formeren. De beheergroep heeft tot doel mee te denken over het beperken van eventuele overlast van het hostel. Door de beheergroep is in samenspraak met gemeente en politie een beheerplan opgesteld, waarin het beheergebied is afgebakend, randvoorwaarden voor het omgevingsbeheer zijn opgesteld en de meest kwetsbare punten in het beheergebied zijn aangegeven. Ook zijn verantwoordelijkheden en communicatietrajecten vastgelegd. Omdat het hostel de leefbaarheid en veiligheid in de buurt niet negatief mag schaden, worden verschillende leefbaarheidsonderzoeken uitgevoerd. De nulmeting heeft in oktober/november 2011 plaatsgevonden, circa een jaar voor de opening van het hostel. In mei/juni 2013 is de eenmeting uitgevoerd, circa een half jaar na opening van het hostel en een jaar later in mei 2014 de tweemeting Voor deze tweemeting is evenals bij de vorige twee metingen een enquête gehouden onder de bewoners en ondernemers in de directe omgeving van het hostel. Bewoners waarvan een telefoonnummer bekend was, zijn telefonisch benaderd (186). De overige bewoners (475) hebben een schriftelijke enquête toegestuurd gekregen. Alle bewoners hadden de mogelijkheid de enquête via internet in te vullen. In totaal hebben 142 bewoners meegewerkt aan het onderzoek, 54 telefonisch, 34 op papier en 54 via internet. De respons op de enquête onder de bewoners bedraagt 21%, wat betekent dat één op de vijf huishoudens hebben meegewerkt aan het onderzoek. Bij de vorige meting was het responspercentage 28%. Ook zijn voor het onderzoek 130 ondernemers in de directe omgeving van het hostel benaderd. In totaal hebben 35 ondernemers aan het onderzoek meegewerkt, een respons van 27%. In bijlage I is een responsoverzicht opgenomen. Naast enquêtegegevens zijn kerncijfers van de politie (meldingen en aangiften van delicten) en van de gemeente (cijfers over overlast) opgevraagd en zijn gesprekken gevoerd met sleutelpersonen en bewoners van de wijk (bijlage 2). In dit rapport zijn de resultaten van de tweemeting weergegeven. De situatie op het gebied van leefbaarheid en veiligheid anderhalf jaar na de komst van het hostel aan de Blekerstraat, staat centraal. Hoofdstuk 1 voorziet in een korte schets van de directe omgeving van het hostel. De wijze waarop de bewoners het wonen in de buurt beleven, vormt het onderwerp van hoofdstuk 2. In de hoofdstukken 3 en 4 wordt achtereenvolgens ingegaan op de leefbaarheid en op de veiligheid in het gebied. Het hostel staat centraal in hoofdstuk 5. Hoofdstuk 6 geeft een beeld van de wijze waarop ondernemers de buurt en het hostel ervaren. De resultaten van de gesprekken met sleutelfiguren zijn opgenomen in het laatste hoofdstuk. 9

10 Hostel aan de Blekerstraat Ligging van de Blekerstraat 10

11 1 Het beheergebied 1.1 De buurt Het hostel is gevestigd aan de Blekerstraat in het Centrum van Almere, dichtbij het grote winkelcentrum. In samenspraak met de beheergroep is rondom het Hostel een beheergebied afgebakend, waarnaar extra aandacht uit gaat in verband met de leefbaarheid en veiligheid. Het beheergebied, waarvoor een beheerplan is opgesteld, omvat de volgende grenzen: Klokkeluiderstraat (Bottelaarspassage ) Klokkeluiderstraat (Bottelaarspassage) Spoordreef Wagemakerbaan Flevostraat Koetsierbaan Hengelostraat Lenthehof Giethoornpad Coevordensingel Coevordenbrug richting Klokkeluiderstraat Dit gebied wordt in het vervolg aangeduid met de term beheergebied. Veel woningen in het stadscentrum dateren uit de periode Vanaf 2001 is het centrum uitgebreid met relatief veel luxe appartementen. In deze wijk staan uitsluitend flats waarvan een groot deel particulier wordt verhuurd. In de wijk is relatief weinig groen. In het gebied zijn verschillende hofjes aanwezig. In Almere Centrum wonen twee keer zoveel 65-plussers dan gemiddeld in Almere. Een meerderheid (60%) woont alleen. Gezinnen met kinderen zijn ondervertegenwoordigd in de wijk. De sociale cohesie en de betrokkenheid bij de buurt is duidelijk minder dan gemiddeld in Almere. 1.2 De leefbaarheid en veiligheid in de buurt De woonomgeving in het beheergebied wordt op een groot aantal aspecten negatiever beoordeeld dan gemiddeld in Almere. Dat geldt overigens voor het hele centrum van Almere. Uit de Veiligheidsmonitor van 2013 blijkt dat het algemene oordeel, de leefbaarheid, de sociale cohesie, de gehechtheid aan en de betrokkenheid bij de buurt en de inzet voor de buurt veel lager scoren in het centrum dan gemiddeld in Almere. 11

12 Ook is sprake van veel meer sociale overlast zo blijkt uit de monitor. Dronken mensen op straat en rondhangende jongeren vormen twee van de drie belangrijkste vormen van overlast in het centrum van Almere. 12

13 2 Woonbeleving Het oordeel over de buurt en het sociale klimaat, de beleving van de ontwikkeling van de buurt het afgelopen jaar en de verwachting hierover voor de toekomst, zijn aspecten die in dit hoofdstuk over de woonbeleving aan de orde komen. 2.1 Oordeel over het wonen in de buurt Bewoningsduur , in procenten (N resp. 204, 182 en 141) langer dan 10 jaar tot en met 10 jaar minder dan 5 jaar Evenals bij de eenmeting woont de helft van de respondenten al meer dan 10 jaar in de buurt, ruim een derde woont er 5 tot 10 jaar en één op de tien respondenten minder dan 5 jaar. Het aandeel bewoners dat relatief kort in de buurt woont, ligt nu lager dan bij de vorige metingen. Eigendomsverhouding, , in procenten (N resp. 204, 182 en 142) koopwoning huurwoning kamerbewoner Van de respondenten woont driekwart in een koopwoning (76%) en een kwart in een huurwoning (24%). Dit komt vrijwel overeen met de verdeling bij de voorgaande metingen. 13

14 Gehechtheid aan de buurt, , in procenten (N resp. 180, en 115) zeer gehecht gehecht deels niet gehecht helemaal niet gehecht Twee derde van de bewoners (66%) is gehecht tot zeer gehecht aan de buurt waar men woont. Bij één op de zes bewoners is dit (helemaal) niet het geval (15%). De overige bewoners geven aan dat men deels gehecht is aan de buurt (19%). De respondenten lijken nu meer gehecht te zijn aan de buurt dan bij de vorig twee metingen. Deels zal dit samenhangen met de gemiddeld langere bewoningsduur van de respondenten die aan deze meting hebben meegedaan. Oordeel over de buurt, , in procenten (N resp. 203, 180 en 140) zeer prettig prettig onprettig zeer onprettig Over het algemeen zijn bewoners zeer te spreken over de buurt waar men woont. Zo geven negen op de tien bewoners aan de buurt waar men woont prettig tot zeer prettig te vinden. Eén op de tien respondenten is van mening dat de buurt (zeer) onprettig is om te wonen. Het beeld komt op hoofdlijnen overeen met de vorige metingen. Als wordt gevraagd de buurt te beoordelen aan de hand van een rapportcijfer dan levert dat gemiddeld een 6,8. Van de respondenten heeft 14% een onvoldoende gegeven. Respondenten van een huurwoning oordelen niet anders over de buurt dan bewoners van een koopwoning. Ook de bewoningsduur maakt geen verschil. Bewoners die gehecht zijn aan hun buurt en de buurt prettig vinden om te wonen, geven wel een hoger cijfer. Bewoners zijn iets positiever over de buurt dan bij de eenmeting (6,6), maar het oordeel ligt nog iets lager dan bij de nulmeting (7,0). 14

15 Oordeel over een aantal stellingen over de leefbaarheid in de buurt, in procenten (N varieert van 171 tot 204) de mensen in deze buurt blijven hier graag wonen als je in deze buurt woont heb je het goed getroffen ik heb veel contacten met de mensen die in deze buurt wonen als het maar enigszins mogelijk is ga ik uit deze buurt verhuizen het is vervelend om in deze buurt te wonen helemaal eens eens niet eens / niet oneens oneens helemaal oneens Om een idee te krijgen van het woongenot zijn enkele stellingen voorgelegd aan de bewoners. De relatieve tevredenheid over het wonen in de buurt blijkt ook uit het oordeel over deze stellingen. Zo vinden acht op de tien respondenten het niet vervelend om in de buurt te wonen. Daarnaast is de helft van de respondenten van mening dat bewoners graag in de buurt blijven wonen (17% vindt van niet) en dat je het goed hebt getroffen als je in deze buurt woont (12% vindt van niet) en denkt een vijfde aan dat mensen als het maar enigszins mogelijk is uit de buurt gaan verhuizen (64% denkt van niet). Het aandeel mensen met veel contacten in de buurt is vergelijkbaar met het aandeel respondenten die vinden dat dit niet het geval is. Zoals mag worden verwacht, zijn bewoners die gehecht zijn aan de buurt of die de buurt prettig vinden om te wonen, ook positiever over de buurt. Daarnaast hebben zij ook vaker meer contacten in de buurt. Ook 65-plussers laten zich over het algemeen positiever uit over de buurt. Ook uit de antwoorden op de stellingen komt naar voren dat respondenten iets positiever zijn over de buurt dan in

16 2.2 De ontwikkeling van de buurt Oordeel over de ontwikkeling van de leefbaarheid in buurt het afgelopen jaar, , in procenten (N resp. 192, 174 en 137) vooruit deels vooruit deels achteruit gelijk gebleven achteruit Wanneer de bewoners een oordeel moeten geven over de ontwikkeling van de buurt zoals die het afgelopen jaar heeft plaatsgevonden, dan geeft de helft van de bewoners aan dat hierin niets is veranderd. De overige bewoners zijn veel vaker van mening dat de buurt achteruit is gegaan (31%) dan vooruit (9%). Vergeleken met de eenmeting laten bewoners zich minder vaak negatief uit over de buurt en vinden ze vaker dat er niets is veranderd. De vooruitgang schrijven bewoners toe aan het opknappen van woningen en van de buurt, de nieuwbouw en de bloembakken die er zijn gekomen op de Olstgracht. Het cameratoezicht, maar ook het verdwijnen van de snookerhal en het toezicht op het hostel worden eveneens als reden naar voren gedragen. De achteruitgang schrijven de bewoners vooral toe aan de komst van het hostel. Sommige bewoners wijzen op de geluidsoverlast die dit tot gevolg heeft, anderen op de vreemde types die rondhangen, op het drugs- en alcoholgebruik en dergelijke. Naast het hostel wordt ook vaker jongerenoverlast genoemd als reden, maar ook de leegstaande winkels en het zwerfvuil. Verwachte ontwikkeling van de buurt de komende jaren, , in procenten (N resp. 177, 158 en 117) zal vooruit gaan deels vooruit deels achteruit zal gelijk blijven zal achteruit gaan Op de vraag of bewoners denken dat de buurt de komende jaren vooruit of achteruit zal gaan, kan een deel van de bewoners geen antwoord geven (18%). 16

17 De overige bewoners zijn vaker negatief (28%) dan positief (6%) hierover. Ruim de helft van de respondenten (62%) gaat ervan uit dat het gelijk blijft. Vergeleken met de vorige metingen zijn bewoners steeds minder negatief over de ontwikkeling van de buurt. Dit aandeel is gedaald van 57% bij de nulmeting naar 40% bij de eenmeting en naar 28% nu. Het aandeel dat verwacht dat er niets verandert is gestegen van 28%, naar 46% tot 62% nu. Voor de mogelijke vooruitgang wijzen bewoners onder andere op de economie die gaat aantrekken en op het verder opknappen van de buurt. De achteruitgang schrijft een deel van de bewoners toe aan het hostel, maar veel meer gaan bewoners uit van een verdergaande verloedering van de buurt door rommel, zwerfvuil, zwervers en doordat de gemeente niet voldoende investeert in de buurt, aldus een bewoner. 17

18 18

19 3 Leefbaarheid In dit hoofdstuk staat de leefbaarheid in de buurt centraal. Allereerst wordt ingegaan op het medeverantwoordelijkheidsgevoel voor de leefbaarheid. Daarnaast wordt gekeken naar de ervaren overlast en de meest storende vormen van overlast. Ook wordt aandacht besteed aan de veroorzakers van overlast en de plekken waar overlast wordt ervaren. Als laatste wordt ingegaan op de wijze waarop de bewoners de aandacht beoordelen die de gemeente heeft voor de problemen in de buurt. 3.1 Medeverantwoordelijkheid voor de leefbaarheid Medeverantwoordelijkheid voor de leefbaarheid in de buurt, , in procenten (N resp. 199, 179 en 140) mede-verantwoordelijk deels mede-verantwoordelijk niet mede-verantwoordelijk De helft van de bewoners (47%) voelt zich medeverantwoordelijk voor de leefbaarheid in de buurt. Eén op de zes bewoners (15%) geeft aan zich niet medeverantwoordelijk te voelen. Bewoners die (zeer) gehecht zijn aan hun buurt voelen zich iets vaker medeverantwoordelijk voor de leefbaarheid (56%). De verantwoordelijkheid die bewoners hebben voor hun buurt is niet wezenlijk veranderd vergeleken met de voorgaande metingen. 3.2 Mate van overlast De meest voorkomende vormen van overlast zijn volgens de bewoners rommel op straat (41% komt vaak voor), wildplassen (37%), overlast van groepen jongeren (32%), gebruik van drugs op straat (27%), dronken mensen op straat (24%), geluidsoverlast (niet door verkeer) (24%) en handel in drugs op straat (21%). Van de bewoners geeft daarnaast 15% aan dat overlast van verslaafden en buitenslapers vaak voorkomt. 19

20 Mate waarin overlast wordt ervaren, in procenten (N varieert van 83 tot 138) rommel op straat overlast van groepen jongeren dronken mensen op straat gebruik van drugs op straat inbraak in woningen of bergingen wildplassen fietsendiefstal handel in drugs op straat vandalisme / vernieling geluidsoverlast (niet door verkeer) vernieling aan auto s en diefstal vanaf auto s (bijv. wieldoppen of buitenspiegels) bekladding van muren en/of gebouwen baldadigheid / kattenkwaad diefstal UIT auto s 6 41 overlast door omwonenden 9 34 overlast van verslaafden en buitenslapers mensen die op straat worden lastig gevallen geweld 6 21 bedreiging tasjesroof vaak soms 20

21 Percentage bewoners dat vaak overlast ervaart, , in procenten rommel op straat wildplassen overlast van groepen jongeren gebruik van drugs op straat dronken mensen op straat geluidsoverlast (niet door verkeer) handel in drugs op straat overlast van verslaafden en buitenslapers bekladding van muren en/of gebouwen mensen die op straat worden lastig gevallen vandalisme / vernieling baldadigheid / kattenkwaad inbraak in woningen of bergingen vernieling aan auto s en diefstal vanaf auto s (bijv. wieldoppen of buitenspiegels) fietsendiefstal overlast door omwonenden diefstal UIT auto s bedreiging geweld tasjesroof

22 Was bij de eenmeting nog sprake van een stijging van de overlast vergeleken met de nulmeting, nu lijkt de overlast te zijn gedaald. Dit geldt vooral voor dronken mensen op straat (- 11%), maar ook voor door omwonenden (-10%), geluidsoverlast niet door verkeer (-8%), handel in drugs op straat (-8%), vandalisme (-7%), rommel op straat (-7%), overlast van verslaafden en buitenslapers (-6%), gebruik van drugs op straat (-6%) en overlast van groepen jongeren (-6%). 3.3 Meest storende vormen van overlast De meest storende vormen van overlast, , in procenten (N resp. 205, 161 en 114) overlast van groepen jongeren rommel op straat geluidsoverlast (niet door verkeer) wildplassen gebruik van drugs op straat inbraak in woningen of bergingen handel in drugs op straat dronken mensen op straat overlast door omwonenden mensen op straat die lastig worden gevallen vandalisme / vernieling overlast van verslaafden en buitenslapers Op de vraag aan welke vormen van overlast men zich het meest stoort, geeft 20% van de respondenten aan helemaal geen storende overlast te ondervinden. De respondenten die wel overlast ondervinden, storen zich vooral aan overlast door groepen jongeren (38%) en rommel op straat (34%). Geluidsoverlast die niet wordt veroorzaakt door het verkeer vindt bijna een kwart een van de meest storende vormen van overlast (23%), wildplassen een vijfde (21%) en gebruik van drugs op straat bijna een vijfde (18%). 22

23 Andere vormen van overlast die mogelijk samenhangen met het hostel zoals handel in drugs op straat vindt 16% een van de meest storende vormen, dronken mensen op straat 12%, overlast door omwonenden 10%, mensen op straat die lastig worden gevallen 10% en overlast van verslaafden en buitenslapers 7%. Bij handel en gebruik van drugs gaat het volgens de bewoners vooral om softdrugs en minder vaak om harddrugs. Bij de eenmeting bleken bewoners zich meer te storen aan verschillende zaken dan bij de nulmeting toen het hostel er nog niet was. Nu, bij de tweemeting, is dit weer gedaald. Geluidsoverlast anders dan door verkeer (-9%), overlast van verslaafden en buitenslapers (-9%) en gebruik van drugs op straat (-7%) zijn minder vaak als belangrijkste vormen van overlast waaraan men zich stoort naar voren gebracht. Het aandeel respondenten dat zich nergens aan stoort is zelfs verdubbeld (van 10% naar 20%). 3.4 Veroorzakers en plekken van overlast Veroorzakers van overlast, in procenten van de bewoners die overlast ervaren, meer antwoorden mogelijk, , in procenten (N resp. 182, 179 en 142) jongeren drugsverlaafden mensen van buiten de buurt dak- en thuislozen studenten alcoholverslaafden andere buurtbewoners anders Bewoners zien vooral jongeren als veroorzakers van de overlast die zij ervaren. De helft van de respondenten wijst deze groep aan als veroorzaker. Andere groepen die nog vaker naar voren worden gebracht zijn: drugsverslaafden (20%) en mensen van buiten de buurt (18%). Dak- en thuislozen (13%), studenten (12%) en alcoholverslaafden (11%) worden door circa één op de tien respondenten als veroorzaker van de overlast aangemerkt. Vergeleken met de eenmeting worden vooral drugsverslaafden (-15%) en alcoholverslaafden (- 13%) minder vaak als veroorzaker aangewezen. Bij de eenmeting werden ze juist vaker gezien als veroorzakers van de overlast. 23

24 Plekken waar bewoners vooral overlast ervaren, in procenten van bewoners die plekken naar voren hebben gebracht, , in procenten (N resp. 187, 179 en 142) Deventerpad t.h.v. Horeca/studentenwoningen Chirurgijnhof (hofje achter hostel Blekerstraat) Touwslagershof Koperslagershof doorgang Chirurgijnhof richting Wagenmakerbaan Olstgracht t.h.v. Cafetaria Lentehof doorgang Kruierstraat richting Gezellenhof Hofje Hengelostraat overig Wanneer de bewoners plekken aangeven waar zij vooral overlast ervaren dan komen verschillende hofjes naar voren zoals het Deventerpad, de Chirurgijnhof, de Touwslagershof, de Koperslagershof, de doorgang Chirurgijnhof richting Wagenmakerbaan, de Olstgracht en de Lentehof. Respondenten die zelf nog andere plekken naar voren hebben gebracht, hebben vaker de onderdoorgang van de Blekerstraat naar de Olstgracht en de Blekerstraat zelf aangegeven als plekken waar overlast wordt ervaren. Vergeleken met de eenmeting wordt vooral de Koperslagershof minder vaak als plek waar overlast wordt ervaren naar voren gebracht. 24

25 3.5 Meldingen van overlast Aandeel bewoners dat een klacht of melding van overlast heeft ingediend bij de gemeente, , in procenten (N resp. 202, 173 en 136) klacht of melding ingediend geen klacht of melding ingediend Uit de enquête blijkt, dat circa één op de vijf respondenten (22%) het afgelopen jaar een klacht heeft ingediend of een melding van overlast heeft gedaan bij de gemeente. Niet meer dan twee meldingen hebben direct betrekking op het hostel. Daarnaast zijn meerdere meldingen doorgegeven over jongerenoverlast en geluidsoverlast in het gebied. Het aandeel respondenten dat een klacht of melding heeft doorgegeven aan de gemeente is gestegen, vergeleken met de eenmeting en ligt ook iets hoger dan bij de nulmeting. Wellicht dat een betere communicatie over het melden van klachten bewoners ertoe heeft aangezet een klacht in te dienen. Geregistreerde meldingen van overlast tot t/m gem. per totaal maand t/m totaal gem. per maand totaal Dumpingen Geluidshinder Onveilige situatie Vervuiling/drijfvuil Zwerfvuil gem. per maand Feitelijk zijn er bij de gemeente in het afgelopen jaar (juni 2013 tot en met mei 2014) in totaal 64 meldingen van overlast geregistreerd. Dit aantal is hoger dan bij de vorige metingen. Mogelijk komt dit doordat het laagdrempeliger is geworden om een melding te doen en/of omdat de gemeente hierover meer heeft gecommuniceerd met de bewoners en ondernemers. De toename geldt vooral voor dumpingen en voor onveilige situaties. Het betreft hier vooral fysieke onveiligheid, doordat paaltjes verkeerd zijn geplaatst, er gaten in de weg zijn of er sprake is van een verzakking. 25

26 Van de 33 meldingen zijn er 8 afkomstig uit de Blekerstraat en 8 uit de Hengelostraat. Bij voorgaande metingen zijn geen meldingen uit de Hengelostraat binnen gekomen. Het aantal meldingen over dumpingen vanuit de Blekerstraat ligt iets hoger dan bij de vorige metingen, resp. 2 in de periode december 2012 tot en met mei 2013 en 5 in de periode december 2012 tot december Van de22 meldingen over onveilige situaties is er 1 afkomstig uit de Blekerstraat en 4 uit de Hengelostraat en 4 uit de Koetsierbaan. Uit beide laatste straten zijn bij de voorgaande metingen geen meldingen gekomen. Het aantal meldingen en de soort meldingen dat binnen is gekomen bij de gemeente, wijzen niet direct naar het hostel als veroorzaker van (een groot deel van) de overlast in de buurt. 3.6 Aandacht van gemeente voor problemen in de buurt Aandacht van de gemeente voor de problemen in de buurt, , in procenten (N resp. 159, 125 en 93) veel aandacht voldoende aandacht te weinig aandacht Het aandeel bewoners dat positief is gestemd over de aandacht die de gemeente heeft voor de problemen in de buurt is groter dan het aandeel bewoners dat zich negatief hierover uitlaat. Zo vind 56% de aandacht voldoende tot goed en is 44% van mening dat de gemeente hier te weinig aandacht voor heeft. Een derde van de respondenten (34%) heeft hierover geen uitspraak gedaan. Respondenten zijn duidelijk positiever over de aandacht die de gemeente heeft voor de problemen in de buurt, zowel vergeleken met de eenmeting als met de nulmeting. 26

27 4 Veiligheid Het gevoel van (on)veiligheid van de buurtbewoners, diegenen die hiervoor verantwoordelijk worden gehouden en de onveilige plekken in de buurt zijn aspecten die in dit hoofdstuk centraal staan. Ook de vraag of bewoners zelf het slachtoffer zijn geweest van delicten en of men eventuele meldingen of aangiften heeft gedaan bij de politie komen aan de orde. Tot slot wordt gekeken naar de bekendheid met de wijkagent en het oordeel over het functioneren van de politie en de wijkagent. 4.1 Onveiligheidsgevoelens Onveiligheidsgevoelens in de buurt en in de woning, in procenten (N varieert van 171 tot 179) 's avonds in de buurt 's avonds in de eigen woning overdag in de buurt overdag in de eigen woning altijd vaak soms zelden of nooit Van de respondenten voelt 3% zich overdag in de buurt vaak tot altijd onveilig. In de eigen woning is dit aandeel 5%. s Avonds voelen bewoners zich iets onveiliger. Zo geeft 14% aan zich s avonds in de buurt vaak tot altijd onveilig te voelen en 13% in de eigen woning. Bijna negen op de tien bewoners voelen zich overdag echter zelden of nooit onveilig in de eigen woning of de buurt. s Avonds voelen zes op de tien bewoners zich zelden of nooit onveilig in de buurt en zeven op de tien in de eigen woning. Onveiligheidsgevoelens in de buurt en in de woning, , in procenten 's avonds in de buurt 's avonds in de eigen woning overdag in de buurt overdag in de eigen woning Vergeleken met de eenmeting voelen bewoners zich s avonds in de buurt veiliger. In de eigen woning voelen bewoners zich s avonds echter iets minder veilig. 27

28 4.2 Plekken waar men zich niet prettig of niet veilig voelt Mate waarin bewoners zich (niet) prettig of (niet) veilig voelen op specifieke plekken in de buurt, in procenten (N varieert van ) Chirurgijnhof (hofje achter hostel Blekerstraat) Deventerpad t.h.v. Horeca/studentenwoningen doorgang Chirurggijnhof richting Wagenmakerbaan Olstgracht t.h.v. Cafetaria Touwslagershof Lentehof Koperslagershof doorgang Kruierstraat richting Gezellenhof Hofje Hengelostraat altijd vaak soms zelden of nooit daar kom ik nooit In het beheerplan zijn kwetsbare plekken opgenomen die in de gaten moeten worden gehouden. Bewoners is gevraagd aan te geven of men wel eens op deze plekken komt en zo ja of men zich hier wel eens niet prettig of niet veilig voelt. Er is een groot aantal plekken waar een relatief groot deel van de bewoners niet komt, zoals het hofje aan de Hengelostraat en de doorgang bij de Kruierstraat richting Gezellenhof. Bijna de helft van de respondenten komt hier nooit. Van alle respondenten voelt 3% tot 12% zich niet prettig of niet veilig (vaak tot altijd) op de plekken die zijn opgenomen in het beheerplan. Bij de Chirurgijnhof, het hofje achter het hostel, voelen bewoners zich het minst prettig. Zo geeft 12% van de respondenten aan zich hier vaak tot altijd niet prettig of niet veilig te voelen en nog eens 10% voelt zich hier soms onveilig. Ook op andere kwetsbare plekken in het beheergebied voelen respondenten zich wel eens (soms tot altijd) onveilig: het Deventerpad (22%), de doorgang Chirurgijnhof richting Wagenmakerbaan (19%), de Olstgracht (17%), de Touwslagershof (16%), de Lentehof (13%), de Koperslagershof (13%), de doorgang Kruienstraat richting Gazellenhof (11%) en het hofje aan de Hengelostraat (9%). 28

29 Eén op de vijf respondenten kan nog andere onveilige plekken noemen in de buurt. Er zijn verschillende plekken die duidelijk vaker naar voren worden gebracht: de Blekerstraat bij het hostel, de onderdoorgang Blekerstraat / Olstgracht, de Bottelaarspassage en de Schippersgarage. Mate waarin bewoners zich vaak of altijd niet prettig of niet veilig voelen op specifieke plekken in de buurt, , in procenten Chirurggijnhof (hofje achter toekomstig hostel Blekerstraat) doorgang Chirurggijnhof richting Wagenmakerbaan Deventerpad t.h.v. Horeca/studentenwoningen Lentehof Touwslagershof Olstgracht t.h.v. Cafetaria Koperslagershof doorgang Kruierstraat richting Gezellenhof Hofje Hengelostraat Vergeleken met de eenmeting voelen respondenten zich op de meeste plaatsen veiliger. Dit geldt vooral voor de Chirurgijnhof (-7%) en voor de Olstgracht (-5%) ter hoogte van de cafetaria. Bij de eenmeting voelden respondenten zich juist minder veilig op de verschillende plekken dan bij de nulmeting. 29

30 Redenen waarom bewoners zich op bepaalde plekken niet prettig of niet veilig voelen, in procenten van de bewoners die zich niet prettig of niet veilig voelen, , (N resp. 41, 50 en 29) drugsverlaafden rondhangende jongeren alcoholverslaafden te weinig controle (door de politie bijvoorbeeld) allochtone jongeren dak- en thuislozen te weinig licht / slechte verlichting mensen van buiten de buurt andere buurtbewoners stille plek / weinig huizen in de buurt studenten overig Drugsverslaafden en rondhangende jongeren vormen de belangrijkste redenen waarom respondenten zich op specifieke plekken in de buurt niet prettig of niet veilig voelen. Van de respondenten die zich onveilig of niet prettig voelen, schrijft 62% dit hieraan toe. Afgezet tegen alle respondenten gaat het hierbij om 13%. Daarnaast voelt men zich ook vaker onveilig door alcoholverslaafden (41%), te weinig controle (39%), allochtone jongeren (31%) en dak- en thuislozen (28%). Vergeleken met de eenmeting worden alcoholverslaafden (-17%) en dak- en thuislozen (-14%) minder vaak als reden voor onveiligheidsgevoelens naar voren gebracht. Ook te weinig licht (- 10%) speelt minder vaak een rol dan bij de eenmeting. Bij de eenmeting werden dak- en thuislozen en drugs- en alcoholverslaafden juist veel vaker genoemd dan bij de nulmeting. De plek waar het hostel is gevestigd, is een plek waar de respondenten en/of hun kinderen over het algemeen vaak komen. Zo komt 59% er vaak en nog eens 27% soms. 30

31 Onveiligheidsgevoelens van bewoners en/of hun kinderen op de plek waar het hostel is gekomen, in procenten van respondenten die er wel eens komen, , (N resp. 164, 142 en 118) altijd vaak soms zelden of nooit Van de bewoners die wel eens in de buurt van het hostel komen, voelt twee derde zich hier zelden tot nooit onveilig. Eén op de tien respondenten voelt zich er echter altijd (4%) tot vaak (7%) onveilig en nog eens een kwart soms. Vergeleken met de andere kwetsbare plekken in het beheergebied, voelen bewoners zich op deze plek niet onveiliger. Bewoners voelen zich duidelijk veiliger in de buurt van het hostel dan bij de eenmeting maar ook veiliger dan in de periode toen het hostel er nog niet was. 4.3 Slachtoffers van delicten Persoonlijk ervaren slachtofferschap en ooggetuige van één of meer misdrijven de afgelopen 12 maanden, in procenten (N= ) vandalisme (beschadiging of vernieling van eigendom) (poging tot) inbraak in uw woning of berging, zonder diefstal bedreiging met geweld diefstal van portemonnee of tasje, zonder (dreiging met) geweld diefstal van portemonnee of tasje, met (dreiging met) geweld overkomen ooggetuige 31

32 De ondervraagde bewoners zijn het afgelopen jaar persoonlijk het meest geconfronteerd met diefstal of vernieling aan de buitenkant van de auto, vandalisme, diefstal van de fiets, (poging) tot inbraak in de woning met of zonder diefstal. Circa één op de tien bewoners is hiervan het afgelopen jaar slachtoffer geweest. Naast het persoonlijk ervaren slachtofferschap is ook gevraagd of respondenten zelf het afgelopen jaar ooggetuige zijn geweest van één of meer van de genoemde misdrijven. Hieruit blijkt dat respondenten vaker ooggetuige zijn geweest van vandalisme en mishandeling dan dat men zelf slachtoffer hiervan is geweest. Persoonlijk ervaren slachtofferschap van één of meer misdrijven de afgelopen 12 maanden, , in procenten (N resp. 204, 178 en 139) diefstal of vernieling aan de buitenkant van de auto (niet door aanrijding) vandalisme (beschadiging of vernieling van eigendom) diefstal van fiets (poging tot) inbraak in uw woning of berging, zonder diefstal inbraak in uw woning of berging, met diefstal bedreiging met geweld diefstal uit de auto diefstal van portemonnee of tasje, zonder (dreiging met) geweld mishandeling diefstal van portemonnee of tasje, met (dreiging met) geweld Vergeleken met de eenmeting zijn respondenten minder vaak het slachtoffer geweest van vandalisme (-12%), (poging) tot inbraak in de woning of berging zonder diefstal (-10%) en van diefstal of vernieling aan de buitenkant van de auto (-7%). 32

33 4.4 Meldingen bij de politie Aandeel van de bewoners dat het afgelopen jaar een melding van overlast of aangifte heeft gedaan bij de politie, , in procenten (N resp. 203, 167 en 136) melding of aangifte gedaan geen melding of aangifte gedaan Eén op de vijf respondenten heeft naar eigen zeggen het afgelopen jaar een melding of aangifte gedaan bij de politie van overlast of een delict in de buurt. Het gaat hierbij om verschillende zaken waaronder geluidsoverlast, diefstal, hangjongeren, mishandeling, overlast en wildplassen. Het aandeel bewoners dat een melding door heeft gegeven aan de politie is gedaald, wat overeenstemt met het dalend aandeel bewoners dat het slachtoffer is geworden van één of meer misdrijven. Geregistreerde misdrijven en overtredingen in het beheergebied Om te kunnen bepalen wat de invloed is van het hostel op de leefbaarheid en veiligheid in het beheergebied, zijn de geregistreerde misdrijven en overtredingen voor dit gebied opgevraagd bij de politie. In het onderstaande overzicht zijn alle misdrijven en overtredingen opgenomen die in de jaren 2011, 2012, 2013 en in 2014 (t/m 22 juli) bij de politie zijn geregistreerd, die van belang zijn in het kader van het hostel aan de Blekerstraat. Cijfers over bijvoorbeeld ongevallen en dergelijke zijn om deze reden dan ook niet opgenomen. Omdat het registratiesysteem enigszins is gewijzigd, wijken de cijfers iets af van de cijfers die in de rapportage van de eenmeting zijn opgenomen. De verschillen zijn echter niet groot. In totaal gaat het in het beheergebied in 2013 om 134 misdrijven en overtredingen die betrekking hebben op veiligheid, 143 op leefbaarheid en 7 die zijn ingedeeld bij de categorie maatschappelijke integriteit. Bij veiligheid gaat het vooral om mishandeling (48 meldingen), diefstal uit of vanaf motorvoertuigen (22) en om diefstal van brom-, snor- of gewone fietsen (20). De meeste meldingen over leefbaarheid hebben betrekking op overige leefbaarheid (55), winkeldiefstal (40), vernieling of beschadiging van de openbare ruimte (22) en diefstal bij bedrijven of instellingen. Over drugshandel zijn in 2013 vanuit het beheergebied maar twee meldingen binnengekomen. 33

34 Wanneer de cijfers van 2013 worden vergeleken met die van 2012 dan is sprake van een lichte stijging van het aantal misdrijven en overtredingen met betrekking tot veiligheid en leefbaarheid. Vooral het aantal mishandelingen ligt in 2013 hoger dan in Ook ten opzichte van 2011 ligt dit aantal nog iets hoger. Diefstallen uit woningen en garageboxen of schuren zijn juist gedaald. Bij de leefbaarheid gaat het vooral om een toename in de categorie overige leefbaarheid. Het aantal meldingen in de categorie burengerucht is echter gedaald. Op het gebied van maatschappelijke integriteit is er nauwelijks iets veranderd. Geregistreerde misdrijven en overtredingen in het beheergebied ( ) veiligheid Diefstal / inbraak in woning Diefstal / inbraak in box / garage / schuur / tuinhuis Diefstal uit / vanaf motorvoertuigen Diefstal van motorvoertuigen Diefstal van brom-, snor-, fietsen Zakkenrollerij Diefstal af / uit / van overige voertuigen Zedenmisdrijf Moord, doodslag Openlijk geweld (persoon) Bedreiging Mishandeling Straatroof Overval Totaal leefbaarheid Drugs/drankoverlast Vernieling c.q. zaakbeschadiging openbare ruimte Burengerucht Huisvredebreuk Diefstal / inbraak bedrijven en instellingen Winkeldiefstal Overige leefbaarheid Totaal maatschappelijke integriteit drugshandel alcohol aantasting openbare orde Totaal TOTAAL Wanneer de cijfers van de eerste helft van 2014 worden doorgetrokken naar heel 2014 dan is de verwachting dat het aantal misdrijven en overtredingen zal dalen. Dit geldt vooral voor meldingen op het gebied van leefbaarheid, waarbij vooral het aantal diefstallen bij bedrijven en het aantal vernielingen zullen dalen. 34

35 Ook het aantal geregistreerde mishandelingen komt naar verachting veel lager uit. Het aantal diefstallen uit of vanaf motorvoertuigen zal naar verwachting juist hoger liggen. Uit de politiecijfers kan worden afgeleid dat het aantal misdrijven en overtredingen op het gebied van de leefbaarheid en veiligheid het afgelopen jaar is afgenomen. Alleen het aantal diefstallen uit of vanaf motorvoertuigen komt naar verwachting hoger uit dan vorig jaar. Meldingen over burengerucht zijn er vrijwel niet in 2013 en 2014, terwijl in 2012 acht meldingen hierover zijn geregistreerd. Het aantal meldingen met betrekking tot drugshandel, alcohol en aantasting van de openbare orde blijft op een laag niveau. 4.5 Bekendheid van de wijkagent Bekendheid van de wijkagent, , in procenten (N resp. 205, 179 en 140) bekend met de wijkagent onbekend met de wijkagent Bijna een op de vijf respondenten kent de wijkagent (18%). De wijkagent geniet meer bekendheid dan bij de een- en de nulmeting. 35

36 4.6 Functioneren van de wijkagent of de politie Aandacht van de wijkagent/de politie voor de problemen in de buurt, , in procenten (N resp. 155, 132 en 92) veel / meer dan voldoende aandacht weinig aandacht voldoende aandacht zeer weinig aandacht Een derde van de ondervraagde bewoners kan niet aangeven of zij vindt dat de wijkagent of de politie voldoende aandacht heeft voor de problemen in de buurt (35%). De overige bewoners zijn vaker positief (60% voldoende tot veel aandacht) dan negatief (40% weinig tot zeer weinig) over de aandacht van de politie voor de problemen in de buurt. Het oordeel over de politie en de gemeente als het gaat om de aandacht voor de buurt, verschilt nauwelijks. Vergeleken met de twee voorgaande metingen zijn respondenten duidelijk positiever over de aandacht van de politie voor de problemen in de buurt. 36

37 5 De opvangvoorziening In dit hoofdstuk staat het hostel zelf centraal. De bekendheid met de aanwezigheid van het hostel, de beheergroep en het beheerplan en de wijze waarop de bewoners hierover denken, zijn de belangrijkste onderwerpen. Ook wordt ingegaan op de ervaringen van de bewoners met het hostel ten aanzien van de overlast en de ontwikkeling van de buurt. 5.1 Bekendheid met en mening over het hostel Bekend met het hostel, , in procenten (N resp. 201, 177 en 137) bekend met de komst van het hostel onbekend met de komst van het hostel De respondenten weten over het algemeen heel goed dat er een hostel is aan de Blekerstraat (91%). Huurders zijn hiervan minder goed op de hoogte (79%), evenals bewoners die er minder dan 5 jaar wonen (77%). De bekendheid van het hostel is niet gewijzigd vergeleken met de voorgaande metingen. Mening over het hostel, , in procenten (N resp. 204, 177 en 140) goede maatregel deels goed, deels niet goed slechte maatregel weet niet Respondenten zijn overwegend veel vaker positief (52%) dan negatief (11%) gestemd over het hostel. Een kwart is van mening dat er zowel positieve als negatieve kanten aanzitten en een deel kan hierover geen uitspraak doen (12%). Bewoners die het hostel een goede maatregel vinden, brengen hiervoor vooral sociale motieven naar voren. De meesten geven aan dat deze mensen ook een plek nodig hebben, dat ze recht hebben op zorg en dat ze in het hostel begeleiding krijgen. Daarnaast wijst een aantal bewoners op de verminderde overlast op straat hierdoor. 37

38 Bewoners die het hostel een slechte maatregel vinden, hebben vooral bezwaar tegen de locatie: in een dichtbevolkte woonwijk en vlakbij een winkelcentrum. Bewoners die het deels goed deels slecht vinden dat het hostel er komt, geven vrijwel allemaal aan dat het goed is dat er een hostel is voor verslaafden maar men heeft moeite met de plek die is gekozen. Vergeleken met de nul- en de eenmeting zijn bewoners steeds positiever over het hostel: van 29% bij de nulmeting, 39% bij de eenmeting naar 52% bij de tweemeting. Het aandeel dat negatief is gestemd, is sterk gedaald (van 36% bij de nulmeting, 19% bij de eenmeting, naar 11% bij de tweemeting). De argumenten die men heeft, zijn echter niet gewijzigd. 5.2 De beheergroep Bekendheid van de beheergroep, , in procenten (N resp. 203, 179 en 140) bekend met de beheergroep onbekend met de beheergroep De beheergroep waarin afspraken zijn gemaakt om overlast van het hostel in de buurt zoveel mogelijk te voorkomen en te bestrijden, is bij bijna twee derde van de respondenten bekend. Bewoners van een huurwoning (46%) en bewoners die nog geen vijf jaar in de buurt wonen (20%), zijn duidelijk minder goed op de hoogte van het bestaan van de beheergroep. Bewoners van koopwoningen (68%) weten dit veel vaker. Mening over het nut van het bestaan van de beheergroep, , in procenten (N resp. 203, 179 en 140) goed niet goed weet niet 38

39 Iets meer dan de helft van de respondenten laat zich in positieve zin uit over het bestaan van de beheergroep. De overige bewoners vinden het niet goed (8%) of weten het niet (37%). In de loop van de jaren is het percentage bewoners dat geen mening geeft over de Beheergroep toegenomen. Als deze groep buiten beschouwing wordt gelaten neemt het percentage dat de Beheergroep goed of nuttig vindt geleidelijk aan toe. Respondenten die positief zijn over de beheergroep, brengen hiervoor verschillende argumenten naar voren. Een groot deel van de bewoners ziet de beheergroep als aanspreekpunt voor mogelijke vragen of problemen. Ook is door een beheergroep meer controle en toezicht mogelijk en wordt de vinger aan de pols gehouden. Door het bestaan van een beheergroep kan, als er iets aan de hand is, snel overleg worden gevoerd met alle partijen en men vindt het goed dat alle partijen hierin vertegenwoordigd zijn. Ook kunnen buurtbewoners op deze manier gemakkelijk geïnformeerd worden. Tegenstanders geven veelal aan dat men geen contact heeft met de beheergroep en dat de beheergroep toch geen invloed kan uitoefenen. Bijdrage van de beheergroep aan de inpassing van het hostel in de wijk, , in procenten (N resp. 204, 179 en 142) bijdrage geen bijdrage weet niet Ruim een derde van de respondenten gaat ervan uit dat de beheergroep een bijdrage heeft geleverd aan een goede inpassing van het hostel in de wijk, een zesde vindt van niet. De overige bewoners weten het niet. Bewoners die ervan uitgaan dat de beheergroep geen bijdrage heeft geleverd, geven veelal aan dat men de beheergroep niet kent of dat de beheergroep toch geen echte invloed kan uitoefenen. Het aandeel bewoners dat niet weet of de beheergroep een bijdrage heeft geleverd aan een goede inpassing in de buurt, neemt bij iedere meting toe. Daardoor nemen de aandelen bewoners die van mening zijn dat de beheergroep al dan niet een bijdrage heeft geleverd gestaag af. Als de groep weet niet niet wordt meegenomen in de analyse, is sprake van een geleidelijke toename van het aandeel bewoners dat vindt dat de Beheergroep wel een bijdrage heeft geleverd. 39

40 5.3 Het beheerplan Bekendheid van het beheerplan, , in procenten (N resp. 204, 179 en 140) bekend met het beheerplan onbekend met het beheerplan Bijna de helft van de respondenten weet dat er een beheerplan is waarin afspraken zijn gemaakt over het beheer van het gebied en wie waarvoor kan worden aangesproken. Daarnaast zijn in dit plan plekken in de buurt opgenomen die extra in de gaten moeten worden gehouden. Huurders (18%) weten minder vaak dat er een beheerplan is. De bekendheid van het beheerplan varieert enigszins tussen de verschillende metingen. Mening over het bestaan van het beheerplan, , in procenten (N resp. 204, 175 en 139) goed niet goed weet niet Ruim de helft van de respondenten vindt het goed dat er een beheerplan is (55%). De overige bewoners vinden het niet goed (5%) of weten het niet (40%). Er worden verschillende redenen genoemd waarom bewoners het goed vinden zoals: het is van belang dat er afspraken zijn die schriftelijk zijn vastgelegd, zo is het voor iedereen duidelijk wie waarvoor verantwoordelijk is en je kunt mensen/partijen hierop aanspreken. Een aantal respondenten geeft expliciet aan dat het wel van belang is dat men zich aan de afspraken houdt. Bewoners die niet achter het beheerplan staan, geven veelal aan dat deze afspraken niet bekend zijn gemaakt en men zich er toch niet aan zal houden. Het gaat hierbij in totaal echter maar om zeven respondenten. Het oordeel over het bestaan van een beheerplan is niet echt gewijzigd vergeleken met de eenmeting. 40

41 5.4 Gevolgen van de komst van het hostel voor de leefbaarheid en veiligheid Ontwikkeling van de buurt waarin het hostel is gevestigd, , in procenten (N resp. 178, 146 en 120) vooruit deels vooruit, deels achteruit gelijk blijven achteruit De buurt waar het hostel is gevestigd is volgens de helft van de respondenten niet veranderd. De overige respondenten zijn vaker van mening dat de buurt is achteruit gegaan (26%) dan vooruit (15%). Bewoners die vinden dat de buurt erop vooruit is gegaan, geven aan dat het nu beter is dan toen de snookerhal er was of toen het leeg stond. Men vindt het pand mooi opgeknapt en het toezicht dat er is gekomen, maakt het volgens bewoners ook beter dan voorheen. Bewoners die uitgaan van een achteruitgang wijzen vooral op de verslaafden die nu in de buurt rondlopen en het alcohol- en drugsgebruik dat hiermee samenhangt. Een aantal bewoners is van mening dat het hostel ook andere vage figuren aantrekt, bewoners worden lastig gevallen op straat en dat de overlast is toegenomen. Effecten van de komst van het hostel op gevoelens over overlast en veiligheid, in procenten (N varieert van 132 tot 136) Overlast door drugsverslaafden in uw buurt Overlast in het winkelgebied Uw gevoel van onveiligheid in uw buurt De kans dat mensen slachtoffer worden van een misdrijf in uw buurt Overlast door dealers in uw buurt toename gelijk blijven afname Als de bewoners wordt gevraagd welke effecten de komst van het hostel heeft gehad op de overlast en op de veiligheidsgevoelens dan geeft een zesde tot een kwart van de bewoners een negatieve invloed aan. De overlast door drugsverslaafden (28%), de overlast in het winkelgebied (27%) en het gevoel van onveiligheid in de buurt (23%) zijn volgens een kwart van de bewoners toegenomen. 41

42 Een vijfde van de bewoners (20%) denkt dat de kans groter is geworden dat men slachtoffer wordt van een misdrijf in de buurt door het hostel en een zesde (17%) is van mening dat de overlast door dealers is toegenomen door het hostel. Effecten van de komst van het hostel op gevoelens over overlast en veiligheid, , in procenten Overlast door drugsverslaafden in uw buurt Overlast in het winkelgebied Uw gevoel van onveiligheid in uw buurt De kans dat mensen slachtoffer worden van een misdrijf in uw buurt Overlast door dealers in uw buurt Bij de eenmeting bleek dat de ervaren overlast veel minder was dan bewoners bij de nulmeting hadden verwacht. Uit deze tweemeting komt naar voren dat de overlast nog verder is gedaald. Zo is het aandeel bewoners dat zich onveiliger voelt door het hostel gedaald van 36% naar 23%. Ook ervaren nu minder bewoners dat er meer overlast is van dealers (van 28% naar 17%) en drugsverslaafden (van 37% naar 28%). Overige positieve of negatieve gevolgen voor de leefbaarheid in de buurt door het hostel, , in procenten (N resp. 205, 179 en 142) ander positief effect ander negatief effect geen andere invloed weet niet Een kwart van de respondenten is van mening dat het hostel nog andere negatieve effecten heeft gehad. Men vindt vooral dat de buurt erop achteruit is gegaan, dat de overlast in het winkelgebied is toegenomen en dat het onveiliger is geworden voor kinderen. Enkele respondenten verwachten dat hun woning door het hostel in waarde is gedaald waardoor deze moeilijker verkoopbaar is. 42

43 Bewoners die andere positieve gevolgen hebben genoemd, vinden vooral dat het gebouw mooier is geworden. Daarnaast schrijft men dit toe aan meer toezicht en meer aandacht van de gemeente. Het aandeel bewoners dat andere negatieve gevolgen ziet, is vanaf de nulmeting gestaag afgenomen. Twee derde van de respondenten kijkt niet anders aan tegen het hostel nu het er eenmaal is dan daarvoor. Een deel is nu positiever (21%), een kleiner aandeel negatiever (15%). Bewoners die de buurt prettig vinden om te wonen, zijn over het algemeen ook positiever gestemd dan voorheen. 43

44 44

45 6 De ondernemers In dit hoofdstuk staat het oordeel van de ondernemers centraal. De ondernemers hebben een verkorte versie van de enquête gekregen. In totaal hebben 35 ondernemers meegewerkt aan het onderzoek. Bij de interpretatie moet daarom rekening worden gehouden met kleine absolute aantallen. HOE KOMT HET DAT ONDERNEMERS NEGATIEVER ZIJN DAN BEWONERS? 6.1 Leefbaarheid in de buurt Driekwart van de ondernemers vindt de buurt waar men is gevestigd (zeer) prettig (73%). Ondernemers zijn negatiever over de buurt vergeleken met de eenmeting (87%) en de nulmeting (83%). Vier op de tien ondernemers zijn van mening dat de buurt erop achteruit is gegaan. De leegstand en het hostel worden door meerdere respondenten als oorzaak naar voren gebracht. Een kwart is juist van mening dat er sprake is van een vooruitgang. Het opknappen van de passage in het winkelcentrum en minder leegstaande winkels worden onder andere als reden hiervoor aangedragen. Ondernemers zijn nu positiever over de ontwikkeling die de buurt het afgelopen jaar heeft doorgemaakt. Over de toekomst van de buurt zijn ondernemers minder positief. Ruim een derde gaat uit van een achteruitgang tegenover 6% die verwacht dat de buurt vooruit zal gaan. De toenemende leegstand wordt vooral gezien als oorzaak voor de achteruitgang, maar ook het hostel en het slechte onderhoud worden hiervoor als reden aangedragen. Vergeleken met de eenmeting zijn ondernemers minder positief. Ruim een derde van de ondernemers voelt zich medeverantwoordelijk voor de leefbaarheid en veiligheid en nog eens 31% deels. Van de ondernemers geeft een kwart aan zich niet verantwoordelijk te voelen hiervoor. Vergeleken met de eenmeting voelen ondernemers minder vaak medeverantwoordelijk. 6.2 Overlast in de buurt Op de vraag in hoeverre ondernemers overlast ervaren in de buurt, geeft ruim een derde aan geen overlast te ervaren. Een derde van de ondernemers ervaart overlast van dronken mensen op straat en van rommel op straat. Een kwart tot een derde van de respondenten ondervindt overlast van buitenslapers en van drugsgebruik op straat. Daarnaast zegt een kwart overlast te hebben van groepen jongeren en mensen die lastig worden gevallen op straat. 45

46 Vergeleken met de eenmeting lijkt de overlast van verslaafden en buitenslapers en van jongeren te zijn gedaald volgens de ondernemers. Wat betreft het lastig vallen van mensen lijkt echter niets te zijn veranderd en het gebruik van drugs op straat lijkt te zijn toegenomen. Ondernemers wijzen vooral op alcoholverslaafden die zorgen voor de overlast, maar ook jongeren en drugsverslaafden worden door meer dan de helft van de ondernemers aangewezen als veroorzakers van de overlast. Vergeleken met voorgaande metingen worden deze groepen vaker naar voren gebracht. De helft van de ondernemers weet niet of er sprake is van handel of gebruik van drugs op straat. Ondernemers die denken dat er wel wordt gehandeld en gebruikt, gaan ervan uit dat dit zowel softdrugs als harddrugs betreft. 6.3 Gevoelens van onveiligheid Circa de helft van de ondernemers voelt zich zelden of nooit onveilig in de buurt waar ze werken (46%). De overige ondernemers geven veelal aan zich soms onveilig te voelen (37%), één op de zes ondernemers voelt zich vaak onveilig (17%). Ondernemers zijn het meest slachtoffer geweest van vandalisme (17%), gevolgd door een poging tot inbraak (12%), vernieling aan de auto (12%) en inbraak (11%). Vergeleken met de eenmeting zijn ondernemers het afgelopen jaar minder vaak het slachtoffer geweest van vandalisme en van diefstal van de fiets en zakkenrollerij. 6.4 Functioneren van politie en gemeente Ruim een kwart van de ondernemers heeft het afgelopen jaar wel eens een melding van overlast of aangifte gedaan bij de politie over een zaak in de buurt van het bedrijf. Deze meldingen hangen veelal samen met diefstal en overlast door jongeren. Het aandeel ondernemers dat een melding heeft doorgegeven aan de politie, is iets gedaald vergeleken met de eenmeting en de nulmeting. Eén op de tien ondernemers heeft een klacht ingediend of een melding van overlast gedaan bij de gemeente. Dit aandeel neemt bij iedere meting juist iets toe (van 6% bij de nulmeting tot 7% bij de eenmeting en 9% nu), al is de toename beperkt. Bijna één op de drie ondervraagde ondernemers kent de wijkagent. De bekendheid van de wijkagent neemt bij iedere meting verder toe. 46

47 Aandacht van de wijkagent/de politie voor de problemen in de buurt, , in procenten (N resp. 34, 22 en veel / meer dan voldoende aandacht weinig aandacht voldoende aandacht zeer weinig aandacht Ruim de helft van de ondernemers is positief gestemd over de aandacht van de politie voor de problemen in de buurt, vier op de tien respondenten vinden dat de politie (zeer) weinig aandacht hiervoor heeft. Ondernemers zijn bij iedere meting positiever over de aandacht van de politie voor de problemen in de buurt. Aandacht van de gemeente voor de problemen in de buurt, , in procenten (N resp. 31, 18 en 28) veel aandacht voldoende aandacht te weinig aandacht Bijna twee derde van de ondernemers is van mening dat de gemeente voldoende aandacht heeft voor de problemen in de buurt (64%). Ruim een derde vindt dit echter onvoldoende (36%). Ondernemers zijn bij iedere meting ook positiever gestemd over de aandacht van de gemeente voor de problemen in de buurt. 47

48 6.5 De woonvoorziening Bijna negen van de tien ondernemers (86%) zijn op de hoogte van de woonvoorziening die eind 2012 is geopend aan de Blekerstraat. De bekendheid van het hostel varieert enigszins tussen de metingen. Over de vraag of een dergelijke voorziening een goede maatregel is, lopen de meningen nogal uiteen: vier op de tien ondernemers vinden dit goed (40%), een vijfde vindt het slecht (20%) en ruim een derde is van mening dat er zowel goede als slechte kanten zitten aan deze voorziening. De argumenten van de ondernemers wijken niet af van die van de bewoners. Het oordeel van de ondernemers is vergeleken met een jaar geleden niet echt veranderd. Vergeleken met de nulmeting zijn ondernemers echter positiever. Wanneer specifiek wordt gevraagd naar de gevolgen van de komst van het hostel voor de overlast dan is bijna de helft van de ondernemers van mening dat de overlast in het winkelgebied in het algemeen hierdoor is toegenomen (49%), evenals de overlast van verslaafden (46%). Bijna een derde vindt dat door het hostel de gevoelens van onveiligheid zijn toegenomen (31%), evenals de overlast van dealers (30%). Ruim een kwart denkt dat de kans zelf slachtoffer te worden van een misdrijf door de komst van het hostel is toegenomen (28%). Vergeleken met een jaar geleden is het oordeel van ondernemers niet echt veranderd. Bij de nulmeting, toen het hostel er nog niet was, gingen ondernemers ervan uit dat de overlast veel sterker zou toenemen. Daarnaast vindt een kwart van de ondernemers dat het hostel nog andere negatieve gevolgen heeft gehad. Ondernemers vinden dat de buurt door het hostel achteruit is gegaan en mensen in de buurt vaker lastig worden gevallen. De beheergroep is bij ondernemers veel minder bekend. Zo weet één op de vijf ondernemers hiervan af. Ondernemers zijn wel heel positief over de beheergroep (92% van de ondernemers die een oordeel hebben gegeven). Hierdoor is er toezicht, is er een aanspreekpunt en kunnen problemen tijdig worden opgepakt. Bijna alle ondernemers die hierover een mening hebben gegeven, denken dat de beheergroep ook een positieve bijdrage heeft geleverd aan een goede inpassing in de wijk. Bijna de helft van de ondernemers kan hierover echter geen uitspraak doen. Ook het beheerplan is minder goed bekend bij de ondernemers. Slechts 14% van de ondernemers is hiervan op de hoogte. Zij vinden het wel heel goed dat er een beheerplan is waarin afspraken zijn vastgelegd omdat er op deze manier toezicht en controle mogelijk is. 48

49 7 Ervaringen van direct betrokkenen In dit laatste hoofdstuk staan de gesprekken centraal die zijn gevoerd met direct betrokkenen. De bewoners Er zijn gesprekken gevoerd met enkele bewoners die lid zijn van de beheergroep en een bewoner die aan de overkant van het hostel woont. De bewoners zijn over het algemeen tevreden over hoe het nu loopt. Een bewoner die verder weg woont, geeft aan ook eerder al weinig te merken van het hostel. De overlast die er is wordt volgens hem vooral in de directe omgeving gevoeld. Bewoners zijn heel tevreden over de reactie van het hostel op de situatie die vorig jaar was ontstaan. De sluis werkt heel goed. De bewoner aan de overkant geeft aan dat hierdoor de geluidsoverlast sterk is verminderd. Nu komt dit eens in de zoveel weken voor. Ook is het toezicht duidelijk verscherpt en wordt er goed gehandhaafd. Als een melding wordt gedaan, dan wordt dit nu serieus opgepakt en ook teruggekoppeld. Vorig jaar was er nog discussie over de meldingen, maar nu is dit niet meer het geval. Buurtbewoners geven ook aan dat omdat het hostel in het centrum is gevestigd niet altijd duidelijk is of de overlast ook wordt veroorzaakt door hostelbewoners. Vaak wordt wel alles door bewoners die iets opmerken aan het hostel toegeschreven. De communicatie naar de buurt toe is verbeterd en bewoners vinden dit ook van belang. Er zijn naar aanleiding van de vorige meting individuele gesprekken gevoerd door leden van de beheergroep. Ook de informatieavond die in november vorig jaar voor de buurt is georganiseerd, heeft positief gewerkt. Het plan ligt er om een buurtbarbecue te organiseren met de buurt om meer informeel met de buurt in gesprek te komen. Daarnaast merken buurbewoners ook op dat het vooral enkele onruststokers in het hostel zijn, die voor overlast zorgen. Als deze bewoners weg zijn dan merk je dat meteen. Bewoners die er al langer zitten, weten inmiddels ook wat de regels zijn en zij houden zich hier ook steeds beter aan. Het belangrijkste voor de toekomst is dat men heel alert blijft, dat men handhaaft en dat men de aandacht niet laat verslappen. De veiligheidsmanager voor het centrum en de wijkregisseur De veiligheidsmanager geeft aan dat vooral de communicatie is verbeterd, vergeleken met vorig jaar. Er is meer openheid tussen professionals en naar de buurt toe. Daardoor is er ook meer vertrouwen. Het is van belang om hierin te blijven investeren en alert te blijven. De bijeenkomst in november heeft volgens de veiligheidsmanager goed gewerkt. Er zijn toen goede afspraken gemaakt en dit heeft een positieve uitwerking gehad op het vertrouwen vanuit de buurt. Hostelbewoners maar ook andere bewoners veroorzaken nog wel overlast in het centrum, maar er wordt nu veel beter op gereageerd. 49

50 Het hostel is duidelijk in wat rustiger vaarwater terecht gekomen. Het hostel zoekt ook contact met de buurt, wat goed is volgens de veiligheidsmanager. Er wordt strenger, alerter en beter gereageerd op meldingen. De communicatie hieromtrent verloopt ook prima. De camera s die bij het hostel zijn aangebracht zouden een preventieve werking kunnen hebben. De wijkregisseur is van mening dat de hostelbewoners niet opvallen in het centrum en dat ze niet voor meer overlast zorgen. De manager van het hostel De (tijdelijke) manager van het hostel was er het vorig jaar ook. Zij vindt de situatie nu duidelijk veel minder hectisch dan vorig jaar. De contacten met de buurt zijn goed en er zijn bijna geen klachten. Als er al klachten zijn, dan gaat het meestal over geluidsoverlast. Deze meldingen worden meteen opgepakt en teruggekoppeld. Dit is een duidelijke verbeterslag vergeleken met een jaar geleden. Het voorportaal werkt goed volgens de beheerder. De situatie is nu duidelijk veel meer ontspannen, het is genormaliseerd. Ook de contacten met de politie zijn goed. Sinds vorig jaar is er een uitvoeringsoverleg gestart waar BOA s, politie, gemeente, gezondheidszorg en beveiliging en de medewerkers van het hostel bij aanwezig zijn. Eerst was dit eens in de twee weken, nu eens in de vier weken. De situatie en het gedrag van hostelbewoners staat hierin centraal. Dit overleg werkt prima omdat de lijntjes hierdoor erg kort zijn. Hierdoor worden de problemen intern gehouden en komen ze niet op straat, wat ook het doel is van het hostel. Niet vergeten moet worden dat de hostelbewoners mensen zijn met duidelijk psychiatrische problemen. De protocollen zijn veel duidelijker en worden strenger nageleefd. Hierdoor is een meer ontspannen sfeer ontstaan, die laagdrempelig werkt. De beveiliging loopt nu ook vaker in de buurt rond en houdt contact met buurtbewoners en ondernemers. Dit is van belang, ook al gebeurt er niks. Het hostel moet zichtbaar haar best doen om overlast te voorkomen. Het vertrouwen is goed en dit moet je goed houden door continue aandacht hieraan te besteden en het niet laten verslappen. De hostelbewoners willen hun plek ook niet kwijt, maar wanneer bewoners niet passen in het hostel moet in onderling overleg worden gekeken naar een passende oplossing. Hierdoor ontstaat doorstroming naar reguliere huisvesting of naar een meer beschermde woonvorm. Veel buurtbewoners vinden een centrumlocatie voor een dergelijke voorziening toch niet geschikt. De beheerder vindt dat dit juist wél het geval is. Als het hostel buiten het centrum zou zitten dan komen bewoners toch wel naar het centrum. Hierdoor heb je veel minder zicht op wat er allemaal gebeurt. Nu kun je nog invloed uitoefenen in het gebied. De wijkagent De wijkagent is vanaf maart 2014 de vorige wijkagent opgevolgd. Hij is al eerder wijkagent van het centrum geweest. 50

51 Hij vindt dat alles goed verloopt en dat geldt vooral voor de communicatie tussen het hostel en de politie. Er is openheid. De buurt wordt goed door de politie in de gaten gehouden en ook de beveiliging loopt regelmatig rondjes in de buurt. De politie heeft het idee dat door de toegenomen aandacht voor de buurt alles nu beter verloopt. Het hostel neemt de buurt heel serieus. Maar de hostelbewoners zelf hebben meer ervaring met het wonen in een buurt en het zich houden aan regels die hiermee samenhangen. En bewoners worden door medewerkers van het hostel ook gewezen op de regels. Hostelbewoners bedelen wel in het centrum, maar ondernemers kunnen niet zien als mensen bedelen of dit bewoners van het hostel zijn. Vanuit het hostel zelf is er geen melding bij de politie binnen gekomen over onenigheid. Er is wel een brand geweest op 5 mei. Het overleg met de professionals en de medewerkers is heel positief. Zo is er ook aandacht voor de bewoners. Een mooi voorbeeld van het betrekken van de hostelbewoners bij de buurt is de propjesgooier. Hij ruimt nu in het winkelcentrum alle zwerfvuil op. Binnenkort krijgt hij een OAT-pasje, zodat hij het afval in het ondergrondse afvalsysteem kan deponeren. 51

52 52

53 Bijlage 1 Responsoverzicht Benaderd: Respons: Respons Respons per brief via internet op papier telefonisch totaal In % Bewoners % Ondernemers % 53

54 Bijlage 2 Gesprekspartners Wijkregisseur, dhr. E. Bokhorst Veiligheidsmanager Centrum, mw. C. Kester Wijkagenten, dhr. L. Bennenk (tijdelijk) Manager, Mw. B. Kolthof Verschillende bewoners die deelnemen aan de beheergroep Bewoner aan de overkant van het hostel 54

55 Bijlage 3 Vragenlijsten Bewonersenquête Hostel Blekerstraat Almere meting

Monitor Leefbaarheid. beheergebied hostel Blekerstraat Almere. Eenmeting, Onderzoek uitgevoerd in opdracht van: Gemeente Almere

Monitor Leefbaarheid. beheergebied hostel Blekerstraat Almere. Eenmeting, Onderzoek uitgevoerd in opdracht van: Gemeente Almere Monitor Leefbaarheid beheergebied hostel Blekerstraat Almere Eenmeting, Onderzoek uitgevoerd in opdracht van: Gemeente Almere DIMENSUS beleidsonderzoek September Projectnummer 524 Inhoud Samenvatting

Nadere informatie

Monitor leefbaarheid en veiligheid Woonvoorziening Boschdijk, Eindhoven

Monitor leefbaarheid en veiligheid Woonvoorziening Boschdijk, Eindhoven Monitor leefbaarheid en veiligheid Woonvoorziening Boschdijk, Eindhoven één-meting, 2012 Onderzoek uitgevoerd in opdracht van: Gemeente Eindhoven DIMENSUS beleidsonderzoek November 2012 Projectnummer 497

Nadere informatie

Eénmeting Leefbaarheid en veiligheid 2014 Beheergebied Van Broeckhovenlaan, s-hertogenbosch

Eénmeting Leefbaarheid en veiligheid 2014 Beheergebied Van Broeckhovenlaan, s-hertogenbosch Eénmeting Leefbaarheid en veiligheid 2014 Beheergebied Van Broeckhovenlaan, s-hertogenbosch Bron: www.brabantwonen.nl Onderzoek uitgevoerd in opdracht van: Gemeente s-hertogenbosch DIMENSUS beleidsonderzoek

Nadere informatie

Buurtenquête hostel Leidsche Maan

Buurtenquête hostel Leidsche Maan Buurtenquête hostel Leidsche Maan tussenmeting 2013 Onderzoek uitgevoerd in opdracht van: Gemeente Utrecht (GG&GD) DIMENSUS beleidsonderzoek April 2013 Projectnummer 527 Inhoud Samenvatting 3 Inleiding

Nadere informatie

Monitor Leefbaarheid en Veiligheid

Monitor Leefbaarheid en Veiligheid Monitor Leefbaarheid en Veiligheid Beheergebied Hostel Leidsche Maan Eenmeting 2011 DIMENSUS beleidsonderzoek Maart 2011 Projectnummer 435 Inhoud Samenvatting 3 Inleiding 11 1 Het beheergebied 13 1.1

Nadere informatie

Veiligheidsmonitor 2011 Gemeente Woerden

Veiligheidsmonitor 2011 Gemeente Woerden Veiligheidsmonitor 20 Gemeente Woerden Onderzoek uitgevoerd in opdracht van Gemeente Woerden DIMENSUS beleidsonderzoek April 202 Projectnummer 475 Samenvatting 3 Inleiding. Leefbaarheid van de buurt 3.

Nadere informatie

Monitor Veiligheidsbeleid Groningen januari tot april 2019

Monitor Veiligheidsbeleid Groningen januari tot april 2019 Monitor Veiligheidsbeleid Groningen januari tot april 19 JUNI 19 Elke vier maanden verzamelt de afdeling Onderzoek, Informatie en Statistiek informatie over de stand van zaken op het gebied van veiligheid

Nadere informatie

Monitor Leefbaarheid en Veiligheid

Monitor Leefbaarheid en Veiligheid Monitor Leefbaarheid en Veiligheid Beheergebied Hostel Wittevrouwensingel Derde meting 2007 Gecorrigeerde versie DIMENSUS beleidsonderzoek Oktober 2007 Projectnummer 270 Inhoud Samenvatting 3 Inleiding

Nadere informatie

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011 Integrale Veiligheidsmonitor Buurtrapport Juli 202 Hoe leefbaar en veilig is de buurt? Integrale Veiligheidsmonitor. Inleiding In heeft gemeente voor de tweede keer deelgenomen aan de Integrale Veiligheidsmonitor.

Nadere informatie

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011 Integrale Veiligheidsmonitor Wijkrapport Juli 202 Integrale Veiligheidsmonitor Wijkrapport Hoe leefbaar en veilig is? Integrale Veiligheidsmonitor. Inleiding In heeft de gemeente voor de tweede keer deelgenomen

Nadere informatie

Veiligheidsmonitor Hengelo Wijkrapport Woolde Augustus 2010

Veiligheidsmonitor Hengelo Wijkrapport Woolde Augustus 2010 Veiligheidsmonitor Wijkrapport Augustus 2010 Wijkrapport Augustus 2010 Hoe leefbaar en veilig is Integrale Veiligheidsmonitor Inleiding Eind heeft de gemeente voor het eerst deelgenomen aan de Integrale

Nadere informatie

Tabellen Veiligheidsmonitor 2008 Leiden

Tabellen Veiligheidsmonitor 2008 Leiden Veiligheidsmonitor 2008, gemeente 1 Tabellen Veiligheidsmonitor 2008 In deze bijlage worden de uitkomsten van de monitor weergegeven in tabellen. Van de volgende gebieden worden cijfers gepresenteerd:

Nadere informatie

Gemeente Breda. Omgevingsmeting asielzoekerscentrum: nulmeting. Rapportage

Gemeente Breda. Omgevingsmeting asielzoekerscentrum: nulmeting. Rapportage Gemeente Breda Omgevingsmeting asielzoekerscentrum: nulmeting Rapportage Publicatienummer: 1751 Datum: Juli 2014 In opdracht van: Gemeente Breda Het College Uitgave: Gemeente Breda Afdeling Bedrijfsbureau

Nadere informatie

trntrtrtr V td L O\'ERLASTMETINGEN IN DE GRAVII\TNESTEEG EN OMGEVING

trntrtrtr V td L O\'ERLASTMETINGEN IN DE GRAVII\TNESTEEG EN OMGEVING trntrtrtr V td L O\'ERLASTMETINGEN IN DE GRAVII\TNESTEEG EN OMGEVING : COLOFON St. INTRAVAL Postadres: Postbus 1781 9701 BT Groningen E-mail info@intraval.nl Kantoor Groningen: Kantoor Rotterdam: St. Jansstraat

Nadere informatie

Veiligheidsmonitor Hengelo Wijkrapport Buitengebied Augustus 2010

Veiligheidsmonitor Hengelo Wijkrapport Buitengebied Augustus 2010 Veiligheidsmonitor Wijkrapport Augustus 2010 Wijkrapport Augustus 2010 Hoe leefbaar en veilig is het Integrale Veiligheidsmonitor Inleiding Eind heeft de gemeente voor het eerst deelgenomen aan de Integrale

Nadere informatie

B A S I S V O O R B E L E I D

B A S I S V O O R B E L E I D Monitor Veiligheidsbeleid Groningen september tot december 18 JANUARI 19 Elke vier maanden verzamelt de afdeling Onderzoek, Informatie en Statistiek informatie over de stand van zaken op het gebied van

Nadere informatie

B A S I S V O O R B E L E I D

B A S I S V O O R B E L E I D Monitor Veiligheidsbeleid gemeente Groningen mei - augustus 18 Elke vier maanden verzamelt de afdeling Onderzoek, Informatie en Statistiek informatie over de stand van zaken op het gebied van veiligheid

Nadere informatie

Monitor Veiligheidsbeleid gemeente Groningen mei - augustus 2018

Monitor Veiligheidsbeleid gemeente Groningen mei - augustus 2018 Monitor Veiligheidsbeleid gemeente Groningen mei - augustus 18 OKTOBER 18 Elke vier maanden verzamelt de afdeling Onderzoek, Informatie en Statistiek informatie over de stand van zaken op het gebied van

Nadere informatie

5. CONCLUSIES. 5.1 Overlast

5. CONCLUSIES. 5.1 Overlast 5. CONCLUSIES In dit afsluitende hoofdstuk worden de belangrijkste conclusies besproken. Achtereenvolgens komen de overlast, de criminaliteit en de veiligheidsbeleving aan bod. Aan de 56 buurtbewoners

Nadere informatie

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011 Integrale Veiligheidsmonitor Wijkrapport Juli 202 Hoe leefbaar en veilig is de? Integrale Veiligheidsmonitor. Inleiding In heeft gemeente voor de tweede keer deelgenomen aan de Integrale Veiligheidsmonitor.

Nadere informatie

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011 Integrale Veiligheidsmonitor Wijkrapport Juli 202 Hoe leefbaar en veilig is het? Integrale Veiligheidsmonitor. Inleiding In heeft de gemeente voor de tweede keer deelgenomen aan de Integrale Veiligheidsmonitor.

Nadere informatie

Resultaten gemeentebeleidsmonitor Veiligheid en leefbaarheid

Resultaten gemeentebeleidsmonitor Veiligheid en leefbaarheid Resultaten gemeentebeleidsmonitor 217 Veiligheid en leefbaarheid 1. Inleiding Om de twee jaar wordt er een onderzoek, de zogeheten gemeentebeleidsmonitor, uitgevoerd onder de inwoners naar verschillende

Nadere informatie

Stadswerven Zuid 2014 Een jaar na opening van het Energiehuis

Stadswerven Zuid 2014 Een jaar na opening van het Energiehuis Stadswerven Zuid Een jaar na opening van het Energiehuis Stadswerven Zuid is het tol van verschillende ontwikkelingen, met een gerenoveerd Energiehuis en de komst van een bioscoop met parkeergarage. In

Nadere informatie

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011 Integrale Veiligheidsmonitor Wijkrapport Es Juli 202 Integrale Veiligheidsmonitor Wijkrapport Es Hoe leefbaar en veilig is de Es? Integrale Veiligheidsmonitor. Inleiding In heeft gemeente voor de tweede

Nadere informatie

Hoe beoordelen Almeerders de leefbaarheid en veiligheid in hun buurt?

Hoe beoordelen Almeerders de leefbaarheid en veiligheid in hun buurt? VEILIGHEIDSMONITOR-WIJKPEILING ALMERE 2017 Hoe beoordelen Almeerders de leefbaarheid en veiligheid in hun buurt? 23 mei 2018 Meer weten over uw eigen wijk? Ga naar www.wijkmonitoralmere.nl 1. INTRODUCTIE

Nadere informatie

B A S I S V O O R B E L E I D

B A S I S V O O R B E L E I D Monitor Veiligheidsbeleid gemeente Groningen januari-april 18 Elke vier maanden verzamelen wij informatie over de stand van zaken op het gebied van veiligheid in de gemeente. Deze monitor bestaat uit drie

Nadere informatie

Veiligheidsmonitor 2009 Gemeente Leiden

Veiligheidsmonitor 2009 Gemeente Leiden Veiligheidsmonitor 2009 Gemeente Leiden Resultaten per district en in de tijd Bureau Onderzoek Op Maat april 2010 Veiligheidsmonitor 2009, gemeente Leiden 1 In dit overzicht worden de uitkomsten van de

Nadere informatie

Monitor Veiligheidsbeleid gemeente Groningen januari-april 2018

Monitor Veiligheidsbeleid gemeente Groningen januari-april 2018 Monitor Veiligheidsbeleid gemeente Groningen januari-april 18 Elke vier maanden verzamelen wij informatie over de stand van zaken op het gebied van veiligheid in de gemeente. Deze monitor bestaat uit drie

Nadere informatie

De Eindhovense Veiligheidsindex. Eindhoven, oktober 11

De Eindhovense Veiligheidsindex. Eindhoven, oktober 11 De Eindhovense Eindhoven, oktober 11 Inhoud 1 Inleiding 1 2 Objectieve index: 3 2.I Inbraak 3 2.II Diefstal 4 2.III Geweld 4 2.IV Overlast/vandalisme 4 2.V Veilig ondernemen (niet in index) 5 3 Subjectieve

Nadere informatie

Monitor Veiligheidsbeleid gemeente Groningen sept-dec 2017

Monitor Veiligheidsbeleid gemeente Groningen sept-dec 2017 Monitor Veiligheidsbeleid gemeente Groningen sept-dec 7 Elke vier maanden verzamelen wij informatie over de stand van zaken op het gebied van veiligheid in de gemeente. Deze monitor bestaat uit drie onderdelen

Nadere informatie

Veiligheidsmonitor 2010 Gemeente Leiden

Veiligheidsmonitor 2010 Gemeente Leiden Veiligheidsmonitor Gemeente Leiden Resultaten per stadsdeel en in de tijd Mediad Rotterdam, maart 2011 Veiligheidsmonitor, Gemeente Leiden 1 In dit overzicht worden de uitkomsten van de Veiligheidsmonitor

Nadere informatie

Kernrapport veiligheidsmonitor, benchmark (2017) Gemeente Leiden vergeleken met Nederland en Grotestedenbeleid G32. Leefbaarheid in de buurt

Kernrapport veiligheidsmonitor, benchmark (2017) Gemeente Leiden vergeleken met Nederland en Grotestedenbeleid G32. Leefbaarheid in de buurt Gemeente Leiden Nederland en Grotestedenbeleid G32 Kernrapport veiligheidsmonitor, benchmark (2017) Gemeente Leiden vergeleken met Nederland en Grotestedenbeleid G32 Leefbaarheid in de buurt Landelijke

Nadere informatie

Integrale veiligheid. resultaten burgerpanelonderzoek maart 2007

Integrale veiligheid. resultaten burgerpanelonderzoek maart 2007 Integrale veiligheid resultaten burgerpanelonderzoek maart 2007 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding 1 1.1 Respons 1 2 Veiligheidsgevoelens 3 2.1 Gevoel van veiligheid in specifieke situaties 3 2.2 Verschillen onderzoeksgroepen

Nadere informatie

7,5 50,4 7,2. Gemeente Enkhuizen, Leefbaarheid. Overlast in de buurt Enkhuizen. Veiligheidsbeleving Enkhuizen

7,5 50,4 7,2. Gemeente Enkhuizen, Leefbaarheid. Overlast in de buurt Enkhuizen. Veiligheidsbeleving Enkhuizen Leefbaarheid 7,5 Leefbaarheid (rapportcijfer) : 7,5 Fysieke voorzieningen (score) Sociale cohesie in de buurt (score) Aanpak gemeente L&V (% (zeer) ) Gemeente, 2015 6,3 29,0 38,2 Overlast in de buurt %

Nadere informatie

Kernrapport Veiligheidsmonitor ( ) Gemeente Leiden. Leefbaarheid in buurt

Kernrapport Veiligheidsmonitor ( ) Gemeente Leiden. Leefbaarheid in buurt Kernrapport Veiligheidsmonitor (2013-2017) Gemeente Leiden Leefbaarheid in buurt Inleiding In dit hoofdstuk staat het thema leefbaarheid in de woonbuurt centraal. Eerst komt aan de orde hoe Nederlanders

Nadere informatie

ONDERZOEK VEILIGHEID. Inwonerpanel Gemeente Dongen Onderzoek 9 Mei GfK 2014 Gemeente Dongen Onderzoek Veiligheid Mei

ONDERZOEK VEILIGHEID. Inwonerpanel Gemeente Dongen Onderzoek 9 Mei GfK 2014 Gemeente Dongen Onderzoek Veiligheid Mei ONDERZOEK VEILIGHEID Inwonerpanel Gemeente Dongen Onderzoek 9 Mei 14 GfK 14 Gemeente Dongen Onderzoek Veiligheid Mei 14 1 Inhoudsopgave 1. Samenvatting. Onderzoeksresultaten Voorvallen en misdrijven Veiligheid

Nadere informatie

Monitor Veiligheidsbeleid gemeente Groningen september-december 2015

Monitor Veiligheidsbeleid gemeente Groningen september-december 2015 Monitor Veiligheidsbeleid gemeente Groningen september-december 215 Deze publicatie is uitgegeven door Onderzoek en Statistiek Groningen februari 216 In dit rapport worden politiestatistieken en resultaten

Nadere informatie

Wijktoets Aandachtswijk Gesworen Hoek 2016 Analyse

Wijktoets Aandachtswijk Gesworen Hoek 2016 Analyse Wijktoets Aandachtswijk Gesworen Hoek 21 Analyse Figuur 1: subwijken Gesworen Hoek Inleiding Met ingang van 214 voeren we 1 keer per 2 jaar de wijktoets uit in de gemeente Tilburg. De wijktoets is een

Nadere informatie

Leefbaarheidsmonitor opvangvoorziening Baden Powellweg

Leefbaarheidsmonitor opvangvoorziening Baden Powellweg nulmeting Amsterdam, 0 mei 00 Hette Tulner Inhoudsopgave 1 Inleiding Woongenot 5 Veiligheid & overlast 7 4 Opvangvoorziening en verslaafden- en zwerversoverlast 11 Bijlage Onderzoeksverantwoording 1 Pagina

Nadere informatie

Samenvatting en conclusies

Samenvatting en conclusies Eval uat i e Camer at oezi cht Gouda Ei ndr appor t Samenvatting en conclusies De gemeente Gouda is begin 2004 een proef gestart met cameratoezicht in de openbare ruimte op diverse locaties in de gemeente.

Nadere informatie

Kernrapport veiligheidsmonitor, benchmark (2015)

Kernrapport veiligheidsmonitor, benchmark (2015) Gemeente (2015) Castricum Noord-Holland-Noord, Nederland Kernrapport veiligheidsmonitor, benchmark (2015) Gemeente (2015) Castricum vergeleken met Politieregio Noord-Holland-Noord en Nederland Leefbaarheid

Nadere informatie

Leefbaarheid en overlast in buurt

Leefbaarheid en overlast in buurt 2013 Leefbaarheid en overlast in buurt Gemeente (2013): Scherpenzeel vergeleken met Regionale eenheid Oost-Nederland Landelijke conclusies Leefbaarheid buurt Zeven op de tien Nederlanders vinden leefbaarheid

Nadere informatie

Toelichting bij "Tabellenboek", van Dimensus Monitor Veiligheid en Leefomgeving, 2014 IJsselstein 26 Juni 2014

Toelichting bij Tabellenboek, van Dimensus Monitor Veiligheid en Leefomgeving, 2014 IJsselstein 26 Juni 2014 Toelichting bij "Tabellenboek", van Dimensus Monitor Veiligheid en Leefomgeving, 2014 IJsselstein 26 Juni 2014 Het kan zijn dat de cijfers in het tabellenboek soms iets (meestal 1%) afwijken van de cijfers

Nadere informatie

Monitor Veiligheid en Leefomgeving

Monitor Veiligheid en Leefomgeving Monitor Veiligheid en Leefomgeving Gemeente Montfoort 2015 Onderzoek uitgevoerd in opdracht van: gemeente Montfoort DIMENSUS beleidsonderzoek Maart 2016 Projectnummer 641 2 INHOUD Uitkomsten in vogelvlucht

Nadere informatie

Notitie Veiligheidsmonitor Amsterdam-Amstelland 2008-2011

Notitie Veiligheidsmonitor Amsterdam-Amstelland 2008-2011 Notitie Veiligheidsmonitor Amsterdam-Amstelland 28-211 Deze notitie brengt op basis van de Amsterdamse Veiligheidsmonitor de leefbaarheid en veiligheid in de regio Amsterdam-Amstelland tussen 28 en 211

Nadere informatie

26% 36% 31% (helemaal) mee eens niet mee eens en niet mee oneens (helemaal) mee oneens

26% 36% 31% (helemaal) mee eens niet mee eens en niet mee oneens (helemaal) mee oneens Resultaten peiling EnschedePanel Inleiding Voor de verbetering van de leefbaarheid en aanpak van de veiligheid in de wijken is in oktober 2015 een onderzoek verricht. In dezelfde periode is de landelijke

Nadere informatie

Skaeve Huse op de Staart

Skaeve Huse op de Staart Skaeve Huse op de Staart LEEFBAARHEID, VEILIGHEID EN OVERLAST VOOR DE PLAATSING Inhoud 1. Conclusies en aanbevelingen 2. Leefbaarheid buurt 3. Overlast 4. Gevoel van veiligheid 5. Skaeve Huse Eind 2018

Nadere informatie

GEMEENTE OSS Resultaten op hoofdlijnen

GEMEENTE OSS Resultaten op hoofdlijnen GEMEENTE OSS Resultaten op hoofdlijnen RESULTATEN GEMEENTE OSS 2011 Soort onderzoek : Enquêteonderzoek bevolking 15+ Opdrachtgever : Stadsbeleid Maatschappelijke Ontwikkeling Opdrachtnemer : Team O&S,

Nadere informatie

Stadsmonitor. -thema Veiligheid-

Stadsmonitor. -thema Veiligheid- Stadsmonitor -thema Veiligheid- Modules Samenvatting 1 Vermogensdelicten 2 Geweldsdelicten 5 Vernieling en overlast 7 Verdachten 10 Onveiligheidsgevoelens 11 Preventie 13 Oordeel over functioneren politie

Nadere informatie

Fact sheet. Veiligheidsmonitor Amsterdam-Amstelland Politie Eenheid Amsterdam. Veiligheidsbeleving buurt. nummer 4 februari 2013

Fact sheet. Veiligheidsmonitor Amsterdam-Amstelland Politie Eenheid Amsterdam. Veiligheidsbeleving buurt. nummer 4 februari 2013 Politie Eenheid Fact sheet nummer 4 februari 213 Veiligheidsmonitor -Amstelland 28-212 Deze fact sheet brengt de veiligheid in de regio -Amstelland tussen 28 en 212 in kaart. blijkt op verschillende indicatoren

Nadere informatie

Burgerpanel gemeente Oisterwijk. Resultaten onderzoek veiligheid en openbare orde in de gemeente Oisterwijk

Burgerpanel gemeente Oisterwijk. Resultaten onderzoek veiligheid en openbare orde in de gemeente Oisterwijk Burgerpanel gemeente Oisterwijk Resultaten onderzoek veiligheid en openbare orde in de gemeente Oisterwijk Burgerpanel gemeente Oisterwijk Resultaten onderzoek veiligheid en openbare orde in de gemeente

Nadere informatie

Taskforce Overlast Ervaren overlast in het Centrum en Crabbehof-Noord 2011

Taskforce Overlast Ervaren overlast in het Centrum en Crabbehof-Noord 2011 Taskforce Overlast Ervaren overlast in het Centrum en Crabbehof-Noord 2011 Eén van de prioriteiten van de gemeente is het aanpakken van overlast, onder andere van verslaafde dak- en thuislozen. Het uiteindelijke

Nadere informatie

Colofon. Het overnemen uit deze publicatie is toegestaan, mits de bron duidelijk wordt vermeld.

Colofon. Het overnemen uit deze publicatie is toegestaan, mits de bron duidelijk wordt vermeld. Hoe veilig is Leiden? Integrale Veiligheidsmonitor gemeente Leiden Bijlagenrapport April 2012 Colofon Uitgave I&O Research Zuiderval 70 Postbus 563, 7500 AN Enschede Rapportnummer 2012/022 Datum April

Nadere informatie

Veiligheid kernthema: maatschappelijk evenwicht & veiligheid

Veiligheid kernthema: maatschappelijk evenwicht & veiligheid Veiligheid kernthema: De criminaliteitscijfers en de slachtoffercijfers laten over het algemeen een positief beeld zien voor Utrecht in. Ook de aangiftebereidheid van Utrechters is relatief hoog (29%).

Nadere informatie

Leefbaarheid in de buurt

Leefbaarheid in de buurt 12345678 Leefbaarheid in de buurt Nu het oordeel van de Dordtenaren over hun woonkwaliteit, woonomgeving en de geboden voorzieningen in kaart is gebracht, zullen we in dit hoofdstuk gaan kijken hoe de

Nadere informatie

000495201509/001 ENQUETE LEEFBAARHEID BINNENSTAD WEERT. Waarom deze enquête?

000495201509/001 ENQUETE LEEFBAARHEID BINNENSTAD WEERT. Waarom deze enquête? ENQUETE LEEFBAARHEID BINNENSTAD WEERT 000495201509/001 Waarom deze enquête? Dank u dat u wilt meewerken aan de Enquête Leefbaarheid Binnenstad Weert. De Bewonersorganisatie Binnenstad (BOB) onderzoekt

Nadere informatie

Leefbaarheid en Veiligheid Afdeling Beleidsonderzoek en Geo Informatie November 2007

Leefbaarheid en Veiligheid Afdeling Beleidsonderzoek en Geo Informatie November 2007 Leefbaarheid en Veiligheid Hengelo 2007 Afdeling Beleidsonderzoek en Geo Informatie November 2007 COLOFON Uitgave Afdeling Beleidsonderzoek en Geo Informatie Gemeente Hengelo Hazenweg 121 Postbus 18,

Nadere informatie

Kwaliteitsmeter Veilig Uitgaan

Kwaliteitsmeter Veilig Uitgaan Kwaliteitsmeter Veilig Uitgaan nulmeting Projectnummer 11067 In opdracht van stadsdeel Centrum Josca Boers Nienke Laan Emmie van Oirschot Oudezijds Voorburgwal 300 Postbus 658 1012 GL Amsterdam 1000 AR

Nadere informatie

Gemeente Stichtse Vecht

Gemeente Stichtse Vecht Gemeente Stichtse Vecht Monitor Veiligheid en leefbaarheid 201 Definitief 11 augustus 201 DATUM 11 augustus 201 TITEL Monitor Veiligheid en leefbaarheid 201 ONDERTITEL Definitief OPDRACHTGEVER Gemeente

Nadere informatie

4.3 Veiligheidsbeleving

4.3 Veiligheidsbeleving 4.3 Veiligheidsbeleving Samenvatting: Het gevoel van veiligheid in het algemeen is sinds 2002 vrij constant. Iets meer dan één op de drie bewoners voelt zich vaak of soms onveilig. Het gevoel van onveiligheid

Nadere informatie

Drie jaar Taskforce Overlast

Drie jaar Taskforce Overlast Drie jaar Taskforce Overlast Duidelijke afname van ervaren overlast Centrum en Sinds 2010 werkt de gemeente Dordrecht met de Taskforce Overlast in de openbare ruimte aan het terugdringen van de overlast

Nadere informatie

Leefbaarheid en veiligheid

Leefbaarheid en veiligheid Leefbaarheid en veiligheid In de buurt volgens de inwoners van de Drechtsteden in 2013 Leefbaarheid en veiligheid zijn belangrijke thema s binnen gemeenten. Dat is niet verwonderlijk, want burgers wonen

Nadere informatie

Stadsmonitor. -thema Veiligheid-

Stadsmonitor. -thema Veiligheid- Stadsmonitor -thema Veiligheid- Modules Vermogensdelicten 2 Geweld 4 Vernieling en overlast 6 Verdachten 8 Onveiligheidsgevoelens 9 Preventie 11 Oordeel over functioneren politie en gemeente m.b.t. veiligheid

Nadere informatie

Keuze indicatoren voor rapportage Veiligheidsmonitor-Wijkpeiling Almere 2017

Keuze indicatoren voor rapportage Veiligheidsmonitor-Wijkpeiling Almere 2017 Keuze indicatoren voor rapportage Veiligheidsmonitor-Wijkpeiling Almere 2017 Indicatoren Deel van de Bijzonderheden vragenlijst ALGEMEEN Algemeen oordeel buurt - schaalscore (0=slecht, 10=goed) Ontwikkeling

Nadere informatie

Hoe veilig voelen Almeerders zich? Veiligheidsmonitor 2011

Hoe veilig voelen Almeerders zich? Veiligheidsmonitor 2011 Maart Hoe veilig voelen Almeerders zich? Veiligheidsmonitor Hoe gaat het met de leefbaarheid in? Hoe heeft het oordeel van bewoners over leefbaarheid & veiligheid zich ontwikkeld? Telefoonnummer: 14036

Nadere informatie

Veiligheidsmonitor 2009

Veiligheidsmonitor 2009 Gemeente Valkenswaard Sector Control, Beleidsinformatie en Onderzoek Samenstelling: drs. M. Teuwen drs. N. Godeke BiO-rapportnr 1143 juni 2010 2 Inhoudsopgave 1. DE VEILIGHEID IN VALKENSWAARD OP HOOFDLIJNEN...

Nadere informatie

GBM Moerdijk Veiligheid en Leefomgeving 2013

GBM Moerdijk Veiligheid en Leefomgeving 2013 GBM Moerdijk Veiligheid en Leefomgeving 2013 Onderzoek uitgevoerd in opdracht van: Gemeente Moerdijk DIMENSUS beleidsonderzoek Mei 2014 Projectnummer 545 2 Inhoud Inleiding 1. Inleiding 5 2. Dashboard

Nadere informatie

Enquête leefbaarheid in uw buurt

Enquête leefbaarheid in uw buurt Enquête leefbaarheid in uw buurt In deze vragenlijst stellen wij u een aantal vragen over de leefbaarheid in uw buurt. U kunt steeds een rapportcijfer geven tussen de 1 (zeer negatief) en 10 (zeer positief).

Nadere informatie

Enquête leefbaarheid in uw buurt

Enquête leefbaarheid in uw buurt Inlogcode/ buurtnummer Enquête leefbaarheid in uw buurt Bij het onderzoeken van de leefbaarheid van de buurt, is het waardevol om te weten of er verschillen bestaan in beoordeling van de leefbaarheid naar

Nadere informatie

openbare orde en veiligheid

openbare orde en veiligheid 127 openbare orde en veiligheid 12 128 Openbare orde en veiligheid Daling aantal inbraken, maar toename van diefstal op straat. In 2005 zijn 370 huis-gerelateerde diefstallen gepleegd. Dit zijn diefstallen/inbraken

Nadere informatie

Leefbaarheid in Spijkenisse. Resultaten onderzoek over leefbaarheid en veiligheid onder inwoners van Spijkenisse - 2014

Leefbaarheid in Spijkenisse. Resultaten onderzoek over leefbaarheid en veiligheid onder inwoners van Spijkenisse - 2014 Leefbaarheid in Spijkenisse Resultaten onderzoek over leefbaarheid en veiligheid onder inwoners van Spijkenisse - 2014 datum woensdag 6 mei 2015 versie 3 Auteur(s) Tineke Last Postadres Postbus 25, 3200

Nadere informatie

Kijk op de Wijk 2005

Kijk op de Wijk 2005 Postbus 1 3430 AA Bezoekadres Martinbaan 2 3439 NN www.nieuwegein.nl Communicatie en juridische zaken Kijk op de Wijk 2005 Stadscentrum, Merwestein en Overige wijken Datum 10 april 2006 Auteur C. F. Brouwers

Nadere informatie

Resultaten bewonersonderzoek, meting 2013

Resultaten bewonersonderzoek, meting 2013 Resultaten bewonersonderzoek, meting 2013 In de periode half mei/ begin juli 2013 heeft USP Marketing Consultancy in opdracht van Volkshuisvesting opnieuw een bewonersonderzoek gedaan naar de tevredenheid

Nadere informatie

Monitor Leefbaarheid en Veiligheid 2013 Samenvatting

Monitor Leefbaarheid en Veiligheid 2013 Samenvatting Monitor Leefbaarheid en Veiligheid 2013 Samenvatting Gemeente Amersfoort Ben van de Burgwal, Dorien de Bruijn 23 mei 2014 Vanaf 1997 is de Amersfoortse Stadspeiling elke twee jaar voor een belangrijk deel

Nadere informatie

Gemeenten + Wijken Index

Gemeenten + Wijken Index Gemeenten + Wijken Index '-' betekent minder dan 50 antwoorden 2012 2013 2014 2015 2016 Gemeente Leiden ( + = positief verschil; - = negatief verschil) verschil 2013-2016 verschil 2014-2016 verschil 2015-2016

Nadere informatie

Domus Dordrecht. En de leefbaarheid en veiligheid vóór de opening

Domus Dordrecht. En de leefbaarheid en veiligheid vóór de opening Domus Dordrecht En de leefbaarheid en veiligheid vóór de opening In de zomer van 2012 opent de Domus Dordrecht aan de Amnesty Internationalweg, ten zuiden van de Randweg Dordrecht, haar deuren. De gemeente

Nadere informatie

De mening van de inwoners gepeild. Leefbaarheid 2015

De mening van de inwoners gepeild. Leefbaarheid 2015 LelyStadsGeLUIDEN De mening van de inwoners gepeild Leefbaarheid 2015 April 2016 Colofon Dit is een rapportage opgesteld door: Cluster Onderzoek en Statistiek team Staf, Beleid Te downloaden op www.lelystad.nl/onderzoek

Nadere informatie

Monitor verplaatsing coffeeshop Amsterdam-Oost

Monitor verplaatsing coffeeshop Amsterdam-Oost Monitor verplaatsing coffeeshop Amsterdam-Oost B. Bieleman R. Mennes M. Sijtstra MONITOR VERPLAATSING COFFEESHOP AMSTERDAM-OOST September INTRAVAL Groningen-Rotterdam INHOUDSOPGAVE Pagina Hoofdstuk Inleiding.

Nadere informatie

Buurtonderzoek omgeving Jan Wierhof. Nulmeting november 2013

Buurtonderzoek omgeving Jan Wierhof. Nulmeting november 2013 Buurtonderzoek omgeving Jan Wierhof Nulmeting november 2013 Opdrachtgever: Veiligheid en Wijken Frank Claus Opdrachtnemer: Informatie en Kenniscentrum Margot Hutten Januari 2014 Inhoud Inleiding...3 Hoofdstuk

Nadere informatie

Tabel 1: Stellingen Fysieke voorzieningen en Sociale contacten in woonbuurt (%)

Tabel 1: Stellingen Fysieke voorzieningen en Sociale contacten in woonbuurt (%) Leefbaarheid Tabel 1: Stellingen Fysieke voorzieningen en Sociale contacten in woonbuurt (%) mee eens niet mee eens Geen neutraal Wegen, paden en pleintjes goed onderhouden 51 21 25 3 Perken, plantsoenen

Nadere informatie

Resultaten op in beeld. Bijlage in grafieken en tabellen

Resultaten op in beeld. Bijlage in grafieken en tabellen GEMEENTE Veiligheidsmonitor OSS in Brabant Resultaten op in beeld Bijlage in grafieken en tabellen RESULTATEN IN BEELD Bijlage in grafieken en tabellen 2009/2011 Oss Resultaten in beeld Inleiding In de

Nadere informatie

Enquête leefbaarheid in uw buurt

Enquête leefbaarheid in uw buurt Enquête leefbaarheid in uw buurt Buurtnummer: Met deze enquête stellen wij u een aantal vragen over de leefbaarheid in uw buurt. U kunt steeds een rapportcijfer geven van 1 (zeer negatief) tot 10 (zeer

Nadere informatie

Monitor Operatie Hartslag Heerlen Follow-up meting 2004

Monitor Operatie Hartslag Heerlen Follow-up meting 2004 Monitor Operatie Hartslag Heerlen Follow-up meting 2004 Bureau Onderzoek en Statistiek van de gemeente Heerlen Telefoon: 045 5604747 E-mail: o&s@heerlen.nl Heerlen, augustus 2004 Gegevens mogen worden

Nadere informatie

Buurtonderzoek omgeving Jan Wierhof. Eenmeting maart 2016

Buurtonderzoek omgeving Jan Wierhof. Eenmeting maart 2016 Buurtonderzoek omgeving Jan Wierhof Eenmeting maart 206 Opdrachtgever: Veiligheid en Wijken Berry Simons Opdrachtnemer: Informatie en Kenniscentrum Margot Hutten Juni 206 Inhoud Inleiding 3 Hoofdstuk Resultaten

Nadere informatie

Resultaten Leefbaarheid- en Veiligheidsenquête maart 2006 t/m januari

Resultaten Leefbaarheid- en Veiligheidsenquête maart 2006 t/m januari Resultaten Leefbaarheid- en Veiligheidsenquête maart 2006 t/m januari 2007 1 In deze rapportage worden de resultaten beschreven uit de Leefbaarheid- en Veiligheidsenquête voor de maand januari. Tevens

Nadere informatie

...... +++++++++++ +++++++++++ +++++++++++ +++++++ Integrale Veiligheidsmonitor 2011 Gemeente Breda SSC Onderzoek en Informatie Integrale Veiligheidsmonitor Geertruidenberg 2011 Uitkomsten van de enquête

Nadere informatie

Jaarrapport Integratie Bijlagen hoofdstuk 8 1

Jaarrapport Integratie Bijlagen hoofdstuk 8 1 Jaarrapport Integratie Sociaal en Cultureel Planbureau / Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum / Centraal Bureau voor de Statistiek september, 2005 Internetbijlagen bij hoofdstuk 8 Wonen,

Nadere informatie

Persbericht. Gevoelens van onveiligheid iets verminderd. Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Gevoelens van onveiligheid iets verminderd. Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB12-015 1 maart 2012 9.30 uur Gevoelens van onveiligheid iets verminderd Minder Nederlanders voelen zich onveilig Slachtofferschap veel voorkomende criminaliteit

Nadere informatie

Aangifteverloop per woonkern in Utrechtse Heuvelrug

Aangifteverloop per woonkern in Utrechtse Heuvelrug waar: Amerongen 1.1.1. Diefstal/inbraak woning 18 13 24 15 1.1.2. Diefstal/inbraak box/garage/schuur/tuinhuis 2 2 0 2 1.2.1. Diefstal uit/vanaf motorvoertuigen 17 20 14 10 1.2.2. Diefstal van motorvoertuigen

Nadere informatie

Veiligheidsmonitor 2011 Gemeente Stichtse Vecht

Veiligheidsmonitor 2011 Gemeente Stichtse Vecht Veiligheidsmonitor 2011 Gemeente Stichtse Vecht DIMENSUS beleidsonderzoek Augustus 2011 Projectnummer 464 INHOUD Samenvatting 5 Inleiding 13 1. Leefbaarheid in de buurt 15 1.1 Voorzieningen in de buurt

Nadere informatie

GBM Etten-Leur Veiligheid en Leefomgeving 2013

GBM Etten-Leur Veiligheid en Leefomgeving 2013 GBM Etten-Leur Veiligheid en Leefomgeving 2013 Onderzoek uitgevoerd in opdracht van: Gemeente Etten-Leur DIMENSUS beleidsonderzoek Mei 2014 Projectnummer 545 1 2 Inhoud 1. Inleiding 5 2. Dashboard Veiligheid

Nadere informatie

Veiligheid analyse Leerdam, ontwikkelingen tussen

Veiligheid analyse Leerdam, ontwikkelingen tussen Veiligheid analyse Leerdam, ontwikkelingen tussen 2010-2013 Leerdam November 2014 1 Inleiding De nota integraal Veiligheidbeleid Leerdam 2011-2014 loopt af. Omdat er ondertussen een nieuw college is dat

Nadere informatie

Leefbaarheidsonderzoek Visbuurt 2010 Concernstaf / Onderzoek & Statistiek Mei 2010

Leefbaarheidsonderzoek Visbuurt 2010 Concernstaf / Onderzoek & Statistiek Mei 2010 Leefbaarheidsonderzoek Visbuurt 2010 Concernstaf / Onderzoek & Statistiek Mei 2010 Mei 2010 Leefbaarheidsonderzoek Visbuurt 1 Mei 2010 Leefbaarheidsonderzoek Visbuurt 2 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 3

Nadere informatie

Leefbaarheidsmonitor 2011

Leefbaarheidsmonitor 2011 Leefbaarheidsmonitor Foto voorpagina: Ton Heijnen Stadsfotograaf Velsen Leefbaarheidsmonitor Gemeente Velsen I&O Research, juni Colofon Opdrachtgever Samensteller Gemeente Velsen I&O Research I&O Research

Nadere informatie

Veiligheidsmonitor Heemstede 2008

Veiligheidsmonitor Heemstede 2008 Reageren o.en.s@haarlem.nl Concernstaf Afdeling Onderzoek en Statistiek, Grote Markt 2, 2011 RD Haarlem november 2009 Gemeente Haarlem, Onderzoek en Statistiek Veiligheidsmonitor Heemstede 2008 Hoe veilig

Nadere informatie

...... +++++++++++ +++++++++++ +++++++++++ +++++++ Integrale Veiligheidsmonitor 2011 Gemeente Breda SSC Onderzoek en Informatie Integrale Veiligheidsmonitor Drimmelen 2011 Uitkomsten van de enquête en

Nadere informatie

Enquête leefbaarheid in uw buurt

Enquête leefbaarheid in uw buurt Enquête leefbaarheid in uw buurt Met deze vragenlijst stellen wij u een aantal vragen over de leefbaarheid in uw buurt. U kunt steeds een rapportcijfer geven tussen de 1 (zeer negatief) en de 10 (zeer

Nadere informatie

Grafiekenrapport Integrale Veiligheidsmonitor in Brabant

Grafiekenrapport Integrale Veiligheidsmonitor in Brabant Grafiekenrapport Integrale Veiligheidsmonitor in Brabant 2008/2011 Grave het PON, kennis in uitvoering Tilburg, 30 augustus 2012 1. Algemeen Deze rapportage is automatisch gegenereerd. De Brabantse Integrale

Nadere informatie

Veiligheidsmonitor Gemeente Achtkarspelen

Veiligheidsmonitor Gemeente Achtkarspelen Veiligheidsmonitor Gemeente Achtkarspelen Inhoud Samenvatting 3 Inleiding 5 1. Leefbaarheid 6 1.1 Fysieke kwaliteit buurtvoorzieningen 6 1.2 Kwaliteit sociale woonomgeving 7 1.3 Actief in woonomgeving

Nadere informatie

NESSELANDE 2018 OVER BUURTPREVENTIE NESSELANDE WIJKPROFIEL ROTTERDAM Prettig, een fijn gevoel. dat er verbondenheid is

NESSELANDE 2018 OVER BUURTPREVENTIE NESSELANDE WIJKPROFIEL ROTTERDAM Prettig, een fijn gevoel. dat er verbondenheid is SAMENVATTING WIJKPROFIEL NESSELANDE 2018 1 NESSELANDE 2018 OVER BUURTPREVENTIE NESSELANDE Buurtpreventie Nesselande (BPN) bestaat sinds 2014 en heeft als doel om de extra ogen en oren van de politie in

Nadere informatie