HANDLEIDING BIJ HET WETENSCHAPPELIJKE PROJECTWERK
|
|
- Esther van der Wolf
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Departement IW&T [ KHBO vzw ] Zeedijk 101 B-8400 Oostende Tel Fax HANDLEIDING BIJ HET WETENSCHAPPELIJKE PROJECTWERK docentenwerkgroep MULTIDISCIPLINAIR PROJECT 2009
2 Inhoudsopgave 1 Inleiding 1 2 Doelstellingen Een onderzoekende houding hebben (AWC1) Samenwerken in een multidisciplinair team (AWC5) Informatie verwerven en verwerken (AC2) Leiding geven (AC5) Communiceren met leken en specialisten (AC6) Een ingesteldheid tot levenslang leren hebben (AC7) Zevensprong Werkwijze Verduidelijking van begrippen en termen Probleemstelling Literatuurstudie Opmaak van plan van aanpak Uitvoering van plan van aanpak Demodag Eindreflectie Projectgroep Dagvoorzitter Notulist Groepsleden Gebruik van het digitale leerplatform Toledo Elektronisch logboek Elektronische planningbox...13 Handleiding bij het wetenschappelijke projectwerk I
3 3.4 Logboekdocumenten Begrippenlijst Probleemstelling Informatiemap Plan van aanpak Resultaatformulieren Presentatiemateriaal Eindreflecties Assessment Een onderzoekende houding hebben (AWC1) Samenwerken in een multidisciplinair team (AWC5) Informatie verwerven en verwerken (AC2) Leiding geven (AC5) Communiceren met leken en specialisten (AC6) Een ingesteldheid tot levenslang leren hebben (AC7)...23 Bijlage: beoordelingswijze bij peer- en selfassessment 1 en 2 24 Handleiding bij het wetenschappelijke projectwerk II
4 1 Inleiding Welkom als student(e) van de Academische Bachelor Industriële Wetenschappen bij het Wetenschappelijke Project aan de campus Oostende. Dit opleidingsonderdeel loopt gedurende 12 weken van semester 3 (1 ste periode: 2uur/week, 2 de periode: 3uur/week). Voor je ligt de Handleiding bij het wetenschappelijke projectwerk waarin je informatie vindt over de onderwijsvorm die de docenten van de werkgroep multidisciplinair project ontwikkelden en nu opnieuw zullen aanwenden. Projectonderwijs is een vaste waarde in het hoger onderwijs in Vlaanderen. Het is een handige werkvorm om studenten zelfsturend teamwerk te leren toepassen in de praktijk en om hen probleemoplossend te leren werken. Projectonderwijs creëert de gelegenheid waarbij de studenten een nieuwe situatie kunnen analyseren en aangeven hoe zij die situatie oplossen. Dat betekent vastzitten, nieuwe ideeën genereren, de dingen eens van een andere kant zien, informatie opzoeken. Het leren om uit deze situatie los te komen, is de beste voorbereiding voor een latere werksituatie. De bedoeling van het projectwerk is dat je een belangrijk deel van de kennis en vaardigheden in je studie opdoet door zelf aan de slag te gaan. Het leidt tot het oplossen van een realistisch en relevant beroepsprobleem en laat jou een tastbaar gespecificeerd eindresultaat maken zoals een mondelinge presentatie, een poster, een tijdschriftartikel, een onderzoeksverslag, een zelf ontworpen realisatie, een website. Deze onderwijsvorm is dus een buitengewoon actief proces dat voor het grootste deel bestaat uit 'zelf doen'. In deze handleiding kom je alles te weten over het projectmatig werken in jouw opleiding en wat er hierbij van jou verwacht wordt. Bovendien kun je in deze bundel allerlei zaken opzoeken zoals de wijze waarop je het project moet aanpakken, de manier waarop getoetst wordt, wie je kunt aanspreken als er problemen zijn, enz. Handleiding bij het wetenschappelijke projectwerk 1
5 In het wetenschappelijke projectwerk zal van jou verwacht worden dat je: een realistisch en relevant beroepsprobleem kan analyseren en planmatig oplossen; een tastbaar gespecificeerd eindproduct kan maken; jouw wetenschappelijke inzichten kan toepassen in nieuwe multidisciplinaire leersituaties; disciplinegebonden informatie uit gedrukte en elektronische bronnen zelfstandig kan raadplegen, selecteren en verwerken; een projectopdracht efficiënt kan uitvoeren; kritisch kan reflecteren over het projectmatig werken en het eigen leerproces (een ingesteldheid tot levenslang leren kan hebben); leiding kan geven in een projectgroep; de resultaten van het projectmatig werken zowel mondeling als schriftelijk kan toelichten aan specialisten en aan leken; kan samenwerken in een projectgroep. Veel succes en plezier met je projectactiviteiten. docentenwerkgroep multidisciplinair project Handleiding bij het wetenschappelijke projectwerk 2
6 2 Doelstellingen Leren door middel van projecten geeft je de kans een aantal competenties te verwerven die in de beroepspraktijk hard nodig zijn. Het gaat hier om competenties die te maken hebben met het systematisch aanpakken van problemen, samenwerken en reflecteren op je eigen ontwikkelingen. Dit leren leren krijg je door veel te oefenen steeds beter in de vingers. Tijdens het uitvoeren van een multidisciplinaire projectopdracht komen de volgende competenties aan bod: een onderzoekende houding hebben (AWC1); samenwerken in een multidisciplinair team (AWC5); informatie verwerven en verwerken (AC2); leiding geven (AC5); communiceren met leken en specialisten (AC6); een ingesteldheid tot levenslang leren hebben (AC7). Hierna worden deze bovenvermelde competenties toegelicht. Bij elke competentie vind je een aantal gedragsindicatoren, i.e. de criteria die bij de beoordeling van de competenties zullen gehanteerd worden. 2.1 Een onderzoekende houding hebben (AWC1) De projectgroep: beschrijft de context waarin de projectopdracht zich situeert grondig; kent duidelijk het belang van de projectopdracht; heeft een goed inzicht in de hoofdopdracht en in de deelopdrachten; formuleert de doelstelling van het experiment helder en bondig; beschrijft de motivatie voor de aanpak op een goed geargumenteerde wijze; beschrijft de werkwijze correct; verwerkt de resultaten op correcte wijze; vergelijkt de eigen resultaten met theoretische waarden uit literatuur en/of vroegere onderzoeken; kijkt of er geen andere methoden zijn om dezelfde resultaten te bekomen; heeft een logische verklaring voor afwijkingen; vormt een onderbouwd besluit. Handleiding bij het wetenschappelijke projectwerk 3
7 2.2 Samenwerken in een multidisciplinair team (AWC5) De student: neemt initiatief en heeft verantwoordelijkheidszin; is stipt en bezit discipline; is flexibel; bezit een empathisch vermogen; gaat om met conflicten. 2.3 Informatie verwerven en verwerken (AC2) De projectgroep: definieert de begrippen uit de projectomschrijving duidelijk; toont aan dat er een zoekstrategie uitgewerkt werd en licht ze toe; stelt een correcte literatuurlijst samen van de voor het project geraadpleegde bronnen. De student: lost de oefeningen informatievaardigheden correct op. 2.4 Leiding geven (AC5) De projectcoördinator/dagvoorzitter: werkt planmatig; delegeert en volgt op; organiseert de besluitvorming; stimuleert de samenwerking; enthousiasmeert. Handleiding bij het wetenschappelijke projectwerk 4
8 2.5 Communiceren met leken en specialisten (AC6) Communiceren met specialisten (schriftelijk), i.e. de projectgroep: rapporteert helder en gestructureerd; maakt een verantwoorde en volledige samenvatting; verzorgt haar schrijfstijl en spelling; verzorgt haar figuren; brengt de rapportering tijdig binnen. Communiceren met specialisten (mondeling), i.e. de student: structureert zijn verhaal op heldere wijze; verzorgt zijn taal en lichaamstaal (houding, oogcontact met publiek); past zijn kledij aan de omstandigheden aan; gebruikt geschikt presentatiemateriaal; luistert actief naar en speelt in op de reacties van het publiek. Communiceren met leken, i.e. de student: informeert helder en gestructureerd; verzorgt taal en lichaamstaal (houding, oogcontact met publiek); past zijn kledij aan de omstandigheden aan; ontwerpt een poster aangepast aan het doelpubliek; luistert actief naar en speelt in op de reacties van het publiek. 2.6 Een ingesteldheid tot levenslang leren hebben (AC7) De student: beschrijft eerlijk en objectief in welke mate hij tevreden is over het onderwerp, het verloop en het resultaat van het project; geeft een volledige opsomming van de belangrijkste inzichten/vaardigheden die hij in dit project heeft bijgeleerd; verwoordt kritisch de vastgestelde tekortkomingen in zijn competenties; vermeldt duidelijk de acties die hij heeft ondernomen om zich tijdens het project bij te sturen; neemt zinvolle aandachtspunten mee naar zijn volgende projecten. Handleiding bij het wetenschappelijke projectwerk 5
9 3 Zevensprong Bij de start van het wetenschappelijke projectwerk worden er verschillende projectomschrijvingen aan de studenten voorgesteld. Een projectomschrijving geeft de opdracht weer die jij in een projectgroep en onder begeleiding van een projectcoach gedurende semester 3 (studietijd = 80 uren) zal uitwerken. Bij elke projectomschrijving hoort een interne of externe opdrachtgever, i.e. diegene die de opdracht heeft geconstrueerd. Deze opdrachtgever overhandigt aan de projectgroep zijn/haar projectomschrijving in een briefomslag. Daarnaast kan jij, indien nodig, een beroep doen op de bibliothecaris en op één of meerdere consulenten, i.e. docenten die bereid zijn jou vakinhoudelijk te ondersteunen. Bij de uitwerking van het project maak je gebruik van een systematische manier van probleemoplossend werken: de zevensprong. Meer informatie over deze werkwijze vind je in punt Werkwijze Het projectmatig werken gebeurt dus systematisch, d.w.z. volgens bepaalde stappen. In het wetenschappelijke projectwerk worden er zeven stappen of fasen onderscheiden. Deze stappen worden eerst in tabel 1 kort omschreven en vervolgens toegelicht. Stap Omschrijving 1 Verduidelijking van begrippen en termen 2 Probleemstelling 3 Literatuurstudie 4 Opmaak van plan van aanpak 5 Uitvoering van plan van aanpak 6 Demodag 7 Eindreflectie Tabel 1: stappen van de zevensprong Handleiding bij het wetenschappelijke projectwerk 6
10 3.1.1 Verduidelijking van begrippen en termen Deze stap is je eerste oriëntatie op het onderwerp. Binnen de projectgroep ga je na over welke termen en begrippen in de projectomschrijving je nog nooit iets gehoord hebt, of die je misschien wel herkent, maar waarvan je niet precies weet wat ze betekenen. Je zoekt en noteert een korte en duidelijke omschrijving van deze termen en begrippen (zie punt 3.4.1). Op het einde van stap 1 wordt van je verwacht dat je de projectomschrijving volledig en grondig begrijpt Probleemstelling De projectgroep staat voor een opdracht. Je moet bepalen wat nu precies die opdracht is. Je zult uit de projectomschrijving antwoorden op een aantal vragen (zie punt 3.4.2) moeten destilleren. Op deze manier kom je tot een concrete, centrale probleemstelling Literatuurstudie Het is belangrijk dat je de context waarin de projectopdracht zich situeert, volledig en grondig kent. Daarom zoek je bijkomende informatie over het onderwerp uit gedrukte en elektronische bronnen op. Het is de bedoeling om in de literatuur planmatig en gericht te gaan zoeken. Daarom is er een naslagwerk (zie punt 3.4.3) voorzien dat jou kan helpen de geschikte literatuur te vinden. Er wordt van jouw projectgroep verwacht een zoekstrategie uit te werken en toe te lichten en eveneens een correcte literatuurlijst samen te stellen. Daarnaast los je individueel een aantal oefeningen informatievaardigheden (zie punt 3.4.3) op. Handleiding bij het wetenschappelijke projectwerk 7
11 3.1.4 Opmaak van plan van aanpak In stap 4 ga je een plan van aanpak opmaken. Dit plan geeft, naast een motivatie van de aanpak, aan hoe de opdracht zal uitgevoerd worden (zie punt 3.4.4). Je vermeldt ook de doelstelling van de experimenten. Een goed plan van aanpak helpt de processen te bewaken, afwijkingen tijdig te signaleren zodat de projectgroep (indien nodig) sturende maatregelen kan treffen. Het plan van aanpak wordt nu door de projectgroep aan de projectcoach voorgesteld. Pas nadat het plan is goedgekeurd, mag met de uitvoering van het project (stap 5) worden begonnen. Voordat je met de uitvoering begint, is het nuttig om even kort stil te staan bij de wijze waarop de projectgroep aan haar opdracht werkt. Tijdens een eerste peer- en selfassessment ga jij de competenties samenwerken in een multidisciplinair team (AWC5) en leiding geven (AC5) van de andere leden van jouw projectgroep en van jezelf evalueren (zie punt 3.4.4). Deze tussentijdse evaluatie is louter informatief en heldert de coördinatie en de samenwerking van jouw projectgroep op zodat deze (indien nodig) kunnen bijgestuurd worden Uitvoering van plan van aanpak Na toestemming kun je beginnen met het uitvoeren van het plan van aanpak. Meestal heeft de projectgroep een vaste agenda. In deze fase worden experimenten uitgevoerd, meetresultaten verwerkt en geïnterpreteerd en conclusies getrokken (zie punt 3.4.5). Op regelmatige tijdstippen geeft ieder lid van de projectgroep aan wat de resultaten van zijn acties zijn. Hierbij wordt steeds een link gelegd met het plan van aanpak. Het kan dus gebeuren dat je het plan van aanpak moet aanpassen. Uit veiligheidsoverwegingen gebeuren alle praktische activiteiten steeds in aanwezigheid van de projectcoach of van een consulent. Hiertoe worden tussen de projectcoach of de consulent en de projectgroep de nodige afspraken gemaakt. Handleiding bij het wetenschappelijke projectwerk 8
12 3.1.6 Demodag In stap 6 moet je het globale projectwerk presenteren. De projectgroep geeft op de demodag tijdens de laatste week van semester 3 een mondelinge presentatie (zie punt 3.4.6). Zij houdt deze presentatie voor alle geïnteresseerde docenten en studenten van het departement IW&T van de KHBO. Laat op deze demodag jouw realisaties ook zien aan alle geïnteresseerden van buiten het departement IW&T. Je gebruikt hierbij een zelf ontworpen poster (zie punt 3.4.6) en geschikt demomateriaal. Naast de genodigden van de docentenwerkgroep multidisciplinair project zijn ook de persoonlijke genodigden van jouw projectgroep van harte welkom. Elke student beschikt hierbij over drie vrijkaarten die toegang verschaffen tot de demodag Eindreflectie Na de uitvoering van het project, is het nuttig om even achterom te kijken en de effecten van het projectwerk op te helderen. Bij een kritische eindreflectie beantwoord je individueel een aantal open vragen over jouw eigen voorbije leerproces (zie punt 3.4.7). Tijdens een tweede peer- en selfassessment, ga jij opnieuw de competenties samenwerken in een multidisciplinair team (AWC5) en leiding geven (AC5) van de andere leden van jouw projectgroep en van jezelf beoordelen (zie punt 3.4.7). Jouw eindevaluatie van de andere groepsleden telt mee bij de eindbeoordeling. Jouw zelfevaluatie is zoals bij de eerste peer- en selfassessment louter informatief. Handleiding bij het wetenschappelijke projectwerk 9
13 3.2 Projectgroep De studenten stellen hun projectgroep zelf samen. Iedere projectgroep bestaat uit 6 à 7 studenten (5 groepen per klas). Eén van deze studenten coördineert alle werkzaamheden van de groep. Bij het begin van het projectwerk spreken de studenten onderling af wie de projectcoördinator is. De projectopdracht is een open opdracht en kent dus ruime vrijheidsgraden. Ze biedt daarmee de studenten mogelijkheden om zelfstandig te leren en te werken. Er is ruimte om de precieze probleemstelling te definiëren, informatie op te zoeken, een plan van aanpak te ontwikkelen en efficiënt uit te voeren, de projectresultaten te presenteren. Niet de projectcoach maar de studentengroep draagt hierin zijn verantwoordelijkheid en kan bijgevolg zijn beslissingen verantwoorden. Het begeleiden en ondersteunen van dit zelfstandige leerproces valt daarentegen onder de verantwoordelijkheid van de projectcoach. Hij/zij is er dus niet om alles voor te zeggen maar om je te helpen zelf aan de slag te gaan. Iedere week meldt de projectgroep zich bij het begin van de contacturen aan bij zijn projectcoach. De projectgroep lost best zelf de volgende problemen op: te laat komen van een groepslid; (moedwillige) afwezigheid van iemand van de groep; een student heeft een taak niet af; een planning wordt niet gehaald; een medestudent houdt zich niet aan de procedure. Indien de projectgroep er niet in slaagt de problemen zelf op te lossen, doet hij tijdig een beroep op de projectcoach om de problemen niet te laten escaleren. Na overleg kan de projectcoach wel de meelifters daarop aanspreken en de studenten die zich niet aan de afspraken houden uit de groep zetten. Af en toe heb je met de projectgroep een vergadering. Het tijdstip van deze vergadering bepaal je zelf met de projectgroep. Tijdens de vergadering is er een aantal rollen dat moet vervuld worden, namelijk de rol van: de dagvoorzitter, de notulist, de groepsleden. Handleiding bij het wetenschappelijke projectwerk 10
14 Bij elke vergadering duidt de projectcoördinator de dagvoorzitter en de notulist vooraf aan. De namen van de dagvoorzitter en de notulist worden telkens genotuleerd. Na afloop van het project moet elke student, behalve de projectcoördinator, minstens één keer dagvoorzitter zijn geweest. Hierna vind je een omschrijving van de verschillende rollen Dagvoorzitter De dagvoorzitter: zorgt ervoor dat de agenda vooraf opgesteld is en bereidt de vergadering voor; opent de vergadering; bespreekt de notulen van de vorige vergadering en controleert hierbij in hoeverre de gemaakte afspraken uitgevoerd zijn; leidt elk agendapunt in; leidt de discussie (onderwerp bewaken, iedereen bij discussie betrekken, groepsleden aanmoedigen, luisteren); vat elk besproken agendapunt samen (besluiten, geplande acties, taakverdeling, gemaakte afspraken); bewaakt de tijdsindeling Notulist De notulist: notuleert tijdens de vergadering de belangrijkste punten, zoals de gemaakte afspraken, de taakverdeling en de planning, kort en bondig; structureert de ingebrachte punten; vraagt indien noodzakelijk om verduidelijking; neemt deel aan de discussie; neemt de notulen in de elektronische planningbox op (zie punt 3.3.2) Groepsleden De groepsleden: nemen actief deel aan de discussie; verwoorden duidelijk hun eigen mening; kunnen luisteren naar en denken mee met de andere groepsleden; maken aantekeningen. Handleiding bij het wetenschappelijke projectwerk 11
15 3.3 Gebruik van het digitale leerplatform Toledo Bij het wetenschappelijke projectwerk ga je regelmatig gebruik maken van het digitale leerplatform Toledo. Er is een Toledo-cursus ([AI2KO-2] Wetenschappelijk project) ontwikkeld die alle studiemateriaal over het wetenschappelijke projectwerk bevat en continu voor jouw projectgroep openstaat. In deze Toledo-cursus beschikt elke projectgroep over een eigen Groepspagina die alleen voor de groepsleden en de projectcoach/consulent(en) toegankelijk is. De discussieruimte van deze Groepspagina wordt het eigen communicatieplatform van jouw projectgroep en omvat een babbelbox en een elektronische planningbox (zie punt 3.3.2). In het Toledo + -onderdeel van de Toledo-cursus beschikt elke projectgroep over een gedeelde Groepsmap die ook alleen voor de groepsleden en de projectcoach/consulent(en) toegankelijk is. Deze Groepsmap wordt het informatieplatform van jouw projectgroep. Hierin wordt alle informatie (zoals bestudeerde literatuur, eigen en andere documenten, ) gearchiveerd en wordt ook het elektronisch logboek geplaatst (zie punt 3.3.1). De projectcoach kan op ieder ogenblik beide platforms van jouw projectgroep inkijken waardoor hij/zij in staat zal zijn alle werkzaamheden gedurende het ganse verloop van jouw projectwerk nauwkeurig op te volgen Elektronisch logboek Tijdens het werken aan het project moet je een aantal documenten produceren. In punt 3.4 vind je meer inhoudelijke informatie over deze documenten. De projectgroep houdt deze documenten bij in een elektronisch logboek. Dit logboek breng je onder in de eigen Toledo + -Groepsmap (zie rubriek Institution Content/ institution/ g-iwt_00226). Bij het opstellen van de logboekdocumenten maak je gebruik van de blanco sjablonen, opgenomen in de Toledo-cursus (zie rubriek Documenten/ Sjablonen ). De projectcoördinator is verantwoordelijk voor het logboekbeheer. Hij/zij vult het elektronische logboek in. Daartoe wordt het logboek in de Toledo + -Groepsmap zodanig ingesteld zodat alleen hij/zij informatie kan toevoegen. De andere projectleden kunnen dit onderdeel van de Toledo + - Groepsmap alleen inkijken en lezen. De informatie wordt door alle leden verzameld en aan de projectcoördinator overgemaakt. Handleiding bij het wetenschappelijke projectwerk 12
16 3.3.2 Elektronische planningbox Gedurende het ganse proces is het belangrijk dat je goede afspraken maakt over tijd, kwaliteit, organisatie en informatie. Deze afspraken worden onderhouden en indien nodig veranderd. Om het project tot een goed einde te kunnen brengen, moet elk groepslid zich achter de vooropgestelde taakverdeling kunnen scharen en zich toeleggen op het deel waar hij/zij verantwoordelijk voor is. Het is dan ook beter dat de taakverdeling tijdens een vergadering in overleg tot stand komt. Vaak is het niet mogelijk om een juiste schatting van de benodigde tijd te maken. Toch is het goed een globale planning op te stellen die tijdens het project regelmatig bijgestuurd kan worden. Een slechte planning is beter dan helemaal geen planning! Het is handig de afspraken, taakverdeling en planning in een elektronische planningbox binnen de eigen Toledo-Groepspagina (zie rubriek Communicatie/ Groepspagina s/ eigen Groepspagina/ discussieruimte voor groep ) op te nemen. Zo voorkom je dat ze worden vergeten of verkeerd worden uitgelegd. 3.4 Logboekdocumenten Het elektronische logboek geeft een inhoudelijk verslag van de activiteiten van de groep weer. De logboekdocumenten worden in tabel 2 vermeld en hierna toegelicht. Stap Document 1 Begrippenlijst 2 Probleemstelling 3 Informatiemap 4 Plan van aanpak 5 Resultaatformulieren 6 Presentatiemateriaal 7 Eindreflecties Tabel 2: documenten van het elektronische logboek Handleiding bij het wetenschappelijke projectwerk 13
17 3.4.1 Begrippenlijst In stap 1 (zie punt 3.1.1) stel je een begrippenlijst op die de volgende rubrieken bevat: begrip in Nederlands, begrip in Engels, korte omschrijving Probleemstelling In stap 2 (zie punt 3.1.2) beantwoord je de volgende open vragen: wat is de context waarin de projectopdracht zich situeert? wat is het belang van de projectopdracht? wat is de hoofdopdracht? wat zijn de deelopdrachten? Informatiemap Om jou in stap 3 (zie punt 3.1.3) te helpen de geschikte literatuur op een efficiënte manier te vinden is er in de Toledo-cursus een naslagwerk Wetenschappelijke informatie zoeken en verwerken opgenomen (zie rubriek Documenten/Studiemateriaal ). Er wordt van jouw projectgroep verwacht een zoekstrategie uit te werken en toe te lichten en eveneens een correcte literatuurlijst samen te stellen. Je kunt zo een informatiemap samenstellen die de volgende rubrieken bevat: uitgewerkte zoekstrategie, literatuurlijst. Daarnaast los je individueel een aantal oefeningen informatievaardigheden (IFV) op. De opgaven van deze oefeningen zijn te vinden in jouw eigen Toledo + -Groepsmap (zie rubriek Institution Content/ institution/ g-iwt_00226). Na twee weken post je jouw oplossingen van deze oefeningen in deze Groepsmap. Handleiding bij het wetenschappelijke projectwerk 14
18 3.4.4 Plan van aanpak In stap 4 (zie punt 3.1.4) ga je een plan van aanpak opmaken waarin alle experimenten van stap 5 in chronologische volgorde opgenomen worden. Dit plan van aanpak bevat per experiment de volgende rubrieken: doelstelling van het experiment, motivatie voor de aanpak, werkwijze. In stap 4 ga je eveneens tijdens een eerste peer- en selfassessment (zie punt 3.1.4) elke medestudent van jouw projectgroep online via de Toledo-cursus tussentijds evalueren (zie rubriek Peerassessment ). In de bijlage van deze handleiding vind je de te volgen beoordelingswijze terug. Een zelfbeoordeling wordt van jou ook verwacht Resultaatformulieren In stap 5 (zie punt 3.1.5) ga jij de nodige resultaatformulieren invullen die de volgende rubrieken bevat: samenvatting van het experiment, resultaten (met verwerking), evaluatie over resultaten: o vergelijking met theoretische waarden uit literatuur, o vergelijking met vroegere onderzoeken, o verklaring voor afwijkingen, o mogelijke verbeteringen, alternatieve benaderingen, besluit. Handleiding bij het wetenschappelijke projectwerk 15
19 3.4.6 Presentatiemateriaal Bij de mondelinge presentatie in stap 6 (zie punt 3.1.6) gebruik je een powerpointvoorstelling die aangepast is aan het doel en het doelpubliek (= specialisten) en die de volgende rubrieken bevat: inleiding (met doelstelling van het project en situering van het onderwerp), werkwijze, resultaten, besluit. Bij de postervoorstelling gebruik je een poster en demomateriaal die eveneens aangepast zijn aan het doel en het doelpubliek (= leken). Bij het ontwerpen van de poster volg je een aantal ontwerprichtlijnen op: gebruik één van de postersjablonen, te vinden in de rubriek Documenten/Sjablonen van de Toledo-cursus; presenteer de kernboodschappen groot en alle subboodschappen klein (mensen lezen een poster snel en vluchtig); de kernboodschappen zijn WIE (van wie is het bericht) en WAT (wat is er te melden); laat de achtergrond blanco en neutraal; hierdoor wordt het contrast versterkt en het inktverbruik beperkt (de inkt is behoorlijk duur); neem geen grote gekleurde vlakken in jouw ontwerp op (grote vlakken met inkt doen het papier golven); beperk het kleurgebruik zoveel mogelijk; teveel kleuren dragen niet bij tot de leesbaarheid; zorg voor 1, hooguit 2 haarscherpe afbeeldingen (meer leidt alleen maar af); kies een lettergrootte tussen 60 en 72; gebruik voor de tekstkleuren geen lichte kleuren zoals cyaan, geel, licht groen,... (lichte kleuren komen op een computerscherm vaak goed over maar op papier niet; het contrast met het papier is daartoe te klein; een computerscherm is actief (straalt) en papier is passief (straalt niet)). De poster wordt in een formaat van 61,4 x 91,4 cm op de campus uitgeprint. Tot slot maak je een abstract over jouw voorbije projectwerk (maximum 10 regels + eventuele foto). De abstracts van alle projectgroepen worden verzameld in een documentatiemap die aan het doelpubliek van de postervoorstelling wordt meegegeven. Handleiding bij het wetenschappelijke projectwerk 16
20 3.4.7 Eindreflecties In stap 7 (zie punt 3.1.7) beantwoord je individueel de volgende open vragen over jouw eigen voorbije leerproces: in welke mate ben je tevreden over het onderwerp, het verloop en het resultaat van het project? som de belangrijkste inzichten/vaardigheden op die je hebt bijgeleerd in dit project. welke tekortkomingen in jouw competenties heb jij vastgesteld? welke acties heb jij ondernomen om je tijdens het project bij te sturen? welke aandachtspunten neem je mee naar jouw volgende projecten? Tot slot ga je in stap 7 tijdens een tweede peer- en selfassessment (zie punt 3.1.7) elke medestudent van jouw projectgroep online via de Toledo-cursus opnieuw evalueren (zie rubriek Peerassessment ). In de bijlage van deze handleiding vind je de te volgen beoordelingswijze terug. Een zelfbeoordeling wordt van jou ook verwacht. Handleiding bij het wetenschappelijke projectwerk 17
21 4 Assessment Er is een permanente evaluatie. De projectcoaches engageren zich om bij alle projectgroepen hetzelfde evaluatiesysteem toe te passen. In het wetenschappelijke projectwerk worden de 6 competenties die bij de doelstellingen (zie punt 2) omschreven worden, beoordeeld, i.e.: een onderzoekende houding hebben (AWC1); samenwerken in een multidisciplinair team (AWC5); informatie verwerven en verwerken (AC2); leiding geven (AC5); communiceren met leken en specialisten (AC6); een ingesteldheid tot levenslang leren hebben (AC7). Jouw eindbeoordeling wordt volledig bepaald door de beoordelingen van deze competenties. Bovenvermelde competenties worden aan de hand van een aantal toetsvormen geëvalueerd. Deze toetsvormen worden in tabel 3 vermeld en hierna toegelicht. toetsvormen AWC1 AWC5 AC2 AC5 AC6 AC7 logboek oefeningen IFV + mondelinge presentatie + postervoorstelling + peer- en selfassessment 1 peer- en selfassessment Tabel 3: toetsvormen in het Wetenschappelijke Project Handleiding bij het wetenschappelijke projectwerk 18
22 4.1 Een onderzoekende houding hebben (AWC1) Bij de beoordeling van deze competentie worden 3 documenten uit het logboek gebruikt, i.e.: probleemstelling, plan van aanpak, resultaatformulieren. De probleemstelling wordt door de projectcoach (na overleg met de consulenten) beoordeeld op basis van de volgende gedragsindicatoren: De projectgroep: beschrijft de context waarin de projectopdracht zich situeert grondig; kent duidelijk het belang van de projectopdracht; heeft een goed inzicht in de hoofdopdracht en in de deelopdrachten. Het plan van aanpak wordt door de projectcoach (na overleg met de consulenten) beoordeeld op basis van de volgende gedragsindicatoren: De projectgroep: formuleert de doelstelling van het experiment helder en bondig; beschrijft de motivatie voor de aanpak op een goed geargumenteerde wijze; beschrijft de werkwijze correct. De resultaatformulieren worden door de projectcoach (na overleg met de consulenten) beoordeeld op basis van de volgende gedragsindicatoren: De projectgroep: verwerkt de resultaten op correcte wijze; vergelijkt de eigen resultaten met theoretische waarden uit literatuur en/of vroegere onderzoeken; kijkt of er geen andere methoden zijn om dezelfde resultaten te bekomen; heeft een logische verklaring voor afwijkingen; vormt een onderbouwd besluit. Voor de competentie AWC1 krijg je dus een groepscijfer maar geen individuele beoordeling. Handleiding bij het wetenschappelijke projectwerk 19
23 4.2 Samenwerken in een multidisciplinair team (AWC5) De beoordeling van de competentie AWC5 gebeurt door de studenten (en dus niet door de projectcoach!) aan de hand van twee peer- en selfassessments tijdens stap 4 en stap 7. Deze competentie wordt bij jou geëvalueerd door alle andere leden van jouw projectgroep. De eerste peer- en selfassessment heeft een informatief karakter en dient dus om je duidelijk te maken hoe jouw medestudenten de samenwerking met jou binnen de projectgroep ervaren. Uit deze terugkoppeling kan jij en/of jouw projectgroep eventuele bijsturende maatregelen afleiden. Uit de verschillende evaluaties van jouw medestudenten over jou bij de tweede peer- en selfassessment wordt een gemiddelde score die meetelt bij de eindbeoordeling afgeleid. Jouw zelfevaluatie is opnieuw louter informatief. Je doet een uitspraak over de volgende gedragsindicatoren bij jouw medestudenten en bij jezelf: De student: neemt initiatief en heeft verantwoordelijkheidszin; is stipt en bezit discipline; is flexibel; bezit een empathisch vermogen; gaat om met conflicten. Voor de competentie AWC5 krijg je dus een individuele beoordeling maar geen groepscijfer. 4.3 Informatie verwerven en verwerken (AC2) Bij de beoordeling van deze competentie worden de oefeningen informatievaardigheden en 2 documenten uit het logboek gebruikt, i.e.: begrippenlijst, informatiemap. De begrippenlijst wordt door de projectcoach (na overleg met de consulenten) beoordeeld op basis van de volgende gedragsindicator: de projectgroep definieert de begrippen uit de projectomschrijving duidelijk. Handleiding bij het wetenschappelijke projectwerk 20
Actief in de digitale leeromgeving
Actief in de digitale leeromgeving School of Education 21 oktober 2010 Lore Dewulf Anik Janssens Opbouw sessie Inleiding (10 ) Twee praktische scenario s (2x30 ) o Aansturing van zelfstudie door discussiefora
Nadere informatieHandleiding Vergadertechnieken
Handleiding Vergadertechnieken Zelfstudie en rapporteren Bij OGO leer je niet alleen via het actief deelnemen aan groepsdiscussies, maar ook via het individueel uitvoeren van zelfstudieopdrachten (ZSO).
Nadere informatieZelfreflectie meetinstrument Ondernemende houding studenten Z&W
Zelfreflectie meetinstrument Ondernemende houding studenten Z&W 1 Naam student: Studentnummer: Datum: Naam leercoach: Inleiding Voor jou ligt het meetinstrument ondernemende houding. Met dit meetinstrument
Nadere informatiePlannen & organiseren
kijkt vooruit, onderbouwt een planning, houdt rekening met potentiële invloedfactoren, visualiseert en communiceert deze duidelijk en begrijpbaar aan de medewerkers. koppelt aan deze planning, doelstellingen
Nadere informatieOpleiding Master in de industriële wetenschappen: bouwkunde. Competenties en gedragsindicatoren
Opleiding Master in de industriële wetenschappen: bouwkunde Competenties en gedragsindicatoren IW&T De competenties werden uitgeschreven in een meer begrijpbare taal. Vervolgens werden daar uit een beperkt
Nadere informatieProject wiskunde: iteratie en fractalen. Naam:
Project wiskunde: iteratie en fractalen Naam: Klas: 6EW-6LW-6WW 1 Doelstellingen De leerlingen leren zelfstandig informatie verwerven en verwerken over een opgelegd onderwerp. De leerlingen kunnen de verwerkte
Nadere informatieSTAGES IN ARBEIDS- EN ORGANISATIEPSYCHOLOGIE: FEEDBACKINSTRUMENT
STAGES IN ARBEIDS- EN ORGANISATIEPSYCHOLOGIE: FEEDBACKINSTRUMENT Naam stagiair(e):... Stageplaats (+ adres):...... Tussentijdse evaluatie Eindevaluatie Stageperiode:... Datum:.. /.. / 20.. Stagementor:...
Nadere informatieVERGADEREN VOOR DUMMIES
VERGADEREN VOOR DUMMIES DE AGENDA VASTSTELLEN Er zijn verschillende soorten agendapunten: Open Bij open agendapunten zijn er nog geen plannen gemaakt, er is nog geen concreet voorstel. De discussie is
Nadere informatieTraining. Vergaderen
Training Vergaderen Halide Temel 1-5-2014 Inhoudsopgave Inleiding 3 Doelen 4 Deelnemers 4 Werkvormen 4 Programma 4 Voorstellen & introductie 5 Opdracht Luciferspel 6 Theorie 7 Opdracht - Vergaderen 12
Nadere informatieCompetentiemanagement bij de federale overheid
Competentiemanagement bij de federale overheid Competentieprofielen Basis Leidinggevend D December 2009 LEIDINGGEVEND D 1/ BASISPROFIEL Tabel informatie begrijpen taken Taken uitvoeren Leidinggevend D
Nadere informatieBeoordelingseenheid A Proeve van Bekwaamheid. Leg het fundament. Crebonummer 91370. Opleiding Sociaal Cultureel Werker Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL
Beoordelingseenheid A Proeve van Bekwaamheid Leg het fundament Crebonummer 91370 Opleiding Sociaal Cultureel Werker Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL EXAMENBANK PROVE2MOVE 2 Inhoudsopgave Inleiding 3 Opdrachten
Nadere informatie2 Stappen en fasen. 006128860006-bw.indd 8 19-09-13 12:35
2 Stappen en fasen 8 ICT-beheerder - Netwerkbeheerder 006128860006-bw.indd 8 19-09-13 12:35 De projectwijzers brengen je in realistische situaties die te maken hebben met het ICT-vakgebied zodat je niet
Nadere informatieHandleiding bij het opstellen van een Persoonlijk ontwikkelingsplan (POP)
Handleiding bij het opstellen van een Persoonlijk ontwikkelingsplan (POP) In de voorbereiding op het Pop gesprek stelt de medewerker een persoonlijk ontwikkelingsplan op. Hierbij maakt de medewerker gebruik
Nadere informatieVaardigheidsmeter Communicatie
Vaardigheidsmeter Communicatie Persoonlijke effectiviteit Teamvaardigheden Een goede eerste indruk Zelfempowerment Communiceren binnen een team Teambuilding Assertiviteit Vergaderingen leiden Anderen beïnvloeden
Nadere informatieOpdracht Weg met seksuele uitbuiting van kinderen in toerisme
Lesmateriaal Kindersekstoerisme Opdracht Weg met seksuele uitbuiting van kinderen in toerisme Opdracht voor 4 personen HBO ECPAT Nederland ECPAT wereldwijd actief ter bescherming van kinderen tegen seksuele
Nadere informatieProbleemstelling. Methode. Methode. Methode
Probleemstelling De Lijnprojecten als onderwijsvernieuwingen aan de Vrije Universiteit Brussel, België Pascale Petit, Andre Foriers en Bart Rombaut Beroep van apotheker is onderhevig aan snelle evolutie
Nadere informatieProject Verwenmorgen voor ouderen organiseren Groepen van 5 leerlingen Totaal: 560 minuten
Project Verwenmorgen voor ouderen organiseren Groepen van 5 leerlingen Totaal: 560 minuten Inleiding en werkwijze: De meeste ouderen vinden het leuk om samen met jongeren iets te doen. Op deze manier hebben
Nadere informatieCompetentieprofiel Teamleider Scouting Lambertus Reuver
Competentieprofiel Teamleider Scouting Lambertus Reuver Leeswijzer Voor je ligt het competentieprofiel van de teamleider. Het profiel beschrijft wat er van een goed functionerende teamleider wordt verwacht.
Nadere informatieECTS-fiche. 1. Identificatie. Graduaat Maatschappelijk werk Module Geïntegreerde competentieverwerving 3. Lestijden 40
ECTS-fiche 1. Identificatie Opleiding Graduaat Maatschappelijk werk Module Geïntegreerde competentieverwerving 3 Code Ad3 Lestijden 40 Studiepunten n.v.t. Ingeschatte totale 120 studiebelasting (in uren)
Nadere informatieSECTORWERKSTUK 2013-2014
SECTORWERKSTUK 2013-2014 1 HET SECTORWERKSTUK Het sectorwerkstuk is een verplicht onderdeel voor alle leerlingen uit het Mavo. Het maken van een sectorwerkstuk is een manier waarop je, als eindexamenkandidaat,
Nadere informatie4 SOCIAAL TECHNISCHE WETENSCHAPPEN
INSTAPBUNDEL NIEUWE LEERLING 4 SOCIAAL TECHNISCHE WETENSCHAPPEN Beste nieuwe leerling Vermits je vanuit een andere studierichting naar het 4 de jaar S.T.W.stroomt, zouden we graag uitleg geven over een
Nadere informatieBeoordelingseenheid A Proeve van Bekwaamheid. Leg het fundament. Crebonummer Opleiding Sociaal Cultureel Werker Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL
Beoordelingseenheid A Proeve van Bekwaamheid Leg het fundament Crebonummer 91370 Opleiding Sociaal Cultureel Werker Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL EXAMENBANK PROVE2MOVE 1 e herziene druk: november 2013 ISBN:
Nadere informatieHet Sectorwerkstuk 2015-2016
Het Sectorwerkstuk 2015-2016 Inhoud Inleiding... 3 Het Sectorwerkstuk... 4 De opbouw... 4 De voorbereiding... 5 Het onderzoek... 6 De verwerking... 7 De presentatie... 7 Het filmpje... 7 Het werkstuk...
Nadere informatieHandleiding bij Project Bouwkunde
Handleiding bij Project Bouwkunde Project Bouwkunde 1 Inhoudstafel Inhoudstafel... 2 1 Inleiding... 3 2 Projectdoelstellingen... 4 2.1 MAC 2... 4 2.1.1 Omschrijving... 4 2.1.2 Gedragsindicatoren... 5 2.2
Nadere informatieECTS-fiche. 1. Identificatie. Module. Lestijden 160
ECTS-fiche 1. Identificatie Opleiding Marketing Module Algemene Marketing Code A5 Lestijden 160 Studiepunten n.v.t. Ingeschatte totale studiebelasting (in uren) 1 Mogelijkheid tot JA aanvragen vrijstelling
Nadere informatieEen sterk CV en motivatie
Een sterk CV en motivatie Een sollicitatie bestaat meestal uit een sollicitatiebrief en een Curriculum Vitae (CV). Soms vragen organisaties alleen nog naar een motivatie, die je al dan niet in een format
Nadere informatieSport en Gezondheid Hoe fit ben ik? Inleiding
Inleiding Dat bewegen gezond is, dat weten we. Maar wat is gezonde beweging voor je? Hoeveel beweging heb je nodig? Om antwoord te krijgen op deze vragen en te ontdekken hoe fit je bent, is er de Fitkit.
Nadere informatieDe DOELSTELLING van de kunstbv-opdrachten & De BEOORDELING:
beeldende vorming De DOELSTELLING van de -opdrachten & De BEOORDELING: Doelstellingen van de opdrachten. Leren: Thematisch + procesmatig te werken Bestuderen van het thema: met een open houding Verzamelen
Nadere informatieCompetentiemanagement bij de federale overheid
Competentiemanagement bij de federale overheid Competentieprofielen Basis Ondersteunend/Epert D December 2009 ONDERSTEUNEND/EXPERT D 1/ BASISPROFIEL Tabel informatie begrijpen taken Ondersteunend/Epert
Nadere informatieITT/HU Beoordelingscriteria praktijk Fase 3 (jaar 3)
ITT/HU Beoordelingscriteria praktijk 2018-2019 Fase 3 (jaar 3) Kerntaak 1: Pedagogische adequaat handelen: opbouwende relatie met kinderen ontwikkelen, leiding geven aan de groep, zorgen voor een goed
Nadere informatieAls je als docent beslist om gebruik te maken van peer assessment doorloop je best enkele stappen:
Peer assessment Omschrijving Peer assessment is een proces waarin medestudenten die eenzelfde leerproces hebben doorgemaakt elkaar evalueren. Ontwikkeling Als je als docent beslist om gebruik te maken
Nadere informatieBreidt netwerk min of meer bij toeval uit. Verneemt bij bedrijven wensen voor nieuwe
Accountmanager Accountmanager onderhoudt relaties met bedrijven en organisaties met het doel voor praktijkleren binnen te halen. Hij kan nagaan welke bedrijven hebben, doet voorstellen voor bij bedrijven
Nadere informatieOPLEIDING tot MBO- VERPLEEGKUNDIGE. Ondersteuningsmagazijn gevorderd 1 BEROEPSTAAK E
OPLEIDING tot MBO- VERPLEEGKUNDIGE Ondersteuningsmagazijn gevorderd 1 BEROEPSTAAK E Albeda college Branche gezondheidszorg Kwalificatieniveau 4 Cohort: 2009-2010 Versie: 3 Fase: Gevorderd 1 Naam Student:.
Nadere informatiestimuleert ondernemerschap BRochure albert
BRochure albert 2015/2016 DreamStorm presenteert albert het introductie programma ondernemend leren Albert is een individueel lesprogramma voor leerlingen in het voortgezet onderwijs. In 12 lesuren krijgen
Nadere informatieHieronder wordt de procedure voor de beoordeling van de bekwaamheid van de student in de beroepspraktijk kort weergegeven.
Procedure en criteria voor het beoordelen van studenten in de beroepspraktijk Hieronder wordt de procedure voor de beoordeling van de bekwaamheid van de student in de beroepspraktijk kort weergegeven.
Nadere informatieECTS-fiche. 1. Identificatie. Module. Lestijden 60
ECTS-fiche 1. Identificatie Opleiding Marketing Module Management & Organisatie Code C2 Lestijden 60 Studiepunten n.v.t. Ingeschatte totale studiebelasting (in uren) 1 Mogelijkheid tot JA aanvragen vrijstelling
Nadere informatieIdentificatiegegevens kandidaat. Identificatiegegevens onderneming. Naam* Adres* Telefoon* adres* Naam. Ondernemingsnummer* Datum van onderzoek
Screening van de individuele dienstverlener in de pijler advies / advies Internationaal ondernemen / strategisch advies in het kader van de maatregel kmo-portefeuille Sjabloon van het onderzoeksverslag
Nadere informatieECTS-fiche. Graduaat orthopedagogie Gesuperviseerde praktijk
ECTS-fiche 1. Identificatie Opleiding Graduaat orthopedagogie Module Gesuperviseerde praktijk Code M2 Lestijden 60 Studiepunten nvt Ingeschatte totale studiebelasting (in uren) 1 Mogelijkheid tot aanvragen
Nadere informatieIntegrale kwaliteitszorg zorgnetwerk (IKZ) (A1-3)
Integrale kwaliteitszorg zorgnetwerk (IKZ) (A1-3) Rapporteert aan Geeft leiding aan 1. Doel van de functie Directeur Zorg - De coördinator IKZ is verantwoordelijk voor de algemene coördinatie (met inbegrip
Nadere informatieFaculteit Rechten. Universiteit Hasselt. Reglement betreffende de bachelorscriptie (derde bachelor rechten)
Faculteit Rechten Universiteit Hasselt Reglement betreffende de bachelorscriptie (derde bachelor rechten) Versie 25 augustus 2010 Artikel 1: Algemene doelstellingen De bachelorscriptie is een bijzondere
Nadere informatieCompetentiewoordenboek niet-kaderleden
1. Besluitvaardig zijn Competentiewoordenboek niet-kaderleden - Kan tijdig beslissen wat in een bepaalde situatie moet gebeuren - Neemt goede beslissingen rekening houdend met de situatie - Durft beslissingen
Nadere informatieDepartement Burger en Vrije Tijd Binnenschoolse Opvang. administratief
FUNCTIEBESCHRIJVING: Begeleider binnenschoolse opvang 1. FUNCTIEBENAMING Naam van de functie Afdeling Niveau/rang Graad Begeleider Departement Burger en Vrije Tijd Binnenschoolse Opvang E1-E3 administratief
Nadere informatieEvaluatiefiche stage 2 de jaar afstudeerrichting orthopedische technologie
Student: Bedrijf:.. Evaluatiefiche stage 2 de jaar afstudeerrichting orthopedische technologie De stage in het tweede jaar bestaat uit verschillende onderdelen: een casusweek op school ter voorbereiding
Nadere informatieVoorlichting 4-HAVO. Profielwerkstuk. 7 april 2016
Voorlichting 4-HAVO Profielwerkstuk 7 april 2016 Onderwerpen voorlichtingsbijeenkomst Wat is een profielwerkstuk (pws)? Het belang van het pws Alleen of samen? Onderwerpen van het pws Welke vorm heeft
Nadere informatieCompetentiescan Propedeuse Academie voor Beeldende Vorming Tilburg
Competentiescan Propedeuse Academie voor Beeldende Vorming Tilburg naam student: Stan Verhees.. A1 CREËREND VERMOGEN 1 De student kan zelfstandig een beeldend proces op gang brengen, dit proces kwalitatief
Nadere informatieKeuzedeel mbo. Voorbereiding hbo. behorend bij één of meerdere kwalificatiedossiers mbo. Geldig vanaf 1 augustus 2013. Crebonr.
Keuzedeel mbo Voorbereiding hbo behorend bij één of meerdere kwalificatiedossiers mbo Geldig vanaf 1 augustus 2013 Crebonr. Vastgesteld Penvoerder: Ontwikkeld door: 2 van 7 1. Algemene informatie D1: Voorbereiding
Nadere informatieLogistiek medewerker. Persoonlijke effectiviteit: 2. Accuratesse
Persoonlijke effectiviteit: 2. Accuratesse Werkt gedurende langere periode nauwkeurig en zorgvuldig, met oog voor detail, gericht op het voorkómen van fouten en slordigheden, zowel in eigen als andermans
Nadere informatieHerinrichting Schoolplein mavo 3
Herinrichting Schoolplein mavo 3 Pagina 1 van 7 Inleiding Binnenkort ga je aan de slag met het project Herinrichting van het schoolplein. Alle leerlingen van het derde leerjaar gaan ervoor zorgen dat ons
Nadere informatieVoorwoord Bieden van zorg en ondersteuning op basis van een werkplanning
Voorwoord Voor u ligt een proeve van bekwaamheid voor de opleiding Helpende Zorg & Welzijn, niveau 2, voor de kerntaak 1: Bieden van zorg en ondersteuning op basis van een werkplanning Deze proeve sluit
Nadere informatieRICHTLIJNEN EVALUATIE STAGES 3 e master Diergeneeskunde. Geachte stagegever,
RICHTLIJNEN EVALUATIE STAGES 3 e master Diergeneeskunde Geachte stagegever, Om de studenten een eerlijke score te kunnen geven voor hun afstudeerstage of keuzevak stage, vragen wij u om het evaluatieformulier
Nadere informatieOverzicht kerntaken, werkprocessen, prestatie-indicatoren gekoppeld aan examenproducten
Overzicht kerntaken, werkprocessen, prestatie-indicatoren gekoppeld aan examenproducten Kerntaak 1 Organiseert het leerproces van de (lerende) medewerker in de praktijk Werkproces Prestatie-indicator Examenproduct
Nadere informatieOpenbare Masterproefverdediging
FACULTEIT GENEESKUNDE LOGOPEDISCHE EN AUDIOLOGISCHE WETENSCHAPPEN HERESTRAAT 49 / 721 BE-3000 LEUVEN Openbare Masterproefverdediging Logopedische en Audiologische Wetenschappen - juni 2013 - INHOUDSOPGAVE
Nadere informatieOpleidingsgebied ICT. 2 e beoordeling: Eindbeoordeling:
Opleidingsgebied ICT Kwalificatiedossier en kerntaak Applicatie- en mediaontwikkeling 2012-2013, 2013-2014 Kerntaak 1: Ontwerpen van de applicatie, (cross)media-uiting of game Kwalificatie en crebocode
Nadere informatieOmgaan met conflicten
OPDRACHTFORMULIER Omgaan met conflicten Naam student: Datum: 1 Lees het handelingsformulier van deze vaardigheid en noteer vragen en opmerkingen. Bespreek deze met medestudenten of je docent. 2 Kijk in
Nadere informatieFUNCTIEFAMILIE 5.3 Projectmanagement
Doel van de functiefamilie Leiden van projecten en/of deelprojecten de realisatie van de afgesproken projectdoelstellingen te garanderen. Context: In lijn met de overgekomen normen in termen van tijd,
Nadere informatiePersoonlijk opleiding plan
Persoonlijk opleiding plan Een opdrachtgever adviseren Hem vertellen wat jou de beste optie lijkt. Het klopt dat ik deze competenties zo had ingevuld. Ik heb hiermee ervaring doordat ik vaak op forums
Nadere informatieECTS-fiche. Graduaat Sociaal-Cultureel Werk Module Geïntegreerde competentieverwerving 3
ECTS-fiche Opzet van de ECTS-fiche is om een uitgebreid overzicht te krijgen van de invulling en opbouw van de module. Er bestaat slechts één ECTS-fiche voor elke module. 1. Identificatie Opleiding Graduaat
Nadere informatieKinderen en jongeren begeleiden. Je hebt aandacht voor elk kind of elke jongere en hun plaats in de groep
DE COMPETENTIEKAARTEN ANIMATOR Competentie 1: Je past je manier van communiceren aan de kinderen en jongeren aan Je weet wat de kinderen en jongeren kunnen en kennen en je houdt daar rekening mee Je hebt
Nadere informatiekunstbv beeldende vorming Afsluiting kunstbv 5 Havo / 6VWO afsluiting Naam:... Klas...
Naam:... Klas... Afsluiting 5 Havo / 6VWO In periode 2, 3 en 4 gaan jullie werken aan een eigen thema om het vak af te sluiten. De volgende onderdelen zullen aan bod komen: - eigen werk rond thema + logboek
Nadere informatieHandleiding sectoronderzoek V4 2014-2015
Handleiding sectoronderzoek V4 2014-2015 1 Inhoudsopgave 1 Inleiding 2 2 Het kompas 3 2.1 Aanleiding 3 2.2 Betekenis 3 2.3 Doelen 3 2.4 Definitie van sectoronderzoek gereed 4 2.5 Waarde 4 2.6 Kompas 5
Nadere informatieBijlage 5 Interviewformulier studieadviseurs
Bijlage 5 Interviewformulier studieadviseurs Studentnummer: Naam aanmelder: Stap 1. Welkom heten en uitleggen wat het onderzoek inhoudt (Tijd: 5 minuten) Landelijk en bij de FEM is er sprake van een hoge
Nadere informatieCompetentietest. Hoe werkt de test?
Competentietest Dit is een test die jou en de andere militanten in je bedrijf kan helpen om vrij eenvoudig en snel na te gaan hoe ver competentiemanagement in je eigen bedrijf ontwikkeld en/of ingevoerd
Nadere informatieKwaliteitszorg. Test jezelf.
Kwaliteitszorg. Test jezelf. Pagina 1 Weet jij hoe je je deskundigheid of die van je collega s kunt bevorderen of professionaliseren? Kun je goed samenwerken? Kun je kwaliteitszorg leveren? Doe de testjes
Nadere informatieMedewerker interne dienst. Persoonlijke effectiviteit: 2. Accuratesse
Persoonlijke effectiviteit: 2. Accuratesse Werkt gedurende langere periode nauwkeurig en zorgvuldig, met oog voor detail, gericht op het voorkómen van fouten en slordigheden, zowel in eigen als andermans
Nadere informatieECTS-fiche. Graduaat Sociaal-cultureel werk
ECTS-fiche 1. Identificatie Opleiding Graduaat Sociaal-cultureel werk Module Groepswerk Code Bc2 Lestijden 40 Studiepunten Ingeschatte totale 60 studiebelasting (in uren) 1 2.Inhoud Als sociaal-cultureel
Nadere informatieSerie handleidingen. "LbD4All" ("Leren door Ontwikkeling voor iedereen ") Evaluatie. Door Kristina Henriksson, Päivi Mantere & Irma Manti
Serie handleidingen "LbD4All" ("Leren door Ontwikkeling voor iedereen ") Evaluatie Door Kristina Henriksson, Päivi Mantere & Irma Manti Deze publicatie werd gefinancierd door de Europese Commissie. De
Nadere informatieOpdracht Stop kindersekstoerisme
Opdracht Stop kindersekstoerisme Opdracht voor 4 personen MBO Toerisme ECPAT Nederland ECPAT wereldwijd actief ter bescherming van kinderen tegen seksuele uitbuiting ECPAT Nederland - Postbus 11103-2301
Nadere informatieECTS-fiche. Specifieke lerarenopleiding Praktijk oriëntatie
ECTS-fiche 1. Identificatie Opleiding Specifieke lerarenopleiding Module Praktijk oriëntatie Code E1 Lestijden 40 Studiepunten 3 Ingeschatte totale 50 studiebelasting (in uren) 1 Mogelijkheid tot NEEN
Nadere informatieEen bespreking voorbereiden, notuleren en voorzitten
OPDRACHTFORMULIER Een bespreking voorbereiden, notuleren en voorzitten Naam student: Datum: 1 Lees het handelingsformulier van deze vaardigheid en noteer vragen en opmerkingen. Bespreek deze met een medestudent
Nadere informatieToetsvormen. Onderwijsmiddag 14 februari 2012 Ferdi Engels & Gerrit Heil toetsadviescommissie
Toetsvormen Onderwijsmiddag 14 februari 2012 Ferdi Engels & Gerrit Heil toetsadviescommissie 1 Waarom wordt er getoetst? Om te beoordelen in hoeverre de student in staat is te handelen zoals op academisch
Nadere informatieWerken als artiest drama
08763 Atirst Drama 29-10-2008 11:52 Pagina 1 werkproces 1 1 2 3 4 5 6 Werken als artiest drama Artiest Drama Wat laat je zien? Je hebt passie voor theater Je laat jezelf zien Je gaat ervoor en je zet door
Nadere informatieGroepsactiviteit organiseren en uitvoeren
OPDRACHTFORMULIER Groepsactiviteit organiseren en uitvoeren Naam student: Datum: 1 Lees het handelingsformulier van deze vaardigheid en noteer vragen en opmerkingen. Bespreek deze met medestudenten of
Nadere informatieBusiness Ondernemingsplan opstellen en uitvoeren. Inleiding
Inleiding Nederland heeft meer ondernemers nodig, zeker nu met de economische crises. Jongeren worden in Nederland vooral opgeleid om te werken voor een baas, maar in werkelijkheid wordt 1 op de 8 jongeren
Nadere informatieWerken als videoproducent
1 2 3 4 5 Werken als videoproducent AV Productie Video Editor Wat laat je zien? Je toont passie en inzet Je zet ideeën om in beelden Je zet je talenten in en kent je belemmeringen Je werkt resultaatgericht
Nadere informatieFormat voor het plan van aanpak voor het aanvragen van een ster
Format voor het plan van aanpak voor het aanvragen van een ster Uitwerking Domein Gezondheidszorg Hogeschool Utrecht Honoursforum GZ Onderwerp / thema: Naam student: Studentnummer: Opleiding: Studiejaar
Nadere informatieAfdeling VAVO. Praktische opdracht HAVO/VWO. Handleiding
Afdeling VAVO Praktische opdracht HAVO/VWO Handleiding Inleiding Voor verschillende vakken dient u een praktische opdracht te maken. In deze handleiding staan instructies voor het maken van een praktische
Nadere informatieKlinisch onderwijs (Z09426) 1. Stage-opdracht
Klinisch onderwijs (Z09426) 1 Thomas More Kempen Stage-opdracht C A M P U S Turnhout Unit Gezondheidszorg Verpleegkunde OPO Klinisch onderwijs VE 3 (Z15425) VE BRUG VRVE NW (Z15432) VE BRUG NW (Z15396)
Nadere informatieProeve van Bekwaamheid. kerntaak 2. Uitvoeren van taken ten behoeve van het jongerenwerk, de organisatie en het beroep
Proeve van Bekwaamheid kerntaak 2 Uitvoeren van taken ten behoeve van het jongerenwerk, de organisatie en het beroep ROC van Amsterdam,augustus 2007 Voorwoord Voor u ligt een proeve van bekwaamheid voor
Nadere informatieOPLEIDING HELPENDE ZORG EN WELZIJN TOETS BEROEPSOPDRACHT. Beroepstaak C Helpen bij (sociale) activiteiten. Niveau Gevorderd
OPLEIDING HELPENDE ZORG EN WELZIJN TOETS BEROEPSOPDRACHT Uitvoeren van activiteiten met zorgvragers (Verpleeg- en verzorgingshuiszorg & thuiszorg) Beroepstaak C Helpen bij (sociale) activiteiten Niveau
Nadere informatieCompetentieprofiel beoordelaar
Competentieprofiel beoordelaar LTTR, SHE en SLEBB Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in
Nadere informatieTMA 360º feedback Flexibel en online. TMA 360º feedback werkboek. Dank u voor het gebruiken van de TMA 360º feedback competentie-analyse
Haal het maximale uit de TMA 360º fb competentieanalyse Dank u voor het gebruiken van de TMA 360º feedback competentie-analyse 360º feedback is een krachtig instrument, maar dient op de juiste wijze gebruikt
Nadere informatieSectorwerkstuk 2012-2013
Sectorwerkstuk 2012-2013 Namen: ---------------------------------------------------------------------------------------- Klas: -------------------- Sector: --------------------------------------------
Nadere informatieAfdeling VAVO. Praktische opdracht VMBO. Handleiding
Afdeling VAVO Praktische opdracht VMBO Handleiding Inleiding In deze inleiding staat hoe u het maken van een praktische opdracht het beste kunt aanpakken. De aanwijzingen, die gegeven worden zijn niet
Nadere informatieOpleiding. Orthopedagogie. Code + officiële benaming van de module. E2 Samenwerkingsvaardigheden 2. Academiejaar 2015-2016. Semester.
Opleiding Orthopedagogie Code + officiële benaming van de module E2 Samenwerkingsvaardigheden 2 Academiejaar 2015-2016 Semester 1 Studieomvang 3 studiepunten Totale studietijd 60 Aantal lestijden 40 Aandeel
Nadere informatieJe functie, taken en planning van werkzaamheden
Oriënterende opdracht 2 Je functie, taken en planning van werkzaamheden Oriëntatie op de organisatie (niveau 2) 2 Je functie, taken en planning van werkzaamheden Inhoud Inleiding... 3 Opdracht 1: Je eigen
Nadere informatieRealisatiefase fase 5
Realisatiefase fase 5 Dit is de tweede doe-fase. Tijdens de realisatiefase voeren jullie de ontwerpen uit om het product te realiseren. Tijdens de voorbereidingsfase hebben jullie alles wat jullie nodig
Nadere informatieOpdracht Weg met seksuele uitbuiting van kinderen in toerisme
Lesmateriaal Kindersekstoerisme Opdracht Weg met seksuele uitbuiting van kinderen in toerisme Opdracht voor 1 persoon HBO ECPAT Nederland ECPAT wereldwijd actief ter bescherming van kinderen tegen seksuele
Nadere informatieOpleidingsgebied ICT. 2 e beoordeling: Eindbeoordeling:
Opleidingsgebied ICT Kwalificatiedossier en kerntaak Applicatie- en mediaontwikkeling 2012-2013, 2013-2014 Kerntaak 3: Implementeren van de applicatie of (cross)media-uiting Kwalificatie en crebocode Applicatieontwikkelaar
Nadere informatieECTS-fiche. Graduaat Maatschappelijk werk Samenwerkingsvaardigheden. Lestijden. Ingeschatte totale studiebelasting (in uren) 1 Mogelijkheid tot
ECTS-fiche 1. Identificatie Opleiding Module Code Lestijden Studiepunten Ingeschatte totale studiebelasting (in uren) 1 Mogelijkheid tot Graduaat Maatschappelijk werk Samenwerkingsvaardigheden AC2 40 n.v.t.
Nadere informatieCOMPETENTIEPROFIEL MEDEWERKER KEUKEN COZ SINT - JOZEF
COMPETENTIEPROFIEL MEDEWERKER KEUKEN COZ SINT - JOZEF pg1/5 DOELSTELLINGEN EN SITUERING IN DE ORGANISATIE (cfr organogram) Vanuit onze opdrachtsverklaring is het de taak van elke medewerker om de zorg
Nadere informatieFaculteit Rechten. Universiteit Hasselt. Reglement betreffende de bachelorscriptie (derde bachelor rechten)
Faculteit Rechten Universiteit Hasselt Reglement betreffende de bachelorscriptie (derde bachelor rechten) Versie mei 2013 met het oog op het academiejaar 2013-2014. Artikel 1: Algemene doelstellingen De
Nadere informatieFUNCTIEFAMILIE 1.2 Klantenadviserend (externe klanten)
Doel van de functiefamilie Vanuit een specialisatie professioneel advies of begeleiding geven aan externe klanten deze klanten oplossingen aan te reiken of maximaal te ondersteunen in het vinden van een
Nadere informatie1.a. De leerlingen hebben een positieve houding tegenover ICT en zijn bereid ICT te gebruiken om hen te ondersteunen bij het leren.
Leerlijn ICT DERDE LEERJAAR 1 Kennismaken - aanzetten - occasioneel opbouwen - regelmatig VERWERVEN - systematisch 1.a. De leerlingen hebben een positieve houding tegenover ICT en zijn bereid ICT te gebruiken
Nadere informatieInhoud. Inleiding 9. 5 Planning 83 5.1 Leerdoelen en persoonlijke doelen 84 5.2 Het ontwerpen van het leerproces 87 5.3 Planning in de tijd 89
Inhoud Inleiding 9 1 Zelfsturend leren 13 1.1 Zelfsturing 13 1.2 Leren 16 1.3 Leeractiviteiten 19 1.4 Sturingsactiviteiten 22 1.5 Aspecten van zelfsturing 25 1.6 Leerproces vastleggen 30 2 Oriëntatie op
Nadere informatieEvaluatieformulieren
Evaluatieformulieren EVALUATIEFORMULIER 1 leidinggevenden niveau A, B en C 4 EVAFORM 1 1) collegialiteit 1. werkt samen (in team) aan de uitvoering van het gehele takenpakket van de organisatie, de dienst,
Nadere informatieFunctiebeschrijving CLUSTERVERANTWOORDELIJKE NIET-VERPLICHTE HULPVERLENING B4-B5
Beschrijving doel en visie Binnen de eengemaakte organisatie, stad en OCMW, staat de burger centraal. Om dit te realiseren zijn er 3 klantgerichte sectoren: dienstverlening, samenleving en stadsontwikkeling
Nadere informatieEvalueren van projecten met externen Kennisdocument Onderzoek & Statistiek
Evalueren van projecten met externen Kennisdocument Onderzoek & Statistiek Zwaantina van der Veen / Dymphna Meijneken / Marieke Boekenoogen Stad met een hart Inhoud Hoofdstuk 1 Inleiding 3 Hoofdstuk 2
Nadere informatie