AJ.U cwc. Aan de raad van de gemeente Emmen. Geachte leden van de raad,

Transcriptie

1 Raadhuisplein APEmmen Telefoon (0591) Correspondentieadres: Postbus RA Emmen Aan de raad van de gemeente Emmen Dienst Publiek ons kenmerk uw brief van/kenmerk bijlage(n) 1 afdeling TOE behandeld door mr. B. Jonker telefoon (0591) fax Emmen, 3 maart 2011 onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen (art. 38 RvO) Geachte leden van de raad, Aan u is toegezonden de door de fractie Burgerbelangen Gemeente Emmen, met toepassing van artikel 38 van het Reglement van Orde voor de vergaderingen van de raad, gestelde schriftelijke vragen, ingeboekt onder nummer , betreffende het geluidsportcentrum aan de Pottendijk te Nieuw-Weerdinge. Overeenkomstig de gedane toezegging treft u bijgaand aan een afschrift van de brief die is gezonden ter beantwoording van de gestelde vragen. Hoogachtend, burgemeester en wethouders van Emmen, de gemeentesecretaris, de burgemeester Ù'- AJ.U cwc C. Bijl

2 gtf* Raadhuisplein 1 Correspondentieadres: 7811 AP Emmen Postbus Telefoon (0591) RA Emmen Burgerbelangen Gemeente Emmen t.a.v. de heer W.W.W. Halm Braam NA EMMER-COMPASCUUM Dienst Pub[iek ons kenmerk uw brief van/kenmerk bijlage(n) Afdeling TOE behandeld door Telefoon fax Emmen, mr. B. Jonker (0591) maart 2011 Onderwerp Geluidsportcentrum aan de Pottendijk te Nieuw-Weerdinge (art. 38 RvO). Geachte heer Halm, Bij brief van 23 november 2010 heeft u, op grond van artikel 38 Reglement van Orde, vragen gesteld met betrekking tot "wonen en kamperen op het geluidsportcentrum aan de Pottendijk".Hieronder volgt de beantwoording. Vraag la: Wat hebben doorlopende controles tussen 11 oktober 2007 en 24 november 2008 opgeleverd? En zijn er overtredingen geconstateerd en zo ja welke acties zijn daarop ondernomen, welke sancties zijn er opgelegd en welke bewijzen zijn er van de overtredingen? Allereerst willen wij opmerken dat abusievelijk de formulering 'doorlopende controles' is gebruikt bij de beantwoording van uw eerdere vragen. Deze 'doorlopende controles' hadden betrekking op een opgelegde bouwstop voor een nieuwe bedrijfshal op het terrein van het kartcentrum. Dit laat onverlet dat, binnen de door u genoemde periode, er controle is geweest met betrekking tot bewoning van het bedrijfspand. Op 28 februari 2008 hebben wij geconstateerd dat een deel van de bedrijfshal van het kartcentrum aan de Pottendijk ingericht was als woning. Deze bewoning is niet in overeenstemming met de geldende bestemming. Naar aanleiding van deze constatering heeft de eigenaar van het kartcentrum middels een zogenaamde 'principe-aanvraag' de gemeente verzocht om bewoning van zijn bedrijfspand te legaliseren. In afwachting van de uitkomst van het legalisatieonderzoek is het handhavingonderzoek aangehouden. Vraag lb: Wat moeten wij onder doorlopende controles verstaan in dit geval? Graag een volledige omschrijving/beschrijving van wat deze in dit geval hebben ingehouden? Voor de beantwoording wordt verwezen naar het antwoord bij vraag la.

3 -2- Vraag le: Is er door de gemeente tussen 11 oktober 2007 en 24 november 2008 geconstateerd dat er sprake was van illegale bewoning? Zo ja welke acties zijn er door de gemeente ondernomen? Voor de beantwoording wordt verwezen naar het antwoord bij vraag la. Vraag 2a: Wat is de reden dat het college bijna 2 jaar nodig heeft gehad om op het principeverzoek voor legalisering woonruimte te reageren en een besluit te nemen? Het college is genoodzaakt om bij een legalisatieverzoek, in dit geval in de vorm van een principeverzoek, alle mogelijkheden te onderzoeken. De complexheid en diversiteit van de materie is de reden dat het onderzoek meer tijd heeft gevergd. Vraag 2b: Wat is de reden geweest dat het college het verzoek heeft afgewezen? Vanuit een goede ruimtelijke ordening is het niet wenselijk om een woning in een gezôneerd geluidsportcentrum te plaatsen. De vestiging van een bedrijfswoning zou een ernstige belemmering kunnen vormen voor nieuwe ontwikkelingen op het lawaaisportcentrum. Daarnaast kan het onderhavige pand niet voldoen aan de eisen van de 'handreiking industrielawaai'. Van een goed woon- en leefklimaat kan dan geen sprake zijn. Vraag 2c: Welke afspraken zijn er gemaakt met de illegale bewoner vanaf het moment van zijn aanvraag voor legaliseren woonruimte tot het moment van beslissen door de gemeente? En hoe zijn deze afspraken gemaakt (mondeling/schriftelijk of anders)? Zoals aangegeven bij de beantwoording van vraag la is er na indiening van het principeverzoek tot legalisatie het handhavingsonderzoek aangehouden. Verder zijn er geen afspraken gemaakt. Vraag 2d: Zijn er bij de afwijzing van 21 juni 2010 sancties en termijnen gesteld? En zo ja welke zijn dit? Op 21 juni 2010 is door ons schriftelijk antwoord gegeven op het ingediende principeverzoek inzake legalisatie van wonen op de Pottendijk. De aanvrager is in kennis gesteld van ons standpunt dat wonen daar niet kan worden toegestaan. Hierbij is tevens aangegeven dat de bewoning van het pand beëindigd dient te worden. De eigenaar heeft ons schriftelijk laten weten dat hij deze bewoning zal staken maar heeft wat extra tijd nodig om vervangende woonruimte te vinden. Hij heeft ons op 10 december jl. laten weten dat hij omstreeks maart/april 2011 gaat verhuizen. Vraag: 2e: Is er volgens het college op dit moment nog sprake van illegale permanente bewoning? Zo ja, wat doet het college op dit moment om deze situatie te beëindigen? Zoals aangegeven bij de beantwoording van vraag 2d zal de eigenaar omstreeks maart/april 2011 verhuizen.

4 -3 Vraag 3a: Betekent de uitleg van het college dat er voor kortdurende overnachtingen in o.a. campers en caravans in de gemeente Emmen geen vergunningen hoeven worden afgegeven, zolang er maar kortdurend wordt overnacht? Zo ja, wordt dit beleid dan ook voor alle andere overnachtingplaatsen als zodanig uitgevoerd? Zo nee, waarom niet, welk beleid wordt wel uitgevoerd en waarom is de Pottendijk dan een uitzondering? Het vergunningenstelsel voor overnachtingen met o.a. campers en caravans was geregeld in de Wet op de Openluchtrecreatie. Echter deze wet is komen te vervallen en daarmee de vergunningenplicht. Dit betekent dat de regulering van campingplaatsen geregeld moeten worden in het bestemmingsplan. Het beleid dat wordt gevoerd is dat de reguliere kampeerterreinen specifiek als kampeerterrein zijn bestemd en het kleinschalig kamperen via een facet bestemmingsplan is geregeld. De onderhavige percelen aan de Pottendijk zouden dan gezien moeten worden als regulier kampeerterrein. Afgesproken is dat dit geregeld wordt als onderdeel van de totaalaanpak van het gebied aan de Pottendijk. Vraag 3b: Betekent de uitleg van het college dat er voor kortdurende overnachtingen in o.a. campers en caravans in de gemeente Emmen geen toeristenbelasting hoeft te worden betaald en afgedragen? Zo ja, wordt dit beleid dan ook voor alle andere overnachtingplaatsen als zodanig uitgevoerd? Zo nee, waarom niet, welk beleid wordt wel uitgevoerd en waarom is de Pottendijk dan een uitzondering? Nee, de verordening Toeristenbelasting kent geen onderscheid tussen kortdurend en langdurend overnachten. Men betaalt toeristenbelasting voor het feitelijke aantal overnachtingen. Het doet niet terzake of er sprake is van kort- of langdurende overnachtingen. Er bestaat bij de uitvoering van belastingverordeningen geen beleidsvrijheid, de belastingplicht volgt uit de wet en de verordening. De Pottendijk is geen uitzondering, als daar tegen vergoeding wordt overnacht door personen die niet in de gemeente staan ingeschreven dient toeristenbelasting te worden betaald. Vraag 3c: Hoe is de controle voor de toeristenbelasting geregeld? Vinden er in het kader van de toeristenbelasting controles plaats van plaatsen waarin in o.a. campers en caravans wordt overnacht. Het is vrijwel onmogelijk om het aantal overnachtingen bij dit type kampeermiddelen exact vast te stellen. Er is daarom gekozen voor een forfaitaire regeling als uitgangspunt. De controles die plaatsvinden hebben dan ook vooral betrekking op de deugdelij kheid van de administraties. Daar waar, op welke wijze dan ook, bij ons bekend wordt dat er sprake is van het bieden van verblijf tegen vergoeding wordt de aanbieder gewezen op de plicht tot het doen van aangifte. Ook in dit concrete geval is dat inmiddels gebeurd.

5 -4 Vraag 3d: Welk bedrag heeft de gemeente Emmen in 2006, 2007, 2008, 2009 en 2010 ontvangen aan toeristenbelasting van plaatsen waar in campers en caravans werd overnacht? Hoewel dat op dit detailniveau niet exact bekend is kan wel een inschatting worden gegeven. De belastingplichtige doet alleen aangifte van het aantal overnachtingen, maar niet van het type kampeermiddel, dat zou bijvoorbeeld ook een tent kunnen zijn. Daarom is een overzicht opgesteld van het totaal aantal overnachtingen en het aantal overnachtingen op campings, vertaald in het daarbij behorende bedrag * Totaal aantal overnachtingen Totale opbrengst toeristenbelasting in Overnachtingen op campings Opbrengst overnachtingen campings in * 2010 betreft voorlopige cijfers, nog niet alle aangiftes met de definitieve cijfers zijn ontvangen of verwerkt. Vraag 3e: Op welke plaatsen in Emmen is in 2006, 2007, 2008, 2009, en 2010 langdurig overnacht in campers en carvans? En is er bij deze plaatsen/locaties sprake van een vergunning voor langdurige overnachtingen? In het bovenstaande is al ingegaan op de intrekking door het Rijk van de Wet op de Openluchtrecreatie per 1 januari Er is dus sinds die datum geen sprake meer van vergunningsverlening en is het kamperen geregeld zoals beschreven bij de beantwoording van vraag 3 a. Op alle campings in Emmen bestaat naar onze inschatting de mogelijkheid om in een camper of een caravan te overnachten, tenzij de eigenaar daar zelf geen toestemming voor zou geven. Wij vertrouwen erop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. Hoogachtend, burgemeester en wethouders van Emmen, de gemeentesecretaris, de burgemeester, A.J. Mfcwe C. Bijl