Het Verband tussen Mensenrechten en Internationaal Humanitair Recht

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Het Verband tussen Mensenrechten en Internationaal Humanitair Recht"

Transcriptie

1 Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar Het Verband tussen Mensenrechten en Internationaal Humanitair Recht Masterproef van de opleiding Master in de rechten Ingediend door Astrid Van de Velde (studentennr ) (major: Nationaal en Internationaal Publiekrecht) Promotor: Professor Marc Cogen Commissaris: Cécile Vandewoude

2 INLEIDING THEORIEN OVER DE RELATIE MENSENRECHTEN / INTERNATIONAAL HUMANITAIR RECHT SEPARATIST THEORY INTEGRATIONIST THEORY COMPLEMENTARIST THEORY... 7 I. MENSENRECHTEN BEGRIP KORTE HISTORISCHE EVOLUTIE TOEPASSING VAN MENSENRECHTENVERDRAGEN BEPERKINGEN VAN MENSENRECHTEN Beperkingen Algemeen Voorwaarden Legaliteitsvoorwaarde Noodzakelijk in een democratische samenleving Beperkingsgronden Beperkingsgronden misbruikt? Reservaties Derogaties Derogatieclausules algemeen Voorwaarden Noodtoestand ( public emergency threatening the life of the nation ) Maatregelen: only to the extent strictly required by the exigencies of the situation en niet-discriminerend Informatieverplichtingen Consistent met andere verplichtingen onder het internationaal recht Rechterlijke controle ii

3 Vragen bij het recht tot derogatie II. HUMANITAIR RECHT BEGRIP IUS IN BELLO Toepassing Internationaal humanitair recht: lex specialis? Gewapend conflict Problemen met betrekking tot de toepassing van mensenrechten en internationaal humanitair recht Nationaal geweld Basisprincipes van het Ius in Bello Het principe van de militaire noodwendigheid Principe van de Menselijkheid Principe van Discriminatie Principe van Proportionaliteit Beperkingen in het internationaal humanitair recht Gewone beperkingen Reservaties met betrekking tot verdragen van internationaal humanitair recht Geen derogaties in het internationaal humanitair recht Meeste regels hebben gewoonterechtelijke status III. TOEPASSING : BESTRIJDING van het INTERNATIONAAL TERRORISME : MENSENRECHTEN OF INTERNATIONAAL HUMANITAIR RECHT? Algemeen september: keerpunt in de bestrijding van het terrorisme Gebruik van geweld tegen internationaal terrorisme : legitiem? Kwalificatie van terroristische daden In vredestijd Ten tijde van gewapend conflict iii

4 5. Specifieke aanpak van terrorisme In vredestijd volgens de mensenrechten Ten tijde van een gewapend conflict onder het internationaal humanitair recht Internationaal Strafrecht Conclusie IV. CONCLUSIE: KERNRECHTEN ALS OPLOSSING? Probleemstelling Niet-derogeerbare rechten Identificatie Siracusa Principles Paris Minimum Standards Declaration of Minimum Humanitarian Standards Conclusie BIBLIOGRAFIE iv

5 INLEIDING 1. THEORIEN OVER DE RELATIE MENSENRECHTEN / INTERNATIONAAL HUMANITAIR RECHT Er is reeds zeer veel geschreven en gedebatteerd over de relatie tussen de mensenrechten en het internationaal humanitair recht. Het is dan ook niet de bedoeling op deze plaats de verschillende theorieën die in de loop der jaren hierover ontwikkeld werden gedetailleerd uiteen te zetten, aangezien dit in de rechtsleer al uitvoerig gebeurde. Natuurlijk worden ze wel (relatief kort) besproken, maar vooral in functie van de duidelijkheid van deze masterproef. Dit schrijven toespitsen op het theoretische debat over de relatie mensenrechten/internationaal humanitair recht, zou het al te oppervlakkig maken. Toch is het niet onbelangrijk van bij het begin al een duidelijk idee te hebben wat de verschillende visies inhouden, aangezien vele aspecten van zowel toepassing, beperking of andere, duidelijk beïnvloed zijn door de verschillende visies. Soms worden de theorieën duidelijker of gedetailleerder besproken in het licht van specifieke aspecten of mensenrechten. Beschouw de bespreking ervan niet als de kern van deze masterproef, maar liever als een soort bespreking van de inleidende begrippen, wat onoverkomelijk moet gebeuren om diepere en daarop gebaseerde problemen bloot te leggen. Het is in deze masterproef de bedoeling mijn eigen accenten te leggen op bepaalde algemene of juist zeer specifieke aspecten van de relatie mensenrechten/internationaal humanitair recht. Een zeer belangrijke plaats wordt hierbij ingenomen door de afwijkingen van de mensenrechten. Dit wordt ook aangeraakt met betrekking tot het internationaal humanitair recht. Natuurlijk wordt ook de algemene toepassing van de beide stelsels besproken. Een ander belangrijk aspect is de naleving en afdwinging. Dit is echter zo belangrijk dat het als een hoofdstukje bespreken van de materie hier in deze masterproef, het onderwerp onrecht zou aandoen. De naleving en afdwinging van de mensenrechten en het internationaal humanitair recht worden dan ook bewust uit deze masterproef gehouden. Het is evenwel een idee voor een andere thesis. Bovendien probeer ik doorheen het gehele werkstuk de bestaande problemen bloot te leggen. In het laatste hoofdstuk, waarin tevens mijn besluit verwerkt is, worden de geïdentificeerde problemen nogmaals herhaald en de mogelijke oplossingen besproken. Maar eerst, ter inleiding, een 1

6 overzicht van de bestaande visies in de juridische wereld omtrent de verschillende theorieën met betrekking tot de relatie tussen mensenrechten en internationaal humanitair recht. Ondanks de uitvoerige bespreking van het onderwerp in juridische kringen, is de discussie eigenlijk relatief laat ontstaan. De materie werd voor het eerst opgeworpen in 1968 op de Teheraanse Conferentie voor Mensenrechten, de eerste wereldwijde conferentie voor de mensenrechten. 1 In Resolutie XXIII, aangenomen op deze Teheraanse Conventie, met als titel Human Rights in Armed Conflict 2, werd voor het eerst duidelijk dat een nieuwe overtuiging aan belang won. Deze visie beschouwde mensenrechten en internationaal humanitair recht als meer verbonden. 3 Dit in tegenstelling tot de voorheen overheersende opinie, die mensenrechten en internationaal humanitair recht steeds als twee verschillende en onderscheiden rechtstakken beschouwde, zonder hun onderlinge relatie in vraag te stellen SEPARATIST THEORY Deze theorie is hoofdzakelijk gebaseerd op historische argumenten. Zij focust namelijk op de historische verschillen van de twee rechtsstelsels. Zoals verder in deze masterproef uit de korte historische bespreking van mensenrechten en internationaal humanitair recht zal blijken, hebben de twee een nogal onderscheiden ontstaansgeschiedenis. 5 Ze zijn op verschillende tijdstippen ontstaan en uit verschillende beginpunten, hoewel dit laatste vandaag de dag door de overgrote meerderheid van de rechtsleer betwist wordt. De aanhangers van de separatistische theorie menen echter dat de onderliggende ontstaansmotieven van het internationaal humanitair recht, volgens hen humanitaire overwegingen en eigenbelang, niet dezelfde zijn als deze die ten grondslag liggen aan het ontstaan van de mensenrechten. De onderliggende motieven van het internationaal humanitair 1 ARNOLD, R., Terrorism in International Humanitarian Law and Human Rights Law, 480 in ARNOLD, R. en QUENIVET, N. (eds.), International Humanitarian Law and Human Rights Law: Towards a New Merger in International Law, Leiden, Martinus Nijhoff Publishers, 2008, Resolutie XXIII, aangenomen door de Internationale Conferentie voor Mensenrechten, Human Rights in Armed Conflict, Teheran, 12 mei 1968, (12 juli 2009). 3 DOSWALD-BECK, L. en VITE S., International Humanitarian Law and Human Rights Law, 94 in McCORQUODALE, R. (ed.), Human Rights, Aldershot, Dartmouth Publishing Company, 2003, QUENIVET, N., The History of the Relationship Between International Humanitarian Law and Human Rights Law, 4-5 in ARNOLD, R. en QUENIVET, N. (eds.), International Humanitarian Law and Human Rights Law: Towards a New Merger in International Law, Leiden, Martinus Nijhoff Publishers, 2008, KOLB, R., The relationship between international humanitarian law and human rights law: A brief history of the 1948 Universal Declaration of Human Rights and the 1949 Geneva Conventions, 324 Int l Rev. Red Cross 400, 1998, 2

7 recht kunnen volgens hen dan ook niet in de mensenrechtenbepalingen teruggevonden worden. 6 Hierover gaan echter steeds genuanceerdere stemmen op. Zo menen bijvoorbeeld enkele auteurs dat de mensenrechten ontstaan zijn uit het (oudere) humanitaire recht. 7 Maar de aanhangers van de separatistische theorie beschouwen de twee stelsels als totaal onderscheiden en verschillend, juist door de volgens hen onderscheiden ontstaansgeschiedenis en ontstaansmotieven. Een argument van institutionele aard dat volgens Kolb doorslaggevend was om mensenrechten en internationaal humanitair recht net na de Tweede Wereldoorlog als geheel afzonderlijke takken te zien, was de visie van de VN. Alle VN organen hadden namelijk besloten iedere discussie aangaande het oorlogsrecht uit te sluiten van hun werkingsgebied. Bovendien werkte de dichotomie tussen het Rode Kruis en de VN deze institutionele scheiding nog verder in de hand. Enerzijds werd de bevoegdheid van de VN gezien als beperkt tot de mensenrechten, anderzijds werkte het Internationale Comité voor het Rode Kruis, dat zijn onafhankelijkheid wou behouden, enkel in context van het oorlogsrecht. 8 Het onderscheid tussen de twee rechtsstelsels werd dus benadrukt door het onderscheid tussen de bevoegde organisaties. Een ander vaak voorkomend argument dat de separatistische theorie staaft, is van pragmatische aard. Aanhangers menen namelijk dat het eenvoudigweg praktischer is de stelsels als onderscheiden te beschouwen. Dit omdat het internationaal humanitair recht voorziet in een meer volledige set van regels met betrekking tot fundamentele standaarden van menselijke waardigheid in de specifieke situatie van een gewapend conflict. Zij wijzen erop dat het internationaal humanitair recht, aangezien het speciaal ontworpen is voor conflictsituaties, ook gewoon beter geschikt is om militaire operaties te reguleren. Bovendien benadrukken zij dat de meeste verdragen van internationaal humanitair recht onderhandeld werden door militair geschoolde juristen. Men kan er dus vanuit gaan dat dergelijke verdragen de reële militaire situatie reflecteren en daarom een 6 QUENIVET, N., The History of the Relationship Between International Humanitarian Law and Human Rights Law, 4-5 in ARNOLD, R. en QUENIVET, N. (eds.), International Humanitarian Law and Human Rights Law: Towards a New Merger in International Law, Leiden, Martinus Nijhoff Publishers, 2008, MARTIN FORREST, F., SCHNABLY, S. J. en andere, International Human Rights and Humanitarian Law: Treaties, Cases and Analysis, New York, Cambridge University Press, 2006, 2. 8 KOLB, R., The relationship between international humanitarian law and human rights law: A brief history of the 1948 Universal Declaration of Human Rights and the 1949 Geneva Conventions, 324 Int l Rev. Red Cross 400, 1998, 3

8 belangrijke praktische waarde hebben. 9 Dit laatste argument moet echter reeds genuanceerd worden. De Conventies van Genève, de kern van het internationaal humanitair recht, zijn primair ontsproten aan het werk en de inzet van het Rode Kruis. Zo is de allereerste Geneefse Conventie 10, die de weg baande voor de nu zo gekende Geneefse Conventies, gebaseerd op een draft convention opgesteld door het Internationaal Comité van het Rode Kruis. Twee zeer belangrijke oprichters van dit Comité, Henri Dunant en Gustave Moynier, kunnen moeilijk beschouwd worden als grote kenners van de praktische en reële situatie op het slagveld. 11 Henri Dunant, wiens boek Un souvenir de Solferino leidde tot de oprichting van het Rode Kruis, was bijvoorbeeld een Geneefse zakenman. Hij kwam slechts toevallig in aanraking met de verschrikkingen van het slagveld. 12 Ondanks dat vele rechtsgeleerden de separatistische theorie niet meer onderschrijven, doet een niet te verwaarlozen deel van de rechtsleer dit nog steeds INTEGRATIONIST THEORY Aanhangers van de integratietheorie menen dat de mensenrechten en het internationaal humanitair recht in grote mate samenhangen en geïntegreerd zijn. Het idee dat zij verschillende gemeenschappelijke punten delen, won aan belang in de jaren 70. De eerste uiting ervan kan teruggevonden worden op de eerder vernoemde Conferentie voor de Mensenrechten van de VN in Teheran in 1968, hoewel er ook auteurs zijn die menen dat deze opvatting reeds voordien leefde. 14 Tijdens deze Conferentie werd niet enkel de ontwikkeling van het internationaal humanitair recht op zich bemoedigd, maar zij duidde ook het begin aan van een groeiend gebruik van dit humanitair recht door de VN, gedurende haar onderzoeken naar de verschillende mensenrechtensituaties. 15 De integrationisten benadrukken dat de twee 9 QUENIVET, N., The History of the Relationship Between International Humanitarian Law and Human Rights Law, in ARNOLD, R. en QUENIVET, N. (eds.), International Humanitarian Law and Human Rights Law: Towards a New Merger in International Law, Leiden, Martinus Nijhoff Publishers, 2008, Geneva Convention for the Amelioration of the Condition of the Wounded in Armies in the Field, Genève, 22 augustus COOLEN, G. L., Humanitair Oorlogsrecht, Deventer, W.E.J. Tjeenk Willink, 1998, FEINSTEIN, B. A., The Applicability of the Regime of Human Rights in Times of Armed Conflict and Particularly to Occupied Territories: The Case of Israel s Security Barrier, 4 Nw. J. Int l Hum. Rts. 301, Zie bijvoorbeeld STEINER, H. J., ALSTON, P. en GOODMAN, R., International Human Rights in Context, New York, Oxford University Press, 2008, DOSWALD-BECK, L. en VITE S., International Humanitarian Law and Human Rights Law, 94 in McCORQUODALE, R. (ed.), Human Rights, Aldershot, Dartmouth Publishing Company, 2003,

9 rechtsstelsels niet enkel onderling verbonden zijn maar het oorlogsrecht bovendien een afwijking is van het normale regime van mensenrechten in vredestijd. Ook hun fundamenteel karakter delen zij volgens deze opvatting, aangezien beide gebaseerd zijn op de waardigheid en kostbaarheid van het individu. 16 Argumenten hiervoor vinden integrationisten onder meer in een algemeen fundamenteel principe van internationaal recht met betrekking tot de interpretatie. Dit stelt dat staten hun internationale juridische verplichtingen moeten interpreteren in overeenstemming met hun andere internationale verplichtingen. Daaruit volgt dat de verplichtingen van een staat onder de mensenrechten steeds moeten uitgelegd worden in overeenstemming met deze onder het internationaal humanitair recht en omgekeerd. De aanhangers van deze theorie baseren zich ook op argumenten die zij terugvinden in de internationale verdragen van humanitair recht en mensenrechten. Volgens hen ondersteunt de tekst van deze verdragen hun visie. 17 Zo wijzen zij er bijvoorbeeld op dat verschillende verdragen van humanitair recht vaak expliciet bepaalde daden verbieden zoals genocide en misdaden tegen de mensheid, zelfs als deze voorkomen buiten een situatie van gewapend conflict. Andere situaties dan een gewapend conflict worden gewoonlijk beheerst door de mensenrechten. In de andere richting wijzen zij op bepaalde mensenrechtenverdragen die expliciet bepaalde rechten beschermen gedurende gewapende conflicten, situaties die gebruikelijk onder het internationaal humanitair recht vallen. 18 Argumenten voor deze theorie kunnen ook teruggevonden worden in de lex specialis-leer zoals ontwikkeld door het Internationaal Gerechtshof in haar case law. 19 De eerste keer dat deze theorie van het Hof op de voorgrond trad, was in een door de Algemene Vergadering van de VN gevraagde Advisory Opinion, namelijk de Legality of the Threat or Use of Nuclear Weapons-case van De Algemene Vergadering wou een antwoord op de vraag of de dreiging of het gebruik van nucleaire wapens onder bepaalde omstandigheden is toegestaan 16 QUENIVET, N., The History of the Relationship Between International Humanitarian Law and Human Rights Law, 5 in ARNOLD, R. en QUENIVET, N. (eds.), International Humanitarian Law and Human Rights Law: Towards a New Merger in International Law, Leiden, Martinus Nijhoff Publishers, 2008, STEINER, H. J., ALSTON, P. en GOODMAN, R., International Human Rights in Context, New York, Oxford University Press, 2008, MARTIN FORREST, F., SCHNABLY, S. J. en andere, International Human Rights and Humanitarian Law: Treaties, Cases and Analysis, New York, Cambridge University Press, 2006, xxix. 19 WATKIN, K., 21st Century Conflict and International Humanitarian Law: Status Quo or Change?, in SCHMITT, M. en PEJIC, J. (eds.), International Law and Armed Conflict: Exploring the Faultlines, Leiden, Martinus Nijhoff Publishers, 2007, Advisory Opinion van het Internationaal Gerechtshof, Legality of the Threat or Use of Nuclear Weapons, 8 juli 1996, ICJ Reports 1996,

10 volgens het internationaal recht. Het recht dat in dit verband in het gedrang komt is het recht op leven, zoals onder meer bepaald in artikel 6 van het Internationaal Verdrag inzake Burgerlijke en Politieke Rechten (hierna BUPO). Omtrent de toepassing van het BUPO tijdens een gewapend conflict was het Hof duidelijk: The protection of the International Covenant on Civil and Political Rights does not cease in time of war, except by operation of Article 4 of the Covenant whereby certain provisions may be derogated from in a time of national emergency. 21 In artikel 4, paragraaf 2 van het Verdrag vinden we echter duidelijk terug dat geen afwijking ten tijde van noodtoestand mogelijk is voor het specifieke recht op leven. Bovendien bepaalt het Hof expliciet dat het recht niet willekeurig van het leven beroofd te worden ook toepassing vindt tijdens vijandigheden. Het is echter bij de invulling van een dergelijke willekeurige beroving van het leven dat de relatie met het internationaal humanitair recht naar voor komt. De invulling wordt door het Hof namelijk bepaald door de toepasselijke lex specialis, zijnde het recht toepasselijk ten tijde van een gewapend conflict. Het Hof beschouwt het internationaal humanitair recht dus als zijnde integraal deel uitmakend van de mensenrechten. 22 Het Hof bevestigde de door haar ontwikkelde lex specialis-leer in 2004 opnieuw, in de Advisory Opinion on the Legal Consequences of the Construction of a Wall in the Occupied Palestinian Territories 23. Zij verwees daarin uitdrukkelijk naar de Advisory Opinion on the Legality of the Threat or Use of Nuclear Weapons. Bovendien probeerde zij meer klaarheid te scheppen in de relatie mensenrechten/international humanitair recht door drie categorieën van rechten te onderscheiden, namelijk diegene die exclusief door het internationaal humanitair recht geregeld worden, een andere categorie waarop mensenrechten het enige toepasselijke recht is en een laatste categorie die aan beide rechtsstelsels kan onderworpen zijn. 24 De visie van het Internationaal Gerechtshof wordt verder in deze masterproef gedetailleerder besproken. 21 Advisory Opinion van het Internationaal Gerechtshof, Legality of the Threat or Use of Nuclear Weapons, 8 juli 1996, ICJ Reports 1996, 240, paragraaf BEDI, S. R. S., The Development of Human Rights Law by the Judges of the International Court of Justice, Oxford, Hart Publishing, 2007, Advisory Opinion van het Internationaal Gerechtshof, Legal Consequences of the Construction of a Wall in the Occupied Palestinian Territory, 9 juli 2004, ICJ Reports 2004, Advisory Opinion van het Internationaal Gerechtshof, Legal Consequences of the Construction of a Wall in the Occupied Palestinian Territory, 9 juli 2004, ICJ Reports 2004, 178, paragraaf

11 1.3. COMPLEMENTARIST THEORY Recent werd een nieuwe theorie ontwikkeld die nogmaals een andere visie naar voor brengt op de relatie mensenrechten/internationaal humanitair recht. Zij combineert eigenlijk de voorafgaande theorieën maar brengt tegelijkertijd belangrijke nuanceringen aan. Zo menen aanhangers van de complementaire theorie dat mensenrechten en internationaal humanitair recht geen identieke rechtsstelsels zijn. Zij vervullen wel een belangrijke aanvullende taak ten opzichte van elkaar maar blijven steeds onderscheiden. Zij worden, zoals de naam duidelijk maakt, beschouwd als complementaire stelsels. De drie belangrijkste argumenten van deze theorie worden duidelijk benoemd door Quénivet. 25 Ten eerste moet de mogelijkheid erkend worden die de mensenrechten bieden om hiaten in het internationaal humanitair recht op te vangen. Men moet terugvallen op de mensenrechten in geval de regels van het internationaal humanitair recht onduidelijk blijken of geen bescherming bieden voor bepaalde situaties. Ten tweede kunnen de specifieke mensenrechtenmechanismen in bepaalde situaties ingezet worden voor de implementatie van het internationaal humanitair recht. 26 Steeds meer individuen wenden zich tot de mensenrechtelijke handhavingsmechanismen om een uitspraak te verkrijgen over schendingen van internationaal humanitair recht. Dit is een gevolg van de stand van mensenrechtelijke handhavingsmechanismen ten opzichte van deze van internationaal humanitair recht. De eerste zijn meestal beter uitgewerkt en omvattender dan de laatste. De mensenrechtelijke instellingen en organen beantwoorden deze tendens en zijn steeds vaker bereid zich te wagen aan uitspraken in het kader van schendingen van internationaal humanitair recht. Hierdoor moet het volledig onderscheiden en afzonderlijk karakter van de twee rechtsstelsels genuanceerd worden. Ten derde vinden de complementaristen dat humanitaire overwegingen wel degelijk deel gingen uitmaken van het internationaal humanitair recht in de 19 e eeuw, bij de opstelling van de eerste verdragen. Hierdoor menen experts, met het oog op de in zekere mate samenvallende doelstellingen van de rechtsinstrumenten, namelijk de bescherming en het respect voor de menselijkheid, dat het moeilijk is de twee rechtsstelsels als geheel tegenover elkaar staand te zien. 25 QUENIVET, N., The History of the Relationship Between International Humanitarian Law and Human Rights Law, 9-10 in ARNOLD, R. en QUENIVET, N. (eds.), International Humanitarian Law and Human Rights Law: Towards a New Merger in International Law, Leiden, Martinus Nijhoff Publishers, 2008, HOURIHANE, M., UN and ICRC: The Connections through New Conflicts, 141 in European Master s Degree in Human Rights and Democratisation: Awarded Theses of the Academic Year , Venetië, Marsilio Editori, 2001,

12 Opgemerkt moet wel worden dat, hoewel de complementaire theorie de meest recente is in de rechtsleer, het Internationaal Gerechtshof zich in 2004 opnieuw uitsprak ten voordele van de lex specialis-regel in zijn Advisory Opinion bij de Legal Consequences of the Construction of a Wall in the Occupied Palestinian Territories Advisory Opinion van het Internationaal Gerechtshof, Legal Consequences of the Construction of a Wall in the Occupied Palestinian Territory, 9 juli 2004, ICJ Reports 2004, paragraaf

13 I. MENSENRECHTEN 1. BEGRIP 1.1. KORTE HISTORISCHE EVOLUTIE Het was niet altijd vanzelfsprekend dat aan iedereen, zonder onderscheid, bepaalde onvervreemdbare rechten toebehoren. Dit bewustzijn is in de loop der eeuwen slechts geleidelijk gegroeid. 28 Internationale mensenrechten zijn ontstaan vanuit de algemene afschuw voor de gruwelijkheden van Nazi Duitsland in de Tweede Wereldoorlog. 29 Na deze verschrikkingen en omwille van de daarop volgende algemene bezorgdheid van de gehele internationale gemeenschap werden de mensenrechten opgenomen in het internationaal publiekrecht. Voorheen was er ook al sprake van bepaalde mensenrechten, maar deze waren nationaal geformuleerd, in de vorm van bills of rights of in grondwettelijk recht. 30 Toch waren deze nationale rechtsinstrumenten, meestal opgesteld na de omverwerping van de absolute monarchieën door burgerlijke revoluties, de belangrijke eerste stap naar de formele erkenning van rechten van de mens. 31 De filosofische basis van de mensenrechten kan reeds teruggevonden worden bij het vroege jodendom. 32 In deze context moet ter volledigheid ook gewezen worden op de oprichting van de Volkenbond na de Eerste Wereldoorlog. Toen was wel reeds sprake van een zekere internationalisering op vlak van mensenrechten. De Volkenbond, de voorloper van de huidige Verenigde Naties, werd opgericht ter voorkoming van een nieuwe wereldoorlog. Haar primaire doelstelling, voorkomen dat ooit opnieuw een wereldoorlog zou uitbreken, kon zij 28 VERSCHUEREN, F. en LOOMAN, A., De Mensenrechten: Een Kennismaking, Gent, Liga voor de Mensenrechten v.z.w, 1990, GREEN, L. C., The Relations between Human Rights Law and International Humanitarian Law: A Historical Overview, 49 in BREAN, S. en JACHEC-NEALE, A., Testing the Boundaries of International Humanitarian Law, Londen, British Institute of International and Comparative Law, 2006, ARNOLD, R. en QUENIVET, N. (eds.), International Humanitarian Law and Human Rights Law: Towards a New Merger in International Law, Leiden, Martinus Nijhoff Publishers, 2008, VERSCHUEREN, F. en LOOMAN, A., De Mensenrechten: Een Kennismaking, Gent, Liga voor de Mensenrechten v.z.w, 1990, COGEN, M., The Comprehensive Guide to International Law, Brugge, die Keure, 2008, 54. 9

14 niet vervullen, en de Volkenbond hield dan ook officieel op te bestaan in De overheersende kritiek op de Volkenbond is dat zij (zoals de vandaag regelmatig gehoorde kritiek op de VN dat zij vooral de belangen van de Verenigde Staten vertegenwoordigt) enkel rekening hield met de belangen van de koloniale grootmachten en hun drang zoveel mogelijk mandaten te bekomen. 34 Wel was het een begin voor de bescherming van de rechten van minderheden op internationaal niveau. 35 Als zodanig liep de Volkenbond haar belangrijke potentiële taak met betrekking tot de bescherming en verspreiding van mensenrechten danig mis. 36 Het duurde tot na de verschrikkingen van de Tweede Wereldoorlog alvorens de Verenigde Naties werd opgericht en er op wereldvlak aan de ontwikkeling en bescherming van de mensenrechten kon gewerkt worden TOEPASSING VAN MENSENRECHTENVERDRAGEN Mensenrechten zijn in beginsel het internationale recht in vredestijd. 38 Zij vinden dan hun volledige uitwerking. Maar ook tijdens een noodtoestand en gewapende conflicten werken zij door, zij het dat afwijkingen en beperkingen in die situaties mogelijk zijn. Dit heeft verscheidene auteurs ertoe gebracht te stellen dat de mensenrechten in beginsel altijd van toepassing zijn. 39 Deze toepassing te allen tijde wordt gesteund door de filosofische basis van de mensenrechten, namelijk dat alle mensen, juist door het feit dat ze menselijk zijn, deze 33 GHEBALI, V.-Y., La transition de la Société des Nations à l Organisation des Nations Unies, in The League of Nations in Retrospect, Berlijn, de Gruyter, 1983, PEASE, K.-K. S., International Organisations: perspectives on Governance in the Twenty-First Century, New Jersey, Pearson Education, 2008, Op 13 februari 1920 nam de Raad van de Volkenbond namelijk een resolutie aan waarin zij de bepalingen van het Verdrag tussen Polen en de geallieerden van 28 juni 1919 onder de bescherming van de Volkenbond plaatsten. In oktober van datzelfde jaar nam zij de procedurele resoluties aan die nodig waren voor de implementatie van deze beloofde bescherming en voerde zo een petitierecht in met betrekking tot inbreuken op de bepalingen omtrent minderheidsrechten. 36 NOWAK, M., Introduction to the International Human Rights Regime, Leiden, Martinus Nijhoff Publishers, 2003, COGEN, M., Handboek Internationaal Recht, Mechelen, Kluwer, 2003, COGEN, M., The Comprehensive Guide to International Law, Brugge, die Keure, 2008, LINDFELT, M., The Question of Non-Derogable Rights and Public Emergency, 15 in European Master s Degree in Human Rights and Democratisation: Awarded Theses of the Academic Year , Venetië, Marsilio Editori, 2001, 231; PEJIC, J., Humanitarian Law and Human Rights in Armed Conflict, 167 in SMITH, R. K. M. en VAN DEN ANKER, C., The Essentials of Human Rights, New York, Oxford University Press, 2005, 382; SASSOLI, M. en BOUVIER, A. A., How does Law Protect in War?, Genève, International Committee of the Red Cross, 2006, 342; BOUCHET-SAULNIER, F., The Practical Guide to Humanitarian Law, Lanham, Rowman & Littlefield Publishers, 2007, 139; DWORKIN, A., Military Necessity and Due Process: The Place of Human Rights in the War on Terror, in WIPPMAN, D. en EVANGELISTA, M. (eds.), New Wars, New Laws? Applying the Laws of War in 21 st Century Conflicts, New York, Transnational Publishers, 2005,

15 mensenrechten steeds bezitten. 40 Dit impliceert dat men er zou moeten vanuit gaan dat mensenrechten in principe steeds van toepassing zijn, bijvoorbeeld ook gedurende een gewapend conflict. Argumenten hiervoor kunnen gevonden worden in het bestaan van derogatieclausules in de meeste mensenrechtenverdragen, die bepaalde gelimiteerde afwijkingen kunnen voorzien ten tijde van een noodtoestand. Ook een gewapend conflict kan een noodtoestand uitmaken. Dit kan gezien worden als een erkenning van de normaliter toepasselijkheid van deze mensenrechtenverdragen ten tijde van een gewapend conflict. Bovendien erkende zowel het Internationaal Gerechtshof in de Nuclear Weapon case 41 als het VN Comité in General Comment dat het BUPO ook toepassing vindt ten tijde van een gewapend conflict. 43 Op deze problematiek wordt verder dieper ingegaan. Staten zijn verplicht de mensenrechten te beschermen van iedereen within its territory and subject to its jurisdiction, zoals geformuleerd door het BUPO, of iedereen within their jurisdiction, de formulering in het Europees Verdrag van de Rechten van de Mens (hierna EVRM). In praktijk was er tot voor kort echter weinig verschil tussen de formulering met betrekking tot de toepassing ratione personae van de twee belangrijke mensenrechtenverdragen. 44 Pogingen om het EVRM toe te passen op daden gesteld buiten het territorium van een lidstaat zijn over het algemeen onsuccesvol gebleken. Met betrekking tot het BUPO echter, heeft het Comité voor de Rechten van de Mens recentelijk bepaald dat de bepaling in het verdrag moet geïnterpreteerd worden als verwijzend naar iedereen binnen de macht of effectieve controle van de verdragsstaat, zelfs wanneer deze zich niet op het territorium van die verdragsstaat bevindt. 45 Ook de Inter-Amerikaanse Commissie voor de 40 DOSWALD-BECK, L. en VITE S., International Humanitarian Law and Human Rights Law, 106 in McCORQUODALE, R. (ed.), Human Rights, Aldershot, Dartmouth Publishing Company, 2003, Advisory Opinion van het Internationaal Gerechtshof, Legality of the Threat or Use of Nuclear Weapons, 8 juli 1996, ICJ Reports 1996, 226, paragraaf 25: the court observes that the protection of the international covenant on civil and political rights does not cease in times of war. 42 VN Comité voor de Rechten van de Mens, General Comment 31, The Nature of the General Legal Obligations Imposed on States Parties to the Covenant, UN Doc. CCPR/C/74/CPR.4/Rev.6, 21 april 2004: As implied in general comment 29 (1), the covenant applies also in situations of armed conflict to which the rules of international humanitarian law are applicable. 43 DWORKIN, A., Military Necessity and Due Process: The Place of Human Rights in the War on Terror, 66 in WIPPMAN, D. en EVANGELISTA, M. (eds.), New Wars, New Laws? Applying the Laws of War in 21 st Century Conflicts, New York, Transnational Publishers, 2005, DENNIS, M. J., Application of Human Rights Treaties Extraterritorially in Times of Armed Conflict and Military Occupation, 99 Am. J. Int l L. 122, VN Comité voor de Rechten van de Mens, General Comment No 31, The Nature of the General Legal Obligations Imposed on State Parties by the Covenant, UN Doc. CCPR/C/74/CRP.4/Rev.6, 21 april Ook bevestigd in de rechtspraak van het Internationaal Gerechtshof: zie bijvoorbeeld Advisory Opinion van het 11

16 Mensenrechten bij het Amerikaans Verdrag voor de Rechten van de Mens (hierna AVRM) 46 lijkt deze interpretatie te volgen. 47 Door de confrontatie met moderne misdrijven, zoals de internationale misdaad en terrorisme, wordt de territoriale jurisdictie in vraag gesteld. Zij kan geen afdoende antwoord bieden op dergelijke moderne misdrijven en er wordt dan ook gepleit voor een uitbreiding van de jurisdictie. 48 De rechtssubjecten kunnen in principe enkel natuurlijke personen zijn, hoewel sommige rechten, meestal met betrekking tot eigendom, ook kunnen toegepast worden op juridische personen. Bovendien is het belangrijk dat mensenrechten slechts kunnen ingeroepen worden tegen een staat, en in principe niet tegen een andere private persoon, hoewel dit recentelijk moet genuanceerd worden. 49 Mensenrechten werken dus verticaal door in de relatie tussen de rechtsonderhorige en de staat. Zij creëren rechten voor de rechtsonderhorige en plichten voor de staat. 50 De realisatie van de in de internationale mensenrechtenverdragen opgenomen rechten vergt de bescherming van de nationale overheden door middel van de correcte implementatie en afdwinging van de rechten. Bovendien is het nationale niveau belangrijk door de local remedies rule, die bepaalt dat indien er in het nationale recht mogelijkheden bestaan om rechtsherstel te krijgen, die eerst volledig moeten uitgeput worden alvorens men zich tot een internationaal tribunaal of orgaan kan wenden om dit rechtsherstel te verkrijgen. 51 De toepassing van de mensenrechten is, net als bij het internationaal humanitair recht, niet gebaseerd op het principe van wederkerigheid. Dit wil zeggen dat de toepasselijkheid van de mensenrechten op bepaalde personen niet afhankelijk is van het feit of deze personen zich al dan niet aan dezelfde verplichtingen houden. 52 De toepassing is natuurlijk wel aan voorwaarden verbonden, zoals de voorwaarde dat de personen binnen de jurisdictie van de Internationaal Gerechtshof, Legal Consequences of the Construction of a Wall in the Occupied Palestinian Territory, 9 juli 2004, ICJ Reports 2004, paragraaf Amerikaanse Conventie betreffende de Rechten van de Mens van 22 november 1969, UNTS nr DWORKIN, A., Military Necessity and Due Process: The Place of Human Rights in the War on Terror, 65 in WIPPMAN, D. en EVANGELISTA, M. (eds.), New Wars, New Laws? Applying the Laws of War in 21 st Century Conflicts, New York, Transnational Publishers, 2005, LOWE, V., International Law, New York, Oxford University Press, 2007, AUST, A., Handbook of International Law, New York, Cambridge University Press, 2005, KNOX, J. H., Horizontal Human Rights Law, 102 Am. J. Int l L. 1, UDOMBANA, N. J., So Far, So Fair: The Local Remedies Rule in the Jurisprudence of the African Commission on Human and People s Rights, 97 Am. J. Int l L. 2, 2003; AUST, A., Handbook of International Law, New York, Cambridge University Press, 2005, PROVOST, R., International Human Rights and Humanitarian Law, New York, Cambridge University Press, 2002,

17 staat moeten vallen, die hieronder besproken wordt. Deze beperkingen met betrekking tot de toepassing bevatten echter geen wederkerig element wat betreft het gedrag van de personen die de bescherming van de mensenrechtenverdragen genieten. Maar losstaand daarvan is ook de volgende vraag van belang: kan een staat op basis van enige voorwaarde van wederkerigheid zijn verplichtingen onder een toepasselijk mensenrechtenverdrag opschorten met betrekking tot een bepaalde partij, als deze partij de verplichtingen onder hetzelfde verdrag schendt? Met betrekking tot deze verdergezette toepassing van mensenrechtenverdragen ziet Provost toch een probleem. Wat betreft de belangrijkste fundamentele mensenrechten kan gezien hun aard niet aanvaard worden dat een schending door één staat de verplichting van een andere staat zou beïnvloeden. 53 Dit is gebaseerd op het gegeven dat mensenrechten vervat in multilaterale verdragen erga omnes-verplichtingen vastleggen. Toch noemt de auteur enkele situaties op waarin een staat, getroffen door een schending van een andere staat, mogelijkerwijze de inadimplenti non est adimplendum-regel zou kunnen inroepen. Deze regel ligt ten grondslag aan artikel 60 van de Weense Conventie betreffende het Verdragenrecht 54 en is een toepassing van het wederkerigheidsprincipe. Mogelijke situaties die Provost in deze context vernoemt zijn bijvoorbeeld het geval waarin de geschonden mensenrechten toebehoren aan personen die een speciale relatie hebben met die andere staat op basis van een nationale, etnische, religieuze of andere band. Of de situatie waarin de schending van een mensenrecht de plotse influx van vluchtelingen in naburige landen veroorzaakt. Toch is het volgens de auteur, zelfs rekening houdend met dergelijke situaties, zeer moeilijk te verzoenen dat staten aan de ene kant de mogelijkheid zouden hebben hun verplichtingen onder een mensenrechtenverdrag geldig op te schorten of te beëindigen omwille van een schending van een andere staat, en aan de andere kant het doel van mensenrechten in het algemeen om de fundamentele rechten van alle personen te allen tijde te beschermen en daarbij aansluitend de erga omnes-aard van mensenrechtenverplichtingen. Deze materie is zeer belangrijk in het licht van de reële bescherming die mensenrechtenverdragen bieden. Ook, en niet in het minst, tijdens gewapende conflicten. De praktijk wijst uit dat vele schendingen gebeuren tijdens gewapende 53 Voor de vraag welke deze belangrijkste fundamentele rechten zijn, kan verwezen worden naar het Hoofdstuk over de kernrechten. 54 Weense Conventie betreffende het Verdragenrecht, Wenen, 23 mei 1969, inwerking getreden 27 januari 1980, UNTS vol.1155,

18 conflicten. De verplichting ondertekende verdragen na te leven, koppelen aan een wederkerigheidsvereiste, zal vermoedelijk enkel leiden tot meer daden die niet in overeenstemming zijn met de mensenrechten. Belangrijk in dit kader is paragraaf 5 van artikel 60 van de Weense Conventie betreffende het Verdragenrecht. Deze paragraaf luidt als volgt: Paragraphs 1 to 3 do not apply to provisions relating to the protection of the human person contained in treaties of a humanitarian character, in particular to provisions prohibiting any form of reprisals against persons protected by such treaties. Het feit dat gedurende de conferentie van de VN 55 over de opstelling van het verdrag ook verwezen werd naar de verdragen betreffende de bescherming van mensenrechten in het algemeen, duidt volgens Provost aan dat het de bedoeling was ook mensenrechtenverdragen onder de term treaties of humanitarian character te plaatsen. Een andere indicatie van deze zienswijze is volgens de auteur paragraaf 6 van de preambule bij de Weense Conventie die stelt dat alle partijen steeds de principes van internationaal recht vervat in het VN Handvest in gedachten moeten houden, zoals het principe van universeel respect voor, en het handelen volgens, de mensenrechten en de fundamentele vrijheden van allen. Het feit dat de Weense Conventie betreffende het Verdragenrecht van 1969 geen retroactieve werking kan hebben, zou haar relevantie beperken met betrekking tot enkele belangrijke mensenrechtenverdragen, zoals het EVRM van Het Internationaal Gerechtshof echtet, besliste hierover in de zaak Namibia in een Advisory Opinion dat artikel 60 vele regels van gewoonterecht bevat. Zij bepaalde ook het volgende: The general principle of law that a right of termination on account of breach must be presumed to exist in respect of all treaties, except as regards provisions relating to the protection of the human person contained in treaties of a humanitarian character (as indicated in Art. 60, paragraph 5 of the Vienna Convention). 56 De conclusie van de auteur is dat de inadimplenti non est adimplendum-regel geen toepassing vindt in context van mensenrechtenverdragen en dat mensenrechtenverplichtingen, zowel conventionele als gewoonterechtelijke, het aanhangen van een normatieve, publieke orde door 55 United Nations Conference on the Law of Treaties, Wenen, Tweede Sessie, 9 april-22mei 1969, UN Doc. A/CONF.39/SR.21, 112, paragrafen (zie opmerking van Zwitserland). 56 Advisory Opinion van het Internationaal Gerechtshof, Legal Consequences for States of the Continued Presence of South Africa in Namibia (South West Africa) notwithstanding Security Council Resolution 276, 1970, ICJ Reports 1971,

19 een staat vertegenwoordigen die in geen geval afhankelijk is van het bestaan van enige parallelle verplichting bij andere staten. 57 Specifiek in het kader van de wisselwerking tussen mensenrechten en internationaal humanitair recht is het verschil in algemene toepassing van mensenrechtenverdragen en verdragen van internationaal humanitair recht belangrijk. Mensenrechtenverdragen bakenen hun algemeen toepassingsgebied, zoals voorheen vermeld, namelijk af door middel van het begrip jurisdictie, in tegenstelling tot de verdragen van internationaal humanitair recht. 58 Het BUPO limiteert de toepassing zelfs verder tot personen binnen hun territorium. 59 Voorheen werd reeds aangetoond dat de extraterritoriale werking voor het BUPO wordt aanvaard in vredestijd. Maar wat met de extraterritoriale toepassing van mensenrechtenverdragen tijdens een gewapend conflict of bij bezetting? 60 Zoals Rowe terecht opmerkt is het beslechten van de inhoud van dergelijke begrippen cruciaal aangezien internationale gewapende conflicten bijna altijd inhouden dat tenminste één staat opereert buiten zijn territoriale grenzen. Via het uitleggen van de inhoud van deze begrippen moet bepaald worden of op een dergelijke staat een verplichting rust op basis van een mensenrechtenverdrag, met betrekking tot de personen met wie ze in contact komt. 61 Twee mogelijkheden kunnen hier onderscheiden worden, namelijk deze waarin de ontvangende staat akkoord gaat met uitoefening van jurisdictie door een andere staat over bepaalde personen op haar territorium, en deze waarin de ontvangende staat daar geen toestemming voor geeft. In het eerste geval kan een ontvangende staat ermee instemmen dat een andere staat jurisdictie uitoefent op bepaalde personen op haar grondgebied. Een staat is steeds vrij in te stemmen met de uitoefening van jurisdictie van een ander op haar grondgebied. In geval van gewapende strijdkrachten op het territorium van een andere staat wordt deze toestemming normaal gezien gegeven door middel van een status of forces agreement of door een 57 PROVOST, R., International Human Rights and Humanitarian Law, New York, Cambridge University Press, 2002, Zie bijvoorbeeld art. 1 EVRM ; artikel 1 AVRM ; artikel 3, paragraaf 1 (Herziene) Arabisch Handvest inzake de Rechten van de Mens van 22 mei 2004, overgenomen in 12 Int'l Hum. Rts. Rep. 2005, ROWE, P., The Impact of Human Rights Law on Armed Forces, New York, Cambridge University Press, 2006, DENNIS, M. J., Application of Human Rights Treaties Extraterritorially in Times of Armed Conflict and Military Occupation, 99 Am. J. Int l L , ROWE, P., The Impact of Human Rights Law on Armed Forces, New York, Cambridge University Press, 2006,

20 memorandum of understanding tussen de betreffende staten. Dergelijke overeenkomsten of memoranda geven de zendende staat meestal de bevoegdheid zijn militaire jurisdictie uit te oefenen over de leden van zijn gewapende strijdkrachten, op het grondgebied van de ontvangende staat. In het tweede geval, wanneer een staat niet instemt met de aanwezigheid van vijandige troepen op haar grondgebied, wat bijvoorbeeld het geval zal zijn indien het een gewapend conflict betreft tussen deze twee staten, gebeurt de afbakening van jurisdictie aan de hand van de algemene principes van internationaal recht. Volgens Rowe kan de stelling dat staten iedere persoon met wie hun strijdkrachten in aanraking komen op het territorium van een andere staat moeten beschouwen als vallend onder hun verplichtingen onder mensenrechtenverdragen, niet verdedigd worden. Dergelijke stelling negeert volgens de auteur zowel het begrip jurisdictie vervat in mensenrechtenverdragen en de feitelijke distinctie die bestaat tussen effectieve controle van een gebied buiten het nationale territorium van een staat, zoals het geval is bij een bezetting, en het vechten op of om een bepaald gebied of territorium. In het geval van een bezetting heeft de bezettende staat niet alleen de fysieke macht om zijn regels af te dwingen, maar zij heeft bovendien de juridische verantwoordelijkheid de inwoners van het betreffende territorium (die in dat geval de nationaliteit van de bezette staat zullen hebben, dus geen onderdanen van de bezettende staat) te beschermen. Normaal gezien zal in dit geval de bezettende staat een bepaalde graad van controle uitoefenen over het bezette gebied. Deze graad van controle kan echter onvoldoende zijn om ervan uit te gaan dat de bezettende staat een dergelijke graad van controle uitoefent dat zij in staat is de rechten en vrijheden bepaald in mensenrechtenverdragen kan waarborgen. In dergelijke gevallen is het volgens de auteur moeilijk te besluiten dat de staat zijn jurisdictie over dit vreemde land heeft gevestigd. Ook het Israëlische High Court of Justice vernoemde de relatie tussen mensenrechten en het recht van de gewapende conflicten toen het zich uitsprak op 13 december 2006 over de legaliteit van de targeted killing-policy van Israël 62. Zij stelde dat indien er wel sprake is van een voldoende graad van controle, mensenrechten wel van toepassing zullen zijn, ook tijdens een gewapend conflict. De bestaande mensenrechtenprincipes zullen dan bijgevolg hun uitwerking hebben, parallel met het recht van de gewapende conflicten. Net als het 62 Israel High Court of Justice, The Public Committee against Torture in Israel e.a. v. The Government of Israel, 13 december 2006, HCJ 769/02, 16

21 Internationaal Gerechtshof ziet het Israëlische Hof het internationaal humanitair recht als lex specialis ten opzichte van de mensenrechten, maar daar wordt verder in deze masterproef dieper op ingegaan. 63 Mensenrechtenprincipes leggen zo verdere beperkingen op aan de legitieme omvang van militaire acties. 64 Dworkin merkt echter in een artikel over het arrest op dat het niet helemaal duidelijk is in welke mate deze beslissing kan uitgebreid worden naar andere vergelijkbare situaties, aangezien ze door het Hof niet ondersteund wordt door een gedetailleerde discussie over de relatie tussen het recht van de gewapende conflicten, mensenrechten en het nationale recht. 65 De gevestigde mensenrechtenlichamen nemen verschillende standpunten in over de invulling van het begrip jurisdictie. Zo beoordeelden zowel het Europees Hof voor de Rechten van de Mens 66 als het Comité voor de Rechten van de Mens 67 de invulling van het begrip aan de hand van de graad van controle die door de bezettende staat uitgeoefend wordt. Het voorbeeld dat Rowe aanhaalt is de situatie waarin burgers die direct deelgenomen hebben aan het gewapend conflict in detentie zitten onder de andere staat van het conflict. De staat die de burgers in detentie houdt, oefent de fysieke controle over deze personen uit en brengt deze personen hierdoor onder zijn jurisdictie, op dezelfde wijze als dergelijke gebeurtenissen zich op het territorium van deze staat zouden voorgedaan hebben. In afwezigheid van een legitieme derogatie van de relevante verplichtingen onder de toepasselijke mensenrechtenverdragen zal deze staat gebonden zijn door deze mensenrechtenverplichtingen ten opzichte van alle personen onder zijn jurisdictie. Bovendien zullen in dit geval ook verplichtingen op de staat rusten onder de vierde Conventie van Genève, verplichtingen waarvan niet kan afgeweken worden door middel van een derogatie Israel High Court of Justice, The Public Committee against Torture in Israel e.a. v. The Government of Israel, 13 december 2006, HCJ 769/02, paragrafen BEN-NAFTALI, O. en MICHAELI, K., International Decisions: Legality of Preventive Targeted Killings, 101 Am. J. Int l L. 460, DWORKIN, A., Israel s High Court on Targeted Killing : A Model for the War on Terror?, 15 december 2006, 3, 66 Admissibility Decision van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens, Bankovic v. België et al., Application No /99, 12 december 2001, (2002) 41 ILM 517, paragraaf VN Comité voor de Rechten van de Mens, Concluding Observations concerning Cyprus, 6 augustus 1998, UN Doc. CCPR/C/79/Add.88, paragraaf ROWE, P., The Impact of Human Rights Law on Armed Forces, New York, Cambridge University Press, 2006,

22 2. BEPERKINGEN VAN MENSENRECHTEN Mensenrechten hebben omwille van hun aard niet altijd volle uitwerking in alle situaties. Hoewel de meeste auteurs uitgaan van een in beginsel toepasbaarheid van de mensenrechten in alle situaties, is dit niet altijd haalbaar. Daarom werden er legitieme beperkingen op mensenrechten uitgewerkt. Naast de beperkingen die volgen uit het toepassingsgebied van mensenrechten (zie boven) zijn er ook speciale beperkingen. Horbach stelt het als volgt: Soms kan een mensenrecht niet uitgeoefend worden zonder de rechten van anderen te schaden, of er kunnen zich situaties voordoen waarbij de uitoefening van een individueel recht ondergeschikt moet worden geacht aan andere, overstijgende belangen. Dat betekent dat mensenrecht, onder omstandigheden, beperkt moeten kunnen worden. 69 Om een evenwicht te bewaren tussen de verplichting van de staat haar onderdanen te beschermen en de redelijke noden van diezelfde staat om deze publieke verplichtingen met betrekking tot het algemeen belang te vervullen, moeten bepaalde compromissen gesloten worden met betrekking tot de toepasselijkheid van mensenrechten. 70 De beperking van mensenrechten kan op verschillende wijzen gebeuren. De bestaande juridische mechanismen die ervoor zorgen dat een mensenrecht niet ten volle toepasbaar is, haar volledige uitwerking niet krijgt of gewoon helemaal niet van toepassing is, zijn de volgende: beperkingen, reservaties of voorbehouden en derogaties of beperkingen sensu stricto Beperkingen Algemeen Een beperking heeft tot gevolg dat een mensenrecht niet speelt in bepaalde situaties. Normaal gezien gaat het om maatregelen genomen door de publieke autoriteiten in een normale situatie (om het onderscheid te maken met een derogatie in noodsituaties), die het genot van de individuele rechten beperkt. 71 Beperkingen worden daarom soms de gewone beperking van mensenrechten genoemd, in tegenstelling tot de buitengewone (namelijk 69 HORBACH, N., LEFEBER, R., RIBBELINK, O., Handboek Internationaal Recht, Den Haag, T.M.C. Asser Press, 2007, HIGGINS, R., Derogations under Human Rights Treaties in Themes and Theories, New York, Oxford University Press, 2009, VILJANEN, J., The European Court of Human Rights as a Developer of the General Doctrines of Human Rights Law, Tampere, Tampere University Press, 2003,

De (on)rechtmatigheid van humanitaire interventie:

De (on)rechtmatigheid van humanitaire interventie: RIJKSUNIVERSITEIT GRONINGEN De (on)rechtmatigheid van humanitaire interventie: Respect voor staatssoevereiniteit versus bescherming van mensenrechten? PROEFSCHRIFT ter verkrijging van het doctoraat in

Nadere informatie

DE LEGALITEIT VAN DE INTERNATIONAALRECHTELIJKE RECHTVAARDIGINGSGRONDEN VOOR DE WESTERSE INTERVENTIES IN SYRIË EN IRAK.

DE LEGALITEIT VAN DE INTERNATIONAALRECHTELIJKE RECHTVAARDIGINGSGRONDEN VOOR DE WESTERSE INTERVENTIES IN SYRIË EN IRAK. DE LEGALITEIT VAN DE INTERNATIONAALRECHTELIJKE RECHTVAARDIGINGSGRONDEN VOOR DE WESTERSE INTERVENTIES IN SYRIË EN IRAK STARTPUNT In beginsel art. 2 (4) HVN: geweldsverbod interstatelijke betrekkingen Uitzonderingen:

Nadere informatie

Advies IS - Irak. Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law. Postbus BA Amsterdam T

Advies IS - Irak. Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law. Postbus BA Amsterdam T Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam T 020 535 2632 Advies IS - Irak Datum 3 september 2014 Opgemaakt door Prof. dr. P.A. Nollkaemper Op

Nadere informatie

Interventie Syrië. Faculteit der Rechtsgeleerdheid Afdeling Internationaal en Europees recht

Interventie Syrië. Faculteit der Rechtsgeleerdheid Afdeling Internationaal en Europees recht Faculteit der Rechtsgeleerdheid Afdeling Internationaal en Europees recht Oudemanhuispoort 4-6 1012 CN Amsterdam Postbus 1030 1000 BA Amsterdam T 020 5252833 Interventie Syrië Datum 29 augustus 2013 Opgemaakt

Nadere informatie

De aanname van een verbodsverdrag inzake nucleaire wapens een historisch antwoord op onmetelijke humanitaire gevolgen

De aanname van een verbodsverdrag inzake nucleaire wapens een historisch antwoord op onmetelijke humanitaire gevolgen De aanname van een verbodsverdrag inzake nucleaire wapens een historisch antwoord op onmetelijke humanitaire gevolgen Studiecentrum voor Militair Recht en Oorlogsrecht KMS, 24 april 2018 Laura De Grève

Nadere informatie

Inleiding tot het internationaal humanitair recht BTC infocyclus april 2015

Inleiding tot het internationaal humanitair recht BTC infocyclus april 2015 Inleiding tot het internationaal humanitair recht BTC infocyclus april 2015 Laura De Grève, stafmedewerker humanitair recht laura.degreve@rodekruis.be 12/04/2015 - Rode Kruis Vlaanderen Internationaal

Nadere informatie

ANNOTATIE Cass. 22 januari 2009, Rev.dr.étr. 2009, afl. 1, 4; T.Vreemd. 2009 (samenvatting), afl. 2, 135

ANNOTATIE Cass. 22 januari 2009, Rev.dr.étr. 2009, afl. 1, 4; T.Vreemd. 2009 (samenvatting), afl. 2, 135 Michèle Morel Doctoranda (FWO-mandaathoudster) Universiteit Gent Faculteit Rechten Vakgroep Internationaal Publiekrecht Universiteitstraat 4 9000 België Michele.Morel@Ugent.Be Tel. +32.9.264.84.45 ANNOTATIE

Nadere informatie

Procedurele beginselen en waarborgen bij internering in gewapende conflicten en andere situaties van gewapend geweld

Procedurele beginselen en waarborgen bij internering in gewapende conflicten en andere situaties van gewapend geweld Procedurele beginselen en waarborgen bij internering in gewapende conflicten en andere situaties van gewapend geweld Roeland Neyrinck Juridisch adviseur 16 mei 2011 Studiecentrum voor Militair Recht en

Nadere informatie

Kern van het internationaal publiekrecht

Kern van het internationaal publiekrecht Kern van het internationaal publiekrecht Andre Nollkaemper Tweede druk Boom Juridische uitgevers Den Haag 2005 Inhoud LljSt van aikortingen Verkort aangehaalde literatuur Deel 1: Kernbegrippen XV XVIII

Nadere informatie

Definitie en oorsprong. Welke gevolgen hebben gewapende conflicten? Brainstorm

Definitie en oorsprong. Welke gevolgen hebben gewapende conflicten? Brainstorm Brainstorm Inleiding tot het internationaal humanitair recht BTC infocyclus maart 2017 Welke gevolgen hebben? Marijke Peys, stafmedewerker humanitair recht marijke.peys@rodekruis.be 5 Overzicht 1. Invalshoek

Nadere informatie

BIJLAGEN. bij de MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD. Een nieuw EU-kader voor het versterken van de rechtsstaat

BIJLAGEN. bij de MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD. Een nieuw EU-kader voor het versterken van de rechtsstaat EUROPESE COMMISSIE Straatsburg, 11.3.2014 COM(2014) 158 final ANNEXES 1 to 2 BIJLAGEN bij de MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD Een nieuw EU-kader voor het versterken van

Nadere informatie

jurisprudentiële fundamenten meer dan veertig jaar geleden zijn gelegd 2, bevestigd en versterkt.

jurisprudentiële fundamenten meer dan veertig jaar geleden zijn gelegd 2, bevestigd en versterkt. Discussienota van het Hof van Justitie van de Europese Unie over bepaalde aspecten van de toetreding van de Europese Unie tot het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele

Nadere informatie

Definitie en oorsprong. Welke gevolgen hebben gewapende conflicten? Brainstorm

Definitie en oorsprong. Welke gevolgen hebben gewapende conflicten? Brainstorm Brainstorm Inleiding tot het internationaal humanitair recht BTC infocyclus juli 2017 Welke gevolgen hebben? Marijke Peys, stafmedewerker humanitair recht marijke.peys@rodekruis.be Overzicht 1. Invalshoek

Nadere informatie

Het Advies van het Internationaal Gerechtshof over de Bouw van de Veiligheidsmuur. Advies

Het Advies van het Internationaal Gerechtshof over de Bouw van de Veiligheidsmuur. Advies Het Advies van het Internationaal Gerechtshof over de Bouw van de Veiligheidsmuur Inleiding Op 9 juli 2004 gaf het Internationaal Gerechtshof te Den Haag zijn langverwachte advies na ongeveer 5 maanden

Nadere informatie

Afdeling I. Algemene beginselen van Unierecht en de relatie met het HGEU 11. Afdeling III. Onderzoeksvragen, onderzoeksdoelstelling en beperkingen 17

Afdeling I. Algemene beginselen van Unierecht en de relatie met het HGEU 11. Afdeling III. Onderzoeksvragen, onderzoeksdoelstelling en beperkingen 17 IX Onderzoeksopzet 1 Hoofdstuk 1. Achtergrond 3 Hoofdstuk 2. Probleemstelling 7 Afdeling I. Academisch debat 7 Afdeling II. Eigen bijdrage academisch debat 9 Hoofdstuk 3. Onderzoeksvragen en -methodologie

Nadere informatie

The Impact of the ECHR on Private International Law: An Analysis of Strasbourg and Selected National Case Law L.R. Kiestra

The Impact of the ECHR on Private International Law: An Analysis of Strasbourg and Selected National Case Law L.R. Kiestra The Impact of the ECHR on Private International Law: An Analysis of Strasbourg and Selected National Case Law L.R. Kiestra Samenvatting Dit onderzoek heeft als onderwerp de invloed van het Europees Verdrag

Nadere informatie

EUROPESE COMMISSIE TEGEN RACISME EN INTOLERANTIE

EUROPESE COMMISSIE TEGEN RACISME EN INTOLERANTIE CRI(97)36 Version néerlandaise Dutch version EUROPESE COMMISSIE TEGEN RACISME EN INTOLERANTIE TWEEDE ALGEMENE BELEIDSAANBEVELING VAN DE ECRI: SPECIALE ORGANEN OP NATIONAAL NIVEAU GERICHT OP DE BESTRIJDING

Nadere informatie

TRACTATENBLAD VAN HET

TRACTATENBLAD VAN HET 72 (2009) Nr. 2 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2010 Nr. 96 A. TITEL Aanvullend Protocol bij het Europees Handvest inzake lokale autonomie betreffende het recht op participatie

Nadere informatie

Internationale Rode Kruis- en Rode Halve Maanbeweging

Internationale Rode Kruis- en Rode Halve Maanbeweging Internationale Rode Kruis- en Rode Halve Maanbeweging Structuur De Internationale Rode Kruisbeweging bestaat uit drie onderdelen: Nationale Rode Kruis- en Rode Halve Maanverenigingen (onder meer het Belgische

Nadere informatie

Verkort aangehaalde literatuur 15

Verkort aangehaalde literatuur 15 Verkort aangehaalde literatuur 15 1 Begrip en aard van het internationaal publiekrecht 17 1.1 Inleiding 17 1.2 Geschiedenis 19 1.3 Omschrijving 22 1.3.1 Algemene omschrijving 22 1.3.2 Het internationale

Nadere informatie

TRACTATENBLAD VAN HET. JAARGANG 1996 Nr. 261

TRACTATENBLAD VAN HET. JAARGANG 1996 Nr. 261 83 (1995) Nr. 1 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 1996 Nr. 261 A. TITEL Aanvullend Protocol bij het Verdrag inzake het verbod of de beperking van het gebruik van bepaalde conventionele

Nadere informatie

HUMAN RIGHTS. Alternative Approaches?

HUMAN RIGHTS. Alternative Approaches? HUMAN RIGHTS Alternative Approaches? Utrecht, 3 april 2008 Peter van Krieken Toegang tot het loket Artseneed - artsenleed Samenleving v. individu 1ste generatie v. 2e generatie rechten China EVRM General

Nadere informatie

5-4-2016. Welke gevolgen hebben gewapende conflicten? Inleiding tot het internationaal humanitair recht BTC infocyclus april 2016.

5-4-2016. Welke gevolgen hebben gewapende conflicten? Inleiding tot het internationaal humanitair recht BTC infocyclus april 2016. Inleiding tot het internationaal humanitair recht BTC infocyclus april 2016 Marijke Peys, stafmedewerker humanitair recht marijke.peys@rodekruis.be Brainstorm Welke gevolgen hebben gewapende conflicten?

Nadere informatie

Welke gevolgen hebben gewapende conflicten? Brainstorm. Inleiding tot het internationaal humanitair recht BTC infocyclus februari 2017

Welke gevolgen hebben gewapende conflicten? Brainstorm. Inleiding tot het internationaal humanitair recht BTC infocyclus februari 2017 Brainstorm Inleiding tot het internationaal humanitair recht BTC infocyclus februari 2017 Welke gevolgen hebben gewapende conflicten? Marijke Peys, stafmedewerker humanitair recht marijke.peys@rodekruis.be

Nadere informatie

Procedure voor de benoeming van de leden van het CvdR. De procedures in de verschillende lidstaten

Procedure voor de benoeming van de leden van het CvdR. De procedures in de verschillende lidstaten Procedure voor de benoeming van de leden van het CvdR De procedures in de verschillende lidstaten SAMENVATTING In de preambule van het Verdrag betreffende de Europese Unie luidt het dat één van de doelstellingen

Nadere informatie

NOL H1, EIR 91, EIR 3

NOL H1, EIR 91, EIR 3 HC 1A. Inleiding NOL H1, EIR 91, EIR 3 Internationaal recht Het internationale publieke recht leidt vooral tot vrijwilligheid. Het vrijwillig onderwerpen aan het internationale recht. Het gaat over boven

Nadere informatie

TYPES INSTRUMENTEN OVERZICHT

TYPES INSTRUMENTEN OVERZICHT TYPES INSTRUMENTEN OVERZICHT Aanbeveling... 2 Advies... 2 Algemeen commentaar... 2 Beleidsdocument... 3 Besluit... 3 Decreet... 3 Europees besluit... 3 Grondwet... 3 Koninklijk besluit... 3 Mededeling...

Nadere informatie

Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam

Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam T 020 535 2637 Advies Luchtaanvallen IS(IS) Datum 24 september 2014 Opgemaakt door Prof. dr. P.A. Nollkaemper

Nadere informatie

Het bezettingsrecht in de schijnwerpers

Het bezettingsrecht in de schijnwerpers 07 Het bezettingsrecht in de schijnwerpers Marten Zwanenburg Het bezettingsrecht in de schijnwerpers Marten Zwanenburg 1 Lange tijd heeft het bezettingsrecht weinig aandacht gekregen. Twee recente ontwikkelingen

Nadere informatie

Inhoud. Inleiding. De plaats van het internationale recht in de Nederlandse rechtsorde

Inhoud. Inleiding. De plaats van het internationale recht in de Nederlandse rechtsorde Inhoud I 1 2 3 4 5 6 7 8 II 9 10 12 13 III 14 15 16 Inleiding Definitie van internationaal publiekrecht Het rechtskarakter van internationaal publiekrecht Historische ontwikkeling Natuurrecht en positivisme

Nadere informatie

32635 Strategie van Nederlands buitenlandbeleid. Brief van de minister van Buitenlandse Zaken

32635 Strategie van Nederlands buitenlandbeleid. Brief van de minister van Buitenlandse Zaken 32635 Strategie van Nederlands buitenlandbeleid Nr. 5 Brief van de minister van Buitenlandse Zaken Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 26 april 2012 Mede namens de Staatssecretaris

Nadere informatie

Thinking War in the 21st Century. Introducing Non-State Actors in Just War Theory H.A. Noorda

Thinking War in the 21st Century. Introducing Non-State Actors in Just War Theory H.A. Noorda Thinking War in the 21st Century. Introducing Non-State Actors in Just War Theory H.A. Noorda Thinking War in the 21 st Century Introducing Non-State Actors in Just War Theory Hadassa Noorda Samenvatting

Nadere informatie

EERBIEDIGING VAN DE GRONDRECHTEN IN DE UNIE

EERBIEDIGING VAN DE GRONDRECHTEN IN DE UNIE EERBIEDIGING VAN DE GRONDRECHTEN IN DE UNIE De rechtsgrondslag voor de grondrechten op EU-niveau is lange tijd voornamelijk gelegen geweest in de verwijzing in de Verdragen naar het Europees Verdrag tot

Nadere informatie

Wob en Wbp. Wob en Wbp. Basisnormen. Basisnormen Wbp. Persoonsgegevens. Persoonsgegeven. Datum Datum

Wob en Wbp. Wob en Wbp. Basisnormen. Basisnormen Wbp. Persoonsgegevens. Persoonsgegeven. Datum Datum Wob en Wbp 1 2 Wob en Wbp Basisnormen Wbp 27 oktober 2011 Stadhuis Assen Mr. dr. Aline Klingenberg Ontwikkelingen Wob Afweging tussen beide Basisnormen Wbp Verdrag van Straatsburg uit 1981, EU richtlijn

Nadere informatie

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1983 Nr. 100

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1983 Nr. 100 56 (1974) Nr. 3 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 1983 Nr. 100 A. TITEL Verdrag inzake een gedragscode voor lijnvaartconferences, met bijlage; Genève, 6 april 1974 B. TEKST De Engelse

Nadere informatie

Preadviezen Content.indd :55:32

Preadviezen Content.indd :55:32 Preadviezen 2016 Content.indd 1 01-11-16 13:55:32 Content.indd 2 01-11-16 13:55:32 Vereniging voor de vergelijkende studie van het recht van België en Nederland Preadviezen 2016 Noodtoestand in het publiekrecht

Nadere informatie

Artikel 1 van het nieuwe Verdrag Personen op wie het Verdrag van toepassing is

Artikel 1 van het nieuwe Verdrag Personen op wie het Verdrag van toepassing is Artikel 1 van het nieuwe Verdrag Personen op wie het Verdrag van toepassing is Art. 1. Dit Verdrag is van toepassing op personen die inwoner zijn van een of van beide verdragsluitende Staten. 2 larcier

Nadere informatie

2012 STAATSBLAD No. 169 VAN DE REPUBLIEK SURINAME

2012 STAATSBLAD No. 169 VAN DE REPUBLIEK SURINAME 2012 1 2012 STAATSBLAD VAN DE REPUBLIEK SURINAME WET van 29 oktober 2012, houdende goedkeuring van de toetreding van de Republiek Suriname tot de International Convention for the Suppression of the Financing

Nadere informatie

Stichting Nationaal Erfgoed Hotel De Wereld

Stichting Nationaal Erfgoed Hotel De Wereld Stichting Nationaal Erfgoed Hotel De Wereld Onderwerp: Inleider: Wie is aansprakelijk voor VN blauwhelmen? Professor Ann Pauwels van de universiteit van Brussel Thema-avond: Dinsdag 21 mei 2013 Ik wil

Nadere informatie

Historische evolutie van de internationale regelgeving betreffende de middelen van oorlogvoering

Historische evolutie van de internationale regelgeving betreffende de middelen van oorlogvoering Historische evolutie van de internationale regelgeving betreffende de middelen van oorlogvoering 7 december 2015 Marijke Peys, stafmedewerker internationaal humanitair recht Overzicht 1. Tijdlijn St. Petersburg

Nadere informatie

EUROPEES PARLEMENT Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken ONTWERPVERSLAG

EUROPEES PARLEMENT Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken ONTWERPVERSLAG EUROPEES PARLEMENT 2009-2014 Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken 20.1.2014 2014/2006(INI) ONTWERPVERSLAG over evaluatie van de rechtspleging met betrekking tot het strafrecht

Nadere informatie

Advies van de Executive Board van het Europees Netwerk van Raden voor de. Justitie (ENRJ) over de aanvraag van de Krajowa Rada Sądownictwa uit Polen.

Advies van de Executive Board van het Europees Netwerk van Raden voor de. Justitie (ENRJ) over de aanvraag van de Krajowa Rada Sądownictwa uit Polen. Advies van de Executive Board van het Europees Netwerk van Raden voor de Justitie (ENRJ) over de aanvraag van de Krajowa Rada Sądownictwa uit Polen. Het ENRJ heeft een verzoek tot samenwerking ontvangen

Nadere informatie

FACULTATIEF PROTOCOL BIJ HET VERDRAG INZAKE DE RECHTEN VAN HET KIND OVER DE BETROKKENHEID VAN KINDEREN IN GEWAPENDE CONFLICTEN

FACULTATIEF PROTOCOL BIJ HET VERDRAG INZAKE DE RECHTEN VAN HET KIND OVER DE BETROKKENHEID VAN KINDEREN IN GEWAPENDE CONFLICTEN FACULTATIEF PROTOCOL BIJ HET VERDRAG INZAKE DE RECHTEN VAN HET KIND OVER DE BETROKKENHEID VAN KINDEREN IN GEWAPENDE CONFLICTEN (niet officiële Nederlandse vertaling). (VP = Voorafgaande paragraaf) VP 1

Nadere informatie

Het VN Verdrag inzake de Rechten van Personen met een handicap FOD Sociale Zekerheid Vereniging voor de Verenigde Naties 4 december 2013

Het VN Verdrag inzake de Rechten van Personen met een handicap FOD Sociale Zekerheid Vereniging voor de Verenigde Naties 4 december 2013 Implementing the UNCRPD Het VN Verdrag inzake de Rechten van Personen met een handicap FOD Sociale Zekerheid Vereniging voor de Verenigde Naties 4 december 2013 Wat is het VN-Verdrag? UNCRPD = United Nations

Nadere informatie

Bijlage bij het rapport Fase I Studie Kwetsbare personen met specifieke opvangnoden. Synthese van de voornaamste vaststellingen.

Bijlage bij het rapport Fase I Studie Kwetsbare personen met specifieke opvangnoden. Synthese van de voornaamste vaststellingen. Bijlage II Juridische analyse Bijlage bij het rapport Fase I Studie Kwetsbare personen met specifieke opvangnoden. Synthese van de voornaamste vaststellingen. Dienst Studie en Beleid Directie Beleidsondersteuning

Nadere informatie

A. Begrip en aard van het Internationaal Publiekrecht

A. Begrip en aard van het Internationaal Publiekrecht A. Begrip en aard van het Internationaal Publiekrecht Dit hoofdstuk is een inleiding op het internationaal publiekrecht. Er wordt ingegaan op de geschiedenis van het internationaal publiekrecht, de elementen

Nadere informatie

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1990 Nr. 96

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1990 Nr. 96 81 (1980) Nr. 2 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 1990 Nr. 96 A. TITEL Verdrag inzake de burgerrechtelijke aspecten van internationale ontvoering van kinderen; 's-gravenhage, 25

Nadere informatie

De belangrijkste bron van het burgerlijk recht is het burgerlijk wetboek,

De belangrijkste bron van het burgerlijk recht is het burgerlijk wetboek, Recht is alomtegenwoordig. Of het nu gaat om een verbod iets te doen (door het rood licht rijden), een verplichting iets te doen (deelnemen aan verkiezingen), een werkwijze die men dient na te leven (procesrecht)

Nadere informatie

Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE HOGE VERTEGENWOORDIGER VAN DE EUROPESE UNIE VOOR BUITENLANDSE ZAKEN EN VEILIGHEIDSBELEID Brussel, 13.4.2015 JOIN(2015) 10 final 2015/0073 (NLE) Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT

Nadere informatie

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2004 Nr. 133

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2004 Nr. 133 27 (1990) Nr. 3 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2004 Nr. 133 A. TITEL Overeenkomst tot oprichting van de Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling, met bijlagen; Parijs,

Nadere informatie

Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam

Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam T 020 535 2637 Nader Advies Geweldgebruik tegen ISIL in Syrië 23 juni 2015 Prof. dr. P.A. Nollkaemper

Nadere informatie

Wat is inter - nationaal recht?

Wat is inter - nationaal recht? Wat is inter - nationaal recht? 2 Elk land heeft wetten en regels waar iedereen zich aan moet houden. Als je naar een ander land gaat, moet je je aan andere regels en wetten houden. Als je dat niet doet,

Nadere informatie

Van gunsten naar rechten voor leerlingen met beperkingen. Het VN-Verdrag over de rechten van personen met een handicap en onderwijs

Van gunsten naar rechten voor leerlingen met beperkingen. Het VN-Verdrag over de rechten van personen met een handicap en onderwijs Van gunsten naar rechten voor leerlingen met beperkingen Het VN-Verdrag over de rechten van personen met een handicap en onderwijs Feiten New York 13 december 2006 Verdrag + Optioneel Protocol (rechtsbescherming)

Nadere informatie

Revoluties inzake criminaliteitsstatistiek

Revoluties inzake criminaliteitsstatistiek Revoluties inzake criminaliteitsstatistiek EULOCS : een classificatiesysteem voor misdrijven op het niveau van de Europese Unie Wendy De Bondt Assistent en doctoraatsstudent UGent www.ircp.org Universiteitstraat

Nadere informatie

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2004 Nr. 15. Europees Sociaal Handvest, met Bijlage; Turijn, 18 oktober 1961

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2004 Nr. 15. Europees Sociaal Handvest, met Bijlage; Turijn, 18 oktober 1961 35 (1961) Nr. 6 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2004 Nr. 15 A. TITEL B. TEKST Europees Sociaal Handvest, met Bijlage; Turijn, 18 oktober 1961 De tekst van het Handvest is geplaatst

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 17.9.2018 COM(2018) 642 final 2018/0333 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het standpunt dat namens de Europese Unie moet worden ingenomen in het Europees

Nadere informatie

GOVERNMENT NOTICE. STAATSKOERANT, 18 AUGUSTUS 2017 No NATIONAL TREASURY. National Treasury/ Nasionale Tesourie NO AUGUST

GOVERNMENT NOTICE. STAATSKOERANT, 18 AUGUSTUS 2017 No NATIONAL TREASURY. National Treasury/ Nasionale Tesourie NO AUGUST National Treasury/ Nasionale Tesourie 838 Local Government: Municipal Finance Management Act (56/2003): Draft Amendments to Municipal Regulations on Minimum Competency Levels, 2017 41047 GOVERNMENT NOTICE

Nadere informatie

TRACTATENBLAD VAN HET

TRACTATENBLAD VAN HET 41 (1996) Nr. 3 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2013 Nr. 29 A. TITEL Protocol, opgesteld op grond van artikel K.3 van het Verdrag betreffende de Europese Unie, betreffende de

Nadere informatie

EUROPEES PARLEMENT. Commissie vrijheden en rechten van de burger, justitie en binnenlandse zaken. 20 juni 2003 PE 329.885/6-24 AMENDEMENTEN 6-24

EUROPEES PARLEMENT. Commissie vrijheden en rechten van de burger, justitie en binnenlandse zaken. 20 juni 2003 PE 329.885/6-24 AMENDEMENTEN 6-24 EUROPEES PARLEMENT 1999 2004 Commissie vrijheden en rechten van de burger, justitie en binnenlandse zaken 20 juni 2003 PE 329.885/6-24 AMENDEMENTEN 6-24 Ontwerpadvies (PE 329.885) Carmen Cerdeira Morterero

Nadere informatie

Het VN-Verdrag inzake de Rechten van het Kind

Het VN-Verdrag inzake de Rechten van het Kind Het VN-Verdrag inzake de Rechten van het Kind Tessa Dopheide* 1 Inleiding Het VN-Verdrag inzake de Rechten van het Kind (IVRK) is sinds twee jaar meerderjarig. Het is een volwassen verdrag, dat bovendien

Nadere informatie

SUPPORTED BY THE RIGHTS, EQUALITY AND CITIZENSHIP (REC) PROGRAMME OF THE EUROPEAN UNION

SUPPORTED BY THE RIGHTS, EQUALITY AND CITIZENSHIP (REC) PROGRAMME OF THE EUROPEAN UNION SUPPORTED BY THE RIGHTS, EQUALITY AND CITIZENSHIP (REC) PROGRAMME OF THE EUROPEAN UNION WIE IS EEN KIND? Ieder mens onder de leeftijd van 18 jaar (tenzij meerderjarigheid eerder wordt bereikt) VN Verdrag

Nadere informatie

VGZ verantwoord beleggingsbeleid in vergelijking met Code Duurzaam Beleggen VVV. geen. geen

VGZ verantwoord beleggingsbeleid in vergelijking met Code Duurzaam Beleggen VVV. geen. geen VGZ verantwoord beleggingsbeleid in vergelijking met Code Duurzaam Beleggen VVV Code Duurzaam Beleggen VvV onderdeel inhoud verschil artikel 1 De Code Duurzaam Beleggen opgesteld door het Verbond van Verzekeraars

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 23/03/2017

Datum van inontvangstneming : 23/03/2017 Datum van inontvangstneming : 23/03/2017 Vertaling C-83/17-1 Zaak C-83/17 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 15 februari 2017 Verwijzende rechter: Oberster Gerichtshof (Oostenrijk)

Nadere informatie

Internationaal Verdrag tegen het nemen van gijzelaars, New York,

Internationaal Verdrag tegen het nemen van gijzelaars, New York, Internationaal Verdrag tegen het nemen van gijzelaars, New York, 17-12-1979 Internationaal Verdrag tegen het nemen van gijzelaars De Staten die partij zijn bij dit Verdrag, Indachtig de doelstellingen

Nadere informatie

Embargo tot de datum waarop deze toespraak wordt gehouden / toetsen aan deze datum

Embargo tot de datum waarop deze toespraak wordt gehouden / toetsen aan deze datum Bouwen aan de democratische veiligheid in Europa Ontwerptoespraak van de secretaris-generaal Brussel, woensdag 12 november 2014 Embargo tot de datum waarop deze toespraak wordt gehouden / toetsen aan deze

Nadere informatie

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2006 Nr. 118

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2006 Nr. 118 12 (2006) Nr. 1 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2006 Nr. 118 A. TITEL Notawisseling houdende een verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië

Nadere informatie

Nummer Datum document

Nummer Datum document Nummer Datum document Humanitaire gevo 1 16-10-2015 2 18-9-2015 3 6-2-2013 4 18-2-2013 5 00-02-2013 6 28-2-2013 7 18-4-2013 8 25-4-2013 9 14-6-2013 10 24-9-2013 11 18-10-2013 12 24-10-2013 13 20-11-2013

Nadere informatie

Vertaling FACULTATIEF PROTOCOL INZAKE KINDEREN IN GEWAPEND CONFLICT BIJ HET VERDRAG INZAKE DE RECHTEN VAN HET KIND De Staten die partij zijn bij dit

Vertaling FACULTATIEF PROTOCOL INZAKE KINDEREN IN GEWAPEND CONFLICT BIJ HET VERDRAG INZAKE DE RECHTEN VAN HET KIND De Staten die partij zijn bij dit Vertaling FACULTATIEF PROTOCOL INZAKE KINDEREN IN GEWAPEND CONFLICT BIJ HET VERDRAG INZAKE DE RECHTEN VAN HET KIND De Staten die partij zijn bij dit Protocol, Aangemoedigd door de overweldigende steun

Nadere informatie

Hierbij gaat voor de delegaties de gederubriceerde versie van bovengenoemd document.

Hierbij gaat voor de delegaties de gederubriceerde versie van bovengenoemd document. Raad van de Europese Unie Brussel, 10 juni 2015 (OR. en) 10817/10 DCL 1 DERUBRICERING van document: d.d.: 8 juni 2010 nieuwe status: Betreft: ST 10817/10 Publiek FREMP 27 JAI 523 COHOM 153 COSCE 17 Besluit

Nadere informatie

Auteur. Onderwerp. Datum

Auteur. Onderwerp. Datum Auteur Stefan Nerinckx Onderwerp Het toepasselijk recht op verbintenissen voortvloeiend uit (internationale) arbeidsovereenkomsten: een nieuwe Europese verordening in de maak? Datum april 2005 Copyright

Nadere informatie

Brussel, 16 april 2003 (23.04) SECRETARIAAT

Brussel, 16 april 2003 (23.04) SECRETARIAAT EUROPESE CONVENTIE Brussel, 16 april 2003 (23.04) SECRETARIAAT CONV 689/1/03 REV 1 CERCLE I 16 VERSLAG van: aan: Betreft: de voorzitter van de studiegroep Hof van Justitie de leden van de Conventie Aanvullend

Nadere informatie

Nederlands Nationaal Contactpunt voor de OECD Richtlijnen voor Multinationale Ondernemingen. Lodewijk de Waal Voorzitter NCP 16 november 2016

Nederlands Nationaal Contactpunt voor de OECD Richtlijnen voor Multinationale Ondernemingen. Lodewijk de Waal Voorzitter NCP 16 november 2016 Nederlands Nationaal Contactpunt voor de OECD Richtlijnen voor Multinationale Ondernemingen Lodewijk de Waal Voorzitter NCP 16 november 2016 MVO: dilemma s zijn overal: 2 De ondernemingsraad en MVO MVO

Nadere informatie

UvA-DARE (Digital Academic Repository) Constitutionele rechtspraak vanuit rechtsfilosofisch perspectief van Dommelen, S.T. Link to publication

UvA-DARE (Digital Academic Repository) Constitutionele rechtspraak vanuit rechtsfilosofisch perspectief van Dommelen, S.T. Link to publication UvA-DARE (Digital Academic Repository) Constitutionele rechtspraak vanuit rechtsfilosofisch perspectief van Dommelen, S.T. Link to publication Citation for published version (APA): van Dommelen, S. T.

Nadere informatie

ILO-VERKLARING BETREFFENDE DE FUNDAMENTELE PRINCIPES EN RECHTEN OP HET WERK

ILO-VERKLARING BETREFFENDE DE FUNDAMENTELE PRINCIPES EN RECHTEN OP HET WERK Toelichting In het onderstaande zijn de afzonderlijke elementen van het normatieve kader integraal opgenomen en worden ze nader toegelicht en beschreven. Daarbij wordt aandacht besteed aan de volgende

Nadere informatie

Inleiding. Geen one size fits all

Inleiding. Geen one size fits all Kabinetsreactie op advies nr. 27 van de Commissie van Advies inzake Volkenrechtelijke Vraagstukken (CAVV) inzake aansprakelijkheid van internationale organisaties Inleiding In december 2015 heeft het kabinet

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 21.3.2018 COM(2018) 167 final 2018/0079 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD houdende machtiging van de Commissie om het mondiale pact voor veilige, ordelijke en reguliere

Nadere informatie

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1968 Nr. 1

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1968 Nr. 1 52 (1967) Nr. 1 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 1968 Nr. 1 A. TITEL Notawisseling tussen de Nederlandse en de Keniase Regering inzake de toepassing van het op 26 september 1898

Nadere informatie

TRACTATENBLAD VAN HET. Overeenkomst inzake overheidsopdrachten; Marrakesh, 15 april 1994

TRACTATENBLAD VAN HET. Overeenkomst inzake overheidsopdrachten; Marrakesh, 15 april 1994 76 (1994) Nr. 3 1) TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2014 Nr. 202 A. TITEL Overeenkomst inzake overheidsopdrachten; Marrakesh, 15 april 1994 B. TEKST De Engelse tekst van de Overeenkomst

Nadere informatie

Internationaal en Europees Recht. Een verkenning van grondslagen en kenmerken Wouter G. Werner Ramses A. Wessel

Internationaal en Europees Recht. Een verkenning van grondslagen en kenmerken Wouter G. Werner Ramses A. Wessel Internationaal en Europees Recht Een verkenning van grondslagen en kenmerken Wouter G. Werner Ramses A. Wessel Inhoudsopgave Voorwoord v HFDST i Internationaal recht en internationale samenleving 1.1 Inleiding

Nadere informatie

Wat is internationaal recht?

Wat is internationaal recht? Wat is internationaal recht? Elk land heeft wetten en regels waar iedereen zich aan moet houden. Als je naar een ander land gaat, moet je je aan andere regels en wetten houden. Als je dat niet doet, dan

Nadere informatie

Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE HOGE VERTEGENWOORDIGER VAN DE UNIE VOOR BUITENLANDSE ZAKEN EN VEILIGHEIDSBELEID Brussel, 28.11.2016 JOIN(2016) 54 final 2016/0366 (NLE) Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2016 2017 34 669 Regeling van de inwerkingtreding van de wet van 8 juli 2015, houdende goedkeuring van de op 27 juni 2014 te Brussel tot stand gekomen Associatieovereenkomst

Nadere informatie

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1967 Nr. 71

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1967 Nr. 71 15 (1948) Nr. 6 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 1967 Nr. 71 A. TITEL Verdrag nopens de Intergouvernementele Maritieme Consultatieve Organisatie, met twee Bijlagen; Genève, 6 maart

Nadere informatie

Inleiding tot Recht. Uit Praktisch Burgerlijk Recht

Inleiding tot Recht. Uit Praktisch Burgerlijk Recht Inleiding tot Recht Uit Praktisch Burgerlijk Recht 1. Wat is recht? Een exacte definitie is niet te geven. Elke klassieke definitie bevat vier elementen: Gedragsregels, normen Doel = maatschappelijk leven

Nadere informatie

HANDVEST VAN DE VOEDSELHULP

HANDVEST VAN DE VOEDSELHULP OVERLEG VOEDSELHULP HANDVEST VAN DE VOEDSELHULP 1. Inleiding 1. Beschikken over toereikende, adequate en duurzame voeding is een fundamenteel recht dat werd bekrachtigd door de Verenigde Naties. Hun wettelijke

Nadere informatie

Integratie milieuwetgeving in het Internationaal Humanitair Recht

Integratie milieuwetgeving in het Internationaal Humanitair Recht Integratie milieuwetgeving in het Internationaal Humanitair Recht Kol v/h Vlw Loriaux Gérard Studiecentrum Militair Recht en Oorlogsrecht 18 Oktober 2011 Integratie milieuwetgeving in het Internationaal

Nadere informatie

In het pact zijn 23 doelstellingen opgenomen voor het beter organiseren van migratiestromen op lokaal, nationaal en internationaal niveau.

In het pact zijn 23 doelstellingen opgenomen voor het beter organiseren van migratiestromen op lokaal, nationaal en internationaal niveau. In het pact zijn 23 doelstellingen opgenomen voor het beter organiseren van migratiestromen op lokaal, nationaal en internationaal niveau. Het migratiepact JASPER D'HOORE Astrid Ramakers HET MIGRATIEPACT

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 21.3.2018 COM(2018) 168 final 2018/0078 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD houdende machtiging van de Commissie om het mondiale pact voor veilige, ordelijke en reguliere

Nadere informatie

De EU-lijst van personen, groepen en entiteiten waarvoor specifieke maatregelen ter bestrijding van het terrorisme gelden

De EU-lijst van personen, groepen en entiteiten waarvoor specifieke maatregelen ter bestrijding van het terrorisme gelden EUROPESE UNIE ~OVERZICHT~ De EU-lijst van personen, groepen en entiteiten waarvoor specifieke maatregelen ter bestrijding van het terrorisme gelden PERS 6 februari 2008 In december 2001 heeft de EU voor

Nadere informatie

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1996 Nr. 9

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1996 Nr. 9 27 (1985) Nr. 2 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 1996 Nr. 9 A. TITEL Verdrag inzake het recht dat toepasselijk is op trusts en inzake de erkenning van trusts; s-gravenhage, 1 juli

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 20/01/2017

Datum van inontvangstneming : 20/01/2017 Datum van inontvangstneming : 20/01/2017 Vertaling C-637/16-1 Zaak C-637/16 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 9 december 2016 Verwijzende rechter: Amtsgericht Düsseldorf (Duitsland)

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Brussel, SG-Greffe(2008)D/

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Brussel, SG-Greffe(2008)D/ COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN SECRETARIAAT-GENERAAL Brussel, SG-Greffe(2008)D/ Permanente Vertegenwoordiging van Nederland bij de Europese Unie Herrmann-Debrouxlaan 48 1160 Brussel Betreft:

Nadere informatie

PALESTINA - BULLETIN

PALESTINA - BULLETIN PALESTINA - BULLETIN POSTBUS 2311 Jrg. IV, Nr. 4 DEN HAAG Mei 1971 GIRO 1623077 Extra-Bulletin TGM/CABLES: PALBUL Redactie en uitgave: Henk Franken & Ben Otker Verschijnt maandelijks. giro 16 23 077 t.n.v.

Nadere informatie

PROPORTIONEEL STAKINGSRECHT? De invulling van het stakingsrecht binnen het Europa van de Raad en van de EU. Laura De

PROPORTIONEEL STAKINGSRECHT? De invulling van het stakingsrecht binnen het Europa van de Raad en van de EU. Laura De PROPORTIONEEL STAKINGSRECHT? De invulling van het stakingsrecht binnen het Europa van de Raad en van de EU Laura De intersentia Antwerpen - Cambridge INHOUD Ter inleiding 1 Hoofdstuk 1. Het stakingsrecht

Nadere informatie

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2009 Nr. 121

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2009 Nr. 121 37 (1997) Nr. 3 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2009 Nr. 121 A. TITEL Protocol inzake gecombineerd vervoer over binnenwateren bij de Europese Overeenkomst inzake belangrijke internationale

Nadere informatie

9337/16 rts/pau/as 1 DG D 2A

9337/16 rts/pau/as 1 DG D 2A Raad van de Europese Unie Brussel, 27 mei 2016 (OR. en) 9337/16 NOTA I/A-PUNT van: aan: de Groep e-recht (e-justitie) EJUSTICE 86 JUSTCIV 130 DROIPEN 97 JAIEX 51 het Comité van permanente vertegenwoordigers

Nadere informatie

Besluitenlijst CCvD HACCP/ List of decisions National Board of Experts HACCP

Besluitenlijst CCvD HACCP/ List of decisions National Board of Experts HACCP Besluitenlijst CCvD HACCP/ List of decisions National Board of Experts HACCP Dit is de actuele besluitenlijst van het CCvD HACCP. Op deze besluitenlijst staan alle relevante besluiten van het CCvD HACCP

Nadere informatie

9317/17 pro/gra/sl 1 D 2A

9317/17 pro/gra/sl 1 D 2A Raad van de Europese Unie Brussel, 19 mei 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2016/0190 (CNS) 9317/17 JUSTCIV 113 NOTA van: aan: het voorzitterschap nr. vorig doc.: WK 5263/17 Nr. Comdoc.: 10767/16

Nadere informatie

EUROPEES PARLEMENT. Recht en Criminaliteit in cyberspace

EUROPEES PARLEMENT. Recht en Criminaliteit in cyberspace EUROPEES PARLEMENT TIJDELIJKE COMMISSIE ECHELON-INTERCEPTIESYSTEEM SECRETARIAAT MEDEDELING TEN BEHOEVE VAN DE LEDEN De leden treffen als aanhangsel een document aan met de titel Recht en Criminaliteit

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie