Jeremia 1. Jeremia wordt Gods profeet

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Jeremia 1. Jeremia wordt Gods profeet"

Transcriptie

1 Jeremia Jeremia, de zoon van Chilkia, was een profeet. Hij kwam uit een familie van priesters uit Anatot, een plaats in het gebied Benjamin. De Heer maakte zijn boodschap aan Jeremia bekend. Dat begon toen Josia, de zoon van Amon, dertien jaar koning van Juda was. En de Heer bleef dat doen zolang Josia koning was. En ook daarna, toen Josia s zonen Jojakim en Sedekia koning waren. Sedekia was de laatste koning van Juda. Toen hij elf jaar koning was, werden de inwoners van Jeruzalem als gevangenen meegenomen naar Babel. Dat gebeurde in de vijfde maand van dat jaar. Alles wat Jeremia namens de Heer gezegd heeft, staat in dit boek. Jeremia wordt Gods profeet De Heer heeft Jeremia uitgekozen 4 De Heer zei tegen mij: 5 Jeremia, ik geef je een bijzondere taak. Ik heb jou al uitgekozen voordat je geboren was. Zelfs al voordat ik je liet groeien in de buik van je moeder! Jij moet profeet zijn voor alle volken. 6 Ik zei: Nee, Heer, mijn God! Dat kan ik niet, daar ben ik te jong voor. 7 Maar de Heer zei: Zeg niet dat je te jong bent, maar doe wat ik zeg. Ga naar iedereen toe naar wie ik je stuur. En zeg tegen hen alles wat ik je zeg. 8 Je hoeft voor niemand bang te zijn, want ik ben bij je. Ik zal je redden als je in gevaar bent. 9 Toen stak de Heer zijn hand uit en hij raakte mijn mond aan. Hij zei tegen mij: Ik leg mijn woorden in jouw mond. 10 Vanaf nu heb jij macht over alle landen en volken. Je hebt de macht om volken weg te halen uit hun land, en om alles af te breken, te vernietigen en kapot te maken. Maar je hebt ook de macht om volken terug te laten gaan naar hun land, en om alles weer op te bouwen. De Heer vertelt wat hij besloten heeft 11 De Heer vroeg aan mij: Wat zie je daar, Jeremia? Ik zei: Ik zie een bloeiende tak. 12 En de Heer zei: Dat heb je goed gezien. De bloemen van die tak zijn uitgekomen. Zo zal ook alles wat ik zeg, uitkomen. 13 Opnieuw vroeg de Heer aan mij: Wat zie je daar? Ik zei: Ik zie in het verre noorden een hete pan op een vuur. Die pan kookt over! 14 Toen zei de Heer tegen mij: Uit het noorden komt een ramp voor alle mensen in het land. 15 Want ik haal de legers van alle volken uit het noorden hiernaartoe. Ze zullen de poorten en de muren van Jeruzalem aanvallen, en ze zullen alle andere steden in Juda veroveren.

2 16 Zo zal ik de inwoners van Juda straffen voor het kwaad dat ze gedaan hebben. Want ze hebben mij verlaten. Ze zijn andere goden gaan vereren, ze knielen voor beelden die ze zelf gemaakt hebben. Jeremia moet zich klaarmaken 17 De Heer zei tegen mij: Maak je klaar, Jeremia. Ga naar de inwoners van Juda en vertel hun alles wat ik je zeg. Laat je door hen niet bang maken, maar doe wat ik zeg. Anders zal ik jou pas echt bang maken Let op! Ik maak jou zo sterk als een stad met dikke muren. Ik maak je zo sterk als een paal van ijzer, zo sterk als een muur van brons. Iedereen zal tegen je vechten: de koningen van Juda, de leiders, de priesters en het volk. Maar ze zullen je niet kunnen verslaan. Want ik ben bij je. Ik zal je beschermen tegen gevaar. Jeremia 2 Israël is niet trouw aan God 1-2 Toen zei de Heer tegen Jeremia dat hij naar Jeruzalem moest gaan. Hier volgen de woorden die Jeremia moest zeggen tegen de inwoners van Jeruzalem. Vroeger was Israël trouw aan de Heer Luister, volk van Israël. Dit zegt de Heer tegen jullie: Vroeger waren jullie mij trouw. Toen hielden jullie van mij, zoals een bruid houdt van haar man. Jullie gingen met mij mee door de woestijn, dat land waar niets wil groeien. Dat ben ik niet vergeten. 3 Volk van Israël, jullie zijn van mij, jullie zijn mijn liefste bezit. Iedereen die jullie kwaad doet, is schuldig en wordt zwaar gestraft. Israël heeft zich slecht gedragen 4 Volk van Israël, luister naar de woorden van de Heer. 5-6 De Heer zegt: Ik heb jullie bevrijd uit Egypte. Ik heb jullie door de woestijn geleid. Door een land dat dor en droog is, en donker en vol gevaar. Een land waar niemand komt en waar niemand woont. Ik heb jullie nooit slecht behandeld. Toch wilden jullie niets meer met mij te maken hebben. Jullie vroegen mij niet om hulp als je in gevaar was. In plaats daarvan gingen jullie goden vereren die niets waard zijn. Nu zijn jullie zelf niets meer waard. 7 Volk van Israël, ik heb jullie naar een land vol fruitbomen gebracht. Iedereen kon eten van alle heerlijke vruchten. Maar jullie hebben er een slecht land van gemaakt! Door jullie slechte daden heb ik een hekel aan mijn eigen land gekregen. 8 Jullie priesters vroegen mij niet om hulp. Jullie wetsleraren kenden mij niet. Jullie koningen kwamen tegen mij in opstand. Jullie profeten vereerden machteloze goden, en ze spraken namens de god Baäl. Israël heeft voor andere goden gekozen 9 De Heer zegt: Volk van Israël, ik zal laten zien dat jullie straf verdienen. En niet alleen jullie, maar ook jullie kinderen en kleinkinderen.

3 10 Want geen enkel volk op aarde doet zulke slechte dingen als jullie. Ga maar eens kijken bij de andere volken in het westen en in het oosten. Kijk daar eens goed om je heen. 11 Doen die volken hun eigen goden weg? Nee! En dat zijn nog niet eens echte goden. Maar jullie hebben mij aan de kant gezet, je eigen God. Jullie hebben gekozen voor machteloze goden. 12 De Heer zegt: Laat de hemel stil zijn van schrik, en beven van angst. 13 Want mijn volk heeft twee grote fouten gemaakt. Ten eerste hebben ze mij aan de kant gezet. En ten tweede zijn ze machteloze goden gaan vereren. Mijn volk lijkt op iemand die zegt: Ik wil geen fris water uit een bron. Ik drink liever vies water uit een kapotte waterbak. Israël wordt gestraft 14 Volk van Israël, vroeger waren jullie geen slaven. Jullie waren vrije mensen. Maar nu hebben jullie vijanden macht over jullie. 15 Ze juichen omdat ze jullie verslagen hebben. Ze hebben jullie land verwoest en alle steden kapotgemaakt. Er woont niemand meer. 16 En iedereen die gevlucht is naar de steden van Egypte, zal daar gedood worden. 17 Volk van Israël, dat is allemaal jullie eigen schuld. Want jullie hebben de Heer verlaten, de Heer die jullie naar dit land gebracht heeft. Israël heeft zich slecht gedragen God, de machtige Heer, zegt: Volk van Israël, waar zijn jullie mee bezig? Waarom zoeken jullie hulp bij de koningen van Egypte en Assyrië? Het zal slecht met jullie aflopen. Het is jullie eigen schuld, want jullie zijn niet trouw aan mij geweest. Jullie hebben mij, je eigen God, verlaten. Jullie dachten dat je voor mij niet bang hoefde te zijn. Maar het loopt slecht met jullie af, let maar op. 20 Volk van Israël, al lang geleden kwamen jullie in opstand tegen mij. Jullie zeiden: We willen vrij zijn! En jullie zochten overal in het land andere goden om te vereren. Net als een hoer die steeds andere mannen zoekt om mee naar bed te gaan. 21 Volk van Israël, in het begin leek je op een plant met de beste druiven. Maar je bent totaal veranderd. Want nu lijk je op een wilde struik waar niets goeds aan groeit. 22 Je lijkt op een vrouw met vieze kleren. Ze probeert ze schoon te maken met veel zeep, maar je blijft de vlekken zien. Zo is het ook met jullie, volk van Israël. Wat jullie ook doen, ik blijf jullie slechtheid zien. Dat zegt de Heer. Israël heeft afgoden vereerd 23 Volk van Israël, jullie zeggen: Wij hebben niets verkeerds gedaan. We hebben geen afgoden vereerd. Hoe durven jullie dat te zeggen? Want jullie vereren alle afgoden die je maar kunt vinden! Jullie lijken op een kameel die wild rondrent en wil paren. 24 Jullie lijken op een wilde ezelin in de woestijn, op zoek naar een mannetje. Onrustig loopt ze rond. Elke ezel die ze tegenkomt, kan met haar paren. 25 Op dezelfde manier zijn jullie op zoek naar afgoden. Jullie zoeken totdat je voeten pijn doen. Jullie roepen naar die afgoden totdat je keel er pijn van doet. Stop daarmee! Maar jullie zeggen: Laat ons toch! We houden van die goden, we willen ze vereren.

4 26 De Heer zegt: Een dief die gepakt wordt, schaamt zich voor zijn daden. Want iedereen komt te weten wat voor slechts hij gedaan heeft. Net zo zullen jullie je schamen voor al je slechte daden, volk van Israël. En ook al je koningen, leiders, priesters en profeten zullen zich schamen. 27 Want jullie zeggen tegen beelden van hout en steen: U bent onze vader! en: U hebt ons gemaakt! En met mij willen jullie niets te maken hebben. Maar als jullie in gevaar zijn, roepen jullie tegen mij: Heer, kom ons toch redden! 28 Waar zijn dan de goden gebleven die jullie zelf gemaakt hebben? Die kunnen toch komen om jullie te redden? Jullie hebben toch zo veel goden? Jullie hebben net zo veel goden als steden! 29 Jullie zijn boos op mij, omdat ik jullie niet kom redden. Maar jullie zijn zelf tegen mij in opstand gekomen, jullie allemaal! Israël heeft andere goden gezocht 30 De Heer zegt: Volk van Israël, ik heb jullie steeds weer gestraft. Maar het heeft niet geholpen. Jullie hebben er niets van geleerd. Jullie hebben de profeten die mijn boodschap vertelden, gegrepen en gedood. 31 Jullie die nu leven, luister naar mijn woorden! Ik heb jullie volk nooit in gevaar gebracht. Ik heb jullie volk nooit in de steek gelaten. En toch zeggen jullie: We doen wat we zelf willen, we komen niet meer bij u terug. 32 Een meisje is trots op haar mooie ketting, en een bruid is trots op haar jurk. Maar jullie zijn niet trots op mij. Al eeuwenlang doen jullie alsof ik er niet ben. 33 Jullie worden steeds beter in het vinden van andere goden. Zelfs slechte mensen kunnen nog veel van jullie leren Jullie hebben mensen vermoord. Geen misdadigers, maar arme en onschuldige mensen. Hun bloed zit op jullie kleren. En dan zeggen jullie ook nog dat jullie niets verkeerds gedaan hebben. Jullie zeggen: Wij zijn onschuldig! God is niet boos op ons. Daarom zal ik jullie straffen. Israël krijgt geen hulp van andere landen 36 Volk van Israël, jullie reizen van het ene land naar het andere. Eerst zochten jullie hulp bij de Assyriërs, maar zij lachten jullie alleen maar uit. Nu zoeken jullie hulp in Egypte, maar ook daar zullen ze jullie uitlachen. 37 Ja, ook uit Egypte zullen jullie zonder hoop terugkomen. Want de Heer heeft dat land zwak gemaakt. Dat land zal jullie niet helpen. Jeremia 3 De Heer wil zijn volk niet meer 1 De Heer zegt: Stel dat een man scheidt van zijn vrouw omdat zij hem ontrouw is. Zij gaat weg en ze wordt de vrouw van een ander. Kan ze daarna dan weer terugkomen bij haar eerste man? Nee! Als mensen zulke dingen zouden doen, dan zou het helemaal fout gaan met het land. Zo is het ook met jullie, mijn volk. Jullie hebben mij verlaten om veel andere goden te vereren. Denk maar niet dat je dan zomaar bij mij kunt terugkomen!

5 2 Kijk eens rond: op elke heuvel hebben jullie afgoden vereerd. Jullie lijken op een hoer die met iedereen seks heeft. Zo n vrouw die langs de kant van de weg wacht op haar klanten, zoals een koopman langs de weg klaarzit met zijn handel. Jullie bleven maar andere goden vereren. Door jullie is het helemaal fout gegaan met dit land. 3 Door jullie valt er geen regen meer. Jullie kijken me brutaal aan, zoals een hoer die zich nergens voor schaamt. 4 Nu het slecht gaat, zeggen jullie tegen mij: U bent onze vader! en: U hield toch van ons? 5 En jullie denken: De Heer blijft niet boos, zijn woede gaat wel over. Dat is wat jullie zeggen en denken. En intussen gaan jullie gewoon door met het doen van slechte dingen. Israëls ontrouw en Juda s bedrog 6 In de tijd van koning Josia zei de Heer tegen mij: Jeremia, heb je gezien wat de inwoners van Israël gedaan hebben? Heb je hun ontrouw gezien? Overal in het land vereerden ze afgoden, op elke heuvel en onder elke groene boom. 7-8 Ik dacht: Ze zullen daar wel mee stoppen, en mij weer gaan vereren. Maar dat deden ze niet. Daarom heb ik dat ontrouwe volk weggestuurd. Net zoals een man scheidt van zijn ontrouwe vrouw en haar wegstuurt. De inwoners van Juda zagen wat ik deed met de inwoners van Israël. Maar de inwoners van Juda schrokken daar niet van. Nee, ze gingen zelf ook op zoek naar andere goden Door hen is het helemaal fout gegaan in het land. Ze vereerden beelden van steen en hout, en schaamden zich daar helemaal niet voor. En intussen bleven ze mij vereren met mooie woorden, waar ze niets van meenden. Zo hebben ze mij bedrogen. 11 De inwoners van Israël zijn mij ontrouw geweest. Maar wat de inwoners van Juda gedaan hebben, is nog veel erger: zij hebben mij bedrogen! Israël moet weer trouw worden 12 Hier volgen de woorden die Jeremia moest zeggen tegen het volk van Israël. Israël moet zijn fouten toegeven Luister, jullie die naar het verre noorden gebracht zijn. De Heer zegt tegen jullie: Ontrouw volk, kom bij me terug. Dan zal ik niet meer boos op jullie zijn. Ik ben een God van liefde, mijn woede duurt niet voor altijd. 13 Maar jullie moeten wel toegeven dat je schuldig bent. Geef toe dat jullie in opstand gekomen zijn tegen mij, de Heer, jullie God. Geef toe dat jullie andere goden vereerd hebben, overal, onder elke groene boom. Geef toe dat jullie niet naar mij geluisterd hebben. Er komt een goede tijd 14 De Heer zegt: O, ontrouw volk! Jullie moeten weer trouw worden aan mij. Want jullie horen bij mij. Ik zal jullie allemaal terughalen, iedereen van mijn volk die overgebleven is. En ik zal jullie terugbrengen naar Jeruzalem. 15 Ik zal jullie goede leiders geven. Zij zullen leiding geven op een wijze en verstandige manier.

6 16 Als jullie terug zijn in dit land, zullen jullie weer een groot volk worden. Dan zeggen jullie niet meer dat de heilige kist de troon van de Heer is. Niemand zal nog aan die heilige kist denken, niemand zal hem missen, en er hoeft ook geen nieuwe gemaakt te worden. 17 Want in die tijd zullen jullie zeggen: Nu is Jeruzalem de troon van de Heer. Want ik, de Heer, zal in Jeruzalem zijn. Dan zullen alle volken daarheen komen om mij te eren. En ze zullen niet meer leven als slechte mensen. 18 In die tijd komen de inwoners van Israël en de inwoners van Juda terug. Ze komen samen terug uit het verre noorden. En ze gaan weer naar het land dat ik aan hun voorouders gegeven heb. Israël heeft de Heer bedrogen 19 De Heer zegt: Volk van Israël, ik heb jullie een goed land gegeven. Ik heb voor jullie het mooiste land op aarde uitgekozen. Daar liet ik jullie wonen. Ik verwachtte dat jullie mij Vader zouden noemen en mij trouw zouden blijven. 20 Maar nee! Net zoals een ontrouwe vrouw haar man bedriegt, zo hebben jullie mij bedrogen. 21 Volk van Israël, jullie klagen en jammeren, jullie smeken om de hulp van jullie afgoden. Jullie zijn mij, jullie God, vergeten. Jullie zijn helemaal verkeerd bezig! Israël moet de Heer weer trouw worden 22 De Heer zegt: Ontrouw volk, kom bij me terug. Dan zal ik zorgen dat jullie mij weer trouw worden. Dan zullen jullie zeggen: Hier zijn we, we komen bij u terug. Want u bent de Heer, onze God. 23 De goden die wij op de heuvels en de bergen vereerden, kunnen niets! U, Heer, onze God, hebt ons gered! 24 Zolang ons volk bestaat, hebben wij de god Baäl vereerd. En die afschuwelijke god heeft ons alles afgenomen: ons bezit, onze dieren en zelfs onze kinderen. 25 We schamen ons, ja, we schamen ons diep. Want wij hebben steeds dingen gedaan die u verkeerd vindt. En niet alleen wij, maar ook al onze voorouders. Ja, zolang ons volk bestaat, hebben we verkeerde dingen gedaan. Heer, onze God, we hebben niet naar u geluisterd. Jeremia 4 Er komt een nieuwe tijd 1 De Heer zegt: Volk van Israël, kom bij me terug. Doe al je beelden van afgoden weg. Kom terug naar je land en wees mij weer trouw. 2 Vereer alleen mij, en wees eerlijk en trouw. Dan zullen alle volken zeggen: Heer, wat bent u goed voor uw volk! Wilt u voor ons ook zo goed zijn? Er komt een ramp Jeremia waarschuwt Juda en Jeruzalem

7 3 Inwoners van Juda en Jeruzalem, dit zegt de Heer tegen jullie: Voordat je gaat zaaien, moet je eerst de doornstruiken weghalen en de grond weer vruchtbaar maken. 4 Dat betekent: doe het kwaad uit jezelf weg en open je hart voor Gods wil. Want als jullie verkeerde dingen blijven doen, zal de Heer woedend worden! Zijn woede is als een vuur dat nooit uitgaat en dat alles verbrandt. Jeremia zegt dat er een ramp komt 5-6 Waarschuw de inwoners van Juda, blaas overal in het land op de trompet! Laat iedereen naar de steden gaan en zich daar verzamelen. Waarschuw ook de inwoners van Jeruzalem. Iedereen moet meteen naar de stad vluchten. Want er gaat een ramp gebeuren! De Heer stuurt de vijanden uit het verre noorden naar dit land. 7 Ze vernietigen alles wat ze tegenkomen. Ze zijn naar jullie onderweg, ze komen eraan. Ineens zullen ze voor jullie staan, net zo plotseling als een leeuw die tevoorschijn springt uit de struiken. De vijanden zullen jullie land in een woestijn veranderen. In jullie steden zal niemand meer wonen, er zal niets van overblijven. 8 Trek maar vast zwarte kleren aan. Begin maar vast te huilen en te jammeren. Want niemand kan de woede van de Heer tegenhouden. Jeremia klaagt over de ramp 9 De Heer zei tegen mij: Jeremia, als die ramp komt, zullen de koning en de leiders alle moed verliezen. En de priesters en de profeten zullen vreselijk schrikken. 10 Toen zei ik: Heer, mijn God, u hebt uw stad Jeruzalem en uw volk Israël bedrogen! Want u had beloofd dat wij in vrede zouden leven. Maar nu komen de vijanden ons doden! Maar de Heer zei: Zeg tegen de inwoners van Juda en Jeruzalem: Er komen vijanden om jullie te doden. Ze vernietigen alles en iedereen. Net zoals een harde woestijnwind alles wegblaast. Zo zal de Heer jullie straffen. Jeremia vertelt dat er vijanden komen 13 Daar komen de vijanden! Opeens zijn ze er, net zoals wolken in de lucht. Hun wagens zijn sneller dan stormwinden, hun paarden zijn sneller dan adelaars. Inwoners van Jeruzalem, jullie roepen: Help ons toch! Het loopt slecht met ons af! 14 Maar nee, inwoners van Jeruzalem! Jullie kunnen alleen gered worden als je het kwaad uit jezelf wegdoet. Maar dat doen jullie niet. Jullie hoofd zit vol kwade plannen. 15 Slecht nieuws uit het noorden! Vreselijke berichten uit het gebied Dan en het bergland van Efraïm! 16 Maak het overal bekend, vertel het aan iedereen in Jeruzalem. De vijanden uit het verre noorden zijn gekomen. Met veel geschreeuw komen ze naar de steden van Juda. 17 Ze omsingelen de stad Jeruzalem, net als bewakers die een stuk land bewaken. De Heer zegt: Dat gebeurt omdat jullie tegen mij in opstand gekomen zijn. 18 Het is de straf voor jullie misdaden. Want van binnen zitten jullie vol slechtheid. Jeremia schreeuwt het uit 19 Mijn hart bonst, mijn hoofd bonkt! Ik ben ziek van angst, ik schreeuw het uit! Het is oorlog. Ik hoor het geschreeuw van de vijanden, het geluid van hun trompetten.

8 20 Eén voor één worden de steden veroverd. De vijanden vernietigen alles: de huizen, de dorpen en de steden. Ze verwoesten het hele land. 21 Hoe lang moet ik hun vlaggen nog zien? Hoe lang moet ik hun trompetten nog horen? 22 De Heer zegt: Mijn volk is dom. Ze weten niet wie ik ben. Ze weten niet hoe ze goed moeten leven. Het zijn mensen zonder verstand, zonder inzicht. Maar verkeerde dingen doen, dat kunnen ze goed! Jeremia ziet een verlaten aarde 23 Ik zag dat de aarde leeg en verlaten was. Ik zag dat er geen licht aan de hemel meer was. 24 Ik zag dat de bergen beefden en de heuvels trilden. 25 Ik zag dat er geen mensen meer waren. En dat alle vogels verdwenen waren. 26 Ik zag dat alle velden vernield waren en alle steden vernietigd. Dat komt allemaal door de grote woede van de Heer Want hij heeft gezegd: Ik maak van dit land een woestijn. Dan zal er verdriet zijn in de hemel en op de aarde. Maar mijn besluit staat vast. Toch zal ik het land niet helemaal vernietigen. Jeruzalem zal veroverd worden 29 Iedereen vlucht voor het geschreeuw van de soldaten. De mensen vluchten naar de bossen en de bergen. Alle steden zijn verlaten, er woont niemand meer. 30 Luister, inwoners van Jeruzalem. Ook al doen jullie nog zo je best, jullie stad is niet meer te redden. Jullie stad lijkt op een vrouw die zich mooi gemaakt heeft. Ze draagt sieraden en een dure jurk. Ze is mooi opgemaakt en ziet er prachtig uit. Maar er is geen man die haar nog wil. Nee, de mannen willen haar juist doden. Net zo zijn de vijanden gekomen om jullie mooie stad te verwoesten. 31 Ik hoor geschreeuw. Het lijkt wel alsof er een vrouw aan het bevallen is van haar eerste kind. Het geschreeuw komt uit Jeruzalem. De inwoners van de stad zijn in nood. Ze smeken om hulp en roepen: Help ons toch! We worden vermoord! Jeremia 5 De straf van God Iedereen in Jeruzalem is slecht 1-2 De Heer zei tegen mij: Jeremia, loop door de straten van Jeruzalem, kijk goed rond op alle pleinen. Zoek naar iemand die eerlijk is en de waarheid belangrijk vindt. Als je zo iemand vindt, zal ik de hele stad vergeven. Maar alle inwoners van Jeruzalem zijn oneerlijk! Ze liegen altijd, zelfs als ze zeggen: Dit is waar. Zo zeker als de Heer leeft! 3 Toen zei ik: Heer, u wilt dat uw volk de waarheid ziet. Maar als u de mensen van uw volk straft, dan schrikken ze niet eens. Als u vernietiging brengt, dan zeggen ze: Wij hebben geen straf verdiend. Ze zijn keihard. Ze hebben gewoon nergens spijt van.

9 Jeremia merkt hoe slecht het volk is 4 Eerst dacht ik: Ach, de mensen van mijn volk weten niet veel. Ze doen verkeerde dingen, omdat ze niet weten wat de Heer van hen wil. Ze kennen de regels van hun God niet. 5 Daarom bedacht ik: Ik zal met de leiders van het volk praten. Die weten precies wat de Heer wil. Die kennen de regels van hun God. Maar toen merkte ik dat ook de leiders zich aan geen enkele regel hielden. Ze gingen allemaal hun eigen gang! 6 Alle mensen deden verkeerde dingen. Ze waren steeds ontrouw aan de Heer. Daarom heeft de Heer vijanden gestuurd. Die zullen als wilde dieren op de steden van Juda afkomen, om de inwoners te doden. De Heer kan zijn volk niet vergeven 7 Volk van Israël, de Heer zegt tegen jullie: Ik kan jullie niet vergeven! Jullie hebben mij verlaten om afgoden te gaan vereren! Ik zorgde ervoor dat jullie het goed hadden, maar toch gingen jullie andere goden vereren. Telkens weer gingen jullie naar hun tempels toe. 8 Jullie leken wel wilde paarden! Paarden die steeds weer op een ander vrouwtje springen om te paren. Zo gingen jullie achter andere goden aan. 9 Een volk dat zulke dingen doet, verdient straf. Ik ga jullie straffen voor al jullie misdaden Ik geef jullie vijanden deze opdracht: Val het land aan en verover het, maar vernietig het niet helemaal. Je moet de inwoners van Israël en Juda doden. Zij horen niet meer bij mij, want ze hebben me bedrogen. Israël nam de Heer niet serieus 12 Volk van Israël, jullie namen de Heer niet serieus. Jullie zeiden: Zoiets doet de Heer niet. Die rampen zullen wij niet meemaken. Wij hoeven niet bang te zijn voor oorlog of voor hongersnood. 13 De profeten die zeggen dat er rampen komen, die kletsen maar wat. Laat die rampen maar met henzelf gebeuren! 14 Maar God, de machtige Heer, zegt: Omdat jullie dat gezegd hebben, ga ik jullie straffen. Mijn woorden zijn als vlammen van vuur. Als Jeremia ze uitspreekt, zullen die woorden jullie vernietigen. De Heer stuurt vijanden naar Israël 15 De Heer zegt: Let op, volk van Israël, ik stuur vijanden op jullie af. Ze komen uit een ver land. Ze horen bij een machtig volk, dat al eeuwenlang bestaat. Ze spreken een taal die jullie niet kennen. Je verstaat niet wat ze zeggen. 16 Hun leger brengt dood en vernietiging. Al hun soldaten zijn geweldige vechters. 17 Die vijanden zullen alles van jullie afpakken: de oogst van het land, jullie eten, je zonen en dochters, je geiten, schapen en koeien, je druiven en vijgen. Ze zullen jullie sterke steden vernietigen. De muren waar jullie op vertrouwen, zullen ze met geweld verwoesten. 18 Maar toch zal ik jullie dan niet helemaal vernietigen.

10 Israël heeft de Heer verlaten Luister, inwoners van Juda. Jullie vragen: Waarom heeft de Heer ons al deze ellende gebracht? Dit is zijn antwoord: Jullie hebben mij verlaten in je eigen land. Ik ben jullie eigen God. Maar jullie gingen andere goden dienen. Daarom moeten jullie nu in een land gaan wonen dat niet van jullie is. En daar moeten jullie de koning van een ander volk dienen. 21 Jullie zijn dom, jullie hebben geen verstand. Jullie hebben wel ogen, maar jullie zien niets. Jullie hebben wel oren, maar jullie horen niets. 22 Hoe kan het dat jullie geen eerbied voor mij hebben? Hoe kan het dat jullie niet bang voor mij zijn? Ik ben degene die macht heeft over de zee. Ik heb een grens van zand gemaakt, die de zee tegenhoudt. Ook al buldert de zee en bruisen de golven, die grens houdt al het water tegen. 23 Maar jullie zijn eigenwijs en ongehoorzaam. Jullie gaan je eigen gang. 24 Jullie denken niet: Wij moeten eerbied hebben voor de Heer, onze God. Want hij zorgt voor ons. Hij laat het op tijd regenen in de lente en in de herfst. En hij zorgt ervoor dat wij op vaste tijden in het jaar kunnen oogsten. 25 Het is dus jullie eigen schuld dat het verkeerd gaat. Door jullie slechte gedrag krijgen jullie een slechte oogst. In Israël gebeuren vreselijke dingen 26 De Heer zegt: Volk van Israël, ik zie vreselijke mensen daar bij jullie. Ze proberen anderen in de val te laten lopen. Ze lijken op jagers die netten ophangen om vogels in te vangen. 27 Die vreselijke mensen stelen van iedereen, hun huizen staan vol gestolen spullen. Zo zijn ze rijk en machtig geworden, 28 en dik en vet van al het eten. Ze denken alleen aan hun eigen rechten. Het kan ze niets schelen als arme mensen oneerlijk behandeld worden. Ze zullen zwakke mensen nooit helpen. Ze zijn slechter dan slecht. 29 Een volk dat zulke dingen doet, verdient straf. Ik ga jullie straffen voor al jullie misdaden. 30 Er gebeuren afschuwelijke dingen in het land. 31 De profeten vertellen leugens aan jullie. De priesters geven jullie regels die ze zelf gemaakt hebben. En jullie vinden het allemaal prima. Wacht maar tot jullie einde komt! Jeremia 6 De ramp is dichtbij Jeremia waarschuwt het volk 1 Volk van Benjamin, vlucht weg uit Jeruzalem! Waarschuw iedereen! Blaas op de trompet in Tekoa, waarschuw met rook boven Bet-Hakkerem. Want uit het noorden komt een ramp die alles zal vernietigen.

11 2 De Heer zegt: Ik ga Jeruzalem vernietigen, die schitterende stad. 3 Ik stuur koningen op Jeruzalem af. Ze zullen met hun legers de stad omsingelen. De soldaten nemen het gebied rondom de stad in bezit. 4 Ze roepen: Vlug, maak je klaar voor de strijd! Dan kunnen we de stad vanmiddag nog aanvallen! Nee, dat lukt niet meer, het is al bijna avond. 5 Dan gaan we vannacht! We vallen de stad in het donker aan en we verwoesten alle paleizen. 6 God, de machtige Heer, zegt tegen de vijanden: Hak de bomen bij Jeruzalem om en val de stad aan. Ik geef Jeruzalem aan jullie, want het is een stad vol kwaad. 7 Zoals water uit een bron stroomt, zo stroomt het kwaad uit Jeruzalem. Mensen worden daar neergeslagen, ze worden vertrapt. Ik zie het al gebeuren. Ik hoor het geschreeuw al van mensen die worden mishandeld en beroofd. 8 Leer van deze straf, inwoners van Jeruzalem! Anders laat ik jullie alleen achter. Dan wordt Jeruzalem een woestijn, een gebied waar niemand woont. Niemand luistert naar Jeremia 9 God, de machtige Heer, zei tegen mij: Jeremia, kijk of er bij mijn volk nog mensen zijn die willen luisteren. Ga naar hen op zoek, net zoals een boer na de druivenoogst op zoek gaat naar de laatste druiven. 10 Ik zei tegen de Heer: Tegen wie moet ik spreken? Als ik waarschuw, luistert niemand! Ze stoppen allemaal hun oren dicht. Ze willen niets van u weten. Ze lachen om alles wat ik namens u zeg. Ze hebben geen zin om te luisteren. Jeremia voelt de woede van de Heer 11 Ik voel de woede van de Heer in mij. Ik kan me niet langer inhouden. Gods woede treft iedereen, ook de kinderen op straat en alle jonge mannen. De vijanden zullen iedereen grijpen: alle mannen en vrouwen, ook alle oude mensen. 12 De inwoners van Juda zullen hun huizen kwijtraken, en ook hun akkers en hun vrouwen. De Heer zegt: Ik ga de inwoners van Juda straffen. 13 Want iedereen, arm en rijk, denkt alleen maar aan zichzelf. En de priesters en profeten liegen allemaal. 14 Ze zeggen dat er niets aan de hand is, maar mijn volk gaat een vreselijke ramp meemaken! Alles gaat goed, zeggen ze, alles gaat goed! Maar het gaat helemaal niet goed! 15 Schamen de priesters en de profeten zich voor hun misdaden? Nee, ze schamen zich nergens voor. Ze weten niet eens wat schaamte is. Daarom zal ik hen straffen. Als de oorlog komt, zullen ook zij sterven. De Heer straft zijn ongehoorzame volk 16 De Heer zegt: Volk van Israël, denk eens na over hoe jullie leven. Denk eens aan de wet die ik jullie lang geleden gaf. Ik heb jullie de weg gewezen. Ik beloofde dat jullie in vrede zouden leven als jullie het goede zouden doen. Maar jullie zeiden: Dat doen we niet.

12 17 Ik stuurde mijn profeten naar jullie toe. Ik zei: Luister naar de waarschuwingen die ze geven. Maar jullie zeiden: Dat doen we niet. 18 Daarom zeg ik nu tegen alle volken op aarde: Luister goed, kom kijken wat hier gaat gebeuren. 19 Ik ga een ramp op mijn volk afsturen. Zo straf ik hen voor hun misdaden. Want zij wilden niet luisteren naar mijn woorden. Ik gaf hun mijn wet, maar die wilden zij niet. De Heer wil geen offers van zijn volk 20 De Heer zegt: Volk van Israël, jullie brengen mij wierook uit Seba, jullie brengen mij geurige kruiden uit verre landen. Maar wat heb ik daaraan? Ik ben niet blij als jullie dieren slachten voor mij. Jullie offers wil ik niet. 21 Ik leg stenen neer waarover jullie zullen struikelen. Dat betekent: Als de vijanden komen, zullen jullie allemaal sterven. Vaders en zonen, buren en vrienden, iedereen wordt gedood. De vijanden komen naar Jeruzalem 22 De Heer zegt: Er komen machtige legers aan uit het verre noorden. Ze komen van de andere kant van de aarde. Ze staan klaar voor de strijd. 23 Ze zijn hard, ze kennen geen medelijden. Hun geschreeuw klinkt als het gebulder van de zee. Ze komen eraan op hun snelle paarden, klaar om te vechten met hun bogen en zwaarden. Ze zullen vechten tegen jullie, inwoners van Jeruzalem! 24 Jullie zeggen: We hebben gehoord dat de vijanden komen. We hebben de moed verloren, en we zijn bang, ja, doodsbang! 25 Ga niet naar je akker, ga niet op reis. Blijf in de stad! Want buiten de stad zijn de vijanden. Overal is dood en vernietiging. 26 Ach, mijn volk! Trek zwarte kleren aan en ga in het stof op de grond liggen. Huil maar, en jammer alsof je enige kind is doodgegaan. Want wat er gaat gebeuren, is verschrikkelijk. Opeens zullen de vijanden voor je staan om je te doden. De Heer vindt zijn volk waardeloos 27 De Heer zei: Jeremia, ik geef jou de opdracht om dit volk te testen. Jij moet hun gedrag onderzoeken. 28 Je zult merken dat ze ongehoorzaam zijn. Ja, ze zijn verschrikkelijk ongehoorzaam! Liegen is voor hen normaal, en ze doen allemaal expres het verkeerde. Ze zijn slechter dan slecht Ik heb alles geprobeerd. Ik lijk op een smid die probeert om zilver zuiver te maken. Die smid maakt het vuur heter en heter. Maar hoe hij ook zijn best doet, het zilver wordt niet zuiver. Dat zilver is waardeloos en de smid gooit het weg. Zo gaat het ook met mijn volk: ik doe het weg, want het is waardeloos. Jeremia 7 Jeremia in de tempel

13 1-2 De Heer stuurde Jeremia naar de tempel. Hij moest in de poort van de tempel gaan staan. Daar moest hij spreken tegen de inwoners van Juda die de tempel binnenkwamen om de Heer te vereren. Hier volgen de woorden die hij zei. De Judeeërs moeten hun leven veranderen Luister allemaal! 3 Dit zegt God, de machtige Heer, de God van Israël: Verander je leven! Dan laat ik jullie voor altijd in dit land wonen. 4 Jullie zeggen steeds: Dit is de tempel van de Heer! Dit is de tempel van de Heer! Dit is de tempel van de Heer! Ja, jullie vertrouwen op de tempel. Maar daarmee bedriegen jullie jezelf. 5 Want het komt alleen goed als jullie je leven echt veranderen. Behandel iedereen eerlijk. 6 Zwakke mensen mag je niet onderdrukken. Wees goed voor vreemdelingen, voor weduwen en voor kinderen zonder vader. Vermoord geen onschuldige mensen. En vereer geen andere goden, want dan loopt het slecht met jullie af. 7 Verander je leven! Dan zal ik jullie voor altijd laten wonen in dit land, dat ik aan jullie voorouders gegeven heb. De Judeeërs bedriegen zichzelf 8-10 De Heer zegt: Jullie vertrouwen op de tempel. Jullie gaan naar de tempel om mij te vereren. En daar, in mijn huis, zeggen jullie: Wij zijn veilig, want God woont bij ons. Maar jullie bedriegen jezelf! Want intussen doen jullie allemaal slechte dingen. Jullie stelen en moorden, en jullie gaan vreemd. Jullie houden je niet aan je beloftes. Jullie brengen offers aan de god Baäl, en jullie vereren goden die jullie vroeger niet eens kenden. 11 Ik zie al jullie misdaden. En jullie komen gewoon naar mijn tempel. Is dat soms een huis voor misdadigers? Het voorbeeld van Silo De Heer zegt tegen de inwoners van Juda: Jullie denken dat je veilig bent, omdat in Jeruzalem mijn tempel staat. Maar ga eens kijken in Israël, in de stad Silo, waar mijn tempel vroeger stond. Daar woonde ik bij mijn volk. Maar de Israëlieten deden veel slechte dingen. Daarom heb ik de tempel van Silo laten verwoesten, en alle Israëlieten hun land uit gejaagd. Nu ga ik hetzelfde doen met jullie, inwoners van Juda. Want ook jullie doen steeds verkeerde dingen. Daarom zal ook jullie tempel verwoest worden. En ook jullie zullen je land uit gejaagd worden. Ja, ik stuur jullie weg uit het land dat ik aan jullie en aan jullie voorouders gegeven heb. Ik heb jullie steeds opnieuw gewaarschuwd, maar jullie wilden niet luisteren. Toen ik jullie riep, gaven jullie geen antwoord. Jeremia mag niet bidden voor het volk 16 De Heer zei tegen mij: Jeremia, bid niet voor dit volk. Vraag mij niet om medelijden met hen te hebben. Doe geen moeite, want ik luister toch niet.

14 17 Jij ziet toch ook wat er gebeurt in de steden van Juda en in de straten van Jeruzalem? 18 De kinderen zoeken hout, de vaders maken vuur en de moeders maken deeg. Dan bakken ze koeken en offeren die aan de godin die ze vereren: de koningin van de hemel. En hun wijn offeren ze weer aan andere goden. Zo beledigen ze mij! 19 Ja, ze beledigen mij. Maar uiteindelijk zijn zij het zelf die beledigd worden. Ze zullen diep vernederd worden. 20 Want ik, God, de Heer, zeg: Mijn grote woede zal over dit land komen. Over de mensen en de dieren, over de fruitbomen en de akkers. Mijn woede komt als een vuur dat alles verbrandt, een vuur dat niemand kan doven. De Heer wil geen offers meer De machtige Heer, de God van Israël, zegt tegen zijn volk: Jullie brengen mij offers door dieren op het altaar te verbranden. Maar ik heb niet om al die offers gevraagd. Eet het vlees zelf maar op! Toen ik jullie voorouders uit Egypte weghaalde, gaf ik hun deze regel: Luister altijd naar wat ik zeg. Dan zal ik jullie God zijn, en dan zullen jullie mijn volk zijn. Ik zal jullie vertellen hoe je moet leven. Als je doet wat ik wil, zal het goed met jullie gaan. 24 Maar jullie voorouders luisterden niet naar mij. Ze waren niet gehoorzaam aan mij, maar gingen hun eigen gang. Alle slechte dingen die ze bedachten, deden ze ook. Ze deden steeds dingen die ik niet wilde. 25 Ik heb steeds opnieuw profeten naar mijn volk gestuurd. Vanaf de dag dat jullie voorouders weggingen uit Egypte tot en met vandaag hebben die profeten het volk gewaarschuwd. 26 Maar jullie voorouders wilden niet naar hen luisteren. En ook jullie hebben niet gedaan wat ik wil. Jullie zijn nog ongehoorzamer dan jullie voorouders. Het volk zal niet luisteren 27 De Heer zei tegen mij: Jeremia, jij moet al die dingen tegen het volk zeggen. Maar ze zullen niet luisteren als je tegen hen spreekt. Als jij vertelt dat ze straf verdienen, zullen ze niet reageren. 28 Daarom moet je tegen hen zeggen: Jullie zijn een volk dat niet wil luisteren naar de Heer, jullie God. Jullie zullen je gedrag nooit veranderen. Er is bij dit volk niemand meer te vinden die de waarheid spreekt. Jeremia vertelt over de straf van God 29 Inwoners van Juda, het is tijd om te klagen en te huilen. Scheer je hoofd kaal en zing een droevig lied. Want de Heer wil zijn volk niet meer. En jullie zijn de mensen die dat gaan meemaken. 30 De Heer zegt: Inwoners van Juda, jullie hebben afschuwelijke dingen gedaan. Jullie hebben beelden van afgoden in mijn tempel gezet. Zo hebben jullie mijn tempel onrein gemaakt. 31 En in het Hinnom-dal hebben jullie het altaar van Tofet gebouwd. Op dat altaar offeren jullie je eigen zonen en dochters. Maar dat heb ik nooit van jullie gevraagd! Zoiets wil ik niet! Daarom ga ik jullie straffen. Dan zal het Hinnom-dal het Dal van de Moorden genoemd worden. Tofet wordt een begraafplaats. Het hele dal zal vol doden liggen. Hun

15 lichamen worden opgegeten door roofvogels en wilde dieren. Er is dan niemand meer om die beesten weg te jagen. 34 Ik ga dit land verwoesten. Dan is het stil in Jeruzalem en in alle andere steden van Juda. Er zullen geen vrolijke stemmen meer klinken op straat. Er wordt niet meer gezongen en er wordt geen feest meer gevierd. Jeremia 8 Het zal voor iedereen slecht aflopen 1-2 De Heer zegt: De vijanden zullen in Jeruzalem de graven openmaken. Ze zullen de botten van de doden eruit halen. Ook die van de koningen, de leiders, de priesters en de profeten. Ja, alle doden worden uit hun graf gehaald, en hun botten worden op het land neergelegd. Zo worden de inwoners van Jeruzalem geofferd aan de goden die ze zelf vereerd hebben: de zon, de maan en de sterren. Dat waren de goden die ze altijd om raad vroegen, de goden voor wie ze zo graag knielden. Alle botten blijven liggen, als mest op het land. Niemand zal ze verzamelen en opnieuw begraven. 3 De machtige Heer zegt: Ik ga de rest van dit volk wegjagen. Ik zal de mensen overal heen jagen, ik zal ze verspreiden over de hele wereld. En iedereen zal liever dood zijn dan levend. Het volk is ongehoorzaam 4 Hier volgen de woorden die Jeremia moest zeggen tegen de inwoners van Juda en Jeruzalem. Niemand in Jeruzalem heeft spijt De Heer zegt: Iemand die valt, staat weer op. En iemand die weggaat, komt weer terug. 5 Maar bij jullie is dat niet zo, inwoners van Jeruzalem! Jullie blijven ongehoorzaam, jullie blijven mij ontrouw. Waarom vertrouwen jullie op leugens? Waarom komen jullie niet bij mij terug? 6 Ik heb geluisterd, ik hoorde wat jullie zeiden. Niemand van jullie spreekt de waarheid en niemand heeft spijt van zijn slechte gedrag. Niemand zegt: Dat had ik nooit mogen doen! Jullie plegen de ene misdaad na de andere, zonder erbij na te denken. De profeten in Jeruzalem liegen 7 De Heer zegt: Vogels kennen de wetten van de natuur. Ze komen en gaan op het juiste moment. Maar jullie kennen mijn wetten niet. 8 Jullie beweren dat je wijs bent. Jullie zeggen: Wij hebben de wet van de Heer! Maar de wet die jullie hebben, staat vol leugens! Want jullie schrijvers hebben alle regels veranderd. 9 En jullie wijze mannen zijn al hun wijsheid kwijtgeraakt. Zij wilden niet luisteren naar mijn woorden. Maar ze zullen vernederd worden. Want als de vijanden komen, zullen al die wijze mannen in paniek raken en gevangen worden genomen. 10 En dan geef ik hun vrouwen en hun akkers aan de vijanden. Iedereen, arm en rijk, denkt alleen maar aan zichzelf. En de priesters en de profeten liegen allemaal.

16 11 Ze zeggen dat er niets aan de hand is, maar mijn volk gaat een vreselijke ramp meemaken! Alles gaat goed, zeggen ze, alles gaat goed! Maar het gaat helemaal niet goed! 12 Schamen die priesters en profeten zich voor hun misdaden? Nee, ze schamen zich nergens voor. Ze weten niet eens wat schaamte is. Daarom zal ik hen straffen. Als de oorlog komt, zullen ook zij sterven. De Heer zal Juda niet redden 13 De Heer zegt tegen de inwoners van Juda: Ik ga alles vernietigen. Er zullen geen druiven meer in de wijngaarden groeien en geen vijgen meer aan de vijgenbomen. De bladeren verdorren. Alles wat ik jullie gegeven heb, raken jullie kwijt. 14 De inwoners van Juda zeggen: We hoeven geen hulp meer te verwachten. Laten we allemaal naar de steden gaan en daar op onze dood wachten. Want de Heer, onze God, zal ons laten sterven. Hij is onze vijand geworden, omdat wij tegen hem in opstand gekomen zijn. 15 Wij hoopten op vrede, we hoopten dat het goed zou komen. Maar er kwam geen vrede, alleen maar angst. De Heer stuurt vijanden 16 Vanuit het gebied Dan in het noorden klinkt het geluid van paarden. De vijanden komen eraan. Het hele land is in paniek. De vijanden halen het land helemaal leeg. Ze vernietigen de steden met al hun inwoners. 17 De Heer zegt tegen de inwoners van Juda: Ik stuur vijanden naar jullie toe, en niemand kan jullie tegen hen beschermen. Ze zijn net zo dodelijk als giftige slangen. Verdriet om de verwoesting Jeremia vertelt over zijn verdriet 18 Niemand kan mij nog troosten, mijn verdriet is te groot. Mijn hart is ziek. 19 Want mijn volk is meegenomen naar een ver land. Het volk roept: Heer, help ons! U woont toch op de berg Sion? U bent toch onze koning? Maar de Heer zegt: Jullie hebben mij kwaad gemaakt. Want jullie gingen goden van andere volken vereren, jullie gingen bidden tot machteloze beelden! 20 Mijn volk zegt: De lente kwam, de zomer kwam. Maar er kwam geen redding. 21 Ik lijd omdat mijn volk het zo zwaar heeft. Ik draag zwarte kleren, ik ben kapot van verdriet. 22 De ellende van mijn volk is te groot! Er is geen redding, net als bij een ziekte waar dokters niets tegen kunnen doen. 23 Ach, was mijn hoofd maar een waterbron en waren mijn ogen maar rivieren. Dan zou ik dag en nacht kunnen huilen om alle doden van mijn volk. Jeremia 9

17 De Heer klaagt over zijn volk 1 De Heer zegt: Ik woon nog liever in een hutje in de woestijn dan bij mijn eigen volk. Ik ga bij hen weg. Want niemand van hen is trouw aan mij. Bedriegers zijn het, allemaal! 2 Hun mond is hun wapen. Het enige wat ze doen is liegen, en ze worden er steeds beter in. Ze plegen steeds meer misdaden. En mij willen ze niet kennen. 3 Niemand kan zijn familie of zijn vrienden nog vertrouwen. Want de mensen bedriegen hun eigen familie en vertellen slechte dingen over hun vrienden. 4-5 Ze bedriegen elkaar allemaal. De waarheid spreken ze niet, het enige wat ze kunnen, is liegen. Ze doen verkeerde dingen en willen hun gedrag niet veranderen. Elkaar onderdrukken, elkaar bedriegen, het wordt steeds erger! En mij willen ze niet kennen. 6 Daarom ga ik mijn volk straffen, zodat alle slechtheid uit hen verdwijnt. Ik heb geen andere keus. 7 Hun mond is hun wapen. Met hun woorden bedriegen ze elkaar. Ze wensen elkaar veel succes, en bedenken intussen hoe ze elkaar kapot kunnen maken. 8 Een volk dat zulke dingen doet, verdient straf. Ik ga mijn volk straffen voor al hun misdaden. Jeremia spreekt over de verwoesting 9 Inwoners van Juda, jullie moeten huilen en jammeren! Zing een droevig lied over de bergen en de velden. Want alles is verwoest. Je ziet geen mensen meer, je hoort geen dieren meer. De vogels zijn weg, het vee is verdwenen. Ze zijn allemaal gevlucht. 10 De Heer heeft gezegd: Ik maak van Jeruzalem een berg stenen, een plaats voor wilde dieren. En ik maak van de steden van Juda een woestijn waar niemand woont. 11 Waarom is het land verwoest? Waarom is het een woestijn geworden, waar je geen mens meer ziet? Is er iemand zo wijs dat hij het begrijpt? Is er een profeet die het ons kan vertellen? De Heer zal zijn volk straffen 12 De machtige Heer, de God van Israël, zegt: Jullie hebben niet naar mij geluisterd. Ik heb jullie mijn wet gegeven, maar jullie hielden je daar niet aan. 13 Jullie deden alleen wat jullie zelf wilden. En jullie vereerden afgoden, zoals jullie van je voorouders geleerd hadden. 14 Daarom ga ik jullie straffen. Jullie leven zal zwaar en ellendig zijn. 15 Ik zal jullie wegjagen. Jullie zullen verspreid worden over de hele wereld. Jullie komen terecht in landen die jullie volk nooit gekend heeft. En ik kom met mijn zwaard achter jullie aan, totdat ik jullie allemaal gedood heb. Een klaaglied over Jeruzalem Luister goed, ga op zoek naar vrouwen die een klaaglied kunnen zingen. Roep ze bij elkaar, laat ze snel komen om een droevig lied te zingen. Dan kan iedereen zijn tranen laten stromen. Dan kunnen we huilen om de ellende van het volk. 18 Luister, daar klinkt een klaaglied in Jeruzalem: Ach! Wij zijn vernietigd,

18 onze vijanden lachen ons uit. Ze hebben onze huizen verwoest, we moeten ons land verlaten. 19 Vrouwen, luister goed. De machtige Heer heeft jullie iets te zeggen. Hij wil dat jullie een klaaglied aan jullie dochters leren. Zorg dat alle vrouwen dit lied kunnen zingen: 20 De dood kwam door het raam naar binnen. Hij kwam in onze huizen, en zelfs in het paleis. De dood kwam iedereen halen, ook de kinderen op straat, ook alle mannen op het plein. 21 De Heer zegt: De doden zullen niet begraven worden. Ze zullen op het land blijven liggen. Net zoals mest, of zoals koren dat niet is meegenomen. Wees er trots op dat je de Heer kent 22 De Heer zegt: Wie wijs is, moet niet trots zijn op zijn wijsheid. Wie sterk is, moet niet trots zijn op zijn kracht. Wie rijk is, moet niet trots zijn op zijn rijkdom. 23 Nee, er is maar één ding waar jullie trots op moeten zijn: dat jullie mij kennen en weten hoe ik ben. Want ik ben de Heer. Ik zorg voor liefde, recht en trouw in het land. Dat is wat ik belangrijk vind De Heer zegt: Ik ga alle volken straffen die mijn regels niet kennen: de volken van Egypte, Edom, Ammon en Moab, en alle bewoners van de woestijn. Maar ik ga ook mijn eigen volk straffen. Want zij willen niet naar mijn regels luisteren. Jeremia 10 Alleen de Heer is God Goden van andere volken kunnen niets 1 De Heer zegt tegen het volk van Israël: Luister goed! 2 Jullie moeten de andere volken niet nadoen. Zij kijken aandachtig naar wat er in de lucht gebeurt, want daarin zien ze tekens van de goden. Dat moeten jullie niet doen. 3 De gewoontes van de andere volken stellen niets voor. Kijk maar hoe ze hun goden maken: Ze hakken bomen om in het bos en maken daar beelden van. 4 Die versieren ze met zilver en goud. Daarna zetten ze de beelden vast met spijkers, zodat ze niet omvallen. 5 Die beelden lijken op vogelverschrikkers op een akker. Ze kunnen niet spreken. En je moet ze dragen, want ze kunnen zelf niet lopen. Volk van Israël, wees niet bang voor zulke goden. Ze kunnen niets doen, geen kwaad en geen goed. Er is niemand zoals de Heer

19 6 Heer, er is niemand zoals u! U bent een machtige God. Iedereen moet u eren omdat u machtig bent. 7 U bent de koning van alle volken, u verdient eerbied van alle mensen. Er zijn op aarde veel machtige en wijze mensen. Maar er is niemand zo machtig en wijs als u. 8 De volken op aarde zijn dom en dwaas. Want ze snappen niet dat hun goden alleen maar stukken hout zijn. 9 Dat hout is wel heel mooi versierd met zilver en goud uit verre landen. En kunstenaars hebben van dat hout prachtige beelden gemaakt met blauwe en rode mantels. 10 Maar Heer, alleen u bent echt God. U bent de levende God, de eeuwige koning. Als u woedend bent, beeft de hele aarde. Als u een volk straft, blijft er niets van over. 11 De goden van de volken hebben de hemel en de aarde niet gemaakt. Daarom zullen ze van de aarde verdwijnen! Alleen de Heer is machtig 12 De Heer, die machtig en wijs is, heeft de hemel en de aarde gemaakt. Hij zette de aarde vast en plaatste de hemel daarboven. 13 Als de Heer spreekt, stroomt het water uit de hemel. De wolken haalt hij van ver, van het einde van de aarde. De Heer brengt ook de regen en de bliksem, en uit zijn hemel stuurt hij de wind. 14 Daarom is het dom om beelden te vereren. De kunstenaars moeten zich schamen voor wat ze gemaakt hebben. Want die beelden zijn niet echt, er zit geen leven in. 15 Ze zijn waardeloos. Als het moment van de straf komt, zullen die beelden van de aarde verdwijnen. 16 De God van Israël is heel anders. Hij heeft alles gemaakt, en Israël is zijn eigen volk. Zijn naam is: Machtige Heer. Het moment van de straf Het is fout gegaan met het land 17 Luister, inwoners van Jeruzalem, die bedreigde stad! Maak je klaar om weg te gaan uit je land. 18 Want de Heer zegt: Nu jaag ik jullie weg uit het land! Jullie zullen het moeilijk krijgen, dat zul je wel merken. 19 Eerst dachten jullie: We hebben het zwaar, maar alles komt goed. Maar nu zullen jullie huilen van ellende, en zeggen: Het komt nooit meer goed! 20 Ons land is verwoest, de steden zijn vernietigd. De inwoners zijn weg. Er is niemand om de huizen weer op te bouwen. 21 Dat zal gebeuren omdat jullie leiders dom zijn. Ze hebben de Heer niet om hulp gevraagd. Daarom zijn al hun plannen mislukt, en daarom worden jullie over de aarde verspreid. 22 Luister, daar klinkt een geluid! Het komt dichterbij. Het grote, machtige leger uit het verre noorden komt eraan. Ze zullen van de steden van Juda een woestijn maken, een plaats voor wilde dieren.

20 Jeremia bidt voor het volk 23 Heer, wij weten dat een mens niet zelf zijn leven bepaalt. Een mens kan niet zelf kiezen hoe zijn leven zal gaan. 24 Heer, wees rechtvaardig als u ons straft. En straf ons niet uit woede, want dan blijft er niemand over. 25 Straf met uw woede juist de andere volken. De volken die u niet kennen en u niet vereren. Want zij hebben ons kwaad gedaan. Ze hebben ons vernietigd, ze hebben ons land verwoest. Jeremia 11 Gods afspraak met zijn volk 1-4 Hier volgen de woorden van de Heer die Jeremia moest zeggen tegen de inwoners van Juda en Jeruzalem. De Heer gaf regels aan Israël Luister! De Heer, de God van Israël, zegt: Ik heb jullie voorouders bevrijd uit hun ellende, ik heb hen uit Egypte weggehaald. Ik heb met hen deze afspraak gemaakt: Wees mij gehoorzaam en houd je aan alle regels die ik je geef. Dan zullen jullie mijn volk zijn en dan zal ik jullie God zijn. Maar iedereen die zich niet aan deze afspraak houdt, zal ik straffen. 5 Ik heb jullie voorouders toen een land beloofd waarin iedereen genoeg te eten en te drinken heeft. En in dat land leven jullie nu. Israël luisterde niet naar de Heer De Heer zei tegen mij: Jeremia, ik heb me gehouden aan de afspraak met mijn volk. En ik antwoordde: Heer, dat is waar. 6 Toen liet de Heer mij het volgende zeggen tegen de inwoners van Juda en Jeruzalem: Luister! De Heer zegt: Houd je aan de afspraak die ik met jullie gemaakt heb. 7 Ik heb jullie voorouders bevrijd uit Egypte. En ik heb hun steeds weer gezegd dat ze naar mij moesten luisteren. Dat heb ik ook steeds tegen jullie gezegd. 8 Maar jullie voorouders hebben niet geluisterd. Ze deden alleen dingen die ze zelf wilden, slechte dingen. Ze hielden zich niet aan de regels die ik hun gaf. Daarom heb ik hen gestraft, want dat was de afspraak. Israël luistert nog steeds niet 9 De Heer zei tegen mij: Jeremia, ik heb ontdekt dat de inwoners van Juda en Jeruzalem mij bedriegen. 10 Ze doen dezelfde slechte dingen als hun voorouders. Ze doen niet wat ik van hen vraag, en ze vereren andere goden. De inwoners van Juda doen dus hetzelfde als de inwoners van Israël: ze houden zich niet aan de afspraak die ik met mijn volk gemaakt heb Daarom zeg ik tegen de inwoners van Juda en Jeruzalem: Ik stuur een ramp op jullie af. En dan is er geen redding meer mogelijk. Jullie zullen mij om hulp vragen,

1 Maleachi was een profeet. Hij moest een boodschap van de Heer doorgeven aan Israël. Hier volgen de woorden van Maleachi.

1 Maleachi was een profeet. Hij moest een boodschap van de Heer doorgeven aan Israël. Hier volgen de woorden van Maleachi. Maleachi 1 1 Maleachi was een profeet. Hij moest een boodschap van de Heer doorgeven aan Israël. Hier volgen de woorden van Maleachi. De liefde van de Heer 2-3 De Heer zegt: Ik houd van jullie, Israëlieten!

Nadere informatie

1 Joël, de zoon van Petuel, was een profeet. De Heer sprak tegen hem. Nu volgt wat Joël van de Heer moest zeggen.

1 Joël, de zoon van Petuel, was een profeet. De Heer sprak tegen hem. Nu volgt wat Joël van de Heer moest zeggen. Joël 1 1 Joël, de zoon van Petuel, was een profeet. De Heer sprak tegen hem. Nu volgt wat Joël van de Heer moest zeggen. De Heer straft zijn volk Sprinkhanen hebben alles opgegeten 2-4 Leiders en inwoners

Nadere informatie

14 God ging steeds voor hen uit, overdag in een wolk, s nachts in licht en vuur.

14 God ging steeds voor hen uit, overdag in een wolk, s nachts in licht en vuur. Psalmen Psalm 78 1 Een lied van Asaf. De lessen van het verleden Luister allemaal naar mijn woorden. Luister goed, want ik wil jullie iets leren. 2 Wijze woorden wil ik spreken, wijze woorden over het

Nadere informatie

4 Heer, u hebt aan de mensen uw regels gegeven. Zo weet ik wat ik moet doen. 5 Ik wil leven volgens uw wetten, en dat volhouden, elke dag weer.

4 Heer, u hebt aan de mensen uw regels gegeven. Zo weet ik wat ik moet doen. 5 Ik wil leven volgens uw wetten, en dat volhouden, elke dag weer. Psalmen Psalm 119 Heer, ik wil leven volgens uw wetten 1 Gelukkig zijn mensen die altijd het goede doen, die leven volgens de wet van de Heer. 2 Gelukkig zijn mensen die altijd denken aan de woorden van

Nadere informatie

1 Habakuk was een profeet. God liet hem in een droom weten wat er zou gebeuren.

1 Habakuk was een profeet. God liet hem in een droom weten wat er zou gebeuren. Habakuk 1 1 Habakuk was een profeet. God liet hem in een droom weten wat er zou gebeuren. Habakuk stelt vragen aan God Habakuk begrijpt niet wat God doet 2 Habakuk zei: Heer, hoe lang moet ik nog om hulp

Nadere informatie

2 U geeft mij moed, God! Ik wil muziek maken en zingen, met heel mijn hart.

2 U geeft mij moed, God! Ik wil muziek maken en zingen, met heel mijn hart. 108 1 Een lied van David. God geeft mij moed 2 U geeft mij moed, God! Ik wil muziek maken en zingen, met heel mijn hart. 3 Ik wil mijn harp laten klinken, ik wil de zon wakker maken met mijn lied. 4 Heer,

Nadere informatie

1 Tessalonicenzen 1. Begin van de brief

1 Tessalonicenzen 1. Begin van de brief 1 Tessalonicenzen 1 Begin van de brief Paulus groet de christenen in Tessalonica 1 Dit is een brief van Paulus, Silvanus en Timoteüs, aan de christenen in de stad Tessalonica. Jullie horen bij God, de

Nadere informatie

Filippenzen 1. Begin van de brief

Filippenzen 1. Begin van de brief Filippenzen 1 Begin van de brief Paulus groet de christenen in Filippi 1 Dit is een brief van Paulus, aan alle mensen in de stad Filippi die dankzij Jezus Christus bij God horen. De brief is ook voor de

Nadere informatie

2 Petrus 1. Begin van de brief

2 Petrus 1. Begin van de brief 2 Petrus 1 Begin van de brief Petrus groet alle christenen 1 Dit is een brief van Simon Petrus, een dienaar en apostel van Jezus Christus. Aan alle mensen die zijn gaan geloven. Jullie geloof is net zo

Nadere informatie

1. Bij een nieuw begin

1. Bij een nieuw begin Inhoudsopgave Bij een nieuw begin 13 Een bijeenkomst beginnen 37 Bij het begin van de dag 59 Bij een goed gesprek 85 Bij verdriet 119 Bij vreugde 147 Bij twijfel 183 Bij zorgen 215 Bij ziekte 245 Om troost

Nadere informatie

JEREMIA, DE MAN VAN TRANEN

JEREMIA, DE MAN VAN TRANEN Bijbel voor Kinderen presenteert JEREMIA, DE MAN VAN TRANEN Geschreven door: Edward Hughes Illustraties door: Jonathan Hay Aangepast door: Mary-Anne S. Vertaald door: Erna van Barneveld Geproduceerd door:

Nadere informatie

Jakobus 1. Begin van de brief

Jakobus 1. Begin van de brief Jakobus 1 Begin van de brief Jakobus groet alle christenen 1 Dit is een brief van Jakobus, een dienaar van God en van de Heer Jezus Christus. Aan alle mensen op aarde die horen bij het volk van God. Ik

Nadere informatie

Het verhaal van de schepping (Genesis 1 en 2)

Het verhaal van de schepping (Genesis 1 en 2) Het verhaal van de schepping (Genesis 1 en 2) Toen God begon met zijn schepping, was het donker en leeg. Maar God zei: Laat er licht zijn! En opeens was er licht. Nu was het niet donker meer, maar nog

Nadere informatie

Klaagliederen 1. Het eerste lied

Klaagliederen 1. Het eerste lied Klaagliederen 1 Het eerste lied Jeruzalem is verlaten 1 Ach, wat is Jeruzalem leeg geworden, de stad die vroeger zo veel inwoners had! De stad die ooit zo beroemd was, is verlaten. Vroeger was Jeruzalem

Nadere informatie

Efeziërs 1. Begin van de brief

Efeziërs 1. Begin van de brief Efeziërs 1 Begin van de brief Paulus groet de christenen in Efeze 1 Dit is een brief van Paulus aan de christenen in de stad Efeze. Ik ben een apostel van Jezus Christus. Dat is Gods wil. Jullie horen

Nadere informatie

Samen met Jezus op weg

Samen met Jezus op weg Samen met Jezus op weg KERK & WERELD Korte Schipstraat 16 2800 Mechelen Tekst: Myrjam De Keyser 1. De laatste keer samen Jezus en zijn leerlingen willen graag het paasfeest vieren. Daarvoor zijn ze naar

Nadere informatie

Kolossenzen 1. Begin van de brief

Kolossenzen 1. Begin van de brief Kolossenzen 1 Begin van de brief Paulus groet de christenen in Kolosse 1-2 Dit is een brief van Paulus aan de christenen in de stad Kolosse. Ik ben een apostel van Jezus Christus. Dat is Gods wil. Ik schrijf

Nadere informatie

Vraag 96 : Wat eist God in het tweede gebod?

Vraag 96 : Wat eist God in het tweede gebod? Zondag 35 Zondag 35 gaat over het tweede gebod. Lees de tekst van Zondag 35. Vraag 96 : Wat eist God in het tweede gebod? Antw : Dat wij God in generlei wijze afbeelden en op geen andere wijze vereren,

Nadere informatie

1 Petrus 1. Begin van de brief

1 Petrus 1. Begin van de brief 1 Petrus 1 Begin van de brief Petrus groet de christenen 1-2 Dit is een brief van Petrus, een apostel van Jezus Christus. Aan de christenen die tussen de ongelovigen wonen, in de provincies Pontus, Galatië,

Nadere informatie

Tevredenheid 1. Tevreden over wat je hebt gedaan 8 2. Tevreden in alle omstandigheden Tevreden met weinig Tevreden met wat je hebt 14

Tevredenheid 1. Tevreden over wat je hebt gedaan 8 2. Tevreden in alle omstandigheden Tevreden met weinig Tevreden met wat je hebt 14 Inhoud Tevredenheid 1. Tevreden over wat je hebt gedaan 8 2. Tevreden in alle omstandigheden 10 3. Tevreden met weinig 12 4. Tevreden met wat je hebt 14 Angst 5. Angst voor mensen 16 6. Angst voor God

Nadere informatie

2

2 1 2 3 4 5 6 Mt 16,21 7 8 9 10 Ze spraken met elkaar over alles wat er gebeurd was. 15 Terwijl ze zo liepen te praten, kwam er iemand bij hen lopen. Het was Jezus, 16 maar de leerlingen herkenden hem niet.

Nadere informatie

Psalm 1. 6 De Heer beschermt mensen die leven zoals hij het wil. Maar met slechte mensen loopt het verkeerd af. Psalm 2

Psalm 1. 6 De Heer beschermt mensen die leven zoals hij het wil. Maar met slechte mensen loopt het verkeerd af. Psalm 2 Psalm 1 Twee manieren van leven 1 Gelukkig is iemand die niet luistert naar slechte mensen, die nee zegt tegen hun verkeerde plannen. Als slechte mensen spotten met God, doet hij niet mee. 2 Maar hij is

Nadere informatie

Vraag 6 Moeder van de dode baby zegt: dat is goed Moeder van de levende baby zegt: nee, geef hem dan maar aan haar

Vraag 6 Moeder van de dode baby zegt: dat is goed Moeder van de levende baby zegt: nee, geef hem dan maar aan haar Antwoorden 22.1: Gods geschenk aan koning Salomo a. Eigen antwoord b. Dat we het aan de Heere vragen. Hij voelt zich (te) jong om leiding te geven aan dit grote volk. Hij erkent en belijdt dat hij de hulp

Nadere informatie

Galaten 1. Begin van de brief

Galaten 1. Begin van de brief Galaten 1 Begin van de brief Paulus groet de christenen in Galatië 1-3 Dit is een brief van Paulus aan de christenen in de provincie Galatië. Allereerst dit: Ik ben niet door mensen aangesteld als apostel,

Nadere informatie

Bijbelstudie Door het geloof I

Bijbelstudie Door het geloof I Bijbelstudie 1 Bijbelstudie Door het geloof I Kaïn en Abel Genesis 4:1-16 Wat voor werk deed Kaïn? Een welk beroep deed zijn broer Abel? Kain- landbouwer Abel- schaapherder a. Waarom niet, denk je? De

Nadere informatie

De boom van Isaï. Vragen. Lezen: Jesaja 11:1-10

De boom van Isaï. Vragen. Lezen: Jesaja 11:1-10 1 De boom van Isaï Lezen: Jesaja 11:1-10 Heb je weleens een afgekapte boom gezien? Wat in de grond blijft zitten, noem je een tronk. De boom lijkt helemaal dood. In de Bijbel wordt de familie van Isaï

Nadere informatie

De sprookjesverzamelaar

De sprookjesverzamelaar De sprookjesverzamelaar Lieve ogen die dit boek lezen, lieve warme handen die het vasthebben. Sprookjes zijn de beste reizigers en de succesvolste migranten die ooit op onze prachtige planeet hebben bestaan.

Nadere informatie

Liturgie zondagmorgen 8 januari 2017 Jeugddienst 12-

Liturgie zondagmorgen 8 januari 2017 Jeugddienst 12- Liturgie zondagmorgen 8 januari 2017 Jeugddienst 12- Voorganger: ds W.G. Teeuwissen Samen in de naam van Jezus 1 Samen in de naam van Jezus heffen wij een loflied aan, want de Geest spreekt alle talen

Nadere informatie

Maandag. God is toch sterker

Maandag. God is toch sterker Gezinsdagboek Biddag 2018 Maandag God is toch sterker Bijbel lezen Leesvraag: Wat doet de koning met de brief? Lees samen: 2 Koningen 19: 14-19 Het is oorlog. Oorlog is iets verschrikkelijks. Jeruzalem

Nadere informatie

Romeinen 1. Begin van de brief

Romeinen 1. Begin van de brief Romeinen 1 Begin van de brief Paulus groet de christenen in Rome 1-7 Dit is een brief van Paulus aan alle christenen in de stad Rome. Ik ben een dienaar van Jezus Christus. God heeft mij uitgekozen om

Nadere informatie

God, laat ons uw liefde zien en maak ons gelukkig.

God, laat ons uw liefde zien en maak ons gelukkig. zondag 1 januari NIEUWJAARSDAG God, laat ons uw liefde zien en maak ons gelukkig. Psalm 67:2 God, laat ons uw liefde zien en maak ons gelukkig. Wees bij ons en bescherm ons. Dan zal iedereen zien dat u

Nadere informatie

Iiturgie voor de -12 jeugddienst van zondagmorgen 28 Juni in de Westerkerk te Veenendaal

Iiturgie voor de -12 jeugddienst van zondagmorgen 28 Juni in de Westerkerk te Veenendaal Iiturgie voor de -12 jeugddienst van zondagmorgen 28 Juni in de Westerkerk te Veenendaal Op Toon Hoogte 182 Door Uw genade Vader Door Uw genade, Vader, mogen wij hier binnengaan. Niet door rechtvaardige

Nadere informatie

GELOOF GROOT BEGIN KLEIN! GRAAF EEN GREPPEL!

GELOOF GROOT BEGIN KLEIN! GRAAF EEN GREPPEL! GELOOF GROOT BEGIN KLEIN! GRAAF EEN GREPPEL! 2 Koningen 3: 4-24 4. Koning Mesa van Moab was schapenfokker. Hij betaalde aan de koning van Israël belasting. Die belasting bestond uit 100.000 lammetjes en

Nadere informatie

De gelijkenis van de onbarmhartige dienstknecht. (Deze gelijkenis kun je lezen in : Mattheüs 18:21-35 )

De gelijkenis van de onbarmhartige dienstknecht. (Deze gelijkenis kun je lezen in : Mattheüs 18:21-35 ) De gelijkenis van de onbarmhartige dienstknecht. (Deze gelijkenis kun je lezen in : Mattheüs 18:21-35 ) Eerst lezen. Daarna volgen er vragen en opdrachten. Gelijkenissen Toen de Heere Jezus op aarde was,

Nadere informatie

Preek Oogstdienst Eerlijk delen

Preek Oogstdienst Eerlijk delen Preek Oogstdienst Eerlijk delen...samen met de ICAD Zondag 11 november 2018, 10.00 uur Voorganger: ds. Bert de Wit Lezing uit het Oude Testament: Leviticus 19:1-2,9-18 19 1 De Heer zei verder tegen Mozes:

Nadere informatie

Toon Uw heerlijkheid Opwekking 505

Toon Uw heerlijkheid Opwekking 505 Hartelijk welkom Toon Uw heerlijkheid Opwekking 505 Vader van de schepping, volvoer uw eeuwige plan. Maak ons een generatie die overwinnen kan. Heer, laat uw koninkrijk komen, waar heel de schepping

Nadere informatie

MET NEHEMIA HET OUDE JAAR UIT EN HET NIEUWE JAAR IN

MET NEHEMIA HET OUDE JAAR UIT EN HET NIEUWE JAAR IN BIJBELLEESROOSTER VOOR GEZINNEN met kinderen in de basisschoolleeftijd STILSTAAN BIJ OUD & NIEUW MET NEHEMIA HET OUDE JAAR UIT EN HET NIEUWE JAAR IN 28 december: Terugkijken Lees Nehemia 1:1-7 Stel je

Nadere informatie

Ouderling v. dienst. : dhr. J. van der Leij : dhr. R.A. Ferwerda. Welkom in de Menorah

Ouderling v. dienst. : dhr. J. van der Leij : dhr. R.A. Ferwerda. Welkom in de Menorah Voorganger Ouderling v. dienst Organist Lector : Da. D. de Vries : dhr. J. van der Leij : dhr. R.A. Ferwerda : dhr. J. van der Leij Welkom in de Menorah Lied voor de dienst: Lied 981: 1, 2, 3, 4 en 5 Lied

Nadere informatie

BIJBELLEESROOSTER VOOR GEZINNEN met kinderen in de basisschoolleeftijd

BIJBELLEESROOSTER VOOR GEZINNEN met kinderen in de basisschoolleeftijd BIJBELLEESROOSTER VOOR GEZINNEN met kinderen in de basisschoolleeftijd DAG 1: God is Koning Lees Psalm 24 Is koning Willem-Alexander belangrijk? Voor Nederland wel. Maar als je naar heel de wereld kijkt,

Nadere informatie

God houdt zijn belofte Genesis 21:1-6. De berg op Genesis 22:1-8. God heeft me heel gelukkig gemaakt! Ze noemden hun zoon Izak. Dat betekent: lachen.

God houdt zijn belofte Genesis 21:1-6. De berg op Genesis 22:1-8. God heeft me heel gelukkig gemaakt! Ze noemden hun zoon Izak. Dat betekent: lachen. 35 God houdt zijn belofte Genesis 21:1-6 Abraham wist dat God zich met Sodom en Gomorra aan Zijn woord gehouden had. Hij vertrouwde erop dat God Zijn belofte aan hem en Sara ook zou houden. Ze zouden een

Nadere informatie

Micha 1. De Heer zal zijn volk straffen

Micha 1. De Heer zal zijn volk straffen Micha 1 1 Micha, die uit de plaats Moreset kwam, was een profeet. De Heer sprak tegen hem in de tijd dat Jotam, Achaz en Hizkia koning van Juda waren. Micha zag in een droom wat er met Samaria en Jeruzalem

Nadere informatie

Thema: Staan op de schouders van je ouders

Thema: Staan op de schouders van je ouders Gezinsdienst in het kader van geloofsopvoeding Zondag 3 februari om 10.00 uur in de Emmakerk Voorganger: ds. Peter van den Berg Muziek: PGS band Thema: Staan op de schouders van je ouders Zingen: Goedemorgen,

Nadere informatie

Muzikaal kerstverhaal: Ga je mee op zoek. Voorganger: Heidi Ebbers. M.m.v. Kinderdienstcommissie en figuranten. Muziek: Young Company en Cantorij

Muzikaal kerstverhaal: Ga je mee op zoek. Voorganger: Heidi Ebbers. M.m.v. Kinderdienstcommissie en figuranten. Muziek: Young Company en Cantorij Muzikaal kerstverhaal: Ga je mee op zoek Voorganger: Heidi Ebbers M.m.v. Kinderdienstcommissie en figuranten Muziek: Young Company en Cantorij Voor de dienst muziek (Harry en Johan) Welkom Gebed Samenzang

Nadere informatie

DAG 1: Bidden elke dag Lees Mattheüs 7:7-11 Je bidt elke dag. Je vader en moeder (als je die mag hebben) hebben je dat al geleerd toen je klein was. Maar wat is bidden eigenlijk? Bidden is praten met God.

Nadere informatie

Exodus 17,1-7 - Water uit de rots voor mensen met een kort lontje

Exodus 17,1-7 - Water uit de rots voor mensen met een kort lontje Exodus 17,1-7 - Water uit de rots voor mensen met een kort lontje Aangepaste dienst Liturgie Voor de dienst speelt de band drie liederen Opwekking 11 Er is een Heer Opwekking 277 Machtig God, sterke Rots

Nadere informatie

y02 Marcus 15.2 Rinze IJbema - Marcus 15, 2-5. Gemeente van Jezus Christus,

y02 Marcus 15.2 Rinze IJbema - Marcus 15, 2-5. Gemeente van Jezus Christus, Rinze IJbema - Marcus 15, 2-5. Gemeente van Jezus Christus, het is al bijna 8 april, het is al bijna Pasen. Met Pasen vieren we feest, omdat Koning Jezus de dood overwint. Onze Koning is sterker dan de

Nadere informatie

3. a. Nee. b. Ze denken dat hij in de menigte meeloopt met vrienden, bekenden of familieleden. c. Drie dagen.

3. a. Nee. b. Ze denken dat hij in de menigte meeloopt met vrienden, bekenden of familieleden. c. Drie dagen. Antwoorden Bijbelstudie 1 1. d. Van Nazareth naar Jericho = 97,5 km Van Jericho naar Jeruzalem = 24 km Totaal: 97.5 + 24 = 121,5 km e. 4,05 dagreizen 2. Derde rondje. Benadruk bij het beantwoorden van

Nadere informatie

Uitleg van het thema. De Bijbel wereldwijd

Uitleg van het thema. De Bijbel wereldwijd Uitleg van het thema De Bijbel wereldwijd Gedicht: Een Boek De buurvrouw heeft een mooi boek met allemaal mooie verhalen Ik wil ook graag zo één mama, ik zal het zelf betalen Verhalen over lang geleden,

Nadere informatie

Het leven van Job Preek Jefta 24 juni 2018

Het leven van Job Preek Jefta 24 juni 2018 Het leven van Job Preek Jefta 24 juni 2018 Job is eerlijk en trouw aan God BGT 1 1 In het land Us woonde een man die Job heette. Hij was eerlijk en trouw aan God. Hij had eerbied voor God en deed nooit

Nadere informatie

Bijbellezing: Johannes 14 vers 1 tot 12. Tom, Tom is altijd goed Kom, kom nou zeg, is dat zo?

Bijbellezing: Johannes 14 vers 1 tot 12. Tom, Tom is altijd goed Kom, kom nou zeg, is dat zo? Bijbellezing: Johannes 14 vers 1 tot 12 Tom, Tom is altijd goed Kom, kom nou zeg, is dat zo? Heb een Tom, Tom gekocht Bij de ANWB winkel in Drachten Nou ja ik heb hem eigenlijk gekregen Voor mijn verjaardag

Nadere informatie

Heer ik kom tot u Heer, ik kom tot U, hoor naar mijn gebed. Vergeef mijn zonden nu, en reinig mijn hart.

Heer ik kom tot u Heer, ik kom tot U, hoor naar mijn gebed. Vergeef mijn zonden nu, en reinig mijn hart. Toon mijn liefde Aan de maaltijd wordt het stil, als de meester knielen wil, en vol liefde als een knecht, elk apart de voeten wast en zegt: Dit is wat Ik wil dat jullie doen, dit is waarom Ik bij jullie

Nadere informatie

Paaswake voor kinderen 31 maart 2018

Paaswake voor kinderen 31 maart 2018 We luisteren: - Veldhuis & Kemper is het mooi Is het constant een zooi Er is lief Er is leed Er is zuinig of breed Er is kort Er is lang Vrolijk en bang Er is hoop Er is stil Er is zang Er is langzaam

Nadere informatie

En ik kom tot U Opwekking 612

En ik kom tot U Opwekking 612 Hartelijk welkom En ik kom tot U Opwekking 612 In uw aanwezigheid kan ik daar ooit zijn, want ik ben een mens, zondig en onrein. Maar U gaf uw Zoon om in mijn plaats te staan en door wat Hij deed mag

Nadere informatie

maandag januari NIEUWJAARSDAG Gelukkig is iemand die niet luistert naar slechte mensen. Psalm 1:1

maandag januari NIEUWJAARSDAG Gelukkig is iemand die niet luistert naar slechte mensen. Psalm 1:1 maandag 1 januari NIEUWJAARSDAG Gelukkig is iemand die niet luistert naar slechte mensen. Psalm 1:1 Gelukkig is iemand die niet luistert naar slechte mensen, die nee zegt tegen hun verkeerde plannen. Als

Nadere informatie

Binnenkomst in stilte in de donkere kerk. We zingen:

Binnenkomst in stilte in de donkere kerk. We zingen: Jaargang 8, nummer 19 Voorganger: ds. Piet Jan Rebel Koor o.l.v. Tanja van Dijk Piano: Myrre van Dijk, David van Dijk Zaterdag 20 april 2019 Paaswake Een nacht vol hoop Binnenkomst in stilte in de donkere

Nadere informatie

Jozef, de liefste zoon van Jacob

Jozef, de liefste zoon van Jacob Jozef, de liefste zoon van Jacob (C. LETERME, naar Genesis 37-45) Dit verhaal gaat over Jozef. Jozef heeft elf broers. Tien zijn ouder als hij. Benjamin is zijn jongste broer. De tien grote broers houden

Nadere informatie

DE WIJZE KONING SALOMO

DE WIJZE KONING SALOMO Bijbel voor Kinderen presenteert DE WIJZE KONING SALOMO Geschreven door: Edward Hughes Illustraties door: Lazarus Aangepast door: Ruth Klassen Vertaald door: Importantia Publishing Geproduceerd door: Bible

Nadere informatie

Noach bouwt een ark Genesis 6-8

Noach bouwt een ark Genesis 6-8 2 Noach bouwt een ark Genesis 6-8 Het is niet fijn meer op de aarde. De mensen maken ruzie, ze vechten en ze zijn God vergeten. Maar er is één man die anders is. Dat is Noach. Op een dag praat God met

Nadere informatie

Om 9.55 uur zingen we samen met de muziekgroep: U bent heilig

Om 9.55 uur zingen we samen met de muziekgroep: U bent heilig Westlanddienst op zondag 28 mei in de Dorpskerk te s-gravenzande m.m.v. de Muziekgroep; Schriftlezer is Sjaan van der Kaaij Thema: Kopje onder Voor de dienst zingt en speelt de muziekgroep Om 9.55 uur

Nadere informatie

Ik ben gewoon gaan zitten en luisterde naar zijn stem. En in de liefdevolle woorden herkende ik Hem.

Ik ben gewoon gaan zitten en luisterde naar zijn stem. En in de liefdevolle woorden herkende ik Hem. Ik ben gewoon gaan zitten en luisterde naar zijn stem. En in de liefdevolle woorden herkende ik Hem. Mijn God, mijn Goede Herder, U wil ik volgen, Heer. Leid mij op uw weg, iedere dag weer. Leid mij door

Nadere informatie

Hartelijk Welkom bij

Hartelijk Welkom bij Hartelijk Welkom bij Tienduizend redenen Opwekking 733 De zon komt op, maakt de morgen wakker; mijn dag begint met een lied voor U. Heer, wat er ook gebeurt en wat mij mag overkomen, laat mij nog zingen

Nadere informatie

Gebedshoeken voor jongeren: Sta op en schitter!

Gebedshoeken voor jongeren: Sta op en schitter! Gebedshoeken voor jongeren: Sta op en schitter! Hieronder worden vijf gebedshoeken beschreven met elk een eigen thema die verschillend gebruikt kunnen worden. Misschien is het te gebruiken tijdens een

Nadere informatie

In de hemel is de Heer en Zijn glans is als kristal Hij is de Heilige, Hij is God en Hij heerst over het Heelal

In de hemel is de Heer en Zijn glans is als kristal Hij is de Heilige, Hij is God en Hij heerst over het Heelal Hartelijk welkom In de hemel is de Heer In de hemel is de Heer en Zijn glans is als kristal Hij is de Heilige, Hij is God en Hij heerst over het Heelal Er is kracht in Zijn woord als de wateren bruist

Nadere informatie

Kruisweg in Flanelscenes

Kruisweg in Flanelscenes 1 e statie: Jezus wordt ter dood veroordeeld Kruisweg in Flanelscenes Achtergrond: Interieur T1 = trap (Troonzaal) T3 = paars gordijn (Troonzaal) T4 = 3 pilaren (Troonzaal) 70 = Jezus (ontkleed) 70A =

Nadere informatie

GOEDE EN SLECHTE KONINGEN

GOEDE EN SLECHTE KONINGEN Bijbel voor Kinderen presenteert GOEDE EN SLECHTE KONINGEN Geschreven door: Edward Hughes Illustraties door: Janie Forest en Lazarus Aangepast door: Lyn Doerksen Vertaald door: Importantia Publishing Geproduceerd

Nadere informatie

Eerst zien, dan geloven

Eerst zien, dan geloven Eerst zien, dan geloven Liturgie voor de jeugddienst op 11 februari 2018 om 10:00 uur in de Ichthuskerk in Tholen Voorganger: Ds. Peter Broere Muzikale medewerking: Jaap, Anke en Esmay Roggeband Jet Heijboer,

Nadere informatie

Jezus geeft zijn leven voor de mensen

Jezus geeft zijn leven voor de mensen Eerste Communieproject 38 Jezus geeft zijn leven voor de mensen Niet iedereen gelooft in Jezus In les 5 hebben we gezien dat Jezus vertelt over de Vader. God houdt van de mensen. Hij vergeeft je zonden.

Nadere informatie

3 september uur J v Benthem orgel/piano: Piet Noort schriftlezing: Jaap Wolters. Verwachting en groet. GK psalm 67:1,2.

3 september uur J v Benthem orgel/piano: Piet Noort schriftlezing: Jaap Wolters. Verwachting en groet. GK psalm 67:1,2. 3 september 2017 17.00 uur J v Benthem orgel/piano: Piet Noort schriftlezing: Jaap Wolters Verwachting en groet GK psalm 67:1,2 Gebed Schriftlezing en tekst: Psalm 137 GK psalm 79:3 en 4 Preek Psalmen

Nadere informatie

de zon schijnt altijd

de zon schijnt altijd de zon schijnt altijd GEDICHTEN Klara Hobrink Inhoud 1 Achter de wolken 2 Zit men in een diep dal 3 Wat gebeurt er om ons heen? 4 U geeft antwoord 5 Loof de Heer 6 De blijdschap 7 Hem danken 8 Ken je de

Nadere informatie

Liedboekje kinderkoor de Bubbel. september t/m december 2017

Liedboekje kinderkoor de Bubbel. september t/m december 2017 Liedboekje kinderkoor de Bubbel september t/m december 2017 Volg het spoor : Kijk eens naar een vlinder luister naar een eend die kwaakt kijk eens naar de bloemen zie hoe mooi ze zijn gemaakt kijk eens

Nadere informatie

Tabernakel Kindvriendelijke dienst op 23 maart 2014.

Tabernakel Kindvriendelijke dienst op 23 maart 2014. Tabernakel Kindvriendelijke dienst op 23 maart 2014. Orde van dienst: Welkom Tienduizend redenen Opw. 773 Wat houd ik van uw huis (Psalmen voor nu) Zie, de koning komt! Architect! Votum/Zegen Laat het

Nadere informatie

Maar hij ziet niemand. Ik zal het wel gedroomd hebben, denkt hij dan. Hij gaat weer liggen en slaapt verder.

Maar hij ziet niemand. Ik zal het wel gedroomd hebben, denkt hij dan. Hij gaat weer liggen en slaapt verder. Over dit boek Karel en Elegast is een oud verhaal. Het gaat over trouw aan de koning en over verraad. Het is één van de eerste verhalen die in de Nederlandse taal zijn opgeschreven. De Karel in dit verhaal

Nadere informatie

k wil even bij U komen (U bent mijn vriend) Tekst: Arend Jansen Muziek: Marcel Zimmer 2005 Celmar Music / Eagle Music

k wil even bij U komen (U bent mijn vriend) Tekst: Arend Jansen Muziek: Marcel Zimmer 2005 Celmar Music / Eagle Music k wil even bij U komen (U bent mijn vriend) Tekst: Arend Jansen Muziek: Marcel Zimmer 2005 Celmar Music / Eagle Music ik wil even bij U komen in de stilte, heel alleen even uit de drukte weg van iedereen

Nadere informatie

Les 13: Geboorte van Jezus.

Les 13: Geboorte van Jezus. Les 13: Geboorte van Jezus. kun je lezen in lukas 1 en 2 Wees gegroet, Maria, je bent begenadigd, de Heer is met je. Maria kijkt op van waar ze mee bezig is. Er staat iemand in de deuropening van het huis

Nadere informatie

Bijbel voor Kinderen. presenteert DE MAN VAN GODS VUUR

Bijbel voor Kinderen. presenteert DE MAN VAN GODS VUUR Bijbel voor Kinderen presenteert DE MAN VAN GODS VUUR Geschreven door: Edward Hughes Illustraties door: Lazarus Aangepast door: E. Frischbutter Vertaald door: Importantia Publishing Geproduceerd door:

Nadere informatie

Een sterke vrouw (bewerking uit het boek Spreuken)

Een sterke vrouw (bewerking uit het boek Spreuken) Een sterke vrouw (bewerking uit het boek Spreuken) Dag en nacht waakt ze. Haar handen kennen geen rust. Haar ogen gaan rond en zien wat gezien moet worden. Haar oren zijn gespitst en horen wat gehoord

Nadere informatie

Paasviering. Sing-in 2017

Paasviering. Sing-in 2017 Paasviering Sing-in 2017 Welkom en gebed Psalm 100:1 Juich, aarde, juich alom den HEER; Dient God met blijdschap, geeft Hem eer; Komt, nadert voor Zijn aangezicht; Zingt Hem een vrolijk lofgedicht. Wij

Nadere informatie

Online Bijbel voor kinderen. presenteert DE MAN VAN GODS VUUR

Online Bijbel voor kinderen. presenteert DE MAN VAN GODS VUUR Online Bijbel voor kinderen presenteert DE MAN VAN GODS VUUR Geschreven door Edward Hughes Illustraties door Janie Forest and Lazarus Aangepast door Lyn Doerksen Alle Bijbelcitaten zijn afkomstig uit Het

Nadere informatie

1. Als het leven soms pijn doet

1. Als het leven soms pijn doet 1. Als het leven soms pijn doet 1 Als het leven soms pijn doet en de storm gaat tekeer in een tijd van moeite en verdriet. Alsof de zon niet meer opkomt en het altijd donker blijft en de ochtend het daglicht

Nadere informatie

Lees : Mattheüs 25:14-30

Lees : Mattheüs 25:14-30 De gelijkenis van de talenten Lees : Mattheüs 25:14-30 Eerst lezen. Daarna volgen er vragen en opdrachten Gelijkenissen Toen de Heere Jezus op aarde was, heeft Hij gelijkenissen verteld om de mensen veel

Nadere informatie

De gelijkenis van het huis op de rots en op het zand.

De gelijkenis van het huis op de rots en op het zand. De gelijkenis van het huis op de rots en op het zand. Eerst lezen. Daarna volgen er vragen en opdrachten. Gelijkenissen Toen de Heere Jezus op aarde was, heeft Hij gelijkenissen verteld om de mensen veel

Nadere informatie

H ET O UDE T ESTAMENT

H ET O UDE T ESTAMENT H ET O UDE T ESTAMENT 13 DAG 1 De wereld is Gods schepping Genesis 1 2 L ang geleden heeft God de wereld gemaakt. De wereld was donker en leeg. Er was nog geen leven. Toen heeft God in zes dagen alles

Nadere informatie

De redding van Zacheüs Meditatie ds. Gerard Rinsma zondag 30 oktober e zondag na Trinitatis

De redding van Zacheüs Meditatie ds. Gerard Rinsma zondag 30 oktober e zondag na Trinitatis De redding van Zacheüs Meditatie ds. Gerard Rinsma zondag 30 oktober 2016 22e zondag na Trinitatis Toralezing: Genesis 12:1-8 Evangelielezing: Lucas 19:1-10 OVERWEGING Als je terug komt in het dorp waar

Nadere informatie

Daar juicht een toon, daar klinkt een stem, Die galmt door heel Jeruzalem; Een heerlijk morgenlicht breekt aan; De Zoon van God is opgestaan!

Daar juicht een toon, daar klinkt een stem, Die galmt door heel Jeruzalem; Een heerlijk morgenlicht breekt aan; De Zoon van God is opgestaan! Pasen 2016 Daar juicht een toon, daar klinkt een stem, Die galmt door heel Jeruzalem; Een heerlijk morgenlicht breekt aan; De Zoon van God is opgestaan! Geen graf hield Davids Zoon omkneld, Hij overwon,

Nadere informatie

De bruiloft van Simson

De bruiloft van Simson De bruiloft van Simson Weet je nog waar de vertelling de vorige keer over ging? Over Simson, de nazireeër. Wat is een nazireeër? Een nazireeër is een bijzondere knecht van God. Een nazireeër mag zijn haar

Nadere informatie

Liturgie 24 maart Geert Jan van Dijk (TEAR) / Evert ten Ham

Liturgie 24 maart Geert Jan van Dijk (TEAR) / Evert ten Ham Liturgie 24 maart 2019 Geert Jan van Dijk (TEAR) / Evert ten Ham Mededelingen en welkom Votum en groet Zingen Hemelhoog 44 Uit de diepte roep ik U Uit de diepten roep ik u HEER, mijn God. Ik heb u nodig,

Nadere informatie

Ruth 1. Ruth en Noömi

Ruth 1. Ruth en Noömi Ruth 1 Ruth en Noömi Elimelech en zijn familie 1 Toen de rechters het land bestuurden, was er eens hongersnood in Juda. Daarom besloot een man uit Betlehem naar het land Moab te gaan. Zijn vrouw en zijn

Nadere informatie

Samen houden we de website up-to-date!

Samen houden we de website up-to-date! Organiseer je een nieuwe (eenmalige of vaker terugkerende) activiteit binnen BOEI 90? Valt er een door jou georganiseerde activiteit uit of verandert er iets in de data hiervan? Laat het weten aan communicatie@boei90.nl!

Nadere informatie

EEN PRINS WORDT EEN HERDER

EEN PRINS WORDT EEN HERDER Bijbel voor Kinderen presenteert EEN PRINS WORDT EEN HERDER Geschreven door: Edward Hughes Illustraties door: M. Maillot en Lazarus Aangepast door: E. Frischbutter en Sarah S. Vertaald door: Erna van Barneveld

Nadere informatie

Op weg met Jezus. eerste communieproject. Hoofdstuk 5 Bidden. H. Theobaldusparochie, Overloon

Op weg met Jezus. eerste communieproject. Hoofdstuk 5 Bidden. H. Theobaldusparochie, Overloon Op weg met Jezus eerste communieproject H. Theobaldusparochie, Overloon Hoofdstuk 5 Bidden Eerste communieproject "Op weg met Jezus" hoofdstuk 5 blz. 1 Joris is vader aan het helpen in de tuin. Ze zijn

Nadere informatie

de benauwdheid zal niet tweemaal oprijzen.

de benauwdheid zal niet tweemaal oprijzen. De profeet Nahum en de Godsspraak over Ninevé. Wat moet jong en oud zich realiseren bij het lezen van de profetie van Nahum? Nahum 1:9 9 Wat denkt gij tegen de Heere? Hij zal zelf een voleinding maken;

Nadere informatie

Hosea 1. Het volk van Israël is ontrouw

Hosea 1. Het volk van Israël is ontrouw Hosea 1 1 Hosea, de zoon van Beëri, was een profeet. De Heer sprak tegen hem in de tijd dat Uzzia, Jotam, Achaz en Hizkia koning van Juda waren. Jerobeam, de zoon van Joas, was toen koning van Israël.

Nadere informatie

1) zingen aanvangslied - Evangelische Liedbundel 161:1,2,3 = Komt laat ons vrolijk zingen

1) zingen aanvangslied - Evangelische Liedbundel 161:1,2,3 = Komt laat ons vrolijk zingen ORDE VAN DIENST 'REGENBOOGKERK' - ZONDAGMORGEN 08-04-2018 Thema: De wereld als schat welkom & mededelingen 1) zingen aanvangslied - Evangelische Liedbundel 161:1,2,3 = Komt laat ons vrolijk zingen 1 Komt,

Nadere informatie

2 Timothieüs 1. Begin van de brief

2 Timothieüs 1. Begin van de brief 2 Timothieüs 1 Begin van de brief Paulus groet Timoteüs 1-2 Dit is een brief van Paulus aan Timoteüs. Ik ben een apostel van Jezus Christus. Dat is de wil van God. Hij heeft mij de opdracht gegeven om

Nadere informatie

DE WIJZE KONING SALOMO

DE WIJZE KONING SALOMO Bijbel voor Kinderen presenteert DE WIJZE KONING SALOMO Geschreven door: Edward Hughes Illustraties door: Lazarus Aangepast door: Ruth Klassen Vertaald door: Importantia Publishing Geproduceerd door: Bible

Nadere informatie

Wat God zegt, gebeurt ook echt Abraham

Wat God zegt, gebeurt ook echt Abraham Wat God zegt, gebeurt ook echt Er is hoop voor alle mensen, dat heeft God in Zijn woord beloofd. Daarom is er een nieuw leven, voor een ieder die gelooft. Wat God zegt, gebeurt ook echt, wat God zegt,

Nadere informatie

Gemeente van de Heer,

Gemeente van de Heer, Tekst voor de prediking is Ezechiël 1:10 Hun gezichten leken van voren op het gezicht van een mens en van rechts op de muil van een leeuw, van links op de kop van een stier en van achteren op de bek van

Nadere informatie

Bijbel voor Kinderen presenteert DE WIJZE KONING SALOMO

Bijbel voor Kinderen presenteert DE WIJZE KONING SALOMO Bijbel voor Kinderen presenteert DE WIJZE KONING SALOMO Geschreven door: Edward Hughes Illustraties door: Lazarus Aangepast door: Ruth Klassen Vertaald door: Importantia Publishing Geproduceerd door: Bible

Nadere informatie

Het wonder van het kruis. De omwisseling aan het kruis

Het wonder van het kruis. De omwisseling aan het kruis Het wonder van het kruis De omwisseling aan het kruis Het wonder van het kruis / De Omwisseling Vergeving Verlossing / Reiniging Genezing Bevrijding Verzoening Nieuw leven Getsemane Diezelfde avond ging

Nadere informatie