Vul in het label je voornaam, naam en klas in

Transcriptie

1 1

2 Vul in het label je voornaam, naam en klas in De tekst op de achterflap van dit scrapbook is van Elise Mannah. Zij heeft dit lied geschreven naar aanleiding van haar deelname aan Op de Vlucht 2

3 Inhoud pagina 1. Wat gaan we doen? Timing Sessie 1: Inleefspel van het kastje naar de muur Achtergrondinformatie: a. Algemeen b. Geschiedenis Sessie 2: Getuigenissen Sessie 3: Bezoek aan het Red star line museum a. Aardrijkskunde b. Economie c. Nederlands Sessie 4: Het wijkcomité Slotmanifestatie Vragenfiche

4 Jouw individuele SCRAPBOOK 4

5 1. Wat gaan we doen? De laatste maanden en jaren worden we dag in dag uit geconfronteerd met een grote vluchtelingenstroom. Wij maken het nu van dichtbij mee, maar het is niet nieuw. Reeds eeuwen zijn mensen weggevlucht uit hun land omdat zij werden vervolgd omwille van hun etnische afkomst, óf omdat zij een bepaalde geloofsovertuiging hadden, óf omdat zij politiek afwijkende meningen hadden, óf omdat ze zo arm waren dat ze op zoek moesten gaan naar nieuwe kansen, óf omdat door natuurrampen hun huizen en hun land werden verwoest. Al deze redenen om te vluchten spelen ook vandaag nog een grote rol. Daarom gaan we in dit project onderzoeken hoe het nu juist in elkaar zit, zodat we onze mening kunnen vormen op basis van feiten en op basis van informatie van mensen die er bij betrokken zijn. In februari 2016 werken 5 TSO van KTA2 Villers, de lerarenopleiding van CVO STEP en 5 ASO van Atheneum plus samen aan een project rond het thema Vluchtelingen. Aan het einde van dit project heb je veel informatie gekregen en ook dingen zelf kunnen ervaren. Als je dan in gesprek gaat met elkaar en anderen, zal je goed je eigen mening kunnen onderbouwen met kennis en feiten. Ook in de algemene vakken geschiedenis, aardrijkskunde, economie en Nederlands zal je nieuwe dingen leren en krijg je informatie die je nu kan helpen om genuanceerd te denken, te luisteren en je mening te uiten. Tijdens het project onderzoek je achtergronden en opvattingen vanuit de verschillende hoeken en levensbeschouwingen, je gaat in gesprek met medeleerlingen en bevoorrechte getuigen. Het is belangrijk dat je je voor elke sessie openstelt en bereidwilligheid toont, dat je tijdens elke sessie loyaal deelneemt en dat je na elke sessie de tijd neemt om te reflecteren over wat we gedaan hebben. Dit doe je door het invullen van de kijkwijzer en door het maken van een creatieve opdracht aan het einde van elke sessie. Deze reflectie vormt aanleiding tot gesprek en debat in een volgende fase van het project. Vergeet in elk geval nooit deze bundel mee te brengen naar alle sessies. 5

6 Waarom een scrapbook? Het scrapbook is ontstaan in het circusleven dat bij uitstek nomadisch was en zonder enige vorm van zekerheid. Circusmensen verzamelden alles wat ze hadden meegemaakt en brachten dit samen in hun persoonlijke boek. Het was een manier om orde en overzicht aan te brengen in hun nogal chaotische en ontheemde levens. Tijdens het project zal je meer leren over wat het voor vluchtelingen betekent om alles achter te laten en in chaos en onzekerheid te leven. In jouw scrapbook kan je de vele indrukken die je opdoet ordenen. Naast de opdrachten is er ook ruimte (witte pagina s) waarin je foto s, tweets, quotes en lijstjes van favoriete muziek, boeken of films die met dit thema te maken hebben kan opnemen. Veel succes! 6

7 2. Timing Inhoud Datum uur Sessie 1: Inleefspel Van het kastje naar de muur Woensdag 3 februari u30 10u10 Behandeling van het thema in de les geschiedenis Week van 01 februari 2016 Sessie 2: (Titel?) Getuigenissen Woensdag 17 februari u30 10u10 Sessie 3: Red Star Line museum (Antwerpen) Donderdag 18 februari 2016 Hele dag Behandeling van het thema in de lessen aardrijkskunde, economie en Nederlands. Week van 22 februari Sessie 4: Wijkcomité Woensdag 24 februari u30 10u10 Slotmanifestatie in het Cultureel Centrum Hasselt Dinsdag 1 maart 2016 Namiddag 7

8 8

9 9

10 3. SESSIE 1: Inleefspel Van het kastje naar de muur Tijdens de opstartsessie willen we je onderdompelen in het thema door je te laten ervaren wat vluchtelingen meemaken vooraf en bij aankomst. Jullie komen aan op school en worden beschouwd en behandeld als vluchteling in een nieuw land. Hier onder heb je ruimte voor een selfie van je aankomst, of voor een tekening, een gedicht, iets anders... 10

11 OPDRACHT 1: KIJKWIJZER Na het spel vul je nu de kijkwijzer in op de volgende pagina s. Zo leg je vast welke feiten je gezien hebt en onderzoek je waarom dit volgends jou zo gebeurde. Wie ben je tegengekomen? Persoon 1: Persoon 2: Persoon 3: Persoon 4: 11

12 Feiten Persoon 1: Wat heb je zien doen? Persoon 2: Persoon 3: Persoon 4: 12

13 Wat zit er achter? Persoon 1: Wat is hun standpunt? Wat is hun mening? (illustreer aan de hand van 1 citaat) Persoon 2: Persoon 3: Persoon 4: 13

14 Mogelijke verklaringen volgens jou? Persoon 1: Waarom denken/doen ze zo denk je? Hoe kijken ze naar mensen en/of de wereld? Persoon 2: Persoon 3: Persoon 4: 14

15 Hoe was dit voor jou? Heeft dit spel jouw een ander idee gegeven over vluchtelingen? Ja, omdat: Geef een antwoord en leg uit. Nee, omdat: 15

16 OPDRACHT 2: REFLECTIE Sta even stil bij volgende vragen, met het inleefspel in het achterhoofd: Wat heb ik vandaag gezien, gehoord of ervaren? Welk gevoel roept dit bij me op? Wat heeft dit met mezelf te maken? Kies één van deze drie opdrachten om je reflectie onder woorden te brengen: Beschrijf je ervaring van vandaag in 4 woorden: tweet (max 140 tekens) over wat je vandaag gezien, gehoord of ervaren hebt sms naar 1 van de personages, wat zou je hem/haar nog willen zeggen? 16

17 OPDRACHT 3: LIKE OF DISLIKE? Herlees wat je geschreven hebt bij opdracht 1 en Plaats een? bij een standpunt dat je niet verstaat of vreemd vindt. Plaats een! bij een standpunt dat je kan liken, waar je het mee eens bent Plaats een bij een standpunt waar je het niet mee eens bent 17

18 4. Achtergrondinformatie Mensen vluchten weg van hun land om heel verschillende redenen: Een vluchteling is iemand die zijn woongebied is ontvlucht omwille van vrees voor geweld of zijn leven. Vluchtelingen komen vooral uit gebieden waar oorlog is of waar er een permanente dreiging van oorlog heerst. Ook komen vluchtelingen meestal uit staten waar er schending van de mensenrechten plaatsvinden. De definitie van vluchtelingen werd op 28 juli 1951 gedefinieerd in het eerste artikel van het Internationaal Vluchtelingenverdrag. De definitie, volgens artikel 1.A, stelt dat vluchtelingen (degenen met gegronde vrees voor vervolging om redenen van ras, godsdienst, nationaliteit, het behoren tot een sociale groep of politieke overtuiging) niet mogen worden teruggestuurd naar een land waarin zij vervolging te vrezen hebben (verbod op refoulement). Landen die dit verdrag ondertekend hebben moeten vluchtelingen asiel verlenen. Wie zijn de asielzoekers? Een asielzoeker kan men omschrijven als iemand die politiek asiel vraagt. Dit kan iemand zijn die gevlucht is en bij wie een terugkeer naar het land van herkomst gevaar oplevert. Ook kan een asielzoeker iemand zijn die zijn land is ontvlucht vanwege de armoede. Asielzoekers vragen politiek asiel aan in een land waarin zij denken veiliger of beter te kunnen leven. Asiel zoeken is van alle tijden en het ene jaar zijn er meer asielzoekers dan het andere. Het jaar 2015 kent weer een enorme piek in aantal asielzoekers. Er zijn verschillende soorten vluchtelingen die asiel willen aanvragen: Politieke vluchtelingen: dit zijn asielzoekers die omwille van hun veiligheid gevlucht zijn en zij worden bij gevolg volgens artikel 1.A van het Vluchtelingenverdrag beschouwd als vluchteling. Dit kan zijn omwille van oorlog, maar ook om andere redenen die het leven in het eigen land onveilig maken. Mensen denken niet snel aan deze vluchtelingen, maar ze komen toch behoorlijk vaak voor. Politieke vluchtelingen zijn ook mensen die vluchten omdat ze door de eigen 18

19 regering in hun eigen land worden vervolgd omwille van hun ideeën (b.v. niet akkoord met de wetten van hun land omdat de rechten van de mens worden geschonden) of geaardheid (b.v. op homoseksualiteit staat in veel landen de doodstraf). Economische vluchtelingen: Dit zijn mensen die vluchten omdat er in hun eigen land geen inkomen hebben omdat er geen werk is en er ook geen sociale voorzieningen zijn. Deze mensen leven met hun gezin in grote armoede. Daarom vluchten zij naar een ander land om te proberen daar een beter bestaan op te bouwen. Klimaatvluchtelingen: Jaarlijks gaan mensen op de vlucht als gevolg van plotse milieurampen zoals overstromingen, orkanen, aardbevingen en extreme droogte. Zo sloegen afgelopen zomer 6.9 miljoen mensen op de vlucht voor overstromingen in India en in december werden 2 miljoen mensen uit hun huizen gedreven door stromen in de Filpijnen. Landen die het Vluchtelingenverdrag hebben ondertekend zijn verplicht om vluchtelingen op te nemen. Echter aan economische asielzoekers hoeft men geen asiel te verlenen. Wat is het verschil tussen asielzoekers en vluchtelingen? Tussen de begrippen asielzoeker en vluchteling is er heel wat verwarring. In principe kan iedereen die een asielaanvraag indient als asielzoeker worden beschouwd. Vluchtelingen zijn dan de asielzoekers die voldoen aan de criteria van vluchteling, zoals bepaald in artikel 1.A van het Vluchtelingenverdrag Een asielaanvraag kan uiteraard worden afgekeurd indien men niet blijkt te voldoen aan de criteria van het Vluchtelingenverdrag (b.v. economische asielaanvraag). Ook kan een asielaanvraag worden geweigerd omdat de vluchteling is binnengekomen via een ander veilig land, waar in principe de aanvraag moest worden ingediend en behandeld. 19

20 Geschiedenis! Deze week leerde je in de les geschiedenis meer over de historische achtergrond van vluchtelingen. Welke nieuwe informatie heeft jouw geholpen om het probleem beter te begrijpen? Wat we leerden: 20

21 Dit heeft me geholpen om vluchtelingen beter te begrijpen: 21

22 22

23 23

24 5. SESSIE 2: Getuigenissen In deze sessie ga je in gesprek met verschillende vluchtelingen en hulpverleners. Je kan vragen stellen en luistert naar hun getuigenissen. Dit kunnen vluchtelingen zijn die al een tijdje hier zijn, maar ook medewerkers van asielcentra en vrijwilligers die op de een of andere manier betrokken zijn. Zij spreken vanuit verschillende levensvisies en achtergronden. 24

25 25

26 OPDRACHT 1: KIJKWIJZER Na het beluisteren van de getuigenissen vul je nu de kijkwijzer in. Op deze manier sta je stil bij de levensbeschouwelijke achtergrond van de betrokkenen en leer je welke invloed dit heeft op de manier waarop mensen geholpen worden. Uit de gesprekken zal je leren waarom de mensen moesten vluchten (oorlog, economie en armoede, politiek of religie, klimaat,... etc). Met wie heb je gesproken? Persoon 1: Persoon 2: Persoon 3: Persoon 4:

27 Waarover vertelden ze? Persoon 1: Persoon 2: Persoon 3: Persoon 4: 27

28 Wat is hun standpunt over vluchtelingen? Persoon 1: Wat is hun mening? (illustreer aan de hand van 1 citaat) Persoon 2: Persoon 3: Persoon 4: 28

29 Waarom doen ze wat ze doen denk je? Persoon 1: Hoe kijken ze naar mensen en/of de wereld? Persoon 2: Persoon 3: Persoon 4: 29

30 OPDRACHT 2: REFLECTIE Sta even stil bij volgende vragen, met de getuigenissen in het achterhoofd: Wat heb ik vandaag gezien, gehoord of ervaren? Welk gevoel roept dit bij me op? Wat heeft dit met mezelf te maken? Kies één van deze drie opdrachten om je reflectie onder woorden te brengen: Beschrijf je ervaring van vandaag in 4 woorden : tweet (max 140 tekens) over wat je vandaag gezien, gehoord of ervaren hebt... sms naar 1 van de personages, wat zou je hem/haar nog willen zeggen?... 30

31 OPDRACHT 3: LIKE OF DISLIKE? Herlees wat je geschreven hebt bij opdracht 1 en Plaats een? bij een standpunt dat je niet verstaat of vreemd vindt. Plaats een! bij een standpunt dat je kan liken, waar je het mee eens bent Plaats een bij een standpunt waar je het niet mee eens bent Wil je nog meer informatie? Kijk dan op de volgende website: 31

32 32

33 33

34 34

35 35

36 36

37 37

38 38

39 Mijmeringen, fijne herinneringen, bedenkingen,... 39

40 Selfie s pagina 40

41 Aardrijkskunde! Deze week leerde je in de les aardrijkskunde meer over de reden waarom mensen vluchten en waar zij vandaan komen. Welke nieuwe informatie heeft jouw geholpen om het probleem beter te begrijpen? Wat we leerden: 41

42 Dit heeft me geholpen om vluchtelingen beter te begrijpen: 42

43 Wat zie je op deze foto s? Wat roepen deze foto s bij je op? Link deze foto s aan de lesinhoud over migratie. 43

44 44

45 Economie! Deze week leerde je in de les economie meer over de economische achtergrond van vluchtelingen en de landen waar zij vandaan komen. Welke nieuwe informatie heeft jouw geholpen om het probleem beter te begrijpen? Wat we leerden: 45

46 Dit heeft me geholpen om vluchtelingen beter te begrijpen: 46

47 Nederlands! Deze week leerde je in de les Nederlands meer over hoe je vragen kan stellen over en aan vluchtelingen. Welke nieuwe informatie heeft jouw geholpen om dit beter te begrijpen? Wat we leerden: 47

48 Dit heeft me geholpen om vragen te kunnen stellen : 48

49 Herinneringen, bedenkingen,... 49

50 50

51 6. Sessie 4: wijkcomité In deze sessie ontdek je de morele dilemma s tussen enerzijds eigen belang en het belang van een ander beluister je de visie van andere levensbeschouwingen op de problematiek. kan je argumenten formuleren vanuit je eigen levensbeschouwing. ontdek je gelijkenissen en verschillen tussen de verschillende visies en levensbeschouwingen. Vandaag wordt er stevig gedebatteerd. Tijdens deze sessie worden argumenten aangedragen en weerlegd. Achtergrondinformatie uit de algemene vakken kan je helpen om een stevig betoog op te bouwen. 51

52 OPDRACHT 1: KIJKWIJZER Na het spel vul je nu onderstaande kijkwijzer in. Op deze manier sta je stil bij de levensbeschouwelijke implicaties van het engagement, waartoe kan de actualiteit (beroep, socio-economische omstandigheden, beleid en politiek) mensen aanzetten. Wat gebeurt er? Wat heb je zien doen? Wat is hun standpunt? Waarom doen ze zo denk Wat zegt dat over Wie speelt er mee/doet er iets? Wat is hun mening? (illustreer aan de hand van je? Hoe kijken ze naar mensen hun levensbeschouwing? 1 citaat) en/of de wereld? Harry de kaasboer 52

53 Fatima Marc 53

54 Maria Christof 54

55 Charlie Philipe 55

56 Sofie 56

57 OPDRACHT 2: REFLECTIE Sta even stil bij volgende vragen, met het wijkcomité in het achterhoofd: Wat heb ik vandaag gezien, gehoord of ervaren? Welk gevoel roept dit bij me op? Wat heeft dit met mezelf te maken? Kies één van deze drie opdrachten om je reflectie onder woorden te brengen Beschrijf je ervaring van vandaag in 4 woorden: tweet (max 140 tekens) over wat je vandaag gezien, gehoord of ervaren hebt sms naar 1 van de personages, wat zou je hem/haar nog willen zeggen? 57

58 OPDRACHT 3: LIKE OF DISLIKE? Herlees wat je geschreven hebt bij opdracht 1 en: Plaats een? bij een standpunt dat je niet verstaat of vreemd vindt. Plaats een! bij een standpunt dat je kan liken, waar je het mee eens bent Plaats een bij een standpunt waar je het niet mee eens ben 58

59 7. Sessie 5: slotmanifestatie OPDRACHT 1: KIJKWIJZER Na de slotmanifestatie vul je nu onderstaande kijkwijzer in: Wie heb je horen spreken? Persoon 1: Persoon 2: Persoon 3: Persoon 4: Waarover vertelden die personen? Persoon 1 (naam + wat hij/zij vertelde + waarom het jou boeide): Kies twee personen van wie je de uitleg het meest interessant vond en leg uit waarom. 59

60 Persoon 2 (naam + wat hij/zij vertelde + waarom het jou boeide): Wat is hun standpunt over vluchtelingen? Persoon 1: Wat is hun mening? (illustreer aan de hand van 1 citaat) 60

61 Persoon 2: Waarom doen ze wat ze doen denk je? Persoon 1: Hoe kijken ze naar mensen en/of de wereld? 61

62 Persoon 2:... 62

63 OPDRACHT 2: REFLECTIE Sta even stil bij volgende vragen, met het slotdebat in het achterhoofd: Wat heb ik vandaag gezien, gehoord of ervaren? Welk gevoel roept dit bij me op? Wat heeft dit met mezelf te maken? Kies één van deze drie opdrachten om je reflectie onder woorden te brengen: Beschrijf je ervaring van vandaag in minstens 4 woorden: tweet (max 140 tekens) over wat je vandaag gezien, gehoord of ervaren hebt.. sms naar 1 van de personages, wat zou je hem/haar nog willen zeggen? 63

64 OPDRACHT 3: LIKE OF DISLIKE? Herlees wat je geschreven hebt bij opdracht 1 en Plaats een? bij een standpunt dat je niet verstaat of vreemd vindt. Plaats een! bij een standpunt dat je kan liken, waar je het mee eens bent Plaats een bij een standpunt waar je het niet mee eens bent 64

65 8. Verzamelplek voor vragen Hier noteer je alle vragen die bij je opkomen naar aanleiding van de werksessies. Je kan deze vragen stellen na de getuigenissen in sessie 2, en je kan ze ook stellen tijdens het debat, op de slotmanifestatie. 65

66 66

67 Ik ben een mens, net als jij. Mijn papa en mama, broer en zus zijn mensen, net als die van jou... Hoe kijk jij naar ons, nu dat je ons verhaal beter kent? 67

68 68

69 69

70 70

71 71

72 Open ruimte voor dingen die je nog wil toevoegen... 72

73 73

74 74

75 75

76 76