Anesthesie met rugkatheter. Bijlage Anesthesie

Transcriptie

1 Anesthesie met rugkatheter Bijlage Anesthesie

2 Belangrijk! In de folder 'Anesthesie; algemene informatie' zijn alle zaken beschreven die voor u van belang zijn om te weten over anesthesie. Wij adviseren u deze folder ook goed door te lezen. Inleiding Tijdens het kennismakingsgesprek is met u afgesproken dat u in aanmerking komt voor de gecombineerde techniek. Dit betekent dat bij u, naast een volledige narcose, regionale verdoving wordt toegepast. Verschillende soorten anesthesie Algehele anesthesie of narcose Wanneer u algehele narcose krijgt toegediend, wordt het hele lichaam verdoofd en bent u tijdelijk buiten bewustzijn. U voelt, ziet en hoort niets meer. U merkt helemaal niets van de operatie. Niet iedereen krijgt dezelfde soort narcose. De anesthesioloog zal de verdoving voor u precies op maat samenstellen. Daarbij houdt hij rekening met uw lichamelijke conditie, de grootte en duur van de operatie, uw wensen en de mogelijke bijwerkingen na de narcose (bijvoorbeeld misselijkheid en braken). Gecombineerde techniek Bij grotere operaties (van de buik of de borstkas) wordt een algehele anesthesie gecombineerd met een ruggenprik. De anesthesioloog heeft met u de voor- en nadelen besproken en samen met u de keuze bepaald. Voordat u onder algehele narcose wordt gebracht krijgt u een ruggenprik. Tijdens de ruggenprik wordt een zeer dun slangetje (katheter) in de buurt van het ruggenmerg ingebracht, waardoor tijdens en na de operatie verdovingsvloeistof wordt toegediend. Uit ervaring is gebleken dat deze gecombineerde techniek de eerste dagen na de operatie een uitstekende pijnstilling oplevert en hierdoor bijdraagt aan een verbetering van het comfort na de operatie. Mogelijke complicaties Aangezien bij u een katheter wordt ingebracht, zal nauwlettende controle plaatsvinden om eventuele bijwerkingen en complicaties vroegtijdig op te sporen. Tijdens de operatie wordt deze controle uitgevoerd door de anesthesioloog en / of diens assistent. Na de operatie zal de controle op de verpleegafdeling uitgevoerd worden door de verpleegkundigen en / of door de pijnverpleegkundige die u regelmatig zal bezoeken. Elke techniek heeft nadelen, al komen bijwerkingen nauwelijks voor. Enkele bijwerkingen die kúnnen optreden zijn jeuk, misselijkheid, rugpijn, hoofdpijn en bloeddrukdaling. Wanneer tijdens de operatie bloeddrukdaling optreedt zal de anesthesioloog meteen maatregelen nemen. De overige bijwerkingen verdwijnen meestal na enige tijd spontaan. 2

3 De gecombineerde techniek kent twee ernstige complicaties, die echter zéér zelden voorkomen. De eerste mogelijke complicatie is het optreden van een bloeding in de buurt van het ruggenmerg. Om de kans hierop zo klein mogelijk te houden, zal de anesthesioloog of diens assistent u altijd vragen of u bloedverdunnende medicijnen gebruikt. Het gebruik van sommige bloedverdunnende medicijnen moet gestopt worden. Andere bloedverdunners kunt u gewoon blijven innemen. De anesthesioloog zal dit met u bespreken. De tweede mogelijke complicatie is het optreden van een ontsteking rondom de katheter. In beide gevallen volgt direct een behandeling. Als geen behandeling zou plaatsvinden, kan in uiterst zeldzame gevallen een verlamming optreden. Na een ruggenprik kunt u soms enkele dagen last hebben van enige rugpijn rond de plek waar de naald en de katheter heeft gezeten. Dit is een normaal verschijnsel en gaat vanzelf over. Uiterst zelden komt het voor dat er een forse rugpijn ontstaat nadat de verdoving (bijna) is uitgewerkt. Dit kan gepaard gaan met een verminderd gevoel of minder kracht in de benen of met moeite bij het ophouden van urine of ontlasting. Mocht een van deze symptomen zich voordoen, dan dient u contact op te nemen met de (dienstdoende) anesthesioloog. Werkwijze Bij elke vorm van anesthesie zal vooraf een infuusnaald in de onderarm of op de handrug worden ingebracht. Dit is bedoeld om bij eventuele problemen een directe toegangsweg tot de bloedbaan te hebben. Nadat bij u de infuusnaald is ingebracht, gaat u rechtop op de rand van het bed zitten met beide benen naast het bed. Uw rug zal gedesinfecteerd worden met jodium of een ander middel, indien u overgevoelig bent voor jodium. De anesthesioloog zal eerst de huid op de plaats waar de katheter wordt ingebracht verdoven. Dit verdoven kan een branderig gevoel geven. Tijdens het inbrengen van de katheter zal de anesthesie-assistent u bijstaan. Nadat de katheter is ingebracht wordt het geheel afgeplakt. U kunt hierna gewoon gaan liggen op de katheter. Hierna wordt continu via de katheter een pijnstiller toegediend, zodat u na de operatie weinig of geen pijn hebt. Het verwijderen van de katheter Om de reeds aan u uitgelegde zeldzame bijwerkingen te voorkomen zal de katheter binnen uur verwijderd worden. Tot slot Als u na het lezen van deze folder nog vragen heeft, dan kunt u ze stellen tijdens het kennismakingsgesprek met uw anesthesioloog of diens assistent. Hij of zij is graag bereid uw vragen en wensen met u te bespreken. De tekst van deze folder en van de folders over de diverse soorten anesthesie is beschikbaar via de website van ons ziekenhuis. 3

4 Voorkom vertraging van uw onderzoek en/of operatie In het ziekenhuis krijgen we steeds meer te maken met bacteriën die ongevoelig zijn voor antibiotica. Deze bacteriën noemen we Bijzonder Resistente Micro Organismen (BRMO). Een voorbeeld van een BRMO is de MRSA-bacterie. De bacteriën kunnen een nadelig effect hebben op uw gezondheid of de gezondheid van andere patiënten. Wij doen er in Orbis Medisch Centrum alles aan om te voorkomen dat deze bacteriën zich verspreiden binnen ons ziekenhuis. In onderstaande tabel staan enkele vragen. Als u één vraag met Ja beantwoordt, behoort u tot een groep die meer risico heeft een ongevoelige bacterie bij zich te dragen. Geeft u dit door aan uw behandelend arts zodra deze vaststelt dat een onderzoek of operatie noodzakelijk is. Dit voorkomt onnodige vertraging. Als namelijk pas vlak voor aanvang van onderzoek of operatie blijkt dat u het risico loopt besmet te zijn, is het mogelijk dat de arts besluit niet door te gaan, voordat onderzocht is of u een bacterie bij u draagt. Wij beseffen dat het maken van kweken en eventuele isolatiemaatregelen ingrijpend en onaangenaam zijn. Het is echter de enige manier om u zo goed mogelijk te kunnen behandelen en om andere patiënten te beschermen tegen mogelijke besmetting met resistente bacteriën. Leest u onderstaande vragen goed voordat u deze beantwoordt. Weet u een antwoord niet, vul dan Nee in. Vragen Bent u in de afgelopen 2 maanden opgenomen geweest in een buitenlandse of Nederlandse zorginstelling? (ziekenhuis, verpleeg of verzorgingshuis) Bent u langer dan 2 maanden geleden opgenomen geweest in een buitenlandse of Nederlandse zorginstelling (ziekenhuis, verpleeg of verzorgingshuis) en hebt u nog wondjes, infecties of andere gevolgen van deze opname? Komt u voor het eerst met een buitenlands adoptiekindje naar ons ziekenhuis voor onderzoek of opname? Is al bekend dat u drager bent van een BRMO (of MRSA)? Woont u samen met of verzorgt u een persoon met BRMO? Werkt u met levende varkens of vleeskalveren? Ja / Nee 4

5 Pré-operatief onderzoek Meldpunt Oost 03 Telefoon Internet