(Bladzijde bewust leeg gelaten)
|
|
- Cornelia van der Zee
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Handleiding USAR.NL
2 (Bladzijde bewust leeg gelaten) 2
3 Handleiding USAR.NL Vooraf Waar in dit document wordt verwezen naar de INSARAG Guidelines and Methodology (INSARAG G&M), betreft het de versie van maart Versie April 2012 Inhoudsopgave Bladzijde Voorwoord National Commander USAR.NL 5 1. INSARAG en USAR.NL: een inleiding 7 1 INSARAG 7 2 USAR.NL scenario s, 5 fasen, 6 subfasen 13 1 INSARAG 13 2 USAR.NL Instituties in de preparedness fase 21 1 INSARAG 21 2 USAR.NL 25 3 Liaison matrix 30 4 Organigram Instituties in de 4 response fasen 33 1 INSARAG 33 2 USAR.NL 37 3 Liaison matrix 43 4 Organigram Taakverdeling binnen USAR.NL 45 1 Leeswijzer hoofdstuk Taakverdeling binnen USAR.NL in scenario 1: Binnenland 45 3 Taakverdeling binnen USAR.NL in scenario 2: Binnenland Taakverdeling binnen USAR.NL in scenario 3: Buitenland Documentenstructuur USAR.NL 61 1 Inleiding, uitgangspunt en consequentie 61 2 Documentenstructuur 63 3 Begrippenlijst 65 4 Voorbeelden van toepassing van de documentenstructuur 67 5 Rangorde en creëren van documenten 69 3
4 (Bladzijde bewust leeg gelaten) 4
5 Voorwoord Sinds 2003 beschikt Nederland over het specialistische hulpteam USAR.NL, dat hulp verleent bij aardbevingen of andere rampen die tot instortingen hebben geleid. USAR.NL is in drie rampscenario s inzetbaar, namelijk de scenario s Binnenland, Binnenland + en Buitenland. In de scenario s Binnenland + en Buitenland wordt intensief met buitenlandse hulpverleners samengewerkt. In deze scenario s hanteert USAR.NL de INSARAG Guidelines and Methodology, die de VN-organisatie INSARAG, waar Nederland lid van is, heeft ontwikkeld om dergelijke internationale samenwerkingen succesvoller te laten verlopen. Vanaf 2003 tot nu zijn de INSARAG Guidelines and Methodology verschillende malen verdiept en uitgebreid. Ook zijn er vanaf 2003 tot nu wijzigingen opgetreden ten aanzien van de inbedding, de aansturing en de organisatiestructuur van USAR.NL. Om deze redenen heb ik opdracht gegeven om de bestaande handleiding USAR.NL te actualiseren. Voor u ligt het resultaat daarvan. De vorige versie van de handleiding USAR.NL komt daarmee met ingang van 1 april 2012 te vervallen. Gedurende de rest van 2012 zullen de procedures en voorschriften en dergelijke worden vernieuwd en aangevuld, die USAR.NL ter voorbereiding op en tijdens een inzet hanteert. Daarin zullen de ervaringen worden verwerkt, die USAR.NL in de afgelopen jaren tijdens oefeningen en inzetten heeft opgedaan. Peter Bos National Commander USAR.NL April
6 (Bladzijde bewust leeg gelaten) 6
7 Hoofdstuk 1 INSARAG en USAR.NL: een inleiding 1 INSARAG INSARAG, de International Search and Rescue Advisory Group, is in 1991 opgericht op initiatief van een aantal internationale zoek- en reddingsteams, die in 1988 hulp boden bij de aardbeving in Armenië. Het is een netwerk van landen die vatbaar zijn voor aardbevingen of andere rampen die tot instortingen kunnen leiden en landen en organisaties die daarbij hulp bieden. Het is specifiek toegewijd aan zoek- en reddingsoperaties in stedelijk gebied (urban search and rescue (USAR)) en operationele coördinatie in het veld. Het secretariaat van INSARAG is ondergebracht bij de Field Coordination Support Section (FCSS) van de Emergency Services Branch (ESB) van de United Nations Office for the Coordination of Humanitarian Affairs (UN OCHA) in Genève, Zwitserland. UN OCHA is het deel van het Secretariaat van de Verenigde Naties (VN) dat verantwoordelijk is voor het samenbrengen van actoren die actief zijn op humanitair gebied, om een samenhangende reactie van de internationale gemeenschap op noodsituaties te garanderen. Bron: INSARAG G&M; A1, A2, A5, C1. Mandaat De activiteiten van INSARAG worden beheerst door resolutie 57/150 van de Algemene Vergadering van de VN van 16 december 2002 met als titel Strengthening the Effectiveness and Coordination of International Urban Search and Rescue Assistance en door de INSARAG Hyogo Verklaring 1, die is aangenomen tijdens de eerste Global Meeting van INSARAG in 2010 in Kobe, Japan. Bron: INSARAG G&M; A3, A4. Het mandaat van INSARAG omvat onder andere: de implementatie van de hiervoor genoemde VN-resolutie het efficiënter en effectiever laten plaatsvinden van de voorbereiding op en de hulpverlening na aardbevingen en andere rampen, teneinde meer levens te redden, lijden te verminderen en negatieve gevolgen te beperken de ontwikkeling en verspreiding van effectieve, internationaal gedragen standaarden, richtlijnen, procedures, methoden en best practices op het gebied van USAR de verbetering van de samenwerking en coördinatie tussen internationale USAR teams in rampgebieden de bevordering van activiteiten die tot doel hebben om de USAR gereedheid in landen die vatbaar zijn voor aardbevingen en andere rampen te verbeteren, prioritair in ontwikkelingslanden de vaststelling van normen voor minimale vereisten van internationale USAR teams 1 De Hyogo Verklaring heeft vooral het karakter van een herbevestiging van de principes en uitgangspunten van de VN-resolutie 57/150. 7
8 Bron: INSARAG G&M; A2, A3. Uitgangspunten De uitgangspunten van INSARAG ten aanzien van USAR hulpverlening zijn: de soevereiniteit, territoriale integriteit en nationale eenheid van een staat dienen volledig te worden gerespecteerd, overeenkomstig het Handvest van de Verenigde Naties humanitaire hulp wordt dientengevolge verleend met toestemming van, en in principe op basis van een verzoek van, de getroffen staat de principes van neutraliteit, humaniteit en onpartijdigheid zijn bij het verlenen van humanitaire hulp van toepassing iedere staat heeft de verantwoordelijkheid om de impact van rampen te beperken door voorbereidende en beperkende maatregelen te nemen iedere staat is allereerst zelf verantwoordelijk voor de hulpverlening aan slachtoffers van natuurrampen en andere noodgevallen binnen zijn grondgebied iedere staat heeft dientengevolge de primaire rol in de initiëring, organisatie, coördinatie en implementatie van humanitaire hulp binnen zijn grondgebied staten die getroffen zijn door rampen dienen met voorrang hulp te aanvaarden van USAR teams die door INSARAG geclassificeerd 2 zijn (INSARAG External Classification (IEC)), omdat zij een echt en zinvol verschil maken Bron: INSARAG G&M; A3, A4. INSARAG Guidelines and Methodology Ter uitvoering van één van zijn gemandateerde taken heeft INSARAG op basis van de praktijkervaring van verschillende actoren de INSARAG Guidelines and Methodology (INSARAG G&M) uitgewerkt. Deze zijn bedoeld als het referentiekader voor internationale USAR operaties, zowel voor staten die USAR capaciteit willen opbouwen als voor USAR teams die reeds bestaan. De INSARAG G&M hebben het karakter van gedetailleerde aanbevelingen, en het gebruik ervan is bekrachtigd door de Algemene Vergadering van de VN in de hiervoor genoemde resolutie. De INSARAG G&M beogen een methodologie te verschaffen wat de gereedheid voor en de coöperatie en coördinatie tijdens USAR hulpverleningsoperaties betreft, zowel voor een staat die door een plotselinge ramp getroffen wordt, als voor hulp biedende internationale USAR teams. Deze moet leiden tot een verbeterd onderling begrip en betere onderlinge samenwerking en coördinatie, en dientengevolge tot effectievere inzet van USAR middelen na rampen. Hierdoor wordt de kans op redding van zoveel mogelijk slachtoffers vergroot. Bovendien schetsen de INSARAG G&M de rol van de VN bij het assisteren van staten die door een plotselinge ramp getroffen zijn bij de coördinatie ter plaatse. Bron: INSARAG G&M; A1, A3, B1, G1. 2 Meer over classificering van USAR teams is te vinden in hoofdstuk 4 Instituties in de 4 response fasen, 1 INSARAG. 8
9 2 USAR.NL Nederland heeft in 2003, mede naar aanleiding van de aardbeving in Turkije (1999) en de vuurwerkramp te Enschede, Nederland (2000), zijn eigen USAR team opgericht: USAR Nederland, afgekort USAR.NL. Op twee momenten heeft Nederland zich met USAR.NL aan INSARAG en de INSARAG G&M verbonden. Allereerst was dat op 16 december 2002, toen Nederland één van de sponsoren was van VN-resolutie 57/150. Vervolgens heeft Nederland in 2010 tijdens de eerste Global Meeting van INSARAG in Kobe, Japan de INSARAG Hyogo Verklaring onderschreven, waarin INSARAG zijn commitment aan VN-resolutie 57/150 herbevestigde. Bron: Besluit en handleiding tot inrichting van een internationaal inzetbare bijstandseenheid voor het zoeken en redden van slachtoffers. Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Circulaire inzake bijstand bij het zoeken en redden van slachtoffers, USAR.NL, EB2004/ INSARAG G&M; A3, A4. Netwerkorganisatie USAR.NL is een netwerkorganisatie die wordt gevormd door 7 organisaties die zowel personeel als ondersteunende bijdragen aan de gereedheid en inzet van USAR.NL leveren. Zij worden in deze tekst verder de Participants in USAR.NL genoemd. Dit zijn: Veiligheidsregio Haaglanden Veiligheidsregio Hollands-Midden Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond Veiligheidsregio Zuid-Holland-Zuid Korps Landelijke Politie Diensten Medisch Centrum Haaglanden Ministerie van Defensie (VRH) (VRHM) (VRR) (VRZHZ) (KLPD) (MCH) (MinDef) Aanvullende ondersteunende bijdragen aan de instandhouding en inzet van USAR.NL ontvangt USAR.NL van verschillende leveranciers, die in deze tekst verder Suppliers worden genoemd. De belangrijkste Supplier van USAR.NL is op dit moment de afdeling Logistiek van de unit Landelijke Faciliteit Rampenbestrijding (LFR) van het Nederlands Instituut Fysieke Veiligheid (NIFV). Bron: Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Circulaire inzake bijstand bij het zoeken en redden van slachtoffers, USAR.NL, EB2004/
10 Flexibel inzetbaar USAR.NL is zodanig georganiseerd, dat het flexibel kan worden ingezet, naargelang de omstandigheden. Afhankelijk van de hulpvraag en de aard en de omvang van de aardbeving of andere ramp kan het gehele team, een gedeelte van het team of een bepaald specialisme worden ingezet. Ook kan het team worden gecombineerd met (delen van) een USAR team van een andere staat en worden uitgebreid met specialisten van buiten. Bovendien kunnen teamleden van USAR.NL op individuele basis worden ingezet, bijvoorbeeld als kwartiermaker of als IEC- of IER-kaderlid 3. Werkzaamheden USAR.NL kan diverse werkzaamheden uitvoeren, zoals het: (Tijdelijk) inrichten en laten functioneren van een RDC 4 (Tijdelijk) inrichten en laten functioneren van een OSOCC 5 Uitvoeren van verkenningen Maken van assessments Opsporen, redden en in veiligheid brengen van slachtoffers Verlenen van levensreddende en eventueel andere eerste hulp op de vindplaats Bergen van dodelijke slachtoffers Stabiliseren en zo mogelijk veilig afhandelen van een vervolgincident ter plaatse Leveren van specifieke deskundige ondersteuning (waaronder het onderzoeken van gevaarlijke objecten, structuren of materialen, het stabiliseren van beschadigde bouwwerken, het identificeren en markeren van straten en gebouwen, het plaatselijk coördineren van en leidinggeven aan hulpverleners) Kwartier maken voor andere, aanvullende hulpverlening (vanuit Nederland) en het fungeren als uitvalsbasis binnen de operationele inzetduur van maximaal 10 dagen 6 Daarbij werkt USAR.NL complementair aan de lokale hulpverleners, en samen met aanwezige USAR teams van andere landen. Internationaal geldt de ongeschreven regel dat gedurende de eerste 72 uur na de aardbeving of andere ramp de prioriteit ligt op het redden van levens. Daarna volgen mogelijk werkzaamheden waaraan ter plaatse behoefte bestaat en kunnen werkzaamheden eventueel worden overgedragen aan andere hulpverleners. 3 Zie voor meer informatie hierover de hoofdstukken H en I van de INSARAG G&M, in het bijzonder H1.5 IEC Cadre. 4 Reception/Departure Centre; zie hoofdstuk 4 Instituties in de 4 response fasen, 1 INSARAG. 5 On-site Operations Coordination Center; zie hoofdstuk 4 Instituties in de 4 response fasen, 1 INSARAG. 6 Maximaal 10 dagen is de periode van de inzet van een USAR team dat geclassificeerd is als heavy, zoals USAR.NL. Zie INSARAG G&M H
11 Gezag Bij optreden binnen het Koninkrijk der Nederlanden staat USAR.NL onder het gezag van het plaatselijke opperbevel. Dit is doorgaans de burgemeester van de getroffen gemeente of de voorzitter van de getroffen Veiligheidsregio. Bij optreden buiten het Koninkrijk der Nederlanden staat USAR.NL onder het operationele gezag van de LEMA 7. Het ultieme gezag over USAR.NL berust bij de National Commander USAR.NL. De operationele leiding over het (gedeelte van) Team USAR.NL dat is ingezet, is gedelegeerd aan de Team Leader ter plaatse. Bron: Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Circulaire inzake bijstand bij het zoeken en redden van slachtoffers, USAR.NL, EB2004/ Wet veiligheidsregio's (Wet van 11 februari 2010, houdende bepalingen over de brandweerzorg, de rampenbestrijding, de crisisbeheersing en de geneeskundige hulpverlening). Handboek bijstand, deel 1, nationaal. INSARAG G&M; C2, F3.2.2 (1). Besluit tot delegering van verantwoordelijkheden, taken en bevoegdheden aan (Deputy)Team Leaders. 7 Local Emergency Management Authority; zie hoofdstuk 4 Instituties in de 4 response fasen, 1 INSARAG. 11
12 (Bladzijde bewust leeg gelaten) 12
13 Hoofdstuk 2 3 scenario s, 5 fasen, 6 subfasen 1 INSARAG 3 scenario s De INSARAG G&M hanteren drie chronologische stappen voor het redden van slachtoffers die onder ingestorte bouwwerken zijn bedolven. Elke volgende chronologische stap wordt gezet als versterking van de hulpverleningsinspanning tot dan toe, voor zover dat nodig is. De eerste stap is dat omstanders en lokale hulpdiensten onmiddellijk na de ramp naar de rampplek snellen om hulp te bieden. De tweede stap is de aankomst van regionale en/of nationale hulpdiensten binnen enkele uren na de ramp. De derde stap is de toestroom van internationale hulpdiensten in de dagen na de ramp. Zoals hiervoor is beschreven is het belangrijk dat de hulpverleners van elke stap op een goede manier, geïntegreerd met elkaar samenwerken, omdat daarmee de kans op redding van zoveel mogelijk slachtoffers wordt vergroot. Op basis van deze stappen en de uitgangspunten van INSARAG kunnen drie scenario s worden onderscheiden voor de inzet van USAR teams: Scenario 1: Binnenland Scenario 2: Binnenland + Scenario 3: Buitenland Ad. Scenario 1: Binnenland In scenario 1 kan een staat volledig zelfstandig de gevolgen van een aardbeving of een andere ramp binnen het eigen grondgebied het hoofd bieden. Eén van de uitgangspunten van INSARAG is dat iedere staat allereerst zelf verantwoordelijk is voor de hulpverlening aan slachtoffers van natuurrampen en andere noodgevallen binnen zijn grondgebied. Om deze reden beveelt INSARAG aan dat staten de benodigde capaciteit en bekwaamheid van hun USAR team(s) baseren op een inschatting van de nationale behoefte aan USAR capaciteit (inschatting van het risico/de kwetsbaarheid). Ad. Scenario 2: Binnenland + In scenario 2 kan een staat niet volledig zelfstandig de gevolgen van een aardbeving of een andere ramp binnen het eigen grondgebied het hoofd bieden, en heeft hij daarbij de hulp nodig van USAR teams van andere staten. 13
14 In dit scenario moet een staat de hulp van internationale USAR teams kunnen integreren in de totale hulpverleningsinspanning. Dit is in overeenstemming met een ander uitgangspunt van INSARAG, namelijk dat iedere staat de primaire rol in de initiëring, organisatie, coördinatie en implementatie van humanitaire hulp binnen zijn grondgebied heeft. De INSARAG G&M bieden, zoals beschreven is in hoofdstuk 1 INSARAG en USAR.NL: een inleiding, een methodologie hiervoor. In overeenstemming met een van de uitgangspunten van INSARAG dienen staten die getroffen zijn door rampen met voorrang hulp te aanvaarden van USAR teams die door INSARAG geclassificeerd 8 zijn (INSARAG External Classification (IEC)), omdat zij een echt en zinvol verschil maken. Ad. Scenario 3: Buitenland In scenario 3 biedt een staat door middel van zijn internationale USAR team hulp aan een andere staat, die niet volledig zelfstandig de gevolgen van een aardbeving of een andere ramp binnen zijn grondgebied het hoofd kan bieden. In dit scenario moet het internationale USAR team van een staat samen met andere internationale USAR teams kunnen integreren in de totale hulpverleningsinspanning van een getroffen staat binnen het grondgebied van die staat, en daarbij van toegevoegde waarde zijn. Bron: INSARAG G&M; G1, G2, G3, A4. Deze handleiding USAR.NL is verder uitgewerkt op basis van de drie hierboven genoemde scenario s. 5 fasen De INSARAG G&M beschouwen USAR hulpverlening als een cyclus, die uit 5 fasen bestaat. Deze cyclus geldt voor alle drie de scenario s: Preparedness Mobilisation Operations Demobilisation Post Mission Response 8 Meer over classificering van USAR teams is te vinden in hoofdstuk 4 Instituties in de 4 response fasen, 1 INSARAG. 14
15 De eerste (preparedness) fase staat op zichzelf en behelst het gereed zijn voor eventuele USAR hulpverlening. De 4 overige (response) fasen komen ieder aan bod bij daadwerkelijke USAR hulpverlening. De INSARAG G&M beschrijven de 5 fasen als volgt: Preparedness: de periode tussen hulpverleningen bij rampen waarin lessons learned van eerdere hulpverleningen worden beoordeeld en relevante wijzigingen en verbeteringen van de Standard Operating Procedures (SOP s) worden doorgevoerd en wordt getraind en gepland voor toekomstige hulpverleningen bij rampen. Mobilisation: Operations: de acties die onmiddellijk na het plaatshebben van een ramp dienen te worden uitgevoerd wanneer een internationaal USAR team zich voorbereid om hulp te bieden aan een getroffen staat. alle acties die noodzakelijk zijn wanneer een internationaal USAR team aankomt in het RDC 9, zich registreert bij het OSOCC 10, zich meldt bij de LEMA 11 en USAR operaties uitvoert totdat het de instructie krijgt om de USAR operaties te staken. Demobilisation: alle acties die noodzakelijk zijn wanneer een USAR team de instructie heeft gekregen om de USAR operaties te staken en zijn terugkeer naar huis aanvangt, zijn vertrek coördineert via het OSOCC en uit het getroffen land vertrekt via het RDC. Post-Mission: alle acties die noodzakelijk zijn nadat een internationaal USAR team naar huis is teruggekeerd en verplicht is om een post mission report op te stellen en te verzenden en een lessons learned overzicht samen te stellen om de totale effectiviteit en efficiëntie bij toekomstige hulpverleningen te verbeteren. Bron: INSARAG G&M; B2. Deze handleiding USAR.NL is verder uitgewerkt op basis van de vijf hiervoor beschreven fasen. 6 subfasen Op Virtual OSOCC (VO) 12, het web-based informatie management instrument dat gecreëerd is door UN OCHA om na een plotselinge ramp informatie uit te wisselen tussen hulpverleners en de door de ramp getroffen staat, worden nog 6 subfasen onderscheiden verdeeld over de response fasen Mobilisation, Operations en Demobilisation, namelijk: 9 Reception/Departure Centre; zie hoofdstuk 4 Instituties in de 4 response fasen, 1 INSARAG. 10 On-site Operations Coordination Center; zie hoofdstuk 4 Instituties in de 4 response fasen, 1 INSARAG. 11 Local Emergency Management Authority; zie hoofdstuk 4 Instituties in de 4 response fasen, 1 INSARAG. 12 Zie hoofdstuk 4 Instituties in de 4 response fasen, 1 INSARAG, Virtual OSOCC (VO). 15
16 Monitoring Stand-by Mobilising Deployed Redeployed Stand down Deze subfasen worden gehanteerd om de status van een team voor en tijdens een hulpverleningsoperatie kenbaar te maken aan betrokken partijen. Bron: Virtual OSOCC (VO). 16
17 2 USAR.NL 3 scenario s Vanwege het feit dat USAR.NL zich aan de INSARAG G&M heeft gecommitteerd, hanteert USAR.NL dezelfde 3 scenario s als de INSARAG G&M. Bron: Commandantenbesluit National Commander USAR.NL d.d. 16 december Ten tijde van het schrijven van deze handleiding is deel 4 van het Handboek bijstand, bijstand aan koninkrijksdelen, nog in bewerking. In afwachting van dat deel gaat USAR.NL er voorlopig van uit dat de landen en gemeenten van het Koninkrijk der Nederlanden die gelegen zijn in het Caribisch gebied, onderdeel vormen van scenario 1: Binnenland en scenario 2: Binnenland +. Bij het vervaardigen van procedures en voorschriften en dergelijke voor USAR.NL zal bijzondere aandacht aan deze landen en gemeenten worden besteed. Ad. Scenario 1: Binnenland In scenario 1: Binnenland is USAR.NL één van de nationale hulpdiensten die de nationale crisismanager, het ministerie van Veiligheid en Justitie (MinVenJ) 13, kan inzetten om de gevolgen van een aardbeving of een andere ramp binnen het eigen grondgebied het hoofd te bieden. Hierbij bestaat de toegevoegde waarde van USAR.NL specifiek uit zoek- en reddingsoperaties in stedelijk gebied en operationele coördinatie en commandovoering in het veld. In scenario 1: Binnenland gaat een verzoek tot hulpverlening door USAR.NL van de nationale crisismanager naar het Country Focal Point. Het Country Focal Point activeert vervolgens het Operations Focal Point en het Headquarters USAR.NL, Team USAR.NL en (indien noodzakelijk) de Participants en Suppliers van USAR.NL. Zie hoofdstuk 4 Instituties in de 4 response fasen, 2 USAR.NL. Inzet geschiedt vervolgens op basis van de Inzetprocedure binnenlandse inzet d.d. 16 december Zie het Handboek bijstand, deel 1, nationaal. 17
18 Ad. Scenario 2: Binnenland + In scenario 2: Binnenland + is USAR.NL één van de nationale hulpdiensten die de nationale crisismanager, het ministerie van Veiligheid en Justitie (MinVenJ) 14, kan inzetten om de gevolgen van een aardbeving of een andere ramp binnen het eigen grondgebied het hoofd te bieden. Hierbij bestaat de toegevoegde waarde van USAR.NL specifiek uit zoek- en reddingsoperaties in stedelijk gebied en operationele coördinatie en commandovoering in het veld. Indien gewenst, kan USAR.NL ook (tijdelijk) een bijdrage leveren aan het inrichten en laten functioneren van een RDC 15 en/of een OSOCC 16, omdat het daarvoor is opgeleid, getraind en geclassificeerd. Door buitenlandse inzet heeft USAR.NL bovendien ruime ervaring opgedaan met het coördineren van en het onderhouden van de verbindingen met buitenlandse hulpverleners in het veld. In scenario 2: Binnenland + gaat een verzoek tot hulpverlening door USAR.NL van de nationale crisismanager naar het Country Focal Point. Het Country Focal Point activeert vervolgens het Operations Focal Point en het Headquarters USAR.NL, Team USAR.NL en (indien noodzakelijk) de Participants en Suppliers van USAR.NL. Zie hoofdstuk 4 Instituties in de 4 response fasen, 2 USAR.NL. Inzet geschiedt vervolgens op basis van de Inzetprocedure binnenlandse inzet d.d. 16 december Ad. Scenario 3: Buitenland In scenario 3: Buitenland is USAR.NL, in het verlengde van zijn nationale taak, één van de internationale hulpdiensten waarop de internationale gemeenschap 17 een beroep kan doen om de gevolgen van een aardbeving of een andere ramp buiten het grondgebied van het Koninkrijk der Nederlanden het hoofd te bieden. Hierbij bestaat de toegevoegde waarde van USAR.NL specifiek uit zoek- en reddingsoperaties in stedelijk gebied en operationele coördinatie en commandovoering in het veld. Indien gewenst, kan USAR.NL ook (tijdelijk) een RDC 18 en/of een OSOCC 19 inrichten en laten functioneren of daar een bijdrage aan leveren, omdat het daarvoor is opgeleid, getraind en geclassificeerd. Bovendien kan USAR.NL kwartier maken voor andere, aanvullende hulpverlening (vanuit Nederland) en fungeren als uitvalsbasis binnen de operationele uitzendduur van maximaal 10 dagen. In scenario 3: Buitenland gaat een verzoek tot hulpverlening door USAR.NL van de internationale gemeenschap, al dan niet via het ministerie van Buitenlandse Zaken, naar het Country Focal Point. Het Country Focal Point heeft over dit verzoek overleg met de ministeries van Buitenlandse Zaken en Veiligheid en Justitie. Als het verzoek van de internationale gemeenschap wordt ingewilligd, activeert het Country Focal Point vervolgens het Operations Focal Point en het Headquarters USAR.NL, Team USAR.NL en (indien noodzakelijk) de Participants en Suppliers van USAR.NL. Zie hoofdstuk 4 Instituties in de 4 response fasen, 2 USAR.NL. 14 Zie het Handboek bijstand, deel 1, nationaal en deel 3, inkomende buitenlandse bijstand. 15 Reception/Departure Centre; zie hoofdstuk 4 Instituties in de 4 response fasen, 1 INSARAG. 16 On-site Operations Coordination Center; zie hoofdstuk 4 Instituties in de 4 response fasen, 1 INSARAG. 17 Naast INSARAG kunnen ook andere internationale instanties op basis van verdragen en overeenkomsten een beroep doen op hulp van USAR.NL, bijvoorbeeld de EU en de NAVO. Zie het Handboek bijstand, deel 2, grensoverschrijdende bijstandsverlening en deel 3, inkomende buitenlandse bijstand. 18 Reception/Departure Centre; zie hoofdstuk 4 Instituties in de 4 response fasen, 1 INSARAG. 19 On-site Operations Coordination Center; zie hoofdstuk 4 Instituties in de 4 response fasen, 1 INSARAG. 18
19 Inzet geschiedt vervolgens op basis van het Besluit tot vaststelling van de procedure inzet buitenland. 5 fasen Vanwege het feit dat USAR.NL zich aan de INSARAG G&M heeft gecommitteerd, hanteert USAR.NL dezelfde 5 fasen als de INSARAG G&M. Bron: Commandantenbesluit National Commander USAR.NL d.d. 16 december subfasen Vanwege het feit dat INSARAG het gebruik van Virtual OSOCC (VO) adviseert, hanteert USAR.NL dezelfde 6 subfasen als VO. Deze zullen worden verwerkt in een Besluit tot vaststelling van de procedure inzetbesluitvorming. Bron: Commandantenbesluit National Commander USAR.NL d.d. 16 december
20 (Bladzijde bewust leeg gelaten) 20
21 Hoofdstuk 3 Instituties in de preparedness fase 1 INSARAG Hieronder komen kort de instituties van INSARAG aan de orde, die bij een internationale 20 USAR hulpverleningsoperatie (scenario s 2: Binnenland + en 3: Buitenland) een functie vervullen in de preparedness fase. Een uitgebreidere beschrijving van deze instituties is te lezen in hoofdstuk B van de INSARAG G&M. INSARAG Steering Group Deze stuurgroep komt jaarlijks bijeen om de strategie en het beleid van INSARAG te bepalen. Bron: INSARAG G&M; B3.1. INSARAG Secretariat Het secretariaat heeft tot taak om INSARAG bijeenkomsten, workshops, trainingen en IEC s te organiseren, in samenwerking met gastlanden. Het secretariaat is verantwoordelijk voor het beheer en het onderhoud van de INSARAG website en de INSARAG USAR Directory en voor het opvolgen en faciliteren van projecten waarover binnen het INSARAG netwerk overeenstemming is. Bron: INSARAG G&M; B3.2. INSARAG Regional Groups INSARAG kent drie regionale groepen: Africa/Europe/Middle East Region Americas Region Asia/Pacific Region Deze groepen komen jaarlijks bijeen om de USAR hulpverlening in hun regio te verbeteren, de strategie die en het beleid dat afkomstig is van de stuurgroep uit te voeren en relevante informatie uit de regio voor de stuurgroep te verzamelen. Elke regionale groep kiest jaarlijks een voorzitter en een vice-voorzitter, die beide in de stuurgroep zitting hebben. USAR.NL maakt deel uit van de regionale groep Africa/Europe/Middle East Region. Bron: INSARAG G&M; B Het verdient aanbeveling om de instituties van INSARAG bij een nationale USAR hulpverleningsoperatie (scenario 1) eveneens een functie te laten vervullen in de preparedness fase. 21
22 INSARAG Regional Antennae Door de stuurgroep kunnen in specifieke regio s regiokantoren worden opgericht, om de capaciteit van het INSARAG netwerk te vergroten. Zij vallen onder het gezag van een regionale groep, en er wordt toezicht op ze gehouden door het INSARAG Secretariat. Bron: INSARAG G&M; B3.4. Ad-Hoc Working Groups Op verzoek van de stuurgroep, de regionale groepen of de USAR Team Leaders (zie hierna) kunnen taakspecifieke ad hoc werkgroepen worden opgericht. Zij worden samengesteld uit functionarissen die beschikken over de ervaring en de kwalificaties die vereist zijn om de taak te kunnen uitvoeren. Zodra de taak uitgevoerd is, wordt de ad hoc werkgroep ontbonden. In 2012 bestaan er drie Working Groups, namelijk de Training Working Group, de Operations Working Group en de Medical Working Group. In 2012 maakt USAR.NL deel uit van de Medical Working Group, en is het reserve voor de Operations Working Group. Bron: INSARAG G&M; B3.5. Hoofdstukken 5, 6 en 7 Taakverdeling binnen USAR.NL ; Medical Manager. Besluit tot vaststelling van de functiebeschrijving Medical Manager. International USAR Team Leaders Dit betreft een netwerk van ervaren USAR Team Leaders, dat erop gericht is om de operationele aspecten van internationale USAR hulpverlening te verbeteren. Het INSARAG Secretariat organiseert een jaarlijkse bijeenkomst voor het netwerk, waarbij onder andere training en best practices op de agenda staan. Momenteel vaardigt USAR.NL jaarlijks 1 van zijn 4 (Deputy) Team Leaders bij toerbeurt naar de International USAR Team Leaders bijeenkomst af. Bron: INSARAG G&M; B3.6. Hoofdstukken 5, 6 en 7 Taakverdeling binnen USAR.NL ; (Deputy) Team Leaders. Besluit tot vaststelling van de functiebeschrijving (Deputy) Team Leaders. 22
23 INSARAG Country Focal Point Dit is één van de belangrijkste instituties in de structuur van INSARAG. Het betreft een natuurlijke persoon die niet alleen de contacten van een staat op het gebied van USAR met het INSARAG netwerk en vice versa onderhoudt, maar tevens verantwoordelijk is voor de nationale en/of internationale USAR hulpverlening van een staat. Meer over de eisen die gesteld worden aan een Country Focal Point en diens verantwoordelijkheden, taken en bevoegdheden is te vinden in paragraaf B3.7 van de INSARAG G&M, en impliciet in de VN-resolutie 57/150. Bron: INSARAG G&M; B3.7. INSARAG Operations Focal Point Indien een staat vatbaar is voor aardbevingen of andere rampen die tot instortingen kunnen leiden of internationale USAR hulp biedt, dient ook een Focal Point voor operationele zaken te worden aangewezen. Het laatste is wat Nederland betreft het geval. Als dit doelmatig is, kan dit dezelfde persoon zijn als het INSARAG Country Focal Point. Meer over de eisen die gesteld worden aan een Operations Focal Point en diens verantwoordelijkheden, taken en bevoegdheden is te vinden in paragraaf B3.8 van de INSARAG G&M. De verantwoordelijkheden, taken en bevoegdheden van een Operations Focal Point zijn voornamelijk aan de orde in de 4 response fasen. Bron: INSARAG G&M; B
24 (Bladzijde bewust leeg gelaten) 24
25 2 USAR.NL Hieronder komen de instituties van USAR.NL aan de orde, die bij een internationale 21 USAR hulpverleningsoperatie (scenario s 2: Binnenland + en 3: Buitenland) een functie vervullen in de preparedness fase. Minister van Veiligheid en Justitie Vanuit zijn verantwoordelijkheid voor de nationale hulpverlening bij rampen 22 is de Minister van Veiligheid en Justitie (MinVenJ) 23 de opdrachtgever van de National Commander USAR.NL om de USAR-taak in de 4 response fasen uit te voeren. Op basis hiervan is hij verantwoordelijk voor de instandhouding van USAR.NL in de preparedness fase en draagt hij de kosten daarvoor. In de praktijk heeft hij deze verantwoordelijkheid gedelegeerd aan de directeur Nationale Veiligheid van MinVenJ. Bron: Besluit en handleiding tot inrichting van een internationaal inzetbare bijstandseenheid voor het zoeken en redden van slachtoffers. Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Circulaire inzake bijstand bij het zoeken en redden van slachtoffers, USAR.NL, EB2004/ Convenant over de verantwoordelijkheden en taken binnen USAR van 27 april 2011 (Bijlage 4). Handboek bijstand, deel 1, nationaal. Stuurgroep USAR.NL De stuurgroep USAR.NL is het gremium waarin de directeur Nationale Veiligheid van MinVenJ (op basis van diens verantwoordelijkheid voor de instandhouding van USAR.NL) vergadert op directieniveau met de Participants en Suppliers van USAR.NL en het ministerie van Buitenlandse Zaken (MinBZ) over de strategie en het beleid ten aanzien van USAR.NL. Dit geschiedt driemaal per jaar. De stuurgroep USAR.NL is in 2012 als volgt samengesteld: 21 Het verdient aanbeveling om de instituties van USAR.NL bij een nationale USAR hulpverleningsoperatie (scenario 1) eveneens een functie te laten vervullen in de preparedness fase (noodzakelijk voor het invullen van hoofdstuk 5 Taakverdeling binnen USAR.NL in scenario 1: Binnenland. 22 Zie het Handboek bijstand, deel 1, nationaal. 23 In het Handboek bijstand, deel 1, nationaal is opgenomen dat vanaf 1 januari 2011 voor Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Veiligheid en Justitie gelezen dient te worden. 25
26 Directeur Nationale Veiligheid, MinVenJ; voorzitter; Medewerker MinVenJ; notulist; Hoofd NCC, MinVenJ; National Commander USAR.NL; Dep. National Commander USAR.NL; Directeur VRH; Directeur VRHM; Directeur VRR; Directeur VRZHZ; Directeur Politie KLPD; Plv. Directeur DOPS, MinDef; Directeur NIFV; Directeur Mensenrechten, Emancipatie, Goed Bestuur en Humanitaire Hulp, MinBZ. (13 personen) Bron: Besluit tot inrichting van de stuurgroep USAR.NL. Country Focal Point Als Country Focal Point voor het Koninkrijk der Nederlanden geldt de National Commander USAR.NL. Het mandaat van het Country Focal Point is door de ministeries van Veiligheid en Justitie en Buitenlandse Zaken als verantwoordelijken voor de nationale respectievelijk internationale hulpverlening bij rampen gezamenlijk bepaald. Ook hebben deze twee ministeries gezamenlijk afspraken gemaakt over de kosten van het gereedhouden en inzetten van USAR.NL. De contactgegevens van het Country Focal Point zijn in 2012: Naam Dr. P.L.J. (Peter) Bos MCDm Functie National Commander USAR.NL Adres Noordendijk 250 Postcode en plaats 3311 RR Dordrecht Telefoonnummer Mobiel telefoonnummer adres Bron: Besluit en handleiding tot inrichting van een internationaal inzetbare bijstandseenheid voor het zoeken en redden van slachtoffers. Convenant over de verantwoordelijkheden en taken binnen USAR van 27 april 2011 (bijlage 4). Besluit tot mandatering van verantwoordelijkheden, taken en bevoegdheden aan het Country Focal Point. Commandantenbesluit National Commander USAR.NL d.d. 16 december
27 Operations Focal Point Als Operations Focal Point voor het Koninkrijk der Nederlanden geldt de Deputy National Commander USAR.NL. Het Operations Focal Point is, indien noodzakelijk, de plaatsvervanger van het Country Focal Point. Het mandaat van het Operations Focal Point is door de ministeries van Veiligheid en Justitie en Buitenlandse Zaken als verantwoordelijken voor de nationale respectievelijk internationale hulpverlening bij rampen gezamenlijk bepaald. De contactgegevens van het Operations Focal Point zijn in 2012: Naam Ing. M. (Martin) Evers MCDm Functie Deputy National Commander USAR.NL Adres Dedemsvaartweg 1 Postcode en plaats 2545 AP Den Haag Telefoonnummer Mobiel telefoonnummer adres martin.evers@brandweer.vrh.nl Zoals in 1 INSARAG van dit hoofdstuk is aangegeven, zijn de taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden van een Operations Focal Point voornamelijk aan de orde in de 4 response fasen. Zie verder hoofdstuk 4 Instituties in de 4 response fasen, 2 USAR.NL. Bron: Besluit tot mandatering van verantwoordelijkheden, taken en bevoegdheden aan het Operations Focal Point. Commandantenbesluit National Commander USAR.NL d.d. 16 december USAR Raad In de preparedness fase wordt USAR.NL bestuurd door een USAR Raad die in 2012 bestaat uit 9 functionarissen. Zij verrichten hun taken voor USAR.NL zonder uitzondering in deeltijd naast hun gewone werkzaamheden bij één van de Participants. Binnen de USAR Raad zijn portefeuilles verdeeld, die betrekking hebben op de hoofddomeinen Resources, Logistics, Medical Affairs, Education and Training en Search and Rescue. Binnen de hoofddomeinen kan sprake zijn van subdomeinen. Portefeuilles kunnen hoofddomeinen of subdomeinen bevatten of een combinatie daarvan. De concrete portefeuilleverdeling wordt door de National Commander USAR.NL vastgelegd in een besluit tot vaststelling, zodat deze, indien gewenst, eenvoudig gewijzigd kan worden. 27
28 Portefeuillehouders zijn de opdrachtgever ten aanzien van de betreffende portefeuille, en bewaken de kwaliteit en de integrale besturing ten aanzien van deze portefeuille. Ten minste de 4 (Deputy) Team Leaders 24 zijn portefeuillehouder, alsmede de Medical Manager en één vertegenwoordiger elk van het Ministerie van Defensie en de KLPD. In de USAR Raad adviseren de leden daarvan de National Commander USAR.NL gevraagd en ongevraagd over USAR aangelegenheden. Deze adviezen gehoord hebbende, neemt de National Commander USAR.NL besluiten. USAR Raad National Commander USAR.NL (Chairman) Deputy National Commander USAR.NL (Deputy Chairman) (Deputy) Team Leader (Deputy) Team Leader (Deputy) Team Leader (Deputy) Team Leader Medical Manager Vertegenwoordiger Ministerie van Defensie Vertegenwoordiger KLPD De USAR Raad vergadert 6 maal per jaar (tweemaandelijks). Het Staff Member Resources van het HQ USAR.NL (zie hierna) functioneert daarbij als secretaris. Bron: Commandantenbesluit National Commander USAR.NL d.d. 16 december Besluiten tot vaststelling van functiebeschrijvingen. Headquarters USAR.NL Het Country Focal Point en de USAR Raad worden in de preparedness fase ondersteund door het Headquarters (HQ) USAR.NL 25, dat preparatieve coördinerende en administratieve taken verricht. Het HQ USAR.NL kent een capaciteit die is afgestemd op de mogelijkheid om taken in de preparedness fase uit te besteden aan de Participants en Suppliers van USAR.NL op basis van overeenkomsten (zie hierna). Het HQ USAR.NL bestaat in 2012 uit een Staff Member Resources, een Staff Member Search and Rescue/Logistics, een Staff Member Education and Training, een Staff Member Secretariat en de Medical Manager. De dagelijkse leiding van het HQ USAR.NL is in handen van de Deputy National Commander USAR.NL, die Chief of Staff is. De exacte samenstelling en grootte van het HQ USAR.NL per jaar blijken uit de OTAS en de jaarlijkse begroting en begrotingstoelichting van USAR.NL. 24 Zie hoofdstuk 4 Instituties in de 4 response fasen, 2 USAR.NL, Team USAR.NL. 25 In de INSARAG G&M wordt in de 4 response fasen de institutie die het Country Focal Point en het USAR Team dat is ingezet ondersteunt, in het Engels aangeduid als Headquarters Focal Point (D3.2.2 INSARAG G&M). Om eenvormigheid tot stand te brengen wordt de ondersteunende institutie door USAR.NL zowel in de preparedness fase als in de 4 response fasen Headquarters USAR.NL genoemd. 28
29 Headquarters USAR.NL Deputy National Commander USAR.NL (Chief of Staff) Staff Member Resources Staff Member Search and Rescue/Logistics Staff Member Education and Training Staff Member Secretariat Medical Manager Bron: Commandantenbesluit National Commander USAR.NL d.d. 16 december Participants en Suppliers Zoals in 2 van hoofdstuk 1 INSARAG en USAR.NL: een inleiding is beschreven, leveren de Participants en Suppliers van USAR.NL personeel en ondersteunende bijdragen aan de gereedheid en inzet van USAR.NL. Dit doen zij zowel in de preparedness fase als in de 4 response fasen. Om de gereedheid en inzet van USAR.NL te garanderen, worden overeenkomsten tussen de Participants en Suppliers en USAR.NL opgesteld, waarin de taken van de Participants en Suppliers en de wijze waarop het contact tussen hen en USAR.NL wordt onderhouden zo concreet mogelijk worden beschreven. Voor het onderhouden van het contact tussen de Participants en Suppliers en USAR.NL wijzen de Participants en Suppliers op verzoek van de National Commander USAR.NL binnen hun organisatie een contactpersoon voor USAR.NL aan. Deze contactpersoon fungeert voor het HQ USAR.NL als aanspreekpunt voor de afstemming van de werkzaamheden die voortvloeien uit de overeenkomsten die USAR.NL met de Participants en Suppliers heeft gesloten. 6 maal per jaar (tweemaandelijks) wordt er door de Deputy National Commander USAR.NL (Chief of Staff HQ USAR.NL) met als naam participantenoverleg een vergadering met de Participants en Suppliers van USAR.NL georganiseerd, waarin afstemming over de uitvoering van de overeenkomsten plaatsvindt. Bron: Commandantenbesluit National Commander USAR.NL d.d. 16 december Besluit tot inrichting van het participantenoverleg. 29
30 3 Liaison matrix preparedness fase Institutie INSARAG Institutie USAR.NL Vindplaats INSARAG G&M INSARAG Steering Group Country Focal Point B3.1 INSARAG Secretariat Country Focal Point B3.2 INSARAG Regional Group Country Focal Point B3.3 INSARAG Regional Antenna Country Focal Point B3.4 Ad-Hoc Working Groups Afhankelijk van de Working Group B3.5 International USAR Team Leaders (Deputy) Team Leaders USAR.NL B3.6 INSARAG Country Focal Points Country Focal Point B3.7 (andere staten) INSARAG Operations Focal Points (andere staten) Operations Focal Point B3.8 Institutie USAR.NL Institutie USAR.NL Vindplaats Minister van Veiligheid en Justitie Country Focal Point / National Commander USAR.NL Besluit en handleiding tot inrichting van een internationaal inzetbare bijstandseenheid voor het zoeken en redden van slachtoffers, Besluit tot mandatering van verantwoordelijkheden, taken en bevoegdheden aan het Country Focal Point. Stuurgroep USAR.NL Minister van Veiligheid en Justitie Besluit tot inrichting van de stuurgroep USAR.NL USAR Raad National Commander USAR.NL Commandantenbesluit National Commander USAR.NL d.d. 16 december 2011 (afgeleid) HQ USAR.NL National Commander USAR.NL Commandantenbesluit National Commander USAR.NL d.d. 16 december 2011 (afgeleid) Participants & Suppliers Dep. National Commander USAR.NL / Chief of Staff HQ USAR.NL Commandantenbesluit National Commander USAR.NL d.d. 16 december 2011 (afgeleid) 30
31 4 Organigram preparedness fase INSARAG Steering Group INSARAG Secretariat MinVenJ Stuurgroep USAR.NL INSARAG Regional Group Country Focal Point INSARAG Regional Antenna Ad-Hoc Working Groups International USAR Team Leaders INSARAG Country Focal Points National Commander USAR.NL USAR Raad (Deputy) Team Leaders USAR.NL Headquarters USAR.NL Participants & Suppliers INSARAG Operations Focal Points Operations Focal Point Gezagslijn Communicatielijn 31
32 (Bladzijde bewust leeg gelaten) 32
33 Hoofdstuk 4 Instituties in de 4 response fasen 1 INSARAG Hieronder komen kort de instituties van INSARAG aan de orde, die bij een internationale 26 USAR inzet (scenario s 2: Binnenland + en 3: Buitenland) een functie vervullen in de 4 response fasen. Een uitgebreidere beschrijving van deze instituties is te lezen in hoofdstuk C van de INSARAG G&M. UN OCHA UN OCHA is het deel van het Secretariaat van de Verenigde Naties (VN) dat verantwoordelijk is voor het samenbrengen van actoren die actief zijn op humanitair gebied, om een samenhangende reactie van de internationale gemeenschap op noodsituaties te garanderen. Zie ook 1 van hoofdstuk 1 INSARAG en USAR.NL: een inleiding van deze handleiding. Bron: INSARAG G&M; A1, A5, C1. LEMA LEMA is de afkorting van Local Emergency Management Authority. Deze institutie is de eindverantwoordelijke voor de totale commandovoering, coördinatie en aansturing van de hulpverleningsoperatie. LEMA kan verwijzen naar nationale, regionale of lokale autoriteiten of combinaties daarvan, die gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor de hulpverleningsoperatie. Bron: INSARAG G&M; C2. UNDAC Het United Nations Disaster Assessment and Coordination (UNDAC) team is een instrument dat UN OCHA na plotselinge noodgevallen op verzoek kan inzetten. Het team wordt gevormd door ervaren crisismanagers, die afkomstig zijn van staten, internationale organisaties en UN OCHA. Het heeft als taak de LEMA te assisteren bij het coördineren van de internationale hulpverlening, inclusief USAR, het bepalen van prioritaire noden en het managen van informatie door een OSOCC in te richten. Bron: INSARAG G&M; C3. International USAR teams Urban Search and Rescue (USAR) teams zijn de response eenheden van een getroffen staat of van de internationale gemeenschap die zoek- en reddingsactiviteiten uitvoeren in ingestorte bouwwerken. Op grond van de INSARAG G&M dienen ze te bestaan uit 5 componenten: 26 Het verdient aanbeveling om de instituties van INSARAG bij een nationale USAR hulpverleningsoperatie (scenario 1) eveneens een functie te laten vervullen in de 4 response fasen. 33
34 Management Logistics Search Rescue Medical Praktijkervaringen hebben uitgewezen dat het noodzakelijk is om USAR teams die internationaal (scenario 3) hulp verlenen op basis van hun capaciteiten te classificeren. Op deze manier wordt zeker gesteld dat alleen gekwalificeerde en geschikte USAR middelen bij een noodgeval worden ingezet. Alleen USAR teams die volgens de normen van INSARAG zijn geclassificeerd, kunnen worden opgenomen in de USAR Directory van het INSARAG Secretariat. USAR teams die alleen nationaal worden ingezet, mogen nationaal worden geclassificeerd. USAR teams die internationaal willen kunnen worden ingezet, moeten geclassificeerd zijn door INSARAG volgens de normen van de INSARAG External Classification (IEC). De INSARAG G&M onderscheiden 3 classificaties voor USAR teams, te weten light, medium en heavy. Light USAR teams hebben de operationele capaciteit om onmiddellijk na een ramp aan de oppervlakte te helpen zoeken en redden. Doorgaans zijn light USAR teams afkomstig van de getroffen staat zelf en van omliggende staten. Normaal gesproken wordt het afgeraden om light USAR teams bij internationale noodgevallen in te zetten. Medium USAR teams hebben de operationele capaciteit om technische zoek- en reddingsoperaties uit te voeren in ingestorte bouwwerken. Zij moeten in staat zijn om opgesloten slachtoffers op te sporen en te redden. Medium USAR teams moeten binnen 32 uur na de melding van een ramp op Virtual OSOCC (VO) (zie hierna) operationeel kunnen zijn, en in staat zijn om gedurende maximaal 7 dagen 24 uur per dag op 1 locatie internationaal (scenario 3) operaties uit te voeren. Heavy USAR teams hebben de operationele capaciteit om moeilijke en complexe zoek- en reddingsoperaties uit te voeren. Zij moeten in staat zijn om opgesloten slachtoffers op te sporen door gebruik te maken van zowel speurhonden als technische hulpmiddelen, en zijn beoogd voor het verlenen van hulp na rampen waarbij meerdere bouwwerken zijn ingestort. Heavy USAR teams moeten binnen 48 uur na de melding van een ramp op Virtual OSOCC (VO) (zie hierna) operationeel kunnen zijn, en in staat zijn om gedurende maximaal 10 dagen 24 uur per dag op 2 verschillende locaties internationaal (scenario 3) operaties uit te voeren. USAR.NL is op 8 juni 2007 door INSARAG volgens de normen van de IEC geclassificeerd als heavy USAR team. Op 28 september 2011 is deze classificatie door INSARAG volgens de normen van de IER herbevestigd. Een classificatie door INSARAG is 5 jaar geldig. In het vierde jaar van de classificatie moet een USAR team reclassificatie (INSARAG External Reclassification (IER)) bij INSARAG aanvragen. Meer informatie over classificatie en reclassificatie is te vinden in de hoofdstukken H (IEC) en I (IER) van de INSARAG G&M. 34
35 Tijdens internationale USAR operaties dienen USAR teams zich te houden aan gedragsnormen. Meer informatie hierover is opgenomen in paragraaf F1 van de INSARAG G&M. Bron: INSARAG G&M; C4, E, F1, G3 (pt. 5-9),G6, G7, G8, H, I. INSARAG IEC Report USAR.NL 4-8 June Reception Departure Centre (RDC) Het RDC, een verlengstuk van het OSOCC (zie hierna), wordt gevestigd op plaatsen waar internationale hulpverleners een door een ramp getroffen staat binnenkomen (bijvoorbeeld luchthavens). Het RDC wordt ingericht door het UNDAC team of door USAR teams die als eerste ter plaatse aankomen. Indien het RDC is ingericht door een USAR team, wordt het overgenomen door het UNDAC team, zodra dit is aangekomen. De primaire verantwoordelijkheid van het RDC is het vergemakkelijken van de aankomst, en later het vertrek, van internationale USAR teams. Het RDC werkt nauw samen met de immigratiedienst, de douane en andere lokale autoriteiten. Omdat ieder internationaal USAR team de taak kan krijgen om een RDC in te richten, worden staten door INSARAG aangemoedigd om het inrichten, bemensen en laten functioneren van een RDC in rampenplannen op te nemen en tijdens reguliere rampenoefeningen te beoefenen. Meer informatie over het inrichten van een RDC is te vinden paragraaf D5 van de INSARAG G&M. Bron: INSARAG G&M; C5, D5. On Site Operations Coordination Centre (OSOCC) Het OSOCC wordt in de nabijheid van de LEMA gevestigd, en zo dicht bij de rampplek als de veiligheidssituatie toelaat. Het hoofddoel van het OSOCC is het assisteren van de LEMA bij het coördineren van internationale en nationale USAR teams, alsmede het inrichten van coördinatiemechanismes binnen clusters (bijvoorbeeld volksgezondheid, water, onderdak). Het OSOCC wordt ingericht door het UNDAC team of door het internationale USAR team dat als eerste ter plaatste aankomt. Indien het OSOCC is ingericht door een internationaal USAR team, wordt het overgenomen door het UNDAC team, zodra dit is aangekomen. Indien het een grootschalig rampgebied betreft kunnen, indien dit wenselijk is, ook sub-osocc s worden ingericht. Meer informatie over het inrichten van een OSOCC is te vinden paragraaf D6 van de INSARAG G&M. Bron: INSARAG G&M; C6, D6. 35
36 Virtual OSOCC (VO) Het VO is een web-based informatie management instrument dat gecreëerd is om na een plotselinge ramp informatie uit te wisselen tussen hulpverleners en de door de ramp getroffen staat. Het VO is te bereiken via de weblink en wordt onderhouden door de FCSS van UN OCHA. De toegang tot VO is beperkt tot crisismanagers van staten en noodhulporganisaties. Bron: INSARAG G&M; C7. Global Disaster Alert and Coordination System (GDACS) Het GDACS is eveneens een web-based informatie management instrument, dat te bereiken is via de weblink Het GDACS brengt internationale hulpverleners door middel van bijna real-time alarmeringen op de hoogte van natuur- en milieurampen en technologische rampen waar ook ter wereld, die de hulpverleningscapaciteit van de getroffen staat te boven gaan en internationale hulp vereisen. Tevens bevat het instrumenten voor de coördinatie van hulpverlening. Bron: INSARAG G&M; C8. 36
Bijstand bij het zoeken en redden van slachtoffers, USAR.NL
6 Datum Onderdeel DGOOV/DR&B/U&B Inlichtingen L. Gaebler T (079) 3304 604 F (079) 3304 630 1 van 6 Aan De regering van Aruba De regering van de Nederlandse Antillen De Commissarissen van de Koningin De
Nadere informatie2013 no. 83 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA
2013 no. 83 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA BESLUIT van 3 oktober 2013, (Stb. 2013, 375), houdende wijziging van het Besluit vrijwilligersmedaille openbare orde en veiligheid, teneinde de medaille ook te kunnen
Nadere informatiePastorale zorg bij rampen
2 Inhoud: 1. Doelstelling pag. 3 2. Realisatie pag. 4 3. Begrippen pag. 5 4. Verantwoordelijkheid pag. 6 5. Pastorale verzorger pag. 7 6. Taken pastorale verzorger pag. 8 7. Coördinator pastorale zorg
Nadere informatieBestuurlijke Netwerkkaarten Crisisbeheersing. Netwerkkaart 2 Geneeskundige hulpverlening algemeen
Bestuurlijke Netwerkkaarten Crisisbeheersing Netwerkkaart 2 Geneeskundige hulpverlening algemeen 2 Geneeskundige hulpverlening algemeen Voor infectieziekten, zie Bestuurlijke Netwerkkaart infectieziekte
Nadere informatiePastorale zorg bij rampen
2 Inho ud: 1. Doelstelling pag. 4 2. Realisatie pag. 5 3. Begrippen pag. 6 4. Verantwoordelijkheid pag. 7 5. Pastorale verzorger pag. 8 6. Taken pastorale verzorger pag. 8 7. Coördinator pastorale zorg
Nadere informatieDe veiligheidsregio Midden- en West-Brabant is gebaseerd op verlengd lokaal bestuur en is een samenwerkingsverband tussen 26 gemeenten.
BELEIDSPLAN 2011-2015 VEILIGHEIDSREGIO MIDDEN- EN WEST-BRABANT Bijlage 3. Sturing en organisatie De veiligheidsregio Midden- en West-Brabant is gebaseerd op verlengd lokaal bestuur en is een samenwerkingsverband
Nadere informatieBestuurlijke Netwerkkaarten Crisisbeheersing. Netwerkkaart 2 Geneeskundige hulpverlening algemeen
Bestuurlijke Netwerkkaarten Crisisbeheersing Netwerkkaart 2 Geneeskundige hulpverlening algemeen 2 Geneeskundige hulpverlening algemeen Voor infectieziekten, zie Bestuurlijke Netwerkkaart infectieziekte
Nadere informatiemei 2008 ERO VGWM Gezondheid Veiligheid Welzijn VGWM A WAY OF LIVING Standaards voor professionals, wees alert!
mei 2008 VGWM A WAY OF LIVING Veiligheid Gezondheid Welzijn Milieu VGWM Standaards voor professionals, wees alert! Werk veilig of werk niet Het werken op een locatie is niet altijd zonder risico s. Theoretisch
Nadere informatieBestuurlijke Netwerkkaarten Crisisbeheersing. Netwerkkaart 2 Geneeskundige hulpverlening algemeen
Bestuurlijke Netwerkkaarten Crisisbeheersing Netwerkkaart 2 Geneeskundige hulpverlening algemeen 2 Geneeskundige hulpverlening algemeen Voor infectieziekten, zie Bestuurlijke Netwerkkaart infectieziekte
Nadere informatieOperationele Regeling VRU
Operationele Regeling VRU Uitwerking van de Wet veiligheidsregio s over de organisatie en werking van de hoofdstructuur van de rampenbestrijding en crisisbeheersing van de Veiligheidsregio Utrecht. Vastgesteld
Nadere informatieAfsprakenlijst behorende bij het Convenant voor samenwerkingsafspraken tussen Veiligheidsregio s, Politie en ProRail
Afsprakenlijst behorende bij het Convenant voor samenwerkingsafspraken tussen s, Politie en Art. 1 Doelen Partijen maken afspraken over: 1. organiseert bijeenkomsten voor de Doorlopend naar - Het vergroten
Nadere informatieIII BESLUITEN OP GROND VAN TITEL VI VAN HET EU-VERDRAG
L 348/130 Publicatieblad van de Europese Unie 24.12.2008 III (Besluiten op grond van het EU-Verdrag) BESLUITEN OP GROND VAN TITEL VI VAN HET EU-VERDRAG BESLUIT 2008/976/JBZ VAN DE RAAD van 16 december
Nadere informatieHandboek bijstand. Deel 3: Inkomende Buitenlandse Bijstand
Handboek bijstand Deel 3: Inkomende Buitenlandse Bijstand Versie december 2010 2 Handboek bijstand - Deel 3: Inkomende Buitenlandse Bijstand Inhoud Inhoudsopgave 3 1 Samenvatting: buitenlandse bijstandseenheden
Nadere informatieOrganisatieverordening Veiligheidsregio Brabant-Noord 2007
Organisatieverordening Veiligheidsregio Brabant-Noord 2007 1 Het Algemeen Bestuur van de Veiligheidsregio Brabant-Noord, in vergadering d.d. 28 februari 2007 bijeen; overwegende: 1. dat de Veiligheidsregio
Nadere informatieArtikel 2 Er is een Review Board Aanvalsprogramma Informatievoorziening Politie, hierna te noemen de Review Board.
Conceptbesluit van tot instelling van de Review Board Aanvalsprogramma Informatievoorziening Politie (Instellingsbesluit Review Board Aanvalsprogramma Informatievoorziening Politie) Op de voordracht van
Nadere informatieSTATUUT VAN DE HAAGSE CONFERENTIE VOOR INTERNATIONAAL PRIVAATRECHT
STATUUT VAN DE HAAGSE CONFERENTIE VOOR INTERNATIONAAL PRIVAATRECHT De Regeringen van de hierna genoemde landen: De Bondsrepubliek Duitsland, Oostenrijk, België, Denemarken, Spanje, Finland, Frankrijk,
Nadere informatieOperationele Regeling VRU
Operationele Regeling VRU Uitwerking van de Wet veiligheidsregio s over de organisatie en werking van de hoofdstructuur van de rampenbestrijding en crisisbeheersing van de Veiligheidsregio Utrecht. Vastgesteld
Nadere informatieToestemming tot wijziging van de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Brabant-Noord
Datum: 25-6-13 Onderwerp Toestemming tot wijziging van de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Brabant-Noord Status Besluitvormend Voorstel Het college toestemming te verlenen tot het wijzigen
Nadere informatie1. In de eerste volzin vervalt:, bedoeld in artikel 1, derde lid, van de Politiewet 1993,.
Artikel PM1 A.4 Bijlage 4 De Wet veiligheidsregio s wordt als volgt gewijzigd: A In artikel 1 wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van het artikel door een puntkomma, toegevoegd korpschef:
Nadere informatieGemeenschappelijke regeling toezicht openbaar onderwijs gemeenten Bergen, Boxmeer, Cuijk, Gennep, Grave, Mill en Sint Hubert 2015
Gemeenschappelijke regeling toezicht openbaar onderwijs gemeenten Bergen, Boxmeer, Cuijk, Gennep, Grave, Mill en Sint Hubert 2015 De raden van de gemeenten Bergen, Boxmeer, Cuijk, Gennep, Grave en Mill
Nadere informatieSAMENWERKING IN DE VEILIGHEIDSREGIO Uitwerking van criterium 8 uit het Slotdocument VGS-congres 2013
SAMENWERKING IN DE VEILIGHEIDSREGIO Uitwerking van criterium 8 uit het Slotdocument VGS-congres 2013 In het Slotdocument van het VGS-congres 2013 Gemeentesecretaris in Veiligheid staat een leidraad voor
Nadere informatieFunctieprofiel Functionaris Gegevensbescherming
Functionaris Gegevensbescherming Inhoudsopgave 1. Doel van de functie 2. Plaats in de organisatie 3. Resultaatgebieden 4. Taken, verantwoordelijkheden & bevoegdheden 5. Contacten 6. Opleiding, kennis,
Nadere informatieORGANISATIEVERORDENING GGD Hollands Noorden 2013
Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst Hollands Noorden (GGD Hollands Noorden) Het algemeen bestuur van de GGD Hollands Noorden overwegende dat zich sinds de vaststelling van de geldende Organisatieverordening
Nadere informatieVerbindende schakel in rampenbestrijding
Verbindende schakel in rampenbestrijding en crisisbeheersing 2 Veiligheidsberaad De voorzitters van de 25 veiligheidsregio s vormen samen het Veiligheidsberaad. Dit landelijke overleg is opgericht in februari
Nadere informatieSTAPPENPLAN IMPLEMENTATIE WATERRAND
STAPPENPLAN IMPLEMENTATIE WATERRAND HOE TE KOMEN TOT EEN ADEQUATE ORGANISATIE VAN INCIDENTBESTRIJDING OP HET WATER? IN AANSLUITING OP HET HANDBOEK INCIDENTBESTRIJDING OP HET WATER Uitgave van het Projectbureau
Nadere informatieRapport Fatale Woningbranden 2011 en Rapport Fatale woningbranden 2003 en 2008 t/m 2011: een vergelijking 1
29517 Veiligheidsregio s 30821 Nationale Veiligheid Nr. 62 Brief van de minister van Veiligheid en Justitie Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 5 juli 2012 Met deze brief
Nadere informatieGemeenschappelijke regeling toezicht openbaar onderwijs gemeenten Bergen, Boxmeer, Cuijk, Gennep, Grave, Mill en Sint Hubert 2015
Gemeenschappelijke regeling toezicht openbaar onderwijs gemeenten Bergen, Boxmeer, Cuijk, Gennep, Grave, Mill en Sint Hubert 2015 De raden van de gemeenten Bergen, Boxmeer, Cuijk, Gennep, Grave en Mill
Nadere informatie1. Voorzitter CT (per pand)
BCM Voorbeeld Bijlage 15 : Functietaken/profielen 1. Voorzitter Coordinatieteam (CT, per pand) 2. Hoofd (centrale) CalamiteitenOrganisatie (HCO in het CT ) 3. Voorzitter Crisis Management Team (CMT op
Nadere informatie20 JULI BOUDEWIJN, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, ONZE GROET.
1 08.08.2016 20 JULI 1971 KONINKLIJK BESLUIT BETREFFENDE DE OPRICHTING VAN EEN NATIONAAL COMITE VOOR DE VEILIGHEID DER BURGERLIJKE LUCHTVAART EN VAN PLAATSELIJKE COMITES VOOR DE VEILIGHEID DER LUCHTHAVENS
Nadere informatie9635/17 mou/gys/ln 1 DG E 1C
Raad van de Europese Unie Brussel, 24 mei 2017 (OR. en) 9635/17 RESULTAAT BESPREKINGEN van: d.d.: 24 mei 2017 aan: nr. vorig doc.: Betreft: het secretariaat-generaal van de Raad de delegaties CULT 76 RELEX
Nadere informatieEUCP Team B. 17 november 3 december 2013
EUCP Team B 17 november 3 december 2013 Situatie schets: In de nacht van 7 op 8 november 2013 bereikt de Tyfoon Haiyan (lokaal: Yolanda) de oostkust van de Filipijnen bij Guiuan op het eiland Samar. Windsnelheid:
Nadere informatieWij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
(Tekst geldend op: 05-03-2012) Besluit van 22 december 1988, houdende vaststelling van een algemene maatregel van rijksbestuur tot regeling van de vrijwillige hulpverlening aan gewonden, zieken, krijgsgevangenen,
Nadere informatieBijlage 1 Advies brandweer Veiligheidsregio Haaglanden
33 Bijlage 1 Advies brandweer Veiligheidsregio Haaglanden Wijzigingsplan "Emmastraat Pijnacker" (vastgesteld) Wijzigingsplan "Emmastraat Pijnacker" (vastgesteld) 34 Veiligheidsregio Haaglanden HlMlIIlil
Nadere informatieCONVENANT. SLOTERVAART ZIEKENHUIS VEILIGHEIDSREGIO Amsterdam-Amstelland SAMENWERKINGSAFSPRAKEN VOOR RAMPEN EN CRISES
CONVENANT SLOTERVAART ZIEKENHUIS VEILIGHEIDSREGIO Amsterdam-Amstelland SAMENWERKINGSAFSPRAKEN VOOR RAMPEN EN CRISES 2012 Ondergetekenden: 1. Het Slotervaart, gevestigd te Amsterdam, in deze rechtsgeldig
Nadere informatieOrganisatieverordening Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant
Organisatieverordening Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant Het Algemeen Bestuur van de Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant: overwegende; dat het voor een goede behartiging van de zorg voor de
Nadere informatieStaatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2012 208 Wet van 26 april 2012, houdende tijdelijke bepalingen over de ambulancezorg (Tijdelijke wet ambulancezorg) 0 Wij Beatrix, bij de gratie Gods,
Nadere informatieGecoördineerde Regionale Incidentbestrijdings Procedure (GRIP)
Gecoördineerde Regionale Incidentbestrijdings Procedure (GRIP) Inleiding Een goede coördinatie tussen betrokken hulpdiensten is bij de bestrijding van complexe incidenten van groot belang. Het model voor
Nadere informatieEvaluatie Wet veiligheidsregio's (2135): projectbeschrijving
1 Betrekkingen (EWB) 070 370 7051 Evaluatie Wet veiligheidsregio's (2135): projectbeschrijving Projectnaam Evaluatie Wet veiligheidsregio's (2135) 1. Evaluatie Wet veiligheidsregio's (Wvr) Bij de behandeling
Nadere informatieRampenprotocol Euregio Scheldemond
1 Rampenprotocol Euregio Scheldemond H I E R N A G E N O E M D E P A R T I J E N, De Gouverneur van Oost-Vlaanderen, de heer H. Balthazer, De Gouverneur van West-Vlaanderen, de heer P. Breyne, Gedeputeerde
Nadere informatieAan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG
1 > Retouradres Postbus 16950 2500 BZ Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 16950 2500 BZ Den Haag www.nctv.nl
Nadere informatieRAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 24 november 2009 (OR. en) 15137/09 CRIMORG 164 ENFOPOL 271
RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 24 november 2009 (OR. en) 15137/09 CRIMORG 164 ENFOPOL 271 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de oprichting van een Europees
Nadere informatieWETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het Europees justitieel netwerk
RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 24 november 2008 (OR. en) 14914/08 COPEN 199 EUROJUST 87 EJN 65 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het Europees justitieel
Nadere informatie10159/17 mak/gra/fb 1 DG D 1C
Raad van de Europese Unie Brussel, 12 juni 2017 (OR. en) 10159/17 ENFOPOL 301 PROCIV 54 RESULTAAT BESPREKINGEN van: d.d.: 8 juni 2017 aan: het secretariaat-generaal van de Raad de delegaties nr. vorig
Nadere informatieVerordening brandveilidheid en brandweerzorg en rampenbestrijding
CVDR Officiële uitgave van Leek. Nr. CVDR54284_1 1 juni 2016 Verordening brandveilidheid en brandweerzorg en rampenbestrijding De raad van de gemeente Leek; gelet op: - artikel 1, tweede lid, artikel 12
Nadere informatieAan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus EA DEN HAAG
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG www.rijksoverheid.nl www.facebook.com/minbzk www.twitter.com/minbzk Kenmerk Uw kenmerk Datum 28 juni 2018 Betreft
Nadere informatieAFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN
AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN Jaargang 2013 No. 29 Regeling van de Minister van Algemene Zaken van de 23 e juli 2013, tot instelling van de Stuurgroep Nationale Ontwikkeling DE MINISTER VAN ALGEMENE
Nadere informatie111 e iii 0 Grootschalige publieksevenementen en Nationale Evenementen
Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid Ministerie van Veiligheid en Justitie Dep. VERTROUWELIJK 111 e iii 0 Grootschalige publieksevenementen en Nationale Evenementen De NCTV ziet het
Nadere informatieDe ADOMA wordt in ieder geval om advies gevraagd over de verplichtingen in het kader van de samenwerkingsovereenkomst milieu met het Vlaams gewest.
Statuten ADOMA Artikel 1 Er wordt een adviesraad voor milieu en natuur opgericht, hierna Adviesraad voor Duurzame Ontwikkeling en Milieu van de stad Antwerpen (afgekort ADOMA) genoemd. De ADOMA is tevens
Nadere informatieDefensie en Nationale Veiligheid
Defensie en Nationale Veiligheid Kolonel Piet Hagenaars Regionaal Militair Commandant Noord 20 februari 2018 HQ Royal Netherlands Army 1.PzDiv 11 Airmobile Brigade 13 Light Brigade 43 Mechanised Brigade
Nadere informatieWaar moet het heen met de crisisbeheersing? Prof. Dr. Rob de Wijk Den Haag Centrum voor Strategische Studies Campus Den Haag, Universiteit Leiden
Waar moet het heen met de crisisbeheersing? Prof. Dr. Rob de Wijk Den Haag Centrum voor Strategische Studies Campus Den Haag, Universiteit Leiden Naar een Zero Risk maatschappij Postmodern Europa Succesvol
Nadere informatieFuncties en teams in de rampenbestrijding
B Functies en teams in de rampenbestrijding De burgemeester - De burgemeester heeft de eindverantwoordelijkheid voor en de algehele leiding bij het bestrijden van incidenten in de eigen gemeente; - De
Nadere informatieGecoördineerde Regionale Incidentbestrijding Procedure (GRIP) Drenthe/Assen
Gecoördineerde Regionale Incidentbestrijding Procedure (GRIP) Drenthe/Assen 25 juni 2007 Inhoudsopgave Inleiding... 1 1 Niveaus in de incident- en crisismanagementorganisatie... 1 1.1 Operationeel niveau...
Nadere informatieGEMEENTERAAD MENAMERADIEL
GEMEENTERAAD MENAMERADIEL Menaldum : 16 mei 2013 Portefeuillehouder : T. van Mourik Punt : 8 Behandelend ambtenaar : G.J. de Haan en B. Roorda Doorkiesnummer : (0518) 45 29 10 Onderwerp : Wijziging gemeenschappelijke
Nadere informatieIn deze brief licht ik het voornemen tot oprichting van deze rechtspersoon nader toe.
> Retouradres Postbus 20011 2500 EA Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Bestuur, Democratie & Financiën Europa en Binnenlands Bestuur Schedeldoekshaven 200 2511 EZ Den Haag Postbus
Nadere informatieVerordening brandveiligheid en hulpverlening
Verordening brandveiligheid en hulpverlening Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam regeling Citeertitel Besloten door Deze versie is geldig tot (als de
Nadere informatieBepalingen over de brandweerzorg, de rampenbestrijding, de crisisbeheersing en de geneeskundige hulpverlening (Wet veiligheidsregio s)
31 117 Bepalingen over de brandweerzorg, de rampenbestrijding, de crisisbeheersing en de geneeskundige hulpverlening (Wet veiligheidsregio s) Nr. VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld 10 juli
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 72542 19 december 2017 Onderlinge regeling van Sint Maarten en Nederland als bedoeld in artikel 38, eerste lid, van het
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2001 2002 28 374 Aanslag op de heer W. S. P. Fortuijn Nr. 2 BRIEF VAN DE MINISTERS VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES EN VAN JUSTITIE Aan de Voorzitter
Nadere informatieREGELING AMBTELIJKE ORGANISATIE GEMEENTE HILLEGOM. Vastgesteld in vergadering van het college van de gemeente Hillegom op 5 oktober 2004, B&W nummer..
REGELING AMBTELIJKE ORGANISATIE GEMEENTE HILLEGOM Vastgesteld in vergadering van het college van de gemeente Hillegom op 5 oktober 2004, B&W nummer.. HOOFDSTUK 1 Artikel 1 De structuur van de ambtelijke
Nadere informatieStichting Kwaliteitsborging Installatiesector. Centraal College van Deskundigen Installatiesector. Huishoudelijk Reglement CCvDI
Datum: 24.10 2005 Stichting Kwaliteitsborging Installatiesector CCvDI Centraal College van Deskundigen Installatiesector Huishoudelijk Reglement CCvDI D03 Vastgesteld door het CCvDI op. Artikel 1 algemeen
Nadere informatieAanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD
EUROPESE COMMISSIE Brussel, 3.5.2017 COM(2017) 218 final Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD waarbij de Commissie wordt gemachtigd onderhandelingen te openen over een akkoord met het Verenigd Koninkrijk
Nadere informatieGRIP-teams en kernbezetting
GR P Wat is GRIP? GRIP is de afkorting van Gecoördineerde Regionale Incidentenbestrijdings Procedure en staat voor: het snel en multidisciplinair organiseren van de juiste mensen en middelen die nodig
Nadere informatieOnderzoeksprogramma van het Kenniscentrum Voorrangsvoertuigen voor 2013-2014
Onderzoeksprogramma van het Kenniscentrum Voorrangsvoertuigen voor 2013-2014 In 2011 en 2012 heeft het Instituut Fysieke Veiligheid (IFV) onderzoek uitgevoerd naar voorrangsvoertuigen. Sinds 2013 wordt
Nadere informatieReferentiekader GRIP en eisen Wet veiligheidsregio s
Kennispublicatie Referentiekader GRIP en eisen Wet veiligheidsregio s 1 Infopunt Veiligheid In 2006 heeft de toenmalige Veiligheidskoepel een landelijk Referentiekader GRIP opgesteld. De op 1 oktober 2010
Nadere informatieVRBZO. Wat doet VRBZO? Zie film
VRBZO Wat doet VRBZO? Zie film Inhoud van de begroting wordt bepaald door Algemeen Bestuur (burgemeesters) Gemeenteraden geven hun zienswijze hierover Gemeentelijke bijdrage 2020: 42,6 mln Verdeling van
Nadere informatie7935/17 rts/van/fb 1 DG E - 1C
Raad van de Europese Unie Brussel, 5 april 2017 (OR. en) 7935/17 CULT 34 RELEX 290 DEVGEN 54 COMPET 236 ENFOCUSTOM 92 EDUC 131 COHOM 46 NOTA van: aan: nr. vorig doc.: Betreft: het secretariaat-generaal
Nadere informatieInstructie voor de griffier en regels ter zake van de organisatie van de griffie van de gemeente Weert
Zoek regelingen op overheid.nl Gemeente Weert Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl! Instructie voor de griffier en regels ter zake van de organisatie van de griffie
Nadere informatiePresterend Vermogen. Veiligheidsregio. September 2016 Project K&V Tijs van Lieshout
Presterend Veiligheidsregio September 2016 Project K&V Tijs van Lieshout VenJ is verantwoordelijk voor systeem 1. Strategie Nationale Veiligheid 2. Interdepartementaal stelsel Crisisbesluitvorming 3. Veiligheidsregio
Nadere informatieOPROEP TOT HET INDIENEN VAN VOORSTELLEN EACEA/13/2019 EU-vrijwilligersinitiatief voor humanitaire hulp
Uitvoerend Agentschap onderwijs, audiovisuele media en cultuur OPROEP TOT HET INDIENEN VAN VOORSTELLEN EACEA/13/2019 EU-vrijwilligersinitiatief voor humanitaire hulp Technische bijstand aan uitzendende
Nadere informatieCRO Luchthaven Rotterdam
CRO Luchthaven Rotterdam voorstel d.d. 16 april 2019 (CYCLISCHE) PROCEDURES VOOR DE BEOORDELING EN MONITORING VAN VOORSTELLEN VOOR HINDERBEPERKING ACTOREN: CRO: Dit is de plenaire vergadering van de Commissie
Nadere informatievaste commissie voor Buitenlandse Zaken Procedurevergadering
Den Haag, 24 november Voortouwcommissie: vaste commissie voor Buitenlandse Zaken BZK i.v.m. agendapunt 22 DEF i.v.m. agendapunt 4, 5, 10, 11, 13, 15 EU i.v.m. agendapunt 4, 9 JUST i.v.m. agendapunt 14,
Nadere informatieBestuurlijke Netwerkkaarten Crisisbeheersing. Netwerkkaart 9 Justitie algemeen
Bestuurlijke Netwerkkaarten Crisisbeheersing Netwerkkaart 9 Justitie algemeen 9 Justitie algemeen Voor terrorisme zie Bestuurlijke Netwerkkaart terrorisme versie 2018 Crisistypen gijzelingen, extremisme
Nadere informatieVoorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD
EUROPESE COMMISSIE Brussel, 17.5.2019 COM(2019) 242 final 2019/0116 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het namens de Europese Unie in de Raad van Ministers in te nemen standpunt met
Nadere informatieReactie op rapport loov en ADD over ICMS
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-eneraal 6;^ Datum DV/CB Inlichtingen mr. M.S. van Eek T 070.4268844 F Uw kenmerk Onderwerp op rapport
Nadere informatieTussen: hierna te noemen de partners,
OVEREENKOMST inzake de uitvoering van het Samenwerkingsprogramma Europese Territoriale Samenwerking 2014-2020 (Interreg V-A) Grensregio Vlaanderen-Nederland concept 1 OVEREENKOMST inzake de uitvoering
Nadere informatieBestuurlijke Netwerkkaarten Crisisbeheersing. Netwerkkaart 21 Telecommunicatie & cybersecurity
Bestuurlijke Netwerkkaarten Crisisbeheersing Netwerkkaart 21 Telecommunicatie & cybersecurity 21 Telecommunicatie en cybersecurity Voor media/omroepen, zie Bestuurlijke Netwerkkaart media versie 2018 Crisistypen
Nadere informatieBestuurlijke Netwerkkaarten Crisisbeheersing. Netwerkkaart 14 Elektriciteit en gas
Bestuurlijke Netwerkkaarten Crisisbeheersing Netwerkkaart 14 Elektriciteit en gas 14 Elektriciteit en gas versie 2018 Crisistypen onderbreking levering elektriciteit onderbreking levering gas schaarste
Nadere informatieDirectoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving
ϕ1 Ministerie van Justitie Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving Directie Juridische en Operationele Aangelegenheden Hierbij stuur ik u, mede namens de Minister van Binnenlandse Zaken
Nadere informatieBestuurlijke Netwerkkaarten Crisisbeheersing. Netwerkkaart 9 Justitie algemeen
Bestuurlijke Netwerkkaarten Crisisbeheersing Netwerkkaart 9 Justitie algemeen 9 Justitie algemeen Voor terrorisme zie Bestuurlijke Netwerkkaart terrorisme versie 2015 Crisistypen gijzelingen, extremisme
Nadere informatieRaadsklankbordgroep herindeling DAL
Raadsklankbordgroep herindeling DAL Vergadering 31 oktober 2018 Nr. 6 Onderwerp: Inrichten werkgroepen raad-specifieke onderwerpen. Delfzijl/Appingedam/Loppersum, 24 september 2018 Aanleiding. In de raadsklankbordgroep
Nadere informatieGeraadpleegd
VOORSTEL AAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS Van: H. Steijn Tel.nr. : 06-35113525 Geraadpleegd consulent Datum: 13 november 2013 Team: JLV Financieel: Tekenstukken: Ja Bijlagen: 1 Afschrift aan: N.a.v. (evt.
Nadere informatieBijlage C: Controlelijst C8 van de Werkwijzer bedrijfsbrandweren
Bijlage C: Controlelijst C8 van de Werkwijzer bedrijfsbrandweren Controlelijst Intern noodplan met toelichting De kolom gegevens en beschrijvingen biedt de letterlijke tekst van Brzo 1999 bijlage IV. De
Nadere informatieRAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 31 mei 2010 (OR. en) 9925/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0006 (NLE) SIRIS 83 SCHENGEN 42 COMIX 372
RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 31 mei 2010 (OR. en) 9925/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0006 (E) SIRIS 83 SCHENGEN 42 COMIX 372 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: VERORDENING
Nadere informatieBLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING
BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING Officiële uitgave van gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant. Nr. 420 14 december 2015 Organisatiebesluit Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant
Nadere informatieNota. Wijk- en Stadszaken. Wonen, Zorg en Welzijn. Doorkiesnummers: Telefoon Aan. Afschrift aan
Wijk- en Stadszaken Wonen, Zorg en Welzijn Doorkiesnummers: Telefoon 0152602167 Aan Afschrift aan Nota Datum 09-02-2009 Ons kenmerk 937101 Opsteller yvonne blom Bijlage Onderwerp Wet Tijdelijk Huisverbod
Nadere informatieMANDAAT- VOLMACHT- EN MACHTIGINGSBESLUIT inzake het Advies en Meldpunt Huiselijk geweld en Kindermishandeling Gooi en Vechtstreek
Nr.14.0008493 MANDAAT- VOLMACHT- EN MACHTIGINGSBESLUIT inzake het Advies en Meldpunt Huiselijk geweld en Kindermishandeling Gooi en Vechtstreek Het dagelijks bestuur van het openbaar lichaam Regio Gooi
Nadere informatieHet algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling Groenalliantie Midden-Holland e.o.;
GROENALLIANTIE MIDDEN-HOLLAND e.o. Instructie voor de secretaris voor de Groenalliantie Midden-Holland e.o. Het algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling Groenalliantie Midden-Holland e.o.; in
Nadere informatieDirectiestatuut Domijn
Directiestatuut Domijn 4 mei 2012 Diskisnr.: 1972042 Inhoudsopgave 1. Directiestatuut Domijn 3 1.1. Inleiding 3 1.2. Doel van de functies 3 1.3. Plaats in de organisatie 4 1.4. Taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden
Nadere informatieVoorontwerp van decreet tot wijziging en optimalisatie van diverse bepalingen van het kaderdecreet van 22 juni 2007 inzake ontwikkelingssamenwerking
Voorontwerp van decreet tot wijziging en optimalisatie van diverse bepalingen van het kaderdecreet van 22 juni 2007 inzake ontwikkelingssamenwerking DE VLAAMSE REGERING, Op voorstel van de minister-president
Nadere informatieVerordening cliëntenparticipatie Wet sociale werkvoorziening
Verordening cliëntenparticipatie Wet sociale werkvoorziening Het algemeen bestuur van de Meergroep; gelezen het voorstel van de algemeen directeur d.d. 17 juni 2008; gelet op artikel 2, derde lid, en artikel
Nadere informatieBijstand, militaire steunverlening en ondersteuning aan bevolkingszorg
Bijstand, militaire steunverlening en ondersteuning aan bevolkingszorg Het Landelijke Operationeel Coördinatiecentrum ondersteunt de Minister van Veiligheid en Justitie, veiligheidsregio s, gemeenten en
Nadere informatieINTERNATIONALE BIJSTAND IN HET KADER VAN DE RAMPENBESTRIJDING
INTERNATIONALE BIJSTAND IN HET KADER VAN DE RAMPENBESTRIJDING DE ONTWIKKELING VAN HET BELEID VAN FYSIEKE INTERNATIONALE BIJSTAND VAN DE NEDERLANDSE OVERHEID BEZIEN VANUIT DE NETWERK THEORIE P.Verhage INTERNATIONALE
Nadere informatieDelegatiebesluit Veiligheidsregio Utrecht 2015
Delegatiebesluit Veiligheidsregio Utrecht 2015 Vastgesteld door het algemeen bestuur d.d. 16 februari 2015. Geconsolideerde tekst zoals geldend vanaf 1 januari 2017, op grond van het besluit van het algemeen
Nadere informatiePlan van aanpak Centrum Jeugd en Gezin BMWE-gemeenten Februari 2010
Plan van aanpak Centrum Jeugd en Gezin BMWE-gemeenten Februari 2010 1. Aanleiding De BMWE-gemeenten willen zoveel mogelijk gezamenlijk het Centrum Jeugd en Gezin realiseren. Dit plan van aanpak is hierop
Nadere informatieStand van zaken SEPA-migratie Rijksoverheid Rapportage aan Bureau Standaardisatie. Datum 29 augustus 2012
Stand van zaken SEPA-migratie Rijksoverheid Datum 29 augustus 2012 Inhoudsopgave INHOUDSOPGAVE... 2 I. WELKE ACTIVITEITEN HEEFT U RICHTING UW ACHTERBAN ONDERNOMEN?... 3 I.1 DE ACHTERBAN... 3 I.2 DE RICHTING
Nadere informatieOrganisatieverordening gemeente Harlingen Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Harlingen maakt bekend:
GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Harlingen. Nr. 86505 29 juni 2016 Organisatieverordening gemeente Harlingen 2016 Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Harlingen maakt bekend:
Nadere informatieBestuurlijke aanpak van georganiseerde criminaliteit
Bestuurlijke aanpak van georganiseerde criminaliteit Informatie over het Regionaal Informatie en Expertise Centrum (RIEC) -1- Bestuurlijke aanpak van georganiseerde criminaliteit 3 Bestuurlijke aanpak
Nadere informatieProgramma. De uitdaging Crisisbeheersing in 2010 Conclusies
Programma De uitdaging Crisisbeheersing in 2010 Conclusies 1 De uitdaging Wat willen we waarom bereiken? Motto Een crisis bestrijd je samen 2 Burger als hulpverlener kalm behulpzaam effectief Reflectie
Nadere informatieHoofdstuk 1 Algemene bepalingen
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Definities In deze regeling wordt verstaan onder: a. klacht: een mondelinge of schriftelijke uiting van ongenoegen over de wijze waarop b. een gemeentelijk bestuursorgaan
Nadere informatieNOTA AAN DE VLAAMSE REGERING
DE VLAAMSE MINISTER VAN BINNENLANDS BESTUUR, INBURGERING, WONEN, GELIJKE KANSEN EN ARMOEDEBESTRIJDING NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering betreffende de functionarissen
Nadere informatie