HET VERLOOP VAN DE SOCIAALECONOMISCHE INDICATOREN EN DE CONJUNCTUUR IN WEST-VLAANDEREN 1

Transcriptie

1 HET VERLOOP VAN DE SOCIAALECONOMISCHE INDICATOREN EN DE CONJUNCTUUR IN WEST-VLAANDEREN 1 1 Opmaak mei 21.

2 INHOUD 1. WERKLOOSHEID WERKAANBIEDINGEN TIJDELIJKE WERKLOOSHEID VERGUNDE EN BEGONNEN WONINGEN OMZET, INVESTERINGEN EN UITVOER FAILLISSEMENTEN INSCHRIJVINGEN VAN NIEUWE PERSONENWAGENS CONJUNCTUURINDICATOR VAN DE NATIONALE BANK DIAMANT VAN WEST-VLAANDEREN OVERZICHTSTABEL VOOR WEST-VLAANDEREN SOCIAALECONOMISCHE INDICATOREN EN CONJUNCTUUR IN HET VLAAMSE GEWEST BESLUIT

3 1. WERKLOOSHEID (BRON: VDAB, RVA) Cijfers t/m april 21. In april 21 telde West-Vlaanderen werklozen 1. Weliswaar nog altijd 5, % meer dan in april 29, maar in vergelijking met de vorige maanden van 21 een duidelijk kleinere toename (figuur 1). Figuur 1: Evolutie van het aantal niet-werkende werkzoekenden in West-Vlaanderen jan f eb maa apr mei jun jul aug sep okt nov dec BRON: VDAB, Verwerking: Dienst Economie, Provincie West-Vlaanderen. In West-Vlaanderen bedroeg de verhouding mannen/vrouwen in april 51,2 % ten opzichte van 48,8 % (figuur 2). In april 21 steeg de vrouwelijke werkloosheid opnieuw iets minder sterk dan de mannelijke werkloosheid, waardoor het aandeel van de vrouwen opnieuw wat afnam. Figuur 2 toont dat het aantal vrouwelijke werklozen sedert maart 29 met uitzondering van de zomermaanden juli en augustus telkens onder het aantal mannelijke werklozen bleef. 1 Onder werklozen wordt verstaan: het aantal niet-werkende werkzoekenden. Zij vertegenwoordigen het bij de VDAB ingeschreven arbeidsmarktpotentieel. In deze groep zijn onder meer de schoolverlaters, de vrij ingeschrevenen en een zeer diverse restgroep (met daarin de tijdelijk geschorsten) opgenomen. Een nadeel is wel dat de oudere werklozen met vrijstelling van inschrijving als werkzoekend niet zijn opgenomen. 2

4 Figuur 2: Evolutie van het aantal niet-werkende werkzoekenden naar geslacht in West-Vlaanderen vrouwen mannen jan feb maa apr mei jun jul aug sep okt nov dec jan feb maa apr mei jun jul aug sep okt nov dec jan feb maa apr mei jun jul aug sep okt nov dec BRON: VDAB, Verwerking: Dienst Economie, Provincie West-Vlaanderen. Het aantal niet-werkende werkzoekenden jonger dan 25 jaar steeg in april 21 met 5,7 % op jaarbasis (figuur 3). Dit is iets meer dan de totale werkloosheid, die met 5, % steeg. Hierdoor steeg het aandeel van de jeugdwerklozen met,1 %punt op jaarbasis. De toenames van het aandeel jeugdwerklozen bleven de afgelopen maanden wel beperkt. Figuur 3: Evolutie van het aantal niet-werkende werkzoekenden jonger dan 25 jaar in West- Vlaanderen jan f eb maa apr mei jun jul aug sep okt nov dec BRON: VDAB, Verwerking: Dienst Economie, Provincie West-Vlaanderen. 3

5 Ook het aantal niet-werkende werkzoekenden van 5 jaar en ouder steeg in april 21 sterker dan het totale aantal werklozen, namelijk met 7,5 %. Het aandeel van deze groep werklozen steeg met respectievelijk,6 %punt en,7 %punt op jaarbasis in maart en april 21; in heel 29 en in januari en februari 21 daalde het aandeel op jaarbasis (figuur 4). Figuur 4: Evolutie van het aandeel niet-werkende werkzoekenden van 5 jaar en ouder in West- Vlaanderen 4, 35, 3, 25, 2, 15, , 5,, jan f eb maa apr mei jun jul aug sep okt nov dec BRON: VDAB, Verwerking: Dienst Economie, Provincie West-Vlaanderen. Het aantal niet-werkende niet-werkzoekenden (ouderen) blijft afnemen op jaarbasis. In maart 21 lag hun aantal 6,3 % lager dan in maart 29. In heel 29 en begin 21 waren de relatieve afnames van een gelijkaardige grootteorde. 4

6 2. WERKAANBIEDINGEN (BRON: VDAB) Cijfers t/m april 21. In april 21 ontving de VDAB werkaanbiedingen voor West-Vlaanderen binnen het NEC (Normaal Economisch Circuit), exclusief interimvacatures 1. Ten opzichte van een jaar eerder is dit een minieme toename met,7 %. De toenames in de vorige maanden van 21 waren omvangrijker (figuur 5). Figuur 5: Evolutie van het aantal ontvangen werkaanbiedingen (NEC, exclusief interimvacatures) voor West-Vlaanderen jan f eb maa apr mei jun jul aug sep okt nov dec BRON: VDAB, Verwerking: Dienst Economie, Provincie West-Vlaanderen. Er waren in West-Vlaanderen openstaande werkaanbiedingen op het einde van de maand april 21, dit is 15,7 % meer dan een jaar eerder (figuur 6). Op zich een goede zaak voor de werkzoekenden, die hierdoor kunnen kiezen uit een ruimer aanbod van vacatures. In de eerste vier maanden van 21 was er opnieuw een afname van het aantal niet-werkende werkzoekenden per openstaande vacature (figuur 7). Dit betekent dat de spanning op de arbeidsmarkt opnieuw wat toenam. In de loop van 29 was het omgekeerde het geval. 1 Eén interimvacature kan leiden tot een reeks opeenvolgende interimopdrachten of kan doorgegeven worden via meerdere interimkantoren. Om die reden verwijderde de VDAB de interimvacatures uit het Normaal Economisch Circuit (NEC) en uit haar analyses. 5

7 Figuur 6: Evolutie van het aantal openstaande werkaanbiedingen (NEC, exclusief interimvacatures) op het einde van de maand voor West-Vlaanderen jan f eb maa apr mei jun jul aug sep okt nov dec BRON: VDAB, Verwerking: Dienst Economie, Provincie West-Vlaanderen. Figuur 7: Evolutie van het aantal niet-werkende werkzoekenden per openstaande vacature in West- Vlaanderen, 26-21* 4. 7, Aantal nwwz en aantal vacatures , 5, 4, 3, 2, 1, Aantal nwwz per vacature, jan 6 apr 6 jul 6 okt 6 jan 7 apr 7 jul 7 okt 7 jan 8 apr 8 jul 8 okt 8 jan 9 apr 9 jul 9 okt 9 jan 1 apr 1 aantal nwwz per openstaande vacature trend nwwz trend openstaande vacatures * trend: gemiddelde van de afgelopen twaalf maanden BRON: VDAB, Verwerking: Dienst Economie, Provincie West-Vlaanderen. 6

8 3. TIJDELIJKE WERKLOOSHEID (BRON: RVA) Cijfers t/m maart 21. In 29 was er een forse toename op jaarbasis van de tijdelijke werkloosheid 1 in West-Vlaanderen (figuur 8). Ook in januari 21 was er nog een sterke toename (+29,1 %). In februari en maart waren er afnames op jaarbasis. Vooral in maart was de afname aanzienlijk (-33,6 %). Figuur 8: Evolutie van het gemiddelde aantal van de tijdelijke werkloosheid in West-Vlaanderen jan f eb maa apr mei jun jul aug sep okt nov dec BRON: RVA, Verwerking: Dienst Economie, Provincie West-Vlaanderen. Vanaf juli 29 zijn ook cijfers beschikbaar over de crisisschorsing voor bedienden en het crisistijdskrediet, twee maatregelen ingevoerd door de federale overheid naar aanleiding van de economische crisis. Aangezien deze tijdreeksen nog zeer kort zijn, kunnen hieruit nog geen conclusies getrokken worden die relevant zijn voor deze analyse. 1 Er zijn twee statistieken over de tijdelijke werkloosheid beschikbaar. De eerste statistiek bevat het aantal fysieke eenheden van de tijdelijke werkloosheid. Dit komt overeen met het aantal betalingen per maand of het aantal tijdelijke werklozen, ongeacht de duur van de tijdelijke werkloosheid. De tweede statistiek toont het gemiddelde aantal van de tijdelijke werkloosheid. Dit is een betere indicator voor de omvang van de tijdelijke werkloosheid, aangezien het aantal vergoedbare dagen van tijdelijke werkloosheid in verhouding gebracht wordt tot het aantal potentiële arbeidsdagen in de betrokken maand. In dit conjunctuuroverzicht wordt de tweede statistiek geanalyseerd. Deze cijfers mogen niet gebruikt worden als indicatie van de werklozen, omdat het gaat om personen die nog steeds door een arbeidscontract gebonden zijn, maar om tijdelijke redenen geen werk hebben. De voornaamste oorzaak van tijdelijke werkloosheid is van economische aard, maar ook weersomstandigheden, jaarlijkse vakantie voor beginnende werknemers, overmacht, technische stoornis of stakingen kunnen een oorzaak zijn. 7

9 4. VERGUNDE EN BEGONNEN WONINGEN (BRON: FOD Economie, Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie) Voorlopige cijfers t/m januari 21 1 (vergunde woningen) of december 29 (begonnen woningen). De statistiek van de vergunde en begonnen woningen is traditioneel onderhevig aan relatief grote schommelingen, vandaar dat best de evolutie over een langere periode bekeken wordt in plaats van de evolutie in een welbepaalde maand. In de loop van 29 waren er in West-Vlaanderen overwegend afnames van het aantal nieuwbouwwoningen waarvoor een vergunning werd afgeleverd (figuur 9). Het eerste cijfer van 21 toont een toename op jaarbasis met 18,7 %. Ook het aantal vergunde renovatiewoningen steeg in januari 21. Figuur 9: Evolutie van het aantal vergunde nieuwbouwwoningen in West-Vlaanderen jan f eb maa apr mei jun jul aug sep okt nov dec BRON: FOD Economie (Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie), Verwerking: Dienst Economie, Provincie West-Vlaanderen. Het aantal begonnen nieuwbouwwoningen kende vanaf februari 29 een continue afname op jaarbasis. Cijfers voor 21 zijn nog niet beschikbaar. 1 mdat de FOD Economie (Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie), het vroegere NIS, niet alle formulieren tijdig ontvangt, worden de ontbrekende cijfers bijgeschat op basis van historische gegevens per arrondissement. Zodra de FOD Economie over de volledige informatie beschikt, worden de voorlopige cijfers vervangen door definitieve cijfers. 8

10 5. OMZET, INVESTERINGEN EN UITVOER (BRON: FOD Economie, Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie) Aangezien de cijfers over omzet, investeringen en uitvoer niet geactualiseerd konden worden, verwijzen we voor de analyse van de recentste statistieken naar de vorige conjunctuurnota. De verklaring voor de achterstand in de actualisatie van deze statistieken bij de FOD Economie is tweeledig. Ten eerste wijzigde op 1 januari 21 de BTW-regelgeving met belangrijke aanpassingen aan de definities van omzet en uitvoer tot gevolg. Ten tweede wordt de statistiek tegelijkertijd ook aangepast aan de nieuwe nace-bel nomenclatuur (28). 9

11 6. FAILLISSEMENTEN (BRON: FOD Economie, Algemene Directie Statistiek en Ecnomische Informatie, GRAYDON) Cijfers t/m april 21. In januari en februari 21 daalde het aantal faillissementen in West-Vlaanderen op jaarbasis (figuur 1). In maart en april 21 stellen we echter opnieuw toenames vast met respectievelijk 2,7 % en 11,8 %. Figuur 1: Evolutie van het aantal faillissementen in West-Vlaanderen jan f eb maa apr mei jun jul aug sep okt nov dec BRON: FOD Economie (Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie) en Graydon, Verwerking: Dienst Economie, Provincie West-Vlaanderen. Globaal daalde het aantal faillissementen in de eerste vier maanden van 21 met 3, % op jaarbasis. Deze afname ging gepaard met een nog grotere daling van het aantal verloren jobs, namelijk -28,7 %. In het overzicht van Graydon van de (voorlopig) 3 grootste faillissementen in 21 in termen van tewerkstelling staat dan ook geen enkele West-Vlaamse onderneming. 1

12 7. INSCHRIJVINGEN VAN NIEUWE PERSONENWAGENS (BRON: FEBIAC) Cijfers t/m april 21. In de eerste vier maanden van 21 werden in West-Vlaanderen telkens meer nieuwe personenwagens ingeschreven in West-Vlaanderen in vergelijking met dezelfde maanden van 29. Ten opzichte van 28 ook een salonjaar - was er enkel een toename in maart 21 (figuur 11). Figuur 11: Evolutie van het aantal inschrijvingen van nieuwe personenwagens in West-Vlaanderen jan f eb maa apr mei jun jul aug sep okt nov dec BRON: FEBIAC, Verwerking: Dienst Economie, Provincie West-Vlaanderen. 11

13 8. CONJUNCTUURINDICATOR VAN DE NATIONALE BANK (BRON: NBB) Cijfers t/m april 21. De brutowaarden van de synthetische curve voor West-Vlaanderen 1 verbeterden in de loop van 29 om vervolgens in januari en februari 21 opnieuw wat terug te vallen. In maart en april 21 was er weer sprake van een verbetering (figuur 12). Figuur 12: Synthetische conjunctuurcurve voor West-Vlaanderen Saldo van positieve en negatieve antwoorden 1, 5,, -5, -1, -15, -2, -25, -3, -35, -4, afgevlakt bruto BRON: NBB, Verwerking: Dienst Economie, Provincie West-Vlaanderen. Ook de brutowaarden van alle deelcurven verbeterden in maart en april (figuren 13 tot en met 16). 1 De conjunctuurcurven van de Nationale Bank van België (NBB) worden samengesteld op basis van een enquête bij de bedrijfsleiders, met vragen over de facetten van de vraag, de activiteiten en de vooruitzichten. Men kan antwoorden met stijgend (positief), dalend (negatief) of gelijkblijvend. De bruto-indicator is het saldo van de antwoorden op die vragen. Met enkele maanden vertraging wordt op basis van de brutogegevens een afgevlakte curve berekend. Midden 29 wijzigde de NBB de methodologie voor het samenstellen van de synthetische curven (meer info hierover via Enerzijds omvat de globale curve naast de curven van de verwerkende nijverheid (industrie), ruwbouw en handel nu ook de dienstverlening aan bedrijven. Anderzijds baseren de synthetische curven van iedere activiteitstak en bijgevolg dus ook de globale curve zich nu op een selectie van vragen, dit in tegenstelling tot de vorige curven die alle vragen van de enquête omvatten. De provinciale curven worden volgens eenzelfde methode berekend als de nationale synthetische curven. De basis wordt gevormd door de individuele antwoorden van de ondernemingen die in de provincie gevestigd zijn, maar ze worden ongewogen in de berekeningen opgenomen. 12

14 Figuur 13: Conjunctuurcurve industrie voor West-Vlaanderen jul 8 aug 8 sep 8 okt 8 nov 8 dec 8 jan 9 feb 9 mrt 9 apr 9 mei 9 jun 9 jul 9 aug 9 sep 9 okt 9 Saldo van positieve en negatieve antwoorden nov 9 dec 9 jan 1 feb 1 mrt 1 apr afgevlakt bruto BRON: NBB, Verwerking: Dienst Economie, Provincie West-Vlaanderen. Figuur 14: Conjunctuurcurve ruwbouw voor West-Vlaanderen jul 8 aug 8 sep 8 okt 8 nov 8 dec 8 jan 9 feb 9 mrt 9 apr 9 mei 9 jun 9 jul 9 aug 9 sep 9 okt 9 nov 9 Saldo van positieve en negatieve antwoorden dec 9 jan 1 feb 1 mrt 1 apr afgevlakt bruto -35 BRON: NBB, Verwerking: Dienst Economie, Provincie West-Vlaanderen. 13

15 Figuur 15: Conjunctuurcurve handel voor West-Vlaanderen jul 8 aug 8 sep 8 okt 8 nov 8 dec 8 jan 9 feb 9 mrt 9 apr 9 mei 9 jun 9 jul 9 Saldo van positieve en negatieve antwoorden aug 9 sep 9 okt 9 nov 9 dec 9 jan 1 feb 1 mrt 1 apr afgevlakt bruto BRON: NBB, Verwerking: Dienst Economie, Provincie West-Vlaanderen. Figuur 16: Conjunctuurcurve dienstverlening aan bedrijven voor West-Vlaanderen Saldo van positieve en negatieve antwoorden jul 8 aug 8 sep 8 okt 8 nov 8 dec 8 jan 9 afgevlakt bruto feb 9 mrt 9 apr 9 mei 9 jun 9 jul 9 aug 9 sep 9 okt 9 nov 9 dec 9 jan 1 feb 1 mrt 1 apr 1 BRON: NBB, Verwerking: Dienst Economie, Provincie West-Vlaanderen. 14

16 9. DIAMANT VAN WEST-VLAANDEREN De diamant van West-Vlaanderen geeft de evolutie weer van de verschillende sociaaleconomische indicatoren in een bepaalde periode (bijvoorbeeld een kwartaal of een jaar) ten opzichte van dezelfde periode een jaar eerder. De diamant van West-Vlaanderen bestaat uit een assenstelsel waarop met een stip de waarden van verschillende indicatoren zijn weergegeven. De stippen zijn verbonden met een lijn. Zij vormen de diamant. Op de verticale as staat de schaalindeling ingetekend, die in feite de procentuele verbetering of verslechtering van de indicatoren weergeeft. Bij een stationaire toestand ( % groei) wordt een figuur verkregen zoals aangeduid door de centrale veelhoek. Bij een verbetering van de indicator liggen de waarden buiten de centrale veelhoek. Bij een verslechtering vallen de stippen binnen de centrale veelhoek. Als alle waarden in gunstige zin evolueren, dan is de diamant groter dan de centrale veelhoek. De diamant van het vierde kwartaal van 29 toont een enigszins wispelturig beeld (figuur 17). Een aantal indicatoren situeren zich buiten de centrale veelhoek, wat wijst op een verbetering. Andere indicatoren evolueerden minder goed tot zeer slecht. Eerlijkheidshalve moet vermeld worden dat deze diamant slechts een voorlopig beeld schetst van het vierde kwartaal van 21 omdat volledige cijfers van omzet, investeringen en uitvoer ontbreken (cf. supra). Figuur 17: Evolutie van de sociaaleconomische indicatoren in West-Vlaanderen in het vierde kwartaal van 29 ten opzichte van het vierde kwartaal van 28* werkloosheid 3,% verloren arbeidsplaatsen 2,% 1,% aantal faillissementen nieuwe personenwagens,% -1,% -2,% -3,% tijdelijke werkloosheid omzet omzet kleinhandel uitvoer investeringen vergunde renovatiewoningen vergunde nieuwbouwwoningen * omzet, investeringen, uitvoer: cijfers van de maand oktober BRON: VDAB, RVA, FOD Economie (Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie), FEBIAC, Graydon, Verwerking: Dienst Economie, Provincie West-Vlaanderen. 15

17 1. OVERZICHTSTABEL VOOR WEST-VLAANDEREN Tabel 1: Evolutie van de sociaaleconomische indicatoren en de conjunctuur in West-Vlaanderen (1) Indicator Eenheid Datum Waarde Wijziging op jaarbasis Arbeidsmarkt - nwwz totaal aantal apr , % - nwwz mannen aantal apr ,6 % aandeel 51,2 % +,3 %punt - nwwz vrouwen aantal apr ,4 % aandeel 48,8 % -,3 %punt - nwwz < 25 jaar aantal apr ,7 % aandeel 2,3 % +,1 %punt - nwwz > 5 jaar aantal apr ,5 % aandeel 29,3 % +,7 %punt - nwnwz aantal maa ,3 % - ontvangen vacatures (2) aantal apr ,7 % - lopende vacatures einde maand (2) aantal apr ,7 % - tijdelijke werkloosheid gem. aantal maa ,6 % Consumenten - vergunde woningen (nieuwbouw) (3) aantal jan ,7 % - vergunde woningen (renovatie) (3) aantal jan ,2 % - begonnen woningen (nieuwbouw) (3) aantal dec ,5 % - omzet kleinhandel mio euro okt ,5 % - inschrijvingen nieuwe personenwagens aantal apr ,3 % Producenten - omzet mio euro okt ,4 % - investeringen mio euro okt , % - uitvoer mio euro okt ,8 % aandeel 36,3 % -3,6 %punt - faillissementen aantal apr ,8 % - banen verloren door faillissementen aantal apr ,1 % - conjunctuurindicator brutowaarde apr 21-8,7 +22,8 punten (1) Indicatoren die ongunstig evolueerden zijn gemarkeerd (2) NEC, exclusief interimvacatures (3) Voorlopige cijfers BRON: VDAB, RVA, FOD Economie (Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie), FEBIAC, NBB, Graydon, Verwerking: Dienst Economie, Provincie West-Vlaanderen. 16

18 11. SOCIAALECONOMISCHE INDICATOREN EN CONJUNCTUUR IN HET VLAAMSE GEWEST Figuur 18: Conjunctuurcurve industrie voor het Vlaamse Gewest 1 jul 8 aug 8 sep 8 okt 8 nov 8 dec 8 jan 9 feb 9 mrt 9 apr 9 mei 9 jun 9 jul 9 aug 9 sep 9 okt 9 nov 9 dec 9 jan 1 Saldo van positieve en negatieve antwoorden feb 1 mrt 1 apr afgevlakt bruto BRON: NBB, Verwerking: Dienst Economie, Provincie West-Vlaanderen. Figuur 19: Evolutie van de sociaaleconomische indicatoren in het Vlaamse Gewest in het vierde kwartaal van 29 ten opzichte van het vierde kwartaal van 28* werkloosheid 3,% verloren arbeidsplaatsen 2,% 1,% aantal faillissementen nieuwe personenwagens,% -1,% -2,% -3,% tijdelijke werkloosheid omzet omzet kleinhandel uitvoer investeringen vergunde renovatiewoningen vergunde nieuwbouwwoningen * Omzet, investeringen, uitvoer: cijfers maanden oktober en november BRON: VDAB, RVA, FOD Economie (Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie), FEBIAC, Graydon, Verwerking: Dienst Economie, Provincie West-Vlaanderen. 1 Voor de gewesten bestaat er geen globale synthetische conjunctuurcurve. Dit om te vermijden dat een gemengde samengestelde curve berekend wordt, aangezien op het niveau van de gewesten een aparte methodologie gehanteerd wordt voor het berekenen van de industrie enerzijds en de handel en de bouw anderzijds. Bij de provincies stelt dit probleem zich niet aangezien alle sectorberekeningen volgens een zelfde methodologie gebeuren. 17

19 Tabel 2: Evolutie van de sociaaleconomische indicatoren en de conjunctuur in het Vlaamse Gewest (1) Indicator Eenheid Datum Waarde Wijziging op jaarbasis Arbeidsmarkt - nwwz totaal aantal apr , % - nwwz mannen aantal apr ,5 % aandeel 52,7 % +,2 %punt - nwwz vrouwen aantal apr ,5 % aandeel 47,3 % -,2 %punt - nwwz < 25 jaar aantal apr ,4 % aandeel 19,9 % -,1 %punt - nwwz > 5 jaar aantal apr ,1 % aandeel 25,7 % +,3 %punt - nwnwz aantal maa , % - ontvangen vacatures (2) aantal apr , % - lopende vacatures einde maand (2) aantal apr ,2 % - tijdelijke werkloosheid gem. aantal maa ,8 % Consumenten - vergunde woningen (nieuwbouw) (3) aantal jan ,3 % - vergunde woningen (renovatie) (3) aantal jan ,3 % - begonnen woningen (nieuwbouw) (3) aantal dec ,7 % - omzet kleinhandel mio euro nov ,1 % - inschrijvingen nieuwe personenwagens aantal apr ,8 % Producenten - omzet mio euro nov ,1 % - investeringen mio euro nov ,2 % - uitvoer mio euro nov ,4 % aandeel 55,8 % -1,9 %punt - faillissementen aantal apr ,9 % - banen verloren door faillissementen aantal apr ,8 % (1) Indicatoren die ongunstig evolueerden zijn gemarkeerd (2) NEC, exclusief interimvacatures (3) Voorlopige cijfers BRON: VDAB, RVA, FOD Economie (Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie), FEBIAC, NBB, Graydon, Verwerking: Dienst Economie, Provincie West-Vlaanderen. 18

20 12. BESLUIT Nadat de economische malaise zich sterk manifesteerde in de tweede helft van 28 en de eerste helft van 29, kwamen er tekenen van verbetering in de tweede helft van 29. Toch blijven de signalen twijfelachtig en ontbreekt het de economie aan daadkracht om van een echte heropleving te kunnen spreken. In wat volgt vatten we de conclusies voor de geanalyseerde indicatoren samen, om te beginnen de indicatoren die het producentenvertrouwen weerspiegelen. De brutowaarden van de synthetische conjunctuurcurve voor West-Vlaanderen verbeterden in 29 om vervolgens in januari en februari 21 opnieuw wat terug te vallen. In maart en april 21 was er weer sprake van een verbetering. De evolutie van de faillissementen was net omgekeerd. In januari en februari 21 waren er in West-Vlaanderen minder op jaarbasis, in maart en april steeg het aantal weer. Globaal gingen er in de eerste vier maanden van 21 wel heel wat minder jobs verloren als gevolg van faillissementen in vergelijking met de eerste vier maanden van 29, namelijk ruim één kwart. De tijdelijke werkloosheid steeg nog in januari 21, maar kende aanzienlijke afnames in februari en vooral in maart. Uitspraken doen over de evolutie van omzet, investeringen en uitvoer van de grote ondernemingen met zetel in West-Vlaanderen is moeilijk, aangezien de recentste cijfers voor West-Vlaanderen dateren van oktober 29. Bij de arbeidsmarktindicatoren zien we dat er nog altijd toenames zijn, maar dat die toenames kleiner worden. Cijfers tot en met april 21 tonen dat de toenames in de loop van 21 gevoelig kleiner werden zowel bij de totale werkloosheid als bij de jeugdwerkloosheid. In de eerste vier maanden van 21 trok ook de West-Vlaamse vacaturemarkt weer aan. De VDAB ontving meer werkaanbiedingen dan een jaar eerder en er stonden ook meer werkaanbiedingen open op het einde van elke maand. Het jobaanbod voor de werkzoekenden wordt dus groter. De spanning op de arbeidsmarkt werd hierdoor wat groter, wat typerend is voor een optrekkende conjunctuur. Ten slotte analyseerden we ook verschillende indicatoren die het consumentenvertrouwen weerspiegelen. De statistiek van de vergunde en de begonnen woningen evolueerde ongunstig in 29. De eerste cijfers van 21 voor de vergunde nieuwbouw- en renovatiewoningen cijfers voor januari tonen aanzienlijke toenames op jaarbasis, wat zeker voor de bouwsector perspectieven biedt. Wat de inschrijvingen van nieuwe personenwagens betreft, waren er in de eerste vier maanden telkens toenames op jaarbasis, maar ten opzichte van het vorige salonjaar was er enkel een toename in maart. 19