B.1 Inwendige van de aarde

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "B.1 Inwendige van de aarde"

Transcriptie

1 B. Inwendige van de aarde Opgave a De druk in de uitenmantel is lager dan de druk in de innenmantel. De deeltjes in de uitenmantel worden daardoor minder op elkaar gedrukt. De uitenmantel is daardoor meer vervormaar dan de innenmantel. Zie figuur B.. Figuur B. c De oppervlakte per pixel ereken je uit de totale oppervlakte van het scherm en het totaal aantal pixels. Ascherm = l l = 8,86 cm = 8,86 0 m (Afstemmen eenheden) = 4,98 cm = 4,98 0 m (Afstemmen eenheden) A = 8,86 0 4,98 0 = 4, m Totaal aantal pixels = = 7, d 4, Oppervlakte per pixel: 6, m 5 7,704 0 Afgerond: = 6, m De massa ereken je met de formule voor de zwaartekracht. De zwaartekracht ereken je met de formule voor de druk. 3 F zw p A p = 360 GPa = Pa (Aanpassen eenheden) A = 6, m (Zie vraag a) 9 F ,07 0 Fzw =, N Fzw = m g g = 9,8 m/s, = m 9,8 m =,75 0 kg Afgerond: m = 3 kg ThiemeMeulenhoff v Pagina van 5

2 Opgave a raarde = 6, m (BINAS tael 3) maarde = 5, kg (BINAS tael 3) De dichtheid ereken je met de formule voor de dichtheid. Het volume van de aarde is het volume van een ol. 4 3 π 3 V r (Zie BINAS tael 36B) r = 6, m V π (6,37 0 ) V =,083 0 m 3 c m V m = 5, kg 4 5,97 0,083 0 = 5, kg/m 3 Afgerond: = 5, kg/m 3 De kern estaat uit ijzer en nikkel, maar de mantel niet. De mantel estaat uit materiaal met een kleinere dichtheid. Het volume van de kern maakt maar een relatief klein gedeelte uit van het totale volume van de aarde. Gemiddeld komt de dichtheid van de hele aarde daardoor veel lager uit dan de dichtheid van de kern. Opgave 3 a In figuur B. zie je de punten A en B. Punt A hoort ij 40 GPa en t = 5000 C = 573 K. Punt B hoort ij 30 GPa en t = 6300 C = 6573 K. Figuur B. Het ijzer in de uitenkern evindt zich in de fase van het diagram dat oven de grafiek ligt. Die fase heeft een hoge temperatuur ij een lage druk en is daarom de vloeistoffase. ThiemeMeulenhoff v Pagina van 5

3 Opgave 4 a De diepte van de reuk ereken je met de stelling van Pythagoras. De afstand die de golf heeft afgelegd, ereken je de formule voor de snelheid. s = v t v =,8 km/s =,8 0 3 m/s (Afstemmen eenheden) t = 4,3 s s =, m Zie figuur B.3. De afstand ron-reuk-b is gelijk aan s =, m. Figuur B.3 Volgens de stelling van Pythagoras geldt voor de diepte d : d s s =, m =,0 km =,0 0 3 m (Afstemmen eenheden),0 0, d d = 5, m Afgerond d = 6,0 0 3 m Tussen de reuk en het aardoppervlak kan een verstoring zitten. Hierdoor komt de uitgezonden trilling niet goed ij de reuk aan of de weerkaatste trilling ereikt de geofoon niet. ThiemeMeulenhoff v Pagina 3 van 5

4 B. Bewegingen van de aarde Opgave 5 a Trillingsrichting Longitudinale golven: de uitwijking is in de ewegingsrichting van de golf. Transversale golven: de uitwijking is loodrecht op de ewegingsrichting van de golf. Medium Longitudinale golven kunnen zich voortplanten door vaste stoffen en vloeistoffen. Transversale golven kunnen zich alleen voortplanten door vaste stoffen. Snelheid Longitudinale golven verplaatsen zich sneller dan transversale golven. De golflengte ereken je met de formule voor de golfsnelheid. v = f λ v = 3,4 km/s = 3,4 0 3 m/s (Afstemmen eenheden) f =, Hz 3,4 0 3 =, λ =, m Afgerond: =,8 0 3 m Opgave 6 Een logaritmische schaal etekent dat elke toename van punt op de schaal van Richter een vergroting met een factor 0 op de seismograaf tot gevolg heeft. De sterkte neemt met 7 punten toe; de uitwijking neemt dus met een factor 0 7 toe. De uitwijking is 0 7,0 0 6 = 0 m. Opgave 7 a De afstand tot het epicentrum ligt vast. De richting naar het epicentrum is onepaald. Het epicentrum ligt daarom op een cirkel met het meetstation als middelpunt. Twee meetstations leveren twee elkaar snijdende cirkels op. Een van de twee snijpunten is het epicentrum. Een derde meetstation levert nog een cirkel op die door een van de twee snijpunten gaat. Daarmee ligt de plaats van het epicentrum vast. Opgave 8 a De afstand van het epicentrum tot het meetstation volgt uit het tijdsverschil tussen de P- en de S-golf ij meetstation Winterswijk. s» 8 Dt Δt = 30,5 7,5 =3,0 s s 8 3,0km = 04 km Dus s is ongeveer 00 km Het epicentrum is het snijpunt van de drie cirkels met de drie meetstations als middelpunt. De straal van de cirkels epaal je op dezelfde manier als ij opgave a. Winterswijk: s W»00 km Heimansgroeve: s» 8 Dt Δt = 6,0 8,0 = 8,0 s s» 64 km Oploo: s» 8 Dt Dt =4,5-8,5 = 6,0 s ThiemeMeulenhoff v Pagina 4 van 5

5 s» 48 km De schaalfactor van de kaart is : , dus cm komt overeen met 5 km. rw = 4,0 cm rh =,6 cm ro =,9 cm Zie figuur B.4. Het snijpunt ligt in de uurt van Roermond. De registraties zijn afkomstig van de eving op 3 april 99. Die had een sterkte van 5,8 op de schaal van Richter. Figuur B.4 Opgave 9 a De afstand AW ereken je met de stelling van Pythagoras, als α = 90 c d AM + WM = AW AM = WM = R = 6, m (BINAS tael 3) (6, ) + (6, ) = AW AW = 9, m Afgerond: AW = 9,0 0 6 m De snelheid van de golf ereken je met de formule voor de snelheid. s = v t s = 9,0 0 6 m t = 0,7 0 3 s (Aflezen ij α = 90 in figuur B7 van het katern) 9,0 0 6 = v 0,7 0 3 v =, m/s Afgerond: v =,3 0 4 m/s S-golven zijn transversale golven. Transversale golven kunnen zich niet voortplanten in een vloeistof. Als α = 03, moet de golf zich door de kern voortplanten. Dit geeurt niet, dus is de kern in dit model een vloeistof. De straal van de aardkern epaal je met de gegeven hoek en een goniometrische formule. Zie figuur B.5. ThiemeMeulenhoff v Pagina 5 van 5

6 Figuur B.5 e Teken de loodlijn MS op lijn AW. Er geldt: MS d cos( AMS)= AM R R = 6, m (BINAS tael 3) AMS= AMW = 03 = 5,5 o d cos(5,5 )= 6, d = 3, m Afgerond: d = 3, m s = v t De afstand s lijft gelijk. De golven doen er langer over dan verwacht. Dus is t groter dan verwacht. De golfsnelheid van de P-golven in de aardkern is dus kleiner dan die in de aardmantel. ThiemeMeulenhoff v Pagina 6 van 5

7 B.3 Zwaartekrachtsveld van de aarde Opgave 0 a De valversnelling ereken je met de lokale valversnelling en de hoogtecorrectie. De hoogtecorrectie ereken je met de formule voor de hoogtecorrectie in de lucht. gh g h Raarde Raarde = 6, m (BINAS tael 3) g = 9,8 m/s h =39 km = m (Afstemmen eenheden) 3 gh 9, ,37 0 Δgh = 0,998 m/s gh = g + Δgh gh = 9,8 0,9998 = 9,680 m/s Afgerond: gh = 9,7 m/s Er geldt: Fzw = m g De massa van Baumgartner lijft gelijk. De valversnelling neemt tijdens de val toe. De zwaartekracht op Baumgartner neemt dus tijdens de val ook toe. Tijdens de val wordt de luchtweerstandskracht telkens weer gelijk aan de zwaartekracht. De luchtweerstandskracht op Baumgartner neemt tijdens de val dus ook toe. Fw,l Cw A v Voor de luchtweerstand geldt:, Cw en A veranderen tijdens de val niet. Als de luchtweerstand tijdens de val toeneemt, dan neemt de snelheid dus ook toe. Opgave a De valversnelling op de top van de erg ereken je met de lokale valversnelling en de hoogtecorrectie in de lucht en de hoogtecorrectie op een erg. gh g h R aarde Raarde = 6, m (BINAS tael 3) g = 9,7803 m/s (BINAS tael 30B) h = 5895 m gh 9, ,37 0 gh = 0,08099 m/s aarde aarde π R gb g h M =,7 0 3 kg/m 3 (BINAS tael 0A) Raarde = 6, m (BINAS tael 3) g = 9,7803 m/s (BINAS tael 30B) h = 5895 m Maarde = 5, kg (BINAS tael 3) 3 6 π,7 0 (6,370 ) gb 9, ,97 0 gb = 0, m/s gk g gh gb gk = 9,7803 0, , m/s g = 9,76887 m/s ThiemeMeulenhoff v Pagina 7 van 5

8 De uitkomst van gh moet in vier significante cijfers worden weergegeven. Dat zijn 5 cijfers achter de komma. De uitkomst van gb moet in twee significante cijfers worden weergegeven. Dat zijn 4 cijfers achter de komma. g heeft 5 cijfers achter de komma. De uitkomst moet dus in vier cijfers achter de komma worden weergegeven. Afgerond: g = 9,7689 m/s Volgens BINAS tael 0A is de dichtheid van zand kleiner dan die van graniet. De hoogtecorrectie ΔgB op een erg is kleiner dan erekend ij a.. Het antwoord op vraag a is dan te groot. Opgave a De ovenste spiegel moet in een vacuümkamer vallen om de invloed van de luchtweerstandskracht te minimaliseren. Dan is de resulterende kracht gelijk aan de zwaartekracht. De versnelling die het voorwerp ondervindt, is dan gelijk aan de valversnelling. Om te epalen of de meting in Nederland heeft plaatsgevonden, vergelijk je de gemeten waarde van de valversnelling met de waarde van de valversnelling in Nederland. De valversnelling ereken je met de gegeven formule. s g t t = 0,4768 s s = 30,00 cm = 0,3000 m (Afstemmen eenheden) 0,3000 g 0, 4768 g = 9,7806 m/s In BINAS tael 30B vind je dat in Nederland g > 9,8 m/s De meting heeft dus niet in Nederland plaatsgevonden. Opgave 3 a De uitrekking van de veer ereken je met de formule voor de veerkracht. De veerkracht volgt uit de zwaartekracht. De zwaartekracht ereken je met de formule voor de zwaartekracht. Fzw = m g g = 9,836 m/s (BINAS tael 30B) m =,000 kg Fzw = 9,836 N Als een massa in rust aan een veer hangt, is er evenwicht. Fzw = Fv Fv = C u C = 39,0 N/m Fv = 9,836 N 9,836 = 39,0 u u = 0,50346 m Afgerond: u = 0,503 m Het aantal significante cijfers epaalt de afronding van de valversnelling. Na afronding moet het verschil nog zichtaar zijn. gr = 9,836 m/s (BINAS tael 30B) ga = 9,87534 m/s (BINAS tael 30B) De afgeronde valversnellingen verschillen pas in de 3 e decimaal. De uitrekking van de veer moet dan in 4 significante cijfers worden epaald. Opgave 4 a Gewichtsloos etekent dat de vloeistof geen krachten uitoefent op zijn omgeving. De omgeving oefent dan ook geen krachten op de vloeistof uit. Op de vloeistof werkt dan alleen nog de zwaartekracht. ThiemeMeulenhoff v Pagina 8 van 5

9 Vanaf het moment dat de capsule los komt van de grond, werkt er alleen nog de zwaartekracht en geldt G = 0 N en is het genormaliseerde gewicht 0 N. Zijn gewicht is dan nul. Het diagram laat dus het hele experiment zien. c Tijdens de vrije val werkt de zwaartekracht op de capsule. Dus is de versnelling gelijk aan g0. In de folder wordt edoeld dat de afwijking in de valversnelling van de capsule gelijk is aan slechts 0 6 g0. ThiemeMeulenhoff v Pagina 9 van 5

10 B.4 Aardmagnetisme Opgave 5 a Zie figuur B.6. Figuur B.6 Toelichting Als de declinatie 0º is, dan wijst de kompasnaald naar de geografische Noordpool. Het naaldje wordt echter aangetrokken door de magnetische zuidpool. De gevraagde punten liggen dus op een lijn door deze polen. Het lijnstukje tussen de twee polen doet niet mee. Daar wijst het kompasnaaldje naar de geografische zuidpool en is de declinatie 80º. Zie figuur B.7. Figuur B.7 Als de declinatie 90º is, dan maakt de kompasnaald een hoek van 90º met de geografische Noordpool. Het naaldje wordt aangetrokken door de magnetische zuidpool. Beide polen moeten dus op de hoekpunten van een vierkant liggen. De gevraagde punten liggen dan op de andere twee hoekpunten. Opgave 6 a Magnetische veldlijnen lopen van de magnetische noordpool naar de magnetische zuidpool. Dus min of meer van de geografische Zuidpool naar de geografische Noordpool. Zie figuur B.8. ThiemeMeulenhoff v Pagina 0 van 5

11 Figuur B.8 Het naaldje wijst altijd naar de magnetische zuidpool die in de uurt van de geografische Noordpool ligt. De kompasnaald draait dus niet om ij het passeren van de evenaar. c Een kompasnaaldje richt zich langs de raaklijn aan een magnetische veldlijn en wijst naar de magnetische zuidpool in de uurt van de geografische Noordpool. De kop van de spijker gedraagt zich dus als een noordpool. d Als de spijker vrijwel horizontaal hangt, is de inclinatiehoek 0º. De veldlijnen van het aardmagnetisch lopen dan evenwijdig met het aardoppervlak. Dat is het geval op de evenaar. e Als de spijker vrijwel verticaal hangt, dan is de inclinatiehoek +90º of 90º. Dat is het geval op de magnetische polen. Opgave 7 a De grootte van het magnetisch veld ereken je met ehulp van de stelling van Pythagoras. h v B B B Bh =,9 0 5 T Bv = 4,5 0 5 T 5 5 B (,9 0 ) (4,5 0 ) B = 4, T Afgerond: B = 4,9 0 5 T De inclinatiehoek ereken je met ehulp van een goniometrische formule. B tan B v h Bh =,9 0-5 T Bv = 4,5 0-5 T 5 4,5 0 tan 5,9 0 α = 67,0º Afgerond: α = 67º Opgave 8 a Meridianen lopen evenwijdig op de afgeeelde kaart van figuur B.3. De kaart is echter een projectie van de olvormige aarde op een plat vlak In werkelijkheid lopen de medianen daarom niet evenwijdig, maar komen steeds dichter ij elkaar als je naar het noorden of naar het zuiden reist. Net zoals de geografische meridianen elkaar snijden in de geografische polen, snijden de geomagnetische meridianen elkaar in de magnetische noord- en zuidpool. ThiemeMeulenhoff v Pagina van 5

12 c d Het noordelijke snijpunt van de geografische meridianen is de magnetische zuidpool. Het kompasnaaldje wijst daar dus loodrecht de aarde in. Op geomagnetische evenaar lopen de veldlijnen evenwijdig aan het aardoppervlak. Zie figuur B.5 van het katern. Het kompasnaaldje staat daardoor horizontaal. Op de geomagnetische nulmeridiaan wijst het naaldje precies naar de magnetische noordpool. Dus op het snijpunt van de geomagnetische evenaar en de geomagnetische 0 meridiaan staat het naaldje horizontaal en wijst in de richting van de magnetische noordpool. Opgave 9 a Blijkaar zorgt de spoel voor een magnetisch veld dat tegengesteld is gericht aan het magnetisch veld van de aarde. Bij een stroomsterkte van 5 ma zijn eide velden even groot maar tegengesteld gericht. Het resterende veld is dan nul. Het kompasnaaldje ondervindt geen aantrekkingskracht meer en kan daardoor in elke stand lijven staan. De grootte van het aardmagnetisch veld ereken je met een goniometrische formule. De grootte van de horizontale component ereken je met het recht evenredig verand tussen stroomsterkte en magnetische veld. Baarde,hor = c I Bij I = 60 ma is Baarde,hor = 9,4 0 6 T 9,4 0 6 = c 60 c =, Baarde,hor =, Baarde,hor = 8, T Baarde,hor cos Baarde α = 67,5º Baarde,hor = 8, T,806 0 cos(67,5) B aarde 5 Baarde = 47, T Afgerond: Baarde = 4,7 0 5 T ThiemeMeulenhoff v Pagina van 5

13 B.5 Afsluiting Opgave 0 a De afstand tussen het epicentrum en het meetstation epaal je met de formule voor de snelheid toegepast op de P- en de S-golven. De afstand s is voor eide golven gelijk. Het tijdsverschil epaal je in figuur B.35 van het asisoek.. ts tp = 4,0 min s = vp tp en s = vs ts s s tp en t S vp vs s s ts tp v S vp vs = 3,5 km/s vp = 6, km/s ts tp = 4,0 min = 4,0 60 = 40 s (Afstemmen eenheden) s =, km Afgerond: s =,9 0 3 km c Opmerking Geruik je de formule s» 8 Dt dan ontstaat s = 8 40 =,9 0 3 m. Afgerond: s = 0 3 km De transversale S-golven kunnen zich niet voortplanten door een vloeistof, dus niet door de kern. Waarnemingsstations in de schaduw van de kern, nemen dus alleen P-golven waar. Uit de straal van de aarde, de plaats van E en de plaats van een waarnemingsstation dat nog net S-golven waarneemt, wordt hoek α epaald. Zie figuur B.9. Figuur B.9 De waarde van hoek r ij punt F ereken je met de rekingswet van Snellius. De hoeken i en r epaal je ten opzichte van de normaal op het grensvlak tussen kern en mantel. Dit is de streeplijn door de punten M en F. sini vmantel sin r vkern i = 40º (Opmeten in figuur B.37 van het asisoek) ThiemeMeulenhoff v Pagina 3 van 5

14 vmantel 0,769 vkern,3 r = 9,6º Vanwege de symmetrie komt de golf weer met hoek van 40º uit de kern. d De golf reekt ij Q naar de normaal toe. Dus r < i sini vi Er geldt: sin r vr sin i sin r vi Dus v r Dus neemt snelheid af richting het oppervlak van de aarde. Dus de snelheid neemt toe ij toenemende diepte. Opgave 0 a De snelheid ereken je uit de formule voor maximale snelheid ij een harmonische trilling. c π A vmax T A = 3,0 mm = 3,0 0 3 m (Afstemmen eenheden) T =,8 s 3 π 3,0 0 vmax,8 vmax = 0,047 0 m/s Afgerond: vmax =,0 0 m/s Het aardmagnetisch veld van de aarde is gericht van links naar rechts. Dus is het magnetisch veld van de spoel in de spoel gericht van rechts naar links. Volgens de rechterhandregel loopt de stroom door de spoel dan van Q naar P. Dus Q is de positieve pool. De grootte van het veld van de spoel ereken je met de gegeven formule. 6 B spoel, 0 N I d N = 600 l = 5 cm = 0,5 m I =, ma =, 0 3 A 6 600, 0 Bspoel, 0 0,5 Bspoel =, T Baarde,hor = Bspoel (Afstemmen eenheden) (Afstemmen eenheden) 3 Afgerond: Baarde,hor =,7 0 5 T De grootte van het magneetveld van de aarde ereken je met een goniometrische formule. De hoek α tussen Baarde,hor en het aardmagnetisch veld B volgt uit het faseverschil van de inductiespanning. Het faseverschil ereken je met de formule voor faseverschil van trillingen. De trillingstijd epaal je in figuur B.4 van het katern. Het tijdverschil is de tijdsduur tot de inductiespanning maximaal is. Als de spoel loodrecht op het aardmagnetisch veld B staat, dan is de inductiespanning maximaal. De spoel is dan over een hoek (90º α) gedraaid. Zie figuur B.0. ThiemeMeulenhoff v Pagina 4 van 5

15 Figuur B.0 tmax = 0,05 s (Aflezen uit figuur B.4 van het katern) t T Δt = tmax 0 = 0,05 s T = 0,3 0,07 = 0,39 s 0,05 0,39 Δφ = 0, α = 66,9º e f B cos B aarde,hor aarde Baarde,hor =,7 0-5 T (Antwoord op vraag c),7 0 cos(66,9 ) B aarde 5 Baarde = 4, T Afgerond: Baarde = 4,3 0 5 T Noorderlicht Zie figuur B.. Het proton ondervindt een lorentzkracht. De richting van de lorentzkracht volgt uit de FBI-regel. De lorentzkracht is van de aarde af gericht. Ontind je de lorentzkracht in een component evenwijdig aan de aarde, dan is er een andere component van de aarde af gericht. Figuur B. ThiemeMeulenhoff v Pagina 5 van 5

3.1 Krachten en hun eigenschappen

3.1 Krachten en hun eigenschappen 3.1 Krachten en hun eigenschappen Opgave 1 a Zie figuur 3.1. Beide pijlen zijn even lang, want de krachten zijn even groot. De veerconstante ereken je met ehulp van de formule voor de veerkracht. De veerkracht

Nadere informatie

Antwoorden Natuurkunde Hoofdstuk 3

Antwoorden Natuurkunde Hoofdstuk 3 Antwoorden Natuurkunde Hoofdstuk 3 Antwoorden door Daan 6637 woorden 3 april 2016 7,1 5 keer eoordeeld Vak Methode Natuurkunde Systematische natuurkunde 3.1 Krachten en hun eigenschappen Opgave 1 a Zie

Nadere informatie

Stevin havo deel 2 Uitwerkingen hoofdstuk 3 Trillingen ( ) Pagina 1 van 11

Stevin havo deel 2 Uitwerkingen hoofdstuk 3 Trillingen ( ) Pagina 1 van 11 Stevin havo deel Uitwerkingen hoofdstuk 3 Trillingen (-0-03) Pagina van Opgaven 3. Zwaaien en dansen a Ja, de periode is h. a Nee, de draaiing is geen eweging rondom een evenwichtsstand. a 5 T = 3600 =

Nadere informatie

Samenvatting Natuurkunde Syllabus domein C: beweging en energie

Samenvatting Natuurkunde Syllabus domein C: beweging en energie Samenvatting Natuurkunde Syllabus domein C: beweging en energie Samenvatting door R. 2564 woorden 31 januari 2018 10 2 keer beoordeeld Vak Natuurkunde Subdomein C1. Kracht en beweging Specificatie De kandidaat

Nadere informatie

koper hout water Als de bovenkant van het blokje hout zich net aan het wateroppervlak bevindt, is de massa van het blokje koper gelijk aan:

koper hout water Als de bovenkant van het blokje hout zich net aan het wateroppervlak bevindt, is de massa van het blokje koper gelijk aan: Fysica Vraag 1 Een blokje koper ligt bovenop een blokje hout (massa mhout = 0,60 kg ; dichtheid ρhout = 0,60 10³ kg.m -3 ). Het blokje hout drijft in water. koper hout water Als de bovenkant van het blokje

Nadere informatie

Eindexamen vwo natuurkunde pilot 2014-II

Eindexamen vwo natuurkunde pilot 2014-II Opgave Skydiver maximumscore 3 Voor de zwaartekracht geldt: Fz = mg = 00 9,8=,96 0 N. Als je dit aangeeft met een pijl met een lengte van 4,0 cm, levert opmeten: 3 3 F I =, 0 N, met een marge van 0,3 0

Nadere informatie

Eindexamen vwo natuurkunde 2013-I

Eindexamen vwo natuurkunde 2013-I Eindexamen vwo natuurkunde 03-I Beoordelingsmodel Opgave Sprint maximumscore De snelheid is constant omdat het (s,t)-diagram (vanaf 4 seconde) een rechte lijn is. De snelheid is gelijk aan de helling van

Nadere informatie

Deeltoets II E&M & juni 2016 Velden en elektromagnetisme

Deeltoets II E&M & juni 2016 Velden en elektromagnetisme E&M Boller, Offerhaus, Dhallé Deeltoets II E&M 201300164 & 201300183 13 juni 2016 Velden en elektromagnetisme Aanwijzingen Voor de toets zijn 2 uren beschikbaar. Vul op alle ingeleverde vellen uw naam

Nadere informatie

4900 snelheid = = 50 m/s Grootheden en eenheden. Havo 4 Hoofdstuk 1 Uitwerkingen

4900 snelheid = = 50 m/s Grootheden en eenheden. Havo 4 Hoofdstuk 1 Uitwerkingen 1.1 Grootheden en eenheden Opgave 1 a Kwantitatieve metingen zijn metingen waarbij je de waarneming uitdrukt in een getal, meestal met een eenheid. De volgende metingen zijn kwantitatief: het aantal kinderen

Nadere informatie

Hoofdstuk 3 Kracht en beweging. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal

Hoofdstuk 3 Kracht en beweging. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal Hoofdstuk 3 Kracht en beweging Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal 3.1 Soorten krachten Twee soorten grootheden Scalars - Grootte - Eenheid Vectoren - Grootte - Eenheid - Richting Bijvoorbeeld:

Nadere informatie

Eindexamen natuurkunde pilot vwo II

Eindexamen natuurkunde pilot vwo II Eindexamen natuurkunde pilot vwo 0 - II Beoordelingsmodel Opgave Wega maximumscore 3 Voor het verband tussen de temperatuur van de ster en de golflengte waarbij de stralingsintensiteit maximaal is, geldt:

Nadere informatie

Eindexamen natuurkunde pilot vwo II

Eindexamen natuurkunde pilot vwo II Beoordelingsmodel Opgave Sopraansaxofoon maximumscore 4 uitkomst: F d = 7, N voorbeeld van een bepaling: Er geldt: Fr z z= Fr d d. Opmeten in de figuur levert: rz =,7 cm en rd= 5,4 cm. Invullen levert:,

Nadere informatie

Opgave 1 Onder de uitwijking verstaan we de verschuiving ten opzichte van de evenwichtsstand.

Opgave 1 Onder de uitwijking verstaan we de verschuiving ten opzichte van de evenwichtsstand. Uitwerkingen 1 Opgave 1 Onder de uitwijking verstaan we de verschuiving ten opzichte van de evenwichtsstand. Opgave 2 Periode Opgave 3 1 f T Opgave 4 Dan is het geluid een zuivere toon. Opgave 5 Een harmonische

Nadere informatie

Eindexamen natuurkunde vwo II

Eindexamen natuurkunde vwo II Eindexamen natuurkunde vwo 00 - II Beoordelingsmodel Opgave Sopraansaxofoon maximumscore 4 uitkomst: F d = 7, N voorbeeld van een bepaling: Er geldt: Fr z z= Fr d d. Opmeten in de figuur levert: rz =,7

Nadere informatie

Stevin vwo deel 2 Uitwerkingen hoofdstuk 7 Elektromagnetisme (12-12-2012) Pagina 1 van 12

Stevin vwo deel 2 Uitwerkingen hoofdstuk 7 Elektromagnetisme (12-12-2012) Pagina 1 van 12 Stevin vwo deel 2 Uitwerkingen hoofdstuk 7 Elektromagnetisme (12-12-2012) Pagina 1 van 12 Opgaven 7.1 Magneten en elektromagneten 1 a Ongelijke polen trekken elkaar aan. De noordpool van een kompas wordt

Nadere informatie

Newton - HAVO. Elektromagnetisme. Samenvatting

Newton - HAVO. Elektromagnetisme. Samenvatting Newton - HAVO Elektromagnetisme Samenvatting Het magnetisch veld Een permanente magneet is een magneet waarvan de magnetische werking niet verandert Een draaibare kompasnaald draait met zijn noordpool

Nadere informatie

methode 2: Voor de vervangingsweerstand van de twee parallel geschakelde lampen geldt:

methode 2: Voor de vervangingsweerstand van de twee parallel geschakelde lampen geldt: Uitwerkingen natuurkunde Havo 1999-I Opgave 1 Accu 3p 1. Het vermogen van de lampen wordt gegeven door P = VI. Dus de accu moet een stroom leveren van I = P/V = 100/12 = 8,33 A. De "capaciteit" wordt berekend

Nadere informatie

Hoofdstuk 3 Kracht en beweging. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal

Hoofdstuk 3 Kracht en beweging. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal Hoofdstuk 3 Kracht en beweging Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal 3.1 Soorten krachten Twee soorten grootheden Scalars - Grootte - Eenheid Vectoren - Grootte - Eenheid - Richting Bijvoorbeeld:

Nadere informatie

5.1 De numerieke rekenmethode

5.1 De numerieke rekenmethode Uitwerkingen opgaven hoofdstuk 5 Opgave 1 a Zie tabel 5.1. 5.1 De numerieke rekenmethode tijd aan begin van de tijdstap (jaar) tijd aan eind van de tijdstap (jaar) bedrag bij begin van de tijdstap ( )

Nadere informatie

Formules voor Natuurkunde Alle formules die je moet kennen voor de toets. Eventuele naam of uitleg

Formules voor Natuurkunde Alle formules die je moet kennen voor de toets. Eventuele naam of uitleg Formules voor Natuurkunde Alle formules die je moet kennen voor de toets. Formule Eventuele naam of uitleg m # = m%# Machten van eenheden: regel m # m ( = m #)( Machten van eenheden: regel 2 m # m ( =

Nadere informatie

Opgave 3 Staafmagneten, hoefijzermagneten, naaldmagneten en schijfmagneten.

Opgave 3 Staafmagneten, hoefijzermagneten, naaldmagneten en schijfmagneten. Uitwerkingen 1 Opgave 1 IJzer, nikkel en kobalt. Opgave 2 ermanente magneten zijn blijvend magnetisch. Opgave 3 Staafmagneten, hoefijzermagneten, naaldmagneten en schijfmagneten. Opgave 4 Weekijzer is

Nadere informatie

NATUURKUNDE KLAS 5. PROEFWERK H8 JUNI 2010 Gebruik eigen rekenmachine en BINAS toegestaan. Totaal 29 p

NATUURKUNDE KLAS 5. PROEFWERK H8 JUNI 2010 Gebruik eigen rekenmachine en BINAS toegestaan. Totaal 29 p NATUURKUNDE KLAS 5 PROEFWERK H8 JUNI 2010 Gebruik eigen rekenmachine en BINAS toegestaan. Totaal 29 p Opgave 1: alles heeft een richting (8p) Bepaal de richting van de gevraagde grootheden. Licht steeds

Nadere informatie

Opgave 3 Staafmagneten, hoefijzermagneten, naaldmagneten en schijfmagneten.

Opgave 3 Staafmagneten, hoefijzermagneten, naaldmagneten en schijfmagneten. Uitwerkingen 1 Opgave 1 IJzer, nikkel en kobalt. Opgave 2 ermanente magneten zijn blijvend magnetisch. Opgave 3 Staafmagneten, hoefijzermagneten, naaldmagneten en schijfmagneten. Opgave 4 Weekijzer is

Nadere informatie

Krachten (4VWO) www.betales.nl

Krachten (4VWO) www.betales.nl www.betales.nl Grootheden Scalairen Vectoren - Grootte - Eenheid - Grootte - Eenheid - Richting Bv: m = 987 kg x = 10m (x = plaats) V = 3L Bv: F = 17N s = Δx (verplaatsing) v = 2km/h Krachten optellen

Nadere informatie

3.1 Krachten en hun eigenschappen

3.1 Krachten en hun eigenschappen 3.1 Krachten en hun eigenschappen Opgave 1 a Kracht Motorkracht Zwaartekracht Normaalkracht Luchtweerstandskracht Rolweerstandskracht Uitgeoefend door Motor Aarde Weg/ondergrond Lucht Weg/ondergrond b

Nadere informatie

Hoofdstuk 6: Elektromagnetisme

Hoofdstuk 6: Elektromagnetisme Hoofdstuk 6: lektromagnetisme Natuurkunde VWO 2011/2012 www.lyceo.nl Hoofdstuk 6: lektromagnetisme Natuurkunde 1. Mechanica 2. Golven en straling 3. lektriciteit en magnetisme 4. Warmteleer Rechtlijnige

Nadere informatie

Naam van de kracht: Uitleg: Afkorting: Spierkracht De kracht die wordt uitgeoefend door spieren van de mens. F spier

Naam van de kracht: Uitleg: Afkorting: Spierkracht De kracht die wordt uitgeoefend door spieren van de mens. F spier Samenvatting door F. 823 woorden 3 maart 2015 7,4 32 keer beoordeeld Vak NaSk Sport, kracht en beweging 1 Naam van de kracht: Uitleg: Afkorting: Spierkracht De kracht die wordt uitgeoefend door spieren

Nadere informatie

Repetitie magnetisme voor 3HAVO (opgavenblad met waar/niet waar vragen)

Repetitie magnetisme voor 3HAVO (opgavenblad met waar/niet waar vragen) Repetitie magnetisme voor 3HAVO (opgavenblad met waar/niet waar vragen) Ga na of de onderstaande beweringen waar of niet waar zijn (invullen op antwoordblad). 1) De krachtwerking van een magneet is bij

Nadere informatie

Stevin vwo Antwoorden hoofdstuk 10 Elektromagnetisme ( ) Pagina 1 van 9

Stevin vwo Antwoorden hoofdstuk 10 Elektromagnetisme ( ) Pagina 1 van 9 Stevin vwo Antwoorden hoofdstuk 10 Elektromagnetisme (2016-05-22) Pagina 1 van 9 Als je een ander antwoord vindt, zijn er minstens twee mogelijkheden: óf dit antwoord is fout, óf jouw antwoord is fout.

Nadere informatie

29 Parabolen en hyperbolen

29 Parabolen en hyperbolen 39 0 1 9 Paraolen en hyperolen 6 5 5 6 3 3 1 5 h = 0,065 0 = 100 meter + (5 ) = 5 6,5 ; 5 ; 56,5 ; 100 meter ( 3 9 ) + (3 ) = 8 16,96.. afstand PE < afstand P tot de x-as Nee! y (alleen als y > 0) 0,065

Nadere informatie

natuurkunde bezem vwo 2016-I

natuurkunde bezem vwo 2016-I natuurkunde bezem vwo 06-I Dwarsfluit maximumscore 3 antwoord: e voorbeeld van een bepaling: Uit figuur is af te lezen dat er 5 trillingen zijn in,6 ms. 3 0 Dus T =,6 =,5 0 3 s. Dan is 5 f = =,5 0 3 T

Nadere informatie

natuurkunde havo 2018-I

natuurkunde havo 2018-I Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt scorepunt toegekend. Scheepsradar maximumscore uitkomst: s =,9 0 4 m Elektromagnetische golven bewegen met de lichtsnelheid. De afstand die 8 4 het signaal

Nadere informatie

Uitwerkingen natuurkunde VWO-1998-I S))))))))))))))))))))))))))))))))))))

Uitwerkingen natuurkunde VWO-1998-I S)))))))))))))))))))))))))))))))))))) Uitwerkingen natuurkunde VWO-1998-I S)))))))))))))))))))))))))))))))))))) Opgave 1 Collegedemonstratie 3p 1. 3p 2. Het volume van de bol is: V = 4/3 πr 3 = 4/3 π(0,136) 3 = 1,054A10-3 m 2. Als de bol massief

Nadere informatie

Opgave 1 Millenniumbrug

Opgave 1 Millenniumbrug Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt scorepunt toegekend. Opgave Millenniumbrug maximumscore antwoord: resonantie maximumscore uitkomst: v =, 6 0 m s voorbeeld van een berekening: Er geldt:

Nadere informatie

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 19 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 19 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Eamen VW 2019 tijdvak 2 woensdag 19 juni 13.30-16.30 uur wiskunde B Bij dit eamen hoort een uitwerkbijlage. Dit eamen bestaat uit 17 vragen. Voor dit eamen zijn maimaal 76 punten te behalen. Voor elk vraagnummer

Nadere informatie

Vraag Antwoord Scores ( ) ( ) Voor de waterhoogte h geldt: ( 2h+ 3h 2h

Vraag Antwoord Scores ( ) ( ) Voor de waterhoogte h geldt: ( 2h+ 3h 2h Een regenton maximumscore h V ( rx ( )) dx π 0 00 ( rx ( )) ( x x ) + Een primitieve van + x x is x+ 7 x x π Dus V ( h 7 h h ) + 00 π π V h+ h h h+ h h 00 0 ( ) ( ) maximumscore Het volume van de regenton

Nadere informatie

5. Lineaire verbanden.

5. Lineaire verbanden. Uitwerkingen opgaven hoofdstuk 5 versie 15 5. Lineaire veranden. Opgave 5.1 Recht evenredig lineair verand F (N) 1 9 8 Uitrekking van een veer a = F 9 k = 37,5 x 4 = 7 6 5 4 F 9 N N k = = = 37,5 x 4 cm

Nadere informatie

3.1 Magneten en elektromagneten

3.1 Magneten en elektromagneten 3.1 Magneten en elektromagneten 1 a De punt van de magneet die naar het geografische noorden wijst, heet de magnetische noordpool van de magneet. Dat is afspraak. Hij wordt aangetrokken door een ongelijke

Nadere informatie

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 8, Bewegen in functies

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 8, Bewegen in functies Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 8, Bewegen in functies Samenvatting door een scholier 1016 woorden 19 januari 2003 5,6 80 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Natuurkunde overal Samenvatting hoofdstuk

Nadere informatie

Noordhoff Uitgevers bv

Noordhoff Uitgevers bv 8 Voorkennis: Sinusfuncties ladzijde 9 V- Uit 8 radialen volgt 8 radialen Je krijgt dan de volgende tael: V-a V-a 8 graden 6 9 8 radialen O 6 6 7 8 9 Aflezen:,,,, c Aflezen:, d Aflezen:, e Aflezen: O Aflezen:,,,

Nadere informatie

m C Trillingen Harmonische trilling Wiskundig intermezzo

m C Trillingen Harmonische trilling Wiskundig intermezzo rillingen http://nl.wikipedia.org/wiki/bestand:simple_harmonic_oscillator.gif http://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/7/74/simple_harmonic_motion_animation.gif Samenvatting bladzijde 110: rilling

Nadere informatie

Opgave 1 Koolstof-14-methode

Opgave 1 Koolstof-14-methode Eindexamen havo natuurkunde pilot 04-II Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt scorepunt toegekend. Opgave Koolstof-4-methode maximumscore 3 antwoord: aantal aantal aantal massa halveringstijd

Nadere informatie

RBEID 16/5/2011. Een rond voorwerp met een massa van 3,5 kg hangt stil aan twee touwtjes (zie bijlage figuur 2).

RBEID 16/5/2011. Een rond voorwerp met een massa van 3,5 kg hangt stil aan twee touwtjes (zie bijlage figuur 2). HOOFDSTUK OOFDSTUK 4: K NATUURKUNDE KLAS 4 4: KRACHT EN ARBEID RBEID 16/5/2011 Totaal te behalen: 33 punten. Gebruik eigen grafische rekenmachine en BINAS toegestaan. Opgave 0: Bereken op je rekenmachine

Nadere informatie

VAK: natuurkunde KLAS: Havo 4 DATUM: 20 juni 2013. TIJD: 10.10 11.50 uur TOETS: T1 STOF: Hfd 1 t/m 4. Opmerkingen voor surveillant XXXXXXXXXXXXXXXXXXX

VAK: natuurkunde KLAS: Havo 4 DATUM: 20 juni 2013. TIJD: 10.10 11.50 uur TOETS: T1 STOF: Hfd 1 t/m 4. Opmerkingen voor surveillant XXXXXXXXXXXXXXXXXXX VAK: natuurkunde KLAS: Havo 4 DATUM: 20 juni 2013 TIJD: 10.10 11.50 uur TOETS: T1 STOF: Hfd 1 t/m 4 Toegestane hulpmiddelen: Binas + (gr) rekenmachine Bijlagen: 2 blz Opmerkingen voor surveillant XXXXXXXXXXXXXXXXXXX

Nadere informatie

-0,20,0 0,5 1,0 1,5 0,4 0,2. v in m/s -0,4-0,6

-0,20,0 0,5 1,0 1,5 0,4 0,2. v in m/s -0,4-0,6 Dit oefen et 2 en uitwerkingen vind je op www.agtijmensen.nl 5vwo oefen-et 2 Et-2 stof vwo5: Vwo5 kernboek: Hoofdstuk 3: Trillingen Hoofdstuk 4: Golven Hoofdstuk 5: Numerieke natuurkunde Hoofdstuk 6: Elektromagnetisme

Nadere informatie

Hoofdstuk 13 Magnetische velden. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal

Hoofdstuk 13 Magnetische velden. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal Hoofdstuk 13 Magnetische velden Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal 13.1 Magnetisme Magneten Z N Z Magnetische veldlijnen: Gaat van N naar Z Als er veel veldlijnen bij elkaar zijn is het

Nadere informatie

Eindronde Natuurkunde Olympiade 2014 theorietoets deel 1

Eindronde Natuurkunde Olympiade 2014 theorietoets deel 1 Eindronde Natuurkunde Olympiade 2014 theorietoets deel 1 Opgave 1 Fata Morgana (3p) We hebben een planparallelle plaat met een brekingsindex n(z), die met de afstand z varieert. Zie ook de figuur. a. Toon

Nadere informatie

Samenvatting Natuurkunde Samenvatting 4 Hoofdstuk 4 Trillingen en cirkelbewegingen

Samenvatting Natuurkunde Samenvatting 4 Hoofdstuk 4 Trillingen en cirkelbewegingen Samenvatting Natuurkunde Samenvatting 4 Hoofdstuk 4 rillingen en cirkelbewegingen Samenvatting door Daphne 1607 woorden 15 maart 2019 0 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Natuurkunde overal Samenvatting

Nadere informatie

Eindexamen vwo natuurkunde I

Eindexamen vwo natuurkunde I Opgave Lichtpracticum maximumscore De buis is aan beide kanten afgesloten om licht van buitenaf te voorkomen. De buis is van binnen zwart gemaakt om reflecties van het licht in de buis te voorkomen. inzicht

Nadere informatie

Vraag Antwoord Scores. methode 1 Omdat de luchtweerstand verwaarloosd wordt, geldt: v( t) = gt. ( ) ( ) 2

Vraag Antwoord Scores. methode 1 Omdat de luchtweerstand verwaarloosd wordt, geldt: v( t) = gt. ( ) ( ) 2 natuurkunde vwo 05-II Opgave Indoor Skydive maximumscore 3 uitkomst: h =,7 0 m voorbeelden van een berekening: methode Omdat de luchtweerstand verwaarloosd wordt, geldt: v( t) = gt. Invullen levert: 40

Nadere informatie

natuurkunde havo 2017-II

natuurkunde havo 2017-II Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt scorepunt toegekend. Panfluit maximumscore In de buis bevinden zich longitudinale geluidsgolven met verschillende frequenties. Er treedt resonantie op

Nadere informatie

Opgave 1. Voor de grootte van de magnetische veldsterkte in de spoel geldt: = l

Opgave 1. Voor de grootte van de magnetische veldsterkte in de spoel geldt: = l Opgave 1 Een kompasnaald staat horizontaal opgesteld en geeft de richting aan van de horizontale r component Bh van de magnetische veldsterkte van het aardmagnetische veld. Een spoel wordt r evenwijdig

Nadere informatie

GEOFYSICA VWO keuzeonderwerp 1 Aardmagnetisme

GEOFYSICA VWO keuzeonderwerp 1 Aardmagnetisme GEOFYSICA VWO Foton is een opgavenverzameling voor het nieuwe eindexamenprogramma natuurkunde. Foton is gratis te downloaden via natuurkundeuitgelegd.nl/foton Uitwerkingen van alle opgaven staan op natuurkundeuitgelegd.nl/uitwerkingen

Nadere informatie

In een U-vormige buis bevinden zich drie verschillende, niet mengbare vloeistoffen met dichtheden ρ1, ρ2 en ρ3. De hoogte h1 = 10 cm en h3 = 15 cm.

In een U-vormige buis bevinden zich drie verschillende, niet mengbare vloeistoffen met dichtheden ρ1, ρ2 en ρ3. De hoogte h1 = 10 cm en h3 = 15 cm. Fysica Vraag 1 In een U-vormige buis bevinden zich drie verschillende, niet mengbare vloeistoffen met dichtheden ρ1, ρ2 en ρ3. De hoogte h1 = 1 cm en h3 = 15 cm. De dichtheid ρ3 wordt gegeven door:

Nadere informatie

Eindexamen natuurkunde pilot havo II

Eindexamen natuurkunde pilot havo II Eindexamen natuurkunde pilot havo 0 - II Beoordelingsmodel Vraag Antwoord Scores Opgave Vooruitgang maximumscore 4 uitkomst: (met een marge van 5 m) s = 8 (m) voorbeeld van een bepaling: De afstand s die

Nadere informatie

Examen VWO. wiskunde B1,2. tijdvak 1 woensdag 16 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B1,2. tijdvak 1 woensdag 16 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Examen VWO 2007 tijdvak 1 woensdag 16 mei 13.30-16.30 uur wiskunde 1,2 ij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Dit examen bestaat uit 20 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 84 punten te behalen. Voor

Nadere informatie

Eindexamen wiskunde B1-2 vwo 2007-I

Eindexamen wiskunde B1-2 vwo 2007-I Eindexamen wiskunde 1-2 vwo 2007-I Podiumverlichting Een podium is 6 meter diep. Midden boven het podium hangt een balk met tl-buizen. De verlichtingssterkte op het podium is het kleinst aan de rand, bijvoorbeeld

Nadere informatie

Examentraining Natuurkunde havo Subdomein B1. Informatieoverdracht

Examentraining Natuurkunde havo Subdomein B1. Informatieoverdracht Examentraining Natuurkunde havo 2015 Subdomein B1. Informatieoverdracht Een trilling is een periodieke beweging rond een evenwichtsstand Kenmerkende grootheden: trillingstijd T (in s). Uit T is de frequentie

Nadere informatie

toelatingsexamen-geneeskunde.be

toelatingsexamen-geneeskunde.be Fysica juli 2009 Laatste update: 31/07/2009. Vragen gebaseerd op het ingangsexamen juli 2009. Vraag 1 Een landingsbaan is 500 lang. Een vliegtuig heeft de volledige lengte van de startbaan nodig om op

Nadere informatie

4. Maak een tekening:

4. Maak een tekening: . De versnelling van elk deel van de trein is hetzelfde, dus wordt de kracht op de koppeling tussen de 3e en 4e wagon bepaald door de fractie van de massa die er achter hangt, en wordt dus gegeven door

Nadere informatie

Lessen in Krachten. Door: Gaby Sondagh en Isabel Duin Eckartcollege

Lessen in Krachten. Door: Gaby Sondagh en Isabel Duin Eckartcollege Lessen in Krachten Door: Gaby Sondagh en Isabel Duin Eckartcollege Krachten werken op alles en iedereen. Sommige krachten zijn nodig om te blijven leven. Als er bijv. geen zwaartekracht zou zijn, zouden

Nadere informatie

Hoofdstuk 9 Golven. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal

Hoofdstuk 9 Golven. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal Hoofdstuk 9 Golven Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal 9.1 Lopende golven Transversale en longitudinale golven Rekenvoorbeeld Welk van de onderstaande afbeeldingen kan absoluut geen transversale

Nadere informatie

www. Fysica 1997-1 Vraag 1 Een herdershond moet een kudde schapen, die over haar totale lengte steeds 50 meter lang blijft, naar een 800 meter verderop gelegen schuur brengen. Door steeds van de kop van

Nadere informatie

Uitwerkingen opgaven hoofdstuk Het magnetisch veld

Uitwerkingen opgaven hoofdstuk Het magnetisch veld Uitwerkingen opgaven hoofdstuk 4 4.1 Het magnetisch veld Opgave 1 a Het koperen staafje is het staafje dat geen van de andere staafjes aantrekt en niet door de andere staafjes wordt aangetrokken. Het is

Nadere informatie

Eindexamen natuurkunde 1-2 havo 2003-I

Eindexamen natuurkunde 1-2 havo 2003-I 4 Antwoordmodel Opgave Verwarmingslint voorbeeld van een antwoord: Ook bij hoge buitentemperaturen (waarbij geen gevaar voor bevriezing is) geeft het lint warmte af. Je bespaart energie / het lint gaat

Nadere informatie

Trillingen en geluid wiskundig

Trillingen en geluid wiskundig Trillingen en geluid wiskundig 1 De sinus van een hoek 2 Radialen 3 Uitwijking van een harmonische trilling 4 Macht en logaritme 5 Geluidsniveau en amplitude 1 De sinus van een hoek Sinus van een hoek

Nadere informatie

Eindexamen natuurkunde 1-2 vwo I

Eindexamen natuurkunde 1-2 vwo I Eindexamen natuurkunde - vwo 009 - I Beoordelingsmodel Opgave Mondharmonica maximumscore 3 In figuur 3 zijn minder trillingen te zien dan in figuur De frequentie in figuur 3 is dus lager Het lipje bij

Nadere informatie

Noordhoff Uitgevers bv

Noordhoff Uitgevers bv Hoofdstuk - Periodieke functies Voorkennis: Sinusfuncties ladzijde V-a De omtrek van de eenheidscirkel is π = π. Hierij hoort een hoek van zowel π radialen als 0. Dus 80 komt overeen met π radialen. V-a

Nadere informatie

natuurkunde vwo 2018-II

natuurkunde vwo 2018-II Mechanische doping maximumscore 5 uitkomst: V =,7 0 m 4 3 voorbeeld van een berekening: Er geldt: Enuttig = Pt = 50 0,5 = 5 Wh. Enuttig 5 Dus geldt: Ein = = = 56 Wh. η 0,80 De batterij heeft een energiedichtheid

Nadere informatie

TENTAMEN ELEKTROMAGNETISME

TENTAMEN ELEKTROMAGNETISME TENTMEN ELEKTROMGNETISME 23 juni 2003, 14.00 17.00 uur Dit tentamen bestaat uit 4 opgaven. OPGVE 1 Gegeven is een zeer dunne draad B waarop zch een elektrische lading Q bevindt die homogeen over de lengte

Nadere informatie

TENTAMEN NATUURKUNDE

TENTAMEN NATUURKUNDE CENTRALE COMMISSIE VOORTENTAMEN NATUURKUNDE TENTAMEN NATUURKUNDE tweede voorbeeldtentamen CCVN tijd : 3 uur aantal opgaven : 5 aantal antwoordbladen : 1 (bij opgave 2) Iedere opgave dient op een afzonderlijk

Nadere informatie

Eindexamen vwo natuurkunde II

Eindexamen vwo natuurkunde II Eindexamen vwo natuurkunde 0 - II Opgave Duimpiano maximumscore Uit figuur kan de trillingstijd bepaald worden. Dit levert: 0T = 0,09 T = 0, 009 s. Voor de frequentie geldt: f = 56 Hz. T = 0, 009 = Dus

Nadere informatie

Opgave 1 Millenniumbrug

Opgave 1 Millenniumbrug Opgave Millenniumbrug maximumscore antwoord: resonantie maximumscore uitkomst: v =, 6 0 m s voorbeeld van een berekening: Er geldt: λ = vt met λ = 44 m en T = 0,90 s. De golfsnelheid in het λ 44 wegdek

Nadere informatie

Woensdag 24 mei, 9.30-12.30 uur

Woensdag 24 mei, 9.30-12.30 uur 'i EXAMEN VOORBEREIDEND WETENSCHAPPELIJK ONDERWIJS IN 1978 Woensdag 24 mei, 9.30-12.30 uur NATUURKUNDE Zie ommezijde Deze opgaven zijn vastgesteld door de commissie bedoeld in artikel 24 van het Besluit

Nadere informatie

vwo wiskunde b Baanversnelling de Wageningse Methode

vwo wiskunde b Baanversnelling de Wageningse Methode 1 1 vwo wiskunde b Baanversnelling de Wageningse Methode 1 1 2 2 Copyright 2018 Stichting de Wageningse Methode Auteurs Leon van den Broek, Ton Geurtz, Maris van Haandel, Erik van Haren, Dolf van den Hombergh,

Nadere informatie

Stevin vwo deel 1 Uitwerkingen hoofdstuk 5 Spiegels en lenzen (22-03-2013) Pagina 1 van 23

Stevin vwo deel 1 Uitwerkingen hoofdstuk 5 Spiegels en lenzen (22-03-2013) Pagina 1 van 23 Stevin vwo deel 1 Uitwerkingen hoofdstuk 5 Spiegels en lenzen (22-03-2013) Pagina 1 van 23 Opgaven 5.1 Spiegeleelden 1 B en C 2 De ander staat 2 + 5 = 7 m voor de spiegel. Haar spiegeleeld staat 7 m achter

Nadere informatie

Augustus blauw Fysica Vraag 1

Augustus blauw Fysica Vraag 1 Fysica Vraag 1 We lanceren in het zwaartekrachtveld van de aarde een knikker met een horizontale snelheid v = 1,5 m/s op de hoogste trede van een trap (zie figuur). Elke trede van de trap heeft een lengte

Nadere informatie

Augustus geel Fysica Vraag 1

Augustus geel Fysica Vraag 1 Fysica Vraag 1 We lanceren in het zwaartekrachtveld van de aarde een knikker met een horizontale snelheid v = 1,5 m/s op de hoogste trede van een trap (zie figuur). Elke trede van de trap heeft een lengte

Nadere informatie

Eindexamen havo natuurkunde pilot 2013-I

Eindexamen havo natuurkunde pilot 2013-I Eindexamen havo natuurkunde pilot 203-I Beoordelingsmodel Opgave Radontherapie maximumscore 2 Uit de figuur blijkt dat door het verval een kern ontstaat met twee protonen en in totaal vier nucleonen minder

Nadere informatie

Eindexamen natuurkunde pilot vwo I

Eindexamen natuurkunde pilot vwo I Beoordelingsmodel Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag worden twee punten toegekend. Opgave Een temperatuursensor maken maximumscore 5 Usensor (V) 4 A C 3 B 0 0 t ( C) inzicht dat de ijkgrafiek

Nadere informatie

H24 GONIOMETRIE VWO. Dus PQ = 24.0 INTRO. 1 a 6 km : = 12 cm b. 5 a 24.1 HOOGTE EN AFSTAND BEPALEN. 2 a factor = 3

H24 GONIOMETRIE VWO. Dus PQ = 24.0 INTRO. 1 a 6 km : = 12 cm b. 5 a 24.1 HOOGTE EN AFSTAND BEPALEN. 2 a factor = 3 H GONIOMETRIE VWO.0 INTRO a 6 km : 0.000 = cm a Dus PQ = 680 = 0, dus zeilt 7 ze 0 meter in minuten. Dat is 0 0 = 800 meter in een uur. Dat is,8 km/u.. HOOGTE EN AFSTAND BEPALEN a factor = 0,6 Diepte put

Nadere informatie

Opgave 1 Nieuw element Vwo Natuurkunde 1, I. Opgave 3

Opgave 1 Nieuw element Vwo Natuurkunde 1, I. Opgave 3 Telkens is aangegeven als de examenopgaven zijn aangepast of uitgebreid. et 2 training vwo 5 2011 Opgave 1 Nieuw element Vwo Natuurkunde 1,2 2005-I. Opgave 3 Lees het artikel. Kernfysici zien nieuw element

Nadere informatie

Noordhoff Uitgevers bv

Noordhoff Uitgevers bv Blok - Vaardigheden Extra oefening - Basis B-a De formules a = en s= t 8 zijn lineaire formules. Bij tael A hoort een lineair verand omdat de toename in de onderste rij steeds + is. Bij tael B hoort geen

Nadere informatie

Hoofdstuk 27 Magnetisme. Copyright 2009 Pearson Education, Inc.

Hoofdstuk 27 Magnetisme. Copyright 2009 Pearson Education, Inc. Hoofdstuk 27 Magnetisme Hoofdstuk 27 Magneten en Magnetische Velden Electrische Stroom Produceert Magnetisch Veld Stroom oefent kracht uit op magneet Magneetveld oefent kracht uit op een Electrische Stroom

Nadere informatie

Magnetisme - magnetostatica

Magnetisme - magnetostatica Hoofdstuk 6. Magnetisme - magnetostatica 1 Algemene inleiding 1.1 Inleiding. Magnetostatica is de leer van de magneten in rust. Het moet niet verward worden met gravitatie, noch met elektrostatica. Gravitatiewerking:

Nadere informatie

wiskunde B havo 2019-I

wiskunde B havo 2019-I Formule van Wilson maximumscore Uitgaande van gelijke temperatuur en diepte wordt het verschil in snelheid dus bepaald door het verschil in zoutgehalte Er geldt: v =,9( 7 5),9( 5) Het gevraagde verschil

Nadere informatie

Uitwerkingen 1. ω = Opgave 1 a.

Uitwerkingen 1. ω = Opgave 1 a. Uitwerkingen Opgave π omtrek diameter Eén radiaal is de hoek, gemeten vanuit het middelpunt van een cirkel, waarbij de lengte van de boog gelijk is aan de straal. c. s ϕ r d. ϕ ω t Opgave π (dus ongeveer

Nadere informatie

Eindexamen vwo wiskunde B pilot 2013-I

Eindexamen vwo wiskunde B pilot 2013-I Eindeamen vwo wiskunde pilot 03-I Formules Goniometrie sin( t u) sintcosu costsinu sin( t u) sintcosu costsinu cos( t u) costcosu sintsinu cos( t u) costcosu sintsinu sin( t) sintcost cos( t) cos t sin

Nadere informatie

Eindexamen wiskunde B1-2 havo 2006-II

Eindexamen wiskunde B1-2 havo 2006-II Toename lichaamsgewicht zwangere vrouw Een vrouwenarts heeft van een zwangere vrouw gedurende de zwangerschap allerlei gegevens verzameld. In tabel 1 staan enkele resultaten. Daaruit is onder andere af

Nadere informatie

Stevin havo Antwoorden hoofdstuk 3 Vectoren en hefbomen ( ) Pagina 1 van 14

Stevin havo Antwoorden hoofdstuk 3 Vectoren en hefbomen ( ) Pagina 1 van 14 Stevin havo Antwoorden hoofdstuk 3 Vectoren en hefomen (2016-05-24) Pagina 1 van 14 Als je een ander antwoord vindt, zijn er minstens twee mogelijkheden: óf dit antwoord is fout, óf jouw antwoord is fout.

Nadere informatie

Opgave 1 Waterstofkernen

Opgave 1 Waterstofkernen Natuurkunde Havo 1984-1 Opgave 1 Waterstofkernen A. We beschouwen kernen van de waterstofisotoop 2 H. Deze kernen worden deuteronen genoemd. We versnellen deuteronen met behulp van een elektrisch veld.

Nadere informatie

Vraag Antwoord Scores. 1 maximumscore 2 De staplengte is 1600 : 2754 1 De staplengte is 0,580 meter, dit is 58 (cm) (of 0,58 meter) 1

Vraag Antwoord Scores. 1 maximumscore 2 De staplengte is 1600 : 2754 1 De staplengte is 0,580 meter, dit is 58 (cm) (of 0,58 meter) 1 Eindexamen wiskunde vmbo gl/tl 00 - I Beoordelingsmodel Stappenteller maximumscore De staplengte is 600 : 754 De staplengte is 0,580 meter, dit is 58 (cm) ( 0,58 meter) Als het antwoord in meters gegeven

Nadere informatie

Eindexamen natuurkunde 1-2 vwo 2007-I

Eindexamen natuurkunde 1-2 vwo 2007-I Opgave 5 Kanaalspringer Lees onderstaand artikel en bekijk figuur 5. Sprong over Het Kanaal Stuntman Felix Baumgartner is er als eerste mens in geslaagd om over Het Kanaal te springen. Hij heeft zich boven

Nadere informatie

Stevin havo deel 2 Uitwerkingen hoofdstuk 5 Elektromagnetisme ( ) Pagina 1 van 10

Stevin havo deel 2 Uitwerkingen hoofdstuk 5 Elektromagnetisme ( ) Pagina 1 van 10 Stevin havo deel 2 Uitwerkingen hoofdstuk 5 Elektromagnetisme (08-02-2011) Pagina 1 van 10 Opgaven 5.1 Magneten en elektromagneten 1 a Ongelijke polen trekken elkaar aan. De noordpool van een kompas wordt

Nadere informatie

Revisie uitwerkingen Stevin vwo deel 2 ( ) Pagina 1 van 13. Elk paard neemt hiervan een achtste deel voor zijn rekening:

Revisie uitwerkingen Stevin vwo deel 2 ( ) Pagina 1 van 13. Elk paard neemt hiervan een achtste deel voor zijn rekening: Revisie uitwerkingen Stevin vwo deel (-0-0) Pagina van Hoofdstuk a A = 6 = 88 m 6 a F gas op Hover Fz,0 0 9,8 84,.., 0 p = = = = = Pa overdruk A A 88 4 4 De dwarsdoorsnede van de ollen is A = π d = π 0,7

Nadere informatie

wiskunde B vwo 2016-I

wiskunde B vwo 2016-I wiskunde vwo 06-I Formules Vlakke meetkunde Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting. Hoeken, lijnen en afstanden: gestrekte hoek, rechte

Nadere informatie

Oppervlakte en inhoud van ruimtelijke figuren

Oppervlakte en inhoud van ruimtelijke figuren 4 Oppervlakte en inhoud van ruimtelijke figuren BALK EN KUBUS hoogte Figuur lengte reedte In figuur is een alk getekend. Bij een alk zijn steeds de twee tegenover elkaar liggende vlakken gelijk. Alle vlakken

Nadere informatie

Deze toets bestaat uit 3 opgaven (30 punten). Gebruik eigen grafische rekenmachine en BINAS toegestaan. Veel succes!

Deze toets bestaat uit 3 opgaven (30 punten). Gebruik eigen grafische rekenmachine en BINAS toegestaan. Veel succes! NAUURKUNDE KLAS 5 INHAALPROEFWERK HOOFDSUK 15: RILLINGEN 9/1/010 Deze toets bestaat uit 3 opgaven (30 punten). Gebruik eigen grafische rekenmachine en BINAS toegestaan. Veel succes! Opgave 1 (3p+ 5p) Een

Nadere informatie

Naam: examennummer:.

Naam: examennummer:. Naam: examennummer:. Geef de uitwerking van de opgaven steeds op de lege zijde rechts naast de opgave. Geef duidelijk de onderdelen aan. De vragen moeten op de stencils beantwoord worden. Lever geen andere

Nadere informatie

Vraag Antwoord Scores. 1 maximumscore 2 0, = 1 Dus in 2006 totaal biljetten van 50 1

Vraag Antwoord Scores. 1 maximumscore 2 0, = 1 Dus in 2006 totaal biljetten van 50 1 Valse euro s maximumscore 2 0,62 20 745 = Dus in 2006 totaal 2 862 biljetten van 50 2 maximumscore 579 000 565 00 = 900 900 : 579 000 00% = De daling is dus 2,4% ( 2%) maximumscore 2 Het zijn percentages

Nadere informatie