Werken aan effectiviteit

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Werken aan effectiviteit"

Transcriptie

1 Werken aan effectiviteit Globale doorlichting van drie werksoorten van SPIRIT te Amsterdam Beter met Thuis Regionaal Ambulante Teams Nieuwe Perspectieven Samenvatting, conclusies en aanbevelingen Joost van den Braak (Adviesbureau van Montfoort) Carolien Konijn (NIZW Jeugd)

2 Werken aan effectiviteit Globale doorlichting van drie werksoorten van SPIRIT te Amsterdam: Beter met thuis, Regionaal Ambulante Teams en Nieuwe Perspectieven Auteurs: Joost van den Braak (Adviesbureau van Montfoort) Carolien Konijn (NIZW Jeugd) Met medewerking van: Eline Elderman (Adviesbureau van Montfoort) Karin Eijgenraam, Wieneke Bruinsma en Karin Eijgenraam (NIZW Jeugd) Woerden/Utrecht Januari

3 6 Samenvatting, conclusies en aanbevelingen In dit onderzoek hebben we drie werksoorten van Spirit op een aantal effectiviteitsaspecten doorgelicht. Het betreft Beter met Thuis (BMT), de Regionaal Ambulante Teams (RAT s) en Nieuwe Perspectieven (NP). Het gaat bij elke werksoort om de volgende drie vragen: 1 Ten aanzien van de potentiële effectiviteit: Wat is de doelgroep en bereikt men met de werksoort de beoogde doelgroep? 2 Ten aanzien van de veelbelovendheid: Geeft men de hulp die volgens onderzoek bij de problematiek van de doelgroep past? Voert men de hulp uit zoals bedoeld? En krijgen de algemeen werkzame factoren voldoende aandacht in de praktijk van de hulpverlening? Met andere woorden: doet men de goede dingen? 3 Ten aanzien van de doeltreffendheid: Welke resultaten boekt men met de werksoort? Met andere woorden: doet men de dingen ook goed? Om deze vragen te beantwoorden hebben we: Dossiers (25 per werksoort) en registratiegegevens bestudeerd Nagegaan in hoeverre de problematiek van de bereikte cliënten overeenkomt met die van de in het methodiekboek beschreven doelgroep. Nagegaan wat we uit de vakliteratuur weten over de meest werkzame aanpak van de problemen van de bereikte jeugdigen en hun ouders. Deze werkzame ingrediënten vergeleken met de beschrijving van de drie methodieken. In een groepsinterview met hulpverleners per werksoort onderzocht in hoeverre de beschreven methodieken in de praktijk ook zo worden uitgevoerd (programma-integriteit). In die interviews ook de toepassing van andere algemeen werkzame factoren besproken (goede werkrelatie tussen hulpverlener en cliënt, goede aansluiting van aanpak bij problemen en hulpvragen van de cliënt, goede motivatie van de cliënten, goede structurering van de interventie, goede werkomstandigheden van de hulpverlener). Nagegaan wat de resultaten van de werksoorten zijn: ongewenste uitval, cliënttevredenheid, doelrealisatie. Het laatste wordt nog niet systematisch bijgehouden. Hiervan is slechts een indicatie verkregen in de groepsinterviews met hulpverleners. Het rapport is zodanig opgebouwd dat de verslaglegging van de doorlichting van de drie werksoorten afzonderlijk leesbaar is. Elk hoofdstuk is ook voorzien van een uitgebreide samenvatting van de resultaten en van conclusies. In dit slothoofdstuk geven we eerst een korte samenvatting van onze bevindingen en vervolgens gaan we wat uitgebreider in op de conclusies en aanbevelingen. Tot slot vatten we de aanbevelingen samen in een model waarmee Spirit voortaan de resultaten van de werksoorten zelf kan nagaan. Vergelijking daarvan met de resultaten van een andere aanpak voor dezelfde doelgroep of met niets doen (cliënten op de wachtlijst) kan vervolgens de werkzaamheid van de werksoort aangeven. 3

4 6.1 Samenvatting van de bevindingen De drie werksoorten zijn op de bovengenoemde vragen doorgelicht tegen de achtergrond van de effectiviteitsladder van Veerman (2005). De eerste trede van die ladder - potentieel effectief - is dat helder beschreven is waar de interventie uit is opgebouwd en voor wie de interventies is bedoeld. Alle drie onderzochte interventies zijn helder beschreven in methodiekboeken, die regelmatig worden aangepast aan nieuwe inzichten. De doelgroepomschrijving is echter niet altijd helder en volledig. Dit geldt voor alle drie de werksoorten. Bij de RAT s betreft het de ontbrekende gedragsproblematiek van kinderen in de doelgroepomschrijving, bij NP de ontbrekende omschrijving van de problematiek van de ouders en bij BMT niet nader genoemde problematiek van ouders naast opvoedingsproblematiek. Die onduidelijkheid en/of onvolledigheid leidt bij BMT en RAT tot meningsverschillen tussen hulpverleners en programmamanagers over de ernst van de problemen van de groep cliënten die men bereikt of beoogd te bereiken. Hulpverleners vragen zich in dit verband dan af of vraag en aanbod nog wel in balans zijn. De tweede trede is dat theoretisch aannemelijk is gemaakt waarom de aanpak zou werken. De drie onderzochte werksoorten zijn theoretisch goed onderbouwd en sluiten, volgens wat we over de werkzaamheid weten uit internationale effectonderzoeken, ook redelijk goed aan bij de problematiek van hun doelgroep. Punt waarop zowel Beter met Thuis, de werkwijze van de RAT s als Nieuwe Perspectieven zich verder zouden kunnen ontwikkelen, is de wijze waarop de gedragsproblemen van de jeugdigen worden aangepakt. Een meer cognitieve aanpak van de gedragsproblemen van de jeugdigen kan volgens de vakliteratuur betere resultaten opleveren (verbeteren van probleemoplossende vaardigheden, cognitieve herstructurering, training woedebeheersing). Er wordt in het competentiemodel, waarmee Spirit veel werkt, wel aandacht aan besteed met de thermometer en met helpende en storende gedachten, maar dit cognitieve aspect van de aanpak zou nog steviger kunnen worden aangezet. Ook zou de methodiek aanwijzingen moeten bevatten over hoe omgegaan kan worden met de (individuele) problemen van de ouders. Ouders hebben naast opvoedingsproblemen ook vaak financiële, relatie-, verslavings- of psychische problemen. In de methodieken wordt hieraan geen of nauwelijks aandacht besteed. Hulpverleners merken in de praktijk dat deze problemen moeilijk los te zien zijn van de andere problemen. Zij hebben onder meer hierdoor het gevoel dat hun aanpak van de problemen in het gezin tekortschiet. Het is de vraag of de methodiek op dit punt zou moeten worden uitgebreid, maar de hulpverleners dienen in ieder geval instructie op dit gebied te krijgen. De organisatie dient dit probleem nader te verkennen en een instructie op te stellen. Bij de aanbevelingen gaan we hierop verder in. Belangrijk punt van aandacht voor de verdere werkontwikkeling van Beter met Thuis en de ambulante teams (RAT s) is voorts de programma-integriteit. Hulpverleners voeren de, in theorie gepaste, interventies in de praktijk niet precies uit zoals het staat beschreven in het methodiekboek. Ook regionaal zijn er nogal grote verschillen in uitvoering. De aanpak kan dan wel in theorie veelbelovend zijn, als de aanpak in de praktijk niet zo wordt uitgevoerd is ze in de 4

5 praktijk al gauw minder veelbelovend. De hulpverleners van Nieuwe Perspectieven houden zich over het algemeen wel aan de beschreven werkwijze; deze werksoort kan dus inderdaad op dit punt veelbelovend genoemd worden. De derde trede van de effectiviteitsladder is de doeltreffendheid. Deze wordt bereikt als kan worden aangetoond dat de doelen worden gerealiseerd, er weinig ongewenste uitval is en de cliënten tevreden zijn over de resultaten. Over het algemeen is de uitval niet groot (8 tot 9%), zijn de cliënten tevreden (gemiddeld rapportcijfer ongeveer 8,5) en wordt tweederde van de doelen bereikt. Dit laatste is echter gebaseerd op beperkt dossieronderzoek en een subjectieve beoordeling van een klein aantal ondervraagde hulpverleners (uitzondering is NP, waar het jaarverslag 2004 een beeld geeft van de doelrealisatie bij circa 700 cliënten). In hoeverre de drie onderzochte werksoorten werkelijk doeltreffend zijn kan nu alleen indicatief worden aangegeven. De vierde trede is een werkzame interventie. Pas als blijkt dat een bepaalde interventie betere resultaten heeft dan andere interventies of dan nietsdoen (cliënten op de wachtlijst) kan van werkzaamheid worden gesproken. In de onderhavige studie is geen vergelijking geweest met de resultaten van andere interventies of met die van een wachtlijstgroep. Hiervoor is een onderzoek met een ander design vereist. Concluderend kunnen we stellen dat de drie werksoorten potentieel effectief zijn en veelbelovend genoemd kunnen worden wanneer men een aantal aanpassingen in de methodiek aanbrengt en de programma-integriteit van Beter met Thuis en de ambulante teams verhoogt. Naar de maatstaven van de ongewenste uitval en de cliënttevredenheid zijn de methodieken ook tamelijk doeltreffend, hoewel de uitval in sommige regio s groter is dan andere. Maar om een goede uitspraak te kunnen doen over de doeltreffendheid zijn meer gegevens over doelrealisatie nodig. Vanaf 2006 komen deze bij Spirit wel beschikbaar. 6.2 Aanbevelingen Eerst geven we de conclusies en aanbevelingen die gelden voor alle drie werksoorten. Deze betreffen de instroom van cliënten, het monitoren van de uitvoering van de methodiek en de resultaten. Daarna geven we aanvullend enkele specifieke aanbevelingen voor de onderzochte programma s. 5

6 Beoogde en bereikte doelgroepen Bij Beter met Thuis en de regionale ambulante teams is beperkt zicht op de problematiek van de jeugdigen en ouders die worden bereikt. Nieuwe Perspectieven heeft hierover meer gegevens. Bij BMT en de RAT s leidt de onduidelijkheid over de problemen van de beoogde en bereikte doelgroep ertoe dat men met het management van mening verschilt over de gepastheid van de interventies. Bovendien is inzicht in de aard en ernst van de problematiek niet alleen nodig om de interventies aan te passen maar ook om eventuele veranderingen in de resultaten te kunnen interpreteren. Vanaf 2006 gaat Spirit de resultaten van de hulpverlening beter volgen met de Vragenlijst Doelrealisatie. Voor interpretatie van (veranderingen in) de resultaten is inzicht in de kenmerken en problemen van de bereikte doelgroep noodzakelijk. Deze informatie over de aard en de ernst van de problemen van de cliënten is niet alleen bruikbaar bij evaluatie van de gepastheid van de interventie maar ook bij de probleemanalyse. Bij de doorlichting is geconstateerd dat de probleemanalyse bij de cliënten van BMT en de RAT s te wensen over laat. Aanbeveling 1: concrete doelgroepomschrijving Om een goede vergelijking te maken tussen de beoogde en de bereikte doelgroep moet de beschrijving van de beoogde doelgroep voldoende nauwkeurig en concreet zijn. Deze omschrijving kan uiteraard worden aangepast op grond van de evaluatie van de gepastheid van de interventie. Deze doelgroepomschrijving dient te worden opgenomen in het methodiekboek. Aanbeveling 2: systematische probleemanalyse Neem bij de cliënten systematisch een vragenlijst over de problemen van de jeugdige en over gezins- en opvoedingsproblemen af. Hierbij valt te denken aan de CBCL of de SDQ voor de jeugdigen en de NOSI voor ouderlijke stress. Voor de ernst van de problematiek kan de Standaard Taxatie van de Ernst van de Problematiek (STEP) worden afgenomen. Vanaf 1 september 2005 neemt bureau jeugdzorg in het ROA-gebied bij alle cliënten de Quick-STEP af en stuurt zij deze informatie met het indicatiebesluit mee naar de zorgaanbieders. Bij afsluiting van de zorg kan Spirit de Quick-STEP nogmaals afnemen zodat afname in de ernst van de problematiek wordt aangetoond (zie verder bij Evaluatie van de resultaten hieronder). Zeker als deze vragenlijsten ook door andere zorgaanbieders worden afgenomen, heeft een keuze voor deze vragenlijsten in verband met vergelijkingsmogelijkheden meerwaarde. Het is de vraag of deze aanbeveling voor Nieuwe Perspectieven ook dient te gelden; zij verzamelen immers al voldoende gegevens over de problematiek. Programma-integriteit De methodieken van de drie onderzochte werksoorten zijn over het algemeen theoretisch goed gefundeerd en passend bij de doelgroep, afgaand op wat er momenteel (inter)nationaal bekend is over de meest effectieve aanpak. Er dienen bij de verschillende werksoorten nog wel evaluaties, aanvullingen of aanpassingen op specifieke punten plaats te vinden (zie de aanbevelingen per werksoort hieronder). Het voornaamste probleem voor voldoende effectiviteit van BMT en de RAT s lijkt te liggen in de toepassing van de methodiek zoals deze beschreven is; de programmaintegriteit is niet hoog. Bij NP wordt de methodiek wel uitgevoerd zoals beschreven. Gevolg van geringe programma-integriteit is niet alleen dat de resultaten waarschijnlijk niet optimaal zijn, maar 6

7 ook dat hulpverleners zich machtelozer voelen dan nodig is bij de aanpak van de problematiek van de jeugdigen en ouders. De methodiek biedt meer houvast voor behandeling en begeleiding van de problemen dan nu wordt gebruikt, is de indruk. Aanbeveling 3: uitvoering van de methodiek zoals afgesproken De methodiek dient te worden uitgevoerd zoals vastgelegd. De programma-integriteit bij BMT en de RAT s kan worden bevorderd door: (1) Opnieuw / herhaling scholing uitleg van wat de methodiek inhoudt. Iedereen dient voldoende te zijn geïnstrueerd in wat precies de bedoeling is van de aanpak. (2) Bij de training of scholing dient men veel aandacht te schenken aan het belang van programma-integriteit (uitvoeren van de methodiek zoals beschreven) met de volgende argumentatie. Als de methodiek niet zoals afgesproken wordt toegepast, weet men bij evaluatie van de resultaten (zie hieronder) niet wat werkt en wat niet. De effectiviteit van het werk kan dan niet worden gevolgd en verbeterd. (3) Om de effectiviteit van het werk te verbeteren, is het noodzakelijk om geregeld met het team de methodiek en de resultaten (en daarmee gepastheid voor de doelgroep) te evalueren. De inzichten van hulpverleners voor mogelijke verbetering van de methodiek die volgen uit deze evaluatie, kunnen na een experimenteerperiode (en opnieuw evaluatie van de resultaten) worden verwerkt in de methodiek. Zo krijgt men actief meedenkende en betrokken medewerkers die de kern van de methodiek toepassen zoals gewenst. Bij die evaluaties is tevens de mogelijkheid om de kern van de methodiek (en het belang van programma-integriteit) opnieuw onder de aandacht te brengen, zonder dat het (schools) weer opnieuw wordt getraind. (4) Hulpverleners dienen aangesproken te worden als professionals en moeten ruimte hebben om naar eigen inzicht per cliënt te variëren in de toepassing (en niet: een receptenboek uitvoeren). Daarvoor is het van belang helder aan te geven welke onderdelen van de methodiek essentieel zijn (de kern) en welk gevarieerd kunnen worden. Die kern kan worden bepaald door op basis van de theoretische uitgangspunten van de methodiek na te gaan wat de essentie is van de aanpak. Na vaststelling van deze kern kunnen hieraan elementen worden toegevoegd en gewijzigd al naar gelang de bovengenoemde evaluaties van de resultaten aangeven. (5) Om de evaluatie van de resultaten van de hulp en de ingezette technieken meer gedegen te laten zijn en niet alleen af te gaan op indrukken van medewerkers dient men de toepassing van technieken en middelen bij te houden (bijvoorbeeld door een afvinklijst in het dossier op te nemen). Beperk dit tot de hoofdzaken en vul dit per periode aan (afhankelijk van wat dan precies wordt geëvalueerd). Wanneer die informatie in evaluaties geregeld wordt teruggekoppeld, zal de accuraatheid van de uitvoering toenemen. Wanneer de hulpverleners zelf gebruik gaan maken van de informatie die zij invoeren, wordt de betrouwbaarheid verhoogd. (6) Tot slot kan in intervisie- en supervisie bijeenkomsten de programma-integriteit worden besproken en gecontroleerd door het vragen van collega s over wat men precies heeft gedaan en 7

8 waarom. Dit dient uiteraard geen strikte controle te worden. Hulpverleners kunnen afwijken wanneer het nodig is, maar dan wel geëxpliciteerd en beargumenteerd, niet zonder reden. Zeker als de resultaten hiervan worden bijgehouden, kan dergelijk professioneel experimenteergedrag leiden tot goede inzichten in wat werkt en wat niet. Om dit goed te laten verlopen is een leidraad voor intervisie en casuïstiekbesprekingen nodig, zoals nu reeds voor de RAT s en NP zijn opgesteld. Daarbij dient de toepassing van die leidraad bewaakt te worden. Evalueren van resultaten Hierboven kwam al ter sprake dat het volgen van de resultaten cruciaal is om de effectiviteit van de jeugdzorg te verbeteren. Het volgen van de resultaten is voor diverse niveaus van de organisatie van belang. Hierboven is vooral de aandacht gevestigd op de evaluatie van onder andere deze informatie door de hulpverleners zelf (belangrijk in de professionaliseringsontwikkeling van de jeugdzorg). Maar hiermee kan de effectiviteit van de hulp nog niet worden vastgesteld. De resultaten dienen beter gevolgd te worden om de doeltreffendheid van de aanpak beter na te gaan. Over effectiviteit zegt dit bovendien nog niet alles omdat specifiek onderzoek vereist is om een uitspraak te kunnen doen over de werkzaamheid. Dat impliceert altijd een vergelijking met iets anders (niets doen of een andere aanpak). In 2006 zal bij Spirit een dergelijk effectonderzoek starten naar de methode Spoedhulp. We beperken ons in de aanbevelingen tot (het volgen van) de resultaten.; Aanbeveling 4: meetbare doelen stellen Basis voor het evalueren van doeltreffendheid van de aanpak is het stellen van goede doelen. De kwaliteit van de doelen is in vergelijking met andere instellingen niet slecht bij Spirit maar het kan nog veel beter. Doelen worden nog maar weinig verward met middelen of hulpvragen, maar ze zijn vaak nog te abstract om goed evalueerbaar te zijn. Onze aanbeveling is om niet (opnieuw) een cursus hiervoor te geven maar dat pas te doen als hulpverleners daaraan zelf de behoefte aangeven. Begin eerst met een evaluatie van de doelstellingen in casuïstiekbesprekingen. In de leidraad van de RAT s is voorzien in aandacht voor de doelstelling en de mate waarin deze gerealiseerd wordt. Stel hierbij aan het begin van de hulp (bespreking na 4 weken startfase) systematisch de vraag hoe de hulpverlener aan het einde van hulp zou kunnen zien of het doel gehaald is. Als het goed gaat, leidt het denken hierover tot steeds specifiekere (en de kern van het probleem benaderende) doelen. Bij het einde van de hulp wordt de vraag of het doel is gerealiseerd beantwoord. Aanbeveling 5: meten van resultaten Voor het volgen van de resultaten zijn de volgende uitkomsten van belang: mate van doelrealisatie (waaronder probleemafname), ongewenste uitval, tevredenheid. Al deze drie uitkomstmaten houdt Spirit sinds 2006 bij (zie Vragenlijst Doelrealisatie en de reeds ingevoerde cliënttevredenheidsvragenlijst). In de Vragenlijst Doelrealisatie is zelfs voorzien in een aantal vragen die helpen bij het interpreteren van de uitkomsten (o.a. beoordeling van de gepastheid van de methodiek voor de beoogde doelgroep en de gemotiveerdheid van de cliënt). Invoering van deze vragenlijst voorziet ruim voldoende in het volgen van de resultaten. Daarnaast bevelen we aan om na afloop van de 8

9 hulp een 2 e maal de vragenlijsten voor de aard en de ernst van de problematiek af te nemen (zie aanbeveling 2). Daardoor heb je niet alleen een hulpverlenersoordeel over het behalen van het doel probleemafname (zoals in de vragenlijst is opgenomen) maar ook een objectiever gegeven. Of de STEP hier inderdaad voldoende voor geschikt is, wordt het komende jaar onderzocht door NIZW Jeugd (in opdracht van het ministerie van VWS). We raden Spirit in ieder geval aan de resultaten van de Vragenlijst Doelrealisatie aan het eind van de behandeling terug te koppelen aan de medewerkers en deze te bespreken (zie aanbeveling 3). Dit is voorwaarde voor het goed en regelmatig invullen van de vragenlijst. Tot slot Naast een goede leidraad voor intervisie en casuïstiekbesprekingen, en een bewaking van de toepassing hiervan, is een regelmatige evaluatie van de instroom, de methodiek (incl. toegepaste technieken) en de uitkomsten nodig. Elke drie maanden of elk half jaar kan per afdeling of team zo n bijeenkomst plaatsvinden. Er vindt dan een presentatie van de gegevens plaats en een gezamenlijke interpretatie van de bevindingen. Hiermee spreekt men hulpverleners aan op hun deskundigheid en de kern van hun werk, men bevordert het verantwoordelijkheidgevoel van hulpverleners (professionaliteit) en vermindert het gevoel van machteloosheid. Bij het interview met hulpverleners van de RAT s werd ook de behoefte aan bezinning op de eigen praktijk genoemd. Hier luit men op deze manier bij aan. Belangrijk is wel dat de eventuele conclusies van deze besprekingen leiden tot aanpassingen in methodiek of organisatie, of in ieder geval een gerichte poging hiertoe (bespreking op centraal niveau van de organisatie). Eindpunt is dus niet de bespreking maar de acties naar aanleiding daarvan. Die dan vervolgens in de volgende bespreking weer worden geëvalueerd (cyclisch proces). 9

10 6.3 Model om resultaten te monitoren De aanbevelingen kunnen in het volgende werkmodel voor het volgen van resultaten van de hulp worden samengevat. Schema: Werkmodel voor effectiviteitsverbetering Algemeen Methodiek Praktijk Goede opleiding Goede werkomstandighed en (o.a. Doelgroepomschrijving Beschrijving aanpak: - theoretisch goed onderbouwd - passend bij wat werkt bij de problemen van de doelgroep - goed gestructureerd (start-, veranderings- en afbouwfase) Probleemvragenlijsten bij start : - jeugdige (bijv. CBCL of SDQ) - ouders (bijv. NOSI) Uitvoering van de methodiek zoals beschreven: - bijhouden uitgevoerde activiteiten / technieken / hulpmiddelen - intervisie en/of supervisie: deskundige begeleiding bij uitvoering: evaluatie programmaintegriteit Einde hulp: - uitval noteren - afname probleemvragenlijsten - afname Quick-STEP - vragenlijst Doelrealisatie - Cliënttevredenheid Regelmatige evaluaties in teamvergaderingen van o.a.: - bereikt men de beoogde doelgroep? (doelgroep x scores probleemvragenlijsten + registratie) - wat werkt goed en wat minder goed? (ingezette technieken x resultaten) - wat werkt voor wie? (kenmerken cliënten x resultaten) 10

11 6.4 Aanbevelingen per werksoort Beter met thuis 1. De doelgroepdefinitie dient te worden aangepast aan (individuele) problemen van ouders; 2. In de methodiek dient te worden aangegeven wat hulpverleners moeten doen bij deze (individuele) problemen van ouders (verslavingsproblemen, psychiatrische problemen, relatieproblemen). Zij zijn geen volwassenenhulpverleners maar worden wel geconfronteerd met deze problemen. Sommige problemen kunnen wellicht in de gezinsaanpak worden meegenomen, voor andere zal Spirit moeten verwijzen of samenwerken met andere instellingen (AMW, GGZ en verslavingszorg). De organisatie dient hieraan consequenties te verbinden: structurele verwijscontacten of samenwerking regelen met bepaalde instellingen of hulpverleners. Hulpverleners dienen hiervan vervolgens uiteraard op de hoogte gesteld te worden. Aanwijzingen voor het handelen in deze dienen in het methodiekboek te worden opgenomen (ook voor de nieuwe generatie medewerkers). 3. Men dient helderheid te geven over wat de kern van de methodiek is (dient iedereen in alle regio s uit te voeren) en variabel is (zie verder programma-integriteit hierboven). 4. Methodiek aanpassen voor wat betreft meer cognitieve aanpak van de gedragsproblemen van de jeugdigen (trainingen woedebeheersing en probleemoplossende vaardigheden). Hiervoor kan men het programma Minder boos en opstandig (Universiteit van Utrecht) en training woedebeheersing van de Bascule nader bekijken. Delen uit die programma s kunnen worden overgenomen in BMT maar er kan eventueel ook een samenwerkingsrelatie met deze uitvoeringsinstanties tot stand komen. 5. Nagegaan kan worden in hoeverre er vaker groepsaanbod aan ouders en kinderen kan plaatsvinden. Dit is kosten-effectiever. 6. In de doorlichting is geconstateerd dat het netwerk van gezinnen wordt verkend (bolletjesschema) maar dat de verkenning van het netwerk van de jeugdigen (relaties met leeftijdgenoten, functioneren op school, buurt)verbeterd kan worden. 7. Er is geconstateerd dat in het methodiekboek weinig specifieke aanwijzingen zijn opgenomen over hoe de leergroep gebruikt kan worden voor de aanpak van problemen. Men geeft aan dat dit in de praktijk wel degelijk gebeurt. Hierop dient de methodiekbeschrijving te worden aangepast. Regionale ambulante teams 1. De (nieuwe) doelgroepomschrijving in het methodiekboek kan concreter, gericht op kenmerken en problemen van de doelgroep. De huidige omschrijving is meer gericht op mogelijke oorzaken en gebieden waarop de problemen zich bevinden dan op de problemen en kenmerken zelf. Daarnaast bestaat nu de indruk dat de doelgroep vooral bestaat uit ouders en niet uit kinderen. Dossieranalyse laat zien dat de kinderen die door de RAT s worden geholpen aanzienlijke gedragsproblemen hebben, terwijl dit niet als zodanig is benoemd in de doelgroepomschrijving. 2. Men dient met de hulpverleners te evalueren wat te doen met nieuwe doelgroepen die zich aandienen: asielzoekers, vluchtelingen, mensen die de Nederlandse taal niet machtig zijn, meisjes van 13 à 14 jaar met politiecontacten. Hoeveel zijn dit er precies? Wat zijn hun 11

12 problemen en hulpvragen? Zijn de interventies van de RAT s voldoende gepast (dan doelgroepomschrijving aanpassen) of niet (aanpassing methodiek of verwijzing naar andere hulpvormen)? 3. De problemen van de cliënten dienen meer systematisch te worden geanalyseerd (zie ook aanbeveling 2). 4. De programma-integriteit dient te worden verbeterd (zie algemene aanbeveling). 5. Methodiekboek moet helderheid geven over wat de kern is van de methodiek (wat moet altijd worden toegepast) en waar in kan men variëren (zie ook algemeen) 6. Binnen de aanpak zou psycho-educatie een plaats moeten krijgen. Dit is uitleg aan de ouders over de problemen van hun kind. 7. Aanpassing van de methodiek aan een meer cognitieve aanpak van de gedragsproblemen van de jeugdigen zoals de vakliteratuur aangeeft (cognitieve herstructurering, trainingen woedebeheersing en probleemoplossende vaardigheden). 8. (Herhaling van) scholing in motivatiebevorderende technieken. 9. Aanbod aan ouders (opvoedingsondersteuning) zou groepsgewijs kunnen worden aangeboden (kosten-effectiever). 10. In het buitenland effectief gebleken opvoedingsondersteuningsprogramma s (Triple P en Incredible Years) kunnen worden bekeken op mogelijke aanvullingen of aanpassingen van de huidige aanpak van de RAT s. Omdat deze programma s nog niet zijn onderzocht op hun effectiviteit in Nederland, bevelen we niet aan deze programma s in te voeren maar vooralsnog alleen de meerwaarde voor de eigen aanpak te beoordelen en deze elementen eventueel over te nemen. De komende jaren zal duidelijk worden of deze programma s in Nederland net zo effectief zijn als zij in Australië respectievelijk Engeland blijken te zijn. 11. Nagegaan waarom de uitval in Centrum/Oud-West, Nieuw-West, Noord en Zuid-Oost groter is dan in de andere vier regio s. Nieuwe Perspectieven 1. De doelgroepomschrijving is op dit moment alleen op jongeren gericht. Wanneer het de bedoeling is dat de hulpverleners zich ook expliciet richten op de ouders van de jongeren (vanwege betere effectiviteit van de aanpak), dan dient de doelgroepomschrijving hierop aangepast te worden. 2. Er dient met de hulpverleners te worden geëvalueerd op welke manier op dit moment ouders bij de probleemanalyse en de hulpverlening worden betrokken. Uit de doorlichting bestaat de indruk dat dit nog onvoldoende gebeurt. In de dossiers is bijvoorbeeld over de gezinssituatie van de jongeren weinig informatie te vinden. Vervolgens kan overwogen worden om de ouders een gedragstraining aan te bieden, zoals de vakliteratuur aangeeft. 3. Overwogen kan worden om in het vervolgtraject voor de jongeren een training probleemoplossende vaardigheden of woedebeheersing aan te bieden, zoals de vakliteratuur aangeeft. 4. Hulpverleners hebben behoefte aan richtlijnen voor het verstrekken van privacygevoelige informatie aan externe instanties. We bevelen aan hieraan tegemoet te komen op basis van landelijk beschikbare richtlijnen hiervoor van het ministerie van VWS. 5. De doelen kunnen nog concreter en specifieker worden geformuleerd. Dit kan bevorderd worden door systematisch bij afsluiting te evalueren of de doelen zijn gerealiseerd of niet 12

13 (zie algemene aanbeveling hierover). Dit zou vervolgens bevorderen dat doelrealisatie eerder als reden voor beëindiging gaat worden gezien dan de hulpverleningsduur, zoals nu het geval is. 6. Bespreken wat er vanuit NP kan worden gedaan aan de door de hulpverleners ervaren knelpunten zoals gebrek aan huisvesting en voorzieningen voor jong-volwassenen. 7. In het groepsgesprek met NP-hulpverleners blijkt dat zij veel ervaring hebben met motiverende (gespreks)technieken. Teams van andere werksoorten uiten hieraan behoefte te hebben. Wellicht kan de ervaring van de NP-hulpverleners - wellicht door een onderzoekstagiaire - worden opgeschreven ten behoeve van andere teams. 8. Hulpverleners geven aan experimenteerruimte te missen: met welke methoden wensen de NP-ers dan te experimenteren? Zie verder de algemene aanbevelingen ten behoeve van het bevorderen van de programma-integriteit, waarvan het experimenteren een onderdeel kan zijn. 13

Spirit onderzoekt eigen effectiviteit

Spirit onderzoekt eigen effectiviteit foto: Stijn Rademaker Praktijkgerichte analyse van methodieken Spirit onderzoekt eigen effectiviteit Door Carolien Konijn, Ellen Schulze en Theo Schut Hoewel de roep om evidence based werken in ons land

Nadere informatie

Strategieën om te werken aan effectieve jeugdzorg

Strategieën om te werken aan effectieve jeugdzorg Strategieën om te werken aan effectieve jeugdzorg Evidence based practice 1. Invoeren bewezen effectieve interventies; 2. Wetenschappelijk onderzoeken veelbelovende eigen interventies; 3. Consolideren

Nadere informatie

Quick scan Ambulant begeleid wonen. Rapport naar aanleiding van het onderzoek van de Inspectie jeugdzorg bij Kompaan

Quick scan Ambulant begeleid wonen. Rapport naar aanleiding van het onderzoek van de Inspectie jeugdzorg bij Kompaan Quick scan Ambulant begeleid wonen Rapport naar aanleiding van het onderzoek van de Inspectie jeugdzorg bij Kompaan Inspectie jeugdzorg September 2006 Inleiding De Inspectie jeugdzorg wil een inschatting

Nadere informatie

Kwaliteitsmeting. Ambulante Spoedhulp (ASH) en Families First (FF) Resultaten kwaliteitsmeting tweede helft 2016

Kwaliteitsmeting. Ambulante Spoedhulp (ASH) en Families First (FF) Resultaten kwaliteitsmeting tweede helft 2016 Kwaliteitsmeting Ambulante Spoedhulp (ASH) en Families First (FF) Resultaten kwaliteitsmeting tweede helft 2016 Marsha Philipsen Ronald De Meyer Milou Golbach Webinar 9 maart 2017 Wat gaan jullie zien?

Nadere informatie

Voortgangsmonitor. Driehuis en gezinshuizen. JiO 9 maart 2015. Caroline van den Bel en Carolien Konijn

Voortgangsmonitor. Driehuis en gezinshuizen. JiO 9 maart 2015. Caroline van den Bel en Carolien Konijn Voortgangsmonitor Driehuis en gezinshuizen JiO 9 maart 2015 Caroline van den Bel en Carolien Konijn Voortgangsmonitor Driehuis en gezinshuizen Driehuis en gezinshuizen bij Spirit: doelgroep driehuis: kinderen

Nadere informatie

Evidence-based interventies voor agressieregulatie en woedebeheersing

Evidence-based interventies voor agressieregulatie en woedebeheersing Evidence-based interventies voor agressieregulatie en woedebeheersing Hoe vergelijk je methodieken op basis van welke criteria? Marjolein Oudhof Mariska van der Steege 23 april 2009 Inhoud workshop Werken

Nadere informatie

Instroom 1. Inclusie. Uitstroom. Doorstroom. Universiteit Utrecht 1

Instroom 1. Inclusie. Uitstroom. Doorstroom. Universiteit Utrecht 1 Instroom 1 4 Uitstroom 3 Inclusie 2 Doorstroom Universiteit Utrecht 1 Rapportage 2018 Prof. Dr. Naomi Ellemers Prof. Dr. Jojanneke van der Toorn Dr. Wiebren Jansen Inhoud Voorwoord 4 Algemeen 6 Hoe is

Nadere informatie

Quick scan Ambulant begeleid wonen 22 mei 2006

Quick scan Ambulant begeleid wonen 22 mei 2006 Quick scan Ambulant begeleid wonen 22 mei 2006 Rapport n.a.v. het onderzoek van de Inspectie jeugdzorg bij Jeugdformaat (Nieuwe Parklaan) Inspectie jeugdzorg 30 mei 2006 Inleiding De Inspectie jeugdzorg

Nadere informatie

Evaluatie SamenOud training Anders denken, anders doen Casemanagement

Evaluatie SamenOud training Anders denken, anders doen Casemanagement Evaluatie SamenOud training Anders denken, anders doen Casemanagement Deelprogramma voor wijkverpleegkundigen en ouderenadviseurs die opgeleid worden tot casemanager SamenOud R. Brans April 2013 Inhoud

Nadere informatie

Op weg naar meer kennis over wat werkt voor multiprobleemgezinnen (MPG) MSc L. (Loraine) Visscher, Universitair Medisch Centrum Groningen

Op weg naar meer kennis over wat werkt voor multiprobleemgezinnen (MPG) MSc L. (Loraine) Visscher, Universitair Medisch Centrum Groningen Op weg naar meer kennis over wat werkt voor multiprobleemgezinnen (MPG) MSc L. (Loraine) Visscher, Universitair Medisch Centrum Groningen Consortium ZOP&MPG Aanleiding In de Databank Effectieve Interventies

Nadere informatie

Kenniskring Entree van zorg

Kenniskring Entree van zorg Kenniskring Entree van zorg Aansluiting problematiek en hulp: rol van de context 12 november 2015 Het programma Psychosociale hulp voor kinderen en jongeren: welke problemen zien we waar terug? Marieke

Nadere informatie

Samenvatting Het draait om het kind

Samenvatting Het draait om het kind Samenvatting Het draait om het kind Visie op monitoring in de opvoedingsvariant van pleegzorg Inleiding Aangezien de pleegzorg een onvoldoende geobjectiveerd overzicht heeft van hoe het met de jeugdige

Nadere informatie

Afbeelding: TriamFloat Effectmetingsmodel

Afbeelding: TriamFloat Effectmetingsmodel Het meten van het effect van leren en ontwikkelen is een belangrijk thema bij onze klanten. Organisaties willen de toegevoegde waarde van leren weten en verwachten een professionele aanpak van de afdeling

Nadere informatie

Onderzoek 1Gezin1Plan. Presentatie voor gemeenten, instellingen en hulpverleners

Onderzoek 1Gezin1Plan. Presentatie voor gemeenten, instellingen en hulpverleners Onderzoek 1Gezin1Plan Presentatie voor gemeenten, instellingen en hulpverleners Doelstelling onderzoek Zicht op werkzaamheid werkwijze 1G1P, ontwikkeld door Partners in Jeugdbeleid, ingezet bij multiprobleemgezinnen

Nadere informatie

Quick scan Ambulant begeleid wonen

Quick scan Ambulant begeleid wonen Quick scan Ambulant begeleid wonen 21-07-2006 Rapport n.a.v. het onderzoek van de Inspectie jeugdzorg bij Jarabee Inspectie jeugdzorg Juli 2006 Inleiding De Inspectie jeugdzorg wil een inschatting maken

Nadere informatie

Samenvatting (Dutch summary)

Samenvatting (Dutch summary) Parenting Support in Community Settings: Parental needs and effectiveness of the Home-Start program J.J. Asscher Samenvatting (Dutch summary) Ouders spelen een belangrijke rol in de ontwikkeling van kinderen.

Nadere informatie

Child Safety Now. Towards Effective Case Management for Families in Child Protection and Youth Parole Services I. Busschers

Child Safety Now. Towards Effective Case Management for Families in Child Protection and Youth Parole Services I. Busschers Child Safety Now. Towards Effective Case Management for Families in Child Protection and Youth Parole Services I. Busschers Samenvatting Dit proefschrift gaat over casemanagement van gezinnen binnen jeugdbescherming

Nadere informatie

Veelgestelde vragen over effectiviteit in de jeugdzorg

Veelgestelde vragen over effectiviteit in de jeugdzorg Veelgestelde vragen over effectiviteit in de jeugdzorg Rapport voor Spirit Amsterdam Carolien Konijn en Wieneke Bruinsma Afdeling Jeugdzorg en Opvoedhulp Postbus 19221, 3501 DE Utrecht Telefoon: (030)

Nadere informatie

Beter dan de leek. Professionaliteit in de jeugdzorg. Tom van Yperen NIZW Jeugd / Universiteit Utrecht

Beter dan de leek. Professionaliteit in de jeugdzorg. Tom van Yperen NIZW Jeugd / Universiteit Utrecht Beter dan de leek Professionaliteit in de jeugdzorg Tom van Yperen NIZW Jeugd / Universiteit Utrecht Conferentie Professionalisering in de zorg voor de jeugd Amsterdam, 26 oktober 2006 Waarom naar de jeugdzorg?

Nadere informatie

Samenvatting. Gezin Centraal

Samenvatting. Gezin Centraal Samenvatting Gezin Centraal Gezin Centraal is een experimenteel hulpverleningsprogramma dat zich richt op kinderen (6 14 jaar) met ernstige psychosociale problemen en hun gezinnen. Het programma maakt

Nadere informatie

Vaktherapie: Wat werkt?

Vaktherapie: Wat werkt? Vaktherapie: Wat werkt? Ontwikkeling interventies en werkzame factoren Tom van Yperen, Nji / Universiteit Groningen Ede, 10 juni 2017 Vak in ontwikkeling ZIN: Maak uw interventies meer evidence-based.

Nadere informatie

a. Hebben de professionals die rondom een cliënt samenwerken hetzelfde doel voor (eigen werkgebied overstijgend)?

a. Hebben de professionals die rondom een cliënt samenwerken hetzelfde doel voor (eigen werkgebied overstijgend)? Toetsingskader Verantwoorde zorg voor delictplegers met ernstige psychische en/of psychiatrische klachten (Cliëntniveau / Uitvoerend niveau); concept, 23 maart 2010 Aspect 1: Doelconvergentie De mate waarin

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting 207 208 Deel I Het wordt steeds belangrijker gevonden om kinderen een stem te geven. Hierdoor kunnen kinderen beter begrepen worden en kan hun ontwikkeling worden geoptimaliseerd.

Nadere informatie

Effectieve besluitvorming in onderwijs en jeugdhulp: Basis voor integraal arrangeren

Effectieve besluitvorming in onderwijs en jeugdhulp: Basis voor integraal arrangeren Effectieve besluitvorming in onderwijs en jeugdhulp: Basis voor integraal arrangeren Handvatten voor samenwerkingsafspraken en inrichting van werkprocessen. Voor scholen, samenwerkingsverbanden, jeugdhulporganisaties

Nadere informatie

Eerste effectmeting van de training ouderverstoting voor professionals in opdracht van De FamilieAcademie

Eerste effectmeting van de training ouderverstoting voor professionals in opdracht van De FamilieAcademie Eerste effectmeting van de training ouderverstoting voor professionals in opdracht van De FamilieAcademie 1 Samenvatting In opdracht van de FamilieAcademie is een eerste effectmeting gedaan naar de training

Nadere informatie

Herstellen doe je zelf; Evaluatie van een cliëntgestuurde cursus

Herstellen doe je zelf; Evaluatie van een cliëntgestuurde cursus Herstellen doe je zelf; Evaluatie van een cliëntgestuurde cursus Aanleiding onderzoek Meer kennis over cliëntgestuurde interventies nodig; belangrijk voor ontwikkelingen GGz Interventies door cliënten:

Nadere informatie

- Gezamenlijke visie - Algemeen of specifiek - Doelstelling vastgelegd - Doel SMART geformuleerd

- Gezamenlijke visie - Algemeen of specifiek - Doelstelling vastgelegd - Doel SMART geformuleerd Toetsingskader Verantwoorde zorg voor delictplegers met ernstige psychische en/of psychiatrische klachten (Netwerkniveau / Managementniveau); concept, 23 maart 2010 Aspect 1: Doelconvergentie De mate waarin

Nadere informatie

Agenda. Opwarmer. Voorstellen en Opzet. Waaruit bestaat Triple P: Positief Opvoeden? Wat is Triple P Positief Opvoeden

Agenda. Opwarmer. Voorstellen en Opzet. Waaruit bestaat Triple P: Positief Opvoeden? Wat is Triple P Positief Opvoeden Agenda 1. Voorstellen en Opzet 2. Opwarmer: Triple P en OvTJ: Hand in hand of oog om oog/tand om tand? Congres Triple P 24 april 2012 Workshop Verhouding OvTJ en Triple P Drs. Nita van Veluw, programmaleider

Nadere informatie

Sturen op resultaten. Zijn gestandaardiseerde vragenlijsten bruikbaar?

Sturen op resultaten. Zijn gestandaardiseerde vragenlijsten bruikbaar? Sturen op resultaten Zijn gestandaardiseerde vragenlijsten bruikbaar? Anna van Spanje (Kenniscentrum Kinder- en Jeugdpsychiatrie) Jan Willem Veerman (Radboud Universiteit, NJi / SEJN) Congres Transformeren

Nadere informatie

Aanpak: Gezinscoaching. Beschrijving

Aanpak: Gezinscoaching. Beschrijving Aanpak: Gezinscoaching De gemeente heeft de vragenlijst betreffende deze aanpak ingevuld en relevante documentatie toegestuurd. Een beperktere vragenlijst over deze aanpak is ingevuld door: BJZ Flevoland

Nadere informatie

Onderzoek naar het cluster 4 onderwijs: kinderen en hulpverlening. Drs. R. Stoutjesdijk & Prof. Dr. E.M. Scholte M.m.v. drs. H.

Onderzoek naar het cluster 4 onderwijs: kinderen en hulpverlening. Drs. R. Stoutjesdijk & Prof. Dr. E.M. Scholte M.m.v. drs. H. Onderzoek naar het cluster 4 onderwijs: kinderen en hulpverlening Drs. R. Stoutjesdijk & Prof. Dr. E.M. Scholte M.m.v. drs. H. Leloux-Opmeer Voorwoord Inhoudsopgave Een tijd geleden hebben Stichting Horizon

Nadere informatie

WORKSHOP VERSPREIDING EN IMPLEMENTATIE VAN JE PROJECT. Djoeke van Dale, CGL Renske van der Zwet, Movisie

WORKSHOP VERSPREIDING EN IMPLEMENTATIE VAN JE PROJECT. Djoeke van Dale, CGL Renske van der Zwet, Movisie WORKSHOP VERSPREIDING EN IMPLEMENTATIE VAN JE PROJECT Djoeke van Dale, CGL Renske van der Zwet, Movisie Doelen workshop Inzicht in wat er komt kijken bij het verspreiden en implementeren van je project.

Nadere informatie

gedrags- en maatschappijwetenschappen

gedrags- en maatschappijwetenschappen gedrags- en maatschappijwetenschappen orthopedagogiek Veelgestelde vragen (FAQ) Onderzoek RuG Op de volgende pagina s vindt u veelgestelde vragen met betrekking tot het onderzoek naar intensieve ambulante

Nadere informatie

Bijlage 2: Ketenaanpak Qpido

Bijlage 2: Ketenaanpak Qpido Bijlage Julia Deze bijlage hoort bij de beschrijving van de interventie Julia, zoals die is opgenomen in de databank Effectieve Jeugdinterventies. Meer informatie: www.nji.nl/jeugdinterventies December

Nadere informatie

HOOFDSTUK 1: INLEIDING

HOOFDSTUK 1: INLEIDING 168 Samenvatting 169 HOOFDSTUK 1: INLEIDING Bij circa 13.5% van de ouderen komen depressieve klachten voor. Met de term depressieve klachten worden klachten bedoeld die klinisch relevant zijn, maar niet

Nadere informatie

Workshop: Coach je kind zet allochtone ouders in hun kracht.

Workshop: Coach je kind zet allochtone ouders in hun kracht. Vierde nationaal congres opvoedingsondersteuning Workshop: Coach je kind zet allochtone ouders in hun kracht. Ede,1 juni 2012 1 Opbouw workshop Coach je kind Kort voorstellen, warming up Presentatie van

Nadere informatie

Zorg voor Jeugd Raadsinformatieavond. 22 januari /02/2013 1

Zorg voor Jeugd Raadsinformatieavond. 22 januari /02/2013 1 Zorg voor Jeugd Raadsinformatieavond 22 januari 2013 14/02/2013 1 Headlines/voorlopige conclusies Deel I: Tussenevaluatie Buurtteams Jeugd en Gezin Pilot Ondiep/Overvecht 14/02/2013 2 Facts en figures

Nadere informatie

Aan de slag met de Startwijzer-mbo Handleiding

Aan de slag met de Startwijzer-mbo Handleiding Aan de slag met de Startwijzer-mbo Handleiding Inleiding De Startwijzer-mbo is een digitale scan die in beeld brengt hoe starters op dit moment worden ingewerkt en begeleid en op welke onderdelen er (nog)

Nadere informatie

Richtlijnen Uithuisplaatsing. Cora Bartelink & Matthé Hak

Richtlijnen Uithuisplaatsing. Cora Bartelink & Matthé Hak Richtlijnen Uithuisplaatsing Cora Bartelink & Matthé Hak 18 april 2016 Casus Eline Moet Eline uithuisgeplaatst worden? 2 Opzet Richtlijnontwikkeling Richtlijn Uithuisplaatsing 3 Doel & uitgangspunten Doel:

Nadere informatie

CMWW. Evaluatie Jeugd Preventie Programma Brunssum

CMWW. Evaluatie Jeugd Preventie Programma Brunssum CMWW Evaluatie Jeugd Preventie Programma Brunssum 2013 Inhoudsopgave 1. Inleiding Blz. 3 2. Uitvoering Blz. 3 3. Aanpak Blz. 4 4. Ontwikkelingen van het JPP Blz. 5 5. Conclusies en Aanbevelingen Blz. 6

Nadere informatie

Aanpak: Bijzondere Zorg Team. Beschrijving

Aanpak: Bijzondere Zorg Team. Beschrijving Aanpak: Bijzondere Zorg Team Namens de gemeente Deventer hebben drie netwerkpartners de vragenlijst gezamenlijk ingevuld. Dit zijn Dimence GGZ, Tactus verslavingszorg, en Iriszorg maatschappelijke opvang.

Nadere informatie

Preffi 2.0: Preventie Effectmanagement Instrument. Ontwikkeling,validiteit, betrouwbaarheid en bruikbaarheid

Preffi 2.0: Preventie Effectmanagement Instrument. Ontwikkeling,validiteit, betrouwbaarheid en bruikbaarheid Preffi 2.0: Preventie Effectmanagement Instrument Ontwikkeling,validiteit, betrouwbaarheid en bruikbaarheid De gebruikers 1200 gezondheidsbevorderaars, voorlichters en preventiewerkers, werkzaam bij: GGD

Nadere informatie

Voortgangsmonitor. Driehuis en gezinshuizen. JiO 9 maart 2015. Caroline van den Bel en Carolien Konijn

Voortgangsmonitor. Driehuis en gezinshuizen. JiO 9 maart 2015. Caroline van den Bel en Carolien Konijn Voortgangsmonitor Driehuis en gezinshuizen JiO 9 maart 2015 Caroline van den Bel en Carolien Konijn Voortgangsmonitor Driehuis en gezinshuizen Driehuis en gezinshuizen bij Spirit: doelgroep driehuis: kinderen

Nadere informatie

Samenvatting en conclusies

Samenvatting en conclusies Samenvatting en conclusies Plan- en procesevaluatie van de scholing van gevangenispersoneel in Verbal Judo Het onderzoek Verbal Judo (Thompson, 1984) is een methode waarbij mensen anderen op een kalme

Nadere informatie

Doelstelling van het onderzoek en onderzoeksvragen

Doelstelling van het onderzoek en onderzoeksvragen Samenvatting Jeugdcriminaliteit vormt een ernstig probleem. De overgrote meerderheid van de jeugdigen veroorzaakt geen of slechts tijdelijk problemen voor de openbare orde en veiligheid. Er is echter een

Nadere informatie

Locatie Leeuwarden. E-mail: noord.leeuwarden@rvdk.minjus.nl. 1 van 5. Ministerie van Justitie. Locatie Leeuwarden

Locatie Leeuwarden. E-mail: noord.leeuwarden@rvdk.minjus.nl. 1 van 5. Ministerie van Justitie. Locatie Leeuwarden Ministerie van Justitie Raad voor de Kinderbescherming Locatie Leeuwarden E-mail: noord.leeuwarden@rvdk.minjus.nl Locatie Leeuwarden Lange Marktstraat 5 Postbus 2203 8901 JE Leeuwarden Telefoon: 058-2343333

Nadere informatie

Voorlichting Dialoogtafelmethodiek. Korte versie voor de deelnemende aan de dialoogtafel professionals

Voorlichting Dialoogtafelmethodiek. Korte versie voor de deelnemende aan de dialoogtafel professionals Voorlichting Dialoogtafelmethodiek Korte versie voor de deelnemende aan de dialoogtafel professionals Academische Werkplaatsen TJ Wat? Kennisinfrastructuur waarin praktijk, beleid, onderzoek en onderwijs

Nadere informatie

Sturen op kwaliteit. Theorie en praktijk. Dr. Wim Gorissen, Directeur Effectiviteit & Vakmanschap

Sturen op kwaliteit. Theorie en praktijk. Dr. Wim Gorissen, Directeur Effectiviteit & Vakmanschap Sturen op kwaliteit Theorie en praktijk Dr. Wim Gorissen, Directeur Effectiviteit & Vakmanschap Opbouw verhaal Wat willen we in het jeugdveld Evidence-based werken en vakmensschap Samen lerend doen wat

Nadere informatie

Evaluatie Time-outprojecten Bijzondere jeugdbijstand. Samenvatting

Evaluatie Time-outprojecten Bijzondere jeugdbijstand. Samenvatting Steunpunt Welzijn, Volksgezondheid en Gezin Evaluatie Time-outprojecten Bijzondere jeugdbijstand Samenvatting Vanderfaeillie, J. Mommaerts, S. Grietens, H., 24 november 2008 Evaluatie time-outprojecten

Nadere informatie

Werken met hulpverleningsplannen

Werken met hulpverleningsplannen Werken met hulpverleningsplannen Aanwezigheid en gebruik van hulpverleningsplannen bij Xonar Inspectie jeugdzorg Utrecht januari 2007 2 Inspectie jeugdzorg Inhoudsopgave Inleiding... 5 Hoofdstuk 1 - Oordeel

Nadere informatie

Voorstel aan de raad. Raadsadvies Jeugd en veiligheid - wordt gevolgd

Voorstel aan de raad. Raadsadvies Jeugd en veiligheid - wordt gevolgd Voorstel aan de raad Raadsadvies Jeugd en veiligheid - wordt gevolgd Opgesteld door Dienst Raadsorganen Rekenkamer Dienstkenmerk 09.099504 Vergaderdatum 3 december 2009 Jaargang en nummer 2009-139 De rekenkamer

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting De levensverwachting van mensen met een ernstige psychiatrische aandoening (EPA) is gemiddeld 13-30 jaar korter dan die van de algemene bevolking. Onnatuurlijke doodsoorzaken zoals

Nadere informatie

Lessons Learned bij de Pilot Verbinden Erkenningstraject Interventies en Serious Games.

Lessons Learned bij de Pilot Verbinden Erkenningstraject Interventies en Serious Games. Lessons Learned bij de Pilot Verbinden Erkenningstraject Interventies en Serious Games. 2015 Nederlands Jeugdinstituut Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt door middel

Nadere informatie

Bewezen effectief werken. Korte introductie

Bewezen effectief werken. Korte introductie Bewezen effectief werken Korte introductie Gert van den Berg Brussel, 20 maart 2018 Programma Evidence-based werken Werken aan verbetering Databank en Commissie * Voorbeelden Verdere ontwikkeling 2 Achtergrond

Nadere informatie

Overzichtskaart 3. Opvoedingsondersteuning. voor hulp bij opvoedingsvragen en lichte opvoedproblemen

Overzichtskaart 3. Opvoedingsondersteuning. voor hulp bij opvoedingsvragen en lichte opvoedproblemen Overzichtskaart 3 Opvoedingsondersteuning voor hulp bij opvoedingsvragen en lichte opvoedproblemen Zelfreflectie-instrument individuele opvoedingsondersteuning Sommige JGZ-professionals zullen al over

Nadere informatie

Analyse Project Eigen Kracht in Uitvoering

Analyse Project Eigen Kracht in Uitvoering Analyse Project Eigen Kracht in Uitvoering 2013-2014 Inleiding In de periode 2011 tot en met 2014 hebben Trias Jeugdhulp, Jarabee en Intermetzo subsidie ontvangen van de provincie Overijssel voor het project

Nadere informatie

Het rondetafeloverleg (i.v.m. 1Gezin1Plan)

Het rondetafeloverleg (i.v.m. 1Gezin1Plan) Het rondetafeloverleg (i.v.m. 1Gezin1Plan) Inleiding Tijdens een rondetafeloverleg of -bijeenkomst overlegt een gezin met personen uit het sociale netwerk en betrokken zorg- en dienstverleners over het

Nadere informatie

but no statistically significant differences

but no statistically significant differences but no statistically significant differences Astma is een chronische aandoening, die niet te genezen is. Met de passende zorg kunnen symptomen tot een minimum worden gereduceerd en zou een astma patiënt

Nadere informatie

Handleiding voor gezinsmedewerkers. Han Spanjaard Marianne Haspels

Handleiding voor gezinsmedewerkers. Han Spanjaard Marianne Haspels Families First Handleiding voor gezinsmedewerkers Han Spanjaard Marianne Haspels INHOUD Inleiding 1. De basis van Families First 1.1 Filosofie van Families First 1.2 Kenmerken van Families First 1.3 Competentiemodel

Nadere informatie

Kwaliteitsmeting. Ambulante Spoedhulp (ASH) en Families First (FF) Resultaten kwaliteitsmeting tweede helft 2015

Kwaliteitsmeting. Ambulante Spoedhulp (ASH) en Families First (FF) Resultaten kwaliteitsmeting tweede helft 2015 Kwaliteitsmeting Ambulante Spoedhulp (ASH) en Families First (FF) Resultaten kwaliteitsmeting tweede helft 2015 Inge Bastiaanssen Ronald De Meyer Milou Golbach Webinar 28 juni 2016 Wat gaan jullie zien?

Nadere informatie

S a m e n v a t t i n g 149. Samenvatting

S a m e n v a t t i n g 149. Samenvatting S a m e n v a t t i n g 149 Samenvatting 150 S a m e n v a t t i n g Dit proefschrift richt zich op de effectiviteit van een gezinsgerichte benadering (het DMOgespreksprotocol, gebruikt binnen het programma

Nadere informatie

NORMEN KWALITEITSLABEL SOCIAAL WERK

NORMEN KWALITEITSLABEL SOCIAAL WERK NORMEN KWALITEITSLABEL SOCIAAL WERK Opzet De normen zijn afgeleid van de vastgestelde Kwaliteitswaarden van de branche Sociaal Werk. Ze zijn ingedeeld in drie hoofdgroepen, die de opzet van deze Branchecode

Nadere informatie

SAMENVATTING. Samenvatting

SAMENVATTING. Samenvatting Samenvatting In deze studie is de relatie tussen gezinsfunctioneren en probleemgedrag van kinderen onderzocht. Er is veelvuldig onderzoek gedaan naar het ontstaan van probleem-gedrag van kinderen in de

Nadere informatie

Oplegnotitie verlenging beleidsplan Jeugdhulp

Oplegnotitie verlenging beleidsplan Jeugdhulp Oplegnotitie verlenging beleidsplan Jeugdhulp 2017-2019 Midden-Limburg West: Leudal, Nederweert, Weert Midden-Limburg Oost: Echt-Susteren, Maasgouw, Roerdalen, Roermond 1. Verlenging van beleid De gemeenten

Nadere informatie

Cliëntervaringsonderzoek Jeugd. Gemeente Bloemendaal. 5 oktober 2016 V1.0

Cliëntervaringsonderzoek Jeugd. Gemeente Bloemendaal. 5 oktober 2016 V1.0 Cliëntervaringsonderzoek 2015 Jeugd Gemeente Bloemendaal 5 oktober 2016 V1.0 Inhoudsopgave Doelstelling Blz. 3 Werkwijze Blz. 4 Onderzoeksdoelgroep Blz. 5 Resultaten cliëntervaringsonderzoek Blz. 6 Toegang

Nadere informatie

Auditinstrument. LVB & Middelengebruik

Auditinstrument. LVB & Middelengebruik Auditinstrument LVB & Middelengebruik Trimbos-instituut Organisatie: Organisatie-eenheid / locatie: Datum afname: Auditoren: Versie 9 mei 0 Pagina . Visie & beleid a. Beleid rondom middelengebruik De organisatie(eenheid)

Nadere informatie

Kennispraktijk voor de jeugdzorg. llegi

Kennispraktijk voor de jeugdzorg. llegi Kennispraktijk voor de jeugdzorg C llegi Families First Methodisch werken en onderzoek doen: 2 zijden van dezelfde medaille Mirte Loeffen In deze presentatie Wat is Families First? Ontwikkeling locaties

Nadere informatie

Risicomanagement bij onder toezicht gestelde kinderen Een notitie naar aanleiding van onderzoek van de Inspectie jeugdzorg oktober 2008

Risicomanagement bij onder toezicht gestelde kinderen Een notitie naar aanleiding van onderzoek van de Inspectie jeugdzorg oktober 2008 Risicomanagement bij onder toezicht gestelde kinderen Een notitie naar aanleiding van onderzoek van de Inspectie jeugdzorg oktober 2008 Inleiding De veiligheid van het kind is een van de belangrijkste

Nadere informatie

Methodisch werken binnen de sociale wijkteams: hoe doe je dat?

Methodisch werken binnen de sociale wijkteams: hoe doe je dat? Methodisch werken binnen de sociale wijkteams: hoe doe je dat? Marianne Haspels Marca Geeraets 24 maart 2015 m.haspels@piresearch.nl m.geeraets@piresearch.nl Sociale wijkteams Methodisch werken: - Gericht

Nadere informatie

Aanpak: CJG-aanpak. Beschrijving

Aanpak: CJG-aanpak. Beschrijving Aanpak: CJG-aanpak De gemeente heeft de vragenlijst betreffende deze aanpak ingevuld en relevante documentatie toegestuurd. Een beperktere vragenlijst over deze aanpak is ingevuld door: CJG Icare Deze

Nadere informatie

Beschermjassen: Wat is het en werkt het?

Beschermjassen: Wat is het en werkt het? Beschermjassen: Wat is het en werkt het? Voorlopige resultaten december Dries.roosma@pionn.nl Martine.buist@pionn.nl Vragen die wij hadden toen wij begonnen.. Wat is beschermjassen? Is het een geloof,

Nadere informatie

Onderzoek naar de evalueerbaarheid van gemeentelijk beleid

Onderzoek naar de evalueerbaarheid van gemeentelijk beleid Onderzoek naar de evalueerbaarheid van gemeentelijk beleid Plan van aanpak Rekenkamer Maastricht februari 2007 1 1. Achtergrond en aanleiding 1 De gemeente Maastricht wil maatschappelijke doelen bereiken.

Nadere informatie

Persoonlijkheidsstoornissen Kortdurend Behandelaanbod

Persoonlijkheidsstoornissen Kortdurend Behandelaanbod Persoonlijkheidsstoornissen Kortdurend Behandelaanbod U bent niet de enige Een op de tien Nederlanders heeft te maken met een persoonlijkheidsstoornis of heeft trekken hiervan. De Riagg Maastricht is gespecialiseerd

Nadere informatie

Defence for Children over de wetsevaluatie Wet op de jeugdzorg

Defence for Children over de wetsevaluatie Wet op de jeugdzorg Defence for Children over de wetsevaluatie Wet op de jeugdzorg Jeugdzorg nog onvoldoende Defence for Children heeft met zorg kennisgenomen van de evaluatie op de Wet op de Jeugdzorg. In oktober 2009 heeft

Nadere informatie

Supervisie in de driejarige opleiding van het CPC Versie 28/10/2015

Supervisie in de driejarige opleiding van het CPC Versie 28/10/2015 Supervisie in de driejarige opleiding van het CPC Versie 28/10/2015 Je kunt kiezen voor een opleiding met of zonder supervisie. Om voor een diploma met supervisie in aanmerking te komen is het noodzakelijk

Nadere informatie

EFFECTIVITEITSONDERZOEK PROFESSIONAL ORGANIZING. NBPO Oktober 2012- Oktober 2014

EFFECTIVITEITSONDERZOEK PROFESSIONAL ORGANIZING. NBPO Oktober 2012- Oktober 2014 EFFECTIVITEITSONDERZOEK PROFESSIONAL ORGANIZING NBPO Oktober 2012- Oktober 2014 Colofon Uitgave: Research 2Evolve Tesselschadelaan 15A 1217 LG Hilversum Tel: (035) 623 27 89 info@research2evolve.nl www.research2evolve.nl

Nadere informatie

Effectieve zorg bestaat uit effectieve methodieken, maar hoe effectief is effectief? Jan Willem Veerman Ede, 28 september 2005

Effectieve zorg bestaat uit effectieve methodieken, maar hoe effectief is effectief? Jan Willem Veerman Ede, 28 september 2005 Effectieve zorg bestaat uit effectieve methodieken, maar hoe effectief is effectief? Jan Willem Veerman Ede, 28 september 2005 Het ideaal Er zijn problemen en/of risicofactoren Waarvoor een behandeling

Nadere informatie

Samenvatting onderzoek naar de rol van pedagogisch medewerkers op peuterspeelzalen in achterstandswijken

Samenvatting onderzoek naar de rol van pedagogisch medewerkers op peuterspeelzalen in achterstandswijken Samenvatting onderzoek naar de rol van pedagogisch medewerkers op peuterspeelzalen in achterstandswijken Sociaal Werk Nederland heeft door vier studenten (Isabelle de Beere, Nina Smaling, Floor Links en

Nadere informatie

Profiel personal coach WelSlagen Diversiteit

Profiel personal coach WelSlagen Diversiteit Datum 23-07- 2012 Versie: 1.0 Profiel personal coach WelSlagen Diversiteit Inleiding: De personal coach wordt ingezet om deelnemers van WelSlagen Diversiteit met een relatief grote afstand tot de arbeidsmarkt

Nadere informatie

Invoering van de meldcode in de jeugdzorg

Invoering van de meldcode in de jeugdzorg Invoering van de meldcode in de jeugdzorg Inspectie Jeugdzorg Utrecht, april 2013 Samenvatting Eind december 2012 heeft de Inspectie Jeugdzorg via een digitale vragenlijst een inventariserend onderzoek

Nadere informatie

Vervolgonderzoek AMK Utrecht

Vervolgonderzoek AMK Utrecht Vervolgonderzoek AMK Utrecht Inspectie jeugdzorg februari 2007 2 Inspectie jeugdzorg Inhoudsopgave Samenvatting... 5 Hoofdstuk 1... 7 1.1 Aanleiding... 7 1.2 Centrale onderzoeksvraag... 7 1.3 Toetsingskader...

Nadere informatie

Toezicht op zorg aan kwetsbare groepen. Heleen Buijze Senior inspecteur

Toezicht op zorg aan kwetsbare groepen. Heleen Buijze Senior inspecteur Toezicht op zorg aan kwetsbare groepen Heleen Buijze Senior inspecteur 22 april 2010 SGZ 2010: Vernieuwend toezicht in twee speerpunten 1. Effectiviteit van gemeentelijk gezondheidsbeleid gericht op het

Nadere informatie

Plan van aanpak naar aanleiding van het Rapport. De kwaliteit van Stichting Veilig Thuis Noord Oost Gelderland Stap 2

Plan van aanpak naar aanleiding van het Rapport. De kwaliteit van Stichting Veilig Thuis Noord Oost Gelderland Stap 2 Plan van aanpak naar aanleiding van het Rapport De kwaliteit van Stichting Veilig Thuis Noord Oost Gelderland Stap 2 Door de inspectie Jeugdzorg en de Gezondheidszorg. Apeldoorn 26 april 2017 1 Aanleiding

Nadere informatie

Informatie voor ouders

Informatie voor ouders Informatie voor ouders Zo gewoon mogelijk, speciaal waar het moet Entrea biedt specialistische jeugdhulp en opvoedingsondersteuning aan kinderen en jongeren van 0 tot 18 jaar en hun ouders of opvoeders.

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 is de algemene inleiding van dit proefschrift. Samenvattend, depressie is een veelvoorkomende stoornis met een grote impact op zowel het

Hoofdstuk 1 is de algemene inleiding van dit proefschrift. Samenvattend, depressie is een veelvoorkomende stoornis met een grote impact op zowel het Samenvatting Hoofdstuk 1 is de algemene inleiding van dit proefschrift. Samenvattend, depressie is een veelvoorkomende stoornis met een grote impact op zowel het individu als op populatieniveau. Effectieve

Nadere informatie

Presentatie van vandaag

Presentatie van vandaag Tools4U Training cognitieve en sociale vaardigheden als taakstraf Presentatie EFCAP Landelijke studiedag 2009 20 januari 2009 Jolle Tjaden Presentatie van vandaag Achtergrond Tools4U Erkenning Belang van

Nadere informatie

Een verkenning van de toeleiding van vluchtelingen naar de reguliere zorg Praktijkervaringen uit 5 gemeenten

Een verkenning van de toeleiding van vluchtelingen naar de reguliere zorg Praktijkervaringen uit 5 gemeenten Een verkenning van de toeleiding van vluchtelingen naar de reguliere zorg Praktijkervaringen uit 5 gemeenten Maud Eimers en Erick Vloeberghs 2 Een verkenning van de toeleiding van vluchtelingen naar de

Nadere informatie

Kerncompetenties psychotherapeut

Kerncompetenties psychotherapeut Kerncompetenties psychotherapeut 5 oktober 2006 Nederlandse Vereniging voor Psychotherapie Overname is toegestaan, mits ongewijzigd en met gebruik van bronvermelding. Nederlandse Vereniging voor Psychotherapie,

Nadere informatie

Toegang om de hoek. Arthur Rijkers

Toegang om de hoek. Arthur Rijkers Toegang om de hoek Arthur Rijkers opbrengst van het onderzoek???? december 2015 december 2018 onderzoeksvraag Wat is de samenhang tussen de manier waarop de gemeentelijke toegang tot jeugdhulp is vormgegeven

Nadere informatie

Samen Beter Beslissen met cliënten. dr. Inez Berends, Liset van der Glas, MSc, drs. Rena Eenshuistra

Samen Beter Beslissen met cliënten. dr. Inez Berends, Liset van der Glas, MSc, drs. Rena Eenshuistra Samen Beter Beslissen met cliënten dr. Inez Berends, Liset van der Glas, MSc, drs. Rena Eenshuistra En jullie zijn Doen wat werkt Effectieve behandelmethoden inzetten Significante verbetering! Maar: Het

Nadere informatie

Registreren, analyseren en verantwoorden

Registreren, analyseren en verantwoorden Registreren, analyseren en verantwoorden Inhoud DAS in het kort DAS in het kort 3 De voordelen voor u 4 Effecten meten 4 Uw opdracht verantwoorden 5 Werkwijze methodiseren 6 Samenwerking bevorderen 7 Kosten

Nadere informatie

Klantprofilering. Objectieve meting voortgang en resultaten trajecten

Klantprofilering. Objectieve meting voortgang en resultaten trajecten Klantprofilering Objectieve meting voortgang en resultaten trajecten Concept projectvoorstel, versie 0.4 26 oktober2004 Documenthistorie Versie/Status Datum Wijzigingen Auteur 0.1 16/06/2004 B.G. Langedijk

Nadere informatie

Aanpak: Er op af aanpak vanuit zorgnetwerken. Beschrijving

Aanpak: Er op af aanpak vanuit zorgnetwerken. Beschrijving Aanpak: Er op af aanpak vanuit zorgnetwerken De gemeente heeft de vragenlijst betreffende deze aanpak ingevuld en relevante documentatie toegestuurd. Een beperktere vragenlijst over deze aanpak is ingevuld

Nadere informatie

Leeftijdbewust personeelsbeleid Ingrediënten voor een plan van aanpak

Leeftijdbewust personeelsbeleid Ingrediënten voor een plan van aanpak Leeftijdbewust personeelsbeleid Ingrediënten voor een plan van aanpak Inhoud Inleiding 3 Stap 1 De noodzaak vaststellen 4 Stap 2 De business case 5 Stap 3 Probleemverdieping 6 Stap 4 Actieplan 8 Stap 5

Nadere informatie

Opvolgingsonderzoek Verzelfstandiging openbaar primair onderwijs in Amsterdam-West

Opvolgingsonderzoek Verzelfstandiging openbaar primair onderwijs in Amsterdam-West Opvolgingsonderzoek Verzelfstandiging openbaar primair onderwijs in Amsterdam-West Rekenkamerbrief 2013 13 5 november 2013 Geachte leden van de stadsdeelraad, In juni 2013 is de rekenkamer gestart met

Nadere informatie

Cursus Positief opvoeden volgens Triple P - Amsterdam

Cursus Positief opvoeden volgens Triple P - Amsterdam Praktijkvoorbeeld Cursus Positief opvoeden volgens Triple P - Amsterdam Samenvatting Door de samenwerking en het gezamenlijk geven van de cursus Positief Opvoeden volgens Triple P door verschillende disciplines

Nadere informatie

Gespecialiseerde thuisbegeleiding

Gespecialiseerde thuisbegeleiding Gespecialiseerde thuisbegeleiding Als u ondersteuning nodig heeft om uw leven weer in goede banen te leiden, kunt u rekenen op de gespecialiseerde thuisbegeleiding van Savant Zorg. Als problemen uw leven

Nadere informatie

Samenvatting Samenvatting

Samenvatting Samenvatting Samenvatting Jaarlijks doen vele jeugdigen met een lichte verstandelijke beperking In Nederland een beroep op de hulpverlening. Een aanmerkelijk aantal van hen krijgt deze hulp van een LVG-instituut.

Nadere informatie

TESTVRAAG: Bent u rechts-of linkshandig?

TESTVRAAG: Bent u rechts-of linkshandig? Programma Thema: Hoe onderzoek je of de transformatie van de jeugdzorg werkt? Onderzoek G4-rekenkamers 1. Eigen kracht 2. Risicomanagement 3. Leren 4. Monitoring en sturing 5. Vervolgonderzoek www.sendsteps.com

Nadere informatie

Aanpak: Bemoeizorg. Beschrijving

Aanpak: Bemoeizorg. Beschrijving Aanpak: Bemoeizorg De gemeente heeft de vragenlijst betreffende deze aanpak ingevuld en relevante documentatie toegestuurd. Een beperktere vragenlijst over deze aanpak is ingevuld door: GGD West-Brabant

Nadere informatie