Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers"

Transcriptie

1

2 Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Voor inlichtingen: RKW Departement Ondersteuning Research en Financiën Trierstraat Brussel of Bijkomende exemplaren kunnen op aanvraag verkregen worden. Deze gegevens mogen enkel worden overgenomen met vermelding van de bron. Deze studie is louter informatief en mag niet beschouwd worden als een document waarop aanspraak op sommige rechten kan worden gebaseerd.

3 INHOUDSOPGAVE Inleiding... 3 I. Situering van het recht De Europese verordeningen De bilaterale overeenkomsten De algemene en individuele ministeriële afwijkingen... 7 II. Statistische analyse Het totaal van de kinderbijslag betaald voor gezinnen in het buitenland... 9 A. Globale resultaten... 9 B. Vergelijking met de buitenlandse kinderbijslag betaald aan gezinnen in België Verdeling van de rechthebbenden en rechtgevende kinderen volgens rechtsbron A. Europese verordeningen Frankrijk en Nederland De nieuwe EUlidstaten Kraamgeld en adoptiepremies B. Bilaterale overeenkomsten C. Algemene en individuele ministeriële afwijkingen D. Vergelijking van de rechthebbenden volgens de rechtsgrond Betaalde bedragen Conclusie BIJLAGEN Bijlage I : Indeling per land van verblijf van de kinderen Globale resultaten Jaren 2007, 2008 en 2009 Bijlage II: Kinderbijslag betaald krachtens Europese verordeningen Bestanden op 31 december 2009 Bijlage III: Kinderbijslag betaald krachtens bilaterale overeenkomsten Bestanden op 31 december 2009 Bijlage IV: Kinderbijslag betaald krachtens ministeriële afwijkingen (algemene of individuele) Bestanden op 31 december 2009 Bijlage V: Barema s van toepassing krachtens bilaterale overeenkomsten Bedragen in EUR 2

4 Inleiding De jaarlijkse statistiek van de kinderen opgevoed buiten het Rijk geeft een beschrijving van de Belgische kinderbijslag die ten laste van de werknemersregeling betaald wordt voor kinderen die in het buitenland worden opgevoed en van wie de rechthebbende een vreemde nationaliteit heeft. Deze editie analyseert de uitgaven van 2009 en het aantal rechthebbenden en kinderen in december In een eerste deel wordt een overzicht gegeven van de belangrijkste rechtsbronnen die het recht op kinderbijslag voor deze kinderen bepalen en van de geldende barema s. Op die manier wordt getracht een inzicht te geven in de complexe wetgeving. In een tweede deel worden de resultaten van de tellingen geanalyseerd. Zowel de globale resultaten als de verdeling per rechtsbron worden uitgebreid besproken. Ook wordt er een vergelijking gemaakt met de kinderbijslag die door buitenlandse instellingen betaald wordt aan gezinnen die in België verblijven. Daarnaast komen ook de uitgaven aan bod. De bijlage bevat tabellen per land van verblijf: per land worden zowel de totalen als de resultaten per rechtsbron weergegeven. Ook de bijzondere barema s die van toepassing zijn in het kader van de bilaterale overeenkomsten zijn opgenomen in de bijlagen. 3

5 I. Situering van het recht Op het algemene principe van artikel 52 van de Kinderbijslagwet (KBW) dat er geen kinderbijslag verschuldigd is voor kinderen die niet in België worden opgevoed, bestaan er belangrijke afwijkingen. Er bestaan namelijk drie rechtsbronnen op grond waarvan toch een recht op kinderbijslag voor deze kinderen kan geopend worden: 1. de Europese verordeningen; 2. de bilaterale overeenkomsten; 3. de algemene en individuele afwijkingen. 1. De Europese verordeningen In 2009 waren twee Europese verordeningen 1 van kracht die aan werknemers (en zelfstandigen) die in België werkzaam zijn of geweest zijn, de mogelijkheid boden om kinderbijslag te krijgen tegen de Belgische voorwaarden ten behoeve van kinderen die in een andere lidstaat dan België worden grootgebracht. Op 1 mei 2010 werden twee nieuwe Europese verordeningen 2 van kracht. Vanaf die datum vervangen ze de twee bestaande verordeningen (1408/71 en 572/72). De Verordeningen 1408/71 en 574/72 blijven echter wel nog van toepassing op het grondgebied van Noorwegen, IJsland en Liechtenstein (de landen die enkel lid zijn van de EER en niet van de EU) en van Zwitserland evenals op de onderdanen van landen die geen deel uitmaken van de EU. 3 Voor deze studie over 2009 zijn de verordeningen 1408/71 en 572/72 derhalve nog van toepassing. Deze twee Europese verordeningen regelen de bevoegdheid van de lidstaten in verband met de bijslagen voor kinderen van werknemers, kinderen ten laste van gepensioneerden en voor wezen. Zij bevatten eveneens de bepalingen wat betreft de samenloop van de kinderbijslagregelingen van twee of meer lidstaten (bijvoorbeeld wanneer een werknemer in twee lidstaten werkt). 1 Het gaat om de Europese Verordening nr. 1408/71 van 14 juni 1971 en toepassingsverordening nr. 574/72, van 21 maart 1972, beide in werking getreden op 1 oktober 1972 (hierna vermeld als EUVerordeningen ). De Europese Verordeningen zijn bepalingen van het Gemeenschapsrecht die van directe toepassing zijn en voorrang hebben op de nationale wettelijke bepalingen van de lidstaten van de Europese Unie. 2 Het gaat om de Europese Verordening nr. 883/2004 en toepassingsverordening nr. 987/ Zie CO nr van 11 mei

6 Via het akkoord betreffende de Europese Economische Ruimte 4 (EER) gelden deze verordeningen voor Noorwegen en IJsland sinds 1 januari 1994 en voor Liechtenstein sinds 1 mei In 2002 werd een Akkoord over het vrije verkeer van personen afgesloten tussen de Zwitserse Confederatie en de Europese Gemeenschap. Dat akkoord voorziet in artikel 8 dat de Verordeningen 1408/71 en 574/72 van toepassing zijn op Zwitserland. 5 Het Akkoord trad in werking op 1 juni Vanaf 2003 werden deze Europese verordeningen uitgebreid tot onderdanen die niet tot de Europese Unie behoren. De voorwaarde blijft wel gelden dat de rechthebbende werkzaam moet zijn binnen het Belgische grondgebied en dat het rechtgevend kind opgevoed wordt in een lidstaat van de Europese Unie. 7 Op 1 mei 2004 traden tien nieuwe lidstaten toe tot de Europese Unie: Cyprus, Estland, Hongarije, Letland, Litouwen, Malta, Polen, Slowakije, Slovenië en de Tsjechische Republiek. Vanaf die datum werden de Europese Verordeningen ook van toepassing op deze tien landen. 8 Op 1 januari 2007 traden ook Bulgarije en Roemenië toe tot de Europese Unie en bijgevolg zijn vanaf die datum de Europese Verordeningen op de beide landen van toepassing. Naast kinderbijslag kan er ook kraamgeld en een adoptiepremie uitbetaald worden voor kinderen van onderdanen van de Europese Economische Ruimte die in een andere lidstaat van de EER werken, indien deze kinderen verblijven in een lidstaat van de EER en indien de rechthebbende een actieve werknemer is. 9 Wat betreft het kraamgeld is er een uitzondering voorzien voor Frankrijk en voor het Groothertogdom Luxemburg. De bilaterale overeenkomsten die met deze twee landen zijn afgesloten en die bepalen dat het kraamgeld betaald wordt door het land waar het kind verblijft, blijven van kracht. Voor de adoptiepremies zijn er geen uitzonderingen voorzien. 4 Zie CO nr. 949 bijlage nr. 56 van 22 augustus Zie CO nr. 949 bijlage nr. 64 van 25 september Vanaf 1 juni 2002 is de Bilaterale Overeenkomst van 24 september 1975 tussen Zwitserland en België niet meer van toepassing. 7 Zie CO nr. 949 bijlage nr. 65 van 19 september Zie CO nr. 949 bijlage nr. 66 van 28 april Zie MO nr. 583 van 6 oktober 2003 en addendum. 5

7 Ook de jaarlijkse bijslag kan, in toepassing van de Europese Verordening 1408/71, uitgekeerd worden voor kinderen die in een andere lidstaat van de EER of in Zwitserland worden opgevoed De bilaterale overeenkomsten Een aantal landen dat niet tot de Europese Economische Ruimte behoort, heeft met België een bilaterale overeenkomst afgesloten die voorziet in het recht op kinderbijslag. België heeft op het vlak van de kinderbijslag bilaterale overeenkomsten afgesloten met Marokko, Turkije, Tunesië, Algerije, Kroatië 11 en Macedonië. Daarnaast is er een bilateraal akkoord met de voormalige republiek Joegoslavië dat nog geldig is voor Servië, Montenegro en Bosnië Herzegovina. Voor Kroatië 12 (vanaf 1 augustus 2005) en voor Macedonië 13 (vanaf 1 juni 2009) gelden dezelfde bedragen van de gewone kinderbijslag als in België (met verhoging naar rang en leeftijd van het kind), maar zonder recht op andere toeslagen, op kraamgeld of adoptiepremie. Voor de andere landen met een bilaterale overeenkomst gelden speciale schalen. Voor gewone werknemers, andere dan mijnwerkers, zijn in de overeenkomsten met Marokko, Tunesië en Turkije bedragen voorzien tussen 25,14 EUR en 29,85 EUR per maand naargelang de rang van het kind, tot maximaal vier kinderen Zie CO nr van 26 juli De overeenkomst met Kroatië is ook van toepassing op onderdanen van de Staten die het oude Joegoslavië vormden (met name Bosniërs, Montenegrijnen, Serviërs en Macedoniërs) die in België werken en wiens kinderen worden opgevoed in Kroatië. Zie MO nr. 592 van 20 oktober Zie MO nr. 592 van 20 oktober Zie MO nr. 608 van 20 augustus Voor de ondergrondse werknemers in de Belgische steenkolennijverheid of in ondergrondse steengroeven geldt de gewone Belgische schaal, uitgezonderd de bijzondere of verhoogde bijslag. Voor bovengrondse mijnwerkers geldt een bijzonder bedrag dat minder is dan het gewone Belgische tarief, meer bepaald het bedrag van de gewone algemene schaal van kracht sinds 1 oktober 1959, zoals verhoogd door de koppeling ervan aan de schommelingen van de index van de consumptieprijzen, met uitsluiting van iedere bijzondere of verhoogde bijslag voortvloeiend uit de Belgische wetgeving. De bedrag van deze speciale schaal varieert van 66,96 EUR voor het eerste kind tot 121,33 EUR voor het vijfde kind (per maand). Ook wordt een leeftijdsbijslag toegekend voor kinderen vanaf zes jaar en vanaf twaalf jaar (maar niet voor de jongste en enige kinderen). 6

8 In de overeenkomst met de voormalige republiek Joegoslavië is er een bedrag voorzien van 12,39 EUR per kind per maand, tot maximaal vier kinderen. Dit bedrag is niet gekoppeld aan het indexcijfer der consumptieprijzen. De overeenkomsten met Turkije, Tunesië en Marokko hebben tevens voorzieningen voor invaliden, gepensioneerden en wezen. De bilaterale overeenkomsten voorzien niet in de toekenning van kraamgeld en een adoptiepremie. De toekenning van de jaarlijkse bijslag is wel voorzien in de bilaterale overeenkomsten met Kroatië en Macedonië, zodat de kinderen die in Kroatië of Macedonië worden opgevoed ook van de jaarlijkse bijslag kunnen genieten. 15 In de andere bilaterale overeenkomsten is de toekenning van de jaarlijkse bijslag niet voorzien. Tot slot kan gesteld worden dat in de oude bilaterale overeenkomsten de kinderbijslag beperkt is tot vier kinderen in het gezin en dat de bedragen duidelijk lager zijn dan het Belgische barema. Zo bedraagt het bedrag voor het eerste kind in de schaal van de bilaterale overeenkomsten maar 30% van het bedrag voor het eerste kind in de gewone schaal van het Belgisch barema. Voor het vierde kind is dit zelfs nog maar 12,95 %. In de nieuwe bilaterale overeenkomsten met Kroatië en Macedonië gelden dezelfde bedragen als de gewone Belgische kinderbijslag, maar zonder recht op sociale toeslagen (wel op leeftijdsbijslag). 3. De algemene en individuele ministeriële afwijkingen Artikel 52, lid 3, KBW, bepaalt dat de Minister van Sociale Zaken voor categorieën van behartigenswaardige gevallen afwijking kan verlenen van de voorwaarde voorzien in het eerste lid van hetzelfde artikel, dat stelt dat kinderbijslag niet verschuldigd is voor kinderen die buiten het Rijk worden grootgebracht (= algemene ministeriële afwijkingen). Hiervoor is het voorafgaande advies van het Beheerscomité van de Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers vereist. Na een gunstig advies van het Beheerscomité van de Rijksdienst wordt de algemene afwijking verleend per ministeriële omzendbrief. 15 Zie CO nr van 26 juli

9 Er bestaan zes dergelijke ministeriële omzendbrieven. Vijf daarvan beogen buitenlandse werknemers en dateren allen van de jaren 50 en Ze betreffen alle werknemers werkzaam in mijnen of steengroeven en verlenen kinderbijslag aan de algemene gewone schaal, met uitsluiting van elke bijzondere of verhoogde bijslag, en in de regel alleen maar voor perioden van effectieve tewerkstelling (en daarmee gelijkgestelde perioden). In de praktijk komen er hier geen gevallen meer voor. De zesde ministeriële omzendbrief dateert van Deze omzendbrief staat een algemene afwijking toe aan studenten die zonder beurs verder studeren in een land buiten de EER of in een land waarmee België geen bilaterale overeenkomst gesloten heeft (beperkt tot maximaal één jaar aanvullend onderwijs). 18 Het tweede lid van dat artikel 52 KBW verleent een bevoegdheid aan de Minister van Sociale Zaken (of de ambtenaar van de FOD Sociale Zekerheid die hij aanduidt) om voor individuele behartigenswaardige gevallen een afwijking toe te kennen voor kinderen in het buitenland. Voor de individuele ministeriële afwijkingen is geen advies van het Beheerscomité vereist. 16 Het gaat om: MO nr. 125 van 12 oktober 1953, MO nr. 156 van 15 april 1958, MO nr. 195 van 4 juli 1963, MO nr. 201 van 8 april 1964 en MO nr. 213 van 5 oktober Zie MO nr. 599 van 16 juli Voordien moesten deze studenten een individuele afwijking vragen aan de Minister van Sociale Zaken. Bron: Vereenvoudigde procedures voor kinderbijslag voor studenten, persbericht van 29/7/2007, op 8

10 II. Statistische analyse 1. Het totaal van de Belgische kinderbijslag betaald voor gezinnen in het buitenland A. Globale resultaten 19 Op 31 december 2009 openden rechthebbenden van vreemde nationaliteit het recht op kinderbijslag voor rechtgevende kinderen opgevoed buiten het Rijk. Het totale bedrag aan kinderbijslag dat uitgekeerd werd voor deze kinderen bedroeg in EUR. In het geheel van de kinderbijslagregeling voor het werknemersstelsel vertegenwoordigen deze rechthebbenden 1,90 %, de rechtgevende kinderen 2,04 % en de uitgaven 1,45 %. Grafiek 1: Aantal rechthebbenden en rechtgevende kinderen Evolutie Rechthebbenden Rechtgevende kinderen Bij de globale resultaten per land wordt geen onderscheid gemaakt naargelang de rechtsbron die toegepast wordt. In bijlage I is een gedetailleerd beeld per land terug te vinden. 9

11 Grafiek 1 geeft de evolutie weer van het aantal rechthebbenden en het aantal rechtgevende kinderen opgevoed buiten het Rijk. Op deze grafiek valt af te lezen dat de aantallen sinds 1991 telling na telling gestegen zijn. In 2006 leek er een einde gekomen te zijn aan deze continue stijging. In vergelijking met de telling van 2005 waren de aantallen slechts licht toegenomen. Maar dit bleek eenmalig want vanaf 2007 is er opnieuw een toename van de aantallen. In vergelijking met de vorige telling in 2008 is het aantal rechthebbenden gestegen met 611 (+ 3,03 %) en het aantal rechtgevende kinderen met (+ 2,62 %). De uitgaven zijn in 2009 ook gestegen. In vergelijking met 2008 werd er EUR meer uitbetaald (+ 9,77 %). 20 Het gemiddelde aantal rechtgevende kinderen opgevoed in het buitenland bedroeg 1,92 kinderen per rechthebbende, tegenover 1,78 in het geheel van de werknemersregeling. In 2009 werden 94,85 % van de rechtgevende kinderen opgevoed in een land van de Europese Unie en werd het recht op kinderbijslag voor deze kinderen geopend door 94,89 % van de rechthebbenden. De uitgaven voor de groep kinderen opgevoed in een lidstaat van de Europese Unie bedroegen 98,26 % van de totale uitgaven. In vergelijking met 2008 steeg het aantal rechtgevende kinderen binnen deze groep met (+ 3,36 %), het aantal rechthebbenden met 700 (+ 3,68 %) en de uitgaven met EUR (+ 10,11 %). Indien alle landen van Europa, dus ook diegene die niet tot de Europese Unie behoren, in beschouwing genomen worden, bedroeg het aandeel rechthebbenden zelfs 95,85 %, het aandeel rechtgevende kinderen 95,67 % en het aandeel van de uitgaven 98,85 %. De rechtgevende kinderen die opgevoed werden in een land buiten Europa vormen een kleine minderheid binnen de statistiek van de kinderen opgevoed buiten het Rijk. Hun aandeel in de totale groep bedroeg 4,33 % (1.726 kinderen) en de uitgaven bedroegen EUR (1,15 %). Bovendien daalde hun aantal in vergelijking met de vorige telling in De rechtgevende kinderen zijn gedaald met 196 ( 10,20 %), de rechthebbenden met 91 ( 9,54 %) en de uitgaven met EUR ( 10,45 %). Beide evoluties, namelijk de toename van het aantal kinderen opgevoed in een lidstaat van de Europese Unie 21 en de afname van het aantal kinderen opgevoed buiten Europa, zijn geen recent 20 Zie 3. Betaalde bedragen op pagina 31 en volgende. 21 Voor het historische overzicht werd voor elk jaar uitgegaan van de Europese Unie zoals deze vandaag bestaat, namelijk met 27 lidstaten. 10

12 gegeven, zoals geïllustreerd wordt in grafiek 2. Sinds 1987 kende de groep van de kinderen opgevoed in een land van de Europese Unie bij elke telling een toename en is deze groep in aantal meer dan verviervoudigd. De groep rechtgevende kinderen die opgevoed worden in een land buiten de Europese Unie wordt daarentegen al jaren gekenmerkt door een daling. Sinds 1987 is hun aantal met 74% gedaald. In 2009 bedroeg het aantal van kinderen nog maar 8,31 % van het hoogtepunt in De toename van het aantal kinderen opgevoed in een land van de Europese Unie kan toegeschreven worden aan de toename van het aantal Franse en Nederlandse rechtgevende kinderen en meer recent aan de toename van het aantal rechtgevende kinderen uit de nieuwe lidstaten van de Europese Unie. 22 De daling van het aantal kinderen opgevoed in een land buiten de Europese Unie is voornamelijk het gevolg van een daling van het aantal kinderen van Marokkaanse rechthebbenden (zie hierna). Grafiek 2: Buiten het Rijk opgevoede kinderen binnen en buiten de Europese Unie in de kinderbijslagregeling voor werknemers Evolutie Europese Unie NietEuropese Unie Zie hiervoor A. EUverordeningen op pagina 17 t.e.m. pagina

13 Tabel 1 geeft voor de belangrijkste landen van verblijf de verdeling weer van de buiten het Rijk opgevoede kinderen. Daaruit blijkt dat Frankrijk, met voorsprong, het belangrijkste land van verblijf is kinderen worden opgevoed in Frankrijk. Dit is 71,99 % van het totale aantal rechtgevende kinderen. In vergelijking met 2008 is dit een toename met 774 kinderen of 2,77 %. Na Frankrijk telt Nederland het grootste aantal buiten het Rijk opgevoede kinderen, namelijk rechtgevende kinderen of 13,51 %. Dit is een daling met 90 kinderen ( 1,64 %) in vergelijking met Het derde belangrijkste land van verblijf is Marokko, met rechtgevende kinderen (4,15 %). Marokko kent een daling van het aantal kinderen. In 2009 waren er 176 kinderen minder dan in 2008, dit is een daling met 9,60 %. Wat opvalt bij Marokko is dat het aandeel uitbetaalde bedragen bijna vier maal kleiner is dan het aandeel rechtgevende kinderen. Dit kan verklaard worden door de lagere barema s die gelden in de overeenkomst met Marokko alsook door het feit dat de kinderbijslag beperkt is tot maximaal vier kinderen. Tabel 1: Verdeling van de rechthebbenden en rechtgevende kinderen volgens het land van verblijf (belangrijkste landen) Situatie op 31 december 2009 Land van verblijf Aantal rechthebbenden Aantal rechtgevende kinderen Rechtgevende kinderen in % Betaalde bedragen in EUR Bedragen in % Frankrijk ,99% ,31% Nederland ,51% ,44 12,68% Italië ,19% ,98 2,05% Spanje ,15% ,96 1,96% Polen ,71% ,35 5,74% Portugal ,88% ,08 1,37% Duitsland ,77% ,52 0,95% Verenigd Koninkrijk ,42% ,22 0,45% Andere EUlanden ,24% ,20 1,75% EULANDEN ,85% ,96 98,26% Marokko ,15% ,09 1,07% Turkije ,48% ,28 0,25% Andere landen ,51% ,50 0,41% LANDEN BUITEN EU ,15% ,87 1,74% TOTAAL ,00% ,83 100,00% 12

14 Frankrijk, Nederland en Marokko hebben een gemeenschappelijk aandeel van 89,66 % in het totale aantal kinderen dat buiten het Rijk wordt opgevoed. In het geval van Frankrijk en Nederland kan dit grote aandeel verklaard worden door de territoriale nabijheid. Het gaat voornamelijk om grensarbeiders die in België komen werken. 23 In het geval van Marokko moet de verklaring gezocht worden bij de historische immigratie. In de jaren 60 en het begin van de jaren 70 van de vorige eeuw werd het tekort aan arbeidskrachten op de Belgische arbeidsmarkt opgevuld door de immigratie van arbeiders uit onder meer Marokko. Door eerst de algemene ministeriële afwijkingen 24 en later de bilaterale overeenkomst 25 die met Marokko gesloten werd, werd het voor deze arbeiders mogelijk om het recht op kinderbijslag te openen voor hun kinderen die in het thuisland werden opgevoed. Immers in eerste instantie waren het hoofdzakelijk mannen die, op zoek naar werk, emigreerden naar België, terwijl het gezin achterbleef in het thuisland. Vanaf 1968 vormden de Marokkaanse rechtgevende kinderen die grootste groep binnen de kinderen opgevoed buiten het Rijk. Vanaf 1985 begon hun aantal te dalen. Dit was te wijten aan het feit dat er door de sluiting van de steenkoolmijnen geen nieuwe mijnwerkers meer bijkwamen en dat de kinderen uit de bestaande gezinnen ouder werden en stilaan uit de kinderbijslagregeling verdwenen. Daarnaast was er ook de gezinshereniging. De gezinnen die achtergebleven waren in het thuisland verhuisden ook naar België waardoor deze rechtgevende kinderen niet meer voorkomen in de statistiek van de buiten het Rijk opgevoede kinderen. B. Vergelijking met de buitenlandse kinderbijslag betaald aan gezinnen in België Op dezelfde manier als de Belgische kinderbijslag kan geëxporteerd worden naar gezinnen in het buitenland kunnen buitenlandse regelingen kinderbijslag betalen aan gezinnen die in België verblijven. Het principe van de Europese verordeningen is immers dat het werkland bevoegd is voor de sociale uitkeringen aan personen die op het grondgebied van één van de lidstaten van de Europese Economische Ruimte verblijven. In dit deel zal de vergelijking gemaakt worden van de kinderbijslag die betaald wordt door België aan gezinnen in het buitenland (werknemersregeling) en de kinderbijslag die betaald wordt door het buitenland aan gezinnen in België voor het jaar De vergelijking wordt beperkt tot de drie belangrijkste buurlanden: het Groothertogdom Luxemburg, Nederland en Frankrijk. Gegevens voor 23 Zie hiervoor 1. Frankrijk en Nederland op pagina 18 en volgende. 24 Zie MO nr. 195 van 4 juli 1963, MO nr. 201 van 8 april 1964 en MO nr. 213 van 5 oktober BelgischMarokkaanse Overeenkomst van 24 juni

15 betalingen door Duitsland, het Verenigd Koninkrijk en Zwitserland zijn niet beschikbaar per woonland. In tabel 2 worden het aantal gezinnen, het aantal kinderen en de jaaruitgaven gegeven voor de landen waarover gegevens beschikbaar waren. In tegenstelling tot België zijn de kinderbijslagregelingen in de buurlanden universeel geldig voor alle beroepscategorieën. Tabel 2: Kinderbijslag betaald in België door buitenlandse instellingen 26 Aantal gezinnen Aantal kinderen Uitgaven in EUR (x 1.000) Gemiddeld bedrag in EUR per kind per maand Nederland ,06 Frankrijk ,65 Luxemburg ,06 TOTAAL Uit de tabel blijkt dat door deze drie landen samen meer dan 90 miljoen EUR betaald werd aan gezinnen die in België verblijven, voor meer dan gezinnen en meer dan kinderen. Ter vergelijking, de Belgische werknemersregeling betaalde in 2009 een bedrag van 59 miljoen EUR voor vreemde rechthebbenden en kinderen. Om de vergelijking compleet te maken zouden hier nog de uitgaven bijgeteld moeten worden voor de stelsels van zelfstandigen en de overheid. Ook zouden de uitgaven aan kinderbijslag bijgeteld moeten worden voor Belgen die in het buitenland werken en in België wonen. Hierover zijn echter geen volledige gegevens beschikbaar. Bovenstaande cijfers tonen wel duidelijk aan dat ook gezinnen in België een belangrijk bedrag uit buitenlandse regelingen ontvangen. Luxemburg neemt een belangrijk aandeel in deze uitgaven voor zijn rekening. Dit kan wel dalen in de toekomst aangezien vanaf oktober 2010 Luxemburg geen kinderbijslag meer betaalt aan studenten in het hoger onderwijs vanaf 18 jaar. Europa moet nog beslissen of de studiefinanciering, die in Luxemburg in de plaats komt van de kinderbijslag, als een sociaal voordeel of als kinderbijslag moet beschouwd worden. Indien Europa de studiefinanciering als gezinsbijslag aanwijst, valt ze als zodanig onder de samenloopregeling en moet ze geëxporteerd worden. Indien 26 Bronnen: Nederland Kwartaalbericht, Directie Financieel Economische Zaken, Afdeling Informatievoorziening en Onderzoek, Sociale Verzekeringsbank, November Frankrijk: Rapport Statistique Centre de Liaisons Européennes et Internationales de Sécurité Sociale (C.L.E.I.S.S.). Luxemburg: Les prestations familiales au Grand Duché de Luxembourg, Compte rendu des exercices Eigen ramingen. 27 Voor Luxemburg zijn de meest recente gegevens die van

16 Europa de studiefinanciering als een sociaal voordeel kwalificeert, dient ze ook aan de in België studerende kinderen ten laste van in België wonende onderdanen van de EER die werknemer zijn in Luxemburg, te worden toegekend. 2. Verdeling van de rechthebbenden en rechtgevende kinderen volgens rechtsbron Tabel 3 op de volgende pagina geeft de verdeling weer van de buiten het Rijk opgevoede kinderen volgens rechtsbron. Uit deze tabel blijkt dat het overgrote deel van de kinderbijslag van de buiten het Rijk opgevoede kinderen wordt betaald op basis van de EUverordeningen: 94,87 % van de rechthebbenden openen het recht voor 94,91 % van de rechtgevende kinderen. In vergelijking met het voorgaande jaar is het aantal rechthebbenden toegenomen met 3,72 % en het aantal rechtgevende kinderen met 3,40 %. De stijging van deze groep is iets sterker dan die van de totale groep van de kinderen opgevoed buiten het Rijk. Dit heeft tot gevolg dat hun aandeel in de totale groep toegenomen is. Bij de vorige telling in 2008 bedroeg het aandeel van de rechthebbenden 94,23 % en dat van de rechtgevende kinderen 94,20 %. In 2000 bedroeg het aandeel kinderen dat recht had volgens de Europese Verordeningen maar 85,40 %. Het aandeel rechthebbenden dat het recht op kinderbijslag opent krachtens de bilaterale overeenkomsten bedraagt 4,83 % en het aandeel rechtgevende kinderen 4,87 %. In 2008 was dit nog respectievelijk 5,42 % en 5,58 %. Het aandeel rechthebbenden en rechtgevende kinderen krachtens algemene of individuele afwijkingen is te verwaarlozen (respectievelijk 0,31 % en 0,22 %). In de statistiek van de kinderen opgevoed buiten het Rijk doen zich dus twee tegengestelde evoluties voor: enerzijds een toename van de effectieven krachtens de EUverordeningen en anderzijds een daling van de effectieven op basis van de bilaterale overeenkomsten. In de volgende paragrafen wordt de evolutie van de effectieven per rechtsbron besproken. 15

17 Tabel 3: Verdeling van de buiten het Rijk opgevoede kinderen volgens rechtsbron Evolutie TOTAAL BUITEN HET RIJK OPGEVOEDE KINDEREN Rechthebbenden Rechtgevende kinderen Gemiddeld aantal kinderen per rechthebbende 1,96 1,96 1,95 1,94 1,93 1,92 1,93 1,93 1,93 1,92 EUVERORDENINGEN Rechthebbenden Rechtgevende kinderen Kraamgeld en adoptiepremie Gemiddeld aantal kinderen per rechthebbende 1,91 1,92 1,91 1,91 1,91 1,91 1,92 1,93 1,93 1,92 BILATERALE OVEREENKOMSTEN Rechthebbenden Rechtgevende kinderen Gemiddeld aantal kinderen per rechthebbende 2,34 2,32 2,28 2,25 2,19 2,09 2,09 2,03 1,98 1,94 ALGEMENE EN INDIVIDUELE AFWIJKINGEN Rechthebbenden Rechtgevende kinderen Gemiddeld aantal kinderen per rechthebbende 2,02 1,95 1,53 1,39 1,47 1,50 1,53 1,17 1,24 1,38 16

18 A. EUverordeningen 28 De EUverordeningen zijn van toepassing op de landen van de Europese Economische Ruimte (Europese Unie en IJsland, Noorwegen en Liechtenstein) en op Zwitserland. Op 31 december 2009 openden rechthebbenden het recht op kinderbijslag op basis van EUverordeningen. In vergelijking met 2008 is dit een toename met 708 eenheden (+ 3,72 %). Het aantal rechtgevende kinderen is in 2009 gestegen met eenheden (+ 3,40 %). Dit komt neer op een totaal van buiten het Rijk opgevoede kinderen, die kinderbijslag genieten in het kader van de EUverordeningen. Het gemiddelde aantal kinderen per rechthebbende blijft de laatste jaren nagenoeg constant voor de landen van de EER. In 2009 bedraagt de gemiddelde waarde 1,92. Deze waarde is hoger dan het gemiddelde voor het werknemersstelsel als geheel, namelijk 1,78 kinderen per rechthebbende. Het aandeel van de groep waarvoor kinderbijslag wordt betaald op basis van de EUverordeningen in de totale groep van de kinderen opgevoed in het buitenland neemt telling na telling toe. Dit wordt geïllustreerd in grafiek 3 op volgende pagina. In 2000 bedroeg het aandeel van deze groep 87,73 % bij de rechthebbenden en 85,40 % bij de rechtgevende kinderen. In 2009 is dit gestegen tot respectievelijk 94,87 % en 94,91 %. De stijging van het aantal rechthebbenden en het aantal rechtgevende kinderen kan op rekening geschreven worden van Frankrijk enerzijds en de nieuwe lidstaten van de Europese Unie 29 anderzijds. Deze laatsten vertegenwoordigen in 2009 al 4,59 % van het aantal rechtgevende kinderen krachtens de EUverordeningen. Op slechts enkele jaren tijd is het aantal gestegen van 76 rechtgevende kinderen in 2005 tot in Het grootste gedeelte is voor rekening van Polen dat een aandeel heeft van 3,91 % van de rechtgevende kinderen krachtens de EUverordeningen. 28 De gedetailleerde resultaten per land voor de kinderbijslag betaald krachtens de Europese verordeningen zijn terug te vinden in bijlage II van dit document. 29 Zie hiervoor 2. De nieuwe EUlidstaten op pagina 21 en volgende. 17

19 Grafiek 3: Rechthebbenden en rechtgevende kinderen krachtens de EUverordeningen in percentages van het geheel van de buiten het Rijk opgevoede kinderen Evolutie van 2000 tot % 94% 92% 90% 88% 86% 84% 82% 80% Rechtgevende kinderen 85,40% 86,91% 87,96% 89,59% 90,88% 91,67% 92,63% 93,65% 94,20% 94,91% Rechthebbenden 87,73% 88,92% 89,62% 90,88% 91,84% 92,25% 93,14% 93,87% 94,23% 94,87% 1. Frankrijk en Nederland Frankrijk en Nederland zijn de twee belangrijkste landen waar de rechtgevende kinderen, waarvoor kinderbijslag wordt uitgekeerd in het kader van de EUverordeningen, worden opgevoed. In 2009 telde Frankrijk rechthebbenden en rechtgevende kinderen. Dit is respectievelijk 74,17 % van de rechthebbenden en 75,81 % van de rechtgevende kinderen in het kader van de Europese verordeningen. In 2009 zijn er 467 rechthebbenden en 767 rechtgevende kinderen meer dan het jaar voordien. Nederland telde in rechthebbenden (14,94 %) en rechtgevende kinderen (14,23 %). Dit is een lichte daling ( 52 rechthebbenden en 82 rechtgevende kinderen) in vergelijking met

20 9 op de 10 van de rechtgevende kinderen waarvoor kinderbijslag wordt uitbetaald krachtens de EUverordeningen worden in Frankrijk of Nederland opgevoed. De evolutie van de kinderen opgevoed buiten het Rijk krachtens de EUverordeningen hangt dus nauw samen met die van de Franse en in mindere mate met die van de Nederlandse rechtgevende kinderen. Deze rechtgevende kinderen zijn voornamelijk kinderen van grensarbeiders. 30 De evolutie van het aantal grensarbeiders tewerkgesteld in België en verblijvend in Frankrijk en Nederland verklaart bijgevolg grotendeels de evolutie van het aantal kinderen in beide landen. De evolutie van het aantal grensarbeiders wordt weergegeven in grafiek 4. Uit deze grafiek blijkt dat het aantal Franse grensarbeiders tewerkgesteld in België tussen 30 juni 2000 en 30 juni 2009 bijna verdubbeld is. Het aantal Nederlandse grensarbeiders tewerkgesteld in België is in diezelfde periode gestegen met 31,69 %. Grafiek 4: Aantal Franse en Nederlandse loontrekkende grensarbeiders op 30 juni Evolutie Nederland Frankrijk Bron: Statistieken RIZIV 30 Een grensarbeider is een werknemer die woont in de grensstreek van het ene land en die werkt in de grensstreek van het andere land en minstens eenmaal per week terugkomt. 19

21 Vooral de evolutie van de Franse grensarbeiders, zowel de absolute aantallen als het jaarlijks stijgingspercentage, is opmerkelijk. De grote aantallen Franse grensarbeiders tewerkgesteld in België zijn toe te schrijven aan de grensarbeidersregeling die van kracht is tussen België en Frankrijk. Deze regeling houdt in dat een grensarbeider belast wordt in de woonstaat (dit is het land waar de persoon woont) en niet in de werkstaat (dit is het land waar de persoon werkt), zoals normaal het geval is voor werknemers die in een andere staat werken dan die waar ze wonen. Concreet betekent dit dat de Franse grensarbeiders in Frankrijk belastingen betalen op hun Belgische beroepsinkomsten en dat de Belgische grensarbeiders in België belast worden op hun Franse beroepsinkomsten. Dit regime is uitermate gunstig voor de grensarbeider die tewerkgesteld is in België maar in Frankrijk woont en dit om verschillende redenen. Niet alleen is de belastingdruk in Frankrijk lager dan in België, waardoor de Franse grensarbeider (die in Frankrijk belast wordt) minder belastingen moet betalen dan wanneer hij in België belast zou worden. Ook zijn de socialezekerheidsbijdragen, die de Franse grensarbeider in België betaalt, lager dan in Frankrijk. Tot slot is het loonregime vaak aantrekkelijker in België. Zo hebben bepaalde sectoren hogere barema s en is er ook het dubbel vakantiegeld. Omgekeerd was deze regeling eerder ongunstig voor de grensarbeiders die woonachtig zijn in België, maar tewerkgesteld zijn in Frankrijk: hogere belastingdruk in België, hogere socialezekerheidsbijdragen in Frankrijk en vaak een minder aantrekkelijk loonregime in Frankrijk. Maar op 12 december 2008 werd een avenant ondertekend dat de nieuwe regels betreffende de grensarbeid vastlegt. Op 17 december 2009 is het nieuwe avenant in werking getreden. 31 Voor grensarbeiders die in België wonen en in de Franse grensstreek werken, verdwijnt de huidige grensarbeidersregeling (= uitsluitend belast in de woonstaat). Dit gebeurt retroactief vanaf 1 januari Deze Belgische grensarbeiders worden vanaf die datum niet meer in België (woonplaats), maar in Frankrijk (werkplaats) belast. Voor de grensarbeiders die in Frankrijk wonen en in de Belgische grensstreek werken, moet men een onderscheid maken tussen 2 periodes. Van 2009 tot 2011 blijft de grensarbeidersregeling behouden. Dit betekent dat ze in hun woonplaats Frankrijk blijven belast worden, wel op 31 Wet van 7 mei 2009, BS 8 januari

22 voorwaarde dat ze de Belgische grensstreek 32 niet meer dan 30 dagen per kalenderjaar verlaten. Sommige verplaatsingen buiten de grensstreek tellen hiervoor echter niet mee (bv. syndicale opdrachten, medisch onderzoek, ). Vanaf 2012 geldt er een overgangsregeling voor de Franse grensarbeiders die op 31 december 2011 al van de grensarbeidersregeling genieten, en dit voor een periode van 22 jaar (dus tot 2033). Ze mogen maximum 30 dagen per kalenderjaar de Belgische grensstreek verlaten. Franse grensarbeiders die vanaf 1 januari 2012 in de Belgische grensstreek beginnen te werken, kunnen nooit meer van de grensarbeidersregeling genieten. Seizoensgrensarbeiders die in de Belgische grensstreek werken, en dit maximum 90 dagen per kalenderjaar, genieten tot 2033 van de grensarbeidersregeling, op voorwaarde dat: ze in de Franse grensstreek wonen, het aantal dagen waarop ze de Belgische grensstreek verlaten, beperkt blijft tot maximum 15 % van het aantal gepresteerde dagen per kalenderjaar. 2. De nieuwe EUlidstaten Naast Frankrijk en Nederland zijn het de nieuwe lidstaten van de Europese Unie die zorgen voor een stijging van het aantal buiten het Rijk opgevoede kinderen. Op 1 mei 2004 traden 10 landen toe tot de Europese Unie. Het ging om Cyprus, Estland, Hongarije, Letland, Litouwen, Malta, Polen, Slovenië, Slowakije en Tsjechië. Op 1 januari 2007 traden ook Bulgarije en Roemenië toe tot de Europese Unie. Het aantal rechthebbenden en rechtgevende kinderen uit deze lidstaten kenden de laatste tellingen een sterke stijging zoals blijkt uit tabel 4. De toetreding van de nieuwe lidstaten in 2004 leidde in 2005 en 2006 nog niet tot een grote toename van het aantal rechthebbenden en rechtgevende kinderen uit deze lidstaten in de statistiek van de buiten het Rijk opgevoede kinderen. In 2006 openden 66 rechthebbenden het recht voor 137 rechtgevende kinderen. Deze kleine aantallen zijn te wijten aan de speciale overgangsmaatregelen 32 Onder grensstreek verstaat men het gebied dat zich uitstrekt over 20 kilometer langs weerzijden van de Belgisch Franse grens. 21

23 inzake het vrij verkeer van werknemers die van kracht zijn op 8 van de 10 nieuwe lidstaten. 33 In principe geldt er een vrij verkeer van werknemers 34 voor alle lidstaten van de Europese Unie. Uit vrees voor een toevloed aan arbeidsmigranten uit de nieuwe lidstaten konden de bestaande lidstaten overgangsmaatregelen invoeren die het vrij verkeer van werknemers beperkten. Voor de onderdanen uit de nieuwe lidstaten bleef het voorafgaand verkrijgen van een arbeidskaart nog verplicht. De Belgische regering besliste om deze overgangsmaatregelen in te voeren vanaf 1 mei 2004 voor een periode van twee jaar. 35 In 2006 werd beslist om de overgangsfase te verlengen met drie jaar tot uiterlijk 1 mei Bovendien werden deze overgangsmaatregelen ook van toepassing op Bulgarije en Roemenië vanaf hun toetreding op 1 januari In 2006 werden de overgangsmaatregelen wel versoepeld. Voor een aantal specifieke beroepen, de zogenaamde knelpuntberoepen, werd het toekennen van arbeidskaarten versoepeld voor de onderdanen van de betrokken lidstaten. Deze versoepeling leidde tot een aanzienlijke toename van de aantallen in de statistiek van de buiten het Rijk opgevoede kinderen. In 2008 werd het recht geopend door 691 rechthebbenden voor rechtgevende kinderen. Dit is bijna tien keer zoveel als in In 2009 werd beslist dat de overgangsmaatregelen ten opzichte van de op 1 mei 2004 toegetreden lidstaten niet zouden worden verlengd. Dit impliceert dat voor de onderdanen van deze lidstaten met ingang van 1 mei 2009 het vrij verkeer van werknemers volledig van toepassing is en dat zij vanaf deze datum vrijgesteld zijn van de verplichting tot het voorafgaand verkrijgen van een arbeidskaart. 38 Dit leidde ook in 2009 tot een toename van het aantal rechthebbenden en rechtgevende kinderen. Er waren 948 rechthebbenden en rechtgevende kinderen. Dit is een toename met 37,19 % bij de rechthebbenden en 37,01 % bij de rechtgevende kinderen op één jaar tijd. De overgrote meerderheid van de rechtgevende kinderen uit de nieuwe lidstaten wordt opgevoed in Polen (85,00 %). Polen is reeds het vierde grootste land. 33 Deze overgangsmaatregelen zijn niet van toepassing op Cyprus en Malta. 34 Dit houdt in dat de onderdanen van de lidstaten van de Europese Unie vrijgesteld zijn van de verplichting tot het verkrijgen van een arbeidskaart bij tewerkstelling in een andere lidstaat. 35 Koninklijk besluit van 12 april 2004, BS 21 april Koninklijk besluit van 24 april 2006, BS 28 april Koninklijk besluit van 19 december 2006, BS 28 december Bulgaren en Roemenen moeten wel nog tot 31 december 2011 een arbeidskaart aanvragen. 22

24 Tabel 4: Verdeling van de rechthebbenden en rechtgevende kinderen volgens land van verblijf (nieuwe EUlidstaten) Evolutie Land van verblijf Rechthebbenden Rechtgevende kinderen Rechthebbenden Rechtgevende kinderen Rechthebbenden Rechtgevende kinderen Rechthebbenden Rechtgevende kinderen Rechthebbenden Rechtgevende kinderen Polen Tsjechië Slovakije Hongarije Slovenië Estland Letland Litouwen Malta Bulgarije Roemenië Totaal

25 3. Kraamgeld en adoptiepremies Met het verschijnen van de ministeriële omzendbrief nr. 583 worden, sinds 2003, ook kraamgeld en adoptiepremies betaald krachtens de Europese verordeningen 39, met uitzondering van Frankrijk en Luxemburg voor wat betreft het kraamgeld. De bilaterale verdragen met die landen, die bepalen dat het kraamgeld betaald wordt door het land waar het kind verblijft, blijven immers van kracht. Deze ministeriële omzendbrief leidde in 2003 en 2004 tot een aanzienlijke toename van het aantal gevallen waarvoor kraamgeld of een adoptiepremie werd uitgekeerd krachtens de EUverordeningen (zie tabel 3 op pagina 16). 40 Sindsdien kent hun aantal een wisselend verloop. In 2009 werden er 260 kraamgelden uitgekeerd in het buitenland. De voornaamste landen waarnaar kraamgeld wordt uitgevoerd zijn Nederland (198 geboorten), Duitsland (18 geboorten) en Polen (13 geboorten). In 2009 werden 5 adoptiepremies uitgekeerd in het buitenland: 4 in Frankrijk en 1 in Nederland. B. Bilaterale overeenkomsten 41 Een andere rechtsbron op basis waarvan het recht op kinderbijslag voor de buiten het Rijk opgevoede kinderen geopend kan worden, zijn de bilaterale overeenkomsten inzake sociale zekerheid die België gesloten heeft. België heeft een bilaterale overeenkomst afgesloten met Marokko, Tunesië, Algerije, Turkije, Kroatië, Joegoslavië 42 en vanaf juni 2009 ook met Macedonië. Op 31 december 2009 waren er rechthebbenden die het recht openden op kinderbijslag krachtens de bilaterale overeenkomsten voor rechtgevende kinderen. Dit is een daling met 91 rechthebbenden ( 8,32 %) en 226 rechtgevende kinderen ( 10,41 %). De aantallen in het kader van de bilaterale overeenkomsten nemen jaar na jaar af (zie tabel 3). 39 Zie MO nr. 583 van 6 oktober 2003 en addendum. Voorheen werd de toekenning van kraamgeld geregeld via bilaterale overeenkomsten. 40 Dit had te maken met het feit dat de sociaal verzekerde een aanvraag voor kraamgeld of adoptiepremie kon indienen voor alle geboorten of adopties waarvoor de verjaringstermijn nog niet verstreken was. 41 De gedetailleerde resultaten per land voor de kinderbijslag betaald krachtens bilaterale overeenkomsten zijn terug te vinden in bijlage II van dit document. 42 Deze bilaterale overeenkomst is, sinds het uiteenvallen van Joegoslavië, nog van toepassing op BosniëHerzegovina, Servië en Montenegro. 24

26 Een stijging van het aantal rechthebbenden en rechtgevende kinderen voor het geheel van de regeling van de kinderen opgevoed buiten het Rijk en een daling van de aantallen op basis van de bilaterale overeenkomsten, heeft een dalend aandeel van deze laatste groep in het geheel tot gevolg. Dit wordt geïllustreerd in grafiek 5 op de volgende pagina. In 2000 hadden deze rechthebbenden nog een aandeel van 11,96 % in de totale groep. In 2009 was dit nog maar 4,83 %. Ook de rechtgevende kinderen kenden dezelfde evolutie: in 2000 vertegenwoordigden ze nog 14,29 %, in 2009 nog maar 4,87 %. Ook het gemiddelde aantal rechtgevende kinderen per rechthebbende is gedaald voor deze groep. In 2009 opende elke rechthebbende het recht op kinderbijslag voor gemiddeld 1,94 rechtgevende kinderen in het kader van de bilaterale overeenkomsten. In 2008 was dit nog gemiddeld 1,98 rechtgevende kinderen per rechthebbende. In 2000 bedroeg dit gemiddelde zelfs nog 2,34. Het aantal kinderen per gezin bij de bilaterale overeenkomsten benadert jaar na jaar het algemeen gemiddelde voor de totale groep van de buiten het Rijk opgevoede kinderen (dit algemeen gemiddelde bedraagt 1,92 rechtgevende kinderen per rechthebbende in 2009). Dit blijkt eveneens uit grafiek 5 op volgende pagina: het aandeel van de rechthebbenden en de rechtgevende kinderen bij de bilaterale overeenkomsten in 2009 is nagenoeg gelijk (respectievelijk 4,83 % en 4,87 %). In 2000 was er nog een merkbaar verschil (11,96 % rechthebbenden en 14,29 % rechtgevende kinderen). 25

27 Grafiek 5: Rechthebbenden en rechtgevende kinderen in het kader van de bilaterale overeenkomsten in percentages van het geheel van de buiten het Rijk opgevoede kinderen Evolutie van 2000 tot % 14% 12% 10% 8% 6% 4% 2% 0% Rechthebbenden 11,96% 10,95% 10,12% 8,78% 7,82% 7,41% 6,62% 5,90% 5,42% 4,83% Rechtgevende kinderen 14,29% 12,96% 11,84% 10,17% 8,87% 8,07% 7,18% 6,18% 5,58% 4,87% In het kader van de kinderbijslag uitgekeerd krachtens de bilaterale overeenkomsten is Marokko het land dat het hoogste aantal effectieven telt. In 2009 werden er 816 rechthebbenden en rechtgevende kinderen geteld. Daarmee vertegenwoordigt Marokko 81,36 % van het totale aantal rechthebbenden en 84,62 % van het totale aantal rechtgevende kinderen binnen het kader van de bilaterale overeenkomsten. Eerder in deze studie werd reeds aangegeven dat de effectieven van Marokko sinds 1985 aan het dalen zijn (zie pagina 11 t.e.m.12). Ook in 2009 zette deze daling zich verder. Er werden 9,63 % minder rechthebbenden ( 87 eenheden) en 10,26 % minder rechtgevende kinderen ( 188 eenheden) geteld op één jaar tijd. Bij de bilaterale overeenkomsten telt Turkije, na Marokko, de grootste aantallen, namelijk 117 rechthebbenden (11,67 %) en 184 rechtgevende kinderen (9,47 %). Dit is een daling met respectievelijk 14 en 44 eenheden in vergelijking met Daarmee lijkt een einde te komen aan 26

28 de stijgende trend waardoor de effectieven van Turkije sinds 2000 gekenmerkt werden. In die periode zijn hun aantallen verdubbeld. Toch was hun aantal nog gering, zeker in vergelijking met de jaren zestig. In 1964 waren er nog kinderen in Turkije met Belgische kinderbijslag. De overige landen in het kader van de bilaterale overeenkomsten hebben kleine aantallen rechthebbenden en rechtgevende kinderen. C. Algemene en individuele ministeriële afwijkingen 43 De laatste groep binnen de regeling voor de kinderbijslag ten behoeve van kinderen die buiten het Rijk verblijven, wordt gevormd door de rechthebbenden die op basis van een algemene of individuele ministeriële afwijking het recht op kinderbijslag openen voor kinderen die buiten onze landsgrenzen worden opgevoed. Zoals reeds vermeld kunnen algemene afwijkingen toegekend worden op basis van een ministeriële omzendbrief. In 2006 werd op grond van de bestaande algemene afwijkingen geen kinderbijslag meer verleend. Maar als gevolg van de ministeriële omzendbrief nr. 599 van 16 juli 2007 is er weer een klein aantal dat op basis hiervan recht opent. Deze omzendbrief staat een algemene afwijking toe aan studenten die zonder beurs verder studeren in een land buiten de EER of in een land waarmee België geen bilaterale overeenkomst heeft. 44 Op 31 december 2009 werd door 30 rechthebbenden met een vreemde nationaliteit het recht op kinderbijslag geopend op basis van een algemene ministeriële afwijking voor 42 rechtgevende kinderen. Niet enkel buitenlandse rechthebbenden, maar ook Belgische rechthebbenden kunnen op basis van een algemene ministeriële afwijking het recht op kinderbijslag openen voor hun rechtgevende kinderen die in het buitenland worden opgevoed. 45 In 2009 openden 407 Belgische rechthebbenden het recht op kinderbijslag op basis van een algemene ministeriële afwijking voor 446 rechtgevende kinderen. 43 De gedetailleerde resultaten betreffende de kinderbijslag betaald op basis van ministeriële afwijkingen staan in bijlage IV van dit document. 44 Voordien moest er voor deze studenten een individuele ministeriële afwijking aangevraagd worden. 45 De cijfers van de Belgische rechthebbenden zijn terug te vinden in bijlage IV van dit document. Deze cijfers zijn louter ter informatie en maken geen deel uit van de analyse van deze statistiek. 27

29 Naast de algemene ministeriële afwijking is het ook mogelijk via een individuele afwijking het recht op kinderbijslag te openen voor kinderen die in het buitenland worden opgevoed. In 2009 openden 34 rechthebbenden het recht voor 46 rechtgevende kinderen. In vergelijking met 2008 is zowel het aantal rechthebbenden als het aantal rechtgevende kinderen nagenoeg stabiel. Ook Belgische rechthebbenden kunnen een individuele afwijking krijgen voor hun rechtgevende kinderen opgevoed in het buitenland. 46 Op 31 december 2009 bedroeg hun aantal 344. Zij openden een recht voor 400 rechtgevende kinderen. In totaal waren er in 2009 dus 64 rechthebbenden met vreemde nationaliteit die een afwijking hebben verkregen voor 88 kinderen die in het buitenland werden opgevoed. Daarnaast waren er in totaal 751 rechthebbende Belgen die een afwijking hebben verkregen voor 846 kinderen in het buitenland. D. Vergelijking van de rechthebbenden volgens de rechtsgrond In wat volgt wordt nagegaan wat de toekenningssituatie is op basis waarvan de rechthebbende het recht op kinderbijslag opent voor de rechtgevende kinderen. De rechthebbenden die het recht op kinderbijslag openen krachtens de EUverordeningen worden vergeleken met de rechthebbenden op basis van de bilaterale overeenkomsten. Het aantal rechthebbenden dat het recht op kinderbijslag opent op grond van algemene of individuele ministeriële afwijkingen is verwaarloosbaar klein en wordt in deze vergelijking buiten beschouwing gelaten. Uit figuur 1 (pagina 30) blijkt dat er, wat betreft het aandeel arbeidsprestaties, een duidelijk verschil is tussen de rechthebbenden op basis van de EUverordeningen en die op basis van de bilaterale overeenkomsten. Bij de rechthebbenden krachtens de EUverordeningen wordt het recht in ongeveer 9 op de 10 gevallen toegekend op basis van arbeidsprestaties. In 9,08 % van de gevallen berust het recht van de rechthebbende op een andere toekenningssituatie: invalide rechthebbende (3,64 %), werkloze rechthebbende (2,40 %), rechthebbende wees (2,22 %) en gepensioneerde rechthebbende (0,82 %). Het grote aandeel arbeidsprestaties is toe te schrijven aan het hoge aantal Franse en Nederlandse rechthebbenden die als grensarbeider werkzaam zijn in België. 46 De cijfers staan vermeld in bijlage IV van dit document. De cijfers worden enkel ter informatie vermeld en maken geen deel uit van de analyse van deze statistiek. 28

Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers T I T E TELLINGEN 2008

Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers T I T E TELLINGEN 2008 Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers D RIJK OPGEVOEDE K T E H N INDE E T I REN U B E TELLINGEN 2008 Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Voor inlichtingen:

Nadere informatie

DE BUITEN HET RIJK OPGEVOEDE KINDEREN. Tellingen Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Trierstraat BRUSSEL

DE BUITEN HET RIJK OPGEVOEDE KINDEREN. Tellingen Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Trierstraat BRUSSEL DE BUITEN HET RIJK OPGEVOEDE KINDEREN Tellingen 2007 Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Trierstraat 70-1000 BRUSSEL Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers

Nadere informatie

DE BUITEN HET RIJK OPGEVOEDE KINDEREN. Tellingen Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Trierstraat BRUSSEL

DE BUITEN HET RIJK OPGEVOEDE KINDEREN. Tellingen Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Trierstraat BRUSSEL DE BUITEN HET RIJK OPGEVOEDE KINDEREN Tellingen 2005 Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Trierstraat 70-1000 BRUSSEL Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers

Nadere informatie

Verantwoordelijke uitgever: Federaal agentschap voor de kinderbijslag. Departement Ondersteuning Research en Financiën Trierstraat BRUSSEL

Verantwoordelijke uitgever: Federaal agentschap voor de kinderbijslag. Departement Ondersteuning Research en Financiën Trierstraat BRUSSEL Verantwoordelijke uitgever: Federaal agentschap voor de kinderbijslag Voor alle inlichtingen: FAMIFED Departement Ondersteuning Research en Financiën Trierstraat 70 1000 BRUSSEL email: research@famifed.be

Nadere informatie

Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers D B T

Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers D B T Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers V D B INDEREN OP TEN T KINDEREN OPGEVOED BUITEN HET RIJK K 2012 Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Voor alle inlichtingen

Nadere informatie

nr. 811 van TOM VAN GRIEKEN datum: 10 augustus 2015 aan JO VANDEURZEN Kinderbijslag - Kinderen die worden opgevoed in het buitenland

nr. 811 van TOM VAN GRIEKEN datum: 10 augustus 2015 aan JO VANDEURZEN Kinderbijslag - Kinderen die worden opgevoed in het buitenland SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 811 van TOM VAN GRIEKEN datum: 10 augustus 2015 aan JO VANDEURZEN VLAAMS MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN Kinderbijslag - Kinderen die worden opgevoed in het buitenland

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE BIJLAGEN

INHOUDSOPGAVE BIJLAGEN INHOUDSOPGAVE Inleiding...2 I. Situering van het recht...3 A. Europese Verordeningen...3 B. Bilaterale overeenkomsten...4 C. Kinderbijslag op grond van individuele of algemene ministeriële afwijkingen

Nadere informatie

Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers

Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Alle informatie is verkrijgbaar bij de RKW Departement Ondersteuning Research en Financiën Trierstraat 70 1000 Brussel Email:

Nadere informatie

STATISTISCH OVERZICHT VAN DE KINDERBIJSLAG 31 DECEMBER 2016

STATISTISCH OVERZICHT VAN DE KINDERBIJSLAG 31 DECEMBER 2016 FEDERAAL AGENTSCHAP VOOR DE KINDERBIJSLAG STATISTISCH OVERZICHT VAN DE KINDERBIJSLAG 31 DECEMBER 2016 Analyse Verantwoordelijke uitgever: Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag Voor alle inlichtingen:

Nadere informatie

nr. 726 van ORTWIN DEPOORTERE datum: 27 juni 2017 aan JO VANDEURZEN Kinderbijslag - Kinderen in het buitenland

nr. 726 van ORTWIN DEPOORTERE datum: 27 juni 2017 aan JO VANDEURZEN Kinderbijslag - Kinderen in het buitenland SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 726 van ORTWIN DEPOORTERE datum: 27 juni 2017 aan JO VANDEURZEN VLAAMS MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN Kinderbijslag - Kinderen in het buitenland Kinderen moeten

Nadere informatie

STATISTISCH OVERZICHT VAN DE KINDERBIJSLAG

STATISTISCH OVERZICHT VAN DE KINDERBIJSLAG FEDERAAL AGENTSCHAP VOOR DE KINDERBIJSLAG STATISTISCH OVERZICHT VAN DE KINDERBIJSLAG 31 DECEMBER 2017 Analyse Verantwoordelijke uitgever: Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag Voor alle inlichtingen:

Nadere informatie

STATISTISCH OVERZICHT 31 DECEMBER 2015

STATISTISCH OVERZICHT 31 DECEMBER 2015 FEDERAAL AGENTSCHAP VOOR DE KINDERBIJSLAG STATISTISCH OVERZICHT 31 DECEMBER 2015 Analyse STATISTISCH OVERZICHT NR. 2 Verantwoordelijke uitgever: Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag Voor alle inlichtingen:

Nadere informatie

Gezinsbijslag (schaal van kracht vanaf 1 september maandelijkse bedragen in EUR)

Gezinsbijslag (schaal van kracht vanaf 1 september maandelijkse bedragen in EUR) Gezinsbijslag (schaal van kracht vanaf 1 september 2008 - maandelijkse bedragen in EUR) I. Samengeordende wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders 1. Gewone kinderbijslag (artikel 40): eerste

Nadere informatie

Gezinsbijslag (schaal van kracht vanaf 1 mei (maandelijkse bedragen in EUR)

Gezinsbijslag (schaal van kracht vanaf 1 mei (maandelijkse bedragen in EUR) Gezinsbijslag (schaal van kracht vanaf 1 mei (maandelijkse bedragen in EUR) I. Samengeordende wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders 1. Gewone kinderbijslag (artikel 40) eerste kind 86,77

Nadere informatie

Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers

Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Voor inlichtingen: RKW Departement Ondersteuning Research en Financiën Trierstraat 70-1000 Brussel e-mail: research@rkw.be www.rkw.be

Nadere informatie

RIJKSDIENST VOOR SOCIALE ZEKERHEID OPENBARE INSTELLING VAN SOCIALE ZEKERHEID ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ. R S Z Kwartaal:2012-01

RIJKSDIENST VOOR SOCIALE ZEKERHEID OPENBARE INSTELLING VAN SOCIALE ZEKERHEID ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ. R S Z Kwartaal:2012-01 RIJKSDIENST VOOR SOCIALE ZEKERHEID OPENBARE INSTELLING VAN SOCIALE ZEKERHEID ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ R S Z Kwartaal:2012-01 Grensoverschrijdende tewerkstelling Inhoudstafel Beginselen...5 Geen

Nadere informatie

Gezinsbijslag (schaal van kracht vanaf 1 januari maandelijkse bedragen in EUR)

Gezinsbijslag (schaal van kracht vanaf 1 januari maandelijkse bedragen in EUR) Gezinsbijslag (schaal van kracht vanaf 1 januari 2008 - maandelijkse bedragen in EUR) I. Samengeordende wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders 1. Gewone kinderbijslag (artikel 40): eerste

Nadere informatie

Verantwoordelijke uitgever: Federaal agentschap voor de kinderbijslag

Verantwoordelijke uitgever: Federaal agentschap voor de kinderbijslag Verantwoordelijke uitgever: Federaal agentschap voor de kinderbijslag Voor alle inlichtingen: FAMIFED Departement Ondersteuning - Research en Financiën Trierstraat 70 1000 Brussel e-mail: research@famifed.be

Nadere informatie

nr. 272 van ORTWIN DEPOORTERE datum: 23 januari 2018 aan JO VANDEURZEN Kinderbijslag - Kinderen in het buitenland

nr. 272 van ORTWIN DEPOORTERE datum: 23 januari 2018 aan JO VANDEURZEN Kinderbijslag - Kinderen in het buitenland SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 272 van ORTWIN DEPOORTERE datum: 23 januari 2018 aan JO VANDEURZEN VLAAMS MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN Kinderbijslag - Kinderen in het buitenland Kinderen moeten

Nadere informatie

Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers

Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Voor inlichtingen: RKW Departement Ondersteuning Research en Financiën Trierstraat 70-1000 Brussel e-mail: research@rkw.be www.rkw.be

Nadere informatie

ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ

ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ RIJKSDIENST VOOR SOCIALE ZEKERHEID OPENBARE INSTELLING VAN SOCIALE ZEKERHEID ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ R S Z Kwartaal:2014-01 Grensoverschrijdende tewerkstelling Inhoudstafel Beginselen...5 Geen

Nadere informatie

BIJZONDERE STATISTIEK VAN DE WERKNEMERS VAN VREEMDE NATIONALITEIT DIE IN BELGIË VERBLIJVEN MET HUN GEZIN. Telling 2004

BIJZONDERE STATISTIEK VAN DE WERKNEMERS VAN VREEMDE NATIONALITEIT DIE IN BELGIË VERBLIJVEN MET HUN GEZIN. Telling 2004 BIJZONDERE STATISTIEK VAN DE WERKNEMERS VAN VREEMDE NATIONALITEIT DIE IN BELGIË VERBLIJVEN MET HUN GEZIN Telling 2004 Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Trierstraat 70-1000 BRUSSEL Verantwoordelijke

Nadere informatie

SOCIALE ZEKERHEID EN WERKEN IN HET BUITENLAND WAT MOET IK DOEN?

SOCIALE ZEKERHEID EN WERKEN IN HET BUITENLAND WAT MOET IK DOEN? Rijksdienst voor Sociale Zekerheid SOCIALE ZEKERHEID EN WERKEN IN HET BUITENLAND WAT MOET IK DOEN? 1. Uitzending naar landen van de Europese Unie (EU) Sinds 1 mei 2010 bepaalt de EG- Verordening 883/2004

Nadere informatie

Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen ROESELARE. Opsplitsing in nationaliteitsgroepen

Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen ROESELARE. Opsplitsing in nationaliteitsgroepen Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen ROESELARE HUIDIGE NATIONALITEIT PG2 NATIONALITEIT BIJ GEBOORTE PG 3 HUISHOUDENS PG 4 WERKZOEKENDEN PG 5 NIEUWKOMERS PG 6 Arrondissement Roeselare Opsplitsing in nationaliteitsgroepen

Nadere informatie

STATISTISCH OVERZICHT VAN DE KINDERBIJSLAG 30 JUNI 2018

STATISTISCH OVERZICHT VAN DE KINDERBIJSLAG 30 JUNI 2018 FEDERAAL AGENTSCHAP VOOR DE KINDERBIJSLAG STATISTISCH OVERZICHT VAN DE KINDERBIJSLAG 30 JUNI 2018 Gedetailleerde gegevens STATISTISCH OVERZICHT NR. 7 Verantwoordelijke uitgever: Federaal Agentschap voor

Nadere informatie

Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen KORTEMARK. Opsplitsing in nationaliteitsgroepen

Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen KORTEMARK. Opsplitsing in nationaliteitsgroepen Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen KORTEMARK Arrondissement Diksmuide HUIDIGE NATIONALITEIT PG2 NATIONALITEIT BIJ GEBOORTE PG 3 HUISHOUDENS PG 4 WERKZOEKENDEN PG 5 NIEUWKOMERS PG 6 Opsplitsing in nationaliteitsgroepen

Nadere informatie

Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen SPIERE-HELKIJN. Opsplitsing in nationaliteitsgroepen

Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen SPIERE-HELKIJN. Opsplitsing in nationaliteitsgroepen Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen SPIERE-HELKIJN HUIDIGE NATIONALITEIT PG2 NATIONALITEIT BIJ GEBOORTE PG 3 HUISHOUDENS PG 4 WERKZOEKENDEN PG 5 NIEUWKOMERS PG 6 Arrondissement Kortrijk Opsplitsing in nationaliteitsgroepen

Nadere informatie

Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen LANGEMARK-POELKAPELLE. Opsplitsing in nationaliteitsgroepen

Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen LANGEMARK-POELKAPELLE. Opsplitsing in nationaliteitsgroepen Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen LANGEMARK-POELKAPELLE HUIDIGE NATIONALITEIT PG2 NATIONALITEIT BIJ GEBOORTE PG 3 HUISHOUDENS PG 4 WERKZOEKENDEN PG 5 NIEUWKOMERS PG 6 Arrondissement Ieper Opsplitsing in

Nadere informatie

Verantwoordelijke uitgever: Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag (FAMIFED)

Verantwoordelijke uitgever: Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag (FAMIFED) Verantwoordelijke uitgever: Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag (FAMIFED) Voor inlichtingen: FAMIFED Departement Ondersteuning Research en Financiën Trierstraat 7 1 BRUSSEL e-mail: research@famifed.be

Nadere informatie

Infoblad - werknemers Hebt u recht op uitkeringen na een tewerkstelling?

Infoblad - werknemers Hebt u recht op uitkeringen na een tewerkstelling? Infoblad - werknemers Hebt u recht op uitkeringen na een tewerkstelling? U hebt gewerkt in België? Het principe U wordt toegelaten tot het recht op werkloosheidsuitkeringen zo u het bewijs levert van:

Nadere informatie

KINDERBIJSLAG VOOR ZELFSTANDIGEN STATISTISCHE REEKSEN UITGAVE 2007

KINDERBIJSLAG VOOR ZELFSTANDIGEN STATISTISCHE REEKSEN UITGAVE 2007 STATISTISCHE REEKSEN UITGAVE 2007 Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Trierstraat 70 1000 BRUSSEL Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Voor alle inlichtingen

Nadere informatie

Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen KORTRIJK. Opsplitsing in nationaliteitsgroepen

Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen KORTRIJK. Opsplitsing in nationaliteitsgroepen Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen KORTRIJK HUIDIGE NATIONALITEIT PG2 NATIONALITEIT BIJ GEBOORTE PG 3 HUISHOUDENS PG 4 WERKZOEKENDEN PG 5 NIEUWKOMERS PG 6 Arrondissement Kortrijk Opsplitsing in nationaliteitsgroepen

Nadere informatie

Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen OOSTENDE. Opsplitsing in nationaliteitsgroepen

Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen OOSTENDE. Opsplitsing in nationaliteitsgroepen Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen OOSTENDE HUIDIGE NATIONALITEIT PG2 NATIONALITEIT BIJ GEBOORTE PG 3 HUISHOUDENS PG 4 WERKZOEKENDEN PG 5 NIEUWKOMERS PG 6 Arrondissement Oostende Opsplitsing in nationaliteitsgroepen

Nadere informatie

Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen ARDOOIE. Opsplitsing in nationaliteitsgroepen

Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen ARDOOIE. Opsplitsing in nationaliteitsgroepen Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen ARDOOIE HUIDIGE NATIONALITEIT PG2 NATIONALITEIT BIJ GEBOORTE PG 3 HUISHOUDENS PG 4 WERKZOEKENDEN PG 5 NIEUWKOMERS PG 6 Arrondissement Tielt Opsplitsing in nationaliteitsgroepen

Nadere informatie

FOCUS De sociale toeslagen in het stelsel voor kinderbijslag voor werknemers. Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers

FOCUS De sociale toeslagen in het stelsel voor kinderbijslag voor werknemers. Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers FOCUS 2011-1 De sociale toeslagen in het stelsel voor kinderbijslag voor werknemers Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Trierstraat 70 1000 Brussel Tel.: 02-237 26 48 Fax: 02-237 24 35 E-mail:

Nadere informatie

Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen RUISELEDE. Opsplitsing in nationaliteitsgroepen

Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen RUISELEDE. Opsplitsing in nationaliteitsgroepen Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen RUISELEDE HUIDIGE NATIONALITEIT PG2 NATIONALITEIT BIJ GEBOORTE PG 3 HUISHOUDENS PG 4 WERKZOEKENDEN PG 5 NIEUWKOMERS PG 6 Arrondissement Tielt Opsplitsing in nationaliteitsgroepen

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling RSZ Directie Internationale betrekkingen Onderwerp Sociale zekerheid en werken in het buitenland. Wat moet ik doen? Datum Augustus 2012 Copyright and disclaimer De inhoud van dit document kan

Nadere informatie

FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID. Directie-generaal Sociaal Beleid. Domein Regelgeving Kinderbijslag. Ministeriële Omzendbrief nr.

FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID. Directie-generaal Sociaal Beleid. Domein Regelgeving Kinderbijslag. Ministeriële Omzendbrief nr. 1 FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID Directie-generaal Sociaal Beleid Domein Regelgeving Kinderbijslag Ministeriële Omzendbrief nr. 599 Omzendbrief aan de Mevrouwen Ministers, aan de Heren Ministers,

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE. Inleiding... 2. III. De gewaarborgde gezinsbijslag... 28. Besluit... 30

INHOUDSOPGAVE. Inleiding... 2. III. De gewaarborgde gezinsbijslag... 28. Besluit... 30 INHOUDSOPGAVE Inleiding... 2 I. De algemene bestanden... 3 1. Evolutie... 3 2. Karakteristieken van de kinderen van vreemde... 9 2.1. De leeftijd... 9 2.2. De schaal... 11 2.3 rechtgevende kinderen per

Nadere informatie

Juridisch bulletin.

Juridisch bulletin. Juridisch bulletin www.rkw.be Dienstvoorschriften 2011 Inhoud 1 Ministeriële omzendbrieven 3 1.1 Ministeriële omzendbrief nr.611 van 12 oktober 2010 (Artikel 76bis, 1, KBW. Barema s van de gezinsbijslag)

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 60576 30 oktober 2018 Regeling van de Minister voor Medische Zorg van 22 oktober 2018, kenmerk 1432459-182639, houdende

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in april 2015

De arbeidsmarkt in april 2015 De arbeidsmarkt in april 2015 Datum: 12 mei 2015 Van: Stad Antwerpen Ondernemen & stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche april 2015 In deze arbeidsmarktfiche zien we 1. dat Antwerpen

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in november 2015

De arbeidsmarkt in november 2015 De arbeidsmarkt in november 2015 Datum: 7 december 2015 Van: Stad Antwerpen Ondernemen en Stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche november 2015 In deze arbeidsmarktfiche zien we

Nadere informatie

Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers DEMOGRAFISCHE STATISTIEKEN PER KINDERBIJSLAGFONDS JAAR 2002

Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers DEMOGRAFISCHE STATISTIEKEN PER KINDERBIJSLAGFONDS JAAR 2002 Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers DEMOGRAFISCHE STATISTIEKEN PER KINDERBIJSLAGFONDS JAAR 2002 DEMOGRAFISCHE STATISTIEKEN PER KINDERBIJSLAGFONDS JAAR 2002 INHOUDSTAFEL DEMOGRAFISCHE STATISTIEKEN

Nadere informatie

Toeslagen Belastingdienst. Berekening zorgtoeslag 2018

Toeslagen Belastingdienst. Berekening zorgtoeslag 2018 Toeslagen Belastingdienst Berekening zorgtoeslag 2018 De zorgtoeslag is een bijdrage in de kosten van de zorgverzekering. Of en hoeveel zorgtoeslag uw klant krijgt, hangt af van: de standaardpremie de

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in juni 2015

De arbeidsmarkt in juni 2015 De arbeidsmarkt in juni 2015 Datum: 15 juli 2015 Van: Stad Antwerpen Ondernemen en Stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche juni 2015 In deze arbeidsmarktfiche zien we 1. dat Antwerpen

Nadere informatie

UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE. van

UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 6.6.2016 C(2016) 3347 final UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE van 6.6.2016 tot vaststelling van de lijst van bewijsstukken die visumaanvragers moeten verstrekken in Iran,

Nadere informatie

Arbeidsmarkt allochtonen

Arbeidsmarkt allochtonen Streekpact 2013-2018 Cijferanalyse Publicatiedatum: 30 september 2013 Contactpersoon: Kim Nevelsteen Arbeidsmarkt allochtonen Samenvatting 1.176 werkzoekende allochtone Kempenaren (2012) vaak man meestal

Nadere informatie

STATISTISCH OVERZICHT 31 DECEMBER 2015

STATISTISCH OVERZICHT 31 DECEMBER 2015 FEDERAAL AGENTSCHAP VOOR DE KINDERBIJSLAG STATISTISCH OVERZICHT 31 DECEMBER 2015 Gedetailleerde gegevens STATISTISCH OVERZICHT NR 2 Verantwoordelijke uitgever: Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie L 270/67 COMMISSIE

Publicatieblad van de Europese Unie L 270/67 COMMISSIE 29.9.2006 Publicatieblad van de Europese Unie L 270/67 COMMISSIE BESLUIT Nr. 1/2006 VAN HET GEMENGD COMITÉ EU-ZWITSERLAND van 6 juli 2006 tot wijziging van bijlage II (sociale zekerheid) bij de Overeenkomst

Nadere informatie

ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ

ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ 1 of 10 ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ R S Z Kwartaal:2014/04 2 of 10 3 of 10 Inhoudstafel Grensoverschrijdende tewerkstelling Beginselen Geen akkoord Multi- en bilaterale akkoorden Lidstaten van de Europese

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in mei 2015

De arbeidsmarkt in mei 2015 De arbeidsmarkt in mei 2015 Datum: 11 juni 2015 Van: Stad Antwerpen Ondernemen en Stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche mei 2015 In deze arbeidsmarktfiche zien we 1. dat Antwerpen

Nadere informatie

ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK EN ECONOMISCHE INFORMATIE PERSBERICHT 26 november 2010

ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK EN ECONOMISCHE INFORMATIE PERSBERICHT 26 november 2010 ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK EN ECONOMISCHE INFORMATIE PERSBERICHT 26 november 2010 Meer personen op de arbeidsmarkt in de eerste helft van 2010. - Nieuwe cijfers Enquête naar de Arbeidskrachten, 2 de

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in december 2014

De arbeidsmarkt in december 2014 De arbeidsmarkt in december 2014 Datum: 14 januari 2015 Van: Stad Antwerpen Ondernemen & stadsmarketing Werk en Economie Betreft: Arbeidsmarktfiche december 2014 In deze arbeidsmarktfiche zien we 1. dat

Nadere informatie

Handelsstromen Rozenstruiken 2009 / 14. Zoetermeer, Maart 2009 Peter van der Salm Productschap Tuinbouw, Afdeling Markt en Innovatie

Handelsstromen Rozenstruiken 2009 / 14. Zoetermeer, Maart 2009 Peter van der Salm Productschap Tuinbouw, Afdeling Markt en Innovatie Handelsstromen Rozenstruiken 2009 / 14 Zoetermeer, Maart 2009 Peter van der Salm Productschap Tuinbouw, Afdeling Markt en Innovatie Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd

Nadere informatie

GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARINGEN VAN DE HUIDIGE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN EN DE NIEUWE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN BIJ DE OVEREENKOMST

GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARINGEN VAN DE HUIDIGE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN EN DE NIEUWE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN BIJ DE OVEREENKOMST EN VAN DE HUIDIGE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN EN DE NIEUWE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN BIJ DE OVEREENKOMST AF/EEE/BG/RO/DC/nl 1 BETREFFENDE DE TIJDIGE BEKRACHTIGING VAN DE OVEREENKOMST BETREFFENDE

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» SCSZ/13/146 ADVIES NR. 13/65 VAN 2 JULI 2013, GEWIJZIGD OP 5 NOVEMBER 2013 EN OP 7 OKTOBER 2014, INZAKE DE MEDEDELING

Nadere informatie

De HZIV voert dit type opzoekingen ook uit voor zorgverstrekkers, voornamelijk voor grote ziekenhuiscentra.

De HZIV voert dit type opzoekingen ook uit voor zorgverstrekkers, voornamelijk voor grote ziekenhuiscentra. Aanvraag verzekerbaarheid in het buitenland Procedure voor de OCMW s HZIV Dienst Internationale Relaties (iri.enquete@hziv.be) www.hziv.be Inleiding De Hulpkas voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering

Nadere informatie

TRACTATENBLAD VAN HET. Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie; (met Bijlagen) Rome, 25 maart 1957

TRACTATENBLAD VAN HET. Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie; (met Bijlagen) Rome, 25 maart 1957 13 (1957) Nr. 18 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2010 Nr. 40 A. TITEL 1) Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie; (met Bijlagen) Rome, 25 maart 1957 B. TEKST De Franse

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 29 407 Vrij verkeer werknemers uit de nieuwe EU lidstaten Nr. 162 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Aan de Voorzitter

Nadere informatie

Openbare raadpleging over de coördinatie van de sociale zekerheid in de EU

Openbare raadpleging over de coördinatie van de sociale zekerheid in de EU Openbare raadpleging over de coördinatie van de sociale zekerheid in de EU Velden met een zijn verplicht. I. Gezinsuitkeringen CONTEXT: Gezinsuitkeringen worden over het algemeen uit de belastingen gefinancierd

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in maart 2015

De arbeidsmarkt in maart 2015 De arbeidsmarkt in maart 2015 Datum: 9 april 2015 Van: Stad Antwerpen Ondernemen & stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche maart 2015 In deze arbeidsmarktfiche zien we 1. dat Antwerpen

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 34233 28 november 2014 Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 27 november 2014, kenmerk 680920-128478-Z,

Nadere informatie

2.2. EUROPESE UNIE Droogte remt groei melkaanvoer af. Melkaanvoer per lidstaat (kalenderjaren) (1.000 ton) % 18/17

2.2. EUROPESE UNIE Droogte remt groei melkaanvoer af. Melkaanvoer per lidstaat (kalenderjaren) (1.000 ton) % 18/17 2.2. EUROPESE UNIE 2.2.1. Droogte remt groei melkaanvoer af Melkaanvoer per lidstaat (kalenderjaren) (1.000 ton) 2005 2015 2017 2018 % 18/17 België 3 022 3 988 4 025 4 190 4,1 Denemarken 4 451 5 278 5

Nadere informatie

Docentenvel opdracht 18 (De grote klimaat- en Europa- quiz)

Docentenvel opdracht 18 (De grote klimaat- en Europa- quiz) Docentenvel opdracht 18 (De grote klimaat- en Europa- quiz) Lees ter voorbereiding de volgende teksten en bekijk de vragen en antwoorden van de quiz. De juiste antwoorden zijn vetgedrukt. Wat wil en doet

Nadere informatie

Toeslagen Belastingdienst. Berekening zorgtoeslag 2015

Toeslagen Belastingdienst. Berekening zorgtoeslag 2015 Toeslagen Belastingdienst Berekening zorgtoeslag 2015 De zorgtoeslag is een bijdrage in de kosten van de zorgverzekering. Of en hoeveel zorgtoeslag uw klant krijgt, hangt af van: de standaardpremie de

Nadere informatie

Juridische Afdeling. Betreft: Verordeningen 883/2004 en 987/2009: nieuwe Europese socialezekerheidsverordening van toepassing vanaf 1 mei 2010

Juridische Afdeling. Betreft: Verordeningen 883/2004 en 987/2009: nieuwe Europese socialezekerheidsverordening van toepassing vanaf 1 mei 2010 Trierstraat 70 B-1000 Brussel Juridische Afdeling CO 1383 Afzender RKW Trierstraat 70 B-1000 Brussel datum 11.05.2010 uw ref. contact Koen De Fyn attaché telefoon 02-237 21 10 02-237 21 11 Betreft: Verordeningen

Nadere informatie

FOCUS De kinderbijslag voor invalide rechthebbenden. Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers

FOCUS De kinderbijslag voor invalide rechthebbenden. Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers FOCUS 2010-1 De kinderbijslag voor invalide rechthebbenden Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Trierstraat 70 1000 Brussel Tel.: 02-237 25 33 Fax: 02-237 24 35 E-mail: research@rkw.be Website:

Nadere informatie

DEMOGRAFISCH VERSLAG

DEMOGRAFISCH VERSLAG RKW KINDERBIJSLAG VOOR WERKNEMERS GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG DEMOGRAFISCH VERSLAG - 2009 - STATISTISCHE REEKSEN 2008 Tellingen 2008 Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers

Nadere informatie

Onderzoek gunstige prijsligging.

Onderzoek gunstige prijsligging. Onderzoek gunstige prijsligging. BMW 3 Serie Model 320D. 22 Eu-Lidstaten. Jordy Reijers Marketing/Onderzoek P van. Prijs 1 Inhoud Opgave Onderzoek informatie over Eu landen Welke landen hanteren de euro?

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in oktober 2015

De arbeidsmarkt in oktober 2015 De arbeidsmarkt in oktober 2015 Datum: 9 november 2015 Van: Stad Antwerpen Ondernemen en Stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche oktober 2015 In deze arbeidsmarktfiche zien we dat

Nadere informatie

Een terugblik op vijf decennia

Een terugblik op vijf decennia Een terugblik op vijf decennia Inleiding Het RSVZ bezit een uitgebreide verzameling statistische gegevens over de verzekeringsplichtige zelfstandigen en vennootschappen. Op basis van deze rijke informatiebron

Nadere informatie

DEMOGRAFISCH VERSLAG - 2003 -

DEMOGRAFISCH VERSLAG - 2003 - RKW KINDERBIJSLAG VOOR WERKNEMERS GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG DEMOGRAFISCH VERSLAG - 2003 - STATISTISCHE REEKSEN 1993-2003 Uitgave 2004 Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers

Nadere informatie

1. 31958 Q 1101: EAEC Raad: De Statuten van het Voorzieningsagentschap van Euratom (PB 27 van 6.12.1958, blz. 534), gewijzigd bij:

1. 31958 Q 1101: EAEC Raad: De Statuten van het Voorzieningsagentschap van Euratom (PB 27 van 6.12.1958, blz. 534), gewijzigd bij: 9. ENERGIE 1. 31958 Q 1101: EAEC Raad: De Statuten van het Voorzieningsagentschap van Euratom (PB 27 van 6.12.1958, blz. 534), gewijzigd bij: 31973 D 0045: Besluit 73/45/Euratom van de Raad van 8 maart

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Meer doden onder fietsers, minder onder motorrijders. Meeste verkeersdoden onder twintigers

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Meer doden onder fietsers, minder onder motorrijders. Meeste verkeersdoden onder twintigers Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB07-031 23 april 2007 10.00 uur Sterke stijging verkeersdoden onder fietsers In 2006 kwamen 811 mensen in het Nederlandse verkeer om. Dit zijn er 6 minder

Nadere informatie

STATISTISCH OVERZICHT VAN DE KINDERBIJSLAG 30 JUNI 2017

STATISTISCH OVERZICHT VAN DE KINDERBIJSLAG 30 JUNI 2017 FEDERAAL AGENTSCHAP VOOR DE KINDERBIJSLAG STATISTISCH OVERZICHT VAN DE KINDERBIJSLAG 30 JUNI 2017 Gedetailleerde gegevens STATISTISCH OVERZICHT NR. 5 Verantwoordelijke uitgever: Federaal Agentschap voor

Nadere informatie

BIJLAGE. bij. Voorstel voor een Besluit van de Raad

BIJLAGE. bij. Voorstel voor een Besluit van de Raad EUROPESE COMMISSIE Brussel, 3.8.2017 COM(2017) 412 final ANNEX 1 BIJLAGE bij Voorstel voor een Besluit van de Raad betreffende de ondertekening, namens de Europese Unie en haar lidstaten, en de voorlopige

Nadere informatie

Titel. Inhoudstafel Tekst Begin

Titel. Inhoudstafel Tekst Begin Page 1 of 6 J U S T E L - Geconsolideerde wetgeving Einde Eerste woord Laatste woord Aanhef Inhoudstafel Einde Franstalige versie belgiëlex. be - Kruispuntbank Wetgeving ELI - Navigatie systeem via een

Nadere informatie

9079/17 JVS/bb 1 DGC 2A

9079/17 JVS/bb 1 DGC 2A Raad van de Europese Unie Brussel, 30 mei 2017 (OR. en) 9079/17 Interinstitutioneel dossier: 2017/0082 (NLE) COEST 99 ELARG 36 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Protocol bij de Partnerschaps-

Nadere informatie

BIJLAGE. bij het. Voorstel voor een besluit van de Raad

BIJLAGE. bij het. Voorstel voor een besluit van de Raad EUROPESE COMMISSIE Brussel, 18.2.2016 COM(2016) 70 final ANNEX 1 BIJLAGE bij het Voorstel voor een besluit van de Raad betreffende de ondertekening, namens de Europese Unie en haar lidstaten, van het protocol

Nadere informatie

15410/17 JVS/sht DGC 1A. Raad van de Europese Unie. Brussel, 14 mei 2018 (OR. en) 15410/17. Interinstitutioneel dossier: 2017/0319 (NLE)

15410/17 JVS/sht DGC 1A. Raad van de Europese Unie. Brussel, 14 mei 2018 (OR. en) 15410/17. Interinstitutioneel dossier: 2017/0319 (NLE) Raad van de Europese Unie Brussel, 14 mei 2018 (OR. en) 15410/17 Interinstitutioneel dossier: 2017/0319 (NLE) COLAC 144 WTO 329 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Derde aanvullend protocol

Nadere informatie

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 1.6.2012 COM(2012) 255 final Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD tot verlening van een machtiging om onderhandelingen te openen over aanpassing van de volgende overeenkomsten

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in juli 2014

De arbeidsmarkt in juli 2014 De arbeidsmarkt in juli 2014 Datum: 13 augustus 2014 Van: Stad Antwerpen Ondernemen & stadsmarketing Werk en Economie Betreft: Arbeidsmarktfiche juli 2014 In deze arbeidsmarktfiche zien we 1. dat Antwerpen

Nadere informatie

Toeslagen Belastingdienst. Berekening zorgtoeslag 2014

Toeslagen Belastingdienst. Berekening zorgtoeslag 2014 Toeslagen Belastingdienst Berekening zorgtoeslag 2014 Berekening zorgtoeslag 2014 De zorgtoeslag is een bijdrage in de kosten van de zorgverzekering. Of en hoeveel zorgtoeslag uw klant krijgt, hangt af

Nadere informatie

PGI 2. Europese Raad Brussel, 19 juni 2018 (OR. en) EUCO 7/1/18 REV 1

PGI 2. Europese Raad Brussel, 19 juni 2018 (OR. en) EUCO 7/1/18 REV 1 Europese Raad Brussel, 19 juni 2018 (OR. en) Interinstitutionele dossiers: 2017/0900 (E) 2013/0900 (E) EUCO 7/1/18 REV 1 INST 92 POLGEN 23 CO EUR 8 RECHTSHANDELINGEN Betreft: BESLUIT VAN DE EUROPESE RAAD

Nadere informatie

Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen BRUGGE. Opsplitsing in nationaliteitsgroepen

Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen BRUGGE. Opsplitsing in nationaliteitsgroepen Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen BRUGGE Arrondissement Brugge HUIDIGE NATIONALITEIT PG2 NATIONALITEIT BIJ GEBOORTE PG 3 HUISHOUDENS PG 4 WERKZOEKENDEN PG 5 NIEUWKOMERS PG 6 Opsplitsing in nationaliteitsgroepen

Nadere informatie

UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE. van

UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 29.4.2014 C(2014) 2737 final UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE van 29.4.2014 tot vaststelling van de lijst van bewijsstukken die door visumaanvragers moeten worden overgelegd

Nadere informatie

DOCUMENTEN WETTIG VERBLIJF

DOCUMENTEN WETTIG VERBLIJF DOCUMENTEN WETTIG VERBLIJF Vanaf 1 september 2011 Moeten cursisten die voldaan hebben aan de deeltijdse leerplicht (18 jaar) bij inschrijving het bewijs leveren te beschikken over de Belgische nationaliteit

Nadere informatie

BAREMA VAN DE KINDERBIJSLAG

BAREMA VAN DE KINDERBIJSLAG BAREMA VAN DE KINDERBIJSLAG A. ALGEMENE KINDERBIJSLAGWET Schaal tegen spilindex 119,62 (Basis 2004 = 100) van toepassing op 01/07/2014 Aanpassingen: 1. Aanpassing van de grensbedragen voor de inkomsten

Nadere informatie

DETACHERING DEFINITIE = TIJDELIJKE TEWERKSTELLING IN EEN ANDER LAND MAAR ONDERWORPEN BLIJVEN AAN DE SOCIALE ZEKERHEID VAN UW NORMAAL WERKLAND

DETACHERING DEFINITIE = TIJDELIJKE TEWERKSTELLING IN EEN ANDER LAND MAAR ONDERWORPEN BLIJVEN AAN DE SOCIALE ZEKERHEID VAN UW NORMAAL WERKLAND DETACHERING DEFINITIE = TIJDELIJKE TEWERKSTELLING IN EEN ANDER LAND MAAR ONDERWORPEN BLIJVEN AAN DE SOCIALE ZEKERHEID VAN UW NORMAAL WERKLAND WETTELIJKE BASIS Europese Verordening 883/2004 die in voege

Nadere informatie

Gezinsbijslag in 15 vragen

Gezinsbijslag in 15 vragen Gezinsbijslag in 15 vragen 1. Wat is gezinsbijslag? Gezinsbijslag omvat: - het kraamgeld dat eenmalig wordt uitbetaald bij de geboorte - de adoptiepremie die eenmaal wordt uitbetaald bij de adoptie - de

Nadere informatie

DEMOGRAFISCHE EN FINANCIËLE STATISTIEKEN TWEEDE HALFJAAR 2010

DEMOGRAFISCHE EN FINANCIËLE STATISTIEKEN TWEEDE HALFJAAR 2010 Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers DEMOGRAFISCHE EN FINANCIËLE STATISTIEKEN TWEEDE HALFJAAR 2010 HALFJAARLIJKSE STATISTIEKEN NR 142 Verantwoordelijk uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Bijlage 4 van de Regeling zorgverzekering komt te luiden als volgt:

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Bijlage 4 van de Regeling zorgverzekering komt te luiden als volgt: STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 25177 30 november 2012 Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, van 29 november 2012, kenmerk Z-3139020,

Nadere informatie

BIJLAGE PROTOCOL. bij het. voorstel voor een besluit van de Raad

BIJLAGE PROTOCOL. bij het. voorstel voor een besluit van de Raad EUROPESE COMMISSIE Brussel, 26.2.2016 COM(2016) 91 final ANNEX 1 BIJLAGE PROTOCOL bij het voorstel voor een besluit van de Raad betreffende de sluiting, namens de Europese Unie en haar lidstaten, van het

Nadere informatie

Berekening zorgtoeslag 2013

Berekening zorgtoeslag 2013 Toeslagen Belastingdienst Berekening zorgtoeslag 2013 ib 998 - ib*7pl Berekening zorgtoeslag 2013 De zorgtoeslag is een bijdrage in de kosten van de zorgverzekering. Of en hoeveel zorgtoeslag uw klant

Nadere informatie

ECONOMIE. Begrippenlijst H7 VMBO-T2. PINCODE 5 e editie vmbo-kgt onderbouw. Bewerkt door D.R. Hendriks. Sint Ursula Scholengemeenschap, Horn

ECONOMIE. Begrippenlijst H7 VMBO-T2. PINCODE 5 e editie vmbo-kgt onderbouw. Bewerkt door D.R. Hendriks. Sint Ursula Scholengemeenschap, Horn ECONOMIE VMBO-T2 Begrippenlijst H7 PINCODE 5 e editie vmbo-kgt onderbouw Bewerkt door D.R. Hendriks Sint Ursula Scholengemeenschap, Horn Versie 1 2013-2014 Hoofdstuk 7 Europese grenzen? Paragraaf 7.1 Wat

Nadere informatie

AOW voor mensen buiten Nederland

AOW voor mensen buiten Nederland Algemene Ouderdomswet AOW voor mensen buiten Nederland Inhoud Wat is de AOW 2 Voor wie is de AOW 2 Wanneer krijgt u AOW 3 Wonen in het ene en werken in het andere land 4 Hoeveel is de AOW 4 Andere pensioenen

Nadere informatie

GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARINGEN VAN DE HUIDIGE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN EN DE NIEUWE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN BIJ DE OVEREENKOMST

GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARINGEN VAN DE HUIDIGE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN EN DE NIEUWE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN BIJ DE OVEREENKOMST 443 der Beilagen XXIII. GP - Staatsvertrag - 91 niederländische Erklärungen (Normativer Teil) 1 von 13 EN VAN DE HUIDIGE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN EN DE NIEUWE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN BIJ DE

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in oktober 2013

De arbeidsmarkt in oktober 2013 De arbeidsmarkt in oktober 2013 Datum: 8 november 2013 Van: Stad Antwerpen Actieve stad Werk en Economie Betreft: Arbeidsmarktfiche oktober 2013 In deze arbeidsmarktfiche zien we 1. dat Antwerpen eind

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Informatie voor grensarbeiders

Inhoudsopgave. Informatie voor grensarbeiders Inhoudsopgave WERKEN IN TWEE LANDEN 2 Wonen in Nederland en werken buiten Nederland Waar verzekerd bij werken in twee landen Voorkom dubbele premiebetaling Werkgevers- en werknemersverklaring DE PROCEDURE

Nadere informatie