Stal Aantal Diercategorie / Stalsysteem

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Stal Aantal Diercategorie / Stalsysteem"

Transcriptie

1 Aanvraag NH3 Max NH3 OU PM10 BBT Aanvrager De heer R. Jannink , , , ,00 Ja Locatie Slaghekkenweg 14, 14a en 14b Intern kenmerk: vooroverleg Stal Aantal Diercategorie / Stalsysteem NH3 Max NH3 OU PM10 BBT Hoofdgroep Rundvee Diercategorie vleeskalveren tot 8 maanden ,00 300, , ,00 Ja Stalsysteem A overige huisvestingssystemen Hoofdgroep Kippen Diercategorie (groot-)ouderdieren van vleeskuikens in opfok; jonger dan 19 weken Stalsysteem E stal met luchtmengsysteem voor droging strooisellaag in combinatie met een 3.950, , , ,00 Ja warmtewisselaar (BWL V2) Onderliggend systeem Hoofdgroep Kippen Diercategorie (groot-)ouderdieren van vleeskuikens in opfok; jonger dan 19 weken Stalsysteem E stal met luchtmengsysteem voor droging strooisellaag in combinatie met een 3.950, , , ,00 warmtewisselaar (BWL V2) Onderliggend systeem Hoofdgroep E stal met luchtmengsysteem voor droging strooisellaag in combinatie met een warmtewisselaar (BWL V2) Rundvee Ja Diercategorie vleeskalveren tot 8 maanden , , ,00 Stalsysteem A overige huisvestingssystemen ,00 Ja Hoofdgroep Paarden 6 Diercategorie 3 volwassen paarden (3 jaar en ouder) 8 Stalsysteem K 1 - volwassen paarden (3 jaar en ouder) 8 15,00 15, Ja Hoofdgroep Rundvee Diercategorie vleeskalveren tot 8 maanden ,00 800, , ,00 Ja Stalsysteem A overige huisvestingssystemen Hoofdgroep Rundvee Diercategorie vleeskalveren tot 8 maanden ,00 250, , ,00 Ja Stalsysteem A overige huisvestingssystemen Hoofdgroep Kippen Diercategorie (groot-)ouderdieren van vleeskuikens in opfok; jonger dan 19 weken Stalsysteem E stal met luchtmengsysteem voor droging strooisellaag in combinatie met een 1.556, , ,00 warmtewisselaar (BWL V2) Onderliggend systeem E stal met luchtmengsysteem voor droging strooisellaag in combinatie met een warmtewisselaar (BWL V2) ,00 Ja RAV 18 oktober 2011 RGV 18 oktober 2011 Fijnstof maart 2011

2 13.2 BESLUIT HUISVESTING AMMONIAK EN VEEHOUDERIJ Onderhavige situatie is uitgewerkt in de MER. De aangevraagde situatie komt overeen met het omschreven voorkeursalternatief uit de MER. Het voorkeursalternatief uit de toegevoegde MER is qua opzet volledig identiek aan onderhavige aangevraagde situatie. Echter in de aangevraagde situati is het plan minder omvangrijk dan omschreven in het voorkeursalternatief. Het is dan ook correct om de onderbouwing van het voorkeursalternatief te interpreteren als zijnde een worst-case senario voor de aangevraagde situatie. Deze toelichting is nader uitgewerkt in de passende beoordeling behorende bij de MER. Bijlagen aanvraag omgevingsvergunning activiteit milieu 22

3 Initiatiefnemer R. Jannink, Slaghekkenweg 14B,7497 NB Bentelo, Locatie Slaghekkenweg 14+14a+14B,7497 NB Bentelo Vigerende vergunning Adviseur Dhr. H. Bruggink, Projectleider Bedrijfsontwikkeling, De bestaande vergunning voldoet niet aan het besluit Huisvesting emissie nr stal punt RAV code* GL nr omschrijving GL diersoort # dieren kg NH3 / dier* Oue / dier** totaal NH3 totaal Oue fijnstof / dier*** totaal ventileren werkelijk m3 totaal fijnstof (g/s) a overige huisvestingssystemen permanent opstallen Melkkoeien ,00028 a 3 vrouwelijk jongvee tot 2 jaar Jongvee 48 3, , ,00006 a overige huisvestingssystemen vleeskalveren tot 8 mnd 10 2,5 35, ,00001 a 6 vleesstieren en overig vleesvee van 6 tot 24 mnd (roodvlees productie) vleesstieren en overig vleesvee van 6 tot 24 mnd 30 7,2 35, ,00016 d overige huisvestingssystemen Vleesvarkens 650 2, ,00315 e Overige huisvestings-systemen (groot-)ouderdieren van vleeskuikens in opfok;< 19 weken ,25 0, , ,00958 k 1 volwassen paarden (3 jaar en ouder) Paarden ,00000 * De vermelde codes en normen zijn genomen uit de Regeling ammoniak en veehouderij, laatst gewijzigd 11 februari ** De vermelde normen zijjn genomen uit de Regeling geurhinder en veehouderij, laatst gewijzigd 29 juni 2010 TOTAAL 6013, ,2 0, *** De vermelde normen komen uit de door VROM gepubliceerde lijst Emissiefactoren fijn stof voor veehouderij, laatst gewijzgd maart 2011.

4 13.2 BESLUIT HUISVESTING AMMONIAK EN VEEHOUDERIJ Onderhavige situatie is uitgewerkt in de MER. De aangevraagde situatie komt overeen met het omschreven voorkeursalternatief uit de MER. Het voorkeursalternatief uit de toegevoegde MER is qua opzet volledig identiek aan onderhavige aangevraagde situatie. Echter in de aangevraagde situati is het plan minder omvangrijk dan omschreven in het voorkeursalternatief. Het is dan ook correct om de onderbouwing van het voorkeursalternatief te interpreteren als zijnde een worst-case senario voor de aangevraagde situatie. Deze toelichting is nader uitgewerkt in de passende beoordeling behorende bij de MER. INTERN SALDEREN De totale vigerende ammoniakemissie bij toepassing van BBT op bedrijfsniveau bedraagt: De totale ammoniakemissie bij toepassing van BBT op bedrijfsniveau kan in de mogelijke situatie 5208,20 kg ,30 kg bedragen. De beschermde ammoniakemissie waarover niet de strengere eis van BBT+ of BBT++ kan worden gesteld bedraagt: 5208,20 kg. BBT+ Over de volgende ammoniakemissie kan de eis van BBT+ worden gesteld: Als deze ammoniak emissie uitgevoerd zal worden volgens BBT+ zal de ammoniak emissie 4791,80 kg. 4791,80 kg bedragen. BBT++ Over de volgende ammoniakemissie kan de eis van BBT++ worden gesteld: 1921,30 kg. Als deze ammoniak emissie uitgevoerd zal worden volgens BBT++ zal de ammoniak emissie 1921,30 kg bedragen. Het maximale plafond om te voldoen aan het principe INTERNE SALDERING. De beschermde ammoniakemissie: Ammoniak emissie uitgevoerd volgens BBT+ eis: 5208,20 kg. 4791,80 kg. Ammoniak emissie uitgevoerd volgens BBT++ eis: 1921,30 kg. + Totale plafond om te voldoen aan het principe Intern Salderen bedraagt: 11921,30 kg. De totale ammoniakemissie in de mogelijke situatie bedraagt: 11921,30 kg. De mogelijke situatie voldoet aan het besluit huisvesting ammoniak en veehouderij. Bijlagen aanvraag omgevingsvergunning activiteit milieu 22

5

6

7

8

9

10

11

12

13

14

15

16

17

18

19

20

21

22

23

24

25

26

27

28

29

30

31

32

33

34

35

36

37

38

39

40

41

42

43

44

45

46

47

48

49 Nummer systeem Naam systeem Diercategorie BWL V3 Systeembeschrijving van Oktober 2012 Vervangt Stal met luchtmengsysteem voor droging strooisellaag in combinatie met een warmtewisselaar Vleeskuikens, (groot-) ouderdieren van vleeskuikens in opfok, ouderdieren van vleeskalkoenen in opfok tot 6 weken en 6 tot 30 weken en vleeskalkoenen Systeembeschrijving BWL V1 van februari 2011 en BWL V2 van oktober 2011 Werkingsprincipe Ammoniakemissiebeperking is gebaseerd op het drogen en verwarmen van de mest-/strooisellaag door middel van een onderhoudsvriendelijke warmtewisselaar hetzij met continu draaiende circulatieventilatoren of een in hoogte verstelbaar verdelersysteem met buizen op dierniveau. De wisselaar zorgt ervoor dat er warme ventilatielucht vanuit de stal verse lucht opwarmt via één of meer warmtewisselaar(s). De opgewarmde verse ventilatielucht wordt boven in de stal in 1 of 2 richtingen uitgeblazen. Vervolgens wordt deze lucht door circulatieventilatoren vermengd met warme lucht bovenin de stal en naar één of beide staluiteinden gestuwd. Via de topgevelwand(en) wordt de lucht terug over de strooisellaag geleid. Bij gebruik van verdeelbuizen wordt de opgewarmde verse ventilatielucht via een in hoogte verstelbaar verdelersysteem gelijkmatig over de strooisellaag geleid. Door het mengen van de stallucht wordt een gelijkmatige temperatuur in de gehele stal bereikt. De mest/strooisellaag wordt gedroogd en de kooldioxide (CO 2) wordt bij de dieren verdreven. DE TECHNISCHE UITVOERING VAN HET SYSTEEM; BOUWKUNDIG Onderdeel Uitvoeringseis 1 Stalvloeruitvoering De totale stalvloerconstructie inclusief eventueel onderliggende zandlaag moet een warmteweerstand (Rc-waarde) hebben van minimaal 0,5. DE TECHNISCHE UITVOERING VAN HET SYSTEEM; TECHNISCHE VOORZIENINGEN Onderdeel Uitvoeringseis 2 Huisvestingsvorm Volledig strooiselvloer 3 Drinkwater Drinkwatervoorziening voorzien van antimorssysteem 4a Verwarmings- en luchtcirculatiesysteem Er moet sprake zijn van minimaal één warmtewisselaar die verse lucht opwarmt, voor één of twee stallen. Deze lucht wordt met circulatieventilatoren vermengd met in de nok van de stal aanwezige warme lucht of via een in hoogte verstelbaar verdelersysteem gelijkmatig over het strooisel geleid. Er dient aanvullende verwarming aanwezig te zijn om de gewenste staltemperatuur te bereiken. Dit kan zowel in de stal als bij de warmtewisselaar. 4b Warmtewisselaar Warmtewisselaar(s) staat(n) buiten naast de stal opgesteld. De warmtewisselaar warmt vers binnenkomende ventilatielucht op alvorens deze in de stal komt. Het thermische rendement van de wisselaar is minimaal 70% bij warmtevraag op basis van: ( T inblaas T buiten ) x 100% (T = temperatuur) T afzuig T buiten 4c 4d 4e Bij toepassing circulatieventilatoren De minimaal geïnstalleerde capaciteit van de warmtewisselaar(s) bedraagt 0,35 m 3 per dierplaats per uur (of minimaal 8 m 3 per m 2 staloppervlak). De capaciteit is regelbaar met frequentieregelaars. De lucht dient in de nok van de stal te worden uitgeblazen. De circulatieventilatoren worden bovenin de nok van de stal geplaatst op een

50 onderlinge afstand van maximaal 20 meter en op maximaal 1,5 meter onder de nok van de stal. Deze circulatieventilatoren houden continu de luchtbeweging in de stal op gang. 4f De minimale ventilatorcapaciteit van de circulatieventilatoren is minimaal 20 m 3 per m 2 staloppervlak. 4g Bij toepassing buizen Bij gebruik van verdeelbuizen dient de lucht over de gehele lengte van de stal op dierniveau te worden verdeeld. 4h 4i De lucht dient via minimaal twee rijen in de lengte richting opgehangen horizontaal in hoogte verstelbare buizen verdeeld te worden. In de breedte van de stal is sprake van een evenredige verdeling van de buizen Het aantal buizen is volgens opgave leverancier. De buizen zijn aan weerszijden voorzien van gaatjes. Afstand, diameter en hoek volgens opgave van leverancier. 5 Registratieapparatuur De volgende registratieapparatuur dient aanwezig te zijn: - apparatuur voor het registreren van het aanstaan van de warmtewisselaar (urenteller); - apparatuur voor het registreren van de gerealiseerde temperatuurcurve, binnen-, inblaas- en buitentemperatuur; - apparatuur voor het registreren van het gerealiseerde ventilatiedebiet in warmtewisselaar en ventilatorcapaciteit circulatieventilatoren 6 Capaciteit Installatie in bestaande stallen: Te installeren capaciteit van de warmtewisselaar en aanvullende verwarming is minimaal 125 Watt per m 2 bij 35ºC omgevingstemperatuur. Capaciteit volgens opgave leverancier Nieuwbouw: Te installeren capaciteit van de warmtewisselaar en aanvullende verwarming is minimaal 100 Watt per m 2 bij 35ºC omgevingstemperatuur. Capaciteit volgens opgave leverancier. HET GEBRUIK VAN HET SYSTEEM Onderdeel Gebruikseis a Leefoppervlak Bij vleeskuikens: Minimaal 417 cm 2 en maximaal 556 cm 2 per dier bij opzet (18-24 dieren per m 2 ) Bij scharrelvleeskuikens: Minimaal 588 cm 2 en maximaal 909 cm 2 per dier bij opzet (11-17 dieren per m 2 ) Bij (groot-)ouderdieren van vleeskuikens in opfok tot 19 weken: minimaal 900 cm 2 en maximaal 1100 cm 2 per dier bij opzet (8,3 à 11,1 dieren per m 2 ) Bij ouderdieren van vleeskalkoenen in opfok tot 6 weken: Minimaal 625 cm 2 per dier bij opzet (16 dieren per m 2 ) Bij ouderdieren van vleeskalkoenen in opfok tot 6-30 weken: Minimaal 1330 cm 2 per dier bij opzet (7,5 dieren per m 2 ) Bij vleeskalkoenen: Mannelijke dieren : Minimaal 3330 cm 2 /dier op 10 weken leeftijd (3,0 dieren per m 2 ) Vrouwelijke dieren: Minimaal 2040 cm 2 /dier op 10 weken leeftijd (4,9 dieren per m 2 ) b1 b2 Luchtstroming bij toepassing circulatie ventilatoren Luchtstroming bij toepassing buizen De lucht in het bovenste deel van de stal 1 wordt via circulatieventilatoren via de eindgevel(s) naar beneden geleid en vervolgens goed verdeeld over het strooiseloppervlak geblazen De opgewarmde verse ventilatielucht wordt via de buizen aan een in hoogte verstelbaar verdelersysteem gelijkmatig over het strooiseloppervlak geblazen. De hoogte van de buizen wordt versteld met de leeftijdcurve van de dieren variërend van minimaal 50 cm tot maximaal 150 cm. Tijdens het schoonmaken van de stal zijn de buizen tot aan het dak op te takelen. c Instelling Minimaal de eerste 12 dagen van een ronde kan de warmtewisselaar in de 1 Het betreft hier de lucht onder het dak/de nok van de stal. De lucht is aldaar warmer dan elders in de stal.

51 d e f1 f2 temperatuurcurve Instelling ventilator in warmtewisselaar wanneer er verwarmd wordt Instelling ventilator in wisselaar wanneer er niet verwarmd wordt Instelling bij toepassing circulatieventilatoren Instelling bij toepassing buizen volledige minimum ventilatiebehoefte van een stal voorzien. In deze periode zijn de reguliere ventilatieopeningen gesloten en wordt alle ventilatielucht via de wisselaar af- en aangevoerd. De verwarming wordt ingeschakeld naarmate er behoefte is aan extra warmte in de stal, hiervoor wordt de temperatuurcurve gevolgd. De hoeveelheid afgevoerde lucht wordt gemeten met een meetwaaier. De verwarming wordt ingeschakeld wanneer de ruimtetemperatuur 0,5 C onder de temperatuurcurve komt. De ventilator in de warmtewisselaar draait bij plaatsing van de dieren op minimum niveau en gaat 100% draaien wanneer de ventilatiebehoefte van de dieren hierom vraagt. De afzuigventilator volgt hierbij de inblaas ventilatie curve. Wanneer er geen extra warmtebehoefte is en er dus niet bij verwarmd wordt via de warmtewisselaar, mag de capaciteit worden terug geregeld tot maximaal 50% van de ventilatorcapaciteit. De wisselaar mag worden uitgeschakeld als het temperatuurverschil tussen de streefwaarde van de stal en buitentemperatuur kleiner is dan 12 o C of als de dieren ouder zijn dan 4 weken. De circulatieventilatoren draaien bij plaatsing van de dieren op minimaal van de 20% capaciteit. Dit wordt evenredig opgevoerd naar 100%, zodra de maximum ventilatiecapaciteit voor luchtverversing voor de dieren wordt bereikt. De beluchting via de warmtewisselaar wordt gestart vanaf dag 1 en volgt de minimale ventilatie behoefte van de dieren van 10% naar 100% van de capaciteit. Na het bereiken van de maximum ventilatiecapaciteit van de warmtewisselaar dient de inblaascapaciteit gedurende de rest van de periode gelijk te blijven. g Registratie Ten behoeve van een controle op de werking van het systeem moeten de volgende gegevens automatisch worden geregistreerd: - het aan staan van de warmtewisselaar en de ventilator(en) hiervan; - het aan staan van de circulatieventilatoren en het verloop over een ronde. Dit om vast te stellen dat er continu voldoende drooglucht over het strooiselbed wordt geblazen; - de temperatuurcurve. Emissiefactor Verwijzing meetrapport (Scharrel)vleeskuikens: 0,021kg NH 3 per dierplaats per jaar (Groot-)ouderdieren van vleeskuikens in opfok tot 19 weken: 0,158 kg NH 3 per dierplaats per jaar Ouderdieren van vleeskalkoenen in opfok tot 6 weken: 0,095 kg NH 3 per dierplaats per jaar Ouderdieren van vleeskalkoenen in opfok tot 6-30 weken: 0,297 kg NH 3 per dierplaats per jaar Vleeskalkoenen: 0,430 kg NH 3 per dierplaats per jaar Emissiemetingen stalsystemen met Agro Clima Unit (ECN-E , september 2010)

52 Circulatieventilator-> Plattegrond en dwarsdoorsnede bij toepassen van warmtewisselaar en circulatieventilatoren

53 Plattegrond en dwarsdoorsnede bij toepassen van warmtewisselaar met buizen systeem Naam: stal met luchtmengsysteem voor droging strooisellaag in combinatie met een warmtewisselaar Nummer: BWL V3 Systeem beschrijving oktober 2012

54

55 Gegenereerd op: met V-STACKS Vergunning versie 2010 (c) KEMA Nederland B.V. Naam van de berekening: Aanvraag d.d.19 oktober Gemaakt op: :45:26 Rekentijd: 0:00:08 Naam van het bedrijf: Slaghekkenweg 14, 14a en 14b, Jannink Bentelo. Berekende ruwheid: 0,18 m Meteo station: Eindhoven Brongegevens: Volgnr. BronID X-coord. Y-coord. EP Hoogte Gem.geb. hoogte EP Diam. EP Uittr. snelh. E-Aanvraag 1 Stal ,4 3,4 0,50 4, Stal ,3 4,1 4,30 4, Stal ,3 4,1 4,30 4, Stal ,9 5,5 1,96 0, Stal ,9 5,3 1,79 0, Stal ,3 4,1 1,39 0, Stal ,4 3,5 0,82 4, Geur gevoelige locaties: Volgnummer GGLID Xcoordinaat Ycoordinaat Geurnorm Geurbelasting 8 Slaghekkenweg ,0 9,0 9 Suetersweg ,0 4,6 10 Hofstedenweg ,0 3,7 11 Hofstedenweg ,0 2,8 12 Slaghekkenweg ,0 1,9 13 BK Bentelo ,0 1,0

56 Vergund NH3 Max NH3 OU PM10 BBT De heer R. Jannink 6.013, , , ,00 Nee Slaghekkenweg 14, 14a en 14b Stal Aantal Diercategorie / Stalsysteem NH3 Max NH3 OU PM10 BBT Rundvee melk- en kalfkoeien ouder dan 2 jaar 60 A overige huisvestingssystemen permanent opstallen 660,00 570, ,00 Nee Rundvee vrouwelijk jongvee tot 2 jaar ,20 187,20 - A 3 - overige huisvestingssystemen 1.824,00 Ja Rundvee vleeskalveren tot 8 maanden 10 25,00 25,00 356,00 330,00 Ja A overige huisvestingssystemen Rundvee vleesstieren en overig vleesvee van circa 8 tot 24 maanden (roodvleesproductie) ,00 216, , ,00 Ja A 6 - overige huisvestingssystemen Varkens vleesvarkens, opfokberen en opfokzeugen ,00 D overige huisvestingssystemen hokoppervlak maximaal 0,8 m2 per varken5 910, , ,00 Nee Kippen (groot-)ouderdieren van vleeskuikens in opfok; jonger dan 19 weken ,00 E overige huisvestingssystemen 3.285, , ,00 Ja Paarden volwassen paarden (3 jaar en ouder) ,00 K 1 - volwassen paarden (3 jaar en ouder) 8 15, Ja RAV 18 oktober 2011 RGV 18 oktober 2011 Fijnstof maart 2011

57 BIJLAGE Overweging bij activiteit Milieu De gevraagde vergunning wordt verleend onder bijgaande voorschriften, voor een veebezetting van: 980 vleeskalveren Rav code A (groot-)ouderdieren van vleeskuikens in opfok; Rav code E 3.8 jonger dan 19 weken 3 paarden Rav code K 1 1 AANVRAAG De aanvraag betreft het oprichten van een rundveestal voor het houden van vleeskalveren alsmede het oprichten van twee pluimveestallen. 2 EERDER VERLEENDE VERGUNNINGEN EN ONTVANGEN MELDINGEN Op 12 oktober 2004 is door ons revisievergunning verleend voor een rundvee-, varkens- en pluimveehouderij. 3 PROCEDURE De besluitvormingsprocedure wordt uitgevoerd volgens de procedure als beschreven in art en 3.32 Wro in samenhang met paragraaf 3.3 Wabo. O.a. is de uitgebreide procedure van afd. 3.4 Awb van toepassing en is er getoetst aan artikel 2.14 van de Wabo. 4 ALGEMENE WET- EN REGELGEVING 4.1 Waterwet De aanvraag heeft betrekking op het lozen van afvalwater op een oppervlaktewaterlichaam waarvoor een vergunning in het kader van de Waterwet nodig is. De coördinatieregeling tussen de Waterwet- en omgevingsvergunning is daarom van toepassing. Volgens artikel 3.19 Wabo en artikel 6.27 Waterwet is de aanvraag toegezonden aan het waterschap. Op 8 november 2012 hebben wij van het waterschap een reactie ontvangen. Hierin staat vermeld dat in verband met en anticiperend op de wijziging van het Activiteitenbesluit per 1 januari 2013 het verzoek niet als een aanvraag in behandeling is genomen maar is behandeld als een melding op grond van het Activiteitenbesluit. De betreffende brief is als bijlage bij de omgevingsvergunning opgenomen. 4.2 Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer De aanvraag heeft betrekking op een inrichting waarbij een IPPC-installatie hoort zodat het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (Barim) niet op de inrichting van toepassing is. 4.3 Besluit Milieu-effectrapportage 1994 (Besluit m.e.r.) Voor de besluitvorming over de bestemmingsplanwijziging en deze vergunning, is de gecombineerde plan-/besluit-m.e.r.-procedure doorlopen. Door de heer R. Jannink is op 17 november 2011 een plan-/besluit MER ingediend. Door de Commissie voor de milieueffectrapportage (hierna Commissie) is op 1 maart 2012 een toetsingsadvies uitgebracht over de Uitbreiding varkenshouderij Jannink, gemeente Hof van Twente. De commissie adviseert een aanvulling op het MER op te stellen over een viertal tekortkomingen voordat een besluit kan worden genomen. De MER is omtrent deze tekortkomingen op 6 december 2012 aangevuld.

58 Door de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed is op 16 januari 2012 een reactie ingediend op het MER. Hierin wordt aangegeven dat het aspect archeologie met het verrichte onderzoek voldoende is beoordeeld. In het MER zijn een vijftal opties uitgewerkt. De referentiesituatie, het voorkeursalternatief, depositie neutraal, het meest milieuvriendelijk alternatief en een maximaal alternatief. De aanvraag om omgevingsvergunning gaat uit van het voorkeursalternatief. Hierbij wordt uitgegaan van een uitbreiding naar stuks rundvee, ouderdieren voor vleeskuikens in opfok, vleesvarkens en 3 paarden. Het rundvee en de paarden worden traditioneel gehuisvest, de vleesvarkensstallen worden voorzien van een luchtwasser en de ouderdieren worden deels traditioneel (9.850 stuks) en deels gehuisvest in stallen met mixluchtventilatie. Aanvulling aanvraag In de aanvulling op het MER heeft een wijziging en uitwerking plaatsgevonden ten aanzien van het stalsysteem voor de ouderdieren. Alle dieren zullen worden gehuisvest in een stal met luchtmengsysteem voor droging strooisellaag in combinatie met een warmtewisselaar. Aanvraag In de voorliggende aanvraag wordt vergunning gevraagd voor ouderdieren met dit stalsysteem. Daarnaast wordt vergunning gevraagd voor 980 vleeskalveren en 3 paarden. De in het voorkeursalternatief vermelde vleesvarkens zijn in deze aanvraag vooralsnog niet meegenomen. Doordat een stal (nr. 10) niet zal worden verlengd, is het aantal vleeskalveren in deze aanvraag minder dan in het MER. Het Mer is als onderdeel bij de aanvraag ingediend en maakt derhalve onderdeel uit van deze vergunning. 4.4 Vogelrichtlijn en de Habitatrichtlijn De Vogelrichtlijn (79/409/EEG) heeft als doel om alle in het wild levende vogelsoorten en hun leefgebied te beschermen. De Habitat richtlijn (92/43/EEG) heeft als doel om de veelheid aan planten en dieren (biologische diversiteit) te behouden door het in stand houden van hun natuurlijke leefgebieden. Binnen de gemeente Hof van Twente zijn geen gebieden aangewezen die volgens de Vogelrichtlijn extra bescherming vereisen. Wel zijn volgens de Habitatrichtlijn de gebieden 'De Borkeld' en 'Boddenbroek' in ontwerp aangewezen als Natura 2000-gebied. Voor de overweging wordt verwezen naar de volgende paragraaf. 4.5 Natuurbeschermingswet Op grond van de Natuurbeschermingswet 1998 (Nbw) moet, voor activiteiten die significante gevolgen kunnen hebben voor de instandhoudingsdoelstellingen van een natuurgebied op basis van de Vogelrichtlijn, Habitatrichtlijn of op een beschermd natuurmonument, een vergunning afgegeven worden door het college van gedeputeerde staten van de provincie Overijssel. Zoals hierboven genoemd vallen in de gemeente Hof van Twente twee gebieden onder de Habitatrichtlijn. Het gebied Teeselinkven is een Habitatrichtlijngebied dat net over de grens ligt van de provincie Gelderland. Voor dit gebied dient een vergunning te worden afgegeven van gedeputeerde staten van de provincie Gelderland. Op 10 juli 2012 is een vergunning in het kader van de Nbw aangevraagd bij de provincie Gelderland. De vergunning is verleend op 19 november Bij de provincie Overijssel is een verklaring van geen bedenkingen (vvgb) aangevraagd. Op 18 december 2012 hebben wij de vvgb ontvangen. Deze is in de bijlage opgenomen en maakt deel uit van de vergunning. 4.6 Gemeentelijk Milieubeleidsplan Bij de besluitvorming is rekening gehouden met het gemeentelijk Milieubeleidsplan , dat is vastgesteld op 26 april 2011 en waarin ambities zijn opgenomen voor doelgroepen en milieuthema s.

59 5 AGRARISCHE MILIEUWETGEVING 5.1 IPPC-richtlijn Door de Raad van de Europese Unie is op 24 september 1996 de richtlijn "Integrated Pollution Prevention and Control" (IPPC-richtlijn) vastgesteld. Deze richtlijn heeft tot doel een geïntegreerde preventie en beperking van verontreiniging door industriële activiteiten tot stand te brengen en zo een hoog niveau van bescherming van het milieu in zijn geheel te bereiken. De richtlijn bevat regels om emissies naar lucht, water en bodem te voorkomen en wanneer dat niet mogelijk is, deze te beperken. Onder de werkingssfeer van de richtlijn vallen "installaties" met meer dan: dierplaatsen voor pluimvee; dierplaatsen voor vleesvarkens; dierplaatsen voor zeugen. Op 1 december 2005 is de IPPC-richtlijn in de Wm geïmplementeerd zodat bij de beoordeling van de aanvraag niet rechtstreeks aan de IPPC-richtlijn wordt getoetst. De aangevraagde activiteiten vallen onder de werkingssfeer van de richtlijn zodat de inrichting wordt gezien als een zogenaamde IPPC-installatie. 5.2 Beste beschikbare technieken In artikel 2.14 Wabo is bepaald dat tenminste de beste beschikbare technieken (BBT) worden toegepast. Als niet ten minste de BBT worden toegepast, moet de vergunning worden geweigerd. In de Regeling aanwijzing BBT-documenten is bepaald met welke documenten het bevoegd gezag rekening moet houden bij het bepalen van de BBT die voor de inrichting in aanmerking komen. Zie volgende paragraaf. 5.3 Regeling aanwijzing BBT-documenten Voor zover sprake is van IPPC-installaties, is voor veehouderijbedrijven primair het BREF intensieve veehouderij van belang. Verder kan in individuele gevallen aanvullend het BREF op- en overslag bulkgoederen en/of de REF documenten Cross media & Economics en Monitoring van belang zijn. De REF documenten bevatten geen BBT. BREF intensieve veehouderij In het BREF intensieve veehouderij zijn stalsystemen beschreven die kunnen worden aangemerkt als BBT. Stalsystemen die niet in het BREF zijn beschreven kunnen wel BBT zijn. Als gevolg van technologische ontwikkelingen zullen steeds meer stalsystemen beschikbaar komen die kunnen voldoen aan BBT. Voor stalsystemen die niet zijn beschreven in het BREF moeten zowel de positieve als de negatieve milieugevolgen van het stalsysteem worden afgezet tegen een referentiesysteem zoals beschreven in het BREF. BREF op- en overslag van bulkgoederen Dit document is van toepassing op de opslag, het transport en de verlading van vloeistoffen, vloeibare gassen en vaste stoffen in alle sectoren en industrietakken. Hoewel de aandacht uitgaat naar de emissies in lucht, bodem en water, gaat de meeste aandacht naar het compartiment lucht. De informatie over luchtemissies uit de opslag en verlading/transport van vaste stoffen wordt toegespitst op stof. Voor zover sprake is van het opslaan van gevaarlijke stoffen in emballage is de PGS 15 van toepassing. Verder is de PGS 30 van toepassing op de opslag van dieselolie in bovengrondse tanks. Voor de opslag van vaste stoffen zijn aan de vergunning voorschriften verbonden om stofemissie te voorkomen of te beperken.

60 BREF Crossmedia & Economics Dit BREF geeft richtsnoeren waarmee verschillende BBT op heldere wijze kunnen worden vergeleken zodat kan worden bepaald welke techniek het beste is voor het milieu. Door het hanteren van deze methodiek kunnen de bevindingen altijd worden geverifieerd en gevalideerd. Verder geeft het BREF een methodiek om de milieukosten van verschillende technieken inzichtelijk te maken en wordt een handreiking gegeven om de economische kosten van een toe te passen techniek af te zetten tegen het milieuvoordeel dat met deze techniek wordt bereikt. BREF monitoring De belangrijkste emissie vanuit de inrichting bestaat uit de uitstoot van ammoniak uit dierverblijven. De emissie vanuit de inrichting wordt bepaald aan de hand van een gemiddelde waarde per diercategorie, afhankelijk van het toegepaste stalsysteem. Deze waarden zijn vastgelegd in de Rav. Voor enkele emissiearme stalsystemen en/of nageschakelde technieken is in de stalbeschrijving bepaald dat aan de hand van metingen de werking van het stalsysteem of nageschakelde techniek moet worden gecontroleerd. Deze meetverplichtingen zijn voor zover van toepassing als voorschrift aan de vergunning verbonden. Bij de beoordeling van de aanvraag hebben wij de volgende Nederlandse informatiedocumenten over BBT betrokken: Leidraad afval- en emissiebeperking Circulaire energie in de milieuvergunning Nederlandse richtlijn bodembescherming bedrijfsmatige activiteiten (NRB) PGS 15: opslag van verpakte gevaarlijke stoffen PGS 30: Vloeibare aardolieproducten, buitenopslag in kleine installaties Beleidslijn IPPC-omgevingstoetsing ammoniak en veehouderij Oplegnotitie BREF 5.4 Beleidslijn IPPC-omgevingstoetsing ammoniak en veehouderij Bij de beoordeling van de aanvraag hebben wij aansluiting gezocht bij de handreiking die door VROM (nu I en M) is vastgelegd in de beleidslijn IPPC-omgevingstoetsing ammoniak en veehouderij. Aan de hand van de beleidslijn kan het bevoegd gezag bepalen, of en in welke mate, door de lokale milieusituatie strengere emissie-eisen dan bij toepassing van BBT in een vergunning voor een IPPC-veehouderij moeten worden opgenomen. In onderstaande tabel zijn de gevraagde (omgevingsvergunning aanvraag van 19 oktober 2012) ammoniakemissie en de ammoniakemissie met toepassing van BBT opgenomen. Diersoort Aantal aanvraag Rav code Emissie factor aanvraag (kg NH 3 per dierplaats per jaar) Emissie aanvraag (kg NH 3 ) Max. emissie (kg NH 3 per dierplaats per jaar) Emissie bij toepassing BBT (kg NH 3 ) Vleeskalveren 980 A , ,0 2, ,0 (groot-)ouderdieren E 3.8 0, ,3 0, ,5 van vleeskuikens in opfok paarden 3 K 1 5,0 15,0 5,0 15,0 Totaal (kg NH 3 ) , ,5 Uit bovenstaande tabel blijkt dat bij het toepassen van de BBT de grenswaarde van kg. wordt overschreden. De emissie bij toepassing van BBT is ,5 kg ammoniak. Het stellen van strengere emissie-eisen zou moet worden overwogen. Volgens de beleidslijn

61 moet in het segment van kg ammoniak BBT + en boven de grens van kg, BBT ++ worden toegepast. In de vergunde situatie bedraagt de emissie bij toepassing van BBT 5.193,2 kg ammoniak. Omdat vergunde rechten niet kunnen worden aangetast, gelden strengere emissie-eisen vanaf de vergunde emissie-omvang. In de aanvraag wordt vergunning gevraagd voor het houden van vleeskalveren, (groot-)ouderdieren van vleeskuikens en paarden. Voor deze diercategorieën is in de beleidslijn geen maximale emissiegrenswaarde vastgesteld. Traditionele huisvesting wordt voor deze diercategorieën als BBT aangemerkt. In de aanvulling plan-/besluit M.E.R. is onder paragraaf 2.1 uitgebreid ingegaan op de omgevingstoets IPPC. De (on)mogelijkheden van de diverse stalsystemen voor de diverse diercategorieën zijn hier uitgebreid behandeld. Concreet wordt er in de aanvulling voor de vleesvarkens gekozen voor een luchtwasser (voor de varkens is echter (nog) geen vergunning gevraagd), voor de (groot-)ouderdieren van vleeskuikens een luchtmengsysteem in combinatie met een warmtewisselaar en voor de vleeskalveren en paarden traditionele huisvesting. De vleeskuikenouderdieren zullen worden gehuisvest in een ammoniakreducerend huisvestingssysteem. Ten opzichte van het traditioneel systeem brengt dit systeem een aanmerkelijke reductie met zich mee. Verdergaande reductie-eisen zijn niet te verlangen, mede gelet op de beleidslijn. Bovendien is er sprake van een verplaatsing van de agrarische bedrijfsactiviteiten aan de Torendijk 7, Slaghekkenweg 30 naar de Slaghekkenweg 14b en wordt ammoniak verworven van een tweetal locaties namelijk Suetersweg 15 en Bentelerhaarweg 2. Ook op deze wijze vindt ten opzichte van de vigerende situatie, een afname van ammoniak plaats. Gelet op het bovenstaande is het stellen van strengere emissie-eisen niet meer aan de orde. 5.5 Besluit ammoniakemissie huisvesting veehouderij (Besluit huisvesting) In het Besluit huisvesting, dat op 1 april 2008 in werking is getreden, is bepaald welke van de beschikbare emissiearme huisvestingssystemen binnen de sector economisch en technisch haalbaar zijn. Daarbij geldt dat toepassing van een dergelijk huisvestingssysteem voor een gemiddeld bedrijf in de betreffende veehouderijtak geen onredelijke extra kosten met zich mee mag brengen. Een veehouder moet daarbij kunnen kiezen uit meerdere emissiearme technieken. Uit de tabel op de vorige pagina blijkt dat de ammoniakemissie uit de inrichting op basis van de aangevraagde situatie lager is dan de ammoniakemissie bij toepassing van BBT. Hiermee wordt voldaan aan de eisen uit het Besluit huisvesting en zijn er geen verdere aanpassingen van de huisvestingsystemen nodig. 5.6 Wet ammoniak en veehouderij (Wav) De aanvraag heeft betrekking op een uitbreiding van de inrichting met vleeskalveren en vleeskuikenouderdieren en het realiseren van een rundveestal en twee pluimveestallen. Er wordt vergunning gevraagd voor het volgende veebestand: 980 vleeskalveren Rav code A (groot-)ouderdieren van vleeskuikens in opfok; Rav code E 3.8 jonger dan 19 weken 3 paarden Rav code K 1 Op grond van de Regeling ammoniak en veehouderij (Rav) komt bovengenoemde veebezetting overeen met een ammoniakemissie van ,3 kg NH 3 per jaar.

62 Bestaande rechten Voor de inrichting is op 12 oktober 2004 een revisievergunning verleend voor het houden van de volgende veebezetting: 60 Melkkoeien Rav code A Vrouwelijk jongvee Rav code A 3 10 Vleeskalveren Rav code A Vleesstieren en overig vleesvee Rav code A Vleesvarkens Rav code D (Groot-)ouderdieren van vleeskuikens Rav code E Paarden Rav code K 1 Op grond van de Rav komt deze veebezetting overeen met een ammoniakemissie van 6.013,2 kg NH 3 per jaar. Zeer kwetsbare gebieden Provinciale Staten heeft in het kader van de Wav zeer kwetsbare gebieden aanwezen. In artikel 6 van de Wav is bepaald dat de vergunning moet worden geweigerd als de uitbreiding betrekking heeft op een veehouderij waarvan een dierenverblijf is gelegen in een zeer kwetsbaar gebied, dan wel in een zone van 250 meter rond een zodanig gebied. De kortste afstand van een tot de veehouderij behorend dierenverblijf en het dichtbijgelegen zeer kwetsbaar gebied bedraagt ongeveer 800 meter. Daarom is de inrichting niet gelegen in een kwetsbaar gebied of binnen een zone van 250 meter rond een zeer kwetsbaar gebied en hoeft de vergunning op grond van de Wav niet te worden geweigerd. 5.7 Wet geurhinder en veehouderij (Wgv) De Wgv is vanaf 1 januari 2007 het toetsingskader voor de omgevingsvergunning, als het gaat om geurhinder veroorzaakt door veehouderijen. De Wgv bevat normen voor de geurbelasting die een veehouderij mag veroorzaken op een geurgevoelig object (bijvoorbeeld woningen). De geurbelasting wordt berekend met en getoetst aan het verspreidingsmodel V-Stacks vergunningen. Dit geldt alleen voor dieren waarvoor geuremissiefactoren zijn opgenomen. Deze factoren worden uitgedrukt in odour units per seconde (hierna: ou E /s). Voor dieren zonder geuremissiefactor gelden minimaal aan te houden afstanden. De minimale afstanden zijn weergegeven in onderstaande tabel: Vaste afstanden tabel Bedrijfsonderdeel Emissiepunt geur tot woning ander agrarisch bedrijf (art. 3 Wvg) Stallen met dieren zonder omrekenfactoren ou E /s (art. 4 Wvg) Gevel stal tot gevel woning geurgevoelig object (art. 5 Wvg) Adres woning/ gevoelig object Binnen/ buiten de bebouwde kom Afstand tot bedrijf (m) Slaghekkenweg 12 Buiten Slaghekkenweg 12 Buiten Slaghekkenweg 12 buiten Vereist (m) Op grond van bovenstaande tabel blijkt dat wordt voldaan aan de vaste afstand vereisten.

63 Intensieve veehouderij Binnen de Wgv wordt onderscheid gemaakt in de hoogte van de geurbelasting binnen en buiten een concentratiegebied. De gemeente Hof van Twente is gelegen binnen een concentratiegebied zoals bedoeld in de Wgv. De aangevraagde situatie komt overeen met een geuremissie van ,0 ou E /s. Een vergunning voor een veehouderij wordt geweigerd als de geurbelasting van die veehouderij op een geurgevoelig object gelegen binnen een concentratiegebied: binnen de bebouwde kom, meer bedraagt dan 3,0 ou E /m 3 lucht; buiten de bebouwde kom, meer bedraagt dan 14,0 ou E /m 3 lucht; De geurbelasting is berekend met en getoetst aan het verspreidingsmodel V-Stacks vergunningen. De geurbelasting afkomstig van de inrichting op nabij gelegen geurgevoelige objecten buiten de bebouwde kom bedraagt: 9,0 ou E /m 3 lucht op het geurgevoelig object aan de Slaghekkenweg 12; 4,6 ou E /m 3 lucht op het geurgevoelig object aan de Suetersweg 13; 3,7 ou E /m 3 lucht op het geurgevoelig object aan de Hofstedenweg 2; 2,8 ou E /m 3 lucht op het geurgevoelig object aan de Hofstedenweg 4; 1,9 ou E /m 3 lucht op het geurgevoelig object aan de Slaghekkenweg 26; 1,0 ou E /m 3 lucht op de rand van de bebouwde kom van Bentelo. Hieruit blijkt dat de normen voor de geurbelasting die de veehouderij mag veroorzaken op de nabij gelegen geurgevoelige objecten niet worden overschreden. 5.8 Rapport Stallucht en planten Op grond van het rapport Stallucht en planten (kenmerk IPO-rapport R-245, juli 1981) is er geen sprake van directe ammoniakschade. Binnen 50 meter van de inrichting is geen beroepsmatige volle grondteelt aanwezig die gevoelig is voor directe ammoniakschade. Daarom is er geen reden om de gevraagde vergunning te weigeren.

64 6 OVERIGE MILIEUWETGEVING 6.1 Wet luchtkwaliteit (Fijn stof) Op 15 november 2007 is de Wet luchtkwaliteit (Wlk) in werking getreden. De emissie van fijn stof moet getoetst worden aan de grenswaarden uit bijlage 2 van de Wm. Als sprake is van een beperkte toename van de luchtverontreiniging die niet in betekenende mate (NIBM) bijdraagt aan de concentratie PM 10 in de buitenlucht, hoeft er niet aan de grenswaarden worden getoetst. Bijlage 13 van het MER betreft een onderzoek luchtkwaliteit. In dit onderzoek zijn de vijftal opties berekend aan de hand van het modelleringprogramma Geomilieu versie 1.91., ontwikkeld door KEMA en DGMR. In dit onderzoek wordt geconcludeerd dat, kijkend naar de resultaten, de inrichting voldoet aan de Wlk (pagina 18 van voornoemd onderzoek). Derhalve is er geen reden de vergunning te weigeren. 6.2 Gebruik van energie Bij de beoordeling van de aanvraag is rekening gehouden met het aspect zuinig omgaan met energie. Om vast te stellen of het energieverbruik van de inrichting relevant is, is aangesloten bij de ondergrens uit de Circulaire "Energie in de milieuvergunning" (Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer en het Ministerie van Economische Zaken, Den Haag, oktober 1999). Deze geeft als criterium dat bedrijven met een energiegebruik groter dan m 3 aardgas of kwh elektriciteit per jaar, energiebesparende maatregelen moeten nemen met een terugverdientijd van vijf jaar of minder. De Circulaire Energie in de Milieuvergunning geeft aan dat daarvoor concrete maatregelen kunnen worden voorgeschreven of dat, bij grootverbruikers die meer dan m 3 aardgasequivalenten of kwh per jaar gebruiken, een energiebesparingsonderzoek opgelegd kan worden. Volgens de aanvraag ligt het energieverbruik onder de norm die dwingt tot een energiebesparingsonderzoek. Wel is de verplichting opgenomen om jaarlijks het energieverbruik te registreren. 6.3 Afvalscheiding en preventie Door Infomil is de Handreiking Wegen naar preventie bij bedrijven en het bijbehorende Werkboek wegen naar preventie bij bedrijven uitgegeven. In deze handreiking wordt geadviseerd om een afvalpreventieonderzoek uit te voeren als: jaarlijks meer dan 250 ton afval vrij komt (gevaarlijk plus ongevaarlijk) of jaarlijks minder dan 250 ton afval vrij komt, maar wel meer dan 25 ton gevaarlijk afval. Uit de aanvraag blijkt dat jaarlijks minder dan genoemde hoeveelheden afval vrijkomt. Het opstellen van een afvalpreventieonderzoek is daarom niet geëist. 6.4 Afvalwater Het afvalwater afkomstig van het reinigen van de stallen en de spoelplaats wordt op de mestkelder c.q. spoelwateropslag geloosd. In de vergunning zijn voorschriften opgenomen voor deze lozingen. De overige lozingen op oppervlaktewaterlichamen vallen onder het Activiteitenbesluit. 6.5 Bodem Het bodembeschermingsbeleid is vastgelegd in de Nederlandse Richtlijn Bodembescherming bedrijfsmatige activiteiten (NRB). Deze richtlijn is ontwikkeld om vergunningvoorschriften voor de bodembescherming te uniformeren en te harmoniseren. Met de NRB kunnen (voorgenomen) bodem beschermende maatregelen en voorzieningen binnen inrichtingen worden beoordeeld en kan de besluitvorming met betrekking tot een optimale bodembescherming strategie worden gestuurd. Op basis van de gegevens in de

65 aanvraag is beoordeeld met welke voorzieningen en maatregelen een verwaarloosbaar risiconiveau kan worden bereikt. Binnen de inrichting vinden de volgende bodembedreigende activiteiten plaats: de opslag van dierlijke meststoffen; de opslag van bestrijdingsmiddelen; de opslag van vloeibare brandstoffen; de opslag van reinigings- en ontsmettingsmiddelen. de reiniging- en ontsmettingsplaats voor voertuigen; stalling tractoren en overige landbouwvoertuigen. Aan deze vergunning zijn voorschriften verbonden die aansluiten op de NRB om het risico op toekomstige bodemverontreinigingen door het inwerking zijn van de inrichting zoveel mogelijk uit te sluiten en om te komen tot een verwaarloosbaar risico. 6.6 Opslag bestrijdingsmiddelen Voor de opslag van bestrijdingsmiddelen tot 400 kilogram geldt de zorgplicht uit de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden. De zorgplichtbepaling van de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden (artikel 18) regelt het voorkomen, beperken of ongedaan maken van gevaar als gevolg van vervoer, bewaren, toepassen of verwerken van gewasbeschermingsmiddelen en biociden. Dat geldt voor mensen, gewenste planten en dieren, bodem en water. Binnen de inrichting wordt minder dan 400 kg bestrijdingsmiddelen opgeslagen. Daarom hebben wij in de vergunning geen voorschriften opgenomen voor de opslag van bestrijdingsmiddelen. 6.7 Koelinstallaties De binnen de inrichting aanwezige koelinstallaties moeten voor wat betreft het gebruik van koelmiddelen voldoen aan het Besluit gefluoreerde broeikasgassen milieubeheer en het Uitvoeringsbesluit EG-verordening (Europese verordening 1005/2009) ozonlaag afbrekende stoffen. Omdat de algemene regels rechtstreeks van toepassing zijn, hebben wij in de vergunning geen voorschriften opgenomen voor koelmiddelen. Wij zijn het bevoegd gezag voor de controle van de regelgeving. 6.8 Stookinstallaties Het Besluit Emissie-eisen Middelgrote Stookinstallaties (BEMS) is op 1 april 2010 in werking getreden. De emissies van de stookinstallaties (o.a. centrale verwarmingsinstallaties) moeten voldoen aan de eisen van het Besluit. Omdat het BEMS rechtstreeks werkend is, zijn hiervoor geen voorschriften opgenomen. 6.9 Geluid en trillingen Toetsingskader geluid De geluidsniveaus worden beoordeeld aan de hand van: - De Wet geluidhinder; - Handreiking industrielawaai en vergunningverlening 1998; - Handleiding meten en rekenen Industrielawaai 1999; - Circulaire "Geluidhinder veroorzaakt door het wegverkeer van en naar de inrichting; beoordeling in het kader van de vergunningverlening op basis van de Wet milieubeheer van 29 februari 1996" (nr. MBG ) (hierna: Circulaire indirecte hinder); - Gemeentelijk geluidbeleid. Gemeente Hof van Twente heeft op 22 maart 2011 de Nota gemeentelijk geluidbeleid vastgesteld. Hierin zijn voor zeven gebiedstypen de geluidambities beschreven voor industrie- en wegverkeerlawaai. Daarbij zijn normen voor de geluidbelasting per gebied

66 vastgesteld. Als niet aan de ambitiewaarden kan worden voldaan moet afgewogen worden of een hogere waarde tot maximaal de plafondwaarde kan worden toegestaan. Daarnaast kan een afwijkende waarde worden toegestaan bij incidentele situaties of bij regelmatige afwijkingen. Bij de aanvraag hoort een rapport van een akoestisch onderzoek van 21 september 2011 kenmerk , ontvangen op 17 november Uit de rekenresultaten van het akoestisch onderzoek blijkt dat in de representatieve bedrijfssituatie de ambitiewaarden bij de omliggende geluidgevoelige objecten niet worden overschreden. Daarom zijn de ambitiewaarden als normering voor het langtijdgemiddeld beoordelingsniveau in de beschikking opgenomen. Incidentele bedrijfssituaties Binnen de inrichting doen zich incidentele bedrijfssituaties voor. Het betreft het vullen van de ruwvoeropslag (twee keer per jaar). Uit de rekenresultaten van het akoestisch onderzoek blijkt dat de ambitiewaarden bij de omliggende geluidgevoelige objecten worden overschreden. Daarom zijn voor de incidentele bedrijfssituaties aparte geluidvoorschriften in de beschikking opgenomen. Maximale geluidsniveaus (Lmax) In het gebiedsgericht geluidbeleid is invulling gegeven aan de beoordeling van maximale geluidsniveaus. Voor de beoordeling van de maximale geluidsniveaus is de Handreiking industrielawaai en vergunningverlening het beoordelingskader. De grenswaarden is vastgelegd in de voorschriften. Doel is het voorkomen van maximale geluidniveaus (L max ) die meer dan 10 db(a) boven het aanwezige equivalente geluidniveau uitkomen. Als niet aan de streefwaarden kan worden voldaan, kunnen op basis van de afwijkingsbevoegdheid hogere maximale geluidniveaus (L max ) worden vergund. Deze mogen echter niet hoger zijn dan de volgende grenswaarden: 70 db(a) in de uren gelegen tussen en uur; 65 db(a) in de uren gelegen tussen en uur; 60 db(a) in de uren gelegen tussen en uur. Voor deze inrichting bedraagt de streefwaarde voor het maximale geluidsniveau in de dag-, avond- en nachtperiode respectievelijk 55-, 50- en 45 db(a). Deze niveaus gelden bij de gevel van het dichtst bijgelegen geluidgevoelig object. Uit de rekenresultaten van het akoestisch onderzoek blijkt dat in de representatieve bedrijfssituatie de streefwaarden in de dag- en de avondperiode wordt overschreden. Deze niveaus zijn hoger dan de streefwaarde maar lager dan de maximaal aanvaardbare grenswaarden. Binnen de inrichting zijn maatregelen getroffen om de geluidbelasting van de inrichting op de omliggende geluidgevoelige objecten zo veel mogelijk te beperken. Deze maatregelen zijn beschreven in hoofdstuk 6 van het akoestisch onderzoek. Er wordt voldaan aan de BBT. Verdergaande geluidreducerende maatregelen vinden wij daarom in redelijkheid niet haalbaar. Voor de beoordelingspunten en de perioden waarin de streefwaarden worden overschreden zijn de berekende waarden als norm aan de vergunning verbonden. Voor de overige punten en perioden zijn de streefwaarden als norm in de voorschriften opgenomen. Indirecte geluidhinder Het geluid veroorzaakt door het verkeer van en naar de inrichting over de openbare weg is beoordeeld volgens de beoordelingssystematiek van de Circulaire indirecte hinder. De voorkeursgrenswaarde voor de geluidbelasting in de dag- avond- en nachtperiode bedraagt respectievelijk 50-, 45- en 40 db(a). De indirecte hinder is berekend op de gevel van de woning op het adres Slaghekkenweg 12. De voorkeursgrenswaarde wordt bij deze woning niet overschreden. Er is dus geen sprake van indirecte hinder.

67 Beste Beschikbare Technieken (BBT) De inrichting moet de meest doeltreffende technieken toepassen om een hoog niveau van bescherming van het milieu mogelijk te maken. In het akoestisch onderzoek dat hoort bij de aanvraag is aangegeven welke voorzieningen getroffen zijn om de geluidemissie te beperken. Verdergaande maatregelen in het kader van BBT vinden wij in redelijkheid niet haalbaar. Conclusie Gelet op het voorgaande, de in de inrichting aanwezige toestellen en installaties, de werkzaamheden die worden uitgevoerd en gelet op de periode waarbinnen deze werkzaamheden zullen plaatsvinden, zijn wij van mening dat het bedrijf kan voldoen aan de gestelde geluidsnormen. Trillingen Wij zijn van mening dat door de activiteiten van de inrichting geen trillinghinder te verwachten is. We hebben daarom geen voorschriften opgenomen om trillinghinder te voorkomen Gezondheid De MER is voor advies voorgelegd aan de GGD. Het uitgebrachte advies van de GGD, is door de Commissie meegenomen bij de beoordeling van het MER. Er was echter geen aanleiding om hierover een aanvulling te vragen. Wel is in de voorschriften opgenomen dat het aantrekken van ongedierte moet worden voorkomen c.q. worden bestreden. Overigens vindt de grondslag voornamelijk plaats in andere wetgeving dan de Wm bij het voorkomen/beperken/bestrijden van risico op verspreiding van infectieziekten

68 BEREKENINGEN Berekening stank en ammoniakemissie: vergund, d.d. 12 oktober 2004; aangevraagd, d.d. 19 oktober V-stacks vergunning: berekening (aanvraag d.d. 19 oktober 2012); BWL V3.

69 BIJLAGE 3 VOORSCHRIFTEN INHOUD 1 ALGEMEEN GELUID (AFVAL)STOFFEN / GEVAARLIJKE (AFVAL)STOFFEN AFVALWATER BODEMBESCHERMING HET HOUDEN VAN DIEREN BOVENGRONDSE TANK VOOR DE OPSLAG VAN (DIESEL)OLIE AFLEVEREN VAN DIESELOLIE STOOKINSTALLATIE NOODSTROOMVOORZIENINGEN MET EIGEN VERBRANDINGSMOTOR MILIEUZORG NAZORG Slaghekkenweg 14, 14a en 14b WABO-2012/5171 Pagina 1 van 11

70 BEGRIPPENLIJST ADR De op 30 september 1957 te Geneve tot stand gekomen Europese Overeenkomst betreffende het international vervoer van gevaarlijke stoffen over de weg (Trb. 1959, 171). ADR-KLASSE 8 Bijtende stoffen. BASSIN Een reservoir bestemd en geschikt voor het bewaren van vloeistoffen. BEVOEGD GEZAG Bestuursorgaan dat bevoegd is tot het geven van een beschikking of het nemen van een ander besluit. BODEMBESCHERMENDE VOORZIENING Een vloeistofkerende voorziening, een vloeistofdichte vloer of verharding of een andere doelmatige fysieke voorziening, ter voorkoming van immissies in de bodem. CMR-STOFFEN Stof of preparaat die volgens bijlage I bij Richtlijn nr. 67/548/EEG geclassificeerd is als Kankerverwekkend categorie 1 of 2 of als Mutageen categorie 1 of 2 of als «Voor de voortplanting giftig» categorie 1 of 2. DIN Een door het Deutsches Institut für Normung e.v. (DIN) uitgegeven publicatie. DUNNE MEST Dierlijke mest die verpompbaar is en bestaat uit faeces en urine of uitsluitend urine, al dan niet vermengd met mors-, spoel-, reinigings- of regenwater. EMBALLAGE Glazen flessen tot 5 l, kunststof flessen en vaten tot 60 l, metalen bussen tot 25 l, stalen vaten en kunststof drums tot 300 l, papieren en kunststof zakken en laadketels. EURAL Regeling Europese afvalstoffenlijst. FOLIE Folie dat is vervaardigd van al dan niet versterkte kunststof, rubber of versterkte bitumen. GASFLES Een verplaatsbare drukhouder met een waterinhoud van niet meer dan 150 liter. GEVAARLIJKE STOFFEN Stoffen en voorwerpen, waarvan het vervoer volgens het ADR is verboden of slechts onder daarin opgenomen voorwaarden is toegestaan, dan wel stoffen, materialen en voorwerpen aangeduid in de International Maritime Dangerous Goods Code. GIFTIGE STOF Een stof die door inademing of door binnendringing via de mond of door de huid ernstige acute of chronische gevaren en zelfs de dood kan veroorzaken. LANGTIJDGEMIDDELD BEOORDELINGSNIVEAU (LAr,LT) Het gemiddelde van de afwisselende niveaus van het ter plaatse in de loop van een bepaalde periode optredende geluid, waarbij tevens rekening wordt gehouden met de afzonderlijke geluidsbijdragen tijdens de verschillende bedrijfstoestanden van de inrichting, alsmede het karakter van het geluid (impulsachtig, tonaal, muziek) en variaties van het immissieniveau als gevolg van verschillende weersomstandigheden (meteocorrectie), vastgesteld overeenkomstig de "Handleiding meten en rekenen industrielawaai, 1999". LEKBAK Een voorziening waarvan de bodembeschermende werking door de daarop afgestemde bodembeschermende maatregelen is gewaarborgd, en die zich rondom of onder een bodembedreigende activiteit bevindt en in staat is de bij normale bedrijfsvoering gemorste of wegspattende vloeistoffen op te vangen. MAXIMAAL GELUIDSNIVEAU (LAmax) Maximaal geluidsniveau, gemeten in de meterstand "F" of "fast". MESTDICHT Een zeer beperkte en acceptabele hoeveelheid mest als vloeistof doorlatend vanuit het mestbassin naar het buitenmilieu. NEN Een door het Nederlandse Normalisatie Instituut (NNI) uitgegeven norm. In deze beschikking wordt onder de genoemde norm verstaan de versie zoals deze ten tijde van het verlenen van deze vergunning, inclusief eventuele correctiebladen, van kracht is. PGS Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen; richtlijnen voor opslag, gebruik en vervoer van gevaarlijke stoffen, uitgegeven door de Adviesraad Gevaarlijke Stoffen. Slaghekkenweg 14, 14a en 14b WABO-2012/5171 Pagina 2 van 11

2 Huisvestingsvorm Volledig strooiselvloer 3 Drinkwater Drinkwatervoorziening voorzien van antimorssysteem Verwarmings- en luchtcirculatiesysteem

2 Huisvestingsvorm Volledig strooiselvloer 3 Drinkwater Drinkwatervoorziening voorzien van antimorssysteem Verwarmings- en luchtcirculatiesysteem Nummer systeem Naam systeem Diercategorie BWL 2010.13.V5 Systeembeschrijving van Juli 2015 Stal met luchtmengsysteem voor droging strooisellaag in combinatie met een warmtewisselaar Vleeskuikens, (groot-)

Nadere informatie

2 Huisvestingsvorm Volledig strooiselvloer 3 Drinkwater Drinkwatervoorziening voorzien van antimorssysteem 4a Verwarmings- en luchtcirculatiesysteem

2 Huisvestingsvorm Volledig strooiselvloer 3 Drinkwater Drinkwatervoorziening voorzien van antimorssysteem 4a Verwarmings- en luchtcirculatiesysteem Nummer systeem Naam systeem Diercategorie BWL 2010.13.V2 Systeembeschrijving van oktober 2011 Stal met luchtmengsysteem voor droging strooisellaag in combinatie met een warmtewisselaar Vleeskuikens, (groot-)

Nadere informatie

2 Huisvestingsvorm Volledig strooiselvloer 3 Drinkwater Drinkwatervoorziening voorzien van antimorssysteem Verwarmings- en luchtcirculatiesysteem

2 Huisvestingsvorm Volledig strooiselvloer 3 Drinkwater Drinkwatervoorziening voorzien van antimorssysteem Verwarmings- en luchtcirculatiesysteem Nummer systeem Naam systeem Diercategorie BWL 2010.13.V6 Systeembeschrijving van November 2017 Vervangt BWL 2010.13.V5 van Juli 2015 Stal met luchtmengsysteem voor droging strooisellaag in combinatie met

Nadere informatie

2 Huisvestingsvorm Volledig strooiselvloer 3 Drinkwater Drinkwatervoorziening voorzien van antimorssysteem Verwarmings- en luchtcirculatiesysteem

2 Huisvestingsvorm Volledig strooiselvloer 3 Drinkwater Drinkwatervoorziening voorzien van antimorssysteem Verwarmings- en luchtcirculatiesysteem Rav-nummer Naam systeem Diercategorie BWL 2011.13.V5 Systeembeschrijving van November 2017 Stal met warmteheaters met luchtmengsysteem voor droging strooisellaag Vleeskuikens (E 5.14), (groot-)ouderdieren

Nadere informatie

Bij de andere diercategorieën: Volledig strooiselvloer 3 Drinkwater Drinkwatervoorziening voorzien van antimorssysteem

Bij de andere diercategorieën: Volledig strooiselvloer 3 Drinkwater Drinkwatervoorziening voorzien van antimorssysteem Nummer systeem Naam systeem Diercategorie BWL 2009.14.V6 Systeembeschrijving van November 2017 Stal met verwarmingssysteem met (indirect gestookte) warmteheaters en ventilatoren Opfokhennen en hanen van

Nadere informatie

Systeembeschrijving van Juli Vervangt BWL V4 van april Werkingsprincipe

Systeembeschrijving van Juli Vervangt BWL V4 van april Werkingsprincipe Nummer systeem Naam systeem Diercategorie BWL 2009.14.V5 Systeembeschrijving van Juli 2015 Stal met verwarmingssysteem met (indirect gestookte) warmteheaters en ventilatoren Opfokhennen en hanen van legrassen,

Nadere informatie

AANVRAAG OMGEVINGSVERGUNNING

AANVRAAG OMGEVINGSVERGUNNING AANVRAAG OMGEVINGSVERGUNNING PROVINCIALEWEG 4 TE T VELD Ing. L. Polinder Augustus 2015 Bijlagen bij de melding Omgevingsvergunning MELDER: VOF A. Groen Provincialeweg 4 1735 ET T Veld Onderstaande bijlagen

Nadere informatie

Eenheid Klant - Bouwen, Wonen & Ondernemen. Vormvrije Mer beoordeling

Eenheid Klant - Bouwen, Wonen & Ondernemen. Vormvrije Mer beoordeling Eenheid Klant - Bouwen, Wonen & Ondernemen Datum : 17 september 2013 Onderwerp : Vormvrije Mer beoordeling Opsteller : Arie Johannes Vormvrije Mer beoordeling Inleiding Op 2 september 2013 is een aanvraag

Nadere informatie

Warmtewisselaar; 37% reductie fijnstof (PM10) Additionele technieken voor emissiereductie van fijn stof bij de diercategorieën E, F en G

Warmtewisselaar; 37% reductie fijnstof (PM10) Additionele technieken voor emissiereductie van fijn stof bij de diercategorieën E, F en G Nummer systeem Naam systeem Diercategorie BWL 2017.03.V2 Systeembeschrijving van Maart 2019 Warmtewisselaar; 37% reductie fijnstof (PM10) Additionele technieken voor emissiereductie van fijn stof bij de

Nadere informatie

BIJLAGEN OBM Melkvee- en loonbedrijf De Molswaerd Heulenslag 36 A 2971 VG BLESKENSGRAAF. Projectleider Bouw Rundvee C. de Ruijter

BIJLAGEN OBM Melkvee- en loonbedrijf De Molswaerd Heulenslag 36 A 2971 VG BLESKENSGRAAF. Projectleider Bouw Rundvee C. de Ruijter BIJLAGEN OBM Melkvee- en loonbedrijf De Molswaerd Heulenslag 36 A 2971 VG BLESKENSGRAAF Projectleider Bouw Rundvee C. de Ruijter 06 53 16 91 75 Datum 31-05-2017 Inhoudsopgave 1. Rubriek Gegevens inrichting...

Nadere informatie

Milieu inventarisatie afdeling Milieu ten behoeve van plan- en projectadvisering. Datum: 4 november 2009

Milieu inventarisatie afdeling Milieu ten behoeve van plan- en projectadvisering. Datum: 4 november 2009 Factsheet Milieu inventarisatie afdeling Milieu ten behoeve van plan- en projectadvisering. Datum: 4 november 2009 Algemene gegevens. Naam bedrijf D. de Bruin Adres Uddelerveen 79 te Uddel Inrichtingnummer

Nadere informatie

Te verwachte ontwikkelingen Activiteitenbesluit Beste beschikbare technieken Naam document Jaartal

Te verwachte ontwikkelingen Activiteitenbesluit Beste beschikbare technieken Naam document Jaartal Bijlage 1 - Overwegingen voor de activiteit Inrichting oprichten (Milieu) - (horen bij en maken deel uit van de omgevingsvergunning onder nummer 130492, verleend op... april 2014 aan Veehouderij Kruiswijk,

Nadere informatie

Onderzoek geurbelasting in het kader van de Wet geurhinder en veehouderij

Onderzoek geurbelasting in het kader van de Wet geurhinder en veehouderij Onderzoek geurbelasting in het kader van de Wet geurhinder en veehouderij Opdrachtgever: Vermeulen VOF Schellebaan 2 5133 NP Riel Locatie van de inrichting: Schellebaan 2 Riel Kadastraal bekend: Gemeente:

Nadere informatie

Bijlage 2 Milieuneutraal veranderen

Bijlage 2 Milieuneutraal veranderen Bijlage 2 Milieuneutraal veranderen voor de inrichting gelegen aan Molenhuisweg 10 Vlierden Vlierden INHOUDSOPGAVE 1 GEGEVENS INRICHTING 1 2 GEGEVENS VERANDERING (NIET TECHNISCH) 1 3 MER-(BEOORDELINGS)PLICHT

Nadere informatie

Gemeente Barneveld Raadhuisplein 2 tel: (0342) Postbus 63 fax: (0342) AB BARNEVELD

Gemeente Barneveld Raadhuisplein 2 tel: (0342) Postbus 63 fax: (0342) AB BARNEVELD Gemeente Barneveld Raadhuisplein 2 tel: (0342) 495 402 Postbus 63 fax: (0342) 495 376 3770 AB BARNEVELD e-mail: gembar@barneveld.nl Betreft : veranderingsvergunning voor de pluimveehouderij aan de Achterveldseweg

Nadere informatie

Gemeente Barneveld Raadhuisplein 2 tel: (0342) Postbus 63 fax: (0342) AB BARNEVELD

Gemeente Barneveld Raadhuisplein 2 tel: (0342) Postbus 63 fax: (0342) AB BARNEVELD Gemeente Barneveld Raadhuisplein 2 tel: (0342) 495 402 Postbus 63 fax: (0342) 495 376 3770 AB BARNEVELD e-mail: gembar@barneveld.nl Betreft : veranderingsvergunning voor een veehouderij en kleinschalig

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Directoraat-Generaal Milieu en Internationaal; Directie Duurzaamheid

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Directoraat-Generaal Milieu en Internationaal; Directie Duurzaamheid STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 35929 31 december 2013 Regeling van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu van 13 december 2013, nr. IENM/BSK-2013/297853,

Nadere informatie

Bijlagen bij de aanvraag

Bijlagen bij de aanvraag Bijlagen bij de aanvraag Omgevingsvergunning AANVRAGER: Cremerhoeve VOF Minister Cremerstraat 5 9491 TJ Zeijen Onderstaande bijlagen dienen ter ondersteuning aan de aanvraag. BIJLAGE 1: OVERZICHT VERGUNDE

Nadere informatie

Beschikking Wet milieubeheer

Beschikking Wet milieubeheer Beschikking Wet milieubeheer Besluit van burgemeester en wethouders van Woensdrecht. Datum beschikking: 16-12-2008 Onderwerp aanvraag Op 3 juli 2008 is een aanvraag om vergunning ingevolge de Wet milieubeheer

Nadere informatie

Beoordeling omgevingsvergunning beperkte milieutoets

Beoordeling omgevingsvergunning beperkte milieutoets Beoordeling omgevingsvergunning beperkte milieutoets 1. Procedurele overwegingen 1.1. Gegevens aanvrager Wij hebben op 3 december 015 een aanvraag ontvangen voor een omgevingsvergunning als bedoeld in

Nadere informatie

Bijlage Melding Activiteitenbesluit. Oude Neerkantseweg 7 te Liessel

Bijlage Melding Activiteitenbesluit. Oude Neerkantseweg 7 te Liessel Bergs Advies B.V. Leveroyseweg 9a 6093 NE Heythuysen Telefoon (0475) 49 44 07 Fax (0475) 49 23 63 E-mail info@bergsadvies.nl Internet www.bergsadvies.nl BIC code: RABONL2U IBAN: NL76RABO0144217414 K.v.K.

Nadere informatie

Binnen een straal van 1000 meter rondom het plangebied schijfsebaan 4a zijn 9 stuks veehouderijen gelegen, te weten aan de:

Binnen een straal van 1000 meter rondom het plangebied schijfsebaan 4a zijn 9 stuks veehouderijen gelegen, te weten aan de: 1. Inleiding Binnen een straal van 1000 meter rondom het plangebied schijfsebaan 4a zijn 9 stuks veehouderijen gelegen, te weten aan de: -Scherpenbergsebaan 12 Schijf -Scherpenbergsebaan 14 Schijf -Scherpenbergsebaan

Nadere informatie

Toelichting op aanvraag om omgevingsvergunning activiteit milieu. Locatie: Oosterterpweg SJ WIERINGERWERF

Toelichting op aanvraag om omgevingsvergunning activiteit milieu. Locatie: Oosterterpweg SJ WIERINGERWERF Toelichting op aanvraag om omgevingsvergunning activiteit milieu Locatie: Oosterterpweg 20 1771 SJ WIERINGERWERF Inhoud 1. Vergunde veebezetting... 3 2. Toelichting op voornaamste wijzigingen... 4 3. Aan

Nadere informatie

Melding Activiteitenbesluit milieubeheer

Melding Activiteitenbesluit milieubeheer Melding Activiteitenbesluit milieubeheer Aanvrager: Dhr. W.A. Maalderink Akkermansstraat 11 7021 LW ZELHEM INHOUDSOPGAVE Uitwerking melding op grond van het Activiteitenbesluit milieubeheer voor het bedrijf

Nadere informatie

Bij de andere diercategorieën: Volledig strooiselvloer 3 Drinkwater Drinkwatervoorziening voorzien van antimorssysteem

Bij de andere diercategorieën: Volledig strooiselvloer 3 Drinkwater Drinkwatervoorziening voorzien van antimorssysteem Nummer systeem Naam systeem Diercategorie BWL 2009.14.V6 Systeembeschrijving van November 2017 Stal met verwarmingssysteem met (indirect gestookte) warmteheaters en ventilatoren Opfokhennen en hanen van

Nadere informatie

MAATMERKVOORSCHRIFT WET MILIEUBEHEER

MAATMERKVOORSCHRIFT WET MILIEUBEHEER Gemeente Emmen, dienst Publiek, afdeling Vergunningen. MAATMERKVOORSCHRIFT WET MILIEUBEHEER betreffende Europaweg 17a te Nieuw Schoonebeek I. Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer Melding

Nadere informatie

Vormvrije m.e.r. versie 30 november 2016

Vormvrije m.e.r. versie 30 november 2016 Vormvrije m.e.r. versie 30 november 2016 Zomerstaete Holding B.V. De heer L. Flier Provincialeweg 7d 3271 LW Mijnsheerenland Inleiding In gevallen dat een besluit of plan betrekking heeft op activiteiten

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 9998 29 juni 2010 Regeling van de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 17 juni 2010,

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 18729 18 oktober 2011 Regeling van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu van 3 oktober 2011, nr. DP2011054569,

Nadere informatie

Advies lucht. Intern Advies

Advies lucht. Intern Advies Intern Advies Bevoegd gezag : Datum : 21-06-2016 Kenmerk VTH/DMS : Liza-nummer : 51526 Aan : Ceije Limbeek Van : Herman Brinkman Collegiale toetser : Onderwerp / Locatie : advies gevraagd Alteveersterweg

Nadere informatie

Ontwerp omgevingsvergunning UV

Ontwerp omgevingsvergunning UV Ontwerp omgevingsvergunning UV 20150044 Aanvraag Op 13 april 2015 is een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen voor het veranderen van een rundveehouderij op het adres Stokershorst 5 te Nederweert-Eind.

Nadere informatie

O M G E V I N G S V E R G U N N I N G U I T G E B R E I D E P R O C E D U R E (1 e fase)

O M G E V I N G S V E R G U N N I N G U I T G E B R E I D E P R O C E D U R E (1 e fase) GEMEENTE BARNEVELD Dossiernummer: 3806 Omgevingsloketnummer: 227717 Kenmerk: 1182275 O M G E V I N G S V E R G U N N I N G U I T G E B R E I D E P R O C E D U R E (1 e fase) Op 27 oktober 2011 hebben burgemeester

Nadere informatie

Onderzoek geurbelasting. Opdrachtgever: maatschap Otten Parallelweg PB IJSSELMUIDEN. Datum: 15 november Status: definitief (aangepast)

Onderzoek geurbelasting. Opdrachtgever: maatschap Otten Parallelweg PB IJSSELMUIDEN. Datum: 15 november Status: definitief (aangepast) Onderzoek geurbelasting Opdrachtgever: maatschap Otten Parallelweg 2 8271 PB IJSSELMUIDEN Locatie: Het Tussenland Datum: 15 november 2012 Status: definitief (aangepast) Inhoudsopgave Blz. 1. Inleiding

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Nr. Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. 20228 28 december 2009 Regeling van de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 10 december

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 16865 1 juli 2015 Regeling van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, van 24 juni 2015, nr. IENM/BSK-2015/115905,

Nadere informatie

Bijlagen Obm. Rasing - Kuijpers V.O.F. Kanaalstraat RP LIESSEL. Locatie: Kanaalstraat RP LIESSEL

Bijlagen Obm. Rasing - Kuijpers V.O.F. Kanaalstraat RP LIESSEL. Locatie: Kanaalstraat RP LIESSEL Bijlagen Obm Rasing - Kuijpers V.O.F. Kanaalstraat 10 5757 RP LIESSEL Locatie: Kanaalstraat 10 5757 RP LIESSEL Adviseur / projectleider A.J.M. de Groot 06-83905420 Datum: 05-08-2014 DLV Bouw, Milieu en

Nadere informatie

BIJLAGE HOOFDLIJNEN NIEUWE AMMONIAKWETGEVING

BIJLAGE HOOFDLIJNEN NIEUWE AMMONIAKWETGEVING BIJLAGE HOOFDLIJNEN NIEUWE AMMONIAKWETGEVING Hoofdlijnen Wet ammoniak en veehouderij 1. Werkingssfeer De Wet ammoniak en veehouderij (Wav) is een lex specialis ten opzichte van de Wet milieubeheer (Wm).

Nadere informatie

VAN DER MEER. Inwerkingtreding Besluit Huisvesting. Oosterwolde, 11 augustus 2008

VAN DER MEER. Inwerkingtreding Besluit Huisvesting. Oosterwolde, 11 augustus 2008 Inwerkingtreding Besluit Huisvesting Oosterwolde, 11 augustus 2008 Op 1 april jongstleden is het Besluit ammoniakemissie huisvesting veehouderij (Besluit huisvesting) inwerking getreden. Het Besluit huisvesting

Nadere informatie

VLAAMSE OVERHEID Omgeving

VLAAMSE OVERHEID Omgeving 56044 BELGISCH STAATSBLAD 12.07.2018 MONITEUR BELGE VLAAMSE OVERHEID Omgeving [C 2018/31391] 28 MEI 2018. Ministerieel besluit tot wijziging van bijlage I bij het ministerieel besluit van 19 maart 2004

Nadere informatie

Achterstraat 13a en 15, Randwijk

Achterstraat 13a en 15, Randwijk Onderzoek agrarische geurhinder Achterstraat 13a en 15, Randwijk De Milieuadviseur Datum: 18 mei 2017 Projectnummer: 17034 Samenvatting Op de locatie Achterstraat 13a-15 te Randwijk wordt voormalige agrarische

Nadere informatie

BIJLAGE 2. Milieuneutrale wijziging

BIJLAGE 2. Milieuneutrale wijziging BIJLAGE Milieuneutrale wijziging Milieuneutrale wijziging van de (werking van de) inrichting De heer W.B.M. Aarts heeft aan de Polderdreef 5 te Liessel de beschikking over een varkenshouderij. De inrichting

Nadere informatie

uw kenmerk uw bericht van ons kenmerk datum Z / D tel:

uw kenmerk uw bericht van ons kenmerk datum Z / D tel: Postbus 8035 5601 KA Eindhoven T: 088-369 03 69 I: www.odzob.nl De Louw V.O.F. de heer J.G.J. de Louw Korte Vlaamseweg 1 6029 PS STERKSEL uw kenmerk uw bericht van ons kenmerk datum Z.47754 / D.165001

Nadere informatie

Omgevingsvergunning OV

Omgevingsvergunning OV Omgevingsvergunning OV 20130168 Aanvraag Op 06 december 2013 is een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen voor het veranderen van een varkenshouderij (OBM) op het adres Hennesweg 41 te Ospel.

Nadere informatie

Kadastrale ligging: Mestbassins: Gem. Coevorden, Dalen Sectie H nr. 485

Kadastrale ligging: Mestbassins: Gem. Coevorden, Dalen Sectie H nr. 485 Bijlage 1: Overwegingen m.b.t. art. 2.1 lid 1 onder e Wabo (milieu) Bijlage behorende bij de omgevingsvergunning: Nummer: 20110227/129546 Bedrijfsgegevens Naam: Mts IJken Adres: Middendorp 17 Plaats: Wachtum

Nadere informatie

ADVIES. Op basis van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) datum: 9 oktober 2015 Gemeente Bronckhorst nr

ADVIES. Op basis van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) datum: 9 oktober 2015 Gemeente Bronckhorst nr ADVIES Op basis van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) datum: 9 oktober 2015 Gemeente Bronckhorst nr. 2014-2127 Onderwerp Op 20 oktober 2014 is een vergunning op basis van de Wet algemene

Nadere informatie

Melding Activiteitenbesluit milieubeheer

Melding Activiteitenbesluit milieubeheer Melding Activiteitenbesluit milieubeheer Aanvrager: Gj Wunderink, Gj Wunderink-Gotink, Gd Wunderink en Be Wunderink Strodijk 23 7251 RS VORDEN INHOUDSOPGAVE Uitwerking van de melding Activiteitenbesluit

Nadere informatie

Pagina 1 van 49 Registratienummer: Z / D

Pagina 1 van 49 Registratienummer: Z / D Postbus 8035 5601 KA Eindhoven T: 088-369 03 69 I: www.odzob.nl Ontwerpbeschikking van Burgemeester en wethouders van Heeze-Leende op de op 11 juli 2016 bij hen ingekomen aanvraag van J.P. Hendriks te

Nadere informatie

VOORSCHRIFTEN BEHORENDE BIJ DE MILIEUVERGUNNING VAN:

VOORSCHRIFTEN BEHORENDE BIJ DE MILIEUVERGUNNING VAN: Voorschriften milieu Zaaknummer: 607098 Vergunninghouder: Maatschap H. en E. Brink Projectomschrijving: Wijzigen stalinrichting en plaatsen mestloods VOORSCHRIFTEN BEHORENDE BIJ DE MILIEUVERGUNNING VAN:

Nadere informatie

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19e Datum besluit : 14 juli 2015 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998 2014-016928 - gemeente Hof van Twente Activiteit

Nadere informatie

Milieueffectrapportage

Milieueffectrapportage Milieueffectrapportage Bedrijfsuitbreiding pluimveehouderij Mts. Duinkerken Haanstra Ommerweg 65 + 67 Bijlagenbundel Datum: 14 maart 2014 Aanvrager Mts. Duinkerken Haanstra Burg. Jansstraat 37 7925 PV

Nadere informatie

Programma. Activiteitenbesluit. Introductie Activiteitenbesluit (landbouw) Inhoud. Landbouwbedrijven in het Activiteitenbesluit

Programma. Activiteitenbesluit. Introductie Activiteitenbesluit (landbouw) Inhoud. Landbouwbedrijven in het Activiteitenbesluit 14 maart 2013 Programma Activiteitenbesluit Agrarische activiteiten 10.00 Activiteitenbesluit agrarische activiteiten 11.30 Pauze 11.45 Agrarische lozingen 12.45 Lunch 13.15 Glastuinbouw 14.15 Pauze 14.30

Nadere informatie

VORMVRIJE M.E.R.-BEOORDELING

VORMVRIJE M.E.R.-BEOORDELING VORMVRIJE M.E.R.-BEOORDELING HOOGSTRAAT UDEN GEMEENTE Colofon Vormvrije m.e.r.-beoordeling Projectnummer: Versie: 1 Datum: 2 augustus 2016 Opdrachtnemer Agrifirm Waalkade 33 5347 KR Oss Locatie 17 Uden

Nadere informatie

.41. Gemeente. Omgevingsvergunning ^grzonden 1 7 DEC 2012

.41. Gemeente. Omgevingsvergunning ^grzonden 1 7 DEC 2012 .41 F r a n c K Aan: Maatschap BJ. en S.B. Sijtsma Salverderweg 63 8801 PT Franeker Gemeente 6 Frânekerade tisp Omgevingsvergunning ^grzonden 1 7 DEC 2012 Burgemeester en Wethouders hebben op 12 april

Nadere informatie

* UM * Melk- en fokveebedrijf Graumans

* UM * Melk- en fokveebedrijf Graumans 15 augustus 2012 * UM1209581* Melk- en fokveebedrijf Graumans ons kenmerk : UM1209581 zaaknummer : ZK12000582 uw kenmerk : 522247 uw brief van : 15 augustus 2012 afdeling : Publiekszaken contactpersoon

Nadere informatie

AANMELDINGSNOTITIE M.E.R.- BEOORDELING. VAN: Mts. K. en M. en K. Hellinga Hegedyk 4 9089 BN Wytgaard

AANMELDINGSNOTITIE M.E.R.- BEOORDELING. VAN: Mts. K. en M. en K. Hellinga Hegedyk 4 9089 BN Wytgaard AANMELDINGSNOTITIE M.E.R.- BEOORDELING VAN: Mts. K. en M. en K. Hellinga Hegedyk 4 9089 BN Wytgaard 6 november 2012 INHOUDSOPGAVE 1. INITIATIEFNEMER... 2 2. DE BEOOGDE ACTIVITEITEN... 3 Hoofdactiviteit...

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 69967 12 december 2017 Regeling van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, van 11 december 2017, nr. IENM/BSK-2017/281210,

Nadere informatie

Bijlage aanvraag omgevingsvergunning

Bijlage aanvraag omgevingsvergunning Bergs Advies B.V. Dorpstraat 55 6095 AG Baexem Telefoon Fax E-mail Internet (0475) 49 44 07 (0475) 49 23 63 info@bergsadvies.nl www.bergsadvies.nl Rabobank 14.42.17.414 K.v.K. Roermond nr. 12065400 BTW

Nadere informatie

Omgevingsvergunning OV 20140031

Omgevingsvergunning OV 20140031 Omgevingsvergunning OV 20140031 Aanvraag Op 28 februari 2014 is een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen voor het veranderen van een paardenhouderij (inclusief camping) op het adres Grasdijk

Nadere informatie

Ontwerp besluit UV

Ontwerp besluit UV Ontwerp besluit UV 20160070 Aanvraag en verzoek Op 3 mei 2016 is voor het adres Aan 't Ven 6 te Nederweert ingekomen: 1. Een omgevingsvergunning aanvraag voor het veranderen van een pluimveehouderij (OBM)

Nadere informatie

Het Veluws Ontwerpburo heeft Omgeving Manager opdracht gegeven de bovengenoemde aspecten te onderzoeken.

Het Veluws Ontwerpburo heeft Omgeving Manager opdracht gegeven de bovengenoemde aspecten te onderzoeken. Adres Burgemeester J. Schipperkade 10A Postcode 8321 EH - Urk Telefoon 0527-680 870 Fax 0527-690 609 E-mail info@omgevingmanager.nl MEMO aan : A. van den Berg, Veluws Ontwerpburo van : W. Foppen bijdrage

Nadere informatie

Pagina 1 van 50 Registratienummer: Z / D

Pagina 1 van 50 Registratienummer: Z / D Postbus 8035 5601 KA Eindhoven T: 088-369 03 69 I: www.odzob.nl Ontwerpbeschikking van Burgemeester en wethouders van Heeze-Leende op de op 11 augustus 2016 bij hen ingekomen aanvraag van Melkveebedrijf

Nadere informatie

Melding Activiteitenbesluit milieubeheer

Melding Activiteitenbesluit milieubeheer Melding Activiteitenbesluit milieubeheer Melder: Maatschap van der Gun De Steegde 14 9417 TE Spier Locatie: De Steegde 14 9417 TE Spier Versie: 1 Juli 2016 Inhoudsopgave 1. Algemeen... 3 1.1 Korte beschrijving

Nadere informatie

Melding Activiteitenbesluit milieubeheer

Melding Activiteitenbesluit milieubeheer Melding Activiteitenbesluit milieubeheer Aanvrager: VOF Looman Hebbink Hogeveldweg 6 & 6a 7021 MS ZELHEM INHOUDSOPGAVE Uitwerking van de melding Activiteitenbesluit milieubeheer, voor de veehouderij van

Nadere informatie

Inzake: Wind, Slappedel 8a Woudenberg Betreft: reactie op aanvullende stukken

Inzake: Wind, Slappedel 8a Woudenberg Betreft: reactie op aanvullende stukken Griffier gemeente Woudenberg T.a.v. Gemeenteraad gemeente Woudenberg Postbus 18 3930 EA Woudenberg Inzake: Wind, Slappedel 8a Woudenberg Betreft: reactie op aanvullende stukken Barneveld, 24 oktober 2017

Nadere informatie

veranderen van milieu-inrichting Steenbergen, 28 maart 2013

veranderen van milieu-inrichting Steenbergen, 28 maart 2013 z.n.a. UM1302432 *UM1302432* ons kenmerk : UM1302432 zaaknummer : ZK13000036 uw kenmerk : 703215 uw brief van : 31 januari 2013 afdeling : Publiekszaken contactpersoon : Chris Franken telefoonnr. : 0167-543

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19e Datum besluit : 16 juni 2015 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998 2015-003086 - gemeente Hof van Twente

Nadere informatie

OMGEVINGSVERGUNNING BEPERKTE MILIEUTOETS

OMGEVINGSVERGUNNING BEPERKTE MILIEUTOETS ONTWERPBESLUIT OMGEVINGSVERGUNNING BEPERKTE MILIEUTOETS Onderwerp Burgemeester en wethouders van de gemeente Woensdrecht hebben op 2 oktober 2014 een aanvraag om een omgevingsvergunning beperkte milieutoets

Nadere informatie

Provinciaal blad van Noord-Brabant

Provinciaal blad van Noord-Brabant Provinciaal blad van Noord-Brabant ISSN: 0920-1408 Onderwerp Eerste wijzigingsverordening Verordening stikstof en Natura 2000 Noord- Brabant 2013 Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant, Bijlage(n) - Gelet

Nadere informatie

Berekening in verband met ruimtelijke ontwikkelingen op de locatie Achterweg 70 en 74 in Herwijnen (gemeente Lingewaal).

Berekening in verband met ruimtelijke ontwikkelingen op de locatie Achterweg 70 en 74 in Herwijnen (gemeente Lingewaal). Berekening V-Stacks Gebied Toepassen Wet geurhinder en veehouderij Berekening in verband met ruimtelijke ontwikkelingen op de locatie Achterweg 70 en 74 in Herwijnen (gemeente Lingewaal). Rapportnummer

Nadere informatie

Onderzoek geurbelasting Wet geurhinder en veehouderij. Schaiksedijk 12, Riethoven

Onderzoek geurbelasting Wet geurhinder en veehouderij. Schaiksedijk 12, Riethoven Onderzoek geurbelasting Wet geurhinder en veehouderij Schaiksedijk 12, Riethoven Van Dun Advies BV Dorpsstraat 54 5113 TE Ulicoten T 013-519 9458 Postel 8 5711 ET Someren T 0493 745 015 E info@vandunadvies.nl

Nadere informatie

Berekening in verband met ruimtelijke ontwikkelingen op het perceel Hengelderweg 6 en 10 in Didam (gemeente Montferland)

Berekening in verband met ruimtelijke ontwikkelingen op het perceel Hengelderweg 6 en 10 in Didam (gemeente Montferland) Berekening V-Stacks Gebied Toepassen Wet geurhinder en veehouderij Berekening in verband met ruimtelijke ontwikkelingen op het perceel Hengelderweg 6 en 10 in Didam (gemeente Montferland) Rapportnummer

Nadere informatie

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19e Datum besluit : 7 september 2015 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998 2015-005866 - gemeente Montferland Activiteit

Nadere informatie

Die zienswijzen die betrekking hebben op het onderdeel milieu betreffen, kort samengevat, het volgende.

Die zienswijzen die betrekking hebben op het onderdeel milieu betreffen, kort samengevat, het volgende. Zienswijzen Het ontwerpbesluit is op 19 oktober 2017 gepubliceerd op de gemeentelijke website, op Overheid.nl en in de Staatscourant en is vanaf deze datum tot en met 29 november 2017 ter inzage gelegd.

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19e Datum : 5 juni 2014 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998 2014-003923 - gemeente Maasdriel Activiteit

Nadere informatie

4.3. Fijn stof en NO 2

4.3. Fijn stof en NO 2 geurgevoelige objecten in het buitengebied, die volgens de Wgv beschermd moeten worden, is dus 8,0 Ou en voor geurgevoelige objecten binnen de bebouwde kom is deze 2,0 Ou. De geuremissie van het bedrijf

Nadere informatie

Woon en leefklimaat plattelandswoning Huttendijk 1 Rekken

Woon en leefklimaat plattelandswoning Huttendijk 1 Rekken Woon en leefklimaat plattelandswoning Huttendijk 1 Rekken aan Gemeente Berkelland, Omgevingsdienst Achterhoek van S. Kondring, Rombou betreft Aanvaardbaar woon-en leefklimaat plattelandswoning Huttendijk

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19e Datum besluit : 8 juni 2015 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998 2015-003175- gemeente Bernheze Activiteit

Nadere informatie

A. Maatregelen voor verdergaande verbetering omgevingskwaliteit

A. Maatregelen voor verdergaande verbetering omgevingskwaliteit A. Maatregelen voor verdergaande verbetering omgevingskwaliteit Deltabig b.v. Herenweg 4 Aagtekerke 1. Huidige plan Het plan wat beoordeeld is door de AAZ, had betrekking op onderstaande dieraantallen,

Nadere informatie

10 april Nota van zienswijzen. ontwerp bestemmingsplan Orvelterveld 2A en 3 te Orvelte

10 april Nota van zienswijzen. ontwerp bestemmingsplan Orvelterveld 2A en 3 te Orvelte 10 april 2017 Nota van zienswijzen ontwerp bestemmingsplan Orvelterveld 2A en 3 te Orvelte Nota van zienswijzen ontwerpbestemmingsplan Orvelterveld 2A en 3 te Orvelte 1 Aanleiding Het ontwerpbestemmingsplan

Nadere informatie

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Ons kenmerk C2140613/3540209 op aanvraag om een omgevingsvergunning ingevolge de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) van Van Gansewinkel

Nadere informatie

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d, 19e en 19kd lid 1 onder b Datum : 7 augustus 2014 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2014-001235 - gemeente Oost

Nadere informatie

ADVIES REIKWIJDTE EN DETAILNIVEAU VOOR HET MILIEUEFFECTRAPPORT (MER) BETREFFENDE HET PLUIMVEEBEDRIJF AAN DE BARNEVELDSEWEG 21A EN 21C IN LUNTEREN

ADVIES REIKWIJDTE EN DETAILNIVEAU VOOR HET MILIEUEFFECTRAPPORT (MER) BETREFFENDE HET PLUIMVEEBEDRIJF AAN DE BARNEVELDSEWEG 21A EN 21C IN LUNTEREN ADVIES REIKWIJDTE EN DETAILNIVEAU VOOR HET MILIEUEFFECTRAPPORT (MER) BETREFFENDE HET PLUIMVEEBEDRIJF AAN DE BARNEVELDSEWEG 21A EN 21C IN LUNTEREN Inhoudsopgave 1. Inleiding...3 2. Het advies...4 3. Wet-

Nadere informatie

Beldsweg 14a. Uw brief van: Uw kenmerk: Ons kenmerk: Datum: 30 augustus 2013 2013/2143 26 mei 2014. L.B. Masséus 27 mei 2014

Beldsweg 14a. Uw brief van: Uw kenmerk: Ons kenmerk: Datum: 30 augustus 2013 2013/2143 26 mei 2014. L.B. Masséus 27 mei 2014 Postbus 54 Wegdam Beldsweg B.V. 7470 AB Goor De heer F. Wegdam Telefoon: (0547) 858 585 Beldsweg 14a Fax: (0547) 858 586 7495 PJ AMBT DELDEN E-mail: info@hofvantwente.nl Internet: www.hofvantwente.nl ONTWERP

Nadere informatie

2 e ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND. Artikel 19d, 19e en 19kd lid 1 onder b

2 e ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND. Artikel 19d, 19e en 19kd lid 1 onder b 2 e ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d, 19e en 19kd lid 1 onder b Datum : 13 november 2014 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998 2014-000192 -

Nadere informatie

Bijlage 1: Dieraantallen en -categorieën en invoergegevens referentiesituatie, beoogd en alternatief

Bijlage 1: Dieraantallen en -categorieën en invoergegevens referentiesituatie, beoogd en alternatief Bijlage 1: Dieraantallen en -categorieën en invoergegevens referentiesituatie, beoogd en alternatief In deze bijlage zijn voor de referentiesituatie, de beoogde situatie en het alternatief de dieraantallen

Nadere informatie

ONTWERPBESCHIKKING. Omgevingsvergunning beperkte milieutoets. datum: 28 juni 2016 Gemeente Bronckhorst nr

ONTWERPBESCHIKKING. Omgevingsvergunning beperkte milieutoets. datum: 28 juni 2016 Gemeente Bronckhorst nr ONTWERPBESCHIKKING Omgevingsvergunning beperkte milieutoets datum: 28 juni 2016 Gemeente Bronckhorst nr. 2016-0629 Aanvraag Op 24 maart 2016 heeft u een aanvraag voor een omgevingsvergunning beperkte milieutoets

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19e Datum : 20 april 2015 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998 2015-001015 - gemeente Berkelland Activiteit

Nadere informatie

BESCHIKKING WET ALGEMENE BEPALINGEN OMGEVINGSRECHT

BESCHIKKING WET ALGEMENE BEPALINGEN OMGEVINGSRECHT BESCHIKKING WET ALGEMENE BEPALINGEN OMGEVINGSRECHT Aanvraag Datum aanvraag Datum ontwerp beschikking Datum definitieve beschikking Olo nummer Dossier nummer BAG nummer 16-7-2015 28-12-2015 22-2-2016 1894979

Nadere informatie

Informatiedocument Minder dieren houden

Informatiedocument Minder dieren houden ACTIEPLAN AMMONIAK & VEEHOUDERIJ - Gedoogbeleid stoppende bedrijven Informatiedocument Minder dieren houden 1. Inleiding Dit document bevat de informatie over de stoppersmaatregel minder dieren houden.

Nadere informatie

Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht

Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht Ontwerpbeschikking Omgevingsvergunning Aanvrager : Van Gansewinkel Nederland B.V. Aangevraagde activiteiten : Ambtshalve wijziging in verband met IPPC toets Locatie

Nadere informatie

TOELICHTING AANVRAAG OMGEVINGSVERGUNNING. Aanvrager: Nieuw Scheurlink VOF Eibergseweg 7/7a 7156 NR BELTRUM

TOELICHTING AANVRAAG OMGEVINGSVERGUNNING. Aanvrager: Nieuw Scheurlink VOF Eibergseweg 7/7a 7156 NR BELTRUM TOELICHTING AANVRAAG OMGEVINGSVERGUNNING Aanvrager: Nieuw Scheurlink VOF Eibergseweg 7/7a 7156 NR BELTRUM INHOUDSOPGAVE Uitwerking aanvraag voor een omgevingsvergunning Wabo voor het wijzigen van het pluimvee-

Nadere informatie

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19e Datum : 21 januari 2014 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2013-014115 - gemeente Putten Activiteit : het

Nadere informatie

PROVINCIAAL BLAD. Derde wijzigingsverordening Verordening natuurbescherming Noord-Brabant

PROVINCIAAL BLAD. Derde wijzigingsverordening Verordening natuurbescherming Noord-Brabant PROVINCIAAL BLAD Officiële uitgave van de provincie Noord-Brabant Nr. 2977 7 juli 2017 Derde wijzigingsverordening Verordening natuurbescherming Noord-Brabant Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Gelet

Nadere informatie

Bijlage 12a Berekening voorgrond geur vergunde situatie

Bijlage 12a Berekening voorgrond geur vergunde situatie Bijlage 12a Berekening voorgrond geur vergunde situatie Invoergegevens berekening geur bij berekening vergunde situatie Berekende ruwheid: 0,13 m Meteo station: Eindhoven Brongegevens: Volgnr. BronID X-coord.

Nadere informatie

Ontwerp omgevingsvergunning UV

Ontwerp omgevingsvergunning UV Ontwerp omgevingsvergunning UV 20160092 Aanvraag Op 17 juni 2016 is een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen voor het veranderen van een varkenshouderij op het adres Nieuwstraat 31 te Ospel.

Nadere informatie

De beoordeling van de geurhinder heeft plaatsgevonden op de volgende, direct rond het initiatief gelegen geurgevoelige objecten:

De beoordeling van de geurhinder heeft plaatsgevonden op de volgende, direct rond het initiatief gelegen geurgevoelige objecten: Aangepaste notitie beoordeling woon- en leefklimaat 1 Aanleiding Voor de beoordeling van het woon- en leefklimaat op het aspect geur is in het kader van de merbeoordeling een cumulatieve geurhinderbeoordeling

Nadere informatie

V-STACKS GEBIED BEREKENING OMGEKEERDE WERKING

V-STACKS GEBIED BEREKENING OMGEKEERDE WERKING V-STACKS GEBIED BEREKENING OMGEKEERDE WERKING BATUWSEWEG 45A LOPIKERKAPEL Ing. T. van de Beek Mei 2013 Bijlagen bij de berekening Omgekeerde werking Onderstaande bijlagen dienen ter ondersteuning aan de

Nadere informatie

~~~ Pc en woonplaats: 9172 GS Ferwert. De aanvraag. V.O.F. Reitsma-Hazelhoff Straat en huisnummer: Bongaloane 2. Beschrijving.

~~~ Pc en woonplaats: 9172 GS Ferwert. De aanvraag. V.O.F. Reitsma-Hazelhoff Straat en huisnummer: Bongaloane 2. Beschrijving. BESCHIKKING WET MILIEUBEHEER ~~~ gemeente Ferwerderadiel ALGEAfEEN Beschrijving van de aanvraag Op 24 april 2008 hebben wij een aanvraag ontvangen voor een nieuwe, de gehele inrichting omvattende, vergunning

Nadere informatie

De Marke III te Hengevelde

De Marke III te Hengevelde Onderzoek geurhinder veehouderijbedrijven De Marke III te Hengevelde Gemeente Hof van Twente Datum: 26 november 2013 Projectnummer: 120218 Auteur: Projectleider: Project: SAB Postbus 479 Projectnummer:

Nadere informatie

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19e Datum : 27 oktober 2014 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2014-003821 - gemeente Putten Activiteit : het

Nadere informatie