Kandidaatsversie. Theorie-examen. Verzorgingshulp B. Voorletters + Achternaam. Uw cursistennummer... Naam van de instelling

Transcriptie

1 Datum.. Voorletters + Achternaam... Uw cursistennummer... Naam van de instelling.. Theorie-examen Deelkwalificaties 6 en 4 Verzorgende en Ondersteunende Werkzaamheden en Beroepshouding 2 Verzorgende en Ondersteunende Werkzaamheden Dkw ns

2 Instructies voor de kandidaat Informatie over de toets Tijdsduur (standaard) : 75 minuten Maximum te behalen punten : 30 Bij punten : voldoende (cijfer 6) Aantal casussen : 6 Aantal vragen : 20 Op het voorblad vult u de gevraagde gegevens in. Let op: gebruik de achternaam die u bij uw geboorte hebt gekregen. Niet de achternaam van uw echtgenoot! Alle antwoorden moeten met pen ingevuld worden (blauw of zwart) Bij elke vraag staat het aantal punten dat u voor deze vraag kunt behalen. Bijvoorbeeld: vraag 13 2 pnt De toets bestaat uit een aantal casussen (praktijksituaties). Na een casus volgt een aantal open vragen en meerkeuzevragen. Meerkeuzevragen Bij de meerkeuzevragen omcirkelt u slechts één (1) antwoord. Open vragen Bij de open vragen schrijft u de antwoorden op in de opengelaten ruimte onder de vraag. Wanneer deze ruimte te klein is, schrijft u verder op de achterkant van het blad. Zet er dan wel het nummer van de vraag bij. slechts op wat gevraagd wordt. Bijvoorbeeld als er 3 voorbeelden gevraagd worden, geef dan 3 voorbeelden en niet meer. Alleen de eerste 3 antwoorden worden beoordeeld. De overige niet. Geef korte, puntsgewijze antwoorden bij vragen die beginnen met Noem, Geef of Schrijf op. Wanneer wordt gevraagd iets te beschrijven of te motiveren geef dan een uitgebreider antwoord. Verzorgende en Ondersteunende Werkzaamheden Dkw ns

3 Theorie-examen deelkwalificatie thuiszorg 6 en 4. Verzorgende en ondersteunende werkzaamheden en Beroepshouding. Casus 1 De heer Wouters vindt een verzorgd uiterlijk en een opgeruimd huis belangrijk. Ik doe graag huishoudelijk werk. Bezig zijn is goed voor lichaam en geest, zegt hij. Hij heeft een gehoorapparaat maar dat draagt hij niet. Hij vindt dat zo n apparaat niet helpt. Verzorgingshulp Maaike komt vandaag voor de eerste keer bij de heer Wouters. Zij stelt veel vragen omdat ze haar werk goed wil doen. Opgave 1 Om de heer Wouters goed te kunnen helpen moet Maaike aansluiten bij zijn waarden en normen. Beantwoord vraag a en b. a. Beschrijf in eigen woorden het begrip waarden. b. Geef uit de casus een voorbeeld van een waarde. Score a: 1 pnt A. Waarden zijn: Score b: 1 pnt B Een voorbeeld van een waarde uit de casus is: Score a+b : 2 pnt Verzorgende en Ondersteunende Werkzaamheden Dkw ns

4 Opgave 2 Meneer Wouters vindt dat Maaike dingen vraagt die niets met haar werk te maken hebben. Hij moppert: Als je zo begint heb ik liever een ander. Marieke weet dat ze assertief moet reageren. Wanneer je assertief reageert, heeft dat positieve gevolgen voor een samenwerkingsrelatie. Noem 2 positieve gevolgen. Opgave 3 Meneer Wouters hoort slecht. Is onderstaande bewering goed of fout. Bewering Een gehoorapparaat geeft meneer Wouters het normale gehoor terug. Verzorgende en Ondersteunende Werkzaamheden Dkw ns

5 Opgave 4 Algemene vraag over Helpen bij de persoonlijke verzorging. Lees de stelling en omcirkel je antwoord. Stelling. Een bril maak je schoon met een vetvrij doekje. Opgave 5 Maaike helpt meneer Wouters ook bij de toiletgang. Lees beide stellingen en omcirkel daarna a, b, c of d. Stelling 1 Na de toiletbeurt van de zorgvrager hoef je je handen niet te wassen. Stelling 2 Feces zit vol met bacteriën waardoor infecties kunnen ontstaan. a. stelling 1 is juist, stelling 2 is onjuist b. stelling 1 is onjuist, stelling 2 is juist c. stelling 1 en 2 zijn allebei juist d. stelling 1 en 2 zijn allebei onjuist Verzorgende en Ondersteunende Werkzaamheden Dkw ns

6 Opgave 6 Meneer Wouters ligt met griep op bed. Maaike besluit om hem op bed te verzorgen. Zij moet hem helpen om rechtop te komen zitten. Algemene vraag over Helpen bij verplaatsen. Bij verplaatsen van een zorgvrager moet je met verschillende punten rekening houden. Noem 3 punten. Opgave 7 Meneer Wouters heeft last van evenwichtstoornis. Is onderstaande bewering goed of fout? Bewering Een zorgvrager met evenwichtstoornis kun je stimuleren tot lopen door hem een wandelstok te geven. Verzorgende en Ondersteunende Werkzaamheden Dkw ns

7 Opgave 8 Meneer Wouters is milieubewust en hij doet aan afvalscheiding. In de thuiszorg komt Maaike verschillende soorten afval tegen. Noem 3 soorten afval en geef van elke soort 2 voorbeelden. 3 Soorten afval _ 2 Voorbeelden per soort afval Opgave 9 Algemene vraag over ergonomisch werken. Is onderstaande bewering goed of fout? Bewering Als je ergonomisch werkt dan houdt dat in dat je niet hard kunt werken.. Verzorgende en Ondersteunende Werkzaamheden Dkw ns

8 Casus 2 Lisa zit nu twee maanden op de opleiding. Vorige week heeft ze een les gehad over communicatieve vaardigheden. Lisa en haar collega s hebben verschillende oefeningen gedaan. Lisa weet nu dat communicatieve vaardigheden zijn belangrijk voor het werken met zorgvragers en collega s. Opgave 10 Lisa vertelt haar vriendin over de les communicatieve vaardigheden. Zij legt uit dat communicatie te maken heeft met spreken en luisteren. De vriendin vraagt: Wat moet je dan allemaal kunnen? Beantwoord vraag a en b. a. Noem 3 punten waar je op let bij het spreken. b. Noem 3 punten waar je op let bij het luisteren. Aandachtspunten A: spreken Aandachtspunten B: luisteren Verzorgende en Ondersteunende Werkzaamheden Dkw ns

9 Opgave 11 Lisa heeft de opdracht om er achter te komen waarom een zorgvrager minder eetlust en/of dorstgevoel heeft. Is onderstaande bewering goed of fout? Bewering Emoties kunnen de eetlust negatief beïnvloeden.. Opgave 12 Lisa heeft regelmatig te maken met mantelzorgers. Is de onderstaande bewering goed of fout? Bewering Als professionele hulpverlener is het jouw taak om de verantwoordelijkheid van de mantelzorg te begeleiden. Verzorgende en Ondersteunende Werkzaamheden Dkw ns

10 Casus 3 Meneer Freelink is slechtziend. Jij bent in de douche bezig met opruimen en opeens hoor je uit de keuken lawaai van omvallende voorwerpen. Je loopt er snel heen en ziet dat meneer over een emmer is gestruikeld. Hij zit half overeind tegen het aanrecht en zijn linkeronderarm bloedt. Je ziet een grote schaafwond. Opgave 13 Hoe verzorg je een uitwendige wond? Noem 3 punten. Opgave 14 Meneer Freelink is door alles wat gebeurt van streek en hij valt flauw. Je helpt een zorgvrager die is flauw gevallen door: a. knellende kleding los te maken en te zorgen dat hij niet afkoelt b. hem zijn naam en postcode te laten zeggen c. zijn gezicht te deppen met koud water d. hem licht door elkaar te schudden en rechtop te zetten Verzorgende en Ondersteunende Werkzaamheden Dkw ns

11 Casus 4 Mevrouw Wolsink is licht dementerend. Ze is graag bezig en ze wil Frans, de verzorgingshulp, altijd helpen. Soms doet ze de dingen door elkaar. En vaak maakt ze niet af waar ze mee bezig is. Toch betrekt Frans haar zoveel mogelijk bij de huishoudelijke werkzaamheden. Dit doet hij ook om mevrouw Wolsink een zinvolle tijdsbesteding te geven. Opgave 15 Algemene vraag over tijdbesteding. Hoe mensen hun (vrije) tijd besteden heeft te maken met een aantal factoren. Noem 2 factoren die een tijdbesteding kunnen beïnvloeden. Verzorgende en Ondersteunende Werkzaamheden Dkw ns

12 Casus 5 Mevrouw Steffens herstelt van een herniaoperatie. Sylvia ondersteunt haar bij de opvang van haar kinderen. Freek is 7 en Job is 4 jaar. Op dinsdag en donderdag haalt Sylvia de kinderen tussen de middag van school. De broodmaaltijd staat klaar en de kinderen eten gezellig samen met moeder en Sylvia. Opgave 16 Job is een kleuter van 4 jaar. Schrijf 3 kenmerken op van een kind in de kleuterleeftijd. Verzorgende en Ondersteunende Werkzaamheden Dkw ns

13 Casus 6 U bent toch de hulp van Ria Groothuis, mijn overbuurvrouw? Els kijkt verbaasd naar een onbekende dame die naast haar staat. Ik heb haar al lang niet gezien. Hoe is het met haar? Ik hoorde bij de kapper dat ze ernstig ziek is. Is het besmettelijk wat ze heeft? Els kijkt de mevrouw aan, ze draait zich om en loopt weg. Ze denkt: Wat een raar mens. Opgave 17 Op de vragen van de onbekende dame geeft Els geen antwoord maar ze loopt weg. Wat had Els kunnen antwoorden? Schrijf 3 antwoorden op. Verzorgende en Ondersteunende Werkzaamheden Dkw ns

14 Opgave 18 Tijdens de verzorging zegt mevrouw Groothuis plotseling tegen Els: Denk jij dat ik snel dood ga? Els zegt: Bent u bang voor de dood? Is de wijze waarop Els reageert goed of fout? Opgave 19 Algemene vraag Is onderstaande bewering goed of fout? Bewering Je ontkent de gevoelens van een nabestaande wanneer je zegt dat hij zich niet verdrietig of schuldig hoeft te voelen over de dood van zijn naaste. Verzorgende en Ondersteunende Werkzaamheden Dkw ns

15 Opgave 20 Algemene vraag Het kan voorkomen dat je als verzorgingshulp een rol speelt in de ondersteuning van een zorgvrager die terminaal ziek is. Wat zijn aandachtspunten in de ondersteuning? Noem 3 aandachtspunten. Controleer of alle vragen beantwoord zijn. Verzorgende en Ondersteunende Werkzaamheden Dkw ns