Schoolgids

Transcriptie

1 Schoolgids De schoolgids wordt ieder jaar uitgebracht en is bedoeld voor ouders, leerlingen en andere belangstellenden. In de gids staat informatie die gedurende het jaar van belang kan zijn. Meer informatie kunt u vinden op onze websites en Voor meer informatie kun u altijd contact opnemen met een van de vestigingen. U kunt ook vragen stellen per mail info@tschip.nl Jan van der Wel, Directeur het Schip Deze schoolgids is vastgesteld door het bevoegd gezag d.d. 1 augustus 2013 Deze brochure is geschreven en gemaakt door het Schip Gebruik en duplicatie van de inhoud is niet toegestaan zonder overleg met de school

2 Inhoudsopgave Speciaal onderwijs, aanmelding, plaatsing en vestigingen 3 De begeleiding van de jongeren 5 Onderwijs op het Schip 6 De veilige school 8 De schooltijden 10 Activiteitenplan 11 Schoolverzuim 13 Financiële bijdrage ouders en sponsoring 14 Als er klachten zijn 15 Wie werken er 16 Adres en telefoon 19 Medezeggenschapsraad 20 In-uitstroomcijfers 21 De vestigingen Chez Nous 24 De Mast 25 De Sluis 28 Projectleerlingen; loods/rebound-herstart-op de rails 32 Bijlagen: - Kwaliteitszorg t.b.v. de schoolgids 33 - Beleid binnen Attendiz over de/het informatieplicht-/recht 35 - Protocol time out, (tijdelijke) verwijdering, interne overplaatsing 38 2

3 Het Schip, Stichting Attendiz en REC Oost Nederland Het Schip valt onder de verantwoordelijkheid van de Stichting Attendiz Deze stichting heeft diverse scholen voor speciaal onderwijs en voortgezet speciaal onderwijs onder haar beheer. Iedere school wordt geleid door een schooldirecteur. De verschillende scholen zijn ondergebracht in drie divisies. Iedere divisie wordt aangestuurd door een divisiedirecteur. Het Schip valt binnen de vso-divisie. De naam van de divisiedirecteur is Chiel Daanen. De drie divisiedirecteuren vallen direct onder de bestuurder van de stichting Attendiz. De naam van de bestuurder is Ruud Zeeuwen. Regionaal Expertise Centrum (REC) Een REC is een samenwerkingsverband van scholen voor speciaal onderwijs. Een belangrijk onderdeel van het REC is de Commissie voor Indicatiestelling. Deze commissie is gemachtigd om beschikking voor het speciaal onderwijs of voor een zogenaamde rugzak- bekostiging af te geven. Het Schip is onderdeel van Regionaal expertise centrum Oost Nederland voor leerlingen met gedragsstoornissen en/of psychiatrische stoornissen Om in aanmerking te komen voor plaatsing op het Schip moet er een indicatie aangevraagd worden. Indien er sprake is van plaatsing in een traject Rebound, Op de Rails of Herstart is er geen indicatie nodig. Er zijn voorwaarden verbonden aan plaatsing in een van deze trajecten. Aanmelding Formeel mogen alleen de ouders/verzorgers hun kind aanmelden voor onze school. Dit gebeurt altijd in overleg met de vorige school. Nadat door de vorige school en de ouders de benodigde formulieren zijn ingevuld worden betrokkenen uitgenodigd voor een intakegesprek met een van de intakefunctionarissen van het Schip. Het Schip kan de ouders en anderen ondersteunen bij het invullen van de genoemde rapportages. Alle genoemde formulieren worden doorgestuurd naar de Commissie van Indicatiestelling te Deventer. Deze commissie beoordeelt (tot ) of uw kind recht heeft op plaatsing bij het Schip. Mocht dat zo zijn dan krijgen de ouders en het Schip daarover bericht en kan samen met de ouders het ontwikkelingsperspectief worden opgesteld. Bij wie aanmelden? Loes Fransen, voor de vestigingen in Enschede. Jan van der Wel, voor de vestiging de Sluis in Oldenzaal. 3

4 Plaatsing Als een ouder/verzorger de jongere aanmeldt, is er een intakegesprek met een van de intakefunctionarissen. In overleg met de ouders/verzorgers wordt beslist op welke vestiging de jongere het beste tot zijn/ haar recht komt. Er wordt hierbij rekening gehouden met leeftijd en het te verwachten uitstroomperspectief. Doelstelling is het zo snel mogelijk schakelen naar die vorm van onderwijs of arbeid waarin de jongere zich normaal gesproken moet kunnen handhaven en ontwikkelen. Aanbod van uitstroomprofielen onderwijs en arbeidsmarktgericht op de drie vestigingen van het Schip. 4

5 De vestigingen van het Schip Het Schip is een school voor ongeveer 120 jongeren. Deze jongeren zitten niet allemaal in 1 gebouw maar zijn verdeeld over drie vestigingen. Chez Nous De Mast De Sluis (Oldenzaal) De begeleiding van de jongeren Centraal in de begeleiding van de leerlingen van Het Schip staat de sociaal emotionele ontwikkeling door middel van planmatige gedragsbeïnvloeding. Uitgangspunt voor iedereen binnen de school is toewerken naar zelfverantwoordelijke zelfbepaling. De leerlingen van Het Schip worden optimaal toegerust om zelfstandig hun rol in de maatschappij te vervullen. Op het Schip wordt gewerkt met een individueel ontwikkelingsperspectiefplan (OPP). Dit plan wordt samen met de leerling en de ouders/verzorgers opgesteld en hierin wordt op individueel niveau het perspectief besproken en vastgelegd. Aan het perspectief wordt het best passende uitstroomprofiel gekoppeld met daarbinnen de leerroute om te komen tot het perspectief. Twee keer per jaar wordt het OPP besproken met de leerling en zijn of haar ouders/verzorgers en geëvalueerd. Daar waar nodig wordt het OPP bijgesteld om het perspectief te behalen 5

6 Uitstroom en schakelen Externe stage (AGL) of proefplaatsing op school Uitstroomprogramma is in gang gezet Vast programma met een uitstroom richting Vast programma. Nog geen uitstroom richting Doet activiteiten zonder langere structuur Kan geen geregeld programma aan. Kan geen programma aan. Gestapelde problemen 0 Niet begeleidbaar Fase 1: Intake & start Beschrijving startpositie Fase 2: Pré Assessment Beschrijving persoonlijke competenties PORTFOLIO Fase 3: Assessment Beschrijving vaardigheids competenties PORTFOLIO Fase 4: Stage of proefplaats Beschrijving stage competenties PORTFOLIO Fase 5: uitstroom Beschrijving overdracht PORTFOLIO Het portfolio beschrijft de ontwikkeling van de jongere. De jongere is eigenaar van het portfolio en bepaalt wat er in komt en hoe het wordt ingezet. De uitstroomgerichte leerroute. Portfolio Tijdens de hele periode op school houdt de jongere een (digitaal) portfolio bij. In dat portfolio staat wie hij is, wat hij wil bereiken, hoe hij dat wil bereiken en, bovenal, staat er in het portfolio alles wat de jongere al heeft gedaan met beeld en woord. Het onderwijs op het Schip Op het Schip proberen we een passend antwoord te geven op de onderwijs(ondersteunings)vragen van onze leerlingen. De begeleiding van jongeren wordt door planmatig handelen vorm gegeven. De jongeren worden voorbereid op het leven na school. Wonen, werken, leren, vrijetijdsbesteding en maatschappelijke participatie zijn daarom belangrijke pijlers waarop het onderwijs zich richt. Alle leerlingen volgen praktijkvakken in de sectoren zorg en welzijn, techniek, groen en economie(horeca). In de onderbouw krijgen de jongeren vaktechnische zaken aangeboden die hen helpen zelfredzaam te zijn/worden in hun woonsituatie, zodat alle activiteiten binnen de praktijkvakken bijdragen tot een goede transitie van de leerling naar een optimale maatschappelijke positie. Tegelijkertijd kunnen de leerlingen zich via deze brede basis oriënteren op de keuze voor een te kiezen profiel i.v.m. de schakeling naar het regulier V.O. 6

7 Stages (praktische sector oriëntatie) of sector. In het uitstroomprofiel arbeidsmarkgericht gaat de oriëntatie op de vier sectoren in de bovenbouw over in beroepsvormend onderwijs dat gericht is op één sector. Hierbij kunnen de leerlingen van het Schip kiezen tussen de sectoren economie, zorg & welzijn, groen en techniek. De praktijkvakken staan in het teken van het onderhouden van algemene werknemersvaardigheden en het opdoen van beroep specifieke vaardigheden. Waar in de oriëntatiefase de nadruk op het ik ligt, gaat in de beroepsvoorbereidende fase de aandacht geleidelijk van het gericht zijn op het ik naar gericht zijn op ik en de ander. Jongeren kunnen zich kwalificeren door het behalen van (branche erkende) certificaten. Leerlingen die uitstromen naar onderwijs volgen in principe het programma van het regulier V.O. Bij de leerlingen die uitstromen naar arbeid, de leerwerktrajecten van de Kapstok of het MBO (entreeopleiding) ligt de nadruk bij het algemeen vormend onderwijs op de vakken rekenen, taal en Engels. Hiervoor kunnen IVIO diploma s behaald worden. Tegelijkertijd staat het onderwijsaanbod van genoemde vakken in dienst van de ontwikkeling richting de arbeidsmarkt en wordt niet alleen meer als los vak aangeboden, maar vindt ook toegepast plaats in de praktijkvakken en tijdens de lessen op locatie. Stages worden vaak ingezet als onderdeel van de uitstroomgerichte leerroute, als oriëntatie op toekomstmogelijkheden binnen en in het kader van arbeid en in het kader van de profielkeuze voor het 3de leerjaar van het VMBO of in het kader van de maatschappelijke stage. Jongeren kunnen vanaf 14 jaar stage lopen. Andere activiteiten Naast het aanbod van de studie- en de praktijkvakken worden er op het Schip activiteiten aangeboden in het kader van sport en bewegen, culturele oriëntatie en creatieve expressie, mens en maatschappij, ICT en schoolkampen (projectweken). Tenslotte worden er een aantal specifieke activiteiten aangeboden waaronder gastlessen. Voor meer informatie verwijzen we U naar het schoolplan. U kunt dit downloaden van de websites. 7

8 Veilige school Het Schip vindt het heel belangrijk dat het veilig is voor iedereen en dat er een goede sfeer heerst op de vestigingen. Die sfeer heeft met een aantal dingen te maken: De uitstraling van de school. De omgeving en inrichting van de school. De manier van omgaan met elkaar. Het Schip vindt dat leerlingen zich veilig en op hun gemak op school moeten voelen. Daarom is er veel aandacht aan wederzijds respect en elkaar serieus nemen. Daarnaast schenkt de school aandacht aan de veiligheid in het kader van het milieu, de omgang met materiaal en de omgang met gereedschap. Het Schip wil graag een duurzame school zijn. Een open school Het Schip wil graag een open school zijn. Iedereen kan altijd bellen of binnenlopen. Elk moment kunnen ouders/verzorgers of instanties informatie krijgen en vragen stellen. Het Schip geeft veel aandacht en tijd aan een prettig, veilig en open schoolklimaat. In het lesprogramma wordt daarom veel aandacht geschonken aan het omgaan met elkaar als leerlingen, omgaan met de begeleiding, omgaan met jezelf en het omgaan met het werk dat je moet doen. Arbeidsomstandigheden De arbeidsomstandigheden zijn belangrijk op het Schip. Veiligheid staat voorop in elke leerwerkplaats. Alle veiligheidsmaatregelen die nodig zijn om risico's te verkleinen worden genomen. Mochten er toch ongelukken gebeuren, dan is er een protocol schoolveiligheid op school. In het protocol staan o.a. ook zaken die te maken hebben met pesten en ongewenste intimiteiten. 8

9 Meldcode huiselijk geweld Vanaf 1 juli 2013 zijn beroepskrachten door de Rijksoverheid verplicht gesteld om de meldcode Huiselijk geweld en Kindermishandeling te gebruiken bij signalen van geweld. Beroepskrachten zijn ook leerkrachten, onderwijsassistenten, zorgcoördinatoren en andere medewerkers binnen onze school. Voor onze school, en voor alle andere Attendiz scholen, heeft ons bestuur een meldcode vastgesteld die in 5 stappen beschrijft wat te doen bij vermoedens van geweld: - Stap 1: in kaart brengen van signalen - Stap 2: collegiale consultatie - Stap 3: gesprek met de betrokkenen -Stap 4:weeg de aard en ernst af van het huiselijk geweld of de kindermishandeling - Stap 5: Beslissen: zelf hulp organiseren of melden Wij hebben de meldcode specifiek gemaakt door een aandachtsfunctionaris aan te wijzen. Binnen onze school is dat Warner Braspenning. Hij heeft hiertoe een opleidingstraject gevolgd en helpt bij het doorlopen van alle stappen. 9

10 De schooltijden Maandag ,75 uur Dinsdag ,75 uur Woensdag uur Donderdag ,75 uur Vrijdag ,75 uur Per week 27 uur Tussen de middag wordt er samen met de werkers gegeten en gepauzeerd. Bijzondere omstandigheden kunnen ervoor zorgen dat afgeweken moet worden van de gangbare schooltijden. Dit wordt in overleg geregeld. Zie verder het Activiteitenplan. Als lessen uitvallen Het komt voor dat werkers op het Schip ziek of afwezig zijn. In dat geval is meestal de leerwerkplaats gesloten, of de activiteit wordt overgenomen door een andere werker. Als een leerwerkplaats gesloten is worden leerlingen binnen school opgevangen. Als leerlingen geen school hebben, buiten de vakantie, krijgen ouders of verzorgers altijd bericht. 10

11 Activiteitenplan Totaal aantal uren / dagen tot en met ,75 Vakantiedata en vrije dagen Herfstvakantie Maandag tot en met Vrijdag (5 dagen) 27,00 Kerstvakantie Maandag tot en met Vrijdag (10 dagen) 54,00 Voorjaarsvakantie Maandag tot en met Vrijdag (5 dagen) 27,00 Goede Vrijdag Vrijdag (1 dag) 5,75 Tweede Paasdag Maandag (1 dag) 5,75 Meivakantie Maandag tot en met Vrijdag (10 dagen) 54,00 Hemelvaart Donderdag tot en met Vrijdag (2 dagen) 11,50 Pinksteren Maandag (1 dag) 5,75 Zomervakantie VSO Maandag tot en met Vrijdag (30 dagen) 162,00 Totaal aantal uren/dagen vakantie 352,75 Totaal aantal uren onderwijs 1.057,00 Minimum uren onderwijs 1.000,00 Resteert 57,00 Maximaal 7 studiedagen 40,25 Marge 16,75 11

12 Op de eerste vrijdag van elke nieuwe maand zijn de leerlingen om uur vrij in verband met de plenaire personeelsvergadering. De studiedagen worden nog ingepland. Aangezien de leerlingen tijdens de studiedagen vrij zijn ontvangt u hiervan tijdig bericht. Van elke leerling kan verwacht worden dat hij participeert binnen schoolkampen die onderdeel zijn van het lesprogramma. Wijziging van de dagelijkse activiteiten: 5/12 sinterklaasviering 20/12 kerstviering. Laatste schooldag. schoolsportactiviteiten schoolkampen leerwerkkampen excursies stages calamiteiten Deze activiteiten zijn nog nader in te vullen, want ze zijn afhankelijk van diverse factoren. 12

13 Schoolverzuim Het is belangrijk dat leerlingen regelmatig naar school gaan. Daarom wordt er op het Schip scherp op toegezien dat jongeren niet zo maar thuis blijven. Elke dag wordt bijgehouden of een leerling er is. Als een leerling niet naar school kan komen moet de jongere bij de vestigingsleider afgemeld worden door ouders/verzorgers. Dat kan met een brief of door telefonisch contact op te nemen met de betreffende vestiging. Als een jongere niet op school is, zonder dat het bekend is op school, wordt er naar huis gebeld. Als het regelmatig voorkomt dat een leerling zonder reden niet op school komt wordt contact opgenomen met de leerplichtambtenaar van de gemeente waar de jongere woont. Hiervoor is er een protocol opgesteld. In het onderstaande schema staat ons protocol m.b.t. verzuim. fase situatie wat Wie 0 Er is geen schoolverzuim. Er is geen melding nodig. De mentor bewaakt het Een leerling komt zo nu en dan ongeoorloofd niet op school Het verzuim telefonisch aan leerplicht doorgeven. Er wordt nog geen afspraak gemaakt over wie er wat gaat ondernemen. proces de vestigingsleider 1/2 Een leerling komt veelvuldig onregelmatig op school. Het verzuim wordt doorgegeven en gezamenlijk wordt afgesproken of er actie wordt ondernomen en door wie. Vestigingsleider en de leerplicht. 2 Een leerling komt twee weken ongeoorloofd niet op school Het verzuim wordt telefonisch doorgegeven aan leerplicht. In gezamenlijk overleg wordt een actieplan opgesteld.* De jongere kan aangemeld worden voor een bezoek aan de jeugdarts van de GGD. De vestigingsleider en de leerplichtambtenaar. 3 Een leerling is volledig uit beeld. School en leerplicht houden elkaar op de hoogte van de stappen die in fase twee zijn afgesproken. De vestigingsleider en de leerplichtambtenaar. Eventueel melden in het wijkzorgteam, indien er meervoudige risico s zijn. NB: Elke dag te laat is ook schoolverzuim. Gedekt schoolverzuim is ook schoolverzuim en verdachte ziekmelding kan aanleiding zijn voor melden bij de leerplicht. 13

14 Financiële bijdrage van ouders/verzorgers Ouders/verzorgers betalen geen vast bedrag aan de school. Als leerlingen op kamp gaan is het gebruikelijk dat een eigen bijdrage wordt gevraagd van 9,00 per dag. Dat geld is bedoeld om eten en drinken te kopen en om activiteiten te bekostigen. Voor de IVIO examens wordt een bijdrage gevraagd van 15,00 per examen. Daarnaast kan het voorkomen dat een bijdrage wordt gevraagd voor bijzondere activiteiten (schoolreis, sinterklaascadeau etc.) of een werkstuk. Als ouders/verzorgers problemen hebben met de betaling van het een en ander kan er altijd contact opgenomen worden met school. Samen kunnen we dan proberen een regeling te treffen. Sponsoring De school kan een beroep doen op de financiële ondersteuning door diverse fondsen. Het geld wordt besteed aan een van tevoren gesteld doel. Sponsoring door bedrijven of instellingen is mogelijk als het de inhoud van het onderwijs niet beïnvloedt. Aanvragen voor sponsoring worden getoetst door het managementteam en de MR. Leerlingenvervoer Er zijn, onder voorwaarden, regelingen voor leerlingenvervoer. Informatie hierover kunt u krijgen bij de afdeling leerlingenvervoer van de Gemeente waar u woont en bij de administratie van de school. 14

15 Als er klachten zijn Als er een klacht is kunt u altijd terecht bij: De vertrouwenspersoon van het Schip. Hans Jongman Tel: De directeur van het Schip. Jan van der Wel Tel: De vertrouwenspersoon van stichting Attendiz Mona Stuivenberg Tel: vertrouwenspersoon@jarabee.nl Deze mensen zullen altijd uw klacht aanhoren en die serieus nemen. Als de klacht verder moet worden onderzocht draagt het Schip de bemiddeling over aan het bestuur of de inspectie. Samen met u wordt er dan een plan van aanpak opgesteld over hoe eventuele klachten worden afgehandeld. Het bestuur van de school Stichting Attendiz, Welbergweg 20, 7556 PE Hengelo Tel: Rechtstreeks bij de klachtencommissie. Alle contact met de commissie loopt via de ambtelijk secretaris van Attendiz. Bereikbaar per post op bovenstaand adres of per mail (a.grundel@attendiz.nl). Nadat de commissie de klacht heeft ontvangen, neemt de voorzitter van de commissie contact op met de klagende partij. De onderwijsinspectie. Tel De onderwijstelefoon. Tel

16 Wie werken er Algemeen: Jan van der Wel Loes Fransen Haike Kemna Marianne Bolsenga Melanie Bruintjes Michel van Zuilekom Agnes Zijl Pieter Comello Hans Jongman Désirée v.d. Veer directeur/locatieleider de Sluis/ coördinator projecten N.O. Twente orthopedagoog/leerlingencoördinator schoolmaatschappelijk werker managementassistente financieel secretaresse coördinator projectleerlingen Enschede psychodiagnostisch werker integraal trajectbegeleider terugplaatsingscoach jeugdarts Alle andere personeelsleden staan onder de betreffende vestiging vermeld. Welke functies zijn er? directeur De directeur is verantwoordelijk voor het totale schoolgebeuren. Hij bewaakt het gehele onderwijsproces op het Schip. De directeur heeft in zijn portefeuille: kwaliteitsbeleid, personeel, onderwijs, organisatie, financiën en communicatie. vestigingsleider mentor/ leerkracht De vestigingsleider is verantwoordelijk voor het onderwijs op de vestiging. Hij/zij regelt de organisatie van het hele vestigingsproces. De mentor van de leerling is verantwoordelijk voor het onderwijsproces van de leerling. De jongere kan altijd terugvallen op de mentor. 16

17 technisch/ assistent conciërge De technisch assistent ondersteunt het technische onderwijs in de leerwerkplaatsen. Er zijn verschillende soorten leerwerkplaatsen. Deze verschillen per vestiging. De conciërge is verantwoordelijk voor het gebouw en alles wat er in en omheen staat. De conciërge is de gastheer van de vestiging. De conciërge verzorgt daarnaast (een deel van) de schoonmaak van het gebouw. administratie Op de administratie wordt de schooladministratie, de telefoonbeantwoording en alle andere voorkomende administratieve werkzaamheden verzorgd. Zij kunnen behulpzaam zijn bij het invullen van formulieren. orthopedagoog/ psychodiagnostisch medewerker maatschappelijk werker jeugdarts terugschakelcoach Intakefunctionaris De orthopedagoog doet onderzoek naar de mogelijkheden en interesses van de leerling. Hiervoor worden door de orthopedagoog psychologische en didactische onderzoeken uitgevoerd. De orthopedagoog is, als leerlingcoördinator,tevens verantwoordelijk voor het proces van planmatig handelen op het Schip. De psycho -diagnostisch werker kan daarbij ondersteuning bieden. De schoolmaatschappelijk werker gaat op afroep in gesprek met de leerlingen en kan op huisbezoek gaan bij de ouders/ verzorgers. De jeugdarts van de GGD onderzoekt in principe de gezondheid van alle leerlingen. De ambulant begeleider begeleidt jongeren die geschakeld zijn naar andere scholen. Hij/ zij onderhoudt regelmatig contacten met de jongere en de school waar deze is geplaatst. Is het eerste aanspreekpunt bij de aanmelding. Hij/zij verzorgt de intakeprocedure en plaatsing van de jongere. 17

18 stagiaires Het komt vaak voor dat er stagiaires praktijkervaring opdoen op het Schip. Zij komen van verschillende opleidingen en leveren een waardevolle bijdrage aan het onderwijsleerproces en de ontwikkeling van de school. Personeel en scholing Het personeel dat werkt op het Schip wil graag op de hoogte blijven van de nieuwste ontwikkelingen binnen het onderwijs. Er worden regelmatig (team)scholingen en studiedagen gevolgd. De personeelsleden hebben een persoonlijk ontwikkelingsplan opgesteld, waarin zij hun leertraject voor de komende periode hebben vastgelegd. Als mensen op het Schip zich scholen betekent dat een ontwikkelingsgroei van de persoon zelf. Als deze ontwikkeling ten goede komt aan de school betekent dat een kwalitatieve groei van de organisatie. Omdat de organisatie beter wordt kan de persoon ook weer groeien. individu individ u organisatie organisatie individu organisa tie individu organisat ie 18

19 Adres en telefoon Het Schip algemeen Postbus AS Enschede tel: Internet: Chez Nous De Mast Groot Bruninkstraat 9 J.J. van Deinselaan RN Enschede 7541 PE Enschede tel: tel: De Sluis Bentheimerstraat CW Oldenzaal tel: desluis@xs4all.nl internet: Inspectie voor het onderwijs Postbus GA ZWOLLE tel Stichting Attendiz Welbergweg PE Hengelo tel: info@attendiz.nl 19

20 Medezeggenschapsraad Net als op elke school is er op het Schip een medezeggenschapsraad. Deze raad beslist mee over allerhande zaken waar het Schip mee te maken heeft. De medezeggenschapsraad bestaat in principe uit: een geleding van het personeel, een geleding van ouders van de school en een geleding van leerlingen. Er is binnen de MR overleg over een aantal beleidszaken. bijvoorbeeld: Het formatiebeleid Het financiële beleid Het onderwijsbeleid Overleg met het bevoegd gezag. Standpunten naar voren brengen inzake ministeriële beslissingen. Passend onderwijs in Twente Ouders die belangstelling hebben om in de MR zitting te nemen kunnen contact opnemen met Warner Braspenning, tel

21 Instroom en uitstroom Leerlingen kunnen elk moment in- en uitstromen op het Schip. Dit betekent dat het aantal leerlingen dat de school bezoekt voortdurend wisselt. Uitstroom betekent dat een leerling wordt geschakeld naar een andere vorm van onderwijs (regulier, speciaal) of naar arbeid. Uitstroomcijfers reguliere leerlingen * Leerlingen die langer dan 2 jaar onderwijs op het Schip gevolgd hebben Leerwerktrajecten Kapstok 7 22,4% Overige cluster 4 scholen 3 9,6% MBO nivo ,0% Arbeidsplaats 3 10,0% Regulier onderwijs 1 3,2% Traject via RMC 5 16,4% Thuiszitten met ontheffing 1 3,2% Verhuizing buitenland 1 3,2% Totaal % Uitstroomcijfers reguliere leerlingen * Leerlingen die korter dan 2 jaar onderwijs op het Schip gevolgd hebben. Leerwerktrajecten Kapstok 2 5,0% Overige cluster 4 scholen 23 57,5% MBO nivo ,5% Arbeidsplaats 2 5,0% Regulier onderwijs 2 5,0% Traject via RMC 2 5,0% Totaal % 21

22 Uitstroomcijfers reguliere leerlingen 2012* MBO nivo Leerwerktrajecten Kapstok 8 Overige Cluster 4 scholen * 28 Regulier V.O. 6 Arbeid 6 Verhuizing 1 Traject via RMC 6 Totaal geschakeld in * andere vestiging het Schip, andere cl4 school dan de Kapstok, Cl4 verbonden aan ge- of besloten setting. **De uitstroomcijfers voor het schooljaar zijn op het moment van het verschijnen van de schoolgids nog niet bekend. Als u inzicht wilt hebben in de gegevens over de instroom en uitstroom van leerlingen, hoe oud ze gemiddeld zijn, waar naartoe ze zijn geschakeld en de verdeling jongens en meisjes, kunt u terecht op de website van het Schip: U gaat dan rechts op het openingsscherm naar publicaties en daar vindt u het jaarverslag

23 Chez Nous: gedrag leren De vestigingen van het Schip De leeftijd van de leerlingen op Chez Nous varieert van jaar. De leerlingen volgen onderwijs in de onderbouw van het uitstroomprofiel arbeidsmarkt. Op deze vestiging wordt voornamelijk gewerkt aan de zelfredzaamheid en de leervoorwaarden. De jongeren worden voorbereid op het leven na school. Wonen, werken, leren, vrijetijdsbesteding en maatschappelijke participatie zijn daarom belangrijke pijlers waarop het onderwijs zich richt. Het doel is de leerlingen te schakelen naar andere vestigingen van het Schip wanneer zij tot leren kunnen komen. Daarnaast fungeert Chez Nous als vangnet voor leerlingen die binnen Attendiz gedragsmatig uitvallen. Deze leerlingen kunnen op Chez Nous tot rust komen doordat zij uit de situatie gehaald worden. Op Chez Nous werkt de leerling aan de kerndoelen van de onderbouw van het uitstroomprofiel arbeid. Het aanbod De groepsruimte De groepsruimte is de basis van waaruit gewerkt wordt. Elke morgen wordt er gezamenlijk besproken welke activiteiten er zijn en wie wat gaat doen. Elke middag wordt de dag besproken. Studie Iedere leerling werkt aan een individueel studieprogramma. Het programma is gekoppeld aan het profiel arbeidsmarktgericht. Hout en metaal Er zijn lokalen voor hout- en metaalbewerking. Consumptief Er is een goed uitgeruste keuken waar een programma consumptieve technieken gevolgd kan worden. 23

24 Klussendienst Gekoppeld aan Chez Nous is er een klussendienst die probeert jongeren te motiveren voor verschillende praktische klussen waaronder werken in het groen. Zorg en welzijn Aanbod zal komend schooljaar uitgebreid worden. Bewegen en sport Er wordt veel aan verschillende spel- en sportactiviteiten gedaan. Outward bound activiteiten staan regelmatig op het programma. Culturele oriëntatie en creatieve expressie Aanbod in aparte lokalen op de locatie(muziek, creatief) en buiten school (o.a. bij Tetem). Stage In uitzonderlijke gevallen kan stage tot de mogelijkheden behoren. Portfolio In het portfolio leggen de leerlingen hun ontwikkeling vast en staat het persoonlijk ontwikkelingsplan van de leerling. Medewerkers Chez Nous Hans Bossink is de vestigingsleider van Chez Nous. Daarnaast zijn de volgende medewerkers (een deel van de week) aanwezig op de vestiging; Brigitte Fidder, Karin v.d. Heijden, Loraine Leferink, Esther Zwiers, Jan- Willem Wessels, Haike Kemna, Jesse Rabbeljee, Hans Rutjes, Gerrit Onstein en Anique Bossink/Theo Braakhuis Conciërge/schoonmaak; Wolter Scheggetman 24

25 Brede school de Mast: leren en werken De Mast is een brede school met een onderwijs- en vrije tijdaanbod van s morgens 9.00 uur tot uur. Er wordt hierbij samengewerkt met het jongerenwerk (Alifa). De leeftijd van de leerlingen op de Mast varieert van jaar. Op de Mast wordt onderwijs verzorgd in de uitstroomprofielen vervolgonderwijs en arbeidsmarkt. Voor het profiel vervolgonderwijs kunnen leerlingen de onderbouwfase en de bovenbouwfase op de Mast volgen. Voor de route arbeidsmarktgericht kunnen leerlingen op de Mast alleen de bovenbouw volgen (15-18 jaar). De onderbouw van het profiel arbeidsmarkt wordt aangeboden op Chez Nous. De leerlingen in de bovenbouw van het uitstroomprofiel arbeidsmarkt stromen uit naar het ROC op niveau 1 of 2, naar het AOC, naar de leerwerktrajecten (lwt) van De Kapstok, een beschutte werkplek of naar de arbeidsmarkt. Het onderwijs binnen het uitstroomprofiel arbeidsmarkt is beroepsvormend, dat wil zeggen: de leerlingen worden voorbereid om een goede werknemer te zijn in de door hen gekozen sector. Bij het uitstroomprofiel vervolgonderwijs is het doel in eerste instantie het terugschakelen of toeleiden naar het regulier V.O. Alle leerlingen volgen praktijkvakken in de sectoren zorg en welzijn, techniek, groen en economie (horeca). In de onderbouw krijgen de jongeren vaktechnische zaken aangeboden in de sectoren zorg en welzijn, techniek, groen en economie (horeca), die hen helpen zelfredzaam te zijn/worden in hun woonsituatie, zodat alle activiteiten binnen de praktijkvakken bijdragen tot een goede transitie van de leerling naar een optimale maatschappelijke positie. De leerlingen kunnen zich via deze brede basis tevens oriënteren op de keuze voor een te kiezen profiel i.v.m. de schakeling naar het regulier V.O. (praktische sector oriëntatie) of sector. In het uitstroomprofiel arbeidsmarkgericht gaat de oriëntatie op de vier sectoren in de bovenbouw over in beroepsvormend onderwijs dat gericht is op één sector. De praktijkvakken staan in het teken van het onderhouden van algemene werknemersvaardigheden en het opdoen van beroep specifieke vaardigheden. Jongeren kunnen zich kwalificeren door het behalen van (branche erkende) certificaten. 25

26 Leerlingen die uitstromen naar onderwijs volgen in principe het programma van het regulier V.O. Jongeren die uitstromen naar het MBO (entreeopleiding) volgen ook activiteiten die gericht zijn op een bepaalde beroepskeuze of richting. Het aanbod Studie Iedere leerling werkt aan een individueel studieprogramma. Het programma is gekoppeld aan het uitstroomprofiel onderwijs of arbeidsmarktgericht Werkplaats grafische technieken De zeefdrukwerkplaats biedt een aanbod in diverse grafische technieken. Drukken op papier, stickers, T-shirts e.d. is mogelijk. Er worden eventueel opdrachten van derden uitgevoerd. Garagewerkplaats Er is een goed uitgeruste garagewerkplaats waar verschillende technieken aan bod kunnen komen. Zorg en welzijn Er is ook een programma aanbod voor zorg en welzijn. De opleiding voor het certificaat schoonmaak ik de groothuishouding is hieraan gekoppeld (Schoon Schip). Bewegen en sport Er wordt veel aan verschillende spel- en sportactiviteiten gedaan. Outward bound activiteiten staan regelmatig op het programma. Culturele oriëntatie, creatieve expressie, schoolkampen Naast het aanbod van de studie- en praktijkvakken worden er ook activiteiten aangeboden in het kader van culturele oriëntatie, creatieve expressie en schoolkampen (projectweken) Portfolio In het portfolio leggen de leerlingen hun ontwikkeling vast en staat het persoonlijk ontwikkelingsplan van de leerling Algemene technieken Naast hout-, metaal-, las- en (brom)fietstechniek, kunnen op de Mast opdrachten worden aangenomen die jongeren proberen te motiveren voor diverse praktische klussen. 26

27 Consumptief Er is een goed uitgeruste keuken waar een programma consumptieve technieken gevolgd kan worden. In samenhang met de kantine kan dit een aanzet zijn tot het volgen van een opleiding met een branchegerichte certificering. Project stratenmaker Het project stratenmaker is voor een aantal jongeren arbeidstraining en bereid daarnaast jongeren voor op het vak/opleiding stratenmaker. Stage Stage behoort tot de mogelijkheden voor jongeren binnen hun programma. Jongeren die op stage gaan volgen de opleiding VCA, Veilig op stage of sociale hygiëne. Medewerkers de Mast Marijke Ros is de vestigingsleider van de Mast. Daarnaast zijn de volgende medewerkers (een deel van de week) aanwezig op de vestiging; Theo Busch, Sophia Kiel, Willem Liem, Irene Kaspers, Renate Pol, Ernst Wissink, Warner Braspenning, Marion Poorthuis, Jan van Hemert, en Anique Bossink/Theo Braakhuis Gebouwenbeheer/schoonmaak: Edwin Lansink A 27

28 De Sluis in Oldenzaal; breed leren De leeftijd van de leerlingen op de Sluis varieert van jaar. De Sluis heeft een regionale functie voor noordoost Twente en biedt beide uitstroomprofielen aan. De leerlingen in de leeftijd van jaar volgen een breed aanbod gericht op uitstroom naar vervolgonderwijs en arbeid. Dit is de onderbouw. Voor leerlingen in de bovenbouw (in de leeftijd van jaar) is het aanbod opgesplitst in uitstroom naar vervolgonderwijs of uitstroom naar arbeid. Vestiging De Sluis heeft een intensieve samenwerking met het Twents Carmel College voor de diplomering. Het profiel arbeid is gericht op branche certificering. Vanuit het profiel arbeid stromen de leerlingen uit naar De Kapstok, het ROC van Twente, het AOC Oost locatie Enschede, het vrije bedrijf of een beschutte werkplek. Vanuit het profiel vervolgonderwijs stroomt de leerling uit naar het reguliere voortgezet onderwijs, het ROC van Twente, het AOC Oost locatie Enschede of een andere passende vervolgvoorziening. A Het aanbod Naast de studievakken volgen alle leerlingen praktijkvakken in de sectoren zorg en welzijn, techniek, groen en economie(horeca). Bij de uitstroomprofielen onderwijs en arbeidsmarktgericht worden in de onderbouw vaktechnische zaken aangeboden, die hen helpen zelfredzaam te zijn/worden in hun woonsituatie, zodat alle activiteiten binnen de praktijkvakken bijdragen tot een goede transitie van de leerling naar een optimale maatschappelijke positie. Tegelijkertijd kunnen de leerlingen zich via deze brede basis oriënteren op de keuze voor een te kiezen profiel i.v.m. de schakeling naar het regulier V.O.(praktische sector oriëntatie). In de midden- en bovenbouw van het uitstroomprofiel arbeidsmarktgericht werken leerlingen aan een verbreding van hun vakkennis door te kiezen voor een profiel waarin twee sectoren onder de aandacht blijven wat tenslotte tot de keuze van een sector zal leiden. Uiteraard wordt er in deze fase ook gewerkt aan de kerndoelen voorbereiding op arbeid. Door het aanleggen van een (digitaal) portfolio kan de jongere zichzelf en de eigen prestaties aan derden presenteren. Het portfolio maakt onderdeel uit van het overgangsdocument(transitiedocument) bij het schakelen naar onderwijs en arbeid. De Sluis heeft een nauwe samenwerking met de locaties van het Twents Carmel College in Oldenzaal, Denekamp en Losser. 28

29 Er worden diverse onderwijsarrangementen aangeboden gekoppeld aan het uitstroomprofiel onderwijs. De leerlingen werken in de studie met lesmateriaal van het Twents Carmel College. Jongeren kunnen voor langere tijd of voor een korte periode geplaatst worden. Er kunnen afspraken gemaakt worden over het volgen van het onderwijs op het regulier onderwijs en de Sluis(symbiose onderwijs). Iedereen werkt op zijn eigen tempo naar zijn eigen mogelijkheden aan zijn eigen uitstroomtraject. Jongeren die uitstromen naar het MBO (entreeopleiding) of arbeid, werken niet alleen aan de vakken Nederlands, rekenen/wiskunde en Engels maar volgen activiteiten die gericht zijn op beroepen of beroepskeuze in de sectoren zorg en welzijn, economie (waaronder handel en horeca), groen en techniek. Jongeren kunnen zich kwalificeren door het behalen van (branche erkende) certificaten. Dit gebeurt (vaak) in combinatie met stages in de sectoren groen, techniek, economie en zorg en welzijn. Daarnaast kunnen diploma s behaald worden voor bijvoorbeeld de vakken Nederlands, rekenen/wiskunde en Engels. De examens worden afgenomen door het IVIO. Het behalen van certificaten vergroot de kansen op toelating tot een opleidingstraject of beroep. Stages (voor jongeren vanaf 14 jaar) worden ingezet als onderdeel van de uitstroomgerichte leerroute; als oriëntatie op toekomstmogelijkheden in het kader van arbeid. Daarnaast kan stage van belang zijn bij de profielkeuze voor het 3de leerjaar van het VMBO of ingezet worden als maatschappelijke stage. Voordat externe stages ingezet worden doorlopen de jongeren het assessment "stage lopen doe je zo". Daarnaast kan de stagegeschiktheid in een veilige en begeleide omgeving onderzocht worden. Jongeren die op stage gaan volgen de opleiding VCA, Veilig op stage of sociale hygiëne. Een van de stageplekken is de stationsrestauratie in Oldenzaal. Door de samenwerking tussen de Werkwijzer en het Schip locatie de Sluis kunnen de jongeren zich daar oriënteren op het werken in de keuken en de bediening. Meer informatie: Voor jongeren die uitstromen naar arbeid is de arbeidstraining van belang. In het kader van de arbeidstraining kan er gewerkt worden op de inpakafdeling van de Werkwijzer en bestaat de mogelijkheid om mee te werken aan de schoonmaak van de Grolsch Veste. 29

30 Naast het aanbod van de studie- en de praktijkvakken worden er op de Sluis activiteiten aangeboden in het kader van sport en bewegen, culturele oriëntatie en creatieve expressie, ICT en schoolkampen(projectweken). Tenslotte worden er een aantal specifieke activiteiten aangeboden waaronder o.a. gastlessen van Tactus, preventieactiviteiten Loverboyproblematiek in samenwerking met het Scharlaken Koord, en circusactiviteiten. De Sluis is participant in het samenwerkingsproject Service in de Stad ( Locatie de Sluis start het schooljaar in een ander schoolgebouw dat helemaal opgeknapt is en voldoet aan de eisen van deze tijd. De indeling en ligging van het gebouw schept kansen om, in het kader van passend onderwijs, samen met het Twents Carmel College diverse onderwijsarrangementen te ontwikkelen. De Sluis wil ook graag investeren in de activiteiten voor de bewoners van de wijk. Al geruime tijd helpen leerlingen bij de activiteiten voor de bewoners van woon- en zorgcentrum de Molenkamp, verzorgen leerlingen van de Sluis het groenonderhoud van een wooncomplex en is de Sluis betrokken bij de organisatie van activiteiten in de buurt (burendag en dag van het park). Meer informatie: 30

31 Medewerkers de Sluis Jan van der Wel is de vestigingsleider van de Sluis. Daarnaast zijn de volgende medewerkers (een deel van de week) aanwezig op de vestiging; Tjardy Zenderink, Marian Dammers, Hanneke Pool, Daniëlle Prent, Irja Agterhuis, Raymond Wegdam, Gerard van der Wal, Peter ten Wolde Conciërge/schoonmaak: Hans Christenhusz A 31

32 Projectleerlingen: rebound/loods, Herstart en Op de Rails Loods (reboundregeling) Samen met de scholen voor regulier voortgezet onderwijs in Enschede en Oldenzaal worden reboundtrajecten uitgevoerd. Jongeren die in aanmerking komen voor een plaatsing in de rebound dreigen door diverse oorzaken vast te lopen en uit te vallen uit het voorgezet onderwijs. Bij plaatsing in het reboundtrajectkrijgen jongeren onderwijs en trajectbegeleiding voor een periode van 16 weken. Binnen de rebound kunnen leerlingen bewijzen dat zij hun schoolloopbaan in het gewone onderwijs willen voortzetten. De reboundtrajecten werden, onder de naam loods, tot mei 2013 in Enschede en Oldenzaal uitsluitend uitgevoerd door het Schip (onder verantwoordelijkheid van het toenmalige samenwerkingsverband). Vanaf mei 2013 is een van de scholen gestart met een pilot interne rebound. Er wordt hierbij gebruik gemaakt van de expertise van de medewerkers van het Schip. Het is niet uitgesloten dat meerdere scholen voor regulier V.O. de rebound intern gaan aanbieden. Op de Rails Binnen het voortgezet onderwijs zijn er jongeren die ernstige gedragsproblemen veroorzaken, zonder dat zij direct voldoen aan criteria voor het speciaal onderwijs. In verband met de veiligheid biedt het Schip deze jongeren onderwijs voor de duur van maximaal een jaar. De bedoeling is dat deze jongeren teruggeleid worden naar regulier VO. Het grote verschil met de reboundregeling is dat er bij Op de Rails sprake is van complexere en grotere problematiek. Herstart In opdracht van de leerplicht voert het Schip Herstarttrajecten voor jongeren uit die langer dan een maand thuis zitten. De bedoeling is dat deze jongeren binnen 16 weken weer toegeleid worden naar die vorm van onderwijs waar zij normaal gesproken behoren te zitten. Coördinatie/aanmelding Enschede: Michel van Zuilekom N.O. Twente: Jan van der Wel

33 Bijlage 1 Kwaliteitzorg t.b.v. de schoolgids Iedere school moet er voor zorgen dat de kwaliteit van de school op peil blijft en verbetert. Hierbij neemt in onze school de PDSA - kwaliteitscirkel een centrale plaats in. PDSA is een afkorting van vier Engelse woorden die staan voor: Plan: Beschrijf het verbeteronderwerp Meet de huidige situatie Onderzoek naar mogelijke oorzaken Do: Voer de verbeteractie uit Study:Bestudeer de resultaten Act: Borg de verbetering Continueer de verbetering Een korte toelichting bij deze vier punten. 1. Plan. Alle scholen hebben een schoolplan. Het schoolplan wordt voor vier jaar vastgesteld. In het schoolplan staan het schoolbeleid, de beleidsvoornemens en de streefdoelen van de school vermeld. De doelen uit het schoolplan komen terug in de managementovereenkomst die de directeur afsluit met (een vertegenwoordiger van) het bestuur. 2. Do De directeur vertaalt de streefdoelen uit de managementovereenkomst in actieplannen. In deze actieplannen geeft de directeur het tijdspad aan wanneer de plannen gerealiseerd moeten zijn en tevens wie er verantwoordelijk voor de plannen is. 3. Study Twee keer per jaar levert de directeur een managementrapportage aan. Via deze rapportages houdt de directeur het bestuur op de hoogte van de vorderingen van de actieplannen en tevens levert de directeur 33

34 34 gegevens aan over de opbrengsten van het onderwijs, de kwaliteit van het onderwijs en diverse algemene schoolgegevens. Hierbij worden ook de gegevens betrokken van onderzoeken, zoals de ouderenquête, het leerlingentevredenheidsonderzoek en het medewerkerstevredenheids-onderzoek. 4. Act Borging van alle documenten gebeurt op iedere school in borgingsmappen. De directeur informeert de verschillende belanghebbenden (medewerkers, ouders, leerlingen, bevoegd gezag, inspectie) over de kwaliteit van haar onderwijs: - in de schoolgids neemt de directeur op welke verbeteractiviteiten gepland zijn en wat het resultaat is van de verbeteractiviteiten van het afgelopen jaar; - op basis van de tweede managementrapportage maakt de directeur jaarlijks een jaarverslag. De evaluaties en de uitkomsten van de diverse onderzoeken vormen weer het vertrekpunt voor de Plan fase en daarmee is de kwaliteitscirkel weer rond.

35 Bijlage 2 Beleid binnen Attendiz over de informatieplicht aan ouders Iedere ouder heeft in principe recht op informatie van de school over zijn of haar kind. Dat is ook het uitgangspunt van de school. Er zijn echter wel verschillen. De ene ouder heeft recht op meer informatie dan de andere. Voor ouders die met elkaar getrouwd zijn of samenwonen en die het gezag over hun kinderen hebben is de situatie het gemakkelijkst. Zij krijgen steeds gezamenlijk alle informatie over hun kind. Voor ouders die gescheiden zijn, die niet meer bij elkaar wonen en die wel het gezag hebben, ligt het niet anders. Zij hebben allebei recht op alle informatie over hun kind. In het geval dat een van de ouders niet belast is met het ouderlijk gezag geldt dat de ouder die belast is met het ouderlijk gezag de verplichting heeft om de andere ouder die niet belast is met het ouderlijk gezag op de hoogte te houden van gewichtige aangelegenheden die het kind betreffen. Het is dus de bedoeling dat de ouder die niet met het gezag belast is, de informatie krijgt van de andere ouder. Als echter in de communicatie tussen ouders storingen ontstaan dan kan dat voor de school problemen opleveren. Daarvoor geldt onderstaande. Ouders die geen gezag (meer) hebben over hun kind, hebben ook recht op informatie over hun kind. De niet met het gezag belaste ouder zal daar wel zelf om moeten vragen. De school hoeft uit zichzelf geen informatie te geven aan deze ouder. Op grond van artikel 1:377c van het Burgerlijk Wetboek is dit recht beperkt. De ouder die het gezag heeft kan geen invloed uitoefenen op de informatieplicht van de school aan de ouder die niet met het gezag belast is. De ouder met het gezag kan dus niet voorkomen dat de ouder zonder gezag informatie krijgt. Ook al heeft de ouder met het gezag nog zulke goede argumenten, de school heeft toch de informatieplicht. Behalve als het informatie betreft die het belang van het kind zou kunnen schaden. In dat geval heeft de school geen informatieplicht. Niet aan de ouder die met het gezag is belast en ook niet aan de ouder zonder gezag. Dit kan dus het geval zijn als de rechter of psycholoog heeft geoordeeld dat het geven van informatie aan een ouder het kind zal schaden. 35

36 De niet met het gezag belaste ouder kan ook besluiten een klacht in te dienen bij de klachtencommissie, indien de school hem./haar geen of naar zijn/haar idee te weinig informatie verschaft. Positie van de school. De leerkrachten en directie van de school zullen zich te allen tijde afzijdig houden van een conflict tussen ouders en zich neutraal opstellen. Dit brengt met zich mee dat de school zelfstandig een informatieplicht heeft ten opzichte van beide ouders en dat de school niet afhankelijk kan zijn van de informatieverstrekking van de met het gezag belaste ouder ten opzichte van de niet met het gezag belaste ouder. Ook (en juist) wanneer een scheiding minder harmonieus verloopt, zullen leerkrachten en directie geen stelling nemen vóór of tegen één van de beide ouders en met beide ouders de relatie handhaven. Wanneer een vermoeden bestaat dat er situaties voorkomen die nadelig zijn voor het welbevinden van het kind dan zal de leerkracht de vertrouwenspersoon op school hierover informeren. Bij structurele gevallen kunnen in overleg met de vertrouwenspersoon nadere stappen ondernomen worden. Welke informatie gaat naar beide niet-samenwonende ouders? Er is sprake van Algemene Schoolinformatie en Kind- gebonden informatie. Algemene Schoolinformatie Zie: en De websites geven informatie over de schoolgids, de schoolactiviteiten en de nieuwsbrieven. Kind- gebonden informatie Er wordt voor niet-samenwonende ouders onderscheid gemaakt tussen recht op alle informatie en een beperkt recht op alle informatie. Indien er sprake is van een zgn. beperkt recht op alle kindgebonden informatie, in het bijzonder voor de niet met het gezag belaste ouder dan dient de niet met het gezag belaste ouder er uitdrukkelijk om te vragen. De school i.c. leerkrachten hoeven de informatie niet uit zichzelf te verstrekken. Kindgebonden informatie betreft informatie over ouderavonden, contactavonden, uitnodigingen voor vieringen of afsluiting van de themaweek, rapporten, info aangaande schoolreizen, resultaten van onderzoek, verwijzingen i.c. doorverwijzingen naar een andere vorm van onderwijs, aanmeldingen voor therapie en onderzoek en uitgaande brieven t.a.v. of als gevolg van gedrag. 36

37 N.B.: Gesprekken op verzoek van de niet met het gezag belaste ouder betreffende kindgebonden informatie vinden te allen tijde op school plaats. Dit geldt ook voor het Onderwijs Ondersteunend Personeel meer in het bijzonder voor het schoolmaatschappelijk werk en de psycholoog. Inzagerecht en wet op de persoonsregistratie Er wordt in verband met een zo optimaal mogelijke begeleiding van de leerlingen veel vastgelegd. Dit begint al bij de toelatingsprocedure. De verslagen rond de toelatingsprocedure maken deel uit van het centrale dossier, waarin ook de persoonlijke gegevens opgenomen zijn. Na de toelating worden handelingsplannen en andere verslagen aan het dossier toegevoegd. Persoonlijke gegevens van de leerlingen en verslagen van onderzoeken en besprekingen worden bewaard in afgesloten dossierkasten. De medewerkers van de school en de ouders hebben op verzoek inzage in het dossier. Via verslaglegging door de verschillende medewerkers van de school worden de ouders op de hoogte gesteld. Pas na schriftelijke toestemming van ouders worden gegevens doorgestuurd naar andere scholen en instanties. Gegevens van uw kind worden tot 5 jaar na vertrek van uw kind bewaard. Daarna worden ze vernietigd. Bij Stichting Attendiz is een Protocol Dossiervorming ontwikkeld om op een professionele en zorgvuldige manier om te gaan met de persoonsgegevens en vertrouwelijk stukken van leerlingen. Dit protocol is een praktische uitwerking van de Wet Bescherming Persoonsgegevens (WBP), toegesneden op de scholen binnen Stichting Attendiz. De inhoud van het protocol is bekend bij de personeelsleden van Atttendiz en ligt voor ouders/verzorgers en/of andere betrokkenen ter inzage. 37

38 Bijlage 3 protocol time out - (tijdelijke) verwijdering - interne overplaatsing Time out. In geval van time-out wordt de leerling voor de rest van de dag de toegang tot de school ontzegd. Tenzij redelijke gronden zich daartegen verzetten worden de ouders/verzorgers onmiddellijk van het incident en de time-out op de hoogte gebracht. De directeur 1 nodigt de ouders uit voor een gesprek waarbij ook de betrokken leerkracht aanwezig is. De leerkracht maakt een verslag van het incident en het gesprek met de ouders. Dit verslag wordt door de ouders voor gezien getekend en in het leerlingendossier opgeslagen. De time-out maatregel kan eenmaal worden verlengd met 1 dag. Daarna kan de leerling worden geschorst. Tijdelijke verwijdering Uitgangspunt: De wetgever gaat ervan uit dat schorsing een maatregel is voor het reguliere onderwijs en dat deze maatregel niet thuishoort in het speciale onderwijs. In zeer uitzonderlijke gevallen kan het speciaal onderwijs ook gebruik maken van deze maatregel. Een schorsing mag niet langer dan één week duren. Schorsing moet voor onze scholen opgevat worden als een tijdelijke verwijdering. Voor de tijdelijke verwijdering kunnen de volgende redenen worden aangevoerd: a. voortdurend, storend, agressief gedrag van de leerling; b. bedreigend of agressief gedrag van de ouders/verzorgers van de leerling. Het moet aannemelijk zijn dat herhaling niet is uitgesloten, waardoor gegronde vrees is ontstaan voor de veiligheid van het personeel of de andere leerlingen of voor de ongestoorde voortgang van het onderwijs. De directeur stelt het bevoegd gezag op de hoogte van de tijdelijke verwijdering. 1 Voor directeur kan ook vestigingsleider worden gelezen. 38