GEMEENSCHAPPELIJKE CONCLUSIES PARTNERS

Transcriptie

1 GEMEENSCHAPPELIJKE CONCLUSIES PARTNERS Naar aanleiding van een uitgebreid overleg Cultuur is van A, georganiseerd door de Antwerpse Stedelijke Cultuurraad op 23 februari, tussen verschillende vertegenwoordigers en partners uit het cultuurveld, heeft de cultuursector een aantal gezamelijke prioriteiten op papier gezet. Dit kwam tot stand aan de hand van een grote bevraging en aftoetsing van meerdere memoranda. Deze aanbevelingen hebben betrekking op domeinen zoals de rol van de stad, het subsidiebeleid, de rol van de cultuurraad, de implementering van kunst en cultuur in het stedelijke weefsel, duurzaamheid...(zie link *) Dit zijn de 7 thema s die besproken zijn op 23 februari: 1. Beleidsparticipatie en Inspraak 2. Cultuurparticipatie 3. Cultuurspreiding en Aanbod 4. Communicatie 5. Onderwijs en Cultuureducatie 6. Creatie 7. Duurzaamheid Conclusies van overleg met partners en overlegmoment 23 februari: 1. De cultuurraad, de adviesgroepen en haar partners 2. Transparant en doeltreffend subsidiekader 3. De rol van de stad t.a.v. de cultuursector 4. Lokaal cultuurbeleid 5. Trajectondersteuning van kunstenaars 6. Platform voor het ter beschikking stellen van materialen 7. Database met betrekking tot leegstand van panden 8. Ruimte voor creatie en presentatie Polyvalente exporuimte Netwerk ontmoetingsruimte 9. Receptieve werking van de cultuurcentra 10. Architectuur 11. Centre of excellence Expertise als troef, expertisecentra 12. Duurzaamheid 13. Onderwijs, kunst-en cultuureducatie 14. Cultuurparticipatie 1

2 1. De Cultuurraad, de adviesorganen en haar partners De cultuurraden en het beleid moeten samenwerken aan een open, transparante en goede relatie. We verwachten dat de cultuurraad een gesprekspartner van het beleid is, in die zin dat bij alle cultuurinitiatieven van het beleid daadwerkelijk advies gevraagd wordt en dat het beleid verplicht te antwoorden waarom een advies al dan niet gevolgd wordt. We vragen voldoende administratieve ondersteuning van de cultuurraad om zo tot een vlottere werking, betere communicatie en participatie te komen tussen beleid en adviesorganen. We verwachten dat de algemene vergadering van de stedelijke cultuuraad ook een moment kan worden waarop de districtsvertegenwoordigers ideeën kunnen uitwisselen en samenwerkingen kunnen besproken worden. De betrokkenheid van de professionele sector bij de werking van de cultuurraad op districtsniveau is belangrijk en noodzakelijk. 2. Transparant en doeltreffend subsidiekader Transparante regelgeving en beoordeling: meer helderheid in de besluitvorming, minder willekeur in de subsidieverdeling, meer duidelijkheid in de voorwaarden en meer efficiëntie. Transparantie in de samenstelling van de commissie. Bij aanvraag, indiening en afhandeling subsidiedossiers moet er een concrete back-up zijn Onderscheid tussen projectsubsidie en structurele werkingssubsidie Afstemming tussen Vlaams en stedelijk niveau Een online subsidiezoeker die overzichtelijk is Met andere woorden een integraal en geïntegreerd kunsten- en kunstenaarsbeleid 3. De rol van de stad ten aanzien van de cultuursector De stad betrekt systematisch de sector bij de totstandkoming van stadsinitiatieven De stad helpt de sector bij private fondsenwerving in plaats van een grote concurrent te zijn Inzetten op de expertise van de sector: steunen en stimuleren van de reeds aanwezige activiteit en knowhow rendeert meer en beter dan nieuwe initiatieven daarnaast te ontwikkelen. Daartoe is het in kaart brengen van wat er is en leeft - kijken naar internationale voorbeelden - een eerste stap. o De stad stelt zijn expertise ter beschikking om over verschillende 2

3 beleidsdomeinen heen te werken (cultuur sociale zaken economie onderwijs ). o De stad ondersteunt ook andere dan de stedelijke speler (financieel) om het lokaal cultuurbeleid te versterken. o De stad geeft meer zichtbaarheid en erkenning aan (sociaal-)artistieke projecten. o De stad versterkt de communicatie van de sector. o De stad profileert zich als centrum voor kunst. Facilitator overleg sectoren Centres of excellence De stad stelt materialen voor creatie en presentatie ter beschikking aan kunstenaars en kunstenorganisaties Samenwerkingsmodel voor cultuurraad als gesprekspartner voor beleid, administratieve ondersteuning cultuurraad vertegenwoordiging professionele circuit Meer zichtbaarheid en erkenning geven aan sociaalartistieke projecten 4. Lokaal Cultuurbeleid Wat is rol en visie van de cultuurcentra? We verwachten van de stad een duidelijkere visie Wat is de rol van het Paleis, de Roma, de Arenberg? Receptieve werking en spreidingsbeleid durven herdenken Ook andere dan de stedelijke spelers financieel ondersteunen om het lokaal cultuurbeleid te versterken 5. Trajectondersteuning van kunstenaars Er is meer nood aan logistieke ondersteuning. Onderweg is het welgekomen te kunnen steunen op de expertise vanuit het veld. Er is een hoge nood aan ruimtes voor creatie en expositie. Er moet op verschillende fronten aan een betere communicatie worden gewerkt voor en over kunstenaars De nodige feedback bij de indiening van dossiers is gewenst. 3

4 6. Platform voor het ter beschikking stellen van materialen (Socio-) culturele vereningen, theater- en dansgroepen,... hebben vaak een voorraad aan rekwisieten en technisch materiaal. We vinden het interessant om te kijken of er geen (digitaal) platform zou opgericht kunnen worden waarop verenigingen hun materialen ter beschikking stellen en zelf kunnen ontlenen. 7. Database met betrekking tot leegstand van panden We willen dat de stad en bedrijven warm gemaakt worden om hun (lege) ruimtes (tijdelijk) open te stellen voor de creatieve sector. Daarom willen we een database van alle leegstaande panden in de stad. We vinden de rol van AG VESPA op zijn minst ontoereikend. We willen dus dat de stad haar leegstaande panden in beheer van VESPA en patrimoniumbeheer in eerste instantie ter beschikking stelt aan de creatieve sector en dat zij een stimuleringsbeleid voert voor betaalbare atelierruimtes en repetitieruimtes. Buiten de lesuren moet het voor derden mogelijk zijn om (tegen betaling) gebruik te maken van de schoolgebouwen en/of infrastructuur. Het retributiereglement dient hiertoe aangepast te worden. Zo kan de school door het ter beschikking stellen van haar gebouwen en lokalen aan plaatselijke verenigingen (theater, sport, socioculturele verenigingen, ) mee bijdragen aan de gemeenschapsvorming in de eigen buurt. We maken van een speelplaats een speel- of buurtplein na schooltijd, en laten verenigingen uit de buurt gebruik maken van turnzalen en klaslokalen. Via het systeem van sleuteldragers stellen we infrastructuur open voor verenigingen en de buurt. Op die manier kan het gebruik van de schaarse ruimte optimaal benut worden. 8. Ruimte voor creatie en presentatie Antwerpse kunstenaars moeten maximaal kansen krijgen om hun werk te tonen in de stad. Daarom zullen de stad en de districten bij de realisatie van openbare werken steeds onderzoeken of er plaats is voor kunst. De Museumwijk op het Zuid krijgt, samen met het Middelheim, een sleutelrol als creatieve incubator voor de lokale beeldende kunsten. We kijken ook uit naar o De herdefiniëring en verdere ontwikkeling van de cultuurcentra o Herbestemming Zuiderpershuis (culturele ambities rond het Zuid versterken?) o Het museum Maagdenhuis ( integreren in het cultuurcircuit van de stad) o Hof De Bist, Zandvliet, Hoboken en Ekeren als volwaardige culturele centra 4

5 (wiens vergunningsdossiers lopen) o Herbestemming zaal Harmonie. Polyvalente exporuimte o Er is nood aan een exporuimte voor kunstenaars. Het aankopen en tegen sociale verhuurprijs beschikbaar stellen van polyvalente exporuimtes met voorzieningen voor korte termijn, flexibel zonder subsidieregeling, en voor kleine tot heel gerenommeerde kunstenaars. (Verkoop en inkomsten voor kunstenaars hierbij mogelijk maken in regelgeving.) Hiervoor zou een loketfunctie voor ondersteuning een grote meerwaarde zijn. Netwerk ontmoetingsruimten o Een site voor afstemming vraag en aanbod (verdelen van de bakstenen); laten samenkomen van vraag en aanbod podia is nog zwak (cf cultuurcentra willen wel, maar is niet open/gekend) o Onderling overleg van de sector is echter het meest cruciale hierin. Deze rol kan de sector zelf opnemen; stad kan facilitator zijn. (Bijvoorbeeld rond ruimtedeling.) o Het inzetten / ondersteunen op toeleiding van amateurs die nu geen toegang krijgen tot podia is een speerpunt voor de volgende beleidsperiode. o Kwaliteitsbewaking De droom : een groot huis linken aan een klein huis (een groot museum linken aan een klein museum, desingel linken aan een klein gezelschap,...). Dit gebeurt vaak al ( je adopteert kleine partners waar je in gelooft en kansen geeft), maar de kunstwereld is een 'harde wereld'. Fameus 3: verdere uitbouw netwerk ontmoetingsruimte Fameus 5: verhogen zichtbaarheid amateurkunstenaars Fameus 9: ontwikkelen Oude Beurs tot amateurkunstencentrum BA 397: Het voorzien van de nodige infrastructuur is cruciaal voor de gemeenschapsvorming. Vandaar blijven wij dit verder faciliteren via de buurtsecretariaten en de ontsluiting van de bestaande ontmoetingsinfrastructuur via het netwerk van ontmoetingsruimten. 5

6 9. Receptieve werking van de cultuurcentra o We verwachten van de stad een duidelijk en helder verhaal in een geïntegreerd / integraal kunstenbeleid wat betreft de cultuurcentra. o Receptief-spreidende functie voor cultuurcentra in overleg met 'vrije'/privé-initiatieven, in plaats van twee parallelle werelden. Dit vraagt om een visie en een complementair beleid. Wat is bijvoorbeeld de rol van het Paleis, deroma, de Arenberg, en de cultuurcentra in zo'n spreidingsverhaal. o Spreidingsopdracht rond presentatie van jonge gezelschappen bij de cultuurcentra terug opnemen. o De privépartners kunnen daar (financiële) ondersteuning bieden. AKO3: Cultuurcentra krijgen regelmatig de vraag van kunstenaars of ze bij hen terecht kunnen voor een creatieproces. In dit kader pleit AKO voor een samenwerking tussen de cultuurcentra en de leden van AKO. Op die manier wordt ingespeeld op de sterktes van beide partijen: cultuurcentra bieden geschikte ruimte en een eerste presentatieplek aan en de kunstensector voorziet professionele begeleiding. AKO6:EEN AFGESTEMD RECEPTIEF-SPREIDENDE FUNCTIE VOOR CULTUURCENTRA: Het Kunstenbeleid van de stad zou van het uitbouwen van een receptieve werking voor de podiumkunsten een aandachtspunt kunnen maken. Prioritair hierbij is het stimuleren van de cultuurcentra om hun spreidingsopdracht terug in handen te nemen, zonder de lokale buurtwerking in gevaar te brengen. Het evenwicht tussen de realisatie van beide doelstellingen is een meerwaarde die enkel de cultuurcentra kunnen bieden. De samenwerking tussen de cultuurcentra is zeker een verbetering, maar heeft jammer genoeg het culturele profiel van bepaalde centra weggeveegd. *Gemeenschappelijke punten met NICC, AKO, Fameus en het BA ( vanuit overzicht clusters) 10. Architectuur De stad kan/moet een strenger architectuurbeleid voeren. Dat gaat niet alleen over de kwaliteit van het bouwen, maar zeker ook over durven afbreken wat niet kwaliteitsvol is. Hier ligt een sterke rol voor de Vlaamse en stadsbouwmeesters weggelegd. 11. Centre of excellence Naar het voorbeeld van Fameus dat als centrum voor de amateurkunsten fungeert, stellen wij voor om voor de verschillende disciplines zoals Muziek, Beeldende Kunsten, Dans en Theater, mode, Design en architectuur,... een professionele organisatie aan te duiden (via een selectie door peers/beleid) om de rol van Centre of exellence op te nemen. 6

7 De opdracht van deze Centres of excellence is: het fungeren als informatieloket, wegwijzer, het bemiddelen voor en eventueel ondersteunen van kunstenaars en (amateurs-) verenigingen op het gebied van logistiek, materiële ondersteuning, internationalisering, Deze Centres of excellence kunnen op deze manier ook het amateurveld, het semiprofessionele en het professionele veld dichter bij elkaar brengen. Expertise als troef, expertisecentra Inzetten op de rijkdom en expertise waarover deze stad beschikt is een kans én een uitdaging voor de stad. Het steunen en stimuleren van de reeds aanwezige activiteit en knowhow rendeert meer en beter dan nieuwe initiatieven daarnaast te ontwikkelen. Daartoe is een eerste stap het in kaart brengen van wat er is en leeft. Kijken hoe dit in andere steden - ook internationaal - loopt en wat we daaruit kunnen leren en durven anders doen is de boodschap. Sociale media kunnen hierin een belangrijke rol spelen, om uit te dragen wat er leeft en welke vernieuwing borrelt. Een doorstroom naar de professionele sector is zowel een rol voor stedelijke instellingen, als voor privé-partners. Afstemming tussen Vlaams en stedelijk niveau hierrond faciliteren is belangrijk. o Faciliteren van een echt expertisecentrum: spelers uit het veld die multidisciplinair van bij aanvang aan oplossingen denken voor noden die zich aandienen (in tegenstelling tot het achteraf toepassen van expertise van bovenaf). o via workshops komen tot oplossingen... o bundelen van kennis en informatie... o stad niet als concurrentie bij sponsoring, maar een expertise-deler naar de sector. GEMEENSCHAPPELIJK MET AKO, Nicc, Fameus: ALLE partners spreken van het creëren van een expertisecentrum. AKO wil hierbij de nadruk leggen op contact tussen school en culturele instelling: Organisch expertisecentrum (AKO 15, naar het voorbeeld van lasso, de sector stimuleren om een projectwerking met scholen en verenigingen uit te bouwen. De stad gaat hier al verder in en wil inzetten op de aanwezige expertise en spreekt dan van het bevorderen van de verhouding tussen academici en stadsbeleid (BA215). Ook het Nicc wil inzetten op de rijkdom aan expertise van de stad en denkt hierbij aan kunstinstellingen, de kunstenaars als beroepsgroepen, de bemiddelaars (Nicc 4): expertise inzetten voor en in het stedelijk beleid. NICC: Het verdient aanbeveling dat het stadsbestuur de lijnen uitzet in samenspraak hiermee en hierin een stevige ondersteunende rol opneemt. Steunen en stimuleren van de reeds aanwezige activiteit en knowhow rendeert meer en beter dan nieuwe initiatieven daarnaast te ontwikkelen. De Ako spreekt verder over trans-sectoraal overleg: kennisuitwisseling over de sectoren, en een 7

8 samenwerking tussen de culturele sector en het maatschappelijk middenveld (AKO16). 12. Duurzaamheid Stad Antwerpen investeert in een uitwisselingsplatform voor hergebruik en delen van expertise, materialen en diensten en stelt tools ter beschikking opdat het culturele veld onderbouwde acties inzake duurzaamheid kan ondernemen. Mogelijkheden zijn de organisatie van een centraal depot voor de recuperatie van materiaal, het ter beschikking stellen van een investeringskrediet en de uitgave van een handige gids met aanbevelingen en tips en tricks. Dankzij een actieve communicatie prikkelt stad Antwerpen de actieve deelname van cultuurhuizen en het ruimere publiek aan de opbouw van een duurzame samenleving. Antwerpen klimaatneutraal Tools voor duurzaamheid Bewustwordingsproces Stad stelt het voorbeeld; duurzaam stedelijk patrimonium Stad stelt investeringskredieten ter beschikking aan sector 13. Onderwijs, kunst- en cultuureducatie De school heeft een brugfunctie naar cultuurparticipatie en dient als motor tot creatie en aandacht voor talentontwikkeling.we moeten dus inzetten op een kwalitatief kunstonderwijs. Kunst- en cultuureducatie moeten een volwaardige plaats hebben binnen het onderwijs Het bevordert de integratie, activatie en waardering van allochtone jongeren. We willen dat de stad een stimuleringsbeleid voert om ook allochtone jongeren naar creatieve opleidingen toe te leiden. De districten zouden de linken tussen het deeltijds Kunstonderwijs, haar sociaal-culturele verenigingen, de cultuurcentra en zichzelf moeten versterken. We willen dat de stad ook aandacht heeft voor de artistieke en creatieve opleidingen: financieel, netwerken bouwen, promotie, ondersteunen. Kunstenaar zijn is ook een beroep. Expertisecentrum voor samenwerking projectwerkingen tussen scholen, verenigingen en cultuur- en kunstencentra 8

9 14. Cultuurparticipatie We willen dat de A-kaart gebruikt kan worden in alle Antwerpse kunst- en cultuurhuizen. Jongeren bereiken met een kunst- en cultuuraanbod op de eigen vertrouwde plaatsen. De stad die internationale samenwerkingsverbanden met de landen van herkomst van de inwoners van Antwerpen (cfr. uitwisselingsproject jongeren M HKA Marokko) stimuleert + interculturele initiatieven die het erfgoed opentrekken. Culturele akkoorden afsluiten tussen de stad en herkomstlanden van Antwerpenaren. Participatie van de gemeenschappen in de totstandkoming van cultuuraanbod van de culturele centra Bibliotheken SLOTBEDENKING De Antwerpse Stedelijke Cultuurraad wenst het belang van onafhankelijkheid en neutraliteit te benadrukken. Deze unieke samenwerking kon enkel plaatsvinden door de inzet van de 4 partners en hun achterban, alsook door de steun van de adviesgroepen en de districtscultuurraden. Dit document wordt onderschreven en gedragen door onze partners uit het cultuurveld. *Gemeenschappelijke punten met NICC, AKO, Fameus en het BA ( vanuit overzicht clusters) *LINK 9