TUSSENTIJDS KWALITEITSONDERZOEK. Scholengemeenschap Maarsbergen VMBOK

Transcriptie

1 TUSSENTIJDS KWALITEITSONDERZOEK Scholengemeenschap Maarsbergen VMBOK Plaats : Maarsbergen BRIN nummer : 07KP C1 BRIN nummer : 07KP 00 VMBOK Onderzoeksnummer : Datum onderzoek : 18 november 2014 Datum vaststelling : 17 maart 2015

2 Pagina 2 van 9

3 1. INLEIDING De Inspectie van het Onderwijs heeft op 18 november 2014 een tussentijds kwaliteitsonderzoek uitgevoerd op de Scholengemeenschap Maarsbergen, afdeling vmbo kadeberoepsgerichte leerweg, naar aspecten van de kwaliteit van het onderwijs op deze afdeling en over de naleving van wet- en regelgeving. Met ingang van 1 augustus 2013 is de Scholengemeenschap Maarsbergen niet meer zelfstandig en maakt de scholengemeenschap deel uit van OSG Schoonoord te Zeist. De afdeling vmbo kaderberoepsgerichte opleiding heeft ongeveer 170 leerlingen. De leerlingen zijn afkomstig uit Maarsbergen en omgeving. De school had in het verleden een grote groep leerlingen van het internaat Valkenheide. Het internaat is inmiddels opgeheven en omgezet in een zorglocatie. Hiervoor had de school een fors aantal leerplekken gereserveerd. Door het opheffen van het internaat Valkenheide wordt de extra subsidie van ongeveer per jaar afgebouwd. De extra subsidie vervalt in het geheel met ingang van Aanleiding De aanleiding voor dit onderzoek is het volgende. Tijdens het kwaliteitsonderzoek dat is uitgevoerd op 10 oktober 2013 stelde de inspectie tekortkomingen vast in de opbrengsten, leerlingenzorg, kwaliteitszorg en de naleving van wettelijke vereisten op de Scholengemeenschap Maarsbergen, vmbo afdeling kaderberoepsgerichte leerweg. Deze zijn beschreven in het inspectierapport dat is vastgesteld op 10 februari De kwaliteit van het onderwijs is toen als zwak beoordeeld en wij hebben ons toezicht geïntensiveerd. Intensief toezicht betekent dat wij met het bevoegd gezag afspraken hebben gemaakt over het verbetertraject. Deze afspraken staan beschreven in een zogenaamd toezichtplan. In het kader hiervan voeren wij nu een tussentijds onderzoek uit om na te gaan in hoeverre de in het toezichtplan opgenomen tekortkomingen zijn opgeheven en aan de afspraken is voldaan. Onderzoeksopzet Het tussentijds kwaliteitsonderzoek is gebaseerd op de afspraken die in het toezichtplan zijn opgenomen. In dat toezichtplan staat dat de kwaliteit op de Pagina 3 van 9

4 volgende indicatoren van voldoende kwaliteit zal zijn: 9.2 'de school bepaalt wat de onderwijs- en ondersteuningsbehoefte is van de individuele of groepen leerlingen' en 9.4 'de school voert de ondersteuning planmatig uit'. Daarnaast zijn in overleg met het bestuur de opbrengsten en de kwaliteitszorg beoordeeld. Het onderzoek bestond uit de volgende activiteiten: Wij hebben relevante documenten van en over de school geanalyseerd. Wij hebben gesprekken gevoerd met het bestuur, management, leraren, zorgcoördinatoren en mentoren. Aan het eind van het schoolbezoek heeft de inspectie de bevindingen van het onderzoek besproken met de directie en bestuur. Opbouw rapport In hoofdstuk 2 staat de conclusie van het onderzoek waaronder het vervolgtoezicht. In hoofdstuk 3 beschrijven we de bevindingen uit het onderzoek in de vorm van een kwaliteitsprofiel. Dit wordt gevolgd door een paragraaf waarin het oordeel van de inspectie wordt toegelicht en waar mogelijk de schoolontwikkeling in samenhang wordt beschreven. Pagina 4 van 9

5 2. CONCLUSIE EN TOEZICHTARRANGEMENT Onze conclusie voor de Scholengemeenschap Maarsbergen, afdeling vmbo kaderberoepsgerichte leerweg, is als volgt: Kwaliteit De kwaliteit van het onderwijs is op de afgesproken onderdelen verbeterd. Dit betekent dat de school zich in positieve richting ontwikkelt. Het eerder toegekende toezichtarrangement zwak blijft gehandhaafd, hoewel de opbrengsten over de laatste drie jaar voldoende zijn. De reden hiervoor is dat de kwaliteitszorg nog onvoldoende is. Naleving Wij concluderen tevens dat de geconstateerde tekortkoming in de naleving van wet- en regelgeving op de onderzochte onderdelen is opgeheven. Pagina 5 van 9

6 3. BEVINDINGEN In dit hoofdstuk leest u de bevindingen uit ons onderzoek op basis waarvan we tot onze conclusie over de kwaliteit van de onderzochte aspecten zijn gekomen. Eerst ziet u het kwaliteitsprofiel waarin de oordelen op de indicatoren staan. Vervolgens lichten we die oordelen in onderlinge samenhang toe. 3.1 Algemeen beeld In dit tussentijds kwaliteitsonderzoek heeft de inspectie vastgesteld dat de kwaliteit van de in oktober 2013 als onvoldoende beoordeelde indicatoren (9.2 en 9.4) nu voldoende is. De gemiddelde examencijfers (6,3) in 2014 zijn ongeveer vergelijkbaar met die van 2013 (6,2) maar beter dan in 2012 (6,0). De verwachting is dat de gemiddelde examencijfers in 2015 als voldoende zullen worden beoordeeld. Het verschil tussen het gemiddelde cijfer van het schoolexamen en van het centraal eindexamen (0,02) ligt onder de door de inspectie gehanteerde norm van 0,5. De inspectie heeft kunnen vaststellen dat het plan van aanpak voortvarend is uitgevoerd. 3.2 Kwaliteits- en nalevingsprofiel In onderstaande tabel staan de indicatoren die in dit onderzoek zijn betrokken en tot welke bevindingen het onderzoek heeft geleid. De nummering in de tabellen verwijst naar het volledige waarderingskader voortgezet onderwijs. De bevindingen zijn weergegeven in de vorm van een score. De score geeft aan in welke mate de betreffende indicator gerealiseerd is. Legenda: 1. slecht 2. onvoldoende 3. voldoende 4. goed 5. niet te beoordelen (alleen bij opbrengsten) Wij hebben daarnaast onderzocht of de school voldoet aan de naleving van enkele wettelijke voorschriften. Dit wordt tot uitdrukking gebracht met de score ja of nee. Pagina 6 van 9

7 De opbrengsten liggen op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie verwacht mag worden De leerlingen behalen in de onderbouw het opleidingsniveau dat mag worden verwacht De leerlingen lopen weinig vertraging op in de bovenbouw van de opleiding vmbo-k De leerlingen van de opleiding vmbo-k behalen voor het centraal examen de cijfers die mogen worden verwacht Bij de opleiding vmbo-k zijn de verschillen tussen het cijfer voor het schoolexamen en het cijfer voor het centraal examen van een aanvaardbaar niveau. De school biedt effectief aanvullend onderwijs en ondersteuning aan leerlingen die dat nodig hebben. (basisondersteuning) (De school bestrijdt effectief achterstanden.) De school volgt systematisch de vorderingen van de leerlingen aan de hand van genormeerde toetsen. 9.2 De school bepaalt wat de onderwijs- en ondersteuningsbehoefte is van individuele of groepen leerlingen. 9.4 De school voert de ondersteuning planmatig uit. De school bewaakt de kwaliteit van haar opbrengsten De school evalueert systematisch de opbrengsten De school werkt doelgericht aan de kwaliteit van de opbrengsten. De school bewaakt de kwaliteit van het onderwijsproces De school evalueert systematisch het onderwijsproces De school werkt doelgericht aan de verbetering van het onderwijsproces De school borgt de kwaliteit van het onderwijsproces. Nalevingsindicatoren 2013 ja nee N1 N2 Door of namens het bestuur is de vastgestelde schoolgids naar de inspectie gestuurd en deze schoolgids bevat de onderzochte onderdelen (WVO, art. 24c en 24a). Door of namens het bestuur is het vastgestelde schoolplan naar de inspectie gestuurd en dit schoolplan bevat de onderzochte onderdelen (art. 24c en 24 WVO). Pagina 7 van 9

8 Nalevingsindicatoren 2013 ja nee N4 Door of namens het bestuur zijn het Examenreglement en het PTA naar de inspectie gestuurd en deze documenten bevatten de onderzochte onderdelen (Eindexamenbesluit art. 31). 3.3 Toelichting bij kwaliteitsprofiel Het bovenstaande algemene oordeel van de inspectie wordt hieronder toegelicht. Daarbij komen voor zover van toepassing achtereenvolgens de in de inleiding genoemde aspecten aan bod: de opbrengsten, de leerlingenzorg, de kwaliteitszorg. Opbrengsten De meerjarenopbrengsten van de Scholengemeenschap Maarsbergen, afdeling vmbo kaderberoepsgerichte leerweg, zijn voldoende. De resultaten van het centraal examen 2014 (6,3) van de Scholengemeenschap Maarsbergen, afdeling vmbo kaderberoepsgerichte leerweg zijn licht verbeterd ten opzichte van 2013 (6,2) en 2012 (6,0). Het verschil tussen het gemiddelde cijfer van het schoolexamen 2014 en het centraal examen (0,07) blijft onder de norm (0,5) die de inspectie hanteert, evenals in 2013 (0,12) en 2012 (0,09). Het onderbouwrendement is voldoende en het bovenbouwrendement is onvoldoende, relatief te veel leerlingen zijn blijven zitten in leerjaar 3, zijn gezakt voor het eindexamen of hebben de school verlaten zonder eindexamen te doen. De verwachting is dat het bovenbouwrendement voor het schooljaar voldoende zal zijn. Van de 72 leerlingen is één leerling gezakt. Leerlingenzorg De leerlingenzorg is nu als voldoende beoordeeld. Voor alle zorgleerlingen is een handelingsplan opgesteld. Docenten hebben deze handelingsplannen vertaald in een groepsplan. Hierin zijn de specifieke zorgpunten en handelingsaspecten genoemd. Geregeld evalueert de school deze zorgplannen en indien nodig worden deze plannen aangepast. Kwaliteitszorg Met de 'Voorbereidende notitie t.b.v. het (Tussentijds) Kwaliteitsonderzoek' heeft de Scholengemeenschap Maarsbergen de inspectie op een duidelijke en uitvoerige wijze geïnformeerd. In oktober 2013 zijn de afdelingen vmbo basisberoepsgerichte leerweg en kaderberoepsgerichte leerweg door de inspectie als zwak beoordeeld. Pagina 8 van 9

9 Na het kwaliteitsonderzoek voor de basisberoepsgerichte leerweg en kaderberoepsgerichte leerweg in 2013 is binnen de school een bewustwording op gang gekomen over de kwaliteit van het onderwijs. In het afgelopen jaar is er binnen de school veel aandacht geweest voor het verbeteren van de opbrengsten en de zorg. Het geheel van de kwaliteitszorg is echter nog onvoldoende. De evaluatie van de rendementsgegevens vindt nog niet voldoende plaats op het niveau van (groepen) leerlingen. De school is dan ook niet in staat op grond daarvan conclusies te trekken en te vertalen in voorgenomen beleid. De inspectie verwacht dat de school op grond van de voorgenomen verbeteracties hier in het komende jaar wel toe in staat zal zijn. Er zijn afspraken gemaakt waaraan een les moet voldoen. Voor het verbeteren van het pedagogisch, didactisch en organisatorisch handelen van de docent is gestart met een professionaliseringstraject met ondersteuning van een externe organisatie. Startpunt schoolbreed is niveau 1 van de pyramide: 'vijf rollen van de docent' (gastheer, presentator, didacticus, pedagoog en afsluiter). De individuele kwaliteiten en tekortkomingen van de docenten zijn beoordeeld en vastgelegd in de 'Nu-meting' (oktober 2014). In deze meting zijn de 'positieve aspecten' en 'aandachtspunten' genoemd. Voor deze 'aandachtspunten' gaat de schoolleiding op team- en individueel niveau verbeterplannen opstellen. In deze plannen zullen evaluatiemomenten worden opgenomen. In het gesprek met de docenten heeft de inspectie vastgesteld dat deze plannen bekend zijn en een reëel beeld geven van de verbeteracties. Het draagvlak bij de docenten voor de verbeterplannen is groot. Hierbij voelt men zich gesteund door de directeur. Het is nu 'samen in plaats van alleen' en 'deuren open in plaats van dicht'. Er is nog geen sprake van voldoende borging van het onderwijsproces. De verwachting is dat de school hierin op korte termijn een flinke verbeterslag zal kunnen maken. Pagina 9 van 9