1 Ik loof den HEER altijd. Steeds zingt mijn mond zijn lof, zijn eer. Ja, ik beroem mij op den HEER

Transcriptie

1 WK / HA Hand. :4c (na binnenkomst kerkenraad) We luisteren naar: LB 3 Wij knielen voor Uw zetel neer Wij knielen voor uw zetel neer, wij, Heer, en al uw leden, en eren U als onze Heer met liedren en gebeden. Dat alle macht, hoe hoog, hoe groot, voor U, o Godsgetuige, o Eerstgeboren' uit de dood zich diep eerbiedig buige! Welkom [ovd: Nico Wolswinkel] o LB 9: Uit angst en nood stijgt mijn gebed. O Heer, wil naar mij horen! Wanneer Gij op ons falen let, zijn wij, o God, verloren. Maar in uw eindeloos geduld delgt Gij de menselijke schuld en zegent die U vrezen. Tafel Stilte [persoonlijke voorbereiding] Onze hulp Groet o Ps. 34:, (NB) - volharden in gebeden gebed was zoekwoord - we loven onze God omdat Hij luistert! Ik loof den HEER altijd. Steeds zingt mijn mond zijn lof, zijn eer. Ja, ik beroem mij op den HEER Organist: Gijsbert de Sterke / GLLiturgie: Margreet Moggré / beamer: Maarten Slok. Volharden in/door de gebeden (lit.)

2 en prijs zijn hoog beleid. Gods kleinen horen mij en zij verheugen zich tezaam. Verheft met mij des HEREN naam, zegent dien en weest blij. 'k Heb naar den HEER gevraagd en Hij beantwoordt mijn gebed. Hij heeft mij van mijn angst gered, en mijn verlossing daagt. Die opzien naar den HEER, zij zullen blinken in het licht, geen schaamrood is op hun gezicht, nooit slaan zij d'ogen neer. Ter inleiding op de vzha - Gedachtenis van Christus (formulier) - Gebed - Geloofsbelijdenis (Nicea) - verbonden met kerk van altijd en overal - en ook met de thuisvierders (fam. vdkraats en Tea Vogel) - Gez. 360: [diakenen komen bij de tafel en maken die klaar] Heer, wij komen vol verlangen, op uw roepstem naar uw dis, want door schuld met schrik bevangen zoekt ons hart vergiffenis: slechts in U bestaat ons leven, die uw bloed voor ons woudt geven; laat ons dan in brood en wijn met Uzelf gespijzigd zijn. o Viering: Nodiging ( sursum corda ) Zingen: LB 360: [tijdens aanloop] Sterk ons wankelend vertrouwen, geef ons zelf wat Gij geboodt: dat wij met oprecht berouwen Volharden in/door de gebeden (lit.)

3 enkel rusten in uw dood; ja, vervul ons met uw krachten, opdat wij uw wet betrachten, zegen zo uw sacrament, dat ons hart U steeds meer kent. Communie [in stilte] Afsluiting: Dankzegging (formulier) Zingen: LB 5: Loof nu, mijn ziel, de Here, loof, al wat in mij is, zijn naam! Vergeet niet, hoeveel keren de Here u heeft welgedaan. Hij wil uw schuld vergeven, u redden van de dood, gij zijt met heel uw leven geborgen in zijn schoot. De Heer vernieuwt uw krachten als van een adelaar, Hij maakt wie Hem verwachten al zijn beloften waar. Kansel Gebed Schriftlezing: Hand. :4-47 o Ps. 6:, 8 (DNP) - vers = les: God hoort en verhoort ik bid tot Hem mijn leven lang - volgende verzen laten zien hoe hij die les geleerd heeft en dat delen wil in dit lied Ik hou van God, Hij luistert naar mijn stem. Mijn smeekgebed komt Hem meteen ter ore. Als ik om hulp roep wil Hij mij verhoren, daarom bid ik mijn leven lang tot Hem. 8 Vol vreugde ga ik naar Jeruzalem, waar in uw huis mijn broeders samenstromen, Volharden in/door de gebeden (lit.) 3

4 zodat ik mijn belofte na kan komen: U, HEER, bedanken met mijn hart en stem. Verkondiging: Volharden in/door de gebeden o OTH : Abba, Vader [= Opw. 36] Abba, Vader, U alleen U behoor ik toe. U alleen doorgrondt mijn hart, U behoort het toe. Laat mijn hart steeds vurig zijn, U laat nooit alleen. Abba, Vader, U alleen U behoor ik toe. Gods wegwijzer voor een dankbaar leven: Markus :8-3 o OTH : Abba, Vader [= Opw. 36] Abba, Vader, laat mij zijn slechts voor U alleen. Dat mijn wil voor eeuwig zij d'uwe en anders geen. Laat mijn hart nooit koud zijn, Heer. Laat mij nimmer gaan. Abba, Vader, laat mij zijn slechts van U alleen. Dankgebed - weekbrief (de rest) - - We geven onze gaven. Kerkbeheer: werk van de zondagsschool. Missionair: Kruispuntgemeente Eindhoven 3. Kerkbeheer: maandelijkse extra collecte - Zendingsbussen o Ps. 68: 0 (OB) Volharden in/door de gebeden (lit.) 4

5 Zegen o Amen 0 Geloofd zij God met diepst ontzag! Hij overlaadt ons, dag aan dag, Met Zijne gunstbewijzen. Die God is onze zaligheid; Wie zou die hoogste Majesteit Dan niet met eerbied prijzen? Die God is ons een God van heil; Hij schenkt, uit goedheid, zonder peil, Ons 't eeuwig, zalig leven; Hij kan, en wil, en zal in nood, Zelfs bij het naad'ren van den dood, Volkomen uitkomst geven. Volharden in/door de gebeden (lit.) 5