ONDERZOEK NAAR DE NALEVING VAN WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN. Basisschool Cornelis Vrij

Transcriptie

1 ONDERZOEK NAAR DE NALEVING VAN WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN Basisschool Cornelis Vrij Plaats : Amsterdam BRIN nummer : 05VP C1 Onderzoeksnummer : Datum onderzoek : 16 maart 2016 Datum vaststelling : 29 juni 2016

2 Pagina 2 van 11

3 INHOUDSOPGAVE VASTSTELLING RAPPORT INLEIDING BEVINDINGEN CONCLUSIE BIJLAGE 1 WETTELIJKE REGELINGEN MET BETREKKING TOT DIT NALEVINGSONDERZOEK Pagina 3 van 11

4 Pagina 4 van 11

5 VASTSTELLING RAPPORT Dit rapport bevat de resultaten van een specifiek onderzoek naar de naleving van wet- en regelgeving op het gebied van ouderbijdragen dat de inspectie uitvoerde van november 2015 tot en met februari Het rapport is vastgesteld door dhr. R.H. Meijer, te Utrecht op 29 juni Pagina 5 van 11

6 1 INLEIDING Introductie De inspectie heeft in 2015 signalen ontvangen over mogelijke tekortkomingen in de naleving van wet- en regelgeving op basisschool Cornelis Vrij te Amsterdam. Deze signalen vormden voor de inspectie de aanleiding om informatie op te vragen bij het bestuur en om een documentenanalyse uit te voeren. Op grond van die bevindingen heeft de inspectie besloten om een onderzoek te doen dat zich specifiek richt op de naleving van wettelijke voorschriften over de ouderbijdrage. Naast het reguliere onderzoek kan de inspectie namelijk een specifiek onderzoek instellen. Zo n onderzoek kent geen vast stramien en wordt per geval ingericht. Afhankelijk van de aard en het onderwerp van het onderzoek wordt een onderzoeksopzet vastgesteld en worden vragen geformuleerd. De bevindingen van zo n onderzoek worden vastgelegd in een openbaar rapport, tenzij de aard of de omvang zich daartegen verzetten. De wettelijke bepalingen die aan dit onderzoek ten grondslag liggen, zijn beschreven in een aan dit onderzoek toegevoegde bijlage. In die bijlage zijn alle voor dit onderzoek relevante wetteksten opgenomen. Onderzoeksvragen De inspectie beoordeelt tijdens het onderzoek of er sprake is van naleving van de volgende wettelijke voorschriften: - Artikel 40 van de Wet op het Primair Onderwijs (WPO); en - Artikel 13, eerste lid, sub e, van de WPO. De volgende vragen worden onderzocht: - Bevat de schoolgids informatie over de geldelijke bijdrage, als bedoeld in artikel 40, eerste lid van de WPO, waarbij wordt vermeld dat deze vrijwillig is? - Blijkt uit de tekst in de schoolgids en de overige documenten waarin het beleid ouderbijdrage wordt uitgewerkt, dat het aangaan van de overeenkomsten ten behoeve van de ouderbijdrage vrijwillig is? - Blijkt uit de documentatie en informatie dat ook de leerlingen waarvan ouders de ouderbijdrage (deels) niet betalen worden toegelaten tot het onderwijs? Onderzoeksopzet Voor het onderzoek zijn de volgende activiteiten uitgevoerd: Als eerste heeft de inspectie analyse gedaan van de documenten die direct beschikbaar waren. Daarna heeft de inspecteur op en op Pagina 6 van 11

7 aanvullende informatie gevraagd aan het bestuur om een beter beeld te krijgen van het beleid ten aanzien van de ouderbijdrage. Alles bij elkaar heeft de inspectie de volgende documenten geanalyseerd: - schoolgids 2015/ reglement ouderbijdrage maart overeenkomst ouderbijdragen - toelichting bestuur op beleid ouderbijdrage d.d Pagina 7 van 11

8 2 BEVINDINGEN De inspectie constateert dat basisschool Cornelis Vrijschool niet voldoet aan artikel 40, lid 1, WPO en aan artikel 13, lid 1, sub e van de WPO. Toelichting Wettelijk kader Op grond van art. 40, lid 1, van de WPO mag de toelating van een kind niet afhankelijk worden gesteld van een geldelijke bijdrage. Onderbouwing oordeel met bevindingen De schoolgids bevat wel informatie over de geldelijke bijdrage, maar daarbij wordt onvoldoende vermeld dat deze bijdrage vrijwillig is. In de schoolgids (p.23) staat als opening van de paragraaf over ouderbijdrage: de ouderbijdrage is vrijwillig, stelt de overheid. Of en hoe het bestuur dit uitgangspunt in haar beleid concretiseert, wordt niet vermeld. Wel staat in de tekst: onze ouders kiezen er bewust voor de ouderbijdrage te betalen, omdat zij zich realiseren dat het niet zo kan zijn dat andere ouders de kosten dragen voor hun kind(eren). Deze solidariteit zijn we aan elkaar verplicht. Het woord vrijwilligheid komt in de openingszin van deze paragraaf wel voor, maar bevat alleen een verwijzing naar het standpunt van de overheid. In de uitwerking die de school vervolgens geeft, komt de vrijwilligheid van de ouderbijdrage niet voor. Bovendien staat erbij vermeld dat ouders ervoor kiezen om de ouderbijdrage te betalen en dat die solidariteit verplicht is. In het reglement ouderbijdrage, staat in artikel 3.1 dat de toelating van de leerling niet afhankelijk gesteld wordt van betaling van de ouderbijdrage. In de overeenkomst ouderbijdrage die ouders krijgen voorgelegd, conform het reglement ouderbijdrage, staat echter een passage waarin de relatie tussen het betalen van de ouderbijdrage én de toelating tot de school wel wordt gelegd (i.t.t. art 3.1): Ondergetekende verklaart zich bereid om tot betaling van de ouderbijdrage ten behoeve van het cursusjaar ( ) over te gaan. Deze bereidheid heeft betrekking op alle in het navolgende aangegeven voorzieningen en houdt verband met de aanmelding en toelating van (naam lln).. op de Cornelis Vrijschool Pagina 8 van 11

9 Uit deze teksten blijkt onvoldoende het vrijwillige karakter van de ouderbijdrage. Er lijkt een relatie te bestaan tussen toelating en het betalen van de ouderbijdrage. Daarnaast blijkt uit het vervolg in artikel 3 van het reglement ouderbijdrage dat het niet betalen van (een deel van) de ouderbijdrage betekent dat ouders er dan ook voor kiezen geen aanspraak te maken op de in de overeenkomst opgenomen voorzieningen. Gesteld wordt dat de leerling dan ook wordt uitgesloten van deelname aan de voorziening. (art 3.2). Om welke voorzieningen het gaat, zo staat in art 3.2 van het reglement, is te vinden in de overeenkomst ouderbijdrage. In die overeenkomst staan die voorzieningen vervolgens niet genoemd, maar wordt weer verwezen naar de schoolgids. In de schoolgids staat op blz 31 en 32 wel een lijst met activiteiten genoemd, waaronder schoolreisjes, schooltuinen, afscheidskamp groep 8, sportdagen. Op een vraag van de inspectie of het bestuur ook op deze activiteiten doelt in de overeenkomst ouderbijdrage, schrijft het bestuur dat dat niet zo is. Er blijkt, zo schrijft het bestuur, op dit moment geen lijst te zijn met activiteiten waarvan het bestuur leerlingen kan uitsluiten als er geen/onvoldoende ouderbijdrage betaald is. Genoemde documenten geven geen eenduidige informatie over wat de consequentie is voor de deelname aan het onderwijs is wanneer ouders besluiten de overeenkomst ouderbijdrage niet (of deels) aan te gaan. In de schoolgids staat op pag 23 informatie over het belang en de aanwending van de ouderbijdrage. Daar staat onder meer dat om de bijzondere doelstellingen van de Cornelis Vrijschool te kunnen realiseren extra geld nodig is. Dit geld wordt besteed aan de inzet van extra leerkrachten en vakleerkrachten voor de creatieve vakken en het bewegingsonderwijs. Hieruit spreekt dat de ouderbijdrage wordt aangewend om een deel van het onderwijsprogramma, dat voor alle leerlingen is bestemd, te financieren. Als een leerling van wie de ouders niet betalen wordt uitgesloten van deelname aan deze activiteiten, dan is dat in strijd met artikel 40, eerste lid, van de WPO. Pagina 9 van 11

10 3 CONCLUSIE Op 16 maart 2016 constateerde de inspectie dat niet voldaan werd aan artikel 40, lid 1 van de WPO en aan artikel 13, lid 1, sub e van de WPO en gaf de inspectie de opdracht aan de school om de tekortkomingen in het beleid ouderbijdragen te herstellen. In de conceptfase van dit onderzoek zijn de geconstateerde tekortkomingen hersteld. Daarmee voldoet het beleid van de school nu aan de genoemde wettelijke eisen en wordt het onderzoek afgesloten. Pagina 10 van 11

11 BIJLAGE 1 WETTELIJKE REGELINGEN MET BETREKKING TOT DIT NALEVINGSONDERZOEK Specifiek onderzoek Artikel 15 van de WOT: 1. Naast het onderzoek, bedoeld in artikel 11, kan de inspectie ter uitvoering van haar taken, bedoeld in artikel 3, uit eigen beweging dan wel op aanwijzing van Onze Minister specifiek onderzoek verrichten. 2. Artikel 11, vijfde en zesde lid, is van overeenkomstige toepassing. De artikelen 20 en 21 zijn van overeenkomstige toepassing, tenzij de aard of omvang van het onderzoek zich tegen openbare rapportage verzet Beleid ouderbijdrage Art. 40, lid 1, van de WPO (voor zover relevant): De beslissing over toelating en verwijdering van leerlingen berust bij het bevoegd gezag. De toelating mag niet afhankelijk worden gesteld van een geldelijke bijdrage van de ouders. Art. 13, lid 1, sub e van de WPO : De schoolgids bevat voor ouders, verzorgers en leerlingen informatie over de werkwijze van de school en bevat in elk geval informatie over: e. de geldelijke bijdrage, bedoeld in artikel 40, eerste lid, waarbij wordt vermeld dat deze vrijwillig is. Pagina 11 van 11