TWEEDE OPENBARE FAILLISSEMENTSVERSLAG EX ARTIKEL 73A FW INZAKE HET FAILLISSEMENT VAN VAN BREUGEL BREDA B.V.

Transcriptie

1 TWEEDE OPENBARE FAILLISSEMENTSVERSLAG EX ARTIKEL 73A FW INZAKE HET FAILLISSEMENT VAN VAN BREUGEL BREDA B.V. Gegevens onderneming : de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid VAN BREUGEL BREDA B.V., statutair gevestigd te Breda, kantoorhoudende te (1091 EC) Amsterdam aan de Weesperzijde 21, ingeschreven in het handelsregister onder nummer Faillissementsnummer : F.13/15/141 Datum uitspraak : 24 maart 2015 Uitgesproken op Curator Rechter-commissaris : eigen aangifte : mr. W. Janssen - van Kesteren (Fort Advocaten N.V., Postbus 70091, 1007 KB Amsterdam, telefoon: , fax: , janssen@fortadvocaten.nl) : mr. M.J.E. Geradts Activiteiten onderneming Omzetgegevens Personeel gemiddeld aantal : exploitatie van een schoenenwinkel : in onderzoek : negen. Datum verslag : 6 augustus 2015 Verslagperiode : 9 mei augustus 2015 Bestede uren in verslagperiode : 17,2 uren Bestede uren totaal : 58,7 uren Saldo faillissementsrekening : EUR ,34 ALGEMENE INLEIDING De verslaglegging in dit faillissement is ingericht volgens de Recofa Richtlijnen voor faillissementen en surseances van betaling Indien de werkzaamheden in een bepaald hoofdstuk zijn afgesloten zal worden verwezen naar voorgaande verslagen. De inhoud van eerdere verslagen wordt gehandhaafd voor zover daarvan niet uitdrukkelijk wordt afgeweken. Authentiek zijn alleen verslagen die zijn geprint op briefpapier van Fort Advocaten N.V. te Amsterdam en die zijn voorzien van een handtekening van de curator

2 1. INVENTARISATIE 1.1 Directie en organisatie Van Breugel Breda B.V. is op 3 februari 1998 opgericht door K.H.W.M. van Breugel Beheer B.V., de houdstermaatschappij van de heer K.H.W.M. van Breugel. Deze vennootschap is tevens alleen/zelfstandig bevoegd bestuurder van Van Breugel Breda B.V. 1.2 Huur De huurovereenkomst voor Loosdrecht is op 3 april 2015 opgezegd ex artikel 39 Fw. De huurovereenkomst is op 16 mei 2015 geëindigd doordat de verhuurder het gehuurde heeft teruggenomen in zijn beheer en thans zelf gebruikt. De verhuurder heeft de bankgarantie ad EUR volledig ingeroepen. Er is nog geen vordering ingediend. 1.3 Oorzaak faillissement De bestuurder heeft als volgt verklaard. De winkels zijn in de problemen gekomen door een ongekende omzetdaling. Dit was met name het geval in Loosdrecht. Die winkel is eind 2011 overgenomen op basis van een omzetverwachting van circa EUR 1 miljoen. In 2012 nam de populariteit van merken als Uggs en Birkenstock echter af, waardoor de omzet die werd gegenereerd met schoenen van die merken sterk afnam. Er kwam geen nieuwe omzet voor terug, hetgeen leidde tot financiële problemen. Ook in het algemeen tekende zich een omzetdaling af, die niet met bezuinigingen bleek te kunnen worden opgevangen. In 2013 en 2014 is geprobeerd om de kosten te drukken, maar dat bleek lastig omdat er veel langlopende verplichtingen zijn (personeel en huur). De curator doet onderzoek. 2. PERSONEEL Verwezen wordt naar het voorgaande eerste faillissementsverslag. 3. ACTIVA Verwezen wordt naar het voorgaande eerste faillissementsverslag. 4. DEBITEUREN Volgens de debiteurenlijst heeft Van Breugel Breda B.V. EUR 485,75 tegoed van een Spaanse partij en EUR 6.498,13 van een Nederlandse partij. De curator heeft de incasso van deze vorderingen ter hand genomen. De Nederlandse partij betwist de vordering, van de Spaanse partij is niets vernomen. Gelet op het bedrag dat gemoeid is met de vordering, acht de curator het niet opportuun om verdere actie te nemen richting Spanje. Over de vordering op de Nederlandse debiteur vindt nadere discussie plaats. Daarnaast blijkt uit de administratie dat Van Breugel Breda B.V. facturen heeft betaald voor schoenen, die zijn geleverd aan of verplaatst naar winkels van gelieerde vennootschappen. Uit

3 het grootboek en de kolommenbalans 2014 blijkt evenwel van vorderingen van gelieerde vennootschappen op Van Breugel Breda B.V. De curator doet nader onderzoek. 5. BANK / ZEKERHEDEN 5.1 Vordering van bank(en) Van Breugel Breda B.V. bankierde bij ING Bank N.V. Zij had een rekening-courantkrediet van EUR en twee leningen van EUR respectievelijk EUR Ook was zij verbonden in een compte-jointe met K.H.W.M. van Breugel Beheer B.V., Van Breugel Utrecht B.V. en Van Breugel Fashion Utrecht B.V. Er waren twee bankgaranties afgegeven door Van Breugel Breda B.V. van EUR respectievelijk EUR (resterend EUR 6.445). In verband met negatieve standen in de compte-jointe van de gelieerde vennootschappen, had ING Bank per datum faillissement EUR ,23 te vorderen van Breugel Breda B.V. Dit bedrag is genoteerd als concurrente schuld. 5.2 Beschrijving zekerheden De Belastingdienst stelt een pandrecht te hebben op de voorraden. De curator heeft het pandrecht vernietigd op grond van de actio pauliana omdat het een onverplichte rechtshandeling betreft, die tot nadeel voor de gezamenlijke crediteuren heeft geleid. 5.3 Eigendomsvoorbehoud Een deel van de schoenen is geleverd onder eigendomsvoorbehoud. Drie leveranciers hebben aanspraak gemaakt op een dergelijk recht. Bij de overname van de activa heeft de curator afgesproken dat rechten van derden, zoals een rechtsgeldig eigendomsvoorbehoud, zullen worden gerespecteerd en afgewikkeld door de koper. Twee van de drie aanspraken op eigendomsvoorbehoud zijn inmiddels afgehandeld door de koper. Van de derde aanspraak is door de curator erkend dat het eigendomsvoorbehoud is gevestigd, maar de leverancier kan niet aantonen op welke schoenen het eigendomsvoorbehoud rust. De curator heeft de leverancier toegang gegeven tot de boekhouding van Van Breugel Breda B.V. maar desondanks is nog steeds niet aangetoond wat de omvang van het eigendomsvoorbehoud is. De curator heeft de aanspraak daarom afgewezen. De crediteur heeft een advocaat ingeschakeld, die nog geen inhoudelijk standpunt heeft ingenomen. 6. DOORSTART / VOORTZETTEN Voortzetten 6.1 Exploitatie / zekerheden Ten tijde van het uitspreken van het faillissement, exploiteerde Van Breugel Breda B.V. nog één winkel. Deze winkel in Loosdrecht is opengebleven om de kans op een doorstart te vergroten en omdat het verkopen van schoenen vanuit een winkel veel meer opbrengt dan van een veiling te verwachten valt. De curator heeft derhalve met toestemming van de rechter-commissaris de winkel voor rekening en risico van de boedel voortgezet vanaf datum faillissement tot 3 april 2015, per welke laatste datum de activa zijn overgenomen door voornoemde koper

4 6.2 Financiële verslaglegging De curator heeft EUR 12,28 voldaan aan de energieleverancier in verband met voortzetting van de onderneming na datum faillissement. Uit hoofde van de verkopen is EUR ,24 ontvangen. Daarnaast is EUR 3.103,61 ontvangen voor verkopen van voor datum faillissement, die nog met de creditcardmaatschappij en de tussenpersoon voor pinbetalingen moesten worden afgerekend. 7. RECHTMATIGHEID 7.1 Boekhoudplicht In onderzoek. 7.2 Onbehoorlijk bestuur In onderzoek. 8. CREDITEUREN Crediteuren kunnen hun vordering schriftelijk en onderbouwd met bewijsstukken bij de curator indienen. Een eventuele aanspraak op een voorrecht, retentierecht, eigendomsvoorbehoud en/of enig ander recht moet worden opgegeven. De contactgegevens van de curator staan op het voorblad van dit verslag vermeld. 8.1 Boedelvorderingen Salaris curator en kosten: PM UWV: EUR , Preferente vordering van de fiscus EUR Preferente vordering van het UWV EUR , Andere preferente crediteuren Er hebben zich (nog) geen andere preferente crediteuren gemeld. 8.5 Concurrente crediteuren Tweeëntwintig, voor in totaal EUR ,63 (inclusief EUR ,23 van ING Bank). 8.6 Verwachte wijze van afwikkeling Onbekend. 9. PROCEDURES Er is niet gebleken van lopende procedures

5 10. OVERIG 10.1 Termijn afwikkeling faillissement en plan van aanpak Onbekend. Dit is met name afhankelijk van het boekenonderzoek, en van de manier waarop de discussie zich ontwikkeld met de Belastingdienst over het vernietigde pandrecht en met de crediteur wiens eigendomsvoorbehoud is afgewezen Indiening volgend verslag Over drie maanden. Opgemaakt, getekend en gedeponeerd bij de faillissementsgriffie van de rechtbank Amsterdam op 6 augustus Mevrouw mr. W. Janssen van Kesteren, curator