Stichting Pensioenfonds Pon. Jaarverslag 2015

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Stichting Pensioenfonds Pon. Jaarverslag 2015"

Transcriptie

1 Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag 2015

2 Inhoudsopgave VOORWOORD... 5 KERNCIJFERS RINGEN... 6 BESTUURSVERSLAG KARAKTERISTIEKEN VAN HET PENSIOENFONDS PROFIEL BELEID EN VERANTWOORDING KENMERKEN REGELINGEN ORGANISATIE BESTUURSVERSLAG HOOFDLIJNEN CODE PENSIOENFONDSEN EN WET VERSTERKING BESTUUR ACTIVITEITEN VAN HET BESTUUR FINANCIËLE PARAGRAAF RINGEN BELEGGINGEN PARAGRAAF RINGEN PENSIOEN PARAGRAAF RINGEN ACTUARIËLE PARAGRAAF RINGEN RISICOPARAGRAAF TOEKOMSTPARAGRAAF JAARREKENING BALANS BALANS PER 31 DECEMBER BALANS PER 31 DECEMBER STAAT VAN BATEN EN LASTEN STAAT VAN BATEN EN LASTEN OVER STAAT VAN BATEN EN LASTEN OVER KASSTROOMOVERZICHT KASSTROOMOVERZICHT OVER KASSTROOMOVERZICHT OVER TOELICHTING OP DE JAARREKENING INLEIDING ALGEMENE GRONDSLAGEN SPECIFIEKE GRONDSLAGEN P. TOELICHTING BEHORENDE TOT DE JAARREKENING 2015 RING P P.1 BELEGGINGEN VOOR RISICO PENSIOENFONDS P.2 BELEGGINGEN VOOR RISICO DEELNEMER P.3 HERVERZEKERINGSDEEL TECHNISCHE VOORZIENINGEN P.4 VORDERINGEN EN OVERLOPENDE ACTIVA P.5 LIQUIDE MIDDELEN P.6 STICHTINGSKAPITAAL EN RESERVES P.7 TECHNISCHE VOORZIENINGEN P.8 OVERIGE TECHNISCHE VOORZIENINGEN P.9 OVERIGE PASSIVA P.10 PREMIEBIJDRAGEN P.11 BELEGGINGSRESULTATEN P.12 BATEN UIT HERVERZEKERING Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

3 P.13 OVERIGE BATEN P.14 PENSIOENUITKERINGEN P.15 PENSIOENUITVOERINGSKOSTEN P.16 WIJZIGING HERVERZEKERINGSDEEL TECHNISCHE VOORZIENINGEN P.17 SALDO OVERDRACHT VAN RECHTEN P.18 PREMIES HERVERZEKERAAR P.19 OVERIGE LASTEN G. TOELICHTING BEHORENDE TOT DE JAARREKENING 2015 RING G G.1 BELEGGINGEN VOOR RISICO FONDS G.2 BELEGGINGEN VOOR RISICO DEELNEMER G.3 HERVERZEKERINGSDEEL TECHNISCHE VOORZIENINGEN G.4 VORDERINGEN EN OVERLOPENDE ACTIVA G.5 LIQUIDE MIDDELEN G.6 STICHTINGSKAPITAAL EN RESERVES G.7 TECHNISCHE VOORZIENINGEN G.8 OVERIGE TECHNISCHE VOORZIENINGEN G.9 OVERIGE PASSIVA G.10 PREMIEBIJDRAGEN G.11 BELEGGINGSRESULTATEN G.12 BATEN UIT HERVERZEKERING G.13 OVERIGE BATEN G.14 PENSIOENUITKERINGEN G.15 PENSIOENUITVOERINGSKOSTEN G.16 SALDO OVERDRACHT VAN RECHTEN G.17 PREMIES HERVERZEKERAAR G.18 OVERIGE LASTEN A. TOELICHTING BEHORENDE TOT DE JAARREKENING 2015 RING A A.1 BELEGGINGEN A.2 VORDERINGEN EN OVERLOPENDE ACTIVA A.3 LIQUIDE MIDDELEN A.4 STICHTINGSKAPITAAL EN RESERVES A.5 TECHNISCHE VOORZIENINGEN A.6 OVERIGE TECHNISCHE VOORZIENINGEN A.7 OVERIGE SCHULDEN EN OVERLOPENDE PASSIVA A.8 PREMIEBIJDRAGEN (VAN WERKGEVER EN WERKNEMERS) A.9 BELEGGINGSRESULTATEN A.10 OVERIGE BATEN A.11 PENSIOENUITKERINGEN A.12 PENSIOENUITVOERINGSKOSTEN A.13 PREMIES HERVERZEKERAAR K. TOELICHTING BEHORENDE TOT DE JAARREKENING 2015 RING K K.1 BELEGGINGEN VOOR RISICO FONDS K.2 BELEGGINGEN VOOR RISICO DEELNEMER K.3 HERVERZEKERINGSDEEL TECHNISCHE VOORZIENING K.4 VORDERINGEN EN OVERLOPENDE ACTIVA K.5 LIQUIDE MIDDELEN K.6 STICHTINGSKAPITAAL EN RESERVES K.7 TECHNISCHE VOORZIENING K.8 OVERIGE TECHNISCHE VOORZIENINGEN K.9 OVERIGE SCHULDEN EN OVERLOPENDE PASSIVA K.10 PREMIEBIJDRAGEN (VAN WERKGEVER EN WERKNEMERS) K.11 BELEGGINGSRESULTATEN K.12 BATEN UIT HERVERZEKERING K.13 OVERIGE BATEN K.14 PENSIOENUITKERINGEN Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

4 K.15 PENSIOENUITVOERINGSKOSTEN K.16 SALDO WAARDEOVERDRACHTEN K.17 PREMIE HERVERZEKERING K.18 OVERIGE LASTEN STICHTINGSKAPITAAL EN RESERVES RISICOBEHEER NIET IN DE BALANS OPGENOMEN ACTIVA EN VERPLICHTINGEN VERBONDEN PARTIJEN KOSTEN(ALLOCATIE), AANTALLEN EN BELONINGEN HONORARIA ACCOUNTANT BELASTINGEN OVERIGE GEGEVENS STATUTAIRE REGELING OMTRENT BESTEMMING VAN SALDO VAN BATEN EN LASTEN GEBEURTENISSEN NA BALANSDATUM ACTUARIËLE VERKLARING CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT VERSLAG VAN HET VERANTWOORDINGSORGAAN VERSLAG VAN DE VISITATIECOMMISSIE Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

5 Voorwoord Hierbij bieden wij u de jaarrekening 2015 aan van het Stichting Pensioenfonds Pon. Stichting Pensioenfonds Pon is een Multi-OPF. Stichting Pensioenfonds Pon (Muti-OPF) bestaat in 2015 uit de volgende Ringen: - Ring P (voorheen Stichting Pensioenfonds Pon Holdings); - Ring G (voorheen Stichting Pensioenfonds Geveke); - Ring A (voorheen Stichting Anw-fonds Pon Holdings); - Ring K (voorheen Stichting Pensioenfonds Gazelle). De cijfers worden per Ring weergegeven en alleen in de Balans en Staat van baten en lasten gesommeerd. In de toelichting in de jaarrekening kunt u aan de letters P, G, A en K zien op welke Ring de toelichting betrekking heeft. Stichting Pensioenfonds Pon Almere, 15 juli 2016 Namens het bestuur, Bas Sprong Voorzitter Stichting Pensioenfonds Pon Postbus AB Almere Bezoekadres: Rondebeltweg BN Almere Telefoon: Website: pensioenen@pon.com Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

6 Kerncijfers Ringen Kerncijfers Ring P Ring P Ring P Ring P Ring P SPPH Aantal werkgevers Aantallen deelnemers Actieve deelnemers Gewezen deelnemers Pensioengerechtigden Totaal deelnemers Reglementsvariabelen in % Indexatie actieven per 1 januari 0,60 1,10 2,10 1,70 1,40 Indexatie inactieven per 1 januari 0,15 1,10 0,00 1,70 1,40 Pensioenuitvoering (x 1.000) Feitelijke premie Kostendekkende premie Uitkeringen Pensioenuitvoeringskosten Vermogenssituatie/Solvabiliteit (x 1.000) Pensioenvermogen Pensioenverplichtingen Aanwezige dekkingsgraad (in %) Vereiste dekkingsgraad (in %) Beleidsdekkingsgraad Reële dekkingsgraad Beleggingsportefeuille (x 1.000) Aandelen Vastrentende waarden Beleggingsperformance in % Beleggingsrendement 3,9 10,7 3,2 2,6 13,7 Benchmarkrendement 3,1 11,0 3,2 2,8 14,7 Kosten pensioenregeling Pensioenuitvoeringskosten per deelnemer (euro s) Kosten vermogensbeheer in % belegd vermogen 0,63 0,60 0,46 0,44 nnb Ring P bestaat sinds 1 januari De opgenomen gepresenteerde cijfers voor 2011 zijn pro forma cijfers. In 2013 en 2014 was Ring P volledig herverzekerd. In 2015 heeft de pensioenopbouw van de actieve deelnemers plaatsgevonden in eigen beheer. De opgebouwde aanspraken tot 2015 blijven volledig herverzekerd achter bij de herverzekeraar. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

7 Kerncijfers Ring G Ring G Ring G Ring G Ring G SPG Aantal werkgevers Aantal deelnemers Actieve deelnemers Gewezen deelnemers Pensioengerechtigden Totaal deelnemers Reglementsvariabelen in % Indexatie inactieven 0,00 0,00 0,00 0,75 0,00 Groep (gewezen) deelnemers jonger dan 60 jaar 3, ,41 5,56 15,93 Groep (gewezen) deelnemers 60 jaar en ouder 2,39 8,47 0,47 2,36 15,93 Pensioenuitvoering (x 1.000) Feitelijke premie Kostendekkende premie Uitkeringen Pensioenuitvoeringskosten Vermogenssituatie/Solvabiliteit (x 1.000) Pensioenvermogen Pensioenverplichtingen Aanwezige dekkingsgraad (in %) Vereiste dekkingsgraad (in %) Beleidsdekkingsgraad Reële dekkingsgraad Beleggingsportefeuille (x 1.000) Aandelen Vastrentende waarden Overige beleggingen Liquide middelen Beleggingsperformance in % eigen beleggingen Beleggingsrendement 3,3 9,6 1,8 2,6 14,6 Benchmark 2,4 9,6 1,5 2,1 15 Beleggingsperformance in % Beleggingsrendement Aegon 0,7 6,4 6,8 6,6 4,3 Kosten pensioenregeling Pensioenuitvoeringskosten per deelnemer (euro s) Kosten vermogensbeheer in % belegd vermogen 0,55 0,55 0,58 0,47 Ring G bestaat sinds 1 januari De opgenomen gepresenteerde cijfers voor 2011 zijn pro forma cijfers. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

8 Kerncijfers Ring A Ring A Ring A Ring A SAPH SAPH Aantal werkgevers Aantal deelnemers Actieve deelnemers Pensioengerechtigden Totaal deelnemers Reglementsvariabelen in % Indexatie inactieven per 1 januari 0,42 0,63 1,33 0,91 0,4% Indexatie inactieven per 1 juli 0,22 0,45 0,11 0,09 0,56 Pensioenuitvoering (x 1.000) Feitelijke premie Kostendekkende premie Uitkeringen Pensioenuitvoeringskosten Vermogenssituatie/Solvabiliteit (x 1.000) Pensioenvermogen Pensioenverplichtingen Aanwezige dekkingsgraad (in %) Vereiste dekkingsgraad (in %) Beleidsdekkingsgraad Reële dekkingsgraad Beleggingsportefeuille (x 1.000) Aandelen Vastrentende waarden Liquide middelen Totaal Beleggingsperformance in % Beleggingsrendement 1,4 8,5 4,3 6,6 0,0 Benchmark 2,9 9,4 4,4 8,1 0,9 Kosten pensioenregeling Pensioenuitvoeringskosten per deelnemer (euro s) Kosten vermogensbeheer in % belegd vermogen 0,85 0,85 0,85 0,40 0,40 Ring A bestaat sinds 1 januari De opgenomen gepresenteerde cijfers voor 2012 en 2011 zijn pro forma cijfers. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

9 Kerncijfers Ring K Ring K Ring K Stp. Gazelle Stp. Gazelle Stp. Gazelle Aantal werkgevers Aantal deelnemers Actieve deelnemers Gewezen deelnemers Pensioengerechtigden Totaal deelnemers Reglementsvariabelen in % Indexatie actieven per 1 januari 0,48 0,59 0,00 0,00 0,00 Indexatie inactieven per 1 januari 0,13 0,43 0,00 0,00 0,00 Pensioenuitvoering (x 1.000) Feitelijke premie Kostendekkende premie Uitkeringen Pensioenuitvoeringskosten Vermogenssituatie/Solvabiliteit (x 1.000) Pensioenvermogen Pensioenverplichtingen Aanwezige dekkingsgraad (in %) Vereiste dekkingsgraad (in %) Beleidsdekkingsgraad Reële dekkingsgraad Beleggingsportefeuille (x 1.000) Vastgoed Aandelen Vastrentende waarden Overige beleggingen Derivaten ( FX-deals) Derivaten (Swaps) Totaal Beleggingsperformance in % Beleggingsrendement 0,6 19,1 4,9 16,3 7,3 Benchmark 0,6 23,1 1,7 12,7 9,1 Kosten pensioenregeling Pensioenuitvoeringskosten per deelnemer (euro s) Kosten vermogensbeheer in % belegd vermogen 0,58 0,53 0,55 0,61 0,56 Ring K bestaat sinds 1 januari 2014 (fusie met Stichting Pensioenfonds Gazelle). De opgenomen gepresenteerde cijfers voor 2013, 2012 en 2011 zijn daarom de cijfers van Stichting Pensioenfonds Gazelle. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

10 Bestuursverslag 1. Karakteristieken van het pensioenfonds 1.1 Profiel Stichting Pensioenfonds Pon is statutair gevestigd te Almere. Kantoorhoudend te Rondebeltweg 31 te Almere. De laatste statutenwijziging was op 28 april De Stichting is ingeschreven bij de Kamer van Koophandel onder nummer en is aangesloten bij de Pensioenfederatie. Per 1 januari 2012 is Stichting Pensioenfonds Pon opgericht als Multi-OPF. Stichting Pensioenfonds Pon (verder het fonds ) is voortgekomen uit de fusie tussen Stichting Pensioenfonds Pon Holdings (Ring P) en Stichting Pensioenfonds Geveke (Ring G). Hierbij zijn alle rechten en verplichtingen van deze Stichtingen onder algemene titel overgegaan naar het fonds. Per 1 januari 2013 is Stichting Anw-fonds Pon Holdings aangesloten bij het fonds door middel van een fusie. Stichting Anw-fonds Pon Holdings is als Ring A toegevoegd aan het fonds. Per 1 januari 2014 is Stichting Pensioenfonds Gazelle aangesloten bij het fonds door middel van een fusie. Stichting Pensioenfonds Gazelle is als Ring K toegevoegd aan het fonds. Het fonds bestaat als Multi-OPF per 1 januari 2014 uit vier ringen: - Ring P (voorheen Stichting Pensioenfonds Pon Holdings) - Ring G (voorheen Stichting Pensioenfonds Geveke) - Ring A (voorheen Stichting Anw-fonds Pon Holdings) - Ring K (voorheen Stichting Pensioenfonds Gazelle) 1.2 Beleid en verantwoording Stichting Pensioenfonds Pon stelt zich ten doel het uitvoeren van het pensioenreglement voor Ring P, Ring G, Ring A en Ring K, zoals die gelden voor de aangesloten ondernemingen. Hiertoe behoren tevens de activiteiten: beheren en beleggen van (pensioen-)vermogen; verstrekken of doen verstrekken van pensioen- of andere uitkeringen aan deelnemers, gewezen deelnemers en pensioengerechtigden; (her)verzekeren van verplichtingen, één en ander overeenkomstig de bepalingen van de statuten, de uitvoeringsovereenkomst en het pensioenreglement van de betreffende Ring. In de Actuarieel Beleidstechnische Nota (ABtN) zijn de opzet van het fonds, de risicoanalyse en wijze van uitvoering gedocumenteerd. Onderdeel van het beleid is een noodprocedure waarin is beschreven hoe het fonds omgaat met de besluitvorming in spoedeisende situaties. Deze noodprocedure is onderdeel van het crisisplan van het fonds dat als bijlage bij de ABtN is opgenomen. De statuten en de pensioenreglementen zijn beschikbaar op de website van het pensioenfonds ( Uitgangspunt in het handelen van ieder individueel bestuurslid en het bestuur als geheel is dat hij/het handelt in het belang van alle belanghebbenden van het fonds, rekening houdend met de korte- en langetermijneffecten van maatregelen. De overwegingen die het bestuur afweegt, worden in de notulen van de bestuursvergaderingen vastgelegd. In het bestuursverslag over 2015 worden de overwegingen bij belangrijke genomen besluiten in 2015 nader toegelicht. Het bestuur weegt in zijn besluitvorming de aanbevelingen van het intern toezichtorgaan mee en gaat een dialoog aan met het verantwoordingsorgaan bij het afleggen van verantwoording. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

11 1.3 Kenmerken regelingen Kenmerken Ring P Per 31 december 2014 is het contract met Nationale-Nederlanden beëindigd. De opgebouwde pensioenaanspraken blijven premievrij achter bij de verzekeraar. Vanaf 2015 zal het fonds de opbouw van de toekomstige pensioenaanspraken in eigen beheer gaan uitvoeren. De nieuwe pensioenregeling kan worden gekenmerkt als een CDC-regeling. De werkgever stelt hierbij jaarlijks een premie beschikbaar waarmee een ouderdoms-, nabestaanden- en wezenpensioen wordt ingekocht. De opbouw vindt plaats conform een middelloonregeling. De pensioenregeling kent een pensioenleeftijd van 67 jaar. Jaarlijks wordt een aanspraak op ouderdomspensioen opgebouwd van 1,875% van de in dat jaar geldende pensioengrondslag. De pensioengrondslag is daarbij gelijk aan 12,96 maandsalarissen onder aftrek van een franchise. De franchise wordt jaarlijks vastgesteld en bedraagt voor De pensioengrondslag is voor 2015 gemaximeerd op Mocht de premiebijdrage van de werkgever niet toereikend zijn om de volledige pensioenopbouw in te kopen dan zal het opbouwpercentage worden verlaagd. Het percentage zal worden verlaagd naar het niveau dat de premiebijdrage van de werkgever weer toereikend zal zijn. Het te verzekeren nabestaanden- en wezenpensioen voor bij overlijden voor de pensioendatum zullen hierbij niet worden verlaagd. Jaarlijks beslist het bestuur van het fonds de mate waarin de opgebouwde aanspraken van de actieven en inactieven worden geïndexeerd. De indexatie welke wordt verleend over de premievrije pensioenaanspraken bij Nationale-Nederlanden worden door het fonds niet meer ingekocht bij de verzekeraar, maar in eigen beheer opgebouwd. Overeenkomstig artikel 10 van de Pensioenwet kwalificeert de pensioenregeling als een uitkeringsovereenkomst. Naast de bovenstaande pensioenregeling voert het fonds voor een aantal aangesloten werkgevers een VPLregeling uit zoals overeengekomen tussen de sociale partners. De afspraken en kenmerken van de overeengekomen regeling kunnen als volgt worden samengevat: De VPL-regeling betreft een voorwaardelijk recht en is van toepassing voor deelnemers in dienst van de aangesloten werkgever op 31 december De betreffende deelnemers dienen geboren te zijn in de periode 1 januari 1950 t/m 31 december 1972 en tot pensioendatum in dienst te blijven van de aangesloten werkgever. De aanspraken worden pas definitief toegekend op het moment dat deze volledig zijn gefinancierd. Alle VPLgerelateerde gelden en verplichtingen worden in de boekhouding en jaarrekening van elkaar gescheiden. De pensioenregeling wordt vanaf 1 januari 2015 in eigen beheer uitgevoerd. Voor het kortleven- en arbeidsongeschiktheidsrisico is een risicoherverzekering afgesloten bij Zwitserleven. Hiermee worden de betreffende risico s afgedekt. Dit boekjaar zijn er geen schadegevallen geweest. Deelnemers hebben de mogelijkheid om extra te sparen voor pensioen. Tot 1 januari 2015 werden deze extra spaarbedragen ondergebracht op een individuele beleggingsrekening bij Nationale-Nederlanden. In verband met de beëindiging van het contract voor de basisregeling konden er geen nieuwe stortingen meer worden gedaan op deze individuele beleggingsrekeningen bij Nationale-Nederlanden. In overleg en in samenwerking met Nationale-Nederlanden heeft er in 2015een collectieve waardeoverdracht plaatsgevonden van deze gelden naar Stichting Pensioenfonds Pon, waarbij de gelden ondergebracht zijn op een individuele beleggingsrekening bij NN Investment Partners. Hierdoor blijft voor de deelnemers de mogelijkheid bestaan om individueel extra te sparen voor pensioen, voor zover er fiscale ruimte aanwezig is. De betreffende deelnemers zijn over de collectieve waardeoverdracht per brief geïnformeerd. Indien gewenst kon de deelnemer bezwaar maken tegen de collectieve waardeoverdracht. Indien men bezwaar had tegen de collectieve waardeoverdracht blijven de gelden achter op de individuele beleggingsrekening bij Nationale- Nederlanden. Van deze mogelijkheid is zeer beperkte gebruik gemaakt, vaak om moverende redenen. Kenmerken Ring G De gesloten pensioenregeling kan worden gekenmerkt als een beschikbare premieregeling bestaande uit een pensioenregeling met een pensioenleeftijd van 65 jaar en een prepensioenregeling met een prepensioenleeftijd van 62 jaar. Tevens bestaat er recht op (tijdelijk) nabestaanden- en wezenpensioen op risicobasis. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

12 De pensioengrondslag is gelijk aan 13,96 maandsalarissen onder aftrek van een franchise. De franchise wordt jaarlijks vastgesteld. Jaarlijks beslist het bestuur van het fonds met welk rendement de kapitalen worden aangepast van de deelnemers en gewezen deelnemers. Overeenkomstig artikel 10 van de Pensioenwet kwalificeert de pensioenregeling als een premieovereenkomst. Ring G kent ook een gesloten eindloonregeling, die kwalificeert als uitkeringsovereenkomst. Deze eindloonregeling was de voorloper van de beschikbare premieregeling zoals hierboven beschreven. Jaarlijks beslist het bestuur van het fonds de mate waarin de opgebouwde aanspraken worden geïndexeerd. Dit percentage geldt ook voor pensioengerechtigden, die een pensioen hebben aangekocht vanuit de beschikbare premieregeling. Tot 1 januari 1998 was een eindloonregeling van kracht. Voor een klein aantal arbeidsongeschikten vindt nog opbouw vanuit deze regeling plaats. Verder zijn er alleen slapers en pensioengerechtigden in deze regeling. Het fonds heeft de uitvoering van pensioenregeling, die betrekking heeft op de uitkeringsovereenkomst, middels een garantiecontract bij Aegon volledig (her)verzekerd, waarmee zowel het langleven, het kortleven- als het arbeidsongeschiktheidsrisico is afgedekt. Voor de gehanteerde rekenrente van 4% is door de verzekeraar een garantie afgegeven voor onbepaalde tijd. Voor wat betreft de rendementen boven de 4% is een jaarlijkse overrentedeling van toepassing. Het contract met Aegon is een contract voor onbepaalde tijd. Het fonds voert de uitvoering van de beschikbare premieregeling in eigen beheer uit. Daarbij vond vanaf eind 2008 de inkoop van de ingaande pensioenen plaats bij Nationale-Nederlanden. Deze rechten vielen oorspronkelijk onder Ring P, maar zijn ultimo 2012 weer overgedragen aan Ring G. Vanaf 2014 vindt de inkoop van de ingaande pensioenen niet meer plaats bij Nationale-Nederlanden maar bij het fonds zelf. Kenmerken Ring A De pensioenregeling geeft, onder voorwaarden, recht op nabestaandenpensioen tot de AOW-eindleeftijd. Daarbij is de hoogte van het nabestaandenpensioen gerelateerd aan de Anw, zoals deze wordt verstrekt door de Sociale Verzekeringsbank (SVB) Jaarlijks beslist het bestuur van het fonds over de mate waarin de uit te keren aanspraken worden geïndexeerd. Overeenkomstig artikel 10 van de Pensioenwet kwalificeert de pensioenregeling als een uitkeringsovereenkomst. De pensioenregeling wordt in eigen beheer uitgevoerd. Met betrekking tot het overlijdensrisico een stop-loss herverzekering gesloten bij Zwitserleven. Hiermee is het kortlevenrisico (gedeeltelijk) afgedekt. Er heeft in 2015 geen uitkering uit hoofde van de herverzekering plaatsgevonden. Kenmerken Ring K De pensioenregeling kan worden gekenmerkt als een CDC-regeling. De werkgever stelt hierbij jaarlijks een premie beschikbaar waarmee een ouderdoms-, nabestaanden- en wezenpensioen wordt ingekocht. De opbouw vindt plaats conform een middelloonregeling. De pensioenregeling kent een pensioenleeftijd van 67 jaar. Jaarlijks wordt een aanspraak op ouderdomspensioen opgebouwd van 1,875% van de in dat jaar geldende pensioengrondslag. De pensioengrondslag is daarbij gelijk aan 12,96 maandsalarissen onder aftrek van een franchise. De franchise wordt jaarlijks vastgesteld en bedraagt voor De pensioengrondslag is voor 2015 gemaximeerd op Mocht de premiebijdrage van de werkgever niet toereikend zijn om de volledige pensioenopbouw in te kopen dan zal het opbouwpercentage worden verlaagd. Het percentage zal worden verlaagd naar het niveau dat de premiebijdrage van de werkgever weer toereikend zal zijn. Het te verzekeren nabestaanden- en wezenpensioen voor bij overlijden voor de pensioendatum zullen hierbij niet worden verlaagd. Jaarlijks beslist het bestuur van het fonds de mate waarin de opgebouwde aanspraken van de actieven en inactieven worden geïndexeerd. Overeenkomstig artikel 10 van de Pensioenwet kwalificeert de pensioenregeling als een uitkeringsovereenkomst. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

13 Naast de bovenstaande pensioenregeling voert het fonds voor de aangesloten werkgever Gazelle een VPLregeling uit zoals overeengekomen tussen de sociale partners. De afspraken en kenmerken van de overeengekomen regeling kunnen als volgt worden samengevat: De VPL-regeling betreft een voorwaardelijk recht en is van toepassing voor deelnemers in dienst van Gazelle op 31 december De betreffende deelnemers dienen geboren te zijn in de periode 1 januari 1950 t/m 31 december 1972 en tot pensioendatum in dienst te blijven van Gazelle. De aanspraken worden pas definitief toegekend op het moment dat deze volledig zijn gefinancierd. Alle VPL-gerelateerde gelden en verplichtingen worden in de boekhouding en jaarrekening van elkaar gescheiden De pensioenregeling wordt in eigen beheer uitgevoerd. Voor het kortleven- en arbeidsongeschiktheidsrisico is een stop-loss herverzekering afgesloten bij Elips Life AG. Hiermee worden de betreffende risico s (gedeeltelijk) afgedekt. Dit boekjaar zijn er geen schadegevallen geweest. Er werden nog wel uitkeringen m.b.t. voorgaande boekjaren ontvangen. Kenmerken Netto Pensioen De netto pensioenregeling kan worden gekenmerkt als een beschikbare premieregeling. Het betreft aan vrijwillige regeling als aanvulling op de basispensioenregeling van Ring P en Ring K. De werkgever stelt bij de netto pensioenregeling jaarlijks een premie beschikbaar waarmee gespaard kan worden voor een ouderdomsen/of nabestaandenpensioen na pensioendatum. De pensioenregeling kent een pensioenleeftijd van 67 jaar. Indien er sprake is van een partner en/of kinderen dan wordt er een nabestaandenpensioen en een wezenpensioen verzekerd bij overlijden voor de pensioendatum. Hierbij wordt uitgegaan van een jaarlijks opbouwpercentage voor het nabestaandenpensioen van 1,3125% en een jaarlijks opbouwpercentage voor het wezenpensioen van 0,2625%. en de toekomstige diensttijd tot pensioenleeftijd. De pensioengrondslag is gelijk daarbij aan 12,96 maandsalarissen onder aftrek van een franchise. De franchise wordt jaarlijks wettelijk vastgesteld en is voor Overeenkomstig artikel 10 van de Pensioenwet kwalificeert de pensioenregeling als een premieovereenkomst. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

14 1.4 Organisatie Bestuur Per 30 juni 2016 is de samenstelling van het bestuur als volgt: Naam Functie Vertegenwoordiging Lid sinds Einde zittingsduur B. Sprong Voorzitter Werkgever Vacant Vice-voorzitter Werkgever Vacant Bestuurslid Werkgever A. Heuzinkveld Bestuurslid Werknemers K J.W.N. Luckner Secretaris Werknemers P B.A.C. Bartelse Vice-secretaris Werknemers P Vacant Bestuurslid Werknemers G Vacant Bestuurslid Werknemers A K. Jamoel Bestuurslid Gepensioneerden Mevrouw A.J. van Kuilenburg is uit dienst getreden per 30 november Mevrouw Van Kuilenburg is per gelijke datum terug getreden als bestuurslid namens de werkgevers Ring A. De zittingsduur van de heer M.H.A.M. van Bergen liep op 1 januari 2016 ten einde. De heer Van Bergen heeft aangegeven niet herbenoembaar te zijn. Op verzoek van het bestuur is de heer Van Bergen in functie gebleven tot 11 april Vanuit werkgever en werknemers zullen de vacante plaatsen in het bestuur zo spoedig mogelijk worden opgevuld. Inmiddels zijn er drie potentiële bestuursleden gevonden, waarvan twee namens werkgever. De kandidaten wonen reeds als toehoorder de bestuursvergaderingen bij. Daarnaast volgt men de opleiding voor pensioenfondsbestuurder. Na succesvolle afronding van deze opleiding zullen zij worden voorgedragen aan De Nederlandsche Bank. Het bestuur van het fonds heeft de dagelijkse uitvoering van de werkzaamheden uitbesteed aan het pensioenbureau van Pon Holdings. Deze werkzaamheden betreffen vermogensbeheer, pensioenadministratie en bestuursondersteuning. Uitgangspunt is dat het bestuur, conform de eisen van de Pensioenwet, verantwoordelijk blijft voor de juiste uitvoering van de uitbestede taken. Het bestuur heeft uitsluitend bevoegdheden conform de reglementen van het fonds, in overeenstemming met de vastlegging in de actuariële en bedrijfstechnische nota. Per 1 januari 2016 zijn de medewerkers van het pensioenbureau in dienst getreden van het pensioenfonds. Hiermee beschikt het pensioenfonds per gelijke datum over een eigen pensioenbureau. De uitbestede werkzaamheden door het bestuur aan het pensioenbureau zijn ongewijzigd gebleven. Dagelijks Bestuur Het dagelijks bestuur van het fonds wordt gevormd door de voorzitter en de secretaris en wordt ondersteund door het pensioenbureau. Verantwoordingsorgaan Per 23 juni 2016 is de samenstelling van het verantwoordingsorgaan als volgt: Naam Functie Vertegenwoordiging Lid sinds Einde zittingsduur T. van der Ploeg Voorzitter Werknemers A H. de Jong Lid Werknemers P L.F. de Jong Lid Werknemers G M.A. Sapthu-Jansen Lid Werknemers K T.W. Bakker Lid Gepensioneerden Het verantwoordingsorgaan vertegenwoordigt alle belanghebbenden van het fonds. Daarnaast functioneert men als eerste aanspreekpunt voor de Ring die men vertegenwoordigd. Uitgangspunt in het handelen van ieder individueel lid van het verantwoordingsorgaan en het verantwoordingsorgaan als geheel is dat hij/het handelt in het belang van alle belanghebbenden van het fonds, rekening houdend met de korte- en langetermijneffecten van maatregelen. Het verantwoordingsorgaan bewaakt of het bestuur de uitvoeringsovereenkomst en het pensioenreglement juist uitvoert. Het verantwoordingsorgaan bewaakt eveneens de evenwichtige belangenbehartiging van de verschillende belanghebbenden door het bestuur. Het verantwoordings-orgaan doet verslag van zijn bevindingen in deze jaarrekening. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

15 Intern toezicht Het bestuur heeft ervoor gekozen de inrichting van het intern toezicht te regelen via een visitatiecommissie. In het kader van de Wet versterking bestuur pensioenfondsen zal de visitatie jaarlijks plaats vinden. De visitatiecommissie doet verslag van zijn bevindingen in deze jaarrekening. Uitvoeringsorganisatie De administratie van de pensioenregeling is uitbesteed aan: - Nationale-Nederlanden voor wat betreft de pensioenregeling van Ring P t/m 31 december 2014; - Nationale-Nederlanden voor wat betreft de inkoop van pensioen uit de beschikbare premieregeling van Ring G vanaf 2008 t/m 31 december 2013; - Aegon voor wat betreft de oude aansprakenregeling van Ring G; - het pensioenbureau voor wat betreft de pensioenregeling van Ring P vanaf 2015; - het pensioenbureau voor wat betreft de beschikbare premie regeling van Ring G; - het pensioenbureau voor wat betreft de Anw-hiaatregeling van Ring A; - het pensioenbureau voor wat betreft de pensioenregeling van Ring K; - het pensioenbureau voor wat betreft de inkoop van pensioen uit de beschikbare premieregeling van Ring G vanaf 2014; - het pensioenbureau voor wat betreft de bruto bijspaar pensioenregeling voor Ring P en Ring K; - het pensioenbureau voor wat betreft de netto pensioenregeling voor Ring P en Ring K. Met alle administrateurs is een Service Level Agreement afgesloten. Het bestuur voert periodiek overleg met de administrateurs over de kwaliteit van de uitvoering. De bestuursondersteuning geschiedt door de directeur van het fonds, de heer B.C. van der Gaag. De directeur van het pensioenbureau neemt ook deel aan de vergaderingen van het dagelijks bestuur. Tijdens deze vergaderingen rapporteert de directeur o.a. over de werkzaamheden van het pensioenbureau. Tot de werkzaamheden van het pensioenbureau behoren: verzorgen van de communicatie met de werkgevers, de deelnemers en overige stakeholders; de controle van de output van de verzekeraars Nationale-Nederlanden en Aegon; het verzorgen van de pensioenadministratie; het verzorgen van de uitkeringenadministratie; het verzorgen van de financiële administratie; monitoring van het uitbestede beleggingsbeleid. Het vermogensbeheer is volledig uitbesteed en wordt, op basis van een afgesproken mandaat, verzorgd door: - Aegon Asset Management voor wat betreft het garantiedepot dat bij Aegon is ondergebracht (Ring G); - NN Investment Partners voor wat betreft de beleggingen in Ring P, Ring G en Ring K. - ABN-AMRO MeesPierson voor wat betreft de beleggingen voor Ring A. De bankrekeningen zijn ondergebracht bij ING voor Ring P, bij ABN-AMRO MeesPierson voor Ring G en Ring A en Rabobank voor Ring K. Voor activiteiten en bedrijfsprocessen die door het fonds worden uitbesteed moet het bestuur zekerheid verkrijgen dat de uitvoerende partijen de interne controle van deze processen op orde hebben en de financiële rapportages betrouwbaar zijn. Hiertoe zijn van Aegon, Aegon Asset Management, NN Investment Partners, Nationale-Nederlanden en ABN-AMRO MeesPierson ISAE 3402 type II rapportages over het jaar 2015 ontvangen en geanalyseerd. Het bestuur heeft voor het toezicht op de vermogensbeheerder(s) maatregelen getroffen om toezicht te kunnen uitoefenen op de activiteiten van de vermogensbeheerders. Deze maatregelen betreffen het overeenkomen van een service level agreement, het ontvangen van een maandelijkse beleggingsrapportage en het instellen van een beleggingscommissie. Hierbij is met name het monitoren van het beleggen binnen de mandaten van het bestuur van belang. Bovendien wordt hierbij aandacht gegeven aan de aard, juiste interpretatie en uitvoering van beleggingen in lijn met de uitkomsten van de ALM-studie zoals die door het bestuur periodiek wordt gemaakt en/of herijkt. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

16 Beleggingscommissie Het mandaat van de beleggingscommissie behelst het monitoren van de vermogensbeheerder(s), het voeren van een beleggingsbeleid ten opzichte van de strategische benchmark en het opstellen van het beleggingsplan. De commissie is samengesteld uit leden van het bestuur, leden van het pensioenbureau en een extern beleggingsadviseur. De samenstelling van de beleggingscommissie zorgt ervoor dat de beleggings-ontwikkelingen goed kunnen worden geanalyseerd en de uitvoering door de vermogensbeheerders kritisch kan worden bezien. De beleggingscommissie bestaat ultimo boekjaar uit de volgende leden: B. Sprong (voorzitter); A. Heuzinkveld; B.C. van der Gaag; J.F. Simon; H. Hoos (extern adviseur). Compliance officer De heer M. van Enckevort fungeert als compliance officer van het fonds. De compliance officer ziet toe op de naleving van de gedragscode (die onder meer voorschrijft hoe belangenconflicten en misbruik of oneigenlijk gebruik van de bij het fonds aanwezige informatie of zaken moeten worden voorkomen) en op de naleving van de wettelijke regelingen in dat verband, ter waarborging van een beheerste en integere bedrijfsvoering door het fonds. De compliance officer is onafhankelijk van het bestuur en rapporteert periodiek zijn bevindingen aan het bestuur. De compliance officer heeft voor 2015 vastgesteld dat het bestuur en de werknemers van het pensioenbureau zich hebben gehouden aan de Gedragscode en de verklaring hieromtrent hebben ondertekend. Externe ondersteuning en controle Het fonds wordt bijgestaan door Aon Hewitt en Sprenkels & Verschuren als adviseur op juridisch en actuarieel gebied. De externe accountant van het fonds is de heer F.J.J. Glorie van KPMG Accountants N.V. De certificerend actuaris van het fonds is de heer J. Tol van Triple A. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

17 2. Bestuursverslag 2.1 Hoofdlijnen Pensioenregeling 2015 Per 1 januari 2015 is voor zowel Ring P als Ring K een nieuwe pensioenregeling van kracht geworden. Deze wijziging werd noodzakelijk vanwege veranderingen in de fiscale wetgeving, wijzigingen in het Financiële Toetsings Kader (FTK) en de expiratie van het verzekeringscontract met Nationale-Nederlanden. De nieuwe pensioenregeling is tot stand gekomen in samenwerking met werkgever en werknemer. Daarbij is eerst de risicohouding van de deelnemers onderzocht door een groot aantal werkgroepen in te richten. Binnen deze werkgroepen is uitgebreid gesproken over de verschillende vormen van risico s en hoe deze risico s vorm zouden moeten krijgen in de nieuwe pensioenregeling. In vervolg daarop hebben werkgever en werknemer in een stuurgroep, waarin ook het dagelijks bestuur van het pensioenfonds deelnam, diverse pensioenregeling laten doorrekenen door de actuarieel adviseur Aon Hewitt. Dit heeft uiteindelijk geleid tot de totstandkoming van een collectieve beschikbare premieregeling (CDC-regeling) voor zowel Ring P als Ring K met een voorwaardelijke toeslagverlening op basis van de consumentenprijsindex (CPI). Voor Ring P is tevens een overgangsmaatregel ingevoerd. Deze overgangsmaatregel betreft de afbouw van de onvoorwaardelijke indexatie in vijf jaar. Deze onvoorwaardelijke indexatie heeft alleen betrekking op de tot en met 31 december 2014 opgebouwde aanspraken. Voor deelnemers met een fulltime jaarsalaris boven is het pensioenfonds een netto pensioenregeling gaan uitvoeren. Beëindiging contract Nationale-Nederlanden Het contract met Nationale-Nederlanden is per 31 december 2014 beëindigd. Reden voor de beëindiging is dat een verlenging van het contract zou leiden tot een forse premieverhoging dan wel een sterke inperking van de kans op indexatie. Beide effecten pasten niet in de risicohouding van werkgever en werknemer die vooraf waren geïnventariseerd. Vervolgens zijn diverse mogelijkheden onderzocht wat er met de opgebouwde aanspraken in het aflopende contract diende te gebeuren. Uit het onderzoek kwam naar voren dat premievrij achter laten van de opgebouwde aanspraken zonder winstdeling de beste optie was. Er zijn vervolgens afspraken met Nationale-Nederlanden gemaakt om de dienstverlening na premievrijmaking van het contract op een juist niveau te garanderen. Een van de afspraken hierbij is dat het fonds de één-loket functie op zich zal gaan nemen. Dit houdt in dat het fonds voor de deelnemers ook het aanspreekpunt is met betrekking tot de bij Nationale-Nederlanden opgebouwde pensioenaanspraken. Administratie Pensioenadministratie Het beëindigen van het verzekeringscontract met Nationale-Nederlanden betekent ook dat de pensioenadministratie elders ondergebracht diende te worden voor Ring P. Voor Ring K was het administratiecontract met Aon Hewitt per 31 december 2013 reeds beëindigd. Het bestuur heeft daarom besloten een (markt)onderzoek te laten uitvoeren naar de mogelijkheden om de pensioen-administratie voor zowel Ring P als Ring K volledig uit te besteden, dan wel zelf een pensioen-administratiesysteem aan te schaffen. Bij het zelf aanschaffen van een pensioenadministratiesysteem zal het pensioenbureau de volledige voering van de pensioenadministratie gaan verzorgen. Voor dit onderzoek is eerst een Request for Information uitgeschreven. Op basis van de ontvangen informatie zijn een drietal pensioenadministrateurs en een drietal leveranciers van een pensioenadministratiesysteem uitgenodigd om deel te nemen aan een Request for Proposal en het geven van een presentatie. Op basis van alle verkregen informatie heeft het bestuur er eerst voor gekozen om de volledige pensioenadministratie door het pensioenbureau te laten verzorgen en niet uit te besteden. Hierdoor kan naar verwachting dichter en directer aangesloten worden bij de deelnemers van het pensioenfonds. Vervolgens heeft het bestuur een keuze gemaakte voor een pensioenadministratie-systeem. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

18 De implementatie van het pensioenadministratiesysteem is medio 2015 van start gegaan. Na uitgebreide testwerkzaamheden zijn de administraties voor Ring P, Ring A, en Ring K opgenomen in het administratiesysteem. Medio 2016 wordt er gestart met de implementatie van Ring G. Daarnaast zullen tevens de pensioenaanspraken, zoals verzekerd bij Nationale-Nederlanden en Aegon, worden opgenomen in het administratiesysteem. Daarmee wordt beoogd een completere administratie te kunnen voeren om de deelnemer nog beter van dienst te kunnen zijn. Tevens kan er een efficiëntere controle worden uitgevoerd op de administratie van deze verzekeraars en wordt het operationeel risico ten aanzien van deze verzekeraars verkleind. Uitkeringsadministratie Het pensioenbureau van Stichting Pensioenfonds Pon verzorgt met ingang van 1 januari 2014 de pensioenuitkeringen voor de pensioengerechtigden in Ring K. Met ingang van 1 april 2015 worden voor de deelnemers in Ring G met een kapitaalpolis die pensioengerechtigd worden de pensioenuitkering door het fonds zelf verzorgd. Vanaf 1 januari 2016 worden de pensioenuitkeringen voor Ring A ook door het pensioenbureau verzorgd. Voorheen waren deze werkzaamheden uitbesteed aan de salarisadministratie van Pon Holdings B.V. Voor Ring P wordt vanaf 1 januari 2015 de pensioenopbouw in eigen beheer uitgevoerd. De hieruit voortvloeiende pensioeningangen worden tevens in eigen beheer uitgekeerd aan de betreffende pensioengerechtigden. Met ingang van 1 januari 2016 worden door het fonds voor Ring P ook de pensioenuitkeringen uitgekeerd die voorheen door Nationale-Nederlanden aan de pensioengerechtigden werd betaald. Hiermee wordt beoogd om voor de pensioengerechtigden een één-loket-functie te creëren voor de pensioenuitkering die zowel vanuit Nationale-Nederlanden wordt ontvangen als vanuit het fonds. De betrokken deelnemers zijn over deze wijziging van betaling van hun pensioenuitkering geïnformeerd door middel van een brief. Governance Met de invoering van de nieuwe pensioenregeling per 1 januari 2015, heeft het bestuur ook stilgestaan bij de vraag of de huidige paritaire samenstelling van het bestuur nog wel de gewenste is. De aanleiding hiervoor is tweeledig. Enerzijds gaat het fonds niet meer hoofdzakelijk de karakteristieken van een volledig herverzekerd pensioenfonds hebben, maar veel meer risico s zelf dragen. Dit vereist hogere eisen aan deskundigheid en professionaliteit die aan het bestuur gesteld worden. Anderzijds worden in een collectieve beschikbare premieregeling (CDC-regeling) de risico s tussen werkgever en werknemer meer verdeeld. De behoefte aan een onafhankelijke voorzitter in het bestuur wordt hierbij als wenselijk ervaren om de schijn van belangenverstrengeling te voorkomen. Na een hernieuwd onderzoek naar de diverse bestuursmodellen heeft het bestuur besloten een voorkeur te hebben voor het omgekeerd gemengde model. In dit model worden er professionele onafhankelijken als uitvoerenden aan het bestuur toegevoegd. Het huidige paritaire bestuur zou in het omgekeerd model de nietuitvoerende bestuurders worden. Tevens dient er een onafhankelijke voorzitter aan het bestuur toegevoegd te worden. Het bestuursmodel is in 2015 verder uitgewerkt. Hierbij heeft er een search plaatsgevonden naar een onafhankelijk voorzitter. Deze search heeft na gesprekken met het volledige bestuur een goede kandidaat opgeleverd. Deze kandidaat zal aan De Nederlandsche Bank worden voorgedragen op het moment dat het bestuur overstapt naar het nieuwe bestuursmodel. Tevens heeft er overleg plaatsgevonden met De Nederlandsche Bank om informatie met elkaar uit te wisselen omtrent het nieuwe bestuursmodel. Naar aanleiding van het overleg zijn er enkele vragen geformuleerd richting De Nederlandsche Bank, alsmede een concept van een statutenwijziging. Op basis van de ontvangen reactie is het proces om te komen tot het nieuwe bestuursmodel verder opgepakt. In 2016 wenst het bestuur het nieuwe bestuursmodel volledig geïmplementeerd te hebben. Nieuw Financieel Toetsingskader (nftk) Vanaf 1 januari 2015 wordt de vaststelling of een fonds een tekort heeft, gebaseerd op de beleidsdekkingsgraad (de gemiddelde dekkingsgraad van de laatste 12 maanden). Daarnaast is de berekening van het vereist eigen vermogen (VEV) veranderd. Mocht op de eerste peildatum van 31 december 2015 blijken dat de beleidsdekkingsgraad lager is dan het vereist eigen vermogen dan dient er een herstelplan te worden ingediend. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

19 De continuïteitsanalyse is met de introductie van het nftk komen te vervallen. In plaats hiervan wordt de haalbaarheidstoets ingevoerd. Met de haalbaarheidstoets monitort het fonds of het verwachte pensioenresultaat en het pensioenresultaat in een slechtweerscenario met elkaar in lijn zijn. De haalbaarheidstoets dient jaarlijks door het pensioenfonds te worden uitgevoerd. Herstelplan Ring K Uit een toets is gebleken dat door de zwaardere buffereisen bij de vaststelling van het vereist eigen vermogen Ring K een beleidsdekkingsgraad heeft die lager is dan het vereist eigen vermogen. Voor Ring K is voor 1 juli 2015 een herstelplan ingediend bij De Nederlandsche Bank. Op grond van overgangsrecht bij de Wet aanpassing FTK heeft het bestuur van het pensioenfonds ervoor gekozen om uit te gaan van een herstelperiode van 12 jaar. De gekozen hersteltermijjn biedt het pensioenfonds de mogelijkheid om via een evenwichtige belangenafweging beleidsmaatregelen te treffen om weer uit herstel te komen. De uitganspunten voor de vaststelling van het ingediende herstelplan zijn als volgt: Dekkingsgraad ultimo 2014: 113,5% Beleidsdekkingsgraad 2014: 118,7% Vereiste dekkingsgraad 2014: 122,1% Op basis van het ingediende herstelplan komt de beleidsdekkingsgraad naar verwachting in 2018 weer boven de vereiste dekkingsgraad uit. Dat betekent dat het fonds dan uit herstel is. Risicohouding In het Financieel Toetsingskader is vastgelegd dat het bestuur van het pensioenfonds zorg draagt voor de vastlegging van de doelstellingen en beleidsuitgangspunten, waaronder de risicohouding van het pensioenfonds. De organen van het fonds gebruiken deze doelstellingen en uitgangspunten bij de toetsing van de opdrachtaanvaarding van de door de werkgever en werknemers (middels ondernemingsraden) overeengekomen pensioenregeling en bij de besluitvorming, de verantwoording, de advisering en het toezicht binnen het pensioenfonds. Het bestuur dient hierbij ernaar te streven om zo veel mogelijk duidelijkheid te verkrijgen over de doelstellingen, het ambitieniveau van de toeslagverlening en de risicohouding, die ten grondslag liggen aan de pensioenregeling. De risicohouding vormt de basis voor: De aanvaarding van de opdracht door het bestuur. Het vaststellen van het beleid door het bestuur. De verantwoording achteraf van het bestuur over het gevoerde beleid. In aanloop naar de nieuwe pensioenreling voor Ring K en Ring P per 1 januari 2015 heeft het bestuur in 2014 overleg gevoerd met werkgever, werknemers (middels ondernemingsraden) en verantwoordingsorgaan over de risicohouding. Het resultaat van dit overleg vormt het uitgangspunt voor de risicohouding van het pensioenfonds, zoals beschreven in de volgende paragrafen. De risicohouding is tijdens de gecombineerde vergadering van bestuur en verantwoordingsorgaan van 17 juli 2015 herbevestigd. Dit in het kader van de haalbaarheidstoets. Kwalitatieve risicohouding Het bestuur heeft een risicobewuste houding. Het pensioenfonds streeft ernaar om de nominale aanspraken waardevast na te komen. Inflatie holt de waarde van de nominale uitkeringen uit en gezien het lange termijn karakter van pensioenen is het belangrijk dat de koopkracht van het pensioen via indexatie behouden blijft. Beleggingsrisico kan acceptabel zijn in het streven naar koopkrachtbehoud, zelfs indien dit betekent dat de nominale aanspraken niet geheel na kunnen worden gekomen. De mate van risicoacceptatie van het bestuur is onder andere gebaseerd op de volgende kwalitatieve overwegingen: Het opgebouwde pensioen vormt na pensionering een belangrijke bron van inkomen voor deelnemers van het pensioenfonds. De uit de uitvoeringsovereenkomst voortvloeiende premieomvang is klein in relatie tot de pensioenverplichtingen (inclusief herverzekering), waardoor de sturingskracht van premie-aanpassingen beperkt is. Er bestaan geen bijstortverplichtingen bij lage dekkingsgraden. Het fonds streeft naar een waardevast pensioen. Een afgewogen balans tussen te nemen risico s en het naar verwachting te realiseren beleggingsrendement is noodzakelijk om op langere termijn invulling te kunnen geven aan de pensioenambitie. Voor het nastreven van de pensioenambitie dient het bestuur bereid te zijn om beleggingsrisico te nemen en een beleggingsrendement na te streven dat hoger is dan de risicovrije marktrente. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

20 Bij slechte economische omstandigheden acht het bestuur het uitlegbaar dat indexatie wordt gekort. Kortingen op de pensioenaanspraken en -uitkeringen dienen zoveel mogelijk voorkomen te worden. De risicobereidheid van het bestuur kan worden beïnvloed door de actuele financiële positie van een Ring van het pensioenfonds. Periodiek wordt per Ring beoordeeld of de ambitie van de betreffende Ring nog haalbaar is. Het vasthouden aan een onmogelijke ambitie is immers niet zinvol. Bij de keuze voor een bepaald beleid wordt niet alleen een verwachte ontwikkeling beoordeeld maar ook scenario s die gunstiger of minder gunstig zijn dan de verwachte ontwikkeling. De ambitie dient in de meeste scenario s te kunnen worden behaald. Als de financiële situatie van een Ring verbetert, wordt bij voorkeur minder risico genomen omdat de ambitie dan in evenveel of meer gevallen haalbaar is met minder risico. Kwantitatieve risicohouding (Haalbaarheidstoets) De risicohouding wordt geconcretiseerd door de vaststelling van risicogrenzen (de grenzen van de haalbaarheidstoets). Risicogrenzen maken het mogelijk om op een vooraf vastgelegde en objectieve manier te beoordelen of het risico hoger of lager is dan vooraf is toegestaan. Echter, bij overschrijding (in negatieve zin) van risicogrenzen zal geen automatische aanpassing van beleid plaatsvinden, maar een kwalitatieve discussie, rekening houdend met de situatie en inzichten van dat moment. Het bestuur heeft de volgende risicohouding (lange termijn) vastgesteld met betrekking tot het pensioenresultaat: Ring A Ondergrens 1: Vanuit de situatie waarbij de dekkingsgraad gelijk is aan Vereist Eigen Vermogen dient de mediaan van het pensioenresultaat tenminste gelijk te zijn aan 98%. Ondergrens 2: Vanuit de feitelijke dekkingsgraad dient de mediaan van het pensioenresultaat tenminste gelijk te zijn aan 98%. Ondergrens 3: Vanuit de feitelijke dekkingsgraad dient de maximale afwijking ten opzichte van de mediaan in het geval van een slechtweer scenario (lees: 5e percentiel) 2% te bedragen. Het bestuur heeft de volgende risicohouding (korte termijn) vastgesteld met betrekking tot het Vereist Eigen Vermogen: het Vereist Eigen Vermogen van Ring A mag niet lager zijn dan 8% en niet hoger zijn dan 18%. Uitgangspunt hierbij is het Vereist Eigen Vermogen o.b.v. de strategische asset allocatie, zijnde 13%, met een bandbreedte van -5% en +5%. Ring G Ondergrens 1: Vanuit de situatie waarbij de dekkingsgraad gelijk is aan Vereist Eigen Vermogen dient de mediaan van het pensioenresultaat tenminste gelijk te zijn aan 75%. Ondergrens 2: Vanuit de feitelijke dekkingsgraad dient de mediaan van het pensioenresultaat tenminste gelijk te zijn aan 80%. Ondergrens 3: Vanuit de feitelijke dekkingsgraad dient de maximale afwijking ten opzichte van de mediaan in het geval van een slechtweer scenario (lees: 5e percentiel) 15% te bedragen. Het bestuur heeft de volgende risicohouding (korte termijn) vastgesteld met betrekking tot het Vereist Eigen Vermogen: het Vereist Eigen Vermogen van Ring G mag niet lager zijn dan 3% en niet hoger zijn dan 8%. Uitgangspunt hierbij is het Vereist Eigen Vermogen o.b.v. de strategische asset allocatie met een bandbreedte van -5% en +5%. Hierbij kan het Vereist Eigen Vermogen niet lager worden dan het Minimaal Vereist Eigen Vermogen, zijnde 3%. Ring K Ondergrens 1: Vanuit de situatie waarbij de dekkingsgraad gelijk is aan Vereist Eigen Vermogen dient de mediaan van het pensioenresultaat tenminste gelijk te zijn aan 85%. Ondergrens 2: Vanuit de feitelijke dekkingsgraad dient de mediaan van het pensioenresultaat tenminste gelijk te zijn aan 85%. Ondergrens 3: Vanuit de feitelijke dekkingsgraad dient de maximale afwijking ten opzichte van de mediaan in het geval van een slechtweer scenario (lees: 5e percentiel) 35% te bedragen. Het bestuur heeft de volgende risicohouding (korte termijn) vastgesteld met betrekking tot het Vereist Eigen Vermogen: het Vereist Eigen Vermogen van Ring K mag niet lager zijn dan 17% en niet hoger zijn dan 27%. Uitgangspunt hierbij is het Vereist Eigen Vermogen o.b.v. de strategische asset allocatie, zijnde 21%, met een bandbreedte van -5% en +5%. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

21 Ring P Ondergrens 1: Vanuit de situatie waarbij de dekkingsgraad gelijk is aan Vereist Eigen Vermogen dient de mediaan van het pensioenresultaat tenminste gelijk te zijn aan 75%. Ondergrens 2: Vanuit de feitelijke dekkingsgraad dient de mediaan van het pensioenresultaat tenminste gelijk te zijn aan 85%. Ondergrens 3: Vanuit de feitelijke dekkingsgraad dient de maximale afwijking ten opzichte van de mediaan in het geval van een slechtweer scenario (lees: 5e percentiel) 35% te bedragen. Het bestuur heeft de volgende risicohouding (korte termijn) vastgesteld met betrekking tot het Vereist Eigen Vermogen: het Vereist Eigen Vermogen van Ring P mag niet lager zijn dan 2% en niet hoger zijn dan 7%. Uitgangspunt hierbij is het Vereist Eigen Vermogen o.b.v. de strategische asset allocatie met een bandbreedte van -5% en +5%. Hierbij kan het Vereist Eigen Vermogen niet lager worden dan het Minimaal Vereist Eigen Vermogen, zijnde 2%. (Beleids)dekkingsgraad De dekkingsgraad van het fonds geeft de verhouding weer tussen de bezittingen en de schulden van het pensioenfonds weer. De dekkingssgraad wordt hierbij als volgt vastgesteld: (totaal activa -/- kortlopende schulden) / (marktwaarde van de nominale technische voorziening) Vanaf 1 januari 2015 dient er door het fonds ook een beleidsdekkingsgraad te worden vastgesteld. De beleidsdekkingsgraad is hierbij de gemiddelde dekkingsgraad van de laatste 12 maanden. Mede op basis van de beleidsdekkingsgraad worden door het bestuur beleidsbeslissingen genomen ten aanzien van de premie, de toeslagverlening en het beleggingsbeleid. In het volgende overzicht wordt het verloop van zowel de dekkingsgraad als de beleidsdekkingsgraad per Ring weergegeven. jaar 2015 Ring P Ring G Ring A Ring K DG BDG DG BDG DG BDG DG BDG januari 115,4% 115,7% 105,5% 104,7% 158,2% 154,4% 109,9% 118,1% februari 115,2% 115,6% 105,7% 104,8% 160,2% 155,8% 113,2% 117,5% maart 115,2% 115,6% 107,6% 105,2% 149,9% 155,9% 110,4% 116,8% april 114,2% 115,4% 105,4% 105,2% 147,9% 155,4% 110,5% 116,1% mei 114,2% 115,3% 105,5% 105,3% 145,3% 154,9% 112,9% 115,4% juni 114,4% 115,1% 105,1% 105,3% 144,1% 154,6% 113,1% 114,9% juli 114,5% 115,0% 105,3% 105,4% 134,0% 153,2% 109,8% 114,2% augustus 113,7% 114,9% 104,9% 105,3% 132,3% 151,5% 106,5% 113,0% september 112,9% 114,7% 104,9% 105,4% 131,0% 149,7% 104,0% 111,9% oktober 114,5% 114,6% 105,8% 105,5% 136,1% 147,6% 107,3% 111,1% november 114,8% 114,6% 105,0% 105,5% 139,0% 145,1% 107,3% 110,2% december 111,3% 114,2% 104,5% 105,5% 119,4% 141,6% 106,3% 109,3% De bovengenoemde dekkingsgraden zijn, voor wat betreft ring P, G en A maandelijks gerapporteerd aan De Nederlandsche Bank. De dekkingsgraad van december is weergegeven conform de vastgestelde dekkingsgraad op basis van de jaarrekening. Voor Ring K is de maandelijks gerapporteerde dekkingsgraad gebaseerd op schattingen, omdat de administratie nog niet was ingericht. Na implementatie van het administratiesysteem zijn de dekkingsgraden opnieuw vastgesteld. Ten einde een realistisch beeld te scheppen, zijn de aangepaste dekkingsgraden opgenomen in dit overzicht. De maandelijkse dekkingsgraad(dg) is gebaseerd op de gepubliceerde rentetermijnstructuur, zoals gepubliceerd door De Nederlandsche Bank. Bij de vaststelling van de dekkingsgraad wordt tevens rekening gehouden met de verzekerde verplichtingen die zijn ondergebracht bij de verzekeraars Nationale-Nederlanden (Ring P en Ring G) en Aegon (Ring G). De beleidsdekkingsgraad (BDG) is de gemiddelde dekkingsgraad over de afgelopen 12 maanden. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

22 2.2 Code Pensioenfondsen en Wet versterking bestuur De Wet versterking bestuur pensioenfondsen schrijft een aantal nieuwe bestuursmodellen voor. Deze modellen zijn erop gericht om een evenwichtige belangenbehartiging in de besturing van het pensioenfonds te versterken en de rolverdeling tussen de verschillende organen in de structuur van het pensioenfonds te optimaliseren. Het bestuur van het fonds heeft de voor- en nadelen van de verschillende bestuursmodellen in 2013 geëvalueerd. Dit heeft ertoe geleid dat het bestuur heeft besloten om de besturing van het fonds vooralsnog in te richten op basis van het paritaire model. Dat houdt in dat het bestuur bestaat uit vertegenwoordigers van werknemers, werkgevers en pensioengerechtigden. Daarnaast kunnen in het bestuur ten hoogste twee onafhankelijke bestuurders, de zogenoemde beroepsbestuurders, plaatsnemen. De onafhankelijke bestuurders mogen geen directe vertegenwoordigers zijn van belanghebbenden bij het pensioenfonds. Bij de keuze voor dit model heeft het bestuur overwogen dat het paritaire model het best past bij een ondernemingspensioenfonds waar de verbondenheid met de onderneming en de herkenbaarheid van de eigen mensen in het bestuur belangrijke pijlers zijn. In 2015 heeft het bestuur opnieuw de voor- en nadelen van de verschillende bestuursmodellen geëvalueerd. Op basis van deze evaluatie heeft het bestuur besloten om van een paritair naar een omgekeerd gemengd bestuursmodel te gaan. De overstap naar het nieuwe bestuursmodel dient in 2016 te zijn geëffectueerd. De procedures rondom benoeming, ontslag en schorsing van bestuursleden of leden van het verantwoordingsorgaan en/of toezichtorgaan zijn vastgelegd in de statuten en de reglementen van het betreffende orgaan. Integere bedrijfsvoering Wettelijk is geregeld dat een pensioenfonds maatregelen treft die goed pensioenfondsbestuur waarborgen. Het fonds hanteert de principes van Pension Fund Governance zoals deze in de Pensioenwet zijn verankerd. Deze principes omvatten zorgvuldig bestuur, transparantie, openheid en communicatie, deskundigheid, verantwoording en intern toezicht. Het bestuur geeft hieraan onder meer uitvoering door: inrichting van administratieve organisatie en interne controle (AO/IC) gericht op risicobeheersing; het jaarlijks uitvoeren van een haalbaarheidstoets; analyse en beheersing van integriteitrisico s; voorkomen van belangenverstrengeling; duurzame beheersing van financiële risico s. Deskundigheidsbevordering en bestuurlijke effectiviteit Het bestuur zorgt voor geschiktheid, complementariteit en continuïteit binnen het bestuur. Het bestuur toetst de geschiktheid van de bestuursleden bij het aantreden en gedurende het bestuurslidmaatschap. Hiertoe is per bestuursfunctie een profielschets opgesteld. Het programma voor permanente educatie van bestuursleden waarborgt dat de geschiktheid van bestuursleden op peil blijft en waar nodig wordt verbreed of ontwikkeld. In het afgelopen jaar is aandacht besteed aan de deskundigheidsbevordering van het bestuur door presentaties op het gebied van governance, ALM-studies en risicohouding. De deskundigheid wordt periodiek getoetst voor individuele bestuursleden en het bestuur als geheel. De uitkomsten hiervan worden vastgelegd in de deskundigheidsmatrix. Op basis van de toegewezen aandachtsgebieden wordt jaarlijks een opleidingsplan opgesteld om de vereiste deskundigheid te halen respectievelijk te behouden. Hierbij worden tevens de aanbevelingen van de Pensioenfederatie (Handreiking geschikt pensioenfondsbestuur) in meegenomen. Een onafhankelijke partij toetst feitelijk of aan de vereiste deskundigheid (blijvend) wordt voldaan. In 2013 heeft het bestuur de deskundigheidstoets 1 afgelegd. In 2014 is deskundigheidstoets 2 afgelegd. Hieruit is gebleken dat het bestuur op collectief niveau aan de vereiste deskundigheid voldoet. In 2015 is aandacht besteed aan de deskundigheidsbevordering van het bestuur door presentaties op het gebied van governance, ALMstudies en risicohouding. Nieuwe bestuursleden dienen minimaal te voldoen aan het kennisniveau A (voorheen deskundigheidtoets 1). Indien benodigd, wordt hiervoor een opleiding gevolgd tot bestuurder pensioenfonds om op het gewenste niveau te komen. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

23 Verantwoordingsorgaan en intern toezicht Het bestuur van het fonds besteedt conform de Pensioenwet en de daarin opgenomen eisen voor goed pensioenfondsbestuur veel aandacht aan de opzet en inrichting van de organisatie, inclusief de interne beheersing. Reglementair is bepaald hoe het bestuur omgaat met de rol als bestuur en invulling geeft aan begrippen als goed bestuur, verantwoording en intern toezicht. Het verantwoordingsorgaan bestaat sinds 1 juli 2014 uit een vertegenwoordiging van deelnemers en gepensioneerden. De werkgever heeft geen zitting meer in het verantwoordingsorgaan. Het verantwoordingsorgaan heeft in 2015 vijf maal vergaderd met het bestuur. De verantwoording die het bestuur aflegt is onderdeel van de jaarverslagcyclus. Voor het intern toezicht is gekozen voor een visitatiecommissie, die sinds de Wet versteking bestuur pensioenfondsen jaarlijks een beoordeling geeft van: de beleids- en bestuursprocedures en bestuursprocessen, de checks and balances; de wijze waarop de uitvoering van de regeling wordt bestuurd en aangestuurd; en de wijze waarop wordt omgegaan met de risico's op de langere termijn voor het fonds. De eerstvolgende visitatie heeft plaatsgevonden in 2016 over boekjaar De medezeggenschap van de gepensioneerden is geregeld door middel van de bestuurszetel die wordt ingenomen door een gepensioneerde. Naleving wet- en regelgeving en communicatie met de toezichthouder De gedragscode voor het fonds is door alle bestuursleden en andere medebeleidsbepalers getekend. De ontwikkelingen in wet- en regelgeving worden door het bestuur nauwgezet gevolgd. Voor het fonds relevante wijzigingen worden geanalyseerd en de opvolging wordt besproken in de bestuursvergaderingen. In het bestuursverslag in deze jaarrekening worden de belangrijkste ontwikkelingen toegelicht. Het bestuur is niet bekend met overtredingen van wet- en regelgeving door het fonds. De compliance officer heeft op 23 juni 2016 aan het bestuur zijn bevindingen gerapporteerd. In deze rapportage kwam naar voren dat de compliance officer geen signalen of meldingen heeft vernomen die wijzen op een mogelijke schending van de Gedragscode door betrokkenen. Aan het pensioenfonds zijn in het afgelopen jaar geen dwangsommen en bestuurlijke boetes opgelegd. Tevens heeft het fonds geen aanwijzing ontvangen en is er geen bewindvoerder aangesteld. Code Pensioenfondsen Vanaf 1 januari 2014 is voor pensioenfondsen in Nederland de Code Pensioenfondsen ( de Code ) van kracht. Met betrekking tot de in de Code vermelde normen heeft het bestuur de volgende opmerkingen. Taken en werkwijze bestuur Het bestuur heeft besloten om in 2016 over te stappen van een paritair naar een omgekeerd gemengd bestuursmodel. Hierbij wordt ook gekeken naar nieuwe mandaten en taakverdelingen. In de huidige bestuurssituatie is het bestuur als geheel verantwoordelijk voor alle aandachtsgebieden binnen het fonds. Er zijn geen taakverdelingen van toepassingen en ook niet beschreven. Onder norm 4 van de Code Pensioenfondsen wordt omschreven dat er een noodprocedure is voor spoedeisende situaties met procedures, taakverdeling, communicatie, vervanging etcetera. Deze procedure is er in de huidige bestuurssituatie niet, maar zal onderdeel uitmaken van de bescheiden die na effectuering van de (nieuwe) bestuursstructuur worden opgesteld. Aan de overige normen worden door het pensioenfonds voldaan. Taken en werkwijze intern toezicht De visitatiecommissie heeft over 2015 voor de laatste maal gerapporteerd. Bij de overgang naar het omgekeerd gemengd bestuursmodel zal er naast het niet uitvoerend bestuur ook een audit commissie worden ingesteld. Daarmee wordt geborgd dat er countervailing power aanwezig is om een goede invulling te kunnen geven aan het Intern Toezicht. Tevens wordt daarmee voldaan aan de Code Pensioenfondsen voor wat betreft het Intern toezicht. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

24 Integraal Risicomanagement Het pensioenfonds heeft in 2014 onderzoek gedaan naar de risicobereidheid van de deelnemers. Dit onderzoek is uitgevoerd door middel van een discussie in diverse werkgroepen, die elk een andere groep van werkmaatschappijen vertegenwoordigden. In 2015 is er binnen het bestuur, in samenspraak met het verantwoordingsorgaan, uitgebreid gesproken over de risicohouding. De risicohouding is in september 2015 definitief vastgesteld en vervolgens vastgelegd in de Actuariële en Bedrijfstechnische Nota (ABTN). In de jaarcyclus zal vervolgens bij de haalbaarheidstoets bekeken worden of het strategisch (beleggings)beleid haalbaar is en nog passend is bij de gedefinieerde risicohouding. In norm 23 wordt gesteld dat het bestuur een passend risicobeleid voert, inclusief de risicobereidheid. Dit beleid is in 2015 dus opnieuw vastgesteld en vastgelegd. Op 1 januari 2015 is het pensioenfonds voor Ring P overgegaan naar een pensioenregeling die volledig in eigen beheer wordt uitgevoerd. Dit heeft grote consequenties voor de diverse risico s die binnen het fonds worden onderscheiden. In het jaar 2015 is daarom een nieuwe ALM studie uitgevoerd voor Ring P, waarbij rekening wordt gehouden met de vastgestelde risicohouding. Tevens is er voor Ring K een ALM studie uitgevoerd, daar deze voor het laatst in 2012 heeft plaatsgevonden. In 2016 zal er ook een ALM studie voor Ring G en Ring A plaatsvinden, mede in het kader van de aanstelling van een fiduciair vermogensbeheerder voor alle Ringen. Op basis van de uitkomsten van de ALM studies wordt er een nieuwe risico-afweging gemaakt en een bijbehorend passend beleggingsbeleid vastgesteld. Dit zal vervolgens worden vastgelegd in de ABTN. De procedures om de risico s continue te managen zijn in 2015 verder geactualiseerd. Als voorbeeld kan worden genoemd norm 24 (het bestuur legt de risico-afweging vast). Aanscherping op dit punt vindt verder plaats door een nadere detaillering van de notulen van de bestuursvergaderingen, waarin de overwegingen van de besluitvorming beter worden vastgelegd. Communicatie en transparantie Norm 26 stelt dat de effectiviteit van het communicatiebeleid minstens eens per drie jaar wordt gemeten. Dit heeft het pensioenfonds tot nog toe niet gedaan. Verantwoord beleggen Het fonds is zich bewust van het feit dat het zich dient te gedragen als een prudent person, en dat het op basis van haar fiduciaire verantwoordelijkheid qua rendement/risico een optimale portefeuillestructuur dient na te streven. Hierbij is het fonds zich bewust dat corperate governance waarde kan toevoegen, maar activiteiten van het fonds op het gebied van Verantwoord Beleggen dienen echter geen doel op zichzelf te zijn. Hierbij worden uiteraard wel alle wettelijke vereisten gevolgd. Het bestuur heeft de visie, dat bedrijven die de UN Global Compact principes volgen een voorkeur genieten bij zowel de uitvoering van de beleggingen als bij de beleggingen. Daarom: streeft het fonds naar een pragmatisch uitsluitingsbeleid dat op zijn minst de wet volgt; streeft het fonds ernaar uit te sluiten dat wat maatschappelijk duidelijk fout is en zich te houden aan wat maatschappelijk is geaccepteerd. De UN Global Compact wordt hierbij als leidraad genomen; streeft het fonds ernaar om bij de uitbesteding van haar beleggingen met partijen te werken die de UN Global Compact onderschrijven. Uitvoering, uitbesteding en kosten Het pensioenfonds heeft niet met alle partijen aan wie taken worden uitbesteed, afspraken gemaakt over het beloningsbeleid van die partijen, noch geëist dat die partijen een klokkenluidersregeling voeren. Dit in afwijking van norm 34 en 36. Bij nieuw af te sluiten overeenkomsten wordt er wel nadere informatie opgevraagd omtrent beloningsbeleid en de klokkenluidersregeling. Rol accountant en actuaris Per 1 januari 2014 is na het uitvoeren van een evaluatie een nieuwe certificerend actuaris aangesteld. In verband met de fusieprocessen binnen het fonds is in 2014 besloten de rol van de accountant nog niet te evalueren, maar dit een jaar uit te stellen (norm 39). De implementatie van een nieuw administratiesysteem was voor het bestuur aanleiding om de evaluatie nogmaals met een jaar uit te stellen in het kader van risicobeheersing. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

25 Geschiktheid Het bestuur heeft besloten om van een paritair over te stappen naar een omgekeerd gemengd bestuursmodel. Dit mede gezien de aspecten van deskundigheid en geschiktheid. Bij de zelfevaluatie is tot nog toe geen externe partij betrokken voor zover het gaat om gedrag en cultuur (norm 51). Diversiteit Het bestuur streeft ernaar om de organen divers samen te stellen. Hierbij ervaart het bestuur dat het lastig blijkt jongeren te enthousiasmeren voor een functie als bestuurslid of lid van het verantwoordingsorgaan. In het verantwoordingsorgaan heeft minimaal één vrouw zitting genomen. Binnen het bestuur zit momenteel geen vrouw. Zowel in bestuur als verantwoordingsorgaan is er geen lid onder de 40 jaar (norm 68). Het diversiteitsbeleid is nog niet formeel vastgelegd (norm 66). Klachten, geschillen en onregelmatigheden Klachten en geschillen kunnen door belanghebbenden worden gemeld bij het pensioenbureau van het fonds. De klachten en geschillenregeling is beschikbaar op de website van het fonds. In 2015 heeft het fonds geen klachten ontvangen. Onregelmatigheden die binnen het fonds, zijn organen of bij de partijen aan wie taken zijn uitbesteed worden gesignaleerd kunnen worden gerapporteerd bij de compliance officer. op grond van de klokkenluidersregeling van het fonds. De klokkenluidersregeling is beschikbaar op de website van het fonds. Uitbesteding Periodiek heeft het bestuur en/of het pensioenbureau overleg gevoerd met de (her)verzekeraars en de vermogensbeheerders. In dit overleg is uitvoerig stilgestaan bij de administratieve performance en resultaten van de (her)verzekeraars en vermogensbeheerders. Daarnaast heeft het bestuur kennisgenomen van interne beheersingsrapportages (ISAE 3402 type II) van de (her)verzekeraars en vermogensbeheerders en heeft het bestuur deze geanalyseerd. ISAE 3402 type II rapportages zijn ontvangen van: AEGON Levensverzekering; AEGON Investment Management; Nationale-Nederlanden Levensverzekering Mij; NN Investment Partners; ABN AMRO MeesPierson. De uit de analyse naar voren komende vragen en bevindingen zijn met de betreffende partijen besproken. Ook is stilgestaan bij de dienstverlening aan de hand van de in de SLA gemaakte afspraken. Communicatie Communicatie met de deelnemers van het fonds vindt plaats via het populaire jaarverslag en de website van het fonds. De verantwoording over het gevoerde beleid en de financiële uitkomsten vindt plaats in de jaarrekening. De persoonlijke pensioeninformatie van de belanghebbenden van het fonds is beschikbaar via het Uniform Pensioenoverzicht (UPO) en het Pensioenregister ( Daarnaast biedt het fonds aan zijn deelnemers de mogelijkheid een persoonlijk pensioengesprek te voeren en/of zijn persoonlijke situatie te laten doorrekenen. Hier wordt frequent gebruik van gemaakt. Vanaf 1 juli 2016 dient er gecommuniceerd te worden volgens Pensioen Het doel van Pensioen is om de deelnemer informatie over de belangrijkste onderdelen van de pensioenregeling te verschaffen. De deelnemer dient hierbij antwoord te krijgen op de volgende vragen: Wat biedt mijn pensioenregeling wel? Wat biedt mijn pensioenregeling niet? Hoe bouw ik pensioen op? Welke keuzes heb ik? Hoe zeker is mijn pensioen? Welke kosten maakt mijn pensioenuitvoerder? Wanneer moet ik in actie komen? De communicatie van Pensioen vindt plaats via de website van het fonds. De website van het fonds is hiervoor vernieuwd en biedt de informatie nu gelaagd aan. Na het lezen van laag 1 kent de deelnemer de belangrijkste elementen van zijn pensioenregeling. De deelnemer kan vervolgens zelf bepalen of hij meer wil weten. Tijdens of na het lezen van laag 1 kan hij via elk kopje en icoon voor meer details doorklikken naar laag 2 en/of 3. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

26 Beloningsbeleid Het fonds voert een beheerst en duurzaam beloningsbeleid. Het fonds keert vacatiegeld uit aan leden van het bestuur en verantwoordingsorgaan die niet in dienst zijn van een van de aangesloten ondernemingen. Aan deze leden is in 2015 totaal verstrekt. Er zijn geen leningen verstrekt aan, noch is er sprake van vorderingen op, (voormalige) bestuurders. De bestuurders nemen deel aan de pensioenregeling van het fonds op basis van de voorwaarden in het pensioenreglement. 2.3 Activiteiten van het bestuur Het bestuur van het fonds heeft het afgelopen jaar 8 maal vergaderd. Naast de reguliere beleidscyclus stonden de volgende belangrijke onderwerpen op de agenda: - Governance; - Communicatie omtrent de introductie Pensioenregeling 2015; - Beëindiging contract Nationale-Nederlanden; - Implementatie pensioenadministratie; - Uitvoering fiduciair vermogensbeheer; - Uitvoering custody; - Herverzekeringscontract; - ALM-studies per Ring; - Vaststelling risiocohouding; - Haalbaarheidstoets per Ring; - Vaststelling AG-prognosetafels rekening houdend met ervaringssterfte per Ring. In het kader van de reguliere beleidscyclus heeft het bestuur onder meer vergaderd over de jaarrekening, de toeslagen, de adviezen van de visitatiecommissie en de adviezen van de beleggingscommissie. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

27 2.4 Financiële paragraaf Ringen Financiële paragraaf Ring P Samenvatting van de financiële positie van het fonds Bedragen x Technische Pensioenvermogen voorzieningen Dekkingsgraad % Stand per 1 januari Beleggingen en interest Premies Kosten Uitkeringen Waarde-overdrachten Toeslagen Kanssystemen Overige Stand per 31 december De cijfers zijn in tegenstelling tot weergegeven inclusief het bedrag aan Overige Technische Voorzieningen, met uitzondering van de Voorziening indexatie actieven en de Egalisatievoorziening CDC. Onder overige is hoofdzakelijk opgenomen de mutatie in de voorziening die onder het garantiecontract met Nationale-Nederlanden valt. Dit verhoogt de technische voorzieningen, maar verhoogt tevens de vordering op de herverzekeraar. Onder het nftk is de beleidsdekkingsgraad leidend voor alle beleidsmaatregelen. De beleidsdekkingsgraad is het gemiddelde van de dekkingsgraad van de afgelopen 12 maanden en is daarmee minder afhankelijk van dagkoersen. De beleidsdekkingsgraad per ultimo december 2015 bedraagt 114,2%. De vereiste dekkingsgraad zoals die voortvloeit uit de solvabiliteitsvoorschriften volgens de Pensioenwet bedraagt 101,4%. Ultimo 2015 is derhalve sprake van een toereikende solvabiliteit. Met ingang van boekjaar 2016 dienen pensioenfondsen naast de actuele dekkingsgraad en de beleidsdekkingsgraad tevens de reële dekkingsgraad te rapporteren aan De Nederlandsche Bank. De reële dekkingsgraad geeft de verhouding weer tussen de huidige beleidsdekkingsgraad en de vereiste beleidsdekkingsgraad benodigd voor toekomstbestendige toeslagverlening ter hoogte van de veronderstelde prijsinflatie. De veronderstelde prijsinflatie wordt elk kwartaal door De Nederlandsche Bank gepubliceerd. De waarde van de toekomstige toeslagverlening wordt vastgesteld op basis van de wettelijk voorgeschreven rentevoet van 6,75%. Dit betreft het verwachte rendement op zakelijke waarden van maximaal 7%, verminderd met de uniforme kostenafslag voor beleggingskosten van 25 basispunten. Een reële dekkingsgraad van 100% impliceert dat een fonds op basis van de aanwezige beleidsdekkingsgraad haar toeslagambitie naar verwachting volledig kan waarmaken, gegeven de voorgeschreven aannames. De reële dekkingsgraad van Ring P bedraagt per ultimo ,2%. Premie De kostendekkende, gedempte en feitelijke premie volgens artikel 130 van de Pensioenwet zijn als volgt: De feitelijke premie is als volgt opgebouwd: Pensioenopbouw CDC-regeling Premie t.b.v. voorziening indexatie actieven (zie P8) Pensioenopbouw exclusief indexatie actieven Nat. Ned Indexatie opgebouwde rechten actieven Nat. Ned Kosten exclusief excassokosten Marktrentetoeslag Overige (uit bijspaar- en aanvullingskoopsommen) Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

28 De marktrentetoeslag wordt door Nationale-Nederlanden afzonderlijk in rekening gebracht als het verschil tussen de premie op 3% rekenrente en de premie tegen marktrentetarieven. De kostendekkende premie is als volgt opgebouwd: Actuarieel benodigd In premie begrepen bedrag voor directe kosten In premie begrepen bedrag voor toekomstige kosten Opslag voor solvabiliteit Kostendekkende premie Vanaf 1 januari 2015 wordt de gedempte kostendekkende premie op basis van 120-maands rentemiddeling gehanteerd. Over 2014 was de gedempte kostendekkende premie identiek aan de kostendekkende premie. Vanaf 2015 wordt het verschil tussen de premie voor pensioenopbouw in de CDC-regeling en de gedempte kostendekkende premie toegevoegd aan de Egalisatievoorziening CDC. De gedempte kostendekkende premie is als volgt opgebouwd: Actuarieel benodigd In premie begrepen bedrag voor directe kosten In premie begrepen bedrag voor toekomstige kosten Opslag voor solvabiliteit Gedempte kostendekkende premie Uitvoeringskosten De uitvoeringskosten kunnen als volgt worden gespecificeerd: Bedragen x % % Pensioenbeheer Pensioenuitvoeringskosten Administratiekosten verzekeraar Totaal Vermogensbeheer Beheerkosten aandelen 82 0, ,10 Beheerkosten vastrentende waarden 147 0, ,18 Beheerkosten overige beleggingen ,04 Bewaarloon Overige kosten 80 0, ,09 Transactiekosten Aan- en verkoopkosten aandelen 81 0, ,08 Aan- en verkoopkosten vastrentende waarden 149 0, ,10 Totaal Vermogensbeheer en Transactiekosten 539 0, ,60 Totale kosten De kosten van vermogensbeheer worden als % uitgedrukt van gemiddeld belegd vermogen. De beheer- en overige kosten vermogensbeheer zijn in de jaarrekening gesaldeerd met de beleggingsopbrengsten en zijn daarom niet zichtbaar in de jaarrekening. De toelichting op de vermogensbeheerkosten in het bestuursverslag wijkt op onderdelen af van de kosten zoals gepresenteerd in de jaarrekening. De toelichting in het bestuursverslag houdt rekening met de Aanbevelingen Uitvoeringskosten van de Pensioenfederatie. In de jaarrekening zijn de kosten verantwoord overeenkomstig de Richtlijnen van de Raad voor de Jaarverslaggeving. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

29 De uitvoeringskosten voor pensioenbeheer zijn onder te verdelen in de volgende componenten: Bedragen x Administratiekosten verzekeraar Overige kosten (accountant, actuaris, advies etc.) Toerekening kosten Pensioenbureau Totaal De totale kosten per deelnemer (actieven en gepensioneerden) bedragen derhalve / is 173 ( ). Op 31 december 2014 is het contract met Nationale-Nederlanden beëindigd en zijn de aanspraken premievrij achtergelaten, zonder recht op overrentedeling maar ook zonder dat nog kosten verschuldigd zijn. De gerapporteerde administratiekosten verzekeraar betreffen correcties over het jaar Beklemde reserve Het aandeel in het technisch resultaat wordt per ultimo 2016 bepaald en begin 2017 uitgekeerd en toegevoegd aan Reserve indexatie actieven. Tot die tijd wordt het als beklemd gereserveerd in de algemene reserve. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

30 Financiële paragraaf Ring G Samenvatting van de financiële positie van het fonds Bedragen x Technische Pensioenvermogen voorzieningen Dekkingsgraad % Stand per 1 januari Beleggingen en interest Premies Kosten Uitkeringen Toeslagen Kanssystemen Overige Stand per 31 december De cijfers zijn in tegenstelling tot weergegeven inclusief het bedrag aan Overige Technische Voorzieningen. De onder Overige vermelde bedragen hebben voornamelijk betrekking op de ontvangen overrente (pensioenvermogen) en de toename van de Overige technische voorzieningen en dan met name de voorziening marktrente. Onder het nftk is de beleidsdekkingsgraad leidend voor alle beleidsmaatregelen. De beleidsdekkingsgraad is het gemiddelde van de dekkingsgraad van de afgelopen 12 maanden en is daarmee minder afhankelijk van dagkoersen. De beleidsdekkingsgraad per ultimo december 2015 bedraagt 105,5%. De vereiste dekkingsgraad zoals die voortvloeit uit de solvabiliteitsvoorschriften volgens de Pensioenwet bedraagt 102,9%. Ultimo 2015 is derhalve sprake van een toereikende solvabiliteit. Met ingang van boekjaar 2016 dienen pensioenfondsen naast de actuele dekkingsgraad en de beleidsdekkingsgraad tevens de reële dekkingsgraad te rapporteren aan De Nederlandsche Bank. De reële dekkingsgraad geeft de verhouding weer tussen de huidige beleidsdekkingsgraad en de vereiste beleidsdekkingsgraad benodigd voor toekomstbestendige toeslagverlening ter hoogte van de veronderstelde prijsinflatie. De veronderstelde prijsinflatie wordt elk kwartaal door De Nederlandsche Bank gepubliceerd. De waarde van de toekomstige toeslagverlening wordt vastgesteld op basis van de wettelijk voorgeschreven rentevoet van 6,75%. Dit betreft het verwachte rendement op zakelijke waarden van maximaal 7%, verminderd met de uniforme kostenafslag voor beleggingskosten van 25 basispunten. Een reële dekkingsgraad van 100% impliceert dat een fonds op basis van de aanwezige beleidsdekkingsgraad haar toeslagambitie naar verwachting volledig kan waarmaken, gegeven de voorgeschreven aannames. De reële dekkingsgraad van Ring G bedraagt per ultimo ,2%. Herstelplan Er is geen sprake van een herstelplan. Premie De kostendekkende, gedempte en feitelijke premie volgens artikel 130 van de Pensioenwet zijn als volgt: De feitelijke premie is als volgt opgebouwd: Premie pensioenregeling voor risico deelnemers Premie pensioenregeling voor risico fonds - 52 Administratiekosten Aegon/Nationale-Nederlanden incl. garantiekosten Overige kosten Totaal De kostendekkende premie is als volgt: Kostendekkende premie Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

31 Aangezien er geen actieven meer zijn is de kostendekkende premie nihil. De feitelijke premie pensioenregeling voor risico deelnemers betreft een correctie van reeds opgebouwde kapitalen, die voor rekening komt van de werkgever. De administratiekosten en de overige kosten komen voor rekening van Pon Holdings B.V. Uitvoeringskosten De uitvoeringskosten kunnen als volgt worden gespecificeerd: Bedragen x % % Pensioenbeheer Pensioenuitvoeringskosten Administratiekosten herverzekeraar Totaal Vermogensbeheer Beheerkosten aandelen 13 0, ,06 Beheerkosten vastrentende waarden 54 0, ,22 Bewaarloon 1 0,00 1 0,00 Overige kosten 24 0, ,09 Transactiekosten Aan- en verkoopkosten aandelen 15 0, ,08 Aan- en verkoopkosten vastrentende waarden 40 0, ,10 Totaal Vermogensbeheer en Transactiekosten 147 0, ,55 Totale kosten De kosten van vermogensbeheer worden als % uitgedrukt van gemiddeld belegd vermogen. Het vermogensbeheer ziet alleen op de kosten voor het vermogensbeheer voor de beleggingen voor risico fonds. De beheer- en overige kosten vermogensbeheer zijn in de jaarrekening gesaldeerd met de beleggingsopbrengsten en zijn daarom niet zichtbaar in de jaarrekening. De toelichting op de vermogensbeheerkosten in het bestuursverslag wijkt op onderdelen af van de kosten zoals gepresenteerd in de jaarrekening. De toelichting in het bestuursverslag houdt rekening met de Aanbevelingen Uitvoeringskosten van de Pensioenfederatie. In de jaarrekening zijn de kosten verantwoord overeenkomstig de Richtlijnen van de Raad voor de Jaarverslaggeving. De administratiekosten zijn onder te verdelen in de volgende componenten: Bedragen x Administratiekosten herverzekeraar Overige kosten (accountant, actuaris, advies etc.) Toerekening kosten Pensioenbureau Totaal De totale kosten per deelnemer (actieven en gepensioneerden) bedragen derhalve / 871 is 343 ( ). Uit hoofde van de overrentewinstdeling uit het contract met Aegon en Nationale-Nederlanden is 0,411 mln. bijgeschreven op de Reserve bestemd voor Toeslagen. Aan de kapitalen werd over 2015 een rendement toegekend van 2,39% (60 jaar en ouder) respectievelijk 3,29% (jonger dan 60 jaar). Indexatiedepots De reserve bestemd voor toeslagen heeft zich in 2015 als volgt ontwikkeld. Bedragen x Stand per 1 januari Overrente Aegon en Nationale-Nederlanden Rendement Toegekende indexatie Stand per 31 december Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

32 Inkoop Kapitalen Ring G Reglementair hebben de (gewezen) deelnemers in Ring G het recht hun kapitaal om te zetten in pensioen tegen een rekenrente van 4%. Nu zowel Aegon als Nationale-Nederlanden niet meer de mogelijkheid bieden in te kopen tegen 4% rekenrente, heeft het bestuur besloten de inkoop vanaf 1 april 2014 in eigen beheer te gaan uitvoeren. Voor het verschil tussen de aankoopfactoren op 4% rekenrente en de aankoopfactoren tegen marktrente wordt binnen Ring G een voorziening rekenrente aangehouden. Gezien de huidige lage stand van de marktrente zorgt deze voorziening voor een forse ingreep in de mogelijkheden om de pensioenen binnen Ring G te indexeren. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

33 Financiële paragraaf Ring A Samenvatting van de financiële positie van het fonds Bedragen x Technische Pensioenvermogen voorzieningen Dekkingsgraad % Stand per 1 januari Beleggingen en interest Premies Kosten Uitkeringen Toeslagen Kanssystemen Overige Stand per 31 december De cijfers zijn in tegenstelling tot weergegeven inclusief het bedrag aan Overige Technische Voorzieningen. Onder het nftk is de beleidsdekkingsgraad leidend voor alle beleidsmaatregelen. De beleidsdekkingsgraad is het gemiddelde van de dekkingsgraad van de afgelopen 12 maanden en is daarmee minder afhankelijk van dagkoersen. De beleidsdekkingsgraad per ultimo december 2015 bedraagt 141,6%. De vereiste dekkingsgraad zoals die voortvloeit uit de solvabiliteitsvoorschriften volgens de Pensioenwet bedraagt 113,3%. Ultimo 2015 is derhalve sprake van een toereikende solvabiliteit. Met ingang van boekjaar 2016 dienen pensioenfondsen naast de actuele dekkingsgraad en de beleidsdekkingsgraad tevens de reële dekkingsgraad te rapporteren aan De Nederlandsche Bank. De reële dekkingsgraad geeft de verhouding weer tussen de huidige beleidsdekkingsgraad en de vereiste beleidsdekkingsgraad benodigd voor toekomstbestendige toeslagverlening ter hoogte van de veronderstelde prijsinflatie. De veronderstelde prijsinflatie wordt elk kwartaal door De Nederlandsche Bank gepubliceerd. De waarde van de toekomstige toeslagverlening wordt vastgesteld op basis van de wettelijk voorgeschreven rentevoet van 6,75%. Dit betreft het verwachte rendement op zakelijke waarden van maximaal 7%, verminderd met de uniforme kostenafslag voor beleggingskosten van 25 basispunten. Een reële dekkingsgraad van 100% impliceert dat een fonds op basis van de aanwezige beleidsdekkingsgraad haar toeslagambitie naar verwachting volledig kan waarmaken, gegeven de voorgeschreven aannames. De reële dekkingsgraad van Ring A bedraagt per ultimo ,2%. Het saldo van baten en lasten over het afgelopen jaar kan als volgt worden geanalyseerd: Bedragen x Beleggingen en interest Premies Kosten Uitkeringen Toeslagen Kanssystemen 72 0 Overige 6-94 Totaal Herstelplan Er is geen sprake van een herstelplan. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

34 Premie De kostendekkende, gedempte en feitelijke premie volgens artikel 130 van de Pensioenwet zijn als volgt: De feitelijke premie bestaat uit de volgende componenten: Premie pensioenregeling voor risico fonds Opslag 10% Overige kosten Totaal De kostendekkende premie bestaat uit de volgende componenten: Premie op marktwaarde Solvabiliteitsopslag Benodigd voor toekomstige kosten - 24 Opslag voor uitvoeringskosten Kostendekkende premie De feitelijke premie is gebaseerd op de werkelijke sterfteontwikkeling op basis van 3% rekenrente. De kostendekkende premie is gebaseerd op landelijke sterfteontwikkeling op basis van marktrente. De premie wordt jaarlijks door het bestuur vastgesteld als een vast bedrag per werknemer, ongeacht het geslacht, de burgerlijke staat of de parttime graad van de werknemer. Deze premie wordt vastgesteld als de gemiddelde schade per werknemer van de laatste 6 kalenderjaren, uit veiligheidsoverwegingen verhoogd met 10,0%. Gezien het feit dat de gemiddelde schade lager is dan landelijk verwacht mag worden en de vermogenspositie voldoende is voor de dekking van 97,5% zekerheid, is de feitelijke premie lager dan de kostendekkende premie. Voor 2015 is de premie verhoogd naar het premieniveau van Uitvoeringskosten De uitvoeringskosten kunnen als volgt worden gespecificeerd: Bedragen x % % Pensioenbeheer Pensioenuitvoeringskosten Totaal Vermogensbeheer Beheerkosten aandelen 18 0, ,29 Beheerkosten vastrentende waarden 41 0, ,69 Bewaarloon 5 0,08 3 0,06 Totaal 64 1, Totale kosten De kosten van vermogensbeheer worden als % uitgedrukt van gemiddeld belegd vermogen. De pensioenuitvoeringskosten zijn in 2015 toegenomen in verband met de implementatie van een nieuw administratiesysteem. De administratiekosten zijn onder te verdelen in de volgende componenten: Bedragen x Overige kosten (accountant, actuaris, advies etc.) Toerekening kosten Pensioenbureau Totaal De totale kosten per deelnemer (actieven en gepensioneerden) bedragen derhalve / is 21 ( ). Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

35 Financiële paragraaf Ring K Samenvatting van de financiële positie van het fonds Bedragen x Technische Pensioenvermogen voorzieningen Dekkingsgraad % Stand per 1 januari Beleggingen en interest Premies Kosten Uitkeringen Waardeoverdrachten Toeslagen Kanssystemen Overige Stand per 31 december De cijfers zijn in tegenstelling tot weergegeven inclusief het bedrag aan Overige Technische Voorzieningen, met uitzondering van de Egalisatievoorziening CDC. Onder het nftk is de beleidsdekkingsgraad leidend voor alle beleidsmaatregelen. De beleidsdekkingsgraad is het gemiddelde van de dekkingsgraad van de afgelopen 12 maanden en is daarmee minder afhankelijk van dagkoersen. De beleidsdekkingsgraad per ultimo december 2015 bedraagt 109,3%. De vereiste dekkingsgraad zoals die voortvloeit uit de solvabiliteitsvoorschriften volgens de Pensioenwet bedraagt 121,1%. Ultimo 2015 is derhalve sprake van een ontoereikende solvabiliteit. Met ingang van boekjaar 2016 dienen pensioenfondsen naast de actuele dekkingsgraad en de beleidsdekkingsgraad tevens de reële dekkingsgraad te rapporteren aan De Nederlandsche Bank. De reële dekkingsgraad geeft de verhouding weer tussen de huidige beleidsdekkingsgraad en de vereiste beleidsdekkingsgraad benodigd voor toekomstbestendige toeslagverlening ter hoogte van de veronderstelde prijsinflatie. De veronderstelde prijsinflatie wordt elk kwartaal door De Nederlandsche Bank gepubliceerd. De waarde van de toekomstige toeslagverlening wordt vastgesteld op basis van de wettelijk voorgeschreven rentevoet van 6,75%. Dit betreft het verwachte rendement op zakelijke waarden van maximaal 7%, verminderd met de uniforme kostenafslag voor beleggingskosten van 25 basispunten. Een reële dekkingsgraad van 100% impliceert dat een fonds op basis van de aanwezige beleidsdekkingsgraad haar toeslagambitie naar verwachting volledig kan waarmaken, gegeven de voorgeschreven aannames. De reële dekkingsgraad van Ring K bedraagt per ultimo ,2%. Herstelplan Er is sprake van een herstelplan. Uit dit herstelplan blijkt dat het fonds naar verwachting binnen de hersteltermijn uit de situatie van ontoereikende solvabiliteit zal komen. Premie De kostendekkende, gedempte en feitelijke premie volgens artikel 130 van de Pensioenwet zijn als volgt: Feitelijk ontvangen premie Werkgeversgedeelte Werknemersgedeelte (incl. vrijwillige voortzetting) Premie bijdrage netto pensioenregeling 5 0 FVP-bijdrage Totaal Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

36 Kostendekkende premie Actuarieel benodigd In premie begrepen bedrag voor directe kosten In premie begrepen bedrag voor toekomstige kosten Opslag voor solvabiliteit Netto pensioen 5 0 Kostendekkende premie Het fonds hanteert voor de vaststelling van de gedempte kostendekkende premie een disconteringsvoet van de 10-jaars gemiddelde RTS. Gedempte kostendekkende premie Actuarieel benodigd In premie begrepen bedrag voor directe kosten In premie begrepen bedrag voor toekomstige kosten Opslag voor solvabiliteit Netto pensioen 5 0 Kostendekkende premie Uitvoeringskosten De uitvoeringskosten kunnen als volgt worden gespecificeerd: Bedragen x % % Pensioenbeheer Pensioenuitvoeringskosten Vermogensbeheer Beheerkosten vastgoed 22 0, ,02 Beheerkosten aandelen 246 0, ,20 Beheerkosten vastrentende waarden 23 0, ,02 Beheerkosten commodities 13 0,01 6 0,01 Kosten fiduciair beheer 119 0, ,12 Bewaarloon 14 0, ,01 Overige kosten 88 0, ,07 Transactiekosten Aan- en verkoopkosten vastgoed 0 0, ,04 Aan- en verkoopkosten aandelen 5 0,00 9 0,01 Aan- en verkoopkosten vastrentende waarden 0 0,04 5 0,00 Aan- en verkoopkosten overlay 40 0, ,03 Totaal Vermogensbeheer en Transactiekosten 570 0, ,53 Totale kosten De kosten van vermogensbeheer worden als % uitgedrukt van gemiddeld belegd vermogen. De beheer- en overige kosten vermogensbeheer zijn in de jaarrekening gesaldeerd met de beleggingsopbrengsten en zijn daarom niet zichtbaar in de jaarrekening. De toelichting op de vermogensbeheerkosten in het bestuursverslag wijkt op onderdelen af van de kosten zoals gepresenteerd in de jaarrekening. De toelichting in het bestuursverslag houdt rekening met de Aanbevelingen Uitvoeringskosten van de Pensioenfederatie. In de jaarrekening zijn de kosten verantwoord overeenkomstig de Richtlijnen van de Raad voor de Jaarverslaggeving. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

37 De pensioenuitvoeringskosten zijn in 2015 toegenomen in verband met de implementatie van een nieuw administratiesysteem. De administratiekosten zijn onder te verdelen in de volgende componenten: Bedragen x Overige kosten (accountant, actuaris, advies etc.) Toerekening kosten Pensioenbureau Totaal De totale kosten per deelnemer (actieven en gepensioneerden) bedragen derhalve / is 280 ( ). Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

38 2.5 Beleggingen paragraaf Ringen Beleggingen paragraaf Ring P Eigen beleggingen Ring P Het fonds heeft de beleggingen voor Ring P rechtstreeks bij NN Investment Partners ondergebracht. De beleggingsmix ultimo 2015 was als volgt: Beleggingscategorie Beleggingen Mix Strategische mix Aandelen % 30% Vastrentende waarden % 70% Liquide middelen 8 0% 0% Totaal % 100% De beleggingsmix ultimo 2014 was als volgt: Beleggingscategorie Beleggingen Mix Strategische mix Aandelen % 30 % Vastrentende waarden % 70 % Liquide middelen 75 0 % 0 % Totaal % 100 % De aandelen worden belegd in beleggingsfondsen waarvan de waarde uiteindelijk wordt vastgesteld op basis van directe marktnoteringen. Het behaalde beleggingsrendement kan als volgt worden weergegeven: Beleggingscategorie Behaald rendement 2015 Behaald rendement 2014 Benchmark 2015 Benchmark 2014 Aandelen 6,4% 15,4 % 5,6% 17,1 % Vastrentende waarden 2,5% 8,6 % 1,7% 8,4 % Totaal 3,9% 10,7 % 3,1% 11,0 % Het rendement op vastrentende waarden was positief door de ontwikkeling van de marktrente. De martkrente daalde nog licht maar lijkt zijn bodem te hebben bereikt. Het rendement op aandelen was positief door het aanhoudend economisch herstel en het toenemend vertrouwen door de consument. Het dagelijks bestuur overlegt periodiek met NN Investment Partners over de performance en de ontwikkelingen op de markt en in de portefeuille. Het bestuur verwacht dat het jaar 2016 opnieuw een lastig beleggingsjaar zal worden. Het voorzichtig herstel van de economie zal vermoedelijk voor een beperkt rendement op aandelen zorgen. Bij een blijvende lage rentestand zullen de rendementen op vastrentende waarden de rekenrente nauwelijks overtreffen. Beleggingen in het garantiecontract met Nationale-Nederlanden Het contract met Nationale-Nederlanden is op 31 december 2014 premievrij gemaakt zonder recht op overrentedeling. Het gesepareerde beleggingsdepot is opgeheven. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

39 Beleggingen paragraaf Ring G Eigen beleggingen Ring G Het fonds heeft de beleggingen voor Ring G rechtstreeks bij NN Investment Partners ondergebracht. De beleggingsmix ultimo 2015 was als volgt: Beleggingscategorie Beleggingen Mix Strategische mix Aandelen % 15 % Vastrentende waarden % 85 % Liquide middelen 9 0 % 0 % Totaal % 100 % De beleggingsmix ultimo 2014 was als volgt: Beleggingscategorie Beleggingen Mix Strategische mix Aandelen % 15 % Vastrentende waarden % 85 % Liquide middelen 51 0 % 0 % Totaal % 100 % Het behaalde beleggingsrendement kan als volgt worden weergegeven: Beleggingscategorie Behaald rendement 2015 Behaald rendement 2014 Benchmark 2015 Benchmark 2014 Aandelen 6,9 % 15,4 % 5,6% 17,1 % Vastrentende waarden 2,4 % 8,5 % 1,7 % 8,4 % Totaal 3,3 % 9,6 % 2,4 % 9,6 % De beleggingen staan grotendeels tegenover de kapitalen uit hoofde van de beschikbare premieregeling die het fonds uitvoert. Het rendement op de kapitalen wordt als volgt vast gesteld: - voor 60-minners op basis van een beleggingsmix 70% vastrentende waarden en 30% aandelen - voor 60-plussers op basis van een beleggingsmix 90% vastrentende waarden en 10% aandelen Daarom is gekozen voor een mix van vastrentende waarden en aandelen die een reflectie is van bovenstaand beleggingsbeleid en de verdeling van kapitalen tussen 60-plussers en 60-minners. Hierbij wordt het vermogen dat niet tegenover de kapitalen staat identiek belegd als het kapitaal voor de 60-plussers. Dit gezien het feit dat dit vermogen grotendeels nodig is om kortlopende schulden af te betalen. Het rendement op vastrentende waarden was positief door de ontwikkeling van de marktrente. De martkrente daalde nog licht maar lijkt zijn bodem te hebben bereikt. Het rendement op aandelen was positief door het aanhoudend economisch herstel en het toenemend vertrouwen door de consument. Het dagelijks bestuur overlegt periodiek met NN Investment Partners over de performance en de ontwikkelingen op de markt en in de portefeuille. Omdat het vrije vermogen hoofdzakelijk bestemd is voor toekomstige indexaties, heeft het positieve beleggingsrendement direct een positief effect op de hoogte van het indexatiedepot (Reserve Bestemd voor Toeslagen). De bijspaarsaldi (1.142) zijn ondergebracht in individuele Lifecycle-fondsen bij NN Investment Partners. Beleggingen in het garantiecontract met Aegon De beleggingsmix ultimo 2015 was als volgt: Beleggingscategorie Beleggingen Mix Strategische mix Mixfondsen % 100% De beleggingsmix ultimo 2014 was als volgt: Beleggingscategorie Beleggingen Mix Strategische mix Mixfondsen % 100 % Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

40 Het behaalde beleggingsrendement kan als volgt worden weergegeven: Beleggingscategorie Behaald rendement 2015 Behaald rendement 2014 Benchmark 2015 Benchmark 2014 Mixfondsen 0,7 % 10,8 % 0,3 % 9,6 % Beleggingen in het garantiecontract met Nationale-Nederlanden Het gesepareerde beleggingsdepot is opgeheven in verband met het premievrij maken van het contract zonder verdere overrentewinstdeling. Het bestuur verwacht dat het jaar 2016 opnieuw een lastig beleggingsjaar zal worden. Het voorzichtig herstel van de economie zal vermoedelijk voor een beperkt rendement op aandelen zorgen. Bij een blijvende lage rentestand zullen de rendementen op vastrentende waarden de rekenrente nauwelijks overtreffen. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

41 Beleggingen paragraaf Ring A Het fonds heeft de eigen beleggingen voor Ring A rechtstreeks bij ABN-AMRO MeesPierson ondergebracht. De beleggingsmix ultimo 2015 was als volgt: Beleggingscategorie Beleggingen Mix Strategische mix Aandelen % 20% Vastrentende waarden % 80% Liquide middelen 572 9% 0% Totaal % 100% De beleggingsmix ultimo 2014 was als volgt: Beleggingscategorie Beleggingen Mix Strategische mix Aandelen ,7 % 20 % Vastrentende waarden ,2 % 80 % Liquide middelen 481 8,1 % 0 % Totaal % 100% Het behaalde beleggingsrendement kan als volgt worden weergegeven: Behaald Behaald Beleggingscategorie rendement rendement Benchmark 2015 Benchmark 2014 Aandelen 7,5% 13,1% 8,1% 14,1% Vastrentende waarden 0,4% 8,9% 1,5% 8,1% Liquide middelen -12,5% -14,2% -0,2% 0,0% Totaal 1,4% 8,5% 2,9% 9,4% Het rendement op vastrentende waarden was licht positief door de ontwikkeling van de marktrente. De martkrente daalde nog licht maar lijkt zijn bodem te hebben bereikt. Het rendement op aandelen was positief door het aanhoudend economisch herstel en het toenemend vertrouwen door de consument. Het negatieve resultaat op liquide middelen wordt veroorzaakt door een verrekening van de vermogensbeheerskosten en de lage rentevergoeding op het uitstaande saldo. Het pensioenbureau overlegt periodiek met ABN AMRO MeesPierson over de performance, de marktontwikkelingen en de ontwikkelingen in de portefeuille en rapporteert hierover aan het bestuur. Er bestaat in de beleggingsportefeuille een concentratierisico. Het concentratierisico in de portefeuille vindt zijn oorzaak in de beperkte omvang van het belegd vermogen. Hierdoor leidt de inname van een beleggingspositie van gebruikelijke omvang al snel tot een concentratierisico. Om de portefeuille beheersbaar te houden heeft het bestuur een mandaat aan de vermogensbeheerder verleend die voldoet aan overeengekomen kwaliteitseisen. Vanuit deze kwaliteitseisen is vervolgens de beleggingsportefeuille ingericht. Het bestuur monitort of de vermogensbeheerder zich aan haar verleende mandaat houdt. Op basis van vorenstaande is het bestuur van mening dat de tegenpartijen waarop het concentratierisico van toepassing acceptabel is. Het bestuur verwacht dat het jaar 2016 opnieuw een lastig beleggingsjaar zal worden. Het voorzichtig herstel van de economie zal vermoedelijk voor een beperkt rendement op aandelen zorgen. Bij een blijvende lage rentestand zullen de rendementen op vastrentende waarden de rekenrente nauwelijks overtreffen. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

42 Beleggingen paragraaf Ring K Het fonds heeft de beleggingen voor Ring K rechtstreeks bij NN Investment Partners ondergebracht. De beleggingsmix ultimo 2015 was als volgt: Beleggingscategorie Beleggingen Mix Strategische mix Aandelen % 40% Vastgoedbeleggingen % 13% Vastrentende waarden % 42% Overige beleggingen % 5% Derivaten % 0% Totaal % 100% De beleggingsmix ultimo 2014 was als volgt: Beleggingscategorie Beleggingen Mix Strategische mix Aandelen % 40% Vastgoedbeleggingen % 13% Vastrentende waarden % 42% Overige beleggingen % 5,% Derivaten % 0,% Totaal % 100% Het behaalde beleggingsrendement kan als volgt worden weergegeven: Beleggingscategorie Behaald Behaald Benchmark Benchmark rendement 2015 rendement Aandelen 8,6% 12,7% 7,7% 13,6% Vastgoedbeleggingen 9,4% 16,2% 7,8% 15,9% Vastrentende waarden -0,4% 16,3% -1.5% 30,5% Overige beleggingen -16.6% -2,1% -16.1% -8,1% Derivaten -0.8% 5,9% 0,0% 0,0% Totaal 0,6% 19,1% 0,6% 23,1% Het rendement op vastrentende waarden was licht negatief door de ontwikkeling van de marktrente. De martkrente daalde nog licht maar lijkt zijn bodem te hebben bereikt. Het rendement op aandelen was positief door het aanhoudend economisch herstel en het toenemend vertrouwen door de consument. Het rendement op overige beleggingen was zwaar negatief door de aanhoudende daling van de grondstofprijzen. Het dagelijks bestuur overlegt periodiek met NN Investment Partners over de performance en de ontwikkelingen op de markt en in de portefeuille. Het bestuur verwacht dat het jaar 2016 opnieuw een lastig beleggingsjaar zal worden. Het voorzichtig herstel van de economie zal vermoedelijk voor een beperkt rendement op aandelen zorgen. Bij een blijvende lage rentestand zullen de rendementen op vastrentende waarden de rekenrente nauwelijks overtreffen. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

43 2.6 Pensioen paragraaf Ringen Pensioen paragraaf Ring P De pensioenregelingen binnen Ring P kwalificeren als uitkeringsovereenkomst conform de definities in artikel 10 van de Pensioenwet. Er is een uitvoeringsovereenkomst tussen het fonds en werkgevers. Op 1 januari 2015 is een nieuwe pensioenregeling geïntroduceerd. Het betreft een CDC-regeling met een opbouwpercentage van 1,875% en een pensioenleeftijd van 67 jaar. De tot en met 31 december 2014 opgebouwde aanspraken zijn actuarieel-neutraal omgezet van pensioenleeftijd 65 naar pensioenleeftijd 67 jaar. Tevens is voor de pensioenopbouw over het salarisdeel boven een netto pensioenregeling geïntroduceerd op basis van beschikbare premie. In hoofdstuk 1.3 wordt de pensioenregeling in detail toegelicht. Toeslagbeleid Het fonds streeft ernaar jaarlijks per 1 januari een toeslag te verlenen op opgebouwde en ingegane pensioenen en pensioenen van gewezen deelnemers. Het bestuur van het fonds beslist jaarlijks of en in hoeverre een toeslag wordt verleend. Voor de voorwaardelijke toeslagverlening heeft het fonds geen bestemmingsreserve gevormd. De nagestreefde toeslag is gelijk aan de stijging van de Consumenten Prijs Index alle huishoudens (zoals gepubliceerd door het CBS) over de referentieperiode september - september. De indexatie, toegezegd in 2015, per 1 januari 2016 is 0,10%. Bij een dekkingsgraad onder de 110% zal niet worden geïndexeerd, bij een dekkingsgraad boven de 130% volledig en bij een dekkingsgraad tussen de 110% en 130% gedeeltelijk. Verwachte wijzigingen in het komend jaar Met ingang van 1 januari 2016 zal het fonds de excedent-pensioenregeling gaan uitvoeren voor werknemers van Pon-ondernemingen die voor de basisregeling onder Pensioenfonds van de Metalektro of onder Pensioenfonds Metaal- en Techniek vallen. De regeling is identiek aan de basisregeling in Ring P, echter met een franchise van Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

44 Pensioen paragraaf Ring G De pensioenregelingen binnen Ring G kwalificeert als premieovereenkomst conform de definities gesteld in artikel 10 van de Pensioenwet. De oude pensioenregeling (eindloon) van vóór 1 januari 1998 kwalificeert als uitkeringsovereenkomst. Hierin zijn geen actieve deelnemers meer aanwezig. Voor een aantal arbeidsongeschikten vindt nog opbouw plaats. Verder zijn er alleen slapers en gepensioneerden in deze regeling. Er is een uitvoeringsovereenkomst tussen het fonds en de aangesloten werkgevers. In het boekjaar zijn er geen wijzigingen in de bestaande regeling aangebracht. Tevens bestaat er een bijspaarregeling, waarin deelnemers vrijwillig extra bedragen konden storten. Deze bijspaargelden worden niet belegd in de collectieve beleggingsportefeuille, maar op beleggingsrekeningen bij NN Investment Partners. Toeslagbeleid Het fonds streeft ernaar jaarlijks per 1 januari een toeslag te verlenen op opgebouwde en ingegane pensioenen en pensioenen van gewezen deelnemers. Het bestuur van het fonds beslist jaarlijks of en in hoeverre een toeslag wordt verleend. Voor de voorwaardelijke toeslagverlening heeft het fonds een bestemmingsreserve gevormd. De bestemmingsreserve wordt gevoed door jaarlijkse overrente, mits die van de verzekeraar wordt ontvangen. De nagestreefde toeslag is gelijk aan 10% van de stijging van de Consumenten Prijs Index alle huishoudens (zoals gepubliceerd door het CBS) over de referentieperiode september - september. De indexatie, toegezegd in 2015, per 1 januari 2016 is 0,00%. Bij een dekkingsgraad onder de 110% zal niet worden geïndexeerd, bij een dekkingsgraad boven de 130% volledig en bij een dekkingsgraad tussen de 110% en 130% gedeeltelijk. Verwachte wijzigingen in het komend jaar In 2016 wordt geen wijziging van de pensioenregeling verwacht. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

45 Pensioen paragraaf Ring A De pensioenregeling binnen Ring A kwalificeert als uitkeringsovereenkomst conform de definities gesteld in artikel 10 van de Pensioenwet. Er is een uitvoeringsovereenkomst tussen het fonds en werkgevers. In het boekjaar is geen wijzigingen in de bestaande regeling aangebracht. Toeslagbeleid Het fonds streeft ernaar jaarlijks per 1 januari en 1 juli een toeslag te verlenen op ingegane pensioenen conform de ontwikkeling van de Anw-uitkering uitgevoerd door de Sociale Verzekeringsbank. Het bestuur van het fonds beslist of en in hoeverre een toeslag wordt verleend. Bij een dekkingsgraad onder de 110% zal niet worden geïndexeerd, bij een dekkingsgraad boven de 130% volledig en bij een dekkingsgraad tussen de 110% en 130% gedeeltelijk. Verwachte wijzigingen in het komend jaar In 2016 wordt geen wijziging van de pensioenregeling verwacht. Wel zal de financiering van de pensioenregeling worden gewijzigd. De premie zal worden gebaseerd op de gedempte kostendekkende premie in combinatie met een premiekortingssystematiek die afhankelijk is van de hoogte van de beleidsdekkingsgraad. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

46 Pensioen paragraaf Ring K De pensioenregelingen binnen Ring K kwalificeren als uitkeringsovereenkomst conform de definities in artikel 10 van de Pensioenwet. Er is een uitvoeringsovereenkomst tussen het fonds en werkgever. Op 1 januari 2015 is een nieuwe pensioenregeling geïntroduceerd. Het betreft een CDC-regeling met een opbouwpercentage van 1,875% en een pensioenleeftijd van 67 jaar. De tot en met 31 december 2014 opgebouwde aanspraken zijn actuarieel-neutraal omgezet van pensioenleeftijd 65 naar pensioenleeftijd 67 jaar. Tevens is voor de pensioenopbouw over het salarisdeel boven een netto pensioenregeling geïntroduceerd op basis van beschikbare premie. In hoofdstuk 1.3 wordt de pensioenregeling in detail toegelicht. Toeslagbeleid Het fonds streeft ernaar jaarlijks per 1 januari een toeslag te verlenen op opgebouwde en ingegane pensioenen en pensioenen van gewezen deelnemers. Het bestuur van het fonds beslist jaarlijks of en in hoeverre een toeslag wordt verleend. Voor de voorwaardelijke toeslagverlening heeft het fonds geen bestemmingsreserve gevormd. De nagestreefde toeslag is gelijk aan de stijging van de Consumenten Prijs Index alle huishoudens (zoals gepubliceerd door het CBS) over de referentieperiode september - september. De indexatie, toegezegd in 2015, per 1 januari 2016 is 0,10%. Bij een dekkingsgraad onder de 110% zal niet worden geïndexeerd, bij een dekkingsgraad boven de 130% volledig en bij een dekkingsgraad tussen de 110% en 130% gedeeltelijk. Verwachte wijzigingen in het komend jaar In 2016 wordt geen wijziging van de pensioenregeling verwacht. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

47 2.7 Actuariële paragraaf Ringen Actuariële paragraaf Ring P Tot 31 december 2014 werden de pensioenaanspraken opgebouwd via het verzekeringscontract met Nationale- Nederlanden. De actuariële analyse over 2014 is gebaseerd op de ontwikkelingen binnen dit contract. Vanaf 2015 vindt de pensioenopbouw volledig in eigen beheer plaats voor rekening en risico van het fonds. De actuariële analyse over 2015 wordt op basis van deze eigen beheer situatie weergegeven met uitzondering van de nog betaalde premie aan het garantiecontract. Deze betaling heeft nog plaatsgevonden ter afwikkeling van mutaties over het jaar Actuariële analyse De actuariële analyse van het saldo van baten en lasten kan als volgt worden weergegeven: Bedragen x Premieresultaat Premiebijdragen Actuarieel benodigd Premie m.b.t. garantiecontract Dotatie aan premie-egalisatie voorziening Dotatie aan indexatievoorziening Marktrentetoeslag Opslag uitvoeringskosten Subtotaal Interestresultaat Beleggingsresultaten Rentetoevoeging voorziening pensioenverplichtingen Wijziging marktrente Subtotaal Overig resultaat Kosten Uitkeringen Waardeoverdrachten Toeslagen Kanssystemen Overige Subtotaal Totaal saldo van baten en lasten Het resultaat op beleggingen wordt voornamelijk veroorzaakt door de wijziging van de marktrente. Dit effect is in 2015 versterkt doordat De Nederlandsche Bank de methodiek voor de vaststelling van de rentetermijnstructuur heeft gewijzigd. In het resultaat op premies in 2015 is het verschil zichtbaar tussen de kostendekkende premie en de feitelijke premie, die wordt gebaseerd op de gedempte kostendekkende premie (120-maands rentemiddeling). Tevens is een deel van de premie bestemd voor de extra indexatietoezegging voor de actieve deelnemers per 31 december Het hoge bedrag onder overige in 2014 is voornamelijk de resultatendeling van Nationale-Nederlanden. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

48 Uitkomsten van de solvabiliteitstoets Het aanwezige eigen vermogen ultimo 2015 bedraagt 79,3 mln. Het minimaal vereist vermogen bepaald conform artikel 11 van het besluit FTK pensioenfondsen bedraagt 9,9 mln. Het vereist eigen vermogen op basis van de strategische mix in evenwichtssituatie is 7,6 mln. Dit is lager dan het minimaal vereist eigen vermogen. Daarom bedraagt het vereist eigen vermogen ook 9,9 mln. Er is derhalve sprake van voldoende solvabiliteit. Rol en bevindingen van de certificerend actuaris De certificerend actuaris heeft de opdracht om vast te stellen dat het fonds voldoet aan de vereisten vanuit artikel 126 tot en met 140 PW. Het bestuur van Stichting Pensioenfonds Pon heeft kennis genomen van het rapport van de certificerend actuaris en zal de aanbevelingen/aandachtspunten in beschouwing nemen. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

49 Actuariële paragraaf Ring G Actuariële analyse De mutatie in het saldo van baten en lasten kan als volgt actuarieel worden weergegeven: Bedragen x Premieresultaat Premiebijdragen Actuarieel benodigd Opslag uitvoeringskosten Subtotaal -8 0 Interestresultaat Beleggingsresultaten Rentetoevoeging voorziening pensioenverplichtingen Wijziging marktrente Subtotaal Overig resultaat Kosten 19 0 Uitkeringen Toeslagen Kanssystemen Overige Subtotaal Totaal saldo van baten en lasten Aangezien de feitelijke actuariële premie aan de sponsor wordt doorbelast, is er per definitie geen premieresultaat. Het premieresultaat in 2015 wordt veroorzaakt door een correctie op een in het verleden toegekende aanspraken die ten laste van het fonds is gekomen. De beleggingsopbrengsten waren over 2015 positief en zijn naar rato gebruikt voor verhoging van de opgebouwde kapitalen. Het overige resultaat komt voornamelijk door de ophoging van de voorziening rekenrente vanwege de daling van de marktrente en door de ontvangen overrente van Aegon. Uitkomsten van de solvabiliteitstoets De aanwezige solvabiliteit kan als volgt worden onderverdeeld: Bedragen x Reserve bestemd voor toeslagverlening Algemene reserve Totaal Minimaal Vereist Eigen Vermogen Formeel gezien is er geen sprake van volledige herverzekering. De uitvoeringskosten moeten doorbetaald worden na wegvallen van de sponsor. Overeenkomstig de geldende regelgeving wordt een minimaal vereist eigen vermogen aangehouden van 3,4% van de pensioenverplichtingen onder het garantiecontract van Aegon, 1% van de pensioenverplichtingen onder het garantiecontract van Nationale-Nederlanden en 4% over de Overige Technische voorzieningen. Over de pensioenverplichtingen voor rekening deelnemer wordt 1% minimaal vereist eigen vermogen aangehouden. Het totale minimale vereist eigen vermogen bedraagt hiermee 4,6 mln. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

50 Vereist Eigen Vermogen Het vereist eigen vermogen (VEV) wordt vastgesteld volgende zogenaamde S-toets. De uitkomst van het vereist eigen vermogen op basis van de strategische mix (85% vastrentende waarden, 15% aandelen) is 1,3 mln. (0,8%). Voor de solvabiliteit wordt het maximum aangehouden van beide bedragen, derhalve 4,6 mln. Er is derhalve sprake van voldoende solvabiliteit. Rol en bevindingen van de certificerend actuaris De certificerend actuaris heeft de opdracht om vast te stellen dat het fonds voldoet aan de vereisten vanuit artikel 126 tot en met 140 PW. Het bestuur van Stichting Pensioenfonds Pon heeft kennis genomen van het rapport van de certificerend actuaris en zal de aanbevelingen/aandachtspunten in beschouwing nemen. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

51 Actuariële paragraaf Ring A Actuariële analyse De actuariële analyse van het saldo van baten en lasten kan als volgt worden weergegeven: Bedragen x Premieresultaat Premiebijdragen Actuarieel benodigd Opslag uitvoeringskosten Subtotaal Interestresultaat Beleggingsresultaten Rentetoevoeging voorziening pensioenverplichtingen Wijziging marktrente Subtotaal Overig resultaat Kosten Uitkeringen Toeslagen Kanssystemen 72 0 Overige Subtotaal Totaal saldo van baten en lasten In 2014 was het resultaat op kanssystemen samengevoegd met de actuarieel benodigde premie. Over 2015 is dit voor het eerst opgesplitst. In het premieresultaat is opgenomen het verschil tussen de feitelijke premie en de premie die op basis van actuariële grondslagen benodigd zou zijn. Onder resultaat op kanssystemen is (onder meer) opgenomen het effect dat er minder overlijdensgevallen zijn geweest dan op basis van actuariële veronderstellingen verwacht werd. Onder het effect op uitkeringen is zichtbaar dat er minder wordt uitgekeerd dan de maximale uitkering waarop het pensioen is gebaseerd. Dit wordt veroorzaakt doordat een aantal pensioengerechtigden een uitkering ontvangen van de Sociale Verzekeringsbank. Het overig resultaat in 2014 wordt grotendeels verklaard door het besluit van het bestuur om de kostenvoorziening te verhogen naar 2% van de voorziening vermeerderd met 100. Uitkomsten van de solvabiliteitstoets Het aanwezige eigen vermogen per 31 december 2015 is 1,0 mln. (2014: 1,9 mln.) Het minimaal vereist eigen vermogen (MVEV) is de som van: - 4% van de voorziening pensioenverplichtingen (5,2 mln.) 0,2 mln. - 0,3% van het risicokapitaal voor rekening van het fonds, zijnde de som van van de premie 2015 (0,6 mln.) en het vermogen ultimo 2015 (1,0 mln.) 0,0 mln. Totaal 0,2 mln. Het vereist eigen vermogen (VEV) wordt vastgesteld volgende zogenaamde S-toets. De uitkomst van het vereist eigen vermogen op basis van de strategische mix (80% vastrentende waarden, 20% aandelen) is 0,7 mln. (13,3%). Aangezien het aanwezige eigen vermogen 1 mln. bedraagt, is derhalve sprake van voldoende solvabiliteit. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

52 Rol en bevindingen van de certificerend actuaris De certificerend actuaris heeft de opdracht om vast te stellen dat het fonds voldoet aan de vereisten vanuit artikel 126 tot en met 140 PW. Het bestuur van Stichting Pensioenfonds Pon heeft kennis genomen van het rapport van de certificerend actuaris en zal de aanbevelingen/aandachtspunten in beschouwing nemen. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

53 Actuariële paragraaf Ring K Actuariële analyse De actuariële analyse van het saldo van baten en lasten kan als volgt worden weergegeven: Bedragen x Premieresultaat Premiebijdragen Actuarieel benodigd Dotatie aan premie-egalisatie voorziening Opslag uitvoeringskosten Subtotaal Interestresultaat Beleggingsresultaten Rentetoevoeging voorziening pensioenverplichtingen Wijziging marktrente Subtotaal Overig resultaat Kosten Uitkeringen Waarde-overdrachten Toeslagen Kanssystemen Overige Subtotaal Totaal saldo van baten en lasten Het resultaat op beleggingen wordt voornamelijk veroorzaakt door de wijziging van de marktrente. Dit effect is in 2015 versterkt doordat De Nederlandsche Bank de methodiek voor de vaststelling van de rentetermijnstructuur heeft gewijzigd. In het resultaat op premies in 2015 is het verschil zichtbaar tussen de kostendekkende premie en de feitelijke premie, die wordt gebaseerd op de gedempte kostendekkende premie (120-maands rentemiddeling). Het negatief resultaat op kanssystemen in 2014 is het gevolg van de aanpassing van de overlevingstafels en de fondsafhankelijke correctiefactoren. Uitkomsten van de solvabiliteitstoets Het aanwezige eigen vermogen ultimo 2015 bedraagt 6,6 mln. Het minimaal vereist vermogen bepaald conform artikel 11 van het besluit FTK pensioenfondsen bedraagt 4,4 mln. Het vereist eigen vermogen op basis van de strategische mix in evenwichtssituatie bedraagt 22,1 mln. Het fonds bevindt zich derhalve in een reservetekort. Rol en bevindingen van de certificerend actuaris De certificerend actuaris heeft de opdracht om vast te stellen dat het fonds voldoet aan de vereisten vanuit artikel 126 tot en met 140 PW. Het bestuur van Stichting Pensioenfonds Pon heeft kennis genomen van het rapport van de certificerend actuaris en zal de aanbevelingen/aandachtspunten in beschouwing nemen. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

54 2.8 Risicoparagraaf Risico en beheersing/beleid Het bestuur heeft zijn beleid verwoord in de Abtn. Algemene leidraad voor het uitvoeren van zijn beheertaken is risicomijdend operationeel management. In hoofdstuk 6.5 Risicobeheer worden de betreffende risico s voor de verschillende Ringen in detail beschreven. Onderstaand de risico s die het bestuur heeft onderkend en beheersingsmaatregelen voor heeft getroffen: Beleggingsrisico s De beleggingsrisico s worden beperkt door risicomijdend te beleggen. Tevens worden er buffers aangehouden om tegenslagen op te kunnen vangen. Verzekeringstechnische risico s Voor Ring P zijn de verzekeringstechnische risico s grotendeels verwaarloosbaar vanwege de herverzekering bij Nationale-Nederlanden. Voor de aanspraken die vanaf 2015 in eigen beheer worden opgebouwd is het langlevenrisico aanwezig. Om het risico te beperken wordt voor de vaststelling van de pensioenverplichtingen uitgegaan van de meest recente AG-prognosetafel. Tevens is voor het kortlevenrisico en arbeidsongeschiktheidsrisico een herverzekering afgesloten. Voor Ring G zijn de verzekeringstechnische risico s grotendeels verwaarloosbaar vanwege herverzekering bij Nationale-Nederlanden en Aegon. Het risico is wel aanwezig voor de kapitaal polissen, waarvoor een tariefgarantie geldt van 4,0% voor de inkoop van pensioen. Vanuit het fonds is een onderzoek gestart om te komen tot beperking van dit risico. Verder is er voor de aanspraken in eigen beheer het langlevenrisico aanwezig. Om het risico te beperken wordt voor de vaststelling van de pensioenverplichtingen uitgegaan van de meest recente AG-prognosetafel. Voor Ring A gaat het om tijdelijke uitkeringen en is het langlevenrisico verwaarloosbaar. Voor het kortlevenrisico is in het reglement opgenomen dat de in een jaar ingegane uitkeringen kunnen worden gekort als de schade groter is dan het vermogen plus de premie. Om de kans dat dit zich voordoet te minimaliseren is een stop-loss herverzekering afgesloten. Voor Ring K is het langlevenrisico aanwezig. Om het risico te beperken wordt voor de vaststelling van de pensioenverplichtingen uitgegaan van de meest recente AG-prognosetafel. Het kortlevenrisico en arbeidsongeschiktheidsrisico wordt beperkt door een stop-loss herverzekering. Renterisico Het renterisico is het risico dat de waarden van de portefeuille vastrentende waarden en de pensioenverplichtingen veranderen als gevolg van ongunstige veranderingen in de marktrente. Maatstaf voor het meten van rentegevoeligheid is de duration. De duration is de gewogen gemiddelde resterende looptijd in jaren van de kasstromen. Voor Ring P en Ring G is het renterisico vanwege herverzekering verwaarloosbaar. Voor Ring P is er wel renterisico aanwezig voor de opgebouwde pensioenaanspraken vanaf Er is in 2015 een ALM-studie uitgevoerd. De uitkomsten van de ALM-studie zullen worden vertaald naar een strategisch beleggingsbeleid. Hierbij zal het renterisico mede in ogenschouw worden genomen en nader worden bepaald of gehele dan wel gedeeltelijke afdekking van renterisico zal worden toegepast. Voor Ring A geldt dat de looptijd van de beleggingen korter is dan de looptijd van de verplichtingen. Er is dus alleen een risico als de rente sterk daalt. Voor Ring K is het renterisico aanwezig. Door gedeeltelijke afdekking van het renterisico door de beleggingen te matchen met de pensioenverplichtingen wordt getracht dit risico op een aanvaardbaar niveau te houden. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

55 2.9 Toekomstparagraaf Bestuursmodel Het omgekeerd gemengd bestuursmodel zal door het bestuur in 2016 wordt geïmplementeerd. Om dit mogelijk te maken dienen de statuten van het fonds hierop te worden aangepast. Het huidige bestuur, de onafhankelijk voorzitter, alsmede de twee beoogde uitvoerende bestuurder zullen ter toetsing aan de Nederlandsche Bank worden voorgedragen. Hiervoor dienen door het fonds functieprofielen te worden opgesteld, alsmede een geschiktheidsplan en een deskundigheidsmatrix. Naast het bestuur zal er onder het nieuwe bestuursmodel sprake zijn van een audit commissie, een beleggingscommissie, een communicatie commissie en een remuneratiecommissie. Tevens zal het verantwoordingsorgaan ongewijzigd haar rol blijven vervullen. ALM-studie In 2015 is er een ALM-studie uitgevoerd voor Ring P, Ring K, Ring G en Ring A. In samenwerking met de beleggingscommissie en de fiduciair vermogensbeheerder wordt er door het bestuur een vertaalslag gemaakt van de uitkomsten van de studies naar een strategisch beleggingsbeleid per Ring. Na vaststelling van het strategisch beleid zal er een beleggingsplan per Ring worden opgesteld. Hierin zal worden verwoord het mandaat dat de fiduciair vermogensbeheerder krijgt voor de uitoefening van haar taak. Het bestuur zal vervolgens het uitgevoerde beleggingsbeleid actief monitoren. Hierbij zal gebruik worden gebruikt van maandelijkse rapportages en een risico dashboard. Communicatie Met ingang van 1 juli 2016 dient het fonds voor de communicatie naar de deelnemers toe gebruik te maken van Pensioen Een vorm waarmee getracht wordt de deelnemer handelingsperspectief te geven. Om de communicatie naar haar deelnemers verder te optimaliseren zal het fonds onderzoek onder haar deelnemers uitvoeren. De uitkomsten kunnen het fonds helpen de communicatie beter af te stemmen op verschillende deelnemersgroepen. Daarnaast zal er een deelnemersportaal voor deelnemers worden geïntroduceerd. Daarmee wordt het voor de deelnemers mogelijk actueel inzicht te krijgen in hun pensioensituatie. Tevens biedt het deelnemersportaal de mogelijkheid om zelf te onderzoeken wat de gevolgen zijn van eerder dan wel later stoppen met werken. Het pensioenfonds zal tevens een directe koppeling krijgen met het Nationaal Pensioen Register. Dit biedt het fonds de mogelijkheid om frequenter een actuele stand aan te leven. De deelnemer krijgt vervolgens via Mijn Pensioenoverzicht.nl een recentere opgave van de opgebouwde pensioenaanspraken gepresenteerd. Risicomanagement Met de introductie van het omgekeerd gemend bestuursmodel wijzigt tevens de governance. In plaats van een visitatiecommissie zal het intern toezicht gaan bestaan uit het niet uitvoerend bestuur gesteund door de audit commissie. In het kader van deze nieuwe governance structuur zal het risico framework verder worden verstevigd. Hierbij zullen o.a.: de fondsdocumenten wederom getoetst worden aan de actuele wetgeving; een update plaatsvinden van het crisisplan per Ring; het werkinstructies worden gemaakt in relatie tot het functioneren van het administratiesysteem; de Service Level Agreements met partijen waaraan werkzaamheden zijn uitbesteed worden geëvalueerd dan wel opnieuw worden vastgesteld. Actuariële en bedrijfstechnische nota (Abtn) Het omgekeerd bestuursmodel, de ALM-studie, het beleggingsbeleid en het communicatiebeleid zullen in 2016 wijzigen ten opzichte van de huidige situatie. Tevens zullen door de geschetste wijzigingen er nieuwe fondsdocumenten worden opgesteld. De wijzigingen dienen vastgelegd te worden in de Abtn, waarmee deelnemers en stakeholders kunnen lezen waarop het beleid van het fonds is gebaseerd en op welke wijze daar uitvoering aan wordt gegeven. Almere, 15 juli 2016 Stichting Pensioenfonds Pon Het bestuur Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

56 Jaarrekening 3. Balans 3.1 Balans per 31 december 2015 (x 1.000) Ring P Ring G Ring A Ring K Totaal Activa toelichtin g toelichtin g toelichtin g toelichtin g Beleggingen voor risico pensioenfonds P G A K Beleggingen voor risico deelnemer P G K Totale beleggingen Herverzekeringsdeel technische voorzieningen P G K Vorderingen en overlopende activa P G A2 14 K Liquide middelen P5 876 G5 319 A3 15 K Passiva Stichtingskapitaal en reserves P G A K Technische voorziening voor risico fonds P G A K Technische voorziening voor risico deelnemers P G K Overige Technische voorzieningen P G A6 201 K Overige passiva P G9 164 A7 62 K Nominale dekkingsgraad (in %) 111% 105% 120% 106% Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

57 3.2 Balans per 31 december 2014 (x 1.000) Ring P Ring G Ring A Ring K Totaal Activa toelichtin g toelichtin g toelichtin g toelichti ng Beleggingen voor risico pensioenfonds P G A K Beleggingen voor risico deelnemer P2 - G K Totale beleggingen Herverzekeringsdeel technische voorzieningen P G K Vorderingen en overlopende activa P G A2 20 K Liquide middelen P5 13 G5 396 A3 25 K Passiva Stichtingskapitaal en reserves P G A K Technische voorziening voor risico fonds P G A K Technische voorziening voor risico deelnemers P7 - G K Overige technische voorzieningen P G A6 178 K Overige passiva P G9 172 A7 51 K Nominale dekkingsgraad (in %) 115% 105 % 148 % 113% Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

58 4. Staat van baten en lasten (x 1.000) 4.1 Staat van baten en lasten over 2015 toelichting toelichting toelichting toelichting Ring P Ring G Ring A Ring K Totaal Baten Premiebijdragen (van werkgevers en werknemers) P G A8 667 K Beleggingsresultaten P G A9 74 K Baten uit herverzekering P G K Overige baten P G13 39 A10 - K Lasten Pensioenuitkeringen P G A K Pensioenuitvoeringskosten P G A K Pensioenopbouw P Indexering en overige toeslagen P Rentetoevoeging P Saldo waardeoverdrachten P Onttrekking voor pensioenuitkeringen P Wijziging marktrente P Wijziging sterftegrondslagen P Overige wijzigingen P Wijziging Techn. Voorz. voor ris.fonds P G7 918 A K Wijziging Techn. Voorz. voor ris.deelnemers P G K Wijziging overige techn. Voorzieningen P G8 146 A6 23 K Wijziging herv. deel techn. Voorz. P G K Saldo overdrachten van rechten P G K Premies herverzekeraar P G17 8 A13 30 K Overige lasten P G K Saldo van baten en lasten Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

59 (x 1.000) Baten 4.2 Staat van baten en lasten over 2014 toelichti ng toelichtin toelichti toelichtin g ng g Ring P Ring G Ring A Ring K Totaal Premiebijdragen (van werkgevers en werknemers) P G A K Beleggingsresultaten P G A K Baten uit herverzekering P G K Overige baten P G A.10 6 K Lasten Pensioenuitkeringen P G A K Pensioenuitvoeringskosten P G A K Pensioenopbouw P A K Indexering en overige toeslagen P A.5 37 K Rentetoevoeging P A.5 13 K Saldo waardeoverdrachten P K Onttrekking uit VPV voor pensioenuitkeringen P A K Wijziging marktrente P A K Wijziging sterftegrondslagen P A.5-10 K Overige wijzigingen P A.5-50 K Wijziging Techn. Voorz.voor ris.fonds P G Wijziging Techn. Voorz. voor ris.fonds G A K Wijziging Techn. Voorz. voor ris.deelnemers G Wijziging overige techn. voorzieningen P G A K Wijziging herv. deel techn. Voorz. P G Saldo overdrachten van rechten P G K Premies herverzekeraar P G A K Overige lasten P G Saldo van baten en lasten Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

60 5. Kasstroomoverzicht 5.1 Kasstroomoverzicht over 2015 (x 1.000) Ring P Ring G Ring A Ring K Totaal Kasstroom uit pensioenactiviteiten Ontvangen premies Ontvangen waardeoverdrachten 2) Ontvangen overrente herverzekeraar Betaalde pensioenuitkeringen 2) Betaalde premies herverzekering Betaalde pensioenuitvoeringskosten 2) Overige ontvangsten/uitgaven Totaal kasstroom uit pensioenactiviteiten Kasstroom uit beleggingsactiviteiten Ontvangen directe beleggingsopbrengsten Aankopen van beleggingen Verkopen van beleggingen Overige ontvangsten/uitgaven Betaalde kosten van vermogensbeheer Totale kasstroom uit beleggingsactiviteiten Netto kasstroom Mutatie geld middelen 1) Stand per 1 januari geldmiddelen Stand per 31 december geldmiddelen Mutatie geldmiddelen ) De geldmiddelen betreffen alleen de liquide middelen die aangehouden worden voor de pensioenuitvoering en niet de liquide middelen die binnen de beleggingsportefeuille worden aangehouden. 2) In de staat van baten en lasten worden ook de uitkeringen en waarde-overdrachten vermeld die afgewikkeld zijn door de herverzekeraars. Deze zijn derhalve niet zichtbaar in het kasstroomoverzicht. Ook de collectieve waarde-overdracht van de bruto bijspaarsaldi in Ring P is rechtstreeks afgewikkeld tussen NN en NN Investment Partners en dus niet zichtbaar in het kasstroomoverzicht. De pensioenuitvoeringskosten die betrekking hebben op de pensioenuitvoering door de herverzekeraars zijn geboekt in de Rekening Courant met de herverzekeraar. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

61 5.2 Kasstroomoverzicht over 2014 (x 1.000) Ring P Ring G Ring A Ring K Totaal Kasstroom uit pensioenactiviteiten Ontvangen premies Ontvangen waardeoverdrachten Ontvangen uitkeringen herverzekeraar Betaalde pensioenuitkeringen Betaalde waardeoverdrachten Betaalde premies herverzekering (NN) Betaalde pensioenuitvoeringskosten Betaalde koopsom pensioeningangen Betaling premie aan Aegon Betaalde indexatiekoopsom Overige ontvangsten Totaal kasstroom uit pensioenactiviteiten Kasstroom uit beleggingsactiviteiten Ontvangen directe beleggingsopbrengsten Aankopen van beleggingen Verkopen van beleggingen Betaalde kosten van vermogensbeheer Totale kasstroom uit beleggingsactiviteiten Netto Kasstroom Mutatie geld middelen Stand per 1 januari geldmiddelen Stand per 31 december geldmiddelen Mutatie geldmiddelen Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

62 6. Toelichting op de jaarrekening 6.1 Inleiding Stichting Pensioenfonds Pon bestaat sinds 1 januari Het doel van Stichting Pensioenfonds Pon, statutair gevestigd te Almere (hierna het fonds ) is het nu en in de toekomst verstrekken van uitkeringen aan gepensioneerden en nabestaanden ter zake van ouderdom en overlijden; tevens verstrekt het fonds uitkeringen aan arbeidsongeschikte deelnemers. Het fonds geeft invulling aan de uitvoering van de pensioenregeling van de volgende aangesloten ondernemingen: De volgende ondernemingen zijn aangesloten bij Ring A Ring G Ring P Ring K A-Point B.V. Auto Hoogenboom B.V. Bakker Repair B.V. Bakker Sliedrecht B.V. Beleggingsmaatschappij Wijwingerd B.V. Century Autogroep BV Continental Banden Groep B.V. De Wasstraat B.V. Diesel Power Holland B.V. Dutch Rescue Vehicles B.V. Dutchlease B.V. Europe Marine Control B.V. Euro-Tyre B.V. Fischcon Trading & Engineering B.V. Kamsteeg Auto Groep B.V. (tot 10 juli 2015) Kasco Autoschade B.V. (tot 10 juli 2015) Koepon Holding B.V. Koninklijke Gazelle N.V. Machinefabriek Bolier B.V. MAN Topused B.V. MAN Nederland Dealer B.V. MAN Rollo B.V. MAN Truck & Bus B.V. Modiforce B.V. Muntstad Holding B.V. Orion Fleetmanagement B.V. Pon Bicycle Holding BV Pon Dealer B.V. Pon Equipment and Pon Power B.V. Pon Equipment B.V. Pon Equipment Rental B.V. Pon Holdings B.V. Pon HR Services B.V. Pon IT B.V. Pon Logistics B.V. Pon Luxury Cars B.V. Pon Power B.V. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

63 De volgende ondernemingen zijn aangesloten bij Ring A Ring G Ring P Ring K Pon Power Oil & Gas B.V. Pon Tyre Group Pon's Automobielhandel B.V. Porsche Centrum Amsterdam Salentein Holding B.V. Sitech Nederland B.V. Stichting Commonland Topec B.V. Union B.V. VDK Nederland B.V. Verachtert Nederland B.V. Verhoef Elektrotechniek B.V. Volkswagen Bank GMBH Nederland Volkswagen Pon Financial Services B.V. W & O Supply Netherlands B.V. Wealer B.V. Overeenstemmingverklaring De Jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de wettelijke bepalingen zoals deze zijn opgenomen in Titel 9 Boek 2 BW en met inachtneming van de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving. De jaarrekening is opgesteld op basis van de continuïteitsveronderstelling. Het bestuur heeft op 15 juli 2016 de jaarrekening vastgesteld. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

64 6.2 Algemene grondslagen Algemeen Alle bedragen zijn vermeld in duizenden euro s. Beleggingen en pensioenverplichtingen worden gewaardeerd op actuele waarde. Overige activa en passiva worden gewaardeerd tegen nominale waarde, tenzij anders vermeld. Baten en lasten worden toegerekend aan het boekjaar waarop deze betrekking hebben. Opname van een actief of een verplichting Een actief wordt in de balans opgenomen wanneer het waarschijnlijk is dat de toekomstige economische voordelen naar het fonds zullen toevloeien en de waarde daarvan betrouwbaar kan worden vastgesteld. Een verplichting wordt in de balans opgenomen wanneer het waarschijnlijk is dat de afwikkeling daarvan gepaard zal gaan met een uitstroom van middelen en de omvang van het bedrag daarvan betrouwbaar kan worden vastgesteld. Verantwoording van baten en lasten Baten worden in de staat van baten en lasten opgenomen wanneer een vermeerdering van het economisch potentieel, samenhangend met een vermeerdering van een actief of een vermindering van een verplichting, heeft plaatsgevonden, waarvan de omvang betrouwbaar kan worden vastgesteld. Lasten worden verwerkt wanneer een vermindering van het economisch potentieel, samenhangend met een vermindering van een actief of een vermeerdering van een verplichting, heeft plaatsgevonden, waarvan de omvang betrouwbaar kan worden vastgesteld. Indien een transactie ertoe leidt dat nagenoeg alle of alle toekomstige economische voordelen en alle of nagenoeg alle risico s met betrekking tot een actief of een verplichting aan een derde zijn overgedragen, wordt het actief of de verplichting niet langer in de balans opgenomen. Verder worden activa en verplichtingen niet meer in de balans opgenomen vanaf het tijdstip waarop niet meer wordt voldaan aan de voorwaarden van waarschijnlijkheid van de toekomstige economische voordelen en betrouwbaarheid van de bepaling van de waarde. Dit betekent dat transacties worden verwerkt op handelsdatum en niet op afwikkelingsdatum. Als gevolg hiervan kan sprake zijn van een post nog af te wikkelen transacties. Deze post kan zowel een actief als een passief zijn. Saldering van een actief en een verplichting Een financieel actief en een financiële verplichting worden gesaldeerd als nettobedrag in de balans opgenomen indien sprake is van een wettelijke of contractuele bevoegdheid om het actief en de verplichting gesaldeerd en gelijktijdig af te wikkelen en bovendien de intentie bestaat om de posten op deze wijze af te wikkelen. De met de gesaldeerd opgenomen financiële activa en financiële verplichtingen samenhangende rentebaten en rentelasten worden eveneens gesaldeerd opgenomen. Schattingen en veronderstellingen De opstelling van de jaarrekening in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 BW vereist dat het bestuur zich oordelen vormt en schattingen en veronderstellingen maakt die van invloed zijn op de toepassing van grondslagen en de gerapporteerde waarde van activa en verplichtingen, en van baten en lasten. De schattingen en onderliggende veronderstellingen worden voortdurend beoordeeld. Herzieningen van schattingen worden opgenomen in de periode waarin de schatting wordt herzien, en in toekomstige perioden waarvoor de herziening gevolgen heeft. Wijzigingen in schattingen in de voorziening voor pensioenverplichtingen worden toegelicht onder deze waarderingsgrondslag. Het financieel effect wordt gekwantificeerd vermeld in de toelichting op de jaarrekening. Verwerking van waardeveranderingen van beleggingen Er wordt geen onderscheid gemaakt tussen gerealiseerde en ongerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen. Alle waardeveranderingen van beleggingen, inclusief valutakoersverschillen, worden als beleggingsopbrengsten in de rekening van baten en lasten opgenomen. Vreemde valuta Activa en verplichtingen in vreemde valuta worden omgerekend naar euro s tegen de koers per balansdatum. Deze waardering is onderdeel van de waardering tegen reële waarde. Baten en lasten voortvloeiende uit transacties in vreemde valuta s worden omgerekend tegen de koers per transactiedatum. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

65 6.3 Specifieke grondslagen Beleggingen Algemeen De beleggingen worden gewaardeerd op actuele waarde. Slechts indien de actuele waarde van een belegging niet betrouwbaar kan worden vastgesteld vindt waardering plaats op basis van geamortiseerde kostprijs. Participaties in beleggingsinstellingen, die gespecialiseerd zijn in een bepaald soort beleggingen worden gerubriceerd en gewaardeerd volgens de grondslagen voor dat soort beleggingen. Beleggingen voor risico pensioenfonds worden op dezelfde wijze gewaardeerd. Lopende interestposities uit hoofde van beleggingen worden verantwoord als onderdeel van de marktwaarde van de betreffende beleggingscategorie. Vastgoedbeleggingen Beleggingen in direct vastgoed worden gewaardeerd tegen de actuele waarde, zijnde de reële waarde per balansdatum, gebaseerd op door onafhankelijke deskundigen verrichte taxaties. De gehele directe vastgoedportefeuille wordt jaarlijks door deze deskundigen getaxeerd. Indien daartoe aanleiding is, wordt bij de waardering rekening gehouden met de feitelijke verhuursituatie en/of renovatieactiviteiten. Resultaten door wijziging in reële waarde worden in de staat van baten en lasten verantwoord. Beursgenoteerde (indirecte) vastgoedbeleggingen worden gewaardeerd tegen de per balansdatum geldende beurskoers. Niet-beursgenoteerde (indirecte) vastgoedbeleggingen worden gewaardeerd tegen de actuele waarde welke is bepaald middels onafhankelijke taxaties. Aandelen Beursgenoteerde aandelen en participaties in beursgenoteerde beleggingsinstellingen zijn gewaardeerd tegen de per balansdatum geldende beurskoers. Indien geen betrouwbare schatting van de actuele waarde van de aandelen is te maken worden aandelen gewaardeerd op geamortiseerde kostprijs. Vastrentende waarden Beursgenoteerde vastrentende waarden en participaties in beursgenoteerde beleggingsinstellingen zijn gewaardeerd tegen de per balansdatum geldende beurskoersen. Indien vastrentende waarden of participaties in beleggingsinstellingen niet-beursgenoteerd zijn, vindt waardebepaling plaats op basis van de geschatte toekomstige netto kasstromen (rente en aflossingen) die uit de beleggingen zullen voortvloeien, contant gemaakt tegen de ultimo boekjaar geldende marktrente en rekening houdend met het risicoprofiel (kredietrisico; oninbaarheid) en de looptijden. Beleggingen voor risico deelnemers De grondslagen voor de waardering van de beleggingen voor risico polishouders zijn gelijk aan die voor de beleggingen die voor rekening van het fonds worden aangehouden. Derivaten Derivaten worden gewaardeerd op reële waarde, te weten de relevante marktnoteringen of, als die niet beschikbaar zijn, de waarde die wordt bepaald met behulp van marktconforme waarderingsmodellen. Herverzekeringen Ring P heeft het overlijdens- en arbeidsongeschiktheidsrisico herverzekerd, Ring G is grotendeels herverzekerd, Ring K en Ring A hebben hun risico s op stop-loss basis herverzekerd. Voor de herverzekeringen geldt dat uitgaande herverzekeringspremies worden verantwoord in de periode waarop de herverzekering betrekking heeft. Vorderingen uit herverzekeringscontracten op risicobasis worden verantwoord op het moment dat de verzekerde gebeurtenis zich voordoet. Bij de waardering worden de herverzekerde uitkeringen contant gemaakt tegen dan geldende rentetermijnstructuur, onder toepassing van de actuariële grondslagen van het fonds. Vorderingen uit herverzekeringscontracten die classificeren als garantiecontracten worden gelijkgesteld aan de hiertegenover staande voorziening voor pensioenverplichtingen. Bij de waardering van de vorderingen wordt rekening gehouden met de kredietwaardigheid van de herverzekeraar (afslag voor kredietrisico). Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

66 Het bestuur acht de kans dat Nationale-Nederlanden en Aegon niet aan hun verplichtingen zullen voldoen, verwaarloosbaar. Het bestuur past dan ook geen afslag wegens kredietrisico toe. Vorderingen uit hoofde van winstdelingsregelingen in herverzekeringscontracten worden verantwoord op het moment van toekenning door de herverzekeraar. Het herverzekeringsdeel van de technische voorzieningen betreft de in een garantiecontract ondergebrachte verzekeringen. Omdat de verzekerde uitkering premievrij zijn achtergelaten bij de verzekeraar is de waarde van het herverzekeringsdeel gelijk aan de onder de voorzieningen opgenomen voorziening pensioenverplichtingen voor het garantiecontract. De waarderingsgrondslagen voor het herverzekeringsdeel zijn derhalve gelijk aan de waarderingsgrondslagen van de voorziening. Vorderingen en overlopende activa Vorderingen en overlopende activa worden bij eerste verwerking gewaardeerd op reële waarde. Na eerste verwerking worden vorderingen gewaardeerd op geamortiseerde kostprijs (gelijk aan de nominale waarde indien geen sprake is van transactiekosten) onder aftrek van eventuele bijzondere waardeverminderingen, indien sprake is van oninbaarheid. Technische voorzieningen Voorziening pensioenverplichtingen De voorziening voor pensioenverplichtingen wordt gewaardeerd op actuele waarde (marktwaarde). De actuele waarde wordt bepaald op basis van de contante waarde van de beste inschatting van toekomstige kasstromen die samenhangen met de op balansdatum onvoorwaardelijke pensioenverplichtingen. Onvoorwaardelijke pensioenverplichtingen zijn de opgebouwde nominale aanspraken en de onvoorwaardelijke (indexatie)toezeggingen. De contante waarde wordt bepaald met gebruikmaking van de door DNB gepubliceerde rentetermijnstructuur. Bij de berekening van de voorziening pensioenverplichtingen is uitgegaan van het op de balansdatum geldende pensioenreglement en van de over de verstreken deelnemersjaren verworven aanspraken. Jaarlijks wordt door het bestuur besloten of de opgebouwde pensioenaanspraken voor inactieven worden geïndexeerd. Alle per balansdatum bestaande indexatiebesluiten (ook voor indexatiebesluiten na balansdatum voor zover sprake is van ex ante condities) zijn in de berekening begrepen. Er wordt geen rekening gehouden met toekomstige salarisontwikkelingen. Bij de berekening van de voorziening wordt, voor zover niet vallend onder het garantiecontract, rekening gehouden met premievrije pensioenopbouw in verband met invaliditeit op basis van de contante waarde van premies waarvoor vrijstelling is verleend wegens arbeidsongeschiktheid. Bij de bepaling van de actuariële uitgangspunten wordt uitgegaan van voor de toezichthouder acceptabele grondslagen, waarbij rekening wordt gehouden met de voorzienbare trend in overlevingskansen. In verband met de stijging van de overlevingskansen is de voorziening berekend op basis van de overlevingstafel Prognosetafel Verder zijn de berekeningen uitgevoerd op basis van de volgende actuariële grondslagen en veronderstellingen: Overlevingstafel: Prognosetafel AG 2014 Starttafel 2016 Correctiefactoren: op basis van AHLM-studie Aon Hewitt februari 2015 Onbepaald partnersysteem Voor partnerpensioen is aangenomen dat de vrouwelijke partner 3 jaar jonger is dan de verzekerde man en de mannelijk partner 3 jaar ouder dan de verzekerde vrouw. Rekenrente: RTS DNB inclusief UFR Overige technische voorzieningen Overige technische voorzieningen Ring P Excassovoorziening De excassovoorziening voor Ring P is bepaald op 1,85% van de voorziening in eigen beheer, verhoogd met Voorziening indexatiedepot actieven De werkgever is in de periode van 2015 tot en met 2019 jaarlijks een additionele bijdrage verschuldigd voor de deelnemers die op 31 december 2014 én op 1 januari 2015 in dienst waren van de werkgever én indien en zolang zij dat onafgebroken blijven, tot en met 1 januari van het jaar waarin de additionele bijdrage is verschuldigd. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

67 De additionele bijdrage wordt jaarlijks gestort in een toeslagdepot. De middelen in dit toeslagdepot worden aangewend voor inkoop van een voorwaardelijke toeslag op de tot 1 januari 2015 in Ring P opgebouwde pensioenaanspraken (ouderdoms-, nabestaanden- en wezenpensioen) van de deelnemers. Deze voorwaardelijke toeslag wordt verleend in aanvulling op de door het Fonds in Ring P in het betreffende jaar reeds verleende toeslag. De aanvulling is tot maximaal 100% van de Prijsindex voor zover de middelen in het depot deze inkoop toelaten. De totale toeslag wordt afgerond op een veelvoud van 0,05%. Egalisatievoorziening CDC premie Het depot waarin het deel van de jaarlijkse feitelijke premie kan worden gestort dat hoger is dan de gedempte kostendekkende premie, zoals bedoeld in artikel 128 van de PW. Ten laste van dit depot kunnen tekorten op de feitelijke premie worden gebracht. De middelen in het depot blijven buiten beschouwing bij het vaststellen van de (beleids)dekkingsgraad van het Fonds, maar worden wel aangesproken om een korting als bedoeld in artikel 134 van de PW (deels) te voorkomen. Voorziening Tijdelijke Aanvullingsregeling De voorziening van de TAR-regeling geschiedt op basis van de grondslagen uit de VUT-resolutie van de staatssecretaris van Financiën op basis van een rekenrente van 4% en een deelnamekans van 100%. Overige technische voorzieningen Ring G Excassovoorziening De excassovoorziening voor Ring G is bepaald op 2,0% van de voorziening in eigen beheer, verhoogd met Voorziening Nabestaandenkapitaal Deze voorziening is bestemd voor deelnemers die op de pensioendatum een partner hebben en op 1 januari 1998 alleenstaand waren. Voorziening Premievrijstelling arbeidsongeschiktheid Deze voorziening is gevormd ter dekking van te betalen pensioenpremies voor arbeidsongeschikte deelnemers aan de beschikbare premieregeling. Voorziening Rekenrente Reglementair is vastgelegd dat aankoop van pensioenen uit opgebouwde pensioenkapitalen, plaatsvindt op basis van een rekenrente van 4%. De mogelijkheden om binnen een verzekeringscontract daadwerkelijk tegen 4% rekenrente aan te kopen, zijn klein. Het bestuur heeft besloten een voorziening aan te houden voor het verschil tussen 4% rekenrente en de marktrente. Overige technische voorzieningen Ring A Excassovoorziening De excassovoorziening voor Ring A is bepaald op 2,0% van de voorziening, verhoogd met Overige technische voorzieningen Ring K Excassovoorziening De excassovoorziening voor Ring K is bepaald op 2% van de voorziening met een minimum van 1,85% van de voorziening, verhoogd met Eglisatievoorziening CDC premie Het depot waarin het deel van de jaarlijkse feitelijke premie kan worden gestort dat hoger is dan de gedempte kostendekkende premie, zoals bedoeld in artikel 128 van de PW. Ten laste van dit depot kunnen tekorten op de feitelijke premie worden gebracht. De middelen in het depot blijven buiten beschouwing bij het vaststellen van de (beleids)dekkingsgraad van het Fonds, maar worden wel aangesproken om een korting als bedoeld in artikel 134 van de PW (deels) te voorkomen. Hoofdstuk C Deze post betreft de voorziening inzake toekomstige financiering van de aanspraken zoals voorheen vermeld in hoofdstuk C van het pensioenreglement. Hoofdstuk C van het reglement betreft een voorwaardelijk recht voor deelnemers geboren in de periode 1/1/1953 tot en met 31/12/1972. De deelnemer kan hier pas rechten aan ontlenen als hij tot pensionering (of tot de eerdere datum waarop het bestuur de aanspraken onvoorwaardelijk maakt) in dienst van de Koninklijke Gazelle NV blijft. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

68 Overige schulden en overlopende passiva Overige schulden en overlopende passiva worden bij eerste verwerking gewaardeerd op reële waarde. Na eerste verwerking worden schulden gewaardeerd op geamortiseerde kostprijs (gelijk aan de nominale waarde indien geen sprake is van transactiekosten). Dekkingsgraad De nominale dekkingsgraad van het fonds wordt berekend door op balansdatum het balanstotaal minus de kortlopende schulden te delen op de technische voorzieningen zoals opgenomen in de balans. In deze opstelling worden de Hoofdstuk C voorziening (Ring K), de Egalisatievoorziening CDC en de Voorziening indexatie actieven ingedeeld bij de kortlopende schulden, omdat ze niet mee mogen tellen bij de vaststelling van de (beleids-) dekkingsgraad. De beleidsdekkingsgraad is het gemiddelde van de laatste twaalf dekkingsgraden. Kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht is conform de directe methode opgesteld. Dit houdt in dat alle ontvangsten en uitgaven ook als zodanig worden gepresenteerd. Onderscheid wordt gemaakt tussen kasstromen uit pensioenuitvoeringsactiviteiten en beleggingsactiviteiten. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

69 P. Toelichting behorende tot de jaarrekening 2015 Ring P P.1 Beleggingen voor risico Pensioenfonds De ontwikkelingen in de beleggingsportefeuille in het boekjaar zijn als volgt samen te vatten: 2015 (x 1.000) Aandelen Vastrentende Liquide Totaal waarden Middelen Stand per 1 januari boekjaar Indirect rendement Aankopen Verkopen Overig Stand per 31 december boekjaar De liquide middelen bestaat uit direct opeisbare banktegoeden. Over deze tegoeden wordt op basis van het tarief voor de marktrente interest verkregen (x 1.000) Aandelen Vastrentende Liquide Totaal waarden Middelen Stand per 1 januari boekjaar Indirect rendement Aankopen Verkopen Overig Stand per 31 december boekjaar Op basis van de verscheidenheid en gradaties in waarderingsmethoden dienen de beleggingen te worden ingedeeld naar drie verschillende waarderingsniveaus: Niveau 1: Niveau 2: Niveau 3: De waarde van de belegging is gebaseerd op direct waarneembare marktnoteringen van identieke beleggingen in een actieve markt. Actuele waarde wordt vastgesteld aan de hand van waarderingsmodellen waarin gebruik is gemaakt van waarneembare marktdata. De waarde wordt vastgesteld met waarderingsmodellen waarin geen gebruik is gemaakt van waarneembare marktdata. Op basis van deze indeling kan de beleggingsportefeuille als volgt worden samengevat: 2015 (x 1.000) Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Totaal Aandelen Vastrentende waarden Liquide middelen Totaal (x 1.000) Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Totaal Aandelen Vastrentende waarden Liquide middelen Totaal In 2015 zijn op Europees niveau nieuwe regels geïntroduceerd voor beleggingsfondsen. In verband hiermee heeft er een herstructurering plaats gevonden van de ING beleggingsfondsen. De bestaande beleggingsfondsen zijn als gevolg hiervan omgevormd dan wel opgeheven en vervangen door andere beleggingsfondsen. Het aantal aandelen dan wel participaties is voor en na transitie gelijk gebleven. De aandelen/participaties hadden ten tijde van de transitie dezelfde (intrinsieke) waarde en hetzelfde asset en risico-rendement profiel als de bestaande participaties in de fondsen van voor de transitie. De waarde van de onderliggende beleggingen zijn als gevolg van de transitie niet gewijzigd. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

70 P.2 Beleggingen voor risico deelnemer Beleggingen voor risico deelnemers (netto) Beleggingen voor risico deelnemers (bruto) Totaal Netto pensioensparen Stand per 1 januari - - Inleg en stortingen Uitkeringen - - Onttrekkingen voor kosten en risicopremies - - Beleggingsresultaten risico deelnemers -5 - Stand per 31 december Bruto pensioensparen Stand per 1 januari - - Inleg en stortingen Uitkeringen Collectieve waardeoverdracht Onttrekkingen voor kosten en risicopremies - - Beleggingsresultaten risico deelnemers Stand per 31 december P.3 Herverzekeringsdeel technische voorzieningen Garantiecontracten met beleggingsdepot Voor het verloop van de post Herverzekeringsdeel technische voorzieningen wordt verwezen naar de toelichting op de post Technische Voorziening afgedekt door garantiecontract. Het garantiecontract is per 31 december 2014 beëindigd. Het bestuur heeft besloten het contract premievrij achter te laten zonder overrentedeling. Bij beëindiging van de overrentedeling vervallen de administratiekosten, de garantiekosten en de beheerskosten Ultimo 2014 is de overrente die het fonds van Nationale-Nederlanden tegoed had uitgekeerd en is het gesepareerd beleggingsdepot opgeheven. De vordering uit hoofde van de winstdeling is opgenomen onder vordering uit herverzekering en is opgenomen onder P.4. Met betrekking tot de vordering uit hoofde van winstdeling gelden de volgende condities: Het fonds krijgt 75% van de cumulatieve technische winst over de contractperiode 1 januari 2009 tot 1 januari Dit aandeel wordt in dit verslag gerapporteerd. Een cumulatief technisch verlies is geheel voor rekening van de herverzekeraar. Het technisch resultaat is beklemd en wordt weergegeven onder de Algemene Reserve. In verband met de beëindiging van de overeenkomst per wordt de eindafrekening van de technische winstdeling met twee jaar verlengd in verband met uitlooprisico en het daaraan verbonden resultaat. Het verloop gedurende het jaar is: Stand aandeel pensioenfonds in Technisch Resultaat primo Mutatie Technisch resultaat boekjaar Stand aandeel pensioenfonds in Technisch Resultaat ultimo Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

71 P.4 Vorderingen en overlopende activa ( * 1.000) Vordering uit hoofde van Overrente Vordering uit hoofde van Technisch resultaat Vorderingen excassovoorziening NN Overige vorderingen Vordering op Nationale-Nederlanden Vordering op Zwitserleven Vordering op sponsor(s) Overlopende activa Totaal De vordering op Nationale-Nederlanden is voornamelijk afgenomen door de aflossing door Nationale- Nederlanden van 36,0 mln en de afwikkeling van de excassovoorziening met Nationale-Nederlanden. P.5 Liquide Middelen Hier wordt het saldo van de ING-bankrekening gerapporteerd. Deze middelen staan ter vrije beschikking aan het fonds. P.6 Stichtingskapitaal en reserves (x 1.000) Onbeklemde Beklemde reserve reserve Totaal Stand per 1 januari Uit bestemming saldo van baten en lasten Stand per 1 december De beklemde reserve heeft betrekking op het gecumuleerde Technisch Resultaat. Het fonds ontvangt 75% van de cumulatieve technische winst over de contractperiode 1 januari 2009 tot 1 januari Een cumulatief technisch verlies is geheel voor rekening van de herverzekeraar. Als het technisch resultaat ultimo 2016 wordt uitgekeerd, zal de beklemming vervallen. Solvabiliteit Aanwezig Eigen vermogen Minimaal Vereist Eigen vermogen Vereist Eigen vermogen De vermogenspositie van het fonds kan worden gekarakteriseerd als toereikende solvabiliteit. P.7 Technische voorzieningen Voorziening voor pensioenverplichtingen voor risico deelnemers (bruto) Voorziening voor pensioenverplichtingen voor risico deelnemers (netto) Subtotaal Voorziening voor pensioenverplichtingen voor risico fonds Voorziening voor pensioenverplichtingen afgedekt door garantiecontract Subtotaal Totaal generaal Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

72 Het mutatieoverzicht voor de VPV voor risico deelnemers (bruto) is als volgt: Stand 1 januari - - Premies Collectieve waardeoverdracht Onttrekking uit voorziening pensioenuitkeringen Rendement Stand 31 december Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

73 Het mutatieoverzicht voor de VPV voor risico deelnemers (netto) is als volgt: Stand 1 januari - - Premies Collectieve waardeoverdracht - - Onttrekking uit voorziening pensioenuitkeringen - - Rendement -5 - Stand 31 december Het mutatieoverzicht voor de VPV voor risico fonds is als volgt: Stand 1 januari - - Pensioenopbouw Wijziging marktrente Indexering en overige toeslagen Rentetoevoeging 47 - Onttrekking uit voorziening voor pensioenuitkeringen Saldo van inkomende en uitgaande waardeoverdrachten Overvoer naar overige technische voorzieningen Overige Stand 31 december Het mutatieoverzicht voor de VPV afgedekt door garantiecontract als volgt: Stand 1 januari Pensioenopbouw Wijziging marktrente Indexering en overige toeslagen Rentetoevoeging Onttrekking uit voorziening voor pensioenuitkeringen Saldo van inkomende en uitgaande waardeoverdrachten Wijziging sterftegrondslagen Wijzigingen technisch resultaat Overige wijzigingen Stand 31 december De technische voorzienig is naar categorieën van deelnemers als volgt samengesteld: Actieve deelnemers Pensioengerechtigden Gewezen deelnemers Voorziening voor rekening deelnemers Stand 31 december De bij Nationale-Nederlanden achtergebleven rechten worden in 2015 gepresenteerd onder de gewezen deelnemers. De methode voor de berekening van de pensioenverplichtingen is zodanig toegepast dat er geen sprake is van een financieringsachterstand. Naar hun aard hebben de technische voorzieningen in het algemeen een langlopend karakter. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

74 Korte beschrijving van de pensioenregeling Soort regeling : CDC-regeling Pensioenleeftijd : 67 jaar. Pensioenopbouw Ouderdomspensioen : 1,875% van de pensioengrondslag per dienstjaar Nabestaandenpensioen : 70% van het te bereiken ouderdomspensioen. Wezenpensioen : 14% van het te bereiken ouderdomspensioen. Pensioengrondslag : 12,96 x het vaste maandsalaris Franchise : (2015) Premie (t/m 2019) 24% van de totale pensioengrondslag Extra premiebudget : 4% jaarlijks dalend met 0,8% (compensatie afbouw onvoorwaardelijke indexatie) Werknemersbijdrage - In dienst op : 1/4 van CDC-premie + extra premiebudget - In dienst na : 1/3 van CDC premie. Indexering en overige toeslagen De indexaties komen vanaf 2015 uit het eigen vermogen van het pensioenfonds. Als het eigen vermogen van het pensioenfonds voldoende is, kan er indexatie worden verleend aan de actieve deelnemers, slapers en pensioengerechtigden. Jaarlijks zal het bestuur beoordelen of er financiële middelen aanwezig zijn om te indexeren. Er is sprake van een voorwaardelijke indexatie. Tevens zal de indexatie voor de actieve deelnemers (werknemers) niet meer stijgen met de looninflatie, maar met de prijsinflatie Extra indexatie NN-rechten actieven uit premiebudget 0,30% 0,45% Indexatie actieven 0,10% 0,15% De verwachte koopsom voor de inkoop per wordt in 2015 als last genomen en is gepresenteerd onder overige lasten. Er is geen recht op toekomstige indexaties. Het is niet zeker of en in hoeverre in de toekomst wordt geïndexeerd. Inhaalindexaties Onder bepaalde omstandigheden kunnen inhaalindexaties worden toegekend. Inhaalindexaties zijn indexaties die worden toegezegd, voor zover in het verleden niet voor 100% is geïndexeerd. Rentetoevoeging De pensioenverplichtingen voor risico fonds zijn opgerent primo jaar met 0,181% (2014: n.v.t.), op basis van de éénjaarsrente uit de op de interbancaire swapmarkt aan het begin van het verslagjaar. De herverzekerde pensioenverplichtingen zijn deels opgerent met 4% rekenrente en deels met 3% rekenrente. Onttrekking voor pensioenuitkeringen De onder dit hoofd opgenomen afname van de voorziening betreft het bedrag dat vrijkomt ten behoeve van de financiering van de pensioenen van de verslagperiode. Wijziging marktrente Jaarlijks wordt per 31 december de marktwaarde van de technische voorzieningen herrekend door toepassing van de actuele rentetermijnstructuur. Vanaf 1 januari 2015 wordt de nieuwe door DNB voorgeschreven Ultimate Forward Rate (UFR) gehanteerd. De mogelijkheid om een zogenaamde driemaandsmiddeling van de rente toe te passen, is komen te vervallen. Het effect van de wijziging in de UFR-methodiek bedraagt 20,4 mln (inclusief de wijziging in de UFR-methodiek per 15 juli 2015). Beide effecten worden verantwoord onder het hoofd Wijziging marktrente. Wijziging sterftegrondslagen In verband met de stijging van de overlevingskansen is de voorziening berekend op basis van de overlevingstafel Prognosetafel Hierop zijn correctiefactoren toegepast op basis van een AHLM-studie uitgevoerd door Aon Hewitt. Het effect van de aanpassing van de gehanteerde overlevingstafel wordt verantwoord onder het hoofd wijziging sterftegrondslagen. De gehanteerde sterftegrondslagen zijn in 2015 niet aangepast. Overige wijzigingen in de voorziening pensioenverplichtingen De overige wijzigingen betreffen voornamelijk effecten ten gevolge van de verschillen tussen de grondslagen die Nationale-Nederlanden hanteert en de grondslagen die het fonds hanteert, met name de gehanteerde rekenrente. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

75 P.8 Overige technische voorzieningen Onder de overige technische voorzieningen zijn opgenomen een voorziening voor Tijdelijke Aanvullingsregeling, de Excassovoorziening, de voorziening indexatie actieven en de egalisatievoorziening CDC. Voorziening Tijdelijke aanvullingsregeling Voorziening Excasso voorziening Voorziening Indexatie actieven Voorziening Egalisatievoorziening CDC Totaal Het verloop van de excassovoorziening is als volgt: Stand per 1 januari Mutatie voor rekening sponsor Overboeking naar Nationale-Nederlanden Dotatie Stand per 1 december Het verloop van de voorziening Indexatie actieven is als volgt: Stand per 1 januari - - Mutatie uit premie Inkoop indexatie Stand per 1 december Het verloop van de egalisatievoorziening CDC is als volgt: Stand per 1 januari - - Mutatie uit premie Vrijval - - Stand per 1 december P.9 Overige passiva Nog te betalen indexatiekoopsom per 1 januari volgend jaar Schuld aan Nationale-Nederlanden Overig Totaal De schuld aan Nationale-Nederlanden betreft de nog aan Nationale-Nederlanden verschuldigde premies en kosten over Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

76 P.10 Premiebijdragen Werkgeversgedeelte Werknemersgedeelte De kostendekkende, gedempte en feitelijke premie volgens artikel 130 van de Pensioenwet zijn als volgt: De feitelijke premie is als volgt opgebouwd: Pensioenopbouw CDC-regeling Premie t.b.v. voorziening indexatie actieven (zie P8) Pensioenopbouw exclusief indexatie actieven Nat. Ned Indexatie opgebouwde rechten actieven Nat. Ned Kosten exclusief excassokosten Marktrentetoeslag Overige (uit bijspaar- en aanvullingskoopsommen) De aan het boekjaar toe te rekenen feitelijke premie is als bate verantwoord. De marktrentetoeslag wordt door Nationale-Nederlanden afzonderlijk in rekening gebracht als het verschil tussen de premie op 3% rekenrente en de premie tegen marktrentetarieven. De kostendekkende premie is als volgt opgebouwd: Actuarieel benodigd In premie begrepen bedrag voor directe kosten In premie begrepen bedrag voor toekomstige kosten Opslag voor solvabiliteit Kostendekkende premie Vanaf 1 januari 2015 wordt de gedempte kostendekkende premie op basis van 120-maands rentemiddeling gehanteerd. Over 2014 was de gedempte kostendekkende premie identiek aan de kostendekkende premie. Vanaf 2015 wordt het verschil tussen de premie voor pensioenopbouw in de CDC-regeling en de gedempte kostendekkende premie toegevoegd aan de Egalisatievoorziening CDC (zie P8). De gedempte kostendekkende premie is als volgt opgebouwd: Actuarieel benodigd In premie begrepen bedrag voor directe kosten In premie begrepen bedrag voor toekomstige kosten Opslag voor solvabiliteit Gedempte kostendekkende premie P.11 Beleggingsresultaten 2015 (x 1.000) Directe beleggingsopbrengsten Indirecte beleggingsopbrengsten Kosten van vermogensbeheer Totaal Aandelen Vastrentende waarden Overige Totaal Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

77 2014 (x 1.000) Directe beleggingsopbrengsten Indirecte beleggingsopbrengsten Kosten van vermogensbeheer Totaal Aandelen Vastrentende waarden Overige Totaal Onder Overige wordt bewaarloon en van de Belastingdienst retour ontvangen dividendbelasting begrepen. Bij ring P worden de beheer- en overige kosten vermogensbeheer in de jaarrekening gesaldeerd met de beleggingsopbrengsten en zijn daarom niet zichtbaar in de jaarrekening. P.12 Baten uit herverzekering Uitkeringen herverzekering Uitgaande waardeoverdrachten herverzekering Overrente Technisch resultaat herverzekeraar Overig Totaal P.13 Overige baten Onder de overige baten worden onder meer ontvangen rentebaten gepresenteerd. Tevens wordt hier de vrijvallende indexatievoorziening opgenomen die was opgenomen onder de overige passiva. P.14 Pensioenuitkeringen Ouderdomspensioen Nabestaandenpensioen (partnerpensioen en wezenpensioen) Arbeidsongeschiktheidspensioen - - Afkopen Totaal De post afkopen betreft de afkoop van pensioenen die lager zijn dan de afkoopgrens. P.15 Pensioenuitvoeringskosten Kosten administratieve vergoedingen NN Kosten Pensioenbureau Kosten Overig Totaal Op 31 december 2014 is het contract met Nationale-Nederlanden beëindigd en zijn de aanspraken premievrij achtergelaten, zonder recht op overrentedeling maar ook zonder dat nog kosten verschuldigd zijn. De gerapporteerde Kosten administratieve vergoedingen NN in 2015 betreffen naverrekeningen over het jaar Overeenkomstig artikel 96 van de Pensioenwet wordt vermeld dat het fonds in het afgelopen jaar geen dwangsommen en boetes zijn opgelegd. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

78 P.16 Wijziging herverzekeringsdeel technische voorzieningen Omdat het een garantiecontract betreft, komt deze post overeen met de mutatie in de balanspost herverzekeringsdeel technische voorzieningen. P.17 Saldo overdracht van rechten Inkomende waardeoverdrachten Uitgaande waardeoverdrachten Saldo overdracht van rechten Waardeoverdracht betreft de ontvangst van of overdracht aan pensioenfonds of pensioenverzekeraar van respectievelijk de vorige of nieuwe werkgever van de contante waarde van premievrije pensioenaanspraken van deelnemers, die tot de ontslagdatum zijn opgebouwd. De ontvangen koopsommen worden aangewend voor de inkoop van extra dienstjaren. P.18 Premies herverzekeraar Pensioenopbouw Indexatiekoopsom 1 januari verslagjaar Waardeoverdrachten Nationale Nederlanden Marktrentetoeslag Overige pensioenpremies Nationale Nederlanden Overdracht excassovoorziening Nationale Nederlanden Herverzekeringspremie Zwitserleven P.19 Overige lasten De overige lasten bestaan grotendeels uit een bedrag aan interest over ontvangen waardeoverdrachten die toekomt aan de werkgever. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

79 G. Toelichting behorende tot de jaarrekening 2015 Ring G G.1 Beleggingen voor risico fonds Er wordt door het fonds een collectieve beleggingsportefeuille aangehouden die deels voor risico fonds is en deels voor risico deelnemer. De ontwikkelingen in de collectieve beleggingsportefeuille in het boekjaar zijn als volgt samen te vatten: 2015 (x 1.000) Aandelen Vastrentende Liquide waarden middelen Totaal Stand per 1 januari Indirect rendement Aankopen Verkopen Overig Stand per 31 december (x 1.000) Aandelen Vastrentende Liquide waarden middelen Totaal Stand per 1 januari Indirect rendement Aankopen Verkopen Overig Stand per 31 december De beleggingsportefeuille bestaat voor (2014: ) uit beleggingen voor risico fonds. De beleggingen voor risico deelnemers bedragen (2014: ) Op basis van de verscheidenheid en gradaties in waarderingsmethoden dienen de beleggingen te worden ingedeeld naar drie verschillende waarderingsniveaus: Niveau 1: Niveau 2: Niveau 3: De waarde van de belegging is gebaseerd op direct waarneembare marktnoteringen van identieke beleggingen in een actieve markt. Actuele waarde wordt vastgesteld aan de hand van waarderingsmodellen waarin gebruik is gemaakt van waarneembare marktdata. De waarde wordt vastgesteld met waarderingsmodellen waarin geen gebruik is gemaakt van waarneembare marktdata. Op basis van deze indeling kan de beleggingsportefeuille als volgt worden samengevat: 2015 (x 1.000) Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Totaal Aandelen Vastrentende waarden Liquide middelen Totaal (x 1.000) Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Totaal Aandelen Vastrentende waarden Liquide middelen Totaal Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

80 G.2 Beleggingen voor risico deelnemer De beleggingen voor risico deelnemer bestaan uit kapitalen en bijspaarsaldo. De kapitalen zijn onderdeel van de onder G1 genoemde beleggingen. Het bijspaarsaldo bestaat uit individuele spaarsaldi welke zijn ondergebracht in een lifecycleproduct bij NN Investment Partners. Beleggingen voor risico deelnemers (bijspaar) Beleggingen voor risico deelnemers (kapitaal) Totaal Bruto pensioensparen (bijspaarregeling) Stand per 1 januari Inleg en stortingen - - Uitkeringen Onttrekkingen voor kosten en risicopremies - - Beleggingsresultaten risico deelnemers Stand per 31 december Kapitaal sparen (beschikbare premieregeling) Stand per 1 januari Inleg en stortingen Uitkeringen Onttrekkingen voor kosten en risicopremies - - Beleggingsresultaten risico deelnemers Stand per 31 december G.3 Herverzekeringsdeel technische voorzieningen Garantiecontracten met beleggingsdepot Voor het verloop van de post Herverzekeringsdeel technische voorzieningen wordt verwezen naar de toelichting op de post Technische Voorziening afgedekt door garantiecontract. Het garantiecontract betreft voor een bedrag van een contract tussen Ring G en Aegon Levensverzekering N.V. met de volgende specifieke kenmerken: - het betreft een contract voor onbepaalde tijd; dit houdt in dat tussentijdse aanpassing van de tarieven niet mogelijk is; - er is geen sprake van technische resultatendeling, zowel de positieve als de negatieve technische resultaten zijn voor rekening van Aegon; - er is wel sprake van interestwinstdeling boven een rendement van 4%. Voor een bedrag van betreft het een contract tussen Ring P en Nationale-Nederlanden met de volgende specifieke kenmerken: - het contract is premievrij achtergelaten bij NN. - er is geen sprake van overrentedeling - er is geen sprake van technische resultatendeling. In bovenstaande waardering van de garantiecontracten is geen rekening gehouden met een kredietafslag, aangezien de kredietwaardigheid van Aegon en Nationale-Nederlanden door het bestuur als voldoende wordt aangemerkt. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

81 Aegon De assetmix van de beleggingen die binnen het garantiecontract wordt aangehouden is als volgt: (x 1.000) % % Mixfondsen % % Mix fondsen Aegon SAF Fixed Income Aegon SAF Equity Totaal In het depot is (2014: - 761) aan liquide middelen opgenomen. Het gesepareerde beleggingsdepot bij Nationale-Nederlanden is opgeheven, zodat per saldo een vordering op Nationale-Nederlanden resteert ter grootte van de waarde van de gegarandeerde pensioenen. G.4 Vorderingen en overlopende activa Alle vorderingen hebben een resterende looptijd van korter dan één jaar. Het betreft voornamelijk vorderingen op Nationale Nederlanden en Aegon in verband met nog niet uitgekeerde overrente. Op de vordering ultimo 2014 ( 4,4 mln.) is door Aegon 2,0 mln afgelost. De vordering is met name toegenomen door de onder G12 vermelde overrente over 2015 ( 0,4 mln) onder aftrek van de aan de herverzekeraar te betalen administratiekosten. G.5 Liquide middelen Hier wordt het saldo van de ABN-bankrekeningen gerapporteerd. Deze middelen staan ter vrije beschikking aan het fonds. G.6 Stichtingskapitaal en reserves (x 1.000) Reserve voor Algemene Totaal toeslagen reserve Stand per 1 januari Uit bestemming saldo van baten en lasten Stand per 31 december Solvabiliteit Aanwezig eigen vermogen Minimaal vereist eigen vermogen Vereist eigen vermogen Omdat formeel gezien geen sprake is van volledige herverzekering bij het Aegon contract (de kosten moeten doorbetaald worden na wegvallen van de sponsor) wordt een minimaal vereist eigen vermogen aangehouden van 3,4% van de voorziening gedekt door herverzekering. Voor de aanspraken herverzekerd binnen het contract van NN is wel sprake van volledige herverzekering. Hiervoor wordt een minimaal vereist eigen vermogen aangehouden van 1% van de voorziening gedekt door herverzekering. Voor de voorziening voor risico fonds dient een minimaal vereist eigen vermogen aangehouden te worden van 4%. Van de overige technische voorzieningen rekening deelnemer wordt een minimaal vereist eigen vermogen van 1% van de voorziening aangehouden. Daar bovenop wordt een minimaal eigen vermogen aangehouden van 0,15% van de overlijdensrisicokapitalen voor de actieve deelnemers aan de Beschikbare Premie Regeling. Aangezien deze deelnemers van een dusdanige leeftijd zijn dat ze niet meer arbeidsongeschikt kunnen worden, is het minimaal eigen vermogen voor het arbeidsongeschiktheidsrisico nihil. Voor de berekening van het vereist eigen vermogen wordt gebruik gemaakt van het standaardmodel. Het vereist eigen vermogen betreft alleen een renterisico en het risico zakelijke waarden met betrekking tot de Overige Technische Voorzieningen. Deze bedraagt Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

82 De vermogenspositie van het fonds kan worden gekarakteriseerd als solvabel. G.7 Technische voorzieningen Voorziening voor pensioenverplichtingen voor risico deelnemers Voorziening voor pensioenverplichtingen voor risico fonds Totaal Het mutatieoverzicht voor de VPV voor risico deelnemers is als volgt (incl. bijspaarregeling): (x 1.000) Beschikbare Premie Bijspaar Regeling Regeling Stand 1 januari Premies Rendement Rentetoevoeging Onttrekking voor pensioenuitkeringen Onttrekking voor pensioeninkoop onder garantiecontract Saldo inkomende en overige uitg. waarde-overdr Overige wijzigingen Stand 31 december Het rendement is vastgesteld tijdens de bestuursvergadering van 23 juni 2016 op 3,29% voor de 60-minners en 2,39% voor de 60-plussers en de Reserve Bestemd voor Toeslagen. Aan de kapitalen wordt hiermee een bedrag toegekend van 300. De premies worden deels (14) gefinancierd uit de Voorziening premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid en komen voor de rest (59) voor rekening van de werkgever. De voorziening voor pensioenverplichtingen voor risico fonds groot is voor een bedrag groot afgedekt door een garantiecontract. Het mutatieoverzicht voor de VPV voor risico fonds is als volgt: Stand 1 januari Wijziging marktrente Rentetoevoeging Onttrekking uit voorziening voor pensioenuitkeringen Inkoop ingaande pensioenen Overige mutaties Stand 31 december Dit betreft de inkoop van pensioen uit vrijvallende kapitalen vanaf Het fonds voert de uitvoering van de beschikbare premieregeling in eigen beheer uit. Daarvoor vond vanaf eind 2008 de inkoop van de ingaande pensioenen plaats bij Nationale-Nederlanden. Vanaf 2014 vindt de inkoop van de ingaande pensioenen niet meer plaats bij Nationale-Nederlanden maar bij het fonds zelf. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

83 Het mutatieoverzicht voor de VPV afgedekt door garantiecontract is als volgt: Stand 1 januari boekjaar Pensioenopbouw Indexering en overige toeslagen Rentetoevoeging Onttrekking voor pensioenuitkeringen Wijziging marktrente Wijziging sterftegrondslagen Saldo van inkomende en uitgaande waardeoverdrachten - - Overige wijzigingen (technisch resultaat) Stand 31 december boekjaar Pensioenopbouw Onder pensioenopbouw is opgenomen de actuarieel berekende waarde van de diensttijdopbouw. Dit is het effect op de VPV van de in het verslagjaar opgebouwde nominale rechten ouderdomspensioen en nabestaandenpensioen. Verder is hierin begrepen het effect van de individuele salarisontwikkeling bij de actieve deelnemers aan de eindloonregeling, alsmede de premie in de beschikbare premieregeling. Hierin is ook opgenomen de inkoopsom in het garantiecontract voor de ingekochte pensioenen vanuit de beschikbare premie regeling. Aangezien inkoop vanaf april 2014 niet meer plaatsvindt onder het herverzekeringscontract, is pensioenopbouw vanaf 2015 in principe nihil. De pensioenopbouw van 8 betreft een correctie van toegekende aanspraken. Indexering en overige toeslagen Het fonds streeft er tevens naar de ingegane pensioenen en de premievrije pensioenrechten voor inactieven met een aanspraak jaarlijks aan te passen aan de ontwikkeling van 10% van de prijsindex. Deze indexering heeft een voorwaardelijk karakter. De indexering is afhankelijk van de hoogte van de bestemmingsreserve. De indexatie van de uitkeringen per 1 januari 2016 zoals vastgesteld door het bestuur bedraagt 0% (2015: 0%). Per 1 januari 2015 is een indexatie van 0,25% toegekend voor de oude regeling en 0% voor de zogenaamde geconverteerde slapers en de na ingekochte pensioenen uit de beschikbare premieregeling. Deze indexatie is deels nog niet verwerkt door Aegon en is derhalve opgenomen in de Overige Passiva (zie G.9). Rentetoevoeging De pensioenverplichtingen zijn opgerent primo jaar met 0,181% (2014: 0,181%), op basis van de éénjaarsrente uit de op de interbancaire swapmarkt aan het begin van het verslagjaar. De rentetoevoeging op de kapitalen en het bijspaarsaldo is hierin niet meegenomen aangezien deze zichtbaar is gemaakt onder Wijziging Tech. voorziening voor risico deelnemers. Onttrekking voor pensioenuitkeringen Verwachte toekomstige pensioenuitkeringen worden vooraf actuarieel berekend en opgenomen in de voorziening pensioenverplichtingen. De onder dit hoofd opgenomen afname van de voorziening betreft het bedrag dat vrijkomt ten behoeve van de financiering van de pensioenen van de verslagperiode. Onttrekking voor pensioenuitvoeringskosten Onder de overige voorzieningen wordt een voorziening voor toekomstige excassokosten aangehouden. De administratiekosten en garantiekosten komen voor rekening van de werkgever, de beheerkosten komen ten laste van het rendement. Wijziging marktrente Jaarlijks wordt per 31 december de marktwaarde van de technische voorzieningen herrekend door toepassing van de actuele rentetermijnstructuur. Vanaf 1 januari 2015 wordt de nieuwe door DNB voorgeschreven Ultimate Forward Rate (UFR) gehanteerd. De mogelijkheid om een zogenaamde driemaandsmiddeling van de rente toe te passen, is komen te vervallen. Het effect van de wijziging in de UFR-methodiek bedraagt 93 (inclusief de wijziging in de UFR-methodiek per 15 juli 2015). Beide effecten worden verantwoord onder het hoofd Wijziging marktrente. Wijziging Sterftegrondslagen In verband met de stijging van de overlevingskansen is de voorziening berekend op basis van de overlevingstafel Prognosetafel Hierop zijn correctiefactoren toegepast op basis van een AHLM-studie uitgevoerd door Aon Hewitt. Het effect van de aanpassing van de gehanteerde overlevingstafel wordt verantwoord onder het hoofd wijziging sterftegrondslagen. De gehanteerde sterftegrondslagen zijn in 2015 niet aangepast. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

84 Overige wijzigingen Technisch resultaat garantieregeling Totaal De technische voorzieningen is naar categorieën van deelnemers als volgt samengesteld. Actieve deelnemers Pensioengerechtigden Gewezen deelnemers Voorziening voor rekening deelnemers Stand 31 december De methode voor de berekening van de pensioenverplichtingen is zodanig toegepast dat er geen sprake is van een financieringsachterstand. Naar hun aard hebben de technische voorzieningen in het algemeen een langlopend karakter. Korte beschrijving van de pensioenregeling De pensioenregeling kan worden gekenmerkt als een beschikbare premieregeling bestaande uit een pensioenregeling met een pensioenleeftijd van 65 jaar en een prepensioenregeling met een prepensioenleeftijd van 62 jaar. De pensioengrondslag is gelijk aan 13,96 maandsalarissen onder aftrek van een franchise. De franchise wordt jaarlijks vastgesteld. Tevens bestaat er recht op nabestaanden- en wezenpensioen op risicobasis. Jaarlijks beslist het bestuur van het fonds met welk rendement de kapitalen worden aangepast. Overeenkomstig artikel 10 van de Pensioenwet kwalificeert de pensioenregeling als een premieovereenkomst. Tot 1 januari 1998 was een eindloonregeling van kracht. Voor een klein aantal arbeidsongeschikten vindt nog opbouw plaats. Verder zijn er alleen slapers en gepensioneerden in deze regeling. Deze regeling kwalificeert als uitkeringsovereenkomst. Jaarlijks beslist het bestuur van het fonds de mate waarin de opgebouwde aanspraken worden geïndexeerd. Dit percentage geldt ook voor de gepensioneerden, die een pensioen hebben aangekocht vanuit de beschikbare premieregeling. Toeslagverlening De indexatie van pensioenrechten en pensioenaanspraken wordt jaarlijks vastgesteld door het bestuur van het fonds. Er bestaat een ambitie om jaarlijks de pensioenaanspraken en pensioenrechten van inactieven aan te passen. De indexatie in een jaar is voorwaardelijk en is afhankelijk van de hoogte van de bestemmingsreserve. Het ambitieniveau is 10% van de stijging van de consumentenprijsindex (CPI) alle huishoudens, zoals vastgesteld door het CBS. De pensioenaanspraken en pensioenrechten zijn in verband met de beperkte middelen in Reserve voor toeslagen dit jaar niet (2014: 0%) geïndexeerd. De indexatie per 1 januari 2016 is vastgesteld op 0%. Per en is de oude regeling met 0,25% geïndexeerd. Er is geen recht op toekomstige indexaties. Het is niet zeker of en in hoeverre in de toekomst wordt geïndexeerd. Het fonds houdt een bestemmingsreserve aan ter financiering van de indexatie. Inhaalindexaties Onder bepaalde omstandigheden kunnen inhaalindexaties worden toegekend. Inhaalindexaties zijn indexaties die worden toegezegd, voor zover in het verleden niet voor 100% is geïndexeerd. G.8 Overige Technische voorzieningen Voorziening premievrijstelling arbeidsongeschikten (PVA) Voorziening excasso Voorziening nabestaandenkapitaal (NbK) Voorziening rekenrente (RR) Totaal Met betrekking tot Ring G is reglementair vastgelegd dat aankoop van pensioenen uit opgebouwde pensioenkapitalen, plaatsvindt op basis van een rekenrente van 4%. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

85 Het bestuur heeft besloten een voorziening aan te houden voor het verschil tussen 4% rekenrente en de marktrente. Aangezien de marktrente verder gedaald is, is de voorziening rekenrente sterk toegenomen. Wijziging overige voorzieningen Mutatie voorziening premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid Mutatie voorziening excasso 9 10 Mutatie voorziening nabestaandenkapitaal 2 3 Mutatie voorziening rekenrente Totaal Mutatie voorziening rekenrente Stand 1 januari Toevoeging in verband met mutatie marktrente Onttrekking uit ingegane pensioenuitkeringen Saldo van inkomende en uitgaande waardeoverdrachten G.9 Overige passiva Hieronder is onder meer opgenomen de nog te betalen indexatiekoopsom voor de nog niet verwerkte indexatie door Aegon van de indexatie van 0,25% voor de slapers en gepensioneerden in de eindloonregeling. G.10 Premiebijdragen Werkgeversgedeelte Werknemersgedeelte - - Totaal De premie bestaat uit de volgende componenten: Premie pensioenregeling voor risico deelnemers Premie pensioenregeling voor risico fonds - 52 Administratiekosten Aegon/Nationale-Nederlanden incl. garantiekosten Overige kosten Totaal De kostendekkende en feitelijke premie volgens artikel 130 van de Pensioenwet zijn als volgt. Kostendekkende premie Feitelijke premie De aan het boekjaar toe te rekenen feitelijke premie is als bate verantwoord. Aangezien er geen actieven meer zijn is de kostendekkende premie nihil. De feitelijke premie pensioenregeling voor risico deelnemers betreft een correctie van reeds opgebouwde kapitalen, die voor rekening komt van de werkgever. De administratiekosten en de overige kosten komen voor rekening van Pon Holdings B.V. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

86 G.11 Beleggingsresultaten 2015 (x 1.000) Directe beleggingsopbrengsten Indirecte beleggingsopbrengsten Kosten van vermogensbeheer Totaal Aandelen Vastrentende waarden Overige Totaal (x 1.000) Directe beleggingsopbrengsten Indirecte Kosten van beleggingsopbrengsten vermogensbeheer Totaal Aandelen Vastrentende waarden Overige Totaal Onder Overige wordt bewaarloon en van de Belastingdienst retour ontvangen dividendbelasting begrepen. Indirecte overige beleggingsopbrengsten betreffen het rendement op de bijspaarregeling voor risico deelnemers. Bij ring G worden de beheer- en overige kosten vermogensbeheer in de jaarrekening gesaldeerd met de beleggingsopbrengsten en zijn daarom niet zichtbaar in de jaarrekening. G.12 Baten uit herverzekering Uitkeringen herverzekering (incl. afkopen klein pensioen) Uitgaande waarde overdrachten herverzekering Overrentedeling Aegon en Nationale-Nederlanden Totaal G.13 Overige baten Betreft ontvangen interestbaten. Tevens wordt hier de van Aegon ontvangen Anw-uitkering verantwoord. G.14 Pensioenuitkeringen Pensioenregeling voor risico pensioenfonds Ouderdomspensioen Nabestaandenpensioen (partnerpensioen) Afkopen Subtotaal Pensioenregeling voor risico deelnemers Afkopen 6 22 Overige uitkeringen Subtotaal Totaal De post afkopen betreft de afkoop van pensioenen die lager zijn dan de afkoopgrens. De overige uitkeringen betreft de uitkering van de geëxpireerde kapitalen aan het garantiedepot. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

87 G.15 Pensioenuitvoeringskosten Administratiekostenvergoeding Garantiekosten Overige kosten Kosten Pensioenbureau Totaal De overige kosten (accountant, actuaris, enz.) en de kosten van het Pensioenbureau zijn voor rekening van Pon Holdings. Overeenkomstig artikel 96 van de Pensioenwet wordt vermeld dat het fonds in het afgelopen jaar geen dwangsom is opgelegd door De Nederlandsche Bank. G.16 Saldo overdracht van rechten Uitgaande waardeoverdrachten vanuit beschikbare premie regeling Uitgaande waardeoverdrachten vanuit garantiecontract Saldo overdracht van rechten G.17 Premies herverzekeraar Pensioenopbouw Totaal G.18 Overige lasten Hieronder zijn onder andere de koopsom van de per 1 januari volgend verslagjaar toegekende indexatie opgenomen. Tevens worden hier de bankkosten gepresenteerd. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

88 A. Toelichting behorende tot de jaarrekening 2015 Ring A A.1 Beleggingen De beleggingen zijn als volgt samengesteld: Aandelen Vastrentende waarden Liquide middelen Stand per 31 december De ontwikkelingen in de beleggingsportefeuille in het boekjaar zijn als volgt samen te vatten: 2015 (x 1.000) Aandelen Vastrentende Liquide Totaal waarden middelen Stand per 1 januari boekjaar Indirect rendement Aankopen Verkopen Overig Stand per 31december (x 1.000) Aandelen Vastrentende Liquide Totaal waarden middelen Stand per 1 januari boekjaar Indirect rendement Aankopen Verkopen Overig Stand per 31december Op basis van de verscheidenheid en gradaties in waarderingsmethoden dienen de beleggingen te worden ingedeeld naar drie verschillende waarderingsniveaus: Niveau 1: De waarde van de belegging is gebaseerd op direct waarneembare marktnoteringen van identieke beleggingen in een actieve markt. Niveau 2: Actuele waarde wordt vastgesteld aan de hand van waarderingsmodellen waarin gebruik is gemaakt van waarneembare marktdata. Niveau 3: De waarde wordt vastgesteld met waarderingsmodellen waarin geen gebruik is gemaakt van waarneembare marktdata. Op basis van deze indeling kan de beleggingsportefeuille als volgt worden samengevat: 2015 (x 1.000) Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Totaal Aandelen Vastrentende waarden Liquide middelen Totaal (x 1.000) Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Totaal Aandelen Vastrentende waarden Liquide middelen Totaal Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

89 A.2 Vorderingen en overlopende activa Onder de vorderingen en overlopende activa zijn onder meer nog te ontvangen premies, interest en uitkeringen begrepen. A.3 Liquide middelen Hier wordt het saldo van de ABN-bankrekeningen gerapporteerd. Deze middelen staan ter vrije beschikking aan het fonds. A.4 Stichtingskapitaal en reserves Stand per 1 januari Uit bestemming saldo van baten en lasten Stand per 31 december Solvabiliteit Minimaal vereist eigen vermogen Vereist eigen vermogen De vermogenspositie/solvabiliteit van het fonds kan worden gekarakteriseerd als toereikend. Voor de toetsing van de financiële positie wordt het vereist eigen vermogen ultimo 2015 vastgesteld als het vereist eigen vermogen op basis van de strategische beleggingsmix. A.5 Technische voorzieningen Voorziening voor pensioenverplichtingen o.b.v. actuele uitkering Voorziening mutatie eigen inkomsten pensioengerechtigden Totale voorziening Het mutatieoverzicht is als volgt: Stand 1 januari Pensioenopbouw Indexering en overige toeslagen Rentetoevoeging 8 13 Onttrekking voor pensioenuitkeringen Wijziging marktrente Wijziging sterftegrondslagen Overig Stand 31 december De wijziging in de voorziening mutatie eigen inkomsten pensioengerechtigden wordt verklaard door het feit dat voor een aantal uitkeringsgerechtigden de uitkering is verlaagd of tijdelijk is stopgezet. Dit omdat er nabetalingen door de Sociale Verzekeringsbank zijn gedaan over periodes waarover Ring A al een uitkering verstrekt had. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

90 De voorziening naar categorieën van deelnemers als volgt samengesteld: Actieve deelnemers - - Pensioengerechtigden Netto pensioenverplichtingen De methode voor de berekening van de pensioenverplichtingen is zodanig toegepast dat er geen sprake is van een financieringsachterstand. Naar hun aard hebben de technische voorzieningen in het algemeen een langlopend karakter. Er wordt daarnaast een voorziening voor toekomstige excassokosten aangehouden onder de overige technische voorzieningen. Korte beschrijving van de pensioenregeling Overeenkomstig artikel 10 van de Pensioenwet kwalificeert de pensioenregeling als een uitkeringsovereenkomst. De pensioenregeling geeft onder voorwaarden recht op nabestaandenpensioen tot de AOW-eindleeftijd. Deelnemers zijn de medewerkers van alle (meerderheids-)bedrijven van Pon Holdings B.V. in Nederland, alsmede voor de VWPFS-bedrijven en de familiebedrijven van de heer W.N. Pon. Toeslagverlening Het toeslagbeleid kan als volgt worden verwoord: De indexatie van pensioenrechten en pensioenaanspraken wordt jaarlijks vastgesteld door het bestuur van het fonds. Er bestaat een ambitie om jaarlijks de pensioenrechten en pensioenaanspraken aan te passen. Er is geen recht op toekomstige indexaties. Het is niet zeker of en in hoeverre in de toekomst wordt geïndexeerd. Het fonds heeft geen geld gereserveerd voor toekomstige indexaties. Bij een beleidsdekkingsgraad onder de 110% zal niet worden geïndexeerd, bij een dekkingsgraad boven de 130% volledig en bij een dekkingsgraad tussen de 110% en 130% gedeeltelijk. Pensioenopbouw Onder pensioenopbouw is opgenomen de actuarieel berekende waarde ingegane schade gevallen. Indexering en overige toeslagen De pensioenverplichtingen zijn opgerent met 0,181% (2014: 0,181%), op basis van de éénjaarsrente op de interbancaire swapmarkt aan het begin van het verslagjaar. Onttrekking voor pensioenuitkeringen De maximale uitkeringen worden in mindering gebracht. De totale voorziening wordt immers gebaseerd op de maximale uitkering. Wijziging marktrente Jaarlijks wordt per 31 december de marktwaarde van de technische voorzieningen herrekend door toepassing van de actuele rentetermijnstructuur. Vanaf 1 januari 2015 wordt de nieuwe door DNB voorgeschreven Ultimate Forward Rate (UFR) gehanteerd. De mogelijkheid om een zogenaamde driemaandsmiddeling van de rente toe te passen, is komen te vervallen. Het effect van de wijziging in de UFR-methodiek bedraagt -/- 9 (inclusief de wijziging in de UFR-methodiek per 15 juli 2015). Beide effecten worden verantwoord onder het hoofd Wijziging marktrente. Wijziging sterftegrondslagen De voorziening berekend op basis van de overlevingstafel Prognosetafel 2014, startjaar Hierop zijn correctiefactoren toegepast op basis van AHLM-studie Aon Hewitt februari De gehanteerde sterftegrondslagen zijn in 2015 niet aangepast. A.6 Overige technische voorzieningen Hier is opgenomen de getroffen voorziening voor toekomstige excassokosten. A.7 Overige schulden en overlopende passiva Onder de overige schulden en overlopende passiva zijn onder meer nog te betalen uitkeringen, loonheffingen en kosten begrepen. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

91 A.8 Premiebijdragen (van werkgever en werknemers) Werkgeversgedeelte Werknemersgedeelte - - Totaal De feitelijke premie bestaat uit de volgende componenten: Premie pensioenregeling voor risico fonds Opslag 10% Overige kosten Totaal De kostendekkende premie bestaat uit de volgende componenten: Premie op marktwaarde Solvabiliteitsopslag Benodigd voor toekomstige kosten - 24 Opslag voor uitvoeringskosten Kostendekkende premie De feitelijke premie is gebaseerd op de werkelijke sterfteontwikkeling op basis van 3% rekenrente. De kostendekkende premie is gebaseerd op landelijke sterfteontwikkeling op basis van marktrente. De premie wordt jaarlijks door het bestuur vastgesteld als een vast bedrag per werknemer, ongeacht het geslacht, de burgerlijke staat of de parttime graad van de werknemer. Deze premie wordt vastgesteld als de gemiddelde schade per werknemer van de laatste 6 kalenderjaren, uit veiligheidsoverwegingen verhoogd met 10,0%. Gezien het feit dat de gemiddelde schade lager is dan landelijk verwacht mag worden en de vermogenspositie voldoende is voor de dekking van 97,5% zekerheid, is de feitelijke premie lager dan de kostendekkende premie. Voor 2015 is de premie verhoogd naar het premieniveau van A.9 Beleggingsresultaten 2015 (x 1.000) Directe beleggings opbrengsten Indirecte beleggings opbrengsten Kosten van vermogens beheer Totaal Aandelen Vastrentende waarden Liquide middelen Totaal (x 1.000) Directe beleggings opbrengsten Indirecte beleggings opbrengsten Kosten van vermogens beheer Totaal Aandelen Vastrentende waarden Liquide middelen Totaal Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

92 De kosten van vermogensbeheer omvatten de kosten die door de vermogensbeheerder direct bij het fonds in rekening zijn gebracht. Deze kosten bestaan uit de beheervergoeding van 0,2125% per kwartaal (0,85% per jaar). Deze vergoeding wordt berekend op basis van de waarde van het vermogen per ultimo van ieder kwartaal. Deze beheervergoeding is een all-in tarief. Deze kosten worden per kwartaal in rekening gebracht via de vermogensbeheerrekening. A.10 Overige baten Er zijn geen overige baten te rapporteren. A.11 Pensioenuitkeringen Gedurende het verslagjaar werd aan 27 personen (2014: 24) een uitkering verricht. Het totaal uitgekeerde nabestaandenpensioen (partnerpensioen) in 2015 bedraagt 300 (2014: 266). A.12 Pensioenuitvoeringskosten Overige kosten Kosten Pensioenbureau Totaal Overeenkomstig artikel 96 van de Pensioenwet wordt vermeld dat het fonds in het afgelopen jaar geen dwangsom is opgelegd door De Nederlandsche Bank. A.13 Premies herverzekeraar Op 1 januari 2014 is een stop-loss contract gesloten bij Zwitserleven. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

93 K. Toelichting behorende tot de jaarrekening 2015 Ring K K.1 Beleggingen voor risico fonds De ontwikkelingen in de beleggingsportefeuille in het boekjaar zijn als volgt samen te vatten: 2015 (x 1.000) Vastgoed Aandelen Vastrentende Derivaten Overige Totaal Beleggingen Waarden Beleggingen Stand per 1 januari boekjaar Indirect rendement Aankopen Verkopen Overig Stand per 31 december Overige mutaties omvat onder meer de herclassificaties ten opzichte van de onderverdeling die in 2014 zijn toegepast. Er wordt niet belegd in de premie bijdragende onderneming Koninklijke Gazelle N.V (x 1.000) Vastgoed Aandelen Vastrentende Derivaten Overige Totaal Beleggingen waarden Beleggingen Stand per 1 januari Indirect rendement Aankopen Verkopen Overig Stand per 31 december Voor de meerderheid van de beleggingen is sprake van objectief vast te stellen frequente marktnoteringen. Voor bepaalde beleggingen zijn deze niet beschikbaar en vindt waardering plaats op basis van waarderingsmodellen en -technieken, inclusief verwijzing naar de huidige reële waarde van vergelijkbare instrumenten en het gebruik van schattingen. Schattingen van de actuele waarde zijn een momentopname, gebaseerd op de marktomstandigheden en de beschikbare informatie over het financiële instrument. Deze schattingen zijn van nature subjectief en bevatten onzekerheden en een significante oordeelsvorming (bijvoorbeeld rentestand, volatiliteit, schatting van kasstromen, etc.) en kunnen daarom niet met precisie worden vastgesteld. Op basis van deze verscheidenheid en gradaties in waarderingsmethoden dienen de beleggingen te worden ingedeeld naar verschillende waarderingsniveaus weergegeven in onderstaande tabel. Niveau 1: De waarde van de belegging is gebaseerd op direct waarneembare marktnoteringen van identieke beleggingen in een actieve markt. Niveau 2: Actuele waarde wordt vastgesteld aan de hand van waarderingsmodellen waarin gebruik is gemaakt van waarneembare marktdata. Niveau 3: De waarde wordt vastgesteld met waarderingsmodellen waarin geen gebruik is gemaakt van waarneembare marktdata. Op basis van deze indeling kan de beleggingsportefeuille als volgt worden samengevat: 2015 (x 1.000) Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Totaal Vastgoed Beleggingen Aandelen Vastrentende waarden Derivaten Overige beleggingen Totaal Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

94 2014 (x 1.000) Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Totaal Vastgoed Beleggingen Aandelen Vastrentende waarden Derivaten Overige beleggingen Totaal De direct vastgoedbeleggingen bestaan uit een tiental woningen die het fonds in eigen beheer heeft. De waarde van het direct vastgoed is bepaald door een uitgevoerde taxatie op 21 december 2015 door een NVM-makelaar. De derivaten-posities bestaan uit rentederivaten afgesloten met ING, Citibank en Barclays Bank als tegenpartij en enkele valutatermijncontracten. De actuele waarde van deze beleggingen is vastgesteld aan de hand van waarderingsmodellen waarin gebruik is gemaakt van waarneembare marktdata, en waarbij de netto contante waarde is bepaald op basis van de marktrente per 31 december 2015, zijnde de risicovrije rente op basis van de EONIA-curve. Bij de rentederivaten wordt ter afdekking van de margin verplichtingen collateral management toegepast. Het collateral management wordt uitgevoerd op dagbasis. Als onderpand worden staatsobligaties van landen met een rating Aaa dan wel Aa2 aangehouden. Per 31 december 2015 is een bedrag van 4,0 mln. als onderpand in stukken ontvangen. De overige beleggingen betreffen de liquiditeiten en overlopende interest, alsmede de aangehouden beleggingen in commodities. De waarde van de beleggingen in commodities is bepaald op basis van de intrinsieke waarde, zijnde de Net Asset Value opgave van de betreffende beheerder. K.2 Beleggingen voor risico deelnemer Vanaf 1 januari 2015 voert het fonds een netto-pensioenregeling uit voor het salarisdeel boven De premies, na aftrek van kosten en risicopremies, worden belegd in een Life-Cycle fonds van NN Investment Partners. Het verloop staat weergegeven onder K.7. K.3 Herverzekeringsdeel technische voorziening Betreft de voorziening voor een aantal herverzekerde wezenpensioenen. K.4 Vorderingen en overlopende activa Betreft voornamelijk een vordering op de werkgever en een vordering op de herverzekeraar. K.5 Liquide middelen Hier wordt het saldo van de Rabo-bankrekening gerapporteerd. Deze middelen staan ter vrije beschikking aan het fonds. K.6 Stichtingskapitaal en reserves Stand per 1 januari Uit bestemming saldo van baten en lasten Stand per 31 december Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

95 Solvabiliteit Minimaal vereist eigen vermogen Vereist eigen vermogen De aanwezige solvabiliteit is lager dan de benodigde solvabiliteit maar hoger dan het minimaal vereist eigen vermogen. Het fonds bevindt zich in een situatie van reservetekort. K.7 Technische voorziening Voorziening voor pensioenverplichtingen voor risico deelnemers 4 - Voorziening voor pensioenverplichtingen voor risico fonds Voorziening voor pensioenverplichtingen afgedekt door herverzekeringscontract - 5 Het mutatieoverzicht voor risico deelnemers is als volgt: (x 1.000) Bruto Netto Stand 1 januari - - Premies 4 - Collectieve waardeoverdracht - - Onttrekking uit voorziening pensioenuitkeringen - - Rendement - - Stand 31 december 4 - Het mutatieoverzicht voor risico fonds is als volgt: Stand 1 januari Pensioenopbouw Indexering en overige toeslagen Rentetoevoeging voorziening pensioenverplichtingen Waardeoverdrachten Onttrekking voor pensioenuitkeringen Wijziging marktrente Wijziging sterftegrondslagen Overige wijzigingen Stand 31 december De voorziening ultimo 2014 werd gepresenteerd inclusief de opslag voor excassokosten. Omwille van eenduidige presentatie met de andere ringen is ervoor gekozen de excassokosten te presenteren onder de Overige Technische Voorzieningen. Daarom is onder Overige wijzigingen een verschuiving van opgenomen naar Overige Technische Voorzieningen. De voorziening voor pensioenverplichtingen is naar categorieën van deelnemers als volgt: Actieve deelnemers Gewezen deelnemers Pensioengerechtigden Herverzekering 0-5 Totale pensioenverplichtingen Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

96 Het mutatieoverzicht voor de voorziening afgedekt door garantiecontract is als volgt: Stand 1 januari boekjaar 5 5 Uitkering uit herverzekering -5 o Stand 31 december boekjaar 0 5 De methode voor de berekening van de pensioenverplichtingen is zodanig toegepast dat er geen sprake is van een financieringsachterstand. Naar hun aard hebben de technische voorzieningen in het algemeen een langlopend karakter. Pensioenopbouw Onder pensioenopbouw is opgenomen de actuarieel berekende waarde van de diensttijdopbouw. Dit is het effect op de voorziening pensioenverplichtingen van de in het verslagjaar opgebouwde nominale rechten ouderdomspensioen en nabestaandenpensioen. Indexering en overige toeslagen Het toeslagbeleid kan als volgt worden verwoord: De indexatie van pensioenrechten en pensioenaanspraken wordt jaarlijks vastgesteld door het bestuur van het fonds. Per 1 januari 2016 is 0,1% toegekend. Er bestaat een ambitie om jaarlijks de pensioenrechten en pensioenaanspraken aan te passen aan de ontwikkeling van de ontwikkeling van de CPI (Consumentenprijsindex afgeleid september september). Per 1 januari 2016 is 25% van deze CPI toegekend en zijn de pensioenen derhalve met 0,1% geïndexeerd. Er is geen recht op toekomstige indexaties. Het is niet zeker of en in hoeverre in de toekomst wordt geïndexeerd. Het fonds heeft geen geld gereserveerd voor toekomstige indexaties. Rentetoevoeging De pensioenverplichtingen zijn opgerent primo jaar met 0,181% (2014: 0,181%), op basis van de éénjaarsrente uit de op de interbancaire swapmarkt aan het begin van het verslagjaar. Onttrekking pensioenuitkeringen Dit betreft de vrijval van de voorziening in verband met uitkeringen. Wijziging marktrente Jaarlijks wordt per 31 december de marktwaarde van de technische voorzieningen herrekend door toepassing van de actuele rentetermijnstructuur. Vanaf 1 januari 2015 wordt de nieuwe door DNB voorgeschreven Ultimate Forward Rate (UFR) gehanteerd. De mogelijkheid om een zogenaamde driemaandsmiddeling van de rente toe te passen, is komen te vervallen. Het effect van de wijziging in de UFR-methodiek bedraagt (inclusief de wijziging in de UFR-methodiek per 15 juli 2015). Tenslotte is de markrente zelf gewijzigd. Deze drie effecten worden verantwoord onder het hoofd Wijziging marktrente. Wijziging sterftegrondslagen De voorziening berekend op basis van de overlevingstafel Prognosetafel Hierop zijn correctiefactoren toegepast op basis van een AHLM-studie uitgevoerd Aon Hewitt februari Het effect van de aanpassing van de gehanteerde overlevingstafel wordt verantwoord onder het hoofd wijziging sterftegrondslagen. De gehanteerde sterftegrondslagen zijn in 2015 niet aangepast. K.8 Overige technische voorzieningen Deze post betreft een drietal voorzieningen: De excasso voorziening. Deze voorziening wordt vanaf boekjaar 2015 apart gespecificeerd (zie K 7). De premie-egalisatie voorziening in verband met de CDC-regeling die vanaf 1 januari 2015 van kracht is. Het verschil tussen de werkelijke CDC-premie en de gedempte kostendekkende premie wordt gedoteerd dan wel onttrokken aan deze voorziening. De voorziening inzake toekomstige financiering van de aanspraken zoals voorheen vermeld in Hoofdstuk C van het pensioenreglement. Dit betreft een voorwaardelijk recht voor deelnemers geboren in de periode 1 januari 1953 tot en met 31 december De deelnemer kan hier pas rechten aan ontlenen als hij tot pensionering of eerdere datum van toekenning door het bestuur in dienst van de Koninklijke Gazelle N.V. blijft. De waarderingsgrondslagen voor de aanspraken uit Hoofdstuk C zijn gelijk aan de fondsgrondslagen zoals opgenomen in de ABTN. Het betreft voorwaardelijke pensioenaanspraken. De toekenning van deze aanspraken gebeurt door het bestuur. Ultimo 2015 zijn de voorwaardelijke rechten voor de deelnemers geboren in 1955 onvoorwaardelijk geworden. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

97 Hoofdstuk C voorziening Excassovoorziening Egalisatievoorziening CDC premie Totaal Het mutatie overzicht excassovoorziening is als volgt: Stand 1 januari 0 0 Overboeking van de technische voorziening Toevoeging ultimo boekjaar 61 0 Stand 31 december Het mutatie overzicht premie-egalisatie voorziening is als volgt: Stand 1 januari 0 0 Toevoeging ultimo boekjaar Stand 31 december Het mutatie overzicht voor de Hoofdstuk C voorziening is als volgt: Stand 1 januari Onttrekking aan overige technische voorziening Toevoeging ivm vordering op werkgever 0 0 Toevoeging in verband met behaald rendement Stand 31 december Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

98 K.9 Overige schulden en overlopende passiva Dit betreft voornamelijk de negatieve positie van de valuta-derivaten van 0,2 mln. (2014: 0,7 mln.) en de van de Rente Swaps van 1,1 mln. (2014: 0,0 mln.). Tevens is een bedrag van 0,1 mln (2014: 0,0 mln.) opgenomen voor nog niet opgevraagde pensioenen. K.10 Premiebijdragen (van werkgever en werknemers) Feitelijk ontvangen premie Werkgeversgedeelte Werknemersgedeelte (incl. vrijwillige voortzetting) Premie bijdrage netto pensioenregeling 5 0 FVP-bijdrage Totaal Feitelijke ontvangen premie, Kostendekkende premie, Gedempte premie Feitelijke ontvangen premie Kostendekkende premie Gedempte premie Het fonds hanteert voor de vaststelling van de gedempte kostendekkende premie een disconteringsvoet van de 10-jaars gemiddelde RTS. Kostendekkende premie Actuarieel benodigd In premie begrepen bedrag voor directe kosten In premie begrepen bedrag voor toekomstige kosten Opslag voor solvabiliteit Netto pensioen 5 0 Kostendekkende premie jaars Gedempte kostendekkende premie Actuarieel benodigd In premie begrepen bedrag voor directe kosten In premie begrepen bedrag voor toekomstige kosten Opslag voor solvabiliteit Netto pensioen 5 0 Kostendekkende premie Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

99 K.11 Beleggingsresultaten 2015 (x 1.000) Directe beleggings opbrengsten Indirecte beleggings opbrengsten Kosten van vermogens beheer Totaal Vastrentende waarden Aandelen Vastgoed Derivaten Overige Beleggingen Liquide middelen Totaal Opbrengsten Kosten vermogensbeheer Totaal De kosten van vermogensbeheer omvatten de kosten die door de vermogensbeheerder direct bij het fonds in rekening zijn gebracht. Deze kosten bestaan uit fiduciaire beheervergoeding. Tevens omvatten deze kosten gemaakt voor het beheer van de woningen in eigen beheer (x 1.000) Directe beleggings opbrengsten Indirecte beleggings opbrengsten Kosten van vermogens beheer Totaal Vastrentende waarden Aandelen Vastgoed Derivaten Swaps Overige Beleggingen Liquide middelen Totaal Opbrengsten Kosten vermogensbeheer Totaal K.12 Baten uit herverzekering Zwitserleven 6 1 ElipsLife 0 16 Totaal 6 17 K.13 Overige baten Er zijn geen overige baten te presenteren. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

100 K.14 Pensioenuitkeringen Ouderdomspensioen Tijdelijk ouderdomspensioen Nabestaandenpensioen (partnerpensioen) Afkopen 29 6 Wezenpensioen 8 13 Totaal K.15 Pensioenuitvoeringskosten Kosten administratieve vergoedingen Gazelle Kosten accountant Kosten actuaris Kosten diversen Totaal K.16 Saldo waardeoverdrachten Inkomende waardeoverdrachten Uitgaande waardeoverdrachten Totaal K.17 Premie herverzekering Betreft de herverzekeringspremie betaald aan Elips Life onder aftrek van de ontvangen winstdeling uit hoofde van de overeenkomst met Elips Life. K.18 Overige lasten In 2015 is het tot ultimo 2015 nog niet opgevraagde pensioen als passiva opgenomen. Deze last is in 2015 in één keer als verlies genomen. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

101 6.4 Stichtingskapitaal en reserves Het Stichtingskapitaal bedraagt 0. De mutatie in het eigen vermogen is gelijk aan het saldo van baten en lasten. Stichting Pensioenfonds Pon is een zogenaamde Multi-OPF met (per 31 december 2015) vier ringen : - Ring P (voorheen Stichting Pensioenfonds Pon Holdings) - Ring G (voorheen Stichting Pensioenfonds Geveke) - Ring A (voorheen Stichting Anw fonds Pon Holdings) - Ring K (voorheen Stichting Pensioenfonds Gazelle) Door middel van ringfencing worden de bij elke afzonderlijke Ring behorende bezittingen en verplichtingen afgescheiden van de bij andere Ringen behorende bezittingen en verplichtingen. Het eigen vermogen kan als volgt worden toegerekend: (x 1.000) St. Pensioenfonds Pon Saldo Baten en Lasten St. Pensioenfonds Pon Ring P Ring G Ring A Ring K Totaal Voor een nadere toelichting op de samenstelling van en de mutaties in het eigen vermogen per ring wordt verwezen naar de toelichting bij de afzonderlijke Ringen. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

102 6.5 Risicobeheer Solvabiliteitsrisico Het fonds wordt bij het beheer van de pensioenverplichtingen en de financiering daarvan geconfronteerd met risico s. De belangrijkste doelstelling van het fonds is het nakomen van de pensioentoezeggingen. Voor het realiseren van deze doelstelling wordt gestreefd naar een toereikende solvabiliteit op basis van de marktwaarde van de pensioenverplichtingen. Het belangrijkste risico voor het fonds betreft het solvabiliteitsrisico, ofwel het risico dat het fonds niet beschikt over voldoende vermogen ter dekking van de pensioenverplichtingen. De solvabiliteit wordt gemeten zowel op basis van algemeen geldende normen als ook naar de specifieke normen welke door de toezichthouder worden opgelegd. Indien de solvabiliteit van het fonds zich negatief ontwikkelt, bestaat het risico dat het fonds de premie voor de onderneming en deelnemers moet verhogen en het risico dat er geen ruimte beschikbaar is voor een eventuele toeslagverlening op opgebouwde pensioenrechten. In het uiterste geval kan het noodzakelijk zijn dat het fonds verworven pensioenaanspraken en pensioenrechten vermindert (PW 134). (niet voor herverzekerd stuk) Om het solvabiliteitsrisico te beheersen dient het fonds buffers in het vermogen aan te houden. De omvang van deze buffers (buffers plus de pensioenverplichtingen heten samen het vereist vermogen) wordt vastgesteld met de door DNB voorgeschreven solvabiliteitstoets (S-toets). Deze toets bevat een kwantificering van de bestuursvisie op de fondsspecifieke restrisico s (na afdekking). De berekening van het vereist eigen vermogen en het hieruit voortvloeiende surplus/tekort aan het einde van het boekjaar is als volgt: Ring P Ring P is grotendeels herverzekerd. Voor het niet herverzekerde deel wordt het (minimaal) vereist eigen vermogen hieronder berekend. Verder geldt dat indien de solvabiliteit van het fonds zich negatief ontwikkelt, het risico bestaat dat er geen ruimte beschikbaar is voor een eventuele indexatie van opgebouwde pensioenrechten S1 Renterisico S2 Risico zakelijke waarden S3 Valutarisico S4 Grondstoffenrisico - - S5 Kredietrisico S6 Verzekeringstechnisch risico S7 Liquiditeitsrisico - - S8 Concentratierisico - - S9 Operationeel risico - - S10 Actief beheer risico 695 Correctie wortelformule (diversificatie en correlatie effect) Vereist eigen vermogen (vereiste buffers) Voorziening pensioenverplichtingen Vereist pensioenvermogen Aanwezig pensioenvermogen (Totaal activa -/- schulden) Surplus Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

103 Ring G Voor Ring G is grotendeels herverzekerd. Voor het niet herverzekerde deel wordt het (minimaal) vereist eigen vermogen hieronder berekend S1 Renterisico S2 Risico zakelijke waarden S3 Valutarisico S4 Grondstoffenrisico - - S5 Kredietrisico S6 Verzekeringstechnisch risico S7 Liquiditeitsrisico - - S8 Concentratierisico - - S9 Operationeel risico - - S10 Actief beheer risico Correctie wortelformule (diversificatie en correlatie effect) Vereist eigen vermogen (vereiste buffers) Voorziening pensioenverplichtingen Vereist pensioenvermogen Aanwezig pensioenvermogen (Totaal activa -/- schulden) Surplus De buffers zijn berekend op basis van de standaardmethode waarbij voor de samenstelling van de beleggingen wordt uitgegaan van de strategische beleggingsmix in de evenwichtssituatie. Ring A Voor Ring A geldt dat indien de solvabiliteit van het fonds zich negatief ontwikkelt, het risico bestaat dat het fonds de premie moet verhogen. Tevens bestaat het risico dat er geen ruimte beschikbaar is voor een eventuele indexatie van opgebouwde pensioenrechten S1 Renterisico S2 Risico zakelijke waarden S3 Valutarisico S4 Grondstoffenrisico - - S5 Kredietrisico S6 Verzekeringstechnisch risico S7 Liquiditeitsrisico - - S8 Concentratierisico S9 Operationeel risico - - Correctie wortelformule (diversificatie en correlatie effect) Vereist eigen vermogen (vereiste buffers) Voorziening pensioenverplichtingen Vereist pensioenvermogen Aanwezig pensioenvermogen (Totaal activa -/- schulden) Surplus Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

104 Ring K Voor Ring K geldt dat indien de solvabiliteit van het fonds zich negatief ontwikkelt, het risico bestaat dat er geen ruimte beschikbaar is voor een eventuele indexatie van opgebouwde pensioenrechten S1 Renterisico S2 Risico zakelijke waarden S3 Valutarisico S4 Grondstoffenrisico S5 Kredietrisico S6 Verzekeringstechnisch risico S7 Liquiditeitsrisico - - S8 Concentratierisico - - S9 Operationeel risico - - S10 Actief beheer risico Correctie wortelformule (diversificatie en correlatie effect) Vereist eigen vermogen (vereiste buffers) Voorziening pensioenverplichtingen Vereist pensioenvermogen Aanwezig pensioenvermogen (Totaal activa -/- schulden) tekort Het vereist eigen vermogen is berekend op basis van de standaardmethode waarbij voor de samenstelling van de beleggingen wordt uitgegaan van de strategische beleggingsmix in de evenwichtssituatie Marktrisico (S1-S3) Marktrisico omvat de mogelijkheden voor winst of verlies en omvat het prijs(koers)risico, valutarisico en het renterisico. De strategie van het fonds met betrekking tot het beleggingsrisico wordt bepaald door de beleggingsdoelstellingen. Renterisico (S1) Het renterisico is het risico dat de waarde van de portefeuille vastrentende waarden en de pensioenverplichtingen verandert als gevolg van ontwikkelingen in de marktrente. De rentegevoeligheid kan worden gemeten door middel van de duratie. De duratie is de (met de contante waarde van de kasstromen) gewogen gemiddelde resterende looptijd in jaren. Voor wat betreft beleggingen in spaarproducten in euro s is van koers- en valutarisico geen sprake. Voor wat betreft de beleggingen in vastrentende waarden is wel sprake van renterisico. Voor Ring P en G is binnen het garantiecontract het (negatieve) beleggingsrisico en daarmee ook het renterisico afgedekt. Bij de beschikbare premieregeling (Ring G) is het renterisico voor rekening van de deelnemer en niet voor het fonds. In Ring G is de benodigde voorziening Rekenrente sterk afhankelijk van de marktrente. Deze voorziening wordt immers gebaseerd op het verschil tussen de marktrente en de 4% rekenrente in het reglement. In de S1 is rekening gehouden met het effect van een renteschok op benodigde voorziening Rekenrente. Bij beleggingen voor risico fonds is sprake van renterisico. Aangezien de tegenoverliggende verplichtingen een langere duration hebben dan de beleggingen, is er sprake van mismatch. Voor alle Ringen geldt: Aan de debetzijde van de balans volgt de waarde van de beleggingen in vastrentende waarden de ontwikkelingen van de betreffende marktrente. In dit verband wordt de gewogen looptijd van de portefeuille gestuurd (verlengd of verkort). Aan de creditzijde van de balans fluctueren de pensioenverplichtingen aan de hand van de rente termijn structuur. Voor Ring K geldt dat het renterisico deels wordt afgedekt, maar dat er een rentehedge van toepassing is die kleiner is dan 100%, waardoor er een renterisico blijft bestaan. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

105 Op balansdatum is de duration van de totale beleggingen kleiner dan die van de pensioenverplichtingen. Deze duration mismatch houdt in dat bij een rentedaling de waarde van de pensioenverplichtingen sneller stijgt dan de waarde van de beleggingen, waardoor de dekkingsgraad daalt. In het boekjaar 2015 ziet de duration per Ring er als volgt uit: Ring P Ring G Ring A Ring K Duration van de vastrentende waarden (voor derivaten) 5,0 5,0 4,4 10,4 Duration van de vastrentende waarden (na derivaten) 5,7 5,7 4,4 21,9 Duration totale beleggingen 3,4 4,4 3,2 9,4 Duration van de nominale pensioenverplichtingen 31,0 11,9 7,8 19,7 Voor Ring P en Ring G geldt dat derivaten onderdeel uitmaken van de beleggingsfondsen, derhalve worden deze belegging niet als zodanig op de balans gepresenteerd. Prijsrisico (S2) Prijsrisico is het risico van waarde wijzigingen door de ontwikkeling van marktprijzen. Het wordt veroorzaakt door factoren gerelateerd aan een individuele belegging, de uitgevende instelling of generieke factoren. Voor het garantiecontract geldt dat de (negatieve) beleggingsrisico s zijn overgedragen aan de herverzekeraar. Het fonds loopt wel een indirect beleggingsrisico. Dit uit zich bij een eventuele wisseling van herverzekeraar en bij het financieren van de indexatie. Bij de losse beleggingsportefeuille is er wel sprake van prijsrisico. Omdat alle beleggingen worden gewaardeerd tegen reële waarde waarbij waarde wijzigingen onmiddellijk in het saldo van baten en lasten worden verwerkt, zijn alle wijzigingen in marktomstandigheden direct zichtbaar in het beleggingsresultaat. Ring P Het prijsrisico wordt gemitigeerd door het investeren in aandelen- en beleggingsfondsen. De strategische beleggingsmix en de realisatie kan als volgt worden samengevat: (x 1.000) Strategische Feitelijke allocatie per allocatie 31 december 2015 % % Aandelen 30,0 29, Vastrentende waarden 70,0 70, Liquide middelen 0,0 0,0 8 Totaal beleggingen 100,0 100, De segmentatie naar regio van de beleggingen is als volgt: 2015 (x 1.000) Vastrentend Vastrentend Vastrentend Aandelen Liquide Totaal Bedrijven Overheid Overig Middelen Europa Noord Amerika Azie en Oceanie BRIC-landen Latijns Amerika Midden Oosten en Afrika Liquiditeiten Totaal (x 1.000) Vastrentend Vastrentend Vastrentend Aandelen Liquide Totaal Bedrijven Overheid Overig Middelen Europa Noord Amerika Azie en Oceanie BRIC-landen Latijns Amerika Midden Oosten en Afrika Liquiditeiten in beleggingen Totaal Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

106 Ring G Het prijsrisico wordt gemitigeerd door het investeren in aandelen- en beleggingsfondsen. De strategische beleggingsmix en de realisatie kan als volgt worden samengevat; waarbij de bijspaarsaldi buiten beschouwing zijn gelaten. (x 1.000) Strategische Feitelijke allocatie per allocatie 31 december 2015 % % Aandelen 15,0 14, Vastrentende waarden 85,0 85, Liquiditeiten 0,0 0,03 9 Totaal beleggingen 100,0 100, De segmentatie naar regio van de beleggingen is als volgt: 2015 (x 1.000) Vastrentend Vastrentend Vastrentend Aandelen Liquide Totaal Bedrijven Overheid Overig Middelen Europa Noord Amerika Azie en Oceanie BRIC-landen Latijns Amerika Midden Oosten en Afrika Liquiditeiten Totaal (x 1.000) Vastrentend Vastrentend Vastrentend Aandelen Liquide Totaal Bedrijven Overheid Overig Middelen Europa Noord Amerika Azie en Oceanie BRIC-landen Latijns Amerika Midden Oosten en Afrika Liquiditeiten in beleggingen Totaal Beleggingen onder het garantiecontract (op basis van 100%) (x 1.000) Strategische Feitelijke allocatie per allocatie 31 december 2015 % % Mixfondsen Totaal pensioenvermogen Ring A (x 1.000) Strategische Feitelijke allocatie per allocatie 31 december 2015 % % Aandelen 20,0 27, Vastrentende waarden 80,0 63, Liquiditeiten 0,0 9,1 572 Totaal beleggingen 100,0 100, Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

107 De segmentatie naar regio van de beleggingen is als volgt: Aandelen (naar regio) Europa Noord Amerika Overig Subtotaal Vastrentende waarden Overheden Bedrijven Subtotaal Liquide middelen Totaal Ring K (x 1.000) Strategische Feitelijke allocatie per allocatie 31 december 2015 % % Aandelen 40,0 42, Onroerend goed (beursgenoteerd, niet 13,0 9, Vastrentende waarden (obligaties, swaps) 42,0 38, Overige beleggingen 5,0 4, Derivaten 0,0 4, Totaal beleggingen 100,0 100, De segmentatie naar regio van de beleggingen is als volgt: Vastgoedbeleggingen Direct (Woningen) Indirect Beurs Genoteerd Indirect niet Beurs genoteerd Totaal Vastrentende waarden Overheden Nederlandse Duitse Franse Finse Belgische Oostenrijkse Overige staat gegarandeerd Totaal Overheden Inflation Linked Bonds Credits Totaal Aandelen (naar regio) Europa Noord Amerika Emerging Markets Japan Pacific ex-japan Totaal Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

108 Derivaten Valutaderivaten Rente Swaps Totaal Overige Beleggingen Commodities Overige Totaal Valutarisico (S3) Binnen het garantiecontract is het (negatieve) beleggingsrisico en daarmee ook het valutarisico afgedekt. Voor de losse beleggingsportefeuille geldt dat de gelden niet direct maar via beleggingsfondsen worden geïnvesteerd in het buitenland. Ring K heeft als beleid dat het valutarisico wordt afgedekt (gehedged). Dit gebeurde voor de USD, Australische dollar, Japanse Yen en de GBP. Grondstoffenrisico (S4) Grondstoffenrisico is aanwezig bij alle beleggingen waarvan de actuele waarde gevoelig is voor wijzigingen in grondstofprijzen. Grondstoffen (commodities) vormen een beleggingscategorie waarin veelal via indexfutures en opties wordt geïnvesteerd. Dit geldt in ieder geval voor alle long- en short posities in grondstoffen, indices van grondstoffen en grondstofderivaten. Voorbeelden van grondstoffen zijn onder andere de categorieën energie, industriële metalen, kostbare metalen, landbouw en vee. Kredietrisico (S5) Kredietrisico is het risico van financiële verliezen voor het fonds als gevolg van faillissement of betalingsonmacht van tegenpartijen waarop het fonds (potentiële) vorderingen heeft. Hierbij kan onder meer worden gedacht aan partijen die obligatieleningen uitgeven, banken waar deposito s worden geplaatst, marktpartijen waarmee Over The Counter (OTC)-derivatenposities worden aangegaan en aan bijvoorbeeld herverzekeraars. Voor het garantiecontract geldt dat bij de waardering van de vordering op de herverzekeraar houdt het fonds rekening met de kredietkwaliteit van de herverzekeraar. Het bestuur erkent dat het kredietrisico op de herverzekeraars nog immer aanwezig is. Gezien de genomen maatregelen, zowel van overheidswege als intern door de herverzekeraars acht het bestuur de kans dat deze niet aan hun verplichtingen kunnen voldoen verwaarloosbaar. Het bestuur heeft dan ook geen afslag wegens kredietrisico op de herverzekeraars toegepast. Voor Ring G geldt: Voor de beleggingsportefeuille voor risico fonds gelden restricties voor de samenstelling van de beleggingsportefeuille. Beheersing vindt van het kredietrisico plaats door spreiding van investeringen in beleggingsfondsen. De benodigde premie op basis van de grondslagen van de herverzekeraar en alle kosten worden door de werkgever betaald. Voor Ring A geldt: Beheersing van het kredietrisico vindt plaats door spreiding van beleggingen over meerdere tegenpartijen. Voor Ring P en K geldt: Dit risico wordt ook wel aangeduid als debiteurenrisico. Ter beperking van het kredietrisico gelden voor de vermogensbeheerder forse restricties voor de samenstelling van de vastrentende portefeuille met betrekking tot belang in één debiteur. Deze restricties zijn vastgelegd in de richtlijnen voor vermogensbeheer. Voor de zakelijke waarden wordt het risico gespreid over categorieën en regio s door te beleggen in fondsen, hierdoor wordt het effect van een faillissement van een partij waarin is belegd gereduceerd. Bij het kredietrisico dient het effect van de kredietwaardigheid van de partijen, waarin belegd wordt, tot uitdrukking te komen. Het kredietrisico komt tot uitdrukking in de zogenaamde creditspread. Deze creditspread is het verschil tussen de uitkering die afhangt van de kredietwaardigheid van de tegenpartij en een uitkering die met volledige zekerheid (risicovrij) tot uitkering zal komen. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

109 Het kredietrisico verbonden aan derivatentransacties wordt beheerst door het afsluiten van standaardovereenkomsten met tegenpartijen (ISDA s en CSA s), her beoordelen van de kredietwaardigheid van tegenpartijen, het eisen van voldoende onderpand en een adequate monitoring met betrekking tot de gestelde eisen inzake onderpand. Verzekeringstechnische risico s (actuariële risico s) (S6) De belangrijkste actuariële risico s zijn de risico s van langleven, overlijden en arbeidsongeschiktheid en het indexatierisico. Door het fonds worden de prognosetafels AG 2014 gehanteerd. In deze tafels is de sterftetrend verdisconteerd. Door toepassing van deze prognosetafels is het langlevenrisico voor het fonds sterk gereduceerd. Op grond van een AHLM-studie van Aon-Hewitt worden hierop fondsspecifieke correctiefactoren toegepast. Alle kortlopende risico's bij Ring P zijn herverzekerd, deels via het heverzekeringscontract bij Nationale- Nederlanden, deels door risicodekking bij Zwitserleven. Bij het garantiecontract zijn de pensioenverplichtingen achtergelaten bij de verzekeraar. Daarbij heeft de verzekeraar een uitkeringsgarantie afgegeven. Verder is met de Nationale-Nederlanden een resultatendelingen overeengekomen. Het fonds krijgt 75% van de cumulatieve technische winst over de contractperiode 1 januari 2009 tot 1 januari De winstdelingsregeling kan als volgt worden gespecificeerd: 75% van het positieve technisch resultaat over de jaren 2009 tot en met 2014 komt toe aan het fonds. Een negatief saldo is geheel voor rekening van de verzekeraar. Een eventuele bate uit hoofde van winstdeling wordt in het resultaat verantwoord op het moment van toekenning. Deze resultatendeling wordt ultimo 2016 afgewikkeld. De herverzekeringsovereenkomst met Aegon voor Ring G is een contract voor onbepaalde tijd. Vanaf 1 januari 2014 vindt de inkoop van pensioen vanuit de kapitalen plaats in eigen beheer. Voor Ring A geldt dat het risico beperkt is aangezien het tijdelijke uitkeringen. Tevens is een stop- loss herverzekering afgesloten bij Zwitserleven. Voor Ring K is voor het overlijdens- en arbeidsongeschiktheidsrisico een stop-loss verzekering afgesloten bij ElipsLife. Liquiditeitsrisico (S7) Liquiditeitsrisico is het risico dat beleggingen niet tijdig en/of niet tegen een aanvaardbare prijs kunnen worden omgezet in liquide middelen, waardoor het fonds op korte termijn niet aan zijn verplichtingen kan voldoen. Liquiditeiten en tegoeden op bankrekeningen zijn onmiddellijk dan wel op korte termijn opeisbaar. Voor de korte termijn maakt het fonds prognoses waarbij rekening wordt gehouden met de directe beleggingsopbrengsten en andere inkomsten zoals premies. In het geval de liquiditeitsbehoefte onder normale omstandigheden, dan wel in een stressscenario hoger is dan de stand van de liquide middelen, kan het noodzakelijk zijn om (liquide) beleggingen te liquideren om aan de onderpandverplichtingen te voldoen. Eind 2015 zijn er voldoende beleggingen aanwezig die onmiddellijk en zonder waardeverlies te gelde kunnen worden gemaakt om een onvoorziene uitstroom van geldmiddelen te financieren. Op dit moment bestaan geen liquiditeitsrisico s voor het fonds. In de solvabiliteitstoets van het fonds worden hier dan ook geen buffers voor aangehouden. Concentratierisico (S8) Concentraties kunnen ertoe leiden dat het fonds bij grote veranderingen in bijvoorbeeld de waardering (marktrisico) of de financiële positie van een tegenpartij (kredietrisico) grote (veelal financiële) gevolgen hiervan ondervindt. Concentratierisico s kunnen optreden bij een concentratie in de beleggingsportefeuille in producten, regio s of landen, economische sectoren of tegenpartijen. Naast concentraties in de beleggingsportefeuille kan er ook sprake zijn van concentraties in de verplichtingen en de uitvoering. Grote posten zijn aan te duiden als een vorm van concentratierisico. Om te bepalen welke posten hieronder vallen moeten per beleggingscategorie alle instrumenten met dezelfde debiteur worden gesommeerd. Als grote post wordt aangemerkt elke post die meer dan 2% van het balanstotaal uitmaakt. Voor Ring P geldt dat inzake concentratie van risico s kan worden gemeld dat ultimo 2015 geen sprake is van beleggingen in een individuele tegenpartij groter dan 2% van het balanstotaal. Voor Ring G geldt dat inzake concentratie van risico s kan worden gemeld dat ultimo 2015 geen sprake is van beleggingen in een individuele tegenpartij groter dan 2% van het balanstotaal. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

110 Er bestaat in de beleggingsportefeuille een concentratierisico. Het concentratierisico in de portefeuille vindt zijn oorzaak in de beperkte omvang van het belegd vermogen. Hierdoor leidt de inname van een beleggingspositie van gebruikelijke omvang al snel tot een concentratierisico. Om de portefeuille beheersbaar te houden heeft het bestuur een mandaat afgegeven aan de vermogensbeheerder verleend die voldoet aan de overeengekomen kwaliteitseisen. Vanuit deze kwaliteitseisen is vervolgens de beleggingsportefeuille ingericht. Het bestuur monitort of de vermogensbeheerder zich aan haar verleende mandaat houdt. Op basis van vorenstaande is het bestuur van mening dat de tegenpartijen waarop het concentratierisico van toepassing acceptabel is. Voor Ring A betreft het concentratierisico per 31 december de volgende posten: Beleggingen ABN-AMRO MeesPierson (x 1.000) Marktwaarde in Effectendepot ABN-AMRO MeesPierson % CITIGROUP /2% Italie 07/ % Instituto de credito 11/ % CONTINENTAL /4% Frankrijk 05/ % Spanje 11/ % Italie 11/ % Belgie 06/ % GE CAP EUR /8% National aus bank 10/20 ao /8% Hutchison whampoa int 14/ /4% Cie financement foncier 12/ /8% Verizon communications 14/ Voor Ring K geldt: Grote posten zijn aan te duiden als een vorm van concentratierisico. Om te bepalen welke posten hieronder vallen, moeten per beleggingscategorie alle instrumenten met dezelfde debiteur worden gesommeerd. Hiervoor wordt het doorkijkprincipe toegepast. Dit betekent dat niet de beleggingsfondsen zelf als debiteur worden beschouwd, maar de onderliggende beleggingen. Als grote post wordt aangemerkt elke post die meer dan 2% van het balanstotaal of welke die meer dan 5% van de beleggingscategorie waartoe de belegging behoort, uitmaakt. In de categorie vastrentende waarden is sprake van concentratierisico. De Oostenrijkse-, Finse-, Duitse Franse en Nederlandse staatsleningen bedragen meer dan 5% van de totale waarde van de categorie vastrentende waarden. In het algemeen geldt dat concentratierisico kan optreden als een adequate spreiding van activa en passiva ontbreekt. Concentratierisico s kunnen optreden bij een concentratie van de portefeuille in regio s, economische sectoren en tegenpartijen. Een portefeuille van leningen die sterk sector gebonden is, kan door deze sectorconcentratie een verhoogd risico lopen. Indien aandelen in dezelfde sector worden aangehouden is sprake van een cumulatief concentratierisico. Om het risico van concentratie in bepaalde tegenpartijen te mitigeren heeft het fonds richtlijnen opgesteld die de maximale omvang van beleggingen in een debiteur beperkt. Het concentratierisico wordt verder beperkt doordat zowel het strategisch als tactisch beleid per asset categorie is uitgewerkt. Bij de inrichting van de portefeuille wordt, met name als het gaat om diversificatie, gewerkt met correlaties uit het verleden die gebaseerd zijn op hetgeen gezien wordt als best practice in de Nederlandse financiële wereld. Voor de beoordeling van de kwaliteit van de debiteuren wordt uitsluitend gebruik gemaakt van gerenommeerde bureaus Operationeel risico (S9) Operationeel risico is het risico van een onjuiste afwikkeling van transacties, fouten in de verwerking van gegevens, het verloren gaan van informatie, fraude en dergelijke. Deze risico s worden door het fonds beheerst door het stellen van hoge kwaliteitseisen aan de organisaties die bij de uitvoering zijn betrokken. Het bestuur beoordeelt jaarlijks de kwaliteit van de uitvoering van de vermogensbeheerders en verzekeraars door middel van performancerapportages (alleen vermogensbeheerders), SLA-rapportages en onafhankelijk getoetste interne beheersingsrapportages (ISAE 3402 type II -rapportages). Aangezien sprake is van adequate beheersing van de operationele risico s worden door het fonds hiervoor geen buffers aangehouden in de solvabiliteitstoets. Actief beheer risico (S10) Het actief beheer risico als onderdeel van het vereist eigen vermogen heeft betrekking op de ruimte om bij de uitvoering van het beleggingsbeleid af te wijken van de strategisch nagestreefde portefeuille. De mate van actief beheer wordt doorgaans bepaald aan de hand van de tracking error ten opzichte van de voor de (deel)portefeuille vastgelegde benchmark. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

111 Systeemrisico Systeemrisico betreft het risico dat het mondiale financiële systeem (de internationale markten) niet langer naar behoren functioneert, waardoor beleggingen van het fonds niet langer verhandelbaar zijn en zelfs, al dan niet tijdelijk, hun waarde kunnen verliezen. Net als voor andere marktpartijen, is dit risico voor het fonds niet beheersbaar. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

112 6.6 Niet in de balans opgenomen activa en verplichtingen Voor Ring P heeft de Stichting een uitbestedingsovereenkomst afgesloten met Nationale-Nederlanden inzake de uitvoering van de financiële en deelnemersadministratie. Deze overeenkomst liep af op 31 december Voor Ring G heeft de Stichting met betrekking tot de Defined Benefit regeling een uitbestedingsovereenkomst afgesloten met Aegon inzake de uitvoering van de financiële en deelnemers administratie. De administratie van de beschikbare premieregeling ligt vanaf 1 januari 2007 bij het Pensioenbureau van Pon Holdings B.V., nadat Aegon de uitvoering van deze regeling heeft opgezegd. 6.7 Verbonden partijen Identiteit van verbonden partijen Er is sprake van een relatie tussen de verbonden partijen tussen het fonds en de sponsor, de aangesloten ondernemingen en hun bestuurders. Vanaf 1 januari 2012 is Stichting Pensioenfonds Geveke gefuseerd met Stichting Pensioenfonds Pon Holdings in de Multi-OPF Stichting Pensioenfonds Pon. De werkgeversleden zijn, onder normale voorwaarden, deelnemer in Ring P. De werknemersleden van Ring P en Ring G zijn, onder normale voorwaarden, (gewezen) deelnemer of gepensioneerde binnen het fonds. Per 1 januari 2013 is Ring A toegevoegd door de fusie met Stichting Anw-fonds Pon Holdings. Er is sprake van een relatie tussen de verbonden partijen tussen het fonds en de sponsor, de aangesloten ondernemingen en hun bestuurders. Per 1 januari 2014 is Ring K toegevoegd door de fusie met Stichting Pensioenfonds Gazelle. Er is sprake van een relatie tussen de verbonden partijen tussen het fonds en de sponsor, de aangesloten ondernemingen en hun bestuurders. Transacties met bestuurders In 2015 zijn vergoedingen uitgekeerd aan bestuurders en leden van het Verantwoordingsorgaan die geen dienstverband met de aangesloten ondernemingen hebben. De (bestuurs)leden hebben een beloning ontvangen van (2014; 7.000). Het bedrag is afhankelijk van het aantal bijeenkomsten dat is gehouden en het aantal (bestuurs)leden dat deze bijeenkomsten heeft bijgewoond. Er zijn noch leningen verstrekt aan noch is er sprake van vorderingen op (voormalige) bestuurders. Er zijn noch leningen verstrekt aan noch is er sprake van vorderingen op (voormalige) bestuurders. Overige transacties met verbonden partijen Inzake de uitvoeringsovereenkomst tussen fonds en werkgever met betrekking tot de financiering van de aanspraken en de uitvoering van de regeling is het volgende relevant: - De actuariële premie op de grondslagen van de herverzekeraar, verhoogd met de kosten en de kosten voor indexatie van de aanspraken van actieven, komt ten laste van de werkgever. - Overrente in Ring G komt ten gunste van de bestemmingsreserve voor toeslagen. - De premie voor de beschikbare premieregeling komt ten laste van de werkgever. - De premie voor de CDC-regeling komt ten laste van de werkgever. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

113 6.8 Kosten(allocatie), aantallen en beloningen Aantal personeelsleden Bij het fonds zijn geen werknemers in dienst. De werkzaamheden worden verricht door werknemers die in dienst zijn van de werkgever. De hieraan verbonden kosten zijn voor rekening van de werkgever en zijn begrepen in de kostendoorbelasting van de werkgever aan het fonds. Per 1 januari 2016 zijn de werknemers van het pensioenbureau in dienst getreden van het fonds. Bezoldiging (bestuurs)leden In 2015 is aan de (bestuurs)leden die geen dienstverband hebben met de werkgever, een bezoldiging uitbetaald. De bezoldiging voor de (bestuurs)leden tezamen bedroeg (2014: 7.000). 6.9 Honoraria accountant De honoraria van de externe accountant zijn als volgt: Onderzoek van de jaarrekening en verslagstaten (incl. BTW) Belastingen De activiteiten van het fonds zijn vrijgesteld van belastingheffing in het kader van de vennootschapsbelasting. Almere, 15 juli 2016 Stichting Pensioenfonds Pon Het bestuur Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

114 7. Overige gegevens 7.1 Statutaire regeling omtrent bestemming van saldo van baten en lasten Ten aanzien van de bestemming van het saldo van baten en lasten is geen bepaling opgenomen in de statuten van het fonds. De bestemming is nader uitgewerkt in de actuariële en bedrijfstechnische nota (ABTN). Ring P: De bate uit herverzekering voor wat betreft technisch resultaat herverzekeraar wordt toegevoegd aan de beklemde reserve. Het overige resultaat wordt verrekend met de onbeklemde reserve. Ring G: De bate uit herverzekering voor wat betreft de overrentedeling Aegon wordt toegevoegd aan de reserve voor toeslagen. Het overige resultaat wordt verrekend met de Algemene Reserve. Ring A: Het saldo van baten en lasten wordt verrekend met de Reserves. Ring K: Het saldo van baten en lasten wordt verrekend met de Reserves. 7.2 Gebeurtenissen na balansdatum Er zijn geen relevante gebeurtenissen na balansdatum. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

115 7.3 Actuariële verklaring Inzake Ring P Opdracht Door Stichting Pensioenfonds Pon - Ring P te Almere is aan Triple A Risk Finance Certification B.V. de opdracht verleend tot het afgeven van een actuariële verklaring als bedoeld in de Pensioenwet over het boekjaar Onafhankelijkheid Als waarmerkend actuaris ben ik onafhankelijk van Stichting Pensioenfonds Pon - Ring P, zoals vereist conform artikel 148 van de Pensioenwet. Ik verricht geen andere werkzaamheden voor het pensioenfonds. Dit geldt tevens voor andere actuarissen en deskundigen die werkzaam zijn bij Triple A Risk Finance Certification B.V. Gegevens De gegevens waarop mijn onderzoek is gebaseerd, zijn verstrekt door en tot stand gekomen onder de verantwoordelijkheid van het bestuur van het pensioenfonds. Voor de toetsing van de technische voorzieningen en voor de beoordeling van de vermogenspositie heb ik mij gebaseerd op de financiële gegevens die ten grondslag liggen aan de jaarrekening. Afstemming accountant Op basis van de door mij en de accountant gehanteerde Handreiking heeft afstemming plaatsgevonden over de werkzaamheden en de verwachtingen bij de controle van het boekjaar. Voor de toetsing van de technische voorzieningen en voor de beoordeling van de vermogenspositie als geheel heb ik de materialiteit bepaald op Met de accountant ben ik overeengekomen om geconstateerde afwijkingen boven te rapporteren. Deze afspraken zijn vastgelegd en de uitkomsten van mijn bevindingen zijn met de accountant besproken. Ik heb voorts gebruik gemaakt van de door de accountant in het kader van de jaarrekeningcontrole onderzochte basisgegevens. De accountant van het pensioenfonds heeft mij geïnformeerd over zijn bevindingen ten aanzien van de betrouwbaarheid (materiële juistheid en volledigheid) van de basisgegevens en de overige uitgangspunten die voor mijn oordeel van belang zijn. Werkzaamheden Ter uitvoering van de opdracht heb ik, conform mijn wettelijke verantwoordelijkheid zoals beschreven in artikel 147 van de Pensioenwet, onderzocht of is voldaan aan de artikelen 126 tot en met 140 van de Pensioenwet. De door het pensioenfonds verstrekte basisgegevens zijn zodanig dat ik die gegevens als uitgangspunt van de door mij beoordeelde berekeningen heb aanvaard. Als onderdeel van de werkzaamheden voor de opdracht heb ik ondermeer onderzocht of: de technische voorzieningen, het minimaal vereist eigen vermogen en het vereist eigen vermogen toereikend zijn vastgesteld; de kostendekkende premie voldoet aan de gestelde wettelijke vereisten; het beleggingsbeleid in overeenstemming is met de prudent-personregel. Voorts heb ik mij een oordeel gevormd over de vermogenspositie van het pensioenfonds. Daarbij heb ik mij gebaseerd op de tot en met balansdatum aangegane verplichtingen en de op dat moment aanwezige middelen en is mede het financieel beleid van het pensioenfonds in aanmerking genomen. Mijn onderzoek heb ik zodanig uitgevoerd, dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de resultaten geen onjuistheden van materieel belang bevatten. De beschreven werkzaamheden en de uitvoering daarvan zijn in overeenstemming met de binnen het Koninklijk Actuarieel Genootschap geldende normen en gebruiken en vormen naar mijn mening een deugdelijke grondslag voor mijn oordeel. Oordeel De technische voorzieningen zijn, overeenkomstig de beschreven berekeningsregels en uitgangspunten, als geheel bezien, toereikend vastgesteld. Het eigen vermogen van het pensioenfonds is op de balansdatum ten minste gelijk aan het wettelijk vereist eigen vermogen. Met inachtneming van het voorafgaande heb ik mij ervan overtuigd dat is voldaan aan de artikelen 126 tot en met 140 van de Pensioenwet. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

116 De beleidsdekkingsgraad van het pensioenfonds op balansdatum is ten minste gelijk aan de dekkingsgraad bij het vereist eigen vermogen. Mijn oordeel over de vermogenspositie van Stichting Pensioenfonds Pon - Ring P is gebaseerd op de tot en met balansdatum aangegane verplichtingen en de op dat moment aanwezige middelen. De vermogenspositie is naar mijn mening goed. Amsterdam, 15 juli 2016 drs. J.J.M. Tol AAG RBA verbonden aan Triple A Risk Finance Certification B.V. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

117 Inzake Ring G Opdracht Door Stichting Pensioenfonds Pon Ring G te Almere is aan Triple A Risk Finance Certification B.V. de opdracht verleend tot het afgeven van een actuariële verklaring als bedoeld in de Pensioenwet over het boekjaar Onafhankelijkheid Als waarmerkend actuaris ben ik onafhankelijk van Stichting Pensioenfonds Pon Ring G, zoals vereist conform artikel 148 van de Pensioenwet. Ik verricht geen andere werkzaamheden voor het pensioenfonds. Dit geldt tevens voor andere actuarissen en deskundigen die werkzaam zijn bij Triple A Risk Finance Certification B.V. Gegevens De gegevens waarop mijn onderzoek is gebaseerd, zijn verstrekt door en tot stand gekomen onder de verantwoordelijkheid van het bestuur van het pensioenfonds. Voor de toetsing van de technische voorzieningen en voor de beoordeling van de vermogenspositie heb ik mij gebaseerd op de financiële gegevens die ten grondslag liggen aan de jaarrekening. Afstemming accountant Op basis van de door mij en de accountant gehanteerde Handreiking heeft afstemming plaatsgevonden over de werkzaamheden en de verwachtingen bij de controle van het boekjaar. Voor de toetsing van de technische voorzieningen en voor de beoordeling van de vermogenspositie als geheel heb ik de materialiteit bepaald op Met de accountant ben ik overeengekomen om geconstateerde afwijkingen boven te rapporteren. Deze afspraken zijn vastgelegd en de uitkomsten van mijn bevindingen zijn met de accountant besproken. Ik heb voorts gebruik gemaakt van de door de accountant in het kader van de jaarrekeningcontrole onderzochte basisgegevens. De accountant van het pensioenfonds heeft mij geïnformeerd over zijn bevindingen ten aanzien van de betrouwbaarheid (materiële juistheid en volledigheid) van de basisgegevens en de overige uitgangspunten die voor mijn oordeel van belang zijn. Werkzaamheden Ter uitvoering van de opdracht heb ik, conform mijn wettelijke verantwoordelijkheid zoals beschreven in artikel 147 van de Pensioenwet, onderzocht of is voldaan aan de artikelen 126 tot en met 140 van de Pensioenwet. De door het pensioenfonds verstrekte basisgegevens zijn zodanig dat ik die gegevens als uitgangspunt van de door mij beoordeelde berekeningen heb aanvaard. Als onderdeel van de werkzaamheden voor de opdracht heb ik ondermeer onderzocht of: de technische voorzieningen, het minimaal vereist eigen vermogen en het vereist eigen vermogen toereikend zijn vastgesteld; de kostendekkende premie voldoet aan de gestelde wettelijke vereisten; het beleggingsbeleid in overeenstemming is met de prudent-personregel. Voorts heb ik mij een oordeel gevormd over de vermogenspositie van het pensioenfonds. Daarbij heb ik mij gebaseerd op de tot en met balansdatum aangegane verplichtingen en de op dat moment aanwezige middelen en is mede het financieel beleid van het pensioenfonds in aanmerking genomen. Mijn onderzoek heb ik zodanig uitgevoerd, dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de resultaten geen onjuistheden van materieel belang bevatten. De beschreven werkzaamheden en de uitvoering daarvan zijn in overeenstemming met de binnen het Koninklijk Actuarieel Genootschap geldende normen en gebruiken en vormen naar mijn mening een deugdelijke grondslag voor mijn oordeel. Oordeel De technische voorzieningen zijn, overeenkomstig de beschreven berekeningsregels en uitgangspunten, als geheel bezien, toereikend vastgesteld. Het eigen vermogen van het pensioenfonds is op de balansdatum ten minste gelijk aan het wettelijk vereist eigen vermogen. Met inachtneming van het voorafgaande heb ik mij ervan overtuigd dat is voldaan aan de artikelen 126 tot en met 140 van de Pensioenwet. De beleidsdekkingsgraad van het pensioenfonds op balansdatum is ten minste gelijk aan de dekkingsgraad bij het vereist eigen vermogen. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

118 Mijn oordeel over de vermogenspositie van Stichting Pensioenfonds Pon Ring G is gebaseerd op de tot en met balansdatum aangegane verplichtingen en de op dat moment aanwezige middelen. De vermogenspositie is naar mijn mening voldoende. Amsterdam, 15 juli 2016 drs. J.J.M. Tol AAG RBA verbonden aan Triple A Risk Finance Certification B.V. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

119 Inzake Ring A Opdracht Door Stichting Pensioenfonds Pon - Ring A te Almere is aan Triple A Risk Finance Certification B.V. de opdracht verleend tot het afgeven van een actuariële verklaring als bedoeld in de Pensioenwet over het boekjaar Onafhankelijkheid Als waarmerkend actuaris ben ik onafhankelijk van Stichting Pensioenfonds Pon - Ring A, zoals vereist conform artikel 148 van de Pensioenwet. Ik verricht geen andere werkzaamheden voor het pensioenfonds. Dit geldt tevens voor andere actuarissen en deskundigen die werkzaam zijn bij Triple A Risk Finance Certification B.V. Gegevens De gegevens waarop mijn onderzoek is gebaseerd, zijn verstrekt door en tot stand gekomen onder de verantwoordelijkheid van het bestuur van het pensioenfonds. Voor de toetsing van de technische voorzieningen en voor de beoordeling van de vermogenspositie heb ik mij gebaseerd op de financiële gegevens die ten grondslag liggen aan de jaarrekening. Afstemming accountant Op basis van de door mij en de accountant gehanteerde Handreiking heeft afstemming plaatsgevonden over de werkzaamheden en de verwachtingen bij de controle van het boekjaar. Voor de toetsing van de technische voorzieningen en voor de beoordeling van de vermogenspositie als geheel heb ik de materialiteit bepaald op Met de accountant ben ik overeengekomen om geconstateerde afwijkingen boven te rapporteren. Deze afspraken zijn vastgelegd en de uitkomsten van mijn bevindingen zijn met de accountant besproken. Ik heb voorts gebruik gemaakt van de door de accountant in het kader van de jaarrekeningcontrole onderzochte basisgegevens. De accountant van het pensioenfonds heeft mij geïnformeerd over zijn bevindingen ten aanzien van de betrouwbaarheid (materiële juistheid en volledigheid) van de basisgegevens en de overige uitgangspunten die voor mijn oordeel van belang zijn. Werkzaamheden Ter uitvoering van de opdracht heb ik, conform mijn wettelijke verantwoordelijkheid zoals beschreven in artikel 147 van de Pensioenwet, onderzocht of is voldaan aan de artikelen 126 tot en met 140 van de Pensioenwet. De door het pensioenfonds verstrekte basisgegevens zijn zodanig dat ik die gegevens als uitgangspunt van de door mij beoordeelde berekeningen heb aanvaard. Als onderdeel van de werkzaamheden voor de opdracht heb ik ondermeer onderzocht of: de technische voorzieningen, het minimaal vereist eigen vermogen en het vereist eigen vermogen toereikend zijn vastgesteld; de kostendekkende premie voldoet aan de gestelde wettelijke vereisten; het beleggingsbeleid in overeenstemming is met de prudent-personregel. Voorts heb ik mij een oordeel gevormd over de vermogenspositie van het pensioenfonds. Daarbij heb ik mij gebaseerd op de tot en met balansdatum aangegane verplichtingen en de op dat moment aanwezige middelen en is mede het financieel beleid van het pensioenfonds in aanmerking genomen. Mijn onderzoek heb ik zodanig uitgevoerd, dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de resultaten geen onjuistheden van materieel belang bevatten. De beschreven werkzaamheden en de uitvoering daarvan zijn in overeenstemming met de binnen het Koninklijk Actuarieel Genootschap geldende normen en gebruiken en vormen naar mijn mening een deugdelijke grondslag voor mijn oordeel. Oordeel De technische voorzieningen zijn, overeenkomstig de beschreven berekeningsregels en uitgangspunten, als geheel bezien, toereikend vastgesteld. Het eigen vermogen van het pensioenfonds is op de balansdatum ten minste gelijk aan het wettelijk vereist eigen vermogen. Met inachtneming van het voorafgaande heb ik mij ervan overtuigd dat is voldaan aan de artikelen 126 tot en met 140 van de Pensioenwet. De beleidsdekkingsgraad van het pensioenfonds op balansdatum is ten minste gelijk aan de dekkingsgraad bij het vereist eigen vermogen. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

120 Mijn oordeel over de vermogenspositie van Stichting Pensioenfonds Pon - Ring A is gebaseerd op de tot en met balansdatum aangegane verplichtingen en de op dat moment aanwezige middelen. De vermogenspositie is naar mijn mening goed. Amsterdam, 15 juli 2016 drs. J.J.M. Tol AAG RBA verbonden aan Triple A Risk Finance Certification B.V. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

121 Inzake Ring K Opdracht Door Stichting Pensioenfonds Pon - Ring K te Almere is aan Triple A Risk Finance Certification B.V. de opdracht verleend tot het afgeven van een actuariële verklaring als bedoeld in de Pensioenwet over het boekjaar Onafhankelijkheid Als waarmerkend actuaris ben ik onafhankelijk van Stichting Pensioenfonds Pon - Ring K, zoals vereist conform artikel 148 van de Pensioenwet. Ik verricht geen andere werkzaamheden voor het pensioenfonds. Dit geldt tevens voor andere actuarissen en deskundigen die werkzaam zijn bij Triple A Risk Finance Certification B.V. Gegevens De gegevens waarop mijn onderzoek is gebaseerd, zijn verstrekt door en tot stand gekomen onder de verantwoordelijkheid van het bestuur van het pensioenfonds. Voor de toetsing van de technische voorzieningen en voor de beoordeling van de vermogenspositie heb ik mij gebaseerd op de financiële gegevens die ten grondslag liggen aan de jaarrekening. Afstemming accountant Op basis van de door mij en de accountant gehanteerde Handreiking heeft afstemming plaatsgevonden over de werkzaamheden en de verwachtingen bij de controle van het boekjaar. Voor de toetsing van de technische voorzieningen en voor de beoordeling van de vermogenspositie als geheel heb ik de materialiteit bepaald op Met de accountant ben ik overeengekomen om geconstateerde afwijkingen boven te rapporteren. Deze afspraken zijn vastgelegd en de uitkomsten van mijn bevindingen zijn met de accountant besproken. Ik heb voorts gebruik gemaakt van de door de accountant in het kader van de jaarrekeningcontrole onderzochte basisgegevens. De accountant van het pensioenfonds heeft mij geïnformeerd over zijn bevindingen ten aanzien van de betrouwbaarheid (materiële juistheid en volledigheid) van de basisgegevens en de overige uitgangspunten die voor mijn oordeel van belang zijn. Werkzaamheden Ter uitvoering van de opdracht heb ik, conform mijn wettelijke verantwoordelijkheid zoals beschreven in artikel 147 van de Pensioenwet, onderzocht of is voldaan aan de artikelen 126 tot en met 140 van de Pensioenwet. De door het pensioenfonds verstrekte basisgegevens zijn zodanig dat ik die gegevens als uitgangspunt van de door mij beoordeelde berekeningen heb aanvaard. Als onderdeel van de werkzaamheden voor de opdracht heb ik ondermeer onderzocht of: de technische voorzieningen, het minimaal vereist eigen vermogen en het vereist eigen vermogen toereikend zijn vastgesteld; de kostendekkende premie voldoet aan de gestelde wettelijke vereisten; het beleggingsbeleid in overeenstemming is met de prudent-personregel. Voorts heb ik mij een oordeel gevormd over de vermogenspositie van het pensioenfonds. Daarbij heb ik mij gebaseerd op de tot en met balansdatum aangegane verplichtingen en de op dat moment aanwezige middelen en is mede het financieel beleid van het pensioenfonds in aanmerking genomen. Mijn onderzoek heb ik zodanig uitgevoerd, dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de resultaten geen onjuistheden van materieel belang bevatten. De beschreven werkzaamheden en de uitvoering daarvan zijn in overeenstemming met de binnen het Koninklijk Actuarieel Genootschap geldende normen en gebruiken en vormen naar mijn mening een deugdelijke grondslag voor mijn oordeel. Oordeel De technische voorzieningen zijn, overeenkomstig de beschreven berekeningsregels en uitgangspunten, als geheel bezien, toereikend vastgesteld. Het eigen vermogen van het pensioenfonds is op de balansdatum lager dan het wettelijk vereist eigen vermogen, maar niet lager dan het wettelijk minimaal vereist eigen vermogen. Met inachtneming van het voorafgaande heb ik mij ervan overtuigd dat is voldaan aan de artikelen 126 tot en met 140 van de Pensioenwet met uitzondering van artikel 132. De beleidsdekkingsgraad van het pensioenfonds op balansdatum is lager dan de dekkingsgraad bij het vereist eigen vermogen, doch ten minste gelijk aan de dekkingsgraad bij het minimaal vereist eigen vermogen. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

122 Mijn oordeel over de vermogenspositie van Stichting Pensioenfonds Pon - Ring K is gebaseerd op de tot en met balansdatum aangegane verplichtingen en de op dat moment aanwezige middelen. De vermogenspositie is naar mijn mening niet voldoende, omdat het aanwezig eigen vermogen lager is dan het vereist eigen vermogen. Amsterdam, 15 juli 2016 drs. J.J.M Tol AAG RBA verbonden aan Triple A Risk Finance Certification B.V. Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

123 7.4 Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

124 Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

125 Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

126 Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

127 Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag

Stichting Pensioenfonds Pon VERKORT JAARVERSLAG 2015

Stichting Pensioenfonds Pon VERKORT JAARVERSLAG 2015 Stichting Pensioenfonds Pon INHOUD 1. INLEIDING...5 2. BESTUURSVERSLAG...6 3. DE CIJFERS VAN 2015 - RING P... 12 3.1 Balans... 12 3.2 Staat van baten en lasten... 13 3.3 Toelichting... 14 4. DE CIJFERS

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Pon. Jaarverslag 2016

Stichting Pensioenfonds Pon. Jaarverslag 2016 Stichting Pensioenfonds Pon Jaarverslag 2016 Inhoudsopgave VOORWOORD... 5 KERNCIJFERS RINGEN... 6 BESTUURSVERSLAG... 10 1. KARAKTERISTIEKEN VAN HET PENSIOENFONDS... 10 1.1 PROFIEL... 10 1.2 BELEID EN VERANTWOORDING...

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Pon JAARVERSLAG 2014

Stichting Pensioenfonds Pon JAARVERSLAG 2014 Stichting Pensioenfonds Pon JAARVERSLAG 2014 2 STICHTING PENSIOENFONDS PON INHOUD 1. INLEIDING... 5 2. ACTIVITEITEN VAN HET BESTUUR... 6 3. DE CIJFERS VAN 2014 - RING P... 10 3.1 Balans... 10 3.2 Staat

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Pon VERKORT JAARVERSLAG 2016

Stichting Pensioenfonds Pon VERKORT JAARVERSLAG 2016 Stichting Pensioenfonds Pon VERKORT JAARVERSLAG 2016 2 STICHTING PENSIOENFONDS PON INHOUD 1. INLEIDING...5 2. BESTUURSVERSLAG...6 3. DE CIJFERS VAN 2016 RING P... 14 3.1 Balans... 14 3.2 Staat van baten

Nadere informatie

SPNG. veranderingen. was voor. een jaar van grote. Verkort jaarverslag 2013 >

SPNG. veranderingen. was voor. een jaar van grote. Verkort jaarverslag 2013 > 2013 was voor SPNG een jaar van grote veranderingen. Verkort jaarverslag 2013 > 2013 was voor SPNG een jaar van grote veranderingen. Eind 2012 liep het herverzekeringscontract met Nationale-Nederlanden

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Pon. jaarverslag 2013

Stichting Pensioenfonds Pon. jaarverslag 2013 Stichting Pensioenfonds Pon jaarverslag 2013 inhoud 1. Inleiding... 3 2. Activiteiten van het bestuur... 4 3. De cijfers van 2013 - Ring P... 8 3.1 Balans... 8 3.2 Staat van Baten en lasten... 9 3.3 Toelichting...

Nadere informatie

VERKORT JAARVERSLAG 2016

VERKORT JAARVERSLAG 2016 VERKORT JAARVERSLAG 2016 2016: wat zijn de belangrijkste ontwikkelingen van 2016 bij Pensioenfonds TNT Express? U leest het in deze verkorte en vereenvoudigde versie van het jaarverslag. Het volledige

Nadere informatie

Geef pensioen de aandacht die het verdient. Jaarbericht Stichting Pensioenfonds

Geef pensioen de aandacht die het verdient. Jaarbericht Stichting Pensioenfonds Geef pensioen de aandacht die het verdient Jaarbericht Stichting Pensioenfonds Vijf mythes over pensioen Over pensioenen zijn meerdere mythes in omloop. Het is belangrijk om te weten hoe het wel zit. De

Nadere informatie

Stichting Metro Pensioenfonds Populair jaarverslag 2008

Stichting Metro Pensioenfonds Populair jaarverslag 2008 Stichting Metro Pensioenfonds Populair jaarverslag 2008 blad 1 van 7 Het Metro Pensioenfonds Hieronder eerst een aantal bijzonderheden over het Metro Pensioenfonds. Het Metro Pensioenfonds is opgericht

Nadere informatie

VERKORT JAARVERSLAG 2017

VERKORT JAARVERSLAG 2017 VERKORT JAARVERSLAG 2017 De belangrijkste ontwikkelingen in 2017 bij Pensioenfonds TNT Express op een rij in deze verkorte en vereenvoudigde versie van het jaarverslag. Het volledige jaarverslag vindt

Nadere informatie

2013 verkort in beeld. Ontwikkelingen. Pensioenen Beleggingen Organogram

2013 verkort in beeld. Ontwikkelingen. Pensioenen Beleggingen Organogram 02 verkort in beeld 03 Ontwikkelingen 05 08 10 Pensioenen Beleggingen Organogram Aantal deelnemers dat pensioen opbouwt Aantal personen dat een ouderdomspensioen ontvangt Aantal deelnemers met slapende

Nadere informatie

Informatiebijeenkomst Pensioenen: actueler dan ooit. Oktober 2013

Informatiebijeenkomst Pensioenen: actueler dan ooit. Oktober 2013 Informatiebijeenkomst Pensioenen: actueler dan ooit Oktober 2013 1 Pensioenstelsel Individueel Pensioen fonds Overheid Lijfrente Pensioen AOW B E L A S T I N G 2 Programma bestuur en taken bestuur de pensioenregeling

Nadere informatie

10. Doelstellingen, risicohouding en haalbaarheidstoets

10. Doelstellingen, risicohouding en haalbaarheidstoets 10. Doelstellingen, risicohouding en haalbaarheidstoets Conform de Pensioenwet dient het bestuur van een pensioenfonds de doelstellingen en beleidsuitgangspunten (waaronder de risicohouding) van het pensioenfonds

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland

Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland Papendorpseweg 100 3528 BJ Utrecht Ingeschreven in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel onder nummer 41184467

Nadere informatie

Terugblik 2011 in cijfers

Terugblik 2011 in cijfers Terugblik 2011 in cijfers U vindt hier een samenvatting van het jaarverslag 2011. Het volledige jaarverslag kunt u downloaden via www.pensioenfondsricohnederland.nl. Financiële situatie Door de kredietcrisis

Nadere informatie

Bijlage 3 Het Financieel Crisisplan

Bijlage 3 Het Financieel Crisisplan Bijlage 3 Het Financieel Crisisplan Dit financieel crisisplan is geschreven in het kader van artikel 145 van de Pensioenwet. Het crisisplan maakt deel uit van de beschrijving van de beheerste en integere

Nadere informatie

Deelnemersbijeenkomsten. Grolsch Pensioenfonds

Deelnemersbijeenkomsten. Grolsch Pensioenfonds Deelnemersbijeenkomsten Grolsch Pensioenfonds 11 april 2016 Programma Welkom en Pensioen in het kort Eveline Paternotte Organisatie en kerncijfers Han Thoman 10 minuten Financiële positie en fondsbeleid

Nadere informatie

WELKOM. Algemene Vergadering voor Deelnemers en Gepensioneerden 14 september 2016

WELKOM. Algemene Vergadering voor Deelnemers en Gepensioneerden 14 september 2016 WELKOM Algemene Vergadering voor Deelnemers en Gepensioneerden 14 september 2016 Agenda Opening Nieuws vanuit het bestuur Hoe staat het fonds ervoor? Pensioen: wat is er gewijzigd en wat betekent dat?

Nadere informatie

Stichting Norit Pensioenfonds

Stichting Norit Pensioenfonds Stichting Norit Pensioenfonds Communicatieplan 2017-2019 Dit communicatieplan is voorbereid door de werkgroep communicatie van Stichting Norit Pensioenfonds en vastgesteld door het bestuur. Amersfoort,

Nadere informatie

Addendum 2 bij het Pensioenreglement Sanoma 2009 pensioenregeling, van Stichting Pensioenfonds Sanoma Nederland, contractnummer

Addendum 2 bij het Pensioenreglement Sanoma 2009 pensioenregeling, van Stichting Pensioenfonds Sanoma Nederland, contractnummer Pagina 1 van het addendum 2 bij het Pensioenreglement Sanoma 2009 pensioenregeling, contractnummer 27339 Addendum 2 bij het Pensioenreglement Sanoma 2009 pensioenregeling, van 27339. Stichting Pensioenfonds

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Buizerdlaan. Waardeoverdracht uit dienst

Stichting Pensioenfonds Buizerdlaan. Waardeoverdracht uit dienst Stichting Pensioenfonds Buizerdlaan Waardeoverdracht uit dienst Inleiding... 3 1. Veranderen van baan en uw pensioen... 4 1.1. U treedt uit dienst... 4 1.2 Vervallen dekking partnerpensioen... 4 1.3 Recht

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Allianz Nederland. Waardeoverdracht uit dienst

Stichting Pensioenfonds Allianz Nederland. Waardeoverdracht uit dienst Stichting Pensioenfonds Allianz Nederland Waardeoverdracht uit dienst Inleiding... 3 1. Veranderen van baan en uw pensioen... 4 1.1. U treedt uit dienst... 4 1.2. Recht op waardeoverdracht... 4 1.3. Redenen

Nadere informatie

Welkom namens. Stichting Pensioenfonds van de KAS BANK. AMSTERDAM, 25 juni 2015

Welkom namens. Stichting Pensioenfonds van de KAS BANK. AMSTERDAM, 25 juni 2015 Welkom namens Stichting Pensioenfonds van de KAS BANK AMSTERDAM, 25 juni 2015 AGENDA 1. Opening en voorstellen leden van het bestuur 2. Mededelingen van de voorzitter 3. Notulen deelnemersvergadering 26

Nadere informatie

Mijn Pensioen. Pensioen is meer! Onderwerpen van vandaag 23/11/2015. Mijn Pensioen (1) Hoe ziet mijn pensioen eruit?

Mijn Pensioen. Pensioen is meer! Onderwerpen van vandaag 23/11/2015. Mijn Pensioen (1) Hoe ziet mijn pensioen eruit? Mijn Pensioen Pensioen is meer! Oktober / november 2015 Onderwerpen van vandaag Mijn Pensioen (1) Hoe ziet mijn pensioen eruit? Mijn Pensioenfonds (2) Jaarverslag 2014 Hoe is het pensioenfonds georganiseerd?

Nadere informatie

Aanpassing pensioenregeling een must. Presentatie: Marcel Brussee / voorzitter SPH Kees Lekkerkerker / directeur HRM

Aanpassing pensioenregeling een must. Presentatie: Marcel Brussee / voorzitter SPH Kees Lekkerkerker / directeur HRM Aanpassing pensioenregeling een must Presentatie: Marcel Brussee / voorzitter SPH Kees Lekkerkerker / directeur HRM 1 Aanpassing pensioenregeling een must Inhoud Marcel Brussee: Achtergrond wijzigingen

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Ballast Nedam. Financieel crisisplan 2015

Stichting Pensioenfonds Ballast Nedam. Financieel crisisplan 2015 Stichting Pensioenfonds Ballast Nedam Financieel crisisplan 2015 1 Inhoudsopgave 1.1 Inleiding en onderdelen financieel crisisplan... 3 1.1.1 Inleiding... 3 1.1.2 Relatie financieel crisisplan met de doelstelling

Nadere informatie

Doelstellingen, risicohouding en haalbaarheidstoets

Doelstellingen, risicohouding en haalbaarheidstoets Doelstellingen, risicohouding en haalbaarheidstoets Conform de Pensioenwet dient het bestuur van een pensioenfonds de doelstellingen en beleidsuitgangspunten (waaronder de risicohouding) van het pensioenfonds

Nadere informatie

Bijzondere Deelnemersvergadering 24 april 2014

Bijzondere Deelnemersvergadering 24 april 2014 Bijzondere Deelnemersvergadering 24 april 2014 2 1. Opening, mededelingen en ingekomen stukken 2. Achtergrond Wet versterking bestuur pensioenfondsen 3. Wet versterking bestuur pensioenfondsen 4. Wijzigingen

Nadere informatie

Addendum 2 bij het Pensioenreglement pensioenregeling A, van Stichting Pensioenfonds Sanoma Nederland, contractnummer

Addendum 2 bij het Pensioenreglement pensioenregeling A, van Stichting Pensioenfonds Sanoma Nederland, contractnummer Pagina 1 van het addendum 2 bij het Pensioenreglement Sanoma pensioenregeling A, contractnummer 27339 Addendum 2 bij het Pensioenreglement pensioenregeling A, van Stichting Pensioenfonds Sanoma Nederland,

Nadere informatie

REGLEMENT AANVULLEND PENSIOEN STICHTING PENSIOENFONDS ALLIANCE

REGLEMENT AANVULLEND PENSIOEN STICHTING PENSIOENFONDS ALLIANCE REGLEMENT AANVULLEND PENSIOEN STICHTING PENSIOENFONDS ALLIANCE 1 INHOUDSOPGAVE REGLEMENT AANVULLEND PENSIOEN Inhoudsopgave BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN... 3 ARTIKEL 1. AANSPRAKEN... 3 ARTIKEL 2. VARIABEL PENSIOENGEVEND

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds NEG Nederland Huishoudelijk Reglement

Stichting Pensioenfonds NEG Nederland Huishoudelijk Reglement Stichting Pensioenfonds NEG Nederland Huishoudelijk Reglement In dit huishoudelijk reglement gelden dezelfde begripsbepalingen als in de statuten van het fonds. Daar waar in dit document over statuten

Nadere informatie

27 september Deelnemersvergadering

27 september Deelnemersvergadering 27 september 2007 Deelnemersvergadering Kernpunten 2006 Goed jaar, dekkingsgraad van 117,1% naar 122,7% Geen herstelplan meer nodig in 2007 Indexatie in 2006 verleend over 2005 van: - 0,63% voor de actieve

Nadere informatie

Profielschets lid Raad van Toezicht. 20 mei 2019

Profielschets lid Raad van Toezicht. 20 mei 2019 Profielschets lid Raad van Toezicht 20 mei 2019 71649 092004 1. INLEIDING Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor het Kappersbedrijf (hierna: Pensioenfonds Kappers) is het pensioenfonds voor de kappersbranche.

Nadere informatie

VOORGENOMEN LIQUIDATIE PENSIOENFONDS

VOORGENOMEN LIQUIDATIE PENSIOENFONDS VOORGENOMEN LIQUIDATIE PENSIOENFONDS Deelnemersvergadering 14 september 2015 Voorgenomen liquidatie pensioenfonds 14 september 2015 Pagina 1 AGENDA Regelingen pensioenfonds Achtergrond Voorgenomen besluit

Nadere informatie

Verslag bijeenkomst SVG 9 maart 2016

Verslag bijeenkomst SVG 9 maart 2016 Verslag bijeenkomst SVG 9 maart 2016 Op woensdagmiddag 9 maart, aansluitend aan de jaarbijeenkomst van de Vereniging Gepensioneerden Getronics (VGG), organiseerde Stichting Voorzieningsfonds Getronics

Nadere informatie

Najaarsbijeenkomst Vereniging Senioren ING Regio Rotterdam/Zeeland

Najaarsbijeenkomst Vereniging Senioren ING Regio Rotterdam/Zeeland Najaarsbijeenkomst Vereniging Senioren ING Regio Rotterdam/Zeeland Peter de Bruijne Voorzitter Bestuur Pensioenfonds ING 31 oktober 2013 QR code website Pensioenfonds ING Agenda Financiële situatie Klanttevredenheid

Nadere informatie

Verkort jaarverslag 2016

Verkort jaarverslag 2016 Verkort jaarverslag 2016 Wat waren in 2016 de belangrijkste feiten en gebeurtenissen voor GE Pensioen? U leest het in deze verkorte versie van het jaarverslag. Naast deze bondige versie treft u ook het

Nadere informatie

stichting pensioenfonds wonen

stichting pensioenfonds wonen stichting pensioenfonds wonen Verkort Jaarverslag 2007 Kerncijfers Aantallen per 31-12 2007 2006 Werkgevers 4.331 4.161 Deelnemers 33.009 31.705 Gewezen deelnemers 70.948 62.860 Gepensioneerden 8.468 7.735

Nadere informatie

Deelnemerspresentatie november 2018

Deelnemerspresentatie november 2018 Deelnemerspresentatie november 2018 1 Agenda Pensioen bij Saint-Gobain Introductie UnitedPensions Wat is er voor u geregeld? Pensioen bij pensionering Pensioen bij overlijden Premievrijstelling bij Arbeidsongeschiktheid

Nadere informatie

Stichting Voorzieningsfonds Getronics 9 maart Stand van zaken SVG. 1 van 21

Stichting Voorzieningsfonds Getronics 9 maart Stand van zaken SVG. 1 van 21 Stichting Voorzieningsfonds Getronics 9 maart 2016 Stand van zaken SVG 1 van 21 Programma Pensioenfonds SVG Financiële positie SVG Terugblik 2015 Vooruitblik 2016 Derivaten Vragen 2 van 21 Pensioenfonds

Nadere informatie

Wijziging uitvoerder & pensioenregeling 2015 25 november 2014

Wijziging uitvoerder & pensioenregeling 2015 25 november 2014 Wijziging uitvoerder & pensioenregeling 2015 25 november 2014 1 Doel van deze bijeenkomst Toelichting waarom overstap naar nieuwe pensioenuitvoerder Toelichting waarom nieuwe pensioenregeling per 1-1-2015

Nadere informatie

Datum Briefnummer Behandeld door Doorkiesnummer 15-2-2012 20120215 N.W. Dijkhuizen 630

Datum Briefnummer Behandeld door Doorkiesnummer 15-2-2012 20120215 N.W. Dijkhuizen 630 Pensioenfonds Productschappen Bezoekadres Laan van Zuid Hoorn 165 2289 DD Rijswijk Postadres Postbus 3042 2280 GA Rijswijk Telefoon 070 4138630 Fax 070 4138650 E-mail info@pbodnl Website wwwpbodnl KvK

Nadere informatie

Actuariële en bedrijfstechnische nota

Actuariële en bedrijfstechnische nota Stichting Pensioenfonds Towers Watson Actuariële en bedrijfstechnische nota 1 juli 2015 Inhoudsopgave 1. INLEIDING... 1 2. MISSIE, VISIE EN STRATEGIE... 2 3. ORGANISATIE, BEHEER EN INTERNE CONTROLE...

Nadere informatie

Pensioenfonds Robeco. Populair Jaarverslag 2014

Pensioenfonds Robeco. Populair Jaarverslag 2014 Pensioenfonds Robeco Populair Jaarverslag 2014 2014 was een bewogen jaar voor Pensioenfonds Robeco door de sterk dalende rente en de veranderende wet- en regelgeving. In het jaarverslag blikken wij als

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds F. van Lanschot

Stichting Pensioenfonds F. van Lanschot Stichting Pensioenfonds F. van Lanschot Positie 2018 Gebaseerd op het jaarverslag over 2018 en recente ontwikkelingen Hoe werkt ons pensioenfonds voor jou? Financiële positie Waardevastheid pensioen 1

Nadere informatie

Informatiebijeenkomst

Informatiebijeenkomst Stichting Pensioenfonds DHV Informatiebijeenkomst 24 september 2013 2013 Royal HaskoningDHV, All rights reserved Alleen voor intern gebruik Agenda Opening Jaarverslag 2012 Paul Canisius Actuele ontwikkelingen

Nadere informatie

Samenvatting DEPF reglementen Per 1 januari 2015

Samenvatting DEPF reglementen Per 1 januari 2015 Samenvatting DEPF reglementen Per 1 januari 2015 Er zijn drie DEPF pensioenreglementen: 67, 65 en VP. - Onder het 67-reglement zijn een basisregeling en een overgangsregeling opgenomen. - Voor het 65-reglement

Nadere informatie

- H.A.J. Knoors (penningmeester)

- H.A.J. Knoors (penningmeester) Bestuursverslag Jaarrekening 2006 Het jaarverslag 2006 toont de cijfers van de balans per 31 december 2006 en de rekening van baten en lasten over 2006 van de Stichting Pensioenfonds Transavia Cabinepersoneel,

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland

Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland Jaarbericht 2015 AUGUSTUS 2016 In dit Jaarbericht over 2015 legt Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland op hoofdlijnen verantwoording af voor het

Nadere informatie

Functieprofielen Algemeen Bestuur Stichting Pensioenfonds ING. Algemeen functieprofiel Bestuur Stichting Pensioenfonds ING

Functieprofielen Algemeen Bestuur Stichting Pensioenfonds ING. Algemeen functieprofiel Bestuur Stichting Pensioenfonds ING Functieprofielen Algemeen Bestuur Stichting Pensioenfonds ING Algemeen functieprofiel Bestuur Stichting Pensioenfonds ING Kenmerken Fonds Stichting Pensioenfonds ING (hierna: het Fonds) is op 1 januari

Nadere informatie

Verkort jaarverslag 2013

Verkort jaarverslag 2013 Verkort jaarverslag 2013 Wat waren in 2013 de belangrijkste feiten en gebeurtenissen voor GE Pensioen? U leest het in deze verkorte versie van het jaarverslag 2013. Naast deze bondige versie treft u ook

Nadere informatie

Verkort jaarverslag Woord van de voorzitter

Verkort jaarverslag Woord van de voorzitter Verkort jaarverslag 2015 Verkort jaarverslag 2015 In deze verkorte versie van het jaarverslag leest u op hoofdlijnen hoe het jaar 2015 voor het pensioenfonds is verlopen. U kunt het volledige jaarverslag

Nadere informatie

Toelichting Uniform Pensioenoverzicht

Toelichting Uniform Pensioenoverzicht Toelichting Uniform Pensioenoverzicht Wat u moet weten over uw pensioen Op het Uniform Pensioenoverzicht staan de bedragen die u ontvangt bij pensionering

Nadere informatie

Samenvatting DEPF reglementen Per 1 januari 2016

Samenvatting DEPF reglementen Per 1 januari 2016 Samenvatting DEPF reglementen Per 1 januari 2016 Er zijn drie DEPF pensioenreglementen: 67, 65 en VP. - Onder het 67-reglement zijn een basisregeling en een overgangsregeling opgenomen. - Voor het 65-reglement

Nadere informatie

Herstelplan 2015 Compartiment SPDHV

Herstelplan 2015 Compartiment SPDHV Herstelplan 2015 Compartiment SPDHV Versie 1.0 17 juni 2015 Auteur: Corné van Bokhoven Status: vastgesteld door bestuur Inleiding Nadat Stichting Pensioenfonds DHV in 2008 in dekkingstekort kwam heeft

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland

Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland Papendorpseweg 100 3528 BJ Utrecht Ingeschreven in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel onder nummer 41184467

Nadere informatie

Deelnemersvergadering 17 september 2009

Deelnemersvergadering 17 september 2009 Deelnemersvergadering 17 september 2009 Agenda 1. Opening, mededelingen en ingekomen stukken 2. Notulen van de vergadering van 30 september 2008 3. Jaarverslag 2008 goedkeuring en decharge 4. Herstelplan

Nadere informatie

In het crisisplan worden verschillende parameters gebruikt die voor het pensioenfonds belangrijk zijn:

In het crisisplan worden verschillende parameters gebruikt die voor het pensioenfonds belangrijk zijn: Crisisplan ABTN Bijlage 4 Inleiding In hoofdstuk 9 van de Actuariële en Bedrijfstechnische Nota (ABTN) - Het weerstandsvermogen van het pensioenfonds, sturingsmiddelen en beleidskader - zijn de risico

Nadere informatie

Dit jaarbericht is een verkorte en eenvoudiger te lezen versie van het jaarverslag Met het jaarbericht willen we u de gelegenheid bieden om

Dit jaarbericht is een verkorte en eenvoudiger te lezen versie van het jaarverslag Met het jaarbericht willen we u de gelegenheid bieden om 1 Jaarbericht 2011 Dit jaarbericht is een verkorte en eenvoudiger te lezen versie van het jaarverslag 2011. Met het jaarbericht willen we u de gelegenheid bieden om kennis te nemen van de belangrijkste

Nadere informatie

Einde dienstverband en uw pensioen

Einde dienstverband en uw pensioen Einde dienstverband en uw pensioen INHOUD PAGINA 1. Inleiding 2 2. Het op de ontslagdatum opgebouwde pensioen 3 3. Het nabestaandenpensioen bij overlijden vóór de pensioendatum 3 4. Het wezenpensioen 3

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Cindu International in liquidatie. Informatiebijeenkomst

Stichting Pensioenfonds Cindu International in liquidatie. Informatiebijeenkomst Stichting Pensioenfonds Cindu International in liquidatie Informatiebijeenkomst (Maassluis) en 1 februari 2019 (Mijdrecht) Rita van Ewijk Anton Hoorman Pieter Heesterbeek Dirk Jagers (voorzitter) (secretaris)

Nadere informatie

Bijlage 3 Het Financieel Crisisplan

Bijlage 3 Het Financieel Crisisplan Bijlage 3 Het Financieel Crisisplan Dit financieel crisisplan is geschreven in het kader van artikel 145 van de Pensioenwet. Het crisisplan maakt deel uit van de beschrijving van de beheerste en integere

Nadere informatie

Pensioen-Bijeenkomst. 23 maart 2017

Pensioen-Bijeenkomst. 23 maart 2017 Pensioen-Bijeenkomst 23 maart 2017 Programma Welkom! Het fonds - mensen en cijfers 10 minuten Financiële positie en beleid 10 minuten Pensioenregeling en keuzes 20 minuten Website en digitalisering 10

Nadere informatie

Jaarinformatie Stichting Pensioenfonds C1000 over het verslagjaar 2012. (opgesteld op basis van het jaarbericht 2012)

Jaarinformatie Stichting Pensioenfonds C1000 over het verslagjaar 2012. (opgesteld op basis van het jaarbericht 2012) Jaarinformatie Stichting Pensioenfonds C1000 over het verslagjaar 2012 (opgesteld op basis van het jaarbericht 2012) 1 1 Inhoud Algemeen 5 De bestuursleden van Pensioenfonds C1000 6 Uw pensioen van Pensioenfonds

Nadere informatie

Nieuwe pensioenregeling vanaf 1 januari 2015. Jan Raaijmakers Aad van der Tak Michel Stok Voorzitter Manager Pensioenfonds Extern actuarieel adviseur

Nieuwe pensioenregeling vanaf 1 januari 2015. Jan Raaijmakers Aad van der Tak Michel Stok Voorzitter Manager Pensioenfonds Extern actuarieel adviseur Nieuwe pensioenregeling vanaf 1 januari 2015 Jan Raaijmakers Aad van der Tak Michel Stok Voorzitter Manager Pensioenfonds Extern actuarieel adviseur Agenda 1. Rol klankbordgroep 2. Waarom een nieuwe pensioenregeling?

Nadere informatie

Ballast Nedam Pensioenfonds. Informatiebijeenkomst Premievrijen en gepensioneerden. Theo Bruijninckx 1 november 2004

Ballast Nedam Pensioenfonds. Informatiebijeenkomst Premievrijen en gepensioneerden. Theo Bruijninckx 1 november 2004 Ballast Nedam Pensioenfonds Informatiebijeenkomst Premievrijen en gepensioneerden Theo Bruijninckx 1 november 2004 Onderwerpen Agendapunt 1: Jaarverslag 2003 Overzicht 2003 Herstelplan 2002 Agendapunt

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds F. van Lanschot

Stichting Pensioenfonds F. van Lanschot Stichting Pensioenfonds F. van Lanschot Positie 2017 en verwachtingen 2018-2020 Gebaseerd op het jaarverslag over 2017 en recente ontwikkelingen Hoe werkt het pensioenfonds? Financiële positie Waardevastheid

Nadere informatie

Stichting Norit Pensioenfonds

Stichting Norit Pensioenfonds Stichting Norit Pensioenfonds Samenvatting van het jaarverslag 2017 Samenvatting voor de deelnemers Als gevolg van de steeds verdere uitbreiding van de wettelijke verplichtingen waaraan het jaarverslag

Nadere informatie

Belanghebbendenvergadering. 24 september 2015

Belanghebbendenvergadering. 24 september 2015 Belanghebbendenvergadering 24 september 2015 Agenda 1. Opening 2. Actuele ontwikkelingen Ballast Nedam N.V. 3. Jaarverslag 2014 4. Nieuwe pensioenregelgeving en herstelplan 5. Toekomst pensioenfonds 6.

Nadere informatie

Financieel crisisplan. Voorwoord. Inleiding. 1. Beschrijving financiële crisissituatie

Financieel crisisplan. Voorwoord. Inleiding. 1. Beschrijving financiële crisissituatie Financieel crisisplan November 2016 Voorwoord Voor de periode 1 januari 2014 tot en met 31 december 2018 zijn met de werkgever afspraken gemaakt over een bijstortingsgarantie (en een terugstortingsverplichting

Nadere informatie

Uw persoonlijke gegevens De heer X. Deelnemer Geboren op: 2 januari 1972 Deelnemersnummer: Uw partner Y. Partner Geboren op: 5 februari 1975

Uw persoonlijke gegevens De heer X. Deelnemer Geboren op: 2 januari 1972 Deelnemersnummer: Uw partner Y. Partner Geboren op: 5 februari 1975 pagina 1 van 7 Uniform Pensioenoverzicht 2019 Stand per: 1 januari 2019 Uw persoonlijke gegevens De heer X. Deelnemer Geboren op: 2 januari 1972 Deelnemersnummer: 999999 Relatienummer: xyz123456 Uw partner

Nadere informatie

Strategy, business and technology. Normenkader. Versie 5.1

Strategy, business and technology. Normenkader. Versie 5.1 Strategy, business and technology Normenkader Versie 5.1 Introductie Het VO heeft een takenpakket. Dat kan worden ingedeeld naar: overleg, advisering en beoordeling. Een VO dat zijn eigen normen expliciet

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds SMIT. Bestuursreglement V120620

Stichting Pensioenfonds SMIT. Bestuursreglement V120620 Artikel 1 Inleiding De wijze waarop de Stichting Pensioenfonds SMIT wordt bestuurd ligt op hoofdlijnen vast in de statuten. In dit bestuursreglement wordt hier verder invulling aan gegeven. Het bestuursreglement

Nadere informatie

De Stichting Kuwait Petroleum Pensioenfonds Nederland. Verkort jaarverslag 2013

De Stichting Kuwait Petroleum Pensioenfonds Nederland. Verkort jaarverslag 2013 De Stichting Kuwait Petroleum Pensioenfonds Nederland Verkort jaarverslag 2013 Dit is een uitgave van De Stichting Kuwait Petroleum Pensioenfonds Nederland Het verkorte jaarverslag is een populaire samenvatting

Nadere informatie

Pensioenfonds DSM Nederland

Pensioenfonds DSM Nederland Pensioenfonds DSM Nederland door Ton de Boer op verzoek van VDP 12-12-2016 Pensioenfonds DSM Nederland 1 AGENDA 1. Inleiding 2. Huidige situatie a) Financieel b) Uitkomsten deelnemersonderzoek c) Besluiten

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds F. van Lanschot

Stichting Pensioenfonds F. van Lanschot Stichting Pensioenfonds F. van Lanschot Bij de tijd: de huidige positie en verwachtingen voor de komende jaren Gebaseerd op het jaarverslag over 2016 en recente ontwikkelingen Hoe werkt ons pensioenfonds

Nadere informatie

Verkort jaarverslag 2015

Verkort jaarverslag 2015 Verkort jaarverslag 2015 Wat waren in 2015 de belangrijkste feiten en gebeurtenissen voor GE Pensioen? U leest het in deze verkorte versie van het jaarverslag 2015. Naast deze bondige versie treft u ook

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland

Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland Jaarbericht 2014 AUGUSTUS 2015 In dit Jaarbericht over 2014 legt Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland op hoofdlijnen verantwoording af voor het

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Allianz Nederland. Waardeoverdracht in dienst

Stichting Pensioenfonds Allianz Nederland. Waardeoverdracht in dienst Stichting Pensioenfonds Allianz Nederland Waardeoverdracht in dienst Inleiding... 3 1. Wat is waardeoverdracht?... 4 1.1. Recht op waardeoverdracht... 4 1.2. Snelheid is geboden... 4 1.3. Redenen van een

Nadere informatie

Strengere regels voor pensioenfondsen

Strengere regels voor pensioenfondsen Pensioenflits Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Betonproductenindustrie + Verkort jaarverslag November 2015 De Pensioenflits is een uitgave van uw Bedrijfstakpensioenfonds voor de Betonproductenindustrie

Nadere informatie

Startbrief. 1. Algemeen. Waardeoverdracht. Informatie die u geeft. Wanneer bent u deelnemer in de Basisregeling?

Startbrief. 1. Algemeen. Waardeoverdracht. Informatie die u geeft. Wanneer bent u deelnemer in de Basisregeling? Startbrief Deze startbrief bestaat uit 3 delen: Algemeen, Basisregeling en Plusregeling. 1. Algemeen Uw werkgever: Tentoo Collective Freelance & Flex B.V. Uw pensioenuitvoerder: ABN AMRO Pensioenen Soort

Nadere informatie

Informatiebijeenkomst Pensioenfonds KPN Pensioengerechtigden. Oktober 2013

Informatiebijeenkomst Pensioenfonds KPN Pensioengerechtigden. Oktober 2013 Informatiebijeenkomst Pensioenfonds KPN Pensioengerechtigden Oktober 2013 1 Pensioenstelsel Individueel Pensioen fonds Overheid Lijfrente Pensioen AOW B E L A S T I N G 2 Programma bestuur en taken bestuur

Nadere informatie

Toelichting Uniform Pensioenoverzicht

Toelichting Uniform Pensioenoverzicht Toelichting Uniform Pensioenoverzicht Wat u moet weten over uw pensioen Het Uniform Pensioenoverzicht geeft u duidelijkheid over wat u krijgt bij pensionering.

Nadere informatie

Vragen & antwoorden over uw pensioen en de kredietcrisis

Vragen & antwoorden over uw pensioen en de kredietcrisis Vragen & antwoorden over uw pensioen en de kredietcrisis Corporate Pensioen 4 Juni 2009 Vragen 1. Hoe zeker is mijn toekomstige pensioenvoorziening bij Nationale-Nederlanden? 3. Hoe weet ik hoeveel pensioen

Nadere informatie

FUNCTIEPROFIEL VOOR: BESTUURSLID NAMENS DEELNEMERS EN LID GOVERNANCECOMMISSIE STICHTING PENSIOENFONDS GRONTMIJ 22 MEI 2015

FUNCTIEPROFIEL VOOR: BESTUURSLID NAMENS DEELNEMERS EN LID GOVERNANCECOMMISSIE STICHTING PENSIOENFONDS GRONTMIJ 22 MEI 2015 FUNCTIEPROFIEL VOOR: BESTUURSLID NAMENS DEELNEMERS EN LID GOVERNANCECOMMISSIE STICHTING PENSIOENFONDS GRONTMIJ 22 MEI 2015 Inhoudsopgave 1. Het pensioenfonds... 3 2. Het bestuur... 3 3. Taken van het bestuur...

Nadere informatie

Communicatiekalender 2017 en 2018

Communicatiekalender 2017 en 2018 Communicatiekalender 2017 en 2018 Wettelijk verplichte activiteit Doelgroep Wet- en regelgeving DEELNEMERS/GEWEZEN DEELNEMERS/GEWEZEN PARTNERS/GEPENSIONEERDEN Pensioen 1-2-3 over kenmerken pensioenregeling

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Ballast Nedam

Stichting Pensioenfonds Ballast Nedam Stichting Pensioenfonds Ballast Nedam Windmolenproject Egmond, 2006 1 Deelnemersvergadering 28 september 2006 Agendapunt 4 Kernpunten 2005 Goed jaar, dekkingsgraad van 112,1% naar 117,1% gestegen, ondanks

Nadere informatie

Wijziging CDC-regeling TBI

Wijziging CDC-regeling TBI Wijziging CDC-regeling TBI Voorlichtingssessie tijdens deelnemersvergadering Stichting Pensioenfonds TBI 18 november 2014 Copyright 2014 Sprenkels & Verschuren. Geen enkele reproductie van het document

Nadere informatie

Toelichting Uniform Pensioenoverzicht

Toelichting Uniform Pensioenoverzicht Toelichting Uniform Pensioenoverzicht Wat u moet weten over uw pensioen Op het Uniform Pensioenoverzicht staan de bedragen die u ontvangt bij pensionering

Nadere informatie

In werking : 1 juli 2015 Vastgesteld door het bestuur : 26 juni 2015

In werking : 1 juli 2015 Vastgesteld door het bestuur : 26 juni 2015 In werking : 1 juli 2015 Vastgesteld door het bestuur : 26 juni 2015 Inhoud Inleiding 3 1. Beschrijving crisissituatie 3 2. Beleidsdekkingsgraad waarbij het fonds er zonder korten niet meer uit kan komen

Nadere informatie

Toelichting Uniform Pensioenoverzicht

Toelichting Uniform Pensioenoverzicht Toelichting Uniform Pensioenoverzicht Wat heeft u aan het Uniform Pensioenoverzicht? Het Uniform Pensioenoverzicht geeft u duidelijkheid over wat u krijgt

Nadere informatie

Rabobank Pensioenfonds bruto uitkeringsovereenkomst 1 januari ,00% Deeltijd pensioengevend salaris: ,00 Deeltijd franchise:

Rabobank Pensioenfonds bruto uitkeringsovereenkomst 1 januari ,00% Deeltijd pensioengevend salaris: ,00 Deeltijd franchise: pagina 1 van 6 Uniform Pensioenoverzicht 2018 Stand per: 1 januari 2018 Uw persoonlijke gegevens De heer X. Deelnemer Geboren op: Deelnemersnummer: Uw partner Y. Partner Geboren op: 2 januari 1972 999999

Nadere informatie

2) Waarom heeft SNP i.l. gekozen voor aansluiting bij het Bedrijfstakpensioenfonds voor de landbouw (hierna: BPL Pensioen) gekozen?

2) Waarom heeft SNP i.l. gekozen voor aansluiting bij het Bedrijfstakpensioenfonds voor de landbouw (hierna: BPL Pensioen) gekozen? Vragen en antwoorden naar aanleiding van de gestelde vragen tijdens de Informatiebijeenkomsten van Stichting Norit Pensioenfonds in liquidatie d.d. 26 en 27 september 2018 Algemeen 1) Wat is de overweging

Nadere informatie

Profielschets lid Raad van Toezicht. 6 maart 2018

Profielschets lid Raad van Toezicht. 6 maart 2018 Profielschets lid Raad van Toezicht 6 maart 2018 71649 092004 1. INLEIDING In dit document zijn achtereenvolgens de kenmerken van de Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor het Kappersbedrijf (Bpf Kappers)

Nadere informatie

Financieel crisisplan

Financieel crisisplan In werking : 1 oktober 2018 Inhoudsopgave 1. Beschrijving crisissituatie 3 2. Beleidsdekkingsgraad waarbij het fonds er zonder korten niet meer uit kan komen 4 3. Maatregelen die ter beschikking staan

Nadere informatie

De beschikbare premieregeling: de feiten op een rij

De beschikbare premieregeling: de feiten op een rij De beschikbare premieregeling: de feiten op een rij 3 De beschikbare premieregeling In Nederland bestaan grofweg twee categorieën pensioenregelingen: beschikbare premieregelingen enerzijds en middelloon-

Nadere informatie

Informatiebijeenkomst voor Nalco 24 januari 2019

Informatiebijeenkomst voor Nalco 24 januari 2019 Informatiebijeenkomst voor Nalco 24 januari 2019 Agenda Wie zijn wij Jaarverslag 2017 kerncijfers Ontwikkeling van de dekkingsgraad van het pensioenfonds Financiële spelregels voor pensioenfondsen - Kortingen

Nadere informatie

Update! WIJZIGINGEN PENSIOENREGELING PER 1 JANUARI 2015. bpfhibin.nl

Update! WIJZIGINGEN PENSIOENREGELING PER 1 JANUARI 2015. bpfhibin.nl Update! bpfhibin.nl stichting bedrijfstakpensioenfonds voor de handel in bouwmaterialen December 2014 Kunt u uw werknemers uitleggen wat er per 1 januari 2015 is veranderd aan hun pensioen? WIJZIGINGEN

Nadere informatie

Actuariële en Bedrijfstechnische Nota. Nota, waarin het beleid van het fonds op alle relevante gebieden beschreven wordt.

Actuariële en Bedrijfstechnische Nota. Nota, waarin het beleid van het fonds op alle relevante gebieden beschreven wordt. ABTN A-Factor AFM Afkoop Anw AOW Arbeidsongeschiktheidspensioen Actuariële en Bedrijfstechnische Nota. Nota, waarin het beleid van het fonds op alle relevante gebieden beschreven wordt. Aanduiding voor

Nadere informatie

Het uitgangspunt bij de totstandkoming van de nieuwe pensioenregeling was: te komen tot een nieuwe, betaalbare en duurzame pensioenregeling voor AZL.

Het uitgangspunt bij de totstandkoming van de nieuwe pensioenregeling was: te komen tot een nieuwe, betaalbare en duurzame pensioenregeling voor AZL. AZL NV Pensioenregeling met ingang van 2013 Het uitgangspunt bij de totstandkoming van de nieuwe pensioenregeling was: te komen tot een nieuwe, betaalbare en duurzame pensioenregeling voor AZL. We kunnen

Nadere informatie