Bedrijfshandleiding. AB nl voor hydraulische installaties. Werknorm. Vervanging voor:

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Bedrijfshandleiding. AB 01-01.02 nl 2003-02-24. voor hydraulische installaties. Werknorm. Vervanging voor:"

Transcriptie

1 Werknorm Bedrijfshandleiding voor hydraulische installaties AB nl Vervanging voor: Bosch Rexroth AG Afdeling: BRI/TDV3 Industrial Hydraulics Aangemaakt: C. Ewald Zum Eisengießer 1 D Lohr am Main Gecontroleerd: E. Wiesmann Tel.: **49(0) Fax: **49(0) Vakmatige verantwoording in: BRI-AB/PMT Pagina 1 / 37

2 Pagina 2 / 37 AB nl : Bedrijfshandleiding voor hydraulische installaties 1 Productspecifieke informatie Fundamentele informatie Reglementair gebruik, leveringsomvang Informatie met betrekking tot bewakings- en veiligheidsfuncties Bewakingsfuncties Bewaking van de niveauverandering van het drukvloeistofpeil Bewaking met behulp van vulpeilindicatoren Bewaking met behulp van vulpeilindicatoren en temperatuurschakelaars (indien aanwezig) Regeling en bewaking van de drukvloeistoftemperatuur (indien aanwezig) Bewaking van de filters Beveiliging tegen ontoelaatbare bedrijfsdrukken Informatie met betrekking tot de veiligheidstechnische maatregelen Categorie B Categorie Categorie Categorie Categorie Bedrijfs- en milieuvoorwaarden Klimaat Omgevingstemperatuur Beschermingswijze Drukvloeistof Mogelijke gevaren Waterbedreigende stoffen Explosiegevaarlijke omgeving Ontoelaatbaar gebruik Resterende risico s van de hydraulische installatie Verklaring van de fabrikant overeenkomstig RDEF 00025/ Algemene informatie Geldigheidsgebied Aansprakelijkheid Kwalificaties van het personeel Personeel voor onderhoud en inspectie (hoofdstuk 5.1) Personeel voor de inbedrijfstelling (hoofdstuk 4), Reparatie (hoofdstuk 5.2) en buiten bedrijf stellen (hoofdstuk 6)... 14

3 Pagina 3 / 37 Bedrijfshandleiding voor hydraulische installaties AB nl : Fundamentele veiligheidsaanwijzingen Verantwoordelijkheden en plichten van de machinefabrikant/gebruiker Conventies Copyright Transport en opslag Transport Transport met vorkheftruck Transport met hefgereedschap Opslag Af fabriek aangebrachte corrosiebescherming Uitvoeren van de inwendige conservering Opmerking ten aanzien van de uitwendige conservering Opmerking ten aanzien van hydroapparatuur en -aggregaten Inbedrijfstelling Algemene aanwijzingen Veiligheid Kwalificaties van het personeel Netheid Lakken Inbedrijfstelling van hydraulische installaties waarvan de functionaliteit is gecontroleerd In- of opbouw Zichtcontrole op transportbeschadigingen en verontreinigingen Plaatsen en bevestigen van aggregaten en componenten Aansluiting van de hydraulische aandrijvingen Vullen van de installatie Voor de inbedrijfstelling Inbedrijfstelling Drukvloeistof Eisen en taken Eisen die aan de drukvloeistof worden gesteld Veiligheidsvoorschriften Taken van de drukvloeistof Eigenschappen van hydraulische olie Keuze en onderhoud van de drukvloeistof Keuze van de viscositeitsklasse Keuze van het type olie HLP (DIN deel 2) HV (multipurpose hydraulische olie)... 24

4 Pagina 4 / 37 AB nl : Bedrijfshandleiding voor hydraulische installaties 5 Reparatie Onderhoud en inspectie Algemene aanwijzingen Kwalificaties van het personeel Veiligheid Omvang en intervallen voor onderhoud en inspectie Inspectiedocumentatie Drukvloeistof Temperatuur van de drukvloeistof Toestand van de drukvloeistof Verversen van de drukvloeistof Filtercontrole Filter met vervuilingsindicator Filterelement vervangen (zie Reparatie 5.2.4) Drukreservoir Slangleidingen Gevaar Opslag en gebruiksduur Keuring Opslagtijd en gebruiksduur Inspectiecriteria (uittreksel uit DIN 20066) Vervangen van slangleidingen Warmtewisselaar Instelwaarden Onderhouds- en inspectie-intervallen Reparatie Algemene aanwijzingen Kwalificaties van het personeel Veiligheid Netheid Taken tijdens de reparatie Opsporen van storingen Verhelpen van storingen Controle van de functie en goedkeuring Demontage/montage van componenten Filterelement vervangen Vervangen van elementen Vervangen of schoonmaken van filterelementen... 30

5 Pagina 5 / 37 Bedrijfshandleiding voor hydraulische installaties AB nl : Storingsoorzaken en de gevolgen voor hydraulische installaties Storingsuitwerking A : Overmatige geluiden Storingsuitwerking B : Onvoldoende kracht/moment (druk) op de aandrijvingen Storingsgevolg C : Ongelijkvormige aandrijfbewegingen Storingsgevolg D : Aandrijving draait niet of te langzaam (geen of geringe flow) Storingsgevolg E : Aandrijving blijft niet staan c.q. draait door Storingsgevolg F : De pomp schakelt te vaak in en uit Storingsgevolg G : Schakelstoten tijdens het schakelen van ventielen Storingsgevolg H : Te hoge bedrijfs-/drukvloeistoftemperatuur Storingsgevolg I : Verontreinigde drukvloeistof Montage-aanwijzing voor draai-elastische koppelingen conform AB 33-22/KD Algemeen Montage van de koppeling Borging van de naaf op het uiteinde van de as Montage-aanwijzingen voor verticaal ingebouwde motor-pompgroep Algemene veiligheidsvoorschriften Werkwijze bij demontage Buitenbedrijfstelling Buitenbedrijfstelling, opslag en opnieuw in bedrijf stellen Buitenbedrijfstelling en afvalverwijdering... 37

6 Pagina 6 / 37 AB nl : Bedrijfshandleiding voor hydraulische installaties 1 Productspecifieke informatie 1.1 Fundamentele informatie Deze hydraulische installatie is conform de richtlijn 89/37/EG (EG-MSRL) in de desbetreffende geldige versie en de geldende technische regelwerken geproduceerd. Overeenkomstig EG-MSRL en EN 982 is deze installatie een installatie die niet gebruiksklaar is en uitsluitend is bedoeld voor het inbouwen in een machine. i De bedrijfshandleiding dient ter informatie en voorkoming van gevaren tijdens het inbouwen van de installatie in de machine alsmede informatie en aanwijzingen voor transport, opslag en reparatie (inspectie, onderhoud, reparatie) van de hydraulische installatie. Alleen wanneer deze bedrijfshandleiding strikt in acht wordt genomen, kunnen ongevallen en materiële schade worden vermeden, en een storingsvrije werking van de hydraulische installatie worden gegarandeerd. Verder zorgt het in acht nemen van de bedrijfshandleiding voor: - verminderde uitvaltijden en reparatiekosten, - een verhoogde levensduur van de hydraulische installatie. Waarschuwing De handleiding dient niet als vervanging van de bedrijfshandleiding van de gehele machine. Door het inbouwen van de hydraulische installatie in de machine ontstaat door de wisselwerking tussen de hydraulische installatie en de gehele machine een wijziging ten aanzien van de mogelijke gevaren. In het bijzonder de invloed van hydraulische en elektrische besturing op hydraulische aandrijvingen, die mechanische bewegingen veroorzaken. Dit maakt een analyse van de gevaren en de bedrijfshandleiding voor de gehele machine noodzakelijk. Definities: (EN 1070) Hydrauliek (fluidtechniek): Overdracht, besturing en verdeling van energie en signalen door gebruik te maken van een onder druk staand vloeibaar medium. Installatie: Component: Aandrijving: Leidingensysteem: Maximale bedrijfsdruk: Serie met elkaar verbonden componenten voor de overdracht en de besturing van fluidtechnische energie. Een afzonderlijke unit (bijv. klep, filter, cilinder, motor), bestaande uit één of meerdere onderdelen, als functioneel onderdeel van hydraulische installaties. Component, die de energie van het drukmedium omzet in mechanische energie (bijv. motor, cilinder). Iedere combinatie van koppelelementen, koppelingen of verbindingsplaatsen met leidingen, slangen of buizen, die het stromen van het drukmedium tussen componenten mogelijk maken. De hoogste druk waarbij de installatie of delen van de installatie onder gelijkvormige (permanente) omstandigheden mag worden gebruikt. 1.2 Reglementair gebruik, leveringsomvang De hydraulische installatie is geconstrueerd voor het opwekken, besturen en regelen van olievolumestromen voor hydraulische aandrijvingen in machines. De productspecifieke documentatie (leveringsomvang, capaciteitsgegevens en functies) is gedocumenteerd in de bedrijfsopdracht (zie opdracht c.q. checklist van de offerte), stuklijst, schakelschema, samenstellingstekening alsmede test- en afnamerapport. Wanneer in het schakelschema hydraulische aandrijvingen zijn weergegeven, dienen deze om de hydraulische besturing te kunnen begrijpen, maar zijn echter geen onderdeel van deze bedrijfshandleiding.

7 Pagina 7 / 37 Bedrijfshandleiding voor hydraulische installaties AB nl : Gebruikersinformatie: - Stuklijst = reserveonderdelenlijst - Schakelschema, - Bedrijfshandleiding. 1.3 Informatie met betrekking tot bewakings- en veiligheidsfuncties Bewakingsfuncties Bewaking van de niveauverandering van het drukvloeistofpeil Het drukvloeistofpeil is tijdens de werking van de hydraulische installatie niet constant. Piekveranderingen treden op door - de verschillende volumes die nodig zijn voor plunger- en differentieelcilinders c.q. het opnemen/ afstoten van drukvloeistof bij hydroreservoirs tijdens een arbeidscyclus. - lekverliezen Bewaking met behulp van vulpeilindicatoren Tijdens de visuele controle van het peil moet, afhankelijk van de bovenstaande omstandigheden, een complete arbeidscyclus van de machine worden geobserveerd, om te kunnen vaststellen of drukvloeistof moet worden bijgevuld en hoeveel moet worden bijgevuld. Het drukvloeistofpeil mag tijdens de werking de bovenste markering niet overschrijden en niet lager komen dan de onderste markering Bewaking met behulp van vulpeilindicatoren en temperatuurschakelaars (indien aanwezig) Tijdens de visuele controle van het peil moet, afhankelijk van de bovenstaande omstandigheden, een complete arbeidscyclus van de machine worden geobserveerd, om te kunnen vaststellen of drukvloeistof moet worden bijgevuld en hoeveel moet worden bijgevuld. Het drukvloeistofpeil mag tijdens de werking de bovenste markering niet overschrijden en niet lager komen dan de onderste markering. Wanneer het peil onder of boven de gedefinieerde vulpeilmarkeringen komt, wordt met behulp van een vlotter een signaal afgegeven. De schakelpunten worden met L1 tot L.. aangegeven (zie schakelschema). Schakelpunten afhankelijk van de technische omstandigheden, bijv.: - Schakelpunt L3 = maximaal vulpeil - Schakelpunt L2 = drukvloeistof bijvullen - Schakelpunt L1 = Noodstop van de installatie Er wordt een minimaal vulpeil bereikt (gevaar dat de pomp door cavitatie uitvalt). Dit punt ligt onder het minimale vulpeil van de vulpeilindicator. - Temperatuurbegrenzing = Noodstop van de installatie met vast schakelpunt De toegestane installatietemperatuur wordt bereikt. De storing kan met behulp van de storingsanalyse H Te hoge bedrijfs-/drukvloeistoftemperatuur opgespoord en verholpen worden Regeling en bewaking van de drukvloeistoftemperatuur (indien aanwezig) Voor het in- en uitschakelen van warmtewisselaars (verwarming, koeling) alsmede het bewaken en weergeven van de bedrijfstemperatuur, worden temperatuurschakelaars gebruikt. Thermostaten afhankelijk van de technische omstandigheden, bijv.: - Thermostaat 1 = Instelwaarde [ C] voor koeling Aan overeenkomstig schakelschema. Het uitschakelpunt wordt door de schakelhysterese bepaald. - Thermostaat 2 = Instelwaarde [ C] voor verwarming Aan overeenkomstig schakelschema. Het inschakelpunt wordt door de schakelhysterese bepaald. - Thermostaat 3 = Voor bewakingsfuncties; zie schakelschema.

8 Pagina 8 / 37 AB nl : Bedrijfshandleiding voor hydraulische installaties Bewaking van de filters Zie voor de uitvoering de stuklijst/het schakelschema Tabel 1 Stuw- c.q. verschildruk vervuilingsindicator (VI) Aanduiding Opmerking zonder VA geen weergave 5) optische VA optische aanduiding met rode permanente aanduiding 1) optische + elektrische VA optische + elektrische VA en elektrische signaalonderdrukking tot een olietemperatuur van +30 C optische + elektrische VA met 2-puntssignaal stift of manometer Lamp c.q. stift elektrisch signaal Lamp c.q. stift elektrisch signaal Lamp c.q. stift elektrisch signaal in 2 schakelpunten bij 75% + 100% van de stuwc.q. verschildruk permanente aanduiding 1) signaalonderdrukking 2) permanente aanduiding 1) signaalonderdrukking 3) permanente aanduiding 1) signaalonderdrukking 4) 1) Wanneer de toelaatbare stuw-/verschildruk op het filterelement wordt overschreden, wordt een optisch signaal afgegeven. Bij bepaalde filtertypen moet de rode stift van de vervuilingsindicator, wanneer de vloeistof op bedrijfstemperatuur is, dagelijks worden ingedrukt (check-functie). Wanneer de knop tijdens deze controle onmiddellijk weer naar buiten springt, moet het filterelement uiterlijk aan het einde van de ploeg worden vervangen. 2) Tijdens de koude startfase wordt, ten gevolge van de hoge viscositeit van de olie = hogere druk, vrijwel altijd het signaal verontreinigd gegeven. Het elektrische signaal moet tot het bereiken van een gemiddelde bedrijfstemperatuur > 30 C worden onderdrukt. 3) Tijdens de koude startfase wordt het elektrische signaal tot een bedrijfstemperatuur van 30 C onderdrukt. 4) Het elektrische signaal wordt bij twee schakelpunten, bij 75% en 100% van de stuw- c.q. verschildruk afgegeven. Tijdens de koude startfase wordt, ten gevolge van de hoge viscositeit van de olie = hogere druk, vrijwel altijd het signaal verontreinigd afgegeven. De elektrische signalen moeten tot het bereiken van een gemiddelde bedrijfstemperatuur > 30 C worden onderdrukt. 5) Wij adviseren een vervuilingsindicator Beveiliging tegen ontoelaatbare bedrijfsdrukken Veiligheidsventielen mogen door de gebruiker van de installatie niet worden veranderd. De instelwaarde moet 10% of minimaal 20 bar boven de toelaatbare bedrijfsdruk van de installatie liggen (zie het schakelschema voor de gegevens) Informatie met betrekking tot de veiligheidstechnische maatregelen De capaciteit van de veiligheidstechnische maatregelen wordt overeenkomstig EN 954 in vijf categorieën verdeeld (B, 1, 2, 3, 4). De categorieën beschrijven de capaciteit van de besturing in relatie tot hun weerstandsvermogen en gedrag in geval van storingen, die op grond van de structurele plaatsing van de onderdelen en/of betrouwbaarheid wordt gerealiseerd. Wanneer niets anders is overeengekomen, wordt uitgegaan van categorie B. Wanneer zwaardere veiligheidstechnische maatregelen worden vereist, moeten de categorieën 1 tot 4 worden toegepast en met de klant worden overeengekomen (zie ook BIA Report 6/97) Categorie B De veiligheid wordt gerealiseerd door de keuze en de betrouwbaarheid van de ventielen. De elektrische besturing moet aan de eisen van EN voldoen, zodat het onverwacht opstarten c.q. het niet opvolgen van een stopcommando door storingen in de elektrische besturing worden voorkomen. Systeemgedrag van de categorie B : - Het optreden van een storing kan tot verlies van de veiligheidsfunctie leiden.

9 Pagina 9 / 37 Bedrijfshandleiding voor hydraulische installaties AB nl : Categorie 1 Er moet zijn voldaan aan de eisen van B. Er moeten beproefde componenten en beproefde veiligheidsprincipes worden gebruikt. Systeemgedrag van de categorie 1 : Het optreden van een storing kan tot verlies van de veiligheidsfunctie leiden, de waarschijnlijkheid hiervan is echter geringer dan in categorie B Categorie 2 Er moet zijn voldaan aan de eisen van B en het gebruik van beproefde veiligheidsprincipes moet gewaarborgd zijn. De veiligheidsfunctie moet regelmatig door de machinebesturing worden gecontroleerd. Systeemgedrag van de categorie 2 : - Het optreden van een storing kan tussen de controles door tot verlies van de veiligheidsfunctie leiden. - Het verlies van de veiligheidsfunctie wordt door de controle herkend Categorie 3 De veiligheid wordt primair door de structuur van de besturing gerealiseerd. De observatie begint daar waar de veiligheidsrelevante signalen binnenkomen en eindigt op de uitgang van de capaciteitsbesturingselementen. De elektrische besturing moet voldoen aan de eisen van EN punt 5.3, om te voorkomen dat de installatie onverwacht opstart. Systeemgedrag van de categorie 3 : - Wanneer één afzonderlijke storing optreedt, blijft de veiligheidsfunctie behouden. - Enkele, maar niet alle storingen, worden herkend. - Een ophoping van onbekende storingen kunnen leiden tot verlies van de veiligheidsfunctie Categorie 4 De veiligheid wordt primair door de structuur van de besturing gerealiseerd. De observatie begint daar waar de veiligheidsrelevante signalen binnenkomen en eindigt op de uitgang van de capaciteitsbesturingselementen. De elektrische besturing moet voldoen aan de eisen van EN punt 5.3, om te voorkomen dat de installatie onverwacht opstart. Systeemgedrag van de categorie 4 : - Wanneer één afzonderlijke storing optreedt, blijft de veiligheidsfunctie behouden. - De storingen worden tijdig herkend, om het verlies van de veiligheidsfunctie te kunnen voorkomen. 1.4 Bedrijfs- en milieuvoorwaarden Wanneer in de opdracht geen andere technische specificaties zijn overgekomen, gelden onderstaande voorwaarden Klimaat Gematigde klimaatzones: in ruimten moet de relatieve luchtvochtigheid < 70%, bij een temperatuur in de ruimte van 22 C, bedragen Omgevingstemperatuur 0 tot +30 C voor aandrijfaggregaten met oppervlaktegekoelde elektromotoren zonder warmtewisselaar bij een vrije luchtcirculatie. < +40 C met warmtewisselaar (nominaal vermogen overeenkomstig EN bij permanente werking; 50 Hz, KT 40 C en een plaatsingshoogte tot m boven NAP) -20 tot +50 C voor besturingsunits

10 Pagina 10 / 37 AB nl : Bedrijfshandleiding voor hydraulische installaties Beschermingswijze Bij gemonteerde en beveiligde elektrische aansluitingen min. IP 55. Attentie! Bij verticaal ingebouwde elektromotoren zonder afdak moet het directe binnendringen van water en stof worden voorkomen Drukvloeistof Hydraulische olie op basis van minerale olie overeenkomstig DIN deel 2 (andere media na overleg). - Temperatuur aanbevolen voor permanente werking +25 tot +55 C min./max. toelaatbaar 0 tot +80 C - Viscositeit aanbevolen voor permanente werking 20 tot 100 mm²/s max. toelaatbaar 12 tot 500 mm²/s (zie Drukvloeistof, keuze van de viscositeitsklasse) - Verontreiniging De toelaatbare verontreiniging (onoplosbare vreemde elementen in de drukvloeistof) is afhankelijk van die component van de hydraulische installatie die het meest gevoelig is voor verontreinigingen. De aangegeven reinheidsklasse is de maximaal toelaatbare waarde, die vanwege de: Bedrijfsveiligheid (verstoppen van spleten, roosters, alsmede het blijven hangen van de besturingszuiger) en de levensduur (reductie van de slijtage) niet mag worden overschreden (zie Drukvloeistof, eisen en taken, zie filterconcept AB ). Vereiste reinheidsklassen overeenkomstig: ISO 4406 KL. 21/18/15 Externe tandwielpompen, zuiger-, roterende verdringerpomp, weg-, druk-, en sperventielen, proportionele- en regelventielen (komt ongeveer overeen met de niet meer geldende norm NAS 1638 KL. 9) ISO 4406 KL. 19/16/13 Servoventielen, servocilinders (komt overeen met de niet meer geldende norm NAS 1638 KL. 7) Mogelijke gevaren Waterbedreigende stoffen Door het gebruik van waterbedreigende stoffen bestaat gevaar voor het oppervlaktewater. Overeenkomstig de Duitse wet op de waterhuishouding ( Wasserhaushaltsgesetz ) (WHG) en de Duitse bepaling ten aanzien van installaties omtrent de omgang met waterbedreigende stoffen ( Verordnung über Anlagen zum Umgang mit wassergefährdenden Stoffen ) (VAwS) geldt voor Duitsland: - Hydrosystemen vallen in de groep van PBG-installaties (installaties voor het produceren, behandelen, gebruiken van vloeistoffen). - Overeenkomstig 19 h lid 1 pag. 1 nr. 2.b WHG, lid 2, hoeven installaties geen geschiktheidsbewijs of typegoedkeuring te hebben wanneer de waterbedreigende stof in het systeem zit. Dit is bij hydrosystemen het geval. - Tenzij anders aangegeven, zijn hydraulische installaties voor het gebruik met minerale olie overeenkomstig DIN Teil 2 bedoeld. Deze minerale olie wordt over het algemeen in de waterbedreigingsklasse 2 ingedeeld. - De wet op de waterhuishouding (WHG) vereist in 19 I voor installaties, waarin met waterbedreigende stoffen wordt omgegaan, dat deze alleen door goedgekeurde bedrijven ingebouwd, geplaatst, gerepareerd en gereinigd mogen worden. Bosch Rexroth AG, Lohr am Main, is lid van de Fachbetriebsgemeinschaft Maschinenbau e.v. (FGMA) en daarmee een goedgekeurd bedrijf overeenkomstig 19 i WHG. Voor meer informatie zie AB en AB

11 Pagina 11 / 37 Bedrijfshandleiding voor hydraulische installaties AB nl : Explosiegevaarlijke omgeving Hydraulische installaties van Bosch Rexroth mogen alleen in een explosiegevaarlijke atmosfeer worden gebruikt, wanneer deze daarvoor zijn geconstrueerd en dit uitdrukkelijk in de productspecifieke documentatie is vastgelegd. Aanwijzing: De richtlijn 94/9/EG (ook wel ATEX 100 genaamd), regelt het gebruikt van apparatuur en veiligheidssystemen in een explosiegevaarlijke omgeving. 1.5 Ontoelaatbaar gebruik Het gebruik van de installatie met een - te hoge bedrijfsdruk - drukvloeistof die niet overeenkomstig de specificaties is en Waarschuwing - afwijkende bedrijfs- en milieuvoorwaarden is niet toegestaan. 1.6 Resterende risico s van de hydraulische installatie Tabel 2 Resterende risico s van de hydraulische installatie Lekkage van drukvloeistof onder druk Ontbranden van lekkende drukvloeistof in de buurt van ontstekingsbronnen Met grote kracht heen en weer slaande drukleiding nadat deze is losgescheurd Gevaarlijke bewegingen van aandrijvingen en drukopbouw door onbevoegde handbediening Water- of bodemvervuiling door lekkage in de hydraulische installatie Gevarenzone Drukleidingen (buis- en slangleidingen) Hydraulische componenten (pompen, ventielen, filters, meetinstrumenten, cilinders enz.) Reservoir Ontstekingsbronnen met een oppervlaktetemperatuur > vlampunt van de gebruikte drukvloeistof (voor HLP 46 bij ca. 220 C) Slangleidingen Noodhandbediening bij ventielen Handbediende ventielen Stuurrelais Hydraulische reservoirs Componenten en leidingen die buiten het hydraulische reservoir liggen Beschermende maatregel(en)*/ veiligheidsaanwijzingen Relevante Normen Lekkages onmiddellijk verhelpen AB De druk van de hydraulische installatie halen voordat met de reparaties wordt begonnen. Attentie! De druk van het reservoir halen, lasten laten zakken. Afscherming Slangleidingen hebben een begrensde gebruiksduur. Deze moeten - door een vakman worden gecontroleerd - en met de noodzakelijke tussenpozen worden vervangen, ook wanneer geen veiligheidstechnische gebreken zichtbaar zijn (zie Slangleidingen) Indien, op grond van de inbouwplaats van de slangleiding, een gevaar blijft bestaan, moet een beugel c.q. een afscherming worden aangebracht. Het wordt niet aanbevolen om de besturingselementen met de handbediening in bedrijf te stellen. Wanneer dit wel het geval is mag dit alleen worden uitgevoerd door een vakman (zie 2.3 Kwalificaties van het personeel). De operator is zelf verantwoordelijk voor de veilige bewegingsprocessen en het opbouwen van de druk. Geschikte opvangvoorziening; vloeistofdichte voorziening voor het opvangen van onder reservoirs/buisleidingen lekkende, waterbedreigende stoffen. AB AB AB AB AB 40-40

12 Pagina 12 / 37 AB nl : Bedrijfshandleiding voor hydraulische installaties Vervolg tabel 2 Resterende risico s van de hydraulische installatie Verbrandingsgevaar door oppervlaktetemperaturen > 80 C Geluid Permanent geluidsniveau op de werkplek > 85 db(a) Vallen Uitglijden Struikelen Stoten Beklemming Basisgevaren Elektrische schok Gevarenbereik Oppervlakken van afzonderlijke componenten en drukleidingen Beoordelingsniveau 90 db(a) Hydraulische installatie algemeen Opstapjes, platforms Naar beneden vallen van onderdelen tijdens montage/ demontage van de hydraulische installatie c.q. afzonderlijke componenten Alle componenten door reparatie Elektrische bedrijfsmiddelen Beschermingsmaatregel(en)*/ veiligheidsaanwijzingen De hydraulische installatie voordat met reparatiewerkzaamheden wordt begonnen laten afkoelen. Beschermende kleding dragen. Hydraulische installatie loskoppelen. Geluidsisolatiekap. Geschikte gehoorbescherming beschikbaar stellen. De hydraulische installatie en buisleidingen niet als opstapje gebruiken. Resten van hydraulische olie op loopoppervlakken onmiddellijk verwijderen. De algemeen geldende veiligheidsvoorschriften moeten in acht worden genomen. Bij tankinbouwapparatuur is uiterste voorzichtigheid geboden, omdat gewicht en zwaartepunt niet altijd onmiddellijk herkenbaar zijn. (zie 5.2.7; Verticaal ingebouwde motorpompgroep). De algemeen geldende veiligheidsvoorschriften moeten in acht worden genomen. Alleen de in de stuklijst genoemde componenten mogen door nieuwe, vergelijkbare en geteste componenten in OEM-kwaliteit worden vervangen. Componenten mogen tijdens de reparatie slechts zover worden gedemonteerd, als in de componentspecifieke bedrijfshandleiding is beschreven. Door het juiste onderhoud moet worden voorkomen dat door voortijdige veroudering of door onherstelbare beschadiging ten gevolge van ondeskundig gebruik, isolatiebreuken en daarmee het aanraken van in de normale werking niet spanningsgeleidende onderdelen, kunnen ontstaan. Relevante Normen AB AB De noodzakelijke * Veiligheidsmaatregelen c.q. de voor de gebruiker relevante resterende risico s worden vastgesteld op grond van de risicobeoordeling van de gehele machine. Waarschuwing

13 Pagina 13 / 37 Bedrijfshandleiding voor hydraulische installaties AB nl : Verklaring van de fabrikant overeenkomstig RDEF 00025/10.01

14 Pagina 14 / 37 AB nl : Bedrijfshandleiding voor hydraulische installaties 2 Algemene informatie 2.1 Geldigheidsgebied Deze bedrijfshandleiding is van toepassing op de door Bosch Rexroth AG, afdeling Industrial Hydraulics geproduceerde hydraulische installaties. 2.2 Aansprakelijkheid Bij schade die is ontstaan door niet reglementair gebruik en eigenmachtige, in deze bedrijfshandleiding niet geplande ingrepen, vervalt iedere aanspraak op garantie. Voor deze schade kan Bosch Rexroth AG niet aansprakelijk worden gesteld. Details ten aanzien van de productaansprakelijkheid zijn vermeld in de contractdocumentatie. 2.3 Kwalificaties van het personeel Hydraulische vakkennis betekent dat het personeel - in staat moet zijn om de hydraulische schema s te kunnen lezen en volledig te kunnen begrijpen, - met name de samenhang met betrekking tot de ingebouwde veiligheidsvoorzieningen volledig moet begrijpen en - kennis van de werking en de opbouw van hydraulische componenten moet hebben. Als vakman wordt diegene aangemerkt die op grond van zijn/haar vakmatige scholing en ervaring voldoende kennis heeft en in zoverre met de desbetreffende bepalingen op de hoogte is, dat hij/zij - de hem/haar opgedragen werkzaamheden kan beoordelen, - mogelijke gevaren kan herkennen, - de noodzakelijke maatregelen voor het verhelpen van gevaarlijke situaties kan nemen, - en de noodzakelijke reparatie- en montagekennis heeft Personeel voor onderhoud en inspectie (hoofdstuk 5.1) Er moet aan onderstaande voorwaarden worden voldaan: - geïnstrueerde vakmensen, - hydraulische kennis noodzakelijk. Voorzichtig Het vervangen van filters en het verversen van olie horen onder de noemer reparatie Personeel voor de inbedrijfstelling (hoofdstuk 4), Reparatie (hoofdstuk 5.2) en buiten bedrijf stellen (hoofdstuk 6) Er moet aan onderstaande voorwaarden worden voldaan: - geïnstrueerde vakmensen, - met hydraulische vakkennis, - voor werkzaamheden aan het elektrische gedeelte van de installatie is de EN (VDE ) Gebruik van elektri- sche installaties bindend. Gevaar Bij ondeskundig uitgevoerde werkzaamheden bestaat gevaar voor persoonlijk letsel, alsmede een veiligheidsrisico bij het gebruik van de installatie, inclusief levensgevaar.

15 Pagina 15 / 37 Bedrijfshandleiding voor hydraulische installaties AB nl : Fundamentele veiligheidsaanwijzingen Waarschuwing a) Daarmee wordt bedoeld dat de - gevaren- en veiligheidsaanwijzingen op de machine, - bedrijfsinstructie, die het gedrag tijdens de werking ter voorkoming van ongevallen en en schade aan de gezondheid regelt en die door de gebruiker/ondernemer bijv. op grond van ongevallenpreventievoorschriften moet worden opgesteld, - bedrijfshandleiding, die het vakkundige, overeenkomstig de bepalingen en veilige gebruik van de hydraulische installatie garandeert, in acht moeten worden genomen. b) Hydraulische olie op basis van minerale olie is waterbedreigend en brandbaar. Deze olie mag alleen worden gebruikt wanneer het desbetreffend datablad beschikbaar is en alle daarin voorgeschreven maatregelen zijn gerealiseerd. c) De hydraulische installatie mag alleen in een technisch perfecte toestand worden gebruikt. d) Het reglementaire gebruik, de capaciteitsgegevens en gebruiksvoorwaarden mogen niet worden gewijzigd. e) Er mogen geen veiligheidsvoorzieningen/componenten buiten werking worden gesteld, bijv. door het overbruggen van eindschakelaars, ventielen en andere besturingscomponenten. f) Wanneer voor reparatiewerkzaamheden veiligheidsvoorzieningen moeten worden overbrugd, moeten van tevoren veiligheidsmaatregelen worden getroffen om te kunnen garanderen dat er geen gevaarlijke situaties kunnen ontstaan. De met voorrang geldende machinehandleiding moet in acht worden genomen. g) Wijzigingen aan de stelvoorzieningen op componenten c.q. wijzigingen aan programmeerbare besturingssystemen mogen alleen door geautoriseerd personeel worden uitgevoerd, dit in het kader van de reglementaire toepassingen van de hydraulische installatie (zie 2.3 Kwalificatie van het personeel). h) In noodgevallen, storingen of tijdens andere onregelmatigheden moet: - de hydraulische installatie onmiddellijk worden uitgeschakeld en de hoofdschakelaar tegen opnieuw inschakelen worden beveiligd - moeten onmiddellijk verantwoordelijke vakmensen worden geïnformeerd. i) De ongecontroleerde toegang van niet tot het bedrijf behorende personen tot de directe omgeving van de hydraulische installatie (ook in het geval dat de hydraulische installatie stil staat) is verboden. 2.5 Verantwoordelijkheden en plichten van de machinefabrikant/gebruiker i Waarschuwing De bedrijfshandleiding bevat niet de door gebruiker/ondernemer op te stellen interne bedrijfsaanwijzing, die het gedrag tijdens de werking ter voorkoming van gevaren ten aanzien van ongevallen, gezondheid en milieu regelt. Bosch Rexroth AG wijst erop dat de leveringsomvang uitsluitend voor het inbouwen in een machine bestemd is of met andere machines tot één machine wordt samengevoegd. Op grond daarvan is de inbedrijfstelling van de leveringsomvang verboden, totdat is vastgesteld dat de machine, waarin de leveringsomvang moet worden ingebouwd, voldoet aan de bepalingen van alle EU-richtlijnen (zie 1.7 Fabrieksverklaring). Deze bedrijfshandleiding is de basis voor de door de machinefabrikant op te stellen bedrijfshandleiding van de gehele machine. Deze bedrijfshandleiding moet door het verantwoordelijke en uitvoerende personeel gelezen, begrepen en op alle punten in acht genomen worden. De handleiding moet, in de onmiddellijke nabijheid van de hydraulische installatie, op een voor het personeel toegankelijke, bekende plaats worden bewaard en voortdurend voor iedereen beschikbaar zijn.

16 Pagina 16 / 37 AB nl : Bedrijfshandleiding voor hydraulische installaties i In Duitsland zijn hydraulische installaties, installaties die op minerale olie werken (DIN 51524; over het algemeen WGK 2), conform de wet op de waterhuishouding WHG 19 g Installatie voor de omgang met waterbedreigende stoffen. Hydrosystemen vallen in de groep van PBG-installaties (installaties voor het produceren, behandelen, gebruiken van vloeistoffen). Overeenkomstig 19 h lid 1 pag.1 nr. 2.b WHG, hoeven installaties geen geschiktheidsbewijs of typegoedkeuring te hebben wanneer de waterbedreigende stof in het systeem zit. Dit is bij hydrosystemen het geval. De bindende plichten van de gebruiker van een waterbedreigende installatie (WHG 19 i) zijn per deelstaat in de desbetreffende VawS geregeld. 2.6 Conventies Tabel 3 Gevaar Dit teken verwijst naar een dreigend gevaar, dat direct tot ernstig lichamelijk of zelfs dodelijk letsel leidt, wanneer dit niet wordt vermeden. Waarschuwing Dit teken verwijst naar een dreigend gevaar, dat tot ernstig lichamelijk of zelfs dodelijk letsel kan leiden, wanneer dit niet wordt vermeden. Voorzichtig Dit teken verwijst naar een mogelijk gevaar, dat tot licht of ernstig lichamelijk letsel c.q. materiële schade kan leiden. i Dit teken verwijst naar ondersteunende informatie. 2.7 Copyright 2003 by Bosch Rexroth AG, Industrial Hydraulics, D Lohr am Main Alle rechten voorbehouden. Het is verboden onderdelen in enigerlei vorm zonder de voorgaande toestemming van Bosch Rexroth AG, Industrial Hydraulics te reproduceren of met gebruik van elektronische systemen op te slaan, te verwerken, te vermenigvuldigingen of te verspreiden. Overtredingen verplichten tot schadevergoeding.

17 Pagina 17 / 37 Bedrijfshandleiding voor hydraulische installaties AB nl : Transport en opslag 3.1 Transport Hydraulische installaties kunnen afhankelijk van grootte en plaatselijke omstandigheden met een vorkheftruck of hefgereedschap worden getransporteerd. Voorzichtig Tijdens het transport moeten de algemene veiligheidsvoorschriften in acht worden genomen. Transporteer hydraulische installaties altijd zonder olievulling. Hydraulische installaties van Bosch Rexroth worden zonder olie geleverd. In verband met de eindcontrole in de fabriek kunnen er nog olieresten in het systeem zitten (zie voor afwijkingen Verhoogde inwendige corrosiebescherming door vullen ) Transport met vorkheftruck Gemonteerde onderdelen (componenten, buizen enz.) mogen niet met de vorkheftruck in aanraking komen. - de lepels van de vorkheftruck onder de reservoirbodem steken en - het reservoir voorzichtig optillen, erop letten dat het zwaartepunt stabiel is Transport met hefgereedschap Gemonteerde onderdelen (componenten, buizen enz.) mogen niet met de hefvoorziening in aanraking komen. - op het reservoir met transportogen moet geschikt hefgereedschap worden aangebracht, - voorzichtig optillen en erop letten dat het zwaartepunt stabiel is. (zie laadbepalingen, transportvoorzieningen aanslagmiddelen AB ).

18 Pagina 18 / 37 AB nl : Bedrijfshandleiding voor hydraulische installaties 3.2 Opslag Uittreksel uit AB : Hydroapparatuur en hydroaggregaten, richtlijn voor inwendige conservering Af fabriek aangebrachte corrosiebescherming Hydraulische installaties van Bosch Rexroth worden standaard met minerale olie HLP 68 DIN deel 2 gecontroleerd. De na de controle achterblijvende oliefilm zorgt voor een inwendige corrosiebescherming. Bij een langere opslagtijd kan als alternatief de corrosiebeschermingsolie MZ 45 worden gebruikt. Een verhoogde corrosiebescherming wordt door vullen (inwendige ruimten met beschermingsolie gevuld) gerealiseerd Uitvoeren van de inwendige conservering Overeenkomstig de in tabel 4 aangegeven waarden, wordt een inwendige conservering door proefdraaien of vullen van de hydroapparatuur of -aggregaten gerealiseerd. Proefdraaien betekent, een korte inbedrijfstelling van het met beschermingsmiddel gevulde reservoir of aggregaat, dat aansluitend weer wordt afgetapt. Alle buiskoppelingen zijn met afsluitstoppen afgesloten. Wanneer het conserveren op grond van tabel 4 door vullen moet worden uitgevoerd, wordt eerst met het desbetreffende beschermingsmiddel proefgedraaid. Het beschermingsmiddel blijft in de apparatuur en installatieonderdelen zitten. De buiskoppelingen zijn niet met afsluitpluggen of flenzen afgesloten. Er hoeft daarbij geen beschermingsmiddel in de reservoirs te blijven zitten. Hierbij is het voldoende om de eventueel op- of ingebouwde apparatuur als pompen, besturingsapparatuur en filters met de desbetreffende beschermingsvloeistoffen te vullen. Opmerking ten aanzien van de inwendige coating van de reservoirs. Reservoirs voor drukvloeistof HLP zijn met een inwendige coating (zinkcoating AB RAL 7000) tegen corrosie beschermd. Tabel 4 Opslagomstandigheden Verpakking Beschermingsmiddel Opslagtijd in maanden Opslag in droge ruimten waar de temperatuur gelijkmatig blijft Opslag in de open lucht (tegen beschadiging en binnendringen van water beschermd) zeebestendig niet zeebestendig zeebestendig niet zeebestendig Proefdraaien met beschermingsmiddel Vullen met beschermingsmiddel A A B A B A B A = minerale olie B = corrosiebeschermingsolie Bij een langere opslag, dan in tabel 4 is vastgelegd, moet de apparatuur, in het bijzonder de hydropompen, gedemonteerd en aan de binnenkant met een geschikte reinigingsvloeistof van de resten van de conserveringsolie worden ontdaan. Eventueel moeten de afdichtingen worden vervangen Opmerking ten aanzien van de uitwendige conservering De uitwendige conservering (corrosiebescherming) gebeurt door de coating conform AB Bij opslagtijden tot 6 maanden in droge ruimten waar de temperatuur gelijkmatig blijft, is als uitwendig conservering de standaard coating epoxy AB voldoende. Bij een opslagtijd die langer duur dan 6 maanden moet een dienovereenkomstige afdekcoating aanwezig zijn (zie AB ).

19 Pagina 19 / 37 Bedrijfshandleiding voor hydraulische installaties AB nl : Opmerking ten aanzien van hydroapparatuur en -aggregaten Wanneer verpakkingen voor controledoeleinden worden geopend, moeten ze ook weer zorgvuldig worden afgesloten. Bij een zeebestendige verpakking moet nieuw droogmiddel worden toegevoegd. Zie voor informatie ten aanzien van de inwendige conservering AB Inbedrijfstelling 4.1 Algemene aanwijzingen Attentie! Overeenkomstig EG-MSRL bijlage II B, is de inbedrijfstelling net zolang verboden, totdat is vastgelegd dat de machine, waarin deze machine (hydraulische installatie) moet worden ingebouwd, voldoet aan de bepalingen van alle relevante EU-richtlijnen (zie 1.7 Verklaring van de fabrikant en 2.5 Verantwoordelijkheden en plichten van de machinefabrikant/gebruiker ). Door het samenvoegen van componenten kunnen meer/andere gevaren optreden. Daarom is het absoluut noodzakelijk om ook de aanwijzingen in de bedrijfshandleiding van de gehele machine in acht nemen. Dit geldt met name voor Mechanische gevaren EN paragraaf 4.2, die door de hydraulische installatie en aandrijvingen (cilinder, motor) geïnitieerde mechanische bewegingen van de machine kunnen ontstaan Veiligheid Zie 2.4 Fundamentele veiligheidsvoorschriften Kwalificaties van het personeel De inbedrijfstelling mag alleen door geschoold en geïnstrueerd personeel met specifieke hydraulische kennis worden uitgevoerd (zie 2.3 Kwalificaties van het personeel ) Netheid Tijdens alle werkzaamheden moet een grote mate van netheid in acht worden genomen, dit omdat verontreinigingen storingen kunnen veroorzaken en invloed kunnen hebben op het veilig functioneren van de componenten. Voor het losdraaien van schroefkoppelingen en componenten moet de omgeving worden schoongemaakt. Alle openingen moeten met beschermkappen worden afgesloten, zodat er geen vuil in het systeem kan binnendringen. Tijdens het schoonmaken geen poetskatoen gebruiken Lakken Wanneer hydraulische installaties nogmaals worden gelakt, moet erop worden gelet dat elastische materialen, (afdichtingen, slangen, trillingsdemperelementen enz.), aanduidingsplaatjes, indicatoren en schaalverdelingen van meet- en regelapparatuur, alsmede de loopvlakken van cilinders en montagevlakken van ventielen en aansluitingen zijn afgedekt. 4.2 Inbedrijfstelling van hydraulische installaties waarvan de functionaliteit is gecontroleerd In- of opbouw Zichtcontrole op transportbeschadigingen en verontreinigingen Tijdens een langere opslagtijd kunnen afdichtingen broos worden en kan de corrosiebeschermingsolie verharsen (zie Uitvoeren van de inwendige conservering) Plaatsen en bevestigen van aggregaten en componenten Er dient op te worden gelet dat de noodzakelijke ruimte voor toegang, werking en reparatie alsmede bij het plaatsen en opbouwen van de componenten en de installatie, de stabiliteit en bedrijfszekerheid is gegarandeerd.

20 Pagina 20 / 37 AB nl : Bedrijfshandleiding voor hydraulische installaties Aansluiting van de hydraulische aandrijvingen De verbindingsleidingen moeten, overeenkomstig de vermogensgegevens in het schakelschema, voldoende groot zijn. De noodzakelijke nominale druk voor schroefkoppelingen ligt ten dele boven de in DIN EN ISO aangegeven waarden. Er mogen alleen componenten van fabrikanten worden gebruikt die deze hogere nominale druk garanderen. Waarschuwing De leidingen moeten voor het inbouwen worden ontdaan van vuil, walshuid, spaanders enz. In het bijzonder gelaste buizen moeten inwendig blank zijn en worden doorgespoeld. Voor het schoonmaken mag geen poetskatoen worden gebruikt. De inbouwaanwijzingen van de fabrikant van de schroefkoppelingen moeten in acht worden genomen. Geadviseerd wordt om gebruik te maken van schroefkoppelingen met een zachte afdichting op de schroefnok (buisschroefdraad ISO , metrische schroefdraad ISO ). Afdichtingsmiddellen zoals vlas en kit zijn niet toegestaan, omdat deze materialen verontreinigingen en daarmee storingen in de functionaliteit kunnen veroorzaken. Bosch Rexroth adviseert om gebruik te maken van het uitscheurbestendige buisomvormsysteem Walform AB Slangen moeten voldoen aan alle van toepassing zijnde Europese en/of internationale normen (zie Slangen). Elektrische installatie voor aandrijving en besturing na voorafgaande controle van de aansluitwaarden. Eventueel koelwater aansluiten Vullen van de installatie Tijdens het vullen van de installatie een grote mate van netheid in acht nemen! De vulplug en de sluiting op het transport- en opslagreservoir voor het openen schoonmaken. Het oliereservoir op verontreinigingen controleren en eventueel schoonmaken. Het oliereservoir vullen met de voorgeschreven of een geschikt drukvloeistof. De juiste drukvloeistof, en in het bijzonder de viscositeit daarvan, is bepalend voor een storingsvrije werking van de installatie (zie 1.4 Bedrijfs- en milieuvoorwaarden alsmede 4.3 Drukvloeistof). De drukvloeistof op de aanwezigheid van water controleren. De filterzeven op de vulplug c.q. het filterelement van filters tijdens het vullen in geen geval verwijderen. De basisverontreiniging van de toegevoegde drukvloeistof mag de maximaal toelaatbare reinheidsklasse niet overschrijden (zie Spoelen van de installatie ). Ervaringen hebben aangetoond dat nieuwe drukvloeistoffen vaak boven deze waarden liggen. In dergelijke gevallen moet de vloeistof met een speciaal filteraggregaat worden gereinigd. Advies: Om de reinheidsklasse te kunnen garanderen moet de te vullen vloeistof met een filteraggregaat worden gereinigd. Het maximale/minimale vloeistofpeil, rekening houdend met het volume in de verbindingsleidingen en verbruikers, in acht nemen Voor de inbedrijfstelling - Ventielinstellingen; bedrijfsdrukventielen (Attentie! Niet de veiligheidsventielen) en stroomventielen op zo laag mogelijke instelwaarden. Wegventielen in ruststand (zie Beveiliging tegen ontoelaatbare bedrijfsdrukken). Tegelijkertijd moeten de ingestelde waarden bij de proportionele ventielen worden gereduceerd. - Opslagreservoirs; wanneer in de hydraulische installatie opslagreservoirs zijn opgenomen, dan moeten de op de plaats van opstelling geldende voorschriften voor de inbedrijfstelling en tijdens het gebruik in acht worden genomen. Aan ieder opslagreservoir is een productspecifieke bedrijfshandleiding toegevoegd. De met het (de) opslagreservoir(s) meegeleverde documenten moeten zorgvuldig worden bewaard, daar de inspecteur deze tijdens de herhaalde inspecties nodig heeft.

21 Pagina 21 / 37 Bedrijfshandleiding voor hydraulische installaties AB nl : De opslagreservoirs overeenkomstig de opgaven in het schakelschema tot de voorgeschreven gasvoorspandruk vullen. Het vullen en meten gebeurt met een controle- en vulvoorziening (zie hiervoor Productspecifieke bedrijfshandleiding ). Attentie: Alleen stikstof als gas gebruiken! (Stikstof klasse 4.0 reinst; Nz 99,99 vol-%) Uitsluitend de gebruiker is verantwoordelijk voor de inspectie voor de inbedrijfstelling en de herhaalde inspecties. - Leidingssysteem; moet door een vakman op een veilige arbeidstoestand worden gecontroleerd. - Vullen van pompbehuizingen: bij pompen met lekolieaansluiting moet de behuizing met de drukvloeistof worden gevuld (zie ook Productspecifieke bedrijfshandleiding ) Inbedrijfstelling - Openen van kranen in de zuigleiding, indien aanwezig. - Aandrijfmotoren langzaam starten; elektromotor in de tipwerking, verbrandingsmotoren op stationair toerental. De draairichting in acht nemen. - Ontluchten van de installatie zo dicht mogelijk bij het hoogste punt van de verbruikersleidingen. Richtingsventielen activeren en de verbruikers meerdere malen in- en uitschuiven. De belasting langzaam verhogen. De ontluchting is compleet wanneer er geen olieschuim in het reservoir ontstaat, geen schoksgewijze bewegingen aan de verbruikers en geen abnormale geluiden optreden. Attentie: De hydraulische installatie op een lage druk laten werken tot het systeem volledig is ontlucht. - Het vloeistofpeil in het reservoir observeren en eventueel bijvullen. - Spoelen van de installatie Tijdens het inbouwen van de hydraulische installatie in de machine (aanvullen van componenten, leidingsystemen en aandrijvingen) moet worden gegarandeerd dat de maximaal toelaatbare reinheidsklasse conform ISO 4406 KL. 21/18/15 voor het gehele systeem niet wordt overschreden. Installaties met servoventielen = reinheidsklasse conform ISO 4406 KL. 19/16/13 moeten worden gespoeld. De servoventielen moeten door spoelplaten of wegventielen van dezelfde nominale waarde worden vervangen. De installatie moet net zolang op bedrijfstemperatuur en minimale druk draaien, tot de noodzakelijke reinheidsklasse conform ISO 4406 is bereikt (zie 1.4.4). De reinheidsklasse wordt met een deeltjesteller gemeten. De filterelementen moeten overeenkomstig de eisen worden vervangen. - Definitieve ventielinstelling en indraaien van de machine overeenkomstig de opgaven in het schakelschema c.q. de bedrijfshandleiding van de machine. De schakelingen (versnellingen, vertragingen, drukverhoging enz.) van de ventielen met schakeltijdinstelling/drempel, moeten overeenkomstig de dynamische verhoudingen worden geoptimaliseerd. - Afstelling en optimalisatie van proportionele ventielen (zie algemene bedrijfshandleiding). De productspecifieke bedrijfshandleiding moet in acht worden genomen. - Bewaking van de definitieve bedrijfstemperatuur; wanneer de machine meerdere uren volledig in bedrijf is. - Verhelpen van lekkages; verbindingsplaatsen na enkele bedrijfsuren op lekkage controleren. - Problemen tijdens de inbedrijfstelling; identieke hydraulische installaties kunnen na het inbouwen in een machine, op grond van de machinespecifieke omstandigheden (massa, snelheden, elektrische aansturing, ingestelde waarde-instellingen enz.), verschillende functionaliteit c.q. storingen veroorzaken. Voor het systematisch zoeken c.q. beperken van storingen zorgt de matrix voor Storingsoorzaken en de uitwerkingen hiervan in hydraulische installaties voor ondersteuning (zie 5.2.5).

22 Pagina 22 / 37 AB nl : Bedrijfshandleiding voor hydraulische installaties 4.3 Drukvloeistof Eisen en taken Eisen die aan de drukvloeistof worden gesteld - hydraulische olie op basis van minerale olie - dat voldoet aan de minimale eisen van DIN deel 2 - andere vloeistoffen op aanvraag Veiligheidsvoorschriften Hydraulische oliën op basis van minerale olie - zijn waterbedreigende stoffen, - zijn brandbaar (let op het vlampunt), - mogen alleen worden gebruikt, wanneer het veiligheidsdatablad van de gebruikte drukvloeistof beschikbaar is en de daarin voorgeschreven maatregelen zijn gerealiseerd Taken van de drukvloeistof - overdracht van de hydraulische energie van de pomp naar de hydraulische cilinder/-motor, - smering van over elkaar glijdende onderdelen, - corrosiebescherming, - afvoeren van verontreinigingen, - afvoeren van plaatselijk ontstane warmte Eigenschappen van hydraulische olie Deze eigenschappen van hydraulische olie worden door veroudering (chemische verandering) verminderd. De veroudering wordt versneld door: - hoge temperaturen (als vuistregel geldt, boven de 70 C verdubbelt de verouderingssnelheid zich bij een verhoging van iedere 10 C), - lucht (zuurstof), - water, - metallische katalysatoren en vuil. Er vormen zich zuren en harsachtige resten, die het vastplakken van ventielzuigers tot gevolg kunnen hebben Keuze en onderhoud van de drukvloeistof Overeenkomstig deze taken is de keuze en het onderhoud van de drukvloeistof, in relatie tot - bedrijfszekerheid, - levensduur, - economisch rendement voor een hydraulisch systeem van doorslaggevende betekenis.

TECHNISCHE HANDLEIDING

TECHNISCHE HANDLEIDING Pagina 1 van 6 Pagina 2 van 6 INHOUDSOPGAVE 1. OMSCHRIJVING... 3 2. ALGEMENE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES... 3 3. TECHNISCHE GEGEVENS... 3 4. INSTALLATIE EN BEDIENING... 3 5. ONDERHOUD... 5 6. ALGEMENE VOORWAARDEN...

Nadere informatie

Adapters en verloopmoeren van metaal

Adapters en verloopmoeren van metaal Adapters en verloopmoeren van metaal Bedieningshandleiding Extra talen www.stahl-ex.com Inhoudsopgave 1 Algemene gegevens...3 1.1 Fabrikant...3 1.2 Gegevens over de bedieningshandleiding...3 1.3 Andere

Nadere informatie

JALOUZIËN. Bedienings- en montagehandleiding

JALOUZIËN. Bedienings- en montagehandleiding Bedienings- en montagehandleiding Woord vooraf Deze handleiding geeft inzicht in de werking, de montage en het onderhoud van de door Geha bv geleverde apparaten. U dient zich tijdens plaatsing en montage

Nadere informatie

Glijringpakking RG-4 stationair, enkelwerkend

Glijringpakking RG-4 stationair, enkelwerkend Serie SCK MONTAGE- EN GEBRUIKSAANWIJZING Vertaling van de oorspronkelijke gebruiksaanwijzing Glijringpakking RG-4 stationair, enkelwerkend Bewaren voor toekomstig gebruik! Deze gebruiksaanwijzing voor

Nadere informatie

3 WEG- OMSCHAKELKLEP. Installatie- en gebruikershandleiding. voor warmtapwaterlading. USV 1" bu USV 5/4" bu USV 6/4" bi

3 WEG- OMSCHAKELKLEP. Installatie- en gebruikershandleiding. voor warmtapwaterlading. USV 1 bu USV 5/4 bu USV 6/4 bi Installatie- en gebruikershandleiding NL 3 WEG- OMSCHAKELKLEP voor warmtapwaterlading USV 1" bu USV 5/4" bu USV 6/4" bi A.u.b. eerst lezen Deze handleiding bevat belangrijke aanwijzingen voor het gebruik

Nadere informatie

Handleiding. Bij het installeren en / of samenbouwen van de apparatuur moet voor de ingebruikname alle veiligheidscomponenten zijn aangebracht.

Handleiding. Bij het installeren en / of samenbouwen van de apparatuur moet voor de ingebruikname alle veiligheidscomponenten zijn aangebracht. Woord vooraf Handleiding Het doel van deze handleiding is de gebruiker een inzicht te geven in de werking, montage en het onderhoud van de door Geha bv geleverde apparaten. Voordat u begint met de plaatsing

Nadere informatie

Tijdschakelklok. Bestnr.: 61 00 57 (groen) 61 00 58 (oranje) 61 00 82 (transparant) 61 00 83 (blauw) Omwille van het milieu 100% recyclingpapier

Tijdschakelklok. Bestnr.: 61 00 57 (groen) 61 00 58 (oranje) 61 00 82 (transparant) 61 00 83 (blauw) Omwille van het milieu 100% recyclingpapier G E B R U I K S A A N W I J Z I N G Bestnr.: 61 00 57 (groen) 61 00 58 (oranje) 61 00 82 (transparant) 61 00 83 (blauw) Tijdschakelklok Omwille van het milieu 100% recyclingpapier Impressum Alle rechten,

Nadere informatie

HANDLEIDING RO-STEAM 1000 / 2000

HANDLEIDING RO-STEAM 1000 / 2000 HANDLEIDING RO-STEAM 1000 / 2000 Waterkracht B.V. Postbus 65 7050 AB Varsseveld Tel. : +31 (0)315 25 81 81 Fax : +31 (0)315 25 81 91 E-Mail : info@waterkracht.nl Internet : www.waterkracht.nl 2 INHOUD:

Nadere informatie

Alarmsirene. Bestnr.: 75 00 08 75 00 09 75 01 36. Omwille van het milieu 100% recyclingpapier

Alarmsirene. Bestnr.: 75 00 08 75 00 09 75 01 36. Omwille van het milieu 100% recyclingpapier G E B R U I K S A A N W I J Z I N G Bestnr.: 75 00 08 75 00 09 75 01 36 Alarmsirene Omwille van het milieu 100% recyclingpapier Impressum Alle rechten, ook vertalingen, voorbehouden. Niets uit deze uitgave

Nadere informatie

Aanvullende documentatie bij montage- en technische handleiding

Aanvullende documentatie bij montage- en technische handleiding Aandrijfelektronica \ Aandrijfautomatisering \ Systeemintegratie \ Service Aanvullende documentatie bij montage- en technische handleiding Industriële tandwielkasten Rechte en haakse tandwielkasten Serie

Nadere informatie

VIESMANN. Bedieningshandleiding VITOSOL. voor de gebruiker van de installatie NL 11/2015 Bewaren a.u.b.!

VIESMANN. Bedieningshandleiding VITOSOL. voor de gebruiker van de installatie NL 11/2015 Bewaren a.u.b.! Bedieningshandleiding voor de gebruiker van de installatie VIESMANN VITOSOL 11/2015 Bewaren a.u.b. Veiligheidsvoorschriften Voor uw veiligheid Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming

Nadere informatie

VIESMANN. Bedieningsaanwijzing VITOSOL-F VITOSOL-T. voor de gebruiker van de installatie. Vlakke en vacuüm-buiscollectoren

VIESMANN. Bedieningsaanwijzing VITOSOL-F VITOSOL-T. voor de gebruiker van de installatie. Vlakke en vacuüm-buiscollectoren Bedieningsaanwijzing voor de gebruiker van de installatie VIESMANN Vlakke en vacuüm-buiscollectoren VITOSOL-F VITOSOL-T 5458 056 B/fl 3/2010 Bewaren a.u.b.! Veiligheidsaanwijzingen Voor uw veiligheid Volg

Nadere informatie

Gebruikershandleiding

Gebruikershandleiding Gebruikershandleiding Tape dispenser M-AFT Korte omschrijving: gebruikshandleiding voor het aanbrengen van tape ten behoeve van het afwerken van stoffen die gevoelig zijn voor rafelen. Speciaal aanbevolen

Nadere informatie

Gebruikershandleiding

Gebruikershandleiding Gebruikershandleiding TTV4500 HP Dryfast Kreekweg 22 NL - 3133 AZ - Vlaardingen Tel: +31-(0)10-4261410 Fax: + 31-(0)104730011 Website: www.dryfast.nl E-mail: info@dryfast.nl Dryfast Klein Siberiëstraat

Nadere informatie

GLAUNACH. A l g e m e n e H a n d l e i d i n g U i t l a a t g e l u i d d e m p e r GLAUNACH GMBH Uitgave Pag.

GLAUNACH. A l g e m e n e H a n d l e i d i n g U i t l a a t g e l u i d d e m p e r GLAUNACH GMBH Uitgave Pag. GLAUNACH A l g e m e n e H a n d l e i d i n g U i t l a a t g e l u i d d e m p e r Pag. 1 van 8 INHOUDSOPGAVE Bladzijde 1. ALGEMEEN... 3 1.1 Inleidende opmerking... 3 1.2 Toepassingsgebied... 3 2. BELANGRIJKE

Nadere informatie

Glijringpakking dubbelwerkend, overeenkomstig DIN EN 12756

Glijringpakking dubbelwerkend, overeenkomstig DIN EN 12756 Serie SCK MONTAGE- EN GEBRUIKSAANWIJZING Vertaling van de oorspronkelijke gebruiksaanwijzing Glijringpakking dubbelwerkend, overeenkomstig DIN EN 12756 Bewaren voor toekomstig gebruik! Deze gebruiksaanwijzing

Nadere informatie

Professional Supplies EIERKOOKAPPARAAT. Modelnr.: *688.107

Professional Supplies EIERKOOKAPPARAAT. Modelnr.: *688.107 Professional Supplies EIERKOOKAPPARAAT Modelnr.: *688.107 GEBRUIKSAANWIJZING Om volledig gebruik te maken van de mogelijkheden en storingen tot het minimum te beperken raden wij u aan om de gebruiksaanwijzing

Nadere informatie

Inhoud. 1. Veiligheidsinstructies

Inhoud. 1. Veiligheidsinstructies 1 2 Inhoud 1. Veiligheidsinstructies... 3 2. Gebruik volgens de voorschriften... 4 3. Omschrijving... 4 4. Toepassingstabel... 4 5. Montage... 4 5.1 Omschrijving van de onderdelen... 5 5.2 Meeneemring

Nadere informatie

Handleiding. van Trident Industrie Filter

Handleiding. van Trident Industrie Filter Handleiding van Trident Industrie Filter Tel. BE +32(0)89-238008 Tel. NL +31 (0)183-610520 Inline Industrie Filter Filter t.b.v. montage in put, tank of schacht Kontrole van Filter Kontroleer of de druk

Nadere informatie

MS Semen Storage Pro

MS Semen Storage Pro MS Semen Storage Pro 150 4508425 NL MS Semenstorage PRO 150 Gebruiksaanwijzing... 3 4508425/11-01-2016/F Inhoud MS Semen Storage Pro 150... 1 Bepalingen... 3 Introductie... 4 MS Semen Storage... 5 Aanbevelingen...

Nadere informatie

Voor de gebruiker. Gebruiksaanwijzing. allstor. Bufferboiler

Voor de gebruiker. Gebruiksaanwijzing. allstor. Bufferboiler Voor de gebruiker Gebruiksaanwijzing allstor Bufferboiler NL Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1 Aanwijzingen bij de documentatie... 3 1.1 Aanvullend geldende documenten... 3 1.2 Documenten bewaren... 3 1.3

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding. Uitbreidingsset mengklep. Veiligheidsvoorschriften. Productbeschrijving. voor de vakman

VIESMANN. Montagehandleiding. Uitbreidingsset mengklep. Veiligheidsvoorschriften. Productbeschrijving. voor de vakman Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Uitbreidingsset mengklep Open Therm voor Vitodens 100-W en 111-W Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van

Nadere informatie

Door een krachtafnemer aangedreven hydraulische systemen

Door een krachtafnemer aangedreven hydraulische systemen Algemene informatie Algemene informatie Dit document beschrijft aan welke vereisten moet worden voldaan tijdens de installatie van en andere werkzaamheden aan een hydraulisch systeem dat wordt aangedreven

Nadere informatie

Bedrijfsvoorschriften

Bedrijfsvoorschriften 1 Inhoud 2 Inleiding 2 2.1 Gebruiksdoel 2 2.2 Toepassingsgebied 2 2.3 Te ontraden gebruik 2 3 Veiligheid 2 4 Transport en opslag 2 5 Installatievoorschriften 2 5.1 Plaatsing 2 5.2 Inbouw in leidingwerk

Nadere informatie

Inbouw- en bedieningsvoorschrift EB 2183 NL. Veiligheidstemperatuurbewaking (STW) met veiligheidsthermostaat type 2403 K

Inbouw- en bedieningsvoorschrift EB 2183 NL. Veiligheidstemperatuurbewaking (STW) met veiligheidsthermostaat type 2403 K Veiligheidstemperatuurbewaking (STW) met veiligheidsthermostaat type 2403 K Veiligheidsthermostaat Regelthermostaat Fig. 1 Veiligheidstemperatuurbewaking type 2436 K/2403 K met regelthermostaat type 2430

Nadere informatie

VERLENGINGSSET / 230 V

VERLENGINGSSET / 230 V Installatie- en gebruikershandleiding NL VERLENGINGSSET / 230 V voor elektrische verbindingsleidingen tussen een duale lucht-waterwarmtepomp en de hydraulische module A.u.b. eerst lezen Deze handleiding

Nadere informatie

Gebruikershandleiding

Gebruikershandleiding Gebruikershandleiding TTV 4500 Dryfast BV Kreekweg 22 3133AZ Vlaardingen Tel: +31-(0)10-4261410 Fax: +31- (0)104730011 www.dryfast.nl E-mail: info@dryfast.nl Inhoudsopgave 1. Algemene informatie 2. Veiligheid

Nadere informatie

Handleiding aansluiten en in gebruik nemen zelfaanzuigende SHE pompen

Handleiding aansluiten en in gebruik nemen zelfaanzuigende SHE pompen Handleiding aansluiten en in gebruik nemen zelfaanzuigende SHE pompen Inhoudsopgave Inhoudsopgave 2 Inleiding 3 Uitvoering 3 Installatie 3 Vullen 5 Starten ( eerste keer) 5 Starten ( normaal gebruik) 5

Nadere informatie

Aanwijzingen bij het technisch gegevensblad, veiligheidsaanwijzingen, gekwalificeerd geschoold personeel pagina 2

Aanwijzingen bij het technisch gegevensblad, veiligheidsaanwijzingen, gekwalificeerd geschoold personeel pagina 2 Driewegsafsluiter RB.. /. Doorgangsafsluiter RB..-BK Uitgave 17-07-2002 Wijzigingen voorbehouden Inhoud Aanwijzingen bij het technisch gegevensblad, veiligheidsaanwijzingen, gekwalificeerd geschoold personeel

Nadere informatie

Typeoverzicht. R B2 nl wijzigingen voorbehouden 1

Typeoverzicht.   R B2 nl wijzigingen voorbehouden 1 Technische gegevens R30..-..-..-B2 Regelkogelkraan, 6-Weg, binnendraad Twee sequensen (koelen / verwarmen) met één aandrijving 90 waterzijdig omschakelen of modulerend regelen van verwarmings-/koelelementen

Nadere informatie

5 Bediening van een koppeling

5 Bediening van een koppeling 5. Mechanische bedieningssystemen 5 Bediening van een koppeling 5. Mechanische bedieningssystemen 5.. Werking In voertuigen met een voetbediende droge enkelvoudige platenkoppeling is een mechanisme noodzakelijk

Nadere informatie

Bestnr Module SMD- Servotester

Bestnr Module SMD- Servotester Bestnr. 19 01 51 Module SMD- Servotester Alle rechten, ook vertalingen, voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een automatische gegevensbestand, of openbaar gemaakt,

Nadere informatie

Verwarmingselement. Building Technologies Division

Verwarmingselement. Building Technologies Division 7 923 Verwarmingselement AGA63 Verwarmingselement voor toepassing op SKP... en SKL servomotoren. De AGA63 breidt het toepassing gebied uit voor de servomotoren bij lage of sterk wisselende omgevingstemperaturen.

Nadere informatie

Gebruikershandleiding

Gebruikershandleiding Gebruikershandleiding TTV/DAF2500 Dryfast Kreekweg 22 NL - 3133 AZ - Vlaardingen Tel: +31-(0)10-4261410 Fax: + 31-(0)104730011 Website: www.dryfast.nl E-mail: info@dryfast.nl Dryfast Klein Siberiëstraat

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding. Uitbreiding EA1. Veiligheidsvoorschriften. voor de vakman. Bestelnr

VIESMANN. Montagehandleiding. Uitbreiding EA1. Veiligheidsvoorschriften. voor de vakman. Bestelnr Montagehandleiding voor de vakman VIESMNN Uitbreiding E1 Bestelnr. 7429 151 Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk letsel en materiële

Nadere informatie

Halogeen lampenset. Bestnr.: 55 03 43 - wit 55 00 38 - chroom 55 00 52 - titaan. Omwille van het milieu 100% recyclingpapier

Halogeen lampenset. Bestnr.: 55 03 43 - wit 55 00 38 - chroom 55 00 52 - titaan. Omwille van het milieu 100% recyclingpapier G E B R U I K S A A N W I J Z I N G Bestnr.: 55 03 43 - wit 55 00 38 - chroom 55 00 52 - titaan Halogeen lampenset Omwille van het milieu 100% recyclingpapier Impressum Alle rechten, ook vertalingen, voorbehouden.

Nadere informatie

Lijst reserveonderdelen Tankbeluchtingsfilter BF

Lijst reserveonderdelen Tankbeluchtingsfilter BF Lijst reserveonderdelen Tankbeluchtingsfilter BF BF4 BF10 BF3 BF30 BF7 BF72 BF5 BF52 BF8 BF9 ONDERHOUD 1 ALGEMEEN Onderhoudsaanwijzingen in acht nemen! ELEMENTVERVANGING Tankbeluchtingsfilters BF 4, 10,

Nadere informatie

Tuincontactdoos met piket

Tuincontactdoos met piket NL Handleiding GS 2 DE GS 4 DE Belangrijk! Lees deze handleiding en bewaar ze. Neem de veiligheidsaanwijzingen in acht. Inhoudsopgave pagina 1 Inleiding... 29 2 Leveringsomvang... 29 3 Conform gebruik...

Nadere informatie

Typeoverzicht. Technische gegevens

Typeoverzicht. Technische gegevens Technische gegevens Voor gesloten koud- en warmwatersystemen voor waterzijdige vaste regeling in luchtbehandelings- en verwarmingsinstallaties Klikmontage van de aandrijving. overzicht DN [ ] Vnom [ l/h]

Nadere informatie

Bestnr H-TRONIC 8-kanaals zender

Bestnr H-TRONIC 8-kanaals zender Bestnr. 61 81 00 H-TRONIC 8-kanaals zender Alle rechten, ook vertalingen, voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een automatische gegevensbestand, of openbaar gemaakt,

Nadere informatie

Montage- en gebruiksaanwijzing

Montage- en gebruiksaanwijzing Montage en gebruiksaanwijzing Cooper Safety BV Postbus 3397 4800 DJ Breda Nederland Tel. +31 (0)76 750 53 00 Fax +31 (0)76 587 14 22 www.coopersafety.nl Pagina 1 1. Algemene opmerkingen 1.1 Korte beschrijving

Nadere informatie

Installatie en bedieningsvoorschriften

Installatie en bedieningsvoorschriften Installatie en bedieningsvoorschriften Luchtbehandelingskast KG / KGW in ATEX-uitvoering voor Ex-toepassing Belangrijke informatie voor de gebruiker (Vertaling van het orgineel) Wolf GmbH Postfach 1380

Nadere informatie

Gebruikershandleiding

Gebruikershandleiding Gebruikershandleiding TTV4500 Dryfast Kreekweg 22 NL - 3133 AZ - Vlaardingen Tel: +31-(0)10-4261410 Fax: + 31-(0)104730011 Website: www.dryfast.nl E-mail: info@dryfast.nl Dryfast Noorderlaan 111, bus 10

Nadere informatie

Spanningsomvormermodule

Spanningsomvormermodule Bestnr. 19 13 96 Spanningsomvormermodule Alle rechten, ook vertalingen, voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een automatische gegevensbestand, of openbaar gemaakt,

Nadere informatie

Bedieningshandleiding

Bedieningshandleiding Bedieningshandleiding Sluitdop > Inhoudsopgave 1 Inhoudsopgave 1 Inhoudsopgave...2 2 Algemene gegevens...2 3 Symbolen...2 4 Veiligheidsaanwijzingen...3 5 Normconformiteit...3 6 Functie...3 7 Technische

Nadere informatie

Bedieningsvoorschriften

Bedieningsvoorschriften 6300 5517 05/2000 NL Voor de gebruiker Bedieningsvoorschriften Gasgestookte verwarmingsketel Logano G334 / G334 Duo Zorgvuldig lezen alvorens het apparaat te gebruiken Voorwoord Geachte klant, De Buderus

Nadere informatie

Gebruiks- en onderhoudsaanwijzing- NL

Gebruiks- en onderhoudsaanwijzing- NL Elektrische Infrarood Verwarming Model 93485 Gebruiks- en onderhoudsaanwijzing- NL 1 Algemene veiligheidsinstructies LEES DE GEBRUIKSAANWIJZING Alvorens de radiateur in bedrijf te nemen, moet u deze gebruiks

Nadere informatie

VEILIGHEID EN CORRECT GEBRUIK

VEILIGHEID EN CORRECT GEBRUIK INSTALLATIE INSTRUCTIES 12-2015 VEILIGHEID EN CORRECT GEBRUIK Om veiligheid en een lange levensduur van dit product te garanderen, zal u de bijgesloten instructies strikt in acht moeten nemen. Uw garantie

Nadere informatie

Installatie en bedieningsvoorschriften

Installatie en bedieningsvoorschriften Installatie en bedieningsvoorschriften Luchtbehandelingskast KG / KGW in ATEX-uitvoering voor Ex-toepassing Belangrijke informatie voor de gebruiker Wolf GmbH Postfach 1380 84048 Mainburg Tel. 08751/74-0

Nadere informatie

Bestnr Toerentalregelaar voor ventilator

Bestnr Toerentalregelaar voor ventilator Bestnr. 53 73 73 Toerentalregelaar voor ventilator Alle rechten, ook vertalingen, voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een automatische gegevensbestand, of openbaar

Nadere informatie

VIESMANN. Bedieningshandleiding VITOSOL. voor de gebruiker van de installatie NL 3/2009 Bewaren a.u.b.!

VIESMANN. Bedieningshandleiding VITOSOL. voor de gebruiker van de installatie NL 3/2009 Bewaren a.u.b.! Bedieningshandleiding voor de gebruiker van de installatie VIESMANN VITOSOL 3/2009 Bewaren a.u.b.! Veiligheidsvoorschriften Voor uw veiligheid Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding. Uitbreiding AM1. Veiligheidsvoorschriften. voor de vakman. Bestelnr

VIESMANN. Montagehandleiding. Uitbreiding AM1. Veiligheidsvoorschriften. voor de vakman. Bestelnr Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Uitbreiding AM1 Bestelnr. 7429 152 Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk letsel en materiële

Nadere informatie

Altijd aan uw zijde. Gebruiksaanwijzing WE 70 BM. BEnl

Altijd aan uw zijde. Gebruiksaanwijzing WE 70 BM. BEnl Altijd aan uw zijde Gebruiksaanwijzing WE 70 BM BEnl Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1 Veiligheid... 3 1.1 Waarschuwingen bij handelingen... 3 1.2 Reglementair gebruik... 3 1.3 Algemene veiligheidsinstructies...

Nadere informatie

Installatie & Onderhouds Instructies WARNER-LT 03/11

Installatie & Onderhouds Instructies WARNER-LT 03/11 Installatie & Onderhouds Instructies WARNER-LT Condensaat management waarschuwingssysteem ALGEMENE WERKING 03/11 De WARNER-LT is een condensaat management waarschuwingssysteem. Condensaat management speelt

Nadere informatie

Auto adapter voor kleine apparaten 120 W

Auto adapter voor kleine apparaten 120 W Versie 02/04 Bestnr. 51 05 10 Auto adapter voor kleine apparaten 120 W Alle rechten, ook vertalingen, voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een automatische gegevensbestand,

Nadere informatie

D-LUX. Veiligheid. Onderbreek de stroomtoevoer alvorens dit product te installeren of onderhouden!

D-LUX. Veiligheid. Onderbreek de stroomtoevoer alvorens dit product te installeren of onderhouden! D-LUX Versie: 0307 INHOUDSOPGAVE Pagina 1 Algemene Veiligheids Instructies Pagina 2 Installatie Instructies (deel 1 van 3) Pagina 3 Installatie Instructies (deel 2 van 3) Pagina 4 Installatie Instructies

Nadere informatie

VOLTCRAFT Schakelnetvoeding 5-24V / 5A

VOLTCRAFT Schakelnetvoeding 5-24V / 5A Versie 11/03 Bestnr. 51 05 00 VOLTCRAFT Schakelnetvoeding 5-24V / 5A Alle rechten, ook vertalingen, voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een automatische gegevensbestand,

Nadere informatie

VIESMANN. Bedieningshandleiding VITOSOL-F VITOSOL-T. voor de gebruiker van de installatie. Vlakke plaatcollectoren en vacuümbuiscollectoren

VIESMANN. Bedieningshandleiding VITOSOL-F VITOSOL-T. voor de gebruiker van de installatie. Vlakke plaatcollectoren en vacuümbuiscollectoren Bedieningshandleiding voor de gebruiker van de installatie VIESMANN Vlakke plaatcollectoren en vacuümbuiscollectoren VITOSOL-F VITOSOL-T 3/2010 Bewaren a.u.b.! Veiligheidsvoorschriften Voor uw veiligheid

Nadere informatie

Viega Smartpress 05.1/2017

Viega Smartpress 05.1/2017 Viega Smartpress 05.1/2017 NL 573188 / www.viega.com Doelgroepen De informatie in deze gebruiksaanwijzing is bedoeld voor verwarmings- en sanitairinstallateurs resp. voor geïnstrueerd technisch personeel.

Nadere informatie

Compressor H V CE

Compressor H V CE GebruikershandleidingError! Compressor H1100 400V CE Deze compressor is specifiek ontworpen om te gebruiken in combinatie met spackspuit MC3V 400V 80L Roza of MC4V 400V 90L Inhoudsopgave Inleiding... 3

Nadere informatie

VEILIGHEIDSINSTRUCTIES Bedrijf transport onderhoud

VEILIGHEIDSINSTRUCTIES Bedrijf transport onderhoud INHOUDSOPGAVE 1.0 Veiligheidsinstructies 1.1 Fundamentele verplichtingen 1.2 Milieubescherming 1.3 Bijzondere gevarensoorten en persoonlijke beschermmiddelen 2.0 Transport 2.1 Leveringsomvang 2.2 Transport

Nadere informatie

GASTRO BUFFET - SALADEBAR GEBRUIKSAANWIJZING EN ONDERHOUDSHANDLEIDING

GASTRO BUFFET - SALADEBAR GEBRUIKSAANWIJZING EN ONDERHOUDSHANDLEIDING GASTRO BUFFET - SALADEBAR GEBRUIKSAANWIJZING EN ONDERHOUDSHANDLEIDING SBM3 / 125.505 SBM4 / 125.510 SBM6 / 125.520 INHOUDSOPGAVE 1. DOEL en BEREIK 2. AANSPRAKELIJKHEID 3. AANWIJZINGEN 4. BASISEIGENSCHAPPEN

Nadere informatie

Bedieningshandleiding

Bedieningshandleiding NL Bedieningshandleiding Bedieningselement Multi Control MC04 1 Overzicht bedieningselement 1 Symbool Snelverwarmfunctie 2 Symbool Ventileren 3 Draaiknop (temperatuur/ventilator) 4 Bedrijfsweergave/foutcodeweergave/serviceweergave

Nadere informatie

HANDLEIDING Voor hydraulische aggregaten

HANDLEIDING Voor hydraulische aggregaten HANDLEIDING Voor hydraulische aggregaten 2 Inhoudsopgave Waarschuwingen... 2 Het gebruik... 3 Algemeen... 3 Plaatsing van het aggregaat...3-5 Demontage van het aggregaat... 6 Transport... 6 Voorafgaand

Nadere informatie

MACHINEVEILIGHEID ALGEMEEN

MACHINEVEILIGHEID ALGEMEEN MACHINEVEILIGHEID ALGEMEEN Het werken met machines, apparaten, gereedschappen en installaties (hierna te noemen: machines) kan gevaren veroorzaken. Machines kunnen gevaarlijk zijn of gevaarlijk worden

Nadere informatie

RLB-1000.INOX/ALU USER MANUAL

RLB-1000.INOX/ALU USER MANUAL ROLLENBAAN RLB-1000.INOX/ALU USER MANUAL NL ROLLENBAAN handleiding VOORWOORD Deze gebruiksaanwijzing is opgesteld door FT Solutions bvba en heeft tot doel om u zo goed mogelijk te helpen zo veilig en doeltreffend

Nadere informatie

Temperatuurregelaar zonder hulpenergie Model 43 Temperatuurregelaar type 43-1 type 43-2

Temperatuurregelaar zonder hulpenergie Model 43 Temperatuurregelaar type 43-1 type 43-2 Temperatuurregelaar zonder hulpenergie Model 43 Temperatuurregelaar type 43-1 type 43-2 Toepassing Regelaar voor stadsverwarmingsinstallaties, warmtegeneratoren, warmtewisselaars en andere huistechnische

Nadere informatie

HANDLEIDING. Sesame. Thermoplastic Tank Technologies

HANDLEIDING. Sesame. Thermoplastic Tank Technologies HANDLEIDING Sesame Thermoplastic Tank Technologies INSTALLATIE- EN GEBRUIKSAANWIJZING INHOUD 1. ALGEMEEN 3 2. BELANGRIJK 3 3. INSTALLATIE EXPANSIEVAT 4 4. GEBRUIK EXPANSIEVAT 5 5. VERVANGEN LUCHTCEL 5

Nadere informatie

VOLTCRAFT Universele laptop Netvoeding SPS2406

VOLTCRAFT Universele laptop Netvoeding SPS2406 Versie 04/04 Bestnr. 51 05 11 VOLTCRAFT Universele laptop Netvoeding SPS2406 Alle rechten, ook vertalingen, voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een automatische

Nadere informatie

Bestnr. 11 01 73. Zonne-energie laadregelaar 12 V / 24 V 4A met diepontladingsbeveiliging

Bestnr. 11 01 73. Zonne-energie laadregelaar 12 V / 24 V 4A met diepontladingsbeveiliging Bestnr. 11 01 73 Zonne-energie laadregelaar 12 V / 24 V 4A met diepontladingsbeveiliging Belangrijk! Beslist lezen! Deze gebruiksaanwijzing is een integraal onderdeel van dit product. Er staan belangrijke

Nadere informatie

VIESMANN. Bedieningshandleiding VITOVOLT 200. voor de gebruiker van de installatie NL 11/2016 Bewaren a.u.b.!

VIESMANN. Bedieningshandleiding VITOVOLT 200. voor de gebruiker van de installatie NL 11/2016 Bewaren a.u.b.! Bedieningshandleiding voor de gebruiker van de installatie VIESMANN VITOVOLT 200 11/2016 Bewaren a.u.b.! Veiligheidsvoorschriften Voor uw veiligheid Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter

Nadere informatie

Handleiding. UT 16A en UT 18A Afzuigboxen

Handleiding. UT 16A en UT 18A Afzuigboxen Handleiding UT 16A en UT 18A Afzuigboxen Inhoudsopgave Montage en ingebruikname...3 Storing en reparatie...4 Garantie...5 Conformiteitverklaring...6 Montage en ingebruikname Controleer alle onderdelen

Nadere informatie

Montage-, gebruiks- en onderhoudsaanwijzing voor. Jola-contactbeschermrelais KR 5/Ex I (M1) / II (1) GD [Ex ia Ma] I [Ex ia Ga] IIC [Ex ia Da] IIIC

Montage-, gebruiks- en onderhoudsaanwijzing voor. Jola-contactbeschermrelais KR 5/Ex I (M1) / II (1) GD [Ex ia Ma] I [Ex ia Ga] IIC [Ex ia Da] IIIC Montage-, gebruiks- en onderhoudsaanwijzing 1/6 Montage-, gebruiks- en onderhoudsaanwijzing Jola-contactbeschermrelais KR 5/Ex I (M1) / II (1) GD [Ex ia Ma] I [Ex ia Ga] IIC [Ex ia Da] IIIC Deze montage-,

Nadere informatie

VIESMANN. Gebruikershandleiding VITOSOL. voor de gebruiker van de installatie NL 4/2007 Bewaren a.u.b.!

VIESMANN. Gebruikershandleiding VITOSOL. voor de gebruiker van de installatie NL 4/2007 Bewaren a.u.b.! Gebruikershandleiding voor de gebruiker van de installatie VIESMANN VITOSOL 4/2007 Bewaren a.u.b.! Veiligheidsvoorschriften Voor uw veiligheid Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming

Nadere informatie

VIESMANN. Servicehandleiding VITOCELL 100-H. voor de vakman. Vitocell 100-H type CHA Warmwaterboiler, 130 tot 200 liter

VIESMANN. Servicehandleiding VITOCELL 100-H. voor de vakman. Vitocell 100-H type CHA Warmwaterboiler, 130 tot 200 liter Servicehandleiding voor de vakman VIESMANN Vitocell 100-H type CHA Warmwaterboiler, 130 tot 200 liter Geldigheidsverwijzing zie laatste pagina VITOCELL 100-H 3/2012 Bewaren a.u.b.! Veiligheidsvoorschriften

Nadere informatie

Model 42 Verschildrukregelaar (sluitend) Type type Type A type A Type B type B

Model 42 Verschildrukregelaar (sluitend) Type type Type A type A Type B type B Model 42 Verschildrukregelaar (sluitend) Type 42-14 type 42-18 Type 42-24 A type 42-28 A Type 42-24 B type 42-28 B Type 42-24 A Type 42-28 A figuur 1 Verschildrukregelaar 1. Constructie en werking De verschildrukregelaar

Nadere informatie

HANDLEIDING voor hydraulische aggregaten

HANDLEIDING voor hydraulische aggregaten HANDLEIDING voor hydraulische aggregaten Inhoudsopgave Waarschuwingen... 2 Het gebruik... 3 Algemeen... 3 Plaatsing van het aggregaat... 3 Demontage van het aggregaat... 4 Transport... 4 Voorafgaand aan

Nadere informatie

Gebruiksaanwijzing Vloeistof stand kachels BINAR-5S BINAR-5S diesel BINAR-5S.24 diesel

Gebruiksaanwijzing Vloeistof stand kachels BINAR-5S BINAR-5S diesel BINAR-5S.24 diesel NL Gebruiksaanwijzing Vloeistof stand kachels BINAR-5S BINAR-5S diesel BINAR-5S.24 diesel 1 Beste klanten, Bedankt voor uw keuze! We hebben alles gedaan om te zorgen dat dit product voldoet aan uw eisen

Nadere informatie

Origineel vervangende onderdelen

Origineel vervangende onderdelen Voordelige alternatieven voor de meest uiteenlopende automerken! Bijzonder interessant en toepasbaar op de meest voorkomende voertuigen binnen het reguliere wagenpark. WAECO is een van de leidende leveranciers

Nadere informatie

Heteluchtkanon HP18 / HP 30 / HP 45 RVS BEDRIJFSVOORSCHRIFTEN

Heteluchtkanon HP18 / HP 30 / HP 45 RVS BEDRIJFSVOORSCHRIFTEN Heteluchtkanon HP18 / HP 30 / HP 45 RVS BEDRIJFSVOORSCHRIFTEN 1G:\002 Leverancier\030 Producten\005 Onderhoudsinstructies\TECHNISCHE GEGEVENS EN ONDERDELEN BOEKJES\BEDRIJFSVOORSCHRIFTEN Belangrijk Alvorens

Nadere informatie

Smoorkleppen PN6, PN10, PN16

Smoorkleppen PN6, PN10, PN16 4 131o Smoorkleppen PN6, PN10, PN16 VKF41... Smoorkleppen, gemonteerd tussen flenzen nominale druktrappen PN6, PN10, PN16 gietijzer GG-20 / GG-25 afdichting metaal op metaal DN40... DN200 k vs 50... 4

Nadere informatie

INSTRUCTIEBOEKJE HG800P / HG1200R. hydrofoorgroepen

INSTRUCTIEBOEKJE HG800P / HG1200R. hydrofoorgroepen INSTRUCTIEBOEKJE HG800P / HG1200R hydrofoorgroepen 2 Hartelijk dank! Hartelijk dank dat u voor een EUROM HG hydrofoorgroep gekozen hebt. U hebt daarmee een goede keus gemaakt! Wij hopen dat hij tot uw

Nadere informatie

Veiligheid afwasautomaat 4. Vereisten installatie 5. Instructies installatie 7

Veiligheid afwasautomaat 4. Vereisten installatie 5. Instructies installatie 7 Montageinstructies Veiligheid afwasautomaat 4 Vereisten installatie 5 Instructies installatie 7 Veiligheid afwasautomaat De veiligheid van uzelf en van andere personen is erg belangrijk. We hebben een

Nadere informatie

OLIEKOELERS OLIE/WATERKOELERS THERMOSTATEN BGB

OLIEKOELERS OLIE/WATERKOELERS THERMOSTATEN BGB OLIEKOELERS OLIE/WATERKOELERS THERMOSTATEN BGB TECHNISCHE HANDELSONDERNEMING BREEDVELD & WEAVER HYDRAULISCHE APPARATUUR G. STEPHENSONWEG KJ VLAARDINGEN N E D E R L A N D TEL 0- www.breedveld-weaver.nl

Nadere informatie

Moeller schakelschemaboek 02/05. Nokkenschakelaar

Moeller schakelschemaboek 02/05. Nokkenschakelaar Moeller schakelschemaboek / Blz. Overzicht - AAN-UIT schakelaar, hoofdschakelaar, werkschakelaar - Omschakelaar, omkeerschakelaar - (Omkeer-) sterdriekhoekschakelaar - Poolomschakelaar - Vergrendelingsschakelingen

Nadere informatie

GEBRUIKSAANWIJZING WAND AFZUIGKAPPEN

GEBRUIKSAANWIJZING WAND AFZUIGKAPPEN GEBRUIKSAANWIJZING WAND AFZUIGKAPPEN 2 GARANTIE Op het apparaat is 24 maanden garantie vanaf koopdatum. Uitgesloten van garantie zijn: verlichting, schade en gevolgschade ontstaan door een gebrekkig gemonteerde

Nadere informatie

Veiligheidsafsluitventiel met drukreduceer Type Fig. 1 Type Inbouw- en bedieningsvoorschrift EB NL

Veiligheidsafsluitventiel met drukreduceer Type Fig. 1 Type Inbouw- en bedieningsvoorschrift EB NL Veiligheidsafsluitventiel met drukreduceer Type 33-1 Fig. 1 Type 33-1 Inbouw- en bedieningsvoorschrift EB 2551-1NL Uitgave juni 1999 Constructie en werking 1. Constructie en werking Het drukreduceer bestaat

Nadere informatie

aanvullende gebruikers handleiding AQUA Plus Versie 131010 - 1 -

aanvullende gebruikers handleiding AQUA Plus Versie 131010 - 1 - aanvullende gebruikers handleiding AQUA Plus Versie 131010-1 - AANVULLENDE HANDLEIDING AQUA PLUS Deze handleiding is uitsluitend ter aanvulling van de handleiding van de Altech Eclips (papieren of DVD

Nadere informatie

Gebruikershandleiding Festec FNS hydraulische moerensplijter

Gebruikershandleiding Festec FNS hydraulische moerensplijter 1 1.0 Ontvangstcontrole Controleer alle onderdelen op transportschade. Indien er sprake is van transportschade waarschuw dan onmiddellijk de vervoerder. Transportschade valt niet onder de garantie. De

Nadere informatie

Bedieningshandleiding Veiligheidsdeurgreepsysteem STS Over dit document. Inhoudsopgave

Bedieningshandleiding Veiligheidsdeurgreepsysteem STS Over dit document. Inhoudsopgave 1. Over dit document.......... Pagina 1 tot 6 Vertaling van de originele bedieningshandleiding 1.1 Functie Deze bedieningshandleiding geeft u de benodigde informatie voor de montage, inbedrijfneming, veilige

Nadere informatie

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding. Uitbreidingsmodule EM201. Veiligheidsvoorschriften. Aansprakelijkheid. voor de vakman

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding. Uitbreidingsmodule EM201. Veiligheidsvoorschriften. Aansprakelijkheid. voor de vakman Montage- en servicehandleiding voor de vakman VIESMANN Uitbreidingsmodule EM201 voor Vitocom 200, type GP3 en LAN2 Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming

Nadere informatie