Infobrochure Primair Onderwijs

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Infobrochure Primair Onderwijs"

Transcriptie

1

2 Infobrochure Primair Onderwijs Infobrochure PO 1

3 Copyright Muiswerk Educatief Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt zonder voorafgaande toestemming van de uitgever. Het is niet toegestaan deze versie van Muiswerk door te geven of te verkopen aan derden zonder uitdrukkelijke toestemming van de uitgever. Het is niet toegestaan de gebruikte teksten, vragen, woorden, geluidsopnames en plaatjes te hergebruiken in eigen of andere producten, zonder uitdrukkelijke toestemming van de uitgever. Het is niet toegestaan de gebruikte analysealgoritmes te hergebruiken in eigen of andere producten, zonder uitdrukkelijke toestemming van de uitgever. Muiswerk Educatief J.A. van Seumerenlaan XS Uithoorn Tel.: Fax: Nieuws en updates op Versie april Infobrochure PO

4 INHOUD Muiswerk Compleet 5 Wat houdt Muiswerk Compleet precies in? 5 Prijsinformatie 5 Te mooi om waar te zijn? 6 Programmaoverzicht 7 Werken met de Oefenprogramma s 8 Didactiek achter de programma s 9 Differentiatie 9 Actie en variatie 10 Directe feedback 10 Kleine stappen 13 Onmisbare leerkracht 13 Muiswerk Online 14 Wat is Muiswerk Online? 14 Benodigde apparatuur web-based versie 14 Haal meer uit uw Muiswerkprogramma s 16 Handleiding en snelstarthandleiding 16 Praktijkverhalen en evaluaties 16 Onderzoeken en recensies 16 Trainingsmogelijkheden 17 Muiswerkwebsite 18 Support per en telefoon 18 Productenindex 19 Infobrochure PO 3

5 4 Infobrochure PO

6 MUISWERK COMPLEET Muiswerk Educatief biedt speciaal voor het primair onderwijs Muiswerk Compleet. Een compleet pakket met oefenprogramma s volgens de beproefde Muiswerk methode: toetsen, in stapjes op maat oefenen, directe feedback, evalueren. WAT HOUDT MUISWERK COMPLEET PRECIES IN? 44 Programma s in één pakket (zie Programmaoverzicht) oefenprogramma s voor Nederlands en rekenen extra programma's voor de bovenbouw: studievaardigheid, wiskunde, Engels, Frans en Spaans groep 9: taal en reken/wiskunde programma s tot Meijerinkniveau 2F voor (hoog)begaafde leerlingen en een nog betere voorbereiding op het voortgezet onderwijs. onbeperkt gebruik voor alle leerlingen van groep 1 tot en met 8 voor één prijs online (via het internet), dus geen installatie nodig met gratis thuisgebruik passend bij de portemonnee van iedere school (zie prijstabel) tegen een aanbod dat u niet kunt weigeren: het eerste jaar 75% korting het tweede jaar ontvangt u 50% korting PRIJSINFORMATIE De prijs hangt af van het totaal aantal leerlingen van uw school. Leerlingaantal van de school Prijs per jaar 0-50 leerlingen 325,- incl. btw leerlingen 425,- incl. btw leerlingen 495,- incl. btw leerlingen 545,- incl. btw leerlingen 599,- incl. btw leerlingen 645,- incl. btw leerlingen 695,- incl. btw meer dan 500 leerlingen 799,- incl. btw * prijzen voor één schoolingang. * leerlingaantallen o.b.v. het brinnummer van de school (incl. meerdere locaties), DUO-gegevens. * geen extra kosten voor webportal (schoolingang), docentaccounts en thuisgebruik. * alleen voor basisscholen. * een eenmalig aanbod per school. Infobrochure PO 5

7 1e jaar 75% korting Elke school kan een overeenkomst afsluiten voor Muiswerk Compleet. Het eerste jaar van de overeenkomst ontvangt u 75% korting. Deze overeenkomst is jaarlijks opzegbaar. 2e jaar 50% korting Het tweede jaar van de overeenkomst ontvangt u 50% korting. De jaren daarna betaalt u het bedrag dat in de tabel hierboven staat. Bestellen U kunt bestellen via verkoop@muiswerk.nl of, nog makkelijker, telefonisch via Daarnaast kunt u uw bestelling via het formulier op onze website doorgeven. Gelijk aan het werk Uiterlijk drie werkdagen na uw bestelling, ontvangt u per uw schoolingang (bijvoorbeeld en uw inloggevens. U kunt dan direct aan de slag. Per post ontvangt u de handleiding en de snelstarthandleidingen. TE MOOI OM WAAR TE ZIJN? Wij willen dat zoveel mogelijk scholen de kracht van de Muiswerk methode leren ervaren. Wij begrijpen ook dat in deze tijd voor basisscholen budgetten beperkt zijn en langdurige contracten minder wenselijk. Daarom ontvangt u het eerste jaar een korting van 75% en is de overeenkomst jaarlijks opzegbaar. U krijgt daarbij de volledige ondersteuning die voor iedere klant van Muiswerk gewoon is: snel èn effectief. Stap vandaag nog over op Muiswerk Compleet! 6 Infobrochure PO

8 PROGRAMMAOVERZICHT Infobrochure PO 7

9 WERKEN MET DE OEFENPROGRAMMA S Muiswerkprogramma s maken optimaal gebruik van de voordelen van werken met de computer: De inhoud van de programma s kan met behulp van een diagnostische toets automatisch aangepast worden aan de ontwikkeling van de leerling; er wordt tijdens het werken adequaat gereageerd op de activiteiten van de leerling; de vooruitgang van leerlingen wordt gemeten en antwoorden worden uitgebreid geregistreerd voor latere inspectie; er is veel winst op het gebied van de motivatie: veel afwisseling, waardoor de meeste kinderen graag met de computer werken. Bovendien is fouten maken en leren van je fouten, bij het werken op de computer minder erg. In praktijk: Na uw instructie maakt de leerling een toets. De inhoud van de toets is voor elke leerling anders. Na afloop is er een score en een diagnose. Bovendien wordt er een persoonlijk oefenprogramma samengesteld op basis van de gemaakte fouten. De leerling gaat aan het werkt met oefeningen uit zijn of haar persoonlijke oefenprogramma. Voor het oefenen begint verschijnt de uitleg die voor de betreffende oefening nodig is. Deze uitleg is tijdens het oefenen steeds op te roepen. Tijdens het oefenen krijgt de leerling direct feedback op wat hij doet. Soms in de vorm van het juiste antwoord, maar meestal uitgebreider. Geen fout blijft onbesproken. Past hij de regel verkeerd toe, dan wordt die regel direct opnieuw uitgelegd. Voor de broodnodige variatie wisselen oefenvormen elkaar af en ook de inhoud van een oefening verschilt per keer dat hij wordt gemaakt. Als alle oefeningen uit het persoonlijk programma zijn weggewerkt kan de leerling opnieuw een toets maken. Dit keer met een betere score. U kunt op verschillende manieren met de programma s werken. Meestal bevatten Muiswerk lesmodules meerdere diagnostische deeltoetsen en één of meerdere totaaltoetsen. Starten met de totaaltoets is alleen geschikt voor leerlingen die de stof eigenlijk al horen te beheersen. Leerlingen die nog veel fouten maken kunnen het beste de deeltoets werkwijze gebruiken. Zij moeten stapsgewijs door de stof geleid worden, om niet ontmoedigd te raken. Daarnaast is een derde aanpak mogelijk. U legt bijvoorbeeld in de klas uit hoe het zit met de je/jij vormen in de tegenwoordige tijd, of u behandelt wat daarover in het boek staat en vervolgens maken de leerlingen in Muiswerk de oefening die daarover gaat. Zo kunt u Muiswerk laten aansluiten bij uw methode. 8 Infobrochure PO

10 DIDACTIEK ACHTER DE PROGRAMMA S Muiswerkprogramma's hebben een aantal speciale didactische uitgangspunten die de basis hebben gevormd voor het ontwikkelen van de software. Die uitgangspunten zijn: mogelijkheden voor differentiatie, veel actie en variatie, directe feedback, kleine stappen en een onmisbare leerkracht. Hierdoor zijn Muiswerkprogramma s in veel verschillende lessituaties te gebruiken. Ze zijn geschikt als onderdeel van een regulier lesprogramma, waarbij ze een deel van de lesstof uit een methode kunnen vervangen. Ze zijn ook geschikt voor remediëring van leerlingen die extra oefening nodig hebben. Of juist om leerlingen extra uitdaging te bieden. DIFFERENTIATIE Ons eerste didactische uitgangspunt is dat je leerlingen zo min mogelijk moet lastigvallen met dingen die ze al weten en kunnen. Verantwoord differentiëren dus. In Muiswerkprogramma's gaat dat op de volgende manier: in de toets hoort elke vraag bij een rubriek, die correspondeert met een deel van de oefenstof. Elke oefening hoort óók bij een bepaalde rubriek. De diagnostische toets stelt vast welke gebieden de leerling al beheerst en welke niet. Hij krijgt op basis daarvan een 'oefenprogramma op maat' gepresenteerd. Maakt hij weinig fouten dan krijgt hij weinig oefeningen, maakt hij veel fouten dan staan er veel in de lijst. Na het oefenen maakt de leerling de toets opnieuw, dan weer oefenen enzovoort. Door het uitgebreide gegevensbestand, is een toets nooit twee keer precies hetzelfde, terwijl de oefenstof die bevraagd wordt, wel steeds hetzelfde is. De inhoud van toetsen en oefeningen is elke keer weer anders, terwijl hetzelfde bevraagd wordt. Infobrochure PO 9

11 ACTIE EN VARIATIE Tweede didactische uitgangspunt is dat je een vaardigheid vaak gemakkelijker leert als je direct aan de slag gaat, als je iets dóet. Liefst elke keer iets anders. Muiswerk kent daarom veel oefenvormen. Hierboven ziet u wat voorbeelden. De meeste oefeningen zien er elke keer anders uit: andere zinnen, andere volgorde. Daardoor blijft werken met Muiswerk aantrekkelijk en afwisselend. DIRECTE FEEDBACK Leerlingen die met Muiswerk aan de slag gaan, krijgen voor er geoefend gaat worden een of twee uitlegschermen die de voor de oefening juiste tips, trucs en theorie aanbieden. Die uitlegschermen worden meestal in het geheel uitgesproken zodat de zwakke lezers extra geholpen worden. In deze uitleg is schematisch vaak een regel of hulpmiddel opgenomen en natuurlijk zijn er altijd voorbeelden. Tijdens de hele oefening is het mogelijk het uitleggedeelte opnieuw te raadplegen door op het informatiesymbool te drukken. 10 Infobrochure PO

12 Uitlegscherm bij een oefening van Begrijpend Lezen 2. Tijdens het oefenen krijgt men direct feedback op wat men doet. Soms in de vorm van het juiste antwoord, maar meestal uitgebreider. Feedback na een verkeerd antwoord in Werkwoordspelling op maat. Een prestatiemonitor verschijnt vanzelf bij elke oefening. Hiermee zien leerlingen en leraren tijdens het oefenen in één oogopslag hoe het gaat. Infobrochure PO 11

13 Na afsluiting van de oefening is er feedback in de vorm van een score die in procenten is uitgedrukt. De scores van alle oefeningen staan in een scorelijst die door de leerling kan worden opgevraagd en desgewenst afgedrukt. 12 Infobrochure PO

14 KLEINE STAPPEN Bij het leren van iets nieuws, moet niet direct uitgegaan worden van de hele stof. Dat is voor de meeste leerlingen te gecompliceerd. Bij de Muiswerkprogramma s bestaat de mogelijkheid om eerst in deelgebieden te oefenen. Stel het programma strenger in om ervoor te zorgen dat leerlingen alleen de oefeningen kunnen maken die ze echt nodig hebben. ONMISBARE LEERKRACHT Leerkrachten hebben binnen Muiswerk twee belangrijke taken: het vooraf instellen van het programma en het achteraf bewaken van de voortgang. Door het programma strenger in te stellen kunt u er bijvoorbeeld voor zorgen dat leerlingen alleen de oefeningen kunnen maken die ze ook echt nodig hebben, u kunt voorkomen dat ze alleen maar aan het toetsen zijn of dat ze de uitleg direct wegklikken. Achteraf geeft het programma u allerlei mooie rapportjes waarmee u de voortgang in de gaten kunt houden. Het is belangrijk dat u deze rapportjes goed bekijkt en dat u daar actie op neemt. Immers, leerlingen die zich niet verbeteren, maar wel hard oefenen hebben uw hulp nodig. Leerlingen die zich niet verbeteren en niet oefenen hebben aansturing nodig. En leerlingen die zich verbeteren en hard werken verdienen uw complimenten. En een mooi diploma! Infobrochure PO 13

15 MUISWERK ONLINE WAT IS MUISWERK ONLINE? Op ieder moment van de dag, vanaf iedere plek op aarde: op school, thuis of op vakantie, met iedere soort computer (Mac, Windows of Linux) en met alle gebruikelijke internetbrowsers aan de slag met de vertrouwde oefenmodules voor taal en rekenen. Dat is werken met Muiswerk Online. Voordelen Muiswerk Online: te gebruiken vanaf elke locatie; op ieder type pc; met iedere browser; op ieder moment van de dag; niets te installeren; besparing in systeemonderhoud; licentietechnisch geen beperking op het aantal gelijktijdige gebruikers; licentietechnisch geen beperking op het totaal aantal gebruikers. Voor wie bekend is met Muiswerk 5 (voor Windows): de belangrijkste didactische uitgangspunten zijn stuk voor stuk overgebracht naar het online platform. Muiswerk Online werkt voor leerlingen bijna hetzelfde als Muiswerk 5. Voor leraren is het programma juist gebruiksvriendelijker geworden. BENODIGDE APPARATUUR WEB-BASED VERSIE Muiswerk Online hoort op alle computers met volwaardige browsers te werken. Hoewel browsers met Flash nog steeds de voorkeur genieten is het ook toegestaan om zonder Flash te werken, HTML5 mag dus ook. HTML5-audio moet wel werken op de browser. Pas op... veel browsermakers doen net of ze HTML5 goed ondersteunen maar HTML5 is een nieuwe standaard die nog door geen enkele browser volledig wordt ondersteund. Er 14 Infobrochure PO

16 worden geen specifieke eisen gesteld aan Active-X en Flashplayers. Ondersteunde browsers (recente versies) en computers: [1] Pas op: afdrukken naar papier of pdf is beperkt in Chrome (achtergrondkleur komt niet mee). Infobrochure PO 15

17 HAAL MEER UIT UW MUISWERKPROGRAMMA S Muiswerkprogramma s bevatten voldoende uitleg, oefenstof en feedback om (een deel van) de methode te vervangen. Het is belangrijk dat u zich verdiept in hoe het programma werkt en wat alle mogelijkheden zijn. Hiervoor zijn er verschillende opties. HANDLEIDING EN SNELSTARTHANDLEIDING Alle Muiswerkprogramma s worden geleverd met een papieren handleiding, die ook als pdf oproepbaar is vanuit het programma. Voor elke module is ook een pdf oproepbaar waarin u informatie vindt over de inhoud en de achtergrond van de betreffende module. Daarnaast leveren wij twee snelstarthandleidingen mee (u kunt deze ook downloaden vanaf onze website) waarin de belangrijkste functies voor de beheerder en de leerkracht stap voor stap worden uitgelegd en waarin u tips vindt over het inzetten van de programma s in uw klas. Geef uw leerlingen uitleg over het werken met Muiswerk. Bijvoorbeeld zoals meester Bram op YouTube dat doet : PRAKTIJKVERHALEN EN EVALUATIES Muiswerk wordt inmiddels door ruim 2800 schoollocaties gebruikt, verspreid over basisonderwijs, voortgezet onderwijs, roc s en overige instellingen. Er is de nodige praktijkervaring opgedaan. Enkele tips: Laat Muiswerk liever een deel van de lesstof vervangen i.p.v. aanvullen. Neem de tijd om even te spelen met de instelfuncties en de rapportagefuncties. Geef iedere docent/begeleider een eigen toegangscode en het scholingsboekje. Voor echte praktijkverhalen gaat u naar kies het menu Informatie en dan In de pers en de praktijk. ONDERZOEKEN EN RECENSIES Muiswerk is al jaren op de markt. De gebruikers zijn over het algemeen zeer tevreden en als de uitgever feedback krijgt, wordt altijd geprobeerd er iets constructiefs mee te doen. Al verschillende keren is het effect van de Muiswerkprogramma s onderzocht en keer op keer zijn de resultaten positief. De meest recente onderzoeken vonden plaats in het voortgezet onderwijs en de resultaten daarvan zijn samengevat in artikelen in het septembernummer 2013 van Remediaal (artikel 'Muiswerk: Taal en rekenen op z'n best!') en in het oktobernummer 2013 van ESB Magazine (artikel 'Het effect van online oefenen op rekenprestaties'). Ook de recensenten van Vives Magazine en COS zijn veelal positief. 16 Infobrochure PO

18 TRAININGSMOGELIJKHEDEN Muiswerkprogramma s bevatten voldoende uitleg, oefenstof en feedback om (een deel van) de methode te vervangen. Het is noodzakelijk dat u weet hoe het programma werkt en wat er mogelijk is. Hiervoor zijn er verschillende opties. Cursus op papier Bij elke bestelling leveren wij een scholingsboekje. Dit boekje is ook gratis te downloaden van onze site. In dit boekje worden de belangrijkste lerarenfuncties stap-voor-stap uitgelegd. Op veel scholen spreekt het team een middag af waarin ze met elkaar de opdrachten uit het scholingsboekje maken. Dat werkt heel goed en zorgt ervoor dat u de volgende keer makkelijk zelf een instelling maakt of een rapportje afdrukt. Op veel scholen spreekt het team een middag af waarin ze met elkaar de opdrachten uit het cursusboekje maken. Muiswerk bezoekuur Op dinsdag en woensdag bent u van harte welkom bij Muiswerk Educatief in Uithoorn. Het bezoekuur is zowel voor de mensen die nog niet met Muiswerk werken, als voor Muiswerkgebruikers. Tijdens het bezoekuur laten we zien wat de mogelijkheden zijn. Per afspraak ontvangen we maximaal zes personen. Aan het bezoek zijn geen kosten verbonden. Belangstellenden kunnen telefonisch een afspraak maken via Presentatie of workshop op locatie Tijdens de presentatie leggen we uit wat Muiswerk precies is, welke didactische uitgangspunten de basis hebben gevormd voor de ontwikkeling van de software, we geven een demonstratie van het programma zoals dat er voor een leerling uit ziet en we besteden aandacht aan de belangrijkste mogelijkheden voor de docent. De presentatie duurt ongeveer 1 uur en tussendoor kunnen er altijd vragen gesteld worden. Het doel van de presentatie is: in korte tijd een goede indruk krijgen van de werking en de mogelijkheden van de Muiswerkprogramma's. Een workshop heeft een vast programma en duurt ongeveer 1,5 uur. Een Muiswerkexpert verzorgt de uitvoering, op een locatie van uw school, waar we zowel van een computerlokaal als van een presentatieruimte of klaslokaal gebruikmaken. De training is voor alle leraren die met Muiswerk (gaan) werken. Het verschil met de presentatie is dat u tijdens de workshop ook zelf achter de pc met Muiswerk gaat werken. Aan een presentatie of een workshop op locatie zijn kosten verbonden. U kunt de kosten voor uw locatie telefonisch opvragen en een reservering maken via Stem af met uw collega's welke dag en tijd een goed moment is. Infobrochure PO 17

19 MUISWERKWEBSITE Veel over de Muiswerkprogramma's kunt u vinden op onze website SUPPORT PER EN TELEFOON Onze supportmedewerkers zitten elke dag voor u klaar om uw vragen over de werking van de programma s te beantwoorden, om u te helpen bij het inlezen van leerlinggegevens, om uitleg te geven over de rapportjes van uw leerlingen en om u extra tips en adviezen te geven. Mail naar support@muiswerk.nl of bel ons gerust ook op Wij helpen u graag! 18 Infobrochure PO

20 PRODUCTENINDEX Basis Werkwoordspelling 21 Basisgrammatica 23 Basisspelling 25 Begrijpend Lezen 1 27 Begrijpend Lezen 2 29 Comprehensive Reading 1 31 Comprehensive Reading 2 33 Flitsend Spellen en Lezen 1 35 Flitsend Spellen en Lezen 2 37 Flitsend Spellen en Lezen 3 39 Formuleren 41 Grammatica op maat 43 Interactive Grammar 45 Leesstart 47 Leestekens op maat 49 R&W Getallen 1F 51 R&W Getallen 2F 53 R&W Meten en Meetkunde 1F 55 R&W Meten en Meetkunde 2F 57 R&W Verbanden 1F 59 R&W Verhoudingen 1F 61 Rekenen op maat 1 63 Rekenen op maat 2 65 Rekenen op maat 3 67 Rekenen op maat 4 69 Rekenen op maat 5 71 Rekenen op maat 6 73 Rekenen op maat 7 75 Rekenen op maat 8 77 Spelling op maat 1 79 Spelling op maat 2 81 Spelling op maat 3 83 Studievaardigheid 85 Studievaardigheid op maat 87 Uitdrukkingen 1 89 Werkwoordspelling op maat 91 Woorden Woorden Engels 1 95 Woorden Engels 2 97 Woorden Frans 99 Woorden Spaans 101 Woordstart Infobrochure PO 19

21 20 Infobrochure PO

22 BASIS WERKWOORDSPELLING vmbo: eerste klassen van vmbo bbl, kbl en gl. In de brugklassen van vmbo tl kan het programma gebruikt worden voor dyslectische of taalzwakke leerlingen. havo/vwo: voor dyslectische of taalzwakke leerlingen mbo: niveau 1 en 2 basiseducatie hbo: remediërend OMSCHRIJVING: Basis Werkwoordspelling bestaat uit enkele voorbereidende oefeningen en verder wordt het algoritme van de spelling van werkwoordsvormen gevolgd. Het bestand omvat de spelling van: infinitief, tegenwoordige tijd, verleden tijd, voltooid deelwoord en enkele noodzakelijke grammaticaonderwerpen. INHOUD: Het lesbestand Basis Werkwoordspelling bestaat uit 5 toetsen en 39 oefeningen In totaal zijn in dit lesbestand ongeveer 1000 vragen (in ruim 3500 variaties, ruim 400 woorden en 18 teksten) verwerkt. OVERZICHT RUBRIEKEN: Rubriek A Werkwoorden Herkennen van werkwoorden. Rubriek B Stam Je krijgt de stam als je 'ik' voor het werkwoord zet en de tegenwoordige tijd gebruikt. Rubriek C Persoonsvorm Het vinden van de persoonsvorm is het uitgangspunt van het algoritme van de werkwoordspelling. Rubriek D Tijden Voor het leren spellen van de werkwoorden is het belangrijk dat leerlingen weten wat tegenwoordige en verleden tijd is en dat zij deze tijden uit elkaar kunnen houden. Rubriek E Onderwerp 1 Ook het onderwerp is een belangrijk grammaticaonderdeel; voor de spelling van de tegenwoordige tijd, maar vooral ook voor de verleden tijd. Rubriek F Getal Niet alleen moeten leerlingen voor het kunnen spellen van de werkwoorden een idee hebben van het gebruik van verschillende tijden; ze moeten ook weten wat enkelvoud en wat meervoud is. Rubriek G Ik-vorm Bij het onderwerp 'ik' gebruik je in de tegenwoordige tijd de stam van het werkwoord. Rubriek H Je/jij-vormen Beruchte struikelblokken voor de tegenwoordige tijd zijn de werkwoordsvormen die je Infobrochure PO 21

23 bij 'je' en 'jij' gebruikt. Rubriek I Derde persoon Bij deze rubriek horen de stam+t-vormen die je in de tegenwoordige tijd krijgt bij de derde persoon. Rubriek J Meervoud tt De leerlingen leren hier dat ze de infinitief moeten gebruiken en dat deze zo eenvoudig mogelijk geschreven wordt. Rubriek K Tegenwoordige tijd In deze rubriek komt alle stof van de tegenwoordige tijd samen. Rubriek L Onderwerp 2 Bij de verleden tijd is het kunnen aanwijzen van het onderwerp extra belangrijk. Rubriek M Verleden tijd onregelmatig De spelling van onregelmatige werkwoorden levert bij de meeste leerlingen weinig problemen op. Een probleem is soms wel of een werkwoord regelmatig of onregelmatig is. Rubriek N Verleden tijd regelmatig Naast het probleem van enkelvoud of meervoud, heb je bij de verleden tijd van de regelmatige werkwoorden ook het probleem van de enkele of dubbele d of t. Rubriek O Kofschip De keuze voor -de(n) of -te(n) is bij sommige werkwoorden lastig. De regel van 't kofschip moet uitkomst bieden. Rubriek P Verleden tijd alles De complete stof van de verleden tijd. Rubriek Q Persoonsvorm 2 Het vinden van de persoonsvorm is uitgangspunt van het algoritme van de werkwoordspelling. Maar pas nu moet de leerling vaststellen: is dit een persoonsvorm of een andere vorm van het werkwoord. Rubriek R Voltooid deelwoord Hier leert de leerling wat een voltooid deelwoord is en hoe het wordt gespeld (-en, -d of -t). Rubriek S Infinitief De infinitief (het hele werkwoord) is op zichzelf niet lastig. Het wordt pas weer moeilijk als je gaat kijken naar tweelingwoorden als verwachten/ verwachtten. Rubriek Verzamelrubriek Alles stof komt hier samen. STRUCTUUR: Muiswerkprogramma's vormen een oefenomgeving voor computerondersteund onderwijs. Het basisprincipe van deze programma's is dat een diagnostische toets de leerling stuurt naar oefenmateriaal dat aansluit bij de fouten die hij maakte. Leerlingen werken hierdoor alleen aan de onderwerpen die zij nog niet beheersen. De toets kan herhaald worden en eventueel leiden tot opnieuw oefenen. Ook Muiswerk Basis Werkwoordspelling zo gestructureerd. 22 Infobrochure PO

24 BASISGRAMMATICA vmbo: eerste klassen van vmbo bbl, kbl en gl. In de brugklassen van vmbo tl kan het programma gebruikt worden voor dyslectische of taalzwakke leerlingen. havo/vwo: voor dyslectische of taalzwakke leerlingen mbo: niveau 1 en 2 basiseducatie hbo: remediërend OMSCHRIJVING: Basisgrammatica besteedt aandacht aan de belangrijkste woordsoorten en zinsdelen. Deze kennis vormt de basis voor onderwijs van de Nederlandse spelling en zinsbouw en ook voor het onderwijs in vreemde talen. Er wordt aandacht besteed aan alle onderwerpen die in de methodes voor het basisonderwijs en het vmbo behandeld worden. INHOUD: Basisgrammatica bestaat uit 3 toetsen en 51 oefeningen. Er zijn 97 uitlegschermen met plaatjes, schema's en tekst. De leerling werkt met dertien verschillende oefen- en toetsvormen. In totaal zijn in dit lesbestand ruim 2000 variaties van zinnen en woorden en 27 teksten opgenomen. De stof is opgesplitst in twee delen. Het eerste deel gaat over de (drie) woordsoorten; het tweede deel over de rest. Er is voor elk deel een afzonderlijke toets, maar het programma bevat ook een overkoepelende toets, waarin de complete stof bevraagd wordt. OVERZICHT RUBRIEKEN: Rubriek A Zelfstandignaamwoord herkennen op basis van vorm- en betekeniskenmerken Rubriek B Bijvoeglijk naamwoord herkennen op basis van vorm- en betekeniskenmerken Rubriek C Werkwoord herkennen op basis van vorm- en betekeniskenmerken, splitsbare werkwoorden Rubriek D Tijden tijden van het werkwoord: nu en toen, sterk en zwak Rubriek E Persoonsvorm bepalen of een werkwoord een persoonsvorm is Rubriek F Voltooid deelwoord verschillende soorten herkennen Rubriek G Zinsdelen enkelvoudige zinnen leren opsplitsen; zelf zinnen opbouwen Rubriek H Onderwerp eenvoudige en lange onderwerpen leren afbakenen Infobrochure PO 23

25 Rubriek I Alles alle behandelde woordsoorten en zinsdelen STRUCTUUR: Muiswerkprogramma s kennen toetsen en oefeningen. Oefeningen beperken zich altijd tot een deel van de stof, leggen uit, laten voorbeelden zien, laten de leerling oefenen en laten hem weten wat hij goed en fout doet. Toetsen laten nooit zien of het antwoord goed was en dekken een breder deel van de stof. De toetsen van Muiswerk kunnen een diagnose stellen. Alle onderdelen van de stof komen gelijkmatig in elke toets aan bod; veelgemaakte fouten worden als het ware uitgelokt. De foute en goede antwoorden, die gecodeerd zijn, worden opgevangen en gerubriceerd. Zo komt de diagnose tot stand. Met behulp van de diagnose wordt een oefenprogramma op maat samengesteld. Dat wil zeggen: rubrieken waarin fouten werden gemaakt, worden vertaald in oefeningen die de oefenstof uit die rubriek aanreiken, waarmee ze de leerling laten oefenen. Deze vult daarmee de zwakke plekken in zijn kennis aan. Na het oefenen kan hij opnieuw een diagnostische toets doen en opnieuw oefenen. Net zolang tot de score hoog genoeg is. Door het grote bestand aan zinnen, woorden en teksten waaruit geput wordt, is een toets nooit twee keer hetzelfde. 24 Infobrochure PO

26 BASISSPELLING vmbo: eerste klassen van vmbo bbl, kbl en gl. In de brugklassen van vmbo tl kan het programma gebruikt worden voor dyslectische of taalzwakke leerlingen. havo/vwo: voor dyslectische of taalzwakke leerlingen mbo: niveau 1 en 2 basiseducatie hbo: remediërend OMSCHRIJVING: Basisspelling bestrijkt de basisregels van de Nederlandse spelling; regels die op de basisschool worden aangeleerd en waarmee in het vo vaak nog wordt geoefend. Zowel allochtone als niet-allochtone leerlingen kunnen er hun voordeel mee doen. De stof wordt voor de leerling uitgelegd in de uitlegschermen met voorbeelden. Deze vormen altijd het begin van de oefeningen. Tijdens het oefenen kan de uitleg op elk gewenst moment opnieuw nagelezen worden. INHOUD: Basisspelling bestaat uit vijf toetsen: één uitgebreide toets waarin alle onderwerpen aan de orde komen en er zijn vier deeltoetsen waarin een deel van de onderwerpen getoetst wordt. Er zijn 69 oefeningen met in totaal 1340 vragen. STRUCTUUR: Muiswerkprogramma s kennen toetsen en oefeningen. Oefeningen beperken zich altijd tot een deel van de stof, leggen uit, laten voorbeelden zien, laten de leerling oefenen en laten hem weten wat hij goed en fout doet. Toetsen laten nooit zien of het antwoord goed was en dekken een breder deel van de stof. De toetsen kunnen een diagnose stellen. Alle onderdelen van de stof komen gelijkmatig in elke toets aan bod; veelgemaakte fouten worden als het ware uitgelokt. De foute en goede antwoorden, die gecodeerd zijn, worden opgevangen en gerubriceerd. Zo komt de diagnose tot stand. Met behulp van de diagnose wordt een oefenprogramma op maat samengesteld: rubrieken waarin fouten werden gemaakt, worden vertaald in oefeningen die de oefenstof uit die rubriek aanreiken, waarmee ze de leerling laten oefenen. Deze vult daarmee de zwakke plekken in zijn kennis aan. Na het oefenen kan hij opnieuw een diagnostische toets doen en opnieuw oefenen. Net zolang tot de score hoog genoeg is. Door het grote bestand aan zinnen, woorden en teksten waaruit geput wordt, is een toets nooit twee keer hetzelfde. Infobrochure PO 25

27 OVERZICHT RUBRIEKEN: Rubriek A Lettercombinaties Veel voorkomende lettercombinaties, met name waar geen sprake is van een gewone koppeling van klank en letter, maar waar bij de spelling enigszins wordt afgeweken van wat je hoort. Rubriek B Voor- en achtervoegsels Woorddelen die veel voorkomen en altijd hetzelfde geschreven worden, zijn achtervoegsels als lijk, ig, heid, teit, achtig. Rubriek C Lettergrepen Het verdelen in lettergrepen is een belangrijke basisvaardigheid voor het kunnen toepassen van spellingregels. Rubriek D Een of twee letters De regels voor het schrijven van een of twee klinkers en de regels voor het schrijven voor een enkele of dubbele medeklinker aan bod. Rubriek E Ie of i Voor het schrijven van ie of i zijn geen eenvoudige regels te geven. Rubriek F Verlengingsregel Een van de basisregels van de Nederlandse spelling, gebaseerd op het principe van de gelijkvormigheid, is de verlengingsregel. Rubriek G Verkleinwoorden We gebruiken in het Nederlands vijf verschillende uitgangen om een verkleinwoord te maken. Rubriek H Meervouden Bij het schrijven van meervouden van zelfstandige naamwoorden komen we verschillende moeilijkheden tegen. Rubriek I Bijvoeglijk naamwoord De spelling van het bijvoeglijk naamwoord komt aan de orde. Het gaat daarbij om het al dan niet schrijven van de n op het eind. Rubriek J Tussenletter e/en Je kunt twee woorden aan elkaar plakken en zo een samenstelling maken. Soms moet er e of en tussen de woorden. Rubriek K Tussenletter s Je kunt twee woorden aan elkaar plakken en zo een samenstelling maken. Soms moet er een s tussen de woorden. De s hoor je niet altijd. Rubriek L Hoofdletters Hoofdletters worden gebruikt aan het begin van een zin en bij eigennamen. Daar zijn wat uitzonderingen op. De leerling leert in deze rubriek de regels en uitzonderingen kennen en toepassen. Rubriek M Aaneenschrijven Woorden die samen één begrip vormen, worden in het Nederlands aan elkaar geschreven. Rubriek N Inprentwoorden In het laatste deel van het programma nogmaals aandacht voor inprentwoorden, maar nu gaat het om moeilijker woorden dan aan het begin. Rubriek O Buitenlandse woorden Buitenlandse woorden houden zich meestal niet aan de spelling van Nederlandse woorden. 26 Infobrochure PO

28 BEGRIJPEND LEZEN 1 basisschool: groep 3, 4 en 5 en in het speciale onderwijs ook in de hogere klassen OMSCHRIJVING: Met behulp van dit programma leren leerlingen informatie, betekenissen en bedoelingen uit teksten te halen. Er wordt een begin gemaakt met het aanleren van een strategische aanpak. In de kerndoelen van het basisonderwijs worden voor de onderbouw de volgende doelen van begrijpend lezen genoemd, waaraan het programma aandacht besteedt: informatie uit tekst reproduceren; informatie uit tekst afleiden; de betekenis van woorden afleiden uit de context; het achterhalen van betekenis van woorden die een relatie aanduiden; het voorspellen van informatie; het vinden van het onderwerp van de tekst. INHOUD: Het bestand Muiswerk Begrijpend Lezen 1 bestaat uit 81 oefeningen en 1 diagnostische en evaluerende toets. In totaal worden in dit lesbestand 721 vragen gesteld en worden tientallen teksten gepresenteerd. OVERZICHT RUBRIEKEN: Rubriek A Vragen bij teksten met niveau Avi Start M3 (oud: Avi 1) Rubriek B Vragen bij teksten met niveau Avi M3 E3 (oud: Avi 2) Rubriek C Vragen bij teksten met niveau Avi E3 (oud: Avi 3) Rubriek D Vragen bij teksten met niveau Avi M4 (oud: Avi 4) Rubriek E Vragen bij teksten met niveau Avi E4 (oud: Avi 5) Rubriek F Vragen bij teksten met niveau Avi M5 (oud: Avi 6) Rubriek G Vragen bij teksten met niveau Avi E5 (oud: Avi 7) Rubriek H Vragen bij teksten met niveau Avi M6 E6 (oud: Avi 8) Rubriek I Vragen bij teksten met niveau Avi E6 M7 (oud: Avi 9) STRUCTUUR: Het basisprincipe van de meeste Muiswerkprogramma s is dat een diagnostische toets de leerling stuurt naar oefenmateriaal dat aansluit bij de gemaakte fouten. Muiswerk Begrijpend Lezen 1 heeft een iets afwijkende manier van werken, omdat de teksten aan moeten sluiten bij het technische leesniveau van de leerling. Door de instaptoets te doen bepaalt Muiswerk op welk niveau de leerling hoort in te stappen. Het resultaat is te zien onder de knop JOUW X-OEFENINGEN knop (de X is de instaprubriek). De instaptoets is ook afgestemd op het kennisniveau van de leerling. Als in het eerste deel van de toets teveel fouten worden gemaakt, komen de volgende delen niet aan bod. De instaptoets zoekt dus zo snel mogelijk het juiste niveau van de leerling op. Na het doen van de instaptoets ziet de leerling onder zijn eigen knop die oefeningen die bij een bepaalde Infobrochure PO 27

29 rubriek horen. Die oefeningen kan hij nu gaan maken. Maakt hij ze allemaal aardig goed dan zal Muiswerk vanzelf de volgende rubriek aansnijden. Gaat het erg slecht dan zal Muiswerk terugschakelen naar een lichtere rubriek. Oefening B7 Een haai in zee. ACHTERGROND: Vereiste voorkennis voor Begrijpend Lezen 1 is slechts dat bij het technisch lezen AVI Start (voorheen AVI 1) bereikt is. In groep 3 t/m 7 leren kinderen een zo hoog mogelijk tempo van technisch lezen. Aan het eind van groep 7 is vrijwel elk kind in staat elke tekst te ontcijferen. Dat betekent niet dat hij elke tekst ook kan begrijpen. Technisch lezen kan gezien worden als een belangrijke voorwaarde voor begrijpend lezen. Vanaf groep 4 is er in het onderwijs naast training in technisch lezen op de meeste scholen ook gerichte aandacht voor het begrijpend lezen. Omdat lezen en begrijpen niet hetzelfde zijn, spelen bij het cognitief verwerken van teksten naast het technisch lezen ook andere factoren een rol. Een belangrijk aspect van begrijpend lezen is bijvoorbeeld woordkennis. Zo n 10% van de leerlingen die problemen heeft met begrijpend lezen, heeft ook een te kleine woordenschat (Hacquebord 2005). En een tekst met meer dan 1% moeilijke kernwoorden (de belangrijkste woorden van zinnen) is niet meer te begrijpen. 28 Infobrochure PO

30 BEGRIJPEND LEZEN 2 basisschool: vanaf groep 6 OMSCHRIJVING: Wat het lezen betreft zijn de verschillen tussen leerlingen vaak groot. Niet alleen wat het niveau van technisch lezen betreft, maar ook bij het begrijpen van teksten. Daarom is het belangrijk dat het oefenprogramma van elke individuele leerling aansluit bij zijn niveau. In dit programma wordt onder andere gewerkt aan de volgende kerndoelen: lezen vanuit verschillende leesdoelen, betekenis van woorden of woordgroepen afleiden uit de context, opzoeken van woordbetekenissen in (digitaal) woordenboek, achterhalen van de betekenis van woorden die een relatie aanduiden, vinden van het onderwerp, vinden van de hoofdgedachte, afleiden van impliciete relaties, onderkennen van de bedoeling van de schrijver, herkennen van tekstsoorten, doorzien van de structuur van tekstsoorten en het plannen en sturen van het eigen leesgedrag. De volgende deelvaardigheden komen aan de orde: manieren van lezen, onderwerp, bedoeling van de schrijver, soorten teksten, moeilijke woorden afleiden, voorspellend lezen, verwijswoorden, hoofd- en bijzaken, hoofdgedachte, moeilijke woorden opzoeken, mening, reden, conclusie, oorzaak en gevolg en kritisch lezen. INHOUD: Het bestand Muiswerk Begrijpend Lezen 2 bestaat uit 58 oefeningen, en 2 diagnostische en evaluerende toetsen. Er zijn 88 uitlegschermen met korte informatie. In totaal worden in dit lesbestand 704 vragen gesteld en worden tientallen teksten gepresenteerd. STRUCTUUR: Na het maken van een deeltoets beslist het programma of de stof beheerst wordt of niet. In het laatste geval worden er oefeningen geselecteerd. De oefeningen beginnen met een korte toelichting van het deelgebied van de stof, direct daarna wordt geoefend in een van de oefenvormen. Bij ieder antwoord wordt directe feedback gegeven, waar mogelijk wordt een fout antwoord verklaard en de correcte methode aangegeven. Bij voldoende hoge score verdwijnen de steeds variërende oefeningen. Begeleiders zien in het voortgangsoverzicht: of alle deeltoetsen gemaakt zijn, wat het behaalde niveau is, hoelang er geoefend is, en wat de situatie een of meer maanden terug was. Infobrochure PO 29

31 OVERZICHT RUBRIEKEN: Rubriek A Manier van lezen Rubriek B Onderwerp Rubriek C Bedoeling van schrijver Rubriek D Soorten teksten Rubriek E Moeilijke woorden afleiden Rubriek F Voorspellen Rubriek G Verwijswoorden Rubriek H Hoofd- en bijzaken Rubriek I Hoofdgedachte Rubriek J Moeilijke woorden opzoeken Rubriek K Mening, reden, conclusie Rubriek L Oorzaak en gevolg Rubriek M Kritisch lezen ACHTERGROND: Omdat lezen en begrijpen niet hetzelfde zijn, spelen bij het cognitief verwerken van teksten naast het technisch lezen ook andere factoren een rol. Een belangrijk aspect van begrijpend lezen is bijvoorbeeld woordkennis. Zo n 10% van de leerlingen die problemen heeft met begrijpend lezen, heeft ook een te kleine woordenschat (Hacquebord 2005). En een tekst met meer dan 1% moeilijke kernwoorden (de belangrijkste woorden van zinnen) is niet meer te begrijpen. Oefening K4: Lees de vraag, lees de antwoorden en kies het juiste antwoord. 30 Infobrochure PO

32 COMPREHENSIVE READING 1 basisschool: basisscholen die relatief veel aandacht aan Engels besteden kunnen het programma in groep 7 en 8 inzetten praktijkonderwijs: voor snelle leerlingen vmbo: klas 1 van vmbo gl en tl en de hogere klassen van vmbo bb en kbl havo/vwo: leerlingen in de brugklas mbo: niveau 1 en 2 basiseducatie OMSCHRIJVING: Met behulp van Comprehensive Reading 1 leren leerlingen informatie, betekenissen en bedoelingen uit Engelse teksten te halen. Het lesbestand loopt op in moeilijkheidsgraad. De teksten voorin bestaan voor rond de 90% uit de 1000 meest gebruikte Engelse woorden en zijn daarmee zeer eenvoudig. De teksten aan het einde van het programma bestaan voor ongeveer 80% uit meest gebruikte Engelse woorden. INHOUD: Comprehensive Reading bestaat uit 3 diagnostische toetsen en 67 oefeningen die zijn onderverdeeld na. Er zijn 103 korte uitlegschermen. Bij elke oefening horen een of meer van deze schermen, waarin voorbeelden worden gegeven en de stof kort wordt uitgelegd. Ze verschijnen altijd aan het begin van de oefening, maar kunnen ook tijdens het oefenen geraadpleegd worden. In totaal zijn in dit lesbestand ruim 1700 opgaven verwerkt. Infobrochure PO 31

33 STRUCTUUR: Het basisprincipe van de Muiswerkprogramma's is dat diagnostische toetsen uitzoeken welke gebieden de leerling onvoldoende beheerst. Vervolgens selecteert het programma de oefeningen die daarbij aansluiten. Leerlingen werken op die manier alleen aan hun zwakke plekken. Ook Muiswerk Interactive Comprehensive Reading is zo gestructureerd. OVERZICHT RUBRIEKEN: Rubriek A Yes or no Vragen die alleen met yes of no geantwoord worden. Rubriek B Difficult words Wat doe je als je een moeilijk woord tegenkomt? Rubriek C Context clues Meer oefening met het vinden van de betekenis van moeilijke woorden. Rubriek D Sequencing Het bepalen van de juiste volgorde van onderdelen in een tekst. Rubriek E Fact or Opinion Deze rubriek is gewijd aan het verschil tussen feiten en meningen. Rubriek F Titles Het bepalen van de meest geschikte titels voor teksten. Rubriek G Predicting Het voorspellen van het vervolg of de afsluiting van een tekst. Rubriek H Reading accurately In deze rubriek oefenen leerlingen met precies en nauwkeurig te lezen. Rubriek I Subtitles Deze rubriek vertoont gelijkenis met rubriek F en gaat over het aanwijzen van de meest passende titel van een alinea. ACHTERGROND: In het didactische model voor begrijpend lezen staan tien leesvaardigheden centraal die je als lezer moet gebruiken om een tekst goed te begrijpen. Ze zijn niet haarscherp van elkaar te onderscheiden en de volgorde waarin men ze gebruikt, kunnen wisselend zijn en bovendien afhankelijk van veel factoren. De tien vaardigheden zijn: 1. Een tekst selecteren. 2. Een strategie bepalen voor het lezen van de tekst. 3. Betekenis van woorden en woordgroepen achterhalen. 4. Relaties leggen binnen de tekst. 5. Relaties leggen buiten de tekst. 6. Structuur van de tekst herkennen. 7. Tekstsoort herkennen. 8. Onderwerp van de tekst bepalen. 9. Doel van de tekst vaststellen. 10. De tekst beoordelen. Comprehensive Reading 1 beslaat een aantal van die vaardigheden. In het toekomstige programma Comprehensive Reading 2 komen de overige vaardigheden aan bod. 32 Infobrochure PO

34 COMPREHENSIVE READING 2 vmbo: leerlingen in de hogere klassen havo/vwo: voor leerlingen in de onderbouw mbo: vanaf niveau 3 OMSCHRIJVING: Met behulp van Comprehensive Reading 2 leren leerlingen informatie, betekenissen en bedoelingen uit Engelse teksten te halen. De teksten bestaan (gemiddeld) voor ongeveer 80% uit woorden uit de top 1000 van de meest gebruikte Engelse woorden. De teksten uit de eerste rubrieken zijn qua opzet wat eenvoudiger en gaan over onderwerpen die wat dichter bij huis liggen dan de teksten verderop in het programma. De vragen bij de teksten lopen op in moeilijkheidsgraad. INHOUD: Comprehensive Reading 2 bestaat uit 69 - vaak variabele - oefeningen en 3 toetsen. De oefeningen zijn onderverdeeld naar onderwerp. In totaal zijn in dit lesbestand 2018 opgaven verwerkt. Er zijn verschillende oefenvormen gebruikt: open vraag, meerkeuze, plaatswoord, koppelpuzzel en koppels. Het programma heeft 123 korte uitlegschermen. Bij elke oefening horen een of meer van deze schermen, waarin voorbeelden worden gegeven en de stof kort wordt uitgelegd. Ze verschijnen altijd aan het begin van de oefening, maar kunnen ook tijdens het oefenen geraadpleegd worden. STRUCTUUR: Het basisprincipe van de Muiswerkprogramma's is dat diagnostische toetsen uitzoeken welke gebieden de leerling onvoldoende beheerst. Vervolgens selecteert het programma de oefeningen die daarbij aansluiten. Leerlingen werken op die manier alleen aan hun zwakke plekken. Ook Muiswerk Comprehensive Reading 2 is zo gestructureerd. Infobrochure PO 33

35 In rubriek A wordt geoefend met het aanwijzen van het onderwerp en het samenvatten van teksten en delen van de tekst. OVERZICHT RUBRIEKEN: Rubriek A Subject and summary Rubriek B What s the question? Rubriek C Main idea Rubriek D Types of text Rubriek E Difficult words Rubriek F Types of usage Rubriek G Tone in writing Rubriek H Signal words Rubriek I Text is everywhere Rubriek J Stories ACHTERGROND: De examenstof voor het voortgezet onderwijs bestaat uit het centraal examen en het schoolexamen. Het examenprogramma bestaat uit de volgende hoofdonderwerpen: Leesvaardigheid Kijk- en luistervaardigheid Gespreksvaardigheid Schrijfvaardigheid Literatuur (vooral havo/vwo) Het centraal examen heeft betrekking op het eerste onderdeel (leesvaardigheid). Het schoolexamen heeft betrekking op de overige domeinen. Omdat leesvaardigheid zo n belangrijk deel is van het totaalprogramma, ontwikkelden wij Comprehensive Reading 1 en Infobrochure PO

36 FLITSEND SPELLEN EN LEZEN 1 basisschool: voor 'leesrijpe' leerlingen in groep 2 en alle leerlingen van groep 3. Het programma kan ook gebruikt worden voor oudere leerlingen met een achterstand. praktijkonderwijs: remediërend vmbo: remediërend voor leerlingen van vmbo bbl basiseducatie: remediërend OMSCHRIJVING: Flitsend Spellen en Lezen 1 is gericht op het geven van ondersteuning bij het leren van Nederlandse woorden, om te beginnen bij de klanklettercombinatie. Het accent ligt op het spellen, maar de eerste fase van dat proces bestaat vanzelfsprekend uit het leren herkennen van letters en woorden (lezen). Het programma heet Flitsend Spellen en Lezen omdat er veelvuldig gebruik gemaakt wordt van flitsaanbiedingen, zowel visueel als auditief (dictee), waarna de leerling de letter(s) of het woord moeten reproduceren. Het programma Flitsend Spellen en Lezen 1 kan gebruikt worden voor álle leerlingen die leren lezen en spellen, maar met name ook de achterblijvers zullen er door de directe interactieve individuele aandacht die het programma biedt, veel profijt van kunnen hebben. Oefening A1 Klinkers kiezen. INHOUD: Flitsend Spellen en Lezen 1 bestaat uit 1 toets en 68 oefeningen. In totaal zijn in dit lesbestand 1493 verschillende opgaven verwerkt en zijn er 76 ingesproken uitlegschermen. Infobrochure PO 35

37 OVERZICHT RUBRIEKEN: Rubriek A Klinkers en medeklinkers Rubriek B Klankzuivere woorden MKM Rubriek C Twee gelijke klinkers Rubriek D Tweeklanken Rubriek E Twee letters Rubriek F Tweeklanken lastige klanken Rubriek G Tweeklanken, tover R Rubriek H Woorden STRUCTUUR: Het basisprincipe van de meeste Muiswerkprogramma s is dat een diagnostische toets de leerling stuurt naar oefenmateriaal dat aansluit bij de gemaakte fouten. Flitsend Spellen en Lezen 1 heeft een iets afwijkende manier van werken. Door de instaptoets te doen bepaalt Muiswerk op welk niveau de leerling hoort in te stappen. Het resultaat is te zien onder de knop JOUW X-OEFENINGEN knop (X wordt door de instaprubriek vervangen). De instaptoets is ook deels afgestemd op het kennisniveau van de leerling. Als in het eerste deel van de toets teveel fouten worden gemaakt, komen de volgende delen niet aan bod. De instaptoets zoekt dus zo snel mogelijk het juiste niveau van de leerling op. Na het doen van de instaptoets ziet de leerling onder zijn eigen knop die oefeningen die bij een bepaalde rubriek horen. Die oefeningen kan hij nu gaan maken. Maakt hij ze allemaal aardig goed dan zal Muiswerk vanzelf de volgende rubriek aansnijden. Gaat het erg slecht dan zal Muiswerk terugschakelen naar een lichtere rubriek. Pas als alle oefeningen goed gemaakt worden is het aan te raden om de zogenaamde eindtoets te maken. ACHTERGROND: Goede en slechte lezers onderscheiden zich van elkaar als het gaat om het snel herkennen van woorden zonder context. De problemen worden waarschijnlijk veroorzaakt door een tekort in het fonologische domein, waar letters moeten worden omgezet in klanken, en (voor het spellen) andersom. In de loop van de leesontwikkeling kunnen leerlingen met een leesprobleem wel kennis van specifieke woorden opbouwen, maar daar is vaak veel oefening voor nodig. Na dat vele oefenen komt echter toch een directe verbinding tot stand tussen de woorden en hun representatie in het langetermijngeheugen, die nodig is voor de automatische woordherkenning bij vloeiend lezen. Wanneer het fonologische decoderen (omzetten van letters naar klanken) een probleem is - bijvoorbeeld bij dyslectische leerlingen dan kan het helpen om een groter beroep te doen op de orthografie, het visuele woordbeeld. In recent onderzoek is gevonden dat er dyslectische leerlingen zijn met een grotere orthografische competentie. Die competentie kan worden ingezet bij het opbouwen van de woordenschat in het langetermijngeheugen, door Flitsend Spellen en Lezen te gebruiken. 36 Infobrochure PO

38 FLITSEND SPELLEN EN LEZEN 2 basisschool: leerlingen in de groepen 3 t/m 5 praktijkonderwijs: remediërend vmbo: remediërend voor leerlingen van het vmbo bbl basiseducatie OMSCHRIJVING: Flitsend Spellen 2 is gericht op het geven van ondersteuning bij het leren van Nederlandse woorden. Het accent ligt op het spellen, maar de eerste fase van dat proces bestaat vanzelfsprekend uit het leren herkennen van letters en woorden (lezen). Het programma heet Flitsend Spellen omdat er veelvuldig gebruik gemaakt wordt van flitsaanbiedingen, zowel visueel als auditief (dictee), waarna de leerling de letter(s) of het woord moeten reproduceren. Het programma Flitsend Spellen 2 kan gebruikt worden voor álle leerlingen die leren lezen en spellen, maar met name ook de achterblijvers zullen er door de directe interactieve individuele aandacht die het programma biedt, veel profijt van kunnen hebben. INHOUD: Flitsend Spellen 2 bestaat uit 1 toets en 65 oefeningen. In totaal zijn in dit lesbestand 1598 verschillende opgaven verwerkt en zijn er 94 ingesproken uitlegschermen. OVERZICHT RUBRIEKEN: Rubriek A Klankzuivere woorden 1, MKM, MKKM, MK2M Rubriek B Klankzuivere woorden 2, MM4, MM5, MIX Rubriek C Klankzuivere woorden 3, MMM(M) Rubriek D Woorden met EI/ IJ Rubriek E Woorden met AU/ OU Rubriek F Woorden met G/ CH Rubriek G Woorden met D/ T op het eind Rubriek H Woorden met NG/ NK en I/ J Rubriek I Woorden met LF/ RP/ UW Rubriek J Voor- en achtervoegsels Rubriek H Lange woorden STRUCTUUR: Muiswerkprogramma s kennen toetsen en oefeningen. Oefeningen beperken zich altijd tot een deel van de stof, leggen uit, laten voorbeelden zien, laten leerlingen oefenen en laten Infobrochure PO 37

39 hem weten wat hij goed en fout doet. Toetsen laten nooit zien of het antwoord goed was en dekken een breder deel van de stof. De toetsen in Muiswerk kunnen een diagnose stellen. Alle onderdelen van de stof komen gelijkmatig in elke toets aan bod. Vanuit rubrieken waarin fouten gemaakt werden, krijgt de leerling oefeningen aangereikt in zijn persoonlijk oefenprogramma. Na het oefenen kan hij de toets opnieuw maken om te zien of er vooruitgang is geboekt. Oefening B7 Woorden kiezen MM5. ACHTERGROND: Goede en slechte lezers onderscheiden zich van elkaar als het gaat om het snel herkennen van woorden zonder context (Perfetti 1985, Stanovitch 1994). De problemen hiermee worden waarschijnlijk veroorzaakt door een tekort in het fonologische domein, waar letters moeten worden omgezet in klanken, en (voor het spellen) andersom. In de loop van de leesontwikkeling kunnen leerlingen met een leesprobleem wel kennis van specifieke woorden opbouwen, maar daar is vaak veel oefening voor nodig. Na dat vele oefenen komt echter toch een directe verbinding tot stand tussen de woorden en hun representatie in het langetermijngeheugen, een verbinding is nodig voor de automatische woordherkenning bij vloeiend lezen (Van der Leij, 2003). Wanneer het fonologische decoderen (omzetten van letters naar klanken) een probleem is - bijvoorbeeld bij dyslectische leerlingen dan kan het helpen om een groter beroep te doen op de orthografie, het visuele woordbeeld. In recent onderzoek is gevonden dat er dyslectische leerlingen zijn met een grotere orthografische competentie (Van der Leij & Morfidi, 2006). Die competentie kan worden ingezet bij het opbouwen van de woordenschat in het langetermijngeheugen, door Flitsend Spellen te gebruiken. 38 Infobrochure PO

40 FLITSEND SPELLEN EN LEZEN 3 basisschool: leerlingen van groep 5 t/m 8 praktijkonderwijs vmbo: leerlingen van het vmbo bbl en kbl basiseducatie OMSCHRIJVING: Flitsend Spellen en Lezen 3 is gericht op het geven van ondersteuning bij het leren van Nederlandse woorden. Het accent ligt op het spellen, maar de eerste fase van dat proces bestaat vanzelfsprekend uit het leren herkennen van letters en woorden (lezen). Het programma heet Flitsend Spellen en Lezen omdat er veelvuldig gebruik gemaakt wordt van flitsaanbiedingen, zowel visueel als auditief (dictee), waarna de leerling de letter(s) of het woord moeten reproduceren. Het programma Flitsend Spellen en Lezen 3 kan gebruikt worden voor álle leerlingen die leren lezen en spellen, maar met name ook de achterblijvers zullen er door de directe interactieve individuele aandacht die het programma biedt, veel profijt van kunnen hebben. INHOUD: Flitsend Spellen en Lezen 3 bestaat uit 3 toetsen en 93 oefeningen. In totaal zijn in dit lesbestand 2130 verschillende opgaven verwerkt en zijn er 214 ingesproken uitlegschermen. STRUCTUUR: Muiswerkprogramma s kennen toetsen en oefeningen. Oefeningen beperken zich altijd tot een deel van de stof, leggen uit, laten voorbeelden zien, laten leerlingen oefenen en laten hem weten wat hij goed en fout doet. Toetsen laten nooit zien of het antwoord goed was en dekken een breder deel van de stof. De toetsen in Muiswerk kunnen een diagnose stellen. Alle onderdelen van de stof komen gelijkmatig in elke toets aan bod. Vanuit rubrieken waarin fouten gemaakt werden, krijgt de leerling oefeningen aangereikt in zijn persoonlijk oefenprogramma. Na het oefenen kan hij de toets opnieuw maken om te zien of er vooruitgang is geboekt. OVERZICHT RUBRIEKEN: Rubriek A Voor- en achtervoegsels Rubriek B Regelwoorden D of T Rubriek C Regelwoorden Rubriek D Woorddelen enkel of dubbel Rubriek E Weetwoorden uitgang I of Ie Rubriek F I of IE in lange woorden Rubriek G Engelse woorden Infobrochure PO 39

41 Rubriek H Woord met C of K Rubriek I Verkleinwoorden Rubriek J Opbouwwoorden Rubriek K Franse woorden Rubriek L Meervouden n, -e of s, -s of s, -en of -ën Rubriek M Tussenletter s- en en- ACHTERGROND: Goede en slechte lezers onderscheiden zich van elkaar als het gaat om het snel herkennen van woorden zonder context. De problemen worden waarschijnlijk veroorzaakt door een tekort in het fonologische domein, waar letters moeten worden omgezet in klanken, en (voor het spellen) andersom. In de loop van de leesontwikkeling kunnen leerlingen met een leesprobleem wel kennis van specifieke woorden opbouwen, maar daar is vaak veel oefening voor nodig. Na dat vele oefenen komt echter toch een directe verbinding tot stand tussen de woorden en hun representatie in het langetermijngeheugen, die nodig is voor de automatische woordherkenning bij vloeiend lezen. Wanneer het fonologische decoderen (omzetten van letters naar klanken) een probleem is - bijvoorbeeld bij dyslectische leerlingen dan kan het helpen om een groter beroep te doen op de orthografie, het visuele woordbeeld. In recent onderzoek is gevonden dat er dyslectische leerlingen zijn met een grotere orthografische competentie (Van der Leij & Morfidi, 2006). Die competentie kan worden ingezet bij het opbouwen van de woordenschat in het langetermijngeheugen, door Flitsend Spellen en Lezen te gebruiken. 40 Infobrochure PO

42 FORMULEREN basisschool: bovenbouw praktijkonderwijs vmbo: alle niveaus havo/vwo: onderbouw en remediërend in de bovenbouw mbo: niveau 1 en 2 en remediërend in niveau 3 en 4 basiseducatie en nt2-onderwijs OMSCHRIJVING: Muiswerk Formuleren behandelt een aantal belangrijke regels voor het bouwen van zinnen. Er zijn ondersteunende grammaticaoefeningen die de leerling bewustmaken van de systematiek die daarbij aan de orde is. In een aantal gevallen, bijvoorbeeld bij het gebruik van synoniemen en bij het construeren van korte of lange zinnen, wordt een stijladvies gegeven. Als een leerling zich daar niet aan houdt, is dat niet perse fout, maar wel minder fraai of minder gewenst. Oefening C4 is van het type Vul in in zin. De leerling moet de juiste vorm van een werkwoord typen en daarbij rekening houden met het getal van het onderwerp. INHOUD: Het lesbestand Formuleren bestaat uit 3 toetsen. Er zijn 46. De oefeningen zijn onderverdeeld naar onderwerp. In totaal zijn in dit lesbestand 675 vragen in 1293 variaties, 504 woorden en 18 teksten verwerkt. Infobrochure PO 41

43 OVERZICHT RUBRIEKEN: Rubriek A Zinsdelen Het verschijnsel zinsdelen, de stof is simpel gehouden. De basis wordt gevormd door de persoonsvorm. Rubriek B Soorten zinnen Verschillende soorten zinnen: mededelende zinnen, gebiedende zinnen, vraagzinnen met vraagwoord vooraan en vraagzinnen met persoonsvorm vooraan. Rubriek C Congruentie De overeenstemming in getal tussen onderwerp en persoonsvorm. Rubriek D Voornaamwoorden In eerste instantie afzonderlijk: persoonlijk, bezittelijk, aanwijzend en in tweede instantie gemixt. Rubriek E Voorzetselcombinaties In deze rubriek leert men eerst wat voorzetsels zijn en vervolgens krijgt men informatie over het bestaan van vaste combinaties. Rubriek F Synoniemen gebruiken Hier staat het gebruik van synoniemen centraal. Rubriek G Volgorde Het verschijnsel dat in het Nederlands zinnen een variabele volgorde kunnen hebben. Alleen de persoonsvorm moet (in een mededelende zin) altijd op een vaste plaats staan. Rubriek H Overbodigheden Aandacht voor het pleonasme, de dubbelzegging en de dubbele ontkenning. Rubriek I Zinnen koppelen Het koppelen van korte zinnen, liefst mét een verbindingswoord. Rubriek J Zinnen splitsen Het gaat hier om twee vaardigheden: het herkennen van incomplete zinnen en het afbakenen van zinnen in een tekst. STRUCTUUR: Muiswerk kent toetsen en oefeningen. Oefeningen beperken zich altijd tot een deel van de stof, leggen uit, laten voorbeelden zien, laten de leerling oefenen en laten hem weten wat hij goed en fout doet. Toetsen laten nooit zien of het antwoord goed was en dekken een breder deel van de stof. De toetsen van Muiswerk kunnen een diagnose stellen. Alle onderdelen van de stof komen gelijkmatig in elke toets aan bod; veelgemaakte fouten worden als het ware uitgelokt. De foute en goede antwoorden, die gecodeerd zijn, worden opgevangen en gerubriceerd. Zo komt de diagnose tot stand. Met behulp van de diagnose wordt een oefenprogramma op maat samengesteld. Dat wil zeggen: rubrieken waarin fouten werden gemaakt, worden vertaald in oefeningen die de oefenstof uit die rubriek aanreiken en oefenen. De leerling wordt door de oefeningen heen geleid die zwakke plekken in zijn kennis opvullen. Na het oefenen kan hij opnieuw een toets doen. 42 Infobrochure PO

44 GRAMMATICA OP MAAT basisschool: groep 7 en 8 praktijkonderwijs vmbo: vmbo bbl, kbl, en gl mbo: mbo 1 en 2 basiseducatie OMSCHRIJVING: Het Muiswerkprogramma Grammatica op maat bestrijkt de grammatica die nodig is voor het leren van de Nederlandse spelling en zinsbouw. Het vormt een basis die ook nodig is voor het leren van vreemde talen. Zowel allochtone als niet-allochtone leerlingen kunnen er hun voordeel mee doen. Alleen de belangrijkste woordsoorten en zinsdelen komen in dit programma aan bod. De eindtermen van zowel het basisonderwijs als de basisvorming op het gebied van de grammatica zijn met dit programma gedekt. Oefening C9 Bijvoeglijk naamwoord INHOUD: Het lesbestand Grammatica op maat bestaat uit 3 toetsen en 63. Er zijn 120 uitlegschermen met plaatjes, schema s en tekst. De leerling werkt met dertien verschillende oefen- en toetsvormen. In totaal zijn in dit lesbestand ruim 2000 variaties van zinnen en woorden en 27 teksten opgenomen. Infobrochure PO 43

45 OVERZICHT RUBRIEKEN: Rubriek A Zelfstandig naamwoord Rubriek B Werkwoord Rubriek C Bijvoeglijk naamwoord Rubriek D Tijden Rubriek E Persoonsvorm Rubriek F Onderwerp Rubriek G Voltooid deelwoord Rubriek H Zinsdelen Rubriek I Alles STRUCTUUR: Muiswerkprogramma s kennen toetsen en oefeningen. Oefeningen beperken zich altijd tot een deel van de stof, leggen uit, laten voorbeelden zien, laten de leerling oefenen en laten hem weten wat hij goed en fout doet. Toetsen laten nooit zien of het antwoord goed was en dekken een breder deel van de stof. De toetsen van Muiswerk kunnen een diagnose stellen. Alle onderdelen van de stof komen gelijkmatig in elke toets aan bod; veelgemaakte fouten worden als het ware uitgelokt. De foute en goede antwoorden, die gecodeerd zijn, worden opgevangen en gerubriceerd. Zo komt de diagnose tot stand. Met behulp van de diagnose wordt een oefenprogramma op maat samengesteld. Dat wil zeggen: rubrieken waarin fouten werden gemaakt, worden vertaald in oefeningen die de oefenstof uit die rubriek aanreiken, waarmee ze de leerling laten oefenen. Deze vult daarmee de zwakke plekken in zijn kennis aan. Na het oefenen kan hij opnieuw een diagnostische toets doen en opnieuw oefenen. Net zolang tot de score hoog genoeg is. Door het grote bestand aan zinnen, woorden en teksten waaruit geput wordt, is een toets nooit twee keer hetzelfde. ACHTERGROND: De rubrieken zijn opgebouwd naar moeilijkheid, op basis van de lesstofindeling die in de meeste methodes voor het basisonderwijs gevolgd wordt. De opbouw is cumulatief, dat wil zeggen: wat eerder behandeld is, wordt bekend verondersteld. Het is daarom niet aan te raden hier en daar een los onderwerp uit het programma te halen, zonder dat het voorgaande behandeld is. 44 Infobrochure PO

46 INTERACTIVE GRAMMAR basisschool: basisscholen die relatief veel aandacht aan Engels besteden kunnen het programma in groep 7 en 8 inzetten vmbo: leerlingen in de brugklas van vmbo gl en tl en voor leerlingen in de hogere klassen van vmbo bb en kbl havo/vwo: leerlingen in de brugklas mbo: niveau 1 en 2 OMSCHRIJVING: De basis van dit programma is: oefenen, oefenen, oefenen. Direct voor een oefening begint wordt de theorie inclusief voorbeelden in duidelijke uitlegschermen gebracht in beeld en in geluid (een menselijke stem). De diagnostische toetsen kunnen zowel voor analyse worden gebruikt (welke oefeningen zijn voor deze student belangrijk) als voor niveaumeting achteraf. Het programma behandelt onder andere: het werkwoord to be; vragende en niet-vragende zinnen; vervoegingen van werkwoorden; voorzetsels; het alfabet; de cijfers/getallen; de present simple; de present continuous; these, those, this en that; something, anything, somebody, anybody; past simple; past continuous; present perfect; at, on, in; datums en tijden. INHOUD: Interactive Grammar bevat 3 diagnostische toetsen en 50 uitgebreide oefeningen met 76 uitlegschermen en 170 geluidsbestanden. Bij elke oefening horen een of meer van deze schermen, waarin voorbeelden worden gegeven en de stof kort wordt uitgelegd. Ze verschijnen altijd aan het begin van de oefening, maar kunnen ook tijdens het oefenen geraadpleegd worden. In totaal zijn er ruim 2800 opgaven waarmee per keer een oefening wordt ingevuld. Infobrochure PO 45

47 STRUCTUUR: Het basisprincipe van de Muiswerkprogramma's is dat diagnostische toetsen uitzoeken welke gebieden de leerling onvoldoende beheerst. Vervolgens selecteert het programma de oefeningen die daarbij aansluiten. Leerlingen werken op die manier alleen aan hun zwakke plekken. Ook Muiswerk Interactive Grammar is zo gestructureerd. OVERZICHT RUBRIEKEN: Rubriek A to be Oefenen met het werkwoord to be. Rubriek B landen en nationaliteiten Landen, nationaliteiten en het alfabet. Rubriek C cijfers Het gaat vooral om de uitspraak van cijfers. Rubriek D meervoudsvormen Zowel regelmatige als onregelmatige meervoudsvormen komen aan de orde. Rubriek E present continuous Het op verschillende manier toepassen van de present continuous. Rubriek F present simple Oefenen met present continuous en present simple door elkaar heen. Rubriek G some en any Er wordt aandacht besteed aan het gebruik van some en any. Rubriek H simple past Er wordt geoefend met de ontkennende zin in de verleden tijd door het gebruik van did not'. Rubriek I present perfect Het op verschillende manier toepassen van de present perfect. Rubriek J voorzetsels Oefenen met het gebruik van at, on en in maar ook voorzetsels met het gebruik van plaats en voorzetels die beweging aangeven. 46 Infobrochure PO

48 LEESSTART basisschool: groep 2/3 OMSCHRIJVING: In Leesstart leren leerlingen klanken in woorden te onderscheiden. Het programma richt zich op verbetering van de fonologische competentie, een belangrijke voorwaarde voor het leren lezen. Daarnaast richt het programma zich op de letterkennis. Pas als leerlingen in staat zijn de afzonderlijke klanken in woorden goed waar te nemen, kunnen ze de volgende stap nemen, namelijk het koppelen van letters aan klanken, waar het normale leesonderwijs zich op richt. INHOUD: Muiswerk Leesstart bestaat uit 86 oefeningen, 1 instaptoets, 5 diagnostische en evaluerende deeltoetsen en 1 totaaltoets. In totaal bestaat dit lesbestand uit meer dan 1200 opdrachten. Er zijn meer dan 1100 plaatjes en meer dan 1500 geluidsbestanden gebruikt. OVERZICHT RUBRIEKEN: Afdeling 1 Eindrijm Rubriek A: eindrijm woorden 1 lettergreep - twee- en driekeuze Rubriek B: eindrijm woorden 2 lettergrepen - driekeuze Rubriek C: eindrijm woorden 1 lettergreep - moeilijker - driekeuze Rubriek D: eindrijm woorden 2 lettergrepen - moeilijker - driekeuze Rubriek E: eindrijm odd word (Welk woord hoort er niet bij?) Afdeling 2 Beginrijm Rubriek F: beginrijm 1 lettergreep beginrijm Rubriek G: beginrijm heel verschillend - 2/3 lettergrepen Rubriek H: beginrijm minder verschillend - 2/3 lettergrepen Rubriek I: beginrijm odd word (Welk woord hoort er niet bij?) Afdeling 3 Woorden maken Rubriek J: Woorden maken 1 - eenvoudig 2-keuze Rubriek K: Woorden maken 2 - moeilijker 2-keuze Rubriek L: Woorden maken 3- moeilijker 2-keuze Rubriek M: Woorden maken 4 - moeilijker 2/3 - keuze Afdeling 4 Klanken weglaten Rubriek N: Eerste klank weg MKKM (bijvoorbeeld been ) Rubriek O: Eerste klank weg MMK(K)M (bijvoorbeeld plant ) Rubriek P: laatste klank weg MKKM (bijvoorbeeld damp ) Infobrochure PO 47

49 Rubriek Q: Tweede klank weg MMK(K)M (bijvoorbeeld vlier ) Afdeling 5 Letters leren Rubriek R: letters P-R-A-M-V-I-S Rubriek S: letters B-H-E-K-T-Z-W-T Rubriek T: letters J-U-N-G-D-O-L-F Rubriek U: letters B-P-D-V-W-N-M-E-A STRUCTUUR: Het basisprincipe van de meeste Muiswerkprogramma's is dat een diagnostische toets de leerling stuurt naar het oefenmateriaal of naar het niveau dat aansluit bij de gemaakte fouten. De toets kan herhaald worden en eventueel leiden tot opnieuw oefenen. ACHTERGROND: Bij leesinstructie voor technisch lezen wordt sterk de nadruk gelegd op foneembewustzijn en de relaties tussen spraak en het alfabetische schriftsysteem. Door met rijmen en het manipuleren van klanken bezig te zijn, worden leerlingen zich ervan bewust dat woorden uit klanken bestaan en dat er verschillen en overeenkomsten zijn tussen klanken (Van Bon & Van Leeuwe, 2003). Het op die manier ontwikkelde foneembewustzijn ondersteunt de latere leesinstructie en kan voorkomen dat er leesproblemen ontstaan. De leerling hoort: Wat rijmt op RUIM? De bedoeling is dat het plaatje met DUIM wordt aangewezen. Als je met de muis over de afbeeldingen gaat, wordt het afgebeelde woord uitgesproken. 48 Infobrochure PO

50 LEESTEKENS OP MAAT basisschool: voor leerlingen vanaf groep 7 praktijkonderwijs vmbo: eerste klassen van vmbo-bbl en - kbl en leerlingen met een achterstand in hogere niveaus mbo: mbo 1 en remediërend in hogere niveaus basiseducatie OMSCHRIJVING: Muiswerk Leestekens op maat behandelt de leestekens die op de basisschool aangeleerd horen te worden. De rubrieken van Leestekens op maat zijn ingedeeld op basis van de door de inspectie genoemde leerinhouden. Voorafgaand aan de behandeling van de leestekens is echter een rubriek toegevoegd die zich richt op het ontwikkelen van intuïtie en inzicht in het afbakenen van zinnen. Naast de leestekens worden ook hoofdletters en spellingtekens behandeld. Oefening A3 is een Wijzig-tekst-oefening. Zinnen moeten worden afgebakend en afgesloten met een punt. Ook de hoofdletter aan het begin van de zin moet worden aangebracht.. INHOUD: Het lesbestand Leestekens op maat bestaat uit 3 toetsen. Er is één uitgebreide toets waarin alle onderwerpen aan de orde komen en twee deeltoetsen waarin een deel van de onderwerpen getoetst worden. Er zijn 49 oefeningen, onderverdeeld naar onderwerp en met 97 ingesproken uitlegschermen. Veel toetsen en oefeningen hebben een levend karakter, dat wil zeggen: ze behandelen wel telkens dezelfde lesstof, maar met wisselende woorden en zinnen. In totaal bevat dit bestand ruim 2000 opgaven. Infobrochure PO 49

51 OVERZICHT RUBRIEKEN: Rubriek A Zinnen indelen Rubriek B Afsluittekens Rubriek C Komma Rubriek D Dubbele punt Rubriek E Aanhalingstekens Rubriek F Hoofdletters Rubriek G Trema Rubriek H Apostrof Rubriek I Accenttekens Rubriek J Koppelstreepje Rubriek K Afbreekstreepje STRUCTUUR: Muiswerkprogramma s kennen toetsen en oefeningen. Oefeningen beperken zich altijd tot een deel van de stof, leggen uit, laten voorbeelden zien, laten de leerling oefenen en laten hem weten wat hij goed en fout doet. Toetsen laten nooit zien of het antwoord goed was en dekken een breder deel van de stof. De toetsen van Muiswerk kunnen een diagnose stellen. Met behulp van de diagnose wordt een oefenprogramma op maat samengesteld. Dat wil zeggen: rubrieken waarin fouten werden gemaakt, worden vertaald in oefeningen die de oefenstof uit die rubriek aanreiken, waarmee ze de leerling laten oefenen. Deze vult daarmee de zwakke plekken in zijn kennis aan. Na het oefenen kan hij opnieuw een diagnostische toets doen en opnieuw oefenen. Net zolang tot de score hoog genoeg is. Door het grote bestand aan zinnen, woorden en teksten waaruit geput wordt, is een toets nooit twee keer hetzelfde. ACHTERGROND: In de eerste Periodieke Peiling van het Onderwijsniveau werd de taalvaardigheid van meer dan vierduizend leerlingen uit groep 8 onderzocht. Een van de conclusies is dat interpunctie voor de leerlingen een heel groot probleem is: alleen zeer goede leerlingen wisten een tekst te schrijven waarin hoofdletters, punten en komma s op de juiste plaats stonden. Dit was de aanleiding voor het ontwikkelen van Muiswerk Leestekens op maat. 50 Infobrochure PO

52 REKENEN & WISKUNDE GETALLEN 1F basisschool: groep 7 en 8 praktijkonderwijs: hogere klassen vmbo: eerste klassen van vmbo bbl, kbl en gl en remediërend in vmbo tl havo/vwo: remediërend mbo: mbo 1 en 2 basiseducatie OMSCHRIJVING: Getallen 1F leert de basis rekenvaardigheden aan: optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen van hele getallen en verschillende bewerkingen met eenvoudige breuken. Ook schatten, afronden, het inprenten van de tafels, zinnig gebruik van de rekenmachine en schaalverdelingen komen aan bod. Getallen 1F volgt de indeling van het rekenrapport van de Expertgroep doorlopende leerlijnen Taal en Rekenen. Het heeft als doel om gebruikers in de gelegenheid te stellen niveau 1F te bereiken op het gebied van Getallen. Het rekenen met grote gehele getallen, breuken en tafels is van groot belang in het rekenen. Ook het omzetten van de dagelijkse praktijk naar duidelijke sommen is belangrijk. Getallen 1F maakt geen keuze tussen het traditionele rekenen en het realistisch rekenen. Beide methoden komen uitgebreid aan bod. INHOUD: Het programma bestaat uit 6 uitgebreide deeltoetsen en 11 rubrieken. Er zijn 78 oefeningen met ruim 134 gesproken uitlegschermen. In totaal zijn in dit programma meer dan 7000 verschillende opgaven verwerkt in 11 verschillende oefenvormen. Oefening E2 Breuken in stapjes optellen. Infobrochure PO 51

53 OVERZICHT RUBRIEKEN: Rubriek A Optellen en Aftrekken Optellen gehele getallen tot 5000 Aftrekken gehele getallen tot 5000 Rubriek B Tafels Tafels van vermenigvuldiging Rubriek C Hele getallen delen Gehele getallen delen vanuit de tafels Gehele getallen delen, deler en quotiënt <= 12 Rubriek D Vermenigvuldigen en delen Gehele getallen met product < 1000 Gehele getallen met quotiënt < 1000 Rubriek E Eenvoudige breuken Breuken optellen, noemers 2 t/m 10, GGD <= 5 Breuken vermenigvuldigen met een geheel getal Breuken delen, noemer 2 t/m 10 en deler is geheel getal Rubriek F Lastige breuken Breuken optellen en aftrekken, noemers 2 t/m 10 Breuken vermenigvuldigen met een geheel getal Breuken delen, noemers 2 t/m 10 en deler is geheel getal Rubriek G Orde van grootte Afronden op decimalen en 10- en 100- tallen Schatten, gebroken getallen vergelijken Schatten, product van vermenigvuldiging schatten Schaalverdelingen interpreteren Rubriek H Getalkennis Begrippen en terminologie Rubriek I Reëel rekenen Geld, korting, tijd, afstanden, snelheden Rubriek J Rekenmachine Moeilijkheid inschatten: zelf uitrekenen of rekenmachine gebruik? Rubriek X Extra materiaal Breuken optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen STRUCTUUR: Na het maken van een deeltoets beslist het programma of de stof beheerst wordt of niet. In het laatste geval worden maximaal 20 oefeningen geselecteerd. De oefeningen beginnen met een korte toelichting van het deelgebied van de stof, direct daarna wordt geoefend in een van de oefenvormen. Bij ieder antwoord wordt directe feedback gegeven, waar mogelijk wordt een fout antwoord verklaard en de correcte methode aangegeven. Bij voldoende hoge score verdwijnen de steeds variërende oefeningen. Begeleiders zien in het voortgangsoverzicht: of alle deeltoetsen gemaakt zijn, wat het behaalde niveau is, hoelang er geoefend is, en wat de situatie een of meer maanden terug was. ACHTERGROND: Het niveau (1) is beschreven in het rekenrapport van de Expertgroep doorlopende leerlijnen Taal en Rekenen. De indeling van de stof in vier subdomeinen, namelijk Getallen, Verhoudingen, Meten en Meetkunde en Verbanden, volgt in grote lijnen de indelingen in het basisonderwijs (zie PPON) en het voortgezet onderwijs. Deze referentieniveaus in het rapport zijn beschrijvingen van gewenste opbrengsten van onderwijs in termen van kennen en kunnen van leerlingen, met het al aangegeven onderscheid tussen typen kennis en vaardigheden met bijpassende beheersingsniveaus. 52 Infobrochure PO

54 REKENEN & WISKUNDE GETALLEN 2F vmbo: klas 1 t/m 4 havo/vwo: klas 1 t/m 3 en de bovenbouw voor remediëring mbo: mbo 2 en mbo 3 en 4 voor remediëring OMSCHRIJVING: Getallen 2F bestrijkt de uitbreiding van de basisvaardigheden van het rekenen, regels en vaardigheden die in het vmbo en de onderbouw van havo/vwo worden aangeleerd, geoefend en toegepast. Het gaat dan om bewerkingen met negatieve getallen, werken met machten en wortels en bijzondere notaties. Daarnaast wordt aandacht besteed aan het inprenten van veel voorkomende kwadraten en wortels, het schatten van uitkomsten, het afronden van getallen, interpreteren van schaalverdelingen en het gebruik van de rekenmachine. INHOUD: De module Getallen 2F bestaat uit 44 gevarieerde oefeningen. De oefeningen zijn onderverdeeld in 6 onderwerpen. In totaal zijn in dit lesbestand ruim 5700 opgaven verwerkt. Getallen 2F heeft ruim 70 uitlegschermen. Bij elke oefening horen een of meer van deze schermen, die met behulp van schema's, regels en voorbeelden de stof kort uitleggen en aanwijzingen geven over de oefenvorm. Dit programma heeft 3 deeltoetsen die ieder een beperkt aantal onderwerpen toetsen. De toetsen in een Muiswerkprogramma zijn een afspiegeling van de inhoud. De toetsen kunnen zowel voor diagnose als voor evaluatie gebruikt worden omdat ze een variabele inhoud hebben, terwijl wel steeds dezelfde problemen bevraagd worden. STRUCTUUR: De lesstof is ingedeeld in 6 rubrieken (onderwerpen), zie het schema hierna. De opbouw is cumulatief en in oplopende moeilijkheidsgraad, d.w.z. wat in eerdere rubrieken aan de orde kwam, wordt bekend verondersteld. Er is echter ook veel herhaling. Elke rubriek bevat 6 of meer oefeningen. Een toets omvat 1 of meer rubrieken. Oefeningen beperken zich altijd tot een deel van de stof, leggen uit, geven tips, laten voorbeelden zien, laten de leerling oefenen en laten hem weten wat hij goed en fout doet. De oefeningen hebben een variërende inhoud. Oefenvragen die fout beantwoord zijn worden herhaald en aangevuld met nieuwe nog niet eerder gestelde vragen. Daarmee wordt gestimuleerd om goed naar de feedback te kijken. Zowel in de meerkeuze als de open vragen zijn veel voorkomende foutieve antwoorden verwerkt. Voor de meerkeuze vragen worden deze antwoorden als selectie mogelijkheid getoond. Bij de open vragen zijn ze echter ook ingebouwd. Daarmee kan een gerichte feedback aan de leerling gegeven worden, waarin precies wordt aangegeven wat de leerling fout deed. Toetsen laten nooit zien of het antwoord goed is. Ook de toetsen hebben een variërende inhoud. Infobrochure PO 53

55 OVERZICHT RUBRIEKEN: Rubriek A Negatieve getallen De oefeningen gaan over de basisvaardigheden optellen en aftrekken van gehele positieve en negatieve getallen. Rubriek B Vermenigvuldigen en delen In deze rubriek wordt het vermenigvuldigen en delen van combinaties positieve en negatieve getallen geoefend. Rubriek C Machten en kwadraten De beginselen van het machtsverheffen. Rubriek D Rekenregels De commutatieve en associatieve eigenschappen worden behandeld. Rubriek E Breuken Ontbinden in factoren Breuken vereenvoudigen Rubriek F Andere bewerkingen Tekens Buiten haakjes halen Wetenschappelijke notatie ACHTERGROND: De Muiswerkprogramma s Rekenen en Wiskunde Getallen 2F, Verhoudingen 2F, Meten en Meetkunde 2F en Verbanden 2F bevatten samen alle lesstof voor niveau 2F zoals gedefinieerd door de Expertgroep doorlopende leerlijnen Taal en Rekenen in haar document Over de drempels met Taal en Rekenen (zie: Deze Expertgroep wordt ook wel aangeduid als de commissie Meijerink, en heeft in januari 2008 een aanbeveling aan de minister van Onderwijs gedaan over een doorlopende leerlijn taal en rekenen. 54 Infobrochure PO

56 REKENEN & WISKUNDE METEN EN MEETKUNDE 1F basisschool: groep 7 en 8 praktijkonderwijs: hogere klassen vmbo: eerste klassen van vmbo bbl, kbl en gl en remediërend in vmbo tl havo/vwo: remediërend mbo: mbo 1 en 2 basiseducatie OMSCHRIJVING: Meten en Meetkunde 1F bestrijkt de basisvaardigheden van meten en meetkunde, maten gebruiken en omrekenen, aflezen van instrumenten, vormen herkennen en toepassen, spiegelingen en symmetrie herkennen. Het programma volgt de indeling van het rekenrapport van de Expertgroep doorlopende leerlijnen Taal en Rekenen. Het heeft als doel om gebruikers in de gelegenheid te stellen niveau 1F en 1S te bereiken. INHOUD: Meten en Meetkunde 1F bestaat uit 85 gevarieerde oefeningen met ruim 100 verschillende uitlegschermen. Het programma bestaat uit 6 basis- en 6 keuzerubrieken. In totaal zijn ruim 8200 opgaven verwerkt. Er zijn 9 diagnostische toetsen, waarvan 6 keuzetoetsen. Oefening F1 Doorsnedes. OVERZICHT RUBRIEKEN: Rubriek A Maat begrippen Omrekenen Rubriek B Maten 1, 2 en 3-dimensies Omrekenen van maten onderling Meten Infobrochure PO 55

57 Meetinstrumenten Klokrekenen Routes Rubriek C Vormen in het platte vlak Ruimtelijke vormen Vormen herkennen Rubriek D Basis begrippen Hoeken Vergroting Rubriek E Hulpmiddelen Afronden Rubriek F Aanzichten Uitslagen en doorsneden Rubriek G Mode Handel Etaleren en reclame Rubriek H Verzorging Huishouden Rubriek I Bouw Transport Grafisch Rubriek J Toernooien Verzorging Rubriek K Bos- en landbouw Groente en fruit Rubriek L Een selectie uit de sectoren Liniaal, maatbeker, weegschaal, thermometer Ochtend en avond, over de dag, over de maand Routebeschrijvingen interpreteren Vormen Lijn, cirkel, veelhoeken Piramide, balk, bol, cilinder, kegel In dagelijkse producten de vormen herkennen Begrippen Recht, rond, omtrek, oppervlakte en inhoud Scherpe, rechte en stompe hoeken, richting Wat doet vergroten met oppervlakte en inhoud Schatten Handige weetjes, roosters gebruiken en oppervlakte bepalen Significantie en eenheid bepalen Ruimtelijke figuren Wat is het aanzicht van een ruimtelijk figuur Uitslagen van eenvoudige vormen Sector Economie Berekenen van benodigdheden Logistiek, omrekenen van gewichten en inhoud Ruimte berekeningen Sector Verzorging Mengen, datum berekeningen, indelingen maken Aflezen, recepten Sector Techniek Hoeveelheden, tijdrekenen, oppervlakte Logistiek, instrumenten, temperatuur, nauwkeurigheid, inhoudsberekeningen Vergroten en verkleinen, vulling Sector Sport Spelplanning, afstanden, tijd, snelheden Hoeveelheid drinken, verbandmiddelen, kilo calorieën Sector Landbouw Ruimte verdeling Ruimte verdeling en opbrengst, tijdrekening Algemene vragen Een compilatie van oefeningen uit de rubrieken E t/m K STRUCTUUR: Na het maken van een deeltoets beslist het programma of de stof beheerst wordt of niet. In het laatste geval worden maximaal 20 oefeningen geselecteerd. De oefeningen beginnen met een korte toelichting van het deelgebied van de stof, direct daarna wordt geoefend in een van de oefenvormen. Bij ieder antwoord wordt directe feedback gegeven, waar mogelijk wordt een fout antwoord verklaard en de correcte methode aangegeven. Bij voldoende hoge score verdwijnen de steeds variërende oefeningen. Begeleiders zien in het voortgangsoverzicht: of alle deeltoetsen gemaakt zijn, wat het behaalde niveau is, hoelang er geoefend is, en wat de situatie een of meer maanden terug was. 56 Infobrochure PO

58 REKENEN & WISKUNDE METEN EN MEETKUNDE 2F vmbo: alle klassen, alle niveaus havo/vwo: klas 1-3 mbo: alle klassen, alle niveaus basiseducatie OMSCHRIJVING: Het Muiswerkprogramma Meten en Meetkunde 2F bestrijkt de uitbreiding van de basisvaardigheden zoals maten gebruiken en omrekenen, vormen herkennen en toepassen, coördinaten, goniometrische bewerkingen en hoeken. Dit zijn de regels en vaardigheden die in het vmbo en de onderbouw van havo/vwo worden aangeleerd, geoefend en toegepast. Meten en Meetkunde 2F volgt de indeling van het rekenrapport van de Expertgroep doorlopende leerlijnen Taal en Rekenen. Het heeft als doel om gebruikers in de gelegenheid te stellen niveau 2F en 2S te bereiken op het gebied van Meten en Meetkunde. INHOUD: Meten en Meetkunde 2F bestaat uit 62 gevarieerde oefeningen, onderverdeeld in 10 rubrieken. Het programma heeft meer dan 100 verschillende uitlegschermen en ruim 5100 opgaven. Ook bevat dit programma verschillende diagnostische toetsen. Oefening G5, Projecties 2 OVERZICHT RUBRIEKEN: Rubriek A Omrekenen Maten in de praktijk Maten Omrekenen van maten onderling Maten herkennen en gebruiken Infobrochure PO 57

59 Romeinse getallen Rubriek B Hoeken Geodriehoek Rubriek C Symbolen Basisbegrippen Cirkelberekeningen Formules Oppervlakte berekenen Rubriek D Vormen Eigenschappen van vormen Aanzichten en uitslagen Oppervlakte en inhoud Rubriek E Hoeken en zijden Afleiden Meetinstrumenten Rubriek F Vergroten Vuistregels Cirkels en hoeken Rubriek G Coördinaten Projecties Doorsnedes Rubriek H Spiegelen Lijnen in een driehoek Oppervlaktes Rubriek I Pythagoras Goniometrie Rubriek J Bouwtekeningen Plattegronden Begrijpen en samenstellen Hoeken Schatten van hoeken en soorten hoeken Hoeken aflezen en tekenen met behulp van geodriehoek Begrippen Hoek, driehoek, pi, loodrecht, parallel, diameter Omtrek, oppervlakte en inhoud Diameter, straal, oppervlakte en omtrek Omtrek, oppervlakte en inhoud van verschillende vormen Van een driehoek en samengestelde vormen Vormen Herhaling en uitbreiding Congruent, gelijkvormig, gelijkzijdig, gelijkbenig etc. Aanzichten en uitslagen van ruimtelijke figuren Oppervlakte en inhoud van ruimtelijke figuren Meten en berekenen Tekenen met behulp van passer en geodriehoek F-hoeken, Z-hoeken en driehoeksregel Verschillende meetinstrumenten en maatverdelingen Schatten Vergroten van lengte, oppervlakte en inhoud Schatten met behulp van handige vuistregels Schatten van cirkels (omtrek en oppervlakte) en hoeken Ruimte Coördinaten in een driedimensionaal assenstelsel 2D en 3D figuren in een assenstelsel Doorsnedes van ruimtelijke figuren Bewerkingen Ten opzichte van spiegellijn en spiegelpunt Bissectrice, middelloodlijn, hoogtelijn en zwaartelijn Oppervlakte berekenen van veelhoeken Goniometrische bewerkingen Berekenen van ontbrekende zijde van een driehoek Goniometrische bewerkingen Tekeningen interpreteren Interpreteren en berekeningen uitvoeren Interpreteren en berekeningen uitvoeren STRUCTUUR: Na het maken van een deeltoets beslist het programma of de stof beheerst wordt of niet. In het laatste geval worden maximaal 20 oefeningen geselecteerd. De oefeningen beginnen met een korte toelichting van het deelgebied van de stof, direct daarna wordt geoefend in een van de oefenvormen. Bij ieder antwoord wordt directe feedback gegeven, waar mogelijk wordt een fout antwoord verklaard en de correcte methode aangegeven. Bij voldoende hoge score verdwijnen de steeds variërende oefeningen. Begeleiders zien in het voortgangsoverzicht: of alle deeltoetsen gemaakt zijn, wat het behaalde niveau is, hoelang er geoefend is, en wat de situatie een of meer maanden terug was. 58 Infobrochure PO

60 REKENEN & WISKUNDE VERBANDEN 1F basisschool: groep 7 en 8 praktijkonderwijs: hogere klassen vmbo: eerste klassen van vmbo bbl, kbl en gl en remediërend in vmbo tl havo/vwo: remediërend mbo: mbo 1 en 2 basiseducatie OMSCHRIJVING: Verbanden 1F besteedt aandacht aan de basisvaardigheden van Verbanden: het herkennen en toepassen van de verschillende grafische presentaties, zoals tabel, rooster, staafdiagram, cirkeldiagram en grafiek. Ook het aflezen van het diagram en het aangeven van trends komen aan bod en er worden verschillende (eenvoudige) coördinatenstelsels behandeld en geoefend. Regels en vaardigheden die op de basisschool worden aangeleerd en geoefend en die in het voortgezet onderwijs worden uitgebreid en toegepast. Daarnaast wordt aandacht besteed aan het interpreteren van teksten in relatie tot Verbanden. Verbanden 1F volgt de indeling van het rekenrapport van de Expertgroep doorlopende leerlijnen Taal en Rekenen. Het heeft als doel om gebruikers in de gelegenheid te stellen niveau 1F en 1S te bereiken. INHOUD: Het programma bestaat uit 3 deeltoetsen die samen alle rubrieken afdekken. Er zijn 28 oefeningen met 50 gesproken uitlegschermen. In totaal zijn in dit programma 2900 verschillende opgaven verwerkt. Oefening D1 Diagrammen, grafieken en tabellen vergelijken. Infobrochure PO 59

61 Uitlegscherm bij oefening E2 Schaal bepalen. OVERZICHT RUBRIEKEN: Rubriek A Roosters en diagrammen Begrippen Verschillende soorten presentaties Aflezen Het lezen van verschillende soorten tabellen en diagrammen Rubriek B Verbanden leggen Rijen Rekenkundige rijen en visuele rijen Opbouw De onderdelen van een tabel en diagram Invullen Waarden invullen in tabel en diagram Rubriek C Coördinatenstelsels Begrippen De assen van een assenstelsel, waar komt wat Coördinaten Punten in een coördinatenstelsel vinden Coördinatenstelsels Verschillende vormen van coördinatenstelsels Rubriek D Conclusies trekken Herkennen Welk diagram is het beste? Conclusies Conclusies trekken uit een diagram, trends Complexe diagrammen Diagrammen met meerdere waarden Rubriek E Diagrammen maken Diagram of tabel Wanneer tabel, wanneer welk type diagram Minimale en maximale waarde, stapgrootte STRUCTUUR: Na het maken van een deeltoets beslist het programma of de stof beheerst wordt of niet. In het laatste geval worden maximaal 20 oefeningen geselecteerd. De oefeningen beginnen met een korte toelichting van het deelgebied van de stof, direct daarna wordt geoefend in een van de oefenvormen. Bij ieder antwoord wordt directe feedback gegeven, waar mogelijk wordt een fout antwoord verklaard en de correcte methode aangegeven. Bij voldoende hoge score verdwijnen de steeds variërende oefeningen. Begeleiders zien in het voortgangsoverzicht: of alle deeltoetsen gemaakt zijn, wat het behaalde niveau is, hoelang er geoefend is, en wat de situatie een of meer maanden terug was. 60 Infobrochure PO

62 REKENEN & WISKUNDE VERHOUDINGEN 1F basisschool: groep 7 en 8 praktijkonderwijs: hogere klassen vmbo: eerste klassen van vmbo bbl, kbl en gl, remediërend in vmbl tl havo/vwo: remediërend mbo: mbo 1 en 2 basiseducatie OMSCHRIJVING: Verhoudingen 1F bestrijkt de basisvaardigheden van het rekenen met verhoudingen, breuken en procenten. Deze regels en vaardigheden worden op de basisschool aangeleerd en en in het voortgezet onderwijs uitgebouwd en toegepast. Ook wordt aandacht besteed aan: het inprenten van veel voorkomende breuken en percentages; het schatten van breuken en het afronden van (decimale) getallen; het interpreteren van teksten in relatie tot verhoudingen; het gebruik van de rekenmachine. Verhoudingen 1F volgt de indeling van het rekenrapport van de Expertgroep doorlopende leerlijnen Taal en Rekenen. Het heeft als doel om gebruikers in de gelegenheid te stellen niveau 1F en 1S te bereiken op het gebied van Verhoudingen. Naast de algemene rubrieken bevat Verhoudingen 1F een rubriek oefeningen voor elke keuzerichting. Deze opgaven sluiten aan bij de praktijklessen die de leerling voor zijn opleiding volgt. Het programma bevat een rubriek voor economie, zorg en welzijn, techniek, sport en landbouw. Voor de algemene opleidingen is er een verzamelrubriek. Infobrochure PO 61

63 INHOUD: Het programma bestaat uit 8 deeltoetsen die samen alle rubrieken afdekken. Er zijn 67 oefeningen met 148 gesproken uitlegschermen. In totaal zijn in dit programma 8598 verschillende opgaven verwerkt. OVERZICHT RUBRIEKEN: Rubriek A Procenten Procenten optellen Rekenen met procenten Rubriek B Breuken Breuken optellen en aftrekken Breuken omzetten Rubriek C Decimale getallen Optellen en aftrekken Vermenigvuldigen en delen Omzetten van decimale getallen Decimale getallen op de rekenmachine Rubriek D Verhoudingen Verhoudingstabellen Per en van de Verhoudingen en delingen Rubriek E Verhoudingen toepassen Schatten en controleren Omzetten Rubriek F Verhoudingen in Economie Korting, marge en rente Wisselkoersen Rubriek G Verhoudingen in Zorg Koken, mengen en hartslag Rubriek H Verhoudingen in Techniek Schaal, afstand en verbruik Rubriek I Verhoudingen in Sport Intervallen, toestellen en hartslag Rubriek J Verhoudingen in Groen Voeder en melkquotum Oogsten, bosaanplant en CO2 Rubriek K Verhoudingen in de praktijk Een selectie uit iedere richting STRUCTUUR: Na het maken van een deeltoets beslist het programma of de stof beheerst wordt of niet. In het laatste geval worden maximaal 20 oefeningen geselecteerd. De oefeningen beginnen met een korte toelichting van het deelgebied van de stof, direct daarna wordt geoefend in een van de oefenvormen. Bij ieder antwoord wordt directe feedback gegeven, waar mogelijk wordt een fout antwoord verklaard en de correcte methode aangegeven. Bij voldoende hoge score verdwijnen de steeds variërende oefeningen. Begeleiders zien in het voortgangsoverzicht: of alle deeltoetsen gemaakt zijn, wat het behaalde niveau is, hoelang er geoefend is, en wat de situatie een of meer maanden terug was. ACHTERGROND: Het niveau (1) is beschreven in het rekenrapport van de Expertgroep doorlopende leerlijnen Taal en Rekenen. De indeling van de stof in vier subdomeinen, namelijk Getallen, Verhoudingen, Meten en Meetkunde en Verbanden, volgt in grote lijnen de indelingen in het basisonderwijs (zie PPON) en het voortgezet onderwijs. Deze referentieniveaus in het rapport zijn beschrijvingen van gewenste opbrengsten van onderwijs in termen van kennen en kunnen van leerlingen, met het al aangegeven onderscheid tussen typen kennis en vaardigheden met bijpassende beheersingsniveaus. 62 Infobrochure PO

64 REKENEN OP MAAT 1 basisschool: groep 1 OMSCHRIJVING: Rekenen op maat 1 is bedoeld voor groep 1 van het basisonderwijs en vergelijkbaar niveau van het speciaal basisonderwijs. Het programma richt zich op de belangrijkste vaardigheden die nodig zijn voor het reken-wiskundeonderwijs. Er wordt nauw aangesloten bij de voorbereidende speel-leerprogramma s. INHOUD: Het programma bestaat uit 3 toetsen en 55 oefeningen basisstof. Er zijn 58 uitlegschermen met plaatjes, schema s en tekst. Alle uitlegschermen worden ook uitgesproken. De leerling werkt met 8 verschillende oefen- en toetsvormen. In totaal zijn in dit lesbestand ruim 1123 variaties van opgaven opgenomen. De reken-wiskunde activiteiten worden veelal in drie gebieden onderverdeeld: Ordenen en meten: alle activiteiten waarbij kinderen voorwerpen of personen met elkaar vergelijken. Denk aan sorteren, seriëren, vergelijken en meten (wie is de langste; begrippen als lang, kort, dik, dun, voorste, achterste, middelste, zwaar, licht e.d.). Hier zijn diverse oefeningen in het programma van opgenomen. Getal/hoeveelheidsbegrip: de activiteiten waarbij kinderen hoeveelheden vergelijken, ordenen en structureren en het herkennen en benoemen van de cijfersymbolen. Denk aan: akoestisch tellen, synchroon tellen, resultatief tellen, hoeveelheden vergelijken/ordenen, hoeveelheden verdelen (evenveel, meer, minder, erbij en eraf). In het programma Rekenen op maat 1 ligt een sterk accent op dit gebied, waarbij er een opbouw is van hoeveelheden en getallen t/m 6 naar hoeveelheden en getallen t/m 10 en naar hoeveelheden en getallen t/m 12. Meetkundige oriëntatie: het wiskundig verwerken van ruimtelijke ervaringen die opgedaan zijn in het alledaagse leven en die met behulp van probleempjes in ons onderwijs bij de kleuters opgeroepen worden. We kennen twee hoofdvormen van meetkundige oriëntatie, t.w. het construeren (bouwen, nabouwen, spiegelen) en het analyseren (het herkennen en benoemen van vormen: driehoek, rechthoek e.d.). Infobrochure PO 63

65 STRUCTUUR: In Rekenen op maat 1 wordt aandacht besteed aan een aantal belangrijke aspecten die bij reken-wiskundeonderwijs een rol spelen: ordenen & meten, getal/hoeveelheidsbegrip en de meetkundige oriëntatie. Er zijn 12 rubrieken van elk 3 weken oefenstof, zodat er voor 36 weken oefenstof aan de orde komt waarin de noodzakelijke vaardigheden worden getraind zoals die in de speelleerprogramma s aan de orde komen. De 12 rubrieken A t/m L staan garant voor de basisstof die elke leerling zou moeten beheersen. Na 6 blokken oefenstof volgt steeds een Midden toets Z1. Deze bevat oefenstof vergelijkbaar met de Cito M1 toets (midden toets). De Eind toets Z2 bevat oefenstof vergelijkbaar met de Cito E1 toets (eindtoets). De Totaaltoets Z3 kunt u gebruiken om een eerste indruk van het vaardigheidsniveau van een kind te bepalen. Natuurlijk is het ook mogelijk hiervoor de Midden toets Z1 en Eindtoets Z2 te gebruiken. Deze toetsen geven een gedetailleerder beeld van de resultaten van het kind. ACHTERGROND: Het programma voldoet aan alle kerndoelen voor het rekenen en volgt de vaardigheden die kinderen in verschillende jaargroepen op het gebied van rekenen-wiskunde moeten leren: denk aan Cito (het loopt synchroon met de Midden- en Eindtoets van het Cito), SLO (Stichting Leerplan Ontwikkeling) en PPON (Periodieke Peiling Onderwijs Niveau). Ook worden de lijnen gevolgd die in TAL zijn uitgezet (Tussendoelen Annex Leerlijnen). 64 Infobrochure PO

66 REKENEN OP MAAT 2 basisschool: groep 2 OMSCHRIJVING: Rekenen op maat 2 is bedoeld voor groep 2 van het basisonderwijs en vergelijkbaar niveau van het speciaal basisonderwijs. Rekenen op maat 2 richt zich op de belangrijkste vaardigheden die nodig zijn voor het reken-wiskundeonderwijs. Er wordt nauw aangesloten bij de voorbereidende speel-leerprogramma s. INHOUD: Rekenen op maat 2 bestaat uit 4 toetsen en 62 oefeningen. Er zijn 74 uitlegschermen met plaatjes, schema s en tekst. Alle uitlegschermen worden ook uitgesproken. De leerling werkt met 8 verschillende oefen- en toetsvormen. In totaal zijn in dit lesbestand ruim 1123 variaties van opgaven opgenomen. De reken-wiskunde activiteiten worden veelal in drie gebieden onderverdeeld: Ordenen en meten: alle activiteiten waarbij kinderen voorwerpen of personen met elkaar vergelijken. Denk aan sorteren, seriëren, vergelijken en meten (wie is de langste; begrippen als lang, kort, dik, dun, voorste, achterste, middelste, zwaar, licht e.d.). Hier zijn diverse oefeningen in het programma van opgenomen. Getal/hoeveelheidsbegrip: de activiteiten waarbij kinderen hoeveelheden vergelijken, ordenen en structureren en het herkennen en benoemen van de cijfersymbolen. Denk aan: akoestisch tellen, synchroon tellen, resultatief tellen, hoeveelheden vergelijken/ordenen, hoeveelheden verdelen (evenveel, meer, minder, erbij en eraf). In het programma Rekenen op maat 1 ligt een sterk accent op dit gebied, waarbij er een opbouw is van hoeveelheden en getallen t/m 6 naar hoeveelheden en getallen t/m 10, naar hoeveelheden en getallen t/m 12 en vervolgens naar hoeveelheden en getallen t/m 20. Meetkundige oriëntatie: het wiskundig verwerken van ruimtelijke ervaringen die opgedaan zijn in het alledaagse leven en die met behulp van probleempjes in ons onderwijs bij de kleuters opgeroepen worden. We kennen twee hoofdvormen van meetkundige oriëntatie, t.w. het construeren (bouwen, nabouwen, spiegelen) en het analyseren (het herkennen en benoemen van vormen: driehoek, rechthoek e.d.). Extra toets 'hoeveelheden bepalen en vergelijken Rekenen op maat 2 heeft een extra signaleringstoets voor kinderen die mogelijk problemen hebben met het bepalen en vergelijken van hoeveelheden of dyscalculie. In zowel Rekenen op maat 1 als Rekenen op maat 2 worden oefeningen op het gebied van deze basale processen aangeboden. Infobrochure PO 65

67 STRUCTUUR: In Rekenen Op Maat 2 wordt aandacht besteed aan een aantal belangrijke aspecten die bij reken-wiskundeonderwijs een rol spelen: ordenen & meten, getal/hoeveelheidsbegrip en de meetkundige oriëntatie. Er zijn 12 rubrieken van elk 3 weken oefenstof, zodat er voor 36 weken oefenstof aan de orde komt waarin de noodzakelijke vaardigheden worden geoefend zoals die in de speelleerprogramma s aan de orde komen. De 12 rubrieken A t/m L staan garant voor de basisstof die elke leerling zou moeten beheersen. Na 6 blokken oefenstof volgt steeds een Midden toets Z1. Deze bevat oefenstof vergelijkbaar met de Cito M1 toets (midden toets). De Eind toets Z2 bevat oefenstof vergelijkbaar met de Cito E1 toets (eindtoets). De Totaaltoets Z3 kunt u gebruiken om een eerste indruk van het vaardigheidsniveau van een kind te bepalen. Natuurlijk is het ook mogelijk hiervoor de Midden toets Z1 en Eindtoets Z2 te gebruiken. Deze toetsen geven een gedetailleerder beeld van de resultaten van het kind. Extra toets Z4 hoeveelheden bepalen en vergelijken, is een extra signaleringstoets voor kinderen die mogelijk problemen hebben met het bepalen en vergelijken van hoeveelheden of dyscalculie. Deze extra toets kan al vanaf halverwege groep 2 worden afgenomen. De toets bevat een voorlopige normering met conclusies aan het eind van de gemaakte resultaten. ACHTERGROND: Rekenen op maat 2 voldoet aan alle kerndoelen voor het rekenen en volgt de vaardigheden die kinderen in verschillende jaargroepen op het gebied van rekenen-wiskunde moeten leren: denk aan Cito (het loopt synchroon met de Midden- en Eindtoets van het Cito), SLO (Stichting Leerplan Ontwikkeling) en PPON (Periodieke Peiling Onderwijs Niveau). Ook worden de lijnen gevolgd die in TAL zijn uitgezet (Tussendoelen Annex Leerlijnen). 66 Infobrochure PO

68 REKENEN OP MAAT 3 basisschool: groep 3 OMSCHRIJVING: Rekenen op maat 3 combineert alle getallen van Rekenen op maat 1 en 2. Het programma behandelt de getallen van 0 t/m 24. Kinderen leren rekenen aan de hand van een goede balans tussen zelfstandig werken en didactische begeleiding door de software. De leerling kiest zelf uit wisselende sets van oefeningen met uitleg, feedback en veel verschillende oefenopgaven. De educatieve software bekijkt voortdurend wat de vorderingen van de leerling zijn, zodat de leerling stap voor stap vooruit gaat in het leerproces. Aangezien de leerlingen in dezelfde periode ook leren lezen, worden alle oefeningen zowel auditief als visueel aangeboden. Dat geldt voor de naam van de oefening, de tekst van de uitlegschermen, de gestelde vragen, de antwoordmogelijkheden, de feedback bij elk antwoord aan het einde van een oefening. Oefening A1 Kamers in een hotel. INHOUD: Rekenen op maat 3 bevat 1 totaaltoets en 1 instaptoets. Er zijn 41 oefeningen met 56 gesproken uitlegschermen. Infobrochure PO 67

69 OVERZICHT RUBRIEKEN: Rubriek A Symbolen 1 t/m 24 Rubriek B Volgorde 1 t/m 24 Rubriek C Tellen 1 t/m 24 Rubriek D Hoeveelheden samenstellen Rubriek E Splitsen Rubriek F Stappen 2345 Rubriek G Begrippen Rubriek H Plussommen Rubriek I Minsommen STRUCTUUR: Het basisprincipe van de Muiswerkprogramma s is dat een diagnostische toets de leerling stuurt naar het oefenmateriaal dat aansluit bij de fouten. Rekenen op maat werkt iets anders. Met de instaptoets bepaalt Muiswerk op welk niveau de leerling hoort in te stappen. Dit zie je onder de knop JOUW X-OEFENINGEN knop (de X wordt door de instaprubriek vervangen). De instaptoets zoekt dus snel het juiste niveau van de leerling op. Na het doen van de instaptoets ziet de leerling onder zijn eigen knop die oefeningen die bij een bepaalde rubriek horen. Die oefeningen kan hij nu gaan maken. Maakt hij ze allemaal aardig goed dan zal Muiswerk vanzelf de volgende rubriek aansnijden. Gaat het erg slecht dan zal Muiswerk terugschakelen naar een lichtere rubriek. Pas als alle oefeningen aardig goed gemaakt worden is het aan te raden om de zogenaamde eindtoets te maken. Die toets bevraagt alle rubrieken en kan gebruikt worden om een niveaumeting te doen. ACHTERGROND: Goed leren rekenen is een van de belangrijkste vaardigheden in het basisonderwijs. Veel bijvoorbeeld financiële elementen in het leven van alledag maken het noodzakelijk dat het beheersen van basisrekenvaardigheden vaak als vanzelfsprekend wordt verondersteld. Oefening F4 Van 0 met stappen van Infobrochure PO

70 REKENEN OP MAAT 4 basisonderwijs: is bedoeld voor groep 4 van het basisonderwijs en vergelijkbaar niveau van het speciaal basisonderwijs praktijkonderwijs: remediërend OMSCHRIJVING: Rekenen op maat 4 richt zich op de belangrijkste vaardigheden die nodig zijn voor het reken-wiskundeonderwijs. Er wordt nauw aangesloten bij de oefenstof van de verschillende blokken van de gebruikte reken-wiskundemethode. De inhoud van de oefeningen in de rubrieken van Rekenen op maat 4 is gebaseerd op de methodische opbouw bij het rekenen tot 100 in groep 4. We onderscheiden de oriëntatie in het rekengebied tot 100 en hierna start de methodiek met de bewerkingen bij het rekenen tot 100. Aangesloten wordt bij de zogenaamde rijgmethodiek, waarbij het rekenen op de getallenlijn met sprongsommen een belangrijk didactisch hulpmiddel vormt. Bij de oefeningen wordt in de eerste rubrieken een aantal deelvaardigheden geoefend die belangrijke bouwstenen zijn om met succes het optellen en aftrekken tot 100 later te kunnen uitvoeren. De volgende domeinen van de leerstof komen aan bod: Getallen en getalrelaties Bewerkingen - hoofdrekenen: optellen, aftrekken, vermenigvuldigen, delen Meten, tijd en geld Meetkunde Het programma gebruikt niet alleen diverse gevarieerde oefenvormen om de leerlingen gemotiveerd te houden, maar ook verschillende uitdagende modellen uit de rekenwiskundemethode: tabellen, machientjes en de verhoudingstabel. Infobrochure PO 69

71 INHOUD: Het lesbestand Muiswerk Rekenen op maat 4 bestaat uit 3 toetsen en 70 oefeningen basisstof en 16 oefeningen verrijkingsstof. Er zijn 102 uitlegschermen met plaatjes, schema s en tekst. Alle uitlegschermen worden ook uitgesproken. De leerling werkt met 11 verschillende oefen- en toetsvormen. In totaal zijn in dit lesbestand ruim 1138 variaties van opgaven opgenomen, waarvan 224 verrijkingstof opgaven. STRUCTUUR: Er zijn 12 rubrieken van elk 3 weken oefenstof, zodat er voor 36 weken oefenstof aan de orde komt. De 12 rubrieken A t/m L staan garant voor de basisstof die elke leerling zou moeten beheersen. Daarnaast zijn er 3 rubrieken (M, N en O) met verrijkingsstof voor snellere rekenaars. Hierbij komt het handig rekenen ruimschoots aan de orde met moeilijker oefenstof. Rubriek M is bedoeld als aanvulling bij de rubrieken A t/m D; rubriek N als aanvulling bij de rubrieken E t/m H en rubriek O als aanvulling voor de rubrieken I t/m L. De Middentoets (niveau M-toets Cito groep 4) kan in januari afgenomen worden na 18 weken onderwijs en oefenen. De Eindtoets (niveau E-toets Cito groep 4) kan in juni afgenomen worden na 36 weken onderwijs en oefenen. De Totaaltoets kunt u gebruiken om het instapniveau van een kind te bepalen bij een individueel programma. Natuurlijk is het ook mogelijk hiervoor de Midden- en de Eindtoets hiervoor te gebruiken. ACHTERGROND: Het programma voldoet aan alle kerndoelen voor het rekenen en volgt de vaardigheden die kinderen op het gebied van rekenen-wiskunde moeten leren: denk aan Cito (het loopt synchroon met de Midden- en Eindtoets van het Cito), SLO (Stichting Leerplan Ontwikkeling), PPON (Periodieke Peiling Onderwijs Niveau)en de commissie Meijerink. Ook worden de lijnen gevolgd die in TAL zijn uitgezet (Tussendoelen Annex Leerlijnen). Het programma is met name geschikt voor groepen waarin grote niveauverschillen bestaan en voor leerlingen die het gewone oefenen niet interessant meer vinden. Leerlingen kunnen op verschillende manieren werken en het is naast elke methode te gebruiken. 70 Infobrochure PO

72 REKENEN OP MAAT 5 basisonderwijs: groep 5 en vergelijkbaar niveau van speciaal basisonderwijs praktijkonderwijs vmbo: remediërend in de lagere niveaus basiseducatie mbo: niveau 1 OMSCHRIJVING: Rekenen op maat 5 richt zich op de belangrijkste vaardigheden die nodig zijn voor het reken-wiskundeonderwijs. Er wordt nauw aangesloten bij de oefenstof van de gebruikte reken-wiskundemethode. De inhoud van de oefeningen in de rubrieken van Rekenen op maat 5 is gebaseerd op de methodische opbouw bij het rekenen tot 1000 in groep 5. We onderscheiden de oriëntatie in het rekengebied tot 1000 en hierna start de methodiek met de bewerkingen bij het rekenen tot Aangesloten wordt bij de zogenaamde rijgmethodiek, waarbij het begingetal intact gelaten wordt en het tweede getal er in delen bijgedaan of afgehaald wordt. Bij elk somtype wordt aparte feedback hiervoor gegeven. De volgende domeinen van de leerstof komen aan bod: Getallen en getalrelaties Bewerkingen - hoofdrekenen: optellen, aftrekken, vermenigvuldigen, delen Meten, tijd en geld Meetkunde Er worden niet alleen diverse gevarieerde oefenvormen (9) in het programma gebruikt teneinde de leerlingen gemotiveerd te houden met nieuwe uitdagingen, maar ook wordt er gebruik gemaakt van verschillende uitdagende modellen zoals die in de rekenwiskundemethode voorkomen: tabellen, machientjes en de verhoudingstabel. Infobrochure PO 71

73 INHOUD: Rekenen op maat 5 bestaat uit 3 toetsen en 60 oefeningen basisstof en 13 oefeningen verrijkingsstof. Er zijn 85 uitlegschermen met plaatjes, schema s en tekst. Alle uitlegschermen worden ook uitgesproken. De leerling werkt met 9 verschillende oefen- en toetsvormen. In totaal zijn in dit lesbestand ruim 3632 variaties van opgaven opgenomen, waarvan 728 verrijkingsstof opgaven. Het totale pakket bestaat uit de volgende onderdelen: 60 interactieve oefeningen waarbij de basisstof voor groep 5 op gevarieerde wijze aan de orde komt en geoefend wordt. 13 interactieve oefeningen verrijkingsstof die aansluitend gemaakt kunnen worden bij elke 4 rubrieken. 3 toetsen, waarin de basisvaardigheden van het eerste halfjaar en het tweede halfjaar getoetst worden corresponderend met de Cito normen en in de totaaltoets het gehele leerjaar getoetst kan worden. Handleiding digitaal in pdf-formaat. STRUCTUUR: Er zijn 12 rubrieken van elk 3 weken oefenstof, zodat er voor 36 weken oefenstof aan de orde komt waarin de noodzakelijke vaardigheden worden geoefend.. De 12 rubrieken A t/m L staan garant voor de basisstof die elke leerling zou moeten beheersen. Daarnaast zijn er 3 rubrieken (M, N en O) waarin verrijkingsstof kan worden geoefend voor snellere rekenaars. Hierbij komt het handig rekenen ruimschoots aan de orde met moeilijker oefenstof. Het is de bedoeling dat rubriek M als aanvulling bij de rubrieken A t/m D gebruikt kan gaan worden; rubriek N als aanvulling bij de rubrieken E t/m H en rubriek O als aanvulling voor de rubrieken I t/m L. De Middentoets (niveau M-toets Cito groep 5) kan in januari afgenomen worden na 18 weken onderwijs en oefenen. De Eindtoets (niveau E-toets Cito groep 5) kan in juni afgenomen worden na 36 weken onderwijs en oefenen. De Totaaltoets kunt u gebruiken om het instapniveau van een kind te bepalen bij een individueel programma. Natuurlijk is het ook mogelijk hiervoor de Midden- en de Eindtoets te gebruiken. ACHTERGROND: Het programma richt zich op de belangrijkste vaardigheden die nodig zijn voor het rekenwiskundeonderwijs. Er wordt nauw aangesloten bij de oefenstof van de verschillende blokken van de gebruikte reken-wiskundemethode. Kinderen kunnen zelfstandig de aanvullende oefenstof verwerken om een goede beheersing van vaardigheden op te bouwen. Het programma voldoet aan alle kerndoelen voor het rekenen en volgt de vaardigheden die kinderen op het gebied van rekenen-wiskunde moeten leren: denk aan Cito (het loopt synchroon met de Midden- en Eindtoets van het Cito), SLO (Stichting Leerplan Ontwikkeling), PPON (Periodieke Peiling Onderwijs Niveau)en de commissie Meijerink. Ook worden de lijnen gevolgd die in TAL zijn uitgezet (Tussendoelen Annex Leerlijnen). Het programma is met name geschikt voor groepen waarin grote niveauverschillen bestaan en voor leerlingen die het gewone oefenen niet interessant meer vinden. U kunt de leerlingen op verschillende manieren met het programma laten werken en het is naast elke reken-wiskundemethode te gebruiken. 72 Infobrochure PO

74 REKENEN OP MAAT 6 basisonderwijs: groep 6 en vergelijkbaar niveau van speciaal basisonderwijs praktijkonderwijs vmbo: remediërend in de lagere niveaus basiseducatie mbo: niveau 1 OMSCHRIJVING: Muiswerk Rekenen op maat 6 is bedoeld voor groep 6 van het basisonderwijs en vergelijkbaar niveau van het speciaal basisonderwijs. In dit programma wordt aandacht besteed aan een aantal belangrijke aspecten die bij reken-wiskundeonderwijs een rol spelen. De inhoud van de oefeningen van Rekenen op maat 6 is gebaseerd op de methodische opbouw bij het rekenen tot 1000 in groep 6. Aangesloten wordt bij de zogenaamde rijgmethodiek, waarbij het begingetal intact gelaten wordt en het tweede getal er in delen bijgedaan of afgehaald wordt. Bij elk somtype wordt aparte feedback hiervoor gegeven. Bij de oefeningen in de oriëntatie tot wordt in de eerste rubrieken een aantal deelvaardigheden geoefend die belangrijke bouwstenen zijn om met succes het optellen en aftrekken tot zonder en met overschrijding van het duizendtal, het honderdtal en tiental later te kunnen uitvoeren. De volgende domeinen van de leerstof komen aan bod: Getallen en getalrelaties Bewerkingen hoofdrekenen: optellen, aftrekken, vermenigvuldigen, delen cijferen: optellen, aftrekken, vermenigvuldigen, delen Breuken, procenten, verhoudingen en kommagetallen Meten, tijd en geld Meetkunde Tabellen en grafieken INHOUD: Muiswerk Rekenen op maat 6 bestaat uit 5 toetsen en 58 oefeningen basisstof en 13 oefeningen verrijkingsstof. Er zijn 83 uitlegschermen met plaatjes, schema s en tekst. Alle uitlegschermen worden ook uitgesproken. De leerling werkt met 5 verschillende oefen- en toetsvormen. In totaal zijn in dit lesbestand ruim 5150 variaties van opgaven opgenomen, waarvan 1440 verrijkingsstof opgaven. Het totale pakket bestaat uit de volgende onderdelen: 57 interactieve oefeningen met de basisstof voor groep interactieve oefeningen verrijkingsstof. 5 toetsen, waarvan de deeltoetsen corresponderen met de Cito-normen. Handleiding digitaal in pdf-formaat. STRUCTUUR: Er zijn 12 rubrieken van elk 3 weken oefenstof, zodat er voor 36 weken oefenstof aan de Infobrochure PO 73

75 orde komt waarin de noodzakelijke vaardigheden worden geoefend zoals die in de rekenwiskundemethode aan de orde komen. De 12 rubrieken, A t/m L, staan garant voor de basisstof die elke leerling zou moeten beheersen. Daarnaast zijn er 3 rubrieken (M, N en O) waarin verrijkingsstof kan worden geoefend voor snellere rekenaars. Hierbij komt het handig rekenen ruimschoots aan de orde met moeilijker oefenstof. Het is de bedoeling dat rubriek M als aanvulling bij de rubrieken A t/m D gebruikt kan gaan worden; rubriek N als aanvulling bij de rubrieken E t/m H en rubriek O als aanvulling voor de rubrieken I t/m L. Na 3 blokken oefenstof volgt steeds een tussentoets. De beide tussentoetsen Z1 en Z2 bevatten oefenstof vergelijkbaar met de Cito M6 toets (middentoets). De beide tussentoetsen Z3 en Z4 bevatten oefenstof vergelijkbaar met de Cito E6 toets (eindtoets). De Totaaltoets Z5 kunt u gebruiken om het instapniveau van een kind te bepalen bij een individueel programma. Natuurlijk is het ook mogelijk hiervoor de 4 tussentoetsen hiervoor te gebruiken. ACHTERGROND: Het programma richt zich op de belangrijkste vaardigheden die nodig zijn voor het rekenwiskundeonderwijs. Er wordt nauw aangesloten bij de oefenstof van de verschillende blokken van de gebruikte reken-wiskundemethode. Kinderen kunnen zelfstandig de aanvullende oefenstof verwerken om op motiverende wijze een goede beheersing van vaardigheden op te bouwen. Het programma voldoet aan alle kerndoelen voor het rekenen en volgt de vaardigheden die kinderen in verschillende jaargroepen op het gebied van rekenen-wiskunde moeten leren: denk aan Cito (het loopt synchroon met de Midden- en Eindtoets van het Cito), SLO (Stichting Leerplan Ontwikkeling), PPON (Periodieke Peiling Onderwijs Niveau) en de commissie Meijerink. Ook worden de lijnen gevolgd die in TAL zijn uitgezet (Tussendoelen Annex Leerlijnen). Het programma is met name geschikt voor groepen waarin grote niveauverschillen bestaan en voor leerlingen die het gewone oefenen niet interessant meer vinden. U kunt de leerlingen op verschillende manieren met het programma laten werken en het is naast elke reken-wiskundemethode te gebruiken. 74 Infobrochure PO

76 REKENEN OP MAAT 7 basisonderwijs: groep 7 en vergelijkbaar niveau van speciaal basisonderwijs praktijkonderwijs vmbo: remediërend basiseducatie mbo: niveau 1 OMSCHRIJVING: Muiswerk Rekenen op maat 7 is bedoeld voor groep 7 van het basisonderwijs en vergelijkbaar niveau van het speciaal basisonderwijs. Rekenen op maat 7 besteedt aandacht aan een aantal belangrijke aspecten die bij reken-wiskundeonderwijs een rol spelen. De inhoud van de oefeningen in de rubrieken van Rekenen op maat 7 is gebaseerd op de methodische opbouw bij het rekenen in groep 7. Er komen diverse basisvaardigheden aan de orde, zoals rekenen met ronde getallen, vermenigvuldigen en delen met 10, 100 en Bij elk somtype wordt aparte feedback hiervoor gegeven. De kinderen breiden hun kennis van de telrij verder uit tot en met miljarden. Aan de orde komen gehele getallen tot en met , kommagetallen, breuken en procenten. De volgende domeinen van de leerstof komen aan bod: Getallen Bewerkingen - hoofdrekenen: optellen, aftrekken, vermenigvuldigen, delen - cijferen: optellen, aftrekken, vermenigvuldigen, delen Breuken, procenten, verhoudingen en kommagetallen Meten, tijd en geld Meetkunde Tabellen en grafieken INHOUD: Rekenen op maat 7 bestaat uit 5 toetsen (waarvan de deeltoetsen corresponderen met Cito-normen) en 56 oefeningen basisstof en 12 oefeningen verrijkingsstof. Er zijn 75 uitlegschermen met plaatjes, schema s en tekst. Alle uitlegschermen worden ook uitgesproken. De leerling werkt met 5 verschillende oefen- en toetsvormen. In totaal zijn in dit lesbestand ruim 1005 variaties van opgaven opgenomen, waarvan 190 verrijkingsstof opgaven. STRUCTUUR: Er zijn 12 rubrieken van elk 3 weken oefenstof, zodat er voor 36 weken oefenstof aan de orde komt. De 12 rubrieken A t/m L staan garant voor de basisstof die elke leerling zou moeten beheersen. Daarnaast zijn er 3 rubrieken (M, N en O) waarin verrijkingsstof kan worden geoefend voor snellere rekenaars. Hierbij komt het handig rekenen ruimschoots aan de Infobrochure PO 75

77 orde met moeilijker oefenstof. Rubriek M is aanvulling bij de rubrieken A t/m D, rubriek N hoort bij de E t/m H en rubriek O is aanvulling voor I t/m L. Na 3 blokken oefenstof volgt steeds een tussentoets. De beide tussentoetsen Z1 en Z2 bevatten oefenstof vergelijkbaar met de Cito M7 toets (middentoets). Z3 en Z4 bevatten oefenstof vergelijkbaar met de Cito E7 toets (eindtoets). De Totaaltoets Z5 kunt u gebruiken om het instapniveau van een kind te bepalen. Natuurlijk is het ook mogelijk hiervoor de 4 tussentoetsen hiervoor te gebruiken. Door de opzet en inhoud van de uitlegschermen leent het programma zich prima voor het zelfstandig werken. In de uitlegschermen wordt de didactiek zichtbaar vergelijkbaar met de gebruikte reken-wiskundemethode in de jaargroep. ACHTERGROND: Het programma richt zich op de belangrijkste vaardigheden die nodig zijn voor het rekenwiskundeonderwijs. Er wordt nauw aangesloten bij de oefenstof van de verschillende blokken van de gebruikte reken-wiskundemethode. Kinderen kunnen zelfstandig de aanvullende oefenstof verwerken om op motiverende wijze een goede beheersing van vaardigheden op te bouwen. Het programma voldoet aan alle kerndoelen voor het rekenen en volgt de vaardigheden die kinderen in verschillende jaargroepen op het gebied van rekenen-wiskunde moeten leren: denk aan Cito (het loopt synchroon met de Midden- en Eindtoets van het Cito), SLO (Stichting Leerplan Ontwikkeling), PPON (Periodieke Peiling Onderwijs Niveau) en de commissie Meijerink. Ook worden de lijnen gevolgd die in TAL zijn uitgezet (Tussendoelen Annex Leerlijnen). Het programma is met name geschikt voor groepen waarin grote niveauverschillen bestaan en voor leerlingen die het gewone oefenen niet interessant meer vinden. U kunt de leerlingen op verschillende manieren met het programma laten werken en het is naast elke reken-wiskundemethode te gebruiken. 76 Infobrochure PO

78 REKENEN OP MAAT 8 basisonderwijs: groep 8 en vergelijkbaar niveau van speciaal basisonderwijs praktijkonderwijs vmbo: brugklassen basiseducatie mbo: niveau 1 OMSCHRIJVING: Rekenen op maat 8 is bedoeld voor groep 8 van het basisonderwijs en vergelijkbaar niveau van het speciaal basisonderwijs. Rekenen op maat 8 besteedt aandacht aan een aantal belangrijke aspecten die bij reken-wiskundeonderwijs een rol spelen. De inhoud van de oefeningen in de rubrieken van Rekenen op Maat 8 is gebaseerd op de methodische opbouw bij het rekenen in groep 8. De volgende onderdelen van leerstof komen aan bod: 1. Oriëntatie in het getallengebied tot Rekenen met het hoofd 3. Geldrekenen 4. Analoge en digitale kloktijden 5. Schatten 6. Cijferen 7. Breuken en kommagetallen 8. Procenten 9. Meten en meetkunde 10. Verrijkingsstof INHOUD: Het lesbestand Muiswerk Rekenen op Maat 8 bestaat uit 6 toetsen en 52 oefeningen basisstof en 12 oefeningen verrijkingsstof (zie lesstofoverzicht op blz. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.). Er zijn 88 uitlegschermen met plaatjes, schema s en tekst. Alle uitlegschermen worden ook uitgesproken. De leerling werkt met 9 verschillende oefen- en toetsvormen. In totaal zijn in dit lesbestand ruim 5700 variaties van opgaven opgenomen. STRUCTUUR: Er zijn 12 rubrieken van elk 3 weken oefenstof, zodat er voor 36 weken oefenstof aan de orde komt waarin de noodzakelijke vaardigheden worden geoefend zoals die in de rekenwiskundemethode aan de orde komen. De 12 rubrieken A t/m L staan garant voor de basisstof die elke leerling zou moeten beheersen. Daarnaast zijn er 3 rubrieken (M, N en O) waarin verrijkingsstof kan worden geoefend voor snellere rekenaars. Hierbij komt het handig rekenen ruimschoots aan de orde met moeilijker oefenstof. Het is de bedoeling dat rubriek M als aanvulling bij de rubrieken A t/m D gebruikt kan gaan worden; rubriek N als aanvulling bij de rubrieken E t/m H en rubriek O als aanvulling voor de rubrieken I t/m L. Infobrochure PO 77

79 Na 3 blokken oefenstof volgt steeds een tussentoets. De tussentoetsen Z1 en Z2 bevatten oefenstof vergelijkbaar met de Cito M8 toets (middentoets). De Midden toets Z5 bevat de oefenstof van de 6 blokken A t/m F en sluit dus goed aan bij de Cito M8 toets. De tussentoetsen Z3 en Z4 bevatten oefenstof vergelijkbaar met de Cito E8 toets (eindtoets). De Eindtoets Z6 bevat de oefenstof van de 6 blokken G t/m L en sluit dus goed aan bij de Cito E8 toets. De Midden- en Eindtoetsen Z5 en Z6 kunt u gebruiken om het instapniveau van een kind te bepalen bij een individueel programma. Natuurlijk is het ook mogelijk hiervoor de 4 tussentoetsen (Z1 t/m Z4) hiervoor te gebruiken. Deze bevatten meer toetsitems, waardoor er een genuanceerder beeld kan ontstaan. Door de opzet en inhoud van de uitlegschermen leent het programma zich prima voor het zelfstandig werken. In de uitlegschermen wordt de didactiek zichtbaar vergelijkbaar met de gebruikte reken-wiskundemethode in de jaargroep. ACHTERGROND: Het programma richt zich op de belangrijkste vaardigheden die nodig zijn voor het rekenwiskundeonderwijs. Er wordt nauw aangesloten bij de oefenstof van de verschillende blokken van de gebruikte reken-wiskundemethode. Kinderen kunnen zelfstandig de aanvullende oefenstof verwerken om op motiverende wijze een goede beheersing van vaardigheden op te bouwen. Het programma voldoet aan alle kerndoelen voor het rekenen en volgt de vaardigheden die kinderen in verschillende jaargroepen op het gebied van rekenen-wiskunde moeten leren: denk aan Cito (het loopt synchroon met de Midden- en Eindtoets van het Cito), SLO (Stichting Leerplan Ontwikkeling), PPON (Periodieke Peiling Onderwijs Niveau)en de commissie Meijerink. Ook worden de lijnen gevolgd die in TAL zijn uitgezet (Tussendoelen Annex Leerlijnen). Het programma is met name geschikt voor groepen waarin grote niveauverschillen bestaan en voor leerlingen die het gewone oefenen niet interessant meer vinden. U kunt de leerlingen op verschillende manieren met het programma laten werken en het is naast elke reken-wiskundemethode te gebruiken. 78 Infobrochure PO

80 SPELLING OP MAAT 1 basisschool: groep 4 en 5 praktijkonderwijs: remediërend vmbo: vmbo bbl mbo: remediërend basiseducatie OMSCHRIJVING: De Muiswerkprogramma s Spelling op maat 1, 2 en 3 vormen een complete leerlijn voor de spelling die op de basisschool moet worden aangeleerd. Spelling op maat 1 is het eerste deel van deze leerlijn. De drie programma s bestrijken alle regels van de Nederlands spelling die op de basisschool aan de orde komen en waarmee in het voortgezet onderwijs vaak nog geoefend wordt. Een uitzondering vormen de regels voor de werkwoordspelling. Die worden in een apart programma (Werkwoordspelling op maat) behandeld. INHOUD: Het programma bestaat uit 4 toetsen die samen 15 rubrieken afdekken. Er zijn 78 oefeningen, onderverdeeld naar onderwerp. In totaal zijn in dit lesbestand meer dan 2000 verschillende opgaven verwerkt en zijn er 133 ingesproken uitlegschermen. OVERZICHT RUBRIEKEN: Rubriek A Lettergrepen Het besef dat woorden vaak bestaan uit twee of meer lettergrepen. Rubriek B Plakletters Bij het spellen soms iets moet afwijken van wat je precies hoort. Rubriek C eur/ oor/ eer Bij woorden op -eer, -eur en -oor waarin ondanks de afwijkende uitspraak die door de r veroorzaakt wordt, gewoon ee, eu en oo geschreven moet worden. Rubriek D aai/ ooi/ eer De j-klank die op het eind van een woord altijd als i geschreven wordt. Rubriek E sch/ cht/ g Klanken die op verschillende manieren gespeld kunnen worden. Rubriek F ieuw/ eeuw/ ouw/ auw De extra u in woorden als nieuw en leeuw. Rubriek G Verkleinwoorden De spelling van de regelmatig gevormde verkleinwoorden. Rubriek H ei/ ij Enkele belangrijke inprentspellingen: de woorden met ei of ij. Rubriek I au/ ou Enkele belangrijke inprentspellingen: de woorden met au of ou. Rubriek J ng/ nk Infobrochure PO 79

81 De spelling van woorden die op -nk eindigen. Je hoort ngk, maar schrijft de g niet. Rubriek K be/ ge/ en/ ver/ je De voorvoegsels be- ge- en ver-, meestal uitgesproken met schwa-klank zijn het onderwerp van rubriek K. Rubriek L eind d/ t De verlengingsregel. Rubriek M Rover De medeklinkerverenkeling. Rubriek N Dubbelaar De klinkerverdubbeling. Rubriek O Rover en dubbelaar Combinatie van rubriek M en rubriek N. Rubriek P heksen/ reeksen/ ruiken Meer rover- en dubbelaarwoorden. Rubriek Q Eigen oefeningen STRUCTUUR: Het basisprincipe van de meeste Muiswerkprogramma's is dat een diagnostische toets de leerling stuurt naar oefenmateriaal dat aansluit bij de gemaakte fouten. De toets kan herhaald worden en eventueel leiden tot opnieuw oefenen. Ook Muiswerk Spelling op maat 1 is zo gestructureerd. Een leerling die bij de toets in een bepaald themagebied verschillende fouten maakt, krijgt na de toets in zijn persoonlijke oefenprogramma een serie oefeningen over dat thema gepresenteerd. Na herhaald oefenen kan de toets opnieuw gemaakt worden om te zien of er vooruitgang is. ACHTERGROND: Het Nederlands wordt beschouwd als een tamelijk transparante taal, waarin veel klanken slechts op één manier aan de spelling gekoppeld zijn. Toch moet van die regelmatige koppelingen bij het spellen al gauw worden afgeweken. De leerling moet leren orthografische regels toe te passen en uitzonderingen te onthouden. In de Spelling op maat programma s is geprobeerd de regelmatigheden in de opbouw van de Nederlandse woorden zo veel mogelijk expliciet aan te geven. Vaak gaat het daarbij om statistische verschijnselen die een goed spellende leerling zelf al snel ontdekt, maar een zwakke speller niet. Bijvoorbeeld dat de g-klank na een s altijd als ch geschreven wordt. Via verhaaltjes waar woorden met een bepaalde spelling in voorkomen (bijvoorbeeld woorden met ei of woorden met au) wordt het inprenten van woorden verder ondersteund. In tegenstelling tot veel spellingsmethodes worden in de op-maat-programma s ook verschijnselen gepresenteerd die te maken hebben met de bouw van de Nederlandse woorden; de voor- en achtervoegsels en de samenstellingen. 80 Infobrochure PO

82 SPELLING OP MAAT 2 basisschool: groep 5 en 6 praktijkonderwijs vmbo: vmbo bbl, kbl en gl mbo: remediërend basiseducatie OMSCHRIJVING: De Muiswerkprogramma s Spelling op maat 1, 2 en 3 vormen een complete leerlijn voor de spelling die op de basisschool moet worden aangeleerd. Spelling op maat 2 is het tweede deel van deze leerlijn. De drie programma s bestrijken alle regels van de Nederlands spelling die op de basisschool aan de orde komen en waarmee in het voortgezet onderwijs vaak nog geoefend wordt. Een uitzondering vormen de regels voor de werkwoordspelling. Die worden in een apart programma (Werkwoordspelling op maat) behandeld. INHOUD: Het programma bestaat uit 4 toetsen die samen 15 rubrieken afdekken. Er zijn 86 oefeningen, onderverdeeld naar onderwerp. In totaal zijn in dit lesbestand 2616 verschillende opgaven verwerkt en zijn er 158 ingesproken uitlegschermen. OVERZICHT RUBRIEKEN: Rubriek A Verlengingsregel Verlengingsregel d/t en p/ b Rubriek B Enkel of dubbel De regels van klinkerverenkeling en medeklinkerverdubbeling. Rubriek C ig/ lijk De achtervoegsel ig en lijk aan de orde. Rubriek D e/ ee/ é Een uitzondering op de regel van de klinkerverenkeling, namelijk de spelling van de lange ee-klank. Rubriek E Verkleinwoorden De regelmatig gevormde verkleinwoorden, maar ook over enkele meer uitzonderlijke vormen. Rubriek F el/ er/ em/ en/ e De spelling van de stomme E of schwa, in woorden die bijvoorbeeld op -el, -em of -en eind. Rubriek G s/ z en f/ v De afwisseling s/z en f/v. Rubriek H Vergrotend en overtreffend De spelling en de opbouw van de vergrotende en overtreffende trap van bijvoeglijk naamwoorden. Rubriek I ig/ lijk/ heid/ aard/ erd Infobrochure PO 81

83 De achtervoegsels ig, -lijk, -heid, -aard en -erd komen aan bod. Rubriek J Meervoud op s of s De spelling van het meervoud van zelfstandige naamwoorden. Rubriek K Meervoud op -en Onregelmatige meervouden. Rubriek L c/ s, c/ k Klanken die op verschillende manieren geschreven kunnen worden. Rubriek M Los of vast Het al dan niet aaneenschrijven van woorden. Rubriek N Hoofdletters Het schrijven van hoofdletters, waar de zinsbouw en opnieuw de betekenis een rol bij speelt. Rubriek O Afbreken De regels voor het afbreken van woorden. Rubriek P Eigen oefeningen STRUCTUUR: Het basisprincipe van de meeste Muiswerkprogramma's is dat een diagnostische toets de leerling stuurt naar oefenmateriaal dat aansluit bij de gemaakte fouten. De toets kan herhaald worden en eventueel leiden tot opnieuw oefenen. Ook Muiswerk Spelling op maat 2 is zo gestructureerd. Een leerling die bij de toets in een bepaald themagebied verschillende fouten maakt, krijgt na de toets in zijn persoonlijke oefenprogramma een serie oefeningen over dat thema gepresenteerd. Na herhaald oefenen kan de toets opnieuw gemaakt worden om te zien of er vooruitgang is. ACHTERGROND: Aangenomen is dat de leerlingen het verband tussen de regelmatige en meest gebruikte klanken en letters bij het lezen en spellen hebben aangeleerd, dat de leerling inmiddels weet dat voor spellen goed naar de klanken luisteren niet voldoende is. Er wordt soms enigszins afgeweken van wat je hoort en één klank wordt soms op verschillende manieren gespeld (g/ ch, ei/ ij, au/ou). Bovendien moeten op de voorlopige klankvorm soms orthografische regels worden toegepast om bij de juiste spelling te komen. In de Spelling op maat programma s is geprobeerd de regelmatigheden in de opbouw van de Nederlandse woorden zo veel mogelijk expliciet aan te geven. Vaak gaat het daarbij om statistische verschijnselen die een goed spellende leerling zelf al snel ontdekt, maar een zwakke speller niet. Bijvoorbeeld dat op het einde van een woord nooit een v of een z staat. Via verhaaltjes waar woorden met een bepaalde spelling in voorkomen (bijvoorbeeld woorden met ei of woorden met au) wordt het inprenten van woorden verder ondersteund. In tegenstelling tot veel spellingsmethodes worden in de op-maatprogramma s ook verschijnselen gepresenteerd die te maken hebben met de bouw van de Nederlandse woorden; de voor- en achtervoegsels en de samenstellingen. 82 Infobrochure PO

84 SPELLING OP MAAT 3 basisschool: groep 7 en 8 praktijkonderwijs vmbo: alle niveaus mbo: remediërend in mbo 1-2 basiseducatie OMSCHRIJVING: De Muiswerkprogramma s Spelling op maat 1, 2 en 3 vormen een complete leerlijn voor de spelling die op de basisschool moet worden aangeleerd. Spelling op maat 3 is het derde deel van deze leerlijn. De drie programma s bestrijken alle regels van de Nederlands spelling die op de basisschool aan de orde komen en waarmee in het voortgezet onderwijs vaak nog geoefend wordt. Een uitzondering vormen de regels voor de werkwoordspelling. Die worden in een apart programma (Werkwoordspelling op maat) behandeld. INHOUD: Het programma bestaat uit 4 toetsen die samen 15 rubrieken afdekken. Er zijn 93 oefeningen, onderverdeeld naar onderwerp. In totaal zijn in dit lesbestand 2727 verschillende opgaven verwerkt en zijn er 164 ingesproken uitlegschermen. OVERZICHT RUBRIEKEN: Rubriek A Rover en dubbelaar Klinkerverenkeling en medeklinkerverdubbeling. Rubriek B Verleningsregel Verlengingsregel. Rubriek C i/ie De spelling van de ie-klank komt aan de orde. Rubriek D Stoffelijk bijvoeglijk naamwoorden De spelling van stoffelijke en gewone bijvoeglijk naamwoorden. Rubriek E tie/ ishc/ teit/ heid Behandelt opnieuw een woordbouw-onderwerp: naast de uitgangen -teit en -heid komen nu ook -tie en -isch aan de orde. Rubriek F Opbouwwoorden Gaat specifiek over woordbouw: de spelling van samenstellingen. Rubriek G aal en eel Woorden die eindigen op aal of eel en verbuigingen hiervan. Rubriek H Apostrof Gaat over het gebruik van de apostrof bij het meervoud van zelfstandige naamwoorden. Rubriek I X (ks), Y (ie) Het onderscheid tussen spellingen met Y, I of IE (psychisch, mysterie) en KS of X (ekseem, extreem) wordt behandeld. Rubriek J Trema Infobrochure PO 83

85 Trema-gebruik (vegetariër, drieën, bacteriën). Rubriek K Tussenletter S De tussenletters s (Stationsstraat). Rubriek L Tussenletter E of EN De Tussenletters -e- of -en- (zonneschijn, paddenstoel). Rubriek M Engelse leenwoorden Engelse leenwoorden (grapefruit, captain). Rubriek N Franse leenwoorden Franse leenwoorden (asperge, chauffeur). Rubriek P Eigen oefeningen STRUCTUUR: Het basisprincipe van de meeste Muiswerkprogramma's is dat een diagnostische toets de leerling stuurt naar oefenmateriaal dat aansluit bij de gemaakte fouten. De toets kan herhaald worden en eventueel leiden tot opnieuw oefenen. Ook Muiswerk Spelling op maat 3 is zo gestructureerd. Een leerling die bij de toets in een bepaald themagebied verschillende fouten maakt, krijgt na de toets in zijn persoonlijke oefenprogramma een serie oefeningen over dat thema gepresenteerd. Na herhaald oefenen kan de toets opnieuw gemaakt worden om te zien of er vooruitgang is. ACHTERGROND: Aangenomen is dat de leerling de regelmatige en minder regelmatige koppeling tussen klanken en letters kennen, dat de leerling inmiddels weet dat voor spellen goed naar de klanken luisteren niet voldoende is. Er wordt soms enigszins afgeweken van wat je hoort en één klank wordt soms op verschillende manieren gespeld (g/ ch, ei/ ij, au/ou). Bovendien moeten op de voorlopige klankvorm soms orthografische regels worden toegepast om bij de juiste spelling te komen. In de Spelling op maat programma s is geprobeerd de regelmatigheden in de opbouw van de Nederlandse woorden zo veel mogelijk expliciet aan te geven. Vaak gaat het daarbij om statistische verschijnselen die een goed spellende leerling zelf al snel ontdekt, maar een zwakke speller niet. Bijvoorbeeld dat op het einde van een woord nooit een v of een z staat. Via verhaaltjes waar woorden met een bepaalde spelling in voorkomen (bijvoorbeeld woorden met ei of woorden met au) wordt het inprenten van woorden verder ondersteund. In tegenstelling tot veel spellingsmethodes worden in de op-maatprogramma s ook verschijnselen gepresenteerd die te maken hebben met de bouw van de Nederlandse woorden; de voor- en achtervoegsels en de samenstellingen. 84 Infobrochure PO

86 STUDIEVAARDIGHEID vmbo: vanaf vmbo kbl havo/vwo: onderbouw mbo: niveau 1 en 2 basiseducatie OMSCHRIJVING: Studievaardigheid richt zich op de belangrijkste deelvaardigheden die nodig zijn voor studievaardigheid. Het behandelt zeventien onderwerpen op het gebied van studievaardigheid. In Muiswerk Studievaardigheid wordt aandacht besteed aan een aantal belangrijke aspecten die bij studievaardigheid een rol spelen. De stof is grotendeels ontleend aan studieteksten uit voortgezet onderwijs en beroepsonderwijs en is in dit programma ingedeeld in twee sectoren om het geheel wat handzamer te maken. INHOUD: Het lesbestand bestaat uit 2 toetsen en 61 oefeningen. Er zijn 114 uitlegschermen met plaatjes, schema s en tekst. De leerling werkt met 11 verschillende oefenvormen. In totaal zijn er ruim 1300 variaties van vragen opgenomen. OVERZICHT RUBRIEKEN: Rubriek A Alfabetische volgorde Rubriek B Informatie zoeken Rubriek C Inhoud en register Rubriek D Woordenboek Rubriek E Onderwerp Rubriek F Hoofdzaken Rubriek G Tekstschema Rubriek H Precies lezen Rubriek I Conclusie trekken Rubriek J Feiten en meningen Rubriek K Moeilijke woorden Rubriek L Tabellen Rubriek M Grafieken Rubriek N Instructies Rubriek O Soorten informatie Rubriek P Leren Rubriek Q Tentamen doen Infobrochure PO 85

87 STRUCTUUR: Muiswerk kent toetsen en oefeningen. Oefeningen beperken zich altijd tot een deel van de stof, leggen uit, laten voorbeelden zien, laten de leerling oefenen en laten hem weten wat hij goed en fout doet. Toetsen laten nooit zien of het antwoord goed was en dekken een breder deel van de stof. De toetsen van Muiswerk kunnen een diagnose stellen. Alle onderdelen van de stof komen gelijkmatig in elke toets aan bod; veelgemaakte fouten worden als het ware uitgelokt. De foute en goede antwoorden, die gecodeerd zijn, worden opgevangen en gerubriceerd. Zo komt de diagnose tot stand. Met behulp van de diagnose wordt een oefenprogramma op maat samengesteld. Dat wil zeggen: rubrieken waarin fouten werden gemaakt, worden vertaald in oefeningen die de oefenstof uit die rubriek aanreiken en oefenen. De leerling wordt door de oefeningen heen geleid die zwakke plekken in zijn kennis opvullen. Na het oefenen kan hij opnieuw een toets doen. ACHTERGROND: Muiswerk Studievaardigheid is populair. Misschien wel omdat de aangeleerde vaardigheden in alle vakken een rol spelen. De eerste versie verscheen in 1998, maar inmiddels is er al veel veranderd. Vooral binnen de rubrieken veranderde de inhoud. De rubriek informatie zoeken bevat nu bijvoorbeeld ook oefeningen over de mogelijkheden van zoeken op het internet. Het totaal aantal uitlegschermen ging van 98 naar 114. Daarnaast verbeterden we de functionaliteit, door hints toe te voegen. Als de leerling twee keer achter elkaar een fout maakt, krijgt hij hints die hem helpen het goede antwoord te vinden. Hierdoor leert hij nog meer van gemaakte fouten. Nadat de cursist zich de deelvaardigheden heeft eigengemaakt wat blijkt uit een goede score voor beide toetsen moet in de meeste gevallen nog een daadwerkelijke en degelijke begeleiding van het studeren plaatsvinden, voordat men kan spreken van een verworven studievaardigheid. Het programma is dus niet meer dan een hulpmiddel. Oefening G1 een oefening waarbij de leerling woorden moeten plaatsen in een tekstschema. 86 Infobrochure PO

88 STUDIEVAARDIGHEID OP MAAT basisschool: voor leerlingen vanaf groep 7 praktijkonderwijs vmbo: eerste klassen van vmbo-bbl en - kbl en leerlingen met een achterstand in hogere niveaus OMSCHRIJVING: In Muiswerk Studievaardigheid op maat wordt aandacht besteed aan een aantal belangrijke aspecten die bij studievaardigheid een rol spelen. In oefening B1 leren leerlingen in verschillende leessituaties en met verschillende teksten wat de meest adequate leesmanier is. INHOUD: Het lesbestand Muiswerk Studievaardigheid op maat bestaat uit 2 toetsen en 58 oefeningen. Er zijn 115 uitlegschermen met plaatjes, schema s en tekst. De leerling werkt met tien verschillende oefen- en toetsvormen. In totaal zijn in dit lesbestand ruim 1215 variaties van vragen opgenomen. Bij het pakket hoort ook een overzichtelijke handboek. OVERZICHT RUBRIEKEN: Rubriek A Alfabetische volgorde Rubriek B Manieren van lezen Rubriek C Informatiebronnen gebruiken Rubriek D Woordenboeken gebruiken Rubriek E Omgaan met moeilijke woorden Rubriek F Precies lezen Rubriek G Onderwerpen vaststellen Infobrochure PO 87

89 Rubriek H Hoofd- en bijzaken onderscheiden Rubriek I Meningen en argumenten onderscheiden Rubriek J Vragen stellen Rubriek K Tabellen lezen Rubriek L Grafieken lezen Rubriek M Kaartlezen STRUCTUUR: Muiswerkprogramma s kennen toetsen en oefeningen. Oefeningen beperken zich altijd tot een deel van de stof, leggen uit, laten voorbeelden zien, laten de leerling oefenen en laten hem weten wat hij goed en fout doet. Toetsen laten nooit zien of het antwoord goed was en dekken een breder deel van de stof. De toetsen van Muiswerk kunnen een diagnose stellen. Met behulp van de diagnose wordt een oefenprogramma op maat samengesteld. Dat wil zeggen: rubrieken waarin fouten werden gemaakt, worden vertaald in oefeningen die de oefenstof uit die rubriek aanreiken, waarmee ze de leerling laten oefenen. Deze vult daarmee de zwakke plekken in zijn kennis aan. Na het oefenen kan hij opnieuw een diagnostische toets doen en opnieuw oefenen. Net zolang tot de score hoog genoeg is. Door het grote bestand aan zinnen, woorden en teksten waaruit geput wordt, is een toets nooit twee keer hetzelfde. Oefening K2 gaat over het opzoeken van gegevens in een tabel met voedingsmiddelen. 88 Infobrochure PO

90 UITDRUKKINGEN 1 basisonderwijs praktijkonderwijs vmbo: alle niveaus havo/vwo: onderbouw mbo: niveau 1 en 2 basiseducatie en nt2-onderwijs OMSCHRIJVING: Uitdrukkingen 1 is gericht op het aanleren van Nederlandse uitdrukkingen en spreekwoorden. De programma s bieden vooral mogelijkheden voor het opbouwen en verbreden van de woordenschat bij leerlingen die op dit punt een achterstand hebben. Welke moedertaal de leerling spreekt is voor het gebruik van dit programma niet van belang. De uitdrukkingen worden niet alleen visueel, maar ook auditief aangeboden. Daardoor worden de klank-letter-koppelingen van het Nederlands ook extra geoefend. INHOUD: In Uitdrukkingen 1 kunnen in totaal 200 uitdrukkingen worden aangeleerd. Deze uitdrukkingen zijn ook opgenomen in het meegeleverde Muiswerk Woordenboek. In totaal bestaat Uitdrukkingen 1 uit 75 oefeningen en 1 diagnostische en evaluerende toets. Er komen 430 geluidsbestanden in voor en er zijn 99 ingesproken uitlegschermen. OVERZICHT RUBRIEKEN: Rubriek A Hoofd Rubriek B Hand Rubriek C Voet Rubriek D Arm Rubriek E Been Rubriek F Oog Rubriek G Oor Rubriek H Neus Rubriek I Gezicht Rubriek J Hart Rubriek K Eigen oefeningen STRUCTUUR: Na het maken van een deeltoets beslist het programma of de stof beheerst wordt of niet. In het laatste geval worden maximaal 20 oefeningen geselecteerd. De oefeningen beginnen met een korte toelichting van het deelgebied van de stof, direct daarna wordt geoefend in een van de oefenvormen. Bij ieder antwoord wordt directe feedback gegeven, waar mogelijk wordt een fout antwoord verklaard en de correcte methode aangegeven. Bij voldoende hoge score verdwijnen de steeds variërende oefeningen. Begeleiders zien in het voort- Infobrochure PO 89

91 gangsoverzicht: of alle deeltoetsen gemaakt zijn, wat het behaalde niveau is, hoelang er geoefend is, en wat de situatie een of meer maanden terug was. ACHTERGROND: Woorden worden soms in een vaste combinatie met andere woorden gebruikt (begrijpend lezen, de baas spelen, van kleins af aan). Over deze vaste combinaties, met een voorspelbare betekenis gaat dit programma níet. Maar soms heeft een combinatie van woorden een specifieke betekenis, die uitstijgt boven de betekenis van de aparte delen (aan de hand zijn, het er niet bij laten zitten, met de deur in huis vallen). Hier is sprake van een idiomatische uitdrukking. Naast uitdrukkingen kent de taal ook spreekwoorden. Het onderscheid tussen spreekwoorden en uitdrukkingen is vooral grammaticaal. Spreekwoorden vormen samen een complete zin: wie de schoen past trekt hem aan; de appel valt niet ver van de boom. Uitdrukkingen worden ín een bestaande zin gebruikt: ik vroeg wat er aan de hand was; we zullen het er niet bij laten zitten. Spreekwoorden en vooral uitdrukkingen worden in het alledaags gesproken Nederlands, maar ook in geschreven taal, zeer veel gebruikt (Verhallen & Verhallen 1994). De meeste methodes besteden er echter maar mondjesmaat aandacht aan. Daarom vormen Muiswerk Uitdrukkingen 1 en Uitdrukkingen 2 een mooie aanvulling in de klas. Oefening A4 Woorden plaatsen 90 Infobrochure PO

92 WERKWOORDSPELLING OP MAAT basisschool: vanaf groep 6 praktijkonderwijs vmbo: alle niveaus mbo: remediërend in mbo 1 en 2 basiseducatie OMSCHRIJVING: Muiswerk Werkwoordspelling op maat behandelt praktisch alle onderwerpen op het gebied van de werkwoordspelling. In Muiswerk Werkwoordspelling op maat wordt aandacht besteed aan het hele algoritme van de spelling van regelmatige werkwoorden en ook aan de verleden tijd van onregelmatige werkwoorden. Het bestand valt in vier delen uiteen: Grammatica, Tegenwoordige Tijd, Verleden Tijd en Andere Vormen. Het programma bestaat uit enkele voorbereidende oefeningen en verder wordt het algoritme van de spelling van werkwoordsvormen gevolgd. Het bestand omvat de spelling van: infinitief, tegenwoordige tijd, verleden tijd en voltooid deelwoord en het voltooid deelwoord, gebruikt als bijvoeglijk naamwoord. Er is ook aandacht voor enkele noodzakelijke grammatica-onderwerpen: het herkennen van het werkwoord, de persoonsvorm en het onderwerp. Oefening G2: Welke ik-vormen zijn fout. INHOUD: Het lesbestand Werkwoordspelling op maat bestaat uit 5 toetsen en 89 oefeningen. Er zijn 201 uitlegschermen met plaatjes, schema s en tekst. De leerling werkt met 10 verschillende oefen- en toetsvormen. In totaal zijn in dit lesbestand ruim 4590 variaties van zinnen en woorden en 26 teksten opgenomen. Infobrochure PO 91

93 OVERZICHT RUBRIEKEN: Rubriek A Werkwoorden Rubriek B Werkwoordsvormen Rubriek C Persoonsvorm 1 Rubriek D Onderwerp 1 Rubriek E Getal Rubriek F Tijden Rubriek G Ik-vorm tt Rubriek H Hij-vormen tt Rubriek I Meervoud tt Rubriek J Splitsbare werkwoorden Rubriek K Jij/vormen tt Rubriek L Tegenwoordige tijd alles Rubriek M Onderwerp 2 Rubriek N Kofschip Rubriek O Verleden tijd Rubriek P Verleden tijd alles Rubriek Q Persoonsvorm 2 Rubriek R Voltooid deelwoord Rubriek S Voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord Rubriek T Infinitief Rubriek U Je/jij-vormen 2 Rubriek V Alles STRUCTUUR: Muiswerk kent toetsen en oefeningen. Oefeningen beperken zich altijd tot een deel van de stof, leggen uit, laten voorbeelden zien, laten de leerling oefenen en laten hem weten wat hij goed en fout doet. Toetsen laten nooit zien of het antwoord goed was en dekken een breder deel van de stof. De toetsen van Muiswerk stellen een diagnose. Alle onderdelen van de stof komen gelijkmatig in elke toets aan bod; veelgemaakte fouten worden als het ware uitgelokt. De foute en goede antwoorden, die gecodeerd zijn, worden opgevangen en gerubriceerd. Zo komt de diagnose tot stand. Met behulp van de diagnose wordt een oefenprogramma op maat samengesteld. Dat wil zeggen: rubrieken waarin fouten werden gemaakt, worden vertaald in oefeningen die de oefenstof uit die rubriek aanreiken, waarmee ze de leerling laten oefenen. Deze vult daarmee de zwakke plekken in zijn kennis aan. Na het oefenen kan hij opnieuw een diagnostische toets doen en opnieuw oefenen. Net zolang tot de score hoog genoeg is. Door het grote bestand aan zinnen waaruit geput wordt, is een toets nooit twee keer hetzelfde. 92 Infobrochure PO

94 WOORDEN basisschool: Woorden 1: groep 3-4, Woorden 2: groep 4-5 en Woorden 3: gr Ook zeer geschikt voor het speciaal onderwijs. praktijkonderwijs vmbo: vmbo bbl basiseducatie OMSCHRIJVING: Belangrijkste doel van de programma s is het aanleren van woorden; er wordt echter ook veel aandacht besteed aan het leren herkennen en afleiden van woordbetekenissen uit de context. Bij de vaststelling van het corpus voor het programma is in eerste instantie uitgegaan van de lijst van de 1200 meest gebruikte woorden (Uit den Boogaart, 1975). Een flink deel van deze woorden hoeft niet te worden aangeleerd omdat ze zelfs bij beginnende taalleerders al bekend zijn (de, niet, goed, mooi). In Woorden zijn anderzijds ook veel woorden opgenomen die niet in de lijst staan. De selectie is ontstaan vanuit de gekozen thema s. Moeilijkheid van woorden is niet voor iedereen gelijk. Toch moest een indeling gemaakt worden in drie niveaus. Eén van de factoren die daarbij heeft meegewogen is het al dan niet vaak voorkomen van een woord. Verder is ervan uitgegaan dat woorden moeilijker worden naarmate ze: abstracter zijn; formeler zijn; langer zijn; vervoegd of verbogen zijn; samengesteld zijn; figuurlijk gebruikt zijn; onderdeel van een (idiomatische) uitdrukking zijn; horen in een bepaald (sociaal) register en als ze gaan over dingen die verder weg liggen. Bij de indeling van woorden in drie niveaus is met deze aspecten rekening gehouden. Infobrochure PO 93

95 INHOUD: In de drie bestanden worden totaal zo'n 2000 verschillende Nederlandse woorden behandeld, er komen 1600 frisse plaatjes en foto's in voor en ruim 2800 geluidsbestanden. In totaal zitten er 229 oefeningen, 3 totaaltoetsen, 6 deeltoetsen en 2478 vragen in de drie programma s. Elk van de drie delen bestaat uit 70 à 80 oefeningen en drie diagnostische en evaluerende toetsen, waar vele uren zelfstandig mee gewerkt kan worden. OVERZICHT RUBRIEKEN: WOORDEN 1 Rubriek A Mensen Rubriek B Dieren Rubriek C Huis Rubriek D Keuken Rubriek E Buiten Rubriek F Kleding Rubriek G Voeding Rubriek H School Rubriek I Acties WOORDEN 2 Rubriek A Lichaamsdelen Rubriek B Betrekkingen Rubriek C Dieren Rubriek D Voorwerpen Rubriek E Transport Rubriek F Beroepen Rubriek G Begrippen Rubriek H Gevoelens WOORDEN 3 Rubriek A Natuur Rubriek B Uiterlijk Rubriek C Gezondheid Rubriek D School Rubriek E Eten en drinken Rubriek F Maatschappij Rubriek G Sport Rubriek H Goed en kwaad STRUCTUUR: Na het maken van een deeltoets beslist het programma of de stof beheerst wordt of niet. In het laatste geval worden maximaal 20 oefeningen geselecteerd. De oefeningen beginnen met een korte toelichting van het deelgebied van de stof, direct daarna wordt geoefend in een van de oefenvormen. Bij ieder antwoord wordt directe feedback gegeven, waar mogelijk wordt een fout antwoord verklaard en de correcte methode aangegeven. Bij voldoende hoge score verdwijnen de steeds variërende oefeningen. Begeleiders zien in het voortgangsoverzicht: of alle deeltoetsen gemaakt zijn, wat het behaalde niveau is, hoelang er geoefend is, en wat de situatie een of meer maanden terug was. ACHTERGROND: Woordenschatverwerving is zonder meer het belangrijkste onderdeel van het leren van een taal. Een taalverwerver moet zich op vier verschillende niveaus bekwamen: de klanken en de letters; de woordkennis; het zinsniveau (grammatica) en het tekstniveau. Woordkennis vormt de spil van deze reeks: klanken en letters worden gecombineerd tot woorden; woorden worden op hun beurt gecombineerd tot zinnen, en zinnen tot teksten. Bij het overdragen en begrijpen van teksten zijn woorden essentieel. De meeste methodes voor het onderwijzen van Nederlands als tweede taal zijn gestructureerd rond een grammaticale basis, toch speelt grammatica bij het leren van een tweede taal slechts een ondergeschikte rol. Anderstalige leerlingen moeten op school een taal leren, terwijl ze tegelijkertijd via die taal toegang moeten krijgen tot de kennis die wordt onderwezen. Te weinig aandacht voor woordverwerving betekent daardoor ook een oplopende achterstand bij de andere vakken en vakonderdelen. Woorden kan een bijdrage leveren aan het inlopen van de achterstand die anderstalige leerlingen op het gebied van de woordkennis hebben. 94 Infobrochure PO

96 WOORDEN ENGELS 1 basisschool: groep 7 en 8 praktijkonderwijs vmbo: alle niveau havo/vwo: onderbouw mbo: niveau 1 en 2 basiseducatie beginnende Engelse taalleerders OMSCHRIJVING: Het belangrijkste doel van het programma Woorden Engels 1 is het aanleren van woorden. Er wordt echter ook aandacht besteed aan het afleiden van woordbetekenissen uit de context. Zoals gebruikelijk in Muiswerkprogramma's is bij Woorden Engels 1 uitgegaan van een aantal rubrieken. In dit geval zijn dat inhoudelijke rubrieken, afgeleid van veel voorkomende thema's in lesmateriaal voor tweede-taalleerders en dagelijkse onderwerpen. Voor leerlingen met een zwak woordbeeld is de dubbeltaak van leren van de betekenis én inprenten van de schrijfwijze vaak zwaar. Dit geldt vooral als de auditieve steun (het correct uitspreken van het woord) ontbreekt, zoals bij het leren van woordenlijsten. Met Muiswerk Woorden Engels 1 en 2 slaat u twee vliegen in één klap: de leerlingen leren veel nieuwe woorden en door de goede geluidsondersteuning van de programma's worden ze geholpen met het leren van de klank-tekencombinaties in het Engels. INHOUD: In Woorden Engels 1 en Woorden Engels 2 samen zijn alle 550 woorden verwerkt van de Eibo-lijst (Eibo = Engels in het Basisonderwijs) plus nog enkele honderden andere woorden. Muiswerk Woorden Engels 1 is bedoeld voor leerlingen die het Engels nog nauwelijks beheersen. Het programma behandelt op een eenvoudige manier ruim 250 eenvoudige en meestal hoogfrequente woorden, bijvoorbeeld: hair, mouse, eye, bike, play, cat. Woorden Engels 1 bevat 39 oefeningen en 1 totaaltoets. De totaaltoets heeft 32 vragen en hierin komt de hele stof aan de orde. Er zijn in dit bestand 450 geluidsfragmenten en 300 afbeeldingen verwerkt. Bij elk bestand horen bovendien 5 oefenvormen die door de leraar zelf gevuld kunnen worden; van elke oefenvorm kunnen maximaal 9 oefeningen worden aangemaakt. Infobrochure PO 95

LESSTOF. Basis Werkwoordspelling

LESSTOF. Basis Werkwoordspelling LESSTOF Basis Werkwoordspelling INHOUD INLEIDING... 3 DOELGROEP... 3 STRUCTUUR... 3 OMVANG... 4 INHOUD... 6 Lesstof Basis Werkwoordspelling 2 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn computerprogramma s voor

Nadere informatie

LESSTOF. Grammatica op maat

LESSTOF. Grammatica op maat LESSTOF Grammatica op maat INHOUD INLEIDING... 3 STRUCTUUR... 4 INHOUD... 6 DIDACTIEK... 13 TOT SLOT... 13 Lesstof Grammatica op maat 2 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn computerprogramma s voor het onderwijs.

Nadere informatie

LESSTOF. Basis Werkwoordspelling

LESSTOF. Basis Werkwoordspelling LESSTOF Basis Werkwoordspelling 2 Lesstof Basis Werkwoordspelling INHOUD INLEIDING... 4 DOELGROEP... 4 STRUCTUUR... 5 OMVANG... 5 INHOUD... 8 Lesstof Basis Werkwoordspelling 3 INLEIDING Muiswerkprogramma

Nadere informatie

LESSTOF. Grammatica op maat

LESSTOF. Grammatica op maat LESSTOF Grammatica op maat 2 Lesstof Grammatica op maat INHOUD INLEIDING... 4 STRUCTUUR... 4 INHOUD... 8 DIDACTIEK... 19 TOT SLOT... 19 Lesstof Grammatica op maat 3 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn computerprogramma

Nadere informatie

Basisspelling is onderdeel van de Bundel Basisprogramma's. Deze bundel bevat ook Basis Werkwoordspelling en Basisgrammatica.

Basisspelling is onderdeel van de Bundel Basisprogramma's. Deze bundel bevat ook Basis Werkwoordspelling en Basisgrammatica. Basisspelling Basisspelling is onderdeel van de Bundel Basisprogramma's. Deze bundel bevat ook Basis Werkwoordspelling en Basisgrammatica. Het Muiswerkprogramma Basisspelling bestrijkt de basisregels van

Nadere informatie

Basisspelling. Doelgroepen Basisspelling. Omschrijving Basisspelling

Basisspelling. Doelgroepen Basisspelling. Omschrijving Basisspelling Basisspelling Het Muiswerkprogramma Basisspelling bestrijkt de basisregels van de Nederlandse spelling; regels die op de basisschool worden aangeleerd en waarmee in het voortgezet onderwijs nog wordt geoefend.

Nadere informatie

LESSTOF. Werkwoordspelling op maat

LESSTOF. Werkwoordspelling op maat LESSTOF Werkwoordspelling op maat 2 Lesstof Werkwoordspelling op maat INHOUD INLEIDING... 4 STRUCTUUR... 5 INHOUD... 9 DIDACTIEK... 20 TOT SLOT... 21 Lesstof Werkwoordspelling op maat 3 INLEIDING Muiswerkprogramma

Nadere informatie

LESSTOF. Spelling Werkwoorden

LESSTOF. Spelling Werkwoorden LESSTOF Spelling Werkwoorden 2 Lesstof Spelling Werkwoorden INHOUD INLEIDING... 4 DOELGROEP... 5 STRUCTUUR... 5 INHOUD... 9 Lesstof Spelling Werkwoorden 3 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn computerprogramma

Nadere informatie

Dit programma is gemaakt voor leerlingen vanaf groep 6 van de basisschool, alle niveaus van het vmbo en mbo 1 en 2.

Dit programma is gemaakt voor leerlingen vanaf groep 6 van de basisschool, alle niveaus van het vmbo en mbo 1 en 2. Werkwoordspelling op maat Werkwoordspelling op maat besteedt aandacht aan het hele algoritme van de spelling van regelmatige werkwoorden en ook aan de verleden tijd van onregelmatige werkwoorden. Doelgroepen

Nadere informatie

LESSTOF. Werkwoordspelling op maat

LESSTOF. Werkwoordspelling op maat LESSTOF Werkwoordspelling op maat INHOUD INLEIDING... 3 STRUCTUUR... 4 INHOUD... 6 DIDACTIEK... 15 TOT SLOT... 15 Lesstof Werkwoordspelling op maat 2 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn computerprogramma

Nadere informatie

LESSTOF. Spelling Werkwoorden

LESSTOF. Spelling Werkwoorden LESSTOF Spelling Werkwoorden INHOUD INLEIDING... 3 DOELGROEP... 4 STRUCTUUR... 4 INHOUD... 7 Lesstof Spelling Werkwoorden 2 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn computerprogramma s voor het onderwijs. De

Nadere informatie

Werkwoordspelling 1F. Doelgroepen Werkwoordspelling 1F. Omschrijving Werkwoordspelling 1F

Werkwoordspelling 1F. Doelgroepen Werkwoordspelling 1F. Omschrijving Werkwoordspelling 1F Werkwoordspelling 1F Werkwoordspelling 1F bestrijkt de basisregels van de Nederlandse werkwoordspelling die op de basisschool worden aangeleerd en waarmee in het voortgezet onderwijs meestal nog wordt

Nadere informatie

2 Lesstof Formuleren

2 Lesstof Formuleren LESSTOF Formuleren 2 Lesstof Formuleren INHOUD INLEIDING... 4 STRUCTUUR... 4 INHOUD... 8 TOT SLOT... 18 Lesstof Formuleren 3 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn computerprogramma s voor het onderwijs. De

Nadere informatie

Basisgrammatica. Doelgroep Basisgrammatica

Basisgrammatica. Doelgroep Basisgrammatica Basisgrammatica In Muiswerk Basisgrammatica wordt aandacht besteed aan de drie belangrijkste woordsoorten die de traditionele grammatica onderscheidt. Verder komen de eerste beginselen van zinsontleding

Nadere informatie

Flitsend Spellen en Lezen 1

Flitsend Spellen en Lezen 1 Flitsend Spellen en Lezen 1 Flitsend Spellen en Lezen 1 is gericht op het geven van ondersteuning bij het leren van Nederlandse woorden, om te beginnen bij de klanklettercombinaties. Doelgroep Flitsend

Nadere informatie

Flitsend Spellen en Lezen 1

Flitsend Spellen en Lezen 1 Flitsend Spellen en Lezen 1 Flitsend Spellen en Lezen 1 is gericht op het geven van ondersteuning bij het leren van Nederlandse woorden, om te beginnen bij de klanklettercombinaties. Doelgroep Flitsend

Nadere informatie

LESSTOF. Basisgrammatica

LESSTOF. Basisgrammatica LESSTOF Basisgrammatica INHOUD INLEIDING... 3 BASISGRAMMATICA EN MEIJERINK... 4 DOELGROEP... 4 STRUCTUUR... 5 OMVANG... 5 INHOUD... 7 Lesstof Basisgrammatica 2 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn computerprogramma

Nadere informatie

Basis Werkwoordspelling is onderdeel van de Bundel Basisprogramma's. Deze bundel bevat ook Basisspelling en Basisgrammatica.

Basis Werkwoordspelling is onderdeel van de Bundel Basisprogramma's. Deze bundel bevat ook Basisspelling en Basisgrammatica. Basis Werkwoordspelling Basis Werkwoordspelling is onderdeel van de Bundel Basisprogramma's. Deze bundel bevat ook Basisspelling en Basisgrammatica. Basis Werkwoordspelling is een programma voor het leren

Nadere informatie

LESSTOF. Basisgrammatica

LESSTOF. Basisgrammatica LESSTOF Basisgrammatica 2 Lesstof Basisgrammatica INHOUD INLEIDING... 4 BASISGRAMMATICA EN MEIJERINK... 5 DOELGROEP... 5 STRUCTUUR... 6 OMVANG... 7 INHOUD... 9 Lesstof Basisgrammatica 3 INLEIDING Muiswerkprogramma

Nadere informatie

Flitsend Spellen en Lezen 1

Flitsend Spellen en Lezen 1 Flitsend Spellen en Lezen 1 Flitsend Spellen en Lezen 1 is gericht op het geven van ondersteuning bij het leren van Nederlandse woorden, om te beginnen bij de klanklettercombinaties. Doelgroep Flitsend

Nadere informatie

Het Muiswerkprogramma Basisgrammatica bestrijkt de grammatica die nodig is voor het leren van de Nederlandse spelling en zinsbouw.

Het Muiswerkprogramma Basisgrammatica bestrijkt de grammatica die nodig is voor het leren van de Nederlandse spelling en zinsbouw. Basisgrammatica Het Muiswerkprogramma Basisgrammatica bestrijkt de grammatica die nodig is voor het leren van de Nederlandse spelling en zinsbouw. Doelgroepen Basisgrammatica Het computerprogramma Basisgrammatica

Nadere informatie

Het Muiswerkprogramma Grammatica op maat bestrijkt de grammatica die nodig is voor het leren van de Nederlandse spelling en zinsbouw.

Het Muiswerkprogramma Grammatica op maat bestrijkt de grammatica die nodig is voor het leren van de Nederlandse spelling en zinsbouw. Grammatica op maat Het Muiswerkprogramma Grammatica op maat bestrijkt de grammatica die nodig is voor het leren van de Nederlandse spelling en zinsbouw. Doelgroepen Grammatica op maat Dit programma is

Nadere informatie

Met behulp van Muiswerk Begrijpend Lezen 2 leren leerlingen informatie, betekenissen en bedoelingen uit teksten te halen.

Met behulp van Muiswerk Begrijpend Lezen 2 leren leerlingen informatie, betekenissen en bedoelingen uit teksten te halen. Begrijpend Lezen 2 Met behulp van Muiswerk Begrijpend Lezen 2 leren leerlingen informatie, betekenissen en bedoelingen uit teksten te halen. Doelgroepen Begrijpend Lezen 2 Muiswerk Begrijpend Lezen 2 is

Nadere informatie

Werkwoordspelling op maat

Werkwoordspelling op maat Werkwoordspelling op maat Muiswerk Werkwoordspelling op maat besteedt aandacht aan het hele algoritme van de spelling van regelmatige werkwoorden en ook aan de verleden tijd van onregelmatige werkwoorden.

Nadere informatie

LESSTOF. Formuleren 1F

LESSTOF. Formuleren 1F LESSTOF Formuleren 1F INHOUD INLEIDING... 3 STRUCTUUR... 3 INHOUD... 6 Lesstof Formuleren 1F 2 INLEIDING Muiswerk-programma s zijn web-based programma s voor het onderwijs. Dat betekent dat gebruikers

Nadere informatie

Spelling Werkwoorden. Doelgroep Spelling Werkwoorden. Omschrijving Spelling Werkwoorden

Spelling Werkwoorden. Doelgroep Spelling Werkwoorden. Omschrijving Spelling Werkwoorden Spelling Werkwoorden Spelling Werkwoorden is een programma voor het leren schrijven van de werkwoordsvormen. Deze module behandelt de spelling van infinitief, tegenwoordige tijd, verleden tijd, voltooid

Nadere informatie

Spelling 1F. Doelgroepen Spelling 1F. Omschrijving Spelling 1F

Spelling 1F. Doelgroepen Spelling 1F. Omschrijving Spelling 1F Spelling 1F Spelling 1F bestrijkt de basisregels van de Nederlandse spelling die op de basisschool worden aangeleerd en waarmee leerlingen in het voortgezet onderwijs meestal verder oefenen. Doelgroepen

Nadere informatie

Met behulp van Muiswerk Begrijpend Lezen 2 leren leerlingen informatie, betekenissen en bedoelingen uit teksten te halen.

Met behulp van Muiswerk Begrijpend Lezen 2 leren leerlingen informatie, betekenissen en bedoelingen uit teksten te halen. Begrijpend Lezen 2 Met behulp van Muiswerk Begrijpend Lezen 2 leren leerlingen informatie, betekenissen en bedoelingen uit teksten te halen. Doelgroepen Begrijpend Lezen 2 Muiswerk Begrijpend Lezen 2 is

Nadere informatie

LESSTOF. Formuleren 2F

LESSTOF. Formuleren 2F LESSTOF Formuleren 2F INHOUD INLEIDING... 3 STRUCTUUR... 3 INHOUD... 5 TOT SLOT... 17 Lesstof Formuleren 2F 2 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn web-based programma s voor het onderwijs. Dat betekent dat

Nadere informatie

LESSTOF. Studievaardigheid op maat

LESSTOF. Studievaardigheid op maat LESSTOF Studievaardigheid op maat INHOUD INLEIDING... 3 DOELGROEP... 3 STRUCTUUR... 4 INHOUD... 5 Lesstof Studievaardigheid op maat 2 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn programma s voor het onderwijs.

Nadere informatie

Flitsend Spellen en Lezen 3

Flitsend Spellen en Lezen 3 Flitsend Spellen en Lezen 3 Flitsend Spellen en Lezen 3 is gericht op het geven van ondersteuning bij het leren van Nederlandse woorden. Het programma heet Flitsend spellen en Lezen omdat veelvuldig gebruik

Nadere informatie

Gevarieerde Spelling is een programma voor het leren van de belangrijkste spellingregels van het Nederlands.

Gevarieerde Spelling is een programma voor het leren van de belangrijkste spellingregels van het Nederlands. Gevarieerde Spelling Gevarieerde Spelling is een programma voor het leren van de belangrijkste spellingregels van het Nederlands. Doelgroep Gevarieerde Spelling Gevarieerde Spelling is bedoeld voor leerlingen

Nadere informatie

Flitsend Spellen en Lezen 2

Flitsend Spellen en Lezen 2 Flitsend Spellen en Lezen 2 Flitsend Spellen en Lezen 2 is gericht op het geven van ondersteuning bij het leren van Nederlandse woorden. Het programma heet Flitsend spellen en Lezen omdat veelvuldig gebruik

Nadere informatie

LESSTOF. Studievaardigheid op maat

LESSTOF. Studievaardigheid op maat LESSTOF Studievaardigheid op maat 2 Lesstof Studievaardigheid op maat INHOUD INLEIDING... 4 DOELGROEP... 4 STRUCTUUR... 5 INHOUD... 8 Lesstof Studievaardigheid op maat 3 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn

Nadere informatie

2 VMBO. Copyright Muiswerk Educatief

2 VMBO. Copyright Muiswerk Educatief Infobrochure VMBO 1 Copyright Muiswerk Educatief Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt zonder

Nadere informatie

Flitsend Spellen en Lezen 2

Flitsend Spellen en Lezen 2 Flitsend Spellen en Lezen 2 Flitsend Spellen en Lezen 2 is gericht op het geven van ondersteuning bij het leren van Nederlandse woorden. Het programma heet Flitsend spellen en Lezen omdat veelvuldig gebruik

Nadere informatie

Lesstof. Praktijkgericht lezen 1

Lesstof. Praktijkgericht lezen 1 Lesstof Praktijkgericht lezen 1 2 Lesstof Praktijkgericht Lezen 1 INHOUD INLEIDING... 4 DOELGROEP... 4 STRUCTUUR... 5 INHOUD... 7 Lesstof Praktijkgericht Lezen 1 3 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn programma

Nadere informatie

Lesstof. Praktijkgericht lezen 1

Lesstof. Praktijkgericht lezen 1 Lesstof Praktijkgericht lezen 1 INHOUD INLEIDING... 3 DOELGROEP... 3 STRUCTUUR... 4 INHOUD... 6 Lesstof Praktijkgericht Lezen 1 2 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn programma s voor het onderwijs. De programma

Nadere informatie

Flitsend Spellen en Lezen 3

Flitsend Spellen en Lezen 3 Flitsend Spellen en Lezen 3 Flitsend Spellen en Lezen 3 is gericht op het geven van ondersteuning bij het leren van Nederlandse woorden. Het programma heet Flitsend spellen en Lezen omdat veelvuldig gebruik

Nadere informatie

Lesstof. Formuleren 4F

Lesstof. Formuleren 4F Lesstof Formuleren 4F INHOUD LESSTOF... 1 INLEIDING... 3 STRUCTUUR... 3 INHOUD... 5 Lesstof Formuleren 4F 2 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn programma s voor het onderwijs. De programma s zijn verkrijgbaar

Nadere informatie

Muiswerk Strategisch Lezen is gericht op het aanleren van deelvaardigheden die nodig zijn voor een strategische leesaanpak.

Muiswerk Strategisch Lezen is gericht op het aanleren van deelvaardigheden die nodig zijn voor een strategische leesaanpak. Strategisch Lezen Muiswerk Strategisch Lezen is gericht op het aanleren van deelvaardigheden die nodig zijn voor een strategische leesaanpak. Doelgroepen Strategisch Lezen Muiswerk Strategisch Lezen is

Nadere informatie

Muiswerk Strategisch Lezen is gericht op het aanleren van deelvaardigheden die nodig zijn voor een strategische leesaanpak.

Muiswerk Strategisch Lezen is gericht op het aanleren van deelvaardigheden die nodig zijn voor een strategische leesaanpak. Strategisch Lezen Muiswerk Strategisch Lezen is gericht op het aanleren van deelvaardigheden die nodig zijn voor een strategische leesaanpak. Doelgroepen Strategisch Lezen Muiswerk Strategisch Lezen is

Nadere informatie

Dit programma is gemaakt voor leerlingen van groep 5 en 6 van de basisschool, het praktijkonderwijs, vmbo bbl en mbo 1.

Dit programma is gemaakt voor leerlingen van groep 5 en 6 van de basisschool, het praktijkonderwijs, vmbo bbl en mbo 1. Spelling op maat 2 De Muiswerkprogramma s Spelling op maat 1, 2 en 3 vormen een complete leerlijn voor de spelling die op de basisschool moet worden aangeleerd. Spelling op maat 2 is het tweede deel van

Nadere informatie

Spelling 2F. Doelgroepen Spelling 2F. Omschrijving Spelling 2F

Spelling 2F. Doelgroepen Spelling 2F. Omschrijving Spelling 2F Spelling 2F De spellingstof die in het Spelling 2F behandeld wordt, is de stof van de basisschool die ook in lagere vo-opleidingen nog aan de orde komt, plus de door Meijering en de SLO aangegeven nieuwe

Nadere informatie

LESSTOF. Werkwoordspelling 3F

LESSTOF. Werkwoordspelling 3F LESSTOF Werkwoordspelling 3F INHOUD INLEIDING... 3 DOELGROEP... 5 STRUCTUUR... 5 INHOUD... 7 Lesstof Werkwoordspelling 3F 2 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn slimme interactieve leermiddelen voor het

Nadere informatie

Dit programma is gemaakt voor leerlingen van groep 7 en 8 van de basisschool, alle niveaus van het vmbo en mbo 1 en 2.

Dit programma is gemaakt voor leerlingen van groep 7 en 8 van de basisschool, alle niveaus van het vmbo en mbo 1 en 2. Spelling op maat 3 De Muiswerkprogramma s Spelling op maat 1, 2 en 3 vormen een complete leerlijn voor de spelling die op de basisschool moet worden aangeleerd. Spelling op maat 3 is het derde deel van

Nadere informatie

DOELGROEP Grammatica 3F is bedoeld voor leerlingen van havo/vwo en mbo 4. Het programma is geschikt voor zowel allochtone als autochtone leerlingen.

DOELGROEP Grammatica 3F is bedoeld voor leerlingen van havo/vwo en mbo 4. Het programma is geschikt voor zowel allochtone als autochtone leerlingen. DOELGROEP Grammatica 3F is bedoeld voor leerlingen van havo/vwo en mbo 4. Het programma is geschikt voor zowel allochtone als autochtone leerlingen. STRUCTUUR De lesstof is ingedeeld in rubrieken (onderwerpen)

Nadere informatie

Dit programma is gemaakt voor leerlingen van groep 5 en 6 van de basisschool, het praktijkonderwijs, vmbo bbl en mbo 1.

Dit programma is gemaakt voor leerlingen van groep 5 en 6 van de basisschool, het praktijkonderwijs, vmbo bbl en mbo 1. Spelling op maat 2 De programma s Spelling op maat 1, 2 en 3 vormen een complete leerlijn voor de spelling die op de basisschool moet worden aangeleerd. Spelling op maat 2 is het tweede deel van deze leerlijn.

Nadere informatie

LESSTOF. Werkwoordspelling 1F

LESSTOF. Werkwoordspelling 1F LESSTOF Werkwoordspelling 1F INHOUD INLEIDING... 3 DOELGROEP... 5 STRUCTUUR... 5 INHOUD... 7 Lesstof Werkwoordspelling 1F 2 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn slimme interactieve leermiddelen voor het

Nadere informatie

INHOUD INLEIDING... 3 DOELGROEP... 4 STRUCTUUR... 4 INHOUD Lesstof Leestekens 2

INHOUD INLEIDING... 3 DOELGROEP... 4 STRUCTUUR... 4 INHOUD Lesstof Leestekens 2 LESSTOF Leestekens INHOUD INLEIDING... 3 DOELGROEP... 4 STRUCTUUR... 4 INHOUD... 6 Lesstof Leestekens 2 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn computerprogramma s voor het onderwijs. De programma s draaien

Nadere informatie

(werkwoordelijk gezegde)

(werkwoordelijk gezegde) Grammatica 1F Grammatica 1F bestrijkt de basisregels van de Nederlandse grammatica die op de basisschool worden aangeleerd en waarmee in het voortgezet onderwijs meestal nog wordt geoefend. Doelgroepen

Nadere informatie

LESSTOF. Werkwoordspelling 1F

LESSTOF. Werkwoordspelling 1F LESSTOF Werkwoordspelling 1F 2 Lesstof Werkwoordspelling 1F INHOUD INLEIDING... 4 DOELGROEP... 7 STRUCTUUR... 7 INHOUD... 11 Lesstof Werkwoordspelling 1F 3 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn slimme interactieve

Nadere informatie

2 Lesstof Leestekens

2 Lesstof Leestekens LESSTOF Leestekens 2 Lesstof Leestekens INHOUD INLEIDING... 4 DOELGROEP... 5 STRUCTUUR... 5 INHOUD... 9 Lesstof Leestekens 3 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn computerprogramma s voor het onderwijs. De

Nadere informatie

Formuleren. Doelgroep Formuleren. Omschrijving Formuleren

Formuleren. Doelgroep Formuleren. Omschrijving Formuleren Formuleren Muiswerk Formuleren is een programma dat aandacht besteedt aan de belangrijkste stof die in de eerste klassen van het voortgezet onderwijs veelal aan de orde komt. Doelgroep Formuleren Formuleren

Nadere informatie

Dit programma is gemaakt voor leerlingen van groep 4 en 5 van de basisschool, het praktijkonderwijs, vmbo bbl en mbo 1.

Dit programma is gemaakt voor leerlingen van groep 4 en 5 van de basisschool, het praktijkonderwijs, vmbo bbl en mbo 1. Spelling op maat 1 De Muiswerkprogramma s Spelling op maat 1, 2 en 3 vormen een complete leerlijn voor de spelling die op de basisschool moet worden aangeleerd. Spelling op maat 1 is het eerste deel van

Nadere informatie

Grammatica 2F. Doelgroepen Grammatica 2F. Omschrijving Grammatica 2F. meewerkend voorwerp. voegwoord alle woordsoorten

Grammatica 2F. Doelgroepen Grammatica 2F. Omschrijving Grammatica 2F. meewerkend voorwerp. voegwoord alle woordsoorten Grammatica 2F Grammatica 2F bestrijkt de basisregels van de Nederlandse grammatica die op de basisschool worden aangeleerd en waarmee in het voortgezet onderwijs meestal nog wordt geoefend. Doelgroepen

Nadere informatie

Yes or no In rubriek A hoeft alleen met yes of no geantwoord worden.

Yes or no In rubriek A hoeft alleen met yes of no geantwoord worden. Comprehensive Reading 1 Met behulp van Comprehensive Reading 1 leren leerlingen informatie, betekenissen en bedoelingen uit Engelse teksten te halen. Doelgroep Comprehensive Reading 1 Muiswerk Comprehensive

Nadere informatie

Lesstof. Formuleren. voor gevorderden

Lesstof. Formuleren. voor gevorderden Lesstof Formuleren voor gevorderden 2 Lesstof Formuleren voor gevorderden INHOUD LESSTOF... 1 INLEIDING... 4 STRUCTUUR... 4 INHOUD... 8 Lesstof Formuleren voor gevorderden 3 INLEIDING Muiswerkprogramma

Nadere informatie

LESSTOF. Strategisch Lezen

LESSTOF. Strategisch Lezen LESSTOF Strategisch Lezen 2 Lesstof Strategisch Lezen INHOUD INLEIDING... 4 STRUCTUUR... 5 INHOUD... 7 TOT SLOT... 18 Lesstof Strategisch Lezen 3 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn computerprogramma s

Nadere informatie

LESSTOF. Basisspelling

LESSTOF. Basisspelling LESSTOF Basisspelling INHOUD INLEIDING... 3 BASISSPELLING EN MEIJERINK... 3 DOELGROEP... 5 STRUCTUUR... 5 INHOUD... 7 Lesstof Basisspelling 2 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn programma s voor het onderwijs.

Nadere informatie

PRIJSLIJSTEN/BESTELFORMULIEREN

PRIJSLIJSTEN/BESTELFORMULIEREN PRIJSLIJSTEN/BESTELFORMULIEREN BO Kies uw licentievorm 2 Koop netwerklicentie 3 Schoolbrede netwerklicentie 4 Schoolbrede Online licentie 5 Kies uw licentievorm Hieronder staan de verschillende licentiemogelijkheden

Nadere informatie

LESSTOF. Schoolwoorden

LESSTOF. Schoolwoorden LESSTOF Schoolwoorden INHOUD INLEIDING... 3 DOELGROEP... 3 STRUCTUUR... 3 INHOUD... 5 Lesstof Schoolwoorden 2 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn programma s voor het onderwijs. De programma s zijn verkrijgbaar

Nadere informatie

LESSTOF. Studievaardigheid

LESSTOF. Studievaardigheid LESSTOF Studievaardigheid INHOUD INLEIDING... 3 STRUCTUUR... 4 INHOUD... 7 Lesstof Studievaardigheid 2 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn computerprogramma s voor het onderwijs. De programma s draaien

Nadere informatie

LESSTOF. Werkwoordspelling 2F

LESSTOF. Werkwoordspelling 2F LESSTOF Werkwoordspelling 2F INHOUD INLEIDING... 3 DOELGROEP... 5 STRUCTUUR... 5 INHOUD... 7 Lesstof Werkwoordspelling 2F 2 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn slimme interactieve leermiddelen voor het

Nadere informatie

Formuleren voor gevorderden

Formuleren voor gevorderden Formuleren voor gevorderden Het Muiswerkprogramma Formuleren voor Gevorderden is gemaakt voor leerlingen in de bovenbouw van het voortgezet onderwijs en voor leerlingen in mbo en hbo voor wie vaardigheden

Nadere informatie

LESSTOF. Studievaardigheid

LESSTOF. Studievaardigheid LESSTOF Studievaardigheid 2 Lesstof Studievaardigheid INHOUD INLEIDING... 4 STRUCTUUR... 5 INHOUD... 9 Lesstof Studievaardigheid 3 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn computerprogramma s voor het onderwijs.

Nadere informatie

LESSTOF. Strategisch Lezen

LESSTOF. Strategisch Lezen LESSTOF Strategisch Lezen INHOUD INLEIDING... 3 STRUCTUUR... 4 INHOUD... 6 TOT SLOT... 14 Lesstof Strategisch Lezen 2 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn computerprogramma s voor het onderwijs. De programma

Nadere informatie

Dit programma is gemaakt voor leerlingen van groep 4 en 5 van de basisschool, het praktijkonderwijs, vmbo bbl en mbo 1.

Dit programma is gemaakt voor leerlingen van groep 4 en 5 van de basisschool, het praktijkonderwijs, vmbo bbl en mbo 1. Spelling op maat 1 De Muiswerkprogramma s Spelling op maat 1, 2 en 3 vormen een complete leerlijn voor de spelling die op de basisschool moet worden aangeleerd. Spelling op maat 1 is het eerste deel van

Nadere informatie

LESSTOF. Rekenen op maat 4

LESSTOF. Rekenen op maat 4 LESSTOF Rekenen op maat 4 2 Lesstof Rekenen op maat 4 INHOUD INLEIDING... 4 DOELGROEP... 4 STRUCTUUR... 5 INHOUD... 9 Lesstof Rekenen op maat 4 3 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn programma s voor het

Nadere informatie

Lesstof. Praktijkgericht Lezen 2

Lesstof. Praktijkgericht Lezen 2 Lesstof Praktijkgericht Lezen 2 INHOUD INLEIDING... 3 DOELGROEP... 3 STRUCTUUR... 4 INHOUD... 5 Lesstof Praktijkgericht Lezen 2 2 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn programma s voor het onderwijs. De programma

Nadere informatie

LESSTOF. Verhoudingen 3F

LESSTOF. Verhoudingen 3F LESSTOF Verhoudingen 3F INHOUD INLEIDING... 3 DOELGROEP... 4 STRUCTUUR... 4 INHOUD... 6 Lesstof Verhoudingen 3F 2 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn programma s voor het onderwijs. De programma s zijn

Nadere informatie

Dit programma is gemaakt voor leerlingen van groep 7 en 8 van de basisschool, alle niveaus van het vmbo en mbo 1 en 2.

Dit programma is gemaakt voor leerlingen van groep 7 en 8 van de basisschool, alle niveaus van het vmbo en mbo 1 en 2. Spelling op maat 3 De Muiswerkprogramma s Spelling op maat 1, 2 en 3 vormen een complete leerlijn voor de spelling die op de basisschool moet worden aangeleerd. Spelling op maat 3 is het derde deel van

Nadere informatie

LESSTOF. Lezen 3F-4F

LESSTOF. Lezen 3F-4F LESSTOF Lezen 3F-4F INHOUD INLEIDING... 3 DOELGROEP... 3 STRUCTUUR... 4 INHOUD... 7 Lesstof Lezen 3F-4F 2 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn interactieve, adaptieve computerprogramma s voor het onderwijs.

Nadere informatie

PRIJSLIJSTEN/BESTELFORMULIEREN VMBO/HAVO/VWO

PRIJSLIJSTEN/BESTELFORMULIEREN VMBO/HAVO/VWO PRIJSLIJSTEN/BESTELFORMULIEREN VMBO/HAVO/VWO LICENTIES MUISWERK ONLINE 2 PRIJSLIJST/BESTELFORMULIER 4 INHOUD TESTSUITES 8 INHOUD VAARDIGHEIDSPAKKETTEN 8 INHOUD F-NIVEAUPAKKETTEN 10 INHOUD TOTAALPAKKETTEN

Nadere informatie

LESSTOF. Rekenen op maat 7

LESSTOF. Rekenen op maat 7 LESSTOF Rekenen op maat 7 2 Lesstof Rekenen op maat 7 INHOUD INLEIDING... 4 DOELGROEP... 4 STRUCTUUR... 5 INHOUD... 9 Lesstof Rekenen op maat 7 3 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn programma s voor het

Nadere informatie

Prijslijsten/Bestelformulier Praktijkonderwijs

Prijslijsten/Bestelformulier Praktijkonderwijs Prijslijsten/Bestelformulier Praktijkonderwijs LICENTIES MUISWERK ONLINE 2 PRIJSLIJST/BESTELFORMULIER 4 INHOUD TESTSUITES 7 INHOUD VAARDIGHEIDSPAKKETTEN 7 INHOUD F-NIVEAUPAKKETTEN 8 INHOUD TOTAALPAKKETTEN

Nadere informatie

Lezen 2F is erop gericht om leerlingen te begeleiden naar het door Meijerink c.s. geformuleerde referentieniveau 2F voor begrijpend lezen.

Lezen 2F is erop gericht om leerlingen te begeleiden naar het door Meijerink c.s. geformuleerde referentieniveau 2F voor begrijpend lezen. Lezen 2F Lezen 2F is erop gericht om leerlingen te begeleiden naar het door Meijerink c.s. geformuleerde referentieniveau 2F voor begrijpend lezen. Doelgroepen Lezen 2F Lezen 2F is vooral bedoeld voor

Nadere informatie

LESSTOF. Schoolwoorden

LESSTOF. Schoolwoorden LESSTOF Schoolwoorden 2 Lesstof Schoolwoorden INHOUD INLEIDING... 4 DOELGROEP... 5 STRUCTUUR... 5 INHOUD... 7 Lesstof Schoolwoorden 3 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn programma s voor het onderwijs.

Nadere informatie

LESSTOF. Rekenen op maat 5

LESSTOF. Rekenen op maat 5 LESSTOF Rekenen op maat 5 2 Lesstof Rekenen op maat 5 Inhoud INLEIDING... 4 DOELGROEP... 4 STRUCTUUR... 5 INHOUD... 9 Lesstof Rekenen op maat 5 3 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn programma s voor het

Nadere informatie

LESSTOF. Verhoudingen 3F

LESSTOF. Verhoudingen 3F LESSTOF Verhoudingen 3F 2 Lesstof Verhoudingen 3F INHOUD INLEIDING... 4 DOELGROEP... 5 STRUCTUUR... 5 INHOUD... 9 Lesstof Verhoudingen 3F 3 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn programma s voor het onderwijs.

Nadere informatie

Getallen 1 is een computerprogramma voor het aanleren van de basis rekenvaardigheden (getalbegrip).

Getallen 1 is een computerprogramma voor het aanleren van de basis rekenvaardigheden (getalbegrip). Getallen 1 Getallen 1 is een computerprogramma voor het aanleren van de basis rekenvaardigheden (getalbegrip). Doelgroep Rekenen en Wiskunde Getallen 1 Getallen 1 is geschikt voor groep 7 en 8 van de basisschool

Nadere informatie

Lesstof. Praktijkgericht Lezen 2

Lesstof. Praktijkgericht Lezen 2 Lesstof Praktijkgericht Lezen 2 2 Lesstof Praktijkgericht Lezen 2 INHOUD INLEIDING... 4 DOELGROEP... 4 STRUCTUUR... 5 INHOUD... 7 Lesstof Praktijkgericht Lezen 2 3 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn programma

Nadere informatie

LESSTOF. Basisspelling

LESSTOF. Basisspelling LESSTOF Basisspelling 2 Lesstof Basisspelling INHOUD INLEIDING... 4 BASISSPELLING EN MEIJERINK... 4 DOELGROEP... 6 STRUCTUUR... 6 INHOUD... 9 Lesstof Basisspelling 3 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn

Nadere informatie

Formuleren voor gevorderden

Formuleren voor gevorderden Formuleren voor gevorderden Het Muiswerkprogramma Formuleren voor Gevorderden is gemaakt voor leerlingen in de bovenbouw van het voortgezet onderwijs en voor leerlingen in mbo en hbo voor wie vaardigheden

Nadere informatie

LESSTOF. Ontleden en Benoemen

LESSTOF. Ontleden en Benoemen LESSTOF Ontleden en Benoemen 2 Lesstof Ontleden en Benoemen INHOUD INLEIDING... 4 DOELGROEP... 5 STRUCTUUR... 6 INHOUD ONTLEDEN EN BENOEMEN 1... 10 INHOUD ONTLEDEN EN BENOEMEN 2... 17 Lesstof Ontleden

Nadere informatie

LESSTOF. Verbanden 1F

LESSTOF. Verbanden 1F LESSTOF Verbanden 1F 2 Lesstof Verbanden 1F Inhoud INLEIDING... 4 DOELGROEP... 5 STRUCTUUR... 5 INHOUD... 8 Lesstof Verbanden 1F 3 INLEIDING Verbanden 1F is een module uit de bundel Muiswerkprogramma s

Nadere informatie

PRIJSLIJSTEN/BESTELFORMULIEREN ISK/NT2

PRIJSLIJSTEN/BESTELFORMULIEREN ISK/NT2 PRIJSLIJSTEN/BESTELFORMULIEREN ISK/NT2 LICENTIES MUISWERK ONLINE 2 PRIJSLIJST/BESTELFORMULIER 4 INHOUD TESTSUITES 7 INHOUD VAARDIGHEIDSPAKKETTEN 7 INHOUD F-NIVEAUPAKKETTEN 8 INHOUD TOTAALPAKKETTEN 9 Licenties

Nadere informatie

Lezen. Doelgroep Lezen. Omschrijving Lezen

Lezen. Doelgroep Lezen. Omschrijving Lezen Lezen Het programma is met name geschikt voor groepen waarin grote niveauverschillen bestaan en voor leerlingen die het gewone oefenen met teksten niet interessant meer vinden. Doelgroep Lezen Muiswerk

Nadere informatie

LESSTOF. Rekenen op maat 7

LESSTOF. Rekenen op maat 7 LESSTOF Rekenen op maat 7 Inhoud INLEIDING... 3 DOELGROEP... 3 STRUCTUUR... 4 INHOUD... 6 Lesstof Rekenen op maat 7 2 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn programma s voor het onderwijs. De programma s zijn

Nadere informatie

INHOUD INLEIDING... 4 DOELGROEP... 5 STRUCTUUR... 5 INHOUD Lesstof Lezen 3

INHOUD INLEIDING... 4 DOELGROEP... 5 STRUCTUUR... 5 INHOUD Lesstof Lezen 3 LESSTOF Lezen 2 Lesstof Lezen INHOUD INLEIDING... 4 DOELGROEP... 5 STRUCTUUR... 5 INHOUD... 9 Lesstof Lezen 3 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn programma s voor het onderwijs. De programma s zijn verkrijgbaar

Nadere informatie

PRIJSLIJSTEN/BESTELFORMULIEREN MBO

PRIJSLIJSTEN/BESTELFORMULIEREN MBO PRIJSLIJSTEN/BESTELFORMULIEREN MBO LICENTIES MUISWERK ONLINE 2 PRIJSLIJST/BESTELFORMULIER 4 INHOUD TESTSUITES 7 INHOUD VAARDIGHEIDSPAKKETTEN 7 INHOUD F-NIVEAUPAKKETTEN 9 INHOUD TOTAALPAKKETTEN 10 Licenties

Nadere informatie

LESSTOF. Spelling op maat 1

LESSTOF. Spelling op maat 1 LESSTOF Spelling op maat 1 INHOUD INLEIDING... 3 INHOUD... 3 LESSTOF - ONDERWERPEN... 6 DIAGNOSE STELLEN EN OEFENEN... 8 OVERZICHT OEFENINGEN EN TOETSEN... 9 Lesstof Spelling op maat 1 2 INLEIDING Muiswerk-programma

Nadere informatie

LESSTOF. Verbanden 1F

LESSTOF. Verbanden 1F LESSTOF Verbanden 1F 2 Lesstof Verbanden 1F Inhoud INLEIDING... 4 DOELGROEP... 5 STRUCTUUR... 5 INHOUD... 8 Lesstof Verbanden 1F 3 INLEIDING Verbanden 1F is een module uit de bundel Muiswerkprogramma s

Nadere informatie

LESSTOF. Rekenen op maat 4

LESSTOF. Rekenen op maat 4 LESSTOF Rekenen op maat 4 2 Lesstof Rekenen op maat 4 INHOUD INLEIDING... 4 DOELGROEP... 4 STRUCTUUR... 5 INHOUD... 9 Lesstof Rekenen op maat 4 3 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn programma s voor het

Nadere informatie

Leestekens 3F. Doelgroepen Leestekens 3F. Omschrijving Leestekens 3F

Leestekens 3F. Doelgroepen Leestekens 3F. Omschrijving Leestekens 3F Leestekens 3F De stof van Leestekens 3F volgt ongeveer dezelfde indeling als de eerdere delen, maar opbouw is cumulatief. Kwamen in Leestekens 1F vooral eenvoudige zinnen en woorden aan bod en kwamen langzamerhand

Nadere informatie

Woorden 2F legt de nadruk op het aanleren van kennis over woordvorming en het leren omgaan met moeilijke woorden in zinnen en teksten.

Woorden 2F legt de nadruk op het aanleren van kennis over woordvorming en het leren omgaan met moeilijke woorden in zinnen en teksten. Woorden 2F Woorden 2F legt de nadruk op het aanleren van kennis over woordvorming en het leren omgaan met moeilijke woorden in zinnen en teksten. Doelgroepen Woorden 2F Woorden 2F is vooral bedoeld voor

Nadere informatie

Dit programma is gemaakt voor leerlingen van eind groep 3 en groep 4 van de basisschool, het praktijkonderwijs, vmbo bbl en mbo 1.

Dit programma is gemaakt voor leerlingen van eind groep 3 en groep 4 van de basisschool, het praktijkonderwijs, vmbo bbl en mbo 1. Spelling op maat 1 De programma s Spelling op maat 1, 2 en 3 vormen een complete leerlijn voor de spelling die op de basisschool moet worden aangeleerd. Spelling op maat 1 is het eerste deel van deze leerlijn.

Nadere informatie

LESSTOF. Rekenen op maat 4

LESSTOF. Rekenen op maat 4 LESSTOF Rekenen op maat 4 INHOUD INLEIDING... 3 DOELGROEP... 3 STRUCTUUR... 4 INHOUD... 7 Lesstof Rekenen op maat 4 2 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn programma s voor het onderwijs. De programma s zijn

Nadere informatie

Formuleren voor gevorderden

Formuleren voor gevorderden Formuleren voor gevorderden Het programma Formuleren voor Gevorderden is gemaakt voor leerlingen in de bovenbouw van het voortgezet onderwijs en voor leerlingen in mbo en hbo voor wie vaardigheden op het

Nadere informatie

LESSTOF. Rekenen op maat 1

LESSTOF. Rekenen op maat 1 LESSTOF Rekenen op maat 1 2 Lesstof Rekenen op maat 1 INHOUD INLEIDING... 4 DOELGROEP... 4 STRUCTUUR... 5 OVERZICHT OEFENINGEN EN TOETSEN... 16 Lesstof Rekenen op maat 1 3 INLEIDING Muiswerkprogramma s

Nadere informatie