Levenslang toezicht? Het wetsvoorstel langdurig toezicht, gedragsbeïnvloeding en vrijheidsbeperking in het licht van het EVRM

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Levenslang toezicht? Het wetsvoorstel langdurig toezicht, gedragsbeïnvloeding en vrijheidsbeperking in het licht van het EVRM"

Transcriptie

1 Levenslang toezicht? Het wetsvoorstel langdurig toezicht, gedragsbeïnvloeding en vrijheidsbeperking in het licht van het EVRM Naam: Gazjbin Hakim ANR: U Datum: 06 oktober 2013 Begeleidster: mevr. S.B.G. Kierkels Masterthesis in de strafrechtswetenschappen 1

2 Voorwoord Voor u ligt mijn afstudeerscriptie ter afsluiting van de master Rechtsgeleerdheid, accent strafrecht, aan Tilburg University. Het is een bijzonder moment, omdat ik hiermee mijn studietijd afsluit. Ik heb met veel plezier deze scriptie geschreven, mede doordat het onderwerp zeer interessant is. Het schrijven van deze scriptie heb ik als een leerzame tijd ervaren. Graag wil ik van deze gelegenheid gebruik maken om een aantal mensen te bedanken die hebben bijgedragen aan de totstandkoming van dit eindresultaat. Veel dank gaat uit naar mijn begeleidster; mevrouw Kierkels. Zij heeft mij geholpen een juiste structuur aan te brengen in mijn scriptie. Dankzij haar advies en commentaren heb ik deze scriptie kunnen voltooien. Daarnaast wil ik in het bijzonder mijn ouders en broers bedanken voor al hun steun en vertrouwen in mij. Zij hebben het studeren voor mij makkelijk gemaakt door mij altijd te motiveren en daarin te steunen. Zij zijn gedurende mijn studie en in het bijzonder gedurende het schrijven van mijn scriptie van groot belang geweest. Tot slot wil ik iedereen bedanken die mij tijdens mijn studie gesteund heeft en belangstelling heeft getoond. Ermelo, 06 oktober 2013 Gazjbin Hakim 2

3 Inhoudsopgave Lijst van gebruikte afkortingen Blz. 05 Hoofdstuk 1 Inleiding Blz Inleiding Blz Vraagstelling Blz Onderzoeksdoel Blz Leeswijzer Blz. 08 Hoofdstuk 2 De tbs-maatregel en gevangenisstraf Blz Inleiding Blz De ontstaansgeschiedenis van de tbs Blz Oplegging tbs Blz Voorwaardelijke beëindiging tbs Blz Gevangenisstraf Blz Masterplan Gevangeniswezen Blz. 17 Hoofdstuk 3 Het wetsvoorstel Blz Inleiding Blz Aanleiding Blz Wat gaat er veranderen Blz Schrappen maximale duur van de voorwaardelijke beëindiging Blz Proeftijden Blz Gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregelen Blz Handhaving maatregelen Blz Uitgevoerde onderzoeken met betrekking tot tbs-gestelden met Blz. 31 een zedendelict Hoofdstuk 4 Toetsing van het wetsvoorstel aan artikelen Blz. 34 5, 7 en 8 EVRM 4.1 Inleiding Blz Artikel 5 EVRM Blz Bespreking van artikel 5 EVRM Blz Artikel 5 lid 1: beperkingen van persoonlijke vrijheid Blz Uitspraken van het EHRM in het licht van het wetsvoorstel Blz Toetsing van het wetsvoorstel aan artikel 5 EVRM Blz Artikel 7 EVRM Blz Inleiding Blz Artikel 7 EVRM en het legaliteitsbeginsel Blz Nulla poena sine lege Blz Nulla poena sine lege praevia Blz Verbod van extensieve interpretatie Blz Toetsing van het wetsvoorstel aan artikel 7 EVRM Blz. 42 3

4 4.4 Artikel 8 EVRM Blz Bespreking artikel 8 EVRM Blz Bij de wet voorzien Blz Doelcriteria Blz Noodzakelijkheid Blz Beginsel van minimale beperking Blz Toetsing wetsvoorstel aan artikel 8 EVRM Blz. 49 Hoofdstuk 5 Conclusie en aanbevelingen Blz Inleiding Blz Conclusie Blz Aanbevelingen Blz. 53 Literatuurlijst Blz. 54 4

5 Lijst van gebruikte afkortingen tbs tbs-maatregel tbs-gestelde Sr Sv RiSc EVRM BVT RVT PBW EHRM OM WODC NVvR De Orde RSJ De Raad Terbeschikkingstelling Terbeschikkingstellingsmaatregel Terbeschikkinggestelde Wetboek van Strafrecht Wetboek van Strafvordering Recidive InschattingsSchalen Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden Reglement verpleging ter beschikking gestelden Penitentiaire Beginselenwet Europees Hof voor de Rechten van de Mens Openbaar Ministerie Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum De Nederlandse Vereniging voor Rechtspraak De Nederlandse Orde van Advocaten Raad voor Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming De Raad voor de Rechtspraak 5

6 Hoofdstuk 1 Inleiding 1.1 Inleiding Op dit moment ligt het wetsvoorstel langdurig toezicht, gedragsbeïnvloeding en vrijheidsbeperking (hierna: het wetsvoorstel) van staatssecretaris Teeven van Veiligheid en Justitie bij de Tweede Kamer. Dit wetsvoorstel richt zich op terbeschikkinggestelden met dwangverpleging (hierna: tbs-gestelden) en daders van zware geweldsmisdrijven die een gevangenisstraf opgelegd hebben gekregen wegens een misdrijf als omschreven in de artikelen 240b, 242 tot en met 250 of 273f van het Wetboek van Strafrecht (hierna:sr). Het wetsvoorstel bevat drie onderdelen: 1 De maximale duur van de voorwaardelijke beëindiging van tbs met dwangverpleging wordt geschrapt, waardoor langdurig en eventueel levenslang toezicht mogelijk wordt; De minimumduur van de proeftijd van de bijzondere voorwaarden met de minimumduur van de proeftijd van de algemene voorwaarden van de voorwaardelijke invrijheidstelling wordt gelijk getrokken. Verder wordt de mogelijkheid opgenomen in de regeling van de voorwaardelijke invrijheidstelling om de proeftijd te verlengen; Er wordt een zelfstandige, gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel (hierna: gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel) geïntroduceerd. Deze maatregel is bedoeld voor tbs-gestelden met dwangverpleging wiens terbeschikkingstelling definitief is beëindigd en voor zedendelinquenten wiens gevangenisstraf is geëindigd of wiens voorwaardelijke invrijheidsstelling na een gevangenisstraf is geëindigd. Aan de maatregel worden voorwaarden gesteld ten aanzien van het gedrag of ten aanzien van de bewegingsvrijheid in de samenleving. Momenteel kan een uitbehandelde tbs-gestelde weer terugkeren in de maatschappij op verschillende manieren. Eén van die manieren is dat de tbs-gestelde onder voorwaarden terugkeert in de maatschappij, indien de tbs met dwangverpleging voorwaardelijk wordt beëindigd. Om de samenleving te beveiligen en recidive te voorkomen, wil de staatssecretaris de tbs-gestelden langdurig en levenslang onder toezicht stellen. Hij is namelijk van mening dat recidivisten vaak terugvallen in criminaliteit en gevoelens van onveiligheid veroorzaken. Het wetsvoorstel heeft tevens gevolgen voor zedendelinquenten. Op dit moment keert een zedendelinquent terug in de maatschappij wanneer de voorwaardelijke gevangenisstraf is beëindigd, ongeacht of zijn gedrag is veranderd. Met het nieuwe wetsvoorstel worden er wel voorwaarden gesteld ten aanzien van het gedrag. In de memorie van toelichting geeft de staatssecretaris aan dat het wetsvoorstel aan het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (hierna: EVRM) voldoet, echter is dit niet helemaal duidelijk. Daarom zal in dit onderzoek worden gekeken of de voorgenomen wijzigingen in het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering in overeenstemming zijn met Europese wet- en regelgeving. Het wetsvoorstel wordt beoordeeld in het licht van artikel 5, 7 en 8 EVRM en de jurisprudentie van het Europees 1 Wetsvoorstel langdurig toezicht en vrijheidsbeperking, consultatieversie maart 2012, p.1. 6

7 Hof voor de Rechten van de Mens (hierna: EHRM) die bij deze artikelen van belang zijn. In artikel 5 van het EVRM is het recht op vrijheid en veiligheid van personen neergelegd. Nederland heeft in de Grondwet een vergelijkbaar artikel opgenomen (artikel 15 GW). Op grond van dit artikel mag niemand van zijn vrijheid worden beroofd buiten de gevallen bij of krachtens de wet bepaald. Het wetsvoorstel heeft een gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel opgenomen in artikel 38z Sr. Hierdoor heeft deze maatregel een wettelijke grondslag. Het is niet duidelijk in hoeverre het recht van vrijheid en veiligheid van uitbehandelde tbs-gestelden en daders van zware misdrijven wordt ontnomen door de voorgestelde gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel. Artikel 7 EVRM bevat net als het Nederlandse artikel 1 Sr het legaliteitsbeginsel. Dit houdt in dat een gedraging alleen strafbaar kan zijn als er op het moment van het plegen een wet bestond die de gedraging strafbaar stelde. Met andere woorden, niemand mag worden veroordeeld wegens een handelen of nalaten dat ten tijde van de gedraging geen strafbaar feit was. Aangezien de rechter bij de veroordeling de gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel moet opleggen, kan dit mogelijk in strijd zijn met de voorzienbaarheid uit artikel 7 EVRM. Het recht op eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer is neergelegd in artikel 8 EVRM en artikel 10 GW. Op grond van artikel 8 lid 2 EVRM kan het recht op eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer beperkt worden indien de beperking bij de wet voorzien is, noodzakelijk is in een democratische samenleving of het onder een van de in lid twee genoemde doelcriteria valt. 1.2 Vraagstelling Naar aanleiding van de hierboven geschetste probleemstelling omtrent het langdurig toezicht, gedragsbeïnvloeding en vrijheidsbeperking in overeenstemming met het recht op de persoonlijke levenssfeer en de voorzienbaarheid van de maatregel, zal de volgende onderzoeksvraag beantwoord worden: 'In hoeverre is het wetsvoorstel 'langdurig toezicht, gedragsbeïnvloeding en vrijheidsbeperking', in overeenstemming met het recht op vrijheid en veiligheid van artikel 5, het legaliteitsbeginsel van artikel 7 en het recht op privacy van artikel 8 EVRM?' 1.3 Onderzoeksdoel Het doel van dit onderzoek is het beschrijven, toetsen en waarderen. Eerst wordt de maatregel tbs en de ontstaansgeschiedenis van deze maatregel besproken. Hier wordt ook ingegaan op de gevangenisstraf en de voorwaardelijke invrijheidsstelling. Daarna wordt het wetsvoorstel punt voor punt beschreven. Vervolgens wordt er gekeken hoe het wetsvoorstel zich verhoudt tot de artikelen 5, 7 en 8 EVRM en de uitspraken van het EHRM. Het wetsvoorstel wordt getoetst aan de criteria, neergelegd in de artikelen 5, 7 en 8 EVRM. Hierdoor kunnen juridische problemen met betrekking tot langdurig toezicht en gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregelen na uitzitten van straf en/of maatregel uit de weg worden geholpen. Ten slotte zullen aanbevelingen worden gedaan ter verbetering van het wetsvoorstel. 7

8 1.4 Leeswijzer Dit onderzoek bestaat uit vier hoofdstukken. In hoofdstuk twee wordt de tbs-maatregel en gevangenisstraf in het licht van mijn onderzoek beschreven. Hierbij moet gedacht worden aan de ontstaansgeschiedenis, de oplegging van de tbs-maatregel, de verschillende vormen van tbs, het verlof en de voorwaardelijke beëindiging. Daarna wordt ingegaan op de gevangenisstraf die is opgelegd wegens een zedendelict. Hierbij komen de oplegging, de voorwaardelijke invrijheidstelling en de proeftijden aan de orde. Tijdens het schrijven van deze scriptie is een masterplan gevangeniswezen ingediend bij de Tweede Kamer, dat kort in hoofdstuk twee wordt besproken. In hoofdstuk drie wordt het wetsvoorstel dat nu in de Tweede Kamer ligt, behandeld. Ook worden in dit hoofdstuk de adviezen op het wetsvoorstel omschreven. In het vierde hoofdstuk zal worden ingegaan op de artikelen 5, 7 en 8 EVRM en de uitspraken van het EHRM. Dit hoofdstuk bevat de uiteindelijke toetsing van het wetsvoorstel aan de criteria neergelegd in de artikelen 5, 7 en 8 EVRM. Het laatste hoofdstuk bevat de conclusie en aanbevelingen. In dit hoofdstuk wordt het antwoord gegeven op de onderzoeksvraag. 8

9 Hoofdstuk 2 De tbs-maatregel en gevangenisstraf 2.1 Inleiding In dit hoofdstuk wordt de huidige regeling beschreven met betrekking tot de voorwaardelijke beëindiging van tbs met dwangverpleging en de voorwaardelijke invrijheidstelling. Het ingediende wetsvoorstel is gericht op tbs-gestelden met dwangverpleging en daders die een gevangenisstraf hebben gekregen wegens een misdrijf als omschreven in de artikelen 240b, 242 tot en met 250 of 273f Sr. Eerst wordt de tbsmaatregel besproken. Er wordt kort ingegaan op de ontstaansgeschiedenis van de tbs, de voorwaarden voor de oplegging van de tbs-maatregel, de tbs-vormen, het verlof en de voorwaardelijke beëindiging. Na de tbs-maatregel wordt de gevangenisstraf uiteengezet en wordt ingegaan op de voorwaardelijke invrijheidstelling en de proeftijden. Tot slot wordt het masterplan DJI van de staatssecretaris besproken. 2.2 De ontstaansgeschiedenis van de tbs Het tbs-systeem kent een lange ontstaansgeschiedenis. In 1886 werd het Wetboek van Strafrecht dat wij nu kennen ingevoerd. 2 Het Wetboek van Strafrecht bevatte drie sanctiemodaliteiten waarvan twee vrijheidsstraffen en een vrijheidsbenemende maatregel. Dit wordt ook wel het tweesporenstelsel genoemd. Dit stelsel houdt in dat het Nederlandse strafrechtelijke sanctiestelsel naast de op vergelding gebaseerde straffen ook maatregelen kent. 3 Destijds werd er een verschil gemaakt tussen iemand die toerekeningsvatbaar (verwijtbaar) was en iemand die ontoerekeningsvatbaar (niet verwijtbaar) was tijdens het begaan van een misdrijf. 4 De rechter kon de straf opleggen wanneer er sprake was van schuld, en de maatregel indien de schuld ontbrak. Het was noodzakelijk om een ontoerekeningsvatbare dader in de gaten te houden, aangezien hij door het ontbreken van schuld niet in aanmerking kwam voor een straf. Daarom werd in 1884 de Krankzinnigenwet ingevoerd. Hierdoor werd een strafrechtelijke, vrijheidsbenemende maatregel geïntroduceerd. Het doel van deze maatregel was het beveiligen van de maatschappij en het verplegen en behandelen van de dader. Bij het opleggen van de maatregel ging het slechts om de toerekeningsvatbaarheid en de ontoerekeningsvatbaarheid. Er werd gekeken naar de mate van gevaarlijkheid van de dader ten opzichte van de maatschappij. Het primaire doel van de vrijheidsbenemende maatregel was het beveiligen van de maatschappij. Secundair ging het om het verplegen en behandelen van de betrokkene. Al snel werd het duidelijk dat plaatsing in een krankzinnigengesticht niet toereikend was om het doeleinde van beveiliging van de maatschappij te realiseren. 5 De oorzaak hiervan lag in het feit dat de Krankzinnigenwet van 1884 enkel betrekking had op de krankzinnigen en dat de duur van de dwangopname afhankelijk was van de staat van 'krankzinnigheid'. Indien een betrokkene niet meer 2 Wet van 2 maart 1881, Stb. 35, i.w.tr. 1 september 1886.). 3 Kelk, Nederlands Detentierecht, Deventer: Kluwer 2003, p Kamerstukken wijziging in het bij de wet 3 maart 1881 vastgestelde Wetboek van Strafrecht, 1886, nr ). 5 Hofstee, TBS, Deventer: Kluwer 2003, p. 3. 9

10 krankzinnig was, kwam hij weer op vrije voeten. 6 De wetgever van 1886 achtte het begrip 'toerekeningsvatbaarheid' ondeelbaar. 7 Naar zijn mening kon het strafbare feit aan de dader worden toegerekend of niet. De wetgever van 1886 heeft geen rekening gehouden met de middengroep. Toen werd er alleen gesproken van wel toerekeningsvatbaar of niet toerekeningsvatbaar. De rechter kon daar niet mee uit de voeten. Soms werd een gestoorde dader in de gevangenis gezet in plaats van een krankzinnigengesticht. De wetgever van 1928 was van mening dat niet de schuldmaat, maar de staat van gevaarlijkheid moest de duur van de sanctie bepalen. Echter, de duur van de sanctie kon niet vooraf worden bepaald, aangezien het niet van tevoren vastgesteld kon worden hoe lang het duurde om de gevaarlijkheid van de dader weg te nemen. Dit heeft de wetgever ertoe gebracht om een nieuwe sanctie in te voeren: de Terbeschikkingstelling van de Regering (hierna: tbr). De tbr werd opgenomen in de Psychopatenwetten. 8 Wanneer de plaatsing in een krankzinnigengesticht in een individueel geval als onvoldoende maatschappijbeveiligend werd aangemerkt, kon de rechter in plaats daarvan de tbr opleggen. 9 De tbr had als doel de bescherming van de maatschappij en het bieden van medisch-psychiatrische behandeling aan de psychisch gestoorde dader. De rechter had de keuze uit onvoorwaardelijke tbr en voorwaardelijke tbr. De maatregel tbr kon worden opgelegd aan zowel ontoerekeningsvatbare als verminderd toerekeningsvatbare daders. Aangezien de maatregel tbr zeer ingrijpend was, waren aan de toepassing van de onvoorwaardelijke tbr een drietal voorwaarden verbonden. In de eerste plaats moest er sprake zijn van een 'psychische stoornis'. Tijdens het begaan van het delict moest een 'gebrekkige ontwikkeling of ziekelijke storing der geestvermogens' hebben bestaan bij de dader. Deze omschrijving is op het begrip 'storing' na in het huidige artikel 37a Sr ongewijzigd gebleven. Het begrip 'storing' is vervangen door het begrip 'stoornis'. Die stoornis diende tempore delicti te (hebben) bestaan. 10 Ten tweede kon de tbr slechts worden opgelegd bij bepaalde delicten. Naast misdrijven, waren ook een aantal overtredingen opgenomen. De wetgever was van mening dat die delicten een indicatie konden vormen voor de (mate van) gevaarlijkheid van de dader en voor de noodzaak tot oplegging van de tbr. 11 In het huidige tbs-systeem is het niet meer mogelijk om voor het plegen van een overtreding tbs opgelegd te krijgen. Ten derde diende het belang van de openbare orde de oplegging van de tbr bepaaldelijk te vorderen. Oplegging van tbr was mogelijk als werd aangenomen dat de dader door zijn psychische stoornis een onaanvaardbaar gevaar voor de samenleving opleverde. In 1930 ontstond er een nieuw probleem: de eerste capaciteitsproblemen. Dit kwam doordat er maar één tbr-inrichting was (Rijksasyl te Leiden) en doordat iedere tbr- 6 Hofstee, TBS, Deventer: Kluwer 2003, p Hofstee, TBS, Deventer: Kluwer 2003, p Wet van 21 juli 1928, Stb. 1928, Hofstee, TBS, Deventer: Kluwer 2003, p Hofstee, TBS, Deventer: Kluwer 2003, p Hofstee, TBS, Deventer: Kluwer 2003, p

11 gestelde jarenlang een plaats in deze inrichting bezet hield. 12 Het gevolg hiervan was het ontbreken van een soepele doorstroming. Sinds 1930 moesten tbr-gestelden als passant maandenlang in een Huis van Bewaring verblijven in afwachting van hun definitieve plaatsing. 13 In 1933 werd op initiatief van de toenmalige Minister van Justitie Donner de zogenaamde Stopwet ingevoerd. 14 Door de Stopwet werd de mogelijkheden om tbr op te leggen verkleind. Hierin werd vastgesteld dat tbr alleen mocht worden opgelegd als er een zeer ernstig delict was gepleegd en als er een groot gevaar bestond voor herhaling van zo n delict. Op deze manier wilde de wetgever ervoor zorgen dat niet bij elk misdrijf tbr opgelegd werd. 15 De Stopwet werd in 1947 ingetrokken. De druk op de tbr-capaciteit nam weer toe. Dit keer wilde men de capaciteitsproblemen oplossen door de doorstroomsnelheid in de tbr-inrichtingen te vergroten door eerder tot proefverlof of ontslag over te gaan. 16 De plank werd weer misgeslagen, omdat het aantal recidive omhoog schoot. Tussen 1946 en 1961 werd veel werk gemaakt van uitbreiding van het aantal tbr-inrichtingen. In 1953 wilde de wetgever dat de gevangenen overdag in gemeenschap gingen werken ter voorbereiding op hun terugkeer in de maatschappij. In 1988 werden de Psychopatenwetten afgeschaft en werd de Wet herziening tbr ingevoerd. 17 In deze wetswijziging werd de tbr gewijzigd in tbs (Terbeschikkingstelling) en werden de criteria voor de toepassing van de tbs aangescherpt. De voorwaarden voor het opleggen van tbs waren: een psychische of ziekelijke stoornis van de geestvermogens tijdens het begaan van het delict, risico op herhaling, gevaar voor de samenleving en het moet gaan om een delict waarvoor ten minste vier jaar gevangenisstraf staat of waarvoor tbs kan worden opgelegd, ongeacht de straftermijn. 18 Dit is een duidelijk verschil met de tbr, aangezien de tbr voor elk misdrijf opgelegd kon worden. De tbs is echter beperkt tot de categorie ernstige misdrijven. 19 In de nieuwe wet werd een maximumduur van vier jaar ingevoerd. De tbs wordt nog steeds besproken en onderzocht. De ontwikkeling van de tbs staat niet stil. 2.3 Oplegging tbs Tbs is een beveiligingsmaatregel. De tbs-maatregel heeft als doel het beschermen van de maatschappij tegen recidive van delictgevaarlijke daders. Bij tbs ligt de nadruk op de speciaal-preventieve functie. 20 De rechter kan tbs opleggen aan een dader indien voldaan is aan de drie criteria die artikel 37a Sr stelt: 1. Een gebrekkige ontwikkeling of ziekelijke stoornis van de geestvermogens van de dader ten tijde van het begaan van het feit; 12 Hofstee, TBS, Deventer: Kluwer 2003, p Hofstee, TBS, Deventer: Kluwer 2003, p Wet van 21 april 1933, Stb Kamerstukken wijziging in het bij de wet 3 maart 1881 vastgestelde Wetboek van Strafrecht, 1886, nr ). 16 Ministeriële circulaire 22 maart 1947, 2e afdeling C, nr Wet van 19 november 1986, Stb. 1986, Hofstee, TBS, Deventer: Kluwer 2003, p Hofstee, TBS, Deventer: Kluwer 2003, p Muller en Vegter, Detentie: Gevangen in Nederland, Alphen aan de Rijn: Kluwer p

12 2. Het door hem begane feit een misdrijf is waarop naar de wettelijke omschrijving een gevangenisstraf van vier jaren of meer is gesteld dan wel behoort tot een der misdrijven omschreven in de artikelen 132, 285 lid 1, 285b, en 395 Sr, artikel 175 lid 2 sub b WVW, en artikel 11 lid 2 van de Opiumwet; 3. De veiligheid van anderen, dan wel de algemene veiligheid van personen of goederen het opleggen van die maatregel eist (dit wordt ook wel het gevaarscriterium genoemd). Er zijn twee vormen van tbs, namelijk: tbs met dwangverpleging, ook wel 'tbs met bevel tot verpleging van overheidswege' genoemd, en tbs met voorwaarden. De wettelijke grondslag voor het opleggen van tbs met voorwaarden is te vinden in de artikelen 38 tot en met 38c Sr. De meest opgelegde vorm is tbs met dwangverpleging 21 en deze vindt haar wettelijke grondslag in de artikelen 37b tot en met 37e Sr. De tbs met dwangverpleging is een vrijheidsbenemende maatregel. De tbs-gestelde wordt opgenomen in een tbs-kliniek voor behandeling. Bij tbs met voorwaarden wordt de tbs-gestelde niet gedwongen opgenomen in een (psychiatrische) kliniek. Dit is een minder ingrijpende maatregel. Indien de tbs-gestelde de gestelde voorwaarden overtreedt, heeft de rechter de mogelijkheid de tbs met voorwaarden om te zetten in een tbs met dwangverpleging. In deze scriptie wordt enkel de tbs met dwangverpleging besproken. 2.4 Voorwaardelijke beëindiging tbs Vanaf 1997 is voorwaardelijke beëindiging van tbs met dwangverpleging mogelijk. 22 In het verleden stond de rechter voor de keus om de tbs-maatregel wel of niet te verlengen. Wanneer de rechter voor een niet-verlenging koos, werd de tbs-maatregel beëindigd. Hierdoor kwam de tbs-gestelde onvoorbereid en zonder begeleiding in de samenleving terecht. Dit probleem kwam in 1880 voor tijdens de Krankzinnigenwet. Daar werd gekeken naar de mate van gevaarlijkheid van de dader en daardoor was de duur van de dwangopname afhankelijk van de staat van de krankzinnigheid. De betrokkene kwam op vrije voeten indien hij niet meer krankzinnig was. In artikel 38j lid 2 Sr staat dat de totale duur van de voorwaardelijke beëindiging van tbs met dwangverpleging ten hoogste negen jaren bedraagt. De tbs-gestelde dient eerst de verschillende fases van verlof goed te doorlopen voordat voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging kan plaatsvinden. Er zijn vijf vormen van verlof: begeleid verlof, onbegeleid verlof, transmuraal verlof, proefverlof en incidenteel verlof. 23 In de artikelen 53 en 54 Reglement verpleging terbeschikkinggestelden (hierna: RVT) zijn de verlofvormen uitgewerkt. De verlofregeling is belangrijk voor de resocialisatie binnen de tbs. Het is noodzakelijk om aan tbs-gestelden verlof te verlenen om het op die manier mogelijk te maken geleidelijk terug te keren naar de maatschappij. 21 Dienst Justitiële Inrichting, Forensische zorg in getal , mei p. 8 grafiek 2.1 en p. 13 grafiek Wet van 25 juni 1997, Stb. 1997, Wolters en Struijk, Tekst & Commentaar, commentaar op artikel 50 Beginselenwet TBS, Deventer: Kluwer

13 Door het verlof kan er worden getoetst hoe de tbs-gestelde in de maatschappij functioneert. Als eerste vindt het begeleid verlof plaats en dit is een beveiligd verlof in aanwezigheid van medewerkers van de kliniek en een therapeut die het gedrag observeert. De begeleiders houden toezicht op het doen en laten van de tbs-gestelde. Het verlof is voor één dag. Het tweede soort verlof is een onbegeleid verlof. Deze vorm vindt plaats zonder begeleiding van een medewerker van de inrichting. Dit verlof vindt plaats na een aantal begeleide verloven. Het verlof kan voor één dag of maximaal zes dagen zijn. Bij transmuraal verlof woont de betrokkene buiten de kliniek en is er begeleiding op afstand. Dit verlof wordt verleend aan het eind van de behandeling en is bedoeld als overgang naar het proefverlof. Het incidenteel verlof is een verlof op humanitaire gronden, te denken valt aan een begrafenis van een familielid. Dus dit verlof is niet op behandeling gericht. Bij de andere vormen van verlof is het de bedoeling stapsgewijs terug te keren in de maatschappij, uiteindelijk resulterend in een proefverlof. 24 Bij proefverlof blijft de kliniek verantwoordelijk voor het toezicht dat uitgevoerd wordt door medewerkers van de reclassering. 25 Deze vorm van toezicht heet forensisch psychiatrisch toezicht (hierna: FPT). Het proefverlof is pas toegestaan nadat de verlofvormen van artikel 50 BVT en 53 lid 1 RVT succesvol zijn verlopen. Het proefverlof houdt in dat de tbs-gestelde terugkeert in de samenleving. Het is de bedoeling dat de tbs-gestelde tijdens het proefverlof aantoont dat hij in staat is zijn leven weer op te pakken zonder een gevaar te vormen voor zichzelf en voor de samenleving. Een reclasseringsinstelling is verantwoordelijk voor het toezicht, de ondersteuning en de begeleiding van een proefverlof. 26 Deze instelling rapporteert regelmatig aan het hoofd van de inrichting (artikel 60 lid 1 RVT). Drie maanden voordat de tbs afloopt, rapporteert de reclassering het hoofd van de inrichting omtrent de wenselijkheid tot een verlenging van de tbs-maatregel (artikel 60 lid 3 RVT). Deze rapportage is voorzien van een advies van een aan de reclasseringsinstelling verbonden psychiater. Het hoofd van de inrichting kan het proefverlof intrekken en zal de tbsgestelde en de overige personen en instanties, genoemd in artikel 57 RVT, in kennis stellen. Tegen de intrekking van het proefverlof kan de tbs-gestelde gebruik maken van zijn recht van beklag en beroep (artikel 56 BVT). Wanneer door de minister van Justitie de proefverlofmachtiging wordt ingetrokken kan de tbs-gestelde op grond van artikel 69 lid 1 c beroep instellen bij de RSJ. Op grond van artikel 53 lid 2 RVT zijn verloven alleen mogelijk met machtiging van de minister van Justitie. Die machtigingen worden voor de duur van een jaar verleend. Pas wanneer deze fases van verlof met succes zijn doorlopen, kan de tbs met dwangverpleging voorwaardelijk worden beëindigd. De voorwaardelijke beëindiging is verantwoord indien het gevaar van de tbs-gestelde is teruggebracht of niet meer in redelijke verhouding staat tot het gevaar waartegen de tbs bescherming zou bieden. De 24 Wolters en Struijk, Tekst & Commentaar, commentaar op artikel 50 Beginselenwet TBS, Deventer: Kluwer Wolters en Struijk, Tekst & Commentaar, commentaar op artikel 50 Beginselenwet TBS, Deventer: Kluwer Wolters en Struijk, Tekst & Commentaar, commentaar op artikel 50 Beginselenwet TBS, Deventer: Kluwer

14 totale duur van de voorwaardelijke beëindiging van de tbs met dwangverpleging bedroeg tot 1 januari 2008 drie jaar. In 2007 heeft voormalig minister van Justitie, Hirsch Ballin, een wetsvoorstel ingediend om de termijn van voor de voorwaardelijke beëindiging van tbs met dwangverpleging te verlengen van 3 tot maximaal 9 jaar. De reden hiervoor was om de kans op recidive zoveel mogelijk te beperken door de tbs-gestelden langer onder toezicht te stellen. Indien de tbs met dwangverpleging niet meer in redelijke verhouding staat tot het gevaar waartegen de tbs bescherming zou moeten bieden, wordt overgegaan tot een voorwaardelijke beëindiging. Bij de voorwaardelijke beëindiging wordt de (dwang)verpleging voorwaardelijk beëindigd, en de tbs-maatregel zelf wordt met een jaar verlengd. 27 In artikel 509t lid 2 Sr zijn eisen opgenomen voor een voorwaardelijke beëindiging van de tbs met dwangverpleging. Op grond van artikel 509o lid 3 Sr moet bij een voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging een recent, met redenen omkleed advies worden overhandigd van de reclassering en van een psychiater die de tbsgestelde heeft onderzocht. In het advies wordt ingegaan op de vraag of het recidiverisico is teruggedrongen naar gewenst niveau en of de behandeling van de tbs-gestelde naar tevredenheid is verlopen. Indien uit de stoornis van de geestvermogens voortvloeiende gevaarlijkheid van de tbs-gestelde voor de veiligheid van anderen dan de tbs-gestelde zelf of de algemene veiligheid van personen of goederen dusdanig is teruggebracht dat het verantwoord is de verpleging onder voorwaarden te beëindigen, doet het hoofd van de inrichting voor verpleging van de tbs-gestelden, bij het advies als bedoeld in het eerste lid, een daartoe strekkend schriftelijk voorstel (artikel 46 lid 2 RVT). Sinds 1 januari 2008 kan de voorwaardelijke beëindiging ook plaatsvinden naast een verlenging van tbs met dwangverpleging voor de duur van twee jaar. Indien de termijn (ten hoogste negen jaren) van de voorwaardelijke beëindiging is verstreken, eindigt de tbs-maatregel van rechtswege (artikel 38j Sr). De rechter kan op vordering van het OM de tbs-maatregel beëindigen (artikel 509t Sv). De minister van Veiligheid en Justitie heeft de bevoegdheid om te allen tijde de tbs-maatregel te beëindigen (artikel 38u Sr). De rechter kan de dwangverpleging op twee manieren voorwaardelijk beëindigen. Ten eerste kan dit tijdens de verlengingsprocedure en ten tweede tijdens een van de gevallen die beschreven staat in artikel 38h Sr. Het toetsingscriterium voor een voorwaardelijke beëindiging staat geregeld in artikel 46 RVT. De rechter dient de voorwaardelijke beëindiging af te wegen tegen de algemene veiligheid van personen of goederen dan wel de veiligheid van de tbs-gestelde zelf. Voorwaardelijke beëindiging kan plaatsvinden op vordering van het OM. Tevens kan de tbs-gestelde of diens raadsman het verzoek tot voorwaardelijke beëindiging indienen. De rechter kan ambtshalve voorwaardelijk beëindigen (artikel 38g lid 2 Sr). Het hoofd van de inrichting voor de verpleging van de tbs-gestelde kan een vordering doen (artikel 46 lid 2 RVT). Als laatste kan de reclassering het OM een voorstel doen tot vordering van voorwaardelijke beëindiging (artikel 61 lid 2 RTV). 27 Hofstee, Tekst & Commentaar Strafrecht, commentaar op artikel 509t Sv, Deventer: Kluwer

15 Om te bepalen of iemand nog recidivegevaarlijk is gebruiken de psychologen Recidive InschattingsSchalen (RiSc). De RiSc is een diagnose-instrument waarmee niet alleen een inschatting wordt gemaakt van het risico op recidive, maar ook van de statische en dynamische criminogene factoren die aan dit risico ten grondslag liggen. Met behulp van de RiSc wordt een advies gegeven over eventueel noodzakelijke gedragstrainingen en/of begeleiding (Risicotaxatie bij verlof van gedetineerden. Een (inter)nationale vergelijking van instrumenten en procedures, Janine Plaisier en Jenneke van Ditzhuijzen, WODC 2008 uitgever Impac R&D, p.45). Toch zien wij dat de recidivecijfers steeds omhoog gaan. Wat gaat er dan mis? Wat zijn de knelpunten waardoor de recidivecijfers steeds omhoog gaan en niet omlaag? De tbs-maatregel eindigt van rechtswege indien de voorwaardelijke beëindiging negen jaar heeft geduurd. In artikel 38a lid 1 Sr staan een aantal wettelijke voorwaarden genoemd die de rechter kan opleggen aan een tbs-gestelde bij de terugkeer in de maatschappij. Een voorbeeld hiervan is dat de tbs-gestelde door de arts voorgeschreven geneesmiddelen moet innemen. Bij het niet naleven van de voorwaarden kan de rechter de dwangverpleging in de tbs-kliniek weer laten herleven op grond van artikel 38k Sr. 28 Ook wanneer de veiligheid van anderen, dan wel de algemene veiligheid van personen en goederen, dat eist. Fokkens 29 geeft aan dat indien gevaar voor recidive dreigt, terugplaatsing in een terbeschikkingstellingkliniek ter verpleging via een eenvoudige procedure gerealiseerd kan worden. Een voorbeeld hiervan is het belang van de veiligheid in het geval dat een plotselinge verslechtering van de geestelijke toestand van de tbs-gestelde optreedt, welke gepaard gaat met symptomen die zich ook voorafgaand aan het plegen van het delict hebben voorgedaan. 30 De reclassering geeft in haar (driemaandelijkse) rapportages het volgende aan: Hoe het contact met de tbs-gestelde verloopt; Of hij zich aan de gestelde voorwaarden houdt; Of hij een gevaar oplevert voor de algemene veiligheid van personen en goederen. Of een wijziging van de voorwaarden wordt aanbevolen, en (zo ja) hoe die gewijzigde voorwaarden er dienen uit te zien; Of er in de situatie alsnog een tbs met dwangverpleging dient te worden gevorderd en (zo ja) waarom; Of de situatie zo ernstig is dat er een aanhouding en een vordering tot voorlopige (hervatting) van de dwangverpleging (zoals bedoelt in artikel 509i Sv) dient plaats te vinden. Tegen de beslissing omtrent verlenging van de tbs-maatregel en tegen de beslissing omtrent de voorwaardelijke beëindiging staat hoger beroep open bij de penitentiaire kamer van het gerechtshof in Arnhem (artikel 509v lid 1 en 509t lid 1 en 2 Sv). Zowel het OM als de tbs-gestelde kunnen in beroep bij het gerechtshof in Arnhem. 28 Wolf, TBS veroordeeld tot vooroordeel (proefschrift Rotterdam), Oisterwijk: Wolf Legal Publischer p Prof. mr. J.W. Fokkens (procureur-generaal bij de Hoge Raad). 30 Kamerstukken II , , nr. 6, blz

16 2.5 Gevangenisstraf Een gevangenisstraf is een van de hoofdstraffen en staat opgenomen in artikel 9 lid 1 sub a Sr. De gevangenisstraf is een vrijheidsbenemende straf en het is een ingrijpende straf. Alle misdrijven worden met gevangenisstraf bedreigd. Een gevangenisstraf kan alleen worden opgelegd aan volwassenen die een misdrijf hebben gepleegd. 31 Gevangenisstraf kan tijdelijk of levenslang duren (artikel 10 Sr). De tijdelijke gevangenisstraf bedraagt maximaal 30 jaar en deze totale duur mag niet worden overschreden (artikel 10 lid 3 Sr). Een levenslange gevangenisstraf is echt levenslang. Een achttiental misdrijven wordt met levenslange gevangenisstraf bedreigd. Voor delicten die niet met een levenslange gevangenisstraf worden bedreigd, is de wetgever gebonden aan het maximum van vijftien jaar. 32 Het wetsvoorstel is gericht op daders van misdrijven als omschreven in artikelen 240b, 242 tot en met 250 of 273f Sr. Deze misdrijven vallen onder de categorie misdrijven tegen de zeden. Er zijn drie soorten zedendelicten te onderscheiden, namelijk: delicten gericht tegen de verdraagzaamheid (schennis van de eerbaarheid en pornografie), delicten gericht tegen het gestelde vertrouwen (strafbaarstelling van seksuele contacten met jeugdigen en afhankelijken) en delicten tegen de persoonlijke vrijheid of geweldsdelicten zoals verkrachting en aanranding. 33 Verkrachting en aanranding vormen beiden een grove inbreuk op de lichamelijke en psychische integriteit van het slachtoffer, vanwege het gebruikte geweld. 34 Wanneer de periode van de (resterende) vrijheidsstraf is verstreken, zal de veroordeelde in vrijheid moeten worden gesteld. 35 De voorwaardelijke invrijheidstelling staat geregeld in artikel 15 tot en met 15l Sr. Indien de veroordeelde tot een gevangenisstraf van meer dan een jaar en ten hoogste twee jaar is veroordeeld, wordt hij voorwaardelijk in vrijheid gesteld wanneer de vrijheidsbeneming ten minste een jaar heeft geduurd en van alsdan nog ten uitvoer te leggen gedeelte van de straf eenderde gedeelte is ondergaan. Echter, wanneer de veroordeelde tot tijdelijke gevangenisstraf van meer dan twee jaar is veroordeeld, zal hij na tweederde daarvan voorwaardelijk in vrijheid worden gesteld. De voorwaardelijke invrijheidstelling voor het einde van de straftijd houdt in dat de rest van de straf niet ten uitvoer zal worden gelegd, indien de vrijgelatene binnen een te bepalen proeftermijn geen strafbare feiten zal plegen en wanneer de vrijgelatene zich zal houden aan de te stellen bijzondere voorwaarden. 36 Wanneer een veroordeelde tot een gevangenisstraf van minder dan een jaar is veroordeeld, komt niet in aanmerking voor de voorwaardelijke invrijheidstelling. Een voorwaardelijke invrijheidstelling geldt alleen voor langgestraften. 31 WWW < 32 Cleiren en Nijboer (red.), Tekst & Commentaar Strafrecht, Deventer: Kluwer p Cleiren en Nijboer (red.), Tekst & Commentaar Strafrecht, Deventer: Kluwer p Cohen e.a., Forensische geneeskunde: raakvlakken tussen gezondheidszorg en recht, Assen: Koninklijke Van Gorcum p Kronenberg en De Wilde, Grondtrekken van het Nederlandse strafrecht, Deventer: Kluwer p Noyon/Langemeijer en Remmelink, Wetboek van Strafrecht, artikel 15 Sr, aant. 1, Deventer: Kluwer

17 De proeftijd is de periode gedurende welke de voorwaarden van kracht zijn (artikel 15c lid 1 Sr). 37 De proeftijd gaat in op de dag van de voorwaardelijke invrijheidstelling (artikel 15c lid 1 Sr). De proeftijd bij de algemene voorwaarden is gelijk aan de periode waarover de voorwaardelijke invrijheidstelling wordt verleend. Dit is de periode die de gedetineerde niet hoeft uit te zitten. De proeftijd is ten minste een jaar. Bij de bijzondere voorwaarden wordt de proeftijd door het OM bepaald, maar deze is ten hoogste gelijk aan de periode waarvoor voorwaardelijke invrijheidsstelling wordt verleend. Het OM kan een periode vaststellen waarbinnen de veroordeelde de voorwaarden dient na te leven. De wet kent twee algemene voorwaarden waaronder de voorwaardelijke invrijheidstelling plaatsvindt (artikel 15a lid 1 Sr). De eerste algemene voorwaarde is dat de veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit. Deze voorwaarde is verbonden aan de invrijheidstelling. Wanneer de veroordeelde geen strafbaar feit begaat, wordt de invrijheidstelling onherroepelijk. 38 De tweede geldt indien bijzondere voorwaarden worden gesteld. De algemene voorwaarde hierbij is dat de veroordeelde meewerkt aan het nemen van vingerafdrukken voor het vaststellen van zijn identiteit (artikel 15a lid 1 sub b onder 1 Sr). Deze voorwaarde is onderdeel van een pakket maatregelen dat er voor moet zorgen dat zorgvuldig de identiteit van de veroordeelde wordt vastgesteld. Slechts wanneer er bijzondere voorwaarden worden gesteld, is deze voorwaarde ook van toepassing. Een dergelijke voorwaarde is dat de veroordeelde medewerking verleent aan reclasseringstoezicht, inclusief de medewerking aan huisbezoeken. 39 Het OM is verantwoordelijk voor het houden van toezicht op de naleving van de voorwaarden. Het feitelijke toezicht wordt door de politie en reclassering uitgevoerd. Als een veroordeelde tijdens de voorwaardelijke invrijheidstelling verdacht wordt van het plegen van een strafbaar feit, dan kan hij worden aangehouden op bevel van de officier van justitie. 40 Op grond van artikel 14d lid 2 Sr kan de rechter een aangewezen reclasseringsinstelling de opdracht geven toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan begeleiden. Wanneer een voorwaarde niet wordt nageleefd, doet de reclassering daarvan onverwijld melding aan het OM. 2.6 Masterplan DJI Op 22 maart 2013 heeft de ministerraad ingestemd met een voorstel van de staatssecretaris om te bezuinigen op de DJI en een aantal gevangenissen te sluiten. Vanuit de praktijk werd forse kritiek geleverd op de voorgestelde masterplan. 41 De directeuren van de gevangeniswezen hebben een alternatief plan opgesteld. Naar aanleiding van het alternatief plan is het masterplan aangepast. De staatssecretaris heeft op 17 juni jl. het aangepaste masterplan naar de Tweede Kamer gestuurd. In het masterplan worden 37 Schuyt, Tekst & Commentaar Strafrecht, commentaar op artikel 15a Sr, Deventer: Kluwer Schuyt, Tekst & Commentaar Strafrecht, commentaar op artikel 15a Sr, Deventer: Kluwer Schuyt, Tekst & Commentaar Strafrecht, commentaar op artikel 15a Sr, Deventer: Kluwer De Groot, Penitentiaire Beginselenwet, Deventer: Kluwer p Ministerie van Veiligheid en Justitie, Masterplan DJI , Den Haag: juni

18 aanpassingen doorgevoerd binnen de maatregelen op het gebied van gevangeniswezen, forensische zorg en de Justitiële Inrichtingen. De elektronische detentie wordt alleen in het laatste deel ( aan de achterkant ) van de detentie ingevoerd, met een duur van maximaal 1 jaar, na verloop van minimaal de helft van de opgelegde straf en uitsluitend bij gedetineerden met een straf van 6 maanden of langer. 42 In het kader van het Regeerakkoord is besloten de algemene detentiefasering af te schaffen. 43 Echter, door de invoering van de elektronische detentie in de laatste twaalf maanden van detentie wordt, in het kader van 'promoveren en degraderen', toch gewerkt aan een gerichte terugkeer naar de maatschappij. Er wordt gedacht aan drie varianten: een lichte, een midden en een uitgebreide variant, met een oplopende mate van toezicht en controle. Uitgangspunt blijft dat daar waar de gedetineerde zelf zaken kan regelen, hij dit zelf doet. 44 De bezuinigingen raken ook de forensische zorg. De staatssecretaris wil de behandelduur van 10 jaar terugbrengen naar 8 jaar. 45 De staatssecretaris wil goedkopere zorgplaatsen en, indien verantwoord, minder zorgintensieve voorzieningen Ministerie van Veiligheid en Justitie, Masterplan DJI , Den Haag: juni p Ministerie van Veiligheid en Justitie, Masterplan DJI , Den Haag: juni p Ministerie van Veiligheid en Justitie, Masterplan DJI , Den Haag: juni p Ministerie van Veiligheid en Justitie, Masterplan DJI , Den Haag: juni p

19 Hoofdstuk 3 Het wetsvoorstel 3.1 Inleiding In dit hoofdstuk wordt het wetsvoorstel 47 inhoudelijk besproken. Dit wetsvoorstel is van toepassing op tbs-gestelden en zedendelinquenten. Het wetsvoorstel bevat drie onderdelen. Ten eerste is in het wetsvoorstel voorgesteld om de maximale duur van negen jaar van de voorwaardelijke beëindiging te schrappen. Ten tweede wordt de proeftijd van de voorwaardelijke invrijheidstelling aangepast. Ten derde kan de geïntroduceerde gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel ten uitvoer worden gelegd aan tbs-gestelden van wie de tbs definitief is beëindigd. Indien een veroordeelde niet in aanmerking komt voor een voorwaardelijke invrijheidsstelling kan de gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel ten uitvoer worden gelegd. Ook in aansluiting op de proeftijd van de voorwaardelijke invrijheidsstelling kan de gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel ten uitvoer worden gelegd. In dit hoofdstuk wordt besproken wat de aanleiding is geweest voor het indienen van dit wetsvoorstel, wat er gaat veranderen, hoe deze doelen ingevuld (dienen te) worden en wat de kritiekpunten zijn van de adviesorganen. 3.2 Aanleiding Het kabinet heeft als topprioriteit het vergroten van de maatschappelijke veiligheid. Recidivisten zorgen voor veel criminaliteit en gevoelens van onveiligheid. De terugkeer van zedendelinquenten en gewelddelinquenten leidt regelmatig tot maatschappelijke onrust. De staatssecretaris haalt een rapport van de WODC erbij waarin een onderzoek is gedaan naar de recidive tussen 1999 en In dit rapport wordt de conclusie getrokken dat van alle tbs-gestelden die een zedendelict hebben begaan 39,4% na vier jaar opnieuw met justitie in aanraking komt. Na vier jaar is bijna 8,2% van deze zedendelinquenten opnieuw voor een zedendelict vervolgd. Om de samenleving te beschermen tegen daders van zedendelicten, is de staatssecretaris van mening dat er maatregelen genomen moeten worden. Deze maatregelen moeten ervoor zorgen dat de zedendelinquenten niet recidiveren. De Nederlandse Vereniging voor Rechtspraak (hierna: NvvR) zet hier vraagtekens bij en verwijst naar de praktijk in sommige landen, waar relatief hoge straffen en sancties gelden en niet gesproken kan worden van een veiligere samenleving. 48 De staatssecretaris geeft aan dat het schrappen van de termijn, de uitstroom van de tbs-gestelden uit de tbs-klinieken zal bevorderen. De Nederlandse Orde van Advocaten (hierna: de Orde) vindt dat deze stelling niet onderbouwd is en dat het een misvatting zou kunnen zijn Wetsvoorstel langdurig toezicht en vrijheidsbeperking, consultatieversie maart Nederlandse Vereniging voor Rechtspraak, Conceptwetsvoorstel langdurig toezicht, gedragsbeïnvloeding en vrijheidsbeperking, Den Haag 29 juni 2012.p Nederlandse Orde van Advocaten, Preadvies van de Adviescommissie Strafrecht inzake het Wetsvoorstel langdurig toezicht, gedragsbeïnvloeding en vrijheidsbeperking, Den Haag 8 juni p.4. 19

20 De staatssecretaris geeft aan dat de terugkeer in de samenleving ook op een tbs-gestelde een grote invloed heeft. Daarom wil hij dat de terugkeer van zedendelinquenten zorgvuldig en verantwoordelijk onder voorwaarden plaatsvindt. Met dit wetsvoorstel wil hij het mogelijk maken om deze groepen langdurig en intensief onder toezicht te stellen en hen aan strikte voorwaarden te binden. Daarnaast zou met dit wetsvoorstel de bevoegdheid gecreëerd worden voor de rechter, om met de drie voorgestelde onderdelen om te gaan. 3.3 Wat gaat er veranderen? In artikel 38j Sr staat dat de voorwaardelijke beëindiging van de verlenging uiterlijk na negen jaar definitief van rechtswege wordt beëindigd. De reclassering houdt tijdens deze periode toezicht. Gedurende de voorwaardelijke beëindiging vindt een periodieke toetsing plaats door de rechter. De staatssecretaris is van mening dat wanneer geen periodieke toetsing plaatsvindt de veroordeelde de mogelijkheid wordt ontnomen om zijn leven te beteren. Nu vindt de staatssecretaris dat de maximale duur van de voorwaardelijke beëindiging door de periodieke toetsing niet meer nodig is. 50 Dit komt door het feit dat de rechter periodiek zal toetsen of verlenging nodig is of dat de tbsmaatregel definitief kan worden beëindigd. Dat is dan ook de reden waarom de staatssecretaris voorgesteld heeft de wettelijke termijn te schrappen uit het huidige artikel 38j Sr. De totale duur van de voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging bedraagt ten hoogste negen jaar. De proeftijd staat geregeld in artikel 15c Sr. De proeftijd van de voorwaardelijke invrijheidstelling van de algemene voorwaarde duurt minimaal een jaar. Echter, deze minimumduur geldt niet voor de voorwaardelijke invrijheidsstelling met bijzondere voorwaarden. Deze termijn is gelijk aan de periode waarover de voorwaardelijke invrijheidsstelling is verleend. De staatssecretaris vindt het onwenselijk dat er bij gevangenisstraffen van korter dan twee jaar, een korte periode is om door middel van bijzondere voorwaarden aan gedragsverandering te werken. 51 Daarom wil hij de minimumduur van de proeftijd van de bijzondere voorwaarden gelijk trekken met de minimumduur van de proeftijd van de algemene voorwaarden. Tevens wil hij de mogelijkheid opnemen in de wet om de proeftijd te verlengen. De belangrijkste wijziging van dit artikel is dat in lid 2 de zinsnede 'van de algemene voorwaarden' komt te vervallen. In het huidige lid 3 staat dat de verlenging ten hoogste gelijk is aan de periode waarover voorwaardelijke invrijheidsstelling wordt verleend. Deze komt te vervallen en luidt als volgt: Op vordering van het openbaar ministerie kan de rechter de proeftijd met ten hoogste twee jaren verlengen. 52 Verder wil de staatssecretaris in de wet een nieuwe toezichtsmaatregel opnemen voor tbsgestelden of zedendelinquenten bij wie de tbs-maatregel, gevangenisstraf of voorwaardelijke invrijheidsstelling is beëindigd. 53 Omdat dit een nieuwe maatregel is, 50 Wetsvoorstel langdurig toezicht en vrijheidsbeperking, consultatieversie maart 2012, p Wetsvoorstel langdurig toezicht en vrijheidsbeperking, consultatieversie maart 2012, p Wetsvoorstel langdurig toezicht en vrijheidsbeperking, consultatieversie maart 2012, p Wetsvoorstel langdurig toezicht en vrijheidsbeperking, consultatieversie maart 2012, p.7. 20

21 komt een geheel nieuw artikel, namelijk artikel 38z Sr. 54 In dit artikel wordt de oplegging en tenuitvoerlegging gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel vastgelegd. Het is de bedoeling dat deze maatregel in het kader van toezicht worden opgelegd. De staatssecretaris geeft aan dat deze maatregel zwaarder is dan het rechtelijke gebieds- en contactverbod. Dit komt doordat deze maatregel ook ruimere mogelijkheden biedt voor beperkingen in het gedrag. 55 De staatssecretaris heeft er voor gekozen om deze maatregelen op te leggen aan personen aan wie een tbs-maatregel met dwangverpleging is opgelegd en aan personen die zijn veroordeeld tot een gevangenisstraf voor een zedendelict. Het wetsvoorstel is dus van toepassing op tbs-gestelden en zedendelinquenten. De rechter dient de maatregel op te leggen op het moment van de veroordeling. Naar mijn mening zal dit problemen kunnen opleveren, omdat de rechter jaren vooruit moet kijken. Op het moment van de veroordeling is niet duidelijk of verder toezicht nodig is na beëindiging van de tbs-maatregel of na het uitzitten van de gevangenisstraf. Welke invulling aan de maatregel wordt gegeven, wordt pas na jaren duidelijk. 3.4 Schrappen maximale duur van de voorwaardelijke beëindiging Zoals hierboven wordt aangegeven, wil de staatssecretaris de maximale duur van negen jaar van de voorwaardelijke beëindiging schrappen. Hij wil bedwingen dat de rechter door de maximale duur te schrappen, de voorwaardelijke beëindiging steeds jaarlijks of tweejaarlijks kan verlengen. De voorwaardelijke beëindiging kan dus voortaan levenslang duren. Tegelijkertijd geeft de staatssecretaris aan dat met de periodieke verlenging wordt gewaarborgd dat de voorwaardelijke beëindiging niet langer duurt dan noodzakelijk is. Ook geeft hij aan dat de mate van toezicht in loop der tijd zal afnemen. Dit gebeurt door de gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende voorwaarden die gesteld worden. Met het schrappen van de maximale duur van de voorwaardelijke beëindiging wil de staatssecretaris recidiverisico van tbs-gestelden verder verminderen en de uitstroom van tbs-gestelden uit de tbs-inrichtingen stimuleren. Indien na negen jaar blijkt dat het recidiverisico niet voldoende is afgenomen, kan de voorwaardelijke beëindiging worden verlengd, waardoor toezicht mogelijk blijft. Door het toezicht te laten voortduren zolang dit nodig is, blijft het vangnet van de hervatting van de dwangverpleging bestaan. Wanneer na negen jaar blijkt dat het recidiverisico onvoldoende is afgenomen, kan de voorwaardelijke beëindiging worden verlengd. De staatssecretaris is van mening dat wanneer je toezicht laat voortduren zolang het nodig is, de mogelijkheid van hervatting van de dwangverpleging blijft bestaan (als stok achter de deur). Indien de recidivekans niet dermate is verminderd dat de veroordeelde zonder toezicht naar de samenleving terug kan, zal de rechter de voorwaardelijke beëindiging blijven verlengen en het toezicht door laten lopen. 54 Wetsvoorstel langdurig toezicht en vrijheidsbeperking, consultatieversie maart 2012, p Wetsvoorstel langdurig toezicht en vrijheidsbeperking, consultatieversie maart 2012, p.7. 21

Juridische basiskennis over de maatregel TBS, oplegging en verlenging

Juridische basiskennis over de maatregel TBS, oplegging en verlenging TBS voor Dummies Juridische basiskennis over de maatregel TBS, oplegging en verlenging Auteur: Miriam van der Mark, advocaat-generaal en lid van de Kerngroep Forum TBS Algemeen De terbeschikkingstelling

Nadere informatie

Langdurig toezicht, gedragsbeïnvloeding en vrijheidsbeperking

Langdurig toezicht, gedragsbeïnvloeding en vrijheidsbeperking 33.816 Langdurig toezicht, gedragsbeïnvloeding en vrijheidsbeperking Naam : Joni Schenk Opleiding : HBO Rechten Scriptiebegeleider : Mevr. Bharos-Jadoenathmisier Studiejaar : 2014-2015 1 Samenvatting Op

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2015 460 Wet van 25 november 2015 tot wijziging van het Wetboek van Strafrecht en Wetboek van Strafvordering in verband met het laten vervallen van

Nadere informatie

Titel II. Straffen. 1. Algemeen. Artikel 1:11

Titel II. Straffen. 1. Algemeen. Artikel 1:11 Titel II Straffen 1. Algemeen Artikel 1:11 1. De straffen zijn: a. de hoofdstraffen: 1. gevangenisstraf; 2. hechtenis; 3. taakstraf; 4. geldboete. b. de bijkomende straffen: 1. ontzetting van bepaalde

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

34300 VI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Veiligheid en Justitie (VI) voor het jaar 2016

34300 VI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Veiligheid en Justitie (VI) voor het jaar 2016 34300 VI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Veiligheid en Justitie (VI) voor het jaar 2016 Nr. 75 Brief van de minister van Veiligheid en Justitie Aan de Voorzitter van de Tweede

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal 2

Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2016-2017 Wijziging van het Wetboek van Strafrecht in verband met de afschaffing van de voorwaardelijke invrijheidstelling en aanpassing van de voorwaardelijke

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van de Penitentiaire beginselenwet, het Wetboek van Strafrecht en enige andere wetten in verband met de wijziging van de regelingen inzake detentiefasering en voorwaardelijke invrijheidstelling

Nadere informatie

TBS longstay, geen resocialisatie betekent geen vrijheid?

TBS longstay, geen resocialisatie betekent geen vrijheid? TBS longstay, geen resocialisatie betekent geen vrijheid? _ Een toetsing aan het resocialisatiebeginsel en artikel 3 EVRM. door Rob Verstappen (ANR 32.05.99) scriptie in de strafrechtswetenschappen te

Nadere informatie

ECLI:NL:PHR:2014:1700 Parket bij de Hoge Raad Datum conclusie Datum publicatie Zaaknummer 12/04833

ECLI:NL:PHR:2014:1700 Parket bij de Hoge Raad Datum conclusie Datum publicatie Zaaknummer 12/04833 ECLI:NL:PHR:2014:1700 Instantie Parket bij de Hoge Raad Datum conclusie 01-07-2014 Datum publicatie 26-09-2014 Zaaknummer 12/04833 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken - Inhoudsindicatie

Nadere informatie

Datum 30 juni 2016 Onderwerp Inzet en verlenging van de maatregel van terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege

Datum 30 juni 2016 Onderwerp Inzet en verlenging van de maatregel van terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

TBS uit de gratie. K.P.M.A. Muis L. van der Geest

TBS uit de gratie. K.P.M.A. Muis L. van der Geest K.P.M.A. Muis L. van der Geest Samenvatting en conclusies in hoofdpunten In 2008 en 2009 is er sprake van een opvallende daling van het aantal tbs-opleggingen met bevel tot verpleging. Het is onwaarschijnlijk

Nadere informatie

Het wetsvoorstel Langdurig toezicht en vrijheidsbeperking, bezien in het licht van het beginsel van resocialisatie, minimale beperkingen en het EVRM

Het wetsvoorstel Langdurig toezicht en vrijheidsbeperking, bezien in het licht van het beginsel van resocialisatie, minimale beperkingen en het EVRM Het wetsvoorstel Langdurig toezicht en vrijheidsbeperking, bezien in het licht van het beginsel van resocialisatie, minimale beperkingen en het EVRM (Schijn)veiligheid? Universiteit van Tilburg Master

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2007 500 Wet van 6 december 2007 tot wijziging van het Wetboek van Strafrecht en enige andere wetten in verband met de wijziging van de vervroegde

Nadere informatie

Feiten en Achtergronden. Sanctietoepassing voor volwassenen. Terugdringen recidive door persoonsgerichte aanpak en nadruk op nazorg

Feiten en Achtergronden. Sanctietoepassing voor volwassenen. Terugdringen recidive door persoonsgerichte aanpak en nadruk op nazorg Sanctietoepassing voor volwassenen Terugdringen recidive door persoonsgerichte aanpak en nadruk op nazorg Oktober 2008 / F&A 8880 Ministerie van Justitie Directie Voorlichting Schedeldoekshaven 100 Postbus

Nadere informatie

Toch levenslang? Het wetsvoorstel langdurig toezicht, gedragsbeïnvloeding en vrijheidsbeperking bekeken in het licht van het EVRM

Toch levenslang? Het wetsvoorstel langdurig toezicht, gedragsbeïnvloeding en vrijheidsbeperking bekeken in het licht van het EVRM Toch levenslang? Het wetsvoorstel langdurig toezicht, gedragsbeïnvloeding en vrijheidsbeperking bekeken in het licht van het EVRM Masterscriptie rechtsgeleerdheid, accent strafrecht Tilburg law school

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van de Penitentiaire beginselenwet, het Wetboek van Strafrecht en enige andere wetten in verband met de wijziging van de regeling inzake detentiefasering en voorwaardelijke invrijheidstelling

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal 2

Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017-2018 Wijziging van het Wetboek van Strafrecht in verband met de afschaffing van de voorwaardelijke invrijheidstelling en aanpassing van de voorwaardelijke

Nadere informatie

Een (on)eindig vooruitzicht

Een (on)eindig vooruitzicht Een (on)eindig vooruitzicht Een onderzoek naar het wetsvoorstel langdurig toezicht, gedragsbeïnvloeding en vrijheidsbeperking waarbij dit wetsvoorstel wordt getoetst in het licht van het EVRM Universiteit

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 33 498 Wijziging van het Wetboek van Strafrecht, het Wetboek van Strafvordering en enige andere wetten in verband met de invoering van een adolescentenstrafrecht

Nadere informatie

Wie zijn onze patiënten?

Wie zijn onze patiënten? In deze folder vertellen wij u graag wat meer over Forensisch Psychiatrisch Centrum de Kijvelanden. De Kijvelanden behandelt mensen met een psychiatrische stoornis. De rechter heeft hen tbs met bevel tot

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 34 975 Voorstel van wet van het lid Van der Staaij tot wijziging van het Wetboek van Strafrecht in verband met de afschaffing van de voorwaardelijke

Nadere informatie

Forensisch Psychiatrisch Centrum de Kijvelanden. Over TBS

Forensisch Psychiatrisch Centrum de Kijvelanden. Over TBS Forensisch Psychiatrisch Centrum de Kijvelanden Over TBS In deze folder vertellen wij u graag meer over Forensisch Psychiatrisch Centrum de Kijvelanden en in het bijzonder over tbs. De Kijvelanden behandelt

Nadere informatie

TOEZICHT TOT IN DEN TREURE. De wet Langdurig toezicht, gedragsbeïnvloeding en vrijheidsbeperking bekeken in het licht van de beginselen van het EVRM

TOEZICHT TOT IN DEN TREURE. De wet Langdurig toezicht, gedragsbeïnvloeding en vrijheidsbeperking bekeken in het licht van de beginselen van het EVRM TOEZICHT TOT IN DEN TREURE De wet Langdurig toezicht, gedragsbeïnvloeding en vrijheidsbeperking bekeken in het licht van de beginselen van het EVRM Simcha Plas Student no: 6067409 Master Strafrecht Begeleider:

Nadere informatie

Algemene bepalingen. Transactie DDD. Na titel VIII wordt een titel ingevoegd, luidende: TITEL VIIIA BIJZONDERE BEPALINGEN VOOR JEUGDIGEN.

Algemene bepalingen. Transactie DDD. Na titel VIII wordt een titel ingevoegd, luidende: TITEL VIIIA BIJZONDERE BEPALINGEN VOOR JEUGDIGEN. DDD Na titel VIII wordt een titel ingevoegd, luidende: TITEL VIIIA BIJZONDERE BEPALINGEN VOOR JEUGDIGEN Algemene bepalingen Artikel 79a Ten aanzien van degene die ten tijde van het begaan van een strafbaar

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 Aanhangsel van de Handelingen Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden 832 Vragen van het lid

Nadere informatie

Samenvatting. Aanleiding onderzoek

Samenvatting. Aanleiding onderzoek Samenvatting Aanleiding onderzoek In Nederland kan aan individuen met een psychische stoornis die een ernstig misdrijf hebben gepleegd, de maatregel terbeschikkingstelling (tbs) worden opgelegd. Indien

Nadere informatie

B E L A N G E N B E H A R T I G I N G L E D E N O M / Z M K W A L I T E I T R E C H T S P R A A K

B E L A N G E N B E H A R T I G I N G L E D E N O M / Z M K W A L I T E I T R E C H T S P R A A K Nederlandse Vereniging voor Rechtspraak De minister van Justitie Mr. E.M.H. Hirsch Ballin Postbus 20301 2500 GH Den Haag Datum: 17 februari 2010 Ons kenmerk: B2.1.9./1764/RO Uw kenmerk: 5633273/09/6 Onderwerp:

Nadere informatie

ADVIES. Conceptwetsvoorstel wijziging regelingen inzake detentiefasering en voorwaardelijke invrijheidstelling

ADVIES. Conceptwetsvoorstel wijziging regelingen inzake detentiefasering en voorwaardelijke invrijheidstelling ADVIES Conceptwetsvoorstel wijziging regelingen inzake detentiefasering en voorwaardelijke invrijheidstelling aan de Minister voor Rechtsbescherming naar aanleiding van het verzoek daartoe bij brief d.d.

Nadere informatie

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie Mr. F. Teeven Postbus EH Den Haag

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie Mr. F. Teeven Postbus EH Den Haag De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie Mr. F. Teeven Postbus 20301 2500 EH Den Haag datum 6 mei 2013 doorkiesnummer 06-18609322 e-mail voorlichting@rechtspraak.nl uw kenmerk 360518 onderwerp Advies

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz. W03.13.0153/II Wijziging van het Wetboek van Strafrecht en Wetboek van Strafvordering in verband met het laten vervallen van de maximale duur van de voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege,

Nadere informatie

Werkstuk Levensbeschouwing Gevangeniswezen

Werkstuk Levensbeschouwing Gevangeniswezen Werkstuk Levensbeschouwing Gevangeniswezen Werkstuk door een scholier 1573 woorden 23 januari 2002 5,8 206 keer beoordeeld Vak Levensbeschouwing Inleiding Het gevangeniswezen. Hoe gaat het er in de gevangenissen

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2000 53 Besluit van 28 januari 2000 tot openstelling van het recht op een socialezekerheidsuitkering voor personen die deelnemen aan een penitentiair

Nadere informatie

Q&A s Levenslange gevangenisstraf (vragen en antwoorden)

Q&A s Levenslange gevangenisstraf (vragen en antwoorden) Q&A s Levenslange gevangenisstraf (vragen en antwoorden) 1. Hoeveel levenslanggestraften zijn er nu in NL? Op dit moment zijn er 33 mensen onherroepelijk veroordeeld tot levenslang. Dat betekent dat zij

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

Cijfers & bijzonderheden 2018

Cijfers & bijzonderheden 2018 Cijfers & bijzonderheden 218 1 Wat is TBS Nederland? TBS Nederland is een initiatief van de forensisch psychiatrische centra en klinieken in Nederland. In een forensisch psychiatrisch centrum (fpc) en

Nadere informatie

Geachte heer Teeven. Hierna treft u aan het advies van de NVvR, dat is voorbereid en vastgesteld door de Wetenschappelijke Commissie van de NVvR.

Geachte heer Teeven. Hierna treft u aan het advies van de NVvR, dat is voorbereid en vastgesteld door de Wetenschappelijke Commissie van de NVvR. De Staatssecretaris van veiligheid en Justitie Mr, F. Teeven Postbus 20301 2500 EH Den Haag Datum 29 i 2C 2 Kenmerk 92 2 OO28S8242 T Uw kenmerk 572450526 Onderwerp Conceptwetsvoorstel langdurig toezicht,

Nadere informatie

CONCEPT. Op de voordracht van Onze Minister van Veiligheid en Justitie van [ ], directie Wetgeving en Juridische Zaken, nr. [ ]

CONCEPT. Op de voordracht van Onze Minister van Veiligheid en Justitie van [ ], directie Wetgeving en Juridische Zaken, nr. [ ] Bijlage bij de brief van 7 april 2014 (kenmerk: 502557) CONCEPT Besluit van [ ] houdende wijziging van de Penitentiaire maatregel en het Besluit extramurale vrijheidsbeneming en sociale zekerheid in verband

Nadere informatie

Kan het wetsvoorstel Langdurig toezicht, gedragsbeïnvloeding en vrijheidsbeperking de toets van het EVRM doorstaan?

Kan het wetsvoorstel Langdurig toezicht, gedragsbeïnvloeding en vrijheidsbeperking de toets van het EVRM doorstaan? Kan het wetsvoorstel Langdurig toezicht, gedragsbeïnvloeding en vrijheidsbeperking de toets van het EVRM doorstaan? Universiteit van Amsterdam Master Publiekrecht, Strafrecht Saskia Carolina van Houten

Nadere informatie

Strafblad 2017(3) 35 De (on)veiligheid van de zelfstandige gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel

Strafblad 2017(3) 35 De (on)veiligheid van de zelfstandige gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel Strafblad 2017(3) 35 De (on)veiligheid van de zelfstandige gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel Strafblad 2017(3) 35 De (on)veiligheid van de zelfstandige gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2007 2008 31 552 Wijziging van het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering in verband met de beëindiging van de maatregel van terbeschikkingstelling

Nadere informatie

B E L A N G E N B E H A R T I G I N G L E D E N O M / Z M K W A L I T E I T R E C H T S P R A A K. Advies

B E L A N G E N B E H A R T I G I N G L E D E N O M / Z M K W A L I T E I T R E C H T S P R A A K. Advies Nederlandse Vereniging voor Rechtspraak Advies inzake het wetsvoorstel tot wijziging van het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering in verband met de beëindiging van de maatregel van

Nadere informatie

Wetboek van Strafrecht

Wetboek van Strafrecht Wetboek van Strafrecht (Tekst geldend op: 27-08-2014) Wet van 3 maart 1881 Wij WILLEM III, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, Groot-Hertog van Luxemburg, enz., enz., enz.

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 32 319 Wijziging van het Wetboek van Strafrecht in verband met wijzigingen van de regeling van de voorwaardelijke veroordeling en de regeling van

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2006 2007 28 238 Verlenging van de totale duur van de voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege Nr. 7 NOTA NAAR AANLEIDING VAN HET

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2010 312 Besluit van 24 juli 2010 tot wijziging van het Reglement verpleging ter beschikking gestelden wegens een technische aanvulling en tot wijziging

Nadere informatie

B E L A N G E N B E H A R T I G I N G L E D E N O M / Z M K W A L I T E I T R E C H T S P R A A K. Advies

B E L A N G E N B E H A R T I G I N G L E D E N O M / Z M K W A L I T E I T R E C H T S P R A A K. Advies Nederlandse Vereniging voor Rechtspraak Advies inzake Wetsvoorstel tot wijziging van het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering in verband met de maatregel van terbeschikkingstelling

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van het Wetboek van Strafvordering en enkele andere wetten in verband met de invoering van de Wet herziening tenuitvoerlegging strafrechtelijke beslissingen (Invoeringswet herziening tenuitvoerlegging

Nadere informatie

Scriptie Open Universiteit Nederland, Faculteit Rechtswetenschappen Datum: 3 september 2013

Scriptie Open Universiteit Nederland, Faculteit Rechtswetenschappen Datum: 3 september 2013 Gemaximeerde TBS: het einde in zicht? De impact van de uitspraak van het EHRM in de zaak Van der Velden tegen Nederland op de Nederlandse jurisprudentie ten aanzien van de maximering van de TBS met dwangverpleging

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van het Wetboek van Strafrecht en Wetboek van Strafvordering in verband met het laten vervallen van de maximale duur van de voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege, het

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 28 684 Naar een veiliger samenleving Nr. 383 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal 2

Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017-2018 Wijziging van het Wetboek van Strafrecht in verband met de afschaffing van de voorwaardelijke invrijheidstelling en aanpassing van de voorwaardelijke

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 513 Wijziging van het Wetboek van Strafrecht en enige andere wetten in verband met de wijziging van de vervroegde invrijheidstelling in een

Nadere informatie

Longstay, getoetst aan het resocialisatiebeginsel en bezien in het licht van de artikelen 3 en 5 EVRM.

Longstay, getoetst aan het resocialisatiebeginsel en bezien in het licht van de artikelen 3 en 5 EVRM. Longstay, getoetst aan het resocialisatiebeginsel en bezien in het licht van de artikelen 3 en 5 EVRM. Shanna Visser December 2012 Inhoudsopgave Inleiding 3 Hoofdstuk 1. Historie TBS 5 1.1 Krankzinnigenwetgeving

Nadere informatie

Wet Maatregel Wie bevoegd? In welke gevallen? Wetboek van

Wet Maatregel Wie bevoegd? In welke gevallen? Wetboek van Bijlage 1 Wet Maatregel Wie bevoegd? In welke gevallen? Wetboek van Officier van justitie Strafvordering Toepassing bijzondere opsporingsbevoegdheden: o.m. observatie, infiltratie en stelselmatige informatieinwinning

Nadere informatie

VAN PIJ NAAR TBS. Naam: A.H.J.P. Albers Titel afstudeerscriptie: Van PIJ naar TBS Scriptiebegeleider: Professor Vlaardingerbroek Studentnummer:

VAN PIJ NAAR TBS. Naam: A.H.J.P. Albers Titel afstudeerscriptie: Van PIJ naar TBS Scriptiebegeleider: Professor Vlaardingerbroek Studentnummer: VAN PIJ NAAR TBS Naam: A.H.J.P. Albers Titel afstudeerscriptie: Van PIJ naar TBS Scriptiebegeleider: Professor Vlaardingerbroek Studentnummer: 575902 1 Inhoudsopgave Inleiding...3 Hoofdstuk 1 Het jeugdstrafrecht

Nadere informatie

TBS.^- Nederland. Ministerie van Justitie en Veiligheid t.a.v. de Minister van Rechtsbescherming de heer S. Dekker Postbus EH DEN HAAG

TBS.^- Nederland. Ministerie van Justitie en Veiligheid t.a.v. de Minister van Rechtsbescherming de heer S. Dekker Postbus EH DEN HAAG TBS.^- Nederland Ministerie van Justitie en Veiligheid t.a.v. de Minister van Rechtsbescherming de heer S. Dekker Postbus 20301 2500 EH DEN HAAG Kenmerk: DIRUIT18/237/HB/svdk Groningen, 14 juni 2018 Betreft:

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal 2

Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2016-2017 Wijziging van het Wetboek van Strafrecht in verband met de afschaffing van de voorwaardelijke invrijheidstelling en aanpassing van de voorwaardelijke

Nadere informatie

Datum 23 februari 2012 Onderwerp Beantwoording Kamervragen over de voorlopige hechtenis van dhr. R.

Datum 23 februari 2012 Onderwerp Beantwoording Kamervragen over de voorlopige hechtenis van dhr. R. 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den

Nadere informatie

-------------------------------------------------------------------- ------

-------------------------------------------------------------------- ------ (Tekst geldend op: 15-12-2014) -------------------------------------------------------------------- ------ Wet van 3 maart 1881 Wij WILLEM III, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau,

Nadere informatie

Wetboek van Strafrecht Geldend van t/m heden

Wetboek van Strafrecht Geldend van t/m heden Wetboek van Strafrecht Geldend van 01-01-2017 t/m heden Wet van 3 maart 1881 Wij WILLEM III, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, Groot-Hertog van Luxemburg, enz., enz.,

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EH DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EH DEN HAAG > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EH DEN HAAG Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag

Nadere informatie

O&Qi ue MEMORIE VAN TOELICHTING ALGEMEEN. 1. Inleiding

O&Qi ue MEMORIE VAN TOELICHTING ALGEMEEN. 1. Inleiding onder O&Qi ue Wijziging van het Wetboek van Strafrecht en Wetboek van Strafvordering in verband met het laten vervallen van de maximale duur van de voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege,

Nadere informatie

Werkstuk Maatschappijleer Criminaliteit; reidive onder gedetineerden

Werkstuk Maatschappijleer Criminaliteit; reidive onder gedetineerden Werkstuk Maatschappijleer Criminaliteit; reidive onder gedetineerden Werkstuk door een scholier 2722 woorden 11 maart 2004 5,1 29 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer Inleiding Wij hebben als deelonderwerp

Nadere informatie

Saby Samura 12 juli TBS-Longstay

Saby Samura 12 juli TBS-Longstay Saby Samura 12 juli 2012 TBS-Longstay TBS-Longstay TBS-Longstay beschouwd in het licht van de resocialisatiegedachte en de artikelen 3 en 5 EVRM Naam: Saby Samura Inleverdatum: 12 juli 2012 Adres: Scriptiebegeleider:

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 Aanhangsel van de Handelingen Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden 1336 Vragen van het lid

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 32 169 Wijziging van het Wetboek van Strafrecht in verband met het beperken van de mogelijkheden om een taakstraf op te leggen voor ernstige zeden-

Nadere informatie

De maatregel Terbeschikkingstelling en de incidentenpolitiek die daarmee gepaard lijkt te gaan.

De maatregel Terbeschikkingstelling en de incidentenpolitiek die daarmee gepaard lijkt te gaan. De maatregel Terbeschikkingstelling en de incidentenpolitiek die daarmee gepaard lijkt te gaan. Naam: A.A.C.H.M. (Tamara) Muijen Anr: 875612 Begeleider: Prof. Dr. T.I. Oei Voorwoord Voor u ligt mijn afstudeerscriptie

Nadere informatie

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 26 maart 2013 in de zaak tegen: thans gedetineerd in de.

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 26 maart 2013 in de zaak tegen: thans gedetineerd in de. vonnis RECHTBANK NOORD-HOLLAND Afdeling Publiekrecht, Sectie Straf Locatie Schiphol Meervoudige strafkamer Parketnummer: Uitspraakdatum: 8 april 2013 Tegenspraak Strafvonnis Dit vonnis is gewezen naar

Nadere informatie

De gevolgen van een strafrechtelijke afdoening voor de verblijfsrechtelijke positie van jongeren

De gevolgen van een strafrechtelijke afdoening voor de verblijfsrechtelijke positie van jongeren De gevolgen van een strafrechtelijke afdoening voor de verblijfsrechtelijke positie van jongeren Dit document beoogt de strafrechtelijke consequenties voor de verblijfsrechtelijke positie van een vreemdeling

Nadere informatie

VAN REDACTIEWEGE. Levenslang en TBS: een LAT-relatie. PM Schuyt

VAN REDACTIEWEGE. Levenslang en TBS: een LAT-relatie. PM Schuyt VAN REDACTIEWEGE Levenslang en TBS: een LAT-relatie PM Schuyt Mevr. Mr. Drs. P.M. Schuyt is universitair docent straf en strafprocesrecht aan de universiteit Leiden en redacteur van dit blad. Op 14 maart

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2018 30 Wet van 31 januari 2018 tot wijziging van het Wetboek van Strafvordering, de Penitentiaire beginselenwet, de eginselenwet verpleging ter beschikking

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal erste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2003 2004 28 980 Wijziging van het Wetboek van Strafrecht, het Wetboek van Strafvordering en de Penitentiaire beginselenwet (plaatsing in een inrichting voor

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van het Wetboek van Strafvordering, de Penitentiaire beginselenwet, de eginselenwet verpleging ter beschikking gestelden, de eginselenwet justitiële jeugdinrichtingen en enkele andere strafrechtelijke

Nadere informatie

OPENBAAR MINISTERIE. College van procureurs-generaal. Den Haag. Postbus 20305, 2500 EH. Prins Clauslaan AJ Den Haag

OPENBAAR MINISTERIE. College van procureurs-generaal. Den Haag. Postbus 20305, 2500 EH. Prins Clauslaan AJ Den Haag 1 OPENBAAR MINISTERIE College van procureurs-generaal Postbus 20305, 2500 EH Den Haag Ministerie van Justitie en Veiligheid Directie Wetgeving t.a.v mw. A.G. van Dijk Postbus 20301 2500 EH DEN HAAG Prins

Nadere informatie

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN Jaargang 2014 no. 20 Onderlinge regeling als bedoeld in artikel 38, eerste lid, van het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden van 8 januari 2014, regelende de samenwerking

Nadere informatie

Directoraat-Generaal Preventie, Jeugd en Sancties

Directoraat-Generaal Preventie, Jeugd en Sancties ϕ1 Ministerie van Justitie Directoraat-Generaal Preventie, Jeugd en Sancties Directie Sanctie- en Preventiebeleid Postadres: Postbus 20301, 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

Wetboek van Strafrecht

Wetboek van Strafrecht Wetboek van Strafrecht (Tekst geldend op: 28 01 2014) Wet van 3 maart 1881 Wij WILLEM III, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje Nassau, Groot Hertog van Luxemburg, enz., enz., enz.

Nadere informatie

Datum 25 augustus 2016 Onderwerp Uitvoering motie voorlopige hechtenis terrorismeverdachten (29 754, nr. 379)

Datum 25 augustus 2016 Onderwerp Uitvoering motie voorlopige hechtenis terrorismeverdachten (29 754, nr. 379) 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2011 545 Wet van 17 november 2011 tot wijziging van het Wetboek van Strafrecht in verband met wijzigingen van regeling van de voorwaardelijke veroordeling

Nadere informatie

Aangenomen en overgenomen amendementen

Aangenomen en overgenomen amendementen Overzicht van stemmingen in de Tweede Kamer afdeling Inhoudelijke Ondersteuning aan De leden van de vaste commissie voor Veiligheid en Justitie Betreffende wetsvoorstel: 34126 Wijziging van het Wetboek

Nadere informatie

2. ACHTERGROND VAN DE WET VOORWAARDELIJKE INVRIJHEIDSTELLING

2. ACHTERGROND VAN DE WET VOORWAARDELIJKE INVRIJHEIDSTELLING 2. ACHTERGROND VAN DE WET VOORWAARDELIJKE INVRIJHEIDSTELLING 2.1 Inleiding Al sinds de invoering van het Wetboek van Strafrecht in 1886 is de regeling van de voorwaardelijke invrijheidstelling hierin opgenomen.

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2012 5 Besluit van 14 december 2011, houdende regels inzake het uit te oefenen toezicht bij voorwaardelijke veroordeling (Uitvoeringsbesluit voorwaardelijke

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal t.a.v. de Voorzitter mw. G.A. Verbeet Postbus EA DEN HAAG. Geachte mevrouw Verbeet,

Tweede Kamer der Staten-Generaal t.a.v. de Voorzitter mw. G.A. Verbeet Postbus EA DEN HAAG. Geachte mevrouw Verbeet, Tweede Kamer der Staten-Generaal t.a.v. de Voorzitter mw. G.A. Verbeet Postbus 20 018 2500 EA DEN HAAG datum 8 september 2011 contactpersoon voorlichting doorkiesnummer 070-361 9721 e-mail voorlichting@rechtspraak.nl

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2013 2014 32 398 Vaststelling van een Wet forensische zorg en daarmee verband houdende wijzigingen in diverse andere wetten (Wet forensische zorg) G BRIEF

Nadere informatie

Aan de Minister voor Rechtsbescherming De heer drs. S. Dekker Postbus EH DEN HAAG. Geachte heer Dekker,

Aan de Minister voor Rechtsbescherming De heer drs. S. Dekker Postbus EH DEN HAAG. Geachte heer Dekker, RSJ Postbus 30137 2500 GC Den Haag www.rsj.nl Aan de Minister voor Rechtsbescherming De heer drs. S. Dekker Postbus 20301 2500 EH DEN HAAG Datum : 29 maart 2019 E-mail : advies@rsj.nl Uw kenmerk : 2477367

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 32 319 Wijziging van het Wetboek van Strafrecht in verband met wijzigingen van de regeling van de voorwaardelijke veroordeling en de regeling van

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2001 28 Wet van 21 december 2000 tot wijziging van het Wetboek van Strafrecht, het Wetboek van Strafvordering, de Wet op de rechterlijke organisatie

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2014 138 Besluit van 21 maart 2014 tot intrekking van het Besluit gedragsbeïnvloeding jeugdigen en tot wijziging van het Besluit tenuitvoerlegging

Nadere informatie

Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving

Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving ϕ Ministerie van Justitie Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving Directie Juridische en Operationele Aangelegenheden Postadres: Postbus 2030, 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 11 oktober 2013 Onderwerp Weigerende observandi

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 11 oktober 2013 Onderwerp Weigerende observandi 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

over specialisten op het gebied van internationaal

over specialisten op het gebied van internationaal NIEUWSBRIEF TBS 20 November 2006 - Nummer 1 STR A FR ECHT INHOUD Cleerdin & Hamer is het grootste strafrechtadvocatenkantoor van Nederland. Onze strafrechtspecialisten houden zich uitsluitend bezig met

Nadere informatie

Tijdelijk verlaten van de inrichting

Tijdelijk verlaten van de inrichting Tijdelijk verlaten van de inrichting Conceptwetsvoorstel opheffen samenloop van regelingen met betrekking tot het tijdelijk verlaten van de inrichting advies d.d. 12 februari 2010 1 2 Samenvatting De Raad

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van het Wetboek van Strafrecht, het Wetboek van Strafvordering en de Wet dieren met het oog op de versterking van het instrumentarium ten behoeve van de opsporing, vervolging en bestuursrechtelijke

Nadere informatie

Betreft: advies conceptwetsvoorstel wijziging regelingen inzake detentiefasering en voorwaardelijke invrijheidstelling Uw kenmerk:

Betreft: advies conceptwetsvoorstel wijziging regelingen inzake detentiefasering en voorwaardelijke invrijheidstelling Uw kenmerk: Ere-voorzitter Prof. mr. Pietervan Vollenhoven Postbus 93166 2509 AD Den Haag T 070 363 59 36 Ministerie van Justitie en Veiligheid T.a.v. de Minister voor Rechtsbescherming Zijne Excellentie de heer drs.

Nadere informatie

ECLI:NL:GHLEE:2010:BO8408 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHLEE:2010:BO8408 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer ECLI:NL:GHLEE:2010:BO8408 Instantie Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak 17-12-2010 Datum publicatie 22-12-2010 Zaaknummer 24-002079-08 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht

Nadere informatie

De staatssecretaris van Veiligheid en Justitie mr. F. Teeven Postbus EH Den Haag. Geachte heer Teeven,

De staatssecretaris van Veiligheid en Justitie mr. F. Teeven Postbus EH Den Haag. Geachte heer Teeven, De staatssecretaris van Veiligheid en Justitie mr. F. Teeven Postbus 20301 2500 EH Den Haag datum 18 juni 2012 doorkiesnummer 070-361 9721 e-mail voorlichting@rechtspraak.nl uw kenmerk 5724505/12/6 onderwerp

Nadere informatie

2012 no. 24 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA. LANDSVERORDENING van 27 april 2012 houdende vaststelling van een nieuw Wetboek van Strafrecht van Aruba

2012 no. 24 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA. LANDSVERORDENING van 27 april 2012 houdende vaststelling van een nieuw Wetboek van Strafrecht van Aruba 2012 no. 24 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA LANDSVERORDENING van 27 april 2012 houdende vaststelling van een nieuw Wetboek van Strafrecht van Aruba Uitgegeven, 13 juni 2012 De minister van Justitie en Onderwijs,

Nadere informatie