NIBE-SVV OEFENEXAMEN GRONDBEGINSELEN ZAKELIJKE KREDIETVERLENING
|
|
- Irena de Kooker
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 NIBE-SVV OEFENEXAMEN GRONDBEGINSELEN ZAKELIJKE KREDIETVERLENING
2 1. Hieronder volgen enkele ondernemingen/personen. I. Coöperatie Landbouwgebied Oost-Groningen. II. Eenmanszaak De gouden tulband. III. Zonneschijn cv. IV. Een chirurg als werknemer in een bv. Welke van de bovenstaande ondernemingen/personen vallen onder de begrippen natuurlijke personen of samenwerkingsverband van natuurlijke personen? A. I, II en III. B. I, III en IV. C. II, III en IV. 2. Willem Wolfers is eigenaar van Bakkerij Wolfers. Hij wil een krediet afsluiten bij zijn bank voor een verbouwing van de bakkerij. Hieronder volgen drie tenaamstellingen voor de zekerheidsstukken. I. Bakkerij Wolfers. II W. Wolfers. III. W. Wolfers h/o Bakkerij Wolfers. Welke van de genoemde tenaamstelling(en) is/zijn JUIST? A. Uitsluitend I. B. Zowel I als III. C. Zowel II als III. 3. Bij een vennootschap onder firma (vof) is sprake van externe werking. Wat betekent externe werking in dit verband? A. De handelende vennoot bindt alleen zichzelf. B. Ieder van de vennoten is hoofdelijk aansprakelijk voor de vennootschapsschulden. C. De vennoten zijn slechts beperkt bevoegd de firma te vertegenwoordigen. 4. Wat is het maatschappelijk kapitaal van een onderneming? A. Het kapitaal dat zich nog in portefeuille bevindt. B. Het kapitaal dat voor de crediteuren als risicodragend geldt. C. Het kapitaal dat volgens de statuten maximaal mag worden uitgegeven. 5. Welke van de onderstaande veranderingen in de activiteiten van een onderneming leidt tot een horizontale wijziging binnen dezelfde bedrijfskolom? A. Differentiatie. B. Integratie. C. Specialisatie. 6. Waarom zal een onderneming haar activiteiten NIET uitsluitend met eigen vermogen financieren? A. Omdat dit, met het oog op een evenwichtige financiering, wenselijk is voor de solvabiliteit van de onderneming. B. Omdat een negatief resultaat ten laste komt van het eigen vermogen. C. Omdat de vermogensbehoefte van een onderneming variabel is. NIBE-SVV 2
3 7. Hieronder volgen drie vormen van vermogen. I. Kort vreemd vermogen. II. Lang vreemd vermogen. III. Permanent vermogen. Welke vermogensvorm(en) moet(en) ondernemingen gebruiken voor de financiering van hun vlottende activa? A. Uitsluitend I. B. Uitsluitend I en II. C. I, II en III. 8. Rengers Facilitair bv wil op korte termijn haar eigen vermogen uitbreiden. Hoe kan zij dit doen? A. Door de uitgifte van converteerbare obligaties. B. Door het plaatsen van aandelen bij een participatiemaatschappij. C. Door een openbare aandelenemissie. 9. Welke bewering over een wisselaval is JUIST? A. Een wisselaval is een betalingswijze en GEEN borgtocht. B. Een wisselaval is GEEN accessoire verbintenis. C. Een wisselaval kan worden gegeven voor de trekker, de betrokkene of voor de endossant. 10. Een machine heeft een technische levensduur van 7 jaar en een economische levensduur van 5 jaar. In hoeveel jaar wordt de machine afgeschreven, en waarom? A. In 5 jaar, omdat de economische levensduur bepalend is voor de afschrijvingstermijn. B. In 5 jaar, omdat de kortste van beide termijn bepalend is voor de afschrijvingsperiode. C. In 7 jaar, omdat de technische levensduur bepalend is voor de afschrijvingstermijn. 11. Het bedrijfspand van Rebato NV wordt geherwaardeerd. De boekwaarde van het gebouw wordt verhoogd van EUR , tot EUR ,. Met welk bedrag neemt het eigen vermogen toe, als de vennootschapsbelasting 25% bedraagt? A. EUR ,. B. EUR ,. C. EUR ,. 12. Een onderneming geeft een obligatielening uit van EUR 100 mln., ter financiering van een toekomstige overname. Het geld staat tijdelijk op de bank. Hierdoor zal de solvabiliteit... (1)... en de current ratio... (2).... Wat moet worden ingevuld voor (1) en (2)? (1) (2) A. dalen stijgen B. gelijk blijven stijgen C. gelijk blijven dalen NIBE-SVV 3
4 13. Een belegger wil zich een mening vormen over de waarde van een aandeel in vergelijking met andere aandelen. Waarom is de cashflow per aandeel een belangrijk gegeven? A. Het bepaalt de hoogte van het dividend per aandeel. B. Het geeft aan hoeveel winst een bedrijf per aandeel heeft gemaakt. C. Het geeft weer hoeveel middelen per aandeel zijn vrijgemaakt. 14. Gegeven zijn de balans van Borculo bv (x EUR 1.000, ) per ultimo 2009 en 2010 en de resultatenrekening over Activa Passiva Onroerende zaken Aandelenkapitaal Machines/inventaris Reserves Voorraden Voorzieningen 5 5 Debiteuren Hypothecaire leningen Liquide middelen 5 10 Middellange leningen Rekening/courant-krediet Crediteuren Totaal Totaal Resultatenrekening (x EUR 1.000, ) 2010 Omzet 750 Inkopen 540 Brutowinst 210 Personeelskosten 90 Rente 15 Overige kosten 55 Winst vóór afschrijvingen 50 Afschrijvingen 25 Winst voor belasting 25 Belasting 10 Nettowinst 15 Hoeveel bedraagt de omloopsnelheid van de voorraad van Borculo bv in 2010? A. 6,4. B. 7,2. C. 8, Wat geeft het dividendrendement per aandeel weer? A. De nettowinst gedeeld door het aantal gewone aandelen. B. Het contant dividend per aandeel gedeeld door de koerswaarde. C. Het contant dividend gedeeld door het aantal gewone aandelen. 16. De Ondernemersbank verstrekt aan de heer Vis een krediet met als zekerheid het hypotheekrecht op de woning van mevrouw Baars. Wat is in dit geval JUIST? A. De Ondernemersbank is de hypotheeknemer. B. Mevrouw Baars is de hypotheeknemer. C. De heer Vis is de nemer van een derdenhypotheek. NIBE-SVV 4
5 17. In welke situatie is GEEN sprake van geldig pandrecht? A. Een ondernemer verpandt zijn machines vuistloos aan de bank. B. Een ondernemer verpandt toekomstige, van een bestaande huurder te vorderen huurtermijnen, aan de bank. C. Een ondernemer verpandt onbetaalde goederen, waarvoor een eigendomsvoorbehoud is gemaakt, aan de bank. 18. Hieronder volgen twee beweringen over de hoofdelijke medeschuldverbintenis. I. Een hoofdelijke medeschuldverbintenis is alleen geldig als de debiteuren een akte van hoofdelijke aansprakelijkheid hebben ondertekend. II. Als één van de debiteuren de schuld heeft betaald, kan hij het betaalde bedrag volledig verhalen op één van zijn mededebiteuren. Wat is JUIST? A. Alleen I is juist. B. Alleen II is juist. C. I en II zijn juist. 19. De Ondernemersbank verstrekt een krediet aan Newton ICT Services bv, een dochteronderneming van Newton Beheer bv. De Ondernemersbank bedingt van de moeder een net worth statement. Wat is een net worth statement? A. Een achterstelling, waarbij de moeder een vordering op de dochter achterstelt en zich daarbij borgstelt tegenover de bank, voor het geval zij in strijd met de achterstelling zou handelen. B. Een concrete en krachtig geformuleerde sterkmakingsverklaring, waarbij de moeder verklaart ervoor in te staan dat het vermogen van de dochter NIET beneden een bepaald bedrag zal dalen. C. Een belofte van de kredietnemer om gedurende een bepaalde periode GEEN verdere uitbreidingen te doen, tenzij met goedkeuring van de bank. 20. Barendorp bv heeft enkele jaren geleden een banklening van EUR , afgesloten. Als zekerheid gold een vaste hypotheek op het bedrijfspand, waarvan de executiewaarde EUR , bedraagt. Inmiddels is EUR , van deze hypothecaire lening afgelost. Barendorp bv wenst nu ook een rekening-courantkrediet en biedt hiervoor aanvullende zekerheden met een dekkingswaarde van EUR ,. Wat is de maximale waarde van het rekening-courantkrediet, op basis van de genoemde zekerheden, zonder dat er een onderdekking ontstaat? A. EUR ,. B. EUR ,. C. EUR ,. NIBE-SVV 5
6 21. Bij de kredietaanvraag voor een groothandel in computerapparatuur ontvangt de bank de volgende balansprognose (bedragen x EUR 1.000, ). Activa Passiva Bedrijfspand 550 Eigen vermogen 350 Inventaris 50 Lang vreemd vermogen 350 Voorraden 300 Handelscrediteuren 250 Debiteuren 200 Rekening-courant bank 150 Totaal Totaal Voor het aangevraagde krediet verlangt de bank de volgende zekerheden: een eerste hypotheek op het bedrijfspand met een executiewaarde van EUR , en een dekkingswaarde van 70%; verpanding van de inventaris met een dekkingswaarde van 50%; verpanding van de voorraden met een dekkingswaarde van 50%; verpanding van de debiteuren met een dekkingswaarde van 60%. Hoeveel bedraagt de totale dekkingswaarde van de zekerheden? A. EUR ,. B. EUR ,. C. EUR ,. 22. In de volgroeide fase van een onderneming spelen drie taken een belangrijke rol. I. Het uitvoeren van leidinggevende taken. II. Het nemen van langetermijnbeslissingen. III. Het uitvoeren van coördinerende taken. Op welke van deze taken dient het hoogste management zich in deze fase met name te richten? A. Alleen op I en II. B. Alleen op II en III. C. Op I, II en III. 23. Welke van de onderstaande gegevens van een onderneming worden in het zekerhedendossier aangetroffen? A. De kredietaanvraag en de revisievoorstellen. B. Een getekende kredietovereenkomst. C. Een kopie van de getekende zekerheidsstukken. 24. Welke afdeling zal worden ingeschakeld, wanneer een schuldeiser derdenbeslag laat leggen op de tegoeden van een cliënt? A. Afdeling Bijzonder Beheer. B. Afdeling Kredietbewaking. C. Afdeling Kredietrevisie. NIBE-SVV 6
7 Antwoorden oefenexamen Grondbeginselen zakelijke kredietverlening 1. C 2. C 3. B 4. C 5. C 6. C 7. C 8. B 9. C 10. B 11. B 12. A 13. C 14. A 15. B 16. A 17. C 18. A 19. B 20. A 21. B 22. B 23. B 24. A U slaagt als u ten minste 17 van de 24 meerkeuzevragen juist hebt beantwoord. Let op! Feedback op de vragen treft u aan op de volgende pagina s. NIBE-SVV 7
8 Feedback oefenexamen Grondbeginselen zakelijke kredietverlening 1. Alternatief A is onjuist. Een coöperatie is een rechtspersoon. Alternatief B is onjuist. Een coöperatie is een rechtspersoon. Alternatief C is juist. Een eenmanszaak, een commanditaire vennootschap (cv) en een werknemer zijn geen rechtspersonen, maar natuurlijke personen of samenwerkingsverbanden van natuurlijke personen. 2. Alternatief A is onjuist. Voor de tenaamstelling van zekerheidsstukken is het onvoldoende uitsluitend de handelsnaam te vermelden (Bakkerij Wolfers). De tenaamstelling van de rekening kan wel uitsluitend de handelsnaam vermelden. Alternatief B is onjuist. Zekerheidsstukken moeten in elk geval de juridische naam vermelden (W. Wolfers). De tenaamstelling van de rekening kan wel uitsluitend de handelsnaam vermelden (Bakkerij Wolfers). Alternatief C is juist. Zekerheidsstukken moeten in elk geval de juridische naam vermelden (W. Wolfers). De handelsnaam kan worden toegevoegd (h/o Bakkerij Wolfers). 3. Alternatief A is onjuist. Dan zou er juist geen sprake zijn van externe werking. Alternatief B is juist. Externe werking houdt bij een vennootschap onder firma juist het tegenovergestelde in: ieder van de vennoten is op grond van de wet onbeperkt bevoegd de firma te vertegenwoordigen, tenzij in het handelsregister beperkingen zijn ingeschreven. Alternatief C is onjuist. Ieder van de vennoten is onbeperkt bevoegd de firma te vertegenwoordigen. 4. Alternatief A is onjuist. Het maatschappelijk kapitaal omvat meer dan het kapitaal in portefeuille. Het kapitaal in portefeuille is het maatschappelijk kapitaal verminderd met het geplaatst kapitaal. Alternatief B is onjuist. Crediteuren kunnen zich alleen verhalen op het geplaatste kapitaal, en dat omvat minder dan het maatschappelijk kapitaal. Alternatief C is juist. Het maatschappelijk kapitaal is inderdaad het kapitaal dat volgens de statuten maximaal mag worden uitgegeven. 5. Alternatief A is onjuist. Door differentiatie wordt een geleding aan de bedrijfskolom toegevoegd. Differentiatie is dus een wijziging in de verticale opbouw van een bedrijfskolom. Alternatief B is onjuist. Door integratie komt een geleding in de bedrijfskolom te vervallen. Integratie is dus een verticale wijziging van een bedrijfskolom. Alternatief C is juist. Specialisatie leidt ertoe dat een geleding in de bedrijfskolom wijzigt. Er vindt nog maar een deel van de activiteiten plaats. Specialisatie is dus een horizontale wijziging van een bedrijfskolom. 6. Alternatief A is onjuist. Een onderneming die alleen met eigen vermogen wordt gefinancierd heeft een solvabiliteit van 100%. Het eigen vermogen is dan gelijk aan het totaal vermogen: eigen vermogen / totaal vermogen = 100%. Alternatief B is onjuist. Op zich is de bewering juist: verliezen komen ten laste van het eigen vermogen, maar dat is nog geen verklaring voor financiering met andere financieringsbronnen dan alleen het eigen vermogen. Alternatief C is juist. De vermogensbehoefte van ondernemingen is inderdaad variabel. Om aan die variabele vermogensbehoefte te voldoen is financiering met alleen eigen vermogen niet geschikt. Want eigen vermogen is niet eenvoudig uit te breiden of in te krimpen. Dat is wel mogelijk met vormen van vreemd vermogen. NIBE-SVV 8
9 7. Alternatief A is onjuist. In de praktijk is een deel van de vlottende activa niet vlottend. Alternatief B is onjuist. In de praktijk is een deel van de vlottende activa niet vlottend. Alternatief C is juist. In de praktijk is een deel van de vlottende activa niet vlottend. Er is namelijk een vaste kern aan voorraden en debiteuren. Deze vaste kern vraagt om financiering met lang of permanent vermogen. 8. Alternatief A is onjuist. De houder van een converteerbare obligatie mag zijn obligatie inwisselen voor aandelen. Maar meestal moet hij de obligatie daarvoor enige tijd bezitten. Het is dus geen geschikt financieringsmiddel voor de korte termijn. Bovendien geven alleen grotere ondernemingen converteerbare obligaties uit. Alternatief B is juist. Een participatiemaatschappij (vaak dochter van een bank) kan deelnemen in het eigen vermogen van een onderneming. Daardoor kan het eigen vermogen toenemen, namelijk als de onderneming nieuwe aandelen uitgeeft. Alternatief C is onjuist. Een besloten vennootschap heeft geen toegang tot de openbare kapitaalmarkt. 9. Alternatief A is onjuist. Een wisselaval is wel een borgtocht. Alternatief B is onjuist. Een wisselaval is wel een accessoire verbintenis, want die is verbonden aan een hoofdverbintenis. Gaat deze hoofdverbintenis teniet, dan komt ook de accessoire verbintenis (de wisselaval) te vervallen. Alternatief C is juist. Aval kan worden gegeven voor de betrokkene van de wissel, voor de endossant of voor de trekker. 10. Alternatief A is onjuist. Alleen als de economische levensduur korter is dan de technische levensduur is de economische levensduur bepalend. Alternatief B is juist. De kortste termijn is bepalend voor de afschrijvingstermijn. Meestal is de economische levensduur de kortste. Alternatief C is onjuist. Alleen als de technische levensduur korter is dan de economische levensduur is de technische levensduur bepalend. 11. Alternatief A is onjuist. Dit is het bedrag voor te betalen vennootschapsbelasting. Dat een post onder het kortlopend vreemd vermogen. Alternatief B is juist. De waardestijging (EUR ) leidt tot een toename van de post machines (activa) en van de passiva. Omdat de waardestijging tot een boekwinst leidt bij verkoop van de machine, moet een voorziening voor de vennootschapbelasting worden getroffen (voorziening latente belastingen). De hoogte van die voorziening is als volgt te berekenen: Vpb-tarief x boekwinst = 25% x = EUR Het restant wordt aan het eigen vermogen toegevoegd als herwaarderingsreserve (EUR ). Alternatief C is onjuist. Dit is het bedrag van de waardestijging. Niet de gehele waardestijging wordt onder het eigen vermogen geboekt. NIBE-SVV 9
10 12. Alternatief A is juist. Solvabiliteit kan als volgt worden berekend: eigen vermogen / balanstotaal. Het eigen vermogen blijft constant, het balanstotaal neemt toe met 100 mln euro. De solvabiliteit daalt dus. Alternatieve berekeningswijze: solvabiliteit = eigen vermogen / vreemd vermogen. Het eigen vermogen blijft constant, het vreemd vermogen neemt toe met 100 mln euro. De solvabiliteit daalt dus. De current ratio wordt als volgt berekend: (liquide middelen + debiteuren + voorraden) / kortlopend vreemd vermogen. De post liquide middelen neemt toe met 100 mln euro. De teller neemt dus ook toe met 100 mln euro. Het kortlopend vreemd vermogen blijft constant. De current ratio stijgt dus. Alternatief B is onjuist. Solvabiliteit kan als volgt worden berekend: eigen vermogen / balanstotaal. Het eigen vermogen blijft constant, het balanstotaal neemt toe met 100 mln euro. De current ratio wordt als volgt berekend: (liquide middelen + debiteuren + voorraden) / kortlopend vreemd vermogen. De post liquide middelen neemt toe met 100 mln euro. Alternatief C is onjuist. Solvabiliteit kan als volgt worden berekend: eigen vermogen / balanstotaal. Het eigen vermogen blijft constant, het balanstotaal neemt toe met 100 mln euro. De current ratio wordt als volgt berekend: (liquide middelen + debiteuren + voorraden) / kortlopend vreemd vermogen. De post liquide middelen neemt toe met 100 mln euro. 13. Alternatief A is onjuist. Cashflow per aandeel geeft hooguit een indicatie voor de hoogte van het dividend, niet de precieze omvang. Alternatief B is onjuist. Cashflow per aandeel is geen kengetal voor rendement. Daarvoor wordt resultaat (winst of verlies) gebruikt (winst per aandeel). Alternatief C is juist. Cashflow (kasstroom) geeft inzage in de hoeveelheid liquide middelen die een onderneming vrijmaakt uit haar activiteiten. In tegenstelling tot resultaat (winst of verlies) is cashflow niet afhankelijk van bijvoorbeeld de gehanteerde afschrijvingsmethode. Cashflow per aandeel is daarmee een maat voor de efficiëntie van de onderneming: hoeveel liquide middelen kan de onderneming per aandeel genereren. 14. Alternatief A is juist. De omloopsnelheid van de voorraden wordt als volgt berekend: inkoopwaarde omzet / voorraad = EUR / EUR = 6,4 (afgerond). Alternatief B is onjuist. De omloopsnelheid van de voorraden wordt als volgt berekend: inkoopwaarde omzet / voorraad. Alternatief C is onjuist. De omloopsnelheid van de voorraden wordt als volgt berekend: inkoopwaarde omzet / voorraad. 15. Alternatief A is onjuist. Rendement duidt op een verhouding, meestal uitgedrukt als percentage. Nettowinst per aandeel is een bedrag, uitgedrukt in euro s. Bovendien gaat het om dividend, niet om nettowinst. Alternatief B is juist. Dividendrendement is het dividend per aandeel uitgedrukt in een percentage van de koers: dividend per aandeel / koerswaarde x 100%. Alternatief C is onjuist. Rendement duidt op een verhouding, meestal uitgedrukt als percentage. Dividend per aandeel is een bedrag, uitgedrukt in euro s. NIBE-SVV 10
11 16. Alternatief A is juist. De hypotheeknemer is de geldgever. De Ondernemersbank is geldverstrekker en dus hypotheeknemer. Alternatief B is onjuist. Mevrouw Baars geeft haar woning als zekerheid: zij is dus hypotheekgever. Bovendien geeft zij haar woning als zekerheid voor een krediet voor de heer Vis, zij is dan derdenhypotheekgever. Alternatief C is onjuist. De heer Vis is geldontvanger. Mevrouw Vis geeft daarbij een derdenhypotheek op haar woning. 17. Alternatief A is onjuist. Een ondernemer kan wel zijn machines vuistloos verpanden aan zijn bank. Alternatief B is onjuist. Een ondernemer kan wel de te vorderen huurtermijnen verpanden aan zijn bank. Alternatief C is juist. Omdat de goederen nog niet betaald zijn en er een eigendomsvoorbehoud op rust, zijn ze nog geen eigendom geworden van de onderneming. Alleen als de pandgever ook de eigenaar van de te verpanden goederen is, komt er een geldig pandrecht tot stand. 18. Alternatief A is juist. Een hoofdelijkheidsverklaring is inderdaad alleen geldig als de debiteuren een akte van hoofdelijke aansprakelijkheid hebben ondertekend. Alternatief B is onjuist. Een debiteur die een schuld vanwege een hoofdelijkheidsverklaring heeft betaald, kan een deel van het bedrag verhalen op de overige debiteuren. Zij hoeven alleen hun eigen deel in de totale schuld te betalen. De debiteur kan zijn eigen aandeel dus niet op de anderen verhalen. Alternatief C is onjuist. Een hoofdelijkheidsverklaring is alleen geldig als de debiteuren een akte van hoofdelijke aansprakelijkheid hebben ondertekend. 19. Alternatief A is onjuist. Een achtergestelde lening met een voorwaardelijke borgstelling staat bekend als een kapitaalverklaring. Alternatief B is juist. Een net worth statement is inderdaad een krachtige en concreet geformuleerde sterkmakingsverklaring. Hierin verklaart de moeder dat zij ervoor instaat, dat het eigen vermogen van de kredietnemer (de dochter) niet beneden een bepaald bedrag zal dalen. Alternatief C is onjuist. Dit is een niet-investeringsverklaring. 20. Alternatief A is juist. Een vaste hypotheek dient alleen als zekerheid voor de hypothecaire geldlening, in dit geval EUR Barendorp bv biedt aanvullende zekerheden ter waarde van EUR Dat is dan ook de limiet van het gevraagde rekening-courantkrediet. Alternatief B is onjuist. Een vaste hypotheek dient alleen als zekerheid voor de hypothecaire geldlening. Alternatief C is onjuist. Een vaste hypotheek dient alleen als zekerheid voor de hypothecaire geldlening. 21. Alternatief A is onjuist. De dekkingswaarde van het pand is EUR Inventaris, voorraden en debiteuren hebben ook dekkingswaarde. Alternatief B is juist. De dekkingswaarde van het pand is EUR (70% van EUR ). De dekkingswaarde van de inventaris is EUR (50% van EUR ). De dekkingswaarde van de voorraden is EUR (50% van ( / )). De dekkingswaarde van de debiteuren is EUR (60% van ). De totale dekkingswaarde is dus = EUR Alternatief C is onjuist. De dekkingswaarde van de voorraden is lager dan EUR NIBE-SVV 11
12 22. Alternatief A is onjuist. In de volwassenheidsfase draagt het management een deel van de leidinggevende taken over te dragen aan een lager echelon. Alternatief B is juist. In de volwassenheidsfase heeft het management twee taken: het nemen van langetermijnbeslissingen en het uitvoeren van coördinerende taken. Alternatief C is onjuist. In de volwassenheidsfase draagt het management een deel van de leidinggevende taken over te dragen aan een lager echelon. 23. Alternatief A is onjuist. In het kredietdossier wordt de kredietaanvraag en revisievoorstellen bewaard. Alternatief B is juist. In het zekerhedendossier wordt onder ander de originele, ondertekende kredietovereenkomst bewaard. Alternatief C is onjuist. In het zekerhedendossier worden alle originele zekerheidsstukken bewaard. 24. Alternatief A is juist. Bijzonder (krediet)beheer is een gespecialiseerde afdeling die zich bezighoudt met bijzonder kredietbeheer. Zij komt in actie wanneer de klant zijn betalingsverplichtingen niet nakomt. Als een schuldeiser derdenbeslag laat leggen op tegoeden van een cliënt, is die cliënt zijn betalingsverplichtingen tegenover die schuldeiser niet nagekomen. Alternatief B is onjuist. Kredietbewaking is een functie van kredietbeheer. Het gaat om toezicht op het nakomen van de kredietvoorwaarden door cliënten. Alternatief C is onjuist. Kredietrevisie is een functie van kredietbeheer. Het gaat om periodiek toezicht op de kredietvoorwaarden. NIBE-SVV 12
NIBE-SVV 2015. Oefenexamen Inleiding zakelijke kredietverlening
NIBE-SVV 2015 Oefenexamen Inleiding zakelijke kredietverlening 1. Hieronder volgen vier ondernemingen/personen. I. Coöperatie Landbouwgebied Oost-Groningen. II. Eenmanszaak De gouden tulband. III. Zonneschijn
Nadere informatie1 Het kasstroomoverzicht
Oefeningen Kasstroomoverzicht 1 Het kasstroomoverzicht De gegevens van een bedrijf zijn: Balans per 31 december 2011 en 2012 dec-12 dec-11 dec-12 dec-11 Vaste Activa 1.000.000 1.200.000 Eigen Vermogen
Nadere informatieDit voorbeeldexamen bestaat uit 27 vragen. De opbouw en het aantal vragen komt overeen met het online examen.
Financiering niveau 4 Examenopgaven voorbeeldexamen Belangrijke informatie Dit voorbeeldexamen bestaat uit 27 vragen. De opbouw en het aantal vragen komt overeen met het online examen. Dit voorbeeldexamen
Nadere informatieBedrijfseconomische Aspecten Examennummer: 71533 Datum: 14 april 2012 Tijd: 13:00 uur - 14:30 uur
Bedrijfseconomische Aspecten Examennummer: 71533 Datum: 14 april 2012 Tijd: 13:00 uur - 14:30 uur Dit examen bestaat uit 8 pagina s. De opbouw van het examen is als volgt: - 30 meerkeuzevragen (maximaal
Nadere informatieTOELATINGSTOETS M&O. Datum 14-1-2016
TOELATINGSTOETS M&O VUL IN: Datum 14-1-2016 Naam en voorletters. Adres. Postcode. Woonplaats. Geboortedatum / / Plaats Land. Telefoonnummer. E-mail. Gekozen opleiding. OPMERKINGEN: Tijdsduur: 90 minuten
Nadere informatieWat zegt uw financiële balans?
Wat zegt uw financiële balans? Samen met een door uw accountant opgestelde toelichting vormen de winst- en verliesrekening en de balans gezamenlijk de jaarrekening van uw onderneming. De balans is een
Nadere informatie2015 Nederlandse Associatie voor Examinering Financiering niveau 4 1 / 10
Financiering niveau 4 Correctiemodel voorbeeldexamen 2015 Nederlandse Associatie voor Examinering Financiering niveau 4 1 / 10 Vraag 1 Toetsterm 1.1 - Beheersingsniveau: K - Aantal punten: 1 Wat is de
Nadere informatiePROEFEXAMEN 2 Praktijkdiploma Boekhouden
PROEFEXAMEN Praktijkdiploma Boekhouden onderdeel Bedrijfseconomie Beschikbare tijd uur. Op de netheid van het werk zal worden gelet. Deze opgave is eigendom van de Examencommissie en dient, tezamen met
Nadere informatieEigen vermogen Geplaats aandelenkapitaal Agioreserve Herwaarderingsreserve Wettelijke en statutaire reserves Ingehouden winst uit de voorgaande jaren
www.jooplengkeek.nl Regels voor Passiva Eigen vermogen Geplaats aandelenkapitaal Agioreserve Herwaarderingsreserve Wettelijke en statutaire reserves Ingehouden winst uit de voorgaande jaren www.jooplengkeek.nl
Nadere informatie2015 Nederlandse Associatie voor Examinering Financiering niveau 5 1 / 12
Financiering niveau 5 Correctiemodel voorbeeldexamen 2015 Nederlandse Associatie voor Examinering Financiering niveau 5 1 / 12 Vraag 1 Toetsterm 6.4 - Beheersingsniveau: K - Aantal punten: 1 Voor welke
Nadere informatieNIBE-SVV OEFENEXAMEN ZAKELIJKE KREDIETVERLENING
NIBE-SVV OEFENEXAMEN ZAKELIJKE KREDIETVERLENING 1. Hieronder volgen twee beweringen over planning. I. Strategische planning bereidt de onderneming voor op een onzekere toekomst en stelt haar zo beter in
Nadere informatieKengetallen met betrekking tot de vermogensbehoefte. Opgave 3.6a hoort bij paragraaf 3.3, De gemiddelde opslagduur van de voorraad goederen.
Hoofdstuk 3 Kengetallen met betrekking tot de vermogensbehoefte Extra opgaven Opgave 3.6a hoort bij paragraaf 3.3, De gemiddelde opslagduur van de voorraad goederen. Opgave 3.6a Vazzo bv koopt en verkoopt
Nadere informatieOpgaven 4.4a en 4.4b horen bij paragraaf 4.2, Liquiditeitsbegroting en resultatenbegroting.
Hoofdstuk 4 Beoordeling van de liquiditeit Extra opgaven Opgaven 4.4a en 4.4b horen bij paragraaf 4.2, Liquiditeitsbegroting en resultatenbegroting. Opgave 4.4a De handelsonderneming Hartema vof heeft
Nadere informatieFinanciële ratio s met CASH!
Inleiding Het is belangrijk dat je als ondernemer weet hoe je onderneming er financieel voor staat. Hier kan je financiële ratio's goed voor gebruiken. Maar wat zijn ze en wat doe je ermee? Om de financiële
Nadere informatieManagement en Organisatie VWO 6 Hst 31, 37 t/m 43
Management en Organisatie VWO 6 Hst 31, 37 t/m 43 25 januari 2011 proeftoets 100 minuten Opgave 1 Handelsonderneming Astan bv heeft gegevens verzameld. Deze gegevens zijn nodig voor het opstellen van de
Nadere informatieAntwoordmodel (73223)
Antwoordmodel (73223) Open vragen (70 punten) 1. De geconcentreerde marktsegmentatiestrategie Motivatie: Het gaat hier om één segment, namelijk een reisbureau voor 65-plussers NIBE-SVV (2011). Zakelijke
Nadere informatie9 Uitwerkingen proefwerktrainingen deel 2
Docentenhandleiding Hoofdstuk 25 9 Uitwerkingen proefwerktrainingen deel 2 a Per november 2008 wordt aan huur vooruitontvangen: 400 3 650 = 780.. b Per december wordt achteraf ontvangen: 25 3 720 = 270..
Nadere informatiewww.jooplengkeek.nl Hoofdstuk 43 belangrijk
www.jooplengkeek.nl belangrijk 1 belangrijk Solvabiliteitskengetallen: de verhouding tussen eigen vermogen en vreemd vermogen en totaal vermogen 2 3 4 Solvabiliteitskengetallen Er zijn verschillende solvabiliteitskengetallen
Nadere informatieAantal punten: 10 Per juist genoemde fase: 2 punten (maximaal 10 punten) Aantal punten: 6 Juist antwoord (a): 3 punten Juist antwoord (b): 3 punten
Antwoordmodel Aan dit antwoordmodel kunnen geen rechten worden ontleend. Over de antwoordindicaties kan niet worden gecorrespondeerd voordat de uitslag van het examen bekend is. Bent u het niet eens met
Nadere informatieZakelijke kredieten Examennummer: 73038 Datum: 29 juni 2013 Tijd: 13:00 uur - 14:30 uur
Zakelijke kredieten Examennummer: 73038 Datum: 29 juni 2013 Tijd: 13:00 uur - 14:30 uur Dit examen bestaat uit 4 pagina s. De opbouw van het examen is als volgt: - 10 open vragen (maximaal 70 punten) -
Nadere informatiewww.jooplengkeek.nl Hoofdstuk 42 belangrijk
www.jooplengkeek.nl belangrijk 1 Liquiditeitskengetallen Current ratio Quick ratio Working capital (werkkapitaal) Cashflow Kengetallen Kengetallen zijn verhoudingsgetallen, ze geven de verhouding aan tussen
Nadere informatieFinanciële analyse van de jaarrekening
17 hoofdstuk Financiële analyse van de jaarrekening 17.1 B 17. C 17.3 C 17.4 A 17.5 A 17.6 C 17.7 D 17.8 D 17.9 B 17.10 D 17.11 D 17.1 C 17.13 A 17.14 C 17.15 B 17.16 C 1.000.000 / 1.500.000 = 0,08 17.17
Nadere informatieAurington. Administratie en Advies
Aurington Administratie en Advies Let op de houdbaarheidsdatum! Mei 5 Pincode 6 7 8 Boetes Dit jaar Deze maand De balans Tandorine B.V. Debet Activa Bezittingen Wat heb ik? Credit Passiva Vermogen Hoe
Nadere informatie2017 Nederlandse Associatie voor Examinering Financiering niveau 5 1 / 13
Financiering niveau 5 Correctiemodel voorbeeldexamen 2017 Nederlandse Associatie voor Examinering Financiering niveau 5 1 / 13 Vraag 1 Toetsterm 6.4 - Beheersingsniveau: K - Aantal punten: 1 Voor welke
Nadere informatieUitwerkingen PDB Financiering met resultaat hoofdstuk 4
Opgave 4.1 Balans 1 januari jaar 3 1 Vaste activa Eigen vermogen 178.500 Gebouw 150.000 Bedrijfsauto s 48.000 Lang vreemd vermogen Inventaris 16.000 214.000 Hypotheek 80.000 Vlottende activa Voorraad goederen
Nadere informatieOefenopgave 1. Oefenopgave 1. Crediteuren 600 EV 600. Debiteuren 400. Gebouwen 300 EV. Voorraden 200 Crediteuren. Kas 300
Oefenopgave 1 Oefenopgave 1 Balans 1-1-2001 (x 1.000 euro) Gebouwen 300 EV Voorraden 200 Crediteuren Debiteuren 400 Kas 300 EV 600 Crediteuren 600 300 1200 1200 - Inkopen 600.000 euro (helft rekening,
Nadere informatieHet kasstroomoverzicht
8 Het kasstroomoverzicht 801 Ingaande geldstromen 1 Toename eigen vermogen a Winst vóór belasting d 400.000** b Opbrengst aandelenemissie - 20.000** 2Toename langlopende schulden - 190.000** 3 Desinvestering
Nadere informatieUitwerkingen PDB Financiering met resultaat hoofdstuk 5
Opgave 5.1 a. Liquiditeitsbalans b. 1/1 solvabiliteitsratio = 1.570.000 = 0,48 3.240.000 31/12 solvabiliteitsratio = 1.630.000 = 0,46 3.550.000 c. 1/1 debt ratio = 1.100.000 + 570.000 = 0,52 3.240.000
Nadere informatieFinanciële aspecten van de planning
14 hoofdstuk Financiële aspecten van de planning 14.1 B 14.2 A 14.3 D 14.4 D 14.5 D 14.6 C 14.7 C 14.8 C 14.9 A 14.10 D 14.11 B 14.12 D 14.13 C 1 12 18.000 = 1.500 14.14 A 14.15 C Ontvangen wordt november,
Nadere informatieeindexamenprogramma m&o vwo
Domein G: Externe financiële verslaggeving 17. : - de begroting en de jaarrekening van commerciële en niet-commerciële organisaties analyseren, zoals deze worden voorgelegd aan medezeggenschapsraden, ondernemingsraden
Nadere informatieAntwoordmodel. Open vragen (70 punten) Aan dit antwoordenoverzicht kunnen geen rechten worden ontleend. 1. a. De snelle groei
Antwoordmodel Aan dit antwoordenoverzicht kunnen geen rechten worden ontleend. Open vragen (70 punten) 1. a. De snelle groei NIBE-SVV (2011). Zakelijke kredietverlening, deel A, hfdst. 4, onderdeel 6,
Nadere informatieUITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 5
HOOFDSTUK 5 Opgave 1 a. Bereken het netto werkkapitaal per 1-4-2018. = Nettowerkkapitaal Voorraad goederen 250.000 Debiteuren 80.000 ING bank 65.000 Kas 5.000 + 400.000 Crediteuren 60.000 Te betalen omzetbel
Nadere informatiePublicatierapport 2012/2013. Handelsregister Kamer van Koophandel voor Brabant, dossiernummer 56156006
Coöperatie HSLnet u.a. Jan Deckersstraat 29 5591 HN Heeze Publicatierapport 2012/2013 Handelsregister Kamer van Koophandel voor Brabant, dossiernummer 56156006 Vastgesteld door de Ledenraad d.d. 18 februari
Nadere informatieToets 3 HAVO 5 g Diagnostische toets 2012
Uitwerkingen/waardering Toets 3 HAVO 5 20 12 MO Onderdeel 3.1 Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs Diagnostische toets 2012 Uitwerkingen/waardering Voor deze toets zijn maximaal 35 punten te behalen; De
Nadere informatieExamen VWO. Economische wetenschappen II en recht (oude stijl)
Economische wetenschappen II en recht (oude stijl) Examen VWO Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 2 Vrijdag 20 juni 10.00 13.00 20 03 Voor dit examen zijn maximaal 90 punten te behalen; het
Nadere informatieUIT balans en resultatenrekening
Inzicht in winst. Bedrijven zijn verplicht een bedrijfsadministratie te voren. De belangrijkste onderdelen van de bedrijfsadministratie zijn de balans en de resultatenrekening. Het gevolg van het verplaatsen
Nadere informatieBegrippenlijst Management & Organisatie Hoofdstuk 5, 6 en 7
Begrippenlijst Management & Organisatie Hoofdstuk 5, 6 en 7 Begrippenlijst door een scholier 1414 woorden 28 december 2006 6,7 9 keer beoordeeld Vak Methode M&O In balans M&O Hoofdstuk 5 Aandelenkapitaal
Nadere informatieVraag Antwoord Scores
Opgave 1 1 maximumscore 1 Voorbeelden van een juist antwoord: Er is sprake van één geldgever en één geldnemer. Een onderhandse lening is een niet-openbare lening. 2 maximumscore 2 0,06 x (2.000.000.000
Nadere informatieStel voor de eenmanszaak Grutter de balans per 1 januari 2016 op in scontrovorm. Balans per 1 januari 2016 van Grutter
Hoofdstuk 1 Opgaven Opgave 1.1 Stel voor de eenmanszaak Grutter de balans per 1 januari 2016 op in scontrovorm. Balans per 1 januari 2016 van Grutter Totaal Totaal Opgave 1.2 1. In welke andere vorm dan
Nadere informatieKasstroom uit investeringsactiviteiten Investering in machines / 350 Desinvestering in machines 65 Aandeel in winst C / 20 Aandeel in dividend C 30
Voortgezette Studie Boekhouden 12.1 a De functie van het kasstroomoverzicht is een bijdrage leveren aan de beoordeling door gebruikers van het vermogen van de onderneming om geldmiddelen en kasequivalenten
Nadere informatieDe opgaven 6.4a en 6.4b horen bij paragraaf 6.2, De rentabiliteit van het vermogen
Hoofdstuk 6 Beoordeling van de rentabiliteit Extra opgaven De opgaven 6.4a en 6.4b horen bij paragraaf 6.2, De rentabiliteit van het vermogen Opgave 6.4a Per 31 december 2013 en 2014 heeft Geurtsen de
Nadere informatieSamenvatting Management & Organisatie Boek 2B, Hoofdstuk 41 t/m 44
Samenvatting Management & Organisatie Boek 2B, Hoofdstuk 41 t/m 44 Samenvatting door een scholier 2184 woorden 5 april 2011 6,7 25 keer beoordeeld Vak Methode M&O In balans Hoofdstuk 41 Regels voor de
Nadere informatieJaarrekeninglezen voor non-financials. Ruitenburg University 15 november 2016
Jaarrekeninglezen voor non-financials Ruitenburg University 15 november 2016 Introductie Welkom Voorstelronde sprekers Doel Eerst even dit! Inhoud Waarom een jaarrekening? Onderdelen van de jaarrekening
Nadere informatieUITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 5 OPGAVE 3
HOOFDSTUK 5 OPGAVE 3 Opgave 3 De liquiditeitsbegroting De betaling van de verkopen Verkopen Ontvangsten Maand ex btw btw incl btw 1 maand later Januari 780.000 163.800 943.800 Februari 720.000 151.200
Nadere informatieSamenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 1 t/m 3.3
Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 1 t/m 3.3 Samenvatting door een scholier 1298 woorden 30 november 2008 7,3 3 keer beoordeeld Vak Methode M&O In balans Hoofdstuk 1. 1.1 Organisaties. Organisatie:
Nadere informatieZakelijk krediet. Een financiering die past bij uw plannen
Zakelijk krediet 1 Zakelijk krediet. Een financiering die past bij uw plannen In deze algemene brochure leest u wat de twee belangrijkste zakelijke kredieten van ABN AMRO zijn, en wat de kenmerken en risico
Nadere informatieZakelijke kredieten Examennummer: 61628 Datum: 30 juni 2012 Tijd: 10:00 uur - 11:30 uur
Zakelijke kredieten Examennummer: 61628 Datum: 30 juni 2012 Tijd: 10:00 uur - 11:30 uur Dit examen bestaat uit 5 pagina s. De opbouw van het examen is als volgt: - 10 open vragen (maximaal 70 punten) -
Nadere informatieBoekverslag door C. 946 woorden 11 december keer beoordeeld
Boekverslag door C. 946 woorden 11 december 2003 5 10 keer beoordeeld Vak Methode M&O In balans Bij het verkrijgen van vermogen kun je verschil maken tussen: 1) Eigen vermogen 2) Vreemd vermogen op lange
Nadere informatieM&O VWO 2011/2012. www.lyceo.nl
Hoofdstuk 4: Balans M&O VWO 2011/2012 www.lyceo.nl Overzicht H4: Balans Management & Organisatie Centraal Examen (CE) 1. Rechtsvormen 2. Prijsberekening 3. Resultaten 4. Balans 5. Liquiditeitsbegroting
Nadere informatieKennis Bedrijfseconomie
Kennis Bedrijfseconomie Kennis Bedrijfseconomie Ad Bakker Opmaak: Sander Pinkse Boekproductie, Amsterdam ISBN 978 90 3724 617 9 2018 uitgeverij Edu Actief b.v. Gehele of gedeeltelijke overneming of reproductie
Nadere informatieWanneer de ondernemer niet meer in staat is alle schulden te betalen, wordt door een rechtbank een faillissement uitgesproken.
Samenvatting door H. 1531 woorden 18 oktober 2016 4 3 keer beoordeeld Vak M&O Hoofdstuk 9 De rechtsvorm is de juridische ofwel wettelijke vorm van een organisatie. Er zijn zes verschillende rechtsvormen:
Nadere informatieEindexamen vwo m&o II
Opgave 1 1 maximumscore 2 De zakelijke lasten zijn door de verkoper vooruitbetaald. Uitsluitend 0 of 2 scorepunten toekennen. 2 maximumscore 3 maand in 2011 schuldrest ( ) begin van de maand interestdeel
Nadere informatieZakelijke kredieten Examennummer: 73223 Datum: 22 september 2012 Tijd: 12:30 uur - 14:00 uur
Zakelijke kredieten Examennummer: 73223 Datum: 22 september 2012 Tijd: 12:30 uur - 14:00 uur Dit examen bestaat uit 5 pagina s. De opbouw van het examen is als volgt: - 10 open vragen (maximaal 70 punten)
Nadere informatieExamen PC 2 vak Cash Management
Examen PC 2 vak Cash Management Instructieblad Betreft: examen: PC 2 leergang 5 onderdeel: Cash Management datum: 28 juni 2013 tijd: 16.00 17.30 uur Deze aanwijzingen goed lezen voor u met uw examen start
Nadere informatieEXAMENPROGRAMMA. Financieel-Administratief Diploma('s) Diplomalijn(en)
EXAMENPROGRAMMA Diplomalijn(en) Financieel-Administratief Diploma('s) Praktijkdiploma Boekhouden (PDB ) Eamen Financiering niveau 4 Niveau 4 (vergelijkbaar met mbo 4) Versie 2-0 Geldig vanaf 1-01-16 Vastgesteld
Nadere informatieCrowdfunding: publiek laten betalen, d.m.v. vermogen aan te trekken.
Crowdfunding: publiek laten betalen, d.m.v. vermogen aan te trekken. Informal investors: informele investeerders, bv particulieren Gebruiken is vast. Verbruiken is vlot. Materieel: tastbaar Immaterieel:
Nadere informatieALGEMENE ECONOMIE /05
HBO Algemene economie Raymond Reinhardt 3R Business Development raymond.reinhardt@3r-bdc.com 3R 1 Producenten: indeling M Bedrijven kunnen ingedeeld worden naar sector: F marktsector: G primaire sector:
Nadere informatieSynVest Fund Management B.V. Hogehilweg 5-Z 1101 CA AMSTERDAM. Halfjaarcijfers 2016
Hogehilweg 5-Z 1101 CA AMSTERDAM Halfjaarcijfers 2016 INHOUDSOPGAVE Pagina 1. Halfjaarcijfers 1.1 Balans per 30 juni 2016 2 1.2 Toelichting op de halfjaarcijfers 3 1.1 Balans per 30 juni 2016 (Na resultaatbestemming)
Nadere informatieVraag Antwoord Scores
Opgave 1 1 maximumscore 1 de Algemene Vergadering van Aandeelhouders (AVA) 2 maximumscore 2 winst voor vennootschapsbelasting: 5.000.000 vennootschapsbelasting: 0,20 x 200.000 + 0,25 x (5.000.000 200.000)
Nadere informatieNIBE-SVV, 2014 OEFENEXAMEN BALANSLEZEN
NIBE-SVV, 2014 OEFENEXAMEN BALANSLEZEN 1. De volgende balansposten komen voor op de balans van een onderneming (in EUR 1.000,-). Gebouwen 500 Pensioenvoorziening 190 Winstreserve 270 Goodwill 240 Lening
Nadere informatieUITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 8
HOOFDSTUK 8 Opgave 1 a. Bereken de REV (afronden op 1 decimaal). Gemiddelde eigen vermogen is: Balanspost 31-dec 1-jan Gemiddelde Aandelenkapitaal 650.000 600.000 625.000 Agioreserve 135.000 105.000 120.000
Nadere informatieManagement & Organisatie VWO 4 Hoofdstuk 3,9,12,14,16
Management & Organisatie VWO 4 Hoofdstuk 3,9,12,14,16 16 juni 2009 proeftoets 100 minuten Opgave 1 Hartenstijn bv heeft op 1 januari de volgende balans opgesteld: Balans 1 januari 2009 --------------------------------------------------------------
Nadere informatiePublicatierapport 2013/2014. Handelsregister Kamer van Koophandel voor Brabant, dossiernummer 56156006
Coöperatie HSLnet u.a. Jan Deckersstraat 29 5591 HN Heeze Publicatierapport 2013/2014 Handelsregister Kamer van Koophandel voor Brabant, dossiernummer 56156006 Vastgesteld door de Ledenraad d.d. 19 januari
Nadere informatieFinancieel Management
Financieel Management Vorige week Introductie financieel management Investeringsplan, financieringsplan en exploitatiebegroting Balans Liquiditeitsbegroting (meer in week 6) Berekening inkomen en vermogen
Nadere informatieSynVest Fund Management B.V. gevestigd te Amsterdam Rapport inzake de Publicatiebalans 2016 Vastgesteld door de Algemene Vergadering d.d.
SynVest Fund Management B.V. gevestigd te Amsterdam Rapport inzake de Publicatiebalans 2016 Vastgesteld door de Algemene Vergadering d.d. 26 juni 2017 Inhoudsopgave 1. Jaarrekening 1.1 Balans per 31 december
Nadere informatieSynVest Fund Management B.V. Hogehilweg 5-Z 1101 CA AMSTERDAM. Publicatiebalans 2015
Hogehilweg 5-Z 1101 CA AMSTERDAM Publicatiebalans 2015 Vastgesteld door de Algemene Vergadering d.d. 29 juni 2016. Hogehilweg 5-Z 1101 CA AMSTERDAM Publicatiebalans 2015 Ingeschreven bij de Kamer van Koophandel
Nadere informatieAlleen beoefenaren van vrije beroepen hoeven niet te worden ingeschreven in het handelsregister. Dit geldt bijvoorbeeld voor artsen en advocaten.
De eenmanszaak Algemeen De eenmanszaak is een onderneming waarvan het eigendom bij één persoon is. Wanneer je een eenmanszaak start, bent je zowel oprichter als eigenaar van het bedrijf en bent je helemaal
Nadere informatieHoofdstuk 12. Vreemd vermogen op lange termijn. Een lening (schuld) met een looptijd van langer dan een jaar. We bespreken 3 verschillende leningen:
www.jooplengkeek.nl Vreemd vermogen op lange termijn Een lening (schuld) met een looptijd van langer dan een jaar. We bespreken 3 verschillende leningen: 1. Onderhandse lening. 2. Obligatie lening. 3.
Nadere informatieBECO: DE BALANS - THEORIE
BECO: DE BALANS - THEORIE W a t i s e e n b a l a n s? Een balans is een overzicht waarin staat welke bezittingen een organisatie heeft én met wat voor soort vermogen deze bezittingen zijn gefinancierd.
Nadere informatieEXAMENPROGRAMMA. Financieel-Administratief Diploma('s) Diplomalijn(en)
EXAMENPROGRAMMA Diplomalijn(en) Financieel-Administratief Diploma('s) Praktijkdiploma Boekhouden (PDB ) Eamen Financiering niveau 4 Niveau 4 (vergelijkbaar met mbo 4) Versie 4-0 Geldig vanaf 1-01-16 Vastgesteld
Nadere informatieSynVest Beleggingsfondsen NV
Financiële berichten SynVest Beleggingsfondsen NV Jaarrekening 2015 SYNVEST. Ondernemend vermogen. Hogehilweg 5-Z 1101 CA AMSTERDAM Publicatiebalans 2015 Vastgesteld door de Algemene Vergadering d.d. 29
Nadere informatiea. Gemiddeld debiteurensaldo: ( 180.000 + 230.000) / 2 = 205.000 Verkopen op rekening inclusief omzetbelasting: 1.090.000 1,21 = 1.318.
PDB Financiering Uitwerkingen Hoofdstuk 7 Opgave 7.1 a. Gemiddeld debiteurensaldo: ( 180.000 + 230.000) / 2 = 205.000 Verkopen op rekening inclusief omzetbelasting: 1.090.000 1,21 = 1.318.900 Krediettermijn
Nadere informatieSamenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 4, 5 en 6
Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 4, 5 en 6 Samenvatting door een scholier 1083 woorden 18 januari 2006 5,8 10 keer beoordeeld Vak Methode M&O Percent 4 Financieel beleid: interestberekeningen
Nadere informatieFinancieel Management
Financieel Management Vreemd vermogen Leningen Verplichtingen Overige schulden Passiva = Creditzijde balans Vreemd vermogen = Passiva -/- EV 2 1 Vreemd vermogen Vreemd vermogen lang Na meer dan een jaar
Nadere informatieQ1 Q2 Q3 Q4. Liquide middelen begin kwartaal 290.000 1.011.500 1.012.000 947.500. Verkopen 1.140.000 880.000 1.020.000 1.435.000
Uitwerkingen opgaven Brugboek hoofdstuk 20 Opgaven 20.2 t/m 20.4 en 20.7 t/m 20.9 Opgave 20.2 Liquiditeitsbegroting 2013 gesplitst per kwartaal Onderdeel Q1 Q2 Q3 Q4 Liquide middelen begin kwartaal 290.000
Nadere informatieBedrijfseconomische aspecten Examennummer: 73079 Datum: 29 maart 2014 Tijd: 10:00 uur - 11:30 uur
Bedrijfseconomische aspecten Examennummer: 73079 Datum: 29 maart 2014 Tijd: 10:00 uur - 11:30 uur Dit examen bestaat uit 5 pagina s. De opbouw van het examen is als volgt: - 10 open vragen (maximaal 70
Nadere informatieHomework. week 4. H5 Liquiditeit. opgave 1. januari februari maart ontvangsten. entree abonnementen subsidie horeca
H5 Liquiditeit opgave 1 januari februari maart ontvangsten entree abonnementen subsidie horeca 8. 5. 1.35. 75. 8. 1.. 75. 8. 1.5. 75. totaal 2.725. 1.875. 2.375. uitgaven alle kosten rente aflossingen
Nadere informatieDatum deponering 4 juni 2018
. Startdatum van de huidige financiële rapportageperiode 1 januari Einddatum van de huidige financiële rapportageperiode 31 december Datum deponering 4 juni 2018 1 INHOUD. Jaarverantwoording... 2 Informatie
Nadere informatieModule 4 Inzicht in cijfers
Geleerd in vorige presentaties Module 4 Inzicht in cijfers Les 3. Begrijp de balans en stuur op kengetallen 1. Winst- en verliesrekening 2. Balans 3. Kasstroomoverzicht 4. Winst en belasting Les 3 Maak
Nadere informatieStudiemateriaal Hasselt, M. van, Minnaar, G., Ruissen, M. (2014). Zakelijke kredietverlening. Hilversum: Concept uitgeefgroep. ISBN: 9789491743115.
Antwoordmodel Aan dit antwoordmodel kunnen geen rechten worden ontleend. Het antwoordmodel dient als indicatie voor de corrector. Studiemateriaal Hasselt, M. van, Minnaar, G., Ruissen, M. (2014). Zakelijke
Nadere informatieUITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 9
HOOFDSTUK 9 Opgave 1 a. Het kasstroomoverzicht wordt gemaakt om inzicht te verschaffen in de dynamische liquiditeit van de onderneming. Oftewel de liquiditeit gedurende het boekjaar. Zoals u inmiddels
Nadere informatie11 Kasstroomoverzicht
11.2 Van de nv Bergsma worden de volgende gegevens verstrekt. Balansen ultimo ( 1.000): Terreinen 120 120 Geplaatst kapitaal 600 600 Gebouwen - 575-530 Algemene reserve - 525-570 Machines - 430-450 Eigen
Nadere informatieGeeft aan hoeveel iemand (maximaal) bereid is om uit te geven aan een bepaald product.
Boekverslag door M. 988 woorden 11 oktober 2015 9.3 4 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 2 Betalingsbereidheid: Geeft aan hoeveel iemand (maximaal) bereid is om uit te geven aan een bepaald product.
Nadere informatieAEFIDES INSPIRATIS I BV TE GRONINGEN. Jaarverslag 2011 25 april 2012
AEFIDES INSPIRATIS I BV TE GRONINGEN Jaarverslag 2011 INHOUDSOPGAVE Pagina JAARVERSLAG 1 Opdracht 2 2 Algemeen 3 3 Resultaat 4 4 Financiële positie 5 5 Directieverslag 6 JAARREKENING 1 Balans per 31 december
Nadere informatieSynVest Fund Management B.V. Hogehilweg 5-Z 1101 CA AMSTERDAM. Halfjaarcijfers 2017
Hogehilweg 5-Z 1101 CA AMSTERDAM Halfjaarcijfers 2017 INHOUDSOPGAVE Pagina 1. Halfjaarcijfers 1.1 Balans per 30 juni 2017 2 1.2 Toelichting op de halfjaarcijfers 3 1.1 Balans per 30 juni 2017 (Na resultaatbestemming)
Nadere informatieSynVest Fund Management B.V. gevestigd te Amsterdam Rapport inzake de publicatiebalans 2018
gevestigd te Rapport inzake de publicatiebalans 2018 Vastgesteld door de Algemene Vergadering d.d. 24 juni 2019 INHOUDSOPGAVE Pagina 1. Jaarrekening 1.1 Balans per 31 december 2018 4 1.2 Grondslagen van
Nadere informatieBij deze opgave horen de informatiebronnen 1 tot en met 6. In deze opgave blijven de belastingen buiten beschouwing.
Opgave 2 Bij deze opgave horen de informatiebronnen 1 tot en met 6. In deze opgave blijven de belastingen buiten beschouwing. VastNed Retail nv is een Nederlands vastgoedbeleggingsfonds dat met gelden
Nadere informatieBedrijfseconomische aspecten Examennummer: 26042 Datum: 17 september 2011 Tijd: 10:00 uur - 11:30 uur
Bedrijfseconomische aspecten Examennummer: 26042 Datum: 17 september 2011 Tijd: 10:00 uur - 11:30 uur Dit examen bestaat uit 4 pagina s. De opbouw van het examen is als volgt: - 10 open vragen (maximaal
Nadere informatieUitwerkingen PDB Financiering met resultaat hoofdstuk 7
Opgave 7.1 a. Gemiddeld debiteurensaldo: ( 580.000 + 640.000) / 2 = 610.000 Verkopen op rekening inclusief omzetbelasting: 8.800.000 1,21 = 10.648.000 Krediettermijn debiteuren: 610.000 365 dagen = 20,9
Nadere informatieModule 4 Inzicht in cijfers
Geleerd in vorige presentaties Module 4 Inzicht in cijfers 1. Balans in detail 2. Kengetallen Les 4. Vergelijk je resultaten op 4 manieren + maak goede investeringsbeslissingen Les 4 Vergelijk je resultaten
Nadere informatiePROEFEXAMEN Praktijkdiploma Boekhouden
PROEFEXAMEN Praktijkdiploma Boekhouden onderdeel Bedrijfseconomie Beschikbare tijd 2 uur. Op de netheid van het werk zal worden gelet. Deze opgave is eigendom van de Examencommissie en dient, tezamen met
Nadere informatiePERSOONLIJK & VERTROUWELIJK
PERSOONLIJK & VERTROUWELIJK De heer N.H.G. Voorbeeldklant Voorbeeldstraat 23 1234 AA Amsterdam Barneveld, 22 november 2016 Betreft: Rapport Bepaling Ondernemersinkomen Geachte heer Voorbeeldklant, Zoals
Nadere informatieDit voorbeeldexamen bestaat uit 27 vragen. De opbouw en het aantal vragen komt overeen met het online examen.
Financiering niveau 5 Examenopgaven voorbeeldexamen Belangrijke informatie Dit voorbeeldexamen bestaat uit 27 vragen. De opbouw en het aantal vragen komt overeen met het online examen. Dit voorbeeldexamen
Nadere informatieSynVest Fund Management B.V. Hogehilweg 5 1101 CA AMSTERDAM. Publicatiebalans 2014
Hogehilweg 5 1101 CA AMSTERDAM Publicatiebalans 2014 Vastgesteld door de Algemene Vergadering d.d. 15-07-2015. Hogehilweg 5 1101 CA AMSTERDAM Publicatiebalans 2014 Ingeschreven bij de Kamer van Koophandel
Nadere informatiePRAKTIJKDIPLOMA BOEKHOUDEN FINANCIAL & COST ACCOUNTING UITWERKINGEN 10 EN 11 JANUARI 2012
FINANCIËLE ADMINISTRATIE GRIMBERG BV PRAKTIJKDIPLOMA BOEKHOUDEN FINANCIAL & COST ACCOUNTING UITWERKINGEN 10 EN 11 JANUARI 2012 1. (2 punten) 300 Voorraad materialen 4.200,- 180 Te verrekenen omzetbelasting
Nadere informatie1. a. Oligopolie. NIBE-SVV (januari 2011). Zakelijke kredietverlening, deel A, hfdst. 5, p. A5.3. deel A, hfdst. 4, p. A4.11 + A4.15-A4.
Antwoordmodel Aan dit antwoordmodel kunnen geen rechten worden ontleend. Over de antwoordindicaties kan niet worden gecorrespondeerd voordat de uitslag van het examen bekend is. Bent u het niet eens met
Nadere informatie6,6. Samenvatting door een scholier 1711 woorden 10 april keer beoordeeld. Hoofdstuk 1:
Samenvatting door een scholier 1711 woorden 10 april 2006 6,6 361 keer beoordeeld Vak M&O Hoofdstuk 1: De naamloze vennootschap: De openbare kapitaalmarkt: 1 geldnemer en vele geldgevers. Obligaties. De
Nadere informatieBALANS LEZEN MEER INZICHT IN UW JAARREKENING
BALANS LEZEN MEER INZICHT IN UW JAARREKENING Inleiding In feite is het jaarlijks opmaken van de rekening, de jaarrekening, een onnatuurlijk fenomeen: de levensduur van een onderneming is over het algemeen
Nadere informatieOm je goed voor te bereiden ontvang je bijgaand op de volgende bladzijden:
TOETSTIPS HAVO 4 vak M&O De vraagstelling in het schoolexamen is gerubriceerd naar: 1. Vermogensmarkt 2. Eigen vermogen 3. Vreemd vermogen lang 4. Vreemd vermogen kort Bij 1. Vermogensmarkt Zorg er voor
Nadere informatieOefenopgaven Hoofdstuk 5
Oefenopgaven Hoofdstuk 5 Opgave 1 Leg uit waarom een bank in de regel bereid is een lening die gedekt is door een zekerheid, tegen een lagere rente te verstrekken dan een gelijkwaardige lening zonder zekerheid.
Nadere informatie