Huishoudelijk reglement GMR

Transcriptie

1 Huishoudelijk reglement GMR Artikel 1 Voorzitter en plaatsvervangend voorzitter 1. De GMR kiest uit zijn midden een voorzitter en een plaatsvervangend voorzitter. 2. De voorzitter is belast met het openen, schorsen, heropenen, sluiten en het leiden van de vergaderingen van de GMR. 3. De voorzitter en bij diens verhindering de plaatsvervangend voorzitter vertegenwoordigt de GMR in en buiten rechte, en is aanspreekpunt voor het bevoegd gezag. 4. De voorzitter van de GMR is tevens voorzitter van één van de expertisegroepen. Artikel 2 Secretaris en ambtelijk secretaris 1. De GMR kiest uit zijn midden een secretaris. 2. De secretaris is belast met het bijeenroepen van de GMR, het opmaken van de agenda, het opstellen van het verslag, het voeren van de briefwisseling en het beheren van de voor de GMR bestemde en van de GMR uitgaande stukken. 3. De secretaris wordt bijgestaan door een ambtelijk secretaris, die geen deel uit maakt van de raad, maar alle werkzaamheden van de secretaris onder diens eindverantwoordelijkheid kan verrichten. Stichting StAIJ levert een ambtelijk secretaris. 4. De secretaris van de GMR is tevens voorzitter van één van de expertisegroepen. 5. Communicatie tussen de expertisegroepen, de GMR leden en het DB verloopt via de secretaris. Artikel 3 Penningmeester 1. De GMR kiest uit zijn midden (indien gewenst) een penningmeester. 2. De penningmeester voert de financiële huishouding van de GMR; hij stelt ieder jaar de begroting op en legt over ieder jaar verantwoording af in het jaarverslag. 3. De penningmeester doet de raad een voorstel in de begroting voor de wijze waarop de door het bevoegd gezag beschikbaar gestelde middelen voor de raad, de eventuele geledingen en de deelraad worden verdeeld. 4. De raad stelt de begroting vast. Artikel 4 Bijeenroepen en agenda van de GMR 1. De GMR komt ten behoeve van de uitoefening van zijn taak ten minste 10 maal per jaar bijeen en in de in het medezeggenschapsreglement bepaalde gevallen. 2. De voorzitter bepaalt tijd en plaats van de vergadering. 1

2 3. De vergadering wordt, behoudens spoedeisende gevallen, gehouden binnen 14 dagen nadat een verzoek daartoe is ingekomen. De vergadering wordt op een zodanig tijdstip gehouden dat alle leden van de raad redelijkerwijze aanwezig kunnen zijn. 4. De leden en eventuele adviseurs worden door de secretaris schriftelijk uitgenodigd. 5. De secretaris stelt voor iedere vergadering een agenda op, waarop de door de voorzitter en door de leden opgegeven onderwerpen worden geplaatst. 6. Ieder lid van de GMR kan een onderwerp op de agenda doen plaatsen. 7. Behoudens spoedeisende gevallen worden de uitnodiging en de agenda tenminste 10 dagen vóór de te houden vergadering van de GMR verstuurd. 8. De secretaris stuurt een (digitaal) afschrift van de agenda van de vergadering van de GMR aan het bevoegd gezag en aan de medezeggenschapsraden van de scholen. De agenda wordt ter inzage gegeven op een algemeen toegankelijke plaats op de website ten behoeve van belangstellenden. Waar mogelijk maakt de secretaris gebruik van de in de organisatie gebruikelijke digitale communicatiemiddelen. Artikel 5 Expertisegroepen 1. De GMR stelt expertisegroepen in ter voorbereiding van de door de raad te behandelen onderwerpen. 2. Deze expertisegroepen worden ingesteld ten behoeve van de volgende onderwerpen: - Financiën en huisvesting - Onderwijs en kwaliteit - Personeel - ICT en PR 3. Iedere expertisegroep bestaat uit vier of vijf leden van de GMR. Deelname vindt plaats op basis van persoonlijke belangstelling en deskundigheid. 4. Iedere expertisegroep kiest uit haar midden een voorzitter. De voorzitter van de GMR en de secretaris zijn automatisch voorzitter van de expertisegroep waarin zij zitting hebben. 5. Ieder GMR lid maakt deel uit van een expertisegroep. 6. De expertisegroep is adviserend ten behoeve van de leden van de GMR. 7. De vergaderfrequentie van de expertisegroepen is mede afhankelijk van de agenda van de GMR. Artikel 6 Dagelijks Bestuur van de GMR 1. De voorzitter, de secretaris en de twee overige expertisegroep-voorzitters vormen samen het Dagelijks Bestuur van de GMR. Daarmee zijn alle expertisegroepen vertegenwoordigd in het DB. 2. Communicatie tussen het Dagelijks Bestuur van de GMR, de expertisegroepen en de GMR leden verloopt via de secretaris. 3. Het Dagelijks Bestuur komt tenminste één maal voor de overlegvergadering samen met de algemeen directeur van Stichting StAIJ om de agenda, de planning en de inbreng voor te bespreken. Artikel 7 Deskundigen en/of adviseur 1. De voorzitter van GMR en de voorzitters van de expertisegroepen kunnen besluiten één of meer deskundigen/adviseurs uit te nodigen tot het bijwonen van een vergadering met het oog op de behandeling van een bepaald onderwerp. 2

3 2. Aan de in het eerste lid bedoelde personen worden tijdig de agenda en de stukken van de betrokken vergadering verstrekt. 3. De leden van de raad kunnen in de vergadering aan de in het eerste lid genoemde personen inlichtingen en advies vragen. 4. Een deskundige kan ook worden uitgenodigd schriftelijk advies te geven. Artikel 8 Quorum en besluitvorming 1. Tenzij dit reglement anders bepaalt, besluit de GMR bij meerderheid van stemmen in een vergadering waarin tenminste de helft plus één van het totaal aantal leden aanwezig is. 2. Indien in een vergadering het vereiste aantal leden niet aanwezig is, wordt een nieuwe vergadering belegd op de in artikel 4 voorgeschreven wijze, met dien verstande dat er slechts 2 dagen tussen de rondzending van de oproep en de datum van de vergadering behoeven te verlopen. Deze laatste vergadering wordt gehouden en is gerechtigd besluiten te nemen ongeacht het aantal leden dat is opgekomen. 3. Over zaken wordt mondeling en over personen wordt schriftelijk gestemd. De GMR kan besluiten van deze regel af te wijken. 4. Blanco stemmen worden geacht niet te zijn uitgebracht en tellen voor het bepalen van de meerderheid niet mee. Stemmen bij volmacht is niet mogelijk. 5. Wordt bij een stemming over personen bij de eerste stemming geen gewone meerderheid behaald, dan vindt herstemming plaats tussen hen die bij de eerste stemming de meeste stemmen kregen. Bij deze herstemming is diegene gekozen die alsdan de meeste stemmen op zich verenigd heeft. Indien de stemmen staken, beslist het lot. 6. Bij staking van de stemmen over een door de GMR te nemen besluit dat geen betrekking heeft op personen, wordt deze zaak op de eerstvolgende vergadering van de GMR opnieuw aan de orde gesteld. Staken de stemmen opnieuw, dan wordt het voorstel geacht te zijn verworpen. Artikel 9 Verslag 1. De ambtelijk secretaris maakt van iedere vergadering van de GMR een verslag dat in de volgende vergadering door de GMR wordt vastgesteld. 2. Het verslag wordt overeenkomstig het bepaalde in artikel 4, achtste lid, van dit reglement bekend gemaakt. Artikel 10 Communicatie en informatie 1. De secretaris doet jaarlijks in de maand april schriftelijk verslag van de werkzaamheden van de GMR. Dit verslag behoeft de goedkeuring van de raad. 2. De secretaris bevordert de communicatie met alle belanghebbenden en doet dit ten minste door er zorg voor te dragen dat goedgekeurde verslagen van vergaderingen en het jaarverslag zo spoedig mogelijk worden verspreid (schriftelijk en/of digitaal) onder bestuur, directie en secretarissen van raden. Het verslag is eveneens op een algemeen toegankelijke plaats digitaal en/of schriftelijk ter inzage voor belangstellenden. 3. De GMR stelt een intern communicatieplan op waarin duidelijke afspraken gemaakt worden de communicatie tussen GMR, MR-en, algemeen directeur en het bestuur. Artikel 11 Compensatie voor GMR leden 1. Een personeelslid in de GMR heeft de beschikking over 60 uren per jaar. Het personeelslid 3

4 kan deze op basis van het jaarrooster in plannen. 2. Een ouder krijgt vacatiegelden per vergadering op basis van verplichte aanwezigheid. Ouders tekenen voor aanwezigheid tijdens de vergadering. 3. Het DB (zowel ouders als personeelsleden) krijgt naar verhouding meer compensatie dan overige leden. 4. De bekostiging van de uren die een GMR-lid krijgt komen niet ten laste van de school, maar komen uit de algemene middelen van de GMR. 5. Scholen die een GMR personeelslid leveren ontvangen een bijdrage als vastgesteld in de jaarlijkse GMR- begroting. 6. Ouders ontvangen hun vacatiegelden, als vastgesteld in de jaarlijkse GMR-begroting, achteraf, éénmaal per jaar, na afsluiting van het schooljaar. Artikel 12 Begroting 1. Jaarlijks, voor 1 september, stelt de GMR de eigen GMR begroting op. 2. De gegevens over de inkomsten worden tijdig geleverd door het stafbureau van StAIJ. Deze zijn volledig gebaseerd op de volgende jaarlijkse inkomsten vanuit het CFI (overzicht toevoegen). StAIJ reserveert deze inkomsten jaarlijks in de bestuursbegroting: a. Faciliteiten medezeggenschap, behorende bij artikel 13.3 van de CAO PO en de b. Vergoeding materiële instandhouding (MI). 3. De gegevens over de uitgaven ten behoeve van de GMR, gemaakt door het stafbureau van StAIJ, worden tijdig geleverd door het stafbureau van StAIJ. Het gaat hier onder andere om de volgende uitgaven: a. De kosten van de ambtelijk secretaris tegen een vastgesteld uurtarief. b. De ureninzet van de personeelsleden (zie artikel 11, lid 1). Deze worden verwerkt in het bestuursformatieplan. c. De kosten van het onderhouden van de website. d. De kosten van papier, print en verzendkosten. 4. Binnen begroting van de GMR wordt een bedrag gereserveerd ten behoeve van onder andere: a. vacatievergoeding ouders (zie artikel 11, lid 2), b. deskundigheidsbevordering GMR, c. communicatie en PR. Artikel 13 Onvoorzien In gevallen waarin dit reglement niet voorziet, beslist de GMR op voorstel van de voorzitter, met in achtneming van het medezeggenschapsreglement. Artikel 14 Wijzing en vaststelling van het huishoudelijke reglement 1. De GMR is te allen tijde bevoegd het huishoudelijke reglement te wijzigen en opnieuw vast te stellen. 2. De secretaris draagt er zorg voor dat het bevoegd gezag over de wijzigingen na vaststelling door de GMR wordt geïnformeerd. Artikel 15 Bepalingen ten behoeve van de geledingen. In de gevallen waarin in gevolge dit reglement een voorgenomen besluit van het bevoegd gezag de instemming behoeft van ofwel het ouderdeel ofwel het personeelsdeel van de raad, beslist dat deel 4

5 bij meerderheid van stemmen in een vergadering, waarin ten minste de helft plus één van het aantal leden van dat deel van de GMR aanwezig is. 5

6 BIJLAGE 1: MR Faciliteiten 2009/2010 De (G)MR krijgt middelen uit twee budgetten: 1. Faciliteiten medezeggenschap, behorende bij artikel 13.3 van de CAO PO. 2. Vergoeding materiële instandhouding (MI), Pve middelen medezeggenschap en ouderbijdrage in het kader van medezeggenschap. Ad1: Faciliteiten medezeggenschap behorende bij artikel 13.3 van de CAO PO Deze bedragen zijn opgenomen in het bestuursformatieplan (lumpsum personeel). In de COA PO is het volgende geregeld: De P-MR en de P-GMR stellen voorafgaande aan elk schooljaar ten behoeve van het bestuur een activiteitenplan op, waarin wordt aangegeven op welke wijze de faciliteiten worden ingezet, en verantwoord de inzet na afloop van het schooljaar. Pas dan kan het geld beschikbaar worden gesteld. Het schoolbestuur stelt aan werknemers die lid zijn van de P(G)MR ) per schooljaar de volgende faciliteiten beschikbaar: a. als een werknemer zowel lid is van de PGMR als van de PMR wordt 100 uur ter beschikking gesteld; b. als een werknemer lid is van één van de medezeggenschapsorganen wordt 60 uur ter beschikking gesteld. De werkgever stelt daarnaast per P-MR én voor de P-GMR per deelnemende school een bedrag beschikbaar volgens bijlage A11 van deze CAO (faciliteiten medezeggenschap, zie het schema hieronder). Deze faciliteiten kunnen worden ingezet voor het vrij roosteren van leden van de P(G)MR voor activiteiten ten behoeve van de P(G)MR. De faciliteiten kunnen ook op een andere wijze ten behoeve van de P(G)MR worden ingezet. De P(G)MR stelt vóór 1 mei het bestuur op de hoogte van zijn besluit over de inzet van de faciliteiten. De aan de PMR toegekende middelen kunnen desgewenst door de PMR-en geheel of gedeeltelijk aan de PGMR worden overgedragen om ten behoeve van de werkzaamheden van de PGMR te worden ingezet (en andersom). Behalve de hierboven beschreven faciliteiten worden door de werkgever drie dagen in twee jaar per P(G)MR-lid voor scholing beschikbaar gesteld. Deze scholing kan mede in lestijd plaatsvinden, afhankelijk van het rooster van het P(G)MR-lid en het moment waarop de scholing plaatsvindt. Afhankelijk van de omvang van de voorziene werkzaamheden, als opgenomen in het activiteitenplan, kan het bestuur op verzoek van de P(G)MR meer faciliteiten beschikbaar stellen (zie ook de CAO tekst). 6

7 GMR faciliteiten peildatum 1 augustus 2009 StAIJ Bijlage A11 Faciliteiten medezeggenschap behorende bij artikel 13.3 van de CAO PO aantal leerlingen per School categorie bedrag MR bedrag GMR Aldoende 250 tot 750 leerl , ,00 De Kaap 0 tot 250 leerl. 927, ,00 De Dapper 250 tot 750 leerl , ,00 Linnaeus 0 tot 250 leerl. 927, ,00 4 e Montessori 250 tot 750 leerl , ,00 5 e Montessori 250 tot 750 leerl , ,00 De Meer 250 tot 750 leerl , ,00 De Kraal 250 tot 750 leerl , ,00 SBO Het Spectrum 0 tot 250 leerl , ,00 JP Coen 250 tot 750 leerl , ,00 Flevopark 250 tot 750 leerl , ,00 Evenaar 0 tot 250 leerl. 927, ,00 8 e Montessorischool 250 tot 750 leerl , ,00 Kleine Kapitein 0 tot 250 leerl. 927, ,00 Mont. Steigereiland 250 tot 750 leerl , ,00 Laterna Magica 0 tot 250 leerl. 927, ,00 Olympus 250 tot 750 leerl , ,00 TOTAAL , ,00 Ad 2: Vergoeding materiële instandhouding Deze middelen zijn opgenomen in de lumpsum materiële instandhouding, en bestaan uit twee componenten: (a) pve middelen medezeggenschap en (b) pve ouderbijdrage ihkv medezeggenschap (pve = programma van eisen). (a) Medezeggenschap Deze pve regelt een vergoeding voor de activiteiten in het kader van de Wet medezeggenschap scholen. Een uitsplitsing van de kosten van deze activiteiten is niet te geven, omdat de werkelijke kosten samenhangen met de aard van de activiteiten en de betrokkenheid van de leden van de medezeggenschapsraad. Bij de andere pve s is rekening gehouden met de invloed van de kosten die worden veroorzaakt door avondgebruik van vergaderruimte en dergelijke door de medezeggenschapsraad. Vergoedingsformule: Y = 8,88 + L x 1,26 (L = aantal leerlingen) (b) Ouderbijdragen in het kader van de medezeggenschap Deze pve regelt een vergoeding voor de activiteiten van ouders in het kader van de medezeggenschap. Ook hier geldt dat de werkelijke kosten samenhangen met de aard van de activiteiten en de betrokkenheid van de medezeggenschapsraadleden. Daarom wordt uitgegaan van 7

8 een genormeerd bedrag per school en per leerling. Bij de pve s is rekening gehouden met de invloed van kosten die worden veroorzaakt door avondgebruik van vergaderruimte en dergelijke door de ouders die zitting hebben in de medezeggenschapsraad. Vergoedingsformule: Y = 8,88 + L x 0,93 (L = aantal leerlingen) MR faciliteiten MI peildatum 1 augustus 2008 StAIJ leerlingenaantal 1/10/08 bedrag MR Bedrag ouderbijdrage School Aldoende De Kaap De Dapper Linnaeus 4 e Montessori 5 e Montessori De Meer De Kraal Het Spectrum JP Coen Flevopark Evenaar 8 e Montessorischool Kleine Kapitein Mont. Steigereiland Laterna Magica Olympus TOTAAL , ,60 8

9 BIJLAGE 2: Voorstel Besteding MR Faciliteiten CAO-PO, t.b.v. GMR begroting 2009/2010 Kostenpost Aantal personen Norm p.p. Kosten Personeel Uitgaande van 9 personen per jaar Uitgaande van een GPL van en een normjaartaak van ,35 komen we op een uurtarief van 33,15 per uur. Uitgaande van een ureninzet van 60 uur per jaar (6 GMR vergaderingen en 6 vergaderingen van de expertisegroep) Totale kosten 33,15 x 60 uur = 1989,15 p.p. Ouders Uitgaande van 8 personen per jaar Ouders ontvangen 50 per vergadering ,00 DB leden Uitgaande van 2 ouders en 2 personeelsleden Uitgaande van 12 vergaderingen per jaar (6 GMR vergaderingen en 6 vergaderingen van de expertisegroep) Totale kosten 50,-- x 12 = 600 p.p. Personeel: Uitgaande van een ureninzet 10 uur per jaar (6 vergaderingen) p.p. Totale kosten personeel 33,15 x 10 uur = 331,50 p.p ,-- Staf Uitgaande van inzet van de algemeen beleidsmedewerker en inzet van de management assistent Ouders: Ouders ontvangen 50 per vergadering. Totale kosten ouders 50 x 6 = 300,-- p.p. Uitgaande van een GPL van en een normjaartaak van 1659 komen we op een uurtarief van 33,15 per uur. Uitgaande van een ureninzet van 50 uur per jaar (6 GMR vergaderingen en 6 vergaderingen van het Dagelijks Bestuur) 3.315,25 Totale kosten 33,15 x 50 uur = 1.657,63 p.p. TOTAAL ,60 9

10 10