Programma. van. Toetsing en Afsluiting 4 HAVO

Transcriptie

1 Programma van Toetsing en Afsluiting 4 HAVO

2 Inleiding Eindexamen: schoolexamen en centraal examen Nu jullie zijn toegelaten tot de vierde klas van het havo beginnen jullie al aan het eindexamen. Dit examen bestaat uit twee delen: het schoolexamen, het SE, en het centraal examen, het CE. Beide tellen voor de helft mee in het eindresultaat van het eindexamen. Het SE wordt afgenomen in de loop van de volgende twee schooljaren. Veel resultaten die je dit schooljaar haalt, tellen dus al mee voor je eindexamen. Je moet beide jaren van de bovenbouw, de klassen 4 en 5, opvatten als examenjaren. Voor het SE ben je een (examen)kandidaat. Je docenten zijn je examinatoren. Examendossier Het SE bestaat uit een examendossier. Dit is samengesteld uit: de werkstukken die je hebt gemaakt, een overzicht van de resultaten die je hebt behaald; dit overzicht wordt vier keer per jaar uitgereikt. Programma van Toetsing en Afsluiting Welke toetsen je moet afleggen en welke werkstukken je moet maken in de bovenbouw is vastgelegd in het zogenaamde Programma van Toetsing en Afsluiting, het PTA. Aan het begin van elk schooljaar in de bovenbouw, in elk geval vóór 1 oktober, krijg je het PTA uitgereikt. Je moet het PTA altijd precies volgen. Achterin dit document vind je het examenreglement: de regels waaraan de (examen)kandidaat en de examinatoren zich moeten houden. Ook de examinatoren moeten zich houden aan wat in het PTA staat. Alleen als door ziekte van een examinator dit onmogelijk wordt gemaakt, kan worden afgeweken van het PTA. De teamleider van de bovenbouw zal je daarover informeren. Perioden Het schooljaar is verdeeld in vier perioden die ongeveer even groot zijn. Iedere periode wordt afgesloten met een rapportage over je vorderingen aan jou en je ouders/verzorgers: het overzicht van de resultaten die je hebt behaald. Toetsperioden Na afsluiting van elke periode worden tentamens afgenomen. De lessen vervallen en er komt een rooster voor de tentamens en/of toetsen. Tentamens en/of toetsen Tentamens zijn toetsen die rechtstreeks meetellen voor het SE (in 4 havo alleen voor maatschappijleer). Zolang er één of meer cijfers ontbreken voor tentamens die verplicht zijn voor het eindexamen word je niet toegelaten tot het CSE. Tentamens of toetsen worden afgenomen tijdens een afsluitende toetsperiode. Voor de overige vakken geldt: Het eindgemiddelde van alle toetsen uit het voorexamenjaar (4H) is het eerste cijfer voor het examenjaar. Voor degenen die, met geldige reden, een tentamen of toets voor een vak hebben gemist, geeft de examen-secretaris één keer gelegenheid tot inhalen. Deze mogelijkheid wordt geboden direct na de toetsperiode. In het PTA vind je in welke week een tentamen of toets wordt afgenomen. Wanneer deze toetsen tijdens de lessen worden afgenomen maakt de examinator dit ten minste vijf schooldagen van tevoren bekend. Dat wil zeggen: op welke dagen en tijdens welk lesuur dit gebeurt. 1

3 Herkansingen Voor de klassen 4 havo, 5 vwo zijn er vier (4) hertentamens c.q. herkansingen. Hierbij geldt de volgende regel: een leerling verkrijgt slechts het recht op herkansing, wanneer hij al zijn handelingsdelen en (verslagen van) praktische opdrachten uiterlijk om uur op de laatste schooldag vóór aanvang van de betreffende toetsperiode heeft ingeleverd (zie handelingsdelen). Direct na het bekend worden van de cijfers van elke periode vinden hertentamens c.q. herkansingen plaats over de afgesloten periode. Dit geldt niet alleen voor tentamens, maar ook voor de voortgangstoetsen van de afgeronde tentamenweek met de weging 4 (zie PTA per vak). Periode 1: één herkansing uit periode 1. Periode 2: één herkansing uit periode 2. Periode 3: één herkansing uit periode 3. Periode 4: één herkansing uit periode 4. De herkansingen worden op vastgeroosterde dagen afgenomen. Een tentamen, c.q. voortgangstoets mag maar één keer herkanst worden. Als je tentamens of toetsen zonder geldige reden mist, kost dit je een herkansingsmogelijkheid. Praktische opdrachten Voor bepaalde vakken moet je één of meer praktische opdrachten uitvoeren. Een opdracht wordt uitgevoerd in een aantal fasen. Van tevoren krijg je een instructie op schrift waarin is vastgelegd in welke stappen je dat moet doen en hoe deze worden beoordeeld. Je maakt over de begeleiding van de praktische opdrachten afspraken met je examinatoren. Als jij je aan de afspraken met de examinator houdt en je voldoende aandacht besteedt aan de praktische opdracht moet je er altijd een voldoende voor kunnen halen. Iedere fase wordt afgesloten met een product dat door de examinator wordt beoordeeld. Een tussenproduct moet voldoende worden beoordeeld om door te kunnen gaan met de volgende fase. Zolang dat niet het geval is moet je de aanwijzingen volgen van de examinator. Als de examinator van mening is dat je te veel achter loopt met je werkzaamheden voor de praktische opdracht kan hij of zij je verplichten lesuren die voor jou zijn ingeroosterd ( donderdagmiddag; het 7 e, 8 e en 9 e uur ) te besteden aan de praktische opdracht. Het eindproduct moet bij de examinator worden ingeleverd voor of op de uiterste datum die is vermeld in de schriftelijke instructie. Als je meent een goede reden te hebben voor uitstel moet je dat schriftelijk, met redenen omkleed, vóór het verstrijken van de uiterste datum, melden aan de teamleider. Deze kan besluiten je uitstel te verlenen door het vaststellen van een andere uiterste datum. Praktische opdrachten kun je niet herkansen. Als je een schooljaar overdoet mag je een voldoende voor een praktische opdracht laten staan. Deze praktische opdracht hoef je dan niet meer te doen. De praktische opdrachten zijn een voorbereiding op het maken van het profielwerkstuk in het examenjaar. Bijzondere omstandigheden In bijzondere omstandigheden kan de locatiedirecteur of de examensecretaris besluiten van het bovenstaande af te wijken. Je kunt voor een afwijking van de regelingen een schriftelijk verzoek indienen bij de locatiedirecteur of examensecretaris. Als je nog minderjarig bent moet een van je ouders/verzorgers dit doen. Het verzoek tot afwijking moet met redenen zijn omkleed. Zo mogelijk moeten bewijsstukken zijn bijgevoegd. Het is bijvoorbeeld mogelijk dat bij een langdurige ziekte extra inhaalmogelijkheden worden geboden voor tentamens of toetsen. 2

4 Handelingsdelen Voor bepaalde vakken moet je opdrachten en/of werkstukken naar behoren uitvoeren: de zogenaamde handelingsdelen die met onvoldoende of voldoende worden beoordeeld. Als je alle handelingsdelen voldoende hebt uitgevoerd, dan komt daarvoor op het overzicht van de resultaten een V te staan, als je een handelingsdeel onvoldoende hebt uitgevoerd of hebt gemist, wordt dat met een O aangegeven. De handelingsdelen worden iedere periode gecontroleerd. Het schooljaar bestaat uit 4 periodes. De inhoudelijke controle gebeurt door de vakdocent, maar het administratieve totaaloverzicht van de handelingsdelen berust bij de mentor en teamleider. Zij spreken jullie dan ook aan op achterstanden. Het proces van controle ziet er als volgt uit: De docent bepaalt de uiterste inleverdatum en vermeldt deze in de studiewijzer. Eén week voor de uiterste inleverdatum meldt de docent aan de leerlingen dat de deadline nog één week verder is, via een mail aan de leerlingen die het nog niet ingeleverd hebben, met een cc aan de examensecretaris. Is een handelingsdeel niet op tijd ingeleverd, dan meld de vakdocent dat dezelfde dag voor uur bij de examensecretaris en stuurt de docent diezelfde dag een bericht naar huis, wederom ge-cc-ed naar de examensecretaris. De leerling krijgt met ingang van de dag van de uiterste inleverdatum een vierkant rooster (iedere dag van ), waarin verwacht wordt dat de achterstanden worden weggewerkt. De leerling krijgt nu tot uur op de laatste schooldag voor aanvang van de tentamenweek de tijd om het handelingsdeel alsnog naar behoren af te ronden. Mocht de leerling daar niet in slagen, dan verkrijgt deze niet het recht op een herkansing voor de eerstvolgende tentamenperiode. Gekoppelde handelingsdelen: Vaak zijn handelingsdelen gekoppeld aan tentamens. D.w.z. dat de handelingsdelen een voorbereiding zijn voor het tentamen. Dit heeft automatisch tot gevolg dat als je een handelingsdeel niet op tijd voldoende hebt afgerond, je niet mag deelnemen aan het tentamen. Je zal dan een officiële herkansing moeten gebruiken om een cijfer voor dit tentamen te krijgen. Je kunt alleen tot een tentamen/toets worden toegelaten als je alle gekoppelde handelingsdelen voldoende hebt afgerond. Uiterste mogelijke inleverdatum: In de tabel op de volgende bladzijde staat per periode de uiterste mogelijke inleverdatum, die door de docent gekozen kán worden. Een docent heeft het recht om de inleverdatum te vervroegen. Als je docent geen datum in de studiewijzer zet, dan en slechts dan gelden deze data als uiterste inleverdatum. PERIODE EINDDATUM 1 Woensdag 30 Oktober Vrijdag 17 januari Vrijdag 21 maart Dinsdag 17 juni 2014 Sommige vakken kunnen afwijkende inleverdata hebben, de leerlingen dienen zich aan die data te houden. 3

5 Individuele Studie Activiteiten (ISA) Met de invoering van de profielen in de Tweede Fase is er ook een bepaalde vrije studieruimte gekomen die je zelf moet invullen. Dat kan door middel van het volgen van één of meerdere extra vakken, maar het kan ook worden ingevuld met activiteiten die je op school of ergens anders onderneemt en die je studie verrijken. Eén ISA-punt staat voor 20 klokuren (studie)belasting. Hoeveel ISA-punten je moet halen is afhankelijk van het profiel dat je gekozen hebt en/of je extra vakken volgt. De ISA-punten coördinator heeft zelf een overzicht van de te behalen ISA-punten per leerling. Een ISA-punt kan je verdienen door extra activiteiten te doen binnen en buiten school, die niet betaald worden. Je kan bijvoorbeeld je verdiepen in de stof van een vak dat je niet hebt, of extra boeken lezen voor de talen. Ook tellen activiteiten zoals coachen bij een sport (zolang je hier niet voor betaald krijgt uiteraard) of vrijwilligers werk doen. Uiteraard mag je zelf activiteiten verzinnen om ISApunten mee te verdienen, maar je moet altijd toestemming vragen of deze activiteiten toegestaan zijn. Mocht je op een bepaald moment van profiel wisselen of een vak laten vallen, dan kan het zijn dat er plotseling een ander aantal ISA-punten moet worden behaald. De uren die je hebt besteed bovenop de normale lesuren voor je profiel, kunnen dan gegeven worden als ISA-punten. Wat zijn de meest gebruikelijke activiteiten, die door de leerlingen gebruikt worden om aan hun benodigd aantal ISA-punten te behalen? - het volgen van extra vakken - volgen van een of meerdere meeloopdagen aan HBO-instellingen - proefstuderen in het kader van beroepsoriëntatie - buitenschoolse activiteiten zoals muziekles - verzorgen van onbetaalde trainingen bij je eigen sportclub - binnen school vrijwilligerswerk doen (bv helpen bij open dagen / mediatheek vrijwilliger zijn) - muziekles volgen - meedoen aan een taalcertificaat zoals Anglia en Goethe - Meedoen in het debatteam of Eenakter - Leerlingenraad, schoolkrant, feestcommissie - Tutor zijn voor een onderbouw leerling Maar natuurlijk zijn er nog veel meer mogelijkheden om aan ISA-punten te komen. Aangezien de situatie per leerling verschilt is het bijzonder belangrijk om zelf voortdurend te informeren hoe de stand van zaken is. Werkwijze: 1. Van de coördinator krijg je te horen hoeveel ISA-punten je moet halen. Dit wordt bijgehouden op een formulier. 2. Met je coördinator overleg je hoe je deze gaat halen. ISA punten die je op school haalt: 3. je leent je formulier van de ISA-punten coordinator 4. samen met de verantwoordelijke docent vul je het formulier in 5. de betrokken docent ondertekent vervolgens 6. het formulier wordt bij de coördinator terug gebracht ISA punten die je buiten school haalt: 7. Je zorgt dat je begeleider een stuurt met informatie waaruit blijkt wat je gedaan hebt en hoeveel uur daar aan besteed is. 8. Of zorg dat je een kopie van een behaald certificaat meeneemt. 9. een kopie van een certificaat of zal toegevoegd worden aan jouw dossier en de punten worden door de coördinator toegevoegd. Kom de stand regelmatig opvragen, want alles moet vóór aanvang van het CE in mei ingeleverd zijn. 4

6 Hulpmiddelen havo en vwo 2014 Havo en vwo Alle vakken Basispakket (zie 3.3) Alle schriftelijke examens Woordenboek Nederlands (zie 3.1) Latijn, Grieks Latijns resp Grieks woordenboek (zie 3.2) Fries, moderne vreemde talen Woordenboek naar en van de doeltaal (zie 3.2) Wiskunde A, B, C en D Natuurkunde, Scheikunde Biologie Aardrijkskunde Grafische rekenmachine (zie 3.4) Roosterpapier in cm 2 Grafische rekenmachine (zie 3.4) Goedgekeurd informatieboek: Binas 5e druk Goedgekeurd informatieboek: Biodata 2e druk óf Binas 5e druk Door het CvE goedgekeurde atlas voor het CE in 2014 is de Grote Bosatlas: - 53 e druk voor vwo - 54 e druk voor havo Management & Organisatie Grafische rekenmachine (zie 3.4) Economie vwo Pas op! Geen grafische rekenmachine voor reguliere examens havo en vwo economie. Toelichting bij tabel: 3.1; Woordenboek Nederlands Een eendelig verklarend woordenboek Nederlands is toegestaan bij alle schriftelijke examens. In plaats van het eendelig woordenboek Nederlands mag ook gebruik gemaakt worden van een woordenboek van Nederlands naar een vreemde taal (bijvoorbeeld naar de thuistaal van de kandidaat). Een digitaal woordenboek is niet toegestaan. Waar spelling wordt beoordeeld (centraal examen Nederlands) zijn alleen schrijfwijzen volgens de huidige officiële spelling toegestaan. Bij vakspecifieke termen kan het woordenboek aanleiding geven tot verwarring. Een voorbeeld: eentonigheid heeft in het vak muziek een betekenis die niet strookt met de beschrijving in een woordenboek. In situaties zoals het gegeven muziek-voorbeeld is de vakinhoudelijke omschrijving de geldige. Voor een inhoudelijk afwijkende omschrijving worden geen punten toegekend, ook niet als de kandidaat deze omschrijving letterlijk aan het woordenboek heeft ontleend. 3.2; Woordenboek bij Fries, moderne vreemde talen en klassieke talen Bij Fries en de moderne vreemde talen is een woordenboek vanuit én een woordenboek naar de moderne vreemde taal c.q. Fries toegestaan, in één band of in twee afzonderlijke delen. Een woordenboek naar de vreemde taal is bij examens zonder schrijfvaardigheid (alle talenexamens havo en vwo) niet zinvol maar ook niet verboden. Een digitaal woordenboek is niet toegestaan. Bij Latijn en Grieks is een woordenboek toegestaan, en een grammaticaoverzicht (in het woordenboek of los). Niet toegestaan is een woordenboek dat specifiek is toegesneden op een auteur aan wiens werk de vertaalopgave ontleend is. 5

7 Bij Grieks is het woordenboek van Ch. Hupperts toegestaan inclusief het hierin opgenomen grammaticaoverzicht en de alfabetische werkwoordenlijst. Ook is het toegestaan dit grammaticaoverzicht en deze alfabetische werkwoordenlijst (als los boekje uitgegeven onder de naam Compendium) naast een ander Grieks woordenboek te gebruiken. 3.3; Basispakket Het standaard basispakket bij alle centrale examens en schoolonderzoeken bevat: - schrijfmateriaal inclusief millimeterpapier - tekenpotlood - blauw en rood kleurpotlood - liniaal met millimeterverdeling - passer - geometrische driehoek - vlakgum - elektronisch rekenapparaat Bij de vakken zonder grafische rekenmachine is een machine met de basisbewerkingen voldoende. Meer bewerkingen zijn toegestaan, maar niet toegestaan is het gebruik van apparaten die: a. op het lichtnet aangesloten moeten worden b. tijdens het examen opgeladen moeten worden c. geluidsoverlast bezorgen d. zijn voorzien van een schrijfrol, alarminstallatie, dan wel zend- en/of ontvangstmogelijkheden e. alfanumeriek zijn f. grafieken kunnen weergeven in het afleesvenster 3.4; De grafische rekenmachine. Let op: deze zijn alleen toegestaan waar dat expliciet is aangegeven. De meest recente toegestane grafische rekenmachines zijn: - Hewlett Packard 38G of 39G+ - Sharp EL 9600, EL 9650 en EL Texas Instruments 83, 83 plus, 84 of 84 plus silver edition - Texas Instruments TI-Nspire, alleen de versie zonder CAS (de TI-Nspire CAS is niet toegestaan) TI levert ook een opvallend oranje extern gemonteerde cradle waarmee communicatie met een externe computer mogelijk is. De cradle is bij het centraal examen niet toegestaan. - Casio FX-9750GII, CFX-9850Gplus, CFX-9850GBplus, fx-9860g, FX-9860GII, fx-9860g SD, FX-9860GII SD, CG10, CG20. Oudere typen zijn ook toegestaan maar de kans bestaat dat sommige examenopgaven daarmee niet of minder goed te maken zijn. De grafische rekenmachines genoemd in de Septembermededeling 2006 voldoen nog. Verder geldt het volgende: a. Een grafische rekenmachine mag tijdens het examen niet op het lichtnet worden aangesloten of met andere apparatuur worden verbonden. b. Het is een kandidaat niet toegestaan tijdens het examen gebruik te maken van de grafische rekenmachine van een andere kandidaat. c. Het is niet toegestaan dat de kandidaat tegelijkertijd de beschikking heeft over twee grafische rekenmachines. d. Het is niet nodig dat het geheugen van een grafische rekenmachine wordt gewist voor de aanvang van een zitting van het centraal examen. 3.5; Binas errata Voor de Binas uitgave (5e druk) voor havo/vwo is een erratum uitgegeven. Zie voor errata de site voortgezet onderwijs zoeken op Binas errata. Het is toegestaan deze fouten in Binas te verbeteren. 6

8 Rekentoets Voor het behalen van je diploma is het afleggen van de rekentoets 3F een verplicht onderdeel voor iedere leerling. Deze toets mag je maximaal twee keer maken. Deze twee momenten mogen verdeeld worden over dit jaar en het volgend jaar, met de eis dat minimaal één keer gedurende dit schooljaar valt. De rekentoets wordt afgenomen op 24 maart 2014 en 3 juni In de loop van periode 1 krijg je van de rekencoördinator, de gegevens om in te loggen en digitaal te oefenen. Ook zal zij dan kenbaar maken wie jou rekencoach wordt. In overleg met je rekencoach bepaal je op welke datum je de toets maakt. Eigen verantwoordelijkheid Je bent nu al examenkandidaat. Houd daar rekening mee. De resultaten voor tentamens, toetsen praktische opdrachten en handelingsdelen tellen mee als examenresultaat. Je moet je houden aan een aantal regels, die je vindt in het PTA. Als je tentamens of toetsen zonder geldige reden mist, kost dit je een herkansingsmogelijkheid. Je wordt volgend jaar pas toegelaten tot het CE als je cijfers hebt voor alle tentamens en toetsen die verplicht zijn voor het eindexamen en als alle verplichte handelingsdelen voldoende zijn afgesloten. Je hebt een grote eigen verantwoordelijkheid. Dat neemt niet weg dat in bepaalde gevallen de school zijn verantwoordelijkheid neemt en je verplicht tot bepaalde activiteiten tijdens niet ingeroosterde lesuren. Je kunt dit voorkomen door je eigen verantwoordelijkheid waar te maken. 7

9 Toelichting op gebruikte kolomkoppen en afkortingen in de PTA s Kolomkop Toets Gebruikte afkortingen en notaties H = Havo voortgangstoets (met nummer, bijv. H41 = Voortgangstoets 1 in leerjaar 4) PO = Voor het Se meetellende raktische Opdracht (met nummer, bijv. PO41 = Praktische opdracht 1 in leerjaar 4) HD = HandelingsDeel (met nummer, bijv. HD41 = Handelingsdeel 1 in leerjaar 4); voor precieze eisen volgt instructiedocument van docent TW1 = Tentamenweek na periode 1 Week Indien er wordt afgeweken van de vaste toetsweken, kunnen de volgende aanduidingen voorkomen: 48 = Weeknummer waarin getoetst wordt; nummers volgens de officiële weeknummering P1 = Inleverdatum is een nog nader door de docent aan te geven datum in periode 1 Wijze S C M KL I P = Schriftelijk = Computer nodig = Mondeling = Kijk- en/of Luistertoets = Inleveren = Practicum Duur Weegfactor Tijdsduur in minuten: 45, 90,135 of 180 minuten voor S en C, afwijkende tijdsduur mogelijk voor M, KL en P Hoe zwaar telt het werk mee bij het bepalen van het eindgemiddelde voor de overgang naar het volgende schooljaar? Keuze uit weegfactor 4, 2 of 1 - Voor alle tentamens geldt dat reeds eerder opgedane relevante voorkennis uit eerdere jaren ook getoetst kan worden. - De aangegeven tentamenstof geeft aan waar de nadruk bij het betreffende tentamen op zal liggen. - Via de digitale studiewijzer zullen exacte benodigde voorkennis, preciezere stofomschrijvingen, inleverdata en tips gepubliceerd worden. De exacte voorkennis voor een toets vind je terug door in de studiewijzer op de betreffende toets te klikken. 8

10 Kalender Augustus 2013 December 2013 April 2014 (wk) Ma Di Wo Do Vr Za Zo (wk) Ma Di Wo Do Vr Za Zo (wk) Ma Di Wo Do Vr Za Zo September 2013 Januari 2014 Mei 2014 (wk) Ma Di Wo Do Vr Za Zo (wk) Ma Di Wo Do Vr Za Zo (wk) Ma Di Wo Do Vr Za Zo Oktober 2013 Februari 2014 Juni 2014 (wk) Ma Di Wo Do Vr Za Zo (wk) Ma Di Wo Do Vr Za Zo (wk) Ma Di Wo Do Vr Za Zo November 2013 Maart 2014 Juli 2014 (wk) Ma Di Wo Do Vr Za Zo (wk) Ma Di Wo Do Vr Za Zo (wk) Ma Di Wo Do Vr Za Zo Overzicht belangrijke data 4H: In week 36 Start lessen (Wo 4 Sep) In week 37 PTA-Avond 4H + 4V + 5V (Ma 9 Sep) In week 43 Herfstvakantie (Ma 21 t/m 25 Okt) In week 45 Toetsweek 1 (TW1) (Do 7 t/m Wo 13 Nov) In week 46 Inhalen gemiste toetsen TW1 (Do 14 Nov) In week 48 Herkansing TW1 (Wo 27 Nov) In week 48 Presentaties PWS 5H + 6V (Do 28 Nov) In week 52/1 Kerstvakantie (Ma 23 Dec t/m Vr 3 Jan) In week 5 Toetsweek 2 (TW2) (Ma 27 t/m Vr 31 Jan) In week 6 Inhalen gemiste toetsen TW2 (Do 6 Feb) In week 7 Herkansing TW2 (Wo 12 Feb) In week 8 Voorjaarsvakantie (Ma 17 Feb t/m 21 Feb) In week 14 Toetsweek 3 (TW3) (Ma 31 Mrt t/m Vr 4 Apr) In week 15 Inhalen gemiste toetsen TW3 (Ma 7 Apr) In week 16 Herkansing TW3 (Vr 18 Apr) In week 18/19 Meivakantie (Ma 28 Apr t/m Vr 9 Mei) In week 26/27 Toetsweek 4 (TW4) (Ma 25 Jun t/m Di 1 Jul) In week 27 Inhalen gemiste toetsen TW4 (Do 3 Jun) In week 28 Herkansing TW4 (Wo 9 t/m Do 10 Jul) In week 29 Profielwerkstuk-drie-daagse 4H + 5V (Ma 8 t/m 10 Jul) 9

11 Leerjaar 4 HAVO, Methode Nederlands Nieuw Nederlands 4H H41 TW1 Woordenschat + S 45 4x H42 TW2 Spelling + S 45 4x H43 TW2 Tekstbegrip S 45 4x H44 TW3 Betoog C 90 4x H45 20 Formuleren S 45 4x H46 TW4 Woordenschat + S 45 4x H47 TW4 Samenvatting S 45 4x HD Diverse handelingsdelen; Meer informatie via de studiewijzer. I + Bij deze toetsen mag geen woordenboek worden gebruikt. - Geen 10

12 Leerjaar 4 HAVO, Methode Engels FCE Result & Follow Up Engels Idioom HD41 Leesdossier 2 punten S H41 TW1 Leestoets met open en meerkeuzevragen HD42 Leesdossier 4 punten S H42 TW2 Leestoets met open en meerkeuzevragen S 150 4x HD43 Leesdossier 4 punten S H43 TW3 Kijk- en Luistertoets ^ KL 60 4x HD44 Leesdossier 2 punten S H44 TW4 Leestoets met open en meerkeuzevragen S 150 4x ^ H43 is niet herkansbaar - Woordenboek EN NE, bij H41, H42 en H44 11

13 Leerjaar 4 HAVO, Methode Frans Grandes Lignes H41 TW1 Leesvaardigheid met open en meerkeuzevragen H42 TW2 Kijk en/of Luistervaardigheid ^ KL 60 4x H43 TW3 Schrijfvaardigheid H44 23 Presentatie in groepjes ^ M x H45 TW4 Leesvaardigheid met open en meerkeuzevragen H46 TW4 Spreekvaardigheid M 10 4x HD Diverse handelingsdelen; Meer informatie via de studiewijzer. I ^ H42 en H44 zijn niet herkansbaar - Woordenboek FA NE, alleen bij H41 en H45 - Woordenboek NE FA, alleen bij H43 12

14 Leerjaar 4 HAVO, Methode Duits Na Klar! Lijsters HD41 Leesdossier Boek 1 S H41 TW1 Leestoets met open en meerkeuzevragen HD42 Leesdossier Boek 2 S H42 TW2 Leestoets met open en meerkeuzevragen S 150 4x HD43 Leesdossier Boek 3 S H43 TW3 Kijk- Luistertoets ^ KL 60 4x H44 TW4 Leestoets met open en meerkeuzevragen S 150 4x ^ H43 is niet herkansbaar - Woordenboek DU NE, bij H41, H42 en H44 13

15 Leerjaar 4 HAVO, Methode Geschiedenis Feniks: Overzicht van de geschiedenis. Geschiedenis voor de bovenbouw HAVO H41 TW1 Hoofdstuk 1: Hoofdstuk 2: Hoofdstuk 3: Hoofdstuk 4: De tijd van jagers en boeren De tijd van Grieken en Romeinen De tijd van monniken en ridders De tijd van steden en staten H42 TW2 Hoofdstuk 5: Hoofdstuk 6: De tijd van ontdekkers en hervormers De tijd van regenten en vorsten H43 TW3 Hoofdstuk 7: Hoofdstuk 8: De tijd van pruiken en revoluties De tijd van burgers en stoommachines H44 TW4 Hoofdstuk 9: Hoofdstuk 10: Thema: De tijd van wereldoorlogen De tijd van televisie en computers Geschiedenis van de film - Geen 14

16 Leerjaar 4 HAVO, Methode Maatschappijleer Thema s Maatschappijleer. Lesboek HAVO T41 TW1 Wat is maatschappijleer Rechtsstaat S % PO41 3 Praktische opdracht(en) Meer informatie via de studiewijzer I 20 % T42 TW2 Parlementaire democratie S % T43 TW3 Pluriforme samenleving S % T44 TW4 Verzorgingsstaat S % Voor dit vak wordt geen centraal examen afgelegd; het wordt in 4 HAVO afgesloten. Het eindgemiddelde van dit jaar is tevens het eindcijfer in het examenjaar. - Geen 15

17 Leerjaar 4 HAVO, Methode Aardrijkskunde BuiteNland: - Wereld - Nederland - Aarde H41 TW1 Wereld; Wereldbeeld PO41 P2 Praktische opdracht: Groepsopdracht, Aardrijkskunde in de krant C/I 4x H42 TW2 Aarde; Klimaatzones en landschappen H43 TW3 Nederland; Stedelijke gebieden PO42 P3 Praktische opdracht: Individuele opdracht, Aardrijkskunde uiteenzetting C/I 4x H44 TW4 Nederland; Wateroverlast - Bosatlas, minimaal 53 e druk 16

18 Leerjaar 4 HAVO, Methode Economie Index, economie voor Tweede Fase, HAVO HD41 Klaslokaalexperiment(en): Deze stof wordt getoetst op H41 I H41 TW1 De Nederlandse Economie: Hoofdstuk 1 en 2 én Klaslokaalexperiment HD41 HD42 Klaslokaalexperiment(en): Deze stof wordt getoetst op H42 I H42 TW2 De Nederlandse Economie: Hoofdstuk 3 en 4 én Klaslokaalexperiment HD42 HD43 Klaslokaalexperiment(en): Deze stof wordt getoetst op H43 I H43 TW3 Markten en Welvaart: Helemaal én Klaslokaalexperiment HD43 HD44 Klaslokaalexperiment(en): Deze stof wordt getoetst op H44 I H44 TW4 Markten en Welvaart: Helemaal én Klaslokaalexperiment HD43 * Het verslag van het klaslokaalexperiment moet elke periode de week voor de start van de tentamenperiode ingeleverd zijn, om de vragen op het tentamen over deze experimenten te mogen beantwoorden. - Geen 17

19 Leerjaar 4 HAVO, Methode Management en Organisatie Percent Management en Organisatie, deel HAVO, Theorieboek & Studiehulp Reader: Rekenvaardigheid H41 TW1 Hoofdstuk 1: Hoofdstuk 2: Hoofdstuk 3: Hoofdstuk 4: Reader: Planning in organisaties De juridische vorm Personeelsbeleid Financiering; Interestberekeningen Rekenvaardigheid H42 TW2 Hoofdstuk 4: Hoofdstuk 5: Hoofdstuk 6: Hoofdstuk 7: Financiering; Interestberekeningen Financiele markten De financiering van organisaties: Eigen vermogen De financiering van organisaties: Vreemd vermogen H43 TW3 Hoofdstuk 8: Hoofdstuk 9: Hoofdstuk 16: Marketingbeleid Marketingmix Kosten en winst H44 TW4 Hoofdstuk 10: Hoofdstuk 11: Hoofdstuk 12: Hoofdstuk 13: Interne organisatie en management Verschillende soorten organisaties Opbrengsten en kosten binnen een handelsonderneming Kostprijs en nettowinst - Geen 18

20 Leerjaar 4 HAVO, Methode Natuurkunde Natuurkunde Overal, 4 HAVO H41 TW1 Hoofdstuk 1: Hoofdstuk 2: Bewegen in beeld Electriciteit PO Praktische opdracht(en): Elektriciteit P 4x H42 TW2 Hoofdstuk 3: Kracht en beweging H43 TW3 Hoofdstuk 4: Trillingen en cirkelbewegingen PO Praktische opdracht(en): Drie manieren om de zwaartekrachtversnelling te bepalen P 4x H44 TW4 Hoofdstuk 5: Hoofdstuk 6: Straling Energie en beweging - Binas, 6 e druk - Grafische rekenmachine 19

21 Leerjaar 4 HAVO, Methode Scheikunde Chemie Overal 4 HAVO, 4 e editie H41 TW1 Hoofdstuk 1: Hoofdstuk 2: Scheiden en reageren Bouwstenen van stoffen H42 TW2 Hoofdstuk 3: Hoofdstuk 4: Stoffen en reacties Moleculaire stoffen H43 TW3 Hoofdstuk 5: Hoofdstuk 6: Zouten en zoutoplossingen Reacties van zouten H44 TW4 Hoofdstuk 7: Koolstofverbindingen - Binas, 6 e druk - Grafische rekenmachine 20

22 Leerjaar 4 HAVO, Methode Biologie Nectar 4 HAVO, 3e editie Toets Week Stofomschrijving Wijze Duur Weging H41 TW1 Hoofdstuk 1: Hoofdstuk 2: Gedrag Soorten en relaties H42 TW2 Hoofdstuk 3: Hoofdstuk 4: Cellen Voortplanting en seksualiteit H43 TW3 Hoofdstuk 5: Hoofdstuk 8: Voeding en energie Voeding en vertering H44 TW4 Hoofdstuk 6: Hoofdstuk 7: Onderzoek doen Ecosysteem en evenwicht PO41 Praktische opdracht(en); Meer informatie via de studiewijzer P/I 4x - Binas, 6 e druk 21

23 Leerjaar 4 HAVO, Methode Kunstvak Beeldende Vorming De bespiegeling VWO + door de docent verstrekt materiaal H41 44 KuB; Opdracht 1, door de docent verstrekt I 4x H42 44 KuB; Werkverslag, beeldaspecten en vaktheorie Opdracht 1 I 1x H43 44 KuB; Kunstgeschiedenis: Beeldend t/m de 14 e eeuw I 2x H44 3 KuA; Scriptie Burgerlijke cultuur van Nederland in de 17 e eeuw I 4x H45 12 KuB; Opdracht 2, door de docent verstrekt I 4x H46 12 KuB; Werkverslag, beeldaspecten en vaktheorie Opdracht 2 I 1x H47 12 KuB; Kunstgeschiedenis: Beeldend t/m de 19 e eeuw I 2x H48 24 KuB; Opdracht 3, door de docent verstrekt I 4x H49 24 KuB; Werkverslag, beeldaspecten en vaktheorie Opdracht 3 I 1x H KuB; Presentatie Opdracht 3 M 15 1x HD 24 KuB; Onderzoek vervolgopleidingen of beroepen Beeldende Vorming I In verband met wettelijke bepalingen wijkt het PTA van Kunstvak Beeldende Vorming af van de andere PTA s! - Geen 22

24 Leerjaar 4 HAVO, Wiskunde A Methode Getal & Ruimte HAVO A, 10e editie, deel 1 en 2 H41 TW1 Hoofdstuk 1: Hoofdstuk 2: Statistiek Formules, grafieken en tabellen PO41 P2 Praktische opdracht: Voor meer informatie: zie studiewijzer C/I 4x H42 TW2 Hoofdstuk 3: Hoofdstuk 4: Handig tellen Lineaire modellen H43 TW3 Hoofdstuk 5: Hoofdstuk 6: Kansrekening Formules en veranderingen H44 TW4 Hoofdstuk 7: Hoofdstuk 8: Rekenen met kansen Allerlei formules - Grafische rekenmachine 23

25 Leerjaar 4 HAVO, Wiskunde B Methode Getal & Ruimte HAVO B, 10e editie, deel 1 en 2 H41 TW1 Hoofdstuk 1: Hoofdstuk 2: Formules en grafieken Veranderingen PO41 P2 Praktische opdracht: Voor meer informatie: zie studiewijzer C/I 4x H42 TW2 Hoofdstuk 3: Hoofdstuk 4: Oppervlakte en inhoud Vergelijkingen en ongelijkheden H43 TW3 Hoofdstuk 5: Hoofdstuk 6: Werken met formules Exponenten en logaritmen H44 TW4 Hoofdstuk 7: Hoofdstuk 8: De afgeleide functie Goniometrie - Grafische rekenmachine 24

26 Leerjaar 4 HAVO, Wiskunde D Methode Getal & Ruimte HAVO D, 10e editie, deel 1 en 2 H41 P1 Hoofdstuk 1: Combinatoriek S 45 4x H42 TW1 Hoofdstuk 3: Kansrekening S 45 4x H43 P2 Hoofdstuk 2: Vlakke meetkunde S 45 4x H44 TW2 Hoofdstuk 4: Ruimtemeetkunde S 45 4x H45 P3 Hoofdstuk 5: Kansrekening S 45 4x H46 TW3 Hoofdstuk 7: De normale verdeling S 45 4x H47 P4 Hoofdstuk 6: Hoeken en afstanden S 45 4x H46 TW4 Hoofdstuk 8: Groeiprocessen S 45 4x - Grafische rekenmachine 25

27 Leerjaar 4 HAVO, Methode Culturele en Kunstzinnige Vorming De verbeelding, deel HAVO HD41 44 HD42 2 HD43 11 HD44 22 Twee Kunstzinnige Culturele activiteiten Opdrachten uit het werkboek: Kennis van kunst en cultuur Praktische activiteiten en reflectie in kunstdossier Twee Kunstzinnige Culturele activiteiten Opdrachten uit het werkboek: Kennis van kunst en cultuur Praktische activiteiten en reflectie in kunstdossier Twee Kunstzinnige Culturele activiteiten Opdrachten uit het werkboek: Kennis van kunst en cultuur Praktische activiteiten en reflectie in kunstdossier Opdrachten uit het werkboek: Kennis van kunst en cultuur Praktische activiteiten en reflectie in kunstdossier I I I I Dit vak bestaat uit 4 handelingsdelen, die alle minimaal als voldoende moeten zijn beoordeeld; een voldoende wordt slechts afgegeven, indien alle deelhandelingsdelen minimaal als voldoende zijn beoordeeld. Voor dit vak wordt geen centraal examen afgelegd. - Geen 26

28 Leerjaar 4 HAVO, Lichamelijke Opvoeding Methode - HD41 HD42 HD43 HD44 P1 P2 P3 P4 Atletiek Sportief deelnemen, daltonvaardigheden en presentie Turnen Spel Sportief deelnemen, daltonvaardigheden en presentie Zelfverdediging Fitness Sportief deelnemen, daltonvaardigheden en presentie Rugby Honkloopspellen Assisteren op een sportdag Meedoen aan een sportevenement Sportief deelnemen, daltonvaardigheden en presentie Dit vak bestaat uit 4 handelingsdelen, die alle minimaal als voldoende moeten zijn beoordeeld; een voldoende wordt slechts afgegeven, indien alle deelhandelingsdelen minimaal als voldoende zijn beoordeeld. - Geen 27

29 - Geen Leerjaar 4 HAVO, Loopbaanorientatie Methode - HD41 P1 Verslag 1: Studiebeurs \ Interscolaire \ Proefstuderen \ Meeloopdag I HD42 P3 Verslag 2: Studiebeurs \ Interscolaire \ Proefstuderen \ Meeloopdag I HD43 19 Persoonlijke top 3 van opleidingen Opdrachten: Anderen kiezen jouw beroep Test Plan van Aanpak Jouw persoonlijke criteria bij het kiezen van een opleiding I Dit vak bestaat uit 3 handelingsdelen, die alle minimaal als voldoende moeten zijn beoordeeld; een voldoende wordt slechts afgegeven, indien alle deelhandelingsdelen minimaal als voldoende zijn beoordeeld. 28