Auto-immune pancreatitis als oorzaak van geelzucht en een tumor in het pancreas
|
|
- Simona Margaretha de Wit
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Klinische les Auto-immune pancreatitis als oorzaak van geelzucht en een tumor in het pancreas Sandra Coenen, Lieke Welling, Anneke M.P. de Schryver, Johan S. Laméris, D. Lucette Schipper en Thomas M. van Gulik Dames en Heren, Van de solide processen in het pancreas betreft 90% een pancreascarcinoom. 1 Bij 10% van de patiënten is er sprake van een benigne afwijking, die klinisch en radiologisch soms moeilijk van een maligniteit te onderscheiden is. 2 Eén oorzaak van deze afwijkingen is auto-immune pancreatitis. Dit is een zeldzame idiopathische, inflammatoire aandoening, die zich kan presenteren met focale of diffuse pancreasafwijkingen. De klinische, biochemische en radiologische presentatie van focale auto-immune pancreatitis is moeilijk van die van een pancreascarcinoom te onderscheiden. Aangezien auto-immune pancreatitis een benigne aandoening is, die meestal goed op behandeling met glucocorticoïden reageert, is het tijdig overwegen van deze diagnose essentieel, omdat daarmee onnodig operatief ingrijpen voorkómen kan worden. In deze klinische les presenteren wij 3 patiënten met verdenking op een proces in het pancreas, bij wie aanvankelijk aan een pancreascarcinoom gedacht werd, maar bij wie uiteindelijk de diagnose auto-immune pancreatitis werd gesteld. Jeroen Bosch Ziekenhuis, Afd. Maag-, Darm- en Leverziekten, Den Bosch. Drs. S. Coenen, arts-assistent; dr. A.M.P. de Schryver en dr. D.L. Schipper, mdl-artsen. Academisch Medisch Centrum, Amsterdam. Afd. Heelkunde: dr. L. Welling, arts-assistent; prof.dr. T.M. van Gulik, chirurg. Afd. Radiologie: prof.dr. J.S. Laméris, radioloog. Contactpersoon: drs. S. Coenen (s.coenen@jbz.nl). Patiënt A, een 62-jarige man met een blanco medische voorgeschiedenis, meldde zich met pijn boven in de buik, geel-zien en gewichtsverlies van 79 naar 73 kg in 4 weken. De urine was donker en de feces ontkleurd. Bij lichamelijk onderzoek zagen wij een niet-zieke, icterische man. Er waren geen palpabele abdominale weerstanden aanwezig. Laboratoriumonderzoek toonde de volgende waarden (referentiewaarden tussen haakjes): totaal bilirubine: 197 μmol/l (< 17); direct bilirubine: 134 μmol/l (< 5); ASAT: 325 U/l (< 35); ALAT: 948 U/l (< 45); alkalisch fosfatase (AF): 193 U/l (40-120) en γgt: 492 U/l (< 55). De serumconcentratie immunoglobuline G4 (IgG4) werd niet bepaald. Echografie en CT van het abdomen lieten een hypodense afwijking in de pancreaskop zien, met een maximale diameter van 3,7 cm, zonder tekenen van invasieve groei of van metastasen. Tevens waren een verwijde ductus choledochus en een licht verwijde ductus pancreaticus zichtbaar (figuur 1). Een endoscopische retrograde cholangiopancreaticografie (ERCP) toonde het beeld van een 3 cm lange stenose van de distale ductus choledochus, waarin wij een stent plaatsten. NED TIJDSCHR GENEESKD. 2011;155:A3067 1
2 lever solide ruimteinnemend proces pancreascorpus maag colon galblaas aorta duodenum dunne darm FIGUUR 1 Een sagittale CT-scan van het abdomen van patiënt A toont een hypodens solide proces in de pancreaskop. Het beeld was klinisch en radiologisch sterk verdacht voor een maligniteit. Patiënt onderging een laparotomie, waarbij een irresectabel pancreaskopproces werd gevonden. Er werden geen bypasses aangelegd, noch werd materiaal voor histopathologisch onderzoek verkregen. Patiënt kreeg vanwege het vermeende pancreascarcinoom palliatieve zorg. Na een half jaar verslechterde zijn conditie, waarop de huisarts kortdurend behandelde met dexamethason. Onder deze behandeling trad duidelijke klinische verbetering op. Dit deed ons beslissen tot een tweede CTonderzoek van het abdomen, waar nu een afname van de afwijking in de pancreaskop op zichtbaar was. Herhaling van de ERCP liet een niet-afwijkende ductus choledochus zien. De serumconcentratie IgG4 bedroeg 2,0 g/l (< 1,35). Naar aanleiding van deze bevindingen verwierpen wij de diagnose pancreascarcinoom. Gezien de goede reactie op de behandeling met dexamethason en gezien de verhoogde IgG4-waarde werd de diagnose auto-immune pancreatitis gesteld. De behandeling met glucocorticoïden, bestaande uit prednison 15 mg dd, werd gedurende enkele weken gecontinueerd, waarin patiënt volledig opknapte en de radiologische en serologische afwijkingen normaliseerden. Patiënt B, een 51-jarige man met een blanco medische voorgeschiedenis, meldde zich met pijn linksonder in de buik, geelzucht en recent gewichtsverlies van 80 naar 63 kg. Beeldvormend onderzoek toonde een distale stenose van de ductus choledochus, waarvoor wij middels ERCP een stent plaatsten. Hierop namen de klachten aanvankelijk af. Enige tijd later meldde patiënt zich opnieuw met pijn linksonder in de buik, opnieuw ontstane icterus en diabetes mellitus de novo. Lichamelijk onderzoek toonde geen verdere afwijkingen. Laboratoriumonderzoek liet de volgende waarden zien: totaal bilirubine: 67 μmol/l (< 17); ASAT: 88 U/l (< 40); ALAT: 247 U/l (< 45); AF: 164 U/l (< 120); γgt: 376 U/l (< 45) en amylase: 112 U/l (< 220). Serumwaarde van IgG4 werd niet bepaald. CT-onderzoek van het abdomen toonde gestuwde galwegen en een niet-afwijkende pancreas en ductus pancreaticus, zonder stenen of een proces in de pancreaskop. De stent kon niet teruggevonden worden. Bij MRI-cholangiopancreaticografie (MRCP) zagen wij dilatatie van de intrahepatische galwegen, links meer dan rechts, en een irregulair aspect van de ductus choledochus zonder aanwijzingen voor een pathologisch proces. Aanvullende endosonografie, om een eventuele afwijkingen toch aan te tonen, liet een echoarme periampullaire afwijking en een sterk echoarm pancreas zien, mogelijk passend bij een post-ercp-pancreatitis. Vervolgens werd opnieuw een ERCP verricht. Hierbij werd een vernauwde ductus pancreaticus in het kopgebied en een onregelmatige stenose in het distale gedeelte van de ductus choledochus gezien (figuur 2). Gezien het onregelmatige aspect van de distale stenose van de ductus choledochus dachten wij aan een maligniteit. Hierop vond een pylorussparende pancreatoduodenectomie plaats. Het resectiepreparaat toonde een afwijking met een diameter van 4 cm met het beeld van lymfoplasmocytaire infiltraten, wat kan passen bij auto- 2 NED TIJDSCHR GENEESKD. 2011;155:A3067
3 gedilateerde intrahepatische galwegen verwijde ductus choledochus endoscoop stenose distale ductus choledochus vernauwde ductus pancreaticus FIGUUR 2 Endoscopische retrograde cholangiopancreaticografie (ERCP) van patiënt B waarop onregelmatige stenose van de distale ductus choledochus en vernauwing van de ductus pancreaticus te zien is. Tevens is dilatatie van de intrahepatische galwegen en proximale ductus choledochus zichtbaar. immune pancreatitis. Er werd geen aanvullende IgG4- kleuring verricht. Patiënt herstelde goed van de operatie en werd na 2 ziektevrije jaren uit controle ontslagen. Patiënt C, een vitale, niet acuut zieke, 69-jarige man, werd verwezen in verband met icterus bij een proces in het pancreas. Ondanks goede eetlust was het gewicht afgenomen van 75 naar 70 kg. Anamnestisch was er sprake van steatorroe. Bij lichamelijk onderzoek vonden wij geen afwijkingen. Laboratoriumonderzoek gaf de volgende uitslagen: totaal bilirubine: 12 μmol/l (< 17); ASAT: 25 U/l (< 40); ALAT: 25 U/l (< 45); AF: 98 U/l (< 120); γgt: 170 U/l (< 45). De serumconcentratie IgG4 werd niet bepaald. Echografie en CT-onderzoek van het abdomen toonden een afwijking van 2,5 cm in het pancreas, alsmede een verwijde ductus pancreaticus proximaal van het proces (figuur 3). In het pancreascorpus werd een tweede stenose gezien. Het beeld kon passen bij een dubbeltumor of bij chronische pancreatitis. Tevens werd een circulaire verdikking van de hele ductus choledochus gezien. Er was geen vaatbetrokkenheid. Endosonografie toonde een diffuus hypo-echogeen pancreas zonder afwijking. Gezien het aspect van de ductus pancreaticus, het echoarme pancreascorpus en het ontbreken van een afwijking bij endosonografie, achtten wij een auto-immune pancreatitis het waarschijnlijkst. De serumwaarde van IgG4 bedroeg 9,56 g/l (< 1,35). Dit ondersteunde de diagnose. Vervolgens startten wij met behandeling met prednison 30 mg dd gedurende 2 weken, waarna de dosering prednison met 5 mg per week werd afgebouwd. Een jaar na de behandeling waren de radiologische afwijkingen genormaliseerd. Patiënt ontwikkelde pancreasatrofie (figuur 4), maar werd na 2 ziektevrije jaren uit controle ontslagen. Beschouwing Bovenstaande patiënten presenteerden zich allen met een klinisch beeld waarbij de kans op een maligniteit groot geacht werd. Dit was met name gebaseerd op de aanwezigheid van een, al dan niet vermeende, afwijking in het pancreas en een stenose van de ductus pancreaticus en/of ductus choledochus. Bij 2 van de 3 patiënten werd, vanwege de sterke verdenking op een maligniteit, een chirurgische exploratie uitgevoerd. Uiteindelijk bleek het bij alle patiënten om een auto-immune pancreatitis te gaan, gediagnosticeerd aan de hand van het resectiepreparaat of van het beloop na behandeling met glucocorticoïden, al dan niet aangevuld met immunologische bepalingen. Karakteristieken en klinische kenmerken De exacte pathogenese van auto-immune pancreatitis is onbekend. Er wordt gedacht dat een T-helpercel- NED TIJDSCHR GENEESKD. 2011;155:A3067 3
4 lever duodenum verwijde ductus pancreaticus vaatstructuren ruimte-innemend proces FIGUUR 3 Echogram van het abdomen van patiënt C toont een proces in de pancreaskop met verwijde ductus pancreaticus. lever V. portae maag atrofie van het pancreas nier V. cava aorta verwijd inferior pyelocalicieel systeem FIGUUR 4 CT-scan van het abdomen van patiënt C na 2 jaar follow-up met daarop atrofie van het pancreas zichtbaar. gemedieerde immuunreactie die ook gezien wordt bij de ziekte van Sjögren en die tevens in primair-scleroserende cholangitis een rol speelt. 3 Auto-immune pancreatitis behoort tot de IgG4-gerelateerde autoimmuunaandoeningen die worden gekenmerkt door een infiltratie van T-lymfocyten en IgG4-positieve plasmacellen. 4 Het ziektebeeld kan zich presenteren met focale of diffuse pancreasafwijkingen. De ziekte kan zich ook manifesteren in de galwegen, waarbij men dan spreekt van een auto-immune cholangitis. Ook andere organen kunnen aangedaan zijn (tabel 1). Het belangrijkste, eerste klinische symptoom bij autoimmune pancreatitis is een icterus op basis van lokale obstructie. Ook de patiënten in deze klinische les presenteerden zich op deze klassieke wijze. Autoimmune pancreatitis kan ook gelijkenis vertonen met een acute pancreatitis, met pijn in epigastrio, uitstralend naar de rug. 4 NED TIJDSCHR GENEESKD. 2011;155:A3067
5 TABEL 1 Vormen en ziekte-uitingen van IgG4-gerelateerde autoimmuunaandoeningen TABEL 2 HISORt-criteria voor de diagnose auto-immune pancreatitis 5 ziektemanifestaties auto-immune thyreoïditis mediastinale lymfadenopathie nodulaire longafwijkingen primaire biliaire cirrose auto-immune cholangitis auto-immune pancreatitis inflammatoire darmziekten (colitis ulcerosa, ziekte van Crohn) retroperitoneale fibrose tubulo-interstitiële nefritis ziekte van Sjögren diabetes mellitus reumatoïde artritis Diagnostiek Voor het stellen van de diagnose auto-immune pancreatitis bestaat geen gevalideerd algoritme. Er bestaan verschillende definities van het ziektebeeld, waaronder de zogenaamde HISORt -criteria (tabel 2), waarbij de diagnose wordt gesteld op grond van een aantal typische bevindingen bij beeldvormend, serologisch en histopathologisch onderzoek. 5 Bij deze criteria wordt ook de respons op glucocorticoïden en de aanwezigheid van extrapancreatische afwijkingen meegenomen. In de beschreven casussen werd de diagnose niet gesteld via een vast stramien. Bij patiënten A en B vond een chirurgische exploratie plaats omdat na beeldvorming de verdenking op een maligniteit zeer hoog was. Patiënt A voldeed achteraf, met een goede reactie op glucocorticoïden, aan de criteria voor de diagnose auto-immune pancreatitis. Mogelijk was de diagnose eerder gesteld als er histopathologisch onderzoek was verricht. Bij patiënt C werd na beeldvorming getwijfeld aan de diagnose maligniteit vanwege het aspect van de ductus pancreaticus en het pancreas. De diagnose auto-immune pancreatitis werd overwogen. Met een verhoogde concentratie IgG4 en de reactie op behandeling met glucocorticoïden werd deze diagnose bevestigd. Onderscheid met maligniteit Aangezien auto-immune pancreatitis een benigne aandoening is die goed op behandeling met glucocorticoïden reageert, wordt er gezocht naar kenmerken die betrouwbaar differentiëren tussen auto-immune pancreatitis en een maligne aandoening. Karakteristieke bevindingen van auto-immune pancreatitis bij CT-onderzoek met contrastmiddeltoediening bestaan uit diffuse vergroting van het pancreas met vertraagde aankleuring en een hypodense randaankleuring. 6 Ook een maligne proces kan omgeven zijn door infiltraat diagnostisch criterium histopathologische kenmerken pancreasafwijkingen bij beeldvorming ( imaging )* serologie manifestaties in andere organen respons op therapie (glucocorticoïdbehandeling) bevinding periductaal lymfoplasmocellulair IgG4-rijk infiltraat, fibrose, obliteratieve flebitis, of: granulocytair ontstekingsinfiltraat met epitheeldestructie in de ductus pancreaticus met een minimaal aantal IgG4-positieve cellen focale pancreasafwijkingen of diffuse vergroting van de pancreas met vertraagde aankleuring en hypodense randaankleuring, gepaard gaande met segmentale of diffuse irregulaire stricturen in de ductus pancreaticus serumconcentratie IgG4 > 1,4 g/l mediastinale lymfadenopathie, retroperitoneale fibrose, ziekte van Sjögren, inflammatoire darmziekten (colitis ulcerosa, ziekte van Crohn), primair-scleroserende cholangitis, primaire biliaire cirrose, diabetes mellitus, reumatoïde artritis verdwijnen of substantiële verbetering van de afwijkingen in, en buiten het pancreas definitieve diagnose op basis van I, II of III I karakteristiek histologisch beeld II karakteristieke bevindingen bij beeldvorming én 1 van de volgende: verhoogde IgG4-waarde; betrokkenheid van andere organen; karakteristieke histologische afwijkingen III reactie op glucocorticoïdbehandeling, maar dit mag alleen als diagnostisch criterium gebruikt worden bij verdenking op autoimmuun pancreatitis op basis van: een verhoogde IgG4-waarde en/of aanwijzingen voor betrokkenheid van andere organen én karakteristieke bevindingen bij beeldvormend onderzoek * CT- of MRI-scan met contrastmiddeltoediening en gepaard gaan met diffuse afwijkingen, waardoor differentiatie tussen beide ziektebeelden soms onmogelijk is. Multiple of solitaire focale afwijkingen komen ook voor bij auto-immune pancreatitis en worden meestal gezien in de pancreaskop. Vooral bij focale afwijkingen zonder maligne kenmerken zoals vaso-invasieve groei of metastasen op afstand, blijft de differentiatie met een maligniteit moeilijk. Vaso-invasieve groei wordt weliswaar alleen gezien bij een maligniteit, maar komt niet in alle gevallen voor. Bij MRCP, ERCP en endosonografie kunnen voor auto-immune pancreatitis kenmerkende diffuse of segmentale irregulaire stricturen in de ductus pancreaticus gezien worden. 7 Bij veel patiënten, zoals ook in de beschreven casussen, zijn de gevonden afwijkingen niet eenduidig en kan men op grond van beeldvorming NED TIJDSCHR GENEESKD. 2011;155:A3067 5
6 Leerpunten Auto-immune pancreatitis is een zeldzame aandoening die zich kan presenteren met focale of diffuse pancreasafwijkingen, en die moeilijk te onderscheiden is van een maligniteit. Als er bij focale pancreasafwijkingen onvoldoende aanknopingspunten voor een maligniteit zijn, dient auto-immune pancreatitis overwogen te worden. Het stellen van deze diagnose is lastig. Er bestaan verschillende definities van het ziektebeeld, zoals de zogenaamde HISORt - criteria, waarbij de diagnose wordt gesteld op grond van een aantal typische bevindingen bij beeldvormend, serologisch en histopathologisch onderzoek. Een klinische verbetering na behandeling met glucocorticoïden ondersteunt de diagnose. Als er bij focale pancreasafwijkingen onvoldoende aanknopingspunten zijn voor zowel een maligniteit als voor auto-immune pancreatitis, is een behandeling met glucocorticoïden geïndiceerd. Bij uitblijven van een respons op glucocorticoïden is chirurgische exploratie alsnog gerechtvaardigd. niet tot een differentiatie komen. De serumconcentratie IgG4 kan verhoogd zijn bij autoimmune pancreatitis. Een verhoogde IgG4-waarde heeft een sensitiviteit van 67-95%. 8 Mogelijk is er sprake van een tweede type auto-immune pancreatitis met overlappende pathologische en klinische kenmerken waarbij immunologische markers ontbreken. 8 In 10% van de patiënten met een maligniteit van pancreas of galwegen worden verhoogde IgG4-waarden gevonden, dus ook deze marker differentieert niet betrouwbaar. 9 Een cytologische punctie heeft een lage negatief voorspellende waarde en verdient daarom ons inziens geen vaste plaats in de diagnostiek. Gezien het ontbreken van volledig onderscheidende kenmerken is het onvermijdelijk dat in een aantal patiënten de diagnose pas na een operatie gesteld wordt op grond van het histopathologisch beeld. Therapie Bij onvoldoende aanknopingspunten voor een maligniteit én aanwijzingen voor auto-immune pancreatitis, is een behandeling met glucocorticoïden geïndiceerd. Er bestaat geen internationale consensus over de dosering en tijdsduur van de behandeling. In onze centra wordt gestart met een dosering van mg dd gedurende 2 weken, waarna de dagelijkse dosis met 5 mg per 1-2 weken wordt afgebouwd. Over het algemeen wordt na 2 weken tot 4 maanden een respons op de behandeling gezien in de vorm van afname van de ductus pancreaticusstenose en afname van eventuele afwijkingen. Na staken van de therapie is er een grote kans op recidieven en vaak is een onderhoudsbehandeling met prednison geïndiceerd om een opvlamming te voorkómen. 10 Wij houden aan dat er na maximaal 6 weken zowel klinische als radiologische verbetering opgetreden dient te zijn, aangezien men bij onvoldoende verbetering altijd bedacht moet blijven op een maligniteit. Een chirurgische exploratie en eventuele resectie is dan alsnog gerechtvaardigd. Dames en Heren, in deze klinische les demonstreren we dat auto-immune pancreatitis soms moeilijk van een maligniteit te onderscheiden is. De aandoening dient overwogen te worden bij twijfel aan een maligniteit én bij aanwijzingen voor auto-immune pancreatitis, op basis van bijvoorbeeld de HISORt-criteria. Bevindingen bij beeldvorming en serologisch onderzoek kunnen de diagnose auto-immune pancreatitis waarschijnlijk maken. Een klinische en radiologische verbetering na behandeling met glucocorticoïden ondersteunt de diagnose, maar zonder histologisch onderzoek kan deze niet met zekerheid gesteld worden. Bij uitblijven van een respons op behandeling met glucocorticoïden is het uitvoeren van een chirurgische exploratie alsnog gerechtvaardigd. Drs. S. Coenen en dr. L. Welling hebben in gelijke mate bijgedragen aan het manuscript. Olivier R.C. Busch, Erik A.J. Rauws, Dirk J. Gouma, Marguerite E.I. Schipper, Ivo P. van Munster en Gian Piero Serafino gaven commentaar op het oorspronkelijke manuscript. Belangenconflict: geen gemeld. Financiële ondersteuning: geen gemeld. Aanvaard op 25 mei 2011 Citeer als: Ned Tijdschr Geneeskd. 2011;155:A3067 > Meer op 6 NED TIJDSCHR GENEESKD. 2011;155:A3067
7 Literatuur 1 Howard TJ. Pancreatic adenocarcinoma. Curr Probl Cancer. 1996;20: Adsay NV, Basturk O, Klimstra DS, Klöppel G. Pancreatic pseudotumors: non-neoplastic solid lesions of the pancreas that clinically mimic pancreas cancer. Semin Diagn Pathol. 2004; Okazaki K, Uchida K, Ohana M, et al. Autoimmune-related pancreatitis is associated with autoantibodies and a Th1/Th2-type cellular immune response. Gastroenterology. 2000;118: Finkelberg DL, Sahani D, Deshpande V, Brugge WR. Autoimmune pancreatitis. N Engl J Med. 2006;355: Chari ST. Diagnosis of autoimmune pancreatitis using its five cardinal features: introducing the Mayo Clinic's HISORt criteria. J Gastroenterol. 2007;42(Suppl 18): Sahani DV, Kalva SP, Farrell J, et al. Autoimmune pancreatitis: imaging features. Radiology. 2004;233: Nishino T, Oyama H, Toki F, Shiratori K. Differentiation between autoimmune pancreatitis and pancreatic carcinoma based on endoscopic retrograde cholangiopancreatography findings. J Gastroenterol. 2010;45: Chari ST, Kloeppel G, Zhang L, Notohara K, Lerch MM, Shimosegawa T. Histopathologic and clinical subtypes of autoimmune pancreatitis: the Honolulu consensus document. Pancreas. 2010;39: Kamisawa T, Okamoto A. Ig-G4-related sclerosing disease. World J Gastroenterol. 2008;14: Hirano K, Tada M, Isayama H, et al. Long-term prognosis of autoimmune pancreatitis with and without corticosteroid treatment. Gut. 2007;56: NED TIJDSCHR GENEESKD. 2011;155:A3067 7
Autoimmune pancreatitis
Oorzaken van chronische pancreatitis TIGARO-classificatie T: toxisch (alcohol/roken) I: idiopatisch G: genetisch A: auto-immuun R: na ernstige acute O: obstructief Autoimmune pancreatitis IgG4-gerelateerde
Nadere informatieOm foto s voor de casus te verkrijgen zal een fotosessie met een icterische patiënt nodig zijn. Dit kan niet eenvoudig van te voren gepland worden.
Casus 05L Fase A Titel Mevrouw Klaassen Onderwerp Pancreaskop carcinoom Inhoudsdeskundige J.M. van Baalen Technisch verantwoordelijke S. Eggermont Literatuur Bestaande Cascoo casus. Multimedia materiaal
Nadere informatieResponsevaluatie met 3T-DWI-MRI na inductie met FOLFIRINOX chemotherapie bij lokaal gevorderd PDAC (IMAGE-MRI)
Responsevaluatie met 3T-DWI-MRI na inductie met FOLFIRINOX chemotherapie bij lokaal gevorderd PDAC (IMAGE-MRI) Eran van Veldhuisen, Bengt van Rijssen, Remy Klaassen, Yung Nio, Hanneke Wilmink, Krijn Van
Nadere informatie27.1 Icterus. Specifiek lichamelijk onderzoek. Specifieke anamnese. Probleemlijst. Differentiële diagnose. D.J. Gouma
60-Chirurgie 27.1 01-06-2005 11:34 Pagina 479 479 27.1 Icterus D.J. Gouma Een 60-jarige vrouw wordt naar uw spreekuur verwezen wegens enige dagen bestaande geelzucht. Haar man zag twee dagen geleden dat
Nadere informatiePancreaspathologie: als een klein verscholen orgaan zich van zijn slechtste kant laat zien
Pancreaspathologie: als een klein verscholen orgaan zich van zijn slechtste kant laat zien Erwin van Geenen, Maag-Darm-Lever-arts Marion van der Kolk, Chirurg Pancreas Centrum Oost Nederland Nijmegen Het
Nadere informatieTRAUMATISCH PANCREASLETSEL
TRAUMATISCH PANCREASLETSEL Frank Oort Gutclub 29 oktober 2014 1 2 Opbouw Casus Achtergrond Traumatisch pancreas letsel bij kinderen Vervolg casus Leerpunten casus 3 Casus Mw. C. 13 jaar Overplaatsing vanuit
Nadere informatieMogelijkheden van resectie na chemotherapie bij het pancreascarcinoom. Prof. dr. Marc Besselink Afdeling Chirurgie, AMC Amsterdam
Mogelijkheden van resectie na chemotherapie bij het pancreascarcinoom Prof. dr. Marc Besselink Afdeling Chirurgie, AMC Amsterdam Amsterdam, 19 Januari 2018 Pancreascarcinoom Slechte prognose (5 jaars-overleving,
Nadere informatieSaffire Phoa. CT voor preoperatieve stagering van het pancreascarcinoom
Saffire Phoa CT voor preoperatieve stagering van het pancreascarcinoom Pancreascarcinoom heeft een zeer slechte prognose, en de enige kans op curatie is een resectie van de tumor. Hoewel de mortaliteit
Nadere informatieLokaal irresectabel pancreascarcinoom: valkuilen bij diagnostiek na chemotherapie. Prof. dr. Marc Besselink HPB chirurg, Amsterdam UMC
Lokaal irresectabel pancreascarcinoom: valkuilen bij diagnostiek na chemotherapie Prof. dr. Marc Besselink HPB chirurg, Amsterdam UMC Casus: hr D Man 64 jaar Trotse opa van 4 kleinkinderen Komt bij u op
Nadere informatieKlinisch College Decentrale Selectie 2013. Klinisch College Decentrale Selectie 2013 AMC 3 juni 2013. Buikpijn. Prof. Dr. Paul Fockens, MDL-arts
Klinisch College Decentrale Selectie 2013 Klinisch College Decentrale Selectie 2013 AMC 3 juni 2013 Buikpijn Prof. Dr. Paul Fockens, MDL-arts Afdeling Maag-. Darm- en Leverziekten Academisch Medisch Centrum,
Nadere informatieIPMN OPEREREN OF NIET? Dr. JE van Hooft, MDL-arts. Mw. A Schoorlemmer, verpleegkundig specialist. Drs. NCM van Huijgevoort, arts-onderzoeker MDL
IPMN + OPEREREN OF NIET? Dr. JE van Hooft, MDL-arts Mw. A Schoorlemmer, verpleegkundig specialist Drs. NCM van Huijgevoort, arts-onderzoeker MDL Introductie Door de frequente toepassing van echografie,
Nadere informatieInfectierisico na ERCP. Marcel Groenen MDL-arts
Infectierisico na ERCP Marcel Groenen MDL-arts Disclosure slide (potentiële) belangenverstrengeling Geen Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven Sponsoring of onderzoeksgeld Honorarium
Nadere informatieAntwoordformulieren open vragen
Antwoordformulieren open vragen Bloktoets : 5O0 Datum : 9 juli 009 Aanvang : Studentnummer : Studentnaam :. BLOKTOETS STOFWISSELING 5O0 9 juli 009 Sint Radboud. Het uitvragen van de pijnklachten is van
Nadere informatieLeverfunctiestoornissen
Leverfunctiestoornissen Claire Fitzpatrick, Saskia te Loo, Ruud Klomp DuodagenIJsselland Ziekenhuis 2015 Stellingen Als de levertesten normaal zijn is de leverfunctie ook normaal Steatose kan uitmonden
Nadere informatiePTC drainage procedure
PTC drainage procedure Masterclass GE-oncologie 11 september 2015 Adriaan Moelker Hoofd Interventie Radiologie ErasmusMC Rotterdam Overzicht Interventie radiologie ErasmusMC 4 interventie radiologen 2
Nadere informatieProbleem-georienteerde kliniek Icterus. W. Van Steenbergen
Probleem-georienteerde kliniek Icterus W. Van Steenbergen Arts 1, 2006-2007 Casus 1: Man, 53 jaar Raadpleging 06-09-2005 Sinds één week: Vermoeidheid Sclerale icterus, donkere urine, ontkleurde stoelgang
Nadere informatie11.2 Chronische bovenbuikpijn
27-Chirurgie 11.2 01-06-2005 10:04 Pagina 211 211 11.2 Chronische bovenbuikpijn Th.M. van Gulik Op uw spreekuur ziet u een 45-jarige man met pijn in de bovenbuik. De pijn wisselt in intensiteit en is niet
Nadere informatieEen ruimte-innemend proces in het pancreas: soms een lymfoom
CASUÏSTIEK Een ruimte-innemend proces in het pancreas: soms een lymfoom Remco J.A. van Wensen, Koop Bosscha, Gerrit J. Jager, J.C. (Hans) van der Linden en Rob Fijnheer KLINISCHE PRAKTIJK Bij een vrouw
Nadere informatieAcute ontsteking van de alvleesklier. Acute pancreatitis
Acute ontsteking van de alvleesklier Acute pancreatitis Uw behandelend arts heeft met u besproken dat een u een acute otsteking van de alvleesklier (pancreatitis) hebt. Deze folder geeft u informatie over
Nadere informatieGalgangcarcinoom. Landelijke richtlijn, Versie: 1.1
Galgangcarcinoom Landelijke richtlijn, Versie: 1.1 Datum Goedkeuring: 06-10-2003 Methodiek: Consensus based Verantwoording: Landelijke tumorwerkgroep gastro-intestinale tumoren Inhoudsopgave Algemeen...1
Nadere informatie27.2 Icterus. Specifiek lichamelijk onderzoek. Specifieke anamnese. Probleemlijst. Differentiële diagnose
61-Chirurgie 27.2 01-06-2005 11:32 Pagina 487 487 27.2 Icterus D.C. Aronson Een kind van zesenhalve week wordt verwezen voor verdere analyse van ruim zes weken bestaande progressieve icterus. Wat zou u
Nadere informatieChirurgie. Acute Pancreatitis. Afdeling: Onderwerp:
Afdeling: Onderwerp: Chirurgie Acute Pancreatitis 1 Acute Pancreatitis Acute ontsteking van de alvleesklier Ligging en functie van de alvleesklier De alvleesklier (het pancreas) is een orgaan dat dwars
Nadere informatieChronische ontsteking in de buik met bindweefselvorming. Retroperitoneale fibrose (RPF)
Chronische ontsteking in de buik met bindweefselvorming Retroperitoneale fibrose (RPF) Naar het ziekenhuis? Lees eerst de informatie op www.asz.nl/brmo. Inleiding U heeft deze folder gekregen, omdat u
Nadere informatieGalsteen & niersteenlijden
Galsteen & niersteenlijden Wij dragen ons steentje bij Milan Pijl Maatschap Radiologie & Nucleaire Geneeskunde Rijnstate Huisartsen nascholing 2 oktober 2012 Galstenen - Epidemiologie Zeer frequent bezit
Nadere informatieSpotlight on the pancreas. Klinische les Hepato-bilio-pancreatische heelkunde, 16 januari 2019
Spotlight on the pancreas Klinische les Hepato-bilio-pancreatische heelkunde, 16 januari 2019 Overzicht 1. Cystische pancreasneoplasieën / precursorletsels 2. Pancreasadenocarcinoma 3. Chirurgische aspecten
Nadere informatieCasus: Lokaal gevorderd Pancreascarcinoom (LAPC) Olivier Busch HPB Chirurg, AMC Amsterdam Voorzitter DPCG
Casus: Lokaal gevorderd Pancreascarcinoom (LAPC) Olivier Busch HPB Chirurg, AMC Amsterdam Voorzitter DPCG no disclosures Olivier Busch HPB Chirurg, AMC Amsterdam Voorzitter DPCG Pancreascarcinoom Slechte
Nadere informatieGalblaascarcinoom. Landelijke richtlijn, Versie: 1.1
Galblaascarcinoom Landelijke richtlijn, Versie: 1.1 Datum Goedkeuring: 10-05-2004 Methodiek: Consensus based Verantwoording: Landelijke werkgroep GI-tumoren Inhoudsopgave Algemeen...1 Screening...2 Diagnostiek...3
Nadere informatieNieuwe ontwikkelingen binnen de MDL-oncologie. Paul Fockens, MDL-arts AMC
Nieuwe ontwikkelingen binnen de MDL-oncologie Paul Fockens, MDL-arts AMC Nieuwe ontwikkelingen MDL-oncologie De termen van 2012: Minimally invasive Patient centered Multi-modality Ageing population (Neo-)adjuvant
Nadere informatieCysteuze afwijkingen van het pancreas: inflammatoire pseudocyste of neoplasma
casuïstische mededelingen Cysteuze afwijkingen van het pancreas: inflammatoire pseudocyste of neoplasma C.A.Wientjes, N.A.Koedam, E.M.van Keulen en A.H.J.Naber Een 79-jarige vrouw meldde zich met sinds
Nadere informatieGalwegcarcinoom: ontwikkeling van een multidisciplinair, ziekenhuis overstijgend zorgpad 7 oktober 2016
Galwegcarcinoom: ontwikkeling van een multidisciplinair, ziekenhuis overstijgend zorgpad 7 oktober 2016 Annuska Schoorlemmer, Verpleegkundig Specialist Academisch Medisch Centrum, Amsterdam Inhoud Het
Nadere informatieChronische ontsteking in de buik met bindweefselvorming Retroperitoneale fibrose (RPF)
Chronische ontsteking in de buik met bindweefselvorming Retroperitoneale fibrose (RPF) Albert Schweitzer ziekenhuis januari 2015 pavo 1184 Inleiding U heeft deze folder gekregen, omdat u retroperitoneale
Nadere informatieOesophaguscarcinoom Chirurgische Behandeling. Sylvia van der Horst, PA chirurgie Maart 2019
Oesophaguscarcinoom Chirurgische Behandeling Sylvia van der Horst, PA chirurgie Maart 2019 Anatomie oesophagus/ maag Symptomen oesophaguscarcinoom Diagnostiek Behandeling oesophaguscarcinoom Postoperatieve
Nadere informatieP a n c r e a t i t i s
P a n c r e a t i t i s Deze folder geeft u informatie over een acute ontsteking van de alvleesklier (acute pancreatitis) en de behandelingsmogelijkheden. Het is goed u te realiseren dat voor u persoonlijk
Nadere informatieChronische ontsteking
Chronische ontsteking van de alvleesklier - Chronische pancreatitis Chirurgie Beter voor elkaar Chronische ontsteking van de alvleesklier Chronische Pancreatitis Inleiding Deze folder geeft u informatie
Nadere informatieBij U is een ERCP voorgesteld als onderzoek en eventueel behandeling.
Infobrochure ERCP Geachte heer/mevrouw, Bij U is een ERCP voorgesteld als onderzoek en eventueel behandeling. Met deze brochure willen we u een beeld geven van de voorbereiding, het verloop en de risico
Nadere informatieThe clinical efficacy of chest computed tomography in trauma patients
Monique Brink AP CT TRACT-studie UMC anterior-posterior computed tomography TRauma CT-studie Universitair Medisch Centrum The clinical efficacy of chest computed tomography in trauma patients Dat multidetector
Nadere informatieRisico's reguliere sedatie (dormicum / fentanyl):
Endoscopische verrichting Antegrade ballonenteroscopie Informed consent : Risico's overall: 1,2-1,6 % In diagnostische procedure: 0,8 % In therapeutische procedure 4,3 % Specifiek - pancreatitis: 0,3 %
Nadere informatieM. Crohn en Colitis ulcerosa; verschil en nieuwe ontwikkelingen in behandeling
M. Crohn en Colitis ulcerosa; verschil en nieuwe ontwikkelingen in behandeling Dr. D. Leemreis, MDL-arts 8 mei 2019 IBD Inflammatory Bowel Disease (IBD)= Inflammatoire darmziekten= Chronische ontsteking
Nadere informatieOnderwerpen. De lever en zijn functies PBC: oorzaak? Wat is het precies? Verschijnselen en klachten Natuurlijk beloop Behandeling Overlapsyndromen
Onderwerpen De lever en zijn functies PBC: oorzaak? Wat is het precies? Verschijnselen en klachten Natuurlijk beloop Behandeling Overlapsyndromen 1 De lever 2 De Lever 3 Functies van de lever Voedingsstoffen:
Nadere informatieEcho-endoscopie. Dr. Mike Cool. AZ Damiaan Oostende UZ Leuven. Echo-endoscopie
Echo-endoscopie Dr. Mike Cool AZ Damiaan Oostende UZ Leuven 1. Wat is echo-endoscopie? 2. Wat is de meerwaarde van echo-endoscopie? 3. Diagnostische toepassingen A. Oncologie 1. Slo kdarmcarcinoom 2. Maagcarcinoom
Nadere informatieRichtlijn Diagnostiek en behandeling van inflammatoire darmziekte bij kinderen
Richtlijnen Richtlijn Diagnostiek en behandeling van inflammatoire darmziekte bij kinderen Lissy de Ridder, Edmond H.H.M. Rings en Johanna C. Escher* Gerelateerd artikel: Ned Tijdschr Geneeskd. 2010;154:A1899,
Nadere informatiehttps://www.isala.nl/patientenfolders/7280-acutealvleesklierontsteking-pid-h3-diagnose-en-onderzoeken/ Acute alvleesklierontsteking (PID): H3 Diagnose en onderzoeken Wanneer u klachten heeft die duiden
Nadere informatieChronische alvleesklierontsteking. Chirurgie/ MDL
Chronische alvleesklierontsteking Chirurgie/ MDL Inhoudsopgave Inleiding...5 Ligging en functie alvleesklier...5 Chronische Pancreatitis...6 Diagnose en onderzoek...7 Behandelingsmogelijkheden...7 De
Nadere informatieSamenvatting en conclusies
Samenvatting en conclusies 8 Chapter 8 74 Samenvatting Hoofdstuk 1 geeft een algemene inleiding op dit proefschrift. De belangrijkste doelen van dit proefschrift waren achtereenvolgens: het beschrijven
Nadere informatieSamenvatting in het Nederlands. Samenvatting
Samenvatting Dit proefschrift bevat de resultaten van enkele wetenschappelijke studies over magnetische resonantie (MR) enteroclyse en video capsule endoscopie (VCE). Deze twee minimaalinvasieve onderzoeksmethoden
Nadere informatieGastro-Intestinale Tumoren Ontwikkelingen in de diagnostiek en behandelingen
22 mei 2007 Jaarbeurs Utrecht Gastro-Intestinale Tumoren Ontwikkelingen in de diagnostiek en behandelingen Erik van Muilekom MANP Verpleegkundig specialist Nederlands Kanker Instituut-Antoni van Leeuwenhoek
Nadere informatieMaligne pleura exsudaat
Maligne pleura exsudaat Regionale richtlijn IKL, Versie: 1.1 Laatst gewijzigd : 25-10-2005 Methodiek: Consensus based Verantwoording: IKL werkgroep bronchuscarcinomen Inhoudsopgave Algemeen...1 Diagnostiek...2
Nadere informatieWat u moet weten over een ERCP-onderzoek
1263/834/7 - GZA - mei 2017 Wat u moet weten over een ERCP-onderzoek patiënteninformatie campus Sint-Augustinus Oosterveldlaan 24 2610 Wilrijk tel. + 32 3 443 30 11 campus Sint-Vincentius Sint-Vincentiusstraat
Nadere informatieAcute graft-versus-host ziekte na een levertransplantatie: wat te doen? T.J.F. Snijders
Acute graft-versus-host ziekte na een levertransplantatie: wat te doen? T.J.F. Snijders Casus 47 jarige vrouw Voorgeschiedenis 2004 Primair scleroserende cholangitis 2012 Eindstadium primair scleroserende
Nadere informatiewww.printo.it/pediatric-rheumatology/nl/intro De Ziekte Van Behçet Versie 2016 2. DIAGNOSE EN THERAPIE 2.1 Hoe wordt het gediagnosticeerd? De diagnose is voornamelijk klinisch. Het kan een tot vijf jaar
Nadere informatieVan maligniteit naar IgG4-gerelateerde systemische ziekte
Van maligniteit naar IgG4-gerelateerde systemische ziekte Andrea B. Kramer, Helma R. Lebbink, Marcory C.R.F. van Dijk, Casper F.M. Franssen en Coen A. Stegeman Erratum KLINISCHE PRAKTIJK Ned Tijdschr Geneeskd.
Nadere informatieERCP. Sint Augustinusziekenhuis, Wilrijk Tel 03/ 443.36.57. Sint Jozefziekenhuis, Mortsel Tel 03/ 444.12.07
ERCP Artsen: Dr. P. Borgers Dr. Th. Botelberge Dr. I. Buytaert Dr. I. Dero Dr. B. De Schepper Dr. I. Maurissen Dr. D. Sprengers Dr. F. Van de Mierop Praktijken: Sint Augustinusziekenhuis, Wilrijk Tel 03/
Nadere informatielongcarcinoom: stadiëring en behandeling
Hoe actueel is de CBO richtlijn? Niet-kleincellig longcarcinoom: stadiëring en behandeling Prof. dr. Harry J.M. Groen UMCG Groningen Wat moet er veranderen? TBNA? Plaats van EUS-FNA? Plaats van EBUS-FNA?
Nadere informatieOntwikkelingen op het gebied van MRI bij endometriose
Nederlandse samenvatting Ontwikkelingen op het gebied van MRI bij endometriose Chapter 9 148 Naar schatting lijdt ongeveer 10% van alle vrouwen in de vruchtbare levensjaren aan endometriose. Er zijn verschillende
Nadere informatieCitation for published version (APA): Issa, Y. (2017). Chronic pancreatitis: Novel concepts in diagnostics and treatment
UvA-DARE (Digital Academic Repository) Chronic pancreatitis Issa, Y. Link to publication Citation for published version (APA): Issa, Y. (2017). Chronic pancreatitis: Novel concepts in diagnostics and treatment
Nadere informatieNederlandse samenvatting List of publications Dankwoord Curriculum vitae
List of publications Dankwoord Curriculum vitae 131 Cholangiocarcinoom is een relatief zeldzame maligniteit uitgaande van het galwegepitheel. De tumor wordt anatomisch ingedeeld in drie typen: intrahepatisch,
Nadere informatieNEDERLANDSE SAMENVATTING
NEDERLANDSE SAMENVATTING Nederlandse Samenvatting 195 NEDERLANDSE SAMENVATTING DEEL I Evaluatie van de huidige literatuur De stijgende incidentie van slokdarmkanker zal naar verwachting continueren in
Nadere informatieSt. Anna Borstzorg (mammapoli)
St. Anna Borstzorg (mammapoli) Uw huisarts heeft u doorverwezen naar St. Anna Borstzorg (mammapoli), van het St. Anna Ziekenhuis. In deze folder geven wij u meer informatie over de werkwijze binnen St.
Nadere informatieBeeldvorming bij schildklierpathologie. Erik R. Ranschaert, MD, PhD Radioloog
Beeldvorming bij schildklierpathologie Erik R. Ranschaert, MD, PhD Radioloog 2 Inleiding Schildkliernodi: steeds frequenter gediagnosticeerd vnl. door toenemend gebruik van echo -> incidentalomen Frequentie
Nadere informatieHersenmetastasen. Jeroen van Eijk Neuroloog JBZ 2 oktober 2014 Symposium Palliatieve Zorg
Hersenmetastasen Jeroen van Eijk Neuroloog JBZ 2 oktober 2014 Symposium Palliatieve Zorg Hersenmetastasen (HM) + Introductie + Enkele cijfers. + Wanneer denken we aan HM? + Behandeling van HM (Landelijke
Nadere informatieZwelling in de hals Regionale Transmurale Afspraak Zuidoost Brabant
Doelstellingen Doelstellingen Zwelling in de hals Regionale Transmurale Afspraak Zwelling Zuidoost in de Brabant hals Regionale Transmurale Afspraak Zuidoost Brabant Afstemming van beleid rond diagnostiek
Nadere informatieKWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: BORSTKANKER Fase 1: validatie van de individuele resultaten Ziekenhuis 86
1 KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: BORSTKANKER Fase 1: validatie van de individuele resultaten Ziekenhuis 86 2 1. BESCHRIJVENDE STATISTIEK Tabel 1: Invasieve borstkanker en ductaal carcinoma in situ
Nadere informatie4e Post EAUN Meeting
4e Post EAUN Meeting Testiscarcinoom Incidentie, behandeling en follow up Joost de Baaij Verpleegkundig Specialist i.o. Canisius Wilhelmina Ziekenhuis Nijmegen Inhoud Incidentie Risico factoren Diagnostiek
Nadere informatieKWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER ( ) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 75
1 KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER (2007-2008) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 75 2 1. BESCHRIJVENDE STATISTIEK Tabel 1: Invasieve borstkanker (2007-2008) - Beschrijving
Nadere informatieKWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER ( ) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 78
1 KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER (2007-2008) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 78 2 1. BESCHRIJVENDE STATISTIEK Tabel 1: Invasieve borstkanker (2007-2008) - Beschrijving
Nadere informatieKWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER ( ) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 85
1 KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER (2007-2008) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 85 2 1. BESCHRIJVENDE STATISTIEK Tabel 1: Invasieve borstkanker (2007-2008) - Beschrijving
Nadere informatieKWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER ( ) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 16
1 KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER (2007-2008) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 16 2 1. BESCHRIJVENDE STATISTIEK Tabel 1: Invasieve borstkanker (2007-2008) - Beschrijving
Nadere informatieNascholing verpleegkundig specialisten oncologie De Lever: anatomie, leverschade en leverfunctie
Nascholing verpleegkundig specialisten oncologie De Lever: anatomie, leverschade en leverfunctie GJ (Geert) Bulte, MDL-arts i.o. Jeroen Bosch ziekenhuis, s Hertogenbosch donderdag 19-6-2014 5x leverfuncties
Nadere informatieRADIOLOGIE 2011 achtergronden casusschetsen
RADIOLOGIE 2011 achtergronden casusschetsen Voorstel wijzigingen bij herziening werkafspraak kunnen op de laatste pagina worden genoteerd. Interline augustus 2011 Voor: begeleider/presentator INTERLINE
Nadere informatieDiagnostische waarde lipase bij acute pancreatitis
Labquiz Diagnostische waarde lipase bij acute pancreatitis Zowel de lipase- als de amylasebepaling wordt gebruikt bij de diagnostiek van acute pancreatitis. Tegenwoordig heeft de lipasebepaling hierbij
Nadere informatieAPEC-trial. Case Record Form. Acute biliary Pancreatitis: early ERC plus sphincterotomy versus Conservative treatment
APEC-trial Case Record Form Acute biliary Pancreatitis: early ERC plus sphincterotomy versus Conservative treatment Groep A: ERC (met sphincterotomie) Patiëntensticker Bel s.v.p. op volgorde 1-4 1. Noortje
Nadere informatieVerplichte indicatoren die moeten worden aangeleverd aan Zorginstituut Nederland
Zorginstituut Nederland Kwaliteitsinstituut Eekholt 4 1112 XH Diemen Postbus 320 1110 AH Diemen www.zorginstituutnederland.nl T +31 (0)20 797 89 20 Transparantiekalender@zinl.nl Oplegger indicatorenset
Nadere informatieZorgpad MEN1 syndroom. Informatie voor patiënten
Zorgpad MEN1 syndroom Informatie voor patiënten Dit Zorgpad MEN1 syndroom, informatie voor patiënten, is tot stand gekomen met medewerking van: Belangengroep M.E.N. drs. C.R.C. Pieterman, M. Aarts bestuur
Nadere informatieSymptomatische behandeling hersenmetastasen. Jeroen van Eijk, neuroloog JBZ 3 e Regionale Symposium Palliatieve Zorg 07-11-2013
Symptomatische behandeling hersenmetastasen Jeroen van Eijk, neuroloog JBZ 3 e Regionale Symposium Palliatieve Zorg 07-11-2013 Zo maar een paar vragen: -Moeten patiënten met HM standaard met dexamethason
Nadere informatieEndo echografie (EUS) in het Jeroen Bosch Ziekenhuis. 26 november 2010 Dr. R.C.H. Scheffer 3 december 2010 Dr. A.M.P. De Schryver
Endo echografie (EUS) in het Jeroen Bosch Ziekenhuis 26 november 2010 Dr. R.C.H. Scheffer 3 december 2010 Dr. A.M.P. De Schryver EUS in het JBZ Historie Toepassingen Apparatuur in JBZ Complicaties Mogelijkheden
Nadere informatieB. Hals (weke delen) Voor cervicale wervelkolom, zie rubrieken C en K. Inhoudsopgave 01 B 02 B 03 B 04 B 05 B 06 B 07 B 08 B 09 B 10 B 11 B 12 B 13 B
B. Hals (weke delen) Voor cervicale wervelkolom, zie rubrieken C en K Inhoudsopgave 1 B 2 B 3 B 4 B 5 B 6 B 7 B 8 B 9 B 1 B 11 B 12 B 13 B Palpabele schildkliernoduli en euthyreotische struma... 1 Lange
Nadere informatiechronische alvleesklierontsteking
patiënteninformatie chronische alvleesklierontsteking U heeft last van een terugkerende ontsteking van de alvleesklier. We noemen dit een chronische alvleesklierontsteking. Wat is een chronische alvleesklierontsteking?
Nadere informatieRichtlijn voor diagnostiek en behandeling van een onbekende primaire tumor in het hoofd-halsgebied: Unknown Primary
VII Richtlijn voor diagnostiek en behandeling van een onbekende primaire tumor in het hoofd-halsgebied: Unknown Primary naar Algemeen 538 Epidemiologie 538 1. Screening 538 2. Diagnostiek 538 2.1 Anamnese
Nadere informatieZwangerschap bij chronische ontstekingsziekten van de darmen
Zwangerschap bij chronische ontstekingsziekten van de darmen Inhoudsopgave Klik op het onderwerp om verder te lezen. Zwangerschap 2 Erfelijkheid 2 Vruchtbaarheid 2 Invloed chronische darmziekte op de zwangerschap
Nadere informatieBlasten in perifeer bloed
Man 50 jaar Chronische lymfatische leukemie, RAI stadium 0, zonder criteria van actieve ziekte waarvoor wait and see beleid diep veneuze trombose. 2 dagen later: presentatie op SEH in verband met veel
Nadere informatieDiagnostiek van het afwijkende adnex: de rol van echografie. Dr. T. Van Gorp Gynaecoloog-Oncoloog MUMC+
Diagnostiek van het afwijkende adnex: de rol van echografie. Dr. T. Van Gorp Gynaecoloog-Oncoloog MUMC+ Disclosures Geen onthullingen 10/11/2016 Symposium Het Ovariumcarcinoom 2 Casus 37 j. Zwelling in
Nadere informatieBuikpijn- een opvlamming? Dr. F.H.J. Wolfhagen, MDL-arts
Buikpijn- een opvlamming? Dr. F.H.J. Wolfhagen, MDL-arts 24 november 2018 IBD en buikpijn Pijn is belangrijk als waarschuwing voor mogelijk schadelijke invloeden Veel voorkomende klacht bij IBD Bij colitis
Nadere informatiePrednison voor de behandeling van de ziekte van Crohn en Colitis Ulcerosa
Patiënteninformatie Prednison voor de behandeling van de ziekte van Crohn en Colitis Ulcerosa rkz.nl Uw MDL-arts (maag-,darm-,leverarts) heeft u Prednison voorgeschreven voor de behandeling van de ziekte
Nadere informatieEen tumefactieve demyeliniserende afwijking
Casuïstiek Een jonge vrouw met een centrale facialisparese Christiaan M. Broere, B.R. (René) de Witte en J.F.H.M. (Franka) Claes Achtergrond Casus Conclusie Het onderscheid tussen een centrale en perifere
Nadere informatie*** Jaar Metaanalyse
1. Alvleesklierontsteking (Post-ERCP Pancreatitis) Bij een alvleesklierontsteking ontstaat meestal (hevige) pijn boven in de buik die vaak recht doorstraalt naar de rug. Ziekenhuisopname is dan noodzakelijk.
Nadere informatieMammadiagnostiek: integratie pathologie en radiologie
Klinische les Mammadiagnostiek: integratie pathologie en radiologie Harmien M. Zonderland, Marc J. van de Vijver en Mike Visser Academisch Medisch Centrum, Amsterdam. Afd. Radiologie: dr. H.M. Zonderland,
Nadere informatieNieuwe ontwikkelingen in de mammadiagnostiek
Nieuwe ontwikkelingen in de mammadiagnostiek mw. drs. S.B. van der Meulen Radioloog UMCG mw. dr. M.D. Dorrius Arts-assistent in opleiding tot radioloog UMCG Disclosure belangen spreker Geen potentiële
Nadere informatieIcterus na tropenbezoek. Sophie Willemse Maag-Darm-Leverarts Academisch Medisch Centrum
Icterus na tropenbezoek Sophie Willemse Maag-Darm-Leverarts Academisch Medisch Centrum Casus 1 Man, 51 jaar Voorgeschiedenis Niertransplantatie prednison, cellcept en tacrolimus M. Bechterew etanercept
Nadere informatieInfliximab Inflectra, Remicade, Remsima
Infliximab Inflectra, Remicade, Remsima Ziekenhuis Gelderse Vallei Het doel van deze folder is u praktische informatie te geven over het nieuwe medicijn dat u gaat gebruiken: infliximab. Hoe werkt infliximab?
Nadere informatieCasuïstiek levertestafwijkingen. Mark Stolk en Paul Stadhouders 30 september 2010
Casuïstiek levertestafwijkingen Mark Stolk en Paul Stadhouders 30 september 2010 Pre-test 3 Levertesten Alkalische fosfatase (AF) Gamma glutamyl transpeptidase (ggt) Alanine aminotransferase (ALAT) Asparagine
Nadere informatieGalblaas en galwegen. De Nedelandse Leverpatiënten Vereniging informeert en ondersteunt
Galblaas en galwegen De Nedelandse Leverpatiënten Vereniging informeert en ondersteunt Inhoudsopgave Inleiding 3 Gal, galwegen en galblaas 4 Gal 4 Galwegen 4 Galblaas 5 Aandoeningen van de galblaas 6 Galstenen
Nadere informatieHoe belangrijk is herstel of genezing van het darmslijmvlies (mucosa) bij de ziekte van Crohn en colitis ulcerosa tijdens de behandeling?
Hoe belangrijk is herstel of genezing van het darmslijmvlies (mucosa) bij de ziekte van Crohn en colitis ulcerosa tijdens de behandeling? Hoe belangrijk is genezing van het darmslijmvlies voor afname van
Nadere informatieMedicatie bij de ziekte van Crohn of colitis ulcerosa Prednison (corticosteroïden)
Medicatie bij de ziekte van Crohn of colitis ulcerosa Prednison (corticosteroïden) Maag-, Darm- en Leverziekten IJsselland Ziekenhuis Uw MDL-arts (maag-, darm- en leverarts) heeft u Prednison voorgeschreven
Nadere informatiePANCREASCYSTEN DIAGNOSTIEK / MANAGEMENT / ONTWIKKELINGEN
PANCREASCYSTEN DIAGNOSTIEK / MANAGEMENT / ONTWIKKELINGEN NADINE VAN HUIJGEVOORT, ARTS ONDERZOEKER Afdeling Maag-, Darm-, en Leverziekten Academisch Medisch Centrum, Universiteit van Amsterdam Introductie
Nadere informatie