Besluit Openbaar. 1. Samenvatting

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Besluit Openbaar. 1. Samenvatting"

Transcriptie

1 Ons kenmerk: OPTA/COL/2008/ Zaaknummer: Datum: 3 september 2008 BESLUIT van het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit inhoudende de beslissing op het bezwaarschrift van 6 juni 2008 gericht tegen zijn besluit van 25 april 2008 tot oplegging van twee boetes naar aanleiding van overtredingen van artikel 11.7 van de Telecommunicatiewet (spamverbod) 1. Samenvatting 1. Het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit (hierna: het college) heeft eind april 2008 besloten om aan de natuurlijke persoon [A] (hierna: [A]), de personenvennootschap Abodata V.O.F. (hierna: Abodata) 1 en de rechtspersoon H.P.T. Development B.V. (hierna: HPT Development) 2 gezamenlijk twee boetes van en op te leggen, waarvoor zij hoofdelijk aansprakelijk zijn. 3 Aanleiding voor dit besluit (hierna ook: het bestreden besluit of het boetebesluit) vormen de overtredingen van het zogenoemde spamverbod die [A], Abodata en HPT Development (hierna: [A] c.s.) tezamen met [B] (hierna: [B]) heeft begaan. 2. De overtredingen van [A] c.s. en [B] (hierna gezamenlijk: partijen) bestaan eruit dat de partijen, ieder voor zich en ook gezamenlijk, ongevraagde elektronische berichten hebben verzonden met een commercieel doel zonder voorafgaande toestemming van de betreffende abonnee, waarbij in het bericht niet de werkelijke identiteit stond vermeld van degene namens wie de communicatie is overgebracht, en waarbij tevens geen geldig postadres of nummer was vermeld, waaraan een ontvanger van het bericht een verzoek tot beëindiging van de communicatie kon richten (hierna: spamberichten). Deze gedragingen waren in strijd met artikel 11.7, eerste lid, Telecommunicatiewet (hierna: Tw) en artikel 11.7, derde lid, aanhef en onder a en b, Tw (hierna: het spamverbod) 4 en vonden onder meer plaats in het kader van een samenwerkingsovereenkomst 5 tussen partijen waarbij onder andere de naam thuiswerkcentrale (hierna: de samenwerkingsovereenkomst) werd gebruikt. 6 1 De vennootschap onder firma Abodata V.O.F. dreef ten tijde van de overtredingen een onderneming die handelde onder de naam Abodata V.O.F. (Bron: Uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel voor West-Brabant). Zie bijlage 28 van het onderzoeksrapport. 2 De besloten vennootschap H.P.T. Development B.V. dreef ten tijde van de overtredingen een onderneming die handelde onder de naam H.P.T. Development B.V. (Bron: Uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel voor West-Brabant). Zie bijlage 28 van het onderzoeksrapport. 3 Besluit van het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit van 25 april 2008 inzake de thuiswerkcentrale met kenmerk OPTA/ACNB/2008/ (zaaknummer ). 4 Op de website < wordt spam als volgt kort omschreven: ongevraagde berichten via , via uw mobiele telefoon (SMS of MMS) of via een ander elektronisch kanaal. Het versturen van spam is verboden, behalve als men daar zelf toestemming voor heeft gegeven. 5 De samenwerkingsovereenkomst is namens HPT Development en Call Data ondertekend door [A] en [B]. Zie bijlage 21 van het onderzoeksrapport. 6 De benaming thuiswerkcentrale wordt door partijen gebruikt in hun mailingcampagnes. De (handels)naam is niet als zodanig

2 3. In de praktijk kwam het erop neer dat partijen, ieder voor zich en ook gezamenlijk en al dan niet onder de naam thuiswerkcentrale, middels spamberichten via (bemiddeling in) thuiswerk aanboden. Geïnteresseerden konden onder meer via een duur 0900-nummer reageren. Bellers naar deze 0900-nummers stonden vervolgens minuten lang in de wacht of werden door daartoe speciaal geïnstrueerde telefonistes 7 zo lang mogelijk aan de lijn gehouden om zoveel mogelijk gesprekskosten te genereren. Partijen konden daardoor grote sommen geld incasseren zonder daadwerkelijk thuiswerk aan te (hoeven) bieden. 4. Tegen het boetebesluit heeft [A] c.s. bij brief van 6 juni 2008 een aantal bezwaren ingebracht. Ten aanzien van deze bezwaren concludeert het college in heroverweging dat zij geen doel treffen, omdat voldoende vast is komen te staan dat [A] c.s. overtreder is van het spamverbod. [B] heeft geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid om bezwaar te maken. 5. Het college verklaart de bezwaren van [A] c.s. ongegrond. 2. Verloop van de procedure 6. Naar aanleiding van informatie verkregen via klachten, diverse tips en berichten op het internet, werd bij toezichthoudend ambtenaren het vermoeden gewekt dat onder de naam thuiswerkcentrale in strijd werd gehandeld met het spamverbod. 7. Toezichthoudende ambtenaren van het college zijn vervolgens een ambtshalve onderzoek gestart, mede naar aanleiding van klachten die via de website < zijn ingediend over ongevraagde commerciële berichten waarin wordt geadverteerd voor de diensten van de thuiswerkcentrale. Omdat er door partijen geen bewijs van toestemming kon worden overhandigd voor de mailingcampagnes heeft het college op 6 april 2005 een schriftelijke waarschuwing 8 gegeven aan de thuiswerkcentrale wegens overtreding van het spamverbod. 8. Na het geven van deze waarschuwing bleef het college klachten ontvangen via voornoemde website over ongevraagde commerciële berichten voor de thuiswerkcentrale. Op basis van de aanhoudende klachten hebben toezichthoudend ambtenaren van het college het onderzoek heropend naar de thuiswerkcentrale. 9. Ten behoeve van dit onderzoek heeft het college uit verschillende bronnen informatie vergaard. Naast informatie uit openbare bronnen is door toezichthoudende ambtenaren informatie gevorderd om de identiteit van de verzender vast te stellen. Toezichthoudende terug te vinden in het handelsregister van de Kamer van Koophandel. Zie bijvoorbeeld bijlage 4 van het onderzoeksrapport. Ook werden door partijen in dit kader andere namen gebruikt zoals CDMThuiswerk, Thuiswerklijn en Thuiswerkgarant. Zie bijvoorbeeld randnummer 25 en bijlage 11 van het onderzoeksrapport. Gemakshalve wordt in het onderhavige besluit in dit verband alleen de (handels)naam thuiswerkcentrale gebruikt. 7 Dat blijkt onder meer uit verklaringen van ex-werkneemsters en uit berichten in de media. Zie bijlagen 7 en 11 van het onderzoeksrapport. 8 Brief met kenmerk OPTA/EGM/ Zie bijlage 22 van het onderzoeksrapport. 2

3 ambtenaren van het college hebben deze handelingen verricht met een beroep op artikel 18.7, eerste lid, Tw en artikel 5:16 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb). 10. Op 27 juni 2007 hebben toezichthoudende ambtenaren van het college binnen het kader van het onderzoek tijdens een controle op locatie inzage gevorderd in analoge en digitale gegevensdragers uit de woning van [B], uit een bedrijfspand in Dordrecht en uit het bedrijfspand van [A]. 9 Op 27 juni 2007 is tevens een gesprek gevoerd met zowel [B] als [A], om hen medewerking te laten verlenen bij het onderzoek op locatie en om hen de mogelijkheid te bieden hun zienswijze naar voren te brengen op de door het college geconstateerde overtreding Na bestudering van het gevorderde materiaal heeft een toezichthoudend ambtenaar aan [B] en [A] gevraagd hun zienswijze mondeling toe te lichten ten kantore van OPTA. Zij hebben meerdere malen telefonisch en per aangegeven dit niet te willen doen. 11 Daarop zijn enkele vragen per post en gesteld en is een overzicht van de onderzoeksresultaten verzonden aan [B] en [A]. [B] heeft niet gereageerd op de onderzoeksresultaten. [A] heeft wel gereageerd op de onderzoeksresultaten Een toezichthoudend ambtenaar heeft een onderzoeksrapport opgesteld op 4 februari Dit onderzoeksrapport is op 4 februari 2008 per aangetekende post (met bevestiging van ontvangst) 13 aan [B], [A] en Abodata verzonden. 13. Bij besluit van 25 april 2008 zijn door het college aan [A] c.s. twee boetes van respectievelijk en opgelegd voor overtredingen van artikel 11.7, eerste en derde lid, Tw. Het boetebesluit is op 25 april 2008 per aangetekende post aan [A] c.s. toegezonden [A] c.s. heeft tegen het boetebesluit op 6 juni 2008 een bezwaarschrift ingediend (hierna: het bezwaarschrift). Ten overvloede merkt het college op dat [B] geen gebruik heeft gemaakt van de mogelijkheid om bezwaar in te dienen. 15. De heer B.F.M. Huijskens (hierna: Huijskens) 15 heeft als gemachtigde van [A] in aanwezigheid van [A] in een hoorzitting op 25 juni 2008 de bezwaren van [A] c.s. tegen het bestreden besluit toegelicht. Van deze hoorzitting is een verslag gemaakt en bij het onderhavige besluit gevoegd. 9 De verslagen van de controle op locatie zijn opgenomen in bijlage 33 van het onderzoeksrapport. 10 Zie bijlage 29 en 30 van het onderzoeksrapport. 11 Zie bijlage 8 van het onderzoeksrapport voor de telefoonverslagen en berichten waaruit blijkt dat zowel [B] als [A] weigerde mondeling hun zienswijze toe te lichten. 12 Zie bijlage 13 van het onderzoeksrapport. 13 Brief met kenmerk OPTA/ACNB/2008/200164, brief met kenmerk OPTA/ACNB/2008/ en brief met kenmerk OPTA/ACNB/2008/ Brief met kenmerk OPTA/IPB/2005/ De bezwaren zijn oorspronkelijk door de heer L.H.A.M. Andriessen, advocaat en procureur, kantoorhoudende te Breda aan de Liesbosstraat 45 (postbus 2005, 4800 CA, Koch & Van den Heuvel advocaten) ingediend als gemachtigde van [A] en curator in faillissement van Abodata en HPT Development. Op 24 juni 2008 heeft de heer B.F.M. Huijskens per fax aangegeven, dat hij en niet zijn kantoorgenoot de heer Andriessen als gemachtigde van [A] zal optreden. Tijdens de hoorzitting op 25 juni 2008 heeft Huijskens dat nogmaals bevestigd en heeft hij tevens aangegeven dat hij curator is in faillissement van Abodata en HPT Development. 3

4 16. Tijdens de hoorzitting heeft het college Huijskens een vraag gesteld met het verzoek om deze schriftelijk te beantwoorden op uiterlijk 9 juli 2008, ondersteund met nadere stukken. Deze vraag is op 30 juni 2008 door het college schriftelijk aan Huijskens verzonden. 16 Op 9 juli 2008 heeft Huijskens deze vragen per fax beantwoord. 17. Tijdens de hoorzitting is door het college op grond van artikel 7:10, vierde lid, Awb, met instemming van Huijskens en [A] een beslissing op bezwaar in het vooruitzicht gesteld voor 15 september Deze datum is op 30 juni 2008 schriftelijk bevestigd Het bestreden besluit 18. Het besluit tot oplegging van twee boetes heeft het college genomen op basis van artikel 15.4, vierde lid, Tw. Het college legt de boetes op aan de natuurlijke persoon [A], woonachtig te [..] en de personenvennootschap Abodata V.O.F., 18 gevestigd aan [..], een onderneming op het gebied van abonnementenbeheer en de rechtspersoon H.P.T. Development B.V., 19 gevestigd aan [..], een onderneming op het gebied van e-commerce, data-entry en in- en outbound telemarketing. De boetes worden aan de drie partijen gezamenlijk opgelegd, waarvoor zij hoofdelijk aansprakelijk zijn. 19. Aanleiding voor de boetes vormen de overtreding van twee elementen van het zogenoemde spamverbod, zoals neergelegd in artikel 11.7, eerste en derde lid, Tw. a) De overtredingen houden het volgende in: partijen hebben ieder voor zich en ook gezamenlijk, gedurende de periode van 17 december 2004 tot en met 8 februari 2007, al dan niet onder de naam thuiswerkcentrale : - ongevraagde elektronische berichten verzonden met een commercieel doel zonder voorafgaande toestemming van de betreffende abonnee (overtreding 1); - waarbij in de berichten niet de werkelijke identiteit van de degene namens wie de communicatie is overgebracht, stond vermeld (overtreding 2); - waarbij tevens geen geldig postadres of nummer was vermeld waaraan een ontvanger van het bericht een verzoek tot beëindiging van de communicatie kon richten (overtreding 3). 16 Brief met kenmerk OPTA/ACNB/2008/ en brief met kenmerk OPTA/ACNB/2008/ Brief met kenmerk OPTA/ACNB/2008/ en brief met kenmerk OPTA/ACNB/2008/ Abodata is een vennootschap onder firma die is aangegaan tussen de vennoten de natuurlijke persoon [C], tevens echtgenote van [A] en de rechtspersoon HPT Development. 19 HPT Development is een besloten vennootschap waarvan [A] de enig directeur/ enig aandeelhouder en alleen/ zelfstandig bevoegd bestuurder is. 4

5 20. De boetes voor [A] c.s. bedraagt voor overtreding van artikel 11.7, eerste lid, Tw (overtreding 1) en voor overtreding van artikel 11.7, derde lid, Tw (overtredingen 2 en 3). 4. Onbetwiste feiten 21. De volgende feiten, voor zover hier van belang, zijn in bezwaar door partijen niet weersproken of betwist en worden door het college als vaststaand beschouwd. 22. Vast staat dat bij de door partijen, in het kader van de activiteiten van de thuiswerkcentrale verzonden berichten, sprake is van elektronische berichten in de zin van artikel 11.7 Tw. 23. Door partijen wordt niet betwist dat partijen als verzenders geen voorafgaande toestemming hadden van de betreffende abonnees voor het verzenden van de elektronische berichten. 24. Voorts staat vast dat er sprake is geweest van het verzenden van elektronische berichten voor commerciële doeleinden. 25. [B] is de feitelijke verzender van de spamberichten, die zijn verzonden voor de thuiswerkcentrale. 26. Door partijen wordt niet betwist dat hun werkelijke identiteit niet werd vermeld in de berichten en dat daarmee sprake is van handelen in strijd met artikel 11.7, derde lid, aanhef en onder a, Tw. 27. Tot slot hebben partijen niet betwist dat bij de verzending van berichten voor de thuiswerkcentrale geen sprake is geweest van een geldige, werkende afmeldmogelijkheid en dat daarmee sprake is van handelen in strijd met artikel 11.7, derde lid, aanhef en onder a, Tw. 28. Hiermee is komen vast te staan, dat zonder betwisting, aan de hier genoemde bestanddelen van het spamverbod is voldaan. 5. De bezwaren van [A], Abodata V.O.F. en HPT Development 29. [A] c.s. voert een aantal bezwaren aan. Kort en zakelijk weergegeven kan [A] c.s. zich met het bestreden besluit niet verenigen om de volgende redenen. Verzender [A] c.s. betoogt dat ze niet op de hoogte was van de activiteiten van [B], die bestonden uit het verzenden van de berichten waaruit de vermeende spamklachten zijn voortgekomen, behoudens de waarschuwing van het college op 6 april 2005; 5

6 [A] c.s. voert aan dat de werkzaamheden van Abodata zich beperkten tot het opnemen van de gegevens van de potentiële thuiswerkers ten behoeve van [B]. Derhalve was [B] volledig verantwoordelijk voor het benaderen van potentiële thuiswerkers; [A] c.s. stelt dat zij na de waarschuwing van het college op 6 april 2005 heeft getracht een einde te maken aan de gedragingen van [B] en hem nadrukkelijk heeft geadviseerd zich aan de regels te houden; Betwist wordt door [A] c.s. dat zij eerder rechtstreeks door het college op de hoogte is gesteld van de vermeende overtreding; [A] c.s. betoogt dat de samenwerkingsovereenkomst, die op 15 april 2003 tussen HPT Development B.V. en Call Data 20 is gesloten, per 1 december 2004 is voortgezet door [B] en Abodata; [A] c.s. betwist dat er vanaf de fysieke locatie van Abodata spamberichten zijn verzonden door [A] c.s. Indien er op 6 en 8 februari 2007 wel spamberichten zijn verzonden vanaf deze locatie, dan is dat zonder toestemming van [A] c.s. gedaan door [B]; [A] c.s. stelt dat er geen klachten zijn voortgekomen uit de verzonden berichten van 6 en 8 februari 2007; Identiteit klagers [A] c.s. is niet in de gelegenheid gesteld om verweer te voeren tegen de klachten van het college, omdat uit de door het college overgelegde stukken niet duidelijk blijkt wat de inhoud is van die klachten. Derhalve wordt het college gevraagd bescheiden te overleggen waaruit de identiteit van de klagers blijkt; Toezending concept openbaar besluit Volgens [A] c.s. is het college de toezegging om een concept openbaar besluit toe te zenden niet nagekomen; Hoogte van de boete [A] c.s. voert aan dat de opgelegde boetes volledig onterecht en buiten proportioneel zijn; [A] c.s. betwist de praktijk dat potentiële thuiswerkers die naar 0900-nummers belden minuten lang in de wacht stonden of door daartoe speciaal geïnstrueerde telefonistes zo lang mogelijk aan de lijn werden gehouden om zoveel mogelijk gesprekskosten te genereren, waardoor partijen grote sommen geld konden incasseren zonder daadwerkelijk thuiswerk aan te bieden; Volgens [A] c.s. zijn de ex-werkneemsters, die verklaringen hebben afgelegd, niet bekend; [A] c.s. voert aan dat de verklaringen van de ex-werkneemsters niets van doen hebben met de vermeende gedragingen die tot de boete hebben geleid; en Ten slotte stelt [A] c.s. dat de klachten met name betrekking hebben op andere aangelegenheden dan op het verzenden van spamberichten. 20 [B] is enig bestuurder van eenmanszaak World Licence, dat in het verleden meerdere handelsnamen heeft gevoerd voor zijn onderneming, waaronder Call Data. 6

7 6. Hoorzitting belanghebbenden 30. Huijskens heeft in aanwezigheid van [A] in een hoorzitting op 25 juni 2008 de bezwaren van [A] c.s. tegen het bestreden besluit toegelicht. 31. Tijdens de hoorzitting heeft Huijskens nogmaals betwist dat [A] c.s. het zogenoemde spamverbod, zoals neergelegd in artikel 11.7, eerste lid en derde lid, Tw, heeft overtreden. 32. Hoewel in het bestreden besluit [A] c.s. en [B] ieder voor zich als overtreders zijn aangemerkt en zij daarvoor separaat boetes opgelegd hebben gekregen, is tevens vastgesteld dat de overtredingen in gezamenlijkheid zijn begaan, om welke reden ook de zienswijze van [B] voor het onderhavige besluit van belang kan zijn. [B] is daarom uitgenodigd voor de hoorzitting op 25 juni [B] heeft niet gereageerd op de uitnodiging van het college en is niet verschenen op de hoorzitting. 7. Juridisch kader Ten aanzien van de overtreding 33. Het zogenoemde spamverbod is opgenomen in artikel 11.7 Tw. Artikel 11.7, eerste lid, Tw luidt, voor zover relevant: 1. Het gebruik van elektronische oproepsystemen zonder menselijke tussenkomst, faxen en elektronische berichten 22 voor het overbrengen van ongevraagde communicatie voor commerciële, ideële of charitatieve doeleinden aan abonnees is uitsluitend toegestaan, mits de verzender kan aantonen dat de desbetreffende abonnee daarvoor voorafgaand toestemming heeft verleend, onverminderd hetgeen bepaald is in het tweede lid. 34. Uit de Nota naar aanleiding van het verslag bij de wijziging van de Telecommunicatiewet 23 blijkt dat het begrip verzender niet alleen degene die op de verzendknop drukt (de feitelijke verzender) omvat, maar ook degene waarvan het bericht afkomstig is (de materiële verzender). 35. Artikel 11.7, derde lid, Tw luidt, voor zover relevant: 3. Bij gebruik van elektronische berichten voor de in het eerste lid genoemde doeleinden dienen te allen tijde de volgende gegevens te worden vermeld: a. de werkelijke identiteit van degene namens wie de communicatie wordt overgebracht, en 21 Het college heeft [B] op 16 juni 2008 een schriftelijke uitnodiging gestuurd naar zijn laatste drie bekende adressen en naar zijn adres met kenmerk OPTA/ACNB/2008/201375, OPTA/ACNB/2008/201376, OPTA/ACNB/2008/ en OPTA/ACNB/2008/ Zoals blijkt uit de Memorie van Toelichting bij Telecommunicatiewet doelt de wetgever met het begrip elektronisch bericht op (onder meer) berichten. Zie kamerstukken II 2002/03, , nr. 3, p Kamerstukken II, 2002/2003, nr. 7, p

8 b. een geldig postadres of nummer 24 waaraan de ontvanger een verzoek tot beëindiging kan richten. 36. Artikel 11.8 Tw luidt: De toepassing van de artikelen 11.6 en 11.7 is beperkt tot abonnees die natuurlijke personen zijn. 37. Artikel 1, aanhef en onder p, Tw luidt, voor zover relevant: abonnee: natuurlijke persoon ( ) die partij is bij een overeenkomst met een aanbieder van openbare elektronische communicatiediensten voor de levering van dergelijke diensten. 38. Artikel 11.1, aanhef en onder g, Tw bepaalt dat onder toestemming van een gebruiker of abonnee wordt verstaan: toestemming van een betrokkene als bedoeld in artikel 1, onder i, Wet bescherming persoonsgegevens 25, met dien verstande dat de toestemming mede betrekking kan hebben op gegevens van abonnees die geen natuurlijke personen zijn. 39. Artikel 11.1, aanhef en onder i, Tw bepaalt dat onder elektronisch bericht wordt verstaan: tekst-, spraak-, geluids- of beeldbericht dat over een openbaar elektronisch communicatienetwerk wordt verzonden en in het netwerk of in de randapparatuur van de ontvanger kan worden opgeslagen tot het door de ontvanger wordt opgehaald. Ten aanzien van de bevoegdheid 40. Artikel 15.1, derde lid, Tw luidt: Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens andere bepalingen van deze wet dan bedoeld in het eerste en tweede lid zijn belast de bij besluit van het college aangewezen ambtenaren Artikel 15.8, eerste lid, Tw luidt, voor zover relevant: Indien een ambtenaar als bedoeld in artikel 15.1, ( ) derde lid, vaststelt dat een overtreding is begaan, maakt hij daarvan een rapport op. 42. Artikel 15.4, vierde lid, Tw luidt, voor zover relevant: Ingeval van overtreding van bij of krachtens de in artikel 15.1, derde lid, bedoelde 24 Onder het begrip nummer vallen niet alleen nummers van netwerkaansluitpunten, maar bijvoorbeeld ook elektronische postadressen ( adressen ). Zie Kamerstukken II 2002/03, , nr. 3, p Artikel 1, aanhef en onder i, van de Wet bescherming persoonsgegevens bepaalt dat onder toestemming van de betrokkene wordt verstaan: elke vrije, specifieke en op informatie berustende wilsuiting waarmee de betrokkene aanvaardt dat hem betreffende persoonsgegevens worden verwerkt (Wet van 6 juli 2000, houdende regels inzake de bescherming van persoonsgegevens; Stb. 2000, 302). 26 Zie ook het Besluit van het college van 29 januari 2008, Stcrt. 2008, nr

9 voorschriften ( ), kan het college aan de overtreder een boete opleggen van ten hoogste Artikel 15.4, vijfde lid, Tw luidt: De hoogte van de boete wordt in ieder geval afgestemd op de ernst en de duur van de overtreding alsmede op de mate waarin de overtreder daarvan een verwijt kan worden gemaakt. Ten aanzien van de Boetebeleidsregels 27 en het Handhavingsbeleid spam Met de Boetebeleidsregels geeft het college invulling aan zijn bevoegdheid tot het vaststellen van de hoogte van boetes ingevolge artikel 15.4 Tw. Tevens verschaft het college in de Boetebeleidsregels inzicht in de factoren die hij meeweegt bij het bepalen van de hoogte van de boete. 45. Met het Handhavingsbeleid spam verschaft het college inzicht in de criteria op basis waarvan hij overgaat tot het treffen van handhavende maatregelen wanneer het gaat om overtredingen van het spamverbod. 8. Overwegingen 8.1 Overwegingen ten aanzien van het bestanddeel verzender in het spamverbod Verzender 46. Uit de Nota naar aanleiding van het verslag bij de wijziging van de Telecommunicatiewet 29 blijkt dat het begrip verzender niet alleen omvat degene die op de verzendknop drukt (de feitelijke verzender), maar ook degene waarvan het bericht afkomstig is (de materiële verzender). De wetgever heeft gekozen voor een breed begrip verzender, om te voorkomen dat betrokken partijen zich achter elkaar gaan verschuilen [A] c.s. stelt in zijn bezwaarschrift dat hij niet verantwoordelijk is voor het benaderen van de potentiële thuiswerkers en derhalve niet als verzender van de berichten kan worden aangemerkt. Het college overweegt hieromtrent het volgende. 48. Ten eerste verwijst het college naar zijn overwegingen ter zake in het bestreden besluit, 31 waarin uitvoerig is stilgestaan bij het begrip verzender en de samenwerking tussen partijen. 27 Beleidsregels boetetoemeting met betrekking tot het opleggen van boetes ingevolge artikel 15.4 van de Telecommunicatiewet (Boetebeleidsregels OPTA ), Stcrt. nr. 50 van 11 maart Beleidsregels met betrekking tot de handhaving van artikel 15.7 van de Telecommunicatiewet (Handhavingsbeleid spam), Stcrt. nr. 50 van 11 maart Vanaf medio 2005 maakte het Handhavingbeleid spam onderdeel uit (als bijlage) van de Boetebeleidsregels OPTA. Het handhavingsbeleid spam is thans onder meer om praktische redenen met een gering aantal kleine aanpassingen separaat van de Boetebeleidsregels OPTA gepubliceerd. 29 Kamerstukken II, 2002/2003, nr. 7, p Kamerstukken II, 2005/2006, nr. 3, p Zie randnummers en van het bestreden besluit. 9

10 Hetgeen ter zake in het bestreden besluit is overwogen geldt hier onverkort. Het college overweegt hierbij voorts het volgende. 49. Het college concludeert in het bestreden besluit dat [B] de feitelijke verzender is van de spamberichten voor de thuiswerkcentrale, hetgeen door partijen ook niet wordt betwist De natuurlijke persoon [A] als verzender 50. Het college stelt in het bestreden besluit tevens vast dat de natuurlijke persoon [A], gelet op zijn nauwe betrokkenheid als (mede)opdrachtgever, is aan te merken als materieel verzender van de spamberichten voor de thuiswerkcentrale. [A] en [B] hadden als bestuurders van hun ondernemingen regelmatig en nauw contact met elkaar over de activiteiten van de thuiswerkcentrale. [A] was dagelijks bestuurder van zijn ondernemingen en in die hoedanigheid was hij degene die persoonlijk verantwoordelijk was voor de samenwerking tussen hemzelf en [B] in de dagelijkse bedrijfsvoering van de thuiswerkcentrale. 51. Toezichthoudende ambtenaren hebben bij hun onderzoek communicatie tussen [A] en [B] aangetroffen betreffende de dagelijkse bedrijfsvoering van de thuiswerkcentrale. [A] werd door [B] per regelmatig geïnformeerd over de gang van zaken. Het enkele feit dat er geen bewijs is gevonden dat de s, die op de computer van [A] zijn gevonden, niet zijn beantwoord, wil niet zeggen dat [A] geen kennis heeft genomen van deze informatie. 52. Het bezwaar van [A] dat hij, behoudens de waarschuwing van het college, niet wist dat [B] spamberichten verzond, waarmee het spamverbod werd overtreden, wordt ook thans door het college niet waarschijnlijk geacht. Uit het onderzoeksrapport blijkt volgens het college voldoende dat [A] ook behoudens de waarschuwing van het college op de hoogte was of had moeten zijn van de voortdurende overtredingen. 53. Ten eerste wordt op 30 januari 2005 door [B] in een aan [A] gesproken over spammen. Volgens de zienswijze van [A] bedoelde [B] met spammen het verzenden van e- mailberichten, niet zijnde ongevraagde berichten Op 6 april 2005 ontvangt [B] de waarschuwing van het college waaruit duidelijk blijkt dat vaststaat dat abonnee-ontvangers geen toestemming hebben gegeven voor de verzonden ongevraagde communicatie. Deze waarschuwing is bij [A] c.s. aangetroffen Op 29 juni 2006 ontvangen zowel [A] als [B] een van de internettoegangsdienst waarin wordt vermeld dat deze dienst een blokkering van de dienst wil doorvoeren omdat er sprake is van vermeend misbruik (spamactie) De echtgenote van [A] en tevens medevennoot van Abodata stuurt [B] op 11 juli 2006 een e- mail met daarin de waarschuwing voor een boete van het college wegens het verzenden van 32 Zie bijlage 26 van het onderzoeksrapport. 33 Zie bijlage 22 van het onderzoeksrapport. 34 Zie bijlage 14 van het onderzoeksrapport. 10

11 ongewenste . Het college acht het zeer waarschijnlijk dat deze informatie tevens [A] heeft bereikt, gezien het feit dat hij zowel echtgenoot van [C] als medevennoot van Abodata is De Reclame Code Commissie maakt op 26 januari 2007 een waarschuwing openbaar waarin de reclame-uiting in de vorm van in strijd met de code wordt bevonden omdat niet is gebleken dat de geadresseerde van de daartoe uitdrukkelijk toestemming heeft gegeven. Ook deze waarschuwing is bij [A] c.s. aangetroffen Het college acht het op basis van bovenstaande feiten onwaarschijnlijk dat de natuurlijke persoon [A] niet op de hoogte was van de spamberichten De bedrijven Abodata en HPT Development als verzenders 59. Het college heeft verder in het onderliggende bestreden besluit geconcludeerd dat de bedrijven Abodata en HPT Development een actieve en onmiskenbare rol hebben gespeeld in de dagelijkse bedrijfsactiviteiten van de thuiswerkcentrale, waaronder het verzenden van grote hoeveelheden spamberichten valt, en dus ook zijn aan te merken als materieel verzender. Dit blijkt onder andere uit de samenwerkingsovereenkomst tussen Call Data en HPT Development waarin de volgende passage is opgenomen: Calldata overlegt in detail alle werkzaamheden met HPT [A] c.s. betoogt tijdens de hoorzitting dat HPT Development in het onderzoeksrapport en in het bestreden besluit nauwelijks wordt genoemd en derhalve een ondergeschikte rol speelt. Volgens het college blijkt uit het onderzoeksrapport echter dat de bedrijven en activiteiten van [A] c.s. zo verweven zijn, dat ook HPT Development als materieel overtreder kan worden aangemerkt. Deze verwevenheid blijkt uit bovengenoemde samenwerkingsovereenkomst tussen Call Data en HPT Development en uit het feit dat de natuurlijke persoon [A] enig directeur/enig aandeelhouder en alleen/zelfstandig bevoegd bestuurder van HPT Development is. HPT Development is op haar beurt weer de belangrijkste vennoot binnen Abodata. De andere vennoot binnen Abodata is de echtgenote van [A]. Tijdens de hoorzitting van 25 juni 2008 heeft [A] verklaard dat zijn echtgenote als vennoot van HPT Development zich niet bezighoudt met de activiteiten van de thuiswerkcentrale. Dit blijkt volgens het college ook uit het feit dat ondanks de waarschuwing van de echtgenote van [A] de verzending van spamberichten en andere activiteiten van de thuiswerkcentrale niet zijn gestaakt. Volgens [A] c.s. is de overeenkomst tussen HPT Development en Call Data op 1 november 2004 mondeling omgezet naar een overeenkomst tussen [B] en Abodata. Hiervoor zijn echter geen nadere bewijzen aangevoerd. 35 Zie bijlage 24 van het onderzoeksrapport. 36 Zie bijlage 23 van het onderzoeksrapport. 37 Voor de volledig tekst: zie bijlage 21 van het onderzoeksrapport. 11

12 61. Naast het feit, dat volgens het college door het onderzoeksrapport aannemelijk is geworden dat door de samenwerking van partijen de bedrijven Abodata en HPT Development als materieel verzender kunnen worden aangemerkt, blijkt uit het onderzoeksrapport dat op 6 en 8 februari 2007 spamberichten zijn verzonden vanaf de fysieke locatie van Abodata en HPT Development. Daarmee staat vast dat de faciliteiten van Abodata en HPT Development zijn gebruikt voor de activiteiten van de thuiswerkcentrale, waaronder het verzenden van spamberichten en het afhandelen van telefoontjes van abonnees naar aanleiding van de spamberichten. 62. [A] c.s. betoogt in zijn bezwaarschrift niet op de hoogte te zijn geweest van de verzending van spamberichten vanaf de fysieke locatie van Abodata en HPT Development op 6 en 8 februari Tijdens de hoorzitting heeft hij verklaard dat de samenwerkingsovereenkomst op 1 februari 2007 is verbroken, hetgeen ook door [B] is verklaard. [B] zou waarschijnlijk nog een sleutel hebben gehad van de fysieke locatie en daardoor de mogelijkheid om vanaf deze locatie de spamberichten te verzenden. Uit onderzoek van het college en klachten van abonnees blijkt dat op 6 februari 2007 op of rond 11:54 uur en op 8 februari 2007 op of rond 08:43 uur vanaf de fysieke locatie van Abodata en HPT Development spamberichten zijn verzonden. Het college heeft [A] c.s. gevraagd binnen twee weken met aanvullende stukken aan te tonen dat Abodata en HPT Development niet verantwoordelijk kunnen worden gehouden voor het verzenden van deze s vanaf hun fysieke locatie. 38 [A] c.s. heeft hier per fax op 9 juli 2008 op gereageerd. [A] verklaart dat hij op 6 februari 2007 om 10:38 uur vanaf de fysieke locatie een heeft verzonden en daarna het kantoor heeft verlaten om te gaan golfen. Dit was vóór het tijdstip waarop de berichten zijn verzonden. Hier is echter geen verder bewijs voor aangeleverd. [A] c.s. meldt dat er, gezien de tijdsspanne van achttien maanden, geen getuigen meer te vinden zijn die dit kunnen bevestigen. Het college acht het zeer onwaarschijnlijk dat er geen medewerkers meer zijn te achterhalen die op dit tijdstip op de locatie aanwezig waren, zeker gezien het feit dat Abodata en HPT Development in deze periode nog gewoon in bedrijf waren. 63. Tevens betwist [A] c.s. dat het college bevoegd is om over de zending van 6 februari 2007 te oordelen, daar uit het onderzoeksrapport zou blijken dat het een zending aan Belgische abonnees betreft en naar aanleiding van deze zending geen klachten zijn ontvangen. Het college is het niet eens met deze stelling. Uit het onderzoeksrapport blijkt dat het adresbestand dat gebruikt is voor deze zending de naam aaabelgen.txt heeft. Dit impliceert echter niet dat dit bestand alleen adressen aan Belgische abonnees bevat. Klachten die bij het college zijn binnengekomen naar aanleiding van deze zending blijken na verificatie afkomstig uit Nederland. Ook uit het onderzoeksrapport blijkt dat deze lijst Nederlandse adressen bevat. 39 Het college is in dezen bevoegd om te oordelen over de zending van 6 februari Brief met kenmerk OPTA/ACNB/2008/ en OPTA/ACNB/2008/ Bijlage 15 van het onderzoeksrapport toont een willekeurige pagina uit de bestandslijst Belgen. 11 van de 68 adressen zijn in ieder geval Nederlands, want deze hebben het.nl toplevel domein (xxx@xxx.nl). Verder bevat de willekeurige pagina een aantal hotmail adressen waarvan niet direct is te zien of de abonnee Nederlands is. 12

13 64. Bovendien stelt het college vast dat de norm zoals neergelegd in het spamverbod zich richt tot een ieder die zich in Nederland bevindt. Het college is van mening dat hoewel de bepaling zich niet expliciet uitspreekt over de (locatie van de) eindgebruiker op wiens computer het spambericht wordt ontvangen, de wetgever niet kan hebben beoogd een safe harbor te creëren, in die zin dat het is toegestaan om vanuit Nederland spamberichten te verzenden naar eindgebruikers die zich buiten Nederland bevinden. Het college acht zich derhalve tevens bevoegd ten aanzien van het verzenden van spamberichten vanuit Nederland naar eindgebruikers die zich buiten Nederland bevinden. 65. Over de zending van 8 februari 2007 kan worden opgemerkt dat [A] betoogt dat het kantoor pas om 9:00 uur opengaat en de zending op of rond 8:45 uur heeft plaatsgevonden. [A] heeft om 10:47 uur een bericht verzonden, waarmee geïmpliceerd wordt dat hij op het tijdstip van verzending niet op de fysieke locatie aanwezig was. Wederom zijn er geen nadere bewijzen aan het college overgelegd. 66. Tevens merkt het college op dat met het verzenden over een telefoonlijn van, in beide gevallen bijna berichten, zeer vele uren gemoeid zijn en het derhalve onwaarschijnlijk wordt geacht dat niemand die op 6 of 8 februari 2007 aanwezig was, heeft opgemerkt dat [B] urenlang onrechtmatig op deze locatie aanwezig was. 67. Over de zendingen van 6 en 8 februari 2007 zijn, in tegenstelling tot de bewering van [A] c.s. wel klachten binnengekomen. 68. Het college overweegt op grond van bovenstaande dat Abodata en HPT Development, ieder voor zich, zijn aan te merken als materieel verzender De leidinggevende [A] als verzender 69. Als overtreder moet worden aangemerkt degene tot wie de overtreden norm zich richt. Evenals in het strafrecht is het uitgangspunt dat de bestuurlijke sanctie kan worden opgelegd aan degene die de overtreding pleegt. Dit kan zijn degene die door fysieke handelingen de bestanddelen van het delict vervult (de feitelijke overtreder). Uit het IJzerdraadarrest 40, alsmede het Slavenburgarrest 41 volgt echter dat een strafbaar feit ook kan worden gepleegd door de zogenoemde functionele dader. Dat wil zeggen dat de fysieke handelingen die de overtreding opleveren in de machtssfeer van de functionele dader lagen en dat de functionele dader deze handelingen heeft aanvaard of in het algemeen placht te aanvaarden, waarbij van dit laatste reeds sprake is als de functionele dader is tekortgeschoten in hetgeen redelijkerwijs van hem mocht worden verwacht om wederrechtelijke gedragingen te voorkomen HR 23 februari 1954, NJ 1954, HR 16 december 1986, NJ 1987, Rechtbank Rotterdam, 15 juli 2002, JB 2002, 289 m. nt. Albers. 13

14 70. De faciliteiten van Abodata en HPT Development zijn gebruikt voor de activiteiten van de thuiswerkcentrale, waaronder het verzenden van spamberichten en het afhandelen van telefoontjes van abonnees naar aanleiding van de spamberichten. Uit onderzoek is gebleken dat in ieder geval op 6 en 8 februari 2007 spamberichten zijn verzonden vanaf het fysieke adres van Abodata en HPT Development. Het al dan niet gebruik maken van de faciliteiten om spamberichten te kunnen verzenden, lag derhalve in de machtssfeer van [A] als leidinggevende. Hij heeft het gebruik aanvaard en laten voortduren, althans niet voorkomen, en kan derhalve als functioneel overtreder worden aangemerkt. 71. Bovendien stelt het college, dat indien [A], in zijn hoedanigheid als feitelijk leidinggevende van Abodata en HPT Development, niet op de hoogte was van het verzenden van spamberichten, hij op de hoogte had kunnen en daarom ook had moeten zijn in zijn hoedanigheid als medeverantwoordelijke bij de thuiswerkcentrale. Door niet in te grijpen heeft [A] c.s. bewust de aanmerkelijke kans genomen zich schuldig te maken aan het verzenden van spamberichten. 72. Het college overweegt dat [A] in zijn hoedanigheid als feitelijk leidinggevende van Abodata en HPT Development, waardoor de verzending van spamberichten in zijn machtsfeer lag en hij de handelingen heeft aanvaard althans niet heeft voorkomen, is aan te merken als materieel verzender Conclusies 73. Derhalve concludeert het college dat op basis van bovenstaande, respectievelijk de natuurlijke persoon [A], de bedrijven Abodata en HPT Development, en [A] als leidinggevende, als materieel verzenders kunnen worden aangemerkt. De bezwaren van [A] c.s. op dit punt treffen derhalve geen doel. 74. Doordat hiermee, naast de in het bezwaar door partijen niet weersproken of betwiste feiten, alle bestanddelen van het spamverbod zijn vervuld, kunnen respectievelijk de natuurlijke persoon [A], de bedrijven Abodata en HPT Development, en [A] als leidinggevende, als overtreders van het spamverbod worden aangemerkt. 8.2 Overwegingen ten aanzien van de identiteit van de klagers 75. Het college heeft in het bestreden boetebesluit vastgesteld dat de spamberichten, die namens de thuiswerkcentrale door partijen zijn verzonden, tevens zijn verzonden aan abonnees die natuurlijke personen zijn. De klagers hebben hun klachten ingediend via de website < De procedure op deze website voorziet erin dat vaststaat dat klachten die worden ingediend, klachten zijn van natuurlijke personen. 76. [A] c.s. stelt in het bezwaarschrift dat partijen geen kennis hebben kunnen nemen van de klachten die zijn ingediend op basis waarvan verweer zou kunnen worden gevoerd. Het college overweegt hieromtrent het volgende. 14

15 77. Het college verwijst wederom naar zijn overwegingen ter zake in het bestreden besluit. 43 Hetgeen ter zake in het bestreden besluit is overwogen geldt hier onverkort. Het college overweegt hierbij voorts het volgende. 78. Het college acht gewichtige redenen aanwezig, die nopen tot geheimhouding van de identiteit van klagers. 79. Ten eerste heeft het college in voldoende mate de juistheid van de klachten onderzocht. Er is steekproefsgewijs bij een aantal klagers geverifieerd of deze ontvangers van de spamberichten abonnee zijn in de zin van artikel 1, eerste lid, aanhef en sub p, Tw en daarbij natuurlijke personen zijn. Toezichthoudende ambtenaren hebben daartoe bij klagers geverifieerd dat zij het recht op gebruik van het adres, waarop het spambericht is ontvangen, ontlenen aan een contract met een aanbieder van internetdiensten. In het onderzoeksrapport zijn daartoe verschillende geanonimiseerde verklaringen opgenomen. 44 Vervolgens hebben toezichthoudende ambtenaren dit in een aantal gevallen geverifieerd bij de aanbieders van internetdiensten waar klagers een adres hebben. De schriftelijke reactie van aanbieders van internetdiensten op de verificatieverzoeken is in het onderzoeksrapport opgenomen Ten tweede wordt de identiteit van de klagers beschermd om potentiële klagers niet af te schrikken in de toekomst klachten in te dienen. Het initiëren van onderzoek naar overtredingen van het spamverbod is voor een deel afhankelijk van de klachten van personen die spamberichten hebben ontvangen. Het is een feit van algemene bekendheid dat klagers minder snel een klacht zullen indienen wanneer bekend is dat hun anonimiteit op een later moment aan de overtreder wordt onthuld. Het enkele feit dat de klager een of meerdere spamberichten ontvangt vormt een inbreuk op de persoonlijke levenssfeer van de klager. Het contact met de overtreder levert een extra inbreuk op. In het onderhavige geval is er gezien de hoogte van de boete meer aanleiding om aan te nemen dat de overtreder er belang bij kan hebben dat de klager zijn of haar klacht intrekt. 81. Ten slotte wil het college benadrukken dat het hier slechts gaat om de vraag of de klagers wel als abonnee en als natuurlijke persoon houder zijn van het adres waarop ze het spambericht hebben ontvangen. Of dat het geval is kan het college op andere, voor de klager minder belastende wijze vaststellen. 82. Het college concludeert op basis van bovenstaande dat het college gewichtige redenen heeft die nopen tot geheimhouding van de identiteit van de klagers. De bezwaren van [A] c.s. op dit punt treffen derhalve geen doel. 43 Zie randnummers van het bestreden besluit. 44 Zie bijlage A van het onderzoeksrapport. 45 Zie bijlage A van het onderzoeksrapport. 15

16 8.3 Overwegingen ten aanzien van het toezenden van een concept openbaar besluit 83. [A] c.s. stelt in het bezwaarschrift dat het college de toezegging om een concept openbaar besluit aan [A] c.s. toe te sturen niet is nagekomen. Tijdens de hoorzitting van 25 juni 2008 heeft [A] aangegeven dat hij door het noemen van de ondernemingen Abodata en HPT Development in het openbaar besluit schade heeft ondervonden. 84. Het college heeft samen met de vertrouwelijke versie van het besluit een begeleidende brief verzonden aan [A] c.s. 85. De begeleidende brief bij de vertrouwelijke versie van het bestreden besluit bevat de volgende passage: 46 Het college zal u binnenkort een openbare versie van het besluit toesturen. Indien u van mening bent dat het besluit vertrouwelijke gegevens in de zin van de Wet openbaarheid van bestuur bevat, dient u dit binnen vijf werkdagen na dagtekening van deze brief schriftelijk gemotiveerd aan het college kenbaar te maken. 86. Ten eerste merkt het college op dat een eventuele onzorgvuldigheid van de procedure om tot openbaarmaking over te gaan niets afdoet aan de rechtmatigheid van het te publiceren bestreden besluit. De begeleidende brief staat immers los van het bestreden besluit. Toch acht het college het gepast om enige opmerkingen te maken over de publicatie. 87. Het college erkent dat de gevolgen van publicatie van het openbaar besluit, met vermelding van de namen van de ondernemingen, de persoonlijke levenssfeer van betrokkenen kan aantasten. 88. Het is echter staand beleid van het college om de namen van rechtspersonen in een besluit te noemen en ambtshalve de namen van natuurlijke personen in de openbare versie van het besluit te anonimiseren. Ten aanzien van het vermelden van de bedrijfsnamen is de persoonlijke levenssfeer als bedoeld in artikel 10, tweede lid, onder e, van de Wet openbaarheid van bestuur niet in het geding. Evenmin gaat het bij het vermelden van bedrijfsnamen om bedrijfs- of fabricagegegevens die vertrouwelijk aan de overheid zijn verstrekt. 89. De omstandigheid dat via het Handelsregister is te achterhalen wie de bestuurders zijn van de rechtspersoon, brengt derhalve niet met zich mee dat publicatie van de naam van de rechtspersoon achterwege moet blijven. Abodata en HPT Development nemen als rechtspersoon aan het maatschappelijk verkeer deel, waarbij hoort dat via het Handelsregister kenbaar is wie de onderneming drijft Zie brief met kenmerk OPTA/ACNB/2008/ Rechtbank Amsterdam, LJN: BD3014,

17 90. Tevens is voorafgaand aan het boetebesluit uit zeer zorgvuldig onderzoek gebleken dat [A] c.s. overtreder is van het spamverbod. Het college is van oordeel dat hij hierbij in redelijkheid het belang van informatieverschaffing aan het publiek zwaarder heeft laten wegen dan dat van eventuele schade van de desbetreffende ondernemingen. Daarbij kan tevens worden opgemerkt dat schade aan de bedrijven Abodata en HPT Development volgens het college niet aan de orde is omdat deze bedrijven al voor de publicatie in faillissement verkeerden Het college heeft kennis genomen van de stelling van [A] c.s. dat de betreffende passage in de brief, geciteerd in randnummer 87, duidelijker kan worden geformuleerd. Dit neemt echter niet weg dat het college door het bieden van de mogelijkheid om binnen vijf werkdagen aan te geven of deze versie vertrouwelijke gegevens bevat in de zin van de Wet openbaarheid van bestuur en het vervolgens ambtshalve anonimiseren van de namen van natuurlijke personen in de openbare versie van het besluit zorgvuldig en correct heeft gehandeld. 92. De bezwaren van [A] c.s. op dit punt treffen derhalve geen doel. 8.4 Overwegingen ten aanzien van de boete 93. Voor de vaststelling van de boete heeft het college in het bestreden besluit overeenkomstig de Boetebeleidsregels de ernst van de overtreding bepaald door de zwaarte van de overtreding in samenhang met de economische context waarin deze heeft plaatsgevonden in de overweging mee te nemen. Dit heeft geleid tot een boetecategorie met daarbij een bandbreedte voor de hoogte van de op te leggen boete. Het college heeft de hoogte van de boete in deze bandbreedte bepaald mede door het wegen van de duur van de overtreding en de verwijtbaarheid van de overtreder. Verder heeft het college rekening gehouden met boeteverhogende of -verlagende omstandigheden. 94. Het college oordeelt daarom dat het bestreden besluit overeenkomstig de Boetebeleidsregels is genomen. 95. In het hiernavolgende heroverweegt het college de ernst van de overtreding, de hoogte van de boete en of er boeteverhogende of -verlagende omstandigheden zijn Ernst van de overtreding 96. Volgens de Boetebeleidsregels wordt de ernst van de overtreding bepaald aan de hand van de zwaarte van de overtreding en de economische context van de overtreding. 48 De vennootschap onder firma Abodata is samen met de vennoten in staat van faillissement verklaard bij rechterlijke uitspraak van 19 februari 2008 (Bron: Uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel voor Zuidwest-Nederland). De besloten vennootschap HPT Development is in staat van faillissement verklaard bij rechterlijke uitspraak van 19 februari 2008 (Bron: Uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel voor Zuidwest-Nederland). 17

18 Zwaarte van de overtreding 97. De overtredingen van artikel 11.7, eerste lid, Tw en artikel 11.7, derde lid, onder a en b, Tw, zijn overtredingen van de verplichtingen die strekken tot bescherming van persoonsgegevens en de persoonlijke levenssfeer en worden als zodanig door het college in de Boetebeleidsregels als minder zware overtreding aangemerkt Economische context en bijzondere omstandigheden 98. Bij het bepalen van de ernst van de overtredingen houdt het college, naast de hiervoor vastgestelde zwaarte van de overtredingen in abstracto, rekening met de economische context en de bijzondere omstandigheden waarin de overtredingen hebben plaatsgevonden. In het Handhavingsbeleid spam is voor overtredingen van het spamverbod bepaald dat de ernst van de overtreding mede wordt bepaald op basis van de volgende criteria: - het aantal klachten; - herhaalde overtreding (recidive); - meerdere overtredingen; - de bijzondere schadelijkheid van het bericht volgens eindgebruikers; - veroorzaakte schade door het bericht volgens Internet Service Providers en/of hostingproviders; - het aantal verzonden berichten; en - de gebruikte methode of middelen dan wel de mate waarin gebruik is gemaakt van technieken (voor de verzending van ongevraagde elektronische berichten) die op zichzelf genomen een inbreuk op de privacy vormen of anderszins onrechtmatig zijn. 99. Bovengenoemde criteria hoeven niet allemaal van toepassing te zijn om de ernst van een overtreding te kunnen bepalen. Om de ernst van de overtredingen in dit concrete geval te bepalen, is het college om die reden in het bestreden boetebesluit ingegaan op de in het onderhavige geval relevante criteria. Daarnaast zijn tevens de door partijen gegenereerde inkomsten in de beoordeling betrokken Het college verwijst naar zijn overwegingen ter zake in het bestreden besluit. 49 Hetgeen daarin is overwogen geldt hier onverkort. Het college overweegt voorts het volgende De verklaringen van ex-werkneemsters van [A] c.s. waarin de werkwijze van de thuiswerkcentrale aan de kaak wordt gesteld, worden meegewogen als bijzondere omstandigheid en ondersteunen het feit dat voor eindgebruikers (indirecte) materiële schade is opgetreden door het verzenden van spamberichten door partijen. Volgens het college is uit het onderzoeksrapport voldoende gebleken dat de verklaringen afkomstig zijn van exwerkneemsters van [A] c.s. De verklaringen zijn teruggevonden op de computer van [A] c.s. De bezwaren van [A] c.s. op dit punt treffen derhalve geen doel. 49 Zie randnummer van het bestreden besluit. 18

19 102. Gezien het groot aantal klachten van bijna 100, dat is ontvangen via < het feit dat er sprake is van herhaalde overtreding van meerdere leden van artikel 11.7 Tw, er (indirecte) materiële schade is opgetreden voor eindgebruikers doordat in de berichten doelbewust werd opgeroepen om (zonder resultaat) naar dure 0900-nummers te bellen voor thuiswerk, er schade is veroorzaakt volgens de internetaanbieder, er een groot aantal van 2,5 miljoen berichten is verzonden en dat partijen in een paar jaar tijd een zeer hoge omzet van 1,7 miljoen hebben behaald in de periode dat [A] c.s. het spamverbod overtrad, concludeert het college dat er sprake is van ernstige overtredingen. Op grond van de Boetebeleidsregels is daarvoor een boetebedrag van maximaal passend Hoogte van de boete 103. Binnen de bandbreedte van de boetecategorie wordt met inachtneming van de duur van de overtreding en de verwijtbaarheid van de overtreder, de hoogte van de boete vastgesteld. Ten slotte bepalen mogelijke boeteverhogende of -verlagende omstandigheden het uiteindelijke boetebedrag Duur van de overtreding 104. Het college heeft in het bestreden boetebesluit vastgesteld dat gedurende de periode van 17 december 2004 tot en met 5 december 2007 [B] aangemerkt kan worden als feitelijk overtreder, van hetgeen bepaald is in artikel 11.7, eerste lid, Tw en in artikel 11.7, derde lid, Tw. De totale duur van de overtredingen beslaat derhalve bijna drie jaar. In vergelijking met andere gevallen waarin het college ter zake van overtreding van artikel 11.7 Tw een boete heeft opgelegd, is de duur van de overtredingen bijzonder lang Het college heeft in het bestreden boetebesluit vastgesteld dat [A] schriftelijk heeft verklaard dat de zakelijke relatie met [B] op 1 februari 2007 is verbroken, hetgeen [B] heeft bevestigd in het gesprek op 27 juni In het rapport stellen toezichthoudend ambtenaren van het college vast dat er spamberichten zijn getraceerd die zijn verzonden vanaf de fysieke locatie van Abodata op 6 en 8 februari Daarna zijn er geen aanwijzingen aangetroffen die duiden op betrokkenheid van [A] c.s. bij de overtredingen na 8 februari Om die reden is het college tot de volgende conclusie ten aanzien van de duur van de overtredingen van [A] c.s. gekomen Het college heeft in het bestreden boetebesluit vastgesteld dat gedurende de periode vanaf 17 december 2004 tot en met 8 februari 2007 [A] c.s. kan worden aangemerkt als overtreder van hetgeen is bepaald in artikel 11.7, eerste lid, Tw en in artikel 11.7, derde lid, Tw. De totale duur van de overtredingen beslaat derhalve ruim twee jaar. In vergelijking met andere gevallen waarin het college ter zake van overtreding van artikel 11.7 Tw een boete heeft opgelegd, is de duur van de overtredingen bijzonder lang. 19

2. Op 22 februari 2007 hebben [ ] en [ ] namens Pidplates een mondelinge zienswijze op het rapport gegeven.

2. Op 22 februari 2007 hebben [ ] en [ ] namens Pidplates een mondelinge zienswijze op het rapport gegeven. Zaaknummer: 07.3945.29.1.01 Datum: 30 augustus 2007 BESLUIT van het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit inzake het bezwaar van Pidplates Performance B.V te Arnhem tegen het

Nadere informatie

Openbare versie. Bijlage 1: Boetebeleid en handhavingsbeleid spam. 1. Inleiding

Openbare versie. Bijlage 1: Boetebeleid en handhavingsbeleid spam. 1. Inleiding Bijlage 1: Boetebeleid en handhavingsbeleid spam 1. Inleiding 1.1. De Telecommunicatiewet geeft het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit (hierna: het college) de bevoegdheid

Nadere informatie

Contactpersoon Ons kenmerk Uw kenmerk Doorkiesnummer

Contactpersoon Ons kenmerk Uw kenmerk Doorkiesnummer Contactpersoon Ons kenmerk Uw kenmerk Doorkiesnummer OPTA/IPB/2007/200541 Datum Onderwerp Bijlage(n) 11-04-2007 Boetebesluit JBOE 07001 Besluit van het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie

Nadere informatie

Contactpersoon Ons kenmerk Uw kenmerk Doorkiesnummer. Reactie OPTA inzake SMS advertising pilot

Contactpersoon Ons kenmerk Uw kenmerk Doorkiesnummer. Reactie OPTA inzake SMS advertising pilot KPN B.V. Legal & Regulatory Postbus 30139 2500 GC 'S-GRAVENHAGE 2500GC30139 Contactpersoon Ons kenmerk Uw kenmerk Doorkiesnummer OPTA/IPB/2007/202021 Datum Onderwerp Bijlage(n) Reactie OPTA inzake SMS

Nadere informatie

Boetebesluit Openbaar. 1 Inleiding

Boetebesluit Openbaar. 1 Inleiding Ons kenmerk: OPTA/ACNB/2009/201348 Zaaknummer: 09.0081.37 Datum: 17 Juni 2009 Besluit van het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit op grond van artikel 15.4 juncto artikel

Nadere informatie

Besluit Openbaar. 1 Samenvatting. 2 Verloop van de procedure

Besluit Openbaar. 1 Samenvatting. 2 Verloop van de procedure Ons kenmerk: OPTA/COL/2009/202779 Zaaknummer: 09.0081.37.1.01 Datum: 29 oktober 2009 BESLUIT van het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit inzake het bezwaarschrift tegen zijn

Nadere informatie

1.5. Tevens geeft het college met deze beleidsnota invulling aan zijn beleidsvrijheid ten aanzien van de keuze voor een bepaald handhavingsmiddel.

1.5. Tevens geeft het college met deze beleidsnota invulling aan zijn beleidsvrijheid ten aanzien van de keuze voor een bepaald handhavingsmiddel. OPTA HANDHAVINGSBELEID SPAM Beleidsregels met betrekking tot de handhaving van artikel 11.7 van de Telecommunicatiewet (Handhavingsbeleid spam ) 1. Inleiding 1.1. De Telecommunicatiewet geeft het college

Nadere informatie

3. Het rapport is op 2 november 2004 per aangetekende post aan Groenendaal toegezonden.

3. Het rapport is op 2 november 2004 per aangetekende post aan Groenendaal toegezonden. Besluit van het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit op grond van artikel 15.4 van de Telecommunicatiewet inhoudende de oplegging van 10 boetes naar aanleiding van een tweetal

Nadere informatie

Beleidsregels met betrekking tot de handhaving van artikel 11.7, eerste tot en met vierde lid, van de Telecommunicatiewet (Handhavingsbeleid spam)

Beleidsregels met betrekking tot de handhaving van artikel 11.7, eerste tot en met vierde lid, van de Telecommunicatiewet (Handhavingsbeleid spam) OPTA HANDHAVINGSBELEID SPAM Beleidsregels met betrekking tot de handhaving van artikel 11.7, eerste tot en met vierde lid, van de Telecommunicatiewet (Handhavingsbeleid spam) 1. Inleiding 1.1. De Telecommunicatiewet

Nadere informatie

Veel gestelde vragen over spam (FAQ s)

Veel gestelde vragen over spam (FAQ s) Veel gestelde vragen over spam (FAQ s) Het Nederlandse verbod op spam wordt uitgebreid. Dit zijn ongevraagde elektronische berichten (via mail, sms, fax en automatische oproepsystemen) met een commercieel,

Nadere informatie

Besluit Openbaar. 1. Inleiding en procesverloop

Besluit Openbaar. 1. Inleiding en procesverloop Besluit van het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit op grond van artikel 15.4 van de Telecommunicatiewet inhoudende de oplegging van 10 boetes naar aanleiding van een tweetal

Nadere informatie

Page 1 of 6 LJN: BZ5151, Rechtbank Rotterdam, ROT 11/4910 en ROT 11/4987 Datum 21-03-2013 uitspraak: Datum 21-03-2013 publicatie: Rechtsgebied: Bestuursrecht overig Soort procedure: Eerste aanleg - meervoudig

Nadere informatie

Contactpersoon Ons kenmerk Uw kenmerk Doorkiesnummer

Contactpersoon Ons kenmerk Uw kenmerk Doorkiesnummer KPN Corporate Legal & Regulatory De heer M.A. Prinsen Geerligs Postbus 30000 2500 GA 'S-GRAVENHAGE 2500GA30000 Contactpersoon Ons kenmerk Uw kenmerk Doorkiesnummer mw. drs. M.E. Remijnse OPTA/ACNB/2008/200612

Nadere informatie

Besluit Openbaar. 1 Samenvatting

Besluit Openbaar. 1 Samenvatting Ons kenmerk: OPTA/ACNB/2010/202639_OV Zaaknummer: 10.0252.37 Datum: 6 oktober 2010 Besluit van het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit tot oplegging van een boete ter zake

Nadere informatie

Contactpersoon Ons kenmerk Uw kenmerk Doorkiesnummer. 13 mei 2008 Besluit inzake handhavingsverzoek verhoogde 1 acceptgirokosten KPN

Contactpersoon Ons kenmerk Uw kenmerk Doorkiesnummer. 13 mei 2008 Besluit inzake handhavingsverzoek verhoogde 1 acceptgirokosten KPN Consumentenbond De heer M. Wessling Postbus 1000 2500 BA 'S-GRAVENHAGE 2500BA1000 Contactpersoon Ons kenmerk Uw kenmerk Doorkiesnummer mw. drs. M.E. Remijnse OPTA/ACNB/2008/200860 Datum Onderwerp Bijlage(n)

Nadere informatie

Besluit Openbaar. 1 Samenvatting. 2 Verloop van de procedure

Besluit Openbaar. 1 Samenvatting. 2 Verloop van de procedure Ons kenmerk: OPTA/COL/2009/201290 Zaaknummer: 09.0093.32.1.01 Datum: 19 juni 2009 BESLUIT van het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit inzake het bezwaarschrift tegen zijn

Nadere informatie

2. Op 10 oktober 2005 heeft Speko bij faxbericht haar schriftelijke zienswijze ingediend.

2. Op 10 oktober 2005 heeft Speko bij faxbericht haar schriftelijke zienswijze ingediend. Ons kenmerk: OPTA/IPB/2006/200371 Zaaknummer: JBOE05003 Datum: Besluit op het bezwaarschrift van Speko B.V. van 5 januari 2006, gericht tegen het besluit van het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie

Nadere informatie

Openbare versie. 1 Inleiding

Openbare versie. 1 Inleiding Ons kenmerk: OPTA/ACNB/2008/201987 Zaaknummer: 08.0180.37 Besluit van het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit op grond van artikel 15.4 juncto artikel 15.10 van de Telecommunicatiewet

Nadere informatie

Besluit Openbaar. 1 Samenvatting. 2 Verloop van de procedure en feiten

Besluit Openbaar. 1 Samenvatting. 2 Verloop van de procedure en feiten Ons kenmerk: OPTA/ACNB/2009/201847 Zaaknummer: 09.0154.29 Datum: 24 juli 2009 van het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit tot het opleggen van een last onder dwangsom aan

Nadere informatie

BESLUIT. 4. Artikel 56 Mededingingswet (hierna: Mw) luidde tot 1 juli 2009, voor zover van belang, als volgt:

BESLUIT. 4. Artikel 56 Mededingingswet (hierna: Mw) luidde tot 1 juli 2009, voor zover van belang, als volgt: Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 6494_1/309; 6836_1/220 Betreft zaak: Limburgse bouwzaken 1 en 2 / de heer [A] Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit

Nadere informatie

Openbaar. 1. Samenvatting

Openbaar. 1. Samenvatting Ons kenmerk: Zaaknummer: OPTA/IPB/2006/201224 Bezwaar 0610227 inzake JEBOE05004 Datum: 13 april 2006 BESLUIT van het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit inzake het bezwaarschrift

Nadere informatie

Het rapport is op 2 augustus 2005 per aangetekende post aan Vitamins verzonden.

Het rapport is op 2 augustus 2005 per aangetekende post aan Vitamins verzonden. Ons kenmerk: OPTA/IPB/2005/202932 Zaaknummer: JBOE05002 Datum : 20 oktober 2005 Besluit van het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit over het opleggen van een boete aan Vitamins

Nadere informatie

Besluit Openbaar. 1 Samenvatting. 2 Achtergrond en verloop van de procedure

Besluit Openbaar. 1 Samenvatting. 2 Achtergrond en verloop van de procedure Ons kenmerk: OPTA/ACNB/2010/201911 Zaaknummer: 10.0207.37 Datum: 8 juli 2010 van het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit tot oplegging van een boete en het geven van een waarschuwing

Nadere informatie

2.1 Voor het feitencomplex wordt verwezen naar het bestreden dwangsombesluit van 22 oktober 2009.

2.1 Voor het feitencomplex wordt verwezen naar het bestreden dwangsombesluit van 22 oktober 2009. Ons kenmerk: OPTA/ACNB/2010/201149 Zaaknummer: 09.0181.34.01 Datum: 1 april 2010 van het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit op het bezwaar van Telfort B.V. gericht tegen

Nadere informatie

Besluit Openbaar. 1 Samenvatting OPTA/COL/2010/

Besluit Openbaar. 1 Samenvatting OPTA/COL/2010/ Ons kenmerk: Zaaknummer: Datum: 12 april 2010 OPTA/COL/2010/201040 08.0079.29.1.01 Besluit van het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit inzake het bezwaarschrift tegen zijn

Nadere informatie

Beslissing op bezwaar

Beslissing op bezwaar Beslissing op bezwaar Kenmerk: 26212/2011016210 Betreft: verzoek om bestuursrechtelijke handhaving op grond van artikel 6.13, tweede lid, aanhef en onder a, van de Mediawet 2008 Beslissing op bezwaar inzake

Nadere informatie

Besluit Openbaar. 1 Samenvatting

Besluit Openbaar. 1 Samenvatting Ons kenmerk: OPTA/COL/2010/203507_OV Zaaknummer: 10.0252.37.1.01 Datum: 7 februari 2011 Besluit van het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit inzake het bezwaarschrift tegen

Nadere informatie

2. Bij besluit van de d-g NMa van 5 september 2001 (hierna: het bestreden besluit) is de klacht afgewezen.

2. Bij besluit van de d-g NMa van 5 september 2001 (hierna: het bestreden besluit) is de klacht afgewezen. BESLUIT Nummer 2600/ 41 Betreft zaak: Ralet vs CZ en VGZ Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit tot ongegrondverklaring van het bezwaar gericht tegen zijn besluit van

Nadere informatie

Openbaar. Gezamenlijk rechtsoordeel van CBP en OPTA inzake tell-a-friend systemen op websites

Openbaar. Gezamenlijk rechtsoordeel van CBP en OPTA inzake tell-a-friend systemen op websites Gezamenlijk rechtsoordeel van CBP en OPTA inzake tell-a-friend systemen op websites Inleiding... 2 Juridisch kader... 3 Bevoegdheid OPTA en bevoegdheid CBP... 3 Aanleiding rechtsoordeel... 3 Toepasbaarheid

Nadere informatie

Beslissing op bezwaar

Beslissing op bezwaar Beslissing op bezwaar Kenmerk: 24055/2010018942 Betreft: Beslissing op bezwaar inzake Wob besluit naar aanleiding van verzoek om openbaarmaking door de VARA Het Commissariaat voor de Media, gezien het

Nadere informatie

5. RBN biedt een Voip-applicatie genaamd RingCredible aan. Met deze applicatie kunnen eindgebruikers bellen over het internet.

5. RBN biedt een Voip-applicatie genaamd RingCredible aan. Met deze applicatie kunnen eindgebruikers bellen over het internet. Ons kenmerk: ACM/DJZ/2015/201646_OV Zaaknummer: 14.0875.31.1.01 Datum: 7 april 2015 Besluit van de Autoriteit Consument en Markt op het bezwaar van RBN B.V. gericht tegen zijn besluit van 18 december 2014,

Nadere informatie

Besluit Openbaar. 1 Samenvatting. 2 Verloop van de procedure

Besluit Openbaar. 1 Samenvatting. 2 Verloop van de procedure Ons kenmerk: OPTA/ACNB/2009/203221 Zaaknummer: 09.0154.29.1.01 Datum: 20 november 2009 BESLUIT van het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit inzake het bezwaarschrift tegen

Nadere informatie

Besluit Openbaar. 1 Samenvatting

Besluit Openbaar. 1 Samenvatting Ons kenmerk: Zaaknummer: 11.0180.37 OPTA/ACNB/2011/202408 Besluit van het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit tot oplegging van een boete ter zake van overtredingen van artikel

Nadere informatie

3. Voor de procedure tot 19 april 2011 verwijst het college naar het feitencomplex van het boetebesluit van 19 april 2011.

3. Voor de procedure tot 19 april 2011 verwijst het college naar het feitencomplex van het boetebesluit van 19 april 2011. Ons kenmerk: OPTA/COL/2011/202247_OV en OPTA/COL/2011/202248_OV Zaaknummer: 11.0041.37.1.01 en 11.0042.37.1.01 Datum: 5 oktober 2011 Besluit van het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie

Nadere informatie

HERNIEUWDE BESLISSING

HERNIEUWDE BESLISSING Ons kenmerk: OPTA/COL/2008/200336 Zaaknummer: JBOE05004/06.3497.41.1.02.2 Datum: 15-02-2008 HERNIEUWDE BESLISSING van het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit inzake het bezwaarschrift

Nadere informatie

Boetebesluit Openbaar

Boetebesluit Openbaar Ons kenmerk: Zaaknummer: Datum: OPTA/IPB/2007/200829 JBOE07002 Besluit van het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit tot het opleggen van een boete aan [ ] wegens overtreding

Nadere informatie

Beslissing op bezwaar

Beslissing op bezwaar Beslissing op bezwaar Kenmerk: 26146/2011014629 Betreft: beslissing op bezwaar inzake het besluit tot publicatie van het besluit betreffende het leveren van programmagegevens van de landelijke publieke

Nadere informatie

Besluit Openbaar. Ons kenmerk: OPTA/IPB/2007/ Zaaknummer: Datum

Besluit Openbaar. Ons kenmerk: OPTA/IPB/2007/ Zaaknummer: Datum Ons kenmerk: OPTA/IPB/2007/202118 Zaaknummer: 07.0137.22 Datum 17-10-2007 Besluit van het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit op de aanvraag van het De Telefoongids B.V. tot

Nadere informatie

1 Samenvatting. 2 Achtergrond en verloop van de procedure

1 Samenvatting. 2 Achtergrond en verloop van de procedure Ons kenmerk: OPTA/ACNB/2010/201910_OV Zaaknummer: 10.0206.37 Datum: 8 juli 2010 Besluit van het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit tot oplegging van een boete ter zake van

Nadere informatie

Nieuwe B-to-B wetgeving. anti-spam wetgeving uitgelegd. per 1 oktober 2009. PreSoft Information Systems. Bezoekadres Wijngaardstraat 51 4461 DB Goes

Nieuwe B-to-B wetgeving. anti-spam wetgeving uitgelegd. per 1 oktober 2009. PreSoft Information Systems. Bezoekadres Wijngaardstraat 51 4461 DB Goes Nieuwe B-to-B wetgeving anti-spam wetgeving uitgelegd per 1 oktober 2009 PreSoft Information Systems Bezoekadres Wijngaardstraat 51 4461 DB Goes Postadres Postbus 470 4460 AW Goes T: 0113-222800 F: 0113-211800

Nadere informatie

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 79, eerste lid, van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 79, eerste lid, van de Mededingingswet. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 3698-22 Betreft zaak: natuurlijke persoon Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 79, eerste

Nadere informatie

3. Het college heeft bij besluit van 18 februari 2009 het verzoek om informatie van ECS c.s. gedeeltelijk ingewilligd.

3. Het college heeft bij besluit van 18 februari 2009 het verzoek om informatie van ECS c.s. gedeeltelijk ingewilligd. Ons kenmerk: OPTA/ACNB/2009/201952 Zaaknummer: 09.0036.28.1.01 Datum: 7 augustus 2009 BESLUIT van het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit inhoudende de beslissing op de bezwaarschriften

Nadere informatie

Besluit tot openbaarmaking

Besluit tot openbaarmaking Besluit als bedoeld in artikel 8 van de Wet openbaarheid van bestuur Zaak: 10826 Kenmerk: 12517 / 01.038.932 Openbaar gemaakt onder kenmerk Besluit tot openbaarmaking Besluit tot openbaarmaking van het

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2013:1522

ECLI:NL:RVS:2013:1522 ECLI:NL:RVS:2013:1522 Instantie Raad van State Datum uitspraak 16-10-2013 Datum publicatie 16-10-2013 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201206838/1/A3 Bestuursrecht Tussenuitspraak

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK MigratieWeb ve07000557 200606955/1. Datum uitspraak: 21 maart 2007 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak op het hoger beroep van: vennootschap onder firma A., gevestigd te Honselersdijk, appellante, tegen

Nadere informatie

Besluit tot openbaarmaking

Besluit tot openbaarmaking Besluit als bedoeld in artikel 8 van de Wet openbaarheid van bestuur Zaak: 12924 1X Corp N.V. en Exinvest Limited Kenmerk: 12924 / 01.046.246 Openbaarmaking onder kenmerk: 12924 / 01.047.553 Besluit tot

Nadere informatie

Ons kenmerk [VERTROUWELIJK] Contactpersoon [VERTROUWELIJK]

Ons kenmerk [VERTROUWELIJK] Contactpersoon [VERTROUWELIJK] Autoriteit Persoonsgegevens AANGETEKEND Datum Contactpersoon Onderwerp Besluit tot invordering en voornemen tot publicatie Geachte, Bij besluit van 11 mei 2017 met kenmerk heeft de Autoriteit Persoonsgegevens

Nadere informatie

Boetebeschikking. a. Procedure. b. Feiten. Kenmerk: / Betreft: overschrijding maximum reclamezendtijd

Boetebeschikking. a. Procedure. b. Feiten. Kenmerk: / Betreft: overschrijding maximum reclamezendtijd Boetebeschikking Kenmerk: 646452/668864 Betreft: overschrijding maximum reclamezendtijd Boetebeschikking van het Commissariaat voor de Media betreffende een overtreding van artikel 3.8, eerste lid, van

Nadere informatie

NIEUWE REGELS INZAKE E-MARKETING & TELEMARKETING. Juni 2009

NIEUWE REGELS INZAKE E-MARKETING & TELEMARKETING. Juni 2009 NIEUWE REGELS INZAKE E-MARKETING & TELEMARKETING Juni 2009 INLEIDING Door een aanpassing van de Telecommunicatiewet worden per 1 oktober 2009 nieuwe regels van kracht met betrekking tot elektronische marketing

Nadere informatie

Openbaar. Openbaar Besluit. Samenvatting. 1 Inleiding. Beslissing op bezwaar Simbat

Openbaar. Openbaar Besluit. Samenvatting. 1 Inleiding. Beslissing op bezwaar Simbat Besluit Beslissing op bezwaar Simbat Ons kenmerk : ACM/UIT/493047 Zaaknummer : ACM/17/019327 Datum : 12 januari 2018 Besluit van de Autoriteit Consument en Markt als bedoeld in artikel 7:11 van de Algemene

Nadere informatie

Besluit Openbaar. 1 Samenvatting. 2 Achtergrond en verloop van de procedure

Besluit Openbaar. 1 Samenvatting. 2 Achtergrond en verloop van de procedure Ons kenmerk: OPTA/ACNB/2013/200347_OV Zaaknummer: 12.0180.37 Datum: 14 februari 2013 Besluit van het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit tot het opleggen van een boete ter

Nadere informatie

Pagina. Besluit Openbaar. 1. De Autoriteit Consument en Markt (hierna: de ACM) heeft vastgesteld dat er kennelijk

Pagina. Besluit Openbaar. 1. De Autoriteit Consument en Markt (hierna: de ACM) heeft vastgesteld dat er kennelijk Ons kenmerk: ACM/DTVP/2017/200358 Zaaknummer: 16.1087.52 Datum: 31 maart 2017 van de Autoriteit Consument en Markt op grond van artikel 4.4 van de Telecommunicatiewet jo. artikel 3.6b van het universele

Nadere informatie

Besluit Openbaar. 1 Samenvatting

Besluit Openbaar. 1 Samenvatting Ons kenmerk: OPTA/AM/2009/203078 Zaaknummer: 08.0079.29 Datum: 10 november 2009 Besluit van het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit op grond van artikel 15.4 juncto artikel

Nadere informatie

Pagina 1/7. Besluit Openbare versie. Ons kenmerk: CA/NB/867/64 Zaaknummer: 867 Datum: 20 juni 2013

Pagina 1/7. Besluit Openbare versie. Ons kenmerk: CA/NB/867/64 Zaaknummer: 867 Datum: 20 juni 2013 Ons kenmerk: CA/NB/867/64 Zaaknummer: 867 Datum: 20 juni 2013 Besluit van de Autoriteit Consument en Markt op de bezwaren van Hotel Group International C.V. en de heer [X] tegen het besluit van de Consumentenautoriteit

Nadere informatie

Besluit Openbaar. 1. Samenvatting

Besluit Openbaar. 1. Samenvatting Ons kenmerk: OPTA/ACNB/2010/201374_OV Zaaknummer: 10.0131.37 Datum: Besluit van het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit op grond van artikel 15.4 juncto artikel 15.10 van

Nadere informatie

Openbaar. 1. Samenvatting

Openbaar. 1. Samenvatting Ons kenmerk: Zaaknummer: OPTA/IPB/2006/201267 Bezwaar 0610230 inzake JEBOE05007 Datum: 14 april 2006 BESLUIT van het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit inzake het bezwaarschrift

Nadere informatie

BESLUIT. Openbare versie. 1 Verloop van de procedure. Openbaar

BESLUIT. Openbare versie. 1 Verloop van de procedure. Openbaar Openbare versie Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 6944/91 Betreft zaak: Zegelverbreking LHV Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit op de bezwaren gericht

Nadere informatie

Besluit OPENBAAR. 1 Samenvatting. 2 Achtergrond en verloop van de procedure

Besluit OPENBAAR. 1 Samenvatting. 2 Achtergrond en verloop van de procedure Ons kenmerk: OPTA/ACNB/2012/202237_OV Zaaknummer: 11.0242.37 Datum: Besluit van het College van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit tot het opleggen van een boete ter zake van overtredingen

Nadere informatie

BESLUIT. 2. Bij brief van 21 oktober 2002 heeft P. Abegg tegen dit besluit bezwaar gemaakt.

BESLUIT. 2. Bij brief van 21 oktober 2002 heeft P. Abegg tegen dit besluit bezwaar gemaakt. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 2960/ 24 Betreft zaak: Abegg - CZ Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit tot ongegrondverklaring van het tegen zijn

Nadere informatie

Onder verwijzing naar uw per gestuurde brief van 6 februari 2013 bericht de Autoriteit Financiële Markten (AFM) u als volgt.

Onder verwijzing naar uw per  gestuurde brief van 6 februari 2013 bericht de Autoriteit Financiële Markten (AFM) u als volgt. Openbare versie Stichting Wesa Beheer de heer N.A. Sjerps Vogelzand 2107 1788 GL JULIANADORP Datum Ons kenmerk ----------------13080613 Pagina 1 van 6 Kopie aan ------------------------------- -----------------------

Nadere informatie

Met name is de vraag van belang wanneer de verzending van e-mail berichten/nieuwsbrieven aangemerkt kan worden als spam en wanneer niet.

Met name is de vraag van belang wanneer de verzending van e-mail berichten/nieuwsbrieven aangemerkt kan worden als spam en wanneer niet. E-mail marketing van Miller Digital Regels en richtlijnen E-mailmarketing heeft zichzelf als communicatiemiddel inmiddels ruimschoots bewezen. Of het nou gaat om een e-mail nieuwsbrief, e-persbericht,

Nadere informatie

Besluit tot openbaarmaking

Besluit tot openbaarmaking Besluit als bedoeld in artikel 8 van de Wet openbaarheid van bestuur Zaak: OB/001 Kenmerk: 00.061.063 Openbaarmaking onder kenmerk: Besluit tot openbaarmaking Besluit tot openbaarmaking van de besluiten

Nadere informatie

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit. Verloop procedure en feitelijke achtergrond

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit. Verloop procedure en feitelijke achtergrond Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 4040-31 Betreft zaak: Klacht Van der Brugge tegen Raden voor Rechtsbijstand en NOvA Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit

Nadere informatie

Besluit van de Autoriteit Consument en Markt als bedoeld in artikel 56, aanhef en onder a, en artikel 89 van de Mededingingswet. 1 Inleiding...

Besluit van de Autoriteit Consument en Markt als bedoeld in artikel 56, aanhef en onder a, en artikel 89 van de Mededingingswet. 1 Inleiding... Ons kenmerk: ACM/DJZ/2015/203329_OV Zaaknummer: 14.0705.27 Datum: Besluit van de Autoriteit Consument en Markt als bedoeld in artikel 56, aanhef en onder a, en artikel 89 van de Mededingingswet. Inhoudsopgave

Nadere informatie

Besluit. A. Verloop van de procedure. Kenmerk: 622422/624024 Betreft: verzoek om openbaarmaking

Besluit. A. Verloop van de procedure. Kenmerk: 622422/624024 Betreft: verzoek om openbaarmaking Besluit Kenmerk: 622422/624024 Betreft: verzoek om openbaarmaking Besluit van het Commissariaat voor de Media (hierna: het Commissariaat) betreffende het verzoek van Broadcast Newco Two B.V. (hierna: verzoeker)

Nadere informatie

4. Op 23 september 2014 heeft u schriftelijk en per laten weten af te willen zien van de hoorzitting.

4. Op 23 september 2014 heeft u schriftelijk en per  laten weten af te willen zien van de hoorzitting. Ons kenmerk: ACM/DJZ/2014/205722_OV Zaaknummer: 14.0492.51.1.01 Datum: Beslissing op bezwaar van de Autoriteit Consument en Markt inzake het bezwaarschrift van de heer [VERTROUWELIJK] van 22 juli 2014,

Nadere informatie

BESLUIT. 4. Op 31 mei 2011 heeft Careyn bezwaar tegen het bestreden besluit ingesteld. Careyn heeft op 6 september 2011 gronden van bezwaar ingediend.

BESLUIT. 4. Op 31 mei 2011 heeft Careyn bezwaar tegen het bestreden besluit ingesteld. Careyn heeft op 6 september 2011 gronden van bezwaar ingediend. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 6109/867 Betreft zaak: Caraat Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit op de bezwaren gericht tegen het besluit van de

Nadere informatie

College van Toezicht collectieve beheersorganisaties

College van Toezicht collectieve beheersorganisaties Stichting Videma T.a.v. de heer R. Bakker Grotewaard 9A 4225 PA NOORDELOOS Tevens per e-mail: kruidenier@wijnenstael.nl; elsswaab@xs4all.nl; bas@lepoolebekema.nl Postadres: Postbus 15072 1001 MB Amsterdam

Nadere informatie

BESLUIT. 3. De Raad heeft wegens de hiervoor in randnummer 1 genoemde overtreding aan Bouwbedrijf P. Moll B.V. een boete opgelegd.

BESLUIT. 3. De Raad heeft wegens de hiervoor in randnummer 1 genoemde overtreding aan Bouwbedrijf P. Moll B.V. een boete opgelegd. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 3938_650/35 Betreft zaak: B&U-sector / Beheermaatschappij P. Moll Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit op de bezwaren

Nadere informatie

10-02 DE RAAD VAN TOEZICHT GRONINGEN VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS IN ONROERENDE GOEDEREN NVM

10-02 DE RAAD VAN TOEZICHT GRONINGEN VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS IN ONROERENDE GOEDEREN NVM 10-02 DE RAAD VAN TOEZICHT GRONINGEN VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS IN ONROERENDE GOEDEREN NVM Risicodragende projectontwikkeling via echtgenote. Verantwoordelijkheid als leidinggevende. De

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstate 200607461/1. Datum uitspraak: 11 juli 2007 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak op het hoger beroep van: vennootschap onder firma appellante,, gevestigd te tegen de uitspraak in zaak nos.

Nadere informatie

Besluit Openbaar. 1 Samenvatting. 2 Achtergrond en verloop van de procedure

Besluit Openbaar. 1 Samenvatting. 2 Achtergrond en verloop van de procedure Ons kenmerk: OPTA/ACNB/2011/200200_OV Zaaknummer: 10.0414.37 Datum: 22 februari 2011 Besluit van het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit tot het opleggen van een boete ter

Nadere informatie

Hof: medisch advies behoeft niet te worden overgelegd

Hof: medisch advies behoeft niet te worden overgelegd pagina 1 van 5 (http://stichtingpiv.nl/) Inloggen PIV-Kennisnet(http://stichtingpiv.nl/inloggen) JURISPRUDENTIE Bron: Hof Amsterdam 3 februari 2016 Publicatie nummer: (nog) niet gepubliceerd Zaaknummer:

Nadere informatie

Datum 18 maart Ons kenmerk JZ Pagina 1 van 5. Telefoon

Datum 18 maart Ons kenmerk JZ Pagina 1 van 5. Telefoon Bijlage Openbare versie beslissing op bezwaar Aangetekend met bericht van ontvangst Kristal Advies t.a.v. de heer ---------------- ------------------------------ --------------- UTRECHT Datum 18 maart

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK MigratieWeb ve07001324 200608064/1. Datum uitspraak: 11 juli 2007 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak op het hoger beroep van: de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, appellant, tegen

Nadere informatie

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 62 van de Mededingingswet

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 62 van de Mededingingswet Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 5698/242 Betreft zaak: Groen Maastricht (Aanvulling) Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 62

Nadere informatie

BESLISSING OP BEZWAAR 120194-180815

BESLISSING OP BEZWAAR 120194-180815 BESLISSING OP BEZWAAR 120194-180815 Bij brief van 30 maart 2015 die is ingekomen bij de NZa op dezelfde dag, is door de heer [vertrouwelijk ] (hierna: belanghebbende) bezwaar gemaakt tegen het besluit

Nadere informatie

- 1 - De Nederlandsche Bank NV (DNB) legt een bestuurlijke boete als bedoeld in artikel 1:80 en 1:81 van de Wft, op aan:

- 1 - De Nederlandsche Bank NV (DNB) legt een bestuurlijke boete als bedoeld in artikel 1:80 en 1:81 van de Wft, op aan: - 1 - Beschikking tot het opleggen van een bestuurlijke boete aan Matrix Asset Management B.V. als bedoeld in artikel 1:80 van de Wet op het financieel toezicht Gelet op artikel 1:80, 1:81, 1:98 en 3:72,

Nadere informatie

Besluit tot openbaarmaking

Besluit tot openbaarmaking Kansspelautoriteit OPENBAAR Besluit als bedoeld in artikel 8 van de Wet openbaarheid van bestuur Zaak: 399 Kenmerk: 00.080.086 Openbaarmaking onder kenmerk: 00.082. 721 Besluit tot openbaarmaking Besluit

Nadere informatie

Aangetekend verstuurd Molenaar Abeln advocaten Carel H.J.M. Abeln J.J. Viottastraat JT AMSTERDAM

Aangetekend verstuurd Molenaar Abeln advocaten Carel H.J.M. Abeln J.J. Viottastraat JT AMSTERDAM Aangetekend verstuurd Molenaar Abeln advocaten Carel H.J.M. Abeln J.J. Viottastraat 50 1071 JT AMSTERDAM Datum 1 augustus 2013 Ons kenmerk 13070647 Pagina 1 van 6 Telefoon E-mail 020-797 @afm.nl Betreft

Nadere informatie

Pagina 1/6. Openbaar Besluit. 1 Samenvatting. 2 Verloop van de procedure en het bestreden besluit

Pagina 1/6. Openbaar Besluit. 1 Samenvatting. 2 Verloop van de procedure en het bestreden besluit Ons kenmerk ACM/DC/2014/205672-OV Zaaknummer: 14.0780.20.1.01 Datum: 10 november 2014 Beslissing op bezwaar van de Autoriteit Consument en Markt inzake het bezwaarschrift van KPN B.V., gericht tegen het

Nadere informatie

Besluit Openbaar. 1 Samenvatting. 2 Verloop van de procedure

Besluit Openbaar. 1 Samenvatting. 2 Verloop van de procedure Ons kenmerk: OPTA/ACNB/2009/202877 Zaaknummer: 09.0150.36.1.01 Datum: 3 december 2009 van het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit op het bezwaar van SD&P Interactive B.V.

Nadere informatie

Kenmerk: 29454/ Betreft: het niet op orde hebben van de administratieve organisatie van de Stichting Organisatie voor Hindoe Media

Kenmerk: 29454/ Betreft: het niet op orde hebben van de administratieve organisatie van de Stichting Organisatie voor Hindoe Media Sanctiebeschikking Kenmerk: 29454/2013008790 Betreft: het niet op orde hebben van de administratieve organisatie van de Stichting Organisatie voor Hindoe Media Sanctiebesluit van het Commissariaat voor

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSGR:2006:AY9580

ECLI:NL:RBSGR:2006:AY9580 ECLI:NL:RBSGR:2006:AY9580 Instantie Datum uitspraak 05-09-2006 Datum publicatie 06-10-2006 Rechtbank 's-gravenhage Zaaknummer AWB 05/37675 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

6. Bij brief van 22 oktober 2001 heeft Vebega de gronden van haar bezwaarschrift op het punt van de ontvankelijkheid aangevuld.

6. Bij brief van 22 oktober 2001 heeft Vebega de gronden van haar bezwaarschrift op het punt van de ontvankelijkheid aangevuld. BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit op het bezwaar gericht tegen de beslissing van 4 september 2001, kenmerk 2269-95.F.049. Zaaknummer 2705-19/ Vebega I.

Nadere informatie

Besluit «Openbaar» 1 Samenvatting. 2 Achtergrond en verloop van de procedure

Besluit «Openbaar» 1 Samenvatting. 2 Achtergrond en verloop van de procedure Ons kenmerk: Zaaknummer: 11.0089.37 OPTA/ACNB/2011/201332 Besluit van het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit tot het opleggen van een boete aan zowel de commanditaire vennootschap

Nadere informatie

ECLI:NL:RBZWB:2013:5523

ECLI:NL:RBZWB:2013:5523 ECLI:NL:RBZWB:2013:5523 Instantie Datum uitspraak 17-07-2013 Datum publicatie 05-09-2013 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Zeeland-West-Brabant AWB-12_5516 Belastingrecht

Nadere informatie

Samenvatting. 1. Procedure

Samenvatting. 1. Procedure Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2011-359 d.d. 28 december 2011 (mevrouw mr. E.M. Dil-Stork, voorzitter, mevrouw mr. P.M. Arnoldus-Smit en mr. J.W.H. Offerhaus, leden, en mr.

Nadere informatie

BESLUIT. 4. Bij besluit van 30 september 2002 heeft de d-g NMa de klacht van Broadcast afgewezen (hierna: het bestreden besluit).

BESLUIT. 4. Bij besluit van 30 september 2002 heeft de d-g NMa de klacht van Broadcast afgewezen (hierna: het bestreden besluit). Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit tot ongegrond verklaring van het tegen zijn besluit van 30 september 2002, nummer

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK MigratieWeb ve07001320 200700456/1. Datum uitspraak: 11 juli 2007 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak op het hoger beroep van: vennootschap onder firma Chinees Japans Specialiteitenrestaurant A., gevestigd

Nadere informatie

Beslissing op bezwaar

Beslissing op bezwaar Beslissing op bezwaar Kenmerk: 678208/679078 Betreft: bezwaar tegen besluit op Wob-verzoek en besluit tot openbaarmaking daarvan Beschikking van het Commissariaat voor de Media betreffende het bezwaar

Nadere informatie

LJN: BX6610, Rechtbank 's-gravenhage, AWB 11/5255

LJN: BX6610, Rechtbank 's-gravenhage, AWB 11/5255 http://zoeken.rechtspraak.nl/detailpage.aspx?ljn=bx6610 LJN: BX6610, Rechtbank 's-gravenhage, AWB 11/5255 Datum uitspraak: 22-02-2012 Datum publicatie: 05-09-2012 Rechtsgebied: Bestuursrecht overig Soort

Nadere informatie

Sanctiebeschikking. a. Verloop van de procedure. b. Feiten. Kenmerk: 24634/ Betreft: verstrekken cadeaubon bij besteding van minimaal 45,-.

Sanctiebeschikking. a. Verloop van de procedure. b. Feiten. Kenmerk: 24634/ Betreft: verstrekken cadeaubon bij besteding van minimaal 45,-. Sanctiebeschikking Kenmerk: 24634/2011003399 Betreft: verstrekken cadeaubon bij besteding van minimaal 45,-. Sanctiebeschikking van het Commissariaat voor de Media betreffende overtreding van artikel 6,

Nadere informatie

Besluit van de Raad van Bestuur van de Kansspelautoriteit als bedoeld in artikel 35 van de Wet op de kansspelen. Besluit

Besluit van de Raad van Bestuur van de Kansspelautoriteit als bedoeld in artikel 35 van de Wet op de kansspelen. Besluit Besluit van de Raad van Bestuur van de als bedoeld in artikel 35 van de Wet op de kansspelen. Kenmerk: 10699 / 01.004.376 making onder kenmerk: 01.004.381 Besluit Samenvatting 1. De heeft vastgesteld dat

Nadere informatie

Kenmerk: / Betreft: Sanctiebeschikking AVROTROS in verband met het programma Gorts Wijnkwartier.

Kenmerk: / Betreft: Sanctiebeschikking AVROTROS in verband met het programma Gorts Wijnkwartier. Sanctiebeschikking Kenmerk: 712584/716346 Betreft: Sanctiebeschikking AVROTROS in verband met het programma Gorts Wijnkwartier. Sanctiebeschikking van het Commissariaat voor de Media betreffende overtreding

Nadere informatie

Pagina 1/6. Besluit Openbaar. 1 Samenvatting. 2 Verloop van de procedure

Pagina 1/6. Besluit Openbaar. 1 Samenvatting. 2 Verloop van de procedure Ons kenmerk: ACM/DTVP/2016/203650_OV Zaaknummer: 16.0586.20 Datum: 24 juni 2016 Besluit van de Autoriteit Consument en Markt op grond van artikel 12m, derde lid, jo. artikel 12m, eerste lid, van de Instellingswet

Nadere informatie

pagina 1 van 5 ECLI:NL:RBDHA:2014:6145 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 20-05-2014 Datum publicatie 04-06-2014 Zaaknummer Rechtsgebieden AWB-13_10151 Belastingrecht Bijzondere kenmerken Bodemzaak

Nadere informatie

Nederlandse Mededingingsautoriteit

Nederlandse Mededingingsautoriteit Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 3801-75 Betreft zaak: Waldeck (VLOD) Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit tot nietontvankelijk verklaring van het

Nadere informatie

Kiwa Bezwaarprocedure. Versie

Kiwa Bezwaarprocedure. Versie Versie 15-10-2017 Versie 15-10-2017 2017 Kiwa N.V. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in

Nadere informatie

3. Op 12 juli 2007 heeft een hoorzitting plaatsgevonden waar Vodafone en VDB hun zienswijzen mondeling naar voren hebben gebracht.

3. Op 12 juli 2007 heeft een hoorzitting plaatsgevonden waar Vodafone en VDB hun zienswijzen mondeling naar voren hebben gebracht. Ons kenmerk: OPTA/COL/2008/200007 Zaaknummer: 07.0100.22.1.01 Datum: 10 januari 2008 Besluit van het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit inhoudende de beslissing op het bezwaarschrift

Nadere informatie