De wetgeving op de Voorwaardelijke Invrijheidstelling sinds Jules Lejeune.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "De wetgeving op de Voorwaardelijke Invrijheidstelling sinds Jules Lejeune."

Transcriptie

1 ebook Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar De wetgeving op de Voorwaardelijke Invrijheidstelling sinds Jules Lejeune. Een case van veranderingen in het Belgische strafuitvoeringsbeleid Masterproef van de opleiding Master in de rechten Ingediend door Bart De Boes Studentennr Promotor: Prof. Dr. T. Vander Beken Commissaris: Prof. Dr. B. De Ruyver

2 Quand je dis à un condamné: je te libère conditionnellement, c est comme si je lui disais: sors de ta cellule et passé au préau; mais tu restes sous ma main; je ne pardonne pas; j exécute la peine! La libération conditionnelle n est qu un mode d exécution de la peine hors de la prison. 1 1 Minister van Justitie Jules LEJEUNE, in de Kamer van Volksvertegenwoordigers 1888, Pas. 1888, 245.

3 Voorwoord Deze masterproef vormt de kers op de taart van mijn vijfjarige studie Rechtsgeleerdheid aan de Universiteit te Gent. Met dit voorwoord wil ik dan ook de kans grijpen om een aantal mensen te bedanken zonder wiens steun en hulp deze masterproef nooit zou geworden zijn tot wat hij nu is. In de eerste plaats is mijn dankwoord gericht aan mijn promotor, Prof. Dr. Tom Vander Beken die steeds beschikbaar was voor positieve feedback en kritische reflectie omtrent deze masterproef. Het is mede dankzij hem dat mijn interesse voor het onderwerp enorm is toegenomen en ik steeds een klare kijk op de zaken behield. Daarnaast dank ik ook commissaris Prof. Dr. B. De Ruyver voor het nalezen en beoordelen van deze masterproef. Bovendien wil ik ook mijn oprechte dank uitdrukken aan mijn ouders die zowel morele als financiële steun hebben geboden tijdens mijn studieloopbaan en zonder hun ondersteuning had ik deze kansen nooit gekregen. In het bijzonder wil ik graag mijn vader bedanken die zonder enige moeite steeds klaar stond om medewerking te verlenen tijdens het vergaren van de nodige literatuur en voor het nalezen en de correctie van deze masterproef. Tot slot wil ik ook vrienden en familie bedanken die van deze vijf jaar de meest onvergetelijke jaren hebben gemaakt en bij wie ik te allen tijde terecht kon voor raad en daad.

4 Inhoud Voorwoord... Inleiding... 1 Deel : Denken over strafuitvoering in België... 4 Hoofdstuk 1: het Ancien Regime... 4 Hoofdstuk 2: de Verlichting... 6 Hoofdstuk 3: een onafhankelijk België in het licht van het Positivisme Hoofdstuk 4: Oud Sociaal Verweer Hoofdstuk 5: Nieuw Sociaal Verweer Hoofdstuk 6: Nieuw Realisme en Herstelrecht Besluit Deel : Jules Lejeune en zijn Wet Lejeune Hoofdstuk 1: de persoon Lejeune en zijn visie Zijn academische loopbaan en advocatenpraktijk Minister van Justitie Visie en strafrechtelijk beleid Hoofdstuk 2: de Wet Lejeune Voorwaardelijke genade en een systeem van strafvermindering Parlementaire voorbereiding Wet Lejeune Hoofdstuk 3: latere evolutie Besluit I

5 Deel : Voorwaardelijke Invrijheidstelling als afspiegeling van het strafuitvoeringsbeleid sinds Hoofdstuk 1: Oriëntatienota De Clerck en de zaak Dutroux Hoofdstuk 2: Nieuwe Wet V.I. en Wet V.I.-commissies in Hoofdstuk 3: Commissie Holsters Hoofdstuk 4: Wet Externe Rechtspositie en Wet Strafuitvoeringsrechtbanken Besluit Algemene conclusie Bibliografie Bijlagen A) Wet Lejeune B) K.B. Wet Lejeune C) WEP (algemeen deel & V.I. artikelen) en Wet SURB II

6 Inleiding Alle begin is moeilijk. Met dit motto in gedachten wordt een aanvang genomen met het schrijven van deze masterproef. Het moet ook de overtuiging geweest zijn bij Minister van Justitie Jules Lejeune op het ogenblik dat hij koos voor de invoering van een voor België revolutionaire Wet inzake de Voorwaardelijke Invrijheidstelling (hierna V.I. genoemd) en Voorwaardelijke Veroordeling (hierna V.V. genoemd). Tekenend hiervoor is het hevige verzet dat de Minister ondervond bij het verdedigen van zijn wetsontwerp voor de Kamer van Volksvertegenwoordigers 2. Verzet dat zich voornamelijk toespitst op de noodzaak van een wet rond de V.I. De introductietekst betreft een citaat van de Minister van Justitie Jules Lejeune, die in feite de passende inleiding vormt voor deze masterproef. Met deze krachtdadige woorden geeft Minister Lejeune meteen aan waar het om gaat bij de V.I. Hij bepleit niet dat gevangenen zonder meer opnieuw de samenleving worden ingestuurd of dat hun daden worden vergeven, het gaat om de uitvoering van hun straf. De V.I. maakte en maakt nog steeds een wezenlijk deel uit van de strafuitvoering. De V.I. wordt daarom ook wel eens het koninginnestuk van de strafuitvoering genoemd 3. De strafuitvoering op zijn beurt maakt een belangrijk deel uit van de strafrechtsketen, zijnde het strafrechtelijk beleid sensu stricto. Dit wijst er dan ook op dat de V.I. deel uitmaakt van een beleid dat gevoerd wordt door de Minister van Justitie, en het is ook dat wat Jules Lejeune destijds voor ogen had. Een globaal strafrechtelijk beleid waarvan ook de strafuitvoering - en meer bepaald de V.I. - een belangrijke schakel in de keten vormt. Om deze redenen kan de V.I. dan ook gezien worden als een belangrijke afspiegeling van het strafuitvoeringsbeleid dat doorheen de jaren gevoerd werd en zoals het vandaag de dag zou moeten gevoerd worden. 2 Pas. 1888, R. PERRIËNS, F. PIETERS en P. PIRON, De voorwaardelijke invrijheidstelling: much ado about nothing?, Panopticon 2003, afl. 6,

7 De motivatie waarom deze thesis het onderwerp van de V.I. behandelt, ligt in de continue aandacht die deze wijze van strafuitvoering de laatste jaren krijgt. Aandacht die zowel voortkomt vanuit de politiek als de media, voornamelijk gestuwd door de publieke opinie. Interesse werd dan ook gewekt door de wekelijkse berichtgeving 4 over het al dan niet voorwaardelijk vrijkomen van gedetineerden, beklaagden die volgens de man in de straat onvoldoende zwaar worden bestraft, steeds verwijzend naar de mogelijkheid tot vervroegde invrijheidstelling via de zogenaamde Wet Lejeune. Klopt het inderdaad dat veroordeelden zomaar kunnen worden vrijgelaten? Zijn er dan geen voorwaarden aan verbonden, want het gaat tenslotte toch om een voorwaardelijke invrijheidstelling? Is er dan geen enkele vorm van controle? Waarom kreeg deze de naam Wet Lejeune? Wie is hij? Curiositeit en tegelijk onwetendheid over de V.I. in combinatie met de beperkte kennis omtrent het bestaan van een strafuitvoeringsbeleid gesteund op bepaalde strafrechtstheorieën, vormden de concrete basis voor de onderzoeksvraag die tevens ook de titel vormt van deze masterproef: De wetgeving op de Voorwaardelijke Invrijheidstelling sinds Jules Lejeune: een case van veranderingen in het Belgische strafuitvoeringsbeleid. Deze masterproef is te omschrijven als een historische studie gecombineerd met een kritische studie over het hedendaagse strafuitvoeringsbeleid, meer bepaald het beleid inzake de V.I. In deze masterproef wordt aan de hand van een analyse van de wetgeving inzake de V.I. nagegaan in welke mate de strafuitvoering en het beleid daaromtrent gewijzigd zijn sinds de Wet Lejeune uit De strafuitvoering zal bekeken worden vanuit het oogpunt van de V.I. dat als sluitstuk in de strafuitvoering ideaal geplaatst is om na te gaan of er echt wel zo n grote veranderingen hebben plaatsgevonden in het strafuitvoeringsbeleid. De vraag waarop deze masterproef dan ook een antwoord tracht te bieden is of de visie op de V.I. zo gewijzigd is, dat men kan aannemen dat het strafuitvoeringsbeleid een fundamentele verandering heeft ondergaan. 4 S. SOMERS, Vanhamel weer vrij na schending vrijlatingsvoorwaarden, De Morgen, 24 november 2009, 6; K. WERTELAERS, "Ik wil niet dat dader vrijkomt", Het Laatste Nieuws, 7 mei 2010, 10; X, Assisenklant vliegt terug cel in omdat hij voorwaarden niet naleeft, Het Laatste Nieuws, 21 oktober 2010, 9; X, Michelle Martin vraagt vrijlating, De Gazet van Antwerpen, 15 november 2010, 11; X, Michelle Martin vraagt weer voorwaardelijke vrijlating, De Morgen, 2 september 2009, 8. 2

8 Er werd gekozen voor een indeling in drie grote delen. Deel handelt in het algemeen over de verschillende denkrichtingen die men over de eeuwen heen kan terugvinden in het strafrecht. Het is van groot belang deze te behandelen, daar de verschillende strafrechtstheorieën steeds hun invloed hebben gehad op het gevoerde strafrechtelijk beleid. Elk tijdperk wordt gekenmerkt door zijn eigen inzichten met betrekking tot daders en straffen, met betrekking tot de maatschappij en met betrekking tot het strafrecht in het algemeen. Het is dan ook vanuit deze optiek belangrijk om de denkrichtingen uit het strafrecht te belichten. In Deel wordt de aandacht gevestigd op de persoon van Jules Lejeune, zijn visie over de rol die de V.I. dient te vervullen, en vooral op de realisatie die voor deze masterproef van belang is: de Wet van 1888 inzake de V.I. (en de V.V.). Bij Deel tenslotte wordt dieper ingegaan op de evolutie van de Wet op de V.I. sinds Hierbij wordt de V.I. gezien als een afspiegeling van het gevoerde strafuitvoeringsbeleid. Het is dan ook vanuit dit oogpunt dat de verschillende wijzigingen, die de Wet van 1888 heeft ondergaan, worden bekeken. Belangrijk hierbij op te merken is dat de klemtoon wordt gelegd op de periode rond 1888, de totstandkoming van de Wet inzake de V.I. en de periode vanaf Dit is in de eerste plaats omwille van het feit dat de Wet die in 1888 het levenslicht zag, pas in 1998 werd afgeschaft en vervangen door een nieuwe Wet op de V.I. De tussentijdse wijzigingen aan de Wet van 1888 zijn niet van die aard dat ze tot in detail dienen bekeken te worden. Bovendien is het niet de bedoeling om van deze masterproef een loutere oplijsting te maken van alle wijzigingen die de Wet heeft ondergaan zonder enige diepgang of kritische reflectie. Ook de keuze voor de periode vanaf 1996 is doelbewust, daar vanaf dit ogenblik een Minister van Justitie, met name Stefaan De Clerck, voor het eerst sinds lang een Oriëntatienota 5 opstelt, die getuigt van visie, inzicht en de drang naar een krachtdadig strafrechtelijk beleid. Het is dan ook deze nota die in samenhang met de dramatische gebeurtenissen (de zaak Dutroux) in 1996 die het strafuitvoeringsbeleid opnieuw onder de aandacht hebben gebracht. Dit alles in acht genomen en de beperkte omvang van een masterproef vormen de redenen waarom ervoor werd gekozen de focus in Deel te leggen op de periode rond 1888 en in Deel op de periode vanaf S. DE CLERCK, Oriëntatienota Straf- en Gevangenisbeleid 1996, 25p. 3

9 Deel : Denken over strafuitvoering in België In dit eerste deel worden de verscheidene denkrichtingen uit het strafrecht behandeld. Achtereenvolgens wordt het Ancien Regime besproken, gevolgd door de periode van de Verlichting. Verder is er gekozen om de aandacht te vestigen op de periode vanaf de Belgische Onafhankelijkheid en het Positivisme. Verderop in dit deel wordt ook het Oud Sociaal Verweer besproken dat rond de Tweede Wereldoorlog navolging krijgt met het Nieuw Sociaal Verweer. Als denkrichting zullen voor het recente verleden het Nieuw Realisme en het Herstelrecht een belangrijke plaats innemen in dit eerste deel. Het is van belang deze denkrichtingen in het strafrecht te behandelen omdat zij steeds gekenmerkt worden door bepaalde ideeën over hoe omgaan met misdadigers en de rol van het strafrecht in het algemeen. Belangrijk hierbij te vermelden is dat steeds de maatschappelijke, sociaal-economische en politieke toestand een grote invloed heeft op het ontstaan van verschillende strafrechtstheorieën. Deze specifieke toestand verklaart ook dikwijls het gevoerde strafrechtelijk beleid en het is dan ook om deze redenen dat eerdergenoemde periodes en denkrichtingen in het strafrecht zullen worden besproken. Hoofdstuk 1: het Ancien Regime Het Ancien Regime is niet enkel een periode in de geschiedenis te situeren begin de 18 e eeuw, het is tevens een stroming die de uiting vormt van bepaalde inzichten in verband met daders en straffen. Deze periode wordt gekenmerkt door de almacht van de Koning, die zijn macht op elke mogelijke manier wenst te bestendigen 6. Hij en een kleine groep van machtige heren vormen het centraal gezag, die regels opleggen ten aanzien van de rechtsonderhorigen. Het ideale middel hiervoor is het strafrecht. Het gevolg hiervan is echter dat het leidt tot een misbruik van het strafrecht 7. Het is de majesteitsschennis die centraal komt te staan, waardoor iedereen die de regels overtreedt in feite de Koning beledigt 8. Het ius puniendi, ook wel het recht om te bestraffen genoemd, haalt de Koning uit de macht die hem door God werd toebedeeld 9. 6 L. VAN OUTRIVE, De gevangenis: een systeem op drift, Leuven, Davidsfonds, 1978, Ibid, M. BOUVERNE-DE BIE, A. FLAVEAU en T. VANDER BEKEN, Strafrechtstheorie en welzijnswerk, in M. BOUVERNE-DE BIE, K. KLOECK, W. MEYVIS, R. ROOSE en J. VANACKER (eds.), Handboek Forensisch Welzijnswerk, Gent, Academia Press, 2002, 7. 9 B. DE RUYVER, De strafrechtelijke politiek gevoerd onder de socialistische Ministers van Justitie E. Vandervelde, P. Vermeylen en A. Vranckx, Antwerpen, Kluwer, 1988, 11. 4

10 In die tijd was er wel verzet vanuit kerkelijke middens die streefden naar een evenwicht tussen het boete doen voor gepleegde misdrijven enerzijds en de morele heropvoeding van de misdadiger anderzijds. Maar omwille van de autoritaire houding van de Koning vielen hun ideeën in dovemansoren 10. De functie die het strafrecht krijgt toegeschreven is die van de repressie 11. Het gewone volk laten gehoorzamen door met ijzeren hand te regeren. De bedoeling was dus ook dat de straffen zo wreed mogelijk waren, om op die manier een afschrikwekkend effect te creëren 12. Hier ging het voornamelijk om lijfstraffen (zoals bijvoorbeeld het vierendelen, guillotine, foltering, heksenverbranding, ), waardoor het logisch is dat gevangenissen in deze periode nog geen echte bekommernis waren 13. Wat de strafuitvoering betreft, was het duidelijk dat deze publiekelijk diende te gebeuren. Op die manier hoopte men andere misdadigers af te schrikken 14. Van een strafrechtelijk beleid, laat staan een strafuitvoeringsbeleid, was in deze periode dan ook nog geen sprake. Het stond buiten kijf dat de straf die werd uitgesproken zo snel mogelijk diende uitgevoerd te worden, zonder enige uitzondering. Tijdens het Ancien Regime spelen voornamelijk repressie - en in mindere mate afschrikking - een grote rol als functies van het strafrecht. Een misdrijf is niets anders dan een aantasting van het gezag van de Koning en dit dient dan ook aangepakt te worden op een harde en gruwelijke manier, bij wijze van voorbeeld 15. Het feit dat de macht te situeren is bij een kleine groep van mensen is een typisch kenmerk voor dit Ancien Regime 16. Het is echter niet verwonderlijk dat deze elementen en het ongenoegen ten aanzien van dit misbruik van het strafrecht, de aanleiding vormen voor het ontstaan van een tegenbeweging. 10 A. NEYS en T. PETERS, De geschiedenis van het gevangeniswezen, in A. NEYS, T. PETERS, F. PIETERS en J. VANACKER (eds.), Tralies in de weg. Het Belgische gevangeniswezen: historiek, balans en perspectieven, Leuven, Universitaire Pers, 1994, M. BOUVERNE-DE BIE, A. FLAVEAU en T. VANDER BEKEN, Strafrechtstheorie en welzijnswerk, in M. BOUVERNE-DE BIE, K. KLOECK, W. MEYVIS, R. ROOSE en J. VANACKER (eds.), Handboek Forensisch Welzijnswerk, Gent, Academia Press, 2002, C. ELIAERTS en M. ROZIE, Toezicht op de uitvoering van de straf, RW , afl. 36, A. NEYS en T. PETERS, De geschiedenis van het gevangeniswezen, in A. NEYS, T. PETERS, F. PIETERS, EN J. VANACKER (eds.), Tralies in de weg. Het Belgische gevangeniswezen: historiek, balans en perspectieven, Leuven, Universitaire Pers, 1994, 1; L. VAN OUTRIVE, De gevangenis: een systeem op drift, Leuven, Davidsfonds, 1978, M. BOUVERNE-DE BIE, A. FLAVEAU en T. VANDER BEKEN, Strafrechtstheorie en welzijnswerk, in M. Bouverne-DE BIE, K. KLOECK, W. MEYVIS, R. ROOSE en J. VANACKER (eds.), Handboek Forensisch Welzijnswerk, Gent, Academia Press, 2002, D. WEBER, Homo Criminalis: Belgische parlementsleden over misdaad en strafrecht: , Brussel, VUBpress, 1996, S. CHRISTIAENSEN, Historische ontwikkelingen in de strafrechtsbedeling beschouwd vanuit het perspectief van humanisering en menselijke waardgiheid, in M. BOUVERNE-DE BIE, K. KLOECK, W. MEYVIS, R. ROOSE en J. VANACKER (eds.), Handboek Forensisch Welzijnswerk, Gent, Academia Press, 2002,

11 Hoofdstuk 2: de Verlichting Na verloop van tijd bleek duidelijk dat lijfstraffen hun effect verloren en begon men in te zien dat een humanisering van de straffen noodzakelijk was. Een absolutistische Koning die alle macht naar zich toetrekt en elk misdrijf ziet als een belediging van Zijne Majesteit had afgedaan. Ook de willekeur die daarmee gepaard ging, zorgde voor heel wat reactie onder de bevolking 17. Een belangrijk deel van de gegoede burgers die ook wensten deel te nemen aan de macht werden door dit systeem uitgesloten. Door de opkomst van de burgerij, waar de nakende Industriële Revolutie niet geheel vreemd aan was, zagen zij hun kans schoon om voorgoed komaf te maken met die almacht van de Koning. Dit had als consequentie dat het denken over het strafrecht een zeer belangrijke wijziging onderging. Van dan af werd het misdrijf gezien als iets wat de maatschappij afkeurt, en niet meer als een belediging van de Koning. Deze periode is te situeren rond 1789, niet toevallig het jaar van de Franse Revolutie. De inspiratie van deze nieuwe denkrichting werd gevonden bij de auteurs van de Verlichting zoals Rousseau (sociaal contract), Voltaire (kritiek op wrede lijfstraffen), Montesquieu (scheiding der machten), 18 Hun visie is bepalend geweest in de opgang van deze nieuwe denkrichting en de opkomst van de rechtstaat, een staat waarbij de regels ook van onderuit komen en niet enkel door het centraal gezag worden opgelegd. De burger eist inspraak. Deze inspraak heeft tot gevolg dat de burger ook aanvaard dat als je de regels overtreedt, je wordt gestraft. Hierin schuilt ook het idee van het sociaal contract, zoals het door Rousseau werd geponeerd. Het idee van het sociaal contract is vrij simpel, de burger staat een deel van zijn vrijheid af, maar in ruil daarvoor verwacht hij van de overheid bescherming 19. Zolang de overheid dit contract respecteert en zorgt voor de veiligheid van zijn onderdanen, dan is de burger bereid een deel van zijn vrijheid af te staan. Het is net dat sociaal contract dat deels aan de basis ligt voor de humanisering van de straffen. Men staat zijn hele leven niet af maar slechts een deel van zijn vrijheid, en net daarom worden wrede straffen zoals bijvoorbeeld foltering niet meer aanvaard. 17 M. BOUVERNE-DE BIE, A. FLAVEAU en T. VANDER BEKEN, Strafrechtstheorie en welzijnswerk, in M. BOUVERNE-DE BIE, K. KLOECK, W. MEYVIS, R. ROOSE en J. VANACKER (eds.), Handboek Forensisch Welzijnswerk, Gent, Academia Press, 2002, B. DE RUYVER, De strafrechtelijke politiek gevoerd onder de socialistische Ministers van Justitie E. Vandervelde, P. Vermeylen en A. Vranckx, Antwerpen, Kluwer, 1988, 7 en M. BOUVERNE-DE BIE, A. FLAVEAU en T. VANDER BEKEN, Strafrechtstheorie en welzijnswerk, M. BOUVERNE-DE BIE, K. KLOECK, W. MEYVIS, R. ROOSE en J. VANACKER (eds.), Handboek Forensisch Welzijnswerk, Gent, Academia Press, 2002, 7. 6

12 Maar er is meer: ook de gevangenissen maken hun opwachting in het kader van de bestraffing van misdrijven, want zijn vrijheid is op dat moment het enige wat een gewone burger heeft 20. Tijdens deze periode werd er enkel voor gekozen om landlopers en bedelaars op te sluiten, zij pasten niet in de maatschappij en verstoorden de openbare orde. De gevangenissen werden nog niet echt gezien als een middel ter bestraffing van misdadigers. Het voordeel van de vrijheidsberoving is de meetbaarheid van het aantal opsluitingen. De kritiek op het strafrechtssysteem uit het Ancien Regime kwam ook vanuit de hoek van Cesare Beccaria, een Italiaan met een aanzienlijke invloed op het strafrechtsdenken tijdens de periode van de Verlichting 21. Hij ligt mede aan de grondslag van drie zeer belangrijke basisbeginselen, die vandaag de dag nog steeds in ons strafrechtsysteem zijn terug te vinden: het legaliteitsbeginsel, het proportionaliteitsbeginsel, het subsidiariteitsbeginsel 22. Die beginselen vormen op hun beurt de basis van het Klassiek Strafrecht. Het legaliteitsbeginsel heeft de bescherming van het volk ten aanzien van de overheid voor ogen. Wat strafbaar is en de daarmee samenhangende straf worden vooraf vastgelegd om op die manier de macht van de Staat enigszins te beperken. Nullum crimen sine lege; nulla poena sine lege: geen misdrijf zonder wet; geen straf zonder wet 23. De rechters worden gedegradeerd tot bouches de la loi, waarbij een mechanische toepassing van de Strafwet centraal staat 24. Het gaat om vaste straffen want iedereen is gelijk voor de wet, zonder onderscheid. Het proportionaliteitsbeginsel legt de nadruk op de mogelijkheid tot bestraffing door de overheid in zoverre dit in verhouding staat met het gepleegde misdrijf 25. Het subsidiariteitsbeginsel tenslotte plaatst het strafrecht meer op de achtergrond, kortom dient het strafrecht een ultimum remedium te zijn in het optreden tegen normoverschrijdend gedrag. Enkel hetgeen noodzakelijk is, dient strafbaar gesteld te worden 26. Deze drie beginselen worden dikwijls omschreven als de Magna Charta van het strafrecht S. SNACKEN, De korte gevangenisstraf: een onderzoek naar toepassing en effectiviteit, Antwerpen, Kluwer, 1986, A. NEYS en T. PETERS, De geschiedenis van het gevangeniswezen, in A. NEYS, T. PETERS, F. PIETERS, en J. VANACKER (eds.), Tralies in de weg. Het Belgische gevangeniswezen: historiek, balans en perspectieven, Leuven, Universitaire Pers, 1994, Ibid, M. BOUVERNE-DE BIE, A. FLAVEAU en T. VANDER BEKEN, Strafrechtstheorie en welzijnswerk, in M. BOUVERNE-DE BIE, K. KLOECK, W. MEYVIS, R. ROOSE en J. VANACKER (eds.), Handboek Forensisch Welzijnswerk, Gent, Academia Press, 2002, F. TROCH, Hinderpalen bij de zoektocht naar een passende straftoemeting, in I. AERTSEN, K. BEYENS, T. DAEMS en E. MAES (eds.), Hoe punitief is België?, Antwerpen, Maklu, 2010, 159; J. MATTHIJS, Het betrekken van de rechter bij de tenuitvoerlegging van de straf, RW , afl. 4, M. BOUVERNE-DE BIE, A. FLAVEAU en T. VANDER BEKEN, Strafrechtstheorie en welzijnswerk, in M. BOUVERNE-DE BIE, K. KLOECK, W. MEYVIS, R. ROOSE en J. VANACKER (eds.), Handboek Forensisch Welzijnswerk, Gent, Academia Press, 2002, Ibid, C. VAN DEN WYNGAERT, Kennismaking met het strafprocesrecht, Antwerpen, Maklu, 2010, 6. 7

13 Waar het strafrecht in de voorgaande periode voornamelijk een instrumentele functie bezat (strafrecht als hulpmiddel om de macht te bestendigen), krijgt het strafrecht tijdens de Verlichting een meer rechtsbeschermende functie, in die zin dat het strafrecht aangeeft tot waar de overheid mag komen. Op deze manier zet men een rem op het overheidsoptreden, waardoor een laissez faire, laissez passer - idee ontstaat. De Staat wordt op dat moment ook gezien als een nachtwakersstaat, die zich enkel dient bezig te houden met de externe en interne veiligheid van haar onderdanen 28. Voor het overige zal de overheid zo weinig mogelijk interveniëren in het economische leven. De persoon van de dader is in deze periode irrelevant en ook een systeem van V.I. is hier nog niet te ontwaren. Ook Vlaanderen geraakt onder invloed van het Verlichtingsdenken waarbij de rede centraal staat. Hierin speelt de figuur van Villain XIIII een niet onbelangrijke rol 29. Vlaanderen werd midden de 18 e eeuw geteisterd door rondtrekkende daderbendes van landlopers en bedelaars. Naast deze sociale problemen speelden de politieke instabiliteit en de economische mislukkingen Vlaanderen duidelijk parten. Gegoede burgers voelden zich bedreigd en drongen aan op een oplossing voor dit veiligheidsprobleem. Het was Villain XIIII die de oorzaak van deze problemen zocht en vond in de ledigheid, luiheid in hoofde van de landlopers en behoeftigen. Villain XIIII op zijn beurt haalde daarvoor de mosterd bij onder meer Thomas Morus, die zich in zijn boek Utopia hevig verzette tegen de luiheid van individuen, de heersende armoede en ijverde voor een systeem van verplichte arbeid 30. Als remedie predikte Villain XIIII de opsluiting van de landlopers en bedelaars om hen op die manier een stiel aan te leren. Zijn ideeën waren destijds zeer vooruitstrevend. Hij koos voor de oprichting van een tuchthuis: in Aalst kreeg hij echter geen gehoor, maar Gent daarentegen zag wel heil in zijn idee. In 1772 leidde dit tot de oprichting van een Maison de Force in Gent 31. De bedoeling was het heropvoeden van de gedetineerden gebruikmakend van gevangenisarbeid om hen op die manier voor te bereiden op hun reïntegratie in de 28 M. BOUVERNE-DE BIE en R. ROOSE, Het begrip sociale reïntegrate, in M. BOUVERNE-DE BIE en J. GOETHALS (eds.), Voorwaardelijke invrijheidstelling: wetgeving, predictie en begeleiding, Gent, Academia Press, 2000, B. DE RUYVER, De strafrechtelijke politiek gevoerd onder de socialistische Ministers van Justitie E. Vandervelde, P. Vermeylen en A. Vranckx, Antwerpen, Kluwer, 1988, 68; A. NEYS en T. PETERS, De geschiedenis van het gevangeniswezen, in A. NEYS, T. PETERS, F. PIETERS, en J. VANACKER (eds.), Tralies in de weg. Het Belgische gevangeniswezen: historiek, balans en perspectieven, Leuven, Universitaire Pers, 1994, B. DE RUYVER, De strafrechtelijke politiek gevoerd onder de socialistische Ministers van Justitie E. Vandervelde, P. Vermeylen en A. Vranckx, Antwerpen, Kluwer, 1988, X. ROUSSEAUX en D. WEBER, Les politiques pénales en Belgique, in D. HEIRBAUT, X. ROUSSEAUX en K. VELLE (eds.), Politieke en sociale geschiedenis van justitie in België van 1830 tot heden, Brugge, Die Keure, 2004, 68. 8

14 samenleving 32. Zo kreeg ook de periode van hechtenis een zinvolle invulling. Een typische uiting van het utilitarisme waarbij de straf zinvol en nuttig dient te zijn en geenszins wreed en willekeurig 33. De eens zo mooie gedachte van heropvoeding door middel van gevangenisarbeid kwam al snel onder druk te staan door de Industriële Revolutie. Op het ogenblik dat Lieven Bauwens aan het hoofd kwam van het Gentse tuchthuis, was enkel de economische winstgedachte nog van tel: gevangenissen dienden geld op te brengen, eerder dan geld te kosten 34. Om aan de grote vraag van de economische markten te voldoen, koos men ervoor om nog meer mensen op te sluiten. Dit had tot gevolg dat de orde en discipline binnen de gevangenissen verwaterden, zodat men na verloop van tijd kon spreken van een moreel verval in de Belgische gevangenissen. Van het systeem van Villain XIIII bleef geen spaander meer heel 35. De Code Pénal die in 1810 door Napoleon werd ingevoerd was een duidelijke trendbreuk met de humaniseringsgedachte ten tijde van de Verlichting. Opnieuw maakten wrede straffen zoals het brandmerken hun opwachting, maar niettemin voorzag deze Code Pénal op het vlak van gevangenisstraffen in minima en maxima 36. Toch kon ook de Code Pénal niet verhinderen dat het idee van de Verlichting ingebed raakte bij de bevolking, voornamelijk bij de kleine groep van gegoede burgers. Het is in de periode van de Verlichting dat de nadruk op de criminele daad komt te liggen: de dader wordt op dat moment als een rechtsobject gezien 37. Het Verlichtingsdenken zorgt ervoor dat naast de vergeldende functie van het strafrecht, vooral de focus op de preventieve werking van het strafrecht komt te liggen, met name afschrikking. Bovendien wil men weg van de individualistische gedachte in het strafrecht en kiest men ervoor om te generaliseren. Dit betekent werken met vaste straffen die voor iedereen gelijk zijn, zonder ieder geval 32 B. DE RUYVER, De strafrechtelijke politiek gevoerd onder de socialistische Ministers van Justitie E. Vandervelde, P. Vermeylen en A. Vranckx, Antwerpen, Kluwer, 1988, A. NEYS en T. PETERS, De geschiedenis van het gevangeniswezen, in A. NEYS, T. PETERS, F. PIETERS, en J. VANACKER (eds.), Tralies in de weg. Het Belgische gevangeniswezen: historiek, balans en perspectieven, Leuven, Universitaire Pers, 1994, S. CHRISTIAENSEN, Historische ontwikkelingen in de strafrechtsbedeling beschouwd vanuit het perspectief van humanisering en menselijke waardgiheid, in M. BOUVERNE-DE BIE, K. KLOECK, W. MEYVIS, R. ROOSE en J. VANACKER (eds.), Handboek Forensisch Welzijnswerk, Gent, Academia Press, 2002, ; B. DE RUYVER, De strafrechtelijke politiek gevoerd onder de socialistische Ministers van Justitie E. Vandervelde, P. Vermeylen en A. Vranckx, Antwerpen, Kluwer, 1988, A. NEYS en T. PETERS, De geschiedenis van het gevangeniswezen, in A. NEYS, T. PETERS, F. PIETERS, en J. VANACKER (eds.), Tralies in de weg. Het Belgische gevangeniswezen: historiek, balans en perspectieven, Leuven, Universitaire Pers, 1994, S. CHRISTIAENSEN, Historische ontwikkelingen in de strafrechtsbedeling beschouwd vanuit het perspectief van humanisering en menselijke waardgiheid, in M. BOUVERNE-DE BIE, K. KLOECK, W. MEYVIS, R. ROOSE en J. VANACKER (eds.), Handboek Forensisch Welzijnswerk, Gent, Academia Press, 2002, D. WEBER, Homo Criminalis: Belgische parlementsleden over misdaad en strafrecht: , Brussel, VUBpress, 1996,

15 afzonderlijk te bekijken. Deze afkeer van de individualistische gedachte komt ook tot uiting in het gevangenisregime, waar men kiest voor een gemeenschapsregime. De keuze voor een zeer strikte toepassing van de Magna Charta (legaliteit, proportionaliteit en subsidiariteit) is net een gevolg van de willekeur die de vorst had ten tijde van het Ancien Regime. Daar wil men absoluut komaf mee maken en vandaar dat men kiest voor de weg van de duidelijkheid: de wet is wat ze is en dient ook zo te worden toegepast 38. Van een V.I.-systeem is op dit moment nog geen sprake, ook al neemt de aandacht voor de strafuitvoering in zijn geheel wel toe. Dit blijkt uit het idee van Villian XIIII, die aan het utilitariteitsprincipe duidelijk vormt geeft, door ervoor te zorgen dat de periode van hechtenis (strafuitvoering) zo nuttig mogelijk wordt ingevuld door middel van gevangenisarbeid. Het is net zijn opvatting over de oorzaak van delinquent gedrag, namelijk de luiheid, die van invloed is op zijn systeem. Toch zal voor wat het strafrechtelijk beleid betreft de nadruk vooral liggen op het wetgevende aspect (legaliteitsbeginsel). Ook nu kunnen we stellen dat de Verlichting zorgt voor de ontwikkeling van een denkrichting in het strafrecht dat kan gezien worden als een kind van zijn tijd. Geleidelijk aan vertoont ook deze denkrichting haar gebreken. Deze gebreken zullen dan ook de basis vormen voor het ontstaan van een nieuwe strafrechtstheorie. 38 M. BOUVERNE-DE BIE, A. FLAVEAU en T. VANDER BEKEN, Strafrechtstheorie en welzijnswerk, in M. BOUVERNE-DE BIE, K. KLOECK, W. MEYVIS, R. ROOSE en J. VANACKER (eds.), Handboek Forensisch Welzijnswerk, Gent, Academia Press, 2002, 9. 10

16 Hoofdstuk 3: een onafhankelijk België in het licht van het Positivisme We zijn 1830: de onafhankelijkheid van België. In datzelfde jaar wordt Edouard Ducpétiaux op 29 november door het Voorlopig Bewind aangesteld als eerste inspecteur-generaal van het gevangeniswezen en de instellingen van liefdadigheid 39. Ducpétiaux wordt er geconfronteerd met een erfenis uit de periode van de Industriële Revolutie en het moreel verval in de gevangenissen als gevolg van de economische expansiedrang die daarmee gepaard ging. Dit had grote gevolgen voor zijn visie over de rol die het strafrecht en de gevangenissen dienden te vervullen. Waar Villain XIIII de oorzaak zocht in de ledigheid, stelde Ducpétaiux vast dat het voornamelijk de immoraliteit was die het probleem vormde 40. Hij zag het gemeenschapsregime zoals het in de gevangenissen werd toegepast als oorzaak van die immoraliteit. Hiervoor was slechts één remedie: de morele heropvoeding 41. Hij maakte gebruik van een systeem van classificatie (inventaris van gedetineerden en de reden van hun detentie) en koos voor cellulaire afzondering: één man, één cel. Het contact met de buitenwereld zoveel als mogelijk beperken, het verplicht dragen van een gevangenenkap (cagoule), 42 In dit hele systeem nemen de religie en de aalmoezeniers een centrale plaats in om het doel van de morele heropvoeding te bewerkstelligen 43. De dader heeft schuld aan wat hij gedaan heeft en dient tot dit inzicht te komen. Ducpétiaux koestert de hoop dat dit schuldinzicht een einde zou maken aan de immoraliteit die bij de gedetineerden heerste. Het zijn in de eerste plaats de aalmoezeniers die hun dit inzicht kunnen geven en hen opnieuw waarden en normen kunnen bijbrengen T. PETERS, Edouard Ducpetiaux: , in C. Fijnaut, Gestalten uit het verleden: 32 voorgangers in de strafrechtswetenschap, de strafrechtspleging en de criminologie, Brussel, Kluwer, 1993, 34 en B. DE RUYVER, De strafrechtelijke politiek gevoerd onder de socialistische Ministers van Justitie E. Vandervelde, P. Vermeylen en A. Vranckx, Antwerpen, Kluwer, 1988, 70; T. PETERS, Edouard Ducpetiaux: , in C. FIJNAUT, Gestalten uit het verleden: 32 voorgangers in de strafrechtswetenschap, de strafrechtspleging en de criminologie, Brussel, Kluwer, 1993, E. MAES, Van gevangenisstraf naar vrijheidsstraf: 200 jaar Belgisch gevangeniswezen, Antwerpen, Maklu, 2009, S. CHRISTIAENSEN, Historische ontwikkelingen in de strafrechtsbedeling beschouwd vanuit het perspectief van humanisering en menselijke waardgiheid, in M. BOUVERNE-DE BIE, K. KLOECK, W. MEYVIS, R. ROOSE en J. VANACKER (eds.), Handboek Forensisch Welzijnswerk, Gent, Academia Press, 2002, ; E. MAES, Het actuele penitentiaire beleid in confrontatie met zijn verleden, in T. DAEMS, P. PLETINCKX, L. ROBERT, V. SCHEIRS, A. VAN DE WIEL en K. VERPOEST (eds.), Achter tralies in België, Gent, Academia Press, 2009, 55; T. PETERS, Edouard Ducpetiaux: , in C. FIJNAUT, Gestalten uit het verleden: 32 voorgangers, de strafrechtspleging en de criminologie, Brussel, Kluwer, 1993, T. PETERS, Edouard Ducpetiaux: , in C. FIJNAUT, Gestalten uit het verleden: 32 voorgangers in de strafrechtswetenschap, de strafrechtspleging en de criminologie, Brussel, Kluwer, 1993, 70-71; C. ELIAERTS en M. ROZIE, Toezicht op de uitvoering van de straf, RW , afl. 36, 2411; A. NEYS EN T. PETERS, De geschiedenis van het gevangeniswezen, in A. NEYS, T. PETERS, F. PIETERS, EN J. VANACKER (eds.), Tralies in de weg. Het Belgische gevangeniswezen: historiek, balans en perspectieven, Leuven, Universitaire Pers, 1994, F. VERBRUGGEN, De oude Lejeune: oorsprong, achtergrond en ratio legis van de nieuwe regelgeving, in Y. VAN DEN BERGE, Dossiers Nieuwe Wetgeving: strafuitvoering, Brugge, Vandenbroele, 2007, 2. 11

17 De meest bekende verwezenlijking van Ducpétiaux die vandaag nog steeds voelbaar is, zijn ongetwijfeld zijn panopticon-gevangenissen. Een stervormige structuur als indeling van de gevangenissen, met het achterliggende idee van een optimale controle (panopticon=alziend) gecombineerd met een minimum aan middelen (personeel) 45. De visie van Ducpétaiux wordt het best verwoord door middel van de leuze die hij destijds op één van de muren in Leuven- Centraal liet beitelen: Hier worden de arme gevallen door geloof, werk en kennis overeind geholpen 46. Ducpétiaux staat voor orde, rust en discipline waarbij hij de nadruk legt op het individu dat onvoldoende aangepast is om in de maatschappij te functioneren en om die reden dient bijgestuurd te worden 47. Dat de oorzaak van criminaliteit misschien wel eens deels bij diezelfde maatschappij zou kunnen liggen, werd door Ducpétiaux genegeerd. Wel opvallend in deze eerste helft van de 19 e eeuw is het opnieuw op de voorgrond treden van de instrumentele functie van het strafrecht, waarbij de rechtsbeschermende functie meer en meer verlaten wordt. Tegelijk krijgt in deze periode de strafuitvoering meer aandacht, waarvan het vernieuwde gevangenisregime (cellulaire afzondering) een veruitwendiging is. Voor het eerst worden de gevangenissen ook echt gebruikt als middel ter bestraffing en niet langer uitsluitend voor de morele heropvoeding van gedetineerden 48. In 1831 wordt ook een systeem van voorwaardelijke genade ingevoerd, dat als voorloper van de V.I. kan gezien worden, al moet dit toch enigszins genuanceerd worden (zie infra). Ook zien we in 1867 de invoering van een Belgisch Strafwetboek naast de invoering van een Wet op de verzachtende omstandigheden 49. Het Strafwetboek van die tijd wordt door auteur D. WEBER 50 vergeleken met een menukaart waarbij voor elk misdrijf een gepaste straf werd voorzien. Geleidelijk aan maakt het Positivisme zijn intrede als nieuwe stroming in de tweede helft van de 19 e eeuw, waardoor ook het inzicht in de mens een wijziging ondergaat. Men zag in dat de mens geen redelijk en verstandig wezen is, die een vrije keuze maakt voor crimineel gedrag (Verlichting), maar reeds van bij de geboorte aanleg heeft tot crimineel 45 K. BEYENS en F. JANSSENS, Gevangenissen voor de eenentwingtigste eeuw. De missie is helder: méér capaciteit! Maar de visie niet?, Orde van de Dag 2009, afl. 48, 13; A. NEYS en T. PETERS, De geschiedenis van het gevangeniswezen, in A. NEYS, T. PETERS, F. PIETERS, en J. VANACKER (eds.), Tralies in de weg. Het Belgische gevangeniswezen: historiek, balans en perspectieven, Leuven, Universitaire Pers, 1994, F. VERBRUGGEN, De oude Lejeune: oorsprong, achtergrond en ratio legis van de nieuwe regelgeving, in Y. VAN DEN BERGE, Dossiers Nieuwe Wetgeving: strafuitvoering, Brugge, Vandenbroele, 2007, T. PETERS, Edouard Ducpetiaux: , in C. FIJNAUT, Gestalten uit het verleden: 32 voorgangers in de strafrechtswetenschap, de strafrechtspleging en de criminologie, Brussel, Kluwer, 1993, 41 en F. VERBRUGGEN, De oude Lejeune: oorsprong, achtergrond en ratio legis van de nieuwe regelgeving, in Y. VAN DEN BERGE, Dossiers Nieuwe Wetgeving: strafuitvoering, Brugge, Vandenbroele, 2007, X. ROUSSEAUX en D. WEBER, Les politiques pénales en Belgique, in D. HEIRBAUT, X. ROUSSEAUX en K. VELLE (eds.), Politieke en sociale geschiedenis van justitie in België van 1830 tot heden, Brugge, Die Keure, 2004, D. WEBER, Homo Criminalis: Belgische parlementsleden over misdaad en strafrecht: , Brussel, VUBpress, 1996,

18 gedrag en onder invloed van maatschappelijke factoren overgaat tot dergelijk grensoverschrijdend gedrag. Het is ook in deze periode dat de wetenschap een opmars kent: antropologie, psychiatrie, psychologie, erfelijkheidsleer, fysiologie, allen gaan zij op zoek naar een verklaring voor het misdadige gedrag van de mens. Figuren als Darwin, Comte en Spencer zijn in deze periode te situeren 51. Er is de Italiaanse antropologische school (Lombroso) die beweert dat men aan de hand van de vorm van de schedel kan voorspellen of een individu kan aangemerkt worden als een geboren misdadiger. Dit geeft nieuwe belangrijke inzichten voor begrippen als schuld, morele verantwoordelijkheid, Want hierdoor komt het zwaartepunt te liggen op de sociale gevaarlijkheid van de crimineel. Het al dan niet hebben van schuldinzicht is dan van geen tel meer omdat normoverschrijdend gedrag deels een gevolg is van erfelijkheid 52. Daarnaast is er ook de Franse milieuschool (Lacassagne), die voornamelijk wijst op de invloed van de maatschappij op het individu. De oorzaak ligt niet zozeer bij de dader zelf, maar eerder bij de omgeving waarin hij gedijt 53. Het zal dan uiteindelijk Ferri zijn die in zijn bio-sociologische school beiden samenbrengt. Dit brengt belangrijke implicaties met zich mee voor het strafrechtelijk beleid dat tot dan toe werd gevoerd, gesteund op de ideeën van de Verlichting. Het beeld van de gedetermineerde mens komt centraal te staan 54, die omwille van bepaalde erfelijkheidsfactoren meer voorbestemd is tot crimineel gedrag in vergelijking met anderen. Misdadig gedrag is daarnaast ook een maatschappelijk fenomeen, waar heel wat onderliggende factoren aan ten grondslag liggen. Ook deze onderliggende factoren (armoede, werkloosheid, dakloos zijn, ontbreken van gezondheidszorg, ) dienen aangepakt te worden middels een strafrechtelijk beleid 55. Dit zal leiden tot een aanpak die enerzijds gericht is op het individu (pathologieën terugdringen, die 51 B. DE RUYVER, De strafrechtelijke politiek gevoerd onder de socialistische Ministers van Justitie E. Vandervelde, P. Vermeylen en A. Vranckx, Antwerpen, Kluwer, 1988, 74; E. MAES, Van gevangenisstraf naar vrijheidsstraf: 200 jaar Belgisch gevangeniswezen, Antwerpen, Maklu, 2009, D. WEBER, Homo Criminalis: Belgische parlementsleden over misdaad en strafrecht: , Brussel, VUBpress, 1996, A. NEYS en T. PETERS, De geschiedenis van het gevangeniswezen, in A. NEYS, T. PETERS, F. PIETERS, en J. VANACKER (eds.), Tralies in de weg. Het Belgische gevangeniswezen: historiek, balans en perspectieven, Leuven, Universitaire Pers, 1994, 18; D. WEBER, Homo Criminalis: Belgische parlementsleden over misdaad en strafrecht: , Brussel, VUBpress, 1996, B. DE RUYVER, De strafrechtelijke politiek gevoerd onder de socialistische Ministers van Justitie E. Vandervelde, P. Vermeylen en A. Vranckx, Antwerpen, Kluwer, 1988, 74; D. WEBER, Homo Criminalis: Belgische parlementsleden over misdaad en strafrecht: , Brussel, VUBpress, 1996, M. BOUVERNE-DE BIE, A. FLAVEAU en T. VANDER BEKEN, Strafrechtstheorie en welzijnswerk, in M. BOUVERNE-DE BIE, K. KLOECK, W. MEYVIS, R. ROOSE en J. VANACKER (eds.), Handboek Forensisch Welzijnswerk, Gent, Academia Press, 2002,

19 dikwijls een gevolg zijn van de arbeids- en leefomstandigheden van die tijd) en zich anderzijds toespitst op de maatschappij (onder andere het creëren van sociale vangnetten) 56. De consequente toepassing van de theorie van de geboren misdadiger, zonder enig schuldbesef, die door allerlei maatschappelijke invloeden aangezet wordt tot crimineel gedrag en omwille van zijn sociale gevaarlijkheid uit deze samenleving dient geïsoleerd te worden, zal leiden tot het in vraag stellen van de Magna Charta van het strafrecht 57. Legaliteit, proportionaliteit en subsidiariteit zijn overbodig als men enkel nog kijkt naar de sociale gevaarlijkheid van de dader en niet meer naar wat hij gedaan heeft 58. Bovendien laat deze theorie toe dat de overheid kan anticiperen en ingrijpen nog voor er sprake is van strafbaar gedrag, maar enkel en alleen omdat de persoon een gevaar zou kunnen vormen voor de samenleving dient deze te worden opgesloten 59. Het ongebreidelde geloof in de wetenschap als middel om het individu aan te passen aan de samenleving is de kern van het Positivisme. Als belangrijke premisse geldt echter wel dat ook deze samenleving aangepast is om het individu op te vangen. 56 E. MAES, Van gevangenisstraf naar vrijheidsstraf: 200 jaar Belgisch gevangeniswezen, Antwerpen, Maklu, 2009, M. BOUVERNE-DE BIE, A. FLAVEAU en T. VANDER BEKEN, Strafrechtstheorie en welzijnswerk, in M. BOUVERNE-DE BIE, K. KLOECK, W. MEYVIS, R. ROOSE en J. VANACKER (eds.), Handboek Forensisch Welzijnswerk, Gent, Academia Press, 2002, H. TUBEX, Van gevaarlijke misdrijfplegers naar langgestraften, in S. SNACKEN, Strafrechtelijk beleid in beweging, Brussel, VUBpress, 2002, X. ROUSSEAUX en D. WEBER, Les politiques pénales en Belgique, in D. HEIRBAUT, X. ROUSSEAUX en K. VELLE (eds.), Politieke en sociale geschiedenis van justitie in België van 1830 tot heden, Brugge, Die Keure, 2004,

20 Hoofdstuk 4: Oud Sociaal Verweer Het Oud Sociaal Verweer is niet alleen de meest belangrijke periode in onze Belgische strafrechtsgeschiedenis, het is tevens de periode waarin de Wet Lejeune uiteindelijk ook tot stand zal komen. Realisaties van het Oud Sociaal Verweer zijn einde de 19 e eeuw en vooral begin de 20 e eeuw terug te vinden. Niettemin waren er reeds enkele belangrijke figuren (waaronder Adolphe Prins) die eerder blijk hadden gegeven doordrongen te zijn van de invloed van het Oud Sociaal Verweer. De Belgische founding father is ongetwijfeld Adolphe Prins, die zowel uit het Positivisme als uit het Klassiek Strafrecht bepaalde elementen zal halen en samenbrengen tot een nieuwe denkrichting: het Oud Sociaal Verweer 60. De klemtoon komt te liggen op het verweer/beveiligen van de samenleving tegen gevaarlijke individuen 61. Belangrijk hierbij is dat het soort misdrijf een belangrijke aanwijzing vormt voor de graad van sociale gevaarlijkheid. Met het Oud Sociaal Verweer komt ook het inzicht dat bepaalde categorieën nu eenmaal niet thuishoren in de gevangenis. Het gaat om minderjarigen (jonger dan 16 jaar), landlopers en bedelaars, geestesgestoorden, waarvoor men beter een afzonderlijk regime voorziet 62. Dit is een kenmerk van het zogenaamde tweesporenbeleid dat door Adolphe Prins werd verdedigd. Enerzijds zijn er de daders die wel individueel verantwoordelijk kunnen gesteld worden voor hun daden, anderzijds zijn er de eerder genoemde categorieën die men uit het strafrecht dient te halen en waarvoor er op een beveiligingsmaatregel kan worden teruggevallen 63. Op die manier geldt voor het strafrecht een grotere onvoorspelbaarheid en meer diversifiëring met daarnaast ook een duidelijke keuze voor meer individualisering 64. Tegelijk vormt dit Oud Sociaal Verweer ook een tempering van het Positivisme: men behoudt de Strafwet wel nog steeds als maatstaf om te bepalen wat strafbaar is en waarvoor een overheidsingrijpen noodzakelijk is. Het wordt echter niet langer geduld dat de overheid zelf bepaalt dat een individu sociaal gevaarlijk is en om die reden in hechtenis plaatst. 60 H. TUBEX, Van gevaarlijke misdrijfplegers naar langgestraften, in S. Snacken, Strafrechtelijk beleid in beweging, Brussel, VUBpress, 2002, S. CHRISTIAENSEN, Destabilisatie en beheersing. De défense sociale -doctrine van A. Prins in het licht van zijn mens- en maatschappijvisie, Licentiaatsverhandeling Criminologie KUL 1985, 132; C. ELIAERTS en M. ROZIE, Toezicht op de uitvoering van de straf, RW , afl. 36, C. ELIAERTS en M. ROZIE, Toezicht op de uitvoering van de straf, RW , afl. 36, 2411.; E. MAES, Van gevangenisstraf naar vrijheidsstraf: 200 jaar Belgisch gevangeniswezen, Antwerpen, Maklu, 2009, 160; F. VERBRUGGEN, De oude Lejeune: oorsprong, achtergrond en ratio legis van de nieuwe regelgeving, in Y. VAN DEN BERGE, Dossiers Nieuwe Wetgeving: strafuitvoering, Brugge, Vandenbroele, 2007, A. NEYS en T. PETERS, De geschiedenis van het gevangeniswezen, in A. NEYS, T. PETERS, F. PIETERS, en J. VANACKER (eds.), Tralies in de weg. Het Belgische gevangeniswezen: historiek, balans en perspectieven, Leuven, Universitaire Pers, 1994, S. CHRISTIAENSEN, Destabilisatie en beheersing. De défense sociale -doctrine van A. Prins in het licht van zijn mens- en maatschappijvisie, Licentiaatsverhandeling Criminologie KUL 1985, 133; C. ELIAERTS, De herziening van de wet op de voorwaardelijke invrijheidstelling: op weg naar een strafuitvoeringsrecht?, Panopticon 1980,

21 Vandaag de dag zien we nog steeds restanten van dit tweesporenbeleid dat in deze periode werd ontwikkeld: voor geestesgestoorden is er de Wet op de Internering 65 van 1964, voor jongdelinquenten is er de Wet op de Jeugdbescherming 66 van Het strafrecht zal door deze nieuwe denkrichting ook voor het eerst sinds lang een bijkomende functie krijgen, naast de vergelding en de afschrikking: met name de resocialisatie 67. Men gelooft in de verbeterbaarheid van de mens die niet door en door gedetermineerd en onverbeterbaar is, maar mits een aangepaste strafuitvoering opnieuw in de samenleving kan participeren 68. Indien men slaagt in de resocialisatie van het individu is het van het grootste belang dat ook de omgeving waar hij in terecht komt voldoende is aangepast aan zijn terugkomst. Met andere woorden de maatschappij waar het fout liep heeft ook nood aan een makeover. Het zwaartepunt in het strafrechtelijk beleid zal daardoor op de strafuitvoering komen te liggen, die zoveel als mogelijk in functie staat van het resocialiseren van de gedetineerde 69. De strafrechtstheorie van het Oud Sociaal Verweer is opnieuw terug te koppelen aan zijn tijdsgeest. De eerste schoolstrijd die een situatie van politieke instabiliteit veroorzaakt heeft is nog maar net achter de rug, de Belgische Werkliedenpartij krijgt meer en meer voet aan de grond 70. Op sociaal-economisch vlak zorgt het industrialisme ervoor dat heel wat rijke industriëlen (Francqui, Solvay, ) 71 monopolieposities verwerven, maar waarbij ze geremd worden door de spanningen die heersen op het politieke niveau. Ook op maatschappelijk vlak heeft men te kampen met heel wat problemen van moreel verval: alcoholisme, kansspelen, verloedering van de goede zeden. Kortom, men had nood aan rust en zocht naar een consensus-samenleving die deze problemen het hoofd kon bieden. Daarbij kwamen de ideeën van het Oud Sociaal Verweer als geroepen, een consensus van het Klassiek Strafrecht en het Positivisme, een consensus tussen politiek, economie en het sociaal-economische aspect. 65 Wet van 1 juli 1964 tot bescherming van de maatschappij tegen abnormalen, gewoontemisdadigers en plegers van bepaalde seksuele strafbare feiten, BS 17 juli 1964 (nieuwe wet op de internering van 21 april 2007 is tot op heden nog steeds niet in werking). 66 Wet van 8 april 1965 betreffende de jeugdbescherming, BS 15 april K. BEYENS, De gevangenis uit en de gemeenschap in?, Ad Rem 2010, speciale editie, 39; B. DE RUYVER, De strafrechtelijke politiek gevoerd onder de socialistische Ministers van Justitie E. Vandervelde, P. Vermeylen en A. Vranckx, Antwerpen, Kluwer, 1988, R. FOQUE, Enige theoretische reflecties naar aanleiding van de wetten van 5 en 18 maart 1998 op de voorlopige invrijheidstelling, Orde van de Dag 1998, afl. 4, 70; A. NEYS en T. PETERS, De voorwaardelijke invrijheidstelling gekneld tussen individualisering en rechtspositieregeling, Panopticon 1988, C. ELIAERTS EN M. ROZIE, Toezicht op de uitvoering van de straf, RW , afl. 36, E. MAES, Van gevangenisstraf naar vrijheidsstraf: 200 jaar Belgisch gevangeniswezen, Antwerpen, Maklu, 2009, B. DE RUYVER, Het strafrechtelijk beleid in een postmoderne samenleving, in T. BALTHAZAR, J. CHRISTIAENS, M. COOLS, T. DECORTE, B. DE RUYVER, P. HEBBRECHT, P. PONSAERS, S. SNACKEN, P. TRAEST, T. VANDER BEKEN en G. VERMEULEN (eds.), Update in de criminologie: Het strafrechtssysteem in de Laatmoderniteit, Mechelen, Kluwer, 2004,

De toepassing van de voorwaardelijke invrijheidstelling in België

De toepassing van de voorwaardelijke invrijheidstelling in België De toepassing van de voorwaardelijke invrijheidstelling in België Een historische analyse Masterproef neergelegd tot het behalen van de graad Master in de criminologische wetenschappen door (00705778)

Nadere informatie

Suggesties voor een volgende editie, zijn welkom bij de auteur op Alle constructieve opmerkingen worden in dank aanvaard.

Suggesties voor een volgende editie, zijn welkom bij de auteur op Alle constructieve opmerkingen worden in dank aanvaard. Voorwoord Dit leerboek vormt een goede basis voor het opleidingsonderdeel strafrecht binnen een professionele bacheloropleiding. We denken hierbij in het bijzonder aan de afstudeerrichting Rechtspraktijk

Nadere informatie

Straffen bij de vleet

Straffen bij de vleet Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2014-2015 Straffen bij de vleet Een kwalitatief onderzoek naar de visie van rechtspractici betreffende het straffenarsenaal Masterproef van de

Nadere informatie

Elektronisch toezicht, een alternatief voor de vrijheidsstraf?

Elektronisch toezicht, een alternatief voor de vrijheidsstraf? FACULTEIT RECHTSGELEERDHEID Elektronisch toezicht, een alternatief voor de vrijheidsstraf? Masterproef neergelegd tot het behalen van de graad van Master in de criminologische wetenschappen door (00604109)

Nadere informatie

Achter tralies in België

Achter tralies in België Achter tralies in België Tom Daems Peter Pletincx Luc Robert Veerle Scheirs Angela van de Wiel Karen Verpoest (eds.) Achter tralies in België Tom Daems Peter Pletincx Luc Robert Veerle Scheirs Angela van

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 24 JUNI 2014 P.14.0929.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.14.0929.N F A H, veroordeelde tot een vrijheidsstraf, eiser, met als raadsman mr. Jürgen Millen, advocaat bij de balie te Tongeren. I.

Nadere informatie

De Verlichting. De Verlichting

De Verlichting. De Verlichting De Verlichting =18 de eeuwse filosofische stroming die de nadruk legt op rationaliteit (zelf nadenken), vrijheid en gelijkheid en dit toepast in alle maatschappelijke velden (politiek, economie, religie

Nadere informatie

Opgave 3 De burger als rechter

Opgave 3 De burger als rechter Opgave 3 De burger als rechter Bij deze opgave horen tekst 5 en de tabellen 2 en 3 uit het bronnenboekje. Inleiding Hoe behoren volgens het Nederlandse publiek veroordeelde plegers van misdrijven gestraft

Nadere informatie

De beperkte detentie als strafuitvoeringsmodaliteit: een evaluatie

De beperkte detentie als strafuitvoeringsmodaliteit: een evaluatie FACULTEIT RECHTSGELEERDHEID De beperkte detentie als strafuitvoeringsmodaliteit: een evaluatie Masterproef neergelegd tot het behalen van de graad van Master in de criminologische wetenschappen door (01000365)

Nadere informatie

De ontwikkeling van het Nederlandse gevangenisstelsel vanaf de 19 e eeuw.

De ontwikkeling van het Nederlandse gevangenisstelsel vanaf de 19 e eeuw. De ontwikkeling van het Nederlandse gevangenisstelsel vanaf de 19 e eeuw. Mei 2004 Simone van Esch ANR 304542 Universiteit van Tilburg Inhoud 1.0 Inleiding 2.0 Gevangenisstelsels in de 18 e eeuw. 2.1 Het

Nadere informatie

WALTER VAN STEENBRUGGE SCHULD EN BOETE. Graag zonder blinddoek

WALTER VAN STEENBRUGGE SCHULD EN BOETE. Graag zonder blinddoek WALTER VAN STEENBRUGGE SCHULD EN BOETE Graag zonder blinddoek D/2018/45/11 ISBN 978 94 014 4782 9 NUR 740 Vormgeving cover: Studio Lannoo Vormgeving binnenwerk: Studio Lannoo Zetwerk binnenwerk: Studio

Nadere informatie

Hoe punitief is België?

Hoe punitief is België? Hoe punitief is België? Editors: Ivo Aertsen Kristel Beyens Torn Daems Eric Maes Antwerpen / Apeldoorn Inhoud Voorwoord 9 Punitiviteitshypotheses in de criminologie. Slaan ze de nagel op de kop? 11 Tom

Nadere informatie

De terbeschikkingstelling van de regering/strafuitvoeringsrechtbank: een historisch overzicht en een vergelijking in de ruimte

De terbeschikkingstelling van de regering/strafuitvoeringsrechtbank: een historisch overzicht en een vergelijking in de ruimte Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2013-2014 De terbeschikkingstelling van de regering/strafuitvoeringsrechtbank: een historisch overzicht en een vergelijking in de ruimte Masterproef

Nadere informatie

Detentie in een open of halfopen gevangenis: een vergelijkende studie.

Detentie in een open of halfopen gevangenis: een vergelijkende studie. Vakgroep Criminologie, strafrecht & sociaal recht Detentie in een open of halfopen gevangenis: een vergelijkende studie. Masterproef neergelegd tot het behalen van de graad van Master in de criminologische

Nadere informatie

Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent

Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2011-12 HULPVERLENING EN STRAFUITVOERING: EEN SPANNINGSVELD IN DE VLAAMSE GEVANGENISSEN? Masterproef van de opleiding Master in de rechten Ingediend

Nadere informatie

Een analyse van vijf jaar werking van de strafuitvoeringsrechtbanken

Een analyse van vijf jaar werking van de strafuitvoeringsrechtbanken Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2014-15 Een analyse van vijf jaar werking van de strafuitvoeringsrechtbanken Masterproef van de opleiding Master in de rechten Ingediend door

Nadere informatie

Masterproef De externe rechtspositie van de gedetineerden doorgelicht

Masterproef De externe rechtspositie van de gedetineerden doorgelicht 2013 2014 FACULTEIT RECHTEN master in de rechten Masterproef De externe rechtspositie van de gedetineerden doorgelicht Promotor : Prof. dr. Bart SPRIET De transnationale Universiteit Limburg is een uniek

Nadere informatie

HERSTELBEMIDDELING (slachtoffer- dader bemiddeling)

HERSTELBEMIDDELING (slachtoffer- dader bemiddeling) HERSTELBEMIDDELING (slachtoffer- dader bemiddeling) DIENST Gent - Oudenaarde EEDVERBONDKAAI 285 9000 GENT DIENST Dendermonde OLV KERKPLEIN 30 9200 Dendermonde OOST-VLAANDEREN Voor wie? Slachtoffer/ daders

Nadere informatie

ADVIES. Conceptwetsvoorstel wijziging regelingen inzake detentiefasering en voorwaardelijke invrijheidstelling

ADVIES. Conceptwetsvoorstel wijziging regelingen inzake detentiefasering en voorwaardelijke invrijheidstelling ADVIES Conceptwetsvoorstel wijziging regelingen inzake detentiefasering en voorwaardelijke invrijheidstelling aan de Minister voor Rechtsbescherming naar aanleiding van het verzoek daartoe bij brief d.d.

Nadere informatie

Inhoud. Ten geleide. Avant propos. Woord vooraf. Inhoudsopgave. Hoofdstuk 1: Achtergrond en oriëntatie

Inhoud. Ten geleide. Avant propos. Woord vooraf. Inhoudsopgave. Hoofdstuk 1: Achtergrond en oriëntatie Inhoud Inhoud Ten geleide Avant propos Woord vooraf Inhoudsopgave Hoofdstuk 1: Achtergrond en oriëntatie 1 Intitiele opdracht 1.1 haalbaarheidscriteria 1.2 Definitie van het begrip integrale veiligheidszorg

Nadere informatie

Tijd van pruiken en revoluties 1700 1800

Tijd van pruiken en revoluties 1700 1800 Onderzoeksvraag: Op welke gebieden wilden de Verlichtingsfilosofen de bestaande maatschappij veranderen? Rationalisme = het gebruiken van gezond verstand (rede/ratio) waarbij kennis gaat boven tradities

Nadere informatie

Strafuitvoeringsrechtbanken

Strafuitvoeringsrechtbanken Strafuitvoeringsrechtbanken Op 1 februari 2007 traden de strafuitvoeringsrechtbanken in werking. Heel wat beslissingen die vroeger door de minister van justitie genomen werden, zullen nu door een rechter

Nadere informatie

Ontoerekeningsvatbaarheid

Ontoerekeningsvatbaarheid Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2011-12 Ontoerekeningsvatbaarheid Masterproef van de opleiding Master in de rechten Ingediend door Nele De Poortere Studentennummer: 00603689

Nadere informatie

DE VERSCHILLENDE VORMEN VAN VERVROEGDE INVRIJHEIDSTELLING IN BELGIË EN DAARBUITEN

DE VERSCHILLENDE VORMEN VAN VERVROEGDE INVRIJHEIDSTELLING IN BELGIË EN DAARBUITEN Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2008-09 DE VERSCHILLENDE VORMEN VAN VERVROEGDE INVRIJHEIDSTELLING IN BELGIË EN DAARBUITEN Het koningstuk van de strafuitvoering Masterproef van

Nadere informatie

Rechten van volwassenen in detentie: de basiswet voor volwassenen

Rechten van volwassenen in detentie: de basiswet voor volwassenen Rechten van volwassenen in detentie: de basiswet voor volwassenen Eric Maes Nationaal Instituut voor Criminalistiek en Criminologie Overzicht wetgevende initiatieven Prof. Lieven Dupont (2003): (...) vermoedelijk

Nadere informatie

De positie en de vrijheid van de individuele parketmagistraat

De positie en de vrijheid van de individuele parketmagistraat Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2015-2016 De positie en de vrijheid van de individuele parketmagistraat Masterproef in Master in de Rechten Jana Huyghe 01005987 Promotor: Prof.

Nadere informatie

Goede afspraken maken goede vrienden: het beroepsgeheim van de GGZ bij justitie-patiënten

Goede afspraken maken goede vrienden: het beroepsgeheim van de GGZ bij justitie-patiënten Goede afspraken maken goede vrienden: het beroepsgeheim van de GGZ bij justitie-patiënten 6 e Vlaamse GGZ-congres Macht en kracht. Zorgrelaties in verandering 18 en 19 september 2012, Antwerpen Freya Vander

Nadere informatie

DEEL 7. DE STRAFRECHTELIJKE SANCTIES 335

DEEL 7. DE STRAFRECHTELIJKE SANCTIES 335 XXVI DEEL 7. DE STRAFRECHTELIJKE SANCTIES 335 HOOFDSTUK 1. INLEIDING 335 HOOFDSTUK 2. DE STRAFFEN 336 Afdeling 1. Begrip en kenmerken 336 1. Het begrip straf 336 2. Kenmerken 337 Afdeling 2. Indeling van

Nadere informatie

Wederopsluiting na vrijlating uit de gevangenis

Wederopsluiting na vrijlating uit de gevangenis Wederopsluiting na vrijlating uit de gevangenis Luc ROBERT & Eric MAES (promotor) 16 februari 2012 Nationaal Instituut voor Criminalistiek en Criminologie OVERZICHT Intro: recidive-onderzoek in België

Nadere informatie

TUSSEN KLASSIEKE EN MODERNE CRIMINELE POLITIEK

TUSSEN KLASSIEKE EN MODERNE CRIMINELE POLITIEK TUSSEN KLASSIEKE EN MODERNE CRIMINELE POLITIEK LEVEN EN BELEID VAN JULES LEJEUNE Stef Christiaensen Universitaire Pers Leuven 2004 INHOUD Afkortingen 11 Voorwoord 13 Algemene inleiding 15 DEELI DE LEVENSSCHETS

Nadere informatie

Inhoudstafel - Memorie van toelichting

Inhoudstafel - Memorie van toelichting - Memorie van toelichting Hoofdstuk 1 Voorafgaande bepaling 31 Hoofdstuk 2 Het Strafwetboek 31 Inleiding 31 1. Algemeen 31 2. De bouwstenen voor een optimale strafwetgeving ( accuraat, coherent, eenvoudig

Nadere informatie

Strafuitvoeringsrechtbanken

Strafuitvoeringsrechtbanken v.u.: Jos Vander Velpen, Gebroeders De Smetstraat 75, 9000 Gent foto s: Lieven Nollet Strafuitvoeringsrechtbanken Gebroeders De Smetstraat 75 9000 Gent tijdstip eerste publicatie: februari 2007 - herwerking:

Nadere informatie

Werkstuk Levensbeschouwing Gevangeniswezen

Werkstuk Levensbeschouwing Gevangeniswezen Werkstuk Levensbeschouwing Gevangeniswezen Werkstuk door een scholier 1573 woorden 23 januari 2002 5,8 206 keer beoordeeld Vak Levensbeschouwing Inleiding Het gevangeniswezen. Hoe gaat het er in de gevangenissen

Nadere informatie

Strafuitvoeringsrechtbanken

Strafuitvoeringsrechtbanken Strafuitvoeringsrechtbanken Op 1 februari 2007 traden de strafuitvoeringsrechtbanken in werking. Heel wat beslissingen die vroeger door de minister van justitie genomen werden, zullen nu door een rechter

Nadere informatie

Het strafrechtelijk beleid inzake de overbevolking in de Belgische gevangenissen: naar een afdoende oplossing of slechts een doekje voor het bloeden?

Het strafrechtelijk beleid inzake de overbevolking in de Belgische gevangenissen: naar een afdoende oplossing of slechts een doekje voor het bloeden? FACULTEIT RECHTSGELEERDHEIDD Het strafrechtelijk beleid inzake de overbevolking in de Belgische gevangenissen: naar een afdoende oplossing of slechts een doekje voor het bloeden? Masterproef neergelegd

Nadere informatie

BIS: gevangen achter tralies? Is de bemiddeling in strafzaken een waardig alternatief voor gevangenisstraf?

BIS: gevangen achter tralies? Is de bemiddeling in strafzaken een waardig alternatief voor gevangenisstraf? Faculteit Rechtsgeleerdheid BIS: gevangen achter tralies? Is de bemiddeling in strafzaken een waardig alternatief voor gevangenisstraf? Scriptie neergelegd tot het behalen van de graad van Licentiaat in

Nadere informatie

Scenario s voor de gevangenis van de toekomst

Scenario s voor de gevangenis van de toekomst Scenario s voor de gevangenis van de toekomst Tom Vander Beken Studiedag Justitie 2020. Brussel, 3 maart 2016 t. +32 9 264 69 39 f. +32 9 264 69 71 tom.vanderbeken@ugent.be 1 Overzicht 2 1. Inleiding 2.

Nadere informatie

DE VERVROEGDE INVRIJHEIDSTELLING IN BELGIË: EVOLUTIE EN VOORUITBLIK

DE VERVROEGDE INVRIJHEIDSTELLING IN BELGIË: EVOLUTIE EN VOORUITBLIK Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2010-11 DE VERVROEGDE INVRIJHEIDSTELLING IN BELGIË: EVOLUTIE EN VOORUITBLIK Masterproef van de opleiding Master in de rechten Ingediend door Verbeiren

Nadere informatie

HET MOEILIJKE SAMENGAAN VAN

HET MOEILIJKE SAMENGAAN VAN HET MOEILIJKE SAMENGAAN VAN BESCHERMEN EN SANCTIONEREN Eef Goedseels Justitie 2020 3/3/2016 Opbouw Theorie Praktijk Afsluitende reflectie Historische aanloop Beschermingsrecht (cfr. sociaal verweer) Kritieken

Nadere informatie

Proeftoets E2 vwo4 2016

Proeftoets E2 vwo4 2016 Proeftoets E2 vwo4 2016 1. Wat zijn de twee belangrijkste redenen om rechtsregels op te stellen? A. Ze zijn een afspiegeling van wat het volk goed en slecht vindt en zorgen voor duidelijke afspraken om

Nadere informatie

OP WEG NAAR EEN BEGINSELENWET GEVANGENISWEZEN

OP WEG NAAR EEN BEGINSELENWET GEVANGENISWEZEN OP WEG NAAR EEN BEGINSELENWET GEVANGENISWEZEN Prof. Dr. L. Dupont (ed.) Proeve van Voorontwerp van Beginselenwet Gevangeniswezen en Tenuitvoeirlegging van Vrijheidsstraffen door Prof: Dr. Lieven Dupont

Nadere informatie

Masterproef Noodzaak van het elektronisch toezicht als autonome straf?

Masterproef Noodzaak van het elektronisch toezicht als autonome straf? 2013 2014 FACULTEIT RECHTEN master in de rechten Masterproef Noodzaak van het elektronisch toezicht als autonome straf? Promotor : Prof. dr. Bart SPRIET De transnationale Universiteit Limburg is een uniek

Nadere informatie

Strafuitvoeringsrechtbanken

Strafuitvoeringsrechtbanken Strafuitvoeringsrechtbanken v.u.: Jos Vander Velpen, Gebroeders De Smetstraat 75, 9000 Gent Gebroeders De Smetstraat 75 9000 Gent foto s: Lieven Nollet tijdstip eerste publicatie: februari 2007 - herwerking:

Nadere informatie

DE STRAFUITVOERINGSRECHTBANK DE STRAFUITVOERINGSRECHTER DE MINISTER VAN JUSTITIE

DE STRAFUITVOERINGSRECHTBANK DE STRAFUITVOERINGSRECHTER DE MINISTER VAN JUSTITIE DE STRAFUITVOERINGSRECHTBANK DE STRAFUITVOERINGSRECHTER DE MINISTER VAN JUSTITIE V.U. Eric Beaucourt 9000 Gent stand januari 2018-1 I.DE STRAFUITVOERINGSRECHTBANK 1.Algemeen. De Belgische strafuitvoeringsrechtbanken

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Inhoudsopgave. Woord vooraf 5. Opsporing en politie. Locomotieftekst De politie nu en morgen 7

Inhoudsopgave. Inhoudsopgave. Woord vooraf 5. Opsporing en politie. Locomotieftekst De politie nu en morgen 7 Inhoudsopgave Woord vooraf 5 Opsporing en politie De politie nu en morgen 7 Sociale controle tussen nu en straks 51 De burger als vergeten schakel 66 Eten van de boom van kennis 76 Men moet de politie

Nadere informatie

DEEL 7. DE STRAFRECHTELIJKE SANCTIES 337

DEEL 7. DE STRAFRECHTELIJKE SANCTIES 337 II DEEL 7. DE STRAFRECHTELIJKE SANCTIES 337 HOOFDSTUK 1. INLEIDING 337 HOOFDSTUK 2. DE STRAFFEN 338 Afdeling 1. Begrip en kenmerken 338 1. Het begrip straf 338 2. Kenmerken 339 Afdeling 2. Indeling van

Nadere informatie

Feiten en Achtergronden. Sanctietoepassing voor volwassenen. Terugdringen recidive door persoonsgerichte aanpak en nadruk op nazorg

Feiten en Achtergronden. Sanctietoepassing voor volwassenen. Terugdringen recidive door persoonsgerichte aanpak en nadruk op nazorg Sanctietoepassing voor volwassenen Terugdringen recidive door persoonsgerichte aanpak en nadruk op nazorg Oktober 2008 / F&A 8880 Ministerie van Justitie Directie Voorlichting Schedeldoekshaven 100 Postbus

Nadere informatie

Q&A s Levenslange gevangenisstraf (vragen en antwoorden)

Q&A s Levenslange gevangenisstraf (vragen en antwoorden) Q&A s Levenslange gevangenisstraf (vragen en antwoorden) 1. Hoeveel levenslanggestraften zijn er nu in NL? Op dit moment zijn er 33 mensen onherroepelijk veroordeeld tot levenslang. Dat betekent dat zij

Nadere informatie

Internering wet en regelgeving

Internering wet en regelgeving Internering wet en regelgeving Permanente Vorming Forensische Gedragswetenschappen - Universiteit Gent 23 oktober 2012 Tom Vander Beken & Walter Van Steenbrugge Inhoud 2 1. Internering? 2. Achtergronden

Nadere informatie

Grondslagen van het strafrecht

Grondslagen van het strafrecht Grondslagen van het strafrecht Minor, verbredend I. Algemene informatie 1. Naam van de minor: Grondslagen van het strafrecht 2. Taal van de minor: Nederlands (gebruik van anderstalig onderwijsmateriaal

Nadere informatie

Het pilootproject drugbehandelingskamer versus probatie: een vergelijkende studie

Het pilootproject drugbehandelingskamer versus probatie: een vergelijkende studie FACULTEIT RECHTSGELEERDHEID Het pilootproject drugbehandelingskamer versus probatie: een vergelijkende studie Masterproef neergelegd tot het behalen van de graad van Master in de criminologische wetenschappen

Nadere informatie

Oprichting van strafuitvoeringsrechtbanken (2004-03-31)

Oprichting van strafuitvoeringsrechtbanken (2004-03-31) Persbericht van de Ministerraad Oprichting van strafuitvoeringsrechtbanken (2004-03-31) Op voorstel van mevrouw Laurette Onkelinx, Vice-Eerste Minister en Minister van Justitie, keurde de Ministerraad

Nadere informatie

DE VOORWAARDELIJKE INVRIJHEIDS- STELLING VERSUS LEVENSLANG: EEN RECHTSVERGELIJKEND ONDERZOEK MET NEDERLAND

DE VOORWAARDELIJKE INVRIJHEIDS- STELLING VERSUS LEVENSLANG: EEN RECHTSVERGELIJKEND ONDERZOEK MET NEDERLAND DE VOORWAARDELIJKE INVRIJHEIDS- STELLING VERSUS LEVENSLANG: EEN RECHTSVERGELIJKEND ONDERZOEK MET NEDERLAND Aantal woorden: 42.961 Julie Bourguillioen Studentennummer: 01002370 Promotor: Prof. dr. Jelle

Nadere informatie

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE GENT 7 NOVEMBER 2017

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE GENT 7 NOVEMBER 2017 RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE GENT 7 NOVEMBER 2017 In de zaak van het openbaar ministerie tegen: S. V. G., zonder gekend beroep, geboren te Gent op ( ), wonende te ( ) beklaagd van: A. Hetzij door daden,

Nadere informatie

Aangenomen en overgenomen amendementen

Aangenomen en overgenomen amendementen Overzicht van stemmingen in de Tweede Kamer afdeling Inhoudelijke Ondersteuning aan De leden van de vaste commissie voor Veiligheid en Justitie Betreffende wetsvoorstel: 34126 Wijziging van het Wetboek

Nadere informatie

150 jaar Nieuwewandeling Gevangenis Gent

150 jaar Nieuwewandeling Gevangenis Gent 150 jaar Nieuwewandeling Gevangenis Gent 150 jaar Nieuwewandeling Gevangenis Gent [1862 2012] INHOUD 7 10 38 70 114 146 196 Voorwoorden Een blik in de oude doos. Gevangen in Gent voor 1862 Georges Martyn

Nadere informatie

Eindexamen maatschappijleer vwo I

Eindexamen maatschappijleer vwo I Vraag Antwoord Opgave 2 Strafrecht en volkswil Scores 14 maximumscore 2 Voorbeelden van juiste antwoorden zijn: kenmerk 1 Het zich afzetten tegen het politieke establishment / het gevestigde politieke

Nadere informatie

Bijlage 1. Inbreuken en strafbepalingen waarop een beroep kan gedaan worden op het vlak van eergerelateerd geweld

Bijlage 1. Inbreuken en strafbepalingen waarop een beroep kan gedaan worden op het vlak van eergerelateerd geweld Bijlage 1. Inbreuken en strafbepalingen waarop een beroep kan gedaan worden op het vlak van eergerelateerd geweld Inleidende opmerkingen: - Een fenomeen dat valt onder het begrip eergerelateerd geweld

Nadere informatie

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1 + 2

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1 + 2 Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1 + 2 Samenvatting door een scholier 2405 woorden 29 oktober 2013 1 1 keer beoordeeld Vak Methode Maatschappijleer Delphi HOOFDSTUK 1 De maatschappijàhet samenleven

Nadere informatie

EEN NIEUWE SPELER IN HET STRAFUITVOERINGSVELD

EEN NIEUWE SPELER IN HET STRAFUITVOERINGSVELD EEN NIEUWE SPELER IN HET STRAFUITVOERINGSVELD Onderzoek naar het nut van en de problemen bij de implementatie van de strafuitvoeringsrechtbank in het kader van de externe rechtspositie van gedetineerden

Nadere informatie

De gevangenisoverbevolking en de lange gevangenisstraf.

De gevangenisoverbevolking en de lange gevangenisstraf. FACULTEIT RECHTSGELEERDHEID De gevangenisoverbevolking en de lange gevangenisstraf. De voorwaardelijke invrijheidstelling en de Nederlandse situatie doorgelicht. Masterproef neergelegd tot het behalen

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 1 JULI 2014 P.14.0969.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.14.0969.N B., veroordeelde tot vrijheidsstraf, eiser, met als raadsman mr. Kris Luyckx, advocaat bij de balie te Antwerpen. I. RECHTSPLEGING

Nadere informatie

2de bach rechten. Strafrecht. samenvatting. uickprinter Koningstraat Antwerpen R18 4,20

2de bach rechten. Strafrecht. samenvatting. uickprinter Koningstraat Antwerpen  R18 4,20 2de bach rechten Strafrecht samenvatting Q uickprinter Koningstraat 13 2000 Antwerpen www.quickprinter.be R 1 R18 4,20 Online samenvattingen kopen via www.quickprintershop.be 2 SAMENVATTING: STRAFRECHT

Nadere informatie

Betreft: advies conceptwetsvoorstel wijziging regelingen inzake detentiefasering en voorwaardelijke invrijheidstelling Uw kenmerk:

Betreft: advies conceptwetsvoorstel wijziging regelingen inzake detentiefasering en voorwaardelijke invrijheidstelling Uw kenmerk: Ere-voorzitter Prof. mr. Pietervan Vollenhoven Postbus 93166 2509 AD Den Haag T 070 363 59 36 Ministerie van Justitie en Veiligheid T.a.v. de Minister voor Rechtsbescherming Zijne Excellentie de heer drs.

Nadere informatie

Bibliotheek Strafrecht Larcier... Hoofdstuk 1. Omschrijving van het onderwerp... 3

Bibliotheek Strafrecht Larcier... Hoofdstuk 1. Omschrijving van het onderwerp... 3 iii INHOUDSTAFEL Bibliotheek Strafrecht Larcier....................................... i ALGEMENE ORIËNTATIE Hoofdstuk 1. Omschrijving van het onderwerp........................ 3 Hoofdstuk 2. Actuele Belgische

Nadere informatie

Eindexamen maatschappijwetenschappen vwo I

Eindexamen maatschappijwetenschappen vwo I Opgave 5 Sociale veiligheid ontsleuteld 24 maximumscore 2 Ministerie van Binnenlandse Zaken (en Koninkrijksrelaties) heeft als taak (één van de volgende): 1 het bevorderen van de openbare orde en veiligheid

Nadere informatie

Eindexamen maatschappijleer vwo 2008-I

Eindexamen maatschappijleer vwo 2008-I Opgave 1 Tbs ter discussie 1 maximumscore 2 beveiliging van de samenleving Voorbeeld van juiste toelichting bij beveiliging van de samenleving: In de tekst staat dat er steeds minder mensen uitstromen

Nadere informatie

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE LIMBURG AFDELING HASSELT VAN 19 OKTOBER 2017

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE LIMBURG AFDELING HASSELT VAN 19 OKTOBER 2017 HA56.L2.3542-14 RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE LIMBURG AFDELING HASSELT VAN 19 OKTOBER 2017 INZAKE HET OPENBAAR MINISTERIE TEGEN BEKLAAGDE A. A., geboren te Beringen op ( ), wonende te ( ), Belg. In persoon.

Nadere informatie

ANGELSAKSISCHE SENTENCING GUIDELINES : EEN OPLOSSING VOOR HET PROBLEEM VAN DE DISPARITEIT IN DE BELGISCHE STRAFTOEMETING?

ANGELSAKSISCHE SENTENCING GUIDELINES : EEN OPLOSSING VOOR HET PROBLEEM VAN DE DISPARITEIT IN DE BELGISCHE STRAFTOEMETING? Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2010-2011 ANGELSAKSISCHE SENTENCING GUIDELINES : EEN OPLOSSING VOOR HET PROBLEEM VAN DE DISPARITEIT IN DE BELGISCHE STRAFTOEMETING? Masterproef

Nadere informatie

Tussenkomst Barbara Pas Plenaire vergadering 28 januari 2016

Tussenkomst Barbara Pas Plenaire vergadering 28 januari 2016 Tussenkomst Barbara Pas Plenaire vergadering 28 januari 2016 Wetsontwerp houdende wijzigingen van het strafrecht en de strafvordering en houdende diverse bepalingen inzake justitie (1418/1-17) Voorzitter,

Nadere informatie

TERRACOTTALEGER HET. & De erfenis van de eeuwige Keizer van China EXPO > PEDAGOGISCH DOSSIER JAAR LUIK GUILLEMINS TGV STATION

TERRACOTTALEGER HET. & De erfenis van de eeuwige Keizer van China EXPO > PEDAGOGISCH DOSSIER JAAR LUIK GUILLEMINS TGV STATION HET TERRACOTTALEGER & De erfenis van de eeuwige Keizer van China EXPO 23.12.16 23.04.17 PEDAGOGISCH DOSSIER 11-14 JAAR LUIK GUILLEMINS TGV STATION + 3 2 4 2 2 4 WWW. T E R R A C O T 4 9 3 8 TA - L I E

Nadere informatie

ARCHIEF VAN DE FDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE DIRECTORAAT-GENERAAL PENITENTIAIRE INRICHTINGEN

ARCHIEF VAN DE FDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE DIRECTORAAT-GENERAAL PENITENTIAIRE INRICHTINGEN ALGEMEEN RIJKSARCHIEF EN RIJKSARCHIEF IN DE PROVINCIËN ARCHIVES GÉNÉRALES DU ROYAUME ET ARCHIVES DE L ÉTAT DANS LES PROVINCES ARCHIEFBEHEERSPLANNEN EN SELECTIELIJSTEN TABLEAUX DE GESTION ET TABLEAUX DE

Nadere informatie

Internering van geestesgestoorden: de huidige en toekomstige regeling

Internering van geestesgestoorden: de huidige en toekomstige regeling Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2010-11 Internering van geestesgestoorden: de huidige en toekomstige regeling Masterproef van de opleiding Master in de rechten Ingediend door:

Nadere informatie

Misdaad, straf en herstel

Misdaad, straf en herstel Misdaad, straf en herstel Een herbezinning op het strafrecht en een aanzet tot een op herstel georiënteerd misdaadrecht Jacques Claessen Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleiding 1. Inleiding 1 2. De legitimiteitscrisis

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van de Penitentiaire beginselenwet, het Wetboek van Strafrecht en enige andere wetten in verband met de wijziging van de regeling inzake detentiefasering en voorwaardelijke invrijheidstelling

Nadere informatie

De interne en externe rechtspositieregeling van gedetineerden: een beknopt overzicht van enkele recente ontwikkelingen

De interne en externe rechtspositieregeling van gedetineerden: een beknopt overzicht van enkele recente ontwikkelingen De interne en externe rechtspositieregeling van gedetineerden: een beknopt overzicht van enkele recente ontwikkelingen Tom DAEMS en Elien GOOSSENS 1 De interne en externe rechtspositieregeling onderging

Nadere informatie

Het Imago van TBS in de Nederlandse samenleving. Resultaten van een representatief imago-onderzoek, Symposium 29 oktober 2015

Het Imago van TBS in de Nederlandse samenleving. Resultaten van een representatief imago-onderzoek, Symposium 29 oktober 2015 Het Imago van TBS in de Nederlandse samenleving Resultaten van een representatief imago-onderzoek, Symposium 29 oktober 2015 Een onderzoek naar het imago van (de beeldvorming rondom) TBS Waarom behoefte

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE WOORD VOORAF BEKNOPTE BIBLIOGRAFIE XVII LIJST VAN DE VOORNAAMSTE WETGEVING XIX

INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE WOORD VOORAF BEKNOPTE BIBLIOGRAFIE XVII LIJST VAN DE VOORNAAMSTE WETGEVING XIX INHOUDSOPGAVE WOORD VOORAF BEKNOPTE BIBLIOGRAFIE LIJST VAN DE VOORNAAMSTE WETGEVING V XVII XIX I. INLEIDING TOT DE STUDIE VAN HET STRAFRECHT 1 A. BEGRIPSBEPALING 2 I. Bepaling van het strafrecht 2 II.

Nadere informatie

Datum 28 februari 2013 Onderwerp Beantwoording kamervragen over vervolgingen en veroordelingen wegens majesteitsschennis

Datum 28 februari 2013 Onderwerp Beantwoording kamervragen over vervolgingen en veroordelingen wegens majesteitsschennis 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den

Nadere informatie

DBK: Het Gents Model Concept & implementatie Organisatie vanuit Justitie en vanuit Hulpverlening

DBK: Het Gents Model Concept & implementatie Organisatie vanuit Justitie en vanuit Hulpverlening DBK: Het Gents Model Concept & implementatie Organisatie vanuit Justitie en vanuit Hulpverlening 1 INHOUD PRESENTATIE I. Belgisch drugbeleid II. O.M. en problematisch druggebruik III.De rechtbank en problematisch

Nadere informatie

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE GENT VAN 15 SEPTEMBER 2015

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE GENT VAN 15 SEPTEMBER 2015 Not.nr. : GE45.FJ.4277/14-Sw4 RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE GENT VAN 15 SEPTEMBER 2015 in de zaak van het openbaar ministerie tegen: Stéphane Michel Christian W., zonder beroep, geboren te Boussu op (

Nadere informatie

Descartes schreef dat er geen ander land was "où l'on puisse jouir d'une liberté si entière" (waar men een zo volledige vrijheid kan genieten)

Descartes schreef dat er geen ander land was où l'on puisse jouir d'une liberté si entière (waar men een zo volledige vrijheid kan genieten) Verslag 25 mei 2018, Salon der Verdieping: Spinoza s politieke filosofie De bespreking van de politieke filosofie doe ik aan de hand van zijn belangrijkste politieke werk, te weten het Theologisch-politiek

Nadere informatie

JUSTITIE 2020 JUST 2020 I. Colloquium - donderdag 3 maart Pachecolaan, Brussel

JUSTITIE 2020 JUST 2020 I. Colloquium - donderdag 3 maart Pachecolaan, Brussel JUSTITIE 2020 Colloquium - donderdag 3 maart 2016 PACHECO CENTER Pachecolaan, 13 1000 Brussel JUST 2020 I RECHT VOORUIT JUST 2020 I recht VooruiT JUSTITIE 2020 Colloquium - donderdag 3 maart 2016 Justitie

Nadere informatie

Verkorte inhoudsopgave

Verkorte inhoudsopgave Verkorte inhoudsopgave Gebruikte afkortingen 17 I Inleiding, onderzoeksvragen en onderzoeksmethoden 19 1 Inleiding 19 2 Meervoudige aansprakelijkstelling nader beschouwd 20 2.1 Een omschrijving van meervoudige

Nadere informatie

De jaarlijkse statistieken van de hoven en de rechtbanken

De jaarlijkse statistieken van de hoven en de rechtbanken Wegwijs in justitie In de hoofdrol bij justitie De instellingen Meer informatie Justitie in de praktijk De jaarlijkse statistieken van de hoven en de rechtbanken [ Gegevens 2003 ] Notariaat Met dank aan

Nadere informatie

Het bestaan van een hiërarchie binnen de jeugdbeschermingsmaatregelen?

Het bestaan van een hiërarchie binnen de jeugdbeschermingsmaatregelen? Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2014-2015 Het bestaan van een hiërarchie binnen de jeugdbeschermingsmaatregelen? Masterproef van de opleiding 'Master in de Rechten' Ingediend

Nadere informatie

Nederlands (nieuwe stijl) en Nederlands, leesvaardigheid (oude stijl)

Nederlands (nieuwe stijl) en Nederlands, leesvaardigheid (oude stijl) Nederlands (nieuwe stijl) en Nederlands, leesvaardigheid (oude stijl) Examen VWO Vragenboekje Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Maandag 19 mei 9.00 12.00 uur 20 03 Voor dit examen zijn

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 9 APRIL 2019 P.18.1208.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.18.1208.N W A V, beklaagde, eiser, met als raadsman mr. Tom De Clercq, advocaat bij de balie Gent. I. RECHTSPLEGING VOOR HET HOF Het

Nadere informatie

KATHOLIEKE UNIVERSITEIT LEUVEN FACULTEIT RECHTSGELEERDHEID Academiejaar 2013-2014. Promotor: Prof. Dr. F. VERBRUGGEN Begeleider: G.

KATHOLIEKE UNIVERSITEIT LEUVEN FACULTEIT RECHTSGELEERDHEID Academiejaar 2013-2014. Promotor: Prof. Dr. F. VERBRUGGEN Begeleider: G. KATHOLIEKE UNIVERSITEIT LEUVEN FACULTEIT RECHTSGELEERDHEID Academiejaar 2013-2014 Het recht van gedetineerden op ongezonde of immorele legale activiteiten in het licht van het normaliseringsbeginsel: bezoek

Nadere informatie

ALTERNATIEVEN VOOR INTERNERING

ALTERNATIEVEN VOOR INTERNERING ALTERNATIEVEN VOOR INTERNERING Aantal woorden: 49.600 Valeska De Pauw Studentennummer: 01308267 Promotor: Prof. dr. Tom Vander Beken Commissaris: Prof. dr. Wendy De Bondt Masterproef voorgelegd voor het

Nadere informatie

Waarom Koers & kansen?

Waarom Koers & kansen? Waarom Koers & kansen? Dalende criminaliteit, minder mensen die straf krijgen Minder lange gevangenisstraffen opgelegd door rechter Criminelen hebben vaak ook andere problemen, bijvoorbeeld psychologische

Nadere informatie

Eindexamen maatschappijleer

Eindexamen maatschappijleer Opgave 3 Criminaliteit in Nederland tekst 1 2 30 3 40 4 In Nederland worden per jaar zo n vijf en een half miljoen misdrijven gepleegd. Ruim anderhalf miljoen daarvan komt ter kennis van de politie. Uiteindelijk

Nadere informatie

Individualisering van de straftoemeting: good practices.

Individualisering van de straftoemeting: good practices. FACULTEIT RECHTSGELEERDHEID Individualisering van de straftoemeting: good practices. Masterproef neergelegd tot het behalen van de graad van Master in de criminologische wetenschappen door (01200125) (Jorine

Nadere informatie

Rapport. Oordeel. Op basis van het onderzoek vindt de Nationale ombudsman de klacht over het Openbaar Ministerie gegrond.

Rapport. Oordeel. Op basis van het onderzoek vindt de Nationale ombudsman de klacht over het Openbaar Ministerie gegrond. Rapport Een onderzoek naar klachten over het niet eerder seponeren van een strafzaak en over het doorsturen van een verzoek om schadevergoeding naar de rechtbank. Oordeel Op basis van het onderzoek vindt

Nadere informatie

TBS uit de gratie. K.P.M.A. Muis L. van der Geest

TBS uit de gratie. K.P.M.A. Muis L. van der Geest K.P.M.A. Muis L. van der Geest Samenvatting en conclusies in hoofdpunten In 2008 en 2009 is er sprake van een opvallende daling van het aantal tbs-opleggingen met bevel tot verpleging. Het is onwaarschijnlijk

Nadere informatie

NEDERLANDSE ACCENTEN IN HET VEILIGHEIDSBELEID VAN DE EUROPESE UNIE

NEDERLANDSE ACCENTEN IN HET VEILIGHEIDSBELEID VAN DE EUROPESE UNIE NEDERLANDSE ACCENTEN IN HET VEILIGHEIDSBELEID VAN DE EUROPESE UNIE ACTA FALCONIS XIV NEDERLANDSE ACCENTEN IN HET VEILIGHEIDSBELEID VAN DE EUROPESE UNIE Cyrille Fijnaut Lecture Series Dirk Van Daele (ed.)

Nadere informatie

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 6

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 6 Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 6 Samenvatting door M. 804 woorden 17 juni 2013 5,5 2 keer beoordeeld Vak Methode Geschiedenis Bronnen Samenvatting geschiedenis Hoofdstuk 6 Burgers en stoommachines,

Nadere informatie

Langgestrafte veroordeelden in de SURB-wachtkamer voor VI

Langgestrafte veroordeelden in de SURB-wachtkamer voor VI Langgestrafte veroordeelden in de SURB-wachtkamer voor VI Eric MAES & Carrol TANGE Nationaal Instituut voor Criminalistiek en Criminologie Databron en onderzochte populatie Module SUR SIDIS-Griffie (DGEPI)

Nadere informatie

Voorwoord. Lawbooks Grondslagen van Recht ( ) Beste student(e),

Voorwoord. Lawbooks Grondslagen van Recht ( ) Beste student(e), Grondslagen van Recht Week 3 2018 2019 Voorwoord Beste student(e), Voor je ligt de samenvatting van de stof van Hoofdstuk 14 van het boek Hoofdlijnen, dat voorgeschreven wordt in week 3. Aanvankelijk hebben

Nadere informatie

Bibliotheek Strafrecht Larcier... Voorwoord...

Bibliotheek Strafrecht Larcier... Voorwoord... vii INHOUDSTAFEL Bibliotheek Strafrecht Larcier....................................... Voorwoord..................................................... i iii Hoofdstuk 1. Inleiding historisch overzicht.........................

Nadere informatie