GEZONDHEIDSENQUETE 2013

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "GEZONDHEIDSENQUETE 2013"

Transcriptie

1 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 1: GEZONDHEID EN WELZIJN

2 Johan Van Der Heyden, Rana Charafeddine (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat 14 B-1050 Brussel johan.vanderheyden@wiv-isp.be Depotnummer: D/2014/2505/46 Intern referentienummer PHS Report

3 3. Subjectieve gezondheid AUTEUR Jean TAFFOREAU

4 Gelieve bij het verwijzen naar resultaten van dit hoofdstuk de volgende referentie te gebruiken: Tafforeau J. Subjectieve gezondheid. In: Van der Heyden J, Charafeddine R (ed.). Gezondheidsenquête Rapport 1: Gezondheid en Welzijn. WIV-ISP, Brussel, 2014

5 INHOUDSTAFEL Samenvatting Inleiding Vragen Indicatoren Resultaten Subjectieve gezondheid Discussie Bibliografie Tabellen...49 SUBJECTIEVE GEZONDHEID Inhoudstafel 29

6

7 SAMENVATTING Subjectieve gezondheid is een thema dat vaak aan bod komt in gezondheidsenquêtes. Het concept is gebaseerd op een beoordeling door het individu zelf van zijn eigen gezondheidstoestand. Het gaat hier dus om een volledig subjectieve benadering die wellicht zowel fysieke gezondheid, psychische gezondheid als sociale gezondheid omvat. Een groot aantal publicaties laat toe aan te tonen dat subjectieve gezondheid nauw verbonden is met morbiditeit, het gebruik van gezondheidszorgen en mortaliteit. In 2013 beoordeelt 78% van de bevolking van 15 jaar en ouder in België hun gezondheid als goed of zeer goed. Daarentegen beoordeelt 22% van de bevolking de eigen gezondheid als redelijk, slecht of zelfs zeer slecht. Als de resultaten van de verschillende gezondheidsenquêtes vanaf 1997 worden vergeleken, dan kan worden vastgesteld dat een subjectieve beoordeling van de gezondheid steeds minder gunstig is bij vrouwen dan bij mannen. Dit verschil was vroeger meer uitgesproken (tot 7% verschil tussen mannen en vrouwen in 1997) én statistisch significant. In 2013 is het verschil eerder beperkt (23,6% van de vrouwen meldt in slechte gezondheid te zijn en 20,4% van de mannen) en niet langer statistisch significant. Subjectieve gezondheid varieert in functie van de leeftijd: bij personen van 75 of ouder beoordeelt nog nauwelijks 57% in goede gezondheid te zijn. Stratificatie volgens geslacht toont aan dat de verschillen mannen-vrouwen altijd in het nadeel van deze laatsten zijn, behalve voor de leeftijdsgroep jaar. De subjectieve gezondheid varieert in functie van het opleidingsmilieu van individuen. Minder opgeleide personen (hoogstens lager onderwijs) klagen vaker over hun gezondheid dan diegenen met een diploma secundair onderwijs. Deze laatste klagen op hun beurt vaker over hun gezondheid dan personen met een diploma hoger onderwijs. Na correctie voor leeftijd en geslacht kan in België een weliswaar lichte, maar significante verbetering over de tijd worden vastgesteld van het percentage personen dat een slechte subjectieve gezondheid meldt: 23% in 1997, 22% in 2001, 22% in 2004, 21% in 2008 en 19% in In het Vlaams Gewest meldt 20% van de bevolking een slechte subjectieve gezondheid. In het Brussels en Waals Gewest gaat het telkens om 25%. De evolutie over de tijd is niet dezelfde in alle gewesten: een lichte maar statistisch significante daling van het percentage van de bevolking dat stelt in slechte gezondheid te zijn in het Vlaams Gewest, een ongewijzigde situatie in het Brussels Gewest en een significante verbetering in het Waals Gewest. Deze verschillende evoluties zijn echter niet uitgesproken genoeg om de positie van het Waals Gewest in vergelijking met het Vlaams Gewest voor wat betreft de indicator subjectieve gezondheid te wijzigen. SUBJECTIEVE GEZONDHEID Samenvatting 31

8

9 1. INLEIDING Subjectieve gezondheid is een thema dat niet alleen in gezondheidsenquêtes aan bod komt, maar ook in meer algemene enquêtes zoals de SILC (Survey on Income and Living Conditions) of volkstellingen zoals deze voor het laatst in 2001 in België werd georganiseerd (1;2). Het concept subjectieve gezondheid is gebaseerd op de inschatting die mensen hebben van hun eigen gezondheid. Het gaat om een globale maatstaf die tegelijk de fysieke, psychische als sociale gezondheid omvat. Ze varieert als gevolg van de aanwezigheid van symptomen of specifieke klachten maar ook als gevolg van medisch vastgestelde diagnoses (3). Talrijke studies werden al opgezet om na te gaan wat de subjectieve gezondheid beïnvloedt, maar deze lieten niet toe een nauwkeurige conceptuele omschrijving te ontwikkelen (4). Een subjectieve benadering van het concept verwijst naar het feit dat het eerder gaat om een emotionele reactie dan om een systematische, cognitieve analyse. Bovendien is het antwoord op de vraag zonder twijfel verbonden met andere elementen die te maken hebben met de kwaliteit van het leven. De maatstaf die hier wordt voorgesteld is gebaseerd op het oordeel van het individu zelf over zijn eigen gezondheidstoestand. Deze toestand wordt niet door een extern iemand beoordeeld. Dit eigen oordeel wordt zonder twijfel beïnvloed door de indruk of de opvatting van andere personen, maar uiteindelijk gaat het om het individu dat zelf een standpunt inneemt. Bovendien zijn we vooral geïnteresseerd in de algemene gezondheid en niet in de huidige gezondheid, met als doel de invloed van tijdelijke gezondheidsproblemen te beperken. In één van de gezondheidsdoelstellingen van de WGO wordt vooropgesteld dat iedereen de mogelijkheid moet hebben om zijn eigen gezondheidspotentieel te ontwikkelen. De subjectieve inschatting van de eigen gezondheid wordt in deze context als een goede indicator beschouwd en dit zowel op het individueel niveau als op het niveau van de samenleving. Heel wat studies hebben een sterke samenhang kunnen vaststellen tussen subjectieve gezondheid en mortaliteit (5;6), zelfs als deze samenhang varieert in functie van het socio-economische niveau van het individu (7). Subjectieve gezondheid is tevens een goede voorspeller van morbiditeit (8), het niveau van functionele capaciteit (9;10) en medische consumptie (11). De subjectieve perceptie van de gezondheidstoestand is dus een nuttig instrument om risicogroepen te detecteren en om de behoeften aan zorg van een bevolking in te schatten. De subjectieve benadering laat toe te corrigeren in functie van culturele diversiteit waardoor het mogelijk is de gezondheidstoestand van zeer uiteenlopende bevolkingen te vergelijken. Omgekeerd wordt een dergelijke subjectiviteit soms beïnvloed door de al dan niet duidelijke neiging in sommige culturen om meer te klagen of er een eerder pessimistische opvatting op na te houden. Ook de samenhang met de functionele status lijkt het voorwerp te zijn van etnische variatie (4). SUBJECTIEVE GEZONDHEID 1. Inleiding 33

10

11 2. VRAGEN Naast de algemene vraag rond subjectieve gezondheid, worden nog twee andere concepten geïntegreerd in deze module, met name de aanwezigheid van chronische aandoeningen en van functionele beperkingen. Om dit te meten werden standaardinstrumenten geselecteerd: de vraag met betrekking tot subjectieve gezondheid, die gebaseerd is op deze voorgesteld door de WGO (11) en vervolgens hernomen werd in de vragenlijst van de Europese Gezondheidsenquête (EHIS) 1 ; vragen (rond chronische aandoeningen en functionele beperkingen) voorgesteld in het kader van het project EuroReves (12) en hernomen in de vragenlijst van de EHIS 2. Deze instrumenten zijn opgenomen in de schriftelijke vragenlijst van de enquête en richten zich uitsluitend tot personen van 15 jaar en ouder. Het is nuttig om er aan te herinneren dat, indien de bevraging werd doorgevoerd via een proxy 3, de schriftelijke vragenlijst niet ingevuld diende te worden. In dergelijk geval hebben we dan ook geen antwoorden op de vraag naar de subjectieve gezondheid. Gezien het sterk subjectief karakter van de in deze module verzamelde informatie, is het belangrijk erop te wijzen dat de orde waarin de vragen worden gesteld soms een rol speelt (13; 14). In het kader van de praktische organisatie van de het veldwerk, kan het voorkomen dat de vragen rond subjectieve gezondheid soms voor, soms na de meer gedetailleerde vragen rond aandoeningen en medische consumptie die zich in de mondelinge vragenlijst bevinden werden gesteld. Vraag subjectieve gezondheid: SH01 Hoe is uw gezondheidstoestand in het algemeen? 1. Zeer goed 2. Goed 3. Gaat wel (redelijk) 4. Slecht 5. Zeer slecht Vragen chronische aandoeningen en functionele beperkingen: SH02 Hebt u een langdurige ziekte of aandoening (gezondheidsprobleem)? SUBJECTIEVE GEZONDHEID 2. Vragen 1. Ja 2. Neen 35 SH03. Bent u, vanwege een gezondheidsprobleem, sinds 6 maanden of langer beperkt in activiteiten die mensen gewoonlijk doen? 1. Ja, erg beperkt 2. Ja, beperkt 3. Neen, niet beperkt De drie vragen (subjectieve gezondheid, chronische aandoeningen en functionele beperkingen vormen de Mini European Health Module (MEHM) 3 Omschrijving van een proxy in het kader van de enquête: persoon die antwoordt in naam van een andere persoon

12

13 3. INDICATOREN Subjectieve gezondheid is opgenomen in de lijst van gezondheidsindicatoren en indicatoren over de kwaliteit van het leven: in het kader van de tweede doelstelling van de Health for All -doelstellingen van de WGO (11) in het gegevensbestand Gezondheid voor allen van de WGO 4 in de lijst van de indicatoren in het kader van de Europese Gezondheid (15) als onderdeel van de indicatoren gepubliceerd door de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling. 5 Subjectieve gezondheid Deze indicatoren werden geconstrueerd op basis van de vraag naar de subjectieve gezondheid; de aanbevelingen van de WGO (11) en van het ECHIM project op Europees niveau (16) dienden als basis waarbij de antwoorden zeer goed en goed werden onderscheiden van de antwoorden redelijk, slecht en zeer slecht. Twee indicatoren werden aangemaakt: SH01_1 SH01_2 Percentage van de bevolking (van 15 jaar en ouder) met een goede gezondheidstoestand percentage van de bevolking (van 15 jaar en ouder) met een slechte gezondheidstoestand Deze indicator kan ook gebruikt worden samen met mortaliteitsgegevens voor het meten van de levensverwachting in goede gezondheid; de interactieve website van het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid ( geeft toegang tot de resultaten hieromtrent voor de vorige gezondheidsenquêtes. Chronische aandoeningen en functionele beperkingen De andere twee vragen (SH02 en SH03) rond chronische aandoeningen en functionele beperkingen maken deel uit van een Europese standaardmodule, de Mini European Health Module (MEHM). Een analyse van deze onderwerpen is hier niet voorzien; het zou effectief mogelijk zijn beide vragen afzonderlijk te analyseren of een globale score te berekenen. De methode om een dergelijke analyse uit te voeren is tot op heden echter nog niet ontwikkeld. Beide vragen worden niettemin regelmatig gebruikt om indicatoren rond levensverwachting in goede gezondheid te berekenen waarvan de resultaten elders worden gepubliceerd (consulteer hiervoor de volgende site: Het is belangrijk erop te wijzen dat beide vragen weliswaar in licht gewijzigde vorm hernomen worden in de modules rond langdurige lichamelijke beperkingen (IL) en rond chronische aandoeningen (MA/MB), waarbinnen deze gegevens worden geanalyseerd en indicatoren worden voorgesteld. SUBJECTIEVE GEZONDHEID 3. Indicatoren

14

15 4. RESULTATEN 4.1. SUBJECTIEVE GEZONDHEID BELGIË In België, in 2013, beoordeelt 78% van de bevolking van 15 jaar en ouder hun gezondheid als goed of zeer goed. Daarentegen beoordeelt 22% van de bevolking hun gezondheid als redelijk (16,8%), slecht (4,5%) of zelfs zeer slecht (0,7%). Analyse volgens geslacht en leeftijd Het percentage personen dat de eigen gezondheid als minder goed beoordeelt, is hoger bij vrouwen dan bij mannen (23,6% «slechte gezondheid» versus 20,4%). Dit verschil is echter niet significant na correctie voor leeftijd. Als de resultaten van de verschillende gezondheidsenquêtes sinds 1997 worden vergeleken, dan kan worden vastgesteld dat een subjectieve beoordeling van de gezondheid steeds minder gunstig is bij vrouwen dan bij mannen. Dit verschil was vroeger meer uitgesproken (tot 7% in 1997) én statistisch significant, wat in 2013 niet langer het geval is. Subjectieve gezondheid varieert in functie van de leeftijd. Waar 93% van de personen tussen 15 en 24 jaar de eigen gezondheid als «goed» omschrijft, daalt dit percentage progressief met de leeftijd: 83% bij personen van jaar en 72 % bij personen van jaar. Bij personen van 75 of ouder geeft nog nauwelijks 57% aan in goede gezondheid te zijn. De verdeling van «slechte gezondheid» volgens leeftijd, bij mannen en vrouwen wordt voorgesteld in Figuur 1. De stratificatie volgens geslacht maakt duidelijk dat de verschillen tussen mannen en vrouwen voor alle leeftijdsgroepen in het nadeel van de laatste groep zijn, behalve voor de leeftijdsgroep jaar. SUBJECTIEVE GEZONDHEID 4. Resultaten 39

16 Figuur 1 Percentage van de bevolking (van 15 jaar en ouder) met een slechte subjectieve gezondheid, volgens leeftijd en geslacht, Gezondheidsenquête, België, SUBJECTIEVE GEZONDHEID 4. Resultaten 40 Analyse volgens socio-economische achtergrondkenmerken De subjectieve gezondheid varieert in functie van het opleidingsmilieu van individuen. Minder opgeleide personen (hoogstens lager onderwijs) klagen vaker over hun gezondheid dan diegenen met een diploma secundair onderwijs. Deze laatste klagen op hun beurt vaker over hun gezondheid dan personen met een diploma hoger onderwijs. Deze verschillen blijven significant na correctie voor leeftijd en geslacht. Het (relatief) risico om een slechte subjectieve gezondheid te melden is 2,5 maal hoger bij lager opgeleide personen (lager onderwijs) dan bij hoger opgeleide personen (hoger onderwijs). Personen die in een half stedelijk gebied wonen, geven relatief meer aan in slechte gezondheid te zijn dan inwoners van stedelijke of landelijke gebieden. Dit verschil is evenwel niet significant na correctie voor leeftijd en geslacht. Evolutie over de tijd De subjectieve appreciatie van de gezondheidsstatus varieert nauwelijks tussen 1997 en 2013 (zie de ruwe resultaten voorgesteld in Figuur 2): 22% van de bevolking gaf aan in slechte gezondheid te zijn in % in % in % in % in 2013 Na correctie voor leeftijd en geslacht, kan voor België een weliswaar lichte, maar significante verbetering van het percentage personen dat een slechte subjectieve gezondheid meldt worden waargenomen (gebaseerd op een trendanalyse): 22,9 % van de bevolking gaf aan in slechte gezondheid te zijn in ,4% in ,6% in ,1% in ,0% in 2013

17 Figuur 2 Percentage van de bevolking (van 15 jaar en ouder) met een slechte subjectieve gezondheid, volgens jaar en gewest, Gezondheidsenquête, België, GEWESTEN In het Vlaams Gewest geeft 20% van de bevolking aan in slechte gezondheid te zijn (17,4% na correctie voor leeftijd en geslacht). In het Brussels Gewest geeft 25% van de bevolking aan in slechte gezondheid te zijn (24,5% na correctie voor leeftijd en geslacht). In het Waals Gewest geeft 25% van de bevolking aan in slechte gezondheid te zijn (22,9% na correctie voor leeftijd en geslacht). De verschillen tussen de resultaten voor, enerzijds, het Vlaams Gewest en, anderzijds, de resultaten voor het Waals en Brussels Gewest zijn significant na correctie voor leeftijd en geslacht. Daarentegen is het verschil tussen de resultaten voor het Brussels en het Waals Gewest niet statistisch significant. De evolutie over de tijd is niet dezelfde in alle regio s (gecorrigeerde resultaten): In het Vlaams Gewest: een lichte maar statistisch significante daling van het percentage van de bevolking dat stelt in slechte gezondheid te zijn; van 19,5% in 1997 tot 16,7% in 2013 (resultaten van een lineaire regressie analyse) In het Brussels Gewest: niet significante daling van 26,2% in 1997 tot 24,8% in 2013 In het Waals Gewest: aanzienlijke (en statistisch significante) daling van het percentage van de bevolking dat stelt in slechte gezondheid te zijn, van 28,5% in 1997 tot 21,9% in 2013 SUBJECTIEVE GEZONDHEID 4. Resultaten 41 Deze tendensen zijn echter niet voldoende om te positie van het Waals Gewest in vergelijking met het Vlaams Gewest (voor wat de subjectieve gezondheid betreft) fundamenteel te wijzigen. Vlaams Gewest In het Vlaams Gewest is het niveau van de subjectieve gezondheid het best: 80% van de bevolking stelt in goede gezondheid te zijn. Mannen schatten hun gezondheidstoestand minder slecht in dan vrouwen (18% tegenover 24%), maar dit verschil is niet significant na correctie voor leeftijd. De verdeling van subjectieve gezondheid in het Vlaams Gewest is gelijkaardig aan deze in België, voor wat de variatie volgens leeftijd betreft (Figuur 3). Van een omkering van de gradiënt mannen vrouwen

18 vastgesteld in de leeftijdsgroep jaar is hier echter geen sprake. De verschillen in functie van het opleidingsniveau tonen eenzelfde tendens als deze voor België. In termen van urbanisatiegraad, lijkt bij inwoners van landelijke gebieden een hoger percentage personen dat een slechte gezondheid rapporteert, teruggevonden te worden, maar het verschil met het resultaat voor (half-)stedelijke gebieden is niet significant (na correctie voor leeftijd en geslacht). Figuur 3 Percentage van de bevolking (van 15 jaar en ouder) met een slechte subjectieve gezondheid, volgens leeftijd en geslacht, Gezondheidsenquête, België, 2013 Vlaams Gewest SUBJECTIEVE GEZONDHEID 4. Resultaten 42 De evolutie (van de gecorrigeerde resultaten) over de tijd toont voor het Vlaams Gewest een lichte maar significante daling aan van het percentage van de bevolking dat stelt in slechte gezondheid te zijn: van 19,5% in 1997 tot 16,7% in 2013 (resultaten gebaseerd op een trendanalyse). Brussels Gewest In vergelijking met het Vlaams Gewest is de subjectieve gezondheid in het Brussels Gewest minder goed: slechts 75% van de bevolking stelt in goede gezondheid te zijn. Er worden geen verschillen in functie van het geslacht vastgesteld: 24,5% van de mannen en 25,3% van de vrouwen rapporteert een slechte gezondheid. De verdeling van subjectieve gezondheid volgens leeftijd is in het Brussels Gewest gelijkaardig aan wat vastgesteld wordt in België in zijn geheel, maar de verschillen tussen mannen en vrouwen per leeftijdsgroep zijn meer heterogeen (Figuur 4). De variatie volgens opleidingsniveau is gelijkaardig aan deze vastgesteld op het Belgische niveau. De evolutie (van de gecorrigeerde resultaten) over de tijd toont voor het Brussels Gewest een lichte, niet significante daling aan van het percentage van de bevolking dat stelt in slechte gezondheid te zijn: van 26,2% in 1997 tot 24,8% in 2013 (resultaten gebaseerd op een trendanalyse).

19 Figuur 4 Percentage van de bevolking (van 15 jaar en ouder) met een slechte subjectieve gezondheid, volgens leeftijd en geslacht, Gezondheidsenquête, België, 2013 Brussels Gewest Waals Gewest In vergelijking met het Vlaams Gewest is subjectieve gezondheid in het Waals Gewest minder goed: slechts 75% van de bevolking stelt in goede gezondheid te zijn. Er worden geen verschillen in functie van het geslacht vastgesteld: 24,5% van mannen en 25,4% van de vrouwen rapporteert een slechte gezondheid. De verdeling van subjectieve gezondheid volgens leeftijd is in het Waals Gewest gelijkaardig aan wat vastgesteld wordt in België in zijn geheel, maar de verschillen tussen mannen en vrouwen per leeftijdsgroep zijn meer heterogeen (Figuur 5). Figuur 5 Percentage van de bevolking (van 15 jaar en ouder) met een slechte subjectieve gezondheid, volgens leeftijd en geslacht, Gezondheidsenquête, België, 2013 Waals Gewest SUBJECTIEVE GEZONDHEID 4. Resultaten 43

20 De variatie in functie van het opleidingsniveau is gelijkaardig aan wat werd vastgesteld voor België in zijn geheel. Het ruwe cijfermateriaal suggereert dat het percentage personen dat een slechte gezondheid rapporteert hoger ligt in stedelijke gebieden, maar het verschil met de percentages voor inwoners van half stedelijke of landelijke gebieden is niet significant (na correctie voor leeftijd en geslacht). De evolutie over de tijd toont een duidelijke en significante vermindering aan van het percentage personen in slechte gezondheid: van 28,5% in 1997, tot 21,9% in 2013 (voor leeftijd en geslacht gecorrigeerd cijfer, op basis van een trendanalyse). SUBJECTIEVE GEZONDHEID 4. Resultaten 44

21 5. DISCUSSIE In België, in 2013, beoordeelt 78% van de bevolking van 15 jaar en ouder hun gezondheidstoestand als goed tot zeer goed. Omgekeerd geeft 22% van de bevolking aan dat hun gezondheidstoestand niet goed is. De hier voorgestelde resultaten moeten met de nodige voorzichtigheid geïnterpreteerd worden. Zo moet er op gewezen worden dat 18% van die personen die verondersteld werden de schriftelijke vragenlijst in te vullen (waarin de vraag naar subjectieve gezondheid was opgenomen) dit niet gedaan heeft. Dit kwam misschien door het simpele feit dat het beantwoorden van de mondelinge vragenlijst al zoveel tijd in beslag had genomen dat ze geen zin meer hadden de schriftelijke vragenlijst in te vullen. Het kan ook zijn dat sommige respondenten van oordeel waren dat de vragen opgenomen in de schriftelijke vragenlijst te gevoelig of te persoonlijk waren en daarom beslisten om deze niet te beantwoorden. In beide gevallen mag ervan uitgegaan worden dat de impact op de interpretatie van de resultaten onbestaande is en dat enkel de precisie van de schatters beïnvloed werd, gezien het geringer aantal respondenten. Het kan echter ook zijn dat het niet invullen van de schriftelijke vragenlijst te maken had met gezondheidsredenen. Indien dit het geval was, dan kan dit de schatters wel beïnvloeden, zonder dat we kunnen aangeven op welke wijze of in welke richting. Er dient bovendien aan herinnerd te worden dat de schriftelijke vragenlijst niet beantwoord moest worden, indien een proxy werd gebruikt (d.i. een persoon die antwoordt in naam van de respondent). Dit is met name het geval voor sommige bejaarde, zieke of geïnstitutionaliseerde personen. Redelijkerwijs mag aangenomen worden dat deze personen zich in een slechte gezondheidstoestand bevinden. Gezien we voor deze personen geen informatie hebben, is het mogelijk dat de indicator rond subjectieve gezondheid licht onderschat is. Het feit dat vrouwen vaker dan mannen aangeven dat hun gezondheid niet goed is, is een constante voor België. Er dient echter op gewezen te worden dat het verschil in percentages tussen vrouwen en mannen te klein is om statistisch significant te zijn. Dit fenomeen wordt ook geobserveerd in de andere Europese landen (zie met name de website van Eurostat 6 of deze van de OESO 7 ). Het verschil in het percentage personen in slechte gezondheid tussen mannen en vrouwen kan voor elke leeftijdsgroep worden vastgesteld, behalve in de leeftijdsgroep jaar, een vaststelling die reeds in 1997 werd gedaan. In 2008 keerde het verschil tussen mannen en vrouwen om: 69,2% van de mannen in de leeftijdsgroep jaar stelde in goede gezondheid te zijn, tegen 73,5% van de vrouwen, een verschil dat statistisch significant was. In 2013 is dit opnieuw het geval in het Vlaams Gewest; in de andere twee regio s is het verschil tussen mannen en vrouwen in functie van de leeftijd meer heterogeen. De leeftijdsgroep rond de 60 jaar komt overeen met de periode waarin de meerderheid van de personen op pensioen gaat. Misschien heeft dit een grotere impact op mannen dan op vrouwen voor wat betreft hun oordeel over hun eigen gezondheid. Een tijdschrift gepubliceerd door het «Institute for Economic Affairs» in Groot-Brittannië 8 heeft aangetoond dat er effectief een relatie bestaat tussen op pensioen gaan en de gezondheid, maar vermeldt niet of er hierbij ernstige verschillen tussen mannen en vrouwen zouden bestaan. SUBJECTIEVE GEZONDHEID 5. Discussie 45 Dat de gezondheidsstatus verslecht met de leeftijd is geen verrassing. Het is bovendien opmerkelijk dat er in 2001, 2004 en 2008 in het Brussels Gewest dubbel zoveel jongeren van jaar een slechte gezondheid melden als in de andere twee gewesten. De specifieke gezondheidssituatie van jongeren in het Brussels Gewest werd al naar voren gebracht in het kader van de publicatie van de Sociale en Gezondheidsatlas van het Brussels Gewest in

22 In 2013 wordt dit verschil niet meer teruggevonden: het percentage jongeren van 15 tot 24 jaar dat een slechte gezondheid meldt is 7,2% in het Vlaams, 7,2% in het Brussels en 6,1% in het Waals Gewest. De samenhang tussen socio-economische status en subjectieve gezondheid werd voorheen al vastgesteld. Dit vormde o.a. het onderwerp van een specifieke analyse in 2008: verschillende indices werden berekend die toelieten te besluiten dat er een echte sociale gradiënt bestaat voor wat subjectieve gezondheid betreft. Socio-economische verschillen in subjectieve gezondheid kunnen voor elk enquêtejaar worden vastgesteld en dit zowel bij mannen als bij vrouwen. Er is voorzien ook deze keer een specifieke analyse van sociale ongelijkheden in gezondheid door te voeren die het voorwerp zal zijn van een afzonderlijk rapport. De hamvraag is of deze socio-economische ongelijkheden sinds 1997 al dan niet zijn toegenomen. De studie van sociale ongelijkheden heeft aangetoond dat de impact van gezondheidsproblemen op de subjectieve gezondheid sterker is bij hoger opgeleide personen; dit fenomeen kan resulteren in een onderschatting van de socio-economische gradiënt bij het gebruik van de subjectieve gezondheid als indicator van volksgezondheid en moet dus in rekening genomen worden (17). SUBJECTIEVE GEZONDHEID 5. Discussie Voor wat de samenhang tussen de urbanisatiegraad en subjectieve gezondheid betreft, lijkt het erop dat inwoners van stedelijke gebieden relatief slechter scoren in het Waals Gewest, terwijl het in het Vlaamse Gewest dan weer eerder gaat om personen woonachtig in landelijke gebieden. Verschillen hieromtrent zijn weinig uitgesproken en statistisch niet significant. Er dient dan ook niet gezocht te worden naar een interpretatie hieromtrent. De resultaten aangaande subjectieve gezondheid zijn sinds 1997 zeer stabiel. Dit betekent dat de methodes gebruikt in het kader van de gezondheidsenquête voldoende robuust zijn om dergelijke resultaten jaar na jaar te reproduceren. Niettemin geven de cijfers aan dat er een lichte, maar statistisch significante verbetering in subjectieve gezondheid kan vastgesteld worden tussen 1997 (22,9% van de bevolking geeft een slechte subjectieve gezondheid aan) en 2013 (19%). Deze evolutie is meer uitgesproken in het Waals Gewest, maar is niet voldoende om de positie van het Waals Gewest in vergelijking met het Vlaams Gewest danig te veranderen voor wat subjectieve gezondheid betreft. De situatie aangaande subjectieve gezondheid is nog altijd beter in het Vlaams Gewest (waar 20% van de bevolking aangeeft in slechte subjectieve gezondheid te zijn, 17,4% na correctie voor leeftijd) dan in de andere twee gewesten. Het verschil is echter niet echt uitgesproken (het gaat om een verschil van 4-5%) en kan misschien enkel wijzen op culturele verschillen. 46 Het zou interessant om deze resultaten te vergelijken met deze van andere landen in het kader van het EHIS-initiatief (European Health Interview Survey) van Eurostat. Het gegevensbestand van de eerste EHIS-golf (2008) is thans beschikbaar en zal het onderwerp vormen van een specifieke, gedetailleerde analyse. In afwachting hiervan is het nu al mogelijk België met de andere lidstaten van de Europese Unie te vergelijken via de SILC-enquête gepubliceerd op de Eurostat website; in 2012 bevond België zich boven het Europees gemiddelde. Bij wijze van vergelijking kan verwezen worden naar de resultaten van de nationale gezondheidsenquête (National Health Interview Survey (NHIS)) uitgevoerd in the Verenigde Staten: in de loop van de periode beoordeelde ongeveer 41% van de bevolking van 65 jaar en ouder hun gezondheidstoestand als uitstekend of zeer goed. Voor België gaat het in 2013 om 64% van deze leeftijdsgroep. Een vergelijking met de Amerikaanse gegevens is echter moeilijk gezien deze laatste niet gebaseerd zijn op exact dezelfde antwoordcategorieën.

23 6. BIBLIOGRAFIE (1) Van Oyen H, Bossuyt N, Bellamammer L, Deboosere P, Demarest S, Lorant V et al. Composite health measures in Belgium based on the 2001 census. Arch Public Health 2005; 63: (2) Demarest S, Van der Heyden J, Charafeddine R, Tafforeau J, Van Oyen H, Van Hal G. Socio-economic differences in participation of households in a Belgian national health survey. Eur J Public Health 2013; 23(6): (3) Ware Jr JE. SF-36 Health Survey: manual and interpretation guide. Boston: The Health Institute, New England Medical Center, (4) König-Zahn C, Furer JW, Tax B. Het meten van de gezondheidstoestand. Beschrijving en evaluatie van vragenlijsten. 1. Algemene gezondheid. Assen: Van Gorcum, (5) Grant MD, Piotrowski ZH, Chappell R. Self-reported health and survival in the longitudinal study of aging, J Clin Epidemiol 1995; 48(3): (6) Valkonen T, Sihvonen AP, Lahelma E. Health expectancy by level of education in Finland. Soc Sci Med 1997; 44(6): (7) Singh-Manoux A, Dugravot A, Shipley MJ, Ferrie JE, Martikainen P, Goldberg M et al. The association between self-rated health and mortality in different socioeconomic groups in the GAZEL cohort study. Int J Epidemiol 2007; 36(6): (8) Goldberg P, Gueguen A, Schmaus A, Nakache JP, Goldberg M. Longitudinal study of associations between perceived health status and self reported diseases in the French Gazel cohort. J Epidemiol Community Health 2001; 55(4): (9) Delpierre C, Datta GD, Kelly-Irving M, Lauwers-Cances V, Berkman L, Lang T. What role does socio-economic position play in the link between functional limitations and self-rated health: France vs. USA? Eur J Publ Health 2012; 22(3): (10) Galenkamp H, Braam AW, Huisman M, Deeg DJH. Seventeen-year time trend in poor self-rated health in older adults: changing contributions of chronic diseases and disability. Eur J Public Health 2013; 23(3): (11) de Bruin A, Picavet HS, Nossikov A. Health Interview Surveys: towards international harmonization of methods and instruments. Copenhagen: World Health Organisation, (12) Robine JM, Jagger C, Egidi V, Gispert M, Nusselder W, Perenboom R et al. Creating a coherent set of indicators to monitor health across Europe: the Euro-REVES 2 project. Eur J Publ Health 2003; 13(3 Suppl):6-14. (13) Lee S, Grant D. The Effect of Question Order on Self-rated General Health Status in a Multilingual Survey Context. Am J Epidemiol 2009; 169(12): (14) Schwarz N. Self-reports: How the questions shape the answers. American Psychologist 1999; 54(2): (15) Kilpeläinen K, Tuomi-Nikula A, Thelen J, Gissler M, Sihvonen AP, Kramers P et al. Health indicators in Europe: availability and data needs. Eur J Publ Health 2012; 22(5): (16) Verschuuren M, Achterberg PW, Gijsen R, Harbers MM, Vijge E, Wilk EA et al. ECHI Indicator Development and Documentation - Joint action for ECHIM final Report Part II. II, RIVM. (17) Delpierre C, Lauwers-Cances V, Datta GD, Lang T, Berkman L. Using self-rated health for analysing social inequalities in health: a risk for underestimating the gap between socioeconomic groups? J Epidemiol Community Health 2009; 63(6): SUBJECTIEVE GEZONDHEID 6. Bibliografie 47

24

25 7. TABELLEN Tabel 1 Tabel 2 Tabel 3 Tabel 4 Tabel 5 Tabel 6 Tabel 7 Percentage van de bevolking (van 15 jaar en ouder) met een goede (tot zeer goede) subjectieve gezondheid, België...50 Percentage van de bevolking (van 15 jaar en ouder) met een slechte (zeer slechte tot redelijke) subjectieve gezondheid, België Percentage van de bevolking (van 15 jaar en ouder) met een goede (tot zeer goede) subjectieve gezondheid, Vlaams Gewest...52 Percentage van de bevolking (van 15 jaar en ouder) met een slechte (zeer slechte tot redelijke) subjectieve gezondheid, Vlaams Gewest...53 Percentage van de bevolking (van 15 jaar en ouder) met een goede (tot zeer goede) subjectieve gezondheid, Brussels Gewest Percentage van de bevolking (van 15 jaar en ouder) met een slechte (zeer slechte tot redelijke) subjectieve gezondheid, Brussels Gewest...55 Percentage van de bevolking (van 15 jaar en ouder) met een goede (tot zeer goede) subjectieve gezondheid, Waals Gewest...56 Tabel 8 Percentage van de bevolking (van 15 jaar en ouder) met een slechte (zeer slechte tot redelijke) subjectieve gezondheid, Waals Gewest...57 SUBJECTIEVE GEZONDHEID 7. Tabellen 49

26 Tabel 1 Percentage van de bevolking (van 15 jaar en ouder) met een goede (tot zeer goede) subjectieve gezondheid, België SH01_1 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand N GESLACHT Mannen 79,6 (77,8-81,4) 81,4 (79,4-83,2) 3096 Vrouwen 76,4 (74,5-78,3) 79,4 (77,3-81,3) 3459 LEEFTIJDSGROEP ,1 (90,6-95,7) 93,1 (90,1-95,3) ,5 (85,6-91,4) 88,6 (85,3-91,2) ,6 (79,6-85,7) 82,6 (79,3-85,4) ,5 (73,3-79,7) 76,5 (73,2-79,5) ,2 (68,6-75,9) 72,3 (68,4-75,8) ,6 (67,4-75,8) 71,6 (67,2-75,7) ,4 (51,5-61,3) 56,7 (51,8-61,5) 679 SUBJECTIEVE GEZONDHEID 7. Tabellen OPLEIDINGSNIVEAU Lager/geen diploma 50,9 (45,4-56,5) 61,3 (55,4-66,9) 577 Lager secundair 67,9 (63,8-72,0) 72,8 (68,5-76,7) 936 Hoger secundair 78,5 (76,2-80,8) 79,7 (77,3-82,0) 2096 Hoger onderwijs 86,1 (84,3-87,8) 86,5 (84,6-88,2) 2885 URBANISATIEGRAAD Stedelijk gebied 76,6 (74,5-78,6) 79,0 (76,8-81,1) 3034 Halfstedelijk gebied 79,4 (76,8-82,0) 82,1 (79,6-84,4) 1635 Landelijk gebied 78,3 (75,6-81,0) 80,3 (77,5-82,9) 1886 VERBLIJFPLAATS Vlaams Gewest 79,8 (77,9-81,7) 82,6 (80,6-84,4) 2537 Brussels Gewest 75,1 (71,9-78,2) 75,5 (72,1-78,7) 1380 Waals Gewest 75,0 (72,8-77,3) 77,1 (74,7-79,3) 2638 JAAR ,3 (76,9-79,7) 77,1 (75,5-78,5) ,2 (75,0-77,5) 77,6 (76,3-78,8) ,9 (75,7-78,2) 78,4 (77,1-79,7) ,8 (75,4-78,1) 78,9 (77,5-80,2) ,9 (76,6-79,3) 81,0 (79,6-82,3) 6555 Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013 *Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)

27 Tabel 2 Percentage van de bevolking (van 15 jaar en ouder) met een slechte (zeer slechte tot redelijke) subjectieve gezondheid, België SH01_2 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand N GESLACHT Mannen 20,4 (18,6-22,2) 18,6 (16,8-20,6) 3096 Vrouwen 23,6 (21,7-25,5) 20,6 (18,7-22,7) 3459 LEEFTIJDSGROEP ,9 (4,3-9,4) 6,9 (4,7-9,9) ,5 (8,6-14,4) 11,4 (8,8-14,7) ,4 (14,3-20,4) 17,4 (14,6-20,7) ,5 (20,3-26,7) 23,5 (20,5-26,8) ,8 (24,1-31,4) 27,7 (24,2-31,6) ,4 (24,2-32,6) 28,4 (24,3-32,8) ,6 (38,7-48,5) 43,3 (38,5-48,2) 679 OPLEIDINGSNIVEAU Lager/geen diploma 49,1 (43,5-54,6) 38,7 (33,1-44,6) 577 Lager secundair 32,1 (28,0-36,2) 27,2 (23,3-31,5) 936 Hoger secundair 21,5 (19,2-23,8) 20,3 (18,0-22,7) 2096 Hoger onderwijs 13,9 (12,2-15,7) 13,5 (11,8-15,4) 2885 URBANISATIEGRAAD Stedelijk gebied 23,4 (21,4-25,5) 21,0 (18,9-23,2) 3034 Halfstedelijk gebied 20,6 (18,0-23,2) 17,9 (15,6-20,4) 1635 Landelijk gebied 21,7 (19,0-24,4) 19,7 (17,1-22,5) 1886 VERBLIJFPLAATS Vlaams Gewest 20,2 (18,3-22,1) 17,4 (15,6-19,4) 2537 Brussels Gewest 24,9 (21,8-28,1) 24,5 (21,3-27,9) 1380 Waals Gewest 25,0 (22,7-27,2) 22,9 (20,7-25,3) 2638 JAAR ,7 (20,3-23,1) 22,9 (21,5-24,5) 7949 SUBJECTIEVE GEZONDHEID 7. Tabellen ,8 (22,5-25,0) 22,4 (21,2-23,7) ,1 (21,8-24,3) 21,6 (20,3-22,9) ,2 (21,9-24,6) 21,1 (19,8-22,5) ,1 (20,7-23,4) 19,0 (17,7-20,4) 6555 Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013 *Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)

28 Tabel 3 Percentage van de bevolking (van 15 jaar en ouder) met een goede (tot zeer goede) subjectieve gezondheid, Vlaams Gewest SH01_1 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand N GESLACHT Mannen 82,1 (79,7-84,6) 83,9 (81,3-86,3) 1218 Vrouwen 77,6 (74,9-80,2) 80,6 (77,8-83,2) 1319 LEEFTIJDSGROEP ,8 (89,1-96,4) 92,8 (88,2-95,7) ,4 (86,4-94,4) 90,5 (85,7-93,8) ,4 (79,1-87,8) 83,4 (78,6-87,4) ,6 (74,3-83,0) 78,7 (74,1-82,7) ,3 (72,5-82,1) 77,4 (72,3-81,8) ,0 (70,2-81,8) 76,1 (69,9-81,4) ,4 (50,9-63,9) 58,0 (51,4-64,4) 312 SUBJECTIEVE GEZONDHEID 7. Tabellen OPLEIDINGSNIVEAU Lager/geen diploma 51,3 (43,5-59,1) 62,5 (53,5-70,6) 226 Lager secundair 70,5 (64,5-76,5) 76,0 (69,6-81,4) 342 Hoger secundair 81,0 (78,0-83,9) 82,0 (78,8-84,8) 913 Hoger onderwijs 87,1 (84,7-89,6) 87,5 (84,8-89,7) 1046 URBANISATIEGRAAD Stedelijk gebied 80,2 (77,0-83,5) 83,4 (79,9-86,4) 762 Halfstedelijk gebied 80,0 (77,1-82,9) 82,6 (79,7-85,1) 1136 Landelijk gebied 78,8 (74,8-82,9) 80,6 (76,3-84,3) 639 JAAR ,8 (79,8-83,7) 80,5 (78,4-82,5) ,2 (77,3-81,0) 80,6 (78,8-82,3) ,3 (77,6-81,1) 81,2 (79,4-82,9) ,6 (76,6-80,5) 81,0 (79,1-82,8) ,8 (77,9-81,7) 83,3 (81,4-85,0) Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013 *Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)

29 Tabel 4 Percentage van de bevolking (van 15 jaar en ouder) met een slechte (zeer slechte tot redelijke) subjectieve gezondheid, Vlaams Gewest SH01_2 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand N GESLACHT Mannen 17,9 (15,4-20,3) 16,1 (13,7-18,7) 1218 Vrouwen 22,4 (19,8-25,1) 19,4 (16,8-22,2) 1319 LEEFTIJDSGROEP ,2 (3,6-10,9) 7,2 (4,3-11,8) ,6 (5,6-13,6) 9,5 (6,2-14,3) ,6 (12,2-20,9) 16,6 (12,6-21,4) ,4 (17,0-25,7) 21,3 (17,3-25,9) ,7 (17,9-27,5) 22,6 (18,2-27,7) ,0 (18,2-29,8) 23,9 (18,6-30,1) ,6 (36,1-49,1) 42,0 (35,6-48,6) 312 OPLEIDINGSNIVEAU Lager/geen diploma 48,7 (40,9-56,5) 37,5 (29,4-46,5) 226 Lager secundair 29,5 (23,5-35,5) 24,0 (18,6-30,4) 342 Hoger secundair 19,0 (16,1-22,0) 18,0 (15,2-21,2) 913 Hoger onderwijs 12,9 (10,4-15,3) 12,5 (10,3-15,2) 1046 URBANISATIEGRAAD Stedelijk gebied 19,8 (16,5-23,0) 16,6 (13,6-20,1) 762 Halfstedelijk gebied 20,0 (17,1-22,9) 17,4 (14,9-20,3) 1136 Landelijk gebied 21,2 (17,1-25,2) 19,4 (15,7-23,7) 639 JAAR ,2 (16,3-20,2) 19,5 (17,5-21,6) ,8 (19,0-22,7) 19,4 (17,7-21,2) ,7 (18,9-22,4) 18,8 (17,1-20,6) ,4 (19,5-23,4) 19,0 (17,2-20,9) ,2 (18,3-22,1) 16,7 (15,0-18,6) 2537 SUBJECTIEVE GEZONDHEID 7. Tabellen Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013 *Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie) 53

30 Tabel 5 Percentage van de bevolking (van 15 jaar en ouder) met een goede (tot zeer goede) subjectieve gezondheid, Brussels Gewest SH01_1 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand N GESLACHT Mannen 75,5 (70,8-80,2) 76,8 (71,6-81,4) 623 Vrouwen 74,7 (70,7-78,7) 75,5 (70,9-79,5) 757 LEEFTIJDSGROEP ,8 (87,0-98,6) 92,8 (84,6-96,8) ,0 (79,5-92,4) 86,0 (78,4-91,2) ,2 (65,2-79,1) 72,1 (64,7-78,5) ,3 (67,5-81,1) 74,3 (67,0-80,5) ,7 (55,4-75,9) 65,7 (54,8-75,1) ,4 (53,7-73,2) 63,5 (53,4-72,5) ,5 (45,9-67,1) 56,7 (46,0-66,7) 119 SUBJECTIEVE GEZONDHEID 7. Tabellen OPLEIDINGSNIVEAU Lager/geen diploma 46,6 (34,5-58,7) 47,6 (35,4-60,0) 80 Lager secundair 64,4 (55,1-73,7) 66,5 (57,3-74,5) 176 Hoger secundair 76,0 (70,8-81,3) 77,0 (70,9-82,2) 377 Hoger onderwijs 79,3 (74,8-83,9) 80,7 (75,4-85,0) 720 JAAR ,7 (72,1-77,3) 73,8 (71,0-76,5) ,3 (72,1-76,5) 74,7 (72,4-76,8) ,6 (72,4-76,9) 74,3 (71,9-76,6) ,3 (72,0-76,5) 73,6 (71,1-75,9) ,1 (71,9-78,2) 75,2 (71,8-78,3) 1380 Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013 *Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie) 54

31 Tabel 6 Percentage van de bevolking (van 15 jaar en ouder) met een slechte (zeer slechte tot redelijke) subjectieve gezondheid, Brussels Gewest SH01_2 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand N GESLACHT Mannen 24,5 (19,8-29,2) 23,2 (18,6-28,4) 623 Vrouwen 25,3 (21,3-29,3) 24,5 (20,5-29,1) 757 LEEFTIJDSGROEP ,2 (1,4-13,0) 7,2 (3,2-15,4) ,0 (7,6-20,5) 14,0 (8,8-21,6) ,8 (20,9-34,8) 27,9 (21,5-35,3) ,7 (18,9-32,5) 25,7 (19,5-33,0) ,3 (24,1-44,6) 34,3 (24,9-45,2) ,6 (26,8-46,3) 36,5 (27,5-46,6) ,5 (32,9-54,1) 43,3 (33,3-54,0) 119 OPLEIDINGSNIVEAU Lager/geen diploma 53,4 (41,3-65,5) 52,4 (40,0-64,6) 80 Lager secundair 35,6 (26,3-44,9) 33,5 (25,5-42,7) 176 Hoger secundair 24,0 (18,7-29,2) 23,0 (17,8-29,1) 377 Hoger onderwijs 20,7 (16,1-25,2) 19,3 (15,0-24,6) 720 JAAR ,3 (22,7-27,9) 26,2 (23,5-29,0) ,7 (23,5-27,9) 25,3 (23,2-27,6) ,4 (23,1-27,6) 25,7 (23,4-28,1) ,7 (23,5-28,0) 26,4 (24,1-28,9) ,9 (21,8-28,1) 24,8 (21,7-28,2) 1380 Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013 *Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie) SUBJECTIEVE GEZONDHEID 7. Tabellen 55

32 Tabel 7 Percentage van de bevolking (van 15 jaar en ouder) met een goede (tot zeer goede) subjectieve gezondheid, Waals Gewest SH01_1 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand N GESLACHT Mannen 75,5 (72,4-78,5) 77,5 (74,1-80,6) 1255 Vrouwen 74,6 (71,5-77,7) 78,0 (74,6-81,1) 1383 LEEFTIJDSGROEP ,9 (90,1-97,6) 93,9 (89,0-96,7) ,9 (80,7-91,1) 85,9 (79,9-90,3) ,8 (79,3-88,4) 83,8 (78,8-87,9) ,4 (67,4-77,5) 72,4 (67,1-77,1) ,4 (57,1-69,7) 63,4 (56,9-69,5) ,0 (57,4-70,7) 64,0 (57,2-70,3) ,8 (45,7-61,9) 53,7 (45,6-61,6) 248 SUBJECTIEVE GEZONDHEID 7. Tabellen OPLEIDINGSNIVEAU Lager/geen diploma 50,9 (42,4-59,4) 62,4 (53,7-70,4) 271 Lager secundair 64,4 (58,3-70,6) 68,3 (61,9-74,2) 418 Hoger secundair 73,4 (69,3-77,6) 75,0 (70,5-79,0) 806 Hoger onderwijs 86,1 (83,3-88,9) 87,0 (83,8-89,6) 1119 URBANISATIEGRAAD Stedelijk gebied 72,7 (69,1-76,2) 75,4 (71,6-79,0) 892 Halfstedelijk gebied 75,0 (69,4-80,6) 78,2 (72,6-82,8) 499 Landelijk gebied 77,6 (74,2-80,9) 80,2 (76,5-83,4) 1247 JAAR ,0 (70,6-75,4) 71,5 (68,7-74,1) ,3 (69,3-73,3) 72,7 (70,6-74,7) ,9 (70,8-75,0) 74,3 (72,0-76,5) ,7 (71,5-75,8) 76,3 (74,1-78,3) ,0 (72,8-77,3) 78,1 (75,8-80,2) Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013 *Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)

33 Tabel 8 Percentage van de bevolking (van 15 jaar en ouder) met een slechte (zeer slechte tot redelijke) subjectieve gezondheid, Waals Gewest SH01_2 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand N GESLACHT Mannen 24,5 (21,5-27,6) 22,5 (19,4-25,9) 1255 Vrouwen 25,4 (22,3-28,5) 22,0 (18,9-25,4) 1383 LEEFTIJDSGROEP ,1 (2,4-9,9) 6,1 (3,3-11,0) ,1 (8,9-19,3) 14,1 (9,7-20,1) ,2 (11,6-20,7) 16,2 (12,1-21,2) ,6 (22,5-32,6) 27,6 (22,9-32,9) ,6 (30,3-42,9) 36,6 (30,5-43,1) ,0 (29,3-42,6) 36,0 (29,7-42,8) ,2 (38,1-54,3) 46,3 (38,4-54,4) 248 OPLEIDINGSNIVEAU Lager/geen diploma 49,1 (40,6-57,6) 37,6 (29,6-46,3) 271 Lager secundair 35,6 (29,4-41,7) 31,7 (25,8-38,1) 418 Hoger secundair 26,6 (22,4-30,7) 25,0 (21,0-29,5) 806 Hoger onderwijs 13,9 (11,1-16,7) 13,0 (10,4-16,2) 1119 URBANISATIEGRAAD Stedelijk gebied 27,3 (23,8-30,9) 24,6 (21,0-28,4) 892 Halfstedelijk gebied 25,0 (19,4-30,6) 21,8 (17,2-27,4) 499 Landelijk gebied 22,4 (19,1-25,8) 19,8 (16,6-23,5) 1247 JAAR ,0 (24,6-29,4) 28,5 (25,9-31,3) ,7 (26,7-30,7) 27,3 (25,3-29,4) ,1 (25,0-29,2) 25,7 (23,5-28,0) ,3 (24,2-28,5) 23,7 (21,7-25,9) ,0 (22,7-27,2) 21,9 (19,8-24,2) 2638 SUBJECTIEVE GEZONDHEID 7. Tabellen Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013 *Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie) 57

34

35

36 Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid OPERATIONELE DIRECTIE VOLKSGEZONDHEID EN SURVEILLANCE Juliette Wytsmanstraat Brussel België Verantwoordelijke uitgever: Dr. Johan Peeters Depotnummer: D/2014/2505/46

Subjectieve Gezondheid

Subjectieve Gezondheid Subjectieve Gezondheid Jean Tafforeau Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en Surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 57 71 E-mail : jean.tafforeau@iph.fgov.be

Nadere informatie

SUBJECTIEVE GEZONDHEID

SUBJECTIEVE GEZONDHEID LEVENSSTIJL EN CHRONISCHE ZIEKTEN SUBJECTIEVE GEZONDHEID Gezondheidsenquête 2018 JEAN TAFFOREAU SABINE DRIESKENS RANA CHARAFEDDINE JOHAN VAN DER HEYDEN Sciensano Epidemiologie en volksgezondheid Levensstijl

Nadere informatie

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Subjectieve gezondheid Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Subjectieve gezondheid Gezondheidsenquête, België, 1997 5.1.1. Inleiding Om de evolutie op het vlak van de gezondheid in de bevolking te kunnen evalueren en bovendien een beter beeld te hebben van de manier waarop de bevolking zelf deze ontwikkelingen beoordeelt,

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 1: GEZONDHEID EN WELZIJN Johan Van Der Heyden, Rana Charafeddine (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J.

Nadere informatie

Leefstijl en preventie

Leefstijl en preventie Leefstijl en preventie Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. . Inhoudstafel Inhoudstafel... 59 Bestudeerde indicatoren... 61 1. Voedingsgewoonten.... 61 3. Gebruik

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 1: GEZONDHEID EN WELZIJN Johan Van Der Heyden, Rana Charafeddine (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J.

Nadere informatie

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde) Afdeling Epidemiologie FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie Juliette Wystmansstraat 14 Leuvenseweg 40 1050 Brussel 1000 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 3: GEBRUIK VAN GEZONDHEIDS- EN WELZIJNSDIENSTEN Sabine Drieskens, Lydia Gisle (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 4: FYSIEKE EN SOCIALE OMGEVING Rana Charafeddine, Stefaan Demarest (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance

Nadere informatie

Gezondheidsenquête, België Gezondheidstoestand. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu.

Gezondheidsenquête, België Gezondheidstoestand. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. Gezondheidstoestand Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. . Inhoudstafel Inhoudstafel... 13 Gezondheidsindicatoren...15 1. Subjectieve gezondheid... 15 2. Chronische

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 3: GEBRUIK VAN GEZONDHEIDS- EN WELZIJNSDIENSTEN Sabine Drieskens, Lydia Gisle (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 4: FYSIEKE EN SOCIALE OMGEVING Rana Charafeddine, Stefaan Demarest (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 5: PREVENTIE Stefaan Demarest, Rana Charafeddine (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat

Nadere informatie

Gezondheid en samenleving

Gezondheid en samenleving Gezondheid en samenleving Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. . Inhoudstafel Inhoudstafel... 115 Bestudeerde indicatoren... 117 1. Sociale gezondheid..... 117 2.

Nadere informatie

Mondgezondheid. Johan Van der Heyden

Mondgezondheid. Johan Van der Heyden Mondgezondheid Johan Van der Heyden Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 57 26 E-mail: johan.vanderheyden@iph.fgov.be

Nadere informatie

Resultaten voor België Ongevallen Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor België Ongevallen Gezondheidsenquête, België, 1997 6.10.1. Inleiding De term ongeval kan gedefinieerd worden als 'elk onverwacht en plots voorval dat schade berokkent of gevaar oplevert (dood, blessures,...) of als ' een voorval dat onafhankelijk van de

Nadere informatie

Resultaten voor Brussels Gewest Ongevallen Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Brussels Gewest Ongevallen Gezondheidsenquête, België, 1997 6.10.1. Inleiding De term ongeval kan gedefinieerd worden als 'elk onverwacht en plots voorval dat schade berokkent of gevaar oplevert (dood, blessures,...) of als ' een voorval dat onafhankelijk van de

Nadere informatie

Inleiding. Johan Van der Heyden

Inleiding. Johan Van der Heyden Inleiding Johan Van der Heyden Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 57 26 E-mail : johan.vanderheyden@iph.fgov.be

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 2: GEZONDHEIDSGEDRAG EN LEEFSTIJL Lydia Gisle, Stefaan Demarest (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J.

Nadere informatie

Gezondheidsenquête, België Methodologie. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu.

Gezondheidsenquête, België Methodologie. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. Methodologie Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. Methodologie Inleiding Om sociale ongelijkheden in gezondheid in kaart te brengen en om mogelijke trends in de

Nadere informatie

Houdingen ten aanzien van het levenseinde

Houdingen ten aanzien van het levenseinde Houdingen ten aanzien van het levenseinde Stefaan Demarest Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642

Nadere informatie

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Sociale Gezondheid Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Sociale Gezondheid Gezondheidsenquête, België, 1997 5.8.1. Inleiding De WHO heeft in haar omschrijving het begrip gezondheid uitgebreid met de dimensie sociale gezondheid en deze op één lijn gesteld met de lichamelijke en psychische gezondheid. Zowel de

Nadere informatie

Screening van suikerziekte

Screening van suikerziekte Screening van suikerziekte Edith Hesse Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 57 55 E-mail : edith.hesse@iph.fgov.be

Nadere informatie

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde) Afdeling Epidemiologie FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie Juliette Wystmansstraat 14 Leuvenseweg 40 1050 Brussel 1000 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Inleiding. Bespreking pagina 1

Inleiding. Bespreking pagina 1 6.3.1. Inleiding Recente onderzoeken hebben toegelaten aan te tonen dat lichamelijke activiteiten een wezenlijke impact hebben op de gezondheidstoestand en dat ze van groot belang zijn op het vlak van

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 1: GEZONDHEID EN WELZIJN Johan Van Der Heyden, Rana Charafeddine (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J.

Nadere informatie

Resultaten voor Brussels Gewest Lichamelijke Activiteit Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Brussels Gewest Lichamelijke Activiteit Gezondheidsenquête, België, 1997 6.3.1. Inleiding Recente onderzoeken hebben toegelaten aan te tonen dat lichamelijke activiteiten een wezenlijke impact hebben op de gezondheidstoestand en dat ze van groot belang zijn op het vlak van

Nadere informatie

Socio-economische ongelijkheden in gezondheid in het Vlaams Gewest

Socio-economische ongelijkheden in gezondheid in het Vlaams Gewest Socio-economische ongelijkheden in gezondheid in het Vlaams Gewest Analyse indicatoren Gezond leven Analyse van de gezondheidsenquête in opdracht van het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid Door Sabine

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 2: GEZONDHEIDSGEDRAG EN LEEFSTIJL Lydia Gisle, Stefaan Demarest (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J.

Nadere informatie

Gezondheidsenquête, België Inleiding. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu.

Gezondheidsenquête, België Inleiding. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. Inleiding Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. Inleiding 1. Context De vergrijzing van de bevolking in onze samenleving is een heuse uitdaging op het gebied van

Nadere informatie

LANGDURIGE BEPERKINGEN

LANGDURIGE BEPERKINGEN LEVENSSTIJL EN CHRONISCHE ZIEKTEN LANGDURIGE BEPERKINGEN Gezondheidsenquête 2018 _ STEFAAN DEMAREST LYDIA GISLE RANA CHARAFEDDINE JOHAN VAN DER HEYDEN 1 Sciensano Epidemiologie en volksgezondheid - Levensstijl

Nadere informatie

Gezondheidsverwachting volgens socio-economische gradiënt in België Samenvatting. Samenvatting

Gezondheidsverwachting volgens socio-economische gradiënt in België Samenvatting. Samenvatting Verschillende internationale studies toonden socio-economische verschillen in gezondheid aan, zowel in mortaliteit als morbiditeit. In bepaalde westerse landen bleek dat, ondanks de toegenomen welvaart,

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 1: GEZONDHEID EN WELZIJN Johan Van Der Heyden, Rana Charafeddine (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J.

Nadere informatie

AFWEZIGHEID VAN HET WERK

AFWEZIGHEID VAN HET WERK LEVENSSTIJL EN CHRONISCHE ZIEKTEN AFWEZIGHEID VAN HET WERK Gezondheidsenquête 2018 _ STEFAAN DEMAREST FINABA BERETE RANA CHARAFEDDINE JOHAN VAN DER HEYDEN 2 Sciensano Epidemiologie en volksgezondheid -

Nadere informatie

Contacten met paramedische zorgverstrekkers

Contacten met paramedische zorgverstrekkers Contacten met paramedische zorgverstrekkers Edith Hesse Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 57

Nadere informatie

Sociale gezondheid. Stefaan Demarest

Sociale gezondheid. Stefaan Demarest Sociale gezondheid Stefaan Demarest Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 57 94 E-mail : stefaan.demarest@wiv-isp.be

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 3: GEBRUIK VAN GEZONDHEIDS- EN WELZIJNSDIENSTEN Sabine Drieskens, Lydia Gisle (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance

Nadere informatie

Passief roken. Edith Hesse

Passief roken. Edith Hesse Passief roken Edith Hesse Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Oationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 57 71 E-mail : his@wiv-isp.be Wetenschap

Nadere informatie

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Lichamelijke Activiteit Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Lichamelijke Activiteit Gezondheidsenquête, België, 1997 6.3.1. Inleiding Recente onderzoeken hebben toegelaten aan te tonen dat lichamelijke activiteiten een wezenlijke impact hebben op de gezondheidstoestand en dat ze van groot belang zijn op het vlak van

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 2: GEZONDHEIDSGEDRAG EN LEEFSTIJL Lydia Gisle, Stefaan Demarest (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J.

Nadere informatie

Vaccinatie. Jean Tafforeau

Vaccinatie. Jean Tafforeau Vaccinatie Jean Tafforeau Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 57 71 E-mail : jean.tafforeau@iph.fgov.be

Nadere informatie

4. Resultaten. 4.1 Levensverwachting naar geslacht en opleidingsniveau

4. Resultaten. 4.1 Levensverwachting naar geslacht en opleidingsniveau 4. Het doel van deze studie is de verschillen in gezondheidsverwachting naar een socio-economisch gradiënt, met name naar het hoogst bereikte diploma, te beschrijven. Specifieke gegevens in enkel mortaliteit

Nadere informatie

Gezondheidskloof tussen sociale groepen neemt toe

Gezondheidskloof tussen sociale groepen neemt toe Met de steun van PERSBERICHT 4/05/2010 6 blz Gezondheidskloof tussen sociale groepen neemt toe opgeleiden leven langer, lager opgeleiden gaan er niet op vooruit Brussel, 4 mei 2010 Een vrouw van 25 jaar

Nadere informatie

Resultaten voor België Roken Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor België Roken Gezondheidsenquête, België, 1997 6.1.1. Inleiding Het tabaksgebruik is een van de voornaamste risicofactoren voor longkanker, ischemische hartziekten en chronische ademhalingsaandoeningen (1). Men schat dat er in Europa niet minder dan

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 3: GEBRUIK VAN GEZONDHEIDS- EN WELZIJNSDIENSTEN Sabine Drieskens, Lydia Gisle (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance

Nadere informatie

Patiëntentevredenheid

Patiëntentevredenheid Patiëntenheid Johan Van der Heyden Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 57 26 E-mail : johan.vanderheyden@wiv-isp.be

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 5: PREVENTIE Stefaan Demarest, Rana Charafeddine (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat

Nadere informatie

Contacten met beoefenaars van niet-conventionele geneeswijzen

Contacten met beoefenaars van niet-conventionele geneeswijzen Contacten met beoefenaars van niet-conventionele geneeswijzen Edith Hesse Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050

Nadere informatie

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Deel 1 Introductie IPH/EPI REPORTS nr 2002-22 Afdeling Epidemiologie Juliette Wytsmanstraat 14 1050 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde) Afdeling Epidemiologie FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie Juliette Wystmansstraat 14 Leuvenseweg 40 1050 Brussel 1000 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Resultaten voor Brussels Gewest Roken Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Brussels Gewest Roken Gezondheidsenquête, België, 1997 6.1.1. Inleiding Het tabaksgebruik is een van de voornaamste risicofactoren voor longkanker, ischemische hartziekten en chronische ademhalingsaandoeningen (1). Men schat dat er in Europa niet minder dan

Nadere informatie

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Deel 1 Methoden IPH/EPI REPORTS nr 2002-22 Afdeling Epidemiologie Juliette Wytsmanstraat 14 1050 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Medische preventie van cardiovasculaire aandoeningen

Medische preventie van cardiovasculaire aandoeningen Medische preventie van cardiovasculaire aandoeningen Edith Hesse Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02

Nadere informatie

Diensten voor thuiszorg en sociale en preventieve diensten

Diensten voor thuiszorg en sociale en preventieve diensten Diensten voor thuiszorg en sociale en preventieve diensten Edith Hesse Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel

Nadere informatie

Resultaten voor Brussels Gewest Beperkingen Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Brussels Gewest Beperkingen Gezondheidsenquête, België, 1997 5.3.1. Inleiding. Er is een duidelijke verschuiving gekomen in het ervaren van de gezondheid door de bevolking. Dit is mede een gevolg van de relatie tussen de demografische en de epidemiologische transitie

Nadere informatie

Resultaten voor België Gezondheidsklachten Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor België Gezondheidsklachten Gezondheidsenquête, België, 1997 5.4.1. Inleiding De meerwaarde van een gezondheidsenquête in vergelijking met de traditioneel verzamelde gezondheidsinformatie bestaat er o.a. uit dat ook gepeild wordt naar klachten waarvoor niet persé

Nadere informatie

5. Discussie. 5.1 Informatieve waarde van de basisgegevens

5. Discussie. 5.1 Informatieve waarde van de basisgegevens 5. 5.1 Informatieve waarde van de basisgegevens Relevante conclusies voor het beleid zijn pas mogelijk als de basisgegevens waaruit de samengestelde indicator berekend werd voldoende recent zijn. In deze

Nadere informatie

Kankerscreening. Jean Tafforeau

Kankerscreening. Jean Tafforeau Kankerscreening Jean Tafforeau Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 57 71 E-mail : jean.tafforeau@iph.fgov.be

Nadere informatie

Huishoudens die niet gecontacteerd konden worden

Huishoudens die niet gecontacteerd konden worden 4.2. Participatiegraad Om de vooropgestelde steekproef van 10.000 personen te realiseren, werden 35.023 huishoudens geselecteerd op basis van het Nationaal Register. Met 11.568 huishoudens werd gepoogd

Nadere informatie

Resultaten voor België Vaccinatie bij volwassen Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor België Vaccinatie bij volwassen Gezondheidsenquête, België, 1997 6.4.1. Inleiding. Het belang van vaccinatie programma s is ruimschoots aangetoond geweest. De vragen werden slechts gesteld aan personen van 15 jaar en ouder, aangezien de vaccinale dekking bij kinderen

Nadere informatie

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Beperkingen Gezondheidsenquëte, België, 1997

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Beperkingen Gezondheidsenquëte, België, 1997 5.3.1. Inleiding. Er is een duidelijke verschuiving gekomen in het ervaren van de gezondheid door de bevolking. Dit is mede een gevolg van de relatie tussen de demografische en de epidemiologische transitie

Nadere informatie

Gezondheid en Samenleving

Gezondheid en Samenleving Gezondheid en Samenleving Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. . Inhoudstafel Inhoudstafel... 231 Inleiding... 233 1. Toegankelijkheid van gezondheidszorgen... 235

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 1: GEZONDHEID EN WELZIJN Johan Van Der Heyden, Rana Charafeddine (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J.

Nadere informatie

Contacten met de huisarts

Contacten met de huisarts Contacten met de huisarts Johan Van der Heyden Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 57 26 E-mail

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 3: GEBRUIK VAN GEZONDHEIDS- EN WELZIJNSDIENSTEN Sabine Drieskens, Lydia Gisle (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance

Nadere informatie

Gezondheidsenquête, België Gezondheidsstatus. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu.

Gezondheidsenquête, België Gezondheidsstatus. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. Gezondheidsstatus Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. . Inhoudstafel Inhoudstafel... 15 Inleiding... 17 1. Subjectieve gezondheid... 19 2. Chronische aandoeningen...

Nadere informatie

Resultaten voor Brussels Gewest Cardiovasculaire Preventie Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Brussels Gewest Cardiovasculaire Preventie Gezondheidsenquête, België, 1997 6.8.1. Inleiding In deze module worden 2 specifieke preventiedomeinen behandeld: de hypertensie en de hypercholesterolemie. De hart- en vaatziekten zijn aandoeningen die uit het oogpunt van volksgezondheid,

Nadere informatie

Gezondheid en omgeving

Gezondheid en omgeving Gezondheid en omgeving Edith Hesse Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 57 71 E-mail : his@wiv-isp.be

Nadere informatie

Resultaten voor Brussels Gewest Tandhygiëne Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Brussels Gewest Tandhygiëne Gezondheidsenquête, België, 1997 5.6.1. Inleiding Tandcariës is een ziekte waarbij de gemineraliseerde tandweefsels vernietigd worden als gevolg van zuurvorming die ontstaat bij de fermentatie van koolhydraten door bacteriën in de mond.

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 5: PREVENTIE Stefaan Demarest, Rana Charafeddine (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat

Nadere informatie

Klassiek wordt de mate van cariës voorgesteld door een cariës-index (DMFT-index = gemiddeld aantal gecarieerde, afwezige of gevulde tanden).

Klassiek wordt de mate van cariës voorgesteld door een cariës-index (DMFT-index = gemiddeld aantal gecarieerde, afwezige of gevulde tanden). 5.6.1. Inleiding Tandcariës is een ziekte waarbij de gemineraliseerde tandweefsels vernietigd worden als gevolg van zuurvorming die ontstaat bij de fermentatie van koolhydraten door bacteriën in de mond.

Nadere informatie

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Deel 1 Methoden IPH/EPI REPORTS nr 2002-22 Afdeling Epidemiologie Juliette Wytsmanstraat 14 1050 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Resultaten voor België Psychische Gezondheid Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor België Psychische Gezondheid Gezondheidsenquête, België, 1997 6.2.1. Inleiding Binnen de verschillen factoren van risico gedrag heeft alcoholverbruik altijd al de aandacht getrokken van de verantwoordelijken voor Volksgezondheid. De WGO gebruikt de term "Ongeschiktheid

Nadere informatie

Ambulante contacten met de specialist

Ambulante contacten met de specialist Ambulante contacten met de specialist Johan Van der Heyden Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642

Nadere informatie

Gezondheidsenquête, België Medische consumptie. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu.

Gezondheidsenquête, België Medische consumptie. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. Medische consumptie Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. . Inhoudstafel Inhoudstafel... 79 Bestudeerde indicatoren... 81 1. Contacten met zorgverstrekkers... 81

Nadere informatie

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Cardiovasculaire Preventie Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Cardiovasculaire Preventie Gezondheidsenquête, België, 1997 6.8.1. Inleiding In deze module worden 2 specifieke preventiedomeinen behandeld: de hypertensie en de hypercholesterolemie. De hart- en vaatziekten zijn aandoeningen die uit het oogpunt van volksgezondheid,

Nadere informatie

Sabine Drieskens, Lydia Gisle (ed.)

Sabine Drieskens, Lydia Gisle (ed.) GEZONDHEIDSENQUETE 2013 Rapport 3: Gebruik van gezondheidsen welzijnsdiensten Sabine Drieskens, Lydia Gisle (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance

Nadere informatie

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Deel 2 Gezondheidstoestand IPH/EPI REPORTS nr 2002-22 Afdeling Epidemiologie Juliette Wytsmanstraat 14 1050 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail :

Nadere informatie

Het gebruik van tabak

Het gebruik van tabak Het gebruik van tabak Lydia Gisle Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 57 53 E-mail : lydia.gisle@iph.fgov.be

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 3: GEBRUIK VAN GEZONDHEIDS- EN WELZIJNSDIENSTEN Sabine Drieskens, Lydia Gisle (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance

Nadere informatie

Resultaten voor Brussels Gewest Gezondheidsklachten Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Brussels Gewest Gezondheidsklachten Gezondheidsenquête, België, 1997 5.4.1. Inleiding De meerwaarde van een gezondheidsenquête in vergelijking met de traditioneel verzamelde gezondheidsinformatie bestaat er o.a. uit dat ook gepeild wordt naar klachten waarvoor niet persé

Nadere informatie

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Deel 6 Gezondheid en Samenleving IPH/EPI REPORTS nr 2002-22 Afdeling Epidemiologie Juliette Wytsmanstraat 14 1050 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail

Nadere informatie

Preventie van wiegendood bij zuigelingen

Preventie van wiegendood bij zuigelingen Preventie van wiegendood bij zuigelingen Edith Hesse Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 57 71

Nadere informatie

KWETSBAARHEID BIJ OUDEREN

KWETSBAARHEID BIJ OUDEREN Levensstijl en chronische ziekten KWETSBAARHEID BIJ OUDEREN Gezondheidsenquête 2018 _ DIEM NGUYEN JOHAN VAN DER HEYDEN RANA CHARAFEDDINE Sciensano Epidemiologie en volksgezondheid - Levensstijl en chronische

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 2: GEZONDHEIDSGEDRAG EN LEEFSTIJL Lydia Gisle, Stefaan Demarest (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J.

Nadere informatie

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Risicofactoren voor wiegendood Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Risicofactoren voor wiegendood Gezondheidsenquête, België, 1997 6.7.4.1. Inleiding Er werd reeds vroeger bewezen dat een prematuur respiratoir systeem een oorzaak was voor wiegendood. Het gevaar bestond vooral tijdens de slaap. Met de huidige kennis van zaken zijn

Nadere informatie

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Gezondheidsenquête door middel van Interview België 21 Deel 6 Gezondheid en Samenleving IPH/EPI REPORTS nr 22-22 Afdeling Epidemiologie Juliette Wytsmanstraat 14 Brussel Tel : 2/642.7.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Resultaten voor België Cardiovasculaire preventie Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor België Cardiovasculaire preventie Gezondheidsenquête, België, 1997 6.8.1. Inleiding In deze module worden 2 specifieke preventiedomeinen behandeld: de hypertensie en de hypercholesterolemie. De hart- en vaatziekten zijn aandoeningen die uit het oogpunt van volksgezondheid,

Nadere informatie

Inleiding. Bespreking pagina 1

Inleiding. Bespreking pagina 1 5.4.1. Inleiding De meerwaarde van een gezondheidsenquête in vergelijking met de traditioneel verzamelde gezondheidsinformatie bestaat er o.a. uit dat ook gepeild wordt naar klachten waarvoor niet persé

Nadere informatie

Resultaten voor België Psychische Gezondheid Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor België Psychische Gezondheid Gezondheidsenquête, België, 1997 5.7.1. Inleiding. Psychische gezondheidsproblemen, ook niet ernstige vormen, hebben een hoge belasting op het welzijn van een bevolking en op de kwaliteit van het leven. Echt psychiatrische condities zijn

Nadere informatie

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Deel 1 Methoden IPH/EPI REPORTS nr 2002-22 Afdeling Epidemiologie Juliette Wytsmanstraat 14 1050 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Contacten met de Huisarts Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Contacten met de Huisarts Gezondheidsenquête, België, 1997 7.1.1. Inleiding De huisarts vervult een essentiële rol binnen het geheel van de gezondheidszorg. Deze rol is bovendien in volle evolutie. Thema s zoals het globaal medisch dossier en de echelonnering

Nadere informatie

Resultaten voor Brussels Gewest Psychische Gezondheid Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Brussels Gewest Psychische Gezondheid Gezondheidsenquête, België, 1997 5.7.1. Inleiding. Psychische gezondheidsproblemen, ook niet ernstige vormen, hebben een hoge belasting op het welzijn van een bevolking en op de kwaliteit van het leven. Echt psychiatrische condities zijn

Nadere informatie

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Deel 3 Leefstijl IPH/EPI REPORTS nr 2002-22 Afdeling Epidemiologie Juliette Wytsmanstraat 14 1050 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 3: GEBRUIK VAN GEZONDHEIDS- EN WELZIJNSDIENSTEN Sabine Drieskens, Lydia Gisle (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance

Nadere informatie

Samenvatting. Gezond zijn of je gezond voelen: veranderingen in het oordeel van ouderen over de eigen gezondheid Samenvatting

Samenvatting. Gezond zijn of je gezond voelen: veranderingen in het oordeel van ouderen over de eigen gezondheid Samenvatting Samenvatting Gezond zijn of je gezond voelen: veranderingen in het oordeel van ouderen over de eigen gezondheid 2 2 3 4 5 6 7 8 Samenvatting 161 162 In de meeste Westerse landen neemt de levensverwachting

Nadere informatie

Contacten met de tandarts

Contacten met de tandarts Contacten met de tandarts Johan Van der Heyden Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 57 26 E-mail

Nadere informatie

Lichamelijke Pijn. Sabine Drieskens

Lichamelijke Pijn. Sabine Drieskens Lichamelijke Pijn Sabine Drieskens Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 50 25 E-mail : sabine.drieskens@iph.fgov.be

Nadere informatie

GEZONDHEIDSGERELATEERDE KWALITEIT VAN LEVEN

GEZONDHEIDSGERELATEERDE KWALITEIT VAN LEVEN LEVENSSTIJL EN CHRONISCHE ZIEKTEN GEZONDHEIDSGERELATEERDE KWALITEIT VAN LEVEN Gezondheidsenquête 2018 _ RANA CHARAFEDDINE ELISE BRAEKMAN JOHAN VAN DER HEYDEN Sciensano Epidemiologie en volksgezondheid

Nadere informatie

Resultaten voor België Risicofactoren voor wiegendood Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor België Risicofactoren voor wiegendood Gezondheidsenquête, België, 1997 6.7.4.1. Inleiding Er werd reeds vroeger bewezen dat een prematuur respiratoir systeem een oorzaak was voor wiegendood. Het gevaar bestond vooral tijdens de slaap. Met de huidige kennis van zaken zijn

Nadere informatie