ONTWERPBESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Transcriptie

1 ONTWERPBESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Wnb hfdst 2 gebieden Artikelen 2.7 lid 2 en lid 3, 2.8 leden 3 en 9 en 1.13 Wet natuurbescherming en artikel 2.7 Besluit natuurbescherming Datum besluit : 23 januari 2017 Onderwerp : Wet natuurbescherming - gebieden gemeente Oldebroek Activiteit : realisatie Windmolenpark Hattemerbroek in polder Hattem, 8094 PS Hattemerbroek Verlenen/weigeren : verlenen vergunning Aanvrager : Van Werven Energie B.V. Zaaknummer : Documentnummer(s). inzagestukken: , , , , , , , , , ,

2 Beslissing van GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND op het verzoek van Van Werven Energie B.V., hierna te noemen aanvrager, van 11 november 2016 om een vergunning in het kader van de Wet natuurbescherming, hierna de Wnb. Aanvraag en procesverloop De aanvraag voorziet in de realisatie van Windmolenpark Hattemerbroek. Het Windmolenpark bestaat uit 4 windturbines parallel aan de N50, nabij verkeersknooppunt Hattemerbroek. De aanvraag betreft de bouw en het gebruik van de volgende Windmolenparkonderdelen: 4 windturbines met elk een vermogen van 2,5 tot 3,5 MW en 3 bladen per rotor; 4 windturbinefundamenten; onderhoudsweg; per windturbine een kraanopstelplaats, inclusief eventueel benodigde hulpconstructies (damwand/kering); Windmolenparkbekabeling die is verbonden met het inkoopstation; inkoopstation/transformatorstation. De afmetingen van de windturbines in de aanvraag als volgt weergegeven: Onderdeel Ashoogte Rotordiameter Tiphoogte Hoogte (meter) Minimaal 90 m Maximaal 100 (vanaf bovenkant maaiveld) Minimaal 100 m Maximaal 120 m Maximaal 150 m (vanaf bovenkant maaiveld) Een kaart met de locaties van de windmolens is opgenomen in bijlage 1. De planning is dat de windturbines in 2018 geplaatst zullen worden. De aanlegfase neemt circa 4 maanden in beslag. De molens zullen ongeveer 20 jaar in gebruik zijn. Vanwege de ligging van het project in de provincie Gelderland zijn wij bevoegd gezag. Op deze vergunningaanvraag is afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing verklaard. Coördinatie Bij de voorbereiding van de besluiten nodig voor de realisatie van Windmolenpark Hattemerbroek, is besloten tot toepassing van de coördinatieregeling als bedoeld in artikel 3.33, eerste lid, onder a, Wet ruimtelijke ordening (Wro). De bedoeling van de voorgenoemde coördinatie is om de voorbereiding en bekendmaking van de voor de uitvoering van de maatregel benodigde besluiten, zoals genoemd in het coördinatiebesluit van 7 juli 2016 met kenmerknummer / , inclusief de gelegenheid tot het naar voren brengen van zienswijzen daarop, op elkaar af te stellen en gelijktijdig te doen. De besluiten die nu gecoördineerd worden zijn: - Vergunning op grond van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. - Vergunning op grond van de Wet natuurbescherming. - Vergunning op grond van de Waterwet. - Melding Activiteitenbesluit op grond van de Wet milieubeheer. - Bestemmingsplan op grond van de Wet ruimtelijke ordening.

3 Besluit Gedeputeerde Staten van Gelderland; Gelet op de Artikelen 2.7 lid 2 en lid 3, 2.8 leden 3 en 9 en 1.13 Wet natuurbescherming en artikel 2.7 Besluit natuurbescherming; HEBBEN BESLOTEN Van Werven Energie B.V. een vergunning conform de beschrijving in de aanvraag te verlenen onder de volgende voorschriften: 1. Deze vergunning wordt uitsluitend gebruikt door (medewerkers van) de vergunninghouder of aantoonbaar in opdracht van de vergunninghouder handelende (rechts)personen. De vergunninghouder blijft daarbij verantwoordelijk voor de juiste naleving van deze vergunning. 2. De in voorschrift 1 genoemde (rechts)personen beschikken op de plaats waar de vergunde activiteit wordt uitgevoerd over een (digitale) kopie van deze vergunning, en toont deze op verzoek aan de daartoe bevoegde toezichthouders en opsporingsambtenaren. 3. Binnen twee weken na realisering van de activiteit/het project dient een gereedmelding te worden gedaan aan de Provincie Gelderland, via adres post@gelderland.nl, onder vermelding van het zaaknummer Beoordeling van de aanvraag Vaststellen en beoordeling van de overige effecten niet zijnde stikstof-effecten Het Windmolenpark bevindt zich op circa 1,5 km afstand van het Natura 2000-gebied Rijntakken en op circa 2,3 km afstand van het Natura 2000-gebied Veluwe. Hierdoor zijn effecten niet bij voorbaat uit te sluiten. De bedrijfsactiviteiten zijn getoetst aan effecten op de Natura 2000-instandhoudingsdoelen. Bij de aanvraag is een passende beoordeling gevoegd. In de aanvraag beschreven natuurwaarden Het plangebied ligt niet in een Natura 2000-gebied. De volgende Natura 2000-gebieden liggen binnen een afstand van 15 km van het plangebied. Rijntakken (1,7 km afstand tot plangebied) Veluwe (2 km) Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht (5,5 km) Veluwerandmeren (10 km) Ketelmeer & Vossemeer (12 km) Olde Maten & Veerslootslanden (13,5 km) Zwarte Meer (15 km) De meeste soorten uit deze gebieden hebben geen ecologische connectie met het plangebied. Alleen de niet-broedvogels Kleine zwaan, Wilde zwaan, Toendrarietgans, Kolgans, Grauwe gans, Brandgans, Smient, Goudplevier en Kemphaan die rusten op de IJssel foerageren mogelijk in Polder Hattem. Ook de Oeverzwaluw maakt mogelijk gebruik van het plangebied. Uit het verleden zijn slechts incidentele waarnemingen in Polder Hattem bekend van Smient, Wilde zwaan en Kolgans. Van de Grauwe gans zijn geen waarnemingen bekend. In de effectbeoordeling is daarom geconcludeerd dat Polder Hattem niet of nauwelijks een functie heeft voor deze soorten. 3

4 Kleine zwaan komt wel regelmatig voor in Polder Hattem. Oeverzwaluwen zijn waargenomen bij het open water bij knooppunt Hattemerbroek. Voor Oeverzwaluw biedt het plangebied minder geschikt foerageergebied dan de uiterwaarden van de IJssel. Het plangebied vormt geen onderdeel van functioneel leefgebied. Ook voor Goudplevier vormt het plangebied niet zeer geschikt leefgebied. Het plangebied ligt buiten het foerageergebied voor Kemphanen uit het N2000-gebied Rijntakken. Ook maakt het geen onderdeel uit van vliegroutes tussen foerageer- en slaapplaatsen. Voor Toendrarietgans vormt het plangebied matig geschikt foerageergebied. Brandganzen komen verspreid voor in het agrarisch gebied in de omgeving van het plangebied. In de aanvraag beschreven relevante factoren In de passende beoordeling zijn verstoring tijdens de aanlegfase en aanvaringen tijdens de gebruiksfase aangegeven als relevante factoren. In de aanvraag beschreven negatieve effecten van de gevraagde activiteiten, niet zijnde de effecten van stikstof In de passende beoordeling is berekend dat het aanvaringsrisico maximaal 0,04 Kleine zwanen per jaar betreft. Dit betreft minder dan 0,05% van de totaal aanwezige populatie. Verstoring is dermate gering dat geen sprake is van significante effecten. Het risico van aanvaringen van Oeverzwaluwen is incidenteel en heeft geen negatief effect op het instandhoudingsdoel voor deze soort. Het aanvaringsrisico voor Goudplevier is in de aanvullende notitie berekend op 0,05 Goudplevier per jaar. Dit leidt niet tot significante effecten. Voor Toendrarietganzen geldt dat het aanvaringsrisico incidenteel is en niet leidt tot een significant negatief effect. Het aanvaringsrisico is in de aanvullende notitie berekend op 0,005 Toendrarietgans per jaar. Ook voor Brandganzen geldt een zeer klein aanvaringsrisico. Dit komt doordat het Windmolenpark is gelegen buiten structurele vliegroutes en Brandganzen uitwijkgedrag vertonen. Het aanvaringsrisico voor deze soort is berekend op maximaal 0,096 Brandgans per jaar. Dit leidt niet tot significante effecten op de instandhoudingsdoelen voor deze soort. Cumulatieve effecten Uit de passende beoordeling en de aanvullende notitie blijkt dat er geen sprake is van cumulatie met effecten van andere projecten. Beoordeling van de overige effecten van de aanvraag op de instandhoudingsdoelstellingen Wij onderschrijven de conclusies en de daaraan ten grondslag liggende motivaties van de passende beoordeling en aanvullende notitie zoals bij de aanvraag gevoegd. Wij hebben op basis van deze ecologische beoordeling de zekerheid verkregen dat de aangevraagde activiteit niet leidt tot significante effecten op de instandhoudingsdoelen. 4

5 Conclusie Uit de beoordeling van de effecten volgt dat significant negatieve effecten zijn uitgesloten. De vergunning kan worden verleend. Zienswijzen Gedurende de periode van terinzagelegging kunnen belanghebbenden schriftelijk of mondeling zienswijzen over het ontwerpbesluit naar voren brengen. Ingediende zienswijzen worden met het uiteindelijke besluit en de bijbehorende stukken ter inzage gelegd. Schriftelijke zienswijzen kunnen worden gericht aan gemeenteraad van Oldebroek, Postbus 2, 8096 ZG te Oldebroek, onder vermelding van het zaaknummer dat op de eerste bladzijde van het ontwerpbesluit staat vermeld. Ook bestaat de mogelijkheid voor een ieder om gedurende de inzagetermijn een zienswijze mondeling naar voren te brengen. Indien u van deze mogelijkheid gebruik wilt maken dient u een afspraak te maken met het Klant Contact Centrum van de gemeente Oldebroek, telefoon Wij maken u erop attent dat alleen beroep tegen het uiteindelijke besluit kan worden ingediend als de indiener ook een zienswijze heeft ingebracht tegen het ontwerpbesluit en men belanghebbende is. De periode van terinzagelegging is te vinden onder de technische informatie van de kennisgeving. Deze kennisgeving is in te zien in de Staatscourant, in de plaatselijke Huis aan Huis en op de website van Overheid.nl. bijlage: - Bijlage 1: Kaart locaties windmolens Hattemerbroek 5

6 BIJLAGE 1. Locaties windmolens Hattemerbroek (bron: passende beoordeling) 6